SÉANCE PLÉNIÈRE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

SOMMAIRE

INHOUD

Question de Mme Frieda Van Themsche à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'aide aux indépendants victimes d'agressions"
(n° 8323)

Vraag van mevrouw Frieda Van Themsche aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de slachtofferhulp bij overvallen zelfstandigen"
(nr. 8323)

Orateurs: Frieda Van Themsche, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Frieda Van Themsche, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. François-Xavier de Donnea à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"l'adaptation obligatoire au 1er octobre 2005 des
statuts des sociétés" (n° 8294)

Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de verplichte aanpassing van de statuten
van de vennootschappen op 1

oktober

2005"

(nr. 8294)

Orateurs: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice

Sprekers: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie

Interpellation de M. Patrick De Groote à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
problème de la décharge Radar à Flobecq"
(n° 688)

Interpellatie van de heer Patrick De Groote tot de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de problematiek van het stort Radar te
Vloesbergen" (nr. 688)

Orateurs: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Motions

Moties

Question de M. François-Xavier de Donnea à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"la formation des ministres du culte en Belgique"
(n° 8395)

Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de opleiding van de bedienaars van de
eredienst in België" (nr. 8395)

Orateurs: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice

Sprekers: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie

Question de M. Dirk Van der Maelen à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
collaboration entre la Belgique et le Sénégal en
vue de l'extradition d'Hissène Habré" (n° 8483)

Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de samenwerking tussen België en Senegal met
het oog op de uitlevering van Hissène Habré"
(nr. 8483)

Orateurs: Dirk Van der Maelen, président du
groupe sp.a-spirit, Laurette Onkelinx, vice-
première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Dirk Van der Maelen, voorzitter van
de sp.a-spirit-fractie, Laurette Onkelinx, vice-
eerste minister en minister van Justitie

Question de M. Guy Swennen à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
déclarations de certains magistrats" (n° 8409)

Vraag van de heer Guy Swennen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over
"uitspraken van magistraten" (nr. 8409)

Orateurs: Guy Swennen

Sprekers: Guy Swennen

Question de M. André Frédéric à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "des marques
de vêtements à caractère raciste" (n° 8487)

Vraag van de heer André Frédéric aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over
"'racistische' kledingmerken" (nr. 8487)

Orateurs: André Frédéric, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers:

André Frédéric, Laurette

Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. François-Xavier de Donnea à la

Vraag van de heer François-Xavier de Donnea

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"l'entrave à la circulation publique lors de la grève
de ce vendredi 7 octobre 2005 " (n° 8495)

aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de belemmering van het openbaar verkeer
tijdens de staking van vrijdag 7 oktober 2005"
(nr. 8495)

Orateurs: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice

Sprekers: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie

Question de Mme Martine Taelman à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
enquêtes sur d'éventuels mariages de
complaisance et le droit de regard dans le dossier"
(n° 8527)

Vraag van mevrouw Martine Taelman aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
onderzoeken naar schijnhuwelijken en het recht
van inzage in het dossier" (nr. 8527)

Orateurs:

Martine Taelman, Laurette

Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers:

Martine Taelman, Laurette

Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. Guido Tastenhoye à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "une
nouvelle circulaire relative à la politique des
poursuites au sein des services de police
anversois" (n° 8598)

Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "een
nieuwe omzendbrief inzake het vervolgingsbeleid
bij de Antwerpse politiediensten" (nr. 8598)

Orateurs: Guido Tastenhoye, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Guido Tastenhoye, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Questions jointes de

Samengevoegde vragen van

- Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'extension
du régime de la surveillance électronique"
(n° 8233)

- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
uitbreiden van het elektronisch toezicht" (nr. 8233)

- M. Servais Verherstraeten à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
surveillance électronique" (n° 8241)

- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
elektronisch toezicht" (nr. 8241)

Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Servais
Verherstraeten, Laurette Onkelinx, vice-
première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Servais
Verherstraeten, Laurette Onkelinx, vice-
eerste minister en minister van Justitie

Questions jointes de

Samengevoegde vragen van

- M. Servais Verherstraeten à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les plaintes
concernant le droit de visite" (n° 8269)

- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
klachten over het omgangsrecht" (nr. 8269)

- Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la circulaire
du collège des procureurs généraux à propos du
droit aux relations personnelles" (n° 8356)

- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
omzendbrief van het college van procureurs-
generaal in verband met het omgangsrecht"
(nr. 8356)

Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Servais
Verherstraeten, Laurette Onkelinx, vice-
première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Servais
Verherstraeten, Laurette Onkelinx, vice-
eerste minister en minister van Justitie

Question de M. François-Xavier de Donnea à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"l'accord de coopération Beliris" (n° 8610)

Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "het samenwerkingsakkoord Beliris"
(nr. 8610)

Orateurs: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice

Sprekers: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

COMMISSION DE LA JUSTICE

COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE

MARDI

OCTOBRE

2005

Matin

______

van

DINSDAG

OKTOBER

2005

Voormiddag

______

La réunion publique est ouverte à 10 h 11 sous la
présidence de M. Tony Van Parys.

De vergadering wordt geopend om 10.11 uur door
de heer Tony Van Parys.

01 Question de Mme Frieda Van Themsche à la

vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "l'aide aux indépendants victimes
d'agressions" (n° 8323)

01 Vraag van mevrouw Frieda Van Themsche

aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de slachtofferhulp bij overvallen
zelfstandigen" (nr. 8323)

01.01 Frieda Van Themsche (Vlaams Belang) :

En 1999, M. Tyberghien, bijoutier, s'est défendu lui-
même, ainsi que sa femme enceinte et ses biens,
en utilisant une arme à feu contre les auteurs
polonais d'une attaque à la voiture-bélier. L'un des
malfaiteurs a perdu la vie et la voiture volée fut
endommagée par des impacts de balles. M.
Tyberghien a été condamné à payer des
dommages-intérêts. Il a récemment décidé de
fermer son commerce et de chercher une autre
activité. Il avait pourtant consenti d'importants
investissements pour sécuriser son commerce
contre une troisième agression éventuelle. Il nous
semble que l'aide aux victimes a particulièrement
laissé à désirer en l'occurrence.

Les organisations Unizo et VOKA ont-elles déjà
demandé une aide adaptée pour les indépendants
victimes d'agressions ? Une aide professionnelle
leur est-elle immédiatement proposée ? Des points
de contact spécifiques pour les indépendants
victimes de duperies existent-ils dans chaque zone
de police ?

01.01 Frieda Van Themsche (Vlaams Belang): In

1999 verdedigde juwelier Tyberghien zichzelf, zijn
zwangere vrouw en zijn bezittingen met een
vuurwapen tegen Poolse ramkrakers. Eén
overvaller kwam daarbij om het leven en de
gestolen wagen werd door de kogels beschadigd.
De heer Tyberghien werd veroordeeld tot een
schadevergoeding. Onlangs besloot hij om zijn
zaak stop te zetten en een ander beroep te zoeken.
Hij deed nochtans zware investeringen om zijn
zaak te beveiligen tegen een mogelijke derde
overval. Wij hebben de indruk dat slachtofferhulp
hier veel te wensen overliet.

Vroegen Unizo of VOKA al aangepaste
hulpverlening voor zelfstandigen die het slachtoffer
werden van een overval? Krijgen zij onmiddellijk
professionele hulp? Welke? Bestaan er in elke
politiezone specifieke aanspreekpunten voor
gedupeerde ondernemers?

01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais) : Aucun signal indiquant qu'une aide
adaptée aux indépendants est aujourd'hui
nécessaire ne m'est parvenu. Ils ont droit comme
les autres à l'aide gratuite aux victimes d'actes
intentionnels de violence, qui est de la compétence
des Communautés et des Régions et qui est
prévue dans chaque arrondissement. Cette aide est
à la fois individuelle, sociale et psychologique.

01.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Ik heb geen signalen ontvangen dat er aangepaste
hulpverlening nodig is voor zelfstandigen. Zij
hebben net als anderen recht op gratis
slachtofferhulp. Die is een bevoegdheid van de
Gemeenschappen en Gewesten en hij bestaat in
elk arrondissement. Deze hulpverlening omvat
individuele, sociale en psychologische hulp.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

En revanche, l'accueil des victimes par la police et
par le parquet et le tribunal relève du fédéral. Je
suis compétente pour le parquet, où des assistants
de justice assument la prise en charge des
victimes.

En outre, une intervention financière peut le cas
échéant être accordée aux victimes d'actes
intentionnels de violence qui ont subi des lésions
graves. Une juridiction administrative statue sur
cette intervention. C'est ainsi qu'une aide financière
peut également être octroyée à des indépendants.

Het onthaal van slachtoffers door de politie en door
het parket en de rechtbank zijn wel federale
bevoegdheden. Ik ben bevoegd voor het parket,
waar justitieassistenten instaan voor het
slachtofferonthaal.

Daarnaast is er de mogelijkheid van een financiële
tegemoetkoming aan slachtoffers van opzettelijke
gewelddaden die een ernstig letsel hebben
opgelopen. Een administratief rechtscollege beslist
over die tegemoetkoming. Zo kan ook aan
zelfstandigheden financiële hulp worden
toegekend.

Un accord de coopération a été conclu entre le
fédéral et la Communauté flamande en matière
d'aide aux victimes. Il y a peu, j'ai transmis un
projet d'accord similaire à la Région wallonne et à
la Communauté française. Aux termes de ces
accords, la police communique les informations
relatives aux victimes, à condition qu'elles
marquent leur accord, aux services chargés de
l'aide aux victimes. J'ai mis à la disposition du
Forum national pour une politique en faveur des
victimes les moyens nécessaires pour favoriser la
concertation et l'échange d'informations.

L'accueil des victimes par la police fait partie des
attributions du ministre de l'Intérieur. Tout
fonctionnaire de police doit assumer une prise en
charge adéquate des victimes et leur prodiguer un
soutien psychologique. Tout corps de police doit
disposer en outre d'un collaborateur spécialisé.

Présidence : M. Alfons Borginon.

Er is een samenwerkingsakkoord afgesloten tussen
de federale overheid en de Vlaamse Gemeenschap
inzake slachtofferzorg. Recent heb ik een ontwerp
van een gelijkaardig akkoord overgemaakt aan het
Waals Gewest en de Franse Gemeenschap. Deze
akkoorden bepalen dat de politie gegevens van
slachtoffers, mits hun toestemming, aan de
diensten voor slachtofferhulp bezorgt. Ik heb het
Nationaal Forum voor Slachtofferbeleid de nodige
middelen ter beschikking gesteld om overleg en
uitwisseling van informatie te bevorderen.

Slachtofferonthaal door de politie behoort tot de
bevoegdheden van de minister van Binnenlandse
Zaken. Elke politieambtenaar moet instaan voor
een adequate opvang van slachtoffers en voor
emotionele steun. Elk politiekorps moet daarnaast
beschikken over een gespecialiseerd medewerker.

Voorzitter : de heer Alfons Borginon.

01.03 Frieda Van Themsche (Vlaams Belang) : Je

vais réexaminer la question en détail, étant donné
que les compétences sont en effet dispersées. Les
indépendants n'ont pas seulement besoin d'une
assistance après un délit ayant entraîné une lésion
grave. Ceux qui ont été confrontés à un vol
devraient également bénéficier d'une assistance
pour les aider à accepter la situation. Or, cela n'est
pas toujours le cas. Je sais que la ministre s'efforce
de mettre en place une aide de qualité aux victimes
mais je poserai certainement encore des questions
à ce sujet dans l'avenir.

01.03 Frieda Van Themsche (Vlaams Belang): Ik

zal alles nog eens grondig bekijken, want de
bevoegdheden zijn inderdaad verspreid.
Zelfstandigen hebben niet enkel bijstand nodig na
een misdrijf waar ze een ernstig letsel hebben
opgelopen. Ook wie geconfronteerd wordt met een
diefstal, moet hulp krijgen bij het verwerken
daarvan, maar dat gebeurt niet altijd. Ik weet dat de
minister inspanningen levert voor een goede
slachtofferzorg, maar ik zal in de toekomst zeker
nog vragen over dit onderwerp stellen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

02 Question de M. François-Xavier de Donnea à

la vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "l'adaptation obligatoire au 1er octobre 2005
des statuts des sociétés" (n° 8294)

02 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea

aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de verplichte aanpassing van de
statuten van de vennootschappen op
1 oktober 2005" (nr. 8294)

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

02.01 François-Xavier de Donnea (MR) : Le

nouveau Code des sociétés, entré en vigueur le 6
février 2001, prévoit l'adaptation obligatoire des
statuts des sociétés dans les trois ans.

Vu le nombre peu important de sociétés ayant
adapté leurs statuts au terme de cette première
échéance, ce délai a été prolongé jusqu'au 1

octobre 2005.

La sanction prévue pour la non-adaptation des
statuts dans le délai, à savoir la dissolution,
m'inquiète.

Pourriez-vous me dire combien de sociétés ont
adapté leurs statuts au 1

octobre 2005?

Qu'adviendra-t-il de l'opposabilité aux tiers des
actes des sociétés qui n'ont pas adapté leur statut
dans les délais ? Quelles mesures pourraient-elles
être prises pour inciter ces sociétés à se mettre en
conformité ?

02.01 François-Xavier de Donnea (MR): Het

nieuwe Wetboek van vennootschappen dat op 6
februari 2001 in werking is getreden, verplicht de
vennootschappen hun statuten binnen de drie jaar
aan te passen.

Omdat slechts weinig vennootschappen hieraan
binnen de gestelde termijn gevolg hadden gegeven,
werd die termijn verlengd tot 1 oktober 2005.

Indien de vennootschappen hun statuten niet
binnen de gestelde termijn hebben aangepast,
kunnen ze ontbonden worden. Die sanctie
verontrust me.

Kan u me meedelen hoeveel vennootschappen op
1 oktober 2005 hun statuten hadden aangepast?
Quid met de tegenstelbaarheid aan derden van de
akten van de vennootschappen die hun statuut niet
binnen de gestelde termijn hebben aangepast?
Welke maatregelen kan u treffen om die
vennootschappen tot meer spoed aan te zetten?

02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Mon administration n'a pas été en mesure d'obtenir
des greffes des tribunaux de commerce le
pourcentage actuel des sociétés qui restent en
défaut d'avoir adapté leurs statuts. La Fédération
royale du notariat belge souligne, toutefois, que les
demandes d'adaptation se sont multipliées ces
derniers jours.

Le législateur a eu la prudence de prendre des
dispositions afin que le défaut d'adaptation des
statuts ne soit pas de nature à porter atteinte à leur
opposabilité aux tiers.

Il est vraisemblable qu'un nombre important de
sociétés restent en défaut de satisfaire au prescrit
légal. Néanmoins, l'action en dissolution peut se
voir temporairement suspendue par le tribunal.
Toutefois, si ce phénomène persiste, il ne faudrait
pas exclure l'adoption de sanctions adéquates à
l'encontre de gérants et administrateurs de sociétés
récalcitrants, voire de permettre à un tiers de se
substituer à la société pour accomplir cette
adaptation.

Prochainement, je prendrai contact avec la
Fédération royale de notariat belge en vue de
mener une réflexion conjointe.

02.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Mijn

administratie is er niet in geslaagd bij de griffies van
de rechtbanken van koophandel te vernemen welk
percentage van de vennootschappen zijn statuten
nog niet aanpaste. Volgens de Koninklijke
Federatie van het Belgisch Notariaat is het aantal
aanvragen tot aanpassing de voorbije dagen echter
sterk toegenomen.

De wetgever was zo voorzichtig de nodige
maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat de
niet-aanpassing van de statuten de
tegenstelbaarheid aan derden niet in het gedrang
zou brengen.

Het is waarschijnlijk dat een groot aantal
vennootschappen nog niet aan de wettelijke
voorschriften voldoet. De vordering tot ontbinding
kan echter tijdelijk worden geschorst door de
rechtbank. Indien die toestand aanhoudt, zouden
passende sancties ten aanzien van de
zaakvoerders of bestuurders niet moeten worden
uitgesloten, of zou een derde kunnen worden
toegestaan in de plaats van de vennootschap te
treden om die aanpassing uit te voeren.

Ik zal binnenkort contact opnemen met de
Koninklijk Federatie van het Belgisch Notariaat om
daar samen over na te denken.

02.03 François-Xavier de Donnea (MR) : Les

sociétés d'une personne ou les petites PME étant,

02.03 François-Xavier de Donnea (MR):

Aangezien eenpersoonsvennootschappen of

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

en principe, moins bien informées que les grandes
sociétés, vous devriez peut-être faire une
communication officielle pour rappeler à tous ceux
qui ne lisent pas nécessairement le Moniteur qu'ils
ont encore deux mois pour se mettre en ordre.

KMO's in principe minder goed geïnformeerd zijn
dan grote bedrijven, zou u misschien een officiële
mededeling moeten doen om diegenen die niet
noodzakelijk het Staatsblad lezen, eraan te
herinneren dat ze nog over twee maanden
beschikken om al hun verplichtingen na te komen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

03 Interpellation de M. Patrick De Groote à la

vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "le problème de la décharge Radar à
Flobecq" (n° 688)

03 Interpellatie van de heer Patrick De Groote tot

de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de problematiek van het stort Radar te
Vloesbergen" (nr. 688)

03.01 Patrick De Groote (N-VA) : L'anarchie la

plus totale préside au fonctionnement de la
décharge du Radar, à Flobecq. Elle n'est plus
couverte par un permis d'exploitation et la zone
d'exploitation n'est pas conforme au plan régional.
Des bâtiments y auraient même été érigés
illégalement. La nappe phréatique est fortement
polluée par des métaux lourds, et constitue à ce
titre une menace pour des zones à haute valeur
écologique. Le propriétaire et son fils réagissent
avec une violence démesurée aux actions de
protestation. Malgré une condamnation par la
Commission européenne et en dépit des preuves
du recours à la violence, les procès-verbaux sont
systématiquement classés sans suite.

La ministre pourrait-elle faire usage de son droit
d'injonction positive pour faire poursuivre les
responsables ? Envisage-t-elle de faire réexaminer
les procès-verbaux classés sans suite ? Est-il exact
que le procureur ait donné ordre à la police de ne
pas intervenir lors de la manifestation du 27
septembre 2005 ?

03.01 Patrick De Groote (N-VA): Rond het stort

Radar in Vloesbergen heerst complete
wetteloosheid. Het zou al zeven jaar geen
exploitatievergunning hebben en de exploitatiezone
en het gewestplan overschrijden. Er zouden ook
illegale bouwwerken hebben plaatsgevonden. Het
grondwater is er sterk vervuild door zware metalen,
wat een bedreiging vormt voor ecologisch
waardevolle gebieden. Bij protestacties gebruiken
de eigenaar en zijn zoon excessief geweld.
Ondanks een veroordeling door de Europese
Commissie en bewijzen van het geweld worden de
PV's telkens geseponeerd.

Wil de minister haar positief injunctierecht
gebruiken om de verantwoordelijken te vervolgen?
Wil zij de heropening van de geseponeerde PV's
gelasten? Klopt het dat de politie de opdracht van
de procureur heeft gekregen om tijdens de
protestactie van 27 september 2005 niet
tussenbeide te komen?

03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais) : La décharge du Radar n'est plus
exploitée depuis le 24 juin 2002. Elle a même été
mise sous scellés le 3 mars 2005. En 2002,
l'exploitant a toutefois obtenu l'autorisation d'y
déverser des déchets non dangereux pour
renforcer un talus éboulé et de procéder à des
travaux d'entretien de certaines voiries.

Ces travaux ont donné lieu à des plaintes qui se
sont révélées non fondées. Si une dérogation aux
plans initiaux a été constatée, elle a été régularisée
par le collège des bourgmestre et des échevins. Le
12 mai, le comité est revenu sur cette décision et
une régularisation a été exigée par la voie d'une
nouvelle demande de permis. Le 10 juin et le 26
septembre, le bourgmestre a tenté de faire obstacle
à l'asphaltage des voiries mais le procureur général

03.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

De stortplaats Radar wordt sinds 24 juni 2002 niet
meer geëxploiteerd. Op 3 maart 2005 werd ze zelfs
verzegeld. In 2002 kreeg de uitbater wel de
toestemming om niet-gevaarlijk afval te storten om
een ingestort talud te verstevigen en om
onderhoudswerken uit te voeren aan bepaalde
wegen.

Naar aanleiding van deze werken kwamen er
klachten binnen die niet gegrond bleken. Wel werd
een afwijking van de oorspronkelijke plannen
vastgesteld, die door het college van burgemeester
en schepenen werd geregulariseerd. Op 12 mei
kwam het comité op deze beslissing terug en werd
een regularisatie geëist door middel van een
nieuwe vergunningsaanvraag. De burgemeester
probeerde op 10 juni en 26 september de

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

a estimé que ces travaux ne nécessitent pas de
demande de permis.

Je ne vois aucune raison de faire usage de mon
droit d'injonction positive.

verhardingswerken aan de wegen te verhinderen,
maar volgens de procureur-generaal zijn deze
werken niet vergunningsplichtig.

Ik zie geen reden om mijn positief injunctierecht te
gebruiken.

(En français) Aucune plainte relative aux incidents
qui se sont produits le 27 septembre 2005 n'est
encore parvenue au parquet de Tournai. Il a été
conseillé au caméraman de la VRT dont la caméra
a été détruite d'introduire une plainte auprès du
parquet, mais celui-ci ne l'a pas fait.

(Frans) Het parket van Doornik ontving nog geen
klachten over de incidenten van 27 september
2005. De VRT-cameraman wiens camera
vernietigd werd, kreeg de raad klacht in te dienen
bij het parket maar heeft dat niet gedaan.

(En néerlandais) Le caméraman de la VRT a
toutefois déposé plainte auprès de la police
d'Audenarde alors que le bourgmestre n'a quant à
lui pas déposé plainte. Les services d'inspection
policière ont examiné la façon d'agir de la police ce
jour-là et n'ont constaté aucune irrégularité.

(Nederlands) De VRT-cameraman diende wel
klacht in bij de politie van Oudenaarde, de
burgemeester diende geen klacht in. De politie-
inspectiediensten onderzochten de manier van
handelen van de politie die dag en stelden geen
onregelmatigheden vast.

(En français) Il est encore trop tôt pour décider si je
dois utiliser mon droit d'injonction positive. Je ne le
ferai que si c'est indispensable.

(Frans) Het is nog te vroeg om te beslissen of ik
van mijn positief injunctierecht moet gebruik maken.
Ik zal dit enkel doen als het niet anders kan.

03.03 Patrick De Groote (N-VA) : L'exploitant

abuse du permis délivré pour stabiliser les sols, afin
de pouvoir continuer à effectuer des déversements.
Les autorités européennes ont déjà fait savoir que
les irrégularités commises sur la décharge n'étaient
pas seulement de la responsabilité de l'exploitant
mais aussi de celle des autorités belges. Je
demande à la ministre d'assumer ses
responsabilités en demandant au parquet de traiter
ce dossier en priorité et d'analyser
scrupuleusement la situation. Je dépose une
motion allant dans ce sens.

03.03 Patrick De Groote (N-VA): De toestemming

om de grond te stabiliseren wordt misbruikt om te
kunnen blijven storten. De Europese overheid heeft
er al op gewezen dat niet alleen de exploitant, maar
ook de Belgische overheid verantwoordelijk is voor
wat er misloopt op de stortplaats. Ik vraag de
minister om haar verantwoordelijkheid op te nemen
door het parket te vragen dit dossier met prioriteit
aan te pakken en de situatie grondig te
onderzoeken. Ik dien een motie in die zin in.

Motions

Moties

En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.

Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.

Une motion de recommandation a été déposée par
M. Patrick De Groote et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. Patrick De
Groote
et la réponse de la vice-première ministre et
ministre de la Justice,
demande à la ministre
d'user de son droit d'injonction positive afin de
poursuivre les responsables de la décharge du
Radar à Flobecq et de rouvrir les procès-verbaux
dressés contre lesdits responsables et qui avaient
été classés sans suite."

Een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heer Patrick De Groote en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Patrick De
Groote
en het antwoord van de vice-eerste minister en
minister van Justitie,
vraagt de minister
haar positief injunctierecht te gebruiken om de
verantwoordelijken over het stort Radar in
Vloesbergen te vervolgen en de geseponeerde
processen-verbaal tegen de verantwoordelijken te
heropenen."

Une motion pure et simple a été déposée par MM. Een eenvoudige motie werd ingediend door de

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

Dirk Van der Maelen, François-Xavier de Donnea et
Alfons Borginon.

heren Dirk Van der Maelen, François-Xavier de
Donnea en Alfons Borginon.

Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.

La discussion est close.

Over de moties zal later worden gestemd.

De bespreking is gesloten.

04 Question de M. François-Xavier de Donnea à

la vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "la formation des ministres du culte en
Belgique" (n° 8395)

04 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea

aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de opleiding van de bedienaars van
de eredienst in België" (nr. 8395)

04.01 François-Xavier de Donnea (MR): La Cour

d'arbitrage a rendu le 28 septembre un arrêt sur le
recours en annulation de la loi du 20 juillet 2004
portant création d'une commission chargée du
renouvellement des organes du culte musulman. Je
me réjouis que la loi n'ait pas été annulée, vu les
spécificités de ce culte, sans "structure préétablie
et universellement reconnue".

Maintenant que le nouvel Exécutif des musulmans
peut se mettre en place, le moment est venu de se
poser la question de la formation de ses ministres
du culte.

En la matière, la Belgique accuse un retard
important : la Hollande a rendu obligatoire dès
septembre 2005 la formation des imams par un
enseignement universitaire sur son sol. A partir de
2008, les cinq cents imams du pays devront l'avoir
suivi. En France, la question est en débat, et en
Suède, les autorités acceptent des imams formés
dans des centres étrangers, mais reconnus pour
leur adhésion à un Islam démocratique.

En Belgique, il n'y a pas d'avancée en la matière,
par crainte d'ingérence du législateur dans la liberté
constitutionnelle des cultes. Toutefois, la Cour
d'arbitrage a confirmé que l'ingérence n'est pas
interdite si elle est raisonnable et non-
disproportionnée.

Il n'appartient certes pas au gouvernement d'un
pays démocratique de définir le contenu d'un
enseignement théologique, religieux ou
philosophique. Mais il peut être de la responsabilité
d'un gouvernement démocratique de veiller à ce
que tous les ministres de tous les cultes reconnus
(et les conseillers laïques) aient suivi une formation
universitaire. C'est déjà le cas pour plusieurs
cultes, mais cela devrait être généralisé à tous.

A ce sujet, il me revient qu'un groupe

04.01 François-Xavier de Donnea (MR): Het

Arbitragehof velde op 28 september een arrest over
het verzoek tot vernietiging van de wet van 20 juli
2004 tot oprichting van een Commissie belast met
de hernieuwing van de organen van de islamitische
eredienst. Het verheugt me dat die wet niet werd
vernietigd, gelet op de specifieke kenmerken van
de islamitische eredienst, die geen "vooraf
vastgestelde en universeel erkende structuur" kent.

Nu de nieuwe Executieve van de Moslims er kan
komen, rijst de vraag naar de opleiding van de
bedienaars van de eredienst.

Op dat vlak kampt ons land met een aanzienlijke
achterstand: in Nederland werd voor de imams
sinds september 2005 het volgen van een
universitaire opleiding in Nederland verplicht
gemaakt. Tegen 2008 zullen de 500 imams in
Nederland zo'n opleiding achter de rug moeten
hebben. In Frankrijk is het debat aan de gang. In
Zweden worden imams aanvaard die een opleiding
volgden in een buitenlands centrum, dat echter
over een erkenning moet beschikken op grond van
zijn democratische islambeleving.

In België werd nog geen enkele vooruitgang
geboekt, uit vrees voor een inmenging van de
wetgever in de grondwettelijke vrijheid van
eredienst. Het Arbitragehof heeft echter bevestigd
dat inmenging niet verboden is indien ze redelijk en
niet onevenredig is.

Het is zeker niet de rol van de regering van een
democratisch land de inhoud van een theologisch,
religieus of filosofisch onderricht te bepalen. Maar
het is wel de verantwoordelijkheid van een
democratische regering ervoor te waken dat alle
bedienaars van de erkende erediensten (en de
lekenconsulenten) een universitaire opleiding
hebben gevolgd. Dat is nu al voor verschillende
erediensten het geval, maar zou tot alle
erediensten moeten worden veralgemeend.

Ik heb in dat verband vernomen dat een

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

d'accompagnement au sein de la Fondation Roi
Baudouin étudie un projet en ce sens. Deux
sociologues de l'ULB et de Gand auraient été
chargés de dresser un état des lieux de la situation
dans les trois Régions du pays, et de formuler des
propositions au vu des initiatives des pays voisins.

Où en sont les travaux de ce groupe de travail ? A-
t-il déposé certaines conclusions ou rapports
intermédiaires, et lesquels ? Si non, quand
attendez-vous son rapport ?

begeleidingsgroep binnen de Koning
Boudewijnstichting een project in die zin
bestudeert. Twee sociologen, van de ULB en van
de Gentse universiteit, zouden ermee belast zijn
een stand van zaken van de toestand in de drie
Gewesten op te maken en in het licht van de
initiatieven in onze buurlanden voorstellen te
formuleren.

Hoe staat het met de werkzaamheden van die
werkgroep? Diende hij al bepaalde besluiten of
tussentijdse verslagen in? Zo ja, welke? Zo nee,
wanneer komt het verslag er?

Avez-vous déjà évoqué la question de la formation
avec les représentants des cultes reconnus ?
Quelles sont les positions qui s'esquissent ?

Quels sont les critères de votre administration pour
accorder son agréation aux ministres venant de
l'étranger ?

Depuis la régionalisation du 1

janvier 2002 d'une

partie des compétences en matière de culte, avez-
vous eu des contacts avec vos homologues
régionaux et communautaires ? Ces contacts
s'imposent avec les Communautés puisque
l'enseignement relève de leurs compétences. Si
oui, où en sont les discussions sur ce dossier ?

Hebt u het thema van de opleiding reeds met de
vertegenwoordigers van de erkende erediensten
besproken? Welke standpunten worden ter zake
ingenomen?

Welke criteria hanteert uw departement bij de
erkenning van bedienaars die uit het buitenland
afkomstig zijn?

Hebt u contact gehad met uw ambtgenoten op
gewestelijk en gemeenschapsniveau sinds een
gedeelte van de bevoegdheden inzake de
erediensten op 1 januari 2002 werd
geregionaliseerd? Met de Gemeenschappen is
dergelijk contact vereist omdat zij voor het
onderwijs instaan. Zo ja, hoever staan de
besprekingen over dit dossier?

04.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Pour ma part, ce dossier est non seulement
sensible mais aussi prioritaire.

La fondation Roi Baudouin s'occupe effectivement
de la question pour le moment mais n'a pas encore
déposé de rapport. Dans ce cadre, elle établit
notamment un état des lieux des formations des
imams dans d'autres pays européens.

Le nouvel exécutif est maintenant formé. J'ai déjà
fait savoir que j'estimais la formation des imams
prioritaire, et le nouvel exécutif pense de même.

Il va falloir déterminer comment travailler sur ce
sujet dans le respect du prescrit constitutionnel.
Tous les cultes doivent évidemment être mis sur
pied d'égalité. On ne peut pas imposer des
obligations à l'un et non aux autres.

A cet égard, j'ai constitué une commission
composée des membres de la Cour des comptes,
de la Cour d'arbitrage, du Conseil d'État et de

04.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans):

Persoonlijk vind ik dit dossier niet alleen delicaat
maar ook prioritair.

De Koning Boudewijnstichting buigt zich momenteel
over deze aangelegenheid maar heeft er nog geen
verslag over uitgebracht. In dat verband brengt zij
de opleidingen in kaart die de imams in andere
Europese landen genieten.

De nieuwe executieve is nu samengesteld. Ik heb
reeds te kennen gegeven dat ik de opleiding van de
imams als prioritair beschouw, en de nieuwe
executieve is dezelfde mening toegedaan.

We zullen moeten uitmaken hoe we dit onderwerp
met de nodige eerbied voor de grondwettelijke
bepalingen kunnen benaderen. Het spreekt voor
zich dat alle erediensten op voet van gelijkheid
moeten worden behandeld. We kunnen geen
verplichtingen opleggen aan een eredienst zonder
dat ook voor de overige te doen.

In dat verband heb ik een commissie
samengesteld, bestaande uit leden van het
Rekenhof, het Arbitragehof, de Raad van State en

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

spécialistes des universités, pour déterminer
comment travailler sur le statut social des ministres
du culte. Lors de la discussion sur la dernière loi-
programme, nous avions dit qu'il fallait une réflexion
sur ce statut (cumul des fonctions, âge de la
retraite, discriminations éventuelles entre les cultes,
etc.).

Lors de ma rencontre avec ces personnalités, j'ai
souligné que leur réflexion devait nous permettre
de connaître la latitude constitutionnelle pour le
législateur en la matière, mais aussi pour la
formation des ministres du culte, et de nous faire
savoir si un changement de la Constitution était
nécessaire.

specialisten van de universiteiten, die zal bepalen
hoe rond het sociaal statuut van de bedienaars van
de eredienst kan worden gewerkt. Tijdens de
bespreking van de laatste programmawet waren we
het er immers over eens dat over dat statuut moest
worden nagedacht (combineren van functies,
pensioenleeftijd, mogelijke discriminatie tussen de
verschillende erediensten, enz.).

Tijdens mijn ontmoeting met die prominenten heb ik
onderstreept dat wij op grond van hun werk zullen
kunnen bepalen hoeveel marge de wetgever heeft
om aan de opleiding van de bedienaars van de
eredienst te raken, uiteraard mits naleving van de
grondwettelijke bepalingen. Dankzij hun beraad
zullen wij ook kunnen beslissen of de Grondwet al
dan niet moet worden aangepast.

J'espère que ce ne sera pas nécessaire, car un
changement de la Constitution en la matière est
toujours délicat. Donc, je leur ai demandé
d'examiner comment, dans le respect de la
Constitution, proposer un cadre pour l'ensemble
des cultes reconnus, y compris en matière de
formation. Pour les autres cultes, il y a déjà une
formation, mais si celle du culte musulman est
reconnue, il faudra le faire pour les autres aussi.

Au niveau des cultes, les ministres semblent
ouverts, voire demandeurs. La commission
d'accompagnement est constituée. J'espère
recevoir son rapport pour août prochain. D'ici-là,
nous continuerons à travailler avec les
Communautés, compétentes en matière de
formation. Il n'incombe pas au gouvernement
fédéral de créer un institut de formation théologique
pour les ministres du culte musulman. Par ailleurs,
tant la Communauté flamande que la Communauté
française envisagent de prévoir des formations
spécifiques pour les futurs ministres du culte.

Pour les ministres du culte venant de l'étranger, les
modalités sont plus faciles, car ils doivent obtenir
une autorisation de séjour provisoire de l'Office des
étrangers. Pour ce faire, ils doivent notamment
produire un document de formation religieuse. Ils
peuvent aussi être soumis à une vérification de
sécurité dans le respect de la loi de 1998. A cet
égard, la latitude pour intervenir est sans doute plus
grande, mais pour les ministres du culte vivant en
Belgique, il faut agir autrement.

Ik hoop dat dat niet nodig zal zijn, want een
grondwetswijziging op dat punt is altijd een heikele
kwestie. Ik heb hun dus gevraagd te onderzoeken
op welke manier conform de Grondwet een kader
kan worden aangereikt voor het geheel van de
erkende erediensten, ook wat vorming betreft. Voor
de overige erediensten bestaat er al een opleiding,
maar als die voor de islamitische eredienst erkend
is, moet dat voor de andere ook gebeuren.

De bedienaars van de erediensten zijn hier
kennelijk wel voor te vinden, en vragen zelfs een
regeling. De begeleidingscommissie werd intussen
geconstitueerd. Ik hoop tegen volgend jaar
augustus over het rapport van de commissie te
kunnen beschikken. Tot dan zullen we met de
Gemeenschappen, die over vorming gaan, blijven
samenwerken. Het staat niet aan de federale
overheid om een instituut voor theologische
vorming op te richten voor de bedienaars van de
islamitische eredienst. Zowel de Vlaamse als de
Franse Gemeenschap hebben trouwens plannen
om in specifieke opleidingen te voorzien voor
toekomstige bedienaars van de eredienst.

Voor uit het buitenland afkomstige bedienaars van
de eredienst is het eenvoudiger: zij moeten een
voorlopige verblijfsvergunning hebben van de
Dienst Vreemdelingenzaken. Om die te kunnen
aanvragen moeten zij onder meer een document
voorleggen tot staving van hun religieuze opleiding.
Ze kunnen ook onderworpen worden aan een
veiligheidsverificatie met inachtneming van de wet
van 1998. Wat dat betreft is er dus meer
bewegingsruimte om in te grijpen, maar voor
bedienaars van de eredienst die in België wonen,
moet een andere benadering gekozen worden.

04.03 François-Xavier de Donnea (MR): Votre

réponse appelle quelques remarques. Il faut faire

04.03 François-Xavier de Donnea (MR): Sta mij

toe enkele opmerkingen te formuleren in verband

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

comprendre aux cultes qu'il n'est pas question
d'établir des discriminations en matière de
formation et être plus exigeant pour les uns ou les
autres. C'est d'ailleurs dans l'intérêt des cultes eux-
mêmes ; un culte sera d'autant plus attrayant que
les ministres sont bien formés et pourront répondre
qualitativement aux attentes.

Dans les pays majoritairement musulmans, les
ministres du culte doivent suivre une formation
d'enseignement supérieur.

met uw antwoord. Men moet de erediensten aan
het verstand brengen dat we geen discriminatie
willen op het stuk van de opleiding en dat het niet
de bedoeling is meer eisen te stellen aan de ene
eredienst dan aan de andere. De erediensten
hebben er trouwens zelf belang bij: een eredienst
zal immers meer mensen aantrekken als de
bedienaars ervan goed opgeleid zijn en op een
deugdelijke manier aan de verwachtingen van de
gelovigen kunnen voldoen.

In landen waar de meerderheid van de bevolking uit
moslims bestaat, moeten de bedienaars van de
eredienst hoger onderwijs gevolgd hebben.

Il est normal que nous demandions à tous les
cultes de veiller à ce que leurs ministres soient bien
formés. Mais nous devons le faire en respectant les
principes de non-discrimination et le prescrit
constitutionnel. En la matière, certaines choses ne
pourront être obtenues que dans le cadre de
négociations. Mais réviser la Constitution sur ce
point nous entraînerait fort loin et serait très
compliqué.

Het is logisch dat wij alle erediensten vragen om
voor de goede opleiding van hun bedienaars te
zorgen. Dit moet evenwel gebeuren met
inachtneming van de beginselen van niet-
discriminatie en van de grondwettelijke bepalingen.
Ter zake zullen bepaalde zaken enkel in het kader
van onderhandelingen kunnen worden verkregen.
Maar een grondwetsherziening op dit punt zou zeer
verregaande gevolgen hebben en zeer ingewikkeld
zijn.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

05 Question de M. Dirk Van der Maelen à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur "la
collaboration entre la Belgique et le Sénégal en
vue de l'extradition d'Hissène Habré" (n° 8483)

05 Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de samenwerking tussen België en Senegal met
het oog op de uitlevering van Hissène Habré"
(nr. 8483)

05.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Quelle

collaboration est-elle mise en oeuvre entre les
autorités judiciaires belges et sénégalaises en vue
d'accélérer l'extradition du dictateur tchadien M.
Habré ?

Ce dossier revêt une grande valeur symbolique et
pourrait avoir un effet préventif sur les dictateurs
africains. Je demande instamment que le SPF
Justice adopte une attitude militante, comme dans
l'affaire Pinochet, pour laquelle une équipe de
juristes belges avait été envoyée sur place.

05.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): Welke

samenwerking wordt er ontwikkeld tussen de
Belgische gerechtelijke overheden en die van
Senegal om de uitlevering van de Tsjaadse dictator
Habré te bespoedigen?

Dit dossier heeft een belangrijke symboolwaarde en
zou een preventief effect kunnen hebben op
Afrikaanse dictators. Ik dring aan op een militante
houding van de FOD Justitie, naar het voorbeeld
van de zaak-Pinochet, toen een Belgisch team van
juristen werd uitgestuurd.

05.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais) : Le 19

septembre, un juge

d'instruction belge a délivré un mandat d'arrêt
international, qui a été suivi le même jour d'une
demande d'arrestation provisoire d'Interpol. Deux
demandes d'extradition ont été transmises à Dakar
par la voie diplomatique et elles ont immédiatement
été transmises aux ministres sénégalais de la
Justice et des Affaires étrangères. La procédure
d'extradition suit son cours et elle sera suivie dans

05.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Op 19 september werd door een Belgische
onderzoeksrechter een internationaal
aanhoudingsbevel afgeleverd, dat dezelfde dag
werd gevolgd door een verzoek tot voorlopige
arrestatie van Interpol. Via diplomatieke weg
kwamen twee oorspronkelijke verzoeken tot
uitlevering aan in Dakar, die onmiddellijk aan de
Senegalese ministers van Justitie en Buitenlandse
Zaken werden bezorgd. De uitleveringsprocedure

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

les prochaines semaines d'un avis de la chambre
des mises en accusation de la cour d'appel de
Dakar.

Les autorités belges sont informées par notre
ambassade sur place de l'état d'avancement du
dossier. Il importe de traiter cette demande
d'extradition dans le respect des procédures belge,
sénégalaise et de droit international, ainsi que du
principe de la séparation des pouvoirs. Si les
avocats de M. Habré devaient découvrir certains
vices de procédure, les poursuites en Belgique
pourraient être entachées de nullité absolue.

kent haar beloop en wordt in de komende weken
gevolgd door een advies van de Kamer van
Inbeschuldigingstelling van het hof van beroep te
Dakar.

De Belgische autoriteiten worden via onze
ambassade ter plaatse op de hoogte gehouden van
de stand van zaken in het dossier. Het is belangrijk
dit verzoek tot uitlevering te behandelen met
naleving van de rechtspleging van het Belgisch,
Senegalees en internationaal recht en het beginsel
van de scheiding der machten. Wanneer de
advocaten van Habré daarin fouten kunnen vinden,
zou de vervolging in België aangetast kunnen zijn
door absolute nietigheid.

05.03 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : L'ONG

Human Rights Watch s'inquiète de l'issue de cette
affaire. En effet, M. Habré a non seulement acheté
le soutien d'une partie de la société sénégalaise,
mais également d'un certain nombre d'éminents
juristes internationaux. C'est pourquoi il serait
positif que, comme elle l'a fait à l'époque pour la
justice britannique et espagnole, la Belgique
délègue une équipe de juristes spécialisés pour
assister la justice sénégalaise.

05.03 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): De ngo

Human Rights Watch is ongerust over de afloop
van de zaak. Habré heeft immers niet alleen de
steun gekocht van een deel van de Senegalese
samenleving, maar ook van een aantal zeer sterke
internationale juristen. Daarom zou het goed zijn
mocht België, zoals het destijds het Britse en
Spaanse gerecht heeft bijgestaan met een team
gespecialiseerde juristen, dat nu ook doen voor de
Senegalese justitie.

05.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Les autorités sénégalaises ont obtenu le soutien de
la Commission européenne et du Parlement
européen quant au respect des règles. Pour le
moment, je n'ai donc pas du tout envie de les
pointer du doigt.

05.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wat

het naleven van de regels betreft, heeft de
Senegalese overheid de steun van de Europese
Commissie en het Europees Parlement gekregen.
Momenteel heb ik dus geen zin om de
Senegalezen met de vinger te wijzen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

06 Question de M. Guy Swennen à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur
"les déclarations de certains magistrats" (n°
8409)

06 Vraag van de heer Guy Swennen aan de vice-

eerste minister en minister van Justitie over
"uitspraken van magistraten" (nr. 8409)

06.01 Guy Swennen (sp.a-spirit): Si

l'indépendance du pouvoir judiciaire est consacrée
par la Constitution, les magistrats ne peuvent
exprimer publiquement leurs opinions personnelles
sur des questions éthiques, philosophiques ou
politiques. S'ils le font et que la magistrature elle-
même ne réagit pas, c'est la confiance des
justiciables dans la neutralité et l'objectivité des
juges qui est ébranlée. La ministre peut-elle
rappeler le magistrat concerné à l'ordre ?

06.01 Guy Swennen (sp.a-spirit): De

onafhankelijkheid van de rechterlijke macht is
grondwettelijk gewaarborgd. Daartegenover staat
wel dat magistraten in het openbaar hun
persoonlijke meningen over ethische, filosofische of
politieke kwesties niet mogen ventileren. Gebeurt
dit toch, zonder dat daarop gereageerd wordt vanuit
de magistratuur zelf, dan wordt het vertrouwen van
de rechtsonderhorigen in de neutraliteit en de
objectiviteit van de rechters geschokt. Heeft de
minister in dergelijke gevallen de mogelijkheid om
de betrokken magistraat terecht te wijzen?

06.02 Laurette Onkelinxn, ministre (en français) :

Je vais vous donner l'état des lieux à l'heure
actuelle, qui devra éventuellement encore être

06.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik zal u

de huidige stand van zaken schetsen. Wijzigingen
zijn uiteraard steeds mogelijk.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

modifié.

(En néerlandais) L'article 51 de la Constitution
dispose que les juges sont indépendants dans
l'exercice de leurs compétences juridictionnelles.
La ministre de la Justice ne dispose que d'une
compétence disciplinaire à l'égard des
fonctionnaires du ministère public, mais non à
l'égard des magistrats du siège. Conformément à
l'article 410 du Code judiciaire, seuls les premiers
présidents des cours et les présidents des
tribunaux peuvent engager une procédure
disciplinaire contre les membres de leur cour ou de
leur tribunal. Les peines lourdes à l`encontre de la
magistrature assise ne peuvent être prononcées
que par les premières chambres des cours d'appel,
des cours du travail et de la Cour de cassation ou
par l'assemblée générale de la Cour de cassation.
Il a également été institué un Conseil national de
discipline compétent pour examiner les faits
passibles de peines disciplinaires majeures et pour
rendre un avis à ce sujet. Ce Conseil national de
discipline est déjà opérationnel.

(Nederlands) Artikel 151 van de Grondwet bepaalt
dat de rechters onafhankelijk zijn in de uitoefening
van hun rechtsprekende bevoegdheden. De
minister van Justitie heeft enkel een tuchtrechtelijke
bevoegdheid ten aanzien van de ambtenaren van
het openbaar ministerie, maar niet ten aanzien van
de magistraten van de zetel. Overeenkomstig
artikel 410 van het Gerechtelijk Wetboek kunnen
enkel de eerste voorzitters van de hoven en de
voorzitters van de rechtbanken een tuchtprocedure
instellen tegen de leden van hun hof of rechtbank.
Zware straffen ten aanzien van de zittende
magistratuur kunnen enkel uitgesproken worden
door de eerste kamers van de hoven van beroep,
van de arbeidshoven en van het Hof van Cassatie,
of door de algemene vergadering van het Hof van
Cassatie. Er is ook een Nationale Tuchtraad
opgericht, die bevoegd is om feiten die in
aanmerking komen voor zware tuchtstraffen te
onderzoeken en hierover advies te geven. De
Nationale Tuchtraad is reeds operationeel.

06.03 Guy Swennen (sp.a-spirit): En l'absence

d'une réaction de la magistrature elle-même, le
monde politique est impuissant. Mais cela ne doit
pas nécessairement demeurer ainsi.

06.03 Guy Swennen (sp.a-spirit): Als de reactie

vanuit de magistratuur zelf uitblijft, staat de politiek
machteloos. Maar dat hoeft niet zo te blijven.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

07 Question de M. André Frédéric à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur
"des marques de vêtements à caractère raciste"
(n° 8487)

07 Vraag van de heer André Frédéric aan de vice-

eerste minister en minister van Justitie over
"'racistische' kledingmerken" (nr. 8487)

07.01 André Frédéric (PS): Depuis peu, sont

apparues sur le marché des marques de vêtements
à caractère raciste et xénophobe. Ces vêtements
sont souvent portés par la jeunesse extrémiste, tels
les skinheads. Certaines marques, comme
Lonsdale ont été détournées à des fins politiques :
en ne laissant apparaître que les lettres centrales,
l'allusion au NSDAP. est faite impunément. La
marque en question s'est rendu compte de la
dérive et a essayé de se donner une image
différente en soutenant et sponsorisant une série
d'actions comme des équipes de football issues de
l'immigration africaine.

Depuis, les mouvements extrémistes appellent au
boycott de cette marque et invitent leurs membres
à se tourner vers d'autres Fred Perry, Thor Steinar,
dont le logo a d'ailleurs été interdit en Allemagne en
novembre 2004, Ben Sherman) qui sont adulées
par cette mouvance extrémiste.

07.01 André Frédéric (PS): Onlangs zijn

racistische en xenofobe kledingmerken op de markt
opgedoken. Dit soort kleding kent vooral bij
extremistische jongeren zoals de skinheads heel
wat succes. Sommige merken, zoals "Lonsdale",
worden voor politieke doeleinden misbruikt. Door
enkel de middelste letters te tonen kan men
straffeloos naar de NSDAP verwijzen. Het merk in
kwestie heeft er zich rekenschap van gegeven dat
het misbruikt werd en heeft zich een nieuw imago
willen aanmeten door een reeks projecten zoals
voetbalploegen die uit Afrikaanse migranten zijn
samengesteld, te sponsoren.

Sindsdien hebben de extremistische bewegingen
tot een boycot van dat merk opgeroepen en sporen
ze hun leden aan om andere merken te kopen
zoals "Fred Perry", "Thor Steinar" - waarvan het
logo trouwens in november 2004 in Duitsland
verboden werd en "Ben Sherman", merken dus
waar de extremistische beweging op kickt.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

Or, cela crée une émulation chez nos jeunes
adolescents dans nos écoles secondaires. Et cela
m'inquiète.

Disposez-vous d'informations supplémentaires sur
cet état de fait ? Si la dérive extrémiste de ces
marques était avérée, ne conviendrait-il pas de les
interdire ? L'état actuel du droit, soit la loi du 3 juillet
1981 tendant à réprimer certains actes inspirés par
le racisme et la xénophobie, ne permet-il pas d'agir
efficacement ?

Het verontrust me dat dit tot navolging leidt bij onze
pubers in het middelbaar onderwijs.

Beschikt u over meer informatie ter zake? Als die
merken er inderdaad ongeoorloofde extremistische
praktijken op nahouden, moeten ze dan niet
verboden worden? Volstaat de huidige wetgeving,
meer bepaald de wet van 3 juli 1981 tot bestraffing
van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven
daden, niet om hiertegen krachtdadig op te treden?

07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :

Les faits que vous décrivez sont évidemment
graves, et j'ai demandé une attention particulière à
ce phénomène au Centre pour l'égalité des
chances.

Dans l'état actuel de la législation, on ne peut pas
interdire une marque de vêtements portée par des
membres de mouvements extrémistes ou parce
que les patrons de l'entreprise de vêtements ont
des idées extrémistes.

En revanche, la jurisprudence indique que les
habitudes vestimentaires peuvent être prises en
compte dans l'analyse de la personnalité d'auteurs
de délits passibles des peines prévues par la loi du
30 juillet 1981 ou l'article 8 de la loi du 25 février
2003.

07.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De

door u aangehaalde feiten zijn uiteraard ernstig en
ik heb het Centrum voor gelijkheid van kansen
gevraagd dit verschijnsel van nabij te volgen.

De huidige wetgeving maakt het niet mogelijk een
kledingmerk te verbieden omdat het door de leden
van extremistische bewegingen wordt gedragen of
omdat de kledingproducenten extremistische
ideeën hebben.

Aan de andere kant stelt de rechtspraak dat er bij
het persoonlijkheidsonderzoek van daders van
misdrijven die strafbaar zijn krachtens de wet van
30 juli 1981 of artikel 8 van de wet van 25 februari
2003 met de klederdracht kan rekening worden
gehouden.

Par ailleurs, nous intervenons beaucoup dans la
lutte contre le racisme, la xénophobie et
l'antisémitisme, qui doit être une réelle priorité de
politique criminelle. J'ai ainsi demandé au Collège
des procureurs généraux, le 22 septembre, que la
circulaire relative à une meilleure nomenclature et à
un meilleur suivi des plaintes en matière de racisme
soit d'application pour la fin de cette année.

We doen trouwens veel om het racisme,
vreemdelingenhaat en antisemitisme te bestrijden.
Het strafrechtelijk beleid moet daar een echte
prioriteit van maken. Op 22 september heb ik aan
het College van procureurs-generaal gevraagd
erop toe te zien dat de omzendbrief betreffende
een betere nomenclatuur en follow-up van klachten
in verband met racisme tegen het einde van het
jaar zou worden toegepast.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

08 Question de M. François-Xavier de Donnea à

la vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "l'entrave à la circulation publique lors de la
grève de ce vendredi 7 octobre 2005 " (n° 8495)

08 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea

aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de belemmering van het openbaar
verkeer tijdens de staking van vrijdag
7 oktober 2005" (nr. 8495)

08.01 François-Xavier de Donnea (MR): Lors de

la grève du vendredi 7 octobre, des individus ont
entravé la circulation publique. Il s'agit d'un acte
particulièrement grave qui perturbe la vie sociale de
personnes qui n'ont strictement rien à voir avec les
secteurs économiques en grève. Le Code pénal
permet de sanctionner toute entrave à la circulation

08.01 François-Xavier de Donnea (MR): Tijdens

de staking van 7 oktober jongstleden hebben
personen het verkeer op de openbare weg
belemmerd. Het betreft een bijzonder ernstige daad
die het sociaal leven verstoort van mensen die
helemaal niets te maken hebben met de
bedrijfssectoren waar wordt gestaakt. Het

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

sur la voie publique. Des poursuites ont-elles été
lancées sur cette base ?

Strafwetboek maakt het mogelijk iedere
belemmering van het verkeer op de openbare weg
te bestraffen. Werd op grond van die bepalingen
vervolging ingesteld?

08.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):

Je ne dispose pas encore de chiffres complets. En
effet, les plaintes qui se basent sur l'article 406 du
Code pénal font, d'office, l'objet d'une enquête
policière. Les dossiers ne parviendront qu'ensuite
aux parquets.

08.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik

beschik nog niet over volledige cijfers. Voor
klachten die op grond van artikel 406 van het
Strafwetboek worden ingediend, vindt er
automatisch een politie-onderzoek plaats. De
dossiers zullen pas daarna aan de parketten
worden bezorgd.

Néanmoins, j'ai demandé des renseignements au
Collègue des procureurs généraux. A ce jour, seul
le parquet général de Gand m'a communiqué ses
données, dont il ressort que cinq dossiers, relevant
de la compétence du parquet de Bruges, sont
connus.

Ik heb niettemin het College van procureurs-
generaal om inlichtingen gevraagd. Tot dusver
heeft enkel het parket-generaal van Gent mij
gegevens meegedeeld. Daaruit blijkt dat 5 dossiers,
waarvoor het parket van Brugge bevoegd is,
bekend zijn.

08.03 François-Xavier de Donnea (MR): Je me

demande si certains bourgmestres, informés de
l'existence de blocages sur leur territoire, ne sont
pas en infraction au regard de l'article du Code
pénal qui impose à tout représentant de l'État
d'informer le procureur du Roi des délits dont il a
été le témoin. Il serait peut-être opportun de
rappeler à certains bourgmestres cet article du
Code pénal.

08.03 François-Xavier de Donnea (MR): Ik vraag

mij af of sommige burgemeesters, die van
blokkeringen op hun grondgebied op de hoogte
werden gebracht, het artikel van het Strafwetboek
dat bepaalt dat iedere vertegenwoordiger van de
Staat de procureur des Konings verplicht dient in te
lichten over misdrijven waarvan hij getuige is
geweest, niet hebben overtreden. Het ware
misschien opportuun sommige burgemeesters aan
het bestaan van dat artikel te herinneren.

08.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français):

Les bourgmestres agissent généralement avec
sagesse et dans le respect des articles du Code
pénal. Ils ont aussi la volonté d'éviter de plus
grandes perturbations de l'ordre public.

08.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De

burgemeesters handelen doorgaans met veel
gezond verstand en houden zich aan de artikelen
van het Strafwetboek. Zij willen ook nog grotere
verstoringen van de openbare orde voorkomen.

08.05 François-Xavier de Donnea (MR): Vous

êtes très diplomate.

08.05 François-Xavier de Donnea (MR): U is

zeer diplomatisch.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

09 Question de Mme Martine Taelman à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur
"les enquêtes sur d'éventuels mariages de
complaisance et le droit de regard dans le
dossier" (n° 8527)

09 Vraag van mevrouw Martine Taelman aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de onderzoeken naar schijnhuwelijken en het
recht van inzage in het dossier" (nr. 8527)

09.01 Martine Taelman (VLD): Certains parquets

et services de police procèdent à des enquêtes
minutieuses pour prévenir les mariages de
complaisance entre Belges et étrangers. En cas
d'avis négatif du parquet, la personne concernée
ou son avocat demande souvent à pouvoir
consulter le dossier. Quelle ligne de conduite les
parquets adoptent-ils en cette matière

? Les

mêmes règles s'appliquent-elles dans le cas d'un

09.01 Martine Taelman (VLD): Verschillende

parketten en politiediensten doen grondige
onderzoeken om de schijnhuwelijken tussen
Belgen en vreemdelingen terug te dringen. Bij een
negatief advies van het parket vraagt de
betrokkene of zijn advocaat dikwijls inzage van het
dossier. Wat is de gedragslijn voor de parketten
desbetreffend? Gelden dezelfde regels als voor een
strafdossier?

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

dossier répressif ?

09.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais): Lorsqu'il est procédé à une enquête
pénale, les règles de l'information sont
d'application, également en ce qui concerne la
consultation et la copie du dossier. L'article
28quinquies du Code d'instruction criminelle
dispose que le procureur du Roi et tout service de
police qui interroge une personne doit lui remettre
gratuitement une copie de l'interrogatoire dans le
mois. Dans des cas exceptionnels, ce délai peut
être prolongé (une seule fois) à trois mois.

09.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Als een strafonderzoek wordt gevoerd, dan zijn de
regels van het opsporingsonderzoek van
toepassing, inclusief wat betreft de inzage en het
afschrift van het dossier. Artikel 28quinquies van
het Wetboek van strafvordering bepaalt dat de
procureur des Konings en elke politiedienst die
iemand ondervraagt, hem binnen de maand gratis
een kopie van het verhoor bezorgt. In uitzonderlijke
gevallen wordt die termijn verlengd tot drie maand,
eenmaal verlengbaar.

Lorsque le fonctionnaire de l'état civil sollicite l'avis
du parquet à propos d'un mariage, il est procédé à
la rédaction d'un procès-verbal non pas pénal mais
civil qui constitue un avis non contraignant rendu à
la demande de ce fonctionnaire. Étant donné qu'il
ne s'agit pas d'une enquête de recherche, des
motifs particuliers devront pouvoir être invoqués
pour obtenir de consulter le dossier et d'en recevoir
copie. Le cas peut se présenter si le fonctionnaire
de l'état civil refuse de prononcer le mariage. Dans
certains arrondissements, ce fonctionnaire accorde
immédiatement et d'office le droit de consultation.

Enfin, le procureur du Roi peut introduire une
demande en annulation du mariage. Le parquet est
alors partie demanderesse dans une procédure
civile et les articles 736 à 740 du Code civil sont
d'application. Hormis l'examen lors de l'audience
introductive, toutes les pièces doivent être
communiquées à la partie adverse dans les huit
jours de l'introduction. Si le parquet fonde sa
demande sur les procès-verbaux de la police, ceux-
ci devront être déposés comme pièces au greffe et
communiqués à la partie adverse.

Wanneer de ambtenaar van de burgerlijke stand
voor een huwelijk het parket om advies vraagt, dan
is het opgestelde pv geen strafrechtelijk, maar een
burgerrechtelijk pv. Het betreft een niet-bindend
advies aan die ambtenaar. Aangezien het niet om
een opsporingsonderzoek gaat, zullen inzage en
afschrift slechts worden toegestaan mits daarvoor
bijzondere motieven bestaan. Dat kan bijvoorbeeld
bij een vordering tegen de ambtenaar van de
burgerlijke stand die weigert om een huwelijk te
voltrekken. In sommige arrondissementen verleent
die ambtenaar in dat geval onmiddellijk van
rechtswege inzage.

Ten slotte kan de procureur des Konings een
vordering tot nietigverklaring van het huwelijk
instellen. Het parket is dan eisende partij in een
burgerrechtelijke procedure. De artikels 736 tot 740
van het Gerechtelijk Wetboek zijn dan van
toepassing. Behalve in het geval van behandeling
op de inleidingszitting, moeten alle stukken aan de
tegenpartij worden meegedeeld binnen de acht
dagen na de inleiding. Indien het parket zijn
vordering steunt op politie-pv's, dan zullen die als
stuk moeten worden neergelegd op de griffie en
meegedeeld aan de tegenpartij.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

10 Question de M. Guido Tastenhoye à la vice-

première ministre et ministre de la Justice sur
"une nouvelle circulaire relative à la politique des
poursuites au sein des services de police
anversois" (n° 8598)

10 Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de

vice-eerste minister en minister van Justitie over
"een nieuwe omzendbrief inzake het
vervolgingsbeleid bij de Antwerpse
politiediensten" (nr. 8598)

10.01 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): Le

parquet d'Anvers a diffusé, le 16 août 2005, la
circulaire 84/2005 où figure notamment une liste de
neuf pages de délits pour lesquels la police ne peut
plus dresser de procès-verbal mais uniquement un
procès-verbal simplifié. Il concerne des faits dont

10.01 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): Op 16

augustus 2005 verspreidde het Antwerpse parket
de circulaire 84/2005, met daarin onder meer een
lijst van negen bladzijden met misdrijven waarvoor
door de politie geen pv meer mag worden
opgesteld, alleen een zogenaamd verkort pv. Het

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

l'auteur n'est pas connu. La police doit centraliser
toutes ces déclarations sur une liste conservée au
bureau de police. Les procès-verbaux ne sont plus
transmis au parquet. Par conséquent, les faits ne
font plus l'objet de la moindre enquête. Qui plus
est, la police ne peut plus enregistrer la déclaration
de la personne qui vient signaler le fait. La liste doit
être transmise chaque mois au parquet mais la
circulaire précise que les faits qui y sont
mentionnés ne sont pas comptabilisés dans les
statistiques des parquets. La police doit aussi
indiquer à la personne lésée que le procès-verbal
simplifié ne sera pas transmis au parquet et qu'il
est donc inutile qu'elle s'adresse à la justice pour
obtenir des informations.

La ministre souscrit-elle à cette méthode de travail
du parquet anversois ? La ministre veut-elle qu'on
cesse de poursuivre un grand nombre de faits à
Anvers, voire qu'on ne les comptabilise plus dans
les statistiques? Ce procédé sera-t-il étendu à tout
le pays ?

betreft feiten waarbij de dader onbekend is. De
politie moet al die aangiftes centraliseren op één
lijst die bewaard wordt op het politiekantoor. Die
pv's worden niet meer naar het parket
doorgestuurd. Er is dus geen sprake van enig
onderzoek naar de feiten. Bovendien mag de politie
niet eens meer een verklaring noteren van degene
die het feit komt aangeven. De lijst moet elke
maand aan het parket worden bezorgd, maar in de
circulaire staat dat de feiten die erop vermeld staan,
niet in de parketstatistieken worden meegeteld. De
politie moet de benadeelde ook meedelen dat het
verkort pv niet naar het parket wordt gestuurd en
dat het dus zinloos is ernaar te informeren bij het
gerecht.

Onderschrijft de minister de werkwijze van het
Antwerpse parket? Wil de minister in Antwerpen
een groot aantal feiten niet langer vervolgen en ze
zelfs niet meer in de statistieken opnemen? Zal die
werkwijze in het hele land worden opgelegd?

10.02 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais): Je me réfère à ma réponse à votre
question du 11 mai 2005 dans laquelle j'avais
exposé les principes qui doivent présider à la
rédaction d'un procès-verbal simplifié. La rédaction
d'un procès-verbal, qu'il soit simplifié ou complet,
est indépendante de la politique de poursuite mais
s'inscrit dans un processus de traitement efficace
de l'information. La majeure partie des faits figurant
sur la liste qui a été évoquée ne se prêtent à
l'établissement d'un procès-verbal simplifié que si
l'auteur est inconnu et qu'aucune trace ne permet
de l'identifier. Un auteur inconnu ne peut pas être
poursuivi et, par le passé, ces dossiers étaient
systématiquement classés sans suite. Peu importe
le type de procès-verbal où est consigné le fait.

Les faits dont l'auteur est connu et qui figurent
désormais dans un procès-verbal simplifié étaient
également classés sans suite par le passé en
raison du faible intérêt qu'ils représentaient pour la
société.

La circulaire COL 8/2005 du collège des procureurs
généraux a pour effet que tous les parquets
appliquent la même procédure. Le collège a
examiné cette circulaire sous ma présidence et
j'adhère dès lors à son contenu.

10.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Ik verwijs naar mijn antwoord op uw vraag van 11
mei 2005 waarin ik de principes heb uiteengezet
voor het opstellen van een vereenvoudigd pv. Het
opmaken van een vereenvoudigd of een volledig pv
staat los van het vervolgingsbeleid en heeft te
maken met een doelmatige verwerking van
informatie. Een groot deel van de feiten in de
genoemde lijst komt slechts in aanmerking voor
registratie met een vereenvoudigd pv wanneer de
dader onbekend is en er geen sporen tot
identificatie zijn. Een onbekende dader kan niet
worden vervolgd en die dossiers werden vroeger
ook altijd geseponeerd. Het maakt niets uit in welk
soort pv het feit is opgenomen.

De feiten met een bekende dader die voortaan in
een vereenvoudigd pv worden opgenomen, werden
vroeger ook geseponeerd omwillen van hun
geringe maatschappelijke belang.

Alle parketten hanteren dezelfde werkwijze dankzij
de circulaire COL 8/2005 van het college van
procureurs-generaal. Deze rondzendbrief werd
onder mijn voorzitterschap door het college
besproken en ik sta dan ook achter de inhoud
ervan.

M. Tastenhoye donne une fausse image des
statistiques établies par les parquets. Des procès-
verbaux simplifiés n'ont jamais été introduits dans
le système REA/TPI des parquets, sauf à Bruxelles.

De heer Tastenhoye geeft een verkeerd beeld van
de parketstatistieken. Vereenvoudigde pv's werden
nooit in het REA/TPI-systeem van de parketten
opgenomen, behalve in Brussel. Alleen de volledige

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

Ces chiffres ne tiennent compte que des procès-
verbaux complets, ce qui a entraîné des difficultés
lors de l'interprétation et de la comparaison des
chiffres des parquets. La circulaire 8/2005 étend à
présent le système des procès-verbaux simplifiés et
uniformise le mode d'enregistrement.

Les statistiques des parquets n'ont jamais constitué
un instrument réellement valable pour la
détermination de la politique en matière pénale.
Elles sont établies sur la base du nombre de
procès-verbaux, mais un procès-verbal peut acter
plusieurs faits. Le système informatique répertorie
chaque procès-verbal sous la rubrique du fait le
plus grave. Ces statistiques se prêtent dès lors
davantage à la mesure de la charge de travail des
parquets. Les statistiques policières constituent
toutefois un enregistrement plus affiné et sont
établies sur la base de l'ensemble des faits.

pv's kwamen in die cijfers terecht. Dit zorgde voor
moeilijkheden bij de interpretatie en vergelijking van
de parketcijfers. De brief 8/2005 zorgt nu voor een
uitbreiding van de vereenvoudigde pv's en een
uniforme wijze van registratie.

Parketstatistieken zijn nooit een echt valabel
instrument geweest voor het bepalen van het
strafrechtelijk beleid. Zij worden opgemaakt aan de
hand van het aantal pv's, maar een pv kan
meerdere feiten registreren. Het
informaticasysteem neemt elk pv op onder de
rubriek van het zwaarste feit. Die statistieken zijn
dus eerder geschikt voor de werklastmeting op het
parket. Politiestatistieken echter registeren
verfijnder en worden opgemaakt aan de hand van
alle feiten.

10.03 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): La

ministre ne comprend pas le sentiment
d'impuissance qu'éprouvent les citoyens qui sont
confrontés à une telle politique. Ils se sentent
abandonnés par les autorités et par les services de
police. De nombreux délits ne sont plus intégrés
dans les statistiques des parquets. Les chiffres sont
manipulés. La ministre ne réalise pas à quel point
la confiance en l'État de droit est ébranlée.

10.03 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): De

minister begrijpt het gevoel van machteloosheid
niet dat leeft bij de burgers die met dergelijk beleid
geconfronteerd worden. Zij voelen zich in de steek
gelaten door de overheid en de politie. Veel
misdrijven komen niet meer in parketstatistieken.
De cijfers worden gemanipuleerd. De minister
beseft niet hoezeer het geloof in de rechtsstaat is
aangetast.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

11 Questions jointes de

- Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'extension
du régime de la surveillance électronique"
(n° 8233)
- M. Servais Verherstraeten à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
surveillance électronique" (n° 8241)

11 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
uitbreiden van het elektronisch toezicht"
(nr. 8233)
- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
elektronisch toezicht" (nr. 8241)

11.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Il y a cinq

mois, j'avais interrogé la ministre sur l'extension du
régime de la surveillance électronique. En raison de
la récente mutinerie à la prison d'Anvers, ce thème
est de nouveau d'une actualité brûlante.
L'extension du régime de la surveillance
électronique pourrait en effet endiguer la
surpopulation de nos prisons.

Mais cette extension est trop lente. La ministre a
souligné que cette surveillance requérait beaucoup
d'argent et de personnel mais elle ne doit pas en
prendre prétexte pour abandonner sans autre
formalité l'objectif fixé dans l'accord de
gouvernement, à savoir porter à 1 300 le nombre
de détenus placés sous surveillance électronique.

11.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Vijf

maanden geleden ondervroeg ik de minister over
het uitbreiden van het elektronisch toezicht. Met de
recente opstand in de Antwerpse gevangenis wordt
dit thema opnieuw brandend actueel. De uitbreiding
van elektronisch toezicht kan de overbevolking in
onze gevangenissen immers indijken.

Deze uitbreiding gaat echter te traag. De minister
benadrukte dat zulk toezicht veel geld en personeel
vereist, maar dit mag geen excuus zijn om de
doelstelling uit het regeerakkoord om het aantal
gedetineerden onder elektronisch toezicht op 1 300
te brengen zomaar te begraven. Gedetineerden in
gevangenissen kosten trouwens ook geld. Ik heb
de indruk dat het systeem dichtslibt. In mei 2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

D'autant plus que les détenus incarcérés coûtent
aussi de l'argent. J'ai l'impression que le système
s'achemine vers la paralysie. En mai 2005, seul un
progrès de cinquante unités en l'espace de deux
ans a été enregistré.

Combien de détenus sont-ils aujourd'hui placés
sous surveillance électronique ? A quelle cause la
ministre attribue-t-elle ce peu de progrès

Combien de détenus entrent en considération pour
bénéficier de cette mesure ? Combien de détenus
pourraient-ils être placés sous surveillance
électronique

avec les moyens électroniques

disponibles actuellement ? Disposera-t-on à l'avenir
de moyens électroniques accrus de façon à ce que
les objectifs puissent être atteints ?

Combien de membres du personnel assurent-ils le
suivi des détenus placés sous surveillance
électronique ? Combien de dossiers un assistant
social se voit-il confier ? Y aura-t-il une extension
de cadre ?

En décembre 2004, la ministre avait nié que sa
mesure concernant la semi-liberté concurrençait le
régime de la surveillance électronique. Cependant,
je reçois certains signaux indiquant que de plus en
plus de détenus préfèrent le régime de semi-liberté.
La ministre le nierait-elle ?

kon er slechts een vooruitgang opgetekend worden
van vijftig eenheden in twee jaar tijd.

Hoeveel gedetineerden staan vandaag onder
elektronisch toezicht? Hoe verklaart de minister de
moeizame vooruitgang? Hoeveel gedetineerden
komen in aanmerking voor het systeem? Hoeveel
gedetineerden kunnen met de beschikbare
elektronica onder elektronisch toezicht worden
geplaatst? Komt er in de toekomst meer
elektronica, zodat de doelstellingen gehaald
kunnen worden?

Hoeveel personeel staat in voor de begeleiding van
gedetineerden onder elektronisch toezicht?
Hoeveel dossiers krijgt een maatschappelijk
assistent toegewezen? Zal het personeelskader
worden uitgebreid?

In december 2004 ontkende de minister dat haar
maatregel betreffende de halve vrijheid
concurrentie zou zijn voor het systeem van
elektronisch toezicht. Ik krijg nochtans signalen dat
meer en meer gedetineerden het systeem van
halve vrijheid verkiezen. Ontkent de minister dit?

11.02 Servais Verherstraeten (CD&V): Pour

quand est prévue l'extension à quatre cent
cinquante détenus

? Est-il exact que la liste

d'attente comprend déjà deux cents détenus ? La
ministre souhaite-t-elle toujours appliquer la
surveillance électronique à titre de peine
autonome ? Quand un projet sera-t-il déposé en
cette matière ?

Quand les nouveaux assistants de justice
entreront-ils en fonction et combien seront-ils ? Où
seront-ils affectés ? D'autres renforts administratifs
sont-ils prévus ?

Quelles ont été les mesures prises pour régler le
problème de la pénurie de personnel à la prison
d'Anvers ? Quelle est actuellement la situation de la
population carcérale ?

11.02 Servais Verherstraeten (CD&V): Wanneer

wordt de uitbreiding tot 450 gedetineerden
verwacht? Klopt het dat er reeds tweehonderd
gedetineerden op de wachtlijst staan? Wil de
minister het elektronisch toezicht nog steeds
toepassen als zelfstandige straf? Wanneer mogen
we hierover een ontwerp verwachten?

Wanneer gaan de nieuwe justitieassistenten aan de
slag en met hoeveel zullen zij zijn? Waar worden zij
tewerkgesteld? Komen er ook bijkomende
administratieve krachten?

Welke maatregelen werden er afgesproken om het
tekort aan personeel in de gevangenis van
Antwerpen weg te werken? Wat is de stand van de
gevangenispopulatie op dit moment?

11.03 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais): Le 20 octobre, trois cent quarante et
un détenus ont été placés sous surveillance
électronique. Il a été décidé de passer le plus
rapidement possible à quatre cent cinquante
détenus mais il faut du temps. Entre-temps, le
matériel nécessaire est arrivé. Il faudra recruter dix-
huit assistants sociaux. Nous pensons que ce
pourra être chose faite d'ici à février 2007. Il est

11.03 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Op 20 oktober werden er 341 gedetineerden onder
elektronisch toezicht geplaatst. Er is besloten om
dit aantal zo snel mogelijk uit te breiden naar 450,
maar dit vergt tijd. Ondertussen werd het nodige
materiaal aangeschaft. Er moeten achttien
maatschappelijk werkers worden aangeworven. Wij
gaan ervan uit dat dit kan gebeuren tegen februari
2007. Het nodige administratief personeel vinden is

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

pourra être chose faite d'ici à février 2007. Il est
très difficile de trouver le personnel administratif
nécessaire en raison des horaires variables et des
prestations de week-end et du soir. Des entretiens
d'embauche individuels avec des candidats sont
prévus à la mi-novembre.

Je ne dispose pas de chiffres absolus concernant
le nombre de détenus qui pourraient faire l'objet
d'une mesure de surveillance électronique. Il y en a
actuellement trois cent cinquante. Le matériel
nécessaire pour accroître ce nombre est
disponible, mais il n'y a pas assez de personnel.
Nous souhaitons passer progressivement à six
cents détenus sous surveillance électronique à
partir du 1er juin 2006. L'objectif du gouvernement
est de mille détenus d'ici à la fin de la législature.

erg moeilijk vanwege de vlottende dienstregelingen
en werkuren tijdens het weekend en 's avonds.
Midden november zijn individuele gesprekken met
sollicitanten gepland.

Ik heb geen absolute cijfers over het aantal
gedetineerden dat mogelijk onder elektronisch
toezicht kan worden geplaatst. Momenteel zijn dat
er 350. Het materiaal om dit aantal te verhogen is
beschikbaar, maar er is onvoldoende personeel.
Vanaf 1 juni 2006 wil men het aantal verhogen tot
zeshonderd. De doelstelling van de regering is te
komen tot duizend gedetineerden tegen het einde
van de regeerperiode.

Trente-trois travailleurs sociaux sont chargés de
l'accompagnement social. Chacun d'eux
accompagne environ onze personnes. Treize
agents sont chargés du monitoring et la liste
d'attente pour la surveillance électronique compte
cent quatre-vingts personnes.

Nous n'avons pas constaté que les détenus sont de
plus en plus nombreux à opter pour le régime de la
semi-liberté

: le nombre de prisonniers qui

demandent ce régime de surveillance électronique
est relativement stable.

L'accord de gouvernement précise que la
surveillance électronique doit devenir une peine
autonome. L'Institut national de criminalistique et
de criminologie a été chargé d'une mission d'étude
en vue de la définition d'un cadre pour l'application
de cette peine. J'attends les conclusions de cette
étude sous peu.

Les détenus étaient au nombre de neuf mille deux
cent quarante neuf le 24 octobre 2005.

Er zijn 33 maatschappelijk werkers belast met
sociale begeleiding. Elk van hen begeleidt
ongeveer elf personen. Dertien personen zijn belast
met de monitoring en 180 personen staan op de
wachtlijst voor elektronisch toezicht.

Dat meer en meer gedetineerden zouden kiezen
voor halve vrijheid kan niet worden vastgesteld. Het
aantal dat kiest voor elektronisch toezicht blijft vrij
stabiel.

In het regeerakkoord staat dat het elektronisch
toezicht een autonome straf moet worden. Een
onderzoeksopdracht werd toevertrouwd aan het
Nationaal Instituut voor Criminalistiek en
Criminologie om het kader daarvoor te bepalen.
Eerstdaags verwacht ik de conclusies van dit
onderzoek.

Er waren 9 249 gevangenen op 24 oktober 2005.

11.04 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Comme je

l'ai déjà soulevé en mai 2005, je constate à
nouveau que la ministre n'a pas avancé d'un
pouce. Le nombre de détenus placés sous
surveillance électronique a même légèrement
diminué depuis. Je ne demande pourtant que
l'exécution de l'accord de gouvernement.

L'étude relative à l'instauration du contrôle
électronique en tant que peine autonome n'en est
manifestement nulle part. Je crains que cette
mesure ne soit plus exécutée par le gouvernement
actuel. Le premier ministre a pourtant souligné
dans sa déclaration de politique fédérale que le
recours à de telles peines de substitution devait

11.04 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Net zoals ik

al zei in mei 2005, moet ik opnieuw vaststellen dat
de minister ter plaatse blijft trappelen. Het aantal
gevangenen onder elektronisch toezicht is
sindsdien zelfs lichtjes gedaald. Nochtans vraag ik
enkel om de uitvoering van het regeerakkoord.

Het onderzoek over de invoering van het
elektronisch toezicht als zelfstandige straf staat
blijkbaar nog nergens. Ik vrees dat deze maatregel
niet meer door deze regering zal worden
verwezenlijkt. De eerste minister benadrukte in zijn
beleidsverklaring nochtans dat dergelijke
alternatieven moeten worden uitgebreid.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

être renforcé.

Pourquoi toutes ces lenteurs ? Il est apparu dès le
début de 2005 qu'il fallait du personnel
supplémentaire. L'extension de cette mesure peut
réduire la surpopulation dans les prisons. En mai
2005, les statistiques de la ministre ont démontré
que près de la moitié des détenus placés sous
surveillance électronique travaillent ou suivent une
formation, autrement dit qu'ils se réintègrent. Je
demande que l'accord de gouvernement soit mis à
exécution, mais cela suppose une importante
manoeuvre de rattrapage.

Ik begrijp niet waarom alles zo traag gaat. Dat er
bijkomend personeel nodig was, bleek al begin
2005. De overbevolking in de gevangenissen kan
worden verminderd door de uitbreiding van deze
maatregel. In mei 2005 bleek uit cijfers van de
minister dat bijna de helft van de gedetineerden
onder elektronisch toezicht aan het werk is of een
opleiding volgt en zich dus reïntegreert. Ik vraag om
het regeerakkoord uit te voeren, maar dan zal er
een grote inhaalbeweging moeten worden
uitgevoerd.

11.05 Servais Verherstraeten (CD&V): Je suis

entièrement d'accord, en tant que membre de
l'opposition, avec les observations de Mme Lahaye.
Afin d'accélérer ce dossier, nous présenterons lors
des discussions budgétaires des amendements
que nous ne manquerons pas de soumettre pour
signature à Mme Lahaye.

11.05 Servais Verherstraeten (CD&V): Ik sluit me

als oppositielid volledig aan bij de opmerkingen van
mevrouw Lahaye. Bij de begrotingsbesprekingen
zullen we amendementen indienen om wat meer
vaart te krijgen in dit dossier. We zullen ze zeker ter
ondertekening voorleggen aan mevrouw Lahaye.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

12 Questions jointes de

- M. Servais Verherstraeten à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les plaintes
concernant le droit de visite" (n° 8269)
- Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
circulaire du collège des procureurs généraux à
propos du droit aux relations personnelles"
(n° 8356)

12 Samengevoegde vragen van

- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
klachten over het omgangsrecht" (nr. 8269)
- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
omzendbrief van het college van procureurs-
generaal in verband met het omgangsrecht"
(nr. 8356)

12.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): La circulaire

du 1

juillet 2005 prévoit qu'à l'exception de la non-

présentation d'un enfant, toute infraction au droit de
visite donnera lieu à l'avenir à la rédaction d'un
procès-verbal simplifié. Fin 2004, j'avais encore
préconisé le suivi, en priorité, des plaintes
concernant le non-respect du droit de visite. La
circulaire vide de sa substance un des moyens
légaux dont disposent les parents pour s'attaquer
au non-respect de ce droit.

Pourquoi le Collège des procureurs généraux a-t-il
rédigé cette circulaire ? Quel est le point de vue de
la ministre en la matière ?

12.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): De

rondzendbrief van 1 juli 2005 zegt dat inbreuken op
het bezoekrecht in de toekomst aanleiding zullen
geven tot een vereenvoudigd proces-verbaal, met
uitzondering van het niet-afgeven van kinderen.
Eind 2004 pleitte ik nog voor een prioritair
opvolgbeleid inzake klachten over het niet-naleven
van het bezoekrecht. Deze rondzendbrief ontkracht
een van de wettelijke middelen waarover ouders
beschikken om een niet-naleving aan te vechten.

Waarom stelde het college van procureurs-
generaal deze brief op? Wat is de mening van de
minister hierover?

12.02 Servais Verherstraeten (CD&V): Le

recours au procès-verbal simplifié (PVS) est
souvent justifié, mais je doute que ce soit le cas
pour les violations du droit de visite. Un PVS est en
effet rédigé pour les infractions que le législateur
considère comme « relativement peu graves ». Les
parents qui se voient refuser le droit de voir leurs
enfants craignent le classement sans suite

12.02 Servais Verherstraeten (CD&V): Het

gebruik van een vereenvoudigd proces-verbaal
(VPV) is vaak op zijn plaats, maar ik betwijfel of dit
ook geldt voor inbreuken op het omgangsrecht. Een
VPV wordt immers gebruikt voor inbreuken die
volgens de wetgever 'relatief weinig ernstig' zijn,
waardoor ouders die het recht op persoonlijk
contact met hun kinderen wordt ontzegd, vrezen

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

systématique de leurs plaintes.

Le principe va-t-il consister à l'avenir à ne jamais
traiter les plaintes concernant le droit de visite ?
Comment la ministre explique-t-elle la différence de
traitement entre les infractions en matière
d'obligation alimentaire, qui ne peuvent donner lieu
à un PVS, et les violations du droit de visite ?
Envisage-t-elle de faire revoir la circulaire ou de la
faire préciser de manière telle que les infractions
pour non-présentation d'enfant soient considérées
comme suffisamment graves pour donner lieu à un
procès-verbal normal ?

dat hun klachten stelselmatig zonder gevolg zullen
blijven.

Zal het principe in de toekomst zijn dat klachten
over het omgangsrecht de facto niet worden
behandeld? Hoe verklaart de minister het verschil
in behandeling tussen inbreuken op de
alimentatieplicht, waarvoor geen VPV kan worden
opgesteld, en die op het omgangsrecht? Overweegt
de minister om de rondzendbrief te laten herzien of
te laten verduidelijken, zodat duidelijk wordt dat ook
misdrijven inzake het niet-afgeven van kinderen als
ernstig genoeg worden beschouwd om in een
gewoon proces-verbaal uit te monden?

12.03 Laurette Onkelinx, ministre (en

néerlandais): La circulaire du 1

juillet 2005 du

Collège des procureurs généraux vise à rationaliser
le fonctionnement du parquet et des services de
police. Il est fréquent que soient faites à la police
des déclarations qui peuvent être utilisée ensuite
dans le cadre de procédures civiles. Ces procès-
verbaux pourront désormais être rédigés sous une
forme simplifiée. Il ne pourra toutefois jamais être
procédé à la rédaction d'un tel procès-verbal
simplifié en cas de non-présentation d'un enfant.

La circulaire se distingue par sa grande cohérence.
Le procureur du Roi veille à la bonne exécution des
enquêtes autonomes de la police et à la rédaction
des procès-verbaux simplifiés.

L'enfant n'étant pas une chose, je pense que nous
ne devons pas encourager les forces de l'ordre à
intervenir systématiquement et sans discernement
en cas de non-respect du droit de visite. L'article 4
du projet de loi 51-1673, qui est actuellement à
l'examen en sous-commission Droit de la famille de
la Chambre, permet au juge de faire bénéficier de
mesures de contrainte la partie qui est victime du
non-respect de la décision relative à l'hébergement
de l'enfant. Il appartiendra au tribunal de déterminer
la nature de ces mesures.

12.03 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):

Met de rondzendbrief van 1 juli 2005 wil het college
van procureurs-generaal het werk van het parket
en de politiediensten rationaliseren. Geregeld
worden bij de politiediensten verklaringen afgelegd,
zodat die gebruikt kunnen worden in burgerlijke
rechtszaken. Die processen-verbaal zullen nu
onder vereenvoudigde vorm kunnen worden
opgesteld. Een VPV kan nooit worden opgesteld bij
het niet-aanbieden van een kind.

De rondzendbrief is zeer coherent. De procureur
des Konings ziet toe op de correcte toepassing van
de autonome politionele onderzoeken en het
opstellen van vereenvoudigde processen-verbaal.

Een kind is geen ding, dus ik denk dat we de
ordediensten niet moeten aanmoedigen om
systematisch en zonder onderscheid op te treden
als het omgangsrecht niet wordt nageleefd. Artikel
4 van het wetsontwerp 51-1673, dat momenteel
wordt besproken door de subcommissie
Familierecht van de Kamer, maakt het mogelijk dat
de rechter de partij die het slachtoffer is van een
schending van de beslissing over de huisvesting
van het kind, een beroep kan laten doen op
dwangmaatregelen. De rechtbank bepaalt de aard
van deze maatregelen.

12.04 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): En

attendant, le Code pénal dispose toujours que la
violation du droit de visite est punissable. A la suite
de la circulaire, les parents craignent à juste titre
que leurs plaintes restent sans suite.

12.04 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Het

Strafwetboek bepaalt voorlopig nog steeds dat het
schenden van het bezoekrecht strafbaar is. Door
de rondzendbrief vrezen ouders terecht met hun
klachten in de kou te blijven staan.

12.05 Servais Verherstraeten (CD&V):

Actuellement déjà, seulement 2 à 3 % des délits
familiaux donnent lieu à des poursuites. Par cette
circulaire, le seuil est encore relevé. Dans la
pratique, le contrôle exercé par le procureur du Roi
sur la base de listes mensuelles demeure lettre

12.05 Servais Verherstraeten (CD&V): Nu al

geeft slechts 2 tot 3 percent van de familiedelicten
aanleiding tot vervolging. De drempel wordt door
deze rondzendbrief nog hoger. Een controle door
de procureur des Konings op basis van
maandelijkse listings blijft de facto dode letter, dat

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 721

25/10/2005

morte. La ministre le sait aussi bien que moi.
Comme les parents concernés, j'estime que les
délits de cette nature méritent une plus grande
attention.

weet de minister ook. Samen met de getroffen
ouders ben ik van mening dat misdrijven van deze
aard meer aandacht verdienen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

13 Question de M. François-Xavier de Donnea à

la vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "l'accord de coopération Beliris" (n° 8610)

13 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea

aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "het samenwerkingsakkoord
Beliris" (nr. 8610)

13.01 François-Xavier de Donnea (MR): Quelles

sont les grandes orientations retenues dans le
cadre de Beliris pour 2005-2007, dans le cadre de
l'avenant n° 9 ? Quel est le taux des engagements
et des ordonnancements ?

13.01 François-Xavier de Donnea (MR): Welke

denkpistes werden in het kader van Beliris en van
het avenant nr. 9 voor 2005-2007 vastgelegd?
Welke begrotingspercentages werden voor de
vastleggingen en ordonnanceringen vrijgemaakt?

13.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :

Les grands axes de l'avenant n° 9 sont : la
mobilité ; l'espace Bruxelles-Europe ; les bâtiments
et espaces publics ; la revitalisation des quartiers ;
les parcs urbains et les initiatives culturelles. Je
vous fournis le détail des dossiers par écrit.

Pour augmenter l'effectivité des travaux lancés à
l'initiative de Beliris, nous avons fait porter l'avenant
sur trois ans.

J'ai demandé à l'administration le tableau des
engagements et des ordonnancements mais je ne
l'ai pas encore reçu. Je vous le fournirai dès que
possible.

13.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De

grote pijlers van het avenant nr. 9 zijn: de mobiliteit
; de ruimte Brussel-Europa; de gebouwen en de
openbare ruimten ; de herwaardering van de
wijken; de stadsparken en de culturele initiatieven.
Ik zal u de details van de dossiers schriftelijk
bezorgen.

Om de doeltreffendheid van de in het kader van
Beliris opgestarte werken te verhogen, hebben wij
voor het avenant in een looptijd van drie jaar
voorzien.

Ik heb de administratie verzocht een tabel van de
vastleggingen en de ordonnanceringen op te stellen
maar heb ze nog niet ontvangen. Ik zal ze u zo snel
mogelijk bezorgen.

13.03 François-Xavier de Donnea (MR): Je verrai

alors si des questions complémentaires s'imposent.

13.03 François-Xavier de Donnea (MR): Dan zal

ik beslissen of bijkomende vragen vereist zijn.

13.04 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :

Je ne pourrai vous transmettre les tableaux que la
semaine prochaine.

13.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik kan

u de tabellen volgende week pas bezorgen.

13.05 François-Xavier de Donnea (MR): Je verrai

alors s'il est nécessaire que je revienne sur ce
point.

13.05 François-Xavier de Donnea (MR): Dan zal

ik beslissen of het nodig is om op dit punt terug te
komen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

14 Question de M. François-Xavier de Donnea à

la vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "l'entretien du Palais de Justice de Bruxelles"
(n° 8611)

14 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea

aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "het onderhoud van het
Justitiepaleis van Brussel" (nr. 8611)

14.01 François-Xavier de Donnea (MR): L'état de

propreté du Palais de Justice de Bruxelles laisse
fortement à désirer.

14.01 François-Xavier de Donnea (MR): Het

Justitiepaleis van Brussel wordt allesbehalve goed
schoongehouden.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

25/10/2005

CRABV 51

COM 721

Un tel laisser-aller ne peut que contribuer à ternir
l'image de la justice, qui a pourtant tout intérêt à
être impeccable.

Qui est responsable de l'entretien quotidien du
Palais de Justice de Bruxelles? Est-ce la Régie des
bâtiments ou le ministère de la Justice? Comment
se fait-il qu'un bâtiment aussi symbolique soit laissé
dans un tel état de saleté? Etes-vous informée de
cet état de fait et avez-vous déjà pris des mesures
pour y remédier? Si un SDF loge à l'abri du Palais
de Justice, ne serait-il pas opportun de diriger cette
personne vers les services sociaux ouverts aux
sans-abri?

Dat laisser aller bezoedelt het imago van het
gerecht, dat juist alle belang heeft bij een
vlekkeloze reputatie.

Wie is er verantwoordelijk voor het dagelijkse
onderhoud van het Brusselse Justitiepaleis, is dat
de Regie der Gebouwen of het ministerie van
Justitie? Hoe komt het dat een gebouw met zo'n
sterke symboolwaarde zo vervuild is? Is u daarvan
op de hoogte, en heeft u daar al wat aan gedaan?
Zou een dakloze die in het Justitiepaleis
beschutting zoekt, niet beter doorverwezen worden
naar de sociale diensten voor de opvang van
daklozen?

14.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :

Le SPF Justice doit assurer le nettoyage des
locaux, les travaux de rafraîchissement des
intérieurs et la gestion des installations techniques,
tandis que la Régie des bâtiments s'occupe de
l'entretien technique.

Il faut tenir compte du fait que le public a accès à
une grande partie du Palais, ce qui rend difficile le
nettoyage constant, et que, s'agissant d'un
bâtiment classé d'un âge respectable, certains
matériaux de finition n'ont plus un aspect très net.

Dès mon arrivée au département, j'ai constaté que
le budget mis à la disposition du SPF Justice pour
le rafraîchissement de l'intérieur des bâtiments ne
suffisait pas. J'ai réussi à augmenter le budget
concerné, en 2005, de 1,5 million d'euros, pour
toute la Belgique. La priorité est donnée au
rafraîchissement des locaux et des salles
d'audience. Dans les prochaines années, les
couloirs et les galeries pourront être rafraîchis.

Les crédits actuels devraient suffir à l'équipement
en matériel et produits des équipes et au
recrutement d'un nombre suffisant de personnel de
nettoyage. J'insisterai encore sur ce point puisque
je fais le même constat que vous.

14.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De

FOD Justitie staat in voor het schoonhouden van
de kantoren, de interieurverzorging en het beheer
van de technische installaties. De Regie der
Gebouwen neemt het onderhoud van de technische
voorzieningen op zich.

Men moet er rekening mee houden dat grote delen
van het Justitiepaleis toegankelijk zijn voor het
publiek. Daardoor kan het moeilijk constant
schoongemaakt worden. Gezien de respectabele
ouderdom van dit beschermde monument zien
sommige afwerkingsmaterialen er bovendien niet
meer zo fris uit.
Toen ik minister van Justitie werd, heb ik meteen
vastgesteld dat het budget waarover de FOD
Justitie beschikte voor het opknappen van het
interieur van de gebouwen niet toereikend was. Ik
ben erin geslaagd dat budget in 2005 met 1,5
miljoen euro op te trekken voor heel België. Het
opknappen van de zittingzalen en -lokalen krijgt
voorrang. De komende jaren krijgen ook de gangen
en gaanderijen een opknapbeurt.

De huidige kredieten zouden toereikend moeten
zijn om de ploegen van het nodige materiaal en de
nodige producten te voorzien en om voldoende
schoonmaakpersoneel in dienst te nemen. Ik zal
nog op dit aambeeld blijven hameren, want ik stel
hetzelfde vast als u.

En ce qui concerne les personnes qui dorment en
certains endroits, elles doivent être dirigées
d'urgence par les responsables du bâtiment vers
les services sociaux adéquats.

De mensen die op bepaalde plaatsen liggen te
slapen, moeten door het personeel van het gebouw
dat met het toezicht is belast dringend naar de
gepaste sociale diensten worden doorverwezen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

La discussion des questions et interpellation se
termine à 1 h 08.

De bespreking van de vragen en interpellaties
eindigt om 12.08 uur.

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Document Outline