Schriftelijke vraag en antwoord nr : 1383 - Zittingsperiode : 55
Auteur | Michael Freilich, N-VA (07022) |
Departement | Vice-eersteminister en Minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding |
Sub-departement | Financiën, Fraudebestrijding, Nat.Lot. |
Titel | E-facturatie B2B. |
Datum indiening | 07/03/2023 |
Taal | N |
Status vraag | Antwoorden ontvangen |
Termijndatum | 07/04/2023 |
Vraag |
Zoals u weet heb ik een wetsvoorstel hangende met betrekking tot verplichte e-facturatie B2B (Parl. Doc. 55 2682/001). Uzelf gaf ook al aan voorstander te zijn van de invoeging van een veralgemeende verplichting om gestructureerde elektronische facturen uit te reiken tussen belastingplichtigen. De btw-reglementering is grotendeels geharmoniseerd op EU-niveau in de btw-richtlijn (richtlijn 2006/112/EEG). Om e-facturatie tussen belastingplichtigen te verplichten, dient daarvoor voorafgaandelijk op EU-niveau door de Raad een afwijking van artikel 232 van de btw-richtlijn te worden toegestaan op grond van artikel 395 van de btw-richtlijn. Uw administratie is in overleg met de diensten van de Europese Commissie om een dergelijke aanvraag tot afwijking voor te bereiden. Op Europees niveau beweegt er ook heel wat rond een verplichte veralgemeende e-facturatie. Op 8 december 2022 werd een voorstel voor richtlijn van de Raad tot wijziging van richtlijn 2006/112/EG wat betreft de btw-regels voor het digitale tijdperk (ViDA) gepubliceerd. Daarin lezen we dat e-facturering de algemene regel wordt voor de uitreiking van facturen. Het voorstel van richtlijn zou artikel 232 uit de btw-richtlijn schappen en in artikel 218 bepalen dat elektronische facturering de norm wordt voor de uitreiking van facturen. Het gebruik van papieren facturen zal dan alleen nog mogelijk zijn in situaties waarin de lidstaten dit toestaan. In ViDA is bepaald dat de doorzending van de gegevens volgens de Europese norm gebeuren. De lidstaten kunnen bepalen dat de doorzending van gegevens van elektronisch uitgereikte facturen in een ander formaat gebeurt, mits zij ook het gebruik van de Europese norm toestaan. Met het oog op een volledige standaardisering en interoperabiliteit zal de Europese Commissie uitvoeringsbepalingen aannemen om een gemeenschappelijk elektronisch bericht voor dit doel vast te stellen. 1. Zou het mogelijk zijn om de ontwerpteksten van uw administratie hieromtrent te ontvangen? 2. Kunt u een stand van zaken geven inzake het overleg tussen uw administratie en de diensten van de Europese Commissie inzake een afwijking op artikel 232 van de btw-richtlijn? 3. In het voorstel van EU-richtlijn (ViDA) is bepaald dat lidstaten kunnen toestaan dat gegevens van elektronische facturen worden doorgezonden in andere gegevensformaten die de interoperabiliteit met de Europese norm voor elektronische facturering waarborgen. Kunt u hier meer duiding bij geven? 4. In uw antwoord op mijn vraag nr. 1090 van 27 juni 2022 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2021-2022, nr. 90) gaf u aan dat mijn wetsvoorstel wel voorziet dat elektronische facturen moeten voldoen aan de Europese norm voor elektronische facturering, maar niet de wijze van overdracht bepaalt en dus niet alle interoperabiliteitsproblemen zou oplossen. Ook het voorstel van richtlijn (ViDA) lijkt hierin geen keuze in te maken. Kunt u hier meer duiding over geven? Waarom wordt niet voor Pan-European Public Procurement On-Line (Peppol) gekozen? 5. Zoals nu wordt voorgesteld in het voorstel van EU-richtlijn van de Raad (ViDA), vallen de wijziging van de btw-richtlijn met betrekking tot e-facturatie onder artikel 1 van de voorgestelde richtlijn. Indien wordt verdergegaan op dit voorstel van EU-richtlijn, zouden de EU-lidstaten deze bepalingen met ingang van 1 januari 2024 dienen toe te passen, wat relatief snel is. Kunt u een stand van zaken geven inzake de verdere ontwikkeling van e-facturatie op EU-niveau en de implicaties voor België. |
Status | 1 réponse normale - normaal antwoord - Gepubliceerd antwoord |
Publicatie antwoord |
![]() |
Publicatiedatum | 22/03/2023, 20222023 |
Antwoord |
Er is inderdaad overleg geweest tussen mijn administratie en de diensten van de Europese Commissie in het kader van de voorbereiding van de aanvraag tot afwijking van artikel 218 en 232 van de btw-richtlijn. Zoals u aangeeft, is een dergelijke aanvraag noodzakelijk om de uitreiking van gestructureerde elektronische facturen tussen belastingplichtigen te kunnen verplichten. Op basis van dit overleg is gebleken dat die verplichting moet worden vervolledigd met een systeem van elektronische rapportering. Deze rapporteringsverplichting zal niet alleen een belangrijke bijdrage kunnen leveren om de btw-kloof (VAT Gap) te verminderen, maar ze zal ook een belangrijke administratieve vereenvoudiging voor ondernemingen betekenen via de opheffing van de verplichte jaarlijkse lijst van belastingplichtige afnemers. In het ViDA (VAT in the Digital Age)-voorstel is ten aanzien van het formaat van gestructureerde elektronische facturen enkel bepaald dat lidstaten die de verplichting opleggen om dergelijke facturen uit te reiken, die facturen moeten aanvaarden wanneer ze zijn uitgereikt overeenkomstig de Europese standaard die is vastgelegd in Richtlijn 2014/55/EU. Mijn beleidscel en mijn administratie bereiden momenteel een wijziging voor van de nationale btw-regels met betrekking tot facturering, met de bedoeling om op termijn de uitreiking van gestructureerde elektronische facturen tussen belastingplichtigen te verplichten. Het ViDA-voorstel beperkt zich vooralsnog tot een loutere verwijzing naar de Europese standaard die momenteel betrekking heeft op de semantiek en de syntax van de facturen en niet op de wijze van verzending. Het voorstel maakt op dat punt dus inderdaad geen keuze. Zonder dat het mogelijk is voorafnames te doen op het verdere verloop van de onderhandelingen in de Raad met betrekking tot het ViDA-voorstel, moet worden vastgesteld dat dit specifieke punt momenteel aanleiding geeft tot aanzienlijke discussie. Het is derhalve zeker niet onmogelijk dat er op dit punt nog stappen zullen worden gezet, ook al kan nu nog niet concreet worden aangegeven wat daarvan het concrete eindresultaat zal zijn. Zelf ben ik er alvast voorstander van om ook de wijze van verzending van gestructureerde elektronische facturen te stroomlijnen zodat ook op dat vlak een maximale interoperabiliteit wordt verzekerd. In het kader van de wijziging van de btw-reglementering die mijn beleidscel en mijn administratie voorbereiden, zal daaraan dan ook de nodige aandacht worden besteed. De wijzigingen die door de Europese Commissie worden voorgesteld inzake de btw-regels met betrekking tot facturering, zouden volgens het voorstel inderdaad in werking treden op 1 januari 2024. Dergelijke datum van inwerkingtreding werd evenwel bij de publicatie van het voorstel bij wijze van inschatting door de diensten van de Europese Commissie opgenomen, rekening houdend met een relatief snelle goedkeuring van het voorstel. Het ViDA-voorstel bevat evenwel drie aparte luiken, met name elektronische facturering en rapportering, de platformeconomie en de unieke identificatie voor btw-doeleinden binnen de Europese Unie. Het verloop van de onderhandelingen op de Raad doet vermoeden dat het enige tijd zou kunnen duren vooraleer tussen de lidstaten overeenstemming kan worden bereikt over alle luiken van het voorstel. |
Eurovoc-hoofddescriptor | ECONOMISCH BELEID |
Eurovoc-descriptoren | ONDERNEMING | FACTURERING | ECONOMISCH BELEID | EG-RICHTLIJN | EG COMMISSIE | BTW | ADMINISTRATIEVE FORMALITEIT | DOORGEVEN VAN INFORMATIE | AFWIJKING VAN HET COMMUNAUTAIR RECHT | ELEKTRONISCH DOCUMENT |