SÉANCE PLÉNIÈRE

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

AGALEV-ECOLO

Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales

CVP Christelijke

Volkspartij

FN Front

National

PRL FDF MCC

Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement

PS Parti

socialiste

PSC Parti

social-chrétien

SP Socialistische

Partij

VLAAMS BLOK

Vlaams Blok

VLD

Vlaamse Liberalen en Democraten

VU&ID Volksunie&ID21

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

Abréviations dans la numérotation des publications :

DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer

en volgnummer

DOC 50 0000/000

Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif

QRVA

Schriftelijke Vragen en Antwoorden

QRVA

Questions et Réponses écrites

CRIV

Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)

CRIV

Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)

CRIV

Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)

CRIV

Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)

CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)

CRABV Compte

Rendu Analytique (sur papier bleu)

PLEN

Plenum (witte kaft)

PLEN

Séance plénière (couverture blanche)

COM

Commissievergadering (beige kaft)

COM

Réunion de commission (couverture beige)

Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail : aff.generales@laChambre.be

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

INHOUD

SOMMAIRE

Interpellatie van de heer Peter Vanhoutte tot de
minister van Landsverdediging over
"gezondheidsklachten van militairen belast met
transporten van kernafval" (nr. 659)

Interpellation de M. Peter Vanhoutte au ministre
de la Défense sur "les problèmes de santé de
certains militaires chargés du transport de
déchets nucléaires" (n° 659)

Sprekers: Peter Vanhoutte, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

Orateurs: Peter Vanhoutte, André Flahaut,
ministre de la Défense

Mondelinge vraag van de heer John Spinnewyn
aan de minister van Landsverdediging over "de
militaire maatregelen getroffen bij de begrafenis
van Laurent-Désiré Kabila" (nr. 3299)

Question orale de M. John Spinnewyn au ministre
de la Défense sur "les mesures militaires prises
lors de l'enterrement de M. Laurent-Désiré Kabila"
(n° 3299)

Sprekers: John Spinnewyn, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

Orateurs: John Spinnewyn, André Flahaut,
ministre de la Défense

Samengevoegde interpellaties en mondelinge
vraag van

Interpellations et question orale jointes de

- de heer Pieter De Crem tot de minister van
Landsverdediging over "de mogelijke verhuizing
van de 15de Wing" (nr. 683)

- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur
"le déménagement éventuel du 15e Wing"
(n° 683)

- de heer Yves Leterme aan de minister van
Landsverdediging over "het bestuderen van de
optie om de 15de Wing over te brengen naar de
militaire basis van Koksijde" (nr. 3355)

- M. Yves Leterme au ministre de la Défense sur
"l'éventuelle option de déménager le 15e Wing à
la base militaire de Koksijde" (n° 3355)

- de heer Luc Sevenhans tot de minister van
Landsverdediging over "de mogelijke verhuizing
van de 15de Wing" (nr. 689)

- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"le déménagement éventuel du 15e Wing"
(n° 689)

- de heer Stef Goris tot de minister van
Landsverdediging over "de mogelijke verhuizing
van de 15de Wing uit Melsbroek" (nr. 697)

- M. Stef Goris au ministre de la Défense sur "le
déménagement éventuel du 15e Wing de
Melsbroek" (n° 697)

Sprekers: Pieter De Crem, André Flahaut,
minister van Landsverdediging, Yves
Leterme, voorzitter van de CVP-fractie, Luc
Sevenhans, Stef Goris, Peter Vanhoutte,
André Schellens, Francis Van den Eynde

Orateurs: Pieter De Crem, André Flahaut,
ministre de la Défense, Yves Leterme,
président du groupe CVP, Luc Sevenhans,
Stef Goris, Peter Vanhoutte, André
Schellens, Francis Van den Eynde

Moties

Motions

Mondelinge vraag van de heer Francis Van den
Eynde aan de minister van Landsverdediging over
"de aanwezigheid van een tijdelijk of definitief
asielcentrum in de Leopoldskazerne van Gent"
(nr. 3366)

Question orale de M. Francis Van den Eynde au
ministre de la Défense sur "la présence d'un
centre d'asile temporaire ou définitif à la caserne
Léopold à Gand" (n° 3366)

Sprekers: Francis Van den Eynde, André
Flahaut, minister van Landsverdediging

Orateurs: Francis Van den Eynde, André
Flahaut, ministre de la Défense

Mondelinge vraag van de heer Francis Van den
Eynde aan de minister van Landsverdediging over
"een kwetsende radio-uitzending over de in Kigali
gedode para's" (nr. 3386)

Question orale de M. Francis Van den Eynde au
ministre de la Défense sur "une émission radio
vexante relative aux paras tués à Kigali" (n° 3386)

Sprekers: Francis Van den Eynde, André
Flahaut, minister van Landsverdediging

Orateurs: Francis Van den Eynde, André
Flahaut, ministre de la Défense

Mondelinge vraag van de heer Joos Wauters aan
de minister van Landsverdediging over "het kamp
A Westerlo-Herentals" (nr. 3396)

Question orale de M. Joos Wauters au ministre de
la Défense sur "le camp A Westerlo-Herentals"
(n° 3396)

Sprekers: Joos Wauters, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

Orateurs: Joos Wauters, André Flahaut,
ministre de la Défense

Mondelinge vraag van de heer Stef Goris aan de
minister van Landsverdediging over "de
mogelijkheid op een financiële vergoeding aan

Question orale de M. Stef Goris au ministre de la
Défense sur "la possibilité d'octroyer une
indemnité financière aux sous-officiers déjà

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

COMMISSIE VOOR DE

LANDSVERDEDIGING

COMMISSION DE LA DEFENSE

NATIONALE

van

WOENSDAG

FEBRUARI

2001

10:30 uur

______

MERCREDI

FEVRIER

2001

10:30 heures

______

La séance est ouverte à 10.33 heures par
M. Jean-Paul Moerman, président.
De vergadering wordt geopend om 10.33 uur door
de heer Jean-Paul Moerman, voorzitter.

Le président: Je propose de commencer nos
travaux. Nous avons un ordre du jour chargé, je
serais très heureux si chacun pouvait respecter
son temps de parole, bien que je ne sois pas à
cheval sur un minutage précis.

01 Interpellatie van de heer Peter Vanhoutte tot

de minister van Landsverdediging over
"gezondheidsklachten van militairen belast met
transporten van kernafval" (nr. 659)

01 Interpellation de M. Peter Vanhoutte au

ministre de la Défense sur "les problèmes de
santé de certains militaires chargés du
transport de déchets nucléaires" (n° 659)

01.01 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
collega's, een aantal weken geleden verscheen er
een bericht over overlijdens ten gevolge van
kanker in de haven van Zeebrugge. Het probleem
bestaat al langer dan vandaag; het sleept reeds
enkele tientallen jaren aan. Deze haven wordt
namelijk ook gebruikt voor het verschepen van
militair materiaal. In deze zaak legt men een
verband, niet met het zogenaamde Balkan-
syndroom, maar met kernafval dat afkomstig zou
zijn uit Duitsland, meer bepaald van een aantal
nucleaire duikboten die daar door de Amerikanen
worden onderhouden. Het afval wordt per
container naar Zeebrugge gebracht en vandaar
verscheept.

Mijnheer de minister, zijn er militairen betrokken
bij het transport van dit materiaal naar België? Is
de medische dienst van de krijgsmacht op de
hoogte van dit probleem? In sommige berichten

spreekt men namelijk over burgers, in andere over
de aanwezigheid van militairen bij dit transport.
Werden bij militair personeel ooit
gezondheidsproblemen gesignaleerd in dit
verband?

Er stond ook niet altijd duidelijk vermeld over
welke producten het ging, hoewel men toch kon
vaststellen dat het over radioactief afval ging.
Werden degenen die ermee in aanraking kwamen
op regelmatige wijze gescreend? Werden zij
onderzocht op mogelijke sporen van
contaminatie?

Ik wil het ook hebben over de problematiek van
het transport van dit soort afval. Het transport van
radioactief afval waar het ook vandaan komt - is
namelijk onderworpen aan een aantal restricties.
In principe moet er een koninklijk besluit zijn, dus
een vergunning voor het doorvoeren van dit soort
producten. Misschien is het vervoer van militair
materiaal onderworpen aan een vorm van
geheimhouding, maar worden de bevoegde
militaire en burgerlijke overheden, die moeten
toezien op de volksgezondheid, tijdig
geïnformeerd over dit soort transporten en over de
aard ervan?

Weet men hoeveel van deze transporten de
afgelopen jaren werden uitgevoerd op ons
grondgebied?

Welke types van nucleair afval en aanverwant
materiaal werden zo vanuit Duitsland naar
Zeebrugge vervoerd?

Mijnheer de minister, hebben de militaire
overheden enige controle uitgevoerd? Normaal
behoort dit immers tot de bevoegdheid van
Binnenlandse Zaken, maar het ging om militair
materiaal. Werden bij deze controles ooit

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

onregelmatigheden vastgesteld?

Zult u overgaan tot een screening van militairen
die in aanraking zijn geweest met dit soort
transporten en besmet zouden kunnen zijn? Zult u
maatregelen nemen om de herhaling van dit soort
activiteiten te vermijden en zult u marginale
veiligheidsgaranties afdwingen?

Ik wens er in dit verband nog op te wijzen dat
blijkens de informatie waar ik over beschik, men
op de containers onvoldoende gegevens
terugvindt aangaande de inhoud. Meestal is er
alleen de vermelding "Defense - secret" en daar
kan men niets uit opmaken. De vraag is of dat in
deze tijd nog aanvaardbaar is en of men de
inhoud niet iets gedetailleerder moet vermelden,
om welke types materialen het gaat en wat de
mogelijke veiligheidsrisico's zijn bij de handeling
ervan.

01.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de

voorzitter, collega's, mijn antwoord zal zeer kort
zijn. Volgens de geconsulteerde militaire
autoriteiten, zowel op het niveau van de marine
als op het niveau van de dienst ter controle van de
bewegingen, zou er nooit radioactief afval via de
haven van Zeebrugge verscheept zijn. De
medische dienst was niet op de hoogte van de
aangehaalde problematiek. Het personeel werd
dus niet onderzocht in het kader van een
radioactieve besmetting. De dienst ter controle
van de bewegingen wordt systematisch verwittigd
in geval van transport van militair materiaal en een
lijst van alle materiaal wordt automatisch
bijgevoegd.

01.03 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):

Mijnheer de minister, ik heb er alle begrip voor dat
uw antwoord bijzonder kort is. Toch denk ik dat
het nuttig zou zijn om dit dossier verder uit te
spitten, gezien er van een aantal mensen, onder
andere een lid van de militaire inlichtingendienst,
zeer duidelijke verklaringen zijn dat dergelijke
transporten in het verleden wel degelijk hebben
plaatsgevonden zonder naleving van de nodige
maatregelen omtrent het bekendmaken ervan. Het
lijkt me dus belangrijk om dat in elk geval eens
verder uit te diepen en daartoe wil ik ook het mijne
bijdragen. Ik denk dat zeker de mensen die
instaan voor de verhandeling van dit soort
materialen recht hebben op een maximale
verzekering van hun persoonlijke veiligheid en
gezondheid. Het lijkt mij ook niet echt wenselijk
dat dit soort transporten, zoals er ook een paar via
de openbare weg gebeurden, in de toekomst nog
plaatsvinden. Daaromtrent moeten we in de mate
van het mogelijke duidelijkheid verschaffen.

01.04 Minister André Flahaut: Mijnheer

Vanhoutte, u spreekt over de militaire haven van
Zeebrugge.

Je ne sais pas ce qui se passe dans le port civil.
Je tiens à préciser clairement les choses. Si
d'anciens militaires estiment qu'ils ont procédé à
des transports ou à des déchargements, à un
certain moment, je les invite tout simplement à le
signaler. Aujourd'hui, je ne puis vous répondre
que sur la base des éléments en ma possession.
Je n'ai pas de raison de mettre en doute les
autorités militaires ou le service de contrôle des
mouvements. Il y a des traces de tout cela dans le
port de Zeebruges puisque tout est consigné. Si
des gens estiment avoir participé à des travaux de
ce genre, qu'ils présentent clairement les faits,
nous les examinerons attentivement et nous
apporterons les réponses qui s'imposent.

01.05 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):

Mijnheer de minister, u hebt natuurlijk gelijk wat
uw opmerking betreft, maar we moeten ook niet
het paard achter de wagen spannen. Er is een
probleem dat gesignaleerd wordt omtrent een
aantal transporten die in het verleden hebben
plaatsgevonden, van materiaal dat onvoldoende
gedefinieerd was en waarbij de mensen die het
transporteerden onvoldoende op de hoogte waren
van de inhoud van die containers. Daarenboven
zijn er aanwijzingen dat het zou gaan over
kernafval afkomstig van atoomduikboten die in
Duitsland onderhouden werden. Ik denk dat er alle
reden toe is om ook binnen de krijgsmacht een
grondig onderzoek daaromtrent in te stellen en de
zaak tot de bodem uit te spitten. Het kan niet zijn
dat wij, als parlementsleden, u telkens de
informatie op een presenteerblaadje moeten
aanreiken. Ik denk dat het ook uw
verantwoordelijkheid is als minister om dit soort
zaken, met het oog op volksgezondheid ten
gronde te volgen.

01.06 André Flahaut, ministre: Monsieur le

président, il est certain qu'au niveau militaire,
lorsque du matériel transite que ce soit par
container ou autre, l'habitude est de dresser une
liste du contenu et de vérifier.

C'est parce qu'il est habituel de tout identifier, de
tout lister, de tout contrôler que la réponse est
aisée. Quant à ce qui se passe dans l'autre partie
du port, je ne peux vous répondre parce que ce
n'est pas de mon ressort ni de ma responsabilité.

Cette manière d'agir peut être utile en cas de
contrôle a posteriori.

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

02 Mondelinge vraag van de heer John

Spinnewyn aan de minister van
Landsverdediging over "de militaire
maatregelen getroffen bij de begrafenis van
Laurent-Désiré Kabila" (nr. 3299)

02 Question orale de M. John Spinnewyn au

ministre de la Défense sur "les mesures
militaires prises lors de l'enterrement de
M. Laurent-Désiré Kabila" (n° 3299)

02.01 John Spinnewyn (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, kort
na de aanslag op Laurent-Désiré Kabila
vertrokken een twintigtal militairen van de
gespecialiseerde verkenners naar Congo. Men
mag hier spreken van een normale procedure
want ook eerder werden in dit gebied geregeld
militairen discreet ingezet om bepaalde
voorbereidingen te treffen voor eventuele
evacuatie-interventies of bewakingen. Het
verwonderde mij dan ook geen klein beetje toen ik
op televisie hun vertrek zag in het gezelschap van
de minister. Er was zelfs een sfeer van
geheimhouding want de gezichten mochten niet in
beeld komen. Dat werd er nog eens extra
bijgezegd omdat men zeker zou weten dat het om
een speciale opdracht ging. Kortom, alle
ingrediënten waren aanwezig om extra op te
vallen en de discretie rond die zending, die voor
dat soort operaties noodzakelijk is, was volledig
weg.

Mijnheer de minister, in hoeverre mag de
profileringdrang om op televisie te komen
primeren op de veiligheid van de militairen, die
hierdoor zware risico's lopen?

De vraag rijst in hoeverre de vijandigheden
tegenover onze veiligheidsmensen achteraf niet
zijn ontstaan uit het feit dat elitesoldaten op
dergelijke provocerende manier zijn gestuurd. Er
zijn in ons land genoeg Afrikaanse
belangengroepen die dergelijke informatie
verkeerd kunnen gebruiken.

Waarom moeten de leden van de commissie voor
de Landsverdediging dit alles vernemen via de
pers. Zelfs achteraf kregen wij geen enkele
toelichting. Hoe moet het nu verder? Hoe lang
blijven die militairen daar? Dat zijn toch vragen
waarover wij informatie zouden mogen krijgen.

02.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de

voorzitter, collega's, in de inleiding die de vraag

voorafgaat wordt er melding gemaakt van het feit
dat in het verleden militairen op een discrete
manier ter plaatse werden gebracht teneinde
bepaalde voorbereidingen te treffen met het oog
op een eventuele evacuatieoperatie. Deze
maatregelen werden in het verleden a posteriori
negatief becommentarieerd. Transparantie werd
geëist. Ik heb met het oog op een open en
transparant beleid de beslissing die door het
kernkabinet met betrekking tot de evenementen
die in de RDC genomen werden via een
perscommuniqué verspreid.

De toute façon, si je ne l'avais pas fait moi-même,
d'autres l'auraient fait!

In de persmededeling wordt duidelijk melding
gemaakt van de notie prepositionering uit
voorzorg, een uitdrukking die tevens gebruikt werd
in de mededeling van de eerste minister en in die
van de minister van Buitenlandse Zaken. De
eerste minister heeft trouwens gedurende zijn
persconferentie melding gemaakt van deze
maatregelen. De praktische toepassing van deze
maatregelen werd zonder ambiguïteit in de
persmededeling van het kabinet van
Landsverdediging vermeld, het feit benadrukkend
dat de toelating van de betrokken landen
gevraagd werd en dat tevens door onze
ambassadeur te Kinshasa menige stap genomen
werd bij de DRC-autoriteiten. Gedreven door de
interesse die ik in het algemeen heb voor mijn
functie en in het bijzonder voor het personeel van
mijn departement stond ik erop aanwezig te zijn bij
het vertrek van dit personeel.

Cette constante se rencontre habituellement chez
moi et pas uniquement lorsque des événements
surviennent en Afrique. Je suis également présent
sur le terrain, ce, le plus possible et vous le savez.

Om de veiligheid van het personeel niet in het
gedrang te brengen, werd de pers niet op de
vliegtuigparking van de basis Melsbroek
toegelaten. De beelden van het vertrek werden
door een militaire cameraploeg van Televox
opgenomen waarbij vermeden werd om de
gezichten van de militairen te tonen. Op vraag van
beeldpers die aanwezig was te Melsbroek werden
deze beelden aan hen overgemaakt met de
uitdrukkelijke richtlijn de nodige discretie aan de
dag te leggen en te respecteren. De
informatiedienst heeft de taak de pers te helpen
zonder hierbij de veiligheid van het personeel in
het gedrang te brengen. Ik heb de vragen van de
journalisten beantwoord teneinde de stappen die
mijn departement naar aanleiding van de
regeringsbeslissing genomen heeft duidelijk uiteen

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

te zetten. Ik heb er trouwens uitdrukkelijk op
gewezen dat het niet om special forces ging, zelfs
al hadden sommigen deze vorming genoten, maar
dat het een detachement veiligheidsagenten
betrof. Het zou veel schadelijker voor de veiligheid
van het personeel zijn geweest indien zij in een
context van algemene geheimhouding waren
vertrokken. Dit had tot vergissingen kunnen
leiden, zowel over het aantal deelnemers als over
hun opdracht als veiligheidsagent in de Belgische
ambassade. Dit geheim zou trouwens niet meer
dan een publiek geheim geweest zijn en het
publiek zou ons ervan verdacht hebben zaken te
willen verdoezelen. De transparantie heeft dus
geen negatief effect gehad op de veiligheid van
onze militairen. Ze heeft integendeel de verdienste
dat er duidelijkheid werd geschapen omtrent de
ongerustheid die we tentoongespreid hebben met
betrekking tot de veiligheid van onze landgenoten
in de DRC.

Wat de vijandelijkheden tegenover onze
veiligheidsmensen betreft, kan men stellen dat ze
niet expliciet tegen onze mensen gericht waren.
Het feit dat twee bodyguards gedurende een zeer
korte periode aangehouden werden is eerder te
wijten aan een misverstand dan aan een vijandige
daad. Het bewijs hiervan ligt in het feit dat na
tussenkomst van de Belgische ambassade bij de
DRC-autoriteiten de twee bodyguards onmiddellijk
werden vrijgelaten en het gevolg van de minister
van Buitenlandse Zaken konden vervoegen.

Naast deze concrete feiten blijven alle andere
mogelijke interpretaties slechts gissingen daar we
deze niet aan feiten kunnen toetsen. De
commissie van de Senaat voor de opvolging van
de operaties werd op 1 februari 2001 gedetailleerd
ingelicht.

02.03 John Spinnewyn (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de minister, het verheugt mij dat u meer
transparantie wilt. Ik hoop dat wij ook in deze
commissie transparanter te werk zullen kunnen
gaan.

Ik hoop dat men in de toekomst toch voorzichtiger
zal zijn. Als men propaganda wil maken, moet
men dat bij de terugkeer van de militairen doen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

03 Samengevoegde interpellaties en

mondelinge vraag van
- de heer Pieter De Crem tot de minister van
Landsverdediging over "de mogelijke
verhuizing van de 15

Wing" (nr. 683)

- de heer Yves Leterme aan de minister van
Landsverdediging over "het bestuderen van de
optie om de 15

Wing over te brengen naar de

militaire basis van Koksijde" (nr. 3355)
- de heer Luc Sevenhans tot de minister van
Landsverdediging over "de mogelijke
verhuizing van de 15

Wing" (nr. 689)

- de heer Stef Goris tot de minister van
Landsverdediging over "de mogelijke
verhuizing van de 15

Wing uit Melsbroek"

(nr. 697)

03 Interpellations et question orale jointes de

- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense
sur "le déménagement éventuel du 15

Wing"

(n° 683)
- M. Yves Leterme au ministre de la Défense sur
"l'éventuelle option de déménager le 15

Wing à

la base militaire de Koksijde" (n° 3355)
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense
sur "le déménagement éventuel du 15

Wing"

(n° 689)
- M. Stef Goris au ministre de la Défense sur "le
déménagement éventuel du 15

Wing de

Melsbroek" (n° 697)

03.01 Pieter De Crem (CVP): Mijnheer de

voorzitter, mijnheer de minister, eens te meer
kaart ik de mogelijke verhuis van de 15

Wing

aan in deze commissie. Sinds meer dan een jaar
maken we een ongelooflijke reeks gebeurtenissen
mee met betrekking tot een mogelijke verhuis van
de 15

Wing. Dit is een schoolvoorbeeld van de

manier van werken van deze regering waarbij een
aantal zijdelingse problematieken naar voren
worden geschoven of als glijmiddel worden
gebruikt om een bijzonder groot probleem op te
lossen.

Het probleem met de 15

Wing kondigde zich

voor de eerste keer meer dan een jaar geleden
aan omdat er een compromis in de maak was met
betrekking tot de geluidsoverlast op de site van
wat Franstalig België Brussel-Nationaal noemt en
wat wij over het algemeen Zaventem noemen. Er
werd een conclaaf aan gekoppeld. In de new
speak wou men het niet langer hebben over
conclaven. Er werd naar de pers gestapt met een
ongelooflijke move, een hit and run: men zou de
15

Wing, die verantwoordelijk is voor 2% van de

vliegbewegingen op de site van Brussel-Nationaal,
verhuizen.

Mijnheer de minister, reeds van in het begin was
dit een pijnlijk dossier voor het Ministerie van
Landsverdediging, uw stafchef maar ook voor
uzelf. U was bij deze beslissing immers niet
betrokken. 's Morgens over de radio hebt u het
voor de eerste keer moeten horen. U mag wel het

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

boeltje gaan keren. Eigenlijk zijn wij in dit dossier
objectieve partners want ons standpunt was
steeds dat de 15

Wing in Melsbroek moest

blijven.

Er wordt veel aangekondigd. Dit is ook een
werkwijze die deze regering kenmerkt. Hoe zal dit
alles in zijn werk gaan? U doet wat van u wordt
verwacht. Als minister en zeker als minister van
Landsverdediging siert deze houding u. Er wordt
een bevel gegeven en u zult dit bevel uitvoeren. U
bestelt een studie - want deze verhuis ging
worden gekoppeld aan een studie. De Luchtmacht
moet een studie maken om de praktische,
budgettaire en sociale consequenties van deze
beslissing te onderzoeken. U bent eigenlijk een
beetje in uw "wing" geschoten omdat u
aanvankelijk niet bij de beslissing betrokken was
maar ook omdat eens te meer politiek wordt
gesold met Landsverdediging. U hebt daarin
gelijk. Wij zijn ook van mening dat delen van de
krijgsmacht niet zomaar het voorwerp mogen
uitmaken van een politiek spelletje.

De kosten van een mogelijke verhuis blijken zeer
hoog te zullen oplopen. Er wordt gesproken van
een bedrag tussen 6 en 7 miljard Belgische frank.
Via uw politieke meteodiensten ziet u de bui al
hangen en u verklaart dat de kosten van een
eventuele verhuis nooit op het budget van
Landsverdediging kunnen worden verhaald.
Mijnheer de minister, het verhaal lijkt soms
eentonig, maar wij zijn objectieve partners in dit
dossier.

De studie laat een tijdje op zich wachten.

Na de plenaire vergadering van 25 januari 2001
kondigt u uiteindelijk, na heel wat getrek en
gevraag in deze commissie, aan dat de studie
klaar is en dat ze op het kernkabinet zal worden
besproken.

Ik geef een overzicht van de chronologie en de
horten en de stoten in het verloop van het dossier.
U stelde tegelijkertijd dat alle aspecten worden
onderzocht en dat er in het bijzonder met de
veiligheidsaspecten en het feit dat sommige
personeelsleden al een verhuizing achter de rug
hebben, rekening moet worden gehouden. Ik
citeer u: "Het is niet omdat het militairen zijn, dat je
ze om het even wat kan laten doen". U kondigt
dan reeds aan dat de hele operatie waarschijnlijk
verschillende jaren in beslag zal nemen. Op 1
februari 2001, een week later, in de Senaat,
krijgen wij het vervolg van het verhaal: de studie is
klaar. U vindt echter dat het in die fase van de
besluitvormingsprocedure nog niet opportuun is

om de studie openbaar te maken. U geeft
tezelfdertijd echter opnieuw de richting aan die u
uit wil. Ik citeer u: "De beste oplossing" - het is
eigenlijk een negatieve oplossing "zou er
uiteraard in bestaan niet uit Melsbroek weg te
gaan. Ik ben vooral bekommerd om de veiligheid
van de piloten". Iets verder zegt u: "Meer
objectieve criteria zijn van belang: de kostprijs, de
veiligheid en vooral de mening van het militair
personeel te Melsbroek, dat niet zal worden
overgeplaatst zonder dat het wordt geraadpleegd".
Dat zou er nog aan mankeren.

03.02 André Flahaut, ministre: Vous n'avez pas

choisi la meilleure solution.

03.03 Pieter De Crem (CVP): C'est à vous de

faire le choix, il faut pondérer vos choix, assumer
vos responsabilités et les mettre dans la balance.

Dat levert toch wel een aantal merkwaardige
zinnen op. Nog voordat het kabinet over de studie
heeft beraadslaagd, geeft u al de beste oplossing
aan en schaart u zich achter de studie van de
Luchtmacht. Een eervol standpunt en het beste,
laten wij daarover geen twijfel bestaan. De
veiligheid van de piloten is natuurlijk bijzonder
belangrijk. U moet een aantal redenen aangrijpen
om toch uw beslissing te kunnen rechtvaardigen.
U laat dan het woord "objectief" vallen. Nu is er
een nieuwe speler in dit dossier: vice-eerste
minister Vande Lanotte heeft zich in deze
discussie ook niet onbetuigd gelaten. Ik herinner
mij een citaat van hem uit de vorige legislatuur.
Het ging over objectieve criteria en minister Vande
Lanotte beweerde toen dat objectieve criteria geen
wetenschappelijke criteria zijn, maar wel criteria
die men gebruikt om het objectief of het doel te
bereiken.

Il faut résoudre le problème quand il se présente.

03.04 André Flahaut, ministre: C'est une formule

de Dehaene, pas de Vande Lanotte... Je le dis
clairement, historiquement je connais bien les
choses, parce que j'étais dans ce gouvernement,
c'est une formule de Jean-Luc Dehaene...

03.05 Pieter De Crem (CVP): Vive la critique

historique.

03.06 André Flahaut, ministre: Absolument...

03.07 Pieter De Crem (CVP): Ik probeer het een

beetje goed te maken met minister Vande Lanotte
door hem de originaliteit van een uitspraak toe te
wijzen en nu blijkt het om een partijgenoot van mij
te gaan van wie hij dat heeft overgenomen. Nu,

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

wat gebeurt er op het kernkabinet? Men is het
weer niet eens met uw visie: die studie van de
Luchtmacht deugt niet en is te vooringenomen en
het werk moet worden overgedaan, deze keer in
samenwerking met Pro-Bru, een werkgroep die de
hervorming van Zaventem uitwerkt.

Onze vraag is nu wat die studie meer kan
opleveren dan de studie van de Luchtmacht? Dat
is toch een punt waarover wij in deze commissie
kunnen discussiëren. U moet een bijkomend
onderzoek doen naar nieuwe locaties en hebt
hiervoor drie maanden gekregen. De eigenlijke
vraag blijft dan wat de bedoeling of beweegreden
is, als naar eigen zeggen alle mogelijkheden op
het grondgebied werden onderzocht. Ofwel wil de
regering kost wat kost verhuizen en dan gaat zij in
tegen uw standpunt, ofwel overtuigt u de regering
ervan dat een verhuis niet aangewezen is.
Immers, wat zegt het persbericht van de regering
van 9 februari 2001? Dat er al een aantal
maatregelen is genomen ingevolge het Zaventem-
akkoord: geluidswallen, het koninklijk besluit over
de nachtvluchten, vliegtuigen met een
zogenaamde hush-clip, een forse beperking van
milieuoverlast, maar ook in cauda venenum, het
venijn zit in de staart de verhuis van de militaire
basis van Melsbroek. Het wordt hieraan eigenlijk
toegevoegd en dat betekent dat de regering wil
dat de militaire basis verhuist uit Melsbroek. De
keuze om te blijven die u als negatieve keuze
vooropstelde, bestaat eigenlijk niet meer.

Ik wil u een aantal vragen stellen, maar ook iets
opeisen: de studie moet ter beschikking worden
gesteld van het Parlement. Ik denk dat wij, meer
dan vier maanden na aflevering van de studie, die
eindelijk moeten kunnen inkijken. Dat geldt ook
voor uw waardeoordeel over die studie. U zal door
de regering worden gevorderd om te zeggen wat
er verkeerd was met die studie en welke nieuwe
elementen zij kan opleveren, als dat al niet is
gebeurd. Immers, er is een nieuw element: de
15

Wing moet verhuizen, maar niet naar

Beauvechain, Brustem of Chièvres, wel naar
Koksijde.

Dat konden we lezen op de pagina van minister
Vande Lanotte. Dat is een belangrijk standpunt. Ik
vraag mij toch af hoe het komt dat in een libellé
van een besluit wordt gezegd dat ook rekening zal
worden gehouden met andere
uitwijkmogelijkheden naast dewelke in de studie
van de luchtmacht werden onderzocht. Ook wordt
er gezegd dat men rekening zal houden met de
impact van de verhuis op de luchtcorridors van
andere luchthavens en dat de oplopende kosten
van de verhuis niet ten laste van de overheid

zullen zijn.

Dat leidt mij tot een aantal bedenkingen en
vragen. Ten eerste, uw studie moet ter
beschikking van het Parlement worden gesteld.
Ten tweede, verhuist de 15

Wing nu wel of niet?

Ten derde, wat is uw positie in heel het verhaal?
Ten vierde, zult u rekening houden met de
belangrijkste niet-kwantificeerbare factoren, zoals
het sociaal aspect, want de 15

Wing omvat niet

alleen de inplanting op Melsbroek, maar ook het
kwartier Groenveld aan de andere kant van de
weg. Ten vijfde, hoe zult u in geval van verhuis de
problematiek van het bijkomende
luchtverkeerscontrolepersoneel oplossen? Ten
zesde, wat zijn uw plannen voor de
toegankelijkheid van eventuele andere bases?
Ten zevende, wat gaat u doen met het
luchtruimbeheer? Ten achtste, welke impact zal
dit op locale operaties hebben? Ten negende, hoe
staat het met de geografische studie van een
andere inplanting? Ten tiende, hoe zult u deze
kostenopdrijvende operatie budgettair vertalen?

03.08 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de

voorzitter, ik sluit mij aan bij de woorden van de
heer De Crem en daar zeg ik al zeer veel mee.
Mijnheer de minister, wij zullen met veel aandacht
luisteren naar uw verweer tegen het inquisitoire
betoog van Pieter De Crem. Nochtans staan wij
achter u.

Ik wil het echter specifiek hebben over de door
minister Vande Lanotte beloofde verhuis van de
C-130's van de 15

Wing naar Koksijde. Koksijde

is een belangrijke toeristische trekpleister aan de
westkust, die bekend staat om de hoge kwaliteit
van het verblijf. Dat gaat uiteraard samen met rust
en een zeker draagvlak voor recreatie. Nu blijkt
dat de vice-premier van deze regering, die
hiërarchisch boven u staat, zegt dat de 15

Wing

naar Koksijde verhuist. Minister Vande Lanotte
heeft een ontmoeting gehad met de lokale
overheid. Hij heeft dat toegezegd. Bovendien heeft
hij gezegd dat deze verhuis duizend jobs zal
creëren en het economische belang niet te
onderschatten is.

Ten bewijze van het feit dat hij uw baas is,
mijnheer de minister, heeft hij gezegd dat hij u de
opdracht heeft gegeven om in de studie het
belang van Koksijde als ontvangstgemeente voor
de 15

Wing nauwkeurig te onderzoeken. Meer

nog, hij zegt dat hij u heeft ontboden en dat u
binnenkort met hem op werkbezoek naar Koksijde
gaat. Ik zie aan uw lichamelijke reactie, mijnheer
de minister, dat u inderdaad binnenkort naar
Koksijde gaat. Dat bewijst alleen maar dat als

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

minister Vande Lanotte iets beveelt, iedereen in
het gelid staat om zijn bevelen uit te voeren. Wij
hebben al slechte ervaringen met toezeggingen
van minister Vande Lanotte gehad. Ik refereer aan
het dossier van de kustmijnenvegers. We zullen
zien wat er daarmee zal gebeuren.

Mijnheer de minister, ik sluit mij aan bij het
standpunt van Pieter De Crem. Ook ik ben
principieel voor het behoud van de 15

Wing in

Melsbroek. Wij zijn absolute tegenstanders van
een verhuis van de 15

Wing naar Koksijde,

omwille van het toeristische belang van Koksijde.
Ook speelt de beperkte draagkracht van dat
gebied op het vlak van extra belasting, zoals
geluidsbelasting en verkeersbelasting mee.
Bovendien, als men het geheel vanuit een hoger
perspectief bekijkt, komt een versnippering van de
elementen van de 15

Wing de werking ervan niet

ten goede en is het een verkwisting van
overheidsmiddelen.

Mijnheer de minister, hoe realistisch is de
toezegging van minister Vande Lanotte dat de
15

Wing effectief naar de militaire basis van

Koksijde zal worden overgebracht, rekening
houdend met de opdrachten die door deze
eenheid worden uitgevoerd met betrekking tot de
para's, een aantal regeringsleden, het
Koningshuis, de NAVO, de Europese Commissie?
Men mag bovendien niet vergeten dat Koksijde
ongeveer 130 km van Brussel is verwijderd, wat
meteen vragen oproept omtrent het heen-en-
weervervoer van de manschappen.

Vervolgens vraag ik mij af of de huidige
infrastructuur van de militaire basis van Koksijde
toereikend is voor de opvang van de C-130-
toestellen en eventueel andere toestellen - van
de 15

Wing. Zal de tweede piste die momenteel

in onbruik is, al dan niet worden heropend,
desgevallend na uitvoering van de nodige
aanpassingswerken? Op hoeveel worden de
aanpassingswerken in het algemeen geraamd? In
dat verband deelde minister Vande Lanotte de
bevolking mee dat de kostprijs 4,5 miljard zou
bedragen. Na een dergelijke mededeling van de
vice-eerste minister, vraag ik mij af waarom er nog
een studie moet worden uitgevoerd.

Zullen de Seakings die, zeker in het Vlaamse
landgedeelte, een zekere populariteit genieten,
nog vanuit Koksijde kunnen opereren nadat de
15

Wing er is gevestigd?

Mijn volgende vraag is meer van retorische aard.
Wordt in de studie, bij de evaluatie van de
verschillende pistes, rekening gehouden met de

impact van de aanwezigheid van de 15

Wing of

delen ervan naar Koksijde, op de toeristische
aantrekkelijkheid van de regio?

Tot slot, mijnheer de minister, wou ik nog weten
wanneer u Koksijde aandoet.

03.09 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, het
idee om de 15

Wing te verhuizen maakt deel uit

van een politieke koehandel.

Ik herinner mij nog, mijnheer de minister, dat u
van verbazing bijna omverviel, toen u via de media
vernam dat de 15

Wing zou moeten verhuizen.

Ik heb altijd begrepen dat u hiervan geen
voorstander was en ik meen dat u dat nog steeds
niet bent. Dat is trouwens de meest normale
reactie.

De meest betrokken partij terzake is uiteraard de
Luchtmacht zelf, maar daar is men tegen een
dergelijke verhuis omdat elke noodzaak hiertoe
ontbreekt. Mocht een verhuis noodzakelijk zijn,
omwille van een of andere tactische of
strategische reden, dan zou dit in de commissie
kunnen worden besproken. Thans is er evenwel
geen bespreking mogelijk, precies omdat het
volgens mij louter gaat om een politieke
koehandel.

Er wordt geen enkel argument aangehaald om de
verhuis van de 15

Wing te rechtvaardigen, zelfs

niet met betrekking tot de luchtmanoeuvres,
vermits deze eenheid maximaal slechts 2% van
de vliegbewegingen voor haar rekening neemt en
deze meestal overdag plaatsvinden. Ik zie het nut
van een verhuis werkelijk niet in.

Ik kom thans tot het prijskaartje van een dergelijke
onderneming. Oorspronkelijk werd een bedrag
van 6 miljard genoemd, maar blijkbaar werden
hier en daar besparingen doorgevoerd want de
kostprijs daalt dagelijks. Volgens de meest
recente raming zou het gaan om 4,5 miljard.

Uw collega, minister Vande Lanotte, voelde zich
geroepen om de militaire basis van Koksijde voor
te stellen als vestigingsplaats voor de 15

Wing

en ik kan begrip opbrengen voor zijn suggestie.
Immers, minister Vande Lanotte moest reeds
inleveren met de zaak van de kustmijnenvegers,
waardoor hij heel wat tewerkstelling langs zijn
neus zag voorbijgaan. Uiteraard zal hij enige
compensatie willen en daar zal de verhuis van een
duizendtal militairen en burgers wel voor kunnen
zorgen.

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

We mogen ons in deze discussie ook niet
vergalopperen. Als in de regering ooit toch wordt
beslist dat de zaak moet verhuizen, mogen we
ons, als Vlamingen, niet in de zak laten zetten. Wij
zijn met alle mogelijke argumenten een verhuis,
eventueel naar het Vlaamse Kokzijde, aan het
tegenhouden, terwijl de minister uiteraard al lang
weet waar de zaak naartoe gaat. Dat is ook geen
geheim. Het zal niet naar Kokzijde zijn, of de
macht van de heer Vande Lanotte moet zo groot
geworden zijn binnen de regering. Ik heb ergens
iets over Beauvechain gelezen. We moeten
opletten dat we ons niet in de luren laten leggen.

Zolang er niet wordt bewezen dat de verhuis
wegens militaire redenen noodzakelijk is, zie ik
geen enkele reden om hier nog veel woorden aan
vuil te maken. Men mag mij om de oren slaan met
alle mogelijke studies. De 15

Wing is nog altijd

een onderdeel van ons leger, waarin in de eerste
plaats militaire redenen moeten primeren. Die zijn
er niet, of u moest ze dadelijk uit uw hoge hoed
toveren. Ik geloof daar niet in.

Een aantal pistes zijn open gebleven, waarvan in
deze studie er acht of negen zijn bekendgemaakt;
een paar in Vlaanderen en een paar in Wallonië.
We kunnen de zaak misschien opsplitsen. Dat is
ook nog een mogelijkheid voor die enkele
vliegtuigen.

Mijnheer de minister, u bent minister van Defensie
en u moet in de eerste plaats opkomen voor uw
militairen. De verhuis zou voor de huidige
militairen die verbonden zijn aan de 15

Wing

weer het zoveelste sociale drama zijn. U weet dat
de militairen zich momenteel zeer ongelukkig
voelen. Ik denk dat niemand ermee gebaat is dat
nog lang en breed over deze verhuis wordt
gediscussieerd. U moet, als minister van
Defensie, een duidelijk signaal geven. Ik kan er
begrip voor opbrengen mocht u het binnen de
regering niet halen, maar uw signaal moet klaar
en duidelijk zijn: de 15

Wing blijft in Melsbroek.

03.10 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter,

mijnheer de minister, collega's, er is recent een
studie verschenen, uitgevoerd door de
Luchtmacht en besproken binnen de regering,
waaruit blijkt dat het standpunt dat de Luchtmacht
reeds innam voor de studie dezelfde is als na de
studie. Dat verwondert ons niet.

De regering heeft terecht geoordeeld dat een
nieuwe, objectieve studie noodzakelijk was om
enkele dingen vanuit een aantal andere
invalshoeken opnieuw te bekijken. Een aantal
nieuwe elementen, waarmee in de strikte militaire

studie geen rekening werd gehouden, moeten in
de nieuwe studie wel worden ingecalculeerd. Ik zal
u straks vragen of daarover al overleg is gepleegd
en of er nieuwe elementen zijn. Ik kom daar straks
op terug.

Voor ons is in ieder geval duidelijk dat er wel
redenen zijn om de 15

Wing, meer bepaald het

ste

smaldeel de militaire vliegtuigen, de C-

130's te verhuizen. We spreken duidelijk over
een scheiding van de twee smaldelen, waarbij de
witte vliegtuigen, naar ons gevoel, om praktische
redenen in Zaventem moeten blijven. De militaire
transportvliegtuigen zouden moeten verhuizen.

We staan voor een belangrijke evolutie in het
Europees kader. Dat weten we allemaal.
Ondertussen zijn een aantal belangrijke afspraken
gemaakt tussen een aantal buurlanden van België
om samen te werken aan het tactisch
luchttransport, waaraan in Europa een enorm
tekort is. Hopelijk willen een aantal lidstaten daar
iets aan doen. Indien België op een
geloofwaardige wijze onderdeel wil uitmaken van
deze harde kern om mee te werken aan een
geloofwaardig tactisch luchttransport op Europees
vlak, moeten we ook beschikken over een
geloofwaardige, voldoende grote militaire
luchthaven, waar men deze vliegtuigen kan
stationeren, maar waar men ook aan overslag kan
doen en waar de C-17 en de Starlifters kunnen
landen. Er moeten een aantal dingen gebeuren
die passen in een toekomstvisie, in het belang van
militaire acties en crisisoperaties, waar uiteraard
heel wat tactisch luchttransport mee is gemoeid.

Op dit ogenblik kan dit niet. Laat dit duidelijk zijn.

De Vlaamse regering reikt de minister van
Landsverdediging de hand. Als een verhuis naar
Vlaanderen er komt, is zij bereid steun te verlenen
en de operatie te helpen financieren omwille van
de synergie met de burgersector. Ik kom later op
dit punt terug. In Wallonië heeft men die synergie
reeds langer ontdekt.

Mijnheer de minister, er moet dringend een
inventaris worden gemaakt van al de operationele
en niet-operationele luchthavens en vliegvelden
die gebruikt worden voor militaire en
burgerdoeleinden. Het lijkt me nuttig te weten
hoeveel vliegvelden beschikbaar zijn, hoe groot de
capaciteit is, met welke omgevingsfactoren
rekening moet worden gehouden, wat de sociale
aspecten van een eventuele verhuis zijn en of er
synergie mogelijk is met de burgersector. Wat dit
laatste punt betreft, sluit ik de F-16-basissen van
Kleine Brogel en Florenne uit. Op andere plaatsen

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

is synergie met de burgersector wel mogelijk.

Als Vlaamse Liberaal en Democraat wil ik het,
mijns inziens niet onbelangrijk, communautair
aspect aankaarten. Vlaanderen beschikt over de
F-16-basis in Kleine Brogel en in Melsbroek over
de 15

Wing zowel burgerluchtvaart als militaire

luchtvaart. In Koksijde staan 5 heli's.
Goetsenhoven en Brustem staan leeg. Dat is de
huidige toestand in Vlaanderen. In Wallonië staan
de F-16's in Florenne. In Beauvechain is de 1

ste

wing gestationeerd met de Marquettes en de Alfa-
jets. In Bierset is het licht vliegwezen
gestationeerd. Bierset is een militair vliegveld waar
de burgersector in synergie mee samenwerkt.
Meer zelfs, de militairen moeten er op dit ogenblik
wijken. Het licht vliegwezen moest opschuiven
naar een hoekje van het vliegveld. De
burgersector heeft het grootste deel van het
vliegveld ingepalmd. In Chièvres vliegt de NAVO.
In Gosselies worden testvluchten gehouden voor
de gereviseerde toestellen. We merken een
duidelijk verschil tussen Vlaanderen en Wallonië.

Volgens het plan-Charlier I van 1989 zou het licht
vliegwezen naar Goetsenhoven verhuizen. Het
ging echter naar Bierset. De opleiding die in
Goetsenhoven gebeurde zou worden
overgeplaatst naar Koksijde. De opleiding
verhuisde naar Beauvechain. Collega's, dit
element moet in acht worden genomen. Ik herhaal
dat een inventaris moet worden opgemaakt om
een toekomstvisie op middellange termijn te
kunnen uitwerken.

Op dit ogenblik gebeuren de burgerluchtvaart en
de cargovluchten vooral in samenwerking met de
militairen. Zaventem blijft de voornaamste
luchthaven. Bierset dat men Brussels Eastern
noemt, ligt in Wallonië. Charleroi dat men
Brussels South noemt, ligt eveneens in Wallonië.
Chièvres dat de ambitie heeft om Brussels West
te worden, ligt ook in Wallonië. Ik wens dit te
beklemtonen. In dit verhaal is dit immers geen
onbelangrijk gegeven.

Men beweert dat de financiering onbetaalbaar is.
Men schermt met bedragen van 6 miljard frank of
4,5 miljard frank. In Melsbroek beschikken we
over 25 hectare binnen het grondgebied van de
luchthaven en over 12 hectare aan de overzijde
van de Haachtsesteenweg, het kwartier
Groenveld. Als men deze 27 hectare verkoopt, zal
dit

gelet op de locatie

een smak geld

opbrengen. De gronden rond de luchthaven zijn
immers goud waard. Als men een goede
verkoopsovereenkomst kan sluiten met BIAC of
met de private sector, kan een groot deel van de

kosten gerecupereerd worden. Er werd allusie
gemaakt op de uitspraken van minister
Vandenhaute. Het lijkt me zeer ongepast dat hij
terzake uitspraken doet. Ik kan aanvaarden dat
parlementslid Vandenhove die burgemeester van
Sint-Truiden is een pleidooi houdt voor Brustem.
Hij vertegenwoordigt deze regio en is er
verantwoordelijk voor. Het is het recht en de plicht
van de heer Leterme om voor Koksijde een lans te
breken. Dat de burgemeester van Koksijde
dergelijke uitspraken doet is eveneens
aanvaardbaar. Als lid van de regering heeft de
minister echter de beslissing een tweede studie te
bestellen mee goedgekeurd.

Het past niet dat de minister, die in de regering de
beslissing voor een tweede studie mee heeft
goedgekeurd, nu reeds een standpunt inneemt
over de plaats waarnaar moet worden verhuisd. U
hebt daarover nog geen uitspraak gedaan, en dat
siert u. U had namelijk kunnen pleiten voor
Beauvechain, want u bent van Waals-Brabant. Dat
hebt u niet gedaan, net zoals andere ministers,
hoewel zij zich misschien ook verantwoordelijk
voelen voor hun regio. Enige kiesheid vanwege de
betrokken ministers zou hier dus niet ongepast
zijn, collega's.

Mijnheer de minister, wordt de eerste studie van
de Luchtmacht ter beschikking gesteld van de
commissie voor de Landsverdediging? Kunt u ons
meedelen wat de nieuwe elementen zijn van de
tweede studie en aan wie ze wordt uitbesteed?
Wat zullen de nieuwe parameters zijn? Wordt er
rekening gehouden met de verschillende
elementen die ik heb opgesomd?

03.11 André Flahaut, ministre: Monsieur le

président, je commencerai par répondre en ce qui
concerne ma déontologie.

De resultaten van de studie over de mogelijke
verplaatsing van de 15

Wing, werden

bekendgemaakt na het debat daaromtrent, op 5
februari laatstleden. Het zou niet politiek correct
geweest zijn de besluiten van die studie bekend te
maken voordat de regering daarover van
gedachten had kunnen wisselen.

A chacun sa façon de travailler. Pour ma part, je
fais réaliser les études en interne. Je ne fais pas
de déclaration et j'organise les discussions là où
elles doivent avoir lieu. Voilà pour une première
mise au point.

(Interruption de M. Pieter De Crem.)

C'est exact, monsieur De Crem. Cela étant dit,

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

comme au football, j'étais présent à la dernière
minute de jeu sur le terrain et c'est moi qui ai
imposé de réaliser l'étude. Aussi longtemps qu'un
match n'est pas terminé, il n'est ni gagné ni perdu!

J'en arrive à l'étude qui a été réalisée. Je ne
supporte pas que l'on mette en doute l'objectivité
et la qualité du travail réalisé par l'état-major de la
Force aérienne. Je mets au défi n'importe quel
bureau d'études privé ou n'importe quel consultant
privé de venir contredire les arguments tout à fait
objectifs qui se trouvent dans cette étude. Je vais
d'ailleurs vous en dire quelques mots. Je ne vois
aucun inconvénient à transmettre cette étude à la
commission. En effet, vu les questions posées par
M. De Crem, j'imagine qu'il possède sans doute
déjà cette synthèse et que certains journalistes,
notamment ceux de « Het Belang van Limburg »,
l'ont également reçue.

Je lisais chaque jour ce qui paraissait dans « Het
Belang van Limburg » pour savoir où en était
l'information directe ou indirecte de la presse. En
tout cas, l'étude n'est pas sortie de mon cabinet.
Elle est peut-être sortie de l'état-major mais il faut
bien admettre qu'il est difficile de contrôler 40.000
personnes.

Cette étude a été effectuée de la manière la plus
objective possible et il n'est pas étonnant qu'on en
arrive aux conclusions que nous connaissons. Les
gens de Melsbroek préféreraient rester à
Melsbroek. Ils peuvent démontrer qu'ils ne sont
pas les responsables du bruit supplémentaire à
l'aéroport puisque nos appareils répondent déjà
aux normes de 2003 et que l'on va rationaliser
cette flotte, en ce sens que le nombre d'appareils
va diminuer.

En effet, au lieu de cinq Merlin, trois HS, deux
Falcon 20, un Falcon 900, deux Airbus et onze C-
130, notre flotte comptera à terme deux Airbus, un
Falcon 900, quatre MAR, peut-être deux Falcon
20 nous verrons si nous pouvons les adapter
aux normes exigées. Nous n'aurons plus onze C-
130 mais nous devrions avoir 7 A-400 « belges
purs

» et sans doute un A-400 belgo-

luxembourgeois.

Nous réduisons le volume de la flotte et le nombre
de mouvements à 25 par jour, ce qui représente
2% du trafic aérien à Bruxelles-National.

Et puis, le déménagement. L'étude, que j'ai fait
ajouter en dernière minute à l'agenda du dernier
"kern", constitue une première prolongation, dont
le résultat est toujours un match nul. Mais on
dispose maintenant d'éléments supplémentaires

concernant le coût. Celui-ci s'établit entre 4,5
milliards et 6 à 7 milliards.

Quoi qu'il en soit, nous avons la certitude que
dans ces éléments de coût, nous devrons
également intégrer le coût du plan social pour les
travailleurs de Melsbroek. En effet, ce n'est pas
parce que ce sont des militaires qu'on peut leur
faire faire n'importe quoi et qu'il ne faut pas tenir
compte de leur situation sociale.

Ces changements concernent 1.000 personnes,
ce qui équivaut à une très grosse entreprise.
Quand on délocalise une très grosse entreprise
sauf à Vilvorde -, on établit des plans sociaux
cohérents. Cela sera donc aussi le cas pour ce
déménagement.

Vient maintenant la question de savoir vers où se
fera le déménagement. Je n'en fais pas une
question communautaire. Afin de fixer mon choix,
j'essaye de retenir les aspects objectifs, à savoir la
distance, les couloirs aériens, les aspects sociaux
pour le personnel, la disponibilité, les pistes, les
travaux d'aménagement à entreprendre et le
critère d'accessibilité. Interviendra ensuite une
décision politique, qui aura peut-être une
connotation communautaire. Mais en tout cas, je
répète que ceux qui croient que j'ai donné des
indications à l'état-major de la Force aérienne
pour que les conclusions soient favorables aux
Wallons ou aux francophones, se trompent sur
toute la ligne. Le choix sera basé sur des critères
objectifs.

M. Leterme, si je le comprends bien, n'est pas
favorable à une implantation à Coxyde. Et je suis
persuadé que les responsables locaux de
Beauvechain, de Grez-Doiceau et des environs ne
seront probablement pas demandeurs non plus
pour avoir des C-130 chez eux. Sans oublier que
ceux-ci subissent déjà des nuisances puisque les
Marchettis tournent au-dessus de leur territoire. Et
sachez que ces petites "tondeuses à gazon" font
beaucoup de bruit.

Je n'ai donc pas d'a priori, ni favorable, ni
défavorable. Les seules choses qui m'importent,
ce sont le coût, le bien-être de mon personnel, la
sécurité et la faisabilité technique. Le coût est
important, je le répète. Et on a dit et répété qu'il
était hors de question que cela soit mis à charge
du budget de la Défense. Il faudra donc bien que
quelqu'un paie.

Sur quelles bases a été faite l'étude? Nous
devons déménager. Mais que devons-nous
déménager? Tout, rien ou une partie seulement?

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

Vous comprendrez aisément que si on déménage
tout, on enlèvera les infrastructures de Melsbroek
et tout ce qui tourne autour des avions
gouvernementaux et des C-130 pour le contrôle
d'organisation. Cela coûterait moins cher que si on
laissait une partie sur place. C'est logique. C'est
une des conclusions auxquelles l'état-major arrive:
si on déménage, il vaut mieux déménager
l'ensemble.

Vous comprendrez aisément que si l'on
déménage vers un endroit où il existe déjà
quelque chose, cela coûte moins cher que de
déménager vers un endroit où il n'y a rien.

Troisième élément: dans l'endroit où l'on
déménage sont installés soit des civils, soit des
militaires. En tout cas, il faut essayer de trouver
des synergies entre les civils et les militaires.

L'étude a donc d'abord considéré l'ensemble des
aéroports belges qui pouvaient être choisis et les
a localisés sur une carte. Ensuite, nous nous
sommes penchés sur les clients potentiels; il s'agit
des paras basés à Tielen, ceux qui se trouvent à
Marche-en-Famenne ou encore à Flawinne. Ce
sont les gros clients des C-130. Il faut penser au
fait que s'ils doivent aller prendre un avion à un
endroit ou à un autre pour se déplacer, c'est peut-
être plus difficile.

On ne peut prendre en compte que le personnel
qui fait voler les avions mais aussi celui qui doit
les utiliser. Quant aux vols humanitaires, cela ne
pose pas de problème. L'on peut, même basés
ailleurs, faire revenir de temps en temps les
avions à Melsbroeck en vue du chargement mais,
dans ce cas, on va augmenter les mouvements
vers Melsbroeck.

Nous avons donc essayé de rester logique dans le
cadre de cette première étude. C'était le but de
cette première réunion du kern. J'ai déposé l'étude
sur la table en annonçant le coût du
déménagement et les délais à prévoir car on ne
déménage pas des C-130 comme des boîtes de
conserve. D'aucuns mettent en évidence ce qui
s'est passé aux Pays-Bas. Ce pays a entrepris
une opération de moindre envergure qui a duré 8
ans et demi. Nous sommes donc optimistes en
prévoyant que cela durera six ans.

A la suite de cette étude, nous avons fait des
maîtres-choix. Pour Beauvechain et Chièvres, le
coût était à peu près identique, tandis que pour
d'autres aéroports, le coût était plus élevé et les
délais plus longs. Le kern a donc décidé
d'examiner d'autres pistes. Il y avait encore une

possibilité à Gosselies ou à Ostende. On ne
pouvait pas choisir Gosselies car il n'y a pas de
place à cet endroit à cause des zones protégées,
etc. Bierset et Florennes ne sont pas possibles
non plus. Estimant qu'Oostmalle, Coxyde et
Ostende étaient une possibilité, nous avons
examiné la situation.

J'ai eu divers contacts dans ce cadre. Certains ont
été étonnés de ce que je n'avais pas rencontré le
gouverneur du Limbourg ou le ministre-président
du gouvernement flamand. C'est simple: je n'ai
rencontré personne car il ne servait à rien
d'écouter les doléances des uns et des autres.
Lorsque je rencontre des personnes sur place, je
connais le coût de l'opération, les délais à
envisager et les problèmes qui se poseront. Je
peux alors leur annoncer qui devra supporter le
coût. Je devrai aussi rencontrer les représentants
de BIAC. Il faut avancer progressivement dans
cette étude; c'est ce que j'ai fait jusqu'à présent.

Nous pouvons comparer un aéroport à une
caserne. Nous ne sommes pas, actuellement, en
phase de reconstruction des casernes. Même si
les forces belges d'Allemagne sont rapatriées, on
tentera d'intégrer ces militaires dans les structures
existantes. Ce qui s'est passé à la caserne de Ath
ne va pas se reproduire!

Il faudra trouver des emplacements pour les loger,
ce qui engendrera probablement aussi un débat
initié par ceux qui réagiront contre leur présence.
Certaines unités devront peut-être être fermées et
d'autres rouvertes. Le débat sur Houthulst et
Zutendaal avait suscité des craintes mais en fin de
compte cela s'est passé sans heurt. C'est ce
qu'on essaiera de faire avec les forces belges
d'Allemagne.

Je vais aussi me rendre à Coxyde. Vous dites "on
survolera!" Pour le déménagement, il faudra en
tenir compte également car, dans le plan, il est
prévu de remplacer les C-130 par des A-400,
mais également les "Seakings" par d'autres
hélicoptères, à cause de la corrosion du sel de la
mer.

Il faudra intégrer la cohabitation et d'autres
éléments! Je suis actuellement dans la phase
d'exploration d'une étude complémentaire qui
intègre effectivement Coxyde.

Tijdens de initiële studie voor de verhuis werd de
basis Koksijde als theoretisch mogelijke oplossing
beschouwd. Het aspect van de verplaatsing voor
de klanten dient te worden uitgediept. De basis
van Koksijde is momenteel onvoldoende uitgerust

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

om de toestellen van de 15

Wing te ontvangen.

De kostenraming van de uit te voeren
aanpassingswerken zal deel moeten uitmaken van
een bijkomende studie, maar zal op het eerste
zicht van dezelfde omvang zijn als voor andere
onaangepaste vliegvelden, dat wil zeggen meer
dan 5 miljard frank. De activiteit van de huidige
smaldeel helikopters kan behouden blijven in
Koksijde. De activiteiten van de 15

Wing zijn

beperkt van 25 tot 35 vluchten per dag, niet per
nacht. De diverse gevolgen van een mogelijke
inplanting van de 15

Wing te Koksijde, zoals

geluidshinder, economische en commerciële
gevolgen enzovoort, zullen zonder twijfel in
overweging genomen worden tijdens de studie,
gerealiseerd door Pro-Bru.

En ce qui concerne les demandes de M. Goris, j'ai
expliqué que nous tenions compte de la répartition
géographique d'aujourd'hui, des éventuelles
synergies avec le secteur privé et des suites
sociales du déménagement. J'ai parlé du plan
social, il faut l'inclure.

En ce qui concerne les possibilités de recrutement
dans la zone, je voudrais simplement attirer votre
attention sur ceci: dans l'étude que je vous
transmettrai, nous sommes allés jusqu'à analyser
la pyramide des âges des gens concernés par le
quinzième Wing. Nous constatons que les
intéressés sont relativement jeunes, ce qui signifie
qu'ils sont encore là pour une longue période. En
termes de possibilité immédiate de recrutement,
ce n'est pas le succès garanti si l'on considère
que, dans le quinzième Wing, les avions C-130
n'ont pas d'impact économique direct sur l'activité.
Il s'agit du transport militaire, sans apport
d'entreprises périphériques à un endroit ou à un
autre.

La présence à Melsbroek n'a pas ramené la
SABCA ou la SONACA à proximité. Donc il s'agit
d'un apport de population supplémentaire
éventuelle, si elle ne continue pas à faire les
navettes, éventuellement par avion, mais avec
certains coûts supplémentaires.

J'essaie d'exposer objectivement les différents
aspects. Si j'étais un bon commercial et un bon
"lobbyeur", je ferais monter le prix en vantant le
mérite de l'accueil de tel ou tel aspect. Je vais
demander aux experts privés de confirmer
l'objectivité de l'étude, parce que je ne digère pas
la mise en cause de mon état-major. Ses
membres font un travail sérieux et honnête, et ils
déménageront s'il en a été décidé ainsi, parce
qu'ils l'ont déjà fait. Ce n'est pas un acte de
conservatisme que de dire que la meilleure

solution est de rester à Melsbroek, c'est
simplement un constat objectif. Il existe des
impératifs économiques de développement de
l'aéroport, un plan global a été décidé, et donc on
déménage.

J'espère déménager sans désagréments, là où
cela coûtera le moins cher et où les meilleures
synergies pourront se développer. II faut trouver
les crédits nécessaires au plan social et il faut
choisir la moins mauvaise solution, étant entendu
que "de beste oplossing is Melsbroek".

Quand vous entrez dans un magasin, il y a
toujours un maître-achat et ensuite des choses
que l'on peut choisir en fonction de différents
impératifs. Voilà la problématique.

Je vous prie de m'excuser, monsieur le président,
d'avoir été long dans la réplique, mais cela valait
la peine de donner certains éléments étant
entendu que la synthèse sera remise aux
membres de la commission.

Le président: Effectivement, monsieur le ministre,
ce débat appelle certaines passions. Connaîtront-
elles un prolongement?

03.12 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de

voorzitter, ik zal het aan de heer De Crem
overlaten om de algemene problematiek nog eens
te schetsen en in te gaan op de antwoorden van
de minister.

Mijnheer de minister, een beetje in de sfeer van
vandaag, 14 februari, Valentijndag, zou ik wat
ongenuanceerd willen zeggen "on vous aime". De
benadering van het dossier die u hier schetst is
volgens ons de juiste. Werken op basis van de
objectieve studie die door sommigen, ook binnen
uw regering, in twijfel wordt getrokken is de juiste
houding om tot zinvolle besluitvorming te komen.
Zo kan men vermijden dat geld van de
belastingbetaler door de vensters wordt gegooid.

Ik kom dan bij het dossier Koksijde. Tussen de
regels door hebt u de argumenten die pleiten
tegen Koksijde uitvoerig toegelicht. Ze zijn ook vrij
logisch. Ik haal er drie of vier even aan. U hebt het
gehad over de grote afstand tussen Brussel
waar de meeste "klanten" van de 15

Wing zich

bevinden en Koksijde. Over de weg bedraagt die
afstand 130 à 140 km. Als men die afstand door
de lucht moet overbruggen, betekent dat extra
bewegingen te Koksijde. Verder is er de
problematiek van de aanvliegroutes. De regio van
Koksijde tot Londen is een zeer druk bevlogen
regio. Er doet zich dus ook een probleem voor met

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

betrekking tot de mogelijkheid om meer vluchten
in te passen. Bovendien situeren een aantal
vliegroutes zich boven dichtbevolkte kustgebieden
als Oostende. Een ander element dat pleit tegen
de keuze voor Koksijde is het element van de
versnippering. De heer Vanhoutte heeft blijkbaar
in uw naam beslist dat de C-130's naar Koksijde
verhuizen en de rest niet. U hebt zelf gesteld dat
dit een negatieve versnippering van de middelen
is. Wij steunen u daarin. Het is effectief beter om
alles bijeen te houden op dezelfde locatie.
Volgens ons is Melsbroek de beste oplossing en
komt Koksijde niet in aanmerking. U hebt de
argumenten voor Koksijde zelf ontkracht. Wat de
tewerkstelling betreft, gaat het gewoon om het
verplaatsen van mensen met alle problemen van
dien. De C-130's zijn er en in samenhang
daarmee valt dus geen rechtstreekse
economische activiteit te verwachten.
Samengevat menen wij dan ook dat de heer
Vande Lanotte eens te meer voor zijn beurt heeft
gesproken. Wij steunen u in uw verzet tegen deze
benadering van het dossier vanuit een
kerktorenmentaliteit. U moet oordelen op basis
van objectieve elementen. Ik heb mij zo-even wat
laten gaan in de sfeer van Valentijn, maar ik zet
"on vous aime" even om in wat duidelijker taal. De
heer De Crem zal straks een motie van
aanbeveling indienen waarin wij onze steun aan
uw benadering betuigen.

03.13 Pieter De Crem (CVP): Mijnheer de

voorzitter, blijkbaar zitten we vandaag op de
Valentijnsvlucht. Ik weet niet waar die ons met
betrekking tot de 15

Wing zal brengen. Mijnheer

de minister, u kent het spel genoeg: "On vous
aime mais en politique comme en amour, ni le
jamais, ni le toujours". Wij zijn vrij snel op
kruissnelheid gekomen in dit debat. Daarvoor wil
ik u even een pluim geven want we hebben wel
andere debatten gehad in deze commissie. De
kernwoorden waarrond het debat draaide waren
objectiviteit, logica en optimisme.

Dat hoorde ik u geregeld vertellen. De objectieve
criteria, de logische redenering en het optimisme
brengen ons naar de enige mogelijke oplossing,
namelijk dat de 15

Wing in Melsbroek blijft.

De heer Leterme zei reeds dat we een motie van
aanbeveling terzake hebben ingediend. Ik sluit mij
aan bij de heer Leterme als hij zegt dat degenen
die voor een verhuis naar Koksijde zouden
opteren, goed moeten beseffen dat het over een
splitsing van de 15

Wing gaat, dat het over de

transportvliegtuigen gaat en dat de economic
benefit of de consumer benefit, zoals sommigen
zeggen, daarvan zal onbestaande zijn. Dat zullen

wij nog ruimschoots kunnen bewijzen, want het
dossier is nog niet afgerond.

De Ministerraad waarop het dossier werd
besproken was een gelijkspel, met misschien 1 of
2 minuten verlenging, maar u werd eigenlijk
getackeld. Ik weet niet of dit voor het affluiten
gebeurde of op het moment dat u het terrein
verliet naar de kleedruimte. Het is eigenlijk zo dat
u niet in uw terechte verontwaardiging wordt
gevolgd. De studie van de staf van de Luchtmacht
wordt niet naar waarde geschat. Minister Daems
zal immers, in overleg met u, een onafhankelijke
externe expert aanstellen. Dit zal daadwerkelijk
gebeuren onder de controle van de
voogdijminister en met regelmatige rapportering
aan de interkabinettenwerkgroep. Dit is dus een
derde instantie die over de opportuniteit van de
studie zal beslissen. De verschillende
overwegingen en conclusies van de studies van
de staf van de Luchtmacht zullen binnen de drie
maanden op basis van een onafhankelijk advies
worden geanalyseerd, met name van een door
minister Daems aangestelde expert en een
verslag van de interkabinettenwerkgroep. Deze
onafhankelijke spelers in de match, die een
boksmatch in de plaats van een voetbalmatch aan
het worden is, zullen beslissen over de
alternatieve locatie. Dit kan voor ons niet. Mijnheer
de minister, u moet op uw strepen staan en de
keuze voor het behoud van de 15

Wing in

Melsbroek moet aanhouden.

03.14 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de minister, ik heb met aandacht naar de
opbouw van uw argumentatie geluisterd. Ik stel
vast dat u geen enkel echt argument hebt
aangehaald dat aangeeft waarom de 15

Wing

zou moeten verhuizen. U blijft uiteindelijk bij uw
oorspronkelijk standpunt en het standpunt van de
luchtmacht: de 15

Wing zit waar ze moet zitten.

Wij weten allemaal dat er bij de aanvang van deze
legislatuur een politieke koehandel is geweest. Er
is nog steeds een probleem. De vraag is nog
steeds wie in de regering het grootste deel van het
laken naar zich toe zal trekken. De speelbal zal
voor de zoveelste keer de militair zijn. Ik hoop dat
u haar op uw tanden zult hebben, mijnheer de
minister. Soms heb ik mijn twijfels als ik de
verborgen agenda onder ogenschouw neem. U
gaf daarnet een mooi overzicht van de
verschillende mogelijke locaties. Ik stel tot mijn
tevredenheid vast dat Beauvechain er niet bij is, of
werd dat toevallig vergeten? Ik hoop het.

Als de regering toch de beslissing neemt om te
verhuizen - de koehandel tiert welig in de regering

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

- pleit ik niet tegen een verhuizing naar een locatie
in Vlaanderen. In het verleden is reeds te veel
naar Wallonië gegaan. Ik wil daar echter niet op
ingaan omdat ik er nog steeds van overtuigd ben
dat de 15

Wing in de eerste plaats in Melsbroek

moet blijven. De andere argumenten over de
locatie zijn van geen tel. Elke locatie heeft immers
voor- en nadelen.

Mijnheer de minister, wij hebben ook een motie
over het behoud van Melsbroek ingediend omdat
wij nog steeds niet overtuigd zijn, en u blijkbaar
ook niet, dat Melsbroek moet verdwijnen.

03.15 Stef Goris (VLD): Mijnheer de minister,

eerst en vooral verduidelijk ik dat wij niet twijfelen
aan de objectiviteit van de studie van de
Luchtmacht wat het militair en financieel oogpunt
betreft. Ze hebben vanuit hun invalshoek de studie
gemaakt die ze moesten opstellen. Er zijn echter
nog andere parameters die niet militair zijn en
waar ze toch rekening mee konden houden. Ze
hebben die echter niet in aanmerking genomen.
Een nieuwe studie is dus niet onbelangrijk en
hopelijk zal daarin rekening worden gehouden met
andere parameters, zoals die welke ik daarstraks
te berde heb gebracht.

Mijnheer de minister, u stelt dat u uw
besluitvorming niet zal laten beïnvloeden door
communautaire overwegingen. Dat lijkt mij ook
evident, want in Bierset, Chièvres en Gosselies
bestaan er al heel wat synergieën met de
burgerlijke sector. Er zijn inderdaad al aanzienlijke
impulsen gegeven in die regio, wat ik de Walen
overigens gun. (Protest van de minister.) In
Gosselies is er een burgerluchthaven waar
testvluchten met militaire toestellen worden
uitgevoerd. Indien het Waals Gewest die
luchthaven wenst uit te bouwen, dan heb ik daar
geen enkel probleem mee. De luchthaven van
Chièvres is van de Navo. Wat ik bedoel, is dat er
door de synergieën met de private sector, zoals
dat het geval is in de drie voornoemde
luchthavens, een aanzienlijke impuls voor de
werkgelegenheid is gegeven, waardoor de
koopkracht van de regio werd opgekrikt. Een
eventuele verhuis van een gedeelte van de 15

Wing betekent 1.000 extra tewerkstellingsplaatsen
voor burgers en militairen en 1 miljard extra
koopkracht voor de regio waarin de Wing wordt
gevestigd, wat toch niet niets is. In ieder geval, wij
hebben nooit gesteld dat u de studie van de
luchtmacht zou hebben gestuurd, mijnheer de
minister.

Ik ben het met u eens, mijnheer de minister, dat
de kosten van de verhuis niet ten laste zijn van het

departement Landsverdediging. De begroting
ervan staat reeds al te zeer onder druk. Er zal
moeten worden geput uit de opbrengst van de
eventuele openbare verkoop van de 37 hectare in
Melsbroek, die goud waard zijn en BIAC en de
privé-sector veel geld kunnen opbrengen.
Bovendien zullen de gewesten en de provincies
tussenkomen in de kosten, waarover u binnenkort
een contact hebt. Het resterende saldo zal buiten
de begroting moeten worden verrekend.

Het lijkt me een goed idee dat u binnenkort, nu de
eerste studie af is, de lokale beleidsmensen
ontmoet. Graag werden wij op de hoogte
gehouden van de evolutie van het dossier. Begrijp
me goed: onder lokale beleidsmensen reken ik
niet minister Vande Lanotte. Voor mij draagt hij
verantwoordelijkheid als federaal minister voor
heel de natie en niet enkel voor zijn regio.
Overigens, voor mij heeft hij niets toegezegd. De
VLD wacht de resultaten van de tweede studie af
en sluit Koksijde als nieuwe vestigingsplaats niet
uit. Collega Lahaye pleit uiteraard voor zijn streek,
net zoals de heer Vandenhove dat ook doet voor
Sint-Truiden. Iedereen zal zijn streek verdedigen,
maar dat kan niet in geval van de heer Vande
Lanotte.

Mijn conclusie luidt dat we de studie moeten
afwachten. Mijnheer de minister, de werkwijze die
u van plan bent te hanteren, lijkt mij de goede: u
neemt contact met de lokale beleidsmensen en
wacht op de resultaten van de tweede studie om
dan daarover besprekingen in commissie te
voeren vooraleer te komen tot een besluit.
Vandaar dat we een eenvoudige motie indienen.
Wij willen immers de gesprekken laten
plaatsvinden en aan het dossier in commissie
voortwerken.

03.16 Yves Leterme (CVP): Mijnheer de

voorzitter, ik vraag het woord voor een persoonlijk
feit, aangezien de heer Goris mij telt bij degenen
die vanuit een louter regionale reflex de piste
Koksijde afzweren. Laat het duidelijk zijn: mijn
keuze is ingegeven niet alleen door mijn
bekommering om de westkust, maar ook door
mijn bekommering om het correct gebruik van het
geld van de belastingbetaler en het goed
functioneren van de 15

Wing, wat neerkomt op

een opsplitsing. Om al die redenen pleit ik tegen
de piste Koksijde.

03.17 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):

Mijnheer de voorzitter, ik heb een beetje moeite
met het dossier dat vandaag wordt besproken.

Mijnheer de minister, ik meende dat wij bij het

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

begin van deze legislatuur een engagement
hadden aangegaan om de strijdmacht te
herstructureren zodat we zouden komen tot een
efficiënt functionerend leger. De objectieven
werden in de commissie voor de Legeraankopen
nogmaals herhaald. Wij hebben toen duidelijk
kunnen vaststellen dat er geen werk meer wordt
gemaakt van de economische compensaties.
Voortaan wordt besteld en aangekocht wat het
leger effectief nodig heeft.

In dit dossier stellen we echter net het
omgekeerde vast. Blijkbaar vinden een aantal
mensen het nodig om in hun regio een civiele
luchthaven te hebben. Het leger wordt goed
genoeg bevonden om daar de nodige
ondersteuning voor te leveren. Blijkbaar bestaat er
geen duidelijk perspectief voor de uitbouw van een
dergelijke luchthaven zonder de steun van
defensie en dit omwille van een gebrek aan
rendabiliteit of een problematisch hoge
investering. Volgens mij is dergelijk engagement
strijdig met de objectieven en de belangen van de
krijgsmacht. We mogen het leger niet opofferen
voor de economische belangen van de civiele
luchtvaart.

Mijnheer de minister, ik wil nogmaals het
standpunt van de groenen herhalen. Ik wil heel
duidelijk zeggen dat wij ons verzetten tegen een
verhuis en dit om de redenen die hier reeds
uitvoerig werden aangehaald. Laat duidelijk zijn
dat wij tegen een verhuis zijn van de 15

Wing uit

Melsbroek. Indien op regeringsniveau wordt
beslist om alsnog te verhuizen, is het niet aan het
departement van Landsverdediging om daarvoor
de nodige middelen te vinden. Dit wil zeggen dat
men de miljarden elders zal moeten zoeken als
men toch wenst over te gaan tot een verhuis.

Mijnheer de minister, ik stel vast dat dit dossier
vooral het probleem is van een bepaalde partij,
namelijk de Vlaamse socialisten. Ik wil mijn
ongenoegen daarover niet onder stoelen of
banken steken. Helaas moet ik vaststellen dat zij
zelf niet goed weten wat zij nu eigenlijk willen. Er
werd gesuggereerd om te verhuizen naar
Brustem. Dezelfde partij stelt nu voor om te
verhuizen naar Koksijde. Het lijkt mij dan ook
aangewezen dat op korte termijn een studie wordt
gemaakt van wat deze partij nu eigenlijk wil en
welke perspectieven zij heeft voor de 15

Wing.

Op die manier kan misschien een waardevolle
bijdrage worden geleverd in het debat.

03.18 André Schellens (SP): Mijnheer de

voorzitter, het lag niet in mijn bedoeling om in dit
debat het woord te nemen.

Vermits de Vlaamse socialisten werden
vernoemd, wil ik hier wel een standpunt innemen,
zij het dat het om een persoonlijk standpunt gaat.
De minister weet dat wij destijds vroegen om
vanuit de optiek van de luchthaven van Zaventem
te onderzoeken of geen overleg met de mensen
van BIAC en het leger mogelijk was, dit voor de
mogelijke aanleg van een bijkomende piste in
Zaventem. Degenen die regelmatig een militair
vliegtuig nemen, moeten maar eens inschatten dat
men niet landt op Melsbroek, maar wel op de
luchthaven van Zaventem. Daarstraks werd reeds
het aantal beschikbare hectaren vermeld. Dat
betekent dat er enige logica bestaat voor het
afsluiten van een akkoord tussen de beheerders
van de luchthaven van Zaventem, namelijk BIAC,
en de militairen om eventueel een bijkomende
piste aan te leggen. Ik ben verscheidene malen op
bezoek geweest bij de mensen van Belga Control
en weet van hen dat een bijkomende piste de
mogelijkheid biedt om per uur zeven bewegingen
meer te realiseren. Zelfs als men zich enkel tot de
dagvluchten beperkt, betekent dat toch wel iets op
een maand.

Tijdens de vorige legislatuur was ik voorzitter van
de commissie voor de Infrastructuur en ben ik
verscheidene malen ter plaatse geweest. Mijn
standpunt is dat er zo snel mogelijk overleg moet
komen tussen de mensen van BIAC en het leger,
om zo snel mogelijk tot een oplossing te komen.

03.19 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de voorzitter, ik noteer dat onze collega
die op dit ogenblik links van de SP zit, namens
Ecolo en Agalev heeft gezegd dat zij voor
Melsbroek waren. Naar mijn mening loont het de
moeite dit nog eens te beklemtonen.

03.20 André Flahaut, ministre: En ce qui

concerne BIAC, des concertations auront lieu,
mais mon intime conviction est que BIAC veut voir
les militaires hors du terrain. Mettons-nous à sa
place! Si nous étions chargés du développement
de Bruxelles-National, nous adopterions la même
attitude. C'est une des raisons pour lesquelles je
me suis opposé, lors de la dernière réunion du
"kern", à ce que l'on confie à BIAC l'étude
complémentaire. Car cela équivalait à donner à
l'acheteur le soin d'évaluer notre bien. Donc, cette
étude complémentaire sera réalisée par des
experts qui ne feront pas partie de l'état-major de
la Force aérienne et qui seront des experts
indépendants de BIAC. Cela me paraissait
élémentaire.

Je n'ai pas mentionné les déménagements, mais il

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

importe de déménager dans des endroits d'où
nous ne serons pas délogés. Dans 3 ou 4 ans,
l'aéroport de Zaventem sera à nouveau saturé et
ses dirigeants auront peut-être encore l'intention
de s'installer sur les bases aériennes militaires,
qui devront à leur tour trouver un autre endroit.
C'est un élément dont il faut tenir compte.

Par ailleurs, la décision qui devra être prise se
fondera sur des arguments objectifs
supplémentaires tels les raccordements aux pipe-
lines OTAN. Si on me signale qu'il est superflu de
vérifier les raccordements aux pipe-lines, parce
qu'il n'y aura plus de guerre et que la sécurité est
assurée au niveau des approvisionnements, je
suis le plus heureux des ministres de la Défense.
Dans ce cas, on peut s'installer n'importe où avec
ou sans pipe-line pour le ravitaillement.

Un autre élément est celui de l'état des
infrastructures. D'autres prendront la décision de
faire atterrir les pilotes des C-130 en des endroits
où les normes de sécurité ne sont pas respectées.
Personnellement, je ne prendrai pas une telle
responsabilité, car en cas d'accident d'avion, ce
sera le ministre de la Défense qui sera tenu pour
responsable. C'est aussi dans l'air du temps, au
moment où des articles paraissent, aujourd'hui,
dans la presse néerlandophone sur la réouverture
du procès relatif au C-130.

D'autre part, les auditeurs civils privés doivent
tenir compte de la sécurité, qui est importante,
ainsi que des contraintes. Des couloirs sont
nécessaires pour faire voler tous ces avions. Ces
couloirs sont répartis et si on installe des avions
quelque part, ce n'est pas pour les stocker mais
pour les faire voler sans trop perturber le système
actuel, car que je sache, si Zaventem revendique
des terrains supplémentaires, c'est en vue de son
développement. Cela signifie qu'il y aura une
demande supplémentaire de vols et donc de
couloirs. Tout cela figure dans l'étude. Certains de
ces éléments sont déjà pris en considération,
comme les couloirs et les pipe-lines, les longueurs
de piste, les possibilités d'extension et la
rationalisation future, soit le plan 2015 et la façon
dont nous voulons travailler dans le contexte
européen.

Voilà où nous en sommes. Une décision
interviendra je l'espère sur la base d'éléments
techniques et budgétaires.

Moties
Motions

Tot besluit van deze bespreking werden volgende

moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.

Een motie van aanbeveling werd ingediend door
de heren Pieter De Crem en Yves Leterme en
luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Pieter De
Crem, Luc Sevenhans en Stef Goris
en het antwoord van de minister van
Landsverdediging,
beveelt de regering aan:
1. haar beslissing om de 15

Wing te verhuizen

naar een niet nader te bepalen locatie, te
herroepen;
2.

de inplantingsplaats van de 15

Wing in

Melsbroek te behouden."

Une motion de recommandation a été déposée
par MM. Pieter De Crem et Yves Leterme et est
libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Pieter De
Crem, Luc Sevenhans et Stef Goris
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au gouvernement:
1.

de révoquer sa décision relative au

déménagement du 15

Wing vers une nouvelle

localisation à déterminer;
2. de maintenir le 15

Wing à Melsbroek, qui

constitue son lieu d'implantation actuel."

Een motie van aanbeveling werd ingediend door
de heren Luc Sevenhans en John Spinnewyn en
luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Pieter De
Crem, Luc Sevenhans en Stef Goris
en het antwoord van de minister van
Landsverdediging,
vraagt aan de regering de afschaffing van een
mogelijke verhuizing van de 15

Wing te

Melsbroek."

Une motion de recommandation a été déposée
par MM. Luc Sevenhans et John Spinnewyn et est
libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Pieter De
Crem, Luc Sevenhans et Stef Goris
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au gouvernement le retrait des projets
relatifs au départ éventuel du 15

Wing de

Melsbroek."

Een eenvoudige motie werd ingediend door de
heren José Canon, Stef Goris, André Schellens,

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

Peter Vanhoutte en mevrouw Josée Lejeune.

Une motion pure et simple a été déposée par MM.
José Canon, Stef Goris, André Schellens, Peter
Vanhoutte et Mme Josée Lejeune.

Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.

04 Mondelinge vraag van de heer Francis Van

den Eynde aan de minister van
Landsverdediging over "de aanwezigheid van
een tijdelijk of definitief asielcentrum in de
Leopoldskazerne van Gent" (nr. 3366)

04 Question orale de M. Francis Van den Eynde

au ministre de la Défense sur "la présence d'un
centre d'asile temporaire ou définitif à la
caserne Léopold à Gand" (n° 3366)

04.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, het
dossier met betrekking tot de Leopoldskazerne
van Gent lijkt te zijn behekst. Al jaren stellen wij
vragen over de definitieve beslissing met
betrekking tot het al dan niet verkopen van dit
gebouw, maar de zaak blijft aanslepen.

Op een gegeven ogenblik werd een deel van de
kazerne plots opengesteld als asielcentrum. In dat
verband, mijnheer de minister, herinnert u zich
wellicht dat ik destijds uw toestemming kreeg om
het gebouw te bezoeken. Van dat plan werd
echter inmiddels ook al afgeweken.

Rond de jaarwisseling vroeg ik aan minister
Vande Lanotte of het opnieuw de bedoeling was
het gebouw om te vormen tot een asielcentrum,
waarop hij mij zeer formeel negatief antwoordde.
Een paar weken later werd het gebouw toch een
asielcentrum, evenwel voor een korte periode, op
basis van een pendeldienst vanuit Brussel naar
aanleiding van de problemen in verband met de
inschrijving van illegalen in de hoofdstad.
Ondertussen kwam aan deze bestemming ook
alweer een einde.

U begrijpt wellicht, mijnheer de minister, dat in de
gegeven omstandigheden zowel in als rond de
Leopoldskazerne van Gent de sfeer gespannen is
omwille van een onzekere toekomst.

Naar verluidt zou zijn beslist, of zou althans
worden beslist, een deel van de kazerne te
verkopen om er een asielcentrum te openen.
Gezien ik al eens werd bedrogen door minister
Vande Lanotte, zoals ik het daarnet schetste, richt

ik mij tot u, mijnheer de minister, met de vraag of
dat gerucht juist is.

Voorzitter: Pieter De Crem.
Président: Pieter De Crem.

04.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de

voorzitter, collega's, een gedeelte van de
Leopoldskazerne te Gent zou inderdaad kunnen
worden vervreemd en worden aangewend voor de
inplanting van een asielcentrum.

Het betreft hoofdzakelijk de gebouwen die zich
situeren aan de achterzijde van het kwartier, rond
de sportzaal. Vertegenwoordigers van mijn
kabinet en van het ministerie van Sociale Zaken
brachten een bezoek ter plaatse op 14 december
2000. Behalve twee kleine gebouwen, de vroegere
mess en het logementenblok van voorheen voor
het vrouwelijk personeel, zijn de andere betrokken
gebouwen nog gedeeltelijk bezet. Op termijn
zullen zij worden vrijgemaakt in het kader van de
onontbeerlijke rationalisering van de bezetting van
de beschikbare ruimte in het kwartier.

Het ministerie van Sociale Zaken gaat thans na of
deze gebouwen geschikt zijn voor de inplanting
van een asielcentrum.

04.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de voorzitter, eerst en vooral wens ik de
minister oprecht en gemeend te danken voor zijn
openheid.

Ik noteer, mijnheer de minister, dat het inderdaad
de bedoeling is de achterkant van het gebouw te
verkopen aan het departement van Sociale Zaken,
waarna het als asielcentrum zal worden
aangewend. Op 14 december ging er in die zin
een plaatsbezoek door.

Ik zal mij dus moeten wenden tot de betrokken
minister om mijn nood te klagen. Ik meen
nochtans dat de betrokken minister mij nauwelijks
een paar dagen na 14 december mededeelde dat
er geen sprake van was dat er een asielcentrum
zou worden geopend in de Leopoldskazerne te
Gent.

Mijnheer de minister, nogmaals mijn dank voor uw
duidelijk antwoord.

04.04 Minister André Flahaut: Mijnheer de

voorzitter, op dit ogenblik is er een tijdelijk
vluchtelingencentrum in de Leopoldskazerne. Er is
echter nog geen definitieve beslissing over dit
punt. Samen met de minister van Sociale Zaken
heb ik vele bezoeken afgelegd om de

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

mogelijkheden te bekijken, niet alleen in Koksijde,
maar ook op andere plaatsen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

05 Mondelinge vraag van de heer Francis Van

den Eynde aan de minister van
Landsverdediging over "een kwetsende radio-
uitzending over de in Kigali gedode para's"
(nr. 3386)

05 Question orale de M. Francis Van den Eynde

au ministre de la Défense sur "une émission
radio vexante relative aux paras tués à Kigali"
(n° 3386)

05.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, mijn
vraag heeft betrekking op het radioprogramma
"De toestand is hopeloos maar niet ernstig", dat
elke zondagavond tussen 18u.00 en 19u.00 op
Radio 1 van de VRT te horen is. Het is een
programma waarin muziek wordt afgewisseld met
wat men in het huidige Nederlands columns
noemt. Ik noem dat in een meer klassiek
Nederlands satirische stukjes, maar wie ben ik.
De journalisten die in de uitzending aan het woord
worden gelaten, maken deel uit van sanhedrin dat
in Vlaanderen bepaalt wat mag en wat niet mag
worden gedacht, met andere woorden mensen
van het weekblad Knack en van het dagblad De
Morgen. Op een ironische wijze kunnen zij hun
persoonlijke standpunten uiten in de radio-
uitzending.

In de uitzending van zondagavond hoorde ik in
een soort hekelstuk over de Belgische export de
volgende volzin: "Wij zouden het ook kunnen
hebben over onze export van para's naar Afrika,
maar die komen jammer genoeg altijd terug."
Vragen rijzen naar de goede smaak van dergelijke
opmerkingen jegens de militairen in Afrika die in
moeilijke en risicovolle omstandigheden moeten
werken.

Ik dacht echter in de eerste plaats aan tien para's
die niet zijn teruggekomen, die in Kigali werden
vermoord. De dame die het stuk bracht moest er
dus voor één keer niet over klagen dat dit
exportproduct altijd terugkomt, want deze
militairen zijn niet teruggekomen. Nog meer dacht
ik aan de familieleden van deze mensen, die
zoiets moesten aanhoren. Sommigen zullen mij
misschien overgevoelig noemen, maar ik vond dit
zeer kwetsend.

Mijnheer de minister, ik denk dat het leger op
zichzelf weinig protest kan uiten. In het Frans

noemt men het leger immers La Grande Muette.
Wie echter wel kan protesteren, is de man die de
politieke verantwoordelijkheid draagt voor het
leger. Ik vraag u dan ook om namens deze
vermoorde para's en vooral namens hun familie
toch even een protest te laten horen bij de VRT en
bij de Vlaamse regering, die de politieke
verantwoordelijkheid draagt.

05.02 André Flahaut, ministre: Monsieur le

président, chers collègues, il était utile d'aborder
cette question aujourd'hui même si elle a été
introduite avec un léger retard.

Ik dank de collega voor het feit dat hij mijn
aandacht heeft gevestigd op een VRT-radio-
uitzending die ik niet heb gevolgd. Het is echter
moeilijk om een oordeel te vellen over de zin die u
citeert en die trouwens volledig uit de context is
gehaald. Bijgevolg heb ik de informatiedienst van
het leger gevraagd mij een kopie van deze
uitzending te bezorgen. Als daaruit blijkt dat de
nagedachtenis van onze vermoorde para's door
weinig scrupuleuze woorden is aangetast, dan zal
ik, zoals u voorstelt, een gepaste brief naar de
hoofdredacteur van de VRT-radio sturen en een
kopie naar de bevoegde minister.

05.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):

Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor
zijn antwoord. Ik kan goed begrijpen dat de
minister die uitzending wil horen of lezen. Het
spreekt voor zich dat ik ook de tekst heb
aangevraagd en, indien nodig, kan ik hem ter
beschikking stellen.

Ik vraag alleen maar, mijnheer de minister, mij op
de hoogte te houden, zodat ik niet opnieuw in
deze commissie een vraag moet komen stellen.

05.04 André Flahaut, ministre: Je remettrai

copie de la réponse au président de la
commission.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

06 Mondelinge vraag van de heer Joos Wauters

aan de minister van Landsverdediging over "het
kamp A Westerlo-Herentals" (nr. 3396)

06 Question orale de M. Joos Wauters au

ministre de la Défense sur "le camp A
Westerlo-Herentals" (n° 3396)

06.01 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO):

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik heb
u daarover vorige week ook ondervraagd en ik
heb u toen bedankt voor de duidelijke informatie

CRIV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

die u hebt gegeven. Uw standpunt in dit dossier
was zeer duidelijk. Ik heb ook gezegd dat ik met
deze informatie naar de mensen op het terrein zou
stappen, omdat zij zich zouden kunnen
vergewissen van de situatie als zodanig. Zij
hebben dat ook gedaan en zij berichtten mij dat er
inderdaad een uitbreiding is geweest nog meer
dan zij zelf durfden vermoeden van het aantal
holes die men op dat golfterrein heeft aangelegd.
De vorige keer was er sprake van 14 holes. Nu
blijken er al 18 holes te zijn.

U hebt vorige keer gezegd dat uw departement
geen uitbreiding van de vergunning heeft
toegestaan. Dat hebt u in alle duidelijkheid
verklaard. Daarom heb ik de volgende vragen,
mijnheer de minister.

Bent u op de hoogte van deze, voor ons, nieuwe
situatie? Hebt u hiervoor toelating gegeven? Als er
geen toelating voor werd gegeven, welke
maatregelen plant u om het militair domein in zijn
oorspronkelijke staat te herstellen?

06.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de

voorzitter, mijn departement is niet op de hoogte
van een uitbreiding van het golfterrein van 13
holes naar 18 holes. De bevoegde dienst heeft
hiervoor geen officiële aanvraag ontvangen en
bijgevolg werd geen uitbreiding toegestaan, noch
uitgevoerd. Men zegt mij dat de club met een
parcours van 18 holes speelt door bepaalde holes
meermaals in eenzelfde parcours op te nemen.
Het gaat dus over een golfterrein van 13 holes,
waarvan sommige meermaals worden gebruikt.

J'ai des doutes et à ce propos je vais envoyer une
personne attachée à mon cabinet afin de vérifier
sur place. En effet, d'une part on m'affirme que
cela a été fait, d'autre part, on me dit le contraire.

Cela étant, la réalisation du terrain de golf date de
la période durant laquelle les forces britanniques
étaient installées en Belgique. Cela résulte de
l'application d'un accord entre la Belgique et le
Royaume-Uni au sujet de l'implantation d'une
base britannique en 1952.

Le terrain de golf précité faisait partie intégrante
de cette base. Il a été remis dans cet état au
ministère des Finances afin d'être aliéné. On va
essayer d'accélérer la vente de tous ces biens.
Une réunion annuelle est prévue afin de faire le
point. L'acheteur sera libre de rétablir le terrain
dans son état d'origine.
En attendant, je vais tout de même vérifier.

06.03 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO):

Mijnheer de minister, de plaatselijke bevolking wil
het domein en zijn natuurwaarde behouden. Ik
dring erop aan toe te zien dat er niet op een
sluipende manier aan uitbreiding wordt gedaan. Ik
heb begrepen dat er geen vergunning werd
verleend en dat u een controle op het terrein zult
uitvoeren. U moet de controle laten uitvoeren op
de reeds toegestane vergunning. U hebt in het
verleden gesteld dat deze vergunning niet
definitief was maar slechts een voorlopige. Als u
wijzigingen en een uitbreiding van de vergunning
vaststelt, reken ik erop dat u tegen de golfclub zult
optreden omdat het domein een grote
natuurwaarde heeft. Op die manier wordt een
degelijk gebruik verzekerd bij een eventuele
vervreemding van het domein.

06.04 Minister André Flahaut: Golfspelers

beweren dat zij de beste ecologisten zijn!

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

07 Mondelinge vraag van de heer Stef Goris aan

de minister van Landsverdediging over "de
mogelijkheid op een financiële vergoeding aan
reeds gepensioneerde onderofficieren"
(nr. 3410)

07 Question orale de M. Stef Goris au ministre

de la Défense sur "la possibilité d'octroyer une
indemnité financière aux sous-officiers déjà
retraités" (n° 3410)

07.01 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter,

mijnheer de minister, in 1992 werd de Belgische
krijgsmacht de meest grondige herstructurering
opgelegd sinds de naoorlogse periode. In het licht
van deze herstructurering werden maatregelen
genomen om het overtallig personeel weg te
werken, meer bepaald de vrijwillige afvloeiing van
onderofficieren en oudere korporaals omdat
enerzijds deze categorieën het budget buitenmatig
belastten en anderzijds de onderofficieren
verschillende functies in de huidige paraatstelling
innamen. Het leger past sinds een paar jaren
afvloeiingsprocedures toe voor onderofficieren die
de leeftijd van 51 jaar hebben bereikt. Dit betekent
dat onderofficieren 5 jaar voor de normale
pensioenleeftijd van 56 jaar met pensioen kunnen
gaan. Als de betrokken onderofficier op het
voorstel ingaat, verlaat hij/zij de dienst met behoud
van het jaarlijks verlofgeld en eindejaarspremie en
80% van de wedde. Er wordt echter weinig of
geen rekening gehouden met die onderofficieren
die hun dienst hebben beëindigd vóór de invoering
van dit systeem. Deze groep werd slechts met
pensioen gestuurd op voorwaarde dat het volledig
aantal dienstjaren was bereikt (37,5 jaar) of de

14/02/2001

CRIV 50

COM 391

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

leeftijd van 60 jaar. Bovendien heeft deze groep
niet van de voordelen van het huidig
afvloeiingsstelsel kunnen genieten.

Mijnheer de minister, wat is uw standpunt
terzake? Is het niet mogelijk deze gepensioneerde
onderofficieren die niet hebben kunnen genieten
van de voordelen een financiële tegemoetkoming
toe te kennen?

07.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de

voorzitter, de maatregelen waarnaar de heer Goris
verwijst, werden genomen ter begeleiding van de
herstructureringsplannen en om de kwantitatieve
doelstelling inzake personeel te halen. De
maatregelen hadden geen sociale doeleinden. Het
zijn tijdelijke en punctuele maatregelen voor
bepaalde personeelscategorieën. De maatregelen
zijn alleen van toepassing op de officieren en
onderofficieren. Voor de onderofficieren werden
de maatregelen verlengd om de beoogde
doelstelling te kunnen bereiken. De maatregelen
zijn niet van toepassing op het personeel dat de
krijgsmacht reeds verlaten heeft.

07.03 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik

dank de minister voor zijn duidelijk antwoord. De
gepensioneerde onderofficieren die niet van deze
maatregel hebben genoten, zullen dit wellicht
minder graag horen.

Ik neem er echter kennis van, mijnheer de
minister, dat u dit als een punctuele maatregel
beschouwt in het kader van de reorganisatie van
de piramide in de Krijgsmacht.

Wij zullen de betrokken militairen daarvan in
kennis stellen wat u ongetwijfeld ook zult doen.
Bovendien zullen zij dit wellicht binnenkort ook via
de pers vernemen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De openbare commissievergadering wordt
gesloten om 12.34 uur.
La réunion publique de commission est levée à
12.34 heures.

CRABV 50

COM 391

14/02/2001

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

INHOUD

SOMMAIRE

Interpellatie van de heer Peter Vanhoutte tot de
minister van Landsverdediging over
"gezondheidsklachten van militairen belast met
transporten van kernafval" (nr. 659)

Interpellation de M. Peter Vanhoutte au ministre
de la Défense sur "les problèmes de santé de
certains militaires chargés du transport de
déchets nucléaires" (n° 659)

Sprekers: Peter Vanhoutte, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

Orateurs: Peter Vanhoutte, André Flahaut,
ministre de la Défense

Mondelinge vraag van de heer John Spinnewyn
aan de minister van Landsverdediging over "de
militaire maatregelen getroffen bij de begrafenis
van Laurent Désiré Kabila" (nr. 3299)