KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 447
CRIV 50 COM 447
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET HET BEKNOPT VERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC LE COMPTE RENDU ANALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
dinsdag mardi
17-04-2001 17-04-2001
14:30 uur
14:30 heures
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
CRIV 50
COM 447
17/04/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de
erkenningen van Mobile Urgentie Groepen
(MUG's)" (nr. 4337)
1
Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre
de la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "la
reconnaissance des Groupes d'urgence mobiles
(GUM)" (n° 4337)
1
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Magda
Aelvoet, minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Magda
Aelvoet, ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement
Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet aan de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de reclame
op in de apotheek verkochte kindervitaminen"
(nr. 4339)
2
Question de Mme Michèle Gilkinet à la ministre de
la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "la publicité
sur des vitamines à destination des enfants
vendues en pharmacie" (n° 4339)
2
Sprekers: Michèle Gilkinet, Magda Aelvoet,
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Michèle Gilkinet, Magda Aelvoet,
ministre de la Protection de la consommation,
de la Santé publique et de l'Environnement
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de
studieopdracht betreffende de effectiviteit van de
verslavingszorg" (nr. 4358)
3
Question de M. Jo Vandeurzen à la ministre de la
Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "l'étude
concernant l'efficacité des soins aux toxicomanes"
(n° 4358)
3
Sprekers: Jo Vandeurzen, Magda Aelvoet,
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Jo Vandeurzen, Magda Aelvoet,
ministre de la Protection de la consommation,
de la Santé publique et de l'Environnement
CRIV 50
COM 447
17/04/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTÉ
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIÉTÉ
van
DINSDAG
17
APRIL
2001
14:30 uur
______
du
MARDI
17
AVRIL
2001
14:30 heures
______
De vergadering wordt geopend om 14.44 uur door
mevrouw Yolande Avontroodt, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.44 heures par Mme
Yolande Avontroodt, présidente.
01 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan
de minister van Consumentenzaken, Volks-
gezondheid en Leefmilieu over "de erkenningen
van Mobile Urgentie Groepen (MUG's)"
(nr. 4337)
01 Question de M. Ludwig Vandenhove à la
ministre de la Protection de la consommation,
de la Santé publique et de l'Environnement sur
"la reconnaissance des Groupes d'urgence
mobiles (GUM)" (n° 4337)
01.01 Ludwig Vandenhove (SP): Mevrouw de
voorzitter, mevrouw de minister, collega's, als ik
de verslagen van de commissies nalees dan stel
ik vast dat reeds verscheidene malen voor
concrete dossiers over de erkenningen van
bepaalde MUG's is gesproken.
Ik zou de vraag nog eens willen stellen omdat u,
als bevoegd minister, weet dat er op het terrein
nogal wat ongerustheid bestaat over de datum
waarop het aangepast normenbesluit zal
verschijnen, zodat men kan overgaan tot de
concrete herkenning van de MUG's op het terrein.
Ik zal het niet over deze of gene MUG hebben. Ik
stel de vraag in het algemeen, waardoor al deze
concrete vragen uit het recente verleden ook een
antwoord zullen krijgen.
Mevrouw de minister, binnen welk tijdstip kan de
erkenning van de verschillende MUG's worden
doorgevoerd? Dat hangt uiteraard samen met het
aangepast normenbesluit dat moet worden
uitgevaardigd. Het is vooral een vraag naar timing
zodat alle concrete vragen van de voorbije
maanden ook een concreet antwoord kunnen
krijgen.
01.02 Minister Magda Aelvoet: Mevrouw de
voorzitter, mijnheer Vandenhove, zoals u zegt heb
ik al vaak vragen gekregen in verband met
MUG's, maar meestal toegespitst op concrete
situaties. In de laatste vergadering, bijvoorbeeld,
ging het over West-Vlaanderen omdat men daar
met de specifieke problematiek van de kust zit.
Dat is een heel reëel gegeven.
Een centrale rol in het hele MUG-gebeuren wordt
op het terrein door de fameuze provinciale
commissie gespeeld. Die commissies zijn, zoals u
weet, samengesteld uit afgevaardigden van alle
actoren voor dringende medische hulpverlening,
met name ambulanciers, MUG-artsen,
spoedgevallenartsen, brandweer, de gouverneur,
enzovoort. Zij kregen drie maanden de tijd om een
voorstel van spreiding van MUG-diensten binnen
het bestaande wettelijk kader te ontwikkelen.
De commissies werden verzocht hun advies voor
de jaarwisseling te formuleren. Dat is jammer
genoeg niet voor alle provinciale commissies
gelukt. De laatste adviezen werden tegen 15 april
verwacht en zouden ondertussen moeten
binnengekomen zijn. Ik heb met de
verantwoordelijke van mijn administratie
vanochtend nog geprobeerd contact te krijgen om
17/04/2001
CRIV 50
COM 447
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
te horen of de laatste adviezen binnen zijn, maar
ik heb de bevoegde ambtenaar niet aan de lijn
kunnen krijgen.
Ik volg dit zeer nauwgezet op, want het is
volkomen juist dat op het niveau van verschillende
provincies concrete vragen rijzen. Er bestaat
daarover onzekerheid. Daarom vind ik het niet
meer dan logisch om een tijdsplan te vragen.
Op basis van de laatste adviezen, waarvan ik
hoop dat ze zijn binnengekomen, komt het mij toe
om te kijken of de voorstellen, die vanuit de
verschillende provinciale commissies zijn
gekomen, binnen de huidige
programmatienormen passen.
Enkele provinciale commissies hebben nu al laten
verstaan dat het niet mogelijk zal zijn om een
optimale spreiding van de MUG-functies in hun
provincie in het kader van de bestaande
programmatienormen te organiseren. Ik vind het
gevaarlijk om in het kader van provincie tot
provincie beslissingen te nemen. Ik wil het globale
plaatje zien en dan pas beslissen.
Normaal moet ik in de komende dagen en weken
de verschillende voorstellen onder ogen kunnen
krijgen. Dan kan ik nagaan of de totale
programmatie toelaat in te gaan op de totale
vraag, ook al zijn er verschillen op provinciaal
niveau.
Indien het proclamatiebesluit moet worden
gewijzigd, hoop ik dat we dat binnen het
bestaande kader maar met verschuivingen tussen
provincies kunnen. In dat geval moet ik volgens de
normale procedure mijn besluit eerst bij de
Ministerraad indienen en daarna een advies
vragen aan de Nationale Raad voor
Ziekenhuisvoorzieningen, de Nationale Raad voor
Dringende Medische Hulp en de Raad van State.
Na publicatie van het besluit moeten de
provinciale commissies voor Dringende Medische
Hulpverlening op basis van het nieuwe besluit een
nieuw voorstel doen. Dus als de bestaande
programmatie ontoereikend is, moet de oefening
worden overgedaan. Dat zou een heel hachelijke
onderneming zijn, omdat er dan zeer veel tijd
verloren is gegaan.
Wat mij betreft, ik zal proberen een verantwoorde
oplossing te vinden binnen het bestaande kader,
wetende dat er hier en daar een verschuiving zal
moeten gebeuren. Slaag ik daarin niet, dan zal er
een nieuwe ronde moeten worden gestart. Ik heb
alvast enkele onderhandelingsmogelijkheden. Het
is trouwens een zaak die ik wekelijks volg.
01.03 Ludwig Vandenhove (SP): Mevrouw de
voorzitter, ik dank de minister voor haar vrij
volledig antwoord, dat ook perspectieven biedt. In
de veronderstelling dat alle adviezen voor eind
april binnen zijn en alle fasen worden doorlopen,
welke timing voorziet zij? Kan het dossier worden
afgehandeld vóór het groot reces?
01.04 Minister Magda Aelvoet: Mijnheer
Vandenhove, ik denk dat een datum na het groot
reces realistischer is. Dat is wel in het best
mogelijke scenario.
01.05 Ludwig Vandenhove (SP): Met andere
woorden, in het geval dat een oplossing binnen
het bestaande kader wordt gevonden.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Question de Mme Michèle Gilkinet à la
ministre de la Protection de la consommation,
de la Santé publique et de l'Environnement sur
"la publicité sur des vitamines à destination des
enfants vendues en pharmacie" (n° 4339)
02 Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet aan de
minister van Consumentenzaken, Volks-
gezondheid en Leefmilieu over "de reclame op
in de apotheek verkochte kindervitaminen"
(nr. 4339)
02.01 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Madame la présidente, madame la ministre, chers
collègues, j'ai été interpellée à diverses reprises
par des citoyens choqués que des vitamines
vendues en pharmacie arborent les couleurs des
Pokémons. Je suppose que vous connaissez ces
petits personnages.
Je me pose dès lors un certain nombre de
questions concernant l'éthique de cette démarche.
A l'heure actuelle où, grâce à votre action, les
pouvoirs publics tentent de limiter la
surconsommation des médicaments, il me paraît
anormal que des produits à destination des
enfants, vendus en pharmacie, puissent faire
l'objet de publicités de ce type.
En effet, les conséquences de ces publicités ne
sont pas innocentes puisqu'elles induisent des
comportements qui, à terme, risquent d'être lourds
pour la sécurité sociale. Ces publicités tendent
effectivement à banaliser l'usage des
médicaments auprès des jeunes enfants.
Y a-t-il moyen de prendre des mesures pour
CRIV 50
COM 447
17/04/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
remédier à cette situation? Disposez-vous des
outils légistiques pour envisager ces mesures de
façon à limiter au maximum l'usage de ce type de
marketing pour un produit vendu en pharmacie?
02.02 Magda Aelvoet, ministre: Madame la
présidente, chers collègues, Mme Gilkinet a
raison d'attirer l'attention sur ce problème qui est
bien réel. Je dispose ici d'un exemplaire du
médicament faisant l'objet de cette publicité qui
vise à accroître la vente des vitamines et des
minéraux sous prétexte qu'ils constituent un
complément intéressant à la nourriture des
enfants.
De manière générale, il faudrait que les gens
réalisent que dans la mesure où l'on donne une
nourriture saine et équilibrée aux enfants, il n'est
pas nécessaire d'ajouter tous ces compléments.
Cependant, je ne peux pas les interdire car il
existe des situations dans lesquelles la prise de
vitamines peut être indiquée.
Cela étant dit, le problème se pose dans les
termes suivants. Lorsque l'on peut démontrer qu'il
s'agit d'une réelle tromperie, on peut attaquer le
fabricant du produit devant les tribunaux.
Le cas que vous avez cité est tout à fait limite. Les
personnes que j'ai contactées m'ont affirmé qu'il
n'était pas possible de régler ce problème par la
voie légale car dès qu'un texte est mis sur papier,
les fabricants ont déjà inventé autre chose. Une loi
ne servirait donc pas à grand-chose.
La solution la plus appropriée serait de prévoir un
code éthique. Une initiative en ce sens est en
cours. Une concertation est déjà prévue entre
l'industrie agro-alimentaire et l'association
professionnelle des commerçants d'aliments
naturels et diététiques pour rendre ce code
opérationnel le plus rapidement possible.
Un premier texte a déjà été mis sur papier. Il peut
constituer un complément à la législation existante
mais, comme vous venez de l'indiquer, il ne peut
pas répondre à toutes les situations, surtout celles
sujettes à discussion auxquelles il est très difficile
d'apporter une solution.
Par ailleurs, j'estime que nous pourrions intervenir
auprès des pharmaciens qui disent souvent qu'ils
ne veulent pas être considérés comme des
commerçants vendant une simple marchandise.
On peut refuser la présence de certains produits
dans leur officine. L'association des pharmaciens
se plaint, par exemple, d'un manque de place
pour stocker une quantité suffisante de
médicaments génériques mais, d'un autre côté,
on constate la présence de produits qui n'ont pas
leur place dans une pharmacie puisqu'ils peuvent
être considérés comme une denrée alimentaire
susceptible d'être vendue n'importe où. Dès lors,
j'estime que les pharmaciens doivent se montrer
responsables en la matière.
Dans le cadre de notre concertation régulière avec
l'association des pharmaciens, nous avons prévu
de mettre ce point à l'ordre du jour pour voir
comment stimuler ce débat.
Enfin, je pense qu'en termes d'éducation
générale, il est important que de temps à autre,
des messages clairs soient donnés au sujet de
l'utilité de ce genre de produits. Je ne peux, bien
entendu, pas lancer des campagnes à propos de
tout. Vous savez qu'il y en a une concernant le
métier d'infirmier et d'infirmière, à laquelle nous
recevons heureusement des réactions plutôt
positives de différents côtés. Il y a aussi la
campagne sur les antibiotiques. Le nombre de
messages sur lesquels on peut insister avec
continuité est limité.
C'est surtout par le biais de la concertation avec
l'association des pharmaciens, de la poursuite de
l'élaboration d'un code éthique et de l'éducation
générale
-
à savoir glisser ce message à
l'occasion d'une conférence de presse, etc. - que
je voudrais m'attaquer à ce problème.
02.03 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Madame la présidente, je remercie la ministre
pour sa réponse et je l'encourage à poursuivre
dans cette voie. Je sais que l'on attend beaucoup
des communautés mais peut-être pourrait-on
suggérer à nos ministres communautaires de faire
une petite communication sur ces matières, dans
le cadre de la prévention.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Consumentenzaken, Volks-
gezondheid en Leefmilieu over "de
studieopdracht betreffende de effectiviteit van
de verslavingszorg" (nr. 4358)
03 Question de M. Jo Vandeurzen à la ministre
de la Protection de la consommation, de la
Santé publique et de l'Environnement sur
"l'étude concernant l'efficacité des soins aux
toxicomanes" (n° 4358)
03.01 Jo Vandeurzen (CVP): Mevrouw de
voorzitter, mevrouw de minister, collega's, ik heb
17/04/2001
CRIV 50
COM 447
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
slechts een korte vraag over de federale drugnota.
In deze nota staat op bladzijde 36 dat er 16,5
miljoen frank zou gereserveerd worden om een
onderzoek in te stellen naar de effectiviteit van de
verslavingszorg. Hier wordt de terechte
overweging gemaakt dat dit wel een erg duur
onderzoek is en de vraag rijst of de financiële
middelen op een optimale manier worden
aangewend.
Bijgevolg heb ik uitsluitend informatieve vragen.
Ten eerste, is deze opdracht al toegewezen? Zo
ja, aan wie?
Op basis van welke aanbestedingsprocedure zou
dat dan gebeurd zijn? Wat is de exacte inhoud
van de opdracht, en welke timing werd er
vooropgesteld?
03.02 Minister Magda Aelvoet: Mevrouw de
voorzitter, mijnheer Vandeurzen, in antwoord op
uw eerste vraag kan ik stellen dat het bedrag in de
nota inderdaad in het vooruitzicht werd gesteld. In
de nota staat ook dat het de diensten zijn van de
eerste minister, met name de DWTC, die dit zou
moeten financieren. De genoemde 16,5 half
miljoen zal dus op deze middelen moeten worden
uitgetrokken.
Het punt is, en daarmee krijgt u ook een antwoord
op uw tweede vraag, dat er in het kader van het
DWTC zeer strikte aanbestedingsprocedures zijn
voorzien. Na overleg van mijn kabinet met dat van
de eerste minister, die de diensten van het DWTC
onder zijn bevoegdheid heeft, bleek dat juist
omwille van de precieze omschrijving van de
criteria - zo moeten de vragen in het Staatsblad
worden gepubliceerd het nagenoeg onmogelijk
is dit uit te schrijven zonder een voorstudie.
Daarom werd reeds beslist een voorstudie te laten
uitvoeren die voornamelijk in kaart moet brengen
welke middelen op dit ogenblik precies aan
verslavingszorg worden besteed. Bij deze
voorstudie worden drie universiteiten betrokken:
de universiteit van Leuven, de ULB en de
Rijksuniversiteit van Gent, onder de
respectievelijke leiding van de professoren
Casselman, Pelck en De Ruyver. Zij zullen de
voorstudie uitwerken die het mogelijk moet maken
om de eigenlijke opdracht uit te schrijven.
Het voorgaande bepaalt ook de timing. In realiteit
zal de studie voor het DWTC pas in 2002 kunnen
opgestart worden. Op dit ogenblik wordt het
nieuwe onderzoeksprogramma van de DWTC
voorbereid, in overleg met mijn kabinet. Het
budget wordt definitief vastgelegd bij het opmaken
van de begroting voor 2002. Nu reeds wordt
gezegd dat een hoger bedrag dan die 16,5 miljoen
frank zal nodig zijn. De uitvoering wordt pas
voorzien voor 2002. Korte tijd later zal een erg
gedetailleerde en inhoudelijke omschrijving, plus
timing ter goedkeuring aan de Ministerraad
worden voorgelegd.
De gebruikelijke procedures voor
onderzoeksprogramma's van de DWTC zullen
worden gevolgd. Dat betekent dat er een oproep
voor het onderzoeksprogramma, met alle nodige
details, in het Staatsblad zal verschijnen.
03.03 Jo Vandeurzen (CVP): Mevrouw de
minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik zal er niet
te veel commentaar bij geven. Ik hoop alleen dat
men beseft dat dit wel een heel delicate kwestie
is. Sommigen van de mensen die in deze
discussie betrokken zijn werken op het kabinet
van de minister. Anderen maken de voorstudie,
nog anderen de aanbesteding. Ik zoek hier niets
achter, maar het lijkt me een ondoorzichtige
situatie.
Verder heeft u het over 2002. Nochtans was ik erg
enthousiast over het onderdeel timing van uw
drugsnota: daarin stond juli 2001. De timing
verschuift naar latere datum. Het budget wordt
groter.
Uiteraard had ik gehoopt dat de studie sneller kon
gebeuren. Ik neem aan dat de Gemeenschappen
erbij betrokken zijn. Als u zegt dat in de voorstudie
moet worden nagegaan welke middelen dienen te
worden ingezet voor de verslavingszorg, dan
neem ik aan dat er ook moet gekeken worden wat
de CGG's kunnen bijdragen. Er is een coöperatie
van de Gemeenschappen nodig, anders heeft het
weinig zin een dergelijke studie uit te voeren.
Ik weet niet of dit het geval is. Vroeger was het
niet zo evident dat de gemeenschappen
meewerkten.
03.04 Minister Magda Aelvoet: In het antwoord
dat voor mij werd voorbereid, vind ik hierover geen
informatie. Ik wil terzake geen lichtzinnige
uitspraken doen. Sinds juli 2000 is er regelmatig
overleg met de gemeenschappen. Het zou me
verbazen dat de gemeenschappen niet
meewerken. Ik kan het echter niet formeel
bevestigen. Het lijkt me wel logisch.
Mijnheer Vandeurzen, uw uitspraken inzake het
werken op een kabinet zijn een beetje mysterieus.
03.05 Jo Vandeurzen (CVP): Mevrouw de
minister, het was niet de bedoeling te insinueren.
CRIV 50
COM 447
17/04/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
Een professor op het kabinet die een voorstudie
maakt en de aanbesteding doet, lijkt me geen
goed idee. Men moet een deontologie opstellen
zodat bepaalde insinuaties niet nodig zijn. Ik
insinueer niets. Ik ken professor De Ruyver
voldoende om zijn integriteit niet in vraag te
stellen. Mocht een lokaal bestuur hetzelfde doen,
zou het heel wat reacties mogen verwachten. Ik
vraag me af of dit wel een verstandige aanpak is.
Ik beklemtoon opnieuw dat ik niets wil insinueren.
03.06 Minister Magda Aelvoet: Dank u.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
La question n° 4369 de M. Olivier Chastel sera
posée par écrit.
De vragen nrs. 4389 en 4409 van de dames
Annemie Van de Casteele en Greta D'Hondt
worden naar een latere datum verschoven.
De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 15.05 uur.
La réunion publique de commission est levée à
15.05 heures.
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 447
CRABV 50 COM 447
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
dinsdag mardi
17-04-2001 17-04-2001
14:30 uur
14:30 heures
CRABV 50
COM 447
17/04/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de
erkenningen van Mobile Urgentie Groepen
(MUG's)" (nr. 4337)
1
Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre
de la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "la
reconnaissance des Groupes d'urgence mobiles
(GUM)" (n° 4337)
1
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Magda
Aelvoet, minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Magda
Aelvoet, ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement
Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet tot de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de reclame
op in de apotheek verkochte kindervitaminen"
(nr. 4339)
2
Question de Mme Michèle Gilkinet à la ministre de
la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "la publicité
sur des vitamines à destination des enfants
vendues en pharmacie" (n° 4339)
2
Sprekers: Michèle Gilkinet, Magda Aelvoet,
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Michèle Gilkinet, Magda Aelvoet,
ministre de la Protection de la consommation,
de la Santé publique et de l'Environnement
Vraag van de heer Jo Vandeurzen tot de minister
van Consumentenzaken, Volksgezondheid en
Leefmilieu over "de studieopdracht betreffende de
effectiviteit van de verslavingszorg" (nr. 4358)
3
Question de M. Jo Vandeurzen à la ministre de la
Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "l'étude
concernant l'efficacité des soins aux toxicomanes"
(n° 4358)
3
Sprekers: Jo Vandeurzen, Magda Aelvoet,
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Jo Vandeurzen, Magda Aelvoet,
ministre de la Protection de la consommation,
de la Santé publique et de l'Environnement
CRABV 50
COM 447
17/04/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTE
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIETE
van
DINSDAG
17
APRIL
2001
14:30 uur
______
du
MARDI
17
AVRIL
2001
14:30 heures
______
De vergadering wordt geopend om 14.43 uur door
mevrouw Yolande Avontroodt, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.43 heures par Mme
Yolande Avontroodt, présidente.
01 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de
erkenningen van Mobile Urgentie Groepen
(MUG's)" (nr. 4337)
01 Question de M. Ludwig Vandenhove à la
ministre de la Protection de la consommation, de
la Santé publique et de l'Environnement sur "la
reconnaissance des Groupes d'urgence mobiles
(GUM)" (n° 4337)
01.01 Ludwig Vandenhove (SP): Reeds
verschillende malen werden er vragen gesteld
inzake de erkenningen van bepaalde MUG's. Er
bestaat nog steeds onduidelijkheid over de datum
waarop het aangepast normenbesluit zal
verschijnen, zodat men kan overgaan tot de
concrete erkenning van de MUG's op het terrein.
Binnen welk tijdsbestek kan de erkenning van de
verschillende MUG's worden doorgevoerd?
01.01 Ludwig Vandenhove (SP): A plusieurs
reprises, des questions ont été posées sur la
reconnaissance de certains MUG (groupes
d'urgence mobiles). Sur le terrain, l'incertitude règne
toujours quant à la date de publication du nouvel
arrêté définissant les normes en la matière et qui
doit permettre de procéder enfin à l'agrément des
GUM.
Dans quel délai l'agrément des différents MUG
pourra-t-il avoir lieu ?
01.02 Minister Magda Aelvoet (Nederlands): De
provinciale commissies, samengesteld uit
afgevaardigden van alle sectoren voor dringende
medische hulpverlening, moeten een voorstel van
spreiding van de MUG-diensten binnen het
bestaande wettelijk kader ontwikkelen. De laatste
adviezen werden tegen 15 april zoal verwacht. Ik
weet niet of dit ook effectief is gebeurd.
Ik zal op basis van de laatste adviezen nagaan of
de voorstellen binnen de huidige
programmatienormen passen. Ik wil geen
beslissingen nemen in functie van één bepaalde
provincie, maar ik wil op basis van het globale
plaatje maatregelen nemen, ook al zijn er
01.02 Magda Aelvoet , ministre (en néerlandais) :
Les commissions provinciales, composées de
représentants délégués par tous les acteurs de
l'aide médicale urgente, doivent élaborer une
proposition de répartition des GUM tout en
respectant le cadre légal existant. Les derniers avis
étaient attendus pour le 15 avril 2001. Je ne sais
pas s'ils ont à ce jour effectivement été introduits.
En me basant sur les derniers avis, je vérifierai si
les propositions s'accordent avec les normes de
programmation actuelles. Je ne veux pas prendre
de décision en fonction des besoins d'une seule
province. Au contraire, je souhaite prendre des
mesures en tenant compte de la situation globale,
17/04/2001
CRABV 50
COM 447
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
verschillen op provinciaal niveau.
Het incident is gesloten.
même s'il y a des différences au niveau provincial.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet tot de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de reclame
op in de apotheek verkochte kindervitaminen"
(nr. 4339)
02 Question de Mme Michèle Gilkinet à la
ministre de la Protection de la consommation, de
la Santé publique et de l'Environnement sur "la
publicité sur des vitamines à destination des
enfants vendues en pharmacie" (n° 4339)
02.01 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV): Het
gebruik van de Pokeon-figuurtjes op in de apotheek
verkochte kindervitaminen is stuitend. Ik vraag me
af of deze praktijken wel ethisch verantwoord zijn,
ook in het licht van de inspanningen die u zich thans
getroost om het overmatige geneesmiddelengebruik
te beperken. Dergelijke reclame bagatelliseert het
gebruik van geneesmiddelen bij kinderen.
Welke maatregelen werden of worden er getroffen
om reclame voor farmaceutische of
parafarmaceutische producten voor kinderen zoveel
mogelijk aan banden te leggen ?
02.01 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV) :
L'utilisation des couleurs du Pokémon pour les
vitamines pour enfants vendues en pharmacie est
choquante. Je m'interroge quant à l'éthique de la
démarche, surtout dans un contexte où vous tentez
actuellement de limiter la surconsommation de
médicaments. Ces publicités banalisent en effet
l'usage du médicament auprès des enfants.
Quelles sont les mesures prises ou prévues afin de
limiter au maximum les possibilités de faire de la
publicité pour des produits de pharmacie ou de
parapharmacie à destination des enfants ?
02.02 Minister Magda Aelvoet (Frans): Wie
evenwichtig eet, heeft geen vitaminesuppletie nodig.
In een aantal gevallen kan het wel noodzakelijk zijn
extra vitaminen te slikken. Een verbod is dus niet
aan de orde.
Als er duidelijk sprake is van bedrog, kan er in
rechte opgetreden worden. In het onderhavige geval
zitten we op de grens van het aanvaardbare. De wet
biedt niet noodzakelijk een oplossing voor het
probleem. We verwachten meer van een ethische
code van de landbouw- en voedingsindustrie om
een uitweg te vinden uit deze complexe situatie.
02.02 Magda Aelvoet , ministre (en français): Si
l'on se nourrit correctement, on n'a affectivement
pas besoin de recourir à des suppléments
vitaminés. Cependant, dans certains cas, leur
utilisation peut s'avérer nécessaire. Une interdiction
pure et simple n'est donc guère envisageable.
Si la tromperie est évidente, on peut agir en justice.
Dans le cas qui nous préoccupe, on est à la limite
de l'acceptable. Une loi n'offre pas nécessairement
une solution à ce problème et nous attendons
davantage d'un code d'éthique élaboré par
l'industrie agroalimentaire pour trouver une issue à
cette situation complexe.
Er is al een overlegvergadering tussen de
landbouw- en voedingsindustrie en de producenten
van dieetvoedsel gepland. De eerste versie van een
akkoord staat al op papier.
Verder kunnen de apotheken weigeren bepaalde
producten te verkopen. Wij kwamen met de
vereniging van apothekers overeen dit punt op de
agenda van de volgende vergadering van het
overlegcomité te plaatsen.
Ten slotte is het belangrijk de mensen te informeren
over het nut van de consumptie van dergelijke
producten. Wij kunnen echter niet over alles
campagnes opzetten. Bijgevolg is het van wezenlijk
belang de voedselproducenten en de apothekers
bewust te maken van hun verantwoordelijkheid
terzake.
Une concertation entre l'industrie agro-alimentaire
et les fabricants d'aliments diététiques a déjà été
prévue. La première version d'un accord a aussi été
rédigée.
Par ailleurs, les pharmaciens peuvent refuser de
vendre certains produits dans leur officine. Nous
avons prévu, avec l'association des pharmaciens,
de mettre cette question à l'ordre du jour de la
prochaine réunion du comité de concertation.
Enfin, une information portant sur l'utilité de la
consommation de ce type de produit est importante.
Mais nous ne pouvons pas mener des campagnes
sur tout. C'est pourquoi la responsabilisation des
fabricants d'aliments et des pharmaciens est
primordiale.
CRABV 50
COM 447
17/04/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
02.03 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Volgens mij zouden ook de Gemeenschappen
terzake een rol kunnen spelen.
02.03 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV) : Les
Communautés pourraient elles aussi jouer un rôle
en cette matière, me semble-t-il.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Jo Vandeurzen tot de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "de
studieopdracht betreffende de effectiviteit van de
verslavingszorg" (nr. 4358)
03 Question de M. Jo Vandeurzen à la ministre de
la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "l'étude
concernant l'efficacité des soins aux
toxicomanes" (n° 4358)
03.01 Jo Vandeurzen (CVP): In de federale
drugnota wordt vermeld dat 16,5 miljoen zou
worden gereserveerd om onderzoek te doen naar
de effectiviteit van de verslavingszorg. Dit lijkt ons
een zeer dure studie.
Werd deze opdracht al toegewezen? Zo ja, aan wie
en op basis van welke aanbestedingsprocedure?
Wat is de inhoud van de opdracht en welke timing
werd vooropgesteld?
03.01 Jo Vandeurzen (CVP): La note fédérale
concernant le problème de la drogue fait état d'une
somme de 16,5 millions de francs qui serait
réservée pour la recherche sur l'efficacité des soins
aux toxicomanes. Cela me paraît bien cher pour
une étude !
La commande a-t-elle déjà été passée ? Dans
l'affirmative, qui a été chargé de cette étude et par
quelle procédure d'adjudication ? Quel est le
contenu exact du contrat et quel est l'échéancier ?
03.02 Minister Magda Aelvoet (Nederlands): De
Diensten voor Wetenschappelijke, Technische en
Culturele aangelegenheden (DWTC), toegevoegd
aan de premier, moeten deze opdracht financieren.
Er is in zeer strikte aanbestedingsprocedures
voorzien.
De voorstudie moet in kaart brengen welke
middelen momenteel precies aan verslavingszorg
worden gespendeerd. Daarbij worden de
universiteiten van Leuven en Gent en ook de ULB
betrokken.
De studie voor het DWTC zal pas in 2002 kunnen
worden opgestart. Waarschijnlijk zal het project
meer dan 16,5 miljoen frank kosten. Er zal een
gedetailleerde en inhoudelijke omschrijving en
timing ter goedkeuring aan de Ministerraad worden
voorgelegd. Er zal een oproep voor het
onderzoeksprogramma verschijnen in het Belgisch
Staatsblad.
03.02 Magda Aelvoet , ministre (en néerlandais): Il
appartient aux services fédéraux des affaires
scientifiques, techniques et culturelles (SSTC), qui
relèvent du premier ministre, de financer ce projet.
Des procédures d'adjudication très strictes ont été
prévues.
L'étude préliminaire a pour objectif d'établir la
cartographie détaillée des moyens affectés
actuellement aux soins aux toxicomanes. Les
universités de Leuven et de Gand et l'ULB sont
associées à ce projet.
L'étude pour les SSTC ne pourra être mise en
chantier qu'en 2002. Le coût du projet est estimé à
plus de 16,5 millions. Une description détaillée du
contenu du projet et un échéancier précis seront
soumis à l'approbation du conseil des ministres. Un
appel d'offres pour le programme de recherche sera
publié au Moniteur Belge.
03.03 Jo Vandeurzen (CVP): In de drugnota werd
juli 2001 als timing vooropgesteld. In een voorstudie
wordt nagegaan welke middelen voor de
verslavingszorg moeten worden ingezet. Zonder
samenwerking vanwege de Gemeenschappen heeft
dit weinig zin. Vroeger was het niet evident dat de
Gemeenschappen meewerkten.
03.03 Jo Vandeurzen (CVP): La note précitée
concernant le problème de la drogue avançait juillet
2001 comme date butoir. Une étude préliminaire
devra déterminer les moyens à affecter aux soins
aux toxicomanes. Un tel projet n'a aucun sens s'il
ne se fait pas en collaboration avec les
Communautés. Par le passé, la coopération des
Communautés n'était pas évidente.
03.04 Minister Magda Aelvoet (Nederlands):
Sinds juli 2000 is er regelmatig overleg met de
03.04 Magda Aelvoet , ministre (en néerlandais) :
Depuis juillet 2000, la concertation avec les
17/04/2001
CRABV 50
COM 447
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
Gemeenschappen. Het zou me verbazen indien ze
niet zouden meewerken.
Communautés est organisée sur une base
régulière. Je serais étonnée si les Communautés ne
coopéraient pas.
03.05 Jo Vandeurzen (CVP): Ik insinueer niets. Ik
stel de integriteit van professor De Ruyver niet in
vraag. Maar een professor, op het kabinet, een
voorstudie en een aanbesteding laten doen, lijkt me
geen goed idee.
03.05 Jo Vandeurzen (CVP): Je n'insinue rien et
je ne mets pas en doute l'intégrité du professeur De
Ruyver. J'estime néanmoins que ce n'est pas une
bonne idée de charger au cabinet un professeur
d'une étude préliminaire et d'une adjudication.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.04 uur.
La réunion publique de commission est levée à
15.04 heures.
Document Outline