CRABV 51 COM 416
CRABV 51 COM 416
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
N
ATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
mardi dinsdag
30-11-2004 30-11-2004
Matin Voormiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Simonne Creyf au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la couverture
imparfaite du territoire par les distributeurs
automatiques de billets" (n° 4370)
1
Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de witte
vlekken in de dekking door geldautomaten"
(nr. 4370)
1
Orateurs: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Simonne Creyf, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Interpellation de M. Bert Schoofs au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "les chiffres
inquiétants publiés dans une étude de
l'Association des Employeurs et Cadres chrétiens
du Limbourg concernant les délocalisations
d'entreprises" (n° 484)
2
Interpellatie van de heer Bert Schoofs tot de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
onrustwekkende cijfergegevens van een studie
van VKW Limburg inzake delokalisering van
bedrijven" (nr. 484)
2
Orateurs: Bert Schoofs, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Bert Schoofs, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Motions
3
Moties
3
Questions jointes de
4
Samengevoegde vragen van
4
- Mme Dominique Tilmans au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la loi relative aux
implantations commerciales" (n° 4425)
4
- mevrouw Dominique Tilmans aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de wet op de
handelsvestigingen" (nr. 4425)
4
- M. Richard Fournaux au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la mise en application de
la loi relative à l'autorisation d'implantations
commerciales" (n° 4459)
4
- de heer Richard Fournaux aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de uitvoering van de wet
betreffende de vergunning van
handelsvestigingen" (nr. 4459)
4
Orateurs: Dominique Tilmans, Richard
Fournaux, Marc Verwilghen, ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique, Trees
Pieters
Sprekers: Dominique Tilmans, Richard
Fournaux, Marc Verwilghen, minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid, Trees Pieters
Question de Mme Liesbeth Van der Auwera au
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique scientifique
sur "l'art. 58, § 2 de la loi relative au droit d'auteur
concernant la retenue sur le produit de la
rémunération équitable pour la promotion de la
création d'oeuvres" (n° 4484)
6
Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan
de minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "art. 58, par. 2
van de Auteurswet aangaande de inhouding op de
opbrengst van de billijke vergoeding ter
aanmoediging van de schepping van werken"
(nr. 4484)
6
Orateurs: Liesbeth Van der Auwera, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers: Liesbeth Van der Auwera, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Liesbeth Van der Auwera au
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique scientifique
sur "la création d'une commission chargée de
7
Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan
de minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de oprichting
van de commissie met het oog op het vastleggen
7
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
ii
déterminer les critères, les montants et les
modalités de perception et de contrôle concernant
la reproduction et/ou la communication d'oeuvres
ou de prestations à des fins d'illustration de
l'enseignement ou de recherche scientifique"
(n° 4483)
van de criteria, de bedragen, de innings- en
controleregels aangaande de reproductie en/of de
mededeling van werken of prestaties ter illustratie
bij onderwijs of wetenschappelijk onderzoek"
(nr. 4483)
Orateurs: Liesbeth Van der Auwera, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers: Liesbeth Van der Auwera, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Question de M. Dylan Casaer au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la rentabilité des
contrats d'assurance RC automobile" (n° 4380)
8
Vraag van de heer Dylan Casaer aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de rendabiliteit van de
verzekeringscontracten BA auto" (nr. 4380)
8
Orateurs: Dylan Casaer, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Dylan Casaer, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Maya Detiège au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la réforme de la
sylviculture en République Démocratique du
Congo et la légalité de la commercialisation du
bois congolais sur le marché belge" (n° 4386)
10
Vraag van mevrouw Maya Detiège aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de hervorming van de
bosbouw in de Democratische Republiek Congo
en de legaliteit van Congolees hout op de
Belgische markt" (nr. 4386)
10
Orateurs: Maya Detiège, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Maya Detiège, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Maya Detiège au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la suppression
de la Commission des Prix pour les médicaments
non remboursables" (n° 4538)
11
Vraag van mevrouw Maya Detiège aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de afschaffing van de
prijzencommissie voor niet-terugbetaalbare
geneesmiddelen" (nr. 4538)
11
Orateurs: Maya Detiège, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Maya Detiège, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Karine Lalieux au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "l'assurance
contre les inondations" (n° 4570)
12
Vraag van mevrouw Karine Lalieux aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
overstromingsverzekering" (nr. 4570)
12
Orateurs: Karine Lalieux, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Karine Lalieux, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de M. Servais Verherstraeten au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "le
stockage de déchets radioactifs" (n° 4354)
13
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de opslag
van radioactief afval" (nr. 4354)
13
Orateurs: Servais Verherstraeten, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers: Servais Verherstraeten, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Question de M. Servais Verherstraeten au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "la
14
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de verkoop
14
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
iii
vente et l'entreposage de matériel pyrotechnique"
(n° 4376)
en opslag van vuurwerk" (nr. 4376)
Orateurs: Servais Verherstraeten, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers: Servais Verherstraeten, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Question de Mme Magda De Meyer au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "l'avenir du
secteur européen du textile et de l'habillement".
(n° 4571)
15
Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de toekomst
van de Europese textiel- en kledingsector".
(nr. 4571)
15
Orateurs:
Magda De Meyer, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers:
Magda De Meyer, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Questions jointes de
17
Samengevoegde vragen van
17
- Mme Camille Dieu au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la position belge dans le
cadre des débats autour de la directive Bolkestein
en vue du Conseil Compétitivité des 25 et
26 novembre" (n° 4439)
17
- mevrouw Camille Dieu aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het standpunt dat België
tijdens de Raad Mededinging van 25 en 26
november met betrekking tot de richtlijn-Bolkestein
zal innemen" (nr. 4439)
17
- Mme Zoé Genot au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la position belge sur la
proposition de directive Bolkestein lors du Conseil
Compétitivité des 25 et 26 novembre" (n° 4467)
17
- mevrouw Zoé Genot aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het standpunt dat België
over het voorstel van richtlijn-Bolkestein zal
innemen tijdens de Raad Mededinging van 25 en
26 november" (nr. 4467)
17
- M. Patrick De Groote au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la directive Bolkestein"
(n° 4491)
17
- de heer Patrick De Groote aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de Bolkestein-richtlijn"
(nr. 4491)
17
- Mme Greta D'hondt au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la directive Bolkestein"
(n° 4498)
17
- mevrouw Greta D'hondt aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de richtlijn-Bolkestein"
(nr. 4498)
17
- Mme Camille Dieu au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la position belge dans
les débats au sujet de la directive Bolkestein en
vue du Conseil Compétitivité des 25 et
26 novembre" (n° 4503)
17
- mevrouw Camille Dieu aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het Belgische standpunt
in de debatten over de Bolkestein-richtlijn met het
oog op de Raad Concurrentievermogen van 25 en
26 november" (nr. 4503)
17
- Mme Magda De Meyer au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la directive
Bolkestein" (n° 4572)
17
- mevrouw Magda De Meyer aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de richtlijn-Bolkestein"
(nr. 4572)
17
Orateurs: Camille Dieu, Patrick De Groote,
Zoé Genot, Magda De Meyer, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers: Camille Dieu, Patrick De Groote,
Zoé Genot, Magda De Meyer, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
1
COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,
DE L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET
CULTURELLES NATIONALES, DES
CLASSES MOYENNES ET DE
L'AGRICULTURE
COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
du
MARDI
30
NOVEMBRE
2004
Matin
______
van
DINSDAG
30
NOVEMBER
2004
Voormiddag
______
La réunion publique est ouverte à 10h.17 par
M. Paul Tant, président.
De vergadering wordt geopend om 10.17 uur door
de heer Paul Tant, voorzitter.
01 Question de Mme Simonne Creyf au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "la
couverture imparfaite du territoire par les
distributeurs automatiques de billets" (n° 4370)
01 Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de witte
vlekken in de dekking door geldautomaten"
(nr. 4370)
01.01 Simonne Creyf (CD&V): En Flandre, il
serait souhaitable d'installer 37 distributeurs
automatiques à divers endroits afin de garantir un
accès facile au public. La liste de ces « taches
blanches » est dressée par Banksys.
Combien de taches blanches y a-t-il en Flandre, en
Wallonie et à Bruxelles ? Comment a évolué le
nombre de transactions opérées par le biais des
distributeurs automatiques publics depuis 2001 ?
Quel est le pourcentage de transactions opérées
par le biais du rechargement de cartes
téléphoniques depuis 2001 ? Quelles mesures le
ministre compte-t-il prendre pour garantir le service
universel ?
01.01 Simonne Creyf (CD&V): Op 37 plaatsen in
Vlaanderen zou de installatie van een
geldautomaat wenselijk zijn om een
publieksvriendelijke dekking te bereiken. De lijst
van deze zogenaamde "witte vlekken" wordt
opgesteld door Banksys.
Over hoeveel witte vlekken gaat het in Vlaanderen,
Wallonië en Brussel? Hoe evolueerde het aantal
geldtransacties bij openbare automaten van 2001
tot dit jaar? Welk percentage neemt het herladen
van telefoonkaarten daarbij in van 2001? Wat voor
maatregelen denkt de minister te nemen om de
universele dienstverlening te verzekeren?
01.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
En 2001, 93,3 millions de transactions ont été
opérées par le biais des distributeurs de billets de
Banksys. On s'attend pour 2004 à 88 millions de
transactions, soit une diminution de 5,7 pour cent
sur quatre ans.
01.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): In
2001 gebeurden er 93,3 miljoen transacties aan
Banksys-geldautomaten. Voor 2004 worden er 88
miljoen transacties verwacht. Dat is een daling met
5,7 procent op vier jaar tijd.
In 2001 waren er 4,3 miljoen transacties met
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
2
En 2001, 4,3 millions de transactions ont été
opérées à l'aide de cartes téléphoniques. On
s'attend pour 2004 à 10, 4 millions de transactions,
soit une augmentation de 142 pour cent sur quatre
ans.
Tous les chiffres à partir de 1999 sont disponibles
sur le site internet www.banksys.be.
telefoonkaarten, in 2004 worden er 10,4 miljoen
transacties verwacht. Dat is een stijging met 142
procent op vier jaar tijd.
Alle cijfers vanaf 1999 zijn beschikbaar op de
website www.banksys.be.
J'ai demandé à Banksys quelle était la répartition
régionale des "taches blanches", mais je n'ai pas
encore reçu de réponse. Une tache blanche
constitue en fait une notion relative qui ne dépend
pas uniquement de la présence d'un distributeur
automatique de billets mais également de l'absence
d'autres moyens pour retirer de l'argent comme un
terminal de selfbanking ou même un supermarché.
Il existe également des endroits où les distributeurs
disponibles ne sont que très peu utilisés.
L'optimisation du réseau est actuellement
examinée par les banques et par Banksys. Les
résultats de l'étude sont attendus pour le début de
l'année 2005.
Ik heb de gewestelijke spreiding van de witte
vlekken opgevraagd bij Banksys, maar ik heb nog
geen antwoord ontvangen. Een witte vlek is
namelijk een relatief begrip, dat niet enkel afhangt
van de aanwezigheid van een geldautomaat, maar
ook van de afwezigheid van andere mogelijkheden
om geld af te halen zoals een selfbank of zelfs een
supermarkt.
Er zijn daarbij ook plaatsen waar de aanwezige
automaten zeer weinig gebruikt worden. De
optimalisering van het netwerk wordt momenteel
door de banken en Banksys onderzocht. De
resultaten van de studie worden verwacht tegen
begin 2005.
01.03 Simonne Creyf (CD&V): Nous continuons à
espérer une augmentation du nombre de
distributeurs de billets accessibles au public. Il est
vain de parler de transactions gratuites lorsque les
clients doivent faire un détour de plusieurs
kilomètres. J'attendrai les résultats de l'étude.
01.03 Simonne Creyf (CD&V): Wij blijven hopen
op een verhoging van het aantal publiek
toegankelijke geldautomaten. Het heeft immers
geen zin om over gratis transacties te spreken
wanneer de klanten kilometers ver moeten
omrijden. Ik zal wachten op de resultaten van de
studie.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Interpellation de M. Bert Schoofs au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "les
chiffres inquiétants publiés dans une étude de
l'Association des Employeurs et Cadres
chrétiens du Limbourg concernant les
délocalisations d'entreprises" (n° 484)
02 Interpellatie van de heer Bert Schoofs tot de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
onrustwekkende cijfergegevens van een studie
van VKW Limburg inzake delokalisering van
bedrijven" (nr. 484)
02.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Selon une
étude de VKW-Limburg, un nombre alarmant
d'entreprises envisageraient de quitter le Limbourg
pour aller s'installer dans les pays d'Asie et
d'Europe de l'Est.
Comment le gouvernement réagit-il à cette
situation ? Quand disposera-t-on d'un plan fédéral
visant à prévenir les délocalisations planifiées ?
02.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Volgens
een studie van VKW-Limburg zou een
onrustwekkend aantal bedrijven willen verhuizen
van Limburg naar Aziatische en Oost-Europese
landen.
Hoe reageert de regering op deze studie? Wanneer
komt er een federaal plan komen dat de geplande
delocaliseringen tijdig aanpakt en tegenhoudt?
02.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
L'étude du VKW Limbourg souligne, en effet, à
juste titre le risque de voir un certain nombre
d'entreprises établies dans le Limbourg quitter la
province. Le gouvernement fédéral déploie déjà de
02.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): De
studie van VKW-Limburg vestigt terecht de
aandacht op het dreigende vertrek van een aantal
bedrijven die in Limburg gevestigd zijn. De federale
regering doet reeds een groot aantal inspanningen
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
3
substantiels efforts pour créer un climat favorable
aux entreprises, mais le véritable développement
de l'activité économique relève de la compétence
des Régions.
Au demeurant, notre pays occupe la tête en ce qui
concerne l'attrait d'investissements étrangers, une
position que les mesures prises à Gembloux vont
encore renforcer.
om een gunstig ondernemingsklimaat te scheppen,
maar de eigenlijke ontwikkeling van de
economische activiteit is een bevoegdheid van de
regio's.
Ons land is overigens een koploper inzake het
aantrekken van buitenlandse investeringen en dit
zal nog verbeteren door de maatregelen getroffen
in Gembloers.
Les pays voisins sont également confrontés au
phénomène de la délocalisation. Le transfert en
Chine est surtout lié au nouveau marché potentiel
qui se développe dans ce pays grâce à
l'accroissement du niveau de vie et n'engendre pas
de réexportation plus économique vers l'Europe. La
production est souvent délocalisée, mais la
distribution, le marketing et le siège central restent
en Belgique.
Le rapport d'enquête «Délocalisation, innovation et
emploi» démontre également que la délocalisation
n'entraîne pas nécessairement une réduction des
activités et de l'emploi en Belgique.
Delocalisatie is een fenomeen waarmee ook onze
buurlanden kampen. De verhuizing naar China
heeft vooral te maken met de ontwikkeling van een
nieuwe potentiële markt door de verhoogde
levensstandaard daar en veroorzaakt geen
goedkopere wederuitvoer naar Europa. Vaak ook
wordt de productie wel verplaatst, maar blijven de
distributie, de marketing en de hoofdzetel in België.
Ook bewijst het onderzoeksrapport "Delocalisatie,
innovatie en werkgelegenheid" dat delocalisatie niet
noodzakelijk zorgt voor een afbouw van de activiteit
en de tewerkstelling in België.
02.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang): La série de
mesures à laquelle le ministre fait référence est
minime par rapport à l'ampleur du problème. Vous
aviez promis 200.000 nouveaux emplois mais nous
n'en avons jamais été aussi loin. Transférer
l'ensemble du problème aux Régions n'est pas non
plus une solution. La seule réponse possible est la
scission : laissons la Flandre résoudre le problème
elle-même.
02.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Het pakket
maatregelen waarnaar de minister verwijst is erg
beperkt in vergelijking met de ernst van het
probleem. Van de beloofde 200.000 nieuwe jobs
staan we verder af dan ooit. Het doorschuiven van
de hete aardappel naar de Gewesten is ook geen
oplossing. Het enige antwoord ligt in de splitsing:
laat Vlaanderen het probleem zelf aanpakken.
02.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
En ce qui concerne les 200.000 emplois, je tiens à
souligner que, selon le rapport de l'I.N.S., le taux
d'activité a augmenté et que l'effectif actif est passé
de 3,9 millions à 4,1 millions. Si seulement
l'économie était une compétence fédérale ! Mais le
développement économique a été régionalisé.
Pour harmoniser nos coûts salariaux avec ceux de
nos voisins, je souhaite transformer la loi pour la
protection de la compétitivité en une loi
d'encouragement à la compétitivité.
02.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Wat de 200.000 banen betreft, wijs ik erop dat uit
het NIS-rapport blijkt dat de activiteitsgraad is
gestegen van 3,9 miljoen actieve werkkrachten
naar 4,1 miljoen. Was het trouwens maar waar dat
economie louter een federale bevoegdheid was: de
economische ontwikkeling is geregionaliseerd.
Om onze loonkosten op het niveau van de
buurlanden te brengen, wil ik de wet tot
bescherming van het concurrentievermogen
omvormen tot een wet op de aanmoediging van het
concurrentievermogen.
02.05 Bert Schoofs (Vlaams Belang): En effet,
cette loi doit être adaptée. Le problème réside dans
le fait que les compétences économiques sont
fortement éparpillées. Le taux d'activité a peut-être
bien augmenté mais on attend du gouvernement
Verhofstadt qu'il crée les 200.000 emplois promis.
02.05 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Die wet
moet inderdaad worden aangepast. Het probleem
met de economische bevoegdheden is natuurlijk
dat ze zo versnipperd zijn. De activiteitsgraad mag
dan misschien wel gestegen zijn, maar de regering-
Verhofstadt zal worden afgerekend op de 200.000
beloofde jobs.
Motions Moties
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
4
En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.
Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
Une motion de recommandation a été déposée par
M. Bert Schoofs et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. Bert Schoofs
et la réponse du ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la Politique
scientifique,
recommande au gouvernement
de prendre rapidement et énergiquement les
mesures efficaces nécessaires et de définir des
orientations politiques en vue de mettre un terme
aux délocalisations d'entreprises."
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heer Bert Schoofs en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Bert Schoofs
en het antwoord van de minister van Economie,
Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid,
beveelt de regering aan
om spoedig en op doortastende wijze de nodige
efficiënte maatregelen te treffen en beleidslijnen te
ontwikkelen om de uitstroom van bedrijven een halt
toe te roepen."
Une motion pure et simple a été déposée par
Mmes Dominique Tilmans et Véronique Ghenne.
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
dames Dominique Tilmans en Véronique Ghenne.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.
Over de moties zal later worden gestemd.
De bespreking is gesloten.
03 Questions jointes de
- Mme Dominique Tilmans au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la loi relative
aux implantations commerciales" (n° 4425)
- M. Richard Fournaux au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la mise en application
de la loi relative à l'autorisation d'implantations
commerciales" (n° 4459)
03 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Dominique Tilmans aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de wet op de
handelsvestigingen" (nr. 4425)
- de heer Richard Fournaux aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de uitvoering van de
wet betreffende de vergunning van
handelsvestigingen" (nr. 4459)
03.01 Dominique Tilmans (MR): Ma question
porte sur la loi relative aux implantations
commerciales, dont vous voulez finaliser au plus
vite les arrêtés royaux d'application.
Les commissions provinciales pour la distribution
ont été supprimées et vous avez prévu que la
représentation provinciale se fasse au sein du
comité socio-économique national via les
organisations des classes moyennes. On risque
néanmoins de voir des sous-régions, de Flandre ou
de Wallonie, ne plus être réellement représentées
voire être noyées au sein de ce méga-comité.
Dès lors, ne faudrait-il pas y prévoir différentes
catégories, avec des représentants provinciaux ?
Par ailleurs, il est difficile, dans un grand comité,
d'analyser spécifiquement des situations à
problèmes, en raison d'un manque de perception
de terrain. Ne devrait-on pas créer, au niveau
régional, une commission relative aux implantations
commerciales, un peu comme les commissions de
03.01 Dominique Tilmans (MR): Mijn vraag gaat
over de wet betreffende de handelsvestigingen,
waarvan u de koninklijke toepassingsbesluiten zo
snel mogelijk wil afronden.
De provinciale commissies voor de distributie
werden afgeschaft en u heeft bepaald dat de
provincies via de middenstandsorganisaties in het
nationaal sociaal-economisch comité voor de
distributie zullen vertegenwoordigd worden. Het
gevaar bestaat echter dat Vlaamse of Waalse
subregio's niet meer effectief vertegenwoordigd
worden of in dat megacomité hun stem helemaal
verloren zien gaan.
Is het niet aangewezen in verschillende categorieën
te voorzien, met provinciale vertegenwoordigers?
Het is bovendien moeilijk in een groot comité
specifieke probleemsituaties te analyseren bij
gebrek aan voldoende kennis van de situatie in het
veld. Zou men op gewestniveau geen commissie
voor de handelsvestigingen moeten inrichten, een
beetje naar het voorbeeld van de
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
5
recours d'urbanisme?
beroepscommissies inzake stedenbouw?
03.02 Richard Fournaux (MR): Ma question
complète celle de Mme Tilmans.
Le Conseil des ministres doit approuver les arrêtés
royaux de mise en application de la loi sur les
implantations commerciales. Une série de
promoteurs ou de projets sont en attente de ceux-ci
et des dossiers sont bloqués.
Quel est le timing quant à votre décision - ou celle
du Conseil des ministres - sur ces arrêtés royaux?
Quel en sera le contenu, ceci pour permettre à
certains promoteurs d'adapter leurs projets en
conséquence? Avez-vous eu des contacts avec les
unions des villes et communes sur les nouvelles
compétences du collège des bourgmestre et
échevins dans le cadre de la mise en application de
cette loi ?
03.02 Richard Fournaux (MR): Mijn vraag vult die
van mevrouw Tilmans aan.
De Ministerraad moet de uitvoeringsbesluiten van
de wet op de handelsvestigingen goedkeuren. Een
aantal promotoren en projecten wacht op die
besluiten. In afwachting zijn die dossiers
geblokkeerd.
Wanneer zal u of de Ministerraad daaromtrent
een beslissing nemen? Wat zal de inhoud van die
koninklijke besluiten zijn? Dat is belangrijk,
aangezien de promotoren hun projecten daar nu al
kunnen op afstemmen. Waren er al contacten met
de verenigingen van steden en gemeenten over de
nieuwe bevoegdheden die het college van
burgemeester en schepenen in het raam van de
uitvoering van die wet worden toegewezen?
03.03 Marc Verwilghen, ministre (en français): Les
arrêtés d'exécution sont en discussion à mon
cabinet. L'objectif est de les finaliser avant la fin de
l'année. Dès que ce sera fait, j'en informerai tous
les intéressés.
Je ne comprends pas vos craintes, car l'article 4, §
2, al. 7, de la loi prévoit que les organisations des
classes moyennes représentées dans les conseils
socio-économiques régionaux désignent, par
province, un membre appelé à siéger au comité
socio-économique national quand la province sera
concernée.
Je ne crois pas que ces représentants ne
connaissent pas leur province. Je leur accorde
toute ma confiance. En outre, le collège des
bourgmestre et échevins s'est vu conférer une
vaste compétence, ce qui garantit une attention
suffisante accordée à la situation locale.
Pour le reste, des contacts avec les associations
ont eu lieu et, à première vue, il n'y a aucun
problème réel.
03.03 Minister Marc Verwilghen (Frans): De
uitvoeringsbesluiten worden momenteel door mijn
kabinet besproken. Het is de bedoeling dat ze voor
eind dit jaar klaar zijn. Zodra dat het geval is, zal ik
alle betrokken partijen op de hoogte brengen.
Uw vrees lijkt me ongegrond. Artikel 4, § 2, 7
de
lid
van de wet bepaalt immers dat de
middenstandsorganisaties die in de gewestelijke
sociaal-economische raden zijn vertegenwoordigd,
per provincie een lid aanwijzen om zitting te hebben
in het nationaal sociaal-economisch comité
wanneer de vestiging in hun provincie is gelegen.
Ik geloof niet dat die vertegenwoordigers hun
provincie niet kennen. Ze hebben mijn volste
vertrouwen. Bovendien kreeg ook het college van
burgemeester en schepenen ruime bevoegdheden,
zodat zeker voldoende aandacht naar de
plaatselijke toestand zal gaan.
Er waren overigens al contacten met de
verenigingen en, zo te zien, doen zich geen echte
problemen voor.
03.04 Richard Fournaux (MR): Ma question
portait aussi sur les délais. Je proposais d'informer
dès à présent les promoteurs de projets du contenu
ou au moins de l'orientation générale des arrêtés
royaux, pour leur permettre de s'adapter sans
attendre des mois.
03.04 Richard Fournaux (MR): Mijn vraag had
ook betrekking op de termijnen. Ik stelde voor de
projectpromotoren nu al op de hoogte te brengen
van de inhoud of alleszins van de grote lijnen van
de koninklijke besluiten, zodat ze daar nu al
rekening kunnen mee houden en geen maanden
meer hoeven te wachten.
03.05 Marc Verwilghen, ministre (en français):
C'est en pourparlers. Dès que possible, je
communiquerai les éléments pour qu'ils puissent
03.05 Minister Marc Verwilghen (Frans): Het
overleg is nog aan de gang. Ik zal, zodra dat kan,
de nodige gegevens meedelen, zodat de
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
6
s'orienter dans la direction retenue.
promotoren met de krachtlijnen rekening kunnen
houden.
03.06 Dominique Tilmans (MR): Il serait peut-être
intéressant que ne soient pas seulement
représentées des personnes appartenant aux
classes moyennes !
03.06 Dominique Tilmans (MR): Het zou wellicht
goed zijn indien niet alleen de middenstand
vertegenwoordigd werd.
03.07 Trees Pieters (CD&V): Je constate avec
étonnement que des membres de la majorité font à
présent exactement les mêmes observations que
nous lorsque la loi devait encore être adoptée.
Nous avons toujours mis en garde contre le fait que
bon nombre de petites communes n'étaient pas en
mesure de prendre ce rôle en charge. À l'époque,
j'avais également introduit un amendement tendant
à une meilleure représentation des classes
moyennes. Le groupe parlementaire du MR a
approuvé la loi sans commentaire et, maintenant
qu'il est trop tard, des membres de ce même
groupe viennent formuler toutes sortes
d'observations.
03.07 Trees Pieters (CD&V): Ik stel tot mijn
verbazing vast dat leden van de meerderheid nu
precies dezelfde opmerkingen maken als wij, toen
de wet nog goedgekeurd moest worden. Wij
hebben altijd gewaarschuwd dat veel kleine
gemeenten niet in staat zijn deze rol op zich te
nemen. Ik heb indertijd ook een amendement
ingediend voor een betere vertegenwoordiging van
de middenstand. De MR-fractie heeft de wet zonder
commentaar goedgekeurd en nu het te laat is
komen leden van diezelfde fractie aanzetten met
allerlei opmerkingen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de Mme Liesbeth Van der Auwera au
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "l'art. 58, § 2 de la loi relative au
droit d'auteur concernant la retenue sur le
produit de la rémunération équitable pour la
promotion de la création d'oeuvres" (n° 4484)
04 Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera
aan de minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid over
"art. 58, par. 2 van de Auteurswet aangaande de
inhouding op de opbrengst van de billijke
vergoeding ter aanmoediging van de schepping
van werken" (nr. 4484)
04.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): L'article
58, § 2, de la loi relative au droit d'auteur dispose
que les Communautés et l'Etat fédéral peuvent
décider d'affecter 30 pour cent de la rémunération
équitable à la promotion de la création d'oeuvres.
Un accord de coopération devait être conclu à cet
égard.
Cela a-t-il été fait ? Dans l'affirmative, comment les
moyens obtenus ont-ils dès lors été affectés ? La
retenue de 30 pour cent ne rend-elle pas
inéquitable la rémunération équitable ? Ne serait-il
pas préférable de régler cette matière au sein des
sociétés de gestion ?
04.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Artikel
58 §2 van de Auteurswet bepaalt dat de
Gemeenschappen en de federale overheid kunnen
beslissen om 30 procent van de billijke vergoeding
te gebruiken voor de aanmoediging van de
schepping van werken. Daartoe moest een
samenwerkingsakkoord afgesloten worden.
Is dit gebeurd? Zo ja, hoe werden de bekomen
middelen dan aangewend? Wordt door de
afhouding van 30 procent de billijke vergoeding niet
onbillijk gemaakt? Zou het niet beter zijn deze
materie te regelen binnen de
beheersvennootschappen?
04.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Un accord de coopération a été conclu le 13
décembre 2002 entre le gouvernement fédéral et
les Communautés en ce qui concerne l'affectation
de 30 pour cent du produit de la rémunération
équitable. La section législation du Conseil d'Etat a
toutefois formulé des objections sur la procédure
suivie. L'accord de coopération vise un transfert de
04.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Op
13 december 2002 werd een
samenwerkingsakkoord gesloten tussen de
federale regering en de Gemeenschappen met
betrekking tot de bestemming van de 30 procent
van de opbrengst van de billijke vergoeding. De
afdeling wetgeving van de Raad van State had
echter bezwaren bij de gevolgde procedure. Het
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
7
moyens financiers fédéraux aux Communautés. La
Constitution n'autorise ce transfert que par une loi
adoptée à la majorité spéciale. Le Conseil d'Etat a
proposé d'amender l'accord pour tourner cette
lourde procédure, mais les Communautés n'ont pas
pu marquer leur accord à cet égard. C'est la raison
pour laquelle les négociations sur un nouvel accord
de coopération ont été suspendues. Il importe
avant tout pour le gouvernement fédéral que les
moyens financiers soient effectivement affectés à la
promotion de la création.
Il est exact que la disposition de l'article 58, § 2,
autorise les Communautés à affecter une part
considérable de la rémunération dans le cadre de
leur politique culturelle.
Les statuts de certaines sociétés de gestion
permettent déjà d'affecter une partie de l'allocation
à la promotion de la création d'oeuvres et de
prestations. Il appartient aux sociétés de gestion et
aux bénéficiaires qu'elles représentent de décider
de l'affectation des droits perçus.
samenwerkingsakkoord beoogt de overdracht van
federale middelen aan de Gemeenschappen. Dat
kan volgens de Grondwet enkel worden geregeld
door een wet aangenomen met een bijzondere
meerderheid. De Raad van State heeft een
amendering van het akkoord voorgesteld om deze
zware procedure te omzeilen, maar de
Gemeenschappen konden daarmee niet akkoord
gaan. De besprekingen over een nieuw
samenwerkingsakkoord werden daarom stopgezet.
Voor de federale regering is het vooral belangrijk
dat de middelen wel degelijk worden gebruikt voor
de aanmoediging van schepping.
Het klopt dat de bepaling van artikel 58 §2 de
Gemeenschappen toestaat een aanzienlijk deel van
de vergoeding te gebruiken in het kader van hun
cultuurpolitiek.
De statuten van bepaalde
beheersvennootschappen maken het reeds
mogelijk om een gedeelte van de vergoeding te
gebruiken ter aanmoediging van de schepping van
werken en prestaties. Het is aan de
beheersvennootschappen en de rechthebbenden
die ze vertegenwoordigen, om te beslissen over de
aanwending van de geïnde rechten.
04.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): J'infère
de la réponse du ministre qu'il n'y a toujours pas de
réglementation. Pourquoi le ministre s'accroche-t-il
à l'article 58, § 2, alors qu'il sait que cette
disposition est inapplicable ? Lors de l'examen de
la transposition de la directive relative à cette
matière, j'insisterai à nouveau pour que la
compétence soit attribuée aux sociétés de gestion.
04.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Uit het
antwoord leid ik af dat er nog steeds geen regeling
is. Waarom blijft de minister vasthouden aan artikel
58 §2, als hij weet dat deze bepaling onuitvoerbaar
is? Bij de bespreking van de omzetting van de
richtlijn over deze materie, zal ik er nogmaals op
aandringen om de bevoegdheid bij de
beheersvennootschappen te leggen.
04.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Le Conseil d'État n'a formulé d'objections qu'au
sujet de la procédure suivie. Il n'a pas dit que
l'article 58, § 2, est sans objet. Un certain nombre
de sociétés de gestion appliquent déjà les
suggestions qui sont présentement formulées.
04.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
De Raad van State had enkel bezwaren bij de
gevolgde procedure, hij heeft niet gezegd dat artikel
58 §2 geen reden tot bestaan heeft. Wat nu
gesuggereerd wordt, wordt door een aantal
beheersvennootschappen reeds uitgevoerd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de Mme Liesbeth Van der Auwera au
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "la création d'une commission
chargée de déterminer les critères, les montants
et les modalités de perception et de contrôle
concernant la reproduction et/ou la
communication d'oeuvres ou de prestations à
des fins d'illustration de l'enseignement ou de
recherche scientifique" (n° 4483)
05 Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera
aan de minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid over
"de oprichting van de commissie met het oog op
het vastleggen van de criteria, de bedragen, de
innings- en controleregels aangaande de
reproductie en/of de mededeling van werken of
prestaties ter illustratie bij onderwijs of
wetenschappelijk onderzoek" (nr. 4483)
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
8
05.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): La loi
relative aux droits d'auteur dispose que les titulaires
du droit à une rémunération équitable et les
personnes tenues de payer la rémunération
déterminent d'un commun accord les critères, les
modalités et les montants de cette rémunération.
Le Roi peut instituer une commission à cet effet.
Celle-ci n'a toujours pas vu le jour malgré les
demandes des intéressés. Pourquoi ? Quand cette
commission sera-t-elle instituée ? En effet, le projet
de loi transposant en droit belge la directive
européenne relative à l'harmonisation du droit
d'auteur prévoit toujours la création de cette
commission.
05.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V):
Volgens de Auteurswet kunnen de houders van het
recht op een billijke vergoeding en degenen die de
vergoeding verschuldigd zijn, in onderling overleg
de criteria, de nadere regels en de bedragen van
de vergoeding bepalen. De Koning kan daartoe een
commissie oprichten. Ondanks de vraag van de
betrokkenen, heeft deze commissie echter nog niet
het levenslicht gezien. Waarom? Wanneer zal de
commissie worden opgericht? Het wetsontwerp
houdende de omzetting van de Europese richtlijn
betreffende de harmonisatie van het auteursrecht
blijft immers in de oprichting van deze commissie
voorzien.
05.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
L'arrêté royal du 25 octobre 2001 fixe la
composition de la commission, mais celle-ci ne
s'est pas encore réunie. Ceci s'explique
principalement par le fait que la transposition de la
directive CE pourrait modifier de manière
considérable l'exception prévue au bénéfice de
l'enseignement. Plusieurs amendements ont été
déposés dans le but d'étendre cette exception au
droit de communication au public. Le gouvernement
y a donné suite. La commission pourra se réunir
dès que la transposition de la directive sera
réalisée.
05.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): De
samenstelling van de commissie werd geregeld bij
KB van 25 oktober 2001, maar ze is nog niet
samengekomen. De voornaamste reden hiervoor is
dat de omzetting van de EG-richtlijn aanleiding zou
kunnen geven tot een belangrijke wijziging van de
uitzondering ten voordele van het onderwijs. Er
werden verschillende amendementen ingediend
met de bedoeling om deze uitzondering uit te
breiden tot het recht van mededeling aan het
publiek. De regering is hierop ingegaan. Eens de
omzetting van de richtlijn een feit is, kan de
commissie samenkomen.
05.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Je me
réjouis d'entendre que le gouvernement est malgré
tout disposé à tenir compte de mon amendement.
05.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Ik ben
blij dat de regering toch nog bereid is om in te gaan
op mijn amendement.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de M. Dylan Casaer au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la rentabilité
des contrats d'assurance RC automobile"
(n° 4380)
06 Vraag van de heer Dylan Casaer aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
rendabiliteit van de verzekeringscontracten BA
auto" (nr. 4380)
06.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Le secteur des
assurances a récemment annoncé que les contrats
RC auto étaient plus rentables que les années
précédentes. Alors qu'en 2002, on a enregistré des
pertes pour un montant de 158 millions d'euros,
celles-ci ne s'élevaient plus qu'à 98 millions d'euros
en 2003. Cette évolution s'explique en partie par la
diminution de la sinistralité. Les efforts consentis
par les pouvoirs publics ont en effet résulté en une
réelle diminution des accidents.
Malgré cela, la prime moyenne RC pour les
voitures de tourisme a augmenté de 6,8% en 2003.
La suppression complète du système bonus-malus,
obtenue sous l'impulsion de la Commission
européenne, coïncide donc avec une hausse des
06.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): De
verzekeringssector maakte onlangs bekend dat de
contracten BA auto het inzake rentabiliteit veel
beter doen dan de voorbije jaren. Terwijl in 2002
nog 158 miljoen euro verlies werd geboekt, was er
in 2003 een winst van 98 miljoen euro. Dat komt
deels door de daling van de schadelast.
Overheidsinspanningen resulteerden namelijk in
flink wat minder ongevallen.
Toch werd in 2003 de gemiddelde BA-premie voor
personenwagens met 6,8 procent verhoogd. De
volledige afschaffing van het bonus-malussysteem,
die er kwam onder druk van de Europese
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
9
prix pour les consommateurs. Il ressort d'une étude
menée par Test-Achats que ce sont surtout les
jeunes et les personnes âgées qui encourent le
plus de risques d'être victimes d'accidents de la
route.
Selon la déclaration de politique fédérale, la
diminution du nombre d'accidents et de victimes
devait mener à une diminution des primes. En
outre, une étude avait été promise pour réintroduire
un système de bonus-malus généralisé et
obligatoire.
Après les arrêts du 7 septembre 2004 de la Cour
européenne de Justice, le ministre ne s'était pas
montré partisan de la réintroduction du système de
bonus-malus. Je suppose que des discussions à ce
sujet ont eu lieu depuis au sein du gouvernement.
Comment le ministre compte-t-il obtenir une
réduction des primes ? Quand le consommateur
pourra-t-il percevoir des changements
? Une
concertation a-t-elle eu lieu avec le secteur des
assurances
? L'étude annoncée va-t-elle être
menée de façon indépendante et tiendra-t-on
compte à cet égard des avantages et des
inconvénients de la réintroduction éventuelle du
système de bonus-malus
? Quelles questions
seront-elles posées ? Quelle méthodologie sera-t-
elle mise en oeuvre ? Quelles parties seront-elles
associées à l'étude ? Quel est le calendrier ?
Quelles autres mesures le ministre compte-t-il
prendre pour garantir un accès équitable à
l'assurance automobile obligatoire RC ? Tiendra-t-il
compte des arrêts de la Cour européenne de
Justice ? Quand le ministre compte-t-il clôturer
l'étude et la concertation avec le secteur ?
Commissie, valt dus samen met hogere prijzen
voor de consument. Uit een studie van Test-
Aankoop blijkt dat vooral jongeren en ouderen het
slachtoffer worden.
In de federale beleidsverklaring stond dat de daling
van het aantal verkeersongevallen en -slachtoffers
tot lagere premies moet leiden. Bovendien werd
een onderzoek beloofd naar een veralgemeende
en verplichte herinvoering van het bonus-
malussysteem.
Toen de arresten van 7 september 2004 van het
Europees Hof van Justitie bekend werden, wierp de
minister zich niet meteen op als voorstander van de
herinvoering van het bonus-malussysteem. Ik neem
aan dat daarover intussen werd gepraat in de
schoot van de regering.
Hoe denkt de minister lagere premies te bekomen?
Wanneer zal de consument iets merken van de
veranderingen? Was er al overleg met de
verzekeringssector? Zal het aangekondigde
onderzoek op onafhankelijke wijze worden
uitgevoerd en wordt daarbij rekening gehouden met
pro's en contra's van een herinvoering van het
bonus-malussysteem? Welke vragen zullen worden
gesteld? Welke methodiek wordt gehanteerd?
Welke partijen worden bij het onderzoek
betrokken? Wat is de timing? Welke andere
maatregelen wil de minister nemen om de gelijke
toegang tot de verplichte BA autoverzekering te
waarborgen? Zal hij rekening houden met de
uitspraken van het Europees Hof van Justitie
terzake? Wanneer wil de minister het onderzoek en
het overleg met de sector afronden?
06.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Il est prématuré de d'ores et déjà s'exprimer à ce
sujet. Lorsque nous serons certains que non
seulement le nombre d'accidents mais aussi le coût
des dommages lié aux sinistres ont diminué, nous
pourrons vérifier si cette tendance positive se
traduit dans le montant des primes. Si celles-ci ne
diminuent pas, nous pourrons nous demander si la
réintroduction du système de bonus-malus
obligatoire est nécessaire ou non. Toutefois, cette
mesure n'est actuellement pas à l'ordre du jour.
Je n'envisage pas de prendre des mesures
supplémentaires visant à garantir l'accès à
l'assurance automobile obligatoire pour tous les
consommateurs. Des mesures ont déjà été prises
en ce sens. En ce qui concerne les conducteurs
non-assurés, je vous renvoie à la loi du 22 août
2002 relative à l'échange d'informations avec le
service de Mise en circulation des Véhicules.
06.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Het is voorbarig om nu al uitspraken te doen. Pas
wanneer vaststaat dat niet enkel het aantal
ongevallen maar ook de schadelast is gedaald,
kunnen we nagaan of de positieve trend zich ook in
de premies vertaalt. Als de premies niet dalen,
kunnen we onderzoeken of een herinvoering van
het verplichte bonus-malussysteem nuttig is.
Momenteel is die herinvoering niet aan de orde.
Ik overweeg geen bijkomende maatregelen om de
toegang tot de verplichte autoverzekering voor alle
consumenten te garanderen. Er werden al
maatregelen genomen. Wat de onverzekerde
chauffeurs betreft, verwijs ik naar de wet van 22
augustus 2002 inzake de uitwisseling van
informatie met de dienst voor Inverkeerstelling van
Voertuigen.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
10
La dernière partie de la question de Monsieur
Casaer est actuellement sans objet. Je ne prendrai
de nouvelles mesures que si de nouveaux
problèmes se présentent.
Het laatste deel van de vraag van de heer Casaer
is momenteel zonder voorwerp. Enkel als er nieuwe
problemen opduiken, meen ik nieuwe maatregelen
te moeten nemen.
06.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Je considère la
déclaration de politique générale du gouvernement
comme le point de référence. Je le rappellerai au
ministre de temps à autres. Selon moi, le système
de bonus-malus a effectivement des conséquences
positives pour le consommateur.
Le ministre ne se concertera-t-il avec le secteur que
si le nombre d'accidents et les coûts inhérents aux
sinistres continuent d'évoluer favorablement au
cours des prochains mois et années?
06.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Ik beschouw de
beleidsverklaring van de regering als het
referentiepunt. Ik zal de minister er nu en dan aan
herinneren. Volgens mij heeft het bonus-
malussysteem wel positieve gevolgen voor de
consument.
Zal de minister pas overleggen met de sector als de
positieve trend inzake ongevallen en schadelast
zich de komende maanden en jaren doorzet?
06.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Pas du tout. Il importe surtout que cette tendance
se poursuive. Si les conditions relatives aux
accidents et au coût des sinistres sont remplies, il
doit également y avoir une compensation. Ce n'est
pas une question d'années. Le secteur devra réagir
dès que la tendance sera suffisamment stable.
06.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Toch niet. Ik vind het vooral belangrijk dat de trend
zich doorzet. Als de voorwaarden inzake
ongevallen en schadelast zijn vervuld, moet daar
ook iets tegenover staan. Dat is geen kwestie van
jaren. Zodra de trend voldoende stabiel is, moet de
sector reageren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de Mme Maya Detiège au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la réforme de
la sylviculture en République Démocratique du
Congo et la légalité de la commercialisation du
bois congolais sur le marché belge" (n° 4386)
07 Vraag van mevrouw Maya Detiège aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
hervorming van de bosbouw in de
Democratische Republiek Congo en de legaliteit
van Congolees hout op de Belgische markt"
(nr. 4386)
07.01 Maya Detiège (sp.a-spirit): En 2002, le
Congo instaurait un nouveau régime forestier. La
législation fiscale a été adaptée et de nouveaux
plans d'affectation du sol sont à l'étude. Il s'agit
d'éviter tout conflit d'intérêts et de diviser la forêt
tropicale en zones pour la population locale, pour la
conservation de la nature et pour l'abattage
d'arbres à des fins commerciales. Etant donné que
l'abattage industriel est en pleine expansion, un
contrôle sérieux des autorités s'impose. Les
exploitants forestiers sont relativement nombreux à
s'adonner à l'abattage illégal.
Les autorités congolaises ont annulé plusieurs
concessions d'abattage et annoncé un moratoire
sur l'octroi de nouvelles concessions. Il en sera
ainsi jusqu'à ce que de nouvelles règles
transparentes soient annoncées.
Malheureusement, le moratoire n'est pas respecté.
Des concessions sont octroyées sans consultation
publique préalable. Par ailleurs, il semblerait que du
07.01 Maya Detiège (sp.a-spirit): In 2002 werd in
Congo een nieuwe boswetgeving van kracht. De
fiscale wetgeving werd aangepast en er wordt
gewerkt aan nieuwe bodembestemmingsplannen.
Het is de bedoeling belangenconflicten te vermijden
en het regenwoud te verdelen in zones voor lokale
bevolking, natuurbehoud en commerciële houtkap.
Omdat de industriële houtkap echter in volle
expansie is, dringt gedegen overheidscontrole zich
op. Nogal wat bosexploitanten bezondigen zich aan
illegale praktijken.
De Congolese overheid annuleerde een aantal
houtkapconcessies en kondigde een moratorium af
op de toekenning van nieuwe concessies. Dat blijft
zo tot nieuwe, transparante regels worden
afgekondigd. Helaas wordt het moratorium op grote
schaal geschonden. Concessies worden uitgereikt
zonder voorafgaande openbare consultatie.
Bovendien zijn er aanwijzingen dat hout van
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
11
bois provenant de sociétés qui ne respectent pas le
moratoire, soit exporté vers la Belgique.
Le règlement FLEGT vise actuellement à interdire
l'accès au marché européen du bois abattu
illégalement. Une nouvelle législation et de
nouveaux accords de partenariat volontaire avec
les pays producteurs sont actuellement envisagés.
Dans le dernier accord gouvernemental, les
autorités belges s'étaient engagées à endiguer
l'importation de bois abattu illégalement. En mai
2004, la Belgique, ses pays voisins et les
représentants de l'Union européenne s'étaient
concertés avec les autorités congolaises à propos
d'un partenariat volontaire. Le plan fédéral de
développement durable de septembre 2004
annonçait également des mesures de lutte contre
l'abattage illégal.
Quel tonnage de bois la Belgique a-t-elle importé
en provenance de la République Démocratique du
Congo en 2002, 2003 et 2004 ? Existe-t-il des
estimations du volume de bois congolais qui
franchit nos frontières en passant par les pays
voisins ?
bedrijven die zich niet aan de regels houden naar
België wordt uitgevoerd.
Via het FLEGT-proces wordt nu geprobeerd illegaal
gekapt hout van de Europese markt te weren. Men
denkt aan nieuwe wetgeving en aan vrijwillige
partnerschapovereenkomsten met producerende
landen. De Belgische regering maakte in het
jongste regeerakkoord alvast een actiepunt van de
indijking van de invoer van illegaal gekapt hout. In
mei 2004 pleegden ons land, onze buurlanden en
vertegenwoordigers van de Europese Unie overleg
met de Congolese overheid over een vrijwillig
partnerschap. Ook in het federaal plan Duurzame
Ontwikkeling van september 2004 werden
maatregelen aangekondigd tegen illegale houtkap.
Hoeveel hout importeerde België in 2002, 2003 en
2004 uit de Democratische Republiek Congo?
Bestaan er ramingen over de hoeveelheid
Congolees hout die ons land binnenkomt via onze
buurlanden?
07.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
En 2002, 9.517 tonnes de bois congolais ont été
importées dans notre pays, contre 7.714 tonnes en
2003 et 2.385 tonnes au cours du premier trimestre
de 2004. À ma connaissance, il n'existe pas
d'estimations de la quantité de bois importé par le
biais des pays voisins.
07.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): In
2002 werd 9.517 ton Congolees hout ingevoerd in
ons land, in 2003 7.714 ton en in de eerste vier
maanden van 2004 2.385 ton. Bij mijn weten
bestaan er geen ramingen van de hoeveelheid hout
die via onze buurlanden wordt ingevoerd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de Mme Maya Detiège au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la suppression
de la Commission des Prix pour les
médicaments non remboursables" (n° 4538)
08 Vraag van mevrouw Maya Detiège aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
afschaffing van de prijzencommissie voor niet-
terugbetaalbare geneesmiddelen" (nr. 4538)
08.01 Maya Detiège (sp.a-spirit): Il y a six mois, la
ministre Moerman avait provoqué l'émoi en
proposant de supprimer la commission des prix
pour les médicaments non remboursables. Je
crains que le patient n'y trouve pas son compte. Si
l'industrie pharmaceutique souhaite appliquer des
hausses de prix, le gouvernement ne pourra plus
intervenir. La formation de monopoles va entraîner
une hausse considérable des prix. Le
gouvernement doit veiller à la qualité et
l'accessibilité des soins de santé.
Le ministre compte-t-il poursuivre la politique de
son prédécesseur ? Plaide-t-il pour la libéralisation
du marché ? A l'époque, Mme Moerman avait
08.01 Maya Detiège (sp.a-spirit): Een half jaar
geleden ontstond opschudding omdat minister
Moerman voorstelde de prijzencommissie voor niet-
terugbetaalbare geneesmiddelen af te schaffen. Ik
vrees dat dat geen goede zaak is voor de patiënt.
Als de farmaceutische industrie prijsverhogingen
wil, zal de overheid immers niet meer kunnen
ingrijpen. Door de monopolievorming zullen de
verhogingen aanzienlijk zijn. De overheid moet
waken over de kwaliteit en toegankelijkheid van de
gezondheidszorg.
Wil de minister het beleid van zijn voorganger
voortzetten? Pleit hij voor vrijmaking van de markt?
Minister Moerman bestelde destijds een studie bij
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
12
demandé une étude au Bureau du Plan et avait
annoncé un débat sur le fonctionnement de la
commission des prix. Elle n'en a toutefois jamais
publié de résultats. Ces données sont-elles entre-
temps disponibles
? Le ministre va-t-il les
communiquer
? Va-t-il tenir compte des
observations qui ont été formulées ?
het Planbureau en kondigde een debat aan over de
werking van de prijzencommissie. Ze maakte
echter nooit resultaten bekend. Zijn de gegevens
intussen voorhanden? Wil de minister ze
bekendmaken? Zal hij rekening houden met de
opmerkingen?
08.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
En ce qui concerne la régulation des prix des
médicaments non remboursables, je renvoie à ma
note de politique qui s'inscrit dans le prolongement
de la politique de mon prédécesseur. L'examen de
la dérégulation se poursuit. Ma vision diffère en ce
qui concerne les maisons de repos.
Le Bureau du Plan a mené une étude sur le
contrôle des prix. Celui-ci se traduit par une
sécurité de prix pour les consommateurs mais par
une insécurité pour les producteurs. Le Bureau du
Plan se conforme à la vision de la Commission
européenne, qui estime que la liberté en matière de
formation des prix va avoir pour conséquence de
rendre les médicaments plus rapidement
disponibles et d'élargir le choix pour le
consommateur. Les prix imposés en Belgique
figurent parmi les plus bas mais c'est la France qui
emmène le classement avec un système de liberté
des prix à la production. C'est la preuve que la
libéralisation du marché peut mener à une
diminution des prix, ce qui aura pour effet de rendre
la régulation des prix superflue, voire contre-
productive. Une régulation des prix génère aussi
des charges administratives pour les entreprises.
Je transmettrai l'étude du Bureau du Plan à Mme
Detiège.
08.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Inzake de prijsregulering van niet-terugbetaalbare
geneesmiddelen verwijs ik naar mijn beleidsnota,
die aansluit bij het beleid van mijn voorgangster. De
deregulering wordt verder onderzocht. Over de
rustoorden heb ik echter een andere visie.
Het Planbureau heeft een studie uitgevoerd over de
prijscontrole. Die levert prijszekerheid op voor de
consument, maar prijsonzekerheid voor de
producent. Het Planbureau volgt de visie van de
Europese Commissie die stelt dat vrije prijsvorming
zal leiden tot een snellere beschikbaarheid van
geneesmiddelen en meer keuze voor de
consument. De prijzen in België horen weliswaar tot
de lagere, maar Frankrijk met een systeem van
vrije producentenprijzen heeft de laagste. Dit
bewijst dat vrije marktwerking kan leiden tot lagere
prijzen, waardoor prijsregulering overbodig en zelfs
contraproductief lijkt. Prijsregulering veroorzaakt
ook administratieve lasten voor de bedrijven. Ik zal
de studie van het Planbureau aan mevrouw
Detiège bezorgen.
08.03 Maya Detiège (sp.a-spirit): Lors de l'examen
de la note de politique générale, il a été dit que les
études seraient rendues publiques.
08.03 Maya Detiège (sp.a-spirit): Bij de
bespreking van de beleidsnota werd gezegd dat de
studies openbaar zouden worden gemaakt.
08.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Je respecterai mon engagement.
08.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Ik
zal mijn engagement nakomen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de Mme Karine Lalieux au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur
"l'assurance contre les inondations" (n° 4570)
09 Vraag van mevrouw Karine Lalieux aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
overstromingsverzekering" (nr. 4570)
09.01 Karine Lalieux (PS) : La presse a annoncé
voici quelques semaines un accord tant au sein du
gouvernement qu'avec Assuralia, c'est-à-dire
l'ensemble des assureurs, sur l'assurance
catastrophes naturelles. Ce projet vise à rendre
obligatoire l'assurance inondation en la liant à
09.01 Karine Lalieux (PS): Enkele weken geleden
vernamen we in de pers dat zowel op
regeringsniveau als met Assuralia, de
beroepsvereniging voor
verzekeringsondernemingen, een akkoord over de
verzekering voor natuurrampen tot stand kwam.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
13
l'assurance incendie. Nous souhaitons être certains
que cette solidarité se fera au bénéfice des assurés
et non des assureurs.
L'ensemble des citoyens, et particulièrement ceux
se situant dans des zones à risques, pourront-ils
contracter une assurance à un prix raisonnable de
l'ordre de 5 à 10 ? Avez-vous la garantie que,
dans quelques années, la prime de l'assurance
obligatoire incendie-inondation n'augmentera pas
de manière significative pour certaines catégories
de personnes comme pour l'assurance auto ? Nous
sommes d'accord pour mutualiser les risques, mais
pas pour que les assurés paient davantage.
Daarbij zou de overstromingsverzekering, die aan
de brandverzekering zou worden gekoppeld,
verplicht worden. Onze zorg is echter dat die
solidariteit de verzekerden, en niet de verzekeraars,
ten goede zou komen.
Zullen alle burgers, in het bijzonder wie in een
risicogebied woont, een verzekering kunnen
afsluiten tegen een haalbare prijs (in de grootteorde
van 5 tot 10 euro)? Bent u er zeker van dat de
premie van de verplichte brand- en
overstromingsverzekering binnen een paar jaar
voor bepaalde categorieën van verzekerden niet
fors zal toenemen, zoals voor de autoverzekering
het geval was? We vinden het goed dat de risico's
op basis van onderlinge solidariteit worden
gedragen, maar willen niet dat de
verzekeringnemers voor de extra kosten opdraaien.
09.02 Marc Verwilghen, ministre (en français): Je
confirme que dès que le projet aura été voté,
l'ensemble des citoyens pourra contracter une
assurance catastrophes naturelles avec une prime
raisonnable dont le prix sera de 3 ou 4 par
tranche de 25.000 . Cela ne vaut que si le champ
d'application s'étend à tous les assurés incendie et
concerne l'ensemble des risques catastrophes
naturelles. Les personnes résidant dans des zones
à risque seront assurées soit via leur assureur, soit
via le Bureau de Tarification.
En ce qui concerne l'évolution des prix, la
concurrence dans ce secteur est suffisamment
grande pour garantir des primes compétitives,
comme cela a été le cas pour la prime
complémentaire demandée pour la couverture du
risque « tempête ». Enfin, le Bureau de Tarification
a été instauré pour les gros risques à l'exemple de
ce que l'on a déjà fait en matière d'assurance auto.
09.02 Minister Marc Verwilghen (Frans): Ik kan
bevestigen dat, zodra het ontwerp is aangenomen,
alle burgers tegen een redelijke prijs een
natuurrampenverzekering zullen kunnen afsluiten:
de premie zal 3 of 4 euro per schijf van 25.000 euro
bedragen. Dat kan echter alleen wanneer het
stelsel op alle verzekeringnemers van een
brandverzekering van toepassing is en alle risico's
inzake natuurrampen betreft. De bewoners van
risicogebieden zullen hetzij via hun
verzekeringsmaatschappij, hetzij via het
Tariferingsbureau worden verzekerd.
Wat de prijszetting betreft, is de concurrentie in de
sector voldoende groot om ervoor te zorgen dat de
premies competitief blijven. Dat was ook zo voor
de bijkomende premie ter dekking van het
stormrisico. Tot slot werd voor de grote risico's het
Tariferingsbureau opgericht, zoals eerder ook al
voor de autoverzekering het geval was.
09.03 Karine Lalieux (PS): Cette réponse me
rassure quelque peu par rapport au prix de la
prime. J'espère que la plus grande partie des
zones à risques ne devront pas passer par le
Bureau de Tarification, et qu'il y aura un contrôle
très strict à ce niveau-là.
09.03 Karine Lalieux (PS): Uw antwoord stelt me
min of meer gerust wat de hoogte van de premie
betreft. Ik hoop dat de meeste risicozones geen
beroep zullen moeten doen op het
Tariferingsbureau en dat er in dat verband een zeer
scherp toezicht zal worden uitgeoefend.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "le stockage de déchets
radioactifs" (n° 4354)
10 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan
de minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de opslag
van radioactief afval" (nr. 4354)
10.01 Servais Verherstraeten (CD&V): La plate-
forme de Dessel a conclu à une possibilité de dépôt
permanent de déchets faiblement radioactifs à cet
10.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Het
overlegplatform van Dessel is tot de conclusie
gekomen dat daar onder strikte voorwaarden de
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
14
endroit moyennant le respect de strictes conditions,
conclusion que le conseil communal confirmera
probablement. La commune de Mol fera sans doute
de même. Une concertation est en cours à Fleurus-
Farciennes. Je présume que le ministre attend les
conclusions de tous les conseils communaux avant
de prendre une décision. En attendant,
l'entreposage provisoire dans la région de Mol-
Dessel pose des problèmes en raison de fuites au
niveau de certains fûts.
Le deuxième rapport semestriel de la commission
d'inspection est-il prêt ? Pouvons-nous en avoir
copie et quelles en sont les conclusions ? Quelle
est la date de décision limite dans ce dossier et sur
quels critères le ministre se basera-t-il ?
permanente berging van laag radioactief afval
mogelijk is. De gemeenteraad zal dit vermoedelijk
bekrachtigen. De gemeente Mol zal dit wellicht ook
doen. Momenteel is er ook een overleg bezig in
Fleurus-Farciennes. Ik vermoed dat de minister de
conclusies van alle gemeenteraden afwacht
vooraleer te beslissen. Ondertussen is er een
tijdelijke opslag in de regio Mol-Dessel met
problemen van lekkende vaten.
Is het tweede halfjaarlijks rapport van de
inspectiecommissie al klaar? Kunnen we een kopie
krijgen en wat zijn de conclusies? Wat is de uiterste
beslissingsdatum in dit dossier en welke criteria zal
de minister gebruiken?
10.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
L'Office national des déchets radioactifs et des
matières fissiles enrichies (ONDRAF) a déjà remis
trois rapports semestriels intermédiaires
concernant les fûts jugés non conformes. Un
quatrième rapport est attendu d'ici à la fin de
l'année. Fin mai 2004, 7.395 des 30.939 fûts
entreposés avaient été inspectés ; 542 n'étaient
pas conformes. Ils sont conservés dans des
conditions sûres jusqu'à leur mise en conformité.
Etant donné que l'ONDRAF n'est pas responsable
des fûts se trouvant sur les sites d'exploitants
nucléaires, j'ignore si des problèmes se sont
encore posés ailleurs en Belgique après le début
de l'année 2003.
Les quatre communes accueillant des sites
nucléaires ont l'expérience de ce type d'activité.
Les avant-projets comportent un volet
socioéconomique dans lequel sont énumérées les
conditions dans lesquelles l'implantation de
l'infrastructure de dépôt est autorisée sur le
territoire. Ces conditions sont également
mentionnées dans les dossiers finaux que je
recevrai dans les prochains mois. Je ne puis me
prononcer pour l'instant.
Il n'y a pas de date butoir. Les communes se
prononceront d'abord sur ce sujet délicat. Ensuite,
les dossiers finaux seront transmis à l'ONDRAF qui
les soumettra au ministre de tutelle. Après avoir
pris connaissance de toutes les propositions, le
gouvernement décidera tant en matière de dépôt
que de procédure.
10.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): De
Nationale Instelling voor radioactief afval en
verrijkte splijtstoffen (NIRAS) heeft al drie
halfjaarlijkse tussentijdse rapporten ingediend over
de geïdentificeerde niet-conforme vaten. Voor het
einde van het jaar komt er een vierde rapport. Eind
mei 2004 had men al 7.395 van de 30.939
opgeslagen vaten geïnspecteerd. Daarvan waren
er 542 niet conform. Ze worden in veilige
omstandigheden bewaard tot ze opnieuw conform
worden gemaakt. Omdat vaten op sites van
nucleaire exploitanten niet onder de
verantwoordelijkheid van de NIRAS vallen, weet ik
niet of er elders in België na begin 2003 nog
problemen waren.
De vier gemeentes met nucleaire sites zijn
vertrouwd met nucleaire activiteiten. De
voorontwerpen bevatten een sociaal-economisch
onderdeel met daarin de voorwaarden waaronder
men de vestiging van een bergingsinfrastructuur op
het grondgebied aanvaardt. Die voorwaarden staan
ook in de einddossiers die ik in de komende
maanden zal ontvangen. Ik kan me nu nog niet
uitspreken.
Er is geen uiterste datum. Nadat de gemeenten
zich hebben uitgesproken in deze gevoelige
materie worden de einddossiers overhandigd aan
de NIRAS, die ze vervolgens voorlegt aan de
voogdijminister. Nadat de regering kennis heeft van
alle voorstellen zal zij beslissingen nemen, zowel
inzake berging als procedure.
10.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Si le
ministre veut attendre que les décisions soient
prises au niveau local, il faut quand même prévoir
un calendrier et une date butoir.
10.03 Servais Verherstraeten (CD&V): De
minister zegt dat hij de beslissingen op lokaal
niveau wil afwachten, maar er moet toch een timing
en een deadline zijn.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
15
10.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Le traitement du dossier s'est accéléré et
j'escompte qu'il puisse être clôturé dans le courant
de 2005.
10.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Het
dossier is in een stroomversnelling en ik verwacht
dat het in de loop van 2005 zal worden afgerond.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "la vente et l'entreposage de
matériel pyrotechnique" (n° 4376)
11 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan
de minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de verkoop
en opslag van vuurwerk" (nr. 4376)
11.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Depuis le
mois de décembre 2002, le SEDEE refuse
d'assurer le transport, le stockage et la destruction
des feux d'artifice illégaux. Où les feux d'artifice
illégaux seront-ils stockés à la fin de cette année ?
Qui se chargera du transport et de la destruction ?
La solution promise par l'ancien ministre est-elle
déjà intervenue ? Quelle est la quantité de feux
d'artifice stockés dans les dépôts d'Arendonk, de
Tournai et de la Région de Bruxelles-Capitale ?
Existe-t-il d'autres dépôts ? Comment la sécurité
est-elle garantie ?
11.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Sinds
december 2002 wil DOVO niet langer instaan voor
het transport, de opslag en de vernietiging van
illegaal vuurwerk. Waar zal het illegale vuurwerk op
het einde van dit jaar opgeslagen worden? Wie zal
het transporteren en vernietigen? Is de door de
vorige minister beloofde oplossing er al? Hoeveel
vuurwerk ligt er nu nog opgeslagen in de depots in
Arendonk, Doornik en het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest? Zijn er nog andere depots? Hoe wordt de
veiligheid gegarandeerd?
11.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
La recherche de feux d'artifice illégaux relève de la
compétence de la ministre de la Justice, mais le
stockage et la destruction de la mienne.
Les feux d'artifice illégaux comprennent soit les
feux d'artifice légaux stockés illégalement soit les
explosifs interdits aux particuliers. Le magistrat du
parquet décide du transport et du stockage des
feux d'artifice saisis en Flandre ou en Wallonie. J'ai
transmis les coordonnées des dépôts agréés et des
fonctionnaires responsables de mon département
aux collègues des départements de la Justice et de
l'Intérieur. Tout transport se fait dans le respect des
règles de sécurité en vigueur. Avec les
administrations concernées, nous préparons une
solution structurelle.
11.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Het
opsporen van illegaal vuurwerk valt onder de
bevoegdheid van de minister van Justitie, maar de
opslag en vernietiging ervan valt onder mijn
bevoegdheid.
Illegaal vuurwerk is ofwel legaal vuurwerk dat
illegaal gestockeerd werd of springstoffen die
verboden zijn voor particulieren. De
parketmagistraat beslist over het transport en de
opslag van het in beslag genomen vuurwerk, in
Vlaanderen of in Wallonië. Ik heb de
contactgegevens van de erkende opslagplaatsen
en van de verantwoordelijke ambtenaren op mijn
departement doorgegeven aan mijn collega's van
Justitie en Binnenlandse Zaken. Een eventueel
transport zal steeds volgens de geldende
veiligheidsregels verlopen. Wij werken samen met
de andere betrokken administraties aan een
structurele oplossing.
Je n'ai pas connaissance d'autres dépôts
communaux que celui d'Arendonk. Je ne puis pas
non plus vous communiquer les quantités exactes
de pièces d'artifice entreposées dans le dépôt
d'Arendonk, étant donné qu'il s'agit ici d'une
donnée évolutive, mais le dépôt offre assurément
toutes les garanties de sécurité.
Le bourgmestre ne peut agréer un dépôt de pièces
d'artifice qu'à condition que toutes les mesures de
Ik heb geen weet van andere gemeentelijke
opslagplaatsen dan het depot van Arendonk. Ik kan
ook de juiste hoeveelheid vuurwerk in het depot
van Arendonk niet meedelen omdat het hier een
dynamisch gegeven betreft, maar het depot biedt
zeker alle mogelijke veiligheidsgaranties.
De burgemeester mag opslagplaatsen voor
vuurwerk enkel erkennen wanneer zij voldoen aan
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
16
sécurité aient été prises. Mon administration, quant
à elle, met également tout en oeuvre pour garantir
la sécurité.
alle veiligheidsaspecten en ook mijn administratie
doet al het mogelijke om de veiligheid te vrijwaren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de Mme Magda De Meyer au
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "l'avenir du secteur européen du
textile et de l'habillement". (n° 4571)
12 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de toekomst
van de Europese textiel- en kledingsector".
(nr. 4571)
12.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Dans les
années septante, le pays de Waas comptait encore
120 entreprises textiles. Aujourd'hui, cette région
recense à peine trente petites sociétés. Les pertes
d'emploi sont considérables et l'avenir n'est guère
prometteur. A partir de janvier 2005, l'OMC entend,
en effet, ouvrir totalement le marché, qui sera par
conséquent inondé par le textile et les vêtements
invraisemblablement bon marché en provenance
de Chine. L'investissement dans la recherche et la
qualité constitue pour le secteur le seul moyen de
survivre.
Quelles initiatives le ministre prendra-t-il pour
protéger le secteur textile belge ?
12.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): In de jaren
zeventig telde het Waasland nog 120
textielbedrijven, nu zijn er amper nog dertig kleinere
firma's. Het jobverlies is dramatisch en de toekomst
oogt nog minder rooskleurig. Vanaf januari 2005 wil
de WHO immers de markt volledig opengooien en
zal de onrealistisch goedkope Chinese textiel en
kleding de markt overspoelen. Enkel door te
investeren in onderzoek en kwaliteit kan de sector
nog het hoofd boven water houden.
Wat voor initiatieven zal de minister nemen om de
Belgische textielsector te beschermen?
12.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
Le 13 octobre 2004, la Commission a transmis au
Conseil plusieurs recommandations relatives aux
actions à entreprendre dans le secteur du textile et
de l'habillement. Dans ce cadre, des projets
d'arrêtés ont été formulés, puis approuvés à la
réunion du Conseil de la Compétitivité des 25 et 26
novembre 2004. Les actions concernent les achats
de l'Etat, la politique en matière de concurrence,
l'accès à des moyens financiers pour les PME, les
campagnes d'information, la recherche,
l'innovation, l'enseignement et l'emploi. Des actions
régionales envisageables sont par ailleurs
énumérées. Mon administration suivra ces actions.
12.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Op
13 oktober 2004 heeft de Commissie aan de Raad
een aantal aanbevelingen doorgegeven voor acties
in de textiel- en kledingsector. Als gevolg daarvan
werden er ontwerpbesluiten geformuleerd die op de
Raad Concurrentievermogen van 25 en 26
november 2004 werden goedgekeurd. De acties
situeren zich op het vlak van overheidsaankopen,
concurrentiebeleid, toegang tot financiële middelen
voor KMO's, informatiecampagnes, onderzoek,
innovatie, onderwijs en tewerkstelling. Daarnaast is
er een opsomming van mogelijke regionale acties.
Mijn administratie zal deze acties opvolgen.
Nous allons également suivre de près les
développements dans le secteur après le 1
er
janvier
2005, surtout en ce qui concerne l'évolution de
l'importation provenant de Chine. Une proposition a
déjà été faite pour un système de contrôle. Si
nécessaire, nous invoquerons la clause de
sauvegarde que la Chine a adoptée lors de son
adhésion à l'OMC. La politique d'approche en
matière de contrefaçon va également être
poursuivie. D'après l'étude de la Commission quant
à l'impact de la libéralisation des secteurs belges
des produits du textile et de l'habillement, il
apparaît par ailleurs que ceux-ci vont pouvoir se
maintenir.
Ook zullen we de ontwikkelingen in de sector na 1
januari 2005 op de voet volgen, vooral de evolutie
van de import uit China. Er is reeds een voorstel
voor een systeem van toezicht uitgewerkt. Indien
nodig zullen wij gebruikmaken van de
vrijwaringsclausule die China aanvaard heeft bij de
toetreding tot de WHO. Ook wordt het beleid inzake
de aanpak van namaak voortgezet. Uit de studie
van de Commissie over de impact van de
liberalisering op de Belgische textiel- en
kledingsector blijkt overigens dat de sector zich
staande zal weten te houden.
Tijdens de missie in China is overigens gebleken
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
17
Lors de la mission en Chine, il est apparu évident
que le gouvernement chinois était conscient de la
problématique et du fait que nous allons suivre de
près l'évolution de la situaiton. Le gouvernement
chinois s'est également engagé à mener une
politique effective en matière de lutte contre la
contrefaçon.
dat ook de Chinese regering zich bewust is van de
problematiek en van het feit dat wij de evolutie op
de voet zullen volgen. Ook heeft de Chinese
regering zich geëngageerd om een effectief beleid
te voeren tegen namaak.
12.03 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Il est clair que
seule une politique axée sur la qualité est
susceptible d'aboutir. Des initiatives ont-elles déjà
été prises en la matière ?
12.03 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Het is
duidelijk dat enkel een beleid gericht op kwaliteit
hoop kan bieden. Zijn er al initiatieven terzake?
12.04 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
En concertation avec le secteur, nous menons une
politique qui encourage la recherche et le
développement, entre autres par le biais d'incitants
fiscaux.
12.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Wij
voeren in samenspraak met de sector een beleid
dat research en ontwikkeling aanmoedigt, onder
meer door fiscale incentives.
12.05 Magda De Meyer (sp.a-spirit): De petites
entreprises peuvent-elles s'unir pour bénéficier au
maximum de ces incitants fiscaux ?
12.05 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Kunnen
kleine bedrijven een cluster vormen om maximaal
te genieten van de fiscale incentives?
12.06 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
C'est déjà possible actuellement et des possibilités
supplémentaires sont en préparation.
12.06 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Dat
is nu reeds mogelijk, maar er wordt nog gewerkt
aan extra mogelijkheden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Questions jointes de
- Mme Camille Dieu au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la position belge dans
le cadre des débats autour de la directive
Bolkestein en vue du Conseil Compétitivité des
25 et 26 novembre" (n° 4439)
- Mme Zoé Genot au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la position belge sur la
proposition de directive Bolkestein lors du
Conseil Compétitivité des 25 et 26 novembre"
(n° 4467)
- M. Patrick De Groote au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la directive
Bolkestein" (n° 4491)
- Mme Greta D'hondt au ministre de l'Économie,
de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la directive
Bolkestein" (n° 4498)
- Mme Camille Dieu au ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la position belge dans
les débats au sujet de la directive Bolkestein en
vue du Conseil Compétitivité des 25 et
26 novembre" (n° 4503)
- Mme Magda De Meyer au ministre de
13 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Camille Dieu aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het standpunt dat
België tijdens de Raad Mededinging van 25 en 26
november met betrekking tot de richtlijn-
Bolkestein zal innemen" (nr. 4439)
- mevrouw Zoé Genot aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het standpunt dat
België over het voorstel van richtlijn-Bolkestein
zal innemen tijdens de Raad Mededinging van 25
en 26 november" (nr. 4467)
- de heer Patrick De Groote aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de Bolkestein-richtlijn"
(nr. 4491)
- mevrouw Greta D'hondt aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de richtlijn-Bolkestein"
(nr. 4498)
- mevrouw Camille Dieu aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het Belgische
standpunt in de debatten over de Bolkestein-
richtlijn met het oog op de Raad
Concurrentievermogen van 25 en 26 november"
(nr. 4503)
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
18
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la directive
Bolkestein" (n° 4572)
- mevrouw Magda De Meyer aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de richtlijn-Bolkestein"
(nr. 4572)
13.01 Camille Dieu (PS) : Suite aux réunions du
comité de concertation, du «kern» et du conseil des
ministres du 19 novembre, j'aimerais connaître les
avis rendus par la Belgique à propos des
exclusions du champ d'application de la directive
Bolkestein, de la problématique posée par le
principe du pays d'origine et de la simplification
administrative.
Les secteurs de l'intérim, des soins de santé et de
l'éducation sont-ils toujours menacés ?
Quelles sont les positions des autres pays et quels
contacts avez-vous pu établir ?
13.01 Camille Dieu (PS): In aansluiting op de
vergaderingen van het overlegcomité, van het
kernkabinet en van de Ministerraad van 19
november, zou ik graag vernemen welk standpunt
België heeft ingenomen met betrekking tot de
diensten die van de toepassing van de Bolkestein-
richtlijn worden uitgesloten, de problemen rond het
beginsel van het land van oorsprong en de
administratieve vereenvoudiging.
Worden de sectoren van de uitzendarbeid, de
gezondheidszorg en het onderwijs nog steeds
bedreigd? Welk standpunt namen de andere
landen in?
Met welke landen kon u een toenadering tot stand
brengen?
13.02 Patrick De Groote (N-VA): Je désapprouve
résolument la manière dont le gouvernement a
défini sa position par rapport à la directive
Bolkestein. Le Parlement a tout simplement été
réduit au silence.
Lors de la séance plénière de la semaine dernière,
le premier ministre a déclaré que le gouvernement
belge était partisan du principe de subsidiarité: les
activités de services peuvent dès lors être
soumises au contrôle de l'Etat membre. Y englobe-
t-il les Etats fédérés ?
Le SERV indique dans son avis que cette directive-
cadre ignore de nombreuses compétences
flamandes. De même, ses répercussions sur la
législation linguistique en Belgique ne sont pas
claires. Le gouvernement belge a-t-il soulevé ce
problème lors du sommet européen et demandé
des mesures particulières ?
Le premier ministre Verhofstadt a, par ailleurs,
déclaré qu'une exception serait demandée pour
l'emploi, en ce compris les travailleurs et les
formations professionnelles. Sera-ce également le
cas pour le secteur intérimaire ? La directive ne
concernerait pas les services portuaires, bien que
le texte ne le précise pas. Qu'en est-il exactement ?
En juin 2004, la ministre de l'époque, Mme
Moerman, s'était engagée à dresser l'inventaire des
effets produits par la directive. Cette étude
d'incidence a-t-elle déjà été réalisée ?
13.02 Patrick De Groote (N-VA): Ik betreur enorm
de wijze waarop de regering een standpunt over de
Bolkestein-richtlijn heeft ingenomen. Het Parlement
werd gewoon monddood gemaakt.
In de plenaire vergadering van vorige week zei
premier Verhofstadt dat de Belgische regering het
subsidiariteitsprincipe aanhangt:
dienstenactiviteiten kunnen worden onderworpen
aan de controle van de lidstaat. Bedoelt hij
daarmee ook de deelstaten?
De SERV wijst er in zijn advies op dat de
kaderrichtlijn heel wat Vlaamse bevoegdheden
miskent. De impact op de Belgische taalwetgeving
is ook nog onduidelijk. Heeft de Belgische regering
hierop gewezen tijdens de Europese top en om
speciale maatregelen gevraagd?
Premier Verhofstadt zei ook dat een uitzondering
zou worden gevraagd voor de werkgelegenheid,
met inbegrip van werknemers en
beroepsopleidingen. Geldt dit ook voor de
uitzendsector? De richtlijn zou ook niet van
toepassing zijn op de havendiensten, al maakt de
tekst daar nergens melding van. Hoe zit dat
precies?
In juni 2004 beloofde toenmalig minister Moerman
een inventaris op te maken van de effecten van de
richtlijn. Is zo'n impactstudie al gemaakt?
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
19
Le premier ministre Verhofstadt a souligné que les
points de vue des Etats membres divergent mais
qu'une position commune avait néanmoins été
adoptée. Quand et où cette position a-t-elle été
prise exactement ?
Premier Verhofstadt wees erop dat de standpunten
van de deelregeringen uiteenliepen, maar dat toch
een gemeenschappelijk standpunt werd bereikt.
Wanneer en waar gebeurde dit precies?
13.03 Zoé Genot (ECOLO): Si je comprends bien,
la Belgique, pour accepter le principe du pays
d'origine, se réserve la possibilité de maintenir
certaines réglementations en matière d'accès,
identiques à celle de l'État membre dans lequel le
service est effectivement presté.
Quelle est la position par rapport à l'emploi puisqu'il
fait partie des catégories explicitement exclues ?
13.03 Zoé Genot (ECOLO): Indien ik het goed
begrijp, zou België het beginsel van het land van
oorsprong kunnen aanvaarden, maar wil het dat de
mogelijkheid open blijft om bepaalde regels, die
gelijk zijn aan die van het land waarin de dienst
daadwerkelijk wordt geleverd, te behouden.
Welk standpunt nam België in met betrekking tot de
arbeidsvoorwaarden, een van de gebieden die
uitdrukkelijk van de toepassing van de richtlijn
wordt uitgesloten?
13.04 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Les
conséquences du projet de directive Bolkestein
peuvent être catastrophiques, notamment pour
l'offre en matière de soins dans notre pays. La
Belgique serait disposée à accepter le principe du
pays d'origine moyennant certaines conditions.
Comment la discussion s'est-elle déroulée au sein
du Conseil de la Concurrence? Le point de vue
belge a-t-il été accueilli favorablement?
Entre-temps, les "services sociaux d'intérêt
général" font également l'objet d'une discussion au
sein des instances européennes. La procédure y
est cependant beaucoup moins rigoureuse que
celle prévue par la proposition Bolkestein.
Comment cette discussion se déroule-t-elle?
Souhaite-t-on évoluer vers une directive cadre
générale pour les services sociaux?
13.04 Magda De Meyer (sp.a-spirit): De gevolgen
van de ontwerprichtlijn-Bolkestein kunnen
desastreus zijn voor onder meer het zorgaanbod in
ons land. België zou het principe van het
oorsprongsland aanvaarden op basis van een
reeks voorwaarden. Hoe verliep de discussie in de
competitiviteitsraad? Kon het standpunt van België
op bijval rekenen?
Intussen loopt in Europa ook de discussie over de
`sociale diensten van algemeen belang'. De
procedure daar is veel `zachter' dan in het
Bolkestein-voorstel. Hoe verloopt die discussie? Wil
men evolueren naar een algemene kaderrichtlijn
voor sociale diensten?
13.05 Marc Verwilghen, ministre (en français): Le
point de vue du gouvernement belge a été
communiqué par le ministre wallon de l'Économie
et de l'Emploi, M. Jean-Claude Marcourt. Le
gouvernement accepte le principe du pays d'origine
selon lequel un prestataire de services doit
respecter la législation du pays d'établissement à
condition de rester soumis à des règles relatives à
l'accès à l'activité, à son exercice et au contrôle du
pays dans lequel le service est fourni. Il demande
une adaptation de la proposition dans ce sens.
13.05 Minister Marc Verwilghen (Frans): Het
standpunt van de Belgische regering werd door de
Waalse minister van Economie en Werk, de heer
Jean-Claude Marcourt, medegedeeld. De regering
aanvaardt het principe van het land van oorsprong,
volgens hetwelk een dienstenverstrekker de
wetgeving van het vestigingsland moet naleven, op
voorwaarde dat de regels van toepassing blijven
inzake de toegang tot de activiteit, de uitvoering
ervan en het toezicht door het land waar de
diensten worden verstrekt. België vraagt dat het
voorstel in die zin zou worden aangepast.
(En néerlandais) La proposition de directive
s'applique aux services fournis par des prestataires
de services établis dans un Etat membre de l'Union
européenne. Le gouvernement belge estime que la
directive ne s'applique pas aux services garantis ou
financés par l'Etat qui ont un objectif éducatif,
culturel ou social ciblant l'ensemble de la
(Nederlands) Het voorstel van richtlijn is van
toepassing op diensten van dienstenverrichters die
in een lidstaat van de Europese Unie zijn gevestigd.
De Belgische regering wil dat de richtlijn niet van
toepassing is op gewaarborgde of
overheidsgefinancierde diensten die een educatief,
cultureel of sociaal doel hebben dat gericht is op
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
20
population. Avec d'autres Etats membres, la
Belgique défendra cette position au sein du
Conseil.
En vertu du principe de subsidiarité, la directive doit
permettre à tout Etat membre de poser des
exigences non-discriminatoires et proportionnelles
concernant l'accès à une activité de service et
l'exercice de cette dernière. La position du
gouvernement fédéral fera l'objet d'une
concertation avec les gouvernements des entités
fédérées. Le débat d'orientation au sein du Conseil
ne constituait qu'une première étape du processus.
La Belgique est l'un des rares pays qui plaident
pour une directive relative aux services d'intérêt
général. Le SPF Economie, PME, Classes
moyennes et Energie a commandé une étude sur
l'incidence juridique, sociale et économique de la
directive. Les résultats sont attendus pour le mois
de mars 2005.
heel de bevolking. België zal dit standpunt samen
met andere lidstaten in de Raad verdedigen.
Overeenkomstig het subsidiariteitsprincipe moet de
richtlijn aan elke lidstaat toestaan dat er niet-
discriminerende en proportionele eisen worden
gesteld inzake de uitoefening van en de toegang tot
een dienstactiviteit. De federale regering zal haar
standpunt bespreken met de regeringen van de
deelstaten. Het oriënterend debat in de Raad was
slechts een eerste stap in het proces.
België behoort tot de weinige landen die pleiten
voor een richtlijn betreffende diensten van
algemeen belang. De FOD Economie, KMO,
Middenstand en Energie heeft een studie over de
juridische, sociale en economische gevolgen van
de richtlijn besteld. De resultaten worden verwacht
in maart 2005.
En d'autres termes, la position belge est unique.
Nous continuerons en tout état de cause à nous
concerter avec les Communautés ainsi qu'avec les
autres pays afin d'aboutir à une position
européenne commune. Le Parlement européen doit
également jouer un rôle important à cet égard, mais
les divergences d'opinion sont encore nombreuses.
De Belgische positie is met andere woorden uniek.
Verder overleg met de Gemeenschappen zal zeker
volgen, evenals met de andere landen om tot een
gemeenschappelijk Europees standpunt te komen.
Ook het Europees Parlement heeft hierin een
belangrijke bijdrage te leveren, maar er zijn nog
heel wat meningsverschillen.
13.06 Camille Dieu (PS) : J'espère que les
dispositions de cette directive seront effectivement
débattues dans les Parlements des autres pays de
l'Union européenne. Les positions adoptées par les
organisations syndicales et les groupes d'intérêt
convergent dans le même sens, la dénonciation
des effets néfastes de la directive. Je pense
notamment aux déclarations du syndicat italien de
la fonction publique. L'impossibilité de lutter contre
cette directive révélerait le manque de démocratie
de l'Union européenne. J'espère que le Parlement
pourra jouer pleinement son rôle.
S'agissant du principe du pays d'origine, la situation
n'est pas encore claire. Certains partisans du
principe tentent de l'édulcorer en invoquant les
principes de simplification administrative et de
détachement. Or, ce dernier est valable
uniquement pour les activités relativement
temporaires. Par ailleurs, nous ne connaissons pas
la forme que prendront les contrôles que vous avez
évoqués.
La liste relative aux exclusions est relativement
satisfaisante.
S'agissant des exigences non-discriminatoires
applicables aux prestataires des soins de santé, le
13.06 Camille Dieu (PS): Ik hoop dat de
Parlementen van de andere Europese lidstaten de
bepalingen van die richtlijn ten gronde zullen
bespreken. De vakbonden en de belangengroepen
zijn het erover eens dat de richtlijn nefaste
gevolgen zal hebben. Ik denk bijvoorbeeld aan de
uitlatingen van de Italiaanse vakbond van het
openbaar ambt. Onze machteloosheid ten aanzien
van die richtlijn, zou het democratisch deficit van de
Europese Unie blootleggen. Ik hoop dat het
Parlement zijn rol ten volle zal kunnen spelen.
Inzake het beginsel van het land van oorsprong is
er nog geen duidelijkheid. Voorstanders van dat
beginsel proberen de pil te vergulden door naar de
administratieve vereenvoudiging en de detachering
te verwijzen. Die laatste geldt echter alleen voor
relatief tijdelijke activiteiten. We weten trouwens
ook niet hoe het toezicht waarover u het had, zal
worden uitgeoefend.
We zijn vrij tevreden over de lijst van diensten die
van het toepassingsgebied worden uitgesloten.
Wat het beginsel van niet-discriminatie met
betrekking tot de zorgverstrekkers betreft, blijft het
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 416
30/11/2004
21
principal problème reste l'absence de définition des
termes utilisés et des principes retenus.
grootste probleem dat de gebruikte termen en de
gehandhaafde beginselen niet nader worden
omschreven.
13.07 Zoé Genot (ECOLO) : Quelle priorité est
accordée à la directive dans l'agenda du Conseil
européen et de la Commission ?
Bien que son évolution soit appréciable, je regrette
le manque de clarté de la position belge. D'autre
part, une demande explicite de directive sur les
services d'intérêts généraux aurait été souhaitable
malgré la portée restreinte d'une telle directive.
Il est regrettable d'avoir accepté le principe du pays
d'origine sans harmonisation préalable. Ainsi, le
principe du pays d'origine appliqué aux conditions
d'emploi posera des problèmes de concurrence. En
effet, la Belgique ne pourrait pas rivaliser avec les
bas salaires de pays comme la Lituanie ou la
Lettonie. La situation est évidemment inquiétante
pour la Belgique puisque 70% de l'emploi
appartiennent au secteur des services.
Il est primordial de développer une diplomatie
dynamique avec les autres pays en vue d'adopter
une position commune de refus du principe du pays
d'origine.
13.07 Zoé Genot (ECOLO): Welke prioriteit krijgt
de richtlijn op de agenda van de Europese Raad en
de Commissie?
Hoewel het intussen merkelijk is bijgestuurd,
betreur ik de onduidelijkheid van het Belgische
standpunt. Daarnaast was het wenselijk geweest
uitdrukkelijk om een richtlijn te vragen betreffende
de diensten van algemeen belang, hoe beperkt de
draagwijdte van zo'n richtlijn ook zou zijn.
Dat het land van oorsprongbeginsel zonder
voorafgaande harmonisatie werd aanvaard, is een
spijtige zaak. De toepassing van dat land van
oorsprongsbeginsel op de arbeidsvoorwaarden zal
voor concurrentieproblemen zorgen. België zal
immers nooit kunnen concurreren met de lage
lonen die betaald worden in landen als Litouwen of
Letland. Dat is erg onrustwekkend voor België,
want de dienstensector is bij ons goed voor 70%
van de werkgelegenheid.
Het is van primordiaal belang dat er een
dynamische diplomatie ontwikkeld wordt met de
andere landen met het oog op de goedkeuring van
een gemeenschappelijk standpunt waarbij het land
van oorsprongbeginsel afgewezen wordt.
13.08 Patrick De Groote (N-VA): La position du
gouvernement reste assez floue. Nous devons
veiller à ce que la directive ne mène pas au
détricotage des compétences des entités fédérées.
Je me réjouis de la volonté du gouvernement de se
concerter avec les parties concernées et de
l'annonce d'une étude d'incidence, qui aurait
toutefois dû être entamée beaucoup plus tôt.
J'insiste pour que les normes de qualité flamandes
ne soient pas mises en cause.
13.08 Patrick De Groote (N-VA): Het standpunt
van de regering blijft helaas vrij vaag. We moeten
erover waken dat de richtlijn niet leidt tot een
uitholling van de bevoegdheden van de deelstaten.
Ik ben blij dat de regering overleg wil plegen met de
betrokkenen en dat er een impactstudie uitgevoerd
zal worden, ook al had die studie eigenlijk al veel
vroeger van start moeten gaan. Ik pleit ervoor dat
de Vlaamse kwaliteitsnormen niet op de helling
zouden worden gezet.
13.09 Marc Verwilghen, ministre (en français): En
réponse aux commentaires de Mme Dieu, je suis
au regret de constater qu'il n'y a pas de
convergence mais bien des divergences entre
pays, institutions et groupes d'intérêts.
Au stade actuel, le choix du principe d'origine
s'impose dans la mesure où une harmonisation sur
l'entièreté des pays de l'Union européenne s'avère
impossible. La Belgique est néanmoins un des
seuls pays à avoir déposé une liste aussi large.
En réponse aux commentaires de Mme Genot, la
directive figure à l'agenda adopté à Lisbonne. Dès
13.09 Minister Marc Verwilghen (Frans): In
antwoord op de commentaar van mevrouw Dieu,
moet ik tot mijn spijt vaststellen dat er geen sprake
is van eensgezindheid maar wel van
meningsverschillen tussen de landen, instellingen
en belangengroepen.
In de huidige omstandigheden is de keuze voor het
oorsprongsbeginsel aangewezen omdat een
harmonisatie voor alle EU-landen onmogelijk blijkt.
België is niettemin een van de enige landen die een
zo ruime lijst hebben ingediend.
In antwoord op de opmerkingen van mevrouw
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30/11/2004
CRABV 51
COM 416
22
lors, la directive reste une priorité pour la
Commission ainsi que pour les États membres, à
l'exception de la France et de la Belgique.
Toutefois, la question devra être débattue à
l'avenir.
Quoiqu'il en soit, je souhaite poursuivre le dialogue
avec les Régions et j'attends les résultats de l'étude
que nous avons commandée.
Le Parlement européen devrait se prononcer en
mai 2005. J'espère qu'il adoptera une position
claire pour que nous puissions prendre une
décision ensemble.
Genot, zeg ik dat de richtlijn op de agenda staat die
in Lissabon werd goedgekeurd. Zij blijft dus een
prioriteit voor de Commissie en de Lidstaten, met
uitzondering van Frankrijk en België. Die kwestie
zal in de toekomst echter moeten worden
besproken.
Ik wil hoe dan ook de dialoog met de Gewesten
voortzetten en wacht op de resultaten van de door
ons bestelde studie.
Het Europees Parlement zou zich daar in mei 2005
moeten over uitspreken. Ik hoop dat het een
ondubbelzinnig standpunt zal innemen zodat wij
samen een beslissing kunnen nemen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La discussion des questions et de l'interpellation
est close à 12h.11.
De bespreking van de vragen en interpellatie
eindigt om 12.11 uur.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
Document Outline