CRABV 51 COM 1105
CRABV 51 COM 1105
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE L
'I
NTÉRIEUR
,
DES
A
FFAIRES
GÉNÉRALES ET DE LA
F
ONCTION PUBLIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
B
INNENLANDSE
Z
AKEN
,
DE
ALGEMENE
Z
AKEN EN HET
O
PENBAAR
A
MBT
mercredi woensdag
22-11-2006 22-11-2006
Après-midi Namiddag

CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Nathalie Muylle au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
versements effectués en Flandre occidentale par
le Fonds des calamités dans le cadre des dossiers
de sinistres" (n° 12856)
1
Vraag van mevrouw Nathalie Muylle aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de uitbetalingen van schadedossiers
door het Rampenfonds in West-
Vlaanderen" (nr. 12856)
1
Orateurs: Nathalie Muylle, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Nathalie Muylle, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de M.
Willy
Cortois au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le festival
'I Love Techno' à Gand" (n° 12885)
3
Vraag van de heer Willy Cortois aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het festival 'I
Love
Techno' te
Gent" (nr. 12885)
3
Orateurs: Willy Cortois, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Willy Cortois, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de M. Patrick De Groote au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "l'information
de la population belge par les autorités en ce qui
concerne la politique antiterroriste mise en place"
(n° 12928)
4
Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het door de overheid inlichten van de
bevolking over het gevoerde antiterrorismebeleid"
(nr. 12928)
4
Orateurs: Patrick De Groote, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Patrick De Groote, Patrick
Dewael
, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de M. Dirk Claes au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la date des
élections fédérales en 2007" (n° 12947)
5
Vraag van de heer Dirk Claes aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de datum van de federale
verkiezingen in 2007" (nr. 12947)
5
Orateurs: Dirk Claes, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Dirk Claes, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken
Question de Mme Zoé Genot au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
demandes de visa long séjour sur base de la
cohabitation dans le cadre d'une relation durable
introduites par des personnes homo- ou
hétérosexuelles" (n° 12936)
6
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de visumaanvragen lang verblijf op
basis van samenwoonst in het kader van een
duurzame relatie, ingediend door homo- of
heteroseksuelen" (nr. 12936)
6
Orateurs: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken
Question de Mme Nahima Lanjri au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la possibilité
de regroupement familial pour les Belges"
(n° 12938)
7
Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de mogelijkheid tot gezinshereniging
voor Belgen" (nr. 12938)
7
Orateurs: Nahima Lanjri, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Nahima Lanjri, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de Mme Colette Burgeon au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
violences dans les transports en commun"
(n° 12998)
8
Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het geweld in het openbaar vervoer"
(nr. 12998)
8
Orateurs: Colette Burgeon, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Colette Burgeon, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
ii
Binnenlandse Zaken
Question de Mme Talbia Belhouari au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "l'état
des lieux dressé par des ONG sur la situation des
étrangers dans les centres fermés" (n° 13032)
10
Vraag van mevrouw Talbia Belhouari aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het rapport van een aantal ngo's over
de situatie van de vreemdelingen in de gesloten
centra" (nr. 13032)
10
Orateurs: Talbia Belhouari, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Talbia Belhouari, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de Mme Nahima Lanjri au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la procédure
d'expulsion d'une personne suspectée de meurtre"
(n° 13067)
13
Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de uitwijzingsprocedure van een
verdachte in een moordzaak" (nr. 13067)
13
Orateurs: Nahima Lanjri, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Nahima Lanjri, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
possibilité de recouvrer les frais liés à la
perception immédiate des amendes" (n° 13065)
15
Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de mogelijkheid tot het verhalen van
de kosten verbonden aan de onmiddellijke inning
van de boetes" (nr. 13065)
15
Orateurs:
Katrien Schryvers, Patrick
Dewael, vice-premier ministre et ministre de
l'Intérieur
Sprekers:
Katrien Schryvers, Patrick
Dewael, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
procédures que les services de police sont tenus
de suivre en cas de saisie-exécution mobilière"
(n° 13066)
16
Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de procedures die de politiediensten
moeten volgen bij uitvoerend beslag op roerende
goederen" (nr. 13066)
16
Orateurs:
Katrien Schryvers, Patrick
Dewael, vice-premier ministre et ministre de
l'Intérieur
Sprekers:
Katrien Schryvers, Patrick
Dewael, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de M. Guido De Padt au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "l'élection des
membres du conseil de police" (n° 13080)
17
Vraag van de heer Guido De Padt aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de verkiezing van de
politieraadsleden" (nr. 13080)
17
Orateurs: Guido De Padt, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Guido De Padt, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Questions jointes de
18
Samengevoegde vragen van
18
- M. Mohammed Boukourna au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
transposition de la directive 2003/9/CE relative à
des normes minimales pour l'accueil des
demandeurs d'asile" (n° 13117)
18
- de heer Mohammed Boukourna aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de omzetting in Belgisch recht van de
richtlijn 2003/9/EG tot vaststelling van
minimumnormen voor de opvang van
asielzoekers" (nr. 13117)
18
- Mme Nahima Lanjri au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "l'entrée en vigueur de la
loi sur l'accueil des demandeurs d'asile"
(n° 13161)
18
- mevrouw Nahima Lanjri aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de inwerkingtreding van de
opvangwet voor asielzoekers" (nr. 13161)
18
Orateurs: Mohammed Boukourna, Nahima
Lanjri, Patrick Dewael
, vice-premier ministre
et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Mohammed Boukourna, Nahima
Lanjri, Patrick Dewael
, vice-eerste minister
en minister van Binnenlandse Zaken
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
iii
Question de Mme Valérie Déom au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la décision
du Conseil d'État de suspendre l'expulsion de la
petite Manuella" (n° 13127)
21
Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de beslissing van de Raad van State
tot schorsing van de uitwijzing van de kleine
Manuella" (nr. 13127)
21
Orateurs: Valérie Déom, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Valérie Déom, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Questions jointes de
22
Samengevoegde vragen van
22
- Mme Zoé Genot au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "les conditions
d'enfermement révélées par les gardiens de
Vottem" (n° 13129)
22
- mevrouw Zoé Genot aan de vice-eersteminister
en minister van Binnenlandse Zaken over "de
omstandigheden van opsluiting die door de
bewakers van Vottem aan het licht werden
gebracht" (nr. 13129)
22
- Mme Marie Nagy au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "les suites données au
rapport déposé sur l'état des lieux des centres
fermés" (n° 13148)
23
- mevrouw Marie Nagy aan de vice-eersteminister
en minister van Binnenlandse Zaken over "de
opvolging van het rapport over de situatie in de
gesloten centra" (nr. 13148)
23
- M. Benoît Drèze au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "l'état des lieux des
centres fermés en Belgique réalisé par les ONG"
(n° 13154)
23
- de heer Benoît Drèze aan de vice-eersteminister
en minister van Binnenlandse Zaken over "het
rapport van een aantal ngo's over de gesloten
centra in België" (nr. 13154)
23
Orateurs: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur,
Marie Nagy, Benoît Drèze
Sprekers: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken, Marie Nagy, Benoît Drèze
Question de Mme Zoé Genot au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les violences
et vols commis lors des expulsions" (n° 13130)
29
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het geweld en de diefstallen bij
uitwijzingen" (nr. 13130)
29
Orateurs: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken
Question de Mme Zoé Genot à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur
"l'enfermement de délinquants en centre fermé"
(n° 13131)
30
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie over "het
opsluiten van delinquenten in gesloten centra"
(nr. 13131)
30
Orateurs: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Zoé Genot, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken
Question de Mme Marie Nagy au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
conditions de l'évacuation des Iraniens de l'église
des Minimes" (n° 13132)
32
Vraag van mevrouw Marie Nagy aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de omstandigheden waarin de
Iraniërs uit de Miniemenkerk werden gezet"
(nr. 13132)
32
Orateurs: Marie Nagy, Patrick Dewael, vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Marie Nagy, Patrick Dewael, vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken
Question de M. Jean-Claude Maene au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
enseignements de la simulation d'accident
nucléaire du 22 juin à la centrale nucléaire de
Chooz" (n° 13142)
34
Vraag van de heer Jean-Claude Maene aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de lessen die werden getrokken uit de
simulatie van een nucleair ongeval in de
kerncentrale van Chooz op 22 juni" (nr. 13142)
34
Orateurs: Jean-Claude Maene, Patrick
Dewael
, vice-premier ministre et ministre de
Sprekers: Jean-Claude Maene, Patrick
Dewael
, vice-eerste minister en minister van
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
iv
l'Intérieur
Binnenlandse Zaken
Question de M. Jean-Claude Maene au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur
"l'exercice de crise nucléaire à Fleurus" (n° 13143)
35
Vraag van de heer Jean-Claude Maene aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de nucleaire crisisoefening in
Fleurus" (nr. 13143)
35
Orateurs: Jean-Claude Maene, Patrick
Dewael
, vice-premier ministre et ministre de
l'Intérieur
Sprekers: Jean-Claude Maene, Patrick
Dewael
, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de M. Joseph Arens au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le 'tapis
rouge'" (n° 13144)
37
Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de 'rode loper'" (nr. 13144)
37
Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Question de M. Joseph Arens au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "l'exclusion
des anciens gradés de la BSR de la Gendarmerie
détenteurs du brevet des commissionnements au
grade de commissaire" (n° 13145)
37
Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het uitsluiten van de voormalige
gegradueerden van de BOB van de Rijkswacht die
over het brevet beschikken van de aanstellingen in
de graad van commissaris" (nr. 13145)
37
Orateurs: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur
Sprekers: Joseph Arens, Patrick Dewael,
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
1

COMMISSION DE L'INTÉRIEUR,
DES AFFAIRES GÉNÉRALES ET
DE LA FONCTION PUBLIQUE
COMMISSIE VOOR DE
BINNENLANDSE ZAKEN, DE
ALGEMENE ZAKEN EN HET
OPENBAAR AMBT
du
MERCREDI
22
NOVEMBRE
2006
Après-midi
______
van
WOENSDAG
22
NOVEMBER
2006
Namiddag
______



Le développement des questions et interpellations
commence à 15 h 03. La réunion est présidée par
M. André Frédéric.
De behandeling van de vragen en interpellaties
vangt aan om 15.03 uur. De vergadering wordt
voorgezeten door de heer André Frédéric.
01 Question de Mme Nathalie Muylle au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
versements effectués en Flandre occidentale par
le Fonds des calamités dans le cadre des
dossiers de sinistres" (n° 12856)
01 Vraag van mevrouw Nathalie Muylle aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de uitbetalingen van schadedossiers
door het Rampenfonds in West-
Vlaanderen" (nr. 12856)
01.01 Nathalie Muylle (CD&V) : Une question
posée dans le cadre de cette commission en juin a
permis d'établir que le Fonds des calamités n'avait
encore effectué que 10 % des versements prévus
dans le cadre des 4.081 dossiers de sinistres
introduits pour la Flandre occidentale en 2004 et en
2005. Le ministre avait promis à cette occasion que
des experts et du personnel administratif
supplémentaires seraient engagés pour traiter ces
dossiers. Certaines personnes attendent cependant
déjà depuis deux ans la visite d'un expert.

Je voudrais connaître l'état d'avancement de cette
question. Combien de dossiers sont encore
incomplets et combien ont été transmis à des
experts ? Combien de rapports d'expertises a-t-on
déjà rédigés et combien de dossiers le ministre a-t-
il déjà approuvés
? Combien d'experts
supplémentaires a-t-on engagés pour les dégâts
survenus chez des particuliers et dans l'agriculture
et combien de personnes supplémentaires sont-
elles venues rejoindre le personnel administratif ?
Quand tous les dossiers seront-ils clôturés ?
01.01 Nathalie Muylle (CD&V): In juni werd naar
aanleiding van een vraag in deze commissie
duidelijk dat het Rampenfonds nog maar 10 procent
van de 4.081 West-Vlaamse schadedossiers uit
2004 en 2005 had uitbetaald. De minister beloofde
daarop dat er extra experts en administratief
personeel zouden worden aangeworven voor de
behandeling van deze dossiers. Ondertussen
wachten sommige mensen al twee jaar op een
expert.


Graag had ik een stand van zaken gekregen.
Hoeveel dossiers zijn nog onvolledig en hoeveel
zijn er doorverwezen naar deskundigen? Hoeveel
expertiseverslagen zijn er momenteel ingeleverd en
hoeveel dossiers werden goedgekeurd door de
minister? Hoeveel experts werden er extra
aangeworven voor particuliere schade en voor
landbouwschade en hoeveel extra administratief
personeel? Wanneer zullen alle dossiers afgewerkt
zijn?
01.02 Patrick Dewael, ministre (en
néerlandais) :
Le traitement des dossiers de
sinistres ne ressortit pas à ma compétence mais
bien à celle du gouverneur de province. Selon la
01.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Niet
ik, maar de provinciegouverneur is bevoegd voor
het afhandelen van de schadedossiers. De
provinciale directie Rampenschade van West-
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
2
direction provinciale «
Calamités
» de Flandre
occidentale, 4.189 demandes d'indemnisation ont
été introduites à la suite d'un sinistre en 2004 et
2005. Parmi ces dossiers, 497 sont toujours
incomplets, 2.006 ont déjà été finalisés par les
experts et 567 cas sont en attente d'une décision.
Le gouverneur de province a déjà pris une décision
d'indemnisation dans 1.439 dossiers. Sur
l'ensemble des décisions d'indemnisation
transmises à mes services au 31 octobre 2006,
1.301 ont déjà été exécutées.


A l'heure actuelle, vingt experts ­ alors qu'ils
étaient onze en juin ­ sont désignés pour les
dommages subis par les particuliers et par les
entreprises. Dix experts sont en charge des
dommages agricoles, mais ces dossiers ont
presque tous été examinés. Sept membres du
personnel supplémentaires de niveau C ont été
recrutés pour l'administration. Je proposerai en
outre au Conseil des ministres de recruter un
collaborateur de niveau A.

Le gouverneur de province met tout en oeuvre pour
que les dossiers dont le traitement administratif est
terminé soient tous finalisés d'ici au 30 juin 2007.
Vlaanderen heeft mij meegedeeld dat er in 2004 en
2005 4.189 verzoeken tot schadeloosstelling naar
aanleiding van een ramp werden ingediend.
Daarvan zijn nog 497 dossiers onvolledig, 2.006
dossiers werden al afgewerkt door de experts en in
567 gevallen is er nog geen beslissing getroffen.
De provinciegouverneur nam al in 1.439 dossiers
een vergoedingsbeslissing. Van al de
vergoedingsbeslissingen die op 31 oktober 2006
aan mijn diensten waren doorgestuurd, zijn er al
1.301 uitbetaald.

Momenteel zijn er twintig deskundigen ­ in juni
waren het er nog maar elf ­ aangesteld voor
particuliere schade en bedrijfsschade. Tien experts
houden zich bezig met landbouwschade, maar die
dossiers zijn bijna allemaal onderzocht. Er werden
zeven extra personeelsleden van het niveau C
aangeworven voor de administratie. Tevens zal ik
de Ministerraad voorstellen ook een personeelslid
van het niveau A aan te nemen.

De provinciegouverneur streeft ernaar om alle
dossiers die administratief in orde zijn, af te werken
tegen 30 juni 2007.
01.03 Nathalie Muylle (CD&V) : Cette compétence
me semble toutefois en grande partie partagée. Je
me réjouis que le dossier évolue favorablement
mais les problèmes ne sont pas encore résolus. De
nombreux rapports d'expertise ne sont toujours pas
parvenus au commissaire d'arrondissement. Les
dossiers relatifs aux dommages agricoles seraient
quasiment terminés mais cette information ne
correspond absolument pas aux signaux que je
reçois sur le terrain.

Et les problèmes ne s'arrêtent pas là : Mme
Laruelle m'a précisé ce matin que les provinces de
Flandre orientale et occidentale n'ont pas encore
bouclé leurs dossiers relatifs à la sécheresse de
juillet.

Je demande dès lors au ministre de ne pas se
soustraire à ses responsabilités.
01.03 Nathalie Muylle (CD&V): Dit is toch voor
een groot deel een gedeelde bevoegdheid. Ik ben
blij dat er een gunstige evolutie is, maar de
problemen zijn nog niet verholpen. Zo zijn veel
expertiseverslagen nog steeds niet binnen bij de
arrondissementscommissaris. Dat de dossiers
inzake landbouwschade bijna zouden zijn
afgewerkt, strookt ook helemaal niet met de
signalen die ik op het terrein opvang.


En de problemen stoppen niet: vanmorgen liet
minister Laruelle mij weten dat enkel de provincies
Oost- en West-Vlaanderen hun dossiers in verband
met de droogte van juli nog niet af hebben.


Ik vraag de minister dus om zijn
verantwoordelijkheid niet te ontlopen.
01.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Mme Muylle me demande de prendre mes
responsabilités mais c'est aux provinces qu'il
revient de mieux organiser leurs services.
Comment expliquer autrement que certaines
provinces déposent effectivement leurs dossiers à
temps et d'autres pas ? Des efforts sont consentis
pour toutes les provinces, mais certaines sont plus
efficaces que d'autres.
01.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands):
Mevrouw Muylle vraagt aan mij om mijn
verantwoordelijkheid op te nemen, maar het is aan
de provincies om hun diensten beter te
organiseren. Hoe komt het anders dat sommige
provincies hun dossiers wel op tijd klaar hebben en
andere niet? Voor alle provincies worden
inspanningen gedaan, maar sommige zijn
efficiënter dan andere.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
3
L'incident est clos.

Le président : La question n° 12874 de M.
François Bellot a déjà été reportée. Vu que M.
Bellot est absent sans excuse, sa question sera
dorénavant supprimée.
Het incident is gesloten.

De voorzitter: Vraag nr. 12874 van de heer
François Bellot werd al eens uitgesteld. Aangezien
hij zonder excuses afwezig is, wordt zijn vraag
afgevoerd.
02 Question de M. Willy Cortois au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le festival
'I Love Techno' à Gand" (n° 12885)
02 Vraag van de heer Willy Cortois aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het festival 'I
Love
Techno' te
Gent" (nr. 12885)
02.01 Willy Cortois (VLD) : Au cours du week-end
du 21 octobre, 30 000 personnes ont assisté à une
grande fête de musique techno à Gand. Le porte-
parole de la police de Gand a déclaré par la suite
que la manifestation s'était déroulée au mieux, mais
j'ai pu lire dans les journaux que l'on avait procédé
à l'arrestation de 8 à 10 dealers et qu'entre 80 et 85
personnes avaient été arrêtées en possession de
drogue. De l'ecstasy et de l'héroïne ont, entre
autres, été saisies.

Manifestement, la police gantoise se réfère à des
normes singulières. Que pense le ministre des
déclarations du porte-parole de la police ? De
combien de dealers s'agissait-il ? Quelle quantité
de drogue a été saisie ? Les coûts du déploiement
policier supplémentaire ont-ils été réglés ? Y a-t-il,
à la police fédérale, des personnes chargées de
contrôler si la présence de drogues dans les fêtes
techno constitue plus souvent un problème qu'en
règle générale ?

Pour l'événement, la SNCB avait mis en place des
trains spéciaux. Selon la presse, de nombreux
groupes de jeunes ont voyagé par ce biais. La
police des chemins de fer (ou un autre service de
contrôle) a-t-elle dû intervenir ?
02.01 Willy Cortois (VLD): In het weekend van 21
oktober bezochten 30.000 mensen een grote
technofuif in Gent. De woordvoerder van de Gentse
politie verklaarde achteraf dat de manifestatie zeer
goed verlopen was, maar in de kranten las ik dat er
acht à tien drugsdealers waren opgepakt en 80 à
85 drugsbezitters. Er werd onder meer xtc en
heroïne in beslag genomen.



De Gentse politie hanteert dus blijkbaar vreemde
normen. Wat vindt de minister van de uitspraken
van de politiewoordvoerder? Hoeveel dealers
waren er? Hoeveel drugs werd geregistreerd?
Worden de kosten van bijkomende politie-inzet
verrekend? Zijn er bij de federale politie mensen die
controleren of drugs bij technofeesten vaker een
probleem zijn dan normaal?



De NMBS legde speciale treinen in voor het
evenement. Volgens de pers maakten groepjes
jongeren het daarbij erg bont. Heeft de
spoorwegpolitie of een andere controledienst
moeten optreden?
02.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Je n'ai pas pu prendre connaissance des
déclarations du représentant de la police locale et
je n'ai pas moi-même assisté à l'événement. Je ne
puis donc rien dire sur le déroulement des faits. Il
ressort des informations fournies par le chef de
corps que 83 personnes ont été interpellées pour
détention de drogue. L'événement n'a pas
occasionné de frais supplémentaires aux services
de police étant donné que le service d'ordre était
organisé dans le cadre normal du service. En ce
qui concerne les poursuites pénales et la quantité
de drogue saisie, je vous renvoie à la ministre de la
Justice.


Il ne m'appartient pas de m'immiscer dans la
02.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Ik
heb geen kennis kunnen nemen van wat de
vertegenwoordiger van de lokale politie heeft
gezegd, en zelf heb ik het evenement niet
bijgewoond. Over het verloop ervan kan ik dus
geen uitspraken doen. Uit de informatie van de
korpsleiding blijkt wel dat 83 mensen werden
geïnterpelleerd inzake drugsbezit. Het evenement
leidde niet tot meerkosten voor de politiediensten,
want de ordedienst werd verzekerd binnen de
normale dienstregeling. Wat de strafrechtelijke
vervolging en de hoeveelheid in beslag genomen
drugs betreft, verwijs ik naar de minister van
Justitie.

Het is niet mijn taak of die van de spoorwegpolitie
om zich te mengen in de beslissing van de NMBS
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
4
décision de la SNCB de mettre en service des
trains supplémentaires. Il en va de même pour la
police des chemins de fer.

Les services de police ne disposent pas de
statistiques sur l'évolution de la consommation de
drogue lors des fêtes techno. De telles statistiques
n'auraient d'ailleurs pas de valeur scientifique car il
est impossible de contrôler 32.000 personnes
participant à une telle fête.
om bijkomende treinen in te zetten.


De politiediensten hebben geen statistieken over de
evolutie van het druggebruik tijdens technofuiven.
In wetenschappelijke zin zou dat trouwens niet
relevant zijn, want het is niet haalbaar om 32.000
deelnemers te controleren.
02.03 Willy Cortois (VLD) : Je n'ai pas vraiment
reçu de réponses à mes questions.
02.03 Willy Cortois (VLD): Ik heb niet veel
antwoorden gekregen.
02.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Il se fait que je ne suis pas compétent en la
matière.
02.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Het
gaat dan ook niet om mijn bevoegdheid.
02.05 Willy Cortois (VLD): Les fêtes techno sont
de plus en plus nombreuses et la police fédérale
devrait donc y accorder une plus grande attention.
Il s'agit d'une forme de détente qui n'est pas sans
risques, notamment sur le plan de la consommation
de drogue.
02.05 Willy Cortois (VLD): Er zijn steeds meer
technofuiven, dus zou de federale politie er
aandacht moeten aan schenken. Het gaat om een
vorm van ontspanning waar risico's aan zijn
verbonden, onder meer inzake drugs.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Patrick De Groote au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur
"l'information de la population belge par les
autorités en ce qui concerne la politique
antiterroriste mise en place" (n° 12928)
03 Vraag van de heer Patrick De Groote aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het door de overheid inlichten van
de bevolking over het gevoerde
antiterrorismebeleid" (nr. 12928)
03.01 Patrick De Groote (N-VA) : Quelle ne fut
pas la surprise de nombreux passagers aériens
récemment lorsqu'ils se sont vu retirer de leur
bagage à main du parfum, de l'after-shave et des
médicaments. Nombre de voyageurs n'étaient pas
informés des nouvelles dispositions en matière de
lutte contre le terrorisme. Les campagnes des
pouvoirs publics ne suffisent manifestement pas
dans notre pays, alors qu'aux Pays-Bas, la
population est par contre correctement informée,
notamment par le biais de campagnes médiatiques
et d'un site web aisément accessible. Notre
gouvernement prendra-t-il des initiatives
similaires ? Comment la communication peut-elle
être améliorée
? Des fonds supplémentaires
seront-ils dégagés l'an prochain ?
03.01 Patrick De Groote (N-VA): Veel
vliegtuigpassagiers waren verrast toen onlangs
onder meer parfum, after shave en
geneesmiddelen uit de handbagage werden
geweerd. Veel mensen waren niet op de hoogte
van de nieuwe regels in de strijd tegen het
terrorisme. Blijkbaar volstaan de
overheidscampagnes in ons land niet. In Nederland
worden de inwoners wel goed geïnformeerd, onder
meer via mediacampagnes en een vlot bereikbare
website. Heeft onze regering gelijkaardige
plannen? Hoe kan de communicatie worden
verbeterd? Komt er volgend jaar extra geld?
03.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Le Collège du renseignement et de la sécurité
(CRS) et le Comité ministériel du renseignement et
de la sécurité (CMRS) coordonnent la politique
belge de lutte contre le terrorisme. En s'inspirant de
l'exemple du Royaume-Uni et des Pays-Bas, mes
services ont élaboré à la fin de l'an passé une
03.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Het
College voor Inlichtingen en Veiligheid (CIV) en het
Ministerieel Comité voor Inlichtingen en Veiligheid
(MCIV) coördineren het Belgische
antiterrorismebeleid. Naar het voorbeeld van het
Verenigd Koninkrijk en Nederland werkten mijn
diensten eind vorig jaar een informatievoorstel uit,
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
5
proposition d'information qui a été discutée au sein
du CRS et soumise au CMRS. Un groupe de travail
doit à présent en concrétiser le contenu et en
déterminer le budget.

Des informations sont déjà disponibles à ce jour,
entre autres sur le site du Centre de crise. Le site
internet néerlandais
www.nederlandtegenterrorisme.nl peut en tout cas
servir d'exemple. Les différents services veillent par
ailleurs à fournir des informations par le biais des
médias tous les jours, a fortiori à la suite
d'attentats. En concertation avec les partenaires de
la politique de lutte contre le terrorisme, le Centre
de crise a également élaboré une stratégie de
communication en cas de menace ou d'attentat.

Des campagnes d'information peuvent également
être lancées mais les moyens n'ont pas encore été
libérés à cet effet. La forme et le coût d'une telle
campagne sont encore à l'examen. Des
informations objectives sont nécessaires, mais par
ailleurs nous ne pouvons en aucun cas susciter la
psychose. Les expériences menées à l'étranger
nous invitent à la circonspection.
dat werd besproken in het CIV en voorgelegd aan
het MCIV. Een werkgroep moet een en ander nu
inhoudelijk en budgettair uitwerken.


Vandaag is al informatie beschikbaar, onder meer
op de website van het Crisiscentrum. De
Nederlandse website
www.nederlandtegenterrorisme.nl kan alvast tot
voorbeeld strekken. De diverse diensten zorgen
bovendien dagelijks, en zeker naar aanleiding van
aanslagen, voor media-informatie. Samen met de
partners in het antiterrorismebeleid werkte het
Crisiscentrum ook een communicatiestrategie bij
dreiging of aanslag uit.


Ook informatiecampagnes zijn mogelijk, maar daar
zijn nog geen middelen voor vrijgemaakt. Vorm en
kostprijs van een campagne worden nog
onderzocht. Er is nood aan objectieve informatie,
maar anderzijds mogen we geenszins psychoses
aanwakkeren. Voorbeelden uit het buitenland leren
dat we zeer bedachtzaam moeten zijn.
03.03 Patrick De Groote (N-VA) : Je me rends
bien compte aussi que la prudence est de mise. Le
site internet néerlandais me paraît constituer une
excellente initiative. Un tel site sera-t-il également
créé chez nous ?
03.03 Patrick De Groote (N-VA): Ook ik besef dat
omzichtigheid geboden is. De Nederlandse website
vind ik een zeer goed initiatief. Komt er ook een site
in ons land?
03.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Cette éventualité doit encore être examinée.
03.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Die
mogelijkheid moet nog onderzocht worden.
L'incident est clos.

Le président: Mme Martine Taelman demande le
report de sa question n° 12932.
Het incident is gesloten.

De voorzitter: Mevrouw Martine Taelman vraagt
om haar vraag nr. 12932 uit te stellen.
04 Question de M. Dirk Claes au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la date des
élections fédérales en 2007" (n° 12947)
04 Vraag van de heer Dirk Claes aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de datum van de federale
verkiezingen in 2007" (nr. 12947)
04.01 Dirk Claes (CD&V) : D'après les médias, la
majorité souhaiterait organiser les élections
fédérales le 13 mai 2007. Ainsi, le gouvernement
pourrait éluder l'exécution de l'arrêt de la Cour
d'arbitrage à propos de la scission de
l'arrondissement de Bruxelles-Hal-Vilvorde plutôt
que de rechercher une solution. Est-il exact qu'il
existe un accord à propos de cette date ? Le
ministre est-il informé de la demande des étudiants
de ne pas organiser les élections pendant la
période du «
blocus
» ou des examens
? En
tiendra-t-il compte ?
04.01 Dirk Claes (CD&V): Volgens de media wil
de meerderheid op 13 mei 2007 federale
verkiezingen organiseren. Op die manier kan de
regering de uitvoering van het arrest van het
Arbitragehof inzake de splitsing van Brussel-Halle-
Vilvoorde ontwijken, veeleer dan er een oplossing
voor te vinden. Klopt het dat er over die datum een
akkoord is? Is de minister op de hoogte van de
vraag van de studenten om de verkiezingen niet in
de blok- of examenperiode te organiseren? Zal hij
er rekening mee houden?
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
6
04.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
La date des prochaines élections législatives
fédérales est fixée légalement au dimanche 24 juin
2007. L'article 105 du Code électoral dispose, en
effet, que la date des prochaines élections est fixée
« au premier dimanche qui suit l'expiration d'un
délai de quatre années prenant cours à la date a
laquelle il a été procédé à la désignation des
sénateurs cooptés lors de l'élection (...)
précédente », c'est-à-dire le 19 juin 2003.

La date d'élections législatives fédérales
éventuellement anticipées est fixée par application
des articles 46 ou 105 de la Constitution.

Le gouvernement a effectivement reçu un courrier
de l'Association des étudiants, auquel il sera
répondu exactement comme je viens de le faire.
04.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): De
datum van de volgende verkiezingen voor het
federale Parlement is wettelijk gepland op zondag
24 juni 2007. Artikel 105 van het Kieswetboek
bepaalt immers dat de volgende verkiezingsdatum
wordt vastgelegd op de eerste zondag die volgt op
een termijn van vier jaar na de aanstelling van de
gecoöpteerde senatoren bij de vorige verkiezingen;
dit is gebeurd op 19 juni 2003.


De datum van eventuele vervroegde federale
verkiezingen wordt vastgesteld bij toepassing van
de artikelen 46 of 105 van de Grondwet.

De regering werd inderdaad aangeschreven door
de Vereniging van Studenten. Zij zal hetzelfde
antwoord ontvangen als ik zonet heb gegeven.
04.03 Dirk Claes (CD&V) : Je m'étonne de ne pas
avoir reçu de réponse. Il me semble que le ministre
connaît parfaitement la date des élections mais qu'il
souhaite la tenir secrète pour l'instant. Est-ce
exact ?
04.03 Dirk Claes (CD&V): Ik ben verbaasd dat ik
geen antwoord heb gekregen. Ik heb sterk de
indruk dat de minister wel weet wanneer de
verkiezingen zullen vallen, maar het voorlopig voor
zich wenst te houden. Klopt dit?
04.04 Patrick Dewael, ministre (en
néerlandais) : J'ai répondu à votre question.
04.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Ik
heb u een antwoord op uw vraag gegeven.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de Mme Zoé Genot au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
demandes de visa long séjour sur base de la
cohabitation dans le cadre d'une relation durable
introduites par des personnes homo- ou
hétérosexuelles" (n° 12936)
05 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de visumaanvragen lang verblijf op
basis van samenwoonst in het kader van een
duurzame relatie, ingediend door homo- of
heteroseksuelen" (nr. 12936)
05.01 Zoé Genot (ECOLO) : De nombreuses
personnes, ayant introduit une demande de visa
long séjour sur base de la circulaire du 30
septembre 1997, se voient refuser ce visa au motif
qu'elles ne fournissent pas suffisamment
d'éléments prouvant le caractère durable de leur
relation. Quelles preuves votre administration
considère-t-elle comme satisfaisantes, sachant que
des photos, billets d'avion, copies de visa et copies
de factures de téléphone ne semblent pas suffire à
prouver la durabilité de certaines relations ?

Ces partenaires ne peuvent prouver une
cohabitation préexistante, puisque celle-ci est
précisément l'objectif de leur demande de visa.
L'interprétation de votre administration ne respecte
pas l'objectif de la circulaire du 30 septembre 1997,
qui consiste à permettre aux couples hétérosexuels
et homosexuels de mieux se connaître avant
05.01 Zoé Genot (ECOLO): Tal van personen die
op grond van de omzendbrief van 30 september
1997 een visumaanvraag lang verblijf hebben
ingediend, krijgen dat visum niet omdat ze het
duurzame karakter van hun relatie onvoldoende
zouden hebben bewezen. Welke bewijsstukken
beschouwt uw administratie als afdoend, wetende
dat foto's, vliegtuigtickets, kopieën van visa en
kopieën van telefoonfacturen blijkbaar niet volstaan
om de duurzaamheid van sommige relaties aan te
tonen?


Die partners kunnen niet bewijzen dat ze voordien
hebben samengewoond, dat is immers net de
bedoeling van hun visumaanvraag. De interpretatie
van uw administratie strookt niet met de doelstelling
van de omzendbrief van 30 september 1997, die
erin bestaat heteroseksuele en homoseksuele
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
7
d'obtenir une autorisation définitive de séjour. La
circulaire précise aussi que l'autorisation ne peut
être refusée que s'il est évident qu'il s'agit d'une
relation feinte. Or souvent, lors de refus par votre
administration, il n'y a aucun indice de relation
feinte.


Le temps passé ensemble semble être déterminant
pour votre administration, alors que deux
personnes ne disposant que d'un nombre limité de
congés dans des pays différents ne peuvent se voir
autant qu'elles le souhaiteraient.


Quels sont, pour votre administration, les critères
précis d'une relation durable ? Le nombre de mois
passés ensemble est-il fondamental ? Combien de
demandes de visa long séjour ont-elles été
introduites ces dernières années sur base de la
cohabitation
? Combien de visas ont-ils été
accordés ?
partners de gelegenheid te bieden elkaar beter te
leren kennen alvorens ze een definitieve
verblijfsvergunning krijgen. De omzendbrief bepaalt
tevens dat de vergunning slechts kan worden
geweigerd indien duidelijk is dat het om een
geveinsde relatie gaat. Vaak is er geen enkele
aanwijzing dat een relatie wordt voorgewend en
toch weigert uw administratie de aanvraag.

De tijd die partners samen hebben doorgebracht
lijkt een bepalend element voor uw administratie.
Twee personen die in verschillende landen wonen
en over een beperkt aantal vakantiedagen
beschikken, kunnen elkaar echter niet zo vaak
ontmoeten als ze zouden willen.

Welke zijn volgens uw administratie de precieze
criteria voor een duurzame relatie? Is het aantal
maanden dat men samen heeft doorgebracht
doorslaggevend? Hoeveel visumaanvragen lang
verblijf werden tijdens de voorbije jaren op basis
van samenwoning ingediend? Hoeveel visa werden
er uitgereikt?
05.02 Patrick Dewael, ministre : (en français)
Pour toute demande de ce type, le nouvel article 10
de la loi du 15 septembre 2006 ainsi que le projet
de loi visant à transposer la directive européenne
(2004/38) du 20 avril 2004 prévoient que les
intéressés doivent prouver une relation durable
depuis au minimum un an. Le séjour dans le cadre
de la cohabitation fait désormais partie de
dispositions relatives au regroupement familial.
L'effectivité de la relation doit être prouvée par des
preuves matérielles telles que des achats
communs, un contrat notarié, des photographies,
des témoignages mais pas simplement des
échanges téléphoniques. La preuve de plusieurs
rencontres durant l'année doit également être
apportée.


Mon administration ne distingue pas les demandes
introduites par des couples homosexuels ou
hétérosexuels. Je peux vous préciser par écrit le
nombre de demandes introduites de 2000 à août
2006.
05.02 Minister Patrick Dewael (Frans):
Overeenkomstig het nieuwe artikel 10 van de wet
van 15 september 2006 en overeenkomstig het
wetsontwerp tot omzetting van de Europese richtlijn
2004/38 van 20 april 2004 moeten de personen die
zo'n aanvraag indienen een duurzame relatie van
minstens één jaar kunnen aantonen. Het verblijf in
het raam van de samenwoning maakt voortaan
deel uit van de bepalingen betreffende de
gezinshereniging. De realiteit van de relatie moet
worden aangetoond aan de hand van materiële
bewijzen, zoals gemeenschappelijke aankopen,
een notariële overeenkomst, foto's en
getuigenissen. Telefonisch contact alleen volstaat
niet. Er moet ook worden bewezen dat die
personen elkaar in de loop van het jaar
verschillende keren hebben ontmoet.

Mijn administratie maakt geen onderscheid tussen
aanvragen ingediend door homoseksuele en door
heteroseksuele koppels. Ik kan u het aantal
aanvragen dat van 2000 tot augustus 2006 werd
ingediend, schriftelijk meedelen.
05.03 Zoé Genot (ECOLO) : Je reste perplexe, vu
la récurrence de ce genre de cas qui semblent
pourtant entrer dans les critères que vous évoquez.
Ces personnes n'ont pas toujours d'achats en
commun car ils n'habitent pas ensemble.


Dans certains pays, la constitution de ce genre de
dossiers coûte très cher.
05.03 Zoé Genot (ECOLO): Ik ben erg verbaasd,
want er zijn heel veel zo'n gevallen, die nochtans
schijnen te voldoen aan de door u aangehaald
criteria. Die personen doen niet noodzakelijk
gemeenschappelijke aankopen, aangezien ze niet
samenwonen.

In sommige landen is het erg duur om dat soort
dossiers samen te stellen.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
8
Je demande que l'administration interprète les
critères avec bon sens.
Ik vraag dat de administratie bij de interpretatie van
die criteria blijk zou geven van gezond verstand.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de Mme Nahima Lanjri au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
possibilité de regroupement familial pour les
Belges" (n° 12938)
06 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de mogelijkheid tot
gezinshereniging voor Belgen" (nr. 12938)
06.01 Nahima Lanjri (CD&V) : J'avais déposé
cette question avant même que le ministre nous
présente sa note de politique générale, laquelle
contient les réponses à une partie de mes
questions.

Les dispositions légales relatives aux conditions du
regroupement familial pour les non-Belges et les
non-ressortissants UE ont été modifiées
récemment. Des conditions seront prochainement
imposées aussi aux Belges et aux ressortissants
UE demandeurs d'un regroupement familial. Un
projet de loi dans ce sens devrait être examiné au
Parlement avant la fin 2006. Les conditions
imposées aux Belges et aux ressortissants UE
seront-elles comparables à celles imposées aux
non-Belges et aux non-ressortissants UE ?
06.01 Nahima Lanjri (CD&V): Ik had deze vraag
ingediend nog voor de minister ons zijn beleidsbrief
had voorgesteld. Een deel van mijn vragen heeft
daarin ondertussen al een antwoord gekregen.

Onlangs werden de wettelijke bepalingen gewijzigd
met de betrekking tot de voorwaarden voor
gezinshereniging voor niet-Belgen en niet-EU-
onderdanen. Ook aan Belgen en EU-onderdanen
zullen er bij gezinshereniging binnenkort
voorwaarden worden opgelegd. Een wetsontwerp
in die zin zou nog voor eind 2006 in het Parlement
worden behandeld. Zullen de voorwaarden voor
Belgen en EU-onderdanen vergelijkbaar zijn met
diegene die aan de niet-Belgen en niet-EU-
onderdanen worden opgelegd?
06.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Mme Lanjri comprendra que je ne puis anticiper la
teneur de ce projet de loi. J'y ai fait référence ce
matin lors de mon exposé sur le budget. Le Conseil
des ministres a déjà consacré une première
discussion à ce projet et nous en adaptons
maintenant le texte aux observations du Conseil
d'État. Il est clair que nous voulons intégrer dans le
nouveau projet les normes et règles inscrites dans
la modification légale précédente.



Après une seconde discussion au Conseil des
ministres, le projet sera traité à la Chambre avant la
fin de l'année. À cette occasion, nous pourrons
naturellement nous pencher plus sérieusement sur
son contenu.
06.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands):
Mevrouw Lanjri zal begrijpen dat ik nu niet kan
vooruitlopen op de inhoud van dit wetsontwerp. Ik
heb er vanochtend, bij mijn uiteenzetting over de
begroting, naar verwezen. Er werd aan het ontwerp
reeds een eerste bespreking gewijd door de
Ministerraad en de tekst wordt nu aangepast aan
de opmerkingen van de Raad van State. Het is
duidelijk dat ernaar wordt gestreefd om de normen
en de regels die in het kader van de vorige
wetswijziging werden gehanteerd, ook in het
nieuwe ontwerp op te nemen.

Na een tweede bespreking in de Ministerraad zal
het ontwerp nog voor het jaareinde in de Kamer
worden behandeld. Bij die gelegenheid zullen we
vanzelfsprekend dieper op de inhoud kunnen
ingaan.
06.03 Nahima Lanjri (CD&V) : Le ministre ne
pourrait-il lever un coin du voile ? Les conditions
posées en matière de regroupement familial pour
les Belges et les ressortissants UE seront-elles
comparables à celles imposées aux non-Belges et
aux non-ressortissants UE ?
06.03 Nahima Lanjri (CD&V): Kan de minister
vandaag al geen tip van de sluier oplichten? Zullen
de voorwaarden voor gezinshereniging voor Belgen
en EU-onderdanen vergelijkbaar zijn met diegene
die aan de vreemdelingen worden opgelegd?
06.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Je suis désolé, je ne peux vraiment pas anticiper la
seconde discussion qui sera consacrée à ce projet
06.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Ik
mag echt niet vooruitlopen op de tweede
bespreking in de Ministerraad.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
9
au sein du Conseil des ministres.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de Mme Colette Burgeon au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
violences dans les transports en commun"
(n° 12998)
07 Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het geweld in het openbaar vervoer"
(nr. 12998)
07.01 Colette Burgeon (PS) : Les agressions
physiques et morales de conducteurs et
d'accompagnateurs dans les transports en
commun sont un phénomène récurrent. Les
mesures de dissuasion, de prévention et de
sécurisation prises par les sociétés de transports
publics et les autorités portent leurs fruits, mais
beaucoup reste à faire.


Disposez-vous d'une analyse précise du
phénomène de la violence dans les transports en
commun ?

Comment se déroule la concertation entre les
polices locale et fédérale, et les sociétés, leurs
services de sécurité internes, les contrats de
sécurité ?

Comment se passe la collaboration entre les
services de police ? On pourrait craindre une
dispersion des énergies et un manque de
coordination. À cet égard, la loi sur la fonction de
police et la circulaire PLP 27 du 4 novembre 2002
permettent des accords de coopération interzonale.
Les zones de police de l'arrondissement
administratif de Bruxelles-Capitale ont conclu avec
la police fédérale, la STIB, De Lijn, le TEC et la
SNCB une convention organisant la collaboration
dans le domaine de la sécurité dans les transports
en commun.


Pouvez-vous nous donner des précisions sur le
projet de plan d'action intégré concernant la
problématique de la violence dans les transports en
commun et sur les nouveaux accords de
coopération à promouvoir entre les sociétés de
transports en commun et les polices locales et
fédérale
? Ne serait-il pas utile de favoriser
financièrement ce type de concertation et de
collaboration ?

Quels sont les moyens spécifiques dont les
contrats de sécurité, essentiels dans la prévention
de ces violences, peuvent bénéficier de la part du
fédéral ? Des moyens supplémentaires pourraient-
ils être consacrés à la lutte contre ce phénomène ?
07.01 Colette Burgeon (PS): Fysiek en moreel
geweld tegen bestuurders en begeleiders van het
openbaar vervoer vormen een steeds terugkerend
fenomeen. De ontradings-, preventie- en
veiligheidsmaatregelen die de openbare
vervoersmaatschappijen hebben genomen werpen
weliswaar hun vruchten af, maar er is nog een
lange weg te gaan.

Beschikt u reeds over een duidelijke analyse van
het geweld in het openbaar vervoer?


Hoe verloopt het overleg van de lokale en de
federale politie met de vervoersmaatschappijen,
hun interne veiligheidsdiensten en de
veiligheidscontracten?

Hoe verloopt de samenwerking tussen de
politiediensten? Men zou kunnen vrezen voor een
versnippering van de inspanningen en een gebrek
aan coördinatie. In dit opzicht maakt de wet over
het politieambt en de rondzendbrief PLP 27 van 4
november 2002 het mogelijk om interzonale
samenwerkingsakkoorden af te sluiten. De
politiezones van het administratief arrondissement
Brussel-Hoofdstad hebben met de federale politie,
de MIVB, de Lijn, de TEC en de NMBS een
overeenkomst gesloten die de samenwerking op
het vlak van de veiligheid in het openbaar vervoer
organiseert.

Kan u ons duidelijkheid verschaffen over het
geïntegreerd actieplan voor de geweldproblematiek
in het openbaar vervoer en over de nieuw af te
sluiten samenwerkingsakkoorden tussen de
openbare vervoersmaatschappijen en de lokale en
federale politie? Zou het geen goed idee zijn om dit
soort afspraken en samenwerking financieel te
ondersteunen?


Op welke specifieke middelen kunnen de
veiligheidscontracten, die fundamenteel zijn in de
preventie van dit soort geweld, aanspraak maken?
Kunnen extra middelen worden besteed aan de
bestrijding van het geweld?
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
10
07.02 Patrick Dewael, ministre (en français) : Au
sujet de la violence dans les transports en
commun, nous disposons des chiffres de la
direction de la Banque de données nationale ainsi
que des résultats d'une étude axée sur les bandes
urbaines de jeunes.

La concertation entre les acteurs se déroule de
manière satisfaisante. À titre d'exemple, dans
l'arrondissement administratif de Bruxelles-
Capitale, tous les acteurs ont signé une convention
de partenariat. Un groupe d'experts se réunit
régulièrement et formule des propositions d'action
et de sensibilisation. Ce type de concertation a des
retombées dans les plans zonaux de sécurité. Le
cas échéant, une coordination est assurée au
niveau du gouverneur, du procureur du Roi, voire
du directeur coordinateur.

Il existe également des accords de coopération
spécifiques entre les services de police et les
sociétés de transports en commun. Ceux-ci sont
mis en exécution via des protocoles opérationnels
réalisés au niveau de l'arrondissement.


La modification de la loi du 10 avril 1990 a permis
aux sociétés de transport de prévoir un service de
sécurité. Toutes, à l'exception du TEC, ont fait
usage de cette possibilité.


Quant à l'engagement des moyens, je rappelle que
la police des chemins de fer sera renforcée d'une
trentaine d'agents en 2007 et que les subventions
dans le cadre des contrats de sécurité
augmenteront de quelque 1,8 %.
07.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Wat het
geweld in het openbaar vervoer betreft, beschikken
wij over cijfers van de directie van de nationale
gegevensbank, alsook over de resultaten van een
studie over de stedelijke jeugdbendes.

Het overleg tussen de betrokken actoren verloopt
vrij goed. In het administratief arrondissement
Brussel-Hoofdstad bijvoorbeeld, hebben alle
actoren een partnershipsovereenkomst
ondertekend. Een team van deskundigen komt
geregeld bijeen en formuleert voorstellen voor
acties en sensibilisering. Dat type van overleg heeft
uitvloeisels in de zonale veiligheidsplannen.
Desgevallend staan de gouverneur, de procureur
des Konings of de directeur-coördinator in voor de
coördinatie.

Er bestaan tevens specifieke
samenwerkingsakkoorden tussen de politiediensten
en de openbare vervoersmaatschappijen. Aan die
akkoorden wordt uitvoering gegeven via
operationele protocollen die op arrondissementeel
niveau worden uitgewerkt.

Dankzij de wijziging van de wet van 10 april 1990
kunnen de vervoersmaatschappijen een
veiligheidsdienst oprichten. Met uitzondering van de
TEC hebben alle maatschappijen van die
mogelijkheid gebruikt gemaakt.

Wat de inzet van middelen betreft, herinner ik eraan
dat het personeelsbestand van de spoorwegpolitie
in 2007 met een dertigtal extra krachten zal worden
uitgebreid en dat de subsidies in het kader van de
veiligheidscontracten met circa 1,8 procent zullen
worden opgetrokken.
07.03 Colette Burgeon (PS) : Merci pour votre
réponse, qui est plus complète qu'en séance
plénière.
07.03 Colette Burgeon (PS): Ik dank u voor uw
antwoord, dat vollediger is dan het antwoord dat u
in de plenaire vergadering heeft verstrekt.
La Société régionale wallonne du transport (SRWT)
et son personnel ne veulent pas d'une sorte de
police interne qui remplacerait les forces de l'ordre.


Pour que les agents de prévention et de sécurité
puissent passer d'une commune à l'autre, par
exemple sur une ligne de bus, faut-il l'autorisation
du ministre fédéral ou un accord entre communes
suffit-il ?
De Société régionale wallonne du transport
(Waalse gewestelijke vervoersmaatschappij) wil
niet weten van een soort interne politie die de
ordehandhavers zou vervangen.

Is de toestemming van de federale minister vereist
wanneer preventie- en veiligheidswerkers zich in
het kader van de uitoefening van hun functie
(bijvoorbeeld met de bus) van het grondgebied van
de ene gemeente naar dat van een andere
gemeente begeven, of volstaat het dat de
gemeenten dienaangaande een akkoord sluiten?
07.04 Patrick Dewael, ministre : (en français) Ces
accords peuvent être conclus entre les zones.
07.04 Minister Patrick Dewael (Frans): Die
akkoorden kunnen tussen de zones worden
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
11
L'intervention du fédéral n'est pas nécessaire.
gesloten. De federale overheid hoeft daarin niet
tussenbeide te komen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de Mme Talbia Belhouari au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur
"l'état des lieux dressé par des ONG sur la
situation des étrangers dans les centres fermés"
(n° 13032)
08 Vraag van mevrouw Talbia Belhouari aan de
vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "het rapport van een
aantal ngo's over de situatie van de
vreemdelingen in de gesloten centra" (nr. 13032)
08.01 Talbia Belhouari (PS): Le rapport sur la
détention des étrangers dans les six centres
fermés, dressé par dix ONG flamandes et
francophones, est inquiétant.

Malgré l'obligation d'établir un rapport annuel
transmis au ministre, aucune évaluation globale
des conditions d'accueil n'a été réalisée jusqu'à
présent, empêchant les autorités de connaître la
situation et de se conformer à leurs obligations
internationales. Une telle évaluation est-elle en
préparation ?


Selon l'état des lieux des ONG, entre 25 % et 30 %
des rétentions se concluraient par des libérations. À
cet égard, le récent arrêt du Conseil d'État dans
l'affaire d'une petite fille de dix-neuf mois retenue
quinze jours en centre fermé avec sa mère est de
nature à nous interpeller.



La durée de détention ne cesserait d'augmenter
depuis 2002, de vingt-six à trente-trois jours, ainsi
que le nombre d'enfants retenus. Le nombre
d'isolements disciplinaires serait en augmentation,
témoignant d'un malaise au sein de ces
établissements.

Les ONG dénoncent la présence inappropriée dans
les centres fermés de personnes porteuses de
problèmes physiques et psychiques. Le service
médical et social serait trop dépendant de l'autorité.
La détention a des effets négatifs, principalement
sur les personnes les plus vulnérables : mineurs,
femmes enceintes, etc.

L'Office des étrangers tient-il compte de la situation
des personnes vulnérables ? Qu'en est-il des soins
médicaux accessibles aux personnes retenues ?
Quelle et la qualité de l'accompagnement social et
psychologique accessible dans les centres
fermés ?
08.01 Talbia Belhouari (PS): Het verslag van tien
Vlaamse en Franstalige ngo's over de opsluiting
van vreemdelingen in de zes gesloten centra is
onrustwekkend.

Ondanks de verplichting om een jaarlijks rapport
aan de minister te bezorgen, werden de
opvangvoorzieningen en ­omstandigheden tot op
heden niet in hun geheel beoordeeld. Daardoor
krijgt de overheid geen zicht op de situatie en kan
ze haar internationale verplichtingen onmogelijk
nakomen. Staat er zo'n beoordeling op stapel?

Volgens de balans van de ngo's worden 25 tot 30
procent van de personen die worden opgesloten,
uiteindelijk ook vrijgelaten. In dat opzicht kan het
recente arrest van de Raad van State betreffende
een meisje van negentien maanden dat samen met
haar moeder gedurende twee weken in een
gesloten centrum werd opgesloten, ons niet
onberoerd laten.

Sinds 2002 neemt de duur van de opsluiting toe -
van 26 tot 33 dagen -, evenals het aantal
opgesloten kinderen. Ook het aantal gevallen van
isolatie wegens tuchtredenen gaat in stijgende lijn,
wat wijst op een malaise in die instellingen.


De ngo's protesteren voorts tegen de onterechte
aanwezigheid van personen met lichamelijke en
psychologische problemen in de gesloten centra.
De medische en sociale dienst zou te afhankelijk
zijn van de overheid. De opsluiting heeft een
negatief effect, vooral op de meest kwetsbaren:
minderjarigen, zwangere vrouwen, enz.

Houdt de Dienst Vreemdelingenzaken rekening met
de toestand van die mensen? Welke medische
zorgverlening kunnen de opgesloten personen
genieten? Is de sociale en psychologische
begeleiding in de gesloten centra van voldoende
kwaliteit?
Les objections médicales à la détention ou à
l'expulsion relèvent du médecin du centre, qui est
De medische bezwaren tegen de opsluiting of de
uitwijzing worden geformuleerd door de arts van het
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
12
sous contrat avec l'Office. En cas de désaccord
avec le médecin particulier de la personne, l'avis
décisif sera donné par un troisième médecin, lui
aussi dépendant du centre. Comment garantir
l'indépendance de ce dernier ?



Le rapport mentionne des témoignages de
violences et de pressions lors des expulsions ou
après des expulsions ratées. Quels sont les
mécanismes internes de contrôle ? Combien de
plaintes ont été enregistrées ? Quelles réponses y
ont-elles été apportées ?

Comment réagissez-vous aux recommandations de
ces ONG, à la fin du rapport ?

Avez-vous prévu de recevoir les ONG, comme elles
le demandent ?
centrum, die een contract heeft bij de Dienst
Vreemdelingenzaken. Indien er geen akkoord met
de privéarts van de betrokkene wordt bereikt, wordt
het beslissende advies geleverd door een derde
arts die eveneens aan het centrum is verbonden.
Hoe kan de onafhankelijkheid van die laatste
worden gewaarborgd?

In het verslag wordt gewag gemaakt van geweld en
dwang bij uitwijzingen of na mislukte uitwijzingen.
Welke interne controlemechanismen bestaan er?
Hoeveel klachten werden er opgetekend? Hoe
werden die beantwoord?


Wat is uw reactie op de aanbevelingen van de
ngo's achteraan in het verslag?

Zal u de ngo's ontmoeten, zoals ze hebben
gevraagd?
08.02 Patrick Dewael , ministre : (en français) Un
nombre important de personnes sont libérées car il
n'est pas possible d'obtenir un document de voyage
dans un délai raisonnable. Cela ne signifie pas que
leur maintien en centre fermé n'était pas justifié.

La durée du maintien en détention dépend de la
rapidité à laquelle un document de voyage est
délivré, de la volonté des personnes d'accepter leur
rapatriement, des recours introduits, etc.


L'isolement est prévu par l'arrêté royal sur les
centres. Les règles en la matière sont appliquées
strictement. Le nombre d'isolement est à la baisse
et non en augmentation : 778 en 2004, 582 en
2005. La tendance est la même pour 2006.

L'agression au centre fermé 127bis est l'acte d'une
personne isolée qui a commis d'autres actes de
violence et qui refuse obstinément son
rapatriement.

Les ONG ont été invitées à signaler tout
dysfonctionnement à la direction ainsi qu'à l'Office
des étrangers, or aucun cas individuel
problématique n'a été signalé. Je doute, dès lors,
que leur rapport vise une réelle amélioration du
fonctionnement des centres.

Certains témoignages individuels du rapport sont
pris hors contexte, partiels, anciens ou vagues si
bien qu'il est impossible de vérifier objectivement
leur véracité. L'Office des étrangers donnera une
réponse complétée et détaillée à ce rapport.

08.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Een groot
aantal mensen wordt vrijgelaten omdat het
onmogelijk is om binnen een redelijke termijn
reisdocumenten te bekomen. Dat betekent echter
niet dat hun verblijf in een gesloten centrum
ongerechtvaardigd was.

De duur van de opsluiting hangt af van de termijn
binnen dewelke reisdocumenten worden
afgeleverd, de bereidheid van de betrokkenen om
hun repatriëring te aanvaarden, de ingediende
beroepen, enz.

De isolatie is vastgelegd in het koninklijk besluit
betreffende de centra. De regels ter zake worden
strikt toegepast. Het aantal isolaties stijgt niet maar
daalt: van 778 in 2004 naar 582 in 2005. Die
tendens zet zich voort in 2006.

Het incident in het gesloten centrum 127bis werd
veroorzaakt door één enkele persoon die tevoren
reeds geweld heeft gepleegd en die zich
hardnekkig tegen zijn repatriëring verzet.

De NGO's werden verzocht elke mogelijke
disfunctie aan de directie en de Dienst
Vreemdelingenzaken te melden. Er werd echter
geen enkel individueel probleem gesignaleerd. Ik
betwijfel dan ook of hun verslag echt een betere
werking van de centra beoogt.

Sommige individuele getuigenissen in het verslag
ontbreekt het aan context, andere zijn onvolledig,
achterhaald of vaag, zodat de juistheid ervan
onmogelijk op een objectieve manier kan worden
nagegaan. De Dienst Vreemdelingenzaken zal een
volledig en gedetailleerd vervolg aan dit verslag
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
13

Les centres sont régulièrement confrontés à des
personnes se trouvant dans une détresse
psychologique, médicale ou sociale. Dans tous les
cas, une solution est recherchée.
breien.

De centra worden regelmatig geconfronteerd met
personen die in geestelijke, medische of sociale
nood verkeren. In alle gevallen wordt naar een
oplossing gezocht.
J'ai obtenu un budget pour engager davantage de
personnel psychologique et social.


Les occupants souffrant d'un problème de santé
peuvent poursuivre leur traitement dans les
centres. La décision de les rapatrier est prise au
cas par cas. Lorsque quelqu'un souffre de troubles
psychiques au point de devoir recevoir un
traitement particulier, le centre entre en contact
avec une institution spécialisée, mais là aussi les
places sont limitées et la langue peut poser
problème.

Une décision de rapatriement tient compte des
possibilités de suivi dans le pays d'origine.


Les médecins employés dans les centres travaillent
en toute indépendance, conformément aux règles
déontologiques de leur profession.


Les centres sont évalués de manière continue.
Divers projets pour humaniser les centres sont
organisés.

Des instructions sont données en interne au sujet
de l'emploi de la force. Un comité de contrôle est
chargé d'examiner les plaintes. En cas de
dérapage, des sanctions sont prises, mais les
étrangers s'opposent de plus en plus violemment à
leur rapatriement.

Ik heb begrotingskredieten verkregen voor de
indienstneming van meer personeelsleden voor het
verlenen van psychologische en sociale bijstand.

De bewoners met gezondheidsproblemen kunnen
hun behandeling in het centrum voortzetten. De
beslissing inzake repatriëring wordt geval per geval
genomen. Wanneer iemand met psychische
problemen kampt en een bijzondere behandeling
moet krijgen, neemt het centrum contact op met
een gespecialiseerde instelling, maar ook daar zijn
de plaatsen beperkt en kan de taal van de
betrokkene voor problemen zorgen.

Bij een beslissing tot repatriëring wordt rekening
gehouden met de mogelijke follow-up in het land
van herkomst.

De artsen die in het centrum werkzaam zijn,
kunnen hun werk in alle onafhankelijkheid
verrichten, overeenkomstig de deontologische
regels van hun beroep.

De centra worden continu geëvalueerd. Er lopen
diverse projecten om de centra een menselijker
karakter te geven.

Op intern vlak worden er instructies over het
gebruik van geweld gegeven. Klachten worden
onderzocht door een controlecomité. Als een en
ander uit de hand loopt, volgen er sancties, maar
de buitenlanders verzetten zich almaar
gewelddadiger tegen hun repatriëring.
08.03 Talbia Belhouari (PS): J'aurais souhaité
davantage de précisions.
08.03 Talbia Belhouari (PS): Ik had graag meer
toelichtingen gewild.
Ne peut-on auditionner ces dix ONG, qui sont
réputées pour leur travail ? On pourrait encore aller
plus loin pour trouver les bonnes réponses à la
situation actuelle.
Kunnen we die tien ngo's, die befaamd zijn voor
hun werk, niet voor een hoorzitting uitnodigen? We
zouden zelfs nog verder kunnen gaan om gepaste
oplossingen voor de huidige toestand te vinden.
08.04 Patrick Dewael, ministre : (en français) Je
suis en contact régulier avec ces organisations, qui
sont associées aux études. On les a même
auditionnées au sein de la commission lors de la
discussion de la modification de la législation.
08.04 Minister Patrick Dewael (Frans): Ik heb
regelmatig contact met die organisaties, die bij de
studies betrokken zijn. We hebben ze zelfs gehoord
in de commissie tijdens de bespreking van de
wetswijziging.
08.05 Talbia Belhouari (PS) : Dans le cadre de 08.05 Talbia Belhouari (PS): Kan het debat
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
14
l'étude que vous avez commanditée sur la position
des mineurs dans les centres, pourra-t-on ouvrir à
nouveau le débat ?
opnieuw worden aangezwengeld in het kader van
de studie die u over de positie van de minderjarigen
in de gesloten centra hebt besteld?
08.06 Patrick Dewael, ministre (en français) : Il
faut d'abord attendre qu'arrive le rapport que j'ai
commandé. C'est une question de semaines.
08.06 Minister Patrick Dewael (Frans): We moeten
eerst het bestelde verslag afwachten. Dat is een
kwestie van weken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de Mme Nahima Lanjri au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
procédure d'expulsion d'une personne
suspectée de meurtre" (n° 13067)
09 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de uitwijzingsprocedure van een
verdachte in een moordzaak" (nr. 13067)
09.01 Nahima Lanjri (CD&V) : Un homme en
séjour illégal dans notre pays a récemment fait
l'objet d'une arrestation dans le cadre d'une affaire
criminelle. Le suspect a été relâché pour vice de
procédure. Seul l'ordre de quitter le territoire lui a
été signifié. Dans l'optique de son rapatriement, il
aurait été possible de le retenir dans un centre
fermé, mais cela n'a pas été fait. Il n'a pas non plus
été procédé à son rapatriement immédiat.

Ne s'agissait-il pas clairement, dans le cas présent,
d'un individu dangereux pour la société? Pourquoi
n'a-t-il pas été maintenu dans un centre fermé,
alors que de nombreuses personnes et familles qui
y séjournent ne sont pas du tout dangereuses? Où
se trouve-t-il en ce moment? Fait-il encore l'objet
d'un suivi ?
09.01 Nahima Lanjri (CD&V): Een man die
illegaal in ons land verblijft, werd onlangs opgepakt
in verband met een moordzaak. De verdachte werd
vrijgelaten wegens procedurefouten. Hij kreeg
enkel het bevel om het grondgebied te verlaten.
Met het oog op repatriëring had men hem kunnen
opnemen in een gesloten centrum, maar dat
gebeurde niet. Er werd ook niet overgegaan tot een
onmiddellijke repatriëring.

Was hier niet duidelijk sprake van een gevaar voor
de samenleving? Waarom werd deze man niet
opgenomen in een gesloten centrum, terwijl veel
mensen en gezinnen in gesloten centra helemaal
niet gevaarlijk zijn? Waar bevindt deze persoon
zich op dit moment? Wordt hij nog opgevolgd?
09.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Selon la lettre collective numéro 84 de la Justice du
24 décembre 2004, les étrangers incarcérés en
Belgique peuvent, au moment où ils devraient être
libérés, être maintenus en prison et mis à la
disposition de l'Office des étrangers en vue de leur
éloignement. Par conséquent, M. Zarhaoui a été
mis à la disposition de l'Office des étrangers le 3
novembre, après la levée de son mandat d'arrêt.
09.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands):
Volgens de collectieve brief nummer 84 van Justitie
van 24 december 2004 kunnen vreemdelingen die
in de gevangenis zitten, op het moment dat zij
zouden worden vrijgelaten, in de gevangenis
weerhouden worden en ter beschikking gesteld van
de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ), met het oog
op hun verwijdering uit ons land. De heer Zarhaoui
werd op 3 november dan ook ter beschikking
gesteld van de DVZ na opheffing van zijn
aanhoudingsmandaat.
La détention administrative en prison est toutefois
limitée à sept jours. En l'occurrence, un
rapatriement direct était impossible, parce que
l'intéressé n'était pas en possession d'un document
de voyage. Le transfèrement vers un centre fermé
n'a pu être effectué dans le délai de sept jours. Le
nombre de transfèrements au départ de la prison
est limité et la priorité est accordée au
transfèrement des condamnés. L'intéressé avait un
casier judiciaire vierge et la justice estimait injustifié
le prolongement de la détention administrative.
Voilà qui explique la délivrance d'un ordre de quitter
De administratieve weerhouding in de gevangenis
is echter beperkt tot zeven dagen. In dit geval was
een rechtstreekse repatriëring onmogelijk, omdat
de betrokkene niet in het bezit was van een
reisdocument. De overbrenging naar een gesloten
centrum kon niet gebeuren binnen de zeven dagen.
Het aantal overbrengingen vanuit de gevangenis is
beperkt en er wordt prioriteit gegeven aan de
overbrenging van veroordeelde personen. De
betrokkene had een blanco strafblad en het gerecht
was van oordeel dat een verdere aanhouding niet
vereist was. Vandaar dat er een bevel werd
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
15
le territoire.
gegeven om het grondgebied te verlaten.
09.03 Nahima Lanjri (CD&V) : Cette affaire me
paraît curieuse. L'intéressé a été remis en liberté à
la suite d'erreurs de procédure. Il n'était pas en
possession d'un document de voyage mais l'ODE
sait qu'il est de nationalité marocaine. Il n'a pas été
rapatrié ni admis dans un centre fermé. Dans ces
derniers, des familles sont parfois enfermées
pendant des mois dans l'attente des documents
nécessaires à leur rapatriement. Je ne comprends
pas pourquoi la détention de l'intéressé n'a pu être
prolongée au-delà de sept jours.
09.03 Nahima Lanjri (CD&V): Ik vind dat
eigenaardig. De betrokkene werd vrijgelaten
omwille van procedurefouten. Hij had geen
reisdocument, maar DVZ weet dat hij de
Marokkaanse nationaliteit heeft. Hij werd niet
gerepatrieerd en ook niet opgenomen in een
gesloten centrum. In gesloten centra zitten
sommige gezinnen soms maanden opgesloten in
afwachting van de juiste documenten die nodig zijn
voor de repatriëring. Ik begrijp niet dat deze
persoon niet langer dan zeven dagen zou kunnen
worden vastgehouden.
09.04 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
Le maintien en détention de cette personne ne
relève pas de mon autorité mais de celle de la
Chambre du conseil. En vertu de la législation
relative aux étrangers, je peux seulement placer
une personne dans un centre fermé en vue de son
rapatriement. Si ce n'est pas possible, je ne suis
pas en mesure de prolonger indéfiniment la
détention.
09.04 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Of
deze persoon aangehouden moest blijven, is geen
beslissing van mij, maar van de Raadkamer. Ik kan
alleen op basis van de vreemdelingenwetgeving
iemand in een gesloten centrum onderbrengen met
het oog op zijn repatriëring. Als dat niet mogelijk is,
kan ik zo'n aanhouding niet eindeloos rekken.
09.05 Nahima Lanjri (CD&V) : Certaines
personnes restent pourtant des mois en centre
fermé ? Pourquoi n'était-ce pas possible dans ce
cas-ci ?
09.05 Nahima Lanjri (CD&V): Maar sommige
mensen zitten toch maanden in een gesloten
centrum? Waarom kon dat dan niet in dit geval?
09.06 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
L'Office des étrangers a certainement ses raisons.
Dans ce dossier, l'impossibilité du rapatriement de
cette personne a peut-être été constatée assez
rapidement. L'incarcération dans un centre fermé
n'est possible qu'en cas de rapatriement ultérieur
de la personne. L'incarcération est toujours aussi
brève que possible. Si le rapatriement ne peut être
effectué, je dois en tirer mes conclusions.
09.06 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Daar
heeft DVZ natuurlijk wel een reden voor. In deze
zaak zou het kunnen dat er al vrij snel werd
vastgesteld dat deze persoon niet repatrieerbaar
was. De opname in een gesloten centrum is alleen
mogelijk als de persoon gerepatrieerd zal worden.
De opname wordt altijd zo kort mogelijk gehouden.
Als de repatriëring niet kan worden uitgevoerd,
moet ik daar mijn conclusies uit trekken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
possibilité de recouvrer les frais liés à la
perception immédiate des amendes" (n° 13065)
10 Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de mogelijkheid tot het verhalen van
de kosten verbonden aan de onmiddellijke inning
van de boetes" (nr. 13065)
10.01 Katrien Schryvers (CD&V) : Dans le cadre
du système de la perception immédiate des
amendes, qui est entré en vigueur au printemps,
les zones de police doivent verser à La Poste une
indemnité, dont le coût est important. Or, les
recettes sont versées aux autorités fédérales.

Les zones peuvent-elles obtenir le remboursement
de ces frais auprès des autorités fédérales ? Une
10.01 Katrien Schryvers (CD&V): Voor het
systeem van de onmiddellijke boete-inning, dat in
de lente van start ging, moeten de politiezones een
vergoeding betalen aan De Post. De kosten
daarvan lopen hoog op, terwijl de ontvangsten naar
de federale overheid gaan.

Kunnen de zones deze kosten verhalen bij de
federale overheid? Is er compensatie mogelijk via
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
16
compensation est-elle envisageable par le biais du
Fonds de la sécurité routière ? Ne serait-il pas plus
logique de faire supporter les frais de La Poste
directement par les autorités fédérales ?
het Verkeersveiligheidfonds? Is het niet logischer
om de kosten van De Post rechtstreeks door de
federale overheid te laten dragen?
10.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
La circulaire des ministres de la Mobilité et de
l'Intérieur relative aux plans d'action `Sécurité
routière 2006' prévoit que les zones de police
peuvent intégrer dans leur plan d'action - dans le
cadre du Fonds de la sécurité routière - les frais
qu'elles paient à La Poste pour la perception des
amendes. Les montants du Fonds de la sécurité
routière constituent des moyens fédéraux. Je suis
toutefois disposé à examiner la suggestion de Mme
Schrijvers.
10.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): De
rondzendbrief van de ministers van Mobiliteit en
Binnenlandse Zaken inzake de actieplannen
'Verkeersveiligheid 2006' bepaalt dat de
politiezones de kosten die ze aan De Post moeten
betalen voor de inning van de boetes, mogen
opnemen in hun actieplan in het kader van het
Verkeersveiligheidsfonds. De bedragen uit het
Verkeersveiligheidsfonds zijn federale middelen. Ik
ben wel bereid de suggestie van mevrouw
Schrijvers te onderzoeken.
10.03 Katrien Schryvers (CD&V) : Je me réjouis
de l'entendre. Le problème est toutefois qu'on ne
peut chiffrer au préalable l'ampleur des coûts pour
toute une année. Le calcul pourrait être basé sur
les coûts de l'année précédente.
10.03 Katrien Schryvers (CD&V): Daar ben ik blij
om. Een probleem is wel dat men niet op voorhand
kan weten hoe hoog de kosten zullen zijn voor een
heel jaar. Misschien kan de berekening gebeuren
op basis van de kosten van het jaar ervoor.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
procédures que les services de police sont tenus
de suivre en cas de saisie-exécution mobilière"
(n° 13066)
11 Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de procedures die de politiediensten
moeten volgen bij uitvoerend beslag op roerende
goederen" (nr. 13066)
11.01 Katrien Schryvers (CD&V) : Lorsqu'un
huissier doit faire sauter une serrure et la remplacer
car les habitants en question sont absents, la clé de
la nouvelle serrure est souvent confiée à la police.
Un message est laissé aux habitants, les informant
qu'ils peuvent venir retirer la clé au bureau de
police. Cependant, certaines zones refusent de
conserver ces clés car il n'existe aucune disposition
réglementaire en la matière.

Les services de police ont-ils le droit de refuser de
conserver des clés ? Quelles procédures faut-il
suivre à cet égard ?
11.01 Katrien Schryvers (CD&V): Wanneer een
deurwaarder een slot moet uitbreken en vervangen
omdat de bewoners in kwestie niet thuis zijn, wordt
de sleutel van dat nieuwe slot vaak aan de politie
gegeven. Voor de bewoner wordt het bericht
achtergelaten dat hij de sleutel op het politiekantoor
kan afhalen. Sommige zones weigeren echter om
deze sleutels bij te houden omdat er geen
reglementaire bepalingen over bestaan.

Mogen politiediensten de bewaring van sleutels
weigeren? Welke procedures moeten er worden
gevolgd?
11.02 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais):
Le Code judiciaire ne précise pas ce qui doit
advenir de la clé d'une nouvelle serrure posée par
un huissier. La tradition veut que la clé soit confiée
à la police, car celle-ci est présente au moment de
la visite de l'huissier et dispose de bureaux
accessibles en permanence.
11.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands: Het
Gerechtelijk Wetboek bepaalt niet wat er moet
gebeuren met de sleutel van een door de
deurwaarder nieuw geplaatst slot. De traditie wil dat
de sleutel aan de politie wordt gegeven. Die is
immers aanwezig bij het deurwaarderbezoek en
heeft permanent toegankelijke kantoren.
La collaboration entre l'huissier de justice et la
police donnant parfois lieu à des frictions, les
« missions inappropriées de la police » seront
définies dans la circulaire qui sera publiée
Omdat de samenwerking tussen de
gerechtsdeurwaarder en de politie soms tot fricties
leidt, zullen de 'oneigenlijke taken van de politie'
worden opgenomen in de circulaire die eerstdaags
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
17
prochainement.

A ce propos, un protocole-cadre a été conclu avec
la Chambre nationale des huissiers de justice et il a
été prévu que les chambres d'arrondissement
peuvent conclure des accords avec la police locale.
Le protocole-cadre prévoit en outre que l'huissier
délivre la clé au bureau de police dans une
enveloppe fermée dans les zones où une
permanence est assurée 24h sur 24. Dans les
zones où une telle permanence n'est pas assurée,
un protocole complémentaire doit être conclu. En
tout cas, la police ne doit jouer aucun rôle actif et
doit seulement mettre la clé à la disposition de
l'habitant.
wordt gepubliceerd.

Er is in dit verband een kaderprotocol afgesloten
met de Nationale Kamer van
Gerechtsdeurwaarders en is er bepaald dat de
arrondissementele kamers akkoorden kunnen
sluiten met de lokale politie. Het kaderprotocol
bepaalt dat de deurwaarder de sleutel in een
gesloten omslag op het politiebureau afgeeft in
zones met een 24-urenpermanentie. In zones
zonder die permanentie moet een aanvullend
protocol worden afgesloten. De politie moet in ieder
geval geen actieve rol spelen en moet enkel de
sleutel ter beschikking houden voor de bewoner.
11.03 Katrien Schryvers (CD&V) : Je me réjouis
que cette question soit bientôt clarifiée.
11.03 Katrien Schryvers (CD&V): Ik ben tevreden
dat hierover duidelijkheid zal komen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de M. Guido De Padt au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "l'élection
des membres du conseil de police" (n° 13080)
12 Vraag van de heer Guido De Padt aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de verkiezing van de
politieraadsleden" (nr. 13080)
12.01 Guido De Padt (VLD) : Les bourgmestres
dont la commune fait partie d'une zone
pluricommunale sont membres de droit du conseil
de police. Le bourgmestre sortant qui devient
conseiller communal dans le cadre du mandat
suivant, peut poser sa candidature pour un mandat
de membre du conseil de police. En cas de partage
des voix, la priorité est donnée à la personne qui,
au moment de l'élection, a exercé au sein du
conseil le mandat le plus long et sans interruption.

Le bourgmestre qui siège de droit au conseil est-il
considéré comme un mandataire de police
?
Autrement dit : peut-il bénéficier de la priorité en
cas de partage des voix ?
12.01 Guido De Padt (VLD): Burgemeesters wier
gemeente deel uitmaakt van een
meergemeentezone, zijn van rechtswege lid van de
politieraad. Een uittredend burgemeester die in de
volgende bestuursperiode gemeenteraadslid wordt,
kan zich kandidaat stellen voor een mandaat van
politieraadslid. Als de stemmen staken, wordt
voorrang gegeven de persoon die op het ogenblik
van de verkiezing het langst en zonder
onderbreking een mandaat in de raad heeft.

Wordt de burgemeester die van rechtswege in de
raad zetelt, beschouwd als een politiemandataris?
Kan hij met andere woorden voorrang krijgen
wanneer de stemmen staken?
12.02 Patrick Dewael, ministre
(en
néerlandais) : Le bourgmestre n'est pas seulement
membre du collège de police au sein du conseil de
police, il fait aussi partie du groupe des
représentants de sa commune. Il exerce donc un
mandat au conseil de police.

Quant à savoir si le bourgmestre sortant peut
bénéficier de la priorité en cas de partage des voix
lors de l'élection du conseil, cela dépend du
moment où les élections ont lieu. En vertu de la
proposition de loi de MM. Giet et Bacquelaine, qui a
été adoptée, il ne s'agira d'ailleurs plus d'une date
fixe mais d'une période.
12.02 Minister Patrick Dewael (Nederlands): De
burgemeester is in de politieraad niet alleen lid van
het politiecollege, hij maakt ook deel uit van de
groep vertegenwoordigers van zijn gemeente. Hij
oefent dus een mandaat uit in de politieraad.


Of een uittredend burgemeester al dan niet
voorrang kan krijgen wanneer de stemmen staken
bij de raadsverkiezing, hangt af van het moment
van de verkiezing. Door het goedgekeurde
wetsvoorstel van de heren Giet en Bacquelaine zal
dat trouwens geen vaste datum meer zijn, maar
een periode.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
18
Si le successeur du bourgmestre sortant n'a pas
encore été assermenté au moment de l'élection, le
bourgmestre sortant est encore bourgmestre et, par
voie de conséquence, membre du conseil de
police. Si le nouveau bourgmestre a déjà été
assermenté, l'ancien bourgmestre est « un candidat
qui était auparavant membre du conseil de police »
et il a alors un grade en dessous dans l'ordre de
priorité.

L'ancienneté des membres du conseil est calculée
comme suit : pour un bourgmestre, la durée du
mandat est prise en compte intégralement ; pour un
membre élu du conseil, la durée du mandat couvre
la période allant de l'installation de l'ancien conseil
jusqu'à l'élection du nouveau.
Als de opvolger van de uittredende burgemeester
nog niet is beëdigd op het moment van de
verkiezing, is de burgemeester zelf nog
burgemeester en dus lid van de politieraad. Als de
nieuwe burgemeester al beëdigd is, is de oude
burgemeester 'een kandidaat die voorheen lid was
van de politieraad' en staat hij een graad lager in de
orde van voorrang.

De anciënniteit als raadlid wordt als volgt berekend:
voor een burgemeester wordt de hele periode van
zijn ambt gerekend; voor een verkozen raadslid
duurt een mandaat vanaf de installatie van de oude
raad tot aan de verkiezing van de nieuwe.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Questions jointes de
- M. Mohammed Boukourna au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
transposition de la directive 2003/9/CE relative à
des normes minimales pour l'accueil des
demandeurs d'asile" (n° 13117)
- Mme Nahima Lanjri au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "l'entrée en vigueur de
la loi sur l'accueil des demandeurs d'asile"
(n° 13161)
13 Samengevoegde vragen van
- de heer Mohammed Boukourna aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de omzetting in Belgisch recht van
de richtlijn 2003/9/EG tot vaststelling van
minimumnormen voor de opvang van
asielzoekers" (nr. 13117)
- mevrouw Nahima Lanjri aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de inwerkingtreding van de
opvangwet voor asielzoekers" (nr. 13161)
13.01 Mohammed Boukourna (PS) : La directive
européenne 2003/9/CE du 27 janvier 2003 relative
aux normes minimales pour l'accueil des
demandeurs d'asile dans les États membres devait
être transposée par ceux-ci en février 2005.

La commission de la Santé publique a voté le projet
de loi du ministre Dupont sur l'accueil des
demandeurs d'asile et de certaines autres
catégories d'étrangers. Le gouvernement a déposé
un amendement concernant l'accueil des mineurs
non accompagnés. Ces deux textes transposent
partiellement la directive 2003/9.

L'avis du Conseil d'État relatif à ce projet de loi dit
que celui-ci précise ne régir que l'accueil des
demandeurs d'asile dans des structures dites
"ouvertes", à l'exclusion du régime applicable aux
centres fermés. De la sorte, les dispositions de la
directive 2003/9/CE qui traitent des demandeurs
d'asile "placés en rétention" ne sont pas
transposées. L'avis ajoute qu'une telle façon de
procéder ne peut être admise et que, dès lors que
la directive prend en considération les demandeurs
d'asile "placés en rétention" pour ne fixer que des
exigences minimales en matière d'accueil, il faut
que les conditions d'accueil qui leur sont
13.01 Mohammed Boukourna (PS): De Europese
richtlijn 2003/9/CE van 27 januari 2003 over de
minimumnormen voor de opvang van asielzoekers
moest voor februari 2005 door de lidstaten worden
omgezet.

De Commissie voor de Volksgezondheid heeft het
wetsontwerp van minister Dupont over de opvang
van asielzoekers en sommige andere categorieën
vreemdelingen aangenomen. De regering heeft een
amendement ingediend over de opvang van niet-
begeleide minderjarigen. Die twee teksten vormen
een gedeeltelijke omzetting van de richtlijn 2003/9.

Het advies van de Raad van State over dit
wetsontwerp stelt dat deze enkel de opvang van
asielzoekers in zogenaamde "open" structuren
regelt, met uitsluiting van het stelsel dat van
toepassing is op de gesloten centra. Bijgevolg
werden de bepalingen van de richtlijn 2003/9/CE
over de "vastgehouden" asielzoekers niet omgezet.
Het advies voegt eraan toe dat een dergelijke
manier van werken onaanvaardbaar is. Aangezien
de richtlijn de "vastgehouden" asielzoekers
behandelt en louter minimumeisen inzake opvang
vastlegt, moeten de voor hen geldende
opvangvoorzieningen beantwoorden aan de
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
19
applicables répondent aux exigences de la
directive.


Pour rappel, cette directive impose aux États
membres de garantir à tout demandeur d'asile des
conditions d'accueil qui leur assurent un niveau de
vie adéquat pour leur santé ainsi que celle de leur
famille. Elle précise qu'une attention particulière
devra portée aux personnes vulnérables comme les
mineurs et les handicapés ainsi que les personnes
placées en détention.


Bien que son article 14.8 permette aux autorités
publiques de fixer des modalités d'accueil
différentes pour les personnes placées en centres
fermés, la directive précise que cela ne peut être
fait qu'"à titre exceptionnel pendant une période
raisonnable, aussi courte que possible" et que "ces
différentes conditions couvrent, en tout état de
cause, les besoins fondamentaux" en tenant
compte de la situation particulière des personnes
vulnérables.

Actuellement, les conditions et les modalités
d'accueil des demandeurs d'asile en rétention sont
régies par l'arrêté royal du 2 août 2002.
vereisten van de richtlijn, zo stelt de Raad van
State.

Ter herinnering: deze richtlijn verplicht de lidstaten
erop toe te zien dat alle asielzoekers kunnen
worden opgevangen in leefomstandigheden die
aangepast zijn aan hun gezondheid en aan die van
hun familie. Ze verduidelijkt bovendien dat
bijzondere aandacht dient uit te gaan naar
kwetsbare personen zoals minderjarigen en
gehandicapten, alsook naar personen die zijn
opgesloten.

Alhoewel artikel 14.8 van de richtlijn het de
overheid mogelijk maakt om voor de mensen in
gesloten centra andere opvangmodaliteiten te
bepalen, verduidelijkt ze wel dat dit enkel "heel
uitzonderlijk en tijdens een redelijke en zo kort
mogelijke periode" kan gebeuren, en dat "deze
andere opvangmodaliteiten in ieder geval in de
essentiële levensbehoeften moeten voorzien", door
rekening te houden met de bijzondere situatie van
de kwetsbare personen.

Op dit ogenblik worden de opvangmodaliteiten en -
omstandigheden van de opgesloten asielzoekers
geregeld door het koninklijk besluit van 2 augustus
2002.
L'article 135 de cet arrêt royal prévoit que chaque
centre doit établir un rapport annuel transmis au
ministre.
A ce jour, un rapport vous a-t-il été transmis ?

Un récent état des lieux de la détention dans les
centres fermés a été dressé par diverses ONG. Il
apparaît que ces centres ne répondent pas aux
impératifs de la directive 2003/9 surtout pour les
personnes vulnérables, dont les mineurs, les
femmes enceintes, les parents isolés.


Eu égard à l'avis du Conseil d'État, où en est la
transposition de la directive 2003/9 en ce qui
concerne les centres fermés?
Artikel 135 van dat koninklijk besluit bepaalt dat elk
centrum jaarlijks een verslag dient op te stellen dat
aan de minister wordt bezorgd.
Heeft u al een verslag ontvangen?

Diverse ngo's hebben recentelijk een inspectie
verricht van de detentieplaatsen in de gesloten
centra. Het blijkt dat die centra niet voldoen aan de
vereisten waarin de richtlijn 2003/9 voorziet, vooral
voor de kwetsbare personen, onder wie
minderjarigen, zwangere vrouwen, alleenstaande
ouders.

Hoe zit het met de omzetting van de richtlijn 2003/9
inzake de gesloten centra, gelet op het advies van
de Raad van State?
13.02 Nahima Lanjri (CD&V) : Notre pays aurait
dû transposer en droit belge la directive
européenne du 27 janvier 2003 concernant l'accueil
des demandeurs d'asile pour le 6 février 2005.
Nous sommes donc en retard, d'autant que nous
ne savons pas encore quand la loi pourra entrer en
vigueur puisque cette entrée en vigueur est liée à
celle de la loi sur les étrangers telle qu'elle a été
adaptée et pour laquelle de nombreux arrêtés
d'exécution doivent encore être pris. En
commission de la Santé publique, la date du 1
er
avril 2007 a été avancée mais il n'est plus question
13.02 Nahima Lanjri (CD&V): Ons land had de
Europese richtlijn van 27 januari 2003 betreffende
de opvang van asielzoekers voor 6 februari 2005
moeten omzetten in Belgisch recht. We zijn dus te
laat met onze wet, temeer omdat nog niet vaststaat
wanneer een en ander in werking zal kunnen
treden. De inwerkingtreding is namelijk gekoppeld
aan de inwerkingtreding van de aangepaste
vreemdelingenwet, waarvoor nog heel wat
uitvoeringsbesluiten moeten worden genomen. In
de commissie Volksgezondheid werd de datum van
1 april 2007 naar voren geschoven, maar in de
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
20
de cette date dans la note de politique générale.

La loi sur les étrangers et celle portant transposition
de la directive européenne entreront-elles en
vigueur le 1
er
avril 2007 ? Quand les arrêtés
d'exécution seront-ils publiés ?
beleidsbrief is van die datum geen sprake meer.

Treden op 1 april 2007 de hele vreemdelingenwet
en de omgezette Europese richtlijn in werking?
Wanneer worden de uitvoeringsbesluiten
gepubliceerd?
13.03 Patrick Dewael, ministre (en français) : En
ce qui concerne la transposition de la directive
2000/09 du 27 janvier 2003 relative à des normes
minimales pour l'accueil des demandeurs d'asile
dans les États membres, la réglementation des
étrangers est conforme aux dispositions de cette
directive. Ainsi, l'arrêté royal du 8 octobre 1981 a
été modifié afin de supprimer le délai de huit jours
ouvrables après l'arrivée pour remettre un
document à l'étranger entré dans le Royaume sans
être porteur des documents requis et qui se déclare
réfugié. Le texte est donc conforme à la directive
qui prévoit que le demandeur d'asile reçoit un
certificat attestant qu'il a introduit une demande
d'asile dans les trois jours qui suivent le dépôt de
sa demande.

En ce qui concerne les personnes vulnérables,
comme les femmes enceintes ou les personnes
âgées, l'arrêté royal du 2 août 2002 sur les centres
prévoit que chaque occupant a droit à une
assistance médicale et à un accompagnement
social et psychologique. Quant aux mineurs et aux
familles, ce même arrêté prévoit la possibilité de
faire une exception au régime de la vie en groupe
pour l'accueil des familles.

Pour humaniser les centres fermés, du personnel
spécialisé dans l'encadrement de familles avec
enfants - psychologues, assistants sociaux,
enseignants - sera prochainement recruté.


Les centres sont évalués de manière continue par
l'inspection des centres de mon administration et
des adaptations sont faites, le cas échéant. Des
projets de modernisation tels que l'optimalisation du
cadre médical et de l'accueil des différents
occupants, seront concrétisés en 2006 et en 2007.
13.03 Minister Patrick Dewael (Frans): Inzake de
implementering van richtlijn 2000/09 van 27 januari
betreffende de minimumnormen voor de opvang
van asielzoekers in de lidstaten is de regeling die
van toepassing is op de vreemdelingen conform de
bepalingen van bedoelde richtlijn. Het KB van 8
oktober 1981 is gewijzigd met het oog op de
afschaffing van de termijn van 8 werkdagen voor
het uitreiken van een document aan de
vreemdeling die in het Koninkrijk is aangekomen
zonder in het bezit te zijn van de nodige papieren
en die het statuut van asielzoeker vraagt. De tekst
is dus conform de richtlijn die bepaalt dat de
asielzoeker binnen de drie dagen van zijn aanvraag
hiervoor een attest moet krijgen.

Wat kwetsbare personen betreft zoals zwangere
vrouwen en oudere mensen bepaalt het KB van 2
augustus 2002 met betrekking tot de centra dat
iedere asielzoeker recht heeft op medische bijstand
en op sociale en psychologische begeleiding. Voor
minderjarigen en gezinnen voorziet hetzelfde
besluit in de mogelijkheid om een uitzondering toe
te staan wat het leven in groepsverband betreft.


In de nabije toekomst wordt personeel met een
opleiding in het begeleiden van gezinnen met
kinderen ­ psychologen, maatschappelijke werkers,
leerkrachten ­ aangeworven om de centra
humaner te maken.

De centra worden continu geëvalueerd door de
bevoegde inspectie van mijn administratie en zo
nodig worden aanpassingen doorgevoerd.
Moderniseringsplannen zoals het optimaliseren van
de medische omkadering en de opvang van de
verschillende categorieën asielzoekers worden in
2006 en 2007 uitgevoerd.
(En néerlandais) Les lois du 15 septembre 2006
entreront en vigueur en plusieurs phases. La partie
relative à la protection subsidiaire est entrée en
vigueur le 10 octobre 2006 par voie d'arrêté royal.
La deuxième partie traite principalement du
fonctionnement du Conseil d'État et entrera
automatiquement en vigueur le 1
e
décembre 2006.
La partie la plus volumineuse entrera en vigueur au
printemps 2007.

Les arrêtés d'exécution sont également rédigés en
(Nederlands) De wetten van 15 september 2006
zullen gefaseerd in werking treden. Het gedeelte
over de subsidiaire bescherming trad op 10 oktober
2006 in werking via een KB. Het tweede deel
handelt vooral over de werking van de Raad van
State en zal automatisch in werking treden op 1
december 2006. Het grootste deel treedt in werking
in de lente van 2007.


Ook de uitvoeringsbesluiten worden in stappen
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
21
plusieurs phases. La procédure devant le Conseil
du Contentieux des Étrangers ainsi que la
procédure de cassation devant le Conseil d'État
constituent des priorités. Les arrêtés royaux à
paraître dans le courant de 2007 sont déjà en cours
de rédaction. L'entrée en vigueur de la loi sur
l'accueil n'est donc nullement hypothéquée.
opgesteld. Prioriteit gaat naar de procedure bij de
Raad voor Vreemdelingenbetwistingen en de
cassatieprocedure bij de Raad van State. Ook de
KB's die er in de loop van 2007 moeten zijn,
worden nu al geschreven. De inwerkingtreding van
de opvangwet is dus niet gehypothekeerd.
13.04 Mohammed Boukourna (PS) : Votre
réponse m'étonne car ma question portait sur l'état
d'avancement de la transposition de cette directive.
La directive sera-t-elle un jour intégrée en tant que
telle ou son esprit sera-t-il transposé via des
exceptions qui seront intégrées dans différents
projets de loi? J'espère avoir l'occasion d'obtenir
davantage de précisions.
13.04 Mohammed Boukourna (PS): Uw antwoord
verbaast me, want ik had eigenlijk gevraagd hoever
het met de omzetting van die richtlijn staat. Zal de
richtlijn ooit als dusdanig in onze wetgeving worden
opgenomen of zal de geest van de richtlijn worden
omgezet via uitzonderingen die in diverse
wetsontwerpen zullen worden geïntegreerd? Ik
hoop dat ik meer uitleg zal krijgen.
13.05 Nahima Lanjri (CD&V) : Le ministre se
borne à répéter ce qui figure dans la note de
politique. Il évoque le printemps 2007, mais en
commission de la Santé Publique, nous
considérions qu'il s'agissait du 1er avril 2007.
13.05 Nahima Lanjri (CD&V): De minister
herhaalt slechts wat in de beleidsbrief staat. Hij
heeft het over de lente van 2007, maar in de
commissie Volksgezondheid gingen wij ervan uit
dat het om 1 april 2007 ging. Wordt die datum
gehaald?
13.06 Patrick Dewael, ministre (en néerlandais) :
J'ai mentionné la date qui se trouve indiquée dans
la note de politique.
13.06 Minister Patrick Dewael (Nederlands): Ik
heb de datum gegeven die in de beleidsbrief staat.
13.07 Nahima Lanjri (CD&V) : Il s'agit d'une
période, et non d'une date.
13.07 Nahima Lanjri (CD&V): Dat is een periode,
geen datum.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de Mme Valérie Déom au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la
décision du Conseil d'État de suspendre
l'expulsion de la petite Manuella" (n° 13127)
14 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de beslissing van de Raad van State
tot schorsing van de uitwijzing van de kleine
Manuella" (nr. 13127)
14.01 Valérie Déom (PS) : Le 8 novembre dernier,
un arrêt du Conseil d'État suspendait l'expulsion de
la petite Manuella, une Congolaise âgée d'un an et
demi, et de sa mère, détenues toutes les deux dans
le centre fermé 127bis. Il évoquait l'intérêt de
l'enfant et les liens familiaux liant l'enfant à son
parrain et sa marraine. Pour rappel, la petite
Manuella est née d'une mère congolaise et d'un
Belge qui refuse de reconnaître sa paternité. Sa
maman a engagé une procédure de recherche de
paternité, laquelle prend un certain temps.



Entre-temps, un avis d'expulsion a été notifié à la
maman qui résidait avec son enfant dans un centre
d'accueil, avant d'être envoyées toutes les deux au
centre fermé 127 bis. L'avocat de la maman saisit
14.01 Valérie Déom (PS): In een arrest van 8
november 2006 schortte de Raad van State de
uitwijzing op van de kleine Manuella, een
Congolese peuter van anderhalf, en haar moeder,
die allebei vastzitten in het gesloten centrum
127bis. De Raad beriep zich op het belang van het
kind en de familiebanden tussen het kind en haar
meter en peter. Ter herinnering: Manuella is de
dochter van een Congolese moeder en een
Belgische vader, die het kind niet wil erkennen.
Haar moeder heeft een procedure ingesteld met het
oog op een onderzoek naar het vaderschap, maar
dat neemt enige tijd in beslag.

Intussen werd echter een uitwijzingsdocument
uitgevaardigd tegen de moeder, die met haar kind
in een opvangcentrum zat, waarna beiden naar het
gesloten centrum 127bis gestuurd werden. De
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
22
le Conseil d'État d'un recours en extrême urgence,
soulignant le préjudice grave et difficilement
réparable de la mesure, puisqu'une fois expulsées,
la mère et son enfant auraient difficilement pu faire
jouer la nationalité de la petite fille même après
obtention des résultats des tests de paternité.




Le Conseil d'État, en qualifiant cette décision
d'expulsion de "décision prise avec trop de
légèreté", démontre la nécessité de mener dans
notre pays une politique d'asile respectant
pleinement les obligations internationales basées
sur des critères clairs.
Il soulève aussi la question du respect de
l'ensemble des procédures et des droits des
demandeurs d'asile.
Existe-t-il un service d'audit juridique interne par
rapport aux décisions rendues?

Cette affaire pose de nouveau la question de la
légalité et de l'opportunité de l'enfermement
d'enfants dans les centres fermés. Les décisions
d'enfermement en centre fermé des demandeurs
d'asile ne devraient-ils pas désormais, à l'instar des
détentions préventives, passer automatiquement
tous les mois devant la chambre du conseil afin
d'en vérifier la légalité?

Il ne faut pas oublier que les demandeurs n'ont
commis d'autre crime que de rechercher un avenir
meilleur en Belgique ...
advocaat van de moeder heeft bij
hoogdringendheid een beroep ingesteld bij de
Raad van State, en onderstreepte daarbij de
ernstige en moeilijk ongedaan te maken nadelige
gevolgen van de maatregel, want als moeder en
kind eenmaal het land uitgezet zouden zijn, zouden
ze de nationaliteit van het meisje nog maar moeilijk
kunnen uitspelen, zelfs met de uitslag van de
vaderschapstest in handen.

Volgens de Raad van State werd hier al te
lichtvaardig beslist de betrokkenen uit te wijzen, en
moet ons land een asielbeleid voeren dat gestoeld
is op duidelijke criteria, en met in achtneming van
alle internationale verplichtingen.

De Raad vraagt zich ook af of alle procedures wel
nageleefd werden en of de rechten van de
asielzoekers niet met voeten getreden werden.
Bestaat er een dienst die beslissingen aan een
interne juridische audit kan onderwerpen?

Met deze zaak rijst opnieuw de vraag of de
opsluiting van kinderen in gesloten centra wettelijk
door de beugel kan en wel opportuun is. Zouden
beslissingen om asielzoekers in een gesloten
centrum op te sluiten niet automatisch, zoals
beslissingen tot voorlopige hechtenis, elke maand
door de raadkamer getoetst moeten worden aan de
wettelijke criteria?

Laten we niet vergeten dat deze mensen geen
misdrijf gepleegd hebben, en dat hun alleen maar
verweten kan worden dat ze naar België gekomen
zijn op zoek naar een betere toekomst ...
14.02 Patrick Dewael, ministre (en français) :
Toutes les décisions judiciaires relatives aux
décisions de l'Office des étrangers sont analysées
par son bureau des recours.

Pour le cas précis, le Conseil d'État a suspendu
l'ordre de quitter le territoire pour défaut de
motivation. La jurisprudence du Conseil d'État n'est
pas uniforme sur ce point, ce qui explique le
comportement de mon administration face à une
telle situation.

Un étranger privé de sa liberté peut contester la
légalité de cette décision, via les voies de recours
existantes.

Sur l'enfermement des familles avec enfants dans
les centres, j'ai demandé à un bureau d'étude
extérieur de vérifier s'il existe des alternatives à la
privation de liberté.
14.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Alle
gerechtelijke uitspraken inzake de beslissingen van
de Dienst Vreemdelingenzaken worden door diens
Bureau Beroepen onderzocht.

In het onderhavige geval heeft de Raad van State
het bevel om het grondgebied te verlaten geschorst
omdat het onvoldoende gemotiveerd was. De
rechtspraak van de Raad van State is niet uniform
op dit punt, wat de houding van mijn administratie
ten aanzien van dergelijke situatie verklaart.

Een vreemdeling wiens vrijheid wordt ontnomen
kan de wettigheid van die beslissing via de
bestaande beroepsmogelijkheden betwisten.

Wat de opsluiting van gezinnen met kinderen in die
centra betreft, heb ik een extern studiebureau
verzocht om na te gaan of er geen alternatieven
voor de vrijheidsberoving bestaan.
14.03 Valérie Déom (PS) : Le commentaire du 14.03 Valérie Déom (PS): Het commentaar van
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
23
Conseil d'État est inquiétant. Vous dites qu'il y a
des voies de recours, mais le cas envisagé est
particulièrement difficile, puisqu'il s`agit d'une
enfant d'un an et demi. Malgré un problème de
motivation, on a délivré un avis d'expulsion !



Il faut faire cesser l'arbitraire dans l'examen de ce
type de demande d'asile ou de régularisation. Nous
devons disposer le plus rapidement possible de
critères clairs en matière de régularisation.
de Raad van State is verontrustend. U zegt dat er
beroepsmogelijkheden zijn, maar in het
voorliggende geval ligt dat erg moeilijk omdat het
over een kind van anderhalf jaar oud gaat.
Ondanks het feit dat het negatieve advies
onvoldoende was gemotiveerd, heeft men toch een
uitwijzingsdocument afgeleverd!

Men moet een einde maken aan de willekeur die
heerst bij de beoordeling van dit soort regularisatie-
of asielaanvragen. We moeten zo snel mogelijk
over duidelijke criteria inzake regularisaties
beschikken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Questions jointes de
- Mme Zoé Genot au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "les conditions
d'enfermement révélées par les gardiens de
Vottem" (n° 13129)
- Mme Marie Nagy au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "les suites données au
rapport déposé sur l'état des lieux des centres
fermés" (n° 13148)
- M. Benoît Drèze au vice-premier ministre et
ministre de l'Intérieur sur "l'état des lieux des
centres fermés en Belgique réalisé par les ONG"
(n° 13154)
15 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Zoé Genot aan de vice-eersteminister
en minister van Binnenlandse Zaken over "de
omstandigheden van opsluiting die door de
bewakers van Vottem aan het licht werden
gebracht" (nr. 13129)
- mevrouw Marie Nagy aan de vice-eersteminister
en minister van Binnenlandse Zaken over "de
opvolging van het rapport over de situatie in de
gesloten centra" (nr. 13148)
- de heer Benoît Drèze aan de vice-eersteminister
en minister van Binnenlandse Zaken over "het
rapport van een aantal ngo's over de gesloten
centra in België" (nr. 13154)
15.01 Zoé Genot (ECOLO) : A la suite de l'article
de M. Michel Bouffioux, qui relatait les déclarations
de gardiens du centre fermé de Vottem, et de notre
question orale du 16 novembre en plénière (voir
Compte rendu analytique n° 241, p. 8-10), j'ai pu
rencontrer des gardiens de Vottem, qui sont de
bonne volonté et souhaitent exécuter un travail de
qualité. En revanche, j'ai constaté leur malaise face
à des personnes qu'ils savent être de pauvres gens
qui n'ont rien fait. Ils ont également peur car des
délinquants sont présents dans les centres, de
même que des tuberculeux non soignés. La
situation est donc tendue dans le centre fermé, et
aboutit à des dérapages ou des maltraitances
psychiques et physiques inacceptables. Entre-
temps, la direction du centre soutient une pétition
qui affirme que tout va très bien !



Que peut-on faire à la suite de ces dénonciations
diverses appuyées par le rapport des ONG ?


J'ai demandé au président de la Chambre une
enquête indépendante des médiateurs fédéraux.
15.01 Zoé Genot (ECOLO): Naar aanleiding van
het artikel van de heer Michel Bouffioux, waarin de
verklaringen van de bewakers van het gesloten
centrum van Vottem werden weergegeven, en van
onze mondelinge vraag van 16 november in de
plenaire vergadering (zie Beknopt Verslag nr. 241,
blz. 8-10), had ik de gelegenheid de bewakers van
Vottem te ontmoeten, die van goede wil zijn en hun
werk goed willen doen. Ik heb echter ook hun
gevoel van onbehagen kunnen vaststellen ten
aanzien van de arme mensen die er vastzitten
zonder ergens schuldig aan te zijn. Ze zijn ook
bang, want die centra herbergen ook delinquenten
en niet-behandelde tuberculoselijders. De zenuwen
in het gesloten centrum zijn dus gespannen, wat
leidt tot ontsporingen en tot onaanvaardbaar
psychisch en fysiek geweld. Intussen steunt de
directie een petitie waarin wordt bevestigd dat alles
goed gaat!

Hoe kunnen we reageren op die diverse
aanklachten, die door het verslag van de ngo's
worden bevestigd?

Ik heb de voorzitter van de Kamer om een
onafhankelijk onderzoek door de federale
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
24
Cet organe me paraît excellent pour mener une
telle enquête, et j'espère que les collègues
soutiendront ma demande.

Le Soir révèle aujourd'hui que la justice a entendu
des gardiens pour voir s'il y a lieu d'ouvrir une
instruction. Le ministre compte-t-il demander une
enquête et solliciter, par exemple, le Comité
européen pour la prévention de la torture ?


Dans la déclaration gouvernementale de 2003, il
était prévu que la Belgique crée une institution
nationale de promotion et de protection des droits
de l'homme.
ombudsmannen verzocht. Die instantie lijkt me
geknipt om zo een onderzoek uit te voeren en ik
hoop dat de collega's mijn vraag zullen steunen.

Volgens onthullingen in Le Soir van vandaag, heeft
het gerecht de bewakers gehoord om na te gaan of
een onderzoek moet worden geopend. Is de
minister van plan een onderzoek te vragen en een
beroep te doen op, bijvoorbeeld, het Europees
Comité ter voorkoming van foltering?

De regeerverklaring van 2003 stelde de oprichting
van een nationale instelling ter bevordering en
bescherming van de rechten van de mens in het
vooruitzicht.
Cet organe - indépendant et composé d'experts qui
pourraient se rendre dans les lieux de détention -
n'a pas encore été constitué.

Vous avez fait allusion au comité des plaintes.
Comme c'est le SPF Intérieur qui s'en occupe, on
ne peut parler d'un comité indépendant. Pour que
celui-ci fonctionne mieux, ne pourrait-on pas lui
accorder davantage d'autonomie, par exemple en
confiant l'instruction des plaintes au Centre pour
l'Égalité des chances ?



On a évoqué la transparence : dans ce domaine, il
faut améliorer l'accès des centres fermés,
notamment pour les ONG au sujet des régimes
différenciés. Est-ce prévu ? Les parlementaires
peuvent se rendre dans les centres, mais l'accueil
varie d'un cas à l'autre.


Concernant les cas psychiatriques, vous avez
indiqué vouloir engager des psychiatres et étudier
la possibilité d'un « suivi » plus adapté. Quelles
mesures sont-elles prévues dans le budget 2007 à
cet effet ? Pour les cas psychiatriques en centres
fermés, ne faudrait-il pas faire appel à un
psychiatre indépendant après quarante-huit heures
d'isolement ? Ne faudrait-il pas engager dans
chaque centre un psychologue ne relevant pas de
la direction?
Dat orgaan ­ dat onafhankelijk is en bestaat uit
deskundigen die zich naar de detentiecentra
zouden kunnen begeven ­ werd nog niet opgericht.

U heeft verwezen naar het comité dat bevoegd is
voor de behandeling van de klachten. Aangezien
de FOD Binnenlandse Zaken zich daarmee
bezighoudt, kan men moeilijk van een onafhankelijk
comité spreken. Zou men dat comité met het oog
op een betere werking ervan niet meer autonomie
moeten geven, bijvoorbeeld door het onderzoek
van de klachten aan het Centrum voor gelijkheid
van kansen toe te vertrouwen?

Men heeft het gehad over transparantie: op dat
gebied moet men de ngo's makkelijker toegang
verlenen tot de gesloten centra, met name wat de
uiteenlopende regimes betreft. Zal dat gebeuren?
De parlementsleden kunnen de centra bezoeken,
maar de ontvangst varieert van centrum tot
centrum.

Wat de psychiatrische gevallen betreft, heeft u
gezegd psychiaters in dienst te willen nemen en wil
u de mogelijkheid van een meer aangepaste follow-
up onderzoeken. Welke maatregelen worden
daartoe genomen in het kader van de begroting
2007? Zou men voor psychiatrische gevallen in
gesloten centra geen beroep moeten doen op een
onafhankelijke psychiater na achtenveertig uur
eenzame opsluiting? Zou men in elk centrum geen
psycholoog moeten in dienst nemen die
onafhankelijk is ten aanzien van de directie?
15.02 Patrick Dewael, ministre (en français) : Mme
Genot a épuisé tout le temps de parole, y compris
celui de la réponse et de la réplique !

Le président : Madame Nagy, vous avez compris
ce que cela signifie ?
15.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Mevrouw
Genot heeft al de spreektijd opgebruikt, met
inbegrip van die voor het antwoord en de repliek!

De voorzitter: Mevrouw Nagy, heeft u begrepen
wat dat betekent?
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
25
15.03 Marie Nagy (ECOLO) : Monsieur le ministre,
nous vous avons interpellé la semaine passée sur
la situation des illégaux au centre fermé de Vottem.
Votre réponse, à savoir une enquête sur les faits
précis, est nécessaire mais pas suffisante.


Ces témoignages confirment ce que dénonçaient
les neuf ONG de visiteurs en centres fermés qui ont
publié, le mois dernier, leur état des lieux sur la
détention. Médecins sans frontières a également
affirmé : « La plupart des exemples cités ne sont
pas des cas isolés. Nous sommes témoins de ces
situations dans tous les centres fermés. Les
personnes gravement malades et
psychologiquement affaiblies n'y ont pas leur
place ! ».

Les gardiens ont évoqué le « régime différencié »,
différent de l'isolement disciplinaire. Quel contrôle
existe-t-il sur ce régime ? Celui-ci doit-il être motivé
? Y a-t-il une durée maximale pour ce mode
d'isolement ?

Par ailleurs, à Vottem, l'isolement différencié a lieu
dans la même cellule que l'isolement disciplinaire.
Pourquoi une situation nécessitant une prise en
charge médicale reçoit-elle la même réponse que
celle méritant une sanction ?

Que pensez-vous des recommandations des ONG
en la matière : demander à l'Office des étrangers
de prendre en considération les antécédents
médicaux des personnes avant toute décision de
détention, ne jamais détenir des personnes
gravement malades, permettre à la chambre du
conseil de se prononcer sur l'opportunité des
décisions pour vérifier que ces antécédents étaient
bien pris en compte ?
15.03 Marie Nagy (ECOLO): Mijnheer de minister,
vorige week hebben we u over de toestand van de
illegalen in het gesloten centrum van Vottem
geïnterpelleerd. In uw antwoord stelde u dat er een
onderzoek naar de ware toedracht zou komen. Zo'n
onderzoek is inderdaad nodig, maar onvoldoende.

Die getuigenissen bevestigen wat de negen ngo's
van bezoekers aan de gesloten centra aan de kaak
stelden. Vorige maand hebben ze hun stand van
zaken in verband met de opsluiting gepubliceerd.
De organisatie Artsen zonder Grenzen heeft
eveneens gesteld dat de meeste aangehaalde
voorbeelden geen alleenstaande gevallen zijn en
dat ze die toestand in alle gesloten centra
tegenkomt. Ernstig zieke en psychisch verzwakte
mensen horen daar volgens haar niet thuis.

De bewakers hebben het over een
gedifferentieerde behandeling, verschillend van de
disciplinaire eenzame opsluiting. Hoe wordt er op
die behandeling toegezien? Moet die gemotiveerd
worden? Is die manier van opsluiten in de tijd
beperkt?
In Vottem gebeuren de gedifferentieerde en de
disciplinaire eenzame opsluiting in dezelfde cel.
Waarom wordt er op een situatie die een medische
begeleiding vergt op dezelfde manier gereageerd
als op gedrag dat moet bestraft worden?

De ngo's vragen de Dienst Vreemdelingenzaken
rekening te houden met de medische
voorgeschiedenis vooraleer hij beslist om mensen
op te sluiten, nooit ernstig zieken op te sluiten en
de raadkamer de mogelijkheid te bieden zich over
de opportuniteit van de beslissingen uit te spreken
teneinde na te gaan of er wel degelijk met die
voorgeschiedenis werd rekening gehouden. Hoe
staat u tegenover die aanbevelingen?
Vu la fréquence et l'étendue des problèmes en
centres de détention, n'est-il pas temps de débattre
du fondement de la politique de détention des
étrangers en Belgique et de discuter des
modifications législatives nécessaires ?


Vous aviez déclaré que le rapport des ONG serait
examiné. Où en êtes-vous ?
Rekening houdend met de frequentie en de
omvang van de problemen in detentiecentra, wordt
het niet hoog tijd om een debat te houden over de
grondslag van het beleid inzake de opsluiting van
vreemdelingen in België en over de nodige
wetswijzigingen?

U heeft verklaard dat het verslag van de ngo's zou
worden onderzocht. Hoe ver staat het daarmee?
15.04 Benoît Drèze (cdH) : Le soir même de nos
questions d'actualité, jeudi dernier, trois des quatre
gardiens nous ont répété, à Mme Genot et à moi,
exactement ce qui se trouvait dans le Ciné Télé
Revue
.

Je suis rassuré que le Parti socialiste ait déposé
15.04 Benoît Drèze (cdH): Nog de avond van het
vragenuurtje, vorige donderdag dus, hebben drie
van de vier bewakers aan mevrouw Genot en
mezelf woordelijk herhaald wat in Ciné Télé Revue
stond te lezen.

Het heeft me gerustgesteld dat de PS zeer snel een
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
26
très rapidement une proposition de loi qui ne
souffre d'aucune d'ambiguïté. Les témoignages et
les prises de position de Médecins sans Frontières
sont parfaitement crédibles.
Dans le cadre du rapport qu'elles ont réalisé il y a
plus d'un mois, serait-il possible d'auditionner les
ONG ?

Par ailleurs, la détention ne peut normalement pas
dépasser 24 heures dans une cellule d'isolement;
exceptionnellement elle peut aller jusqu'à 72
heures sur décision du centre et, au-delà de 72
heures, c'est le ministre lui-même qui doit donner
son autorisation. Est-ce bien vous qui apposez
dans ce dernier cas votre signature ?

Enfin, je ne comprends pas qu'après les propos
que vous avez tenus devant la Chambre, la
direction du centre fermé de Vottem ait fait pression
sur son personnel pour signer une pétition
discréditant les témoignages en question. C'est un
double discours. C'est un élément supplémentaire
pour demander que les ONG puissent être
auditionnées au sein de cette commission.
wetsvoorstel heeft ingediend dat aan duidelijkheid
niets te wensen overlaat. De getuigenissen en de
standpunten van Artsen zonder grenzen zijn perfect
geloofwaardig.
Zou het mogelijk zijn, in het licht van hun verslag
van meer dan een maand geleden, de ngo's te
horen?

Normaal gezien mag een persoon niet langer dan
24 uur in een isoleercel worden opgesloten;
uitzonderlijk kan het centrum beslissen tot 72 uur te
gaan en voor opsluitingen van meer dan 72 uur
moet de minister zelf zijn toestemming verlenen.
Klopt het dat u in dat laatste geval uw handtekening
plaatst?

Tot slot begrijp ik niet dat de directie van het
gesloten centrum van Vottem, na uw betoog voor
de Kamer, haar personeel onder druk heeft gezet
om een petitie te ondertekenen waarin die
getuigenissen in twijfel worden getrokken. Er wordt
tegelijkertijd warm en koud geblazen. Dat is een
reden te meer om de ngo's in deze commissie te
horen.
15.05 Patrick Dewael, ministre (en français) : Les
mêmes questions ont déjà été posées la semaine
passée et reviennent constamment sur le tapis.
Pour ce qui est du directeur, c'est vous qui le dites.
Personnellement, j'ai demandé ouvertement que
l'on vienne chez moi et je constate que personne
n'a profité de cette occasion. Demain matin, entre
10 et 11 heures, ma porte leur sera de nouveau
ouverte.

De 2003 à 2006, aucune détention de plus de 72
heures en isolement ne m'a été signalée. En ce qui
concerne l'enquête au centre fermé de Vottem, il
est actuellement difficile d'établir le moment où
l'enquête aboutira. Il importe de vérifier la véracité
des faits avant d'envisager d'éventuelles autres
démarches comme contacter le Comité européen
pour la prévention de la torture.


La Commission des plaintes travaille pour sa part
en toute indépendance par rapport à l'Office des
étrangers. Un contrôle par le Centre pour l'Égalité
des chances est également prévu comme garantie
supplémentaire. Si le résident n'accepte pas ces
procédures administratives ou s'il remet en
question l'indépendance de la Commission, il peut
toujours introduire un recours selon les procédures
juridictionnelles de droit commun.
15.05 Minister Patrick Dewael (Frans): Dezelfde
vragen werden vorige week al gesteld en worden
steeds opnieuw gesteld. Wat u over de directeur
zegt, is voor uw rekening. Ik heb zelf openlijk
gevraagd dat ze tot bij mij zouden komen maar ik
stel vast dat niemand de gelegenheid heeft
aangegrepen. Morgenochtend tussen 10 en 11 uur
ben ik opnieuw bereid hen te ontvangen.


Tussen 2003 en 2006 is mij niet ter kennis gebracht
dat iemand meer dan 72 uur in een isoleercel heeft
gezeten. Wat nu het onderzoek in het gesloten
centrum van Vottem betreft, is het momenteel
moeilijk te zeggen wanneer het onderzoek kan
worden afgesloten. Er moet worden nagegaan in
hoeverre de feiten kloppen vooraleer andere
demarches worden ondernomen zoals contact
opnemen met het Europees comité ter voorkoming
van foltering.
De Klachtencommissie is volkomen onafhankelijk
van de Dienst Vreemdelingenzaken. Als
bijkomende waarborg wordt er ook in een controle
door het Centrum voor gelijke kansen voorzien.
Indien de centrumbewoner deze administratieve
procedures niet aanvaardt of indien hij de
onafhankelijkheid van de Commissie betwist, kan
hij altijd beroep aantekenen volgens de
rechtsprocedures van gemeen recht.
À propos des mesures d'isolement, l'arrêté royal du
2 août 2002 prévoit un régime différencié pour
l'isolement en tant que mesure disciplinaire et la
Wat de afzonderingsmaatregelen betreft, voorziet
het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 in een
verschillende regeling naargelang het om een
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
27
mise en isolement pour raisons médicales en salle
d'infirmerie. Cette deuxième mesure est prise sur
décision du médecin du centre et sa durée dépend
de chaque cas.
Le budget 2007 prévoit un psychologue
responsable de l'accueil des personnes souffrant
de problèmes psychiques et qui ne fera pas partie
de la direction du centre. L'arrêté royal prévoit que
le résident souffrant d'une affection qui ne peut être
traitée convenablement dans le centre est transféré
dans un centre médical spécialisé. Comme je l'ai
déjà dit, le problème est que le nombre de places
disponibles dans une institution spécialisée est
limité et qu'en outre, pour les étrangers ne parlant
pas une des trois langues nationales, il n'est pas
toujours possible de suivre une thérapie. Quant à la
chambre du Conseil, elle tient déjà compte de la
situation médicale des personnes lors de son
contrôle de la légalité.

La commission Vermeersch II a formulé des
propositions concrètes pour améliorer la politique
de détention. Quant au rapport que les ONG ont
rédigé sur les centres fermés, il est examiné par
mon administration. Une réunion à ce sujet est
prévue le 23 novembre avec le directeur général de
l'Office des étrangers. J'estime dès lors prématuré
de me prononcer sur l'opportunité d'auditionner les
rédacteurs de ce rapport. Il est logique que
l'administration s'exprime en premier lieu. En outre,
les ONG ont accès aux centres afin de soutenir les
résidents et non pour contrôler le travail des
centres.
tuchtmaatregel dan wel om de afzondering om
medische redenen in de ziekenzaal gaat. Over die
laatste maatregel beslist de arts van het centrum en
de duur verschilt van geval tot geval.
De begroting 2007 voorziet in een psycholoog die
belast zal worden met de opvang van de personen
die lijden aan psychische aandoeningen en die
geen deel zal uitmaken van de directie van het
centrum. Het koninklijk besluit bepaalt dat de
bewoner die lijdt aan een aandoening die niet
behoorlijk in het centrum kan worden behandeld,
naar een gespecialiseerd medisch centrum wordt
overgebracht. Zoals ik al zei is het aantal
beschikbare plaatsen in een gespecialiseerde
instelling beperkt en is het voor de vreemdelingen
die geen enkele van de drie landstalen machtig zijn,
niet altijd mogelijk een behandeling te volgen. De
Raadkamer houdt reeds rekening met de
gezondheidstoestand van de personen naar
aanleiding van de wettigheidscontrole.
De commissie-Vermeersch II heeft concrete
voorstellen geformuleerd om het detentiebeleid te
verbeteren. Het verslag van de ngo's met
betrekking tot de gesloten centra wordt door mijn
administratie bestudeerd. Op 23 november is een
vergadering in dat verband gepland met de
directeur-generaal van de Dienst
Vreemdelingenzaken. Het lijkt me dus voorbarig me
nu al uit te spreken over de opportuniteit om de
stellers van dat verslag te horen. Het is logisch dat
de administratie eerst wordt gehoord. Bovendien
hebben de ngo's toegang tot de centra om de
bewoners te steunen, niet om de werking van de
centra te controleren.
15.06 Zoé Genot (ECOLO) : Contact a été pris
avec votre cabinet suite à vos propos garantissant
une protection pour les gardiens souhaitant
témoigner.
15.06 Zoé Genot (ECOLO): Naar aanleiding van
uw verklaringen dat bewakers die willen getuigen,
bescherming zouden krijgen, werd contact
opgenomen met uw kabinet.
Le délégué de votre cabinet nous a répondu qu'il
ne savait pas et nous a renvoyés vers le site de la
Chambre.
Uw kabinetsmedewerker heeft ons geantwoord dat
hij het niet wist en heeft ons verwezen naar de
website van de Kamer.
15.07 Patrick Dewael, ministre (en français) : Mon
service de presse n'est pas censé interpréter ce
que j'ai dit clairement à la Chambre.
15.07 Minister Patrick Dewael (Frans): Mijn
persdienst wordt niet verondersteld een
interpretatie te geven aan hetgeen ik duidelijk in de
Kamer hebt gezegd.
Je constate que personne ne s'est manifesté. Mon
cabinet sera ouvert demain non aux ONG mais aux
personnes qui se sont exprimées et qui vivent
aujourd'hui dans le confort d'un certain anonymat.
15.08 Minister Patrick Dewael : Ik stel vast dat
niemand van zich heeft laten horen. Mijn kabinet is
morgen toegankelijk, niet voor de ngo's maar voor
de personen die hun mening hebben geuit en die
vandaag comfortabel in de anonimiteit leven.
15.09 Zoé Genot (ECOLO) : Ces gardiens ont la
volonté de s'exprimer. La justice mène d'ailleurs à
15.09 Zoé Genot (ECOLO): Die bewakers willen
hun standpunt kenbaar maken. Justitie voert
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
28
cet égard une « préinstruction ».
Je relève que vous n'êtes a priori pas opposé à une
enquête du Comité européen pour la prévention de
la torture. Pour le reste, j'ai pris acte du fait que,
selon vous, tout fonctionne parfaitement bien dans
vos centres. J'espère que le Parlement pourra
prendre ses responsabilités et obtenir une enquête
indépendante.
daartoe trouwens een vooronderzoek.
Ik onthoud dat u a priori niet tegen een onderzoek
van het Europees Comité ter voorkoming van
foltering gekant bent. Voor het overige noteer ik dat
u vindt dat alles perfect loopt in uw centra. Ik hoop
dat het parlement zijn verantwoordelijkheid zal
kunnen nemen en dat er een onafhankelijk
onderzoek komt.
15.10 Patrick Dewael, ministre (en français) : Je
n'ai pas dit que c'était exclu mais que c'était
prématuré.
15.10 Minister Patrick Dewael (Frans): Ik heb niet
gezegd dat dat uitgesloten is, wel dat het voorbarig
is.
15.11 Marie Nagy (ECOLO) : En ce qui concerne
la commission Vermeersch, nous n'avons jamais
eu l'occasion de débattre de son rapport au
Parlement. Cela mériterait d'être revu. Il ne me
semble pas que vous puissiez dire que tout a été
conclu à ce moment-là, étant donné que la
commission n'a pas discuté du rapport.
15.11 Marie Nagy (ECOLO): Wij hebben nooit de
gelegenheid gehad over het rapport van de
commissie Vermeersch te debatteren. Dat dient
heroverwogen te worden. Volgens mij kan u niet
beweren dat alle conclusies destijds werden
getrokken, aangezien de commissie het rapport niet
heeft besproken.
15.12 Marie Nagy (ECOLO)
: Parmi les
recommandations des rapports des ONG qui vous
ont été adressées, certaines concernaient
clairement les aspects médicaux et psychologiques
de la détention. La Commission vous proposait,
entre autres, que l'Office des étrangers tienne
compte des antécédents médicaux, ce qui ne
semble pas avoir été le cas, et qu'éventuellement la
chambre du Conseil puisse se prononcer sur
l'opportunité de la détention en soulignant
l'importance de rendre ce recours automatique.

J'invite la commission à accepter le principe des
auditions des ONG pour la présentation de leur
rapport.
15.12 Marie Nagy (ECOLO): Een aantal
aanbevelingen uit de verslagen die de ngo's u
bezorgd hebben, gingen duidelijk over de medische
en psychologische aspecten van de opsluiting. De
commissie heeft u onder andere voorgesteld dat de
Dienst Vreemdelingenzaken wel degelijk met de
medische voorgeschiedenis rekening zou moeten
houden, wat blijkbaar niet het geval is geweest, en
dat de raadkamer zich eventueel zou moeten
kunnen uitspreken over de opportuniteit van de
opsluiting. Ze benadrukte daarbij het belang van die
automatische beroepsmogelijkheid.
Ik vraag dat de commissie zich aansluit bij het
principe om de ngo's bij de voorstelling van hun
verslag te horen.
15.13 Benoît Drèze (cdH) : J'entends bien votre
deuxième invitation pour demain entre 10 et 11
heures, avec les mêmes garanties.
15.13 Benoît Drèze (cdH): Ik heb dus begrepen
dat u morgen die mensen onder dezelfde
voorwaarden tussen 10 en 11 uur op uw kabinet wil
ontvangen.
15.14 Patrick Dewael, ministre (en français) :
C'est la dernière !
15.14 Minister Patrick Dewael (Frans): Maar het
is wel de laatste keer dat ik ze uitnodig!
15.15 Benoît Drèze (cdH) : Vous vous êtes à
nouveau engagé à ne pas sanctionner les gardiens
s'ils sortent de l'anonymat pour ce qui concerne
leurs déclarations dans la presse. Accepteriez-vous
qu'ils soient accompagnés par l'un ou l'autre
parlementaire ?
15.15 Benoît Drèze (cdH): U heeft opnieuw de
verzekering gegeven dat de bewakers niet zullen
gestraft worden, indien ze het auteurschap van hun
verklaringen in de pers op zich nemen. Mogen ze
door een parlementslid vergezeld worden?
15.16 Patrick Dewael, ministre (en français) :
Non.
15.16 Minister Patrick Dewael (Frans): Nee.
15.17 Benoît Drèze (cdH) : Sinon, ils ne viendront
pas.
15.17 Benoît Drèze (cdH): Alleen dan zullen ze
bereid zijn te komen.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
29
15.18 Patrick Dewael, ministre (en français) :
Alors ils ne viendront pas. Je tiens à signaler que je
sors de mes compétences puisque normalement
cela relève de la présidente de l'administration de
mon SPF.
15.18 Minister Patrick Dewael (Frans): Dan
komen ze maar niet. Ik wil erop wijzen dat ik buiten
mijn bevoegdheden treed, vermits dit een zaak van
de voorzitter van de administratie van mijn FOD is.
15.19 Benoît Drèze (cdH) : Vous avez également
indiqué qu'on ne vous avait pas signalé de
dépassement au-delà de 72 heures de détention en
cellule d'isolement. J'en conclus que la rumeur qui
court me paraît crédible, à savoir qu'il y aurait dans
certains centres fermés des dossiers bis. Cela
m'inquiète car cela constitue une situation
dangereuse pour l'intégrité des personnes.
15.19 Benoît Drèze (cdH): U heeft ook
aangegeven dat u geen meldingen had ontvangen
van gevallen van opsluiting in een isoleercel langer
dan 72 uur. Ik concludeer hieruit dat de geruchten
blijkbaar geloofwaardig zijn en dat sommige
gesloten centra met 'dubbele' dossiers zouden
werken. Dat verontrust me want dat betekent een
gevaar voor de integriteit van de personen.
15.20 Patrick Dewael, ministre (en français) : Il
est tout aussi dangereux de tirer des conclusions à
partir d'informations non confirmées. Laissez-moi le
temps d'examiner le rapport des ONG, c'est une
question de semaines. Attendons les résultats de
l'enquête. Ensuite, j'informerai le Parlement et nous
pourrons décider ensemble de la façon de procéder
pour les auditions.
15.20 Minister Patrick Dewael (Frans): Het is
even gevaarlijk om conclusies uit niet-bevestigde
informatie te trekken. Gun mij enkele weken om het
verslag van de ngo's te bestuderen. Laten we de
resultaten van het onderzoek afwachten.
Vervolgens zal ik het parlement daarover inlichten
en zullen we samen kunnen beslissen hoe we met
de hoorzittingen te werk gaan.
15.21 Benoît Drèze (cdH) : Nous vous
demandons simplement de préciser : accepterez-
vous une audition une fois le rapport examiné ?
15.21 Benoît Drèze (cdH): We vragen u alleen te
preciseren of u een hoorzitting zal aanvaarden na
kennisneming van het verslag?
15.22 Patrick Dewael, ministre (en français) :
L'administration doit d'abord examiner le rapport.
Ensuite, le ministre viendra au Parlement pour
s'exprimer. Il y a une certaine logique à respecter!
15.22 Minister Patrick Dewael (Frans): De
administratie moet het verslag eerst doornemen.
Daarna komt de minister naar het Parlement om
zich over de zaak uit te spreken. Er moet een
zekere logica worden gevolgd!
15.23 Marie Nagy (ECOLO) : Vous avez eu le
temps de l'examiner depuis près d'un mois.
15.23 Marie Nagy (ECOLO): U hebt al bijna een
maand de tijd gehad om dat te bekijken.
15.24 Patrick Dewael, ministre (en français) : Je
l'ai reçu il y a dix jours! Mais peut-être en avez-vous
pris connaissance avant moi!
15.24 Minister Patrick Dewael (Frans): Ik heb het
tien dagen geleden ontvangen! Maar misschien
heeft u er vóór mij kennis van genomen!
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
16 Question de Mme Zoé Genot au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
violences et vols commis lors des expulsions"
(n° 13130)
16 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het geweld en de diefstallen bij
uitwijzingen" (nr. 13130)
16.01 Zoé Genot (ECOLO) : Plusieurs gardiens du
centre fermé de Vottem m'ont confirmé les faits de
violence et les vols commis lors des expulsions.


Par ailleurs, après l'arrestation des Iraniens de
l'église de Minimes, seuls les vêtements ont été
restitués.
16.01 Zoé Genot (ECOLO): Verscheidene
bewakers van het gesloten centrum in Vottem
hebben me bevestigd dat er bij uitwijzingen
gewelddaden en diefstallen worden gepleegd.

Na hun aanhouding kregen de Iraniërs die de
Miniemenkerk hadden bezet alleen hun kleren
terug.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
30

Comment expliquez-vous ces disparitions d'argent,
de GSM et autres objets. Je pense ici au préjudice
causé aux personnes qui reviennent au centre
fermé après une expulsion avortée?


Le centre fermé rembourse-t-il les objets disparus
lors des tentatives d'expulsion? Remet-il une
deuxième fois de l'argent alors qu'il en avait déjà
donné une première fois lors de la deuxième
tentative d'expulsion?

Comment envisagez-vous de garantir la sécurité
lors des expulsions non volontaires?

Comment peuvent réagir les membres du
personnel des centres fermés face à de tels actes
de violence? Qu'en est-il de l'attitude de la direction
et du corps médical de l'établissement?

Hoe verklaart u dat er geld, gsm's en andere
voorwerpen verdwenen zijn? Ik denk met name aan
de schade berokkend aan personen die na een
mislukte uitwijzing naar een gesloten centrum
terugkeren.

Betaalt het gesloten centrum de voorwerpen terug
die bij een poging tot uitwijzing verdwijnen? Geeft
het bij een tweede poging tot uitzetting de
betrokkenen een tweede maal geld, terwijl ze dat
reeds een eerste maal kregen?

Hoe zal u bij gedwongen uitwijzingen de veiligheid
waarborgen?

Hoe kunnen de personeelsleden van de gesloten
centra op dergelijke gewelddaden reageren? Wat is
de houding van de directie en het medische korps
van de instelling?
16.02 Patrick Dewael , ministre (en français) : Un
dédommagement est prévu si l'Office des étrangers
est tenu pour responsable des dégâts occasionnés
aux biens du ressortissant étranger ou de la perte
de ses biens, lors d'une tentative de rapatriement. Il
s'agit d'un montant fixé au cas par cas et en
concertation avec l'intéressé. Le centre concerné
avertit également les services compétents de
l'Office des étrangers qui dresse un inventaire des
cas afin de pouvoir évaluer la situation de manière
continue. Les rapatriements forcés, qui ont lieu, en
principe, par avion de ligne, sont l'objet d'un
contrôle social important. Par ailleurs, le service
d'inspection de la police fédérale contrôle très
régulièrement le déroulement des rapatriements.



Si un étranger a été blessé au cours d'une tentative
de rapatriement, le personnel du centre fermé doit
le diriger vers le service médical du centre pour que
les soins nécessaires lui soient prodigués et que
les constatations puissent être faites. Il l'informe
également des procédures juridiques possibles. Le
médecin du centre constatera les blessures et
informera le directeur du centre, qui avertira à son
tour les services compétents de l'Office. Les
constatations du médecin seront également
transmises à la police fédérale.

16.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Er is in
een schadevergoeding voorzien wanneer de Dienst
Vreemdelingenzaken aansprakelijk wordt gesteld
voor de beschadiging of het verlies van de
eigendommen van de buitenlandse onderdaan
tijdens een poging tot repatriëring. Het gaat om een
bedrag dat geval per geval en in overleg met de
betrokkene wordt vastgesteld. Het betrokken
centrum waarschuwt tevens de bevoegde diensten
van de Dienst Vreemdelingenzaken die een lijst
opstelt van de gevallen teneinde de situatie continu
te kunnen evalueren. Voor de gedwongen
repatriëringen, die in principe met lijnvliegtuigen
geschieden, is er sprake van grote sociale controle.
Voorts controleert de inspectiedienst van de
federale politie zeer geregeld het verloop van de
repatriëringen.

Wanneer een buitenlander tijdens een poging tot
repatriëring gewond is geraakt, moet het personeel
van het gesloten centrum hem naar de medische
dienst van het centrum overbrengen zodat hem de
nodige medische zorg kan worden verstrekt en de
nodige vaststellingen kunnen worden gedaan. Het
personeel dient de betrokkene tevens over de
mogelijke juridische procedures in te lichten. De
arts van het centrum stelt de verwondingen vast en
informeert de directeur van het centrum, die op zijn
beurt de bevoegde diensten van de Dienst
Vreemdelingenzaken op de hoogte brengt. De
vaststellingen van de arts worden tevens aan de
federale politie meegedeeld.
16.03 Zoé Genot (ECOLO) : Il s'agit d'expulsions
non réussies. Le centre fermé remet aux policiers
une enveloppe contenant les effets personnels.
16.03 Zoé Genot (ECOLO): Het gaat om niet-
geslaagde uitzettingen. Het gesloten centrum
bezorgt de politiemensen een omslag met de
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
31
Lorsque les policiers ramènent l'étranger,
l'enveloppe a disparu ! Je trouve étrange qu'on
rembourse des objets volés par les policiers! Vous
êtes peut être plus mal à l'aise par rapport aux
situations de violences avérées.
persoonlijke bezittingen. Wanneer de politiemensen
de vreemdeling terugbrengen, is de omslag
verdwenen! Ik vind het vreemd dat de betrokkenen
een terugbetaling krijgen voor voorwerpen die door
de politie werden gestolen! U voelt zich wellicht wat
ongemakkelijker wanneer het gaat om situaties
waarin er duidelijk geweld werd gebruikt.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
17 Question de Mme Zoé Genot à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'enfermement de délinquants en centre fermé"
(n° 13131)
17 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie over "het
opsluiten van delinquenten in gesloten centra"
(nr. 13131)
17.01 Zoé Genot (ECOLO) : Force est de
constater une présence croissante de personnes
condamnées par la justice dans les centres fermés.
Ce nouveau public est dangereux tant pour les
sans-papiers que pour les membres du personnel
qui se retrouvent seuls avec quarante personnes
dans des structures totalement inadaptées pour
gérer des délinquants.
Qui, et quand, a-t-on décidé de placer des
condamnés en fin de peine dans les centres
fermés? Combien de cas dénombre-t-on pour ces
quatre dernières années? Quelle est l'évaluation de
cette expérience? Pourquoi ne pas les expulser ou
les libérer directement de la prison?
17.01 Zoé Genot (ECOLO): Ik moet vaststellen
dat gesloten centra steeds meer mensen
herbergen die door het gerecht zijn veroordeeld.
Hun aanwezigheid is gevaarlijk, zowel voor de
mensen zonder papieren als voor de
personeelsleden die alleen veertig personen
moeten bewaken binnen structuren die absoluut
niet geschikt zijn voor de opvang van delinquenten.
Wie heeft de beslissing genomen om
veroordeelden die hun straf zogoed als uitgezeten
hebben, in gesloten centra te plaatsen? Wanneer is
die beslissing genomen? Over hoeveel
veroordeelden ging het de voorbije vier jaar? Hoe
werd dat experiment geëvalueerd? Waarom
worden die mensen niet uitgezet of meteen na hun
verblijf in de gevangenis vrijgelaten?
17.02 Patrick Dewael, ministre (en français) : Au
milieu de l'année 2002, des étrangers ­ qui étaient
des ex-détenus ­ ont été transférés des
établissements pénitentiaires vers des centres
fermés à cause de la surpopulation carcérale.

D'abord, les étrangers administrativement arrêtés
ont purgé leur peine, et leur place n'est plus en
prison. Ensuite, vu leur statut d'étrangers illégaux,
ils peuvent être transférés dans un centre fermé en
vue de leur éloignement. Enfin, ces personnes
remplissent inutilement les prisons déjà
surpeuplées.



Les étrangers incarcérés pour des faits de droit
commun peuvent être maintenus en prison à la fin
de leur peine, en vue de leur éloignement. Le délai
de ce maintien administratif en prison est
cependant limité : à l'expiration d'un délai préétabli,
l'étranger doit être transféré dans un centre fermé
ou rapatrié directement de la prison au pays
d'origine. Toutefois, dans des cas exceptionnels,
l'Office des étrangers peut adresser une demande
17.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Midden
2002 werden vreemdelingen ­ voormalige
gevangenen ­ van gevangenissen naar gesloten
centra overgebracht omdat de penitentiaire
instellingen overbevolkt waren.

Eerst en vooral hebben de vreemdelingen die
administratief werden aangehouden hun straf
uitgezeten, waardoor ze niet langer in de
gevangenis thuishoren. Bovendien kunnen ze,
gezien hun statuut van illegale vreemdeling, naar
een gesloten centrum worden overgebracht met het
oog op hun uitwijzing. Ten slotte nemen die
personen onnodig plaats in reeds overbevolkte
gevangenissen in.

Vreemdelingen die wegens gemeenrechtelijke
feiten werden opgesloten, kunnen na het uitzitten
van hun straf in de gevangenis worden
vastgehouden met het oog op hun uitwijzing. Dat
administratieve gevangenisverblijf is evenwel
beperkt in de tijd: na een vooraf bepaalde termijn
moet de vreemdeling naar een gesloten centrum
worden overgebracht of rechtstreeks van de
gevangenis naar zijn land van herkomst worden
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
32
de maintien en prison à la Direction générale
"Exécution des peines et mesures" du SPF Justice.




Au cours de l'année 2006, 429 ex-détenus ont été
transférés en centres fermés. Cette procédure est
toujours d'application. Les ex-détenus forment en
effet des cas prioritaires d'éloignement du territoire
pour l'Office des étrangers, vu l'atteinte à l'ordre
public dont ils se sont rendus coupables. Pour
accélérer la procédure, l'Office des étrangers a
créé un nouveau service en son sein chargé de
déterminer la nationalité des étrangers détenus afin
qu'ils soient rapatriés le plus rapidement possible
après leur libération.
teruggestuurd. In uitzonderlijke gevallen kan de
Dienst Vreemdelingenzaken het Directoraat-
Generaal Uitvoering van Straffen en Maatregelen
van de FOD Justitie echter verzoeken om de
betrokkene in de gevangenis vast te houden.

In de loop van 2006 werden 429 ex-gedetineerden
naar gesloten centra overgebracht. Die procedure
is nog steeds van toepassing. Bij de uitwijzingen
geeft de Dienst Vreemdelingenzaken immers
voorrang aan deze categorie vreemdelingen omdat
ze de openbare orde hebben verstoord. Om de
procedure te versnellen, heeft de Dienst
Vreemdelingenzaken een nieuwe dienst opgericht
die de nationaliteit van de gevangenen van
vreemde origine moet bepalen teneinde ze na hun
vrijlating zo snel mogelijk te repatriëren.
17.03 Zoé Genot (ECOLO) : La logique d'une
cellule qui essayerait de résoudre les problèmes
avant la libération me paraît être une bonne
démarche.
17.03 Zoé Genot (ECOLO): De benadering
waarbij een cel de problemen vóór de vrijlating
tracht op te lossen, lijkt me een correcte aanpak.
Par contre, le chiffre de 429 délinquants dans les
centres fermés m'inquiète. C'est vraiment
dangereux, et pour le personnel, et pour les sans-
papiers qui sont dans cette situation. Il faudrait
revoir cette façon de fonctionner.
Het cijfer van 429 delinquenten in de gesloten
centra baart mij echter zorgen. Voor het personeel
en voor de mensen zonder papieren die in die
toestand verkeren is het echt gevaarlijk. Die manier
van werken zou herzien moeten worden.
17.04 Patrick Dewael, ministre (en français) : La
loi doit être respectée. Ils constituent un danger
pour l'ordre public, on ne peut pas les maintenir en
prison. Il n'est pas toujours possible d'obtenir les
papiers permettant de les identifier et de les
rapatrier avant expiration de leur peine. Si on ne les
enferme pas dans un centre fermé, que faut-il faire
selon vous? Les libérer?
17.04 Minister Patrick Dewael (Frans): De wet
moet worden nageleefd. Zij betekenen een gevaar
voor de openbare orde en kunnen niet in de
gevangenis worden gehouden. Het is niet steeds
mogelijk documenten te verkrijgen die hun
identificatie en hun repatriëring voor het verstrijken
van hun straf mogelijk maken. Als men ze niet
opsluit in een gesloten centrum, wat moet er dan,
volgens u, met hen gebeuren? Moeten we ze
vrijlaten?
17.05 Zoé Genot (ECOLO) : En tout cas, il ne faut
pas les mettre avec des sans-papiers s'ils
représentent un danger pour l'ordre public. C'est
irresponsable! Les sans-papiers sont maintenant
victimes de racket, de pressions de la part
d'individus dangereux.
17.05 Zoé Genot (ECOLO): Als zij een gevaar
betekenen voor de openbare orde moet in ieder
geval worden vermeden dat ze samen met de
mensen zonder papieren worden ondergebracht.
Dat getuigt van een gebrek aan
verantwoordelijkheidszin! De mensen zonder
papieren komen nu in aanraking met gevaarlijke
individuen en zijn het slachtoffer van praktijken als
afpersing.
C'est le raisonnement tenu par nombre de gardiens
et d'observateurs qui font partie de ce milieu.
17.06 Zoé Genot (ECOLO): Dat is de redenering
van tal van bewakers en waarnemers die in het
veld werkzaam zijn.
17.07 Patrick Dewael, ministre (en français) :
Donc, il faut les enfermer dans un centre fermé
spécialisé.
17.07 Minister Patrick Dewael (Frans): Dus
moeten ze in een gespecialiseerd gesloten centrum
worden opgesloten.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
33
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
18 Question de Mme Marie Nagy au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
conditions de l'évacuation des Iraniens de
l'église des Minimes" (n° 13132)
18 Vraag van mevrouw Marie Nagy aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de omstandigheden waarin de
Iraniërs uit de Miniemenkerk werden gezet"
(nr. 13132)
18.01 Marie Nagy (ECOLO): Monsieur le Ministre
peut-il me confirmer l'utilisation de balles en
caoutchouc lors de l'évacuation par la police de
l'église des Minimes le 8 novembre dernier ? Peut-il
me faire une copie du rapport de mission de cette
évacuation ? Une enquête complémentaire a-t-elle
été demandée ?
Les troupes d'assaut ont-elles fait l'objet de
menaces telles que l'usage des armes ait été
requis ? Certains des occupants étaient-ils armés ?
De manière générale, pouvez-vous me préciser les
conditions dans lesquelles l'usage d'armes à feu
est requis en cas d'intervention des forces de
l'ordre ?
18.01 Marie Nagy (ECOLO): Kan de minister mij
bevestigen dat tijdens de ontruiming van de
Miniemenkerk op 8 november jongsteleden de
politie rubberen kogels heeft gebruikt Kan hij mij
een afschrift bezorgen van het verslag van deze
ontruiming? Werd een bijkomend onderzoek
gevraagd?
Werden de stormtroepen bedreigd zodat het
gebruik van wapens noodzakelijk werd? Waren
bepaalde bezetters bewapend?
Kan u mij meer algemeen meedelen onder welke
voorwaarden het gebruik van vuurwapens is
gewettigd wanneer de ordestrijdkrachten optreden?
18.02 Patrick Dewael, ministre (en français) : Les
services de police ont été contraints d'utiliser des
munitions en caoutchouc et ce, après concertation
avec le bourgmestre et le procureur du Roi,
présents sur les lieux.

Des projectiles ont été utilisés contre trois
personnes dont deux allaient se taillader les veines.
La troisième a dû être neutralisée car elle
s'apprêtait à mettre le feu au produit inflammable
répandu par une autre personne menaçant de
s'immoler.

L'arme utilisée est une arme à létalité réduite
maniée par des personnes entraînées à cet effet.


Le rapport de mission est un document interne
inhérent à la police administrative et judiciaire, que
je ne peux vous fournir. Je ne vois aucune raison
de demander une enquête complémentaire.


Il semble qu'il y ait eu menace directe contre
l'intégrité physique, des auteurs, mais aussi des
autres personnes présentes. La riposte des
policiers a été proportionnelle à la menace. Le fait
de ne pas intervenir aurait constitué un acte de
non-assistance à personne en danger.


L'usage de la force et des armes par les services
de police est précisé par les articles 37 et 38 de la
18.02 Minister Patrick Dewael (Frans): De
politiediensten hebben zich genoopt gezien
rubberen kogels af te vuren en dit na overleg met
de burgemeester en de procureur des Konings die
ter plaatse aanwezig waren.

Kogels werden afgevuurd op drie personen
waarvan twee op het punt stonden zich de polsen
door te snijden. De derde persoon die zich voornam
het ontvlambare product dat was gemorst door een
andere persoon die zichzelf wou verbranden, in
brand te steken, moest geneutraliseerd worden.

Het aangewende wapen is een wapen dat weinig
dodelijk is en dat door speciaal opgeleide mensen
wordt gebruikt.

Het opdrachtverslag is een intern document dat
eigen is aan de administratieve en gerechtelijke
politie en ik kan het u dus niet verschaffen. Er is
volgens mij geen enkele reden om een aanvullend
onderzoek te gelasten.

Naar het schijnt hebben de daders maar ook
andere aanwezigen de fysieke integriteit
rechtstreeks bedreigd. De door de politie ingezette
tegenaanval stond in verhouding tot de gepleegde
feiten. Indien zij niet was opgetreden, had zij zich
schuldig gemaakt aan het niet-bijstaan van een
persoon in nood.

Het gebruik van geweld en van wapens door de
politiediensten wordt geregeld door de artikelen 37
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
34
loi sur la fonction de police. Dans tous les cas
d'usage de la force, les policiers doivent respecter
le principe de légalité, de nécessité et de
proportionnalité.
en 38 van de wet op het politieambt. In alle gevallen
waarin geweld wordt gebruikt, moeten
politiemannen het wettelijkheidsbeginsel, het
noodzakelijkheidsbeginsel en het
evenredigheidsbeginsel in acht nemen.
18.03 Marie Nagy (ECOLO): J'étais présente lors
de l'évacuation et je me demande si le principe de
proportionnalité était d'usage étant donné que la
DSU, de nombreux policiers et des médiateurs
étaient présents pour douze ressortissants iraniens.


Le fait que vous ayez un rapport de police est
important mais l'application effective du principe de
proportionnalité doit être examinée avec beaucoup
d'attention. À un certain moment, il se peut qu'il y
ait une perte de sang-froid.
18.03 Marie Nagy (ECOLO): Ik was bij de
ontruiming aanwezig en vraag me af of het
evenredigheidsbeginsel wel werd nageleefd,
aangezien de DSU, een groot aantal politieagenten
en enkele bemiddelaars aanwezig waren voor
twaalf Iraanse onderdanen.

Het is belangrijk dat u over een politieverslag
beschikt, maar er moet aandachtig worden
nagegaan of het evenredigheidsbeginsel wel werd
nageleefd. Het is mogelijk dat men op een bepaald
ogenblik zijn koelbloedigheid verloren is.
18.04 Patrick Dewael, ministre : (en français)
Heureusement, Madame Nagy, vous étiez là pour
calmer le jeu !
Je vous demande d'avoir un peu le sens des
responsabilités. Je sais que c'est beaucoup vous
demander.
18.04 Minister Patrick Dewael (Frans): Gelukkig
was u daar om de gemoederen te bedaren!

Ik moet u vragen toch enige
verantwoordelijkheidszin aan de dag te leggen, ook
al is dat misschien veel gevraagd.
18.05 Marie Nagy (ECOLO): Un ministre qui gère
si mal un service, en l'occurrence l'Office des
étrangers, ne doit pas venir me donner des leçons
ici. Peu de ministres ont été condamnés par la
Cour européenne des droits de l'homme, comme
vous, sans aucune réaction de leur part.
18.05 Marie Nagy (ECOLO): Van een minister die
er niet eens in slaagt de Dienst
Vreemdelingenzaken naar behoren te beheren,
hoef ik geen lessen te krijgen. Slechts weinig
ministers die een veroordeling opliepen van het
Europese Hof voor de rechten van de mens, lieten
na daarop te reageren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
19 Question de M. Jean-Claude Maene au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
enseignements de la simulation d'accident
nucléaire du 22 juin à la centrale nucléaire de
Chooz" (n° 13142)
19 Vraag van de heer Jean-Claude Maene aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de lessen die werden getrokken uit
de simulatie van een nucleair ongeval in de
kerncentrale van Chooz op 22 juni" (nr. 13142)
19.01 Jean-Claude Maene (PS) : Quels
enseignements tirez-vous de la simulation franco-
française d'accident nucléaire du 22 juin à la
centrale nucléaire de Chooz, dans une zone
frontalière que l'on peut qualifier de franco-belge ?

Une réflexion commune entre la France et la
Belgique a-t-elle eu lieu concernant les canaux
d'information les plus efficaces en cas d'urgence ?

Les itinéraires d'évacuation de la ville de Givet en
cas de catastrophe à la centrale de Chooz passent
par des chemins tracés en Belgique. Une
procédure d'évacuation a-t-elle été établie avec les
autorités belges afin d'éviter un mouvement de
Welke lessen trekt u uit de uitsluitend door de
Franse overheid op touw gezette simulatie van een
nucleair ongeval in de kerncentrale van Chooz op
22 juni, en dit in een grensgebied dat toch als
Frans-Belgisch mag bestempeld worden ?

Hebben Frankrijk en België overleg gepleegd over
de meest doeltreffende informatiekanalen in
spoedeisende gevallen?

De evacuatietrajecten in Givet in geval van ramp in
de kerncentrale van Chooz lopen langs Belgische
wegen. Is een evacuatieprocedure uitgestippeld
met de Belgische overheid om in dringende
gevallen paniek te voorkomen aan de Belgische
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
35
panique à la frontière belge en cas d'urgence ?
grens?
19.01 Patrick Dewael, ministre : (en français) En
cas d'urgence radiologique, notre principal souci
est d'être alertés rapidement et le mieux possible
pour prendre les mesures de protection et les
communiquer à la population. La gestion de la crise
est assurée, en France, par la Préfecture des
Ardennes et en Belgique par le gouverneur de la
Province de Namur pour le fédéral.

Cet exercice a montré le fonctionnement du cycle
de décision et de communication ainsi que le rôle
des acteurs français. La participation belge n'était
pas prévue mais un échange d'informations, jugé
positif, a eu lieu.


Une concertation est en cours avec la France,
concernant l'application efficace de l'accord du 8
septembre 1998 sur la centrale de Chooz et les
échanges d'information en cas d'accident. La
Belgique peut également être avertie par des
instances internationales.

Une réflexion franco-belge concernant l'échange de
population de la France vers la Belgique a donné
lieu à une procédure d'information entre le Préfet
des Ardennes et le gouverneur de la Province de
Namur en cas de crise. Ce canal d'information
direct renforce les procédures binationales existant
par ailleurs. Elle a déjà fonctionné lors des
inondations catastrophiques de la Meuse.
19.01 Minister Patrick Dewael (Frans): Wanneer
zich een radiologische noodtoestand voordoet, is
onze eerste zorg een correcte en snelle informatie,
zodat we de nodige beschermingsmaatregelen
kunnen nemen en die aan de bevolking kunnen
meedelen. In Frankrijk is de Préfecture des
Ardennes
met het crisisbeheer belast, in België is
dat, voor het federale niveau, de Naamse
provinciegouverneur.

Die oefening heeft een licht geworpen op de
besluitvormings- en de communicatiecyclus en op
de rol van de Franse actoren. De Belgische
samenwerking was niet gepland, maar er vond een
informatie-uitwisseling plaats die positief werd
bevonden.

Met Frankrijk is overleg aan de gang over de
doeltreffende toepassing van het akkoord van 8
september 1998 over de centrale van Chooz en de
informatie-uitwisseling wanneer zich een incident
voordoet. België kan ook door internationale
instanties op de hoogte worden gebracht.

Het Frans-Belgische overleg over de evacuatie van
Franse inwoners naar België mondde uit in een
informatieprocedure tussen de Prefect van de
Ardennen en de gouverneur van de provincie
Namen in geval van crisis. Dat rechtstreekse
informatiekanaal versterkt de reeds bestaande
binationale procedures. Van de procedure werd
reeds gebruik gemaakt naar aanleiding van de
catastrofale overstromingen van de Maas.
19.02 Jean-Claude Maene (PS) : Le schéma
d'information est compliqué mais il existe
maintenant une liaison directe entre le préfet des
Ardennes et le gouverneur de la Province de
Namur.

Faute d'exercices bilatéraux, il faudrait peut-être
associer les services de sécurité belges et les
autorités de Givet pour que la coordination soit la
meilleure possible.

Enfin, je continue à m'interroger sur la réalité d'un
incident dans cette centrale hier.
19.02 Jean-Claude Maene (PS): Het
informatieschema is ingewikkeld maar er bestaat
nu een rechtstreekse verbinding tussen le préfet
des Ardennes
en de gouverneur van de provincie
Namen.


Bij gebrek aan bilaterale oefeningen zou men
misschien de Belgische veiligheidsdiensten en het
bestuur van Givet met het oog op een optimale
coördinatie aan elkaar kunnen linken.

Ten slotte blijf ik me afvragen of er zich gisteren in
die centrale werkelijk een incident heeft
voorgedaan.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
20 Question de M. Jean-Claude Maene au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur
"l'exercice de crise nucléaire à Fleurus"
20 Vraag van de heer Jean-Claude Maene aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de nucleaire crisisoefening in
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
36
(n° 13143)
Fleurus" (nr. 13143)
20.01 Jean-Claude Maene (PS) : En octobre, un
exercice de grande ampleur s'est déroulé à Fleurus
dans le cadre du plan national d'urgence nucléaire
et radiologique. Les interventions communale,
provinciale et fédérale ont été mises en place après
la simulation d'une fuite d'iode à l'Institut des radio-
éléments (IRE).


Les habitants avaient été prévenus et tous les
moyens d'intervention ont été déployés avec le
concours des différents services de secours et de
police. Quelques dysfonctionnements auraient été
constatés dans la préparation de cet exercice.

Pouvez-vous nous donner plus d'informations sur le
déroulement de cet exercice et sur les
enseignements à en tirer ?
20.01 Jean-Claude Maene (PS): In oktober werd
er in het kader van het nucleair en radiologisch
noodplan in Fleurus een grootschalige oefening
gehouden. Tijdens de oefening werd een nucleair
incident gesimuleerd waarbij zogezegd jodium uit
het Instituut voor Radio-Elementen (IRE) ontsnapte.
Daarop werden alle gemeentelijke, provinciale en
federale noodprocedures in werking gesteld.

De inwoners werden vooraf verwittigd en alle
interventiemiddelen werden in samenwerking met
de diverse hulp- en politiediensten in stelling
gebracht. Tijdens de voorbereiding van die
oefening zouden er enkele mankementen zijn
vastgesteld.

Kan u het verloop van die oefening en de lessen
voor de toekomst nader toelichten?
20.02 Patrick Dewael, ministre : (en français)
Dans le cadre de l'exercice de crise nucléaire à
Fleurus, il a été décidé d'informer l'ensemble de la
population belge, en particulier les habitants de la
zone de planification d'urgence et certains groupes
cibles.

Un communiqué de presse a été diffusé la semaine
du 9 octobre par le Centre de crise et les
Provinces. Sur la base des premiers éléments de
débriefing, un communiqué de presse a également
été envoyé le soir même aux médias. Le 17
octobre, le gouverneur du Hainaut a tenu une
conférence de presse. Un dossier de presse a été
distribué. Des informations ont été diffusées dans
les médias. Une conférence de presse a également
été organisée le jour de l'exercice. La semaine du
25 septembre, une brochure d'information a été
diffusée à Fleurus, à Farciennes, à Châtelet, à
Charleroi, à Aiseau-Presle, à Sambreville et à
Sombreffe. Une information cohérente et
coordonnée a été diffusée sur les sites web du
Centre de crise de l'Agence fédérale de contrôle
nucléaire, des provinces ou encore de l'Association
Vinçotte Nucléaire.



Des sessions d'information ont été organisées pour
les intervenants et acteurs du plan provincial
d'urgence et d'intervention, pour un panel issu de la
société civile aux alentours de l'IRE, et pour les
entreprises du zoning de Fleurus.


Les journalistes ont été accueillis en différents lieux
et une conférence de presse a été prévue en fin de
20.02 Minister Patrick Dewael (Frans): In het
kader van de kernrampoefening in Fleurus werd
beslist de hele Belgische bevolking te informeren,
inzonderheid de inwoners van de
noodplanningszone en bepaalde doelgroepen.

Op 9 oktober werd door het crisiscentrum en de
provincies een perscommuniqué verspreid.
Diezelfde avond werd op grond van de eerste
gegevens van de debriefing ook een
perscommuniqué verstuurd naar de media. Op 17
oktober heeft de provinciegouverneur van
Henegouwen een persconferentie gehouden. Er
werd ook een persdossier rondgedeeld. Er werd
over het gebeuren bericht in de media, en op de
dag zelf van de oefening werd nog een
persconferentie georganiseerd. In de week van 25
september werd een infobrochure verspreid in
Fleurus, Farciennes, Châtelet, Charleroi, Aiseau-
Presle, Sambreville en Sombreffe. Op de websites
van het crisiscentrum van het Federaal Agentschap
voor Nucleaire Controle, van de provincies en van
de Associatie Vinçotte Nucleair werd op een
coherente en gecoördineerde manier informatie
verstrekt.

Voorts werden er infovergaderingen georganiseerd
voor de actoren van het provinciale rampen- en
interventieplan, voor een representatief staal van
het maatschappelijke middenveld in de buurt van
het IRE, en voor de bedrijven in de industriezone
van Fleurus.

De journalisten werden op verscheidene plaatsen
ontvangen, en aan het eind van de middag werd
een persconferentie belegd, met de mogelijkheid
om interviews af te nemen.
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
37
journée pour les interviews.
Le principal objectif de cet exercice était de tester la
phase réflexe ­ qui est d'application lorsque des
substances radioactives sont émises ou risquent de
l'être dans les quatre heures ­, y compris le
passage à la phase fédérale de la gestion de crise.
Le dispositif de communication et de décision ainsi
que le déploiement des services d'intervention ont
été testés.

L'organisation d'exercices de grande envergure
sensibilise simultanément les niveaux communal,
provincial et fédéral, ainsi que les différents
secteurs à leurs missions et compétences
respectives en cas d'urgence nucléaire ou
radiologique.

Cet exercice a révélé que certains points pouvaient
être améliorés, notamment la coordination entre les
services d'intervention sur le terrain. La mise à
disposition généralisée d'Astrid pourrait régler ce
problème.

Suite à l'exercice, des débriefings ont eu lieu et une
synthèse sera rédigée afin d'alimenter le plan
d'action 2007 pour l'exécution du plan d'urgence
nucléaire.
De oefening was in hoofdzaak bedoeld om de
reactiefase te testen die van toepassing is wanneer
radioactieve stoffen vrijkomen of dreigen vrij te
komen binnen een termijn van vier uur, en omvatte
ook de fase van crisibeheer op federaal niveau.
Hierbij zijn het communicatie- en
beslissingsdispositief alsmede het inzetten van de
interventiediensten uitgetest.

Bij het opzetten van grootschalige oefeningen
worden de gemeentelijke, provinciale en federale
beslissingsniveau's alsook de verschillende
sectoren beter bewust van hun respectievelijke
taken en bevoegdheden in geval van atoom- of
radiologische ramp.

Die oefening heeft aangetoond dat bepaalde zaken
kunnen worden verbeterd, waaronder de
coördinatie tussen de interventiediensten op het
veld. Een veralgemeende terbeschikkingstelling
van Astrid zou een oplossing kunnen bieden.

Naar aanleiding van de oefening is overgegaan tot
debriefings en wordt een synthese opgemaakt om
het actieplan 2007 ter uitvoering van het
atoomnoodplan aan te vullen
20.03 Jean-Claude Maene (PS) : Merci pour votre
réponse complète. Elle montre que ces exercices
sont utiles.
20.03 Jean-Claude Maene (PS): Ik dank u voor
uw uitvoerig antwoord waaruit blijkt dat dergelijke
oefeningen nuttig zijn.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
21 Question de M. Joseph Arens au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le 'tapis
rouge'" (n° 13144)
21 Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de 'rode loper'" (nr. 13144)
21.01 Joseph Arens (cdH) : Combien de membres
de l'ex-BSR nommés inspecteurs principaux
bénéficieront-ils à terme du commissionnement au
grade de commissaire ?

Tous les membres du cadre moyen de l'ex-BSR en
bénéficieront-ils ? Quand pour les derniers ?


Y a-t-il un ordre de priorité ? Lequel ?

Est-il logique de commissionner sur la base de
l`ancienneté, alors que des cadres moyens ont été
choisis pour occuper parfois des fonctions
dirigeantes ?

Les autres membres du pilier judiciaire sont-ils
concernés par ce commissionnement ?
21.01 Joseph Arens (cdH): Hoeveel leden van de
voormalige BOB die tot eerstaanwezend inspecteur
benoemd werden zullen op termijn in de graad van
commissaris aangesteld kunnen worden?

Zullen alle leden van het middenkader van de
voormalige BOB in die graad aangesteld kunnen
worden? Wanneer zal dat voor de laatsten het
geval zijn?
Bestaat er een voorrangsorde? Welke?

Is het logisch om op basis van de anciënniteit tot
aanstelling over te gaan terwijl middenkaders
gekozen werden om soms leidinggevende functies
te bekleden?

Geldt die aanstelling eveneens voor de andere
leden van de gerechtelijke pijler?
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22/11/2006
CRABV 51
COM 1105
38
21.02 Patrick Dewael, ministre (en français) : Il
reste environ cent cinquante inspecteurs principaux
dans ce cas.

Il n'est pas possible de dire que tout inspecteur
principal sera commissionné, en raison de
plusieurs éléments imprévisibles, comme le nombre
de départs à la retraite.


L'ordre de priorité va d'abord aux ex-adjudants-
chefs, puis aux titulaires du brevet d'ex-adjudant ou
d'officier de police communale, puis aux détenteurs
du brevet BSR, de formation judiciaire
complémentaire ou d'analyste criminel, puis à tous
les autres.

L'ancienneté de cadre est prise en compte.


Le commissionnement concerne tous les cadres
moyens issus de la gendarmerie, à condition qu'ils
fassent partie de la police judiciaire fédérale sans
interruption depuis le 1
er
avril 2001.
21.02 Minister Patrick Dewael (Frans): Er blijven
ongeveer 150 hoofdinspecteurs die in dat geval
zijn.


Men kan er niet van uitgaan dat alle
hoofdinspecteurs zullen worden aangesteld, omdat
rekening moet worden gehouden met een aantal
onvoorspelbare elementen zoals het aantal
pensioneringen.

De rangorde van prioriteiten is als volgt: eerst de
ex-adjudant-chefs, dan de houders van het brevet
van ex-adjudant of officier van de gemeentepolitie,
vervolgens de houders van het BOB-brevet, het
brevet van aanvullende gerechtelijke opleiding of
van misdrijfanalist, en ten slotte alle anderen.

Ook met de kaderanciënniteit wordt rekening
gehouden.

De aanstelling heeft betrekking op alle
middenkaders afkomstig uit de rijkswacht, op
voorwaarde dat ze sinds 1 april 2001 zonder
onderbreking van de federale gerechtelijke politie
deel uitmaken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
22 Question de M. Joseph Arens au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "l'exclusion
des anciens gradés de la BSR de la Gendarmerie
détenteurs du brevet des commissionnements
au grade de commissaire" (n° 13145)
22 Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het uitsluiten van de voormalige
gegradueerden van de BOB van de Rijkswacht
die over het brevet beschikken van de
aanstellingen in de graad van commissaris"
(nr. 13145)
22.01 Joseph Arens (cdH) : Alors que vous
m'aviez répondu le 25 octobre dernier qu'il y aurait
vingt-cinq commissionnements de cadres moyens
issus de l'ex-BSR pour 2005 et plus ou moins
quinze pour 2006, les anciens gradés de la BSR
répondant à toutes les conditions de « Vésale bis »
ne bénéficient pas de ces commissionnements,
lesquels, selon le SPF Intérieur, ne concerneraient,
aux termes de la loi, que le ex-gradés de la BSR
mais seraient attribués en priorité aux adjudants-
chefs et adjudants de la DGJ non titulaires des
brevets BSR.


Pourquoi ces ex-gradés sont-ils exclus du
commissionnement et de quand date cette
décision ?
22.01 Joseph Arens (cdH): Op 25 oktober
jongstleden heeft u mij geantwoord dat er voor
2005 vijfentwintig aanstellingen van middenkaders
afkomstig uit de vroegere BOB en voor 2006
ongeveer vijftien zouden zijn. De oud-
gegradueerden van de BOB die alle voorwaarden
van de "Vesalius bis" vervullen, krijgen die
aanstellingen echter niet. Volgens de FOD
Binnenlandse Zaken zouden die aanstellingen
overeenkomstig de wet enkel voor de oud-
gegradueerden van de BOB gelden maar zouden
ze bij voorrang worden toegewezen aan de
adjudant-chefs en adjudanten van de DGJ die geen
houder zijn van een BOB-brevet.

Waarom worden die oud-gegradueerden van de
BOB van die aanstellingen uitgesloten en wanneer
werd die beslissing genomen?
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 1105
22/11/2006
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
39
22.02 Patrick Dewael, ministre (en français) : Les
inspecteurs principaux détenteurs du brevet BSR
ne sont pas exclus des commissionnements prévus
dans le « tapis rouge ». La priorité des adjudants,
qu'ils aient ou non le brevet BSR, est une priorité
sur tous les sous-officiers d'élite de la gendarmerie
qui n'avaient pas ce grade.
22.02 Minister Patrick Dewael (Frans): De
hoofdinspecteurs die houder zijn van het BOB-
brevet worden niet van de zogeheten 'rode loper'-
aanstellingen uitgesloten. De aan de adjudanten
verleende voorrang, of de betrokkenen het BOB-
brevet bezitten of niet, is een voorrang die geldt op
alle keuronderofficieren van de rijkswacht die die
graad niet hadden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
17 h 58.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 17.58 uur.

Document Outline