CRABV 51 COM 478
CRABV 51 COM 478
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
N
ATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
mardi dinsdag
01-02-2005 01-02-2005
Matin Voormiddag

CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. David Geerts au secrétaire d'Etat
à la Simplification administrative, adjoint au
premier ministre sur "les situations kafkaïennes
dans le cadre de l'organisation de soirées pour
jeunes" (n° 5143)
1
Vraag van de heer David Geerts aan de
staatssecretaris voor Administratieve
Vereenvoudiging, toegevoegd aan de eerste
minister over "kafkaiaanse toestanden bij de
organisatie van fuiven" (nr. 5143)
1
Orateurs: David Geerts, Vincent Van
Quickenborne
, secrétaire d'Etat à la
Simplification administrative
Sprekers: David Geerts, Vincent Van
Quickenborne
, staatssecretaris voor
Administratieve Vereenvoudiging
Questions jointes de
3
Samengevoegde vragen van
3
- M. Carl Devlies au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "l'impact budgétaire du plan Verwilghen"
(n° 5123)
3
- de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister
en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
over "de begrotingseffecten van het plan
Verwilghen" (nr. 5123)
3
- Mme Simonne Creyf au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "les subsides pour
l'énergie éolienne et la liaison aux ristournes pour
les entreprises" (n° 5201)
3
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de subsidies voor
windenergie en de koppeling aan
bedrijfskortingen" (nr. 5201)
3
Orateurs: Carl Devlies, Simonne Creyf, Marc
Verwilghen
, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers: Carl Devlies, Simonne Creyf, Marc
Verwilghen
, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Question de M. Servais Verherstraeten au ministre
de l'Economie, de l'Energie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "la
procédure de nomination des directeurs des
établissements scientifiques fédéraux" (n° 5113)
7
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
benoemingsprocedure van de directeurs van
Federale wetenschappelijke instellingen"
(nr. 5113)
7
Orateurs: Servais Verherstraeten, Marc
Verwilghen
, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers: Servais Verherstraeten, Marc
Verwilghen
, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Questions jointes de
8
Samengevoegde vragen van
8
- M. Éric Massin au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le financement de
l'Institut national des Radioéléments" (n° 5161)
8
- de heer Eric Massin aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de financiering van het
Nationaal Instituut voor Radio-elementen"
(nr. 5161)
8
- M. Éric Massin au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le plan
d'investissements de l'Institut national des
Radioéléments" (n° 5203)
8
- de heer Eric Massin aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het investeringsplan van
het Nationaal Instituut voor Radio-elementen"
(nr. 5203)
8
Orateurs: , Marc Verwilghen, ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique
Sprekers: , Marc Verwilghen, minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid
Question de Mme Colette Burgeon au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la transposition
10
Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de omzetting
10
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
ii
de législations européennes" (n° 5172)
van de Europese regelgeving in Belgisch recht"
(nr. 5172)
Orateurs:
Colette Burgeon, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers:
Colette Burgeon, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Simonne Creyf au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "les assurances
maladie complémentaires et le nouveau cadre
réglementaire annoncé" (n° 5199)
11
Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
ziektekostenverzekeringen en het beloofde nieuwe
regelgevend kader" (nr. 5199)
11
Orateurs: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Simonne Creyf au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "les taxes
fédérales sur l'énergie comme cause de
l'augmentation du prix de l'énergie" (n° 5202)
13
Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de federale
taksen op energie als oorzaak van de stijging van
de energieprijs" (nr. 5202)
13
Orateurs: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Simonne Creyf au ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "le prélèvement
Elia" (n° 5264)
13
Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
handel en Wetenschapsbeleid over "de Elia-
heffing" (nr. 5264)
13
Orateurs: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique, Hagen Goyvaerts
Sprekers: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid, Hagen
Goyvaerts
Question de Mme Simonne Creyf au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "le système
bonus-malus" (n° 5237)
15
Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "het bonus-
malussysteem" (nr. 5237)
15
Orateurs: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Muriel Gerkens au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la gestion des
déchets nucléaires" (n° 5273)
16
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "het beheer
van kernafval" (nr. 5273)
16
Orateurs: Muriel Gerkens, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Muriel Gerkens, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
1

COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,
DE L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET
CULTURELLES NATIONALES, DES
CLASSES MOYENNES ET DE
L'AGRICULTURE
COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
du
MARDI
01
FEVRIER
2005
Matin
______
van
DINSDAG
01
FEBRUARI
2005
Voormiddag
______



La réunion publique est ouverte à 10h.11 par
M. Paul Tant, président.
De vergadering wordt geopend om 10.11 uur door
de heer Paul Tant, voorzitter.
01 Question de M. David Geerts au secrétaire
d'Etat à la Simplification administrative, adjoint
au premier ministre sur "les situations
kafkaïennes dans le cadre de l'organisation de
soirées pour jeunes" (n° 5143)
01 Vraag van de heer David Geerts aan de
staatssecretaris voor Administratieve
Vereenvoudiging, toegevoegd aan de eerste
minister over "kafkaiaanse toestanden bij de
organisatie van fuiven" (nr. 5143)
01.01 David Geerts (sp.a-spirit): La licence de
débit de boissons qui doit être délivrée par les
Douanes et Accises ne pourrait-elle être mise à
disposition par la voie électronique ? Cette mesure
éviterait aux organisateurs de soirées de devoir se
déplacer. Une liste doit être complétée, d'une part,
pour la SABAM et, d'autre part, pour la
rémunération équitable, ce qui est très fastidieux.
01.01 David Geerts (sp.a-spirit): Kan men de
tapvergunning die moet worden afgehaald bij
Douane en Accijnzen elektronisch beschikbaar
stellen? Dit zou verplaatsingen bij de organisatie
van fuiven vermijden. Voor SABAM en de billijke
vergoeding moet er een lijst worden ingevuld. Dit is
bijzonder vervelend.
01.02 Vincent Van Quickenborne, secrétaire
d'Etat (en néerlandais): Il est effectivement question
de situations kafkaïennes lors de l'organisation
d'une fête ou de l'ouverture d'un café. Ainsi, lors de
l'organisation d'une fête communale, il doit être
satisfait à quinze à vingt obligations, entre autres
en matière d'environnement et d'assurances. Pour
l'obtention de la licence de débit de boissons, deux
formulaires doivent être complétés. Un certificat de
bonnes vies et moeurs doit être délivré au moyen
du formulaire 240 I et, dans le cas d'un café, un
certificat d'hygiène vient encore s'y ajouter. Ce
formulaire permet aux Douanes et Accises de
compléter le formulaire 240 B destiné à l'obtention
01.02 Staatssecretaris Vincent Van
Quickenborne (Nederlands): Bij de organisatie
van een fuif of de opening van een café is er
inderdaad sprake van kafkaiaanse toestanden. Zo
moeten er bij de organisatie van een gemeentelijke
fuif tussen de vijftien en de twintig verplichtingen
worden vervuld, onder meer inzake milieu en
verzekeringen. Bij een tapvergunning gaat het om
twee formulieren. Met formulier 240 I moet men het
bewijs van goed gedrag en zeden leveren en in
geval van een café bijkomend een hygiëneattest.
Aan de hand van dit document wordt bij Douane en
Accijnzen formulier 240 B ingevuld dat dient voor
de tapvergunning.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
2
de la licence de débit de boissons.

Il serait intéressant de pouvoir disposer de ces
formulaires online. L'organisation de fêtes relève
avant tout de la compétence des villes et des
communes. J'ai adressé une lettre à la VVSG et
aux organisations apparentées en Wallonie et à
Bruxelles suggérant aux communes de placer le
formulaire de déclaration sur leur site internet. Je
demanderai au secrétaire d'Etat Vanvelthoven de le
mentionner sur le portail fédéral belgium.be.

La licence de débit de boissons constitue une
compétence fédérale, mais la taxe ressortit à la
compétence des Régions. Cette taxe a été annulée
en Flandre et à Bruxelles depuis le 1
er
janvier 2002.
Elle existe toujours en Wallonie. Cette complication
ne simplifie pas la procédure d'obtention d'une
licence de débit de boissons. J'espère que la
suggestion de M. Geerts sera suivie.



Het is een goed voorstel om deze zaken online te
plaatsen. De organisatie van fuiven is in de eerste
plaats een bevoegdheid van steden en gemeenten.
Ik heb een brief gericht aan de VVSG en
aanverwante organisaties in Wallonië en Brussel
met de suggestie dat de gemeenten het
aangifteformulier op hun website zetten. Ik zal
staatssecretaris Vanvelthoven vragen om een
vermelding op de portaalsite belgium.be.

De tapvergunning is een federale bevoegdheid,
maar de taks is een regionale bevoegdheid. Sedert
1 januari 2002 staat die op nul in Vlaanderen en
Brussel. Ze bestaat nog steeds in Wallonië. Deze
complicatie maakt een vereenvoudiging van de
tapvergunning moeilijker. Ik hoop dat de suggestie
van de heer Geerts wordt opgevolgd.
La SABAM et la rémunération équitable posent de
sérieux problèmes. Le groupement des demandes
en matière de rémunération équitable et de droits
d'auteur fait partie du plan d'action fédéral pour la
simplification administrative. Nous ne nous sommes
pas imposé un délai trop serré car il ne s'agit pas
d'un dossier facile. Les problèmes juridiques et
pratiques sont nombreux. En ce qui concerne la
SABAM, il s'agit d'une rétribution pour les auteurs
d'une oeuvre musicale. En ce qui concerne la
rémunération équitable, il s'agit d'une rétribution
aux exécutants et producteurs d'une oeuvre
musicale.
SABAM en de billijke vergoeding zorgen voor veel
overlast. De samenvoeging van de aangiftestroom
inzake billijke vergoeding en auteursrechten is een
onderdeel van het federaal actieplan
administratieve vereenvoudiging. Er is een ruime
timing, omdat het geen gemakkelijk dossier is. Het
is de bedoeling om de administratieve en de
geldelijke stroom samen te voegen. Er bestaan veel
praktische en juridische problemen. Bij SABAM
gaat het om een vergoeding van auteurs van een
muziekwerk, bij de billijke vergoeding betreft het
een vergoeding aan uitvoerders en
platenproducenten voor een bepaald muziekwerk.
Différentes sociétés de gestion existent pour les
différents bénéficiaires. L'Etat n'exerce pas de
contrôle direct sur ces sociétés, tout au plus une
légère pression. Si un jour apparaissait une société
de gestion qui gère à la fois les droits d'auteur et la
rémunération équitable, il faudrait prévoir un
mécanisme pour veiller à ce que tous les ayants
droit récupèrent leur part des montants encaissés.
Etant donné qu'une seule société de gestion a été
mise en cause, il est compréhensible que les autres
ne soient pas demandeuses d'un projet global.


Aux termes de l'accord de gouvernement flamand,
les autorités flamandes sont disposées à prendre
en charge la rémunération équitable des
associations socio-culturelles après 2005. Les
négociations sont encore en cours pour ce qui
concerne les droits d'auteur. Les associations ne
devraient donc plus payer de rémunération, mais
auraient également moins de formalités
administratives à accomplir.
Voor de verschillende begunstigden bestaan
verschillende beheersvennootschappen. Daarover
heeft de Staat geen rechtstreekse zeggenschap,
we kunnen hoogstens wat druk uitoefenen.
Ontstaat ooit een beheersvennootschap die zowel
auteursrechten als de billijke vergoeding beheert,
dan moet er een mechanisme komen dat ervoor
zorgt dat alle rechthebbenden hun deel van de
geïnde bedragen krijgen. Omdat één
beheersvennootschap in opspraak kwam, zijn de
andere vennootschappen begrijpelijkerwijs niet erg
te vinden voor een totaalproject.

In het Vlaams regeerakkoord staat dat men de
billijke vergoeding van sociaal-culturele
verenigingen na 2005 ten laste wil nemen. Over de
auteursrechten wordt nog onderhandeld.
Verenigingen zouden dus geen vergoeding meer
moeten betalen, maar ze zouden ook minder
papierwerk hebben.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
3
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Questions jointes de
- M. Carl Devlies au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "l'impact budgétaire du plan Verwilghen"
(n° 5123)
- Mme Simonne Creyf au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "les subsides pour
l'énergie éolienne et la liaison aux ristournes
pour les entreprises" (n° 5201)
02 Samengevoegde vragen van
- de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister
en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
over "de begrotingseffecten van het plan
Verwilghen" (nr. 5123)
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de subsidies voor
windenergie en de koppeling aan
bedrijfskortingen" (nr. 5201)
02.01 Carl Devlies (CD&V): Je partage l'analyse
du ministre: la libéralisation du marché de l'énergie
n'a pas encore conduit à une réduction du prix de
l'électricité et à une amélioration du service. Toutes
sortes d'impôts maintiennent les factures
énergétiques à un niveau élevé, surtout pour les
entreprises.

Le ministre des Finances a répondu à Mme Creyf
en séance plénière que le gouvernement n'adhère
pas aux solutions proposées par le ministre
Verwilghen, qui du reste n'ont pas encore été
discutées officiellement. Selon le ministre
Reynders, l'Europe est opposée à une réduction de
la TVA. Plusieurs pays européens ont pourtant déjà
réduit leur taux de TVA.

Est-il exact que le gouvernement ne souscrit pas
aux propositions de M. Verwilghen ?
02.01 Carl Devlies (CD&V): Ik ben het eens met
de analyse van de minister: de vrijmaking van de
energiemarkt leidde nog niet tot goedkopere stroom
en betere dienstverlening. Allerhande belastingen
houden de energiefacturen hoog, zeker voor
bedrijven.


De minister van Financiën antwoordde mevrouw
Creyf in de plenaire vergadering dat de
remediërende voorstellen van minister Verwilghen,
die overigens nog niet officieel werden besproken,
niet gedragen worden door de regering. Europa is
volgens minister Reynders tegen een BTW-
verlaging. Nochtans verlaagden diverse Europese
landen het BTW-tarief wel al.

Klopt het dat de regering niet achter de voorstellen
van minister Verwilghen staat?
02.02 Simonne Creyf (CD&V): Le pouvoir fédéral
va subventionner considérablement le parc
d'éoliennes en mer du Nord. Les investisseurs ont
besoin de certitudes à long terme et veulent une
réglementation stable. L'avis du Conseil d'Etat sur
les certificats d'électricité verte les fait hésiter. C-
Power a-t-elle reçu des garanties suffisantes pour
construire le parc d'éoliennes ? Le coût est-il
connu ? Que paiera le consommateur pour 1 kWh
d'électricité ? Est-on sûr de la rentabilité du parc
d'éoliennes ?

La concession a déjà été attribuée à C-Power mais
les règlements en matière de subventions et de
procédure d'exception sont seulement en cours de
finalisation. Ne pourrait-on pas invoquer des
distorsions de concurrence ? N'aurait-il pas mieux
valu suivre d'autres procédures
? Un seul
investisseur recevra des subventions
considérables. Ne faut-il pas rechercher la formule
la plus efficace et la moins chère, même pour les
sources d'énergie renouvelables ? Cela a-t-il été
fait ?
02.02 Simonne Creyf (CD&V): De federale
overheid zal het windmolenpark in de Noordzee
aanzienlijk subsidiëren. Investeerders hebben
zekerheid op de lange termijn nodig en willen een
stabiele regelgeving. De uitspraak van de Raad van
State over groenestroomcertificaten maakt ze
onzeker. Kreeg C-Power voldoende garanties om
het windmolenpark te bouwen? Is het kostenplaatje
bekend? Wat zal de consument betalen voor 1 kWh
elektriciteit? Zal het windmolenpark wel rendabel
zijn?

De concessie is al toegekend aan C-Power, maar
regelingen inzake subsidies en
uitzonderingsprocedures worden nu pas ingevuld.
Is dat geen concurrentievervalsing? Waren niet
beter andere procedures gevolgd? Eén
investeerder wordt zwaar gesubsidieerd. Moet ook
voor hernieuwbare energiebronnen niet worden
gezocht naar de meest efficiënte en goedkoopste
formule? Is dat gebeurd?


De windmolens zullen fasegewijs worden
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
4
Les éoliennes seront construites en plusieurs
phases. Chaque phase sera suivie d'une
évaluation. Que se passera-t-il si une évaluation
intermédiaire s'avère négative ? Le câble sous-
marin sera-t-il prévu pour six, soixante ou trois
cents éoliennes ?

La concurrence restera-t-elle possible
? Les
éoliennes terrestres, qui sont moins chères,
pourront-elles vendre leur électricité verte à un tarif
plus intéressant ?

Le pouvoir fédéral a décidé d'accorder aux
entreprises une remise sur la cotisation sur
l'énergie. Comment le système s'appliquera-t-il
concrètement
? La remise compense-t-elle le
subventionnement du parc d'éoliennes ou la
hausse du coût de l'énergie induite par l'électricité
verte ? La remise sera calculée par entreprise.
Comment cela se passera-t-il concrètement
?
Comment s'effectueront les contrôles ?

La remise devrait coûter 38 millions d'euros au
pouvoir fédéral. Comment cette perte sera-t-elle
compensée ? Par une augmentation des accises
sur les carburants ?
opgetrokken. Bij elke fase komt er een evaluatie.
Wat als een tussentijdse evaluatie negatief is?
Wordt in zeekabel voorzien voor zes, zestig of
driehonderd windmolens?


Zal concurrentie mogelijk blijven? Zullen
windmolens aan land, die goedkoper zijn, hun
groene stroom goedkoper kunnen verkopen?


De federale overheid besliste om bedrijven een
korting te geven op de energieheffing. Hoe zal het
systeem precies werken? Is de korting een
compensatie voor de subsidiëring van het
windmolenpark of voor de hogere energiekosten
die groene stroom met zich mee brengt? De korting
zal per bedrijf berekend worden. Hoe zal dat
precies gebeuren? Hoe wordt gecontroleerd?


De korting zou de overheid 38 miljoen euro kosten.
Hoe wordt dat verlies gecompenseerd? Via hogere
accijnzen op motorbrandstoffen?
02.03 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Je me suis entretenu avec le journaliste de la
nécessité de poursuivre la libéralisation du marché,
d'interconnectivité et de dégressivité, ainsi que
d'une étude sur l'abaissement du taux de TVA.
L'énergie n'étant pas un produit de luxe, un taux
élevé ne se justifie pas. Au niveau de l'Europe,
seuls le Danemark et la Suède appliquent un taux
plus élevé que le nôtre.

Il est difficile de jauger l'effet précis de la mesure
sur le budget. Les taux de TVA ne peuvent être
adaptés individuellement que si cette initiative est
notifiée au préalable à la Commission européenne.
Il faut en effet que celle-ci puisse s'assurer que la
diminution de la TVA ne donne pas lieu à une
concurrence déloyale. Ceci est peu probable étant
donné que la TVA est inférieure dans la plupart des
autres Etats membres.

Les ministres européens des Finances étudient
actuellement une proposition d'adaptation sans
notification préalable. Au niveau informel, les
ministres de l'Economie ont déjà abordé le sujet.
Reste à savoir précisément quelle sera l'issue des
discussions. L'effet sur le budget ne peut donc pas
encore être déterminé.

Au niveau du budget 2005, il n'y a aucune
conséquence. La mesure n'est envisageable que
dans le cadre d'un contrôle budgétaire ou de
02.03 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Ik
had het met de journalist over de noodzaak om de
vrijmaking van de markt voort te zetten, over
interconnectiviteit en degressiviteit en over een
studie om de BTW-voet te verlagen. Omdat energie
geen luxeproduct is, is een hoog tarief niet
aangewezen. Wat Europa betreft, is het BTW-tarief
overigens enkel in Denemarken en Zweden hoger
dan bij ons.

Het is moeilijk om exact te berekenen welk effect
de maatregel zal hebben op de begroting. BTW-
tarieven kunnen slechts individueel aangepast
worden als dat vooraf wordt gemeld aan de
Europese Commissie. Men moet immers kunnen
onderzoeken of een lager tarief tot oneerlijke
concurrentie kan leiden. Dat laatste is weinig
waarschijnlijk, aangezien het tarief in de meeste
andere lidstaten lager ligt.

De Europese ministers van Financiën bespreken
momenteel een voorstel tot aanpassing zonder
melding vooraf. Informeel praatten de ministers van
Economie daar al over. Het is nog niet duidelijk wat
het resultaat van de besprekingen zal zijn. Het
effect op de begroting kan dus nog niet worden
nagegaan.

Voor de begroting van 2005 zijn er geen gevolgen.
De maatregel kan enkel in het kader van een
begrotingscontrole of de begrotingsopmaak voor
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
5
l'établissement du budget pour 2006. La nécessité
qu'elle soit relayée au niveau européen ralentit la
procédure.
Si la TVA baisse à 6 %, les recettes seront
amputées de 238 millions d'euros pour le gaz
naturel, de 418 millions d'euros pour l'électricité, de
156 millions d'euros pour le fuel domestique et de
39 millions d'euros pour le butane en bouteilles. Au
total, il s'agit donc de 851 millions d'euros. Si la
TVA refluait à 12 %, le manque à gagner serait de
512 millions d'euros.
2006. Dat er ook een Europees initiatief nodig is,
vertraagt de zaak.

Daalt het tarief tot zes procent, dan zal er 238
miljoen euro minder opbrengst zijn voor aardgas,
418 miljoen euro voor elektriciteit, 156 miljoen euro
voor huisbrandolie en 39 miljoen euro voor butaan
in flessen. In totaal gaat het dus om 851 miljoen
euro. Daalt het tarief tot 12 procent, dan is er in
totaal 512 miljoen euro minder opbrengst.
Nous ne pouvons pas donner de garanties
absolues aux investisseurs. Toutes les données
n'étant pas encore connues concernant les
technologies que la Belgique va devoir mettre en
oeuvre pour respecter ses engagements dans le
cadre de Kyoto, le gouvernement souhaite en
l'espèce renforcer le cadre légal. Un projet privé
comme le C-Power ne peut attendre de la
collectivité qu'elle assume tous les risques.

La plupart des demandes de subsides ont été
introduites par mon collègue compétent pour la mer
du Nord. Le texte actuel est le fruit d'un accord
conclu au sein du gouvernement. Les subsides ne
peuvent plus être augmentés.

Le prix par kWh varie selon la quantité d'électricité
générée. La première année, seul le câble sera
subsidié à hauteur de 5 millions d'euros. Lorsque le
parc à éoliennes aura été installé, une
augmentation de 0,0625 à 0,36 euro par MWh
pourra être prévue pour 2008. Le projet de loi
prévoit actuellement une limitation de 0, 2621 euro
par MWh.

A l`instar des autres Etats membres, nous nous
sommes engagés à promouvoir les énergies
renouvelables, mais il s'agit en l'occurrence d'un
projet industriel et il ne nous appartient pas de
gommer tous les risques.

L'avis du Conseil d'Etat a été demandé pour
l'ensemble du projet de loi.

L'accord du 8 mars 2004 relatif à la répartition des
charges entre les Régions et l'autorité fédérale
dans le cadre du Protocole de Kyoto exige que
l'autorité fédérale prenne des mesures pour réduire
les émissions de gaz à effet de serre. Les Etats
membres de l'UE doivent respecter des quotas en
ce qui concerne l'offre d'électricité verte. On ne
pourra parler de concurrence que si ces techniques
sont développées plus avant.

Si le projet de 216 MW n'est pas réalisé, le projet
de loi prévoit un remboursement des subsides
We kunnen de investeerders niets voor 100 procent
garanderen. Omdat nog niet alles bekend is over
de technologieën die België zal moeten aanwenden
om zijn Kyoto-verbintenissen na te komen, wenst
de regering in dit geval het wettelijk kader te
versterken. Een particulier project zoals C-power
mag niet verwachten dat de gemeenschap alle
risico's zal dragen.


De meeste subsidieaanvragen werden ingediend
door mijn collega bevoegd voor de Noordzee. De
huidige tekst is het resultaat van een akkoord
binnen de regering. De subsidies kunnen niet meer
worden verhoogd.

De kostprijs per KWh varieert volgens de
hoeveelheid opgewekte elektriciteit. Het eerste jaar
wordt enkel de kabel gesubsidieerd met 5 miljoen
euro. Wanneer het windmolenpark geïnstalleerd
wordt, kan men voor 2008 rekenen op een
verhoging van 0,0625 euro per MWh naar 0,36
euro per MWh. Het wetsontwerp voorziet
momenteel in een beperking van 0,2621 euro per
MWh.

We hebben ons, zoals de andere lidstaten, ertoe
verbonden hernieuwbare energie te promoten,
maar het gaat hier om een industrieel project en het
is niet onze taak alle risico's weg te nemen.


Het advies van de Raad van State werd gevraagd
over het gehele wetsontwerp.

Het akkoord van 8 maart 2004 over de
lastenverdeling tussen de Gewesten en de federale
overheid in het kader van het Kyoto-protocol,
vereist dat de federale overheid maatregelen neemt
om broeikasemissies te reduceren. EU-lidstaten
moeten voldoen aan quota met betrekking tot het
aanbieden van groene stroom. Op het vlak van
deze technieken zal er pas concurrentie zijn
wanneer deze verder ontwikkeld worden.

Als het project van 216 MW niet wordt uitgevoerd,
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
6
destinés au câble sur une base proportionnelle.

L'installation d'éoliennes sur terre comporte moins
d'incertitudes que celle d'éoliennes maritimes. La
technique est en outre mieux maîtrisée, les
éoliennes terrestres peuvent être raccordées plus
facilement et le courant peut être vendu par la voie
de certificats.

La dégressivité contribue à renforcer la
compétitivité des entreprises par une réduction
progressive des prélèvements sur l'électricité. Les
entreprises dont la consommation annuelle est
comprise entre 20 et 50 MWh bénéficieront d'une
réduction de 15 pour cent de l'intervention du
fédéral. La réduction sera de 20 pour cent pour une
consommation de 50 à 1000 MWh, de 25 pour cent
pour une consommation de 1000 à 25000 MWh let
de 45 pour cent pour une consommation de 25000
à 250000 MWh.
voorziet het wetsontwerp in een terugbetaling van
de subsidie voor de kabel op een pro-rata basis.

Windmolens op het land bieden minder
onzekerheden dan op zee. Bovendien is de
techniek beter bekend, kunnen ze gemakkelijker
worden aangesloten en kan de stroom via
certificaten worden verkocht.


De degressiviteit strekt ertoe het
concurrentievermogen van de bedrijven te
verbeteren door toeslagen op elektriciteit
gedeeltelijk te verminderen. Bedrijven met een
jaarlijks verbruik tussen 20 en 50 MWh krijgen een
reductie van 15 procent op de federale bijdrage,
tussen 50 en 1.000 MWh is dat 20 procent, tussen
1.000 MWh en 25.000 MWh 25 procent en tussen
25.000 en 250.000 45 procent.
La cotisation fédérale est due sur chaque KWh
consommé par les utilisateurs finaux. Elle sera
perçue par les fournisseurs.

La réduction concernée est financée par le fonds
pour la dégressivité de la cotisation fédérale, qui
est alimenté par les recettes tirées de la majoration
du droit d'accises spécial sur le gasoil. Si cela
s'avère insuffisant, un financement supplémentaire
sera assuré au moyen des recettes provenant du
droit d'accises spécial sur les charbons, cokes et
lignites qui a été instauré par la loi-programme du
27 décembre 2004. En outre, une partie de l'impôt
des sociétés pourra être utilisée.
De federale bijdrage is verschuldigd op elke KWh
die door de eindafnemers wordt verbruikt. Ze zal
worden geïnd door de leveranciers.

De reductie wordt gefinancierd door het fonds voor
degressiviteit van de federale bijdrage, gespijsd
door de ontvangsten uit de verhoging van het
bijzonder accijnsrecht op gasolie. Als dit
onvoldoende blijkt, zal bijkomende financiering
worden verzekerd door de ontvangsten uit het
bijzonder accijnsrecht voor steenkolen, cokes en
bruinkool, ingevoerd door de programmawet van 27
december 2004. Verder kan een gedeelte van de
vennootschapsbelasting worden gebruikt.
02.04 Carl Devlies (CD&V): Le ministre a-t-il déjà
pris des initiatives pour mettre en pratique
l'interdiction de nouvelles taxes énergétiques ? En
prendra-t-il sous la forme d'un projet de loi ?

A-t-il fait des propositions concrètes au
gouvernement en matière de réduction du taux de
TVA ? Son collègue des Finances a déclaré qu'il
les attendait toujours. La Commission européenne
marquera probablement son accord mais nous
serons également confrontés à une incidence
budgétaire due à la baisse du taux de TVA sur
l'électricité. Le gouvernement devra lui aussi
marquer son accord. S'agissant de l'incidence
budgétaire d'une réduction à 6 pour cent du taux de
TVA sur l'électricité, le ministre parle de 418
millions d'euros alors que le ministre des Finances
parle, lui, de 818 millions d'euros. Dans quelle
mesure le ministre est-il soutenu par le
gouvernement fédéral dans sa volonté de diminuer
la TVA ?
02.04 Carl Devlies (CD&V): Heeft de minister
reeds initiatieven genomen om het verbod op
nieuwe energietaksen in de praktijk te brengen? Zal
dat gebeuren in de vorm van een wetsontwerp?

Heeft de minister concrete voorstellen gedaan aan
de regering inzake tariefvermindering van BTW?
De minister van Financiën heeft gezegd dat hij daar
nog op wacht. Europa zal wel akkoord gaan, maar
er is ook een budgettaire impact door de BTW-
verlaging op elektriciteit? De regering moet daar
ook mee akkoord gaan. De minister spreekt inzake
de budgettaire impact van de BTW-verlaging naar 6
procent op elektriciteit over 418 miljoen euro terwijl
de minister van Financiën spreekt over 818 miljoen
euro. In welke mate wordt de minister gesteund
door de federale regering om de BTW te verlagen?




Inzake het windmolenpark had de minister
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
7
En ce qui concerne le parc d'éoliennes, le ministre
s'est fixé comme objectif de fournir à partir de 2008
des efforts budgétaires supplémentaires pour éviter
que le prix de l'électricité facturé aux particuliers et
aux entreprises n'augmente de façon excessive,
mais nous venons d'apprendre que le ministre du
Budget n'est manifestement pas sur la même
longueur d'onde puisqu'il n'est pas disposé à
fournir ces efforts budgétaires supplémentaires
pour atteindre cet objectif.
vooropgesteld dat er vanaf 2008 extra budgettaire
inspanningen zouden gebeuren om te vermijden
dat de prijs van de elektriciteit voor consumenten
en bedrijven al te sterk zou stijgen, maar nu hebben
wij vernomen dat de minister van Begroting
blijkbaar op een andere golflengte zit en niet bereid
is daarvoor extra budgettaire inspanningen te
leveren.
02.05 Simonne Creyf (CD&V): Il y a six mois,
j'affirmais déjà que le tarif dégressif pour les
sociétés serait financé par l'augmentation des
accises sur les carburants. On s'est à l'époque
inscrit en faux contre ces propos, mais voilà qu'ils
se confirment. C'est l'automobiliste qui fait les frais
de cette politique.

Si nous sommes partisans des énergies
renouvelables et de l'énergie éolienne, il n'empêche
qu'un parc à éoliennes doit, nous semble-t-il,
également faire l'objet d'une analyse des coûts et
des bénéfices.

Le projet Seapower sur le banc de sable
Thorntonbank est complètement mégalomane. Il
n'est même pas possible d'en calculer le coût, à
cause du grand nombre d'inconnues. A l'heure qu'il
est, l'impact est estimé à 0,99 euros par MWh.
Selon des initiés, les surcoûts pourraient bien
monter à 3 euros/MWh - chose inacceptable pour
M. Stevaert, du moins quand il était encore
ministre. Les gros consommateurs bénéficient de
compensations grâce au tarif dégressif, et ces
compensations sont payées par le citoyen.
02.05 Simonne Creyf (CD&V): Een half jaar
geleden zei ik al dat het degressief tarief voor de
bedrijven gefinancierd zou worden door de
verhoging van accijnzen voor motorbrandstoffen.
Dat werd toen ontkend, maar nu blijkt het te
kloppen. De autobestuurder betaalt de rekening.


Wij zijn voor hernieuwbare energie en windenergie,
maar ook voor een windmolenpark moet een
kosten-batenanalyse worden gemaakt.



Het Seapower-project op de Thorntonbank is een
megalomaan project. Omdat er nog zoveel
onzekerheden zijn, kan men zelfs de kostprijs nog
niet berekenen. De impact wordt nu al geraamd op
0,99 euro per MWh. Insiders rekenen echter op
meerkosten van 3 euro per MWh. Toen hij nog
minister was, zei de heer Stevaert dat zoiets
onaanvaardbaar was. De grote verbruikers krijgen
door het degressief tarief compensaties, die de
burger moet betalen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "la procédure de nomination des
directeurs des établissements scientifiques
fédéraux" (n° 5113)
03 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan
de minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
benoemingsprocedure van de directeurs van
Federale wetenschappelijke instellingen"
(nr. 5113)
03.01 Servais Verherstraeten (CD&V): L'arrêté
royal devait être modifié à la suite de l'arrêt du
Conseil d'Etat annulant la procédure de nomination
pour les fonctions de management des
établissements scientifiques fédéraux. De nouvelles
procédures de sélection pouvaient ensuite être
lancées. Il semble toutefois que des candidats
jugés auparavant très aptes ou aptes ont obtenu à
présent une cotation inférieure. L'inverse s'est
parfois également produit. Comment cette situation
s'explique-t-elle
? Certains candidats ont déjà
03.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Na het
arrest van de Raad van State dat de
benoemingsprocedure voor de
managementfuncties van de federale
wetenschappelijke instellingen vernietigde, moest
het KB gewijzigd worden. Daarna kon men
overgaan tot nieuwe selectieprocedures. Nu blijkt
echter dat kandidaten die vroeger "zeer geschikt" of
"geschikt" werden bevonden, nu een lagere
quotering behalen. Ook het omgekeerde is soms
het geval. Hoe is dit te verklaren? Een aantal
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
8
annoncé qu'ils introduiraient un nouveau recours
devant le Conseil d'Etat. Le ministre suspendra-t-il
la procédure dans l'intervalle ?
kandidaten kondigde reeds aan opnieuw naar de
Raad van State te stappen. Zal de minister
ondertussen de procedure opschorten?
03.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Le Selor me transmettra les résultats de la
procédure de sélection dans le courant des
prochaines semaines. La procédure a été
entièrement revue. Une comparaison entre les
résultats obtenus lors de la sélection précédente et
les nouveaux résultats n'a donc pas de sens. Il n'y
a aucune raison de suspendre la procédure
puisqu'aucun recours n'a encore été introduit
contre la nouvelle procédure de sélection.
03.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Selor zal mij de resultaten van de selectieprocedure
in de loop van de volgende weken bezorgen. De
procedure werd volledig herzien. Een vergelijking
tussen resultaten die bij de vorige selectie werden
behaald en de nieuwe resultaten is dus zinloos.
Omdat er nog geen enkel beroep aangetekend
werd tegen de nieuwe selectieprocedure, is er geen
reden om de procedure op te schorten.
03.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Le
ministre prend les choses à la légère. L'arrêté royal
a bien été entièrement remanié mais il s'agit
pourtant des mêmes candidats qui ont obtenu des
résultats totalement différents avec la nouvelle
procédure. Il y a lieu de s'interroger sur l'objectivité
des procédures et sur la manière dont les jurys
évaluent les candidats. L'objectif du plan Copernic
était de dépolitiser les nominations. La réalité est
toutefois différente. Le nouvel arrêté royal risque
d'être utilisé pour manipuler la sélection. Si aucun
changement n'intervient, le ministre peut s'attendre
à de nouvelles procédures devant le Conseil d'Etat.
03.03 Servais Verherstraeten (CD&V): De
minister gaat er nogal licht overheen. Het KB werd
weliswaar volledig herzien, maar het zijn toch
dezelfde kandidaten die bij de nieuwe procedure
totaal andere resultaten bekomen. Dit doet vragen
rijzen over de objectiviteit van de procedures en de
manier waarop de jury's de prestaties van de
kandidaten waarderen. Het was de bedoeling van
het Copernicusplan om de benoemingen te
depolitiseren. De realiteit is echter anders. Het valt
te vrezen dat het nieuwe KB aangegrepen wordt
om de selectie te manipuleren. Als er niets
verandert, mag de minister zich aan nieuwe
procedures voor de Raad van State verwachten.
03.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais) :
Je n'ai même pas encore reçu les rapports du
Selor, de sorte qu'il ne saurait être question de
manipulation. Je puis par ailleurs assurer l'auteur
de la question que les candidats qui auront obtenu
les meilleurs résultats seront sélectionnés.
03.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Ik
heb de rapporten van Selor nog niet eens
ontvangen, laat staan dat er van manipulatie sprake
zou kunnen zijn. Ik kan de vraagsteller bovendien
verzekeren dat de kandidaten met de beste
resultaten zullen worden geselecteerd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Questions jointes de
- M. Éric Massin au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le financement de
l'Institut national des Radioéléments" (n° 5161)
- M. Éric Massin au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le plan
d'investissements de l'Institut national des
Radioéléments" (n° 5203)
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Eric Massin aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de financiering van het
Nationaal Instituut voor Radio-elementen"
(nr. 5161)
- de heer Eric Massin aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het investeringsplan
van het Nationaal Instituut voor Radio-
elementen" (nr. 5203)
04.01 Éric Massin (PS) : Depuis des années,
l'Institut National des Radioéléments (IRE) produit
et vend, à travers le monde, des radioéléments
pour la médecine nucléaire. Il gère aussi des
déchets radioactifs et offre des services de
maintenance et de sécurité.
04.01 Eric Massin (PS): Sinds jaar en dag
produceert het Nationaal Instituut voor Radio-
elementen (IRE) radio-elementen voor de nucleaire
geneeskunde die het wereldwijd verkoopt. Het
instituut beheert ook radioactief afval en biedt
onderhouds- en beveiligingsdiensten aan.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
9

Depuis 1995, l'IRE bénéficie d'une subvention du
SPF Économie, qui couvre le remboursement
d'emprunts contractés en 1995 et en 1996 pour des
investissements de sûreté et de maintien de
capacité de production.

A l'époque, le Conseil des ministres avait accepté
un montant de 5.362.000 euros pour couvrir le
remboursement total de l'emprunt. Une inscription
annuelle au budget (585.000 euros par an de 1996
à 2001, puis des montants dégressifs jusqu'à
128.000 euros en 2005) était prévue jusqu'à
épuisement des montants d'engagement. Or, dans
le budget 2005, les 128.000 euros initialement
prévus n'ont pas été repris.


Pourquoi cet engagement n'a-t-il pas été respecté
pour 2005 ? Quelles solutions envisagez-vous pour
que les 128.000 euros soient versés à l'IRE, évitant
à celui-ci de mettre en péril les investissements
envisagés ?

Je poursuis avec ma deuxième question, pour une
réponse commune aux deux.

En 2002, le conseil d'administration de l'IRE a
approuvé, avec le commissaire du gouvernement,
un plan d'investissements jusque fin 2007. Il était
prévu que 15 millions d'euros soient financés pour
un tiers par une subvention, les deux autres restant
à charge de l'IRE.

Pour la subvention, la proposition prévoyait
l'inscription d'un montant d'engagement pour
couvrir le remboursement et une inscription
annuelle au budget jusqu'à épuisement des
montants d'engagement de 2006 à 2014. Le budget
des voies et moyens pour 2005 ne reprend
cependant pas non plus cet engagement.

Or, ces investissements devaient permettre à l'IRE
d'élargir sa production radiochimique et d'investir
dans des productions pharmaceutiques
supplémentaires. Ses activités de gestion des
déchets radioactifs auraient également pu être
optimisées grâce à l'achat d'un pas d'extraction
supplémentaire. De même, on aurait pu créer vingt
à trente emplois directs. La non-continuation de la
subvention hypothéquerait donc le développement
de l'Institut.

Etant donné que l'inspecteur des finances en avait
accepté le principe, quelle est votre position sur ce
sujet ?

Sinds 1995 wordt het IRE gesubsidieerd door de
FOD Economie, die instaat voor de terugbetaling
van leningen die in 1995 en 1996 werden
aangegaan voor investeringen in de beveiliging en
het behoud van de productiecapaciteit.

Toentertijd gaf de Ministerraad zijn akkoord voor
een bedrag van 5.362.000 euro om het volledige
bedrag van de lening te dekken. Jaarlijks zou een
bedrag in de begroting worden ingeschreven
(585.000 euro per jaar van 1996 tot 2001,
vervolgens dalende bedragen tot 128.000 euro in
2005) tot de vastleggingskredieten opgebruikt
waren. In de begroting voor 2005 is van het
vooropgestelde bedrag van 128.000 euro echter
geen spoor.

Waarom werd die belofte voor 2005 niet
nagekomen? Welke mogelijkheden ziet u om die
128.000 euro alsnog aan het IRE over te maken en
de geplande investeringen te vrijwaren?

Dan kom ik tot mijn tweede vraag, die u samen met
mijn eerste vraag kan beantwoorden.


In 2002 keurde de raad van bestuur van het IRE
samen met de regeringscommissaris een
investeringsplan goed dat tot eind 2007 loopt. Een
bedrag van 15 miljoen euro zou voor één derde via
subsidies worden gefinancierd, terwijl het IRE de
overige twee derden voor zijn rekening zou nemen.

Het voorstel betreffende de subsidie voorzag in een
vastleggingskrediet om de terugbetaling te dekken
en in een jaarlijkse inschrijving in de begroting van
2006 tot 2014 tot de vastleggingskredieten waren
opgebruikt. De Rijksmiddelenbegroting voor 2005
vermeldt echter evenmin die bedragen.


Dankzij die investeringen zou het IRE zijn
radiochemische productie kunnen opvoeren en zijn
aanbod van farmaceutische producten kunnen
uitbreiden. Het instituut zou tevens het beheer van
radioactief afval kunnen optimaliseren dankzij de
aankoop van bijkomende apparatuur voor extractie.
Bovendien zou men twintig tot dertig extra banen
kunnen creëren. Indien de subsidie niet verder
wordt toegekend, komt de ontwikkeling van het
Instituut dus mogelijk in het gedrang.

De inspecteur van financiën had het principe ervan
aanvaard. Wat is uw standpunt ter zake?
04.02 Marc Verwilghen, ministre (en français): En 04.02 Minister Marc Verwilghen (Frans): In 1996
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
10
1996, le Conseil des ministres a décidé d'inscrire
au budget un montant d'engagement de 5.362.000
d'euros pour couvrir le remboursement total des
emprunts contractés par l'Institut national des
radioéléments en 1995 et 1996.
L'État a inscrit dans son budget annuel les crédits
d'ordonnancement nécessaires au remboursement
des emprunts et ce jusqu'à fin 2004. L'État doit
encore payer à l'IRE la dernière tranche de
l'emprunt contracté en 1996, à savoir un montant
de 128.000 euros qui ne figurera pas dans le crédit
d'ordonnancement du budget de l'État de 2005. À
l'occasion du contrôle budgétaire 2005, j'introduirai
une demande motivée auprès du ministre du
Budget afin d'inscrire un crédit d'ordonnancement
égal à 128.000 euros, le but étant que l'État puisse
remplir l'engagement pris envers l'IRE pour le
remboursement total des emprunts le concernant.

Le financement du plan d'investissement a été
approuvé en 2002 par le conseil d'administration de
l'Institut national des radioéléments pour un
montant d'environ 15 millions d'euros.
La première tranche serait financée par les
subventions normales d'investissement et par les
recettes propres de l'Institut. Un premier emprunt
du même montant serait remboursé par les revenus
propres de l'IRE. L'État rembourserait un deuxième
emprunt par le biais d'une subvention
exceptionnelle qui ne figurait pas non plus au
budget 2005. Je compte également introduire
auprès du ministre du Budget un dossier proposant
d'inscrire un montant d'engagement permettant de
rembourser à l'IRE une partie des emprunts pour
les nouveaux investissements et un premier
montant d'ordonnancement pour rembourser à
l'IRE la première tranche de la partie des emprunts.
besliste de Ministerraad in de begroting een
vastleggingskrediet van 5.362.000 euro op te
nemen, voor de volledige terugbetaling van de door
het Nationaal Instituut voor Radio-elementen in
1995 en 1996 aangegane leningen.
De Staat heeft in zijn jaarlijkse begroting de nodige
ordonnanceringskredieten voor de terugbetaling
van de leningen ingeschreven, tot eind 2004. De
Staat moet het instituut dus nog de laatste schijf
van de in 1996 afgesloten lening terugbetalen. Het
gaat om een bedrag van 128.000 euro, dat niet in
het ordonnanceringskrediet van de rijksbegroting
2005 wordt opgenomen. Ter gelegenheid van de
begrotingscontrole 2005, zal ik bij de minister van
Begroting een met redenen omklede aanvraag
indienen om een ordonnanceringskrediet voor een
bedrag van 128.000 euro in te schrijven, zodat de
Staat, zoals het instituut was beloofd, het geleende
bedrag volledig kan terugbetalen.
De financiering van het investeringsplan werd in
2002 door de raad van bestuur van het Nationaal
Instituut voor Radio-elementen goedgekeurd, voor
een bedrag van ongeveer 15 miljoen euro.
De eerste schijf zou met de gewone
investeringssubsidies en met de eigen inkomsten
van het instituut worden gefinancierd. Een eerste
lening, voor hetzelfde bedrag, zou met de eigen
inkomsten van het instituut worden terugbetaald.
De Staat zou een tweede lening terugbetalen bij
middel van een uitzonderlijke subsidie, die evenmin
in de begroting 2005 wordt opgenomen. Het ligt in
mijn bedoeling bij de minister van Begroting een
dossier in te dienen, met het voorstel een
vastleggingskrediet in te schrijven waarmee het
instituut een deel van de leningen voor de nieuwe
investeringen zou kunnen terugbetalen, alsook een
eerste ordonnanceringskrediet, om aan het instituut
de eerste schijf van het deel van de leningen terug
te betalen.
04.03 Éric Massin (PS) : Votre réponse me
satisfait. Elle souligne l'importance des
investissements sur le plan scientifique et du
développement des technologies de pointe dans
notre pays, qui sont source d'exportations et de
création d'emplois. Nous faisons preuve d'initiatives
louables qui méritent d'être soulignées.
04.03 Eric Massin (PS): Uw antwoord stelt mij
tevreden. U onderstreept het belang van de
investeringen in wetenschappelijk onderzoek en in
de ontwikkeling van spitstechnologie in ons land.
Dat is goed voor de export en voor de
werkgelegenheid. Hier worden lofwaardige
initiatieven op poten gezet, en dat mag ook eens
gezegd worden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de Mme Colette Burgeon au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "la
transposition de législations européennes"
(n° 5172)
05 Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
omzetting van de Europese regelgeving in
Belgisch recht" (nr. 5172)
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
11
05.01 Colette Burgeon (PS): La Commission
européenne a lancé des actions judiciaires contre
la Belgique pour défaut de transposition de
législations environnementales européennes, dont
­ depuis juin 2003 ­ la directive sur la qualité des
carburants (qui prévoit une faible teneur en soufre
de ceux-ci).

Qu'est-ce qui empêche la Belgique de transposer
cette directive ? Quelles sont les échéances pour
aboutir rapidement en cette matière ? Pour quand
cette transposition peut-elle être attendue ?
05.01 Colette Burgeon (PS): De Europese
Commissie heeft België in gebreke gesteld wegens
het niet omzetten van Europese milieuregelgeving
in nationaal recht. Zo had de richtlijn betreffende de
kwaliteit van de brandstoffen, die het gebruik van
zwavelarme benzine en dieselbrandstof voorschrijft,
in juni 2003 al omgezet moeten zijn.

Wat weerhoudt ons land ervan die richtlijn om te
zetten in nationale wetgeving? Volgens welk tijdpad
zal men nu te werk gaan om een en ander snel te
regelen? Wanneer kan men hiermee klaar zijn?
05.02 Marc Verwilghen, ministre (en français):
Deux arrêtés royaux transposant la directive
2003/17/CE, l'un sur la qualité du gasoil-diesel des
véhicules, l'autre sur celle de l'essence, ont reçu
l'avis du Conseil d'État le 25 novembre dernier.



Ces deux projets ont aussi été soumis au Conseil
supérieur des Indépendants et des PME, au
Conseil de la Consommation et ont été concertés
avec les Régions, avant analyse par
l'Administration de l'Énergie.



Je devrais bientôt recevoir une proposition
d'adaptation des textes, que je soumettrai à mes
collègues. D'ici-là, je prépare une structure de prix
pour ces produits.
05.02 Minister Marc Verwilghen (Frans): De Raad
van State heeft op 25 november jongstleden een
advies uitgebracht over twee koninklijke besluiten
tot omzetting in nationale wetgeving van de
Europese richtlijn 2003/17/EG, eentje betreffende
de kwaliteit van de dieselbrandstof voor voertuigen,
en een betreffende de kwaliteit van benzine.

Beide ontwerpbesluiten werden eveneens
voorgelegd aan de Hoge Raad voor de
Zelfstandigen en de KMO en aan de Raad voor het
Verbruik, en er werd overlegd met de Gewesten
alvorens de tekst voor analyse overgelegd werd
aan de administratie die over het beleidsdomein
energie gaat.

Een voorstel voor een aanpassing van de teksten
zal mij binnenkort worden bezorgd, en ik zal die
tekst voorleggen aan mijn collega's. In afwachting
werk ik aan een prijsstructuur voor deze producten.
05.03 Colette Burgeon (PS) : Je m'étonne que
l'Europe ait dû tancer la Belgique pour obtenir une
réaction. N'était-il pas possible de transposer le
texte plus tôt?
05.03 Colette Burgeon (PS): Het verbaast me dat
Europa België op de vingers heeft moeten tikken
om een reactie te krijgen. Kon de tekst niet vlugger
omgezet worden?
05.04 Marc Verwilghen, ministre (en français): Il y
avait deux avis, puis une concertation, puis l'avis du
Conseil d'État, ce qui prend un certain temps.
Certes, on devrait pouvoir agir plus rapidement, et il
est un fait que la Belgique n'est pas le meilleur
élève en matière de transposition.
05.04 Minister Marc Verwilghen (Frans): Eerst
moesten we over twee adviezen beschikken.
Vervolgens dienden we overleg te plegen. Daarna
was het wachten op het advies van de Raad van
State. Dat alles vergt enige tijd. We zouden
inderdaad sneller moeten kunnen handelen en het
is een feit dat België niet de beste leerling is
wanneer het op de omzetting in nationaal recht
aankomt.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de Mme Simonne Creyf au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "les
assurances maladie complémentaires et le
nouveau cadre réglementaire annoncé" (n° 5199)
06 Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
ziektekostenverzekeringen en het beloofde
nieuwe regelgevend kader" (nr. 5199)
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
12
06.01 Simonne Creyf (CD&V): Deux assureurs ne
proposent plus d'assurances maladie
complémentaires car l'affaire ne serait plus
rentable. Cette situation est notamment liée à
l'augmentation du coût des soins de santé mais
également à la confusion qui entoure l'instauration
éventuelle d'un nouveau cadre réglementaire.

Le ministre s'est-il concerté avec le secteur à
propos de ces problèmes? Qu'en est-il du projet de
loi annoncé? Que demeure-t-il du principe de la
continuité lors du passage d'une police collective à
une police individuelle?
06.01 Simonne Creyf (CD&V): Twee
verzekeraars zijn gestopt met het aanbieden van
private ziektekostenverzekeringen, omdat deze niet
meer rendabel zouden zijn. Dit komt onder meer
door de gestegen ziektekosten, maar ook door
onduidelijkheid over het mogelijk nieuwe
regelgevend kader.

Heeft de minister overlegd met de sector omtrent
deze problemen? Hoe zit het met het
aangekondigde wetsontwerp? Wat blijft er over van
het principe van continuïteit bij de overgang van
een collectieve naar een individuele polis?
06.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
En tant que ministre de l'Economie, je ne puis
m'immiscer dans la politique des compagnies
d'assurances. Je veille néanmoins au respect des
droits des assurés dans les polices actuelles. La
décision des MC et de deux compagnies
d'assurances est liée à la concurrence actuelle et à
la faible rentabilité du secteur des assurances
hospitalisation et soins de santé. Il y a quelques
mois, la Commission bancaire, financière et des
Assurances a ainsi dû inciter certains assureurs à
adapter leurs primes à la nouvelle réalité
économique. L'Etat rembourse de moins en moins
par l'intermédiaire de la sécurité sociale. A cet
égard, les mutualités et les assurances
hospitalisation sont de plus en plus sollicitées. Les
assurés sont incités à souscrire une assurance
privée ou une assurance complémentaire auprès
d'une mutualité. Tout ceci explique la décision prise
par les compagnies d'assurances et mutualités
citées.

Le projet de loi annoncé visant la protection des
droits des assurés est indépendant de cette réalité.
La concertation qui s'y rapporte se poursuit. Elle a
montré que deux problèmes découlant du projet de
loi sont sujets à discussion : la prolongation à vie
des assurances soins de santé et le régime légal
de l'incontestabilité des assurances soins de santé.
Un consensus a toutefois été trouvé sur un
troisième problème, la continuation individuelle de
l'assurance groupe. Je me concentrerai dans une
première phase sur ce troisième problème pendant
que la concertation se poursuivra sur les autres
problèmes.

La dernière question deviendra sans objet dès que
le droit à la continuation individuelle d'une police
collective sera effectif. Un assureur concluant une
police collective devra alors garantir le droit à la
continuation individuelle.
06.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Als
minister van Economie kan ik mij niet mengen in
het beleid van verzekeringsmaatschappijen. Ik let
er wel op dat de rechten van verzekerden in de
bestaande polissen worden gevrijwaard. De
beslissing van de CM en twee
verzekeringsmaatschappijen houdt verband met de
bestaande concurrentie en de geringe rentabiliteit
in de hospitalisatie- en ziekenkostensector. Zo
moest de Commissie voor Bank-, Financie- en
Assurantiewezen enkele maanden geleden
sommige verzekeraars ertoe brengen hun premies
aan de nieuwe economische realiteit aan te
passen. De overheid betaalt steeds minder terug
via de sociale zekerheid. Mutualiteiten en
hospitalisatieverzekeraars moeten in toenemende
mate bijdragen. Mensen worden ertoe aangezet
een privé-verzekering of aanvullende verzekering
bij een ziekenfonds aan te gaan. Dit alles verklaart
de beleidsbeslissing van de genoemde
verzekeringsmaatschappijen en mutualiteiten.

Het aangekondigde wetsontwerp ter bescherming
van de rechten van de verzekerden staat hiervan
los. Het overleg hierover wordt voortgezet. Uit het
overleg blijkt dat twee problemen uit het
wetsontwerp voor discussie zorgen: het levenslang
maken van de ziektekostenverzekeringen en de
wettelijke regeling van de onbetwistbaarheid van de
ziekteverzekeringen. Over een derde probleem, de
individuele voortzetting van de groepsverzekering
bestaat wel een consensus. Ik richt mij in een
eerste fase op dit derde probleem, terwijl het
overleg over de andere problemen wordt
voortgezet.

De laatste vraag wordt zonder voorwerp van zodra
het recht van de individuele voortzetting van een
collectieve polis een feit zal zijn. Een verzekeraar
die een collectieve polis afsluit, zal dan het recht
van de individuele voortzetting moeten garanderen.
06.03 Simonne Creyf (CD&V): Le ministre 06.03 Simonne Creyf (CD&V): De minister werkt
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
13
poursuit la préparation du projet de loi annoncé. Je
reconnais les problèmes évoqués. A défaut de
nouveaux contrats individuels, les compagnies qui
n'offrent plus que des assurances collectives ne
bénéficieront plus d'aucun apport neuf. Cette
évolution ne manquera pas de poser un sérieux
problème en ce sens que les assurés existants
devront payer une prime plus élevée.
verder aan het aangekondigde wetsontwerp. Ik
erken de aangehaalde problemen. Bij gebrek aan
nieuwe individuele contracten komt er geen vers
bloed binnen bij maatschappijen die enkel nog
collectieve verzekeringen doen. Dit zal een
probleem worden. Zij die in het systeem zitten,
zullen een hogere premie moeten betalen.
06.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Il ne faut pas sous-estimer l'importance du nombre
de personnes qui souhaitent une police collective.
Un problème ne se pose avec les primes que
lorsqu'il n'y a pas suffisamment de demandes de
prolongation.
06.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Ik
zou het effect niet onderschatten van mensen die
gebruik willen maken van een collectieve polis. Er
ontstaat enkel een probleem met de premies indien
er onvoldoende vragen om voortzettingen komen.
06.05 Simonne Creyf (CD&V): Le problème
réside dans le fait qu'il n'y aura pas de nouvelles
affiliations privées. Les personnes qui souhaitent
prolonger à titre individuel une police d'assurance
collective risquent de devoir payer une prime plus
élevée.
06.05 Simonne Creyf (CD&V): Het probleem is
dat er geen nieuwe privé-aansluitingen zullen zijn.
Ik vrees dat de mensen die een collectieve
verzekering individueel voortzetten een hogere
premie zullen moeten betalen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de Mme Simonne Creyf au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "les
taxes fédérales sur l'énergie comme cause de
l'augmentation du prix de l'énergie" (n° 5202)
07 Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de federale
taksen op energie als oorzaak van de stijging van
de energieprijs" (nr. 5202)
07.01 Simonne Creyf (CD&V): La libéralisation du
marché de l'énergie n'a pas donné lieu à une
diminution du prix. Le prix de production de
l'électricité ne baisse pas parce que la concurrence
ne joue pas encore pleinement. De plus, l'on ajoute
aux frais de distribution un certain nombre de taxes
qui n'étaient auparavant pas comprises dans le
prix. Le gouvernement fédéral a promis de
compenser les pertes de revenus pour les
communes par la taxe Elia. L'augmentation du prix
de l'énergie occasionne pour nos entreprises une
baisse de leur compétitivité. L'autorité fédérale
considérant en outre le secteur de l'énergie comme
une nouvelle source de revenus, elle est à l'origine
de l'augmentation du prix de l'énergie.

Quels sont les montant des taxes instaurées depuis
la libéralisation ? A combien ces taxes s'élèvent-
elles pour les utilisateurs résidentiels,
professionnels et industriels ? Quelles pertes les
communes ont-elles subies ? Pourquoi le montant
total des nouvelles taxes fédérales n'a-t-il pas été
affecté à la compensation des pertes subies par les
communes ? La taxe Elia était-elle nécessaire ?
07.01 Simonne Creyf (CD&V): De liberalisering
van de energiemarkt heeft niet gezorgd voor een
daling van de prijs. De productieprijs voor
elektriciteit daalt niet, omdat de concurrentie nog
niet volledig speelt. Ook voegt men bij de
distributievergoedingen een aantal taksen die
vroeger niet in de prijs zaten. De federale regering
heeft beloofd de opbrengstverliezen voor de
gemeenten te compenseren via de Elia-heffing. De
stijgende energieprijs betekent voor onze bedrijven
een competitief nadeel. De federale overheid
beschouwt de energiesector bovendien als een
nieuwe inkomstenbron, waardoor ze de oorzaak is
van de stijgende energieprijs.



Hoe groot zijn de bedragen van de taksen die
werden ingevoerd sedert de liberalisering? Hoeveel
bedragen ze voor residentiële, professionele en
industriële verbruikers? Welk verlies hebben de
gemeenten geleden? Waarom wordt het volledige
bedrag van de nieuwe federale heffingen niet
gebruikt om het verlies van de gemeenten te
compenseren? Was de Elia-heffing nodig?
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
14
07.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
La CREG ne m'a jusqu'à présent fourni aucune
donnée. Dès que je disposerai de ces données, je
vous les transmettrai.
07.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): De
CREG heeft mij tot op heden de gegevens nog niet
bezorgd. Van zodra ik ze heb, zal ik ze doorgeven.
07.03 Simonne Creyf (CD&V): Certaines données
devraient à présent être connues.
07.03 Simonne Creyf (CD&V): Sommige
gegevens zouden nu bekend moeten zijn.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de Mme Simonne Creyf au ministre
de l'Economie, de l'Energie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "le
prélèvement Elia" (n° 5264)
08 Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
handel en Wetenschapsbeleid over "de Elia-
heffing" (nr. 5264)
08.01 Simonne Creyf (CD&V): Il y a quelques
jours, les ministres Moerman et Peeters se sont
exprimés en faveur d'une exonération de la TVA
sur le prélèvement Elia. Une exonération de la TVA
s'inscrirait parfaitement dans le prolongement du
plaidoyer du ministre, M. Verwilghen, pour un
abaissement de la TVA sur l'électricité. Le ministre
M. Verwilghen considère cependant que la TVA est
une compétence du ministre Reynders, bien que
l'énergie fasse partie de ses attributions.
Le ministre Verwilghen a-t-il déjà fait au ministre
Reynders une proposition tendant à l'exonération
de la TVA ? Quelles parties supporteront les coûts
et de quels coûts s'agit-il ? Comment la TVA, qui
est essentiellement perçue en Flandre, reviendra-t-
elle à la Flandre ? Quel tarif appliquera-t-on à la
SNCB ?
08.01 Simonne Creyf (CD&V): De ministers
Moerman en Peeters hebben enkele dagen
geleden gepleit voor een BTW-vrijstelling op de
Elia-heffing. Een BTW-vrijstelling zou perfect
aansluiten bij het pleidooi van minister Verwilghen
voor een lagere BTW op elektriciteit. Minister
Verwilghen zegt echter dat BTW een bevoegdheid
is van minister Reynders, hoewel energie toch zijn
bevoegdheid is.


Heeft minister Verwilghen minister Reynders al een
voorstel gedaan om de BTW-plicht te laten vallen?
Welke partijen zullen welke kosten dragen? Hoe zal
de BTW, die vooral in Vlaanderen wordt geïnd,
terugvloeien naar Vlaanderen? Hoe zal men de
NMBS tariferen?
08.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
J'ai moi aussi entendu la proposition des ministres
Moerman et Peeters tendant à exonérer de la TVA
la partie de la cotisation fédérale destinée à
compenser la perte de revenus des communes. Le
ministre Reynders est compétent en la matière. Je
ne prendrai pas position étant donné que ce point
n'a aucun rapport avec ma proposition de réduction
uniforme de la TVA sur l'électricité. La proposition
des ministres flamands ne concerne que le
prélèvement Elia. L'application d'un mécanisme
particulier ne constitue pas une solution à mes
yeux, car la taxe de voirie par exemple devrait alors
également être calculée autrement.

En ce qui concerne la SNCB, il ne m'appartient pas
de trouver une solution. C'est le ministre Vande
Lanotte qui souhaitait un régime spécial. J'attends
une solution concrète de sa part.
08.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Ook ik hoorde van het voorstel van de ministers
Moerman en Peeters om het gedeelte van de
federale bijdrage dat het inkomstenverlies van de
gemeenten moet compenseren, vrij te stellen van
BTW. Minister Reynders is bevoegd voor deze
kwestie. Ik wil geen standpunt formuleren, want er
is geen enkel verband met mijn voorstel om de
BTW op elektriciteit eenvormig te verlagen. Het
voorstel van de Vlaamse ministers slaat enkel op
de Elia-heffing. Een bijzonder
toepassingsmechanisme zie ik niet zitten, want dan
zou ook de taxe de voirie op een andere manier
worden verrekend.


Wat de NMBS betreft, is het niet mijn taak om een
oplossing te vinden. Het is minister Vande Lanotte
die een apart stelsel wou. Ik verwacht van hem een
praktische oplossing.
08.03 Simonne Creyf (CD&V): J'interrogerai le
ministre Reynders.
08.03 Simonne Creyf (CD&V): Ik zal minister
Reynders ondervragen.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
15
08.04 Hagen Goyvaerts (Vlaams Belang): Selon
le secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances, le système de la TVA ne permet pas
l'application d'une exonération du prélèvement Elia.
08.04 Hagen Goyvaerts (Vlaams Belang):
Volgens de staatssecretaris voor Modernisering
van de Financiën maakt het BTW-stelsel het
onmogelijk te voorzien in een vrijstelling op de Elia-
heffing.
08.05 Simonne Creyf (CD&V): Les ministres
Moerman et Peeters souhaitent uniquement qu'une
partie de la TVA soit transférée à la Flandre.
08.05 Simonne Creyf (CD&V): De ministers
Moerman en Peeters willen enkel dat een deel van
de BTW terugvloeit naar Vlaanderen.
08.06 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Je suis prêt à reprendre une nouvelle fois cette
discussion.
08.06 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Die
discussie wil ik best nog eens opnieuw voeren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de Mme Simonne Creyf au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "le
système bonus-malus" (n° 5237)
09 Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "het bonus-
malussysteem" (nr. 5237)
09.01 Simonne Creyf (CD&V): A la suite d'une
demande urgente de la Commission européenne et
après de longues tergiversations, notre pays a
supprimé le système obligatoire du bonus/malus en
janvier 2004, mesure censée stimuler la
concurrence sur le marché de l'assurance.
Toutefois, chaque compagnie applique à présent
son propre système tarifaire, ce qui constitue une
variante de l'ancien système. Les conducteurs qui
respectent le code de la route seront toujours
récompensés. Ceux qui provoquent des dommages
paieront davantage. Entre-temps, le marché de
l'assurance a beaucoup perdu en transparence
dans la mesure où il est désormais très malaisé de
comparer des polices. La Cour européenne de
justice a d'ailleurs estimé que le système
obligatoire bonus/malus ne compromet pas la
concurrence ni la libre circulation.

Que pense le ministre des évolutions récentes ?
Envisage-t-il de réinstaurer l'ancien système
?
Peut-il résoudre le problème posé par le manque
de transparence et par le prix exagéré des polices
pour les jeunes automobilistes et les automobilistes
âgés ?
09.01 Simonne Creyf (CD&V): Na een dringende
vraag van de Europese Commissie en na lang
treuzelen schafte ons land in januari 2004 het
verplichte bonus-malussysteem af. Dat moest de
concurrentie in de verzekeringsmarkt
aanzwengelen. Elke maatschappij heeft nu echter
haar eigen tarievenstelsel, een variant op het oude
systeem. Wie veilig rijdt, wordt nog steeds beloond.
Wie schade berokkent, betaalt meer. De markt is
intussen wel heel wat minder transparant
geworden. Autopolissen kunnen moeilijk met elkaar
worden vergeleken. Het Europees Hof van Justitie
oordeelde intussen overigens dat het verplichte
bonus-malussysteem de concurrentie en het vrije
verkeer niet in het gedrang brengt.



Wat vindt de minister van de recente
ontwikkelingen? Overweegt de minister om het
oude systeem weer in te voeren? Heeft hij een
oplossing voor het gebrek aan transparantie en
voor de te dure polissen voor jongeren en ouderen?
09.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
L'arrêt rendu par la Cour européenne de justice le 7
septembre 2004 ne concerne que la compatibilité
du système de bonus-malus avec la réglementation
européenne en matière de libre fixation des tarifs.
Etant donné que les compagnies peuvent
déterminer librement la prime de base dans le
cadre du système de bonus-malus, il n'y a, selon la
Cour, aucun problème. Les suppléments ou
réductions de prime sont en effet appliqués à la
09.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Het
arrest dat het Europees Hof van Justitie op 7
september 2004 velde, handelt enkel over de
verenigbaarheid van het bonus-malussysteem met
de Europese reglementering inzake vrije
tariefbepaling. Aangezien maatschappijen hun
basispremie binnen het bonus-malussysteem vrij
kunnen bepalen, is er volgens het Hof geen
probleem. De premietoeslagen of -kortingen
worden immers toegepast op de basispremie.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
16
prime de base.

La Cour ne s'est pas exprimée sur la compatibilité
du système de bonus-malus avec le principe de la
libre prestation de services parce qu'elle n'a pas
été interrogée sur la question. Il n'est pas du tout
certain que la Cour estimerait qu'il y a compatibilité.

Grâce à la libéralisation de l'échelle bonus-malus,
les bons conducteurs bénéficient de tarifs et
d'avantages encore meilleurs. En dessous du
degré neuf, la prime s'élève à un niveau se situant
entre 48 et 73 % de la prime normale. C'est le cas
pour 90 % des conducteurs. 73 % des conducteurs
sont au degré trois ou moins. Grâce aux nouveaux
systèmes, les compagnies veulent responsabiliser
les mauvais conducteurs. De plus, la liberté de
choix s'est accrue. Je n'envisage pas pour le
moment de réintroduire le système de bonus-malus
obligatoire.


Het Hof sprak zich niet uit over de verenigbaarheid
van het bonus-malussysteem met het beginsel van
de vrije dienstverlening, omdat het daarover niet
werd ondervraagd. Het is zeer de vraag of het Hof
die elementen ook verenigbaar zou verklaren.

Dankzij de vrijmaking van de bonus-malusschaal
genieten goede bestuurders nog betere tarieven en
voordelen. Onder graad negen bedraagt de premie
tussen 48 en 73 procent van de normale premie.
Het gaat om 90 procent van de bestuurders.
Drieënzeventig procent behoort tot graad drie of
lager. Via de nieuwe systemen willen de
maatschappijen slechte chauffeurs verantwoordelijk
maken. Bovendien is de keuzevrijheid groter
geworden. Ik overweeg momenteel niet om het
verplichte bonus-malussysteem weer in te voeren.
Si la libéralisation du marché entraîne une
dégradation du système, je suis prêt à rediscuter de
la suppression du système bonus-malus. Toutefois,
le marché ne me semble pas souffrir actuellement
d'un manque de transparence.

Le Gentlement's Agreement 29/29 du 18 décembre
2003 n'a peut-être pas fonctionné comme il aurait
fallu mais il a néanmoins permis que la plupart des
compagnies d'assurances proposent à présent aux
jeunes des polices à des prix abordables. Je ne
reçois plus de plaintes de jeunes qui ne sont pas
des casse-cou, des fraudeurs ou des mauvais
payeurs.
Leidt de vrijmaking van de markt tot een
degeneratie van het systeem, dan wil ik de
afschaffing van het bonus-malussysteem wel weer
ter discussie stellen. Vandaag lijkt de markt me
echter niet ondoorzichtig te zijn.

Het Gentlemen's Agreement 29/29 van 18
december 2003 functioneerde misschien niet zoals
het hoorde, maar het zorgde ervoor dat de meeste
maatschappijen vandaag betaalbare
jongerenpolissen aanbieden. Ik krijg geen klachten
meer van jongeren die geen brokkenmakers,
fraudeurs of wanbetalers zijn.
09.03 Simonne Creyf (CD&V): La Cour
européenne a en effet condamné le couplage du
bonus-malus à des tarifs d'assurances fixes. Je
comprends que le ministre ne souhaite pas adapter
le système actuel. Je ne défends pas, moi non plus,
un retour à l'ancien système. Mais j'estime
néanmoins que le marché manque de
transparence. Et je reçois encore, quant à moi, des
plaintes de jeunes.
09.03 Simonne Creyf (CD&V): Het Europees Hof
veroordeelde inderdaad de koppeling van de
bonus-malus aan vaste tarieven. Ik begrijp dat de
minister het huidige systeem niet zal aanpassen.
Ook ik ben niet voor een herinvoering van het oude
systeem. Toch vind ik dat de markt te ondoorzichtig
is. Ik krijg wel nog klachten van jongeren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de Mme Muriel Gerkens au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "la
gestion des déchets nucléaires" (n° 5273)
10 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "het beheer
van kernafval" (nr. 5273)
10.01 Muriel Gerkens (ECOLO) : Les différentes
inspections effectuées ont fait apparaître une
augmentation du nombre de fûts défectueux. Le
dernier rapport de l'ONDRAF sur la mission de
10.01 Muriel Gerkens (ECOLO): Uit de diverse
inspecties blijkt dat het aantal beschadigde vaten is
toegenomen. Het laatste verslag van NIRAS over
de rol van Belgoprocess in het beheer van
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 478
01/02/2005
17
Belgoprocess en matière de gestion des déchets
nucléaires devait être réalisé en décembre 2004.
Où en est ce rapport et quelles en sont les grandes
lignes ? A-t-on constaté de nouveaux colis non
conformes? Quel sera le prix d'un
reconditionnement éventuel? Les installations et les
moyens techniques pour reconditionner ces colis
existent-ils en Belgique?
kernafval diende eind december 2004 klaar te zijn.
Hoever staat het met dit verslag en kan u er de
grote lijnen van schetsen? Werden er opnieuw niet-
conforme verpakkingen gevonden? Hoeveel kost
het om de vaten eventueel opnieuw te
conditioneren? Beschikt België over de installaties
en de technische middelen om deze verpakkingen
opnieuw te conditioneren?
10.02 Marc Verwilghen, ministre (en français): Le
quatrième rapport intermédiaire de l'ONDRAF
présente la situation, fin novembre 2004, en
matière d'inventaire et d'inspection visuelle des
colis de déchets conditionnés dégradés ou non
conformes.
10.02 Minister Marc Verwilghen (Frans): Het
vierde tussentijdse verslag van NIRAS geeft de
stand van zaken van eind november 2004 inzake
de inventaris en de visuele controle van de
beschadigde of niet-conforme verpakkingen van de
geconditioneerde afval.
L'inspection des 3.316 colis entreposés dans le
bâtiment 150 du site BP1 est terminée et 215 colis
sont déclarés dégradés ou non conformes.
L'inventaire des 26.982 colis de déchets
conditionnés et entreposés dans le bâtiment 151 du
site BP1 devrait être terminé pour la fin 2006. Parmi
les 6.267 colis inspectés, 43 sont déclarés non
conformes. Dans le bâtiment 270 du site BP2, 313
des 1.381 colis inspectés sont déclarés dégradés.


Parmi les 31.679 colis de déchets entreposés dans
ces trois bâtiments, 9.896 ont été inspectés et 571
sont déclarés dégradés ou non conformes. Parmi
ces derniers, 127 sont de la responsabilité
financière du producteur Electrabel et 444
ressortissent au passif nucléaire de Belgoprocess.
Les 127 colis d'Electrabel contiennent des déchets
conditionnés de catégorie A. Les 444 colis de
Belgoprocess regroupent des déchets conditionnés
des catégories A ou B. L'estimation avancée de
3.419 colis potentiellement dégradés ou non
conformes est loin d'être atteinte à ce jour.


Les colis dégradés ou non conformes contiennent
essentiellement des déchets bitumés ou bétonnés.
Des expertises supplémentaires sont prévues pour
les premiers et en cours pour les seconds. Une
étude des solutions possibles pour la gestion à long
terme est en cours. Dès que les expertises, le
scénario de mise en oeuvre et les solutions seront
finalisés, il sera possible de définir le nombre de
colis des catégories A et B qui devront être
reconditionnés, les types de reconditionnement et
leur prix, ainsi que les installations de
reconditionnement existantes ou à construire.
De inspectie van de 3.316 colli die in gebouw 150
van de BP1-site zijn opgeslagen, is voltooid en 215
colli werden beschadigd of niet-conform verklaard.
De inventaris van de 26.982 colli met
geconditioneerde afval die in gebouw 151 van de
BP1-site zijn opgeslagen, moet tegen eind 2006
klaar zijn. Van de 6.267 reeds geïnspecteerde colli
werden 43 niet-conform verklaard. 313 van de
1.381 geïnspecteerde colli uit gebouw 270 op de
BP2-site werden beschadigd verklaard.

Van de 31.679 colli met afval die in deze drie
gebouwen bewaard worden, werden er 9.896
geïnspecteerd en 571 werden beschadigd of niet-
conform verklaard. Van deze laatsten vallen er 127
onder de financiële verantwoordelijkheid van de
producent Electrabel en 444 vallen onder het
nucleaire passief van Belgoprocess. De 127 colli
van Electrabel bevatten geconditioneerde afval van
categorie A. De 444 colli van Belgoprocess
bevatten geconditioneerde afval van categorie A of
B. Het geraamde aantal van 3.419 potentieel
beschadigde of niet-conforme colli is dus verre van
bereikt.

De beschadigde of niet-conforme colli bevatten
voornamelijk gebitumineerde of gebetoneerde
afval. De gebitumineerde afval zal bijkomend door
deskundigen onderzocht worden, wat thans reeds
gebeurt met de gebetonneerde afval. Er wordt
momenteel gezocht naar oplossingen voor het
beheer op lange termijn. Van zodra het
deskundigenonderzoek, het scenario voor de
uitvoering en het onderzoek naar mogelijke
oplossingen rond zijn, zal het mogelijk zijn te
bepalen hoeveel colli van de categorieën A en B
opnieuw moeten geconditioneerd worden, volgens
welke types dit moet gebeuren en hoeveel dat zal
kosten. We zullen dan ook kunnen nagaan in welke
herconditioneringsinstallaties dit kan gebeuren of
welke er gebouwd moeten worden.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
01/02/2005
CRABV 51
COM 478
18
10.03 Muriel Gerkens (ECOLO) : Il faudra donc
encore deux ans au moins pour en terminer avec le
plus gros lot de fûts et ceux-ci ont augmenté en
nombre.

De tels rapports sont-ils confidentiels ?
10.03 Muriel Gerkens (ECOLO): Het zal dus nog
meer dan twee jaar duren voordat het merendeel
van de vaten opnieuw geconditioneerd is. Hun
aantal is ook nog toegenomen.
Zijn dergelijke verslagen vertrouwelijk?
10.04 Marc Verwilghen, ministre (en français): Ce
rapport est considéré comme confidentiel.
10.04 Minister Marc Verwilghen (Frans): Dit
verslag wordt als vertrouwelijk beschouwd.
10.05 Muriel Gerkens (ECOLO): Je vous
réinterrogerai donc dans six mois.
10.05 Muriel Gerkens (ECOLO): Ik zal u over zes
maanden opnieuw over deze kwestie bevragen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
11h.35.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 11.35 uur.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE

Document Outline