KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 434
CRIV 50 COM 434
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET HET BEKNOPT VERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC LE COMPTE RENDU ANALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
dinsdag mardi
27-03-2001 27-03-2001
10:30 uur
10:30 heures
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
CRIV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Pieter De Crem aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
over "de aankoop van de asielcentra Zon en Zee
en Hengelhoef" (nr. 4282)
1
Question de M. Pieter De Crem au vice-premier
ministre et ministre du Budget, de l'Intégration
sociale et de l'Economie sociale sur "l'achat des
centres d'asile Zon en Zee et Hengelhoef"
(n° 4282)
1
Sprekers: Pieter De Crem, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en
Sociale Economie
Orateurs: Pieter De Crem, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget, de l'Intégration sociale et de l'
Économie sociale
Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
over "onderwijs voor eerstaangekomen
asielzoekers" (nr. 4307)
3
Question de Mme Michèle Gilkinet au vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale sur
"l'enseignement pour les primo-arrivants"
(n° 4307)
2
Sprekers: Michèle Gilkinet, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en
Sociale Economie
Orateurs: Michèle Gilkinet, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget, de l'Intégration sociale et de l'
Économie sociale
Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de
minister van Justitie over "gedwongen abortussen
bij asielzoeksters" (nr. 4297)
4
Question de Mme Alexandra Colen au ministre de
la Justice sur "les demandeuses d'asile
contraintes de se faire avorter" (n° 4297)
4
Sprekers: Alexandra Colen, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en
Sociale Economie
Orateurs: Alexandra Colen, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget, de l'Intégration sociale et de l'
Économie sociale
Vraag van mevrouw Annemie Van de Casteele
aan de minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "het
meningokokvaccin" (nr. 4324)
6
Question de Mme Annemie Van de Casteele à la
ministre de la Protection de la consommation, de
la Santé publique et de l'Environnement sur "le
vaccin contre le méningocoque" (n° 4324)
6
Sprekers: Annemie Van de Casteele, Magda
Aelvoet, minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Annemie Van de Casteele, Magda
Aelvoet, ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement
CRIV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTÉ
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIÉTÉ
van
DINSDAG
27
MAART
2001
10:30 uur
______
du
MARDI
27
MARS
2001
10:30 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.36 uur door
mevrouw Yolande Avontroodt, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.36 heures par Mme
Yolande Avontroodt, présidente.
01 Vraag van de heer Pieter De Crem aan de
vice-eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale
Economie over "de aankoop van de asielcentra
Zon en Zee en Hengelhoef" (nr. 4282)
01 Question de M. Pieter De Crem au vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale
sur "l'achat des centres d'asile Zon en Zee et
Hengelhoef" (n° 4282)
01.01 Pieter De Crem (CVP): Mevrouw de
voorzitter, mijnheer de minister, ik stel mijn vraag
over de problematiek van de aankoop van Zon en
Zee en Hengelhoef naar aanleiding van de
begrotingsbesprekingen in de plenaire
vergadering van donderdag 22 maart 2001 en de
ietwat omfloerste uitspraken van minister
Reynders. Het was oorspronkelijk mijn bedoeling
u een aantal vragen te stellen over de status van
het protocolakkoord dat tussen u en de
burgemeester van Middelkerke werd gesloten.
Ondertussen werd het protocolakkoord reeds
uitgebreid besproken. Ik stel voor dat ik de vraag
laat vallen, tenzij u daarover iets wenst te zeggen.
Minister Reynders zei dat het aantal asielzoekers
spectaculair was gedaald, met name tot 1700 in
februari 2001 en 60 tot 70 asielzoekers per dag.
Hij liet verstaan dat de opportuniteit van het
onderbrengen van kandidaat-asielzoekers in Zon
en Zee en de financiële gevolgen daarvan in een
ander daglicht zijn komen te staan. Op mijn vraag
of dat betekende dat de regering overwoog
misschien niet tot de geplande aankopen over te
gaan, volgde een brede maar nietszeggende
glimlach. Op de vraag of de geplande aankoop
alsnog zou doorgaan, gaf hij evenmin een
bevestigend antwoord. Op de vraag of de regering
eventueel andere plannen met de geplande
aankopen had, volgde ook geen antwoord.
Ondertussen had ik de kans om minister
Duquesne te ondervragen over de stand van
zaken inzake de nieuwe en twee jaar gelegen
reeds aangekondigde asielprocedure. Hij was
echter minder enthousiast over de mededelingen
van minister Reynders in de plenaire vergadering.
Hij bevestigde uiteraard de cijfers, maar hij zei
erbij dat ze stabiel maar nog veel te hoog waren.
Hij zei: " Stable, mais encore trop élevés". Hij liet
het antwoord over de noodzaak van de capaciteit
die in de vakantiecentra werd aangeboden in het
midden. Over de noodzakelijkheid van de
aankoop van Zon en Zee en Hengelhoef bestaat
meer dan ooit onduidelijkheid, ook over de aard
van de transactie.
Mijnheer de minister, werden
verkoopsovereenkomsten, zogenaamde
compromissen, over Zon en Zee en Hengelhoef
ondertekend? Zo neen, kwam een koop- of
verkoopbelofte, tussen de Belgische Staat en de
verkopers tot stand? Gaat u akkoord met de
interpretatie of de zinspelingen die de ministers
Reynders en Duquesne vorige week in de
commissie hebben geventileerd? Overweegt u om
27/03/2001
CRIV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
de beslissingen inzake Westende en Houthalen te
herzien? De begrotingsbesprekingen van dit
weekend zouden op het vlak van het
huisvestingsbeleid van de kandidaat-asielzoekers
ongetwijfeld gevolgen kunnen hebben. Worden
nieuwe en andere middelen voor de opvang van
kandidaat-asielzoekers voorzien? Worden pistes
voor nieuwe centra, bijvoorbeeld gesloten centra,
nog altijd onderzocht?
01.02 Minister Johan Vande Lanotte: Mevrouw
de voorzitter, collega De Crem, ik schets even het
mechanisme van de aankopen. De Ministerraad
beslist een aantal vestigingen te openen op
voorstel van de minister van Maatschappelijke
Integratie. Daarna krijgt de Regie der Gebouwen
opdracht de aankoop te realiseren. Op haar beurt
moet die een opdracht tot aankoop geven aan het
Aankoopcomité dat een schatting geeft. Tussenin
is er dan ook nog altijd het inspectieverslag. Het
Aankoopcomité krijgt een aantal richtlijnen.
Wat Westende betreft, is de compromis
opgemaakt. Dat gebeurt via het uitwisselen van
brieven of faxen, of in ieder geval van stukken.
Voor het verlijden van de authentieke akte is er
ook een inspectieverslag gevraagd en verkregen.
Nu kan de authentieke akte worden verleden. Bij
aankopen door de Staat gebeurt dit door het
Aankoopcomité zelf en niet door een notaris, zoals
dit ook voor de gemeenten geldt. De lokale
overheid is daarbij niet betrokken uiteraard: de
Staat koopt aan van particulieren.
Ik geef u de cijfers. In februari waren er
1.795 asielaanvragen. Voor deze maand zijn er tot
op vandaag, 27 maart 2001, 1.437 asielaanvragen
ingediend. Dat aantal blijft geleidelijk dalen. Is dat
nu genoeg, te veel, te weinig? Het komt mij niet
toe daarover te oordelen, dat is iets voor de
minister van Binnenlandse Zaken. Ik stel wel vast
dat het aantal asielaanvragen spectaculair is
verminderd. U had voorspeld dat het nog zou
toenemen, herinner u. Ik stel vast dat het toch
heel spectaculair is gedaald. Het overschot inzake
capaciteit dat vandaag aanwezig is schommelt
tussen 1.700 tot 1.800 plaatsen. Dit aantal zal nog
toenemen, gezien nog bijkomende centra worden
geopend. Daarmee heb ik nog een ander
antwoord gegeven: wij laten geen aankopen
vallen, we doen gewoon verder. We blijven
voorzichtig en daarmee verwijs ik naar
Macedonië: een maand oorlog ginder volstaat om
dat hier te merken. Mensen die vluchten voor een
oorlog, kunnen wij geen opvang weigeren. Ik haal
maar dat voorbeeld aan: het duurt maar tot er
ergens een lont ontbrandt om te merken dat de
capaciteit waarover wij beschikken niet
noodzakelijk te groot is.
Verder overwegen wij nog iets. Verschillende
gemeenten oordelen dat op dit moment hun
opvang van een aantal vluchtelingen, in hun
gemeente of elders, niet goed is inzake
huisvesting. Het mechanisme werkt niet goed
omdat zij geen goede woningen vinden of daar te
veel voor betalen en weinig vat hebben op deze
zaak. Zij vragen nu om mensen die nu worden
opgevangen, in een lokaal opvanginitiatief (LOI) te
plaatsen. Als wij dat doen, komt er minder ruimte
vrij in de LOI's die normaal geleidelijk aan
doorlopen. Nu gaan er nog altijd mensen naar de
LOI's. Dan is er daar minder plaats en zullen wij
meer plaats nodig hebben in de open centra. Dat
wordt nu bestudeerd, maar wij wachten af. Dat
betekent dat, zoals het de bedoeling was, wij
geleidelijk aan de globaliteit van de mensen die in
de ontvankelijkheidfase zitten, kunnen opvangen.
Ik wil daarin duidelijk zijn: het is niet de bedoeling
de gemeenten te verplichten. Er zijn wel een
aantal gemeenten die bij gebrek aan goede
opvang in private woningen een aantal mensen
die zij nu opvangen in een LOI willen opvangen.
Wij gaan daarmee akkoord en dat zal dan ook zo
plaatsgrijpen. Dat is de stand van zaken. Ik meen
dat we op twee dingen moeten letten.
Wat het aantal beschikbare plaatsen betreft het
is niet mijn taak daarover te oordelen en ik wens
dat ook niet te doen dacht bijna iedereen dat er
na twee maanden een tekort zou zijn. We hebben
echter geen tekort aan plaatsen, intengedeel. Er is
zelfs een tijdelijk overschot. Deze capaciteit zullen
we echter nog zeer goed kunnen gebruiken. Ik
maak even een vergelijking. Nederland heeft zo'n
60.000 opvangplaatsen, wij hebben er tussen de
7000 en de 12.000.
01.03 Pieter De Crem (CVP): Mevrouw de
voorzitter, ik onthoud dat de minister bij zijn
beslissingen blijft om in Westende en Hengelhoef
een capaciteitsoverschot te behouden.
Toch blijft het probleem van Overijse, Eeklo en
van het militaire domein te Genk.
01.04 Minister Johan Vande Lanotte: In Genk is
het militair domein op zich geen probleem, noch is
er een probleem wat ruimtelijke ordening betreft.
De kwestie is slechts dat er eerst een
milieusanering moet plaatsvinden. In Overijse
verlopen de zaken vlot, maar traag, omdat het hier
een geklasseerd monument betreft. In Eeklo is er
volgens mij niet langer een probleem. Binnen
enkele weken zal het centrum daar opengaan.
CRIV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de Mme Michèle Gilkinet au vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale
sur "l'enseignement pour les primo-arrivants"
(n° 4307)
02 Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet aan de
vice-eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale
Economie over "onderwijs voor
eerstaangekomen asielzoekers" (nr. 4307)
02.01 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Madame la présidente, monsieur le ministre,
d'après mes informations, vous souhaiteriez, lors
du contrôle budgétaire, introduire la possibilité de
financer un enseignement dans les centres
ouverts pour les primo-arrivants. D'après ce que je
sais, vous réserveriez un montant de 30.000
francs belges par an et par personne soumise à
l'obligation scolaire. L'accès à ce montant se ferait
par le biais d'un contrat à conclure entre le centre
et les écoles. Cette possibilité serait ouverte dès
2001.
J'aimerais recevoir plus d'informations à ce
propos, voire une confirmation de cette
éventualité. Je voudrais également attirer votre
attention sur ceci: j'ai cru comprendre que les
Communautés s'étaient prononcées en faveur
d'un enseignement au sein même des écoles afin
de favoriser la mixité sociale. La note du groupe
de travail "enseignement" mis en place par le
ministre Duquesne est particulièrement claire à ce
propos. Elle distingue bien les tâches intra-muros,
c'est-à-dire celles menées à l'intérieur de l'école et
les tâches extra-muros, à savoir celles qui
relèvent de votre responsabilité.
Par ailleurs, vous n'êtes pas sans savoir que la
Communauté française vient d'adopter en
première lecture un avant-projet de décret mettant
en place un dispositif spécifique pour les élèves
primo-arrivants.
Qu'en est-il exactement de votre proposition? En
avez-vous discuté avec les Communautés et
celles-ci ont-elles rendu un avis officiel sur la
question? Plutôt que d'envisager un contrat entre
un centre et une école, ne serait-il pas plus
opportun de trouver un accord de coopération
avec les Communautés? Et, si moyens
budgétaires il y a, ne peut-on les confier aux
Communautés qui pourraient d'autant mieux faire
face à leurs responsabilités? Tout le monde aurait
à y gagner: l'obligation scolaire serait respectée,
chaque niveau de pouvoir garderait la totalité de
ses compétences sur ce qui est de son ressort et
les populations auraient la possibilité de se
côtoyer, ce qui ne peut que servir un objectif
d'intégration sociale.
02.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Madame
la présidente, chers collègues, un groupe de
travail s'est réuni le 5
février 2001 et une
discussion a eu lieu à ce sujet. Nous proposons
qu'un système d'enseignement soit instauré dans
certains centres où la population excède 600
personnes et sachant que la période de résidence
y est limitée à environ 2 mois. Pour ces centres où
il n'y a pas d'école dans un périmètre de 10 km, il
est impossible de prévoir un enseignement à
l'extérieur pour une population d'environ 200
enfants scolarisables. Il ne s'agirait plus
d'intégration mais de création d'une nouvelle
école!
Les Communautés, le ministère de l'Intérieur et le
Commissariat pour les droits des enfants
participaient à ce groupe de travail. Il n'y a pas eu
de remarque négative dès lors que
l'enseignement extérieur est limité aux centres
regroupant une centaine de résidents et pour
autant que la période de résidence soit courte,
comme c'est le cas actuellement.
Bien entendu, c'est la Communauté qui supporte
les débours relatifs à l'enseignement. Cependant,
nous avons prévu des moyens financiers, car
lorsque les Communautés offrent leur
collaboration, le coût en revient de toute façon
toujours au gouvernement fédéral. Cela s'est
toujours passé ainsi pour l'accueil des mineurs.
Nous sommes donc habitués à cette façon de
procéder. De plus, quelques investissements
seront nécessaires. En conclusion, nous
disposons de l'argent nécessaire au démarrage
de l'opération.
Je mets l'accent sur le fait que nous n'en ferons
pas un système. Mais pour les grands centres
comptant 600 personnes notamment, c'est une
véritable école dont il s'agit de prévoir l'intégration
puisque la nouvelle population scolarisable
s'élèvera à un tiers, voire un quart de ce nombre.
Cela implique parfois la nécessité de construire,
de faire face à des situations souvent pénibles:
distance etc. Voilà pourquoi le groupe de travail
s'est penché sur ce sujet.
02.03 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le ministre, si j'ai bien compris, un
accord est intervenu avec les Communautés à ce
27/03/2001
CRIV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
sujet?
02.04 Johan Vande Lanotte, ministre: Elles
étaient présentes mais n'ont pas réagi. Personne
n'a marqué son désaccord.
02.05 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le ministre, les informations dont je
dispose ne sont pas identiques aux vôtres. Je me
permets donc de vous informer de celles en ma
possession. En fait, j'ai eu - et il semble que
vous ayez également eu - un courrier de la
Communauté française à ce propos, afin de
déterminer ce qu'il en était.
02.06 Johan Vande Lanotte, ministre: Aucune
objection n'a été formulée lors de la réunion. Si
par la suite, on envoie des lettres, il n'y a plus de
raison de déléguer une personne au sein des
groupes de travail!
02.07 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le ministre, j'entends bien. Et selon
vous, il importe néanmoins de conclure un accord
avec le ministre de l'Enseignement.
02.08 Johan Vande Lanotte, ministre: Il y a un
accord avec le ministre de l'Enseignement de la
Communauté flamande!
02.09 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV): Si
j'ai bien compris, les deux cas en question ne
concerneraient que des centres situés en Flandre.
02.10 Johan Vande Lanotte, ministre: Cela ne
concerne que ceux qui l'ont demandé. Nous ne
l'imposons pas: c'est seulement une possibilité.
Hengelhoef, c'est autre chose; là, la question ne
se pose pas. Pour d'autres cas, la question a été
posée et a reçu réponse. Avant toute proposition
au groupe de travail, j'ai eu un contact bilatéral
avec le ministre de la Communauté flamande sur
la question de l'enseignement.
Des contacts réguliers se sont produits avec le
ministère afin de prendre connaissance de sa
position. Le ministère de l'Enseignement,
notamment à propos de Middelkerque, a fait
savoir que cette réglementation permettait le
respect de l'obligation scolaire, ce qui était
acceptable, tandis que dans les autres cas, non. Il
faut savoir qu'il s'agit de 200 enfants qui sont
remplacés tous les deux mois. Voilà la situation
actuelle: 200 enfants vont et viennent toute
l'année.
02.11 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le ministre, effectivement, le problème
du va-et-vient des enfants hors d'une classe
spécifique constitue une préoccupation importante
pour les Communautés. Ainsi, en Communauté
française, un dispositif particulier de classe pour
primo-arrivants a été mis en place. En effet, 200
enfants est un nombre qui peut paraître
considérable pour une école, mais ces enfants
sont souvent répartis dans plusieurs institutions
scolaires; c'est le cas en Communauté française
bien que nous n'ayons pas la spécificité d'y
disposer de centres aussi importants. La nature
du problème est donc différente.
02.12 Johan Vande Lanotte, ministre: Si l'on
constituait un centre de 600 personnes dans une
communauté de faible importance, en dehors
d'une grande ville, je ne vois pas la possibilité pour
l'école locale de l'assimiler. En fait, cela revient à
créer une nouvelle école.
02.13 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le ministre, je crois qu'il s'agit là du
ressort des Communautés. Si c'était le cas, je
crois qu'il revient au ministre, avec les réseaux
scolaires, de déterminer la manière d'organiser
ces classes de primo-arrivants, de choisir ou non
de les intégrer dans un dispositif scolaire.
02.14 Johan Vande Lanotte, ministre: Oui, mais
lors de la réunion, il n'y a pas eu d'objection.
02.15 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV):
Monsieur le ministre, voilà pourquoi je me permets
d'attirer votre attention sur ce point. Les
Communautés détiennent la prérogative
d'organiser les choses à leur guise.
02.16 Johan Vande Lanotte, ministre: Voilà
donc un exemple clair de collaboration, de
coopération du fédéral avec les Communautés!
Lors des groupes de travail, l'on ne dit rien et l'on
envoie une lettre après coup! C'est
malheureusement trop souvent la manière de
procéder.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de
minister van Justitie over "gedwongen
abortussen bij asielzoeksters" (nr. 4297)
03 Question de Mme Alexandra Colen au
ministre de la Justice sur "les demandeuses
d'asile contraintes de se faire avorter" (n° 4297)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de vice-
eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale
CRIV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
Economie.)
(La réponse sera fournie par le vice-premier
ministre et ministre du Budget, de l'Intégration
sociale et de l'Economie sociale.)
03.01 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK):
Mevrouw de voorzitter, eigenlijk had ik mijn vraag
oorspronkelijk gericht tot de minister van Justitie,
omdat het volgens mij om een juridische kwestie
gaat, met name een overtreding van de strafwet
die de depenalisering van abortus regelt. Ik weet
niet waarom die vraag uiteindelijk bij de vice-
eerste minister van Begroting, Maatschappelijke
Integratie en Sociale Economie is
terechtgekomen. Misschien was dat omdat mijn
vraag over politieke vluchtelingen gaat. Ik
vermoed dat hij met de zaak begaan is en hopelijk
kan hij er ook wat aan doen.
Waar gaat het om? Herhaaldelijk heeft men mij
vanuit diverse hoeken gewezen op het fenomeen
van de gedwongen abortussen bij politieke
vluchtelingen. Recent nog heeft het maandblad
"Gezin en Leven" een artikel aan het thema
gewijd. Blijkbaar worden zwangere asielzoekers
door bepaalde OCMW's, die hen tenslotte moeten
opvangen, ertoe aangezet abortus te plegen. Uit
eigen navraag hebben we geleerd dat het onder
meer het geval zou zijn met buitenlandse vrouwen
die terechtkomen in het abortuscentrum in
Hasselt. De vrouwen in kwestie verklaren dat ze
eigenlijk geen abortus willen, maar daartoe door
het OCMW worden aangezet. Het gaat om door
hun situatie kwetsbare vrouwen uit een andere
cultuur die terechtkomen in een vreemde
omgeving en vreemd land die worden
gewaarschuwd dat zij, indien zij hun kind houden,
geen enkele steun meer zullen genieten. Ze
worden, soms zelfs onder begeleiding, naar het
abortuscentrum gebracht. Er zijn ons concrete
gevallen in Hasselt, Leopoldsburg, Lanaken, Sint-
Truiden en Tienen bekend, maar uiteraard durven
de betrokken vrouwen zich niet te verzetten, uit
vrees hun steun te verliezen. Bovendien durven ze
geen klacht in te dienen, omdat ze denken dat
hiermee hun asielaanvraag in het gedrang komt.
Mijn vraag is vooral ingegeven door het feit dat er
blijkbaar druk wordt uitgeoefend op personen die
niet vertrouwd zijn met de gang van zaken hier en
hun rechten. Officiële instanties notabene begaan
hier een flagrante overtreding van de abortuswet,
met name het artikel dat bepaalt dat abortus
volledig de vrije beslissing van de vrouw en van de
vrouw alleen moet zijn.
Mijnheer de minister, vindt u die praktijken
toelaatbaar? Zult u de zaak desgevallend laten
onderzoeken? Hebt u misschien zicht op
abortussen bij asielzoekers en alles wat daarmee
verband houdt? Welke instrumenten hebt u ter
beschikking om een einde te maken aan die
praktijken?
03.02 Minister Johan Vande Lanotte: Mevrouw
de voorzitter, collega's, allereerst, ik weet niet of
die praktijken zich inderdaad voordoen. Ik heb er
geen kennis van, noch heb ik indicaties dat ze
voorkomen. We hebben het OCMW van Hasselt
gecontacteerd en daaruit is gebleken dat een
aantal personen abortus hebben gepleegd, wat
door de ziekteverzekering is terugbetaald, zoals
wettelijk is voorzien. Men heeft resoluut ontkend
dat er enige druk zou zijn uitgeoefend,
integendeel. Men is er nagegaan of abortus
inderdaad de wens van de betrokken vrouwen
was. Voorts kan ik daar weinig aan toevoegen. De
wet bepaalt dat het de vrouw is die na een hele
procedure beslist tot abortus. Alle handelingen die
daartegen ingaan, zijn strafbaar.
Als de vrouwen in kwestie geen klacht wensen in
te dienen, dan hoeven ze dat niet persoonlijk te
doen; dat kan iedereen doen. Een strafklacht hoeft
inderdaad niet door het slachtoffer zelf worden
ingediend. Iedereen die zich geroepen voelt om
daarover een klacht in te dienen, kan dat perfect
doen. Het gerecht zal de zaak dan uitzoeken. Zelf
behoor ik niet tot het parket en wens mij daarin
ook niet te moeien.
Nogmaals, het enige dat ik van Hasselt heb
vernomen, is dat alles verlopen is volgens de
normale procedure voor Belgische vrouwen en dat
het OCMW is nagegaan of de vrouw zelf een
beslissing terzake heeft genomen.
Wenst u meer klaarheid in het dossier, dan is de
enige mogelijkheid dat u een klacht indient,
mevrouw Colen.
03.03 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): De
verhalen van de vrouwen gaan ook over het feit
dat men vanuit het OCMW... U hebt contact
genomen met het abortuscentrum maar niet met
het OCMW? Als ik u concrete bewijzen kan
leveren, zou u dan bereid zijn om...
03.04 Minister Johan Vande Lanotte: Neen, dan
moet u naar het gerecht gaan.
03.05 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Zou u
bereid zijn te onderzoeken hoe men bij het
OCMW te werk gaat?
03.06 Minister Johan Vande Lanotte: Dat mag ik
27/03/2001
CRIV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
niet doen. Als u daar bewijzen van hebt, moet u
naar het gerecht stappen.
03.07 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK):
Waarom heeft men die vraag aan u toegewezen
en niet aan de minister van Justitie?
03.08 Minister Johan Vande Lanotte: Omdat het
hier om de OCMW's ging. Zelfs als u deze vraag
aan de minister van Justitie had gesteld, zou u
ook bij hem niet met bewijzen van een strafbaar
feit moeten aankomen. U moet dit aan het parket
geven. Het parket is bevoegd, de minister van
Justitie kan ook geen onderzoek instellen.
03.09 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Het is
logisch dat ik die vraag hier aan de minister van
Justitie zou moeten stellen. Misschien kan ik dat
alsnog doen.
03.10 Minister Johan Vande Lanotte: Hij zal u
hetzelfde antwoorden. U moet die gegevens aan
het parket overmaken en niet aan de minister.
03.11 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Hij
krijgt van mij een dossier. Van uw kant zal er dus
geen enkel...
03.12 Minister Johan Vande Lanotte: U wilt het
dossier aan een minister geven. We leven wel in
een rechtsstaat. Een dergelijk dossier moet u aan
het gerecht overmaken.
03.13 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Het
gaat hier niet om een eenmalig feit. Er wordt
blijkbaar op een bepaald niveau van officiële
instanties, namelijk OCMW's, van uitgegaan dat
men in de plaats moet beslissen van de vrouwen
in kwestie omdat zij als asielzoeksters een
kwetsbare groep vormen die niet weet hoe onze
wetgeving in elkaar zit. Men wil hun moeilijkheden
op zich nemen en bovendien wil men achteraf niet
opdraaien voor de steun als er meer kinderen
komen. Blijkbaar wordt er op een redelijk
systematische manier druk uitgeoefend op deze
vrouwen om een abortus te ondergaan. Ik zal in
elk geval klacht indienen. Als die mentaliteit leeft
bij de assistenten in de OCMW's, dan vind ik dat u
als minister bevoegd voor Maatschappelijke
Integratie eventueel een onderzoek zou kunnen
laten uitvoeren.
03.14 Minister Johan Vande Lanotte: Mevrouw
Colen, die mentaliteit komt voort uit het onderzoek
van het gerecht. Als het gerecht mij meedeelt dat
er een fout is gemaakt, dan zal ik reageren. Als
het gaat om een strafbaar feit, mag ik zelfs geen
tuchtonderzoek instellen. Ik moet wachten op het
strafonderzoek. Als u mij die gegevens
overmaakt, dan zal ik ze laten liggen tot het
gerecht dit onderzocht heeft. Als ik dit eerder zou
bekijken, dan zou de hele tuchtprocedure nietig
zijn. Zo gaat dat in ons land. U heeft het hier over
een mentaliteit. Een mentaliteit is niet strafbaar.
Als men zich aan deze feiten zou bezondigen, dan
zou dit een strafbaar feit vormen. Het gerecht
moet uitmaken of dat het geval is. Dan pas moet
de tuchtoverheid optreden en niet in omgekeerde
volgorde.
03.15 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Ik ken
de procedure. U weet dat klachten met betrekking
tot abortus in de laatste jaren regelmatig
geseponeerd werden. Wij zullen die procedure
hoe dan ook volgen. Ik moet mijn vraag wel aan u
stellen omdat ze aan u toegewezen werd. Als blijkt
dat bij onze officiële instanties, die de strafwet wel
kennen en weten wat toegelaten is, deze
mentaliteit heerst, dan kan dat voor u? Dat zou
voor u los van de klachten geen probleem
vormen?
03.16 Minister Johan Vande Lanotte: Ik wil
uitdrukkelijk genotuleerd zien dat ik het niet eens
ben met uw samenvatting. Ik heb dat niet gezegd
maar u wil het mij per se in de mond leggen. U
maakt een samenvatting van iets dat ik niet
gezegd heb. Ik heb het u al drie keer uitgelegd. U
wil echter per se iets anders verstaan. U wilt
achteraf kunnen zeggen dat die minister er
voorstander van is. Ik ben het dus niet eens met
uw samenvatting van mijn antwoord.
03.17 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): U
garandeert dat u dit zult onderzoeken als men het
u via het parket signaleert, volgens de procedure
die u beschrijft?
03.18 Minister Johan Vande Lanotte: Ja, ik kan
niet anders.
De voorzitter: Mevrouw Colen, ik wil nog
vermelden dat wij een antwoord gekregen hebben
van het kabinet van minister Verwilghen om de
vraag aan minister Vande Lanotte door te geven.
Het Parlement heeft de autonomie om de vragen
naar de bevoegde commissie te verwijzen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Annemie Van de
Casteele aan de minister van
Consumentenzaken, Volksgezondheid en
Leefmilieu over "het meningokokvaccin"
(nr. 4324)
CRIV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
04 Question de Mme Annemie Van de Casteele
à la ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement sur "le vaccin contre le
méningocoque" (n° 4324)
04.01 Annemie Van de Casteele (VU&ID):
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister,
collega's, ik kreeg onlangs een mailtje van een
jonge vader die zijn verontwaardiging uitdrukte
over het feit dat hij een inenting tegen
meningokokken voor zijn dochter van 14 maand
bij de arts volledig zelf moest betalen.
Ik was toevallig een vraag aan u aan het
voorbereiden omdat ik de oudere vragen daarover
had opgezocht en omdat er toch nieuwe
elementen zijn. Uw laatste antwoord daarover
dateert reeds van oktober 2000 aan collega
Lejeune. Toevallig is er de voorbije dagen ook
enige ruchtbaarheid gegeven aan het advies van
de Hoge Gezondheidsraad terwijl dat advies toch
al dateert van november 2000. Ik weet niet door
welke wind dit plots in de kranten is
terechtgekomen maar het is in elk geval een
actueel onderwerp.
Het advies van de Hoge Gezondheidsraad is op
dat vlak vrij duidelijk. U had enige twijfels over de
efficiëntie en de onschadelijkheid van het vaccin
dat sinds begin dit jaar in ons land beschikbaar is.
Het is ook het eerste vaccin dat kinderen jonger
dan 1 jaar op een efficiënte manier kan
beschermen.
U heeft in uw antwoord aan collega Lejeune, toen
het advies van de Hoge Gezondheidsraad nog
niet bekend was, gezegd dat u wachtte op dit
advies vooraleer op een specifieke
en welomschreven
behoefte
afgestemde
vaccinatiecampagnes op te starten. Mevrouw de
minister, ondertussen heeft u het advies en heeft
u het ook al kunnen bestuderen. Ik had graag
geweten hoe u het antwoord van toen vandaag
zou willen invullen.
Uiteraard is het hele vaccinatiebeleid door
de
bevoegdheidsverdeling een ingewikkeld
probleem. De bevoegdheid voor de terugbetaling
zit bij uw collega Vandenbroucke. Mevrouw de
minister, heeft u met uw collega Vandenbroucke
reeds gesproken over dit vaccin? De kostprijs van
het vaccin is vrij hoog en bedraagt 1600 Belgische
frank. Een zuigeling, die vanaf twee maand kan
worden ingeënt, moet in zijn eerste levensjaar drie
van dergelijke inentingen krijgen. Op die manier
bedraagt de totale kostprijs al vlug 4600 frank die
de ouders zelf moeten ophoesten. Vanaf de
leeftijd van 1 jaar is de vaccinatie efficiënt met
slechts 1 dosis zodat de kostprijs dan gevoelig
lager ligt.
Er zijn volgens mij voldoende mogelijkheden om
dit advies te vertalen in de eventuele terugbetaling
voor bepaalde doelgroepen. Men verwijst vrij veel
naar Engeland omdat daar in 1999 de beslissing
werd genomen om een globale
vaccinatiecampagne op te zetten die effect heeft
geresulteerd. Het advies van de Hoge
Gezondheidsraad verwijst naar het feit dat ook bij
ons de incidentie van meningokokken de voorbije
jaren is gestegen. Uit de cijfers van de Hoge
Gezondheidsraad leid ik af dat het voorkomen van
meningokokken C in België zowat 100 gevallen
bedraagt met 5% mortaliteit. Ik zie dezelfde cijfers
ook in een recent antwoord van uw collega
mevrouw Vogels in het Vlaams Parlement.
Zij zegt dat er in 2000 in Vlaanderen 70 gevallen
waren van infectie met meningokokken C,
waarvan 4 met dodelijke afloop. Voor
meningokokken B waren er 5 dodelijke gevallen.
Ik kom tot mijn laatste vraag. Ten eerste is er de
eventuele terugbetaling door het RIZIV, maar
natuurlijk is er ook nog een andere weg via
dewelke vaccinaties gratis zijn of toch beter
worden terugbetaald, namelijk de
vaccinatiecampagnes van de gemeenschappen.
Daarin kan men zich laten opnemen in de gratis
vaccinaties. Uit de krant heb ik vernomen dat er
gisteren overleg zou zijn geweest met uw
gemeenschapscollega's inzake de eventuele
opname van dit vaccin in hun vaccinatieschema.
Ik zou graag het resultaat daarvan kennen.
Natuurlijk is Vlaanderen mijn eerste zorg en in dat
verband moet ik u vragen of mevrouw Vogels bij
haar standpunt blijft dat zij eigenlijk weigerachtig
staat ten opzichte van een vaccinatiecampagne
tegen meningokokken C, omwille van het valse
veiligheidsgevoel dat dit zou kunnen geven aan
degenen die worden getroffen door een andere
variant van meningokokken.
04.02 Minister Magda Aelvoet: Mevrouw de
voorzitter, ik ga even kort op de vragen in.
Mevrouw Van de Casteele, ik weet dat u erg
gevoelig bent voor de bevoegdheidskwestie. Het
vaccinatiebeleid is effectief een gemeenschaps-
en geen federale bevoegdheid.
04.03 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Ik
kan minister Vogels niet ondervragen.
04.04 Minister Magda Aelvoet: In de praktijk
27/03/2001
CRIV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
stellen wij vast dat er op dit ogenblik een enkel
vaccin federaal is gebleven, namelijk het
poliovaccin. Dat wordt dus betaald via de federale
begroting. Niet ik heb dit zo gewild, trouwens. Het
poliovaccin is het oudste, vandaar wellicht deze
beslissing.
Wat de andere vaccins betreft, zijn er
verschillende ontwikkelingen in de
gemeenschappen. Wij stellen effectief vast dat er
geregeld vragen komen om te zoeken naar
mogelijkheden op het niveau van het RIZIV en dit
zodra de kosten beginnen te wegen. De bedoeling
is dan dat het RIZIV tussenkomt in de
terugbetaling. Een van de laatste beslissingen in
dit verband betreft de hemofilis influenzae: waar
effectief tot terugbetaling door het RIZIV werd
besloten. Als ik mij niet vergis, heeft dit ook een
impact op een andere categorie van
hersenvliesontsteking.
Ik kom tot de kern van de zaak. Als u het advies
van de Hoge Gezondheidsraad analyseert, zit
daar op zijn minst een nuance in. In de hoofding
zeggen zij van oordeel te zijn dat het
vaccinatiebeleid moet worden bijgesteld. In de
onderverdelingen zijn zij zeer genuanceerd, want
daar stellen zij dat vaccinatie met een
geconjugeerd vaccin tegen meningokokken C
aanbevolen kan worden van moeten is geen
sprake meer en zij specificeren dat voor twee
leeftijdsgroepen. Dat zijn dan de zeer jonge
kinderen en tieners tussen 15 en 17 jaar die het
meest gevaar lopen. In de volgende paragraaf
zeggen zij zeer correct: "De Hoge
Gezondheidsraad verzoekt de
gezondheidsoverheden de mortaliteit en de
morbiditeit verbonden aan de door
meningokokken veroorzaakte aandoeningen beter
te documenteren en snel de operationele en
economische voorwaarden te evalueren met het
oog op het gebruik van het geconjugeerde vaccin
tegen meningokokken C".
Dat is het tweede element van die aanbeveling.
Er is uiteraard reeds een kort overleg tussen
mijzelf en Frank Vandenbroucke geweest, evenals
tussen mijn diensten en de
gemeenschapsministers. Wij verkiezen om de
tafel te gaan zitten om te bekijken hoe we dit best
kunnen aanpakken, ook omdat het gros van de
aandoeningen de serogroep B betreft, waarvoor
geen vaccin bestaat. Slechts voor de serogroep
van de meningokokken C bestaat een vaccin.
Omdat men zich ook moet afvragen hoeveel geld
men wil inzetten in verhouding tot het risico, moet
men de cijfers bekijken. Voor Vlaanderen
beschikken we over exacte registratiegegevens. In
1999 waren er twee overlijdens en in 2000 vier.
Het kostenplaatje is geraamd op 2,2 miljard frank.
Dit is dus een heel belangrijk engagement voor
een relatief beperkt overlijdensrisico. Uiteraard
staat er geen prijs op een mensenleven. Ik wil ook
niet dat men gaat vertellen dat ik vind dat deze
mensen maar moeten sterven, omdat het anders
teveel kost. Men moet zich echter wel bezinnen
over de keuzes die men moet maken, welke
middelen er zijn, waarvoor men wel en waarvoor
men niet een beroep doet op de ouders,
enzovoort.
In maart 2000 hebben we op de interministeriële
conferentie - want daar zal de besluitvorming tot
stand moeten komen - een werkgroep Vaccinaties
opgericht. Deze werkgroep is gevraagd zich over
deze problematiek te buigen en een
gedocumenteerd advies op de interministeriële
conferentie voor te leggen. Het voordeel hiervan is
dat alle betrokkenen, gemeenschaps- en
gewestministers en minister Vandenbroucke voor
het RIZIV, dan mee om de tafel zitten.
De moeilijkheid in dit soort debat, is dat geen
enkele ouder die over enige middelen beschikt,
een risico zal willen lopen als hij het kan
vermijden. De Hoge Raad voor de
Volksgezondheid heeft daarom reeds alle artsen
aangeschreven om dit op korte termijn aan te
bevelen, zodat iedereen die dit een prioriteit vindt,
daartoe kan overgaan. Ondertussen bekijken wij
alles in zijn geheel. Over de afloop daarvan zal ik
graag verslag uitbrengen.
04.05 Annemie Van de Casteele (VU&ID):
Mevrouw de voorzitter, ik dank de minister voor
haar antwoord. Wij zullen dit verder volgen. Ik wil
enkele dingen doen opmerken.
Ten eerste, is er de bevoegdheidsproblematiek. Ik
vind dat wij eerst en vooral de vraag moeten
stellen aan de bevoegde gemeenschapsministers.
Ik heb dat door een collega in het Vlaamse
Parlement al laten doen. Om ervoor te zorgen dat
men informatie krijgt via alle mogelijke kanalen,
heb ik de vraag ook aan minister Vandenbroucke
gesteld.
Ten tweede, hebt u uiteraard gelijk wat de kosten
betreft. In verhouding met de mortaliteit is de
kostprijs enorm. Men weet natuurlijk niet hoe de
evolutie in de toekomst zal zijn, noch van de
incidentie van meningokokken, noch van de
kostprijs. Ik wil de minister de boodschap geven
dat, als men spreekt over het opnemen van een
CRIV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
vaccin tegen meningokokken C in een
vaccinatieschema of in een verplichte vaccinatie,
de omzet van die vaccins zal verhogen, waardoor
ik meen dat de prijs zal kunnen verminderen. U
weet dat er op dit ogenblik maar één vaccin
bestaat. Als er echter een concurrentie komt, zal
dat ook de prijs positief beïnvloeden. Ik denk dat
een vaccin tegen meningokokken C binnen
afzienbare tijd beschikbaar moet zijn.
Dit moet mogelijk zijn tegen een meer betaalbare
prijs, zowel voor het RIZIV als voor de
gemeenschappen -
als zij dit zouden willen
financieren
- als voor de ouders. In de
overgangsfase moet deze informatie zowel aan de
artsen als aan de ouders worden verstrekt. De
media hebben hiertoe al hun steentje bijgedragen
en ik denk dat elke minister dit binnen zijn
bevoegdheid ook moeten kunnen doen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 11.14 uur.
La réunion publique de commission est levée à
11.14 heures.
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 434
CRABV 50 COM 434
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
dinsdag mardi
27-03-2001 27-03-2001
10:30 uur
10:30 heures
CRABV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Pieter De Crem tot de vice-
eerste minister en minister van Begroting
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
over "de aankoop van de asielcentra Zon en Zee
en Hengelhoef" (nr. 4282)
1
Question de M. Pieter De Crem au vice-premier
ministre et ministre du Budget de l'Intégration
sociale et de l'Economie sociale sur "l'achat des
centres d'asile Zon en Zee et Hengelhoef"
(n° 4282)
1
Sprekers: Pieter De Crem, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en
Sociale Economie
Orateurs: Pieter De Crem, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget, de l'Intégration sociale et de l'
Économie sociale
Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet tot de vice-
eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
over "onderwijs voor eerstaangekomen
asielzoekers" (nr. 4307)
3
Question de Mme Michèle Gilkinet au vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale sur
"l'enseignement pour les primo-arrivants"
(n° 4307)
3
Sprekers: Michèle Gilkinet, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en
Sociale Economie
Orateurs: Michèle Gilkinet, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget, de l'Intégration sociale et de l'
Économie sociale
Vraag van mevrouw Alexandra Colen tot de
minister van Justitie over "gedwongen abortussen
bij asielzoeksters" (nr. 4297)
4
Question de Mme Alexandra Colen au ministre de
la Justice sur "les demandeuses d'asile
contraintes de se faire avorter" (n° 4297)
4
Sprekers: Alexandra Colen, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en
Sociale Economie
Orateurs: Alexandra Colen, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget, de l'Intégration sociale et de l'
Économie sociale
Vraag van mevrouw Annemie Van de Casteele
aan de minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "het
meningokokvaccin" (nr. 4324)
6
Question de Mme Annemie Van de Casteele à la
ministre de la Protection de la consommation, de
la Santé publique et de l'Environnement sur "le
vaccin contre le méningocoque" (n° 4324)
6
Sprekers: Annemie Van de Casteele, Magda
Aelvoet, minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Annemie Van de Casteele, Magda
Aelvoet, ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement
CRABV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTE
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIETE
van
DINSDAG
27
MAART
2001
10:30 uur
______
du
MARDI
27
MARS
2001
10:30 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.36 uur door
mevrouw Yolande Avontroodt, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.36 heures par Mme
Yolande Avontroodt, présidente.
01 Vraag van de heer Pieter De Crem tot de vice-
eerste minister en minister van Begroting
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
over "de aankoop van de asielcentra Zon en Zee
en Hengelhoef" (nr. 4282)
01 Question de M. Pieter De Crem au vice-
premier ministre et ministre du Budget de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale sur
"l'achat des centres d'asile Zon en Zee et
Hengelhoef" (n° 4282)
01.01 Pieter De Crem (CVP): Ik heb enkele
vragen over de aankoop van de asielcentra Zon en
Zee in Westende en Hengelhoef.
Volgens minister Reynders is het aantal
asielzoekers zozeer gedaald dat het omvormen van
de vakantiecentra tot asielcentra wellicht niet meer
nodig is. Op mijn vraag of de aankoop van Zon en
Zee dan wellicht niet hoefde door te gaan,
antwoordde hij niet expliciet. Hij glimlachte alleen
maar eens.
Ik ondervroeg ook minister Duquesne over het
aantal asielzoekers. Hij noemde de huidige cijfers
stabiel maar nog te hoog. Hij liet zich niet uit over de
noodzaak om de vakantiecentra in te richten voor
asielopvang.
Zijn er reeds verkoopsovereenkomsten tussen de
verkopende instanties en de regering?
Gaat de minister akkoord met de uitspraken van zijn
collega's?
Worden er nieuwe en alternatieve
01.01 Pieter De Crem (CVP): Je souhaiterais vous
poser quelques questions sur l'achat des centres
d'asile Zon en Zee, à Westende et Hengelhoef.
Selon le ministre Reynders, le nombre de
demandeurs d'asile a considérablement diminué, de
sorte qu'il ne serait probablement plus nécessaire
de transformer des centres de vacances en centres
d'asile. Le ministre n'a cependant pas répondu à la
question de savoir si l'achat du domaine Zon en
Zee était encore bien utile. Il s'est contenté
d'esquisser un sourire.
J'ai également interrogé le ministre Duquesne sur le
nombre de demandeurs d'asile. Il a répondu que
leur nombre s'était stabilisé mais à un niveau qui
reste trop élevé. Il ne s'est pas prononcé sur la
nécessité de transformer les centres de vacances
en centres d'asile.
Des contrats de vente ont-ils déjà été conclus entre
les vendeurs et le gouvernement?
Le ministre est-il d'accord avec les déclarations
faites par ses collègues?
Examine-t-on d'autres possibilités d'accueil,
27/03/2001
CRABV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
opvangmogelijkheden onderzocht, eventueel in de
particuliere sector?
Overweegt de minister het oprichten van nieuwe of
gesloten centra?
notamment dans le secteur privé?
Le ministre envisage-t-il la création de nouveaux
centres, et notamment des centres fermés?
01.02 Minister Johan Vande Lanotte
(Nederlands): Wat is de te volgen procedure bij
dergelijke aankopen? De Ministerraad beslist om
een aantal vestigingen aan te kopen, op advies van
de minister van Maatschappelijke Integratie. De
Regie der gebouwen geeft dan de opdracht tot
effectieve aankoop aan het Aankoopcomité, dat
daartoe de nodige richtlijnen ontvangt. Hierbij komt
dan ook nog een inspectieverslag.
Voor het concrete geval van Westende, wordt
gewacht op het inspectieverslag, alvorens de Staat
kan overgaan tot het verlijden van de authentieke
aankoopakte, waarvoor de Staat zelf bevoegd is.
De lokale overheid is hier uiteraard niet bij
betrokken.
In februari waren er 1.795 asielzoekers. In maart
telden wij tot vandaag 1.437 asielzoekers. De daling
zet zich dus geleidelijk door. Het betreft in elk geval
een spectaculaire daling in vergelijking met de
vorige jaren. Desondanks zullen wij geen enkele
van de geplande aankopen laten vallen. Het
volstaat bijvoorbeeld dat in Macedonië de lont wordt
aangestoken opdat een nieuwe toevloed van
asielzoekers ontstaat. Wij zullen geen
oorlogsvluchtelingen weigeren.
Sommige gemeenten signaleren ons problemen bij
de huisvesting van asielzoekers. De huisvesting op
de particuliere markt is doorgaans te duur en wat
wordt aangeboden is van onvoldoende kwaliteit.
Alternatieve initiatieven worden onderzocht voor
opvang van asielzoekers die zich in de
ontvankelijkheidsfase van het onderzoek bevinden.
01.02 Johan Vande Lanotte , ministre (en
néerlandais) : Quelle est la procédure à suivre pour
de tels achats ? Le conseil des ministres décide
d'acquérir une série d'établissements, sur l'avis du
ministre de l'Intégration sociale. La Régie des
Bâtiments charge ensuite le comité d'acquisition,
qui reçoit à cet effet les directives nécessaires, de
procéder à l'achat. En outre, un rapport d'inspection
est rédigé.
Pour le cas concret de Westende, nous attendons
le rapport d'inspection avant que l'Etat puisse
procéder à la passation de l'acte d'achat
authentique pour lequel l'Etat lui-même est
compétent. Les pouvoirs locaux n'y sont bien sûr
pas associés.
En février, nous avons enregistré 1.795
demandeurs d'asile. Pour mars, nous en avons
comptabilisés à ce jour 1.437. La baisse graduelle
se poursuit donc. C'est en tout cas une baisse
spectaculaire par comparaison avec celles
observées ces dernières années. Malgré cela, nous
ne renoncerons à aucun des achats programmés. Il
suffit par exemple qu'en Macédoine, d'aucuns
mettent le feu aux poudres pour qu'il en résulte un
nouvel afflux de demandeurs d'asile. Nous ne
refoulerons aucun réfugié de guerre.
Certaines communes nous signalent qu'elles ont du
mal à loger les demandeurs d'asile. En règle
générale, les logements offerts sur le marché privé
sont trop coûteux et d'une qualité insuffisante. Nous
examinons actuellement les initiatives parallèles qui
pourraient permettre de prendre en charge les
demandeurs d'asile dont la recevabilité de la
demande est actuellement à l'examen.
Over de problematiek van de aantallen doe ik geen
uitspraken, omdat zulks buiten mijn bevoegdheid
ligt.
Er is momenteel geen tekort aan plaatsen, er is
zelfs sprake van een lichte overcapaciteit. Ik ben er
wel van overtuigd dat we de huidige capaciteit zeker
zullen nodig hebben in de toekomst, als we met de
buitenlandse situatie bijvoorbeeld Nederland
vergelijken. We zijn voor een stuk ook afhankelijk
van de veranderende situatie in de wereld.
Je ne me prononcerai pas sur la question du
nombre de demandeurs d'asile car cette matière ne
relève pas de ma compétence.
Il y a suffisamment de places à l'heure actuelle et
on peut même parler d'une légère surcapacité. Je
suis toutefois convaincu que nous aurons besoin à
l'avenir de la capacité actuelle. Il suffit pour cela de
faire la comparaison avec la situation à l'étranger,
par exemple aux Pays-Bas. Tout dépend aussi
évidemment de la manière dont la situation
évoluera au niveau mondial.
CRABV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
01.03 Pieter De Crem (CVP): Ik stel vast dat de
beslissingen inzake Hengelhoef en Zon en Zee
gehandhaafd blijven, met dus een voorlopige
overcapaciteit tot gevolg.
Er is nog wel een aantal andere vestigingen. Hoe
ver staat het bijvoorbeeld in Overijse en in Genk?
01.03 Pieter De Crem (CVP): Je constate que les
décisions prises en ce qui concerne Hengelhoef et
Zon en Zee sont maintenues, et qu'il en résulte
provisoirement une surcapacité.
Il y a encore d'autres sites. Qu'en est-il par exemple
à Overijse et à Genk?
01.04 Minister Johan Vande Lanotte
(Nederlands): Overijse is een beschermd
monument, zodat de procedure eerder traag
verloopt. In Genk is er eerder een probleem van
sanering van het terrein.
01.04 Johan Vande Lanotte , ministre (en
néerlandais) : Dans le cas d'Overijse, la procédure
est complexe car il s'agit d'un monument classé. A
Genk, il y a un problème d'assainissement du
terrain.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Michèle Gilkinet tot de
vice-eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
over "onderwijs voor eerstaangekomen
asielzoekers" (nr. 4307)
02 Question de Mme Michèle Gilkinet au vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale sur
"l'enseignement pour les primo-arrivants"
(n° 4307)
02.01 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV): U wilt
vanaf 2001 in de mogelijkheid voorzien om in de
open centra onderwijs voor de eerstaangekomen
asielzoekers te financieren ten belope van 30.000
frank per jaar per leerplichtige. Dat geld zou
conform een overeenkomst tussen het centrum en
de school worden toegekend.
De Gemeenschappen spraken zich echter uit voor
onderwijs in de scholen om de sociale integratie te
bevorderen. De werkgroep Onderwijs van minister
Duquesne maakt een duidelijk onderscheid tussen
de taken die intramuraal en extramuraal dienen te
worden verricht. Die laatste behoren tot uw
bevoegdheid. Ten slotte heeft de Franse
Gemeenschap net een voorontwerp van decreet
betreffende een specifieke regeling voor deze
eerstaangekomenen aangenomen.
Heeft u uw voorstel aan de Gemeenschappen
voorgelegd en hoe reageerden zij erop? Is een
samenwerkingsovereenkomst met de
Gemeenschappen niet meer aangewezen dan
overeenkomsten tussen scholen en centra? Zouden
de begrotingsmiddelen waarin u voorziet niet aan de
Gemeenschappen kunnen worden toegewezen
zodat zij hun bevoegdheid volledig behouden?
02.01 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV) : Vous
souhaitez, dès 2001, introduire la possibilité de
financer un enseignement dans les centres ouverts
pour les primo-arrivants, à concurrence de 30.000
francs par an et par personne soumise à l'obligation
scolaire. Un contrat entre centre et école donnerait
accès à ce montant.
Cependant, les Communautés se sont positionnées
pour un enseignement au sein des écoles, pour
favoriser la mixité sociale. D'ailleurs, le groupe de
travail « enseignement » du ministre Dusquesne
distingue clairement les tâches à mener dans
l'école, et celles à mener « extra-muros ». Ces
dernières relèvent de votre responsabilité. Enfin, la
Communauté française vient d'adopter un avant-
projet de décret relatif à un dispositif spécifique
pour ces élèves primo-arrivants.
Avez-vous soumis votre proposition aux
Communautés et quelles sont leurs réactions ? A la
place d'un contrat entre école et centre, ne vaudrait-
il pas mieux un accord de coopération avec les
Communautés ? Les moyens budgétaires que vous
prévoyez ne pourraient-ils pas être confiés à ces
dernières, qui garderaient ainsi la totalité de leurs
compétences ?
02.02 Minister Johan Vande Lanotte (Frans):
Een werkgroep vergaderde hierover op 5 februari.
Daar is voorgesteld dat de grote centra met meer
dan 600 opvangplaatsen, met een systeem van
contractueel onderwijs zouden werken.. Er is in
middelen voorzien om het systeem in de centra te
lanceren. De vreemdelingen verblijven immers niet
02.02 Johan Vande Lanotte , ministre (en
français) : Un groupe de travail s'est réuni à ce
propos, le 5 février dernier. Il y a été proposé et
accepté que dans les grands centres de plus de
600 personnes on organise un système
d'enseignement-contrat. Dans ces centres, les
personnes ne résident en effet pas plus de deux
27/03/2001
CRABV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
meer dan twee maanden in die centra.
Men heeft voor dit systeem gekozen omdat in dit
soort centra het hele jaar door zo'n tweehonderd
kinderen komen en gaan en omdat de meest nabije
scholen binnen een straal van 10 km toch nog te
veraf gelegen zijn en een dergelijke instroom van
kinderen niet aankunnen. Dankzij dit systeem wordt
de leerplicht dus gerespecteerd.
mois. Des moyens sont prévus pour mettre le
processus en mouvement.
On a choisi ce système parce que, dans de tels
centres, environ deux cents enfants vont et viennent
toute l'année et que les écoles les plus proches,
situées dans un périmètre de 10 kms, sont trop
éloignées et incapables d'absorber ce flux
d'enfants. On pourrait ainsi respecter l'obligation
scolaire.
02.03 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV): Werd
dienaangaande een akkoord met de
Gemeenschappen gesloten? De Franse
Gemeenschap zou u een brief hebben gestuurd om
erop te wijzen dat zij het met u oneens is.
02.03 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV) : Y-a-t-
il eu un accord avec les Communautés
?
Apparemment, la Communauté française vous a
envoyé écrit un courrier pour souligner son
désaccord.
02.04 Minister Johan Vande Lanotte (Frans):
Tijdens de vergadering werden geen bezwaren
geopperd. Met de Vlaamse Gemeenschapsminister
voor Onderwijs werd een akkoord bereikt. Ik
herinner eraan dat het om ongeveer 200 kinderen
gaat om wie men zich voor een zeer korte periode
moet bekommeren.
02.04 Johan Vande Lanotte , ministre (en
français): Lors de la réunion, il n'y a pas eu
d'objection formulée. Il y a un accord avec les deux
ministres communautaires de l'Enseignement. Et je
rappelle qu'il s'agit d'une population de 200 enfants
environ, dont il faut s'occuper durant des périodes
très courtes.
02.05 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV): De
Franse Gemeenschap heeft een bijzonder
instrumentarium uitgewerkt om de kinderen over
verscheidene scholen te verdelen.
02.05 Michèle Gilkinet (ECOLO-AGALEV): En
Communauté française, un dispositif particulier
permet de répartir les enfants entre plusieurs
écoles.
02.06 Minister Johan Vande Lanotte (Frans) : De
situatie van de centra en van de
eerstaangekomenen in de Vlaamse Gemeenschap
verschilt van die in de Franse Gemeenschap. De
regeling die ik heb uitgewerkt maakt het mogelijk
een grote groep eerstaangekomenen onderwijs te
verstrekken. Gelet op hun aantal zouden die
mensen immers niet kunnen worden opgevangen
omdat de betrokken scholen in sommige Vlaamse
regio's te veraf liggen. Als de Franse Gemeenschap
bezwaren heeft, had zij die tijdens de vergadering
kenbaar moeten maken.
02.06 Johan Vande Lanotte , ministre (en
français) : La situation des centres et des primo-
arrivants n'est pas identique en Communautés
flamande et française. Le système que j'ai prévu
permet de scolariser un groupe important de primo-
arrivants qui ne pourraient s'intégrer, vu leur
nombre, dans les écoles dispersées de certaines
régions flamandes. Si la Communauté française
avait des objectifs, elle devait les mentionner lors de
la réunion du groupe de travail.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Alexandra Colen tot de
minister van Justitie over "gedwongen
abortussen bij asielzoeksters" (nr. 4297)
03 Question de Mme Alexandra Colen au ministre
de la Justice sur "les demandeuses d'asile
contraintes de se faire avorter" (n° 4297)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de vice-
eerste minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie)
(La réponse sera fournie par le vice-premier
ministre et ministre du Budget, de l'Intégration
sociale et de l'Economie sociale)
03.01 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Deze
vraag was oorspronkelijk gericht tot de minister van
Justitie. Ik stel vast dat de minister Vande Lanotte
zal antwoorden.
03.01 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Cette
question s'adressait initialement au ministre de la
Justice. Je constate qu'il s'est fait remplacer par le
ministre Vande Lanotte.
CRABV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
In het maandblad Gezin en Leven van maart 2001
staat te lezen dat OCMW's zwangere asielzoeksters
aanzetten tot abortus. Navraag leert mij dat dit
onder andere het geval is met buitenlandse
vrouwen die behandeld werden in het
abortuscentrum van Hasselt. De vrouwen durven
zich niet tegen de gedwongen abortus verzetten uit
angst om hun steun te verliezen of afgewezen te
worden als asielzoeker.
De OCMW's van Hasselt, Leopoldsburg, Lanaken,
Sint-Truiden en Tienen bezondigden zich reeds aan
deze praktijken. Volgens mij gaat het om een
overtreding van de abortuswet, die abortus enkel
toelaat wanneer dit op uitdrukkelijk verzoek van de
vrouw in kwestie is. Hier wordt druk uitgeoefend op
de vrouwen.
Vindt de minister deze praktijken toelaatbaar?
Welke maatregelen kunnen genomen worden om
hieraan een einde te maken?
Le mensuel Gezin en Leven du mois de mars 2001
révèle que certains CPAS incitent les demandeuses
d'asile enceintes à se faire avorter. Après
vérification, j'apprends que cette affaire concerne
notamment des jeunes femmes étrangères qui ont
été traitées dans le centre d'avortement d'Hasselt.
Ces femmes n'osent pas s'opposer à l'avortement
de peur de perdre le soutien des CPAS ou de voir
leur demande d'asile rejetée.
Les CPAS d'Hasselt, de Léopoldsburg, de Lanaken,
de Saint-Trond et de Tirlemont se sont déjà livrés à
de telles pratiques. En l'occurrence, j'estime qu'il y a
violation de la loi sur l'avortement qui n'autorise ce
dernier qu'à la demande expresse de la femme
concernée. En l'espèce, les femmes subissent des
pressions.
Le ministre considère-t-il que ces pratiques comme
acceptables ? Quelles mesures pourraient être
prises pour mettre un terme à cette situation ?
03.02 Minister Johan Vande Lanotte
(Nederlands): Ik heb geen informatie over deze
beweringen. Bij navraag bij het OCMW van Hasselt
bleek dat daar inderdaad door een aantal
asielzoeksters om abortus werd gevraagd en
werden uitgevoerd. Er werd geen druk op hen
uitgeoefend. De wens van de betrokken vrouw werd
onderzocht. Alle wettelijke vereisten werden
gerespecteerd. Ik signaleer dat iedereen een
strafklacht kan indienen tegen inbreuken. Dat is
geen prioriteit voor de parketten.
03.02 Johan Vande Lanotte , ministre (en
néerlandais) : Je ne dispose d'aucune information
concernant ces affirmations. Après vérification
auprès du CPAS d'Hasselt, il apparaît que certaines
demandeuses d'asile ont demandé à se faire
avorter et que certaines sont passées à l'acte.
Aucune pression n'a été exercée. On s'est limlité a
examiner la volonté des femmes concernées. Je
signale que chacun a le droit de porter plainte pour
violation de la loi. Les parquets ne font pas de cette
question une priorité.
03.03 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Als ik
een aantal harde feiten kan voorleggen, zal de
minister dan de betrokken OCMW's hierover
interpelleren?
03.03 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Si je
suis en mesure de présenter des faits probants, le
ministre devra interpeller les CPAS à ce sujet.
03.04 Minister Johan Vande Lanotte
(Nederlands): Het gerecht moet zijn werk doen,
maar dan moet er eerst een klacht worden
ingediend. Dat is de procedure.
Ik kan niet optreden+ als het parket niet eerst een
eventuele klacht heeft onderzocht.
03.04 Johan Vande Lanotte , ministre (en
néerlandais) : La justice doit faire son travail mais il
faut préalablement un dépôt de plainte. C'est la
procédure.
Je ne puis intervenir avant que le parquet ait
examiné une éventuelle plainte.
03.05 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Ik zal
de minister van Justitie een goed onderbouwd
dossier geven. Er wordt op een systematische wijze
druk uitgeoefend op een kwetsbare
bevolkingsgroep en dat is ontoelaatbaar. De
abortuswet wordt overtreden.
Ik ga in elk een geval klacht indienen, maar ik vind
dat de minister moet optreden tegen de mentaliteit
die heerst bij een aantal OCMW's.
03.05 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Je
fournirai un dossier dûment étayé au ministre de la
Justice. Un groupe vulnérable de la population subit
bel et bien des pressions. C'est inacceptable. Il y a
violation de la loi sur l'avortement.
Quoi qu'il en soit, je compte porter plainte mais
j'estime que le ministre devrait intervenir eu égard à
la mentalité qui règne au sein d'un certain nombre
27/03/2001
CRABV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
de
CPAS.
03.06 Minister Johan Vande Lanotte
(Nederlands): Het gerecht is terzake bevoegd.
Enkel bewezen strafbare feiten kunnen aanleiding
geven tot een tuchtonderzoek. Dit is de procedure.
03.06 Johan Vande Lanotte , ministre (en
néerlandais) : La justice est compétente en la
matière. Seuls des faits punissables qui sont établis
peuvent donner lieu à une enquête disciplinaire.
C'est la procédure.
03.07 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Onze
officiële instanties gaan hun boekje te buiten en de
minister vindt niet dat hij moet ingrijpen.
03.07 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Nos
instances officielles dépassent les limites et le
ministre estime ne pas devoir intervenir.
03.08 Minister Johan Vande Lanotte
(Nederlands): Het is aan het parket om uw klacht te
onderzoeken.
03.08 Johan Vande Lanotte , ministre (en
néerlandais): Il incombe au parquet d'examiner
votre plainte.
De voorzitter: Het behoort toe aan de autonomie
van het Parlement om te bepalen welke minister
voor een bepaalde vraag bevoegd is. Dit wordt zo
geregeld in de Conferentie der voorzitters.
Le président: Il appartient au Parlement de
déterminer en toute autonomie quel ministre est
compétent pour répondre à une question
déterminée. La Conférence des présidents règle les
choses ainsi.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Annemie Van de Casteele
aan de minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "het
meningokokvaccin" (nr. 4324)
04 Question de Mme Annemie Van de Casteele à
la ministre de la Protection de la consommation,
de la Santé publique et de l'Environnement sur
"le vaccin contre le méningocoque" (n° 4324)
04.01 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Het
eerste vaccin tegen meningokok C is sedert begin
dit jaar beschikbaar in België. Zuigelingen vanaf
twee maanden kunnen worden gevaccineerd, mits
drie vaccindoses. Vanaf één jaar volstaat één dosis.
De Hoge Gezondheidsraad adviseert in een advies
van november, de vaccinatie van zuigelingen,
jonge kinderen en adolescenten. Het advies neemt
vragen over de doeltreffendheid van het vaccin
weg.
Zal de minister een vaccinatiecampagne starten?
Welke concrete acties stelt de minister voor? Wie
draagt de kosten? De vaccinatie voor zuigelingen
kost 4.800 frank. Hebt u reeds overlegd over de
eventuele terugbetaling? Wat is het resultaat van
het overleg met de gemeenschapsministers? Wordt
eventueel gratis vaccinatie voorzien via de
vaccinatieschema's van de Gemeenschappen?
Blijft Vlaams minister Vogels gekant tegen de
vaccinatie tegen meningokok C omwille van het
valse veiligheidsgevoel dat het zou kunnen
creëren?
Ik signaleer nog dat zich jaarlijks een honderdtal
infecties meningokok C voordoen met een
mortaliteitsgraad van vijf procent. In Vlaanderen
04.01 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Le
premier vaccin contre le méningocoque C est
disponible en Belgique depuis le début de cette
année. Les nourrissons peuvent être vaccinés à
partir de l'âge de deux mois. Trois doses de vaccin
sont alors nécessaires. A partir de l'âge d'un an,
une dose suffit. Dans un avis datant du mois de
novembre, le Conseil supérieur pour la santé
préconise la vaccination des nourrissons, des
jeunes enfants et des adolescents. Cet avis dissipe
les doutes quant à l'efficacité du vaccin.
La ministre entamera-t-elle une campagne de
vaccination? Quelles actions concrètres propose-t-
elle? Qui supporterales coûts? La vaccination des
nourrissons coûte 4.800 francs. Avez-vous déjà
organisé une concertation à propos d'un
remboursement éventuel? Quel est le résultat de la
concertation avec les ministres communautaires?
Prévoira-t-on éventuellement une vaccination
gratuite dans le cadre des programmes de
vaccination des Communautés? La ministre
flamande Vogels reste-t-elle opposée à la
vaccination contre le méningocoque C en raison du
faux sentiment de sécurité qui peut en découler?
Je voudrais encore attirer l'attention sur le fait
qu'une centaine d'infections de méningocoque C se
produisent par an et que le taux de mortalité est de
CRABV 50
COM 434
27/03/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
alleen waren er vorig jaar zeventig besmettingen
met vier overlijdens tot gevolg.
5%. En Flandre, il y a eu l'année dernière 70
contaminations dont 4 ont connu une issue fatale.
04.02 Minister Magda Aelvoet (Nederlands): Het
vaccinatiebeleid is een gemeenschapsbevoegdheid.
Ik weet dat mevrouw Van de Casteele voor dat
aspect bijzonder gevoelig is. In de praktijk is er
slechts één vaccin federaal gebleven: het
poliovaccin.
De Gemeenschappen stellen de vraag naar
tussenkomst in de terugbetaling van een vaccin
door het RIZIV wanneer de kost hoog is of dreigt te
worden.
Het advies van de Hoge Gezondheidsraad zegt dat
het vaccinatiebeleid bijgestuurd moet worden wat
de grote lijnen betreft. Het advies wordt
voorzichtiger wanneer het over de specifieke
vaccins gaat.
Wat betreft het Meningokok C vaccin, zegt het
advies dat het "kan" aanbevolen worden. Er is
nergens sprake van een verplichting.
04.02 Magda Aelvoet , ministre (en néerlandais):
La politique en matière de vaccinations relève des
Communautés. Je sais bien que Mme Van de
Casteele est particulièrement sensible à cet aspect
de la question. Dans la pratique, un seul vaccin est
resté de la compétence des autorités fédérales, à
savoir le vaccin antipoliomyélitique.
Les Communautés s'interrogent sur l'éventuelle
intervention de l'INAMI dans le remboursement des
vaccins dans l'hypothèse où le coût est élevé ou
risque de l'être.
Selon le Conseil supérieur de l'hygiène, l'avis relatif
à la politique en matière de vaccinations doit, d'une
manière générale, être adapté.. Le CSH se montre
plus prudent lorsqu'il s'agit de vaccins spécifiques.
Pour ce qui est du vaccin contre la méningite
causée par les méningocoques de type C, l'avis du
CSH stipule que la vaccination "peut" être
recommandée. Il n'est nullement question d'une
obligation.
Er is over deze problematiek overleg geweest
tussen de verschillende bevoegde ministers, zowel
van de Gemeenschappen als van de federale
overheid.
Het gros van de aandoeningen van meningskok
betreft de serogroep B, waarvoor geen vaccin
bestaat. Voor de serogroep C is dit wel het geval,
maar die aandoening komt veel minder voor. Het
aantal overlijdens ten gevolge van meningokok C is
zeer laag: de mortaliteit bedroeg twee gevallen in
1999 en vier gevallen in 2000. Natuurlijk heeft de
dood van een mens geen prijs.
De werkgroep Vaccinaties buigt zich momenteel
over deze problematiek en zal advies uitbrengen.
Geen enkele ouder is natuurlijk bereid een risico te
lopen dat hij of zij kan vermijden. Iedereen die de
vaccinatie meent nodig te hebben, zal de financiële
inspanning willen doen.
Over de terugbetaling zal dus later worden beslist.
Ce problème a été l'objet d'une concertation entre
les différents ministres compétents, à savoir la
ministre fédérale et les ministres communautaires.
La plupart des affections causées par le
méningocoque concernent le sérogroupe B pour
lequel il n'existe pas de vaccin. Pour le sérogroupe
C, en revanche, il y a un vaccin mais cette affection
est beaucoup moins répandue. Le nombre de
décès dus au méningocoque C est fort peu élevé :
deux cas ont été enregistrés en 1999 et quatre en
2000. Il va sans dire que la mort d'un être humain
n'a pas de prix.
Le groupe de travail « vaccinations » se penche
actuellement sur ce problème et rendra un avis à
son sujet. Il est évident qu'aucun parent n'est
disposé à courir un risque qu'il pourrait éviter.
Quiconque estime avoir besoin de la vaccination
ferait volontiers cet effort.
Par conséquent, la question du remboursement
sera tranchée ultérieurement.
04.03 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Ik zal
dit dossier verder opvolgen. Een collega in Het
Vlaams Parlement zal mijn vraag daar herhalen. Ik
stel mijn vraag ook aan minister Vandenbroucke
opdat wij informatie zouden krijgen over de
04.03 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Je
continuerai de suivre ce dossier. Un de mes
collègues au Parlement flamand y reposera ma
question. Et je la reposerai moi-même au ministre
Vandenbroucke pour obtenir des informations sur le
27/03/2001
CRABV 50
COM 434
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
terugbetaalbaarheid.
Men kan het vaccin opnemen in het verplicht
vaccinatieschema van de Gemeenschappen. Door
een grotere omzet zou de prijs van het vaccin
dalen. Bovendien kan concurrentie tussen de
farmaceutische bedrijven de prijs drukken. Binnen
afzienbare tijd zal er zeker een meer betaalbaar
vaccin op de markt zijn. In afwachting moet de
bevolking verder worden geïnformeerd.
point de savoir s'il y aura le cas échéant possibilité
de remboursement.
On pourrait inclure ce vaccin dans le schéma des
vaccinations obligatoires des Communautés. Si le
chiffre d'affaires augmentait, cela engendrerait une
baisse du prix du vaccin. De même, la concurrence
entre les entreprises pharmaceutiques pourrait faire
diminuer son prix. A brève échéance, un vaccin
d'un prix plus démocratique sera certainement
commercialisé. En attendant, nous nous devons de
continuer à informer la population.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De vergadering wordt gesloten om 11.14 uur.
La séance est levée à 11.14 heures.
Document Outline