...

Schriftelijke vraag en antwoord nr : 0047 - Zittingsperiode : 56


Auteur Maaike De Vreese, N-VA (07655)
Departement Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing
Sub-departement Bin. Zaken, Instit. Hervormingen en Democr. Vernieuwing
Titel Wettelijke basis gezichtsherkenning (MV 000365C).
Datum indiening24/10/2024
Taal N
Status vraagAntwoorden ontvangen
Termijndatum03/12/2024

 
Vraag

Recent lazen we dat de Franse politie gebruik heeft gemaakt van gezichtsherkenning om verdachten in een grote verkrachtingszaak te identificeren. De voorzitter van het Controleorgaan op de Politionele Informatie (COC) bevestigde dat dit in België ook mag binnen afgebakende krijtlijnen. Het moet gebeuren binnen een gerechtelijk onderzoek en de gebruikte databank om verdachten te identificeren moet van de politie zijn. Volgens de voorzitter doen intussen heel wat Belgische politiekorpsen binnen de geschetste krijtlijnen effectief aan gezichtsherkenning. De laatste jaren werd er vaak vanuit gegaan dat het gebruik van gezichtsherkenning niet mocht omdat er geen wettelijke basis voor bestaat. Dat is bij uitbreiding het geval voor alle biometrische gegevens. Eerder dit jaar stelde u eveneens dat er voor invasieve actieve biometrie, zoals gezichtsherkenning, geen juridische basis bestaat. Wij zijn het met u eens dat gezichtsherkenning een interessante piste is om te gebruiken ter ondersteuning van de werking van de politie, maar uiteraard enkel met een correcte wettelijke basis zodat de verkregen elementen rechtsgeldig kunnen worden aangewend. 1. a) Kunt u bevestigen dat de politie in België gebruik maakt en mag maken van gezichtsherkenning? b) Voor welke doeleinden en met welke modaliteiten? c) Zijn die volgens u voldoende? 2. a) Wat is daarvoor de wettelijke basis? b) Wat is de wettelijke basis voor het gebruik van een politiedatabank om verdachten te identificeren? 3. a) Voor welke doeleinden vormen biometrische gegevens, en gezichtsherkenning in het bijzonder, een toekomstige ondersteuning? b) Welke aanpassingen aan het bestaande wettelijk kader zijn nodig om dat mogelijk te maken?


 
Status 1 réponse normale - normaal antwoord - Gepubliceerd antwoord
Publicatie antwoord     B004
Publicatiedatum 19/12/2024, 20242025
Antwoord

In toepassing van artikel 44/1 § 2, 1° van de wet op het politieambt (WPA) kunnen politiediensten bepaalde biometrische gegevens onder bepaalde voorwaarden verwerken met het oog op het verzekeren van een unieke identificatie. Zo mogen deze biometrische gegevens uitsluitend worden verwerkt mits toestemming van de betrokken persoon, wanneer zij openbaar worden gemaakt door de betrokkene of om de vitale belangen van de betrokkene of van een ander natuurlijke persoon te beschermen. Dit is naar analogie met een vrijwillige afname van DNA. Het verwerken van gegevens die een hoog risico voor de privacy van de burgers met zich brengen, zoals genetische en biometrische gegevens, zijn volgens EU-richtlijn 2016/680 verboden tenzij de verwerking noodzakelijk is om redenen van zwaarwegend algemeen belang, op grond van het Unierecht of nationaal recht. Specifiek ten aanzien van de verwerking van biometrische gegevens, verbiedt de EU-AI (Artificial Intelligence) Act van 12 juli 2024 de identificatie van een persoon door middel van een AI analyse op afstand, in realtime en in de openbare ruimte. Dezelfde Verordening stelt echter dat de lidstaten uitzonderingen kunnen toestaan op dit verbod namelijk bij het gericht zoeken naar slachtoffers in het kader van welbepaalde misdrijven, met oog op het identificeren van bepaalde verdachten bij een specifieke en imminente dreiging, of voor de lokalisatie of identificatie van een persoon die ervan wordt verdacht een feit strafbaar met een gevangenisstraf van ten minste vier jaar te hebben gepleegd. De bepalingen in zake deze uitzonderingen zijn rechtstreeks van toepassing vanaf februari 2025 maar de lidstaten dienen in nationale regelgeving te bepalen of men deze uitzonderingen effectief wenst toe te passen. Om hieraan tegemoet te komen kan de wet op het politieambt worden aangepast; de juridische en operationele analyses daartoe zijn momenteel lopende bij de politiediensten. De wetten inzake persoonsgegevensbescherming en het principe van proportionaliteit blijven onverminderd van toepassing indien men deze mogelijkheden in de toekomst zou willen gebruiken. Het Controleorgaan op de Politionele Informatie (COC) dringt erop aan dat, indien het gebruik van gezichtsherkenningstechnologie in de WPA zou worden overwogen, de nodige garanties worden gegeven met betrekking tot de vastlegging van de specifieke doeleinden, de aanwijzing van de bevoegde organen tot activatie van de specifieke verwerkingen, de bewaartermijnen, de homologatie en de controle. Ik hou u graag op de hoogte van de vordering van de werkzaamheden.

 
Eurovoc-hoofddescriptorOPENBARE VEILIGHEID
Eurovoc-descriptorenPOLITIE | OPENBARE VEILIGHEID | OCR | BIOMETRIE