CRABV 51 COM 922
CRABV 51 COM 922
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
mercredi woensdag
19-04-2006 19-04-2006
Après-midi Namiddag

CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Zoé Genot au ministre de
l'Emploi sur "les permis de travail
B et C"
(n° 10985)
1
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister
van Werk over "de arbeidskaarten
B en C"
(nr. 10985)
1
Orateurs: Zoé Genot, Peter Vanvelthoven,
ministre de l'Emploi
Sprekers: Zoé Genot, Peter Vanvelthoven,
minister van Werk
Question de Mme Yolande Avontroodt au ministre
de l'Emploi sur "la reconnaissance des services
externes pour la prévention et la protection au
travail" (n° 11118)
1
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
minister van Werk over "de erkenning van de
externe diensten voor preventie en bescherming
op het werk" (nr. 11118)
1
Orateurs:
Yolande Avontroodt, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Yolande Avontroodt, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Question de Mme Nahima Lanjri au ministre de
l'Emploi sur "le remplacement des agents ALE"
(n° 10902)
3
Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de minister
van Werk over "de vervanging van PWA-
beambten" (nr. 10902)
3
Orateurs:
Nahima Lanjri, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Nahima Lanjri, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Question de Mme Karine Lalieux au ministre de
l'Emploi sur "le respect de la législation sur le
bien-être au travail par les sociétés de transport
en commun" (n° 11166)
4
Vraag van mevrouw Karine Lalieux aan de
minister van Werk over "de naleving van de
wetgeving over het welzijn op het werk door de
openbare vervoersmaatschappijen" (nr. 11166)
4
Orateurs:
Karine Lalieux, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Karine Lalieux, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Question de M. Guy D'haeseleer au ministre de
l'Emploi sur "la fonction des syndicats en tant
qu'organisme de paiement des allocations de
chômage" (n° 11205)
6
Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de
minister van Werk over "de functie van de
vakbonden als uitbetalingsinstelling van
werkloosheidsuitkeringen" (nr. 11205)
6
Orateurs:
Guy D'haeseleer, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Guy D'haeseleer, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Question de Mme Annemie Turtelboom au
ministre de l'Emploi sur "les plaintes relatives à la
pénurie d'inspecteurs sociaux" (n° 11130)
7
Vraag van mevrouw Annemie Turtelboom aan de
minister van Werk over "de klachten over het
tekort aan sociale inspecteurs" (nr. 11130)
7
Orateurs:
Annemie Turtelboom, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers: Annemie Turtelboom, Peter
Vanvelthoven
, minister van Werk
Question de M. Guy D'haeseleer au ministre de
l'Emploi sur "une fraude à grande échelle en
matière de certificats de travail au Limbourg"
(n° 11230)
9
Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de
minister van Werk over "een grootschalige fraude
met arbeidsbewijzen in Limburg" (nr. 11230)
9
Orateurs:
Guy D'haeseleer, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Guy D'haeseleer, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Questions jointes de
10
Samengevoegde vragen van
10
- Mme Sabien Lahaye-Battheu au ministre de
l'Emploi sur "la clé de répartition applicable au
coût salarial des agents d'une ALE agréée en tant
qu'entreprise de services" (n° 11133)
10
- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de
minister van Werk over "de verdeelsleutel van de
loonkost voor PWA-beambten waar een
dienstenonderneming actief is" (nr. 11133)
10
- Mme Greta D'hondt au ministre de l'Emploi sur
"l'entreprise de services créée par une ALE et le
calcul du coût salarial d'un agent d'ALE"
(n° 11273)
10
- mevrouw Greta D'hondt aan de minister van
Werk over "de dienstenonderneming opgericht
door een PWA en de verrekening van de loonkost
van een PWA-beambte" (nr. 11273)
10
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
ii
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Greta
D'hondt, Peter Vanvelthoven
, ministre de
l'Emploi
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Greta
D'hondt, Peter Vanvelthoven
, minister van
Werk
Question de M. Guy D'haeseleer au ministre de
l'Emploi sur "les certificats de résidence pour les
chômeurs" (n° 11231)
12
Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de
minister van Werk over "de verblijfsbewijzen voor
werklozen" (nr. 11231)
12
Orateurs:
Guy D'haeseleer, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Guy D'haeseleer, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Question de Mme Greta D'hondt au ministre de
l'Emploi sur "les allocations de transition"
(n° 11255)
13
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister
van Werk over "de overbruggingsuitkeringen"
(nr. 11255)
13
Orateurs:
Greta D'hondt, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Greta D'hondt, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Question de Mme Greta D'hondt au ministre de
l'Emploi sur "le chômage et les soins de proximité"
(n° 11256)
15
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister
van Werk over "werkloosheid en mantelzorg"
(nr. 11256)
15
Orateurs:
Greta D'hondt, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Greta D'hondt, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
1

COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
du
MERCREDI
19
AVRIL
2006
Après-midi
______
van
WOENSDAG
19
APRIL
2006
Namiddag
______



La séance est ouverte à 14 h 13 par M. Jean-Marc
Delizée, président.
De vergadering wordt geopend om 14.13 uur door
de heer Jean-Marc Delizée, voorzitter.
01 Question de Mme Zoé Genot au ministre de
l'Emploi sur "les permis de travail B et C"
(n° 10985)
01 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de
minister van Werk over "de arbeidskaarten B en
C" (nr. 10985)
01.01 Zoé Genot (ECOLO) : Pour quelles raisons
n'a-t-il pas été prévu d'octroyer le permis de travail
C au conjoint d'un titulaire de droit de séjour lié à
un permis de travail B ? Le ministre a-t-il l'intention
de remédier cet état de choses en complétant
l'article 17 de l'arrêté royal du 9 juin 1999 et, si oui,
dans quel délai ?
01.01 Zoé Genot (ECOLO): Waarom kan er geen
arbeidskaart C worden afgeleverd aan de
echtgenoot van een houder van een
verblijfsvergunning die aan een arbeidskaart B is
verbonden? Zal de minister die toestand verhelpen
door artikel 17 van het koninklijk besluit van 9 juni
1999 te vervolledigen, en zo ja, binnen welke
termijn?
01.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en français) :
Rien n'interdit au conjoint visé à l'article 9, 16° de
l'arrêté royal du 9 juin 1999, portant exécution de la
loi du 30 avril 1999 relative à l'occupation des
travailleurs étrangers, d'obtenir un permis de travail
« normal », dont la durée, au contraire de celle du
permis B, ne serait pas dépendante de la durée de
validité du permis du conjoint.

Accorder au conjoint un permis C, qui est valable
auprès de n'importe quel employeur, ouvrirait plus
de droit à l'emploi pour ce conjoint que pour la
personne, titulaire d'un permis B, qui a ouvert le
droit au regroupement familial.
01.02 Minister Peter Vanvelthoven (Frans): Niets
verhindert dat de echtgenoot bedoeld in artikel 9,
16°, van het koninklijk besluit van 9 juni 1999
houdende de uitvoering van de wet van 30 april
1999 betreffende de tewerkstelling van
buitenlandse werknemers geen "normale"
arbeidskaart zou krijgen, waarvan, in tegenstelling
met de arbeidskaart B, de duur niet afhangt van de
geldigheidsduur van de kaart van de echtgenoot.
Indien men aan de echtgenoot een kaart C zou
toekennen die geldig is bij alle werkgevers, zou
men die echtgenoot meer recht op werk toekennen
dan aan de persoon, houder van een kaart B, die
het recht op gezinshereniging kan doen gelden.
01.03 Zoé Genot (ECOLO) : Je comprends la
logique juridique, mais être en possession d'un
permis C permettrait à l'intéressé de signaler à des
employeurs qu'il peut travailler immédiatement,
alors que l'obtention d'un permis B peut prendre
plusieurs mois.
01.03 Zoé Genot (ECOLO): Ik begrijp de
juridische logica achter de wetgeving, maar indien
betrokkene over een arbeidsvergunning C zou
beschikken, zou hij de werkgevers kunnen laten
weten dat hij meteen aan de slag kan. De uitreiking
van een arbeidskaart B kan echter maanden
aanslepen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
2
02 Question de Mme Yolande Avontroodt au
ministre de l'Emploi sur "la reconnaissance des
services externes pour la prévention et la
protection au travail" (n° 11118)
02 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de minister van Werk over "de erkenning van de
externe diensten voor preventie en bescherming
op het werk" (nr. 11118)
02.01 Yolande Avontroodt (VLD) : A propos du
niveau de formation des conseillers en prévention,
l'article 22 de l'arrêté royal du 27 mars 1998 établit
une distinction logique selon les entreprises pour
lesquelles ils travaillent. L'arrêté n'établit toutefois
pas cette distinction pour les services externes de
prévention et de protection au travail. En
conséquence, les services externes doivent affecter
du personnel universitaire à des tâches qui peuvent
également être effectuées par des non-
universitaires. Ceux-ci ne sont toutefois pas pris en
considération pour le calcul de l'effectif minimal de
personnel légalement prescrit.

Par ailleurs, en ce qui concerne la formation à
suivre par les conseillers des services externes,
l'arrêté royal prévoit une mesure transitoire qui
pose des problèmes pratiques. Il résulte en effet
des dispositions de l'arrêté royal que les formateurs
devraient en fait suivre leur propre formation.
02.01 Yolande Avontroodt (VLD): Artikel 22 van
het koninklijk besluit van 27 maart 1998 maakt een
logisch onderscheid tussen het opleidingsniveau
van preventieadviseurs al naargelang de
ondernemingen waarvoor ze werken. Het besluit
maakt dit onderscheid echter niet voor de externe
diensten voor preventie en bescherming op het
werk. Dit leidt ertoe dat de externe diensten
universitair geschoold personeel moeten inzetten
voor taken die ook kunnen worden uitgevoerd door
niet-universitairen, maar die komen niet in
aanmerking voor het berekenen van de wettelijk
voorgeschreven minimale personeelsbezetting.

Daarnaast bevat het koninklijk besluit inzake de
vorming die de adviseurs van de externe diensten
moeten volgen, een overgangsmaatregel die voor
praktische problemen zorgt. De bepalingen van het
KB hebben immers als gevolg dat de lesgevers van
deze vorming eigenlijk hun eigen vorming zouden
moeten volgen.
Ce régime transitoire aurait également des effets
néfastes en ce qui concerne la responsabilité des
conseillers en prévention sur le plan des aspects
psychosociaux. Il me revient que le ministre aurait
l'intention d'adapter les règles, ce qui serait une
bonne chose.

Le ministre est-il disposé à adapter la
réglementation de manière à ce que des personnes
qualifiées non universitaires puissent entrer en
ligne de compte pour le calcul de l'effectif minimum
des services externes de prévention et de
protection au travail ? Est-il également disposé à
adapter la mesure transitoire ?
Deze overgangsregeling zou ook nadelige
gevolgen hebben voor de aansprakelijkheid van de
preventieadviseurs in psychosociale aspecten.
Naar verluidt zou de minister de regels aanpassen,
wat goed zou zijn.


Is de minister bereid om de reglementering aan te
passen zodat ook niet-universitair geschoolde
mensen in aanmerking komen voor het berekenen
van de minimumbezetting van de externe diensten
voor preventie en bescherming op het werk? Is hij
ook bereid om de overgangsmaatregel aan te
passen?
02.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : L'administration a élaboré un avant-
projet d'arrêté royal tendant à modifier l'arrêté royal
du 27 mars 1998 relatif aux services externes et à
permettre à des personnes possédant des
qualifications inférieures à celles d'un conseiller en
prévention de jouer un rôle consultatif et d'effectuer
des visites. La première visite devra cependant
toujours être effectuée par un conseiller en
prévention de niveau universitaire.

L'administration prévoit également de nouvelles
mesures transitoires dans le cadre de l'arrêté royal
du 5 décembre 2003 relatif aux spécialisations des
02.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
De administratie heeft een voorontwerp van
koninklijk besluit opgesteld om het KB van 27 maart
1998 betreffende de externe diensten te wijzigen en
het mogelijk te maken dat personen met een lagere
kwalificatie dan preventieadviseur ook adviezen
kunnen verstrekken en bezoeken afleggen. Het
eerste bezoek zal wel altijd door een universitair
geschoolde preventieadviseur moeten gebeuren.


De administratie stelt ook nieuwe
overgangsmaatregelen op voor het KB van 5
december 2003 over de deskundigheden van de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
3
conseillers en prévention des services externes.
Des discussions sont en cours avec les fédérations
professionnelles. Le projet de modification de
l'arrêté royal du 27 mars 1998 permettra de plus
aux personnes qui ne peuvent porter le titre de
conseiller en prévention mais qui disposent de
qualifications en matière d'ergonomie et d'hygiène
du travail d'être employées au sein des services
externes.
preventieadviseurs van de externe diensten. Er zijn
gesprekken bezig met de beroepsverenigingen. Het
ontwerp tot wijziging van het KB van 27 maart 1998
zal het bovendien mogelijk maken dat personen die
niet in aanmerking komen voor het dragen van de
titel van preventieadviseur, maar toch een
kwalificatie bezitten op het vlak van ergonomie en
bedrijfshygiëne, aan de slag kunnen bij de externe
diensten.
02.03 Yolande Avontroodt (VLD) : Le ministre
affirme que la première visite devra toujours être
effectuée par un conseiller de niveau universitaire.
Le nombre minimum de spécialistes universitaires
devant être employés sera-t-il modifié ?
02.03 Yolande Avontroodt (VLD): De minister
zegt dat het eerste bezoek nog altijd door een
universitair geschoolde persoon moet gebeuren.
Zal het minimumaantal universitaire geschoolden
dat men in dienst moet hebben, dan wel wijzigen?
02.04 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Je le suppose, mais je ne suis pas en
mesure de vous donner des chiffres précis.
02.04 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Ik vermoed van wel, maar kan geen precieze
cijfers geven.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de Mme Nahima Lanjri au ministre
de l'Emploi sur "le remplacement des agents
ALE" (n° 10902)
03 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de
minister van Werk over "de vervanging van PWA-
beambten" (nr. 10902)
03.01 Nahima Lanjri (CD&V)
: Malgré les
demandes répétées de l'ONEM, il n'est pas pourvu
au remplacement de deux agents ALE de Gand et
de trois d'Anvers qui ont cessé d'exercer leurs
fonctions. Étant donné le taux de chômage élevé
dans les deux villes, il est pourtant important que
les agents ALE puissent poursuivre leur travail.

Quelles initiatives le ministre a-t-il prises pour qu'il
puisse être procédé aux remplacements?
03.01 Nahima Lanjri (CD&V): Ondanks herhaald
aandringen van de RVA worden in Gent twee en in
Antwerpen drie uit dienst getreden PWA-beambten
maar niet vervangen. Gezien de hoge
werkloosheidsgraad in beide steden, is het
nochtans belangrijk dat PWA-beamten hun werk
kunnen voortzetten.

Wat doet de minister opdat de vervangingen toch
nog kunnen gebeuren?
03.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : À ma connaissance, toutes les
demandes que nous avons reçues des ALE ont été
satisfaites dans l'intervalle.

À la suite de l'instauration des titres-services, le
recours aux chèques ALE est moins fréquent. Étant
donné que le volume de travail a diminué, les
agents qui quittent l'ALE ne sont pas tous
remplacés. Pour garantir le fonctionnement des
ALE, celles-ci doivent disposer d'un personnel
suffisant. Les membres du personnel sont donc
remplacés si leur absence met en péril le
fonctionnement de l'ALE. En cas de difficulté, il est
toujours possible d'avoir recours au pool des
membres du personnel de l'ONEM qui ne sont pas
affectés à un bureau en particulier.

Chaque ALE décide sur une base autonome du
nombre de bureaux et du taux d'occupation des
03.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Voor zover ik weet, zijn alle vragen die wij hebben
gekregen van de PWA's ondertussen beantwoord.


Door de invoering van de dienstencheques wordt er
minder vaak een beroep gedaan op PWA-cheques.
Omdat er minder werk is, wordt niet elke
vertrekkende beambte vervangen. Om de werking
van de PWA's te verzekeren, moeten zij wel over
voldoende personeel blijven beschikken.
Personeelsleden worden dus wel vervangen als
anders de werking in gevaar komt. Bij problemen
kan bovendien steeds een beroep worden gedaan
op de pool van RVA-personeelsleden die niet
toegewezen zijn aan een bepaald kantoor.


Elk PWA beslist autonoom over het aantal kantoren
en de bezettingsgraad van de lokale contactpunten.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
4
points de contact locaux. Les ALE sont elles-
mêmes responsables de leur bon fonctionnement.
Elles doivent dès lors opérer des choix qui peuvent
difficilement être répercutés sur le contingent
général des agents ALE.
De PWA's zijn zelf verantwoordelijk voor de goede
werking. Dat impliceert keuzes en die keuzes
kunnen moeilijk worden verhaald op het algemene
contingent van PWA-beambten.
Entre le premier trimestre de 2004 et le dernier
trimestre de 2005, le nombre de chèques ALE
vendus a diminué de 29 % à Anvers et de 20,1 % à
Gand. Anvers compte actuellement quatorze
membres du personnel ALE et Gand six, ainsi
qu'une personne du pool de l'ONEM. Je n'ai pas
l'intention d'intervenir dans la répartition des
membres du personnel entre les différentes ALE.
L'ONEM accomplit parfaitement sa tâche et
j'espère qu'il continuera à en être ainsi.
Tussen het eerste kwartaal van 2004 en het laatste
kwartaal van 2005 daalde het aantal verkochte
PWA-cheques in Antwerpen met 29 procent en in
Gent met 20,1 procent. In Antwerpen zijn er
momenteel veertien en in Gent zes PWA-
personeelsleden, plus iemand uit de RVA-pool. Ik
ben niet van plan tussen te komen in de verdeling
van de personeelsleden over de verschillende
PWA's. De RVA vervult zijn opdracht prima en ik
reken erop dat dat zo blijft.
03.03 Nahima Lanjri (CD&V) : Un arrêté spécial
visant à renforcer le personnel ALE a pourtant été
pris tant à Gand qu'à Anvers. Ces deux villes ont
investi des moyens propres dans l'engagement de
personnel supplémentaire. Il est indéniable qu'il
faut davantage de moyens pour lutter contre le
chômage dans une grande ville.

On entend maintenir le niveau des prestations de
service, mais à Anvers certaines ALE, notamment
sur la rive gauche, manquent de personnel pour
garantir le service. Je demande au ministre de
réexaminer la situation des ALE dans les grandes
villes.
03.03 Nahima Lanjri (CD&V): Zowel in Gent als in
Antwerpen is nochtans een speciaal besluit
genomen om het PWA-personeel te versterken.
Beide steden hebben met eigen middelen in extra
personeel geïnvesteerd. In een grootstad zijn er nu
eenmaal meer middelen nodig om de werkloosheid
tegen te gaan.

Men wil de dienstverlening op peil houden, maar in
Antwerpen hebben bepaalde PWA-winkels, op
Linkeroever bijvoorbeeld, te weinig personeel om
die dienstverlening te verzekeren. Ik vraag de
minister om de situatie van de PWA's in de
grootsteden nog eens te bekijken.
03.04 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Si moins de chèques ALE sont
vendus, il y aura moins de travail. Il est logique que
cela aura des répercussions sur les effectifs.
03.04 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Als er minder PWA-cheques worden verkocht, is er
minder werk. Het is logisch dat dat gevolgen heeft
voor de personeelsbezetting.
03.05 Nahima Lanjri (CD&V) : Ce raisonnement
ne tient pas debout tant que le chômage ne
diminue pas. Le gouvernement devra dès lors
poursuivre la lutte contre le chômage. Les
chômeurs devraient bénéficier d'un
accompagnement plus poussé et plus ciblé, par le
biais des ALE ou des titres-services.
03.05 Nahima Lanjri (CD&V): Die redenering gaat
niet op zolang de werkloosheid niet daalt. Daarom
moet de overheid de inspanningen om de
werkloosheid tegen te gaan voorzetten. Werklozen
moeten meer en beter worden begeleid, via PWA of
via dienstencheques.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de Mme Karine Lalieux au ministre
de l'Emploi sur "le respect de la législation sur le
bien-être au travail par les sociétés de transport
en commun" (n° 11166)
04 Vraag van mevrouw Karine Lalieux aan de
minister van Werk over "de naleving van de
wetgeving over het welzijn op het werk door de
openbare vervoersmaatschappijen" (nr. 11166)
04.01 Karine Lalieux (PS) : Depuis 2003, de
nombreux manquements à la réglementation sur le
bien-être au travail ont été constatés dans le chef
de la Société de transports intercommunaux
bruxellois (STIB). Par exemple, la délégation
04.01 Karine Lalieux (PS): Sinds 2003 werd bij de
Maatschappij voor het intercommunaal vervoer van
Brussel (MIVB) een groot aantal inbreuken op de
regelgeving betreffende het welzijn op het werk
vastgesteld. Zo begeeft de beperkte afvaardiging
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
5
restreinte ne se rend pas immédiatement sur les
lieux d'un accident de travail grave.

Or les travailleurs de cette entreprise, qui preste
des missions de service public, ont de lourdes
responsabilités et sont exposés, en raison des
embarras de circulation, à un stress constant. Ils
doivent parfois rouler quatre ou cinq heures sans
se reposer. Les accidents de travail ont causé
quelque 11 826 jours d'incapacité.

Où la STIB en est-elle dans sa mise en conformité
par rapport aux infractions constatées ? Quelles
sont les actions prévues par le service de contrôle
pour que l'entreprise respecte enfin la législation
sur le bien-être au travail ? Ne faudrait-il pas, vu la
spécificité de cette société et les enjeux de
sécurité, que ce service soit particulièrement
vigilant
? Les mêmes carences ont-elles été
constatées dans les autres sociétés de transports
en commun ?
zich niet onmiddellijk ter plaatse wanneer zich een
ernstig arbeidsongeval voordoet.

De werknemers van dat bedrijf, dat opdrachten van
openbare dienstverlening uitvoert, dragen een
zware verantwoordelijkheid en staan, als gevolg
van de verkeersdrukte, voortdurend onder stress.
Ze moeten soms vier of vijf uur rijden zonder te
pauzeren. De arbeidsongevallen hebben al tot zo'n
11 826 dagen arbeidsongeschiktheid geleid.

In welke mate heeft de MIVB de vastgestelde
tekortkomingen intussen verholpen? Welke
initiatieven zal de controledienst nemen om ervoor
te zorgen dat de maatschappij eindelijk de
wetgeving betreffende het welzijn op het werk
naleeft? Zou die dienst, in het licht van de
eigenheid van de maatschappij en het enorme
belang van de veiligheid, niet bijzonder waakzaam
moeten zijn? Werden dezelfde problemen ook bij
andere openbare vervoersmaatschappijen
vastgesteld?
04.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en français) :
Les remarques issues des enquêtes relatives aux
plaintes ont été communiquées à la STIB, qui aurait
bien suivi les recommandations. L'affaire sera
suivie par l'inspecteur en charge du dossier.




Des inspecteurs ont également constaté des
problèmes auprès des TEC et de De Lijn. La
direction du contrôle de Bruxelles paraît toujours
avoir traité correctement le dossier de la STIB.

La plupart des plaintes trouvent leur origine dans
une concertation sociale difficile. Pas mal de
problèmes pourraient être évités si toutes les
parties avaient l'ambition de collaborer et de trouver
des solutions. Mais cela demande un changement
de mentalité qui dépasse le pouvoir des
inspecteurs.

Il n'est pas possible au service d'inspection de
Bruxelles, qui est censé contrôler 33
000
entreprises, soit 618 000 employés, de consacrer
plus de temps dans une seule entreprise, même
importante.
04.02 Minister Peter Vanvelthoven (Frans): De
opmerkingen naar aanleiding van de onderzoeken
die in het raam van de klachten werden uitgevoerd,
werden aan de MIVB bezorgd, die wel degelijk
rekening zou hebben gehouden met de
aanbevelingen. De aangelegenheid zal verder
worden gevolgd door de inspecteur die met het
dossier werd belast.

Inspecteurs stelden ook bij de TEC en De Lijn
problemen vast. De directie van de controledienst
te Brussel zou het dossier van de MIVB altijd
correct hebben behandeld.

De meeste klachten spruiten voort uit een
moeizaam sociaal overleg. Heel wat problemen
zouden kunnen worden vermeden indien alle
partijen bereid zouden zijn tot samenwerking en
een oplossing zouden nastreven. Daartoe is echter
een mentaliteitswijziging nodig, waar de
inspecteurs geen vat op hebben.

De Brusselse inspectiedienst, die 33 000 bedrijven
of 618 000 werknemers moet controleren, kan niet
meer tijd uittrekken voor een enkel bedrijf, al is het
nog zo belangrijk.
04.03 Karine Lalieux (PS) : Je ne remets pas en
cause le travail de l'inspection sociale, mais pour ce
type d'entreprise de transports en commun et de
service public, il faut être particulièrement attentif à
la sécurité et à la législation sociale. Je n'ai pas
trouvé de signe de rapidité d'intervention : deux
04.03 Karine Lalieux (PS): Het is niet mijn
bedoeling het werk van de sociale inspectie ter
discussie te stellen, maar de naleving van de
veiligheidsregels en de sociale wetgeving verdient
in dit soort bedrijf voor openbaar vervoer, dat
opdrachten van openbare dienst vervult, een
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
6
ans, c'est assez long pour répondre à des
infractions lourdes. Une amélioration semble
toutefois apparaître dans le dernier procès-verbal.


S'il n'y a pas concertation, le CPPT existe. Il faut un
dialogue et un respect absolu de la loi. J'espère
que toutes les infractions dénoncées le 15 mars
2006 seront suivies de près. J'y reviendrai.
bijzondere aandacht. Er werd zeker niet snel
opgetreden: twee jaar lijkt me zelfs vrij lang om te
reageren op ernstige inbreuken. In het laatste
proces-verbaal is weliswaar enige verbetering
merkbaar.

Er is misschien geen overleg, maar het CPBW
bestaat. Er moet een dialoog op gang worden
gebracht en de wet moet strikt worden nageleefd. Ik
hoop dat er iets zal gedaan worden aan de
inbreuken die op 15 mei 2006 aan de kaak werden
gesteld. Ik zal hier zeker op terugkomen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. Guy D'haeseleer au ministre
de l'Emploi sur "la fonction des syndicats en tant
qu'organisme de paiement des allocations de
chômage" (n° 11205)
05 Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de
minister van Werk over "de functie van de
vakbonden als uitbetalingsinstelling van
werkloosheidsuitkeringen" (nr. 11205)
05.01 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) : Les
syndicats se chargent du versement des allocations
de chômage, mais cette mission soulève, à juste
titre, certaines questions. Les syndicats doivent
avant tout défendre les intérêts des travailleurs et
ne sont pas un établissement bancaire qui
intervient pour les transactions entre les chômeurs
et l'ONEM.

Les syndicats perçoivent aujourd'hui 138 millions
d'euros pour couvrir les frais administratifs de cette
mission, mais je me demande si les pouvoirs
publics ne pourraient assurer ce service à moindre
coût. Les syndicats prétendent qu'ils travaillent de
manière efficace et à bon prix.

Le Vlaams Belang estime que c'est aux pouvoirs
publics qu'il revient de verser les allocations de
chômage. L'ONEM est déjà chargé aujourd'hui du
calcul des allocations et de la vérification et fournit
donc la majeure partie du travail. Lors du comité de
gestion de l'ONEM, il a été souligné que le recours
aux syndicats était superflu.

Est-il exact que l'ONEM peut réaliser des
paiements directs
? Quelles économies les
paiements directs permettraient-ils de réaliser ? Les
autorités vérifient-elles si les moyens de
fonctionnement pour le paiement des allocations ne
sont pas affectés à d'autres fins par les syndicats ?

Un syndicaliste limbourgeois a déclaré récemment
que les membres de l'ABVV qui se présenteraient
aux élections sur une liste du Vlaams Belang
seraient écartés. Le ministre estime-t-il acceptable
que les syndicats refusent des membres parce
qu'ils appartiennent à un parti politique déterminé ?
05.01 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang): De
vakbonden staan in voor de uitbetaling van de
werkloosheidsuitkeringen, maar bij die rol worden
terecht vraagtekens geplaatst. Vakbonden moeten
allereerst de belangen van werknemers verdedigen
en zijn geen bankinstelling voor het geldverkeer
tussen werklozen en de RVA.

Momenteel ontvangen de vakbonden 138 miljoen
euro om de administratieve kosten van deze taak te
dekken, maar ik vraag me af of de overheid deze
dienst zelf niet goedkoper kan aanbieden. De
vakbonden beweren dat zij goedkoop en efficiënt
werken.

Volgens het Vlaams Belang moet de overheid zelf
de werkloosheidsuitkeringen uitbetalen. De RVA
staat nu reeds in voor de berekening van de
uitkeringen en voor de verificatie en verricht dus
reeds het grootste werk. Op het beheerscomité van
de RVA werd aangetoond dat de inschakeling van
de vakbonden overbodig.

Klopt het dat de RVA in staat is om rechtstreeks
uitbetalingen te doen? Welke besparing kan dat
opleveren? Gaat de overheid na of de
werkingsmiddelen voor de uitbetaling van de
uitkeringen niet voor andere doeleinden worden
aangewend door de vakbonden?

Onlangs stelde een Limburgse vakbondsman dat
ABVV-leden die zich kandidaat stellen voor het
Vlaams Belang, zouden worden verwijderd. Vindt
de minister het toelaatbaar dat vakbonden leden
weigeren omdat zij tot een bepaalde politieke partij
behoren?
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
7
05.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : L'ONEM ne dispose actuellement
pas de moyens suffisants pour prendre le relais des
organismes de paiement. Ce service n'est pas
suffisamment décentralisé pour entretenir des
contacts avec les chômeurs et n'est pas en mesure
de collecter ni de traiter rapidement les cartes de
contrôle et les documents de paiement. Si l'ONEM
effectuait ces paiements, un nouvel organisme de
contrôle devrait également être désigné.

On ne peut inférer des données disponibles que les
organismes publics de paiement seraient moins
coûteux que les organismes relevant des
organisations représentatives des travailleurs. Les
organismes de paiement ne sont agréés qu'à
condition de satisfaire à certains critères.
L'organisme de paiement et le syndicat ont un
fonctionnement distinct et les avances et moyens
de fonctionnement de l'organisme de paiement sont
distincts des fonds syndicaux. Les organismes sont
en outre soumis à des contrôles externes.


Les organisations représentatives des travailleurs
sont libres d'arrêter des critères pour refuser des
candidats membres.
05.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
De RVA heeft momenteel niet voldoende middelen
om de rol van de uitbetalingsinstellingen over te
nemen. De dienst is niet voldoende
gedecentraliseerd om contacten met werklozen te
onderhouden en kan de controlekaarten en
betaaldocumenten op korte termijn niet verzamelen
en verwerken. Indien de RVA deze betalingen zou
uitvoeren, moet er ook een nieuwe controle-
instelling worden aangewezen.


Uit de beschikbare gegevens valt niet af te leiden
dat openbare uitbetalingsinstellingen goedkoper
zouden zijn dan instellingen die van
werknemersorganisaties afhangen.
Uitbetalingsinstellingen worden enkel erkend indien
zij aan bepaalde criteria voldoen. De werking van
de uitbetalingsinstelling en van de vakbond is
gescheiden en de voorschotten en
werkingsmiddelen van de uitbetalingsinstelling zijn
onderscheiden van de vakbondsfondsen. De
instellingen zijn daarenboven onderworpen aan
externe controles.

Werknemersorganisaties kunnen autonoom criteria
hanteren om kandidaat-leden te weigeren.
05.03 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang)
:
L'ONEM est parfaitement en mesure de payer les
allocations. Je regrette que le ministre ne
commande pas d'étude pour déterminer le coût
potentiel du transfert de cette tâche à l'ONEM. Le
ministre défend toutefois les intérêts de son parti et
du syndicat.


La FGTB exclut des personnes qui s'expriment en
tant que membres du Vlaams Belang. Selon le
ministre, le syndicat peut prendre une décision
autonome en la matière bien qu'il exerce une
mission de service public. Le ministre refuse donc
d'intervenir alors qu'une discrimination est établie
au nom des pouvoirs publics. Étant donné que les
syndicats ne disposent pas de la personnalité
juridique, il est difficile d'entreprendre des
démarches juridiques.
05.03 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang): De RVA
is perfect in staat om de uitkeringen uit te betalen.
Ik vind het jammer dat de minister geen studie laat
uitvoeren om na te gaan hoeveel het zou kosten
indien de RVA deze taak overneemt. De minister
verdedigt echter de belangen van zijn partij en van
de vakbond.

Het ABVV zet mensen aan de deur die zich uiten
als lid van het Vlaams Belang. Volgens de minister
mag de vakbond daarover autonoom beslissen,
hoewel die vakbond een overheidstaak uitoefent.
De minister weigert dus op te treden terwijl er in
naam van de overheid wordt gediscrimineerd.
Aangezien de vakbonden geen
rechtspersoonlijkheid hebben, kan men moeilijk
juridische stappen ondernemen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de Mme Annemie Turtelboom au
ministre de l'Emploi sur "les plaintes relatives à
la pénurie d'inspecteurs sociaux" (n° 11130)
06 Vraag van mevrouw Annemie Turtelboom aan
de minister van Werk over "de klachten over het
tekort aan sociale inspecteurs" (nr. 11130)
06.01 Annemie Turtelboom (VLD) : L'ACV se
plaint depuis longtemps déjà de la pénurie
d'inspecteurs sociaux et souligne que les
06.01 Annemie Turtelboom (VLD): Het ACV
klaagt al langer over het gebrek aan sociale
inspecteurs en wijst erop dat eerdere beloften over
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
8
promesses de recrutements supplémentaires ne
sont pas tenues. L'ACV affirme même que l'effectif
de l'inspection sociale a même plutôt tendance à
diminuer qu'à augmenter. C'est ainsi que
l'inspection du bien-être compte six inspecteurs à
temps plein de moins qu'en 2004. Les 14 emplois
supplémentaires promis n'ont pas encore été
pourvus et le budget permettant de remplacer les
onze inspecteurs qui partent à la retraite cette
année fait défaut. Avec l'effectif actuel, une
entreprise ne peut être contrôlée que tous les sept
ans.

Les chiffres de l'ACV sont-ils conformes à la
réalité ? Le corps des inspecteurs sera-t-il élargi à
court terme ? Tous les inspecteurs qui partent à la
retraite seront-ils remplacés ? Le ministre y
affectera-t-il les moyens financiers nécessaires ?
Quelle est la fréquence de contrôle des
entreprises ? Le ministre prendra-t-il des mesures
pour augmenter cette fréquence ? La pénurie de
personnel auprès des services d'inspection aura-t-
elle des conséquences sur le plan de l'accès des
travailleurs des nouveaux États membres à notre
marché du travail ?
extra aanwervingen niet worden nagekomen. Het
ACV beweert zelfs dat het personeelsbestand bij de
sociale inspectie eerder af dan toeneemt. Zo telt de
welzijnsinspectie zes voltijdse inspecteurs minder
dan in 2004, de veertien beloofde extra vacatures
werden nog niet ingevuld en er is geen budget
voorhanden om de elf inspecteurs die dit jaar met
pensioen gaan, te vervangen. Met de huidige
inspectiecapaciteit kan een onderneming slechts
om de zeven jaar gecontroleerd worden.


Kloppen de cijfers van het ACV? Zal het korps op
korte termijn worden uitgebreid? Zullen alle
inspecteurs die met pensioen gaan, worden
vervangen? Zal de minister daarvoor de nodige
financiële middelen reserveren? Om de hoeveel
jaar wordt een onderneming gecontroleerd? Zal de
minister maatregelen nemen om het controletempo
op te drijven? Zal het personeelstekort bij de
inspectiediensten gevolgen hebben voor de
toegang tot onze arbeidsmarkt voor werknemers uit
de nieuwe EU-lidstaten?
06.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Les chiffres les plus divers ont
récemment circulé concernant le nombre
d'inspecteurs chargé du contrôle du bien-être. Le
1
er
décembre 2003, le SPF Emploi, Travail et
Concertation sociale a démarré les plans de
personnel. Aujourd'hui, on dénombre dix
inspecteurs de moins, cinq étant partis à la retraite.
Cinq autres inspecteurs prendront en principe leur
retraite le 1
er
avril. Onze inspecteurs seront
toutefois engagés et six d'entre eux entreront en
service prochainement. Pour les cinq autres, la
procédure de recrutement est en cours au Selor.
Lors du dernier conclave budgétaire, les crédits
nécessaires ont été prévus pour le remplacement
des dix inspecteurs qui partent à la retraite. Lors de
l'établissement du plan d'action Personnel en mai
et en juin, le SPF pourra décider de recrutements
supplémentaires. La ministre flamande, Mme Van
Brempt, a promis en son temps quatorze
recrutements supplémentaires, dont deux pour le
laboratoire. Nous atteindrons probablement ce
chiffre.
06.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Over het aantal inspecteurs voor het toezicht op het
welzijn hebben de laatste tijd de meest
uiteenlopende cijfers de ronde gedaan. Op 1
december 2003 begon de FOD Werkgelegenheid,
Arbeid en Sociaal Overleg met de
personeelsplannen. Vandaag zijn er tien
inspecteurs minder dan toen; onder hen zijn vijf
pensioneringen. Op 1 april zullen er nogmaals vijf
inspecteurs met pensioen gaan. Er komen echter
ook elf inspecteurs bij, van wie er zes eerstdaags in
dienst zullen treden. Voor de vijf anderen loopt de
rekruteringsprocedure bij Selor. In het voorbije
begrotingsconclaaf werd voorzien in de nodige
kredieten voor de vervanging van de tien
inspecteurs die met pensioen gaan. Bij de
opstelling van het actieplan Personeel in mei en
juni zal de FOD kunnen beslissen over bijkomende
aanwervingen. Destijds beloofde Vlaams minister
Van Brempt veertien bijkomende aanwervingen,
waarvan twee voor het lab. Dat aantal zullen we
wellicht halen.
La question de savoir si les entreprises font l'objet
de suffisamment d'inspections est en effet
importante, mais la sécurité ne dépend pas
uniquement des contrôles effectués par les
inspecteurs. En Belgique, chaque employeur est
tenu soit d'organiser lui-même un service de
prévention, soit d'adhérer à un service de
prévention extérieur, lequel doit contrôler
De vraag of de bedrijven voldoende geïnspecteerd
worden is inderdaad belangrijk, maar de veiligheid
hangt niet alleen af van controles door inspecteurs.
In België is immers elke werkgever verplicht om
ofwel zelf een preventiedienst te organiseren, ofwel
aangesloten te zijn bij een externe preventiedienst
die minstens eenmaal per jaar het bedrijf moet
controleren. Het ACV gaat ook voorbij aan de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
9
l'entreprise au moins une fois par an. La CSC
oublie également le rôle essentiel joué
quotidiennement par les comités pour la prévention
et la protection. L'inspection Contrôle du bien-être
au travail s'ajoute à ce réseau de prévention, qui
par ailleurs a été surtout développé par les
syndicats.
essentiële rol die de comités voor preventie en
bescherming dagelijks vervullen. De inspectie
Toezicht op het Welzijn op het Werk komt bovenop
dit netwerk van preventie, dat trouwens vooral door
de vakbonden werd uitgebouwd.
06.03 Annemie Turtelboom (VLD) : La CSC se
focalise en effet surtout sur les inspections relatives
au bien-être, alors que les entreprises pratiquent en
grande partie l'autorégulation. Nous nous félicitons
en tout cas d'apprendre que d'ici à fin 2006, il y
aura six inspecteurs de plus qu'en 2003, d'autant
plus que les frontières s'ouvriront.
06.03 Annemie Turtelboom (VLD): Het ACV
focust inderdaad vooral op de welzijnsinspecties,
terwijl de bedrijven inderdaad voor een groot stuk
aan autoregulering doen. Alleszins is het goed
nieuws dat er tegen einde 2006 zes inspecteurs
meer zullen zijn dan in 2003, zeker wanneer de
grenzen zullen opengaan.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Guy D'haeseleer au ministre
de l'Emploi sur "une fraude à grande échelle en
matière de certificats de travail au Limbourg"
(n° 11230)
07 Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de
minister van Werk over "een grootschalige
fraude met arbeidsbewijzen in Limburg"
(nr. 11230)
07.01 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) : Une
fraude à grande échelle a été dévoilée à Hasselt.
Un interprète turc, syndicaliste à la FGTB, falsifiait
des certificats de travail et créait ainsi chaque fois
un emploi fictif d'un jour. Environ 70 Turcs ont ainsi
pu profiter d'allocations dans notre pays durant une
courte période. Cette fraude aurait coûté un million
d'euros à l'ONEm.

L'enquête menée dans le cadre de cette fraude a-t-
elle déjà été clôturée ? Combien de personnes
sont-elles impliquées et quel est le montant des
indemnités qui ont été versées ? Combien de
temps cette fraude a-t-elle duré ? Peut-on réclamer
le remboursement des allocations ? Combien de
Turcs ont-ils échappé à l'interrogatoire parce qu'ils
étaient déjà retournés dans leur pays d'origine pour
y profiter tranquillement de leurs allocations ?

Le syndicaliste gagnait lui-même mille euros par
cas de fraude. Il n'a cependant pas été arrêté. La
responsabilité du syndicat peut-elle être engagée
pour ses actes ?

Au cours des trois dernières années, combien
d'étrangers ont-ils pu prétendre à une allocation sur
la base d'un certificat de travail étranger
?
Comment contrôle-t-on ces certificats ? Comment
va-t-on éviter que ces faits se reproduisent ?
07.01 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang): In
Hasselt kwam een grootschalige fraude aan het
licht. Een Turkse tolk en ABVV-vakbondsman
vervalste arbeidsbewijzen en zorgde zo voor een
fictieve tewerkstelling van één dag. Daardoor kon
een zeventigtal Turken in ons land kort profiteren
van een uitkering. De fraude zou de RVA 1 miljoen
euro hebben gekost.

Is het onderzoek naar deze fraude al afgerond?
Hoeveel mensen waren erbij betrokken en voor
welk bedrag werden er uitkeringen betaald?
Hoelang is de fraude aan de gang geweest?
Kunnen de uitkeringen worden teruggevorderd?
Hoeveel Turken kwamen niet opdagen voor het
verhoor omdat zij ondertussen naar hun thuisland
waren vertrokken om daar rustig van hun uitkering
te genieten?

De vakbondsman verdiende zelf duizend euro per
fraudegeval. Hij werd echter niet aangehouden.
Kan de vakbond aansprakelijk worden gesteld voor
zijn daden?

Hoeveel buitenlanders hadden in de afgelopen drie
jaar recht op een uitkering op basis van een
buitenlands arbeidsbewijs? Op welke wijze worden
die bewijzen gecontroleerd? Hoe zal men een
herhaling van deze feiten onmogelijk maken?
07.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : L'enquête judiciaire n'est pas encore
terminée. Compte tenu du secret de l'instruction, je
ne puis rien dire sur le contenu du dossier.
07.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Het gerechtelijk onderzoek is nog niet afgerond.
Gezien het onderzoeksgeheim kan ik niets zeggen
over de inhoud van het dossier.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
10

L'ONEM consacre une grande attention au
dépistage de la fraude structurelle et a déjà détecté
plusieurs cas de fraude par le passé. Il ne dispose
pas de statistiques concernant le nombre de
personnes possédant une attestation de travail à
l'étranger qui ont bénéficié d'une allocation.

Les attestations de travail en version papier
peuvent être contrôlées par comparaison avec les
informations de nos banques de données. En cas
d'indice de fraude, les services d'inspection
peuvent vérifier par des interrogatoires si l'emploi
était réel.


Au sein de l'Espace économique européen, le
contrôle est effectué au moyen de formulaires
électroniques des instances compétentes
étrangères qui travaillent selon les règles de l'ordre
juridique interne. En dehors de l'espace
économique européen, il n'existe pas de transferts
de données formalisés entre les organismes de
sécurité sociale. La preuve peut être apportée de
différentes façons. L'ONEM doit contrôler
l'authenticité des pièces soumises.

Les travailleurs étrangers n'ont du reste droit à une
allocation belge que s'ils sont en mesure de
prouver une période d'assurance.

De RVA besteedt veel aandacht aan het opsporen
van structurele fraude en kwam in het verleden al
meerdere fraudezaken op het spoor. De RVA heeft
geen cijfergegevens over het aantal mensen dat
met een buitenlands arbeidsbewijs een uitkering
bekwam.

Papieren tewerkstellingsbewijzen kunnen worden
gecontroleerd door ze te vergelijken met de
gegevens in onze databanken. Bij een vermoeden
van fraude kunnen de inspectiediensten via
ondervragingen nagaan of de tewerkstelling wel
echt was.

Binnen de Europese economische ruimte gebeurt
de controle via e-formulieren van bevoegde
buitenlandse instellingen die werken volgens de
regels van de interne rechtsorde. Buiten de
Europese economische ruimte bestaat er geen
geformaliseerde gegevensuitwisseling tussen
socialezekerheidsinstellingen. De bewijsvoering
kan op verschillende manieren gebeuren. De RVA
moet de authenticiteit van de voorgelegde stukken
nagaan.

Buitenlandse werknemers hebben trouwens enkel
recht op een Belgische uitkering als zij ook een
verzekeringsperiode in België kunnen bewijzen.
07.03 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) : Je
pense que la législation en la matière doit être
analysée et adaptée. Aujourd'hui, les Turcs ont
droit à une allocation pour un seul jour de travail
dans notre pays, après, toutefois, une période de
travail en Turquie. Il s'agit d'une invitation à la
fraude. Par ailleurs, il n'est pas non plus correct
que les Turcs soient traités comme des
ressortissants de l'Union européenne.

Je pense que davantage de données doivent être
échangées avec les pays d'origine et j'espère que
le ministre y travaille.
07.03 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang): Ik denk
dat de wetgeving ter zake eens moet worden
doorgelicht en aangepast. Nu hebben Turken recht
op een uitkering als zij één dag werk in ons land
bewijzen, weliswaar na een periode van
tewerkstelling in Turkije. Dat is een uitnodiging tot
fraude. Dat Turken trouwens worden behandeld als
EU-onderdanen, is ook niet correct.


Ik denk dat er meer gegevens moeten worden
uitgewisseld met de landen van herkomst en ik
hoop dat de minister daar werk van maakt.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Questions jointes de
- Mme Sabien Lahaye-Battheu au ministre de
l'Emploi sur "la clé de répartition applicable au
coût salarial des agents d'une ALE agréée en
tant qu'entreprise de services" (n° 11133)
- Mme Greta D'hondt au ministre de l'Emploi sur
"l'entreprise de services créée par une ALE et le
calcul du coût salarial d'un agent d'ALE"
(n° 11273)
08 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de
minister van Werk over "de verdeelsleutel van de
loonkost voor PWA-beambten waar een
dienstenonderneming actief is" (nr. 11133)
- mevrouw Greta D'hondt aan de minister van
Werk over "de dienstenonderneming opgericht
door een PWA en de verrekening van de
loonkost van een PWA-beambte" (nr. 11273)
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
11
08.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : L'arrêté
royal de fin janvier 2006 prévoit une clé de
répartition pour les charges salariales d'un agent
ALE lorsqu'une entreprise de services est active
également. Par le passé, le conseil d'administration
fixait lui-même le pourcentage du temps que l'agent
ALE pouvait consacrer à l'entreprise de services. À
présent, la clé de répartition est fixée sur la base
d'une fraction mathématique. Par exemple, si mille
titres-services sont remboursés pour deux mille
titres-services et chèques ALE remboursés, on part
du principe que l'agent ALE travaille à 50 % pour
l'entreprise de services et un remboursement de
50 % sur le salaire de l'agent ALE est dès lors
réclamé.


Par ailleurs, dans une entreprise au sein de
laquelle deux agents ALE et deux travailleurs
externes se consacrent exclusivement à l'entreprise
de services, une partie du salaire des agents ALE
est récupérée. Cette situation n'est pas logique.
Pourquoi l'arrêté royal n'a-t-il pas tenu compte de
ce cas de figure ? Combien d'ALE en Flandre, en
Wallonie et à Bruxelles sont-elles confrontées à ces
récupérations
? Combien d'ALE emploient-elles
une main-d'oeuvre administrative indépendante
pour l'entreprise de services ? Une concertation a-
t-elle eu lieu avec les ALE ? Quelles solutions le
ministre envisage-t-il à court terme ?
08.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Het KB van
einde januari 2006 voorziet in een verdeelsleutel
voor de loonkosten van een PWA-beambte waar
ook een dienstenonderneming actief is. Vroeger
stelde de raad van bestuur zelf het percentage vast
van de tijd die de PWA-beambte kon besteden aan
de dienstenonderneming. Nu ligt de verdeelsleutel
vast op basis van een wiskundige breuk. Als er
bijvoorbeeld duizend terugbetaalde
dienstencheques zijn en tweeduizend
terugbetaalde diensten- en PWA-cheques, dan
wordt ervan uitgegaan dat de PWA-beambte voor
50 procent werkt voor de dienstenonderneming en
wordt er dus een terugbetaling van 50 procent op
het loon van de PWA-beambte gevorderd.

Ook in een onderneming waar twee PWA-
beambten werken en twee externe krachten zich
exclusief bezighouden met de
dienstenonderneming, wordt er loon
teruggevorderd van de PWA-beambten. Dat is
onlogisch. Waarom heeft het KB geen rekening
gehouden met deze praktijksituatie? Hoeveel
PWA's in Vlaanderen, Wallonië en Brussel worden
geconfronteerd met deze terugvorderingen?
Hoeveel PWA's hebben aparte administratieve
krachten in dienst voor de dienstenonderneming? Is
er overleg geweest met de PWA's? Aan welke
oplossingen op korte termijn denkt de minister?
08.02 Greta D'hondt (CD&V) : L'arrêté royal
repose sur un principe louable mais, dans la
pratique, le calcul mathématique ne tient pas
compte de la main-d'oeuvre administrative
spécifique qui travaille pour l'entreprise de services.
Je pense que la formule doit être affinée et que
d'autres paramètres doivent également intervenir.
Le ministre est-il disposé à revoir la formule afin
qu'il soit tenu compte du temps réellement
consacré par l'agent ALE à l'entreprise de
services?
08.02 Greta D'hondt (CD&V): Het KB is gestoeld
op een goed principe, maar in de praktijk houdt de
mathematische regeling geen rekening met de
aanwerving van specifieke administratieve krachten
die zich met de dienstenonderneming bezighouden.
Ik meen dat het aangewezen is om de formule te
verfijnen en ook andere parameters toe te voegen.
Is de minister bereid om de formule te herzien
zodat er rekening wordt gehouden met de reële
tijdsbesteding van de PWA-beambte in de
dienstenonderneming?
08.03 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais): Je renvoie en partie à ma réponse du
7 mars 2006. En ce moment, 239 ALE ont créé une
section sui generis
: 147 en Flandre, 84 en
Wallonie et 8 à Bruxelles. Ces ALE entreront dans
le champ d'application du nouvel arrêté royal. Je ne
dispose pas de chiffres concernant les ALE ayant
engagé du personnel administratif supplémentaire
pour appuyer l'entreprise de services.


Fin mars, l'ONEM a organisé une journée
d'information sur le nouvel arrêté royal à l'intention
des coordinateurs ALE. Il va de soi que le nouveau
08.03 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Ik verwijs gedeeltelijk naar mijn antwoord op 7
maart 2006. Momenteel hebben 239 PWA's een
afdeling sui generis opgericht, 147 in Vlaanderen,
84 in Wallonië en 8 in Brussel. Deze PWA's zullen
geconfronteerd worden met het nieuwe KB.
Momenteel zijn er geen cijfers beschikbaar over de
PWA's die extra administratieve krachten hebben
aangeworven om de dienstenonderneming te
ondersteunen.

De RVA heeft eind maart voor de PWA-
coördinatoren een informatiedag georganiseerd
betreffende het nieuwe KB. Uiteraard zal de nieuwe
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
12
système fera l'objet d'une évaluation et sera
corrigé, le cas échéant. Je reste toutefois partisan
d'une clé de répartition objective, qui rendrait une
déclaration sur l'honneur superflue.

Par ailleurs, l'objectif a toujours été que les agents
ALE soit affectés au maximum à la section sui
generis. Je ferai examiner si le système ne peut
être affiné.
regeling onderzocht worden en indien nodig
bijgestuurd. Ik blijf echter voorstander van een
objectieve verdeelsleutel, zodat een verklaring op
eer niet meer vereist is.

Voorts was het steeds de bedoeling dat de PWA-
beambten maximaal zouden worden ingezet in de
afdeling sui generis. Maar ik zal laten onderzoeken
of het systeem niet verfijnd kan worden.
08.04 Sabien Lahaye-Battheu (VLD)
: Il est
louable que le ministre soit disposé à adapter le
système, car, dans le cas contraire, les ALE seront
confrontées à des difficultés financières et
abandonneront leur entreprise de services ; cette
situation serait regrettable.
08.04 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Het is
positief dat de minister bereid is om het systeem bij
te sturen, want anders kunnen de PWA's het
financieel niet volhouden en zullen ze hun
dienstenonderneming afstoten, en dat zou een
spijtige zaak zijn.
08.05 Greta D'hondt (CD&V) : Nous espérons
seulement que ce dossier ne traînera pas trop
longtemps et que la modification entrera en vigueur
avec effet rétroactif de sorte que l'incidence
financière pour les ALE soit aussi limitée que
possible.
08.05 Greta D'hondt (CD&V): Wij hopen enkel dat
dit dossier niet te lang zal aanslepen en dat de
wijziging retroactief zal zijn zodat de financiële
impact voor de PWA's minimaal blijft.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de M. Guy D'haeseleer au ministre
de l'Emploi sur "les certificats de résidence pour
les chômeurs" (n° 11231)
09 Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de
minister van Werk over "de verblijfsbewijzen
voor werklozen" (nr. 11231)
09.01 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) : Lors de
la suppression du contrôle de pointage en 2005, il a
été décidé que le contrôle de la présence effective
des chômeurs sur le territoire belge serait
dorénavant organisé d'une autre manière. Par coup
de sonde, les chômeurs seraient convoqués à la
maison communale pour y signer un certificat de
résidence. Le ministre avait annoncé que ces
contrôles de présence débuteraient en avril 2006.
Or, il n'est toujours pas question de mener de tels
contrôles. Les chômeurs peuvent donc sans se
faire le moindre souci aller travailler au noir à
l'étranger ou y partir en vacances.

Quand la nouvelle procédure de contrôle sera-t-elle
mise en oeuvre ? Comment sera-t-elle organisée ?
Certains groupes cibles seront-ils davantage
concernés que d'autres ? Pourquoi opter pour une
procédure aussi complexe impliquant les
communes ?
09.01 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang): Bij de
afschaffing van de stempelcontrole in 2005 werd
besloten dat de controle op de daadwerkelijke
aanwezigheid van werklozen op het Belgische
grondgebied voortaan op een andere manier zou
gebeuren. Zo zou men de werklozen via een
steekproef oproepen om op het gemeentehuis een
verblijfsbewijs te komen ondertekenen. De minister
stelde deze aanwezigheidscontroles in het
vooruitzicht voor april 2006. Er is echter nog altijd
geen sprake van zulke controles: werklozen
kunnen bijgevolg onbezorgd gaan bijverdienen in
het buitenland of er op vakantie gaan.

Wanneer zal de nieuwe controleprocedure van start
gaan? Hoe zal ze worden georganiseerd? Zullen
bepaalde doelgroepen meer dan andere in
aanmerking komen? Waarom wordt er geopteerd
voor een omslachtige procedure via de
gemeenten?
09.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : L'arrêté d'exécution relatif à cette
mesure a été publié au Moniteur belge du 15 mars
2006. La délivrance du certificat de résidence a fait
l'objet d'une concertation avec l'Union des villes et
communes. Le document proprement dit a été
09.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Het uitvoeringsbesluit met betrekking tot deze
maatregel is op 15 maart 2006 in het Belgisch
Staatsblad
verschenen. Er werd met de Vereniging
van Steden en Gemeenten overleg gepleegd over
het afleveren van het verblijfsbewijs. Het document
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
13
approuvé le 23 mars 2006 par le comité de gestion
de l'ONEM.

Nous travaillons pour l'heure d'arrache-pied à la
mise au point du système de sondage et à
l'échange de données entre l'ONEM et les
organismes de paiement. Les communes seront
bien évidemment informées en temps utile de la
procédure à suivre et dans les prochaines
semaines, on devrait avoir une idée plus précise de
la date à laquelle les certificats de résidence
pourront commencer à être délivrés.

Il s'agira véritablement de coups de sonde dans le
cadre de ces contrôles. Tous les chômeurs
complets indemnisés soumis à l'obligation de
résidence entrent en ligne de compte.

L'élaboration de la procédure pour la délivrance
des certificats de résidence n'a débuté qu'à la fin de
l'année dernière. Un accord global en la matière a
d'abord nécessité une concertation entre les
autorités fédérales et les Régions.

La technique choisie est comparable à celle utilisée
dans le cadre de la législation sur les pensions où
l'attestation est également délivrée dans les
communes. Le fait de devoir se présenter dans le
bureau de l'ONEM serait plus simple pour les
communes mais pas pour les chômeurs. Notre
pays ne compte en effet que 30 bureaux de
l'ONEM, pour 600 communes.
zelf werd op 23 maart 2006 goedgekeurd door het
beheerscomité van de RVA.

Momenteel wordt volop gewerkt aan het op punt
stellen van de steekproeven en van de
gegevensstroom tussen de RVA en de
uitbetalinginstellingen. De gemeenten zullen
natuurlijk tijdig worden ingelicht over de procedure
en binnen de eerstkomende weken zullen we zicht
krijgen op de datum van de eerste uitreiking van
een dergelijk verblijfsbewijs.


Het gaat om een willekeurige steekproef. Elke
volledig werkloze die een uitkering ontvangt en die
aan de verblijfsverplichting onderworpen is, komt in
aanmerking.

Met het uitwerken van de procedure voor het
afleveren van verblijfsbewijzen werd pas eind vorig
jaar een aanvang genomen. Een algemeen
akkoord ter zake vergde eerste overleg tussen de
federale overheid en de Gewesten.

De gekozen techniek is vergelijkbaar met die van
de pensioenwetgeving, waar de aflevering van het
attest ook in de gemeenten gebeurt. Een
aanmelding in het RVA-kantoor zou weliswaar een
administratieve vereenvoudiging betekenen voor de
gemeenten, maar niet voor de werklozen. In ons
land zijn er immers een zeshonderdtal gemeenten,
maar slechts dertig werkloosheidsbureaus.
09.03 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) : Quand
les contrôles pourront-ils réellement débuter ?
09.03 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang):
Wanneer kan er effectief van start worden gegaan
met de controles?
09.04 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Probablement dans le courant du
mois prochain.
09.04 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Vermoedelijk in de loop van volgende maand.
09.05 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) : Cela
fera donc six mois après la suppression du contrôle
de pointage. Tous les abus auront été permis au
cours de cette période. Je regrette que le contrôles
ne porteront pas sur des groupes cibles
spécifiques.
09.05 Guy D'haeseleer (Vlaams Belang): Zes
maanden dus na de afschaffing van de
stempelcontrole. Heel die tijd stond de deur wijd
open voor misbruiken. Ik betreur dat er niet op
specifieke doelgroepen gefocust zal worden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de Mme Greta D'hondt au ministre
de l'Emploi sur "les allocations de transition"
(n° 11255)
10 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
minister van Werk over "de
overbruggingsuitkeringen" (nr. 11255)
10.01 Greta D'hondt (CD&V) : Actuellement, les
jeunes qui suivent un enseignement à horaire réduit
ou une formation à temps partiel agréée bénéficient
10.01 Greta D'hondt (CD&V): Momenteel krijgen
jongeren met een beperkt leerplan of met een
erkende deeltijdse vorming een
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
14
d'une allocation de transition pour les heures
pendant lesquelles ils sont au chômage complet ou
partiel. Cette réglementation ne s'applique pas aux
jeunes ayant un contrat d'apprentissage industriel
ou suivant une formation des classes moyennes.

Est-il exact qu'un arrêté tendant à la suppression
de ces allocations de transition à partir du 1
er
septembre serait en préparation, alors que l'ONEM
a rendu un avis défavorable à ce sujet ?

Des éléments plaident contre l'octroi passif
d'allocations de transition. Les personnes qui
suivent un apprentissage à temps partiel et ne
trouvent pas de travail sont, d'une part, confrontées
à une pénurie d'emplois disponibles et, d'autre part,
n'ont souvent pas tendance à chercher du travail
parce que l'allocation qu'ils perçoivent leur procure
un revenu.
overbruggingsuitkering voor de uren waarop zij
volledig of tijdelijk werkloos zijn. De regeling geldt
niet voor jongeren met een industriële
leerovereenkomst of in een middenstandsopleiding.


Is het waar dat er een KB wordt voorbereid om die
overbruggingsuitkeringen af te schaffen vanaf 1
september 2006, hoewel de RVA daarover een
verdeeld advies uitbracht?

Er zijn elementen die pleiten voor het niet-passief
toekennen van overbruggingsuitkeringen. Mensen
die deeltijds leren en geen werk vinden, worden
enerzijds geconfronteerd met een tekort aan
beschikbare jobs, maar zijn anderzijds vaak niet
geneigd om werk te zoeken omdat de uitkering voor
een inkomen zorgt.
Le ministre flamand, M. Vandenbroucke, s'emploie
avec les fédérations patronales à permettre aux
personnes qui suivent un apprentissage à temps
partiel d'également travailler à temps partiel. Les
interventions perçues par les promoteurs de ces
projets-tremplins couvrent à peine les coûts.

Je pense qu'il serait préférable de conserver les
allocations de transition mais d'en supprimer la
passivité. Les jeunes concernés doivent être mis au
travail car ils risquent sinon de rester des chômeurs
structurels. Le ministre partage-t-il cette vision ?

Les chômeurs bénéficient d'allocations familiales
majorées. Il importe de veiller à ce qu'il ne soit pas
plus intéressant de rester chômeur et de conserver
ces allocations familiales que de travailler. Les
ministres de l'Emploi et des Affaires sociales ne
pourraient-ils, en concertation avec le ministre
Vandenbroucke, supprimer ce frein potentiel à
l'activation des personnes concernées ?
Vlaams minister Vandenbroucke doet inspanningen
om, in samenwerking met de werkgeversfederaties,
de deeltijds lerenden ook deeltijds te laten werken.
De tegemoetkomingen die de promotoren van deze
brugprojecten krijgen, dekken de kosten nauwelijks.


Ik denk dat men de overbruggingsuitkeringen best
behoudt, maar de passiviteit ervan afschaft. De
betrokken jongeren moeten aan het werk worden
gezet, want anders dreigen zij structureel werkloos
te blijven. Deelt de minister die visie?

Werklozen krijgen een verhoogde kinderbijslag.
Men moet erop toezien dat het niet interessanter is
om werkloos te blijven en die kinderbijslag te
behouden in plaats van te gaan werken. Kunnen de
ministers van Werk en Sociale Zaken in
samenspraak met Vlaams minister Vandenbroucke
de mogelijke rem op het activeren van de
betrokkenen wegnemen?
10.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Le régime des allocations de
transition sera modifié. Un projet d'arrêté royal
prévoyant la suppression des allocations de
transition pour les chômeurs complets à partir du
1
er
juillet 2006 a été remis pour avis au Conseil
d'État. Ces allocations seront encore octroyées aux
jeunes qui travaillent à temps partiel ou qui se
retrouvent temporairement sans emploi.

Il est ressorti des discussions qui ont eu lieu en
2005 autour du dossier « chômage des jeunes »
que ces allocations n'incitaient pas les jeunes
chômeurs encore soumis à l'obligation scolaire à
trouver du travail. En effet, pour les jeunes de 15 à
18 ans, les parents perçoivent encore des
10.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Het stelsel van de overbruggingsuitkeringen zal
worden gewijzigd. Een ontwerp van KB waarin
wordt bepaald dat de overbruggingskredieten voor
volledig werklozen vanaf 1 juli 2006 worden
afgeschaft, werd voor advies verzonden naar de
Raad van State. De uitkeringen worden nog wel
toegekend aan jongeren die deeltijds werken of die
tijdelijk werkloos worden.

Uit de bespreking van het dossier
jeugdwerkloosheid in 2005 bleek dat werkloze
leerplichtige jongeren door de uitkeringen niet
werden gestimuleerd om werk te zoeken. Voor
jongeren tussen 15 en 18 jaar ontvangen de ouders
inderdaad nog kinderbijslag.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 922
19/04/2006
15
allocations familiales.

Le système sera modifié au terme de l'année
scolaire. Dans le pacte de solidarité entre les
générations, certaines des mesures annoncées ont
pour but d'inciter les jeunes partiellement soumis à
l'obligation scolaire à accomplir des stages et
d'encourager les employeurs à proposer des
places de stagiaire. Un nouveau bonus sera
introduit à cet effet à partir du 1
er
juillet 2006.

Le gouvernement examine quels pièges à
l'emploi il est possible d'éliminer. Je dois encore
vérifier si la question des allocations familiales
liées aux allocations de transition est également à
l'étude.


Het stelsel wordt gewijzigd na afloop van het
schooljaar. In het Generatiepact worden
maatregelen aangekondigd om jongeren die
deeltijds leerplichtig zijn, te stimuleren om stages af
te ronden en om werkgevers aan te zetten om
stageplaatsen aan te bieden. Vanaf 1 juli 2006
wordt daartoe een nieuwe bonus ingevoerd.


De regering onderzoekt welke werkloosheidsvallen
kunnen worden weggewerkt. Ik moet nog nagaan of
ook de verhoogde kinderbijslag gekoppeld aan de
overbruggingskredieten wordt onderzocht.
10.03 Greta D'hondt (CD&V) : Comment
affectera-t-on les moyens disponibles après la
suppression de l'allocation de transition pour les
chômeurs complets indemnisés ?

J'attends de voir les mesures que prendra le
gouvernement pour veiller à ce que les ménages
ne subissent pas de perte de revenus lorsque l'aîné
des enfants travaille à temps partiel.
10.03 Greta D'hondt (CD&V): Hoe zal men de
middelen aanwenden die beschikbaar zijn na
afschaffing van de overbruggingsuitkering voor
volledig werklozen.


Ik wacht af welke maatregelen de regering zal
nemen om ervoor te zorgen dat gezinnen geen
inkomensverlies lijden indien het oudste kind
deeltijds gaat werken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Greta D'hondt au ministre
de l'Emploi sur "le chômage et les soins de
proximité" (n° 11256)
11 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
minister van Werk over "werkloosheid en
mantelzorg" (nr. 11256)
11.01 Greta D'hondt (CD&V) : Dans un courrier
adressé au ministre Vanvelthoven, la ministre
flamande du Bien-être préconise d'augmenter
l'appui financier octroyé à des groupes cibles
spécifiques d'inactifs dispensateurs de soins de
proximité. Il s'agit de parents et alliés de personnes
ne disposant d'aucune autonomie, de personnes
dont l'autonomie est réduite de neuf points au
moins sur l'échelle officielle d'invalidité et de
personnes de degré C ou CD sur l'échelle de Katz.


L'activation des sans-emploi constitue un élément
important pour la société mais il convient par
ailleurs aussi de laisser une place à l'aide
prodiguée avec sollicitude. Les personnes
dispensant ce type de soins et dont les moyens
sont modestes doivent pouvoir bénéficier d'une
indemnité. Le ministre de l'Emploi peut-il accéder à
la demande de la ministre Vervotte ?
11.01 Greta D'hondt (CD&V): De Vlaamse
minister van Welzijn pleit in een brief aan minister
Vanvelthoven voor een grotere financiële
ondersteuning van specifieke doelgroepen van
werkloze mantelzorgers. Het gaat over de aan- of
bloedverwanten van personen zonder enige vorm
van zelfredzaamheid, van personen met een
verminderde zelfredzaamheid van minstens negen
punten op de mindervalidenschaal en van personen
die op de Katz-schaal onder C of CD zijn
ingeschaald.

Activering van werklozen is belangrijk in een
samenleving, maar er moet ook ruimte zijn voor
liefdevolle hulp. Wie het niet breed heeft, moet een
vergoeding kunnen krijgen als hij of zij dat soort
zorg verstrekt. Kan de minister van Werk ingaan op
de vraag van minister Vervotte?
11.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Être disponible sur le marché de
11.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt is een van
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2006
CRABV 51
COM 922
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
l'emploi constitue l'une des principales conditions
pour avoir droit à une allocation de chômage. Il ne
peut y être dérogé. Une extension de la dispense
pour des raisons sociales ou familiales ne me
semble pas non plus souhaitable étant donné que
ce système ne s'inscrit plus dans le cadre de la
politique actuelle et que je compte précisément le
limiter.

Les périodes de dispense de la période d'attente
pourraient toutefois être étendues aux périodes de
soins de proximité. Les travailleurs ou les chômeurs
qui suspendent temporairement leurs activités pour
assumer des tâches de soins doivent par la suite
pouvoir bénéficier à nouveau de leurs droits acquis.
Les personnes concernées disposeront ainsi d'une
plus grande latitude pour décider elles-mêmes de la
manière dont elles mènent leur projet de vie.

Mme Vervotte pourrait octroyer une allocation aux
personnes qui interrompent leur période de
chômage pour dispenser des soins de proximité.
L'ONEM peut alors fournir une attestation relative à
la période ouvrant le droit aux allocations de
chômage.
de belangrijkste voorwaarden om recht te hebben
op een werkloosheidsuitkering. Daaraan kan niet
worden getornd. Een uitbreiding van de vrijstelling
wegens sociale en familiale redenen lijkt mij
evenmin wenselijk, omdat dat stelsel niet meer in
het huidige beleid past en ik het juist wil beperken.


Wel kunnen de periodes van vrijstelling van
wachttijd worden uitgebreid met
mantelzorgperiodes. Werknemers of werklozen die
hun werk tijdelijk staken om zorgtaken op te
nemen, moeten achteraf kunnen terugvallen op hun
verworven rechten. Zo krijgen mensen ook meer de
mogelijkheid om zelf te beslissen over de invulling
van hun levensproject.


Minister Vervotte kan mantelzorgers die hun
werkloosheid onderbreken, een vergoeding
uitbetalen. De RVA kan dan attesteren tot wanneer
zij recht hadden op een werkloosheidsuitkering.
11.03 Greta D'hondt (CD&V) : Le ministre m'a
vexée. Je suis la première à défendre une politique
d'activation forte, mais malgré tous les efforts et
toute la bonne volonté du monde, il y aura toujours
des chômeurs involontaires de longue durée.
Pourquoi une personne qui travaille est-elle
autorisée à solliciter un crédit-temps ou une
interruption de carrière pour s'occuper d'un parent
malade et un demandeur d'emploi n'aurait-il pas ce
droit ? Les demandeurs d'emploi devraient eux
aussi avoir le droit d'être indisponibles pour le
marché du travail pendant quelque temps. Des
attestations pourraient justifier des raisons de leur
indisponibilité. En effet, les chômeurs ne restent
pas sans plus chez eux à ne rien faire, ils sont
tenus d'être disponibles à tout moment. Ils
devraient dès lors avoir le droit de ne pas être
disponibles pendant une certaine période.
11.03 Greta D'hondt (CD&V): De minister heeft
op mijn hart getrapt. Ik ben de eerste om te pleiten
voor een sterk activeringsbeleid, maar er zijn
mensen die ondanks alle inspanningen en alle
goede wil langdurig werkloos blijven.
Waarom kan iemand die werkt wel tijdskrediet of
loopbaanonderbreking nemen om voor een ziek
familielid te zorgen en een werkzoekende niet? Ook
een werkzoekende moet de ruimte krijgen om een
tijdje niet beschikbaar te zijn voor de arbeidsmarkt.
De redenen daarvoor kunnen zelfs worden
geattesteerd. Werkzoekenden zitten immers niet
zomaar thuis, zij moeten elk uur beschikbaar zijn.
Bijgevolg moeten zij ook het recht hebben om een
tijdje niet beschikbaar te zijn.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
15 h 46.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.46 uur.

Document Outline