CRABV 51 COM 410
CRABV 51 COM 410
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
mercredi woensdag
24-11-2004 24-11-2004
Après-midi Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 410
24/11/2004
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Carl Devlies au ministre de
l'Environnement et ministre des Pensions sur "la
promotion de l'utilisation du GPL" (n°3821)
1
Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister
van Leefmilieu en minister van Pensioenen over
"het stimuleren van het LPG-gebruik" (nr. 3821)
1
Orateurs: Carl Devlies, Bruno Tobback,
ministre de l'Environnement et ministre des
Pensions
Sprekers: Carl Devlies, Bruno Tobback,
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen
Question de M. Roel Deseyn au ministre de
l'Environnement et ministre des Pensions sur "le
recyclage des GSM" (n° 4124)
3
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister
van Leefmilieu en de minister van Pensioenen
over "de recyclage van gsm's" (nr. 4124)
3
Orateurs: Roel Deseyn, Bruno Tobback,
ministre de l'Environnement et ministre des
Pensions
Sprekers: Roel Deseyn, Bruno Tobback,
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen
Interpellation de Mme Nathalie Muylle au ministre
de l'Environnement et au ministre des Pensions
sur "les biocarburants" (n° 463)
4
Interpellatie van mevrouw Nathalie Muylle tot de
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen over "biobrandstoffen" (nr. 463)
4
Orateurs: Nathalie Muylle, Bruno Tobback,
ministre de l'Environnement et ministre des
Pensions
Sprekers: Nathalie Muylle, Bruno Tobback,
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen
Question de Mme Josée Lejeune au ministre de
l'Environnement et ministre des Pensions sur "la
convention relative aux espèces menacées et la
délivrance de quotas de chasse aux ours bruns
par la Roumanie" (n° 4339)
5
Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen over "de overeenkomst inzake de
bedreigde diersoorten en het opleggen van
quota's voor de jacht op bruine beren in
Roemenië" (nr. 4339)
5
Orateurs: Josée Lejeune, Bruno Tobback,
ministre de l'Environnement et ministre des
Pensions
Sprekers: Josée Lejeune, Bruno Tobback,
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 410
24/11/2004
1
COMMISSION DE LA SANTÉ
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIÉTÉ
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
du
MERCREDI
24
NOVEMBRE
2004
Après-midi
______
van
WOENSDAG
24
NOVEMBER
2004
Namiddag
______
La réunion publique est ouverte à 14h.09 par Mme
Josée Lejeune.
De vergadering wordt geopend om 14.09 uur door
mevrouw Josée Lejeune.
01 Question de M. Carl Devlies au ministre de
l'Environnement et ministre des Pensions sur "la
promotion de l'utilisation du GPL" (n°3821)
01 Vraag van de heer Carl Devlies aan de
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen over "het stimuleren van het LPG-
gebruik" (nr. 3821)
01.01 Carl Devlies (CD&V): Je n'ai pas à
convaincre le ministre des avantages du LPG. Le
précédent gouvernement a instauré un système de
primes visant à promouvoir la conversion des
voitures à essence au LPG. L'opération a rencontré
un franc succès: du 1
er
janvier 2001 au 31
décembre 2002, environ 19.000 primes de 508,18
euros ont été octroyées. Depuis le 1
er
janvier 2002,
la taxe de mise en circulation des véhicules LPG
est réduite de 298 euros.
La diminution progressive de la taxe compensatoire
des accises, voire sa disparition complète en 2008,
désavantage le LPG par rapport au diesel. Dans le
cadre des objectifs fixés par les accords de Kyoto,
le gouvernement a pourtant promis d'encourager
l'utilisation de moteurs alimentés par des sources
d'énergie de substitution. De nouvelles mesures
doivent être prises étant donné que le nombre de
conducteurs possédant un véhicule au LPG a de
nouveau diminué ces deux dernières années et que
les énergies de substitution ne seront
opérationnelles que dans quelques années.
Le ministre envisage-t-il de réinstaurer le système
des primes ? Songe-t-il à d'autres mesures ?
01.01 Carl Devlies (CD&V): Ik hoef de minister
niet te overtuigen van de voordelen van LPG. De
vorige regering voerde een premiestelsel in om het
ombouwen van benzine- tot LPG-wagens te
promoten. Het bleek een succesvolle operatie: van
1 januari 2001 tot 31 december 2002 werden
ongeveer 19.000 premies van 508,18 euro
uitbetaald. Op 1 januari 2002 werd bovendien een
permanente verlaging met 298 euro van de
belasting op de inverkeerstelling van LPG-wagens
ingevoerd.
Dat de accijnscompenserende belasting geleidelijk
wordt afgebouwd en in 2008 zelfs volledig
verdwijnt, benadeelt LPG ten opzichte van
dieselmotoren. In het kader van de Kyoto-
doelstellingen beloofde de regering nochtans het
gebruik te promoten van motoren die worden
aangedreven door alternatieve energiebronnen. Dat
het aantal LPG-bestuurders de laatste twee jaar
weer daalde en dat andere alternatieve bronnen
nog enkele jaren op zich laten wachten, betekent
dat er opnieuw maatregelen moeten komen.
Wil de minister het premiestelsel opnieuw
invoeren? Denkt hij aan andere maatregelen?
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24/11/2004
CRABV 51
COM 410
2
01.02 Bruno Tobback, ministre (en néerlandais):
Nous sommes d'accord à propos des avantages
écologiques du LPG. Il n'existe toutefois pas de
procédure de mesure standardisée pour la
transformation des véhicules à essence.
L'avantage peut par conséquent varier fortement
par rapport à ce qui est communément admis. Par
ailleurs, la production du LPG étant liée à celle de
l'essence et du diesel, une augmentation illimitée
du LPG n'est pas réaliste et n'est pas souhaitable
d'un point de vue écologique.
La taxe compensatoire des accises réduit
l'avantage du LPG, mais le système dit à cliquet,
appliqué aux prix de l'essence et du diesel,
compense largement. Les utilisateurs de LPG en
retirent un avantage équivalent, voire supérieur.
Le succès du LPG est du reste essentiellement lié
au prix des autres carburants. Le nombre de
réservoirs LPG enregistre une augmentation
lorsque les prix des autres carburants augmentent
et une diminution lorsque ces mêmes prix baissent.
Un système de primes n'y change rien. Je suis
néanmoins prêt à réintroduire la prime lorsque le
budget le permettra. Aucun moyen n'a en tout cas
été dégagé à ce jour pour 2005.
01.02 Minister Bruno Tobback (Nederlands): Over
de ecologische voordelen van LPG zijn we het
eens. Er is echter geen gestandaardiseerde
meetprocedure bij de ombouw van benzinewagens,
waardoor de voordelen kunnen verschillen van wat
over het algemeen wordt aangenomen. Doordat de
LPG-productie gekoppeld is aan de productie van
benzine en diesel, is een eindeloze toename
trouwens niet evident en in ecologisch opzicht niet
haalbaar.
De accijnscompenserende belasting vermindert het
voordeel, maar het zogenaamde cliquetsysteem,
dat geldt voor benzine- én dieselprijzen, maakt dat
ruimschoots goed. Voor LPG-gebruikers is het
voordeel nog even groot, zoniet groter.
De populariteit van LPG houdt overigens vooral
verband met de prijs van andere brandstoffen. Het
aantal LPG-tanks stijgt als de brandstofprijzen
omhoog gaan en daalt als de andere prijzen
zakken. Premies veranderen daar niets aan.
Desalniettemin wil ik de premie opnieuw invoeren
wanneer daar budgettaire ruimte voor is. Voor 2005
werden in elk geval nog geen middelen
vrijgemaakt.
L'utilisation du LPG est fonction d'autres facteurs
encore. Ainsi, les véhicules roulant au LPG ne
peuvent toujours pas stationner dans l'ensemble
des parkings souterrains. Cette interdiction est
souvent mentionnée dans le permis
d'environnement parce que les services d'incendie
ont émis un avis négatif motivé par le fait que les
installations d'aspiration et les systèmes de
détection de fumée ne réduiraient pas
suffisamment les risques d'incendie.
Le ministre Dewael a annoncé un projet d'arrêté
royal concernant les mesures de sécurité à prendre
en matière de stationnement de véhicules LPG.
Quand il sera prêt, il pourrait bien constituer un
nouvel encouragement. En attendant, le LPG reste
moins cher et plus écologique que d'autres
carburants.
Het gebruik van LPG wordt nog door andere
factoren bepaald. Zo mogen LPG-wagens nog
steeds niet in alle ondergrondse parkeergarages
binnen. Vaak is dat verbod in de milieuvergunning
ingeschreven omdat de brandweerdiensten
negatief adviseerden. Afzuiginstallaties en
rookdetectie zouden het risico niet voldoende
beperken.
Minister Dewael kondigde een ontwerp van KB aan
over de veiligheidsmaatregelen bij het parkeren van
LPG-voertuigen. Als dat klaar is, kan het een
nieuwe stimulans zijn. In afwachting blijft LPG
goedkoper dan andere brandstoffen en is het goed
voor het milieu.
01.03 Carl Devlies (CD&V): Je ferai parvenir la
suggestion du ministre Tobback au ministre Vande
Lanotte.
L'interdiction de se garer dans les parkings
souterrains constitue effectivement une entrave
mais il s'agit là, en partie, d'une compétence des
Régions. Des problèmes se posent surtout en
Wallonie et à Bruxelles. Par exemple, le LPG n'est
pas admis dans le parking du Parlement. Je
propose que le ministre se concerte avec les
01.03 Carl Devlies (CD&V): Ik zal de suggestie
van minister Tobback aan minister Vande Lanotte
overmaken.
Het parkeerverbod in ondergrondse garages is
inderdaad een belemmering, maar dat is deels een
bevoegdheid van de Gewesten. Er zijn vooral
problemen in Wallonië en Brussel. Ook in de
garage van het Parlement is LPG niet welkom. Ik
stel voor dat de minister overlegt met de Gewesten
en ervoor zorgt dat LPG-wagens worden
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 410
24/11/2004
3
Régions et fasse en sorte que les véhicules LPG
soient traités comme les autres voitures.
Nous apporterons volontiers notre soutien à
d'autres mesures que le ministre pourrait proposer.
behandeld zoals andere wagens.
LPG-bevorderende maatregelen zullen we met
plezier steunen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Roel Deseyn au ministre de
l'Environnement et ministre des Pensions sur "le
recyclage des GSM" (n° 4124)
02 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de
minister van Leefmilieu en de minister van
Pensioenen over "de recyclage van gsm's"
(nr. 4124)
02.01 Roel Deseyn (CD&V): Un GSM est très
pratique, mais s'il n'est pas recyclé durablement,
les conséquences risquent d'être catastrophiques
pour l'environnement et la santé publique. 105
millions de GSM sont mis annuellement au rebut
dans l'Union européenne. Un appareil contient
diverses substances susceptibles d'affecter le
système immunitaire et de provoquer un cancer.
Selon une enquête, une seule batterie non recyclée
peut polluer 600.000 litres d'eau. Un transfert
semble également s'opérer
vers l'Afrique et
l'Amérique latine pour y former une bombe toxique
à retardement.
Combien de GSM sont-ils annuellement mis au
rebut dans notre pays ? Combien Recupel en
recycle-t-il ? Qu'advient-il des autres appareils ?
Quelle est l'ampleur de l'ensemble des dommages
à l'environnement ? Quels sont les risques pour la
santé des citoyens ? Existe-t-il des données pour la
Belgique ? Que compte faire le ministre pour limiter
les dommages ?
02.01 Roel Deseyn (CD&V): Een gsm is erg
handig, maar als je hem niet op een duurzame
manier recycleert, dreigen de gevolgen voor milieu
en volksgezondheid catastrofaal te zijn. In de
Europese Unie worden jaarlijks 105 miljoen gsm's
weggegooid. Nogal wat stoffen in een toestelletje
kunnen het immuunsysteem aantasten en kanker
verwekken. Uit onderzoek blijkt dat één niet-
gerecycleerde batterij 600.000 liter water kan
vervuilen. Er blijkt ook een transfer te zijn naar
Afrika en Latijns-Amerika, waar dan een toxische
tijdbom tikt.
Hoeveel gsm's worden jaarlijks weggegooid in ons
land? Hoeveel recycleert Recupel er? Waar komen
de andere toestellen terecht? Hoe groot is de totale
milieuschade? Welke gezondheidsrisico's loopt de
burger? Zijn er gegevens voor België? Wat
onderneemt de minister om de schade te
beperken?
02.02 Bruno Tobback, ministre (en néerlandais):
Il est impossible d'évaluer le nombre de téléphones
portables qui sont mis au rebut chaque année étant
donné que ces appareils sont classés dans la
catégorie générale Déchets par Recupel. La
majorité des points de vente octroient une prime de
reprise à l'achat d'un nouvel appareil, après quoi
les appareils usagés sont généralement réparés
puis réintroduits dans le circuit des ventes
d'occasion. Les Régions sont compétentes pour la
reprise et le recyclage des appareils électroniques.
Recupel se borne à récupérer les métaux nobles
contenus dans les téléphones portables. Les piles
sont recyclées mais les déchets restants sont
incinérés.
02.02 Minister Bruno Tobback (Nederlands): Het
is onmogelijk een raming te maken van het aantal
gsm's dat jaarlijks wordt weggegooid, aangezien
deze door Recupel in de algemene categorie `Afval'
worden opgenomen. De meeste verkooppunten
geven een terugnamepremie bij aankoop van een
nieuw toestel, waarna de oude toestellen meestal
worden gerepareerd en in het tweedehandse circuit
terechtkomen. De Gewesten zijn bevoegd voor de
terugname en de recyclage van elektronische
apparaten. Recupel beperkt zich tot de recuperatie
van edele metalen uit gsm's. Batterijen worden
gerecycleerd, maar het resterende afval wordt
verbrand.
Près de trois millions d'appareils sont
commercialisés tous les ans. Les déchets
électroniques représentent 25 kg par habitant et par
année, parmi lesquels des appareils nocifs pour
l'homme et l'environnement. C'est pourquoi une
Er worden ongeveer 3 miljoen toestellen per jaar op
de markt gebracht. Het elektronisch afval bedraagt
25 kg per inwoner per jaar. Daarbij zitten producten
die schadelijk zijn voor mens en milieu. Daarom
werd op gewestelijk niveau een wetgeving
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24/11/2004
CRABV 51
COM 410
4
législation a été arrêtée à l'échelon régional pour
enrayer la prolifération de matières nocives par la
collecte des appareils électroniques hors d'usage.
La législation a été mise en conformité avec la
directive 2002/96 de la Communauté européenne.
En application de la loi du 12 octobre 2004, six
substances nocives qui entrent dans la fabrication
de ces appareils seront interdites au niveau fédéral
à partir de juillet 2006. Cette loi a été adoptée à la
suite de la directive européenne 2002/95.
Aux termes des directives européennes, la
conception de nouveaux appareils doit promouvoir
le réemploi et le recyclage. Pour éviter les
législations contradictoires, celle-ci a été confiée au
niveau régional. Des négociations ont également
été menées à propos d'une nouvelle directive
relative à l'ecodesign des appareils : en collectant
et en recyclant les appareils, on veut éviter la
pollution de l'environnement par des matières
nocives.
uitgedokterd die de verspreiding van schadelijke
stoffen wil tegengaan door de inzameling van
elektronische toestellen. Die wetgeving werd
aangepast om conform te zijn met richtlijn 2002/96
van de Europese Gemeenschap. In uitvoering van
de wet van 12 oktober 2004 zal er op federaal
niveau vanaf juli 2006 een verbod komen op zes
gevaarlijke producten in deze apparaten. Deze wet
kwam tot stand naar aanleiding van de Europese
richtlijn 2002/95.
De Europese richtlijnen bepalen dat het ontwerp
van nieuwe apparaten hergebruik en recyclage
moet bevorderen. Om tegenstrijdige wetgeving te
vermijden, werd dit toevertrouwd aan het
gewestelijke niveau. Er wordt ook onderhandeld
over een nieuwe richtlijn betreffende het ecodesign
van apparaten: bij het ontwerp en de recyclage van
apparaten wil men vermijden dat het milieu belast
wordt met schadelijke stoffen.
02.03 Roel Deseyn (CD&V): Je me réjouis de
savoir que des lois et des directives régissent ce
problème, mais je crains que des appareils de
seconde main soient souvent exportés vers des
pays en voie de développement, où le recyclage et
le traitement écologique des déchets n'en sont
encore qu'à leurs balbutiements. Le ministre de la
Coopération au développement doit être attentif à
ce problème.
La fonction de coordination exercée à ce niveau par
le ministre de la Santé publique constitue un point
positif. Des études récentes menées à ce sujet ne
manquent en effet pas d'inquiéter.
02.03 Roel Deseyn (CD&V): Het verheugt me dat
er rond dit probleem wetten en richtlijnen bestaan,
maar ik vrees dat tweedehandse toestellen vaak
naar ontwikkelingslanden worden uitgevoerd, waar
recyclage en ecologische afvalverwerking nog in de
kinderschoenen staan. De minister van
Ontwikkelingssamenwerking moet dit nauw in het
oog houden.
Het is goed dat de minister van Volksgezondheid bij
dit alles een coördinerende functie vervult. Recente
studies over dit onderwerp geven immers een
verontrustend beeld.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Interpellation de Mme Nathalie Muylle au
ministre de l'Environnement et au ministre des
Pensions sur "les biocarburants" (n° 463)
03 Interpellatie van mevrouw Nathalie Muylle tot
de minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen over "biobrandstoffen" (nr. 463)
03.01 Nathalie Muylle (CD&V): Une directive
européenne visant à promouvoir l'utilisation de
biocarburants a été adoptée en mai 2003. Sur la
base des normes de Kyoto, 2 % du carburant utilisé
l'année prochaine devrait être du biocarburant.
Pour 2010, ce pourcentage devrait être de 5,75 %.
Un projet d'arrêté royal a été déposé à cet égard.
La fabrication de biocarburants -- à l'exception du
biodiesel -- nécessite d'importants
investissements. Hier, j'ai eu un entretien avec le
secrétaire d'Etat Jamar au sujet de la
défiscalisation indispensable à la préservation de la
03.01 Nathalie Muylle (CD&V): In mei 2003 werd
een Europese richtlijn goedgekeurd die de
inmenging van biobrandstoffen moet bevorderen.
Op basis van de Kyoto-normen moet er volgend
jaar een inmenging zijn van 2 procent, om tegen
2010 een niveau van 5,75 procent te bereiken. Er
werd hierover een ontwerp van KB ingediend.
De aanmaak van biobrandstoffen - met
uitzondering van biodiesel - vraagt om grote
investeringen. Gisteren sprak ik met
staatssecretaris Jamar over de defiscalisatie die
noodzakelijk is om de concurrentiepositie van de
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 410
24/11/2004
5
position concurrentielle des biocarburants. Ce
dossier n'a pas toujours connu l'évolution que l'on
aurait pu espérer. Qu'en est-il à l'heure actuelle ?
La secrétaire d'Etat Van Weert a affirmé que la
superficie agricole de la Belgique est trop petite,
mais le ministre de la Santé publique est favorable
à l'utilisation de biocarburants. Le ministre
Reynders, quant à lui, prétend que le dossier est
bloqué chez le ministre Tobback. Où se situe
exactement le problème ? La norme de 2 % ne
pourra-t-elle être atteinte l'année prochaine qu'en
important du bio-éthanol du Brésil ? Il ne faut pas
que ce dossier devienne celui des occasions
manquées.
biobrandstoffen te vrijwaren. In dit dossier werden
echter enkele kansen gemist. Wat is de huidige
stand van zaken?
Staatssecretaris Van Weert beweerde dat het
landbouwareaal in België te klein is, maar de
minister van Volksgezondheid is een voorstander
van de aanwending van biobrandstoffen. Minister
Reynders beweert dan weer dat het dossier vast zit
bij minister Tobback. Wat schort er precies? Zullen
we volgend jaar de norm van 2 procent enkel
bereiken door bio-ethanol uit Brazilië in te voeren?
Dit mag niet het dossier van de gemiste kansen
worden.
03.02 Bruno Tobback, ministre (en néerlandais):
Je considère personnellement que les
biocarburants ont un avenir. Le Conseil d'Etat
devrait rendre un avis sur un projet d'arrêté royal
avant le 3 décembre. Le ministre Reynders peut en
demander le texte mais tant que cet arrêté n'aura
pas été signé, il ne pourra l'exécuter.
Le Conseil des ministres du 16 janvier a décidé
d'attribuer la compétence pour le traitement fiscal
des biocarburants au ministre des Finances.
L'objectif que nous poursuivons est de pratiquer un
prix inférieur à celui des autres carburants.
Ce sont les Régions qui sont compétentes pour ce
qui est d'encourager l'agriculture et l'industrie à
produire des biocarburants. Mme Van Weert a
raison quand elle dit que les superficies agricoles
ne sont pas assez grandes pour pourvoir à notre
propre consommation énergétique. Mais je préfère
quant à moi importer du bio-éthanol du Brésil que
du pétrole d'Arabie saoudite, tant pour des raisons
économiques qu'écologiques.
03.02 Minister Bruno Tobback (Nederlands): Ik zie
een toekomst voor de aanwending van
biobrandstoffen. Er wordt een advies van de Raad
van State over het ontwerp van KB verwacht tegen
3 december. Minister Reynders kan deze tekst
opvragen, maar zolang het KB niet is ondertekend,
kan hij het niet uitvoeren.
De fiscale behandeling van biobrandstoffen werd
door de Ministerraad van 16 januari toegewezen
aan de minister van Financiën. Het is de bedoeling
een lagere prijs te hanteren dan deze voor andere
brandstoffen.
Het stimuleren van de landbouw en de industrie om
biobrandstoffen te produceren is een gewestelijke
bevoegdheid. Mevrouw Van Weert heeft gelijk als
ze beweert dat voor ons eigen gebruik het
landbouwareaal niet groot genoeg is. Ik importeer
echter liever bio-ethanol uit Brazilië dan olie uit
Saoedi-Arabië, en dit zowel om economische als
om ecologische redenen.
Président: Mme Colette Burgeon.
Voorzitter: Mevrouw Colette Burgeon.
03.03 Nathalie Muylle (CD&V): Le ministre
Reynders travaille à l'élaboration d'un cadre fiscal
dont la durée de validité sera de six ans seulement.
Bien qu'elle puisse être prolongée, cette période de
six ans est très courte par rapport aux coûts
d'investissement élevés. Cela effrayera l'industrie.
Il veut également suivre l'exemple de la France, où
les biocarburants sont liés à des adjudications
importantes dans l'industrie. Dans cette affaire, les
petits agriculteurs n'entrent malheureusement pas
en ligne de compte.
03.03 Nathalie Muylle (CD&V): Minister Reynders
werkt aan een fiscaal kader dat slechts geldt voor
zes jaar. Deze periode kan verlengd worden, maar
zes jaar is erg kort in verhouding tot de hoge
investeringskosten. Dat zal de industrie
afschrikken.
Hij wil ook het voorbeeld volgen van Frankrijk, waar
biobrandstoffen verbonden zijn met grote
aanbestedingen in de industrie. Kleine landbouwers
komen in dat verhaal jammer genoeg niet voor.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24/11/2004
CRABV 51
COM 410
6
04 Question de Mme Josée Lejeune au ministre
de l'Environnement et ministre des Pensions sur
"la convention relative aux espèces menacées et
la délivrance de quotas de chasse aux ours
bruns par la Roumanie" (n° 4339)
04 Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister van Leefmilieu en minister van
Pensioenen over "de overeenkomst inzake de
bedreigde diersoorten en het opleggen van
quota's voor de jacht op bruine beren in
Roemenië" (nr. 4339)
04.01 Josée Lejeune (MR): Ma question traite des
quotas de chasse, notamment en Roumanie.
Les statistiques officielles recensent environ 6.300
ours dans ce pays alors que les ONG avancent des
chiffres de moitié moindres ; la chasse est la cause
principale de cette différence.
Malgré la convention internationale et une directive
européenne sur les habitats sauvages directive
transposée par la Roumanie 658 permis ont été
délivrés au cours de la saison 2003-2004, auxquels
il faut ajouter le braconnage qui aurait concerné
300 ours. Ces permis de chasse sont délivrés par
le ministère de la Forêt à de riches occidentaux
dont des Belges.
Ces ours font partie des 350 millions d'animaux et
de plantes sauvages qui alimentent un marché
international aux transactions innombrables,
souvent illégales et préjudiciables à la survie des
espèces. Je rappelle que 21 nations ont signé, en
1973, la Convention sur le commerce international
des espèces animales et végétales en danger.
En ce qui concerne les quotas de chasse, notre
pays va-t-il exercer une pression sur la Roumanie
dans le cadre des négociations ou des contacts
préliminaires à l'adhésion de ce pays à l'Union
européenne afin qu'il respecte la convention
internationale et la directive européenne ?
Quelle sera la position de la Belgique quant au
classement des animaux dans les différentes
annexes de la convention ?
04.01 Josée Lejeune (MR): Mijn vraag gaat over
de jachtquota in Roemenië. Volgens officiële cijfers
zijn er in dat land ongeveer 6.300 beren, maar
volgens de NGO's zijn het er maar de helft. De
belangrijkste verklaring voor die uiteenlopende
cijfers is de jacht.
Ondanks de internationale overeenkomst en de
Europese richtlijn inzake de instandhouding van de
natuurlijke habitats richtlijn die door Roemenië in
nationale wetgeving werd omgezet werden in de
loop van het seizoen 2003-2004 658
jachtvergunningen uitgereikt. Daarnaast werden
300 beren gedood door stropers. Die vergunningen
worden door het ministerie van Water, Bos en
Milieubescherming aan rijke westerlingen, onder
wie ook Belgen, uitgereikt.
Die beren behoren tot de 350 miljoen dieren en
wilde flora die jaarlijks en vaak in de illegaliteit op
de internationale markt worden verhandeld, wat het
bestaan van de bedreigde soorten in gevaar brengt.
Ik wijs erop dat de Conventie over de
internationale handel van bedreigde dier- en
plantensoorten in 1973 door 21 landen werd
ondertekend.
Wat de jachtquota betreft: zal ons land, in het raam
van de onderhandelingen of de voorafgaande
contacten met het oog op de toetreding van
Roemenië tot de Europese Unie, druk uitoefenen
op dat land om het de internationale conventie en
de Europese richtlijn te doen naleven?
Welk standpunt zal België met betrekking tot de
classificatie van de dieren in de diverse bijlagen
van de overeenkomst innemen?
04.02 Bruno Tobback, ministre (en français):
Entre 2000 et 2003, des trophées d'ours de
Roumanie ont été introduits dans l'Union
européenne avec l'accord des autorités
scientifiques de différents pays exportateurs.
Le groupe d'examen scientifique auprès de la
Commission européenne a examiné la situation de
l'ours brun en Roumanie ; de cette analyse, il
ressort que la population des ours bruns en
Roumanie est gérée de façon satisfaisante,
notamment par un plan de chasse bien élaboré et
bien coordonné.
Si de nouvelles informations scientifiquement
fondées devaient confirmer vos inquiétudes, le
04.02 Minister Bruno Tobback (Frans): Tussen
2000 en 2003 werden jachttrofeeën van
Roemeense beren met toestemming van de
wetenschappelijke autoriteiten van verscheidene
importlanden in de Europese Unie binnengebracht.
Uit de analyse van de toestand van de bruine beer
in Roemenië door de wetenschappelijke
onderzoeksgroep van de Europese Commissie
blijkt dat het bestand van bruine beren in Roemenië
naar behoren wordt beheerd door middel van een
goed uitgekiend en terdege gecoördineerd
jachtplan.
Indien nieuwe, wetenschappelijk onderbouwde
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 410
24/11/2004
7
sujet devrait être réexaminé par le groupe
d'examen scientifique auprès de la Commission
européenne dans le cadre de la Convention sur le
commerce international des espèces de faune et de
flore sauvages menacées d'extinction (CITES).
Par ailleurs, dans le cadre des négociations de
l'adhésion de la Roumanie à l'Union européenne, la
Commission est chargée de vérifier la conformité
des législations de la Roumanie à l'acquis
communautaire, y compris la directive relative à la
conservation des habitats ainsi que de la faune et
de la flore sauvages. Cela suppose évidemment la
conservation de l'ours dans l'Union européenne,
conservation qui semble être meilleure en
Roumanie qu'en France.
gegevens uw bezorgdheid bevestigen, moet de
wetenschappelijke onderzoeksgroep van de
Europese Commissie de toestand opnieuw
bekijken in het kader van de Overeenkomst inzake
de internationale handel in bedreigde in het wild
levende dier- en plantensoorten (CITES).
In het kader van de onderhandelingen rond de
toetreding van Roemenië tot de Europese Unie
moet de Commissie bovendien nagaan of de
Roemeense wetgeving overeenstemt met het
communautaire acquis, waaronder de richtlijn
inzake de instandhouding van de natuurlijke
habitats en de wilde flora en fauna. Dit
veronderstelt natuurlijk ook het behoud van de
bruine beer in de Europese Unie. Op dat vlak lijkt
Roemenië het trouwens beter te doen dan pakweg
Frankrijk.
En ce qui concerne les propositions
d'amendements aux annexes de la CITES,
chacune d'elles est d'abord débattue au niveau
national par les autorités scientifiques et ensuite, au
niveau de l'Union, au sein du Scientific Review
Group et d'un groupe d'experts.
La Commission formule ensuite une proposition de
position commune.
Le Comité scientifique belge établit ses positions à
partir des critères fixés par la Conférence des
parties mais aussi en fonction des domaines
d'expertise de ses membres et de l'analyse
scientifique des propositions.
A l'occasion de la XIIIe Conférence des parties à la
CITES, une cinquantaine de propositions
d'amendements aux annexes ont été présentées.
Des détails pourront vous être fournis par le
Service Bien-être des animaux et auprès de la DG-
Animaux, végétaux et alimentation, l'organe de
gestion CITES pour la Belgique.
Wat de voorstellen van amendementen op de
bijlagen bij de CITES betreft, wordt elk voorstel
eerst op nationaal niveau door de
wetenschappelijke instanties en vervolgens op het
niveau van de Europese Unie binnen de Scientific
Review Group (SRG) en een groep van
deskundigen, besproken.
De Commissie formuleert vervolgens een voorstel
voor een gemeenschappelijk standpunt.
Het Belgisch Wetenschappelijk Comité bepaalt zijn
standpunt op grond van de criteria die zijn
vastgesteld op de Conferentie van de Partijen maar
ook in functie van de expertisedomeinen van zijn
leden en van de wetenschappelijke analyse van de
voorstellen.
Op de XIIIe Conferentie van de Partijen bij CITES
werden een vijftigtal voorstellen van
amendementen op de bijlagen ingediend.
Voor verdere informatie verwijs ik u naar de dienst
Dierenwelzijn en naar CITES bij het Directoraat-
Generaal Dieren, Planten en Voeding, het
beheersorgaan van CITES voor België.
04.03 Josée Lejeune (MR): Il est important de
respecter les conventions internationales et les
directives européennes, surtout dans le chef de la
Roumanie, candidate à l'Union européenne.
Actuellement, se tient un congrès rassemblant de
nombreux experts selon lesquels, depuis l'an
dernier, 3.579 espèces ont grossi la liste rouge,
liste qui totalise plus de 15.000 espèces menacées
de disparition. De plus, la destruction ou la
dégradation des habitats constitue une menace
susceptible d'induire des changements climatiques.
En ce qui nous concerne, certaines avancées
04.03 Josée Lejeune (MR): Het is belangrijk dat
men zich aan de internationale overeenkomsten en
Europese richtijnen houdt, en dat geldt in het
bijzonder voor Roemenië, dat kandidaat is voor
toetreding tot de Europese Unie.
Momenteel vindt een congres plaats waaraan tal
van deskundigen deelnemen. Zij beweren dat sinds
vorig jaar 3.579 diersoorten aan de lijst van de
bedreigde diersoorten werden toegevoegd. Op die
lijst staan in totaal nu al meer dan 15.000
diersoorten. Voorts dreigt de vernietiging of de
aantasting van woongebieden van dieren tot
klimatologische veranderingen te leiden. Wat ons
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24/11/2004
CRABV 51
COM 410
8
pourraient être réalisées au niveau de
l'environnement et du respect de ces habitats.
betreft, zou enige vooruitgang kunnen worden
geboekt met betrekking tot het milieu en de
vrijwaring van die woongebieden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La discussion des questions et interpellation se
termine à 14h.42.
De bespreking van de vragen en interpellaties
eindigt om 14.42 uur.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
Document Outline