SÉANCE PLÉNIÈRE

CRABV 51

COM 766

SOMMAIRE

INHOUD

Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
visite de la ministre de la Justice au Moyen-Orient"
(n° 9014)

Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
bezoek van de minister van Justitie aan het
Midden-Oosten" (nr. 9014)

Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
screening des élus de l'Éxécutif des musulmans"
(n° 9048)

Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
screening van de verkozenen van de
Moslimexecutieve" (nr. 9048)

Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de Mme Valérie Déom à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'exploitation
des illégaux par les trafiquants d'êtres humains"
(n° 9141)

Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
uitbuiting van illegalen door mensenhandelaars"
(nr. 9141)

Orateurs: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie

Question de M. Patrick De Groote à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'éventuel recours à la procédure accélérée en ce
qui concerne l'absentéisme scolaire répété"
(n° 9153)

Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
mogelijkheid tot het gebruik van het snelrecht voor
hardleerse spijbelaars" (nr. 9153)

Orateurs: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"la destination des casernes désaffectées en
général et de celle de Poelkapelle en particulier"
(n° 9143)

Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de bestemming van de leegstaande
kazernes in het algemeen en die van Poelkapelle
in het bijzonder" (nr. 9143)

Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. Dylan Casaer à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les violences
à l'encontre des tout jeunes" (n° 9179)

Vraag van de heer Dylan Casaer aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over
"geweld tegen pasgeboren kinderen" (nr. 9179)

Orateurs: Dylan Casaer, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Dylan Casaer, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie

Question de M. Tony Van Parys à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la situation
au tribunal de première instance de Dinant"
(n° 9217)

Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
situatie bij de rechtbank van eerste aanleg in
Dinant" (nr. 9217)

Orateurs: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 766

COMMISSION DE LA JUSTICE

COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE

MARDI

NOVEMBRE

2005

Après-midi

______

van

DINSDAG

NOVEMBER

2005

Namiddag

______

La discussion des questions est ouverte à 16 h 34
par M. Alfons Borginon, président.

De vragen en interpellaties vangen aan om
16.34

uur. Voorzitter:

de heer Alfons Borginon,

voorzitter.

01 Question de M. Claude Marinower à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur "la
visite de la ministre de la Justice au Moyen-
Orient" (n° 9014)

01 Vraag van de heer Claude Marinower aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het bezoek van de minister van Justitie aan het
Midden-Oosten" (nr. 9014)

01.01 Claude Marinower (VLD) : A l'occasion de

sa visite au Moyen-Orient, la vice-première ministre
a déclaré qu'elle regrettait que le ministre des
Affaires étrangères ne poursuivait pas les efforts
faits par son prédécesseur et la ministre de la
Justice. Selon elle, la Belgique pourrait faire
beaucoup plus pour le processus de paix dans la
région. Qu'entend-elle précisément par ces
propos ?

Par ailleurs, la ministre pourrait-elle également
fournir de plus amples informations concernant les
sept projets en matière de prévention des conflits
lancés au Moyen-Orient ?

01.01 Claude Marinower (VLD): Naar aanleiding

van haar bezoek aan het Midden-Oosten, heeft de
vice-eerste minister gezegd dat zij het betreurt dat
de huidige minister van Buitenlandse Zaken de
inspanningen van zijn voorganger en van de
minister van Justitie niet voortzet. België zou
volgens haar veel meer kunnen doen voor het
vredesproces in de regio. Wat bedoelt de minister
precies?

Kan zij eveneens meer informatie geven over de
zeven projecten inzake conflictpreventie die in het
Midden-Oosten zijn opgestart?

01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Je n'ai accusé personne de soutenir un projet ou
non. On a simplement constaté qu'un projet qui
était soutenu sous la précédente législature à
savoir les accords de Genève ne l'est plus
actuellement par le ministre des Affaires
étrangères. Je suis prête à soutenir toutes les
initiatives de paix. Celle-là est particulièrement
intéressante. Cela étant dit, toutes les initiatives de
paix ne se résument pas aux accords de Genève.
Le gouvernement soutient clairement l'implication
de l'Europe et de la Belgique dans le processus
actuel, qui concerne plus particulièrement Gaza et
la réouverture du poste frontière de Rafah,
notamment en termes de déblocage des moyens.

01.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik heb

er niemand van beschuldigd een project al dan niet
te steunen. We hebben alleen vastgesteld dat een
project dat tijdens de vorige regeerperiode werd
gesteund meer bepaald de akkoorden van
Genève niet langer de steun van de minister van
Buitenlandse Zaken geniet. Ik ben bereid alle
vredesinitiatieven te steunen. Dit precieze initiatief
is bijzonder interessant, hoewel het natuurlijk niet
het enige is. De regering staat achter de Europese
en de Belgische rol in het lopende vredesproces,
betreffende de Gazastrook en de heropening van
de grenspost van Rafah. Daartoe worden de nodige
financiële middelen vrijgemaakt.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

29/11/2005

CRABV 51

COM 766

Dans le cadre du voyage « Israël et territoires
occupés », il y a eu un travail direct sous la forme
d'une aide bilatérale du SPF Justice à l'autorité
palestinienne relative à la construction du pilier
judiciaire, condition indispensable à l'existence d'un
État de droit. Elle concerne la formation des
magistrats, l'indépendance de la Justice et la
création d'un casier judiciaire central.

Nous soutenons aussi des projets de diplomatie
préventive.

Sept projets ont été acceptés.

In het kader van de reis naar Israël en de bezette
gebieden werd er rechtstreeks samengewerkt in die
zin dat de FOD Justitie de Palestijnse Autoriteit
bilaterale steun verleend heeft voor de opbouw van
de gerechtelijke pijler, wat een conditio sine qua
non is voor een rechtsstaat. Ons land helpt de
Palestijnen bij de opleiding van magistraten, het
vrijwaren van een onafhankelijk gerecht en de
oprichting van een centraal strafregister.
Daarnaast steunen wij projecten inzake preventieve
diplomatie.

Er werden zeven projecten goedgekeurd.

Avec « Avocats sans frontières », nous travaillons
au renforcement des capacités des avocats
israéliens et palestiniens qui s'occupent de la
défense des droits fondamentaux.

En septembre 2005, une quinzaine de jeunes
Palestiniens et Israéliens sont venus à Bruxelles
réfléchir au développement des actions menées au
sein de leurs mouvements respectifs.

Nous soutenons également la création d'une
« Commission internationale des femmes pour une
paix israélo-palestinienne juste et durable».

Samen met Advocaten zonder Grenzen trachten
we de Israëlische en Palestijnse advocaten die zich
inzetten voor de verdediging van de fundamentele
rechten, meer armslag te geven.

In september 2005 hebben een vijftiental jonge
Palestijnen en Israëli's in Brussel zich bezonnen
over de manier waarop ze binnen hun respectieve
bewegingen meer voor de vrede kunnen
ondernemen.

We ondersteunen eveneens de oprichting van een
"internationale vrouwencommissie voor een
rechtvaardige en duurzame vrede tussen Israël en
Palestina".

Nous travaillons à deux projets concrets
concernant la société palestinienne

: le projet

Women to women

» de l'ONG Juzoor, qui

s'adresse à des femmes palestiniennes ayant
perdu un proche au cours de la seconde intifada et
consiste en une préparation de formatrices se
trouvant dans la même situation et, par ailleurs, un
projet de «

campagne de sensibilisation à la

violence domestique » mis en oeuvre à Gaza.

Wij werken momenteel aan twee concrete projecten
met betrekking tot de Palestijnse samenleving.
Enerzijds is er het project « Women to women »
van de NGO Juzoor, dat gericht is op Palestijnse
vrouwen die bij de tweede intifada een naaste
hebben verloren en dat voorziet in de vorming van
opleidsters die zich in dezelfde situatie bevinden.
Anderzijds loopt er in Gaza een project rond een
sensibiliseringscampagne op het stuk van huiselijk
geweld.

En ce qui concerne la société israélienne, nous
avons développé deux projets avec l'université de
Tel Aviv. Tout d'abord, durant l'été 2004, cinquante
jeunes Israéliens venant des milieux les plus
défavorisés de la société israélienne ont suivi un
programme de cours à l'université, dans le but de
les aider à s'intégrer à ceux qui sont différents
d'eux. Ensuite, un projet de Clinique des droits des
demandeurs d'asile et des réfugiés, destiné à
former les étudiants en droit. J'ai pu constater que
ce concept pourrait utilement être intégré dans le
cursus des études de droit en Belgique.

Wat de Israëlische samenleving betreft, hebben we
met de universiteit van Tel Aviv twee projecten
opgezet. In het kader van het eerste project dat in
de zomer van 2004 werd georganiseerd, konden
vijftig jonge Israëli's uit de meest achtergestelde
lagen van de Israëlische samenleving een
lesprogramma aan de universiteit volgen.
Bedoeling was ze te helpen om zich thuis te voelen
bij mensen uit andere maatschappelijke
geledingen.
Het tweede project betreft een studiecentrum voor
de rechten van de asielzoekers en de vluchtelingen
waar de studenten in de rechten een opleiding
kunnen volgen. Ik heb kunnen vaststellen dat het
misschien nuttig is om dit concept in de richting
rechten aan onze universiteiten op te nemen.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 766

01.03 Claude Marinower (VLD) : L'initiateur

israélien des accords de Genève a été ministre,
mais n'est aujourd'hui même plus parlementaire.
J'ai demandé au ministre des Affaires étrangères
pourquoi la Belgique avait débloqué des fonds en
vue de la diffusion des accords de Genève auprès
des populations israélienne et palestinienne et s'il
s'agissait d'une forme de prévention des conflits.

Je suis heureux que la jeunesse israélienne ait
exprimé le souhait d'étendre le projet des jeunes à
d'autres partis politiques. Je ne souhaite pas faire
de la provocation, mais je présume que les veuves
des auteurs d'attentats sont exclues du projet
Juzoor. Je souhaiterais obtenir des informations
écrites sur ce projet ainsi que sur celui concernant
les demandeurs d'asile.

01.03 Claude Marinower (VLD): De Israëlische

initiator van de akkoorden van Genève was ooit
minister, maar is nu zelfs geen parlementslid meer.
Ik vroeg de minister van Buitenlandse Zaken
waarom België fondsen ter verspreiding van de
akkoorden van Genève bij de Isralëlische en
Palestijnse bevolking blokkeerde en of dat een
vorm van conflictpreventie was.

Ik ben blij dat de Israëlische jongeren de wens
uitten het jongerenproject uit te breiden naar
andere politieke partijen. Ik wil niet provoceren
maar neem aan dat weduwen van mensen die een
aanslag pleegden, uitgesloten zijn van het project
Juzoor. Over dat project en over het project met de
asielzoekers ontvang ik graag schriftelijke
informatie.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

02 Question de M. Claude Marinower à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur "le
screening des élus de l'Éxécutif des musulmans"
(n° 9048)

02 Vraag van de heer Claude Marinower aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de screening van de verkozenen van de
Moslimexecutieve" (nr. 9048)

02.01 Claude Marinower (VLD) : Le tohu-bohu

engendré par différents problèmes liés au Conseil
et à l'Exécutif des Musulmans de Belgique a produit
un effet paralysant sur le fonctionnement de ces
organes. Nordine Taouil, l'un des 68 élus au
Conseil en place aujourd'hui, a obtenu 1 360 voix, il
était classé sixième sur les listes et il a même
recueilli le plus grand nombre de suffrages
exprimés à Anvers. Toutefois, après un examen
rapproché de son profil, il s'est avéré qu'il ne
pouvait faire partie de l'Exécutif des Musulmans. Il
prétend avoir été exclu parce qu'il avait dénoncé
publiquement le clivage entre musulmans
francophones et néerlandophones au sein de
l'Exécutif précédent. C'est un incident regrettable,
surtout parce qu'il figure dans une brochure
diffusée par la Ville pour promouvoir le dialogue
intercommunautaire.

Que pense la ministre de cette exclusion ? Un
contrôle démocratique suffisant est-il exercé sur
ces procédures ? Un filtre supplémentaire est-il
nécessaire ?

02.01 Claude Marinower (VLD): De heisa rond de

vorige Moslimraad en executieve had een
verlammend effect. Nordine Taouil, een van de 68
verkozenen voor de huidige moslimraad, haalde
1 360 stemmen, was zesde in rang en kreeg in
Antwerpen zelfs de meeste stemmen. Na een
screening bleek hij echter geen deel te kunnen
uitmaken van de Moslimexecutieve. Hij beweert te
zijn gewraakt omdat hij in het openbaar de barrière
tussen Frans- en Nederlandstalige moslims in de
vorige executieve had aangeklaagd. Dit is een
spijtig voorval, vooral omdat hij figureert in een
brochure waarmee de stad de dialoog tussen de
gemeenschappen wil promoten.

Wat vindt de minister van deze uitsluiting? Bestaat
er genoeg democratische controle op de
procedures? Is een bijkomende filter nodig?

02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Tout a été réalisé selon les règles prévues. Bien
sûr, l'Autorité nationale de sécurité doit motiver
toutes les décisions et tous les avis qu'elle rend en
matière de vérifications et d'enquêtes de sécurité.
En effet, depuis le 3 mai 2005, la Sûreté de l'État
n'est plus le seul service chargé de faire ces
vérifications.

02.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Alles is

volgens het boekje verlopen. Natuurlijk moet de
Nationale Veiligheidsoverheid al haar beslissingen
en adviezen inzake veiligheidsverificaties en
onderzoeken motiveren. Sinds 3 mei 2005 is de
Veiligheid van de Staat immers niet langer de enige
dienst die met deze verificaties belast is.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

29/11/2005

CRABV 51

COM 766

(En néerlandais) J'ai demandé à l'autorité nationale
chargée des questions de sécurité de procéder à
une vérification en matière de sécurité pour tous les
candidats à un mandat auprès de l'Exécutif des
musulmans. J'ai tenu compte à cette occasion des
conditions de la nouvelle loi du 3 mai 2005. J'ai
jugé cette vérification nécessaire parce qu'une
utilisation du mandat à des fins impropres peut
porter préjudice à la permanence de l'ordre
démocratique et constitutionnel de l'État. Tous les
candidats ont été informés de ma décision. A
l'époque, personne n'a interjeté appel auprès du
collège institué par la nouvelle loi.

Ce collège est composé des présidents de la
Commission de la protection de la vie privée, du
Comité R et du Comité P. Les candidats ayant
recueilli un avis défavorable pouvaient interjeter
appel, ce qui s'est aussi produit. Le collège a
motivé chaque décision. Le schéma des
vérifications de sécurité a été sensiblement modifié.
Il offre nettement plus de garanties en matière de
protection de la vie privée.

(Nederlands) Ik vroeg de nationale
veiligheidsautoriteit om een veiligheidsverificatie
van alle kandidaten voor een mandaat in de
Moslimexecutieve. Daarbij hield ik rekening met de
voorwaarden uit de nieuwe wet van 3 mei 2005. Ik
vond een verificatie nodig omdat oneigenlijk gebruik
van het mandaat afbreuk kan doen aan de
duurzaamheid van de democratische en
grondwettelijke orde van de Staat. Alle kandidaten
werden op de hoogte gebracht van mijn beslissing.
Niemand tekende toen beroep aan bij het college
dat werd ingesteld via de nieuwe wet.

Het college is samengesteld uit de voorzitters van
de Commissie voor de bescherming van de private
levenssfeer, het het Comité I en het Comité P.
Kandidaten over wie negatief werd geadviseerd,
konden beroep aantekenen, wat ook gebeurde. Het
college motiveerde elke beslissing. Het schema van
de veiligheidsverificaties werd aanzienlijk gewijzigd.
Het biedt veel meer waarborgen inzake de
bescherming van het privé-leven.

(En français) J'ai été contactée par des candidats
pour lesquels il n'y a pas eu d'avis positif. J'ai dit ne
pas vouloir m'occuper de cela puisqu'il était
question des affaires internes d'un culte.

(Frans) Een aantal kandidaten die geen positief
advies gekregen hebben, hebben mij
gecontacteerd. Ik heb gezegd dat ik mij daar niet
mee wil bemoeien, aangezien het om een interne
aangelegenheid van een bepaalde eredienst gaat.

02.03 Claude Marinower (VLD) : L'instance de

recours a-t-elle annulé certaines décisions ?

02.03 Claude Marinower (VLD): Maakte de

beroepsinstantie beslissingen ongedaan?

02.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Une personne avec un avis négatif a été réformée.

02.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Een

persoon die een negatief advies heeft gekregen,
werd afgekeurd.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

03 Question de Mme Valérie Déom à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur
"l'exploitation des illégaux par les trafiquants
d'êtres humains" (n° 9141)

03 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de uitbuiting van illegalen door
mensenhandelaars" (nr. 9141)

03.01 Valérie Déom (PS) : La loi relative à la traite

des êtres humains témoigne de notre volonté de
lutter efficacement contre toute forme d'exploitation
de la misère humaine. Toutefois, il n'est pas rare
que des personnes peu scrupuleuses abusent du
désarroi des candidats réfugiés.

Quelles sont les mesures qui pourraient
encourager les victimes de traite, menacées
d'expulsion, à déposer plainte ?
Ce type de dossier ne devrait-il bénéficier d'une
priorité au niveau des poursuites ?

03.01 Valérie Déom (PS): De wet inzake

mensenhandel bewijst dat we het ernstig menen
met ons voornemen om elke vorm van uitbuiting
van menselijke ellende efficiënt te bestrijden. Toch
maken lieden zonder veel scrupules vaak misbruik
van de ontreddering waarin de kandidaat-
vluchtelingen verkeren.
Met welke maatregelen zou men de slachtoffers
van mensenhandel die met uitwijzing worden
bedreigd, kunnen aanzetten om klacht in te dienen?
Moet dit soort dossier niet bij voorrang door het
gerecht worden behandeld?

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 766

03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Plusieurs dispositions ont été adoptées : la police
fédérale a mis sur pied des équipes spécialisées,
les inspections sociales font de la lutte contre
l'exploitation économique une de leurs priorités, les
centres spécialisés assurent une bonne diffusion
de l'information, les personnes considérées comme
victimes de la traite ne font pas l'objet d'une
décision d'expulsion de l'Office des étrangers et ce
type de dossier bénéficie d'une priorité au niveau
des poursuites. Mais comment s'assurer que les
personnes ont connaissance des dispositions
légales qui peuvent leur être appliquées ?

La Cellule de coordination interdépartementale de
lutte contre le trafic et la traite des êtres humains
(CIATTEH) développe une réflexion sur le statut de
la victime et devrait d'ici la fin de l'année adresser
des propositions au gouvernement. Je m'engage à
la soutenir.

03.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): We

hebben reeds diverse maatregelen getroffen. Zo
heeft de federale politie gespecialiseerde teams
opgericht. De bestrijding van de economische
uitbuiting behoort tot de prioriteiten van de sociale
inspectie. De gespecialiseerde centra zorgen voor
een brede verspreiding van de informatie. De
personen die als slachtoffers van de mensenhandel
worden beschouwd, worden niet door de Dienst
Vreemdelingenzaken uitgewezen en dit soort
dossier wordt bij de rechtsvervolging prioritair
behandeld. Maar hoe kunnen we ons ervan
vergewissen dat die mensen kennis hebben van de
wettelijke bepalingen die op hen van toepassing
zijn?

Het Informatie- en Analysecentrum Mensenhandel
en Mensensmokkel (IAMM) buigt zich over de
rechtspositie van het slachtoffer en zou tegen het
jaareinde voorstellen aan de regering moeten
voorleggen. Ik verleen dat centrum mijn volle steun.

03.03 Valérie Déom (PS) : Ces réponses vont

dans le bon sens. Confirmez-vous que la circulaire
de 1994 et la directive de 1997 restent
d'application, outre l'arsenal que vous avez décrit ?
(La ministre opine du chef).

03.03 Valérie Déom (PS): Die antwoorden zijn

alvast positief. Kan u bevestigen dat de
omzendbrief van 1994 en de richtlijn van 1997 van
toepassing blijven, naast het door u beschreven
arsenaal van maatregelen? (De minister knikt
bevestigend)

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

04 Question de M. Patrick De Groote à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur
"l'éventuel recours à la procédure accélérée en
ce qui concerne l'absentéisme scolaire répété"
(n° 9153)

04 Vraag van de heer Patrick De Groote aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de mogelijkheid tot het gebruik van het
snelrecht voor hardleerse spijbelaars" (nr. 9153)

04.01 Patrick De Groote (N-VA) : En réponse à

une question précédente de M. Marinower, la
ministre avait précisé que des centaines de
dossiers relatifs à des cas d'absentéisme scolaire
sont classés sans suite chaque année. L'approche
est fort différente selon les arrondissements : si
dans certains arrondissements, les classements
sans suite sont la règle, le problème fait l'objet d'un
traitement prioritaire dans d'autres.

Dans certaines régions des Pays-Bas, le
phénomène est combattu avec beaucoup
d'efficacité. Des juges spéciaux traitent
immédiatement dans le cadre d'une procédure
accélérée les dossiers des récidivistes de
l'absentéisme scolaire, de telle sorte que les élèves
concernés se rendent compte du fait que leur
comportement ne reste pas impuni.

04.01 Patrick De Groote (N-VA): Op een eerdere

vraag van de heer Marinower antwoordde de
minister dat er elk jaar honderden dossiers over
spijbelaars zonder gevolg worden geklasseerd. De
behandelingswijze verschilt opvallend van
arrondissement tot arrondissement: op de ene
plaats wordt massaal geseponeerd, op de andere
plaats wordt de aanpak van spijbelaars dan weer
een prioritaire behandeling waard geacht.

In bepaalde delen van Nederland worden
spijbelaars bijzonder efficiënt aangepakt.
Zogenaamde spijbelrechters behandelen
onmiddellijk via snelrecht de dossiers van de
verstokte spijbelaars, zodat die jongeren beseffen
dat hun gedrag niet ongestraft blijft.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

29/11/2005

CRABV 51

COM 766

Que pense la ministre de cette approche

Envisage-t-elle de prendre une initiative similaire en
Belgique ? Une concertation a-t-elle déjà eu lieu
avec les Communautés de manière à définir une
approche coordonnée en la matière ?

Wat denkt de minister over deze Nederlandse
aanpak? Overweegt zij iets gelijkaardigs in België?
Werd er al met de Gemeenschappen overleg
gepleegd met betrekking tot een gecoördineerde
aanpak van de problematiek?

04.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais) : Ce problème ressortit pour la
majeure partie à la compétence des Communautés.

Lorsqu'un problème est signalé au parquet, une
aide volontaire est offerte dans une première
phase. Lorsque cette méthode n'est pas probante,
le parquet prend le dossier en charge et a la
possibilité de le transférer au juge de la jeunesse.

L'absentéisme scolaire est souvent lié aux
problèmes familiaux, de sorte qu'il est traité
prioritairement par le Comité voor bijzondere
jeugdzorg et le Service d'aide à la jeunesse.
Plusieurs parquets estiment dès lors que
l'absentéisme scolaire ne doit pas bénéficier d'un
traitement prioritaire. D'autres parquets, par contre,
considèrent l'absentéisme scolaire comme un
problème qui mérite bien une attention particulière.

Une concertation sur le problème de l'absentéisme
scolaire est régulièrement organisée entre le
parquet, le Comité voor bijzondere jeugdzorg, le
Service d'aide à la jeunesse, la police et les
directions des écoles. Trois criminologues ont été
chargés au sein du parquet bruxellois de l'examen
des cas les plus problématiques. Le criminologue
peut convoquer l'écolier qui pratique l'école
buissonnière et les parents pour attirer leur
attention sur l'obligation scolaire. Faire appliquer
cette méthode dans d'autres parquets ne me
semble pas être une mauvaise idée. Chaque
parquet de la jeunesse disposera dès lors à partir
du mois de septembre 2006 d'un criminologue
chargé d'examiner attentivement l'absentéisme
scolaire.

Instaurer la procédure de comparution immédiate
pour l'absentéisme scolaire ne me semble pas être
une bonne idée. Même s'il s'agit d'un problème qui
doit être pris au sérieux, l'absentéisme scolaire ne
constitue toujours pas un délit.

Je conseille à M. De Groote de s'adresser
également aux ministres communautaires en ce qui
concerne ce problème.

04.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Deze problematiek behoort voor het overgrote deel
tot de bevoegdheid van de Gemeenschappen.

Wanneer een parket een melding registreert, wordt
in een eerste fase vrijwillige hulp aangeboden.
Wanneer dit geen vruchten afwerpt, neemt het
parket het dossier over en speelt dit al dan niet
door aan de jeugdrechter.

Spijbelgedrag is vaak verbonden met allerlei
familiale problemen, zodat het op de eerste plaats
wordt behandeld door het Comité voor Bijzondere
Jeugdzorg en de Service d'Aide à la Jeunesse. Een
aantal parketten gaat er dan ook vanuit dat
spijbelen geen prioritaire aanpak vergt. Andere
parketten beschouwen spijbelen dan weer als een
probleem dat hun bijzondere aandacht wel verdient.

Er wordt over de problematiek van het spijbelen
geregeld overleg gepleegd met het parket, het
Comité voor Bijzondere Jeugdzorg, de Service
d'Aide à la Jeunesse, de politie en de
schooldirecties. Binnen het Brusselse parket
werden drie criminologen belast met het toezicht op
de meest problematische gevallen. De criminoloog
kan de spijbelaar en de ouders ontbieden om op de
schoolplicht te wijzen. Het lijkt me geen slecht idee
deze aanpak uit te breiden naar andere parketten.
Aan elk jeugdparket zal dan ook vanaf september
2006 een criminoloog worden toegevoegd om
onder meer het schoolverzuim van nabij te volgen.

Snelrecht voor spijbelaars invoeren lijkt me geen
goed idee. Ook al gaat het om een ernstig te
nemen probleem, spijbelen is nog altijd geen
misdrijf.

Ik raad de heer De Groote aan om ook de
gemeenschapsministers aan te spreken in verband
met deze problematiek.

04.03 Patrick De Groote (N-VA) : J'ai tout de

même l'impression que la politique relative à
l'absentéisme scolaire n'avance guère. La seule

04.03 Patrick De Groote (N-VA): Ik heb toch de

indruk dat er weinig schot komt in de aanpak van
het spijbelen. De enige benadering die vruchten

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 766

approche qui pourrait être efficace consiste à réagir
rapidement, comme on le fait déjà aux Pays-Bas
avec beaucoup de succès d'ailleurs.

kan afwerpen, is het heel kort op de bal spelen,
zoals in Nederland nu al en met veel succes
gebeurt.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

05 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la

vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "la destination des casernes désaffectées en
général et de celle de Poelkapelle en particulier"
(n° 9143)

05 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu

aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de bestemming van de leegstaande
kazernes in het algemeen en die van Poelkapelle
in het bijzonder" (nr. 9143)

05.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD) : Mme

Onkelinx a déclaré l'année dernière que des
bâtiments existants, principalement des sites
militaires, pourraient être transformés en centres
fermés pour internés. Dans le cadre de sa
recherche, elle avait songé à la caserne
désaffectée de Poelkapelle mais elle a déclaré en
octobre 2004 avoir déjà abandonné cette piste.

Où en est la ministre dans sa recherche
d'infrastructures d'accueil supplémentaires ? Quels
anciens sites militaires entrent encore en ligne de
compte ? La ministre a-t-elle encore des projets en
ce qui concerne la caserne de Poelkapelle ?

05.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Minister

Onkelinx verklaarde vorig jaar dat de mogelijkheid
bestond dat bestaande gebouwen en dan vooral
militaire sites zouden worden omgebouwd tot
gesloten instellingen voor geïnterneerden. Zij had
bij haar zoektocht even gedacht aan de
leegstaande kazerne in Poelkapelle, maar in
oktober 2004 verklaarde de minister dat zij dit
denkspoor al had verlaten.

Hoe ver staat de minister in haar zoektocht naar
bijkomende opvangplaatsen? Welke voormalige
militaire sites komen nog in aanmerking? Heeft de
minister nog plannen met de kazerne van
Poelkapelle?

05.02 Laurette Onkelinx, ministre

(en

néerlandais) : Dans le cadre de la recherche de
lieux d'implantation pour un nouveau centre
d'accueil pour primo-délinquants, j'ai, sur la base
d'informations fournies par le ministre de la
Défense, demandé que l'on vérifie quelles casernes
désaffectées pourraient éventuellement entrer en
ligne de compte. Lors de la réaffectation d'un tel
site militaire, il convient de tenir compte d'un certain
nombre de paramètres : la situation, le risque que
peuvent présenter certains détenus ainsi que les
aspects techniques en matière de sécurité.

La recherche d'un lieu d'implantation s'est surtout
concentrée dans le Brabant flamand. Si le choix de
la caserne désaffectée de Poelkapelle a été à un
moment envisagé, cette piste a été abandonnée en
raison de la situation décentrée de la caserne. Un
certain nombre d'autres sites sont encore
envisagés. J'espère qu'une décision interviendra
rapidement.

Le SPF Justice ne nourrit plus de projets en ce qui
concerne la caserne de Poelkapelle. Je ne suis pas
au courant d'une éventuelle nouvelle destination
qui aurait été donnée à la caserne par le
département de la Défense.

05.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Bij de zoektocht naar de inplantingmogelijkheden
van een nieuw opvangcentrum voor primair-
delinquenten heb ik, op basis van informatie van de
minister van Landsverdediging, laten nagaan welke
leegstaande kazernes eventueel in aanmerking
konden komen. Bij een herbestemming van een
dergelijke militaire site moet met een aantal
parameters rekening worden gehouden: de ligging,
de risicograad die verbonden is met een bepaald
soort gedetineerden en de veiligheidstechnische
mogelijkheden.

Er werd voornamelijk geprospecteerd in militaire
sites in Vlaams-Brabant. De leegstaande kazerne
in Poelkapelle is ook even in beeld geweest, maar
dit denkspoor werd, omwille van de weinig centrale
ligging van de kazerne, ondertussen opgegeven.
Een aantal andere sites wordt momenteel nog
onderzocht. Ik hoop binnenkort de knoop te kunnen
doorhakken.

De FOD Justitie koestert voorlopig geen plannen
meer met de kazerne van Poelkapelle. Misschien
heeft Landsverdediging ondertussen al een andere
bestemming gevonden, maar daarvan ben ik niet
op de hoogte.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

29/11/2005

CRABV 51

COM 766

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

06 Question de M. Dylan Casaer à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur
"les violences à l'encontre des tout jeunes"
(n° 9179)

06 Vraag van de heer Dylan Casaer aan de vice-

eerste minister en minister van Justitie over
"geweld tegen pasgeboren kinderen" (nr. 9179)

06.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Cette semaine

s'est déroulé à Anvers un procès d'assises contre
les parents d'un bébé qui est décédé à la suite de
mauvais traitements. Les voisins et les membres de
sa famille ont témoigné qu'ils nourrissaient certains
soupçons en ce sens. D'une manière plus
générale, nous devons donc nous demander, dans
ce genre d'affaires, si la Justice et les services des
Communautés ne pourraient pas ou ne devraient
pas intervenir plus tôt. Cette question est d'autant
plus pertinente qu'il ne s'agit pas d'un cas isolé.

L'arsenal législatif est-il suffisant pour prévenir les
violences de parents vis-à-vis des enfants ? Est-il
réaliste d'estimer à trente par an le nombre
d'enfants morts de maltraitance ? La concertation
est-elle suffisante entre la Justice et les services
d'aide à la jeunesse ? Existe-t-il suffisamment de
canaux pour enregistrer les suspicions des voisins
inquiets ou des membres de la famille et ces
canaux sont-ils suffisamment connus ? Quelle est
la position de la ministre face à des mesures telles
que la stérilisation forcée ou la contraception
obligatoire pour les suspects ?

06.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Van de week

werd in Antwerpen een assisenproces gevoerd
tegen de ouders van een baby die aan zijn
mishandelingen overleed. Buren en familieleden
kwamen daarbij getuigen dat ze vermoedens
hadden. Meer algemeen moeten we ons daarom bij
dat soort zaken de vraag stellen of er door Justitie
en de diensten van de Gemeenschappen niet
eerder kan en moet worden opgetreden. Zeker als
men ziet dat dit geen alleenstaand geval is.

Volstaat het wettelijk arsenaal om geweld van
ouders tegen kinderen te voorkomen? Is dertig
gedode kinderen per jaar een realistische raming?
Is er voldoende overleg en coördinatie tussen
Justitie en jeugdzorg? Zijn er voldoende kanalen
voor bezorgde buren of familie om hun vermoedens
te melden en zijn deze voldoende bekend? Wat
denkt de minister over het gedwongen steriliseren
of het verplicht toepassen van anticonceptiva bij de
verdachten?

06.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais) : Les mauvais traitements infligés aux
enfants constituent un délit à part et ressortissent,
sur le plan pénal, à la qualification de maltraitance
physique et sexuelle.

La loi du 28 novembre 2000 relative à la protection
pénale des mineurs a alourdi les peines frappant
ces délits, de sorte que les peines prononcées en
vertu des articles 405bis et 405ter du Code pénal
sont suffisamment sévères et permettent une
répression correcte.

L'article 405bis prévoit des peines plus sévères
lorsque les coups et blessures ont été infligés à des
enfants. L'article 405ter dispose que la peine
minimale est doublée et les peines de prison sont
allongées de deux ans lorsque les faits ont été
commis par un parent, un ascendant ou personne
ayant autorité sur l'enfant. Il s'agit là d'un pas en
avant dans la protection des mineurs. Par ailleurs,
cette matière est également réglée par plusieurs
décrets des entités fédérées et la fonction de
commissaire aux droits de l'enfant joue aussi un
rôle important dans la protection des mineurs.

06.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Kindermishandeling is geen apart misdrijf en wordt
strafrechtelijk gekwalificeerd onder lichamelijke en
seksuele mishandeling.

De wet van 28 november 2000 betreffende de
strafrechtelijke bescherming van minderjarigen
heeft de bestraffing van deze misdrijven verzwaard,
zodat de straffen die worden uitgesproken
krachtens artikel 405bis en 405ter van het
Strafwetboek voldoende zijn en een correcte
beteugeling uitmaken.
Artikel 405bis voorziet in strengere straffen
wanneer slagen en verwondingen worden
toegebracht aan kinderen. Artikel 405ter bepaalt
dat de minimumstraf wordt verdubbeld en dat de
gevangenisstraffen worden vermeerderd met twee
jaar indien de feiten gepleegd worden door een
ouder, een ascendant of een persoon die gezag
heeft over het kind. Dit is een stap vooruit in de
strafrechtelijke bescherming van minderjarigen.
Daarnaast bestaan er talrijke decreten van de
deelstaten en bestaat de functie van
kinderrechtencommissaris.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 766

Il est impossible de fournir des statistiques
détaillées dans le cadre d'une question orale.

Het is onmogelijk in het kader van een vraag
uitgebreide statistieken voor te brengen.

Organiser une concertation entre la Justice et le
secteur médical et psycho-social est une de mes
priorités. En décembre 1997, le ministre de la
Justice en fonction à l'époque avait été chargé
d'exécuter les propositions de la Commission
nationale contre l'exploitation sexuelle des enfants.
En décembre 2002, deux groupes de travail ont
formulé des recommandations allant dans le sens
d'une institutionnalisation de la concertation entre la
Justice et le secteur, et de la mise en place
d'équipes multidisciplinaires. J'ai chargé deux
magistrats d'actualiser les conclusions en
reconvoquant ces groupes de travail en décembre.

Les services tels que l'Office de la Naissance et de
l'Enfance (ONE) et Kind en Gezin sont souvent,
avec les zones de police, les premières sources
d'information sur la maltraitance des enfants. En
2002, Kind en Gezin a édité une brochure
d'information en collaboration avec la Justice. Par
ailleurs, les centres de confiance et les équipes
SOS Enfants abattent un travail colossal et de
grande qualité.

Overleg tussen Justitie en de medische en psycho-
sociale sector is een van mijn prioriteiten. In
december 1997 werd de minister van Justitie belast
met het uitvoeren van de voorstellen van de
Nationale Commissie tegen seksuele uitbuiting van
kinderen. In december 2002 formuleerden twee
werkgroepen aanbevelingen voor het
institutionaliseren van het overleg tussen Justitie en
de sector en voor het installeren van
multidisciplinaire teams. Ik heb twee magistraten
belast met het actualiseren van de conclusies door
de werkgroepen in december opnieuw bijeen te
roepen.

Diensten zoals Office de la Naissance et de
l'Enfance (ONE) en Kind en Gezin zijn, naast de
politiezones, dikwijls de eerste informatiebronnen
over kindermishandeling. Kind en Gezin gaf in 2002
in samenwerking met Justitie een
informatiebrochure uit. Daarnaast verrichten de
vertrouwenscentra en de teams SOS Enfants
enorm goed werk.

06.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit) : Que pense la

ministre de la proposition du sénateur
Vankrunkelsven relative à la castration chimique ?

06.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Hoe staat de

minister tegenover het voorstel in verband met
chemische castratie geformuleerd door senator
Vankrunkelsven?

06.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Je ne suis pas d'accord. Mais c'est un autre débat.

06.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : Ik ben

het daar niet mee eens. Dat is echter een andere
discussie.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

07 Question de M. Tony Van Parys à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur "la
situation au tribunal de première instance de
Dinant" (n° 9217)

07 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de situatie bij de rechtbank van eerste aanleg in
Dinant" (nr. 9217)

07.01 Tony Van Parys (CD&V) : La presse fait

état d'une enquête de la Cour de cassation à
charge de magistrats du tribunal de première
instance de Dinant.

Quelles sont les charges ? L'enquête concerne-t-
elle également un magistrat membre du Conseil
supérieur de la justice ? Des mesures ont-elles été
prises pour que le tribunal puisse continuer à
fonctionner ? Un magistrat qui fait l'objet d'une
enquête peut-il continuer à s'occuper de la
présentation et de la nomination de magistrats ?

07.01 Tony Van Parys (CD&V): De pers bericht

over een onderzoek door het Hof van Cassatie ten
laste van magistraten bij de rechtbank van eerste
aanleg in Dinant.

Wat zijn de tenlasteleggingen? Loopt het
onderzoek ook tegen een magistraat die lid is van
de Hoge Raad voor de Justitie? Werden
maatregelen genomen opdat de rechtbank kan
blijven functioneren? Kan een magistraat tegen wie
een onderzoek loopt, toch betrokken blijven bij de
voordracht en benoeming van magistraten?

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

29/11/2005

CRABV 51

COM 766

07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais) : Il y a en effet à la Cour de cassation
un dossier disciplinaire sur la base de l'article 404
du Code judiciaire à charge d'un juge du tribunal de
première instance de Dinant pour prononcé tardif
de jugements.

Sur le plan judiciaire, la cour d'appel de Liège
examine un dossier à charge d'un juge du tribual de
première instance de Dinant pour infractions aux
articles 443, 444, 447, 450 en 458 du Code pénal.

Aucune enquête n'est en cours concernant un
magistrat du Conseil supérieur. Mais une
procédure en suspension est en cours auprès du
tribunal de première instance de Nivelles
concernant un juge du tribunal de première
instance de Dinant.

07.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Er is bij het Hof van Cassatie inderdaad een
tuchtdossier op grond van artikel 404 van het
Gerechtelijk Wetboek ten laste van een rechter van
eerste aanleg te Dinant wegens het laattijdig
uitspreken van vonnissen.

Op strafrechtelijk vlak onderzoekt het hof van
beroep te Luik een dossier ten laste van een
rechter van eerste aanleg te Dinant voor inbreuken
op de artikelen 443, 444, 447, 450 en 458 van het
Strafwetboek.

Er is geen enkel onderzoek naar een magistraat die
lid is van de Hoge Raad voor de Justitie. Er is wel
een schorsingsprocedure bij de rechtbank van
eerste aanleg te Nijvel met betrekking tot een
rechter van eerste aanleg te Dinant.

(En français) Pour votre dernière question, la
réponse est négative, car il n'y a pas de procédure
contre un membre du CSJ.

(Frans) Het antwoord op uw laatste vraag is nee,
want er loopt geen procedure tegen een lid van de
HRJ.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

La réunion publique de commission est levée à
17 h 28.

De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 17.28 uur.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Document Outline