CRABV 51 COM 055
CRABV 51 COM 055
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE L
'I
NFRASTRUCTURE
,
DES
C
OMMUNICATIONS ET DES
E
NTREPRISES
PUBLIQUES
C
OMMISSIE VOOR DE
I
NFRASTRUCTUUR
,
HET
V
ERKEER EN DE
O
VERHEIDSBEDRIJVEN
mercredi woensdag
12-11-2003 12-11-2003
Après-midi Namiddag
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question et interpellation jointes de
1
Samengevoegde vraag en interpellatie van
1
- M. Guido De Padt au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "les accidents impliquant
des camions" (n° 381)
1
- de heer Guido De Padt aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
ongevallen met vrachtwagens" (nr. 381)
1
- M. Daan Schalck au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "les accidents de
circulation impliquant des camions et des
camionettes" (n° 446)
1
- de heer Daan Schalck aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
ongevallen met vrachtwagens en bestelwagens"
(nr. 446)
1
Orateurs: Guido De Padt, Daan Schalck,
Bert Anciaux, ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale
Sprekers: Guido De Padt, Daan Schalck,
Bert Anciaux, minister van Mobiliteit en
Sociale Economie
Questions jointes de
4
Samengevoegde vragen van
4
- M. Joseph Arens au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la politique de la SNCB à l'attention des
personnes à mobilité réduite" (n° 536)
4
- de heer Joseph Arens aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het beleid van de NMBS
ten aanzien van personen met een beperkte
mobiliteit" (nr. 536)
4
- M. Joseph Arens au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la mobilité de proximité de la SNCB à
l'attention des personnes à mobilité réduite"
(n° 617)
4
- de heer Joseph Arens aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het buurtbeleid van de
NMBS ten aanzien van personen met beperkte
mobiliteit" (nr. 617)
4
Orateurs: , Johan Vande Lanotte, vice-
premier ministre et ministre du Budget et des
Entreprises publiques
Sprekers: , Johan Vande Lanotte, vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven
Questions jointes de
6
Samengevoegde vragen van
6
- M. Jan Mortelmans au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "l'éventuelle disparition
de l'indicateur des chemins de fer" (n° 517)
6
- de heer Jan Mortelmans aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het mogelijke
verdwijnen van het spoorboekje" (nr. 517)
6
- M. Jos Ansoms au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la suppression éventuelle de l'indicateur des
chemins de fer" (n° 553)
6
- de heer Jos Ansoms aan de vice-eerste minister
en minister van Begroting van Overheidsbedrijven
over "de geplande afschaffing van het spoorboekje
bij de NMBS" (nr. 553)
6
- M. Guido De Padt au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "l'indicateur des chemins de fer" (n°609)
6
- de heer Guido De Padt aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het spoorboekje"
(nr. 609)
6
- M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "le projet de la SNCB de supprimer l'indicateur
des trains" (n° 657)
6
- de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het voornemen van de
NMBS om het spoorboekje af te schaffen"
(nr. 657)
6
Orateurs: Jan Mortelmans, Jos Ansoms,
Guido De Padt, Olivier Chastel, Johan
Vande Lanotte, vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises
publiques
Sprekers: Jan Mortelmans, Jos Ansoms,
Guido De Padt, Olivier Chastel, Johan
Vande Lanotte, vice-eerste minister en
minister van Begroting en Overheidsbedrijven
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
ii
Questions jointes de
9
Samengevoegde vragen van
9
- M. André Frédéric au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "les tarifs étudiants
pratiqués par la SNCB" (n° 562)
9
- de heer André Frédéric aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
studententarieven van de NMBS" (nr. 562)
9
- M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "les projets de la S.N.C.B. en matière de
simplification tarifaire" (n°658)
9
- de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de plannen van de
N.M.B.S. inzake tariefvereenvoudiging" (nr. 658)
9
Orateurs: André Frédéric, Olivier Chastel,
Johan Vande Lanotte, vice-premier ministre
et ministre du Budget et des Entreprises
publiques
Sprekers: André Frédéric, Olivier Chastel,
Johan Vande Lanotte, vice-eerste minister en
minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Interpellations et questions jointes de
10
Samengevoegde interpellaties en vragen van
10
- M. Olivier Maingain au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "le plan de dispersion
des vols autour de Bruxelles-National" (n° 78)
10
- de heer Olivier Maingain tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
spreidingsplan voor de vluchten op Zaventem"
(nr. 78)
10
- M. François-Xavier de Donnea au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "la mise en
oeuvre de nouvelles routes aériennes sans accord
gouvernemental" (n° 81)
10
- de heer François-Xavier de Donnea tot de
minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de ingebruikneming van nieuwe luchtvaartroutes
zonder dat de regering daarmee heeft ingestemd"
(nr. 81)
10
- Mme Joëlle Milquet au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "le plan de diversion des
nuisances sonores des avions de Bruxelles
National" (n° 82)
10
- mevrouw Joëlle Milquet tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het plan om
de geluidsoverlast van de vluchten op Zaventem
te spreiden" (nr. 82)
10
- Mme Marie Nagy au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "le plan de dispersion des
vols de nuit" (n° 84)
10
- mevrouw Marie Nagy tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
spreidingsplan inzake nachtvluchten" (nr. 84)
10
- Mme Simonne Creyf au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "la décision du cabinet
restreint concernant le plan de dispersion des vols
de nuit" (n° 645)
10
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de beslissing
van het kernkabinet betreffende het spreidingsplan
voor de nachtvluchten" (nr. 645)
10
- M. Charles Picqué au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "la méthode adoptée
pour l'élaboration du cadastre du bruit" (n° 669)
11
- de heer Charles Picqué aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
werkmethode waarvoor geopteerd werd voor het
opmaken van een geluidskadaster" (nr. 669)
11
- M. Bart Laeremans au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "le plan de dispersion
des vols de nuit" (n° 95)
11
- de heer Bart Laeremans tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
spreidingsplan in verband met de nachtvluchten"
(nr. 95)
11
- M. François-Xavier de Donnea au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "ses
déclarations intolérables faites le
3 novembre 2003 à Meise" (n° 639)
11
- de heer François-Xavier de Donnea aan de
minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de ontoelaatbare uitspraken die de minister op
3 november 2003 in Meise deed" (nr. 639)
11
Orateurs: Olivier Maingain, Joëlle Milquet,
Marie Nagy, Simonne Creyf, Bart
Laeremans, Bert Anciaux, ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale
Sprekers: Olivier Maingain, Joëlle Milquet,
Marie Nagy, Simonne Creyf, Bart
Laeremans, Bert Anciaux, minister van
Mobiliteit en Sociale Economie
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
iii
Motions
28
Moties
28
Question de M. Jos Ansoms au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "les normes
en matière d'éclairage du réseau routier" (n° 554)
29
Vraag van de heer Jos Ansoms aan de minister
van Mobiliteit en Sociale Economie over "de
normering van de verlichting van het wegennet"
(nr. 554)
29
Orateurs: Jos Ansoms, Bert Anciaux,
ministre de la Mobilité et de l'Economie sociale
Sprekers: Jos Ansoms, Bert Anciaux,
minister van Mobiliteit en Sociale Economie
Question de M. Jos Ansoms au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "la non-
validité à l'étranger du permis de conduire B pour
la conduite de motocyclettes légères d'une
cylindrée ne dépassant pas 125 cm3 pour les
personnes ayant obtenu leur permis B avant le
1er septembre 2001" (n° 555)
29
Vraag van de heer Jos Ansoms aan de minister
van Mobiliteit en Sociale Economie over "de
ongeldigheid in het buitenland van het rijbewijs B
voor het besturen van een lichte motorfiets tot
125cm3 voor mensen die hun rijbewijs B hebben
behaald vóór 1 september 2001" (nr. 555)
29
Orateurs: Jos Ansoms, Bert Anciaux,
ministre de la Mobilité et de l'Economie sociale
Sprekers: Jos Ansoms, Bert Anciaux,
minister van Mobiliteit en Sociale Economie
Question de M. Jos Ansoms au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le lien entre
la diminution du nombre de victimes de la
circulation sur les autoroutes et le renforcement
des 'contrôles'" (n° 628)
31
Vraag van de heer Jos Ansoms aan de vice-eerste
minister en minister van Binnenlandse Zaken over
"het verband tussen de daling van het aantal
verkeersslachtoffers op de autosnelwegen en de
'toenemende controles'" (nr. 628)
31
Orateurs: Jos Ansoms, Bert Anciaux,
ministre de la Mobilité et de l'Economie sociale
Sprekers: Jos Ansoms, Bert Anciaux,
minister van Mobiliteit en Sociale Economie
Questions jointes de :
32
Samengevoegde vragen van:
32
-M. Daan Schalck au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "l'augmentation éventuelle
de la vitesse maximale par beau temps" (n° 638)
32
-de heer Daan Schalck aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het eventueel
verhogen van de maximumsnelheid bij mooi weer"
(nr. 638)
32
-M. Jos Ansoms au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "l'instauration de vitesses
maximales variables sur les autoroutes" (n° 646)
32
-de heer Jos Ansoms aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de invoering
van variabele maximumsnelheden op de
autosnelwegen" (nr. 646)
32
Orateurs: Daan Schalck, Jos Ansoms, Bert
Anciaux, ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale
Sprekers: Daan Schalck, Jos Ansoms, Bert
Anciaux, minister van Mobiliteit en Sociale
Economie
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
1
COMMISSION DE
L'INFRASTRUCTURE, DES
COMMUNICATIONS ET DES
ENTREPRISES PUBLIQUES
COMMISSIE VOOR DE
INFRASTRUCTUUR, HET
VERKEER EN DE
OVERHEIDSBEDRIJVEN
du
MERCREDI
12
NOVEMBRE
2003
Après-midi
______
van
WOENSDAG
12
NOVEMBER
2003
Namiddag
______
La séance est ouverte à 14.11 heures par M.
Francis Van den Eynde, président.
De vergadering wordt geopend om 14.11 uur door
de heer Francis Van den Eynde, voorzitter.
01 Question et interpellation jointes de
- M. Guido De Padt au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "les accidents
impliquant des camions" (n° 381)
- M. Daan Schalck au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "les accidents de
circulation impliquant des camions et des
camionettes" (n° 446)
01 Samengevoegde vraag en interpellatie van
- de heer Guido De Padt aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
ongevallen met vrachtwagens" (nr. 381)
- de heer Daan Schalck aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
ongevallen met vrachtwagens en bestelwagens"
(nr. 446)
01.01 Guido De Padt (VLD): Le mardi 14 octobre
2003, trois poids lourds et une voiture ont été
impliqués dans un accident sur le ring d'Anvers.
Lors du journal de VTM, nous avons appris qu'entre
1991 et 2001, le nombre d'accidents impliquant des
poids lourds avait augmenté de moitié. Les pertes
de chargement et les accidents à proximité de
chantiers routiers engendrent des embouteillages,
provoquant ainsi de nouveaux accidents.
Le nombre d'accidents impliquant des camions a-t-il
augmenté depuis 2001
? Quelles mesures le
ministre compte-t-il prendre pour réduire
radicalement le nombre d'accidents
avec des
camions?
01.01 Guido De Padt (VLD): Op dinsdag 14
oktober 2003 raakten op de Antwerpse ring drie
vrachtwagens en een personenwagen betrokken bij
een ongeval. In het VTM-Nieuws vernamen we dat
tussen 1991 en 2001 het aantal ongevallen met
vrachtwagens met de helft steeg. Ladingverlies en
ongevallen bij wegwerkzaamheden leiden tot files
en nieuwe ongevallen.
Is er sinds 2001 een stijging van het aantal
ongevallen met vrachtwagens? Welke maatregelen
wil de minister nemen om het aantal ongevallen
met vrachtwagens drastisch te beperken?
01.02 Daan Schalck (sp.a-spirit): Il est frappant de
constater que le nombre d'accidents sur nos routes
est en diminution, sauf pour ce qui est des
accidents impliquant des camions. Le nombre
d'accidents impliquant des camionnettes, même si
ceux-ci sont moins spectaculaires, est lui aussi en
augmentation. Le nombre d'accidents de ce type a
augmenté d'un quart au cours des dernières
années.
01.02 Daan Schalck (sp.a-spirit): Het valt op dat
het aantal ongevallen op de weg afneemt, behalve
als er vrachtwagens in het spel zijn. Minder
spectaculair, maar even belangrijk zijn bovendien
de ongevallen met bestelwagens. Dit soort
ongevallen steeg de afgelopen jaren met een
vierde.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
2
Une enquête réalisée par la VRT indique qu'un
cinquième des chauffeurs de poids lourds combine
cette activité avec d'autres. Bien que cette enquête
ne soit pas totalement scientifique, elle fournit
certaines indications. Des habitudes qui nuisent à la
concentration, telles que l'utilisation du GSM, sont
déjà interdites mais les motifs de distraction restent
trop nombreux.
Peut-on admettre que le limitateur de vitesse à 90
kilomètres par heure imposé aux poids lourds ne
soit pas obligatoire dans les camionnettes? Prévoit-
on de faire procéder à une étude des accidents
pour mettre en évidence les principales causes des
accidents impliquant des poids lourds et des
camionnettes
? S'indiquerait-il de généraliser
l'interdiction de dépasser pour les poids lourds,
celle d'utiliser le régulateur de vitesse (`cruise
control') et de pratiquer certaines activités au volant
comme téléphoner, regarder la télévision ou
manger ?
Een steekproef van de VRT wees uit dat een vijfde
van de vrachtwagenchauffeurs rijden combineert
met andere activiteiten. De steekproef is misschien
niet geheel wetenschappelijk, maar geeft toch een
aantal indicaties. Sommige gewoontes die de
concentratie verstoren, zoals GSM-gebruik, zijn
reeds verboden, maar er blijft nog te veel afleiding
mogelijk.
Is het aanvaardbaar dat de verplichte
snelheidsbegrenzer tot 90 kilometer per uur voor
vrachtwagens niet voor bestelwagens geldt?
Gebeurt er een ongevallenanalyse die de
belangrijkste oorzaken van de ongevallen met
vrachtwagens en bestelwagens aantoont? Kan een
veralgemening van het inhaalverbod voor
vrachtwagens, van het verbod op cruise control en
van het verbod op activiteiten zoals telefoneren,
eten en televisiekijken aan het stuur een oplossing
bieden?
01.03 Bert Anciaux, ministre (en français): Du
comptage de 2000, il ressort que la part des
camions et des camionnettes représente 13,9% du
trafic motorisé. Une projection linéaire de la courbe
de croissance de cette dernière décennie donne
une augmentation de 70% de la demande de
transport entre 1995 et 2020. Au cours des 20
prochaines années, la demande devrait augmenter
de 50% environ. Les développements futurs
laissent prévoir que la croissance se poursuivra.
L'accord gouvernemental indique que cette
problématique requiert une approche
multidimensionnelle renouvelée, qui appelle une
répartition de la demande entre les différents
modes de transport, ce qui implique la promotion
des transports ferroviaire, maritime et fluvial.
01.03 Minister Bert Anciaux (Frans): Uit de
tellingen van 2000 blijkt dat het aandeel
vrachtwagens en bestelwagens 13,9 % van het
gemotoriseerd verkeer uitmaakt. Een lineaire
projectie van de groeicurve van het voorbije
decennium voorspelt een stijging met 70 % van de
vraag naar transport tussen 1995 en 2020. In de
loop van de volgende 20 jaar zou de vraag met
ongeveer 50 % toenemen. De toekomstige
ontwikkelingen doen uitschijnen dat de groei zal
aanhouden.
Volgens het regeerakkoord vereist deze
problematiek een vernieuwde meerdimensionale
aanpak, waarbij de vraag over de verschillende
transportwijzen moet worden verdeeld, wat een
promotie van het transport per spoor, over zee en
via de binnenvaart inhoudt.
(En néerlandais): Je puis vous communiquer sous
réserve que le nombre des accidents évolue de
manière positive. En 2001, il y a eu 3.300 accidents
impliquant des poids lourds. En 2002, ce chiffre a
diminué et est passé à 2.465. Sur les autoroutes,
994 accidents de ce type se sont produits en 2001,
contre 826 en 2002. Le nombre d'accidents reste
cependant trop élevé et cette question demeure
dès lors parmi mes priorités.
Un éventail de facteurs est à l'origine du nombre
considérable d'accidents: la croissance constante
du parc de véhicules, les impératifs économiques
du marché tels que la livraison just-in-time, la forte
concurrence qui y règne ou encore la vitesse
généralement trop élevée. Des facteurs physiques
(Nederlands) Onder voorbehoud kan ik meedelen
dat het aantal ongevallen gunstig evolueert. In 2001
waren er 3.300 ongevallen met zware voertuigen, in
2002 nog maar 2.465. Op de autowegen telden we
in 2001 994 dergelijke ongevallen, in 2002 826.
Toch blijft het aantal ongevallen te hoog en blijft
deze materie dus een van mijn prioriteiten.
Het hoge aantal ongevallen wordt veroorzaakt door
een waaier aan factoren: de constante groei van
het wagenpark, marktkenmerken zoals de just-in-
time levering, de felle concurrentiestrijd, de over het
algemeen te hoge snelheid. Ook fysieke factoren,
zoals vermoeidheid, en technische factoren, zoals
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
3
tels que la fatigue et des facteurs techniques tels
que des freins défaillants jouent également un rôle
dans ce cadre. Les collisions à l'arrière provoquées
par le non-respect de la distance de sécurité
constituent un tiers de l'ensemble des accidents.
Mais, en Belgique, les causes des accidents ne
sont pas systématiquement analysées à l'heure
actuelle. C'est pourquoi j'ai insisté à Vérone pour
que l'Observatoire européen de la Sécurité routière
établisse un catalogue des meilleures pratiques en
la matière.
gebrekkige remmen, spelen een rol. Botsingen
achteraan, te wijten aan het niet naleven van de
veiligheidsafstand, omvatten een derde van alle
ongevallen. Maar een systematische analyse van
de oorzaken gebeurt op dit moment niet in België.
Daarom heb ik er op 23 oktober in Verona op
aangedrongen dat het Europees Observatorium
voor de Verkeersveiligheid tot een omschrijving van
de best practice zou komen.
Il convient de tendre vers une approche globale.
Lors des États généraux pour la sécurité routière,
une série de mesures visant à rendre le transport
de marchandises plus sûr ont été élaborées. La
mesure principale est l'avenant qui a été conclu
avec le secteur du transport. Il responsabilise en
effet l'ensemble des acteurs et permettra un
meilleur respect des lois, de la réglementation et
des CCT.
La directive 2003/59 est également importante. Elle
permet d'augmenter la compétence professionnelle
des chauffeurs de poids lourds et de bus et
changera les comportements sur la route. Une fois
opérationnel, le protocole de coopération entre les
services de tutelle améliorera le contrôle des temps
de repos et de conduite. Viennent enfin des
mesures liées au véhicule même, notamment le
limitateur de vitesse et le cruise control. Ces
mesures se situent dans le contexte européen, où
elles ne s'appliquent qu'aux poids lourds de plus de
12 tonnes et aux autobus de plus de 10 tonnes. À
partir du 1
er
janvier 2005, la directive s'appliquera
également aux poids lourds de plus de 3,5 tonnes
et aux véhicules de plus de 5 tonnes destinés au
transport de personnes.
Er moet gestreefd worden naar een globale
aanpak. De staten-generaal voor de
verkeersveiligheid heeft in die zin ook een
maatregelenpakket voor veiliger vrachtvervoer
opgesteld. Het belangrijkste in dit pakket is het
convenant met de transportsector omdat dit alle
actoren responsabiliseert en leidt tot een
verbeterde naleving van de wetten, de
reglementering en de CAO's.
Belangrijk is ook richtlijn 2003/59 die de
vakbekwaamheid van chauffeurs van vrachtwagens
en bussen verhoogt en die zal leiden tot een
gewijzigd verkeersgedrag. Het operationeel maken
van het samenwerkingsprotocol tussen de
toezichthoudende diensten zal zorgen voor een
verbeterde controle op de rij- en rusttijden. Ten
slotte zijn er maatregelen met betrekking tot het
voertuig zelf, waaronder de snelheidsbegrenzer en
de cruise control. Deze horen thuis in de Europese
context en gelden daar enkel voor vrachtwagens
van meer dan 12 ton en autobussen van meer dan
10 ton. Vanaf 1 januari 2005 zal de richtlijn ook
gelden voor vrachtwagens van meer dan 3,5 ton en
voertuigen bestemd voor personenvervoer van
meer dan 5 ton.
A ce jour, il n'est nullement question d'élargir la
directive aux camionnettes. La question est
fortement connotée sur le plan politique et
controversée; elle nécessitera encore beaucoup de
discussion.
D'autres mesures possibles sont : une protection
latérale efficace et l'obligation de porter la ceinture
dans les camions, une meilleure protection contre
l'encastrement à l'arrière des camions, l'instauration
d'un signal d'avertissement lorsqu'ils opèrent un
changement de direction, l'installation d'un
régulateur de vitesse et l'interdiction de dépasser.
Vooralsnog is er geen sprake van om de richtlijn uit
te breiden naar bestelwagens. De kwestie is politiek
geladen en controversieel en zal nog veel discussie
vragen.
Andere mogelijke maatregelen zijn een
doeltreffende zij-afscherming en de gordelplicht in
vrachtwagens, een betere underrun-beveiliging
achter aan de vrachtwagens, de invoering van een
waarschuwingssignaal bij afslaan, de plaatsing van
cruise control en het opleggen van een
inhaalverbod.
01.04 Guido De Padt (VLD): Je déplore l'absence
d'un observatoire belge qui pourrait collecter les
données statistiques servant à alimenter
l'observatoire européen de coordination. Comment
01.04 Guido De Padt (VLD): Ik betreur de
afwezigheid van een Belgisch observatorium dat de
statistische gegevens zou kunnen verzamelen
waarmee het overkoepelend Europees
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
4
se fait-il que notre pays est toujours privé d'un
instrument d'une telle utilité ?
observatorium wordt gevoed. Hoe is het mogelijk
dat ons land nog altijd zo een nuttig instrument
moet ontberen?
01.05 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais): Je
le déplore tout autant que vous. Il va de soi que les
données statistiques concernant le trafic des
camions et les accidents dans lesquels ils sont
impliqués devraient faire l'objet d'un suivi à
l'échelon européen mais la Belgique n'en a pas
moins l'obligation d'assumer ses responsabilités
sur ce plan. Je nourris l'ambition de changer les
choses le plus vite possible. Mais je dois hélas
constater que notre pays est le plus mauvais élève
de la classe sur le plan des statistiques relatives
aux accidents et de la collecte des données.
01.05 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Ik
betreur dit evenzeer. Statistische gegevens over de
vrachtwagentrafiek en de ongevallen moeten
vanzelfsprekend op Europees vlak worden
opgevolgd, maar dit belet niet dat België op dit vlak
zijn verantwoordelijkheid moet opnemen. Het is
mijn ambitie om hierin zo snel mogelijk verandering
te brengen. Ik moet tot mijn spijt vaststellen dat op
het vlak van de ongevallenstatistieken en de
gegevensverzameling België de slechtste leerling
van de Europese klas is.
01.06 Daan Schalck (sp.a-spirit): Je me rends
parfaitement compte que dans cette matière, il
n'existe pas de solution prête à l'emploi. Le secteur
du transport de fret par la route est, par excellence,
un dossier qui a vocation à être traité à l'échelon
européen, mais les autorités nationales et
régionales peuvent néanmoins contribuer à en
démêler l'écheveau. Je songe par exemple à
l'interdiction de dépasser, instaurée à titre
expérimental par le gouvernement flamand. Ces
projets pilotes qui se seront avérés des réussites
pourraient être appliqués à l'échelle plus grande du
territoire européen.
01.06 Daan Schalck (sp.a-spirit): Ik besef maar al
te goed dat in deze aangelegenheid nu eenmaal
geen gemakkelijke oplossingen voorhanden zijn.
De sector van het vrachtvervoer op de weg is bij
uitstek een dossier om Europees te stroomlijnen,
maar dit belet niet dat ook de nationale en
regionale overheden hun steentje kunnen
bijdragen. Ik denk bijvoorbeeld aan het
inhaalverbod dat door de Vlaamse overheid als
experiment werd ingevoerd. Dergelijke geslaagde
proefprojecten kunnen op Europese schaal worden
uitgebreid.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Questions jointes de
- M. Joseph Arens au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la politique de la SNCB à l'attention des
personnes à mobilité réduite" (n° 536)
- M. Joseph Arens au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la mobilité de proximité de la SNCB à
l'attention des personnes à mobilité réduite"
(n° 617)
02 Samengevoegde vragen van
- de heer Joseph Arens aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het beleid van de
NMBS ten aanzien van personen met een
beperkte mobiliteit" (nr. 536)
- de heer Joseph Arens aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het buurtbeleid van de
NMBS ten aanzien van personen met beperkte
mobiliteit" (nr. 617)
02.01 Joseph Arens (cdH): La SNCB est censée
prendre des mesures pour les personnes à mobilité
réduite. Son contrat de gestion prévoit qu'elle doit
mener une politique active en leur faveur et leur
faciliter l'accessibilité aux bâtiments, aux quais et
au matériel roulant.
En réalité, ces personnes sont souvent laissées
pour compte, surtout en milieu rural. Les rampes
d'accès mobiles ne se trouvent pas dans toutes les
gares, et certains doivent faire jusqu'à 30 ou 40 km
pour pouvoir accéder au train. C'est le cas, par
02.01 Joseph Arens (cdH): De NMBS wordt
geacht maatregelen te nemen voor personen met
een beperkte mobiliteit. Volgens het
beheerscontract moet zij voor die personen een
actief beleid voeren en de toegang tot de
gebouwen, perrons en rollend materieel
vergemakkelijken.
In de realiteit worden die personen vooral op het
platteland vaak aan hun lot overgelaten. In niet in
alle stations zijn er mobiele toegangsplatformen en
sommige mensen moeten 30 of 40 km afleggen om
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
5
exemple, dans l'entité de Durbuy dans la province
de Luxembourg.
La SNCB compte-t-elle systématiser la rampe
mobile dans les gares ? Si oui, où et à quel coût ?
En Wallonie, les transporteurs de personnes à
mobilité réduite se sont regroupés au sein de l'asbl
ASTA, qui a passé des conventions avec les TEC.
La SNCB envisage-telle aussi un partenariat ?
Pour Bruxelles et sa périphérie, la SNCB définit le
cahier des charges pour l'achat de matériel roulant
RER : comporte-t-il des dispositions relatives à
l'accessibilité des personnes à mobilité réduite ?
op de trein te kunnen stappen. Dat is bijvoorbeeld
het geval in de omgeving van Durbuy in de
provincie Luxemburg.
Is de NMBS van plan de stations systematisch uit
te rusten met een mobiel platform? Zo ja, waar en
tegen welke prijs?
In Wallonië zijn de transporteurs van personen met
een beperkte mobiliteit ondergebracht in de vzw
Association des Services de Transport Adapté pour
Personnes à Mobilité Réduite. Deze vzw heeft
overeenkomsten met de Waalse ondernemingen
voor het openbaar vervoer gesloten. Overweegt de
NMBS ook een partnerschap?
Voor Brussel en omgeving bepaalt de NMBS de
voorwaarden waaraan de aankoop van rollend
materieel voor het GEN moet voldoen. Bevat dit
bestek bepalingen omtrent de toegankelijkheid voor
personen met een beperkte mobiliteit?
02.02 Johan Vande Lanotte, ministre (en
français): L'accessibilité aux gares ne dépend pas
seulement des rampes mobiles. Il n'est d'ailleurs
pas possible de généraliser ces rampes dans
toutes les gares. La SNCB prévoit d'équiper le
réseau d'ascenseurs ou de plans inclinés ; 93
gares bien réparties sur tout le territoire seront
équipées de la sorte, si bien que la distance la plus
grande pour trouver une de ces gares sera de 10
km. Le montant prévu pour cet équipement, dont la
mise en place s'étalera sur la période 2004-2014,
est de 35 millions EUR, ce qui représente un
investissement important.
Il n'y a pas encore eu de contacts entre la SNCB et
l'asbl ASTA, mais la SNCB est ouverte à la
discussion avec tout partenaire éventuel.
Le cahier des charges est fonctionnel, en ce sens
qu'il décrit les problèmes, et demande de proposer
des solutions. En ce qui concerne les personnes à
mobilité réduite, les constructeurs doivent proposer
un système automatique qui rende possible leur
accès aux équipements multifonctionnels à partir
de quais de 76 et 55 cm de haut, situés dans des
courbes de 250 m de rayon. Cette spécification
technique se trouve dans le cahier de charges ; aux
constructeurs de proposer des solutions.
02.02 Minister Johan Vande Lanotte (Frans): De
toegankelijkheid van de stations wordt niet alleen
bepaald door de aanwezigheid van mobiele
laadbruggen. Bovendien kunnen deze laadbruggen
niet in alle stations geplaatst worden. De NMBS is
van plan het net met liften of hellende vlakken uit te
rusten. 93 stations zullen op die manier worden
uitgerust. Ze worden met zorg gekozen om een
optimale spreiding over het land te verzekeren
waardoor de afstand tot zo'n station nooit meer dan
10 km bedraagt. Voor deze uitrusting die tussen
2004 en 2014 zal worden geïnstalleerd is een
bedrag van 35 miljoen euro uitgetrokken. Het gaat
dus om een belangrijke investering.
Er werden nog geen contacten gelegd tussen de
NMBS en de vzw ASTA, maar de NMBS staat open
voor een gesprek met elke mogelijke partner.
Het bestek is functioneel. Het beschrijft de
problemen en vraagt dat oplossingen worden
aangereikt. Voor de minder mobiele mensen
moeten de fabrikanten een automatisch systeem
voorstellen dat hen van op 76 en 55 cm hoge
perrons toegang biedt tot de multifunctionele
uitrustingen die in bochten met een straal van 250
meter zijn opgesteld. Deze technische specificatie
is in het bestek opgenomen. Nu is het aan de
fabrikanten om voorstellen in te dienen.
02.03 Joseph Arens (cdH): Merci, mais 2014
c'est loin. Je voulais savoir si vous comptiez
incessamment installer des rampes là où il n'y en a
pas encore. La distance de 10 km doit tenir compte
02.03 Joseph Arens (cdH):Ik dank u. 2014 is
echter nog ver af. Ik zou willen vernemen of u
onverwijld laadbruggen zal laten installeren waar
die nog niet aanwezig zijn. Inzake de afstand van
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
6
des réalités du milieu rural.
10 km moet men rekening houden met de landelijke
gebieden.
02.04 Johan Vande Lanotte, ministre (en
français): Les 10 km, ce sera d'une gare à l'autre; il
n'y en a pas partout.
02.04 Minister Johan Vande Lanotte (Frans): Met
10 km wordt de afstand van het ene naar het
andere station bedoeld. Er zijn er niet overal.
02.05 Joseph Arens (cdH): Nous suivrons ce
dossier de près. Espérons que ces aménagements
couvriront aussi le milieu rural. Je vous y
encourage. Les contacts avec l'ASTA sont aussi
nécessaires.
02.05 Joseph Arens (cdH): Wij zullen dit dossier
van zeer nabij volgen. Laat ons hopen dat deze
aanpassingen ook voor de landelijke gebieden
zullen gelden. Ik moedig u in elk geval hiertoe aan.
ASTA moet eveneens gecontacteerd worden.
02.06 Johan Vande Lanotte, ministre (en
français) : Je vais demander des renseignements
complémentaires sur cette distance car il y a
quelque chose qui ne va pas.
02.06 Minister Johan Vande Lanotte (Frans): Ik
ga bijkomende informatie over deze afstand
inwinnen want er klopt iets niet.
02.07 Joseph Arens (cdH): Je vous y encourage.
02.07 Josy Arens (cdH): Asjeblieft, doe dat.
02.08 Johan Vande Lanotte, ministre (en
français): Des questions qui relèvent de ma
compétence ont été posées à M. Anciaux, et
inversément. Le secrétariat devrait contacter nos
cabinets pour éviter de telles erreurs à l'avenir.
02.08 Minister Johan Vande Lanotte (Frans):
Vragen die onder mijn bevoegdheid vallen werden
aan minister Anciaux gesteld en omgekeerd. Het
secretariaat zou er goed aan doen contact op te
nemen met onze respectieve kabinetten om
dergelijke vergissingen in de toekomst te vermijden.
02.09 Joseph Arens (cdH): Le problème des
compétences respectives est parfois nébuleux.
02.09 Joseph Arens (cdH): De
bevoegdheidsverdeling is niet altijd even
doorzichtig.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Questions jointes de
- M. Jan Mortelmans au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "l'éventuelle
disparition de l'indicateur des chemins de fer"
(n° 517)
- M. Jos Ansoms au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "la suppression éventuelle de l'indicateur des
chemins de fer" (n° 553)
- M. Guido De Padt au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "l'indicateur des chemins de fer" (n°609)
- M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "le projet de la SNCB de supprimer
l'indicateur des trains" (n° 657)
03 Samengevoegde vragen van
- de heer Jan Mortelmans aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
mogelijke verdwijnen van het spoorboekje"
(nr. 517)
- de heer Jos Ansoms aan de vice-eerste minister
en minister van Begroting van
Overheidsbedrijven over "de geplande
afschaffing van het spoorboekje bij de NMBS"
(nr. 553)
- de heer Guido De Padt aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het spoorboekje"
(nr. 609)
- de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het voornemen van de
NMBS om het spoorboekje af te schaffen"
(nr. 657)
(La réponse sera fournie par le ministre de la
Mobillité et de l'Economie sociale.)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister
van Mobiliteit en Sociale Economie.)
03.01 Jan Mortelmans (VLAAMS BLOK): La 03.01 Jan Mortelmans (VLAAMS BLOK): De
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
7
SNCB envisage de supprimer l'indicateur des
chemins de fer pour des raisons budgétaires. Le
Comité consultatif des usagers y est opposé. A
peine 45 pour cent des familles disposent d'un PC,
et un nombre encore plus restreint dispose d'une
connexion Internet. Est-il vraiment logique
d'encourager l'utilisation du chemin de fer, tout en
rognant sur l'information ?
La SNCB supprimera-t-elle l'indicateur ? Quel est le
point de vue du ministre ? Existe-t-il des solutions
alternatives satisfaisantes
? Que doit faire le
personnel des chemins de fer si on lui demande
des informations et que les ordinateurs ne
fonctionnent pas ?
NMBS overweegt om budgettaire redenen het
spoorboekje af te schaffen. Het Raadgevend
Comité van de Gebruikers is hiertegen gekant.
Slechts 45 percent van de gezinnen beschikt over
een pc, een nog kleiner aantal beschikt over een
internetaansluiting. Het is toch niet logisch om het
gebruik van het spoor aan te moedigen, terwijl er
wordt bespaard op de informatieverstrekking?
Zal de NMBS het spoorboekje uit de handel
nemen? Wat is het standpunt van de minister? Zijn
er voldoende alternatieven? Wat moet het
treinpersoneel doen als het om inlichtingen wordt
gevraagd en de computers niet werken?
03.02 Jos Ansoms (CD&V): Que quatre députés
posent une question sur ce sujet indique
évidemment que la Chambre n'approuve pas les
projets de la SNCB en ce qui concerne l'indicateur.
Quel budget la SNCB consacre-t-elle à l'infomation
du voyageur ? Combien coûte la publication de
l'indicateur ?
03.02 Jos Ansoms (CD&V): Dat vier
parlementsleden hierover een vraag stellen, maakt
duidelijk dat de Kamer het niet eens is met het
voornemen van de NMBS om het spoorboekje af te
schaffen. Welk budget besteedt de NMBS aan
informatie aan de reiziger? Hoeveel kost de uitgave
van het spoorboekje?
Etant donné qu'il s'agit en l'espèce d'un service
public, je présume qu'un ministre socialiste ne
manquera pas d'intervenir.
Aangezien het hier om een openbare
dienstverlening gaat, vermoed ik dat een
socialistische minister zeker zal optreden.
03.03 Guido De Padt (VLD): L'indicateur des
chemins de fer coûte 4,5 euros. Pourquoi la SNCB
veut-elle supprimer cet indicateur? Une
augmentation du prix n'est-elle pas une solution
envisageable ? Quelles sont les causes de la
baisse des ventes de l'indicateur ? Existe-t-il des
alternatives et si oui, quel est leur coût ? Les
accompagnateurs de trains doivent souvent se
passer de connexion informatique. Comment
devront-ils procéder à l'avenir ?
03.03 Guido De Padt (VLD): Een spoorboekje
kost 4,5 euro. Waarom wil de NMBS dit
spoorboekje afschaffen? Is het opdrijven van de
prijs geen mogelijke oplossing? Wat zijn de
redenen voor de dalende verkoop van het boekje?
Zijn er alternatieven en wat kosten die dan wel? De
treinbegeleiders moeten zich vaak redden zonder
computeraansluiting. Hoe zullen zij dit in de
toekomst kunnen opvangen?
03.04 Olivier Chastel (MR): Dans son avis
numéro 11 du 21 octobre dernier, le Comité
consultatif des usagers de la SNCB critique
l'attitude de celle-ci. Selon ce comité, la
suppression de l'indicateur des trains est un acte
non-commercial. Il conclut que l'information à la
clientèle ne peut être prise à la légère et que cette
décision est une erreur qui ne relève que d'une
considération purement comptable.
Cette suppression a-t-elle déjà été décidée par la
SNCB ou s'agit-il seulement d'un projet ?
Quelles sont les autres solutions envisagées par la
SNCB en cas de suppression ?
Comment s'inscrit cette éventuelle décision dans le
cadre de l'information à la clientèle ?
03.04 Olivier Chastel (MR): In zijn advies nummer
11 van 21 oktober jongstleden uit het Raadgevend
Comité van de Gebruikers van de NMBS kritiek op
de houding van de spoorwegmaatschappij. Volgens
het Comité is de afschaffing van het spoorboekje
allesbehalve een commerciële maatregel. Het
Comité besluit dat er niet lichtzinnig mag worden
omgesprongen met het verstrekken van informatie
aan het cliënteel en dat deze beslissing een
vergissing is die uitsluitend door zuiver
boekhoudkundige overwegingen werd ingegeven.
Heeft de NMBS al beslist het spoorboekje af te
schaffen of wordt er nog over nagedacht?
Indien het spoorboekje wordt afgeschaft, welke
andere oplossingen heeft de NMBS dan voor
ogen?
Hoe is deze eventuele beslissing te rijmen met het
verstrekken van informatie aan het cliënteel?
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
8
03.05 Johan Vande Lanotte, ministre (en
néerlandais): L'obligation d'éditer un indicateur des
chemins de fer n'est pas inscrite dans le contrat de
gestion de la SNCB. Je ferai part des
préoccupations des membres à la société de
chemins de fer mais je demande aussi que les
arguments de la SNCB soient entendus.
Les frais d'impression de l'indicateur se montent à
180.000 euros, après déduction des recettes de la
vente. Pour couvrir entièrement les frais, chaque
indicateur devrait être vendu 20 euros. Ce n'est pas
réaliste. Pour le surplus, les ventes ont chuté de
manière spectaculaire en passant de 41.600
exemplaires en 1990 à 6.600 exemplaires en 2002.
En raison de ce désintérêt, les indicateurs mettent
de plus en plus de temps à s'écouler et les usagers
se plaignent de la qualité et du fait que des horaires
modifiés ne sont pas renseignés. L'attrait
publicitaire pour les entreprises est également très
faible, eu égard à la régression du nombre
d'abonnés.
03.05 Minister Johan Vande Lanotte
(Nederlands): De plicht om een spoorboekje uit te
geven, staat niet opgenomen in het
beheerscontract met de NMBS. Ik zal de
bezorgdheid van de parlementsleden overbrengen
aan de spoorwegmaatschappij, maar vraag ook oor
te hebben voor de argumenten van de NMBS.
De drukkosten van het spoorboekje bedragen
180.000 euro, na aftrek van de opbrengst door
verkoop. Om uit de kosten te geraken, zou voor
één spoorboek 20 euro moeten worden gevraagd.
Dat is niet realistisch. Daarnaast is de verkoop
spectaculair gedaald van 41.600 exemplaren in
1990 naar 6.600 exemplaren in 2002. Omdat de
boekjes daardoor langer blijven liggen, volgen er
klachten over de kwaliteit en het niet-vermelden
van gewijzigde uurroosters. De publicitaire
belangstelling vanwege bedrijven is door het
tanende aantal abonnees ook zeer gering.
Les affiches dans les gares et aux arrêts ainsi que
des brochures par ligne constituent une solution de
rechange. En outre, il y a le central téléphonique
pour les informations. Par ailleurs, vingt-cinq mille
personnes consultent quotidiennement le site
internet de la SNCB, soit 2.400.000 personnes par
an. Il est exact que de nombreuses personnes ne
disposent pas encore d'une connexion internet à
domicile mais elles y ont accès sur leur lieu de
travail ou à la bibliothèque. Nous ne devons pas
perdre de vue tous ces chiffres.
De affiches in stations en stopplaatsen en de
folders per lijn vormen een alternatief. Daarnaast is
er de centrale voor telefonische inlichtingen. De
website van de NMBS ontvangt bovendien
dagelijks 25.000 bezoekers, jaarlijks 2.400.000. Het
klopt dat nog heel wat mensen thuis geen
internetaansluiting hebben, maar zij beschikken
daar wel over op het werk of in de bibliotheek. We
mogen al deze cijfers niet uit het oog verliezen.
03.06 Jan Mortelmans (VLAAMS BLOK):
J'apprends que le contrat de gestion ne dit rien à
propos de l'indicateur des chemins de fer. Il est
néanmoins souhaitable que le ministre fasse part
des préoccupations de la Chambre à la SNCB. La
baisse sensible des ventes constitue un fait
indéniable. Je suis surpris par la modestie des
quantités qui sont encore vendues mais 6.000
exemplaires représentent quand même de 18 à
20.000 utilisateurs potentiels. L'ouverture d'une
ligne d'information téléphonique est une bonne
chose. Ce service devrait à mon sens être encore
intensifié et faire l'objet d'une plus large publicité.
Par ailleurs, le nombre impressionnant de
consultations sur Internet devrait inciter le
gouvernement à promouvoir davantage
l'administration électronique afin que les couches
sociales les plus vulnérables de la population
puissent y accéder plus rapidement.
03.06 Jan Mortelmans (VLAAMS BLOK): Ik
verneem dat er over de spoorboekjes niets in het
beheercontract staat. De minister doet er niettemin
goed aan de bekommernissen van de Kamer over
te maken aan de NMBS. We kunnen er niet
omheen dat de verkoop sterk daalt. Ik ben
geschrokken van het geringe aantal dat er nog
verkocht wordt, maar 6.000 exemplaren
vertegenwoordigen toch 18 à 20.000 potentiële
gebruikers. Het is een goede zaak dat er een
telefonische infolijn bestaat. Ik vind dat die
dienstverlening nog geïntensifieerd en beter
bekend gemaakt moet worden. Het
indrukwekkende aantal raadplegingen via internet
moet er anderzijds de regering toe aanzetten om
meer werk te maken van e-government, zodat ook
de sociaal zwakkere lagen van de bevolking daar
sneller toegang toe krijgen.
03.07 Jos Ansoms (CD&V): Je suppose que le 03.07 Jos Ansoms (CD&V): Ik neem aan dat het
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
9
Comité consultatif des usagers disposait également
des informations que le ministre nous a fournies. Le
comité a cependant rendu un avis négatif
concernant la suppression de l'indicateur des
chemins de fer. Les plus faibles de la société n'ont
que faire d'Internet. C'est pourquoi je me rallie à
l'avis du comité et j'insiste auprès du ministre pour
que l'obligation d'éditer l'indicateur des chemins de
fer soit inscrite dans le contrat de gestion.
Raadgevend Comité van de Gebruikers ook
beschikte over de informatie die de minister ons
verstrekt heeft. Toch heeft het comité een negatief
advies gegeven over het afschaffen van het
spoorboekje. De zwaksten in de samenleving
hebben geen boodschap aan internet. Daarom sluit
ik mij aan bij het advies van het comité en wil ik er
bij de minister op aandringen dat de verplichting om
een spoorboekje uit te geven opgenomen zou
worden in heb beheercontract.
03.08 Guido De Padt (VLD): Les chiffres que le
ministre nous a fournis laissent rêveur. L'essentiel
est que la population doit avoir accès à une bonne
information sur les équipements collectifs. A cet
égard, je souhaiterais plaider une fois de plus en
faveur de la création d'une espèce de "guichet C",
un guichet d'information communal où la population
pourrait obtenir des informations de source
indépendante et objective sur les services des
fournisseurs d'énergie, La Poste ou De Lijn, par
exemple. J'applaudirais si des fonds pouvaient être
dégagés à cet effet.
03.08 Guido De Padt (VLD): De cijfers die de
minister ons gegeven heeft, stemmen tot
nadenken. De essentie is dat de mensen toegang
moeten hebben tot goede informatie over
gemeenschapsvoorzieningen. In dat verband wil ik
nogmaals pleiten voor het oprichten van een soort
G-loket, een gemeentelijk informatieloket waar de
mensen onafhankelijke en objectieve informatie
kunnen krijgen over de diensten van bij voorbeeld
de energieleveranciers, De Post, De Lijn. Ik zou het
toejuichen als daarvoor geld vrijgemaakt kon
worden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Questions jointes de
- M. André Frédéric au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "les tarifs étudiants
pratiqués par la SNCB" (n° 562)
- M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "les projets de la S.N.C.B. en matière de
simplification tarifaire" (n°658)
04 Samengevoegde vragen van
- de heer André Frédéric aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
studententarieven van de NMBS" (nr. 562)
- de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de plannen van de
N.M.B.S. inzake tariefvereenvoudiging" (nr. 658)
La réponse sera fournie par vice-premier ministre
Vande Lanotte.
Het antwoord wordt verstrekt door vice-eerste
minister Vande Lanotte.
04.01 André Frédéric (PS): Même si des tarifs
préférentiels ont été instaurés, via les cartes de
train scolaire ou B-Campus, les tarifs des
abonnements pour étudiants de plus de 18 ans
restent exagérément élevés, ce qui n'incitera pas
les étudiants à prendre le train, ni actuellement ni
plus tard, et favorise l'élitisme scolaire.
Quelles réductions tarifaires envisagez-vous et
dans quels délais?
04.01 André Frédéric (PS): Ook al werden
gunsttarieven ingevoerd via de Schooltreinkaart en
de Campuskaart, de prijzen van de abonnementen
voor studenten ouder dan 18 jaar blijven
overdreven hoog. De studenten zullen dus niet
meteen geneigd zijn om de trein te nemen,
vandaag niet en ook later niet. Dit zal het
elitedenken binnen het onderwijs bovendien
versterken.
Welke tariefverlagingen zal u doorvoeren en binnen
welke tijdruimte?
04.02 Olivier Chastel (MR): Le Comité consultatif
des usagers de la SNCB regrette le manque de
concertation au sujet de l'adaptation tarifaire prévue
pour le 1
er
février 2004 et s'inquiète de la
suppression de taux de réduction.
04.02 Olivier Chastel (MR): Het Raadgevend
Comité van de gebruikers bij de NMBS betreurt het
gebrek aan overleg inzake de voor 1 februari 2004
geplande tariefaanpassing en maakt zich zorgen
over de afschaffing van bepaalde gunsttarieven.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
10
Quelles sont les mesures de simplification tarifaire
envisagées? Entraîneront-elles des augmentations
au-delà de ce qui est prévu dans le contrat de
gestion? La procédure suivie respecte-t-elle l'article
47 de la loi du 21 mars 1991?
Welke maatregelen bent u van plan te nemen om
de tariefregeling te vereenvoudigen? Zal dit leiden
tot tariefverhogingen boven de grenzen die in het
beheerscontract werden vastgelegd? Is de
gevolgde procedure in overeenstemming met
artikel 47 van de wet van 21 maart 1991?
04.03 Johan Vande Lanotte, ministre (en
français): La simplification tarifaire prévue pour le
1
er
février 2004 consiste en la fusion de la carte
annuelle de fidélité et de la carte mensuelle de
réduction en un seul produit tarifaire offrant 50% de
réduction, en la suppression de tarifs marginaux, en
l'harmonisation de réductions légales reprises à
l'annexe 11 du contrat de gestion. Il ne resterait
donc que la gratuité et la réduction de 50%, à
l'exception de la réduction de 75% en première
classe.
Ces adaptations respectent la ligne d'augmentation
tarifaire prévue à l'article 53 du contrat de gestion.
Le contrat de gestion prévoit que la société
informera le Comité consultatif dans les meilleurs
délais des adaptations importantes qu'elle
envisage. Ici, il y a eu interprétation et la société a
informé le Comité des décisions prises. Une
réunion est planifiée pour début décembre.
04.03 Minister Johan Vande Lanotte (Frans): De
tegen 1 februari 2004 geplande vereenvoudiging
van de tarieven voorziet in het samengaan van de
getrouwheidskaart en de maandelijkse
reductiekaart in één enkel product dat recht geeft
op een korting van 50 %, in de afschaffing van
weinig gebruikte formules alsook in de
harmonisering van wettelijke kortingen die vermeld
worden in bijlage 11 van het beheerscontract.
Alleen de gratis biljetten en de biljetten aan halve
prijs zouden dus worden behouden, met
uitzondering van de korting van 75 % in eerste klas.
Deze aanpassingen stroken met de tariefverhoging
die bij artikel 53 van het beheerscontract werd
bepaald.
Het beheerscontract stelt dat de maatschappij het
Raadgevend Comité zo spoedig mogelijk op de
hoogte zal brengen van de belangrijke wijzigingen
die zij beoogt. Deze bepaling werd in dit geval
geïnterpreteerd en de maatschappij heeft het
Comité op de hoogte gebracht van de genomen
beslissingen. Begin december zal er een
vergadering plaatsvinden.
Je suis favorable aux réductions en faveur des
étudiants, car le transport est un des postes de
dépenses les plus élevés, surtout pour des familles
qui n'ont pas les moyens de payer un logement sur
place.
Cependant, l'enseignement est une matière
communautarisée et cette problématique doit être
envisagée dans le cadre des bourses d'études.
Ik ben voorstander van kortingen voor studenten,
want het vervoer is een van de grootste
uitgavenposten, vooral voor gezinnen die niet over
de nodige middelen beschikken om
studentenkamers te betalen.
Onderwijs is echter een
gemeenschapsbevoegdheid en die problematiek
moet in het kader van de studiebeurzen worden
onderzocht.
04.04 Olivier Chastel (MR): Je rejoins le ministre
sur son appréciation quant à la manière dont la
SNCB travaille à l'égard du Conseil consultatif des
usagers. Une attitude plus proactive serait de bon
aloi.
04.04 Olivier Chastel (MR): Ik deel het standpunt
van de minister met betrekking tot de manier
waarop de NMBS handelt ten aanzien van de
Adviesraad van de gebruikers van de spoorwegen.
Een meer proactieve houding zou aangewezen zijn.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Interpellations et questions jointes de
- M. Olivier Maingain au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "le plan de dispersion
des vols autour de Bruxelles-National" (n° 78)
- M. François-Xavier de Donnea au ministre de la
05 Samengevoegde interpellaties en vragen van
- de heer Olivier Maingain tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
spreidingsplan voor de vluchten op Zaventem"
(nr. 78)
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
11
Mobilité et de l'Economie sociale sur "la mise en
oeuvre de nouvelles routes aériennes sans
accord gouvernemental" (n° 81)
- Mme Joëlle Milquet au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "le plan de diversion
des nuisances sonores des avions de Bruxelles
National" (n° 82)
- Mme Marie Nagy au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "le plan de dispersion des
vols de nuit" (n° 84)
- Mme Simonne Creyf au ministre de la Mobilité
et de l'Economie sociale sur "la décision du
cabinet restreint concernant le plan de
dispersion des vols de nuit" (n° 645)
- M. Charles Picqué au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "la méthode adoptée
pour l'élaboration du cadastre du bruit" (n° 669)
- M. Bart Laeremans au ministre de la Mobilité et
de l'Economie sociale sur "le plan de dispersion
des vols de nuit" (n° 95)
- M. François-Xavier de Donnea au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "ses
déclarations intolérables faites le
3 novembre 2003 à Meise" (n° 639)
- de heer François-Xavier de Donnea tot de
minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de ingebruikneming van nieuwe
luchtvaartroutes zonder dat de regering daarmee
heeft ingestemd" (nr. 81)
- mevrouw Joëlle Milquet tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het plan om
de geluidsoverlast van de vluchten op Zaventem
te spreiden" (nr. 82)
- mevrouw Marie Nagy tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
spreidingsplan inzake nachtvluchten" (nr. 84)
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
beslissing van het kernkabinet betreffende het
spreidingsplan voor de nachtvluchten" (nr. 645)
- de heer Charles Picqué aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
werkmethode waarvoor geopteerd werd voor het
opmaken van een geluidskadaster" (nr. 669)
- de heer Bart Laeremans tot de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
spreidingsplan in verband met de nachtvluchten"
(nr. 95)
- de heer François-Xavier de Donnea aan de
minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de ontoelaatbare uitspraken die de minister op
3 november 2003 in Meise deed" (nr. 639)
05.01 Olivier Maingain (MR): Le 16 octobre
dernier, vous avez donné instruction à Belgocontrol
de mettre en oeuvre, dès le 22 janvier, la première
partie de votre plan de dispersion des vols aériens.
Cette initiative ne respecte pas la collégialité
ministérielle requise pour la gestion d'un tel dossier.
Vous cherchez à imposer par la politique du fait
accompli une position personnelle non conforme à
l'accord gouvernemental et n'engageant pas
l'autorité du gouvernement.
A la suite de nombreuses réactions négatives, le
Conseil restreint vous a invité à établir le cadastre
du bruit et a exigé par la déclaration
gouvernementale à veiller à la concertation avec
les Régions, ce qui ne vous a pas empêché de faire
encore récemment à Meise des déclarations sans
aucune retenue. Vous prétendez respecter l'Accord
de gouvernement et vous dispenser de la sorte
d'un accord du gouvernement. Mais vous ne
respectez nullement les préalables posés par
l'accord gouvernemental avant l'élaboration de tout
nouveau plan de répartition.
05.01 Olivier Maingain (MR): Op 16 oktober
jongstleden hebt u Belgocontrol de opdracht
gegeven om vanaf 22 januari het eerste deel van
uw spreidingsplan van de vluchten uit te voeren.
Dit initiatief beantwoordt niet aan de ministeriële
collegialiteit die voor het beheer van een dergelijk
dossier vereist is. Met de tactiek van het voldongen
feit probeert u zonder de goedkeuring van de
regering een persoonlijk standpunt op te dringen
dat niet in overeenstemming is met het
regeerakkoord.
Naar aanleiding van talloze negatieve reacties heeft
het kernkabinet u gevraagd een geluidskadaster op
te stellen en werd via de regeringsverklaring geëist
het overleg met de Gewesten niet uit het oog te
verliezen, wat u niet heeft belet om onlangs nog
zonder enige terughoudendheid verklaringen af te
leggen in Meise. U beweert het regeerakkoord na
te leven, maar ontloopt het in feite. U respecteert
geenszins de voorwaarden van het regeerakkoord
die voor de uitwerking van elk nieuw spreidingsplan
werden bepaald.
Le cadastre du bruit dont vous prétendez disposer
n'est, en fait, qu'un cadastre théorique basé sur un
modèle mathématique, du type de ceux dont
Het geluidskadaster waarover u naar u beweert
beschikt is in feite niets anders dan een theoretisch
kadaster dat gebaseerd is op een mathematisch
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
12
l'inefficacité a déjà été prouvée. Les administrations
environnementales des Régions n'ont pas été
consultées. Comment prétendre procéder à une
évaluation objective alors que la définition des
zones selon le principe de « répartition équitable »
n'est même pas réalisée et que la périphérie Est,
qui reçoit la majorité des vols, depuis le 22 juillet
2003, n'est pas encore équipée de sonomètres ?
Par ailleurs, où en êtes-vous dans la définition de la
méthodologie
et quelles seront les périodes
retenues ? Un cadastre objectif doit également
s'effectuer l'été. Combien de sonomètres seront-ils
déployés ? Combien de jours resteront en place
quartier par quartier ? Les experts acoustiques
choisis par les Régions pourront-il collaborer ?
model waarvan de inefficiëntie reeds bewezen is.
De milieuadministraties van de Gewesten werden
niet geraadpleegd. Hoe kan men beweren dat men
een objectieve evaluatie zal houden als men weet
dat de zones niet eens afgebakend werden volgens
het beginsel van de "billijke spreiding" en dat de
Oostrand die sinds 22 juli 2003 het leeuwendeel
van de vluchten te verwerken krijgt nog niet met
geluidsmeters is uitgerust? Hoever staat u
daarnaast met de definitie van de methodologie en
welke periodes zullen in aanmerking worden
genomen? Een objectief kadaster moet ook tijdens
de zomerperiode worden opgesteld. Hoeveel
geluidsmeters zullen er worden opgesteld?
Gedurende hoeveel dagen zullen ze in elke wijk
worden opgesteld? Zullen de geluidsexperten van
de Gewesten hierbij betrokken worden?
Proposer un nouveau plan de répartition des vols
sans cadastre de bruit réel est non seulement
contraire à la déclaration gouvernementale, mais
également à la directive européenne 2002/49/CE
du 25 juin 2002 qui, même non transposée, produit
ses effets juridiques à l'égard des Etats membres.
En outre, une directive du 27 juin 2001 vous
impose une étude d'incidence des conséquences
de votre projet de plan d'action.
Votre persistance à annoncer la mise en oeuvre de
votre projet de plan est une fumisterie qui ne
trompe que vous-même. Vous ne pourrez vous
soustraire à l'établissement d'un véritable cadastre
du bruit qui appelle une longue période de
référence -, ni au respect des directives
européennes, ni à une concertation avec les
Régions. Ces trois exigences une fois respectées,
votre plan sera dépassé par les exigences
européennes et scientifiques.
Confirmez-vous que les instructions données par
courrier du 16 octobre dernier à Belgocontrol ne
produiront aucun effet ?
Los van enig geluidskadaster een nieuw
spreidingsplan voorstellen, gaat niet alleen in tegen
de regeringsverklaring, maar ook tegen de
Europese richtlijn 2002/49/ EG van 25 juni 2002,
die, ook al werd ze nog niet in nationale wetgeving
omgezet, juridische gevolgen heeft voor de
lidstaten.
Bovendien verplicht een richtlijn van 27 juni 2001 u
een studie te maken van de gevolgen van uw
ontwerp-actieplan.
Door hardnekkig vol te houden dat uw ontwerpplan
zal worden uitgevoerd, draait u alleen uzelf een rad
voor ogen. Er zijn immers drie zaken waar u niet
omheen kunt: het uitwerken van een echt
geluidskadaster en daartoe is een lange
referentieperiode nodig - het naleven van de
Europese richtlijnen en overleg met de Gewesten.
Wanneer u aan die drie vereisten zal hebben
voldaan, zal uw plan zowel door de Europese als
door de wetenschappelijke eisen voorbijgestreefd
zijn.
Bevestigt u dat de richtlijnen die Belgocol bij brief
van 16 oktober werden gegeven, zonder gevolg
zullen blijven?
Vous dites vouloir contrôler les mouvements
aéroportuaires au départ de Bruxelles-National et
mener une réflexion à long terme sur son avenir.
Mais, dans le même temps, vous déclarez qu'un
second aéroport fédéral ne se justifie pas.
Comptez-vous délocaliser certaines activités - et
notamment celles de DHL - vers d'autres
aéroports? Alors que la Région wallonne annonce
que les aéroports régionaux disposent de réserves
et peuvent sans difficulté accueillir la totalité des
vols charters de Bruxelles-National, comptez-vous
mener des concertations et des échanges avec le
gouvernement wallon en ce sens ?
U zegt dat u toezicht wenst uit te oefenen op het
vliegverkeer vanuit Brussel-Nationaal en dat u op
lange termijn wenst na te denken over de toekomst
van deze luchthaven. Tegelijkertijd verklaart u
echter dat de komst van een tweede nationale
luchthaven niet gerechtvaardigd is. Bent u van plan
bepaalde activiteiten met name die van DHL
naar andere luchthavens te verleggen? Het Waalse
Gewest kondigt aan dat de gewestelijke
luchthavens over reserves beschikken en makkelijk
alle chartervluchten van Brussel-Nationaal kunnen
overnemen. Bent u dan ook van plan om met de
Waalse regering hierover overleg te plegen en van
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
13
gedachten te wisselen?
05.02 François-Xavier de Donnea (MR): Je
voudrais coupler ma question à cette interpellation,
car elle porte sur le même sujet.
Le président : Pas de problème.
05.02 François-Xavier de Donnéa (MR): Ik zou
mijn vraag graag koppelen aan deze interpellatie,
omdat zij over hetzelfde onderwerp gaat.
De voorzitter: Geen probleem.
05.03 François-Xavier de Donnea (MR): Je
m'associe aux remarques de M. Maingain, et ne
vais pas répéter ce qu'il vient de dire.
Je voudrais que le ministre me dise quel est le
statut des instructions qu'il a données, le 16
octobre, au sujet des nouvelles procédures de vol,
et des nouvelles routes, à mettre en place pour le
22 janvier 2004, après la réunion du gouvernement
du 5 novembre. Quelles étaient ces instructions ?
Qu'est-ce que le Conseil des ministres a demandé
de postposer, pour réaliser un cadastre du bruit ?
Que reste-t-il de tout cela ?
Dans le même domaine, le Sénat a auditionné des
représentants des pilotes. Il a entendu le capitaine
Philippe Denoulet, enquêteur de l'IFALPA en cas
d'accident, qui a dit que certaines pistes étaient
déjà utilisées comme le prévoient des directives
pour le 22 janvier.
05.03 François-Xavier de Donnea (MR): Ik sluit
mij aan bij de opmerkingen van de heer Maingain
en ik zal zijn woorden dan ook niet herhalen.
Graag vernam ik van de minister in hoeverre de
bijeenkomst van de regering op 5 november een
invloed heeft gehad op de instructies die hij op 16
oktober gaf inzake de nieuwe vliegprocedures en -
routes, die tegen 22 januari 2004 van kracht dienen
te worden. Wat waren deze instructies? Voor welke
punten heeft de Ministerraad uitstel gevraagd,
teneinde een kadaster van de geluidshinder vast te
stellen? Wat blijft hiervan over?
De Senaat heeft met betrekking tot dezelfde
materie vertegenwoordigers van de piloten
gehoord. Eén van hen was kapitein Philippe
Denoulet, die onderzoek verricht voor IFALPA
wanneer er zich een vliegtuigongeluk voordoet en
die verklaard heeft dat bepaalde pistes reeds
werden gebruikt volgens de richtlijnen die pas
tegen 22 januari van kracht worden.
Le ministre aura beau donner ses instructions, c'est
la direction du vent qui détermine les possibilités de
décollage dans un certain sens ; sinon, on risque
des accidents.
De plus, si un avion décolle avec le vent dans le
dos, le bruit s'accroît. Les pilotes disent que le plan
du ministre va augmenter le bruit. Avec le vent
dans le dos, le moteur fait plus de bruit, l'avion
grimpant moins vite et produisant du bruit plus
longtemps sur une trajectoire : la portée du bruit
est plus lointaine.. Le résultat est qu'en faisant
décoller les avions avec le vent dans le dos, on
augmente le bruit.
Les pilotes mettent aussi en cause les aspects
sécuritaires.
De minister kan zoveel richtlijnen geven als hij wil,
uiteindelijk bepaalt de windrichting of men al dan
niet in een bepaalde richting kan opstijgen. Zoniet
zou men ongelukken kunnen veroorzaken.
Bovendien produceert een vliegtuig dat met de
wind in de rug opstijgt, meer geluid. Volgens de
piloten zal het plan van de minister de hinder nog
doen toenemen. Met de wind in de rug maakt de
motor meer geluid, het vliegtuig stijgt minder snel
en produceert dus langer geluid op een bepaalde
vliegroute; het geluid draagt ook verder. Door
vliegtuigen met de wind in de rug te doen opstijgen,
krijgt men dus meer geluidshinder.
De piloten hebben ook vragen bij de veiligheid.
Je voudrais que le ministre m'assure qu'il ne va pas
donner de directives contraires à ce que des pilotes
- experts internationaux - ont déclaré devant la
commission du Sénat. Je crois qu'il serait bon
d'inviter également certains représentants des
pilotes et d'autres milieux techniques, pour qu'ils
viennent expliquer les avantages et inconvénients
des mesures proposées.
Ik zou willen dat de minister mij verzekert dat hij
geen richtlijnen zal uitvaardigen die indruisen tegen
wat piloten - internationale experten- voor de
Senaatscommissie hebben verklaard. Het ware
mijns inziens opportuun om ook een aantal
vertegenwoordigers van de piloten of andere
vakkringen uit te nodigen en hen de voor- en
nadelen van de voorgestelde maatregelen te laten
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
14
Je partage également les inquiétudes de M.
Maingain sur la méthodologie. Si, par exemple, on
établit le cadastre du bruit sur des mesures réelles
faites en novembre, il est évident qu'il s'agit d'un
mois creux. Ce qui est important, c'est d'avoir des
mesures sur les douze mois de l'année, de façon à
compter également les périodes de pointe de juillet-
août, de Noël, du congé de carnaval, de Pâques,
etc.
Je voudrais à présent revenir sur un incident
malheureux. Lors d'une réunion, le 3 novembre, à
Meise, le ministre Anciaux aurait tenu des propos
plus émotionnels que rationnels. Deux de ces
propos m'interpellent particulièrement. Tout
d'abord, M. Anciaux aurait dit, je cite: "J'ai prêté
serment dans les mains du Roi, mais comme
ministre républicain flamand, je vais envoyer au-
dessus du Palais royal de Laeken et des parcs
Albert et Baudouin les avions qui empruntent les
routes en direction de la balise Costa." Deuxième
citation : "Les fonctionnaires européens de
l'Oostrand se plaignent du bruit des avions qui les
survolent, mais ces gens ne paient pas d'impôts en
Belgique et, donc, n'ont pas le droit de se plaindre."
uitleggen.
Ik deel ook de bezorgdheid van de heer Maingain
ten aanzien van de methodologie. Indien men het
kadaster van de geluidshinder bijvoorbeeld vaststelt
op grond van werkelijke metingen die men in
november uitvoert, spreekt het voor zich dat dit een
kalme maand zal zijn. Het is belangrijk om twaalf
maanden lang metingen te doen, zodat men ook
rekening kan houden met de pieken van juli en
augustus, Kerstmis, de krokusvakantie, Pasen,enz.
Ik zou nu willen terugkomen op een jammerlijk
voorval. Tijdens een vergadering in Meise op 3
november liet minister Anciaux zich blijkbaar meer
leiden door zijn gevoel dan door zijn verstand.
Twee uitlatingen in het bijzonder zijn mij
bijgebleven. Eerst en vooral zou de heer Anciaux
hebben gezegd, ik citeer: "Ik heb de eed afgelegd
in handen van de Koning, maar als Vlaams
republikeins minister zal ik de vliegtuigen die de
routes volgen in de richting van het baken Costa,
over het koninklijk paleis van Laken, het Albertpark
en het Boudewijnpark laten vliegen." Tweede citaat:
"De Europese ambtenaren van de Oostrand klagen
over de geluidsoverlast door overvliegende
vliegtuigen, maar zij betalen geen belastingen in
België en dus hebben zij het recht niet om te
klagen."
Monsieur le ministre, j'ignore si vous avez tenu
ces propos et, si tel ne devait pas être le cas, je
ne veux pas vous les imputer.
Je souhaite poser les questions suivantes.
Premièrement, le ministre confirme-t-il ou non
avoir tenu de tels propos ? S'il les a tenus, estime-
t-il qu'un tel langage est compatible avec la dignité
de sa fonction et sa crédibilité politique?
Deuxièmement, s'il a bien tenu ces propos, les
estime-t-il compatibles avec le respect dû au Roi ?
Mijnheer de minister, ik weet niet of u dat heeft
gezegd en mocht dat niet zo zijn, dan wil ik u die
woorden niet in de mond leggen.
Ik wil volgende vragen stellen.
Bevestigt de minister al of niet dat hij dat heeft
gezegd? Als hij dat inderdaad heeft gezegd, vindt
hij dan dat dergelijke uitlatingen verenigbaar zijn
met de waardigheid van zijn ambt en zijn politieke
geloofwaardigheid niet in het gedrang brengen?
Vindt hij zijn uitlatingen dan tevens verenigbaar met
het respect dat onze Koning is verschuldigd?
05.04 Joëlle Milquet (cdH): Je rejoins
les propos de M. de Donnea.
Je souhaite poser quatre questions au ministre.
Par une lettre du 16 octobre, le ministre, avait
demandé à Belgocontrol de mettre en oeuvre pour
le 22 janvier 2004 son plan de dispersion. Depuis
lors, des faits nouveaux sont apparus.
Ma première question est la suivante : en faisant
cette proposition, estimiez-vous suivre la solidarité
05.04 Joëlle Milquet (cdH): Ik sluit mij aan bij
hetgeen de heer de Donnea heeft gezegd.
Ik wil de minister vier vragen stellen.
Bij brief van 16 oktober had de minister
Belgocontrol gevraagd zijn spreidingsplan tegen 22
januari ten uitvoer te leggen. Sindsdien hebben zich
nieuwe feiten voorgedaan.
Mijn eerste vraag is de volgende: vond u dat u zich,
door dat voorstel te formuleren, heeft gehouden
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
15
gouvernementale - qui requiert que ce genre de
décision soit prise en Conseil des ministres et
respecter la déclaration gouvernementale qui
demandait l'élaboration d'un cadastre du bruit ?
Récemment, il y a eu un kern. Lors de ce kern, il
semblerait que l'on vous ait demandé d'établir ce
cadastre du bruit. Vous prétendez l'avoir, mais le
cadastre existant jusqu'à présent n'est qu'un
modèle théorique et mathématique. Je souhaite
donc savoir concrètement ce qui a été décidé
depuis ce kern et ce que vous allez faire : allez-
vous faire installer des sonomètres là où il en
manque, notamment à Wezembeek et à Kraainem
? Si oui, dans quels délais et à quels endroits pour
s'assurer d'un cadastre du bruit véritablement
objectif ? Quelles méthodes allez-vous suivre,
combien de temps cela va-t-il prendre et avec
quelle concertation?
aan de regeringssolidariteit - die vereist dat dat
soort beslissingen in de Ministerraad wordt
genomen maar ook aan de regeringsverklaring,
waarin wordt gevraagd dat een geluidskadaster zou
worden opgesteld?
Onlangs vond er een vergadering van het
kernkabinet plaats. Men zou u toen gevraagd
hebben dat geluidskadaster op te stellen. U
beweert in het bezit ervan te zijn, maar het kadaster
dat tot dusver bestaat is maar een theoretisch en
wiskundig model. Ik wil dus concreet weten wat er
werd sinds die vergadering van het kernkabinet
werd beslist en wat u zal ondernemen: zal u
geluidsmeters laten installeren waar die ontbreken,
met name in Wezembeek en Kraainem? Zo ja,
wanneer en waar zal dat gebeuren, zodat er een
echt objectief geluidskadaster komt? Welke
methodes zal u hanteren, hoeveel tijd zal dat in
beslag nemen en welk overleg zal u
dienaangaande organiseren?
Deuxième question: apparemment, le kern vous
aurait demandé d'organiser une meilleure
concertation, avec les Régions notamment. Avec
quelles Régions et selon quel timing est prévue
cette concertation, et quel est son objet ?
Troisième question : est-ce que le kern a remis en
question votre lettre du 16 octobre ? Sachant qu'il
vous est demandé un cadastre du bruit objectif qui
exige une période plus longue d'examen, il serait
absurde que ce délai ne soit pas modifié. Ou bien
tout doit-il être prêt pour le 22 janvier ?
Quatrième question : a-t-on clarifié les différences
d'appréciation entre le terme néerlandais et le
terme français ? D'un côté, il est question de
"répartition" et, de l'autre, de spreiding
("dispersion"), ce qui n'est pas la même chose.
Par ailleurs, je suis étonnée qu'un ministre fédéral,
qui a prêté serment devant le Roi, tienne des
propos de ce type par rapport à la famille royale ou
au survol du palais. La manière dont vous
envisagez votre rôle de ministre fédéral, en principe
chargé du bien-être de tous les habitants et pas
uniquement de ceux d'une seule communauté
linguistique, m'apparaît également peu acceptable ;
vos propos mériteraient une mise au point de la
part du premier ministre. Dans le passé des
démissions ont sanctionné des attitudes moins
graves.
Ma quatrième question est la suivante : vous dites
être prêt à envisager un débat sur l'avenir de
l'aéroport. Si telle est votre intention, pour quand
envisagez-vous ce débat, notamment avec les
Vraag twee
: het kernkabinet zou u hebben
gevraagd het overleg, meer bepaald met de
Gewesten, te verbeteren. Met welke Gewesten,
wanneer en waarover komt er overleg?
Drie: zette het kernkabinet uw schrijven van 16
oktober op de helling? Wetend dat u een objectief
geluidskadaster wordt gevraagd, waartoe een
langere onderzoeksperiode nodig is, zou het
absurd zijn de vooropgestelde termijn te
handhaven. Of moet toch alles tegen 22 januari in
gereedheid zijn?
Vier: werd een eind gemaakt aan de
begripsverwarring tussen de Nederlandstalige en
de Franstalige begrippen? In het Nederlands heeft
men het over spreiding ("dispersion"), in het Frans
over "répartition", en dat is niet hetzelfde.
Het verbaast me uit de mond van een federaal
minister, die in de handen van de Koning de eed
heeft afgelegd, dergelijke uitspraken over de
koninklijke familie en het overvliegen van het
koninklijk paleis te horen. Uw zienswijze op de rol
van een federaal minister, die zou moeten instaan
voor het welzijn van alle inwoners en niet enkel van
die van een bepaalde taalgemeenschap, lijkt me
bedenkelijk; de eerste minister zou er goed aan
doen de puntjes op de i te zetten. In het verleden
moesten ministers soms voor minder opstappen.
Vraag vijf: u zegt het debat over de toekomst van
de luchthaven te willen aangaan. Wanneer plant u
dat debat, dat, aangezien het overleg vereist, ook
met de Gewesten moet worden gevoerd en
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
16
Régions, puisqu'il implique une concertation et,
peut-être, une collaboration des aéroports
régionaux ? Quel est le timing, la méthode que
vous envisagez d'employer ?
misschien ook over samenwerking met de
regionale luchthavens zal gaan? Volgens welke
timing en methode wil u te werk gaan?
Ce débat doit réunir majorité et opposition,
impliquer les différentes entités concernées et les
riverains, pour avoir un plan de développement et
une politique aéroportuaire tenant compte du
facteur environnemental, du facteur nuisances et
du facteur de développement économique. Il faut
tenter de voir à plus long terme l'avenir de
l'aéroport au niveau national, en y impliquant les
Régions. Il faudrait, dès lors, préciser le plan de
travail dans ce domaine.
Om een ontwikkelingsplan uit te werken en een
luchthavenbeleid te voeren dat rekening houdt met
het milieu, de geluidsoverlast en de economische
vooruitgang, moet dit debat de meerderheid en de
oppositie verenigen en moeten de verschillende
belanghebbende partijen en de bewoners erbij
worden betrokken. We moeten streven naar een
toekomstvisie op langere termijn voor de
luchthaven op nationaal niveau door er de
Gewesten bij te betrekken. Daarom moeten we het
actieplan op dat vlak verduidelijken.
05.05 Marie Nagy (ECOLO): Je suis surprise que
vous ne teniez pas compte de questions objectives
et des expériences du passé pour vous lancer dans
une entreprise hasardeuse ou politiquement
dommageable.
Dans une lettre du 16 octobre, vous avez
communiqué à l'administrateur délégué de
Belgocontrol la première partie de votre plan de
dispersion, et ce sans l'accord du gouvernement
fédéral, sans concertation avec les gouvernements
régionaux, et sans le cadastre des nuisances tel
qu'il était prévu et tel qu'il avait été promis par les
partis de la majorité gouvernementale. En réaction,
le kern a demandé le gel de la décision.
Quelle est la portée réelle du gel de votre décision?
Avez-vous envoyé une lettre annulant celle du 16
octobre ?
Comment justifiez-vous les procédures exposées
dans votre lettre du 16 octobre? Sur la base de
quelles exigences de sécurité et de santé publique
les avez-vous déterminé, puisque vous ne tenez
pas compte de la question du survol des zones
densément peuplées? Un élément dans les
directives prévoyait expressément que vous deviez
en tenir compte.
05.05 Marie Nagy (ECOLO): Het verwondert mij
dat u zich op een gewaagd en politiek nadelig plan
stort zonder rekening te houden met objectieve
problemen, noch met ervaringen uit het verleden.
In een brief van 16 oktober hebt u het eerste deel
van het spreidingsplan aan de afgevaardigd
bestuurder van Belgocontrol bekendgemaakt, maar
zonder toestemming van de federale regering,
zonder overleg met de gewest- regeringen en
zonder geluidskadaster zoals gepland en beloofd
was door de meerderheidspartijen van de regering.
Daarom heeft het kernkabinet gevraagd om de
beslissing te bevriezen.
Hoe ver reikt de bevriezing van uw beslissing in
werkelijkheid? Hebt u een brief gestuurd om uw
brief van 16 oktober teniet te doen?
Hoe motiveert u de procedures die in uw brief van
16 oktober uit de doeken werden gedaan? Op
grond van welke voorwaarden op het stuk van de
veiligheid en de volksgezondheid hebt u die
procedures bepaald, want u houdt immers geen
rekening met het probleem van de dichtbevolkte
zones die worden overvlogen? Nochtans werd in
de richtlijnen uitdrukkelijk vermeld dat u hiermee
rekening moest houden.
Toutes les modifications des routes de jour ou de
nuit à Bruxelles et dans le Brabant wallon ne
peuvent être envisagées que dans un cadre global,
qui assure une répartition des nuisances à partir
d'un cadastre de bruit, commune par commune ou
quartier par quartier, établi à partir de mesures de
bruit réel et non sur la base d'un modèle théorique.
Or, le nombre de sonomètre dans certaines
communes est très insuffisant. Comment voulez-
vous établir un cadastre si vous ne disposez pas
d'outils de mesure en nombre suffisant ?
Alle wijzigingen van de dag- of nachtroutes boven
Brussel en Waals-Brabant kunnen enkel gezien
worden in een alomvattend kader dat voor een
verdeling van de hinder zorgt op grond van een
lawaaikadaster dat gemeente per gemeente of
buurt per buurt aan de hand van metingen van het
werkelijk lawaai en niet op grond van een
theoretisch model is opgemaakt. Het aantal
geluidsmeters in bepaalde gemeenten is echter
volstrekt ontoereikend. Hoe wil u een kadaster
opmaken als u niet over genoeg meetinstrumenten
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
17
Ensuite, comment expliquez que vous ne tenez pas
compte de la densité de la population?
Comment imaginez-vous poursuivre, étant donné
votre situation par rapport au kern, et alors que les
conditions exprimées dans la déclaration
gouvernementale ne sont pas respectées?
En outre, le ministre peut-il nous expliquer pourquoi
le texte français de l'accord gouvernemental parle
de «répartition», alors que le texte néerlandais
parle de
spreiding , qui signifie clairement
«dispersion». Je souhaiterais que le ministre
éclaircisse ce point.
Peut-il également nous dire si une personne en
charge de ce dossier au sein de son cabinet est
effectivement membre du Comité d'action des
riverains de la périphérie Nord? Si le site»
plandedispersion.be» est un site dépendant du parti
Spirit? Ceci afin de clarifier l'indépendance de votre
position dans cette affaire.
Ensuite, dans De Morgen, vous avez déclaré que,
sans les Bruxellois, il n'y aurait plus de problème.
Vous n'avez pas démenti ces déclarations. En tant
que ministre fédéral, vous devez définir clairement
votre position, même si vous avez une vision très
« néerlandophone » de la politique. Je n'ai pas non
plus eu connaissance d'un démenti de l'article de
De Morgen sur la réunion que vous avez tenue le 3
novembre dernier.
beschikt?
Hoe verklaart u dat u geen rekening houdt met de
bevolkingsdichtheid?
Wat zal u vervolgens doen gezien uw positie ten
aanzien van het kernkabinet en terwijl de in de
regeringsverklaring opgenomen voorwaarden niet
in acht worden genomen?
Kan u ons uitleggen waarom er in de Franse tekst
van het regeerakkoord sprake is van «répartition»
terwijl in de Nederlandse tekst sprake is van
«spreiding» wat kennelijk «dispersion» betekent?
Kan u dit punt ophelderen?
Kan u ons eveneens zeggen of een persoon die op
uw kabinet instaat voor dit dossier, inderdaad lid is
van het Aktiecomité van de inwoners van de
noordrand? En of de webstek
«plandedispersion.be» een site is die van de
politieke partij Spirit afhangt? Met deze vragen wil
ik mij ervan vergewissen dat u een onafhankelijk
standpunt inneemt.
In De Morgen hebt u gezegd dat er zonder de
Brusselaars geen problemen meer zouden zijn. Die
verklaringen hebt u niet tegengesproken. In uw
hoedanigheid van federaal minister moet u een
duidelijk standpunt innemen al hebt u een zeer
«Nederlandstalige» visie van de politiek hebt. Voor
zover mij bekend hebt u het artikel in De Morgen
over de vergadering van 3 november jongstleden
niet tegengesproken.
En ce qui concerne la directive européenne, elle
vous permet de prendre des mesures restrictives
pour limiter les nuisances, sans provoquer de
nouvelles discussions. M. Michel Ayral, directeur
des transports aériens à la Commission
européenne a,en effet, indiqué que, du côté
européen, cette directive était suffisante pour
qu'une autorité, que ce soit fédérale si elle est
responsable de l'aéroport, ou régionale dans le cas
d'aéroports régionaux, prenne, dès aujourd'hui,
prendre les mesures concernant des restrictions
aux heures de vol, au bruit autorisé, ...sans avoir
une nouvelle directive. Vous ne pouvez donc vous
référer sans cesse à l'Europe pour trouver une
solution aux vols de nuit et ne pas assumer vos
responsabilités.
La Déclaration gouvernementale permettait
diverses interprétations. Vous en avez utilisé une
qui ne profite pas à la sécurité et à la tranquillité
des habitants de Bruxelles. Je trouve cela
regrettable. J'espère que vous allez clarifier cette
situation comme elle doit l'être.
Dankzij de Europese richtlijn kan u, zonder nieuwe
discussies uit te lokken, maatregelen treffen om de
overlast te beperken. De heer Michel Ayral,
directeur van het Directoraat-generaal Luchtvervoer
van de Europese Commissie, heeft er namelijk op
gewezen dat, vanuit Europees oogpunt, deze
richtlijn volstond opdat een overheid, federaal
indien zij verantwoordelijk is voor de luchthaven of
gewestelijk in geval van gewestelijke luchthavens,
vanaf vandaag beperkende maatregelen zou
kunnen treffen ten aanzien van het tijdstip van de
vluchten, de toegelaten decibels, ... Een nieuwe
richtlijn is dus niet vereist. U kan zich dus niet
blijven verschuilen achter Europa om een oplossing
voor de nachtvluchten te vinden, noch kan u uw
verantwoordelijkheid blijven ontlopen.
De regeringsverklaring liet ruimte voor
verschillende interpretaties. U hebt er één
uitgekozen die de veiligheid en de rust van de
inwoners van Brussel niet ten goede komt. Dat is
jammer. Ik hoop dat u deze toestand naar behoren
zal rechttrekken.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
18
05.06 Simonne Creyf (CD&V): Dans le dossier
des vols de nuit, les positions adoptées par les
néerlandophones et les francophones divergent de
plus en plus. Du côté francophone, l'unanimité
règne au-delà du clivage entre majorité et
opposition. Quant à la position du VLD, elle reste
vague jusqu'à nouvel ordre. A l'occasion du
développement de ces questions, les libéraux
flamands brillent par leur absence mais ils ne
manquent pas de s'exprimer sur le terrain ! C'est
ainsi que la commune de Zaventem et son
bourgmestre VLD, M. Vermeiren, ont adressé un
courrier officiel à leurs administrés pour leur faire
part de leur opposition au plan de dispersion du
ministre Bert Anciaux. Comprenne qui peut !
L'ensemble de la majorité fait-elle encore confiance
au ministre Bert Anciaux ? Le 5 novembre dernier,
le cabinet restreint lui a demandé de ne pas
exécuter son plan de dispersion avant que le
gouvernement dans son ensemble l'ait approuvé.
Ce plan suscite en particulier la méfiance des
membres francophones du gouvernement. Le
cabinet restreint a-t-il pris d'autres décisions
concernant les vols de nuit ? Lesquelles ? Le plan
de dispersion devra-t-il être adapté pour la énième
fois ? Quel effet cela aura-t-il sur les riverains
auxquels le ministre avait promis de réduire
sensiblement les nuisances sonores
? Au
demeurant, j'ai l'impression que le gouvernement
s'emploie de plus en plus à monter les uns contre
les autres les habitants des périphéries nord et est.
Le 15 novembre, une décision définitive devrait être
prise dans le dossier des vols de
nuit. Respecterez-vous ce calendrier ?
05.06 Simonne Creyf (CD&V): In het dossier van
de nachtvluchten drijven de standpunten van
Nederlandstaligen en Franstaligen steeds verder
uiteen. De Franstaligen delen, over de grenzen van
meerderheid en oppositie heen, dezelfde mening.
Wat de visie van de VLD is, blijft tot nader order
onduidelijk. Tijdens deze vragenronde blinken de
Vlaamse liberalen uit door afwezigheid, maar op
het terrein roeren ze wel degelijk hun mond. Zo
heeft de gemeente Zaventem en haar VLD-
burgemeester Vermeiren zich in een officieel
schrijven aan haar inwoners gekant tegen het
spreidingsplan van minister Anciaux. Begrijpe wie
kan!
Heeft minister Anciaux nog wel het vertrouwen van
de integrale meerderheid? Het kernkabinet heeft
hem op 5 november gevraagd zijn spreidingsplan
niet uit te voeren vooraleer de gehele regering zich
erover akkoord heeft verklaard. Vooral de
Franstalige regeringsleden reageren argwanend.
Wat heeft het kernkabinet nog meer beslist met
betrekking tot de nachtvluchten? Zal het
spreidingsplan voor de zoveelste keer aangepast
moeten worden? Welk effect zal dit hebben op de
bewoners aan wie de minister een gevoelige
afname van de lawaaihinder had beloofd? Ik heb
trouwens de indruk dat de inwoners van de Noord-
en de Oostrand steeds meer tegen mekaar worden
uitgespeeld.
Op 15 november zou een definitieve beslissing
worden genomen inzake de nachtvluchten. Zal
deze timing nageleefd worden?
Quelle attitude le ministre adoptera-t-il en ce qui
concerne Steenokkerzeel, compte tenu de ses
engagements d'une part et de la décision prise par
le cabinet restreint d'autre part?
Wat zal de minister, gezien zijn beloftes enerzijds
en de beslissing in het kernkabinet anderzijds,
doen met Steenokkerzeel?
05.07 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Le plan
de dispersion n'a pas encore été évoqué au sein du
cabinet restreint. Par ailleurs, le ministre est
manifestement loin de bénéficier du soutien des
autres partis de la coalition. J'ai même entendu
parler d'une motion de méfiance.
Le ministre va-t-il maintenir les décisions qu'il a
déjà prises pour mettre en oeuvre le plan de
dispersion? Quel est l'état d'avancement des
négociations avec la Région flamande et la Région
de Bruxelles-Capitale ? Où en est la confection du
cadastre du bruit ? Quand le conseil des ministres
va-t-il examiner le plan de dispersion et à quelle
date ce dernier entrera-t-il en vigueur?
05.07 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Het
spreidingsplan is nog niet besproken in het
kernkabinet. Het is ook allerminst duidelijk of de
minister kan rekenen op de steun van de andere
regeringspartijen. Ik heb zelfs over een motie van
wantrouwen horen spreken.
Zal de minister zijn reeds genomen beslissingen ter
uitvoering van het spreidingsplan handhaven? Hoe
ver staan de onderhandelingen met het Vlaams en
het Brussels Gewest? Hoe ver staan de
geluidskadasters? Wanneer zal het spreidingsplan
op de Ministerraad worden besproken en wanneer
zal het in werking treden?
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
19
Comment le ministre compte-il optimaliser la
dispersion à court et à long terme?
Quel pourcentage pondéré sera attribué aux six
zones lorsqu'un système I.L.S. sera installé sur la
piste 25R et que la piste des avions taxi pour la 25L
sera prête? Le dernier tronçon de la piste de
décollage 25L pourra-t-il rester inutilisé afin que les
avions puissent atteindre la même hauteur qu'au-
dessus de Diegem?
Est-il techniquement possible de maximaliser la
dispersion pendant la nuit? Certaines zones font
l'objet de très nombreux survols durant certaines
nuits et pas du tout pendant d'autres. La dispersion
doit se faire dans toutes les directions. L'objectif
doit être que chaque zone soit survolée le moins
possible chaque nuit.
Hoe zal de minister de spreiding op korte en op
lange termijn optimaliseren?
Welk gewogen percentage zal aan de zes zones
worden toegekend wanneer op de startbaan 25R
een ILS-systeem zal zijn geïnstalleerd en de
taxibaan voor de 25L klaar is? Zal het laatste deel
van de startbaan 25L onbenut kunnen blijven, zodat
de vliegtuigen een gelijkaardige hoogte halen als
boven Diegem?
Is het technisch mogelijk de spreiding tijdens de
nacht te maximaliseren? In bepaalde zones wordt
men tijdens sommige nachten zeer zwaar
overvlogen en tijdens andere helemaal niet. De
spreiding moet in alle richtingen gebeuren. Het
streefdoel moet zijn iedereen elke nacht met zo
weinig mogelijk vluchten op te zadelen.
05.08 Bert Anciaux, ministre (en français): Depuis
1999, un cadastre du bruit est élaboré par la KUL.
Ce cadastre est basé sur le modèle mathématique
INM (Integrated Noise Model), qui intègre des
paramètres comme les routes et les pistes utilisées.
Depuis octobre 2003 y ont été ajoutées les
fréquences auxquelles sont atteints certains
niveaux de bruit. Des sonomètres sont utilisés sur
le terrain. Le cadastre permet un calcul précis
mesurant l'impact du bruit sur chaque habitation et
sert de base au plan de dispersion. L'utilisation de
nouvelles pistes et de nouvelles routes plus
nombreuses a pour résultat une répartition plus
équitable qui met fin à la concentration. Ce calcul
ne tient pas compte des frontières, quelles qu'elles
soient.
Le résultat du calcul INM est un deuxième cadastre
du bruit basé sur le projet de plan de répartition. Si
le plan est mis en oeuvre, il fera l'objet d'une
évaluation et d'une validation fréquentes suivant la
même méthode, ce qui aboutira à un cadastre
actualisé et, le cas échéant, à une adaptation du
plan.
La méthode d'évaluation est la même depuis 1999;
la différence est que le modèle a été amélioré et
élaboré.
05.08 Minister Bert Anciaux (Frans) : Sinds 1999
stelt de KUL jaarlijks een geluidskadaster op. Dit
kadaster is gebaseerd op een mathematisch model,
nl. het Integrated Noise Model (INM) dat rekening
houdt met parameters zoals de gebruikte routes en
banen.
Sinds oktober 2003 werd ook rekening gehouden
met het aantal keren dat bepaalde geluidsniveaus
worden bereikt. Er wordt ter plaatse gebruik
gemaakt van geluidsmeters. Dankzij het kadaster
kan men precies berekenen wat de gevolgen van
het geluid zijn voor elke woning. Het dient als
uitgangspunt voor het spreidingsplan. De
ingebruikneming van meer nieuwe banen en
nieuwe routes leidt tot een billijker spreiding die het
einde betekent van de concentratie. Deze
berekeningswijze houdt geen rekening met grenzen
van welke aard ook.
De INM-berekening heeft geleid tot een tweede
kadaster dat gebaseerd is op het ontwerp van het
spreidingsplan. Als dit plan zal worden uitgevoerd
zal het herhaaldelijk volgens dezelfde methode
worden geëvalueerd en gevalideerd. Zo zal het
kadaster worden bijgewerkt en zal het plan zo
nodig worden aangepast.
De manier van evalueren is sinds 1999 niet meer
veranderd. Het verschil bestaat erin dat het model
werd verbeterd en verder uitgewerkt werd.
Les spécialistes en acoustique disent que, pour
une opération de validation, le nombre de
sonomètres existant est suffisant. Vingt-sept
sonomètres sont opérationnels : 6 appartenant à
Aminal, deux à l'IBGE-BIM, 19 à BIAC. S'y ajoutent
des sonomètres mobiles de l'IBGE-BIM.
Volgens specialisten in de akoestiek volstaat het
aantal aanwezige geluidsmeters voor een validatie.
Zevenentwintig geluidsmeters zijn operationeel : 6
behoren toe aan Aminal, 2 aan het BIM-IBGE en 19
aan BIAC. Daarbij komen nog de mobiele
geluidsmeters van het BIM-IBGE.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
20
Néanmoins, BIAC prévoit six sonomètres
supplémentaires, dont quatre sont loués en
concertation avec l'IBGE-BIM et l'Aminal et en
tenant compte des nouvelles routes. La validation
vérifie que le modèle utilisé correspond à la réalité.
La déviation entre le modèle et les mesures
effectuées se situe toujours dans l'intervalle
acceptable. Selon les spécialistes, le modèle
permet donc de refléter la situation sonore. Le but
final est d'arriver à une répartition du bruit la plus
équitable possible. Les droits subjectifs de tous les
riverains sont respectés et aucune zone n'est
discriminée.
Toch plant BIAC zes bijkomende geluidsmeters,
waarvan vier in overleg met het BIM-IBGE en met
Aminal worden gehuurd. Daarbij wordt met de
nieuwe vliegroutes rekening gehouden. Naar
aanleiding van de validatie wordt nagegaan of het
gehanteerde model overeenstemt met de realiteit.
De afwijking tussen het model en de uitgevoerde
metingen lag altijd binnen aanvaardbare perken.
Volgens de experts geeft het model dus een goed
beeld van de geluidstoestand. Einddoel is tot een
zo billijk mogelijke spreiding van de hinder te
komen. De subjectieve rechten van alle
omwonenden worden nageleefd en geen enkele
zone wordt gediscrimineerd.
(En néerlandais): Cinq des dix-neuf postes de
mesure de BIAC sont situés dans la périphérie est.
J'ai transmis le cadastre du bruit lors d'une
précédente intervention. Je suppose que tous les
membres en ont reçu une copie.
(Nederlands) Van de negentien meetposten van
BIAC staan er vijf in de Oostrand.
Ik heb bij een vorige gelegenheid het
geluidskadaster overgemaakt. Ik ga ervan uit dat
alle leden een exemplaar hebben ontvangen.
(En français) J'ai demandé à Belgocontrol de
préparer la publication dans l'AIP de quelques
routes pour qu'elles puissent être utilisées à partir
du 20 janvier 2004. Il s'agit de vols de nuit partant
de la piste 20, qui survolent l'Oostrand. Le nombre
de routes passe de 1 à 4, mais le nombre de vols
reste le même. Ces routes engendrent une
amélioration de la situation à court terme et
répondent aux préoccupations des riverains de
l'Oostrand. La répartition des vols sur quatre routes
est une preuve de la solidarité au sein de
l'Oostrand. En ce qui concerne les avions décollant
de nuit des pistes 02, 07L, 07R et 25L, la
concentration est supprimée. On ne peut pas dire
qu'avec ces mesures, le plan de dispersion soit mis
en oeuvre.
(Frans) Ik heb Belgocontrol gevraagd de publicatie
van een aantal routes in de AIP voor te bereiden,
zodat er vanaf 20 januari 2004 gebruik kan worden
van gemaakt. Het gaat om nachtvluchten die
opstijgen op piste 20 en de Oostrand overvliegen.
Het aantal vliegroutes gaat van 1 naar 4, maar het
aantal vluchten blijft hetzelfde. Die routes zorgen
dus op korte termijn voor minder hinder en komen
tegemoet aan de vraag van de bewoners van de
Oostrand. De spreiding van de vluchten over vier
vliegroutes getuigt van solidariteit tussen de
bewoners van de Oostrand onderling. Voor de
vluchten die 's nachts opstijgen van de pistes 02,
07L, 07R en 25L, verdwijnt de concentratie. Men
kan echter niet zeggen dat die maatregelen
gelijkstaan met een uitvoering van het
spreidingsplan.
(En néerlandais) Je suis évidemment tenu de
respecter l'accord de gouvernement. Mon plan de
dispersion met en oeuvre cet accord en instaurant
le cadastre du bruit, la nouvelle utilisation des
pistes de décollage et les nouvelles routes. J'ajoute
que je n'ai jamais dit que mon plan était à prendre
ou à laisser. Des modifications peuvent encore y
être apportées pourvu qu'elles ne portent pas
atteinte à la dispersion. La situation va s'améliorer
pour les personnes qui supportent à présent les
nuisances les plus importantes. Je tiens à élaborer
une solution équitable pour tous les riverains de
l'aéroport. Le cadastre du bruit pour 2002 et pour
juillet-août 2003 peut être consulté sur le site
(Nederlands) Ik moet mij uiteraard houden aan het
regeerakkoord. Mijn spreidingsplan voert het
regeerakkoord uit door het geluidskadaster, door
het nieuwe banenplan en door de nieuwe routes. Ik
heb ook nooit gezegd dat mijn plan te nemen of te
laten is. Er kunnen nog wijzigingen worden
aangebracht als de spreiding daarmee niet
verminderd wordt. De situatie zal verbeteren voor
diegenen die nu de zwaarste last dragen. Ik wil een
oplossing die rechtvaardig is voor alle omwonenden
van de luchthaven. Het geluidskadaster voor 2002
en voor juli-augustus 2003 is te consulteren op de
website
.
(En français) Des cadastres du bruit peuvent déjà (Frans) Er kunnen al geluidskadasters op de
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
21
être consultés sur le site
.
Certains ont exprimé des inquiétudes en matière de
sécurité. Cependant, je puis vous assurer qu'avant
qu'une route soit déclarée opérationnelle, des
règles édictées par l'ICAO (International Civil
Aviation Organisation) doivent être respectées. Ce
fut bien le cas cette fois. Selon les règles en
question, pour qu'une route soit opérationnelle au
22 janvier 2004, le dernier délai pour donner l'ordre
est le 15 octobre 2003. En ce qui concerne les
concertations, je suis actuellement en contact avec
les acteurs économiques, les associations de
riverains et toutes les autorités concernées.
Quelqu'un a fait allusion à une personne en charge
du dossier dans mon cabinet, qui serait membre du
Comité d'action des riverains de la périphérie Nord.
Tout ce qui concerne cette zone est très compliqué.
J'ai donc souhaité m'adjoindre les services d'un
ingénieur civil, spécialiste en acoustique, qui est
exclusivement en charge des aspects techniques
du dossier, en tant que consultant extérieur. Ce
qu'il fait par ailleurs de sa vie privée ne me
concerne pas.
website
geraadpleegd. Sommige mensen maken zich
zorgen om de veiligheid. Maar ik kan u verzekeren
dat vooraleer een route operationeel wordt
verklaard, de regels van de ICAO (International
Civil Aviation Organisation) moeten worden
nageleefd. Dat was dit keer wel degelijk het geval.
Opdat een route op 22 januari 2004 bedrijfsklaar
zou zijn, is volgens die regels de laatste termijn om
de opdracht te geven 15 oktober 2003. Wat het
overleg betreft, ben ik momenteel in
onderhandeling met de economische actoren, de
bewonersverenigingen en alle betrokken
overheden. Er werd op gezinspeeld dat iemand van
mijn kabinet die met dit dossier is belast lid zou zijn
van het Actiecomité van de bewoners van de
Noordrand. Alles wat met die zone te maken heeft
is uiterst complex. Ik vond het dan ook beter een
beroep te doen op de diensten van een burgerlijk
ingenieur die in akoestiek is gespecialiseerd. Als
extern adviseur is hij uitsluitend met de technische
kant van het dossier belast. Wat hij privé doet, gaat
mij niet aan.
(En néerlandais) La vie privée de l'ingénieur ne
joue aucun rôle, tant qu'elle n'influence pas son
travail.
Lors du cabinet restreint du 5 novembre, mon plan
a été discuté dans une ambiance positive et
constructive. Contrairement à ce qu'annonçait la
presse, le plan n'a pas été rejeté. Des
améliorations y seront encore apportées au cours
des prochaines semaines. Les travaux n'en étant
qu'à la phase préparatoire, le gouvernement n'a
encore pris aucune décision concernant son
exécution. Le cabinet restreint a par contre décidé
que je serais l'unique porte-parole dans ce dossier
et qu'aucun autre membre du cabinet restreint ne
ferait de communication à ce sujet.
J'ai toujours déclaré que je prendrais mes
responsabilités dans l'exécution du plan de
dispersion, mais je tâcherai évidemment d'être
couvert par la majorité. Pour l'exécution du plan, je
consulterai la majorité et ferai confirmer ma
décision par le cabinet restreint. Je n'ai pas retiré la
lettre. Si le deuxième cadastre du bruit ne devait
être prêt qu'après le mois de janvier, on pourrait
toujours décider de n'utiliser qu'une seule des
quatre routes prévues, mais il m'étonnerait que
cette lourde concentration soit maintenue sur une
seule route. Il n'a pas été demandé d'en discuter au
Conseil des ministres, mais j'informerai
régulièrement le cabinet restreint.
(Nederlands) Wat de ingenieur in zijn privé-leven
doet, speelt geen rol, voor zover het geen invloed
heeft op zijn werk.
Op het kernkabinet van 5 november is mijn plan
intensief besproken in een positieve en
opbouwende sfeer. In tegenstelling tot de berichten
in de pers is het plan niet afgewezen. In de
komende weken zullen er nog verbeteringen
aangebracht worden. Aangezien de
werkzaamheden zich nog in een voorbereidende
fase bevinden, heeft de regering nog geen
beslissingen genomen betreffende de uitvoering
ervan. Het kernkabinet heeft wel beslist dat ik de
enige woordvoerder zal zijn in dit dossier en dat
geen enkel ander lid van het kernkabinet erover
communiceert.
Ik heb steeds gezegd dat ik mijn
verantwoordelijkheid zal opnemen in de uitvoering
van het spreidingsplan, maar uiteraard zal ik mij
daarbij laten indekken door de meerderheid. Voor
de uitvoering van het plan zal ik de meerderheid
consulteren en zal ik mijn beslissing laten
bevestigen door het kernkabinet. Ik heb de brief
niet ingetrokken. Indien het tweede geluidskadaster
pas klaar zou zijn na januari, dan kan men nog
altijd beslissen om slechts één van de vier
geplande routes te gebruiken, maar het zou mij
verbazen als men die zware concentratie op één
route zou handhaven. Er is geen vraag om dit in de
Ministerraad te bespreken, maar ik zal het
kernkabinet regelmatig op de hoogte houden.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
22
L'incidence de l'installation d'un ILS sur la piste 07L
est à l'examen. Pour des raisons d'ordre purement
pragmatique, cette étude fait partie de la deuxième
phase du plan échelonné : une telle installation ne
peut de fait être réalisée avant l'entrée en vigueur
du plan. Selon l'exploitant, il faut un délai de trois
ans. Il en va de même pour la piste réservée aux
manoeuvres de la piste 07R-25L.
A la question de savoir s'il est techniquement
possible de maximiser la dispersion des vols de
nuit, je me dois d'apporter une réponse technique.
Les effets de la dispersion sont évalués dans les
propositions de plan de BRUNORR sur une période
de sept jours et de sept nuits. La dispersion des
vols de nuit détermine la dispersion des vols de jour
et inversement. A l'issue d'une période de sept
jours, on arrive ainsi à la répartition la plus
équilibrée possible.
BRUNORR a proposé que les vols de nuit aient lieu
dans d'autres zones que celles survolées de jour.
Parvenir à une dispersion maximale constitue un
exercice difficile. En théorie, la dispersion totale est
un principe qui est juste mais il est irréalisable dans
la pratique. J'ai toujours défendu l'idée d'une
moyenne de deux vols de nuit pour tous les
riverains.
Il ne faut pas trop vite prendre pour argent
comptant toutes les déclarations que l'on me prête.
De impact van de installatie van een ILS op baan
07L wordt bestudeerd. Om zuiver pragmatische
redenen maakt deze studie deel uit van de tweede
fase van het stappenplan: een dergelijke installatie
kan namelijk niet gerealiseerd worden voor het plan
in werking treedt. Volgens de uitbater vraagt dat
drie jaar. Hetzelfde geldt voor de taxibaan van baan
07R-25L.
Op de vraag of het technisch mogelijk is om de
spreiding tijdens de nacht te maximaliseren moet ik
vooreerst technisch antwoorden. De
spreidingseffecten worden in de planvoorstellen
van BRUNORR geëvalueerd over een periode van
zeven dagen en zeven nachten. De spreiding
gedurende de nacht bepaalt de spreiding
gedurende de dag en omgekeerd, zodat men na
die periode van zeven dagen tot de meest
evenwichtig mogelijke spreiding komt.
BRUNORR deed het voorstel om alle nachtvluchten
te laten vliegen in andere zones dan diegene die
overdag worden aangevlogen. Tot een zo groot
mogelijke spreiding komen, is een moeilijke
oefening. Volledige spreiding is in theorie een juist
principe, maar in de praktijk onhaalbaar. Ik heb
altijd gesproken over gemiddeld twee nachtvluchten
voor alle omwonenden.
Men mag niet alle uitlatingen die in mijn mond
worden gelegd, te snel voor waar aannemen.
(En français) Ces citations sont trop grotesques
pour les commenter. Ces témoins ont voulu
discréditer ma personne et mon plan. Cela ne
mérite pas d'autre commentaire.
(Frans) Die citaten zijn te belachelijk om er
woorden aan vuil te maken. Deze personen hebben
mijzelf en mijn plan in diskrediet willen brengen.
Meer wil ik daarover niet te zeggen.
(En néerlandais) Le Morgen n'a certainement pas
cité des propos aussi grotesques. Je peux vous
fournir des preuves de ce que j'ai dit et de ce que je
n'ai pas dit.
Mon plan prévoit un système de compensations.
Huit à dix pour cent du temps, il faut atterrir sur la
piste 02 en raison d'un vent de nord-est trop fort. Si
des avions atterrissent sur cette piste en dehors de
la période indiquée, il faut prévoir des
compensations les jours où il est prévu d'y atterrir.
Ce système est toutefois difficile à expliquer à la
population.
Je ne vais pas contraindre les avions à utiliser telle
ou telle piste si cela va à l'encontre des règles de
sécurité. En matière de sécurité, d'ailleurs, nous
nous conformons aux normes européennes. Il est
exact que le décollage avec un vent arrière trop
puissant augmente les nuisances sonores. Mon
plan répond toutefois à toutes les exigences en
(Nederlands): Zulke groteske zaken heeft De
Morgen niet geciteerd. Er zijn bewijzen voorhanden
omtrent wat ik al dan niet heb gezegd.
Mijn plan bevat een compensatiesysteem. In acht à
tien procent van de tijd moet men vanwege te
sterke noordoostenwind landen op de 02-baan.
Wordt er geland buiten de aangeduide periode, dan
moet een compensatie volgen op dagen dat dit wel
gepland was. Alleen krijg je dat moeilijk uitgelegd
aan de bevolking.
Ik zal het gebruik van deze of gene baan niet
verplichten als dat tegen de veiligheidsvoorschriften
indruist. Wat de veiligheid betreft, hanteren wij
trouwens de Europese normen. Het klopt dat
opstijgen met te hoge rugwind de geluidshinder
verhoogt. Mijn plan doorstaat echter alle
veiligheidsvereisten. Onze eisen zijn zwaarder dan
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
23
matière de sécurité. Nous exigences sont plus
sévères que dans la quasi totalité des pays voisins.
die in bijna alle landen die ons omringen.
Je n'ai jamais exclu la possibilité d'un deuxième
aéroport. Par contre, j'ai déclaré ne pas disposer de
suffisamment de données pour en conclure que cet
aéroport pouvait être la propriété de BIAC. Je ne
crois déjà pas qu'un nouvel aéroport, disposant de
suffisamment de moyens et ne nuisant à personne,
soit envisageable. Un deuxième aéroport en
propriété ou en copropriété? C'est une autre affaire.
Je n'ai pas non plus affirmé vouloir prendre des
décisions le 15 novembre. J'espérais uniquement
que le deuxième cadastre du bruit serait prêt à
cette date. Ce n'est apparemment pas le cas.
Ik heb nooit gezegd dat er geen tweede luchthaven
kan komen, wel dat ik over onvoldoende gegevens
beschik om te besluiten dat zo'n luchthaven als
eigendom van BIAC mogelijk is. Ik geloof alvast niet
dat er een nieuwe luchthaven kan komen waarvoor
voldoende middelen zijn en die niemand schade
berokkent. Een tweede luchthaven in eigendom of
mede-eigendom? Dat is een andere zaak.
Evenmin heb ik beweerd dat ik op 15 november
beslissingen zal nemen. Ik hoopte enkel op die
datum het tweede geluidskadaster klaar te hebben.
Dat is blijkbaar niet het geval.
(En français) Pour conclure, je veux répondre à la
question sur l'interprétation du texte français et
néerlandais de l'accord gouvernemental, le premier
parlant de « répartition » des vols et le second de
spreiding (dispersion). Il ne faut pas se perdre en
discussions sémantiques : «
répartition
»
s'interprète comme « dispersion », et vice-versa. Il
est clair que la répartition est systématique.
(Frans) Tot besluit wil ik antwoord op de vraag over
een interpretatiemoeilijkheid die zich voordoet
tussen de Franstalige en de Nederlandstalige
versie van het regeerakkoord. In de eerste versie is
er sprake van "répartition" van de vluchten en in de
tweede van "spreiding" (dispersion). We mogen niet
afdwalen in semantische discussies: "répartition"
wordt als "dispersion" opgevat, en omgekeerd. Het
is duidelijk dat er een systeem aan de spreiding ten
grondslag ligt.
(En néerlandais) Je réalise que ce dossier suscite
l'émoi et la nervosité. Toutefois, lorsque je conviens
de quelque chose, je tiens parole. Tous les
membres de la majorité doivent à présent dire
clairement s'ils souhaitent se conformer à l'accord
de gouvernement. En tout état de cause, je
souhaite le faire sans rechercher un quelconque
intérêt personnel puisque je ne serai pas candidat à
Hal-Vilvorde lors des prochaines élections.
(Nederlands) Ik besef dat dit een dossier is vol
animo en nervositeit. Als ik echter iets afspreek,
hou ik me aan mijn woord. Alle leden van de
meerderheid moeten nu maar eens duidelijk maken
of zij het regeerakkoord willen naleven. Ik wil dat in
elk geval doen zonder eigenbelang. Bij de volgende
verkiezingen ben ik immers geen kandidaat in
Halle-Vilvoorde.
05.09 Simonne Creyf (CD&V): Mais peut-être à
Bruxelles?
05.09 Simonne Creyf (CD&V): Misschien wel in
Brussel?
05.10 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais):
D'aucuns ont affirmé que j'ai tout intérêt à présenter
Bruxelles comme l'Ennemi. Mais je démens en
toutes occasions qu'il s'agisse d'un dossier
communautaire. C'est faire preuve d'hypocrisie que
d'affirmer que Bruxelles ait à supporter davantage
de nuisances. Car comment ces appareils
voleraient-ils vers Bruxelles sans occasionner de
nuisances aux Flamands en Flandre?
Peut-être ma communication avec la presse
francophone n'a-t-elle pas été optimale. Il est un fait
que l'on dit tout et son contraire dans ce dossier.
Jugeons sur la base de faits. Je suis tout à fait
conscient que mon plan de dispersion génère des
nuisances pour des personnes qui n'y avaient
05.10 Minister Bert Anciaux (Nederlands)
Sommigen beweerden dat ik er alle belang bij heb
om Brussel als grote vijand af te schilderen. Ik
spreek echter overal tegen dat dit een
communautair dossier is. Stellen dat Brussel meer
lasten moet dragen, is hypocriet. Want hoe moeten
die toestellen dan richting Brussel vliegen zonder
Vlamingen in Vlaanderen te hinderen?
Misschien was mijn communicatie met de
Franstalige pers niet optimaal. Feit is dat in dit
dossier om het even wat wordt gezegd. Laten we
oordelen op basis van feiten. Ik besef heel goed dat
mijn spreidingsplan hinder bezorgt aan mensen die
nu nog geen hinder ondervinden. Een populair
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
24
jamais été confrontées jusqu'ici ? Il ne s'agit donc
certainement pas d'un dossier populaire.
dossier is dit dus niet.
05.11 Olivier Maingain (MR): Le premier
problème de ce dossier est la méthodologie utilisée
pour le cadastre du bruit qui, selon vous, existerait
depuis 1999 selon la méthodologie mathématique
développée par la KUL.
Vous laissez entendre que ce modèle serait
régulièrement validé par des mesures prises sur le
terrain par 27 sonomètres, si j'ai bien entendu,
placés on ne sait où.
D'après mes informations, il y n'y a qu'une
quinzaine de points relevés jusqu'à présent dont
deux en Région bruxelloise et un au centre de
Bruxelles.
05.11 Olivier Maingain (MR): Het eerste probleem
dat in dit dossier rijst, is dat van de methode die
wordt gebruikt om het kadaster van de
geluidsoverlast vast te stellen. U zegt dat de
mathematische methode reeds in 1999 door de
KUL werd ontwikkeld.
U stelt dat dit model regelmatig zou worden
gevalideerd door middel van metingen op het
terrein. Dit zou gebeuren met 27 geluidsmeters die
her en der verspreid zouden zijn.
Volgens mijn informatie werden er tot op vandaag
slechts een vijftiental punten bepaald waarvan twee
in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en één in
Brussel-Stad.
En outre, depuis que vous êtes ministre, il n'y a eu
que deux contacts avec les Régions. A l'une des
ces réunions, on a demandé à un groupe d'experts,
les représentants d'IBGE, d'AMINAL, de BIAC et de
BELGOCONTROL, de comparer les données
mesurées aux données calculées par le modèle de
la KUL. Mais ils n'ont pas encore remis leurs
résultats. Le modèle de la KUL n'est donc pas
encore validé par des relevés de terrain.
Sinds u minister bent, waren er slechts twee
ontmoetingen met de Gewesten. Tijdens een van
die bijeenkomsten werd een groep experts,
vertegenwoordigers van het BIM, van Aminal, van
BIAC en van Belgocontrol, gevraagd de resultaten
van de metingen te vergelijken met de gegevens
berekend door het model van de KUL. Die experts
hebben hun bevindingen echter nog niet
meegedeeld. Het KUL-model werd dus nog niet
bevestigd door praktijkgegevens.
05.12 Bert Anciaux, ministre (en français): Ce
n'est pas exact.
05.12 Minister Bert Anciaux (Frans): Dat klopt
niet.
Lors de sa conférence de presse, mon homologue
bruxellois Didier Gosuin a démontré que les
nuisances de la route du canal étaient plus
importantes que ce qu'avait indiqué
mon
prédécesseur, Mme Durant. Les chiffres avancés
par Mme Durant étaient des moyennes de ceux
fournis par BIAC et Belgocontrol. Personne n'a
jamais prétendu que le modèle INM était erroné.
Didier Gosuin toonde in zijn persconferentie aan
dat de hinder van de kanaalroute zwaarder is dan
wat door mijn voorganger, mevrouw Durant werd
aangeduid. De cijfers van mevrouw Durant waren
echter gemiddelden van BIAC en Belgocontrol.
Niemand heeft beweerd dat het INM-model vals
was.
05.13 Marie Nagy (ECOLO): Monsieur le ministre,
je tiens à signaler que la route, dont on parle et qui
a été validée, n'a pas fait l'objet d'une approbation
par Isabelle Durant. C'est la raison pour laquelle
elle a démissionné.
05.13 Marie Nagy (ECOLO): Mijnheer de minister,
ik wil er op wijzen dat de route waarvan sprake en
die werd gevalideerd, niet door Isabelle Durant
werd goedgekeurd. Dat is de reden waarom zij
ontslag heeft genomen.
05.14 Bert Anciaux, ministre (en français): Je n'ai
pas tenu de tel propos.
05.14 Minister Bert Anciaux (Frans): Ik heb dat
niet gezegd.
05.15 Marie Nagy (ECOLO): Vous mélangez tout
et tout le monde pour semer la confusion.
05.15 Marie Nagy (ECOLO): U haalt alles door
elkaar om verwarring te zaaien.
05.16 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais):
Les chiffres avancés par Mme Durant en janvier
2003 étaient exacts mais il s'agissait de moyennes.
05.16 Minister Bert Anciaux (Nederlands): De
cijfers die mevrouw Durant in januari 2003
hanteerde, waren juist, maar het zijn gemiddelden.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
25
Je n'ai pas dit que Mme Durant avait privilégié cette
route. Lors de la conférence de presse de M.
Gosuin, le modèle mathématique n'a pas été remis
en question. On ne peut pas se fonder uniquement
sur des mesures prises sur le terrain pour établir un
cadastre du bruit. Il est nécessaire de recourir à cet
effet à un modèle mathématique.
Ik heb niet gezegd dat mevrouw Durant tot deze
route heeft beslist. In de persconferentie van de
heer Gosuin werd het mathematisch model niet ter
discussie gesteld. Men kan nu eenmaal niet enkel
op basis van metingen op het terrein tot een
geluidskadaster komen, darvoor is een
mathematisch model nodig.
05.17 Olivier Maingain (MR): Vous reconnaissez
que ces mesures ne sont pas suffisantes. Le
véritable problème est gommé par les données
statistiques et réside dans les pics de bruit : c'est là
que se confrontent la réalité et le modèle
mathématique. Il faut donc déterminer des périodes
de référence suffisantes, en tenant compte des
moments de pic. Ceci vaudrait pour les routes
actuelles comme pour celles à venir.
Répondez clairement : acceptez-vous de confronter
la réalité du terrain et le modèle mathématique? Il
est vrai qu'un modèle est nécessaire, mais ce sont
les données réelles qui doivent corriger le modèle,
et non l'inverse. De même, pour établir une
évaluation des données de base, il faut fixer une
longue période de référence.
En ce qui concerne la dispersion, l'arrêt de la Cour
d'appel pose la notion de répartition équitable. Or
vous dites ne pas tenir compte de la densité de
population. La directive européenne dit pourtant
qu'il doit exister une relation entre les nuisances et
la densité de population.
05.17 Olivier Maingain (MR): U erkent dat die
metingen niet volstaan. Het echte probleem valt
niet af te lezen uit de statistieken en hangt samen
met de geluidspieken: daar botst de realiteit met het
mathematisch model. Er moeten dus voldoende
lange referentieperiodes worden gehanteerd,
rekening houdend met de geluidspieken. Dat geldt
zowel voor de bestaande als voor de nieuwe.
Ik wil een duidelijk antwoord: bent u bereid de
werkelijke toestand te toetsen aan het
mathematisch model? We kunnen natuurlijk niet
buiten een model, maar de werkelijke gegevens
moeten het model corrigeren, en niet omgekeerd.
Een evaluatie van de basisgegevens is maar
mogelijk indien men van een voldoende lange
referentieperiode uitgaat.
Wat de spreiding betreft, vertrekt het Hof van
Beroep in zijn arrest van de notie billijke verdeling.
U zegt echter geen rekening te houden met de
bevolkingsdichtheid. Volgens de Europese richtlijn
dient er nochtans een verband te zijn tussen de
hinder en de bevolkingsdichtheid.
Ensuite, vous n'avez pas répondu en ce qui
concerne les directives européennes. Je pense qu'il
y a lieu de soumettre un plan de répartition
équitable à une étude d'incidences. Mais cela
demande du temps.
Vervolgens heeft u niet geantwoord met betrekking
tot de Europese richtlijnen. Ik vind dat een billijk
spreidingsplan aan een effectenstudie moet worden
onderworpen. Dat zal echter tijd vergen.
05.18 Bert Anciaux, ministre (en français): C'est
une compétence des Régions.
05.18 Minister Bert Anciaux (Frans): Dat is een
bevoegdheid van de Gewesten.
05.19 Olivier Maingain (MR): Oui, mais cela
suppose que les données qui leur sont soumises
soient validées préalablement, en concertation
avec ces Régions. On ne va pas travailler sur base
de données inconnues. La méthode est donc très
claire : il faut tout d'abord corriger le modèle en
fonction des données réelles. Cela devrait donner
lieu à un débat contradictoire entre les experts
désignés pour gérer le modèle mathématique et les
experts des Régions. Ce travail demandera du
temps, surtout si l'on veut déterminer des zones et
des périodes de références suffisantes. Une fois la
méthodologie sur le cadastre du bruit fixée, il faudra
vérifier les données et éventuellement les
soumettre à une étude d'incidence, comme le veut
05.19 Olivier Maingain (MR): Ja, maar dat
veronderstelt dat de gegevens die hen worden
voorgelegd vooraf worden gevalideerd, in overleg
met de Gewesten. Men kan niet werken met
onbekende gegevens. De methode is dus zeer
duidelijk : men moet eerst het model corrigeren op
grond van de reële gegevens. Dat zou aanleiding
moeten geven tot een debat op tegenspraak tussen
de deskundigen die werden aangewezen voor het
beheer van het wiskundig model en de
deskundigen van de Gewesten. Dat werk zal heel
wat tijd in beslag nemen, vooral als men voldoende
zones en referentieperiodes wil afbakenen. Als de
methodologie met betrekking tot het
geluidskadaster eenmaal zal zijn vastgesteld, zal
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
26
la directive européenne.
Pour finir, j'espère une collaboration plus sereine
entre les différents niveaux de pouvoir. De plus,
dans ce dossier, il est préférable d'éviter les effets
d'annonce afin de parvenir à une solution, ce qui ne
sera pas aisé et demandera du temps. Il faut être
réaliste, tout le monde ne sera pas satisfait. Le plus
important est d'élaborer un ensemble cohérent de
mesures sur base des données les plus objectives
possibles. Pour le moment, ces données les plus
objectives font défaut et c'est à cela qu'il faut
travailler.
men de gegevens moeten controleren en ze
eventueel aan een effectenstudie moeten
onderwerpen, zoals dat in de Europese richtlijn
wordt opgelegd.
Tot slot hoop ik dat de diverse
bevoegdheidsniveaus op een serenere manier
zullen samenwerken. Om tot een oplossing te
kunnen komen, wat niet makkelijk zal zijn en heel
wat tijd zal vergen, is het bovendien in dat dossier
verkieslijk om geen ronkende verklaringen af te
leggen. Men moet realistisch zijn : men kan niet
iedereen tevreden stellen. Het belangrijkste is dat
er een coherent maatregelenpakket komt op grond
van zo objectief mogelijke gegevens. Momenteel
ontbreken dergelijke gegevens en het is daaraan
dat moet worden gewerkt.
05.20 Joëlle Milquet (cdH): A entendre le
ministre, j'ai l'impression que le kern a approuvé
son projet et l'a autorisé à poursuivre dans cette
voie. Je ne vois pas de différence entre la première
explication et la seconde.
05.20 Joëlle Milquet (cdH): Als ik de minister
hoor, heb ik de indruk dat het kernkabinet zijn
project heeft goedgekeurd en hem ertoe heeft
gemachtigd op de ingeslagen weg voort te gaan. Ik
zie geen verschil tussen de eerste en de tweede
uitleg.
Pour en sortir, il faudra accepter le fait que des
sonomètres manquent dans certains endroits. Où
se trouvent-ils? Seront-ils suffisants par rapport aux
problèmes soulevés par les riverains?
Les chiffres cités par M. Gosuin font état de
dépassements importants et inacceptables des
normes.
Je ne suis pas sûre que la méthode telle que vous
l'avez expliquée permettra d'arriver à des résultats
pour janvier.
Vois instructions à Belgocontrol ne concerneraient
pas uniquement quatre nouvelles routes de
décollage dispersées sur l'Oostrand.
Als men er uit wil geraken zal men moeten
aanvaarden dat er op sommige plaatsen
geluidsmeters ontbreken. Waar staan ze? Zullen er
genoeg meters gelet op problemen die de
omwonenden hebben gesignaleerd?
Volgens de cijfers die de heer Gosuin heeft
geciteerd zijn er grote en onaanvaardbare
overschrijdingen van de normen.
Ik ben er niet zeker van dat er de methode die u
heeft uitgelegd tegen januari tot enig resultaat zal
leiden.
De instructies die u aan Belgocontrol heeft gegeven
zouden niet enkel slaan op vier nieuwe
opstijgroutes verspreid over de Oostrand.
05.21 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais): Je
viens d'évoquer toutes les routes dont il est
question dans le courrier concerné. Mme Milquet
fait référence à des routes qui survolent
Schaerbeek et Woluwe-Saint-Pierre. Je souligne
que les communes de la Région de Bruxelles-
Capitale ne sont en rien concernées par l'une de
ces nouvelles routes. (Interruptions de Mme
Milquet)
J'ai parlé des quatre routes qui survolent la
périphérie est. Les autres modifications ne seront
apportées concrètement que lorsque le plan de
dispersion aura été adopté pour ce qui regarde
05.21 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Ik heb
het daarnet over alle routes gehad die in de brief
staan. Mevrouw Milquet verwijst naar routes over
Schaarbeek en Sint-Pieters-Woluwe. Ik beklemtoon
dat de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest op geen enkele manier betrokken zijn bij
een van die nieuwe routes. (Onderbrekingen van
mevrouw Milquet)
Ik heb gesproken over de vier routes over de
Oostrand. De andere wijzigingen worden allen
maar in werking gesteld wanneer het
spreidingsplan wordt goedgekeurd wat betreft het
gebruik van de pistes. Daarin zitten zeker geen
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
27
l'utilisation des pistes. Ces modifications ne
concernent absolument pas les routes qui
traversent le ciel de la Région de Bruxelles-
Capitale.
routes die over het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
gaan.
05.22 Joëlle Milquet (cdH): Mes intérêts vont au-
delà de la Région de Bruxelles-Capitale.
Les riverains de l'Oostrand sont opposés à
l'ouverture de quatre nouvelles routes de décollage,
contrairement à ce que vous avez dit.
Le kern ne vous a pas demandé de retirer vos
instructions, et je ne suis pas sûre qu'on arrivera à
une solution satisfaisante dans les délais impartis.
05.22 Joëlle Milquet (cdH): Ik kijk verder dan het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
In tegenstelling tot wat u hebt gezegd zijn de
bewoners van de Oostrand tegen de opening van
vier nieuwe opstijgroutes.
Het kernkabinet heeft u niet gevraagd uw
instructies in te trekken en ik ben er niet zeker van
dat er binnen de toegekende termijn een afdoende
oplossing uit de bus zal komen.
05.23 Marie Nagy (ECOLO): Il y a un problème
d'interprétation de la notion de cadastre du bruit.
Vous avez un modèle théorique, que vous appelez
cadastre, mais il faut le valider et le soumettre à un
contrôle permanent à l'aide de sonomètres en
nombre suffisant.
L'accord de majorité demande un "vrai" cadastre de
la réalité du bruit, lequel ne peut pas être dressé en
un jour, ni même en un mois.
De plus, votre modèle est contesté par le ministre
bruxellois de l'Environnement, qui a mis de côté
son arrêté sur les pics de bruit pour permettre au
fédéral d'avancer sur la question des plans de vol.
A défaut, il pourrait réactiver son arrêté.
Il n'y aura d'accord final que si les deux Régions
sont d'accord, et on n'entend pas dire que vous
collaborez de façon optimale avec les deux.
Il y a aussi le débat sur l'indépendance de vos
experts. La Région bruxelloise préférerait des
experts non liés à BIAC ou à Belgocontrol.
05.23 Marie Nagy (ECOLO): Er is een probleem
met de interpretatie van het begrip geluidskadaster.
Er is een theoretisch model dat u kadaster noemt,
maar het moet worden gevalideerd en permanent
worden gecontroleerd door middel van voldoende
geluidsmeters.
Het akkoord van de meerderheid vereist een `echt'
kadaster van het geluid in de realiteit, dat niet in
een dag en zelfs niet in een maand kan worden
opgemaakt.
Uw model wordt bovendien door de Brusselse
minister van leefmilieu aangevochten. Hij heeft zijn
besluit over de geluidspieken in de koelkast gelegd
zodat met betrekking tot de vluchtplannen op
federaal niveau vooruitgang kon worden geboekt.
Als er geen schot in de zaak komt, zou hij zijn
besluit weer uit de koelkast kunnen halen.
Er komt pas een definitief akkoord als beide
Gewesten akkoord gaan. Het ziet er niet naar uit
dat er met de twee Gewesten optimaal
samenwerkt.
Er wordt ook gesproken over de onafhankelijkheid
van uw experts. Het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest verkiest experts die geen banden hebben
met BIAC of Belgocontrol.
05.24 Bert Anciaux, ministre: (en français): Nous
avons recours aux mêmes experts.
05.24 Minister Bert Anciaux (Frans): Wij doen
beroep op dezelfde deskundigen.
05.25 Marie Nagy (ECOLO): Le kern ne les ayant
pas remises en question, Belgocontrol mettra donc
en oeuvre à partir du 2 janvier les instructions
contenues dans votre lettre du 16 octobre. Quel est
le contenu de cette lettre? Concerne-t-elle
seulement les quatre routes? Concerne-t-elle la
Région bruxelloise?
05.25 Marie Nagy (ECOLO): Aangezien het
kernkabinet de richtlijnen niet ter discussie heeft
gesteld, zal Belgocontrol ze vanaf 2 januari,
overeenkomstig uw brief van 16 oktober, uitvoeren.
Wat staat er in die brief? Gaat het enkel om de vier
routes?
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
28
05.26 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais):
J'insiste sur le fait que j'ai traité de toutes les routes
dans la lettre. Je considère que Mme Nagy a pris
connaissance du contenu de la lettre.
05.26 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Ik
benadruk dat ik het over alle routes heb gehad in
de brief. Ik ga ervan uit dat mevrouw Nagy de
inhoud van de brief kent.
05.27 Marie Nagy (ECOLO): S'il n'y a pas de
problème, pourquoi ne pas nous communiquer
cette lettre?
Il faudra qu'on veille à ce que la densité de la
population soit prise en considération car la notion
de répartition équitable n'est pas toujours comprise
de la même manière.
05.27 Marie Nagy (ECOLO): Indien er geen
probleem is, waarom laat u ons dan niet weten wat
er in die brief stond? Men dient rekening te houden
met de bevolkingsdichtheid, aangezien de notie van
een billijke verdeling niet altijd op dezelfde manier
wordt begrepen.
05.28 Simonne Creyf (CD&V): Le ministre
souligne dans sa réponse que, dans ce dossier, il
n'entreprend rien sans lappui de la majorité
intégrale du gouvernement. Á en juger par la teneur
de certains articles dans la presse et de la réaction,
entre autres, du ministre bruxellois du M. Gosuin, je
constate qu'il y a tout de même un problème avec
cet appui.
Je suis curieuse de voir ce qu'il adviendra du plan
de dispersion. Quelles seront les concessions? Il
doit inévitablement y avoir une victime. Qui en
écopera? La périphérie nord, la périphérie sud ou
Bruxelles? Le plan de dispersion actuel ne va, à
mon sens, pas encore assez loin.
05.28 Simonne Creyf (CD&V): De minister
beklemtoont in zijn antwoord dat hij in dit dossier
niets onderneemt zonder de steun van de integrale
regeringsmeerderheid. Als ik de teneur van
bepaalde artikels in de pers én de reactie van
onder meer Brussels MR-minister Gosuin lees, valt
het met die steun toch niet echt mee.
Ik ben benieuwd wat er met het spreidingsplan zal
gebeuren. Welke toegevingen zullen er worden
gedaan? Iemand moet daarvan onvermijdelijk het
slachtoffer worden. Wie zal het gelag betalen? De
Noordrand, de Oostrand of Brussel? Het huidige
spreidingsplan gaat mijns inziens nog niet ver
genoeg.
05.29 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais):
Mme Creyf sait-elle que son collègue de parti
Erik Van Rompuy a signé la motion de la commune
de Zaventem pour protester contre les deux pour
cent de nuisances supplémentaires qui touchent
Sterrebeek ? Il s'agit ici de l'ensemble des vols et
pas uniquement des vols de nuit.
05.29 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Weet
mevrouw Creyf dat haar partijgenoot Erik Van
Rompuy mee de motie van de gemeente Zaventem
heeft ondertekend om te protesteren tegen de 2
procent bijkomende hinder voor Sterrebeek? Het
gaat hier om alle vluchten, niet alleen de
nachtvluchten.
05.30 Simonne Creyf (CD&V): Je maintiens que
le plan du ministre Anciaux a une connotation trop
politique et qu'il ne tient pas suffisamment compte
des paramètres purement techniques, comme la
direction du vent, par exemple.
05.30 Simonne Creyf (CD&V): Ik blijf erbij dat het
plan van minister Anciaux te politiek is en te weinig
rekening houdt met zuiver technische parameters,
zoals bijvoorbeeld de windrichting.
05.31 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais): Ce
reproche est infondé. Je tiens largement compte de
tels paramètres techniques. Evidemment, le vent
est un facteur incontrôlable. C'est pourquoi
certaines compensations sont prévues pour les cas
où le vent empêche de réunir les conditions
idéales de dispersion.
05.31 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Dat
verwijt klopt niet. Ik hou wel degelijk heel veel
rekening met zulke technische parameters. Wind is
natuurlijk een factor die je niet kan beheersen.
Daarom wordt er in compensaties voorzien,
wanneer ten gevolge van de wind de ideale situatie
qua spreiding zich niet kan voordoen.
05.32 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Le
ministre n'a pas mentionné de date. Quand le plan
de dispersion va-t-il être mis en oeuvre? La
réponse à ma question concernant l'utilisation de la
piste de décollage 25L est également incomplète.
05.32 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): De
minister heeft geen tijdstip genoemd. Wanneer zal
het spreidingsplan nu in werking treden? Ook is hij
niet voldoende ingegaan op mijn vraag over het
gebruik van startbaan 25L. Brengt een taxibaan
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
29
Une piste pour les avions taxi est-elle une solution?
La piste peut-elle être légèrement avancée?
een oplossing? Kan de baan een beetje naar voren
worden verschoven?
05.33 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais):
Une piste pour les avions taxi ne donnera jamais le
même résultat.
05.33 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Een
taxibaan zal nooit dezelfde situatie opleveren.
05.34 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Dans
son schéma, le ministre continue de cibler certaines
nuits. Il est à mon sens techniquement possible de
répartir les vols entre toutes les nuits. Le ministre
peut-il demander que la question soit étudiée?
05.34 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): In zijn
schema blijft de minister sommige nachten viseren.
Het is volgens mij technisch mogelijk om de
vluchten te spreiden over alle nachten. Kan de
minister dat laten onderzoeken?
Motions
Moties
En conclusion de cette discussion les motions
suivantes ont été déposées.
Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
Une motion de recommandation a été déposée par
Mmes Joëlle Milquet et Marie Nagy et est libellée
comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Olivier
Maingain et François-Xavier de Donnéa, Mmes
Joëlle Milquet et Marie Nagy et M. Bart Laeremans
et la réponse du ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale,
demande au gouvernement de
- demander au ministre Anciaux de retirer ses
directives du 16 octobre adressées par écrit à
Belgocontrol demandant d'exécuter une partie du
plan de dispersion des vols pour le 22 janvier 2004;
- d'établir clairement les conditions de procédures
et de concertation nécessaires pour élaborer un
cadastre du bruit objectif basé sur une répartition
précise et diversifiée de sonomètres ainsi que de
définir la longueur de la période nécessaire pour
avoir un cadastre de bruit optimal dont les données
sont concertées avec les Régions."
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de
dames Joëlle Milquet en Marie Nagy en luidt als
volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Olivier
Maingain en François-Xavier de Donnéa, de dames
Joëlle Milquet en Marie Nagy en de heer Bart
Laeremans
en het antwoord van de minister van Mobiliteit en
Sociale Economie,
vraagt de regering
- minister Anciaux te verzoeken de schriftelijke
richtlijnen die hij op 16 oktober aan Belgocontrol
bezorgde om het spreidingsplan tegen
22 januari 2004 ten dele uit te voeren, in te trekken;
- duidelijke voorwaarden vast te stellen voor de
procedures en voor het overleg met het oog op het
uitwerken van een objectief geluidskadaster, aan
de hand van een precieze en verspreide opstelling
van geluidsmeters; te bepalen hoe lang de
referentieperiode moet zijn om te komen tot een
optimaal geluidskadaster, dat bestaat uit gegevens
waarover met de Gewesten overleg werd gevoerd."
Une motion pure et simple a été déposée par MM.
Philippe De Coene, Guido De Padt et Daan
Schalck.
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
heren Philippe De Coene, Guido De Padt en Daan
Schalck.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement.
La discussion est close.
Over de moties zal later worden gestemd.
De bespreking is gesloten.
06 Question de M. Jos Ansoms au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "les normes
en matière d'éclairage du réseau routier" (n° 554)
06 Vraag van de heer Jos Ansoms aan de
minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de normering van de verlichting van het
wegennet" (nr. 554)
06.01 Jos Ansoms (CD&V): Il n'existe aucune
normalisation juridique concernant l'allumage et
06.01 Jos Ansoms (CD&V): Er bestaat geen
enkele juridische normering voor het aan- en
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
30
l'extinction de l'éclairage public. A de nombreux
endroits, celui-ci se limite à 20 lux. La visibilité
s'étend alors sur 75 m à peine. Selon le Code de la
route, les usagers doivent allumer l'éclairage de
leur véhicule lorsque la visibilité est inférieure à
200 m. Cette règle ne pourrait-elle être appliquée à
l'éclairage public et le ministre souhaite-t-il fixer des
normes en l'espèce ?
uitschakelen van de openbare verlichting. Op vele
plaatsen wordt zij gedoofd bij 20 lux. De
zichtbaarheid bedraagt dan slechts 75 meter.
Weggebruikers moeten volgens het
verkeersreglement de lichten van hun voertuig
aansteken wanneer de zichtbaarheid minder dan
200 meter bedraagt. Kan deze regel niet worden
toegepast op de openbare verlichting en wenst de
minister in deze zaak normerend op te treden?
06.02 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais): La
question de l'éclairage public est une tâche qui
incombe aux autorités chargées de la gestion de la
voie publique. La réglementation de la circulation
routière n'est pas le moyen approprié pour
s'attaquer à ce problème, mais je vous promets de
faire examiner ce qu'il y a précisément lieu de faire.
J'attache une grande importance à cette matière.
06.02 Minister Bert Anciaux (Nederlands): De zorg
voor de openbare verlichting is een taak voor de
overheid die met het beheer van de openbare weg
is belast. De verkeersreglementering is niet het
geschikte middel om dit probleem aan te pakken,
maar ik verzeker u dat ik zal laten onderzoeken wat
we precies kunnen doen. Ik hecht hier belang aan.
06.03 Jos Ansoms (CD&V): C'est une bonne
chose. J'attends les résultats de l'enquête.
06.03 Jos Ansoms (CD&V): Dat is goed. Ik wacht
de resultaten van het onderzoek af.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Jos Ansoms au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "la non-
validité à l'étranger du permis de conduire B pour
la conduite de motocyclettes légères d'une
cylindrée ne dépassant pas 125 cm3 pour les
personnes ayant obtenu leur permis B avant le
1er septembre 2001" (n° 555)
07 Vraag van de heer Jos Ansoms aan de
minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de ongeldigheid in het buitenland van het
rijbewijs B voor het besturen van een lichte
motorfiets tot 125cm3 voor mensen die hun
rijbewijs B hebben behaald vóór
1 september 2001" (nr. 555)
07.01 Jos Ansoms (CD&V): Les titulaires d'un
permis B délivré avant le 1
er
septembre peuvent
conduire une motocyclette légère en Belgique. Ils
s'exposent toutefois à une amende lorsqu'ils
traversent la frontière avec les Pays-Bas à moto.
Chez nos voisins, en effet, le droit de conduire une
motocyclette, légère ou lourde, est subordonné à
l'obtention d'un permis distinct.
Le ministre est-il en mesure de résoudre ce
problème
? Evoquera-t-il la question avec sa
collègue néerlandaise ?
07.01 Jos Ansoms (CD&V): Wie een rijbewijs B
heeft dat dateert van voor 1 september 2002 mag
in België een lichte motorfiets besturen. Wanneer
hij met zijn motorfiets de grens met Nederland
oversteekt, loopt hij echter het risico te worden
beboet. Voor het besturen van een motorfiets, licht
of zwaar, moet in ons buurland een apart rijbewijs
worden behaald.
Kan de minister dit probleem de wereld uithelpen?
Zal hij hierover spreken met zijn Nederlandse
collega?
07.02 Bert Anciaux , ministre (en néerlandais):
L'article 90quater de l'arrêté royal du 28 mars 1998
stipule en effet que les personnes ayant obtenu un
permis B avant le 1
er
septembre 2002 sont
autorisées à conduire une motocyclette d'une
cylindrée maximale de 125 cm³. Il s'agit d'une
mesure transitoire. La possibilité de conduire une
motocyclette légère avec un permis B a été
supprimée pour des raisons de sécurité par arrêté
royal du 5 septembre 2002. Une réglementation
européenne n'est pas possible dans la mesure où
ce droit n'est pas supprimé dans tous les Etats
07.02 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Artikel
90quater van het koninklijk besluit van 23 maart
1998 bepaalt inderdaad dat wie een rijbewijs B van
voor 1 september 2002 heeft, een motorfiets met
een maximale cilinderinhoud van 125 cc mag
besturen. Dit is een overgangsmaatregel. De
mogelijkheid om een lichte motorfiets te besturen
met een rijbewijs B werd om veiligheidsredenen
afgeschaft met het koninklijk besluit van 5
september 2002. Een Europese regeling is niet
mogelijk, daar dit recht net overal wordt afgeschaft.
De rijbewijsreglementering op Europees vlak
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
31
membres. La réglementation en matière de permis
de conduire en Europe évolue dans le sens d'une
plus grande uniformisation. C'est un travail de
longue haleine. Dans l'intervalle, les
gouvernements nationaux sont toujours compétents
pour édicter ou laisser en l'état des règles qui ne
s'appliquent qu'au territoire national. Dans ce cas
précis, la directive européenne harmonisant le
permis de conduire européen laisse aux Etats
nationaux la liberté d'accorder l'équivalence d'un
permis B pour les motocycles légers. La Belgique a
profité de cette possibilité, les Pays-Bas, non. Notre
pays ne peut pas contraindre les Pays-Bas à
accorder cette équivalence. A présent que le
gouvernement a décidé de supprimer ce droit, nous
ne disposons plus guère d'arguments pour
demander une modification du côté néerlandais. A
long terme, la solution à ce problème réside dans
l'extinction du droit acquis.
evolueert naar een toenemende uniformisering. Dit
is een werk van lange adem. Intussen zijn de
nationale overheden nog bevoegd om regels uit te
vaardigen of te laten bestaan, die enkel voor het
eigen grondgebied gelden. Wat dit bijzondere geval
betreft, geeft de Europese richtlijn tot harmonisering
van het Europese rijbewijs de nationale overheden
de vrijheid om een rijbewijs categorie B
gelijkwaardig te verklaren voor lichte motorrijwielen.
België heeft van deze mogelijkheid gebruik
gemaakt, Nederland niet. Ons land kan die
gelijkwaardigheidsverklaring van Nederland niet
afdwingen. Nu de regering heeft beslist dit recht af
te schaffen, hebben we weinig argumenten om een
wijziging aan Nederlandse zijde te vragen. De
oplossing van dit probleem op lange termijn bestaat
in het uitsterven van het verworven recht.
07.03 Jos Ansoms (CD&V): Il serait pourtant
opportun de diffuser des informations à ce sujet. En
effet, des milliers de personnes se déplacent dans
la zone frontalière sans savoir qu'elles enfreignent
la loi. A mon estime, personne n'a connaissance de
cette règle particulière. Je n'en savais rien non plus
jusqu'à ce qu'un administré de ma commune ait été
verbalisé aux Pays-Bas.
07.03 Jos Ansoms (CD&V): Het zou wel goed zijn
hierover wat informatie te verspreiden. Het gaat
immers om duizenden mensen in het grensgebied
die zich van geen kwaad bewust zijn. Volgens mij is
niemand hiervan op de hoogte. Ik wist er ook niets
van totdat iemand uit mijn gemeente plots in
Nederland werd beboet.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de M. Jos Ansoms au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "le lien entre
la diminution du nombre de victimes de la
circulation sur les autoroutes et le renforcement
des 'contrôles'" (n° 628)
08 Vraag van de heer Jos Ansoms aan de vice-
eerste minister en minister van Binnenlandse
Zaken over "het verband tussen de daling van
het aantal verkeersslachtoffers op de
autosnelwegen en de 'toenemende controles'"
(nr. 628)
(La réponse sera fournie par le ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale.)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister
van Mobiliteit en Sociale Economie.)
08.01 Jos Ansoms (CD&V): Le ministre de
l'Intérieur s'est récemment félicité, lors d'une
conférence de presse, de la situation très positive
de notre pays en matière de sécurité routière. Le
porte-parole de la police fédérale a annoncé avec
emphase que les contrôles routiers ont permis de
réduire le nombre d'accidents. L'effet des contrôles
me paraît toutefois très relatif. Cette diminution peut
en effet également être liée au temps sec, au débat
de société sur la question de la circulation routière,
voire à la multiplication des embouteillages. Ce
n'est pas un hasard si les statistiques révèlent
également une augmentation des collisions en
chaîne. Il faut donc se garder de triompher trop vite.
Dans les statistiques communiquées par le ministre
08.01 Jos Ansoms (CD&V): Onlangs verklaarde
de minister van Binnenlandse Zaken op een
persconferentie dat het zo goed gaat met de
verkeersveiligheid in ons land. De woordvoerder
van de federale politie kondigde vol enthousiasme
aan dat de verkeerscontroles voor een daling van
de ongevallen hebben gezorgd. Het effect van de
controles lijkt mij echter zeer relatief. De daling kan
ook te maken hebben met het droge weer, de
maatschappelijke discussie over de
verkeersproblematiek of zelfs met de toenemende
files. Niet toevallig blijkt uit de statistieken eveneens
dat het aantal kop-staartbotsingen toegenomen is.
Men moet dus niet te vlug triomferen.
In de statistieken die we van de minister van
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
32
de l'Intérieur, une comparaison est établie entre la
période du 1
er
octobre 2001 au 30 septembre 2002
et la période du 1
er
octobre 2002 au 30 septembre
2003. Je ne comprends pas pourquoi le ministre a
opté pour d'autres périodes que celles considérées
dans les statistiques annuelles que nous recevons
habituellement.
Le ministre pourrait-il communiquer le nombre
d'heures-homme consacrées aux contrôles routiers
au cours de cette période, en établissant une
distinction entre les permanences mobiles et les
contrôles effectifs ? Pourrait-il en outre préciser le
nombre de morts et de blessés graves au cours de
cette même période ?
Binnenlandse Zaken gekregen hebben, wordt de
periode van 1 oktober 2001 tot 30 september 2002
vergeleken met de periode van 1 oktober 2002 tot
30 september 2003. Ik begrijp niet waarom hij heeft
gekozen voor andere periodes dan in de jaarlijkse
statistieken die wij normaal krijgen.
Kan de minister het aantal manuren
verkeerstoezicht in die periode geven, met een
opsplitsing tussen mobiele permanenties en
daadwerkelijk verkeerstoezicht, en daaraan
gekoppeld het aantal doden en zwaar gewonden in
dezelfde periode?
08.02 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais):
Les chiffres communiqués lors de la conférence de
presse relative aux résultats enregistrés au terme
d'une année du plan d'action Unités provinciales de
transport du 23 octobre 2003 concernaient
uniquement les contrôles routiers effectifs. Les
données réclamées sur le nombre
d'heures/hommes affectées au contrôle routier,
avec une distinction entre les permanences mobiles
et les contrôles routiers effectués, combinées au
nombre de morts et de blessés graves, n'ont pas
pu être communiquées avant la fin du mois de
novembre 2003. Certaines données n'étant plus
disponibles, il est par ailleurs impossible d'apporter
une réponse complète à la question. La police
fédérale établit une distinction entre les
permanences mobiles et les contrôles routiers
effectués, mais le nombre d'heures/hommes
affectées au contrôle routier au cours des
permanences mobiles n'est chiffrable que depuis
mars 2003.
08.02 Minister Bert Anciaux (Nederlands): De
cijfergegevens die meegedeeld werden op de
persconferentie over de resultaten van één jaar
actieplan Provinciale Verkeerseenheden van 23
oktober 2003 hadden enkel betrekking op
daadwerkelijke verkeerscontroles. De gevraagde
gegevens over het aantal manuren
verkeerstoezicht, met onderscheid tussen mobiele
permanenties en gerichte verkeerscontroles,
gekoppeld aan het aantal doden en zwaar
gewonden, kunnen niet eerder dan het eind van de
maand november 2003 meegedeeld worden.
Omdat bepaalde gegevens niet meer beschikbaar
zijn, kan bovendien niet volledig aan de vraag
tegemoetgekomen worden. De federale politie
maakt wel een onderscheid tussen mobiele
permanenties en gerichte verkeerscontroles, maar
het aantal manuren verkeerstoezicht tijdens de
mobiele permanentie kan pas sinds maart 2003
becijferd worden.
08.03 Jos Ansoms (CD&V): Ces chiffres sont-ils
encore fournis sur papier?
08.03 Jos Ansoms (CD&V): Worden de cijfers
nog op papier bezorgd?
08.04 Bert Anciaux , ministre (en néerlandais):
C'est du moins ce que je lis ici.
08.04 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Zo
lees ik het hier toch.
08.05 Jos Ansoms (CD&V): Il y a une grande
différence entre la permanence mobile et les
contrôles routiers effectifs. Je pense que de très
nombreuses activités de la permanence mobile
sont comptabilisées dans les contrôles routiers.
Voilà qui expliquerait pourquoi les chiffres sur les
contrôles effectués sont si flatteurs. J'espère
pouvoir prouver ma thèse sur la base des données
de fin novembre.
08.05 Jos Ansoms (CD&V): Er is een groot
verschil tussen mobiele permanentie en
daadwerkelijke verkeerscontroles. Ik denk dat heel
wat activiteiten van de mobiele permanentie zijn
toegevoegd aan de verkeerscontroles. Dat zou
verklaren waarom de cijfers over de gerichte
controles zo flatterend zijn. Ik hoop mijn stelling te
kunnen bewijzen aan de hand van de gegevens
van eind november.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Questions jointes de :
09 Samengevoegde vragen van:
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
33
-M. Daan Schalck au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "l'augmentation
éventuelle de la vitesse maximale par beau
temps" (n° 638)
-M. Jos Ansoms au ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale sur "l'instauration de vitesses
maximales variables sur les autoroutes" (n° 646)
-de heer Daan Schalck aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "het
eventueel verhogen van de maximumsnelheid bij
mooi weer" (nr. 638)
-de heer Jos Ansoms aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
invoering van variabele maximumsnelheden op
de autosnelwegen" (nr. 646)
09.01 Daan Schalck (sp.a-spirit): A l'heure
actuelle, un groupe de travail examine la possibilité
d'introduire des vitesses maximales variables dans
le code de la route. Nous avons toujours été
favorables à un abaissement de la vitesse par
mauvais temps. Or, il semblerait que le ministre
songe plutôt à augmenter les vitesses maximales
autorisées dans certaines circonstances. Voilà qui
ne me semble guère être une bonne idée.
La moitié des accidents mortels est due à une
vitesse excessive. Un tiers de ces accidents a lieu
la nuit. En outre, il y a davantage d'accidents en
mai et juin lorsque la nuit tombe plus tardivement
et que les conditions météorologiques sont
meilleures qu'en janvier et février. Trois quarts
des accidents se produisent par beau temps car les
conducteurs ont alors un faux sentiment de
sécurité. Enfin, le nombre d'accidents a augmenté
sur les autoroutes entre 1980 et 2000 alors qu'il a
baissé sur tous les autres types de routes.
Même en Allemagne, la vitesse a été limitée à 110
kilomètres par heure la nuit. De jour, la vitesse
maximale plus élevée n'est autorisée que dans des
zones très limitées.
Le ministre envisage-t-il d'augmenter la vitesse
maximale autorisée sur les autoroutes et les routes
secondaires ? Quel sont les effets d'une vitesse
maximale autorisée plus élevée sur le nombre de
victimes de la route ? Une modification de la loi est-
elle nécessaire pour instaurer la notion de vitesse
variable ? Quelle est le composition du groupe de
travail et quel calendrier devrait-il respecter ?
09.01 Daan Schalck (sp.a-spirit): Een werkgroep
onderzoekt momenteel of we in de wegcode met
variabele maximumsnelheden kunnen werken. Wij
zijn steeds voorstander geweest van een verlaging
in geval van noodweer. Het lijkt er echter op dat de
minister erover nadenkt om in bepaalde
omstandigheden de maximumsnelheid te verhogen.
Dit lijkt me geen goed idee.
De helft van de dodelijke ongevallen is te wijten aan
overdreven snelheid. Een derde van die ongevallen
gebeurt 's nachts. Bovendien blijkt dat er in mei en
juni wanneer het laat donker wordt en het weer
beter is meer ongevallen gebeuren dan in januari
en februari. Drie vierde van de ongevallen gebeurt
bij perfect weer, omdat mensen dan een vals
veiligheidsgevoel hebben. Op de snelwegen steeg
het aantal ongevallen ten slotte gestaag tussen
1980 en 2000, op alle andere types van wegen
daalde dat aantal.
Zelfs in Duitsland geldt 's nachts een beperking van
110 kilometer per uur. De hogere
maximumsnelheid overdag geldt er trouwens
slechts in heel beperkte zones.
Onderzoekt de minister of de maximumsnelheid
hoger kan op snelwegen én secundaire wegen?
Wat is het effect van een hogere maximumsnelheid
op het aantal verkeersslachtoffers? Is een
wetswijziging nodig om de variabele snelheid in te
voeren? Hoe is de werkgroep samengesteld en wat
is haar timing?
09.02 Jos Ansoms (CD&V): Je crains que le
ministre ne lance une nouvelle idée en l'air. Le
concept de vitesse variable sur autoroute n'est pas
neuf. Les ministres De Croo, Coëme et Di Rupo ont
fait des propositions similaires. Je présume que le
ministre supporte mal la comparaison.
S'agit-il d'une véritable décision politique?
L'introduction de la télématique ne constitue-t-elle
pas un instrument plus efficace que l'établissement
de règles générales, Selon l'IBSR, dont le ministre
est le président, la conduite offensive provoque
davantage d'accidents. Le ministre a-t-il conscience
09.02 Jos Ansoms (CD&V): Ik vrees dat de
minister het zoveelste ballonnetje oplaat. De idee
van variabele snelheid op autosnelwegen is niet
nieuw. De ministers De Croo, Coëme en Di Rupo
lanceerden soortgelijke voorstellen. Ik neem aan
dat de minister zich niet graag bij dat rijtje aansluit.
Gaat het hier om een ernstig beleidsvoornemen? Is
de invoering van telematica niet een beter middel
dan de uitschrijving van algemene regels? Volgens
het BIVV waarvan de minister voorzitter is leidt
harder rijden tot meer ongevallen. Is de minister
zich daarvan bewust? Weet de minister dat je het
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12/11/2003
CRABV 51
COM 055
34
de ce constat? Le ministre sait-il que notre réseau
autoroutier, avec ses nombreux accès et sorties, ne
peut être comparé à ceux des autres pays?
autosnelwegennet in ons land, met zijn vele in- en
uitritten, niet kan vergelijken met de netten in
andere landen?
09.03 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais): Je
crois à la modulation de la vitesse en fonction des
conditions météo. Mais je ne poursuis qu'un
objectif et un seul : accroître la sécurité routière. S'il
faut pour cela réduire la vitesse maximum, je suis
partisan d'une telle mesure ! Gardons-nous de
débattre de cette question en ayant l'esprit
embrumé par des préjugés. Et veillons à ne tirer
des conclusions que sur la base d'études.
09.03 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Ik
geloof in variabele snelheid volgens de
weersomstandigheden. Toch heb ik maar één
doelstelling: de verkeersveiligheid verhogen. Als
een verlaging van de maximumsnelheid is vereist
om de veiligheid te verhogen, ben ik een groot
voorstander van zo'n verlaging. Deze discussie
mogen we niet voeren op basis van vooroordelen.
Besluiten mag men enkel trekken op basis van
studies.
Je suis donc partisan de la variabilité en fonction
des conditions climatiques. Quant à savoir si cela
signifie automatiquement que l'on peut rouler plus
vite lorsque les conditions sont favorables, rien n'a
encore été décidé. De nombreuses études ont déjà
été réalisées à ce sujet, mais rien ne prouve qu'une
telle approche augmente la sécurité routière. Aussi
n'y suis-je pas non plus favorable pour l'heure. Une
limitation de vitesse ne peut être revue à la hausse
que sur la base d'une étude relative à l'incidence
d'une telle augmentation sur la sécurité routière. Si
une adaptation s'avère nécessaire, l'article 11 de
l'arrêté royal concerné doit également être adapté.
J'ai demandé à ma cellule politique et à l'IBSR
d'élaborer une proposition en la matière.
Ik ben dus een voorstander van variabiliteit volgens
de weersomstandigheden. Maar of dit automatisch
betekent dat de snelheid naar boven moet bij goed
weer, is geen uitgemaakte zaak. Er bestaat reeds
heel wat onderzoek ter zake, maar niets bewijst dat
een dergelijke ingreep de verkeersveiligheid
verhoogt en daarom ben ik er nu ook geen
voorstander van. Een verhoging van de
snelheidsgrens kan enkel op basis van een
onderzoek betreffende de invloed van de verhoging
op de verkeersveiligheid. Als een aanpassing
nodig blijkt, moet ook het betreffende KB, artikel 11
aangepast worden. Ik heb aan mijn beleidscel en
het BIVV gevraagd ter zake een voorstel uit te
werken.
09.04 Daan Schalck (sp.a-spirit): Les études
existantes contiennent suffisamment d'arguments
pour ne pas procéder à une telle augmentation.
Mais de nombreux préjugés jouent un rôle dans
cette discussion. Si l'arrêté royal est modifié un
jour, nous devrons veiller à ce que l'on ne rentre
pas trop dans les détails. Le chauffeur n'a pas à
décider lui-même s'il y a du brouillard ou pas, ni
combien de mètres de visibilité il reste. L'idéal est
d'utiliser pour cela des systèmes télématiques
installés au-dessus des autoroutes.
09.04 Daan Schalck (sp.a-spirit): De reeds
bestaande studies bieden voldoende argumenten
om een dergelijke verhoging niet door te voeren.
Maar in deze discussie spelen vele vooroordelen
een rol. Als het KB ooit gewijzigd wordt, moeten we
opletten dat dit niet te gedetailleerd gebeurt. De
chauffeur moet niet zelf beslissen of er mist is of
niet en hoeveel meter zichtbaarheid er nog is. Die
interpretatie kan het best worden overgelaten aan
telematicasystemen boven de snelwegen.
09.05 Jos Ansoms (CD&V): Je persiste à croire
que c'est une mauvaise idée. Si le ministre veut
rester cohérent et être le promoteur d'une politique
de sécurité routière sérieuse, il ne peut pas donner
à penser que l'augmentation de la vitesse soit
discutable. C'est pourtant ce qu'il a fait au cours
d'une interview accordée récemment à la radio.
D'ailleurs, il n'est pas nécessaire d'enquêter plus
avant, les études existent. Dans les pays
limitrophes, on choisit également de limiter la
vitesse à 120 km/h. Enfin la Belgique est un si petit
pays que le gain de temps ne peut constituer un
argument.
09.05 Jos Ansoms (CD&V): Ik blijf het een
ongelukkige idee vinden. Als de minister
consequent een uithangbord wil zijn van een
ernstig verkeersveiligheidsbeleid, mag hij niet de
indruk geven dat er over snelheidsverhoging kan
worden gediscussieerd. Dat deed hij echter wel
tijdens een recent interview op de radio. Er is
trouwens geen verder onderzoek nodig, de studies
liggen er. En ook in de omliggende landen kiest
men voor een snelheidsbegrenzing van 120
kilometer per uur. Ten slotte is België zo klein dat
tijdswinst geen argument kan zijn.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 055
12/11/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
35
09.06 Bert Anciaux, ministre (en néerlandais):
J'apprécie l'avis de MM. Ansoms et Schalck, mais
je ne suis pas d'accord. Les recommandations en
matière de sécurité routière gagnent en autorité à
mesure que les dogmes et les tabous
s'amenuisent. Je ne suis pas le ministre qui entend
abaisser les limitations de vitesse à tout prix. Je ne
suis pas davantage partisan d'une augmentation de
la vitesse par beau temps mais je ne veux pas en
faire un sujet tabou sans que l'effet de la mesure
sur la sécurité routière n'ait été sérieusement
examiné. Du reste, je resterai le fer de lance de la
lutte contre la banalisation de la sécurité routière.
L'incident est clos.
La réunion publique de commission est levée à
18.10 heures.
09.06 Minister Bert Anciaux (Nederlands): Ik
apprecieer de mening van de heren Ansoms en
Schalck, maar ik ga niet akkoord. Aanbevelingen
inzake verkeersveiligheid hebben meer gezag
naarmate er minder dogma's gelden en minder
taboes. Ik ben niet de minister die overal en altijd
de snelheid naar beneden wil. Ik ben ook geen
voorstander van snelheidsverhoging bij goed weer,
maar ik wil er geen taboe van maken, vooraleer de
invloed op de verkeersveiligheid ernstig onderzocht
is. Ik zal overigens altijd een boegbeeld blijven in
de strijd tegen diegenen die verkeersveiligheid
banaliseren.
Het incident is gesloten;
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 18.10 uur.
Document Outline