CRABV 51 COM 888
CRABV 51 COM 888
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
mardi dinsdag
14-03-2006 14-03-2006
Matin Voormiddag

CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Dylan Casaer à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'après-
Dassen à la Sûreté de l'État" (n° 10471)
1
Vraag van de heer Dylan Casaer aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
Staatsveiligheid in het post-Dassentijdperk"
(nr. 10471)
1
Orateurs: Dylan Casaer, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Dylan Casaer, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Dylan Casaer à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'application
de la directive relative aux comportements
agressifs dans la circulation" (n° 10744)
2
Vraag van de heer Dylan Casaer aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
toepassing van de richtlijn omtrent
verkeersagressie" (nr. 10744)
2
Orateurs: Dylan Casaer, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Dylan Casaer, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Stijn Bex à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la règle de
l'amnistie pour les armes soumises à autorisation"
(n° 10490)
3
Vraag van de heer Stijn Bex aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de
amnestieregeling voor vergunningsplichtige
wapens" (nr. 10490)
3
Orateurs: Stijn Bex, Laurette Onkelinx, vice-
première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Stijn Bex, Laurette Onkelinx, vice-
eerste minister en minister van Justitie
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"les résultats de l'étude relative à l'introduction de
la surveillance électronique comme peine
autonome" (n° 10516)
5
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de resultaten van het onderzoek met
betrekking tot het invoeren van het elektronisch
toezicht als autonome straf" (nr. 10516)
5
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de Mme Annemie Turtelboom à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
commissions paritaires locatives" (n° 10538)
6
Vraag van mevrouw Annemie Turtelboom aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de paritaire huurcommissies" (nr. 10538)
6
Orateurs: Annemie Turtelboom, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Annemie Turtelboom, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'encodage par les services de police des actes à
caractère raciste" (n° 10540)
7
Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
registreren door de politiediensten van daden van
racisme" (nr. 10540)
7
Orateurs: Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Justitie
Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'absence de projet de loi sur les traducteurs et
interprètes en justice" (n° 10626)
8
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
uitblijven van het wetsontwerp omtrent de
gerechtstolken-vertalers" (nr. 10626)
8
Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de Mme Nahima Lanjri à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
lutte contre les pratiques des marchands de
sommeil" (n° 10641)
9
Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
strijd tegen de huisjesmelkerij" (nr. 10641)
9
Orateurs: Nahima Lanjri, Laurette Onkelinx,
Sprekers: Nahima Lanjri, Laurette Onkelinx,
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
ii
vice-première ministre et ministre de la Justice
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
juges consulaires" (n° 10659)
10
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over
"rechters in handelszaken" (nr. 10659)
10
Orateurs: Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Justitie
Questions jointes de
11
Samengevoegde vragen van
11
- M. Koen T'Sijen à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "la réunion de Blood and
Honour à Vremde" (n° 10694)
11
- de heer Koen T'Sijen aan de vice-eerste minister
en minister van Justitie over "de bijeenkomst van
Blood and Honour te Vremde" (nr. 10694)
11
- Mme Hilde Claes à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "l'organisation 'Blood and
Honour'" (n° 10713)
11
- mevrouw Hilde Claes aan de vice-eerste minister
en minister van Justitie over "de organisatie 'Blood
and Honour'" (nr. 10713)
11
- M. Claude Marinower à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "une réunion de
néonazis" (n° 10788)
11
- de heer Claude Marinower aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "een
bijeenkomst van neonazi's" (nr. 10788)
11
Orateurs: Koen T'Sijen, Hilde Claes, Claude
Marinower, Laurette Onkelinx
, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Koen T'Sijen, Hilde Claes, Claude
Marinower, Laurette Onkelinx
, vice-eerste
minister en minister van Justitie
Question de Mme Valérie Déom à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le nombre
d'enfants détenus en prison avec leur mère"
(n° 10703)
15
Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
aantal kinderen dat samen met hun moeder in de
gevangenis wordt vastgehouden" (nr. 10703)
15
Orateurs: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Bart Laeremans à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
mobilisation des services de police dans le cadre
des opérations de recherche de la terroriste turque
Erdal" (n° 10716)
16
Vraag van de heer Bart Laeremans aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
politiealarm met betrekking tot de opsporing van
de Turkse terroriste Erdal" (nr. 10716)
16
Orateurs:
Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Français-Xavier de Donnea à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
« les suites de l'affaire DHKP-C » (n° 10723)
18
Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "het vervolg van de DHKP-C-zaak" (nr.
10723)
18
Orateurs: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx
, vice-première ministre et
ministre de la Justice
Sprekers: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx
, vice-eerste minister en
minister van Justitie
Question de M. Tony Van Parys à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la demande
d'extradition de Mme Fehriye Erdal formulée par la
Turquie" (n° 10781)
19
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
uitleveringsverzoek van Turkije betreffende
Fehriye Erdal" (nr. 10781)
19
Orateurs: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de Mme Marie Nagy à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'inquiétude
des greffiers au sujet de leur statut professionnel"
(n° 10768)
21
Vraag van mevrouw Marie Nagy aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
bezorgdheid van de griffiers over hun
beroepsstatuut" (nr. 10768)
21
Orateurs: Marie Nagy, Laurette Onkelinx,
Sprekers: Marie Nagy, Laurette Onkelinx,
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
iii
vice-première ministre et ministre de la Justice
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
lutte contre les mariages de complaisance"
(n° 10790)
22
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
strijd tegen de schijnhuwelijken" (nr. 10790)
22
Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
1


COMMISSION DE LA JUSTICE
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
du
MARDI
14
MARS
2006
Matin
______
van
DINSDAG
14
MAART
2006
Voormiddag
______



La réunion publique est ouverte à 10 h 23 par Mme
Martine Taelman, présidente.
De vergadering wordt geopend om 10.23 uur door
mevrouw Martine Taelman, voorzitter.
01 Question de M. Dylan Casaer à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'après-Dassen à la Sûreté de l'État" (n° 10471)
01 Vraag van de heer Dylan Casaer aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
Staatsveiligheid in het post-Dassentijdperk"
(nr. 10471)
01.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit) : Si l'on en croit le
Nieuwsblad du 17 février 2006, le Comité R est en
plein examen des activités de la Sûreté de l'État.
Cette enquête devrait comprendre, entre autres,
des entretiens avec des agents. Elle aurait été
initiée à la suite du suivi déficient d'informations
transmises par la CIA. D'après ce qu'on dit, le
dossier du baron de Bonvoisin serait également
examiné.

Où en est la procédure de sélection du successeur
de M. Dassen ? Est-il vrai que le Comité R mène
une vaste enquête à la Sûreté de l'État ? Cette
enquête est-elle, en effet, liée au baron de
Bonvoisin
? Quelles mesures envisage-t-on de
prendre pour remédier aux problèmes de
circulation des informations à l'avenir ? Le premier
ministre a parlé d'une réforme de la Sûreté de
l'État. Qu'en pense la ministre compétente ? Ces
enquêtes et le départ de M. Dassen ne perturbent-
ils pas le bon fonctionnement de la Sûreté de l'État,
et ce, qui plus est, à un moment où on a
précisément, plus que jamais, besoin que ce
service fonctionne bien ?
01.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Volgens Het
Nieuwsblad van 17 februari 2006 is het Comité I
bezig met een onderzoek van de activiteiten van de
Staatsveiligheid. Dit onderzoek zou onder meer
interviews van agenten omvatten. Aanleiding van
het onderzoek zou de gebrekkige opvolging zijn
van informatie afkomstig van de CIA. Maar naar
verluidt zou ook het dossier van baron de Bonvoisin
onderzocht worden.

Hoever staat het met de selectieprocedure voor de
opvolger van de heer Dassen? Klopt het dat het
Comité I een uitgebreid onderzoek voert bij de
Staatsveiligheid? Heeft dit onderzoek inderdaad te
maken met de Bonvoisin? Hoe denkt men in de
toekomst problemen met de doorstroming van
informatie te voorkomen? De eerste minister heeft
een hervorming van de Staatsveiligheid in het
vooruitzicht gesteld. Wat denkt de bevoegde
minister hier zelf van? Verstoren deze onderzoeken
en het vertrek van Dassen de goede werking van
de Staatsveiligheid niet, en dat op een ogenblik dat
er meer dan ooit nood is aan een goed werkende
dienst?
01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Le projet d'arrêté royal modifiant
l'arrêté royal du 14 janvier 1994 relatif au statut de
l'administrateur général et de l'administrateur
général adjoint de la Sûreté de l'État a été publié au
Moniteur belge le 7 mars 2006. Les candidats ont
21 jours pour déposer leur candidature. Je souhaite
rendre la procédure de recrutement la plus
01.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het ontwerp-KB tot wijziging van het KB van 14
januari 1994 betreffende het statuut van de
administrateur-generaal en adjunct-administrateur-
generaal van de Staatsveiligheid is op 7 maart
2006 verschenen in het Belgisch Staatsblad.
Kandidaten hebben 21 dagen om hun kandidatuur
kenbaar te maken. Het is mijn wens om de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
2
objective possible.
rekruteringsprocedure zoveel mogelijk te
objectiveren. (Frans)
(En français) Quand le choix aura été fait, il faudra
aussi mettre en place un staff à même de redresser
l'image et les méthodes de travail de la Sûreté.
(Frans) Als de keuze eenmaal gemaakt is, zal er
ook moeten worden voorzien in een staf die in staat
is het imago van de Staatsveiligheid te herstellen
en haar werkmethoden bij te sturen.
(En néerlandais) Il est exact que le Comité R mène
une enquête sur le dossier relatif à M. de
Bonvoisin. Le Comité R dépend de la commission
d'accompagnement du Sénat. Seule cette
commission peut fournir des informations à ce
sujet. En ce qui me concerne, je souhaite la
transparence complète sur les dossiers
prétendument réservés de la Sûreté de l'État. De
nombreux articles sont parus dans la presse
flamande à propos des activités de la Sûreté de
l'État. Ce service sera toujours la cible de critiques
parce qu'il travaille en secret et est mal connu du
grand public. Je tiens néanmoins à souligner que la
mauvaise transmission des informations ne relève
pas de la seule responsabilité de la Sûreté de
l'État. L'OCAM, qui vient d'être créé, obligera les
services à mieux collaborer et bénéficie dès lors du
soutien inconditionnel du gouvernement.

Des réunions ont eu lieu à mon cabinet avec des
responsables des différents services de sécurité et
chacun souhaite manifestement faire de la Sûreté
de l'État un service efficace, capable de faire face
aux défis actuels à l'échelle nationale et
internationale.
(Nederlands) Het klopt dat het Comité I een
onderzoek voert inzake het dossier-de Bonvoisin.
Het Comité I hangt af van de
begeleidingscommissie van de Senaat. Alleen deze
commissie kan daarover informatie geven. Ikzelf
wens volledige opheldering over de zogenaamde
gereserveerde dossiers van de Staatsveiligheid.
Vooral in de Vlaamse pers zijn heel wat artikelen
verschenen met informatie over de activiteiten van
de Staatsveiligheid. Deze dienst zal altijd het
mikpunt zijn van kritiek, omdat hij in het geheim
werkt en weinig bekend is bij het grote publiek.
Niettemin wil ik erop wijzen dat de problemen bij de
informatiedoorstroming niet de uitsluitende
verantwoordelijkheid zijn van de Staatsveiligheid.
De oprichting van het OCAD zal de diensten
verplichten beter samen te werken en geniet
daarom de volle steun van de regering.

Op mijn kabinet hebben bijeenkomsten
plaatsgevonden met verantwoordelijken van de
verschillende veiligheidsdiensten en daaruit blijkt
dat iedereen van de Staatsveiligheid een efficiënte
dienst wil maken die de huidige internationale en
nationale uitdagingen aankan.
01.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit) : Nous attendons
avec impatience les candidatures au poste
d'administrateur général de la Sûreté de l'État, qui
exige des qualités exceptionnelles. La réponse de
la ministre indique que la position du premier
ministre n'a pas encore été discutée au sein du
gouvernement.
01.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit): We kijken uit
naar de kandidaturen voor administrateur-generaal
voor de Staatsveiligheid, een job die uitzonderlijke
kwaliteiten vereist. Uit het antwoord van de minister
blijkt dat het standpunt van de premier nog niet
werd uitgediscussieerd in de regering.
01.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Nous attendons les rapports des Comités R et P,
mais, en ce qui me concerne, il n'est pas question
d'intégrer la Sûreté de l'État à l'Intérieur.
01.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wij
wachten op de verslagen van de Comités I en P,
maar, wat mij betreft, is er geen sprake van dat de
Staatsveiligheid in het departement Binnenlandse
Zaken zou worden geïntegreerd.
01.05 Dylan Casaer (sp.a-spirit) : C'est clair.
01.05 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Dat is duidelijk.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Dylan Casaer à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'application de la directive relative aux
comportements agressifs dans la circulation"
(n° 10744)
02 Vraag van de heer Dylan Casaer aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
toepassing van de richtlijn omtrent
verkeersagressie" (nr. 10744)
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
3
02.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit) : D'après des
études réalisées dans les années 90, 80 % de la
population a déjà été témoin de faits d'agressivité
dans la circulation routière et 50 % des personnes
interrogées admettaient avoir déjà été elles-mêmes
agressives au volant. A l'époque, le ministre
Verwilghen avait rédigé une directive en
collaboration avec le collège des procureurs
généraux et d'autres services concernés.

Y a-t-il déjà eu une évaluation de cette directive ?
Si oui, quels en sont les résultats ? Cette directive
est-elle suffisante pour endiguer l'agressivité sur la
route ? Les « rodéos urbains » peuvent-ils entrer
dans le champ d'application de cette directive ?
Quel effet les faits d'agressivité dans la circulation
routière ont-ils sur les transactions ? La ministre
est-elle favorable à l'idée d'étendre aux victimes de
ce type d'agressions la loi accordant une aide aux
victimes d'actes intentionnels de violence ?
02.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Studies over de
jaren negentig leren dat 80 procent van de
bevolking al ooit getuige is geweest van
verkeersagressie en dat 50 procent toegeeft zelf al
eens agressief te zijn geweest in het verkeer.
Minister Verwilghen stelde destijds met het college
van procureurs-generaal en andere betrokkenen
diensten een richtlijn op.



Was er al een evaluatie van die richtlijn? Wat zijn
de resultaten ervan? Volstaat ze om de
verkeersagressie in te dijken? Kunnen straatraces
ook onder deze richtlijn vallen? Welk effect heeft
verkeersagressie op de minnelijke schikkingen? Is
de minister voorstander van de uitbreiding van de
wet die voorziet in hulp aan slachtoffers van
opzettelijke gewelddaden naar slachtoffers van
verkeersagressie?
02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Étant donné qu'il n'existe pas de chef
d'accusation spécifique pour les faits d'agressivité
dans la circulation routière, il n'existe pas non plus
de statistiques à ce sujet. Vu la difficulté d'établir le
caractère agressif de certains actes, la directive a
été accueillie au départ avec un certain scepticisme
par les parquets et les services de police. Depuis
lors, ceux-ci ont développé les moyens techniques
nécessaires pour pouvoir établir ces constats à
l'aide de caméras et du système PROVIDA. La
directive couvre les formes courantes d'agressivité
dans la circulation routière, y compris les « rodéos
urbains
». Elle prévoit une augmentation des
sommes prévues dans le cadre de transactions
lorsque l'infraction peut être qualifiée d'agressive.
Dans la pratique, les infractions agressives donnent
lieu à des médiations pénales ou à des poursuites
devant les tribunaux de police ou les juridictions
correctionnelles.

Lorsqu'une telle infraction revient à infliger des
coups ou des blessures volontaires ou lorsqu'on
peut y voir une entrave méchante à la circulation,
les victimes peuvent s'adresser au Fonds des
victimes si toutes les conditions pour ce faire sont
remplies. Dans pareil cas, les victimes d'accidents
de la route sont toutefois indemnisées par
l'assurance auto ou par le Fonds commun de
garantie automobile. Il ne me semble donc pas
nécessaire de modifier la législation.
02.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Aangezien er geen specifieke tenlastelegging
bestaat met betrekking tot verkeersagressie,
bestaan er ook geen statistische gegevens
daarover. Gezien de moeilijkheid van de
vaststelling van agressieve handelingen werd de
richtlijn oorspronkelijk met enig scepticisme
onthaald bij de parketten en de politiediensten.
Ondertussen hebben zij wel de noodzakelijke
technische middelen ontwikkeld om die
vaststellingen te kunnen doen via camera's en het
PROVIDA-systeem. De richtlijn komt tegemoet aan
de courante vormen van verkeersagressie en slaat
ook op straatraces. Zij voorziet in een verhoging
van de minnelijke schikkingen wanneer een
overtreding als agressief kan worden bestempeld.
In de praktijk geven agressieve overtredingen
aanleiding tot strafbemiddeling of vervolging voor
de politierechtbank of de correctionele rechtbank.


Wanneer de verkeersagressie kan worden
omschreven als het toebrengen van opzettelijke
slagen en verwondingen of als kwaadwillige
belemmering van het verkeer, kunnen de
slachtoffers zich wenden tot het Slachtofferfonds
wanneer alle voorwaarden daartoe vervuld zijn.
Slachtoffers van verkeersongevallen worden echter
vergoed door de autoverzekering of het
Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds. Het lijkt
mij dan ook niet nodig de wetgeving aan te passen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Stijn Bex à la vice-première 03 Vraag van de heer Stijn Bex aan de vice-
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
4
ministre et ministre de la Justice sur "la règle de
l'amnistie pour les armes soumises à
autorisation" (n° 10490)
eerste minister en minister van Justitie over "de
amnestieregeling voor vergunningsplichtige
wapens" (nr. 10490)
03.01 Stijn Bex (sp.a-spirit): Le gouverneur André
Denys souhaite organiser en Flandre orientale une
opération de collecte des armes soumises à
autorisation. La ministre applaudit. Dans notre
proposition de durcissement de la loi sur les armes,
nous plaidons pour une règle d'amnistie permettant
la remise des armes. Ce type d'opération de
collecte a connu un grand succès aux Etats-Unis,
en Australie et en Grande-Bretagne.

Y a-t-il eu concertation entre la province de Flandre
orientale et le cabinet de la Justice ? Comment les
citoyens vont-ils être informés de cette action? Qui
est responsable du bon déroulement de
l'opération ? Un accord a-t-il été passé avec le
Banc d'épreuves de Liège pour la destruction de
ces armes ? Comment y seront-elles acheminées ?
Les autres provinces seront-elles encouragées à
suivre cet exemple ? Combien cette opération va-t-
elle coûter et qui en supportera les frais
?
Envisage-t-on d'indemniser les citoyens qui
remettront leur arme ?
03.01 Stijn Bex (sp.a-spirit): Gouverneur André
Denys wil in Oost-Vlaanderen een inzamelactie
organiseren voor vergunningsplichtige wapens. De
minister juicht deze actie toe. In ons voorstel van
strengere wapenwet pleiten wij voor een
amnestieregeling om wapens in te leveren. In de
VS, Australië en Groot-Brittannië had dit soort
inzamelacties groot succes.


Werd er overleg gepleegd tussen de provincie
Oost-Vlaanderen en het kabinet van Justitie? Hoe
worden de burgers geïnformeerd? Wie is
verantwoordelijk voor een veilig verloop van de
actie? Bestaat er een akkoord met de proefbank
van Luik om de wapens te vernietigen en hoe
zullen die wapens worden overgedragen? Worden
andere provincies aangemoedigd om het Gentse
voorbeeld te volgen? Wat kost deze actie en wie
betaalt de factuur? Overweegt men om de
inleverende burger te vergoeden?
03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en néerlandais)
: Ni mon cabinet, ni le département n'ont été
associés à ce projet. Il s'agit d'une initiative du
gouverneur dans le cadre de la concertation de
sécurité provinciale.

Selon les chiffres de la police fédérale, la Flandre
orientale compte environ 4 000 armes illégales.
C'est pourquoi il est proposé aux détenteurs
d'armes et de munitions légales ou illégales de les
remettre à la police les 22 ou 23 avril 2006.
L'opération est gratuite et un procès-verbal de
cession volontaire sera dressé ou il sera procédé à
une régularisation classique de l'arme. Chaque
arme fera l'objet d'une vérification de sécurité par le
biais du Registre central des armes et sera ensuite
remise au greffe du tribunal de première instance
en vue d'un transfert ultérieur pour sa destruction.

J'analyserai attentivement les résultats de cette
action en vue de son éventuel élargissement.
03.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Noch mijn kabinet, noch het departement werd bij
dit project betrokken. Het is een initiatief van de
gouverneur in het kader van het provinciaal
veiligheidsoverleg.

Volgens cijfers van de federale politie zijn er in
Oost-Vlaanderen ongeveer vierduizend illegale
wapens. Daarom nodigt men de bezitters van
legale of illegale wapens en munitie uit om deze op
22 of 23 april 2006 over te dragen aan de politie.
Dit gebeurt gratis en er zal een PV van vrijwillige
afstand worden opgemaakt of een klassieke
regularisatie van het wapen. Elk wapen krijgt een
veiligheidsverificatie via het Centraal Wapenregister
en zal daarna worden afgegeven bij de griffie van
de rechtbank van eerste aanleg, met het oog op
een latere overdracht voor vernietiging.

Ik zal de resultaten van deze actie nauwlettend
analyseren met het oog op een eventuele
uitbreiding ervan.
(En français) J'espère que nous pourrons voter le
projet sous la présente législature.
(Frans) Hopelijk kunnen we tijdens deze
zittingsperiode over het ontwerp stemmen.
03.03 Stijn Bex (sp.a-spirit) : Le fait que la ministre
suive ce projet est positif. La destruction de ces
armes revêt la plus grande importance mais il est
important de veiller à ce que ces armes ne soient
03.03 Stijn Bex (sp.a-spirit): Het is positief dat de
minister dit project volgt. De vernietiging van deze
wapens is van het grootste belang. Controle moet
ervoor zorgen dat ze niet in andere circuits
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
5
pas réutilisées dans d'autres circuits. Je crains que
le nombre d'armes illégales n'ait été largement
sous-estimé. En Belgique, il y aurait deux millions
d'armes dont 600 000 seulement sont enregistrées.
J'espère que la nouvelle loi sur les armes
comprendra un article qui permettra de mener une
campagne de régularisation ou une opération de
collecte à grande échelle.
terechtkomen. Ik vrees dat het aantal illegale
wapens sterk wordt onderschat. Er zouden in
België twee miljoen wapens zijn, waarvan slechts
600 000 zijn geregistreerd. Hopelijk komt er in de
nieuwe wapenwet nog een specifiek artikel om een
grootschalige regularisatiecampagne of
inzamelactie te voeren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "les résultats de l'étude relative à
l'introduction de la surveillance électronique
comme peine autonome" (n° 10516)
04 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de resultaten van het onderzoek
met betrekking tot het invoeren van het
elektronisch toezicht als autonome straf"
(nr. 10516)
04.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : L'accord
de gouvernement prévoit que la surveillance
électronique deviendra une peine autonome. Les
30 et 31 mars, le Conseil des ministres a chargé
l'Institut national de Criminalistique et de
Criminologie (INCC) d'une mission d'étude visant à
définir le cadre de cette nouvelle mesure. Quelles
conclusions peut-on tirer de cette étude ? Quelles
actions la ministre compte-t-elle entreprendre ?
04.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Het
regeerakkoord bepaalt dat het elektronische
toezicht een autonome straf zal worden. De
ministerraad gaf op 30 en 31 maart het Nationaal
Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC)
de onderzoeksopdracht om het kader van deze
nieuwe maatregel te bepalen. Welke conclusies
kunnen worden getrokken uit het onderzoek?
Welke stappen zal de minister zetten?
04.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Une étude a effectivement été
menée pour déterminer dans quelles conditions la
surveillance électronique pouvait être instaurée en
tant que peine autonome. Cette étude a été
clôturée le 30 septembre 2005.

Dans son rapport, l'INCC indique en premier lieu
que cette mesure se traduira par une extension du
réseau pénal. On risque également de voir se
développer une justice de classes. Selon l'institut,
les magistrats ne sont dès lors pas demandeurs
d'une nouvelle peine de ce type.


L'étude montre également qu'il est difficile, voire
impossible, de réserver la surveillance à certaines
catégories d'infractions. En outre, il paraît difficile
d'arrêter un cadre au sein duquel la surveillance
électronique pourrait évoluer en tant que peine.
04.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Er vond inderdaad een onderzoek plaats om na te
gaan onder welke voorwaarden het elektronische
toezicht als autonome straf kan worden ingevoerd.
Het onderzoek werd afgerond op 30 september
2005.

Het NICC wijst er in zijn verslag allereerst op dat
deze maatregel tot een uitbreiding van het
strafrechtelijke net zal leiden. Het gevaar bestaat
ook dat zich dan een klassenjustitie zal
ontwikkelen. Volgens het instituut zijn de
magistraten daarom geen vragende partij voor een
nieuwe straf van dit type.

Het onderzoek toont ook aan dat het moeilijk of
zelfs onmogelijk is om het toezicht voor te
behouden voor bepaalde categorieën van
wetsovertredingen. Bovendien blijkt het moeilijk om
een kader vast te leggen waarbinnen het
elektronische toezicht als straf kan evolueren.
Les conclusions de l'enquête pourront bientôt être
consultées sur le site de l'INCC. Elles ne
m'apportent cependant pas encore les garanties
dont j'ai besoin pour procéder à une modification de
loi.

Entre-temps, l'UCL et la VUB procèdent à une
De conclusies van het onderzoek zullen binnenkort
op de site van het NICC geraadpleegd kunnen
worden. Zij geven me echter nog niet de
waarborgen die ik nodig heb om tot een
wetswijziging over te gaan.

Intussen zijn de UCL en de VUB bezig met een
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
6
évaluation de la réglementation actuelle et du
fonctionnement de la surveillance électronique. Les
résultats de cette évaluation sont attendus en
automne 2006. J'attendrai aussi ces conclusions
avant de procéder à des modifications législatives.
evaluatie van de huidige reglementering en werking
van het elektronische toezicht. De resultaten
hiervan worden verwacht in de herfst van 2006. Ik
wacht ook op die conclusies alvorens over te gaan
tot wetgevende wijzigingen.
04.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : Avant de
me prononcer sur le contenu des conclusions,
j'attendrai d'avoir pu lire le rapport complet de
l'INCC. La demande d'une deuxième étude montre
bien que ce dossier est traîné en longueur. Il me
semble pourtant que l'accord de gouvernement
était on ne peut plus clair à cet égard.
04.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Ik wacht tot
ik het volledige rapport van het NICC heb kunnen
lezen om inhoudelijk op de conclusies in te gaan.
Het bestellen van een tweede studie wijst er wel op
dat dit dossier op de lange baan wordt geschoven.
Het regeerakkoord was nochtans duidelijk.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de Mme Annemie Turtelboom à la
vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "les commissions paritaires locatives"
(n° 10538)
05 Vraag van mevrouw Annemie Turtelboom aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de paritaire huurcommissies" (nr. 10538)
05.01 Annemie Turtelboom (VLD) : Le projet
pilote relatif à la création et au futur fonctionnement
des commissions paritaires locatives est en cours
depuis le 1
er
juillet 2005. Ces commissions ont pour
objet de résoudre les litiges locatifs et de fixer des
loyers indicatifs.

De nombreux problèmes se posent toutefois. Ainsi,
un médiateur de la commission paritaire peut
estimer utile de réunir le locataire et le propriétaire
pour résoudre un litige. Le locataire peut demander
l'assistance d'un représentant d'une association de
locataires, qui perçoit des subventions publiques à
cet effet. Les associations de propriétaires doivent
assumer elles-mêmes ces frais. Il est d'ailleurs
impossible de trouver un médiateur à Gand, pour
des raisons budgétaires apparemment. Pour fixer
les loyers indicatifs, il semblerait que l'on se base
sur les loyers de 1975. Cette référence est
totalement irréaliste.

La ministre est-elle informée des problèmes et de la
discrimination entre locataires et propriétaires en ce
qui concerne l'aide financière
? Comment les
commissions paritaires seront-elles constituées à
l'avenir ? Parviendra-t-on à trouver un médiateur à
Gand ? La ministre estime-t-elle que des loyers
indicatifs basés sur les prix de 1975 sont réalistes ?
Connaît-elle éventuellement d'autres systèmes mis
en oeuvre à l'étranger ?
05.01 Annemie Turtelboom (VLD): Sinds 1 juli
2005 loopt het proefproject over de vormgeving en
toekomstige werking van de paritaire
huurcommissies. Bedoeling is huurgeschillen op te
lossen en richthuurprijzen uit te werken.


Er zijn echter heel wat knelpunten. Zo kan een
bemiddelaar van de paritaire commissie het nodig
vinden om huurder en eigenaar samen te laten
komen om een geschil op te lossen. De huurder
kan zich laten bijstaan door een vertegenwoordiger
van de huurdersbond, die daarvoor
overheidssubsidies ontvangt. De eigenaarsbonden
moeten zelf voor deze kosten opdraaien. In Gent
vindt men trouwens geen bemiddelaar, en dit
blijkbaar om budgettaire redenen. Bij het bepalen
van de huurrichtprijzen zou men zich bovendien
baseren op de huurprijzen van 1975, wat heel
onrealistisch is.

Is de minister op de hoogte van de problemen en
van de discriminatie in financiële bijstand tussen
huurders en eigenaars? Hoe zullen de paritaire
commissies in de toekomst worden samengesteld?
Zal in Gent een bemiddelaar gevonden worden?
Vindt de minister huurrichtprijzen die gebaseerd zijn
op de prijzen van 1975 werkbaar? Kent ze
misschien andere systemen uit het buitenland?
05.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Ces projets pilotes fonctionnent sans
aucune difficulté à Bruxelles et à Charleroi. La
plupart des problèmes évoqués ne se posent donc
qu'à Gand.
05.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): In
Brussel en Charleroi lopen deze proefprojecten
meer dan behoorlijk. Heel wat van de aangehaalde
problemen doen zich dus alleen voor in Gent.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
7

Le système prévoit en effet la présence d'un
médiateur au sein des commissions paritaires. La
ville de Gand est la seule à éprouver des difficultés
à en trouver un. J'en apprendrai sans doute plus
lors du comité d'accompagnement du 16 mars
prochain. Nous espérons trouver rapidement la
personne adéquate.

Le projet dépend dans une large mesure de la
participation active des associations
représentatives de locataires et de propriétaires.
Toutefois, si une discrimination financière était
constatée entre les deux groupes, ce problème ne
relèverait pas de ma compétence mais de celle des
Régions.

La composition des commissions paritaires était
claire dès le début : des représentants de locataires
et de propriétaires, un représentant de la Région,
de la ville et de l'administration du cadastre, un juge
de paix et un médiateur. À terme, nous
détermineront si cette composition est adéquate.



Chaque commission paritaire peut fixer librement
sa propre méthodologie. Mes représentants au sein
du comité d'accompagnement ont toutefois insisté
pour qu'une méthodologie objective soit appliquée
dans la fixation des loyers indicatifs, sans référence
au passé. Les représentants de la ville de Gand ne
m'ont jamais dit qu'ils travaillaient sur la base de
loyers indicatifs de 1975.
Het systeem voorziet inderdaad in de aanwezigheid
van een bemiddelaar in de paritaire commissies.
Alleen Gent ondervindt problemen om een
bemiddelaar te vinden. Waarschijnlijk kom ik meer
te weten tijdens het begeleidingscomité dat
samenkomt op 16 maart. We hopen snel de juiste
persoon te vinden.

Het project berust sterk op de actieve deelname
van de representatieve bonden van huurders en
eigenaars. Als er echter al sprake zou zijn van een
financiële discriminatie tussen beide groepen, valt
dat niet onder mijn bevoegdheid, maar onder die
van de Gewesten.

De samenstelling van de paritaire commissies was
van in het begin duidelijk: vertegenwoordigers van
huurders en eigenaars, een vertegenwoordiger van
het Gewest en een van de stad, een
vertegenwoordiger van de administratie van het
kadaster, een vrederechter en een bemiddelaar. Na
afloop zullen we evalueren of deze samenstelling
adequaat is.

Elke paritaire commissie kan haar eigen
methodologie vrij bepalen. Mijn vertegenwoordigers
in het begeleidingscomité hebben er wel op
aangedrongen een objectieve methodologie te
hanteren om richtprijzen vast te leggen, zonder
verwijzing naar het verleden. De
vertegenwoordigers van de stad Gent hebben me
nooit laten weten dat ze werken op basis van de
huurprijzen van 1975.
05.03 Annemie Turtelboom (VLD) : Je me réjouis
de constater que deux projets sur trois fonctionnent
bien. La question de la période de référence pour
les loyers indicatifs continue toutefois à poser
problème. Une base objective doit être appliquée.
Ne peut-on examiner comment les systèmes
appliqués dans les pays étrangers, qui sont déjà
plus avancés en la matière, peuvent l'être en
Belgique ?
05.03 Annemie Turtelboom (VLD): Ik ben blij dat
het goed gaat met twee van de drie projecten. De
kwestie van de referentieperiode bij de
richthuurprijzen blijft wel een probleem. Er moet
een objectief uitgangspunt worden gehanteerd. Kan
niet worden nagegaan op welke manier systemen
uit het buitenland ­ waar men al een stuk verder
staat ­ in België kunnen worden toegepast?
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'encodage par les services de police des actes
à caractère raciste" (n° 10540)
06 Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het registreren door de politiediensten van
daden van racisme" (nr. 10540)
06.01 Melchior Wathelet (cdH): Le Collège des
procureurs généraux a adopté, le 22 décembre
2005, un texte permettant aux membres de nos
services de police d'encoder les actes violents et
de les qualifier de racistes le cas échéant.
06.01 Melchior Wathelet (cdH): Op 22 december
2005 keurde het College van procureurs-generaal
een tekst goed waarbij onze politiediensten
gewelddaden kunnen registreren en in voorkomend
geval als racistische daden kunnen aanmerken.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
8
Toutefois, le premier avocat général de l'auditorat
du travail de Liège a signalé, dès la mi-janvier
2006, que ni les policiers, ni les analystes n'étaient
prêts pour entamer ce travail de comptabilisation de
toutes les violences racistes.
Où en est-on aujourd'hui dans l'application de ce
nouveau système d'enregistrement ?
De eerste advocaat-generaal bij het
arbeidsauditoraat van Luik liet evenwel medio
januari 2006 al weten dat politie noch analisten
klaar waren voor die registratie van racistisch
geweld.
Wat is de huidige stand van de toepassing van dat
nieuwe registratiesysteem?
06.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français): Il
s'agit d'affiner la nomenclature des actes racistes
portés à la connaissance de la justice afin
d'identifier les motifs racistes, antisémites et
discriminatoires de certaines infractions tant au
niveau policier que judiciaire.
J'ai réuni à plusieurs reprises tous les acteurs
concernés dans le but d'élaborer une circulaire
permettant de mieux évaluer le phénomène à la
fois statistiquement et en termes de politique
criminelle. Le Collège des procureurs généraux l'a
définitivement adoptée le 22 décembre dernier. Les
derniers détails techniques sont réglés. La
circulaire est donc d'application.
06.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
omschrijving van de racistische daden die aan het
gerecht worden gemeld, moet worden verfijnd,
zodat zowel politie als gerecht de racistische,
antisemitische en discriminerende motieven van
bepaalde strafbare feiten kunnen vaststellen.
Ik heb de betrokken actoren verschillende keren
bijeengebracht, met de bedoeling een circulaire op
te stellen aan de hand waarvan dit verschijnsel
zowel statistisch als in termen van strafbeleid beter
kan worden geëvalueerd. Het College van
procureurs-generaal heeft die rondzendbrief op 22
december definitief goedgekeurd. De laatste
technische details zijn geregeld. De circulaire is dus
van toepassing.
06.03 Melchior Wathelet (cdH): Les nombreuses
réunions entre l'Intérieur et la Justice constituent à
cet égard un signe positif. La circulaire prévoit donc
un nouvel aménagement des procès-verbaux
permettant de mentionner clairement le caractère
raciste d'une infraction.

06.03 Melchior Wathelet (cdH): De talrijke
vergaderingen met de diensten van Binnenlandse
Zaken en Justitie zijn in dat verband een positief
signaal. De circulaire bepaalt dus dat de
processen-verbaal anders zullen worden opgesteld,
zodat het racistische karakter van een strafbaar feit
duidelijk kan worden vermeld.
06.04 Laurette Onkelinx , ministre (en français):
En effet.
06.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Inderdaad.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'absence de projet de loi sur les traducteurs et
interprètes en justice" (n° 10626)
07 Vraag van de heer Claude Marinower aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het uitblijven van het wetsontwerp omtrent de
gerechtstolken-vertalers" (nr. 10626)
07.01 Claude Marinower (VLD): L'avant-projet de
loi portant le statut des traducteurs, interprètes et
traducteurs-interprètes jurés, qui a été approuvé le
23 décembre 2004, a été adapté à l'avis du Conseil
d'État le 4 juillet 2005. Le texte a été modifié à tel
point qu'il doit de nouveau être soumis au Conseil
des ministres et au Conseil d'État. Le 17 janvier
2006, la ministre a assuré à Mme Vautmans que le
projet se trouvait dans une phase définitive mais il
n'a toujours pas été transmis au Conseil des
ministres.

Des questions relatives à l'avant-projet ont été
posées dès avant le 23 décembre 2004. La
Lessiushogeschool et le président du tribunal de
07.01 Claude Marinower (VLD): Het voorontwerp
van wet houdende het statuut van beëdigde
vertalers, tolken en vertalers-tolken, dat op 23
december 2004 was goedgekeurd, werd op 4 juli
2005 aangepast aan het advies van de Raad van
State. Aan de tekst is zoveel veranderd dat het
ontwerp terug naar de ministerraad en de Raad van
State moet. Op 17 januari 2006 zei de minister aan
collega Vautmans dat het ontwerp zich in een
definitieve fase bevond, maar intussen is het nog
steeds niet aan de ministerraad bezorgd.

Al voor 23 december 2004 werden vragen gesteld
over het voorontwerp. Onder meer de
Lessiushogeschool en de voorzitter van de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
9
première instance à Anvers, entre autres, avaient
émis des réserves. La Chambre belge des
traducteurs, interprètes et philologues (CBTIP)
formule aussi des critiques à présent et souligne
que la ministre de la Justice n'a pas jugé utile de
doter le nouveau palais de justice d'Anvers de
cabines d'interprètes.

Quand le nouveau projet de loi sera-t-il soumis au
Conseil des ministres et aux organes de conseil ?
Quand y aura-t-il des avis
? Pourquoi ces
lenteurs
? Combien coûtera l'instauration du
nouveau statut ? Quelle est la position de la
ministre concernant les cabines d'interprètes à
Anvers ? Que pense-t-elle de la proposition de
recourir à des cabines mobiles ?
Antwerpse rechtbank van eerste aanleg hadden
bedenkingen. Ook de Belgische Kamer van
Vertalers, Tolken en Filologen (BKVTF) heeft nu
kritiek en wijst erop dat de minister van Justitie
tolkencabines in het nieuwe Antwerpse
gerechtsgebouw niet nodig vond.


Wanneer wordt het nieuwe ontwerp aan de
ministerraad voorgelegd? Wanneer wordt het aan
de adviesorganen bezorgd? Wanneer zullen de
adviezen er zijn? Waarom duurt alles zolang?
Hoeveel zal de invoering van het nieuwe statuut
kosten? Wat is het standpunt van de minister
inzake de tolkencabines in Antwerpen? Wat vindt
ze van het voorstel om met mobiele cabines te
werken?
07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Le nouveau projet de loi devrait être
présenté au conseil des ministres le 31 mars 2006.
Ensuite, il faudra redemander un avis au Conseil
d'Etat. Les observations émises par le Conseil dans
son premier avis étaient si fondamentales que
l'adaptation du projet initial nous a pris énormément
de temps. De plus, nous nous sommes beaucoup
réunis avec la CBTIP.

Le coût restera relativement limité. Il s'agit
notamment de créer un registre national des
traducteurs, interprètes et traducteurs-interprètes.
Le coût exact n'a pas encore été calculé.

A Anvers, il n'a pas été prévu de cabines
d'interprétation parce que le budget était limité.
Mon administration va maintenant se pencher sur la
question de savoir s'il ne serait pas possible,
budgétairement, d'utiliser des cabines mobiles.
07.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het nieuwe wetsontwerp zou op 31 maart 2006
moeten worden voorgesteld aan de ministerraad.
Daarna moet opnieuw een advies worden gevraagd
aan de Raad van State. De opmerkingen uit het
eerste advies van de Raad van State waren zo
fundamenteel dat het heel wat tijd vergde om het
oorspronkelijke ontwerp aan te passen. Er is ook
heel wat vergaderd met de BKVTF.

De kosten zullen relatief beperkt blijven. Het gaat
onder meer om de oprichting van een nationaal
register van vertalers, tolken en vertalers-tolken. De
exacte kosten moeten nog worden berekend.

Er is in Antwerpen niet voorzien in tolkencabines
omdat het budget beperkt was. Mijn administratie
zal onderzoeken of mobiele cabines budgettair
haalbaar zijn.
07.03 Claude Marinower (VLD): Le 1er juillet
2005, la ministre m'a dit que, par prudence, elle
préférait ne pas donner de date mais qu'elle ferait
en sorte que ce projet soit concrétisé le plus
rapidement possible. Je me réjouis donc de voir ce
que décidera le conseil des ministres du 31 mars
2006.
07.03 Claude Marinower (VLD): Op 1 juli van
vorig jaar zei de minister me dat ze voorzichtig was
met data en dat een en ander zo snel mogelijk zou
gebeuren. Ik kijk met spanning uit naar de
ministerraad van 31 maart 2006.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de Mme Nahima Lanjri à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
lutte contre les pratiques des marchands de
sommeil" (n° 10641)
08 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de strijd tegen de huisjesmelkerij" (nr. 10641)
08.01 Nahima Lanjri (CD&V) : Ma proposition de
loi relative à la saisie de la contre-valeur des biens
mobiliers ou immobiliers aliénés pendant la période
08.01 Nahima Lanjri (CD&V): Mijn wetsvoorstel
inzake de verbeurdverklaring van de tegenwaarde
van roerende of onroerende goederen die werden
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
10
entre le délit et la décision judiciaire définitive a été
adoptée le 12 janvier 2006. Elle permettra d'éviter
que les marchands de sommeil n'essaient de
procéder rapidement à la vente de leur immeuble.


Il est vrai que le propriétaire d'un immeuble déclaré
insalubre n'est pas nécessairement un marchand
de sommeil et il est tout aussi vrai que tous les
immeubles des marchands de sommeil ne sont pas
insalubres. La déclaration d'insalubrité mériterait
toutefois une plus grande attention de la part des
autorités judiciaires. La communication entre les
bourgmestres et les parquets est souvent quasi
inexistante. La ministre pourrait demander, par le
biais d'une circulaire, qu'une liste des immeubles
insalubres soit transmise au parquet qui pourrait
ainsi vérifier s'il s'agit ou non d'immeubles de
marchands de sommeil.

Une interdiction de vente temporaire pourrait en
outre être liée à la décision administrative de
déclaration d'insalubrité. Cette mesure permettrait
aux services de police d'effectuer des contrôles. Le
cas échéant, l'immeuble pourrait également être
saisi.

Que pense la ministre de mes propositions ?
vervreemd in de periode tussen het misdrijf en de
definitieve rechterlijke beslissing, werd op 12
januari 2006 goedgekeurd. Op die manier wordt
vermeden dat huisjesmelkers nog snel hun pand
proberen te verkopen.

Het klopt dat de eigenaar van een onbewoonbaar
verklaard pand niet altijd een huisjesmelker is, net
zomin als een pand van een huisjesmelker altijd
onbewoonbaar is. Toch zou de
onbewoonbaarverklaring meer aandacht moeten
krijgen van de gerechtelijke overheden. De
communicatie tussen burgemeesters en parketten
is vaak zo goed als onbestaande. Via een
rondzendbrief zou de minister de burgemeesters
kunnen vragen een lijst van onbewoonbaar
verklaarde panden te bezorgen aan het parket. Dat
kan dan nagaan of er sprake is van huisjesmelkerij.


Aan de administratieve beslissing tot
onbewoonbaarverklaring zou bovendien een
tijdelijk verkoopverbod kunnen worden gekoppeld.
Dat zou de politiediensten in staat stellen controles
uit te voeren. In voorkomend geval zou men ook
beslag kunnen leggen op het pand.

Wat vindt de minister van mijn voorstellen?
08.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Selon le procureur général
compétent, il n'existe actuellement aucun
mécanisme par lequel le bourgmestre informe
systématiquement le parquet ou l'auditorat du
travail d'une décision d'insalubrité. Le ministère
public n'a par conséquent aucun motif de contrôler
si des marchands de sommeil pratiquent des faits
répréhensibles dans ces bâtiments. Je lancerai une
réflexion sur ce problème lors du prochain collège
des procureurs généraux le 23 mars.

Une interdiction de vente d'un immeuble déclaré
insalubre me semble poser un problème.
Qu'adviendra-t-il des propriétaires qui ne
possèdent pas d'argent pour effectuer des travaux
de rénovation ? Qu'adviendra-t-il des acheteurs qui
ne peuvent acquérir qu'un immeuble insalubre ?

Une interdiction temporaire devra faire l'objet d'une
réflexion approfondie avec les autorités
compétentes. Une telle interdiction rend toutefois
l'immeuble inaliénable, ce qui soulève des
questions sur la compatibilité avec le Code civil.
Une réflexion approfondie sur ces problèmes
s'impose donc tant au niveau fédéral que régional.
08.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Volgens de bevoegde procureur-generaal bestaat
er momenteel geen mechanisme waardoor de
burgemeester het parket of arbeidsauditoraat
systematisch op de hoogte brengt van een
beslissing tot onbewoonbaarheid. Het OM heeft
bijgevolg geen aanleiding om deze gebouwen te
controleren op strafbare feiten van huisjesmelkers.
Op het volgende college van procureurs-generaal
op 23 maart zal ik een denkoefening opstarten over
deze kwestie.

Een verbod op de verkoop van een onbewoonbaar
verklaard pand, lijkt me problematisch. Wat met de
eigenaars die het geld niet hebben om te
renoveren? Wat met de kopers die zich alleen een
onbewoonbaar pand kunnen veroorloven?


Over een tijdelijk verbod moet ernstig worden
nagedacht samen met de bevoegde overheden.
Zo'n verbod maakt het pand immers
onvervreemdbaar, wat vragen doet rijzen over de
verenigbaarheid met het Burgerlijk Wetboek. Zowel
op federaal als op regionaal niveau moet over dit
alles dus grondig worden nagedacht.
08.03 Nahima Lanjri (CD&V) : Je me réjouis 08.03 Nahima Lanjri (CD&V): Ik ben blij dat de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
11
d'apprendre que la ministre abordera le problème
avec les procureurs généraux. Je souhaiterais être
tenue au courant des résultats de la réflexion
relative à l'interdiction de vente temporaire.
minister het probleem op 23 mei ter sprake zal
brengen bij de procureurs-generaal. Ik word graag
op de hoogte gehouden van de resultaten van de
denkoefening over het tijdelijke verkoopsverbod.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"les juges consulaires" (n° 10659)
09 Vraag van de heer Claude Marinower aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"rechters in handelszaken" (nr. 10659)
(VLD) : Le 4 mai 2004, 80 vacances d'emplois de
juge consulaire au tribunal de commerce d'Anvers
ont été publiées, mais personne n'a encore été
nommé jusqu'à présent.

Quand les nouveaux juges seront-ils nommés ? Si
aucune date n'a encore été fixée, la ministre peut-
elle me communiquer la raison de ce retard ?
Pourra-t-il y être remédié ?
(VLD): Op 4 mei 2004 werden er tachtig vacatures
gepubliceerd voor rechter in handelszaken bij de
rechtbank van koophandel te Antwerpen, maar tot
op heden werd er nog niemand benoemd.

Wanneer zullen de nieuwe rechters worden
benoemd? Als er nog geen datum is vastgesteld,
kan de minister mij dan de reden van de vertraging
geven? Kan daar iets aan worden gedaan?
09.01 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Les nominations auxquelles M. Marinower se réfère
seront normalement publiées au Moniteur avant fin
mars.
09.01 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
benoemingen waarnaar de heer Marinower
verwijst, zullen normalerwijze vóór eind maart in het
Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd.
(En néerlandais) L'extension des cadres des juges
consulaires génère une importante charge de
travail. Le problème ne se résume pas au tribunal
de commerce d'Anvers. L'année dernière, 266
vacances ont été publiées et 684 candidats y ont
réagi. Pour chaque candidat, plusieurs avis doivent
être rédigés : pour le tribunal de commerce, pour
les procureurs du Roi, pour les procureurs
généraux et pour les cours d'appel. En outre, il faut
procéder à une évaluation individuelle des titres et
mérites de chaque candidat.


Deux-cent treize personnes seront probablement
nommées à la fonction de juge consulaire. Ces
nominations devront encore être signées par les
ministres de la Justice, de l'Économie, des Classes
moyennes ainsi que par le Roi.

Eu égard à la charge de travail, le délai ne me
paraît pas déraisonnable. Les nominations ont déjà
eu lieu dans un certain nombre de petits tribunaux.
Anvers suivra prochainement.
(Nederlands) De uitbreiding van de kaders van de
rechters in handelszaken genereert een grote
werklast. Het gaat ook niet alleen om de Antwerpse
rechtbank van koophandel. Vorig jaar werden er
266 vacatures gepubliceerd, waarop 684
kandidaten reageerden. Voor elke kandidaat
moeten verschillende adviezen worden opgesteld:
voor de rechtbank van koophandel, voor de
procureurs des Konings, voor de procureurs-
generaal en voor de hoven van beroep. Ook moet
er per kandidaat een individuele afweging van titels
en verdiensten gebeuren.

Er zullen waarschijnlijk 213 personen tot consulair
rechter worden benoemd. Die benoemingen
moeten dan nog worden ondertekend door de
ministers van Justitie, Economie en Middenstand
en door de Koning.

Gezien het vele werk lijkt de termijn mij niet
onredelijk. In enkele kleinere rechtbanken zijn de
benoemingen al gebeurd, Antwerpen volgt spoedig.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Questions jointes de
- M. Koen T'Sijen à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "la réunion de Blood
and Honour à Vremde" (n° 10694)
- Mme Hilde Claes à la vice-première ministre et
10 Samengevoegde vragen van
- de heer Koen T'Sijen aan de vice-eerste minister
en minister van Justitie over "de bijeenkomst van
Blood and Honour te Vremde" (nr. 10694)
- mevrouw Hilde Claes aan de vice-eerste
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
12
ministre de la Justice sur "l'organisation 'Blood
and Honour'" (n° 10713)
- M. Claude Marinower à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "une réunion de
néonazis" (n° 10788)
minister en minister van Justitie over "de
organisatie 'Blood and Honour'" (nr. 10713)
- de heer Claude Marinower aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "een
bijeenkomst van neonazi's" (nr. 10788)
10.01 Koen T'Sijen (sp.a-spirit) : Le 4 mars, le
mouvement Blood and Honour a donné un concert
à Vremde. Cette information est parue dans les
journaux De Standaard et De Morgen.

Une organisation néonazie peut-elle organiser des
concerts aussi facilement ? La Sûreté de l'Etat
surveille-t-elle ce groupe de près ? Blood and
Honour
figure-t-elle sur la liste des organisations
représentant une menace pour l'Etat ? La Sûreté
de l'Etat était-elle au courant de ce rassemblement
et en a-t-elle informé le bourgmestre ? De quelle
manière entendait-on maintenir l'ordre public ? À
qui incombe la responsabilité d'interdire de tels
concerts ?

La ministre compte-t-elle prendre des mesures
tendant à interdire de telles organisations et
activités ? Pourquoi ne pas engager des actions
contre Blood and Honour sur la base de la loi de
1995 sanctionnant le négationnisme ?
10.01 Koen T'Sijen (sp.a-spirit): Op 4 maart vond
in Vremde een concert plaats van de nazistische
beweging Blood and Honour. Zowel De Standaard
als De Morgen maakte hiervan gewag.

Mag een nazistische organisatie zomaar concerten
organiseren? Volgt de Staatsveiligheid deze
organisatie? Staat Blood and Honour op de lijst van
staatsgevaarlijke organisaties? Was de
Staatsveiligheid op de hoogte van de bijeenkomst
en heeft ze de burgemeester hiervan op de hoogte
gebracht? Op welke manier wilde men de openbare
orde handhaven? Wie is verantwoordelijk voor het
verbieden van dergelijke concerten?


Zal de minister maatregelen nemen om zulke
organisaties en activiteiten te verbieden? Waarom
wordt niet opgetreden tegen Blood and Honour op
basis van de wet van 1995 die ontkenning van de
holocaust strafbaar stelt?
10.02 Hilde Claes (sp.a-spirit) : Par le passé, le
ministre Dewael avait déjà fait savoir que Blood and
Honour
figurait sur la liste des groupements en
point de mire de la Sûreté de l'État. En Espagne et
en Allemagne, cette organisation est interdite.

Cette organisation est-elle toujours suivie par la
Sûreté de l`État ? La ministre a-t-elle été informée
du concert à Vremde ? Comment a-t-elle réagi à
cette information ? Pourquoi le bourgmestre de
Boechout n'était-il pas au courant ? Sera-t-il fait
obstacle aux activités de Blood and Honour à
l'avenir et cette organisation sera-t-elle interdite ?
L'individu qui a tabassé le cameraman de VTM
sera-t-il poursuivi pénalement ?
10.02 Hilde Claes (sp.a-spirit): In het verleden liet
minister Dewael al weten dat Blood and Honour op
de lijst van door de Staatsveiligheid te volgen
groeperingen staat. In Spanje en Duitsland is de
organisatie verboden.

Wordt de organisatie nog steeds gevolgd door de
Staatsveiligheid? Werd de minister op de hoogte
gebracht van het concert in Vremde? Wat heeft zij
met die informatie gedaan? Waarom was de
burgemeester van Boechout niet op de hoogte?
Zullen de activiteiten van Blood and Honour in de
toekomst worden verhinderd en zal de organisatie
worden verboden? Zal de man die een VTM-
cameram aftuigde, strafrechterlijk worden vervolgd?
10.03 Claude Marinower (VLD) : Tout doute
quant au fait qu'il s'agit en l'espèce de racaille aura
certainement été dissipé par l'émission Terzake de
samedi. La question-clé consiste à savoir pourquoi
cette organisation choisit toujours nos régions pour
ses réunions alors que la plupart des participants
sont étrangers. En réponse à une question que je
lui ai adressée précédemment sur le sujet, le
ministre Dewael avait indiqué que Blood & Honour
faisait partie des « groupements à suivre ». Les
incidents répétés n'ont manifestement toujours pas
suffi pour justifier l'interdiction de cette organisation.
10.03 Claude Marinower (VLD): Elke twijfel dat
het hier gaat om gemeen tuig, zal door de
uitzending van Terzake van zaterdag wel
weggenomen zijn. De hamvraag is waarom deze
organisatie steeds onze streken kiest voor haar
bijeenkomsten, terwijl de meeste deelnemers
buitenlanders zijn. In antwoord op een eerdere
vraag van mijnentwege antwoordde minister
Dewael dat Blood and Honour behoort tot de "te
volgen groeperingen". Blijkbaar zijn de herhaalde
incidenten nog altijd niet voldoende geweest om
deze organisatie te verbieden.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
13
Comment se peut-il qu'une telle organisation puisse
continuer à organiser des réunions en Belgique ?
La Sûreté de l'État était-elle au fait de cette
réunion ? De quels moyens légaux dispose-t-on
pour interdire de telles réunions ? Pourquoi notre
pays constitue-t-il un pôle d'attraction à cet égard ?
Dans quelle mesure la situation dans notre pays
diffère-t-elle de celle des pays voisins ? Quand le
bourgmestre a-t-il été informé de cette réunion ?

Hoe kan het dat een dergelijke organisatie
bijeenkomsten kan blijven organiseren in België?
Was de Staatsveiligheid op de hoogte van deze
bijeenkomst? Wat kan men wettelijk doen om zulke
bijeenkomsten te verbieden? Waarom is ons land
een aantrekkingspool voor dergelijke
bijeenkomsten? In welk opzicht verschilt de situatie
in ons land met die in de buurlanden? Wanneer
werd de burgemeester op de hoogte gebracht van
de bijeenkomst?
10.04 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : L'organisation Blood and Honour est
une organisation extrémiste au sens de la loi du 30
novembre 1998 réglementant les services de
renseignements et de sécurité.

Contrairement à la police fédérale, la Sûreté de
l'Etat ne dispose pas d'une liste des groupuscules
qui doivent être surveillés car ses missions
s'inscrivent dans une approche prospective de
phénomènes susceptibles de faire peser une
menace sur la sécurité intérieure ou extérieure de
l'Etat. Par conséquent, elle ne peut étendre son
action à certains groupuscules. Lorsque l'analyse
des idéologies extrémistes produit des informations
pertinentes du point de vue du maintien de l'ordre
public, ces informations sont communiquées aux
autorités compétentes.

Notre système juridique ne permet pas d'interdire
purement et simplement toutes les activités de
certains groupuscules sur notre territoire. Ce serait
contraire à la liberté d'assemblée et d'association.
Cela dit, nous disposons de dispositions légales qui
permettent de sanctionner toute activité raciste,
antisémite et négationniste. Lors de réunions avec
le collège des procureurs généraux, j'ai rappelé à
plusieurs reprises que la lutte contre ce type
d'activités était une priorité du gouvernement, ce
qui m'a amené à prendre une circulaire spécifique
précisant le rôle des magistrats de référence et des
services de police dans la lutte contre le racisme
sous toutes ses formes.
10.04 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De organisatie Blood and Honour valt onder de
definitie van `extremisme' uit de wet van 30
november 1998 houdende regeling van de
inlichtingen- en veiligheidsdienst.

De Staatsveiligheid beschikt niet over een lijst van
te volgen groeperingen, zoals dat wel het geval is
bij de federale politie. De opdrachten van de
Staatsveiligheid passen namelijk in een
prospectieve benadering van fenomenen die een
bedreiging kunnen vormen van de binnenlandse of
buitenlandse veiligheid van de staat. Zij kan haar
actie dus niet beperken tot bepaalde groeperingen.
Als de analyse van extremistische ideologieën
informatie oplevert die relevant is voor het bewaren
van de openbare orde, wordt deze aan de
bevoegde instanties meegedeeld.

Ons juridisch systeem maakt het niet mogelijk om
alle activiteiten van bepaalde groeperingen op ons
grondgebied gewoonweg te verbieden. Dit zou
strijdig zijn met de vrijheid van vergadering en
vereniging. We beschikken echter wel over
wettelijke bepalingen om racistische, antisemitische
en negationistische activiteiten te bestraffen.
Tijdens vergaderingen met het college van
procureurs-generaal heb ik er al meermaals aan
herinnerd dat de bestrijding van dergelijke
activiteiten voor de regering een prioriteit vormt. Dit
heeft geleid tot een specifieke rondzendbrief over
de rol van de referentiemagistraten en
politiediensten in de strijd tegen het racisme in al
zijn vormen.
L'évaluation de menaces extrémistes fera
également partie de la mission de l'OCAM. Sur la
base des données provenant des différents
services de police et de renseignements, l'OCAM
sera à même de déterminer la gravité de la menace
que représente un tel mouvement quand il organise
des événements sur notre territoire national.

Pour ne pas attirer l'attention de la presse ni des
associations anti-fascistes et de la police, les
organisateurs de concerts skinheads n'annoncent
De evaluatie van extremistische dreigingen zal ook
tot de opdracht van het OCAD behoren. Op basis
van gegevens afkomstig van de verschillende
inlichtingen- en politiediensten, zal OCAD kunnen
vaststellen hoe ernstig de dreiging is van een
dergelijke beweging, wanneer die op ons
grondgebied evenementen organiseert.

Om niet de aandacht van pers, antifascisten en de
politie te trekken, maken de organisatoren van
skinheadconcerten doorgaans pas enkele dagen
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
14
généralement un lieu de rencontre que quelques
jours auparavant. On y vérifie ensuite que les
intéressés font bel et bien partie du milieu en
question avant de leur communiquer l'adresse de la
salle où aura lieu le concert.

Le 20 février, le Centre de crise, la Sûreté de l'État
et le service judiciaire de l'arrondissement d'Anvers
ont été mis au courant de l'organisation d'un
concert Blood en Honour le 4 mars dans la région
d'Anvers. Le 28 février, les services savaient que
les membres du mouvement se réuniraient à
Borsbeek. Une collaboration opérationnelle a
immédiatement été mise sur pied entre la police et
la Sûreté de l'État afin de découvrir le lieu du
concert. Le 4 mars à 18 h 25, la Sûreté de l'État a
réussi à localiser la salle à Vremde. La police locale
a ainsi pu se rendre sur place à temps.
voordien een verzamelplaats gekend. Daar wordt
dan nagegaan of de geïnteresseerden wel degelijk
tot het milieu behoren en krijgen ze het adres van
de zaal waar het concert plaats zal hebben.


Op 20 februari werden het Crisiscentrum, de
Staatsveiligheid en de gerechtelijke dienst van het
arrondissement Antwerpen op de hoogte gebracht
van het feit dat er op 4 maart door Blood en Honour
een concert zou worden georganiseerd in de regio
Antwerpen. Op 28 februari wisten de diensten dat
de leden van de beweging zouden samenkomen in
Borsbeek. Er werd meteen een operationele
samenwerking opgezet tussen politie en
Staatsveiligheid om de plaats van het concert te
achterhalen. Daardoor kon de Staatsveiligheid op 4
maart om 18.25 uur de zaal in Vremde ontdekken.
De lokale politie kon aldus tijdig ter plaatse zijn.
(En français) Mon collègue de l'Intérieur complètera
pour le volet policier et la coordination au Centre de
crise.
(Frans) Mijn collega van Binnenlandse Zaken zal
nadere toelichting geven bij de rol van de politie en
de manier waarop de coördinatie in het
Crisiscentrum verloopt.
10.05 Koen T'Sijen (sp.a-spirit) : Je suis déçu que
l'intervention ait eu lieu si tardivement, alors que le
lieu de rassemblement figurait déjà depuis des
semaines sur le site internet de Blood and Honour.
La police locale n'était pas présente de manière
visible et elle n'est pas intervenue. Le bourgmestre
n'était apparemment pas au courant. J'estime que
les interventions sont trop laxistes et que l'on
essaie trop souvent de renvoyer la patate chaude à
la police.

S'il n'existe pas de moyens légaux permettant
d'interdire ce type d'organisation, j'estime qu'il
revient au gouvernement de créer cette possibilité.
L'immobilisme équivaut à capituler devant l'extrême
droite, comme dans les années 30.
10.05 Koen T'Sijen (sp.a-spirit): Ik ben
ontgoocheld dat men zo laat heeft opgetreden,
terwijl de verzamelplaats al weken op de website
van Blood and Honour stond. De lokale politie was
ook niet zichtbaar aanwezig en heeft niet
opgetreden. De burgemeester was blijkbaar niet op
de hoogte. Ik vind dat er te laks opgetreden wordt
en dat men ook te veel probeert de hete aardappel
naar de politie door te schuiven.


Als er geen wettelijke mogelijkheid bestaat om dit
soort organisaties te verbieden, dan vind ik dat de
regering die mogelijkheid moet creëren. Niets doen
komt neer op capituleren voor extreemrechts, zoals
in de jaren dertig.
10.06 Hilde Claes (sp.a-spirit) : Je comprends
qu'il est impossible d'interdire légalement cette
organisation, mais qu'il est toutefois possible d'agir
contre les infractions aux lois pénales. C'est
précisément là que le bât blesse. Aucune poursuite
n'a encore été engagée.
10.06 Hilde Claes (sp.a-spirit): Ik begrijp dat het
wettelijk niet mogelijk is deze organisatie te
verbieden, maar dat men wel kan optreden tegen
inbreuken op de strafwetten. Precies daar wringt
het schoentje: er is nog nooit vervolging ingesteld.
La ministre se réfère à juste titre à la méthode de
travail complexe appliquée par les organisateurs.
Or la Sûreté de l'État semble être au courant des
réunions et la presse y consacre même des
articles. Il se produit toutefois des incidents dont le
bourgmestre de la commune ne semble pas être
informé. Il faut en tirer des conclusions et éviter ce
genre d'incidents.
De minister verwijst terecht naar de ingewikkelde
werkwijze van de organisatoren, maar blijkbaar is
de Staatsveiligheid wel geïnformeerd en schrijft de
pers er zelfs over. Toch zijn er incidenten en blijkt
de betrokken burgemeester niet op de hoogte. We
moeten daaruit conclusies trekken. Dit soort
incidenten moet worden vermeden.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
15
10.07 Claude Marinower (VLD) : L'honneur de
notre pays, et plus particulièrement de la Flandre,
est en jeu. Il faut qu'une initiative législative soit
prise d'urgence pour interdire ce type de concert,
ce qui est déjà le cas dans d'autres pays
européens. En Allemagne, la police réussit à
encercler une salle et à arrêter une manifestation
en une demi-heure à peine alors qu'en Belgique, la
police se contente de se rendre sur place sans
intervenir ou en intervenant de manière trop laxiste.
Il est dramatique que notre pays, malgré toute sa
législation relative au racisme et à l'antisémitisme,
continue à exercer un tel pouvoir d'attraction sur
cette racaille.
10.07 Claude Marinower (VLD): De eer van ons
land en van Vlaanderen in het bijzonder staat op
het spel. Er moet dringend een wetgevend initiatief
worden genomen om dit soort concerten te
verbieden, zoals dat elders in Europa gebeurde. In
Duitsland slaagt de politie erin binnen een half uur
de zaal te omsingelen en de manifestatie stop te
zetten, in België komt de politie alleen ter plaatse
en wordt niet of veel te laks opgetreden. Het is een
drama dat ons land ondanks alle wetgeving tegen
racisme en antisemitisme nog steeds een grote
aantrekkingskracht uitoefent op dit tuig.
10.08 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
L'efficacité de l'action et la séparation des pouvoirs
ne me permettent pas d'en dire davantage. Par
ailleurs, je n'ai pas à recevoir des leçons sur mes
convictions antifascistes.
10.08 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Om het
goede verloop van de actie niet in gevaar te
brengen en door de scheiding der machten kan ik
daarover niet verder uitweiden. Men moet me
trouwens de les niet lezen wat antifascistische
overtuiging betreft.
10.09 Claude Marinower (VLD) : Je connais les
convictions de la ministre et je les respecte. Je ne
puis dès lors accepter sa remarque.
10.09 Claude Marinower (VLD): Ik ken de
overtuiging van de minister en respecteer die. Ik
aanvaard haar opmerking dan ook niet.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Valérie Déom à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
nombre d'enfants détenus en prison avec leur
mère" (n° 10703)
11 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het aantal kinderen dat samen met hun moeder
in de gevangenis wordt vastgehouden"
(nr. 10703)
11.01 Valérie Déom (PS) : La situation des
femmes détenues enceintes ou mères d'enfants en
très bas âge a fait l'objet d'une résolution adoptée
par le Parlement européen en 2000. Or, chez nous,
la plupart des établissements pénitentiaires pour
femmes ne disposent pas réellement
d'infrastructures adaptées, à l'exception de la
prison de Bruges, où les femmes enceintes sont
orientées dès le septième mois, ce qui rompt
parfois les contacts de la détenue avec ses
proches.


Beaucoup reste à faire. L'accent doit être mis sur le
bien-être de l'enfant, auquel des contacts à
l'extérieur devraient pouvoir être garantis pour
rompre le lien fusionnel avec la mère, et sur celui
de la maman, qui devrait pouvoir bénéficier d'un
soutien psychologique et de programmes de
réinsertion pour éviter les abandons et les
maltraitances consécutives au séjour en prison.
11.01 Valérie Déom (PS): In 2000 vaardigde het
Europees Parlement een resolutie uit over de
situatie van zwangere vrouwen en moeders van
zuigelingen die in gevangenissen verblijven. De
meeste Belgische vrouwengevangenissen
beschikken echter niet over aangepaste
infrastructuur, met uitzondering van de gevangenis
van Brugge, waar zwangere vrouwen vanaf de
zevende maand worden ondergebracht. Vaak
wordt het contact tussen de gedetineerde en haar
familie daardoor echter verbroken.

Er is dus nog veel werk aan de winkel. Daarbij moet
de nadruk worden gelegd op het welzijn van het
kind, bijvoorbeeld door externe contacten te
verzekeren die de band tussen moeder en kind
losser maken. Ook de moeder zelf verdient de
nodige aandacht: ze moet psychologische steun
krijgen en aan reïntegratieprogramma's kunnen
deelnemen, om te voorkomen dat ze haar kind na
de gevangenschap zou verwaarlozen of
mishandelen.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
16
Quel est le nombre d'enfants concernés
actuellement par cette situation ? Quels sont les
établissements pénitentiaires qui ne disposent
encore d'aucune infrastructure spécifique ? Des
programmes spécifiques de réinsertion ou de
soutien psychologique des mères détenues ainsi
que des initiatives tendant à favoriser les contacts
de l'enfant avec l'extérieur sont-ils déjà mis en
place dans certains établissements ?
Hoeveel kinderen verkeren momenteel in die
situatie? Welke strafinrichtingen beschikken nog
over geen enkele specifieke infrastructuur? Wordt
in sommige inrichtingen al werk gemaakt van
specifieke reclasseringsprogramma's of van
programma's voor psychologische ondersteuning
van de moeders die opgesloten zitten, alsook van
initiatieven die de contacten van de kinderen met
de buitenwereld bevorderen?
11.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Au 9 mars, il y avait dix enfants détenus avec leur
mère (deux à Lantin, deux à Berkendael et six à
Bruges).


Lantin et Berkendael disposent d'infrastructures et
d'équipements adéquats et Bruges dispose d'une
infrastructure adéquate. Des programmes
spécifiques sont mis en place pour les mères
détenues avec leurs enfants : à Bruges, visite
mensuelle d'une infirmière de Kind en Gezin, congé
mensuel dans la famille, promenades à l'extérieur,
facilités de visites pour la famille, activités
spécifiques à certains moments ; à Berkendael,
suivi par une travailleuse médico-sociale et une
pédiatre de l'ONE, places réservées dans une
crèche proche ; la même dynamique existe à
Lantin.




Il existe également des activités mère-enfant pour
les mères incarcérées dont les enfants sont
hébergés dans leur famille ou dans des institutions
de placement ; des entretiens et des groupes de
paroles sont organisés par des plannings familiaux.
Le Relais enfants-parents encadre des visites
spéciales mère-enfant le mercredi et le samedi et
anime des activités diverses, des fêtes, des jeux,
etc.
11.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Op 9
maart zaten er tien kinderen bij hun moeder in de
gevangenis (twee in Lantin, twee in Berkendael en
zes in Brugge).

De strafinrichtingen van Lantin en Berkendael
beschikken over een aangepaste infrastructuur en
aangepaste voorzieningen, en ook in Brugge is de
infrastructuur hierop berekend. Er zijn specifieke
programma's voor gedetineerde moeders met
kinderen. In Brugge komt de verpleegster van Kind
& Gezin maandelijks op bezoek. Voorts zijn er: een
regeling voor maandelijks verlof bij het gezin,
wandelingen buiten de gevangenis, een soepele
bezoekregeling voor gezinsleden, specifieke
activiteiten. In Berkendael is er voorzien in een
follow-up door een medisch-maatschappelijk
werkster en een kinderarts van de Office de la
Naissance et de l'Enfance
(ONE) en worden er
plaatsen voorbehouden in een nabijgelegen
crèche. Diezelfde dynamiek is er ook in Lantin.

Voorts zijn er activiteiten voor moeder en kind voor
moeders die in de gevangenis zitten en wier
kinderen opgevangen worden in hun familie of
geplaatst zijn in instellingen. Er worden gesprekken
en praatgroepen georganiseerd in het kader van de
gezinsplanning. De vzw Relais Enfants-Parents
begeleidt speciale kinderbezoeken op woensdag
en zaterdag en verzorgt diverse activiteiten,
feestjes, spelletjes, enz.
Toutes les mères ont accès à des formations
qualifiantes utiles à mêmes de leur donner un atout
supplémentaire pour leur réinsertion.
Alle moeders hebben toegang tot
scholingsprogramma's, waardoor ze over meer
troeven beschikken in het licht van hun
reclassering.
11.03 Valérie Déom (PS) : Malgré le nombre
restreint d'enfants, tout est donc mis en place pour
leur garantir un développement adéquat
11.03 Valérie Déom (PS): Ondanks het beperkt
aantal kinderen, worden alle voorzieningen dus
getroffen om een behoorlijke ontwikkeling te
garanderen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de M. Bart Laeremans à la vice- 12 Vraag van de heer Bart Laeremans aan de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
17
première ministre et ministre de la Justice sur "la
mobilisation des services de police dans le cadre
des opérations de recherche de la terroriste
turque Erdal" (n° 10716)
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het politiealarm met betrekking tot de opsporing
van de Turkse terroriste Erdal" (nr. 10716)
12.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Le 7
mars 2006, le porte-parole du principal syndicat de
la police déclarait qu'après la disparition de Mme
Erdal, l'alerte policière a été donnée beaucoup trop
tard et que les recherches étaient dès lors plus
difficiles. J'ai lu dans le quotidien De Tijd du 9 mars
2006 que l'alerte policière n'avait pas été donnée
parce que les conditions n'étaient pas réunies à cet
effet.

M. De Gucht a déclaré ce week-end que Mme
Erdal sera extradée vers la Turquie. Il n'a pas
attendu l'avis judiciaire à ce sujet. Cette déclaration
annule toute chance que Mme Erdal reparaisse, et
renforce dès lors notre présomption selon laquelle
le gouvernement préfère laisser filer Mme Erdal
que la retrouver. Une concertation avec M. De
Gucht a-t-elle eu lieu ?

À quel moment Mme Erdal a-t-elle échappé à la
surveillance de la Sûreté de l'État et la police
fédérale était-elle associée à la surveillance ?
Quand précisément la Sûreté de l'État a-t-elle
indiqué que Mme Erdal s'était échappée ? Quelles
initiatives ont été prises ? L'ordre de recherche
relatif au véhicule a-t-il uniquement été donné aux
services de sécurité bruxellois ?

Quelles initiatives ont-elles été prises par le
ministre et le parquet fédéral immédiatement après
la condamnation de Mme Erdal ? Quand et par qui
l'alerte policière nationale a-t-elle été donnée ? Les
services de la Sûreté de l'État et de la police
collaborent-ils à présent ?
12.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Op 7
maart 2006 verklaarde de woordvoerder van de
grootste politievakbond dat er na de verdwijning
van Erdal veel te laat politiealarm werd geslagen,
waardoor de opsporing werd bemoeilijkt. In De Tijd
van 9 maart 2006 lazen we dat er geen politiealarm
werd geslagen omdat de voorwaarden daarvoor
niet waren vervuld.


Minister De Gucht verklaarde dit weekend dat Erdal
zal worden uitgeleverd aan Turkije. Hij wachtte het
gerechtelijk advies daarover niet af. De kans dat
Erdal nog opduikt, wordt door die uitspraak
onbestaande. Het vermoeden dat de regering haar
liever kwijt dan rijk is en haar dus liever niet
terugvindt, wordt meteen ook groter. Werd er met
minister De Gucht overlegd?

Hoe laat ontsnapte Erdal aan het oog van de
Staatsveiligheid en was de federale politie daarbij
betrokken? Hoe laat heeft de Staatsveiligheid dit
gemeld? Welke initiatieven werden genomen?
Werd het opsporingsbevel betreffende het voertuig
enkel gemeld aan de Brusselse
veiligheidsdiensten?


Welke initiatieven werden door de minister en het
federaal parket genomen onmiddellijk na de
veroordeling van Erdal? Wanneer en door wie werd
nationaal politiealarm geslagen? Werken
Staatsveiligheid en politie nu samen?
12.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Selon un syndicat policier, nous
avons perdu du temps en omettant de donner
l'alerte policière nationale à la suite de la disparition
de Mme Erdal le 27 février et de la décision
judiciaire le 28 février.

L'alerte policière relève de la police judiciaire et son
fondement légal est la loi sur la fonction de police
du 5 août 2002 et la loi organisant un service de
police intégré du 7 décembre 1998. L'exécution de
l'alerte est régie par une circulaire du 1
er
mai 2005,
qui met l'accent sur le caractère exceptionnel de la
procédure. Étant donné son coût élevé, l'alerte est
par ailleurs automatiquement suspendue après
quelques heures.
12.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Volgens een politievakbond hebben we tijd verloren
door geen nationaal politiealarm af te kondigen na
de verdwijning van Erdal op 27 februari en de
rechterlijke uitspraak op 28 februari.

Het politiealarm is een handeling van de
gerechtelijke politie. De wettelijke basis hiervoor
zijn de wet op het politieambt van 5 augustus 2002
en de wet tot organisatie van een geïntegreerde
politiedienst van 7 december 1998. De uitvoering
van het alarm wordt geregeld door een
rondzendbrief van 1 mei 2005, die de nadruk legt
op het buitengewone karakter van de procedure.
Door de hoge kostprijs wordt het alarm na enkele
uren ook automatisch opgeheven.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
18
L'alerte policière a pour but de diffuser le
signalement des auteurs et de garantir leur
recherche et leur arrestation. Elle implique une
intervention immédiate et coordonnée des services
de police et est appliquée dans le cas d'actes
terroristes ou de faits exceptionnels à caractère
criminel grave, à la condition que ces actes ou ces
faits soient récents, que les auteurs soient en fuite
et qu'il existe des indices sérieux pour procéder aux
recherches.

Ces conditions n'ont été remplies à aucun moment
dans le cas qui nous occupe. Au moment de la
disparition de Mme Erdal, il n'existait aucun
fondement judiciaire pour priver Mme Erdal de sa
liberté. Après la décision judiciaire, il n'était
nullement question d'acte terroriste ou de fait
criminel récent.
Het politiealarm heeft tot doel het signalement van
de daders te verspreiden en hun opsporing en
arrestatie te garanderen. Het alarm leidt tot een
onmiddellijk en gecoördineerd optreden van de
politiediensten en wordt gebruikt bij een
terroristische daad of een uitzonderlijk feit met een
zwaar crimineel karakter, op voorwaarde dat die
daden of feiten recent zijn, de daders gevlucht zijn
en er ernstige aanwijzingen zijn om tot opsporingen
te leiden.

Aan deze voorwaarden werd in dit concrete geval
nooit voldaan. Bij de verdwijning van Erdal ontbrak
de gerechtelijke grond om haar van haar vrijheid te
beroven. Na de rechterlijke uitspraak was er geen
sprake van een terroristische daad of een recent
crimineel feit.
La disparition de Mme Erdal le 27 février a été
communiquée au parquet fédéral, au cabinet de la
justice et au centre de crise entre 19 h 15 et 20 h.
Le parquet a demandé, le soir-même, de diffuser la
plaque minéralogique du véhicule utilisé à tous les
services de police de l'agglomération bruxelloise.


Tous les devoirs d'enquête de recherche et
d'arrestation relatifs à Mme Erdal ont été ordonnés
et exécutés immédiatement après la décision
judiciaire. Le procureur fédéral a ordonné
l'exécution de toutes les ordonnances, les services
de police spécialisés ont été réquisitionnés et des
méthodes particulières de recherche ont été mises
en oeuvre. Les signalements ont été diffusés au
niveau national et international.

Une enquête judiciaire est actuellement en cours
sur la fuite et la recherche de Mme Erdal et des
personnes qui l'ont aidée. Les services de
renseignements et de police collaborent étroitement
dans ce dossier.
De verdwijning van Erdal werd op 27 februari
tussen 19.15 en 20 uur gemeld aan het federaal
parket, het kabinet Justitie en het crisiscentrum. Het
parket vroeg dezelfde avond nog om de
verspreiding van de nummerplaat van het gebruikte
voertuig onder alle politiediensten van de Brusselse
agglomeratie.

Onmiddellijk na de rechterlijke uitspraak werden
alle onderzoeksopdrachten tot opsporing en
aanhouding van Erdal bevolen en uitgevoerd. De
federale procureur heeft de tenuitvoerlegging
bevolen van alle nodige bevelschriften, de
gespecialiseerde politiediensten werden
ingeschakeld en bijzondere opsporingsmethodes
werden uitgevoerd. De signalementen werden
nationaal en internationaal verspreid.

Er loopt momenteel een gerechtelijk onderzoek
naar de ontsnapping en opsporing van Erdal en de
personen die haar hebben geholpen. De
inlichtingen- en politiediensten werken daarbij nauw
samen.
12.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Je
connais bien entendu les règles concernant le
recours à l'alerte policière mais rien n'empêche la
ministre de recourir également à cet instrument
dans d'autres cas. Sa réponse démontre
uniquement qu'en se conformant strictement aux
règles, les autorités belges n'ont pas fourni
suffisamment d'efforts pour arrêter Mme Erdal. Il
est par exemple inouï que le numéro de la plaque
minéralogique du véhicule n'ait été transmis qu'aux
services de police bruxellois : la voiture aurait déjà
pu quitter la région bruxelloise en l'espace de cinq
minutes. Je ne comprends pas cette nonchalance.

Je n'ai pas encore obtenu de réponse à ma
12.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang): De
regels voor het gebruik van het politiealarm zijn me
natuurlijk duidelijk, maar niets belet de minister om
dit instrument ook in andere gevallen in te zetten.
Haar antwoord bewijst alleen maar dat de
Belgische overheid, door mooi volgens het boekje
te werken, niet voldoende inspanningen heeft
geleverd om Erdal te vatten. Het is bijvoorbeeld
hemeltergend dat de nummerplaat van het voertuig
enkel werd doorgegeven aan de Brusselse
politiediensten: op vijf minuten kon de auto het
Brusselse grondgebied al hebben verlaten. Ik
begrijp deze onverschillige houding niet.

Ik kreeg nog geen antwoord op mijn vraag of
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
19
question de savoir si le ministre De Gucht avait
tenu ses déclarations à propos de l'extradition de
Mme Erdal après concertation avec les autres
membres du gouvernement.

L'incident est clos.
minister De Gucht zijn uitspraak over de uitlevering
van Erdal gedaan heeft in overleg met de andere
regeringsleden.


Het incident is gesloten.
13 Question de M. Français-Xavier de Donnea à
la vice-première ministre et ministre de la Justice
sur « les suites de l'affaire DHKP-C » (n° 10723)
13 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "het vervolg van de DHKP-C-zaak"
(nr. 10723)
13.01 François-Xavier de Donnea (MR)
:
Comment se fait-il que le bureau en Belgique du
DHKP-C, déclaré organisation terroriste par le
tribunal de Bruges le 28 février dernier, n'ait pas été
fermé en date du 7 mars et qu'un porte-parole de
cette organisation puisse encore nous narguer à la
télévision ? Les a-t-on fermés depuis lors ? Sinon,
qu'attendent les autorités compétentes pour fermer
ces bureaux et empêcher ces gens de continuer à
narguer les autorités judiciaires, l'opinion publique,
le gouvernement et le Parlement ?
13.01 François-Xavier de Donnea (MR): Hoe is
het mogelijk dat het Belgische kantoor van DHKP-
C, dat als gevolg van de uitspraak van de Brugse
rechtbank van 28 februari jongstleden als een
terroristische organisatie wordt beschouwd, op 7
maart nog steeds niet gesloten was en dat een
woordvoerder van die organisatie ons op televisie
nog kon tarten? Werden die kantoren intussen
gesloten? Zoniet, waarop wacht de overheid om die
kantoren te sluiten en die personen te beletten de
gerechtelijke overheden, de publieke opinie, de
regering en het Parlement nog langer te
provoceren?
13.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Le jugement, pris sur la base de l'article 139 du
Code pénal, est frappé d'appel par une des
personnes condamnées et n'est donc pas encore
définitif. La saisie et la confiscation de leurs biens
sur notre territoire ne sont pas possibles et n'ont
pas été réclamées par le parquet fédéral lors du
procès à Bruges.


Du fait de l'inscription de DHKP-C, en tant
qu'organisation et non de ses membres, sur la liste
européenne des groupements terroristes et eu
égard aux décisions judiciaires belges, le ministre
des Finances serait également compétent pour
procéder au gel des avoirs patrimoniaux de ces
groupements, mais le DHKP-C en tant que tel n'en
possède pas en Belgique.
13.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
vonnis, dat op grond van artikel 139 van het
Strafwetboek werd gewezen, is nog niet definitief
aangezien een van de veroordeelden er beroep
tegen heeft ingesteld. De inbeslagneming en
verbeurdverklaring van de goederen die zij op het
Belgische grondgebied bezitten, zijn niet mogelijk
en werden tijdens het proces in Brugge ook niet
door het federale parket gevraagd.

Vermits de DHKP-C als organisatie ­ en niet een
individueel lid ervan ­ in de Europese lijst van
terroristische groeperingen is opgenomen en
gezien de beslissingen van het Belgische gerecht,
zou ook de minister van Financiën bevoegd zijn om
de vermogensbestanddelen van die groeperingen
te bevriezen. De DHKP-C bezit er echter geen in
België.
13.03 François-Xavier de Donnea (MR) : Il
n'empêche que cette organisation reconnue
comme terroriste et potentiellement dangereuse
possède un immeuble en région bruxelloise. Le
bourgmestre pourrait la faire fermer pour trouble
potentiel de l'ordre public et pour non-conformité
aux normes de prévention d'incendie qu'une
inspection ne manquerait pas de démontrer.
13.03 François-Xavier de Donnea (MR): Een en
ander neemt niet weg dat die als terroristisch
bestempelde en potentieel gevaarlijke organisatie
eigenaar is van een gebouw in het Brussels
Gewest. De burgemeester zou de sluiting van die
woning kunnen bevelen wegens mogelijke
verstoring van de openbare orde en omdat ze niet
voldoet aan de normen voor de preventie van
brand, wat een controle zonder enige twijfel aan het
licht zou brengen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
20
14 Question de M. Tony Van Parys à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
demande d'extradition de Mme Fehriye Erdal
formulée par la Turquie" (n° 10781)
14 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het uitleveringsverzoek van Turkije betreffende
Fehriye Erdal" (nr. 10781)
14.01 Tony Van Parys (CD&V): Le ministre des
Affaires étrangères a déclaré la semaine dernière
que la Belgique accepte l'extradition de Mme Erdal
vers la Turquie. Cette déclaration implique qu'il
existe des arguments en faveur de l'extradition et
puisque le ministre a communiqué son accord à
son homologue turc, il s'est engagé à l'égard de la
Turquie.

La Turquie a demandé l'extradition le 20 février
2006. L'article 5 de la loi sur l'extradition dispose
qu'en cas d'urgence, l'étranger peut être arrêté
provisoirement en Belgique sur l'exhibition d'un
mandat d'arrêt décerné par le juge d'instruction. Il
s'agit d'une mesure conservatoire qui doit éviter
que l'intéressé se soustraie à de possibles
décisions futures en matière d'extradition. Mme
Erdal aurait pu être arrêtée sur la base de l'article 5
avant qu'elle ne prenne la fuite le 27 février. Le
parquet fédéral était d'ailleurs informé de ce risque
depuis le 17 février. Toutes les mesures
nécessaires auraient déjà pu être prises avant le
prononcé de la condamnation le 28 février.


La ministre de la Justice a-t-elle transmis la
demande d'extradition au parquet fédéral pour qu'il
l'exécute
? Le parquet a-t-il requis un juge
d'instruction en vue d'une arrestation immédiate ?
Quand ?
14.01 Tony Van Parys (CD&V): Vorig weekend
verklaarde de minister van Buitenlandse Zaken dat
België akkoord gaat met de uitlevering van
mevrouw Erdal aan Turkije. Dat hij die uitspraak
deed, betekent dat er argumenten zijn voor de
uitlevering. Dat de minister zijn akkoord meedeelde
aan zijn Turkse collega, houdt overigens een
engagement in ten aanzien van Turkije.

Op 20 februari 2006 vroeg Turkije de uitlevering.
Artikel 5 van de uitleveringswet bepaalt dat de
vreemdeling bij onverwijlde spoed kan worden
aangehouden op vertoon van een
aanhoudingsbevel van de onderzoeksrechter. Het
gaat om een bewarende maatregel die moet
voorkomen dat de betrokkene zich onttrekt aan
mogelijke latere beslissingen inzake uitlevering. Op
basis van artikel 5 had mevrouw Erdal kunnen
worden aangehouden voor ze op 27 februari
vluchtte. Het federale parket had overigens al op 17
februari vernomen dat het risico bestond dat
mevrouw Erdal zou vluchten. Men had alle
maatregelen kunnen nemen voor de veroordeling
op 28 februari werd uitgesproken.

Heeft de minister van Justitie het
uitleveringsverzoek voor uitvoering aan het federale
parket bezorgd? Heeft het parket een
onderzoeksrechter gevorderd met het oog op de
onmiddellijke aanhouding? Wanneer?
14.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : L'ensemble des aspects du dossier
relatif à la disparition de Mme Erdal feront l'objet
des rapports d'enquête des Comités R et P. Selon
moi, il était impossible de procéder à l'arrestation
provisoire de Mme Erdal sur la base d'un mandat
d'arrêt international, avant la délivrance de la
troisième demande d'extradition.

Une arrestation provisoire est décidée par le juge
d'instruction à la demande du parquet. Pour pouvoir
procéder à une telle arrestation, l'urgence est
requise, conformément à l'article 5 de la loi sur les
extraditions.

En l'occurrence, il n'était manifestement pas
satisfait à cette condition, et ce, pour deux raisons.
Les demandes d'extradition relatives à Mme Erdal
étaient provisoirement tenues en délibéré,
conformément à l'article 8 de la Convention
14.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Alle aspecten van het dossier over de verdwijning
van mevrouw Erdal zullen het voorwerp zijn van de
onderzoeksrapporten van de Comités I en P.
Volgens mij was het onmogelijk om mevrouw Erdal
voorlopig aan te houden op grond van een
internationaal aanhoudingsbevel, vooraleer het
derde verzoek tot uitwijzing was afgeleverd.

De voorlopige aanhouding wordt op verzoek van
het parket beslist door de onderzoeksrechter. Om
te kunnen overgaan tot een dergelijke aanhouding
vereist artikel 5 van de wet op de uitleveringen
urgentie.

Om twee redenen was er in dit geval duidelijk niet
voldaan aan die voorwaarde. De verzoeken tot
uitwijzing van mevrouw Erdal waren voorlopig in
beraad gehouden, krachtens artikel 8 van de
Europese Conventie voor Uitwijzingen, aangezien
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
européenne relative à l'extradition, dans la mesure
où une procédure judiciaire est pendante en
Belgique concernant les faits mentionnés dans la
demande d'extradition. Je vise ici le pourvoi en
cassation contre la décision de la chambre des
mises en accusation, qui a conclu à l'incompétence
des tribunaux belges à se prononcer sur le volet
turc de l'affaire Erdal.

La Turquie a en effet été informée officiellement de
la situation de gel provisoire. Par ailleurs, Mme
Erdal avait depuis plusieurs années une résidence
fixe sur le territoire belge, indépendamment de
l'existence d'une demande d'extradition pendante.


Ces deux éléments ­ le gel provisoire de la
procédure, d'une part, et la résidence fixe sur le
territoire, d'autre part ­ impliquaient que la
condition relative de l'urgence, imposée par l'article
5 de la loi, faisait manifestement défaut en
l'occurrence. La mise en oeuvre d'une telle mesure
aurait amené la chambre du conseil à ordonner à
nouveau la remise en liberté de l'intéressée. Les
autorités judiciaires n'avaient donc pas la possibilité
de procéder, dans le cadre de son extradition, à
l'arrestation de Mme Erdal.
er in België een gerechtelijke procedure hangende
is voor de feiten vermeld in het verzoek tot
uitwijzing. Ik heb het over het beroep voor het Hof
van Cassatie tegen de beslissing van de kamer van
inbeschuldigingstelling, die concludeerde dat de
Belgische rechtbanken onbevoegd zijn te oordelen
over het Turkse deel van het dossier-Erdal.


Turkije werd uiteraard officieel op de hoogte gesteld
van de situatie van voorlopige bevriezing.
Anderzijds had mevrouw Erdal sinds meerdere
jaren een vaste verblijfplaats op het grondgebied,
ongeacht het bestaan van een aanhangig verzoek
tot uitwijzing.

Deze twee elementen, de voorlopige bevriezing van
de procedure enerzijds, en de vaste verblijfplaats
op het grondgebied anderzijds, hielden in dat de
betrekkelijke voorwaarde van de urgentie, opgelegd
door artikel 5 van de wet, in dit geval duidelijk
ontbrak. Het nemen van een dergelijke maatregel
zou de raadkamer ertoe hebben gebracht de
vrijlating van de betrokkene opnieuw op te leggen.
De gerechtelijke autoriteiten hadden dus niet de
mogelijkheid om, in het kader van haar uitwijzing,
over te gaan tot de aanhouding van mevrouw Erdal.
14.03 Tony Van Parys (CD&V) : La réponse de la
ministre me surprend. Le gouvernement pouvait
attendre le jugement de la Cour de cassation, mais
il pouvait également procéder à une arrestation
immédiate. Sur la base de l'article 5, la demande
d'extradition du 20 février 2006 constituait une
raison suffisante pour requérir un juge d'instruction.
On peut déduire des déclarations de M. De Gucht
que plusieurs raisons plaidaient en faveur d'une
extradition. Il a évoqué des faits sérieux et a
souligné l'abolition de la peine de mort en Turquie.
De plus, il a pris des engagements envers ce pays.

Il est apparu lors de la réunion du 17 février 2006
que le risque de fuite était réel. En dépit du fait que
l'article 5 prévoit une mesure conservatoire qui ne
lie à aucun moment le gouvernement, ce dernier a
choisi de ne pas ordonner l'arrestation immédiate. Il
était pourtant bel et bien question d'extrême
urgence, tant au niveau de la procédure
d'extradition que du risque de fuite face à la
condamnation.

Dans le cadre de la deuxième demande
d'extradition, la chambre des mises en accusation
de la cour d'appel de Gand a décidé que Mme
Erdal ne pouvait être poursuivie ni condamnée
dans notre pays. Si ce jugement est confirmé et si
Mme Erdal n'est pas extradée, elle ne sera pas
punie pour les faits commis en Turquie. La ministre
14.03 Tony Van Parys (CD&V): Het antwoord van
de minister verbaast me. De regering kon wachten
op de uitspraak van het Hof van Cassatie, maar ze
kon ook overgaan tot de onmiddellijke aanhouding.
Het verzoek tot uitlevering van 20 februari 2006
was een voldoende reden om op basis van artikel 5
de onderzoeksrechter te vorderen. Uit de
verklaringen van minister De Gucht valt trouwens af
te leiden dat er redenen waren om uit te leveren. Hij
had het over ernstige feiten en wees erop dat de
doodstraf in Turkije was afgeschaft en dat hij zich
had geëngageerd ten aanzien van dat land.

Uit de vergadering van 17 februari 2006 was
gebleken dat het risico van onttrekking reëel was.
Artikel 5 bevat een bewarende maatregel die de
regering op geen enkel moment bindt, en toch werd
ervoor geopteerd de onmiddellijke aanhouding niet
te vorderen. Er was wel degelijk sprake van
hoogdringendheid, zowel ten aanzien van de
procedure tot uitlevering als ten aanzien van het
risico van onttrekking aan de veroordeling.

In het kader van het tweede uitleveringsverzoek
heeft de kamer van inbeschuldigingstelling van het
Gentse hof van beroep beslist dat mevrouw Erdal
niet kan worden vervolgd of veroordeeld in ons
land. Als dat wordt bevestigd en als mevrouw Erdal
niet wordt uitgeleverd, zal ze niet gestraft worden
voor de feiten die in Turkije werden gepleegd. De
14/03/2006
CRABV 51
COM 888
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
assume une responsabilité énorme en la matière.
Je déduis de l'interview que la ministre a accordée
au quotidien Le Soir du week-end dernier que le
gouvernement a opéré un choix politique et
idéologique tout à fait conscient.
minister draagt ter zake een gigantische
verantwoordelijkheid. Uit het interview met de
minister in Le Soir van vorig weekend leid ik af dat
de regering een heel bewuste politieke en
ideologische keuze heeft gemaakt.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Question de Mme Marie Nagy à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'inquiétude des greffiers au sujet de leur statut
professionnel" (n° 10768)
15 Vraag van mevrouw Marie Nagy aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
bezorgdheid van de griffiers over hun
beroepsstatuut" (nr. 10768)
15.01 Marie Nagy (ECOLO) : Les greffiers se sont
fortement mobilisés en raison du projet de loi qui
les concerne.
15.01 Marie Nagy (ECOLO): Het wetsontwerp
belangt de griffiers rechtstreeks aan en laat hen
derhalve niet onberoerd.
15.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Madame Nagy, cette question est très importante.
Cependant nous nous pencherons sur le dossier
cet après-midi en commission de la Justice.
15.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Mevrouw Nagy, het gaat om een erg belangrijke
vraag, maar we zullen ons vanmiddag in de
commissie voor de Justitie over dat dossier buigen.
15.03 Marie Nagy (ECOLO) : Si ma question fait
ainsi partie de la discussion, cela ne me pose
aucun problème.
15.03 Marie Nagy (ECOLO): Als mijn vraag aldus
tijdens de bespreking aan bod komt, heb ik daar
geen moeite mee.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
16 Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
lutte contre les mariages de complaisance"
(n° 10790)
16 Vraag van de heer Claude Marinower aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de strijd tegen de schijnhuwelijken" (nr. 10790)
16.01 Claude Marinower (VLD) : Les parquets
peuvent demander l'annulation d'un mariage de
complaisance, mais la procédure judiciaire tend à
traîner en longueur. Il arrive que des personnes qui
ont obtenu un titre de séjour grâce à un mariage de
complaisance ont acquis la nationalité belge en
application de la loi d'acquisition rapide de la
nationalité, avant que leur mariage ne soit annulé. Il
y a un an, la ministre a indiqué qu'elle soumettrait
le Code de la nationalité belge à une évaluation
approfondie et qu'elle procéderait aux
aménagements qui s'imposent. Quels sont les
résultats de cette évaluation
? La ministre
envisage-t-elle l'élaboration d'un projet de loi
permettant de remédier aux lacunes actuelles?
L'instauration d'un système permettant de retirer la
nationalité belge en cas de fraude est-elle prévue ?
16.01 Claude Marinower (VLD): De parketten
kunnen de vernietiging van een schijnhuwelijk
vorderen, maar de gerechtelijke procedure sleept
soms lang aan. Wie via het schijnhuwelijk een
verblijfrecht verwierf, heeft de Belgische
nationaliteit via de snel-Belgwet soms al verkregen
voor het huwelijk vernietigd wordt. Een jaar geleden
zei de minister dat ze het Wetboek van de
Belgische nationaliteit grondig zou doorlichten en
aanpassen. Wat zijn de resultaten van de
doorlichting? Komt er een wetsontwerp dat een
oplossing biedt voor de tekortkomingen? Komt er
een systeem dat toelaat de Belgische nationaliteit
af te nemen in geval van fraude?
16.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Le 10 mars j'ai reçu des avis, le 23 mars, il y a la
réunion du Collège des procureurs généraux et
entre-temps les cabinets de la Justice et de
l'Intérieur discutent de tout ce qui pourrait être
16.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Op 10
maart heb ik adviezen ontvangen, op 23 maart zal
het College van procureurs-generaal bijeenkomen
en intussen bespreken de kabinetten van Justitie
en Binnenlandse Zaken alle mogelijke wijzigingen
CRABV 51
COM 888
14/03/2006
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
modifié dans le Code de la nationalité.
van het Wetboek van de Belgische nationaliteit.
16.03 Claude Marinower (VLD): Si je ne reçois
aucune réponse j'interrogerai la ministre apès les
vacances de Pâques.
16.03 Claude Marinower (VLD): Als ik niets
verneem zal ik de minister na de paasvakantie
opnieuw ondervragen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
12 h 29.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 12.29 uur.

Document Outline