SÉANCE PLÉNIÈRE

CRABV 51

COM 189

09/03/2004

SOMMAIRE

INHOUD

Question de M. Mark Verhaegen au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la création d'un observatoire chargé
d'examiner l'incidence financière pour les
communes des décisions prises par les autorités
fédérales et régionales" (n° 1789)

Vraag van de heer Mark Verhaegen aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de oprichting van een
'Belfortobservatorium' " (nr. 1789)

Orateurs: Mark Verhaegen, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques

Sprekers: Mark Verhaegen, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven

Question de Mme Trees Pieters au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la garantie de revenus aux
personnes âgées" (n° 1827)

Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de inkomensgarantie
voor ouderen" (nr. 1827)

Orateurs: Trees Pieters, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques

Sprekers: Trees Pieters, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven

Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le premier contrôle budgétaire de
2004" (n° 1890)

Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de eerste
begrotingscontrole van 2004" (nr. 1890)

Orateurs: Carl Devlies, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques

Sprekers: Carl Devlies, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven

Questions jointes de

Samengevoegde vragen van

- M. Daan Schalck au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la sponsorisation de clubs sportifs" (n° 1969)

- de heer Daan Schalck aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de sponsoring van
sportclubs" (nr. 1969)

- Mme Hilde Vautmans au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "le parrainage de disciplines sportives par la
Loterie nationale et l'attention accordée au football
féminin" (n° 2023)

- mevrouw Hilde Vautmans aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de sponsoring van
sportdisciplines door de Nationale Loterij en de
aandacht voor het vrouwenvoetbal" (nr. 2023)

Orateurs: Daan Schalck, Hilde Vautmans,
Johan Vande Lanotte, vice-premier ministre
et ministre du Budget et des Entreprises
publiques

Sprekers: Daan Schalck, Hilde Vautmans,
Johan Vande Lanotte, vice-eerste minister en
minister van Begroting en Overheidsbedrijven

Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le rapport du FMI sur la Belgique
de février 2004" (n° 1993)

Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het IMF-rapport over
België van februari 2004" (nr. 1993)

Orateurs: Carl Devlies, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques

Sprekers: Carl Devlies, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 189

09/03/2004

COMMISSION DES FINANCES ET

DU BUDGET

COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN

EN DE BEGROTING

MARDI

MARS

2004

Après-midi

______

van

DINSDAG

MAART

2004

Namiddag

______

La séance est ouverte à 14.16 heures sous la
présidence de.M. Carl Devlies.

De vergadering wordt geopend om 14.16 uur door
de heer Carl Devlies.

01 Question de M. Mark Verhaegen au vice-

premier ministre et ministre du Budget et des
Entreprises publiques sur "la création d'un
observatoire chargé d'examiner l'incidence
financière pour les communes des décisions
prises par les autorités fédérales et régionales"
(n° 1789)

01 Vraag van de heer Mark Verhaegen aan de

vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de oprichting van een
'Belfortobservatorium' " (nr. 1789)

01.01 Mark Verhaegen (CD&V): Les relations

entre le gouvernement fédéral et les pouvoirs
locaux n'ont jamais été aussi mauvaises. Des
discussions répétées concernant le financement
ont laissé des traces profondes. Les bourgmestres
de la majorité le confirment également. M. Willockx,
bourgmestre de Saint-Nicolas, a déclaré que le
gouvernement fédéral et le gouvernement flamand
devaient éviter de dépouiller les villes et les
communes s'ils voulaient lutter contre le
phénomène d'aigrissement. M. Tobback,
bourgmestre de Louvain, a déclaré, lors d'un
entretien avec le quotidien De Standaard, que
Bruxelles pillait les finances communales.

Il y a environ trois ans, M. Stevaert, ministre
flamand de l'époque, a lancé l'idée d'un
"observatoire", un département au sein du Conseil
supérieur des Finances, qui serait chargé de
calculer l'incidence de l'ensemble des mesures
fédérales et flamandes sur les finances
communales. Ce projet est-il encore à l'ordre du
jour? Le ministre voit-il d'autres possibilités pour
parvenir à une analyse objective des
conséquences budgétaires pour les autorités
locales des décisions prises à un niveau
supérieur ?

01.01 Mark Verhaegen (CD&V): De relatie tussen

de federale overheid en de lokale besturen heeft
een dieptepunt bereikt. Opeenvolgende
financieringsdisputen hebben diepe wonden
geslagen. Dat wordt ook bevestigd door
burgemeesters van de meerderheid. Burgemeester
Willockx van Sint Niklaas heeft verklaard dat de
federale en de Vlaamse overheid de steden en
gemeenten niet mogen pluimen als ze iets willen
doen aan de verzuring. Burgemeester Tobback van
Leuven zei in een interview met De Standaard dat
Brussel roofbouw pleegt op de gemeentelijke
financiën.

Zo'n drie jaar geleden lanceerde toenmalig Vlaams
minister Stevaert het idee van een
"Belfortobservatorium", een afdeling binnen de
Hoge Raad van Financiën die de impact van alle
federale en Vlaamse maatregelen op de
gemeentefinanciën zou becijferen. Wordt er nog
gedacht aan de oprichting van dat observatorium?
Ziet de minister andere mogelijkheden om tot een
objectieve analyse te komen van de budgettaire
gevolgen voor de lokale overheden van
beslissingen genomen op een hoger niveau?

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

09/03/2004

CRABV 51

COM 189

01.02 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Il est aisé de se rejeter mutuellement
la faute. Lorsque j'étais chef de cabinet de Louis
Tobback, alors ministre de l'Intérieur, nous avons
reçu, à un certain moment, deux cents lettres de
bourgmestres qui estimaient scandaleux de ne pas
pouvoir rétribuer les heures supplémentaires de
leurs agents de police.

A l'époque, le ministère a fait savoir, par le biais
d'une circulaire, qu'ils pourraient désormais le faire.
Nous avons immédiatement reçu des centaines de
lettres de bourgmestres qui protestaient parce qu'ils
n'avaient pas d'argent pour payer les heures
supplémentaires de leur personnel policier. Les
problèmes financiers des communes ne sont pas
imputables aux pouvoirs publics fédéraux. Au cours
des dix dernières années, les communes ont reçu
davantage de moyens et ont également bénéficié
des deux opérations "Dexia". Les effets en sont
bien visibles: quelle ville ou commune flamande n'a
pas rénové son centre urbain au cours des
dernières années? Les dépenses des communes
ont augmenté de 3 % au cours des dernières
années, contre 1 % à peine pour les pouvoirs
publics fédéraux.

01.02 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Het is gemakkelijk om elkaar de
schuld te geven. Toen ik kabinetchef was van
minister van Binnenlandse Zaken Tobback hebben
wij ooit tweehonderd brieven gekregen van
burgemeesters die het een schande vonden dat ze
de overuren van hun politieagenten niet konden
vergoeden.

Het ministerie heeft toen via een rondschrijven
laten weten dat ze dit voortaan wel mochten.
Onmiddellijk kregen we honderden brieven van
burgemeesters die protesteerden omdat ze geen
geld hadden om de overuren van hun
politiepersoneel te betalen. De financiële
problemen van de gemeenten zijn niet door de
federale overheid veroorzaakt. De gemeenten
hebben de laatste tien jaar meer middelen
gekregen en ze hebben ook genoten van de twee
Dexia-operaties. Dit heeft zichtbare effecten gehad:
er is bijna geen stad of gemeente in Vlaanderen die
haar stadskern de laatste jaren niet vernieuwd
heeft. De uitgaven van de gemeenten zijn de
afgelopen jaren met 3 procent gestegen, die van de
federale overheid slechts met 1 procent.

Il est à espérer que la diminution des recettes
résultant de la libéralisation du marché de
l'électricité sera partiellement compensée. En outre,
on songe toujours au remplacement éventuel de la
section Institutions et Marchés financiers du
Conseil supérieur des Finances par une section qui
se chargerait de chiffrer l'incidence de mesures
envisagées sur les budgets locaux. Ces dernières
années, l'autorité fédérale a d'ailleurs plus que
jamais tenu compte de l'incidence potentielle de
ses décisions au niveau local. L'accueil des
réfugiés n'a rien coûté aux communes. L'autorité
fédérale a toujours payé 60 pour cent du minimex,
les 40 pour cent restants étant à charge des
communes. Cette proportion a changé lors de la
dernière augmentation

: l'autorité fédérale paie

toujours 60 pour cent, mais les communes
perçoivent en sus une indemnité par bénéficiaire,
de sorte qu'elles sont en fait totalement
indemnisées. La réforme des polices représente
une économie pour les grandes communes et un
surcoût pour les petites communes mais,
globalement, l'opération est neutre. La question de
l'interruption de carrière a été transmise au Comité
de concertation. Dans le cadre de la réforme des
polices, le problème s'est posé avec acuité et,
depuis, l'incidence de chaque décision sur les
finances locales est contrôlée.

De lagere inkomsten ten gevolge van de
liberalisering van de elektriciteitsmarkt zullen
hopelijk voor een deel gecompenseerd worden. Er
wordt ook nog altijd gedacht aan de vervanging van
de afdeling Financiële Instellingen en Markten van
de Hoge Raad voor Financiën door een afdeling die
zich zou bezig houden met het becijferen van de
impact van maatregelen op de lokale begrotingen.
De laatste jaren heeft de federale overheid
trouwens meer dan ooit rekening gehouden met de
mogelijke impact van haar beslissingen op het
lokale niveau. De opvang van de vluchtelingen
heeft de gemeenten niets gekost. De federale
overheid heeft steeds 60 procent van het
bestaansminimum betaald, terwijl de overige 40
procent voor rekening van de gemeenten was. Bij
de laatste verhoging is dit veranderd: de federale
overheid betaalt nog steeds 60 procent, maar daar
bovenop krijgen de gemeenten nu een vergoeding
per bestaansminimumtrekker, zodat ze eigenlijk
volledig vergoed worden. De politiehervorming
betekent voor de grote gemeenten een besparing,
voor de kleine gemeenten een meeruitgave, maar
globaal is de operatie neutraal. De kwestie van de
loopbaanonderbreking is doorgestuurd naar het
Overlegcomité. Naar aanleiding van de
politiehervorming is het probleem zeer scherp
gesteld en sindsdien worden alle beslissingen
gecontroleerd op hun impact op de lokale financiën.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 189

09/03/2004

01.03 Mark Verhaegen (CD&V): Je suis

bourgmestre d'une commune rurale et j'ai le
sentiment que nous avons été abandonnés. Qu'en
est-il de l'observatoire qui nous est promis depuis si
longtemps déjà ? J'insiste une nouvelle fois pour
que des mesures soient prises au niveau fédéral
pour alléger les problèmes financiers des
communes. Je pense ainsi notamment au dossier
du prélèvement Elia. Je préconise la création d'un
fonds TVA qui permettrait de compenser la perte de
recettes communales. Les surcoûts "acceptables"
de la réforme des polices sont à mes yeux
inacceptables. Il faut également se pencher sur la
question des pensions et des conséquences du
vieillissement de la population pour les
administrations locales. Le ministre a parlé du
revenu d'intégration : permettez-moi de rappeler
que les petits CPAS ne récupèrent que 50 pour
cent du revenu d'intégration.

01.03 Mark Verhaegen (CD&V): Ik ben

burgemeester op het platteland en ik heb het
gevoel dat wij in de kou blijven staan. Het 'Belfort'
dat men ons nu al zo lang belooft, is er een zonder
klokken. Ik blijf dus aandringen op federale
maatregelen om de financiële problemen van de
gemeenten te verlichten. Ik verwijs bij voorbeeld
naar het dossier van de Elia-heffing. Ik ben
voorstander van een BTW-fonds dat de
gemeentelijke minderinkomsten kan compenseren.
De "aanvaardbare" meerkosten van de
politiehervorming zijn wat mij betreft
onaanvaardbaar. Er moet ook nog eens worden
nagedacht over de pensioenen en de gevolgen van
de vergrijzing voor de lokale besturen. De minister
had het over het leefloon: mag ik er aan herinneren
dat de kleine OCMW's slechts 50 procent
terugkrijgen van het leefloon?

01.04 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): L'augmentation du revenu
d'intégration n'a pas coûté un euro supplémentaire
aux communes.

01.04 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): De verhoging van het leefloon heeft
de gemeenten geen euro extra gekost.

01.05 Mark Verhaegen (CD&V): La VVSG avait

demandé un remboursement de 90 pour cent.
Cette demande est légitime. Le CPAS n'est pas un
organe politique.

01.05 Mark Verhaegen (CD&V): De VVSG had

een terugbetaling van 90 procent gevraagd. Dat is
een legitieme vraag. Het OCMW is geen politiek
orgaan.

01.06 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Le CPAS a été transformé en
instrument politique en matière de politique sociale.
Si l'on souhaite mener une politique sociale dans
les communes, il faut également en assumer la
responsabilité.

Si l'on manque à présent d'argent, l'origine en
remonte à la période d'avant Verhofstadt I. Depuis
que je suis au département de l'Intégration sociale,
les CPAS et les communes n'ont rien payé. Les
CPAS ont reçu de l'autorité fédérale davantage
d'argent que ce qu'ils doivent dépenser en plus.

01.06 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Men heeft van het OCMW een
politiek instrument van sociaal beleid gemaakt. Als
men in de gemeenten een sociaal beleid wil
voeren, dan moet men daar ook de
verantwoordelijkheid voor nemen.

Als men nu geld tekort heeft, dan heeft dat te
maken met de periode van vóór Verhofstadt I.
Sinds ik bevoegd ben voor Maatschappelijke
Integratie, hebben de OCMW's en gemeenten niets
betaald. De OCMW's hebben van ons meer geld
gekregen dan ze extra moeten uitgeven.

01.07 Mark Verhaegen (CD&V): Il ressort des

chiffres que la dotation aux CPAS a été doublée et
triplée au cours des dernières années. Un grand
problème se pose.

01.07 Mark Verhaegen (CD&V): Uit de cijfers blijkt

dat de dotatie van de gemeenten aan de OCMW's
de laatste jaren verdubbeld en verdrievoudigd is. Er
is een groot probleem.

01.08 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Non. Cette conclusion est erronée.
Demandez combien les CPAS ont reçu des
pouvoirs publics fédéraux pour le revenu
d'intégration et l'activation, et combien ils
dépensent à présent pour le revenu d'intégration;
calculez ensuite la différence entre ces deux
montants.

01.08 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Neen. Dat is een onjuiste conclusie.
Vraag hoeveel ze van de federale overheid hebben
gekregen voor het leefloon en activering en hoeveel
ze nu uitgeven aan leefloon en neem het verschil
tussen die twee bedragen.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

09/03/2004

CRABV 51

COM 189

01.09 Mark Verhaegen (CD&V): Je n'ai pas

recherché tous les chiffres. Quoi qu'il en soit, il
existe une demande légitime d'une intervention de
l'Etat à concurrence de 90 pour cent. Elle émane
de la VVSG.

01.09 Mark Verhaegen (CD&V): Ik heb niet alle

cijfers opgezocht. Er is in elk geval een rechtmatige
vraag naar 90 procent staatstussenkomst. Die gaat
uit van de VVSG.

01.10 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): On plaide pour le maintien du CPAS
en tant que niveau politique, mais on plaide
simultanément pour une intervention de 90 pour
cent. Voilà qui est facile.

01.10 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Men pleit voor het behoud van het
OCMW als politiek niveau, terwijl men ook pleit
voor een tussenkomst van 90 procent. Zo is het
gemakkelijk.

01.11 Mark Verhaegen (CD&V): Cet aspect relève

du niveau flamand. Nous ne pouvons rien changer
à la structure des CPAS. Nous plaidons pour une
amélioration structurelle des différentes formes de
relation avec les autorités locales.

01.11 Mark Verhaegen (CD&V): Dat speelt zich af

op het Vlaamse niveau. Aan de structuur van het
OCMW kunnen wij niets doen. Wij pleiten voor een
structurele verbetering van de omgangsvormen met
de lokale overheid.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

02 Question de Mme Trees Pieters au vice-

premier ministre et ministre du Budget et des
Entreprises publiques sur "la garantie de
revenus aux personnes âgées" (n° 1827)

02 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de vice-

eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de inkomensgarantie
voor ouderen" (nr. 1827)

02.01 Trees Pieters (CD&V): Le gouvernement

veut augmenter les pensions minimales des
indépendants de 120 euros par mois d'ici 2007.
Mme Laruelle a déclaré en commission, le 17
février 2004, qu'elle avait demandé une évaluation
chiffrée à son administration. Sous l'effet de cette
augmentation, les dépenses consenties par les
pouvoirs publics dans le cadre de la garantie de
revenus aux personnes âgées (GRAPA)
diminueront. Lors du Conseil des Ministres de Petit-
Leez, le ministre Demotte a déclaré qu'il n'avait pas
été prévu d'augmenter la GRAPA. Peu
d'indépendants tireront profit de l'augmentation des
pensions minimales, vu que cette augmentation ira
de pair avec une réduction pratiquement
équivalente de la GRAPA.

Combien le gouvernement va-t-il économiser par le
biais de cette mesure ? Combien d'indépendants
pourront-ils bénéficier du relèvement des pensions
minimales ?

Présidence: François-Xavier de Donnea, président.

02.01 Trees Pieters (CD&V): De regering wil de

minimumpensioenen van zelfstandigen verhogen
met 120 euro per maand tegen 2007. Minister
Laruelle verklaarde in de commissie op 17 februari
2004 dat ze een becijferde evaluatie heeft
gevraagd aan haar administratie. Door die
verhoging zullen de uitgaven van de overheid in het
kader van de inkomensgarantie van ouderen (IGO)
dalen. Minister Demotte heeft naar aanleiding van
Petit-Leez verklaard dat niet in een verhoging van
de IGO is voorzien. Weinig zelfstandigen zullen
voordeel halen uit de verhoging van de
minimumpensioenen omdat die zal gepaard gaan
met een nagenoeg even grote daling van de IGO.

Hoeveel zal de overheid besparen door deze
maatregel? Hoeveel zelfstandigen zullen van de
verhoging van de minimumpensioenen kunnen
genieten?

Voorzitter: François-Xavier de Donnea, voorzitter.

02.02 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais) : Je peux difficilement répondre aux
questions posées par Mme Pieters. L'accord
prévoit un relèvement des pensions minimales des
indépendants à hauteur de 30 euros par an en
moyenne. Un budget a été prévu à cette fin. Cette
mesure aura une certain incidence sur les

02.02 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): De vragen van mevrouw Pieters zijn
moeilijk te beantwoorden. Er is afgesproken dat er
een verhoging van de minimumpensioenen komt
voor zelfstandigen met gemiddeld 30 euro ieder
jaar. Daarvoor is een budget uitgetrokken. Dit zal
enige impact hebben op de zelfstandigen die een

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 189

09/03/2004

indépendants qui reçoivent un complément
GRAPA. La GRAPA figure à l'ordre du jour du
Conseil des ministres des 20 et 21 mars. Je ne
pourrai donc pas vous répondre avant le 22 mars
sur ce qui sera décidé pour la GRAPA et sur
l'incidence d'une mesure sur l'autre.

IGO-aanvulling ontvangen. De IGO staat op de
agenda van Ministerraad van 20 en 21 maart. Pas
op 22 maart kan ik u antwoorden wat er over de
IGO is beslist en wat de impact is van de ene op de
andere maatregel.

02.03 Trees Pieters (CD&V): Il est important que

le gouvernement reconnaisse que les mesures
décidées à Petit-Leez produisent certains effets
secondaires. Je reposerai la question plus tard.

02.03 Trees Pieters (CD&V): Het is belangrijk dat

de regering erkent dat Petit-Leez een aantal
neveneffecten heeft. Ik zal de vraag later opnieuw
stellen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

03 Question de M. Carl Devlies au vice-premier

ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le premier contrôle budgétaire de
2004" (n° 1890)

03 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-

eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de eerste
begrotingscontrole van 2004" (nr. 1890)

03.01 Carl Devlies (CD&V): En février 2004,

l'Institut des comptes nationaux a fourni au
gouvernement les prévisions macroéconomiques
qui doivent servir de base au premier contrôle
budgétaire de 2004. La croissance réelle estimée
du PIB est révisée et passe de 1,8 à 2%. La
croissance réalisée en 2003 a été révisée et est
passée de 0,9 à 1,1%. C'est là une bonne nouvelle
pour le gouvernement. D'autres chiffres nous
amènent à nuancer ce résultat. Dans le rapport
annuel 2003, le gouverneur de la Banque nationale
préconise une discipline budgétaire stricte, de sorte
que l'accord de gouvernement et le nouveau
programme de stabilité puissent être respectés.

Quel est l'effet de niveau estimé de l'évaluation
supérieure de la croissance en 2003 ? Le ministre
pourrait-il indiquer dans quelle mesure la nouvelle
estimation de la croissance du PIB pour 2004 se
traduit par des recettes escomptées plus élevées ?
Procèdera-t-on à une nouvelle estimation de
l'impact budgétaire de l'amnistie fiscale lors du
contrôle budgétaire ?

03.01 Carl Devlies (CD&V): Het Instituut voor de

Nationale Rekeningen heeft op februari 2004 aan
de regering de macro-economische vooruitzichten
bezorgd die als basis moeten dienen voor de eerste
begrotingscontrole van 2004. De geraamde reële
groei van het BBP wordt herzien van 1,8 naar 2
procent. De gerealiseerde groei in 2003 werd
herzien van 0,9 naar 1,1 procent. Dat is goed
nieuws voor de regering. Uit andere cijfers blijkt dat
we dit resultaat moeten nuanceren. De gouverneur
van de Nationale Bank pleit in het jaarverslag 2003
voor een strikte budgettaire discipline zodat het
regeerakkoord en het nieuwe stabiliteitsprogramma
kunnen worden gerespecteerd.

Wat is het geraamde overloopeffect van de hogere
raming van de groei in 2003? Kan de minister
aangeven in welke mate de nieuwe raming van de
BBP-groei voor 2004 leidt tot hogere geraamde
ontvangsten? Zal bij de uitvoering van de
begrotingscontrole een nieuwe raming gebeuren
van de budgettaire impact van de fiscale amnestie?

03.02 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Les travaux du contrôle budgétaire
ont débuté. Nous devons éviter les déclarations
trop extrêmes.

Pour 2003, les recettes fiscales réalisées sont
inférieures de 42 millions d'euros aux estimations
effectuées pour le budget 2004. Pour 2003, nous
avons atteint l'objectif ajusté. Les recettes
inférieures de 2003 sont sans doute à mettre en
corrélation avec les glissements des recettes de
décembre 2003 en janvier 2004. Le service d'étude
des Finances doit encore vérifier cette hypothèse.

03.02 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): De werkzaamheden voor de
begrotingscontrole zijn nu gestart. We moeten
oppassen voor te verregaande uitspraken.

De gerealiseerde fiscale ontvangsten van 2003
liggen 42 miljoen euro lager dan bij de ramingen
voor de begroting 2004. We hebben voor 2003 wel
de aangepaste doelstelling gehaald. De kleinere
ontvangsten van 2003 hebben waarschijnlijk te
maken met verschuivingen van ontvangsten van
december 2003 naar januari 2004. De studiedienst
van Financiën moet dit nog verifiëren.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

09/03/2004

CRABV 51

COM 189

Les grandeurs macroéconomiques pour le budget
2004 sont légèrement plus favorables, en raison de
la base imposable retenue pour le calcul de l'impôt
des personnes physiques. Cela pourrait compenser
la mauvaise évolution de la base imposable pour
l'impôt des sociétés et l'évolution négative du
précompte mobilier libératoire. Il faut encore
procéder à l'exercice détaillé pour l'UE, les
Communautés et les Régions.

Dans le cas de la DLU, nous devrons attendre les
trois derniers mois avant de savoir si l'opération est
un succès ou non. Nous n'allons pas modifier
l'incidence budgétaire.

De macro-economische grootheden voor de
begroting van 2004 zijn iets gunstiger. Dit heeft te
maken met de belastbare basis die als
uitgangspunt wordt genomen voor de berekening
van de personenbelasting. Dit zou de slechte
evolutie van de belastbare basis voor de
vennootschapsbelasting en de negatieve evolutie
van de bevrijdende roerende voorheffing kunnen
compenseren. De gedetailleerde oefening voor EU,
Gemeenschappen en Gewesten moet nog
gebeuren.

Bij de EBA zullen we pas de laatste drie maanden
weten of de operatie aanslaat of niet. We gaan de
budgettaire impact niet wijzigen.

Je m'attends à ce que le contrôle budgétaire
confirme en grande partie le budget initial. Il y aura
bien des glissements, mais le résultat net sera
neutre. L'objectif reste un équilibre budgétaire en
2004, grâce notamment à des revenus ponctuels
représentant 0,7 % du PIB. Pour 2005, le
gouvernement vise également un équilibre
budgétaire, mais sans l'aide de revenus ponctuels.
Compte tenu de l'amélioration attendue de la
conjoncture économique, nous devrons encore
trouver des revenus pour un montant représentant
0,4 % du PIB. C'est raisonnable.

Ik verwacht dat de begrotingscontrole de
oorspronkelijke begroting grotendeels zal
bevestigen. Er zullen wel verschuivingen zijn, maar
het nettoresultaat zal neutraal zijn. Het doel blijft
een begrotingsevenwicht in 2004, met de hulp van
eenmalige inkomsten ter waarde van 0,7 procent
van het BBP. Voor 2005 streeft de regering
eveneens naar een begrotingsevenwicht, maar dan
zonder eenmalige inkomsten. Rekening houdend
met de verwachte economische verbetering zullen
we nog inkomsten ter waarde van 0,4 procent van
het BBP moeten zoeken. Dat is redelijk.

03.03 Carl Devlies (CD&V): Quand le contrôle

budgétaire sera-t-il terminé?

03.03 Carl Devlies (CD&V): Wanneer zal de

begrotingscontrole klaar zijn?

03.04 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Nous souhaitons le terminer pour le 2
avril. L'année dernière, la dissolution du Parlement
était intervenue avant que le contrôle budgétaire
puisse avoir lieu. Trop peu de données sont
connues avant la fin mars.

03.04 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): We willen ze afronden tegen 2 april.
Vorig jaar was het Parlement al ontbonden voor
een begrotingscontrole mogelijk was. Vóór eind
maart zijn er te weinig gegevens bekend.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

04 Questions jointes de

- M. Daan Schalck au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la sponsorisation de clubs sportifs"
(n° 1969)
- Mme Hilde Vautmans au vice-premier ministre
et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le parrainage de disciplines
sportives par la Loterie nationale et l'attention
accordée au football féminin" (n° 2023)

04 Samengevoegde vragen van

- de heer Daan Schalck aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de sponsoring van
sportclubs" (nr. 1969)
- mevrouw Hilde Vautmans aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de sponsoring van
sportdisciplines door de Nationale Loterij en de
aandacht voor het vrouwenvoetbal" (nr. 2023)

04.01 Daan Schalck (sp.a-spirit): Le ministre a

élaboré un plan réservant une part importante du
parrainage de La Loterie nationale aux jeunes. Je

04.01 Daan Schalck (sp.a-spirit): De minister

heeft een plan uitgewerkt om een belangrijk deel
van de sportsponsoring van de Nationale Loterij

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 189

09/03/2004

souhaiterais obtenir davantage de précisions à ce
sujet.

voor te behouden aan de jeugd. Ik zou daarover
graag meer details krijgen.

04.02 Hilde Vautmans (VLD): Lorsque j'ai appris

que M. Vande Lanotte entendait octroyer un
soutien spécifique aux jeunes sportifs, je lui ai
demandé de prendre également en considération
des sports atypiques tels que le football féminin. A-
t-il tenu compte de cette requête ? En quoi les
projets du ministre consistent-ils ?

04.02 Hilde Vautmans (VLD): Toen ik vernam dat

minister Vande Lanotte specifieke steun wilde voor
jonge sporters, heb ik hem gevraagd ook te denken
aan atypische sporten zoals vrouwenvoetbal. Heeft
hij met dit verzoek rekening gehouden? Wat
houden de plannen van de minister in?

04.03 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Il ne s'agit pas d'une sponsorisation,
mais d'une subsidiation et celle-ci est réglementée.
Il y a peu de temps encore, il existait un programme
spécial visant à sécuriser les installations sportives.
Ce programme a connu un franc succès et la
demande pour une telle initiative a dès lors
diminué, ce qui a créé de nouvelles possibilités.

On a choisi de focaliser le nouveau programme sur
la sécurité de l'équipement sportif pour les jeunes,
les besoins des clubs sportifs et l'accessibilité
sociale. Exemple: les triathloniens doivent porter
une combinaison spéciale qui n'est pas à la portée
de toutes les bourses. Avec les moyens apportés
par ce programme, les fédérations sportives ont pu
acheter un certain nombre de combinaisons qui
sont mises à la disposition des jeunes sportifs.

Dans un premier temps, les sports suivants
bénéficieront du programme: le volley-ball, le
football, le basket-ball, le korfball, la natation,
l'athlétisme, le hand-ball, le triathlon, la
gymnastique, le tennis et le cyclisme. Cela
concerne au total 480.000 jeunes. Après trois ans,
d'autres sports pourront également être pris en
considération. L'argent sera directement versé aux
fédérations sportives. On leur demandera à chaque
fois quels sont leurs besoins spécifiques, et elles se
chargeront elles-mêmes de l'achat des
équipements souhaités.

04.03 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Het gaat niet om sponsoring, maar
om subsidiëring en die is gebonden aan
reglementen. Tot voor kort bestond er een speciaal
programma om de sportinstellingen veiliger te
maken. Dat programma was succesvol en de vraag
naar een dergelijk initiatief is bijgevolg sterk
verminderd. Daardoor ontstonden er nieuwe
mogelijkheden.

Er werd gekozen om het nieuwe programma te
richten op veilige sportuitrusting voor jongeren. De
behoeften van de sportclubs en de sociale
toegankelijkheid staan daarbij voorop. Zo is er voor
triatlon bijvoorbeeld een wetsuit nodig, die niet voor
alle ouders betaalbaar is. Met geld van dit
programma hebben de sportbonden een aantal van
die pakken gekocht, dat nu ter beschikking staat
van jonge sporters.

In eerste instantie komen de volgende sporten aan
bod: volleybal, voetbal, basketbal, korfbal,
zwemmen, atletiek, handbal, triatlon, turnen, tennis
en wielrijden. In totaal zijn daar 480.000 jongeren
bij betrokken. Na drie jaar kunnen er andere
sporten aan de beurt komen. Het geld gaat
rechtstreeks naar de sportbonden. Er wordt hen
telkens gevraagd wat de specifieke noden zijn. Ze
staan zelf in voor de aankoop van de gewenste
uitrusting.

Nous ne faisons pas de différence entre les
garçons et les filles. Par conséquent, nous
soutenons le football féminin autant que le
masculin. D'ailleurs, un certain nombre de sports
sont mixtes jusqu'à un certain âge. Nous prêtons
une attention particulière à certaines disciplines
sportives moins connues comme le triathlon. Pour
le foot féminin, nous examinons encore,
actuellement, de quelles possibilités nous
disposons pour l'aider.

We maken geen onderscheid tussen jongens en
meisjes. Vrouwenvoetbal krijgt dus evenzeer steun
als mannenvoetbal. Overigens is een aantal
sporten gemengd tot een zekere leeftijd. Bepaalde
minder bekende sporten, waaronder triatlon,
schenken we bijzondere aandacht. We
onderzoeken nog de mogelijkheden voor
vrouwenvoetbal.

04.04 Daan Schalck (sp.a-spirit): J'espère que les

deniers publics ne seront pas alloués
exclusivement aux clubs de l'élite mais que les

04.04 Daan Schalck (sp.a-spirit): Ik hoop dat het

geld niet alleen naar eliteclubs gaat, maar ook naar
clubs uit de lagere regionen.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

09/03/2004

CRABV 51

COM 189

associations sportives moins huppées en
bénéficieront également.

04.05 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Cela va de soi.

04.05 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Zeker.

04.06 Hilde Vautmans (VLD): Manifestement, les

footballeuses devront encore patienter un peu.

04.06 Hilde Vautmans (VLD): Blijkbaar moet het

vrouwenvoetbal nog wat geduld oefenen.

04.07 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Mais les triathloniens reçoivent déjà
une aide.

04.07 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Maar triatlon zit er al wel bij.

04.08 Hilde Vautmans (VLD): Quoi qu'il en soit,

nous nous réjouissons que les jeunes soient
associés au processus décisionnel et qu'on
s'intéresse aussi aux sports atypiques.

04.08 Hilde Vautmans (VLD): Het verheugt ons

alleszins dat de jongeren bij de beslissingen
betrokken worden en dat er ook aandacht is voor
de atypische sporten.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

05 Question de M. Carl Devlies au vice-premier

ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le rapport du FMI sur la Belgique
de février 2004" (n° 1993)

05 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-

eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het IMF-rapport over
België van februari 2004" (nr. 1993)

05.01 Carl Devlies (CD&V): Le rapport de février

2004 du FMI compare trois scénarios budgétaires.
Le scénario du gouvernement vise un excédent de
0,3 pour cent en 2007. Le scénario préconisé par le
FMI, appelé "scénario Staff", ambitionne un
excédent de 1 pour cent en 2007, par le biais d'une
croissance réelle des dépenses primaires. Selon le
troisième scénario, qui se fonde sur une moyenne
des dépenses primaires au cours de la période
2000-2003, nous allons au devant d'un déficit de
0,8 pour cent en 2007. Le gouvernement se trouve
donc confronté à un problème structurel en
comparaison du scénario prôné par le FMI. Dans
son rapport final, le FMI mentionne par ailleurs
explicitement un excédent de 1 pour cent à
atteindre en 2007 et indique tout aussi
explicitement comment le gouvernement doit définir
ses objectifs budgétaires.

Quelle est la réaction du ministre face aux critiques
du FMI? A-t-il l'intention d'ignorer les
recommandations du FMI? Le scénario du
gouvernement, qui se fonde sur une croissance
réelle des dépenses primaires de 1,5 pour cent en
2004, 1,4 pour cent en 2005, 1,5 pour cent en 2006
et 1,8 pour cent en 2007, est-il bien réaliste?

05.01 Carl Devlies (CD&V): Het IMF-rapport van

februari 2004 vergelijkt drie begrotingsscenario's
met elkaar. In het scenario van de regering streeft
men in 2007 een overschot van 0,3 procent na. In
het door het IMF gewenste scenario, het
zogenaamde Staff-scenario, wordt via een reële
groei van de primaire uitgaven gestreefd naar een
overschot van 1 procent in 2007. In het derde
scenario, waar wordt uitgegaan van de gemiddelde
primaire uitgaven in de periode 2000-203 stevent
men af op een tekort van 0,8 procent in 2007. De
regering heeft dus een structureel probleem in
vergelijking met het door het IMF voorgeschreven
scenario. Daarbij vermeldt het IMF in haar
eindrapport expliciet het streefcijfer van 1 procent
overschot in 2007 en geeft ook expliciet aan hoe de
regering haar budgettaire doelstellingen moet
vastleggen.

Hoe reageert de minister op de kritiek van het IMF?
Zal hij de aanbevelingen van het IMF naast zich
neerleggen? Is het scenario van de regering, dat
uitgaat van een reële groei van de primaire
uitgaven met 1,5 procent in 2004, 1,4 procent in
2005, 1,5 procent in 2006 en 1,8 procent in 2007,
wel realistisch?

05.02 Johan Vande Lanotte ministre (en

néerlandais) : Le rapport final du FMI est d'une
manière générale très positif à l'égard de la
Belgique, et le gouvernement est même félicité

05.02 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Het eindrapport van het IMF is over
het algemeen zeer positief voor België en de
regering wordt zelfs gelauwerd voor haar

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 189

09/03/2004

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

pour ses efforts. La plupart des Executive Directors
qualifient de saine la base économique de la
Belgique, louent les pouvoirs publics pour leurs
efforts en matière de fiscalité et soutiennent le
gouvernement dans sa politique visant à
compenser les effets du vieillissement par le biais
du démantèlement de la dette et la création
d'emplois. Certains Directors jugent même notre
politique budgétaire trop stricte. Pour l'avenir
proche, les Directors recommandent un
accroissement progressif de l'excédent budgétaire.
C'est également la volonté du gouvernement de
parvenir le plus rapidement possible à un équilibre
budgétaire et de dégager ensuite progressivement
un excédent.

Il est exact que la plupart des Directors préconisent
un excédent de 1% sur le budget 2007 comme
objectif à court terme. Je n'ai pas l'intention
d'ignorer cet avis mais je n'ai pas non plus
l'intention de l'accepter sans réserve. Les
projections du FMI courent en effet jusqu'en 2050,
et la réalité politique ne peut être prévue à si long
terme. Nous nous sommes toujours fixé 2030
comme perspective la plus lointaine. Selon le
Conseil supérieur des Finances, le vieillissement
entraînera en 2030 un surcoût d'un peu plus de
3%.

Selon les Directors, il faudrait atteindre 1%
d'excédent en 2007, et environ 3% en 2015, pour
pouvoir payer les pensions en 2050. Je prédis que
quiconque fera cela sera impitoyablement
« massacré » par toute personne âgée de moins de
45 ans. On ne trouve pas 330 milliards aussi
facilement et il faudra donc réaliser d'énormes
économies ou augmenter considérablement les
impôts.

inspanningen. De meeste Executive Directors
noemen de economische basis van België gezond,
loven de autoriteiten voor hun fiscale inspanningen
en steunen de regering in haar beleid om de
gevolgen van de vergrijzing op te vangen via de
afbouw van de schuldenlast en de schepping van
banen. Sommige Directors noemen het
begrotingsbeleid zelfs te streng. Betreffende de
nabije toekomst adviseren de Directors een
geleidelijke aangroei van het overschot op de
begroting. Het is ook de bedoeling van de regering
om zo snel mogelijk tot een begrotingsevenwicht te
komen en daarna geleidelijk een surplus op te
bouwen.

Het klopt dat de meeste Directors een overschot
van 1 procent op de begroting van 2007
vooropstellen als doelstelling op korte termijn. Ik zal
dit advies niet naast mij neerleggen, maar ik ga er
ook niet zonder meer op in. De achterliggende
projecties van het IMF lopen immers tot 2050 en de
politieke realiteit kan niet afgestemd worden op een
zo lange termijn. Wij zijn altijd uitgegaan van 2030
als verste toekomstprojectie. De Hoge Raad van
Financiën zegt dat de vergrijzing in 2030 iets meer
dan 3 procent extra kosten zal meebrengen.

Er zou in 2007 volgens die Directors 1 procent
overschot nodig zijn en in 2015 ongeveer 3 procent
om in 2050 de pensioenen te kunnen betalen. Ik
voorspel dat wie dat doet, genadeloos zal worden
afgeslacht door iedereen onder de 45. Men vindt
niet zomaar 330 miljard, men zal dus enorme
besparingen of belastingverhogingen moeten
doorvoeren.

Il est plus réaliste de prendre pour point de départ
de nos calculs l'estimation du Conseil supérieur
des Finances selon laquelle nous devrions, entre
2010 et 2013, nous situer à environ 1,5 %. Si nous
atteignons 0,3 % en 2007 et que nous montons
graduellement en puissance de 0,2 à 0,3 %
annuels, nous atteindrons 1,5 % en 2013 et nous
devrons alors fournir l'effort nécessaire pour rester
à ce niveau jusqu'en 2018. Il y aura ensuite une
baisse et le budget sera en équilibre d'ici à 2030.
Voilà le rythme que le gouvernement se propose de
suivre mais le FMI est plus audacieux que nous.

Pour 2003 et 2004, il n'y aura pas seulement des
recettes uniques mais aussi des dépenses uniques
telles que la répercussion du coût de la réforme des
polices, de la faillite de la Sabena et des difficultés
de financement des entreprises publiques.

Het is realistischer om uit te gaan van de raming
van de Hoge Raad van Financiën, waarbij we
tussen 2010 en 2013 op ongeveer 1,5 procent
moeten zitten. Als men 0,3 procent bereikt in 2007
en dan geleidelijk opbouwt met 0,2 of 0,3 procent
per jaar komt men in 2013 uit op 1,5 procent en dat
moet dan aangehouden worden tot 2018. Dan komt
er een vermindering en zal de begroting in
evenwicht zijn tegen 2030. Dat is het ritme van de
regering, maar het IMF gaat verder dan wij.

Er zijn niet alleen eenmalige inkomsten voor 2003
en 2004, er zijn ook eenmalige uitgaven, zoals de
doorrekening van de politiehervorming, van Sabena
en van de overheidsbedrijven.

09/03/2004

CRABV 51

COM 189

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

D'autre part, il faut faire face à la réalité
sociale qu'est le vieillissement de la population. Il
faut s'y préparer mais cette préparation ne doit pas
être un axiome dogmatique hypothéquant toute
action à court terme. Or, c'est précisément ce qui
se passerait si nous nous inscrivions dans un
scénario dont le terme serait 2050.

Het is een maatschappelijk feit dat de vergrijzing
moet worden voorbereid, maar het mag geen
dogmatisch axioma worden dat iedere actie op
korte termijn hypothekeert. Dat is nu net wat er
gebeurt als we in een scenario tot 2050 moeten
redeneren.

Nous maintenons 2030 comme date butoir, mais
nous devrons procéder à des adaptations au fur et
à mesure. Personne ne sait comment se
présentera la situation démographique en 2030 ou
quelle sera l'incidence de la migration. Aucun calcul
n'a encore été effectué sur la base de l'effet
maximal et minimal attendu de l'élargissement de
l'Union européenne. Nous ignorons si le coût
continuera à évoluer au même rythme.

We houden de streefdatum 2030 aan, maar we
zullen gaandeweg wel moeten bijsturen. Niemand
weet hoe de demografische toestand er in 2030 er
zal uitzien of wat de impact van de migratie zal zijn.
Er heeft nog niemand berekeningen gemaakt
rekening houdend met het te verwachten
maximum- en minimumeffect van de uitbreiding van
de EU. We weten niet of de kostprijs zal blijven
evolueren zoals nu.

05.03 Carl Devlies (CD&V): Les prévisions à long

terme sont effectivement difficiles, parce que de
nombreux facteurs entrent en ligne de compte. Il
est cependant important que le gouvernement tente
de parvenir au meilleur résultat possible au cours
de cette législature. Je trouve que le ministre nourrit
des ambitions trop modestes et, surtout, qu'il place
la barre trop haut pour ses successeurs. Il souhaite
atteindre un surplus de 0,3 pour cent, alors que le
FMI préconise 1 pour cent et le Conseil supérieur
des Finances 0,7 pour cent. Le ministre escompte,
par ailleurs, une évolution de 0,3 à 1,5 pour cent au
cours de la période 2007-2013. Comment les
prochains gouvernements réaliseront-ils cet
objectif?

05.03 Carl Devlies (CD&V): Het is juist dat

voorspellingen op lange termijn moeilijk zijn, omdat
vele factoren een rol spelen. Toch is het belangrijk
dat de regering, binnen de tijdspanne van de
regeerperiode, tot een zo goed mogelijk resultaat
tracht te komen. Ik vind dat de ambities van de
minister te laag zijn en vooral dat hij de lat voor zijn
opvolgers te hoog legt. De minister wil 0,3 procent
overschot bereiken, terwijl het IMF het over 1
procent heeft en de Hoge Raad van Financiën over
0,7 procent. Anderzijds verwacht de minister we in
de periode 2007-2013 van 0,3 naar 1,5 procent
gaan. Hoe zullen de volgende regeringen dat
realiseren?

05.04 Johan Vande Lanotte, ministre (en

néerlandais): Ces prévisions se basent sur une
croissance de 2 pour cent et ne sont donc pas plus
ambitieuses que ce que nous avons fait par le
passé.

05.04 Minister Johan Vande Lanotte

(Nederlands): Die prognoses gaan uit van 2
procent groei en zijn dus niet ambitieuzer dan wat
we in het verleden gedaan hebben.

05.05 Carl Devlies (CD&V): Des organismes

réputés comme le FMI et le Conseil supérieur
estiment en tout cas que les ambitions du
gouvernement sont trop modestes. Ce
gouvernement fournit trop peu d'efforts.

05.05 Carl Devlies (CD&V): Gereputeerde

instellingen als het IMF en de Hoge Raad vinden in
elk geval dat de ambities van de regering te laag
zijn. Deze regering levert te weinig inspanningen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

La réunion publique de commission est levée à
15.21 heures.

De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.21 uur.

Document Outline