KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 396
CRIV 50 COM 396
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET HET BEKNOPT VERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC LE COMPTE RENDU ANALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
dinsdag mardi
20-02-2001 20-02-2001
12:00 uur
12:00 heures
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
CRIV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde mondelinge vragen van
1
Questions orales jointes de
1
- de heer Hubert Brouns aan de minister van
Financiën over "de effecten van het
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3422)
- M. Hubert Brouns au ministre des Finances sur
"l'impact de la convention entre la Belgique et les
Pays-Bas tendant à éviter les doubles
impositions" (n° 3422)
- de heer Peter Vanvelthoven aan de minister van
Financiën over "het nieuwe
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3462)
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des Finances
sur "la nouvelle convention entre la Belgique et
les Pays-Bas tendant à fixer les doubles
impositions" (n° 3462)
Sprekers:
Hubert Brouns, Peter
Vanvelthoven, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs:
Hubert Brouns, Peter
Vanvelthoven, Didier Reynders, ministre des
Finances
Mondelinge vraag van de heer Aimé Desimpel
aan de minister van Financiën over "de
paniekstemming bij de vastgoedbevaks"
(nr. 3429)
3
Question orale de M. Aimé Desimpel au ministre
des Finances sur "le vent de panique dans le
secteur des SICAF immobilières" (n° 3429)
3
Sprekers: Aimé Desimpel, Didier Reynders,
minister van Financiën
Orateurs: Aimé Desimpel, Didier Reynders,
ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme aan
de minister van Financiën over "de fiscale
behandeling van tekengeld voor sportlui"
(nr. 3439)
5
Question orale de M. Yves Leterme au ministre
des Finances sur "le traitement fiscal appliqué aux
sommes d'argent versées aux sportifs dans le
cadre de la signature d'un nouveau contrat"
(n° 3439)
5
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CVP-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CVP, Didier Reynders, ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme aan
de minister van Financiën over "de herziening van
het kadastraal inkomen van landbouwgrond"
(nr. 3440)
5
Question orale de M. Yves Leterme au ministre
des Finances sur "la révision du revenu cadastral
de terrains agricoles" (n° 3440)
5
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CVP-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CVP, Didier Reynders, ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Hagen Goyvaerts
aan de minister van Financiën over "het
opvorderen van personeel bij het departement
Financiën met het oog op het wegwerken van
regularisatiedossiers van illegalen" (nr. 3456)
7
Question orale de M. Hagen Goyvaerts au
ministre des Finances sur "la réquisition de
personnel du département des Finances en vue
de combler le retard dans le traitement des
dossiers de régularisation d'illégaux" (n° 3456)
7
Sprekers:
Hagen Goyvaerts, Didier
Reynders, minister van Financiën
Orateurs:
Hagen Goyvaerts, Didier
Reynders, ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Ludo Van
Campenhout aan de minister van Financiën over
"de problemen van de administratie van de
douane in de haven van Antwerpen" (nr. 3471)
8
Question orale de M. Ludo Van Campenhout au
ministre des Finances sur "les problèmes
rencontrés par l'administration des douanes dans
le port d'Anvers" (n° 3471)
8
Sprekers: Ludo Van Campenhout, Didier
Reynders, minister van Financiën
Orateurs: Ludo Van Campenhout, Didier
Reynders, ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Jean-Pol Poncelet
aan de minister van Financiën over "de aankoop
door de Staat van het domein 'La Reine
Pédauque' in Hotton" (nr. 3478)
10
Question orale de M. Jean-Pol Poncelet au
ministre des Finances sur "l'achat par l'Etat du
domaine 'La Reine Pédauque' à Hotton" (n° 3478)
10
Sprekers: Jean-Pol Poncelet, voorzitter van
de PSC-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Jean-Pol Poncelet, président du
groupe PSC, Didier Reynders, ministre des
Finances
CRIV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
van
DINSDAG
20
FEBRUARI
2001
12:00 uur
______
du
MARDI
20
FÉVRIER
2001
12:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 12.12 uur door
de heer Aimé Desimpel, voorzitter.
La séance est ouverte à 12.12 heures par
M. Aimé Desimpel, président.
01 Samengevoegde mondelinge vragen van
- de heer Hubert Brouns aan de minister van
Financiën over "de effecten van het
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3422)
- de heer Peter Vanvelthoven aan de minister
van Financiën over "het nieuwe
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3462)
01 Questions orales jointes de
- M. Hubert Brouns au ministre des Finances
sur "l'impact de la convention entre la Belgique
et les Pays-Bas tendant à éviter les doubles
impositions" (n° 3422)
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des
Finances sur "la nouvelle convention entre la
Belgique et les Pays-Bas tendant à fixer les
doubles impositions" (n° 3462)
01.01 Hubert Brouns (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik zal de raad van
mijn fractieleider volgen en kort en bondig zijn. Het
zal mij ver brengen, zegt hij, dus zal ik zijn advies
zeker volgen.
Mijnheer de minister, wij zijn in deze commissie al
verscheidene keren tussenbeide gekomen over
het dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland en, uiteraard, ook over de effecten van
het werklandprincipe, die er zeker zijn op het
inkomen van de Belgische grensarbeiders in
Nederland.
In mei 2000 heb ik in deze commissie zeer
concreet gevraagd of het niet opportuun was om
een commissie ad hoc samen te stellen met
experts die de effecten moesten nagaan om
eventuele bijsturingen te kunnen inbouwen. U hebt
toen het volgende geantwoord. Ik citeer: "Voorts
ben ik bereid bijkomende onderzoeken te laten
uitvoeren naar de negatieve effecten, ook van het
nieuwe dubbelbelastingverdrag. Te dien einde kan
een specifieke werkgroep worden opgericht of kan
deze commissie bijzondere bijeenkomsten
organiseren omtrent het nieuwe
dubbelbelastingverdrag". In Nederland heeft men
in februari 2000 een dergelijke commissie
opgericht die de naam Lindschote draagt, naar de
gewezen staatssecretaris die deze commissie
voorzit. Deze commissie heeft tot doel de effecten
op het inkomen van de Nederlandse
grensarbeiders in België na te gaan. Zij brengt
advies uit over mogelijke compensaties of
bijsturingen.
Ik heb mij de moeite getroost om te controleren of
die commissie inderdaad aan het werk is. Ik heb
de verslagen doorgenomen, die me zeer
interessant lijken. Tot nu toe hebben zij niet
minder dan 18 aanbevelingen en bijsturingen
voorgesteld op basis van de negatieve effecten
die zij hebben vastgesteld voor Nederlanders die
in de toekomst in ons land belastingen zullen
moeten betalen. We weten nu al dat er ook
dergelijke effecten zijn voor de Belgen die in de
toekomst hun belastingen in Nederland zullen
betalen. Daarom is het absoluut noodzakelijk om
een aantal experts bijeen te brengen om, zoals in
Nederland, die effecten goed in te schatten en
aanbevelingen te formuleren om na te gaan op
welke wijze men deze negatieve effecten kan
wegwerken.
Hierover heb ik een viertal zeer concrete vragen,
mijnheer de minister.
20/02/2001
CRIV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
Ten eerste, bent u bereid een dergelijke
grensarbeidcommissie op te richten? Hoe moet
een dergelijke commissie worden samengesteld?
Welke onderzoeken hebt u al laten verrichten naar
de effecten van het dubbelbelastingverdrag en wat
waren die effecten? Ik refereer hiervoor aan het
antwoord dat u mij in mei 2000 hebt gegeven.
In de commissie voor de Financiën en de
Begroting van 30 januari 2001 hebt u verklaard dat
er een veiligheid in het verdrag is ingebouwd
waardoor de doorstroming van de
personenbelasting van grensarbeiders naar de
gemeente gegarandeerd blijft. Kunt u concrete
informatie geven over de manier waarop dit wordt
gegarandeerd?
Ten slotte, wanneer zal het verdrag aan deze
Kamer worden voorgelegd?
01.02 Peter Vanvelthoven (SP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, deze problematiek
kwam reeds uitgebreid aan bod in deze
commissie. Als alles volgens plan verloopt, treedt
het nieuw dubbelbelastingverdrag in 2003 in
werking. De nieuwe Nederlandse fiscale
wetgeving trad begin dit jaar in werking.
Een aantal maanden geleden heb ik u de vraag
gesteld of het niet nuttig was een debat te voeren
over de negatieve effecten van het ontwerp van
dubbelbelastingverdrag. U hebt geantwoord dat
het niet gebruikelijk is om voorafgaandelijk een
parlementair debat te houden over de inhoud van
een verdrag. U stelde dat het debat kon worden
gevoerd op het ogenblik dat de ratificatie van het
verdrag geagendeerd zou worden. De
onduidelijkheid over de gevolgen van het
dubbelbelastingverdrag is echter groot.
Er heerst onder meer onduidelijkheid voor de
grensarbeiders. Zij kunnen kiezen voor het statuut
van binnenlands belastingplichtige. Terzake rijzen
vragen. Kan een grensarbeider die een
grensoverschrijdende betrekking beëindigt zich
verwachten aan naheffingen van de Nederlandse
fiscus? Nederland heeft beslist
schaduwberekeningen te maken. Dit betekent dat
men een berekening maakt van wat de fiscale
situatie zou zijn als de huidige
grensarbeiderregeling behouden blijft. Als mocht
blijken dat de Nederlandse grensarbeiders meer
belastingen moeten betalen zal de Nederlandse
overheid een compensatie uitkeren. Een ander
probleem heeft betrekking op de gemeenten. De
Belgen die in Nederland werken en er in de
toekomst belasting betalen, zullen in ons land niet
langer personenbelasting en ipso facto geen
aanvullende gemeentebelasting betalen. Naar
verluidt zullen de gemeenten gecompenseerd
worden. De onduidelijkheid is echter groot.
Worden de gemeenten gecompenseerd voor de
Nederlanders die in Nederland werken maar in
België wonen? De werkgevers vrezen eveneens
neveneffecten. Zij vrezen dat het nieuw
dubbelbelastingverdrag de krapte op de Belgische
arbeidsmarkt nog zal versterken omdat het voor
de Belgische grensarbeiders interessanter is in
Nederland te werken. Voor de Nederlandse
grensarbeiders is het minder interessant in België
te werken.
Mijnheer de minister, heel wat punten vragen om
verduidelijking. De heer Brouns heeft erop
gewezen dat men in Nederland een jaar geleden
de commissie-Lindschoten heeft opgericht. Deze
commissie heeft een duidelijke opdracht. Ik citeer
uit de instellingsbeschikking: "De commissie heeft
als taak te adviseren omtrent mogelijke
knelpunten waarmee grensarbeiders in de praktijk
kunnen worden geconfronteerd als gevolg van het
wonen aan de ene kant van de grens en het
werken aan de andere kant van de grens.
Daarnaast heeft de commissie als taak te
adviseren over de in het concept nieuw
belastingverdrag tussen Nederland en België
opgenomen maatregelen die moeten voorkomen
dat grensarbeiders bij overgang van een woon-
naar een werkstadheffing een
inkomensachteruitgang zouden ondervinden, zo
adequaat mogelijk worden geïmplementeerd". In
Nederland is men volop bezig de negatieve
effecten te onderzoeken. Is het niet nuttig het
Nederlands voorbeeld te volgen?
De commissie voor Financiële en Sociale
Aangelegenheden van de raadgevende
interparlementaire Beneluxraad heeft de
Nederlandse en Belgische regering eveneens zo'n
onderzoek naar de neveneffecten van de
grensarbeid aanbevolen. Mijnheer de minister,
vindt u het nuttig een grensarbeidercommissie in
het leven te roepen? Zo neen, waarom niet? Zo ja,
welke timing stelt u voorop?
01.03 Minister Didier Reynders: Mijnheer de
voorzitter, ik begrijp de bekommeringen van de
grensarbeiders en de betrokken
gemeentebestuurders, reden waarom ik
herhaaldelijk op vragen terzake moet antwoorden.
Ik kan echter geen nieuw antwoord geven en moet
het vorige herhalen. In ieder geval kan ik het
volgende laten opmerken.
Ten eerste, de datum waarop het verdrag effectief
CRIV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
bij het Parlement wordt ingediend, kan ik
onmogelijk met zekerheid stellen. Mijn
administratie durft te hopen dat de ondertekening
van het nieuwe instrument nog in de loop van het
eerste semester van 2001 zal kunnen
plaatsvinden. Ik heb in november 1999 gezegd dat
we nog twee tot drie jaar moesten wachten; het is
nu 1 jaar en zes maand later en mijn administratie
hoopt dat het verdrag binnenkort kan worden
ondertekend.
Ten tweede, zoals ik reeds verschillende malen
heb bevestigd, omvat het nieuwe verdrag een
regeling waarbij het heffingsrecht inzake de
aanvullende gemeentebelasting op de
personenbelasting ten laste van Belgische
grensarbeiders behouden blijft. Aangezien ik op
de ondertekening en de staatsrechtelijke
goedkeuringsprocedure van de nieuwe
overeenkomst zou vooruitlopen, kan ik terzake
geen details verstrekken, wat ik overigens al heb
gezegd in de commissie en in de plenaire
vergadering van de Kamer en van de Senaat.
Ten derde, indien mocht blijken dat er negatieve
gevolgen zijn voor de Belgische grensarbeiders,
zullen mijn diensten samen met de diensten van
Sociale Zaken in een werkgroep ad hoc een
oplossing zoeken. Ik ben bereid om mijn collega
van Sociale Zaken een voorstel te sturen om een
werkgroep op te richten die zou worden gelast met
een studie van de consequenties van een nieuw
verdrag voor de grensarbeiders. Misschien zal dan
blijken dat we nieuwe binnenlandse maatregelen
zullen moeten nemen. Dat geldt trouwens ook
voor Nederland. De bevoegde commissie aldaar
moet een onderzoek doen naar eventuele
negatieve effecten van het dubbelbelastingverdrag
van november 1999, dat een vaststaand gegeven
is, en voorstellen doen in verband met nieuwe
binnenlandse maatregelen.
Ik ben - ik herhaal het - alvast bereid tot een
gelijkaardig initiatief. We zullen ook nagaan of er
overleg moet worden gepleegd met zowel de
werknemers als de werkgevers. Nogmaals, het
gaat om een werkgroep of een commissie die het
effect van het dubbelbelastingverdrag, dat een
vaststaand gegeven is, onderzoekt. De werkgroep
kan dus enkel voorstellen doen om de negatieve
effecten van het dubbelbelastingverdrag in ons
land te verhelpen. We zullen nagaan of we
inderdaad binnenlandse maatregelen moeten
nemen.
01.04 Hubert Brouns (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik stel vast dat
men hier inderdaad een verdrag heeft dat volledig
ambtelijk is genegotieerd en dat er, op politiek
vlak, niks meer kan worden aan veranderd.
Daarom stelde ik deze vraag en ik ben blij dat de
minister erop is ingegaan. Het is toch wel goed om
met een vastgelegde tekst te werken en te
onderzoeken wat de effecten zijn. Het werk van de
commissie Lindschoten-Neerlandt bewijst dat het
nodig en nuttig is om schaduwberekeningen te
maken en vanuit die berekeningen te zien of men
intern, in het land zelf, een aantal bijkomende
maatregelen moet nemen om die mogelijke
negatieve effecten weg te werken. Ik denk dat het
werk dat men in Nederland heeft gedaan, al een
heel stuk mee kan worden geïmplementeerd in
het werk dat men hier nog moet doen en men kan
de werkwijze daar inderdaad volgen.
De samenstelling van de commissie geeft heel
duidelijk aan dat het hier gaat over experts die
zowel inzake fiscaliteit als sociale wetgeving
terzake ook betrokken waren bij het opstellen van
het verdrag. Dat is heel belangrijk. Zij kunnen veel
beter dan om het even welke expert inschatten
waarom de zaken zo ambtelijk zijn geformuleerd.
Ik ben blij dat u dat op zeer korte termijn wilt doen,
omdat de toepassing van een aantal zaken niet zo
lang op zich meer laat wachten en de
grensarbeiders vanaf 2003 zeker met deze
nieuwe situatie zullen worden geconfronteerd.
01.05 Peter Vanvelthoven (SP): Mijnheer de
minister, het is noodzakelijk dat de commissie er
komt. Dat moet in overleg en samenwerking
gebeuren met uw collega van Sociale Zaken.
Niemand is erbij gebaat als wij het
belastingverdrag op 1 januari 2003 desgevallend
laten ingaan om pas daarna interne corrigerende
maatregelen te nemen. Het is dan ook goed dat
de periode vanaf nu tot het in werking treden van
het verdrag effectief wordt gebruikt om interne
maatregelen voor te bereiden. Ze kunnen dan op
hetzelfde ogenblik van kracht worden. We zullen
deze zaak hier zeker blijven volgen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Président: Eric van Weddingen.
Voorzitter: Eric van Weddingen.
02 Mondelinge vraag van de heer Aimé
Desimpel aan de minister van Financiën over
"de paniekstemming bij de vastgoedbevaks"
(nr. 3429)
02 Question orale de M. Aimé Desimpel au
ministre des Finances sur "le vent de panique
dans le secteur des SICAF immobilières"
(n° 3429)
20/02/2001
CRIV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
02.01 Aimé Desimpel (VLD): Mijnheer de
voorzitter, misschien is deze paniekstemming
intussen al verdwenen. Mijnheer de minister, in de
sector van de vastgoedbevaks heerst er een
paniekstemming. De commissie voor het Bank- en
Financiewezen zou een beslissing genomen
hebben die bepaalt dat de aanschaffingskosten
van vastgoed niet meer geactiveerd kunnen
worden. Indien dit waar is, betekent het de totale
instorting van de vastgoedbevaks. Als men weet
dat de beurskapitalisatie van de Belgische bevaks
tussen de 80 en de 100 miljard frank bedraagt,
kan men zich voorstellen wat voor een ravage dit
voor de belegger in vastgoedbevaks zou
betekenen. Dit zou het einde van de bevaks
inluiden. Indien bijvoorbeeld een kantoorcomplex
te Brussel wordt aangekocht dat 7% rendement
oplevert en de bevak wordt verplicht onmiddellijk
15% van de aanschaffingskosten ten laste te
nemen, dan komt dit overeen met twee jaar
verlies. Ik weet bijvoorbeeld dat de grootste bevak
van België 9 miljard frank verlies zou moeten
inschrijven voor dit jaar als deze beslissing
inderdaad genomen werd. Tevens zou dit een
ramp betekenen voor het vastgoed van de
Belgische staat. In het regeerakkoord wordt
immers voorgesteld een deel van het vastgoed in
een bevak onder te brengen. Het zou nu totaal
onmogelijk worden om zo'n bevak te plaatsen.
Mijnheer de minister, kunt u ons hierover uitleg
verschaffen? Indien de berichten zouden kloppen,
kan deze maatregel dan onmiddellijk geschorst
worden? Ik wil van deze gelegenheid gebruik
maken om tevens te vragen vanaf welke datum de
schuldratio's voor bevaks van 33% naar 50%
zullen worden gebracht zoals enkele weken
geleden in de commissie werd afgesproken.
02.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de
voorzitter, mijnheer Desimpel, ik preciseer dat ik
niet officieel ingelicht werd over de beslissing van
de commissie voor het Bank- en Financiewezen.
Na inlichtingen genomen te hebben, lijkt het erop
dat de beslissing waarnaar u refereert een
beslissing is die genomen werd op basis van een
individueel geval. Waarover gaat het? In de
boekhouding van de vastgoed-bevaks moeten de
gebouwen op hun marktwaarde gewaardeerd
worden. Deze waarde wordt door een
vastgoedexpert bepaald. Noch het koninklijk
besluit van 10 april 1995 omtrent de vastgoed-
bevaks noch het verslag aan de Koning geven
enige duiding over het begrip marktwaarde. Dat is
een zeer algemeen begrip, zelfs voor de
Copernicus-hervorming, maar er is geen definitie
van.
Er bestaan in de praktijk twee interpretaties
volgens het standpunt dat men inneemt. Enerzijds
is er dat van de verkoper exclusief
transactiekosten dat al de voorkeur van de CBF
heeft, bijvoorbeeld in jaarverslagen. Anderzijds is
er dat van de koper inclusief de transactiekosten.
Er zijn dus twee verschillende standpunten. Het
probleem bestaat slechts omdat de
registratierechten hoger zijn in België - 12,5% -
dan in de omliggende landen die over
gelijkaardige beleggingsinstrumenten beschikken.
De commissie voor Boekhoudingnormen heeft
een advies gegeven dat aangeeft wat men moet
verstaan onder marktwaarde, rekening houdend
met de IAS-normen die in België van kracht
zouden moeten worden voor het opstellen van de
geconsolideerde rekeningen van beursgenoteerde
vennootschappen vanaf 2005. Het gaat over "the
amount for which an asset can be exchanged
between knowledgeable willing parties in an
armslength transaction". We hebben deze tekst
enkel in het Engels. Ik zal hem bezorgen.
De Commissie voor Bank- en Financiewezen
heeft zich aangesloten bij deze interpretatie,
ofschoon zij sinds de publicatie van haar rapport
deze interpretatie nog in geen enkel individueel
dossier had toegepast. Dit is dus een eerste
toepassing van die interpretatie.
Wat de beroepsmogelijkheden betreft, komt het
de betrokken vennootschappen en/of
verenigingen toe om indien zij dit wensen een
beroep aan te vragen bij de bevoegde instanties.
Er is dus een procedure voorzien om beroep aan
te tekenen tegen een beslissing van de
Commissie voor Bank- en Financiewezen. Ik heb
overigens nog geen dossier gekregen over de
vorderingen die werden gemaakt in het project tot
oprichting van een vastgoed-bevak die bepaalde
onroerende activa van de Staat zal hergroeperen.
Wat uw laatste vraag over de percentages betreft,
kan ik u antwoorden dat vanaf de datum van
publicatie van het koninklijk besluit onder
bepaalde modaliteiten naar goeddunken van de
vastgoed-bevak de verhoging van de schuldgraad
van 33% naar 50% zal worden toelaten. Ik heb het
genoegen u te melden dat ik hierover een vraag
tot advies heb gericht tot de CBF, de BVB, en aan
de Belgische Vereniging van Instellingen voor
Collectieve Beleggingen, de BVICB. Deze vraag is
pas verzonden, en ik wacht nu op antwoord. Ik
hoop dat we vlug zullen kunnen overgaan tot de
ondertekening en de publicatie van dit koninklijk
besluit.
CRIV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
02.03 Aimé Desimpel (VLD): Mijnheer de
voorzitter, het antwoord is natuurlijk bevredigend.
Het is dus beperkt tot een individueel geval,
waarvan ik op de hoogte ben.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Voorzitter: Aimé Desimpel.
Président: Aimé Desimpel.
03 Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme
aan de minister van Financiën over "de fiscale
behandeling van tekengeld voor sportlui"
(nr. 3439)
03 Question orale de M. Yves Leterme au
ministre des Finances sur "le traitement fiscal
appliqué aux sommes d'argent versées aux
sportifs dans le cadre de la signature d'un
nouveau contrat" (n° 3439)
03.01 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, in het zog van de
"Bosman-jurisprudentie", is er in sportkringen
onduidelijkheid ontstaan rond het fiscaal statuut
van bepaalde sommen die bij de overgang van
spelers professionelen en amateurs van
eigenaar of bezitter wisselen. Wanneer een speler
van ploeg verandert, dan was het vroeger
gebruikelijk dat er tussen de clubs gelden werden
uitgewisseld. Dat komt nu niet zo vaak meer voor,
tenzij het gaat over contracten van bepaalde duur,
die voortijdig worden opgezegd. Wat wel heel veel
gebeurt, is dat de speler in kwestie naast de
salarisvoorwaarden rond zijn professioneel
engagement bij de nieuwe werkgever, er op het
ogenblik dat het contract wordt getekend een
geldsom ter beschikking wordt gesteld van de
nieuwe ploeg. Dat is het zogenaamde tekengeld.
Er is in Luik bij een aantal clubs onduidelijkheid
over welke belasting er moet worden geheven op
dit tekengeld. Daarom vraag ik aan de minister
duidelijkheid te scheppen.
Ten eerste, wat is de fiscale behandeling van het
tekengeld? Ten tweede, op welke wijze en in
welke mate worden de transfersommen en
tekengelden tot nu getaxeerd? Wordt dit bij het
ministerie van Financiën afzonderlijk gevolgd en
zijn er gegevens over de fiscale heffing op
transfers en tekengelden in de sportsector?
03.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer
Leterme, krachtens artikel 31 van het WIB 1992
zijn alle beloningen verkregen uit hoofde of naar
aanleiding van de beroepswerkzaamheid als
bezoldiging belastbaar. Daartoe behoren onder
meer het tekengeld dat een speler ontvangt naar
aanleiding van de overgang naar een andere club,
evenals het deel van het transfergeld dat voor de
speler is bestemd. Dergelijke vergoedingen zijn
gezamenlijk belastbaar. Wanneer de betaling of
de toekenning van het tekengeld of het
transfergeld over verschillende belastingtijdperken
wordt gespreid, zijn de schijven ervan belastbaar
voor het belastbaar tijdperk waarin zij werkelijk
werden betaald of toegekend.
Dit is dus openlijk door mijn administratie na te
gaan. Het is een algemeen stelsel, een
gezamenlijke belasting over alle vergoedingen en
eventueel een spreiding over verschillende
belastbare tijdperken, als de betaling ook over
enkele jaren is gespreid.
03.03 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de
voorzitter, ik dank de minister voor zijn
verduidelijkend antwoord, dat voor mij niet zo
verrassend was.
U vertrekt van de exhaustieve hypothese dat het
alleen om profsporters zou gaan. Wat gebeurt er
in het geval van mensen die niet door een
arbeidsovereenkomst zijn gebonden? Het komt
voor dat mensen die bij een club zijn aangesloten,
van club veranderen en daarvoor een bepaalde
som ontvangen die anders is dan de som die zij
zouden ontvangen als bezoldiging.
03.04 Minister Didier Reynders: U kunt een
nieuwe vraag aan mijn administratie stellen. Ik heb
het antwoord inzake professionele sportlui
gegeven. Ik kan u een schriftelijk antwoord
bezorgen op uw nieuwe vraag.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme
aan de minister van Financiën over "de
herziening van het kadastraal inkomen van
landbouwgrond" (nr. 3440)
04 Question orale de M. Yves Leterme au
ministre des Finances sur "la révision du
revenu cadastral de terrains agricoles" (n° 3440)
04.01 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de
voorzitter, volgens mij is het voor iedereen
duidelijk dat de landbouwsector in een crisis
verkeert. De houding van de regering terzake lokt
heel wat betogingen en protest uit bij de basis die
zich in de steek gelaten voelt.
Een bepaald aspect van de landbouwproblematiek
heeft te maken met het feit dat heel wat
landbouwgronden de laatste jaren een veranderd
20/02/2001
CRIV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
economisch statuut hebben gekregen omwille van
een aantal op zich verantwoorde maatregelen met
betrekking tot de mestspreiding, de bescherming
van ecologische structuren, enzovoort. Omwille
van milieuwetgeving -
bijvoorbeeld het
Mestactieplan in Vlaanderen - en wetgeving op de
ruimtelijke ordening kunnen bepaalde gronden
minder economisch worden uitgebaat wat
uiteindelijk een nefaste invloed heeft op niet alleen
het inkomen van de landbouwer maar ook op het
theoretische kadastraal inkomen van de
desbetreffende percelen.
Met betrekking tot de herziening van kadastrale
inkomens gelden een aantal regels. De enige
manier waarop ik mij een herziening van het
kadastraal inkomen kan inbeelden, is de
zogenaamde speciale herschatting van het
kadastraal inkomen. Het blijkt dat landbouwers
met percelen die belast zijn met wat ik zou durven
noemen "een erfdienstbaarheid van algemeen nut
omwille van milieuregelgeving of ruimtelijke
ordening", bot vangen als zij bij de administratie
van het Kadaster een speciale herschatting
aanvragen. De reden hiervoor is dat de
economische minwaarde ten gevolge van
milieuwetgeving -
minder mestuitspreiding
- of
wetgeving op de ruimtelijke ordening - gronden
worden minder economisch exploiteerbaar omdat
ze worden geklasseerd als groengebied of deel
van de groene hoofdstructuur - geen redenen zijn
voor een dergelijke herschatting van het
kadastraal inkomen.
Om die redenen had ik graag een aantal vragen
gesteld. Ten eerste, klopt het dat het kadastraal
inkomen van landbouwgronden die een
economische minwaarde krijgen omwille van
wetgeving inzake ruimtelijke ordening of leefmilieu
in de huidige fiscale regelgeving - ik heb verwezen
naar die speciale herschattingsprocedure - niet
naar beneden kan worden herzien? Ten tweede,
kan de minister aan de administratie van het
Kadaster de opdracht geven om herzieningen van
de KI's toe te staan wanneer deze gronden
economisch minderwaardig worden omwille van
de wijzigingen inzake statuut die ik zojuist heb
aangehaald?
04.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de
voorzitter, ik kan enkel een algemeen antwoord
geven. Er zijn misschien een aantal individuele
gevallen waarvoor ik een onderzoek kan
aanvragen.
De kadastrale inkomens van de onbebouwde
percelen zijn gebaseerd op de huurwaarde op
1 januari 1975 en houden rekening met de realiteit
op dit tijdsstip. Hieraan moet worden toegevoegd
dat terzake besprekingen werden gevoerd met de
representatieve landbouworganisaties.
De huurwaarde van een onbebouwd perceel hangt
af van een aantal factoren waarvan de
belangrijkste het voortbrengingsvermogen is dat
afhankelijk is van de samenstelling van de
bebouwbare laag en de ondergrond. De wetgeving
inzake ruimtelijke ordening of leefmilieu geeft
geen aanleiding tot een vermindering van de
huurwaarde van de betrokken landbouwgronden.
Wat de eventuele herziening van het kadastraal
inkomen betreft, bestaat de mogelijkheid voorzien
in artikel 494, paragraaf 1, ten tweede van het
WIB van 1992. Buiten de algemene perequaties
gaat de administratie van het Kadaster onder
andere over tot de herschatting van de kadastrale
inkomens van de aanzienlijk gewijzigde
onroerende goederen van alle aard.
Voor landbouwgronden wordt elke verandering in
de wijze van exploitatie, elke omvorming,
verbetering, beschadiging of waardevermindering
beschouwd als een aanzienlijke wijziging en dit
volgens de bepaling van artikel 494 paragraaf 2
secundo WIB 1992. Dergelijke herschatting dient
voor elk afzonderlijk te worden beoordeeld. Het is
dus perfect mogelijk om naar een herschatting te
gaan, maar dan met sommige individuele
gevallen, geval per geval. Het lijkt mij mogelijk een
onderzoek te vragen aan mijn administratie, maar
dan wel voor sommige individuele gevallen. Indien
u naar sommige individuele gevallen wil verwijzen,
lijkt het mij mogelijk mijn administratie daarover
een vraag te stellen.
04.03 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de
minister, ik dank u voor dit antwoord dat een
aantal voor ons belangrijke elementen bevat.
Natuurlijk werd het signaal gegeven in een aantal
individuele gevallen. De problematiek is echter
ruimer dan dat. In de regio waar ik vandaan kom -
de Westhoek en de polders - zijn er inzake
bemesting een aantal normen gesteld die toch de
opbrengstmogelijkheid van het perceel en dus
onrechtstreeks ook de huurwaarde van het
perceel beïnvloeden. Ik begrijp niet goed dat u
stelde dat de opbrengstmogelijkheid van een
perceel niet zou aangetast zijn door regelgeving
op het vlak van leefmilieu en van ruimtelijke
ordening. Dit staat in schril contrast tot de realiteit.
Een boer die tot voor kort op een economisch zeer
intensieve manier een bepaald perceel kon
bewerken, inclusief bemesten, wordt plots
geconfronteerd met een beperking van de
opbrengstmogelijkheid om behartenswaardige
CRIV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
redenen als de bescherming van het grondwater
en leefmilieu. Het lijkt mij dan ook onlogisch te
zeggen dat die opbrengstmogelijkheid niet zou
worden ingeperkt. Als ik het goed begrijp moet
deze voorwaarde aanwezig zijn, of toch vervuld
zijn, om een beroep te kunnen doen op de
speciale herschatting op basis van aanzienlijk
gewijzigde huurwaarde.
04.04 Minister Didier Reynders: Dat is een
interpretatie. Het is perfect mogelijk om naar een
andere toepassing te gaan in een individueel
geval. Ik ben bereid mijn administratie een vraag
te stellen voor enkele of in sommige individuele
gevallen. Dat lijkt mij de beste oplossing.
04.05 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de
minister, het probleem stelt zich nu scherper naar
aanleiding van de soms vrij drastische verhoging
van de onroerende voorheffing, de gemeentelijke
opcentiemen dus. U weet dat de buitengewone
herziening in bepaalde gevallen door de minister
ambtshalve kan worden bevolen. Ik vermoed dat
wij in de komende weken en maanden het nog
over deze problematiek zullen hebben. Wat mij
betreft, met mijn kennis van het dossier zal ik u
individuele gevallen signaleren. Het lijkt mij goed
op een bepaald ogenblik te onderzoeken of de
economische minderwaarde op een wat
algemenere manier conform kan worden gemaakt
aan de realiteit. Daarmee bedoel ik dus minder
opbrengstmogelijkheid en dus een verminderde
huurwaarde.
04.06 Minister Didier Reynders: Dat zou een
administratieve last zijn voor mijn administratie in
toepassing van een gemeentelijke beslissing. Dat
is het toch. De verhoging van de belasting op
gemeentelijk vlak wordt dan een administratieve
last voor de fiscale administratie.
04.07 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de
minister, onder stuwing van de gehele regering en
van haar kamers in annex wordt deze materie
binnenkort geregionaliseerd. Dat zal dus een zorg
minder zijn.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Mondelinge vraag van de heer Hagen
Goyvaerts aan de minister van Financiën over
"het opvorderen van personeel bij het
departement Financiën met het oog op het
wegwerken van regularisatiedossiers van
illegalen" (nr. 3456)
05 Question orale de M. Hagen Goyvaerts au
ministre des Finances sur "la réquisition de
personnel du département des Finances en vue
de combler le retard dans le traitement des
dossiers de régularisation d'illégaux" (n° 3456)
05.01 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik
vertel hier waarschijnlijk niets nieuws als ik stel dat
er bij het departement van Financiën een
schrijnend tekort aan personeel is, onder andere
bij de diensten voor BTW-controle en directe
belastingen. Daardoor is er een nagenoeg
onoverzichtelijke achterstand in de verwerking van
dossiers ontstaan.
Niettegenstaande deze toestand, werden er
blijkbaar verificateurs van de Brusselse BTW-
kantoren, zoals dat van Evere, en ambtenaren van
de directe belasting opgevorderd door het
departement van Binnenlandse Zaken om de
regularisatiedossiers van illegalen mee te helpen
verwerken. Dit is onder andere gebeurd in de
gemeente Sint-Joost-ten-Node. Ook bij de
financiële vormingscentra heeft men mensen
opgevorderd. Zo werd het diensthoofd van het
scholingspersoneel van Charleroi gevraagd in te
springen bij de verwerking van
regularisatiedossiers.
Het betrokken personeel werd opgevorderd
zonder schriftelijke dienstorder. Aan deze
administratieve geplogenheid moet nochtans
worden voldaan. De schriftelijke dienstorder moet
komen van de gewestelijke directies, in dit geval
van Brussel 2, waarbij men laat uitschijnen dat
deze mensen niet anders kunnen en dat het om
een vrijwillige medewerking gaat, zelfs indien het
weekendwerk betreft.
Mijnheer de minister, bent u op de hoogte van
deze toestand? Hoeveel personeel werd hiervoor
opgevorderd en voor welke termijn? Bestaat er
een samenwerkingsakkoord tussen uw
departement en dat van Binnenlandse Zaken?
Wat is de motivatie voor het ter beschikking
stellen van uw personeel ten dienste van het
departement van Binnenlandse Zaken?
05.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer
Goyvaerts, het gaat hier over twee federale
departementen, een samenwerkingsakkoord of
een verdrag is derhalve niet nodig. Dit zijn gewoon
twee Belgische departementen die samenwerken.
Ten eerste, in de administratie van de
ondernemings- en inkomensfiscaliteit werden door
bemiddeling van de gewestelijke directies
ambtenaren aangeduid om hulp te bieden bij het
verwerken van de regularisatiedossiers. Men hield
20/02/2001
CRIV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
steeds rekening met de mate waarin de
ambtenaren bereid waren dit te doen. Slechts in
enkele gevallen werd een ambtenaar aangeduid
die zich er niet meteen enthousiast voor toonde.
Ten tweede, voor de functionele noden van de
diensten zijn er twee criteria. In het ambtsgebied
waarvan bijstand bij het verwerken van
regularisatiedossiers moest worden geboden,
werden door de gewestelijke directie ongeveer
vier tot vijf personen initieel aangeduid. Een
gedeelte ervan heeft nochtans zijn functies niet
daadwerkelijk uitgeoefend, omdat de bevoegde
instanties op een andere manier over het vereiste
personeel konden beschikken. Bovendien sta ik
erop te benadrukken dat het departement altijd
heeft getracht in hoofdzaak ambtenaren aan te
duiden die geen deel van de fiscale administraties
uitmaken en die eerder een functie van sociale
aard uitoefenen. Daarom werd vooral een beroep
gedaan op de sociale dienst van het algemeen
secretariaat.
Ten derde, de ambtenaren die voor de
regularisatiecommissie hebben gewerkt, hebben
dat gedurende maximaal één week gedaan. In de
praktijk hebben verschillende personeelsleden
slechts zeer beperkt meegeholpen, sommigen
een halve dag, anderen één dag of een paar
dagen, al naar gelang de omstandigheden. Er
rezen niet veel problemen bij de samenwerking
tussen beide departementen, vermits het slechts
over enkele ambtenaren en de korte periode van
één week ging.
05.03 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK):
Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord,
maar ik wens toch een opmerking te formuleren.
Volgens u gaat het om het personeel van de
sociale dienst, terwijl de klachten die mij werden
gemeld wel degelijk de verificateurs betreffen.
Deze personen oefenen evenwel een andere
functie uit dan het helpen afhandelen van de
administratieve dossiers, hetgeen uiteraard voor
een zekere frustratie zorgde, te meer daar zij bij
hun oversten of hun gewestelijke directeurs geen
gehoor kregen. In feite werden zij geprovoceerd
door het vrijwillig karakter van de medewerking
terzake.
Vermits de administratie van Financiën heel wat
hervormingen moet ondergaan, lijkt het mij
opportuun dat betrokkenen in de toekomst niet
meer worden opgevorderd. Het spreekwoord
"schoenmaker blijf bij uw leest" lijkt mij in dit
verband van toepassing te zijn.
05.04 Minister Didier Reynders: Mijnheer
Goyvaerts, dit gebeurde slechts voor een zeer
korte periode en bovendien ging het om verificatie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Mondelinge vraag van de heer Ludo Van
Campenhout aan de minister van Financiën
over "de problemen van de administratie van de
douane in de haven van Antwerpen" (nr. 3471)
06 Question orale de M. Ludo Van Campenhout
au ministre des Finances sur "les problèmes
rencontrés par l'administration des douanes
dans le port d'Anvers" (n° 3471)
06.01 Ludo Van Campenhout (VLD): Mijnheer
de voorzitter, mijnheer de minister, gezien mijn
overvloed aan vragen omtrent de toestand van de
douane in de haven van Antwerpen, overweeg ik u
desbetreffend te interpelleren.
Inderdaad, de zorgwekkende toestand sleept nu al
jaren aan, met alle gevolgen van dien voor de
concurrentiele positie van de haven van
Antwerpen. De gebrekkige werking van de douane
wordt een nefaste handicap op het vlak van de
concurrentie. Het feit dat rechten niet of
onvoldoende worden geïnd zal heel wat nadelige
gevolgen hebben op de schatkist.
U weet, mijnheer de minister, dat er acties werden
ondernomen omwille van het personeelstekort.
Hoewel u voorzag in bijkomende aanwervingen
moet men terzake toch sneller handelen dan zijn
schaduw als het ware, want de afvloeiingen, zowel
van natuurlijke aard als ingevolge nieuwe
regelingen, voltooien zich sneller dan de extra
anwervingen.
Omwille van het lage loon van het
douanepersoneel, het gebrek aan extra
vergoedingen voor moeilijk bereikbare
werkplaatsen in de haven - een verplaatsing van
20 of 25 kilometers is niet uitzonderlijk - die
bovendien ten koste van de ambtenaren vallen,
het feit dat overuren worden betaald a rato van 40
frank per uur en dergelijke, is het niet
gemakkelijke extra personeel aan te werven.
Het kader is gebaseerd op oude trafieken die -
gelukkig - inmiddels aanzienlijk zijn gestegen,
maar daardoor ook meer werk met zich brengen.
Verouderde procedures en exportformulieren
zorgen eveneens voor moeilijkheden. Terwijl in
een land als Frankrijk dergelijke procedures
binnen de twee dagen gegarandeerd zijn
CRIV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
afgehandeld, duurt dit in Antwerpen weken of zelfs
maanden. Exporteurs moeten aldus veel langer
wachten alvorens hun BTW-tegoed te
recupereren, met als gevolg dat steeds meer
trafiek zich verplaatst naar Franse en Nederlandse
havens.
Om een beroep te kunnen doen op de
douanediensten van 7 tot 19 uur, moeten de privé-
bedrijven het equivalent van 4 uren overuren
betalen. Voor de haven van Antwerpen alleen gaat
het om extra kosten die jaarlijks 100 miljoen
overschrijden. In Rotterman dat 90 kilometer van
Antwerpen ligt, wordt de dienstverlening 24 uur
verzekerd zonder dat er overuren moeten worden
betaald. De Europese Unie zou nochtans hebben
bepaald dat douanekantoren minstens gedurende
12 uur per dag moeten open zijn.
De containerscanners die u in uw antwoord op
mijn vraag in plenaire vergadering, aankondigde
voor 18 mei, zijn nog steeds niet toegekomen,
hoewel deze nochtans bijkomende inningen
kunnen opleveren voor de schatkist.
Ook voor de privé sector betekent het manueel
openen en ledigen van een container heel wat
tijdverlies; per container komt dit neer op een
forfaitaire kostprijs van 15.000 BEF.
Mijnheer de minister, kunt u bevestigen dat de
Europese Unie de douanekantoren verplicht om
gedurende 12 uren per dagen open te zijn? Kunt u
vervolgens bevestigen dat de douanediensten in
de haven van Antwerpen momenteel over
onvoldoende personeel beschikken om de
kantoren gedurende 12 uur te bemannen?
Kunt u bevestigen dat het systeem van de
overuren enkele honderden miljoenen frank per
jaar die door de particuliere sector rechtstreeks
moeten worden betaald opbrengt?
De gebrekkige bezetting van het personeelskader
zal nog erger worden als de verwachte gevolgen
van de hervorming van de openbare diensten
ingang zullen vinden en ambtenaren vanaf 55 jaar
of ouder op pensioen kunnen gaan met behoud
van 70% van hun brutowedde.
Hebt u concrete plannen om de aanwerving van
nieuwe douaniers vlotter te laten verlopen, onder
andere, door een betere vergoeding en een betere
financiële en logistieke omkadering?
Kunt u de stand van zaken geven met betrekking
tot de installatie van een containerscanner in de
haven van Antwerpen?
06.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer Van
Campenhout, ik heb een zestal antwoorden op uw
vragen.
Ten eerste, die verplichting bestaat niet op
Europees vlak.
Ten tweede, in de huidige organisatiestructuur
voorzien de officiële openingstijden van de
douanediensten te Antwerpen slechts in beperkte
mate in een 24- of 12-urige economie. Bij
systematisering van het systeem kan worden
bevestigd dat een dergelijke organisatie het
prangende personeelstekort nog meer zou
accentueren. Dat is een evaluatie van de
administratie der Douane en Accijnzen. We
moeten met het huidige stelsel werken. Er is
behoefte aan nieuwe aanwervingen. Misschien
kunnen we later evolueren naar een meer
algemeen stelsel van 24- of 12-urige economie.
Ten derde, de prestaties buiten de openingsuren
van de kantoren en de gewestelijke
verificatiecentra hebben 273.424.872 frank voor
het jaar 1999 opgebracht.
Ten vierde, in de hypothese dat alle ambtenaren
van niveau 3 en 4 van de administratie der
Douane en Accijnzen vanaf 55 jaar op pensioen
zouden gaan, mag de aderlating inzake
personeelssterkte op ongeveer 385 eenheden
worden geraamd. Wetende dat pas na deze
afvloeiing nieuwe vervangende indiensttredingen
kunnen worden gegenereerd, betekent dit tijdelijk
een nog groter personeelstekort voor Antwerpen.
Ten vijfde, ik heb gevraagd zo vlug mogelijk
nieuwe aanwervingen door te voeren. Dat is een
beslissing. We moeten in Antwerpen nieuwe
aanwervingen doen om een opvulling van de
personeelsformatie te bewerkstelligen. Dat was
mijn antwoord op uw vraag in de plenaire
vergadering.
Ten zesde, op mijn uitnodiging heeft de
administratie op 25 januari 2001 een gedetailleerd
verslag ingediend betreffende de aankoop van
2
containerscanners voor de haven van
Antwerpen. Dit is gebeurd met het oog op de
voorlegging van het dossier aan de Ministerraad.
We zullen in Antwerpen of Zeebrugge misschien
voor vaste of mobiele scanners opteren. Dat is
mogelijk. Ik wil erop wijzen dat dit geen specifieke
prioriteit van mijn departement is. De vraag heeft
betrekking op een ander probleem, met name de
immigratie. Ik heb al een voorstel gedaan, maar
dat is een voorstel voor de Ministerraad.
20/02/2001
CRIV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
Misschien kan dit gebeuren in samenwerking met
andere departementen. Ik moet geen
samenwerkingsakkoord sluiten, maar misschien
kan ik over een interdepartementaal fonds
beschikken. Financiën zal de scanner misschien
niet alleen moeten financieren. Dit is een meer
algemeen probleem. Wij kunnen met andere
methodes werken, maar na de drama's in Dover
en Zeebrugge heeft men de vraag gesteld om
scanners te installeren, niet alleen voor de
administratie der Douane en Accijnzen, maar ook
voor de politieproblemen in verband met
immigratie.
Ik zal op de Ministerraad een meer algemene
vraag stellen om voor twee of drie verschillende
departementen één of meer scanners te
verkrijgen.
06.03 Ludo Van Campenhout (VLD): Mijnheer
de voorzitter, de minister pleit, mijns inziens
terecht, voor extra aanwervingen. Om deze
betrekkingen echt te kunnen invullen, zal het
statuut van de douaniers moeten worden
verbeterd. Als men de arbeidsomstandigheden en
de pecuniaire voorwaarden analyseert, is het een
eufemisme te stellen dat het statuut niet
marktconform is. 273 miljoen frank per jaar aan
overuren is niet weinig. Er moet meer flexibiliteit
komen inzake de bediening in de haven van
Antwerpen en in de andere havens. Wat de
containerscanner betreft, is het correct dat een
scanner perfect kan worden ingezet ter bestrijding
van illegale immigratie en vormen van
mensenhandel. De scanner kan echter eveneens
een grote rol spelen in de controle van de
reguliere containers. U zegt dat een manuele
controle perfect mogelijk is. Ik herhaal dat
manuele controles groot tijdverlies en hoge kosten
veroorzaken. U kan er niet naast kijken dat de
overheid dankzij de scanners jaarlijks honderden
miljoenen aan ontdoken rechten kan recupereren.
De inschakeling van de scanners in de Vlaamse
havens levert een bonus op voor de andere
departementen zodat de scanners veen sneller
terugbetaald zijn dan gedacht.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question orale de M. Jean-Pol Poncelet au
ministre des Finances sur "l'achat par l'Etat du
domaine 'La Reine Pédauque' à Hotton"
(n° 3478)
07 Mondelinge vraag van de heer Jean-Pol
Poncelet aan de minister van Financiën over
"de aankoop door de Staat van het domein 'La
Reine Pédauque' in Hotton" (nr. 3478)
07.01 Jean-Pol Poncelet (PSC): Monsieur le
président, monsieur le ministre, je m'intéresse en
effet aux conditions dans lesquelles l'Etat s'est
porté acquéreur d'un bien immobilier situé sur le
territoire de la commune de Hotton. Il s'agit d'un
ancien centre de vacances de 33 hectares,
construit à l'initiative de la Centrale des
métallurgistes de Belgique, qui a été à l'abandon
pendant sept ans après avoir servi comme centre
de vacances.
J'ai interrogé votre collègue, le ministre
responsable des entreprises publiques, jeudi
dernier à l'heure des questions d'actualité. Il a fait
sans cesse référence au comité d'acquisition et
c'est la raison pour laquelle - puisque je pense
que vous avez la tutelle sur ledit comité - je
souhaite avoir votre point de vue, monsieur le
ministre, sur un certain nombre de points.
Il apparaît que le 23 octobre dernier, des
promoteurs ont acquis ce bien dont je rappelle
qu'il avait été à l'abandon pendant sept ans, pour
une somme de 80 millions de francs, me dit-on, et
auraient réalisé une partie du patrimoine en
vendant une douzaine ou une quinzaine de
bungalows situés sur ce domaine.
Le 6 décembre, Saint-Nicolas se trouve être, en
l'occurrence, M. Vande Lanotte. En effet, c'est le
jour où ce dernier annonce qu'il va acquérir ce
bien pour s'en servir dans le cadre de sa politique
des réfugiés. Cet après-midi, dans le cadre de
notre débat sur le projet de loi contenant le
cinquième ajustement du budget général des
dépenses de l'année budgétaire 2000, un des
points consistera à permettre l'acquisition en
Régions wallonne et flamande d'un certain
nombre de sites et de domaines. Un crédit de
2,4 milliards de francs est prévu pour l'acquisition
de sites d'accueil pour demandeurs d'asile.
J'essaie de comprendre ce qui s'est passé,
monsieur le ministre. On me dit que le comité
d'acquisition des biens de l'Etat, après évaluation
du bien en question, l'aurait estimé à une valeur
située dans une fourchette entre 90 et 100 millions
de francs.
Je rappelle brièvement la chronologie des faits: le
23
octobre, première transaction avec les
promoteurs; six semaines plus tard, le
6 décembre, votre collègue annonce son intention
d'acquérir le bien; le 13 février, la transaction
conclue aurait porté sur un montant de
140 millions de francs, soit une plus-value de 75%
en trois mois! Vous comprendrez dès lors,
CRIV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
monsieur le ministre, que je me pose quelques
questions.
Tout d'abord, confirmez-vous les événements, les
dates et les montants, comme votre collègue l'a
fait jeudi à la Chambre?
Ensuite, monsieur le ministre, pourriez-vous me
donner la date précise à laquelle les premiers
contacts ont été pris avec le comité d'acquisition,
me dire quand celui-ci a été saisi d'une demande
d'évaluation du domaine de «
La Reine
Pédauque » et, le cas échéant, si nous pouvons
disposer du rapport d'évaluation du comité
d'acquisition pour conforter notre point de vue sur
cette transaction?
07.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le
président, je vais tenter de donner les éléments
précis par date, en réponse à la question de M.
Poncelet.
Le vendredi 1
er
décembre 2000, les services
centraux de l'administration du Cadastre, de
l'enregistrement et des domaines ont été informés
par courrier émanant du cabinet de mon collègue,
le vice-premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration et de l'Economie sociale que la Régie
des bâtiments souhaitait acquérir d'urgence le
domaine de la Reine Pédauque situé à Hotton.
Dans ce courrier, il était demandé d'assurer un
traitement rapide du dossier. Dès lors, le même
jour, lesdits services centraux ont demandé par
téléphone au comité d'acquisition d'immeubles, de
procéder d'urgence et prioritairement à
l'estimation du domaine en cause. Cette demande
a été confirmée au comité par un fax daté du lundi
4 décembre 2000.
Le 11 décembre de la même année, le comité a
informé les services centraux précités que le
domaine de la Reine Pédauque avait une valeur
d'environ 96 millions de francs belges. Cette
valeur devait encore être augmentée en cas
d'expropriation - pour autant bien entendu que la
Régie des bâtiments dispose d'un arrêté
d'expropriation
- des frais de remploi
correspondant à 16% de ladite valeur. Cela
donnait un total de 111.360.000 francs. Cette
estimation a été communiquée officiellement à la
Régie des bâtiments le 20 décembre 2000. Celle-
ci a été informée du fait que le propriétaire du
domaine sollicitait, pour une cession immédiate de
celui-ci, un prix de 140 millions. Le
21 décembre 2000, la Régie des bâtiments faisait
savoir au comité d'acquisition d'immeubles qu'un
crédit de 140 millions était à sa disposition.
Mes services ont été invités à me communiquer le
rapport du comité d'évaluation d'immeubles. Voilà
la manière dont le dossier a circulé à l'intérieur du
département. L'ensemble des éléments seront
bien entendu à la disposition de la commission
dès réception.
07.03 Jean-Pol Poncelet (PSC): Monsieur le
ministre, merci pour toutes ces précisions
chiffrées qui me sont bien utiles. Si possible,
j'aimerais avoir une copie de votre réponse, ce qui
m'évitera de valider mes propres notes. Pourriez-
vous simplement me confirmer que c'est bien la
Régie des bâtiments qui a donné l'instruction au
comité d'acquisition de procéder à la transaction
pour un montant de 140 millions de francs, alors
que la valeur proposée, en ce compris l'indemnité
de remploi était de 111 millions? Pourquoi donc
n'a-t-on pas procédé tout simplement à
l'expropriation? Il y a des mécanismes qui
permettent de faire cela en urgence, permettant
ainsi à l'Etat ou à la puissance expropriante de
disposer immédiatement du bien, quitte à régler
les modalités civiles de la transaction dans une
phase ultérieure.
07.04 Didier Reynders, ministre: Il y a deux
questions. La deuxième concernant les autres
procédures à utiliser, elle ne dépend évidemment
pas de ma compétence. L'intervention du comité
d'acquisition se situe dans la procédure
demandée pour un dossier déterminé.
En ce qui concerne votre première question, je
répète qu'il y a eu une évaluation faite par le
comité d'acquisition, aboutissant à une valeur de
96 millions, soit, tenant compte des 16% de frais
de remploi, 111.360.000 francs. De plus, le
propriétaire, en cas d'expropriation amiable,
sollicitait 140 millions. Le comité d'acquisition a
donné l'ensemble des éléments dont il a
connaissance à l'autorité qui souhaite acquérir.
Le 21 décembre, la Régie des bâtiments a fait
savoir qu'elle disposait de ce crédit et que celui-ci
était disponible. Par la suite, la Régie a donné
cette autorisation avec le visa de l'Inspection des
finances. Moi, je ne peux me limiter qu'à cet
élément. Mais comme déjà dit, le rapport sera à la
disposition de la commission.
07.05 Jean-Pol Poncelet (PSC): Monsieur le
président, je tiens tout d'abord à remercier le
ministre de bien vouloir nous permettre de
consulter le rapport.
Si vous le permettez, monsieur le président, je
20/02/2001
CRIV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
souhaiterais poser une dernière question au
ministre.
Monsieur le ministre, à votre connaissance, le
comité d'acquisition a-t-il tenu compte du fait que
le promoteur avait réalisé une partie du
patrimoine? Il apparaît, en effet, qu'une partie du
patrimoine initial, qui avait été acquis pour
80 millions de francs, a été réalisé entre-temps.
On peut donc imaginer qu'il y a une moins-value
par rapport à la transaction initiale.
07.06 Didier Reynders, ministre: Monsieur le
président, suivant l'information dont je dispose, les
ventes n'étaient pas encore passées devant
notaire. Il a donc été possible au propriétaire de
convaincre un certain nombre d'acheteurs de
renoncer au contenu du compromis ou à revendre
les biens. En tout cas, telle est l'interprétation qui
m'a été donnée par le comité d'acquisition.
Mais je répète que, suivant l'information qui m'a
été transmise, aucun acte n'était encore passé
devant notaire. Il a donc été possible de négocier
en bloc l'ensemble du dossier. Le comité a, sur
cette base, donné les trois chiffres de référence
possibles: l'évaluation, l'évaluation en cas
d'expropriation avec frais de réemploi, la demande
du propriétaire. A partir du moment où l'acheteur,
en l'occurrence la Régie, estime que le montant
demandé est un excellent prix, le comité
d'exécution ne fait plus qu'exécuter.
07.07 Jean-Pol Poncelet (PSC): J'ai compris les
nuances, monsieur le ministre.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
13.13 heures.
De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 13.13 uur.
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 396
CRABV 50 COM 396
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
dinsdag mardi
20-02-2001 20-02-2001
12:00 uur
12:00 heures
CRABV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde mondelinge vragen van
1
Questions orales jointes de
1
- de heer Hubert Brouns aan de minister van
Financiën over "de effecten van het
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3422)
- M. Hubert Brouns au ministre des Finances sur "
l'impact de la convention entre la Belgique et les
Pays-Bas tendant à éviter les doubles impositions
" (n° 3422)
- de heer Peter Vanvelthoven aan de minister van
Financiën over "het nieuwe
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3462)
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des Finances
sur "la nouvelle convention entre la Belgique et
les Pays-Bas tendant à éviter les doubles
impositions" (n° 3462)
Sprekers:
Hubert Brouns, Peter
Vanvelthoven, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs:
Hubert Brouns, Peter
Vanvelthoven, Didier Reynders, ministre des
Finances
Mondelinge vraag van de heer Aimé Desimpel
aan de minister van Financiën over "de
paniekstemming bij de vastgoedbevaks"
(nr. 3429)
3
Question orale de M. Aimé Desimpel au ministre
des Finances sur "le vent de panique dans le
secteur des SICAF immobilières" (n° 3429)
3
Sprekers: Aimé Desimpel, Didier Reynders,
minister van Financiën
Orateurs: Aimé Desimpel, Didier Reynders,
ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme aan
de minister van Financiën over "de fiscale
behandeling van tekengeld voor sportlui"
(nr. 3439)
4
Question orale de M. Yves Leterme au ministre
des Finances sur "le traitement fiscal appliqué aux
sommes d'argent versées aux sportifs dans le
cadre de la signature d'un nouveau contrat"
(n° 3439)
4
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CVP-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CVP , Didier Reynders, ministre des
Finances
Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme aan
de minister van Financiën over "de herziening van
het kadastraal inkomen van landbouwgrond"
(nr. 3440)
5
Question orale de M. Yves Leterme au ministre
des Finances sur "la révision du revenu cadastral
de terrains agricoles" (n° 3440)
5
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CVP-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CVP , Didier Reynders, ministre des
Finances
Mondelinge vraag van de heer Hagen Goyvaerts
aan de minister van Financiën over "het
opvorderen van personeel bij het departement
Financiën met het oog op het wegwerken van
regularisatiedossiers van illegalen" (nr. 3456)
6
Question orale de M. Hagen Goyvaerts au
ministre des Finances sur "la réquisition de
personnel du département des Finances en vue
de combler le retard dans le traitement des
dossiers de régularisation d'illégaux" (n° 3456)
6
Sprekers:
Hagen Goyvaerts, Didier
Reynders, minister van Financiën
Orateurs:
Hagen Goyvaerts, Didier
Reynders, ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Ludo Van
Campenhout aan de minister van Financiën over
"de problemen van de administratie van de
douane in de haven van Antwerpen" (nr. 3471)
7
Question orale de M. Ludo Van Campenhout au
ministre des Finances sur "les problèmes
rencontrés par l'administration des douanes dans
le port d'Anvers" (n° 3471)
7
Sprekers: Ludo Van Campenhout, Didier
Reynders, minister van Financiën
Orateurs: Ludo Van Campenhout, Didier
Reynders, ministre des Finances
Mondelinge vraag van de heer Jean-Pol Poncelet
aan de minister van Financiën over "de aankoop
door de Staat van het domein "La Reine
Pédauque" in Hotton" (nr. 3478)
8
Question orale de M. Jean-Pol Poncelet au
ministre des Finances sur "l'achat par l'Etat du
domaine "La Reine Pédauque" à Hotton"
(n° 3478)
8
Sprekers: Jean-Pol Poncelet, voorzitter van
de PSC-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Jean-Pol Poncelet, président du
groupe PSC , Didier Reynders, ministre des
Finances
CRABV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
van
DINSDAG
20
FEBRUARI
2001
12:00 uur
______
du
MARDI
20
FEVRIER
2001
12:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 12.10 uur door
de heer Aimé Desimpel, voorzitter.
La séance est ouverte à 12.10 heures par M. Aimé
Desimpel, président.
01 Samengevoegde mondelinge vragen van
- de heer Hubert Brouns aan de minister van
Financiën over "de effecten van het
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3422)
- de heer Peter Vanvelthoven aan de minister van
Financiën over "het nieuwe
dubbelbelastingverdrag tussen België en
Nederland" (nr. 3462)
01 Questions orales jointes de
- M. Hubert Brouns au ministre des Finances sur
" l'impact de la convention entre la Belgique et
les Pays-Bas tendant à éviter les doubles
impositions " (n° 3422)
- M. Peter Vanvelthoven au ministre des Finances
sur "la nouvelle convention entre la Belgique et
les Pays-Bas tendant à éviter les doubles
impositions" (n° 3462)
01.01 Hubert Brouns (CVP): Het
dubbelbelastingverdrag tussen België en Nederland
en het werklandprincipe hebben invloed op het
inkomen van de Belgische grensarbeiders in
Nederland. De Nederlandse commissie-Linschoten
gaat de effecten aan Nederlandse kant na en
formuleert voorstellen tot bijsturing. Ook in België is
er nood aan zo een commissie.
Is de minister bereid zo'n commissie in te stellen?
Hoe moet ze worden samengesteld? Welke
onderzoeken heeft de minister al laten uitvoeren?
Met welk resultaat?
Hoe wordt de doorstroming van de
personenbelasting van de grensarbeiders naar de
gemeenten gegarandeerd?
Wanneer wordt het verdrag voorgelegd aan de
Kamer?
01.01 Hubert Brouns (CVP): La convention belgo-
néerlandaise tendant à éviter les doubles
impositions ainsi que le principe de l'imposition
dans le pays où l'on travaille influent sur les
revenus des travailleurs frontaliers belges aux
Pays-Bas. La commission néerlandaise Linschoten
étudie les effets observés du côté néerlandais et
formule des propositions visant à améliorer le
système actuel. Une telle commission devrait être
instituée en Belgique .
Le ministre est-il disposé à mettre en place une telle
commission? Comment serait-elle composée?
Quelles enquêtes le ministre a-t-il déjà
commandées? Quels en sont les conclusions?
Dans quelle mesure le transfert aux communes de
l'IPP payé par les travailleurs frontaliers est-il
garanti?
Quand cette convention sera-t-elle soumise à la
Chambre?
01.02 Peter Vanvelthoven (SP): Door het
dubbelbelastingverdrag dat binnenkort wordt
geratificeerd, worden grensarbeiders
belastingplichtig in hun werkland. In Nederland werd
begin dit jaar een nieuw belastingstelsel van kracht,
01.02 Peter Vanvelthoven (SP): En application de
la convention relative aux doubles impositions qui
sera prochainement ratifiée, les travailleurs
frontaliers seront désormais considérés comme
contribuables dans le pays où ils travaillent. Les
20/02/2001
CRABV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
wij wachten nog op onze fiscale hervorming.
Toen ik enkele maanden geleden een parlementair
debat vroeg over de neveneffecten van het
ontwerp-dubbelbelastingverdrag, heeft de minister
geantwoord dat dit niet gebruikelijk is.
Er bestaan heel wat onduidelijkheden. Bij de
grensarbeiders zelf rijst de vraag of de Nederlandse
fiscus geen nabelastingen zal heffen. Voor de
gemeenten, die minder personenbelasting innen,
zou in een compensatie zijn voorzien. De
werkgevers van hun kant vrezen dat de krapte op
de arbeidsmarkt nog wordt aangescherpt.
De commissie voor de Grensarbeiders die in
Nederland werd opgericht moet de knelpunten
behandelen en adviseren zodat de grensarbeiders
geen inkomensverlies lijden.
Zou het niet nuttig zijn het Nederlandse voorbeeld te
volgen en ook een commissie op te richten? Zo
neen, waarom niet? Zo ja, wanneer zal die
commissie worden opgericht?
Pays-Bas ont instauré un nouveau régime fiscal au
début cette année, alors qu'en Belgique, la réforme
fiscale se fait attendre.
Lorsque je lui avais demandé, il y a quelques mois,
de consacrer un débat parlementaire aux effets
indirects du projet de convention relative aux
doubles impositions, le ministre m'avait répondu
qu'une telle initiative n'était pas d'usage.
L'incertitude subsiste sur de nombreux points. Les
travailleurs frontaliers craignent que le fisc
néerlandais prélève des impôts supplémentaires.
Une compensation aurait été prévue pour les
communes qui subiraient des pertes de recettes à l'
d'IPP. Les employeurs redoutent une aggravation
de la pénurie de main d'oeuvre sur le marché du
travail.
La commission créée aux Pays-Bas pour s'occuper
du dossier des travailleurs frontaliers a pour mission
d'étudier les points qui constituent des problèmes et
de rendre des avis, afin que les travailleurs
frontaliers ne subissent pas de perte de revenus.
Ne serait-il pas opportun de mettre sur pied chez
nous une commission à l'image de celle qui a été
créée aux Pays-Bas? Dans la négative, pourquoi?
Dans l'affirmative, quand cette commission verra-t-
elle le jour?
01.03 Minister Didier Reynders (Nederlands): De
fiscale status van de grensarbeiders hangt af van
het dubbelbelastingverdrag én van de
belastingwetgeving in beide landen. In Nederland is
de nieuwe belastingwet sinds 1 januari van kracht,
maar onze belastinghervorming is nog niet rond. Ik
kan alle effecten van het verdrag dus nog niet
inschatten, maar ik herhaal dat voor eventuele
negatieve gevolgen voor Belgische grensarbeiders
een oplossing zal worden gezocht, samen met
minister Vandenbroucke, eventueel in een
commissie ad hoc.
Ik weet ook niet precies wanneer het verdrag aan
het Parlement zal worden voorgelegd. Ik hoop dat
de ondertekening nog vóór 1 juli zal kunnen
gebeuren, waarna de parlementaire
goedkeuringsprocedure kan starten. Ik kan nu niet
op de teksten vooruitlopen, tenzij dit: het
heffingsrecht voor aanvullende gemeentebelasting
blijft bestaan.
01.03 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: Le statut fiscal auquel sont soumis les travailleurs
frontaliers dépend à la fois des dispositions du
traité tendant à éviter la double imposition et des
dispositions de la législation fiscale en vigueur dans
les deux pays. Aux Pays-Bas, la nouvelle législation
fiscale est entrée en vigueur au 1
er
janvier dernier.
Notre réforme fiscale n'est par contre pas encore
achevée. Il m'est donc impossible d'évaluer tous
les effets du traité. J'insiste toutefois une nouvelle
fois sur le fait que je chercherai, en concertation
avec le ministre Vandenbroucke et le cas échéant
dans le cadre d'une commission ad hoc, une
solution aux éventuels effets négatifs des nouvelles
dispositions pour les travailleurs frontaliers belges.
Je ne sais pas à quelle date exactement le traité
pourra être soumis au Parlement. J'espère qu'il
pourra encore être signé avant le 1
er
juillet. La
procédure d'approbation parlementaire pourra alors
démarrer. Il faut attendre les textes mais je peux
déjà vous dire que le droit de perception pour les
additionnels communaux sera maintenu.
01.04 Hubert Brouns (CVP):Over dit verdrag werd
dus op ambtelijk niveau onderhandeld.
01.04 Hubert Brouns (CVP): Cette convention a
donc été négociée au niveau administratif.
CRABV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
De oprichting van een commissie naar Nederlands
voorbeeld zou nuttig zijn om de negatieve effecten
van het dubbel belastingverdrag weg te werken.
Deze commissie zou uit experts inzake fiscaliteit en
sociaal recht moeten bestaan. Ik verheug me erover
dat de minister op korte termijn zo'n commissie wil
oprichten.
La création d'une commission sur le modèle
néerlandais serait utile pour annuler les effets
négatifs de la convention préventive de la double
imposition. Cette commission devrait se composer
d'experts en matière de fiscalité et de droit social.
Je me réjouis de l'intention exprimée par le ministre
de créer une telle commission à court terme.
01.05 Peter Vanvelthoven (SP): Het is nuttig dat
die commissie er komt en dat, vooraleer de wet van
kracht wordt, overleg gepleegd wordt met de
minister van Sociale Zaken.
Het incident is gesloten.
Voorzitter: Eric van Weddingen.
01.05 Peter Vanvelthoven (SP): Il s'indiquerait de
créer cette commission et qu'une concertation ait
lieu avec le ministre des Affaires sociales avant que
la loi entre en vigueur.
L'incident est clos.
Présidence: Eric van Weddingen
02 Mondelinge vraag van de heer Aimé Desimpel
aan de minister van Financiën over "de
paniekstemming bij de vastgoedbevaks"
(nr. 3429)
02 Question orale de M. Aimé Desimpel au
ministre des Finances sur "le vent de panique
dans le secteur des SICAF immobilières"
(n° 3429)
02.01 Aimé Desimpel (VLD): In de sector van de
vastgoedbevaks heerst een paniekstemming nu de
commissie voor het Bank- en Financiewezen
bepaald heeft dat de aanschaffingskosten van
vastgoed niet meer kunnen worden geactiveerd. Dit
zou voor de belegger een ware ravage veroorzaken.
Ook de Belgische Staat zelf, die toch een deel van
haar vastgoed in bevaks wil onderbrengen, zou de
dupe van de maatregel worden.
Kan de minister hierbij wat uitleg geven? Is hij
bereid de maatregel onmiddellijk te schorsen?
Wanneer zullen de schuldratio's voor bevaks van
33 op 50 procent worden gebracht?
02.01 Aimé Desimpel (VLD): Dans le secteur des
SICAF immobilières, un vent de panique souffle
depuis que la Commission bancaire et financière a
décidé que les coûts d'acquisition de biens
immobiliers ne pouvaient plus être activés. Cette
mesure porterait très gravement atteinte aux
intérêts des investisseurs. L'Etat belge lui-même
serait la dupe de cette disposition étant donné qu'il
a l'intention de placer une partie de ses avoirs
immobiliers dans des SICAF.
Le ministre pourrait-il nous fournir quelques
éclaircissements à ce sujet ? Est-il disposé à
suspendre cette mesure immédiatement ? Quand
les ratios de la dette pour les SICAF passeront-ils
de 33 à 50 % ?
02.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): De
Commissie voor het Bank- en Financiewezen (CBF)
heeft me niet officieel op de hoogte gebracht. De
beslissing betreft trouwens een individueel geval. In
de boekhouding van vastgoedbevaks moeten de
gebouwen volgens hun marktwaarde worden
gewaardeerd. Dit begrip wordt echter niet
verduidelijkt in het KB van 10 april 1995 en evenmin
in het verslag aan de Koning.
In praktijk bestaan er twee interpretaties, volgens
het ingenomen standpunt: dat van de verkoper,
exclusief transactiekosten, of dat van de koper,
inclusief transactiekosten.
Volgens het advies van de Commissie voor
boekhoudkundige normen is de marktwaarde "the
amount for which an asset could be exchanged
between knowledgeable, willing parties in an arm's
02.02 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: La Commission bancaire et financière (CBF) ne
m'a pas informé de manière officielle. La décision
porte d'ailleurs sur un cas individuel. Dans la
comptabilité des SICAF immobilières, les
immeubles doivent être estimés à la valeur du
marché. Or, cette notion n'est pas précisée dans
l'arrêté royal du 10 avril 1995 ni dans le rapport au
Roi.
Deux interprétations se cotoient dans la pratique,
selon le point de vue adopté, c'est-à-dire: celui du
vendeur, frais de transaction non compris - cette
interprétation ayant les faveurs de la CB - ou celui
de l'acheteur, frais de transaction compris.
Conformément à l'avis de la commission pour les
normes comptables, la valeur du marché est "the
amount for wich an asset could be exchanged
20/02/2001
CRABV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
length transaction". De Commissie heeft zich nu bij
die interpretatie aangesloten.
between knowledgable, willing parties in an arm's
length transaction". La commission s'est à présent
ralliée à cette interprétation.
De vennootschappen en verenigingen kunnen
desgevallend beroep aantekenen tegen de
beslissing van de CBF bij de bevoegde instanties.
Ik beschik niet over inlichtingen over de vorderingen
inzake de oprichting van een vastgoedbevak die
sommige onroerende activa van de Staat zal
hergroeperen.
De vragen om advies over het ontwerp-KB inzake
de verhoging van de schuldgraad van 33 naar 50
procent werden zopas verzonden. Ik hoop dat het
KB zo snel mogelijk zal kunnen verschijnen.
Les sociétés et les associations peuvent le cas
échéant appeler de la décision de la Commission
bancaire et financière devant les instances
compétentes.
Je ne dispose pas d'informations concernant les
progrès réalisés en vue de la création d'une SICAF
immobilière qui regroupera certains avoirs
immobiliers de l'Etat.
Les demandes d'avis sur le projet d'arrêté royal
relatif à l'augmentation du taux d'endettement de 33
à 50 % viennent d'être envoyées. J'espère que cet
arrêté royal pourra être publié le plus rapidement
possible.
02.03 Aimé Desimpel (VLD): Dit antwoord is
bevredigend. De beslissing betreft dus een
individueel geval.
Het incident is gesloten.
02.03 Aimé Desimpel (VLD): Cette réponse me
satisfait. La décision prise concerne donc un cas
individuel.
L'incident est clos.
Voorzitter: Aimé Desimpel.
Président: Aimé Desimpel.
03 Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme
aan de minister van Financiën over "de fiscale
behandeling van tekengeld voor sportlui"
(nr. 3439)
03 Question orale de M. Yves Leterme au
ministre des Finances sur "le traitement fiscal
appliqué aux sommes d'argent versées aux
sportifs dans le cadre de la signature d'un
nouveau contrat" (n° 3439)
03.01 Yves Leterme (CVP): Bij sporttransfers is
de laatste tijd de praktijk gangbaar geworden van
het zogenaamde tekengeld: de sporter die zich bij
een nieuwe club aansluit, krijgt een som geld
uitgekeerd. Dit staat buiten het gewone salaris dat
de sporter krijgt in uitvoering van zijn
arbeidsovereenkomst.
Ik heb vragen bij de fiscale behandeling van dit
tekengeld. Hoe worden transfer- en tekensommen
belast?
03.01 Yves Leterme (CVP): Il est habituel depuis
quelque temps queles sportifs touchent une somme
d'argent à la signature du contrat confirmant leur
engagement par un nouveau club. Ce montant
s'ajoute au salaire normal dont le sportif bénéficie
en vertu du contrat de travail.
Quel traitement fiscal est appliqué et que le
montant déboursé en vue d'obtenir un transfert
sont-ils imposés?
03.02 Minister Didier Reynders (Nederlands):
Krachtens artikel 31 WIB 1992 zijn alle beloningen
die uit beroepswerkzaamheid voortvloeien, als
bezoldigingen belastbaar, dus ook het teken- en het
transfergeld, die gezamenlijk belastbaar zijn. Als die
sommen in verschillende keren worden uitbetaald,
worden de schijven belast naarmate ze worden
betaald.
03.02 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: En vertu de l'article 31 du CIR 1992, toutes les
rétributions découlant de l'exercice d'une activité
professionnelle sont imposables au titre de
rémunérations. Cela inclut les primes de signature
et de transfert qui, cumulées, sont soumis à l'impôt.
Si ces sommes sont versées en plusieurs tranches,
celles-ci sont taxées au fur et à mesure de leur
versement.
03.03 Yves Leterme (CVP): De minister had het 03.03 Yves Leterme (CVP): Le ministre n'a
CRABV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
alleen over professionele sportlui. Maar het
probleem rijst ook voor ongebonden sportlui.
évoqué que le cas des sportifs professionnels. Le
problème se pose cependant aussi pour les sportifs
sans contrat.
03.04 Minister Didier Reynders (Nederlands): Ik
zal deze vraag aan mijn diensten voorleggen en het
antwoord schriftelijk aan de heer Leterme
overmaken.
03.04 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: Je soumettrai cette question à mes services et
transmettrai la réponse par écrit à M. Leterme.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Mondelinge vraag van de heer Yves Leterme
aan de minister van Financiën over "de
herziening van het kadastraal inkomen van
landbouwgrond" (nr. 3440)
04 Question orale de M. Yves Leterme au
ministre des Finances sur "la révision du revenu
cadastral de terrains agricoles" (n° 3440)
04.01 Yves Leterme (CVP): De nieuwe ruimtelijke
ordening en het milieubeleid hebben de
economische waarde van heel wat
landbouwgronden doen dalen. Het kadastraal
inkomen van deze in waarde gedaalde
landbouwgronden wordt nog altijd bepaald door
vergelijking met andere landbouwgronden en niet
met gebieden met een lagere economische waarde.
Is het juist dat het kadastraal inkomen van deze
gronden niet kan worden herzien?
Kan de minister het kadaster de opdracht geven
een herziening van het kadastraal inkomen toe te
staan?
04.01 Yves Leterme (CVP): Les nouvelles
dispositions en matière d'aménagement du territoire
et d'environnement se sont traduites par une
diminution de la valeur de bon nombre de terres
agricoles. Le revenu cadastral de ces terres
agricoles dépréciées est toujours déterminé sur la
base d'une comparaison avec d'autres terres
agricoles et non avec des zones d'une valeur
économique inférieure.
Est-il exact que le revenu cadastral de ces terres ne
peut pas être revu?
Le ministre ne pourrait-il donner pour instruction au
cadastre d'autoriser une révision du revenu
cadastral?
04.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): Ik
geef een algemeen antwoord. De kadastrale
inkomens van de onbebouwde percelen zijn
gebaseerd op de huurwaarde op 1 januari 1975. Er
lopen daarover besprekingen met de
representatieve landbouworganisaties. De
huurwaarde hangt grotendeels af van het
voortbrengingsvermogen, dat afhankelijk is van de
samenstelling der bebouwbare laag en van de
ondergrond. De wetgeving inzake ruimtelijke
ordening of leefmilieu beïnvloedt de huurwaarde
niet.
Artikel 494 § 1, 2° WIB 1992 betreft de herschatting
van de kadastrale inkomens van de aanzienlijk
gewijzigde onroerende goederen van alle aard. Elke
verandering in de wijze van exploitatie, elke
omvorming, verbetering, beschadiging of
waardevermindering wordt krachtens dit artikel
beschouwd als aanzienlijke wijziging.
04.02 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: Je répondrai à votre question en termes généraux.
Le revenu cadastral des parcelles non bâties est
fonction de leur valeur locative au 1
er
janvier 1975.
Des discussions à ce sujet sont actuellement en
cours avec les organisations représentatives des
agriculteurs. La valeur locative dépend en grande
partie de la capacité de production qui dépend à
son tour de la composition de la couche arable et
du sous-sol. La législation en matière
d'aménagement du territoire et d'environnement
n'affecte pas la valeur locative.
L'article 494, § 1, 2° CIR 1992 concerne la
réévaluation des revenus cadastraux des
immeubles de toute nature. Conformément à cet
article, toute modification du mode d'exploitation,
transformation, amélioration, détérioration ou
diminution de valeur constitue une modification
notable.
04.03 Yves Leterme (CVP): Mijn vraag is
ingegeven door een aantal individuele gevallen,
maar de problematiek is ruimer. Het
04.03 Yves Leterme (CVP): Ma question s'inspire
de plusieurs cas individuels, mais le problème est
plus large. La législation sur l'environnement, qui
20/02/2001
CRABV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
voortbrengingsvermogen van de landbouwgronden
in de Westhoek en dus de huurwaarde, worden wel
degelijk beïnvloed door de strikte milieuwetgeving.
est très stricte, influe très clairement sur le
rendement des terres arables dans le Westhoek, et,
partant, sur leur valeur locative.
04.04 Minister Didier Reynders (Nederlands): De
administratie kan een individuele interpretatie
hechten aan welbepaalde gevallen.
04.04 Didier Reynders , ministre (en néerlandais):
L'administration peut appliquer à certains cas
spécifiques une interprétation individuelle.
04.05 Yves Leterme (CVP): In het licht van de
recente gemeentelijke verhoging van de onroerende
voorheffing is de problematiek nog scherper
geworden. De minister kan in zo een geval
overgaan tot een ambtshalve herziening.
04.05 Yves Leterme (CVP): A la lumière de
l'augmentation récente du précompte immobilier par
les communes, le problème se pose avec encore
plus d'acuité. Le ministre peut procéder en pareil
cas à une rectification d'office.
04.06 Minister Didier Reynders (Nederlands):
Begrijp ik het goed dat gemeentelijke beslissingen
nu worden doorgespeeld naar de fiscale
administratie?
04.06 Didier Reynders , ministre (en néerlandais):
Dois-je comprendre que les décisions communales
sont portées devant l'administration fiscale ?
04.07 Yves Leterme (CVP): Na de op til zijnde
regionalisering is dit niet langer de zorg van de
minister.
04.07 Yves Leterme (CVP): Une fois la
régionalisation en préparation réalisée, le ministre
n'aura plus à se soucier de ce genre de choses.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Mondelinge vraag van de heer Hagen
Goyvaerts aan de minister van Financiën over
"het opvorderen van personeel bij het
departement Financiën met het oog op het
wegwerken van regularisatiedossiers van
illegalen" (nr. 3456)
05 Question orale de M. Hagen Goyvaerts au
ministre des Finances sur "la réquisition de
personnel du département des Finances en vue
de combler le retard dans le traitement des
dossiers de régularisation d'illégaux" (n° 3456)
05.01 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK):
Ondanks het schrijnend personeelsgebrek op
Financiën werden er verificateurs van Brusselse
BTW-kantoren en ambtenaren van de Directe
Belastingen opgevorderd door Binnenlandse Zaken
om de registratiedossiers van illegalen te
verwerken. Dit gebeurde ook met
scholingspersoneel van de financiële
vormingscentra. Het personeel wordt opgevorderd
zonder schriftelijk dienstorder, zodat de indruk wordt
gewekt dat ze vrijwillig meewerken.
Is de minister hiervan op de hoogte? Hoeveel
personen werden opgevorderd en voor hoe lang?
Gaat het om een samenwerking tussen de
departementen Financiën en Binnenlandse Zaken?
Waarom gebeurde deze terbeschikkingstelling?
05.01 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): En
dépit du grave manque de personnel aux Finances,
des vérificateurs des bureaux TVA bruxellois et des
fonctionnaires des contributions directes ont été
requis par le département de l'Intérieur, qui les a
chargés de traiter les dossiers de régularisation des
illégaux. Le personnel des centres de formation
financiers ont été l'objet d'une réquisition identique.
Le personnel concerné est requis sans ordre de
service écrit si bien qu'on a l'impression qu'ils
prêtent volontairement leur concours au traitement
de ces dossiers.
Le ministre est-il informé de cette situation
?
Combien d'agents ont ainsi été requis et pour
combien de temps ?
S'agit-il d'une collaboration entre les départements
des Finances et de l'Intérieur ? Pourquoi cette
réquisition a-t-elle eu lieu ?
05.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): In
de administratie Ondernemings- en
Inkomensfiscaliteit hebben de gewestelijke directies
ambtenaren aangeduid, waarbij rekening werd
05.02 Didier Reynders , ministre (en néerlandais):
A l'Administration de la Fiscalité des Entreprises et
des Revenus, les directions régionales ont désigné
des fonctionnaires en tenant compte de leur volonté
CRABV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
gehouden met hun bereidheid om mee te werken
en met de functionele noden voor de diensten.
Per gewestelijke directie gaat het om 4 à 5
personen, die hun functies evenwel niet allemaal
hebben uitgeoefend, omdat dit niet meer nodig was.
Het departement heeft er altijd naar gestreefd
vooral ambtenaren met sociale functies aan te
duiden.
De ambtenaren hebben maximum één week voor
de regularisatiecommissie gewerkt. Verschillende
personeelsleden hebben maar heel kort voor de
commissie gewerkt.
de collaborer et des nécessités fonctionnelles des
services.
Il s'agit de 4 à 5 personnes par direction régionale.
Toutefois, ces agents n'ont pas tous exercé leurs
fonctions pour la bonne et simple raison que
cen'était plus nécessaire.
Le département s'est toujours efforcé de désigner
surtout des agents remplissant des fonctions
sociales.
Les fonctionnaires concernés ont collaboré une
semaine, au maximum, à la commission de
régularisation. Plusieurs n'ont travaillé pour cette
commission que pendant une période très brève.
05.03 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Ik heb
ook klachten gehoord van verificateurs. Zij vonden
geen gehoor bij hun oversten, wat voor frustratie
zorgde. Ik vraag me trouwens af wat de zin van zo
een detachering is?
05.03 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Il me
revient que des vérificateurs se seraient plaints
auprès de leurs supérieurs mais que leurs
doléances seraient restées lettres mortes, ce qui
aurait généré chez eux de la frustration. Je
m'interroge d'ailleurs sur le sens d'un tel
détachement ?
05.04 Minister Didier Reynders (Nederlands): Er
was wel degelijk werk voor verificateurs. De
detachering was trouwens uitzonderlijk en zeer
beperkt in de tijd.
05.04 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: Il y avait vraiment du travail pour les vérificateurs.
Le détachement était d'ailleurs exceptionnel et très
limité dans le temps.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Mondelinge vraag van de heer Ludo Van
Campenhout aan de minister van Financiën over
"de problemen van de administratie van de
douane in de haven van Antwerpen" (nr. 3471)
06 Question orale de M. Ludo Van Campenhout
au ministre des Finances sur "les problèmes
rencontrés par l'administration des douanes
dans le port d'Anvers" (n° 3471)
06.01 Ludo Van Campenhout (VLD): De douane
in de Antwerpse haven voert acties wegens
personeelstekort. Het loon en de
verplaatsingsvergoeding zijn laag. Het kader is
berekend op een trafiek van jaren geleden.
Antwerpen verliest trafiek aan Franse en
Nederlandse havens, wegens de trage procedure
voor de exporteurs om hun BTW-tegoeden te
recupereren. De bedrijven moeten per
openingsperiode van twaalf uur van de
douanediensten vier uur aan overuren betalen. De
EU zou nochtans opleggen dat de diensten
gedurende twaalf uur open moeten zijn. Ook de
fysieke controle op de containers is tijd- en dus
geldrovend. Het inzetten van een scanner zou hier
een oplossing kunnen bieden.
06.01 Ludo Van Campenhout (VLD):
L'administration des douanes du port d'Anvers a
mené un certain nombre d'actions pour dénoncer la
pénurie de personnel. Le salaire et l'indemnité de
déplacement sont modestes. Le cadre a été établi
en fonction du trafic portuaire d' il y a des années i.
La fréquentation du port d'Anvers diminue au profit
des ports français et néerlandais, en raison de
l'extrême lenteur de la procédure à laquelle sont
soumis les exportateurs pour récupérer la TVA qui
leur est due. Par période d'ouverture de
l'administration des douanes de 12 heures, les
entreprises paient 4 heures supplémentaires. Or,
l'UE imposerait à l'administration de rester rester
ouverte pendant 12 heures. Les contrôles
physiques des conteneurs prennent du temps et
coûtent donc de l'argent. L'utilisation d'un scanner
permettrait de remédier à cette situation.
Is het zo dat de EU de verplichte opening van de Est-il exact que l'UE impose l'ouverture des bureaux
20/02/2001
CRABV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
douanekantoren gedurende twaalf uur oplegt?
Beschikt de Antwerpse douane daartoe over
voldoende personeel? Klopt het dat het
overurensysteem jaarlijks enkele honderden
miljoenen frank opbrengt? Zullen de hervorming
van de openbare diensten en de vervroegde
pensionering het personeelstekort nog doen
toenemen? Komt er een betere verloning voor de
douaniers? Hoe staat het met de mogelijke
installatie van een container-scanner in de
Antwerpse haven?
de douane durant 12 heures? Les services des
douanes d'Anvers disposent-ils d'un effectif
suffisant pour respecter cette obligation? Est-il
exact que le système des heures supplémentaires
rapporte chaque année plusieurs centaines de
millions de francs? La réforme des services publics
et les mises à la retraite anticipée ne vont-elles pas
encore aggraver la pénurie de personnel? Le
personnel des douanes va-t-il être mieux rétribué?
Qu'en est-il de l'installation éventuelle d'un scanner
à conteneurs dans le port d'Anvers?
06.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): Die
verplichting om twaalf uur open te zijn bestaat niet
op Europees vlak. In de Antwerpse douanediensten
bestaat de vierentwintig- of twaalfuren-economie
maar in beperkte mate. Een veralgemening zou
leiden tot een nog groter personeelstekort. De
prestaties buiten de kantooruren brachten in 1999
273 miljoen frank op, geld dat door de bedrijven
werd betaald.
Als alle niveau 4- en 3- ambtenaren vanaf 55 jaar
op pensioen gaan, daalt het aantal personeelsleden
met 385, wat dus tot een nog groter
personeelstekort zou leiden.
De centrale administratie der Douane en Accijnzen
wat niet de intenties zijn van de ministers van
Financies of van Ambtenarenzaken.
Op mijn vraag heeft de administratie op 25 januari
2001 een verslag ingediend voor de aankoop van
een vaste en een mobiele containerscanner voor de
Antwerpse haven. Het dossier zal aan de
Ministerraad worden voorgelegd.
De administratie bestudeert de mogelijkheid om
door middel van risicoanalyse de vertragingen bij de
teruggave van de exemplaren 3 van de
uitvoeraangifte te beperken.
06.02 Didier Reynders , ministre (en néerlandais)
: Il n'y a pas d'obligation européenne en ce qui
concerne l'ouverture des bureaux durant 12 heures.
Dans les services des douanes d'Anvers, le
système des 24 ou 12 heures n'est appliqué que
sur une échelle réduite. Une généralisation du
système entraînerait une pénurie de personnel plus
grave encore. Les prestations en dehors des
heures de bureau ont rapporté en 1999 273 millions
de francs, une somme payée par les entreprises.
Si tous les fonctionnaires des niveaux 4 et 3
devaient partir à la retraite à 55 ans, l'effectif
diminuerait de 385 unités, aggravant dès lors la
pénurie de personnel.
L'administration centrale des douanes et accises
ignore quelles sont les intentions des ministres des
Finances et de la Fonction publique.
A ma demande, l'administration a déposé le 25
janvier 2001 un rapport sur l'achat d'un scanner
mobile et d'un scanner de conteneurs fixe pour le
port d'Anvers. Le dossier sera soumis au conseil
des ministres.
L'administration examine la possibilité de réduire,
par une analyse des risques, les retards dans la
restitution des exemplaires 3 de la déclaration
d'exportation.
06.03 Ludo Van Campenhout (VLD): Om de extra
douaniers te vinden zal men hun statuut en
verloning moeten verbeteren. Flexibeler werktijden
moeten de reusachtige last van overuren voor de
bedrijven indijken. Voorts zullen de scanners op
termijn zelfs een besparend effect hebben.
06.03 Ludo Van Campenhout (VLD): Pour
pouvoir procéder à de nouveaux recrutements, il
faudra améliorer le statut et la rémunération des
douaniers. Des horaires de travail plus flexibles
devraient permettre aux entreprises de remédier au
problème du nombre considérable d'heures
supplémentaires. Par ailleurs, les scanners
permettront à terme de réaliser des économies.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Mondelinge vraag van de heer Jean-Pol
Poncelet aan de minister van Financiën over "de
aankoop door de Staat van het domein "La Reine
Pédauque" in Hotton" (nr. 3478)
07 Question orale de M. Jean-Pol Poncelet au
ministre des Finances sur "l'achat par l'Etat du
domaine "La Reine Pédauque" à Hotton"
(n° 3478)
CRABV 50
COM 396
20/02/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
07.01 Jean-Pol Poncelet (PSC): "La Reine
Pédauque" is een domein van 33 ha te Hotton. Het
gebouw heeft vroeger dienst gedaan als
vakantiecentrum voor de vakcentrale voor
metaalbewerkers, maar staat al zeven jaar leeg. Op
23 oktober 2000 hebben projectontwikkelaars het
domein gekocht voor 80 miljoen BEF; zij zouden
een gedeelte van het goed hebben gerealiseerd.
In december kondigde minister Vande Lanotte aan
dat hij "La Reine Pédauque" op zijn beurt wilde
aankopen in het kader van zijn asielbeleid. Ik heb
minister Daems hierover om tekst en uitleg
gevraagd, maar hij verwees me naar het
aankoopcomité. Het aankoopcomité van de
goederen van de Staat zou het domein op 90 à 100
miljoen BEF hebben geschat. Op 13 februari ging
het van de hand voor 140 miljoen, wat wil zeggen
dat er in drie maanden een meerwaarde van 75%
werd geboekt.
Bevestigt u data en bedragen ? Wanneer werden
de eerste contacten gelegd met het aankoopcomité
? Wanneer werd het comité gevraagd "La Reine
Pédauque" te schatten ? Kan u onze commissie het
schattingsverslag overzenden ?
07.01 Jean-Pol Poncelet (PSC): "La Reine
Pédauque" est un domaine de 33 hectares. Après
avoir été un centre de vacances de la Centrale des
métallurgistes, il est à l'abandon depuis sept ans.
Le 23 octobre 2000, des promoteurs l'ont acquis
pour 80 millions de francs et auraient réalisé une
partie de ce bien.
En décembre, le ministre Vande Lanotte annonçait
qu'il voulait à son tour l'acquérir en vue de l'utiliser
pour sa politique des réfugiés. J'ai interrogé le
ministre Daems à ce sujet. Celui-ci m'a renvoyé au
Comité d'acquisition. Le Comité d'acquisition des
biens de l'Etat aurait évalué le domaine entre 90 et
100 millions de francs. Le 13 février, la transaction
a porté sur 140 millions, soit une plus-value de 75
% en trois mois.
Confirmez-vous les dates et montants? A quel
moment les premiers contacts ont-ils été pris avec
le Comité d'acquisition ? Quand le Comité a-t-il été
saisi d'une demande d'évaluation de la «Reine
Pédauque»? Pourriez-vous transmettre à notre
commission son rapport d'évaluation ?
07.02 Minister Didier Reynders (Frans) : Op 1
december meldde minister Vande Lanotte de
centrale diensten van het kadaster, de registratie en
de domeinen dat de Regie der gebouwen het
domein "La Reine Pédauque" wilde aankopen.
Diezelfde dag nog vroegen de centrale diensten het
aankoopcomité het domein te schatten.
Dat verzoek werd op 4 december per fax bevestigd.
Op 11 december liet het aankoopcomité de centrale
diensten weten dat het de waarde van het goed op
90 miljoen BEF schatte, eventueel vermeerderd, in
geval van onteigening, met de kosten voor
hergebruik ten belope van 16%, waardoor men
uitkwam op een bedrag van in totaal 111 miljoen.
Op 20 december 2000 werd de Regie der
gebouwen officieel in kennis gesteld van deze
schatting, met de mededeling dat de eigenaar van
het domein in geval van onmiddellijke overdracht
140 miljoen vroeg.
Op 21 december liet de Regie der gebouwen het
aankoopcomité weten dat het kon beschikken over
een krediet van 140 miljoen.
Mijn diensten werden verzocht mij het
schattingsverslag van het aankoopcomité over te
leggen, dat ik daarna wel aan de commissie wil
07.02 Didier Reynders , ministre (en français): Le
1
er
décembre, les services centraux du Cadastre,
de l'Enregistrement et des Domaines ont été
informés par le ministre Vande Lanotte que la Régie
des Bâtiments voulait acquérir, notamment, le
domaine de la « Reine Pédauque ». Le même jour,
les services centraux ont demandé au Comité
d'acquisition de procéder à une estimation.
Le 4 décembre, cette demande a été confirmée par
fax au Comité d'acquisition.
Le 11 décembre, le Comité d'acquisition a informé
les services centraux précités qu'il évaluait le
domaine à 96 millions, auxquels il fallait
éventuellement ajouter, en cas d'expropriation, les
frais de réemploi de 16 %, soit un total de 111
millions.
Cette estimation a été communiquée officiellement
à la Régie des Bâtiments, le 20 décembre 2000, en
informant celle-ci que le propriétaire du domaine
sollicitait, pour une cession immédiate, un prix de
140 millions.
Le 21 décembre, la Régie des Bâtiments faisait
savoir au Comité d'acquisition qu'un crédit de 140
millions était à sa disposition.
Mes services ont été invités à me communiquer le
rapport d'évaluation du Comité d'acquisition que je
suis prêt à transmettre à la commission dès
20/02/2001
CRABV 50
COM 396
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
bezorgen.
réception.
07.03 Jean-Pol Poncelet (PSC): Bevestigt u dat
de Regie 140 miljoen naar het aankoopcomité heeft
overgeheveld? Waarom werd het goed sowieso niet
eerst onteigend ?
07.03 Jean-Pol Poncelet (PSC) : Confirmez-vous
que c'est la Régie qui a transféré au Comité
d'acquisition un montant de 140 millions? Pourquoi
n'a-t-on pas tout d'abord procédé à une
expropriation?
07.04 Minister Didier Reynders (Frans) : Ik
herinner u eraan dat het goed geschat werd op 96
miljoen. Plus 16% hergebruikskosten = 111 miljoen.
Plus meerkosten wegens onmiddellijke overdracht
= 140 miljoen.
Op 21 december liet de Regie der gebouwen weten
dat ze over het gevraagde bedrag beschikte, en
heeft ze haar toestemming gegeven, met de
goedkeuring van Financiën. Uiteraard zal het
verslag van het comité aan de commissie worden
bezorgd.
07.04 Didier Reynders , ministre (en français) : Je
rappelle qu'il y a eu une évaluation à 96 millions, un
calcul fait compte tenu des 16 % de frais de
réemploi soit un montant de 111 millions et un
calcul de cession immédiate à 140 millions.
Le 21 décembre, la Régie des Bâtiments a annoncé
qu'elle disposait de ce crédit. Elle a donné son
autorisation avec le visa des Finances.
Le rapport du Comité sera évidemment à
disposition de la commission.
07.05 Jean-Pol Poncelet (PSC): Heeft het
aankoopcomité rekening gehouden met de
tegeldemaking van een gedeelte van het goed door
de projectontwikkelaar ?
07.05 Jean-Pol Poncelet (PSC): Le Comité
d'acquisition a-t-il tenu compte de la réalisation
d'une partie du patrimoine par le promoteur ?
07.06 Minister Didier Reynders (Frans): De
verkoopakte was nog niet verleden voor de notaris.
Misschien zijn sommige kopers alsnog op hun
aankoop teruggekomen.
Het aankoopcomité heeft de drie bedragen in die
context opgegeven.
07.06 Didier Reynders , ministre (en français):
Les ventes n'étaient pas encore passées devant
notaire; il se peut donc que certains acheteurs aient
renoncé à leurs achats.
Le Comité d'acquisition a fourni les trois chiffres sur
cette base.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 13.10 uur.
La réunion publique de commission est levée à
13.10 heures.
Document Outline