KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 504
CRIV 50 COM 504
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET HET BEKNOPT VERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC LE COMPTE RENDU ANALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
B
INNENLANDSE
Z
AKEN
,
DE ALGEMENE
Z
AKEN EN HET OPENBAAR
A
MBT
C
OMMISSION DE L
'I
NTÉRIEUR
,
DES
A
FFAIRES
GÉNÉRALES ET DE LA
F
ONCTION PUBLIQUE
woensdag mercredi
13-06-2001 13-06-2001
14:15 uur
14:15 heures
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE

































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral ­ Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail : aff.generales@laChambre.be
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i

INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Corinne De Permentier aan
de minister van Binnenlandse Zaken over "de
interpretatie van de gemeentewet wat de
onverenigbaarheden betreft" (nr. 4817)
1
Question de Mme Corinne De Permentier au
ministre de l'Intérieur sur "l'interprétation de la loi
communale concernant les incompatibilités"
(n° 4817)
1
Sprekers: Corinne De Permentier, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Corinne De Permentier, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Jan Peeters aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de problemen die
hij veroorzaakt door de regel om slechts 80% van
de voorziene weddeverhoging voor de
politieagenten uit te betalen" (nr. 4850)
2
Question de M. Jan Peeters au ministre de
l'Intérieur sur "les difficultés engendrées par sa
décision de ne verser aux agents de police que
80% de l'augmentation prévue de leur traitement"
(n° 4850)
2
Sprekers: Jan Peeters, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Jan Peeters, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Koen Bultinck aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de niet-
terugbetaling van kosten gemaakt door de
gemeenten naar aanleiding van de herverkiezing
voor de Provincieraad in het district Veurne"
(nr. 4854)
4
Question de M. Koen Bultinck au ministre de
l'Intérieur sur "le non remboursement de
dépenses effectuées par les communes lors de la
répétition des élections du Conseil provincial dans
le district de Furnes" (n° 4854)
4
Sprekers:
Koen Bultinck, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Koen Bultinck, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Daniël Vanpoucke aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
politiehervorming" (nr. 4879)
5
Question de M. Daniël Vanpoucke au ministre de
l'Intérieur sur "la réforme des polices" (n° 4879)
5
Sprekers:
Daniël Vanpoucke, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Daniël Vanpoucke, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde interpellaties van
6
Interpellations jointes de
6
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "het optreden van de
federale politie bij de openbare verkoop van
gemeentelijke eigendom in Voeren" (nr. 816)
- Mme Frieda Brepoels au ministre de l'Intérieur
sur "l'intervention de la police fédérale lors de la
mise en vente publique de propriétés
communales à Fourons" (n° 816)
- de heer Jo Vandeurzen tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten in
Voeren" (nr. 817)
- M. Jo Vandeurzen au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents de Fourons" (n° 817)
- de heer Guido Tastenhoye tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de jongste incidenten
in Voeren en de verantwoordelijkheden ter zake"
(nr. 820)
- M. Guido Tastenhoye au ministre de l'Intérieur
sur "les derniers incidents qui se sont produits à
Fourons et les responsabilités en la matière"
(n° 820)
- de heer André Smets tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de ernstige incidenten
die zich op zaterdag 9 juni 2001 in de gemeente
Voeren hebben voorgedaan" (nr. 823)
- M. André Smets au ministre de l'Intérieur sur "les
graves incidents qui sont intervenus dans la
commune des Fourons le samedi 9 juin 2001"
(n° 823)
- de heer Charles Janssens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
zaterdag 9 juni 2001 in Voeren" (nr. 824)
- M. Charles Janssens au ministre de l'Intérieur
sur "les incidents du samedi 9 juin 2001 dans les
Fourons" (n° 824)
- de heer Denis D'hondt tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
afgelopen zaterdag 9 juni 2001 in Voeren"
(nr. 826)
- M. Denis D'hondt au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents survenus samedi 9 juin 2001 dans
les Fourons" (n° 826)
- mevrouw Muriel Gerkens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de gebeurtenissen
tijdens het voorbije weekeinde te Voeren"
(nr. 828)
- Mme Muriel Gerkens au ministre de l'Intérieur
sur "les événements du weekend dernier à
Fourons" (n° 828)
Sprekers: Antoine Duquesne, minister van
Binnenlandse Zaken, Frieda Brepoels,
voorzitter van de VU&ID-fractie, Jo
Orateurs: Antoine Duquesne, ministre de
l'Intérieur, Frieda Brepoels, présidente du
groupe VU&ID, Jo Vandeurzen, Guido
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
Vandeurzen, Guido Tastenhoye, André
Smets, Charles Janssens, Denis D'hondt,
Muriel Gerkens, Peter Vanhoutte
Tastenhoye, André Smets, Charles
Janssens, Denis D'hondt, Muriel Gerkens,
Peter Vanhoutte
Moties
19
Motions
19
Vraag van de heer Peter Vanhoutte aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
statuut van de vluchtelingen uit Macedonië"
(nr. 4891)
20
Question de M. Peter Vanhoutte au ministre de
l'Intérieur sur "le statut des réfugiés originaires de
Macédoine" (n° 4891)
20
Sprekers:
Peter Vanhoutte, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Peter Vanhoutte, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Georges Lenssen aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het luik
stadswachten als onderdeel van de
preventiecontracten" (nr. 4901)
21
Question de M. Georges Lenssen au ministre de
l'Intérieur sur "le volet relatif aux gardes
municipales comme élément des contrats de
prévention" (n° 4901)
21
Sprekers:
Georges Lenssen, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Georges Lenssen, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Els Van Weert aan de
minister van Binnenlandse Zaken over
"onregelmatigheden bij Europol en het gebrek aan
democratische controle op de werking van deze
politiekoepel" (nr. 4907)
22
Question de Mme Els Van Weert au ministre de
l'Intérieur sur "les irrégularités à Europol et le
manque de contrôle démocratique du
fonctionnement de cet organisme de coordination
policière" (n° 4907)
22
Sprekers:
Els Van Weert, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Els Van Weert, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Paul Tant aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de oprichting van
gemeentelijke antennes in de
meergemeentenzones in het kader van de
politiehervorming" (nr. 4910)
25
Question de M. Paul Tant au ministre de l'Intérieur
sur "la mise en place, dans le cadre de la réforme
des polices, d'antennes communales dans les
zones comprenant plusieurs communes"
(n° 4910)
25
Sprekers: Paul Tant, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Paul Tant, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1



COMMISSIE VOOR DE
BINNENLANDSE ZAKEN, DE
ALGEMENE ZAKEN EN HET
OPENBAAR AMBT
COMMISSION DE L'INTÉRIEUR,
DES AFFAIRES GÉNÉRALES ET
DE LA FONCTION PUBLIQUE
van
WOENSDAG
13
JUNI
2001
14:15 uur
______
du
MERCREDI
13
JUIN
2001
14:15 heures
______

De vergadering wordt geopend om 14.30 uur door
de heer Paul Tant, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.30 heures par M. Paul
Tant, président.
01 Question de Mme Corinne De Permentier au
ministre de l'Intérieur sur "l'interprétation de la
loi communale concernant les incompatibilités"
(n° 4817)
01 Vraag van mevrouw Corinne De Permentier
aan de minister van Binnenlandse Zaken over
"de interpretatie van de gemeentewet wat de
onverenigbaarheden betreft" (nr. 4817)
01.01 Corinne De Permentier (PRL FDF MCC):
Monsieur le président, monsieur le ministre, chers
collègues, l'article 71, 6° de la nouvelle loi
communale dispose que depuis 1994, ne peut
faire partie des conseils communaux, ni être
nommée bourgmestre, toute personne qui reçoit
un traitement ou un subside de la commune à
l'exception des pompiers volontaires.

Il ressort de la doctrine que le montant de la
somme n'a aucune incidence, mais il importe qu'il
s'agisse d'un traitement ou d'un subside, que la
somme soit fixée par la commune et que celle-ci
en supporte, bien sûr, la charge.

Monsieur le ministre, qu'advient-il de ces principes
dans l'hypothèse où un conseiller communal
perçoit un traitement payé par une ASBL
paracommunale financée, par exemple, à 90%
par la commune?

Au sens strict du terme légal, le traitement n'est
pas supporté par la commune puisqu'un
intermédiaire, une personne juridique distincte, en
supporte la charge.

Cependant, l'intention initiale du législateur n'est-
elle pas contournée dans la mesure où il apparaît
en l'espèce qu'un conseiller communal peut influer
avec plus ou moins de force sur sa propre
situation professionnelle?

Plus globalement, l'article 71, 6°, de la nouvelle loi
communale telle que libellé aujourd'hui, permet-il
de lutter efficacement contre les conflits d'intérêts
dont on sait qu'ils peuvent être source
d'inefficacité et d'instabilité pour toute collectivité
politique, notamment pour les collectivités
locales?
01.02 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le
président, chers collègues, une personne qui
travaille au service d'une ASBL paracommunale et
qui, de ce chef, perçoit un traitement payé par
celle-ci ne reçoit, strictement, pas un traitement ou
un subside de la commune. L'ASBL a en effet une
personnalité juridique distincte de la commune.

Aucune loi ne prévoit une incompatibilité entre le
mandat de conseiller communal et un travail
rémunéré au service d'une ASBL
paracommunale.

Il se déduit de la jurisprudence de l'arrêt du
Conseil d'Etat Warschotte n° 19.276 du
22 novembre 1978 que l'article 8, alinéa 2, de la
Constitution, selon lequel la Constitution et les
autres lois relatives aux droits politiques
déterminent quelles sont les conditions
nécessaires pour l'exercice de ces droits, ne
permet pas une application extensive des
dispositions légales qui prévoient une
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
incompatibilité.

Par suite, l'article 71, 6°, de la nouvelle loi
communale ne saurait être interprété comme
s'appliquant à une personne qui perçoit une
rémunération payée par une ASBL dite
paracommunale, qu'il ne cite pas expressément.

Ce raisonnement est confirmé par une réponse de
mon honorable prédécesseur lors des travaux
préparatoires de la loi du 11 juillet 1994 modifiant
la nouvelle loi communale en vue de renforcer la
démocratie communale, qui a remplacé l'article
71, 6°, de la nouvelle loi communale (Doc.
Parlementaire, Sénat, session 1992-1993,
n° 851/2, p.22).

Pour rencontrer votre préoccupation, il
conviendrait dès lors de prendre une initiative
législative en ce sens, tout en sachant que la loi
communale et la loi provinciale ont désormais
vocation à être confiées à la compétence des
régions.

A défaut d'empêchement de fonctions, il faut
toutefois être attentif à l'article 92,1°, de la
nouvelle loi communale, qui interdit au membre du
conseil d'être présent lors d'une délibération sur
des objets auxquels il a un intérêt direct, soit
personnellement, soit comme chargé d'affaires.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Vraag van de heer Jan Peeters aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
problemen die hij veroorzaakt door de regel om
slechts 80% van de voorziene weddeverhoging
voor de politieagenten uit te betalen" (nr. 4850)
02 Question de M. Jan Peeters au ministre de
l'Intérieur sur "les difficultés engendrées par sa
décision de ne verser aux agents de police que
80% de l'augmentation prévue de leur
traitement" (n° 4850)
02.01 Jan Peeters (SP): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, op 1
april
jongstleden is het nieuwe statuut voor het
politiepersoneel in voege getreden. Dit betekende
zowel voor de ex-rijkswachters als voor de ex-
gemeentepolitie een aanzienlijke weddeverhoging.
Normaal verwacht iedereen dan een
loonsverhoging voor de volle 100%. In de praktijk
rijzen echter een aantal problemen voor de
politieagenten uit de ex-gemeentelijke
politiekorpsen.

Omzendbrief ZPZ16 van vorige maand geeft de
gemeentebesturen de instructie om de voorziene
weddeverhoging slechts a rato van 80% van de
volledige verhoging uit te betalen. Tevens bepaalt
de omzendbrief dat de weddeverhoging later het
voorwerp zal uitmaken van een regularisatie door
het sociaal secretariaat GPI.

Die bepalingen uit omzendbrief ZPZ16 zorgen in
de praktijk voor heel wat problemen en vragen,
waardoor in de basisoverlegcomités heel wat
spanningen zijn ontstaan. De gemeentebesturen
zijn de komende weken perfect in staat om de
nieuwe basiswedde volgens het nieuwe statuut
aan de politieagenten volledig uit te betalen en
correct te berekenen. Voor de informatica en de
weddeberekening worden zij bijgestaan door een
aantal ondersteunende intercommunales die de
programma's en instructies ter beschikking stellen
van de gemeentebesturen.

De ex-rijkswachters daarentegen krijgen, via hun
generale staf, sinds april hun weddeberekening
aan 100%. In de praktijk betekent dit dat door
toepassing van de omzendbrief in de lokale
korpsen nu ex-gemeenteagenten naast ex-
rijkswachters werken in dezelfde ploegen en
korpsen, terwijl de enen 100% en de anderen
slechts 80% van het nieuwe statuut uitbetaald
krijgen. Uiteraard ontstaan daarover spanningen
die in de lokale overlegcomités tot uiting komen.

Mijnheer de minister, ik wens hierover een aantal
vragen te stellen. Ten eerste, waarom voorziet de
omzendbrief in de uitbetaling van slechts 80%?
Ten tweede, de wet verplicht de
gemeentebesturen om vanaf 1 april de wet toe te
passen en dit voor 100%. Volgens de omzendbrief
mag dit maar voor 80%. Wat primeert hier: de wet
of de omzendbrief? Mag een gemeentebestuur
toch 100% uitbetalen? Nu baseren de
gemeenteontvangers zich op de omzendbrief ­
die zij hoger achten dan de wet ­ om slechts 80%
uit te betalen. Is die houding correct of kan het
gemeentebestuur toch overgaan tot uitbetaling
van 100% van zodra het over de nodige
berekeningen beschikt?

Hoe lang gaat het systeem van voorschotten a
rato van 80% duren? Volgens de omzendbrief zou
dit duren tot het sociaal secretariaat GPI
operationeel is en regularisaties kan doorvoeren.
Iedereen weet evenwel dat dit secretariaat nog
lang niet operationeel. Zullen wij nog ongeveer
een jaar lang met het systeem van de
voorschotten blijven werken of kan het vroeger
worden opgelost?

Een bijkomende vraag heeft te maken met de
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
reden van die 80%.

Mijnheer de minister, ik vermoed bovendien dat er
een budgettaire reden schuilt achter de 80%-
beperking. In de laatste paragraaf van uw
rondzendbrief stelt u dat, aangezien de
gemeentebesturen maar 80% van de wedde-
verhogingen mogen uitbetalen, het ook evident is
dat de federale overheid dit jaar ook maar 80%
van de voorziene voorschotten op de federale
dotatie voor 2001 aan de gemeentebesturen
uitbetaalt. Op die manier creëert u impliciet een
voordeel voor de federale regering. Klopt dat of
niet? Wat is er eigenlijk in de begroting voor 2001
voor de uitbetaling van de weddenverhogingen en
de uitvoering van de voorschotregeling voor de
gemeenten ingeschreven? Hebt u inderdaad uit
budgettaire overwegingen de 80%-beperking
ingevoerd voor het komende jaar?

Tot zover mijn principiële en praktische vragen
over de rondzendbrief ZPZ16.
02.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de
voorzitter, collega's, met de rondzendbrief ZPZ16
geef ik uitvoering aan de artikelen 250quinquies
en 257quinquies van de wet van 7 december
1998. Er wordt voorzien in de uitbetaling van 80%
van de weddenverhoging aan de leden van de
voormalige gemeentepolitie. De beperking tot 80%
is ingegeven door mijn bezorgdheid dat de
betrokken personeelsleden bij de definitieve
regularisatie niets zouden moeten terugbetalen.

De uitbetalingsregeling wordt momenteel vertaald
in een koninklijk besluit. Dat besluit voorziet in de
uitbetaling van minstens 80%, zodat de
gemeenten die de volledige 100% kunnen
betalen, dat ook kunnen doen. Het laat echter de
nodige ruimte aan de gemeenten die om welke
reden ook nog een voorzichtigheidsmarge willen
uitbouwen en slechts 80% van de
weddenverhoging uitkeren.

Dat er een verschil is in de verloning van de leden
van de federale politie en de gemeentepolitie moet
ik samen met u vaststellen, maar dat was al jaren
zo. Door de hervorming zal daaraan een einde
komen, in een eerste fase door de uitkering van
80% van de weddenverhoging. In ieder geval
zullen de personeelsleden zo snel mogelijk correct
worden uitbetaald.

Het sociaal secretariaat GPI legt thans reeds de
nodige contacten met de diverse lokale overheden
en de rekencentra die voor hen werken, om de
personeelsgegevens zo snel mogelijk over te
nemen. Dat zal stapsgewijs gebeuren. Uiteindelijk
wordt alle personeelsleden gegarandeerd dat zij
hoe dan ook alle geldelijke rechten, opgebouwd
vanaf 1 april 2001, via regularisatie zullen
genieten.

De rondzendbrief ZPZ16 vermeldt inderdaad dat
slechts 80% van de budgettaire middelen
onmiddellijk aan de gemeenten wordt uitgekeerd.
Dat is niet ingegeven door
besparingsoverwegingen, maar is het gevolg van
de afspraak tussen de regering en de
Verenigingen voor Steden en Gemeenten om de
elementen van de meerkosten te toetsen. Het
saldo zal worden gestort zodra de meerkosten per
regio definitief zijn vastgesteld.
02.03 Jan Peeters (SP): Mijnheer de minister,
als ik het goed begrijp, zegt u dat de
gemeentebesturen nu maar 80% mogen betalen
en dat er een koninklijk besluit zal worden
uitgevaardigd waardoor ze eventueel ook 100%
van de verhogingen mogen uitbetalen, tenminste
als ze dat aankunnen?
02.04 Minister Antoine Duquesne: Ja.
02.05 Jan Peeters (SP): Mijnheer de minister,
betekent zulks ook dat voor die laatste gemeenten
de voorschotten tot 100% worden opgetrokken of
ontvangen ze nog steeds slechts 80% van de
voorziene federale dotatie?

In ieder geval waardeer ik in het algemeen uw
antwoord, want u laat de gemeentebesturen
voortaan de mogelijkheid om zo snel mogelijk de
100% weddenverhogingen uit te betalen, zonder
dat ze moeten wachten tot het GPI rond is met de
verwerking van de gegevens, in tegenstelling tot
nu. Wat dat laatste betreft, deel ik overigens uw
optimisme niet, want ik denk dat het nog veel
maanden zal duren vooraleer het de regularisaties
kan uitvoeren.
02.06 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le
président, la limitation aux communes est
maintenue à 80%. Cependant, sur la base de
l'arrêté, les communes, disposant de toute
l'information voulue, pourront effectuer des
paiements à 100%. J'ai constaté que dans
certaines communes et parfois des communes
importantes, on ne sait pas, à l'heure actuelle,
évaluer le nombre de membres du personnel
policier employés. C'est la raison pour laquelle la
possibilité d'effectuer un paiement réduit est
offerte, de manière à éviter les mauvaises
surprises. Pour avoir une régularisation totale, il
faut rassembler toute une série d'informations, ce
qui est en cours. Cela avance bien et j'espère que
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
cette période intermédiaire transitoire sera très
courte.
02.07 Jan Peeters (SP): Mijnheer de minister, ik
heb nog een bijkomende vraag. In welke fase
bevindt het nieuwe koninklijk besluit zich?
02.08 Minister Antoine Duquesne: Ik heb het
ondertekend, maar ik moet nu snel het advies van
de Raad van State krijgen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Koen Bultinck aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de niet-
terugbetaling van kosten gemaakt door de
gemeenten naar aanleiding van de
herverkiezing voor de Provincieraad in het
district Veurne" (nr. 4854)
03 Question de M. Koen Bultinck au ministre de
l'Intérieur sur "le non remboursement de
dépenses effectuées par les communes lors de
la répétition des élections du Conseil provincial
dans le district de Furnes" (n° 4854)
03.01 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Mijnheer
de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, u zult
zich allen herinneren dat de verkiezingen voor de
provincieraad in het district Veurne op 3 december
moesten worden overgedaan omdat de lijst van
het Vlaams Blok niet vermeld stond op het
computerscherm. De vijf betrokken gemeenten
wilden de extra kosten waartoe dit aanleiding gaf
verhalen op het ministerie van Binnenlandse
Zaken. Als gemeentelijke overheid waren zij
immers niet verantwoordelijk voor de gemaakte
fout. Mijnheer de minister, als mijn inlichtingen
kloppen, dan zou u een van de vijf gemeenten,
namelijk Koksijde, reeds hebben laten weten dat
er geen sprake van kan zijn de kosten te verhalen
op Binnenlandse Zaken.

U beloofde vroeger reeds dat u duidelijkheid zou
brengen over de vraag wie nu er echt
verantwoordelijk voor was dat het Vlaams Blok
niet op het computerscherm voorkwam. Bij
eerdere antwoorden op mondelinge vragen van de
heren Annemans en Van Hoorebeke bleef u
echter zeer vaag. U zei, enerzijds, dat een college
van deskundigen hiermee bezig is en dat de
studie nog niet afgerond is. Anderzijds zou ook het
parket van Veurne een onderzoek openen. Ik heb
dan ook enkele concrete vragen.

Mijnheer de minister, wat is de fundamentele
reden waarom u als minister van Binnenlandse
Zaken weigert de betrokken gemeenten deze
extra kosten terug te betalen? Het zou immers
niet meer dan logisch zijn als Binnenlandse Zaken
deze kosten op zich zou nemen. Als Binnenlandse
Zaken niet bereid is om de kosten op zich te
nemen, op wie kan de gemeentelijke overheid ze
dan wel verhalen? Kan men eventueel bij een
andere overheid terecht?

Wat is de stand van zaken in het onderzoek naar
het definitief aanduiden van de verantwoordelijken
voor de beruchte fout waardoor een bepaalde
partij niet op het computerscherm voorkwam?
03.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de
voorzitter, collega's, bij de verkiezing van de
provincieraad op 8 oktober 2000 in het district
Veurne heeft zich een welbekend incident
voorgedaan. Hiervoor werd klacht ingediend bij
het parket te Veurne. Op 3 december 2000 kwam
er een herverkiezing voor de provincieraad in het
district Veurne. Tot op heden heeft het parket te
Veurne geen beslissing genomen in het
gerechtelijk onderzoek terzake. Hieruit volgt dat
het algemeen rechtsbeginsel van "le criminel tient
le civil en état" hier in deze zaak van toepassing
is. Op 11 april 2001 is aan de heer procureur des
konings verzocht het verslag van het gerechtelijk
onderzoek terzake mee te delen evenals het
gevolg dat zijn ambt aan dit onderzoek zal geven.
Tot op heden is dit verslag nog niet overgezonden.
Ik meen derhalve dat op de uitslag van het
rechterlijk onderzoek moet worden gewacht om
enig standpunt aangaande de aansprakelijkheid
voor het dragen van de kosten van de
herverkiezing van de provincieraad in het district
Veurne in te nemen.
03.03 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Mijnheer
de minister, ik kan u zelfs niet beleefdheidshalve
danken voor uw antwoord. U bent er immers
perfect in geslaagd mijn eerste en meest
fundamentele vraag te omzeilen, namelijk waarom
u weigert de extra kosten van de gemeente te
vergoeden. Mijnheer de voorzitter, ik wil er bij de
minister op aandringen dat hij ten minste een
ernstige poging doet om daarop te antwoorden. Ik
begrijp heel goed dat paars-groen niet te veel
respect heeft voor het Parlement maar als
parlementslid wil ik toch aandringen op een
ernstig antwoord van de minister.

De voorzitter: Mijnheer Bultinck, het is uw recht
om aan te dringen. De minister heeft het recht al
dan niet te antwoorden.
03.04 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le
président, c'est le droit du ministre. Et c'est son
devoir de respecter la loi. Il attend que le tribunal,
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
les autorités judiciaires se prononcent sur les
responsabilités.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Daniël Vanpoucke aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
politiehervorming" (nr. 4879)
04 Question de M. Daniël Vanpoucke au
ministre de l'Intérieur sur "la réforme des
polices" (n° 4879)
04.01 Daniël Vanpoucke (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, de
politiezones in België krijgen stilaan vorm en de
benoeming van de korpschefs vond vrijwel overal
plaats. Ik wil drie vragen ter verduidelijking aan de
minister stellen.

Een eerste punt betreft de aangekondigde
financiële sancties voor de gemeenten die niet
tijdig de kandidatuur van de zonechef voordragen.
In de rondzendbrief ZPZ17 wijst de minister erop
dat de politieraad voor het einde van de derde
maand na de installatie een gemotiveerde
voordracht van de eerste zonechef van het lokale
politiekorps moet doen, ik citeer, "...op straffe van
opschorting van de betaling en zelfs van
terugvordering van een gedeelte van de
voorschotten". Voor de samenstelling van de
selectiecommissie is het echter noodzakelijk dat
niet alleen de mensen ter plekke aanwezig zijn.
Ook de inspecteur-generaal moet aanwezig zijn.
Vooral deze aanwezigheid schept meestal een
probleem omdat de inspecteur-generaal
onmogelijk binnen de gestelde termijn overal
aanwezig kan zijn. Ik geef een voorbeeld. De
inspecteur-generaal was vorige week in onze
zone. Hij zei mij dat hij vermoedde dat voor de
vakantieperiode ongeveer de helft van de
selecties zal zijn gebeurd. Dat betekent dat de
andere helft pas vanaf september, oktober kan
gebeuren. Mijn vraag aan de minister is dan ook:
riskeren de gemeenten of zones die nog geen
zonechef konden voordragen voor de gestelde
termijn een bestraffing of is de minister bereid
deze maatregel te herzien?

Een tweede punt betreft de oprichting van de
directie rekrutering en de selectie. Volgens mijn
informatie zou de aanwerving van nieuw
politiepersoneel de tussenkomst vereisen van de
directie van de rekrutering en de selectie. Mijnheer
de minister, werd deze directie reeds opgericht?
Zo ja, werd reeds een directeur benoemd? Zo
neen, wanneer mogen wij de oprichting van deze
directie verwachten?

Een derde punt betreft de zonale
veiligheidsplannen en de band met het nationale
veiligheidsplan. Voor het opstellen van het zonaal
veiligheidsplan zou de minister een vademecum
opstellen. De minister heeft dat inderdaad gedaan.
De eerste versie ervan werd reeds voorgesteld,
maar zou later nog worden aangepast. Wij
hebben over deze aanpassing niets meer
vernomen. Mijnheer de minister, mogen wij een
nieuw vademecum voor het opstellen van het
zonaal veiligheidsplan verwachten?
04.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de
voorzitter, mijnheer Vanpoucke, de door u
geciteerde regelgeving betreft artikel 247bis van
de wet van 7 december 1998. De problematiek is
mij bekend en ik kan u verzekeren dat er geen
punctuele controle zal gebeuren naar het al dan
niet naleven van de procedure zoals deze door de
wet wordt voorgeschreven. Het zal veeleer om
een marginale toetsing gaan. De voorziene
sancties zullen dan ook alleen maar worden
opgelegd wanneer mocht blijken dat de gemeente
in kwestie een manifeste onwil vertoont om de
procedure tot aanstelling van zonechef in te
leiden. Bovendien kan ik u verzekeren dat de
inspecteur-generaal een flexibele houding terzake
zal aannemen. De procedure zal binnenkort ook
een vlotter verloop kennen aangezien de
aanstelling van de adjuncten-inspecteur-generaal
in voorbereiding is.

De directie van de rekrutering en de selectie werd
inderdaad reeds opgericht en wordt door
hoofdcommissaris Goergen geleid. De procedure
inzake aanwerving van nieuw politiepersoneel
werd reeds aangevat. De leden van de
bovenlokale wervingsreserve van ex-rijkswacht en
gemeentepolitie werden aangeschreven en voor
een medische test uitgenodigd. Zij die daarin
slaagden, zijn begin april 2001 de vernieuwde
basisopleiding gestart. Na een termijn van 9
maanden zullen zij hun keuze van
tewerkstellingsplaats kenbaar kunnen maken.

Les activités du groupe de travail n° 2, sous la
présidence du professeur Ponsaert, sont
terminées. Les résultats de ces activités ont été
repris dans le vade-mecum et ont entre-temps été
testés dans un certain nombre de zones de police
pilotes. La version définitive du vade-mecum a été
publiée dans le "Vade-mecum Services de police".
A court terme, une circulaire ministérielle paraîtra
pour traiter du passage d'une concertation
pentagonale locale à un conseil zonal de sécurité
et d'une charte de sécurité à un plan zonal de
sécurité.
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6

Depuis la modification de la loi du 2 avril 2001, la
possession d'un plan zonal de sécurité ne
constitue plus une condition indispensable pour la
constitution de la police locale. Cela signifie que
les plans zonaux de police 2002 sont donc des
plans transitoires ou d'effet.

Conformément à la méthodologie, les premiers
plans de politique policière sont attendus pour
2003. En guise de préparation au plan 2003, à
réaliser avant fin 2002, un certain nombre de
sessions de préparation qui traiteront en détail de
cette matière seront organisées dans le courant
de l'automne 2001 pour les 196 chefs de zone
désignés et les autorités de police.

Lors de ces contacts avec les zones, les concepts
issus du vade-mecum, tels que sécurité intégrale,
community policing, cycle de politique policière,
seront expliqués et un package d'information,
comprenant entre autres le vade-mecum et le
manuel, sera remis aux participants. Outre le
vade-mecum "plan de sécurité", le manuel "plan
zonal de sécurité" est en cours de rédaction. Ce
document comprend un plan concret d'étapes
pour l'établissement d'un plan zonal de sécurité et
un modèle de plan.
04.03 Daniël Vanpoucke (CVP): Mijnheer de
voorzitter, ik dank de minister voor dit antwoord.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde interpellaties van
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "het optreden van de
federale politie bij de openbare verkoop van
gemeentelijke eigendom in Voeren" (nr. 816)
- de heer Jo Vandeurzen tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten in
Voeren" (nr. 817)
- de heer Guido Tastenhoye tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de jongste
incidenten in Voeren en de
verantwoordelijkheden ter zake" (nr. 820)
- de heer André Smets tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de ernstige
incidenten die zich op zaterdag 9 juni 2001 in de
gemeente Voeren hebben voorgedaan" (nr. 823)
- de heer Charles Janssens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
zaterdag 9 juni 2001 in Voeren" (nr. 824)
- de heer Denis D'hondt tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
afgelopen zaterdag 9 juni 2001 in Voeren"
(nr. 826)
- mevrouw Muriel Gerkens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de gebeurtenissen
tijdens het voorbije weekeinde te Voeren"
(nr. 828)
05 Interpellations jointes de
- Mme Frieda Brepoels au ministre de l'Intérieur
sur "l'intervention de la police fédérale lors de
la mise en vente publique de propriétés
communales à Fourons" (n° 816)
- M. Jo Vandeurzen au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents de Fourons" (n° 817)
- M. Guido Tastenhoye au ministre de l'Intérieur
sur "les derniers incidents qui se sont produits
à Fourons et les responsabilités en la matière"
(n° 820)
- M. André Smets au ministre de l'Intérieur sur
"les graves incidents qui sont intervenus dans
la commune des Fourons le samedi 9 juin 2001"
(n° 823)
- M. Charles Janssens au ministre de l'Intérieur
sur "les incidents du samedi 9 juin 2001 dans
les Fourons" (n° 824)
- M. Denis D'hondt au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents survenus samedi 9 juin 2001
dans les Fourons" (n° 826)
- Mme Muriel Gerkens au ministre de l'Intérieur
sur "les événements du weekend dernier à
Fourons" (n° 828)

De voorzitter: Collega's, vooraleer te beginnen
heb ik nog een praktische mededeling. Mevrouw
Brepoels wenst gebruik te maken van
videobeelden om de gebeurtenissen te kunnen
toelichten. Consultatie van de diensten leert mij
dat dit moet kunnen. In een recent verleden
hebben zowel de eerste minister als de minister
van Financiën in de commissie voor de Financiën
gebruik gemaakt van analoog materiaal. Er is nog
een precedent, namelijk een zitting van de
commissie voor Binnenlandse Zaken op
6 december 1995. Destijds maakte de minister
zelf gebruik van een videofilm waarbij hij
commentaar gaf. Wat aan de minister is
toegestaan, moet ook aan de leden worden
toegestaan. Deze film is afkomstig van TV-
Limburg, naar ik meen. Mevrouw Brepoels heeft
het woord.

(Mevrouw Brepoels toont de leden van de
commissie videobeelden van de gebeurtenissen.)
05.01 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le
président, je ne vois aucun inconvénient à
permettre de visionner cette cassette. Toutefois,
pour compléter l'information de chacun, je tiens à
rappeler qu'il existe également des cassettes de
RTL-TVi, de la RTBF, de la VRT, de VTM, de
RTC qui bien entendu ont été visionnées par mes
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
services.
05.02 Frieda Brepoels (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, met het
tonen van deze beelden heb ik niet de bedoeling
een of andere sfeer te scheppen. Het is duidelijk
dat door verschillende media opnamen werden
gemaakt, maar ook door uw diensten. In dat
verband zal ik u zo dadelijk nog een concrete
vraag stellen.

Ik zal de feiten in het kort schetsen. Afgelopen
zaterdag heeft burgemeester Broers reeds voor
de tweede maal een openbare verkoop trachten
te organiseren ­ hij was eigenlijk sowieso al
georganiseerd
­
in de voetbalkantine in 's
Gravenvoeren. Mijnheer de minister, het is
belangrijk dat het hier gaat over de uitvoering van
een besluit van de gemeenteraad dat
democratisch werd genomen. Het is duidelijk dat
de burgemeester de opdracht heeft dit uit te
voeren.

U weet dat er bij de eerste oproep gelijkaardige
problemen zijn geweest en dat precies met die
ervaring de burgemeester een bijkomend besluit
op een politieverordening heeft uitgevaardigd.
Volgens deze politieverordening, die reeds bestaat
sinds 1988, zijn alle politieke meetings en
betogingen, alsmede alle optochten op de
openbare weg verboden zonder voorafgaande
schriftelijke toelating van de burgemeester. Deze
politieverordening werd uiteraard genomen door
het vorige bestuur in 1988, dertien jaar geleden,
maar bestaat nog steeds.

De burgemeester heeft daarenboven op 8 juni
2001 een bijkomend besluit genomen. Hierin
wordt een aantal bijzondere
veiligheidsmaatregelen genomen. Dit was zeer
vooruitziend, gezien de ervaringen. Zoals u hebt
gezien, werden deze beide besluiten niet
nageleefd door een aantal aanhangers van Retour
à Liège. Tussen haakjes, er waren op dat ogenblik
weinig Voerenaars aanwezig. Zelfs collega's die
dadelijk ook zullen interpelleren waren aanwezig.
Er werd dus in heel Wallonië gemobiliseerd om
deze optocht mee te maken. Misschien waren zij
niet op de hoogte van die politieverordening, maar
ze werd in ieder geval met voeten getreden,
samen met het bijkomend besluit. U ziet wat voor
een boeltje ze ervan hebben gemaakt. Ze hebben
de dranghekken omgeduwd, die door de politie
aan de voetbalkantine waren aangebracht. Ik heb
de indruk dat de federale politie uiteraard haar
best heeft gedaan, maar toch heeft ze volgens mij
te weinig maatregelen genomen om die groep
betogers weg te houden van de plaats waar de
openbare verkoop doorging. Dadelijk zal ik u
daarover nog een paar vragen stellen.

Zoals we hebben gezien, werd er ook door
verschillende betogers geprovoceerd, waaronder
ook Franstalige politici die op de beelden duidelijk
herkenbaar zijn.

Wanneer ik de vergelijking maak met andere
incidenten in Voeren, heeft het mij verwonderd dat
de minister van Binnenlandse Zaken zeer snel
heeft gereageerd door een volledig en
gedetailleerd rapport te vragen aan de inspectie
van de politiediensten over de manier van
ordehandhaving op dat ogenblik.

Tijdens datzelfde weekend hebt u ook
aangekondigd dat u aan uw administratie een
advies zou vragen over de manier van
ordehandhaving door de lokale administratieve
instantie.

Mijnheer de minister, ik heb een viertal vragen
voor u.

Kunt u ons een overzicht geven van de concrete
maatregelen die de federale politie heeft genomen
om de politieverordening, door de gemeenteraad
van Voeren uitgevaardigd in 1988, en het
bijhorend besluit van burgemeester Broers van
8 juni 2001 te doen naleven?

Ik had dus graag van u vernomen hoeveel
politiemensen van de federale politie aanwezig
waren, waar die zich hebben opgesteld, hoe de
ordehandhaving zich heeft voorgedaan en of er
volgens u voldoende politiemensen aanwezig
waren op de verschillende plaatsen, rekening
houdend met wat zich had aangekondigd.

Verder zou ik willen vragen of u reeds resultaten
kunt geven van het door u bestelde rapport over
de wijze van ordehandhaving. Hierbij aansluitend
zou ik willen vragen of u ons kunt zeggen of er
processen-verbaal werden opgesteld en of er
bestuurlijke en/of gerechtelijke aanhoudingen
werden verricht. Indien dat het geval is, hoeveel
werden er verricht en wie werd aangehouden?

Ook zou ik iets willen vragen over de beelden. Ik
heb begrepen dat ter plekke door de federale
politie een video-opname werd gemaakt van het
volledige politieoptreden. Ik heb begrepen dat in
het verleden collega's in het kader van andere
activiteiten in het Luikse gebruik hebben gemaakt
van video-opnames. De minister van
Binnenlandse Zaken stelde toen de originele
politiefilm ter beschikking van de commissie. Ik
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
zou aan u willen vragen wanneer de commissie
deze officiële politiefilm kan bekijken om op die
manier een precieze weergave van de feiten te
krijgen, maar ook om de duidelijk aanwezige
agressors te kunnen identificeren.

Ten slotte zou ik u willen vragen wat u precies
bedoelt met het advies dat u aan uw administratie
hebt gevraagd inzake de manier van
ordehandhaving door de lokale administratieve
instantie. Welke elementen werden hier
onderzocht? Welke elementen zijn hier eventueel
van belang? Meent u niet dat het uitblijven van de
definitieve benoeming van de burgemeester van
Voeren gewelddadige incidenten in de toekomst
aanmoedigt? Ik ga ervan uit dat de minister nog
altijd woord houdt zoals hij dat vorige donderdag
in de plenaire vergadering heeft gezegd en dat hij
dus voor het einde van de maand juni de
definitieve benoeming van de heer Broers als
burgemeester van Voeren zal voorleggen. Ik denk
dat het voor iedereen duidelijk is dat het uitblijven
van de benoeming enkel zal leiden tot het
uitlokken van verdere incidenten van Franstalige
zijde om op die manier onrust te zaaien in deze
kleine Limburgse gemeente. Ik denk dat het
geweld op deze manier verder zal escaleren. Ik
zou u daar ook heel graag iets over willen vragen,
maar in het kader van deze interpellatie zijn dit
voorlopig mijn vragen.
05.03 Jo Vandeurzen (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik ga
natuurlijk de uitstekende vragen van collega
Brepoels niet herhalen, maar ik zou in mijn
interpellatie een viertal elementen aan bod willen
brengen. Ik denk dat het goed is nog eens zeer
expliciet te herinneren aan wat mijn collega al
onder de aandacht heeft gebracht.

Er is in deze gemeente een reglement
voorhanden dat in een vorige legislatuur, geruime
tijd geleden, werd uitgevaardigd, waardoor een
betogingverbod in Voeren werd afgekondigd. Er is
een besluit van een burgemeester, die als
verantwoordelijke ter plaatse maatregelen neemt
naar aanleiding van een tweede poging tot
publieke verkoop van een aantal onroerende
goederen.

Er bestaat ook een pamflet waarin manifest wordt
gesuggereerd de gemeentelijke reglementering
niet te respecteren. Ik vind dit belangrijke
elementen. Heel België kijkt nu naar Voeren. De
mensen vragen zich af hoe de minister van
Binnenlandse Zaken en de voogdijoverheden
zullen omgaan met het negeren van de
reglementering. De manier waarop dit zal
gebeuren zal een signaal zijn voor iedereen in dit
land die geroepen is om de orde te handhaven.

Een tweede element dat ik ter discussie wil
stellen, is de relevantie van de rellen in Voeren.
De relevantie wordt zeer goed geïllustreerd door
de plotse en merkwaardige reacties die de feiten
hebben opgeroepen. Collega Brepoels zei het al:
men was er zeer snel bij. Voor Vlaamse politici is
het fascinerend om te zien hoe toppolitici uit
Wallonië onmiddellijk reageerden, en onmiddellijk
een band legden tussen de benoeming van de
burgemeester van Voeren en de rellen. Ik denk
dat dit de kern van de zaak is. Het is fascinerend
om te zien hoe een incident voor de heer Di Rupo
en de heer Ducarme, en voor mevrouw Milquet,
ineens aanleiding is om er het Comité P bij te
betrekken en om er een regeringszaak van te
maken. Er is dus blijkbaar meer aan de hand. Wij
moeten voorzichtig zijn met conclusies, maar ik
kan me niet ontdoen van de indruk dat men hier
een stok heeft gezocht om te kunnen afrekenen
met de kandidaat-burgemeester.

Een derde element ter discussie is de houding en
de aanpak van de minister van Binnenlandse
Zaken. Mijnheer de minister, dit element is zeer
belangrijk. De vraag is of de hogere overheid, in
casu u als minister van Binnenlandse Zaken,
respect gaat opbrengen voor de beslissing tot
publieke verkoop die correct genomen is door de
gemeenteraad. De vraag is of u de lokale overheid
zult ondersteunen wanneer zij reglementen
uitvaardigt die een betogingverbod inhouden. De
vraag is ook of u de schijn zult ophouden dat de
benoeming van een burgemeester, na zovele
maanden van onzekerheid, afhankelijk wordt
gemaakt van het feit of er al dan niet rellen komen
in de gemeente. Het zal u maar overkomen als
kandidaat-burgemeester. Het zou een heel
pervers signaal zijn aan tal van kandidaat-
burgemeesters hun benoeming afhankelijk te
stellen van het feit of iemand in de gemeente
rellen veroorzaakt. Ik hoop dat u er ons van zult
overtuigen dat u hier niet aan zult meedoen.

Mijnheer de minister, de vraag is ook of het
signaal wordt gegeven dat politici ook de
reglementen moeten toepassen. Als er een
betogingverbod is, geldt dat ook voor imminente
politici. Politici hebben op zo'n moment toch de
verplichting om rellen te kalmeren en conflicten te
vermijden, veeleer dan met andere intenties
tussen de deelnemers te gaan staan.

Mijnheer de minister, het is voor mij zeer duidelijk
dat deze kwestie de toekomstige benoeming van
de waarnemend burgemeester niet in de weg mag
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
staan. De benoeming van de burgemeester van
Voeren sleept al heel lang aan. Ze nu wegens de
rellen opnieuw op de lange baan schuiven, zou
een signaal zijn met een behoorlijk negatief effect.
Ik vraag u dus uitdrukkelijk of u de koers aanhoudt
die u in dit Parlement hebt aangekondigd. Zult u
de gemaakte afspraken honoreren? Graag
verneem ik dus van u of er een verslag is van de
gebeurtenissen? Kunt u er een inschatting van
maken? Is er sprake van provocatie? Was de
betoging toegelaten? Dit lijkt me een zeer
essentiële vraag. Klopt het persbericht dat de
voorzitter van de PS u wou interpelleren, en u
instructies zou geven om een onderzoek te
verrichten naar de feiten? Tussen de lijnen lees ik
immers, en ik hoop dat het onterecht is, dat men
iets probeert te vinden om de benoeming van
deze burgemeester opnieuw uit te stellen.

Ik hoop dat ik me vergis. Het zou voor de
Vlamingen opnieuw een kaakslag zijn na het
Lambermont-akkoord. Ik hoop dat u ons erin zult
geruststellen dat die benoeming eindelijk kan
geschieden.
05.04 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
collega's, als derde spreker na twee Vlaamse
collega's maak ik van de mij toegemeten tijd
gebruik om een bredere analyse te maken van de
jongste ontwikkelingen te Voeren.

Mijnheer de minister van Binnenlandse Zaken, u
hebt in deze zaak gefaald. Voor de tweede keer
op rij binnen enkele weken bent u er niet in
geslaagd om uw veiligheidsdiensten te Voeren de
orde te doen handhaven. U hoeft zich niet te
verbergen achter een rapport dat u al enkele uren
na de feiten hebt gevraagd. U had
de
baldadigheden van de Luiksgezinde
oproerkraaiers moeten voorkomen. U wist wat er
ging gebeuren. Men moet zich zelfs afvragen of u
en andere Waalse politici niet in stilte hoopten dat
er weer flink heibel van zou komen, om daar
vervolgens politieke munt uit te kunnen slaan. Ik
kom daar dadelijk nog op terug.

Mijn Limburgse collega, de heer Bert Schoofs,
interpelleerde u op 23 mei jongstleden in deze
commissie over de incidenten die zich in ongeveer
dezelfde omstandigheden hadden voorgedaan op
de eerste verkoopdag op 12 mei 2001. Toen werd
eveneens keet geschopt door de aanhangers van
Retour à Liège. Collega Schoofs drukte u toen op
het hart ervoor te zorgen dat de tweede
verkoopdag in alle rust zou kunnen plaatsvinden.

Ook de eerste incidenten op 12 mei 2001 bij S.K.
Moelingen hadden niet mogen plaatsvinden. De
ordediensten waren namelijk voldoende
gewaarschuwd doordat enkele Luiksgezinde
heethoofden hadden aangekondigd dat ze de
eerste verkoopdag zouden verhinderen. In de
nacht van 30 april op 1 mei hebben zij aan het
gebouw van S.K. Moelingen zware vernielingen
aangebracht door er onder meer de slogan aan te
brengen dat ze de eerste verkoopdag zouden
verhinderen, wat hen ook is gelukt.

U had met voldoende manschappen en
maatregelen moeten verhinderen dat die eerste
verkoopdag op 12 mei grondig werd verstoord. U
had met voldoende middelen ook moeten
voorkomen dat de tweede verkoopdag finaal in het
honderd liep.

U zal me toch niet in alle ernst vertellen dat u er
met een politiemacht van veertigduizend
manschappen niet toe in staat bent om voldoende
effectieven in te zetten om een bende van vijftig
tot zestig betogers tegen te houden? Men laat toe
dat een groepje manifestanten zich verzamelt te 's
Gravenvoeren en zich in de richting van de
sportterreinen van S.K. Moelingen begeeft. Men
laat toe dat die betogers met vlaggen,
spandoeken, plakkaten en stokken opstappen
naar het gebouw van S.K. Moelingen. Een eerste
controlepost van de politie wordt weggeduwd. Een
tweede politiecordon bestaat uit slechts een
twintigtal manschappen met twee paarden en één
hond. Iedereen kon op de televisie zien hoe de
heethoofden, met voorop de heer senator Jean-
Marie Happart, naar voren drongen en geweld
gebruikten. Toen kon de politie niet anders meer
dan optreden.

Toen er uiteindelijk klappen vielen en de heer
Happart gewond raakte, was de minister van
Binnenlandse Zaken er als de kippen bij om een
grondig onderzoek te bevelen. Men zou
vermoeden dat het gaat om een onderzoek naar
de betrokkenheid bij het geweld van de
Luiksgezinden, onder wie politici zoals onze goede
vriend de heer André Smets, die hier naast mij zit
en straks het woord zal voeren. Dat vermoeden is
niet correct. Het gaat om een onderzoek naar de
houding van de politie en van waarnemend
burgemeester Broers, zoals een communiqué van
de PRL-FDF duidelijk heeft gemaakt.

PS-leider Elio Di Rupo liet zich niet pramen en
stelde meteen dat er snel sancties moeten volgen
als er niet vlug wordt opgetreden. Ik vraag me af
tegen wie er moet worden opgetreden. Ik vermoed
tegen agressor de heer Happart en zijn
kompanen. De heer Di Rupo bedoelde echter
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
optreden tegen de politiemannen die op dat
moment hun werk deden en tegen de heer Broers.
De heer Di Rupo is er zelfs toe bereid om er een
"politiek incident" van te maken, waardoor heel
Wallonië meteen op zijn kop staat, aangevuurd
door één front van politici en media.

Het is duidelijk wat hier aan de hand is en het is
geen toeval: de Walen proberen met alle middelen
te verhinderen dat de overwinnaar van de
verkiezingen, de heer Huub Broers, tot
burgemeester wordt benoemd omdat zij zich als
de koplopers van de democratie en van de
mensenrechten, niet neerleggen bij een
democratisch verkiezingsresultaat. Daarom moet
het tegen de heer Broers klachten regenen en
moet geweld worden gebruikt.

De nieuwe Waalse hetze in Voeren dient
bovendien nog een ander doel, met name het
creëren van een bijzonder handig chantagemiddel
om de Vlaamse coalitiepartners onder druk te
zetten. Door het Voerense vuurtje aan te
wakkeren ­ en zoals reeds gezegd gebeurt dit
wellicht met medeweten van de top van de PS en
van de PRL ­ hebben Elio Di Rupo en Louis
Michel het gedroomde wapen in handen om de
Vlaamse coalitiepartners permanent onder druk te
zetten.

Mijnheer de minister, uw kabinetsmedewerkers
deelden gisteren mede dat de beslissing over de
benoeming van Huub Broers eind van de maand
zal worden genomen. De vraag is echter tegen
welke prijs. Ik heb het sterke vermoeden dat
momenteel reeds wordt gemarchandeerd over
Broers' benoeming.

Vlaamse collega's, ik voorspel dat zodra de Walen
in het bezit zullen zijn van het geld dat
Lambermont hen zal opbrengen, zij van Voeren
een nieuwe brandhaard zullen maken om de
Vlamingen permanent te kunnen chanteren. Ik
voorspel bovendien dat indien in de toekomst iets
gebeurt aan Vlaamse kant dat de Walen niet zint,
Di Rupo snel naar Jean-Marie Happart zal
telefoneren met de mededeling dat de poppen in
Voeren weer aan het dansen mogen en dan
kunnen de Vlamingen inbinden.

Dit is het oude bekende spelletje, maar de
Vlaamse regeringspartijen mogen zich niet op die
manier laten chanteren. Huub Broers moet
onverwijld tot burgemeester worden benoemd en
de rust moet weerkeren in Voeren. Vlaanderen
mag niet dulden dat in een van zijn gemeenten
onwettigheden gebeuren en rebellie heerst, zeker
niet als deze wordt aangewakkerd vanuit
Wallonië.

Nu reeds wordt geweld gepredikt. Uiterst
schokkend en verontrustend is de oproep tot de
gewapende strijd die de Waalse minister José
Happart gisteren, 12 juni 2001, in La Dernière
Heure lanceerde. In dat verband citeer ik José
Happart letterlijk: "Moi, je n'ai pas envie qu'il y ait
un mort pour trancher le problème". Maar hij
vervolgt: "En tout cas, si je retourne à Fourons, ce
sera pour y mener une lutte plus physique et sans
doute armée".

Dames en heren van deze assemblee, minister
Happart zegt dus dat als hij terugkeert naar
Voeren, het zal zijn om er een meer fysieke strijd
te leiden en zonder twijfel gewapend. Een Waals
minister in functie die oproept tot een gewapende
strijd. Kunt u zich voorstellen wat er zou gebeuren
indien deze woorden uit de mond kwamen van
een Vlaams minister? Minister Sauwens moest
ontslag nemen omdat hij, ocharme, de
bijeenkomst van een vriendenkring van
hoogbejaarde Oostfrontstrijders bijwoonde. In het
geval dat ons thans bezighoudt roept een Waals
minister op tot geweld. Hoort men ergens een
reactie? Waar blijven nu de politiek correct
denkenden? Waar blijft de liga voor de rechten
van de mens? Waar blijft pater Leman? Zal de
Veiligheid van de Staat in de toekomst ook de
potentiële terrorist en Waals minister Happart
observeren of heeft deze Veiligheid van de Staat
het te druk met het clubje van hoogbejaarde
Oostfrontstrijders?

Mijnheer de minister, ik verzoek u ons klaar en
duidelijk uw standpunt mede te delen omtrent de
daarnet vermelde bedreiging die gisteren door
minister Happart werd geuit. Hierbij overhandig ik
u het interview met de heer Happart, opdat u zich
zelf van zijn woorden zult kunnen vergewissen.
05.05 André Smets (PSC): Monsieur le
président, monsieur le ministre, chers collègues,
cela me fait sourire d'entendre M. Guido
Tastenhoye me faire la leçon. Je me demande si,
avant de nous occuper du gouvernement flamand
et du gouvernement wallon, nous ne ferions pas
mieux dans ce parlement de régler d'abord une
fois pour toutes la situation de la vice-présidence
de la Chambre, actuellement occupée par M. Van
den Eynde. Quand j'entends signaler que, pour M.
Tastenhoye, tout devait se dérouler dans l'ordre,
le bon ordre à la Chambre voudrait que M. Van
den Eynde soit démis des ses fonctions.
05.06 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK):
Mijnheer Smets, u moet er geen zaken bij sleuren
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
die er niets mee te maken hebben.

De voorzitter: Mag ik de interpellanten verzoeken
achtereenvolgens het woord te nemen. Iedereen
heeft het recht zijn mening te formuleren, zelfs al
komt dat soms hard aan. Bovendien lijkt het mij
aangewezen terzake verduldig te zijn.

Poursuivez, je vous prie, monsieur Smets.
05.07 André Smets (PSC): Monsieur le
président, je vous remercie de bien vouloir faire
respecter les orateurs. Je n'ai pas interrompu M.
Tastenhoye. Je ne dirais pas que je l'écoute de
manière religieuse, mais soit!

Comment rester indifférent devant la brutalité du
candidat bourgmestre Broers à l'égard des
francophones et de tout ce qui, de près ou de loin,
exprime ou tout simplement symbolise une
présence francophone, qu'elle soit humaine ou
matérielle?

Comment rester indifférent devant la brutalité du
candidat bourgmestre Broers qui vise l'épuration
ethnique par la vente immédiate de bâtiments
communaux hébergeant des francophones?

Comment rester indifférent devant la brutalité du
candidat bourgmestre Broers, si passif, entre
parenthèses, monsieur le ministre, lorsqu'il
s'agissait de combattre la fièvre aphteuse en
contrôlant les frontières? Pendant des jours et des
jours, nous n'avons pas observé le moindre
contrôle policier, que ce soit à la frontière de La
Planque ou à Mouland, et qui, par ailleurs, fait
appel à une vingtaine de policiers pour réprimer
avec violence une manifestation combien légitime
et à laquelle je suis très fier d'avoir participé.

(Geroep in de zaal)

De voorzitter: Mijnheer Tastenhoye, de heer
Smets heeft thans het woord en ik verzoek u hem
niet te onderbreken en te zwijgen. Dat geldt
trouwens ook voor de andere leden. Tijdens de
replieken kunnen er nog opmerkingen worden
geformuleerd.

Continuez, monsieur Smets.
05.08 André Smets (PSC): Monsieur le
président, j'ai connu Leuven et "Walen buiten". Je
ne me fais donc pas d'illusion sur le
comportement de certains!

Comment rester indifférent devant la brutalité du
candidat bourgmestre Broers qui a réussi en un
instant à bafouer trois principes élémentaires de la
démocratie que je me permets de rappeler: 1) la
liberté des citoyens de manifester et de
s'exprimer; 2) la liberté de presse, gravement
endommagée ce jour-là; 3) le devoir de protéger
physiquement des gens et notamment des
parlementaires?

Monsieur le ministre, j'ai trois questions à vous
poser.

Estimez-vous que la réaction de la police fédérale
était proportionnée aux événements qui se sont
passés dans la commune de Fourons? Toutes les
mesures de précaution avaient-elles été
suffisamment prévues au niveau supérieur? A vos
yeux, la responsabilité du bourgmestre faisant
fonction des Fourons, que j'espère ne pas voir
désigner, n'est-elle pas gravement engagée dans
ces incidents?

Monsieur le ministre, j'ajoute que je suis
particulièrement préoccupé par la situation
actuelle des services de secours, en ce qui
concerne la sécurité civile. Il me revient, sous
réserve, que des contacts seraient déjà pris vers
l'extérieur pour éliminer les pompiers de Herve-
Bâtisse, sans la moindre concertation avec les
responsables. Je me permets d'ajouter qu'il y va
aussi de ma responsabilité en tant que
bourgmestre responsable des services de
secours. Je demande, en tout cas, que cette
affaire soit tirée au clair. Vous savez, monsieur le
ministre, qu'en des temps non suspects, je vous
avais interpellé de manière tout à fait positive pour
envisager avec vous l'évolution de ce problème
dans le souci de chaque communauté.
05.09 Charles Janssens (PS): Monsieur le
président, monsieur le ministre, chers collègues,
tous les démocrates de Wallonie, de Flandre ­
tout du moins, je l'espère - et de Bruxelles ont
frémi, samedi soir, à la vue du reportage télévisé
des incidents très graves qui ont eu lieu le matin
même dans les Fourons. Il n'était pas très
différent de celui que nous avons vu tout à l'heure.
En tout cas, il faisait état d'une riposte policière
disproportionnée par rapport aux faits.

Outre la colère, c'est aussi de la honte que ces
images ont inspirée à tous ceux qui, dans notre
pays ­ et ils sont encore nombreux ­ veulent un
Etat de droit, respectueux de chacun et censé
accorder à tout citoyen la libre expression de ses
revendications et de ses opinions.

Certains ont évoqué, ces jours-ci dans la presse,
le retour du temps des gourdins dans cette petite
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
région qui n'aspire qu'à vivre en paix. Cette
période se caractérisait, il y a quelques décennies,
par les tristement célèbres marches des milices
privées flamingantes et fascistes.

Les incidents de ce samedi sont à mes yeux plus
graves. Le temps des gourdins, qu'une grande
partie de la population du Nord comme du Sud du
pays désapprouvait, est aujourd'hui révolu.
C'est
un véritable temps des matraques
institutionnalisées que nous venons de vivre.

Au-delà du caractère indubitablement
communautaire des affrontements, ce qui suscite
chez moi davantage de craintes pour notre
démocratie, c'est que les principaux auteurs des
faits auxquels nous avons assisté, ne semblent
plus être de simples citoyens, mais des
représentants de l'ordre, des représentants d'une
institution chargée précisément de prévenir le
désordre.

Monsieur le ministre, mon indignation n'est pas
sélective. Il y a quelques années, je me suis déjà
indigné contre une répression disproportionnée et
excessive de la gendarmerie de l'époque à
l'occasion d'une manifestation estudiantine à
Liège. Mais quand on constate la manière avec
laquelle des citoyens, des journalistes et un
sénateur ­ c'est probablement une première en
Belgique ­ ont été traités samedi passé, on peut
dire qu'une étape supplémentaire a été franchie
dans l'inacceptable.

L'attitude du bourgmestre des Fourons faisant
fonction avant et pendant les incidents m'interpelle
énormément.

Les décisions qui sont à l'origine des incidents,
sont-elles uniquement des décisions
administratives, justifiées par la situation
financière de la commune? Vendre des
habitations sociales occupées essentiellement par
des francophones, relève-t-il exclusivement d'un
plan d'assainissement budgétaire?

Certains, comme mon collègue M. Smets, ont été
jusqu'à parler d'épuration ethnique. Ce ne sera
pas mon cas. Il ne faut pas banaliser l'horreur qui
s'est passée récemment sous d'autres cieux,
notamment en Yougoslavie. Mais ce à quoi nous
avons assisté dans les Fourons est suffisamment
inquiétant pour que tout démocrate se préoccupe,
dès à présent, des évènements que nous venons
de connaître et ne les banalise pas.

Comment réagirions-nous si un bourgmestre de
quelque parti ou de quelque région que ce soit,
décidait de mettre en vente, sous un prétexte
budgétaire et sans plan d'accompagnement, des
habitations sociales majoritairement occupées par
des immigrés afin de les expulser? Poser la
question, c'est y répondre.

Quoi qu'il en soit, la manière dont ont été traités
les citoyens, les journalistes et le représentant du
peuple qui étaient présents, mérite assurément
une réaction ferme.

Monsieur le ministre, j'ai confiance en votre
humanisme et en votre souci du respect de l'Etat
de droit, mais je me pose les questions suivantes:

Comment expliquer que le communiqué des
autorités, publié à la suite de ces événements, soit
un communiqué commun émanant de la police
fédérale, du bourgmestre de Fourons faisant
fonction et du parquet de Tongres?

Quelles mesures comptez-vous prendre? Vous
avez laissé sous-entendre à la presse que vous
exigeriez un rapport de l'Inspection générale des
services de police. Mais comme ce service est
encore peu étoffé à l'heure actuelle, je suggère de
faire éventuellement appel au comité P, qui est
une police des polices et qui est à la disposition
du parlement.

Monsieur le ministre, pouvez-vous me donner des
renseignements concernant l'application des
mesures qui ont été prises? Cela permettrait de
nous donner des indications quant à l'exacte
attitude de la police fédérale et de son
commandement à l'égard des manifestants et des
représentants de la presse pendant ces incidents.

Quelles sont les mesures que vous comptez
prendre à l'encontre de ceux qui se sont rendus
coupables de comportements inacceptables?

Pourriez-vous me renseigner sur la manière dont
le bourgmestre de Fourons faisant fonction a
préparé la manifestation qui fut à l'origine des
incidents? A-t-il donné des instructions à la police
fédérale? Quelle fut son attitude pendant les
incidents? Le cas échéant, quelles sont les
mesures que vous comptez prendre à son égard?

Voilà, monsieur le président, les questions que je
souhaitais poser au ministre.
05.10 Denis D'hondt (PRL FDF MCC): Monsieur
le président, l'excellent commentaire qui vient
d'être fait par notre collègue Charles Janssens au
sujet des incidents regrettables des Fourons me
permettra d'être bref et d'aller à l'essentiel avec
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
calme et précision.

Samedi dernier, se déroulait la seconde vente
publique d'immeubles communaux, organisée sur
l'initiative de la nouvelle majorité flamande des
Fourons. On a, hélas, comptabilisé 4 blessés
parmi lesquels un sénateur et deux journalistes.
Les circonstances de ces évènements demeurent
floues et soulèvent trois questions.

Je profite tout d'abord de l'occasion pour saluer
l'initiative du ministre de demander la réalisation
d'un rapport complet, détaillé et circonstancié sur
les événements de ce week-end. Ce n'est que sur
cette base qu'il sera possible au gouvernement de
prendre position de manière nuancée et objective
dans cette affaire. Il importe, en effet, de dégager
au plus vite, mais dans la sérénité, toute la clarté
sur le véritable comportement adopté ce samedi
par les manifestants et par les forces de l'ordre. Il
paraît également opportun d'éclaircir le rôle joué
par les autorités communales et plus
particulièrement par le bourgmestre faisant
fonction, M. Huub Broers.

Il convient de replacer les incidents de samedi
dans le contexte plus large du contentieux
linguistique, éminemment passionnel dans cette
commune. On pourrait sans doute parler de
responsabilités plus indirectes au regard des
événements de samedi, mais il apparaît chaque
jour de manière plus évidente que la gestion de ce
contentieux linguistique se révèle, pour le moins,
déficiente.

N'y a-t-il pas d'autres moyens pour renflouer les
finances communales que de mettre en vente des
immeubles occupés essentiellement par des
francophones? De plus, financièrement, ces
francophones ne peuvent pas se permettre de
racheter, lors de ladite vente, le bien qu'ils
occupaient. J'espère que les contacts pris avec la
Région flamande amèneront rapidement et
définitivement davantage de sagesse.

J'ajoute que cette vente n'est pas un fait isolé. Elle
s'inscrit dans un contexte global de tensions,
renforcées depuis l'avènement de la nouvelle
majorité communale. L'ensemble de ces éléments
devra être pris en compte lorsqu'il s'agira de
donner suite aux conclusions du rapport, d'ailleurs
très attendu. Je demande au ministre s'il peut
d'ores et déjà nous informer de l'état
d'avancement de l'enquête.

Le président: Excusez-moi de vous interrompre
quelques instants. Je demande à chacun de ne
pas distribuer des papiers ou des rapports
pendant l'intervention de l'orateur, pour ne pas
perturber notre réunion. Poursuivez, je vous prie,
monsieur D'hondt.
05.11 Denis D'hondt (PRL FDF MCC): Monsieur
le président, ma deuxième question concerne plus
précisément l'attitude adoptée par les forces de
l'ordre dans la prévention et dans la gestion du
conflit qui nous occupe aujourd'hui. Je le répète,
j'attendrai le rapport avant de me prononcer
définitivement et je reste convaincu que le
ministre en fera autant. Cependant, au vu des
images diffusées par les médias, non seulement
le film que nous avons vu mais aussi toutes les
informations diffusées, l'objectivité ne peut
ressortir d'un seul film. Il me semble
disproportionné qu'un groupe de manifestants ­ il
est question d'une d'une cinquantaine de
personnes seulement ­ ne puisse être maîtrisé
que par la violence. A titre d'exemple, je m'étonne
que l'on doive utiliser des chiens policiers pour
empêcher une journaliste de franchir le cordon
des forces de l'ordre.

Je demande donc au ministre son sentiment
quant à la gestion sur le terrain de l'encadrement
de cette manifestation.

Quelles que soient les circonstances d'espèce, on
peut se demander comment des policiers peuvent
en arriver à perdre si rapidement et si facilement
leur sang-froid? Il s'agit pourtant, me semble-t-il,
d'une qualité majeure, indispensable à la bonne
réussite de ce genre d'opération.

De plus, mon groupe souhaiterait connaître
l'attitude adoptée par le bourgmestre faisant
fonction, M. Huub Broers, dans la même gestion
de ces évènements, et plus précisément quelles
ont été les relations entre M. Broers et les
services de police?

Enfin, et il s'agit plus d'une demande que d'une
question, il paraît évident qu'outre des
responsabilités, des sanctions appropriées
devront être prononcées, ceci est bien entendu
nécessaire au maintien de l'Etat de droit. Il
importe, en effet, qu'il ne puisse être reproché
aucune forme de laxisme à l'égard de qui que ce
soit. Je suis convaincu que le ministre de
l'Intérieur saura mener à bien cette enquête et
dégager de manière claire et objective les
responsabilités de chacun. Je suis tout aussi
convaincu qu'il agira avec toute la fermeté voulue,
nécessaire à la bonne gestion de ce dossier.
05.12 Muriel Gerkens (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le président, monsieur le ministre, je ne
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
répéterai évidemment pas tout ce qui vient d'être
dit. Comme la plupart des intervenants, je
souhaite savoir si vous comptez demander une
enquête sur les agissements de la police fédérale
et sur les événements qui se sont déroulés à
Fourons. Il est en effet primordial qu'en cas de
manifestations ou de troubles, les forces de l'ordre
puissent maîtriser leur intervention et éviter de
faire preuve de violence.

Au-delà des événements, je voudrais attirer
l'attention sur le fait que depuis les élections, la
tension monte à Fourons. Le fait que le
bourgmestre ne soit pas encore nommé envenime
encore les choses. A cet égard, je rejoins les
collègues flamands qui ont évoqué cette question.

Le plus difficile sera de prendre position sur la
nomination du bourgmestre sans tenir compte des
récents événements, s'il y a eu erreur manifeste et
grave dans le chef du bourgmestre faisant
fonction. Peut-être pourrez-vous dissocier les
choses, mais j'imagine mal que vous ne teniez
pas compte d'erreurs graves ­ s'il appert qu'il y en
a eu ­ et que vous nommiez ce bourgmestre sans
en tenir compte. Je pense qu'il porte une part de
responsabilité puisqu'il a laissé la situation se
dégrader.

J'en viens maintenant au choix des politiques
exercées actuellement dans cette commune par
la nouvelle majorité. Politiquement, nous ne
pouvons pas accepter que l'on prenne la décision
de vendre des logements en expulsant les
occupants, surtout lorsque l'on sait que ces
derniers font partie d'une seule et même catégorie
linguistique. Dans l'autre catégorie linguistique, on
dira que si seuls des francophones occupent ces
logements, c'est parce que la précédente majorité
ne les a accordés qu'à des francophones. Là
aussi, il convient de prendre du recul pour
analyser les événements.

Je profite de mon intervention pour relever
l'initiative de la Région flamande qui s'est
proposée pour l'achat des logements, de manière
à ce qu'ils puissent rester des logements sociaux
et que la population francophone et flamande
puisse les occuper.

Au regard des analyses divergentes que portent
les deux communautés, dans quelle mesure
pouvez-vous prendre des initiatives, à la fois pour
évaluer ce qui se passe au niveau politique dans
la commune de Fourons et pour orienter la
politique à venir de manière à ce que les deux
communautés puissent cohabiter dans le respect
mutuel sur ce minuscule territoire? Une fois
clôturée l'enquête qui devra déterminer les fautes
éventuelles et dès que les mesures appropriées
auront été prises, je pense que c'est sur cette voie
que nous devrons nous orienter.
05.13 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le
président, je suis à même de communiquer les
éléments suivants aux diverses questions qui ont
été posées.

Dès que j'ai été informé, le samedi 9 juin 2001
vers 11 heures, j'ai immédiatement chargé mes
collaborateurs de demander des rapports à
l'Inspection générale de la police fédérale et des
polices locales, à mon administration ainsi qu'au
commissaire-adjoint d'arrondissement à Fourons.

L'inspection générale a été chargée de me faire
rapport et de me donner un avis circonstancié sur
les éléments suivants.

- La manière dont l'ordre a été maintenu et/ou
rétabli par la police fédérale à Fourons à
l'occasion d'une procédure de vente publique
d'immeubles le 9 juin 2001 ainsi que lors de la
première tentative de procéder à une telle vente, il
y a quelques semaines.

- L'utilisation de la contrainte par la police fédérale
le 9 juin 2001 et la manière dont se sont
déroulées, à l'occasion de ces incidents, les
relations avec la presse sur place.

Le même avis a été sollicité du commissaire
adjoint d'arrondissement, tandis que mon
administration a été chargée d'examiner la
régularité des décisions prises par les autorités
administratives.

En ce qui concerne le déroulement des faits
proprement dit, on peut en faire l'exposé succinct
suivant.

Le service d'ordre a été préparé par l'autorité
administrative de concert avec la police locale. Le
dispositif retenu était pratiquement identique à
celui mis en oeuvre lors de la précédente tentative
de vente publique, le 12 mai dernier. En vue
d'éviter la répétition des incidents connus à cette
occasion, une zone tampon devait être créée avec
des barrières du type HERAS, placées par
l'autorité communale. Quelque 25 policiers
constituaient le service d'ordre, en ce compris
deux cavaliers et un maître-chien de garde. Les
équipes de policiers comprenaient des policiers
tant francophones que néerlandophones.

Le 9 juin vers 9 heures, un groupe de
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
manifestants composé de quelque 80 personnes,
et accompagné par la presse, a quitté le local
"Furodis", situé au centre de Fourons-le-Comte,
pour se rendre au terrain de football, le SK
Moelingen, situé à environ un kilomètre, et où la
vente devait avoir lieu.

Selon le rapport de l'inspection générale, l'autorité
administrative avait toléré cette manifestation, en
principe interdite par un arrêté communal du 2
mars 1988.

Arrivés à l'entrée du parking du terrain de football
vers 9h15, les manifestants ont eu accès, d'abord
un par un, ensuite en masse, à la zone tampon,
où ils ont rejoint une partie de la presse. Ils y sont
restés pendant plusieurs minutes tout en exerçant
une pression sur les barrières du type HERAS
constituant la deuxième enceinte.

A un certain moment, et sur indication du
bourgmestre, les forces de police ont ouvert cette
deuxième enceinte et le responsable du service
d'ordre a engagé sa réserve, qui, en tenue de
maintien de l'ordre, est venue se placer le long de
ces trois barrières, à l'intérieur de la zone tampon
où se trouvaient également deux cavaliers de la
police fédérale. L'engagement de cette réserve de
neuf hommes avait pour but de canaliser les
manifestants pour les faire franchir les barrières
un à un et de faire présenter leur carte d'identité
par les candidats acheteurs.

Le public non acheteur devait avoir accès sans
autre formalité à la salle de vente.

A un certain moment, une pression s'est exercée
sur deux des grilles, dont une est tombée,
entraînant dans sa chute M. Happart. La
deuxième grille a suivi et est également tombée
partiellement sur M. Happart qui, un peu secoué
et se plaignant de douleurs à la nuque, a été isolé
derrière les remparts.

Après quelques minutes, M. Happart s'est repris.
Sa fille ainsi qu'un cameraman de RTL-TVi se
trouvaient à ses côtés. Une journaliste de RTL-
TVi, voulant rejoindre son collègue et tentant de
franchir le barrage, a été mordue par le chien de
la police fédérale. Une autre personne en T-shirt
rouge, qui a également tenté de franchir le
barrage, a aussi été mordue par le chien.

Pendant que ces incidents étaient en cours, M.
Happart a marqué l'intention de quitter l'endroit où
il se trouvait et a été embarqué manu militari par
deux policiers vers un local situé sous la buvette
où devait se tenir la vente.

Le cameraman, qui se trouvait à ses côtés, a été
blessé à la tête par un coup qui lui a été asséné
par un tiers identifié entre-temps. Il ne s'agit pas
d'un membre des forces de l'ordre. Un procès-
verbal a été dressé et a été transmis à l'autorité
judiciaire.

Dans les minutes qui ont suivi, le bourgmestre
faisant fonction est venu à la rencontre des
manifestants et a constaté que la vente ne pouvait
avoir lieu.

Certaines précisions quant aux faits ne peuvent
être données par votre serviteur, dans la mesure
où neuf procès-verbaux ont été dressés et qu'une
information judiciaire a été ouverte à la suite de
ces incidents, information judiciaire à laquelle je
n'ai, bien entendu, pas accès.

Uit de beoordeling door de adjunct-
arrondissementscommissaris die ter plaatse was,
blijkt dat geen enkel verwijt kan worden gemaakt
aan de waarnemende burgemeester van Voeren.
Of het opportuun was om nu over te gaan tot de
verkoop van deze onroerende goederen kan
volgens hem in vraag worden gesteld, maar dit
behoort tot de soevereine beslissingsmacht van
de gemeentelijke overheid. In zijn hoedanigheid
van bestuurlijke overheid onder wiens gezag de
politiediensten optreden die belast zijn met de
handhaving van de orde, kan hem niets worden
verweten, ook niet op het reglementaire vlak.
Geen enkel element laat mij toe tot een andere
conclusie te komen.

L'exécution concrète des faits sur le terrain relève,
elle, de la responsabilité des chefs de police, en
l'espèce du responsable opérationnel auprès du
directeur-coordinateur de Tongres. Le
commissaire adjoint d'arrondissement s'interroge
à cet égard quant à la manière dont ont été
gérées les relations avec la presse, présente sur
les lieux.

Sur la base des faits tels qu'ils me sont connus
jusqu'à présent, outre l'usage du chien de garde et
surtout sa place dans le dispositif policier, une
séquence du déroulement des faits reste, pour
l'instant, sans explication satisfaisante. Il s'agit de
l'évacuation par la force de M. Happart. J'ai
demandé une enquête complémentaire à ce sujet.
Elle est actuellement en cours. Si aucune
explication satisfaisante n'est donnée, des
mesures devront être prises.

Pour le surplus, je ne vois bien entendu aucun
inconvénient à ce que le Comité P enquête sur les
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
pratiques policières mises en oeuvre à l'occasion
de ces incidents. L'enquête du Comité P et celle
dont j'ai chargé l'Inspection générale, à laquelle
s'ajouteront les éléments recueillis par l'autorité
judiciaire, sont autant de données qui doivent
permettre de faire la clarté sur les opérations
menées par la police.

De vraag naar de benoeming van de
burgemeester van Voeren is hier niet aan de orde.
Ik heb hierop vorige week, dus voor de
gebeurtenissen, reeds duidelijk in de Kamer
geantwoord. Ik heb toen gezegd dat ik mijn
beslissing tegen het einde van deze maand zou
nemen.

Tot slot, mijnheer Vandeurzen, ik kan u
verzekeren dat er naar aanleiding van deze
gebeurtenissen bij mij geen enkele tussenkomst is
gebeurd, van welke partijvoorzitter dan ook.

De voorzitter: Voor de replieken hebben eerst de
interpellanten het woord en vervolgens de heer
Vanhoutte. De spreektijd is beperkt tot drie
minuten.
05.14 Frieda Brepoels (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, ik zal proberen kort te repliceren. Ik wil
de minister danken voor zijn klaar en duidelijk
antwoord op een aantal pertinente vragen. Ik
begrijp dat het op dit ogenblik niet mogelijk is om
op een aantal meer gedetailleerde vragen in te
gaan, maar ik denk dat de minister een vrij
gedetailleerd overzicht heeft gegeven van de
informatie die hij op dit ogenblik heeft over de
wijze waarop de orde werd gehandhaafd.

Wat mij toch heel duidelijk uit de analyse van de
minister is bijgebleven, is dat hij geen verwijten
richt aan de administratieve overheid in de
gemeente Voeren, met name aan waarnemend
burgemeester Broers, over de wijze waarop hij de
relatie met de federale politie op het vlak van
ordehandhaving heeft ingevuld.

U stelt vragen wat de opportuniteit van de verkoop
betreft. Ik zou toch graag aan collega Smets in
alle rust willen zeggen dat het de plicht is van elke
overheid, en dus ook van de gemeentelijke
overheid, om haar eigendom te beheren als een
goede huisvader. Ik weet niet of u de gebouwen
kent die op dit ogenblik inderdaad alleen door
Franstaligen bewoond worden. Ik zou eerlijk
gezegd beschaamd zijn als ik dit zou moeten
verdedigen. Dit zijn geen gebouwen die woonklaar
zijn. Dit zijn duidelijk gebouwen die ter beschikking
gesteld werden van een aantal mensen dat
misschien behoeftig was. Enkelen zijn zeker in dat
geval. Ik denk echter dat het de huidige,
waarnemend burgemeester siert dat hij voor de
betrokkenen oplossingen zoekt op het ogenblik
dat die woningen zouden worden verkocht. Ik
denk dat het voorstel van de Vlaamse minister
voor Huisvesting, de heer Van Grembergen, om
de gebouwen van de gemeente Voeren aan te
kopen en ze woonklaar te maken zodat ze ter
beschikking kunnen worden gesteld van mensen
die er om sociale redenen recht op hebben ­ en
dat kunnen dus perfect mensen zijn die er op dit
ogenblik wonen ­, een goed voorstel is.

Verder heb ik ook heel duidelijk gehoord van de
minister dat er aan waarnemend burgemeester
Broers niets kan worden verweten op het
reglementaire vlak. Er is geen enkel element dat
mij tot een andere evaluatie zou leiden. Ik denk
dat het goed is dat de minister daarover vandaag
klaarheid heeft geschapen. Ik heb reeds in mijn
eerste toelichting gezegd dat ik hem houd aan zijn
woord van vorige week in de plenaire vergadering.
Dat hij dat vandaag nog eens uitdrukkelijk stelt,
schenkt mij enkel voldoening. Wij zullen de
gevolgen van het door de minister gevraagde
onderzoek nauwgezet volgen. Daarmee wens ik
mijn repliek te besluiten.
05.15 Jo Vandeurzen (CVP): Mijnheer de
voorzitter, ik zou op mijn beurt de minister willen
danken voor het heldere antwoord.

Het valt mij altijd op dat wanneer een dergelijk
thema ter sprake komt ineens de vrije
meningsuiting en de grote democratische
waarden naar voren worden gebracht. De minister
heeft bevestigd dat er wel degelijk een
reglementair correct betogingverbod ter plaatse
geldt. Dat reglement is niet afkomstig uit het
tijdperk Broers, maar uit een vorige legislatuur.
Toen was het geen inbreuk op de vrije
meningsuiting als men een reglement van die
aard uitvaardigde. De minister heeft ook gezegd
dat de bestuurlijke beslissingen correct zijn
genomen en dat er geen aanwijzingen zijn dat de
administratieve overheid verkeerd heeft
opgetreden. Het gaat immers niet op zich eerst de
vraag te stellen of de burgemeester niet meer
veiligheidsmaatregelen zou moeten nemen en als
hij dan meer maatregelen neemt en ervoor zorgt
dat de politie aanwezig is, te zeggen dat hij te veel
initiatieven heeft genomen en overgereageerd
heeft. Ik ben blij dat de minister deze inschatting
maakt.

Ik heb maar één laatste conclusie. Ik hoef geen
groot profeet te zijn om te weten wat er de
volgende weken achter de schermen gaat
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
gebeuren. We kennen die mechanismen. Dat de
partijvoorzitters in Wallonië zich met deze zaak
hebben bemoeid en wat we vandaag opnieuw
hebben gehoord, bewijzen dat erover inderdaad
achter de schermen zal worden van gedachten
gewisseld. Mijnheer de minister, ik hoop oprecht
dat we u aan uw woord kunnen houden en ik hoop
ook oprecht dat onze Vlaamse collega's, ook de
collega's van de meerderheid, de moed zullen
hebben om er in de volgende weken voor te
zorgen dat op het einde van deze maand Huub
Broers burgemeester van Voeren wordt.
05.16 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, ten eerste, wat mij in deze
zaak voldoening schenkt is dat hier duidelijk is
aangetoond dat Huub Broers geen enkel verwijt
treft, dat hij alle reglementaire beschikkingen
correct is nagekomen. Dat is een heel gelukkige
vaststelling.

Ten tweede, ik stel vast dat de agressie van de
kant van de Luiksgezinden is gekomen. Zij
hebben de wet overtreden. Het gevolg is dat de
openbare verkoop tot tweemaal toe niet is kunnen
doorgaan.

Ten derde, de minister heeft toegegeven dat het
dispositief aan politiemensen hetzelfde was bij de
tweede verkoop als bij de eerste verkoop, hoewel
er bij de eerste verkoop reeds zware incidenten
waren geweest. De minister werd er nochtans
door collega Bert Schoofs op gewezen dat dit
geen tweede keer mocht gebeuren. Welnu, de
minister heeft zijn verantwoordelijkheid niet
genomen. Bij de tweede verkooppoging was
hetzelfde dispositief, namelijk amper 25
politiemensen, aanwezig. Dit was veel te weinig.
Daar hadden minstens 100 tot 150 politiemensen
paraat moeten zijn, met meerdere paarden. Er
waren er slechts twee te paard en er was één
hond aanwezig. Dit was veel te weinig voor
hetgeen kon gebeuren. Mijnheer de voorzitter,
voor het overige blijf ik bij de stellingen die ik
daarnet heb aangebracht. Ik voorspel u dat
Voeren de nieuwe brandhaard wordt zogauw de
Franstaligen hun geld van Lambermont binnen
hebben.

Mijnheer de minister, tot slot betreur ik dat u niet
bent ingegaan op de zware bedreigingen en de
oproep tot geweld in Voeren van de Waalse
minister Happart. Het wordt in dit land blijkbaar
heel normaal gevonden dat een Waals minister
kan oproepen tot een gewapende strijd. Daar
kraait geen haan naar. Maar als een Vlaams
minister naar een clubje van hoogbejaarden gaat,
dan staat heel het land in rep en roer. Dit blijft mij
verbazen in dit apenland.
05.17 André Smets (PSC): Monsieur le
président, M. Tastenhoye continue à nous faire
beaucoup d'honneur puisqu'il prévoit 150 policiers
pour les 80 francophones. Je suggère qu'on lui
garantisse des agneaux quand le Vlaams Blok
déambule, notamment dans les rue d'Anvers.

Monsieur le ministre, si j e vous ai bien compris,
vous avez confirmé que l'intervention de la police
fédérale a été mise en cause en raison de son
caractère brutal à l'égard, notamment de M
Happart, mais aussi à cause de l'utilisation de
chiens policiers manifestement mal contrôlés. Ce
point me semble évident.

Vous dites qu'on ne peut faire aucun reproche à
M. Broers. En tout cas, je peux dire que, pour ma
part, j'espérais pouvoir assister à la vente
publique. J'ai présenté ma carte mais on m'a
empêché de passer. Je continue à contester le
caractère public d'une vente quand un citoyen ou
un parlementaire n'a pas le droit d'y assister. Or
j'ai montré ma carte à plusieurs reprises et on m'a
interdit de passer

De façon plus générale, ce que je reproche à
M. Broers, et c'est pour cette raison que je parle
de brutalité, c'est l'esprit de revanche qui a été
créé.

Je vais répéter ici ce que j'ai déjà dit en séance
plénière: je suis très fier d'avoir pu, pendant six
ans, constater que sous le bourgmestre Smeets,
le premier drapeau à avoir flotté sur la maison
communale était le drapeau belge. Je suggère à
M. Broers d'imiter M. Smeets dans son souci du
bien-être de tous ses concitoyens et dans sa
capacité à répondre à chacun dans sa propre
langue, que ce soit en français, en néerlandais, en
allemand ou en anglais.

Je constate que certains veulent chasser de
Fourons tous ceux qui de près ou de loin
expriment leur attachement à la francophonie ou
tout simplement leur amour viscéral pour une
région extraordinaire ouverte sur l'Europe.

Je n'oublie pas les propos du vice-premier
ministre Michel, il y a trois ans lorsqu'il était
encore parlementaire: « le combat des Fouronnais
francophones n'est pas un combat médiocre, il
exprime aussi le besoin de se sentir reconnus ».
Chacun sait très bien que, même au-delà des
élections où ­ sans doute la dernière histoire
belge - la majorité actuelle a gagné grâce aux voix
des Hollandais - que l'on respecte énormément
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
par ailleurs -, les gens sont passionnément
attachés aux échanges linguistiques entre
francophones, néerlandophones et
germanophones. Malheureusement, on instaure
aujourd'hui un système où tout ce qui est
francophone doit être chassé et poursuivi. Voilà ce
que je reproche à M. Broers et que je ne puis
supporter.

S'il faut croire tous ceux qui proclament de grands
principes lors des réunions plénières, "sacrebleu!"
comme dirait le capitaine Haddock, qu'on applique
la primauté du droit des gens sur le droit du sol.
Alors, je les croirai!
05.18 Charles Janssens (PS): Monsieur le
ministre, vous avez objectivement et sincèrement
répondu suivant les renseignements en votre
possession à l'heure actuelle. J'acte que les
investigations continuent, et notamment en ce qui
concerne l'attitude de certains membres des
forces du "désordre" envers M. Happart.

Je tiens quand même à attirer votre attention sur
le fait que les rapports en votre possession sont
des documents des services. Je réitère ma
suggestion, que vous n'aviez pas négligée me
semble-t-il, que le comité P puisse aussi
investiguer en ce domaine et faire un rapport,
mais cela relève du parlement. Nous prendrons
des initiatives en ce sens.

J'entends certains de mes collègues
néerlandophones ­ ce que je regrette vraiment;
cela m'étonne de la part de certains, moins de la
part de certains autres ­, qui présentent cette
manifestation comme une manifestation
importante de terroristes. Je ne parle pas ici de
M. Smets avec qui je suis relativement d'accord.

Je ne sais pas si certains sont déjà allés dans les
Fourons et à Mouland. J'y suis déjà allé car c'est
tout près de chez moi.

Il est d'ailleurs vain et assez cocasse de parler
d'interdiction de manifestation le jour d'une vente
publique dans un village grand comme un
mouchoir de poche. Je pense que cette
interdiction avait été levée et à juste titre, je puis le
comprendre. Mais affecter 25 gendarmes pour 80
manifestants! D'après M. Tastenhoye, il aurait
fallu prévoir 150 gendarmes pour 80 personnes!
Même si parmi celles-ci se trouvaient quelques
Liégeois ou quelques Verviétois "égarés", je suis
convaincu que la plupart de ces manifestants
étaient des gens du village, indignés par cette
vente sans plan d'accompagnement qui a mis le
feu aux poudres. Certes, notre rôle de
parlementaires n'est pas de nous ériger en juges.
Cependant, je me réjouis des propos de la Région
flamande à cet égard, car il faut trouver une
solution pour les personnes concernées, mais
présenter cette manifestation comme un danger
extraordinaire pour la sécurité publique, non! Il y a
eu manifestement riposte disproportionnée.

Je prends acte avec satisfaction de la poursuite
de l'enquête à ce niveau-là, parce qu'elle mettra
probablement en évidence des manquements tant
au niveau collectif ­ les images de la télévision
pourront très bien le montrer ­ qu'au niveau
individuel. Selon moi, la morale et la justice ne
pourraient tolérer qu'ils ne soient pas sanctionnés.
05.19 Denis D'hondt (PRL FDF MCC): Monsieur
le président, je remercie le ministre pour sa
réponse très précise et qui appelle bien entendu
un suivi. Je ne suis pas convaincu par toutes les
affirmations contenues dans le rapport qui a été
fait jusqu'à présent par la police fédérale. Je
comprends que le ministre demande un rapport
complémentaire sur la manière utilisée par la
police fédérale pour emmener M. Happart. Assez
bizarrement, le film que nous avons vu en début
de séance ne reproduit pas ces quelques minutes
alors qu'elles sont, d'après moi, très importantes
en ce qui concerne la manière dont le sénateur a
été traité. Bref, je fais confiance au ministre de
l'Intérieur et au gouvernement pour faire en sorte
que soit tournée le plus rapidement mais le plus
fermement possible la page de ces incidents qui,
tout compte fait, concernent un problème qui ne
dépasse pas l'intérêt local.
05.20 Muriel Gerkens (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le président, je remercie également le
ministre pour sa réponse. Personnellement, je
pense que pour évaluer les événements qui se
sont déroulés, il est intéressant de faire appel à un
avis objectif ou du moins d'attendre un certain
temps pour pouvoir analyser les choses dans leur
globalité, qu'il s'agisse du comportement des
membres de la police ou des manifestants, y
compris M. Happart

Je suis quelque peu déçue parce que vous n'avez
pas répondu à ce qui me semblait être l'essence
de ma question. Comptez-vous prendre des
dispositions avec M. Broers et les autres
membres de la majorité sur le territoire de
Fourons, avec les communautés qui vivent dans
cette commune, de manière à pouvoir surmonter
des traumatismes qui existent maintenant au sein
de cette population et à éviter de nouveaux
débordements? En effet, eu égard à la gravité des
événements, il n'est pas suffisant d'indiquer
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
simplement les fautifs.
05.21 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik
ben bijzonder tevreden dat ik als laatste iets kan
zeggen.

Ik wil uw aandacht vestigen op drie elementen.
Het eerste element houdt verband met de
verantwoordelijkheid. Ik stel vast dat u uw
verantwoordelijkheid op een zeer efficiënte en
zeer nauwgezette manier ter harte hebt genomen.
Dat is, mijns inziens, een belangrijk element.
Mocht dit incident zich niet in Voeren hebben
voorgedaan maar in een andere gemeente, was
dit een banaal feit geweest zijn dat niet eens de
voorpagina's van de kranten zou hebben gehaald,
laat staan de televisie. Politici hebben dit incident
met een vergrootglas bestudeerd. Resultaat is dat
het vergrootglas niet alleen vergroot maar ook als
brandglas werkt. Het hele zaakje begint te
smeulen, de polarisatie neemt toe en de spanning
tussen de verschillende groepen van de lokale
bevolking stijgt.

Mijnheer de voorzitter, collega's, wij politici dragen
een grote verantwoordelijkheid. De heer
Vandeurzen heeft hierop reeds gewezen. We
moeten erop toezien dat we een verdere escalatie
van dit soort problemen niet in de hand werken.

Het is volgens mij opportuun terug te gaan naar
de wortels van dit soort conflicten. We vergeten al
te gemakkelijk de diepe wortels van dergelijke
problemen. Als we op termijn serieuze
oplossingen willen bieden, moet de zaak grondig
ontmijnd worden en moet de dialoog blijvend
gevoerd worden. We mogen dit soort problemen
niet wegmoffelen tot er opnieuw een opduikt maar
moeten elke dag werken aan een goede dialoog.
In het buitenland noemt men dit conflictpreventie.
Dit is een belangrijk initiatief. Het Parlement kan
deze voorzet geven om dit soort problemen in de
toekomst te ontmijnen.

Moties
Motions

Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.

Een eerste motie van aanbeveling werd ingediend
door mevrouw Frieda Brepoels en de heren Jo
Vandeurzen en Daniël Vanpoucke en luidt als
volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van mevrouw Frieda
Brepoels, de heren Jo Vandeurzen, Guido
Tastenhoye, André Smets, Charles Janssens,
Denis D'hondt en mevrouw Muriel Gerkens
en het antwoord van de minister van
Binnenlandse Zaken,
- stelt vast dat de onlusten in de gemeente Voeren
mede in de hand worden gewerkt door het
uitblijven van de benoeming van de heer Huub
Broers als burgemeester;
- stelt vast dat bepaalde groeperingen de onlusten
uitlokken om die benoeming te verhinderen;
- beveelt de minister aan om de benoeming van
Huub Broers tot burgemeester van de gemeente
Voeren niet langer uit te stellen en deze beslissing
te nemen, zoals hij heeft aangekondigd, voor het
einde van de maand juni."

Une première motion de recommandation a été
déposée par Mme Frieda Brepoels et MM. Jo
Vandeurzen et Daniël Vanpoucke et est libellée
comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de Mme Frieda
Brepoels, MM. Jo Vandeurzen, Guido Tastenhoye,
André Smets, Charles Janssens, Denis D'hondt et
Mme Muriel Gerkens
et la réponse du ministre de l'Intérieur,
- constate que les troubles dans la commune de
Fourons sont notamment favorisés par l'absence
de nomination de M. Huub Broers en qualité de
bourgmestre;
- constate que certains groupements provoquent
les troubles dans le but d'empêcher cette
nomination;
- recommande au ministre de l'Intérieur de ne plus
reporter la nomination de M. Huub Broers en
qualité de bourgmestre des Fourons et de prendre
cette décision avant la fin du mois, ainsi qu'il
l'avait annoncé."

Een tweede motie van aanbeveling werd
ingediend door de heren Filip De Man, Bart
Laeremans en Guido Tastenhoye en luidt als
volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van mevrouw Frieda
Brepoels, de heren Jo Vandeurzen, Guido
Tastenhoye, André Smets, Charles Janssens,
Denis D'hondt en mevrouw Muriel Gerkens
en het antwoord van de minister van
Binnenlandse Zaken,
- veroordeelt de pogingen van Franstalige politici
om met geweld hun wil op te leggen aan de
gemeente Voeren;
-
verklaart zich geschokt door het uiterst
agressieve en gewelddadige taalgebruik van een
Waals minister, met name José Happart;
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
-
veroordeelt de pogingen van Franstalige
partijvoorzitters om de democratie onderuit te
halen en de keuze van de Voerense bevolking op
8 oktober ongedaan te maken."

Une seconde motion de recommandation a été
déposée par Mme Frieda Brepoels et MM. Jo
Vandeurzen et Daniël Vanpoucke et est libellée
comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de Mme Frieda
Brepoels, MM. Jo Vandeurzen, Guido Tastenhoye,
André Smets, Charles Janssens, Denis D'hondt et
Mme Muriel Gerkens
et la réponse du ministre de l'Intérieur,
-
condamne les tentatives des responsables
politiques francophones d'imposer par la violence
leur volonté à la commune de Fourons;
- se déclare choquée par les propos extrêmement
agressifs et violents tenus par un ministre wallon,
à savoir M. José Happart;
- condamne les tentatives des présidents des
partis francophones de miner la démocratie et de
réduire à néant le choix exprimé par la population
fouronnaise le 8 octobre dernier."

Een eenvoudige motie werd ingediend door de
dames Corinne De Permentier, Géraldine Pelzer-
Salandra en Marilou Vanden Poel-Welkenhuysen
en de heren Willy Cortois, Denis D'hondt, André
Frédéric, Tony Smets, Jan Peeters en Peter
Vanhoutte.

Une motion pure et simple a été déposée par
Mme Corinne De Permentier, Géraldine Pelzer-
Salandra et Marilou Vanden Poel-Welkenhuysen
et MM.
Willy Cortois, Denis D'hondt, André
Frédéric, Tony Smets, Jan Peeters et Peter
Vanhoutte.

Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.
06 Vraag van de heer Peter Vanhoutte aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
statuut van de vluchtelingen uit Macedonië"
(nr. 4891)
06 Question de M. Peter Vanhoutte au ministre
de l'Intérieur sur "le statut des réfugiés
originaires de Macédoine" (n° 4891)
06.01 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
collega's, wegens sommige uitspraken van
daarstraks dacht ik dat ik het woord Macedonië
misschien moest vervangend door iets anders.
Deze vraag gaat wel degelijk over de zeer kritieke
situatie in Macedonië, waar de afgelopen dagen
weer meer dan 20.000 mensen zijn gevlucht en nu
in aangrenzende gebieden in Servië, Kosovo
en
Griekenland zijn aangekomen. De
vluchtelingenstroom is dus duidelijk op gang
gekomen. Hij zal zich ongetwijfeld niet beperken
tot die regio, maar zal zich ook verspreiden over
de rest van de Europese Unie.

De voorzitter: Mag ik vragen dat men aan de
heer Vanhoutte en aan de andere collega's de
kans geeft het woord te voeren wanneer zij het
hebben gekregen? Mag ik daarop aandringen?
06.02 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):
Dank u, mijnheer de voorzitter. Daarom, mijnheer
de minister, heb ik drie vragen.

Ten eerste, voorziet ons land op dit ogenblik in het
statuut van oorlogsvluchteling nu deze
vluchtelingenstroom ook op ons land zal
afkomen?

Ten tweede, werd er reeds overlegd over een
mogelijke opvang van vluchtelingen uit deze
regio? Welke aantallen zouden wij eventueel
kunnen opvangen, uiteraard op tijdelijke basis?

Ten derde, merkt u op dit ogenblik reeds een
verhoogde instroom van vluchtelingen uit de
Balkan in het algemeen en uit Macedonië in het
bijzonder?
06.03 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de
voorzitter, mijnheer Vanhoutte, het statuut van
oorlogsvluchteling waarnaar u in uw vraag
verwijst, valt onder het voorwendsel van het
concept van tijdelijke bescherming. Dit soort
bescherming is het voorwerp van een
richtlijnvoorstel ingediend door de Europese
Commissie.

Deze richtlijn heeft betrekking op de belangrijke
conflicten en verplaatsingen van bevolkingen,
zoals degene die werden veroorzaakt door het
conflict in Kosovo in 1999. Daardoor kunnen die
personen tijdens een vastgestelde periode
beschikken over een bescherming op het
grondgebied van de lidstaten en over een hele
reeks rechten die hieruit voortvloeien, zoals
huisvesting, werk, opleiding en gezinshereniging.

Het tijdelijk beschermingssysteem, dat in werking
kan worden gezet door een beslissing van een
gekwalificeerde meerderheid van de Raad,
veronderstelt een gemeenschappelijke solidariteit.
Elke staat moet zijn opvangcapaciteiten
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
verduidelijken en de begunstigden moeten hun
toestemming geven om in die lidstaat te worden
opgevangen.

Bovendien genieten al deze maatregelen
financiële steun van het Europees Fonds voor
Vluchtelingen, opgericht in september 2000.

Wat betreft het invoeren van die tekst, is men tot
een politiek akkoord kunnen komen tijdens de
raad JAI van 28 maart 2001, maar om te kunnen
worden uitgevoerd, zal het nog moeten worden
geformaliseerd.

Het lijkt mij dus duidelijk dat de lidstaten nu hun
politieke wens hebben getoond om hun krachten
te bundelen en om op een solidaire en
gecoördineerde manier te werken, zoals verwacht
in het Verdrag van Amsterdam en de Tampere-
besluiten.

Dit heeft men kunnen leren uit de crisis in Kosovo,
waar de belangrijke inspanningen om de
gedeporteerde personen op te vangen, die door
de lidstaten werden geleverd, niet konden worden
gecoördineerd, en aldus tot ongelijkheden op
gebied van rechten en statuut hebben geleid.

Indien men weer een beroep zou moeten doen op
het tijdelijke beschermingssysteem ­ u hebt het
voorbeeld van de vroegere Joegoslavische
Republiek Macedonië gegeven ­ dan kan België
om de vermelde redenen niet op een geïsoleerde
manier optreden, maar in het kader van
gemeenschappelijke en solidaire mechanismen.

De richtlijn verwijst naar een situatie van massieve
stroom. Welnu, de situatie van VYRM dient met
bijzondere aandacht te worden bekeken, maar het
gaat hier niet om een massieve stroom. De cijfers
van de asielaanvragen voor 2001 zijn de
volgende: in januari 11, in februari 8, in maart 33,
in april 34, in mei 52 en in juni 7. In totaal maakt
dat 145 asielaanvragen.

Als toekomstig voorzitter van de Raad van de
Europese Unie zal België bijzonder aandachtig de
evolutie van de toestand in dat gebied en in VYRM
in het bijzonder volgen.
06.04 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik
denk dat uw antwoord belangrijk is, want
samenwerking is inderdaad essentieel bij het
opvangen van de vluchtelingenstroom. Anderzijds
moeten wij afstappen van een behandeling als
"vluchteling tout court". Het zijn geen mensen die
hier wensen te blijven, maar die wel behoefte
hebben aan een tijdelijk onderdak. Uiteindelijk
zullen zij naar hun regio van herkomst moeten
terugkeren

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

Voorzitter: Denis D'hondt.
Président: Denis D'hondt.
07 Vraag van de heer Georges Lenssen aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het luik
stadswachten als onderdeel van de
preventiecontracten" (nr. 4901)
07 Question de M. Georges Lenssen au
ministre de l'Intérieur sur "le volet relatif aux
gardes municipales comme élément des
contrats de prévention" (n° 4901)
07.01 Georges Lenssen (VLD): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, vorig
jaar werden de veiligheidscontracten aan een
voorlopige evaluatie onderworpen. Op basis van
objectieve criteria hebt u dit jaar bekend gemaakt
welke preventiecontracten kunnen blijven en
welke worden stopgezet. Concreet betekent dit
dat er 29 gemeenten zijn, waaronder een aantal
niet onbelangrijke zoals Beringen, Aarschot,
Tienen en Maasmechelen, die kampen met
specifieke veiligheidsproblemen, die hun contract
niet verlengd zien. Als gevolg hiervan geraken
deze gemeenten in de problemen, vooral inzake
de stadswachten. In vele gemeenten was aan
deze functie een gezicht gekoppeld en had de
stadswacht zijn plaats in het straatbeeld en in de
werkloosheidbestrijding. Er waren immers heel
wat mensen die opnieuw een zinvol bestaan
kregen nadat zij in de stadswacht werden
opgenomen. Daarnaast had de stadswacht een
aanvullende preventieve functie in het
veiligheidsgebeuren en zij waren een soort
voorpost voor het politiewerk. In totaal gaat het
over 130 stadswachten in het Vlaamse Gewest,
ongeveer 9% van het totale budget voor de
veiligheidscontracten.

Mijnheer de minister, ziet u nog een toekomst
voor deze stadswachten? Kunnen er nog
middelen worden vrijgemaakt om deze projecten
te blijven financieren? Indien niet, zouden deze
gemeenten dan via andere kanalen een toelage
kunnen krijgen om deze projecten te
ondersteunen?
07.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de
voorzitter, mijnheer Lenssen, zoals ik u al
herhaaldelijk heb gezegd, was het wegens een
beperkt budget niet mogelijk om een gunstig
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
antwoord te geven aan alle gemeenten die
aanspraak wensten te maken op een
veiligheidscontract of een preventiecontract.

De regering heeft bijgevolg beslist een keuze te
maken op grond van objectieve criteria, zoals de
bevolking, de criminaliteit en de sociaal-
economische toestand. Kleine gemeenten
waarvan de criminaliteit en de sociaal-
economische situatie gunstiger zijn dan elders,
zullen hun preventiecontract volgend jaar niet
verlengd zien. Indien die gemeenten hun
projecten wensen te handhaven, moeten ze dat
doen ofwel met eigen fondsen, ofwel door andere
financieringsbronnen aan te spreken, zoals
bijvoorbeeld het Gewest.

Ter gelegenheid van de reactivering van de Hoge
Raad voor de Criminaliteitspreventie heb ik
trouwens bij de gewesten stappen ondernomen. Ik
moet u echter meedelen dat ik momenteel
vanwege het Vlaams gewest slechts weinig
belangstelling merk voor de gemeenten die geen
steun meer zullen genieten van de federale
overheid, in tegenstelling tot het Brussels en het
Waals gewest. Ik hoop nog op een attitude-
wijziging van het Vlaams gewest.

Inzonderheid wat de stadswachten betreft, belet
niets een gemeente om een ploeg te financieren.
Verschillende gemeenten zonder veiligheids-
contract of preventiecontract hebben een
dergelijke ploeg samengesteld. Ook al krijgen ze
daarvoor geen enkele subsidie van het ministerie
van Binnenlandse Zaken, toch kunnen ze rekenen
op de steun en de raadgevingen van mijn
diensten.

Tot slot ben ik wel degelijk van plan om de
projecten van de stadswachten voort te zetten.
Naar aanleiding van de globale evaluatie die ik
vorig jaar liet uitvoeren, heb ik een aantal
voorstellen geformuleerd teneinde, enerzijds, hun
werk efficiënter te maken en, anderzijds, aan hen
die deze taak op zich nemen betere
werkomstandigheden te bieden. Die voorstellen
werden opgenomen in de handleiding
Methodologie voor de inwerkingstelling van de
veiligheidscontracten, die ik aan de verschillende
betrokken gemeenten heb meegedeeld teneinde
hun eventuele opmerkingen of reacties te
verzamelen. In een volgend stadium zullen de
richtlijnen met betrekking tot het statuut en het
kader van de opdrachten van de stadswachten
gewijzigd worden. Ik heb het uittreksel van de
handleiding Methodologie betreffende de
stadswachten voor u klaargelegd.
07.03 Georges Lenssen (VLD): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik dank u voor uw
antwoord. Ik vind het jammer dat sommige
gemeenten die hun preventiecontract al verliezen,
nu ook hun toelagen verliezen voor de
stadswachten. Ik had gehoopt dat voor dat luik
toch nog middelen vrijgemaakt zouden kunnen
worden. Blijkbaar kan dat niet via uw ministerie.

Ik hoop dat het Vlaamse Gewest in deze zaak op
zijn stappen terug zal komen en, naar analogie
van het Brusselse en het Waalse gewest,
inspanningen zal doen om die projecten verder te
financieren.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

Voorzitter: Paul Tant.
Président: Paul Tant.
08 Vraag van mevrouw Els Van Weert aan de
minister van Binnenlandse Zaken over
"onregelmatigheden bij Europol en het gebrek
aan democratische controle op de werking van
deze politiekoepel" (nr. 4907)
08 Question de Mme Els Van Weert au ministre
de l'Intérieur sur "les irrégularités à Europol et
le manque de contrôle démocratique du
fonctionnement de cet organisme de
coordination policière" (n° 4907)
08.01 Els Van Weert (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, Europol
kwam de jongste dagen jammer genoeg op een
wat negatieve wijze in het nieuws. De reden is de
fraude van het Franse hoofd van de Information
Technology-afdeling van Europol, de heer
Pougnet. Ongetwijfeld hebt u dat ook kunnen
volgen in de media.

Wij vrezen dat die fraudezaak slechts het topje
van de ijsberg is. Naast fraude is er nog sprake
van schriftvervalsing, witwaspraktijken en
belangenvermenging. Ook via het Sensus-project,
waarover uzelf geen verantwoordelijkheid of
bevoegdheid hebt, wordt de link gelegd met de
Language Development Companies in de rand
van het Ieperse bedrijf Lernout & Hauspie.

Naar alle waarschijnlijkheid is er ook sprake van
diefstal van informatietechnologie. Over dat
laatste wens ik u toch enkele concrete vragen te
stellen omdat ik langs deze weg zou willen
proberen hierover meer duidelijkheid te krijgen.
Even schetsen: Europol zou gebruik maken van
gestolen informatietechnologie. Het bedrijf
Poligenesis uit München beweert dat zijn
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
polygoontechnologie aan de basis ligt van Eurint.
De firma heeft Europol evenwel nooit de
toestemming gegeven om de gepatenteerde
informatietechnologie te gebruiken. Momenteel
loopt in Duitsland dan ook een onderzoek naar de
betrokkenheid van hooggekwalificeerde ex-
werknemers van Polygynesis bij deze diefstal.

Europol schreef in de loop van 1997 en 1998
aanbestedingen uit voor Eurint en Europolis
Analyse en Informatieverwerking en de Franse
Europol-ambtenaar was hiervoor verantwoordelijk
als hoofd van het IT-departement. Hoewel
technologie voor informatiemanagement aan de
basis ligt van de Europol-systemen is het
onduidelijk waar de door Europol gebruikte
technologie vandaan komt. Formeel werd blijkbaar
nooit een contract uitgeschreven. Uiteindelijk
zouden enkele bedrijven die van nabij betrokken
zijn bij het daarstraks vermelde Sensus-project
van de Europese Commissie deelnemen aan
Eurint en Europolis. Een klacht van Polygenesis
tegen deze gang van zaken leidde tot de
veroordeling van Sensus-coördinator Stefan
Bodenkamp.

Van de minister had ik graag vernomen of hij kan
bevestigen dat de gepatenteerde polygoon-
technologie van het bedrijf Polygynesis uit
München aan de basis ligt van de Europol-
informatiesystemen Eurint en Europolis, of er in
geïntegreerd is. Zo ja, sinds wanneer maakt
Europol dan gebruik van deze technologie? En
vooral, op welke wijze en wanneer heeft Europol
deze technologie en/of het gebruiksrecht ervan
verworven? Wie is verantwoordelijk voor en
betrokken geweest bij de verwerving van deze
technologie en het daaraan gekoppelde
gebruiksrecht?

Tussen het ogenblik van het indienen van deze
vraag en vandaag heb ik via mijn collega in het
Europees Parlement Bart Staes vernomen dat de
Zweedse voorzitter eerst gezegd had dat hij niet
bevoegd was, of dat hij geen mogelijkheden had,
maar nu toch heeft aangekondigd dat er een
doorlichting zal komen waarin, neem ik aan, ook
deze punten mee aan bod zullen komen. Deze
doorlichting zal u, mijnheer de minister, wellicht
moeten organiseren in het kader van het
Europese voorzitterschap. In eerste instantie wens
ik u daarom te vragen of en op welke manier u uw
Zweedse collega daarin volgt. Ik hoop en ik ga
ervan uit van wel.

Ten tweede, op welke manier denk u dit
onderzoek verder te organiseren? Ik wens toch
mijn bezorgdheid daarover uit te drukken en u met
aandrang te vragen om daarbij ook beroep te
doen op onafhankelijke experts. Er is meermaals
bewezen dat in deze de onafhankelijkheid van
expertise van de onderzoekers en van de auditors
zeer belangrijk is. De heer Lode van Outryve is op
dat vlak alleszins een autoriteit.

Ik herhaal, op welke manier denkt u dit concrete
dossier verder te gaan doorlichten?. De kern van
het probleem is, dat uit deze zaak nog eens blijkt
dat er een gebrek is aan democratische en
justitiële controle op Europol. Conform artikel 30
van het Verdrag van Amsterdam zou Europol aan
de basis moeten liggen van de Europese
politiedienst. Welnu, ik denk dat het zeker een
heel belangrijke prioriteit is om daar verder werk
van te maken, ook in het kader van het Europese
voorzitterschap. U hebt dat al min of meer vaag
aangekondigd. Ik zou toch graag van u vernemen
of u concreet werk wil maken van die betere
democratische controle, zoals het trouwens nog
door Commissaris Vitorino bevestigd is begin
deze maand. In een uiteenzetting zegt hij dat er,
zeker in het licht van de evolutie van Europol, die
meer en meer die Europese politiedienst zou
moeten worden, aan die democratische controle
zou mogen gesleuteld worden.

Ik zou u ook concreet willen vragen wat u denkt
over de gesuggereerde piste om op Europees
niveau een soort van comité P op te richten in
dienst van zowel de nationale parlementen als het
Europees Parlement.

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, dit
zijn in eerste instantie de concrete vragen die ik u
wenste te stellen over dit dossier dat zeker enorm
belangrijk is, ook in het kader van het Europese
voorzitterschap dat er nu aankomt en de
verantwoordelijkheden en de mogelijkheden
waarover u beschikt om terzake vooruitgang in te
boeken.
08.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de
voorzitter, collega's, momenteel wordt een
gerechtelijk onderzoek gevoerd, zowel naar de
fraudepraktijken waarvan een Franse ambtenaar
van Europol wordt verdacht, als naar de relatie
van Europol met het Duitse bedrijf Polygenesis.

Het onderzoek is in handen van de officier van
justitie in Den Haag en wordt gevoerd door de
Nederlandse rijksrecherche.

De Belgische vertegenwoordiger bij de raad van
bestuur heeft destijds, op basis van bemerkingen
van de financiële controleur, de ontlasting van de
directeur van Europol met betrekking tot het
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
24
budget 1999 geweigerd en een grondig onderzoek
bevolen.

De raad van bestuur van april 2001 heeft unaniem
beslist een onderzoeksteam op te richten,
samengesteld uit Zweedse, Engelse, Nederlandse
en Belgische vertegenwoordigers. De resultaten
van de onderzoeksgroep van de raad van bestuur
werden aan de officier van justitie bezorgd, die
onmiddellijk overging tot het stellen van de nodige
onderzoeksdaden.

De raad van bestuur van 6 en 7 juni 2001 heeft
bevolen een audit te laten uitvoeren door een
onafhankelijk bedrijf van alle contracten op het
vlak van informaticatechnologie.

Het toekomstige Belgische voorzitterschap van de
raad van bestuur heeft reeds een bijzondere
vergadering van de raad aangekondigd op
3
juli
2001. Op deze raad zullen dringende
maatregelen worden genomen om het
voortbestaan van de organisatie te waarborgen,
enerzijds, en om volledige klaarheid te bekomen
inzake het beheer van de organisatie, anderzijds.
Immers, het zal het geachte lid niet ontgaan dat
Europol een belangrijke schakel is bij de
bestrijding van strafrechtelijke daden met
betrekking tot de invoering van de Europese
eenheidsmunt, de euro.

Het Europolcomputersysteem moet op
1 januari 2002 functioneel zijn. Tevens zullen op
deze bijzondere raad, op basis van het rapport
van de directeur van Europol, de zich opdringende
tuchtmaatregelen worden beoordeeld.

Het ligt in mijn betrachting om tijdens het
Belgische voorzitterschap niet alleen dringende
maatregelen te nemen om de werking van de
organisatie te garanderen, maar tevens
initiatieven te nemen voor een efficiënter beheer
van en controle op Europol. Ik wens echter erop te
wijzen dat het ontdekken van fraudepraktijken het
resultaat is van de goede werking van de actuele
controlestructuren. In dat verband denk ik aan de
financiële controleur, aan de raad van bestuur,
aan de directie van Europol. Hoe dan ook, de
resultaten moeten nog beter zijn.
08.03 Els Van Weert (VU&ID): Mijnheer de
minister, ondanks uw duidelijk antwoord blijf ik
toch nog een beetje op mijn honger zitten wat de
democratische controle betreft en de interne
systemen die ervoor moesten zorgen dat de
fraude aan het licht kwam.

In dat verband, mijnheer de minister, wijs ik u erop
dat het achttien maanden duurde vooraleer er
enige beweging in de zaak kwam en dat er
verschillende pogingen werden ondernomen, ook
intern, om bepaalde zaken in de doofpot te
steken. Het is volgens mij dus niet zo
vanzelfsprekend dat de interne controle volstaat.

In het licht van de evolutie naar de Europese
politiedienst is de democratische controle en de
impact van het Parlement hierop, van essentieel
belang. Het verheugt mij dat u op dat vlak
initiatieven zult nemen, maar hebt u reeds zicht op
de concrete stappen die terzake zullen worden
gezet? Immers, een periode van zes maanden is
erg kort en soms is het belangrijk om concrete
stappen te zetten. Naast enkele concrete
voorstellen bestaan er in de lidstaten reeds goed
werkende systemen en misschien kunnen deze u
inspireren.

Hopelijk, mijnheer de minister, zullen wij tegen het
einde van uw voorzitterschap concrete
vooruitgang hebben geboekt op dat terrein, wat
geenszins evident zal zijn.

Voorzitter: Tony Smets.
Président: Tony Smets.
08.04 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le
président, j'ai déjà eu des contacts avec quelques
collègues européens particulièrement intéressés
par ce problème, évidemment très important.
Europol doit devenir une pièce maîtresse du
dispositif policier en Europe. La confiance est
quelque chose de tout à fait essentiel.

Je retiens l'aspect du contrôle financier car ce
n'est pas parce qu'il y a de multiples contrôles
qu'ils sont efficaces. On doit donc réfléchir sur le
plan financier à un système de contrôle clair,
transparent, efficace et permanent.

Il faut un contrôle de la politique d'Europol qui va
détenir des informations tout à fait essentielles. Je
sais que certains font référence à des institutions
qui ressemblent au Comité P dans certains Etats
membres. Je rappelle qu'Europol est
une
institution du troisième pilier,
intergouvernementale. On pourrait inventer un
système de contrôle intergouvernemental aussi
indépendant que possible qui pourrait prévenir ­
mieux vaut prévenir que guérir ­ d'éventuelles
dérives, surtout au moment où ce système
d'Europol va être étendu à des pays actuellement
hors UE. J'étais hier encore en Estonie et, sous la
présidence belge, nous signerons un accord de
coopération entre Europol et ce pays, mais nous
le ferons également avec la Pologne et la Hongrie.
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
25

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Paul Tant aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de oprichting
van gemeentelijke antennes in de
meergemeentenzones in het kader van de
politiehervorming" (nr. 4910)
09 Question de M. Paul Tant au ministre de
l'Intérieur sur "la mise en place, dans le cadre
de la réforme des polices, d'antennes
communales dans les zones comprenant
plusieurs communes" (n° 4910)
09.01 Paul Tant (CVP): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, ik zal pogen kort te
zijn want de pers wacht ongeduldig op de
mogelijkheid om u aan te de tand te voelen.

In het kader van de politiehervorming zijn de
diverse meergemeentenzones bezig met het
uittekenen en vastleggen van hun toekomstige
structuur en het nemen van opties. Ik denk ook
aan de installatie van de antennes, die meteen het
probleem van de toewijzing van standplaatsen aan
het personeel doet rijzen. Moet dat zoveel
mogelijk gecentraliseerd gebeuren? Zullen wij
naar een grotere of minder grote spreiding
evolueren? Deze problemen zijn in zowat alle
meergemeentenzones echt aan de orde.

In artikel 10 van de wet op de geïntegreerde politie
lees ik het volgende. Ik citeer: "In de
meergemeentenzones wordt de lokale politie
zodanig georganiseerd dat ze over een of
meerdere politieposten in elke gemeente van de
zone beschikt". Dit artikel uit de wet van 1998
geeft ondertussen aanleiding tot heel wat
discussie met betrekking tot de draagwijdte. De
ene geeft er een maximale interpretatie aan, de
andere een eerder minimalistische. De Memorie
van toelichting die in dat verband wel enige
verduidelijking kan brengen zegt duidelijk dat elke
gemeente van een meergemeentenpolitiezone
moet beschikken over minstens één politiepost die
een minimale capaciteit moet hebben. Ter
illustratie wordt daaraan toegevoegd wat men
daarmee bedoeld, namelijk de wijkwerking, de
niet-dringende bijstand en het plaatselijk verkeer.
Laat ik het samenvatten als het lokale fenomeen
in het kader van het veiligheidswerk.

Van de besprekingen die hebben geleid tot de wet
waarover wij destijds samen hebben
goedgekeurd, mijnheer de minister, menen wij ons
te herinneren dat iedereen toen opteerde voor de
eerder minimalistische visie, althans zeker voor de
kleinere interpolitiezones. Men koos voor de
minimalistische visie op de antenne-uitbouw, te
meer omdat er quasi unanimiteit was om het
niveau van de politiezone als basis te beschouwen
voor de realisatie van de basispolitiezorg. Met
andere woorden, de basispolitiezorg moet in
principe globaal, voor heel de zone, worden
georganiseerd. Dat is het territoriale niveau waar
de nieuwe geïntegreerde politie vorm moet
krijgen.

Wat is de zienswijze terzake van de minister?
Mijnheer de minister, ik heb het in het bijzonder
over de meergemeentenzones en vooral over de
kleinere zones omdat het probleem daar scherper
dan elders op de voorgrond treedt.

Kan het in dat opzicht de bedoeling zijn om het
beschikbare personeel, in het bijzonder in de
kleine landelijke politiezones, substantieel verder
te verspreiden? In sommige politiezones dreigt het
probleem te rijzen dat men na de hele operatie
een grotere spreiding van het politiepotentieel over
heel het grondgebied zou hebben, wat uiteraard
ook consequenties heeft inzake operationaliteit,
het prijskaartje van het geheel, enzovoort.

Zal die maximalistische visie op termijn de
basispolitiezorg in de globale politiezone niet in het
gedrang brengen?

Ik dring erop aan, mijnheer de minister, dat u
alsnog richtlijnen zou verschaffen in verband met
de grootte van de antennes en de specifieke
taken die zij moeten of kunnen uitvoeren in het
kader van deze hervorming, gelet op het feit dat
het hier één van de belangrijkste uitgangspunten
inzake de uitbouw van de politiezones betreft. Ik
weet dat op dat vlak de autonomie van de
gemeenten en de interpolitiezones meespeelt,
maar ik denk dat u en wij allemaal moeten toezien
op het respect voor de letter en de geest van de
wet op de geïntegreerde politie.
09.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de
voorzitter, mijnheer Tant, het is correct dat artikel
10 van het WGP bepaalt dat de lokale politie in
meergemeentenzones zodanig georganiseerd
wordt dat ze over een of meer politieposten
beschikt in elke gemeente van de zone.

In het ontwerp van koninklijk besluit houdende de
organisatie- en werkingsnormen van de lokale
politie genomen in uitvoering van artikel 142 WGP
dat heel binnenkort gepubliceerd zal worden,
wordt de functie onthaal nader omschreven. Als
een van de pijlers van de dienstverlening aan de
bevolking wordt onthaal gedefinieerd als een
13/06/2001
CRIV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26
reactie ten opzichte van de burger die zich
telefonisch, schriftelijk of in persoon richt tot een
politiedienst.

Wat de hoofdpost in een meergemeentenzone
betreft, moet de toegankelijkheid van het onthaal
afgestemd worden op de noden en de
verwachtingen van de bevolking. Als minimale
norm voor de fysieke toegankelijkheid geldt 12 uur
per dag. Buiten deze openingsuren moet de
burger die zich aanbiedt bij het onthaalpunt
onmiddellijk in contact kunnen treden met een
politiedienst. Dit kan perfect gegarandeerd worden
met technische en infrastructurele maatregelen
zoals een muurtelefoon die onmiddellijk wordt
doorgeschakeld naar de dichtstbijzijnde
meldkamer. In de meeste gevallen zal zelfs een
permanent onthaal verzekerd kunnen worden. De
openingsdagen en -uren van de politieposten in de
andere gemeenten van de meergemeentenzone
worden volledig vrij en volgens de lokale noden op
lokaal vlak bepaald.

Mijnheer Tant, u zult het met mij eens zijn dat het
niet aan de federale overheid toekomt te bepalen
wat de ideale dienstverlening aan de lokale
bevolking moet zijn. De gemeentelijke overheden,
verenigd in het politiecollege, zijn het best
geplaatst om de noden van hun bevolking te
kennen. Hier geldt echter ook dat de burger die
zich buiten de openingsuren aanmeldt bij een
dergelijke politiepost onmiddellijk in contact moet
kunnen treden met een ambtenaar die hem kan
helpen. Dergelijke politieposten moeten uitgerust
worden met een soort muurtelefoon.

Wat de taken van dergelijke lokale politieposten
betreft, kan worden verwezen naar de lokale
politieoverheden die deze taken bepalen in
samenspraak met de zonechef.
09.03 Paul Tant (CVP): Mijnheer de voorzitter, ik
dank de minister voor zijn antwoord dat
grotendeels tegemoet komt aan onze vragen.

Mijnheer de minister, ik noteer dat u ons meer
inlichtingen zult bezorgen met betrekking tot de
organisatie van de onthaalfunctie of de
aanspreekpunten.

Als ik goed ben ingelicht ben u inwoner van een
kleine gemeente, weliswaar met grote allures.
Openingstijden van 12 uur per dag zullen -
onderschat dit niet - een serieuze belasting zijn
voor het personeel. In de praktijk betekent dit dat
men permanent twee mensen nodig heeft om het
aanspreekpunt te bemannen. Zal dit ook in het
weekend gebeuren? Ik steun uw voorstel om
telefonisch of via de radio het contact te
verzekeren tussen degenen die zich op een
politiepost aanmelden en een andere politiepost
die de permanentie verzekert. Ik herhaal echter
dat de 12-uren-toegankelijkheid een dichterlijke
overdrijving is.

Mijnheer de minister, ik wil nog één opmerking
maken. Ik had gedacht ­ zelfs gevreesd ­ dat u
zich in essentie zou beperken tot de verwijzing
naar de autonomie van de gemeenten in deze.
Sta mij toe, u hebt grotendeels gelijk dat in de
eerste plaats de lokale overheid vorm moet geven
aan iets waarvan we allemaal denken dat het
minstens ten dele behoort tot de gemeentelijke
autonomie. Daarnaast bestaat er een wettelijk
kader, de wet op de geïntegreerde politie. Na de
oprichting van de politiezones, waarbij de
burgemeesters samen concerteerden om
afspraken te maken, werd een volgende stap
gedaan, met name de wet op de geïntegreerde
politie, die dat allemaal in een organisatorisch
verband heeft gebracht.

Vindt u dat de gemeenten dit moeten kunnen
regelen zoals zij willen? Is het denkbaar dat in een
gegeven interpolitiezone, waar de gewezen
rijkswacht en de gewezen gemeentepolitie zich
gespreid over het grondgebied bevinden, de
spreiding nog groter zou worden, en dat de
operationaliteit daardoor voor het overige werk in
het gedrang kan komen?
09.04 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le
président, monsieur Tant, je suis tout à fait
conscient du problème, puisque je suis l'ancien
bourgmestre d'une commune dont le territoire est
très étendu, mais qui a une très faible densité de
population.
09.05 Paul Tant (CVP): Nous sommes donc de
vrais collègues à cet égard.
09.06 Antoine Duquesne, ministre: Tout à fait.
Je crois toutefois que je me suis mal exprimé.
Lorsque j'ai parlé du poste central de la zone
pluricommunale, j'ai dit que l'accès à l'accueil doit
correspondre aux besoins et attentes de la
population. Et la norme minimale de présence
physique équivaut à douze heures par jour. Par
contre, en ce qui concerne les jours et heures
d'ouverture des postes de police dans les autres
communes de la zone pluricommunale, ceux-ci
sont complètement libres et fixés localement en
fonction des besoins.
09.07 Paul Tant (CVP): D'accord.
CRIV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
27
09.08 Antoine Duquesne, ministre: En ce qui
concerne l'évolution des choses, je fais confiance
aux autorités locales, qui établiront un dialogue
avec leur chef de police. Vous décrivez des
situations qui ne sont que des hypothèses. Je
préfère voir, à l'expérience, quel sera le résultat,
tout en restant bien entendu attentif et vigilant.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 17.05 uur.
La réunion publique de commission est levée à
17.05 heures.
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 504
CRABV 50 COM 504
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
B
INNENLANDSE
Z
AKEN
,
DE ALGEMENE
Z
AKEN EN HET OPENBAAR
A
MBT
C
OMMISSION DE L
'I
NTÉRIEUR
,
DES
A
FFAIRES
GÉNÉRALES ET DE LA
F
ONCTION PUBLIQUE
woensdag mercredi
13-06-2001 13-06-2001
14:15 uur
14:15 heures
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i

INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Corinne De Permentier aan
de minister van Binnenlandse Zaken over "de
interpretatie van de gemeentewet wat de
onverenigbaarheden betreft" (nr. 4817)
1
Question de Mme Corinne De Permentier au
ministre de l'Intérieur sur "l'interprétation de la loi
communale concernant les incompatibilités"
(n° 4817)
1
Sprekers: Corinne De Permentier, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Corinne De Permentier, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Jan Peeters aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de problemen die
hij veroorzaakt door de regel om slechts 80% van
de voorziene weddenverhoging voor de
politieagenten uit te betalen" (nr. 4850)
2
Question de M. Jan Peeters au ministre de
l'Intérieur sur "les difficultés engendrées par sa
décision de ne verser aux agents de police que
80% de l'augmentation prévue de leur traitement"
(n° 4850)
2
Sprekers: Jan Peeters, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Jan Peeters, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Koen Bultinck tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de niet-
terugbetaling van kosten gemaakt door de
gemeenten naar aanleiding van de herverkiezing
voor de Provincieraad in het district Veurne"
(nr. 4854)
4
Question de M. Koen Bultinck au ministre de
l'Intérieur sur "le non remboursement de
dépenses effectuées par les communes lors de la
répétition des élections du Conseil provincial dans
le district de Furnes" (n° 4854)
4
Sprekers:
Koen Bultinck, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Koen Bultinck, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Daniël Vanpoucke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
politiehervorming" (nr. 4879)
5
Question de M. Daniël Vanpoucke au ministre de
l'Intérieur sur "la réforme des polices" (n° 4879)
5
Sprekers:
Daniël Vanpoucke, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Daniël Vanpoucke, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde interpellaties van
6
Interpellations jointes de
6
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "het optreden van de
federale politie bij de openbare verkoop van
gemeentelijke eigendom in Voeren" (nr. 816)
- Mme Frieda Brepoels au ministre de l'Intérieur
sur "l'intervention de la police fédérale lors de la
mise en vente publique de propriétés
communales à Fourons" (n° 816)
- de heer Jo Vandeurzen tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten in
Voeren" (nr. 817)
- M. Jo Vandeurzen au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents de Fourons" (n° 817)
- de heer Guido Tastenhoye tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de jongste incidenten
in Voeren en de verantwoordelijkheden ter zake"
(nr. 820)
- M. Guido Tastenhoye au ministre de l'Intérieur
sur "les derniers incidents qui se sont produits à
Fourons et les responsabilités en la matière"
(n° 820)
- de heer André Smets tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de ernstige incidenten
die zich op zaterdag 9 juni 2001 in de gemeente
Voeren hebben voorgedaan" (nr. 823)
- M. André Smets au ministre de l'Intérieur sur "les
graves incidents qui sont intervenus dans la
commune des Fourons le samedi 9 juin 2001"
(n° 823)
- de heer Charles Janssens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
zaterdag 9 juni 2001 in Voeren" (nr. 824)
- M. Charles Janssens au ministre de l'Intérieur
sur "les incidents du samedi 9 juin 2001 dans les
Fourons" (n° 824)
- de heer Denis D'hondt tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
afgelopen zaterdag 9 juni 2001 in Voeren"
(nr. 826)
- M. Denis D'hondt au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents survenus samedi 9 juin 2001 dans
les Fourons" (n° 826)
- mevrouw Muriel Gerkens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de gebeurtenissen
tijdens het voorbije weekeinde te Voeren"
(nr. 828)
- Mme Muriel Gerkens au ministre de l'Intérieur
sur "les événements du week-end dernier à
Fourons" (n° 828)
Sprekers: Antoine Duquesne, minister van
Binnenlandse Zaken , Frieda Brepoels,
Orateurs: Antoine Duquesne, ministre de
l'Intérieur , Frieda Brepoels, président du
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
voorzitter van de VU&ID-fractie, Jo
Vandeurzen, Guido Tastenhoye, André
Smets, Charles Janssens, Denis D'hondt,
Muriel Gerkens, Peter Vanhoutte
groupe VU&ID , Jo Vandeurzen, Guido
Tastenhoye, André Smets, Charles
Janssens, Denis D'hondt, Muriel Gerkens,
Peter Vanhoutte
Moties
16
Motions
16
Vraag van de heer Peter Vanhoutte tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "het statuut van de
vluchtelingen uit Macedonië" (nr. 4891)
17
Question de M. Peter Vanhoutte au ministre de
l'Intérieur sur "le statut des réfugiés originaires de
Macédoine" (n° 4891)
17
Sprekers:
Peter Vanhoutte, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Peter Vanhoutte, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Mondelinge vraag van de heer Georges Lenssen
aan de minister van Binnenlandse Zaken over
"het luik stadswachten als onderdeel van de
preventiecontracten" (nr. 4901)
18
Question orale de M. Georges Lenssen au
ministre de l'Intérieur sur "le volet relatif aux
gardes municipales comme élément des contrats
de prévention" (n° 4901)
18
Sprekers:
Georges Lenssen, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Georges Lenssen, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Mondelinge vraag van mevrouw Els Van Weert
aan de minister van Binnenlandse Zaken over
"onregelmatigheden bij Europol en het gebrek aan
democratische controle op de werking van deze
politiekoepel" (nr. 4907)
19
Question orale de Mme Els Van Weert au ministre
de l'Intérieur sur "les irrégularités à Europol et le
manque de contrôle démocratique du
fonctionnement de cet organisme de coordination
policière" (n° 4907)
19
Sprekers:
Els Van Weert, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Els Van Weert, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Mondelinge vraag van de heer Paul Tant aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
oprichting van gemeentelijke antennes in de
meergemeentenzones in het kader van de
politiehervorming" (nr. 4910)
21
Question orale de M. Paul Tant au ministre de
l'Intérieur sur "la mise en place, dans le cadre de
la réforme des polices, d'antennes communales
dans les zones comprenant plusieurs communes"
(n° 4910)
21
Sprekers: Paul Tant, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Paul Tant, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1

COMMISSIE VOOR DE
BINNENLANDSE ZAKEN, DE
ALGEMENE ZAKEN EN HET
OPENBAAR AMBT
COMMISSION DE L'INTERIEUR,
DES AFFAIRES GENERALES ET
DE LA FONCTION PUBLIQUE
van
WOENSDAG
13
JUNI
2001
14:15 uur
______
du
MERCREDI
13
JUIN
2001
14:15 heures
______



De vergadering wordt geopend om 14.30 uur door
de heer Paul Tant, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.30 heures par M. Paul
Tant, président.
01 Vraag van mevrouw Corinne De Permentier
aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
interpretatie van de gemeentewet wat de
onverenigbaarheden betreft" (nr. 4817)
01 Question de Mme Corinne De Permentier au
ministre de l'Intérieur sur "l'interprétation de la loi
communale concernant les incompatibilités"
(n° 4817)
01.01 Corinne De Permentier (PRL FDF MCC):
Artikel 71, 6° van de nieuwe gemeentewet bepaalt
sinds 1994 dat wie een toelage of wedde ontvangt
van de gemeente, met uitzondering van de
vrijwillige brandweerlieden, geen deel kan uitmaken
van een gemeenteraad noch tot burgemeester kan
worden benoemd.

Uit de rechtsleer blijkt dat de hoegrootheid van het
bedrag geen belang heeft. Wel moet het gaan om
een toelage of wedde, en de som moet door de
gemeente vastgesteld of betaald worden.


Gelden die principes ook als een gemeenteraadslid
een wedde ontvangt van een semi-gemeentelijke
vzw die ten belope van 90% door de gemeente
gefinancierd wordt?

Wordt de oorspronkelijke bedoeling van de
wetgever niet omzeild, doordat een
gemeenteraadslid kennelijk zijn eigen
beroepstoestand kan beïnvloeden.

Is artikel 71, 6° van de nieuwe gemeentewet een
doeltreffend wapen ter voorkoming van
belangenconflicten die, zoals bekend, in elke
politieke collectiviteit tot inefficiëntie en instabiliteit
kunnen leiden ?
01.01 Corinne De Permentier (PRL FDF MCC) :
L'article 71, 6° de la nouvelle loi communale
dispose depuis 1994 que toute personne qui reçoit
un traitement ou un subside de la commune (à
l'exception des pompiers volontaires) ne peut faire
partie du Conseil communal ni être nommée
bourgmestre.


Il ressort de la doctrine que le montant de la somme
n'a aucune incidence, mais il importe qu'il s'agisse
d'un traitement ou d'un subside, que la somme soit
fixée par la commune ou que celle-ci en supporte la
charge.

Qu'advient-il de ces principes dans l'hypothèse où
un conseiller communal perçoit un traitement payé
par une asbl para-communale financée à 90% par
la commune ?

L'intention initiale du législateur n'est-elle pas
contournée dans la mesure où il apparaît en
l'espèce qu'un conseiller communal peut influencer
sa propre situation professionnelle ?

L'article 71, 6° de la nouvelle loi communale
permet-il de lutter efficacement contre les conflits
d'intérêts dont on sait qu'ils peuvent être source
d'inefficacité et d'instabilité pour toute collectivité
politique ?
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
01.02 Minister Antoine Duquesne (Frans) :
Iemand die voor een VZW werkt die als semi-
gemeentelijk aangemerkt kan worden, en die
dientengevolge een door die VZW betaalde wedde
trekt, ontvangt stricto sensu geen toelage of wedde
van de gemeente. De VZW in kwestie heeft immers
een eigen rechtspersoonlijkheid.

Geen enkele wet voorziet in de onverenigbaarheid
van het mandaat van gemeenteraadslid en
bezoldigde arbeid voor een semi-gemeentelijke
vzw.Uit de jurisprudentie van het arrest van de
Raad van State Warschotte nr. 19.276 van 22
november 1978 kan worden afgeleid dat artikel 8,
tweede lid van de Grondwet geen extensieve
toepassing van de wetsbepalingen die een
onverenigbaarheid instellen, toestaat.

Artikel 71, 6° van de nieuwe gemeentewet mag dus
niet geïnterpreteerd worden als zijnde toepasselijk
op een persoon die een bezoldiging ontvangt van
een niet uitdrukkelijk genoemde, zogenaamd semi-
gemeentelijke VZW. Ik verwijs op dat punt ook naar
de uitspraken van mijn voorganger in de Senaat in
het kader van de voorbereidende werkzaamheden
(stuk Senaat, zitting 1992-1993, nr. 851/2, blz. 22).

Om aan uw opwerping tegemoet te komen zou de
wetgever een initiatief moeten nemen, maar u weet
ook dat het de bedoeling is de gemeente- en de
provinciewet over te hevelen naar de gewestelijke
overheden.

Krachtens artikel 92, 1° van de nieuwe
gemeentewet is het elk gemeenteraadslid en de
burgemeester verboden aanwezig te zijn bij een
beraadslaging of besluit over zaken waarbij hij een
rechtstreeks belang heeft, hetzij persoonlijk, hetzij
als gelastigde.
01.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Une personne qui travaille au service d'une asbl
que l'on peut qualifier de para-communale et qui, de
ce chef, perçoit un traitement payé par celle-ci, ne
perçoit strictement pas de traitement ou de subside
de la commune. L'asbl a, en effet, une personnalité
juridique distincte de la commune.

Aucune loi ne prévoit une incompatibilité entre le
mandat de conseiller communal et un travail
rémunéré au service d'une asbl para-communale.
Il se déduit de la jurisprudence de l'arrêt du Conseil
d'État Warschotte n° 19.276 du 22 novembre 1978
que l'article 8, alinéa 2, de la Constitution ne permet
pas une application extensive des dispositions
légales qui prévoient une incompatibilité.


L'article 71, 6° de la nouvelle loi communale ne
saurait donc être interprété comme s'appliquant à
une personne qui perçoit une rémunération payée
par une asbl dite para-communale qu'il ne cite pas
expressément. Je vous renvoie à cet égard à ce
qu'a déclaré mon prédécesseur au Sénat lors des
travaux préparatoires (Sénat, session 1992-1993,
n° 851/2, p. 22).

Pour répondre à votre préoccupation, il faudrait
prendre une initiative législative, tout en sachant
que l'intention est de confier les lois communale et
provinciale aux pouvoirs régionaux.


L'article 92, 1° de la nouvelle loi communale interdit
au membre du Conseil d'être présent lors d'une
délibération sur des objets auxquels il a un intérêt
direct, soit personnellement, soit comme chargé
d'affaires.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Jan Peeters aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de problemen die
hij veroorzaakt door de regel om slechts 80% van
de voorziene weddenverhoging voor de
politieagenten uit te betalen" (nr. 4850)
02 Question de M. Jan Peeters au ministre de
l'Intérieur sur "les difficultés engendrées par sa
décision de ne verser aux agents de police que
80% de l'augmentation prévue de leur traitement"
(n° 4850)
02.01 Jan Peeters (SP): Rondzendbrief ZPZ16
vraagt de gemeenten de weddenverhogingen die
voortvloeien uit het nieuwe statuut voor de
politieagenten vanaf 1april slechts voor tachtig
procent uit te keren. Later zal een regularisatie
volgen door het sociaal secretariaat GPI. De ex-
rijkswachters krijgen echter de volledige
weddenverhoging.
02.01 Jan Peeters (SP): La circulaire ZPZ16
demande aux communes de ne verser, à partir du
1
er
avril 2001, que 80 pour cent des augmentations
de traitement résultant du nouveau statut des
agents de police. Il sera procédé ultérieurement à
une régularisation par le secrétariat social. Les
anciens gendarmes bénéficieront toutefois de
l'augmentation de traitement à concurrence de 100
pour cent.
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3


Waarom krijgen agenten slechts een voorschot van
tachtig procent? De wet verplicht de gemeenten
vanaf 1 april het nieuwe statuut toe te passen; de
circulaire legt de gemeenten op slechts tachtig
procent voor te schieten. Primeert de rondzendbrief
op de wet? Mag de gemeente eventueel toch
honderd procent uitbetalen? Hoe lang blijft de
tachtig-procentregel van kracht? Is hij ingegeven
door budgettaire redenen?

Pourquoi les agents ne se voient-ils octroyer qu'une
avance de 80 pour cent? La loi impose aux
communes d'appliquer le nouveau statut à partir du
1
er
avril 2001, la circulaire ne leur imposant qu'une
avance de 80 pour cent. La circulaire prime-t-elle la
loi? La commune est-elle, le cas échéant, autorisée
à payer malgré tout 100 pour cent du traitement ?
Combien de temps la règle des 80 pour cent
restera-t-elle d'application? Cette règle est-elle
motivée par des considérations budgétaires?
02.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
De rondzendbrief werd opgesteld vanuit de
bezorgdheid ten allen prijze te vermijden dat
personeelsleden bij de definitieve regularisatie
zouden moeten terugbetalen. De
uitbetalingsregeling wordt opgenomen in een KB dat
voorziet in de uitbetaling van minstens tachtig
procent, zodat gemeenten die in staat zijn de volle
honderd procent uit te betalen, dit ook kunnen doen.
Er is inderdaad een verschil in verloning van de
federale en de gemeentepolitie. Die toestand
bestond vroeger ook en wordt precies door deze
hervorming weggewerkt. Het sociaal secretariaat
GPI is momenteel reeds werkzaam en legt de
nodige contacten met de gemeenten en de
rekencentra die voor hen werken. Het GPI wil zo
snel mogelijk, doch stapsgewijs, alle
personeelsgegevens overnemen. Via regularisaties
zal uiteindelijk iedereen de volle loonsverhoging
krijgen. De circulaire is niet ingegeven door
besparingsoverwegingen, maar is het gevolg van
een afspraak tussen de regering en de verenigingen
van steden en gemeenten om de elementen van de
meerkost te toetsen in een beperkt aantal zones.
Het saldo zal worden gestort van zodra de meerkost
per regio definitief is vastgesteld.
02.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): La circulaire à été rédigée dans le
souci d'éviter à tout prix que les membres du
personnel soient tenus de rembourser une partie du
salaire versé lors de la régularisation définitive. Les
règles en matière de paiement sont fixées par un
arrêté en vertu duquel les communes versent au
moins 80% du salaire, celles qui le souhaitent étant
libres de verser la totalité de celui-ci. Il y a, certes,
un écart entre les salaires de la police fédérale et
de la police communale. Cette situation existait déjà
et cette réforme permet justement d'y mettre fin. Le
secrétariat social GPI est déjà opérationnel et établit
actuellement les contacts nécessaires avec les
communes et les centres de calcul qui travaillent
pour celles-ci. Le secrétariat social GPI souhaite,
dès que possible, recopier graduellement toutes les
données relatives au personnel. Grâce aux
régularisations, l'ensemble du personnel bénéficiera
en fin de compte de l'augmentation salariale
annoncée. La circulaire ne résulte pas de la volonté
de réaliser des économies mais d'un accord entre
le gouvernement et l'association des villes et
régions, visant à identifier, dans un nombre réduit
de zones, les éléments responsables du surcoût. Le
solde sera versé dès que le surcoût aura été
définitivement établi pour chacune des Régions.
02.03 Jan Peeters (SP): Nu mag maar tachtig
procent worden uitbetaald, maar er komt een KB
om dat percentage naar honderd procent te
verhogen. Kunnen de voorschotten aan die
gemeenten dan ook worden opgetrokken?

Ik apprecieer de mogelijkheid voor de gemeenten
om zelf toch honderd procent uit te keren. Ik geloof
immers niet in de snelle operationaliteit van het
secretariaat GPI.
02.03 Jan Peeters (SP): A l'heure actuelle, 80%
seulement peuvent être payés, mais un arrêté royal
permettra bientôt le paiement à 100%. Les avances
accordées aux communes pourraient-elles
également être augmentées dans ce cas ?

J''apprécie la possibilité donnée aux communes de
verser elles-mêmes 100%. En effet, je ne crois pas
que le secrétariat GPI sera rapidement
opérationnel.
02.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): Het
voorschot aan de gemeenten is tot 80% beperkt,
maar kan tot 100% worden opgetrokken. Sommige
gemeenten weten niet precies hoeveel
politieagenten ze tewerkstellen. Om onaangename
verassingen te voorkomen werd bijgevolg aan een
beperkte uitbetaling gedacht.
02.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
L'avance aux communes est limitée à 80%, mais
peut s'étendre à 100%. Il faut dire que, dans
certaines communes, on ignore exactement le
nombre de policiers employés. On a donc envisagé
un paiement réduit afin d`éviter les mauvaises
surprises.
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4

Voorts komt het erop aan informatie te verzamelen,
wat nu gebeurt. Wij hopen dat die
overgangsperiode niet te lang zal aanslepen.

Il s'agit aussi de rassembler des informations, ce
qui est en cours.Nous espérons que cette période
transitoire ne sera pas trop longue.
02.05 Jan Peeters (SP): In welke fase zit het
nieuwe KB?
02.05 Jan Peeters (SP): A quel stade se trouve le
nouvel arrêté royal ?
02.06 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Ik heb het ondertekend, maar wacht op het advies
van de Raad van State. In elk geval beloof ik spoed.
02.06 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): Je l'ai signé, mais j'attends l'avis du
Conseil d'Etat. En tout cas, je vous promets de ne
pas traîner.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Koen Bultinck tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de niet-
terugbetaling van kosten gemaakt door de
gemeenten naar aanleiding van de herverkiezing
voor de Provincieraad in het district Veurne"
(nr. 4854)
03 Question de M. Koen Bultinck au ministre de
l'Intérieur sur "le non remboursement de
dépenses effectuées par les communes lors de la
répétition des élections du Conseil provincial
dans le district de Furnes" (n° 4854)
03.01 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): De
verkiezingen voor de provincieraad in het district
Veurne werden op 3 december overgedaan, omdat
het Vlaams Blok niet vermeld stond op het
computerscherm. De vijf betrokken gemeenten
willen deze extra kosten verhalen op Binnenlandse
Zaken, omdat zij niet verantwoordelijk waren voor
deze fout.



Blijkbaar weigert de minister hierop in te gaan.
Waarom weigert hij de terugbetaling? Kunnen de
gemeenten hun extra kosten op een andere
overheid verhalen? Hoever staat het onderzoek
naar de verantwoordelijken van de fout met de
computerlijst?
03.01 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Les
élections du Conseil provincial dans le district de
Furnes ont été recommencées le 3 décembre parce
que le nom du Vlaams Blok n'apparaissait pas sur
l'écran de l'ordinateur. Les cinq communes
concernées ont l'intention de réclamer au
département de l'Intérieur le remboursement de ces
frais supplémentaires étant donné que cette erreur
ne leur est pas imputable.

A l'évidence, le ministre refuse d'accéder à cette
demande de remboursement. Pourquoi ? Ces
communes peuvent-elles, dès lors, réclamer cet
argent à une autre autorité ? Où en est l'enquête
visant à dégager les responsabilités dans cette
affaire ?
03.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Tot op heden nam het parket van Veurne geen
beslissing in deze zaak. Een verslag van het
gerechtelijk onderzoek werd nog niet overgemaakt.
Er werden dus nog geen verantwoordelijken
aangeduid voor de computerfout in Veurne.
03.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): A ce jour, le parquet de Furnes n'a
pas tranché dans ce dossier. Je n'ai pas encore
reçu le rapport de l'instruction y relative. Par
conséquent, aucune responsabilité n'a encore été
dégagée dans cette affaire d'erreur informatique à
Furnes.
03.03 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): De
minister antwoordt niet eens op mijn vragen. Ik
dring aan op een ernstig antwoord in plaats van
rond de pot te draaien.
03.03 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Le
ministre n'a même pas répondu à mes questions.
Je lui demande instamment d'y répondre
sérieusement au lieu de tourner autour du pot.
03.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
minister mag, sterker moet zich aan de wet houden
en dus de uitspraak van de rechtbank afwachten.
03.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
C'est le droit et le devoir du ministre de respecter la
loi et, en l'occurrence, d'attendre que le tribunal se
prononce.
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Daniël Vanpoucke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
politiehervorming" (nr. 4879)
04 Question de M. Daniël Vanpoucke au ministre
de l'Intérieur sur "la réforme des polices"
(n° 4879)
04.01 Daniël Vanpoucke (CVP): In veel
politiezones is het ogenblik aangebroken om een
korpschef te benoemen. Er blijven echter
onduidelijkheden bestaan.

Volgens rondzendbrief ZPZ17 kunnen de betalingen
worden opgeschort en zelfs voorschotten worden
teruggevorderd als de eerste zonechef niet tijdig
wordt voorgedragen. Voor de samenstelling van de
selectiecommissie is echter de aanwezigheid van
de inspecteur-generaal vereist en die kan niet tijdig
rond zijn met deze taak. Riskeren de gemeenten of
zones bestraffing of is de minister bereid de
maatregel te herzien?


De aanwerving van nieuw politiepersoneel vereist
de tussenkomst van de directie van de rekrutering
en de selectie. Werd die directie al opgericht? Werd
reeds een directeur benoemd?

De minister zou een vademecum samenstellen voor
het opstellen van het zonaal veiligheidsplan. Komt
er nog een definitieve versie?
04.01 Daniël Vanpoucke (CVP): Dans de
nombreuses zones de police, le moment est venu
de désigner un chef de corps. Certaines ambiguïtés
subsistent toutefois à ce propos.

Conformément à la circulaire ZPZ17, des
paiements pourraient être suspendus et des
avances récupérées si le premier chef de zone
n'est pas présenté dans les délais prévus. La
composition de la commission de sélection requiert
toutefois la présence de l'inspecteur général et ce
dernier n'est pas en mesure d'achever sa mission à
temps. Les communes ou les zones risquent-elles
une sanction ou le ministre est-il disposé à revoir la
mesure en question ?

Le recrutement de nouveau personnel de police
requiert l'intervention de la direction du recrutement
et de la sélection. Cette direction a-t-elle déjà été
mise en place ? Le directeur a-t-il déjà été nommé ?

Le ministre avait annoncé qu'il rédigerait un vade-
mecum devant servir de guide lors de l'élaboration
du plan de sécurité zonal. Une version définitive de
ce document est-elle prévue ?
04.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands) :
Er zal geen strenge controle komen op de naleving
van artikel 247 bis van de wet van 7 december
1998. Er zullen alleen sancties worden getroffen als
de gemeente blijk geeft van onwil. De inspecteur-
generaal zal een flexibele houding aannemen en
binnenkort worden adjunct-inspecteurs-generaal
aangesteld.

De directie van de rekrutering en de selectie werd
opgericht. Ze wordt geleid dor hoofdcommissaris
Goergen. De aanwervingsprocedure voor nieuw
politiepersoneel werd aangevat. Begin april werd de
vernieuwde basisopleiding gestart. Na negen
maanden kan de tewerkstellingsplaats worden
gekozen.
04.02 Antoine Duquesne, ministre (en
néerlandais): Il n'y aura pas de contrôle rigoureux
du respect de l'article 247bis de la loi du 7
décembre 1998. Des sanctions ne seront prises
que si la commune fait preuve de mauvaise
volonté. L'inspecteur général adoptera une attitude
souple et des directeurs généraux adjoints seront
désignés sous peu.


La direction du recrutement et de la sélection a été
mise en place. Elle est dirigée par le commissaire
en chef Goergen. La procédure de recrutement du
nouveau personnel de police a été entamée. La
nouvelle formation de base est dispensée depuis le
début du mois d'avril. Après neuf mois, le lieu
d'affectation pourra être choisi.
(Frans)
De werkgroep nr. 2 heeft zijn
werkzaamheden afgerond. De resultaten ervan zijn
uitgetest in een aantal proefpolitiezones. De
definitieve versie van het vademecum is in het
vademecum van de politiediensten opgenomen.
Er komt een ministeriële circulaire om de overgang
van het lokale vijfhoeksoverleg naar de zonale
veiligheidsraad en van een veiligheidscharter naar
(En français) : Les activités du groupe de travail n°
2 sont terminées et les résultats ont été testés dans
certaines zones de police pilotes. La version
définitive du vade-mecum a été publiée dans le
vade-mecum "Services de police".
Une circulaire ministérielle paraîtra pour traiter du
passage d'une concertation pentagonale locale à un
conseil local de sécurité et d'une charte de sécurité
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
een zonaal veiligheidsplan te begeleiden.



De zonale politieplannen 2002 zijn
overgangsplannen en de eerste plannen inzake het
politioneel beleid zijn aangekondigd voor 2003.

Tijdens voorbereidende sessies zullen de 196
aangewezen zonechefs en de politieleiding in detail
over deze materie worden ingelicht.

Het vademecum zal worden toegelicht en samen
met de handleiding aan de deelnemers worden
bezorgd. De handleiding "zonaal veiligheidsplan" is
in opmaak en zal concrete richtlijnen voor de
instelling van een zonaal veiligheidsplan en een
planmodel bevatten.
à un plan zonal de sécurité. La possession de ce
plan n'est plus une condition à la constitution de la
police locale.

Les plans zonaux de police 2002 sont transitoires et
les premiers plans de politique policière sont prévus
pour 2003.

Des séances de préparation traiteront en détail
cette matière pour les 196 chefs de zone désignés
et les autorités de police.

Le vade-mecum sera expliqué et remis, avec le
manuel, aux participants. Le manuel «Plan zonal de
sécurité» est en cours de rédaction; il comprend un
plan concret pour l'établissement d'un plan zonal de
sécurité et un modèle de plan.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde interpellaties van
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "het optreden van de
federale politie bij de openbare verkoop van
gemeentelijke eigendom in Voeren" (nr. 816)
- de heer Jo Vandeurzen tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten in
Voeren" (nr. 817)
- de heer Guido Tastenhoye tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de jongste incidenten
in Voeren en de verantwoordelijkheden ter zake"
(nr. 820)
- de heer André Smets tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de ernstige incidenten
die zich op zaterdag 9 juni 2001 in de gemeente
Voeren hebben voorgedaan" (nr. 823)
- de heer Charles Janssens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
zaterdag 9 juni 2001 in Voeren" (nr. 824)
- de heer Denis D'hondt tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de incidenten van
afgelopen zaterdag 9 juni 2001 in Voeren"
(nr. 826)
- mevrouw Muriel Gerkens tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de gebeurtenissen
tijdens het voorbije weekeinde te Voeren"
(nr. 828)
05 Interpellations jointes de
- Mme Frieda Brepoels au ministre de l'Intérieur
sur "l'intervention de la police fédérale lors de la
mise en vente publique de propriétés
communales à Fourons" (n° 816)
- M. Jo Vandeurzen au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents de Fourons" (n° 817)
- M. Guido Tastenhoye au ministre de l'Intérieur
sur "les derniers incidents qui se sont produits à
Fourons et les responsabilités en la matière"
(n° 820)
- M. André Smets au ministre de l'Intérieur sur
"les graves incidents qui sont intervenus dans la
commune des Fourons le samedi 9 juin 2001"
(n° 823)
- M. Charles Janssens au ministre de l'Intérieur
sur "les incidents du samedi 9 juin 2001 dans les
Fourons" (n° 824)
- M. Denis D'hondt au ministre de l'Intérieur sur
"les incidents survenus samedi 9 juin 2001 dans
les Fourons" (n° 826)
- Mme Muriel Gerkens au ministre de l'Intérieur
sur "les événements du week-end dernier à
Fourons" (n° 828)
De voorzitter: Mevrouw Brepoels heeft gevraagd
om televisiebeelden te kunnen gebruiken bij haar
interpellatie nr. 816. De diensten delen mij mee dat
er precedenten zijn. Ik sta dit dus toe. Het gaat om
een film van TV-Limburg.


(De beelden over de incidenten bij de kantine van
S.K. Moelingen worden vertoond)
Le président: Mme Brepoels a demandé à pouvoir
utiliser des images télévisées pour illustrer son
interpellation n° 816. Les services me
communiquent qu'il y a déjà eu des précédents. Par
conséquent, j'autorise l'utilisation des images en
question. Il s'agit d'un film réalisé par «
TV
Limburg».
(Les images des incidents survenus à proximité de
la cantine de Mouland sont visionnées)
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
05.01 Minister Antoine Duquesne (Frans): Ik heb
er geen enkel bezwaar tegen dat de cassette
vertoond wordt. Wel wil ik erop wijzen dat er tevens
beelden zijn van RTL-TVi, VTM, RTC , van de
VRT en van de RTBF. Die beelden werden
uiteraard door mijn diensten bekeken.
05.01 Antoine Duquesne ministre (en français):
Je ne vois aucun inconvénient au "visionnage" de
cette cassette, mais je signale qu'il en existe
également qui émanent de RTL-TVI, de VTM, de
RTC, de la VRT et de la RTBF, qui ont bien entendu
également été visionnées par mes services.
05.02 Frieda Brepoels (VU&ID): Het is niet mijn
bedoeling die televisiebeelden te misbruiken voor
stemmingmakerij.

Waarnemend burgemeester Broers organiseerde
vorige zaterdag voor de tweede maal een openbare
verkoop van gemeentelijke woningen in de kantine
van SK Moelingen. Hij vaardigde daarbij een besluit
met bijkomende veiligheidsmaatregelen uit,
bovenop het reeds bestaande betogingsverbod van
1988. Dit werd door een vijftigtal aanhangers van
Retour à Liège met voeten getreden.



De federale politie, die de lokale politie moest
versterken, bleef bij dit conflict in gebreke. Ze werd
ook duidelijk geprovoceerd door de betogers,
waaronder duidelijk herkenbare Franstalige politici.
De minister vroeg reeds een volledig rapport over
de ordehandhaving op het terrein aan de inspectie
van de politiediensten en zal aan zijn administratie
een advies vragen omtrent deze ordehandhaving.




Welke maatregelen nam de federale politie om het
betogingsverbod van 1988 en het bijkomende
besluit te doen naleven? Hoeveel manschappen
waren aanwezig? Waar? Van welke korpsen? Wat
zijn de resultaten van het rapport over de
ordehandhaving? Is er reeds een onderzoek gestart
naar de identiteit van de agressoren? Zijn er reeds
resultaten? Is de politiefilm reeds onderzocht? Kan
de commissie ook deze film bekijken? Welk advies
verwacht de minister van zijn administratie omtrent
de ordehandhaving? Welke elementen werden
reeds onderzocht? Moedigt het uitblijven van de
definitieve benoeming van de burgemeester
gewelddadige incidenten aan? Blijft de minister bij
zijn belofte om voor het einde van de maand juni de
definitieve benoeming van burgemeester Huub
Broers te regelen?
05.02 Frieda Brepoels (VU&ID): Je n'ai nullement
l'intention d'abuser de ces images télévisées dans
le but de manipuler les opinions.

Samedi dernier, M. Broers, le bourgmestre faisant
fonction, a organisé pour la deuxième fois, une
vente publique d'habitations qui sont la propriété de
la commune. Cette vente devait se dérouler dans la
buvette du « SK Moelingen ». A cette occasion, il a
pris un arrêté prévoyant des mesures de sécurité
supplémentaires, en complément de l'interdiction de
manifester décrétée en 1988. Cet arrêté a été
ignoré par une cinquantaine de partisans de
«Retour à Liège».

Lors des incidents qui ont suivi, la police fédérale,
qui était censée prêter main forte à la police locale,
a manqué à ses devoirs. Elle a fait l'objet de
provocations manifestes de la part des
manifestants, parmi lesquels on a clairement pu
identifier des responsables politiques francophones.
Le ministre a déjà demandé à l'inspection des
services de police de lui fournir un rapport exhaustif
sur le maintien de l'ordre et il demandera un avis à
son administration sur les procédés auxquels il a
été recouru.

Quelles mesures la police fédérale a-t-elle prises
pour faire respecter l'interdiction de manifester de
1988 et l'arrêté complémentaire? Combien
d'hommes étaient présents sur les lieux? A quels
corps de police appartenaient-ils? Que dit le rapport
sur le maintien de l'ordre? A-t-on déjà ouvert une
enquête pour identifier les fauteurs de trouble? Le
cas échéant, quels en sont les résultats? Le film de
la police a-t-il déjà été examiné? La commission
pourrait-elle également visionner ce film? Quel avis
le ministre attend-il de son administration au sujet
du maintien de l'ordre ? Quels éléments ont déjà
été analysés
? Le retard dans la nomination
définitive du bourgmestre ne favorise-t-il pas les
accès de violence ? Le ministre se tiendra-t-il à son
engagement de nommer définitivement M. Broers
en qualité de bourgmestre ?
05.03 Jo Vandeurzen (CVP): Ik zal de uitstekende
vragen van collega Brepoels niet herhalen, maar wil
herinneren aan het betogingsverbod dat in Voeren
geldt. In een pamflet werd echter gesuggereerd dat
verbod niet te respecteren naar aanleiding van de
05.03 Jo Vandeurzen (CVP): Je ne vous reposerai
pas les excellentes questions de ma collègue
Brepoels, mais je voudrais vous rappeler qu'à
Fourons, une interdiction de manifester est de
rigueur. Toutefois, dans un tract, il a été suggéré de
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
openbare verkoop in Voeren.


De relevantie van de rellen blijkt uit de onmiddellijke
reactie van toppolitici in Wallonië: Di Rupo,
Ducarme en andere. Zij willen zelfs het comité-P
inschakelen. Men heeft een middel gezocht om met
de kandidaat-burgemeester van Voeren af te
rekenen.



Gaat de minister de lokale overheid steunen in het
doen respecteren van het betogingsverbod? Het
zou pervers zijn de rellen in Voeren aan te grijpen
om de kandidaat-burgemeester niet te benoemen.
Ook politici hebben overigens de plicht het
betogingsverbod te respecteren, in plaats van rellen
uit te lokken.


Dit alles mag de benoeming van de burgemeester
van Voeren niet in de weg staan. Het zou een zeer
negatief signaal zijn als een benoeming op de lange
baan zou worden geschoven omdat er rellen zijn. Ik
hoop dat de minister geen redenen zoekt om deze
benoeming uit te stellen en hoop dus dat ze zo snel
mogelijk kan gebeuren.
ne pas respecter cette interdiction après la fameuse
vente publique à laquelle il a été procédé dans cette
ville.

Le fait que des dirigeants politiques wallons de
premier plan, comme MM.Di Rupo et Ducarme, ont
réagi immédiatement aux événements qui se sont
produits lors de cette manifestation indique toute
l'importance politique de ces troubles. Ils veulent
même faire appel au comité P. D'aucuns ont tenté
de trouver un moyen de régler son compte au
candidat-bourgmestre de Fourons.

Le ministre aidera-t-il les autorités locales à faire
respecter l'interdiction de manifester ? Toute
instrumentalisation des récents troubles fouronnais
dans le but de ne pas nommer le candidat-
bourgmestre serait perverse. Au demeurant, les
responsables politiques ont eux aussi l'obligation de
respecter l'interdiction concernée au lieu d'inciter
certains à troubler l'ordre public.

Ces événements ne sauraient faire obstacle à la
nomination du bourgmestre de Fourons. Le ministre
adresserait un très mauvais signal à la population
s'il renvoyait cette nomination aux calendes
grecques au seul motif que des troubles ont eu lieu.
J'espère que le ministre n'est pas en train de
chercher l'un ou l'autre moyen de reporter cette
nomination et que celle-ci interviendra, dès lors, le
plus vite possible
05.04 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): De
minister heeft gefaald in de zaak-Voeren. Zijn
veiligheidsdiensten zijn er niet in geslaagd de orde
te handhaven. Hoopte hij soms op heibel?

Op 23 mei interpelleerde de heer Schoofs over de
incidenten op de eerste verkoopdag. Hij vroeg toen
om ervoor te zorgen dat de tweede verkoopdag
rustig zou kunnen verlopen. Het verhinderen van de
eerste verkoopdag op 12 mei was overigens
aangekondigd. Zijn 40.000 politiemensen niet
voldoende om 50 à 60 betogers tegen te houden?
Er werden te weinig manschappen ingezet.


De politie trad pas op nadat de betogers, met
senator Happart, geweld gebruikten. De minister
beveelt meteen een onderzoek, maar dan wel tegen
de politie en de burgemeester in plaats van tegen
de oproerkraaiers.


PS-leider Di Rupo vroeg snel sancties en een
optreden tegen de politie en kandidaat-
burgemeester Broers! Plots stond heel Wallonië op
stelten. Men wil zich daar niet neerleggen bij de
05.04 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Le
ministre a échoué dans l'affaire des Fourons. Ses
services de sécurité ne sont pas parvenus à
maintenir l'ordre. Espérait-il ces troubles ?

Le 23 mai, M. Schoofs l'a interpellé sur les incidents
du premier jour de la vente publique. Il lui a
demandé alors de veiller à ce que le deuxième jour,
la vente puisse se dérouler paisiblement. Du reste,
d'aucuns avaient annoncé qu'ils empêcheraient la
vente du premier jour, soit le 12 mai. 40.000
policiers ne suffisent-ils pas à contenir une
cinquantaine de manifestants ? Trop peu d'hommes
ont été dépêchés sur les lieux.

La police n'est intervenue qu'après que les
manifestants, parmi lesquels le sénateur Happart,
ont fait usage de violence. Le ministre a ordonné
sans attendre une enquête complémentaire, mais à
charge de la police et du bourgmestre et non contre
les semeurs de troubles.

Le président du PS, M. Di Rupo, a demandé des
sanctions rapides et des mesures contre la police et
le candidat-bourgmestre, M. Broers ! Toute la
Wallonie s'est tout à coup révoltée. Les Wallons
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
democratische verkiezingsuitslag in Voeren en door
het Voerense vuur aan te wakkeren willen PS en
PRL de Vlaamse coalitiepartners onder druk
houden. Er wordt wellicht uitgebreid
gemarchandeerd over de benoeming van Broers.
Onmiddellijk na de ondertekening van de volledige
Lambermont-akkoorden zal Wallonië de strijd in
Voeren ontketenen, om het met de woorden van
minister Happart te zeggen: gewapenderhand. Een
Waals minister roept op tot geweld. Waar blijven nu
de weldenkenden, het centrum-Leman, de
Staatsveiligheid, de Liga voor de Mensenrechten?
Of heeft men het te druk met het volgen van
bejaarde Oostfrontstrijders?



Ik vraag de minister om zich duidelijk uit te spreken
over het interview met de heer Happart waarin hij
bedreigingen uitte en opriep tot geweld. Ik
overhandig de minister hierbij dat interview, zodat
zijn diensten het materiaal kunnen onderzoeken.
refusent d'admettre le résultat du scrutin
démocratique à Fourons et, en attisant le brasier
fouronnais, le PS et le PRL veulent exercer des
pressions sur leurs partenaires gouvernementaux
flamands. La nomination de Broers fait sans doute
l'objet de marchandages d'une très grande ampleur.
Sitôt que les accords complets du Lambermont
auront été signés, la Wallonie déclenchera les
hostilités à Fourons, pour employer le vocabulaire
du ministre Happart. Ce qui signifie la lutte armée.
Voilà donc un ministre wallon qui incite à la
violence. Or, c'est le silence radio du côté des
bienpensants, du Centre Leman, de la Sûreté de
l'Etat et de la Ligue des Droits de l'Homme ! Sont-ils
trop occupés à pourchasser les anciens
combattants du front de l'Est ?

Je demande au ministre de se prononcer sans
ambiguïté sur l'interview accordée par le ministre
Happart où celui-ci a proféré des menaces et a
incité à une riposte violente. Je vais remettre cette
interview en mains propres au ministre de manière
à ce qu'il puisse la faire examiner par ses services.
05.05 André Smets (PSC): Wanneer ik de heer
Tastenhoye ons de les hoor spellen, zeg ik bij
mezelf dat - alvorens zich te gaan bezighouden met
de Vlaamse of Waalse regering - beter bij het vice-
voorzitterschap van de heer Vanden Eynde in de
Kamer vragen zouden worden gesteld. De heer
Tastenoye wil orde op zaken; welnu, voor de goede
orde dient de heer Vanden Eynde uit zijn ambt te
worden ontzet. (Woordenwisseling bij het Vlaams
Blok)

Hoe zou de houding van de heer Broers die door
gebouwen waarin Franstaligen wonen op staande
voet te verkopen een etnische zuivering wil
bewerken, ons onverschillig kunnen laten?
Diezelfde Broers onderneemt niets om de
grensovergang tijdens de mond- en klauwzeercrisis
te controleren, maar zet twintig politiemannen in om
een betoging te onderdrukken waaraan ik ­ en ik
zeg dat niet zonder fierheid ­ heb deelgenomen.

Sinds de gebeurtenissen in Leuven maak ik mij
over sommigen geen illusies meer. Hoe kan men
onverschillig blijven ten aanzien van het brutale
optreden van de kandidaat-burgemeester die drie
democratische principes, met name de vrijheid van
betoging van onze medeburgers, de persvrijheid en
de plicht om personen -waaronder parlementsleden
- fysiek te beschermen, met voeten heeft getreden?

Staat volgens u de reactie van de federale politie in
verhouding tot de gebeurtenissen ?

Heeft uw Ministerie aan alle
05.05 André Smets (PSC) : Quand j'entends M.
Tastenhoye nous faire la leçon, je me fais la
réflexion qu'avant de s'occuper du gouvernement
flamand ou wallon, il serait opportun de se poser la
question de la vice-présidence de M. Vanden Eynde
à la Chambre. M. Tastenhoye veut de l'ordre : le
bon ordre à la Chambre exige que M. Vanden
Eynde soit démis de ses fonctions. (Colloques sur
les bancs du Vlaams Blok)


Comment rester indifférent au comportement de M.
Broers, qui vise l'épuration ethnique en procédant à
la vente immédiate des bâtiments occupés par des
francophones? Le même Broers, qui ne fait rien
pour contrôler la frontière pendant la crise de la
fièvre aphteuse, mais qui réquisitionne vingt
policiers pour réprimer une manifestation à laquelle
je suis fier d'avoir participé.


Depuis les événements de Louvain, je ne me fais
pas d'illusion sur certains. Comment rester
indifférent devant la brutalité du candidat
bourgmestre, qui a bafoué trois principes
démocratiques fondamentaux que je rappelle : la
liberté des citoyens de manifester, la liberté de
presse, et le devoir de protéger physiquement des
gens et notamment des parlementaires.

La réaction de la police fédérale vous semble-t-elle
proportionnée aux événements ?

Votre ministère a-t-il envisagé toutes les mesures
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
"voorzorgsmaatregelen" gedacht?

Draagt de waarnemend burgemeester hier geen
verantwoordelijkheid?

De toestand van de hulpdiensten baart mij zorgen.
Nu reeds worden contacten genomen om ­ zonder
enig overleg met de beleidsmensen - de
brandweerlui van Herve-Battice uit de zone te
verwijderen. En aangezien ik een van die
beleidsmensen ben kan ik niet anders dan u
terzake te interpelleren.
de «précaution»?

La responsabilité du bourgmestre f.f. n'est-elle pas
engagée ?

Je suis préoccupé par la situation des services de
secours. Il me revient que des contacts sont d'ores
et déjà pris pour éliminer de la zone les pompiers
de Hervé -Battice, sans aucune concertation avec
les responsables. En tant que responsable, je ne
peux que vous interpeller à ce sujet.
05.06 Charles Janssens (PS): Alle democraten in
dit land huiverden bij het zien van de reportages
over het politieoptreden, dat niet in verhouding
stond tot de feiten.

Wij streven naar een rechtstaat, die eenieder
respecteert en elke burger de mogelijkheid biedt
zijn eisen en mening vrijelijk te uiten. In de pers
maakten sommigen maakten een parallel met het
tijdperk van de knuppels en de Vlaamse milities.
Maar dit is veel erger: de matrakken worden
werkelijk "geïnstitutionaliseerd".

De incidenten werden bovendien niet veroorzaakt
door gewone burgers, maar door
vertegenwoordigers van de ordediensten, wier taak
er juist in bestaat ongeregeldheden te voorkomen.

Mijn verontwaardiging is niet selectief. Wie echter
gezien heeft hoe burgers, journalisten en een
senator zaterdag werden behandeld, kan niet
anders dan zich vragen stellen.

Beoogt men met de verkoop van sociale woningen
waarin enkel Franstaligen wonen uitsluitend de
sanering van de gemeentefinanciën? Ik zal de term
"etnische zuivering" niet in de mond nemen,
aangezien we de banalisering ervan dienen te
vermijden. Ook dergelijke gedragingen mogen
echter niet worden gebanaliseerd.
05.06 Charles Janssens (PS) : Tous les
démocrates de notre pays ont frémi à la vue des
reportages sur la riposte policière disproportionnée
par rapport aux faits.

Nous voulons un Etat de droit, respectueux de
chacun et sensé permettre à tout citoyen la libre
expression de ses revendications et de ses
opinions.Certains ont évoqué le temps des gourdins
et des milices flamandes dans la presse. Ceci est
bien plus grave, il s'agit d'un véritable temps des
matraques institutionnalisées.

Les auteurs principaux des incidents ne sont pas de
simples citoyens, mais des représentants de l'ordre,
des représentants d'une institution précisément
chargée de prévenir le désordre.

Je n'ai pas d'indignation sélective. Mais quand on
voit la manière dont ont été traités samedi des
citoyens, des journalistes et un sénateur, on doit se
poser des questions.

Vendre des habitations sociales occupées presque
exclusivement par des francophones, cela relève-t-il
exclusivement de l'assainissement des finances
communales
? Je ne parlerai pas d'épuration
ethnique, car il ne faut pas banaliser ce terme. Mais
l'on ne peut pas davantage banaliser de tels
comportements.
Hoe zouden wij reageren als een burgemeester -
van gelijk welke partij- zich op een budgettair
voorwendsel zou beroepen om sociale woningen
waar migranten wonen te koop te stellen en
laatstgenoemden er vervolgens uit te zetten? De
handelswijze tegenover pers, journalisten, burgers
en zelfs een senator, verdient een kordate reactie.

Ik heb alle vertrouwen in uw humanistische
ingesteldheid. Hoe is het te verklaren dat het
persbericht dat daags na de incidenten werd
gepubliceerd, een gezamenlijke tekst van de
burgemeester en het parket van Tongeren was? Ik
stel voor, dat een beroep wordt gedaan op het
Comment réagirions-nous si un bourgmestre, de
quelque bord qu'il soit, invoquait un prétexte
budgétaire pour mettre en vente des habitations
sociales habitées par des immigrés et expulser ces
derniers ?La manière de traiter la presse, les
journalistes, les citoyens et même un sénateur,
mérite une réaction ferme.

J'ai confiance en votre humanisme. Comment
expliquer que le communiqué publié au lendemain
des incidents ait été un texte commun du
bourgmestre et du parquet de Tongres
? Je
suggère l'appel au comité P.
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
comité P.

Welke maatregelen werden genomen om te
achterhalen hoe de federale politie zich tegenover
de betogers heeft gedragen en welke maatregelen
bent u dientengevolge van plan te nemen?

Welke houding nam de burgemeester tijdens de
gebeurtenissen aan en wat zijn uw bedoelingen
desbetreffend?


Quelles sont les mesures prises pour définir
l'exacte attitude de la police fédérale à l'égard des
manifestants et les mesures que vous comptez
prendre en conséquence ?

Quelle fut l'attitude précise que le bourgmestre a
eue pendant les événements et quelles sont vos
intentions à ce sujet ?
05.07 Denis D'hondt (PRL FDF MCC): Aan het
uitstekend betoog van de heer Charles Janssens
kan ik niet veel toevoegen. Het is trouwens slechts
op grond van een gedetailleerd rapport dat men
zich zal kunnen uitspreken over de houding die
zowel door de betogers als door de politiediensten
werd aangenomen.
De rol van de gemeentelijke overheden en
inzonderheid van de burgemeester moet worden
verduidelijkt. Deze gebeurtenissen dienen gezien te
worden in het licht van de bestaande situatie op
taalgebied in die gemeenten en het is in dat licht dat
de verantwoordelijkheid van genoemde overheden
moet worden afgewogen.
05.07 Denis D'hondt (PRL FDF MCC) :
L'excellente intervention de M. Charles Janssens
me dispensera d'être long.Ce n'est d'ailleurs que
sur base d'un rapport détaillé que l'on pourra se
prononcer sur l'attitude adoptée tant par les
manifestants que par les forces de l'ordre.

Il paraît opportun d'éclaircir le rôle des autorités
communales et, plus particulièrement, du
bourgmestre. Il faut resituer ces événements dans
le contexte du climat linguistique existant dans cette
commune, au regard duquel il faut mesurer la
responsabilité desdites autorités.
Is het verkopen van gebouwen de enige manier om
de gemeentekas te spijzen? Men zou wijzer moeten
zijn. Dit is geen geïsoleerd feit. Het sluit aan op een
hele reeks gebeurtenissen die leiden tot spanningen
die door de gemeenteraadsverkiezingen nog
werden versterkt.


Bij het opstellen van het onderzoeksverslag moet
met al deze elementen rekening worden gehouden.
Wij wachten vol ongeduld op dit verslag. Hoever is
het al gevorderd?

Wat was de aanpak van de ordediensten inzake
preventie enerzijds en om de situatie meester te
blijven anderzijds? Ik zal het verslag afwachten
alvorens terzake definitieve uitspraken te doen.
Niettemin kan ik me niet van de indruk ontdoen dat
het in de hand houden van een dermate kleine
groep betogers geen geweld vereist.

Hoe komt het dat de politie zo gemakkelijk haar
zelfbeheersing verloor? Hoe gedroeg de heer
Broers zich ten aanzien van de politiediensten? Dat
er sancties moeten komen, lijkt vanzelfsprekend.
N'y a-t-il pas d'autre moyen de renflouer les
finances communales que de mettre en vente ces
immeubles ?Il conviendrait de faire preuve de
davantage de sagesse. Mais ceci n'est pas un fait
isolé. Il s'inscrit dans un ensemble de phénomènes
qui amène des tensions renforcées par les élections
communales.

L'ensemble de ces éléments doit entrer en ligne de
compte pour établir le rapport d'enquête ! Ce
dernier est très attendu et nous souhaitons en
connaître l'état d'avancement.

Quelle fut l'attitude des forces de l'ordre en termes
de prévention et de gestion des événements ?
J'attendrai le rapport pour me prononcer
définitivement, mais je ne peux m'empêcher de
penser que la maîtrise d'un groupe aussi limité de
manifestants ne rendait pas nécessaire l'usage de
la violence.

Comment les policiers ont-ils pu perdre aussi
facilement leur sang-froid ? Quelle fut l'attitude de
M. Broers et, notamment, ses relations avec les
services de police ? Il paraît évident que des
sanctions devront être prononcées.
05.08 Muriel Gerkens (ECOLO-AGALEV): Wij
dienen over de werking van de federale politie na te
denken. Welke maatregelen zal u nemen ten
aanzien van haar optreden in deze?
05.08 Muriel Gerkens (ECOLO-AGALEV) : Le
fonctionnement de la police fédérale appelle une
réflexion. Je souhaite connaître vos intentions par
rapport à ses agissements en l'espèce.
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
De incidenten die zich het afgelopen weekeinde in
Voeren voordeden, tonen aan dat er een voor
iedereen aanvaardbare modus vivendi moet komen.

Is het niet zo dat het uitblijven van de benoeming
van de burgemeester de spanning nog vergroot?
Heeft die vertraging ook niet tot gevolg dat de vraag
of de kandidaat-burgemeester eenieders belangen
zal verdedigen al die tijd onbeantwoord blijft?
Redelijkerwijs kan de kandidaat-burgemeester
echter niet worden benoemd als hij een zware fout
maakt.

Zal u de mogelijkheden inzake cohabitatie en de
politieke beslissingen van de gemeentelijke
beleidslieden van de vorige en de toekomstige
meerderheid laten evalueren?
Les incidents survenus ce week-end dans les
Fourons illustrent la nécessité d'y mettre en place
un modus vivendi acceptable pour tous.

Le retard dans la nomination du bourgmestre n'est-
il pas de nature à aggraver les tensions et à
retarder la vérification des intentions du candidat
bourgmestre de veiller aux intérêts de tous ? Ceci
dit, en cas d'erreur grave commise par le
bourgmestre, ce dernier ne pourrait
raisonnablement être nommé.


Envisagez-vous la mise en place d'une évaluation
des modalités de cohabitation et des décisions
politiques prises par les responsables communaux
des majorités précédentes et à venir ?
05.09 Minister Antoine Duquesne (Frans): Zodra
ik over de incidenten in Voeren werd ingelicht, heb
ik zowel de algemene inspectie als de adjunct-
arrondissementscommissaris een verslag gevraagd
over de manier waarop de orde werd gehandhaafd
en over de contacten met de pers ter plekke. Mijn
administratie kreeg opdracht de wettigheid van de
door de administratieve overheid genomen
beslissingen na te trekken.

De door de plaatselijke politie en de administratieve
overheid voorbereide ordedienst was vergelijkbaar
met die waarin zij ter gelegenheid van de vorige
poging tot openbare verkoop hadden voorzien.

Zo'n 80 betogers begaven zich naar de plaats waar
de verkoop moest plaatsvinden. Zij drongen de
bufferzone binnen waar de politieofficier die voor de
ordehandhaving instond, zijn extra manschappen
inzette en waar zich twee federale politieagenten en
een hond bevonden. Als gevolg van de druk die de
betogers op de dranghekken uitoefenden zijn een
eerste en daarna een tweede hek gedeeltelijk op de
heer Happart gevallen. Een journaliste en een
derde persoon die door de versperring trachtten te
breken, werden door de hond van de federale politie
gebeten. Toen de heer Happart de plaats waar hij
zich schuilhield probeerde te verlaten, werd hij door
twee politiemannen meegenomen. Een cameraman
die zich naast hem bevond, werd gewond door een
derde persoon, die later werd geïdentificeerd.
Onmiddellijk daarna stelde de wnd. burgemeester
vast dat de verkoop niet kon plaatsvinden.
05.09 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
Dès que j'ai été informé des événements survenus
à Fourons, j'ai demandé un rapport sur la manière
dont l'ordre a été maintenu et sur les rapports avec
la presse sur place, tant à l'Inspection générale
qu'au commissaire adjoint d'arrondissement. Mon
administration a été chargée de vérifier la régularité
des décisions prises par les autorités
administratives.

Le service d'ordre a été préparé selon un dispositif
similaire à celui de la précédente tentative de vente
publique, par la police locale et l'autorité
administrative.

Un groupe de 80 manifestants a pénétré dans la
zone tampon, où le responsable du service d'ordre
a engagé sa réserve et où se trouvaient deux
cavaliers de la police fédérale et un chien. Suite aux
pressions exercées par les manifestants sur les
barrières formant rempart, une barrière puis une
seconde sont partiellement tombées sur M.
Happart. Une journaliste et une tierce personne
tentant de forcer le barrage ont été mordues par le
chien de la police fédérale. M. Happart, qui tentait
de quitter l'endroit où il avait été abrité, fut
embarqué par deux policiers. Un cameraman situé
à ses côtés fut blessé par un tiers identifié par la
suite. Le bourgmestre faisant fonction a constaté,
dans les minutes qui ont suivi, qu'il était impossible
de procéder à la vente.
(Nederlands) Uit de beoordeling door de adjunct-
arrondissementscommissaris blijkt dat men de
waarnemend burgemeester niets kon verwijten. Of
het opportuun was om nu over te gaan tot de
openbare verkoop, kan men zich afvragen, maar dit
behoort tot de gemeentelijke autonomie.
(En néerlandais) Il ressort du rapport du
commissaire d'arrondissement adjoint qu'aucun
reproche ne peut être adressé au bourgmestre
faisant fonction. Il est permis de s'interroger à
propos de l'opportunité d'organiser cette vente
publique maintenant, mais cette décision ressortit à
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13


Geen enkel element leidt mij tot een andere
conclusie dan dat de waarnemend burgemeester bij
de ordehandhaving geen enkele fout heeft
gemaakt.
l'autonomie communale.

Aucun élément ne me permet de conclure que le
bourgmestre faisant fonction a commis une erreur
en ce qui concerne le maintien de l'ordre.
(Frans) Voor de uitvoering in het veld zijn de
politiechefs verantwoordelijk. Daarbij stelt de
adjunct-arrondissementscommissaris zich vragen
over de manier waarop de relaties met de pers
werden geregeld.

Noch voor de manier waarop gebruik werd gemaakt
van de politiehond noch voor het gewelddadig
wegvoeren van de heer Happart is er mijns inziens
een bevredigende verklaring verschaft. Naar
aanleiding van het aanvullend onderzoek dat ik heb
bevolen, zullen in voorkomend geval maatregelen
moeten worden genomen. Tegen een gelijklopend
onderzoek van het Comité P heb ik geen enkel
bezwaar.
(En français) L'exécution sur le terrain dépend de
la responsabilité des chefs de police. Le
commissaire adjoint d'arrondissement s'interroge à
cet égard sur la manière dont furent gérées les
relations avec la presse.

La manière dont il a été fait usage du chien policier
et l'évacuation par la force de M. Happart restent à
mon avis sans explication satisfaisante. Des
mesures devront éventuellement être prises suite à
l'enquête complémentaire que j'ai commandée. Je
ne vois aucune objection à une enquête parallèle du
Comité P.
(Nederlands) Wat de benoeming betreft van
kandidaat-burgemeester Broers: deze vraag doet
hier niet ter zake. Ik heb vorige week in de Kamer
verklaard dat ik mijn beslissing daarover op het
einde van de maand neem.

Er kwam overigens geen enkele partijvoorzitter bij
mij tussenbeide.
(En néerlandais) La question concernant la
nomination du candidat bourgmestre, M. Broers,
n'est pas pertinente. La semaine dernière, j'ai
indiqué à la Chambre que je prendrais ma décision
à la fin du mois.

Par ailleurs, aucun président de parti n'est intervenu
auprès de moi à ce sujet.
05.10 Frieda Brepoels (VU&ID): Ik dank de
minister voor zijn klare en duidelijke antwoorden
omtrent de ordehandhaving in Voeren. Uit de
analyse van de minister onthou ik dat hij niets kan
verwijten aan waarnemend burgemeester Broers.

De vraag of de verloop van sociale woningen wel
opportuun was, doet niet ter zake; het siert de
burgemeester juist dat hij deze woningen wou
verkopen zodat ze woonklaar kunnen worden
gemaakt.

Ook op reglementair vlak heeft de burgemeester
volgens de minister geen fouten gemaakt. Deze
bevestiging van de minister geeft ons verdere
voldoening. We zullen de resultaten van het
onderzoek nauwgezet opvolgen.
05.10 Frieda Brepoels (VU&ID): Je remercie le
ministre pour ses réponses claires et précises à
propos du maintien de l'ordre dans les Fourons. Je
retiens de son analyse qu'il n'a aucun reproche à
adresser au bourgmestre faisant fonction, M.
Broers.

Quant à savoir s'il était opportun de procéder à la
vente des logements sociaux, la question n'est pas
pertinente. C'est d'ailleurs tout à l'honneur du
bourgmestre d'avoir voulu vendre ces logements
pour qu'ils puissent être rendus habitables.

Selon le ministre, le bourgmestre n'a pas davantage
commis d'erreur sur le plan réglementaire. Cette
confirmation nous réjouit. Nous prendrons
connaissance avec intérêt des résultats de la suite
de l'enquête.
05.11 Jo Vandeurzen (CVP): Ik dank de minister
voor dit heldere antwoord. Het valt mij op dat u in
verband met dit soort incidenten steeds de grote
democratische waarden inroept. Er geldt dus wel
degelijk een betogingsverbod in Voeren, dat werd
uitgevaardigd door het vorige bestuur. Toen werd
het recht op vrije meningsuiting echter niet
05.11 Jo Vandeurzen (CVP): Je remercie le
ministre pour la clarté de sa réponse. Je suis frappé
d'entendre invoquer systématiquement les grandes
valeurs à la faveur de ce type d'incident. Une
interdiction de manifestation, décrétée sous la
précédente législature, est bel et bien d'application.
Lors de l'entrée en vigueur de cette interdiction, la
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
ingeroepen door de Franstaligen.


De minister schat de toestand in Voeren juist in. Ik
voorspel de volgende weken veel machinaties in
verband met Voeren, nu de Waalse partijvoorzitters
zich zijn gaan bemoeien om de benoeming van
Broers tegen te gaan. Ik hoop dat de minister en de
Vlamingen bij hun standpunt blijven.
liberté d'expression n'avait pas été invoquée par les
francophones.

Le ministre fait une évaluation correcte de la
situation dans les Fourons. Dans les semaines à
venir, je vous prédis de nombreuses manoeuvres
politiques à propos des Fourons, à présent que les
présidents de parti ont décidé de s'immiscer dans la
procédure de nomination de M. Broers. J'espère
que le ministre et les Flamands resteront fidèles à
leur point de vue.
05.12 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Er is
duidelijk aangetoond dat Huub Broers geen enkel
verwijt treft. De agressie kwam van de kant van de
linksgezinden. Bij de tweede verkoop werden
evenveel manschappen ingezet als bij de eerste
verkoop. Dat is onverantwoord. Zodra de
Franstaligen het Lambertmontgeld binnen hebben,
wordt Voeren de nieuwe brandhaard.



Ik betreur het dat de minister niet heeft geantwoord
op mijn vraag over de oproep tot geweld van de
heer Happart.
05.12 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Il a
été démontré clairement qu'aucun reproche ne
peut être adressé à Huub Broers. Les agressions
provenaient du côté des partisans du "Retour à
Liège". A l'occasion de la deuxième vente, on a fait
appel au même nombre d'hommes que lors de la
première vente, ce qui est injustifiable. Dès que les
francophones se sont assurés d'avoir engrangé
l'argent des accords du Lambermont, Fourons
devient le nouveau foyer d'incendie.

Je regrette que le ministre n'ait pas répondu à ma
question concernant l'appel à la violence lancé par
M. Happart.
05.13 André Smets (PSC): De heer Tastenhoye
bewijst ons wel zeer veel eer als hij stelt dat er 150
politiemensen nodig zijn voor 80 Franstalige
betogers ! Het brutale ingrijpen van de federale
politie werd gelaakt.

Wat het gedrag van de heer Broers betreft, moet ik
zeggen dat ik die zogenaamd openbare verkoop
wilde bijwonen. Ik heb mijn identiteitskaart getoond,
en toch heeft men mij de toegang ontzegd.

Gewezen burgemeester Smeets hing in de eerste
plaats de Belgische vlag uit. Ik raad de heer Broers
aan hetzelfde te doen om uiting te geven aan zijn
respect voor allen.

De heer Louis Michel verklaarde onlangs dat de
strijd van de Voerenaars geen geharrewar in de
marge was, dat uit die strijd duidelijk de roep om
erkenning klonk. We zitten nu blijkbaar in een
spiraal waarin al wat Franstalig is, vervolgd moet
worden, terwijl de mensen ginder altijd een culturele
uitwisseling hebben voorgestaan.

Sapperloot, het jus personarum primeert boven het
jus soli !
05.13 André Smets (PSC) : M. Tastenhoye nous
fait beaucoup d'honneur en disant qu'il faut, pour 80
manifestants francophones, prévoir 150 policiers !
L'intervention brutale de la police fédérale a été
mise en cause.

En ce qui concerne la conduite de M. Broers, je dois
dire que je souhaitais assister à cette vente
prétendûment publique
; j'ai montré ma carte
d'identité et, partout, on m'a empêché d'entrer.

M. Smeets, ancien bourgmestre, arborait en
premier lieu le drapeau belge. Je conseille à M.
Broers d'agir de la même manière pour montrer son
respect de tous.

M. Louis Michel a déclaré naguère que le combat
des Fouronnais n'était pas un combat médiocre,
que ce combat exprimait leur besoin d'être
reconnus. On entre maintenant dans un système où
tout ce qui est francophone doit être poursuivi, alors
que les gens, sur place, ont toujours été attachés à
l'échange des cultures.

Sacrebleu, le droit des gens prime le droit du sol.
05.14 Charles Janssens (PS): U heeft een zeer
oprecht antwoord gegeven. Ik neem er nota van dat
het onderzoek wordt voortgezet, meer bepaald wat
het lot van de heer Happart betreft. Ik wijs er
05.14 Charles Janssens (PS) : Vous avez
répondu de la façon la plus sincère. J'acte que les
investigations continuent surtout en ce qui concerne
le sort fait à M. Happart. Je rappelle cependant que
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
niettemin op dat de rapporten in uw bezit door de
betrokken diensten werden opgesteld, en dat de
zaak voor het Comité P kan worden gebracht.

Dit gaat ook het Parlement aan, en wij zullen met
initiatieven voor de dag komen. Ik betreur dat men
die manifestatie afschildert als een optocht van
terroristen en dat er zelfs sprake is van een
betogingsverbod bij een openbare verkoop, in een
dorpje een zakdoek groot. De meeste
manifestanten waren gewoon dorpsbewoners wier
verontwaardiging over de verkoop hen op straat
bracht.

De riposte was buiten alle proportie. Het onderzoek
zal zeker collectieve en individuele tekortkomingen
aan het licht brengen, die hopelijk bestraft zullen
worden. De moraal en de gerechtigheid zullen niet
velen dat dergelijke tekortkomingen onbestraft
blijven.
les rapports en votre possession sont ceux des
services concernés et que le comité P peut être
saisi.


Le Parlement est concerné et nous prendrons des
initiatives. Je regrette que l'on présente cette
manifestation comme celle de terroristes, et que
l'on parle d'interdiction de manifestation lors d'une
vente publique, dans un village grand comme un
mouchoir de poche. L'essentiel des manifestants
étaient bien des gens du village, indignés par la
vente.



La riposte était totalement disproportionnée.
L'enquête révèlera certainement des manquements
collectifs et individuels qui seront, je l'espère,
sanctionnés. La morale et la justice ne toléreraient
pas que ces manquements ne soient pas
sanctionnés.
05.15 Denis D'hondt (PRL FDF MCC): Ik dank de
minister voor zijn nauwkeurig antwoord. De
verklaringen die in het verslag van de federale
politie zijn opgenomen, overtuigen mij niet volledig
en ik begrijp dat u om een aanvullend rapport heeft
verzocht. Met name de houding van de federale
politie ten aanzien van de heer Jean-Marie Happart
zal moeten worden opgehelderd. Wij vertrouwen
erop dat de minister dit dossier, waarvan het belang
de lokale dimensie overschrijdt, in goede banen zal
leiden.
05.15 Denis D'hondt (PRL FDF MCC) : Je
remercie le ministre pour sa réponse précise. Je ne
suis pas convaincu par toutes les affirmations qui
figurent au rapport de la police fédérale et je
comprends que vous ayez demandé un rapport
complémentaire. En particulier, il faudra faire la
lumière sur le comportement de la police fédérale à
l'égard de M. Jean-Marie Happart. Nous faisons
confiance au ministre pour gérer ce dossier, dont
l'intérêt dépasse l'échelle locale.
05.16 Muriel Gerkens (ECOLO-AGALEV): Om de
gebeurtenissen correct te kunnen inschatten
moeten ze van buitenuit en a posteriori worden
bekeken. Op die manier kunnen ze in hun totaliteit
worden benaderd, evenals het gedrag van de
politie, de burgers, de heer Happart. Het
ontgoochelt mij dat u geen regeling treft met de
burgemeester, de mensen ter plaatse en met de
meerderheid, zodat de opgelopen trauma's kunnen
worden verwerkt. De verantwoordelijke personen
aanwijzen zal mijns inziens niet volstaan.
05.16 Muriel Gerkens (ECOLO-AGALEV) : Pour
évaluer les événements, il faut un regard extérieur
et a posteriori. On pourra ainsi les appréhender
dans leur globalité, de même que le comportement
de la police, des gens, de M. Happart. Je suis
déçue d'entendre que vous ne prenez pas de
dispositions avec le bourgmestre, avec les gens sur
place, avec la majorité pour surmonter les
traumatismes. Désigner les responsables ne sera
pas suffisant, à mon sens.
05.17 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): De
minister heeft zijn verantwoordelijkheid nauwgezet
ter harte genomen. Had dit incident zich elders
voorgedaan, dan was het een banaal incident
geweest. Een aantal politici vergroot het nu echter
uit, waarbij het vergrootglas ook als brandglas
werkt. We mogen de escalatie niet in de hand
werken. Wij vergeten dat dit probleem zeer diepe
wortels heeft. Wij moeten de dialoog ten gronde
aangaan.
05.17 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): Le
ministre a dûment pris ses responsabilités.Cet
incident eût été banal s'il s'était produit ailleurs. Sa
dramatisation par quelques hommes politiques, à
laquelle nous assistons actuellement, risque de
raviver le brûlot communautaire. Il faut éviter
l'escalade. Nous oublions que ce problème a des
racines particulièrement profondes. Il faut aborder
le dialogue sur le fond du problème.
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door
mevrouw Frieda Brepoels en de heren Jo
Vandeurzen en Daniël Vanpoucke en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van mevrouw Frieda
Brepoels, de heren Jo Vandeurzen, Guido
Tastenhoye, André Smets, Charles Janssens,
Denis D'hondt en mevrouw Muriel Gerkens
en het antwoord van de minister van Binnenlandse
Zaken,
- stelt vast dat de onlusten in de gemeente Voeren
mede in de hand worden gewerkt door het uitblijven
van de benoeming van de heer Huub Broers als
burgemeester;
- stelt vast dat bepaalde groeperingen de onlusten
uitlokken om die benoeming te verhinderen;
- beveelt de minister aan om de benoeming van
Huub Broers tot burgemeester van de gemeente
Voeren niet langer uit te stellen en deze beslissing
te nemen, zoals hij heeft aangekondigd, voor het
einde van de maand juni."
Une motion de recommandation a été déposée par
Mme Frieda Brepoels et MM. Jo Vandeurzen et
Daniël Vanpoucke et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de Mmes Frieda
Brepoels, MM. Jo Vandeurzen, Guido Tastenhoye,
André Smets, Charles Janssens, Denis D'hondt et
Mme Muriel Gerkens
et la réponse du ministre de l'Intérieur,
- constate que les incidents dans les Fourons sont
renforcés par le fait que M. Huub Broers n'est pas
encore nommé bourgmestre;
- constate que certains groupements provoquent
ces incidents afin d'empêcher cette nomination;
- recommande au ministre de ne plus retarder la
nomination de M. Huub Broers comme bourgmestre
des Fourons et de prendre cette décision, comme il
l'a annoncé, avant la fin du mois de juin."
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heren Filip De Man, Bart Laeremans en Guido
Tastenhoye en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van mevrouw Frieda
Brepoels, de heren Jo Vandeurzen, Guido
Tastenhoye, André Smets, Charles Janssens,
Denis D'hondt en mevrouw Muriel Gerkens
en het antwoord van de minister van Binnenlandse
Zaken,
- veroordeelt de pogingen van Franstalige politici
om met geweld hun wil op te leggen aan de
gemeente Voeren;
- verklaart zich geschokt door het uiterst agressieve
en gewelddadige taalgebruik van een Waals
minister, met name José Happart;
-
veroordeelt de pogingen van Franstalige
partijvoorzitters om de democratie onderuit te halen
en de keuze van de Voerense bevolking op
8 oktober 2000 ongedaan te maken."
Une motion de recommandation a été déposée par
Mme Frieda Brepoels et MM. Jo Vandeurzen et
Daniël Vanpoucke et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de Mme Frieda
Brepoels, MM. Jo Vandeurzen, Guido Tastenhoye,
André Smets, Charles Janssens, Denis D'hondt et
Mme Muriel Gerkens
et la réponse du ministre de l'Intérieur,
- condamne les tentatives des hommes politiques
francophones visant à utiliser la force afin d'imposer
leur volonté dans la commune de Fourons;
- se déclare choquée par les propos agressifs et
violents d'un ministre wallon, José Happart;
- condamne les tentatives des présidents des partis
francophones visant à miner la démocratie et à
annuler le choix de la population fouronnaise en
date du 8 octobre 2000."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
dames Corinne De Permentier, Géraldine Pelzer-
Salandra en Marilou Vanden Poel-Welkenhuysen
en de heren Willy Cortois, Denis D'hondt, André
Frédéric, Tony Smets, Jan Peeters en Peter
Vanhoutte.
Une motion pure et simple a été déposée par Mme
Corinne De Permentier, Géraldine Pelzer-Salandra
et Marilou Vanden Poel-Welkenhuysen et MM. Willy
Cortois, Denis D'hondt, André Frédéric, Tony
Smets, Jan Peeters et Peter Vanhoutte.
Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La
discussion est close.
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Peter Vanhoutte tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
statuut van de vluchtelingen uit Macedonië"
(nr. 4891)
06 Question de M. Peter Vanhoutte au ministre
de l'Intérieur sur "le statut des réfugiés
originaires de Macédoine" (n° 4891)
06.01 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): De
situatie in Macedonië is zeer kritiek. De laatste
dagen zijn opnieuw meer dan 20.000 mensen
gevlucht. De grote vluchtelingenstroom zal zich
ongetwijfeld ook verspreiden over de EU.

Voorziet ons land voor deze vluchtelingen in het
statuut van oorlogsvluchteling? Werd reeds overleg
gepleegd over hun opvang? Welk aantal kan ons
land tijdelijk aan? Is er reeds een verhoogde
instroom van vluchtelingen uit de Balkan in het
algemeen en uit Macedonië in het bijzonder?
06.01 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): La
situation en Macédoine est critique. Ces derniers
jours, 20 000 personnes ont à nouveau fui les
combats. Le flux de réfugiés atteindra sans aucun
doute les pays de l'UE.

Notre pays accordera-t-il à ces réfugiés le statut de
réfugié de guerre? S'est-on déjà concerté sur leur
prise en charge ? Combien de ces réfugiés notre
pays pourra-t-il accueillir provisoirement ? Constate-
t-on déjà actuellement une augmentation de l'afflux
de réfugiés en provenance des Balkans en général
et de la Macédoine en particulier?
06.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
De Europese Commissie heeft een voorstel van
richtlijn ingediend dat voorziet in een tijdelijke
bescherming met bijhorende rechten op het
grondgebied van de lidstaten in geval van conflicten
die leiden tot massale verplaatsingen van de
bevolking.

Voorzitter: Denis D'hondt

Over de tijdelijke bescherming beslist de Raad met
een gekwalificeerde meerderheid. Het stelstel
berust op een gemeenschappelijke solidariteit en
geniet financiële steun van het Europees Fonds
voor Vluchtelingen. Er bestaat al een politiek
akkoord over de tekst. In de lijn van het Verdrag
van Amsterdam en de Tampere-besluiten gaat men
dus over tot een gecoördineerde aanpak, wat niet
het geval was voor de vluchtelingen uit Kosovo. Een
tijdelijk beschermingssysteem voor onderdanen uit
de voormalige Joegoslavische republiek Macedonië
kan dus alleen in een gemeenschappelijke en
solidaire context. Momenteel is er echter geen
sprake van een massale vluchtelingenstroom.
België zal, als toekomstig EU-voorzitter, de
toestand in dat gebied van nabij volgen.
06.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais) : La Commission européenne a
déposé une proposition de directive prévoyant une
protection temporaire, ainsi que les droits qui en
découlent, sur le territoire des États membres en
cas de conflit occasionnant des déplacements de
populations massifs.

Présidence : M. Denis D'hondt

La décision à propos d'une protection termporaire
est prise par le Conseil à la majorité qualifiée. Le
régime repose sur une solidarité commune et
bénéficie de l'aide financière du Fonds européen
pour les réfugiés. Le texte a déjà fait l'objet d'un
accord politique. Dans le prolongement du Traité
d'Amsterdam et des accords de Tempere, on
organisera donc une approche coordonnée, ce qui
n'était pas le cas pour les réfugiés du Kosovo. La
mise en place d'un système de protection
temporaire au bénéfice de ressortissants de
l'ancienne république yougoslave de Macédoine ne
peut donc se faire que par une approche commune
et solidaire. A l'heure actuelle, il n'est nullement
question d'un flux massif de réfugiés. En tant que
futur président de l'UE, la Belgique suivra la
situation de près.
06.03 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):
Samenwerking is essentieel om deze mensen op te
vangen. Zij moeten hier tijdelijk onderdak krijgen
omwille van de oorlogssituatie, maar uiteindelijk
zullen zij terugkeren naar hun land.
06.03 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): Afin
d'accueillir ces personnes, il est essentiel de
travailler ensemble. Il faudra leur fournir un
hébergement temporaire en raison de la situation
de guerre, mais ils devront retourner en fin de
compte dans leur pays.
06.04 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
U hebt gelijk.
06.04 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais) : Vous avez raison.
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18

Voorzitter: Paul Tant

Présidence : M. Paul Tant
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Mondelinge vraag van de heer Georges
Lenssen aan de minister van Binnenlandse
Zaken over "het luik stadswachten als onderdeel
van de preventiecontracten" (nr. 4901)
07 Question orale de M. Georges Lenssen au
ministre de l'Intérieur sur "le volet relatif aux
gardes municipales comme élément des contrats
de prévention" (n° 4901)
07.01 Georges Lenssen (VLD): Op basis van de
evaluatie van vorig jaar werd de verdeling van de
middelen voor de veiligheids- en
preventiecontracten aangepast. Voor
negenentwintig gemeenten wordt het contract niet
verlengd. Hierdoor komt het stadswachtenproject,
dat het veiligheidsgevoel moest verhogen en
mensen zinvol werk moest geven, in het gedrang.
Op dit ogenblik worden er in Vlaanderen 130
stadswachten mee betaald door de federale
overheid. Dit betekent tien procent van het budget
dat in Vlaanderen wordt ter beschikking gesteld
voor de preventiecontracten.

Wat is de toekomst van de stadswachten? Kunnen
stadswachtprojecten langs een ander kanaal
worden ondersteund?
07.01 Georges Lenssen (VLD): La répartition des
moyens pour les contrats de sécurité et de
prévention a été adaptée sur la base de l'évaluation
de l'année dernière. Vingt-neuf communes ne
verront pas leur contrat prolongé, ce qui remet en
question le projet des agents de prévention et de
sécurité (APS)qui devait augmenter le sentiment de
sécurité des citoyens et fournir un emploi de qualité
à un certain nombre de personnes. A l'heure
actuelle, les autorités fédérales contribuent à la
rémunération de 130 agents de prévention et de
sécurité (APS) en Flandre. Cela représente dix
pour cent du budget consacré en Flandre aux
contrats de prévention.

Comment se présente l'avenir en ce qui concerne
ces agents de prévention et de sécurité ? Les
projets des agents de prévention et de sécurité
pourraient-ils être soutenus par une autre voie ?
07.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Het budget was te beperkt om op alle aanvragen
voor veiligheidscontracten in te gaan. Daarom heeft
de regering beslist een keuze te maken op grond
van objectieve criteria: de bevolking, de criminaliteit
en de socio-economische toestand.


Willen de gemeenten de voorgestelde
veiligheidscontracten toch doorvoeren, zullen zij
eigen fondsen moeten aanboren of aankloppen bij
het Gewest. Ik heb bij de Gewesten stappen
ondernomen, maar kan bij het Vlaamse Gewest op
weinig belangstelling rekenen. Niets belet de
gemeenten om een ploeg stadswachten te
financieren. Het ministerie kent geen subsidies toe,
maar biedt dergelijke gemeenten wel steun en
raadgevingen.

Ik ben wel degelijk van plan de stadswachtprojecten
verder te zetten. Voorstellen daaromtrent zijn
opgenomen in de handleiding methodologie voor de
inwerkingstelling van de veiligheidscontracten. Deze
handleiding werd aan de gemeenten bezorgd. Ik
heb het uittreksel betreffende de stadswachten ook
deze commissie ter beschikking gesteld.
07.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): Le budget était trop restreint que pour
prendre en considération toutes les demandes de
contrats de prévention. Aussi le Gouvernement a-t-il
décidé d'opérer un choix en fonction de critères tels
que la population, la criminalité et la situation socio-
économique.

Si les communes souhaitent malgré tout mettre en
oeuvre les contrats de prévention proposés, elles
devront puiser dans leurs propres fonds ou
demander de l'argent à la Région. J'ai entrepris des
démarches auprès des différentes Régions, mais la
Région flamande témoigne d'un faible intérêt. Rien
n'empêche les communes de financer une équipe
des agents de prévention et de sécurité (APS). Si le
ministère n'octroie pas de subsides à ces
communes, il leur accorde volontiers son soutien et
ses conseils.
J'ai la ferme intention de poursuivre les projets
relatifs aux agents de prévention et de sécurité.
Différentes propositions figurent à ce sujet dans le
manuel de méthodologie pour la mise en oeuvre
des contrats de sécurité. Ce manuel a été envoyé
aux communes. Par ailleurs, j'ai transmis l'extrait
concernant les gardes municipales aux membres
de cette commission.
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
07.03 Georges Lenssen (VLD): Gemeenten die
hun preventiecontract verliezen, verliezen nu ook
nog hun toelage voor de stadswachten. Dat betreur
ik en ik hoop dat het Vlaams Gewest, in navolging
van het Waals en het Brussels Gewest,
maatregelen zal nemen.
07.03 Georges Lenssen (VLD): Les communes
qui perdent leur contrat de prévention, perdent de
surcroît leur subside pour les gardes municipales.
Je le déplore et j'espère que la Région flamande, à
l'instar des Régions wallonne et bruxelloise, prendra
les dispositions qui s'imposent en la matière.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Voorzitter: Tony Smets
Président: Tony Smets
08 Mondelinge vraag van mevrouw Els Van
Weert aan de minister van Binnenlandse Zaken
over "onregelmatigheden bij Europol en het
gebrek aan democratische controle op de
werking van deze politiekoepel" (nr. 4907)
08 Question orale de Mme Els Van Weert au
ministre de l'Intérieur sur "les irrégularités à
Europol et le manque de contrôle démocratique
du fonctionnement de cet organisme de
coordination policière" (n° 4907)
08.01 Els Van Weert (VU&ID): Bij Interpol zijn er
diverse aanwijzingen over boekhoudkundige
onregelmatigheden, fraude, valsheid in geschrifte
en witwaspraktijken. Er loopt in Duitsland een
onderzoek naar diefstal, door Interpol, van
gepatenteerde informatietechnologie van het bedrijf
Polygeneses. Europol schreef in 1997 en 1998
aanbestedingen uit voor Eurint en Europolis, maar
er werd nooit een contract uitgeschreven. Nu is
onduidelijk waar de gebruikte technologie vandaan
komt. Dat geldt ook voor het Sensusproject van de
Europese Commissie. Een klacht van Polygeneses
leidde al tot het ontslag van de coördinator van
Sensus, Stephan Bodenkamp. Enkel een volledige
doorlichting van Eurint, Europolis en Sensus kan
klaarheid scheppen. Het gebrek aan democratische
controle op Europol dreigt de geloofwaardigheid
ervan te ondermijnen. Volgens de laatste berichten
zou er vooralsnog zo een doorlichting komen.
08.01 Els Van Weert (VU&ID): Interpol disposerait
de différentes indications au sujet d'irrégularités
comptables, de fraude, de faux en écriture et de
pratiques de blanchiment. En Allemagne, Interpol
procède à une enquête au sujet d'une technologie
d'information brevetée de l'entreprise Polygeneses.
En 1997 et 1998, Europol a procédé à des
adjudications pour Eurint et Europolis mais, jusqu'à
présent, il n'y a encore eu aucun contrat. Par
conséquent, on ignore d'où vient la technologie
mise en oeuvre. Il en va de même pour le projet
Sensus de la Commission européenne. Une plainte
de Polygeneses a déjà mené à la démission de
Stephan Bodenkamp, le coordinateur de Sensus.
Seule une radioscopie complète d'Eurint,
d'Europolis et de Sensus pourra faire toute la
lumière. Le manque d'un contrôle démocratique à
l'égard d'Europol risque de saper la crédibilité de
cette institution. De source sûre et selon les toutes
dernières informations à ce sujet, on procéderait
prochainement à une radioscopie des organismes
précités.
Ligt de gepatenteerde Polygom-technologie van
Polygeneses uit München aan de basis van Eurint
en Europolis? Sinds wanneer maakt Europol
gebruik van die technologie? Hoe, door wiens
toedoen en wanneer kreeg Europol het
gebruiksrecht?

Zal de minister aandringen op een effectieve
grondige doorlichting van Eurint, Europolis en
Sensus om duidelijkheid te krijgen over de
herkomst van de technologie?

Wat denkt de minister tot slot over de oprichting van
een Europese tegenhanger van ons Comité P, dat
ten dienste zou staan van de respectieve
parlementen?
La technologie brevetée Polygon de la firme
munichoise Polygeneses est-elle à la base d'Eurint
et d'Europolis ? Depuis quand Europol utilise-t-elle
cette technologie ? Comment, grâce à qui et quand
Europol a-t-elle obtenu le droit de l'utiliser ?


Le ministre demandera-t-il instamment qu'il soit
procédé à un audit approfondi d'Eurint, d'Europolis
et de Sensus afin d'obtenir la clarté sur l'origine de
cette technologie ?

Pour terminer, que pense le ministre de la création
d'un pendant européen de notre Comité P qui serait
au service des différents parlements ?
08.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands): 08.02
Antoine Duquesne , ministre (en
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
In Nederland loopt een gerechtelijk onderzoek naar
de mogelijke fraudepraktijken door een Franse
Europol-ambtenaar en naar de relatie tussen
Europol en Polygeneses, dit op basis van de
resultaten van een onderzoek ingesteld door de
raad van bestuur. Deze heeft begin juni ook een
audit bevolen van alle contracten in het domein van
de informaticatechnologie.



Op de bijzondere vergadering van de raad van
bestuur zullen dringende maatregelen worden
genomen om het voortbestaan van de organisatie te
waarborgen en om tot duidelijkheid te komen over
het beheer ervan. Ook zal beslist worden over de
noodzaak van tuchtmaatregelen.

Tijdens het EU-voorzitterschap wens ik ook te
komen tot een efficiënter beheer en een betere
controle.

Ik wijs er tot slot op dat het de actuele
controlestructuren waren die de bestaande
fraudepraktijken aan het licht brachten.
néerlandais): Aux Pays-Bas, une instruction relative
à des pratiques frauduleuses auxquelles se serait
livré un fonctionnaire français d'Europol et
concernant les relations entre Europol et
Polygeneses est actuellement en cours, et cela sur
la base des résultats d'une enquête menée par le
conseil d'administration qui, au début du mois de
juin, a également commandé un audit portant sur
tous les contrats conclus dans le domaine de la
technologie de l'information.

Lors de réunion extraordinaire du conseil
d'administration, des mesures urgentes seront
prises afin de garantir la survie de l'organisation et
de faire la lumière sur sa gestion. A cette occasion,
le conseil d'administration statuera également sur la
nécessité de mesures disciplinaires.

Pendant la présidence belge de l'UE, je souhaite
d'autre part accroître l'efficacité de la gestion
d'Europol et en améliorer le contrôle.

Enfin, j'attire votre attention sur le fait que ce sont
les structures de contrôle actuelles qui ont mis au
jour les pratiques frauduleuses dénoncées
aujourd'hui.
08.03 Els Van Weert (VU&ID): Ik blijf op mijn
honger zitten wat de democratische controle betreft
en de interne systemen die de fraude aan het licht
zouden moeten hebben gebracht. De zaak heeft
lang aangesleept en er werd gepoogd een aantal
dingen in de doofpot te stoppen, wat er toch op wijst
dat de interene controlesystemen niet volstaan.

Ik vraag me ook af of de minister reeds concreet
zicht hebt op de maatregelen die hij zal nemen met
betrekking tot de Europese politie.
08.03 Els Van Weert (VU&ID): Je reste sur ma
faim pour ce qui est du contrôle démocratique et
des systèmes internes qui auraient dû révéler la
fraude en question. Cette affaire a beaucoup traîné
et d'aucuns ont essayé d'étouffer certaines choses,
ce qui prouve que les systèmes de contrôle internes
ne suffisent pas.

Je me demande aussi si vous disposez déjà d'un
aperçu concret des mesures qui seront prises en ce
qui concerne la police européenne.
08.04 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Ik heb
contact opgenomen met enkele Europese collega's
die buitengewoon geïnteresseerd zijn in deze
kwestie, gezien het belang dat het Europol-systeem
moet krijgen.

Een veelheid van controles is nog geen garantie
voor kwalitatief hoogstaande controles. Die kwaliteit
kunnen we alleen bereiken door na te denken over
een efficiënt systeem.

Europol zal in het bezit zijn van cruciale informatie.
Het is een instelling van de derde pijler, dus een
intergouvernementele instantie. Een systeem à la
Comité P kan je daar dus niet zomaar op
overplanten, maar we kunnen ons er wel op
inspireren.

U moet ook weten dat het systeem zal worden
08.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
J'ai pris des contacts avec quelques collègues
européens particulièrement intéressés par ce
problème, vu l'importance que doit acquérir le
système Europol.

Ce n'est pas en multipliant le contrôle que l'on
garantit la qualité du contrôle, mais bien en
réfléchissant à l'instauration d'un système efficace.


Europol détiendra des informations essentielles.
C'est une institution du troisième pilier, c'est-à-dire
intergouvernementale. On ne peut lui transposer
directement un système du type du Comité P, mais
on peut s'en inspirer.


Il faut savoir que le système va être étendu à des
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
uitgebreid tot landen als Estland en Polen.
pays comme l'Estonie et la Pologne.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Mondelinge vraag van de heer Paul Tant aan
de minister van Binnenlandse Zaken over "de
oprichting van gemeentelijke antennes in de
meergemeentenzones in het kader van de
politiehervorming" (nr. 4910)
09 Question orale de M. Paul Tant au ministre de
l'Intérieur sur "la mise en place, dans le cadre de
la réforme des polices, d'antennes communales
dans les zones comprenant plusieurs
communes" (n° 4910)
09.01 Paul Tant (CVP): In het kader van de
politiehervorming zijn diverse meergemeentenzones
bezig met de installatie van gemeentelijke
antennes. De lokale politie moet immers in elke
gemeente van de zone over één of meer
politieposten beschikken, die bepaalde aspecten
van de basispolitiefunctie kunnen uitoefenen. De
draagwijdte van artikel 10 van de wet op de
geïntegreerde politie geeft aanleiding tot discussie
en kan minimalistisch of maximalistisch worden
opgevat. Eertijds was in de commissie de
minimalistische visie duidelijk dominant.

Welke is de zienswijze van de minister en waarop
baseert zijn oordeel zich?

Is het de bedoeling om het beschikbare personeel
in kleinere, landelijke politiezones substantieel te
verspreiden over het hele grondgebied, of is
integratie de te volgen beleidslijn?

Leidt een maximalistische visie op de hervorming
niet tot een versnippering van het politiepotentieel?
Kan men in zulke omstandigheden nog een
basispolitiezorg garanderen?

Zal de minister nog richtlijnen verstrekken omtrent
de grootte van de antennes en hun specifieke
taken? Dit is namelijk een essentieel onderdeel van
de hervorming.


Welke visie moet gevolgd worden door de
politieraden en ­colleges?
09.01 Paul Tant (CVP): Dans le cadre de la
réforme des polices, de multiples zones
comprenant plusieurs communes sont en train de
mettre en place des antennes communales. La
police locale doit en effet disposer dans chaque
commune de la zone d'un ou de plusieurs postes de
police en mesure de remplir certains aspects de la
police de base. La portée de l'article 10 de la loi sur
la police intégrée donne matière à controverse et
peut faire l'objet d'une interprétation minimaliste ou
maximaliste. Par le passé, l'interprétation
minimaliste prévalait clairement en commission.

Quelle est la conception du ministre en la matière ?
Sur quoi est-elle fondée ?

A-t-il l'intention de répartir fondamentalement le
personnel disponible dans de petites zones rurales
sur l'ensemble du territoire ? Ou son objectif
politique est-il l'intégration ?

Une conception maximaliste de la réforme
n'aboutirait-elle pas à un émiettement du potentiel
policier ? Pourra-t-on encore garantir, dans ces
circonstances, une police de base ?

Le ministre donnera-t-il d'autres directives
concernant la dimension et les missions spécifiques
des antennes ? Je le lui demande car cela
concerne une composante essentielle de la
réforme.

Quelle conception de la réforme les conseils et
collèges de police devront-ils traduire dans la
pratique ?
09.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Artikel 10 van de wet op de geïntegreerde politie
bepaalt dat de lokale politie in
meergemeentenzones zo wordt georganiseerd dat
zij over één of meerdere politieposten beschikt in
elke gemeente. De onthaalfunctie wordt in het KB
over de organisatie- en werkingsnormen, dat
binnenkort verschijnt, omschreven als de reactie ten
aanzien van de burger die zich op een bepaalde
manier tot de politiedienst richt.

09.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): L'article 10 de la loi sur la police
communale prévoit que, dans les zones
comprenant plusieurs communes, la police locale
est organisée de manière à disposer d'un ou
plusieurs postes de police dans chaque commune.
Aux termes de l'arrêté royal relatif aux normes
d'organisation et de fonctionnement qui sera publié
sous peu, la fonction d'accueil est la réponse à la
démarche du citoyen qui s'adresse d'une certaine
manière au service de police.
13/06/2001
CRABV 50
COM 504
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
De minimale openingsuren van de hoofdpost van
een meergemeentenzone belopen 12 uur.
Daarbuiten moet een onmiddellijk contact worden
verzekerd, bijvoorbeeld via een muurtelefax. In de
meeste gevallen zal er een permanent onthaal zijn.


De openingsdagen en ­uren van de politieposten in
de andere gemeenten worden vrij bepaald volgens
de lokale noden. Ook hier geldt dat de burger die
zich buiten de openingsuren aanmeldt bij dergelijke
politiepost, onmiddellijk in contact moet kunnen
treden met iemand die hen verder kan helpen.
Dergelijke posten moeten ook met een
muurtelefoon worden uitgerust.

Inzake de taken die in dergelijke lokale politieposten
worden uitgevoerd, kan worden verwezen naar de
lokale politieoverheden, die deze taken vastleggen
in samenspraak met de zonechef.
Dans une zone composée de plusieurs communes,
le poste principal doit être ouvert pendant 12 heures
au moins. En dehors de ces heures, un contact
direct doit être assuré, par exemple au moyen d'un
téléphone mural. Dans la plupart des cas, un
accueil permanent sera assuré.

Les jours et heures d'ouverture des postes de
police dans les autres communes sont fixés
librement en fonction des besoins locaux. Là
encore, le citoyen qui se présente en dehors des
heures d'ouverture doit pouvoir entrer
immédiatement en contact avec une personne qui
pourra l'aider. Les postes de ces communes seront
aussi équipés de téléphones muraux.

A propos des tâches accomplies par ces postes de
police locaux, il faut se référer aux autorités de
police locales qui les définissent en concertation
avec le chef de zone.
09.03 Paul Tant (CVP): Het antwoord komt ons
grotendeels tegemoet. Het openhouden van de
posten gedurende 12 uur per dag zal evenwel een
zware belasting betekenen en misschien
overdreven zijn. Als oud-burgemeester van een
landelijke gemeente kan de minister hierover
meespreken. Wat de autonomie van de gemeenten
in deze betreft, heeft de minister grotendeels gelijk,
maar anderzijds is er een wettelijk kader.

De wet op de geïntegreerde politie heeft alles meer
in een georganiseerd verband geplaatst.

Is het eigenlijk denkbaar dat de spreiding van politie
en rijkswacht nog groter wordt, met problemen voor
de werkbaarheid tot gevolg?
09.03 Paul Tant (CVP): Votre réponse nous
satisfait dans une large mesure. Toutefois,
l'ouverture des postes à raison de 12 heures par
jour constituera une contrainte importante et sera
peut-être excessive. En tant qu'ex-bourgmestre
d'une commune rurale, le ministre sait ce qu'il en
est. Le ministre a largement raison en ce qui
concerne l'autonomie des communes en cette
matière mais il faut aussi tenir compte du cadre
légal.

La loi sur la police intégrée a inscrit plus largement
les procédures dans un cadre structuré.

Serait-il imaginable de répartir davantage encore la
police et la gendarmerie, ce qui générerait des
problèmes pratiques de fonctionnement ?
09.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): Ik ben
mij terdege bewust van het probleem. Ik ben
inderdaad burgemeester af van een heel
uitgestrekte maar dunbevolkte gemeente. Wij
hebben elkaar terzake echter verkeerd begrepen.
Toen ik over een permanentie van 12 uur per dag
sprak, doelde ik op de centrale politiepost van een
meergemeentezone. In de andere zones stelt de
gemeentelijke overheid de noden geheel zelfstandig
vast.


Ik heb vertrouwen in de lokale overheden. We
zullen moeten afwachten wat de ervaring ons leert
en tegelijkertijd alert en waakzaam blijven.
09.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
Je suis tout à fait conscient du problème. Je suis en
effet l'ancien bourgmestre d'une commune très
étendue, mais à faible densité de population :
Cependant, en l'occurrence, nous nous sommes
mal compris. C'est au sujet du poste central d'une
zone pluricommunale que je parlais d'une
permanence de 12 heures par jour. Mais dans les
autres zones, les autorités communales restent
complètement libres d'apprécier les besoins.

Je fais confiance aux autorités locales. Il faudra voir
à l'expérience, tout en restant attentifs et vigilants.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten La réunion publique de commission est levée à
CRABV 50
COM 504
13/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
om 17.05 uur.
17.05 heures.

Document Outline