KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 547
CRIV 50 COM 547
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET HET BEKNOPT VERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC LE COMPTE RENDU ANALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
B
UITENLANDSE
B
ETREKKINGEN
C
OMMISSION DES
R
ELATIONS EXTÉRIEURES
dinsdag mardi
02-10-2001 02-10-2001
10:00 uur
10:00 heures
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
CRIV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Ferdy Willems aan de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de haatcampagne bij kinderen in de
Palestijnse gebieden" (nr. 5151)
1
Question de M. Ferdy Willems au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur "la
campagne d'incitation à la haine qui vise les
enfants dans les territoires palestiniens" (n° 5151)
1
Sprekers: Ferdy Willems, Louis Michel, vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken
Orateurs: Ferdy Willems, Louis Michel, vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "het Belgisch paspoort van de leden
van het moordcommando dat Massoud
executeerde" (nr. 5256)
3
Question de M. Francis Van den Eynde au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "le passeport belge dont étaient
munis les membres du commando ayant
assassiné M. Massoud" (n° 5256)
3
Sprekers: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken
Orateurs: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-premier ministre et ministre des
Affaires étrangères
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de quasi vijandige houding van
België ten overstaan van de Italiaanse regering"
(nr. 5339)
4
Question de M. Francis Van den Eynde au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "l'attitude quasiment hostile de la
Belgique vis-à-vis du gouvernement italien"
(n° 5339)
4
Sprekers: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken, Ferdy Willems
Orateurs: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-premier ministre et ministre des
Affaires étrangères, Ferdy Willems
Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de inkrimping van het UNHCR-
personeelskader ter begeleiding van de
repatriëring van de vluchtelingen in Burundi"
(nr. 5065)
6
Question de Mme Magda De Meyer au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "la réduction des effectifs du Haut
Commissariat aux Réfugiés chargés
d'accompagner les réfugiés rapatriés au Burundi"
(n° 5065)
6
Sprekers: Magda De Meyer, Louis Michel,
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken
Orateurs: Magda De Meyer, Louis Michel,
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères
Vraag van de heer Jacques Simonet aan de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de zending van de Europese trojka
naar Pakistan, Iran, Saoedi-Arabië, Egypte,
Jordanië en Syrië" (nr. 5345)
7
Question de M. Jacques Simonet au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur "la
tournée de la troïka européenne au Pakistan, en
Iran, en Arabie saoudite, en Egypte, en Jordanie
et en Syrie" (n° 5345)
7
Sprekers: Jacques Simonet, Louis Michel,
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken
Orateurs: Jacques Simonet, Louis Michel,
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères
CRIV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
COMMISSION DES RELATIONS
EXTÉRIEURES
van
DINSDAG
02
OKTOBER
2001
10:00 uur
______
du
MARDI
02
OCTOBRE
2001
10:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.13 uur door
de heer Jacques Lefevre, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.13 heures par M.
Jacques Lefevre, président.
01 Vraag van de heer Ferdy Willems aan de
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken over "de haatcampagne bij
kinderen in de Palestijnse gebieden" (nr. 5151)
01 Question de M. Ferdy Willems au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "la campagne d'incitation à la
haine qui vise les enfants dans les territoires
palestiniens" (n° 5151)
01.01 Ferdy Willems (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, vooreerst wil ik ten aanzien van de vice-
premier mijn erkentelijkheid uitdrukken over het
werk dat hij de voorbije maand heeft gepresteerd.
De doelstellingen die hij nastreeft lonen de moeite,
maar ik weet niet of ze zullen kunnen worden
gerealiseerd. Hij zal het tenminste hebben
geprobeerd.
Reeds een hele tijd geleden, op 16 juli
jongstleden, heb ik het verzoek ingediend om de
minister over deze problematiek, die vandaag
meer dan ooit actueel is, te ondervragen. Ik
betreur dat ik dit niet kon in de vorm van een
interpellatie. Ik had dat nochtans gevraagd. Ik stel
met enige bitterheid vast dat indien het gaat om
een politie-incident in Voeren, vijf
interpellatieverzoeken tegelijk onmiddellijk worden
ingewilligd. Voor dit probleem, dat toch mondiale
proporties aanneemt, kan dit kennelijk niet.
Bijgevolg is het mij ook niet mogelijk een motie in
te dienen, hoewel ik dat graag had gedaan.
Ik wil onderstrepen dat mijn uiteenzetting
gevaarlijk is, want ik probeer te nuanceren, wat in
de politiek zelden welkom is. De politiek wenst
zwart-witverhalen, cowboys en indianen, goeden
en slechten. Laat er in elk geval geen misverstand
over bestaan, ik blijf bij mijn standpunt dat ik nu
reeds twee jaar lang verdedig. Voor mij zijn de
hoofdverantwoordelijken voor de problemen in
Israël en Palestina de uitingen van
staatsterrorisme van de staat Israël, waarbij ik een
onderscheid maak met het joodse volk. Juist
omdat ik dit reeds herhaaldelijk heb gezegd en
aangeklaagd, durf ik dat vandaag nog te doen. Ik
ben niet aan mijn proefstuk toe wat dat betreft. De
minister zal zich nog wel herinneren dat ik
dezelfde toon heb aangeslagen in Gaza,
tegenover de Palestijnse autoriteiten.
Ik heb hetzelfde gezegd in Gaza en in de
gemeenschappelijke commissie van de Senaat,
tegenover de vertegenwoordigers van de
Palestijnse autoriteiten. Kritische geluiden moeten
kunnen worden gehoord, ook door vrienden. Het
kernprobleem dat ik vandaag wil aanklagen is dat
er in schoolboeken, bestemd voor kinderen van
het lager en het middelbaar onderwijs en in tv-
kinderprogramma's, met Mickey Mouse en
plaatselijke tante Terry's, er heel duidelijke en
keiharde oproepen worden gedaan tot haat, tot de
jihad, de heilige oorlog.
Waar het vandaag specifiek over gaat, zijn hart en
ziel beroerende uitspraken van kinderen,
oproepend tot zelfmoord, toegejuicht door
volwassenen. Ik wou een videofilm van een tiental
minuten tonen, maar dit schijnt vandaag technisch
niet mogelijk te zijn. Ik had de vertoning van deze
video reeds in mijn interpellatie aangekondigd,
maar ik heb er vorige week niet meer aan
gedacht. Ik zal de videofilm aan de minister
overhandigen. Indien hij het de moeite waard acht,
zal hij hem hier laten vertonen. Ik beperk me tot
02/10/2001
CRIV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
één klein citaat - het is een boekje van een
vijftiental bladzijden, vol citaten - uit een
schoolboekje voor kinderen van twaalf jaar. Het is
een gedicht:
"Moeder, mijn vertrek, mijn dood is nabij
Bereid de grafzerk voor
Moeder, ik stap naar de dood,
ik zal niet aarzelen.
Moeder, ween niet als ik sterf,
mijn dood schrikt mij niet af,
mijn lot is te sterven als martelaar".
Dit staat in handboeken voor schoolkinderen.
Deze toon heb ik in tientallen citaten
teruggevonden. Idem dito, want het is echt
aangrijpend, op de videobeelden.
Ik heb vroeger ook reeds andere zaken
aangeklaagd, zoals folteringen in opdracht van de
Palestijnse autoriteiten, het bestaan van de
doodstraf, het gebrek aan persvrijheid, het
vrijlaten van gevangenen van gemeen recht, maar
dit verdient apart te worden aangeklaagd. Ik sta
niet alleen met deze aanklacht. Ook Amnesty
International en de Liga van de Rechten van de
Mens hebben uitdrukkelijk verklaard dat, naast
wat zij aan Israël verwijten en dat is niet niks
zij over deze zaak kritische bedenkingen hebben
ten aanzien van de Palestijnse autoriteiten. Ik
mocht tot mijn vreugde vaststellen dat het
Belgisch voorzitterschap hierover een mededeling
heeft gedaan. Ik citeer de tekst zelf heb ik niet
letterlijk uit de De Morgen van gisteren: "Het is
ontoelaatbaar dat schoolkinderen aan die
betogingen deelnemen, aangezien zij daarbij
ernstige risico's lopen".
De Palestijnen antwoorden hierop dat het normaal
is dat kinderen op straat komen, omdat net de
kinderen en de jongen mensen het meest
gefrustreerd zijn. Men haalt ook passages uit de
Koran aan om de jihad en het martelaarsschap
voor de goede zaak op te hemelen. Als reactie op
wat minister Michel namens de Europese
Gemeenschap heeft gezegd, heeft minister Erekat
letterlijk gezegd dat minister Michel slachtoffer en
beul op voet van gelijkheid plaatst.
Het is mogelijk om voor deze argumenten enig
begrip op te brengen, maar echt overtuigen
kunnen ze mij toch niet. Het aanzetten van kleine
kinderen van zeven à acht jaar tot het plegen van
zelfmoord is altijd een inhumane zaak, wat de
omstandigheden ook zijn. Op politiek vlak is wat
de Palestijnse autoriteit hier toestaat en
misschien zelfs stimuleert zelfs contraproductief
voor de eigen zaak. Op het internationale forum
krijgen ze daardoor zware tegenwind. Het bewijs
is er: het is Israël dat dit terecht aanklaagt.
Mijn voornaamste bezwaar is dat men op deze
manier in de nabije toekomst nooit vrede kan
verkrijgen. Zelfs erger, men hypothekeert de
toekomst, want er zal ooit een ogenblik moeten
komen dat Joden en Palestijnen met elkaar zullen
moeten samenleven.
Mijnheer de minister, uw diensten hebben mij
gevraagd u de teksten te bezorgen waarnaar ik
heb verwezen. Ik meen dat dat reeds is gebeurd.
De video hebt u blijkbaar nog niet, maar ik zal
hem u bezorgen. Ik denk dat deze documentatie
nuttig kan zijn in uw contacten met de Palestijnen.
Misschien zullen ze naar u luisteren, want u hebt
een toch wel merkwaardige rol van bemiddelaar in
dit conflict. Met deze interpellatie wens ik een
steentje bij te dragen aan het bewerkstelligen van
de vrede.
01.02 Minister Louis Michel: Mijnheer de
voorzitter, uiteraard verwerpt de Belgische
regering categorisch elke vorm van racisme, in
welke gedaante het zich ook manifesteert. Dit
geldt in het bijzonder voor haatcampagnes die
worden gevoerd om een volk tegen een ander op
te zetten. De feiten die u aanhaalt verdienen dan
ook de nodige aandacht, al dient men in dit geval
wel rekening te houden met de speciale toestand
in het Midden-Oosten, waar de betrokken partijen
ook een ware battle of narratives voeren. Men
gebruikt de eigen visie op de geschiedenis om de
eigen aanspraak de nodige legitimiteit mee te
geven. Het spreekt voor zich dat elk volk zijn eigen
visie op de geschiedenis heeft. Zolang er echter
geen sprake is van het aanzetten tot haat jegens
een volk, is het moeilijk voor derden om in dit
conflict van interpretaties tussenbeide te komen
en een zogenaamde objectieve visie op de
geschiedenis op te leggen.
De feiten die u aanhaalt hebben betrekking op het
schoolcurriculum dat wordt gehanteerd door de
Palestijnse autoriteiten. Toen de Palestijnse
autoriteiten in 1994 de bevoegdheid over
onderwijs toevertrouwd kregen, werden zij
geconfronteerd met onderwijssystemen in Gaza
en de Westelijke Jordaanoever die sterk van
elkaar verschilden, omdat respectievelijk
Egyptische en Jordaanse schoolboeken werden
gebruikt. De eenmaking van het Palestijnse
onderwijssysteem in het bijzonder van het
schoolcurriculum vormde dan ook een van de
prioriteiten van de Palestijnse autoriteiten. Het is
pas in september 2000 dat de eerste nieuwe
schoolboeken werden ingevoerd voor het eerste
CRIV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
en het zesde leerjaar. De andere schooljaren
zullen later aan bod komen. De inhoud van de
Palestijnse schoolboeken is al door verschillende
landen en instellingen aan een nader onderzoek
onderworpen, onder meer door het Center for
Monitoring the Impact of Peace. In het Franse
maandblad L'Arche wordt daarnaar verwezen.
Uit deze studie blijkt dat de nieuwe schoolboeken
een verbetering vormen op de voorgaande, in het
bijzonder wat openlijke antisemitische
verwijzingen en oproepen tot de vernietiging van
Israël betreft. Studies van andere instellingen
lijken deze voorzichtige positieve evaluatie te
bevestigen, al is er zeker nog ruimte voor verdere
verbetering. Daartegenover staat dat men moeilijk
kan eisen dat in deze boeken Israëls visie op de
geschiedenis terug te vinden zou zijn.
Ik kan u verzekeren dat ik deze aangelegenheid
zeer ernstig opneem en van nabij zal blijven
volgen. Het consulaat-generaal van België in
Jeruzalem zal niet nalaten mij elke uiting van
racisme of antisemitisme te signaleren. In dat
geval zal ik ook niet aarzelen om dit ter sprake te
brengen bij de Palestijnse autoriteit. Ik doe dit
trouwens geregeld. Na dat persbericht heb ik nog
een contact gehad met Arafat die zeer ontevreden
was over dit persbericht. De vrede in het Midden-
Oosten zal alleen maar een kans op slagen
kennen indien de jeugd ook wordt opgeleid tot
vrede en geleerd wordt om begrip op te brengen
voor het standpunt van de ander.
01.03 Ferdy Willems (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, ik dank de minister voor zijn antwoord
dat mij voldoening schenkt. Ik wil eindigen met de
belangrijke voetnoot de belangrijkste tekst van
de hele brochure die terug te vinden is op
bladzijde 2 van de brochure: "Als men deze
teksten gelezen heeft, zou men zich kunnen
afvragen of wij de inspanningen voor vrede nog
wel moeten voortzetten". Naar mijn smaak is het
antwoord dat daarop wordt gegeven correct:
"Precies daarom moeten we deze zaken blijven
aanklagen en de ingeslagen weg blijven volgen".
Ik meen dat we dit elk op onze positie trachten te
bereiken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Francis Van den Eynde
aan de vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken over "het Belgisch
paspoort van de leden van het
moordcommando dat Massoud executeerde"
(nr. 5256)
02 Question de M. Francis Van den Eynde au
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "le passeport belge dont étaient
munis les membres du commando ayant
assassiné M. Massoud" (n° 5256)
02.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
collega's, dat internationale spionnen en
terroristen graag Belgische paspoorten gebruiken,
is niet nieuw. Trotski werd vermoord door iemand
met een Belgisch paspoort. Naar verluidt heeft dit
te maken met het feit dat dit land uit twee volkeren
bestaat. Ik verklaar mij nader. Wanneer iemand
met een Frans paspoort rondloopt dan wordt hij
verondersteld goed Frans te spreken. Iemand met
een Engels paspoort die slecht Engels zou
spreken, valt vlug door de mand. Iemand met een
Belgisch paspoort die in het Frans wordt
aangesproken en in slecht Frans antwoordt, kan
nog altijd beweren een Vlaming te zijn of
omgekeerd. Of dit de juiste uitleg is, weet ik niet.
Het is echter een feit dat onze paspoorten
gegeerd zijn op die markt en vaak worden gebruikt
voor dit soort van activiteiten.
Naar aanleiding van de crisis rond Afghanistan
werd een aanslag gepleegd op de voornaamste
oppositieleider, Massoud. Die aanslag werd
gepleegd door twee Marokkanen die in België
leven. Volgens de pers zouden zij voor hun actie
gebruik hebben gemaakt van Belgische
paspoorten die uit een ambassade zouden zijn
gestolen. Zij zouden dus geen paspoort hebben
aangevraagd in België, maar wel een paspoort
hebben gebruikt dat gestolen was.
Ik had aan de minister van Buitenlandse Zaken
willen vragen of hij dit gedeelte van het verhaal
kan bevestigen. Is hij niet van mening dat, gelet
op de omstandigheden waarin wij leven, de
spanningen die op dit ogenblik in de wereld
bestaan en de dreiging die van het internationaal
terrorisme uitgaat, er bijzondere maatregelen
moeten worden getroffen om de paspoorten, die
zich op ambassades bevinden, beter te
beschermen?
Ik zou ook van de minister willen vernemen of hij
weet waarom de betrokkenen van een gestolen
paspoort hebben gebruik gemaakt in plaats van
met hun reële identiteit te voorschijn te komen. Is
het mogelijk dat de betrokkenen van België wel
een paspoort konden krijgen, maar niet van
Marokko, hun land van oorsprong?
02.02 Minister Louis Michel: Mijnheer de
voorzitter, de twee moordenaars van commandant
02/10/2001
CRIV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
Massoud hebben inderdaad Belgische paspoorten
gebruikt om via Pakistan naar Afghanistan te
gaan. Volgens de woordvoerder van de
Noordelijke Alliantie waren de moordenaars
vermoedelijk van Marokkaanse afkomst. Beide
paspoorten werden als blanco documenten
gestolen; één op 12 november 1999 in de
Belgische ambassade in Den Haag en een ander
op 9 februari 2001 in het Belgisch consulaat-
generaal van Straatsburg. De inbraken werden
onmiddellijk aan het Brusselse kantoor van
Interpol gesignaleerd.
De identiteiten die op de paspoorten werden
vermeld, zijn niet in de Belgische
bevolkingsregisters terug te vinden. We hebben
dit onderzocht op basis van fonetisch
gelijkklinkende namen. Ik kan dus niet bevestigen
dat de twee terroristen ooit in België hebben
gewoond.
02.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik
onthoud uit het antwoord dat de paspoorten
afkomstig waren van twee verschillende inbraken:
in Straatsburg en in Nederland. Daaruit mag ik
concluderen dat er misschien wat mis is met de
beveiliging van onze consulaten en ambassades.
Daarom wil ik nogmaals aandringen op het nemen
van de nodige maatregelen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Francis Van den Eynde
aan de vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken over "de quasi vijandige
houding van België ten overstaan van de
Italiaanse regering" (nr. 5339)
03 Question de M. Francis Van den Eynde au
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "l'attitude quasiment hostile de
la Belgique vis-à-vis du gouvernement italien"
(n° 5339)
03.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, in het
eerste gedeelte van mijn vraag herneem ik een
schriftelijke vraag die ik op 13 augustus aan de
eerste minister heb gesteld, maar waarop ik tot nu
toe geen antwoord heb gekregen.
In een interview in P-Magazine een nogal
verspreid weekblad in Vlaanderen verklaarde
pater Leman, de directeur van het Centrum voor
Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding, op
25 juli dat de eerste minister van Italië in feite deel
uitmaakt van de maffia. Ik beken dat het een
retorische vraag van de heer Leman was, waarop
de journalist voorzichtig antwoordde dat hij niet
goed wist of de eerste minister van Italië een
maffioso was. De pater antwoordde opnieuw: "Dat
is echte maffia".
Pater Leman is een hoge ambtenaar die
rechtstreeks afhangt van de diensten van de
eerste minister. Daarom wou ik de eerste minister
vragen of die vraag door de Belgische regering
wordt gedekt. Zo niet, welke maatregelen heeft de
regering inmiddels genomen ten overstaan van de
betrokken ambtenaar? Heeft de regering haar
verontschuldigingen aan de Italiaanse regering
aangeboden?
Mijnheer de minister, ik concludeer nu al uit uw
lach dat u met de beschuldigingen van pater
Leman akkoord gaat.
Naar mijn mening is het normaal dat wanneer een
hoger ambtenaar zich op deze wijze zou uitlaten
over om het even welk staatshoofd in de wereld
ik denk aan het Russische staatshoofd dat op dit
ogenblik bij ons op bezoek is en niet echt
onbesproken is er dan toch verontschuldigingen
zouden volgen.
Vervolgens kom ik tot de tweede vraag. Naar
aanleiding van een verklaring die de heer
Berlusconi in Berlijn heeft afgelegd met betrekking
tot een beoordeling van de islam als
beschavingswaarde heeft de Belgische regering
zich zeer sterk verontwaardigd getoond ten
aanzien van de heer Berlusconi in het algemeen
en van die verklaringen in het bijzonder. Er kan
natuurlijk worden gezegd dat de heer Berlusconi
niet langer vrij is om uitspraken te doen "naar
eigen mening". Enerzijds, kan ik begrijpen dat
wanneer men in West-Europa deel uitmaakt van
verschillende gezamenlijke allianties, men
probeert met elkaar te confereren en standpunten
inneemt; anderzijds, heb ik toch de indruk dat de
Belgische regering op de meest sterke en
gemuscleerde manier heeft gereageerd ten
aanzien van de uitspraken van de heer Berlusconi,
zodat hij als het ware als een soort Vlaams-
Blokker "avant la lettre" werd beschouwd en in de
ban van de Kerk, van de weldenkenden werd
geslagen. Ook dat verbaast mij. Ik vernam dan
ook graag waarom de regering zo hard heeft
gereageerd.
03.02 Minister Louis Michel: Mijnheer de
voorzitter, de reacties van de eerste minister en
van mezelf op de verklaringen van de heer
Berlusconi zijn genoegzaam bekend: zij waren
kristalhelder en niet voor interpretatie vatbaar.
CRIV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
Om nog duidelijker te zijn: ik vond en ik vind de
verklaringen van de heer Berlusconi totaal en
definitief onaanvaardbaar. Het zijn beweringen die
niet passen, die door niets zijn gerechtvaardigd,
noch op cultureel, noch op politiek, noch op
historisch vlak. Die uitspraken waren schandelijk.
Mijnheer Van den Eynde, de uitspraken waren niet
alleen niet gepast en onrechtvaardig, ze hebben
bovendien voor heel wat problemen gezorgd op
een ogenblik dat wij een boodschap brachten in
de moslimlanden en tegenover de islam. Er is hoe
dan ook geen sprake van de moslims, de islam en
de Arabische wereld gelijk te stellen met
terrorisme. Laat dit duidelijk zijn. Ik voeg er nog
aan toe dat vorige vrijdag op de Top van
staatshoofden en de regeringsleiders unaniem
besloten werd die boodschap in die landen te
brengen. Dat was het mandaat dat wij hebben
gekregen. De verklaring van de heer Berlusconi
was ten gronde, noch formeel gepast. Zij is
schandelijk.
03.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, ik stel eerst en vooral vast
dat de vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken niet geantwoord heeft op de
uitlatingen van pater Leman. Ik zal daar later op
terugkomen.
Ik stel ook vast dat de vice-eerste minister en
minister van Buitenlandse Zaken de uitlatingen
van de heer Berlusconi, waarin trouwens het
woord terrorisme niet voorkwam, maar wel
beschaving, historisch en cultureel onverantwoord
vindt en bovendien schandelijk en politiek
onverantwoordelijk. Ik heb voor de vice-eerste
minister en minister van Buitenlandse Zaken van
België twee andere citaten: "De vraag is of de
islam wel in overeenstemming te brengen is met
de liberale democratie en de vrijheid, de
verdraagzaamheid, de verscheidenheid en het
tegensprekelijk debat zonder dewelke geen open
samenleving mogelijk is". Tweede citaat: "Is de
zaak-Rushdie niet het ultieme bewijs van de
onmogelijkheid van de islam zich in te passen in
onze samenleving? Toont zij niet aan dat de islam
in wezen een intolerante en totalitaire ideologie is
die botst met de culturele, morele en juridische
voorschriften die gelden in een open en
democratische samenleving?"
Mijnheer de voorzitter, ik herinner eraan dat de
auteur van die citaten Guy Verhofstadt is in het
Burgermanifest op bladzijden 64 en 65. Ik heb
daar niets meer aan toe te voegen en merk met
genoegen dat leden van de meerderheid
gechoqueerd zijn door die citaten. Ik neem aan
dat zij daaruit de politieke consequenties zullen
trekken.
03.04 Louis Michel, ministre: Monsieur le
président, de nouveau, ce que nous venons
d'entendre, c'est l'amalgame odieux entre le
fondamentalisme, l'intégrisme et les courants
intégristes au sein de l'Islam. Dois-je rappeler qu'il
existe de tels courants également au sein d'autres
religions? Faire cet amalgame est
intellectuellement scandaleux. Je le dis et le
répète: cela ne sert personne, cela ne sert pas la
paix, cela ne sert pas le rapprochement entre les
cultures. Cela ne sert qu'une basse démagogie,
qu'il faut dénoncer. Et c'est une des raisons qui
font que les démocrates ne considéreront jamais
les hommes et les femmes politiques qui
pratiquent ce genre d'amalgame comme des gens
fréquentables. Parce qu'ils ont tout faux. Et c'est
scandaleux. Je n'ai pas de mots assez durs pour
condamner de tels propos.
De plus, dans le contexte que nous connaissons,
tenir de tels propos, c'est nous infliger une
humiliation de plus. Car, dans tous les conflits que
nous connaissons et qui ont trait à cela, nous
savons tous ce que l'humiliation génère de
drames, d'injustice et de violence. Et parler de la
sorte, c'est irresponsable. Je ne peux rien dire
d'autre. Je n'ai d'ailleurs pas envie de répondre à
ce genre de choses. C'est tellement excessif et
choquant. C'est immoral ou amoral.
03.05 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, ik meen dat ik het laatste
woord krijg. Ik vraag mij af of de vice-eerste
minister op dit ogenblik enigszins gehoorgestoord
is of niet. Daarom herhaal ik dat het citaat dat ik u
gegeven heb een citaat van Guy Verhofstadt is,
terug te vinden in zijn Burgermanifest op de
bladzijden 64 en 65. De vice-eerste minister zal
wel zo vriendelijk zijn de boodschap aan zijn
eerste minister over te brengen. Misschien kan die
dan overgaan tot openbare zelfkritiek. Na zoiets
ergs gezegd te hebben, weet ik niet of hij nog kan
functioneren als eerste minister.
03.06 Ferdy Willems (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, ik wil nog drie kleine punten aanhalen.
03.07 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, dit is geen debat. Kan
iedereen het woord nemen?
De voorzitter: Het is geen debat, het is een
vraag.
02/10/2001
CRIV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
03.08 Ferdy Willems (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, ik wil nog drie zeer kleine bemerkingen
formuleren, want ik weet dat ik eigenlijk niet
conform het Reglement handel. Ten eerste, twee
jaar geleden heb ik reeds gewezen op de figuur
Berlusconi, nog voor hij eerste minister was. Wat
nu gebeurt, verbaast mij dan ook niet in het minst.
Ten tweede, ook ik zet mij af tegen het amalgaam
dat men maakt. Men kan de islam of elke andere
godsdienst beschuldigen van intolerantie, ook het
katholicisme, het protestantisme en de orthodoxe
kerken. Misschien kan men het boeddhisme daar
niet van beschuldigen. Dat is dan de enige
uitzondering. Ook de vrijzinnigheid kan hiervan
beschuldigd worden. Denk maar aan de Franse
revolutie waarbij in 1789 alle kunstschatten
werden vernield. Ook het communisme kan
hiervan worden beschuldigd. Elke godsdienst,
ideologie en filosofie kan men aan de hand van
voorbeelden de hemel in prijzen of verdoemen.
Ten derde, ik voel mij gechoqueerd. Als dit in het
Burgermanifest van Verhofstadt staat, dan zou
daarover enige uitleg moeten komen. Voor mij is
dit iets nieuws.
03.09 Louis Michel, ministre: Monsieur le
président, je voulais simplement dire qu'il est
évidemment extrêmement facile de retirer une
phrase d'un contexte, d'une réflexion académique
ou littéraire. On peut évidemment tout en faire. Il
est clair que c'était indiscutablement une allusion
au fondamentalisme, que ce soit de l'Islam ou à la
limite de la religion catholique. Il y a des
fondamentalistes partout, il y a des intégristes
partout, il y a des intolérants partout. Il y en a
même ici, c'est clair! Nous sommes servis en
intolérance! Il faut vivre avec ce phénomène. Que
voulez-vous que je vous dise d'autre?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken over "de inkrimping van het
UNHCR-personeelskader ter begeleiding van de
repatriëring van de vluchtelingen in Burundi"
(nr. 5065)
04 Question de Mme Magda De Meyer au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "la réduction des effectifs du
Haut Commissariat aux Réfugiés chargés
d'accompagner les réfugiés rapatriés au
Burundi" (n° 5065)
04.01 Magda De Meyer (SP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, mijn vraag dateert
reeds van voor het zomerreces en raakte een
beetje op het achterplan. De vraag is wellicht
reeds door de feiten achterhaald, maar ik zal ze
toch stellen aangezien de problematiek mij vanop
het terrein werd gesignaleerd. Het gaat over de
plannen of misschien reeds de uitvoering ervan
van het Hoog Commissariaat voor de
Vluchtelingen van de Verenigde Naties om hun
personeelskader met ingang van 1 augustus 2001
met 55 eenheden te verminderen. De huidige
Burundese regering die op grond van het Arusha-
akkoord door een nieuwe transitregering moet
worden vervangen, legt duidelijk onvoldoende ijver
aan de dag om de terugkeer van de vluchtelingen
voor te bereiden, zoals bijvoorbeeld het ter
beschikking stellen van grond, gezondheidszorg,
onderwijs, enzovoort. Wetende dat na het aan de
macht komen van president Ndadaye, omwille van
een identieke, onvoorbereide repatriëring en een
gebrek aan opvang, een sociale chaos is ontstaan
die de directe aanleiding tot de genocide vormde,
is deze geplande personeelsinkrimping op zijn
zachtst gezegd ondoordacht. De mensen op het
terrein maken zich zorgen over het vredesproces
dat in gang is gezet en het feit dat het
verminderen van de staf van het Hoog
Commissariaat voor de Vluchtelingen van de
Verenigde Naties daarop een negatieve invloed
zou hebben.
Mijnheer de minister, wat is het standpunt van de
Belgische regering terzake? Hebt u reeds contact
met de Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen
van de Verenigde Naties gehad, wetende dat
iedereen ervan overtuigd is dat de repatriëring van
de Burundese vluchtelingen een zegen is, zowel
voor Burundi als voor Tanzania?
04.02 Minister Louis Michel: Mijnheer de
voorzitter, bij zijn aantreden werd de heer Lubbers
geconfronteerd met een onaanvaardbare situatie,
namelijk geplande uitgaven van gemiddeld één
miljard dollar over de laatste vijf jaren tegenover
reële inkomsten van gemiddeld 700 miljoen dollar,
met uitzondering van 1999 toen aanzienlijke maar
eenmalige hogere bijdragen als gevolg van de
Kosovo-crisis werden geregistreerd. Het ziet
ernaar uit dat het UNHCR in Genève van plan is
drastisch te besnoeien op het bureau in
Bujumbura. Dit zou in hoofdzaak neerkomen op
een personeelsvermindering waarbij 63 van de 98
jobs zouden worden geschrapt. Het bureau in
Bujumbura pleit tegen deze vermindering en stelt
een afslanking van 46 jobs voor. Bovendien
argumenteert het bureau in Burundi dat een groot
deel van het budget voor 2001 van buitenaf wordt
gefinancierd, namelijk 6 miljoen dollars door de
CRIV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
Europese Unie, 500.000 dollars door Zwitserland
en 800.000 dollars door de Wereldbank, zodat de
financiële last voor Genève niet te groot is.
Het UNHCR zorgt voor de opvang van
vluchtelingen uit de DRC in Burundi, maar spitst
zijn projecten vooral toe op een mogelijke
terugkeer van circa 500.000 Burundese
vluchtelingen uit Tanzania. Zodra de vrede in
Burundi is hersteld, beschikt het UNHCR over een
uitgebreid programma dat niet alleen de opvang
van terugkerende vluchtelingen omvat, maar ook
projecten uitvoert, infrastructuren opzet,
enzovoort, in de dorpen die de vluchtelingen
opnieuw moeten opvangen. Het gaat dus om een
vrij ruime opdracht die rechtstreeks met de
wederopbouw van Burundi verband houdt,
vandaar ook de financiering door de Europese
Unie. Wat de opvang van de vluchtelingen betreft,
heeft het UNHCR dan ook een bijzondere
opdracht in het kader van het vredesakkoord van
Arusha. Bovendien maakt het UNHCR deel uit van
de tripartiete commissies tussen Burundi, en die
de problematiek van vluchtelingen begeleidt.
Wat is het Belgische standpunt terzake? Hoewel
het er niet naar uitziet dat de Burundese
vluchtelingen snel naar Burundi zullen terugkeren
de toestand blijft immers zowel politiek als op
het vlak van de veiligheid zeer gespannen vrees
ik dat een forse besnoeiing van de operatie van
het UNHCR een negatief signaal zou kunnen
geven.
Hoewel het er niet naar uitziet dat Burundese
vluchtelingen snel naar Burundi zullen terugkeren
de toestand blijft immers zowel politiek als op
het vlak van de veiligheid zeer gespannen , vrees
ik dat een forse besnoeiing van de UNHCR-
operaties een negatief signaal zou kunnen geven,
des te meer omdat die zeer turbulente Centraal-
Afrikaanse regio gekenmerkt wordt door
geregelde vluchtelingenstromen. Op het ogenblik
zou dat zeer ongewenst zijn.
Aangezien een inkrimping wellicht nodig, zelfs
onontbeerlijk is, zou ze minder drastisch kunnen
worden uitgevoerd. Ik maak mij zorgen om de
politieke impact van die beslissing en de
beperkingen die aan het bureau in Bujumbura
zullen worden opgelegd.
Volgens mijn informatie beweert het bureau in
Bujumbura dat het in staat is met het
overblijvende team zijn actieplannen te kunnen
aanpassen. Het wenst echter dat er garanties
komen dat de ploeg niet verder wordt afgeslankt.
In dat opzicht zou een evaluatiemissie welkom
zijn.
Ik heb reeds onze zorg over de maatregel in
Genève kenbaar gemaakt en gesuggereerd dat
een zending ter plaatse de werkelijke impact
ervan zou onderzoeken.
04.03 Magda De Meyer (SP): Mijnheer de
voorzitter, ik dank de minister voor zijn antwoord.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. Jacques Simonet au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "la tournée de la troïka
européenne au Pakistan, en Iran, en Arabie
saoudite, en Egypte, en Jordanie et en Syrie"
(n° 5345)
05 Vraag van de heer Jacques Simonet aan de
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken over "de zending van de
Europese trojka naar Pakistan, Iran, Saoedi-
Arabië, Egypte, Jordanië en Syrië" (nr. 5345)
05.01 Jacques Simonet (PRL FDF MCC):
Monsieur le président, lors de la tournée effectuée
avec la troïka européenne au Moyen et au
Proche-Orient tournée qui avait pour but de
réunir une grande coalition internationale contre le
terrorisme , le ministre des Affaires étrangères a
eu l'occasion de rencontrer un certain nombre de
dirigeants de pays du Moyen et du Proche-Orient.
Le but de l'Union européenne était, d'une part, de
connaître la position exacte de ces pays avant
toute opération de nature militaire et, d'autre part,
de mesurer leur volonté de s'impliquer dans la
lutte de nature diplomatique contre le terrorisme;
je pense ici notamment au renforcement des
contrôles sur le financement et l'aide militaire qui
peuvent être apportés à certains groupes
terroristes actifs (Arabie Saoudite et Iran), à
l'isolement diplomatique des Talibans en ce qui
concerne plus particulièrement l'Arabie Saoudite,
à l'ingérence indirecte à travers le soutien au
régime des Talibans (services secrets
pakistanais) et finalement à l'amalgame implicite
que l'on fait entre les actions terroristes, les
relations israélo-arabes, la situation irakienne et la
politique américaine dans ces différentes
questions.
Quelle est l'analyse que fait le ministre de
l'évolution de la relation entre l'Arabie Saoudite et
les administrations américaines successives qui,
depuis la fin de la guerre du Golfe et plus
récemment depuis la montée en puissance du
prince héritier Abdallah, semblent se distendre?
02/10/2001
CRIV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
On a l'impression que la rupture des relations
diplomatiques avec les Talibans n'est finalement,
dans le chef de l'Arabie, qu'un geste de façade
alors que l'on devine que des relations
souterraines relativement opaques resteraient
extrêmement concrètes entre les Talibans et un
certain nombre de citoyens saoudiens.
L'Union européenne a, au cours de cette tournée,
décidé de relancer, de façon très nette, ses
relations avec l'Iran avec la volonté de débuter
des négociations afin d'arriver à la conclusion d'un
accord de coopération qui devra contenir un
important volet politique incluant notamment la
question des droits de l'homme. Il est
compréhensible qu'au nom d'un réalisme bien
compris, on ait gommé toute référence au soutien
du régime iranien au Hezbollah au profit de
l'accent qui est mis sur les difficultés que
rencontre l'Iran suite à l'afflux de réfugiés afghans
sur sa frontière est. Toutefois, je voudrais savoir
comment le ministre a l'intention de résoudre ce
dilemme dans le cadre d'une politique constructive
vis-à-vis de Téhéran.
Enfin, je voudrais rappeler au ministre notre
volonté qui est aussi la sienne de voir enfin se
concrétiser des progrès significatifs concernant le
processus de paix au Moyen-Orient. La rencontre
de la semaine passée entre M. Perez et M. Arafat
symbolise parfaitement l'impasse actuelle. Une
rencontre est jugée dans ce cas-ci comme étant
un pas en avant presque miraculeux alors que,
finalement, elle ne débouche sur aucune avancée
concrète. Depuis un an, on se trouve au centre de
ce que l'on appelle « la deuxième intifada ». Dès
lors, nous pensons que seule l'union des efforts
diplomatiques à la fois européens mais aussi
américains que le ministre réclame peut
durablement parrainer un processus de paix. Pour
conclure, l'objet de ma question est aussi de
demander au ministre des Affaires étrangères de
continuer activement dans la direction qu'il s'est
tracée.
05.02 Louis Michel, ministre: Monsieur le
président, chers collègues, lors de leur réunion du
20 septembre 2001 à Bruxelles, les chefs d'Etat et
de gouvernement de l'Union européenne ont
chargé la troïka d'exposer à certains pays, par des
contacts directs, la stratégie et le programme
d'action adoptés par l'Union dans la lutte contre
les terroristes. Notre initiative a été totalement
mandatée par le Conseil. Sur la base de ce
mandat, je me suis rendu mardi, mercredi et jeudi
de la semaine dernière, accompagné du haut
représentant de l'Union M. Solana du
commissaire compétent pour les relations
internationales M. Patten et de mon collègue
espagnol au Pakistan, en Iran, en Arabie
Saoudite, en Egypte et en Syrie. Au Caire, la
troïka a eu des contacts avec le gouvernement
égyptien et avec la Ligue arabe. J'ajoute que je
dois encore avoir un contact avec la Jordanie et le
Liban.
Quels étaient les objectifs de la troïka? Dans ces
cinq capitales, nous avons fait passer un triple
message. Tout d'abord, il était important que nous
exprimions notre reconnaissance pour la position
adoptée par ces capitales, visant à la
condamnation immédiate et explicite des attentats
meurtriers perpétrés à New York et à Washington.
Il importait également que nous témoignions du
soutien de l'Union européenne.
Deuxièmement, nous avons expliqué, lors de
notre visite, la stratégie de l'Union européenne,
ainsi que son plan d'action. Nous avons rappelé
que chaque Etat européen s'était engagé à
participer en fonction de ses moyens et à
condition que la réaction soit ciblée. C'est une
nuance importante, que j'ai tenu à exprimer et je
pense que le message est bien passé. Mais cela
ne veut pas dire que l'on ne sera pas totalement
solidaire de ce qui a été décidé. Je crois que la
position européenne est bien précise.
Enfin, nous avons explicitement appelé les pays
visités à donner priorité à la lutte contre le
terrorisme et à se joindre de façon inconditionnelle
aux efforts de la communauté internationale, afin
d'aider celle-ci dans la recherche et la
condamnation des responsables des attentats du
11 septembre.
Quant à la stratégie de l'Union européenne, nous
avons défini la position européenne en six
éléments clés. Tout d'abord, l'entière solidarité
avec les Etats-Unis dans leurs efforts pour arrêter
et punir les responsables des attentats terroristes,
mais aussi une solidarité avec toutes les nations
disposées à combattre ces responsables et tous
ceux qui encouragent, sponsorisent et financent
ces actes de terreur.
Ensuite, nous avons souligné que notre
détermination à donner une priorité à la lutte
contre le terrorisme est inconditionnelle. Nous
avons également rappelé que sur la base de la
résolution 1368 du Conseil de sécurité, une
riposte américaine est légitime et que les Etats
membres de l'Union sont prêts, chacun selon ses
moyens, à s'engager dans de telles actions. Ces
actions doivent être ciblées et peuvent être
dirigées contre les Etats qui aideraient,
CRIV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
soutiendraient ou hébergeraient des terroristes.
Un autre élément-clé est l'importance que nous
attachons à l'approche multilatérale de cette
question. Aucun pays ne peut vaincre le
terrorisme à lui seul. Seule une collaboration
étroite entre toutes les nations permettrait de
mener cette lutte de façon efficace et dynamique.
Il convient donc d'intensifier les efforts de la
communauté internationale. Il est clair que la
tâche qui incombera aux Nations unies sera
lourde, mais cruciale. En outre, nous avons
défendu notre approche globale et
multidisciplinaire. Le terrorisme a de nombreuses
facettes, qui impliquent chacune une approche
spécifique mais coordonnée. La lutte contre le
terrorisme concerne la sécurité du trafic aérien, le
dépistage des voies de financement secrètes, la
mise en place d'instruments juridiques, l'échange
de données entre les services d'information, la
garantie de la sécurité de nos citoyens, ainsi que
de nombreux autres aspects. Une politique anti-
terroriste globale et efficace intégrerait tous ces
aspects.
De plus, nous avons souligné que la lutte contre le
terrorisme exigera un effort soutenu. A court
terme, nous devons pouvoir identifier et arrêter les
responsables des attentats terroristes. Mais à
moyen et à long terme, nous devrons combattre
les racines profondes de ce fléau et détecter les
filières terroristes à ramifications multiples. Il s'agit
là d'un travail de longue haleine qui impliquera un
effort soutenu de la communauté internationale.
Finalement, nous avons souligné dans toutes les
capitales le rejet explicite par l'Union européenne
de toute assimilation des groupes terroristes
fondamentalistes au monde arabe ou islamique.
Pour l'Union européenne, il ne peut être question
d'identifier le terrorisme au monde arabe ou à
l'Islam. De la même façon, nous avons mis
l'accent sur le rejet par l'Union européenne de
toute tendance nationaliste, raciste et xénophobe
dans la lutte contre le terrorisme.
Il va de soi que la troïka a attiré l'attention sur le
coût croissant des réfugiés afghans qui prend des
proportions dramatiques.
Mijn conclusies zijn de volgende. Alle bezochte
landen hebben gewaardeerd dat de Europese
Unie de trojka heeft uitgezonden om in dialoog te
treden over de dramatische gebeurtenissen van
11 september. Ook het feit dat wij waardering
hebben uitgesproken voor de onmiddellijke
veroordeling van de aanslagen van 11 september
is op dank onthaald. Een dergelijke steunbetuiging
werd in sommige bezochte hoofdsteden eigenlijk
ook verwacht. Vergeten wij niet dat voor sommige
regeringen in de regio een veroordeling van de
terroristische aanslagen van 11 september geen
evidentie was en dus getuigde van moed. Wij
hebben dat ook gezegd.
Ik ben ervan overtuigd dat de Europese diplomatie
vorige week heeft gescoord en het terrein heeft
bezet met een coherente en slagkrachtige
strategie in de strijd tegen het internationale
terrorisme. Wij hebben gepleit voor
vastberadenheid om het internationale terrorisme
aan de wortel aan te pakken, maar ook voor
voorzichtigheid, redelijkheid en geduld bij het
uitoefenen van een recht op militair antwoord.
Deze Europese benadering vond bij onze
gesprekspartners volledige instemming.
Over een aantal specifieke punten heb ik tijdens
alle etappes grote overeenstemming kunnen
vaststellen. Zo is gebleken dat, met uitzondering
van de Syrische leider, niemand de Verenigde
Staten het recht ontzegt om de auteurs van de
aanslagen van 11 september te straffen, als hun
verantwoordelijkheid vaststaat en kan worden
bewezen. Al onze gesprekspartners hebben de
noodzaak onderstreept van een doelgerichte actie
die geen onschuldige slachtoffers maakt. Iedereen
vraagt Washington redelijkheid, geduld en
voorzichtigheid aan de dag te leggen bij het
uitoefenen van zijn recht van antwoord.
Ook over de cruciale rol die de Verenigde Naties
te spelen zullen hebben in de strijd tegen het
internationale terrorisme bestaat algehele
overeenstemming. De inspanningen die in het
verleden binnen de Verenigde Naties al werden
gedaan, worden gewaardeerd maar zullen na de
verschrikkelijke gebeurtenissen van 11 september
moeten worden opgevoerd. In deze context werd
door onze Egyptische gesprekspartners het idee
uitgetest van een Internationale Conferentie tegen
het Terrorisme, die onder auspiciën van de UNO
zou moeten worden georganiseerd. De Europese
Unie heeft daar zeker niet negatief op gereageerd,
maar ik heb gepleit voor een zeer grondige
voorbereiding en gewezen op het gevaar van
politisering van een dergelijke conferentie.
Volgens mij moet voor de voorbereiding de nodige
tijd worden genomen. Ik heb Durban meegemaakt
en dat lijkt mij niet voor herhaling vatbaar.
De gecoördineerde, multidisciplinaire aanpak werd
door iedereen gesteund. Sommige
gesprekspartners wezen spontaan op hun verzoek
om meer systematisch met de Westerse
regeringen te kunnen samenwerken om beter het
02/10/2001
CRIV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
terrorisme te kunnen aanpakken. Volgens hen
verlenen onze regeringen al te vaak onderdak aan
bewegingen allerhande, die terroristische
organisaties steunen. Ook om de financiering van
terroristische groepen beter te kunnen opsporen,
wordt meer medewerking gevraagd aan de
Westerse landen.
Het feit dat de Europese Unie uitdrukkelijk afstand
heeft genomen van de equatie van terrorisme met
de islam en de Arabische wereld werd overal sterk
gewaardeerd en bijzonder goed onthaald.
Tijdens onze gesprekken kwam meer dan eens
het idee te berde om iets te doen ten einde een
beter begrip te doen ontstaan tussen de
beschavingen. Als gevolg van de jongste
gebeurtenissen is er in een aantal bezochte
landen het besef gegroeid dat de regering in
Kaboel beter plaats zou maken voor een andere
met een brede en etnisch representatieve basis.
De VN heeft hier een belangrijke rol te spelen. In
elk geval moet worden vermeden dat een
dergelijke regering van buitenaf zou worden
opgedrongen. Als gevolg van deze trojkamissie
zal de EU een aantal bilaterale contacten met de
bezochte landen opdrijven. Aan Pakistan werd
onmiddellijke bijkomende hulp voor twintig miljoen
euro beloofd voor de opvang van Afghaanse
vluchtelingen. Verder zal de Europese Commissie
waarschijnlijk ook voorstellen snel over te gaan tot
de ondertekening van het handelsakkoord met
Pakistan. De EU ontwikkelingshulp aan Pakistan
zal worden opgevoerd. De politieke dialoog met
Iran zal worden geïntensifieerd. Ook zullen wij
meer aandacht besteden aan het
vluchtelingenprobleem aan de Iraans-Afghaanse
grens en aan de steeds maar groeiende
drugstrafiek in Iran, die zijn oorsprong vindt in
Afghanistan. De Europese Commissie heeft het
inzicht binnen afzienbare tijd een
vertegenwoordiging te openen in Riad. Ook
daartoe werd besloten. Ook met Egypte en Syrië
zal de politieke dialoog worden opgedreven.
Il est clair que l'Union européenne ne pourra pas
se limiter à une seule mission "troïka" pour
expliquer sa position et établir la base d'une
coalition globale contre le terrorisme international.
Ce thème est un point important de l'agenda du
Sommet Union européenne/Russie qui se tient
actuellement à Bruxelles.
Nous poursuivrons nos contacts avec les pays
candidats qui ont souscrit sans réserve aux
conclusions du Conseil européen, ainsi qu'avec
d'autres pays tiers. Pour la présidence belge, la
lutte contre le terrorisme est un sujet prioritaire.
Une stratégie efficace contre le terrorisme
implique des bases solides. J'en cite quelques-
unes qui, vous le verrez, ne sont pas facile à
réaliser:
- une définition internationalement acceptable de
ce que l'on peut considérer comme un acte de
terrorisme;
- une méthode visant à identifier des groupes
terroristes;
- une collaboration entre les services d'information
qui est basée sur la confiance;
- un mandat d'arrêt européen. Dans ce cadre,
nous ne disposons pas de beaucoup de
conventions, ni au niveau international, ni au
niveau européen.
Ces thèmes sont des missions prioritaires, aussi
bien pour l'Union européenne que pour la
communauté internationale. La tâche qui nous
attend ne sera pas simple parce que nous
devrons intensifier la lutte contre le terrorisme,
tout en respectant les libertés civiles reconnues au
sein de l'Union.
La mission la plus délicate qui nous attend sera
sans aucun doute le débat sur les racines du
terrorisme, surtout lors des trois escales arabes.
Ce thème a été abordé à plusieurs reprises et a
été mis en rapport avec le conflit israélo-arabe et
la question palestinienne toujours en suspens.
Un certain nombre de nos acteurs sont d'avis que
l'on ne doit pas tergiverser avec le terrorisme.
Cette constatation doit inciter l'Union européenne
à poursuivre de façon assidue la recherche d'une
solution à ces questions. Le fait que Washington
semble être disposée à s'investir davantage dans
la recherche d'une solution au Moyen-Orient a été
applaudi par tous les pays visités. Ceux-ci ont
d'ailleurs explicitement prié l'Union européenne de
continuer à encourager l'administration américaine
dans ce sens par des contacts directs.
En conclusion, je souhaiterais répéter que par
cette mission troïka, l'Union européenne a prouvé
non seulement son importance sur la scène
internationale ce n'est pas l'important mais
aussi et surtout qu'elle avait une valeur ajoutée
diplomatique.
Lors des différentes escales, nous avons
évidemment été reçus au plus haut niveau pour
des entretiens détaillés. J'ai vraiment le sentiment
que nous avons bien agi en définissant
rapidement, après les évènements dramatiques
du 11 septembre, une position claire et
convaincante. Ce qui a permis de préparer la voie
pour un effort international visant à combattre le
CRIV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
terrorisme de façon plus efficace.
Par cette mission dans le monde islamique et
arable, l'Union a tendu la main à cette partie du
monde qui a été, tout autant que nous, touchée
par les événements du 11 septembre.
Finalement, je voudrais remercier le représentant
Solana et le commissaire Patten pour leur
excellente collaboration lors de cette troïka.
Je voudrais terminer mon intervention par des
considérations plus personnelles.
D'abord, je pense que nous avons bien fait, ne fût-
ce qu'au niveau du ton utilisé, de ne pas employer
un ton aussi guerrier que les Etats-Unis, même si
on peut les comprendre. Nous avons donné un
autre ton, c'est clair. Ensuite, nous avons bien fait
de mettre l'accent sur le fait qu'il ne faut pas
d'équation Islam/terrorisme. Enfin, ce qui est très
important, nous avons réouvert des portes
diplomatiques qui étaient soit fermées, soit
coincées, soit même bloquées dans un certain
nombre de cas. Je retiens de mon expérience
personnelle de ce déplacement mais c'était déjà
ma conviction que l'Union européenne, quand
elle peut ouvrir un dialogue politique, sans tabou,
doit le faire. C'est ce qui fait à la fois notre
différence mais aussi notre valeur ajoutée. Par
exemple, et c'est important, nous avons à
nouveau entrouvert une porte avec l'Iran, avec le
Pakistan et même avec la Syrie. Le fait que nous
ayons traité le secrétaire général de la Ligue
arabe un peu comme un homologue au niveau
européen est aussi un élément important.
Je voudrais ajouter un autre élément. Ma
conviction est totale. Il semblerait que ce ne soit
pas politiquement correct de le dire aujourd'hui,
mais nous n'allons quand même pas pouvoir
éluder nous non plus une vraie réflexion sur les
causes du terrorisme. Le terrorisme n'est quand
même pas sans cause. Je trouve qu'il est un peu
court de dire que ce sont des fous qui le
pratiquent. Il y a des raisons à la folie. Nous
devons y réfléchir.
J'ajoute également une conviction que j'ai,
conviction partagée par tous ceux que j'ai
rencontrés là-bas et je pense que parfois on n'en
prend peut-être pas assez la mesure. Même si
l'on peut affirmer que le terrorisme ne vient pas du
fait que le conflit du Moyen-Orient n'est pas
résolu, je pense cependant que tant que ce conflit
restera une plaie béante dans la communauté
internationale, je ne crois pas que nous pourrons
être efficaces pour lutter contre le terrorisme. Cela
nourrit le terrorisme de manière récurrente, forte,
profonde. Par exemple, il est impossible d'avoir un
vrai débat sur la définition du terrorisme avec les
Syriens ou un certain nombre de ces pays parce
que, si vous dites que les hezbollahs sont des
terroristes comme les talibans, on vous répondra
que les hezbollahs ne sont pas des terroristes,
que ce sont des résistants, des combattants de la
liberté qui se battent pour un territoire que d'autres
occupent. Que voulez-vous répondre à cet
argument? Le débat est clos. On ne peut
pratiquement pas avancer sur cette réflexion.
Je suis tout à fait convaincu que nous devrons
tout faire pour inciter nos amis américains à
prendre la mesure de cette question. J'ai parfois le
sentiment que tout le monde ne le fait pas, que
tout le monde ne prend pas la mesure des
conséquences récurrentes, fortes, profondes de
cette question, à la fois dans le subconscient,
dans la psychologie de toute une série de pays là-
bas. Il est extrêmement difficile de ne pas lier ce
facteur à la situation. Je suis de plus en plus
convaincu que nous devons pousser pour ce qui
nous concerne, nous essayons d'utiliser la
présidence européenne à cette fin une stratégie
qui ouvre ou entrouvre des portes. Je veux parler
du Pakistan, de l'Iran, de la Syrie, en fait aussi des
organisations arabes les plus représentatives
avec lesquelles nous devons accentuer une
relation. J'étais dernièrement à Cuba. L'Union
européenne a un rôle à y jouer. Lors de la
dernière réunion informelle à Genval, les ministres
des Affaires étrangères ont décidé, sur proposition
du ministre italien, de rouvrir une discussion au
niveau de l'Union européenne. J'ai été chargé,
avec M. Prodi, de reprendre contact avec la Libye.
J'ai parlé du problème de l'embargo sur l'Irak.
J'ignore ce que pense la Commission mais je
crois qu'ouvrir ou rouvrir un dialogue, ce n'est pas
encore donner raison. Mais, en tout cas lorsqu'on
ne se parle pas, on ne sait ni donner tort ou
raison, on ne sait pas discuter. Les pays que je
viens de visiter, qu'il s'agisse de l'Iran ou de la
Syrie, veulent renouer le dialogue sans perdre la
face. Pour eux, le rapprochement avec la
communauté internationale ne peut évidemment
passer que par l'UE. Nous sommes la passerelle
qui leur permet, sans souffrir d'une trop grande
humiliation, de revenir vers la communauté
internationale. Il y a là des espaces diplomatiques
que l'UE doit exploiter et approfondir. Monsieur le
président, je sais par exemple l'attention que vous
portez à la situation de l'Irak. Ce "momentum" est
quelque chose d'affreux car il est basé sur
quelque chose d'horrible, qui n'a pas de
précédent.
02/10/2001
CRIV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
Quant à la question précise de M. Simonet sur les
relations entre l'Arabie Saoudite et les Etats-Unis,
la réponse est assez simple. Je pense que
l'Arabie Saoudite est un partenaire fiable. Je
pense que ce pays a aussi des gestes à poser vis-
à-vis du monde arabe. J'ai peur d'utiliser un terme
qui n'est pas très parlementaire mais l'Arabie
Saoudite est obligée de tenir compte à la fois de
ce partenariat privilégié avec les Etats-Unis et de
sa spécificité en tant que pays proche et arabe.
Avant la fin de la journée, ses dirigeants avaient
réaffirmé très ouvertement que les Américains
pourraient utiliser leurs bases. Je pense avoir été
assez complet dans ma réponse.
Le président: Monsieur le ministre, je vous en
remercie et plus particulièrement pour votre
sentiment personnel.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
11.15 heures.
De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 11.15 uur.
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 547
CRABV 50 COM 547
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
B
UITENLANDSE
B
ETREKKINGEN
C
OMMISSION DES
R
ELATIONS EXTÉRIEURES
dinsdag mardi
02-10-2001 02-10-2001
10:00 uur
10:00 heures
CRABV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Ferdy Willems aan de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de haatcampagne bij kinderen in de
Palestijnse gebieden" (nr. 5151)
1
Question de M. Ferdy Willems au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur "la
campagne d'incitation à la haine qui vise les
enfants dans les territoires palestiniens" (n° 5151)
1
Sprekers: Ferdy Willems, Louis Michel, vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken
Orateurs: Ferdy Willems, Louis Michel, vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "het Belgisch paspoort van de leden
van het moordcommando dat Massoud
executeerde" (nr. 5256)
2
Question de M. Francis Van den Eynde au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "le passeport belge dont étaient
munis les membres du commando ayant
assassiné M. Massoud" (n° 5256)
2
Sprekers: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken
Orateurs: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-premier ministre et ministre des
Affaires étrangères
Vraag van de heer Francis Van den Eynde tot de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de quasi vijandige houding van
België ten overstaan van de Italiaanse regering"
(nr. 5339)
3
Question de M. Francis Van den Eynde au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "l'attitude quasiment hostile de la
Belgique vis-à-vis du gouvernement italien"
(n° 5339)
3
Sprekers: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken , Ferdy Willems
Orateurs: Francis Van den Eynde, Louis
Michel, vice-premier ministre et ministre des
Affaires étrangères , Ferdy Willems
Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de inkrimping van het UNHCR-
personeelskader ter begeleiding van de
repatriëring van de vluchtelingen in Burundi"
(nr. 5065)
5
Question de Mme Magda De Meyer au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "la réduction des effectifs du Haut
Commissariat aux Réfugiés chargés
d'accompagner les réfugiés rapatriés au Burundi"
(n° 5065)
5
Sprekers: Magda De Meyer, Louis Michel,
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken
Orateurs: Magda De Meyer, Louis Michel,
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères
Vraag van de heer Jacques Simonet aan de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de zending van de Europese trojka
naar Pakistan, Iran, Saudi-Arabië, Egypte,
Jordanië en Syrië" (nr. 5345)
6
Question de M. Jacques Simonet au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur "la
tournée de la troïka européenne au Pakistan, en
Iran, en Arabie saoudite, en Egypte, en Jordanie
et en Syrie" (n° 5345)
6
Sprekers: Jacques Simonet, Louis Michel,
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken
Orateurs: Jacques Simonet, Louis Michel,
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères
CRABV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
COMMISSION DES RELATIONS
EXTERIEURES
van
DINSDAG
02
OKTOBER
2001
10:03 uur
______
du
MARDI
02
OCTOBRE
2001
10:03 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.13 uur door
de heer Jacques Lefevre, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.13 heures par M.
Jacques Lefevre, président.
01 Vraag van de heer Ferdy Willems aan de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de haatcampagne bij kinderen in de
Palestijnse gebieden" (nr. 5151)
01 Question de M. Ferdy Willems au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur
"la campagne d'incitation à la haine qui vise les
enfants dans les territoires palestiniens"
(n° 5151)
01.01 Ferdy Willems (VU&ID): Ik dank de vice-
president voor zijn diplomatieke inspanningen van
de voorbije maanden. Ik betreur dat ik over dit zo
belangrijke onderwerp geen interpellatie mag
houden. Ik wil zin voor nuance aan de dag leggen.
Ik stelde het staatsterrorisme vanwege Israël al
meermaals aan de kaak, maar ben ook kritisch
tegenover de Palestijnse autoriteit.
In schoolboeken en kinderprogramma's wordt
opgeroepen tot de Jihad, tot haat en tot zelfmoord.
Ik zal de minister een video overhandigen. Ook
Amnesty International en de Liga voor de
Mensenrechten nemen zo'n kritische houding aan.
Het Belgisch voorzitterschap heeft eveneens
aandacht voor de aanwezigheid van kinderen bij
gevaarlijke betogingen. Het aansporen tot geweld
en zelfmoord van kleine kinderen is inhumaan en
ook contraproductief voor de eigen zaak, gezien de
internationale afkeuring.
01.01 Ferdy Willems (VU&ID): Je remercie le
vice-président pour les efforts diplomatiques qu'il a
déployés au cours de ces derniers mois. Je
regrette qu'on ne me permette pas de développer
une interpellation à propos d'un sujet aussi
important. Il convient certainement de nuancer les
choses. J'ai dénoncé à plusieurs reprises le
terrorisme d'Etat pratiqué par Israël mais mon
attitude est également critique à l'égard de l'autorité
palestinienne.
Dans les manuels scolaires et dans les
programmes pour enfants, on appelle au djihad, à
la haine et au suicide. Je remettrai au ministre une
vidéo à ce propos. Amnesty International et la
Ligue des droits de l'homme adoptent une même
attitude critique. La présidence belge s'intéresse
également au problème de la présence d'enfants
lors de manifestations dangereuses. Inciter des
enfants à la violence et au suicide est inhumain et
par ailleurs contre-productif, eu égard à la
désapprobation internationale.
Vrede in de toekomst wordt aldus gehypothekeerd.
Als bemiddelaar in dit conflict kan de minister deze
informatie goed gebruiken.
La paix future se trouve ainsi hypothéquée. En tant
que médiateur dans ce conflit, le ministre pourra
utilement s'appuyer sur ces informations.
01.02 Minister Louis Michel (Nederlands): De
regering verwerpt elke vorm van haatcampagne van
het ene volk tegen het andere. De toestand in het
Midden-Oosten is natuurlijk bijzonder: men
01.02 Louis Michel , ministre (en néerlandais) :
Notre gouvernement rejette toute forme de
campagne de haine d'un peuple à l'égard d'un autre
peuple. La situation au Moyen-orient est
02/10/2001
CRABV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
"gebruikt" er de geschiedenis soms om de eigen
aanspraken de nodige legitimiteit te geven. Zolang
er geen sprake is van expliciete oproepen tot haat,
kan men als buitenstander niet tussenbeide komen
om een objectieve visie op de geschiedenis op te
leggen.
évidemment particulière: l'histoire y est parfois
"utilisée" pour donner de la légitimité à ses propres
revendications. Dès lors qu'il n'est pas question
d'incitation explicite à la haine, nous ne pouvons
pas intervenir pour imposer une vision objective de
l'histoire.
De Palestijnse autoriteit heeft sinds 1994 de
bevoegdheid over onderwijs. Pas in 2000 konden
nieuwe schoolboeken worden in gebruik genomen.
Tot dan werden Egyptische en Jordaanse
schoolboeken gebruikt. De nieuwe schoolboeken
gelden in eerste instantie voor het eerste en het
zesde leerjaar.
Buitenlandse studies tonen aan dat de nieuwe
schoolboeken beter zijn dan de voorgaande,
inzonderheid betreffende de oproepen tot
vernietiging van Israël. Toch is zeker nog ruimte
voor verbetering, al kan men niet verwachten dat de
handboeken Israëls visie op de geschiedenis
weergeven.
België blijft deze aangelegenheid van nabij volgen.
Ons consulaat-generaal in Jeruzalem zal mij elke
vorm van racisme of anti-semitisme signaleren. We
zullen dit aankaarten bij de Palestijnse autoriteit.
Daarvoor is er al een communiqué verschenen.
Depuis 1994, l'autorité palestinienne est
compétente en matière d'enseignement. Ce n'est
toutefois qu'en 2000 que de nouveaux manuels
scolaires ont pu être utilisés. Jusqu'alors on utilisait
des manuels égyptiens et jordaniens. Les nouveaux
manuels scolaires sont d'abord destinés aux élèves
de première et de sixième année.
Des études réalisées à l'étranger indiquent que les
nouveaux manuels sont meilleurs que les
précédents, notamment en ce qui concerne l'appel
à la destruction de l'Etat d'Israël. Leur contenu peut
néanmoins encore être amélioré, même si l'on ne
peut évidemment pas s'attendre à ce que les
manuels reflètent la vision qu'a Israël de l'histoire.
La Belgique continue à suivre cette affaire de près.
Notre consulat général à Jérusalem m'informera de
toute manifestation de racisme ou d'anti-sémitisme
et nous soumettrons ces problèmes à l'autorité
palestinienne. Un communiqué a déjà été publié à
ce propos.
01.03 Ferdy Willems (VU&ID): Dit antwoord
schenkt mij voldoening. De teksten maken duidelijk
dat de inspanningen om tot vrede te komen
onverdroten moeten worden voortgezet.
01.03 Ferdy Willems (VU&ID): Votre réponse me
satisfait. Il ressort clairement des textes que les
efforts de paix doivent être poursuivis.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan
de vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken over "het Belgisch paspoort
van de leden van het moordcommando dat
Massoud executeerde" (nr. 5256)
02 Question de M. Francis Van den Eynde au
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "le passeport belge dont étaient
munis les membres du commando ayant
assassiné M. Massoud" (n° 5256)
02.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
De moordenaars die onlangs de Afghaanse
oppositieleider Massoud om het leven brachten,
zouden twee Marokkanen zijn die in België leefden.
Ze zouden gebruik hebben gemaakt van Belgische
paspoorten, die uit de Belgische ambassade in Den
Haag gestolen waren.
Waarom maakten zij gebruik van valse paspoorten?
Waarom gebruikten zij niet hun eigen paspoorten?
Hadden zij misschien de Belgische nationaliteit en
konden zij geen Marokkaans paspoort krijgen?
02.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Les personnes qui ont récemment assassiné le
commandant Massoud, chef de l'opposition
afghane, seraient deux Marocains qui ont vécu en
Belgique. Ils auraient utilisé des passeports belges
volés à l'ambassade de Belgique à La Haye.
Pourquoi ont-ils utilisé des faux passeports?
Pourquoi n'ont-ils pas fait usage de leurs propres
passeports? Les personnes en question avaient-
elles éventuellement la nationalité belge et ne
pouvaient-elles obtenir un passeport marocain?
02.02 Minister Louis Michel (Nederlands): De 02.02 Louis Michel , ministre (en néerlandais):
CRABV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
moordenaars van commandant Massoud,
vermoedelijk van Marokkaanse afkomst, hebben
inderdaad Belgische paspoorten gebruikt om via
Pakistan naar Afghanistan te reizen. Beide
paspoorten werden blanco gestolen, één in de
Belgische ambassade in Den Haag in november
1999, het andere in het Belgische consulaat van
Straatsburg in februari 2001. De inbraken werden
onmiddellijk aan Interpol gesignaleerd. De vermelde
identiteiten zijn niet terug te vinden in de Belgische
bevolkingsregisters. Ik kan dus niet bevestigen of
de terroristen in België hebben gewoond.
Les assassins du commandant Massoud,
vraisemblablement des personnes d'origine
marocaine, ont effectivement utilisé des passeports
belges pour se rendre en Afghanistan via le
Pakistan. Il s'agit de deux passeports vierges volés
respectivement à l'ambassade de Belgique à La
Haye en novembre 1999 et au consulat belge à
Strasbourg en février 2001. Les vols ont été
immédiatement signalés à Interpol. Les identités
mentionnées ne figurent pas dans les registres de
la population en Belgique et il ne m'est dès lors pas
possible de confirmer que les personnes en
question ont séjourné dans notre pays.
02.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Er schort blijkbaar wat met de beveiliging van onze
ambassades en consulaten. Ik dring er dan ook op
aan dat de nodige maatregelen zouden worden
genomen.
02.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
La sécurité dans nos ambassades et consulats
laisse manifestement à désirer. J'insiste dès lors
pour que les mesures nécessaires soient prises.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Francis Van den Eynde tot
de vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken over "de quasi vijandige
houding van België ten overstaan van de
Italiaanse regering" (nr. 5339)
03 Question de M. Francis Van den Eynde au
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "l'attitude quasiment hostile de la
Belgique vis-à-vis du gouvernement italien"
(n° 5339)
03.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
In een interview in P-Magazine van 25 juli 2001
stelde de heer Leman, directeur van het Centrum
voor Gelijkheid van kansen en racismebestrijding,
dat de premier van Italië, Silvio Berlusconi, een
"maffiosi" is. De heer Leman valt als hoge
ambtenaar onder de verantwoordelijkheid van de
regering. Wat vindt minister Michel van die
uitspraak van de heer Leman?
Onlangs reageerde zowel premier Verhofstadt als
minister Michel bijzonder hard op een aantal
recente uitspraken van de Italiaanse premier
Berlusconi over de islam. Waarom heeft ons land
het nodig gevonden zó hard te reageren?
03.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Dans une interview publiée dans "P-Magazine" du
25 juillet 2001, M. Leman, le directeur du Centre
pour l'égalité des chances et la lutte contre le
racisme affirmait que M. Silvio Berlusconi, le
premier ministre italien, était un "maffioso".
S'agissant d'un fonctionnaire supérieur, le
gouvernement est responsable des propos tenus
par M. Leman. Quelle est l'opinion du ministre
Michel quant aux propos tenus par M. Leman?
Récemment, le premier ministre Verhofstadt et le
ministre Michel ont réagi avec une extrême
véhémence aux propos tenus au sujet de l'islam par
le premier ministre Berlusconi. Pourquoi notre pays
a-t-il estimé devoir réagir aussi violemment ?
03.02 Minister Louis Michel (Nederlands): De
reacties van de premier en van mijzelf op de
verklaringen van de heer Berlusconi waren meer
dan duidelijk. De verklaringen zijn totaal
onaanvaardbaar, schandelijk en hebben geen
enkele grond van rechtvaardiging, noch historisch,
noch cultureel, noch politiek. Zij zorgen voor
problemen op een ogenblik dat we de
moslimlanden wilden verduidelijken dat we geen
amalgaam wilden maken van islam en terrorisme,
zoals was afgesproken tijdens de recente Europese
Top van staatshoofden en regeringsleiders.
03.02 Louis Michel , ministre (en néerlandais): La
réaction du premier ministre et ma propre réaction
aux déclarations de M. Berlusconi étaient
parfaitement claires. Ses déclarations sont
totalement inacceptables et scandaleuses et sont
dénuées de tout fondement, que ce soit sur le plan
historique, culturel ou politique. Elles ont été source
de problèmes à un moment où nous nous
efforcions de convaincre les pays islamiques que
nous ne voulions pas faire l'amalgame entre l'islam
et le terrorisme, comme cela avait été convenu à
l'occasion du récent sommet des chefs d'Etat et de
gouvernement européens.
02/10/2001
CRABV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
03.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mijn vraag over de uitspraken van de heer Leman
over de Italiaanse premier bleef onbeantwoord.
Minister Michel vindt dat de uitspraken van de heer
Bellusconi over de islam zowel historisch, politiek
als cultureel onverantwoord zijn en bovendien
schandelijk ...
03.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Vous n'avez pas répondu à ma question sur les
propos de M. Leman concernant le premier ministre
italien.
Le ministre Michel estime que les paroles de M.
Berlusconi au sujet de l'islam sont dénuées de tout
fondement historique, politique et culturel et qu'elles
sont de surcroît scandaleuse.
03.04 Minister Louis Michel (Nederlands):
Inderdaad!
03.04 Minister Louis Michel , ministre, (en
néerlandais): En effet!
03.05 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Mag ik de heer Michel en de leden van de
meerderheid misschien even herinneren aan een
aantal citaten uit het Burgermanifest van Guy
Verhofstadt, die niet veel afwijken van de uitspraken
van de Italiaanse premier. (De heer Van den Eynde
citeert uit het Burgermanifest Rumoer op de
banken van de meerderheid)
03.05 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Puis-je rappeler à M. Michel ainsi qu'aux membres
de la majorité quelques citations provenant du
Burgermanifest de Guy Verhofstadt et qui ne sont
pas très éloignées des propos tenus par le premier
ministre italien. (M. Van den Eynde cite le
"Burgermanifest" Tumulte sur les bancs de la
majorité)
03.06 Minister Louis Michel (Frans):De
fundamentalistische strekkingen die binnen de
islam net zoals in andere godsdiensten bestaan,
worden op een hoopje gegooid. Zulks bevordert de
vrede niet. Een dergelijke demagogie moet worden
aangeklaagd. Voor de democraten zullen diegenen
die zich aan dergelijke demagogie schuldig maken
nooit salonfähig zijn en nooit zullen woorden
volstaan om hen te veroordelen.
In de huidige context is de vernedering waartoe ze
leidt onaanvaardbaar.
Ik weiger op zulke uitspraken in te gaan.
03.06 Louis Michel , ministre: (En français): Une
fois de plus, un amalgame odieux est fait entre les
courants intégristes qui existent au sein de l'Islam,
comme il en existe au sein d'autres religions. Cet
amalgame ne sert pas la cause de la paix. Il faut
dénoncer cette démagogie. Jamais les démocrates
ne pourront estimer fréquentables ceux qui la
pratiquent et jamais nous ne trouverons de mots
assez forts pour la condamner.
Par ailleurs, dans le contexte actuel, cette attitude
humiliante est inacceptable.
Je refuse de répondre à de tels propos.
03.07 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Het citaat was van Guy Verhofstadt in het
Burgermanifest, op de pagina's 64 en 65. Ik
veronderstel dat de premier binnenkort blijk zal
geven van openbare zelfkritiek.
03.07 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
J'ai cité les pages 64 et 65 du manifeste du citoyen
de Guy Verhofstadt. Je suppose que sous peu, le
premier ministre fera publiquement son
autocritique.
03.08 Ferdy Willems (VU&ID): Al enkele jaren
geleden wees ik op de gevaarlijke aspecten van de
figuur Berlusconi.
Ook ik zet me af tegen het amalgaam: men kan
nagenoeg elke godsdienst of ideologie
beschuldigen van intolerantie.
Indien dit inderdaad in het Burgermanifest van
Verhofstadt staat te lezen, verdient dat wel enige
verduidelijking.
03.08 Ferdy Willems (VU&ID): Voici quelques
années déjà, j'avais dénoncé les facettes
dangereuses de la personnalité de M. Berlusconi.
Je m'oppose aussi à l'amalgame qui est pratiqué:
toutes les religions et idéologies peuvent être
accusées d'intolérance.
Lorsqu'on lit de tels propos dans le Burgermanifest,
quelques précisions s'imposent effectivement.
03.09 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
We moeten dit boek dringend censureren.
03.09 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Cet ouvrage doit être censuré d'urgence.
CRABV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
03.10 Minister Louis Michel (Frans)
Fundamentalisten, onverdraagzame lieden vind je
overal, zelfs hier!
Het incident is gesloten.
03.10 Louis Michel , ministre (en français) Il y a
des fondamentalistes, des intolérants partout, et
même ici !
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de inkrimping van het UNHCR-
personeelskader ter begeleiding van de
repatriëring van de vluchtelingen in Burundi"
(nr. 5065)
04 Question de Mme Magda De Meyer au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "la réduction des effectifs du Haut
Commissariat aux Réfugiés chargés
d'accompagner les réfugiés rapatriés au
Burundi" (n° 5065)
04.01 Magda De Meyer (SP): Het Hoog
Commissariaat voor de Vluchtelingen van de VN
(UNHCR), dat de terugkeer van de vluchtelingen
naar Burundi voorbereidt, ziet zijn personeelskader
vanaf 1 augustus met 55 eenheden verminderd.
De huidige Burundese regering blijft in gebreke wat
de voorbereiding van de terugkeer betreft. Een
gelijkaardige onvoorbereide terugkeer leidde in het
verleden tot sociale chaos die uitmondde in de
genocide. De personeelsinkrimping lijkt dan ook
ondoordacht.
Wat is het standpunt van de regering? Heeft de
minister al contact gehad met de Hoge
Commissaris?
04.01 Magda De Meyer (SP): Le Haut
Commissariat aux Réfugiés des Nations Unies (
UNHCR), qui prépare le retour des réfugiés au
Burundi, a vu son cadre du personnel amputé de
55 unités au 1
er
août 2001.
L'actuel gouvernement burundais ne remplit pas
ses obligations quant à la préparation du retour.
Dans le passé, un retour semblable, mal préparé, a
conduit au chaos et a débouché sur le génocide.
Cette décision de réduire l'effectif du personnel
vient donc à un mauvais moment.
Quel est le point de vue du gouvernement ? Le
ministre a-t-il déjà pris contact avec le Haut
Commissaire ?
04.02 Minister Louis Michel (Frans) : Bij zijn
aantreden werd de heer Lubbers geconfronteerd
met een onhoudbare budgettaire toestand. Het
UNHCR zou drastisch willen besnoeien door een
personeelsinkrimping met 63 eenheden in het
bureau in Bujumbura. Dit bureau stelt een
inkrimping met 46 posten voor en wijst erop dat de
financiering voor 2001 grotendeels internationaal is.
Het UNHCR heeft een nieuwe opdracht inzake de
terugkeer van vluchtelingen naar Burundi en de
wederopbouw van Burundi, die kadert in het
vredesakkoord van Arusha. Het UNHCR zetelt ook
in de commissie die de vluchtelingenproblematiek
begeleidt.
Ik meen dat een forse besnoeiing van de UNHCR-
operaties ongewenst is, gezien de spanningen in
Centraal-Afrika en de vluchtelingenstromen die
daarmee gepaard gaan.
Een besnoeiing is wellicht onontbeerlijk, maar zou
minder drastisch moeten zijn. Bovendien moet
erover worden gewaakt dat er geen verdere
personeelsinkrimping komt, zodat de geplande
acties niet in het gedrang komen. Ik zal in Genève
04.02 Louis Michel , ministre (En français): Lors
de son entrée en fonction, Monsieur Lubbers a dû
faire face à une situation budgétaire intenable.
L'UNHCR voudrait réaliser des économies
draconiennes en réduisant de 63 unités l'effectif de
son bureau de liaison à Bujumbura. Ce bureau
propose une réduction de 46 emplois, soulignant
par ailleurs que le financement pour 2001 est
essentiellement international.
S'agissant du retour des réfugiés au Burundi et du
redressement du pays, l'UNHCR, conformément à
la convention générale d'Arusha, est investi d'une
large mission. L'UNHCR siège également au sein
de la commission qui assure l'accompagnement du
dossier des réfugiés.
A mon estime, il ne s'indique pas de réduire dans
une mesure importante les opérations menées par
l'UNHCR, eu égard aux tensions observées en
Afrique centrale et aux flux de réfugiés qui en
résultent.
Une compression budgétaire est sans doute
indispensable, mais ne devrait pas être aussi
incisive. Par ailleurs, il faut se garder de toute
réduction ultérieure de l'effectif, afin de ne pas
entraver les actions prévues. Je ferai part à
02/10/2001
CRABV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
onze bekommernis kenbaar maken en pleiten voor
een zending ter plaatse.
Genève de nos préoccupations et je plaiderai pour
l'envoi d'une mission sur place.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Jacques Simonet aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de zending van de Europese trojka
naar Pakistan, Iran, Saudi-Arabië, Egypte,
Jordanië en Syrië" (nr. 5345)
05 Question de M. Jacques Simonet au vice-
premier ministre et ministre des Affaires
étrangères sur "la tournée de la troïka
européenne au Pakistan, en Iran, en Arabie
saoudite, en Egypte, en Jordanie et en Syrie"
(n° 5345)
05.01 Jacques Simonet (PRL FDF MCC): Welke
analysen heeft de minister opgetekend tijdens zijn
ontmoetingen met de leiders van verscheidene
landen uit het Midden-Oosten in het kader van zijn
diplomatieke tournee met het oog op het smeden
van een grote antiterroristische coalitie ?
Hoe zijn de betrekkingen tussen de Verenigde
Staten en Saudi-Arabië ? Het lijkt erop dat de
banden wat losser worden, en de aangekondigde
breuk tussen Saudi-Arabië en de Taliban zou maar
façade zijn.
Hoe denkt de minister de steun die Iran verleent
aan de Hezbollah te rijmen met het
samenwerkingsakkoord dat de Europese Unie met
dat land denkt te sluiten ?
Tot slot vragen wij de minister onverdroten verder te
ijveren, met name bij de Amerikaanse diplomatie,
voor een nieuwe impuls voor het vredesproces in
Israël.
05.01 Jacques Simonet (PRL FDF MCC): Quelles
analyses le ministre a-t-il recueillies de ses
rencontres avec les dirigeants de plusieurs pays du
Proche-Orient dans le cadre des consultations
diplomatiques visant à réunir une grande coalition
contre le terrorisme?
Quel est l'état des relations entre l'Arabie saoudite
et les Etats-Unis ? Elles semblent se distendre et la
rupture annoncée entre l'Arabie saoudite et les
talibans ne pourrait être qu'une attitude de façade.
De l'avis du ministre, comment l'aide octroyée par
l'Iran aux Hezbollah est-elle compatible avec
l'accord de coopération que l'Union européenne
envisage de conclure avec ce pays?
Enfin, nous demandons au ministre de continuer à
oeuvrer, en particulier auprès de la diplomatie
américaine, pour que de nouveaux efforts soient
consentis en faveur du processus de paix en Israël.
05.02 Minister Louis Michel (Frans) : Afgelopen
woensdag en donderdag heeft de Europese trojka
op haar rondreis in Pakistan, Iran, Saudi-Arabië,
Egypte en Syrië een drieledige boodschap verspreid
: de bezochte landen werd gevraagd zich achter de
veroordeling van de aanslagen in New York te
scharen, de Europese strategie werd uiteengezet,
en de trojka heeft de betrokken landen opgeroepen
zich prioritair aan te sluiten bij de inspanningen van
de internationale gemeenschap om zij die
verantwoordelijk zijn voor de aanslagen veroordeeld
te krijgen. Gesprekken met de Jordaanse en
Libanese leiders staan nog op mijn agenda.
De Europese strategie is opgebouwd op zes
kernpunten : solidariteit met de Verenigde Staten en
alle naties die bereid zijn de strijd aan te binden
tegen de verantwoordelijken voor de aanslagen en
zij die hen steunen; de vastberadenheid van de
Unie om gerichte acties te ondernemen; de
multilaterale, globale en multidisciplinaire dimensie
van de aanpak; de langdurigheid van de actie, die
erop gericht moet zijn het kwaad met wortel en tak
05.02 Louis Michel , ministre (en français) :
Mercredi et jeudi derniers, au Pakistan, en Iran, en
Arabie saoudite, en Égypte et en Syrie, la troïka
européenne a fait passer un triple message :
reconnaissance pour la condamnation des attentats
de New York, exposé de la stratégie européenne,
appel à se joindre de façon prioritaire aux efforts de
la communauté internationale pour condamner les
responsables des attentats. Je dois encore avoir un
contact avec la Jordanie et le Liban.
Les six éléments clé de la stratégie européenne
sont les suivants: la solidarité, avec les Etats-Unis
et toutes les nations disposées à combattre les
responsables des attentats et ceux qui les
soutiennent; la détermination de l'Union à s'engager
dans les actions ciblées; une approche
multilatérale, globale et multidisciplinaire
; le
caractère soutenu de l'effort à faire, qui devra
CRABV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
uit te roeien; en de afwijzing van elke neiging om
fundamentalistische terroristische groeperingen op
één hoop te gooien met de Arabische wereld of de
islam in het algemeen.
Voorts werd de aandacht gevestigd op de
toenemende stroom Afghaanse vluchtelingen, die
stilaan tragische proporties aanneemt.
s'attaquer aux racines du mal; et enfin le rejet de
toute assimilation des groupes terroristes
fondamentalistes au monde arabe ou islamique.
L'attention a aussi été attirée sur le flux croissant de
réfugiés afghans, qui devient dramatique.
(Nederlands): Alle bezochte landen waardeerden de
inspanningen van de Europese Unie. Onze
steunbetuiging in de betrokken landen voor de
snelle veroordeling van de aanslagen werd op prijs
gesteld. In een aantal van de bezochte landen was
zo'n veroordeling trouwens geen evidentie.
De Europese diplomatie heeft vorige week zeker
"gescoord". Onze benadering heeft bij de
gesprekspartners volledige instemming gevonden.
Met uitzondering van Syrië ontzegt niemand de
Verenigde Staten het recht om de daders van de
aanslagen van 11 september te straffen als hun
verantwoordelijkheid wordt bewezen. Wel moet de
reactie van de VS doelgericht zijn en weloverwogen,
en mogen er geen onschuldige slachtoffers vallen.
(En néerlandais) Tous les pays visités ont apprécié
les efforts de l'Union européenne. On a apprécié
notre soutien à la condamnation rapide des
attentats dans les pays concernés. Dans certains
des pays visités, une telle condamnation n'était
d'ailleurs pas évidente.
La diplomatie européenne a certainement marqué
des points la semaine dernière. Notre approche a
remporté l'assentiment de nos interlocuteurs.
A l'exception de la Syrie, personne ne nie aux Etats-
Unis le droit de punir les responsables des attentats
du 11 septembre, si leur responsabilité est prouvée.
Il faut cependant que la réaction des Etats-Unis soit
bien ciblée et réfléchie et qu'elle ne fasse pas de
victimes innocentes.
Iedereen is het ook eens over de rol van de VN in
de strijd tegen het internationale terrorisme. De
inspanningen zullen worden opgevoerd. Egypte
lanceerde de idee van een internationale
conferentie tegen het terrorisme, onder auspiciën
van de UNO. De EU reageerde niet negatief, maar
wees op de noodzaak van een grondige
voorbereiding.
Iedereen stond ook achter de gecoördineerde,
multidisciplinaire aanpak. Sommige
gesprekspartners waren vragende partij voor meer
medewerking met Westerse regeringen en wezen
op de problematiek van de aanwezigheid van
allerlei bewegingen die terroristische organisaties
steunen. Ook vroegen ze medewerking bij
onderzoek naar de financiering ervan.
Er was algemene waardering voor de weigering van
de EU om terrorisme en islam op voet van
gelijkheid te plaatsen.
In een aantal landen groeide het besef dat de
regering in Kaboel beter zou worden vervangen
door een regering met een brede en etnisch
representatieve basis. De VN hebben daarin een
belangrijke rol te spelen. Als gevolg van de trojka-
missie zal de EU de bilaterale contacten met een
aantal bezochte landen opdrijven.
Il y a également unanimité en ce qui concerne le
rôle que doivent jouer les Nations Unies dans la
lutte contre le terrorisme international. Les efforts
fournis pour mener ce combat seront intensifiés.
L'Egypte a suggéré d'organiser une conférence
internationale contre le terrorisme sous les auspices
de l'ONU. L'UE n'y a pas réagi défavorablement tout
en soulignant la nécessité d'une préparation
impeccable.
Tout le monde a aussi soutenu l'option d'une
approche coordonnée et multidisciplinaire. Certains
partenaires ont préconisé une collaboration accrue
avec les gouvernements occidentaux tout en
mettant en évidence le problème de la multiplicité
des mouvements apportant leur soutien aux
organisations terroristes. Ces interlocuteurs ont
également demandé une aide dans le cadre des
investigations portant sur le financement de ces
mouvements.
Tout le monde a apprécié que l'UE refuse de mettre
sur un pied d'égalité le terrorisme et l'islam.
Certains pays ont pris conscience de ce que le
gouvernement de Kaboul devrait être remplacé par
un gouvernement soutenu par une base
représentative large, notamment sur le plan
ethnique. A cet égard, les Nations Unies ont un rôle
important à jouer. A la suite de la mission de la
troïka, les Etats-Unis intensifieront les contacts
02/10/2001
CRABV 50
COM 547
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
bilatéraux avec une série de pays où elle s'est
rendue.
Aan Pakistan werd een bijkomende hulp van 20
miljoen euro beloofd. Waarschijnlijk komt er ook
een handelsakkoord. De dialoog met Iran wordt
opgevoerd. De Europese Commissie zal een
vertegenwoordiging openen in Riad. Ook met
Egypte en Syrië wordt de dialoog geïntensifieerd.
Une aide supplémentaire de 20 millions d'euros a
été promise au Pakistan. Il y aura probablement
aussi un accord commercial. La Commission
européenne va ouvrir une représentation à Riad. Le
dialogue est aussi intensifié avec l'Egypte et la
Syrie.
(Frans) De Europese Unie zal de contacten
intensiveren. Zij voert op dit eigenste moment in ons
land gesprekken met de Russen. Maar wat is
terrorisme precies? Wat is de definitie van een
terrorist of van een terroristische daad? Hoe moet
men het vertrouwen tussen de inlichtingendiensten
tot stand brengen? Tot welk soort Europees
aanhoudingsbevel moet men komen? Het is toch
belangrijk dat de fundamentele vrijheden worden
geëerbiedigd.
Er kan pas een oplossing worden bereikt als eerst
de Palestijnse kwestie wordt geregeld. Washington
is zich daar trouwens goed van bewust.
Die zending heeft dus ons blazoen wat opgepoetst.
Samen met de Hoge Vertegenwoordiger Solana en
Commissielid Patten hebben wij onze hand
uitgestoken naar dat deel van de wereld. Wie kon er
onberoerd blijven bij de gebeurtenissen van 11
september?
(En français) : L'Union européenne multipliera les
contacts. Elle s'en entretient en ce moment avec les
Russes ici même. Mais qu'est-ce que le
terrorisme ? Qu'est-ce qu'un terroriste ? Un acte
terroriste ? Comment établir la confiance entre les
services d'information ? A quel mandat d'arrêt
européen aboutir ? Il importe quand même de
respecter les libertés fondamentales.
Résoudre la question palestinienne représente le
préalable. Washington en est d'ailleurs persuadé.
Bref, cette mission a redoré notre blason.
Avec le Haut Représentant Solana et le
Commissaire Patten, nous avons tendu la main à
cette partie du monde. Qui n'a été touché par les
événements du 11 septembre ?
Persoonlijk denk ik dat wij er goed aan gedaan
hebben niet zo'n vijandelijke toon als de VS aan te
slaan en erop te hameren dat terrorisme en islam
niet mogen worden gelijkgeschakeld. We zijn erin
geslaagd bepaalde gesloten of vastgelopen
diplomatieke wegen te heropenen.
Als de EU de mogelijkheid heeft een dialoog zonder
taboes te openen, moet zij dat doen. Het feit dat wij
de secretaris-generaal van de Arabische Liga op
gelijke voet stelden als de Europese Unie werd als
positief ervaren.
Wij kunnen een ware gedachtewisseling over de
oorzaken van het terrorisme niet uit de weg gaan. Ik
ben er trouwens van overtuigd dat het terrorisme
niet efficiënt bestreden kan worden zolang het
conflict in het Midden-Oosten niet is opgelost.
Zo zal Syrië in de Hezbollah nooit een terroristische
organisatie willen zien en ze als een
verzetsbeweging tegen de buitenlandse bezetter
blijven beschouwen.
En mon nom personnel, je pense que nous avons
bien fait de ne pas utiliser un ton aussi guerrier que
les Etats-Unis et d'insister sur la non-assimilation
entre Islam et terrorisme. Nous avons pu rouvrir
certaines portes diplomatiques qui étaient fermées,
voire coincées.
Quand l'Union européenne peut ouvrir un dialogue
sans tabou, elle doit le faire. Le fait que nous avons
mis le secrétaire général de la Ligue arabe sur le
même pied que l'Union européenne a été bien
perçu.
Nous ne pouvons pas éluder une vraie réflexion sur
des causes du terrorisme. J'ai en outre la conviction
que tant que le conflit du Moyen-Orient ne sera pas
résolu, on ne pourra pas lutter de façon efficace
entre le terrorisme.
Par exemple, la Syrie ne sera jamais d'accord pour
considérer le Hezbollah comme des terroristes et
non comme des résistants à une occupation
étrangère.
Wij moeten ons gematigd opstellen en deuren
openzetten.
Il faut garder mesure, ouvrir des portes.
CRABV 50
COM 547
02/10/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
Er is voor de Europese Unie een rol weggelegd in
Cuba, Libië, Irak en elders. Saudi-Arabië stelt de
gesloten akkoorden niet ter discussie.
L'Union européenne a un rôle à jouer à Cuba, en
Libye, en Irak, ailleurs.Quant à l'Arabie saoudite,
elle ne remet pas en cause les accords conclus.
Het incident is gesloten.
De openbare vergadering wordt om 11.15 uur
gesloten.
L'incident est clos.
La réunion publique est close à 11 h 15.
Document Outline