CRABV 51 COM 847
CRABV 51 COM 847
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
mardi dinsdag
07-02-2006 07-02-2006
Après-midi Namiddag
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"les mesures en faveur de victimes de
catastrophes" (n° 10201)
1
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de maatregelen ten gunste van slachtoffers
van rampen" (nr. 10201)
1
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
procédures d'adoption convenues avec l'Inde, les
Philippines et la Thaïlande" (n° 10148)
2
Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
adoptieprocedures die werden afgesproken met
India, de Filippijnen en Thailand" (nr. 10148)
2
Orateurs: Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Justitie
Question de M. Servais Verherstraeten à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
jeux télévisés et radiophoniques" (n° 10142)
3
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de spelletjes via radio of televisie" (nr. 10142)
3
Orateurs: Servais Verherstraeten, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Servais Verherstraeten, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
traduction en langue allemande de la « méthode
Renard » de calcul des contributions alimentaires"
(n° 10149)
5
Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
vertaling naar het Duits van de 'methode-Renard'
voor de berekening van de onderhoudsbijdragen"
(nr. 10149)
5
Orateurs: Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Justitie
Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
mise en oeuvre du «
code Lippens
» de
gouvernance d'entreprise" (n° 10166)
6
Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
toepassing van de 'code-Lippens' inzake
deugdelijk ondernemingsbestuur" (nr. 10166)
6
Orateurs: Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Justitie
Ordre des travaux
7
Regeling van de werkzaamheden
7
Orateurs: Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Justitie
Question de M. Éric Massin à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le statut de
l'expert judiciaire en matière pénale" (n° 10182)
7
Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "het statuut
van gerechtsdeskundige in strafzaken" (nr. 10182)
7
Orateurs: Éric Massin, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Éric Massin, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Bert Schoofs à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
procédures longues de changement de prénom"
(n° 10183)
9
Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
langdurige procedures in verband met de wijziging
van de voornaam" (nr. 10183)
9
Orateurs: Bert Schoofs, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Bert Schoofs, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
ii
Question de M. Tony Van Parys à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la réduction
du champ d'application de la loi sur les méthodes
particulières de recherche" (n° 10186)
10
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
inperking van het toepassingsgebied van de wet
op de bijzondere opsporingsmethoden"
(nr. 10186)
10
Orateurs: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Bart Laeremans à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'attitude de
la ministre et des parquets à l'égard de ce qu'on
appelle la petite criminalité" (n° 10198)
11
Vraag van de heer Bart Laeremans aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
houding van de minister en van de parketten
tegenover de zogenaamde kleine criminaliteit"
(nr. 10198)
11
Orateurs:
Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Questions jointes de
12
Samengevoegde vragen van
12
- Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le
recouvrement des amendes judiciaires" (n° 10203)
12
- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
invordering van gerechtelijke boeten" (nr. 10203)
12
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "la perception des
amendes pénales" (n° 10208)
12
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de inning
van de penale boetes" (nr. 10208)
12
- M. Patrick De Groote à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "la perception des
amendes judiciaires" (n° 10222)
12
- de heer Patrick De Groote aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de inning
van de gerechtelijke boetes" (nr. 10222)
12
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Bart
Laeremans, Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Bart
Laeremans, Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
modifications apportées au procès-verbal de
vérification des créances" (n° 10207)
15
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
wijzigingen aan het proces-verbaal van
schuldvorderingen" (nr. 10207)
15
Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
retard de paiement des prestataires de soins
indépendants dans les prisons" (n° 10218)
15
Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
achterstallige betaling van de zelfstandige
zorgverstrekkers in de gevangenissen" (nr. 10218)
15
Orateurs: Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Justitie
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
1
COMMISSION DE LA JUSTICE
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
du
MARDI
07
FEVRIER
2006
Après-midi
______
van
DINSDAG
07
FEBRUARI
2006
Namiddag
______
La réunion publique est ouverte à 15 h 50 sous la
présidence de M. Tony Van Parys.
De vergadering wordt geopend om 15.50 uur door
de heer Tony Van Parys.
01 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "les mesures en faveur de victimes de
catastrophes" (n° 10201)
01 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de maatregelen ten gunste van
slachtoffers van rampen" (nr. 10201)
01.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : La Cellule
de coordination de l'information et de l'assistance
aux victimes, qui a été installée à la suite de la
catastrophe gazière de Ghislenghien, est le
chaînon entre le juge d'instruction, les services de
police et tous les autres services qui s'occupent de
l'aide aux victimes et de leur prise en charge
psycho-sociale. Cette cellule organisait notamment
des réunions d'information et elle a apporté sa
contribution à l'organisation de la commémoration
de la catastrophe un an après sa survenue.
Cette cellule n'est qu'une structure temporaire. La
ministre a déjà annoncé à plusieurs reprises qu'elle
désire créer une structure fédérale permanente
mais jusqu'ici, cette structure est restée dans les
limbes. La finalité d'une telle cellule fédérale serait
la coordination des interventions des différents
services en cas de catastrophe ou d'attentat
terroriste.
À en croire la presse internationale, la Belgique ne
pourrait faire face à un attentat terroriste parce
qu'elle n'a pas mis au point de scénario où est
défini le rôle des autorités concernées, en ce
compris celui de la Justice.
Quelles sont les perspectives d'avenir pour la
cellule de coordination Ghislenghien ? La ministre
a-t-elle l'intention de mettre en place une structure
fédérale ? Dans quel délai et sous quelle forme ?
01.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): De
coördinatiecel voor Informatie en
Slachtofferonthaal, geïnstalleerd naar aanleiding
van de gasramp te Gellingen, is de schakel tussen
onderzoeksrechter, politiediensten en alle andere
diensten die met slachtofferzorg en psychosociale
opvang bezig zijn. De cel organiseerde onder meer
informatievergaderingen en leverde haar bijdrage
aan de organisatie van de herdenking één jaar na
de ramp.
De cel is slechts een tijdelijke structuur. De minister
heeft al herhaaldelijk aangekondigd dat ze een
permanente federale structuur in het leven wil
roepen, maar daarvan is tot dusver niets in huis
gekomen. De bedoeling van zo'n federale cel zou
zijn om het optreden van de verschillende diensten
te coördineren in geval van een ramp of
terroristische aanslag.
Volgens de internationale pers zou België niet
opgewassen zijn tegen een terreuraanval, omdat er
geen draaiboek voorhanden is dat de rol definieert
van de betrokken instanties, inclusief de taak van
Justitie.
Wat zijn de toekomstperspectieven voor de
coördinatiecel-Gellingen? Is de minister van plan
om een federale structuur uit te bouwen? Binnen
welke termijn en onder welke vorm?
01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en 01.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
2
néerlandais) : Les activités de la cellule de
coordination de Ghislenghien se poursuivront aussi
longtemps que nécessaire.
Les catastrophes requièrent une approche
spécifique étant donné que leurs conséquences
concernent souvent plusieurs arrondissements et
dépassent parfois même les frontières.
L'expérience nous apprend que la gestion de la
phase post-critique est au moins aussi importante
que l'approche de la crise proprement dite. Des
accords doivent être conclus en matière de
coordination.
Les conclusions de la cellule indiquent de plus en
plus souvent qu'une approche fédérale et
multidisciplinaire est souhaitable, regroupant
également toutes les activités qui relèvent des
compétences des Communautés et des Régions.
Actuellement, la dispersion des services qui
s'occupent des victimes empêche une approche
efficace.
Je demanderai prochainement à la cellule de
Ghislenghien de rédiger un rapport et de tirer les
conclusions de l'expérience acquise. Sur la base
de ce rapport, nous pourrons ensuite prendre des
initiatives.
De activiteiten van de coördinatiecel-Gellingen
zullen voortgezet worden zolang als nodig.
Rampen vereisen een specifieke aanpak, omdat de
gevolgen vaak gespreid zijn over verschillende
arrondissementen en mogelijk zelfs
grensoverschrijdend zijn. De ervaring leert dat het
beheer van de postkritieke fase minstens even
belangrijk is als de aanpak van de crisis zelf. Er
moeten akkoorden gesloten worden inzake de
coördinatie.
Uit de vaststellingen van de cel blijkt steeds meer
dat een federale en multidisciplinaire aanpak - die
ook alle activiteiten groepeert die onder de
bevoegdheden van Gemeenschappen en
Gewesten vallen - geboden is. Op dit ogenblik belet
de spreiding van de diensten die zich over de
slachtoffers ontfermen, een efficiënte aanpak.
Binnenkort vraag ik de cel-Gellingen om een
verslag op te stellen en conclusies te trekken uit de
opgedane ervaring. Op basis hiervan kunnen we
vervolgens initiatieven nemen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"les procédures d'adoption convenues avec
l'Inde, les Philippines et la Thaïlande" (n° 10148)
02 Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de adoptieprocedures die werden afgesproken
met India, de Filippijnen en Thailand" (nr. 10148)
02.01 Melchior Wathelet (cdH) : Vous m'avez
indiqué précédemment que la procédure d'adoption
d'enfants indiens se terminait en Belgique devant
les tribunaux belges parce que l'Inde ne délivre
qu'un jugement de tutelle en vue d'une adoption
(voir Compte rendu analytique n° 802 du 10 janvier
2006, p. 3-5). Il ne s'agit dès lors pas d'une
adoption internationale, mais d'une adoption
interne. Toutefois, les adoptants qui résidaient en
Inde et qui ont suivi toute la procédure dans ce
pays, mais qui doivent finaliser la procédure en
Belgique, peuvent être considérés comme aptes à
adopter sans effectuer de préparation. Il ne devrait
pas y avoir non plus d'enquête sociale puisque les
adoptants partagent la vie des enfants au quotidien.
Pouvez-vous me confirmer ces deux points précis ?
En ce qui concerne les Philippines et la Thaïlande,
pouvez-vous me préciser si l'on se trouve dans le
cadre d'une adoption internationale ?
02.01 Melchior Wathelet (cdH): U had me eerder
reeds gezegd dat de adoptieprocedure voor Indiase
kinderen in België voor een Belgische rechtbank
wordt afgerond, aangezien de Indiase autoriteiten
louter een vonnis inzake het voogdijschap met het
oog op adoptie vellen (zie Beknopt Verslag nr. 802
van 10 januari 2006, blz. 3-5). Het gaat dus niet om
een internationale maar om een interne adoptie. De
adoptiefouders, die in India verbleven en er heel de
procedure hebben doorlopen maar ze nu in België
moeten afronden, kunnen evenwel geschikt worden
bevonden om zonder voorbereiding een kind te
adopteren. Een maatschappelijk onderzoek is
evenmin vereist aangezien de adoptiefouders reeds
het dagelijkse leven delen met het kind. Kan u die
twee concrete punten bevestigen?
Kan u me voorts zeggen of adopties van Filippijnse
en Thaise kinderen als internationale adopties
worden beschouwd?
02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : 02.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wat uw
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
3
Pour ce qui est de votre première question, l'article
24bis, alinéa 2 de la loi réformant l'adoption est
effectivement applicable dans les deux hypothèses.
Votre deuxième question pose problème. En fait,
l'appréciation de l'aptitude à adopter sur la base de
l'étude sociale est préalable à la procédure
d'apparentement et donc à tout déplacement de
l'enfant. Cela signifie que, au moment de la
réalisation de l'étude sociale, les adoptants n'ont
jamais vécu avec l'enfant qui sera ensuite adopté et
n'ont normalement pas idée de son identité.
Pour répondre à votre dernière question, il a été
décidé de qualifier aussi bien les adoptions
d'enfants indiens que celles d'enfants philippins
« d'adoptions internationales » même si la
procédure se termine devant les tribunaux belges.
En ce qui concerne les adoptions thaïlandaises, il y
a un placement pré-adoptif mais la procédure se
termine à l'ambassade de Thaïlande en Belgique.
Les adoptants ne doivent donc pas avoir recours
aux tribunaux belges.
eerste vraag betreft, is artikel 24bis, lid 2 van de
wet tot hervorming van de adoptie inderdaad in
beide gevallen van toepassing. Het antwoord op uw
tweede vraag niet zo eenvoudig. De beoordeling
van de geschiktheid om te adopteren op grond van
het sociaal onderzoek gaat immers het
matchingproces en derhalve de overbrenging van
het kind vooraf. Dat betekent dat de adoptanten op
het ogenblik waarop het sociaal onderzoek wordt
verricht, nooit met het kind hebben samengeleefd
en normaal gezien geen idee hebben van diens
identiteit.
Wat uw laatste vraag betreft, werd beslist zowel de
adopties van Indische als van Filippijnse kinderen
als internationale adopties aan te merken, ook al
eindigt de procedure voor de Belgische
rechtbanken. Wat de adopties van Thaise kinderen
betreft, wordt het kind voor de adoptie geplaatst
maar wordt de procedure op de Thaise ambassade
in België afgerond. De adoptanten hoeven zich dus
niet tot de Belgische rechtbanken te wenden.
02.03 Melchior Wathelet (cdH) : Vous me dites
que l'enquête sociale est préalable mais ces
personnes retombent dans le volet « adoption
interne ».
02.03 Melchior Wathelet (cdH): U zegt me dat het
maatschappelijk onderzoek vóór de adoptie
plaatsvindt, maar in dit geval gaat het om een
interne adoptie.
02.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
L'enquête a lieu avant le déplacement de l'enfant.
02.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
onderzoek vindt plaats voordat het kind wordt
overgebracht.
02.05 Melchior Wathelet (cdH) : Mais il est déjà
sur place dans ce cas précis et l'on retombe donc
dans le droit interne.
02.05 Melchior Wathelet (cdH): In dit geval
verblijft het kind al in België en is het intern recht
dus van toepassing.
02.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Pour qu'il y ait déplacement de l'enfant, il faut qu'il y
ait au préalable une étude sociale.
02.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Voordat het kind naar België wordt overgebracht,
moet er een maatschappelijk onderzoek
plaatsvinden.
02.07 Melchior Wathelet (cdH) : Ces personnes
avaient fait tout ce qu'il fallait sur la base de
l'ancienne procédure. L'enquête était terminée.
Elles sont revenues avec l'enfant mais la nouvelle
loi avait été votée entre-temps.
02.07 Melchior Wathelet (cdH): De
adoptiefouders zijn alle verplichtingen in het kader
van de oude procedure nagekomen. Het onderzoek
was afgerond. Ze hebben het kind mee naar België
gebracht, maar ondertussen was de nieuwe wet
goedgekeurd.
02.08 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
faudrait peut-être revoir concrètement un ou deux
cas pour les régler. Vous avez raison, il s'agit de
situations souvent dramatiques qu'il faut prendre en
compte.
02.08 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wellicht
moeten enkele concrete gevallen worden herzien
teneinde er de gepaste oplossing voor te vinden. U
hebt gelijk wanneer u stelt dat het vaak om
dramatische toestanden gaat, waar terdege
rekening mee moet worden gehouden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Servais Verherstraeten à la 03 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
4
vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "les jeux télévisés et radiophoniques"
(n° 10142)
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de spelletjes via radio of televisie"
(nr. 10142)
03.01 Servais Verherstraeten (CD&V) : Ces
derniers mois, la station de radio Q MUSIC a
organisé un jeu qui consistait à demander aux
auditeurs de deviner quand un lingot d'or
enveloppé dans un bloc de glace massif exposé
sur le Meir à Anvers tomberait sur le sol après la
fonte de la glace. Lorsqu'il en fut ainsi, le lingot d'or
s'est révélé être un morceau de bois. Le jeu a ainsi
été falsifié car, selon les connaisseurs, cette
différence représente en définitive un écart de
quelques heures, voire de quelques jours. Les
auditeurs qui ont participé au jeu ainsi que les
médias ont en fait été dupés.
Vers le milieu de l'année dernière, la ministre a
annoncé un arrêté royal inspiré par la Commission
des jeux de hasard et destiné à régir les jeux
télévisés. Cet arrêté contiendrait une liste
interminable de règles strictes, dont une limitation
du montant mis en jeu, la mise en garde de joueurs
en cas de dépenses exorbitantes et des sanctions
judiciaires possibles. Cet arrêté n'a toujours pas été
publié. Pourquoi ? S'appliquera-t-il également aux
jeux radiophoniques ?
Une plainte a-t-elle été déposée concernant le jeu
du soi-disant lingot d'or organisé par Q MUSIC ?
Est-il exact que le gagnant est en fait un
collaborateur du principal sponsor de l'événement ?
Une enquête sera-t-elle menée à cet égard ?
Comment les autorités contrôlent-elles les abus
éventuels dans le cadre de jeux télévisés où les
téléspectateurs sont invités à deviner un mot et à
téléphoner ensuite ? Fait-on appel à un huissier de
justice pour de tels jeux ?
03.01 Servais Verherstraeten (CD&V): De
radiozender Q MUSIC organiseerde de voorbije
maanden een spelletje: op de Antwerpse Meir werd
een in een massief ijsblok verpakte goudklomp
tentoongesteld. De luisteraars moesten raden
wanneer de goudklomp, na het wegsmelten van het
ijs, op de grond zou vallen. Toen dit gebeurde,
bleek de goudklomp eigenlijk een houtklomp te zijn.
Eigenlijk is dit een vervalsing van het spelletje, want
volgens kenners komt dat onderscheid neer op een
uiteindelijk verschil van enkele uren of zelfs dagen.
Niet alleen de deelnemende luisteraars, maar ook
de media werden eigenlijk om de tuin geleid.
Midden vorig jaar kondigde de minister aan een
door de Kansspelcommissie ingegeven KB te
zullen nemen ter regulering van tv-spelletjes. Het
KB zou een waslijst bevatten van strikte regels,
zoals beperkingen van het ingezet bedrag,
waarschuwing van spelers in geval van de pan
uitrijzende uitgaven en mogelijke juridische
sancties. Dit KB is nog altijd niet verschenen.
Waarom niet? Zal het KB ook gelden voor
radiospelletjes?
Werd er een klacht ingediend in verband met het
zogenaamde goudstaaf-spelletje van Q MUSIC?
Klopt het dat de winnaar eigenlijk een medewerker
van de hoofdsponsor van het evenement is? Zal dit
onderzocht worden?
Hoe controleert de overheid mogelijk misbruik bij tv-
spelletjes waarbij de kijkers een woord moeten
raden en daarna telefoneren? Wordt bij dergelijke
spelletjes een gerechtsdeurwaarder ingeschakeld?
03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : La loi-programme de fin 2004
comporte une disposition modifiant l'article 3 de la
loi sur les jeux de hasard du 7 mai 1999. Cet article
prévoit que les jeux téléphoniques organisés dans
le cadre d'un programme TV ne sont pas des jeux
de hasard au sens de ladite loi s'ils répondent à un
certain nombre de conditions. Celles-ci doivent être
coulées dans un arrêté royal.
Au printemps 2005, la Commission des Jeux de
hasard a rédigé un projet d'arrêté royal qui
énumère ces conditions. Elles doivent offrir une
protection maximale aux participants à ces jeux et
prévenir les éventuels abus. On examine
actuellement si ces conditions sont techniquement
réalisables pour ceux qui auront à les respecter.
03.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De programmawet van eind 2004 bevat een
bepaling waarbij artikel 3 van de Kansspelwet van 7
mei 1999 wordt gewijzigd. In dat artikel wordt
bepaald dat telefoonspelletjes in het kader van een
tv-programma geen kansspelen in de zin van de
Kanspelwet zijn, indien zij voldoen aan een aantal
voorwaarden. Deze voorwaarden moeten in een
koninklijk besluit worden gegoten.
De Kanspelcommissie heeft in het najaar van 2005
een ontwerp van KB opgesteld waarin die
voorwaarden worden opgesomd. Zij moeten
maximale bescherming bieden aan deelnemers van
die spelletjes en mogelijk misbruik tegengaan.
Momenteel wordt onderzocht of die voorwaarden
technisch haalbaar zijn voor wie ze moet naleven.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
5
réalisables pour ceux qui auront à les respecter.
L'arrêté royal sera publié dès que possible car ces
jeux télévisés ne sont soumis actuellement à
aucune forme de contrôle. Il ne concernera pas les
jeux radio. Tout jeu radio qui est un jeu de hasard
est interdit. Tout jeu radio qui n'est pas un jeu de
hasard est autorisé sans autres modalités.
La justice ne m'a pas confirmé le dépôt éventuel
d'une plainte contre le jeu du sabot d'or de Q
MUSIC. Je n'ai donc pas d'informations plus
précises concernant le gagnant.
Het KB zal zo snel mogelijk worden gepubliceerd,
omdat er momenteel geen enkele vorm van
controle is op die tv-spelletjes. Het zal geen
betrekking hebben op radiospelletjes. Wanneer die
een kansspel zijn, zijn ze verboden. Zijn ze geen
kansspel, dan worden ze zonder bijkomende
voorwaarden toegelaten.
Ik heb geen bevestiging gekregen van het gerecht
van een mogelijke klacht tegen het goudklompspel
van Q MUSIC. Ik heb dan ook geen bijkomende
informatie over de winnaar.
03.03 Servais Verherstraeten (CD&V) : J'espère
que les informations que j'ai obtenues au sujet du
gagnant ne sont pas exactes. Je lance un appel à
la ministre pour lui demander de ne plus tarder à
prendre cet indispensable arrêté royal et, avant qu'il
ne soit trop tard, d'inclure aussi explicitement les
jeux radio dans la réglementation.
03.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Ik hoop
dat de informatie die ik had gekregen in verband
met de winnaar, niet klopt. Ik roep de minister op
om niet langer te dralen met het broodnodige KB en
alsnog ook radiospelletjes expliciet in de
regelgeving op te nemen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
traduction en langue allemande de la « méthode
Renard
» de calcul des contributions
04 Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de vertaling naar het Duits van de 'methode-
Renard' voor de berekening van de
onderhoudsbijdragen" (nr. 10149)
04.01 Melchior Wathelet (cdH) : Très prisée des
juristes, la méthode dite « Renard » de calcul des
contributions alimentaires est souvent utilisée par le
tribunal de première instance d'Eupen. Ne serait-il
pas opportun de rendre cette méthode accessible
aux utilisateurs de langue allemande ? Si oui,
quelle solution préconisez-vous pour ce faire ?
04.01 Melchior Wathelet (cdH): De 'methode-
Renard' voor de berekening van de
onderhoudsbijdragen wordt hoog aangeslagen door
de juristen. Ze wordt vaak gebruikt door de
rechtbank van eerste aanleg te Eupen. Zou het
geen goede zaak zijn die methode toegankelijk te
maken voor de Duitstalige gebruikers? Zo ja, hoe
meent u dat te kunnen bereiken?
04.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Cette méthode réduit le contentieux en matière
familiale et j'envisage donc de déposer un projet de
loi pour rendre obligatoire l'application d'une
méthode forfaitaire pour le calcul des parts
contributives en faveur des enfants de parents
séparés.
Un groupe d'experts devrait, pour la fin de cette
année, valider et à tout le moins actualiser cette
méthode qui se fonde sur des données datant d'il y
a une vingtaine d'années.
Mon collègue le ministre-président du
gouvernement de la Communauté germanophone
m'a demandé de traduire le texte de cette méthode
et j'ai demandé à mon administration d'envisager
cette possibilité. Mais nous sommes en train de
réformer cette méthode et il faut donc voir si nous
04.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dankzij
die methode kunnen de geschillen in familiezaken
sneller worden afgehandeld. Ik ben dan ook van
plan een wetsontwerp in te dienen om een
forfaitaire berekeningswijze voor de bijdragen ten
behoeve van de kinderen van gescheiden ouders
op te leggen.
Die methode steunt op gegevens van 20 jaar
geleden en tegen het jaareinde zou een groep
deskundigen ze moeten valideren en tenminste
actualiseren.
De minister-president van de Duitstalige
Gemeenschap heeft me gevraagd de tekst van die
methode te laten vertalen. Ik heb mijn administratie
verzocht die mogelijkheid te onderzoeken. Maar we
zijn die methode aan het herwerken en we moeten
dus nagaan of we de methode in haar huidige vorm
of de nieuwe versie laten vertalen.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
6
traduisons directement la méthode ou si nous
traduisons le nouveau texte.
04.03 Melchior Wathelet (cdH) : Le mieux serait
peut-être d'inclure la langue allemande dans l'étude
du projet actuel, ce qui permettrait l'utilisation
immédiate des concepts par les citoyens de langue
allemande.
04.03 Melchior Wathelet (cdH): De beste
oplossing is misschien dat bij het opstellen van het
huidige ontwerp al met het Duits wordt rekening
gehouden. Zo zouden de Duitstalige burgers
onmiddellijk over een vertaling van de begrippen
beschikken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
mise en oeuvre du «
code Lippens
» de
05 Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de toepassing van de 'code-Lippens' inzake
deugdelijk ondernemingsbestuur" (nr. 10166)
05.01 Melchior Wathelet (cdH) : L'environnement
des entreprises connaît aujourd'hui de grands
changements en raison de développements
scientifiques et technologiques majeurs. Dans ce
contexte, un système de gouvernance efficace et
performant est indispensable. Ces dernières
années, on a assisté à l'élaboration de nombreuses
règles et recommandations en la matière.
La Commission a ainsi proposé, en 2003, un plan
d'action en matière de gouvernance d'entreprise,
dans le cadre duquel chaque État membre devait
désigner un code de référence pour les entreprises.
Présenté en décembre 2004, le code belge, plus
communément appelé code Lippens,
recommandait aux entreprises de publier pour le 1
er
janvier 2006 une charte de gouvernance reprenant
leurs structures et leur règlement d'ordre intérieur.
Selon une enquête du Belgian Governance Institute
pour la FEB, toutes les entreprises membres du
BEL-20 auraient publié leur charte, et 95 % des
sociétés cotées par Euronext à Bruxelles auraient
publié un tel document.
Envisagez-vous de désigner ce code « Lippens »
comme référence en matière de gouvernance
d'entreprise pour les sociétés cotées, et comment ?
Envisagez-vous de publier un avis au Moniteur
belge ? Envisagez-vous d'inscrire le principe de
« comply or explain » dans le Code des sociétés ?
Partagez-vous l'opinion de la FEB, selon
laquelle « il ne faut pas légiférer à la hâte, les
bonnes pratiques en la matière devant conserver
leur flexibilité pour répondre aux besoins des
entreprises et à l'évolution des standards
internationaux » ?
05.01 Melchior Wathelet (cdH):De
wetenschappelijke en technologische omwenteling
wijzigt de omstandigheden voor de bedrijven
ingrijpend. In die context is een efficiënt en
doelmatig bestuur een noodzaak. De laatste jaren
werden er in dat verband heel wat regels en
aanbevelingen uitgewerkt.
Zo heeft de Commissie in 2003 een actieplan
inzake corporate governance opgesteld. In het
raam daarvan moest elke lidstaat een
referentiecode voor de bedrijven opstellen. De
Belgische code, beter bekend onder de naam
"code-Lippens", werd in december 2004
voorgesteld. Daarin wordt de bedrijven aanbevolen
tegen 1 januari 2006 een corporate governance
charter met hun structuren en hun huishoudelijk
reglement te publiceren.
Volgens een onderzoek van het Belgian
Governance Institute voor het VBO publiceerden
alle bedrijven op de Bel 20-index en 95 procent van
de op Euronext Brussel beursgenoteerde bedrijven
zo een document.
Denkt u eraan die code-Lippens als referentie
inzake corporate governance aan te wijzen voor de
beursgenoteerde bedrijven? Zo ja, op welke
manier? Bent u van plan een bericht te publiceren
in het Belgisch Staatsblad? Bent u van plan het
"comply or explain"-beginsel in het Wetboek van
vennootschappen in te schrijven?
Bent u het eens met het VBO dat stelt dat niet
overhaast wetgevend werk mag worden verricht,
aangezien de good practices voldoende flexibel
moeten blijven om aan de noden van de bedrijven
en de evolutie van de internationale standaarden te
beantwoorden?
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
7
05.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Ma position concernant le Code privé belge relatif à
la gouvernance d'entreprises, dit code Lippens, est
claire : cette initiative est positive. Mais comme ce
texte n'a aucune force obligatoire, il doit faire l'objet
d'un encadrement légal destiné à assurer tant son
effectivité que sa crédibilité. Par ailleurs, j'émets
des réserves sur le principe « comply or explain »,
qui ne connaît pas de sanction légale. La direction
d'une société ne doit pas pouvoir, sans justification
suffisante, se départir des règles de gouvernance
volontairement adoptées. Les personnes lésées
par une telle décision devraient pouvoir s'adresser
au juge. La sanction des fautes de gestion ne peut
reposer sur la seule loi du marché.
Ceci dit, je suis en faveur d'une désignation du
code Lippens comme référence belge en la
matière. Une consécration dans le Code des
sociétés pourrait constituer la meilleure solution.
05.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Mijn
standpunt over de zogenaamde code-Lippens, de
Belgische corporate governance code of
gedragscode voor deugdelijk
ondernemingsbestuur, is duidelijk: ik vind dat een
prima initiatief. Maar omdat die tekst in geen enkel
opzicht bindend is, moet de code ingebed worden
in een wettelijk kader. Dat is nodig voor de
slagkracht en geloofwaardigheid van de tekst. Wel
maak ik enig voorbehoud bij het principe van
"comply or explain", dat niet wettelijk bekrachtigd is.
De directie van een bedrijf mag de regels inzake
deugdelijk bestuur die het bedrijf vrijwillig
onderschreven heeft, niet zomaar zonder afdoende
verantwoording naast zich neer kunnen leggen.
Wie door zo'n beslissing benadeeld is, moet de
rechter kunnen adiëren. Managementfouten mogen
niet enkel door de marktwetten afgestraft kunnen
worden.
Maar zoals gezegd ben ik dus voorstander van de
code-Lippens als Belgische referentie op dat
gebied. Een bekrachtiging ervan in het Wetboek
van vennootschappen zou wellicht de beste
oplossing zijn.
05.03 Melchior Wathelet (cdH) : Une codification
se ferait-elle avec une référence explicite au code
Lippens dans le Code des sociétés ou en reprenant
certains éléments de manière « plus exhaustive » ?
La FEB prône la patience pour permettre aux
entreprises d'instaurer les bonnes pratiques. Qu'en
pensez-vous ?
05.03 Melchior Wathelet (cdH): Zou er bij die
codificatie uitdrukkelijk gerefereerd worden aan de
code-Lippens in het Wetboek van
vennootschappen, of zouden bepaalde elementen
op een "meer exhaustieve" manier worden
overgenomen?
Het VBO pleit voor geduld, om de bedrijven de
kans te geven deugdelijke praktijken in te voeren.
Wat is uw standpunt daarover?
05.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Des discussions sont en cours avec la FEB. Le
code Lippens existe depuis un certain temps. Une
modification de la loi exige un temps
supplémentaire et la loi peut encore accorder un
délai. La discussion est ouverte, mais je souhaite
bien un encadrement légal.
05.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er zijn
gesprekken aan de gang met het VBO. De code-
Lippens bestaat al een tijdje. Voor een
wetswijziging is meer tijd nodig, en de wet kan nog
extra respijt geven. De discussie is geopend, maar
ik wil wel dat er een wettelijk kader komt.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Ordre des travaux
06 Regeling van de werkzaamheden
06.01 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La question n° 10167 de Mme Meeus porte sur la
livraison d'une presse isostatique à l'Iran, sujet dont
nous avons déjà débattu jeudi dernier en séance
plénière (voir Compte rendu analytique n° 191, p. 7-
13).
Le président : Mme Meeus a simplement demandé
06.01 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
vraag nr. 10167 van mevrouw Meeus heeft
betrekking op de levering van een isostatische pers
aan Iran, een onderwerp dat wij vorige donderdag
in de plenaire vergadering al uitvoerig hebben
besproken (cf. Beknopt Verslag nr. 191, blz. 7-13).
De voorzitter: Mevrouw Meeus heeft gewoon
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
8
le report de sa question, nous allons prendre
contact avec elle.
gevraagd haar vraag uit te stellen en wij zullen
contact met haar opnemen.
07 Question de M. Éric Massin à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le statut de
l'expert judiciaire en matière pénale" (n° 10182)
07 Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
statuut van gerechtsdeskundige in strafzaken"
(nr. 10182)
07.01 Éric Massin (PS) : A la suite de la réunion
de la commission chargée de proposer une loi de
consensus au niveau de l'expertise judiciaire, il
semble utile de préciser votre note de politique
générale de 2004 selon laquelle l'Institut national
de criminalistique et de criminologie est chargé de
réaliser une étude sur l'expertise en matière
pénale, en particulier sur le statut de l'expert et la
durée des expertises.
Cette étude vise à déterminer les critères
d'agrément des experts judiciaires afin de
professionnaliser leur intervention. En effet, le
nombre d'expertises pénales augmente tandis qu'il
n'existe aucune disposition légale applicable en la
matière. Cette étude est-elle achevée
? Dans
l'affirmative, envisagez-vous de la diffuser
?
Prendrez-vous des initiatives en la matière ?
07.01 Eric Massin (PS): Naar aanleiding van de
bijeenkomst van de commissie die gelast is een
consensuswet inzake de gerechtelijke expertise
voor te stellen, lijkt het me nuttig uw algemene
beleidsnota van 2004 te verduidelijken. Daarin
wordt het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en
Criminologie immers opgedragen een studie inzake
de strafrechtelijke expertise uit te voeren, meer
bepaald wat betreft het statuut van de expert en de
duur van de expertises.
Die studie strekt ertoe de erkenningscriteria voor de
gerechtelijke experten vast te leggen teneinde hun
optreden te professionaliseren. Het aantal
strafrechtelijke expertises neemt immers hand over
hand toe, terwijl er ter zake geen enkele
wetgevende bepaling geldt. Is die studie
ondertussen afgerond? Zo ja, bent u voornemens
ze te verspreiden? Zal u ter zake initiatieven
nemen?
07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
En 2004, j'ai demandé à l'Institut national de
criminologie et de criminalistique de réaliser une
étude sur le statut de l'expert, en particulier en
matière pénale. L'étude a été achevée par l'INCC et
m'a été communiquée en décembre 2005.
J'ai demandé un rapport de synthèse dans les deux
langues à l'INCC en vue de le transmettre au
groupe de travail de la Chambre. Si le
gouvernement n'entend pas déposer un projet de
loi à brève échéance, il ne s'oppose toutefois pas
au fait que le Parlement utilise cette étude pour
déposer une nouvelle proposition de loi ou
amender celles qui sont actuellement examinées.
07.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In
2004 heb ik het Nationaal Instituut voor
Criminalistiek en Criminologie gevraagd om een
studie uit te voeren inzake het statuut van de
expert, meer bepaald op het stuk van het strafrecht.
Die studie werd door het NICC afgerond en werd
mij in december 2005 overgemaakt.
Ik heb het NICC gevraagd een synthesenota in de
beide landstalen voor te leggen, die ik aan de
werkgroep van de Kamer zal overmaken. Al is de
regering niet voornemens om op korte termijn een
wetsontwerp in te dienen, toch heeft ze er geen
bezwaar tegen dat het parlement die studie
gebruikt om een nieuw wetsvoorstel te formuleren
of om de wetsvoorstellen die thans ter tafel liggen
te amenderen.
07.03 Éric Massin (PS) : Je pense que cette
étude serait utile pour le groupe de travail créé par
la commission de la Justice dans le but d'examiner
les missions des expertises judiciaires. Cette étude
peut apporter des pistes de réflexion lors du débat
que nous souhaitons entamer sur le statut de
l'expert et tout ce qui se situe en amont et en aval
de l'expertise, en ce compris les implications
budgétaires. En commission, lors des débats sur
des propositions de loi, certains groupes se sont
07.03 Eric Massin (PS): Ik denk dat die studie
nuttig zou kunnen zijn voor de werkgroep die door
de commissie voor de Justitie werd opgericht om
het takenpakket van de gerechtelijke deskundigen
te onderzoeken. Die studie kan een aantal
denkpistes aanreiken voor het debat dat we willen
voeren over het statuut van de deskundige en alle
andere daaraan verbonden aspecten, met inbegrip
van de weerslag op de begroting. Tijdens de
bespreking van een aantal wetsvoorstellen in de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
9
prononcés en faveur de systèmes d'agrément ou
d'accréditation, lesquels auraient des implications
en matière d'expertises pénales. Disposer de cette
étude me semble donc important. Je note que vous
pourriez déposer en commission des documents
susceptibles de faire progresser le débat.
commissie, hebben diverse fracties zich
uitgesproken voor een erkennings- of
accreditatiesysteem. Dat kan ook gevolgen hebben
voor de strafrechtelijke deskundigenonderzoeken.
Volgens mij is het dus belangrijk dat we over die
studie kunnen beschikken. Ik noteer dat u de
commissie documenten kan bezorgen die het debat
vooruit kunnen helpen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de M. Bert Schoofs à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"les procédures longues de changement de
prénom" (n° 10183)
08 Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
langdurige procedures in verband met de
wijziging van de voornaam" (nr. 10183)
08.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : La
procédure de changement de prénom est très
longue.
La durée moyenne de la procédure est-elle de 18
mois ? En est-il de même en ce qui concerne la
modification du patronyme
? Quelles sont les
différentes étapes de la procédure ? Comment la
ministre pourrait-elle accélérer la procédure
?
Combien de fonctionnaires s'occupent-ils
exclusivement des procédures de changement de
nom ? Combien de dossiers sont-ils actuellement à
l'examen ?
08.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Het
wijzigen van de voornaam neemt veel tijd in beslag.
Bedraagt de gemiddelde duur van de procedure
achttien maanden? Is dit ook zo bij het wijzigen van
de familienaam? Wat zijn de verschillende stappen
van de procedure? Hoe kan de minister de
procedure versnellen? Hoeveel ambtenaren
houden zich al dan niet exclusief bezig met de
naamswijzigingen? Hoeveel dossiers worden er
momenteel behandeld?
08.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : La procédure administrative de
changement de prénom dure généralement de trois
à six mois. L'accusé de réception mentionne un
délai d'examen de 18 mois mais, dans la pratique,
le délai est rarement aussi long. La procédure de
changement de patronyme est plus longue, étant
donné qu'il convient de demander l'avis des
autorités judiciaires. La loi du 15 mai 1987 prévoit
une publication obligatoire de l'arrête royal de
changement de nom. S'ouvre ensuite un délai
d'opposition de deux mois. Ces obligations légales
prolongent la procédure. En vue d'accélérer le
changement de prénom, la procédure a été
assouplie en 2003. Une enquête n'est plus
nécessaire que dans des cas exceptionnels,
notamment lorsque l'intéressé fait l'objet d'une
procédure pénale. Sur les 1 242 dossiers introduits
en 2005, 602 portaient sur un changement de
patronyme, 530 sur un changement de prénom et
110 dossiers concernaient des demandes
combinées. Par an, quelque 1 400 dossiers sont
examinés.
Le Service des changements de nom est constitué
de sept agents qui se consacrent à temps plein aux
dossiers.
08.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De administratieve procedure tot
voornaamsverandering duurt over het algemeen
drie tot zes maanden. Het ontvangstbewijs vermeldt
een behandelingstermijn van achttien maanden,
maar deze maximumtermijn komt in de praktijk
zelden voor. De procedure tot naamsverandering
duurt langer, aangezien men in de regel het advies
van de gerechtelijke autoriteiten moet inwinnen. De
wet van 15 mei 1987 voorziet in een verplichte
publicatie van het KB tot naamsverandering.
Daarna geldt een verzetstermijn van twee
maanden. Deze wettelijke verplichtingen verlengen
de duur. Om de duur van de
voornaamsverandering in te korten werd de
procedure in 2003 versoepeld. Het onderzoek moet
enkel nog in uitzonderlijke omstandigheden,
bijvoorbeeld als de betrokkene in een
strafrechtelijke procedure zit. In 2005 zijn 1 242
dossiers ingediend: 602 verzoeken tot
naamsverandering, 530 tot voornaamsverandering
en 110 gecombineerde verzoeken. Per jaar worden
ongeveer 1 400 dossiers behandeld.
De dienst Naamsverandering bestaat uit zeven
agenten die zich voltijds aan de dossiers wijden.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
10
08.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang)
: Le
malentendu est ainsi dissipé : la durée moyenne
est de dix-huit mois. C'est d'ailleurs la durée
maximum. Je m'étonne toutefois qu'il y ait
davantage de changements de nom que de
changements de prénom mais la protection de la
vie privée n'autorise peut-être à en dire plus à ce
sujet.
08.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Daarmee is
alvast het misverstand rechtgezet dat de
gemiddelde duur achttien maanden bedraagt. Dat
is immers de maximumduur. Het verwondert mij wel
dat er meer naamswijzigingen dan
voornaamswijzigingen zijn, maar wellicht laat de
privacy niet toe daarover meer te vertellen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Président: M. Claude Marinower.
Voorzitter: Claude Marinower.
09 Question de M. Tony Van Parys à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
réduction du champ d'application de la loi sur les
méthodes particulières de recherche" (n° 10186)
09 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de inperking van het toepassingsgebied van de
wet op de bijzondere opsporingsmethoden"
(nr. 10186)
09.01 Tony Van Parys (CD&V) : Le champ
d'application de la loi sur les MPR sera réduit. C'est
ce qui est ressorti d'un entretien avec le professeur
Franchimont.
Quelle mission s'est vu exactement attribuer le
service de Politique criminelle
? Pourquoi ce
changement et quand sera-t-il appliqué ?
09.01 Tony Van Parys (CD&V): Het
toepassingsgebied van de BOM-wet zal worden
ingeperkt. Dat bleek in het kader van een gesprek
met professor Franchimont.
Welke opdracht kreeg de dienst Strafrechtelijk
Beleid precies? Waarom die aanpassing en
wanneer volgt de toepassing?
09.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je l'avais annoncé. Rappelez-vous les réunions
que nous avons eues sur les méthodes
particulières de recherche.
09.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dat
had ik aangekondigd. Denkt u maar terug aan de
vergaderingen die we aan de bijzondere
opsporingsmethodes hebben gewijd.
09.03 Tony Van Parys (CD&V) (en français) :
Dans quel sens vos propositions vont-elles aller ?
09.03 Tony Van Parys (CD&V) (Frans): In welke
richting gaan uw voorstellen?
09.04 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : J'ai effectivement demandé
au
service de Politique criminelle de créer un groupe
de travail pour se pencher sur l'aménagement
nécessaire du champ d'application de la loi MRP et
de l'article 90ter du Code d'instruction criminelle. La
liste des infractions pour lesquelles les écoutes
téléphoniques et les méthodes particulières de
recherche peuvent être employées est très longue
et les principes de subsidiarité et de
proportionnalité nous obligent à la rééquilibrer cette
liste. L'article 90ter a été modifié plusieurs fois afin
d'étendre les possibilités des écoutes
téléphoniques mais l'on a perdu de vue qu'en
modifiant cette liste, on a autorisé en même temps
le recours aux méthodes particulières de
recherche. Le nouveau groupe de travail dont j'ai
parlé sera chargé d'analyser la portée de la liste de
faits punissables et d'en évaluer la pertinence.
J'espère que cette réforme pourra être coulée en
09.04 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Ik heb de dienst Strafrechtelijk Beleid inderdaad
gevraagd om een werkgroep op te richten om na te
denken over de noodzakelijke aanpassingen van
het toepassingsgebied van de BOM-wet en van
artikel 90ter van het Wetboek van strafvordering.
De lijst van inbreuken waarvoor de telefoontap en
de bijzondere opsporingsmethoden kunnen worden
aangewend, is zeer ruim en de subsidiariteits- en
proportionaliteitsbeginselen verplichten ons deze
lijst opnieuw in evenwicht te brengen. Artikel 90ter
werd meermaals gewijzigd om de mogelijkheden
van de telefoontap uit te breiden, maar men vergat
dat door het wijzigen van de lijst ook bijzondere
opsporingsmethoden werden toegelaten. De
werkgroep moet de reikwijdte van de lijst van
strafbare feiten analyseren en de relevantie ervan
evalueren. Ik reken erop dat dit werk kan worden
opgenomen in amendementen in het kader van het
onderzoek van de zogenaamde 'grote
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
11
amendements dans le cadre de l'examen du
« grand » Franchimont.
Franchimont'.
09.05 Tony Van Parys (CD&V) : Il s'agit d'un
dossier très important. La loi Franchimont pourrait
modifier le champ d'application actuel. Nous
devons veiller à ce que certaines lois ne soient pas
remises en cause.
09.05 Tony Van Parys (CD&V): Dit is een heel
belangrijke zaak. Het huidige toepassingsgebied
zou door de wet-Franchimont kunnen worden
gewijzigd. We moeten er wel op toezien dat geen
wetten op de helling worden gezet.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Président: Tony Van Parys.
Voorzitter: Tony Van Parys.
10 Question de M. Bart Laeremans à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'attitude de la ministre et des parquets à l'égard
de ce qu'on appelle la petite criminalité"
(n° 10198)
10 Vraag van de heer Bart Laeremans aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de houding van de minister en van de parketten
tegenover de zogenaamde kleine criminaliteit"
(nr. 10198)
10.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : En
déclarant que les parquets n'étaient pas des
bureaux de recouvrement pour les exploitants des
stations service, le ministre a envoyé un signal
erroné. L'arrêt des poursuites par les parquets va
décourager la police de dresser des procès-
verbaux et il deviendra même difficile d'obtenir
réparation des dommages devant un tribunal civil.
Selon la presse, on note une attitude similaire au
niveau des vols de marchandises d'une valeur
inférieure à 75 euros. Le fait que les parquets
classent systématiquement sans suite les petites
infractions est lié à l'absence de soutien
administratif des magistrats. Entre-temps, des
propositions ont été faites pour mettre en place un
registre central qui serait géré par la police
fédérale.
Est-il vrai que ce projet ne bénéficie que d'une
faible priorité ? Existe-t-il des circulaires à ce
propos ? Ne peut-on élaborer un système de
perception analogue à celui mis en place pour les
infractions de roulage, à savoir le système des
transactions. Pourquoi la ministre s'oppose-t-elle au
système néerlandais qui recourt aux services
d'huissiers de justice
? La ministre a-t-elle
l'intention d'ouvrir un registre central pour les
mauvais payeurs ? La ministre reconnaît-elle la
pénurie en personnel administratif au niveau des
parquets ? A-t-elle l'intention de remédier à la
situation ?
10.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Met haar
uitspraak dat de parketten geen incassobureaus
zijn voor de uitbaters van tankstations, heeft de
minister een verkeerd signaal gegeven. Wanneer
parketten niet meer vervolgen, wordt ook de politie
niet langer aangemoedigd om nog proces-verbaal
op te stellen en wordt het zelfs moeilijk de schade
recupereren voor een burgerlijke rechtbank.
Volgens de pers geldt een gelijkaardige houding
ten opzichte van diefstal van goederen met een
waarde lager dan 75 euro. Dat parketten kleinere
vergrijpen systematisch seponeren, heeft te maken
met het gebrek aan administratieve ondersteuning
van de magistraten. Intussen worden voorstellen
gedaan voor een centraal register dat beheerd zou
worden door de federale politie.
Klopt het dat hieraan lage prioriteit wordt gegeven?
Bestaan daarover circulaires? Kan geen
inningsysteem worden uitgewerkt zoals bij
verkeersovertredingen, met minnelijke
schikkingen? Waarom verzet de minister zich tegen
het Nederlandse systeem waarbij
gerechtsdeurwaarders worden ingezet? Wil de
minister een centraal register voor dergelijke
wanbetalers openen? Erkent de minister het tekort
aan administratieve krachten bij de parketten? Wil
zij dit euvel verhelpen?
10.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Il n'est pas question d'impunité pour
les vols de carburant ou de biens d'une valeur de
moins de 75 euros. Pour décider de classer l'affaire
sans suite ou non, les magistrats tiennent compte
des récidives ainsi que des circonstances qui ont
10.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Voor diefstal van brandstof of goederen ter waarde
van minder dan 75 euro is er geen straffeloosheid.
De magistraten houden bij de beslissing om al dan
niet te seponeren rekening met herhaling en met de
omstandigheden waarin het strafbaar feit werd
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
12
entouré l'infraction. Le montant n'est absolument
pas un critère. Les priorités de la politique
criminelle sont définies par la ministre de la Justice
et le collège des procureurs généraux. Chaque
procureur doit adapter cette politique au caractère
spécifique de son arrondissement. La charge des
services administratifs des parquets a été allégée
depuis la circulaire sur l'enquête policière d'office et
le procès-verbal simplifié. Je ne vois aucun rapport
entre leur charge de travail et les classements sans
suite. La Commission de la protection de la vie
privée estime que les huissiers de justice ne
doivent pas avoir accès à la DIV. Le commerçant
doit donc consulter le dossier répressif et entamer
une procédure civile à l'encontre des mauvais
payeurs. Les constatations de ces infractions ont
déjà été systématiquement encodées par la police,
mais ces données ne sont pas accessibles à des
tiers.
gepleegd. Het bedrag is zeker geen criterium. De
prioriteiten van het strafrechtelijk beleid worden
bepaald door de minister van justitie en het college
van procureurs-generaal. Iedere procureur moet
dat beleid aanpassen aan het specifieke karakter
van zijn arrondissement. De administratieve
diensten van de parketten zijn minder zwaar belast
sinds de circulaire over het ambtshalve politionele
onderzoek en het vereenvoudigd proces-verbaal. Ik
zie geen verband tussen hun werklast en de
sepots. De Commissie voor de bescherming van de
persoonlijke levenssfeer meent dat de
gerechtsdeurwaarders geen toegang mogen krijgen
tot de DIV. De handelaar moet dus het strafdossier
raadplegen en een burgerlijke procedure inleiden
tegen slechte betalers. De vaststellingen van deze
strafbare feiten werden reeds systematisch
gecodeerd door de politie, maar die gegevens zijn
niet toegankelijk voor derden.
10.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : La
ministre dément donc l'affirmation selon laquelle
l'impunité régnerait mais elle donne un signal
contradictoire. Par ailleurs, j'ai de sérieux doutes
quant à la préférence de la ministre pour une
procédure civile. Le jeu n'en vaut en effet pas la
chandelle, on ne recourt pas à un avocat pour de
telles recettes. Le système des huissiers fonctionne
parfaitement aux Pays-Bas et l'argument de la
protection de la vie privée est trop facile. Il faut
résoudre le problème du personnel des parquets,
sinon la politique de classement sans suite se
poursuivra, ce qui ne fera qu'accroître le
mécontentement et provoquer une baisse de
confiance du citoyen en la justice.
10.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang): De
minister ontkent dan wel dat er straffeloosheid
heerst, maar er wordt een tegenstrijdig signaal
gegeven. Verder heb ik sterke twijfels bij de
voorkeur van de minister voor een burgerlijke
procedure. Het sop is immers de kool niet waard,
voor dergelijke opbrengsten engageert men geen
advocaat. Verder werkt het systeem met de
deurwaarders uitstekend in Nederland en is het
argument van de privacy al te goedkoop. Het
personeelsprobleem bij de parketten moet opgelost
worden, anders blijft het seponeringsbeleid duren
en dat zorgt alleen voor een stijgend ongenoegen
bij de burger en een dalend vertrouwen in het
gerecht.
10.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je suis toujours à la disposition des journalistes qui
veulent vérifier si des informations sont correctes
ou non.
10.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik sta
steeds ter beschikking van journalisten die willen
nagaan of bepaalde informatie al dan niet correct
is.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Questions jointes de
- Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le
recouvrement des amendes judiciaires"
(n° 10203)
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "la perception des
amendes pénales" (n° 10208)
- M. Patrick De Groote à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "la perception des
amendes judiciaires" (n° 10222)
11 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
invordering van gerechtelijke boeten" (nr. 10203)
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de inning
van de penale boetes" (nr. 10208)
- de heer Patrick De Groote aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de inning
van de gerechtelijke boetes" (nr. 10222)
11.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) :
L'inspecteur principal procède au recouvrement
11.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): De
eerstaanwezend inspecteur vordert de gerechtelijke
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
13
des amendes judiciaires mais, en 2003 et en 2004,
40 et 35
seulement % des amendes ont
effectivement été encaissés en Flandre, alors que
ce pourcentage n'atteint que 25 % en Wallonie.
La ministre est-elle informée du faible niveau
d'encaissement des amendes judiciaires, c'est-à-
dire les amendes qui concernent les infractions
routières mais aussi d'autres infractions, délits et
méfaits ? Une concertation a-t-elle déjà eu lieu
avec le ministre des Finances à ce sujet
?
Lorsqu'un dossier est jugé non récupérable, une
peine d'emprisonnement ou de travail subsidiaire
est d'application. Celle-ci est-elle toujours,
généralement, rarement ou jamais appliquée ? La
ministre dispose-t-elle de chiffres ?
boetes in, maar in Vlaanderen werd in 2003 en
2004 slechts 40 en 35 procent van de boetes ook
daadwerkelijk geïnd, in Wallonië was dat zelfs maar
25 procent.
Is de minister op de hoogte van de gebrekkige
inning van gerechtelijke boetes, dus niet alleen voor
verkeersovertredingen, maar ook voor andere
overtredingen, wanbedrijven en misdaden? Werd
hierover reeds overlegd met de minister van
Financiën? Bij een als niet invorderbaar
bestempeld dossier geldt er een vervangende
gevangenis- of werkstraf. Wordt deze altijd,
meestal, zelden of nooit uitgevoerd? Beschikt de
minister over cijfers?
11.02 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Le
faible encaissement des amendes pénales entraîne
l'impunité de facto. Si la Justice veut rester
crédible, un encaissement de rechange doit être
instauré.
Quelle est la réaction de la ministre face aux
pourcentages élevés d'amendes impayées ? La
Justice a-t-elle déjà examiné le dossier pour
proposer une amélioration ? M. De Ruyver a déjà
proposé que la Justice procède elle-même à
l'encaissement. Cette proposition est-elle
envisagée ? Par quelles instances l'encaissement
pourrait-il être réalisé ? Des discussions ont-elles
déjà été eu lieu avec les huissiers de justice ? Par
le passé, il a été proposé de recouvrer les amendes
dans le cadre de l'établissement de l'impôt. La
possibilité d'opérer des retenues sur des
allocations sociales a-t-elle déjà été envisagée ?
11.02 Bart Laeremans (Vlaams Belang): De
gebrekkige inning van penale boetes zorgt de facto
voor straffeloosheid. Wil Justitie geloofwaardig
blijven, dan moet er een alternatieve inning komen.
Hoe reageert de minister op de hoge percentages
onbetaalde boetes? Heeft Justitie de materie reeds
bestudeerd met het oog op verbetering? De heer
De Ruyver stelde reeds voor dat Justitie zelf zou
innen. Wordt hieromtrent onderzoek verricht? Door
welke instanties zou de inning kunnen gebeuren?
Werden hierover reeds besprekingen gevoerd met
gerechtsdeurwaarders? In het verleden werd
voorgesteld om de boetes in rekening te brengen
bij de fiscale aanslag, hoe staat het met dit
onderzoek? Werd reeds onderzocht of er
inhoudingen kunnen gebeuren op sociale
uitkeringen?
11.03 Patrick De Groote (N-VA) : Nous
constatons que dans notre pays, deux tiers des
amendes demeurent impayées, ce qui est indigne
d'un État de droit.
Comment peut-on alléger simplement les missions
des parquets
? Le gouvernement songe-t-il à
confier à une instance privée le soin d'infliger et
d'assurer le suivi des amendes
? Compte-t-il
investir dans ce domaine ? Une concertation a-t-
elle déjà eu lieu à ce propos avec d'autres
instances, telles que la Chambre nationale des
huissiers de justice
? Les receveurs des
arrondissements qui sont sérieusement en défaut
recevront-ils des directives spéciales ? Investira-t-
on dans du personnel supplémentaire et des
applications informatiques supplémentaires ?
11.03 Patrick De Groote (N-VA): We stellen vast
dat in ons land twee derden van de boetes
onbetaald blijft en dat is een rechtsstaat onwaardig.
Hoe kan het takenpakket van de parketten op een
eenvoudige manier ontlast worden? Wordt er
binnen de regering gedacht aan het uitbesteden
van het uitschrijven en opvolgen van boetes aan
een privé-instantie? Wil de regering hierin
investeren? Is hierover reeds overlegd met andere
instanties, zoals met de Nationale Kamer van
Gerechtsdeurwaarders? Zullen de ontvangers van
arrondissementen die ernstig in gebreke blijven,
speciale richtlijnen krijgen? Zal er worden
geïnvesteerd in extra personeel en bijkomende
informaticatoepassingen?
11.04 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Aucune concertation structurelle n'a
11.04 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
In verband met de inning van gerechtelijke boetes
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
14
encore eu lieu avec mon collègue des Finances à
propos de la perception des amendes judiciaires
mais toute demande en ce sens sera la bienvenue.
La tâche du ministère public se limite à l'envoi du
dossier d'exécution au directeur de
l'Enregistrement et des Domaines. Le
recouvrement des amendes est donc une
compétence du ministre des Finances.
is er nog geen structureel overleg geweest met mijn
collega van Financiën, maar ik verwelkom elke
vraag in die richting. De taak van het openbaar
ministerie beperkt zich tot het doorsturen van het
uitvoeringsdossier aan de directeur van Registratie
en Domeinen. De invordering van geldboetes is dus
een bevoegdheid van de minister van Financiën.
(En français) Je suis ouverte à une alternative.
Pour éviter l'impunité, il faut améliorer le
recouvrement des amendes pénales.
La création d'un institut relevant de la compétence
de la Justice serait une bonne idée. La commission
de la Justice pourrait étudier le système
néerlandais. Toutefois, de telles initiatives prennent
du temps.
Je peux examiner l'idée d'inscrire les amendes sur
la feuille d'impôt, qui pourrait être concrétisée plus
rapidement. En revanche, effectuer des retenues
sur les allocations sociales me paraît antisocial.
Je suis donc ouverte à des modifications, mais je
n'ai pas la responsabilité première en la matière.
(Frans) Ik sta open voor een alternatief. Om
straffeloosheid te voorkomen moeten we de inning
van de strafrechtelijke geldboeten verbeteren.
Het is een goed idee een instelling op te richten die
onder de bevoegdheid van Justitie valt. De
commissie voor de Justitie zou het Nederlands
systeem kunnen onderzoeken. Maar dergelijke
initiatieven vergen tijd.
Ik kan het voorstel om de boeten via de belastingen
te innen, laten onderzoeken. Die oplossing zou
sneller in de praktijk kunnen worden gebracht.
Afhoudingen op de sociale uitkeringen vind ik
daarentegen asociaal.
Ik sta dus open voor wijzigingen, maar ik draag ter
zake niet de eerste verantwoordelijkheid.
11.05 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : C'est une
responsabilité partagée par la Justice et les
Finances. Je trouve étrange qu'il n'y ait pas encore
eu de concertation à ce sujet avec le ministre
Reynders. En 2000, une étude approfondie de la
Cour des comptes a mis en évidence tous les
points sensibles et a notamment révélé le manque
de personnel et de moyens aux Finances.
L'administration des Domaines s'est également
plainte de la collaboration souvent difficile avec le
ministère de la Justice.
Six ans plus tard, rien n'a encore été fait. Il est donc
temps d'unir nos efforts et de veiller à ce que tous
les justiciables soient traités de la même manière.
11.05 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Dit is een
gedeelde verantwoordelijkheid van Justitie en
Financiën. Ik vind het vreemd dat hierover nog
geen overleg is gepleegd met minister Reynders. In
2000 heeft een uitvoerige studie van het Rekenhof
alle pijnpunten blootgelegd en met name gewezen
op het tekort aan personeel en middelen bij
Financiën. De administratie van Domeinen heeft
ook de vaak moeilijke samenwerking met het
ministerie van Justitie aangeklaagd.
Zes jaar later is er nog niets gebeurd. Het wordt
dus tijd om de krachten te bundelen en ervoor te
zorgen dat alle rechtsonderhorigen op dezelfde
manier worden behandeld.
11.06 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Je suis
content que la ministre reconnaisse au moins
l'existence du problème. L'impunité ne peut
perdurer. La ministre n'a pas exclu que tout soit
transféré à la Justice, mais son attitude est trop
passive. Au lieu d'attendre une initiative du ministre
des Finances, elle doit prendre elle-même cette
affaire en mains, car la crédibilité de la Justice est
engagée.
11.06 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Ik ben
blij dat de minister tenminste het probleem erkent.
De straffeloosheid kan niet blijven duren. De
minister heeft niet uitgesloten dat alles
overgeheveld wordt naar Justitie, maar stelt zich te
passief op. In plaats van te wachten op een initiatief
van de minister van Financiën, moet ze zelf de
zaak naar zich toetrekken, want dit heeft te maken
met de geloofwaardigheid van Justitie.
Je ne pense pas que nous devions exclure
d'emblée la possibilité d'une retenue d'amendes
Ik vind niet dat we al meteen de mogelijkheid
moeten uitsluiten om boetes in te houden op
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
15
sur les allocations sociales. Nous pourrions le faire
de manière socialement équitable, par exemple par
des réductions progressives. Prétendre que ceux
qui sont moins riches ne sont pas responsables n'a
pas de sens.
Il serait également bon d'ajouter, à l'occasion de
l'informatisation du casier judiciaire, une mention
relative au paiement des amendes. Cela inciterait
certainement les gens à payer leurs amendes dans
les délais.
sociale uitkeringen. Dit kan ook op een sociaal
verantwoorde manier, bijvoorbeeld door geleidelijke
inkortingen. Het gaat niet op te zeggen dat wie
minder rijk is, niet verantwoordelijk is.
Het zou ook goed zijn om naar aanleiding van de
informatisering van het strafregister, ook een
vermelding toe te voegen met betrekking tot de
betaling van de boetes. Dit zou de mensen zeker
aansporen hun boetes tijdig te betalen.
11.07 Patrick De Groote (N-VA) : Nous sommes
partisans d'alléger les tâches des parquets en
confiant à l'administration le traitement des
amendes de roulage. Il est incroyable qu'il n'y ait
pas encore eu de concertation à ce propos avec les
Finances. Il est temps que ces deux départements
collaborent afin de mettre un terme à l'impunité.
11.07 Patrick De Groote (N-VA): Wij zijn er
voorstander van om het takenpakket van de
parketten te verlichten door een administratieve
afhandeling van de verkeersboetes. Het is niet te
geloven dat er over deze problematiek nog geen
overleg is gepleegd met Financiën. Het wordt tijd
dat beide departementen gaan samenwerken om
een einde te maken aan de straffeloosheid.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"les modifications apportées au procès-verbal de
vérification des créances" (n° 10207)
12 Vraag van de heer Claude Marinower aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de wijzigingen aan het proces-verbaal van
schuldvorderingen" (nr. 10207)
12.01 Claude Marinower (VLD): La loi du 6
décembre 2005 apporte une série de modifications
au procès-verbal de créance que les curateurs
doivent dresser dans le cadre des faillites pour
lesquelles ils ont été désignés.
La loi étant entrée en vigueur sans mesures
transitoires le 2 janvier 2006, une question se
pose : le curateur pourra-t-il dresser des procès-
verbaux pour les faillites ouvertes avant cette date
en y incorporant les déclarations tardives de
créance sans qu'il soit nécessaire de procéder à
une citation en justice.
Le pourra-t-il ? Quelle est la portée de l'application
immédiate de cette loi compte tenu de l'arrêt de la
Cour de cassation du 3 juin 2004 ?
12.01 Claude Marinower (VLD): De wet van 6
december 2005 brengt een aantal wijzigingen aan
in het proces-verbaal van schuldvordering dat
curatoren moeten opstellen in het kader van de
faillissementen waarin zij aangesteld zijn.
Aangezien de wet op 2 januari 2006 zonder
overgangsmaatregelen van toepassing werd, rijst
de vraag of voor faillissementen die vóór die datum
openvallen, de curator ook nog processen-verbaal
kan opstellen waarbij laattijdige aangiftes van
schuldvordering worden opgenomen, zonder dat er
moet overgegaan worden tot dagvaarding.
Kan dit? Wat is de draagwijdte van de onmiddellijke
toepassing in het licht van het arrest van het Hof
van Cassatie van 3 juni 2004?
12.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : En principe, la loi dispose seulement
pour l'avenir et n'a donc pas d'effet rétroactif.
Cependant la nouvelle loi n'a pas uniquement trait
à des situations postérieures à son entrée en
vigueur ; elle se rapporte aussi aux conséquences
futures de situations nées sous l'empire de la loi
antérieure.
Une disposition légale purement procédurale est
toujours immédiatement applicable aux procédures
pendantes, sous réserve des actes de procédure
12.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De wet beschikt in principe alleen voor de toekomst
en heeft dus geen terugwerkende kracht. De
nieuwe wet heeft echter niet alleen betrekking op
situaties die zullen ontstaan na het van kracht
worden ervan, maar ook op de toekomstige
gevolgen van situaties ontstaan onder de vroegere
wet.
Een louter procedurele wetsbepaling is steeds
onmiddellijk van toepassing op de hangende
procedures, onder voorbehoud van de reeds
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
07/02/2006
CRABV 51
COM 847
16
qui ont déjà été accomplis régulièrement.
Ces principes valent également pour la nouvelle
procédure de contrôle des créances, telle que
modifiée par la loi du 6 décembre 2005.
L'entrée en vigueur de la loi ne saurait porter
atteinte aux droits du créancier qui aurait cité le
curateur selon les règles de l'ancienne loi pour faire
admettre sa créance.
regelmatig uitgevoerde proceduredaden.
Deze principes gelden ook voor de nieuwe
procedure van nazicht van de schuldvorderingen,
zoals gewijzigd door de wet van 6 december 2005.
De inwerkingtreding van de wet kan geen afbreuk
doen aan de rechten van de schuldeiser die,
volgens de regels van de oude wet, de curator zou
gedaagd hebben voor het toelaten van zijn
schuldvordering.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
retard de paiement des prestataires de soins
indépendants dans les prisons" (n° 10218)
13 Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de achterstallige betaling van de zelfstandige
zorgverstrekkers in de gevangenissen"
(nr. 10218)
13.01 Melchior Wathelet (cdH) : Il semble que les
médecins de prison ne soient plus payés depuis le
mois de septembre 2005 et que ces retards de
paiement ne seront comblés qu'à la fin du mois de
février, voire au début du mois de mars. Tous les
prestataires de soins indépendants sont touchés et
ces retards de paiement surviennent chaque
année.
Confirmez-vous ces faits ? La situation est-elle
identique dans toutes les prisons ? Quels sont les
prestataires de soins concernés ? Quelles sont les
raisons de ces retards de paiement récurrents ?
Quand ces prestataires de soins seront-ils payés ?
Quelle solution préconisez-vous pour éviter de
telles situations à l'avenir ?
13.01 Melchior Wathelet (cdH): Naar verluidt
zouden de gevangenisartsen sinds september
2005 niet meer zijn uitbetaald en zal die
achterstand pas eind februari of zelfs in het begin
van maart worden weggewerkt. Alle zelfstandige
zorgverstrekkers zijn daarvan het slachtoffer en die
achterstallige betalingen doen zich elk jaar opnieuw
voor.
Bevestigt u dat? Is de situatie identiek in alle
gevangenissen? Wie zijn de betrokken
zorgverstrekkers? Wat zijn de oorzaken van die
almaar terugkerende betalingsachterstand?
Wanneer zullen de betrokkenen worden uitbetaald?
Welke oplossing stelt u voor om een herhaling van
dergelijke situaties in de toekomst te voorkomen?
13.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je confirme malheureusement le retard de
paiement des prestataires de soins indépendants
auprès des établissements pénitentiaires. Ils sont
normalement honorés à la fin du deuxième mois
suivant leurs prestations.
13.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik
bevestig jammer genoeg de achterstallige betaling
van de zelfstandige zorgverstrekkers die werkzaam
zijn in de strafinrichtingen. Zij worden normaal
uitbetaald op het einde van de tweede maand die
volgt op het verrichten van hun prestaties.
Les prestataires de soins de toutes les prisons ont
été informés par écrit que les paiements de
novembre 2005 auraient lieu fin février ou début
mars 2006. Il en va de même pour les prestations
d'octobre et pour certaines prestations de
septembre 2005.
La situation diffère d'une prison à l'autre, selon que
les paiements se font directement par
l'établissement ou par le service médical du SPF.
Cette situation est due au principe de l'ancre
imposant aux départements une sous-utilisation de
De zorgverleners in alle gevangenissen werden
schriftelijk op de hoogte gebracht van het feit dat de
betalingen van november 2005 eind februari of
begin maart 2006 zouden verricht worden.
Hetzelfde geldt voor de verstrekkingen van oktober
en een aantal verstrekkingen van september 2005.
De situatie is voor elke gevangenis verschillend; het
hangt er ook van af of de strafinstelling zelf dan wel
de medische dienst van de FOD de betalingen
verricht.
Die situatie is het gevolg van het ankerprincipe, uit
hoofde waarvan de departementen hun kredieten
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 847
07/02/2006
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
leurs crédits et donc le report des dépenses à
l'année suivante.
Malgré les démarches entreprises en vue
notamment d'augmenter le budget de mon
département, certains paiements ont dû être
reportés à 2006.
Toutes les prestations de 2005 seront payées d'ici
la fin du mois ou au début du mois prochain,
compte tenu des délais liés à l'octroi des avances
de fonds et à la procédure de visa préalable des
ordonnances par la Cour des comptes.
niet volledig mogen benutten en uitgaven moeten
uitstellen tot het volgende jaar.
Ondanks de demarches die ondernomen werden
om de begroting van mijn departement op te
trekken, moesten bepaalde betalingen uitgesteld
worden tot 2006.
Alle verstrekkingen van 2005 zullen tegen het eind
van de maand of begin volgende maand betaald
zijn, rekening houdend met de termijnen voor de
toekenning van de fondsenvoorschotten en de
procedure in verband met het voorafgaand visum
van het Rekenhof voor de ordonnanceringen.
Afin de limiter les effets du principe de l'ancre sur le
paiement des honoraires aux prestataires de soins,
j'ai demandé qu'au sein de l'enveloppe
d'ordonnancement impartie à la Justice, priorité soit
donnée aux dépenses les plus urgentes.
Om de weerslag van het ankerprincipe op de
uitbetaling van de erelonen aan de zorgverleners te
beperken heb ik gevraagd dat er binnen het bestek
van de ordonnanceringskredieten voor Justitie
voorrang wordt verleend aan de dringendste
uitgaven.
13.03 Melchior Wathelet (cdH) : Je déplore
comme vous que des prestataires de soins n'aient
pas encore été payés pour des prestations datant
de juillet 2005. Il faut remédier à cette situation qui
constitue un manque de respect à l'égard de ces
travailleurs.
13.03 Melchior Wathelet (cdH): Net als u betreur
ik dat de zorgverleners nog altijd niet betaald
werden voor verstrekkingen die dateren van juli
2005. We moeten hier wat aan doen, want de
huidige toestand getuigt van weinig respect voor
die mensen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
17 h 15.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 17.15 uur.
Document Outline