SÉANCE PLÉNIÈRE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

SOMMAIRE

INHOUD

Question de M. Filip De Man au premier ministre
sur "la profonde divergence de vues entre deux de
ses ministres à propos du port du voile" (n° 1178)

Vraag van de heer Filip De Man aan de eerste
minister over "de grote onenigheid tussen twee
van zijn ministers inzake de hoofddoek" (nr. 1178)

Orateurs: Filip De Man, Guy Verhofstadt,
premier ministre

Sprekers: Filip De Man, Guy Verhofstadt,
eerste minister

Question de Mme Nahima Lanjri à la ministre de la
Fonction publique, de l'Intégration sociale, de la
Politique des grandes villes et de l'Egalité des
chances sur "la représentation de groupes à
risque dans la fonction publique" (n° 1199)

Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de minister
van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
over "de vertegenwoordiging van risicogroepen bij
de overheid" (nr. 1199)

Orateurs: Nahima Lanjri, Marie Arena,
ministre de la Fonction publique, de
l'Intégration sociale, de la Politique des
grandes villes et l'Egalité des chances

Sprekers: Nahima Lanjri, Marie Arena,
minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen

Question de Mme Marie-Claire Lambert au
secrétaire d'Etat à l'Informatisation de l'Etat,
adjoint au ministre du Budget et des Entreprises
publiques, sur "les déclarations de naissance à
l'hôpital" (n° 1267)

Vraag van mevrouw Marie-Claire Lambert aan de
staatssecretaris voor Informatisering van de Staat,
toegevoegd aan de minister van Begroting en
Overheidsbedrijven, over "de geboorteaangiften in
het ziekenhuis" (nr. 1267)

Orateurs:

Marie-Claire Lambert, Peter

Vanvelthoven, secrétaire d'Etat à
l'Informatisation de l'Etat

Sprekers: Marie-Claire Lambert, Peter
Vanvelthoven, staatssecretaris voor
Informatisering van de Staat

Question de M. Claude Marinower au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "d'éventuels
nouveaux accords européens concernant le non-
respect par un Palestinien des modalités
d'accueil" (n° 1085)

Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "eventuele nieuwe Europese
afspraken in verband met de niet-naleving van de
opvangmodaliteiten door een Palestijn" (nr. 1085)

Orateurs:

Claude Marinower, Patrick

Dewael, vice-premier ministre et ministre de
l'Intérieur

Sprekers:

Claude Marinower, Patrick

Dewael, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Questions jointes de

Samengevoegde vragen van

- M. Richard Fournaux au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "le transfert de l'ex-police
aéronautique" (n° 1105)

- de heer Richard Fournaux aan de vice-eerste
minister en minister van Binnenlandse Zaken over
"de overheveling van de vroegere
luchtvaartpolitie" (nr. 1105)

- M. François-Xavier de Donnea au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le statut du
personnel de l'ex-police aéroportuaire" (n° 1262)

- de heer François-Xavier de Donnea aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het statuut van het personeel van de
voormalige luchthavenpolitie" (nr. 1262)

Orateurs: Richard Fournaux, François-
Xavier de Donnea, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Richard Fournaux, François-
Xavier de Donnea, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken

Question de M. Hagen Goyvaerts au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
modification de la brochure d'information de
l'AFCN" (n° 1210)

Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de aanpassing van de
informatiebrochure van het FANC" (nr. 1210)

Orateurs: Hagen Goyvaerts, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Hagen Goyvaerts, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

Question de Mme Magda De Meyer au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
situation des Roms du Kosovo" (n° 1253)

Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
vice-eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de situatie van de Roma-Kosovaren"
(nr. 1253)

Orateurs: Magda De Meyer, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Magda De Meyer, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de Mme Nahima Lanjri au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les effets
indésirables des modifications apportées à la loi
sur les étrangers par la loi-programme de
décembre 2003" (n° 1264)

Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de ongewenste effecten van de
wijzigingen aan de vreemdelingenwet door de
programmawet van december 2003" (nr. 1264)

Orateurs: Nahima Lanjri, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Nahima Lanjri, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Mohammed Boukourna au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
situation des chambres francophones de la
Commission permanente de recours des Réfugiés
(CPRR)" (n° 1271)

Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan de
vice-eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de situatie van de Franstalige kamers
van de Vaste Beroepscommissie voor
Vluchtelingen (VBCV)" (nr. 1271)

Orateurs: Mohammed Boukourna, Patrick
Dewael, vice-premier ministre et ministre de
l'Intérieur

Sprekers: Mohammed Boukourna, Patrick
Dewael, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Bert Schoofs au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le port du
voile par les femmes musulmanes sur les photos
destinées aux cartes d'identité" (n° 1273)

Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het dragen van een hoofddoek door
moslimvrouwen op pasfoto's bestemd voor
identiteitskaarten" (nr. 1273)

Orateurs: Bert Schoofs, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Bert Schoofs, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de Mme Alisson De Clercq au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "un
second centre de formation à la conduite de
véhicules de police prioritaires" (n° 1275)

Vraag van mevrouw Alisson De Clercq aan de
vice-eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "een tweede centrum voor de
opleiding van bestuurders van prioritaire
politievoertuigen" (nr. 1275)

Orateurs: Alisson De Clercq, Patrick
Dewael, vice-premier ministre et ministre de
l'Intérieur

Sprekers: Alisson De Clercq, Patrick
Dewael, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Joseph Arens au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la mise en
oeuvre concrète du fonds d'amendes de roulage
instauré par l'article 32 de la loi du 7 février 2003
portant diverses dispositions en matière de
sécurité routière" (n° 1310)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de concrete uitvoering van het
verkeersboetefonds dat werd ingevoerd bij
artikel

32 van de wet van 7

februari

2003

houdende verschillende bepalingen inzake
verkeersveiligheid" (nr. 1310)

Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Joseph Arens au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le
fonctionnement du Conseil consultatif des
bourgmestres en ce qui concerne les missions qui
lui sont dévolues par les articles 8,61 et 96 de la
LPI" (n° 1311)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de werking van de Adviesraad van
burgemeesters voor wat betreft de opdrachten die
hem toegewezen zijn door de artikelen 8, 61 en 96
van de WGP" (nr. 1311)

Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,

Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

iii

vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Joseph Arens au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la création de
la Commission permanente de la police locale
prévue par l'article 91 de la LPI" (n° 1312)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de oprichting van de Vaste
Commissie van de lokale politie bedoeld in
artikel 91 van de WGP" (nr. 1312)

Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Joseph Arens au ministre de
l'Intérieur sur "le statut, la fonction et la mission
des comptables spéciaux" (n° 1313)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "het statuut, de
functie en de opdracht van de bijzondere
rekenplichtigen" (nr. 1313)

Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Joseph Arens au ministre de
l'Intérieur sur "le balisage des accidents de la
route par les unités provinciales de circulation de
la police fédérale et la sécurité des policiers
chargés de ces balisages" (n° 1314)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "het bebakenen van
verkeersongevallen door de provinciale
verkeerseenheden van de federale politie en de
veiligheid van de daarmee belaste politieagenten"
(nr. 1314)

Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Joseph Arens au ministre de
l'Intérieur sur "la participation des membres des
services de la police fédérale et locale à des docu-
soaps" (n° 1315)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de deelname van
de leden van de federale en de lokale
politiediensten aan docusoaps" (nr. 1315)

Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de Mme Valérie Deom au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la qualité
d'agent de police judiciaire des agents des
sociétés de transport en commun" (n° 1319)

Vraag van mevrouw Valérie Deom aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de hoedanigheid van agent van
gerechtelijke politie van de ambtenaren van de
openbare vervoermaatschappijen" (nr. 1319)

Orateurs: Valérie Deom, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Valérie Deom, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken

Question de M. Stijn Bex au vice-premier ministre
et ministre de l'Intérieur sur "les demandeurs
d'asile iraniens" (n° 1328)

Vraag van de heer Stijn Bex aan de vice-eerste
minister en minister van Binnenlandse Zaken over
"de Iraanse asielzoekers" (nr. 1328)

Orateurs: Stijn Bex, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur

Sprekers: Stijn Bex, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

COMMISSION DE L'INTERIEUR,

DES AFFAIRES GENERALES ET

DE LA FONCTION PUBLIQUE

COMMISSIE VOOR DE

BINNENLANDSE ZAKEN, DE

ALGEMENE ZAKEN EN HET

OPENBAAR AMBT

MERCREDI

JANVIER

2004

Matin

______

van

WOENSDAG

JANUARI

2004

Voormiddag

______

La réunion publique est ouverte à 10 heures par M.
Thierry Giet, président.

De vergadering wordt geopend om 10.00 uur door
de heer Thierry Giet, voorzitter.

01 Question de M. Filip De Man au premier

ministre sur "la profonde divergence de vues
entre deux de ses ministres à propos du port du
voile" (n° 1178)

01 Vraag van de heer Filip De Man aan de eerste

minister over "de grote onenigheid tussen twee
van zijn ministers inzake de hoofddoek" (nr.
1178)

01.01 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Après la

France et la Wallonie, c'est au tour de la Flandre
d'entamer un débat de société. La position du
gouvernement reste néanmoins très confuse. Le
ministre Dewael est opposé au port du voile à
l'école et dans la fonction publique mais la ministre
Arena juge cette conception dangereuse et
agressive. A ses yeux, une fonctionnaire n'est pas
moins neutre si elle porte le voile. Dans La Dernière
Heure, la ministre a même qualifié les idées du
ministre Michel d' "hyperdangereuses".

J'adhère au raisonnement du ministre Dewael : le
foulard islamique et le hijab sont des symboles de
l'oppression de la femme. L'islam n'impose aux
hommes aucune consigne vestimentaire.
L'augmentation du nombre de voiles est le signe
d'un rejet croissant de l'intégration et d'une
radicalisation assez large au sein de la deuxième et
de la troisième générations. Les prophètes de
l'intégration en sont pour leurs frais. Celles qui ne
portent pas le voile sont harcelées, voire parfois
maltraitées ou violées. Certaines jeunes filles de
notre pays portent des gants parce qu'elles vivent
parmi les "incroyants". On voit même de plus en
plus de burqas dans les grandes villes. Dans
certaines communes, les piscines prévoient des
heures de natation réservées aux musulmanes. Les
infirmières marocaines posent un certain nombre

01.01 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Na Frankrijk

en Wallonië komt nu ook in Vlaanderen de
maatschappelijke discussie op gang. Het is echter
volstrekt onduidelijk wat de regering voorstaat.
Minister Dewael is tegen de hoofddoeken op school
en in de ambtenarij, maar minister Arena vindt dat
een gevaarlijke en agressieve zienswijze. Een
ambtenaar is volgens haar niet minder neutraal met
een hoofddoek. In La Dernière Heure noemde ze
de ideeën van minister Michel zelfs
'hypergevaarlijk'.

Ik volg de redenering van minister Dewael: de
hoofddoek en de hijab staan symbool voor de
onderdrukking van de vrouw. Voor moslimmannen
zijn er geen kledingvoorschriften. Dat het aantal
hoofddoeken toeneemt, wijst op een toenemende
afkeer van integratie en op een vrij algemene
radicalisering bij de tweede en derde generatie. De
profeten van de integratie zijn eraan voor de
moeite. Wie de hoofddoek niet draagt, wordt
getreiterd, soms zelfs mishandeld of verkracht.
Sommige meisjes in ons land dragen
handschoenen omdat ze tussen de `ongelovigen'
leven. Zelfs burka's zie je meer en meer in de grote
steden. In diverse steden zijn er aparte zwemuren
voor moslimvrouwen. Met Marokkaanse
verpleegsters zijn er in Brussel enkele ernstige

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

de problèmes à Bruxelles.

L'islam n'a pas sa place en Europe. Il se démarque
par une guerre sainte, un prosélytisme fanatique,
plus de mille ans d'hostilité envers l'Europe. Un
gouffre sépare l'islam des confessions chrétienne,
juive ou orthodoxe. Ces dernières sont présentes
ici depuis des siècles, elles acceptent la séparation
entre l'Etat et l'Eglise et l'égalité entre les hommes
et les femmes. S'adapter ou déguerpir, tel reste le
point de vue du Vlaams Blok.

Quelle est l'attitude du premier ministre et du
gouvernement dans ce dossier ?

problemen.

De islam hoort niet thuis in Europa. Hij kenmerkt
zich door heilige oorlog, fanatiek proselitisme, meer
dan 1000 jaar vijandschap tegenover Europa. Er is
een hemelsbreed verschil met het christelijk, joods
of orthodox geloof. Die zijn hier al eeuwenlang
aanwezig, aanvaarden de scheiding tussen Kerk en
Staat en de gelijkheid van man en vrouw.
Aanpassen of opkrassen, dat blijft het standpunt
van het Vlaams Blok.

Wat is de houding van de eerste minister en de
regering in deze zaak?

01.02 Guy Verhofstadt, premier ministre (en

néerlandais): Le gouvernement a l'intention de
lancer un débat de société ainsi qu'un dialogue
interculturel. Nous n'entendons pas faire du port du
voile un moyen de stigmatiser une religion ou une
communauté. C'est ce que fait M. De Man mais
nous pensons quant à nous qu'un discours
matamoresque est de nature à accréditer l'idée que
l'autre est nécessairement un ennemi.

Mon opinion personnelle rejoint celle exprimée
dans De Morgen le week-end passé par le
professeur Vermeersch. Selon lui, il ne faut pas
minimiser la question du port du voile mais ce n'est
pas le problème le plus essentiel. Cette question
cache des problèmes beaucoup plus profonds. Les
jeunes filles habitant en banlieue se sentent
menacées, dans les hôpitaux les femmes doivent
refuser de se faire soigner par un médecin
masculin, les femmes professeurs sont l'objet
d'intimidations, etc.

Certaines valeurs universelles de notre société
entrent en conflit avec ce que certaines
communautés considèrent comme leurs traditions.
Or ces traditions sont souvent de nature religieuse,
voire fondamentaliste. Toutefois, nous devons nous
garder de tout amalgame.

Je crois à une société ouverte telle que l'a définie
Karl Popper. Dans une telle société, nous devons
défendre et faire respecter les valeurs universelles
et valables en toute circonstance. Mais le
problème, c'est que les personnes qui défendent ce
principe veulent justement rendre le port du voile
obligatoire. Elles veulent exprimer des valeurs et
instaurer dans notre société des choses qui sont
contraires aux valeurs universelles comme l'égalité
de traitement de tous les êtres humains ou la liberté
d'expression et d'émancipation individuelle. Je ne
crois pas tant à une société multiculturelle qu'à ce

01.02 Eerste minister Guy Verhofstadt

(Nederlands): De regering wil een maatschappelijk
debat en een interculturele dialoog opstarten. Van
de kwestie van de hoofddoeken willen we geen
zaak maken gericht tegen een religie of
gemeenschap. De heer De Man doet dat wel. Een
debat vol krachttermen creëert vijandbeelden.

Mijn persoonlijke mening komt min of meer overeen
met wat professor Vermeersch vorig weekend
schreef in De Morgen. Volgens hem mag de
problematiek van de hoofddoeken niet
gebagatelliseerd worden, maar gaat het niet in
eerste instantie daarover. De achterliggende
problemen gaan veel dieper. Meisjes in voorsteden
voelen zich bedreigd, vrouwen moeten in
ziekenhuizen een mannelijke arts weigeren,
vrouwelijke leerkrachten worden geïntimideerd,
enzovoort.

Sommige universele waarden in onze samenleving
botsen met wat sommige gemeenschappen als hun
tradities beschouwen. Vaak hebben ze een
religieuze inslag, soms ook een
fundamentalistische. Veralgemening moeten we
echter vermijden.

Ik geloof in de open samenleving die Karl Popper
beschreef. In zo een samenleving moeten we de
universele en altijd geldige waarden verdedigen en
doen naleven. Het punt is dat de personen die
achter deze geloofsregel zitten, het dragen van de
hoofddoek verplicht willen maken. Zij willen
waarden uitdrukken en zaken in onze samenleving
introduceren die strijdig zijn met universele
waarden zoals de gelijke behandeling van alle
personen, de vrijheid van meningsuiting en
ontwikkeling. Ik geloof niet zozeer in een
multiculturele samenleving, wel in wat professor
Vermeersch de 'multipassionele' samenleving

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

que le professeur Vermeersch appelle la
société « multipassionnelle ».

Ce que les gens représentent doit, de même que
leurs relations interpersonnelles et leur entourage,
constituer le fondement de notre société. Partant du
débat de société que la ministre Marie Arena a
inauguré, nous pourrons au cours des prochaines
semaines et des prochains mois définir une ligne
politique accordant la plus grande place aux
valeurs universelles.

noemt.

Wat mensen vertegenwoordigen moet - samen met
hun contacten en omgeving - de basis zijn van
onze samenleving. Op basis van het
maatschappelijk debat dat minister Arena op gang
heeft getrokken, kunnen we de komende weken en
maanden een beleidslijn uittekenen die respect
voor de universele waarden hoog in het vaandel
draagt.

01.03 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Deux

ministres ont fait des déclarations totalement
contradictoires. A l'approche des élections, le
premier ministre se réfugie derrière un dialogue
interculturel. Il devrait plutôt lancer un signal clair et
affirmer qu'il défendra bec et ongles les valeurs
auxquelles il adhère avec tant d'enthousiasme. Il
n'ose cependant pas le faire.

Ainsi, il n'accède pas à ma demande tendant à
l'expulsion de huit intégristes de l'Exécutif
musulman. La ministre Onkelinx les a effectivement
nommés. Or ces nominations sont en contradiction
avec ce que le premier ministre vient de déclarer.
L'Exécutif constitue une sorte de gouvernement
pour les 400 000 musulmans dans ce pays.

Il procédera à la nomination des imams et des
professeurs de religion musulmane et gérera des
millions d'euros. Le premier ministre ne veut pas
voir ce danger. Il renvoie cette affaire au lendemain
des élections, faisant ainsi preuve de lâcheté.

01.03 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Twee

ministers legden volkomen tegenstrijdige
verklaringen af. Met de verkiezingen in aantocht
verschuilt de eerste minister zich achter een
interculturele dialoog. Hij zou beter een duidelijk
signaal geven en zeggen dat hij de waarden die hij
zo bejubelt met hand en tand zal verdedigen. Dat
durft hij echter niet.

Hij gaat bijvoorbeeld niet in op mijn vraag om acht
fundamentalisten uit de Moslimexecutieve te
gooien. Minister Onkelinx heeft hen immers
benoemd. Nochtans zijn die benoemingen in
tegenspraak met wat de eerste minister net zei. De
executieve is een soort regering voor de 400.000
moslims in dit land.

Ze zal imams en islamleraars benoemen en
miljoenen euro's beheren. Dat gevaar wil de eerste
minister niet zien. Hij schuift de zaak voor zich uit
tot na de verkiezingen en dat is laf.

01.04 Guy Verhofstadt, premier ministre (en

néerlandais): Je déplore que M. De Man m'ait posé
cette question. Il est en effet malheureux de
recevoir des leçons sur les valeurs universelles et
humaines d'un parti pour lequel priment la nation et
la race.

01.04 Eerste minister Guy Verhofstadt

(Nederlands): Ik vind het jammer dat de heer De
Man mij deze vraag heeft gesteld. Het is immers
jammer lessen te krijgen over universele en
menselijke waarden van een partij voor wie natie en
ras primeren.

01.05 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Le ministre

n'a fourni aucune réponse en ce qui concerne le
fondamentalisme.

01.05 Filip De Man (VLAAMS BLOK): De eerste

minister heeft geen antwoord over het
fundamentalisme.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

02 Question de Mme Nahima Lanjri à la ministre

de la Fonction publique, de l'Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes et de l'Egalité
des chances sur "la représentation de groupes à
risque dans la fonction publique" (n° 1199)

02 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de

minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid
en Gelijke Kansen over "de vertegenwoordiging
van risicogroepen bij de overheid" (nr. 1199)

02.01 Nahima Lanjri (CD&V): Les ministres

Vande Lanotte et Vandenbroucke affirment, à juste
titre, que l'emploi des personnes d'origine étrangère

02.01 Nahima Lanjri (CD&V): De ministers Vande

Lanotte en Vandenbroucke stellen terecht dat er
een probleem is inzake de tewerkstelling van

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

pose problème. Parmi les ressortissants non
européens qui vivent en Belgique, seulement 30,7
pour cent ont du travail. Les immigrés de la
deuxième, troisième et quatrième génération qui,
entre-temps, ont acquis la nationalité belge mais
portent toujours un nom étranger, rencontrent des
difficultés.

De même, l'emploi des personnes handicapées
laisse souvent à désirer. Le gouvernement a
l'intention d'employer 3 pour cent de handicapés
dans les services publics.

Combien de personnes d'origine étrangère ou de
nationalité étrangère sont-elles employées dans les
parastataux et les services publics ? Je présume
que le ministre ne peut me communiquer, pour
l'heure, que le nombre de personnes de nationalité
étrangère. En Flandre, cependant, le VDAB
parvient déjà à effectuer des comptages de
personnes qui ont acquis la nationalité belge. La
Communauté flamande a lancé un projet visant à
mieux cerner l'emploi parmi cette catégorie sociale.

Combien de membres du personnel des
parastataux et des services publics sont-ils des
handicapés ? Le seuil de 3 pour cent est-il atteint ?
Les groupes à risques sont-ils employés à
différents niveaux dans différentes fonctions

Observe-t-on des différences entre les institutions ?
Comment le ministre compte-t-il promouvoir
l'emploi dans la fonction publique ? Il ne suffit pas
de supprimer l'exigence de nationalité.

allochtonen. Van de niet-EU-onderdanen in België
is slechts 30,7 procent aan het werk. Ook mensen
van de tweede, derde en vierde generatie die
intussen Belg zijn maar nog een vreemde naam
dragen, ondervinden problemen.

Ook de tewerkstelling van gehandicapten laat vaak
te wensen over. De overheid wil 3 procent
gehandicapten tewerkstellen bij de
overheidsdiensten.

Hoeveel personeelsleden van vreemde origine of
met een vreemde nationaliteit zijn tewerkgesteld in
de parastatalen en bij de overheidsdiensten?
Waarschijnlijk kan de minister mij momenteel enkel
het aantal mensen met een vreemde nationaliteit
meedelen. In Vlaanderen slaagt de VDAB er wel al
in tellingen te doen van mensen die ondertussen
Belg zijn geworden. De Vlaamse Gemeenschap
startte een project op om zicht te krijgen op de
tewerkstelling van zulke mensen.

Hoeveel personeelsleden in de parastatalen en bij
de overheid zijn gehandicapt? Haalt men de 3
procent? Zijn de risicogroepen op verschillende
niveaus en in verschillende functies tewerkgesteld?
Zijn er verschillen tussen de diverse instellingen?
Hoe wil de minister de werkgelegenheid bij de
overheid bevorderen? Het volstaat niet de
nationaliteitsvereiste te schrappen.

02.02 Marie Arena, ministre (en néerlandais):

J'élabore actuellement un plan d'action sur la
diversité qui s'intéressera tout particulièrement aux
flux entrants et sortants de certains groupes à
risques ainsi qu'à l'évolution de la culture
organisationnelle au sein de l'administration
fédérale.

L'étude de la présence de certains groupes cibles
tels que les personnes atteintes d'un handicap et
les personnes d'origine étrangère constitue l'un des
principaux volets de ce plan. Sur la base des
constations effectuées dans ce cadre, des
propositions devront ensuite être formulées afin de
mettre en oeuvre une véritable politique de
diversité. Je disposerai de données détaillées en la
matière dans quelques mois.

02.02 Minister Marie Arena (Nederlands): Ik werk

een Actieplan Diversiteit uit dat aandacht moet
besteden aan de problematiek van de in- en
uitstroom van bepaalde risicogroepen en aan de
verandering van de organisatorische cultuur binnen
de federale administratie.

Een van de belangrijkste onderdelen van dit
actieplan is het bestuderen van de aanwezigheid
van bepaalde doelgroepen, zoals personen met
een handicap en personen van buitenlandse
afkomst, binnen de federale administratie. Op basis
van de vaststellingen moeten er dan in een
volgende fase voorstellen worden geformuleerd om
een volwaardig diversiteitbeleid op het getouw te
zetten. Binnen enkele maanden zal ik over
gedetailleerd cijfermateriaal beschikken.

(En français) La diversité au sein de la fonction
publique n'est pas seulement question de
nationalité.

On compte 247 membres du personnel Européens
non belges au sein des SPF, parastataux et

(Frans) De diversiteit in de overheidsdiensten is
niet alleen een kwestie van nationaliteit.

In de Federale Overheidsdiensten en de
parastatale en wetenschappelijke instellingen

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

établissements scientifiques (dont 25 contractuels).
Sur un total de 80.000 fonctionnaires, c'est peu.
Par ailleurs, 937 agents ayant un handicap sont
occupés au sein des SPF.

werken 247 niet-Belgische Europeanen (onder wie
25 contractuele personeelsleden). Op een totaal
van 80.000 ambtenaren is dat bitter weinig.
Bovendien werken bij de Federale
Overheidsdiensten 937 ambtenaren met een
handicap.

La réglementation des quotas imposés aux
départements est dépassée en raison de
l'importante réforme menée au cours de la
précédente législature.

Il est très difficile de définir ce que signifie « être
d'origine étrangère » pour les personnes qui ont la
nationalité belge. Ce serait même, à la limite,
discriminatoire.

Gelet op de grootschalige hervorming die tijdens de
vorige zittingsperiode werd doorgevoerd, is de aan
de departementen opgelegde quotaregeling
voorbijgestreefd.

Voor de mensen met de Belgische nationaliteit is
het zeer moeilijk om te omschrijven wat onder "van
buitenlandse origine" moet worden verstaan. Dat
zou desnoods zelfs discriminerend kunnen zijn.

J'ai demandé à l'administration P&O d'étudier les
freins à la diversité. Un second objectif est de
mettre plusieurs experts travaillant sur la diversité à
disposition des services d'encadrement personnel
et d'organisation des différents SPF. De plus, une
offre de sensibilisation en matière de diversité est
prévue pour ces mêmes services.

Dès que nous disposerons de chiffres sur la
diversité, nous vous les communiquerons.

Ik heb aan de P&O-administratie gevraagd te
onderzoeken wat de diversiteit in de weg staat. De
tweede doelstelling bestaat erin meerdere experts
ter beschikking van de Stafdiensten personeel en
organisatie van de verschillende Federale
Overheidsdiensten te stellen om aan de diversiteit
te werken. Bovendien wordt voor diezelfde diensten
voorzien in een sensibiliseringsaanbod inzake
diversiteit.

Zodra we over de cijfers betreffende de diversiteit
beschikken, hoort u van ons.

02.03 Nahima Lanjri (CD&V): Quand la ministre

pense-t-elle pouvoir présenter les résultats de ce
plan d'action ? J'espère que nous pourrons
organiser un débat en commission sur cette
problématique.

Il n'est évidemment pas très étonnant de constater
que les chiffres relatifs à la représentation des
personnes d'origine étrangère au sein de
l'administration fédérale sont aussi bas. La ministre
estime qu'il n'est guère aisé de définir le groupe
cible, ce qui est en effet le cas. Mais dans ce cadre,
elle pourrait s'inspirer de l'expérience flamande du
VDAB par exemple. Dans ce domaine, il faut
également se pencher sur des aspects tels que le
recrutement et la formation.

02.03 Nahima Lanjri (CD&V): Wanneer denkt de

minister de bevindingen van dit actieplan te kunnen
voorleggen? Ik hoop dat we in deze commissie een
debat aan deze problematiek zullen kunnen wijden.

Dat de cijfers inzake vertegenwoordiging van
personen van buitenlandse origine binnen de
federale administratie zo laag liggen, is natuurlijk
geen echte verrassing. De minister vindt dat het
exact definiëren van de doelgroep niet gemakkelijk
is. Dat klopt, maar ze kan zich hierbij baseren op de
Vlaamse ervaring ter zake van bijvoorbeeld de
VDAB. Men moet in deze aangelegenheid ook de
nodige aandacht besteden aan elementen als
rekrutering en vorming.

02.04 Marie Arena, ministre (en français): L'une

des questions abordées en matière de freins à la
diversité est relative aux canaux d'information et de
préparation aux examens de recrutement organisés
par le SELOR.

02.04 Minister Marie Arena (Frans): Om een

grotere diversiteit in de hand te werken, worden
inspanningen gedaan op het vlak van de informatie
over en de voorbereiding op de door SELOR
georganiseerde wervingsexamens.

02.05 Nahima Lanjri (CD&V):J'espère que les

études cèderont bientôt la place à l'action.

02.05 Nahima Lanjri (CD&V): Ik hoop dat de tijd

van studeren voorbij is. Het is tijd voor actie.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

03 Question de Mme Marie-Claire Lambert au

secrétaire d'Etat à l'Informatisation de l'Etat,
adjoint au ministre du Budget et des Entreprises
publiques, sur "les déclarations de naissance à
l'hôpital" (n° 1267)

03 Vraag van mevrouw Marie-Claire Lambert aan

de staatssecretaris voor Informatisering van de
Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting
en Overheidsbedrijven, over "de
geboorteaangiften in het ziekenhuis" (nr. 1267)

03.01 Marie-Claire Lambert (PS) : Selon le projet

visant à organiser la déclaration de naissance au
sein de l'hôpital, ce dernier devrait envoyer lui-
même à la commune la déclaration de naissance
signée par le ou les parents dans les trois jours
ouvrables. Le personnel devrait procéder au
remplissage des documents administratifs.
Confirmez-vous ces informations ? Qu'en est-il du
mécanisme ? Ne craignez-vous pas que cette
disposition entraîne une surcharge administrative
pour les hôpitaux

? Qu'en sera-t-il de la

responsabilité du personnel en ce qui concerne le
respect des instructions et des règlements ?

03.01 Marie-Claire Lambert (PS): Het ontwerp

dat ertoe strekt de geboorteaangifte in het
ziekenhuis te laten plaatsvinden, bepaalt dat het
ziekenhuis de door een of beide ouders
ondertekende aangifte binnen de drie werkdagen
zelf naar de gemeente zou moeten sturen. Het
personeel zou die administratieve documenten
moeten invullen. Klopt die informatie? Hoe verloopt
die procedure? Vreest u niet dat die bepaling een te
grote administratieve belasting voor de
ziekenhuizen zal meebrengen? In hoeverre is het
personeel verantwoordelijk voor de naleving van de
onderrichtingen en de reglementen?

03.02 Peter Vanvelthoven, secrétaire d'État (en

français) : J'ai formulé une proposition en réponse
à la proposition de loi de MM. Bourgeois et
Leterme. Cette proposition se base sur les
principes suivants : la déclaration se fait encore sur
le lieu de naissance ; le service de l'État civil
demeure compétent ; les délais de traitement sont
réduits et des possibilités de suppression des
charges administratives des parents sont créées.
Les parties concernées ont été invitées à un
entretien le 18 janvier 2004. La VLAVABBS s'est
montrée intéressée par le projet. Elle s'est engagée
à réduire les problèmes éventuels pouvant se poser
lors de la déclaration de naissance. Les
conséquences pour les hôpitaux sont étroitement
liées à l'issue des entretiens que je mènerai avec
les acteurs sur le terrain. Si de profondes
modifications s'opèrent dans la procédure pour les
hôpitaux, nous échangerons évidemment nos idées
avec le secteur. De toute façon, l'e-government a
pour but d'alléger la charge de travail, et non de
l'alourdir. Pour le reste, je vous renvoie au rapport
de la séance de la sous-commission « Droit de la
famille » du 7 janvier 2004.

03.02 Peter Vanvelthoven, secrétaire d'Etat

(Frans): In reactie op het wetsvoorstel van de heren
Bourgeois en Leterme heb ik zelf een voorstel
geformuleerd dat op de volgende beginselen stoelt:
de geboorteplaats blijft de plaats van aangifte; de
dienst burgerlijke stand blijft bevoegd; de
behandelingstermijn wordt ingekort en er wordt
voorzien in de mogelijkheid om de administratieve
verplichtingen voor de ouders af te schaffen.
De betrokken partijen werden uitgenodigd op een
gesprek dat op 18 januari 2004 plaatsvond. De
VLAVABBS toonde belangstelling voor het voorstel.
Ze beloofde een lijst op te stellen van de problemen
die zich eventueel bij de geboorteaangifte zouden
kunnen voordoen. De gesprekken die ik met de
veldwerkers zal voeren zullen in belangrijke mate
bepalen welke weerslag deze maatregelen op de
ziekenhuizen zullen hebben. Als de procedure voor
de ziekenhuizen sterke wijzigingen ondergaat
zullen we uiteraard met de sector overleg plegen.
Wat er ook van zij, met e-government willen we een
daling van de werklast bereiken in plaats van een
toename. Voor het overige verwijs ik u naar het
verslag van de subcommissie "Familierecht" van 7
januari 2004.

03.03 Marie-Claire Lambert (PS): Il faut

effectivement mettre tous les acteurs autour de la
table. Dans votre programme, il manque les
hôpitaux.

03.03 Marie-Claire Lambert (PS): Men zou

inderdaad met alle betrokkenen om de tafel moeten
gaan zitten. In uw programma ontbreken de
ziekenhuizen.

03.04 Peter Vanvelthoven , secrétaire d'État

(français): Ils n'ont pas encore été contactés, mais
cela sera fait s'il y a des problèmes spécifiques.

03.04 Peter Vanvelthoven , staatssecretaris

(Frans): Wij hebben nog geen contact met hen
opgenomen, maar dat zal gebeuren mochten er
specifieke problemen rijzen.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

03.05 Marie-Claire Lambert (PS): Je me permets

d'insister car ils ont leurs propres contraintes.

03.05 Marie-Claire Lambert (PS): Ik ben zo vrij

daarop aan te dringen, want zij hebben hun eigen
verplichtingen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

04 Question de M. Claude Marinower au vice-

premier ministre et ministre de l'Intérieur sur
"d'éventuels nouveaux accords européens
concernant le non-respect par un Palestinien des
modalités d'accueil" (n° 1085)

04 Vraag van de heer Claude Marinower aan de

vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "eventuele nieuwe
Europese afspraken in verband met de niet-
naleving van de opvangmodaliteiten door een
Palestijn" (nr. 1085)

04.01 Claude Marinower (VLD): Lors de la

séance plénière du 18 décembre 2003, j'avais déjà
évoqué l'abus de droit de séjour de M. Khalil.
L'intéressé n'a pas respecté les modalités de
séjour. Le ministre des Affaires étrangères a-t-il
entre-temps pris contact avec ses homologues
européens? Quels sont les résultats de ces
entretiens?

04.01 Claude Marinower (VLD): In de plenaire

vergadering van 18 december 2003 had ik het al
over het misbruik van verblijfsrecht van de heer
Khalil. De betrokkene heeft de verblijfsmodaliteiten
niet nageleefd. Heeft de minister van Buitenlandse
Zaken hierover intussen reeds contact opgenomen
met zijn Europese collega's? Met welke resultaten?

04.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

La présence de l'exilé palestinien est le fruit d'une
décision prise par l'Union européenne pour sortir
de l'impasse dans le dossier de l'Eglise de la
Nativité à Bethléem. Le 19 décembre 2003, le
ministre Michel a fait savoir à ses homologues, par
courriel, qu'il demandait une évaluation. A la
demande de la Belgique, la question a été discutée
le 20 janvier 2004 au sein du groupe de travail sur
le Moyen-Orient. Je n'ai encore reçu aucun compte
rendu de cette réunion. La Belgique a également
abordé bilatéralement ce problème avec la
présidence irlandaise. La solution ne sera toutefois
pas simple. Au cours de l'été 2003, le Portugal a
essuyé un veto de l'Espagne à ce sujet.

Le 16 janvier 2004, la Chambre des mises en
accusation d'Audenarde a confirmé la détention
préventive de M. Khalil. L'intéressé n'a pas interjeté
appel de cette décision, ce qui a pour effet de
prolonger sa détention d'un mois.

04.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): De

aanwezigheid van de Palestijnse banneling vloeit
voort uit de beslissing van de Europese Unie om de
impasse in de Geboortekerk in Bethlehem te
deblokkeren. Minister Michel heeft zijn collega's op
19 december 2003 via e-mail laten weten dat hij
een evaluatie vraagt. De kwestie is op vraag van
België op 20 januari 2004 in de Europese
werkgroep voor het Midden-Oosten besproken. Ik
heb nog geen verslag gekregen van deze
vergadering. België heeft de zaak ook bilateraal
aangekaart bij het Ierse voorzitterschap. De
oplossing zal evenwel niet eenvoudig zijn. Portugal
stootte in de zomer van 2003 in deze zaak op een
veto van Spanje.

De kamer van inbeschuldigingstelling van
Oudenaarde heeft op 16 januari 2004 de voorlopige
hechtenis tegen de heer Khalil bevestigd. De
betrokkene heeft tegen deze beslissing geen
beroep aangetekend waardoor de hechtenis met
één maand wordt verlengd.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

05 Questions jointes de

- M. Richard Fournaux au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "le transfert de l'ex-
police aéronautique" (n° 1105)
- M. François-Xavier de Donnea au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le statut du
personnel de l'ex-police aéroportuaire" (n° 1262)

05 Samengevoegde vragen van

- de heer Richard Fournaux aan de vice-eerste
minister en minister van Binnenlandse Zaken
over "de overheveling van de vroegere
luchtvaartpolitie" (nr. 1105)
- de heer François-Xavier de Donnea aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het statuut van het personeel van de
voormalige luchthavenpolitie" (nr. 1262)

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

05.01 Richard Fournaux (cdH): J'ai reçu, comme

d'autres sans doute, une pétition de la police
aéronautique qui s'inquiète de son sort, suite à un
arrêt du Conseil d'État et à un arrêt de la Cour
d'Arbitrage qui remettent en cause le transfert vers
la gendarmerie puis dans la nouvelle police
intégrée. Comment allez-vous réagir ?

05.01 Richard Fournaux (cdH): Ik was

ongetwijfeld niet de enige die een petitie van de
luchtvaartpolitie ontving, waarin deze haar
ongerustheid uitdrukt over een arrest van de Raad
van State en een arrest van het Arbitragehof, die de
overheveling naar de rijkswacht en vervolgens naar
de nieuwe geïntegreerde politie, ter discussie
stellen. Hoe zal u daarop reageren?

05.02 François-Xavier de Donnea (MR): Il y a

des étapes à franchir pour mener cette
régularisation à bon port. Il n'y a rien de pire que de
laisser les personnes dans l'incertitude. Pouvez-
vous nous donner des éléments par rapport à la
démarche, et surtout par rapport aux délais
nécessaires, compte tenu des contraintes en la
matière ?

05.02 François-Xavier de Donnea (MR): Om

deze regularisatieoperatie af te ronden, dient nog
een aantal stappen te worden gedaan. Niets weegt
zo zwaar als onzekerheid. Wat dient te worden
ondernomen en hoeveel tijd is daartoe nodig,
rekening houdend met de bestaande beperkingen?

05.03 Patrick Dewael, ministre (en français): La

Cour d'Arbitrage a en effet remis en cause le
transfert vers la police intégrée. Le Conseil d'État
avait émis des critiques analogues à l'égard du
transfert de ces mêmes policiers vers la
gendarmerie. Compte tenu de la succession de
plusieurs arrêts du Conseil d'État, la question du
paiement de l'astreinte n'est pas aussi évidente
qu'il n'y paraît.

Le groupe de travail que j'ai mis en place pour
élaborer les corrections à apporter en la matière
vient de terminer ses travaux. Je soumettrai
mercredi prochain au cabinet restreint un projet de
réponse global et cohérent. Je soumettrai ensuite
ces solutions à la négociation syndicale. Les
dispositions que la Cour a annulées avaient entre-
temps été confirmées par la loi. Ce qui a pour
conséquence que c'est par la loi qu'il y aura lieu d'y
remédier. Vous aurez donc l'occasion d'examiner
prochainement le projet de loi que je déposerai.

05.03 Minister Patrick Dewael (Frans): Het

Arbitragehof zette de overheveling naar de
geïntegreerde politie inderdaad op de helling. De
Raad van State formuleerde gelijkluidende
opmerkingen bij de overheveling van die
politiemensen naar de rijkswacht. In het licht van de
opeenvolgende arresten van de Raad van State,
ligt de betaling van een dwangsom niet echt voor
de hand.

De werkgroep die ik had opgericht om de nodige
aanpassingen uit te werken, heeft zijn
werkzaamheden recentelijk beëindigd. Volgende
woensdag leg ik het kernkabinet een globaal en
samenhangend voorstel van antwoord voor,
waarover vervolgens met de vakbonden zal worden
onderhandeld. De bepalingen die het Hof
vernietigde, waren ondertussen al bij wet
vastgelegd. Er zal dus bij wet een oplossing
moeten worden geboden. Binnenkort zal u het
wetsontwerp dat ik in dat verband zal indienen,
kunnen bestuderen.

05.04 Richard Fournaux (cdH): Si j'ai bien

compris, la question sera abordée au cabinet
restreint mercredi prochain ?

05.04 Richard Fournaux (cdH): Als ik het goed

begrijp, zal dit onderwerp tijdens de vergadering
van het kernkabinet komende woensdag worden
behandeld?

05.05 Patrick Dewael, ministre (français): Oui.

Ensuite elle passera au Conseil des Ministres puis
viendra devant le Parlement.

05.05 Minister Patrick Dewael (Frans): Ja. Nadien

gaat het naar de Ministerraad en vervolgens naar
het Parlement.

05.06 François-Xavier de Donnea (MR) :

J'encourage le ministre, puis nous-mêmes, lorsque
le dossier viendra devant le Parlement, à accélérer
le pas.

05.06 François-Xavier de Donnea (MR): Ik spoor

de minister ertoe aan er flink de pas in te zetten, en
ook onszelf, wanneer wij dit dossier in het
Parlement zullen behandelen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

06 Question de M. Hagen Goyvaerts au vice-

premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
modification de la brochure d'information de
l'AFCN" (n° 1210)

06 Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de

vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "de aanpassing van de
informatiebrochure van het FANC" (nr. 1210)

06.01 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Fin

septembre 2003, j'avais déjà interrogé le ministre
sur le problème de l'enlèvement des paratonnerres
radioactifs et plus spécifiquement sur la campagne
d'information menée en la matière par l'Agence
fédérale de contrôle nucléaire (AFCN).

On a pu lire dans la presse qu'à la suite d'un
jugement du tribunal de première instance, l'AFCN
s'est vue contrainte d'adapter le contenu de sa
brochure informative. Qu'est-ce qui a déclenché
cette procédure judiciaire ? Quelle suite l'AFCN
donnera-t-elle à ce jugement ? Adressera-t-elle aux
villes et communes une brochure adaptée ? Quand
le fera-t-elle et qui paiera les frais
supplémentaires ?

06.01 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Eind

september 2003 ondervroeg ik de minister reeds
over de problematiek van de verwijdering van
radioactieve bliksemafleiders en meer specifiek
over de informatiecampagne van het Federaal
Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC).

In de pers stond dat het FANC als gevolg van een
vonnis van de rechtbank van eerste aanleg wordt
verplicht om haar informatiebrochure inhoudelijk
aan te passen. Wat was de aanleiding voor deze
rechtsprocedure? Welk gevolg zal het FANC geven
aan dit vonnis? Krijgen de steden en gemeenten
een aangepaste informatiebrochure? Wanneer zal
dit gebeuren en wie betaalt de bijkomende kosten?

06.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

L'Agence fédérale de contrôle nucléaire a lancé, au
début de 2003, une campagne concernant le
repérage et l'enlèvement des paratonnerres
radioactifs. C'est la raison pour laquelle elle a
envoyé à tous les bourgmestres un mailing auquel
étaient annexées deux fiches informatives, l'une
destinée aux citoyens et l'autre décrivant la
manière dont les communes peuvent aider l'AFCN.

Début novembre, elle leur a adressé un nouveau
mailing précisant que les bourgmestres sont non
seulement responsables mais compétents pour
l'enlèvement de ces paratonnerres sur les
immeubles communaux et autres. De plus, l'AFCN
y faisait appel à leur collaboration bénévole.

06.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Het

Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle is
begin 2003 gestart met een campagne betreffende
het opsporen en verwijderen van radioactieve
bliksemafleiders. Daarom werd er een mailing
verstuurd naar alle burgemeesters, met in bijlage
twee informatiefiches, één voor de burgers en één
waarin werd beschreven hoe de gemeenten het
FANC konden helpen.

Begin november werd er een herhalingsmailing
verstuurd waarin verduidelijkt werd dat de
burgemeesters niet alleen verantwoordelijk, maar
ook bevoegd waren voor de verwijdering van
dergelijke bliksemafleiders op gemeentelijke en
andere gebouwen. Verder deed het FANC een
beroep op hun vrijwillige medewerking.

Dans le cadre de cette campagne, la société VeBo
Electro-advies s'est signalée auprès de l'AFCN en
tant qu'entreprise d'élimination de paratonnerres
radioactifs. C'est pour cette raison que ce nom
apparaît sur le site internet de l'AFCN et sur les
fiches d'informations, à côté de celui de trois autres
sociétés. L'entreprise a toutefois estimé que la
campagne lui portait préjudice et a tenu à
demander réparation devant le tribunal.

Le 30 septembre, l'AFCN a été acquittée de toutes
les accusations et toutes les demandes de la firme
ont été rejetées. Un paragraphe de la fiche
d'informations destinée à la population a cependant
dû être supprimé, plus exactement celui dans
lequel l'AFCN informait le citoyen de la
réglementation concernant les paratonnerres non

In het kader van deze campagne meldde de firma
Vebo Electro-advies zich bij het FANC als
verwijderingsbedrijf voor radioactieve
bliksemafleiders. Deze naam komt daardoor voor
op de website van het FANC en op de
informatiefiches, naast die van drie andere firma's.
De firma voelde zich echter geschaad door het
opzet van de campagne en wilde dit via de
rechtbank laten rechtzetten.

Op 30 december werd het FANC vrijgesproken van
alle beschuldigingen en alle eisen van de firma
werden verworpen. Toch moest er één paragraaf
geschrapt worden in de informatiefiche voor de
burgers, met name die waarin het FANC de burger
informeerde over de regelgeving bij niet-
radioactieve bliksemafleiders. Het FANC werd

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

radioactifs. L'AFCN a été contrainte d'envoyer une
version adaptée. Néanmoins, le jugement n'a pas
encore été notifié et l'AFCN envisage d'interjeter
appel. Je ne puis bien entendu pas m'étendre
davantage sur une procédure en cours.

hierbij verplicht om een aangepaste versie te
versturen. De uitspraak werd echter nog niet
betekend en het FANC overweegt om in beroep te
gaan. Ik kan uiteraard niet verder ingaan op een
lopend geding.

06.03 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Il ne

nous reste qu'à espérer que la troisième fois sera la
bonne. Au demeurant, les bâtiments des services
d'incendie et de la protection civile sont également
équipés de paratonnerres de ce type. Le ministre
pourrait peut-être associer ces services au mailing.

06.03 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): We

zullen maar hopen dat de derde keer de goede
keer wordt. Er staan overigens ook dergelijke
bliksemafleiders op gebouwen van de brandweer
en de civiele bescherming. Misschien kan de
minister ook deze diensten betrekken in de mailing.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

07 Question de Mme Magda De Meyer au vice-

premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
situation des Roms du Kosovo" (n° 1253)

07 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de

vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "de situatie van de
Roma-Kosovaren" (nr. 1253)

07.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Le 23 juillet

2002, le ministre a édicté une circulaire qui prévoit
que lorsqu'un dossier d'asile comprend un avis
formel déconseillant de reconduire l'étranger dans
son pays d'origine, l'ordre de quitter le territoire doit
être renouvelé chaque mois. Dans la pratique, il
apparaît que cette directive s'applique uniquement
aux décisions postérieures au 23 juillet 2002. Les
Roms du Kosovo font ainsi l'objet d'inégalités de
traitement incompréhensibles selon qu'ils ont reçu
un avis de « non-reconduite » avant ou après le 23
juillet 2002. En effet, seul le premier groupe de
Roms bénéficie d'une prolongation permanente de
leur ordre de quitter le territoire. Toutefois, un retour
au Kosovo constitue bel et bien un risque pour la
sécurité des deux groupes.

Le ministre admet-il que l'interprétation de la
directive par l'Office des étrangers entraîne des
conséquences discriminatoires ? Va-t-il demander
d'associer chaque avis de non-reconduite à une
prolongation de l'ordre de quitter le territoire,
indépendamment de la date à laquelle l'avis a été
rendu ? Existe-t-il un accord entre l'UNMIK et les
autorités belges pour ne pas renvoyer de Roms au
Kosovo ? Le ministre estime-t-il que la clause dite
humanitaire est également soumise à la directive
du 23 juillet 2002 et qu'une prolongation de l'ordre
de quitter le territoire est également d`application
dans ce cadre

? Le ministre peut-il nous

communiquer des chiffres concernant le nombre de
clauses de non-reconduite au cours des dernières
années ?

07.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Op 23 juli

2002 vaardigde de minister de richtlijn uit dat
wanneer een asieldossier een formeel advies bevat
waarbij de terugleiding naar het land van herkomst
wordt afgeraden, het bevel om het grondgebied te
verlaten maandelijks verlengd moet worden. In de
praktijk blijkt dat deze richtlijn enkel wordt
toegepast op beslissingen van na 23 juli 2002.
Hierdoor is er een onbegrijpelijke ongelijkheid
ontstaan tussen de Roma uit Kosovo die een niet-
terugleidingsadvies hebben gekregen na 23 juli
2002 en voor 23 juli 2002. Bij de eerste groep wordt
het bevel tot verlaten van het grondgebied immers
steeds opnieuw verlengd, bij de tweede groep niet.
Nochtans geldt voor beide groepen dat zij bij
terugkeer naar Kosovo een reëel veiligheidsrisico
lopen.

Gaat de minister ermee akkoord dat de interpretatie
van de richtlijn door de dienst Vreemdelingenzaken
discriminerende gevolgen heeft? Zal de minister de
opdracht geven om aan elk niet-terugleidingsadvies
een verlenging van het bevel te koppelen, ongeacht
de datum warop het advies werd gegeven? Bestaat
er een akkoord tussen UNMIK en de Belgische
overheid om geen Roma terug te sturen naar
Kosovo? Vindt de minister dat de zogenaamde
humanitaire clausule ook onder de richtlijn van 23
juli 2002 valt en dat ook hier een verlenging van het
bevel moet gelden? Kan de minister cijfers geven
betreffende het aantal niet-terugleidingsclausules in
de voorbije jaren?

07.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

Je me réfère à la directive du 23 juillet 2002 sur le

07.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Ik

verwijs naar de richtlijn van 23 juli 2002 betreffende

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

renvoi des demandeurs d'asile déboutés et qui est
toujours d'application. Cette directive n'a pas d'effet
rétroactif mais cela ne signifie pas qu'une personne
à laquelle s'applique une clause de non-reconduite
antérieure au 23 juillet 2002 ne peut demander une
prolongation. Cela signifie simplement que cette
prolongation n'est pas automatique.

Il n'y a pas d'accord formel avec UNMIK à propos
du rapatriement des Roms. En cas de rapatriement,
l'identité de la personne est toutefois communiquée
à UNMIK. UNMIK décide alors s'il faut procéder à
un éloignement forcé. En général, le rapatriement
des Roms n'est pas autorisé. Ceux-ci peuvent
toutefois retourner au Kosovo sur une base
volontaire, par le biais de l'OIM.

La directive du 23 juillet 2002 ne concerne que la
clause spécifique de non-reconduite de l'article
63/5 de la loi sur les étrangers. Le commissaire
général se base en outre parfois sur une clause
humanitaire qui n'est pas mentionnée dans la loi.

Je vous communiquerai par écrit les chiffres
demandés.

het terugsturen van afgewezen asielzoekers die
nog steeds wordt toegepast. De richtlijn is niet
retro-actief, maar dit betekent niet dat iemand met
een niet-terugleidingsclausule van voor 23 juli 2002
geen verlenging kan aanvragen. Het betekent enkel
dat deze verlenging niet automatisch gebeurt.

Er is geen formeel akkoord met de UNMIK over de
repatriëring van Roma. Wel wordt bij een
repatriëring de identiteit van de persoon aan de
UNMIK doorgegeven. De UNMIK bepaalt dan of er
een gedwongen verwijdering moet gebeuren.
Meestal wordt er geen toestemming gegeven voor
de repatriëring van Roma, maar zij kunnen wel via
IOM op vrijwillige basis terugkeren naar Kosovo.

De richtlijn van 23 juli 2002 heeft enkel betrekking
op de specifieke niet-terugleidingsclausule in artikel
63/5 van de Vreemdelingenwet. Daarnaast hanteert
de commissaris-generaal soms een humanitaire
clausule die niet in de wet vermeld staat.

Ik zal de gevraagde cijfers schriftelijk bezorgen.

07.03 Magda De Meyer (sp.a-spirit): J'espère

avoir expliqué clairement les raisons pour
lesquelles les Roms ont le sentiment d'être
discriminés.

07.03 Magda De Meyer (sp.a-spirit):Ik hoop dat ik

duidelijk heb gemaakt waarom de Roma de indruk
hebben gediscrimineerd te worden.

07.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

Les choses me paraissent en effet plus claires que
lors de ma première lecture du dossier.

07.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Dat

is nu inderdaad duidelijker dan bij mijn eerste lezing
van het dossier.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

08 Question de Mme Nahima Lanjri au vice-

premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
effets indésirables des modifications apportées à
la loi sur les étrangers par la loi-programme de
décembre 2003" (n° 1264)

08 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de

vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "de ongewenste
effecten van de wijzigingen aan de
vreemdelingenwet door de programmawet van
december 2003" (nr. 1264)

08.01 Nahima Lanjri (CD&V): De nombreux

étrangers qui ont été naturalisés ou qui ont obtenu
une autorisation de séjour d'une autre manière, ont
toujours un dossier pendant auprès du
Commissariat général, de la Commission
permanente de recours ou du Conseil d'Etat. Un
des problèmes que rencontrent ces personnes est
qu'en tant qu'étrangers régularisés, ils bénéficient
de moins de droits que comme réfugiés reconnus.
Les réfugiés reconnus ont un statut plus intéressant
dans la mesure où ils relèvent du droit belge.

08.01 Nahima Lanjri (CD&V): Veel vreemdelingen

die werden geregulariseerd of die op een andere
wijze een verblijfsvergunning hebben gekregen,
hebben nog een dossier hangende bij het
Commissariaat-Generaal, bij de Vaste
Beroepscommissie of bij de Raad van State. Een
probleem voor deze mensen is dat zij als
geregulariseerde vreemdelingen minder rechten
hebben dan als erkende vluchteling. Erkende
vluchtelingen hebben een beter statuut. Zij vallen
immers onder Belgisch recht.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

Un article 26 a été inséré à la loi-programme de
décembre 2003. Il prévoit que l'étranger qui a
encore un pareil dossier en suspens doit demander
dans un délai de 60 jours la poursuite de son
examen par lettre recommandée, sans quoi son
dossier sera déclaré d'office sans objet.

Combien de dossiers sont-ils concernés ? Dans
l'intervalle, combien de demandes de poursuite ces
trois instances ont-elles reçues

? Le ministre

compte-t-il assimiler le statut de réfugié reconnu à
celui de réfugié régularisé ? Le ministre luttera-t-il
contre le renvoi devant le Conseil d'Etat de
dossiers qui n'ont aucune chance d'aboutir ? Les
abus sont en effet légion.

In de programmawet van december 2003 werd een
artikel 26 opgenomen waardoor vreemdelingen die
nog zo'n dossier hangende hebben, binnen een
termijn van zestig dagen per aangetekende brief de
voortzetting van de behandeling van hun dossier
moeten aanvragen, anders wordt hun dossier
ambtshalve zonder voorwerp verklaard.

Over hoeveel dossiers gaat het? Hoeveel vragen
tot voortzetting werden ondertussen ontvangen
door die drie instanties? Wil de minister het statuut
van erkende vluchtelingen en geregulariseerde
vreemdelingen gelijkschakelen? Zal de minister het
aanhangig maken voor de Raad van State van
compleet kansloze dossiers bestrijden? Er bestaan
immers tal van misbruiken.

08.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

Le Commissariat général, la Commission
permanente de recours et le Conseil d'Etat ne
peuvent encore fournir aucun chiffre sur le nombre
de demandes de poursuite en exécution du nouvel
article 55 de la loi du 15 décembre 1980. Au vu du
délai de soixante jours, nous devrons attendre le
mois de mars pour disposer de chiffres pertinents.

Même si une grande partie des demandeurs d'asile
demandait la poursuite de l'examen de leur dossier,
cela ne signifie pas que la nouvelle disposition
n'atteint pas ses objectifs. Le but est effectivement
de déterminer qui est intéressé par la poursuite de
sa procédure d'asile ou de la procédure devant le
Conseil d'Etat, et qui ne l'est pas

Tant les étrangers régularisés que les réfugiés
reconnus se voient délivrer une preuve de leur
inscription pour une durée indéterminée au registre
des étrangers. Les différences en matière de droit
de séjour sont relativement limitées et je n'ai
nullement l'intention de leur accorder le même
statut.

Le droit de tout étranger d'introduire une demande
d'asile n'est pas restreint. De nombreuses
dispositions de la loi sur les étrangers visent déjà à
lutter contre le recours abusif à la procédure
d'asile. En ce qui concerne le Conseil d'Etat, des
mesures s'imposent, soit au plan organisationnel
interne, soit au niveau du législateur, soit par la
voie d'un arrêté ministériel.

08.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Het

Commissariaat-Generaal, de Vaste
Beroepscommissie en de Raad van State kunnen
nu nog geen cijfers geven over het aantal
verzoeken tot voortzetting in toepassing van het
nieuwe artikel 55 van de wet van 15 december
1980. Gezien de termijn van zestig dagen, zullen
pas in maart relevante cijfers beschikbaar zijn.

Zelfs als een groot deel van de asielzoekers om
voortzetting van zijn dossier zou vragen, betekent
dat niet dat de nieuwe bepaling haar doel mist. Het
is immers de bedoeling uit te maken wie wel en wie
niet geïnteresseerd is in de voortzetting van zijn
asielprocedure of procedure voor de Raad van
State.

Zowel geregulariseerde vreemdelingen als erkende
vluchtelingen krijgen een bewijs van inschrijving
voor onbeperkte duur in het vreemdelingenregister.
De verschillen op verblijfsrechtelijk vlak zijn vrij
beperkt en ik ben niet van plan hen hetzelfde
statuut te verlenen.

Het recht van iedere vreemdeling om een
asielaanvraag in te dienen wordt niet beperkt.
Misbruik van de asielprocedure wordt nu al door tal
van bepalingen in de vreemdelingenwet bestreden.
In verband met de Raad van State dringen zich
maatregelen op hetzij op intern organisatorisch
vlak, hetzij door de wetgever, hetzij door een
ministerieel besluit.

08.03 Nahima Lanjri (CD&V): J'aurais souhaité

connaître le nombre de demandes qui ont déjà été
introduites. J'espère que le ministre fournira en
mars les chiffres globaux à la commission.

Les abus de procédure n'interviennent pas tant au

08.03 Nahima Lanjri (CD&V): Ik wou weten

hoeveel aanvragen er nu al zijn binnengekomen.
Hopelijk bezorgt de minister de totaalcijfers in maart
aan de commissie.

De misbruiken van procedure doen zich niet zozeer

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

cours de la phase où l'on se prononce sur la
recevabilité mais plutôt ultérieurement. Huit
demandeurs d'asile déboutés sur dix feraient
indûment usage de la procédure devant le Conseil
d'Etat qui est alors submergé. Les avocats - pro
deo et donc payés par l'Etat- soutiennent leurs
clients dans cette démarche ou intentent eux-
mêmes la procédure devant le Conseil d'Etat,
même lorsque leurs clients n'ont aucune chance.
Au cours de la procédure, les requérants
continuent à bénéficier d'une assistance. Le
recours abusif à la procédure coûte donc
énormément d'argent. Le ministre est-il disposé à
examiner ces abus?

voor in de fase van de ontvankelijkheidsverklaring,
maar daarna. Acht van de tien afgewezen
asielzoekers zou oneigenlijk gebruik maken van de
procedure voor de Raad van State, waardoor die
overspoeld geraakt. De advocaten - pro Deo en dus
betaald door de Staat - volgen hun cliënten daarin
of stellen zelf de procedure voor de Raad van State
voor, zelfs wanneer hun cliënten geen enkele kans
maken. Gedurende de procedure geniet men
verder bijstand. Het misbruik van procedure kost
dus handenvol geld. Wil de minister die misbruiken
onderzoeken?

08.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :

Je le ferai.

08.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Ik

zal dat doen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

09 Question de M. Mohammed Boukourna au

vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur sur
"la situation des chambres francophones de la
Commission permanente de recours des
Réfugiés (CPRR)" (n° 1271)

09 Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan

de vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "de situatie van de
Franstalige kamers van de Vaste
Beroepscommissie voor Vluchtelingen (VBCV)"
(nr. 1271)

09.01 Mohammed Boukourna (PS) : Le cadre de

la Commission permanente de recours des
Réfugiés ne comprend plus que cinq magistrats
francophones effectifs et sept néerlandophones.

L'arriéré a fortement augmenté, surtout du côté
francophone, et la procédure de recrutement n'a
jamais abouti.
Pouvez-vous me confirmer ces informations

Quelles mesures ont-elles été prises pour adapter
les chambres francophones au surcroît de travail ?
Comptez-vous commencer une nouvelle procédure
de recrutement ?

09.01 Mohammed Boukourna (PS): De formatie

van de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen
telt nog slechts vijf vaste Franstalige magistraten en
zeven Nederlandstalige.
De achterstand is sterk toegenomen, vooral aan
Franstalige kant, en de wervingsprocedure is
zonder resultaat gebleven. Kan u deze informatie
bevestigen? Welke maatregelen werden er
getroffen opdat de Franstalige kamers de
bijkomende werklast zouden aankunnen? Bent u
van plan een nieuwe wervingsprocedure op te
starten?

09.02 Patrick Dewael, ministre (en français) : Les

chiffres que vous avancez sont exacts. Une
nouvelle procédure de recrutement aura lieu très
prochainement.

L'arriéré important s'explique par le nombre de
demandeurs d'asile et par l'augmentation des
moyens accordés au commissariat général, lui
permettant de résorber son arriéré.

J'examine actuellement diverses propositions
visant à mettre fin à cette répartition inégale.

09.02 Minister Patrick Dewael (Frans): De cijfers

die u noemt, zijn correct. Weldra gaat een nieuwe
wervingsprocedure van start.

De aanzienlijke achterstand van de commissie is te
wijten aan het grote aantal asielzoekers en de
uitbreiding van de middelen van het commissariaat-
generaal, dat zijn eigen achterstand wist weg te
werken.
Op dit ogenblik onderzoek ik verscheidene
voorstellen om deze ongelijke verdeling weg te
werken.

09.03 Mohammed Boukourna (PS): Derrière ces

dossiers il y a des hommes et des femmes qui
vivent des complications liées aux besoins
essentiels.

09.03 Mohammed Boukourna (PS): Achter deze

dossiers gaan mannen en vrouwen schuil die het
moeilijk krijgen om in hun dagelijkse bestaan te
voorzien.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

10 Question de M. Bert Schoofs au vice-premier

ministre et ministre de l'Intérieur sur "le port du
voile par les femmes musulmanes sur les photos
destinées aux cartes d'identité" (n° 1273)

10 Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-

eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het dragen van een hoofddoek door
moslimvrouwen op pasfoto's bestemd voor
identiteitskaarten" (nr. 1273)

10.01 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Les

femmes musulmanes sont toujours autorisées à
porter le foulard sur la photo de leur carte d'identité.
Cette question fait déjà l'objet d'une vaste
jurisprudence, jusqu'en Cassation. Toute la
discussion a trouvé son origine dans l'alinéa
premier de l'article 15 de la circulaire du 17 octobre
1992 qui prévoit que le port d'un couvre-chef peut
être autorisé sur une photo pour des raisons
religieuses ou médicales évidentes. En vertu de
l'interprétation qu'elles font de cette disposition,
certaines communes interdisent le port du foulard
sur une photo d'identité, d'autant plus qu'il ne s'agit
pas d'une obligation religieuse, ce qui est
communément admis.

Tout semblait donc clair jusqu'au moment où le
ministre de l'Intérieur a cru bon de rouvrir le débat,
de sorte que la confusion la plus totale règne à
nouveau. J'exhorte le ministre Dewael à faire la
clarté sur cette question et à décréter une fois pour
toutes l'interdiction du port d'un foulard ou d'un
voile sur une photo d'identité destinée à un
document officiel.

10.01 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Aan

moslimvrouwen wordt nog steeds toegestaan de
hoofddoek te dragen op de pasfoto van de
identiteitskaart. Daarover bestaat al heel wat
rechtspraak, zelfs tot in Cassatie. De hele discussie
is destijds ontstaan rond het eerste lid van artikel
15 van de rondzendbrief van 17 oktober 1992: "om
een ontegenzeggelijk godsdienstige of medische
redenen kan een foto met hoofddeksel toegestaan
worden". Bepaalde gemeenten interpreteren dit zo
dat zij de hoofddoek niet toestaan op een pasfoto,
temeer omdat het geen religieuze verplichting is.
Dat wordt algemeen aanvaard.

Alles leek bijgevolg duidelijk tot de minister van
Binnenlandse Zaken meende het debat onlangs te
moeten heropenen, zodat er nu opnieuw de grootst
mogelijke verwarring heerst. Ik roep minister
Dewael op om duidelijkheid te scheppen en eens
en voor altijd te stellen dat het dragen van een
hoofddoek of sluier op een voor een officieel
document bestemde pasfoto verboden is.

10.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

Les instructions générales aux communes relatives
aux registres de la population contiennent
suffisamment de dispositions relatives au port du
voile sur les photos d'identité.

Pour des motifs médicaux ou religieux
incontestables, une photo avec couvre-chef peut
être autorisée à condition que le visage reste
entièrement découvert. Cela signifie que le front,
les joues, les yeux, le nez et le menton doivent être
visibles. Il est également souhaitable, mais ce n'est
pas exigé, que les cheveux et les oreilles soient
visibles. Des problèmes se posent de temps à autre
avec des photos où la personne porte le voile, mais
une modification de ces règles n'est pas envisagée
pour l'heure.

10.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): De

algemene onderrichtingen voor de gemeenten
inzake de bevolkingsregisters bevatten op dit
ogenblik voldoende bepalingen over het dragen van
een hoofddoek op pasfoto's.

Om onbetwistbare godsdienstige of medische
redenen kan een foto met hoofddeksel toegestaan
worden op voorwaarde dat het gelaat volledig vrij
wordt gelaten. Dit betekent dat het voorhoofd, de
wangen, de ogen, de neus en de kin volledig
onbedekt moeten zijn. Het is wenselijk maar niet
vereist dat ook het haar en de oren onbedekt zijn.
Er doen zich af en toe problemen voor met foto's
waarop de betrokken persoon een sluier draagt,
maar er bestaan geen plannen om deze regels te
wijzigen.

10.03 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Le ministre

n'agit pas conformément à ses paroles. Ce n'est
pas sérieux. Le port d'un foulard ou d'un voile sur
un document officiel pose de nombreux problèmes
d'ordre public. La police en fait l'expérience tous les

10.03 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): De minister

past in zijn daden niet toe wat hij met de mond
belijdt. Dat is toch niet ernstig meer. Het dragen
van een hoofddoek of een sluier op een officieel
document zorgt voor heel wat problemen van

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

jours.

openbare orde. De politie weet dat maar al te goed
vanuit de dagelijkse praktijk.

10.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

M. Schoofs fait un amalgame de mes déclarations.
Je ne me suis exprimé que sur le port du voile par
les fonctionnaires ou les écoliers et étudiants dans
l'enseignement officiel. Sa question concerne les
instructions relatives aux photos d'identité sur les
documents officiels.

10.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): De

heer Schoofs maakt een amalgaam van mijn
uitspraken. Ik heb mij enkel uitgesproken over het
dragen van een hoofddoek door ambtenaren of
door scholieren en studenten in het officieel
onderwijs. Zijn vraag gaat over de onderrichtingen
inzake pasfoto's op officiële documenten.

10.05 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Le ministre

devrait avoir un entretien avec ses agents de
police.

10.05 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): De minister

moet maar eens met zijn politieagenten spreken.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

11 Question de Mme Alisson De Clercq au vice-

premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "un
second centre de formation à la conduite de
véhicules de police prioritaires" (n° 1275)

11 Vraag van mevrouw Alisson De Clercq aan de

vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "een tweede centrum
voor de opleiding van bestuurders van prioritaire
politievoertuigen" (nr. 1275)

11.01 Alisson De Clercq (PS) : Le seul centre de

perfectionnement et d'apprentissage à la conduite
d'urgence destiné à la police, situé à Kampenhout,
peut-il répondre aux besoins de tout le pays ? Est-il
envisageable d'en créer un autre en Wallonie ?

11.01 Alisson De Clercq (PS): Kan het enige

centrum voor de opleiding en vervolmaking van
bestuurders van prioritaire politievoertuigen, dat in
Kampenhout is gevestigd, aan de behoeften ter
zake in het hele land voldoen? Kan worden
overwogen een tweede centrum in Wallonië te
vestigen?

11.02 Patrick Dewael, ministre (en français): La

direction de la formation de la police fédérale mène
actuellement une réflexion sur les besoins en
formation de la police, qui me permettra de
déterminer le nombre, la capacité en personnel et
l'emplacement des centres de formation à la
conduite d'urgence. Je ne souhaite pas anticiper
sur les conclusions de cette étude.

11.02 Minister Patrick Dewael (Frans): De directie

opleiding van de federale politie beraadt zich
momenteel over de behoeften inzake opleiding van
de politie, wat mij in staat zal stellen te bepalen
hoeveel centra voor de opleiding van bestuurders
van prioritaire politievoertuigen noodzakelijk zijn,
over welk personeelsbestand zij dienen te
beschikken en waar zij moeten worden gevestigd.
Ik wil niet op de conclusies van dat onderzoek
vooruitlopen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

12 Question de M. Joseph Arens au vice-premier

ministre et ministre de l'Intérieur sur "la mise en
oeuvre concrète du fonds d'amendes de roulage
instauré par l'article 32 de la loi du 7 février 2003
portant diverses dispositions en matière de
sécurité routière" (n° 1310)

12 Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-

eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de concrete uitvoering van het
verkeersboetefonds dat werd ingevoerd bij
artikel

32 van de wet van 7

februari

2003

houdende verschillende bepalingen inzake
verkeersveiligheid" (nr. 1310)

12.01 Joseph Arens (cdH): Quand l'arrêté

d'exécution de la loi du 7 février 2003 instaurant le
fonds d'amendes de roulage sera-t-il pris ?

12.01 Joseph Arens (cdH): Wanneer wordt het

uitvoeringsbesluit van de wet van 7 februari 2003
voor de oprichting van een verkeersboetefonds
genomen?

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

Quand le système de convention avec le fédéral
permettant aux zones de police de bénéficier du
fonds d'amendes sera-t-il mis en oeuvre ?

Le ministre prendra-t-il des mesures - et quand? -
visant à garantir que le transfert des moyens
prévus par l'article 32 de la susdite loi corresponde
aux efforts fournis par les zones en matière de
sécurité routière depuis le 1

janvier 2002 ?

Wanneer zal het systeem van de overeenkomst
met het federale niveau van kracht worden zodat
de politiezones uit het boetefonds kunnen putten?

Zal de minister maatregelen treffen - en wanneer? -
om te garanderen dat de overdracht van de
middelen, zoals bepaald in artikel 32 van de
bovengenoemde wet, overeenstemt met de
inspanningen die door de zones inzake
verkeersveiligheid sedert 1 januari 2002 werden
geleverd?

12.02 Patrick Dewael, ministre (en français): Je

ne suis que consulté sur ce dossier, dont la
maîtrise finale relève de mon collègue de la
Mobilité.

Un groupe de travail inter-cabinets examine
toujours les questions de la date d'entrée en
vigueur des conventions et de la clef de répartition
entre zones. Des problèmes pratiques se posent
encore, ce qui a pour effet de suspendre la
publication au Moniteur belge de l'arrêté royal y
relatif.

12.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Mijn rol in

dit dossier beperkte zich tot het verstrekken van
advies. De eindverantwoordelijkheid ligt bij mijn
collega van Mobiliteit.

Een interkabinettenwerkgroep onderzoekt nog
steeds wanneer de overeenkomsten in werking
zullen treden en welke verdeelsleutel op de zones
zal toegepast worden. Er zijn nog praktische
problemen waardoor de publicatie van het
kwestieus koninklijk besluit in het Belgisch
Staatsblad uitgesteld werd.

12.03 Joseph Arens (cdH): J'interrogerai

également le ministre de la Mobilité sur ce dossier
qui retient mon attention depuis 1996.

12.03 Joseph Arens (cdH): Ik zal op zijn beurt de

minister van Mobiliteit ondervragen over dit dossier
dat ik al sinds 1996 volg.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

13 Question de M. Joseph Arens au vice-premier

ministre et ministre de l'Intérieur sur "le
fonctionnement du Conseil consultatif des
bourgmestres en ce qui concerne les missions
qui lui sont dévolues par les articles 8,61 et 96 de
la LPI" (n° 1311)

13 Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-

eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de werking van de Adviesraad van
burgemeesters voor wat betreft de opdrachten
die hem toegewezen zijn door de artikelen 8, 61
en 96 van de WGP" (nr. 1311)

13.01 Joseph Arens (cdH): Quelles mesures le

ministre compte-t-il prendre pour remédier aux
carences de fonctionnement (délais de convocation
non respectés, envoi tardif de documents, etc.)
constatées dans le chef du Conseil consultatif des
bourgmestres, dans le cadre des missions que lui
confie la LPI ?

Compte-t-il déléguer une représentation officielle
auprès de ce Conseil, comme le recommande la
Commission d'accompagnement ?

13.01 Joseph Arens (cdH): Welke maatregelen

zal de minister nemen om de gebrekkige werking
(niet-naleving van de convocatietermijnen,
laattijdige verzending van documenten, enz.) van
de Adviesraad van burgemeesters in het kader van
de opdrachten waarmee hij krachtens de wet
betreffende de geïntegreerde politie is belast, te
verhelpen?

Zal hij in een officiële vertegenwoordiging bij die
Raad voorzien, conform de aanbeveling van de
Begeleidingscommissie?

13.02 Patrick Dewael, ministre (en français): Pour

des motifs d'urgence, les délais fixés par arrêté
royal pour la consultation du Conseil consultatif
n'ont, parfois, pas été respectés sous la législature
précédente. Le règlement d'ordre intérieur dont

13.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Om

dringende redenen werden de termijnen van het
koninklijk besluit voor de raadpleging van de
Adviesraad tijdens de vorige zittingsperiode niet
altijd nageleefd. Het huishoudelijk reglement dat de

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

s'est doté le Conseil devrait éviter cette situation à
l'avenir.

Les Unions des villes et communes seront
présentes lors des séances du Conseil. Des
représentants de ma cellule stratégique, de mon
administration ou de la police fédérale y sont
toujours présents depuis mon entrée en fonction.

Raad heeft opgesteld zou die toestanden in de
toekomst moeten voorkomen.

De Verenigingen van steden en gemeenten zullen
op de vergaderingen van de Raad aanwezig zijn.
Sedert ik minister ben zijn er ook altijd
vertegenwoordigers van mijn strategische cel, van
mijn administratie of van de federale politie
aanwezig.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

14 Question de M. Joseph Arens au vice-premier

ministre et ministre de l'Intérieur sur "la création
de la Commission permanente de la police locale
prévue par l'article 91 de la LPI" (n° 1312)

14 Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-

eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de oprichting van de Vaste
Commissie van de lokale politie bedoeld in
artikel 91 van de WGP" (nr. 1312)

14.01 Joseph Arens (cdH): Quand le ministre

compte-t-il présenter au Conseil des ministres le
projet d'arrêté royal créant la Commission
permanente de la police locale ?

14.01 Joseph Arens (cdH): Wanneer zal de

minister het ontwerp-koninklijk besluit tot oprichting
van de Vaste Commissie van de lokale politie aan
de ministerraad voorleggen?

14.02 Patrick Dewael, ministre (en français): La

Commission permanente de la police communale,
qui exerce actuellement les fonctions de la future
Commission permanente de la police locale, a émis
ses dernières remarques. Le projet d'arrêté, une
fois finalisé, devra encore être transmis au Conseil
consultatif des bourgmestres, au comité de
négociation et au Conseil d'Etat.

14.02 Minister Patrick Dewael (Frans): De Vaste

Commissie voor de gemeentepolitie, die op dit
ogenblik de taken van de toekomstige Vaste
Commissie van de lokale politie uitoefent,
formuleerde haar slotbemerkingen. Eens het
ontwerpbesluit klaar is, moet het nog aan de
Adviesraad van burgemeesters, aan het
onderhandelingscomité en aan de Raad van State
worden voorgelegd.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

15 Question de M. Joseph Arens au ministre de

l'Intérieur sur "le statut, la fonction et la mission
des comptables spéciaux" (n° 1313)

15 Vraag van de heer Joseph Arens aan de

minister van Binnenlandse Zaken over "het
statuut, de functie en de opdracht van de
bijzondere rekenplichtigen" (nr. 1313)

15.01 Joseph Arens (cdH): Il a été décidé de

créer un sous-groupe de travail ayant pour objet le
statut, la position et le rôle du comptable spécial.
Cette fonction n'est, en effet, toujours pas
clairement définie. Le fait que les comptables
spéciaux ne disposent d'aucun statut, exerçant leur
mission à titre accessoire, est également
problématique.

Comptez-vous prendre des dispositions afin de
donner un statut aux comptables spéciaux et, dans
l'affirmative, quel serait-il ? Comptez-vous faire
inscrire ce statut dans la LPI ?

15.01 Joseph Arens (cdH): Er werd beslist een

subwerkgroep op te richten, die zich zal buigen
over het statuut, de plaats en de rol van de
bijzondere rekenplichtige. De functie is immers nog
steeds niet duidelijk omschreven. Het feit dat de
bijzondere rekenplichtigen niet over een statuut
beschikken en dat die functie voor hen een
bijkomende opdracht is, vormt eveneens een
probleem.

Bent u van plan maatregelen te nemen om de
bijzondere rekenplichtigen een statuut te geven? Zo
ja, om welk statuut gaat het? Bent u van plan dat
statuut in de WGP op te nemen?

15.02 Patrick Dewael, ministre (en français): J'ai

chargé le sous-groupe de travail de poursuivre ses

15.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Ik heb de

subwerkgroep de opdracht gegeven zijn activiteiten

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

activités conformément aux recommandations
figurant au rapport de la Commission
d'accompagnement. Il devra établir une analyse et
une description claire des différentes tâches à
effectuer dans le domaine du cycle de gestion
financier local et élaborer un projet de statut. Je
déposerai les projets de loi nécessaires afin de
compléter la loi sur la police intégrée.

voort te zetten in overeenstemming met de
aanbevelingen uit het verslag van de
Begeleidingscommissie. Hij moet de verschillende
taken die op het stuk van de lokale financiële
beheerscyclus moeten worden uitgevoerd
analyseren en duidelijk beschrijven en vervolgens
een ontwerp van statuut uitwerken. Ik zal de nodige
wetsontwerpen indienen om de wet op de
geïntegreerde politie te vervolledigen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

16 Question de M. Joseph Arens au ministre de

l'Intérieur sur "le balisage des accidents de la
route par les unités provinciales de circulation de
la police fédérale et la sécurité des policiers
chargés de ces balisages" (n° 1314)

16 Vraag van de heer Joseph Arens aan de

minister van Binnenlandse Zaken over "het
bebakenen van verkeersongevallen door de
provinciale verkeerseenheden van de federale
politie en de veiligheid van de daarmee belaste
politieagenten" (nr. 1314)

16.01 Joseph Arens (cdH): En mars 2002, un

policier de 32 ans, qui disposait des cônes pour
baliser les lieux d'un accident sur le ring de
Bruxelles, fut fauché par une automobiliste en état
d'ivresse et décéda. L'augmentation de la densité
du trafic et la mentalité de nombre d'automobilistes
ont amené les membres des unités provinciales de
circulation de la police fédérale à faire savoir que le
matériel dont ils disposent ne suffit plus à garantir
leur sécurité et celle des autres usagers de la route
en cas d'accident. Certaines mesures furent prises,
toutefois sans lendemain.

Des mesures sont-elles à l'étude pour pallier
l'indéniable carence en matériel ? Si oui, quelles
sont-elles et quand entreront-elles en vigueur ?

16.01 Joseph Arens (cdH): In maart 2002 werd

een 32-jarige politieman, die verkeerskegels
plaatste om de plaats van een ongeval op de
Brusselse ring af te bakenen, weggemaaid door
een dronken automobiliste, waarna hij overleed. De
leden van de provinciale verkeerseenheden van de
federale politie hebben laten weten dat gelet op de
toenemende verkeersdrukte en de mentaliteit van
tal van automobilisten, het materiaal waarover zij
beschikken niet meer volstaat om hun veiligheid en
die van de andere weggebruikers te garanderen
wanneer zich een ongeval voordoet. Er werden
bepaalde maatregelen getroffen, maar die zullen
geen soelaas bieden.

Zal men werk maken van maatregelen om het
kennelijk gebrek aan degelijk materiaal te
verhelpen? Zo ja, welke zijn die maatregelen en
wanneer zullen ze ingaan?

16.02 Patrick Dewael, ministre (en français): Des

mesures de différents ordres ont été prises. Du
matériel complémentaire de signalisation a été
acquis et une procédure d'achat est en cours pour
installer, cette année encore, 25 nouvelles rampes
de signalisation lumineuses sur les véhicules
d'intervention.

Depuis l'année passée, chaque unité provinciale de
circulation envoie systématiquement une seconde
équipe de permanence pour effectuer le balisage et
a instauré un système de permanence d'un
membre du personnel sur un véhicule absorbeur de
choc. Une meilleure collaboration avec les
gestionnaires de voirie permet de renforcer
sensiblement la sécurité. Un groupe de travail
« Accidents de roulage » a été mis sur pied pour
étudier l'amélioration de la sécurité lors de la

16.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Er werden

op verschillende terreinen maatregelen getroffen.
Er werd bijkomend materiaal voor de
verkeerssignalisatie aangekocht en er loopt een
aankoopprocedure om dit jaar nog 25 nieuwe
uitklapbare platen met lichtgevende pijlen op de
interventiewagens te kunnen plaatsen.

Sinds vorig jaar zendt elke provinciale
verkeerseenheid systematisch een tweede
permanentieteam uit om de lichtsignalisatie te
plaatsen en heeft ze een systeem opgezet waarbij
een personeelslid van wacht is bij een
schokabsorberend voertuig. Door nauwer samen te
werken met de wegbeheerders kan de veiligheid
gevoelig verhoogd worden. Een werkgroep
"Verkeersongevallen" werd in het leven geroepen
om te onderzoeken hoe de veiligheid bij het

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

constatation d'accidents de la route. Les résultats
en sont attendus pour le premier trimestre 2004.

vaststellen van verkeersongevallen kan verbeterd
worden. De resultaten van dit onderzoek worden in
het eerste trimester van 2004 verwacht.

16.03 Joseph Arens (cdH): On constate une

fâcheuse tendance à rejeter les problèmes sur les
UPC ou sur les communes et la responsabilité, sur
les bourgmestres.

16.03 Joseph Arens (cdH): De wegbeheerders

hebben de slechte gewoonte de problemen op de
provinciale verkeerseenheden of de gemeenten af
te wentelen en de verantwoordelijkheid bij de
burgemeesters te leggen.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

17 Question de M. Joseph Arens au ministre de

l'Intérieur sur "la participation des membres des
services de la police fédérale et locale à des
docu-soaps" (n° 1315)

17 Vraag van de heer Joseph Arens aan de

minister van Binnenlandse Zaken over "de
deelname van de leden van de federale en de
lokale politiediensten aan docusoaps" (nr. 1315)

17.01 Joseph Arens (cdH): Lors du dernier

colloque organisé par le Comité P fut mise en
évidence la problématique de la participation des
membres des services de police à des «docu-
soaps», ces émissions mettant en scène des
patrouilles de police dans leur travail quotidien. Sur
quelles bases légales avez-vous appuyé votre
décision d'autoriser ce type d'émissions ? Celles-ci
sont-elles en conformité avec l'obligation légale
faite à nos policiers de soustraire à la curiosité
publique toute personne suspecte ? Une évaluation
de l'intérêt de ce type d'émissions a-t-elle été
réalisée et, si oui, avec quel résultat ?

17.01 Joseph Arens (cdH): Tijdens het laatste

colloquium dat het Comité P organiseerde, werd
het probleem van leden van de politiediensten die
meewerken aan docusoaps dit zijn televisie-
uitzendingen waarin politiepatrouilles tijdens hun
dagelijkse werkzaamheden worden gevolgd
opgeworpen. Op welke wettelijke basis berust uw
beslissing om dat soort uitzendingen toe te laten?
Strookt dat soort programma's wel met de wettelijke
verplichting die op de politieagenten rust om elke
verdachte tegen de publieke nieuwsgierigheid te
beschermen? Werd onderzoek gevoerd naar het
belang van dat soort uitzendingen? Zo ja, met welk
resultaat?

17.02 Patrick Dewael, ministre (en français): Le

ministre de l'Intérieur n'est pas compétent pour
autoriser ces «

pseudo-documentaires

». Par

contre, il existe un cadre légal et réglementaire qui
détermine les conditions de participation qui doivent
être respectées et dont la portée est précisée par la
circulaire du 10 octobre 1995 de mon département
et la circulaire du 30 avril 1999 des procureurs
généraux. Le futur code de déontologie de la police
complétera bientôt ces dispositions.

17.02 Minister Patrick Dewael (Frans): De minister

van Binnenlandse Zaken is niet bevoegd voor het
verlenen van een toestemming met betrekking tot
die "pseudo-documentaires". Er bestaat echter wel
een wettelijk en reglementair kader waarin de na te
leven voorwaarden inzake deelname worden
vastgesteld en waarvan de draagwijdte door de
circulaire van 10 oktober 1995 van mijn
departement en de circulaire van 30 april 1999 van
de procureurs-generaal wordt gepreciseerd. De
toekomstige deontologische code van de politie zal
die bepalingen weldra aanvullen.

A ma connaissance, aucune évaluation scientifique
n'a été effectuée. Globalement, ces émissions
intéressent le public par leur caractère
spectaculaire et leur connotation de proximité. Elles
représentent une forme de transparence et de
compte rendu de l'utilisation des deniers publics.
Elles peuvent contribuer à renforcer le sentiment de
sécurité.

Bij mijn weten heeft er geen wetenschappelijke
evaluatie plaatsgevonden. Meestal spreken
dergelijke uitzendingen tot de verbeelding van het
publiek omdat ze zo spectaculair zijn en omdat ze
situaties in beeld brengen waarmee de kijkers
vertrouwd zijn. Ze dragen bij tot de transparantie en
geven een idee van wat er met de staatsgelden
gebeurt. Ze kunnen het veiligheidsgevoel verhogen.

17.03 Joseph Arens (cdH): Une étude globale de

l'impact sur le public serait intéressante.

17.03 Joseph Arens (cdH): Een allesomvattend

onderzoek van de invloed op het publiek zou
interessant zijn.

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

18 Question de Mme Valérie Deom au vice-

premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
qualité d'agent de police judiciaire des agents
des sociétés de transport en commun" (n° 1319)

18 Vraag van mevrouw Valérie Deom aan de

vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "de hoedanigheid van
agent van gerechtelijke politie van de
ambtenaren van de openbare
vervoermaatschappijen" (nr. 1319)

18.01 Valérie Deom (PS): Le Comité P relève une

série de problèmes de définition des tâches et de
légalité des interventions des agents des transports
en commun investis d'un mandat de police
judiciaire et met en évidence que la base légale de
ce mandat n'est toujours pas clairement délimitée.
Les syndicats du secteur se sont exprimés dans le
même sens.

18.01 Valérie Deom (PS): Het Comité P wijst op

een aantal problemen met betrekking tot de
omschrijving van de taken en het wettelijk karakter
van het optreden van de beambten van de
maatschappijen voor openbaar vervoer die met een
mandaat van gerechtelijke politie zijn bekleed. Het
onderstreept tevens dat de wettelijke grondslag van
dat mandaat nog altijd niet duidelijk is afgebakend.
De vakbonden uit die sector hebben zich in
dezelfde zin uitgelaten.

Il n'y a aucune harmonisation entre les normes
fédérales et régionales en la matière, et aucun
texte ne délimite de façon précise la nature des
missions confiées aux agents en question

Le ministre peut-il préciser quelles sont ces
missions?

Afin de garantir une meilleure sécurité du public et
des agents, ne serait-il pas opportun de mettre en
place une législation coordonnée et adaptée, par le
biais d'un accord de coopération entre l'État fédéral
et les Régions?

De federale en de gewestelijke normen op dit
gebied zijn niet gestroomlijnd en er bestaat geen
tekst die de aard van de aan de betrokken agenten
toevertrouwde taken afbakent.

Kan de minister deze taken duidelijk omschrijven?

Zou het niet gepast zijn om de wetgeving via een
samenwerkingsakkoord tussen de federale staat en
de Gewesten te coördineren en aan te passen om
het publiek en de beambten een grotere veiligheid
te garanderen?

18.02 Patrick Dewael, ministre (en français): Je

crois que les missions légales de ces agents sont
clairement définies. Mais, dans la pratique, ils
s'acquitteraient d'activités de surveillance pour
lesquelles la base juridique est inexistante ou du
moins contestable. J'ai chargé mon administration
d'étudier le problème. Si l'accord de coopération
que vous proposez s'avère être utile ou
indispensable, je prendrai une initiative en ce sens.

Les agents des sociétés de transport en commun
investis d'un mandat de police judiciaire sont
chargés de constater des infractions. Dans
l'exercice de leurs missions, ces agents peuvent :
interroger toute personne dans le cadre de
l'exercice de la surveillance ou de la recherche et la
constatation d'infractions ; exiger la présentation de
la carte d'identité ; en cas de refus, maintenir sur
place la personne jusqu'à l'arrivée d'une force de
police requise. En cas de doute, ils pourront
procéder à la vérification de l'identité
déclarée auprès des services compétents. Ils

18.02 Minister Patrick Dewael (Frans): De

wettelijke opdrachten van die beambten zijn
volgens mij voldoende duidelijk omschreven. In de
praktijk zouden ze echter bewakingsopdrachten
uitvoeren, waarvoor geen of een twijfelachtige
wettelijke basis bestaat. Ik vroeg mijn administratie
dat probleem te bestuderen. Indien het
samenwerkingsakkoord dat u voorstelt nuttig of
onontbeerlijk blijkt, zal ik een initiatief in die zin
nemen.

De beambten van de openbare
vervoersmaatschappijen met een mandaat van
gerechtelijke politie, zijn belast met de vaststelling
van inbreuken. Bij de uitvoering van die opdracht
mogen ze, in het kader van het toezicht of van de
opsporing en de vaststelling van inbreuken, elke
persoon ondervragen; eisen dat de identiteitskaart
wordt getoond; wanneer betrokkene weigert, deze
vasthouden tot de opgeroepen politiedienst ter
plaatse is. In geval van twijfel, kunnen ze bij de
bevoegde diensten nagaan of de meegedeelde

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

peuvent requérir l'assistance de la police locale ou
fédérale. Les procès-verbaux qu'ils dressent font foi
jusqu'à preuve du contraire et une copie en est
adressée aux contrevenants.

Le débat entamé doit inclure un volet sur la
coordination entre les services de police et les
services de sécurité des sociétés de transport en
commun. Par contre, il n'est pas à l'ordre du jour de
créer de nouveaux services de police.

identiteit wel klopt. Ze kunnen bijstand van de
lokale op de federale politie vorderen. De
processen-verbaal die ze opstellen hebben
bewijskracht zolang het tegendeel niet is bewezen.
De overtreders ontvangen er een kopie van.

De coördinatie tussen de politiediensten en de
veiligheidsdiensten van de openbare
vervoersmaatschappijen moet worden opgenomen
in het aan gang zijnde debat. Het ligt echter niet in
de bedoeling nieuwe politiediensten op te richten.

18.03 Valérie Deom (PS): Les missions sont

claires. Le type d'infractions où ils peuvent
intervenir l'est moins. Il semble qu'il y ait
contradiction entre l'arrêté royal du 18 décembre
2002 et un décret de 1999 de la Région wallonne.
Il ne serait donc pas suffisant de se limiter à une
clarification des missions.

Enfin, je remercie le ministre d'examiner
l'opportunité d'un nouvel accord de coopération.

18.03 Valérie Deom (PS): De opdrachten zijn

duidelijk. Het soort overtredingen waarbij ze kunnen
optreden is dat minder. Er is blijkbaar een
tegenstrijdigheid is tussen het koninklijk besluit van
18 december 2002 en een decreet van 1999 van
het Waalse Gewest. Een verduidelijking van de
taken alleen zou dus niet volstaan.

Tot slot dank ik de minister dat hij onderzoekt of
een nieuw samenwerkingsakkoord opportuun is.

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

19 Question de M. Stijn Bex au vice-premier

ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
demandeurs d'asile iraniens" (n° 1328)

19 Vraag van de heer Stijn Bex aan de vice-

eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de Iraanse asielzoekers" (nr. 1328)

19.01 Stijn Bex (sp.a-spirit): Dans le dossier des

demandeurs d'asile iraniens, le ministre a déclaré
lors de la séance plénière du 13 novembre 2003
qu'il était prêt à dialoguer. Cela aurait été une
bonne chose si les intéressés avaient su clairement
quels critères sont utilisés. A présent, ils ne
comprennent pas que certains dossiers sont
déclarés recevables et que la grande majorité est
déclarée irrecevable en dépit du fait que les mêmes
arguments sont avancés par les demandeurs.

Pourquoi le ministre n'a-t-il pas dialogué après que
la grève de la faim a pris fin ? Ce dialogue n'ayant
pas eu lieu, comment les intéressés ont-ils été
informés ? Quels critères l'Office des Etrangers a-t-
il utilisés au moment de statuer sur la recevabilité ?
A-t-il tenu compte des informations de nature
audiovisuelle de l'ambassade iranienne

? Les

services du ministre appliquent-ils le principe de
précaution

? Quand le rapport annuel du

Commissariat général sera-t-il soumis au
Parlement ? Le ministre sait-il combien de dossiers
ont été réintroduits ?

19.01 Stijn Bex (sp.a-spirit): In het dossier van de

Iraanse asielzoekers heeft de minister in de
plenaire vergadering van 13 november 2003
verklaard dat hij bereid was om een gesprek aan te
gaan. Het was goed geweest dat de betrokkenen
duidelijk de te hanteren criteria kenden. Nu
begrijpen de betrokkenen niet dat bepaalde
dossiers ontvankelijk worden verklaard en een
overgroot deel niet, hoewel dezelfde argumenten
gebruikt worden bij de aanvraag.

Waarom is de minister na de stopzetting van de
hongerstaking niet in gesprek getreden? Hoe zijn
de betrokkenen dan wel geïnformeerd? Welke
criteria heeft de dienst Vreemdelingenzaken
gebruikt bij de beslissingen inzake
ontvankelijkheid? Werd er rekening gehouden met
de audiovisuele informatie van de Iraanse
ambassade? Gaan de diensten van de minister uit
van het voorzorgsbeginsel? Wanneer wordt het
jaarverslag van het Commissariaat-Generaal
voorgelegd aan het Parlement? Weet de minister
hoeveel dossiers opnieuw ingediend zijn?

19.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

L'examen d'une demande d'asile suit une
procédure établie par la loi. Il ne s'agit pas d'une
négociation que je dois mener personnellement.

19.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Het

onderzoek van een asielaanvraag verloopt volgens
een wettelijk vastgelegde procedure. Het is geen
onderhandeling die ik persoonlijk moet voeren. De

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

21/01/2004

CRABV 51

COM 134

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Les instances d'asile délivrent le statut de réfugié
sur la base des dispositions de la Convention de
Genève. Chaque demande d'asile est considérée
individuellement. En l'espèce, on a cherché à
imposer une mesure collective. Un entretien a eu
lieu entre mon cabinet, M. Roosement, de l'Office
des étrangers, et les avocats des grévistes de la
faim. Si de nouveaux éléments avaient été
apportés au dossier, une nouvelle demande pouvait
être introduite. Les déclarations publiques
inexactes faites par les avocats par la suite ont,
pour ma part, définitivement fermé la porte.

Les décisions prises par l'Office des étrangers sont,
comme on le sait, basées sur l'article 52 de la loi
sur les étrangers. Cet article énumère les
dispositions sur la base desquelles une demande
peut être déclarée irrecevable. Dans le cadre de
l'examen de la recevabilité, le gouvernement belge
n'a aucun contact avec le pays d'origine du réfugié
ou l'ambassade du pays. Les principes de
prudence, d'impartialité et d'équité sont
d'application lors de l'examen d'une demande.
Toute forme d'ingérence politique est contraire aux
procédures et à l'impartialité qui s'impose.

Entre le 24 novembre 2003 et le 20 janvier 2004,
568 demandeurs d'asile iraniens ont introduit une
demande. Il a été procédé à 405 entrevues. A ce
jour, 238 demandes ont été déclarées irrecevables
et 35 recevables.

asielinstanties kennen het vluchtelingenstatuut toe
op basis van de bepalingen van de Conventie van
Genève. Elke asielaanvraag wordt individueel
beoordeeld. Hier wilde men echter een collectieve
maatregel afdwingen. Er is een onderhoud geweest
tussen mijn kabinet, de heer Roosement van
Vreemdelingenzaken en de advocaten van de
hongerstakers. Als er nieuwe elementen waren in
een dossier, kon een nieuwe aanvraag worden
ingediend. De onjuiste publieke verklaringen van de
advocaten achteraf hebben voor mij de deur
definitief dichtgedaan.

De beslissingen van de dienst
Vreemdelingenzaken zijn zoals bekend gebaseerd
op artikel 52 van de vreemdelingenwet. Dit artikel
somt de bepalingen op waardoor een aanvraag
onontvankelijk kan worden verklaard. Bij het
ontvankelijkheidsonderzoek heeft de Belgische
overheid geen enkel contact met het ontvluchte
land of de ambassade van dat land. Bij het
onderzoek gelden de principes van voorzichtigheid,
onpartijdigheid en billijkheid. Elke vorm van
politieke inmenging doet afbreuk aan de
procedures en de bijhorende onpartijdigheid.

Tussen 24 november 2003 en 20 januari 2004
hebben 568 Iraanse asielzoekers een aanvraag
ingediend. Er werden 405 interviews afgenomen.
Tot nu toe zijn er 238 aanvragen onontvankelijk en
35 ontvankelijk verklaard.

19.03 Stijn Bex (sp.a-spirit): Selon moi, en raison

précisément de la communication erronée de la
part de l'avocat, il convient d'autant plus qu'en tant
que ministre, vous apportiez des clarifications.

19.03 Stijn Bex (sp.a-spirit): Volgens mij is het

juist omwille van de foute communicatie van de
advocaat nog meer aangewezen dat u als minister
duidelijkheid verschaft.

19.04 Minister Patrick Dewael (en néerlandais):

C'est précisément ce que j'ai fait dans un
communiqué. Je l'ai même ouvertement traité de
menteur à la télévision. De tels avocats ne rendent
pas service à ceux qu'ils doivent défendre.

19.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Dat

heb ik ook gedaan in een communiqué. Ik heb hem
zelfs openlijk een leugenaar genoemd op de
televisie. Dergelijke advocaten bewijzen degenen
die ze moeten verdedigen geen dienst.

19.05 Stijn Bex (sp.a-spirit): D'autres ont réagi de

la même façon. Vous n'avez pas non plus répondu
à ma question concernant le rapport annuel.

19.05 Stijn Bex (sp.a-spirit): Die reactie hoor ik

ook vanuit andere richtingen. U hebt ook niet
geantwoord op mijn vraag betreffende het
jaarverslag.

19.06 Minister Patrick Dewael (en néerlandais):

J'aurai apposé ma signature dans les 24 heures.

19.06 Minister Patrick Dewael (Nederlands):

Binnen de 24 uur zal ik mijn handtekening geplaatst
hebben.

19.07 Stijn Bex (sp.a-spirit): J'estime que le

ministre se retranche derrière la primauté du
politique. A mes yeux, la question de la
naturalisation doit relever des compétences de
l'administration et non du Parlement. Mais le

19.07 Stijn Bex (sp.a-spirit): Uiteindelijk meen ik

dat de minister zich verschuilt achter het primaat
van de politiek. Persoonlijk meen ik dat naturalisatie
geen zaak is voor het Parlement, maar voor de
administratie. Maar het Parlement moet wel inzicht

CRABV 51

COM 134

21/01/2004

CHAMBRE

-2

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2003

2004

KAMER

-2

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Parlement doit toutefois pouvoir comprendre la
procédure mise en oeuvre par l'administration. En
tant que parlementaire, comment puis-je obtenir les
informations nécessaires à cet égard?

hebben in de door de administratie gehanteerde
procedure. Hoe kan ik als parlementslid de nodige
informatie bekomen?

19.08 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):

La discussion relative à la primauté du politique est
totalement hors de propos en l'occurrence. Les avis
contraignants de l'administration empêchent parfois
les responsables politiques d'émettre un jugement.
Mais il s'agit là d'une toute autre question. En
l'espèce, des cas individuels doivent être soumis à
une institution de nature quasi juridictionnelle. La
seule interférence politique autorisée dans ce cadre
concerne le fonctionnement du service. Je puis
intervenir à l'encontre des arriérés inadmissibles
mais pas dans le cadre de l'examen de dossiers
individuels.

19.08 Minister Patrick Dewael (Nederlands): De

discussie over het primaat van de politiek staat hier
volkomen buiten. Soms wordt het politici onmogelijk
gemaakt te oordelen door de bindende adviezen
van de administratie. Maar dit is een geheel andere
kwestie. Hier moeten individuele gevallen
voorgelegd worden aan een bijna jurisdictionele
instelling. De enige toegelaten politieke interferentie
betreft de manier waarop de dienst werkt. Ik kan
optreden tegen de onduldbare achterstanden, maar
niet tegen de behandeling van individuele dossiers.

L'incident est clos:

Het incident is gesloten.

La réunion publique de commission est levée à
12.07 heures.

De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 12.07 uur.

Document Outline