CRABV 51 COM 362
CRABV 51 COM 362
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE LA
D
ÉFENSE NATIONALE
C
OMMISSIE VOOR DE
L
ANDSVERDEDIGING
mercredi woensdag
20-10-2004 20-10-2004
Matin Voormiddag

CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 362
20/10/2004
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Staf Neel au ministre de la
Défense sur "la formation pour le Détachement
Agent Sécurité (DAS)" (n° 3823)
1
Vraag van de heer Staf Neel aan de minister van
Landsverdediging over "de opleiding voor het
'Détachement Agent Sécurité' (DAS)" (nr. 3823)
1
Orateurs: Staf Neel, André Flahaut, ministre
de la Défense
Sprekers: Staf Neel, André Flahaut, minister
van Landsverdediging
Question de M. Walter Muls au ministre de la
Défense sur "l'envoi d'officiers de réserve en
mission à l'étranger" (n° 3872)
2
Vraag van de heer Walter Muls aan de minister
van Landsverdediging over "het zenden van
reserveofficieren op buitenlandse missies"
(nr. 3872)
2
Orateurs: Walter Muls, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Walter Muls, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Question de Mme Ingrid Meeus au ministre de la
Défense sur "l'O.C.C.A.R." (n° 3996)
3
Vraag van mevrouw Ingrid Meeus aan de minister
van Landsverdediging over "de OCCAR"
(nr. 3996)
3
Orateurs: Ingrid Meeus, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Ingrid Meeus, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 362
20/10/2004
1


COMMISSION DE LA DÉFENSE
NATIONALE
COMMISSIE VOOR DE
LANDSVERDEDIGING
du
MERCREDI
20
OCTOBRE
2004
Matin
______
van
WOENSDAG
20
OKTOBER
2004
Voormiddag
______



La discussion des questions commence à 12 h. 28
sous la présidence de M. Philippe Monfils.
De vragen vangen aan om 12.28 uur. Voorzitter :
de heer Philippe Monfils, voorzitter.
01 Question de M. Staf Neel au ministre de la
Défense sur "la formation pour le Détachement
Agent Sécurité (DAS)" (n° 3823)
01 Vraag van de heer Staf Neel aan de minister
van Landsverdediging over "de opleiding voor
het 'Détachement Agent Sécurité' (DAS)"
(nr. 3823)
01.01 Staf Neel (VLAAMS BLOK): La formation
pour le Détachement Agent Sécurité (DAS) ne peut
être suivie qu'à Flawinne. On y forme des agents
de sécurité pour les ambassades et les consulats à
l'étranger. Alors que les instructeurs devraient en
principe être parfaitement bilingues, les instructeurs
francophones ne proposent que des syllabus en
français et donnent leurs instructions en français
également.

Combien d'élèves ont-il décroché par le passé en
raison de l'écueil linguistique
? Les élèves
néerlandophones ont-il droit à une prime
linguistique ? Les candidats néerlandophones ne
font-ils pas l'objet d'une discrimination ? Ne viole-t-
on pas la loi linguistique
? Les élèves ne
pourraient-ils pas être répartis en groupes
linguistiques ? Organise-t-on des cours de langues
supplémentaires à l'intention des élèves
néerlandophones ? Ces cours augmentent-ils le
taux de réussite ? Les instructeurs ont-ils droit à
une prime linguistique ? Quel est le niveau de
difficulté de l'examen en question ? Quelle est la
langue véhiculaire des ambassades ? Le ministre
peut-il indiquer le nombre de militaires DAS qui y
travaillent et leur répartition par rôle linguistique ?
Ces militaires reçoivent-ils une prime linguistique si
la langue véhiculaire de l'ambassade diffère de la
leur ?
01.01 Staf Neel (VLAAMS BLOK): De opleiding tot
Détachement Agent Sécurité (DAS) kan enkel
gevolgd worden in Flawinne. Deze training leidt
veiligheidsagenten op voor ambassades en
consulaten in het buitenland. De instructeurs
zouden in principe perfect tweetalig moeten zijn,
maar de Franstalige instructeurs bieden enkel een
Franstalige syllabus en Franstalige instructies aan.


Hoeveel cursisten hebben in het verleden
afgehaakt omwille van de taalbarrière? Hebben de
Nederlandstalige cursisten recht op een
taalpremie? Worden de Nederlandstalige
kandidaten niet gediscrimineerd? Wordt de
taalwetgeving hier niet geschonden? Kunnen de
cursisten niet worden opgesplitst per taalgroep?
Worden er extra taallessen georganiseerd voor de
Nederlandstalige cursisten? Verhogen deze lessen
het slaagpercentage? Hebben de instructeurs recht
op een taalpremie? Hoe moeilijk is het betreffende
examen? Wat is de voertaal op de ambassades?
Kan de minister toelichten hoeveel DAS-militairen
er werken per taalrol? Ontvangen deze militairen
een taalpremie wanneer de voertaal op de
ambassade verschilt van hun eigen taal?
01.02 André Flahaut, ministre (en français): 01.02 Minister André Flahaut (Frans): Aangezien
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20/10/2004
CRABV 51
COM 362
2
Comme les Affaires étrangères ont vu leur budget
raboté pour le personnel militaire et les gendarmes
à l'extérieur, et que c'est lui qui paie les DAS, je
vais les supprimer.
de begroting van het departement Buitenlandse
Zaken voor in het buitenland ingezette militairen en
rijkswachters werd teruggeschroefd en het DAS-
personeel door dat departement wordt betaald, zal
ik het afschaffen.
(En néerlandais) Seuls deux élèves
néerlandophones ont abandonné le cours pour des
raisons linguistiques.

La prime linguistique est octroyée selon les
modalités de l'arrêté royal du 23 décembre 1998.
Pour y avoir droit, les sous-officiers et les
volontaires doivent fournir la preuve de leur
connaissance effective de l'autre langue nationale.
Ces conditions ne sont pas liées à la formation
DAS. Ces dernières années, le taux de réussite a
atteint en moyenne 69,7 pour cent chez les
néerlandophones et 67,1 pour cent chez les
francophones. Il n'est donc pas question de
discrimination. Toute la documentation est
disponible dans les deux langues nationales et
dans les syllabus.

La formation DAS est actuellement renforcée par le
Special Forces Group, une unité linguistiquement
mixte, dans le cadre de la préparation aux missions
africaines.

Le département de la Défense organise des cours
de langues à l'intention de toutes les catégories de
personnel, tout au long de leur carrière. Chaque
année, 145 sous-officiers et 30 volontaires suivent
un cours de langue préparatoire à l'examen
linguistique. Cet examen teste la connaissance
linguistique exigée pour les diplômes respectifs de
volontaires et de sous-officiers.

Pour l'instant, on compte 52 militaires DAS
francophones et 65 néerlandophones.
(Nederlands) Slechts twee Nederlandstalige
cursisten hebben om taalredenen de cursus
verlaten.

De taalpremie wordt toegekend volgens de
modaliteiten van het KB van 23 december 1998.
Daarbij moeten onderofficieren en vrijwilligers het
bewijs leveren dat zij de andere landstaal wezenlijk
kennen. Deze voorwaarden staan los van de DAS-
opleiding. De afgelopen jaren slaagde gemiddeld
69,7 procent van de Nederlandstaligen en 67,1
procent van de Franstaligen. Er is dus geen sprake
van discriminatie. Alle documentatie is beschikbaar
in beide landstalen en in syllabi.




De DAS-vorming wordt momenteel verstrekt door
de Special Forces Group, een taalgemengde
eenheid, als voorbereiding op de inzet in Afrika.


Het departement Defensie organiseert
taalcursussen voor alle categorieën van het
personeel, gedurende hun gehele loopbaan.
Jaarlijks nemen gemiddeld 145 onderofficieren en
30 vrijwilligers deel aan een taalcursus ter
voorbereiding van het taalexamen. Dit examen test
de taalkennis die vereist is voor de respectievelijke
diploma's voor vrijwilligers en onderofficieren.

Op dit ogenblik zijn er 52 Franstalige DAS-
militairen en 65 Nederlandstalige.
(En français) Ils sont déployés essentiellement
dans des pays où on parle français.
(Frans) Zij worden voornamelijk ingezet in landen
waar Frans wordt gesproken.
01.03 Staf Neel (VLAAMS BLOK): Je prends note
du fait que les militaires doivent justifier de la
connaissance réelle de l'autre langue nationale,
mais que les instructeurs francophones du DAS ne
maîtrisent pas le néerlandais. Le ministre pourraît
peut-être commencer par trouver une appellation
néerlandaise pour cette fonction.
01.03 Staf Neel (VLAAMS BLOK): Ik noteer dat
militairen wel het bewijs moeten kunnen leveren dat
ze de andere landstaal wezenlijk kennen, maar dat
de Franstalige DAS-instructeurs het Nederlands
niet beheersen. Misschien zou de minister om te
beginnen ook een Nederlandse naam kunnen
bedenken voor deze functie.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Walter Muls au ministre de la
Défense sur "l'envoi d'officiers de réserve en
mission à l'étranger" (n° 3872)
02 Vraag van de heer Walter Muls aan de
minister van Landsverdediging over "het zenden
van reserveofficieren op buitenlandse missies"
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 362
20/10/2004
3
(nr. 3872)
02.01 Walter Muls (sp.a-spirit): De plus en plus
d'officiers sont confrontés à des problèmes sociaux
et familiaux en raison de la succession des longues
missions à l'étranger. Il est dès lors de plus en plus
souvent fait appel à des officiers de réserve pour
remplacer le cadre régulier. A combien se chiffrent
les remplacements ? Comment les officiers de
réserve réagissent-ils à leur mobilisation ? Combien
d'officiers de réserve ont-ils déjà été envoyés en
mission et pour combien de temps
? Quelle
formation spécifique leur propose-t-on ?
02.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Door de
opeenvolging van buitenlandse missies en de lange
duur ervan krijgen meer en meer officieren sociale
en familiale problemen. Daarom worden steeds
vaker reserveofficieren opgeroepen om het
reguliere kader te vervangen. Over hoeveel
vervangingen gaat het? Hoe reageren die
reserveofficieren op hun oproep? Hoeveel
reserveofficieren werden reeds op missie gestuurd
en voor hoe lang? Welke specifieke opleiding wordt
hen aangeboden?
02.02 André Flahaut, ministre (en néerlandais):
Les officiers de réserve peuvent rejoindre des
unités opérationnelles ou remplacer des membres
du personnel absents. Les commandants de
détachement peuvent faire appel à des officiers de
réserve pour pourvoir des fonctions manquantes.
Par ailleurs, les officiers de réserve peuvent faire
part à tout moment de leur souhait de participer à
des missions à l `étranger.

Un appel est lancé à l'ensemble de la réserve
active en vue de participer à des opérations. Entre
avril 1992 et octobre 2004, 122 officiers de réserve
ont pris part à au moins une mission d'une durée
de six semaines à trois ans.

L'on fait généralement appel aux compétences de
l'officier de réserve. Dans les autres cas, la
formation dépend des compétences inhérentes à
la fonction. En principe, le personnel qui prend part
à une opération suit toujours au moins une
formation sur sa sécurité propre et celle de son
entourage. La durée de celle-ci varie entre quatre
mois pour le personnel de détachement et deux
semaines pour le personnel isolé dans un quartier
général.
02.02 Minister André Flahaut (Nederlands):
Reserveofficieren kunnen operationele eenheden
vervoegen of afwezig personeel vervangen.
Detachementscommandanten kunnen een beroep
doen op reserveofficieren om ontbrekende functies
in te vullen. Reserveofficieren kunnen op elk
moment te kennen geven dat ze willen deelnemen
aan buitenlandse missies.


De volledige actieve reserve wordt aangesproken
om deel te nemen aan operaties. Tussen april 1992
en oktober 2004 hebben 122 reserveofficieren
deelgenomen aan minstens één missie van zes
weken tot drie jaar.

Meestal doet men een beroep op de competenties
van de reserveofficier. In de andere gevallen hangt
de vorming samen met de functiecompetenties. Het
personeel dat deelneemt aan een operatie, krijgt
steeds minstens een vorming over de eigen
veiligheid en die van de omgeving. De
vormingsduur varieert van vier maanden voor
detachementspersoneel tot twee weken voor
geïsoleerd personeel in een hoofdkwartier.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de Mme Ingrid Meeus au ministre de
la Défense sur "l'O.C.C.A.R." (n° 3996)
03 Vraag van mevrouw Ingrid Meeus aan de
minister van Landsverdediging over "de OCCAR"
(nr. 3996)
03.01 Ingrid Meeus (VLD): La Belgique a adhéré
en 2003 à l'OCCAR (Organisation Conjointe de
Coopération en matière d'Armement), une agence
d'armement chargée du développement et de
l'achat d'équipements militaires communs. La
Belgique
participe actuellement à un seul
programme de l'OCCAR, une commande de sept
avions de transport Airbus.

Le département de la Défense projette-t-il de
03.01 Ingrid Meeus (VLD): België trad in 2003 toe
tot de OCCAR (Organisation Conjointe de
Coopération en matière d' Armement), een
wapenagentschap dat instaat voor de ontwikkeling
en de aankoop van gezamenlijke militaire uitrusting.
België heeft momenteel één programma lopen bij
OCCAR, een bestelling voor zeven Airbus-
transporttoestellen.

CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20/10/2004
CRABV 51
COM 362
4
participer à d'autres programmes de l'OCCAR ?
Quel est l'effectif belge affecté à l'agence et où
travaille-t-il
? Envisage-t-on la création d'une
agence locale de l'OCCAR en Belgique ?
Heeft Defensie plannen voor participaties in andere
OCCAR-programma's? Hoeveel Belgisch
personeel werkt er voor het agentschap en waar
werken ze? Overweegt men een lokaal filiaal van
OCCAR in België?
03.02 André Flahaut, ministre (en néerlandais):
Le programme A400M pour l'achat de sept avions
de transport militaires est le seul programme de
l`OCCAR auquel participe la Belgique. Le
département de la Défense ne prévoit pas d'autres
participations.
03.02 Minister André Flahaut (Nederlands): Het
A400M-programma voor zeven militaire
transporttoestellen is het enige OCCAR-programma
waaraan België deelneemt. Defensie heeft geen
plannen voor andere participaties.
Pour la gestion de programmes spécifiques,
l'OCCAR sera un partenaire privilégié de l'Agence
européenne de Défense (AED) qui a été créée le
12 juillet 2004. Du point de vue belge, l'OCCAR est
un choix logique dans la perspective de
participations futures à des programmes de
développement au sein et en dehors de l'AED.

Au Bureau central de l'OCCAR à Bonn, il y a un
« Deputy Director » belge et un « Head of Business
Development
Section
» belge. A Toulouse, un
« Logistic Support Officer » belge travaille dans le
cadre du programme A400M. Les contrats que
l'OCCAR fait signer à son personnel ont une durée
de trois ans. Tout candidat des pays participants
peut postuler un emploi vacant. Il n'a jamais été
question d'une succursale belge de l'OCCAR et
nous n'envisageons pas d'en créer une.
Voor het beheer van specifieke programma's zal
OCCAR een bevoorrechte partner zijn van het
European Defence Agency (EDA) dat op 12 juli
2004 werd opgericht. Voor België is OCCAR een
logische keuze voor toekomstige deelnames aan
ontwikkelingsprogramma's binnen of buiten het
EBA.

Bij het OCCAR Central Office in Bonn werken een
Belgische Deputy Director en Head of Business
Development Section
. In Toulouse werkt een
Belgische Logistic Support Officer in het A400M-
programma. De personeelscontracten bij OCCAR
hebben een looptijd van drie jaar. Kandidaten uit de
deelnemende landen kunnen solliciteren voor elke
vacature. Er is nooit gesproken over een Belgisch
OCCAR-filiaal en zulks wordt ook niet overwogen.
(En français) On est très satisfait de la mise en
place de l'Agence européenne de défense et de la
désignation, au poste de directeur des capacités,
du général Hougardy. Nous sommes, là aussi, bien
positionnés.

L'Agence européenne doit se fixer très rapidement
des projets concrets d'investissements, en veillant
à ce que les entreprises nationales puissent
participer. C'est une des raisons pour lesquelles
nous demandons un assouplissement de la
législation belge sur les marchés publics ­ la loi-
programme le prévoit -, ainsi que des directives
européennes.
(Frans) Wij zijn erg tevreden over de oprichting van
het Europees Defensieagentschap en de
aanstelling van generaal Hougardy als operationeel
directeur. Ook daar bekleden wij een bevoorrechte
positie.

Het Europees Agentschap moet zeer snel concrete
investeringsprojecten vastleggen en er op toezien
dat de ondernemingen van de lidstaten erbij
betrokken worden. Dat is één van de redenen
waarom wij een versoepeling van de Belgische
wetgeving inzake de overheidsopdrachten vragen ­
de programmawet voorziet er trouwens in ­,
evenals van de Europese richtlijnen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
12h.49.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 12.49 uur.
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE

Document Outline