KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 494
CRIV 50 COM 494
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET HET BEKNOPT VERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC LE COMPTE RENDU ANALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
woensdag mercredi
06-06-2001 06-06-2001
15:00 uur
15:00 heures
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde interpellaties en vragen van
1
Interpellations et questions jointes de
1
- de heer Karel Pinxten aan de minister van
Financiën over "het verlaagd registratierecht"
(nr. 4720)
1
- M. K. Pinxten au ministre des Finances sur "la
réduction des droits d'enregistrement" (n° 4720)
1
- de heer Jef Tavernier aan de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 4721)
1
- M. Jef Tavernier au ministre des Finances sur
"les petits frais d'acte" (n° 4721)
1
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Financiën over "het 'klein beschrijf'" (nr. 805)
1
- Mme Frieda Brepoels au ministre des Finances
sur "le taux d'enregistrement réduit pour
habitation modeste" (n° 805)
1
- de heer Peter Vanvelthoven aan de minister van
Financiën over "de verlaagde registratierechten"
(nr. 4789)
1
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des Finances
sur "les droits d'enregistrement réduits" (n° 4789)
1
- de heer Karel Pinxten tot de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 810)
1
- M. Karel Pinxten au ministre des Finances sur
"le taux d'enregistrement réduit pour habitation
modeste" (n° 810)
1
- mevrouw Fientje Moerman aan de minister van
Financiën over "de toepassing van het verlaagde
registratierecht bij de verkoop van een
bescheiden woning" (nr. 4830)
1
- Mme Fientje Moerman au ministre des Finances
sur "l'application de droits d'enregistrement
réduits lors de la vente d'une habitation modeste"
(n° 4830)
1
- Gedachtewisseling over het "klein beschrijf"
1
- Echange de vues sur le taux d'enregistrement
réduit pour habitations modestes
1
Sprekers: Karel Pinxten, Jef Tavernier,
voorzitter van de AGALEV-ECOLO-fractie,
Frieda Brepoels, voorzitter van de VU&ID-
fractie, Peter Vanvelthoven, Fientje
Moerman, Jacques Chabot, Didier
Reynders, minister van Financiën
Orateurs: Karel Pinxten, Jef Tavernier,
président du groupe AGALEV-ECOLO, Frieda
Brepoels, présidente du groupe VU&ID, Peter
Vanvelthoven, Fientje Moerman, Jacques
Chabot, Didier Reynders, ministre des
Finances
Moties
13
Motions
13
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
van
WOENSDAG
06
JUNI
2001
15:00 uur
______
du
MERCREDI
06
JUIN
2001
15:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 15.25 uur door
de heer Aimé Desimpel, voorzitter.
La séance est ouverte à 15.25 heures par M.
Aimé Desimpel, président.
01 Samengevoegde interpellaties en vragen van
- de heer Karel Pinxten aan de minister van
Financiën over "het verlaagd registratierecht"
(nr. 4720)
- de heer Jef Tavernier aan de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 4721)
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Financiën over "het 'klein beschrijf'" (nr. 805)
- de heer Peter Vanvelthoven aan de minister
van Financiën over "de verlaagde
registratierechten" (nr. 4789)
- de heer Karel Pinxten tot de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 810)
- mevrouw Fientje Moerman aan de minister van
Financiën over "de toepassing van het
verlaagde registratierecht bij de verkoop van
een bescheiden woning" (nr. 4830)
- Gedachtewisseling over het "klein beschrijf"
01 Interpellations et questions jointes de
- M. K. Pinxten au ministre des Finances sur "la
réduction des droits d'enregistrement" (n° 4720)
- M. Jef Tavernier au ministre des Finances sur
"les petits frais d'acte" (n° 4721)
- Mme Frieda Brepoels au ministre des
Finances sur "le taux d'enregistrement réduit
pour habitation modeste" (n° 805)
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des
Finances sur "les droits d'enregistrement
réduits" (n° 4789)
- M. Karel Pinxten au ministre des Finances sur
"le taux d'enregistrement réduit pour habitation
modeste" (n° 810)
- Mme Fientje Moerman au ministre des
Finances sur "l'application de droits
d'enregistrement réduits lors de la vente d'une
habitation modeste" (n° 4830)
- Echange de vues sur le taux d'enregistrement
réduit pour habitations modestes
01.01 Karel Pinxten (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, de meeste
collega's weten precies waarover het gaat. Voor
een kadastraal inkomen tot 30.000 frank geldt het
zogenaamde klein beschrijf. Dit betekent dat een
registratierecht van 6% geldt. Afhankelijk van de
gezinstoestand en het aantal personen ten laste
kan het bedrag van het kadastraal inkomen in
bepaalde gevallen oplopen tot 42.000 frank,
zonder dat men daarbij het normale tarief van het
registratierecht van 12,5% hanteert.
Wanneer men tot voor kort een woning kocht
waarvan het kadastraal inkomen de 30.000 frank
aangepast aan het aantal personen ten laste
niet overschreed, gold het klein beschrijf. De
notaris gaf dit door en doorgaans kon men dan
beschrijven aan een registratierecht van 6%. Op
een bepaald ogenblik kwam dan instructie
nummer 10. Deze zorgde voor verwarring bij een
aantal kopers, maar ook bij de administratie van
de registratie zelf. Men zou kunnen zeggen dat de
nieuwe regeling eigenlijk nog niet zo slecht is,
want iedereen betaalt van in het begin het
registratierecht van 12,5% en nadien wordt
uitgemaakt of 6,5% al dan niet wordt teruggestort.
Een eerste probleem doet zich echter voor
wanneer de overheid, dus Financiën, terugstort.
Men weet immers nooit wanneer dit precies
gebeurt. De meeste betrokkenen geven er
volgens mij de voorkeur aan precies te weten
hoeveel belastingen in casu registratierechten
men verschuldigd is, wat ook normaal van de
overheid mag worden verwacht. Het zou dus de
normale gang van zaken zijn dat dit gewoon wordt
06/06/2001
CRIV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
berekend en dat men niet moet wachten tot men
een deel van het registratierecht terugkrijgt.
Vervolgens, wanneer de overheid bepaalt dat in
zekere gevallen een verlaagd registratierecht
geldt, zou men mogen verwachten dat de overheid
zelf ervoor zorgt dat dit onmiddellijk wordt
toegepast. Dat zou een snelle en efficiënte reactie
van de overheid zijn. Niet zoals het nu is: de
overheid neemt het zekere voor het onzekere en
rekent van in het begin 12,5% en bekijkt de zaak
daarna nogmaals. Er ontstaat een gevoel dat de
rechten van de belastingplichtige met deze
handelwijze, waarbij de overheid het zekere voor
het onzekere neemt, worden geschonden.
Er is nog een ander probleem. Wanneer iemand
een woning koopt, gaat dit doorgaans gepaard
met een bankfinanciering. Aangezien het om
substantiële bedragen gaat, spreken we toch al
gauw over 130.000 frank meer of minder bij 6%
registratierecht op een woning van 2 miljoen frank.
Zo zouden we nog kunnen doorgaan.
Wanneer men werkt met bankfinanciering, wat in
meer dan 95% van de gevallen zo is, dan rijst
natuurlijk de vraag of bij de financiering met het
volle bedrag, de 12.5%, rekening moet worden
gehouden of niet. Hoe neutraal dit bij een eerste
benadering ook lijkt, in de feiten is het dat dus
niet. Men zegt dat het voor zichzelf spreekt dat wie
een kadastraal inkomen heeft dat boven de
vastgelegde grens ligt, 12.5% registratie moet
betalen. Ik denk dat niemand daar een bezwaar
tegen heeft. Dat is correct.
Daarmee is het verhaal echter niet af; al is het
maar omdat men normaliter als belastingplichtige
op korte termijn, op het moment van de verkoop,
geacht wordt te weten hoeveel men nu aan de
fiscus verschuldigd is en wat men niet
verschuldigd is. Vandaar deze vraag om uitleg,
gecombineerd met een interpellatie, niet omdat we
twijfelden aan het antwoord van de minister, maar
door omstandigheden hebben we de twee wegen
gevolgd.
Ik denk dat het toch nuttig is dat de minister van
deze gelegenheid gebruik maakt om een en ander
te verduidelijken en ook om een antwoord te
geven op de vraag of hij het opportuun vindt dat
men zich houdt aan de instructie nummer 10, of
hij dit een gelukkige zaak vindt en of hij het als
minister van Financiën normaal vindt dat men
mensen maar a priori het maximum laat betalen
en dat de overheid achteraf wel zal zien of er wat
kan en mag worden teruggestort. Vindt de minister
dit een goede handelswijze vanwege zijn
administratie of vindt hij dit als minister van de
Financiën niet echt aangewezen en wil hij geen
fiscale druk leggen op de belastingplichtige, op de
kopers van bescheiden woningen? Zonder te
willen vervallen in Stevaertiaans taalgebruik, gaat
het dus niet om kasten van huizen, villa's of
kastelen. Het gaat om bescheiden woningen.
Vindt de minister het normaal dat zijn administratie
op deze wijze optreedt? Zou het in zijn ogen niet
opportuun zijn om misschien toch wat bij te
sturen? Ik dank de minister bij voorbaat voor zijn
wijs en uitvoerig antwoord.
De voorzitter: Dat was dus vraag en interpellatie.
01.02 Karel Pinxten (CVP): Mijnheer de
voorzitter, ik wil niet nodeloos in herhaling vallen.
Alles wat ik te zeggen had, heb ik gezegd.
01.03 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
collega's, ik zou daar het volgende aan willen
toevoegen. Uiteraard is de bezorgdheid voor een
groot deel dezelfde. Ik denk dat het voor een
belastingplichtige belangrijk is om te weten
hoeveel belastingen men moet betalen op het
moment dat men iets aankoopt. Men kan
argumenteren dat de belastingplichtige geld
terugkrijgt. Dat is op zich natuurlijk wel mooi, maar
ondertussen heeft men wel het probleem van de
financiering. Men moet een lening aangaan. Die
lening moet gefinancierd worden en voor vele
mensen is 100.000, 200.000 frank meer of minder
toch wel belangrijk.
Een ander aspect is dat men in deze voorgestelde
regeling eigenlijk gaat controleren of aan de
toestand van de woningen die in aanmerking
zouden kunnen komen voor een verlaagd tarief,
niets is veranderd. Met andere woorden: of er niet
is bijgebouwd en dergelijke, waardoor men tot een
groter kadastraal inkomen zou moeten komen.
Dat betekent dat men die controle bij verkoop
enkel gaat toepassen op de oorspronkelijk
bescheiden woningen waar er discussie zou
kunnen zijn. Dat betekent dat men die controle
niet uitvoert bij de verkoop van een woning met
een kadastraal inkomen van 50.000 of 60.000
frank, hoewel misschien in de loop van de jaren
ook aan die woningen bepaalde verbouwingen,
aanpassingen, uitbreidingen werden gedaan. Daar
zou men evenzeer kunnen opmerken dat het
kadastraal inkomen niet meer aan de
werkelijkheid beantwoordt.
Er bestaat op dat vlak een vorm van discriminatie,
in die zin dat men normaal gesproken bescheiden
woningen controleert en eventueel het kadastraal
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
inkomen aanpast en dat men dat voor de grotere
woningen niet doet. Ik denk dat men om die reden
meer met een probleem ten gronde wordt
geconfronteerd. Men heeft immers te maken met
niet aangepaste kadastrale inkomens sinds 25
jaar. Ik denk dat men het best op geregelde
tijdstippen controleert of het kadastraal inkomen
inderdaad nog is aangepast. Ik weet dat dit een
omvangrijk en een zeer delicaat werk is. Voor mij
is het om het even of dit gebeurt op het federaal
niveau of regionaal niveau. Ik denk dat het
noodzakelijk is dat men op geregelde tijdstippen
inderdaad naar een perequatie gaat ook al besef
ik het gigantische en delicate karakter ervan, maar
het is de enige correcte manier van werken.
Anders komt men tot ad-hocoplossingen die in
feite onrechtvaardig en discriminerend zijn ten
aanzien van bepaalde categorieën.
01.04 Frieda Brepoels (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, we
hebben een drietal weken geleden met enkele
collega's u reeds in de plenaire vergadering een
vraag gesteld. Spijtig genoeg was u er zelf niet bij,
maar het was een goede suggestie om op deze
kwestie iets uitgebreider in te gaan in de
commissie. Vandaar dat we dit vandaag heel
graag doen. Uw collega, minister Duquesne, had
namens u geantwoord dat het enkel een wijziging
betrof van de administratieve werkwijze om de
toepassing van het verlaagd registratierecht te
waarborgen en de toekomstige eigenaar te
beschermen. Ik meen dat men door deze regeling
niet de grond van de zaak heeft aangepakt en
daarnaast ook een aantal nieuwe problemen heeft
gecreëerd. Ik zal dit proberen te verduidelijken en
aan u een aantal vragen stellen.
Op het ogenblik dat de vraag in de plenaire
vergadering werd gesteld, hadden wij bij enkele
administraties reeds vernomen dat men het werk
gewoon niet aankan. Men wil de inspectie binnen
de tien dagen na aanvraag uitvoeren, maar op dit
ogenblik zou men overstelpt worden met
aanvragen tot herschatting. In mijn provincie,
Limburg, bijvoorbeeld, zou men in de loop van die
week reeds zeshonderd aanvragen hebben
gekregen om herschattingen te doen. Ik meen dat
er op landelijk niveau zelfs al vijfduizend
aanvragen zijn op tien dagen tijd. Het is duidelijk
dat de administratie niet in staat zal zijn om die
vele aanvragen binnen die termijn, die u
vooropstelt in uw instructie, uit te voeren. Ik heb
begrepen dat men in de provincie Limburg dit
vroeger al eens zou hebben gedaan. Ik had graag
van u gehoord op welke instructie men dat daar,
en ook in de provincie Luxemburg, reeds vroeger
heeft toegepast.
Mijn eerste vraag luidt dan: hoe zult u dat
personeelstekort opvangen of hoe zult u deze
problemen aanpakken? Nu kom ik tot mijn tweede
vraag. Uit de notariswereld horen wij uiteraard
veel reacties op deze aangelegenheid omdat men
niet over duidelijke instructies beschikt. Ik vraag
me af of u duidelijkheid kunt scheppen over de
vraag of de notarissen een dergelijke
problematiek in hun akte, in het verlijden van een
onderhandse overeenkomst als opschortende
voorwaarde zouden inschrijven. Collega Tavernier
heeft het dan wel gehad over het feit dat mensen
natuurlijk een krediet moeten aangaan, maar er
zijn misschien ook mensen die menen dat,
wanneer zij het verlaagde registratierecht niet
kunnen krijgen, die woning niet kunnen kopen.
Dan kan men die woning zelfs niet kopen. Er is
dan ook geen sprake van hoger krediet.
Ten derde, het zou getuigen van goed bestuur
de heer Tavernier heeft het ook al vermeld
mochten de aanpassingen van het kadastraal
inkomen strikter worden opgevolgd en permanent
worden bijgehouden. Ik heb er al naar verwezen in
de plenaire vergadering. De secretaris-generaal
van het ministerie van Financiën zou u vorig jaar
gevraagd hebben om een grote operatie door te
voeren omdat de ruimte en de mogelijkheden
aanwezig waren. Het verhoogde comfort in de
woningen zou worden nagegaan en op deze
manier zouden aanpassingen mogelijk zijn. U ging
daar toen niet mee akkoord. U hebt die nota
tussen kerstmis en nieuwjaar aan uw secretaris
overgemaakt. Waarom ging u niet akkoord? Als
men toen gestart was met de operatie, dan
zouden er nu heel wat minder concrete problemen
te velde geweest zijn.
Ten vierde, bent u bereid om eventueel na te
denken of beslissingen te nemen om het
toegestane kadastraal inkomen voor bescheiden
woningen te actualiseren? Dit werd eveneens
besproken in de plenaire vergadering. Een
kadastraal inkomen van 30.000 frank wordt bijna
een fictief bedrag als men nagaat welke woning
voor een kadastraal inkomen van 30.000 frank
kan worden gerealiseerd.
Ten vijfde, mijnheer de minister, bent u bereid
om
in overleg met de gewesten de
mobiliteitsproblematiek en het grootstedelijk beleid
aan te pakken? Iedereen zegt altijd dat mensen
meer in de stad en dichter bij hun werk moeten
wonen. Op deze manier verhogen we opnieuw de
stap om gemakkelijker te verhuizen. Wij kennen in
België al een hoog registratierecht ten opzichte
06/06/2001
CRIV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
van een aantal buurlanden. Dit is niet compatibel
met de beleidsintenties die zowel de federale
regering als de gewesten huldigen. Wat denkt u
hierover?
01.05 Peter Vanvelthoven (SP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, het
probleem is onder de aandacht gebracht door de
federale ombudsmannen. Men vond het onbillijk
dat de koper van een woning met een op
papier laag kadastraal inkomen, dus minder dan
30.000 frank, na aankoop nog geconfronteerd
wordt met een naheffing van 6,5%. Hiervoor moet
een oplossing worden gezocht.
Mijnheer de minister, is de oplossing die u hebt
voorgesteld en die ondertussen in voege is, wel de
juiste? Voor ons is dit alleszins niet de goede
oplossing omdat de kopers van een bescheiden
woning 12,5% volledig moeten betalen en
achteraf, na controle, het teveel betaalde
desgevallend terugkrijgen. Het is natuurlijk nog de
vraag wanneer die controle zal plaatsvinden. Dit
zorgt voor problemen bij de kopers van
bescheiden woningen omdat deze mensen
meestal een laag budget hebben en zij dit bedrag
moeten voorfinancieren. Zij zullen zich
genoodzaakt zien bij de bank het geld bij te lenen,
waardoor zij extra kosten verschuldigd zijn.
Tevens zou het voor een aantal mensen de rem
kunnen zijn om al dan niet te kopen. Collega
Brepoels heeft het ook al gezegd dat dit de
drempel zou kunnen zijn om over te gaan tot
aankoop, want men moet tenslotte 150.000 frank
meer betalen.
Mijnheer de voorzitter, wij denken dat de oplossing
die hier wordt voorgesteld niet rechtvaardig is voor
deze categorie van mensen, omdat wij ze gaan
verplichten, ook wanneer blijkt dat zij recht hebben
op het tarief van 6%, om eerst de 12,5% volledig
te betalen.
Ten tweede - en dat is wat collega Tavernier ook
reeds heeft aangekaart lijkt het ons niet correct
dat vanaf nu het kadastraal inkomen van
bescheiden woningen, dat wil zeggen woningen
waarvan het kadastraal inkomen minder bedraagt
dan 30.000 frank, klaarblijkelijk stelselmatig zal
worden herschat en geherwaardeerd, terwijl dit
niet het geval zal zijn voor woningen waarvan het
kadastraal inkomen hoger is dan 30.000 frank,
omdat voor deze woningen het tarief niet dient te
worden aanpast. Wij worden hier geconfronteerd
met een herverdeling die op zijn kop wordt gezet
en dat lijkt ons niet de goede oplossing te zijn.
Wij hebben over deze zaak vragen gesteld in de
plenaire vergadering. Minister Duquesne heeft
namens u geantwoord en hij heeft ter verdediging
van deze nieuwe administratieve werkwijze onder
meer gezegd en dat verbaasde mij dat deze
de goedkeuring wegdroeg van de federale
ombudsmannen. De federale ombudsmannen
hebben dat antwoord blijkbaar ook gelezen en
hebben tot de vraagstellers een schrijven gericht
waaruit ik even wil citeren: "Noch de heer Monnet,
noch de heer Wuyts zijn betrokken geweest bij de
voorbereiding van deze maatregel. Dat is ook niet
de taak van de federale ombudsmannen. Zij zijn
ook niet geraadpleegd, noch hebben zij hun
goedkeuring gehecht aan de getroffen maatregel.
Ook dat is niet de taak van de federale
ombudsmannen. De federale ombudsmannen
hebben de maatregel, zoals iedereen, via de pers
vernomen op maandag, 14 mei. Op dinsdag, 15
mei heeft een sinds weken geplande vergadering
plaatsgevonden met de leidende ambtenaren van
de administratie van het kadaster waar over deze
maatregel vele vragen ter verduidelijking zijn
gesteld." Verder zegt men nog; "Het college van
de federale ombudsmannen betreurt dat het op
deze wijze betrokken wordt in een discussie
waaraan zij geen deel hebben." Minister
Duquesne antwoordt ons dat die nieuwe
administratieve werkwijze de goedkeuring
wegdraagt van de federale ombudsmannen, terwijl
dat niet het geval blijkt te zijn.
Ten tweede, deze problematiek werd ook
aangekaart in het Vlaams Parlement. Minister
Dewael heeft er geantwoord en hij heeft als gevolg
van de vraagstelling een schrijven gericht aan
eerste minister Guy Verhofstadt. Ook hieruit zal ik
citeren, maar uiteraard niet uit het eerste stuk van
de brief waarin hij het heeft over de BIV. Hij zegt
en ik citeer; "Daarnaast wil de federale minister
van Financiën ook ingrijpen in de toepassing van
de registratierechten. Het zou de bedoeling zijn
om op het vlak van de regeling voor de
verminderde registratierechten strenger op te
treden. Ook voor deze belasting worden de
Gewesten na Lambermont volledig bevoegd. Het
lijkt mij politiek dan ook niet correct dat aan de
vooravond van de overdracht van een aantal
fiscale bevoegdheden naar de Gewesten, federale
ministers in deze materie dergelijke ingrijpende
wijzigingen willen doorvoeren." Er wordt dus nog
een ander element aangekaart, namelijk dat de
Gewesten binnenkort over deze materie zullen
bevoegd zijn en of het dan nog nodig is om plots
dergelijke drastische maatregelen te nemen?
Mijnheer de minister, hoe komt het dat u verwijst
naar een goedkeuring van de federale
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
ombudsmannen, terwijl die dat achteraf
ontkennen?
Ten tweede, hebt u met de Gewesten overleg
gepleegd over deze maatregel? Het gaat
inderdaad niet om een wijziging van de wetgeving,
maar om een wijziging van een administratieve
praktijk. Vindt u het niet nuttig om ook hierover
met de Gewesten overleg te plegen?
Ten derde, had ik graag vernomen of u, rekening
houdend met de vragen, interpellaties en
opmerkingen die van overal op u afkomen, of u
vasthoudt aan deze nieuwe werkwijze, dan wel
oordeelt dat er misschien een bijsturing zal nodig
zijn?
01.06 Fientje Moerman (VLD): Mijnheer de
voorzitter, ik zal de feiten niet herhalen. De
collega's voor mij hebben het probleem al genoeg
uiteengezet, vind ik. Wel wil ik de voornaamste
vragen herhalen, die van drieërlei aard zijn.
Ik wens u twee vragen van praktische aard te
stellen.
Heeft de administratie voldoende capaciteit om de
procedure op die wijze toe te passen en loopt men
niet het risico om snel een grote achterstand op te
lopen?
Is de administratie op de nieuwe procedure
voldoende voorbereid en is er voldoende
personeel om dat tot een goed einde te brengen?
Ik heb nog een andere, meer fundamentele vraag.
Mijn collega's hebben daarop al gealludeerd. Is er
geen inbreuk op het gelijkheidsbeginsel? Voor
woningen met een niet-geïndexeerd kadastraal
inkomen van minder dan 30.000 frank, in beginsel
en verhoogd met kinderen ten laste, zal men bij de
overdracht of de verkoop nagaan of die
30.000
frank nog wel met de realiteit
overeenstemt. Men zal dat echter niet doen bij
woningen met een groter kadastraal inkomen
waarop het normale tarief van registratierechten
van toepassing is.
Dat brengt me bij mijn laatste vraag en ik sluit me
daarvoor aan bij mevrouw Brepoels. Ik meen dat
er terzake ook al verschillende wetsvoorstellen
werden ingediend.
Is de hoogte van het registratierecht op zichzelf
nog wel verantwoord? Het registratierecht in
België hoort bij de hoogste in Europa. Ik meen dat
er vorig jaar een tabel over is verschenen,
weliswaar in het buitenlands tijdschrift The
Economist. 12,5% is heel hoog. Er komen nog
notariële kosten bij, wat het totaal al gauw op 14%
brengt of zelfs op 18% bij een openbare verkoop.
Dat vermindert gevoelig de omloopsnelheid van
verkoop van woningen. Dat moet uiteraard worden
gezien in samenhang met een vernieuwd
mobiliteitsbeleid.
We zouden een fundamenteel debat moeten
voeren over de volgende vraag: is het nog
verantwoord om op de verkoop van woningen in
het algemeen bij de overdracht een
registratierecht te heffen, dat voor een deel
prohibitief werkt om een snelle circulatie van
woningen mogelijk te maken? Veel mensen
blijven gedwongen wonen in onaangepaste
woningen. Die woningen stemmen niet meer
overeen met hun gezinssituatie of hun
werksituatie. Dat heeft verschillende
maatschappelijke en externe gevolgen. In deze
context mag dit punt niet uit het oog worden
verloren. Over deze problematiek moet
fundamenteel worden nagedacht.
01.07 Jacques Chabot (PS): Monsieur le
président, je vous remercie de me donner la
parole car je n'étais pas inscrit, mais vous pouvez
comprendre que, lors d'un échange de vues, un
sujet tel que celui-là peut interpeller le
représentant du PS.
Monsieur le ministre, puisque la presse a fait
largement écho à votre annonce d'un contrôle
renforcé du cadastre sur les ventes d'habitations
modestes, du fait que la réglementation n'est pas
modifiée et que l'adaptation du revenu cadastral
se fera dorénavant lors de la vente et non plus a
posteriori, j'aimerais vous poser quelques
questions complémentaires à celles de mes
collègues ou qui les recoupent.
Premièrement, le ministre en charge de la
politique des grandes villes, M. Picqué, craint que
cette mesure touche les plus modestes parmi les
candidats propriétaires en gonflant le prix d'achat
des petites propriétés. J'aimerais à cet égard
connaître votre sentiment.
Par ailleurs, s'il s'agit de lutter contre les fraudes,
c'est-à-dire que des travaux de rénovation n'ont
pas été déclarés au fisc, pourquoi ne renforcer les
contrôles que sur les habitations modestes?
La presse, toujours, a parlé parfois de la fin des
droits réduits d'enregistrement. Qu'en sera-t-il? Un
candidat acquéreur aura-t-il encore parfois ou
souvent la certitude d'être soumis au taux de 6%
le jour de la signature de l'acte? Les notaires ne
06/06/2001
CRIV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
risquent-ils pas d'appliquer automatiquement le
taux de 12,5% en se disant qu'on verrait bien plus
tard? Quelle sera l'attitude de l'administration?
Autre question: dans la mesure où il existe une
disparité des revenus cadastraux d'une commune
à l'autre, faut-il encore lier la réduction des droits
d'enregistrement à la hauteur du revenu
cadastral? D'autres critères, comme par exemple
la superficie ou la valeur de reconstruction ne
peuvent-ils pas être pris en considération?
Enfin, monsieur le ministre, afin de mieux tenir
compte de la réalité immobilière actuelle, la
meilleure solution ne serait-elle pas, tout compte
fait, de procéder à la péréquation cadastrale?
De voorzitter: Mijnheer de minister, mag ik
vragen over hoeveel tijd u beschikt?
01.08 Minister Didier Reynders: Mijnheer de
voorzitter, ik heb morgen om 8.00 uur een
vergadering. Ik weet natuurlijk niet over hoeveel
tijd de leden beschikken.
Collega's, ik wil bij het begin van mijn antwoord
klaar en duidelijk onderstrepen dat deze
aangelegenheid tot de federale bevoegdheden
behoort. Het kan misschien nuttig zijn om de
verklaringen van een minister-president of andere
collega's uit de Gewesten te horen, maar
totnogtoe blijft het federaal niveau bevoegd voor
het kadastraal inkomen en andere fiscale
materies. Ten tweede is er hier geen sprake van
een verandering van de wetgeving. Het gaat
alleen om de administratieve toepassing van de
wetgeving. Ten derde is het niet de bedoeling om
tot een algemene perequatie over te gaan. Ik heb
dat reeds verscheidene keren duidelijk gezegd.
Ten vierde is het belangrijk te beklemtonen dat we
hier over een belastingvoordeel praten. Er is een
vraag van een belastingplichtige om fiscale
voordelen te verkrijgen. Het gaat hier dus niet om
het toepassen van een algemeen tarief. Er zijn
veel vragen in verband met een herziening van het
kadastraal inkomen. Het is echter hetzelfde tarief
voor de registratierechten. Hier is er een vraag
van een belastingplichtige om een fiscaal voordeel
te krijgen. Voor mij en mijn administratie is een
dergelijk debat zeer interessant. In de afgelopen
twee jaar heb ik veel vragen gekregen om meer
fiscale controle. Hier is er echter een vraag om
minder controle.
Mijnheer Vanvelthoven, het gaat om een
belastingplichtige die een voordeel vraagt volgens
een duidelijke wetgeving. Er moet een verklaring
worden ingediend bij mijn administratie als men
bijvoorbeeld sommige werken wil uitvoeren. Dat is
een wettelijke verplichting. Het is dan ook normaal
dat mijn administratie een controle wil uitvoeren. Ik
ben erover verbaasd dat in de commissie om
minder controle op fiscaal vlak wordt gevraagd.
Dat is wel de eerste keer. Misschien gaat het hier
wel om een specifiek geval. Het is misschien
normaal dat de heer van Weddingen geen
uiteenzetting gehouden heeft. Er is hier nu een
bespreking over een algemene procedure van
mijn administratie om een klare en duidelijke
controle uit te oefenen. Ik herhaal dat er een
verklaring moet worden ingediend voor sommige
werken aan gebouwen. Het is normaal dat mijn
administratie tot verificatie wil overgaan. Ik herhaal
ook dat er een vraag is van een belastingplichtige
om een fiscaal voordeel te verkrijgen. Van
sommige belastingplichtigen krijgen we meer en
meer vragen, bijvoorbeeld van de
vennootschappen en sommige personen, in
verband met specifieke aftrekmogelijkheden.
Moeten wij dan al dan niet een controle uitvoeren?
Men vraagt immers een fiscaal voordeel. Een
belastingplichtige vraagt om een fiscaal voordeel
en moet mijn administratie een document sturen
om het te krijgen. Dan komt er een controle. Men
moet nagaan of het kadastraal inkomen lager dan
30.000 frank blijft.
We kunnen altijd pleiten voor de afschaffing van
de controle in sommige gevallen. Waarom niet?
Zowel mijn administratie als ikzelf vinden die
suggestie zeer interessant. We kunnen daar zeker
een debat aan wijden. In de eerste plaats wens ik
te benadrukken dat het niet de notaris is, maar wel
de ontvanger van de registratie die de
registratierechten vaststelt. Hierover kan
misschien verwarring heersen.
Zoals gevraagd zal ik een uiteenzetting geven
over de procedure. Voor de toepassing van het bij
artikel 53 uit het Wetboek van de registratie,
hypotheken, griffierechten bedoeld verlaagd
registratierecht van 6% dient er rekening te
worden gehouden met het kadastraal inkomen
van het onroerend goed in kwestie op datum van
de toekenning. Het is voor de partijen van belang
dat het kadastraal inkomen in overeenstemming is
met de werkelijkheid op het ogenblik van de
toekenning. Daarom heeft de AKRED beslist dat,
als uit de aanvraag van kadastrale inlichtingen
betreffende een woning blijkt dat het kadastraal
uittreksel is bestemd om te worden gehecht aan
een akte waarbij het verlaagde registratierecht
wordt ingeroepen, zij voortaan gaat verifiëren of
dat kadastraal inkomen in overeenstemming is
met de fysieke consistentie van dat goed.
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
Als het kadastraal inkomen definitief is en niet
moet worden herschat wordt zo spoedig mogelijk
aan de aanvrager, in de meeste gevallen de
notaris, een kadastraal uittreksel bezorgd waaruit
blijkt dat het kadastraal inkomen in
overeenstemming is met de staat van het
onroerend goed op datum van de aangifte van het
kadastraal uittreksel. De akte kan dan dadelijk
worden geregistreerd tegen het verlaagd tarief van
6%. Als het kadastraal inkomen moet worden
herschat of nog niet vaststaat, dan ontvangt de
aanvrager een attest waarmee hij de akte tegen
het gewone tarief van het registratierecht, 12,5%,
kan laten registreren. Wanneer het kadastraal
inkomen definitief wordt vastgesteld krijgt de
koper in voorkomend geval het gedeelte van het
registratierecht dat hij teveel heeft betaald terug.
Deze teruggave geschiedt op verzoek van de
betrokkene en mits overlegging van een uittreksel
uit de kadastrale legger binnen de twee jaar vanaf
het definitief worden van het definitief kadastraal
inkomen. Aldus artikelen 58 en 215 uit het
Wetboek van de registratierechten.
De effectieve terugbetaling gebeurt binnen een
redelijke termijn, nodig voor de administratieve
afhandeling van de teruggave. Ik ben er zeker van
dat de nieuwe procedure de rechtszekerheid
garandeert en de koper beschermt omdat hij exact
weet waar hij aan toe is bij het verlijden van een
akte. Bovendien kan hij nadien enkel goed nieuws
krijgen, met name een reductie. Ik moedig deze
nieuwe procedure dan ook aan omdat ze de
kandidaat-koper vooral wil beschermen door hem
de zekerheid te geven dat het kadastraal inkomen
conform is en dat hij kan genieten van het
verlaagd registratierecht. Als de kandidaat-koper
een verlaagd tarief aanvraagt zonder er zich van
te vergewissen dat het kadastraal inkomen
conform is, dan loopt hij het risico dat een later
nazicht leidt tot een verhoging van het
registratierecht, maar ook een hogere onroerende
voorheffing. Deze regeling wijzigt in niets de
wetgeving inzake het verlaagd registratierecht. Het
nazicht van het kadastraal inkomen wordt nu
evenwel uitgevoerd voor het verlijden van de akte.
Ik kan ook nog benadrukken dat het kadastraal
inkomen slechts wordt gewijzigd wanneer het
nieuw toegekend kadastraal inkomen verschilt
met een bedrag van 2.000 frank of meer of ten
minste met een bedrag van 15% van het
bestaande inkomen.
Mijnheer de voorzitter, ik heb nog een aantal
opmerkingen.
Ten eerste, de administratieve rondzendbrief van
mijn administratie AKRED gaat over de
toepassing van een algemeen principe voor een
fiscaal voordeel. Daarvoor moet een vraag tot mijn
administratie worden gericht. Dat mijn
administratie een controle uitoefent, is normaal. U
kunt echter voor een ander stelsel pleiten: geen
controle of een controle 2, 5 of 10 jaar later. Ik
pleit voor meer zekerheid voor de
belastingplichtigen en daarom denk ik dat een
voorafgaande controle beter is. Men kan echter
ook voor een latere controle of helemaal geen
controle te pleiten. Het betreft hier echter een
algemene toepassing van een algemeen principe
van mijn administratie. Een belastingplichtige
vraagt een fiscaal voordeel en er is dus een
controle voordat mijn administratie het document
aan de notaris of de belastingplichtige bezorgt.
Ten tweede kreeg ik een brief van de federale
ombudsman. Er waren twee vergaderingen tussen
AKRED en de federale ombudsman over deze
zeer specifieke materie. Ik heb twee notulen van
twee verschillende vergaderingen ontvangen,
namelijk van AKRED en van de heer De Greef,
algemeen administrateur-generaal van de Directe
Belastingen. Er waren twee vergaderingen met
AKRED en de heer De Greef.
Mijnheer de voorzitter, ik kan u een kopie van de
twee notulen bezorgen. Er zijn twee opmerkingen
inzake het kadastraal inkomen. Het is echter een
zeer complexe materie waardoor het voor de
ombudsmannen moeilijk is om een klare visie te
hebben. De nieuwe rondzendbrief wil echter meer
zekerheid brengen.
J'ai entendu la remarque de M. Chabot
concernant la situation dans les villes et
communes.
Ik heb ook de opmerking van mevrouw Moerman
gehoord. Voor het registratierecht wordt misschien
een te hoog tarief toegepast, maar dat is een
probleem voor de wetgever. Er zijn echter
verschillende opties mogelijk om eventueel een
lager tarief in te voeren. Op de agenda vanmiddag
staat een vermindering van verschillende
belastingen, zoals de personenbelasting. Men kan
misschien verminderingen op andere vlakken
overwegen, zoals bijvoorbeeld de
registratierechten.
Monsieur Chabot, pour l'instant, nous appliquons
une réglementation. En conclusion, je suis prêt à
faire revoir toutes les circulaires que l'on veut mais
il existe une législation qui impose de déclarer les
travaux que l'on effectue, à l'administration du
cadastre. La législation impose un tarif de droits
06/06/2001
CRIV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
d'enregistrement lors d'une vente. Elle prévoit un
tarif réduit si le revenu cadastral est inférieur à un
montant déterminé et il existe, en tout cas depuis
que j'exerce cette fonction, une demande
constante au sein des commissions
parlementaires, de renforcer les contrôles fiscaux,
y compris à travers des moyens humains.
L'administration prend l'initiative de me dire que,
lorsqu'un contribuable fait une demande pour
obtenir un avantage fiscal, nous allons vérifier si
l'extrait que nous devons produire correspond à la
réalité, exactement comme mon administration va
vérifier régulièrement si les frais réels déclarés par
un contribuable (personne physique) ou par une
entreprise correspondent à la réalité.
Je voudrais savoir pourquoi, dans ce cas-ci, on ne
devrait pas laisser l'initiative du contrôle à
l'administration? Je n'ai donné aucune instruction
d'aller dans ce sens, au contraire j'ai donné à
plusieurs reprises l'instruction de ne pas se lancer
dans une péréquation en général, de ne pas le
faire par un biais ou par un autre. L'administration
me dit que dans ce cas-ci, il s'agit d'une règle
dérogatoire d'un avantage fiscal demandé par le
contribuable. Avant de l'octroyer, comme dans
beaucoup d'autres cas, nous devons vérifier
l'opportunité de la demande.
Je demande une seule chose, monsieur le
président peut-être par le biais d'une motion
c'est de savoir quelle est la proposition que la
commission des Finances de la Chambre
souhaite voir se traduire dans une circulaire?
S'agit-il de ne plus opérer le contrôle sur cette
matière? S'agit-il de le faire a posteriori? S'agit-il
d'augmenter le montant du revenu cadastral
permettant un tarif réduit? S'agit-il de mettre tout
le monde sur le même pied du tarif réduit?
Je reste convaincu et je n'ai d'ailleurs pas à
justifier une position que je crois tout à fait logique
de la part de l'administration, que celle-ci a
purement et simplement tenté d'appliquer un
système juste de contrôle fiscal en donnant le plus
de sécurité juridique possible au candidat
acquéreur.
Je le répète, si la commission des Finances de la
Chambre estime qu'il y a lieu d'aller dans une
autre direction, si on estime que ce contrôle est
excessif, si on estime qu'il faut l'organiser
différemment, qu'on le dise. Je prendrai bonne
note des remarques précises des membres de la
commission et je ne manquerai pas de tenter
d'influencer, dans une autre direction dès lors, le
comportement de mon administration.
Monsieur le président, il s'agit d'un débat très
intéressant sur la manière dont le contrôle fiscal
est perçu dans notre pays lorsqu'un avantage
fiscal est demandé. Il n'y a aussi aucune
modification de la réglementation.
Er is hier geen wijziging van de wetgeving. Het is
alleen een administratieve regeling voor een
controle in een specifiek geval: een vraag van de
belastingplichtige om een fiscaal voordeel te
krijgen. Ik ben evenwel bereid een ander stelsel te
hanteren. Ik hoop dat de commissie voor de
Financiën in staat zal zijn om een duidelijke
mening terzake te geven: willen wij al dan niet een
controle of een latere controle voor een fiscaal
voordeel of helemaal geen controle? Een
heroriëntatie is dus mogelijk als de commissie een
duidelijk standpunt terzake formuleert.
01.09 Karel Pinxten (CVP): Mijnheer de
voorzitter, ik ben zeer nieuwsgierig om te zien of
de collega's van Agalev en de SP de eenvoudige
motie zullen ondertekenen. In elk geval hebben wij
een motie ingediend waarin wij de intrekking
vragen van instructie nummer 10 en ik zal ook
zeggen waarom. Ik heb twee problemen met het
betoog van de minister. Ten eerste, mijnheer de
minister, u zit fout wanneer u het hebt over een
gunst. Artikel 53 van het Wetboek
Registratierechten spreekt niet over een gunst
maar spreekt over een recht van de
belastingplichtige. U had het altijd over een gunst.
01.10 Minister Didier Reynders: Mijnheer de
voorzitter, ik heb gesproken over een fiscaal
voordeel, een reductie van het algemene tarief.
Het is een fiscaal voordeel.
01.11 Karel Pinxten (CVP): Dat staat toch zo in
de wet?
01.12 Minister Didier Reynders: Ja, dat heb ik
ook gezegd. Het is een fiscaal voordeel voor
sommige belastingplichtigen.
01.13 Karel Pinxten (CVP): Goed, dan zijn we
het erover eens dat het een recht is voor de
belastingplichtige.
Ten tweede, en hier sluit ik mij aan bij wat de
heren Tavernier en Vanvelthoven reeds
aanhaalden, gaat men hier de kleintjes onder
handen nemen. Men oefent controle uit bij
degenen die zich in de lage inkomenscategorie
bevinden en die een woning kopen waarvan het
kadastraal inkomen ongeveer 30.000
frank
bedraagt. Het resultaat daarvan zal zijn dat
precies deze inkomenstrekkers een verificatie
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
zullen krijgen en dat zij achteraf ook onroerende
voorheffing gaan betalen op een geverifieerd
kadastraal inkomen. Dit betekent dus dat degene
die een woning, al of niet aangepast, koopt met
een kadastraal inkomen van 80.000 tot
150.000 frank, achteraf geen enkele verificatie
krijgt en daarop dus gewoon de onroerende
voorheffing zal betalen. Men zou kunnen zeggen
dat deze onroerende voorheffing niet veel
voorstelt. Als men de huidige tarieven bekijkt, gaat
het echter toch wel om aanzienlijke bedragen; het
gaat toch om een derde tot een vierde van het
kadastraal inkomen, in sommige gevallen zelfs
meer dan een derde. Het blijft ons storen dat er in
deze procedure een ongelijke behandeling is
naargelang het verwachtte kadastraal inkomen
van de woning die men verwerft.
De aanpassing van instructie 10 biedt hier geen
oplossing voor. Om deze discriminatie weg te
werken en om te verhinderen dat men de kopers
van dit soort woningen zal viseren, stellen wij voor
dat instructie 10 wordt ingetrokken of aangepast.
U zou dit probleem kunnen oplossen. Ik begon
met het feit dat er geen sprake was van
perequatie. Als u zegt dat er onder geen beding
een perequatie komt, wat ik op politiek vlak
perfect begrijp op het ogenblik dat u belastingen
wilt verlagen, creëert u met instructie nummer 10
echter wel een ongelijke behandeling al
naargelang het kadastraal inkomen van de woning
die wordt gekocht. Indien ik wat veralgemeen,
creëert u hierdoor ook een ongelijkheid in functie
van de koopkracht en de welstand van de kopers
van de woningen. Wij hebben daar problemen
mee. Ik meen dat men bij sommige andere
partijen onze bekommernis deelt. Wij stellen dan
ook voor om instructie nummer 10 in te trekken.
Voorzitter: Olivier Maingain, voorzitter.
Président: Olivier Maingain, président.
01.14 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, het
probleem is dat de toestand tot op heden duidelijk
onbevredigend was. Mensen werden achteraf
geconfronteerd met het probleem dat ze aan het
normale registratietarief belast werden, terwijl ze
dachten met een registratietarief van 6% te
worden belast. Vanuit die redenering en naar
aanleiding van het feit dat mensen zich gepakt
voelden, heeft men gemeend de toestand te
moeten veranderen en een nieuw systeem in te
voeren. We stellen vast dat het nieuwe systeem
eigenlijk ook onbevredigend is, maar in een
andere richting.
Bovendien is het duidelijk discriminerend. Het is
immers slechts voor wie een aanvraag indient, dat
het kadastraal inkomen opnieuw wordt
onderzocht. De anderen worden buiten
beschouwing gelaten. Met andere woorden,
iedereen die een aanvraag indient, staat voor een
dilemma. Die aanvraag is immers een
tweesnijdend zwaard: erop of eronder. Als het
eronder is, wil dat zeggen dat men twee keren
gepakt wordt. Ten eerste wordt dan het kadastraal
inkomen verhoogd, ten tweede moet men het
verhoogd tarief betalen. Wie geluk heeft, valt net
onder de grens en kan dus het verlaagd tarief
genieten.
Eigenlijk is er ten gronde slechts één enkele
oplossing: een geregelde herziening van het
kadastraal inkomen voor iedereen. Hoe groter de
periode tussen twee herzieningen is, hoe groter
natuurlijk de aarzelingen zijn om dat door te
voeren. Vandaar dat ook de vorige regeringen
daarvan zijn afgebleven. Men wou daar niet aan
beginnen. Ondertussen wordt het onevenwicht
steeds groter, niet alleen omdat bepaalde
woningen verbouwd worden, maar ook omdat
bepaalde buurten een opwaardering of een
devaluatie krijgen. Ook problemen van steden
tegenover het platteland spelen allemaal mee.
Eigenlijk is dat de zaak ten gronde.
Vandaar dat ik het ook wel een beetje te
gemakkelijk vind om te zeggen dat met het
intrekken van richtlijn nummer 10 de zaak is
opgelost. Mijnheer Pinxten, ik zou bereid zijn om
ook binnen de meerderheid te onderzoeken hoe
we tot een oplossing kunnen komen, maar ik durf
die oplossing hier niet in deze korte tijdsspanne uit
mijn mouw schudden. Uw oplossing is natuurlijk
ook geen oplossing ten gronde. Het is gewoon het
intrekken van de richtlijn en teruggaan naar een
oude toestand, die ook onbevredigend was.
Uiteindelijk zit er voor een deel wel een grond van
waarheid in de richtlijn. In een
immobiliënadvertentie las ik vorige week:
"Verkoop van woning, tamelijk groot stuk grond,
verlaagd registratierecht mogelijk, hogere
prijsklasse". Dan klopt er volgens mij iets niet. Dat
is de toestand waarin we ons vandaag bevinden
en waarvoor ik op korte termijn geen echte
oplossing zie. Vandaar, mijnheer Pinxten, dat ik
de eenvoudige motie heb ondertekend. Ik wil
gerust met mevrouw Moerman overleggen om
tegen morgen een andere motie op te stellen,
maar het Reglement laat het ons niet toe.
01.15 Frieda Brepoels (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, dat moeten we ook eens dringend
aanpassen.
06/06/2001
CRIV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
Over die ongelijke behandeling hebben de
collega's het al voldoende gehad. Ik denk dat het
duidelijk is dat wij niet minder controle vragen, wat
de minister zegt. Wij vragen gewoon eenzelfde
controle voor iedereen. U hebt geprobeerd de bal
terug te spelen, maar dat is niet terecht. Niemand
heeft hier gepleit voor minder controle. Iedereen
heeft gepleit voor een gelijke controle voor
iedereen, een gelijke behandeling voor iedereen.
Dat is fundamenteel, te meer daar het katastraal
inkomen niet alleen belangrijk is voor de
toekenning van het fiscaal voordeel inzake
registratierechten, maar ook andere gevolgen met
zich brengt. In die zin is de maatregel niet te
verdedigen.
Bovendien
ik denk dat dit de andere
meerderheidspartijen zal interesseren gaat de
maatregel regelrecht in tegen het regeerakkoord,
waarin de meerderheid heel duidelijk pleit voor
minder administratieve rompslomp en de
automatische toekenning van voordelen aan wie
er recht op heeft, in dit geval een fiscaal voordeel
voor personen met een bescheiden woning.
Mijnheer de minister, u moet dus de procedure
omkeren. Het is aan de overheid om ervoor te
zorgen dat de wijziging van het kadastraal
inkomen, zoals de heer Tavernier ook zegt, strikt
wordt opgevolgd. Ik heb zopas in mijn
uiteenzetting aangeklaagd dat met de regeling de
reeds heel veel jaren aanslepende problemen niet
ten gronde worden aangepakt. De regering
probeert slechts in de marge oplossingen door te
duwen. Wij vragen ons dan ook af waarom ze ze
thans rigoureus doorvoert, met alle bekende
nadelen van dien.
Overigens, waarom hebben we nog een minister
van Financiën nodig, als we hier in de commissie
of in het Parlement alles zelf moeten doen?
Volgens de minister verlaagt de wetgever de
registratierechten en moet hij hem ook zeggen
hoe de controle moet worden uitgevoerd.
01.16 Minister Didier Reynders: Ik heb toch een
omzendbrief opgesteld.
01.17 Frieda Brepoels (VU&ID): Dat klopt, maar
u hoort toch dat iedereen daar heel veel terechte
opmerkingen op heeft.
01.18 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO):
Mijnheer de voorzitter, sta me toe nog even het
woord te nemen. Ik ben namelijk nog wat
vergeten.
De minister heeft in zijn antwoord gesteld dat het
kadastraal inkomen wordt herzien en dus herschat
als het als niet-correct wordt beschouwd.
Wanneer beschouwt de administratie het
kadastraal inkomen als niet meer correct? Is dat
bij uitbreiding van de woning of bij verbetering van
de woning?
01.19 Minister Didier Reynders: Mijn
administratie beslist slechts in bepaalde gevallen
om het katastraal inkomen te herzien.
01.20 Peter Vanvelthoven (SP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik vind
het echt niet ernstig dat u wel tienmaal hebt
herhaald dat de interpellanten pleiten voor minder
controle. Niemand heeft dit beweerd en als u dat
beweert dan bent u niet ernstig. Het gaat hier niet
om een controleprobleem. Die controle bestond
vroeger trouwens ook, maar toen werd de 12,5%
of de 6,5% extra achteraf geïnd. In het nieuwe
systeem bestaat ook controle, maar men int de
12,5% bij het verlijden van de acte. Samengevat:
vroeger bestond er controle en ook in het nieuwe
systeem is er controle. Het probleem dat de
ombudsmannen hebben aangekaart
precies
ingevolge de bestaande controle is dat een
aantal mensen het idee krijgen een naheffing van
6,5% te moeten betalen, terwijl men hen had
voorgehouden dat ze maar 6,5% moesten
betalen.
Ten eerste, het is evident dat er controle nodig is
om het tarief van 6,5% te kunnen verkrijgen. De
enige vraag die blijft is of die 6,5% onmiddellijk
moet worden betaald met eventuele naheffing,
indien uit de controle blijkt dat de 6,5% ten
onrechte was geheven of dat bij het verlijden
van de akte iedereen 12,5% moet betalen.
Voor dit probleem bestaan twee mogelijke
oplossingen: ofwel het vroegere systeem, met alle
nadelen, ofwel het huidige voorstel waar iedereen
de dupe is en 12,5% betaalt. Als ik moet kiezen,
denk ik dat de oude oplossing de meest
rechtvaardige is en minder slachtoffers maakt dan
de voorgestelde wijziging.
Ten tweede, wij pleiten voor controle, maar dan
wel bij iedereen. Als ik het goed begrijp, wordt
deze controle louter bij bescheiden woningen en
op aanvraag toegepast en komt er geen
systematische controle bij verkoop van woningen
met een kadastraal inkomen hoger dan
30.000 frank. Als wij pleiten voor controle moet die
gelden voor de overdracht van alle onroerende
goederen, ook die onroerende goederen met een
hoger kadastraal inkomen dan 30.000 frank.
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
Tot slot moet het volgende me van het hart. Het
klopt dat eigenaars bepaalde herstellingen niet
altijd aan de administratie melden. Hier wordt
echter niet de opdrachtgever voor de herstellingen
gestraft, maar wel de te goeder trouw handelende
koper, dit voor fouten van de vorige eigenaar.
Bovendien kan het kadastraal inkomen worden
geherwaardeerd ingevolge externe
omstandigheden. Zo kan een pand met een
kadastraal inkomen lager dan 30.000 frank boven
deze grens komen als de straat wordt veranderd
in een winkelstraat. Moet het kadastraal inkomen
dan ook niet worden geherwaardeerd of vergis ik
mij? Ik dacht dat een herwaardering ook kon
tengevolge externe omstandigheden. In dat geval
ligt de nalatigheid van de administratieve overheid
ten grondslag van problemen.
01.21 Fientje Moerman (VLD): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik denk
echt dat u de bal terugspeelt als u zegt dat wij
pleiten voor minder controle. De controle moet
voor iedereen gelijk zijn, maar volgens mij zit er
wel degelijk een discriminatoir element in. Ik
verklaar mij nader. Wanneer iemand aan zijn
woning vergunningsplichtige verbouwingen
uitvoert, onafhankelijk van het kadastraal
inkomen, dan komt men later het kadastraal
inkomen herevalueren. Dat geldt voor iedereen.
Of het kadastraal inkomen nu hoog of laag is, die
controle is er en ze is voor iedereen gelijk.
In het kader echter van een aantal
vereenvoudigingen in de stedenbouwkundige
wetgeving, althans aan Vlaamse zijde, zijn een
aantal werken sinds kort niet meer
vergunningsplichtig. Als men die werken dus
uitvoert aan een woning met een kadastraal
inkomen van meer dan 30.000
frank en die
woning wordt verkocht, dan heeft dat geen enkele
consequentie voor dat kadastraal inkomen.
Wanneer men dergelijke werken, zoals het
aanbouwen van een veranda van minder dan 20
vierkante meter als ik mij niet vergis uitvoert
aan een woning met een bescheiden kadastraal
inkomen die eventueel in aanmerking komt voor
het verlaagde tarief van registratierechten van 6%,
dan krijgt de koper van die woning meteen de
kous op de kop bij de verkoop. Er is dus door
de
uitbreiding van een aantal niet
vergunningsplichtige werken op dat moment wel
degelijk een verschil in controle op de aanpassing
van het kadastraal inkomen die wordt uitgevoerd.
De oplossing die vroeger bestond, had nadelen:
sommige mensen wisten inderdaad niet dat er nog
wel een staartje kon aan komen en dat men dan
inderdaad moest bijbetalen. Kan dat echter niet,
zoals zoveel zaken, beter worden verholpen door
een grotere informatieplicht ten aanzien van de
koper, dan door de huidige administratieve praktijk
die u nu hebt ingevoerd?
Le
président: Monsieur Chabot,
réglementairement vous n'avez plus le droit
d'intervenir, mais étant donné la qualité du débat,
je vous donne la parole.
01.22 Jacques Chabot (PS): Je vous remercie,
monsieur le président. Cependant, l'échange de
vues tel que mentionné dans le programme n'a
pas pour but de couper la parole aux membres de
la commission mais plutôt de la leur donner, et
puisque vous m'avez permis d'intervenir
brièvement tout à l'heure, je pense avoir le droit de
donner un avis.
Monsieur le ministre, indépendamment du débat
relatif à la circulaire administrative, qui retient
notre attention cet après-midi, notre parti ne peut
rester indifférent au sort des propriétaires
d'habitations modestes. D'ailleurs la législation
actuelle prévoit qu'en dehors des péréquations
générales, une réévaluation particulière du revenu
cadastral est possible en cas de modification
notable apportée à l'immeuble. Par modification
notable, le code des impôts entend soit une
modification de plus de 2.000 francs du revenu
cadastral, soit une modification de plus de 15%
dudit revenu. Or ces montants n'ont pas été revus
depuis 1950. Sans préjugé de la pertinence ou
non de la nouvelle circulaire administrative, ne
pourrait-on pas porter ces montants
respectivement à 6.000 francs et 20% du revenu
cadastral? Cela permettrait de mettre à l'abri les
habitations modestes qui ont fait l'objet de petites
modifications.
01.23 Didier Reynders, ministre: Monsieur le
président, je conclurai brièvement car il n'existe
pas beaucoup d'éléments nouveaux.
Premier élément: nous sommes devant
l'application d'un mécanisme légal qui a déjà
donné lieu à beaucoup de discussions, y compris
à des condamnations par l'Etat. Mais
l'administration ne fait que mettre en place un
système administratif pour mener à bien les
opérations liées à l'octroi d'une réduction d'impôts
demandée par le contribuable en application de la
loi.
Deuxième élément: le traitement est totalement
égal pour tous les contribuables se trouvant dans
la même situation. Je ne voudrais pas qu'à partir
06/06/2001
CRIV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
de ce dossier, on relance à nouveau de faux
débats sur les discriminations. On m'a fait le coup,
si vous me permettez cette expression peu
parlementaire: on a promu plus de 500.000
recours en parlant à tort et à travers de
discrimination parce qu'un conducteur roulant au
diesel serait discriminé par rapport à un
automobiliste roulant à l'essence. Excusez-moi:
quelqu'un qui demande le bénéfice d'un tarif réduit
n'est pas dans la même situation que quelqu'un
qui ne demande rien et qui se voit appliquer le tarif
ordinaire. Je ne vois vraiment pas où l'on va
chercher des idées de traitement différencié. Tous
ceux qui se trouvent dans la même situation, qui
demandent l'application d'un tarif réduit se
trouvent traités exactement de la même manière.
Troisième élément complémentaire: il y a eu des
dossiers judiciaires pour lesquels, lorsque des
contrôles interviennent a posteriori, l'Etat est
même condamné à prendre en charge les
augmentations des droits d'enregistrement ou
condamné à payer les augmentations de
précompte immobilier parce qu'il n'a pas agi de
manière suffisamment diligente. Que fait
l'administration dans le cas qui nous occupe? Elle
organise le contrôle avant que l'opération ne se
déroule.
L'on vient de demander si ce n'était pas pénaliser
l'acheteur et non pas celui qui a réellement fait les
travaux. Bien au contraire. En vérifiant avant, on
ne pénalise pas l'acheteur, on lui dit très
clairement quelle est la situation du bien. Alors
qu'on sait que le taux de droits d'enregistrement
réduit est un argument de vente, on essaie de
convaincre qu'on se trouve face à un bien qui va
bénéficier d'un taux réduit. Qui se fait rouler dans
l'histoire? L'acheteur qui, plus tard, se trouve
confronté au problème du contrôle et,
éventuellement, l'Etat, s'il se fait condamner pour
ne pas avoir agi avec suffisamment de diligence.
Qu'est-ce qui ressort du débat? Soit l'on souhaite
traiter tous les contribuables de la même manière
lorsqu'ils se trouvent dans la même situation de
fait, lorsqu'ils demandent à se voir appliquer le
même traitement fiscal. C'est ce que
l'administration a tenté de faire. Soit, on veut des
traitements différenciés. Pour quelle raison? Ou
bien l'on veut aussi garantir le plus possible la
sécurité juridique, ce que l'administration tente de
faire en vérifiant la situation avant l'opération de
vente, ou on préfère laisser planer l'insécurité
pendant des années, y compris pour ce qui
concerne les finances publiques qui auront peut-
être à prendre certaines répercussions en charge.
Je préfère chaque fois la première solution: plus
de sécurité juridique et un contrôle équivalent pour
tous les contribuables.
Il ne faudrait pas que l'on se trompe lorsque l'on
parle de contrôle qui se ferait parfois de manière
un peu particulière. Je rappelle que les
contribuables doivent déclarer, dans le mois de la
fin des travaux si je ne me trompe, les travaux
réalisés à un immeuble. Que dans certaines
régions du pays, mais il ne faut pas isoler la
situation, ce ne soit pas la règle la plus
communément appliquée, c'est possible. Mais en
quoi cela doit-il entraîner un changement de
comportement de l'administration qui éviterait
toute vérification?
Je le répète, si l'on veut changer le système, je
suis prêt à revoir la circulaire. Mme Brepoels disait
que c'est d'abord au ministre à prendre ses
responsabilités. C'est fait, une circulaire existe.
J'écoute simplement le débat et j'essaie toujours,
à la fin des échanges, de comprendre ce que l'on
propose de faire à la place de la législation
actuelle. Je vous avoue que je n'ai toujours pas
compris quelle était l'orientation demandée. On
me demande de retirer la circulaire.
La retirer, c'est rentrer dans une insécurité totale,
y compris en justice. On l'a vécu. C'est aussi
rentrer dans une logique en sens inverse
d'inégalité absolue. Il doit bien exister le cas d'un
contribuable qui déclare chaque année qu'il
dispose d'un compte à l'étranger! Il y en a bien un
qui déclare aussi qu'il effectue des travaux à une
habitation!
Quand il le fait, il se trouve confronté à une
augmentation de son revenu cadastral et ne
bénéficie plus du tarif réduit. Par contre, vous
trouveriez normal qu'on laisse bénéficier du tarif
réduit quelqu'un qui a effectué des travaux, parfois
importants, et qui ne les ayant pas déclarés,
continue à considérer qu'il est au-dessous des
30.000 francs de revenu cadastral.
Pour tous les contribuables qui se trouvent dans la
même situation, l'administration a tenté de trouver
une règle correcte d'application de la législation.
Je le répète, si la commission veut me proposer
une autre formule d'organisation du contrôle
garantissant l'application correcte de la législation
et garantissant la sécurité juridique, je suis prêt à
faire revoir cette circulaire. Mais la circulaire a été
prise à l'initiative de mon administration et je reste,
à la suite de ce débat, convaincu qu'il s'agit de la
meilleure application possible de la législation
actuelle. Il est toujours envisageable, je l'ai dit à
plusieurs reprises, de modifier la législation
existante et je suis prêt à en débattre.
CRIV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
On a beaucoup parlé du débat concernant la
mobilité, je vous avoue que je suis prêt à en
reparler avec les régions mais, jusqu'à présent,
j'attends toujours un avis unanime de leur part sur
ce sujet.
01.24 Frieda Brepoels (VU&ID): Mijnheer de
voorzitter, aan de hand van een concreet
voorbeeld wil ik een laatste poging doen om de
minister te overtuigen.
De minister beweert dat iedereen die zich in
dezelfde situatie bevindt, ook op dezelfde manier
wordt behandeld. Bij de aankoop van een woning
vraagt iemand een uittreksel uit de kadastrale
legger. Uit dit uittreksel blijkt dat het KI net boven
de 30.000 frank ligt. De woning wordt verkocht, de
kandidaat-koper vraagt geen verlaging van de
registratierechten aan, maar behoudt wel het KI.
Een andere persoon vraagt een uittreksel uit de
kadastrale legger; het KI ligt net onder de
30.000 frank. Deze persoon krijgt controle, waaruit
blijkt dat werken werden uitgevoerd. Het KI wordt
opgetrokken. De persoon krijgt geen verlaging van
de registratierechten en behoudt het verhoogd KI
voor de rest van zijn dagen. Het verschil tussen
degene met een KI dat net onder en hij met een KI
dat net boven de 30.000 ligt, kan zeer klein zijn.
Mijnheer de minister, u kan moeilijk beweren dat
dit een gelijke behandeling is voor mensen die
vertrekken vanuit eenzelfde situatie. Ze komen in
een andere situatie terecht. Dat is niet correct. Het
is geen gelijke behandeling voor iedereen.
01.25 Minister Didier Reynders:
(Onverstaanbaar)... in uw voorbeeld?
01.26 Frieda Brepoels (VU&ID): Degene met
een KI dat er net onder ligt.
01.27 Minister Didier Reynders: Juist. Er is een
verschil tussen de twee.
01.28 Frieda Brepoels (VU&ID): Mijnheer de
minister, wat betekent dezelfde situatie dan
voor u?!
01.29 Minister Didier Reynders: Iemand die een
fiscaal voordeel vraagt of niet.
01.30 Frieda Brepoels (VU&ID): Er is wel een
groot verschil in de toepassing.
01.31 Karel Pinxten (CVP): Mijnheer de
voorzitter, als de minister het gelijkheidsbeginsel
inroept en de vraag stelt wie zich in dezelfde
situatie bevindt en bijgevolg recht heeft op
eenzelfde behandeling, is de te beschouwen
categorie degenen die een huis verwerven. Uit het
debat is zeer duidelijk gebleken dat niet iedereen
die een huis verwerft, dezelfde behandeling krijgt.
Afhankelijk van de situatie, het verwerven van een
bescheiden woning of een niet-bescheiden
woning, is de behandeling verschillend. Meer nog,
de behandeling is a fortiori verschillend met
betrekking tot de onroerende voorheffing die men
achteraf moet betalen. Dat is duidelijk. Over de
grenzen van meerderheid en oppositie heen stemt
ons dat onbehaaglijk. Wat rondzendbrief 10
betreft, - ik zal het apolitiek verwoorden blijft een
wrang gevoel achter. Dat is, mijns inziens, de
beste samenvatting van het debat.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door
mevrouw Frieda Brepoels en de heer Karel
Pinxten en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van mevrouw Frieda
Brepoels en de heer Karel Pinxten
en het antwoord van de minister van Financiën,
vraagt aan de minister de intrekking of de
aanpassing van Instructie nr. 10 van de AKRED,
sector Kadaster."
Une motion de recommandation a été déposée
par Mme Frieda Brepoels et M. Karel Pinxten et
est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de Mme Frieda
Brepoels et de M. Karel Pinxten
et la réponse du ministre des Finances,
demande au ministre de retirer ou d'adapter
l'Instruction n° 10 de l'ACED, secteur Cadastre."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
heren Jacques Chabot, Aimé Desimpel, Jef
Tavernier en Eric van Weddingen.
Une motion pure et simple a été déposée par MM.
Jacques Chabot, Aimé Desimpel, Jef Tavernier et
Eric van Weddingen.
Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.
06/06/2001
CRIV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 16.44 uur.
La réunion publique de commission est levée à
16.44 heures.
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 494
CRABV 50 COM 494
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
woensdag mercredi
06-06-2001 06-06-2001
15:00 uur
15:00 heures
CRABV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde interpellaties en mondelinge
vragen van
1
Interpellations et questions orales jointes de
1
- de heer Karel Pinxten tot de minister van
Financiën over "het verlaagd registratierecht"
(nr. 4720)
- M. K. Pinxten au ministre des Finances sur "la
réduction des droits d'enregistrement" (n° 4720)
- de heer Jef Tavernier tot de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 4721)
- M. Jef Tavernier au ministre des Finances sur
"les petits frais d'acte" (n° 4721)
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Financiën over "het 'klein beschrijf'" (nr. 805).
- Mme Frieda Brepoels au ministre des Finances
sur "le taux d'enregistrement réduit pour
habitation modeste" (n° 805).
- de heer Peter Vanvelthoven tot de minister van
Financiën over "de verlaagde registratierechten"
(nr. 4789)
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des Finances
sur "les droits d'enregistrement réduits" (n° 4789)
- de heer Karel Pinxten tot de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 810).
- M. Karel Pinxten au ministre des Finances sur
"le taux d'enregistrement réduit pour habitation
modeste" (n° 810).
- mevrouw Fientje Moerman tot de minister van
Financiën over "de toepassing van het verlaagde
registratierecht bij de verkoop van een
bescheiden woning" (nr. 4830)
- Mme Fientje Moerman au ministre des Finances
sur "l'application de droits d'enregistrement
réduits lors de la vente d'une habitation modeste"
(n° 4830)
- Gedachtewisseling over het "klein beschrijf"
- Echange de vues sur le taux d'enregistrement
réduit pour habitations modestes
Sprekers: Karel Pinxten, Jef Tavernier,
voorzitter van de AGALEV-ECOLO-fractie,
Frieda Brepoels, voorzitter van de VU&ID-
fractie, Peter Vanvelthoven, Fientje
Moerman, Jacques Chabot, Didier
Reynders, minister van Financiën
Orateurs: Karel Pinxten, Jef Tavernier,
président du groupe AGALEV-ECOLO ,
Frieda Brepoels, président du groupe VU&ID
, Peter Vanvelthoven, Fientje Moerman,
Jacques Chabot, Didier Reynders, ministre
des Finances
Moties
10
Motions
10
CRABV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
van
WOENSDAG
06
JUNI
2001
15:00 uur
______
du
MERCREDI
06
JUIN
2001
15:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 15.18 uur door
de heer Aimé Desimpel.
La séance est ouverte à 15.18 heures par M. Aimé
Desimpel.
01 Samengevoegde interpellaties en mondelinge
vragen van
- de heer Karel Pinxten tot de minister van
Financiën over "het verlaagd registratierecht"
(nr. 4720)
- de heer Jef Tavernier tot de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 4721)
- mevrouw Frieda Brepoels tot de minister van
Financiën over "het 'klein beschrijf'" (nr. 805).
- de heer Peter Vanvelthoven tot de minister van
Financiën over "de verlaagde registratierechten"
(nr. 4789)
- de heer Karel Pinxten tot de minister van
Financiën over "het klein beschrijf" (nr. 810).
- mevrouw Fientje Moerman tot de minister van
Financiën over "de toepassing van het verlaagde
registratierecht bij de verkoop van een
bescheiden woning" (nr. 4830)
- Gedachtewisseling over het "klein beschrijf"
01 Interpellations et questions orales jointes de
- M. K. Pinxten au ministre des Finances sur "la
réduction des droits d'enregistrement" (n° 4720)
- M. Jef Tavernier au ministre des Finances sur
"les petits frais d'acte" (n° 4721)
- Mme Frieda Brepoels au ministre des Finances
sur "le taux d'enregistrement réduit pour
habitation modeste" (n° 805).
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des Finances
sur "les droits d'enregistrement réduits" (n° 4789)
- M. Karel Pinxten au ministre des Finances sur
"le taux d'enregistrement réduit pour habitation
modeste" (n° 810).
- Mme Fientje Moerman au ministre des Finances
sur "l'application de droits d'enregistrement
réduits lors de la vente d'une habitation
modeste" (n° 4830)
- Echange de vues sur le taux d'enregistrement
réduit pour habitations modestes
01.01 Karel Pinxten (CVP): Voor een kadastraal
inkomen tot 30.000 frank geldt bij aankoop van een
woning het zogenaamde klein beschrijf, met een
registratierecht van 6 procent. Afhankelijk van de
gezinstoestand en het aantal personen ten laste
kan dat kadastraal inkomen zelfs oplopen tot
42.000 frank.
Door instructie nummer 10 betaalt iedereen nu
onmiddellijk 12,5 procent en wie nadien recht blijkt
te hebben op het klein beschrijf krijgt 6,5 procent
terug van Finaniën. Men weet echter nooit wanneer
Financiën terugstort. Financiën neemt het zekere
voor het onzekere en rekent altijd 12,5 procent
registratierechten aan, waardoor de rechten van
sommige belastingplichtigen toch worden
geschonden.
01.01 Karel Pinxten (CVP): Pour les revenus
cadastraux jusqu'à 30 000 francs, on applique les
petits frais d'acte et des droits d'enregistrement de
6 pour cent lors de l'achat d'une habitation,. Ce
revenu cadastral peut même aller jusqu'à 42 000
francs selon la situation du ménage et le nombre de
personnes à charge.
Conformément à l'instruction n° 10, chacun paie
d'emblée 12,5 pour cent et les Finances
remboursent ensuite 6,5 pour cent à ceux qui
peuvent prétendre à l'application des petits frais
d'acte. On ne sait cependant jamais quand les
Finances vont procéder au remboursement. Les
Finances ne veulent pas prendre de risque et
appliquent systématiquement des droits
d'enregistrement de 12,5 pour cent, en violation des
06/06/2001
CRABV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
droits de certains contribuables.
In 95 procent van de aankopen is er een
bankfinanciering, zodat de vraag rijst of bij die
financiering met de volle 12,5 procent
registratierechten rekening moet worden gehouden.
Als belastingplichtige zou men op korte termijn op
het moment van de aankoop toch moeten kunnen
weten hoeveel men de fiscus precies verschuldigd
is. Ik wil nog benadrukken dat het hier over
bescheiden woningen gaat.
Moet instructie nr.10 behouden blijven? Is dit wel de
juiste handelwijze of moet er worden bijgestuurd ?
Dans 95 pour cent des achats, il est recouru à un
financement bancaire de sorte que se pose le
problème de savoir s'il faut tenir compte dans le
financement des droits d'enregistrements totaux de
12,5 pour cent. Le contribuable devrait tout de
même pouvoir savoir rapidement au moment de
l'achat ce qu'il on doit au fisc. Je tiens à souligner
qu'il s'agit en l'espèce d'habitations modestes.
Faut-il maintenir l'instruction n° 10 ? Est-ce une
bonne façon d'agir ou faut-il procéder à des
aménagements?
01.02 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO): Ik sluit
mij aan bij de bezorgdheid van de heer Pinxten .
Het is belangrijk voor een belastingplichtige te
weten hoeveel hij aan de fiscus moet betalen op het
moment van de aankoop van een huis. Dat men
nadien mogelijks registratierechten terugkrijgt, lost
het probleem van de financiering niet op. Bovendien
gaat men in de nieuwe regeling eigenlijk controleren
of de toestand van de woningen die in aanmerking
zouden kunnen komen voor het verlaagd tarief niet
is gewijzigd, terwijl men dit niet doet voor woningen
met een hoger K.I. Men controleert dus enkel voor
bescheiden woningen of het K.I. nog wel aan de
werkelijkheid beantwoordt. Dat is discriminerend.
De kadastrale inkomens werden sinds 25 jaar niet
meer aangepast. Het wordt hoog tijd dat te doen, op
federaal of op regionaal niveau. Bovendien moet er
een regelmatige perequatie komen. Dat is de enige
rechtvaardige oplossing.
01.02 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO):Je
partage les préoccupations de M. Pinxten. Il est
important pour un contribuable de savoir combien il
doit au fisc au moment de l'achat d'un logement.
L'éventuel remboursement ultérieur de droits
d'enregistrement ne résout pas la question du
financement. En outre, la nouvelle réglementation
prévoit de vérifier si le statut des habitations qui
entrent en considération pour le tarif réduit n'a pas
changé alors qu'on ne le fait pas pour les
habitations au revenu cadastral plus élevé. On ne
vérifie donc si le revenu cadastral correspond
encore à la réalité que pour les habitations
modestes. C'est discriminatoire.
Il n'y a plus eu de péréquation cadastrale depuis 25
ans. Il est grand temps de le faire, que ce soit au
niveau fédéral ou au niveau régional. Il faut en outre
prévoir une péréquation régulière. C'est la seule
solution équitable.
01.03 Frieda Brepoels (VU&ID): Minister
Duquesne antwoordde namens de minister van
Financiën in de plenaire vergadering van een drietal
weken geleden, dat de wijziging inzake het klein
beschrijf enkel een wijziging betrof van de
administratieve werkwijze om de toepassing van het
verlaagd registratierecht te waarborgen en de
toekomstige eigenaar te beschermen.
Bij enkele administraties kan men de werkdruk niet
aan. Men wil de inspectie binnen de tien dagen na
aanvraag uitvoeren, maar momenteel wordt men
overstelpt met aanvragen tot herschatting. Op
landelijk niveau zouden er vijfduizend aanvragen
zijn ingediend op tien dagen tijd. De administratie
zal dus niet in staat zijn om de vooropgestelde
termijn te respecteren. Hoe zal de minister het
personeelstekort opvangen of hoe zal hij deze
problemen aanpakken?
01.03 Frieda Brepoels (VU&ID): Il y a trois
semaines, le ministre Duquesne avait répondu en
séance plénière au nom du ministre des Finances
que les modifications relatives aux petits frais d'acte
concernaient uniquement la procédure
administrative et tendaient à garantir l'application du
droit d'enregistrement réduit et la protection du futur
propriétaire.
Certaines administrations éprouvent des difficultés
à faire face au volume de travail. Alors que l'objectif
est d'effectuer l'inspection dix jours après la
demande, les services sont actuellement
submergés de demandes de réévaluation. A
l'échelle nationale, cinq mille demandes auraient été
introduites en dix jours. L'administration ne sera
donc pas en mesure de respecter les délais prévus.
Comment le ministre entend-il remédier à la pénurie
de personnel et s'attaquer à l'ensemble de ces
problèmes?
CRABV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
Kan de minister duidelijkheid scheppen over de
vraag of de notarissen een dergelijke problematiek
in hun akte, als opschortende voorwaarde zouden
kunnen inschrijven? De kans bestaat dat mensen
een woning niet kunnen kopen wanneer zij niet van
het verlaagde registratierecht kunnen genieten.
Dans le cadre d'une convention sous seing privé,
les notaires pourraient-ils, dans l'acte, faire valoir
cette situation comme une condition suspensive?
Le risque de voir les candidats acheteurs dans
l'impossibilité de procéder à l'acquisition d'un
immeuble s'ils ne peuvent bénéficier des droits
d'enregistrement réduits est réel.
Het zou getuigen van goed bestuur mochten de
aanpassingen van het kadastraal inkomen strikter
worden opgevolgd en permanent worden
bijgehouden. De secretaris-generaal van het
ministerie van Financiën vroeg daartoe vorig jaar
om de nodige middelen. Het verhoogde comfort in
de woningen zou worden nagegaan en op deze
manier zouden aanpassingen mogelijk zijn.
Waarom ging u niet akkoord?
Is de minister bereid initiatieven te nemen om het
toegestane kadastraal inkomen voor bescheiden
woningen te actualiseren?
Is de minister bereid om in overleg met de
Gewesten de mobiliteitsproblematiek en het
grootstedelijk beleid aan te pakken? Wij kennen in
België een hoog registratierecht ten opzichte van
een aantal buurlanden. Dit is niet compatibel met de
beleidsintenties die zowel de federale regering als
de Gewesten huldigen. Wat denkt de minister
hierover?
Une bonne administration supposerait un meilleur
suivi et une actualisation permanente du revenu
cadastral. Le secrétaire général du ministère des
finances a demandé l'an dernier davantage de
moyens à cet effet. Les adaptations pourraient avoir
lieu après contrôle de l'amélioration du confort des
habitations. Pourquoi vous y êtes-vous opposé ?
Le ministre est-il disposé à prendre des initiatives
pour actualiser le revenu cadastral autorisé pour
les habitations modestes ?
Le ministre est-il prêt à s'attaquer, en concertation
avec les Régions, au problème de la mobilité et à la
politique des grandes villes? En comparaison de
ceux de certains pays voisins, les droits
d'enregistrement sont élevés en Belgique. Ce n'est
pas compatible avec les principes politiques
auxquels avaient souscrit tant le gouvernement
fédéral que les Régions. Qu'en pense le ministre ?
01.04 Peter Vanvelthoven (SP): De federale
ombudsmannen vonden het onbillijk dat de koper
van een woning met een laag kadastraal inkomen
na de aankoop nog geconfronteerd wordt met een
naheffing van 6,5 procent. Hiervoor moest een
oplossing worden gezocht. De oplossing van de
minister is niet de goede, omdat de kopers van een
bescheiden woning 12,5 procent volledig moeten
betalen en achteraf, na controle, het teveel betaalde
desgevallend terugkrijgen. Het is natuurlijk nog de
vraag wanneer die controle zal plaatsvinden. De
kopers van bescheiden woningen hebben meestal
een laag budget. Zij zullen het geld bij de bank
moeten lenen en zich extra in de kosten werken.
Bovendien kan het voor hen een rem zijn om de
woning te kopen.
01.04 Peter Vanvelthoven (SP): Les médiateurs
fédéraux trouvaient inéquitable que la personne qui
achète un logement à faible revenu cadastral
subisse encore, après la vente, un prélèvement de
6,5 pour cent. Il fallait rechercher une solution à ce
problème. La solution du ministre n'est pas la bonne
car les acquéreurs d'habitations modestes doivent
payer la totalité de 12,5 pour cent dont ils
récupéreront éventuellement une partie à l'issue
d'un contrôle. La question est de savoir quand aura
lieu ce contrôle. Les acquéreurs d'habitations
modestes disposent généralement d'un budget
modeste. Ils devront emprunter l'argent à la banque
et s'endetter encore davantage. De plus, il peut
s'agir pour eux d'un frein à l'achat d'un logement.
Het is bovendien onrechtvaardig dat enkel het
kadastraal inkomen van bescheiden woningen en
niet dat van de woningen met een KI hoger dan
30.000 frank, geherwaardeerd zal worden.
De federale ombudsmannen gingen niet akkoord
met het antwoord dat minister Duquesne in naam
van minister Reynders in de plenaire vergadering
gaf. De minister liet nochtans het tegendeel
uitschijnen. Zij verklaren zelfs dat zij op geen enkel
De plus, il est injuste de ne réévaluer que les
revenus cadastraux des habitations modestes et
non ceux des habitations dont le revenu cadastral
dépasse 30.000 francs.
Les médiateurs fédéraux n'étaient pas d'accord
avec la réponse donnée par le ministre Duquesne,
au nom du ministre Reynders, en séance plénière.
Le ministre a pourtant laissé entendre le contraire.
Ils ont même déclaré n'avoir, à aucun moment, été
06/06/2001
CRABV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
moment werden geraadpleegd in verband met de
maatregel.
De Gewesten worden na de toepassing van
Lambermont over deze materie bevoegd. Is het
opportuun en politiek correct om nu nog dergelijke
drastische maatregelen te nemen?
Waarom verwijst de minister naar een goedkeuring
van de federale ombudsmannen, terwijl zij dit
achteraf ontkennen?
Heeft de minister met de Gewesten overleg
gepleegd over deze maatregel? Het gaat inderdaad
niet om een wijziging van de wetgeving, maar om
een wijziging van een administratieve praktijk. Maar
moeten ook daarover de Gewesten niet
geraadpleegd worden?
Zal de minister aan de nieuwe werkwijze
vasthouden of zal hij bijsturingen overwegen?
consultés à propos de cette mesure.
Après la mise en oeuvre des accords du
Lambermont, cette matière sera de la compétence
des Régions. Est-il opportun et politiquement
correct d'encore prendre en ce moment des
mesures aussi drastiques ?
Pourquoi le ministre se réfère-t-il à une approbation
des médiateurs fédéraux que ceux-ci démentent
ensuite ?
Le ministre s'est-il concerté avec les Régions à
propos de cette mesure ? Il ne s'agit en effet pas
d'une modification législative mais d'une
modification apportée à une pratique administrative.
Mais ne faut-il pas également consulter les Régions
à ce sujet ?
Le ministre s'en tiendra-t-il à cette nouvelle façon de
faire ou envisage-t-il d'y apporter des correctifs ?
01.05 Fientje Moerman (VLD): Ik wens mij
grotendeels aan te sluiten bij de andere
vraagstellers.
Heeft de administratie voldoende capaciteit om de
procedure op de voorgestelde wijze toe te passen
en loopt men niet het risico om snel een grote
achterstand op te lopen? Is de administratie
voldoende voorbereid op de nieuwe procedure?
Is er sprake van een inbreuk op het
gelijkheidsbeginsel aangezien er geen controle zal
gebeuren bij woningen met een kadastraal inkomen
van meer dan 30.000 frank?
Is de hoogte van het registratierecht op zichzelf nog
wel verantwoord? Het registratierecht in België
hoort bij de hoogste in Europa. 12,5 procent is heel
hoog en door bijkomende notariële kosten loopt het
totaal al gauw op tot 14 procent of zelfs tot 18
procent bij een openbare verkoop. Is het heffen van
registratierechten op de verkoop van woningen in
het algemeen nog wel verantwoord?
01.05 Fientje Moerman (VLD): Je me rallie dans
une large mesure aux propos tenus par les orateurs
précédents.
L'administration dispose-t-elle d'une capacité
suffisante pour appliquer la procédure
conformément aux propositions qui sont formulées?
Le risque de voir s'accumuler un retard important
n'est-il pas réel? L'administration est-elle
suffisamment préparée à la nouvelle procédure?
L'absence de contrôle pour les habitations dont le
revenu cadastral est inférieur à 30.000 francs ne
constitue-t-il pas une violation du principe d'égalité?
Le taux élevé du droit d'enregistrement - un des
plus élevés d'Europe se justifie-t-il encore? Un
droit d'enregistrement de 12,5 pour cent
correspond à un taux élevé qui, si l'on tient compte
des frais de notaire, atteint rapidement 14 pour
cent, voir 18 pour cent en cas de vente publique.
D'une manière générale, le prélèvement, en cas de
cession de propriété, de droits d'enregistrement sur
la vente d'habitations se justifie-t-il encore?
01.06 Jacques Chabot (PS): U heeft een
verscherpte controle door het kadaster op de
verkoop van bescheiden woningen aangekondigd.
De aanpassing van het kadastraal inkomen zal
voortaan geschieden bij de verkoop en niet langer a
posteriori.
De heer Picqué vreest dat die maatregel de minst
vermogende kandidaat-eigenaars zal treffen omdat
hij de aankoopprijs van bescheiden woningen de
01.06 Jacques Chabot (PS): Vous avez annoncé
un contrôle renforcé du cadastre sur les ventes
d'habitations modestes. L'adaptation du revenu
cadastral se fera dorénavant lors de la vente et non
plus a posteriori.
M. Picqué craint que cette mesure touche les plus
modestes candidats propriétaires, en gonflant le
prix d'achat des petites propriétés.
CRABV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
hoogte in zal jagen.
Als die maatregel tot doel heeft fraude te bestrijden,
waarom verscherpt men dan enkel de controles op
de bescheiden woningen?
In de pers gewaagt men van een afschaffing van de
verlaagde registratierechten. Hoe zit het daarmee?
Zou men, aangezien de kadastrale inkomens
variëren naargelang van de gemeenten, geen
rekening kunnen houden met andere criteria, zoals
de oppervlakte of de nieuwbouwwaarde?
Zou de beste oplossing er niet in bestaan over te
gaan tot een kadastrale perequatie?
Par ailleurs, s'il s'agit de lutter contre les fraudes,
pourquoi ne renforcer les contrôles que sur les
habitations modestes?
La presse a parlé de la fin des droits réduits
d'enregistrement. Qu'en sera-t-il?
Dans la mesure où il existe une disparité des
revenus cadastraux d'une commune à l'autre,
d'autres critères, comme par exemple la superficie
ou la valeur de reconstruction, ne peuvent-ils être
pris en considération?
La meilleure solution ne serait-elle pas de procéder
à la péréquation cadastrale?
01.07 Minister Didier Reynders (Nederlands) :
Deze aangelegenheid behoort tot de federale
bevoegdheden. Er is geen sprake van een
verandering van de wetgeving. Het gaat alleen om
een gewijzigde administratieve toepassing van de
wetgeving. Het is niet de bedoeling om tot een
algemene perequatie over te gaan. Het gaat hier
over een belastingvoordeel, niet over het toepassen
van een algemeen tarief. Ik krijg doorgaans vragen
om meer fiscale controle, behalve in deze kwestie.
De belastingplichtige vraagt dus een voordeel en
moet daartoe de wettelijke procedure volgen en een
verklaring indienen bij mijn administratie,
bijvoorbeeld indien hij sommige werken wil
uitvoeren. Het is normaal dat mijn administratie
controleert of het K.I. onder de 30.000 frank blijft.
Waarom zou men in sommige gevallen die controle
achterwege moeten laten ?
01.07 Minister Didier Reynders (en néerlandais):
Cette matière relève du pouvoir fédéral. Il n'est pas
question de changer la législation. Il s'agit
seulement de modifier son application
administrative. Le but visé n'est pas une
péréquation générale. Ce qui est en jeu ici, c'est un
avantage fiscal, non l'application d'un taux général.
On me demande souvent d'intensifier les contrôles
fiscaux, mais en cette matière je constate que ce
n'est pas le cas.
Le contribuable demande donc un avantage et doit
à cette fin suivre la procédure légale et introduire
une déclaration auprès de mon administration, par
exemple s'il veut réaliser certains travaux. Il est
normal que mon administration vérifie si le revenu
cadastral reste en deçà des 30.000 francs.
Pourquoi devrait-on renoncer au contrôle dans
certains cas ?
Het is niet de notaris, maar de ontvanger van de
registratie die de registratierechten vaststelt. Het is
voor de partijen van belang dat het K.I. op de datum
van de verkoop overeenstemt met de realiteit.
Daarom heeft de AKRED beslist dat wanneer het
verlaagd registratierecht wordt gevraagd, het K.I.
wordt geverifieerd. Indien het K.I. niet moet worden
herschat, wordt dat zo vlug mogelijk aan de
aanvrager, meestal de notaris, meegedeeld. De
akte kan dan dadelijk worden geregistreerd aan 6
procent. In het andere geval ontvangt hij een attest
waarmee hij de akte aan 12, 5 procent kan laten
registreren. Bij de definitieve vaststelling van het K.I.
krijgt de koper een gedeelte terug mits voorlegging
van een uittreksel uit de kadastrale legger, binnen
de twee jaar na de definitieve vaststelling. De
effectieve terugbetaling gebeurt binnen een
redelijke termijn.
Ce n'est pas le notaire mais le receveur de
l'enregistrement qui détermine les droits
d'enregistrement. Il importe pour les parties que le
revenu cadastral à la date d'achat corresponde à la
réalité. C'est la raison pour laquelle l'ACED a décidé
de faire vérifier le revenu cadastral lorsqu'une
demande de réduction des frais d'enregistrement a
été introduite. Lorsqu'il n'y a pas lieu de revoir le
revenu cadastral, ladécision est communiquée le
plus rapidement possible au demandeur, qui est
généralement le notaire. L'acte peut alors être
immédiatement enregistré à 6%. Sinon, le
demandeur obtient une attestation lui permettant
d'enregistrer l'acte à 12,5%. Lors de la fixation
définitive du revenu cadastral, l'acheteur en obtient
le remboursement partiel sur présentation d'un
extrait de la matrice cadastrale, dans les deux ans
qui suivent la fixation définitive. Le remboursement
en tant que tel s'effectue dans un délai raisonnable.
06/06/2001
CRABV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
De nieuwe procedure garandeert de
rechtszekerheid en beschermt de koper, vermits hij
exact weet waar hij aan toe is. Wij willen hem de
zekerheid geven dat het K.I. conform is. Als hij een
verlaagd tarief aanvraagt zonder zich van het K.I. te
vergewissen, loopt hij het risico later een hoger
registratierecht en hogere onroerende voorheffing te
moeten betalen.
De wet inzake het verlaagd registratierecht is niet
gewijzigd, maar het nazicht van het K.I. wordt nu
voor het verlijden van de akte uitgevoerd. Alleen als
er een verhoging van het K.I. is met minimum 2.000
frank of 15 procent van het bestaande, wordt het
effectief gewijzigd.
De rondzendbrief van de AKRED gaat over de
toepassing van een algemeen principe voor een
fiscaal voordeel.
Er waren twee vergaderingen tussen AKRED en de
federale ombudsman over deze materie. Ik kan u
daarvan de verslagen bezorgen. Het is echter een
zeer complexe materie waardoor het voor de
ombudsman moeilijk is een klare visie te hebben.
De nieuwe rondzendbrief zal meer zekerheid
brengen.
La nouvelle procédure offre de meilleures garanties
sur le plan de la sécurité juridique et protège
l'acheteur dans la mesure où il sait à quoi
s'attendre. Nous voulons pouvoir lui assurer que le
revenu cadastral est conforme. S'il introduit une
demande de réduction du taux sans avoir vérifié le
revenu cadastral, il risque de devoir payer
ultérieurement un droit d'enregistrement et un
précompte immobilier plus élevés.
La loi concernant le droit d'enregistrement réduit n'a
pas été modifiée mais le contrôle du revenu
cadastral s'opère désormais avant que l'acte ne soit
passé devant le notaire. Il est procédé à une
modification du revenu cadastral que lorsque
l'augmentation représente au moins 2.000 francs ou
15%.
La circulaire de l'ACED concerne l'application d'un
principe général relatif à un avantage fiscal.
Deux réunions à ce sujet ont été organisées entre
l'ACED et le médiateur fédéral. Je puis vous
transmettre le rapport. Il s'agit néanmoins d'une
matière particulièrement complexe, de sorte qu'il
est difficile pour le médiateur de se faire une idée
claire.
La nouvelle circulaire apportera davantage de
sécurité.
Ik heb de opmerking van de heer Chabot in verband
met de situatie in de steden en gemeenten gehoord.
J'ai entendu la remarque de M. Chabot concernant
la situation dans les villes et communes.
(Nederlands): Misschien zijn de registratierechten te
hoog, maar dat is dan een probleem voor de
wetgever en dat kan mogelijks kan worden
besproken bij de belastingsverlagingen.
(En néerlandais) Peut-être les droits
d'enregistrement sont-ils trop élevés, mais il
appartient éventuellement au législateur de
résoudre ce problème. La question pourrait
éventuellement être abordée dans le cadre de la
diminution de la fiscalité.
(Frans) Mijnheer Chabot, het is bij wet verplicht
werkzaamheden die men laat uitvoeren aan te
geven bij de administratie van het kadaster. In geval
van verkoop wordt een tarief voor de
registratierechten vastgesteld. Als het kadastraal
inkomen lager ligt dan een bepaald bedrag, geldt
een verlaagd tarief. In de parlementaire commissies
klinkt de niet-aflatende roep om scherpere
belastingcontroles. De administratie tracht gewoon
een billijke belastingcontroleregeling toe te passen
en kandidaat-kopers een zo groot mogelijke
rechtszekerheid te bieden. Als een
belastingplichtige een aanvraag doet om een
belastingvoordeel, gaat de administratie na of het
over te leggen uittreksel strookt met de realiteit. Dat
(En français) Monsieur Chabot, la législation impose
de déclarer les travaux que l'on effectue à
l'administration du cadastre et un tarif de droits
d'enregistrement est prévu lors d'une vente. Le tarif
est réduit si le revenu cadastral est inférieur à un
montant déterminé. Il existe une demande
constante, au sein des commissions
parlementaires, de renforcer les contrôles fiscaux.
L'administration tente purement et simplement
d'appliquer un système juste de contrôle fiscal en
donnant le plus de sécurité juridique possible au
candidat acquéreur. Lorsqu'un contribuable fait une
demande d'obtention d'un avantage fiscal,
l'administration vérifie si l'extrait qui doit être produit
correspond à la réalité. Cela me paraît tout à fait
CRABV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
lijkt me maar normaal.
Indien de commissie voor de Financiën meent dat
een andere koers moet worden uitgegaan, dat ze
dat dan met zoveel woorden zegt. Ik zal nota nemen
van de specifieke opmerkingen en zal niet nalaten
te proberen de handelwijze van mijn administratie te
beïnvloeden.
normal.
Si la commission des Finances estime qu'il y a lieu
d'aller dans une autre direction, qu'on le dise. Je
prendrai bonne note des remarques précises et je
ne manquerai pas de tenter d'influencer le
comportement de mon administration.
(Nederlands): Ik ben bereid een ander stelsel te
hanteren, maar dan moet de commissie een
duidelijk standpunt innemen: wil men al dan niet
controle, of een latere controle, voor een fiscaal
voordeel?
(En néerlandais) Je suis disposé à opter en faveur
d'un autre système mais, dans ce cas, la
commission doit prendre clairement attitude : l'octroi
d'un avantage fiscal doit-il être, oui ou non, assorti
d'un contrôle, éventuellement ultérieur?
01.08 Karel Pinxten (CVP): Wij dienen een motie
in om instructie nr. 10 in te trekken. Het gaat hier
immers niet om een gunst, maar om een recht.
01.08 Karel Pinxten (CVP): Nous déposons une
motion visant à retirer l'instruction n° 10. Il ne s'agit
en effet pas d'une faveur mais d'un droit.
01.09 Minister Didier Reynders (Nederlands): Het
betreft een reductie op het algemene tarief. Het is
een fiscaal voordeel.
01.09 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: Il s'agit d'une réduction par rapport au taux
général. C'est un avantage fiscal.
01.10 Karel Pinxten (CVP): Bovendien oefent men
alleen controle uit op de lage inkomenscategorie en
dat is een discriminatie.
De minister is tegen een algemene perequatie,
maar creëert met instructie nr. 10 een ongelijke
behandeling naar gelang het K.I. van de woning die
wordt gekocht. Daarom willen wij dat instructie nr.
10 wordt ingetrokken.
01.10 Karel Pinxten (CVP): En outre, on n'exerce
un contrôle que sur la catégorie la plus faible des
revenus cadastraux et c'est une discrimination.
Le ministre est opposé à une péréquation générale
mais crée par son instruction n° 10 un traitement
inégal selon le revenu cadastral de l'habitation
achetée. C'est la raison pour laquelle nous
demandons le retrait de l'instruction n° 10.
Voorzitter:Olivier Maingain, voorzitter.
Président:Olivier Maingain, président.
01.11 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO): Wij
stellen vast dat het nieuwe systeem eigenlijk even
onbevredigend is als het oude. Bovendien is het
duidelijk discriminerend. Eigenlijk is er ten gronde
slechts één enkele oplossing: een geregelde
herziening van het kadastraal inkomen voor
iedereen. Het onevenwicht wordt steeds groter, niet
alleen omdat bepaalde woningen verbouwd worden,
maar ook omdat bepaalde buurten een
opwaardering of een devaluatie krijgen. Ook
problemen van steden tegenover het platteland
spelen allemaal mee. Eigenlijk is dat de zaak ten
gronde. Het intrekken van richtlijn nr. 10 lost die
zaak niet op
01.11 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO): Nous
constatons que le nouveau système est aussi
insatisfaisant que l'ancien. En outre, il est
manifestement discriminatoire. En fait, il n'y a
qu'une seule solution : une révision du revenu
cadastral pour tous. Le déséquilibre est de plus en
plus grand, non seulement parce que certaines
habitations ont fait l'objet d'aménagements mais
aussi parce que certains quartiers connaissent une
valorisation ou subissent une dépréciation. Il y a
aussi le problème de la ville par rapport à la
campagne. Tel est le fond de la question. Le retrait
de l'instruction n° 10 ne règle pas le problème.
01.12 Frieda Brepoels (VU&ID): Wij vragen niet
minder controle. Wij vragen gewoon dezelfde
controle voor iedereen. Niemand heeft hier gepleit
voor minder controle.
01.12 Frieda Brepoels (VU&ID): Nous ne voulons
pas moins de contrôle, nous voulons les mêmes
contrôles pour tous. Personne n'a demandé une
réduction des contrôles.
Bovendien gaat de maatregel regelrecht in tegen
het regeerakkoord, waarin de meerderheid heel
duidelijk
pleit voor minder administratieve
De plus, cette mesure va directement à l'encontre
de l'accord de gouvernement dans lequel la
majorité plaide clairement en faveur d'une
06/06/2001
CRABV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
rompslomp en de automatische toekenning van
voordelen aan wie er recht op heeft. De procedure
moet worden omgekeerd. De wijziging van het K.I.
moet strikt worden opgevolgd.
diminution des formalités administratives et de
l'octroi automatique d'avantages à ceux qui peuvent
y prétendre. Il faut inverser la procédure. Les
modifications apportées au revenu cadastral doivent
être appliquées rigoureusement.
01.13 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO): De
minister heeft in zijn antwoord gezegd dat het
kadastraal inkomen wordt herzien en dus herschat
als het als niet-correct wordt beschouwd. Wanneer
beschouwt de administratie het kadastraal inkomen
als niet meer correct? Is dat bij uitbreiding van de
woning of bij verbetering van de woning?
01.13 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO): Le
ministre a précisé dans sa réponse que le revenu
cadastral sera révisé et donc réévalué si l'on juge
qu'il n'est pas correct. A partir de quel moment
l'administration considère-t-elle le revenu cadastral
comme étant incorrect
? Est-ce en cas
d'agrandissement de l'habitation ou en cas
d'amélioration de celle-ci ?
01.14 Minister Didier Reynders (Nederlands):
Mijn administratie beslist slechts in bepaalde
gevallen om het kadastraal inkomen te herzien.
01.14 Minister Didier Reynders (en néerlandais) :
Ce n'est que dans certains cas bien précis que mon
administration décide de réviser le revenu cadastral.
01.15 Peter Vanvelthoven (SP): Niemand pleit
voor minder controle. Het gaat hier overigens niet
om een controleprobleem. Die controle bestond
vroeger trouwens ook, maar toen werd de 12% of
de 6% extra achteraf geïnd. Het probleem dat de
ombudsmannen hebben opgeworpen is dat een
aantal mensen het idee krijgen een naheffing van
6,5% te moeten betalen, terwijl men hen had
voorgehouden dat ze maar 6% moesten betalen.
Het is evident dat er controle nodig is. Maar de
oude oplossing lijkt mij de meest rechtvaardige en
ze maakt minder slachtoffers.
Wij pleiten voor controle, maar dan wel bij iedereen
Tot slot: het klopt dat de eigenaar bepaalde
herstellingen niet aan de administratie meldt. Hier
wordt echter niet de opdrachtgever voor de
herstellingen gesanctioneerd, maar wel de te
goeder trouw handelende koper. Bovendien kan het
kadastraal inkomen worden geherwaardeerd
ingevolge externe omstandigheden, bijvoorbeeld als
de straat verandert in een winkelstraat. Is de
minister het daarmee eens?
01.15 Peter Vanvelthoven (SP): Personne n'est
favorable à une diminution des contrôles. Du reste,
il ne s'agit pas d'un problème de contrôle. Ce
contrôle existait d'ailleurs déjà précédemment mais,
à l'époque, les 12% ou les 6% supplémentaires
étaient payés a posteriori. Le problème soulevé par
les médiateurs est que certaines personnes ont cru
qu'elles devaient payer un impôt complémentaire
alors qu'il leur avait été dit qu'elles ne devaient
payer que 6%.
Il faut bien évidemment des contrôles mais la
solution antérieure me semble la plus équitable et
fait moins de victimes.
Nous voulons des contrôles mais pour tout le
monde.
Enfin, il est exact que le propriétaire ne déclare pas
certains aménagements. Dans ce cas, ce n'est
toutefois pas le maître de l'ouvrage qui est
sanctionné mais l'acheteur de bonne foi. De plus, le
revenu cadastral peut être réévalué à la suite de
circonstances extérieures, par exemple lorsque la
rue se transforme en rue commerçante. Le ministre
est-il d'accord?
01.16 Fientje Moerman (VLD): Wij pleiten niet
voor minder controle, maar voor een gelijke controle
voor iedereen.
Wanneer iemand aan zijn woning
vergunningsplichtige verbouwingen uitvoert,
onafhankelijk van het kadastraal inkomen, dan komt
men later het kadastraal inkomen herevalueren.
01.16 Fientje Moerman (VLD): Nous ne plaidons
pas pour une diminution des contrôles mais pour un
contrôle identique pour tous
Lorsqu'une personne effectue des transformations
soumises à autorisation, quel que soit le revenu
cadastral, ce dernier est réévalué d' office.
Of het kadastraal inkomen nu hoog of laag is, die
controle is er en ze is voor iedereen gelijk.
Que le revenu cadastral soit élevé ou non, le
contrôle existe et il est identique pour tout le monde.
CRABV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
In het kader van een aantal vereenvoudigingen in
de stedenbouwkundige wetgeving, althans aan
Vlaamse zijde, zijn een aantal werken sinds kort
niet meer vergunningsplichtig. Dat zorgt voor een
verschil in controle op de aanpassing van het K.I.
En Flandre du moins, dans le cadre de la
simplification de la législation en matière
d'urbanisme, une série de travaux ne sont plus
soumis à une autorisation. Cela entraîne une
différence au niveau du contrôle de l'adaptation du
revenu cadastral.
01.17 Jacques Chabot (PS): Het lot van de
eigenaars van bescheiden woningen laat mijn partij
niet onberoerd. De huidige wetgeving bepaalt dat,
afgezien van algemene perequaties, een bijzondere
herwaardering van het kadastraal inkomen mogelijk
is wanneer het desbetreffend onroerend goed
grondig werd verbouwd. De in het Wetboek van de
belastingen vastgestelde bedragen werden niet
meer herzien sinds 1950. Kunnen die bedragen niet
respectievelijk tot 6.000 frank en 20% van het
kadastraal inkomen worden opgetrokken?
01.17 Jacques Chabot (PS): Notre parti ne peut
rester indifférent au sort des propriétaires
d'habitations modestes. D'ailleurs, la législation
actuelle prévoit qu'en dehors des péréquations
générales, une réévaluation particulière du revenu
cadastral est possible en cas de modification
notable apportée à l'immeuble. Les montants
prévus par le Code des impôts n'ont pas été revus
depuis 1950. Ne pourrait-on pas porter ces
montants respectivement à 6.000 francs et 20% du
revenu cadastral?
01.18 Minister Didier Reynders (Frans): Er zijn
niet veel nieuwe elementen.
Eerste element : de administratie stelt enkel maar
een administratief systeem in om de transacties die
verband houden met de toekenning van een door
de belastingplichtige met toepassing van de wet
gevraagde belastingvermindering tot een goed
einde te brengen.
Tweede element : alle belastingplichtigen die in
dezelfde situatie verkeren worden volkomen gelijk
behandeld. Ik zou niet willen dat irrelevante
debatten over discriminatie heroplaaien. Iemand die
een aanvraag doet voor het verkrijgen van het
voordeel van een verminderd tarief verkeert niet in
dezelfde situatie als iemand die niets vraagt en voor
wie het gewone tarief wordt toegepast.
Derde bijkomend element : in geval van geschillen
met betrekking tot de controles a posteriori, wordt
de Staat soms veroordeeld tot het ten laste nemen
van de verhogingen van de registratierechten of tot
het betalen van de verhogingen van de onroerende
voorheffing omdat hij onvoldoende snel te werk is
gegaan. In het onderhavig geval organiseert de
administratie dus de controle alvorens de transactie
plaatsvindt. Dat is niet in het nadeel van de koper,
wel integendeel, want men zegt hem heel duidelijk
wat de situatie is van het goed.
Belastingplichtigen moeten binnen een maand na
het einde van de werken, aangifte doen van de
werken die aan een onroerend goed zijn uitgevoerd.
Het is mogelijk dat die regel in sommige gebieden
van het land niet algemeen wordt toegepast. Maar
moet de administratie daarom haar houding
wijzigen zodat er geen enkele controle meer wordt
01.18 Didier Reynders , ministre (en français) : Il
n'existe pas beaucoup d'éléments nouveaux.
Premier élément: l'administration ne fait que mettre
en place un système administratif pour mener à
bien les opérations liées à l'octroi d'une réduction
d'impôts demandée par le contribuable en
application de la loi.
Deuxième élément: le traitement est totalement
égal pour tous les contribuables se trouvant dans la
même situation. Je ne voudrais pas qu'on relance à
nouveau de faux débats sur les discriminations. La
personne qui demande le bénéfice d'un tarif réduit
n'est pas dans la même situation que celle qui ne
demande rien et qui se voit appliquer le tarif
ordinaire.
Troisième élément complémentaire: à l'occasion de
contentieux relatifs à des contrôles a posteriori,
l'Etat est parfois condamné à prendre en charge les
augmentations des droits d'enregistrement ou
condamné à payer les augmentations de précompte
immobilier parce qu'il n'a pas agi de manière
suffisamment diligente. Dans le cas qui nous
occupe, l'administration organise donc le contrôle
avant que l'opération ne se déroule. Ceci ne
pénalise pas l'acheteur, au contraire, on lui dit très
clairement quelle est la situation du bien.
Les contribuables doivent déclarer, dans le mois de
la fin des travaux, les travaux réalisés à un
immeuble. Que dans certaines régions du pays, ce
ne soit pas la règle la plus communément
appliquée, c'est possible. Mais en quoi cela doit-il
entraîner un changement de comportement de
l'administration qui éviterait toute vérification?
06/06/2001
CRABV 50
COM 494
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
uitgevoerd?
Als men die regeling wil veranderen, ben ik bereid
de circulaire te herzien. Ik geef toe dat ik nog altijd
niet goed begrijp waar men precies naar toe wil.
Men vraagt mij de circulaire in te trekken.
Si l'on veut changer le système, je suis prêt à revoir
la circulaire. Je vous avoue que je n'ai toujours pas
compris quelle était l'orientation demandée. On me
demande de retirer la circulaire.
Als die circulaire wordt ingetrokken, verzeilen wij in
een totale rechtsonzekerheid. Dan komen wij
tevens terecht in een logica van absolute
ongelijkheid. Als de commissie mij een andere
formule kan voorstellen die een correcte toepassing
van de wet garandeert en rechtszekerheid biedt,
ben ik bereid de circulaire te herzien. Ik blijf ervan
overtuigd dat de circulaire de best mogelijke
toepassing van de huidige wetgeving mogelijk
maakt. Een wijziging van de bestaande wetgeving
kan altijd worden overwogen.
Men heeft het vaak gehad over het mobiliteitsdebat.
Ik ben bereid daarover opnieuw rond de tafel te
gaan zitten met de Gewesten, maar ik wacht nog
altijd op een eenparig advies van hun kant
dienaangaande.
La retirer, c'est rentrer dans une insécurité totale.
C'est aussi rentrer dans une logique d'inégalité
absolue. Si la commission veut me proposer une
autre formule garantissant l'application correcte de
la législation et garantissant la sécurité juridique, je
suis prêt à faire revoir cette circulaire. Mais je reste
convaincu que la circulaire représente la meilleure
application possible de la législation actuelle. Il est
toujours envisageable de modifier la législation
existante.
On a beaucoup parlé du débat concernant la
mobilité. Je suis prêt à en reparler avec les Régions
mais j'attends toujours un avis unanime de leur part
sur ce sujet.
01.19 Frieda Brepoels (VU&ID): De minister
beweert ten onrechte dat iedereen die zich in
dezelfde situatie bevindt ook op dezelfde manier
wordt behandeld. Ik geef een voorbeeld: bij de
aankoop van een woning vraagt iemand een
uittreksel uit de kadastrale legger. Uit dit uittreksel
blijkt dat het KI net boven de 30.000 frank ligt. De
woning wordt verkocht, de kandidaat-koper vraagt
geen verlaging van de registratierechten aan maar
behoudt wel het KI. Een andere persoon vraagt een
uittreksel uit de kadastrale legger; het KI ligt net
onder de 30.000 frank. Deze persoon krijgt controle,
waaruit blijkt dat werken werden uitgevoerd. Het KI
wordt opgetrokken. De persoon krijgt geen
verlaging van de registratierechten en behoudt het
verhoogd KI voor de rest van zijn dagen. Het
verschil tussen degene die net onder en hij die net
boven de 30.000 ligt, kan zeer klein zijn.
Men kan moeilijk beweren dat dit een gelijke
behandeling uitmaakt.
01.19 Frieda Brepoels (VU&ID): Le ministre
déclare erronément que deux personnes qui se
trouvent dans la même situation sont forcément
traitées de la même façon. Je cite un exemple : à
l'achat d'une maison, quelqu'un demande un extrait
de la matrice cadastrale qui indique que le RC se
situe tout juste au-dessus de 30.000 francs. La
maison est vendue, le candidat-acheteur ne
demande aucune réduction des droits
d'enregistrement mais conserve le même RC. Une
autre personne demande un extrait de la matrice
cadastrale ; le RC se situe juste sous les 30.000
francs. Un contrôle chez cette personne fait
apparaître que des travaux ont été effectués, avec
comme conséquence un relèvement du RC. Cette
personne ne peut donc pas prétendre à la réduction
des droits d'enregistrement et conserve le RC
majoré le reste de sa vie. La différence entre celui
qui se situe juste en dessous et tel autre qui se
situe juste au-dessus de 30.000 francs peut être
minime.
On peut difficilement parler d'égalité de traitement
en pareil cas.
01.20 Karel Pinxten (CVP): Uit dit debat is zeer
duidelijk gebleken dat niet iedereen die een huis
verwerft dezelfde behandeling krijgt. Dit stemt ons
onbehaaglijk. Instructie nr. 10 laat een wrang gevoel
achter.
01.20 Karel Pinxten (CVP): Ce débat montre
clairement que lors de l'acquisition d'une habitation,
on applique deux poids et deux mesures. Cet état
de fait nous met mal à l'aise. L'instruction n° 10
laisse un goût amer.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende En conclusion de cette discussion, les motions
CRABV 50
COM 494
06/06/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
moties ingediend.
suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door
mevrouw Frieda Brepoels en de heer Karel Pinxten
en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van mevrouw Frieda
Brepoels en de heer Karel Pinxten
en het antwoord van de minister van Financiën,
vraagt aan de minister de intrekking of de
aanpassing van Instructie nr. 10 van de AKRED,
sector Kadaster."
Une motion de recommandation a été déposée par
Mme Frieda Brepoels et M. Karel Pinxten et est
libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de Mme Frieda
Brepoels et de M. Karel Pinxten
et la réponse du ministre des Finances,
demande au ministre de retirer ou d'adapter
l'Instruction n° 10 de l'ACED, secteur Cadastre."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
heren Jacques Chabot, Aimé Desimpel, Jef
Tavernier en Eric van Weddingen.
Une motion pure et simple a été déposée par MM.
Jacques Chabot, Aimé Desimpel, Jef Tavernier et
Eric van Weddingen.
Over de moties zal later worden gestemd.
De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 16.44 uur.
La réunion publique de commission est levée à
16.44 heures.
Document Outline