CRABV 51 COM 811
CRABV 51 COM 811
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
mardi dinsdag
17-01-2006 17-01-2006
Matin Voormiddag

CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Karine Jiroflée au ministre de la
Fonction publique, de l'Intégration sociale, de la
Politique des grandes villes et de l'Égalité des
chances sur "la violence entre partenaires"
(n° 9474)
1
Vraag van mevrouw Karine Jiroflée aan de
minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
over "het partnergeweld" (nr. 9474)
1
Orateurs: , Christian Dupont, ministre de la
Fonction publique, de l'Intégration sociale, de
la Politique des grandes villes, de l'Egalité des
chances
Sprekers: , Christian Dupont, minister van
Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke
Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke
Kansen
Question de Mme Annick Saudoyer au ministre de
la Fonction publique, de l'Intégration sociale, de la
Politique des grandes villes et de l'Égalité des
chances sur "la représentation des femmes dans
les milieux professionnels du sport" (n° 8249)
2
Vraag van mevrouw Annick Saudoyer aan de
minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
over "de vertegenwoordiging van de vrouwen in de
kringen van de beroepssport" (nr. 8249)
2
Orateurs:
Annick Saudoyer, Christian
Dupont, ministre de la Fonction publique, de
l'Intégration sociale, de la Politique des
grandes villes, de l'Egalité des chances
Sprekers: Annick Saudoyer, Christian
Dupont
, minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Questions jointes de
3
Samengevoegde vragen van
3
- Mme Karine Jiroflée au ministre de la Fonction
publique, de l'Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l'Égalité des chances sur
"la violence intrafamiliale et le rôle de l'Institut pour
l'égalité des hommes et des femmes" (n° 9475)
3
- mevrouw Karine Jiroflée aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "het
intrafamiliaal geweld en de rol van het Instituut
voor Gelijkheid van Mannen en Vrouwen"
(nr. 9475)
3
- Mme Karine Jiroflée au ministre de la Fonction
publique, de l'Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l'Égalité des chances sur
"la violence intrafamiliale et le Plan d'Action
national contre la Violence conjugale" (n° 9476)
3
- mevrouw Karine Jiroflée aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "het
intrafamiliaal geweld en het Nationaal Plan
Partnergeweld" (nr. 9476)
3
- Mme Karine Jiroflée au ministre de la Fonction
publique, de l'Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l'Égalité des chances sur
"la violence intrafamiliale et les études menées à
ce sujet" (n° 9477)
3
- mevrouw Karine Jiroflée aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "het
intrafamiliaal geweld en studiemateriaal over dit
thema" (nr. 9477)
3
Orateurs: , Christian Dupont, ministre de la
Fonction publique, de l'Intégration sociale, de
la Politique des grandes villes, de l'Egalité des
chances
Sprekers: , Christian Dupont, minister van
Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke
Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke
Kansen
Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "les prépensions dans le cadre
d'entreprises en restructurations" (n° 9678)
5
Vraag van de heer Benoît Drèze aan de minister
van Werk over "de brugpensioenen in het kader
van ondernemingen in herstructurering" (nr. 9678)
5
Orateurs: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
ministre de l'Emploi
Sprekers: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
minister van Werk
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
ministre de l'Emploi sur "le Plan d'Action fédéral
pour la Réduction des Accidents du travail"
(n° 9572)
7
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de minister van Werk over "het Federaal Actieplan
voor de Reductie van Arbeidsongevallen"
(nr. 9572)
7
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Peter
Vanvelthoven
, ministre de l'Emploi
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Peter
Vanvelthoven
, minister van Werk
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
ii
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
ministre de l'Emploi sur "les institutions créées par
la loi du 3 mai 2003 qui ont pour objet la lutte
contre le travail au noir et la fraude sociale"
(n° 9573)
8
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de minister van Werk over "de instellingen
opgericht door de wet van 3 mei 2003 die de strijd
tegen de illegale arbeid en de sociale fraude tot
doel hebben" (nr. 9573)
8
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Peter
Vanvelthoven
, ministre de l'Emploi
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Peter
Vanvelthoven
, minister van Werk
Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "l'instauration de quotas d'embauche
pour les allochtones" (n° 9762)
10
Vraag van de heer Benoît Drèze aan de minister
van Werk over "het instellen van
aanwervingsquota voor allochtonen" (nr. 9762)
10
Orateurs: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
ministre de l'Emploi
Sprekers: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
minister van Werk
Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "les défis auxquels est confrontée la
négociation sociale" (n° 9763)
11
Vraag van de heer Benoît Drèze aan de minister
van Werk over "de uitdagingen waarmee het
sociaal overleg wordt geconfronteerd" (nr. 9763)
11
Orateurs: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
ministre de l'Emploi
Sprekers: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
minister van Werk
Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "les pièges à l'emploi" (n° 9764)
13
Vraag van de heer Benoît Drèze aan de minister
van Werk over "de werkloosheidsvallen" (nr. 9764)
13
Orateurs: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
ministre de l'Emploi
Sprekers: Benoît Drèze, Peter Vanvelthoven,
minister van Werk
Question de M. Jo Vandeurzen au ministre de
l'Emploi sur "la loi relative aux fermetures
d'entreprises" (n° 9671)
15
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister
van Werk over "de wet betreffende de sluiting van
ondernemingen" (nr. 9671)
15
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
Question de Mme Greta D'hondt au ministre de
l'Emploi sur "les titres-services" (n° 9780)
16
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister
van Werk over "de dienstencheques" (nr. 9780)
16
Orateurs:
Greta D'hondt, Peter
Vanvelthoven, ministre de l'Emploi
Sprekers:
Greta D'hondt, Peter
Vanvelthoven, minister van Werk
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
1

COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
du
MARDI
17
JANVIER
2006
Matin
______
van
DINSDAG
17
JANUARI
2006
Voormiddag
______



La réunion publique est ouverte à 10 h 13 par M.
Hans Bonte, président.
De vergadering wordt geopend om 10.13 uur door
de heer Hans Bonte, voorzitter.
01 Question de Mme Karine Jiroflée au ministre
de la Fonction publique, de l'Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes et de l'Égalité
des chances sur "la violence entre partenaires"
(n° 9474)
01 Vraag van mevrouw Karine Jiroflée aan de
minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid
en Gelijke Kansen over "het partnergeweld"
(nr. 9474)
01.01 Karine Jiroflée (sp.a-spirit) : Une étude
britannique de la National Society for Prevention of
Cruelty to Children conclut qu'un cinquième des
jeunes filles de treize à dix-neuf ans sont battues
par leur petit ami.

Existe-t-il une étude similaire en Belgique
?
Dispose-t-on de chiffres relatifs à ce problème
spécifique aux adolescents ? Est-il question de
réaliser une telle étude ?
01.01 Karine Jiroflée (sp.a-spirit): Een Brits
onderzoek van de National Society for Prevention
of Cruelty to Children besluit dat een vijfde van de
meisjes tussen dertien en negentien jaar door hun
vriendje worden geslagen.

Bestaat er een soortgelijk onderzoek in België? Zijn
hier cijfers bekend over deze specifieke
tienerproblematiek? Zijn er plannen voor een
onderzoek?
01.02 Christian Dupont, ministre (en
néerlandais) : En 1988, le Limburgs Universitair
Centrum (LUC) a étudié la prévalence de la
violence envers les femmes et, en 1998, les
facteurs qui accroissent le risque de violence chez
les femmes et les hommes de 25 à 50 ans.

En 2003, à la demande de la police fédérale, un
sondage a été effectué auprès des jeunes dans le
cadre d'une enquête menée par le LUC et l'UCL.
Le sondage ne portait toutefois pas spécifiquement
sur la violence dans le couple.

Bien que les chiffres de la criminalité britannique
soient généralement plus élevés que les nôtres, la
violence au sein des couples de jeunes est de plus
en plus fréquente chez nous également.
01.02 Minister Christian Dupont (Nederlands): Het
Limburgs Universitair Centrum (LUC) onderzocht in
1988 de prevalentie van geweld op vrouwen en in
1998 de risicofactoren van geweld bij vrouwen en
mannen tussen de 25 en 50 jaar.


In 2003 werd in het kader van een onderzoek van
het LUC en de UCL, in opdracht van de federale
politie, een steekproef gehouden bij jongeren. Het
ging evenwel niet om partnergeweld.


Hoewel in het algemeen de Britse
criminaliteitscijfers hoger zijn dan de onze, komt
partnergeweld bij jongeren ook hier steeds meer
voor.
Le fait que toutes les formes de violence soient en
augmentation chez les jeunes est très préoccupant.
Het is verontrustend dat alle vormen van geweld bij
jongeren toenemen.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
2

La Communauté française a déjà échafaudé un
plan d'action dans l'enseignement. Lors des
conférences interministérielles, je continuerai
d'attirer l'attention de mes collègues sur ce
problème et de m'efforcer de faire comprendre aux
entités fédérées la nécessité d'une action
préventive dès le plus jeune âge. Quand on n'a pas
appris à respecter autrui ni à respecter l'égalité
entre les hommes et les femmes, on représente un
risque pour la société pendant toute sa vie.

J'aborderai ce problème lors de la conférence
interministérielle de février 2006. Je n'ai pas
connaissance de plans éventuels de la
Communauté flamande en cette matière mais je
sais que le ministre Vandenbroucke prend des
initiatives très intelligentes dans ce type de
dossiers.

De Franse Gemeenschap heeft al acties gepland in
het onderwijs. Tijdens de interministeriële
conferenties zal ik de aandacht blijven vestigen op
het probleem en de deelstaten wijzen op de
noodzaak van preventie vanaf jonge leeftijd. Wie
geen respect heeft aangeleerd, wie de gelijkheid
tussen mannen en vrouwen niet heeft leren
respecteren, blijft zijn hele leven een risico vormen.



Op de interministeriële conferentie van februari
2006 zal ik het probleem aankaarten. Ik ben niet op
de hoogte van eventuele plannen van de Vlaamse
Gemeenschap, maar ik weet dat minister
Vandenbroucke zeer intelligente initiatieven neemt
in dit soort kwesties.
01.03 Karine Jiroflée (sp.a-spirit) : Au niveau
flamand également, on s'occupe du problème dans
les écoles et les mouvements de jeunesse.

Je me réjouis du fait que le ministre élargit le
problème à toutes les formes de violence chez les
jeunes mais j'insiste sur la nécessité de prendre
des initiatives particulières pour ce qui est des
violences commises par des jeunes vis-à-vis de
leur petite amie. Il conviendrait d'étudier cette
question et de disposer de chiffres.
01.03 Karine Jiroflée (sp.a-spirit): Ook op Vlaams
niveau wordt er aan dit probleem gewerkt in de
scholen en het jongerenwerk.

Ik ben blij dat de minister het probleem opentrekt
naar alle vormen van geweld bij jongeren, maar ik
dring erop aan dat er specifiek iets wordt gedaan
aan het geweld van vriendjes op hun vriendinnetje.
Daarvoor zijn onderzoek en cijfers nodig.
01.04 Christian Dupont, ministre (en
néerlandais) : En effet.
01.04 Minister Christian Dupont (Nederlands):
Inderdaad.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de Mme Annick Saudoyer au
ministre de la Fonction publique, de l'Intégration
sociale, de la Politique des grandes villes et de
l'Égalité des chances sur "la représentation des
femmes dans les milieux professionnels du
sport" (n° 8249)
02 Vraag van mevrouw Annick Saudoyer aan de
minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid
en Gelijke Kansen over "de vertegenwoordiging
van de vrouwen in de kringen van de
beroepssport" (nr. 8249)
02.01 Annick Saudoyer (PS) : Le monde du sport
reste un domaine d'action essentiellement
masculin. Il y a de plus en plus d'athlètes féminines
mais le personnel d'encadrement de même que les
arbitres et juges restent principalement masculins.
Les femmes y exercent des emplois de second
ordre.

Disposez-vous d'une étude chiffrée indiquant quelle
est la situation dans notre pays ?

Quels sont vos outils pour renforcer l'égalité de
l'accès aux emplois à responsabilité liés au sport ?
02.01 Annick Saudoyer (PS): De sportwereld blijft
een mannenbastion. Hoewel steeds meer
vrouwelijke atleten hun opwachting maken, zijn de
begeleidende personeelsleden, de scheidsrechters
en de rechters nog steeds hoofdzakelijk mannen.
Vrouwen oefenen doorgaans tweederangsfuncties
uit.
Beschikt u over cijfergegevens over de toestand in
België?

Over welke instrumenten beschikt u om de gelijke
toegang voor mannen en vrouwen tot
leidinggevende functies in de sportwereld te
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
3
bevorderen?
02.02 Christian Dupont, ministre (en français) :
L'exigence est d'avoir 20% de femmes.

C'est dès l'éducation qu'il faut combattre les
stéréotypes masculins et féminins, qu'il faut
travailler prioritairement. Des études ont été faites
au sein des Communautés qu'il convient
d'analyser.
02.02 Minister Christian Dupont (Frans): De
vereiste is: 20 procent vrouwen.

Vrouwelijke én mannelijke stereotypen moeten aan
de bron, bij de opvoeding, bestreden worden. De
Gemeenschappen hebben hierover studies laten
uitvoeren. Die moeten we analyseren.
Je demanderai à l'Institut pour l'égalité des
femmes et des hommes de promouvoir les bonnes
pratiques susceptibles de faire progresser l'égalité
dans le sport.
Ik zal het Instituut voor de gelijkheid van mannen
en vrouwen vragen de deugdelijke praktijken die tot
meer gelijkheid in de sport moeten leiden, te
bevorderen.
02.03 Annick Saudoyer (PS) : Le taux de 20% est
trop faible. Il faudrait obtenir progressivement la
parité dans les cercles dirigeants sportifs.
02.03 Annick Saudoyer (PS): 20 procent is te
weinig. Men zou geleidelijk tot een pariteit bij de
hogere sportinstanties moeten komen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Questions jointes de
- Mme Karine Jiroflée au ministre de la Fonction
publique, de l'Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l'Égalité des chances sur
"la violence intrafamiliale et le rôle de l'Institut
pour l'égalité des hommes et des femmes"
(n° 9475)
- Mme Karine Jiroflée au ministre de la Fonction
publique, de l'Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l'Égalité des chances sur
"la violence intrafamiliale et le Plan d'Action
national contre la Violence conjugale" (n° 9476)
- Mme Karine Jiroflée au ministre de la Fonction
publique, de l'Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l'Égalité des chances sur
"la violence intrafamiliale et les études menées à
ce sujet" (n° 9477)
03 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Karine Jiroflée aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "het
intrafamiliaal geweld en de rol van het Instituut
voor Gelijkheid van Mannen en Vrouwen"
(nr. 9475)
- mevrouw Karine Jiroflée aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "het
intrafamiliaal geweld en het Nationaal Plan
Partnergeweld" (nr. 9476)
- mevrouw Karine Jiroflée aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "het
intrafamiliaal geweld en studiemateriaal over dit
thema" (nr. 9477)
03.01 Karine Jiroflée (sp.a-spirit) : En juillet 2005,
le « Steunpunt Algemeen Welzijnswerk » a publié
un dossier sur la violence intrafamiliale.

Il y est fait mention du travail fructueux réalisé par
l'Institut pour l'égalité des hommes et des femmes
dans le cadre de projets en matière de violence
conjugale, qui risqueraient de ne plus être financés.
Selon la note de politique de décembre 2005, le
Plan d'Action national contre la Violence conjugale
serait pourtant étendu aux Communautés et aux
Régions.

L'Institut jouera-t-il un rôle dans le cadre du Plan
d'Action national contre la Violence conjugale ? La
KUL
a-t-elle déjà évalué les projets
? Les
Communautés et les Régions sont-elles disposées
03.01 Karine Jiroflée (sp.a-spirit): In juli 2005
publiceerde het Steunpunt Algemeen Welzijnswerk
in Vlaanderen een dossier rond intrafamiliaal
geweld.
Daarin staat dat het Instituut voor gelijkheid van
mannen en vrouwen via projecten goed werk heeft
geleverd op het gebied van partnergeweld. De
vrees bestaat dat die projecten niet meer
gefinancierd zouden worden. Volgens de
beleidsnota van december 2005 zou het nationaal
plan inzake partnergeweld nochtans worden
uitgebreid tot Gemeenschappen en Gewesten.

Zal het Instituut een rol opnemen in het nationaal
plan rond partnergeweld? Zijn de projecten al door
de KUL geëvalueerd? Zijn de Gemeenschappen en
Gewesten bereid om de projecten verder te
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
4
à poursuivre le financement des projets ? Des
négociations éventuelles ont-elles déjà donné des
résultats ?

Le ministre compte adjoindre les objectifs des
Régions et des Communautés au plan d'action
pour permettre de travailler tous niveaux de pouvoir
confondus. Le «
Steunpunt Algemeen
Welzijnswerk » applaudit à cette initiative mais
s'interroge sur le devenir du premier plan. Des
résultats concrets ont-ils déjà été engrangés à cet
égard ?
Quand le nouveau plan sera-t-il prêt ?
financieren? Hebben eventuele onderhandelingen
al iets opgeleverd?


De minister wil het actieplan aanvullen met de
doelstellingen van de Gewesten en de
Gemeenschappen om over de beleidsniveaus heen
te kunnen werken. Het Steunpunt Algemeen
Welzijnswerk juicht dit toe, maar vraagt zich af wat
er met het eerste plan gebeurt. Zijn daar al
concrete resultaten van?

Wanneer zal het nieuwe plan klaar zijn?
Suivre une approche intégrée pour lutter contre la
violence entre partenaires est évidemment louable.
Cela dit, il faut dire que ce type d'approche est
également recommandable pour combattre d'autres
formes de violence intrafamiliale. Dans notre pays,
il n'existe guère de matériel d'étude valable dans le
domaine de la maltraitance des enfants et des
parents. Le ministre envisage-t-il de mener une
enquête de ce genre pour mettre en carte ces
autres formes de violence et cette mission devrait-
elle être confiée à l'Institut pour l'égalité des
femmes et des hommes ?
Een geïntegreerde aanpak van partnergeweld is
natuurlijk een goede zaak. Dat geldt echter ook
voor andere vormen van intrafamiliaal geweld. In
België bestaat er weinig goed studiemateriaal over
kinder- en oudermishandeling. Plant de minister
dergelijk onderzoek en is dat dan een taak voor het
Instituut voor gelijkheid van mannen en vrouwen?
03.02 Christian Dupont, ministre (en
néerlandais) : En Belgique, un plan d'action
national 2004-2007 est actuellement en vigueur. Il
est mis en oeuvre à l'échelon fédéral et coordonné
par l'Institut pour l'égalité des femmes et des
hommes, assisté d'un groupe de travail
interdépartemental et d'un groupe d'experts.
Certaines actions ont déjà été menées, d'autres
sont en chantier.
03.02 Minister Christian Dupont (Nederlands): In
België is een nationaal actieplan 2004-2007 van
kracht, dat op federaal niveau wordt uitgevoerd. De
coördinatie gebeurt door het Instituut voor de
gelijkheid van mannen en vrouwen, bijgestaan door
een interdepartementale werkgroep en een
werkgroep van experts. Bepaalde acties zijn al
uitgevoerd, sommige staan op stapel.
Un aperçu complet nous mènerait trop loin. Je me
limiterai donc à quelques projets.

Il y a tout d'abord la diffusion, dans les trois langues
nationales et dans douze autres langues, du
dépliant Brisez le silence avant qu'il ne vous brise.
Ensuite, il y a la brochure détaillée Violence.
Comment s'en sortir ?
Des formations ont été
dispensées aux personnes appelées à assurer un
accueil téléphonique, lequel peut se faire en douze
langues. Par ailleurs, des sessions d'information
ont été organisées et une directive ministérielle a
été diffusée concernant les agressions sexuelles.
Des formations ont également été organisées à
l'attention des médecins, des services d'urgence,
du personnel de la police, des magistrats et des
stagiaires juridiques. Le collège des procureurs
généraux a arrêté une définition de la violence
conjugale.
Un groupe de travail a été créé pour assurer la
concertation entre le fédéral et les Communautés et
Een volledig overzicht geven zou ons te ver leiden.
Ik beperk me tot een paar projecten.

Eerst was er de verspreiding van de folder Breek
de stilte voor de stilte u breekt
, in de drie landstalen
en in twaalf andere talen. Daarnaast was er de
uitgebreide folder Geweld, wat nu. Ook werden er
mensen opgeleid om telefonisch onthaal te doen.
Dat onthaal kan in twaalf verschillende talen.
Verder kwamen er infosessies en een ministeriële
richtlijn over seksuele agressie.


Er werden ook vormingen ontwikkeld voor artsen,
spoeddiensten, politiepersoneel, magistraten en
juridische stagiairs. Het college van procureurs-
generaal heeft een definitie van partnergeweld
ontwikkeld.

Er werd ook een werkgroep opgericht waarbinnen
het federale niveau overlegt met de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
5
les Régions. Il devra proposer une définition
commune de la violence et une vision commune de
cette violence. Un plan d'action assorti d'un
échéancier précis ainsi que d'un instrument de suivi
sera mis sur pied sur la base de cette définition. Ce
plan dynamique, qui s'étalera jusque fin 2006, sera
présenté à la conférence interministérielle. Ce
dossier évolue donc.

Le groupe de travail se penchera ensuite sur la
question du financement des projets pilotes d'aide
aux auteurs de violences, mis en oeuvre en Flandre
par les CAW. Il sera tenu compte à cet égard de
l'évaluation des projets, qui est attendue pour la fin
du mois.
Gemeenschappen en Gewesten. Die werkgroep zal
zorgen voor een gemeenschappelijke definitie van
en visie op partnergeweld. Op basis daarvan zal
een actieplan worden uitgewerkt met bijhorende
timing en opvolgingsinstrument. Op de
interministeriële conferentie wordt het dynamische
plan, dat loopt tot eind 2006, voorgelegd. Er zit dus
beweging in het dossier.

Daarna zal de werkgroep zich buigen over het
vraagstuk van de financiering van de proefprojecten
daderhulp die in Vlaanderen door de CAW's
worden uitgevoerd. Hierbij zal rekening worden
gehouden met de evaluatie van de projecten, die
we eind deze maand verwachten.
Je garantis le financement des projets pilotes
jusque fin 2006. J'espère que l'État fédéral
poursuivra ses efforts, mais tout le monde doit
apporter sa pierre à l'édifice. En donnant à chacun
le temps jusqu'à la fin de l'année, nous espérons
que les budgets nécessaires pourront être dégagés
aux autres niveaux de pouvoir. Les projets
concernés le méritent.

Il va de soi qu'il faut prêter attention à toutes les
formes de violence intrafamiliale. La ministre
Onkelinx en a fait une priorité de sa politique et a
mis en place un meilleur enregistrement et une
meilleure gestion des cas. Dans le cadre des États
généraux de la famille, la secrétaire d'État, Mme
Mandaila, a créé un groupe de travail sur la
violence intrafamilale au sein duquel les
Communautés et les Régions sont représentées.

En ce qui concerne ma propre politique, je respecte
les engagements internationaux que la Belgique a
pris dans le domaine de la violence envers les
femmes et plus spécifiquement de la violence au
sein du couple. Je veille à ce que ma politique
s'inscrive dans le cadre général, ce qui explique la
concertation permanente au niveau ministériel.
Ik sta garant voor de financiering van de
proefprojecten tot eind 2006. Ik hoop dat de
federale Staat zich blijft inspannen, maar iedereen
moet zijn steentje bijdragen. Door iedereen de tijd
te geven tot eind dit jaar, hopen we dat de nodige
budgetten kunnen worden uitgetrokken op andere
beleidsniveaus. De projecten verdienen het.


Het spreekt voor zich dat alle vormen van
intrafamiliaal geweld moeten worden aangepakt.
Minister Onkelinx heeft er een beleidsprioriteit van
gemaakt en een betere registratie en aanpak
uitgewerkt. Staatssecretaris Mandaila heeft in het
kader van de staten-generaal van het gezin een
werkgroep intrafamiliaal geweld opgericht waarin
de Gemeenschappen en de Gewesten
vertegenwoordigd zijn.

Met mijn eigen beleid kom ik de internationale
engagementen na die België heeft genomen ten
opzichte van geweld tegen vrouwen en meer
specifiek partnergeweld. Ik kijk erop toe dat mijn
beleid past in het algemene kader. Vandaar het
permanente overleg op ministerieel niveau.
03.03 Karine Jiroflée (sp.a-spirit) : Le nouveau
plan nous sera présenté le 8 février, ce dont nous
nous félicitons. Il est par ailleurs louable que le
financement des projets soit garanti jusque fin
2006. Le secteur s'en réjouira.

Le ministre a omis de préciser si l'Institut pour
l'égalité des femmes et des hommes continuera à
s'intéresser au thème de la violence entre
partenaires.
03.03 Karine Jiroflée (sp.a-spirit): Op 8 februari
krijgen we het nieuwe plan te zien. Dat is een
goede zaak. Ook goed is dat de financiering van de
projecten tot eind 2006 gewaarborgd is. De sector
zal daar blij mee zijn.

Wat de minister niet heeft vermeld is of het
Instituut voor de gelijkheid tussen mannen en
vrouwen zich met het thema partnergeweld zal
blijven bezighouden.
03.04 Christian Dupont, ministre (en
néerlandais) : Selon moi, il s'agit d'une des
missions essentielles de l'Institut. Je m'en
informerai auprès de celui-ci cet après-midi même.
03.04 Minister Christian Dupont (Nederlands):
Voor mij is het een van de kerntaken van het
Instituut. Ik zal het Instituut er vanmiddag naar
vragen.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
6
informerai auprès de celui-ci cet après-midi même.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "les prépensions dans le cadre
d'entreprises en restructurations" (n° 9678)
04 Vraag van de heer Benoît Drèze aan de
minister van Werk over "de brugpensioenen in
het kader van ondernemingen in
herstructurering" (nr. 9678)
04.01 Benoît Drèze (cdH) : Lors du vote de la loi
relative au Pacte de solidarité entre les
générations, j'ai déposé un amendemement en vue
de limiter l'accès au mécanisme spécifique de
prépension prévu pour les entreprises dites en
restructuration. De Tijd annonce que des
entreprises se restructurent, entraînant la perte de
plus de 17.000 emplois alors que certaines d'entre
elles affichent d'excellents résultats. Je pense que
l'accès à un régime de prépension devrait être
réservé aux entreprises qui connaissent des
difficultés financières. Je propose donc que la
qualité d'entreprise en restructuration soit réservée
à celle qui procède à un licenciement collectif et qui
affiche, pour les deux années précédentes, un
résultat d'exploitation avant impôts inférieur à 5%
du chiffre d'affaires et inférieur à 5% des fonds
propres.

Ne faudrait-il pas redéfinir la notion d'entreprise en
restructuration ?
Quel est le nombre des entreprises en
restructuration reconnue et le nombre des
prépensions annoncées au cours des cinq
dernières années ?
04.01 Benoît Drèze (cdH): Bij de stemming over
de wet betreffende het Generatiepact heb ik een
amendement ingediend dat ertoe strekt het gebruik
van het specifieke brugpensioenmechanisme door
bedrijven "in herstructurering" te beperken. Volgens
de krant De Tijd gaan er meer dan 17 000 banen
verloren bij bedrijfsherstructureringen, terwijl een
aantal van die ondernemingen nochtans
uitstekende resultaten kunnen voorleggen. Mij
dunkt dat de brugpensioenregeling beperkt zou
moeten blijven tot bedrijven die echt in financiële
moeilijkheden verkeren. Ik stel dan ook voor dat
enkel bedrijven die overgaan tot collectief ontslag
en waarvan het belastbare bedrijfsresultaat voor de
twee voorgaande jaren 5 procent lager lag dan de
omzet en 5 procent lager dan het eigen vermogen,
als bedrijf in herstructurering aangemerkt mogen
worden.

Moet het begrip "bedrijf in herstructurering" niet
opnieuw gedefinieerd worden?
Hoeveel bedrijven in herstructurering werden er als
zodanig erkend, en hoeveel brugpensioneringen
werden er aangekondigd gedurende de afgelopen
vijf jaar?
04.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en français) :
En ce qui concerne les critères de reconnaissance
d'une entreprise en restructuration, je vous renvoie
aux arguments développés lors de la discussion de
votre amendement.

Permettre les restructurations, et particulièrement
l'accompagnement social, est une politique à
favoriser. C'est pour cela que la loi relative au
Pacte entre générations autorise les
restructurations. L'objectif est que les entreprises
maintiennent le système des prépensions et évitent
ainsi les licenciements secs. Les partenaires
sociaux pourront se prononcer sur la définition de la
notion d'entreprise en restructuration lorsqu'ils
donneront leur avis sur la loi relative au Pacte entre
générations.
04.02 Minister Peter Vanvelthoven (Frans): Wat
de criteria voor de erkenning als bedrijf in
herstructurering betreft, verwijs ik naar de
argumenten die tijdens de bespreking van uw
amendement werden uiteengezet.

Er moet werk worden gemaakt van een beleid
waarbij herstructureringen, en inzonderheid de
sociale begeleiding, mogelijk worden gemaakt.
Daarom staat de wet betreffende het Generatiepact
herstructureringen toe. Het is de bedoeling dat de
bedrijven het brugpensioenstelsel handhaven en
aldus naakte ontslagen voorkomen. De sociale
partners zullen zich over het begrip "bedrijf in
herstructurering" kunnen uitspreken wanneer ze
hun advies over de wet betreffende het
Generatiepact geven.
04.03 Benoît Drèze (cdH) : Je pense qu'un
dispositif spécifique de régime de prépension pour
les entreprises en restructuration doit être maintenu
afin d'y éviter les licenciements secs. Il est toutefois
04.03 Benoît Drèze (cdH): Ik geloof dat er een
specifieke brugpensioenregeling voor bedrijven die
een herstructurering doormaken, moet worden
behouden, om naakte ontslagen te voorkomen.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
7
choquant de voir des entreprises bénéficiaires
procéder à des plans sociaux. Il conviendrait à
l'avenir de modifier la culture d'entreprise. Je
souhaite que les partenaires sociaux prennent en
compte ma réflexion lorsqu'ils rendront leur avis sur
le Pacte entre générations fin mars. À lire les
chiffres de De Tijd, on constate, en effet, que la
politique de l'emploi reste totalement d'actualité.
Schokkend is echter dat bedrijven die winst maken,
sociale plannen uitwerken. De bedrijfscultuur moet
veranderen. Ik hoop dat de sociale partners met
mijn overweging rekening houden in hun advies
over het Generatiepact dat ze eind maart zullen
uitbrengen. Afgaande op de cijfers in De Tijd moet
men wel vaststellen dat het
werkgelegenheidsbeleid een brandend actueel
issue blijft.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
ministre de l'Emploi sur "le Plan d'Action fédéral
pour la Réduction des Accidents du travail"
(n° 9572)
05 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
aan de minister van Werk over "het Federaal
Actieplan voor de Reductie van
Arbeidsongevallen" (nr. 9572)
05.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : Le Plan
d'Action fédéral pour la Réduction des Accidents du
travail a été approuvé en mars 2004. Qu'en est-il
de ce plan ? Peut-on, comme il a été annoncé,
introduire depuis le 1
er
janvier une déclaration
unique d'accident de travail par la voie
électronique ? Le pharaomètre, qui doit permettre
de dresser un état des lieux des accidents de
travail, est-il déjà opérationnel ? A-t-on recruté
quatorze inspecteurs supplémentaires ? Combien
d'amendes ont-ils déjà infligées ? Les autorités se
sont-elles déjà concertées avec le secteur des
assurances à propos d'une réduction des primes
pour les entreprises qui s'attellent à la prévention ?
05.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Het
Federaal Actieplan voor de reductie van
arbeidsongevallen werd in maart 2004
goedgekeurd. Wat is de stand van zaken? Kan
men, zoals aangekondigd was, arbeidsongevallen
sinds 1 januari eenmalig elektronisch aangeven? Is
de FARAO-meter, die de arbeidsongevallen in kaart
moet brengen, al actief? Werden veertien
bijkomende inspecteurs aangenomen? Hoeveel
boetes schreven zij al uit? Heeft de overheid al
overlegd met de verzekeringssector over lagere
premies voor bedrijven die werken aan preventie?
05.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Depuis le 1er janvier, une déclaration
d'accident unique peut être introduite par la voie
électronique. Grâce à la déclaration unique, les
informations sont transmises avec une notification
unique à l'ensemble des parties qui doivent
recevoir cette notification. La déclaration
électronique ordinaire était déjà possible depuis
2003.

Les employeurs qui souhaitent néanmoins
transmettre la déclaration par téléphone ou par fax
le peuvent. Le programme leur permet de vérifier
s'il y a lieu d'adresser directement une déclaration
à l'inspection et si une enquête spéciale doit être
menée ensuite. Dans la pratique, 6 % seulement de
l'ensemble des accidents de travail avaient fait,
jusqu'à la fin de l'année dernière, l'objet d'une
déclaration électronique. Nous nous efforçons de
promouvoir ce type de déclaration par le biais de
campagnes d'information.
05.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Sinds 1 januari is een eenmalige elektronische
aangifte van arbeidsongevallen mogelijk. Door de
eenmalige aangifte komt de informatie met één
melding terecht bij alle partijen die de melding
moeten ontvangen. De gewone elektronische
aangifte was al mogelijk sinds 2003.


Werkgevers die het ongeval toch telefonisch of per
fax willen melden, kunnen dit. Dankzij het
programma kunnen zij nagaan of er een
onmiddellijke aangifte aan de inspectie moet
gebeuren en of een bijzonder onderzoek moet
volgen. In de praktijk werd tot eind vorig jaar slechts
6 percent van alle arbeidsongevallen elektronisch
aangegeven. Via informatiecampagnes proberen
we deze vorm van aangifte te stimuleren.
Avec le pharaomètre « Accidents du travail », nous
voulons évaluer les efforts d'un secteur en matière
de prévention sur la base de l'évolution du nombre
Met de FARAO-meter arbeidsongevallen willen we
de preventie-inspanningen van een sector
beoordelen aan de hand van de evolutie van de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
8
d'accidents du travail survenus dans ce secteur.
Comme ce suivi doit pouvoir être assuré
rapidement, nous avons ramené à quelques jours
le délai dans lequel les données relatives aux
accidents du travail doivent être saisies dans la
banque de données du Fonds des accidents du
travail. Dans quelques jours, nous aurons achevé
l'actualisation de cette banque de données. Et dans
quatre semaines, l'inspection y aura accès de sorte
qu'elle sera en mesure de développer ce
pharaomètre à partir de la mi-février.

S'agissant du pharaomètre «
Prévention
»,
l'instrument de mesure existant doit être adapté.
Quelques projets pilotes sont en cours mais nous
ne savons pas très bien quand nous pourrons
commencer à l'utiliser.

Sur les cinq médecins supplémentaires, un seul est
entré en service. Deux ingénieurs civils devaient
être recrutés mais ils ne l'ont pas encore été. Trois
ingénieurs industriels et deux psychologues ont
été embauchés. Deux licenciés contractuels sont
devenus statutaires. Il nous reste donc à engager
deux licenciés contractuels. Apparemment, les
médecins sont une denrée rare. Quant aux
ingénieurs civils, ils sont dans l'attente de la
deuxième épreuve de sélection.

En raison du départ à la retraite d'inspecteurs âgés,
le nombre d'inspecteurs n'a pas encore augmenté.
Nous nous efforçons de recruter à temps de
nouveaux membres du personnel de façon à leur
permettre de tirer profit de l'expérience acquise par
les anciens. Nous avons toujours l'intention
d'embaucher in fine quatorze inspecteurs
supplémentaires.

En 2005, l'inspection Contrôle du bien-être au
travail a dressé 206 procès-verbaux. Il est encore
trop tôt pour dire sur quoi déboucheront en
définitive ces procès-verbaux.
arbeidsongevallen. Omdat deze opvolging snel
moet kunnen gebeuren, werd de tijdsspanne
binnen dewelke de gegevens in de
gegevensdatabank van het Fonds voor
arbeidsongevallen terechtkomen, teruggebracht tot
enkele dagen. Over enkele dagen zal de databank
zijn bijgewerkt. Over vier weken zal de inspectie
toegang hebben tot deze databank, zodat ze de
FARAO-meter vanaf midden februari kan
uitwerken.



Voor de FARAO-meter Preventie moet het
bestaande meetinstrument worden aangepast. Er
lopen wat proefprojecten, maar het is niet duidelijk
wanneer we deze meter in gebruik kunnen nemen.


Van de vijf bijkomende artsen kwam er slechts één
in dienst. Er zouden twee burgerlijk ingenieurs
komen; die zijn er nog niet. Drie industrieel
ingenieurs en twee psychologen werden
aangenomen. Twee contractuele licentiaten werden
statutair. Er moeten dus nog twee contractuele
licentiaten bij komen. Artsen zijn blijkbaar schaars,
de burgerlijk ingenieurs wachten op de tweede
selectieproef.


Door de pensioneringen van oudere inspecteurs is
het aantal inspecteurs nog niet toegenomen. We
leveren inspanningen om tijdig nieuwe mensen in
dienst te nemen, zodat zij nog wat kunnen leren
van de ervaring van de oudere generatie. Het blijft
nog altijd de bedoeling uiteindelijk veertien extra
inspecteurs in dienst te nemen.


De inspectie Toezicht welzijn op het werk maakte in
2005 206 processen-verbaal op. Het is nog te
vroeg om te zeggen wat de uiteindelijke resultaten
van deze PV's zijn.
Pour ce qui est de la concertation avec le secteur
des assurances, j'ai soumis un projet de loi à l'avis
du comité de gestion du Fonds des accidents du
travail dont j'espère qu'il se prononcera
définitivement la semaine prochaine. Ensuite, je
soumettrai le projet au Conseil des ministres et au
Conseil d'État.

Le projet de loi permettrait de prendre des mesures
à l'encontre des entreprises dont le comportement
laisse à désirer et qui cherchent à obtenir des
commandes, même au détriment de la sécurité de
leurs travailleurs. J'espère pouvoir fournir sous peu
de plus amples informations au Parlement.
Wat het overleg met de verzekeringswereld betreft,
heb ik een wetsontwerp voor advies voorgelegd
aan het beheerscomité van het Fonds voor
arbeidsongevallen. Ik hoop dat het comité hier een
definitieve uitspraak over zal doen volgende week.
Ik zal het ontwerp vervolgens voorleggen aan de
ministerraad en de Raad van State.

Het wetsontwerp wil het mogelijk maken om
cowboybedrijven aan te pakken die opdrachten
binnenhalen ten koste van de veiligheid van hun
werknemers. Ik hoop het Parlement hier binnenkort
meer over te kunnen vertellen.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
9
05.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : Il reste du
pain sur la planche.
05.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Er is nog
heel wat werk aan de winkel.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
ministre de l'Emploi sur "les institutions créées
par la loi du 3 mai 2003 qui ont pour objet la lutte
contre le travail au noir et la fraude sociale"
(n° 9573)
06 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
aan de minister van Werk over "de instellingen
opgericht door de wet van 3 mei 2003 die de
strijd tegen de illegale arbeid en de sociale
fraude tot doel hebben" (nr. 9573)
06.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : Le Conseil
fédéral de la lutte contre le travail illégal et la fraude
sociale et le Comité fédéral de coordination ont été
créés en 2003. Depuis lors, nous avons déposé
une proposition de loi visant à modifier l'article 12
de la loi qui a débouché sur la création de ces
institutions, dans le but de lutter contre la fraude en
matière de prestations sociales.

Le ministre peut-il communiquer les propositions
concrètes de ces deux institutions ? Qu'ont-elles
déjà accompli ? Quelle est la position du ministre
vis-à-vis de la proposition de loi en question ?
06.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): De
Federale Raad voor de strijd tegen illegale arbeid
en sociale fraude en het Federaal
Coördinatiecentrum zijn opgericht in 2003.
Ondertussen hebben wij een wetsvoorstel
ingediend tot wijziging van artikel 12 van de wet die
leidde tot de oprichting van deze instellingen, met
het oog op de bestrijding van uitkeringsfraude.


Kan de minister de concrete voorstellen van beide
instellingen geven? Wat hebben zij al
verwezenlijkt? Hoe staat de minister tegenover het
nu ingediende wetsvoorstel?
06.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Conformément à l'article 7 de la loi
du 5 mai 2003, le président du Conseil fédéral de
lutte contre le travail illégal et la fraude sociale fera
rapport au président de la Chambre sur les
résultats concrets obtenus par le Conseil et le
Comité de coordination.


La mission du Centre de coordination réside
davantage dans la direction centrale des activités
de contrôle et de recherche que dans l'exécution de
missions de contrôle concrètes. Pour l'instant, le
Centre de coordination s'occupe des tâches
suivantes : la coordination des services d'inspection
et l'appui à ces services, la réalisation d'études,
l'élaboration d'actions communes, l'établissement
de contacts avec l'étranger, la rédaction du rapport
annuel sur la traite des êtres humains et l'échange
d'informations et de données informatisées.
06.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Volgens artikel 7 van de wet van 5 mei 2003 zal de
voorzitter van de Federale Raad voor de strijd
tegen illegale arbeid en sociale fraude aan de
Kamervoorzitter verslag uitbrengen over de
concrete resultaten van de Raad en van het
Coördinatiecomité.

De opdracht van het Coördinatiecentrum ligt meer
in de centrale aansturing van de controle- en
opsporingsactiviteiten dan in het uitvoeren van
concrete controleopdrachten. Het
Coördinatiecentrum houdt zich momenteel bezig
met volgende taken: de coördinatie van en de
bijstand aan de inspectiediensten, het uitvoeren
van studies, het opzetten van gezamenlijke acties,
het leggen van contacten met het buitenland, het
opstellen van het jaarlijkse rapport inzake
mensenhandel en de uitwisseling van informatie en
geïnformatiseerde inlichtingen.
En application des décisions budgétaires de 2005,
une étude est également menée en ce qui
concerne les recours abusifs aux allocations.

Pour améliorer la lutte anti-fraude, les bases de
données de l'ONEM sur l'évolution des allocations
de chômage ont été rattachées à DIMONA.
L'ONEM a examiné 25 000 dossiers en 2005 et a
constaté 4 500 cas de cumul non autorisé. Cette
In uitvoering van de begrotingsbeslissingen van
2005 wordt ook een studie uitgevoerd naar het
misbruik van uitkeringen.

Met het oog op een betere fraudebestrijding werden
de databanken van de RVA over het verloop van de
werkloosheidsuitkeringen gekoppeld aan DIMONA.
De RVA onderzocht in 2005 25 000 dossiers en
stelde 4 500 gevallen van niet-toegelaten cumulatie
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
10
opération a rapporté 9 743 837 euros. En octobre,
26
000 dossiers supplémentaires ont été
sélectionnés pour examen.

Des bases de données ne peuvent être reliées que
dans le respect du principe de proportionnalité et
avec l'autorisation du comité sectoriel. Le Comité
fédéral de coordination n'a donc pas pour mission
de développer des bases de données ou d'exercer
des activités de contrôle.


Aucune modification de la loi n'est requise pour
relier les bases de données des organismes de
sécurité sociale.

L'étude du Comité fédéral de coordination montrera
si des modifications ou des mesures
supplémentaires sont nécessaires.
vast. De opbrengst van deze operatie bedroeg
9 743 837 euro. In oktober werden opnieuw 26 000
dossiers geselecteerd voor onderzoek.

De koppeling van databanken is enkel mogelijk als
het proportionaliteitsbeginsel wordt gerespecteerd
en als er een machtiging is van het sectoraal
comité. Het is dus niet de bedoeling dat het
Federaal Coördinatiecomité zich bezighoudt met
het opzetten van databanken of het uitoefenen van
controleactiviteiten.

Voor het koppelen van de databanken van de
socialezekerheidsinstellingen is geen wetswijziging
nodig.

De studie van het Federaal Coördinatiecentrum zal
uitwijzen of er wijzigingen of extra maatregelen
nodig zijn.
06.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : Pourrions-
nous obtenir un exemplaire du rapport adressé par
le président du Conseil au président de la
Chambre ?

Le président : Je demanderai au président de la
Chambre s'il existe un tel rapport et, le cas
échéant, je le ferai transmettre aux membres de la
commission.
06.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Kan het
verslag van de voorzitter van de Raad aan de
Kamervoorzitter ook aan ons worden bezorgd?

De voorzitter: Ik zal de Kamervoorzitter vragen of
er zo'n verslag is en ik zal het aan de
commissieleden laten doorsturen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "l'instauration de quotas
d'embauche pour les allochtones" (n° 9762)
07 Vraag van de heer Benoît Drèze aan de
minister van Werk over "het instellen van
aanwervingsquota voor allochtonen" (nr. 9762)
07.01 Benoît Drèze (cdH) : Vous avez récemment
émis la proposition d'instaurer un quota
d'embauche de personnes d'origine étrangère dans
les entreprises. Certains partenaires sociaux et
mandataires politiques de la majorité comme de
l'opposition semblent cependant sceptiques par
rapport à votre proposition.
Ce genre de mesures ne risque-t-il pas de
stigmatiser les membres de ce groupe ? Que
pensez-vous des autres politiques incitatives visant
à l'intégration des allochtones ? Votre récente
déclaration est-elle le fruit d'une décision du
gouvernement
? Enfin, quand et comment
comptez-vous la concrétiser ?
07.01 Benoît Drèze (cdH): Onlangs stelde u voor
om een tewerkstellingsquotum voor allochtonen in
de Belgische bedrijven in te voeren. Sommige
sociale partners en politieke mandatarissen, zowel
van de meerderheid als van de oppositie, reageren
evenwel sceptisch op dat voorstel.

Zal dit soort maatregelen deze bevolkingsgroep niet
stigmatiseren? Hoe beoordeelt u de overige
stimulerende beleidsmaatregelen om de integratie
van allochtonen te bevorderen? Werd uw recente
verklaring door een regeringsbeslissing ingegeven?
Hoe en wanneer zal u uw voornemen concreet
vorm geven?
07.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en français) :
J'ai fixé trois priorités pour 2006. La première :
m'attaquer au chômage des jeunes ; la deuxième :
accorder une attention particulière à l'emploi des
allochtones ; la troisième: mener la discussion
relative à l'ouverture des frontières pour les
07.02 Minister Peter Vanvelthoven (Frans): Voor
2006 heb ik drie prioriteiten vastgelegd. De eerste
bestaat erin de jeugdwerkloosheid aan te pakken;
de tweede strekt ertoe bijzondere aandacht te
besteden aan de tewerkstelling van allochtonen; de
derde betreft het debat over de openstelling van de
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
11
travailleurs originaires des dix nouveaux États
membres de l'Union européenne.
Le Pacte entre les générations comprend de
nombreuses mesures visant à mettre les jeunes au
travail, surtout les jeunes peu qualifiés et donc,
presque par définition, les jeunes allochtones.
Toutefois, les quotas ne constituent une option que
dans la mesure où les trois démarches suivantes
ne parviennent pas à mettre fin à la représentation
excessive des allochtones parmi les sans-emploi. Il
convient d'abord de dresser un état des lieux du
problème. Ensuite, nous devons réfléchir à la
manière d'atteindre les allochtones en tant que
groupe cible. Nous devons donc nous accorder
concrètement sur la définition du concept
d'"allochtone".
grenzen voor werknemers uit de tien nieuwe
lidstaten van de Europese Unie.
Het Generatiepact bevat talrijke maatregelen om
jongeren een baan te bezorgen. Vaak gaat het om
laaggeschoolden, en dus, bijna per definitie, om
jonge allochtonen.
Niettemin vallen de tewerkstellingsquota slechts te
overwegen indien de drie volgende maatregelen
ons niet toelaten om het buitengewoon hoge aantal
allochtonen in de werkloze bevolking terug te
dringen. Eerst en vooral moet een stand van zaken
worden opgemaakt. Vervolgens moeten we
nadenken over de manier waarop we de
allochtonen als doelgroep kunnen aanspreken. We
moeten het dus concreet eens worden over de
invulling die we aan het begrip "allochtoon" geven.
Enfin, nous allons devoir prendre des mesures
concrètes visant à encourager l'embauche
d'allochtones.
Pour chacune de ces étapes, je souhaite impliquer
les organisations d'entraide allochtones, les milieux
scientifiques et d'autres acteurs pertinents.
Le taux de chômage parmi les allochtones atteint
un niveau inacceptable.
Les chiffres concernent d'ailleurs les allochtones
qui sont effectivement demandeurs d'emploi, mais
seule une minorité d'entre eux bénéficie d'une
allocation de chômage.
Je suis partisan de mesures de stimulation
susceptibles de remédier à cette problématique. S'il
s'avère que cette approche ne produit aucun
résultat, nous devrons examiner la possibilité de
prendre des mesures contraignantes.
Ten slotte zullen wij maatregelen moeten nemen
om de indienstneming van allochtonen te
bevorderen.
Ik wil de migrantenorganisaties, wetenschappers
en andere actoren bij elk van die stappen
betrekken.
De werkloosheid bij allochtonen is onaanvaardbaar
hoog.

De cijfers hebben met name betrekking op de
allochtonen die effectief werkzoekend zijn, maar
enkel een minderheid onder hen ontvangt een
werkloosheidsuitkering.
Ik ben voorstander van stimulerende maatregelen
dank zij welke dat probleem kan worden verholpen.
Als blijkt dat die aanpak geen enkel resultaat
oplevert, dan zullen wij de mogelijkheid moeten
onderzoeken om dwingende maatregelen te
nemen.
07.03 Benoît Drèze (cdH)
: Je partage
entièrement vos trois objectifs pour 2006.
Toutefois, seule la dernière démarche est
opérationnelle puisque les deux premières ne sont
qu'un état des lieux et une définition. Quant aux
mesures concrètes, vous les évoquez sans pour
autant dévoiler vos idées personnelles, si ce n'est
que les quotas constituent en quelque sorte une
menace que vous espérez ne pas devoir mettre à
exécution.
Par ailleurs, vous devriez associer des acteurs
d'économie sociale à la table ronde réunissant les
acteurs pertinents sur la question.
En effet, les personnes d'origine étrangère sont
majoritairement représentées dans ce secteur.
Force est de constater l'obtention de résultats
d'insertion très importants sur le marché de l'emploi
par le biais d'un instrument très simple qui ne coûte
rien si ce n'est la mise en oeuvre: l'organisation de
stages de courte durée.
07.03 Benoît Drèze (cdH): Ik sta volledig achter
uw drie doelstellingen voor 2006.
Enkel de laatstgenoemde demarche kan in praktijk
worden gebracht, want de eerste twee behelzen
louter een stand van zaken en een definitie. U
maakt gewag van concrete maatregelen zonder uw
eigen ideeën ter zake bekend te maken; u zegt
enkel dat een quotaregeling een soort van
dreigingsmiddel is en dat u hoopt dat u zo'n
systeem nooit zal moeten opleggen.
Voorts zou u de sector van de sociale economie
moeten betrekken bij de rondetafelgesprekken met
de desbetreffende actoren.
De meeste personen die in die sector werkzaam
zijn, zijn personen van buitenlandse oorsprong.
Men kan er niet omheen dat men via een
instrument dat zeer weinig kost, namelijk de
organisatie van stages van korte duur, zeer goede
resultaten kan boeken op het stuk van de
herinschakeling op de arbeidsmarkt.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
12
Dans la majorité des cas, les stages de courte
durée se terminent positivement par une
embauche. Cette mesure positive et souple me
paraît donc plus pertinente que des menaces, des
sanctions, voire des tests de situation.

Certes, nous devons nous accorder avec les
entités fédérées. Il serait toutefois pertinent de
réfléchir à cette logique de stage.
In de meeste gevallen verlopen de korte stages
gunstig en wordt de betrokkene bij afloop in dienst
genomen. Die positieve en soepele benadering lijkt
me dus eerder aangewezen dan het uiten van
bedreigingen, het zwaaien met straffen of zelfs het
opleggen van praktijktests.
We mogen uiteraard niet vergeten dat de
deelstaten hierover ook hun zeg hebben, maar die
stagepiste verdient ook onze aandacht.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "les défis auxquels est confrontée la
négociation sociale" (n° 9763)
08 Vraag van de heer Benoît Drèze aan de
minister van Werk over "de uitdagingen waarmee
het sociaal overleg wordt geconfronteerd"
(nr. 9763)
08.01 Benoît Drèze (cdH): Le Premier ministre a
affirmé sa volonté, notamment en matière de
modération salariale, de poursuivre la logique
entamée dans le cadre du Pacte de solidarité entre
les générations.
Par ailleurs, il semblerait qu'un consensus soit en
passe d'être concrétisé au sein du gouvernement
pour favoriser les accords "all in" relatifs à
l'évolution des salaires, ce qui permettrait de tenir
compte de manière plus automatique d'une
accélération de l'inflation.

Existe-t-il une volonté commune au sein du
gouvernement pour introduire de telles réformes
poursuivant la logique du pacte ? Le cas échéant,
dans quel sens et avec quel agenda ?

Etes-vous favorable à la généralisation d'une
norme salariale "all in" ? Existe-t-il un consensus
sur ce point au sein du gouvernement
? Le
gouvernement envisage-t-il de s'impliquer pour
faciliter la négociation sociale dans ce dossier ? Si
oui, de quelle manière ?
En outre, plusieurs points relatifs au pacte doivent
encore être précisés entre les partenaires sociaux,
notamment en matière de restructurations ou de
métiers lourds. Dans quel délai pensez-vous que
ces négociations pourront aboutir ?
08.01 Benoît Drèze (cdH): De premier wil de lijn
van het Generatiepact verder doortrekken, onder
meer op het stuk van de loonmatiging.
Naar verluidt zou een consensus over een pleidooi
voor all in-akkoorden met betrekking tot de evolutie
van de lonen binnen handbereik liggen in de
regering. Op die manier kan een versnelling van de
inflatie op een meer automatische manier worden
opgevangen.


Is de regering het eens over dergelijke
hervormingen die in de lijn van het pact liggen? Zo
ja, welke richting wil men daarmee uit gaan, en met
welke agenda?

Is u voorstander van een algemene all in-
loonnorm? Bestaat er hierover een consensus
binnen de regering? Zal de regering mee haar
schouders onder de sociale onderhandelingen in dit
dossier zetten? Zo ja, hoe?

Voorts moeten er bij de sociale partners nog een
aantal punten worden uitgeklaard met betrekking
tot het Generatiepact, onder meer inzake de
herstructureringen en de zware beroepen. Binnen
welke termijn kunnen die onderhandelingen
volgens u rond zijn?
08.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en français):
Le Pacte de solidarité entre les générations permet
aux partenaires sociaux de formuler eux-mêmes
une réponse aux questions des journées
assimilées et des métiers lourds ainsi qu'à celles
relative aux accords "all in". Il convient donc de leur
laisser le temps d'y travailler et de ne pas anticiper
sur les résultats finaux.
Les partenaires sociaux se rencontrent d'ailleurs
demain afin de formuler une réponse au rapport du
Conseil central de l'économie.
08.02 Minister Peter Vanvelthoven (Frans):
Dankzij het Generatiepact kunnen de sociale
partners zelf een antwoord formuleren op de
vragen met betrekking tot de gelijkgestelde dagen
en de zware beroepen, en met betrekking tot de all
in-akkoorden. Zij moeten nu de tijd krijgen om
daarover te praten, en we mogen niet vooruitlopen
op de uitkomst van de besprekingen.
De sociale partners komen overigens morgen al
bijeen om een reactie te formuleren op het rapport
van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
13
Le rapport prévoit, pour les deux prochaines
années, une augmentation des salaires belges de
2,1% au maximum par rapport aux salaires
allemands, français et néerlandais. Il en ressort
également que les investissements réalisés par les
entreprises belges dans la formation n'atteignent
pas la norme convenue de 1,9% et que les
investissements en matière d'innovations
diminuent.
Je compte sur les partenaires pour apporter une
réponse adéquate à ces constatations.
Jusqu'à présent, personne au gouvernement ne
s'est exprimé en faveur d'une adaptation du
mécanisme d'indexation.
Volgens de vooruitzichten in dat rapport zullen de
lonen in ons land de komende twee jaar maximaal
2,1 procent sneller stijgen dan de lonen in
Duitsland, Frankrijk en Nederland. Uit dat rapport
blijkt echter ook dat de Belgische bedrijven de
afgesproken norm van 1,9 procent voor
investeringen in opleidingen niet zullen halen, en
dat de investeringen in innovatie teruglopen.
Ik reken op de sociale partners om die bevindingen
op de gepaste manier te counteren.
Tot nu toe heeft niemand in de regering zich
uitgesproken voor een aanpassing van het
indexmechanisme.
Il convient néanmoins d'attendre encore avant
d'adopter un point de vue gouvernemental sur le
sujet.
Alvorens ter zake een regeringsstandpunt te
bepalen, moeten we toch nog even wachten.
08.03 Benoît Drèze (cdH): Je me réjouis de votre
volonté de respecter les partenaires sociaux.

La FGTB n'est pas favorable aux accords "all in" et
émet des réserves quant à une réflexion étalée sur
la période 2007-2008. Il convient donc de
considérer ces deux aspects afin de rencontrer, à
la fois, la difficulté du handicap salarial et le souhait
manifestement unanime de maintenir le système
d'indexation automatique.
08.03 Benoît Drèze (cdH): Het verheugt me dat u
zich bereid toont om met de sociale partners
rekening te houden.
Het ABVV is echter geen voorstander van all in-
akkoorden en maakt voorbehoud bij de reflectie die
over de periode 2007-2008 zou worden gespreid.
Die twee aspecten zal u dus voor ogen moeten
houden, als u tegelijkertijd het probleem van de
loonhandicap wil oplossen en aan de schijnbaar
eensgezinde wens om het systeem van de
automatische indexering te behouden, tegemoet wil
komen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de M. Benoît Drèze au ministre de
l'Emploi sur "les pièges à l'emploi" (n° 9764)
09 Vraag van de heer Benoît Drèze aan de
minister van Werk over "de werkloosheidsvallen"
(nr. 9764)
09.01 Benoît Drèze (cdH): Mme Onkelinx a
indiqué, à l'issue du Conseil des ministres du 13
janvier, que le gouvernement avait décidé de lutter
contre les pièges à l'emploi, thème qui était absent
du Pacte de solidarité entre les générations.
Quelles sont les intentions du gouvernement:
mesures, budget et calendrier ?

Le nouveau dispositif de l'allocation de garantie de
revenus sera-t-il corrigé ?
Disposez-vous d'une étude relative aux pièges à
l'emploi ?
09.01 Benoît Drèze (cdH): Na afloop van de
ministerraad van 13 januari verklaarde vice-eerste
minister Onkelinx dat de regering beslist had de
strijd tegen de werkloosheidsvallen op te drijven.
Dat thema kwam in het Generatiepact niet aan bod.
Hoe ziet het actieplan van de regering op het stuk
van de maatregelen, de begroting en de timing
eruit?
Zal de nieuwe regelgeving inzake de
inkomensgarantie-uitkering worden bijgestuurd?
Beschikt u over een studie in verband met de
werkloosheidsvallen?
09.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en français) :
A partir du 1
er
janvier 2006, le bonus crédit d'emploi
augmente. La réduction des cotisations sociales
personnelles permettra au travailleur de conserver
un salaire net mensuel plus important et davantage
de travailleurs seront concernés par cette mesure.
09.02 Minister Peter Vanvelthoven (Frans): Met
ingang van 1 januari 2006 werd de werkbonus
opgetrokken. Dankzij de verlaging van de sociale
bijdragen voor de werknemers houden deze
laatsten een hoger netto maandinkomen over.
Bovendien zullen meer werknemers voor die
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
14
La nouvelle réglementation concernant l'octroi de
l'allocation de garantie de revenu en vigueur ne
sera pas modifiée car le nouveau système
encourage à travailler plus d'heures et supprime
ainsi le piège à l'emploi que constituait l'ancien
système d'allocation de garantie de revenu.
maatregel in aanmerking komen.
Aan de nieuwe regelgeving inzake de toekenning
van de inkomensgarantie-uitkering die op 1 juli
2005 in werking is getreden, wordt niet geraakt. Het
nieuwe stelsel zet de mensen immers aan om meer
uren te presteren en stelt aldus een einde aan de
werkloosheidsval die door het vroegere stelsel van
de inkomensgarantie-uitkering was ontstaan.
Le Conseil supérieur de l'emploi a consacré une
importante partie de son rapport 2005 à cette
problématique des pièges à l'emploi. Ce document
constitue la base pour entreprendre des actions
concrètes.
De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid
besteedde in zijn verslag 2005 heel wat aandacht
aan het probleem van de werkloosheidsvallen. Dat
document vormt de basis voor concrete
maatregelen.
09.03 Benoît Drèze (cdH): Votre réponse me
déçoit beaucoup.
Je reviendrai d'abord sur le "bonus à l'emploi" pour
apporter une correction de traduction. Cette erreur
m'avait d'ailleurs conduit a déposer un
amendement, approuvé par Mme Van den
Bossche, il y a un an. En effet, la signification des
mots "bonus crédit d'emploi" en français est difficile
à saisir.
Il a donc été décidé que ce bonus augmenterait au
1
er
janvier 2006 et c'est heureux. En effet, Mme
D'hondt et moi-même sommes suffisamment
intervenus au sujet de la suppression du crédit
d'impôt qui avait été insuffisamment compensée
par le bonus à l'emploi version 2005. A l'époque,
nous nous sommes efforcés de démontrer qu'un
certain nombre de travailleurs perdaient de l'argent
en 2005. Toutefois, grâce à l'augmentation à partir
du 1
er
janvier 2006, ce problème est en grande
partie réglé.

En ce qui concerne l'allocation de garantie de
revenu, vous dites que l'ancien système était un
piège à l'emploi. Ce n'est pas exact. L'ancien
système était un piège à l'augmentation du régime
de travail. En effet, une personne, qui travaillait à
mi-temps, n'avait pas intérêt à travailler plus car
l'ONEM déduisait à due concurrence l'allocation de
garantie de revenu. Le nouveau système constitue
bien plus un piège à l'emploi que le précédent.
Plusieurs parlementaires ont tenté de vous le
démontrer, notamment M. de Donnea qui a donné
l'exemple de situations très précises.

Durant le week-end, Mme Onkelinx a développé
des situations concrètes au sujet desquels le cdH a
déjà déposé une série de propositions, que ce soit
en matière d'allocations familiales majorées, ou
pour pallier le fait que la fiscalité est plus favorable
pour un chômeur que pour un travailleur puisque le
chômeur bénéficie d'une réduction spéciale d'impôt,
ou encore en matière au logement, etc. En résumé,
toute une série d'éléments font qu'à revenu a priori
09.03 Benoît Drèze (cdH): Uw antwoord is zeer
teleurstellend.
Ik kom eerst terug op de "bonus à l'emploi" en
breng meteen een taalkundige correctie aan. Ik
diende een jaar geleden in dat verband trouwens
een amendement in, dat door toenmalig minister
van Werk Van den Bossche werd goedgekeurd. De
betekenis van "bonus crédit d'emploi" ligt immers
niet voor de hand.
Er werd dus beslist dat die bonus met ingang van 1
januari 2006 de hoogte zou ingaan en daar kunnen
we ons alleen maar over verheugen. Mevrouw
D'hondt en ikzelf hebben keer op keer het woord
genomen in verband met de afschaffing van het
belastingkrediet, die onvoldoende door de
werkbonus versie 2005 werd gecompenseerd. We
probeerden destijds aan te tonen dat sommige
werknemers in 2005 moesten inleveren. Dankzij het
optrekken van de bedragen met ingang van 1
januari 2006 is dat probleem echter grotendeels
opgelost.
U zegt dat de vroegere regeling betreffende de
inkomensgarantie-uitkering een werkloosheidsval
was. Dat klopt niet helemaal. De vroegere regeling
werkte wel ontradend om meer te gaan werken,
aangezien de RVA de uitkering overeenkomstig
verminderde. De nieuwe regeling vormt een veel
grotere werkloosheidsval dan de vorige. Heel wat
parlementsleden probeerden u dat diets te maken,
onder meer de heer de Donnea die een aantal heel
precieze voorbeelden aanhaalde.



Vorig weekend gaf ook minister Onkelinx een
aantal concrete voorbeelden. Het cdH diende in dat
verband een aantal voorstellen in, onder meer
betreffende de verhoogde kinderbijslag en
betreffende de fiscaliteit, die op dit ogenblik
gunstiger is voor een werkloze dan voor een
werknemer, aangezien de werkloze een bijzondere
belastingvermindering geniet, of nog betreffende de
huisvesting. Samengevat komt het hierop neer dat,
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
15
égal, un allocataire social a in fine un revenu net
plus important qu'un travailleur.


En ce qui concerne les études, je vous invite à vous
pencher sur l'avis n°4 de 1998 du Conseil supérieur
de l'emploi, qui établissait déjà qu'un chômeur sur
trois est victime de pièges à l 'emploi. Si l'on
considère les personnes peu qualifiées, a fortiori si
elles sont chefs de familles, on s'approche des
100% en termes de piège à l'emploi.
wanneer een uitkeringsgerechtigde en een
werknemer hetzelfde inkomen hebben, de
uitkeringsgerechtigde uiteindelijk netto meer
overhoudt.
Wat de studies betreft, vraag ik u er het advies nr. 4
van de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid van
1998 op na te lezen. Daarin stond al te lezen dat
een werkloze op drie het slachtoffer is van
werkloosheidsvallen. Laaggeschoolde werkloze
gezinshoofden hebben er nagenoeg geen enkel
belang bij een baan te nemen.
Votre réponse me laisse largement sur ma faim. Je
compte sur Mme
Onkelinx pour adopter des
mesures concrètes dans les prochaines semaines.
Ik ben helemaal niet tevreden met uw antwoord. Ik
reken erop dat minister Onkelinx in de komende
weken concrete maatregelen treft.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de M. Jo Vandeurzen au ministre de
l'Emploi sur "la loi relative aux fermetures
d'entreprises" (n° 9671)
10 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Werk over "de wet betreffende de
sluiting van ondernemingen" (nr. 9671)
10.01 Jo Vandeurzen (CD&V) : Le groupe CD&V a
déjà protesté contre le fait que le secteur non
marchand et les entreprises qui emploient moins de
vingt personnes ne sont pas suffisamment
concernés par la loi du 22 juin 2002 relative aux
fermetures d'entreprises. Un article permet semble-
t-il d'éliminer cette lacune qui affecte le secteur non
marchand.

Le précédent ministre a donné l'impression qu'une
modification pourrait avoir lieu rapidement une fois
que les difficultés techniques seraient aplanies. Il
apparaît cependant que la loi n'est toujours pas
entrée en vigueur. En son temps, le ministre
Vandenbroucke avait déjà évoqué l'arrêté
d'exécution, qui avait été soumis au CNT, ainsi que
plusieurs modifications de loi qui devaient être
apportées afin de la mettre en conformité avec les
directives européennes.

Quand l'arrêté d'exécution paraîtra-t-il ? Quand la
loi entrera-t-elle en vigueur ? Va-t-on remédier aux
difficultés techniques afin que la loi soit élargie au
secteur non marchand ?
10.01 Jo Vandeurzen (CD&V): De CD&V-fractie
protesteerde reeds tegen het feit dat de non-
profitsector en ondernemingen met minder dan
twintig werknemers niet echt aan bod komen in de
wet van 22 juni 2002 betreffende de sluiting van
ondernemingen. Nu zou er een artikel zijn dat die
lacune voor de non-profitsector wegwerkt.


De vorige minister gaf de indruk dat, als de
technische moeilijkheden zouden worden opgelost,
een aanpassing snel zou kunnen gebeuren. Nu
blijkt dat de wet nog altijd niet in werking is
getreden. Destijds verwees minister
Vandenbroucke al naar het uitvoeringsbesluit dat
aan de NAR werd voorgelegd en naar een aantal
wetswijzigingen die moesten worden doorgevoerd
om de wet in overeenstemming te brengen met de
Europese richtlijnen.

Wanneer zal het uitvoeringsbesluit verschijnen?
Wanneer treedt de wet in werking? Zullen de
technische moeilijkheden worden opgelost, zodat
de wet kan worden uitgebreid naar de non-
profitsector?
10.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : Début décembre 2002, le ministre de
l'époque, M. Vandenbroucke, a requis l'avis du
CNT concernant un projet d'arrêté d'exécution de la
loi du 22 juin 2002. Le 17 décembre 2003, il a
demandé un avis sur les modifications de cette loi
en vue de la mettre en conformité avec les
directives européennes.
10.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Begin december 2002 heeft toenmalig minister
Vandenbroucke de NAR om advies gevraagd over
een ontwerp van uitvoeringsbesluit bij de wet van
22 juni 2002. Op 17 december 2003 heeft hij een
advies gevraagd over de aanpassingen aan deze
wet om ze in overeenstemming te brengen met de
Europese richtlijnen.
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
16
Le CNT a rendu un avis concernant la modification
de loi le 4 mai 2005 et un autre relatif à l'arrêté
d'exécution le 12 juillet 2005. Il a estimé qu'il était
indispensable d'apporter un certain nombre de
modifications à la loi de 2002. Ainsi, les
interventions du Fonds en cas de transfert
conventionnel d'entreprise dans le cadre d'un
concordat judiciaire doivent faire l'objet d'un
règlement clair. De plus, il convient d'accorder une
délégation de compétences au Roi pour exclure du
champ d'application de la loi les entreprises du
secteur non marchand lorsqu'il n'y a pas de risque
d'insolvabilité au niveau de l'employeur. Enfin, le
CNT a estimé qu'il était nécessaire de revoir le
délai ultime de paiement ainsi que le règlement des
priorités dans le cadre de la loi hypothécaire.

Le CNT a jugé que ces éléments devaient être
intégrés à la loi avant que l'arrêté d'exécution
puisse entrer en vigueur. Un projet de loi a été
débattu au Conseil des ministres du 23 décembre
2005 et a été transmis au Conseil d'État pour avis.
Le projet d'arrêté d'exécution est en préparation, ce
qui signifie qu'il pourra entrer en vigueur en même
temps que les nouvelles dispositions de la loi.

Pour le secteur non marchand, le CNT propose de
prendre en compte, pour la définition des
entreprises n'ayant pas une finalité industrielle ou
commerciale, les formes juridiques suivantes
:
association (internationale) sans but lucratif,
établissement ou fondation d'utilité publique,
association de fait, société à finalité sociale ou
mutualité.
De NAR bracht advies uit over de aanpassing van
deze wet op 4 mei 2005 en over het
uitvoeringsbesluit op 12 juli 2005. Hij vond dat een
aantal aanpassingen aan de wet van 2002
onontbeerlijk waren. Zo moet er een duidelijke
regeling komen voor de toelagen van het Fonds in
het geval van overgang van onderneming in het
kader van een gerechtelijk akkoord. Verder moet de
Koning een bevoegdheidsdelegatie krijgen om
ondernemingen uit de non-profitsector uit de
toepassing van de wet te halen wanneer er geen
insolvabiliteitrisico is in hoofde van de werkgever.
Ten slotte vond de NAR dat er een herziening
nodig was van de uiterlijke betalingstermijn en van
de voorrangsregeling in het kader van de
hypotheekwet.

De NAR oordeelde dat deze punten in de wet
moesten worden opgenomen, alvorens het
uitvoeringsbesluit in werking kan treden. Een
wetsontwerp werd besproken op de ministerraad
van 23 december 2005 en is voor advies
doorgestuurd naar de Raad van State. Het ontwerp
van uitvoeringsbesluit wordt momenteel voorbereid,
zodat het gelijktijdig met de nieuwe wetsbepalingen
in werking kan treden.
Voor de non-profitsector stelt de NAR nu voor om
voor de definitie voor ondernemingen zonder
handels- of industriële finaliteit volgende
rechtsvormen in aanmerking te nemen: de
(internationale) vereniging zonder winstoogmerk,
de instelling of stichting van openbaar nut, de
feitelijke vereniging, de vennootschap met een
sociaal oogmerk en de ziekenfondsen.
10.03 Jo Vandeurzen (CD&V) : J'espère que ces
modifications de loi entreront rapidement en
vigueur et que dorénavant, les entreprises du
secteur non marchand entreront dans le champ
d'application de la loi.
10.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Ik hoop dat de
wetswijzigingen er snel komen en dat de non-
profitsector voortaan onder de toepassing van de
wet zal vallen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Greta D'hondt au ministre
de l'Emploi sur "les titres-services" (n° 9780)
11 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
minister van Werk over "de dienstencheques"
(nr. 9780)
11.01 Greta D'hondt (CD&V): En juin 2005, cette
commission a procédé à l'évaluation du système
des titres-services. Une série de suggestions ont
été formulées à cette occasion. Le système a été
adapté à la suite de cette réunion, avec pour
résultat la dématérialisation des titres-services.

Mais cette seule modification ne suffit pas. Ainsi,
les utilisateurs de titres-services qui, en raison de
leurs revenus limités, ne payent pas d'impôts,
11.01 Greta D'hondt (CD&V): In juni 2005 maakte
deze commissie een evaluatie van het stelsel van
de dienstencheques. Bij die gelegenheid werd een
hele reeks suggesties geformuleerd. Een bijsturing
aan het stelsel, als gevolg van die vergadering, was
de dematerialisering van de dienstencheques.

Een enkele bijsturing is echter niet voldoende. Zo
moeten gebruikers van dienstencheques die
wegens hun beperkt inkomen geen belasting
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
17
payent proportionnellement plus que les utilisateurs
issus d'autres catégories de revenus. En effet,
l'avantage considérable que représente la
déduction fiscale fait baisser le coût du titre-service,
un avantage dont ne bénéficient pas les « non-
contribuables ».
betalen, in verhouding meer betalen dan gebruikers
uit andere inkomensgroepen. Het aanzienlijke
voordeel van de fiscale aftrek drukt immers de
prijs. Niet-belastingplichtigen hebben daarop geen
recht.
Dans le cadre du système des ALE, les
administrations locales pouvaient faire fluctuer le
prix proportionnellement au revenu.

Le système des titres-services n'autorise pas à
travailler pour le compte de parents proches
contrairement - une fois de plus - au système des
ALE, ce qui dissuade plus d'un travailleur ALE de
franchir le pas vers le système des titres-services.
Je songe par exemple aux travailleurs ALE qui
prennent en charge leurs parents âgés et malades.
Ne pourrait-on imaginer un régime transitoire
extinctif pour cette catégorie ?
In het PWA-stelsel konden de lokale besturen de
prijs laten schommelen in verhouding tot het
inkomen.

Het stelsel van de dienstencheques staat
bovendien niet toe, opnieuw in tegenstelling tot het
PWA-stelsel, dat men bij naaste familie werkt. Dit
weerhoudt nogal wat PWA-werknemers om de
overstap naar de dienstencheques te zetten. Ik heb
het dan bijvoorbeeld over PWA-werknemers die
voor hun bejaarde en zieke ouders zorgen. Kan
voor die categorie geen uitdovend overgangsstelsel
worden uitgedokterd?
11.02 Peter Vanvelthoven, ministre (en
néerlandais) : L'arrêté royal du 10 novembre 2005
modifie l'arrêté royal du 12 décembre 2001 et
assure la dématéralisation des titres-services.

Le Conseil des ministres du 9 décembre 2005 a
adopté un arrêté royal qui apporte un certain
nombre de modifications : le service d'activités et
d'emplettes et les centres pour moins-valides sont
définis plus clairement, des conditions d'agrément
supplémentaires sont imposées, l'agrément
temporaire d'entreprises ne disposant pas de
statuts adaptés est prolongé, les entreprises en
voie de constitution sont désormais soumises à la
même procédure d'agrément que les entreprises
dont les statuts sont inadaptés, l'agrément
d'entreprises qui cessent leurs activités pendant un
an peut être retiré, les prestations de moins d'une
heure peuvent être regroupées en une heure de
travail complète, l'ONEM ne réclame plus
qu'annuellement des données dans le cadre des
échantillons représentatifs et, enfin, le modèle des
titres-services est légèrement modifié et plusieurs
adaptations sont apportées au texte.
11.02 Minister Peter Vanvelthoven (Nederlands):
Het KB van 10 november 2005 wijzigt het KB van
12 december 2001 en zorgt voor de
dematerialisering van de dienstencheques.

Op de ministerraad van 9 december 2005 werd een
KB goedgekeurd dat een aantal verbeteringen
aanbrengt; de activiteiten- en boodschappendienst
en de mindermobielencentra worden duidelijker
gedefinieerd, er worden bijkomende
erkenningvoorwaarden opgelegd, de tijdelijke
erkenning van ondernemingen met onaangepaste
statuten wordt verlengd, de erkenningprocedure
voor ondernemingen in oprichting wordt dezelfde
als die voor ondernemingen met onaangepaste
statuten, de erkenning van ondernemingen die een
jaar niet actief zijn, kan worden ingetrokken,
prestaties van minder dan een uur kunnen
gegroepeerd worden tot een volledig arbeidsuur, de
RVA vraagt nog slechts jaarlijks gegevens op bij
representatieve steekproeven en ten slotte wordt
het model van de dienstencheque licht gewijzigd en
wordt een aantal tekstwijzigingen doorgevoerd.
Le présent arrêté royal a été soumis pour avis au
Conseil d'État.

Il ne s'agit pas là de modifications profondes mais
elles ne sont pas pour autant dénuées
d'importance. D'après une évaluation qui en a été
faite, le système des titres-services fonctionne bien
et ne doit donc pas être remanié
fondamentalement. En revanche, la compétence de
la sous-commission paritaire pour les entreprises
agréées qui fournissent des services de proximité
est floue.
Dit KB ligt ter advies bij de Raad van State.


Dit zijn geen grote wijzigingen, maar ze zijn niet
onbelangrijk. Het stelsel van de dienstencheques
werkt volgens een evaluatie goed en hoeft dus niet
veel te worden bijgestuurd. Wel bleek dat de
bevoegdheid van het paritair subcomité voor de
erkende ondernemingen die buurtdiensten leveren,
onduidelijk is.

CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
18

Récemment, le secteur a proposé à l'unanimité que
tous les travailleurs qui sont rémunérés par des
titres-services relèvent désormais de la sous-
commission paritaire 322.01, sauf s'ils fournissent
leurs prestations dans une division sui generis.
Nous étudions actuellement cette proposition en
concertation avec le secteur. Nous espérons
pouvoir entamer rapidement la procédure de
modification des compétences de la commission
paritaire concernée.

Les personnes à bas revenu qui utilisent des titres-
services ne tirent aucun avantage de la déduction
fiscale. Cependant, les personnes qui ont des
besoins spécifiques comme les handicapés et nos
anciens peuvent également bénéficier de mesures
prises par la Communauté, lesquelles sont souvent
moins onéreuses que les titres-services. Notre
objectif ne saurait être que l'instauration d'un tarif
inférieur pour ces personnes ait pour effet que le
coût à supporter passe des Communautés au
pouvoir fédéral.

Actuellement, nous planchons sur les prestations
fournies au bénéfice de membres de la famille.
D'aucuns plaident en faveur de mesures
transitoires qui feraient que les personnes soignant
aujourd'hui des membres de leur famille
nécessitant une aide dans le cadre des titres-
service puissent continuer à le faire, jusqu'à
l'extinction de la mesure le leur permettant.
J'estime personnellement que l'État doit
encourager cette aide aux membres de la famille et
veiller par voie de conséquence à ce que cette
pratique puisse rester possible à l'avenir. Mais
l'étude consacrée à cette question n'est pas encore
terminée.

De sector stelde onlangs unaniem voor dat alle
werknemers die met dienstencheques worden
betaald onder het paritair subcomité 322.01 zouden
vallen, behalve indien de prestaties geleverd
worden in een sui-generisafdeling. Dit voorstel
wordt momenteel bestudeerd in overleg met de
sector. Wij hopen dat wij snel de procedure tot
wijziging van de bevoegdheid van het paritair
comité kunnen opstarten.


Gebruikers van dienstencheques met een laag
inkomen hebben geen voordeel bij de fiscale aftrek.
Personen met specifieke behoeften, zoals
mindervaliden en ouderen, kunnen echter ook een
beroep doen op gemeenschapsmaatregelen, die
vaak goedkoper zijn dan dienstencheques. Het kan
niet de bedoeling zijn dat een lager tarief voor deze
mensen ervoor zorgt dat kosten verschuiven van de
Gemeenschappen naar de federale overheid.



Momenteel wordt het werken voor familieleden
onderzocht. Sommigen pleiten voor
overgangsmaatregelen, waardoor mensen die
vandaag hulpbehoevende familieleden verzorgen in
het kader van de dienstencheques, dit kunnen
blijven doen met een uitdovend karakter. Ik ben van
mening dat de verzorging van familieleden moet
worden gestimuleerd door de overheid en dus ook
in de toekomst mogelijk moet blijven, maar het
onderzoek hieromtrent is nog niet afgerond.
11.03 Greta D'hondt (CD&V) : Il est urgent de
créer une commission paritaire pour ce secteur. La
réponse du ministre ne me rassure pas, car nous
attendons toujours une solution. En soi, cela ne me
pose pas de problème que l'on veuille rendre la
commission paritaire intégralement compétente,
sauf pour les entreprises sui generis, mais cela ne
peut en retarder la création.

Je me félicite du fait que le ministre examine le
problème du travail effectué pour le compte de
membres de la famille. Je souhaite également que
cette possibilité soit maintenue à l'avenir. Il
conviendrait pour le moins d'instaurer un régime
transitoire, afin que les travailleurs ALE concernés
ne soient pas obligés d'abandonner des membres
de la famille malades. J'espère que des précisions
seront apportées sous peu.
11.03 Greta D'hondt (CD&V): Er is dringend nood
aan een paritair comité voor deze sector. Het
antwoord van de minister stelt mij niet gerust, want
een oplossing laat nog altijd op zich wachten. Ik
heb op zich geen probleem met het voorstel om het
paritair comité voor alles bevoegd te maken
behalve voor sui-generisbedrijven, maar dit mag de
oprichting ervan hoe dan ook niet vertragen.

Ik ben blij dat de minister het werken voor
familieleden onderzoekt. Ook ik wil dat dit in de
toekomst mogelijk moet blijven. Ondertussen zou er
wel minstens een overgangsregeling moeten
komen, zodat PWA'ers die de overstap maken, hun
zieke familieleden niet in de steek moeten laten. Ik
hoop dat er binnenkort duidelijkheid komt.


CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 811
17/01/2006
19
La réponse du ministre sur l'avantage fiscal me
déçoit profondément. Je ne vois pas où est le
problème si deux tarifs devaient être créés, un pour
les assujettis et l'autre pour les non-assujettis. Je
ne suis pas convaincue qu'il revient aux
Communautés d'apporter la solution.
Ik ben erg ontgoocheld over het antwoord over het
fiscale voordeel. Ik zie niet in wat het probleem zou
zijn als er twee tarieven gecreëerd zouden worden,
een voor belastingplichtigen en een voor niet-
belastingplichtigen. Ik ben er niet van overtuigd dat
de Gemeenschappen de zaak moeten oplossen.
Une entreprise de titres-services pour les hauts
revenus d'une part, le CPAS pour les bas revenus
et les revenus de substitution d'autre part, voilà une
situation qui doit nécessairement déboucher sur la
stigmatisation.

La réponse du ministre laisse à désirer. J'ai le
sentiment qu'on cherche simplement à renvoyer le
problème aux entités fédérées. Je reviendrai donc
sur ce problème.

Il est inacceptable que le bénéficiaire d'une pension
normale de travailleur salarié doive payer plus pour
ses titres-services et donc pour obtenir l'aide dont il
a besoin.

Le président: Cette commission était d'accord pour
dire qu'il fallait faire quelque chose en faveur des
personnes à faibles revenus qui ne bénéficient pas
des incitants fiscaux. Nous avons également
constaté qu'un titre sur trois était utilisé par des
seniors. C'est surtout cette catégorie qui ne perçoit
pas les avantages des incitants fiscaux.

Les compétences s'accompagnent de
responsabilités. Il me semble logique que les
autorités régionales participent au financement et
consentent des efforts pour la politique à l'égard
des seniors. Le fédéral octroie déjà de larges
subsides aux CPAS pour les titres-services. Nous
devons rechercher un compromis avec les
Communautés.
Een dienstenchequebedrijf voor de hogere
inkomens en het OCMW voor de lage en
vervangingsinkomens leidt alleen maar tot
stigmatisering.


Het antwoord van de minister is onvoldoende. Ik
heb de indruk dat men het probleem gewoon wil
doorschuiven naar de deelstaten. Ik zal hier dan
ook op terugkomen.

Het kan niet in dat iemand met een gewoon
werknemerspensioen meer moet betalen voor zijn
dienstencheques voor noodzakelijke hulp.


De voorzitter: Deze commissie was het erover
eens dat er iets moest worden gedaan voor de
mensen met een laag inkomen die de fiscale
stimulansen niet voelen. Ook stelden wij vast dat
een op de drie cheques door senioren wordt
gebruikt. Het is vooral deze groep die niets voelt
van de fiscale stimulansen.

Bevoegdheden creëren verantwoordelijkheden. Het
lijkt mij logisch dat de regionale overheden dit
meefinancieren en inspanningen leveren voor het
seniorenbeleid. De federale overheid geeft al een
ruime subsidie voor de dienstencheques aan de
OCMW's. Wij moeten samen met de
Gemeenschappen naar een compromis zoeken.
11.04 Greta D'hondt (CD&V) : La réforme de l'État
dans son ensemble me semble quand même
subordonnée aux besoins de la population. Le
président parle de la politique des seniors mais la
politique des familles et celle de l'emploi sont
également des compétences partagées. Pour
l'ensemble du secteur social, à l'exception de
l'INAMI, les autorités fédérales ne conservent que
des compétences résiduelles. Il n'est selon moi pas
établi que les soins aux personnes âgées relèvent
en fait des compétences communautaires.

Le président : Il s'agit des soins à domicile pour les
personnes âgées.
11.04 Greta D'hondt (CD&V): De hele
staatshervorming lijkt mij toch ondergeschikt aan de
noden van de mensen. De voorzitter heeft het over
het seniorenbeleid, maar ook het gezinsbeleid en
het tewerkstellingsbeleid zijn verdeelde
bevoegdheden. Van het hele sociale domein ­ met
uitzondering van het Riziv ­ blijven er bij de
federale overheid enkel nog restbevoegdheden.
Het is voor mij geen feit dat seniorenzorg eigenlijk
een gemeenschapsbevoegdheid is.


De voorzitter: Het gaat over de thuiszorg bij
senioren.
11.05 Greta D'hondt (CD&V) : Nous ne devons
pas nous arrêter aux personnes âgées, chez les
11.05 Greta D'hondt (CD&V): We mogen ons niet
vergapen aan senioren, ook bij de niet-senioren zijn
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17/01/2006
CRABV 51
COM 811
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
autres catégories de personnes également,
nombreuses sont celles, comme les handicapés,
qui ne paient pas d'impôts.

Il est trop tard à présent pour se tourner vers les
Communautés, il aurait fallu le faire au moment de
la répartition de la réduction fiscale.

Le président : Notre groupe plaide pour le
compromis. Dans le cas contraire, nous risquons
une refédéralisation.
er veel mensen, zoals gehandicapten, die geen
belastingen betalen.


Nu verwijzen naar de Gemeenschappen is te laat,
men had het moeten doen bij de verdeling van de
fiscale korting.

De voorzitter: Onze fractie pleit voor een
compromis. Zoniet riskeren we een
herfederalisering.
11.06 Greta D'hondt (CD&V) : Je plaide pour que
des actions soient entreprises. Il est bien sûr
important de trouver d'autres investisseurs.
11.06 Greta D'hondt (CD&V): Ik pleit ervoor dat er
iets gebeurt. Een medebetaler is natuurlijk
belangrijk.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
11 h 54.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 11.54 uur.

Document Outline