KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 466
CRIV 50 COM 466
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET HET BEKNOPT VERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC LE COMPTE RENDU ANALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
NATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
dinsdag mardi
08-05-2001 08-05-2001
10:00 uur
10:00 heures
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
CRIV 50
COM 466
08/05/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Interpellatie van de heer Pieter De Crem tot de
minister van Landbouw en Middenstand over "de
uitspraken van de minister in het kader van de
grenscontroles ter voorkoming van de MKZ-crisis"
(nr. 765)
1
Interpellation de M. Pieter De Crem au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "les
déclarations faites par le ministre dans le cadre
des contrôles organisés aux frontières en vue
d'éviter la propagation de la fièvre aphteuse"
(n° 765)
1
Sprekers: Pieter De Crem, Jaak Gabriels,
minister van Landbouw en Middenstand
Orateurs: Pieter De Crem, Jaak Gabriels,
ministre de l'Agriculture et des Classes
moyennes
Moties
4
Motions
4
Samengevoegde vragen van
5
Questions jointes de
5
- mevrouw Magda De Meyer aan de minister van
Landbouw en Middenstand over "de vervanging
van dierenmeel door plantaardige eiwitten"
(nr. 4570)
5
- Mme Magda De Meyer au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "le
remplacement des farines carnées par des
protéines végétales" (n°4570)
5
- mevrouw Annemie Van de Casteele aan de
minister van Landbouw en Middenstand over "het
verbod op dierenmeel" (nr. 4590)
5
- Mme Annemie Van de Casteele au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur
"l'interdiction des farines carnées" (n°4590)
5
Sprekers: Magda De Meyer, Annemie Van de
Casteele, Jaak Gabriels, minister van
Landbouw en Middenstand
Orateurs: Magda De Meyer, Annemie Van de
Casteele, Jaak Gabriels, ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Landbouw en Middenstand over "de
uitvoering van de resolutie betreffende de ernstige
crisis in de landbouwsector" (nr. 4580)
8
Question de Mme Trees Pieters au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "la
mise en oeuvre de la résolution relative à la
profonde crise secouant le secteur agricole"
(n° 4580)
8
Sprekers: Trees Pieters, Jaak Gabriels,
minister van Landbouw en Middenstand
Orateurs: Trees Pieters, Jaak Gabriels,
ministre de l'Agriculture et des Classes
moyennes
Vraag van mevrouw Jacqueline Herzet aan de
minister van Economie en Wetenschappelijk
Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid,
over "de dubieuze handelspraktijken van
Belgacom bij de verkoop van diverse diensten"
(nr. 4585)
11
Question de Mme Jacqueline Herzet au ministre
de l'Economie et de la Recherche scientifique,
chargé de la Politique des grandes villes, sur "les
manières commerciales douteuses de Belgacom
lors de la vente de divers services" (n° 4585)
11
Sprekers:
Jacqueline Herzet, Charles
Picqué, minister van Economie en
Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het
Grootstedenbeleid
Orateurs:
Jacqueline Herzet, Charles
Picqué, ministre de l'Economie et de la
Recherche scientifique, chargé de la Politique
des grandes villes
CRIV 50
COM 466
08/05/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,
DE L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES
ET CULTURELLES NATIONALES,
DES CLASSES MOYENNES ET DE
L'AGRICULTURE
van
DINSDAG
08
MEI
2001
10:00 uur
______
du
MARDI
08
MAI
2001
10:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.17 uur door
de heer Jos Ansoms, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.17 heures par M. Jos
Ansoms, président.
01 Interpellatie van de heer Pieter De Crem tot
de minister van Landbouw en Middenstand
over "de uitspraken van de minister in het kader
van de grenscontroles ter voorkoming van de
MKZ-crisis" (nr. 765)
01 Interpellation de M. Pieter De Crem au
ministre de l'Agriculture et des Classes
moyennes sur "les déclarations faites par le
ministre dans le cadre des contrôles organisés
aux frontières en vue d'éviter la propagation de
la fièvre aphteuse" (n° 765)
01.01 Pieter De Crem (CVP): Mijnheer de
voorzitter, ik zal mijn interpellatie kort houden.
Mijnheer de minister, collega's, deze interpellatie
is er gekomen naar aanleiding van uw uitspraken
in verband met de grenscontroles die
plaatsvonden in de loop van de maand april 2001.
Vorige week hebt u al een gedeeltelijk antwoord
gegeven op een aantal vragen hierover, naar
aanleiding van een vraag van collega Pieters. De
burgemeesters uit de grensstreek die u toen met
uw harde waarschuwingen trof, hebben verklaard
dat de situatie in hun gemeenten onhoudbaar
wordt. Zij vragen meer politieondersteuning of
eventueel ondersteuning door de Belgische
strijdkrachten. De politiediensten van de
grensgemeenten houden op bevel van hogerhand
grenscontroles ter voorkoming van de MKZ-crisis.
Zij kunnen die niet langer volhouden om lokale
veiligheidsredenen, maar hun vraag om
ondersteuning wordt door de federale regering niet
ingewilligd.
Mijnheer de minister, hoewel de MKZ-crisis lijkt te
luwen, wil ik u toch een aantal vragen stellen over
de houding van de regering inzake de
grenscontroles, en over het inzetten van de lokale
afdelingen van de federale politie. Bent u niet van
oordeel dat de maatregelen die u hebt opgelegd,
de draagkracht van de grensgemeenten ver te
boven gingen? Regeren is toch vooruitzien?
Waarom hebt u dan niet tijdig geanticipeerd op de
problemen? Deze MKZ-crisis kwam niet zomaar
uit de lucht vallen. Ik geef toe dat ze door een
aantal razendsnelle gebeurtenissen werd
gekenmerkt, maar de anticipatie van die
gebeurtenissen was toch slecht voorbereid? In
welke mate hebt u overleg gepleegd met het
ministerie van Binnenlandse Zaken? Het bleek
duidelijk dat de minister en het kabinet van
Binnenlandse Zaken niet of slechts gedeeltelijk op
de hoogte waren gebracht van de door u
vooropgestelde maatregelen. Vooral de
grenscontroles bleken niet effectief genoeg. Wij
herinneren ons allemaal het transport van
nepbiggetjes, dat in de buurt van Maasmechelen
en Lanaken de grens overstak. Waarom hebt u
pas gereageerd na de verklaringen van een aantal
08/05/2001
CRIV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
grensburgemeesters, afkomstig van de kuststreek
tot aan de Maaskant? Waarom hebt u pas toen
bijkomende maatregelen getroffen? U had deze
situatie toch veel eerder moeten voorzien?
Intussen is enige tijd verstreken. Hoelang kunnen
de lokale en federale politiediensten volgens u nog
controletaken uitvoeren zonder dat hun lokale
politietaken in het gedrang komen? De
eerstelijnspolitiezorg is toch ook belangrijk? De
organisatie van de grenscontroles brengt
bovendien grote kosten met zich. Volgens ons
moeten de extra kosten voor de diensten van de
federale politie op uw budget verhaald worden. De
grenscontroles gebeuren immers niet op last van
de gemeenten, maar van de federale overheid.
Mijnheer de voorzitter, sta me toe aan de hand
van een aantal concrete cijfers aan te tonen welke
cijfermatige en budgettaire impact de maatregelen
van de minister gehad hebben op het terrein.
Voor een willekeurig genomen politiezone
betekende dat tot op heden iets meer dan 3.400
extra manuren, 1.080 uurtoelagen weekend-
prestaties, bijna 2.000 uurtoelagen nachtprestaties
en 1.022 uurtoelagen overwerk. Als we een
berekening maken op basis van de gemiddelde
geraamde bruto uurloonkosten van 787 Belgische
frank per uur, dan betekent dit dat de meerkosten
voor de doorsnee typologie van
de grensgemeenten ik
bedoel
niet
de
grensgemeenten die in een stedelijke typologie
zitten tot dusver oplopen tot een bedrag van
meer dan 5 miljoen Belgische frank.
De impact op de capaciteit van de lokale politie
was natuurlijk bijzonder groot. Ik heb een over-all-
berekening gemaakt. Door het inzetten of
vorderen van de lokale afdelingen van de federale
politie moest ongeveer 23% worden geleverd van
de totale capaciteit van de leden van de federale
politie van de grensgemeentekorpsen of van de
grensgemeenten die in een politiezone zaten die
gevorderd was. De weerslag op de
functionaliteiten waarvoor iedere politiezone een
bijzondere aandacht heeft en die zijn vastgelegd in
de veiligheidscharters en de opvolgers daarvan,
zijn in het gedrang gebracht. Volgens mij zijn er
veel opschortingen geweest van acties met
betrekking tot drugspreventie, weekendongevallen
en inbraken. De preventieve wijkpatrouilles, de
buurtinformatienetwerken, de opdrachten in het
kader van niet-dringende recherchecapaciteit en
vooral de onthaalfuncties zijn opgeschort, zeker
wat de 24 uur-permanentie betreft. Ook de
weerslag op de interventiediensten was bijzonder
groot.
Ik meen dat we een spanningsveld hebben
ontwaard. Mogelijk kan de mond- en
klauwzeercrisis een leerschool zijn omtrent het
spanningsveld dat kan ontstaan als lokale
politiekorpsen gevorderd worden voor federale
opdrachten.
Mijn vragen wil ik nog even herhalen; mijn laatste
vraag is de voornaamste.
Bent u bereid een deel van de uitgaven met
bedrekking tot de kosten die voortvloeien uit de
opdrachten die zijn uitgevoerd voor de mond- en
klauwzeercrisis in uw begroting te verrekenen?
01.02 Minister Jaak Gabriels: Mijnheer de
voorzitter, collega's, mijnheer De Crem, ondanks
het feit dat uw interpellatie al enkele weken oud is,
is ze nog steeds actueel. De problematiek is
momenteel niet meer zo erg als enkele weken
geleden, maar ze bestaat nog wel.
Als we geconfronteerd worden met een uitbraak
van mond- en klauwzeer in de ons omringende
landen, denk dat de minister van Landbouw
verplicht is om alles in het werk te stellen dat die
crisis ook op Belgisch grondgebied zou uitbreken.
Dat is uiteraard in het belang van de landbouwers,
maar ook in het belang van de gemeenschap in
het algemeen en in het belang van de
dierengezondheid. De beelden die ons nog
dagelijks uit het Verenigd Koninkrijk bereiken zijn
al iets minder aangrijpend dan enkele weken
geleden maar toch nog voldoende duidelijk. Mond-
en klauwzeer is de meest besmettelijke virale
dierziekte voor evenhoevigen. Daarom hebben we
op basis van de dierengezondheidswet uit 1987
en op basis van het koninklijk besluit betreffende
de bestrijding van mond- en klauwzeer uit 1965,
verregaande bevoegdheden gekregen om de
voorzorgsmaatregelen te nemen om de Belgische
veestapel tegen een uitbraak van dergelijke
ziekten te beschermen. U meent dat we daarop
niet voorbereid waren, maar de feiten spreken dat
tegen. Het crisisscenario lag klaar: het was in
onverdachte tijden al opgemaakt door onze
ambtenaren. Het werd geactualiseerd. Ook lag
een noodcrisisscenario klaar voor het geval we
werkelijk geconfronteerd zouden worden met die
ziekte, maar we hoopten dat we van dat laatste
scenario nooit gebruik hoefden te maken.
Van de bufferzone aan de grens met Nederland
maakten zevenenveertig gemeenten deel uit. Ik
ben me ervan bewust dat de vervanging van die
bufferzone door strenge grenscontroles een zware
opdracht was. Het was echter een conditio sine
CRIV 50
COM 466
08/05/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
qua non, het was het ene of het andere. Ofwel
moesten we de bufferzone laten bestaan om de
veiligheid van de doorstroom in dit intensief
betrokken gebied te verkrijgen. Ofwel moesten we
de landbouwers in die zevenenveertig gemeenten
dezelfde mogelijkheden bieden als in de rest van
het land, maar dan moesten de grenscontroles
veel strenger zijn.
De tweede mogelijkheid bestond erin de
landbouwers in die 47 gemeenten dezelfde
mogelijkheden te bieden als in de rest van het
land en de grenscontrole strenger maken.
Mijnheer De Crem, u weet net zo goed als ik dat
een honderd procent sluitende controle niet
bestaat, ook al omwille van het enorme aantal
grensovergangen en het intensieve verkeer met
bijvoorbeeld Nederland. Met de inzet van
honderden politieagenten uit federale en
gemeentelijke korpsen zijn we erin geslaagd een
afdoend antwoord te bieden. Ik wil dan ook alle
betrokken burgemeesters, gouverneurs, federale
politiediensten, douaniers en iedereen die hier op
een of andere manier bij betrokken is geweest van
harte danken. Ik wil mijn waardering uitspreken
voor de enorme inspanningen die door zeer velen
op het terrein werden geleverd. De overgrote
meerderheid van de gemeenten heeft geen
probleem gemaakt van het inzetten van de lokale
politie. Vanzelfsprekend wisten zij dat dit inzake
uren een zeer zware belasting zou vormen voor
het lokale politiekorps.
Op het ogenblik waarnaar u verwijst, heb ik het op
mijn heupen gekregen toen ik een bepaalde
burgemeester voor de tv-camera's tot vervelens
toe hoorde verklaren dat hij een bepaalde
grensovergang weer wou openstellen zonder zelf
de controle te verzekeren. In een fax gericht aan
het crisiscentrum beweerde die burgemeester dat
hij de grensovergang opnieuw wou openen maar
dat hij de bewaking ervan zou verzekeren. In dat
laatste geval was er uiteraard voor mij geen
probleem, wel voor de geloofwaardigheid van de
betrokken burgemeester.
De kabinetten van Binnenlandse Zaken en
Landbouw vergaderen verscheidene keren per
week in een crisiscentrum van de regering. Als
minister van Landbouw vraag ik bepaalde
controlemaatregelen die dan door de minister van
Binnenlandse Zaken worden uitgevoerd. Het is
aan de minister van Binnenlandse Zaken om te
beslissen hoe een en ander op het terrein gebeurt.
Als u vragen wil stellen over de operationele
invloed, dan moet u die vragen uiteraard tot hem
richten. Als minister van Landbouw zie ik
bijvoorbeeld niet goed in hoe ik de extra kosten
van de federale politie in mijn budget zou kunnen
verrekenen. De Ministerraad zal hieromtrent een
nota krijgen die vanzelfsprekend beantwoord moet
worden. Ik heb met de minister van
Landsverdediging het akkoord gesloten dat het
leger kan worden ingezet op het ogenblik dat wij
effectief een haard van mond- en klauwzeer op
Belgisch grondgebied hebben. Tot op heden is dat
niet het geval en vanzelfsprekend hoeven wij dus
niet naar dit noodscenario te grijpen.
Mijnheer De Crem, ik wil nogmaals herhalen dat
deze bedreiging voor 's lands landbouw- en
voedingseconomie zo ernstig is dat iedereen die
op om het even welk niveau
bestuursverantwoordelijkheid draagt of hij nu
deel uitmaakt van de huidige politieke
meerderheid of niet
maximale inspanningen
moet leveren om de voorzorgsmaatregelen die wij
in het algemeen belang opleggen op het terrein te
realiseren. Ik meen niet dat u een andere mening
bent toegedaan. De maatregelen die wij genomen
hebben, garanderen uiteraard geen honderd
procent sluitende controle. Dat is onmogelijk. Ze
zetten wel aan tot verantwoordelijkheidszin.
Oproepen doen om dit niet te beantwoorden is
onverantwoordelijk.
U maakte ook een berekening van de kosten.
Naar aanleiding van de controles in het kader van
MKZ zijn verschillende criminelen gevat. Laten we
dat een gunstig neveneffect noemen. De strijd
tegen de criminaliteit is immers ook een van onze
prioriteiten. U vroeg dus naar de kostprijs. Een
paar weken geleden is een vrouw met haar wagen
in de Maas gereden. Dat heeft de gemeenschap
27 miljoen frank gekost. Ik wil hiermee zeggen dat
wij in crisis- en noodsituaties niet dezelfde
operationele berekening kunnen gebruiken als in
normale omstandigheden. Het gaat hier om een
noodsituatie die wij moeten proberen te
voorkomen.
Aangezien de laatste nieuwe haard op 22 april
werd geconstateerd in Nederland en er een
incubatietermijn van ongeveer 28 dagen is,
kunnen we hopen dat we weldra tot een
versoepeling van de maatregelen kunnen
overgaan, dit uiteraard evenwel zonder de risico's
te verhogen. Wij moeten op zeker spelen. Het is
van het allergrootste belang om de noodzakelijke
maatregelen nog even aan te houden om te
voorkomen dat ons land met deze crisis wordt
geconfronteerd. Als wij hieraan ontsnappen, dan
is dat voor een heel groot stuk te danken aan de
alertheid van de mensen die hierbij betrokken zijn
en het gevaar hebben voorkomen.
08/05/2001
CRIV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
01.03 Pieter De Crem (CVP): Mijnheer de
minister, u vergelijkt mijn kostprijsberekening met
die van een vrouw die in de Maas is gereden.
01.04 Minister Jaak Gabriels: Dat is maar één
detail, ik kan er andere geven.
01.05 Pieter De Crem (CVP): Zij is achteruit in
de Maas gereden. Het was de bedoeling om
vooruit te geraken in de beheersing van die crisis
en daar rijst een groot probleem. U hebt gezegd
dat de burgemeesters niet wilden meewerken. Zij
wilden wel meewerken, maar zij konden niet
meewerken. Niet alleen de burgemeesters hebben
dat gezegd, ook de gouverneurs en andere
bestuurders die verantwoordelijkheid dragen op
andere vlakken hebben gezegd dat het onmogelijk
was om de diensten, zoals ze door uw ministerie
werden gevraagd, alleen met de lokale
politiediensten te verzekeren. Er is een groot
spanningsveld ontstaan tussen lokale bestuurders
en de federale overheid bij het inzetten van lokale
politiediensten in het kader van federale
opdrachten. Binnen de regering bent u
goedgeplaatst om uw collega van Binnenlandse
Zaken aan te sporen om dienaangaande met de
gemeentebesturen een protocol te sluiten of een
actieplan op te stellen.
U zegt dat op de Ministerraad moet worden
besproken in welke mate en op welk budget de
extra kosten moeten worden opgenomen. Ik kan
begrijpen dat de meerkosten niet op uw budget
dienen te worden verhaald. Uw reactie terzake is
begrijpelijk en kan worden vergeleken met de
reactie van de minister van Landsverdediging die
ook zegt dat bij andere federale maatregelen,
zoals bijvoorbeeld de verhuis van de 15
de
Wing te
Melsbroek, de meerkosten, die ettelijke miljarden
bedragen, niet op zijn budget kunnen worden
geïmputeerd. Ik zal met uw groeten de minister
van Binnenlandse Zaken daarover ondervragen.
Wij blijven bij ons standpunt. De grenscontroles
en de kosten die daarvoor gemaakt zijn door de
lokale besturen moeten van de federale overheid
kunnen worden teruggevorderd.
01.06 Minister Jaak Gabriels: Mijnheer de
voorzitter, zoals de heer De Crem aanhaalt, moet
zijn vraag tot de minister van Binnenlandse Zaken
worden gericht.
Mijnheer De Crem, de maatregelen, ook de
versterking van het optreden van de federale
politie, zijn er niet gekomen onder druk van een of
meer burgemeesters. De aanleiding daarvan was
de noodsituatie in Nederland. Een verhoogde inzet
moet gradueel worden doorgevoerd. Toen in
Nederland een tweede uitbraak bekend werd,
waren wij verplicht de intensiteit van de
maatregelen te verhogen.
De voorzitter: Mijnheer de minister, in een vorige
vergadering hebt u op een vraag van mevrouw
Pieters geantwoord dat de operationele kosten
van de MKZ-crisis ten laste vallen van het budget.
Mogen de gemeentelijke uitgaven ook als
operationele kosten worden beschouwd?
01.07 Minister Jaak Gabriels: Mijnheer de
voorzitter, dit is goed geprobeerd. Ik heb duidelijk
gezegd dat alles wat te maken heeft met de inzet
van ordediensten, van welke aard dan ook, of van
diensten zoals douaniers en brandweer, uiteraard
kosten zijn die niet op het budget van Landbouw
kunnen worden verrekend. Mocht er evenwel een
vraag in dat verband komen, dan zal heel de
regering een beoordeling uitbrengen op voorstel
van de minister van Binnenlandse Zaken.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door
de heer Pieter De Crem en mevrouw Trees
Pieters en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Pieter De
Crem
en het antwoord van de minister van Landbouw en
Middenstand,
vraagt de regering
de kosten die gemaakt werden door de
grensgemeenten in verband met de
grenscontroles in uitvoering van de maatregelen
van de federale regering terzake, integraal over te
nemen."
Une motion de recommandation a été déposée
par M. Pieter De Crem et Mme Trees Pieters et
est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. Pieter De
Crem
et la réponse du ministre de l'Agriculture et des
Classes moyennes,
demande au gouvernement,
de prendre intégralement en charge les coûts
supportés par les communes frontalières dans le
cadre des contrôles frontaliers organisés en
exécution des mesures adoptées par le
CRIV 50
COM 466
08/05/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
gouvernement fédéral dans ce dossier."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
dames Magda De Meyer, Muriel Gerkens en de
heren Léon Campstein en Georges Lenssen.
Une motion pure et simple a été déposée par
Mmes Magda De Meyer, Muriel Gerkens et MM.
Léon Campstein et Georges Lenssen.
Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.
02 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Magda De Meyer aan de minister van
Landbouw en Middenstand over "de vervanging
van dierenmeel door plantaardige eiwitten"
(nr. 4570)
- mevrouw Annemie Van de Casteele aan de
minister van Landbouw en Middenstand over
"het verbod op dierenmeel" (nr. 4590)
02 Questions jointes de
- Mme Magda De Meyer au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "le
remplacement des farines carnées par des
protéines végétales" (n°4570)
- Mme Annemie Van de Casteele au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur
"l'interdiction des farines carnées" (n°4590)
02.01 Magda De Meyer (SP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, enige
tijd geleden werd in de Kamer een resolutie inzake
de nieuwe lijnen in het landbouwbeleid
goedgekeurd. In punt zeven, een van de punten
die expliciet in de resolutie werd opgenomen, werd
aan de regering gevraagd om op Europees niveau
maatregelen te nemen om het dierenmeel te
vervangen door plantaardige eiwitten.
We waren dan ook enigszins verwonderd in de
krant te moeten lezen dat de 15 ministers van
Landbouw van de Europese Unie eind april 2001
weliswaar hadden beslist om het verbod om
dierlijk meel te verwerken in dierenvoeding,
onbepaald te verlengen, maar dat dit verbod op
termijn zou worden opgeheven. Oostenrijk, Spanje
en Portugal waren de enige landen die het
dierenmeel voor altijd uit het voedsel wilden
weren. Sommige lidstaten, waaronder België,
wensten echter het dierenmeel als proteïnebron te
behouden.
Mijnheer de minister, wat is uw motivatie om de
resolutie, goedgekeurd in de Kamer, niet te
volgen?
02.02 Annemie Van de Casteele (VU&ID):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
collega's, ik heb de resolutie waarnaar mevrouw
De Meyer verwijst mee goedgekeurd. Het
goedkeuren van de resolutie betekent volgens mij
echter niet dat wij voor een absoluut verbod op
dierenmeel in veevoeders hebben gepleit. Wij
hebben gepleit om ik heb de tekst daarnet
nagelezen om een vergissing uit te sluiten "op te
treden teneinde maatregelen te nemen waardoor
het mogelijk wordt het dierenmeel te vervangen
door plantaardige eiwitten."
Mijnheer de minister, ik verwijs naar vroegere
vragen die terzake werden gesteld. Het verhaal
wordt stilaan verward. De regering nam eind 2000
een duidelijk standpunt in. Op 21 november 2000
hebben wij mevrouw Aelvoet over een verbod op
dierenmeel ondervraagd. Mevrouw Aelvoet heeft
geantwoord in de lijn van wat op dat moment ook
in Europa aan de orde was, namelijk dat wij in elk
geval kannibalisme moesten vermijden en dat er
ook geen kadavers in het dierenmeel konden
worden verwerkt, maar dat inzake een
totaalverbod van dierenmeel ten gronde moesten
worden bekeken wat de mogelijke alternatieven
en de gevolgen, de repercussies en de kosten
daarvan waren, niet alleen financieel, maar ook
inzake de gevolgen van de verwerking van het
dierlijk afval voor het milieu.
Mijnheer de minister, wij hebben u dezelfde
vragen gesteld en u hebt deze in dezelfde zin
beantwoord. De impulsieve besluitvorming op
Europees niveau was ons echter voor om, gezien
het stijgend aantal BSE-gevallen en de
onzekerheid terzake, een tijdelijk totaalverbod op
dierenmeel in te voeren. De vraag naar het
wetenschappelijk onderbouwen van het
totaalverbod op dierenmeel blijft echter bestaan.
Daarom werden de zaken twee weken geleden op
Europees niveau opnieuw opengetrokken. In
eerste instantie wordt het tijdelijk verbod dat tot 1
juli 2001 liep, verlengd omdat het te voorbarig is
om andere maatregelen te nemen. Daarnaast
staat in hetzelfde werkdocument dat het niet
wetenschappelijk is onderbouwd om een
totaalverbod van veevoeders voor niet-
herkauwers: varkens, kippen en vis, in te voeren.
Men zegt dat zal worden onderzocht hoe diermeel
in de toekomst opnieuw kan worden gebruikt voor
niet-herkauwers. Mijnheer de minister, ik wil ook
verwijzen naar een schriftelijke vraag die ik u heb
gesteld over de gevolgen van het verbod op
diermeel in voeder voor kuikens en kalkoenen.
Vanuit de sector was mij gesignaleerd dat dit in
08/05/2001
CRIV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
sommige gevallen voor problemen zou zorgen
omdat dit nu eenmaal geen vegetarische dieren
zijn. Door het op een vegetarisch dieet zetten van
die diersoorten staken andere problemen de kop
op. U hebt dit trouwens bevestigd in uw antwoord
toen u zei dat het massaal introduceren van
minder verteerbare, plantaardige eiwitten ter
vervanging van goed verteerbare, dierlijke eiwitten
aanleiding kon geven tot verteringsproblemen met
als gevolg daarvan meer natte mest, een
verhoogde stikstofexcretie via de mest en een
verhoogd risico op salmonellabesmettingen.
Mijnheer de minister, ik wil mijn vragen terzake
nog eens herhalen. Ik had van u graag geweten
hoe de besluitvorming op Europees niveau tot
stand is gekomen. Welke houding heeft de
regering ingenomen? Ik vermoed dat het verbod
op dierlijk meel voor zes maanden zal worden
verlengd. Wat zal er met de kosten gebeuren? Het
verhoogde kostenplaatje wordt in de sector van de
ene naar de andere doorgeschoven. Het zijn de
gewesten die voor de verwerking van het afval
moeten instaan. Ik wil ook graag weten hoe het
staat met het wetenschappelijke onderzoek naar
de risico's en de alternatieve mogelijkheden. Als
men in de toekomst eventueel opnieuw dierlijk
meel zal toelaten in voeder voor niet-herkauwers
had ik graag vernomen welke voorwaarden
daaraan zullen worden gekoppeld. Zal men met
de sector overleggen om dit op termijn mogelijk te
maken?
02.03 Minister Jaak Gabriels: Mijnheer de
voorzitter, collega's, de vragen over de vervanging
van diermeel door plantaardige eiwitten zijn nog
steeds actueel. Op Europees niveau beweegt
terzake een en ander. Ik kom daar straks op
terug.
Op 29 maart 2001 heeft de Kamer van
Volksvertegenwoordigers in plenaire vergadering
een resolutie goedgekeurd betreffende de ernstige
crisis in de landbouwsector. Daarin werd onder
meer gevraagd om op Europees niveau op te
treden teneinde maatregelen te nemen waardoor
het mogelijk wordt diermeel te vervangen door
plantaardige eiwitten.
Mevrouw De Meyer, u beweert dat ik op de
Europese Landbouwraad een ander standpunt
heb verdedigd en deze resolutie gewoon naast mij
heb neergelegd waardoor ik de democratische
principes met voeten heb getreden. Ik wil dit ten
stelligste tegenspreken. Ik ben zelf van oordeel
dat het standpunt dat ik op de Landbouwraad heb
verdedigd volledig bij de wensen van de
kamerleden aansluit en ik zal ook uitleggen
waarom.
Ten eerste, de interpretatie van de resolutie. Het
moet duidelijk zijn dat aan de regering niet werd
gevraagd om op Europees niveau aan te dringen
op maatregelen om diermeel te vervangen door
plantaardige eiwitten, zoals mevrouw De Meyer
ten onrechte beweert. De Kamer vroeg de
regering om op Europees niveau te pleiten voor
maatregelen waardoor het mogelijk wordt
diermeel te vervangen door plantaardige eiwitten.
Volgens het verslag over de bespreking van deze
resolutie in de commissie voor de Landbouw in de
Kamer merkt deze commissie op dat het niet zo
duidelijk is waar dit punt van de resolutie exact op
slaat. Sinds 1 januari is er immers op Europees
niveau al een verbod op diermeel ingesteld en
sinds dezelfde datum werd dan ook reeds
overgeschakeld op plantaardige eiwitten.
Bovendien zijn er geen gegevens die op dit
ogenblik wijzen op bevoorradingsproblemen. De
uitbreiding tot niet-runderen van het verbod op het
voederen van diermeel wordt bovendien niet door
wetenschappers ondersteund als een
noodzakelijke maatregel ter bestrijding van de
BSE.
Volgens datzelfde verslag is men ook van oordeel
dat, indien het Parlement consequent wil zijn, het
zich moet verzetten tegen deze door Europa
opgelegde maatregel.
Het voedselveiligheidsbeleid moet immers
gesteund zijn op een wetenschappelijke
risicoanalyse. Daaruit besluit de kamercommissie
dat dit punt van de resolutie onderschreven kan
worden voor zover er bedoeld wordt dat er
voldoende aanbod van de GGO-vrije soya moet
komen en dat er een ondersteuning moet komen
om op Europese bodem meer plantaardige
eiwitten te kweken. Dat sluit trouwens aan bij de
consideransen van de resolutie waarin gewezen
wordt op de stijging van de kostprijs van de
plantaardige eiwitten als gevolg van het verbod op
dierenmeel.
Op de recentste Europese Landbouwraad op 24
april jongstleden in Luxemburg heb ik gesteld dat
het tijdelijk verbod op het vervoederen van
verwerkte dierlijke eiwitten toegelaten heeft om de
kruiscontaminatie van voeders met mogelijk
besmet dierenmeel uit te sluiten. Het snel instellen
van dat verbod heeft echter zware inspanningen
gevraagd, zowel van de betrokken firma's, als van
de overheid. Daarom moet het verbod op zijn
waarde worden geëvalueerd. Aangezien de
periode van zes maanden mij te kort lijkt om een
CRIV 50
COM 466
08/05/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
juiste evaluatie te kunnen maken, heb ik gepleit
voor een verlenging sine die van het tijdelijk
verbod gecombineerd met verder
wetenschappelijk onderzoek. Indien dat
wetenschappelijk onderzoek aantoont dat
dierenmeel onder bepaalde strikte voorwaarden
kan worden toegelaten zoals mevrouw Van de
Casteele suggereerde bijvoorbeeld mits uitsluiting
van kannibalisme -, moet de Landbouwraad dat
maar beslissen.
Het is commissaris Byrne verantwoordelijk voor
Consumentenzaken, die ons een analyse heeft
beloofd wellicht in de loop van de maanden mei en
juni. We zullen dus, wanneer België het
voorzitterschap waarneemt, hoe dan ook met de
problematiek worden geconfronteerd.
Ik heb steeds gesteld dat we ons niet moeten
laten leiden door emotionele, maar door
wetenschappelijke argumenten. Het doet mij
trouwens plezier dat volgens het Parlement het
voedselveiligheidsbeleid op wetenschappelijke
risicoanalyse moet worden gesteund. Dat
standpunt, dat ook vervat zit in de resolutie, heb ik
ook steeds op de Europese Landbouwraden
verdedigd en dat zal ik blijven doen. U kunt dus
niet anders dan concluderen dat ik inderdaad de
resolutie tracht uit te voeren.
Mevrouw Van de Casteele heeft nogmaals het is
zowat de vijfde keer dat we dat thema hier
bespreken
het standpunt dat hier wordt
verwoord, vergeleken met dat van de Europese
Landbouwraad sinds begin december 2000. Het
Belgisch standpunt, dat ik herhaaldelijk in de
commissie uitgebreid heb toegelicht, is sinds het
begin van de BSE-crisis ongewijzigd gebleven.
Misschien verval ik nu in herhaling, maar ik zal
kort zijn.
Samengevat, België is van oordeel dat het advies
van het Europees wetenschappelijk comité moet
worden gevolgd, niet meer maar ook niet minder.
De controle moet bovenal in de praktijk worden
uitgevoerd. België heeft het er tot nu toe
ongetwijfeld niet slecht vanaf gebracht; ik heb van
verscheidene collega's felicitaties ontvangen voor
de manier waarop we de besluitvorming in de
praktijk hebben omgezet. Andere, grotere landen
zijn daar wat moeizamer toe overgegaan. Ik denk
dat we erin geslaagd zijn ons bij de beste
leerlingen van de Europese klas aan te sluiten; we
hebben alleen gezegd dat we niet tevreden waren
over de abruptheid waarmee de beslissingen
werden genomen.
Gelet op het politieke klimaat in de andere
lidstaten denk ik dat de opheffing van het tijdelijk
verbod sine die nog niet voor morgen is, en dat is
een eufemisme. Ik kan dus niet op het tweede
deel van mevrouw Van de Casteele antwoorden;
wel kan ik haar meedelen dat commissaris Byrne
heeft gepleit voor een voorlopige verlenging sine
die. Inderdaad, in het advies was ingeschreven
dat de maatregel best werd verlengd totdat de
conclusies van de wetenschappelijke studie klaar
zou zijn. In de uiteindelijke tekst aangenomen
door de Europese Landbouwraad is die passage
geschrapt en werd enkel verwezen naar verder
onderzoek van het Scientific Steering Committee,
dat daarvoor op Europees niveau bevoegd is.
Dezelfde dag heb ik wel gevraagd om ook de
problematiek van het vismeel 's anderendaags
was er de Europese Visserijraad
-
wetenschappelijk te onderzoeken.
Het gaat uiteraard niet op om dit alleen voor
dierenmeel te doen. Dit is echter een gevoelige
kwestie voor landen als Groot-Brittannië en
Denemarken. In deze landen heeft men het
vismeel vanaf het begin in de besluitvorming
uitgesloten. Ik vind daarentegen dat ook vismeel
erin moet worden opgenomen. België heeft zijn
akkoord daartoe gegeven. Wij wachten met
ongeduld op het wetenschappelijk rapport om een
definitief standpunt voor de toekomst in te kunnen
nemen. Zolang wij niet over dit rapport
beschikken, is de voorlopige beslissing sine die
verlengd.
02.04 Magda De Meyer (SP): Mijnheer de
voorzitter, ik dank de minister voor het uitgebreide
en bevredigende antwoord. Ik ben blij te kunnen
concluderen dat het krantenbericht dat ik heb
gelezen geen accurate weergave was van het
standpunt van de minister op de Ministerraad.
02.05 Annemie Van de Casteele (VU&ID):
Mijnheer de voorzitter, het is misschien een beetje
eigenaardig, maar ook ik kan mij grotendeels
aansluiten bij het antwoord van de minister. Ik
denk dat zijn analyse correct is.
Ik wil er evenwel op wijzen dat een verlenging van
het verbod sine die op den duur de emotionele
argumenten zal versterken in een discussie die
met rationele argumenten moet worden gevoerd,
waardoor het in de toekomst steeds moeilijker zal
worden om terug te komen op een totaalverbod op
dierenmeel. U kent uiteraard de grote
economische belangen ervan voor de sector. Als
deze onzekerheid blijft duren, zal men het niet
langer de moeite waard vinden om in de
verwerking van dierlijke producten te investeren.
Deze producten zullen uiteraard nog altijd als afval
08/05/2001
CRIV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
moeten worden verwerkt met de kosten van dien.
Op dit aspect van de vraag hebt u geen antwoord
gegeven. Het probleem met betrekking tot de
financiering blijft dus, al wordt dat enigszins op de
consument afgewenteld. Wel bestaat nog steeds
het probleem dat Wallonië en Vlaanderen op een
verschillende manier in de verwerking van het
dierlijk afval tussenkomen.
02.06 Minister Jaak Gabriels: Mijnheer de
voorzitter, ik wens nog even kort op de repliek van
mevrouw Van de Casteele in te gaan.
Mevrouw Van de Casteele, u hebt volkomen
gelijk. Ik heb er ook zelf op aangedrongen dat er
geen tegenstrijdige interpretatie zou worden
gegeven aan de voorlopige verlenging sine die
van het verbod op het gebruik van dierenmeel. Ik
heb daarop aangedrongen omdat ik ook voelde
dat de eisen van Frankrijk en van Italië heel
andere richtingen uitgingen. Ik hoef u nauwelijks
te zeggen dat er bij Frankrijk lokale redenen
meespelen; in Italië heeft men dan weer anderen
redenen.
Ik heb mij uiteindelijk alleen met deze algemene
tekst akkoord kunnen verklaren. Liever had ook ik
de tekst gezien waar u naar verwijst, omdat u
terecht argumenteert dat men op basis van
wetenschappelijke rapporten en niet op basis van
sentimenten moet oordelen. Deze tekst is echter
een compromis, meer met het oog op de publieke
opinie dan omwille van de inhoud. Men heeft
immers uitdrukkelijk gerapporteerd dat dit geen
precedent is en dat het wetenschappelijk rapport
het uitgangspunt zal zijn van een nieuwe discussie
en een nieuw besluit.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de
minister van Landbouw en Middenstand over
"de uitvoering van de resolutie betreffende de
ernstige crisis in de landbouwsector" (nr. 4580)
03 Question de Mme Trees Pieters au ministre
de l'Agriculture et des Classes moyennes sur
"la mise en oeuvre de la résolution relative à la
profonde crise secouant le secteur agricole"
(n° 4580)
03.01 Trees Pieters (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, er werd
hier reeds aangehaald dat op 29 maart 2001 de
resolutie in de Kamer van
Volksvertegenwoordigers werd aangenomen.
Mijnheer de minister, in het derde punt van de
resolutie staat vermeld dat op Europees niveau
initiatieven zouden worden genomen om de
rundvleesmarkt te stabiliseren en voorts op
landelijk niveau via directe steunmaatregelen
spoedig te voorzien in de liquiditeitsbehoeften van
de landbouwers die hun vee nagenoeg niet meer
kunnen verkopen en bijgevolg de aan hun
bedrijvigheid gekoppelde lopende uitgaven vrijwel
niet meer kunnen dekken.
Daaruit volgt de concrete vraag welke
maatregelen u hebt genomen om aan die derde
resolutie gevolg te geven.
Mijnheer de minister, de resolutie vraagt in
verschillende bepalingen bij de Europese
instellingen aan te dringen om beleidswijzigingen
te bewerkstelligen. Zij vraagt onder meer dat er
meer Europees geld komt voor wetenschappelijk
onderzoek in het kader van BSE en MKZ.
Wij hebben herhaaldelijk gewezen op de
noodzakelijkheid om in ons land, zoals in Frankrijk
en andere landen, in een tussenkomst vanwege
de regering in de BSE-kosten te voorzien. Door
Europa werd het mogelijk gemaakt dat de
individuele staten zouden tussenkomen. Wij
hebben deze trein aan ons laten voorbijgaan,
alhoewel met zoveel woorden telkens beleden
werd dat de kosten van de BSE-crisis niet zouden
worden afgewenteld op de boeren. Nochtans kan
uit berekeningen van het ministerie van Landbouw
worden uitgemaakt dat de marktschade op een
bepaald ogenblik was opgelopen tot 2 miljard
frank. Sindsdien is de situatie er alleen maar erger
op geworden.
U, als minister van Landbouw, leek geneigd om
uw volle gewicht achter dit dossier te zetten. Doch,
u wordt blijkbaar niet door de Ministerraad
gevolgd. Bepaalde leden van de Ministerraad
zouden u terzake gecounterd hebben. Vorige
week vrijdag zijn een aantal boze boeren, met
onder hen een twintigtal Waalse boeren, met hun
grieven naar de eerste minister getrokken. De
eerste minister heeft toen - hij was op dat ogenblik
geflankeerd door de Waalse minister van
Landbouw, de heer Happart beloofd de boeren
geld te zullen geven.
Mijnheer de minister, wordt er een bijzonder BSE-
fonds opgericht om de gevolgen van die crisis te
bestrijden? Werd deze materie vorige vrijdag op
de Ministerraad behandeld? Blijkbaar was minister
Happart aanwezig bij het in ontvangst nemen van
de grieven van de Waalse boeren. Werd ook
minister Dua bij deze gesprekken betrokken? Zij
CRIV 50
COM 466
08/05/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
laat een eerder ontstemd geluid horen, weliswaar
tevreden zijnde met de beslissingen die daar
zouden worden genomen, maar zonder haar
ervoor of erna op de hoogte te brengen. Bent u
erbij betrokken? Hebt u kennis gekregen van de
beslissing die door de eerste minister werd
genomen? Hoeveel geld zal er worden
uitgetrokken en op basis van welke criteria?
Wanneer zullen de boeren dit geld ontvangen?
Wat met de huidige regeling in verband met de
financiering van de BSE-tests? Wordt die verlengd
na 30 juni of zal er vanaf 1 juli een stop volgen?
Mijnheer de minister, zal er ook aandacht gaan
naar de varkenshouderij en de pluimveesector die
voornamelijk een Vlaamse aangelegenheid is of is
het uitsluitend een aangelegenheid van de
rundveesector, dus veeleer een Waalse
aangelegenheid? Op de persconferentie werd
alleen de Waalse minister van Landbouw
genoteerd.
Op mijn derde bedenking inzake de maatregelen
die op Europees niveau worden genomen om het
mogelijk te maken dierenmeel te vervangen door
plantaardige eiwitten hebt u reeds geantwoord in
het antwoord op de vraag van mevrouw De Meyer
en mevrouw Van de Casteele.
Ten vierde, wil de resolutie dat er bij de Europese
Unie op aandringen om dringend alle lidstaten tot
een algemene, verplichte vaccinatie te laten
overgaan teneinde de verspreiding van MKZ te
stoppen. Mijnheer de minister, hoe reageren de
getroffen landen op dit voorstel? Ik lees in de
kranten dat de Koninklijke Nederlandse
Maatschappij voor Dierengeneeskunde bij de
minister van Landbouw van Nederland, de heer
Brinkhorst, is komen pleiten voor het terugdraaien
van het Europese non-vaccinatiebeleid en dat
minister Brinkhorst zelf naar eigen zeggen al
geruime tijd een pleidooi voert om binnen de
Europese Commissie meer steun te krijgen voor
een non-vaccinatiebeleid. De situatie in Engeland
is van een andere orde.
Mijnheer de minister, wat is uw concrete houding
inzake dit niet onbelangrijke punt van de resolutie?
03.02 Minister Jaak Gabriels: Mijnheer de
voorzitter, collega's, ik zal eerst het luik inzake de
directe steunmaatregelen behandelen en daarna
zal ik iets over de MKZ-situatie zeggen.
Wat de steunmaatregelen ten gevolge van BSE
betreft, is de erge situatie inzake de
liquiditeitsbehoefte van landbouwers mij vanaf het
begin wel degelijk ter harte gegaan. Ik heb dan
ook onmiddellijk de opdracht gegeven om het
Centrum voor Landbouweconomisch Onderzoek
een berekening te laten maken van de schade ten
gevolge van de landbouwcrisis. U weet dat de
inkomstenpolitiek door het federale niveau zeer ter
harte wordt genomen. Het heeft weinig zin om
overheidssteun voor landbouwsectoren vrij te
maken op basis van sentimenten. Ik verwijs naar
wat daarnet terzake werd gezegd. Er moeten
concrete en correcte cijfers worden gehanteerd.
Wij zijn trouwens ook verantwoording aan Europa
verschuldigd. De laatste actualisatie van de
CLEO-studie wijst op het verlies van ongeveer 3
miljard frank voor de periode november 2000 tot
de eerste helft van april 2001 voor de BSE-crisis in
de rundersector. Het is evident dat bij een
eventueel definitief oordeel de globaliteit mee in
overweging moet worden genomen. Tegelijkertijd
heb ik mijn administratie de opdracht gegeven om
te onderzoeken hoe het eventueel vrijgemaakt
overheidsgeld op een zeer snelle manier bij de
juiste landbouwers in nood kan terechtkomen. Het
is de bedoeling dat de landbouwers die de meeste
schade hebben geleden direct en niet via lange
omwegen overheidssteun zouden ontvangen. Dit
werk is ondertussen afgerond.
Vorige vrijdag was er inderdaad een onderhoud
tussen de landbouworganisaties en de eerste
minister. Ik was op dat ogenblik in Amerika en
Mexico in overleg met mijn collega's van
Landbouw, ook in verband met MKZ en andere
situaties inzake Landbouw en het Europees
voorzitterschap. Op 27 april 2001 heb ik de
landbouworganisaties ontvangen samen met een
afvaardiging van het kabinet van de eerste
minister en mijn eigen kabinet. Daar werd met de
eerste minister een afspraak gemaakt om op 3
mei 2001 een onderhoud met de landbouwers te
hebben, omdat men daar zeer sterk op aandrong.
Een gewestminister was daarbij aanwezig op
eigen uitnodiging. De eerste minister heeft echter
geen uitnodigingen aan de gewestministers
gericht. Dit was dus uitsluitend een onderhoud
tussen de landbouworganisaties en de eerste
minister. De eerste minister heeft daar op basis
van onze studie aan de landbouwers gezegd dat
hij begrip had voor de huidige toestand in de
landbouw. Vandaag heb ik om 16 uur een
opvolging daarvan, een overlegvergadering met
de minister van Begroting om te zien hoe de
federale overheid geld kan vrijmaken voor de
landbouwsector.
Ook mijn collega's uit de Gewesten zelfs de
Brusselse minister van Landbouw zijn daarbij
betrokken. Er is op dit domein inderdaad een
gedeelde bevoegdheid tussen de federale
08/05/2001
CRIV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
overheid en de Gewesten. Ik hoop dat wij vandaag
reeds een belangrijke doorbraak in deze
gesprekken kunnen totstandbrengen om tot
concrete afspraken te kunnen komen. Deze
uitspraken zijn vooralsnog evenwel voorbarig.
Wij kennen de omvang van de schade in de
rundersector. Wij weten ondertussen ook wat de
ons omliggende landen aan steunmaatregelen
geven. De Europese Commissie heeft nochtans
nog geen enkel dossier terzake goedgekeurd. Er
werd op de Landbouwraad een overzicht gegeven
van de initiatieven die men aan de Europese
Commissie had gemeld.
Op basis van deze vergelijking en de gegevens
van onze studie zullen wij de besprekingen
voeren. Ik hoop dat wij zo vlug mogelijk tot
concrete resultaten zullen komen. Ik zal mij
daarvoor in elk geval zeer hard inzetten. Ik kan u
op voorhand echter geen enkel resultaat
garanderen. Ik kan u enkel zeggen dat de eerste
vragen om steun, die ik op 30 maart op de
Ministerraad heb ingediend en die tijdens de
begrotingscontrole ter sprake zijn gekomen, nog
geen resultaat hebben opgeleverd. Een deel van
de bevoegdheden zit immers op gewestelijk
niveau en het overleg van deze namiddag is dan
ook een belangrijke stap in deze aangelegenheid.
Wat het initiatief bij de Europese instellingen
betreft, kan ik het volgende meedelen. U vraagt
mij welke gevolgen ik terzake aan de resolutie van
de Kamer heb gegeven. Ik wil erop wijzen dat wij
het in Europa uiteraard niet alleen voor het zeggen
hebben. Er zijn 15 lidstaten met elk hun eigen
programma, hun eigen wensen en hun eigen
prioriteiten. In dit complexe dossier verloopt de
besluitvorming vaak moeizaam. Vooraleer een
voorstel te formuleren wordt eerst de politieke
haalbaarheid ervan onderzocht. Dit alles om
duidelijk te maken dat wij veel kunnen vragen
maar daarom niet altijd evenveel krijgen.
Mevrouw Pieters, als er iemand is die hamert op
een Europese aanpak van de problemen in de
landbouwsector is het wel België. Wij hebben dit
in het verleden ook steeds gedaan. Ik wil daarvoor
de pluimen zeker niet op mijn hoed steken. Ik
tracht dezelfde lijn aan te houden. Ik pleit niet voor
minder maar wel voor meer Europa, ook in deze
moeilijke omstandigheden.
Uiteraard steun ik elke aanvraag voor meer
Europees geld voor wetenschappelijk onderzoek
in het kader van BSE. Ik het kader van mond- en
klauwzeer is de wetenschappelijke kennis
aanwezig. In het najaar organiseer ik op vraag van
de Europese Commissie en op voorstel van het
Verenigd Koninkrijk en Nederland, een
internationale conferentie over mond- en
klauwzeer in Brussel. Het is op dat ogenblik het
moment om het Europees beleid inzake mond- en
klauwzeer te evalueren. Deze conferentie moet
echter plaatsvinden na de crisis en niet in "volle
oorlog". Het belangrijkste is dat Engeland die
toestand onder controle krijgt. Deze conferentie
vindt trouwens plaats met de volledige
samenwerking van het Europees Parlement. Om
die reden wordt het trouwens in Brussel
georganiseerd.
Ik heb trouwens mogen vaststellen dat er ook
buiten Europa heel veel belangstelling is voor
deze conferentie. Mijn Amerikaanse en
Mexicaanse collega's hebben gevraagd een
delegatie te mogen sturen. In Mexico heeft men
vroeger reeds ervaring gehad met mond- en
klauwzeer zodat men als geparalyseerd tegen de
toestand heeft aangekeken. Het lijkt mij belangrijk
om de conferentie op goede wetenschappelijke
basis te organiseren. Ik heb op de Europese
Landbouwraad dan ook aangedrongen op een
evaluatie van de genomen maatregelen. Dit
betekent dat men de maatregelen, die men heeft
genomen maar ook de maatregelen die men in
eventuele toekomstige crisissen wil nemen, zal
moeten evalueren.
Uiteraard gaan wij op die wijze, via vragen die
reeds eerder werden gesteld maar door u werden
herhaald, mevrouw Pieters, het debat in over het
al dan niet vaccineren. Ik heb commissaris Byrne
op de informele landbouwraad in Zweden gezegd
dat zijn toenmalige en uitstekende informatie over
vaccinatie beter anderhalve maand eerder was
gekomen, om de publieke opinie een beter inzicht
te geven in de moeilijkheidsgraad van vaccineren.
Die inleiding werd via het internet overal verspreid
en daaruit bleek dat het inderdaad zeer moeilijk is
via vaccinatie een verschil te maken tussen de
antistoffen die tegen een ziekte moeten wapenen
en de antistoffen die het virus aankondigen. Men
is dus zelfs bij vaccinatie niet zeker dat ze op dat
ogenblik geen verdere transfer van het MKZ-virus
veroorzaakt. Voor mij is het zeer belangrijk dat het
wetenschappelijk onderzoek hieromtrent wordt
hervat. Doordat wij tientallen jaren geen geval van
MKZ in Europa kenden, hebben wij niets meer
gedaan inzake wetenschappelijk onderzoek
hieromtrent. Het is van het hoogste belang dat de
draad opnieuw wordt opgenomen om te weten wat
precies de stand van zaken is.
Over Nederland heb ik reeds gezegd dat de
laatste uitbraak van 22 april 2001 dateert. Als er
CRIV 50
COM 466
08/05/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
dus in de twee weken die nu volgen geen nieuwe
negatieve gegevens zijn, kunnen wij onze
maatregelen tegenover Nederland grondig
versoepelen zoals wij ook met Frankrijk hebben
gedaan. Tijdens ons voorzitterschap zal ik
alleszins op een Europese aanpak van de
problemen in de landbouwsector blijven
aandringen. Ik ben ervan overtuigd dat dergelijke
oplossingen niet tot stand kunnen komen als
iedereen terugvalt op de eigen nationale
invalshoek. Wij kunnen in Europa enkel slagen als
wij dat gezamenlijk, schouder aan schouder, met
één besluitvorming voor alle lidstaten kunnen
regelen.
03.03 Trees Pieters (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik concludeer dat
schuchtere stappen worden gezet om meer
Europees geld te bekomen en een BSE-fonds te
creëren. Dat is echter nog niet voor morgen; er
moet nog heel wat studiewerk gebeuren. U zegt
dat de reële schade wordt onderzocht, niet op
basis van sentimenten, maar wel op basis van
juiste inschattingen. U zegt dat het werk rond is,
maar mag ik weten wat het resultaat is van het
werk en wat de gevolgen zijn van dit onderzoek?
U zegt dat de heer Happart zichzelf heeft
uitgenodigd en dat nemen we er dan maar bij.
Binnenkort zal er dus overleg zijn met de
gewesten, wat noodzakelijk is om tot een concreet
resultaat te komen. U zegt ook dat de Europese
instellingen vijftien landen omvatten en dat overleg
om tot een haalbare oplossing te komen altijd
moeizaam verloopt. Het klopt dat België altijd het
landbouwbeleid heeft verdedigd en dat is ook
vandaag nog zo. U hebt een tip van de sluier
opgelicht over uw agenda inzake het
voorzitterschap en dat is ook interessant om
weten.
De derde vraag betrof het vervangen van diermeel
door plantaardige eiwitten. Ook voor de rest van
mijn vragen kan ik slechts concluderen dat het
goedkeuren van dergelijke resolutie en de
antwoorden die u nu geeft op onze vragen
duidelijk maken dat dergelijke niet tot de Belgische
regering, maar tot Europa gerichte resolutie,
vrijblijvend is en zeer vaag. Dit is heel moeilijk in te
vullen en concreet te maken. Zoals hier reeds
werd gezegd vinden wij dat deze resolutie goede
elementen bevat, maar dubieus is, te vaag en
vrijblijvend. Uw antwoord beklemtoont dit en
terecht: u kunt dit niet allemaal van vandaag op
morgen realiseren en moet dat allemaal
onderhandelen in een bredere, zij het
wetenschappelijke context, en met vijftien landen.
Ik blijf er wel bij dat ons standpunt terecht luidde
dat deze resolutie dubieus, vaag en vrijblijvend is.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de Mme Jacqueline Herzet au
ministre de l'Economie et de la Recherche
scientifique, chargé de la Politique des grandes
villes, sur "les manières commerciales
douteuses de Belgacom lors de la vente de
divers services" (n° 4585)
04 Vraag van mevrouw Jacqueline Herzet aan
de minister van Economie en Wetenschappelijk
Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid,
over "de dubieuze handelspraktijken van
Belgacom bij de verkoop van diverse diensten"
(nr. 4585)
04.01 Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC):
Monsieur le président, monsieur le ministre, chers
collègues, j'ai récemment reçu un courrier de
Belgacom, je cite: "Nous avons le plaisir de vous
confirmer votre souscription au tarif Belgacom
Benefit one", suivent les conditions et les frais de
la souscription. Au bas de ce courrier, il est
indiqué, je cite: "Le consommateur ne dispose pas
du droit de renoncer à l'achat".
Rien de grave jusqu'à présent sauf que je n'ai
jamais fait de demande ni souscrit à ce genre de
service. J'ai téléphoné à Belgacom en demandant
qu'on m'apporte la preuve de ma souscription. Il
m'a bien entendu été répondu qu'il s'agissait d'une
erreur.
Il me revient par ailleurs que plusieurs autres
personnes auraient reçu des courriers similaires,
leur confirmant la souscription pour l'un ou l'autre
des services proposés par Belgacom, sans jamais
en avoir fait la demande.
Un exemple récent est encore plus frappant: une
personne se voit confirmer le service répondeur
de Belgacom alors qu'elle possède un répondeur
intégré à son téléphone. Ici aussi, à l'évidence,
aucune demande n'avait été faite.
On peut s'interroger sur ce genre de pratique
commerciale, à mon humble avis plus que
douteux. Ce système de vente force en quelque
sorte la main de nombreux usagers de Belgacom
qui sont littéralement abusés. Des personnes
âgées ou encore peu au courant des nouvelles
technologies peuvent ainsi se faire vendre des
services dont ils n'ont aucune utilité mais, devant
le fait accompli, de nombreuses personnes se
sentent dans l'obligation de payer des prestations
non souhaitées.
08/05/2001
CRIV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
Monsieur le ministre, je vous poserai trois
questions:
1. Etes-vous au courant, ce que je suppose, de
ces pratiques commerciales que je pourrais
cataloguer de "spéciales"?
2. La loi du 14 juillet 1991 sur les pratiques du
commerce et sur l'information et la protection du
consommateur n'est-elle pas bafouée en ce sens?
3.
Quelles mesures comptez-vous prendre et
pouvez-vous en prendre afin de protéger les
usagers de ces pratiques commerciales que
j'estime abusives?
04.02 Charles Picqué, ministre: Monsieur le
président, chers collègues, nous sommes au
courant des pratiques que Mme Herzet vient
d'évoquer et j'ai d'ailleurs demandé à notre
inspection de me faire un rapport sur certaines
plaintes qui ont été adressées à mon
administration et qui concernent les tarifs de
Belgacom Benefit ainsi que sur le système de
"ring back".
Je rappellerai rapidement que la loi sur les
pratiques de commerce peut être évoquée ici. Elle
dit clairement qu'il est interdit de fournir à une
personne, sans sa demande préalable, un service
quelconque en l'invitant à accepter ce service
contre paiement. C'est l'interdiction de la vente
forcée.
Une dérogation existe dans ce domaine mais je
ne pense pas que Belgacom appartienne à la
sphère de cette dérogation possible. Je pense aux
offres faites dans un but philanthropique. On peut
par exemple vous envoyer un livre sur le cancer
ou sur une pathologie quelconque en vous invitant
à payer une contribution financière. Mais en aucun
cas, le destinataire n'est tenu de payer le service
fourni, même si une présomption d'acceptation
tacite du service a été formulée - je vais y revenir.
En clair, le principe "qui ne dit mot consent" n'est
pas valable ici, sur base de la loi sur la pratique du
commerce.
Le consommateur, pour être redevable d'une
somme quelconque doit avoir consenti
expressément à l'achat du produit ou du service et
c'est d'ailleurs au vendeur d'apporter la preuve
et c'est là que se situe le problème qu'il y a eu
consentement.
Dans le cas de Benefit one, il s'agit d'un
abonnement mensuel de 40 francs qui permet
d'obtenir 10% de réduction sur tous les appels
intrazonaux. Une phrase indiquée au bas du
courrier de Belgacom et qui a fait l'objet de pas
mal de critiques auprès du service clientèle, ce qui
prouve qu'une confusion était possible, précise
que le service ayant déjà été presté, il n'est pas
question de résilier le contrat avec effet rétroactif.
Mais cela suppose qu'il y ait eu un consentement.
On verra bien sur base du rapport de
l'administration mais, personnellement, je
subodore que la vente du service a eu lieu par
téléphone, oralement, et que lorsqu'il y a eu
consentement oral, BELGACOM se croit autorisé
à effectuer le service en question.
J'attends le rapport de l'administration et de
l'inspection. Je serai, évidemment, attentif à
l'égard de ce rapport. Il me semble que
BELGACOM se trouve à la limite en ce qui
concerne la pratique relevant de l'application de la
loi sur les pratiques de commerce de 1991.
04.03 Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC):
Monsieur le président, si le rapport va dans le
sens que nous espérons, le ferez-vous connaître
à l'attention des usagers? Je crois que ce sera
très utile de mettre les gens en garde ainsi que de
les rassurer quant aux conséquences éventuelles.
04.04 Charles Picqué, ministre: Monsieur le
président, je propose de faire en sorte que la
commission soit mise au courant du rapport que
l'Inspection va me remettre.
04.05 Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC):
Monsieur le président, monsieur le ministre, je
vous remercie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
La question n° 4555 de M. Richard Fournaux
n'aura pas lieu vu l'absence de son auteur.
La réunion publique de commission est levée à
11.25 heures.
De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 11.25 uur.
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 466
CRABV 50 COM 466
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
NATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
dinsdag mardi
08-05-2001 08-05-2001
10:00 uur
10:00 heures
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Interpellatie van de heer Pieter De Crem tot de
minister van Landbouw en Middenstand over "de
uitspraken van de minister in het kader van de
grenscontroles ter voorkoming van de MKZ-crisis"
(nr. 765)
1
Interpellation de M. Pieter De Crem au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "les
déclarations faites par le ministre dans le cadre
des contrôles organisés aux frontières en vue
d'éviter la propagation de la fièvre aphteuse"
(n° 765)
1
Sprekers: Pieter De Crem, Jaak Gabriëls,
minister van Landbouw en Middenstand
Orateurs: Pieter De Crem, Jaak Gabriëls,
ministre de l'Agriculture et des Classes
moyennes
Moties
3
Motions
3
Samengevoegde mondelinge vragen van
4
Questions orales jointes de
4
- mevrouw Magda De Meyer tot de minister van
Landbouw en Middenstand over "de vervanging
van dierenmeel door plantaardige eiwitten"
(nr. 4570)
- Mme Magda De Meyer au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "le
remplacement des farines carnées par des
protéines végétales" (n°4570)
- mevrouw Annemie Van de Casteele tot de
minister van Landbouw en Middenstand over "het
verbod op dierenmeel". (nr. 4590)
- Mme Annemie Van de Casteele au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur
"l'interdiction des farines carnées" (n°4590)
Sprekers: Magda De Meyer, Annemie Van de
Casteele
Orateurs: Magda De Meyer, Annemie Van de
Casteele
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Landbouw en Middenstand over "de
uitvoering van de resolutie betreffende de ernstige
crisis in de landbouwsector" (nr. 4580)
6
Question de Mme Trees Pieters au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "la
mise en oeuvre de la résolution relative à la
profonde crise secouant le secteur agricole"
(n° 4580)
6
Sprekers: Trees Pieters, Jaak Gabriëls,
minister van Landbouw en Middenstand
Orateurs: Trees Pieters, Jaak Gabriëls,
ministre de l'Agriculture et des Classes
moyennes
Vraag van mevrouw Jacqueline Herzet aan de
minister van Economie en Wetenschappelijk
Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid,
over "de dubieuze handelspraktijken van
Belgacom bij de verkoop van diverse diensten"
(nr. 4585)
8
Question de Mme Jacqueline Herzet au ministre
de l'Economie et de la Recherche scientifique,
chargé de la Politique des grandes villes, sur "les
manières commerciales douteuses de Belgacom
lors de la vente de divers services" (n° 4585)
8
Sprekers:
Jacqueline Herzet, Charles
Picqué, minister van Economie en
Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het
Grootstedenbeleid
Orateurs:
Jacqueline Herzet, Charles
Picqué, ministre de l'Economie et de la
Recherche scientifique, chargé de la Politique
des grandes villes
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,
DE L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES
ET CULTURELLES NATIONALES,
DES CLASSES MOYENNES ET DE
L'AGRICULTURE
van
DINSDAG
08
MEI
2001
10:00 uur
______
du
MARDI
08
MAI
2001
10:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.17 uur door
de heer Jos Ansoms, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.17 heures par M. Jos
Ansoms, président.
01 Interpellatie van de heer Pieter De Crem tot de
minister van Landbouw en Middenstand over "de
uitspraken van de minister in het kader van de
grenscontroles ter voorkoming van de MKZ-
crisis" (nr. 765)
01 Interpellation de M. Pieter De Crem au ministre
de l'Agriculture et des Classes moyennes sur "les
déclarations faites par le ministre dans le cadre
des contrôles organisés aux frontières en vue
d'éviter la propagation de la fièvre aphteuse"
(n° 765)
01.01 Pieter De Crem (CVP): De minister verweet
de burgemeesters van de grensgemeenten dat zij
hun controletaak niet naar behoren uitvoerden.
Toch vroegen zij enkel ondersteuning vanwege de
federale overheid omdat de bijkomende taken
inzake grenscontroles de verantwoordelijkheid voor
de lokale veiligheid in het gedrang brachten. Is het
derhalve niet zo dat de minister deze crisis zelf
veroorzaakte door niet te anticiperen op de
beperkte draagkracht van de grensgemeenten?
Waarom was er geen, of slechts fragmentarisch,
overleg met Binnenlandse Zaken toen gebleken
was dat de controles niet waterdicht waren?
Waarom nam de minister pas bijkomende
maatregelen na de uitspraken van enkele
burgemeesters? Hoe gaat de minister voortaan
lokale politietaken en grenscontroles verzoenen?
Wie gaat opdraaien voor de bijkomende kosten die
de federale politie heeft moeten maken door de
lokale politie van de grensgemeenten bij te
springen?
01.01 Pieter De Crem (CVP): Le ministre a
reproché aux bourgmestres des communes
frontalières qu'ils ne s'acquittaient pas correctement
de leur tâche. Or, si ceux-ci ont demandé l'appui
des autorités fédérales, c'est parce que les tâches
complémentaires qui leur avaient été confiées dans
le domaine des contrôles frontaliers risquaient de
compromettre leur responsabilité en matière de
sécurité locale. Dès lors, ne peut-on dire que cette
crise a été provoquée par le ministre lui-même qui
n'a pas anticipé l'incapacité des communes
frontalières à faire face aux nouvelles missions qu'il
leur avait confiées? Pourquoi la concertation avec
l'Intérieur n'a-t-elle été que fragmentaire, voire
inexistante, lorsqu'il est apparu que les contrôles
n'étaient pas étanches? Pourquoi le ministre n'a-t-il
pris des mesures complémentaires qu'après les
déclarations de certains bourgmestres? Comment
le ministre entend-il concilier désormais tâches de
police locale et contrôles aux frontières? Par qui les
frais supplémentaires exposés par la police fédérale
venue appuyer la police locale des communes
08/05/2001
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
frontalières seront-ils pris en charge?
De meerkost bedraagt tot op heden meer dan vijf
miljoen frank. De invloed op de
personeelscapaciteit in de grenspolitiezones en op
de uitgeoefende functies was enorm. Wanneer
lokale politiekorpsen worden opgevorderd door het
federale niveau, ontstaat een spanningsveld. Is de
minister bereid die extra kosten voor zijn rekening
te nemen?
Le surcoût s'élève actuellement à plus de 5 millions
de francs. L'impact de cette mesure sur la
disponibilité des effectifs dans les zones de police
frontalières et sur l'exercice des différentes
fonctions exercées fut considérable. La réquisition
de corps de police locaux par les autorités fédérales
engendre des tensions. Le ministre est-il disposé à
supporter ces coûts supplémentaires?
01.02 Minister Jaak Gabriëls (Nederlands): De
situatie stelt zich vandaag al iets minder scherp. Als
landbouwminister diende ik alle
voorzorgsmaatregelen te nemen om een uitbraak
van MKZ te voorkomen, in het belang van de
landbouw en van de dierengezondheid. Ik deed dit
op basis van de wet op het dierenwelzijn van 1987
en van het KB ter bestrijding van MKZ van 1965.
Het scenario lag sinds lang klaar. We waren dus
wel degelijk voorbereid.
Het vervangen van de bufferzone door strenge
grenscontroles was een moeilijke, maar
noodzakelijke maatregel.
01.02 Jaak Gabriëls , ministre (en néerlandais):
La situation est aujourd'hui déjà moins aiguë. En
tant que ministre de l'Agriculture, il m'appartient de
prendre toutes les mesures préventives
nécessaires pour éviter que la fièvre aphteuse
n'éclate dans notre pays et ce, dans l'intérêt de
l'agriculture et de la santé des animaux. J'ai pris
cette mesure sur la base de la loi sur le bien-être de
1987 et de l'arrêté royal organisant la lutte contre la
fièvre aphteuse de 1965. Le scénario avait été
préparé de longue date. Nous étions donc bien
préparés.
Le remplacement de la zone tampon par des
contrôles plus stricts aux frontières était une
mesure difficile à prendre, mais nécessaire.
Het is onmogelijk een grens voor honderd procent
af te sluiten, dat moet men beseffen. De
inspanningen waren niettemin zwaar en ik dank dan
ook allen die zich inzetten,maar oproepen om die
inzet op te geven, zijn in elk geval onverantwoord.
Wat de bewuste uitspraak van een burgemeester
van een grensgemeente betreft, die kwam er in
eerste instantie op neer dat de grensovergang weer
zou worden geopend, zonder evenwel de bewaking
ervan op te geven.
Ik heb geregelde contacten met Binnenlandse
Zaken in het Crisiscentrum van de regering. De
operationele verantwoordelijkheid voor de uitvoering
komt toe aan de minister van Binnenlandse Zaken.
Vragen daarover moet u dan ook aan hem richten.
Ik heb bovendien een afspraak met de minister van
Landsverdediging betreffende de inzet van de
krijgsmacht in het geval van een noodscenario. We
doen er wel alles aan om dat te vermijden.
De toestand is inmiddels dermate geëvolueerd dat
wij wellicht binnenkort tot een versoepeling van de
maatregelen kunnen overgaan, zonder evenwel de
veiligheid in het gedrang te brengen.
Il faut comprendre qu'il est impossible de rendre
une frontière totalement hermétique. Mais
d'importants efforts ont été accomplis et j'en
remercie tous ceux qui ont payé de leur personne.
Quoi qu'il en soit, les appels lancés pour y mettre un
terme sont injustifiés.
La déclaration controversée que le bourgmestre
d'une commune frontalière a tenue avait d'abord
pour objectif la réouverture de la frontière mais sans
abandon de la surveillance.
J'ai entretenu des contacts réguliers avec le
ministère de l'Intérieur au sein du centre de crise du
gouvernement. La responsabilité opérationnelle de
l'exécution ressortit au ministre de l'Intérieur. Vous
devez donc lui adresser les questions que vous
vous posez à ce sujet. En outre, j'ai convenu d'un
accord avec le ministre de la Défense concernant la
participation de l'armée en cas de scénario
d'urgence. Nous mettons tout en oeuvre pour éviter
d'en arriver là.
Dans l'intervalle, la situation a évolué à un point tel
que nous pourrons bientôt envisager
l'assouplissement des mesures sans mettre la
sécurité en péril.
01.03 Pieter De Crem (CVP): De minister 01.03 Pieter De Crem (CVP):Le ministre a dit que
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
verklaarde dat de burgemeesters niet wilden
meewerken. Maar ze konden niet meewerken: zij
konden de lokale politiediensten niet inzetten. Het
zou goed zijn daartoe een protocol op te stellen.
Ik begrijp dat de meerkosten niet op de begroting
van de minister opgenomen kunnen worden, maar
we blijven erbij dat de kosten van de grenscontroles
voor de lokale besturen door de federale overheid,
eventueel Binnenlandse Zaken, terugbetaald
moeten worden. Zal die terugbetaling gebeuren?
les bourgmestres ne souhaitaient pas collaborer.
Mais ils ne lepouvaient: ils ne pouvaient recourir aux
services de police locaux. Il serait bon de rédiger un
protocole à cet effet.
Je comprends que les frais supplémentaires ne
puissent être imputés au budget du ministre. Mais
nous maintenons que les coûts liés aux contrôles
des frontières doivent être remboursés par l'autorité
fédérale, éventuellement par le département de
l'Intérieur, aux administrations locales. Ce
remboursement va-t-il se faire ?
01.04 Minister Jaak Gabriëls (Nederlands): Voor
vragen over de inbreng van Binnenlandse Zaken
verwijs ik naar mijn daarvoor bevoegde collega.
Alle maatregelen die werden genomen, waren
perfect gepland. We hebben ons niet laten leiden
door improvisatie, nadat enkele burgemeesters aan
de alarmbel hadden getrokken. De gebeurtenissen
in Nederland leidden ertoe dat wij degelijk
voorbereid waren op de maatregelen die moesten
worden getroffen.
01.04 Jaak Gabriëls, ministre (en néerlandais):
Pour les questions relatives à la contribution de
l'Intérieur, je vous renvoie au ministre compétent.
Toutes les mesures prises avaient été parfaitement
prévues. Nous n'avons pas improvisé après le
signal d'alarme lancé par certains bourgmestres.
Les événements aux Pays-Bas nous avaient bien
préparés aux mesures à prendre.
De voorzitter: De operationele kosten van de
uitvoering der maatregelen worden betaald met
federale begrotingsmiddelen. Geldt dat ook voor de
operationele kosten die de gemeenten maken?
Le président: Les frais opérationnels liés à
l'exécution des mesures sont financés par des
moyens fédéraux. Est-ce également le cas pour les
frais opérationnels exposés par les communes ?
01.05 Minister Jaak Gabriëls (Nederlands): De
inzet van ordediensten brengt inderdaad kosten
mee, maar die kunnen niet op de begroting van
Landbouw verhaald worden. Een eventuele regeling
voor de kosten die de gemeente maakten, is een
taak voor de hele regering.
01.05 Jaak Gabriëls , ministre (en néerlandais):
L'intervention des forces de l'ordre implique, en
effet, des frais, mais ils ne peuvent être imputés au
budget de l'Agriculture. Le problème du
remboursement éventuel des frais supportés par les
communes concerne l'ensemble du gouvernement.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
En conclusion de cette interpellation les motions
suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heer Pieter De Crem en mevrouw Trees Pieters en
luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Pieter De
Crem
en het antwoord van de minister van Landbouw en
Middenstand,
vraagt de regering
de kosten die gemaakt werden door de
grensgemeenten in verband met de grenscontroles
in uitvoering van de maatregelen van de federale
regering terzake, integraal over te nemen."
Une motion de recommandation a été déposée par
M. Pieter De Crem et Mme Trees Pieters et est
libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. Pieter De Crem
et la réponse du ministre de l'Agriculture et des
Classes moyennes,
demande au gouvernement,
de pendre intégralement en charge les coûts
supportés par les communes frontalières dans le
cadre des contrôles frontaliers organisés en
exécution des mesures adoptées par le
gouvernement fédéral dans ce dossier.
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
dames Magda De Meyer, Muriel Gerkens en de
Une motion pure et simple a été déposée par Mmes
Magda De Meyer, Muriel Gerkens et MM. Léon
08/05/2001
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
heren Léon Campstein en Georges Lenssen.
Campstein en Georges Lenssen.
Over de moties zal later worden gestemd.
De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.
02 Samengevoegde mondelinge vragen van
- mevrouw Magda De Meyer tot de minister van
Landbouw en Middenstand over "de vervanging
van dierenmeel door plantaardige eiwitten"
(nr. 4570)
- mevrouw Annemie Van de Casteele tot de
minister van Landbouw en Middenstand over
"het verbod op dierenmeel". (nr. 4590)
02 Questions orales jointes de
- Mme Magda De Meyer au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "le
remplacement des farines carnées par des
protéines végétales" (n°4570)
- Mme Annemie Van de Casteele au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur
"l'interdiction des farines carnées" (n°4590)
02.01 Magda De Meyer (SP): De Kamer keurde
onlangs een resolutie goed waarin zij de regering
vraagt om op Europees niveau aan te dringen op
maatregelen om dierenmeel te vervangen door
plantaardige eiwitten.
De minister zou nu op de Europese ministerraad
een afwijkend standpunt hebben verdedigd: hij zou
namelijk gepleit hebben voor het behoud van
dierenmeel als proteïnebron.
Waarom heeft minister Gabriëls de resolutie van de
Kamer genegeerd?
02.01 Magda De Meyer (SP): La Chambre a
récemment adopté une résolution invitant le
gouvernement a demander instamment que des
mesures soient prises au niveau européen pour
remplacer les farines carnées par des protéines
végétales.
Lors du Conseil européen, le ministre aurait adopté
un point de vue divergeant car il se serait prononcé
en faveur du maintien des farines animales comme
source de protéines.
Pourquoi le ministre Gabriëls a-t-il ignoré la
résolution de la Chambre ?
02.02 Annemie Van de Casteele (VU&ID): We
hebben de resolutie in de Kamer mee goedgekeurd.
Maar dat wil niet zeggen dat we voor een definitief
totaal verbod van dierenmeel in veevoeders zijn. Er
moet ook rekening worden gehouden met het
kostenplaatje, zowel financieel als wat betreft de
gevolgen voor het milieu.
Op de Europese landbouwraad werd voorgesteld
het tijdelijk verbod op het gebruik van dierenmeel in
veevoeders te verlengen, in afwachting van een
nieuwe reglementering inzake dierlijke bijproducten.
Er werd aangevoerd dat een permanent verbod om
dierenmeel te verwerken in veevoeders voor niet-
herkauwers zoals varkens en kippen
wetenschappelijk niet gerechtvaardigd is.
Ik verwijs ook naar mijn schriftelijke vraag over het
verbod van dierenmeel in voeders voor kalkoenen
en kuikens die geen vegetarische dieren zijn.
Wat is het standpunt van de Belgische regering ter
zake? Zullen er eventueel maatregelen worden
getroffen om gebruik van dierenmeel in veevoeders
opnieuw toe te staan? Hoe staat het met de kosten?
02.02 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Nous
avons également adopté la résolution en question.
Cela n'implique toutefois pas que nous soyons
favorables à une interdiction totale définitive des
farines carnées dans l'alimentation du bétail. Il faut
également tenir compte du coût des mesures, sur le
plan purement financier et sur celui des effets pour
l'environnement.
Lors du Conseil agricole européen, il a été proposé
de prolonger l'interdiction provisoire de farines dans
l'alimentation du bétail en attendant une nouvelle
réglementation concernant les produits dérivés
d'origine animale. A cette même occasion, il a été
précisé qu'une interdiction permanente de farines
carnées dans l'alimentation des non-ruminants
tels les porcs et les volailles ne se justifie pas d'un
point de vue scientifique.
Je renvoie également à ma question écrite
concernant l'interdiction des farines carnées dans
les aliments destinés aux dindons et aux poussins,
qui ne sont pas des animaux végétariens.
Quel est le point de vue du gouvernement belge en
la matière? Les farines carnées seront-elles à
nouveau autorisées dans l'alimentation du bétail?
Qu'en est-il du coût? Où en sont les études
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
Wat gebeurt er inzake wetenschappelijk
onderzoek? Wat met de toevoeging van dierenmeel
in voeders voor niet-herkauwers?
scientifiques ? Qu'en est-il de l'adjonction de farines
carnées dans l'alimentation des non-ruminants?
02.03 Minister Jaak Gabriëls (Nederlands): Het is
niet zo dat ik op de Europese landbouwraad de
resolutie van de Kamer naast mij heb neergelegd.
In die resolutie vraagt de Kamer om mogelijkheden
om dierlijk meel te vervangen door plantaardige
eiwitten. Merkwaardig genoeg bestaat er al een
Europees verbod op dierlijk meel sinds 1 januari.
Er zijn geen bevoorradingsproblemen. Dat snelle
verbod heeft voordelen gehad: kruiscontaminatie
werd immers vermeden. Het verbod heeft echter
ook grote inspanningen gevergd. Die mag men niet
zomaar overboord gooien door een overhaaste
opheffing.
Ik heb op de Europese raad gepleit om tegelijk het
tijdelijke verbod sine die te verlengen en het nodige
wetenschappelijk onderzoek te verrichten. Dat moet
immers de grond vormen van onze beslissingen,
veeleer dan emotionele argumenten.
Het standpunt van de regering in de BSE-crisis is
onveranderd. Ons beleid is gebaseerd op de
adviezen van het Europees Wetenschappelijke
Veterinair Comité. Wij zijn wat dat betreft een van
de beste leerlingen van de Europese klas.
02.03 Jaak Gabriëls , ministre (en néerlandais): Il
est inexact que, lors du sommet agricole européen,
j'aie ignoré la résolution de la Chambre. Dans cette
résolution, la Chambre demande que soient
prévues des possibilités de remplacer les farines
animales par des protéines végétales.
Curieusement, les farines carnées sont déjà l'objet
d'une interdiction européenne depuis le 1
er
janvier.
Il n'y a pas de problème d'approvisionnement. Cette
interdiction rapide a eu des avantages dans la
mesure où une contamination croisée a été évitée.
Mais elle a aussi demandé des efforts énormes.
Peut-on ignorer ces efforts en levant
précipitamment cette interdiction ?
Lors de ce sommet européen, j'ai préconisé à la
fois de prolonger sine die de l'interdiction provisoire
et d'effectuer les recherches scientifiques
nécessaires. Car nos décisions devront se fonder
sur ces recherches bien plus que sur des
arguments affectifs.
La position adoptée par le gouvernement dans la
crise de l'ESB est demeurée inchangée. Notre
politique est basée sur les avis du Comité
vétérinaire permanent. En la matière, nous sommes
un des meilleurs élèves de la classe européenne.
Ik heb gevraagd ook de problematiek van het
vismeel aan een wetenschappelijke analyse te
onderwerpen. De heer Burn heeft dat toegezegd. Ik
vind dat die analyse alleen een logische stap is.
De voorlopige beslissing werd alleszins sine die
verlengd.
J'ai aussi demandé qu'on soumette à une analyse
scientifique l'ensemble des problèmes liés aux
farines de poisson. M. Burn a approuvé cette
demande. Il n'est que logique de suivre cette
démarche.
Nous avons en tout cas reporté sine die la décision
provisoire que nous avons prise.
02.04 Magda De Meyer (SP): Ik dank de minister
voor zijn antwoord. De verslaggeving in de krant
was blijkbaar niet accuraat.
02.04 Magda De Meyer (SP): Je remercie le
ministre pour sa réponse. Manifestement, les
comptes rendus publiés dans les journaux n'étaient
pas conformes à la vérité.
02.05 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Ik kan
me voor een groot stuk terugvinden in het antwoord
van de minister.
Een verlenging sine die gaat het debat natuurlijk
emotioneler maken, zodat een gedeeltelijke
terugkeer naar het gebruik van dierenmeel steeds
moeilijker zal worden, met alle economische
consequenties vandien.
Inzake de financiering blijft er nog altijd een
probleem bestaan. Hoe zal dit in de toekomst
worden opgelost?
02.05 Annemie Van de Casteele (VU&ID):
J'adhère à une grande partie de la réponse fournie
par le ministre.
Il est évident que cette prolongation sine die va
accroître la charge affective de ce débat, ce qui
rendra de plus en plus difficile un retour partiel à
l'utilisation de farines animales, avec toutes les
conséquences économiques qui en découlent.
S'agissant du financement, un problème subsiste.
Comment le résoudra-t-on à l'avenir?
08/05/2001
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
02.06 Minister Jaak Gabriëls (Nederlands): De
verlenging van het verbod sine die mag niet
dubbelzinnig geïnterpreteerd worden. Een meer
precieze tekst was echter niet haalbaar vanwege
Franse en Italiaanse druk. Ik heb er dan ook op
aangedrongen dat men ondubbelzinnig zou
verklaren dat de definitieve beslissing uitsluitend op
wetenschappelijke argumenten zal gebaseerd zijn.
Dat is dus de enige juiste interpretatie van de
enigszins vage Europese bepaling.
02.06 Jaak Gabriëls , ministre (en néerlandais):
La prolongation sine die de l'interdiction ne doit pas
donner lieu à une interprétation ambiguë. Mais il n'a
pas été possible de rédiger un texte plus précis
parce que la France et l'Italie ont exercé des
pressions. Aussi, j'ai demandé instamment qu'on
déclare sans équivoque que la décision définitive
serait exclusivement fondée sur des arguments
scientifiques. Par conséquent, c'est la seule bonne
interprétation de cette disposition européenne
quelque peu vague.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de
minister van Landbouw en Middenstand over "de
uitvoering van de resolutie betreffende de
ernstige crisis in de landbouwsector" (nr. 4580)
03 Question de Mme Trees Pieters au ministre de
l'Agriculture et des Classes moyennes sur "la
mise en oeuvre de la résolution relative à la
profonde crise secouant le secteur agricole"
(n° 4580)
03.01 Trees Pieters (CVP): In de resolutie die de
Kamer op 29 maart heeft goedgekeurd worden
steunmaatregelen gevraagd om te voorzien in de
liquiditeitsbehoeften van de landbouwers. Welke
concrete maatregelen heeft de minister daartoe al
genomen?
De resolutie vraagt onder meer ook dat er meer
Europees geld komt voor problemen ten gevolge
van BSE en MKZ en dat een bijzonder BSE-fonds
wordt opgericht. De Ministerraad heeft hieraan
vorige week aandacht besteed. Op de
persconferentie daarna was evenwel alleen Waals
minister Happart aanwezig.
Werden de Vlaamse minister Dua en de federale
minister Gabriëls bij de besluitvorming betrokken?
Hoeveel geld zal voor de landbouwers worden
uitgetrokken en wanneer zullen ze het geld krijgen?
Wordt de regeling in verband met de BSE-testen ná
30 juni verlengd? Gaat ook aandacht naar de
varkens- en pluimveesector?
Op de vraag over de vervanging van diermeel door
plantaardige eiwitten heeft de minister zonet
geantwoord.
De resolutie vraagt ook er bij de Europese Unie op
aan te dringen dat alle lidstaten verplicht zouden
vaccineren. Hoe reageren de getroffen landen op dit
voorstel?
Wat heeft de minister concreet ondernomen om de
resolutie uit te voeren?
03.01 Trees Pieters (CVP): Dans la résolution
votée par la Chambre le 29 mars, il est demandé de
prendre des mesures de soutien pour pourvoir aux
besoins de liquidités des agriculteurs. Quelles
mesures concrètes le ministre a-t-il déjà prises à
cet effet?
La résolution demande notamment plus de
subsides européens pour faire face aux problèmes
résultant de l'ESB et de la fièvre aphteuse ainsi que
la création d'un fonds spécial ESB. Le Conseil des
ministres a examiné cette question la semaine
passée. Cependant, lors de la conférence de
presse qui a suivi, seul le ministre wallon, M.
Happart, était présent.
Les ministres flamand et fédéral, Mme Dua et M.
Gabriëls ont-ils pris part aux décisions ? Quels
subsides sont-ils prévus pour les agriculteurs et
quand ceux-ci vont-ils en bénéficier ? S'est-on
concerté au sujet des tests ESB après le 30 juin ?
Se penche-t-on sur le secteur porcin et sur celui de
la volaille ?
Le ministre vient de répondre à la question relative
au remplacement des farines carnées par des
protéines végétales.
La résolution demande aussi que l'on insiste auprès
de l'Union européenne pour que tous les États
membres soient obligés de procéder à la
vaccination. Comment les pays touchés réagissent-
ils à cette proposition ?
Quelles mesures concrètes le ministre a-t-il prises
pour exécuter cette résolution ?
03.02 Minister Jaak Gabriëls (Nederlands): Ik
neem de liquiditeitsbehoeften van de landbouwers
03.02 Jaak Gabriëls , ministre (en néerlandais): Je
suis particulièrement attentif aux besoins en
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
ter harte. Overheidssteun moet evenwel gebaseerd
zijn op correcte cijfers. Het Centrum voor
Landbouweconomie (CLE) berekende dat de BSE-
crisis aan de rundersector drie miljard frank kostte
tussen november 2000 en begin april 2001.
De eerste minister had inderdaad een onderhoud
met de landbouworganisaties. De gewestministers
waren daarvoor niet uitgenodigd. Ikzelf heb wel een
afspraak met hen om samen te onderhandelen met
de minister van Begroting over steunmaatregelen.
Die gesprekken beginnen vandaag nog.
De Europese Commissie heeft overigens nog geen
enkel nationaal steundossier goedgekeurd. In deze
problematiek in het bijzonder heb ik steeds een
Europese regeling verdedigd.
In Europa moet men rekening houden met vijftien
lidstaten met allemaal eigen prioriteiten. Het is niet
evident om hen allen te overtuigen van wat in een
resolutie van de Belgische Kamer wordt gevraagd.
In het najaar wordt hier in Brussel de hele MKZ-
problematiek besproken tijdens een internationale
conferentie, waarvoor trouwens grote belangstelling
bestaat. Het is belangrijk dat het Verenigd
Koninkrijk tegen die tijd het probleem onder controle
heeft. Tijdens de conferentie moet geëvalueerd
worden welke van de maatregelen de meest
effectieve en efficiënte waren.
liquidités des agriculteurs. Le CLE (Centrum voor
landbouweconomie Centre pour l'économie
agricole) a calculé que la crise de l'ESB avait coûté
entre novembre 2000 et début avril 2001 3 milliards
de francs au secteur bovin.
Le premier ministre a en effet eu un entretien avec
les organisations agricoles. Les ministres régionaux
n'étaient pas invités à cette occasion. J'ai moi-
même convenu d'un rendez-vous avec ces derniers
pour que nous entamions ensemble des
négociations avec le ministre du Budget à propos
de mesures d'aide. Ces discussions débutent
aujourd'hui même.
Par ailleurs la Commission européenne n'a encore
approuvé aucun dossier national d'aide. En
particulier dans ce domaine, j'ai toujours défendu la
réglementation européenne.
En Europe, il faut tenir compte de 15 Etats
membres ayant chacun leurs propres priorités. Il
n'est pas évident de les convaincre tous du bien-
fondé des demandes formulées dans une résolution
adoptée par la Chambre des représentants de
Belgique.
A l'automne, l'ensemble du dossier de la fièvre
aphteuse sera examiné à l'occasion d'une
conférence internationale qui suscite un vif intérêt. Il
importe que la Grande-Bretagne ait entre temps
réussi à maîtriser le problème. Au cours de la
conférence, il sera procédé à l'évaluation de
l'efficacité et de l'effectivité relatives des différentes
mesures mises en oeuvre dans le cadre de la crise.
Ik heb aan Commissaris Burn gezegd dat het
vaccinatievoorstel beter een maand vroeger was
gekomen. Ook bij vaccinatie is het trouwens niet
zeker dat het virus niet verder wordt overgedragen.
Dit alles toont aan dat wetenschappelijk onderzoek
absoluut noodzakelijk is. Als zich in Nederland geen
verdere verslechtering van de toestand voordoet,
kunnen we onze maatregelen versoepelen.
We kunnen in Europa alleen maar slagen als er een
Europese besluitvorming tot stand komt.
J'ai déclaré au commissaire Burn qu'il aurait mieux
valu que la proposition de vaccination soit faite un
mois plus tôt. Même en cas de vaccination, il n'est
d'ailleurs pas certain que la transmission du virus
ne se poursuive pas. Tout ceci démontre la
nécessité absolue d'une enquête scientifique. Si la
situation ne s'aggrave pas aux Pays-Bas, nous
pourrons assouplir nos mesures.
L'Europe ne devra son salut qu'à une prise de
décision au niveau européen.
03.03 Trees Pieters (CVP): De minister verklaart
dat er een Europees onderzoek inzake deze
problematiek aan de gang is. Wanneer zullen de
resultaten bekend worden gemaakt?
Ik noteer dat er overleg is gepland met de federale
en gewestelijke landbouwministers.
Het goedkeuren van de resolutie over het
03.03 Trees Pieters (CVP): Le ministre déclare
qu'une enquête au niveau européen est en cours à
ce sujet. Quand les résultats de cette enquête
seront-ils publiés ?
Je note qu'une concertation avec les ministres
fédéraux et régionaux de l'agriculture est prévue.
L'adoption de la résolution sur les farines carnées à
08/05/2001
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
dierenmeel in de Belgische Kamer van
Volksvertegenwoordigers is blijkbaar geen garantie
om op Europees vlak enig impact te hebben. De
CVP is er altijd van overtuigd geweest dat de
betrokken resolutie te vaag en te dubbelzinnig was.
Het antwoord van de minister onderschrijft deze
stelling.
la Chambre des représentants de Belgique ne
garantit apparemment pas le moindre impact au
niveau européen. Le CVP a toujours été convaincu
que la résolution susmentionnée était trop vague et
ambiguë. La réponse du ministre renforce ce
constat.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Jacqueline Herzet aan de
minister van Economie en Wetenschappelijk
Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid,
over "de dubieuze handelspraktijken van
Belgacom bij de verkoop van diverse diensten"
(nr. 4585)
04 Question de Mme Jacqueline Herzet au
ministre de l'Economie et de la Recherche
scientifique, chargé de la Politique des grandes
villes, sur "les manières commerciales douteuses
de Belgacom lors de la vente de divers services"
(n° 4585)
04.01 Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC): Net als
verscheidene andere personen heb ik onlangs een
brief van Belgacom ontvangen waarin mijn
abonnement op een door dat bedrijf aangeboden
dienst wordt bevestigd, terwijl ik daartoe nooit een
aanvraag heb ingediend. In die brief werd tevens
aangegeven dat de consument niet het recht heeft
van die aankoop af te zien.
Men kan heel wat vraagtekens plaatsen bij die
uiterst twijfelachtige praktijken waarbij tal van
Belgacom-cliënten worden gedupeerd. Bent u op de
hoogte van die praktijken? Is er hier sprake van een
overtreding van de wet van 14 juli 1991 betreffende
de handelspraktijken en de voorlichting en de
bescherming van de consument? Welke
maatregelen zal en kan u treffen om de
consumenten tegen die onrechtmatige
handelspraktijken te beschermen?
04.01 Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC) :
Récemment, j'ai reçu comme plusieurs personnes
un courrier de Belgacom selon lequel on me
confirmait ma souscription à un service offert par
cette société alors que je n'en avais jamais fait la
demande. De plus, le courrier indiquait que le
consommateur ne disposait pas du droit de
renoncer à cet achat.
On peut s'interroger sur ce genre de pratique
commerciale plus que douteuse qui force la main
de nombreux usagers de Belgacom qui sont ainsi
abusés. Etes-vous au courant de ces pratiques ? La
loi du 14 juillet 1991 sur les pratiques du commerce
et sur l'information et la protection du
consommateur n'est-elle pas bafouée ? Quelles
mesures comptez-vous et pouvez-vous prendre
pour protéger les usagers de ces pratiques
commerciales abusives?
04.02 Minister Charles Picqué (Frans): Wij zijn op
de hoogte van die praktijken. Ik heb de inspectie
van mijn bestuur gevraagd daarover verslag uit te
brengen.
Ik herinner eraan dat men zich hier kan beroepen
op de wet op de handelspraktijken, die de
gedwongen verkoop verbiedt. Daarvan kan
weliswaar worden afgeweken, maar dat geldt enkel
voor liefdadigheidsacties, wat hier naar mijn mening
niet het geval is.
Het beginsel volgens hetwelk wie zwijgt toestemt,
gaat in dit geval niet op. De verkoper behoort te
bewijzen dat de consument met de aankoop heeft
ingestemd.
04.02 Charles Picqué, ministre (en français):
Nous sommes au courant de ces pratiques. J'ai
demandé à l'Inspection de mon administration de
faire un rapport.
Je rappelle que la loi sur les pratiques dU
commerce peut être évoquée ici, loi qui interdit la
vente forcée. Certes, il existe une dérogation, mais
elle concerne les actions philantrophiques, ce qui
n'est pas le cas ici, je pense.
L'adage selon lequel qui ne dit mot consent n'est
pas valable ici. C'est au vendeur à apporter la
preuve du consentement de l'acheteur.
Ik vermoed dat de potentiële klant mondeling heeft
toegehapt. Steunend op die mondelinge
toestemming gaat Belgacom ervan uit dat het
contract kan worden gesloten. Ik wacht nog op het
rapport van mijn Iispectie.
Je soupçonne la vente du service de s'être faite
oralement. Belgacom croit pouvoir conclure le
contrat avec le seul consentement moral.
J'attends le rapport de mon Inspection.
CRABV 50
COM 466
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
04.03 Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC): Als dat
rapport de verwachte teneur heeft, zal u de inhoud
ervan dan bekendmaken ?
04.03 Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC) : Si ce
rapport va dans le sens où nous l'attendons, ferez-
vous connaître son contenu au public ?
04.04 Minister Charles Picqué (Frans): Uiteraard.
Het incident is gesloten.
04.04 Charles Picqué , ministre (en français): Oui,
bien entendu.
L'incident est clos
De voorzitter: Aangezien de heer Fournaux niet
aanwezig is, wordt zijn vraag van de agenda
geschrapt.
Le président : M. Fournaux n'étant pas présent, sa
question est retirée de l'ordre du jour.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 11.25 uur.
La réunion publique de commission est levée à
11.25 heures.
Document Outline