SÉANCE PLÉNIÈRE

CRABV 51

COM 967

17/05/2006

SOMMAIRE

INHOUD

Question de Mme Ingrid Meeus au ministre de la
Défense sur "le concept de carburant unique"
(n° 11672)

Vraag van mevrouw Ingrid Meeus aan de minister
van Landsverdediging over "het 'Single Fuel
Concept'" (nr. 11672)

Orateurs: Ingrid Meeus, André Flahaut,
ministre de la Défense

Sprekers: Ingrid Meeus, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

Question de M. Joseph Arens au ministre de la
Défense sur "le projet de loi relatif au statut de
volontaire de guerre jusqu'à la démobilisation"
(n° 11526)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister
van Landsverdediging over "het wetsontwerp
inzake het statuut van oorlogsvrijwilliger tot aan de
demobilisatie" (nr. 11526)

Orateurs: Joseph Arens, André Flahaut,
ministre de la Défense

Sprekers: Joseph Arens, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

Questions jointes de

Samengevoegde vragen van

- M. Walter Muls au ministre de la Défense sur
"l'exercice aérien Volcanex 2006" (n° 11501)

- de heer Walter Muls aan de minister van
Landsverdediging over "de luchtmachtoefening
Volcanex 2006" (nr. 11501)

- Mme Zoé Genot au ministre de la Défense sur
"la participation de la Belgique à une opération de
maintien de la paix avec Israël" (n° 11606)

- mevrouw Zoé Genot aan de minister van
Landsverdediging over "de Belgische deelname
aan een vredeshandhavingsoperatie waar ook
Israël bij betrokken is" (nr. 11606)

Orateurs: Walter Muls, Zoé Genot, André
Flahaut, ministre de la Défense

Sprekers: Walter Muls, Zoé Genot, André
Flahaut, minister van Landsverdediging

Question de M. Luc Sevenhans au ministre de la
Défense sur "la suppression du Service social
civil" (n° 11632)

Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de
minister van Landsverdediging over "het opdoeken
van de Burgerlijke Sociale Dienst" (nr. 11632)

Orateurs: Luc Sevenhans, André Flahaut,
ministre de la Défense

Sprekers: Luc Sevenhans, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

Question de M. Luc Sevenhans au ministre de la
Défense sur "l'effectif des états-majors au sein du
département de la Défense" (n° 11633)

Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de
minister van Landsverdediging over "de omvang
van de staven binnen het departement van
Defensie" (nr. 11633)

Orateurs: Luc Sevenhans, André Flahaut,
ministre de la Défense, Ingrid Meeus

Sprekers: Luc Sevenhans, André Flahaut,
minister van Landsverdediging, Ingrid Meeus

Question de M. Luc Sevenhans au ministre de la
Défense sur "l'instauration du service d'utilité
collective (SUC)" (n° 11634)

Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de
minister van Landsverdediging over "de instelling
van de dienst van collectief nut (DCN)" (nr. 11634)

Orateurs: Luc Sevenhans, André Flahaut,
ministre de la Défense

Sprekers: Luc Sevenhans, André Flahaut,
minister van Landsverdediging

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 967

17/05/2006

COMMISSION DE LA DÉFENSE

NATIONALE

COMMISSIE VOOR DE

LANDSVERDEDIGING

MERCREDI

MAI

2006

Matin

______

van

WOENSDAG

MEI

2006

Voormiddag

______

La réunion publique est ouverte à 10 h 03 sous la
présidence de Mme Hilde Vautmans.

De vergadering wordt geopend om 10.03 uur door
mevrouw Hilde Vautmans.

01 Question de Mme Ingrid Meeus au ministre de

la Défense sur "le concept de carburant unique"
(n° 11672)

01 Vraag van mevrouw Ingrid Meeus aan de

minister van Landsverdediging over "het 'Single
Fuel Concept'" (nr. 11672)

01.01 Ingrid Meeus (VLD) : Le Single Fuel

Concept ("concept de carburant unique") a été
développé après la Seconde Guerre mondiale. Il a
pour objectif de doter du même type de carburant
les véhicules et les avions militaires, ce qui
faciliterait grandement l'approvisionnement lors
d'opérations militaires. Dans les années 1960 et
1970, quelques pays membres de l'OTAN et
l'aviation de l'OTAN ont opté pour le carburant F34,
moins inflammable et donc plus sûr, et également
utilisé par l'aviation civile. Ce carburant est
disponible partout, il peut être stocké et transporté
par le biais de l'oléoduc de l'OTAN. En 1988,
l'OTAN a classé ce nouveau concept parmi ses
objectifs à long terme et les États membres doivent
toujours faire rapport de leurs efforts en la matière.
L'avantage majeur de ce concept réside dans
l'interopérabilité entre les véhicules et les avions
militaires dans le contexte de l'Europe, des Nations
Unies ou de l'OTAN. De plus, le carburant F34 est
moins coûteux et plus « propre ».

01.01 Ingrid Meeus (VLD): Het Single Fuel

Concept ontstond na de Tweede Wereldoorlog en
heeft tot doel te komen tot eenzelfde soort
brandstof voor militaire voertuigen en vliegtuigen,
wat de bevoorrading bij militaire operaties sterk zou
vergemakkelijken. In de jaren 60 en 70 schakelden
enkele NAVO-landen en de NAVO-luchtmacht over
op de minder ontvlambare en dus veiliger F34-
brandstof, die ook in de burgerluchtvaart wordt
gebruikt. Die is overal voorhanden en kan worden
opgeslagen en getransporteerd via de NAVO-
pijplijn. In 1988 nam de NAVO het nieuwe concept
op als een doelstelling op lange termijn en de
lidstaten moeten nog steeds jaarlijks hun
inspanningen op dit vlak rapporteren. Het grootste
voordeel van het concept is de interoperabiliteit
tussen de militaire voertuigen en vliegtuigen bij
operaties in Europees, VN- of NAVO-verband.
Bovendien is de F34-brandstof goedkoper en
milieuvriendelijker.

La Belgique adapterait dans un premier temps les
avions militaires et ensuite les véhicules à ce
carburant. Quels efforts l'armée belge a-t-elle
déployés dans ce domaine et dans quelle mesure
la Belgique répond-elle aux objectifs ? Existe-t-il un
plan phasé de mise en oeuvre du Single Fuel
Concept ? Où se situe la Belgique par rapport aux
autres pays de l'OTAN ? A-t-on tenu compte du
concept lors de l'approbation de dossiers d'achat
récents et en tiendra-t-on compte lors d'achats
futurs ? L'interopérabilité du F34 a-t-elle déjà été

België zou eerst de militaire vliegtuigen en later de
voertuigen aanpassen aan deze brandstof. Welke
inspanningen deed het Belgisch leger ter zake en in
welke mate beantwoordt België aan de
doelstellingen? Bestaat er een stappenplan om het
Single Fuel Concept te realiseren? Waar staat
België in vergelijking met de andere NAVO-landen?
Werd bij de goedkeuring van recente
aankoopdossiers rekening gehouden met het
concept en zal ermee rekening worden gehouden
bij toekomstige aankopen? Werd de F34-

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

17/05/2006

CRABV 51

COM 967

futurs ? L'interopérabilité du F34 a-t-elle déjà été
testée dans le cadre d'exercices effectués par
l'OTAN et quelles sont les conclusions ? L'industrie
belge est-elle en mesure de satisfaire à une
demande éventuelle d'approvisionnement en
carburant F34 du parc automobile et aéronautique
de l'armée belge ?

interoperabiliteit al uitgetest bij NAVO-oefeningen
en wat zijn de conclusies? Kan de Belgische
industrie voldoen aan de eventuele vraag van het
Belgische leger om het militaire wagen- en
vliegtuigenpark van F34-brandstof te voorzien?

01.02 André Flahaut, ministre (en néerlandais) :

Le département de la Défense a réalisé la première
phase au cours des années 80 : l'ensemble des
avions n'est approvisionné qu'en carburant
F34/F35, à l'exception des appareils UAV qui volent
exclusivement à l'essence. Lors de nouveaux
investissements, on achète uniquement des
véhicules qui peuvent rouler sans adaptation tant
au diesel qu'au carburant F34/F35. Les véhicules
équipés d'un moteur à essence sont remplacés
progressivement. Le gasoil est toujours utilisé pour
le matériel navigant. La Belgique progresse tout
comme les autres pays de l'OTAN : au rythme du
remplacement du matériel vétuste. Dans le cadre
des nouvelles normes européennes 4 et 5, la
Belgique est confrontée, tout comme les autres
partenaires européens de l'OTAN, à de nouveaux
défis. Ces normes posent également, pour le
secteur du transport civil, des problèmes auxquels
l'industrie essaie de trouver une solution. Le
secteur pétrochimique belge est en mesure de
produire le Single fuel ou Jetfuel.

01.02 Minister André Flahaut (Nederlands): In de

jaren 80 realiseerde Landsverdediging de eerste
stap: alle vliegtuigen tanken enkel F34/F35-
brandstof, met uitzondering van de UAV's, die
uitsluitend met benzine vliegen. Bij nieuwe
investeringen worden alleen voertuigen
aangeschaft die zonder enige aanpassing zowel
met diesel als met F34/F35 kunnen rijden. De
benzinevoertuigen worden geleidelijk vervangen.
Voor varend materiaal blijft men gasolie gebruiken.
België maakt vorderingen zoals de andere NAVO-
landen: naargelang het verouderd materiaal wordt
vervangen. In het kader van de nieuwe Europese
normen 4 en 5 wordt België net als de andere
Europese NAVO-partners geconfronteerd met
nieuwe uitdagingen. Die normen scheppen ook
voor de burgerlijke transportsector problemen,
waarvoor de industrie een oplossing zoekt. Single
fuel of jetfuel kan door de Belgische petrochemie
worden geproduceerd.

01.03 Ingrid Meeus (VLD) : Si nous évoluons vers

un concept européen, tous les pays européens
devront être en mesure d'adopter une méthode de
travail identique. Le carburant constitue un élément
important à cet égard. L'armée a déjà fourni des
efforts en ce sens.

01.03 Ingrid Meeus (VLD): Als wij naar een

Europees concept evolueren, dan moeten alle
Europese landen op dezelfde wijze kunnen werken.
Brandstof is daarin een belangrijk element. Het
Belgisch leger heeft daartoe al inspanningen
gedaan.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

02 Question de M. Joseph Arens au ministre de

la Défense sur "le projet de loi relatif au statut de
volontaire de guerre jusqu'à la démobilisation"
(n° 11526)

02 Vraag van de heer Joseph Arens aan de

minister van Landsverdediging over "het
wetsontwerp inzake het statuut van
oorlogsvrijwilliger tot aan de demobilisatie"
(nr. 11526)

02.01 Joseph Arens (cdH) : Des associations de

volontaires de guerre s'étonnent qu'aucune mesure
n'ait été prise en vue de la reconnaissance du
statut de volontaire de guerre jusqu'à la
démobilisation en juin 1946. Des anciens de Corée
expriment une préoccupation similaire.

Vu l'âge avancé des volontaires, ce problème
devient urgent.
Alors que des pays alliés ont depuis longtemps
reconnu leurs volontaires, quelle est la situation en

02.01 Joseph Arens (cdH): Diverse verenigingen

van oorlogsvrijwilligers vragen zich af waarom er
nog geen enkele maatregel werd genomen om het
statuut van oorlogsvrijwilliger tot aan de
demobilisatie in juni 1946 officieel te erkennen.
Oud-strijders van de oorlog in Korea delen die
bekommernis.
De vergevorderde leeftijd van de betrokkenen
maakt dit probleem des te dringender.
Andere geallieerde landen hebben hun
oorlogsvrijwilligers al lang erkend. Wat is de situatie

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 967

17/05/2006

Belgique ?

in België?

02.02 André Flahaut, ministre (en français) : Les

volontaires de guerre ont demandé la
reconnaissance de leurs services jusqu'en juin
1946 car, engagés en général à partir de l'automne
1944, ils ne bénéficient pas des avantages sociaux
accordés aux combattants restés un an sous les
drapeaux.

02.02 Minister André Flahaut (Frans): De

oorlogsvrijwilligers hebben de erkenning van hun
diensten tot in juni 1946 aangevraagd, vermits ze
over het algemeen pas vanaf de herfst van 1944
werden ingelijfd en dus niet de sociale voordelen
kunnen genieten die worden toegekend aan oud-
strijders die een jaar lang onder de wapenen zijn
geweest.

La date proposée soulève cependant trois
problèmes : la Belgique n'a plus participé à des
opérations de guerre après le 8 mai 1945 ; les
volontaires s'engageaient « pour la durée de la
guerre » ; le principe de reconnaissance nationale
implique que les services de guerre pris en compte
sont les services réellement accomplis.
L'extension de la durée de la guerre aurait par
ailleurs des conséquences budgétaires non
négligeables.
Les volontaires restés sous les drapeaux après le
31 décembre 1945 l'ont fait par choix.

Malgré ces problèmes fondamentaux, une
proposition de loi visant à étendre la durée des
services admissibles des volontaires de guerre au
30

juin

1946 a été déposée au Sénat, puis

renvoyée auprès du Conseil supérieur des
invalides de guerre, anciens combattants et
victimes de guerre. Dans un avis circonstancié,
celui-ci a recommandé de fixer la date de la fin de
la guerre au 2 septembre 1945 pour les volontaires
de guerre, les forces belges de Grande-Bretagne et
l'ensemble des statuts de combattant de la
seconde guerre mondiale. Cette recommandation a
été retenue dans la loi du 10 août 2004 et quelque
3 200 nouvelles rentes ont été octroyées.

Er zijn echter drie problemen met de voorgestelde
datum: België heeft na 8 mei 1945 niet meer aan
oorlogsoperaties deelgenomen; de vrijwilligers
waren in dienst "voor de duur van de oorlog"; het
statuut van nationale erkentelijkheid houdt in dat de
oorlogsdiensten die in aanmerking worden
genomen ook werkelijk moeten zijn verricht.
Daarnaast zou het verlengen van de
oorlogsperiode ook aanzienlijke budgettaire
gevolgen met zich brengen.
De vrijwilligers die na 31 december 1945 onder de
wapens zijn gebleven, hebben daar zelf voor
gekozen.

Ondanks die fundamentele problemen werd in de
Senaat een wetsvoorstel ingediend dat ertoe strekt
de aanspraakverlenende diensten in aanmerking te
nemen tot 30 juni 1946. Het voorstel werd
vervolgens overgezonden aan de Hoge Raad van
de oorlogsinvaliden, oud-strijders en
oorlogsvrijwilligers. In een omstandig advies heeft
die aanbevolen de datum van het einde van de
oorlog vast te stellen op 2 september 1945 voor de
oorlogsvrijwilligers, de Belgische strijdkrachten in
Groot-Brittannië en alle statuten van strijder van de
Tweede Wereldoorlog. Met die aanbeveling werd in
de wet van 10 augustus 2004 rekening gehouden
en ongeveer 3

200 nieuwe renten werden

toegekend.

Tout récemment, une nouvelle proposition de loi a
été déposée au Sénat, avec pour objectif de fixer la
fin de la guerre au 16 juin 1946. Elle a été renvoyée
pour avis au Conseil supérieur. Ce dernier ne l'a
pas approuvée mais a fait sienne une autre
proposition de mon administration, qui consiste à
réduire à neuf mois, pour tous les statuts, les
services exigibles pour prétendre au
remboursement du ticket modérateur.

Cette approche devrait permettre de rencontrer les
attentes des volontaires de guerre sans remettre en
cause les fondements de la reconnaissance
nationale.

Zopas werd een nieuw wetsvoorstel ingediend bij
de Senaat waarin wordt voorgesteld 16 juni 1946
als einddatum van de oorlog vast te leggen. Het
voorstel werd voor advies naar de Hoge Raad
teruggezonden die het verworpen heeft. De Raad
gaat echter akkoord met een ander voorstel van
mijn administratie waarin de diensten vereist om op
de terugbetaling van het remgeld aanspraak te
kunnen maken, voor alle statuten tot negen
maanden worden herleid.
Op die wijze willen we tegemoetkomen aan de
verwachtingen van de oorlogsvrijwilligers zonder
aan de grondslagen van de nationale
erkentelijkheid te raken.

02.03 Joseph Arens (cdH) : Nous pouvons donc

attendre une évolution, mais pas la reconnaissance

02.03 Joseph Arens (cdH): Er zal dus een en

ander veranderen, maar een erkenning van de

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

17/05/2006

CRABV 51

COM 967

des services jusqu'en juin 1946 ?

diensten tot in juni 1946 zit er dus niet in?

02.04 André Flahaut, ministre (en français) : Une

diminution de la période nécessaire à la
reconnaissance a été préférée.

02.04 Minister André Flahaut (Frans): We

hebben er de voorkeur aan gegeven de periode
nodig voor de erkenning, in te korten.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

03 Questions jointes de

- M. Walter Muls au ministre de la Défense sur
"l'exercice aérien Volcanex 2006" (n° 11501)
- Mme Zoé Genot au ministre de la Défense sur
"la participation de la Belgique à une opération
de maintien de la paix avec Israël" (n° 11606)

03 Samengevoegde vragen van

- de heer Walter Muls aan de minister van
Landsverdediging over "de luchtmachtoefening
Volcanex 2006" (nr. 11501)
- mevrouw Zoé Genot aan de minister van
Landsverdediging over "de Belgische deelname
aan een vredeshandhavingsoperatie waar ook
Israël bij betrokken is" (nr. 11606)

03.01 Walter Muls (sp.a-spirit) : Comme membre

du European Air Group (EAG), la Belgique participe
à l'exercice aérien annuel Volcanex qui se déroule
actuellement en Italie. Des pays non-membres sont
également autorisés à y participer. La Suède, qui
n'est pas membre du EAG mais avait dit qu'elle
participerait à l'exercice, vient de se raviser pour
protester contre la participation d'Israël. Le ministre
suédois de la Défense juge en effet inopportune la
présence d'Israël, ce pays ne participant à aucune
mission de paix internationale.

Le ministre est-il informé de toutes les activités du
EAG

? Devait-il donner son accord à notre

participation à Volcanex ? A-t-il été consulté au
sujet de la participation d'Israël ? Est-il informé des
violations permanentes des droits de l'homme
commises par le gouvernement israélien ? N'est-ce
pas là un motif valable pour suivre l'exemple
suédois ?

03.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Als lid van de

European Air Group (EAG) neemt België deel aan
de jaarlijkse luchtmachtoefening Volcanex, die
momenteel in Italië plaatsvindt. Ook niet-leden
mogen meedoen aan deze oefening. Zweden, dat
geen lid is van de EAG maar zijn deelname aan
Volcanex al had toegezegd, heeft zich nu
teruggetrokken uit protest tegen de deelname van
Israël. De Zweedse minister van Defensie vindt de
aanwezigheid van Israël ongepast omdat dat land
niet deelneemt aan een internationale
vredesmissie.

Is de minister op de hoogte van alle activiteiten van
de EAG? Moest hij zijn akkoord geven voor onze
deelname aan Volcanex? Werd hij geraadpleegd
over de deelname van Israël? Is de minister op de
hoogte van de voortdurende schendingen van de
mensrechten door de Israëlische regering? Is dat
geen reden om het Zweedse voorbeeld te volgen?

03.02 Zoé Genot (ECOLO)

: J'ai aussi été

informée de cet exercice militaire en Sardaigne du
8 au 27 mai. Un site internet italien mentionne la
liste des participants, dont la Belgique et Israël. J'ai
été étonnée de voir qu'Israël, qui ne participe
généralement pas aux opérations de paix et avec
lequel nous n'avons pas de coopération militaire,
est associé à l'opération. De plus, nul n'ignore
qu'Israël bombarde régulièrement les territoires
palestiniens.

Avez-vous envoyé l'armée belge aux côtés de
l'armée israélienne ou rejoignez-vous le point de
vue de la Suède, qui s'est retirée de l'opération ? À
quelles autres opérations la Belgique participe-t-elle
avec Israël, comme telle ou dans le cadre de

03.02 Zoé Genot (ECOLO): Ook ik heb vernomen

dat ons land van 8 tot 27 mei aan een militaire
oefening op Sardinië deelneemt. Op een Italiaanse
website is een lijst van de deelnemende landen
terug te vinden, waaronder België en Israël. De
deelname van Israël aan deze operatie verbaast
me enigszins, aangezien het land normaliter niet
aan vredesmissies deelneemt en het geen militair
samenwerkingsakkoord met België heeft
onderschreven. Bovendien is het geen geheim dat
Israël regelmatig Palestijnse doelwitten
bombardeert.

Laat u de Belgische strijdmachten aan de zijde van
het Israëlische leger aan deze oefening deelnemen
of deelt u het standpunt van Zweden, dat zich uit de
operatie heeft teruggetrokken? Aan welke andere
operaties neemt België samen met Israël deel,
hetzij op eigen initiatief hetzij in het kader van de

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 967

17/05/2006

l'OTAN

? Notre pays a-t-il des programmes

particuliers de collaboration avec l'armée
israélienne ?

NAVO? Bestaan er specifieke
samenwerkingsprogramma's tussen het Belgische
en het Israëlische leger?

03.03 André Flahaut, ministre (en néerlandais) :

Le département d'état-major Stratégie transmet
toutes les informations concernant le Groupe
Aérien Européen (GAE) à mon cabinet. Pendant les
deux années à venir, le GEA sera dirigé par le
général-major aviateur belge, M. Van Caelenberge.

Les cinq militaires belges ne participent pas à
l'exercice Spring Flags, auquel participe également
Israël, mais seulement à l'opération Volcanex. La
Belgique n'est pas responsable du fait que les deux
exercices sont organisés au même moment dans la
même région.

03.03 Minister André Flahaut (Nederlands): Het

stafdepartement Strategie verschaft mijn kabinet
alle inlichtingen over de European Air Group (EAG).
België levert voor de volgende twee jaar de
directeur van de EAG, generaal-majoor vlieger Van
Caelenberge.

De vijf Belgische militairen nemen niet deel aan de
oefening Spring Flags, waaraan ook Israël
deelneemt, maar enkel aan Volcanex. België kan er
niet veel aan doen dat beide oefeningen
tezelfdertijd en in dezelfde streek worden
gehouden.

(En français) La situation dans les territoires
occupés ne me laisse évidemment pas insensible.

Je n'ai pas jugé opportun de nous retirer de
l'exercice Volcanex.

Par ailleurs, le chef de la Défense belge s'est rendu
en Israël lors du passage de la frégate Westdiep,
dans le cadre d'un exercice de «

Defense

diplomacy » de l'Europe et de l'OTAN dans divers
pays du pourtour méditerranéen. La dernière
réunion des ministres de l'OTAN en Sicile a
d'ailleurs aussi été élargie à des ministres du
pourtour méditerranéen, dont celui d'Israël.

(Frans) De toestand in de bezette gebieden laat me
uiteraard niet onberoerd.

Ik achtte het niet opportuun ons uit de oefening
Volcanex terug te trekken.

De Belgische chef defensie heeft overigens Israël
bezocht, toen het fregat Westdiep daar aanmeerde.
Het nam deel aan de oefening Defense Diplomacy
die door Europa en de NAVO in diverse landen in
het Middellandse-Zeebekken was opgezet. Aan de
jongste vergadering van NAVO-ministers op Sicilië
namen trouwens ook ministers van de landen rond
de Middellandse Zee, waaronder Israël, deel.

La frégate Westdiep s'est donc rendue au Maroc,
en Tunisie, en Algérie, en Égypte, en Jordanie et
en Israël. Le vice-chef de la Défense, le chef de la
Défense ou moi-même nous sommes rendus sur
place. Je me suis aussi rendu au Liban. Nous
avons supprimé l'étape libyenne en raison de
l'affaire des infirmières bulgares.

Il n'y a eu aucun exercice commun avec l'armée
israélienne, mais des exercices ont eu lieu avec les
marines égyptienne et jordanienne. Il n'y a pas eu
d'autres contacts que ceux-là.

En Italie, un concours de circonstances a fait que
deux activités ont eu lieu en même temps dans des
endroits proches mais sans lien entre-elles.

Het fregat Westdiep is dus naar Marokko, Tunesië,
Algerije, Egypte, Jordanië en Israël gevaren. De
vice-chef Defensie, de chef Defensie of ikzelf zijn
ter plaatse geweest. Ik ben ook naar Libanon
gereisd. Wij zijn niet in Libië geweest wegens de
zaak rond Bulgaarse verpleegkundigen.

Er heeft geen gemeenschappelijke oefening met
het Israëlisch leger plaatsgevonden, maar wel met
de Egyptische en Jordaanse marines. Er waren
geen andere contacten.

In Italië zorgde een samenloop van
omstandigheden ervoor dat twee activiteiten
tegelijkertijd plaatsvonden op naburige plaatsen;
tussen beide was er evenwel geen verband.

03.04 Walter Muls (sp.a-spirit) : Il est quelque peu

malheureux que les deux exercices aient lieu
simultanément et dans la même région car on
pourrait en déduire l'existence d'une collaboration.
Je suis persuadé qu'à l'avenir, le ministre veillera à
ce que les deux exercices soient organisés

03.04 Walter Muls (sp.a-spirit): Dat beide

oefeningen tezelfdertijd en in dezelfde streek
plaatsvinden, is een beetje ongelukkig omdat
daardoor de schijn van samenwerking kan
ontstaan. Ik ben ervan overtuigd dat de minister er
in de toekomst op zal wijzen dat beide oefeningen

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

17/05/2006

CRABV 51

COM 967

séparément.

beter apart worden georganiseerd.

03.05 Zoé Genot (ECOLO) : Pourtant le site

internet de l'armée italienne explique la
coordination des deux exercices et, sur le petit
aéroport concerné, il est techniquement impossible
de mener deux exercices militaires sans
coordination.

03.05 Zoé Genot (ECOLO): Op de Italiaanse

website is er nochtans sprake van coördinatie van
de twee oefeningen en op het kleine vliegveld is het
technisch gezien onmogelijk om zonder enige
coördinatie twee militaire oefeningen te laten
verlopen.

03.06 André Flahaut, ministre (en français) : Je

voyage beaucoup sur les théâtres d'opérations, pas
sur internet. Dans ce cas, je ne me suis pas rendu
sur les lieux. On ne peut pas être partout et au
Parlement ! J'évoquerai la question avec mon
nouveau collègue italien le 30 mai.

03.06 Minister André Flahaut (Frans): Ik reis

vaak naar de plaatsen waar militaire operaties
worden uitgevoerd maar surf weinig op het net. In
dit geval ben ik niet ter plaatse geweest. Ik kan niet
overal en dan ook nog in het parlement aanwezig
zijn! Ik zal deze kwestie op 30 mei bij mijn nieuwe
Italiaanse collega aankaarten.

03.07 Zoé Genot (ECOLO) : J'invite le ministre à

la vigilance, afin d'éviter ce type de coopération.

03.07 Zoé Genot (ECOLO): Ik vraag de minister

om waakzaam te blijven en erop toe te zien dat dit
soort samenwerking niet wordt aangegaan.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

04 Question de M. Luc Sevenhans au ministre de

la Défense sur "la suppression du Service social
civil" (n° 11632)

04 Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de

minister van Landsverdediging over "het
opdoeken van de Burgerlijke Sociale Dienst"
(nr. 11632)

04.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang) : J'ai déjà

interrogé le ministre précédemment à propos de la
fusion des services sociaux pour le personnel civil
du département de la Défense. L'un de ces
services, le Service social civil, créé en 1964 sous
la forme d'une ASBL, a été dirigé depuis lors par la
CGSP et le CCSP. Il perçoit de surcroît des
subsides de fonctionnement octroyés par le
département, à raison d'environ 400 000 euros par
an, nous dit-on.

Le service devait d'abord être dissout avant la
fusion, mais cette dissolution n'aurait pas été
opérée de manière tout à fait correcte. Le dernier
conseil d'administration de l'ASBL a décidé de
partager le surplus de trésorerie entre les sept
membres du personnel. L'accord sectoriel précise
que la fusion des services sociaux ne peut causer
aucun désavantage au personnel. Les membres du
conseil d'administration semblent y avoir donné une
interprétation propre.

Le département du ministre était-il représenté au
sein de ce conseil d'administration

? Le cas

échéant, ce représentant a-t-il approuvé la
décision ? La décision était-elle conforme aux
statuts ? Comment l'affectation du subside a-t-elle
été contrôlée ? De quel montant s'agit-il ?

04.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Ik heb de

minister eerder al ondervraagd over de
samensmelting van de sociale diensten die zich tot
het burgerpersoneel van Defensie richten. Een van
die diensten, de Burgerlijke Sociale Dienst, werd in
1964 als vzw opgericht en wordt sindsdien
bestuurd door ACOD en CCOD. Hij ontvangt
bovendien werkingssubsidies van het departement,
naar verluidt zo'n 400 000 euro per jaar.

Voor de samensmelting moet de dienst eerst
ontbonden worden, maar die ontbinding zou niet
helemaal correct verlopen zijn. De laatste raad van
bestuur van de vzw besloot het kasoverschot
gewoon onder de zeven personeelsleden te
verdelen. Het sectoraal akkoord bepaalt dat de
samensmelting van de sociale diensten geen
nadeel mag berokkenen aan het personeel. De
leden van de raad van bestuur hebben daar
blijkbaar een eigen invulling aan gegeven.

Was het departement van de minister
vertegenwoordigd in die raad van bestuur? Heeft
die vertegenwoordiger desgevallend de beslissing
mee goedgekeurd? Was de beslissing conform de
statuten? Hoe werd de aanwending van de subsidie
gecontroleerd? Over welk bedrag gaat het?

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 967

17/05/2006

Le département de la Défense compte-t-il encore
des ASBL subsidiées similaires ?

La fusion des services sociaux a déjà pris un retard
de cinq mois. Quelle en est l'explication ?

Zijn er in het departement Defensie nog
gelijkaardige gesubsidieerde vzw's?

De samensmelting van de sociale diensten heeft al
vijf maanden vertraging opgelopen. Wat is de
verklaring daarvoor?

04.02 André Flahaut, ministre (en néerlandais) :

L'article 9 de l'arrêté royal instituant ce service
social prévoit que ses activités sont contrôlées par
un représentant du ministre. La comptabilité des
services sociaux est en outre contrôlée par le
commissaire désigné à cet effet par l'assemblée
générale de l'ASBL, par les services de la
commission centrale de gestion DGBF et par la
Cour des comptes.

Le conseil d'administration dispose de vastes
attributions : il est compétent pour toute matière qui
n'est pas attribuée à l'assemblée générale par la loi
ou le statut.

L'ASBL Service social civil perçoit une subvention
annuelle de 378 000 euros. Le montant brut total
versé par l'ASBL à l'ensemble des membres de son
personnel s'élève à quelque 100 000 euros nets,
soit près de 57 000 euros après déduction du
précompte professionnel. Le montant alloué à
chaque membre du personnel est calculé sur la
base de l'ancienneté et le nombre d'années restant
à accomplir jusqu'à l'âge de 60 ans.

Le conseil d'administration n'a pas réparti le surplus
de trésorerie. Le solde, soit 90 000 euros, sera
transféré lors de la fusion à l'Office central d'action
sociale et culturelle.

04.02 Minister André Flahaut (Nederlands):

Volgens artikel 9 van het KB tot oprichting van deze
sociale dienst worden de activiteiten ervan door
een vertegenwoordiger van de minister
gecontroleerd. De boekhouding van de sociale
diensten wordt bovendien gecontroleerd door de
commissaris die door de algemene vergadering van
de vzw daartoe is aangeduid, door de diensten van
de centrale beheerscommissie DGBF en door het
Rekenhof.

De raad van bestuur beschikt over ruime
bevoegdheden. Hij is bevoegd voor alles wat niet
door de wet of het statuut aan de algemene
vergadering is voorbehouden.

De vzw Burgerlijke Sociale Dienst krijgt een
jaarlijkse subsidie van 378 000 euro. Het totale
bruto bedrag dat de vzw aan alle leden van haar
personeel heeft uitbetaald, bedraagt ruim 100 000
euro netto. Na aftrek van de bedrijfsvoorheffing is
dat bijna 57 000 euro. Het aan ieder personeelslid
toegekende bedrag is berekend op basis van
anciënniteit en het aantal nog te presteren jaren tot
de leeftijd van 60 jaar.

De raad van bestuur heeft het kasoverschot niet
verdeeld. Het saldo daarvan, 90 000 euro, zal bij de
fusie overgemaakt worden aan de Centrale Dienst
voor Sociale en Culturele Actie.

(En français) Les autres ASBL subsidiées par le
département sont énumérées dans la loi annuelle
contenant le budget général des dépenses. La
fusion et la réorganisation des services sociaux
devront être réalisées avant le 30 juin 2006. Le
texte du projet d'arrêté royal est au Conseil d'État
pour avis.

À mon arrivée, un recensement de toutes les ASBL
bénéficiant d'un soutien de la Défense a été réalisé.
Il n'y a pas eu de grave problème constaté.

En ce qui concerne l'ASBL Service social pour le
personnel civil, il ne m'appartient pas d'interférer
dans des décisions prises par le conseil
d'administration.
Le conseil d'administration de l'Office central
d'action sociale et culturelle comprend des
représentants tant de l'employeur que des
travailleurs. En cas de dissolution, mais ce n'est

(Frans) De overige door het departement
gesubsidieerde vzw's worden opgesomd in de
jaarlijkse wet van de algemene uitgavenbegroting.
De samensmelting en de reorganisatie van de
sociale diensten moeten voor 30 juni 2006 rond
zijn. De tekst van het ontwerp van koninklijk besluit
is voor advies naar de Raad van State verzonden.

Toen ik minister werd, heb ik gevraagd om alle
vzw's die door Landsverdediging betoelaagd
werden, door te lichten. Daarbij werden geen grote
anomalieën vastgesteld.
Wat de vzw Sociale dienst voor het
burgerpersoneel betreft, mag ik me niet mengen in
de beslissingen van haar raad van bestuur.

De raad van bestuur van de centrale dienst voor
Sociale en Culturele Actie is samengesteld uit
vertegenwoordigers van de werkgever en de
werknemers. Bij de ontbinding ervan - wat echter

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

17/05/2006

CRABV 51

COM 967

pas à l'ordre du jour, il ne serait pas possible de
prendre une décision comparable à celle prise au
sein de l'ASBL civile.

niet aan de orde is -, zou er geen beslissing
genomen kunnen worden die vergelijkbaar is met
die van de vzw burgerlijke sociale dienst.

04.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang) : Dans

une première réaction, le ministre a déclaré que
son prédécesseur, M. Poncelet, était responsable
de cette situation et qu'il n'avait rien à ajouter à ce
sujet. Sa version se fait à présent plus nuancée.

Le ministre sait que je suis partisan d'un
regroupement de tous les services sociaux dans
l'optique d'une bonne gestion des moyens mis en
oeuvre. J'espère que l'opération sera clôturée avant
la fin de l'année parlementaire et que le ministre
continuera à en faire une priorité.

04.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): In een

eerste reactie zei de minister dat het allemaal de
schuld van voormalig minister Poncelet was en dat
hij daar niets meer over te zeggen had. Nu brengt
hij een genuanceerder verhaal.

De minister weet dat ik er voorstander van ben om
alle sociale diensten samen te brengen, met het
oog op een goed beheer van de middelen. Ik hoop
dat de operatie voor het einde van het
parlementaire jaar afgerond zal zijn en dat de
minister hieraan prioriteit blijft geven.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

05 Question de M. Luc Sevenhans au ministre de

la Défense sur "l'effectif des états-majors au sein
du département de la Défense" (n° 11633)

05 Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de

minister van Landsverdediging over "de omvang
van de staven binnen het departement van
Defensie" (nr. 11633)

05.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang) : La

réduction draconienne des effectifs des états-
majors au profit des unités opérationnelles avait été
invoquée parmi d'autres raisons pour justifier la
réorganisation du département de la Défense en
2002. Des membres du personnel de ces unités
m'ayant fait savoir que la réalité ne correspondait
pas aux objectifs prévus sur le papier, j'ai posé au
ministre trois questions écrites concernant les
effectifs précis de l'état-major de la Défense et des
états-majors des quatre composantes.

Il apparaît que les structures organiques des états-
majors prévoyaient davantage de personnel pour le
deuxième semestre de l'an passé que les tableaux
antérieurs à la réorganisation. Fin 2005, ces
tableaux comportaient 3

910 fonctions, contre

3 686 fin 2001. Les données détaillées révèlent en
outre que 39 % de ces fonctions sont à mettre sur
le compte de la direction générale Material
Resources.

Pourquoi la réduction des effectifs des états-
majors, l'un des objectifs de la réorganisation, n'a-t-
elle pas été réalisée? La situation actuelle
s'explique-t-elle par des raisons objectives ? Le
ministre est-il d'avis qu'une rectification s'impose ?

Pourquoi la direction générale Material Resources
compte-t-elle encore un nombre aussi élevé de
membres du personnel ? Ne renonce-t-on pas de
plus en plus souvent à acheter ou à tester le

05.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Een van

de redenen die naar voren werden geschoven om
de reorganisatie van het departement van
Landsverdediging in 2002 te rechtvaardigen, was
een drastische inkrimping van de staven ten
voordele van de operationele eenheden. Omdat
personeelsleden van deze eenheden me erop
wijzen dat de realiteit niet overeenstemt met wat er
op papier staat, heb ik de minister drie schriftelijke
vragen gesteld om een precies beeld te krijgen van
de omvang van de staf Landsverdediging en de
staven van de vier componenten.

Wat blijkt? In de tweede helft van vorig jaar
voorzagen de organieke structuren van de staven
in meer personeel dan de tabellen van voor de
reorganisatie. Eind 2005 telden deze tabellen 3 910
functies, eind 2001 waren dit er nog 3 686. Uit de
detailcijfers blijkt bovendien dat de algemene
directie Material Resources 39 procent van deze
functies voor haar rekening neemt.

Waarom werd een van de doelstellingen van de
reorganisatie, namelijk een inkrimping van het
personeel van de staven, niet bereikt? Bestaat er
een objectieve verklaring voor de huidige situatie?
Denkt de minister dat een bijsturing nodig is?

Waarom telt de algemene directie Material
Resources nog zoveel personeel? Stapt men niet
steeds vaker af van het zelf kopen of uittesten van
materiaal?

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 967

17/05/2006

matériel en interne ?

05.02 André Flahaut, ministre (en néerlandais) :

Le nouvel état-major unique ne peut être comparé
sans plus aux états-majors précédents, étant donné
qu'il s'agit d'une réorganisation fondamentale.
L'addition qui est faite n'est pas correcte. Les états-
majors des composantes font en effet partie de la
force d'intervention et non pas de l'état-major
unique.

05.02 Minister André Flahaut (Nederlands) : De

nieuwe eenheidsstaf kan niet zomaar worden
vergeleken met de vroegere staven, aangezien het
om een fundamentele reorganisatie gaat. De
gemaakte optelsom is verkeerd. De staven van de
componenten behoren immers tot de
interventiemacht en niet tot de eenheidsstaf.

(En français) Ce sujet a été traité dans les
réponses aux questions n° 242 du 14 juin 2005, n°
262 du 3 août 2005 et n° 306 du 25 novembre
2005. Les chiffres qui sont joints sont évidemment
rapidement dépassés car ils fluctuent
constamment. Les changements de grades ne sont
plus aussi linéaires. Le tableau organique a été
modifié et renforcé dans le domaine de la
formation.

En ce qui concerne la direction générale des
ressources matérielles, il y a effectivement deux
grosses directions générales mais ces ressources
matérielles sont en charge également des
infrastructures, des marchés pour les véhicules, du
nouveau quartier général de l'OTAN, des
fermetures ou des travaux, des marchés pour le
chauffage, des marchés pluriannuels, du parc
automobile, etc.

(Frans) Dit thema kwam reeds aan bod in de
antwoorden op de vragen nr. 242 van 14 juni 2005,
nr. 262 van 3 augustus 2005 en nr. 306 van 25
november 2005. De bij de antwoorden gevoegde
cijfers zijn uiteraard snel achterhaald, omdat ze
voortdurend evolueren. De veranderingen van
graad gebeuren niet meer zo lineair als vroeger.
Omdat vandaag meer belang wordt gehecht aan de
opleiding werd de organisatietabel in die zin
gewijzigd.

Wat de algemene directie Material Resources
betreft, zijn er inderdaad twee grote algemene
directies, maar Material Resources houdt zich
eveneens bezig met de infrastructuurwerken, de
overheidsopdrachten voor voertuigen, het nieuwe
hoofdkwartier van de NAVO, sluitingen of werken,
overheidsopdrachten in verband met de
verwarming, meerjarige overheidsopdrachten, het
wagenpark, enz.

On ne peut comparer la situation antérieure à ce
qui se passe aujourd'hui. Autrefois, on ne savait
pas qui était affecté où pour faire quoi. Aujourd'hui,
avec la structure unique, on connaît le nombre de
personnes qui travaillent à un endroit et on sait ce
qu'elles font. Il est vrai que, dans certaines
directions, il y a beaucoup de monde : on adapte au
fur et à mesure. Les qualifications des personnes
vont donc changer. Il est possible que des
personnes soient mutées ailleurs en fonction des
besoins. Une telle pratique s'inscrit dans la
polyvalence de la formation. L'un des intérêts du
métier de militaire est de pouvoir occuper
différentes fonctions et, donc, de pouvoir acquérir
de multiples expériences.

De toestand vandaag is helemaal anders dan
vroeger. Vroeger wist men niet wie waar wat deed.
Vandaag is, dankzij de eenheidsstructuur, geweten
hoeveel personen op een bepaalde plaats werken
en wat ze er doen. Het klopt dat bij sommige
directies nog veel mensen werken: de
aanpassingen gebeuren geleidelijk. Sommige
personeelsleden zullen dus andere opdrachten
krijgen. Personeelsleden kunnen ook worden
overgeplaatst, naargelang van de
personeelsbehoeften. Een en ander kadert in de
polyvalente opleiding die ze krijgen. Een van de
troeven van het beroep van militair is dat men
verschillende functies kan uitoefenen en zo
uiteenlopende ervaringen kan opdoen.

05.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang) : Je sais

que j'ai bien préparé ma copie. Il est toutefois
évident qu'il ne s'agit que d'un instantané.

05.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Ik weet

dat ik mijn huiswerk goed heb gedaan. Uiteraard
gaat het maar om een momentopname.

Je suis les plans directeurs de près. Mes
observations correspondent d'ailleurs à celles de la
Cour des comptes : le rapport entre les crédits
n'évolue pas conformément aux objectifs du plan

Ik volg de stuurplannen nauwgezet op. Mijn
commentaar komt trouwens overeen met die van
het Rekenhof: de verhouding tussen de kredieten
evolueert niet in de richting van de doelstellingen

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

17/05/2006

CRABV 51

COM 967

stratégique 2000-2015 et du plan directeur de la
Défense 2003.

van het strategisch plan 2000-2015 en het
stuurplan Defensie 2003.

05.04 Ingrid Meeus (VLD) : L'importance de la

direction générale `Ressources matérielles'
s'explique par le fait que pour chaque militaire
opérationnel, il y a cinq à six hommes non
opérationnels, qui sont notamment chargés de
l'approvisionnement, des uniformes et de l'entretien
du matériel.

05.04 Ingrid Meeus (VLD): De algemene directie

Material Resources is zo groot omdat er achter elke
operationele militair vijf tot zes niet-operationele
mensen staan, die onder meer instaan voor de
bevoorrading, de kledij en het onderhoud van het
materiaal.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

06 Question de M. Luc Sevenhans au ministre de

la Défense sur "l'instauration du service d'utilité
collective (SUC)" (n° 11634)

06 Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de

minister van Landsverdediging over "de
instelling van de dienst van collectief nut (DCN)"
(nr. 11634)

06.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang) : Jusqu'il

y a peu, la loi du 11 avril 2003 instituant un service
volontaire d'utilité collective (SUC) n'était pas
appliquée. Après le meurtre pour vol de Joe Van
Holsbeeck, elle revient toutefois subitement à
l'avant de la scène. Nombreux sont ceux qui
s'interrogent sur l'efficacité de ce projet et sur le
rôle que doit ou ne doit pas jouer l'armée pour
ramener des individus sur le droit chemin.

Le 3 mai 2006, le ministre a déclaré que les
syndicats avaient rendu un avis favorable sur le
SUC dans le cadre du deuxième accord sectoriel
du 12 juillet 2004. Cet avis ne stipule toutefois que
des négociations sur le statut du personnel doivent
être menées, que les volontaires ne font pas partie
de l'enveloppe en personnel et que le budget du
département ne peut en subir aucune incidence.

La majorité a-t-elle obtenu un accord pour
l'exécution loyale du projet SUC ? Le SUC sera-t-il
instauré conformément au deuxième accord
sectoriel ?

06.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Tot voor

kort werd de wet van 11 april 2003 tot instelling van
een vrijwillige dienst van collectief nut (DCN) niet
uitgevoerd. Na de roofmoord op Joe Van
Holsbeeck werd er echter plots werk van gemaakt.
Velen vragen zich af of dit project wel efficiënt is en
of het leger moet worden ingeschakeld om mensen
terug op het rechte pad te krijgen.

De minister zei op 3 mei 2006 dat de vakbonden in
het tweede sectoraal akkoord van 12 juli 2004 een
gunstig advies uitbrachten over de DCN. Daarin
staat echter enkel dat er moet worden
onderhandeld over het statuut van het personeel,
dat de vrijwilligers geen deel uitmaken van de
personeelsenveloppe en dat er geen weerslag mag
zijn op de begroting van het departement.

Bereikte de meerderheid een akkoord om het DCN-
project loyaal uit te voeren? Zal de DCN conform
het tweede sectoraal akkoord worden opgericht?

06.02 André Flahaut, ministre (en français) : Ma

volonté est d'instaurer un service civil volontaire
d'utilité collective à partir du 1

décembre 2006 à la

Défense.

J'ai présenté, le 5 mai, au Conseil des ministres un
projet d'arrêté royal mettant en oeuvre la loi du 11
avril 2003.

Il fallait corriger une condition restrictive émise par
le Parlement, à savoir que ce service devait être
réservé aux réservistes, avec la conséquence que
les jeunes n'y avaient pas accès, ce qui était
contraire à l'objectif poursuivi.

06.02 Minister André Flahaut (Frans): Het is mijn

bedoeling om vanaf 1 december 2006 een
vrijwillige burgerdienst van collectief nut bij het
departement Landsverdediging in te richten.

Op 5 mei heb ik een ontwerp van koninklijk besluit
ter uitvoering van de wet van 11 april 2003 aan de
ministerraad voorgelegd.

Het was immers nodig om een beperkende
voorwaarde bij te sturen die door het parlement
was opgelegd en die ertoe strekte de dienst aan
reservisten voor te behouden. Dat had tot gevolg
dat jongeren ervan uitgesloten werden, wat tegen
het beoogde doel indruiste.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 967

17/05/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Sous le précédent gouvernement, les porteurs de la
proposition auraient voulu étendre ce service à tous
les départements des entités fédérales et fédérées.
On a vu les problèmes que cela a soulevés. Pour
ma part, j'estime qu'il faut partir de la Défense
avant d'élargir le concept.

Le Conseil des ministres restreint a marqué son
accord sur les grandes lignes et des discussions se
sont poursuivies cette semaine en groupe de travail
au sujet des modalités d'exécution. L'arrêté royal
sera représenté le 19 mai.

Onder de vorige regering wilden de indieners van
het voorstel die dienst tot alle departementen van
het federale niveau en de deelgebieden uitbreiden.
We weten maar al te goed welke problemen dat
heeft meegebracht. Ik van mijn kant vind dat men
eerst met Landsverdediging moet beginnen
alvorens het concept uit te breiden.

Het kernkabinet is het over de krachtlijnen eens
geworden en deze week heeft een werkgroep zich
over de concrete uitwerking gebogen. Het koninklijk
besluit wordt opnieuw voorgelegd op 19 mei.

Le premier ministre prendra des contacts avec les
Régions et Communautés et il y aura également
une procédure administrative et budgétaire.

Mais la volonté et, plus encore, la nécessité sont
présentes. C'est en fait une question d'opportunité :
si j'étais venu avec ce projet il y a quelques
semaines, on m'aurait regardé avec des yeux ronds
mais, aujourd'hui, l'opinion publique perçoit l'intérêt
d'un tel service.

Les possibilités ne manquent pas

: vigilance

démocratique et devoir de mémoire, solidarité en
hiver ou soutien à des manifestations sportives et
culturelles. De nombreuses tâches auront lieu en
interne au département.

Ce service est conçu sur base volontaire. Il est
prévu pour une période de six mois renouvelable.
La personne doit rester disponible sur le marché de
l'emploi.

De eerste minister zal de Gemeenschappen en de
Gewesten contacteren en er zal een
administratieve en budgettaire procedure worden
doorlopen.

Maar de wil en, belangrijker nog, de noodzaak zijn
er. Eigenlijk is het een kwestie van opportuniteit: als
ik dit initiatief een paar weken geleden had
aangekondigd, had men wellicht grote ogen
opgezet. Vandaag echter ziet de publieke opinie
het belang van een dergelijke dienst in.

Een waaier van mogelijkheden dient zich aan:
democratische waakzaamheid en
herinneringsplicht, solidariteit in de winter of
ondersteuning van culturele en sportevenementen.
Ook in het departement zelf wachten heel wat
taken.

Deze dienst werkt met vrijwilligers. De duur ervan is
zes maanden en verlenging is mogelijk. De
betrokkene moet beschikbaar blijven voor de
arbeidsmarkt.

La mise en oeuvre de ce projet n'aura pas un coût
élevé pour la Défense puisque la « solde » des
volontaires, hors avantages en nature,
correspondra à ce que reçoivent les bénévoles.
Il importe encore de préciser que le service d'utilité
collective ne concerne pas les jeunes délinquants
ni l'exécution de peines alternatives, ce qui se fait
déjà par ailleurs.

Nous avons déjà reçu des demandes.
Actuellement, nous affinons les modalités de la
mise en oeuvre du projet. Il est vrai que le contexte
militaire n'apporte pas de solution en soi, mais je
suis un pragmatique et j'avance avec une réponse
parmi d'autres.

Dit project zal Landsverdediging niet veel kosten
aangezien de «

soldij

» van de deelnemers,

exclusief de voordelen in natura, met de
bezoldiging van vrijwilligers zal overeenstemmen.
Ik wil nog verduidelijken dat de dienst van collectief
nut niet bestemd is voor jonge delinquenten of voor
alternatieve straffen. Daarvoor bestaan reeds
andere systemen.

We hebben al aanvragen gekregen. Momenteel zijn
we de concrete uitvoering van het project aan het
finetunen. Al biedt de militaire context op zich geen
oplossing, toch pleit ik voor een pragmatische
aanpak en wil ik deze oplossing als onderdeel van
een breder pakket aandragen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

La réunion publique de commission est levée à De openbare commissievergadering wordt gesloten

Document Outline