CRABV 51 COM 043
CRABV 51 COM 043
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
mardi dinsdag
04-11-2003 04-11-2003
Après-midi Namiddag
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Yolande Avontroodt au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"les volontaires des services d'urgence" (n° 308)
1
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "vrijwilligers in de dringende hulpverlening"
(nr. 308)
1
Orateurs:
Yolande Avontroodt, Rudy
Demotte, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Sprekers:
Yolande Avontroodt, Rudy
Demotte, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Yolande Avontroodt au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'application de la loi relative aux droits du patient"
(n° 382)
2
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de toepassing van de wet betreffende de
rechten van de patiënt" (nr. 382)
2
Orateurs:
Yolande Avontroodt, Rudy
Demotte, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Sprekers:
Yolande Avontroodt, Rudy
Demotte, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Yolande Avontroodt au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"le contrôle de la pression artérielle" (n° 383)
3
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de bloeddrukcontrole" (nr. 383)
3
Orateurs:
Yolande Avontroodt, Rudy
Demotte, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Sprekers:
Yolande Avontroodt, Rudy
Demotte, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Jo Vandeurzen au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
création de la Cellule générale Drogues (Cellule
Politique des Drogues)" (n° 339)
5
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
oprichting van de Algemene Cel Drugs (Cel
Drugbeleid)" (nr. 339)
5
Orateurs: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Jo Vandeurzen au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'arrêté royal relatif à la méthadone" (n° 341)
5
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "het
KB inzake methadon" (nr. 341)
5
Orateurs: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Jo Vandeurzen au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
mise en oeuvre de directives dans le cadre de la
note politique fédérale en matière de drogue"
(n° 342)
6
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
uitwerking van de richtlijnen, in het kader van de
federale drugnota" (nr. 342)
6
Orateurs: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Willy Cortois à la ministre des
Classes moyennes et de l'Agriculture sur "les
parcelles touchées par la présence de la
'chrysomèle du maïs'" (n° 365)
8
Vraag van de heer Willy Cortois aan de minister
van Middenstand en Landbouw over "de percelen
getroffen door de aanwezigheid van de
'maïskever'" (nr. 365)
8
Orateurs: Willy Cortois, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Willy Cortois, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Yves Leterme au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'étude sur les éventuels effets nocifs des
9
Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "het
onderzoek naar mogelijke schadelijke effecten van
9
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
ii
antennes UMTS" (n° 343)
de UMTS-antennes" (nr. 343)
Orateurs: Yves Leterme, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Yves Leterme, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Bart Tommelein à la ministre des
Classes moyennes et de l'Agriculture sur "le
nombre d'unités de gros bétail pouvant être
abattues en abattoir" (n° 366)
10
Vraag van de heer Bart Tommelein aan de
minister van Middenstand en Landbouw over "het
aantal grootvee eenheden dat geslacht mag
worden in slachthuizen" (nr. 366)
10
Orateurs: Bart Tommelein, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Bart Tommelein, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Magda De Meyer au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"les problèmes posés par les colliers anti-
aboiement pour chiens" (n° 378)
11
Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de problemen met de antiblafhalsbanden
voor honden" (nr. 378)
11
Orateurs: Magda De Meyer, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Magda De Meyer, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Catherine Doyen-Fonck au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la limitation de l'offre médicale"
(n° 389)
12
Vraag van mevrouw Catherine Doyen-Fonck aan
de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de beperking van het
medisch aanbod" (nr. 389)
12
Orateurs: Catherine Doyen-Fonck, Rudy
Demotte, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Sprekers: Catherine Doyen-Fonck, Rudy
Demotte, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Alexandra Colen au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"la reconnaissance des optométristes et des
ostéopathes" (n° 416)
13
Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de erkenning van optometristen en
osteopaten" (nr. 416)
13
Orateurs: Alexandra Colen, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Alexandra Colen, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Koen Bultinck au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "une
évaluation de Dossier Médical Global (DMG)"
(n° 494)
13
Vraag van de heer Koen Bultinck aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "een
evaluatie van het Globaal Medisch Dossier
(GMD)" (nr. 494)
13
Orateurs: Koen Bultinck, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Koen Bultinck, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Jo Vandeurzen au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
mesures d'économies affectant les établissements
de soins publics" (n° 529)
14
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
besparingsmaatregelen in de openbare
verzorgingsinstellingen" (nr. 529)
14
Orateurs: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Jo Vandeurzen, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Annick Saudoyer au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"les conséquences sanitaires liées à certaines
pratiques non médicales de modifications
corporelles" (n° 277)
15
Vraag van mevrouw Annick Saudoyer aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de gevolgen voor de gezondheid van
praktijken waarbij op niet-medische wijze
veranderingen aan het lichaam worden
aangebracht" (nr. 277)
15
Orateurs: Annick Saudoyer, Freya Van den
Bossche, ministre de l'Environnement, de la
Protection de la consommation et du
Sprekers: Annick Saudoyer, Freya Van den
Bossche, minister van Leefmilieu,
Consumentenzaken en Duurzame
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
iii
Développement durable
Ontwikkeling
Question de M. Jo Vandeurzen à la ministre de la
Fonction publique, de l'Intégration sociale et de la
Politique des grandes villes sur "l'avenir du
personnel des centres d'accueil de Westende et
Houthalen" (n° 548)
17
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister
van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
Integratie en Grootstedenbeleid over "de toekomst
van het personeel van de opvangcentra Westende
en Houthalen" (nr. 548)
17
Orateurs: Jo Vandeurzen, Marie Arena,
ministre de la Fonction publique, de
l'Intégration sociale et de la Politique des
grandes villes
Sprekers: Jo Vandeurzen, Marie Arena,
minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie en
Grootstedenbeleid
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
1
COMMISSION DE LA SANTE
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIETE
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
du
MARDI
04
NOVEMBRE
2003
Après-midi
______
van
DINSDAG
04
NOVEMBER
2003
Namiddag
______
La séance est ouverte à 14 h. 29 par Mme
Alexandra Colen, présidente.
De vergadering wordt geopend om 14.29 uur door
mevrouw Alexandra Colen, voorzitter.
01 Question de Mme Yolande Avontroodt au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "les volontaires des services
d'urgence" (n° 308)
01 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "vrijwilligers in de
dringende hulpverlening" (nr. 308)
01.01 Yolande Avontroodt (VLD): Au cours de la
session précédente, nous avons souvent évoqué le
problème des volontaires des services d'urgence.
01.01 Yolande Avontroodt (VLD): Tijdens de
vorige zittingsperiode bespraken we vaak het
probleem van de vrijwilligers in de dringende
hulpverlening.
Un projet de texte a été soumis pour avis au
Conseil national du travail. Le texte traduit la
préoccupation des prestataires professionnels de
soins médicaux, ainsi que le souci des bénévoles
qui assurent le transport dans le cadre de l'aide
médicale urgente. L'aide médicale urgente doit
répondre, à juste titre d'ailleurs, à des exigences de
qualité très élevées. D'autre part, il y a le
plafonnement, inhérent au bénévolat. Selon le
ministre précédent, M. Vandenbroucke, une
solution était en préparation.
Le Conseil d'Etat a-t-il déjà émis un avis sur le
projet d'arrêté royal ? Où en est ce dossier ? Le
ministre est-il disposé à soutenir cette initiative ?
Momenteel ligt een ontwerptekst ter advies bij de
Nationale Arbeidsraad. De tekst geeft de zorg weer
van professionele medische hulpverleners, maar
ook die van vrijwilligers die voor vervoer zorgen in
de dringende hulpverlening. Er worden terecht
enorme kwaliteitseisen gesteld aan de dringende
hulpverlening. Maar anderzijds heb je te maken met
plafonnering, eigen aan het vrijwilligerswerk.
Volgens de vorige minister, minister
Vandenbroucke, was er alvast een oplossing in de
maak.
Heeft de Raad van State al een advies gegeven
over het ontwerp van KB? Wat is de stand van
zaken in dit dossier? Wil de minister het initiatief
steunen?
01.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Le projet modifie l'arrêté royal du 28 novembre
1996 portant exécution de la loi du 27 juin 1969
révisant l'arrêté loi du 28 décembre 1944
concernant la sécurité sociale des travailleurs.
01.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Het
ontwerp wijzigt het KB van 28 november 1996 tot
uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot
herziening van de besluitwet van 28 december
1944 over de maatschappelijke zekerheid van de
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
2
Le Conseil national du travail n'a pas encore rendu
son avis. Etant donné que le Conseil d'Etat ne peut
connaître du dossier qu'à partir du moment où il
dispose de tous les accords et avis, il n'a pas
encore rendu d'avis. Après avoir obtenu tous les
avis, je présenterai le projet d'arrêté au Conseil des
ministres.
arbeiders.
De Nationale Arbeidsraad gaf nog geen advies.
Omdat de Raad van State pas kan handelen
wanneer alle vereiste akkoorden en adviezen in zijn
bezit zijn, heeft ook hij nog geen advies gegeven.
Na de adviesrondes leg ik het ontwerp van besluit
voor aan de Ministerraad.
D'ailleurs, tous les bénévoles de l'aide médicale
urgente n'ont pas un statut imprécis. Ainsi l'AR de
1969 règle clairement la situation des pompiers
volontaires. Le pompier bénévole qui ne perçoit pas
plus de 785,95 euros par trimestre, ne relève pas
du régime de sécurité sociale. En raison de
l'indexation, ce montant s'élèvera à 850,71 euros à
partir du troisième trimestre.
Overigens hebben niet alle vrijwilligers in de
dringende medische hulpverlening een onduidelijk
statuut. Zo regelt een KB uit 1969 de situatie van
de vrijwillige brandweerman helder. De vrijwillige
brandweerman die niet meer dan 785,95 euro per
kwartaal ontvangt, valt niet onder het stelsel van
sociale zekerheid. Wegens indexering wordt dit
vanaf het derde kwartaal 850,71 euro.
01.03 Yolande Avontroodt (VLD): Je suis
heureuse d'apprendre que le ministre présentera le
projet au Conseil des ministres. Je pense
néanmoins que l'avis du Conseil national du Travail
n'est pas obligatoire. Le ministre peut peut-être
prévoir un délai. Si aucun avis n'est donné au
terme de ce délai, il serait préférable qu'il présente
directement le projet au Conseil des ministres.
01.03 Yolande Avontroodt (VLD): Ik ben blij dat
de minister het ontwerp aan de Ministerraad zal
voorleggen. Ik denk echter dat het advies van de
Nationale Arbeidsraad niet verplicht is. De minister
kan misschien een termijn vooropstellen. Als er dan
nog geen advies is, legt hij het ontwerp maar beter
meteen voor aan de Ministerraad.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de Mme Yolande Avontroodt au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'application de la loi relative aux
droits du patient" (n° 382)
02 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de toepassing van de wet
betreffende de rechten van de patiënt" (nr. 382)
02.01 Yolande Avontroodt (VLD): Plusieurs
instances m'ont demandé à qui elles pouvaient
adresser leurs questions au sujet de la loi relative
aux droits du patient. Doivent-elles s'adresser à la
Commission fédérale « Droits du patient » ou à
l'Ordre des Médecins ?
02.01 Yolande Avontroodt (VLD): Ik kreeg van
een aantal instanties de vraag waar zij
terechtkunnen met vragen over de wet op de
patiëntenrechten. Moeten zij zich wenden tot de
Federale Commissie voor de Rechten van de
Patiënt of tot de Orde van Geneesheren?
02.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Toutes les questions au sujet de l'application de la
loi relative aux droits du patient peuvent être
adressées à mon cabinet. Une fois que la loi sera
mieux connue, les questions se feront
nécessairement plus rares.
02.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Men
kan alle vragen over de toepassing van wet op de
patiëntenrechten richten tot mijn kabinet. Als de wet
beter gekend is, zullen de vragen vanzelf afnemen.
02.03 Yolande Avontroodt (VLD): Ne sera-t-il pas
difficile, à ce moment-là, de rendre publiques toutes
ces réponses
? N'est-ce pas plutôt à la
Commission fédérale de s'en charger
? Cela
dispenserait le cabinet de répondre toujours aux
mêmes questions, et la prudence juridique en la
matière aurait du même coup une base légale.
S'il devait en être ainsi, je souhaiterais vraiment
02.03 Yolande Avontroodt (VLD): Wordt het dan
niet moeilijk om al de antwoorden publiek te
maken? Dat lijkt me toch echt een taak voor de
Federale Commissie. Zo hoeft het kabinet ook niet
telkens weer dezelfde vragen te beantwoorden en
kan de juridische prudentie terzake een wettelijke
basis krijgen.
Als het dan zo moet zijn, vraag ik om de
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
3
que les réponses soient rendues publiques.
antwoorden toch zeker publiek te maken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de Mme Yolande Avontroodt au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le contrôle de la pression
artérielle" (n° 383)
03 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de bloeddrukcontrole"
(nr. 383)
03.01 Yolande Avontroodt (VLD): Les attaques
cardio-vasculaires constituent le risque majeur de
l'hypertension, plutôt encore que les douleurs
cardiaques et le raccourcissement général de la
durée de vie. Un nombre croissant de données
épidémiologiques indiquent qu'au moins cinquante
pour cent de tous les Européens de plus de
quarante ans souffrent d'hypertension. Il est
inquiétant de constater que l'hypertension n'est
souvent pas mesurée, ou alors incorrectement, ou
mal traitée je veux dire par là que le traitement
n'est pas suffisamment suivi. Pour toutes ces
raisons, plusieurs études scientifiques ont été
entamées dans ce domaine.
Le ministre tiendra-t-il compte du fait que les
recommandations de bonne pratique médicale ne
suffisent pas mais que la prévention joue un rôle
déterminant ? A mon sens, ce volet préventif a un
ancrage fédéral. Si la prévention est effectivement
une compétence régionale, il ne s'agit pas
uniquement, en l'espèce, d'organiser des
campagnes. J'estime que la formulation d'objectifs
en matière de santé est une attribution du ministre
de la Santé publique. Le ministre peut-il retenir la
prévention de l'hypertension en tant que l'un des
objectifs en matière de santé et, dans l'affirmative,
comment compte-t-il procéder dans la pratique ?
Le ministre est-il disposé à faire réaliser une
étude ? Je me réfère à cet égard aux communiqués
de presse concernant la nécessité de réaliser
davantage d'études scientifiques indépendantes.
L'éditorial du Morgen de ce matin était consacré à
cette question. Je me réjouis que le grand public
s'intéresse aujourd'hui à un problème que nous
avons déjà souvent évoqué au Parlement. Je
pense que mon approche permet d'obtenir un
rendement élevé pour un coût somme toute limité.
Le ministre souscrit-il à la nécessité d'une enquête
épidémiologique et à une meilleure conversion de
l'analyse génétique en pratique clinique ?
03.01 Yolande Avontroodt (VLD): Beroertes
vormen het grootste risico verbonden met
hypertensie, niet zozeer het hartlijden of de
algemene verkorting van de levensduur. Er zijn
meer en meer epidemiologische gegevens waaruit
blijkt dat minstens vijftig percent van alle
Europeanen ouder dan veertig jaar aan hypertensie
lijden. Het is erg te moeten vaststellen dat
hypertensie vaak ofwel niet wordt gemeten, ofwel
niet correct gemeten, ofwel niet correct behandeld -
waarmee ik bedoel dat de behandeling
onvoldoende opgevolgd wordt. Om die redenen
werd een aantal wetenschappelijke studies terzake
opgestart.
Zal de minister rekening houden met het feit dat
niet alleen good medical practice maar ook
preventie belangrijk is? Dit preventieve luik heeft
volgens mij een federale verankering. Preventie
behoort weliswaar tot de bevoegdheden van de
Gewesten, maar het gaat om meer dan campagnes
organiseren. Mijns inziens is het formuleren van
gezondheidsdoelstellingen een opgave voor de
minister van Volksgezondheid. Kan de minister de
preventie van hypertensie weerhouden als een van
de gezondheidsdoelstellingen, en zo ja, hoe gaat hij
dat in de praktijk aanpakken?
Is de minister bereid een onderzoek te laten
uitvoeren? Ik verwijs hierbij naar de berichten in de
pers over de nood aan meer onafhankelijk
wetenschappelijk onderzoek. Het hoofdartikel in De
Morgen van vandaag handelt hierover. Ik verheug
mij erover dat er nu publieke belangstelling ontstaat
voor een probleem dat wij hier al vaak aangekaart
hebben. Ik denk dat mijn benadering een hoog
rendement tegen een beperkte kostprijs mogelijk
maakt.
Onderschrijft de minister de noodzaak aan
epidemiologisch onderzoek en aan een betere
vertaling van het genetisch onderzoek naar de
klinische praktijk?
03.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Voilà des questions qui me tiennent beaucoup à
03.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Deze
onderwerpen liggen mij nauw aan het hart: de
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
4
coeur : les soins de première ligne, les maladies
chroniques comme l'hypertension et son approche
scientifiquement fondée, ce qu'on appelle en
anglais «
evidence based medicine
». Cette
préoccupation a été exprimée en tenant compte
d'un bon équilibre entre coûts et avantages. J'ai
donc le plaisir de répondre par l'affirmative à une
série des questions qui m'ont été posées.
Depuis longtemps déjà, notre politique vise à
soutenir les soins de première ligne et à stimuler
l'exploitation des acquis scientifiques les plus
récents. En outre, nous veillons à confronter ces
acquis aux propres données empiriques des
médecins et aux données disponibles en matière
de médicaments prescrits. Ainsi, les médecins
peuvent adapter leur comportement prescripteur
aux toutes dernières avancées scientifiques. Cette
année-ci, les médecins ont reçu un feed-back sur
les antibiotiques. L'année prochaine, ils en
recevront un sur les médicaments contre
l'hypertension. Ce qui importe, c'est que cette
politique soit couplée à la directive sur l'usage
correct des médicaments contre l'hypertension.
Récemment, l'INAMI a approuvé un montant de 40
millions d'euros à titre de mesure de soutien des
soins de première ligne. Il s'agit de revaloriser les
actes intellectuels, d'améliorer la collaboration et
d'augmenter l'activité par le biais d'un
échelonnement si, du moins, les médecins et les
assureurs en sont d'accord. Organiser la
prévention n'est pas simple avec un financement
des activités des praticiens principalement axé sur
leurs actes. Grâce au financement des
programmes de soins, notamment dans le domaine
du traitement de l'hypertension, les praticiens
auront la possibilité tant sur le plan pratique que
sur le plan financier de déployer davantage
d'activités de prévention.
eerstelijnsgezondheidszorg, de chronische
aandoeningen zoals hypertensie en de
wetenschappelijk gefundeerde aanpak ervan,
onder meer via evidence based medicine. De
bekommernis werd geuit rekening houdend met
een goede balans tussen kosten en baten. Met
genoegen kan ik dus een aantal vragen positief
beantwoorden.
Reeds geruime tijd richt ons beleid zich op het
ondersteunen van de eerste lijn en het stimuleren
van de aanwending van de recentste
wetenschappelijke inzichten. Bovendien zorgen we
ervoor dat dit gebeurt in confrontatie met de eigen
praktijkgegevens van de arts en met de gegevens
inzake de voorgeschreven geneesmiddelen. Zo
kunnen de artsen hun voorschrijfgedrag aanpassen
aan de meest recente wetenschappelijke kennis.
Dit jaar kregen de artsen feedback over antibiotica,
volgend jaar gebeurt hetzelfde voor de
antihypertensiva. Belangrijk is dat dit gekoppeld
wordt aan de richtlijn voor het correcte gebruik van
de antihypertensiva. Recent heeft het RIZIV een
bedrag van 40 miljoen euro goedgekeurd voor de
ondersteuning van de eerste lijn. Het gaat om de
herwaardering van de intellectuele handelingen,
betere samenwerking en de verhoging van de
activiteit via echelonnering, indien de geneesheren
en de verzekeraars het tenminste hierover eens
worden. Preventie is niet eenvoudig in een
hoofdzakelijk op handelingen gerichte financiering
van de activiteiten van de artsen. Via de
financiering van zorgprogramma's, ook inzake de
aanpak van hypertensie, zal het voor de artsen ook
praktisch en financieel haalbaar zijn om meer
preventieve activiteiten te ontwikkelen.
Les éléments que vous évoquez dans vos
questions pourront être intégrés dans la prévention.
L'épidémiologie a pour but d'apporter des preuves
scientifiques et de soutenir notre politique. Sous les
auspices de mes services, les premières
recherches épidémiologiques en matière
d'hypertension ont été entreprises mais, dans ce
domaine, les études scientifiques doivent se
poursuivre et celles-ci méritent notre soutien.
L'hypertension et la diminution des complications
liées à l'hypertension constituent en effet pour moi
un objectif de santé important et des études
épidémiologiques sont indispensables dans ce
cadre.
De elementen die in de vragen worden aangehaald
kunnen daarin aan bod komen. De epidemiologie
moet wetenschappelijke bewijzen aanbrengen en
ons beleid ondersteunen. Aanzetten tot
epidemiologisch onderzoek over hypertensie
werden, onder auspiciën van mijn diensten, reeds
ondernomen, maar er is op dat vlak nog wel
wetenschappelijk werk te verrichten dat
ondersteuning verdient. Hypertensie en het
terugdringen van de complicaties gerelateerd aan
hypertensie zijn voor mij dus inderdaad een
belangrijke gezondheidsdoelstelling, en
epidemiologisch onderzoek is daarbij een
noodzaak.
03.03 Yolande Avontroodt (VLD): La réponse du
ministre me paraît très concrète et positive. Je
voudrais seulement insister pour qu `il intègre dans
03.03 Yolande Avontroodt (VLD): Ik vind het
antwoord van de minister heel concreet en positief.
Ik wil er enkel nog op aandringen dat de minister
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
5
l'étude qu'il va commander l'analyse génomique et
protéomique, si actuelle sur le plan international.
het genetisch en proteonomisch onderzoek, dat
vandaag internationaal zo actueel is, op zou nemen
in zijn opdracht naar verder onderzoek.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de M. Jo Vandeurzen au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"la création de la Cellule générale Drogues
(Cellule Politique des Drogues)" (n° 339)
04 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de oprichting van de Algemene Cel Drugs
(Cel Drugbeleid)" (nr. 339)
04.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Qu'est-il advenu
des 9 millions de francs belges destinés à la
création de la Cellule générale 'Drogues' ? Quand
cette Cellule sera-t-elle opérationnelle et utilisera-t-
elle effectivement les moyens
? Est-il encore
question d'un lien avec la Fondation Rodin, qui est
en partie financée par l'industrie du tabac ?
04.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Wat is er gebeurd
met de 9 miljoen Belgische frank gereserveerd voor
de werking van de Algemene Cel Drugs? Wanneer
wordt die Cel operationeel en zal ze de middelen
effectief gebruiken? Is er nog altijd sprake van een
band met de Rodinstichting, die gedeeltelijk door de
tabaksindustrie wordt gefinancierd?
04.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
La Cellule générale Politique des drogues n'a pas
encore vu le jour.
Un montant de 250.000 euros sera affecté pour la
première année de fonctionnement.
Dès que la cellule sera mise sur pied et tant que la
conférence interministérielle n'aura pas fixé de
dotation, la cellule disposera d'une somme de
250.000 euros pour assurer son développement et
un soutien logistique. La cellule pourra être
opérationnelle dès que les décrets portant
approbation de l'accord de coopération seront
publiés.
Un lien avait été créé avec la Fondation Rodin au
sein de la Cellule Soins de santé. Ce lien n'existe
plus aujourd'hui.
04.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): De
Algemene Cel Drugbeleid is nog niet opgericht.
Voor het eerste werkingsjaar wordt een bedrag van
250.000 euro gereserveerd.
Zodra de cel is opgericht en zo lang de
interministeriële conferentie geen dotatie heeft
vastgesteld, zal ze voor haar uitbouw en logistieke
ondersteuning beschikken over een bedrag van
250.000 euro. De cel kan van start gaan zodra de
decreten die het samenwerkingsakkoord
goedkeuren zijn gepubliceerd.
Binnen de cel Gezondheidszorg was er een band
met de Rodinstichting. Dit is niet langer het geval.
04.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Le ministre a-t-il
une idée de l'état d'avancement du protocole de
coopération?
04.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Heeft de minister
er zicht op hoe het samenwerkingsprotocol er
voorstaat?
04.04 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Je vous ai communiqué toutes les informations
dont je disposais pour l'instant.
04.04 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Ik heb
momenteel niet meer informatie dan ik gegeven
heb.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. Jo Vandeurzen au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'arrêté royal relatif à la méthadone" (n° 341)
05 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "het KB inzake methadon" (nr. 341)
05.01 Jo Vandeurzen (CD&V): La loi du 22 août
2002 visant à la reconnaissance légale des
traitements à la méthadone et autres traitements de
substitution est parue le 1
er
octobre 2002 au
05.01 Jo Vandeurzen (CD&V): De wet van 22
augustus 2002 die de behandeling met methadon
en andere substituten een kader moet geven
verscheen op 1 oktober 2002 in het Belgisch
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
6
Moniteur belge. Un arrêté royal doit énumérer les
produits autorisés ainsi que les conditions à
respecter dans le cadre du traitement de
substitution.
Staatsblad. Een koninklijk besluit moet de
toegelaten producten opsommen en de
voorwaarden waaronder de substitutie kan
gebeuren.
Il aura fallu attendre longtemps mais, après une
intervention du ministre-président de l'époque à la
suite d'incidents qui s'étaient produits dans sa
commune, l'arrêté royal est enfin une réalité. L'avis
du Conseil d'Etat n'a pas donné lieu à de grandes
difficultés mais l'on sait qu'il y a une divergence de
vues entre le nord et le sud du pays. D'où ma
question : l'arrêté royal va-t-il encore être modifié?
Quand sera-t-il publié?
Na lang wachten en mits een interventie van de
toenmalige minister-president naar aanleiding van
enkele incidenten in zijn woonplaats is het KB er
eindelijk. Het advies van de Raad van State leverde
geen noemenswaardige problemen op, maar het is
geweten dat er een meningsverschil bestaat tussen
het noorden en het zuiden van ons land. Vandaar
mijn vraag of het KB nog wordt gewijzigd. Wanneer
wordt het gepubliceerd?
05.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Je soumettrai en novembre un projet d'arrêté royal
au Conseil des ministres.
La Methadone et la Buprenorfine sont autorisées
en tant que traitement de substitution. Le
toxicomane qui prend l'initiative de se faire soigner
ne peut être soumis qu'à des obligations
indispensables à la maximisation de ses chances
de guérison. Le médecin traitant ne peut être
stigmatisé. Il ne peut se voir imposer davantage
d'obligations que celles qui s'appliquent aux
patients souffrant de douleurs chroniques traités au
moyen d'analgésiques. Dans un souci
d'accessibilité, les généralistes et les spécialistes
possédant une formation spécifique ou réputés
pour leur expertise en matière de traitement des
toxicomanes peuvent toujours prévoir un traitement
de substitution. Le médecin doit toujours consigner
sa décision et les avis qu'il recueille dans le dossier
médical pour pouvoir démontrer qu'il n'entretient
pas la toxicomanie. Le nombre maximum de
traitements théoriques se situe à 1000 patients par
médecin et par an.
05.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): In
november leg ik een ontwerp van koninklijk besluit
voor aan de Ministerraad.
Methadon en buprenorfine worden toegestaan als
vervangingsbehandeling. De toxicomaniepatiënt die
de stap zet om zich te laten behandelen mag alleen
aan verplichtingen worden onderworpen die
onontbeerlijk zijn voor een maximale kans op
genezing. De behandelende arts mag niet worden
gestigmatiseerd. Er mogen hem niet meer
verplichtingen worden opgelegd dan degene die
gangbaar zijn voor pijnpatiënten die worden
behandeld met verdovende middelen. Met het oog
op de laagdrempeligheid zijn huisartsen en
specialisten die specifiek gevormd zijn of
bekendstaan om hun deskundigheid in de zorg
voor toxicomaniepatiënten altijd gemachtigd om
voor een vervangingsbehandeling te zorgen. De
arts moet zijn beslissing en de adviezen die hij
vraagt telkens in het medisch dossier noteren om te
kunnen aantonen dat hij geen toxicomanie in stand
houdt. Het maximale aantal theoretische
behandelingen ligt op 1000 patiënten per arts per
jaar.
05.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Dans ce cas, le
ministre va-t-il soumettre au Conseil des ministres
un autre texte que l'arrêté royal adopté par le
gouvernement précédent ?
05.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Legt de minister
dan een ander dan het door de vorige regering
goedgekeurde koninklijk besluit voor aan de
Ministerraad?
05.04 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Oui.
05.04 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Ja.
05.05 Jo Vandeurzen (CD&V): Sous la législature
précédente, nous avons eu une discussion au sujet
de la méthadone. Un arrêté royal, pris en exécution
de la loi, impose certaines conditions. D'autres sont
facultatives. J'ai risqué l'anathème en indiquant que
cette séparation constituerait un problème. Je me
demande si le changement de ministre entraînera
une modification de cet arrêté royal.
05.05 Jo Vandeurzen (CD&V): Tijdens de vorige
regeerperiode hadden wij een discussie over
methadon. De wet maakt sommige voorwaarden
verplicht in een koninklijk besluit. Andere zijn dan
weer facultatief. Ik werd bijna verketterd toen ik
opmerkte dat die opsplitsing een probleem zou
vormen. Ik ben benieuwd of de verandering van
minister nu een wijziging van het KB zal
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
7
meebrengen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de M. Jo Vandeurzen au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"la mise en oeuvre de directives dans le cadre de
la note politique fédérale en matière de drogue"
(n° 342)
06 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de uitwerking van de richtlijnen, in het
kader van de federale drugnota" (nr. 342)
06.01 Jo Vandeurzen (CD&V): La note de
politique fédérale en matière de drogues annonce
la création d'un groupe de travail qui examinerait à
la loupe la collaboration entre le ministère de la
Justice et les responsables de l'aide aux
toxicomanes. Ce groupe de travail résulte d'un
rapport final déposé par des professeurs. Ce
rapport concluait qu'il était urgent de mieux définir
les missions et responsabilités de tous les acteurs
concernés. Un volet du rapport a pu être mis en
oeuvre dans le cadre de la récente loi sur les
drogues. Plusieurs problèmes subsistaient
toutefois, comme la nécessité de préciser la notion
de secret professionnel, les statuts et le devoir
d'information.
Les recommandations de ce rapport seront-elles
examinées par le groupe de travail dont la création
est annoncée? Le ministre peut-il donner un aperçu
des mesures qui ont été prises pour assurer le suivi
des discussions au sein du groupe de travail? Des
mesures seront-elles prises à court terme?
06.01 Jo Vandeurzen (CD&V): In de federale
drugsnota wordt de oprichting van een werkgroep
aangekondigd die de samenwerking tussen het
ministerie van Justitie en de hulpverlening onder de
loep zou nemen. Die werkgroep is het resultaat van
een eindrapport van professoren. Dit rapport was
tot de conclusie gekomen dat er dringend nood is
aan een betere omschrijving van de opdrachten en
verantwoordelijkheden van alle actoren in deze
materie. Er kon een deeltje van het rapport worden
gerealiseerd in de jongste drugswet. Er bleef echter
een aantal problemen over zoals onder meer de
invulling van het begrip beroepsgeheim, de statuten
en de informatieplicht.
Worden de aanbevelingen van dit rapport
besproken in de aangekondigde werkgroep? Kan
de minister een overzicht geven van de
maatregelen die zijn genomen ter opvolging van de
besprekingen in de werkgroep? Zijn er maatregelen
die op korte termijn zullen worden getroffen?
06.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Le rapport final rédigé par des professeurs ne sera
pas examiné plus avant par un groupe de travail.
Ce rapport a cependant été présenté aux membres
de la Cellule Politique de Santé Drogues qui ont
constaté que le rapport contenait un certain nombre
de recommandations pertinentes. Certaines d'entre
elles sont très spécifiques, d'autres sont d'ordre
plus général. Le rapport ne mentionne rien de
suffisamment surprenant pour que la politique s'en
inspire.
A ma connaissance, le groupe de travail Partenariat
Justice et Aide aux personnes n'a pas été mis sur
pied. Dès sa création, la cellule générale Politique
des drogues pourra mettre sur pied les cellules de
travail ad hoc dont le fonctionnement, la
composition et la mission seront spécifiques. Des
accords proactifs peuvent cependant déjà être
conclus à cet égard avec la ministre de la Justice.
La mise sur pied de la cellule générale Politique
des drogues est prioritaire. Celle-ci pourra voir le
jour dès que tous les décrets des différents
gouvernements relatifs à l'accord de coopération
06.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Het
eindrapport van professoren wordt niet verder
besproken in een werkgroep. Wel werd dit rapport
voorgelegd aan de leden van de cel
Gezondheidsbeleid Drugs. De leden van deze cel
stelden vast dat het rapport een aantal interessante
aanbevelingen bevat. Enkele van de aanbevelingen
zijn heel specifiek, andere zijn van meer algemene
aard. Het rapport bevatte niets dat verrassend
genoeg is om het beleid erop af te stemmen.
De werkgroep Samenwerking Justitie en
Hulpverlening is bij mijn weten niet opgericht. De
algemene cel Drugsbeleid kan van bij haar
oprichting mee de ad hoc werkcellen oprichten, die
een specifieke werking, samenstelling en opdracht
zullen hebben. Toch kunnen hierover reeds
proactief afspraken worden gemaakt met de
minister van Justitie. Prioritair is de oprichting van
de algemene cel Drugsbeleid. Dit kan vanaf het
ogenblijk dat alle decreten van de verschillende
regeringen betreffende dit samenwerkingsverband
in het Belgisch Staatsblad zijn gepubliceerd.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
8
seront publiés au Moniteur belge.
06.03 Jo Vandeurzen (CD&V): La ministre n'est
évidemment pas responsable du sort qui a été
réservé en l'espace de quelques mois à la note de
politique fédérale sur la drogue. Mais j'ignorais que
la mission de ce groupe de travail était tributaire de
l'adoption de l'accord de coopération entre les
différentes autorités. La justice, en effet, est une
compétence expressément fédérale. La relation
entre justice, soins aux malades et activités para-
judiciaires est suffisamment connue. Je déplore
que le groupe de travail n'entame pas ses activités.
A mesure que s'impose la conviction que le
problème de la drogue est avant tout un problème
de santé publique, il apparaît que le rôle de la
justice demande manifestement à être défini plus
explicitement et que les accords conclus en la
matière doivent être plus précis.
06.03 Jo Vandeurzen (CD&V): De minister is
natuurlijk niet verantwoordelijk voor wat er in enkele
maanden tijd met de federale drugsnota is gebeurd.
Ik dacht echter niet dat de opdracht van die
werkgroep door de vorige regering afhankelijk was
gemaakt van de goedkeuring van het
samenwerkingsprotocol tussen de verschillende
overheden. Justitie is uitdrukkelijk een federale
bevoegdheid. De relatie tussen justitie,
hulpverlening en parajustitiële activiteiten is
voldoende bekend. Ik vind het jammer dat de
werkzaamheden van de werkgroep niet worden
opgestart. Hoe meer de overtuiging groeit dat de
drugsproblematiek in eerste instantie een probleem
van volksgezondheid is, des te meer wordt duidelijk
dat de rol van de justitie uitdrukkelijker moet
worden bepaald en dat de afspraken ook duidelijker
moeten zijn.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Willy Cortois à la ministre des
Classes moyennes et de l'Agriculture sur "les
parcelles touchées par la présence de la
'chrysomèle du maïs'" (n° 365)
07 Vraag van de heer Willy Cortois aan de
minister van Middenstand en Landbouw over "de
percelen getroffen door de aanwezigheid van de
'maïskever'" (nr. 365)
(La réponse sera donnée par la ministre de
l'Environnement, de la Protection de la
consommation et du Développement durable.)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister
van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame
Ontwikkeling.)
07.01 Willy Cortois (VLD): La chrysomèle du
maïs se nourrit des racines du maïs et peut détruire
une partie considérable de la moisson. La
Commission européenne a élaboré une directive
dans laquelle elle qualifie la chrysomèle du maïs
comme particulièrement nuisible.
Il ressort d'une étude réalisée par l'Agence fédérale
pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire (AFSCA)
qu'en Belgique, la chrysomèle du maïs ne se
rencontre que dans la région de Zaventem. Il
importe d'éviter que cette espèce n'apparaisse
dans le Nord de la Campine où l'on cultive presque
exclusivement du mais.
Quelles mesures le ministre prendra-t-il
conformément à la directive européenne en vue de
maîtriser la situation ?
Le coût des moyens pour lutter contre les
chrysomèles s'élève à 50 euros par hectare en
moyenne. Le ministre va-t-il contacter la
Commission européenne dans le but d'octroyer une
indemnisation aux agriculteurs touchés par ce
fléau ?
07.01 Willy Cortois (VLD): De maïskever leeft van
de wortels van maïs en kan een aanzienlijk deel
van de oogst vernielen. De Europese Commissie
heeft een richtlijn uitgevaardigd waarin ze de
maïskever omschrijft als bijzonder schadelijk.
Volgens onderzoek van het Federaal Agentschap
voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV)
komt de maïskever in België enkel voor in de streek
rond Zaventem. Het is van belang te voorkomen
dat de soort opduikt in de Noorderkempen, waar
bijna alleen maar maïs wordt verbouwd.
Welke maatregelen zal de minister ingevolge de
Europese richtlijn nemen om het probleem onder
controle te houden?
De middelen om de kevers te bestrijden kosten
ongeveer 50 euro per hectare. Zal de minister
contact opnemen met de Europese Commissie in
verband met een eventuele vergoeding voor de
getroffen landbouwers?
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
9
07.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
La propagation de la chrysomèle du maïs fait l'objet
d'une attention particulière et permanente. Toutes
les zones contaminées, soit 225,53 hectares, se
situent aux abords de Zaventem. Cette région est
traitée par insecticides et, dans les trois années à
venir, du maïs ne pourra y être cultivé qu'une seule
fois. Des contrôles intensifs ont lieu dans un
périmètre de sécurité de 1 à 5 kilomètres.
L'AFSCA propose aux producteurs de prendre en
charge le traitement des terres contaminées. Les
frais y afférents, qui varient de 52 à 60 euros par
hectare, sont ensuite facturés aux agriculteurs.
L'AFSCA soumettra toutefois une demande aux
instances européennes en vue d'en récupérer la
moitié. Les montants remboursés sont bien
évidemment reversés aux agriculteurs.
Nous devons désormais faire preuve de rigueur afin
de prévenir l'apparition de problèmes de plus
grande ampleur.
07.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): De
verspreiding van de maïskever wordt voortdurend
en zeer nauwkeurig in het oog gehouden. Alle
besmette zones, in totaal 225,53 hectare, bevinden
zich in de omgeving van Zaventem. Deze zones
worden met insecticiden behandeld en er mag in de
drie volgende jaren maar één keer maïs op worden
verbouwd. In een veiligheidszone van 1 à 5
kilometer errond vinden intensieve controles plaats.
Het FAVV biedt de producenten aan om de
behandeling van de getroffen gronden voor zijn
rekening te nemen. De kosten, naargelang van het
geval 52 of 60 euro per hectare, worden achteraf
doorgerekend aan de landbouwers. Het FAVV zal
echter een aanvraag indienen bij de Europese
instanties om van hen de helft van de kosten terug
te krijgen. De gerecupereerde bedragen worden
uiteraard teruggestort aan de landbouwers.
Het is noodzakelijk nu streng op te treden om
grotere problemen te voorkomen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de M. Yves Leterme au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'étude sur les éventuels effets nocifs des
antennes UMTS" (n° 343)
08 Vraag van de heer Yves Leterme aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "het onderzoek naar mogelijke schadelijke
effecten van de UMTS-antennes" (nr. 343)
08.01 Yves Leterme (CD&V): Les trois opérateurs
autorisés, à savoir Base, Mobistar et Proximus,
réalisent actuellement les tests visant à préparer le
déploiement du réseau UMTS. Les risques pour la
santé que représentent les antennes UMTS ont été
évoqués à plusieurs reprises. J'ai toujours
préconisé le principe de précaution mais le
précédent gouvernement a pris une décision. Il y a
quelques semaines, une étude menée par TNO a
démontré que l'exposition aux champs
électromagnétiques est néfaste. C'est la raison
pour laquelle d'aucuns demandent qu'une étude
approfondie soit menée sur les effets nocifs
éventuels des champs électromagnétiques d'un
réseau UMTS et regrettent que le gouvernement
fédéral n'investisse pas suffisamment de moyens à
cet effet.
Quel suivi le ministre réservera-t-il au rapport de
TNO ? Une étude sérieuse a-t-elle été commandée
sur les éventuels effets nocifs du rayonnement du
réseau UMTS ? Le ministre a-t-il pris des
précautions supplémentaires?
08.01 Yves Leterme (CD&V): De testen ter
voorbereiding van de ontplooiing van het UMTS-
netwerk worden momenteel uitgevoerd door de drie
vergunde operatoren Base, Mobistar en Proximus.
De gezondheidsrisico's van de UMTS-antennes
kwamen meermaals ter sprake. Ik pleitte steeds
voor het voorzorgsprincipe, maar de vorige regering
nam een beslissing. Enkele weken geleden bleek
uit onderzoek van TNO dat blootstelling aan
elektromagnetische velden schadelijk is. Sommigen
vragen daarom een gefundeerd en diepgaand
onderzoek naar de mogelijke schadelijke effecten
van de elektromagnetische velden van een UMTS-
netwerk en betreuren dat de federale regering
daarin onvoldoende investeert.
Welk gevolg geeft de minister aan het TNO-
rapport? Werd een ernstig onderzoek over de
mogelijke schadelijke effecten van bestraling door
het UMTS-netwerk bevolen? Neemt de minister
bijkomende voorzorgen?
08.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais): 08.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): De
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
10
L'étude TNO de septembre 2003 relative aux effets
des champs radio de l'UMTS établit effectivement
un lien entre le sentiment de bien-être tel que les
prestations d'apprentissage, d'une part, et
l'exposition aux ondes radio telles que celles d'un
émetteur UMTS, d'autre part.
En Belgique, les futurs émetteurs UMTS seront
soumis à l'arrêté royal du 29 avril 2001 relatif aux
antennes émettant des ondes électromagnétiques.
La norme sanitaire qui y a été reprise résulte de
l'application d'un facteur de sécurité
supplémentaire aux conditions recommandées par
le comité international des rayonnements non
ionisants (ICNIRP). Un accord a en outre été
conclu avec les Régions pour permettre
l'adaptation de la norme sanitaire aux nouvelles
données scientifiques.
L'OMS mène actuellement une étude de grande
envergure dans ce domaine. Les résultats de cette
étude ne seront probablement pas connus avant
2004. La Belgique n'a jusqu'à présent pas encore
participé au projet international du FMI, ce qui
n'exclut toutefois pas une participation ultérieure.
Un alignement sur le projet de recherche
coordonné par l'OMS me paraît également
recommandé.
J'ai demandé l'avis du Conseil supérieur d'Hygiène
en ce qui concerne la méthodologie de l'étude et
l'opportunité de mener une nouvelle étude. Une
évaluation du coût de la démarche est actuellement
en cours.
TNO-studie van september 2003 over de effecten
van radiovelden van het UMTS stelt inderdaad een
verband vast tussen het gevoel van welbevinden
zoals leerprestaties enerzijds en de blootstelling
aan radiogolven zoals deze van een UMTS-zender
anderzijds.
In België is het KB van 29 april 2001 betreffende de
zendmasten van toepassing op de toekomstige
UMTS-zendinstallaties. De gezondheidsnorm die
daarin werd opgenomen kwam er door toepassing
van een bijkomende veiligheidsfactor op de
voorwaarden die door de internationale commissie
voor de bescherming tegen niet-ioniserende
straling worden aanbevolen. Bovendien werd een
akkoord afgesloten met de Gewesten zodat de
gezondheidsnorm kon worden aangepast aan
nieuwe wetenschappelijke bevindingen.
De WGO voert een grootschalig onderzoek uit. De
resultaten zullen vermoedelijk niet voor 2004
bekend zijn. België heeft totnogtoe niet
deelgenomen aan het internationale IMF-project.
Dit sluit echter een toekomstige deelname niet uit.
Een afstemming op het door de WGO
gecoördineerde onderzoeksproject lijkt mij
eveneens aangewezen.
Ik heb de Hoge Gezondheidsraad om advies
gevraagd met betrekking tot de methodologie van
de studie en de opportuniteit van een herhaling
ervan. De kostprijs daarvan wordt momenteel
berekend.
Je n'ai pas pris de précautions supplémentaires.
Ik heb geen bijkomende voorzorgen genomen.
08.03 Yves Leterme (CD&V): Quand le Conseil
supérieur d'hygiène va-t-il rendre un avis sur l'étude
du TNO ?
08.03 Yves Leterme (CD&V): Wanneer zal de
Hoge Gezondheidsraad advies uitbrengen over de
studie van TNO?
08.04 Rudy Demotte, minister (en néerlandais):
Les résultats sont attendus en 2004.
08.04 Minister Rudy Demotte (Nederlands): De
resultaten worden verwacht in 2004.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de M. Bart Tommelein à la ministre
des Classes moyennes et de l'Agriculture sur "le
nombre d'unités de gros bétail pouvant être
abattues en abattoir" (n° 366)
09 Vraag van de heer Bart Tommelein aan de
minister van Middenstand en Landbouw over
"het aantal grootvee eenheden dat geslacht mag
worden in slachthuizen" (nr. 366)
(La réponse sera donnée par le ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique.)
(Het antwoord zal worden gegeven door de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid.)
09.01 Bart Tommelein (VLD): L'article 8, §4, de
l'arrêté royal du 4 juillet 1996 stipule que dans un
09.01 Bart Tommelein (VLD): Artikel 8 § 4 van het
koninklijk besluit van 4 juli 1996 legt slachthuizen
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
11
abattoir de faible capacité, on ne peut abattre plus
de 20 unités de gros bétail par semaine avec un
maximum de 1000 unités par an.
En certains endroits, notamment en Flandre
occidentale, des abattoirs ont disparu et d'autres
abattoirs sont ainsi confrontés à une surcharge de
travail. Ne serait-il pas possible d'adapter cet arrêté
royal vieux de sept ans à la réalité et de permettre
une fluctuation du nombre maximum d'abattages
en fonction de la situation dans la région?
van geringe capaciteit een maximum op van twintig
grootveeslachtingen per week, met een limiet van
duizend per jaar.
Op sommige plaatsen, zoals in West-Vlaanderen,
zijn er slachthuizen verdwenen, waardoor andere
worden overbelast. Is het niet mogelijk dit zeven
jaar oude koninklijke besluit aan de passen aan de
realiteit en het maximum aantal slachtingen te laten
variëren volgens de situatie in de streek?
09.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Conformément à l'article 8 de l'arrêté royal du 4
juillet 1996, les abattoirs de faible capacité ne
peuvent en effet pratiquer que 1000 abattages par
an. Cette règle est conforme à la directive
64/433/CEE. La commission peut autoriser une
augmentation jusqu'à 2000 abattages, mais les
conditions à remplir à cet effet ne s'appliquent que
dans des régions géographiques bien déterminées
comme les Highlands en Ecosse ou la Laponie.
La capacité d'abattage est en outre suffisante en
Flandre occidentale. Outre les abattoirs de faible
capacité, il y a également les abattoirs reconnus
par l'UE qui ne doivent pas respecter de maxima.
Je ne vois aucun motif juridique ni pratique pouvant
justifier une adaptation de l'arrêté royal.
09.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands):
Slachthuizen met een geringe capaciteit mogen
ingevolge artikel 8 van het koninklijk besluit van 4
juli 1996 inderdaad maar duizend slachtingen per
jaar uitvoeren. Deze regel strookt met richtlijn
64/433/EEG. De Commissie kan een verhoging tot
tweeduizend slachtingen toestaan, maar de
voorwaarden daarvoor zijn enkel van toepassing in
gebieden met bijzondere geografische
beperkingen, zoals de Schotse Highlands of
Lapland.
In West-Vlaanderen zijn bovendien voldoende
slachtmogelijkheden. Naast slachthuizen met een
geringe capaciteit zijn er ook door de EG erkende
slachthuizen die geen maxima hoeven na te leven.
Ik zie dus noch een juridische, noch een praktische
reden voor een aanpassing.
La directive ne s'applique qu'à la viande destinée à
la commercialisation, les abattages privés n'étant
pas pris en considération pour fixer le maximum.
Je veux souligner aussi que cette mesure est prise
pour laisser aux petits abattoirs une chance de
survivre. Ils n'ont qu'une importance locale et
nationale. La Belgique est principalement
exportatrice et c'est pourquoi il est recommandé de
faire appel à des abattoirs agrées par la CE.
Si nous commençons à faire des exceptions, cela
risque de compromettre l'hygiène des abattoirs. En
outre, nous courons le risque que l'exception
entraîne un abaissement général des conditions
d'exploitation.
De richtlijn is enkel van toepassing op vlees dat
wordt verhandeld, de particuliere slachtingen
worden dus niet meegerekend voor het bepalen
van het maximum.
Ik wijs er ook op dat deze maatregel is genomen
om kleine slachthuizen een kans op overleven te
bieden. Zij hebben slechts een lokaal en
binnenlands belang. België exporteert vooral en
daarvoor is een beroep op de EG-erkende
slachthuizen aangewezen.
Als wij uitzonderingen beginnen maken, kan dat
risico's inhouden voor de hygiëne in de
slachthuizen. Bovendien lopen we het gevaar dat
de uitzondering tot een algemene verlaging van de
exploitatievoorwaarden leidt.
09.03 Bart Tommelein (VLD): Si certains abattoirs
disparaissent, les autres seront surchargés et
devront tôt ou tard transgresser la norme. Si les
petits abattoirs souhaitent s'aligner sur la norme
CE, cela signifiera toutefois un investissement
énorme pour à peine quelques dizaines d'abattages
supplémentaires.
Le ministre ne souhaite pas tenir compte de la
nouvelle réalité et préfère maintenir une directive
09.03 Bart Tommelein (VLD): Als slachthuizen
verdwijnen, worden de andere overbelast en zijn zij
uiteindelijk wel verplicht de norm te overschrijden.
Als kleine slachthuizen zich willen aanpassen aan
de EG-norm, betekent dat echter een enorme
investering voor slechts enkele tientallen
slachtingen meer.
De minister wenst geen rekening te houden met de
gewijzigde realiteit, maar verkiest een EG-richtlijn
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
12
CE de 1996 qui n'est plus applicable.
uit 1996 die niet meer toepasbaar is, te behouden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de Mme Magda De Meyer au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "les problèmes posés par les
colliers anti-aboiement pour chiens" (n° 378)
10 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de problemen met de antiblafhalsbanden
voor honden" (nr. 378)
10.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): En vertu de
la loi relative au bien-être des animaux, le dressage
des animaux ne peut justifier qu'on leur inflige des
douleurs. On a toutefois récemment constaté une
prolifération des accessoires électroniques pour le
dressage des chiens. Il existe à présent des
clôtures invisibles, des colliers téléguidés, des
colliers anti-aboiements et des colliers qui
administrent aux chiens des décharges électriques.
Ils sont proposés à la vente chez les vétérinaires
mais aussi dans les magasins d'articles pour
animaux, voire dans les grandes surfaces.
Des études ont démontré que ces colliers sont une
source permanente de douleur, d'angoisse et de
stress chez les chiens et que la grande majorité de
la population y est fermement opposée. Dans
plusieurs Etats membres, ces colliers sont d'ailleurs
déjà interdits. Dans l'accord de gouvernement, il est
fait référence, en ce qui concerne le bien-être des
animaux, au principe de bonne conduite. Le
ministre peut-il faire part de son point de vue en la
matière ? Envisage-t-il d'interdire la vente libre de
colliers électriques pour chiens ?
10.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Volgens de
dierenwelzijnswet mag het trainen van dieren geen
excuus zijn om het dier pijn te doen. Recent is er
echter een wildgroei ontstaan aan elektronische
hulpmiddelen bij de training van honden. Er
bestaan nu onzichtbare afsluitingen, telegeleide
halsbanden, antiblafhalsbanden en halsbanden die
de honden stroomstoten toedienen. Ze worden te
koop aangeboden bij dierenartsen, maar ook in
dierenwinkels en zelfs in warenhuizen.
Studies tonen aan dat deze halsbanden
permanente pijn, angst en stress veroorzaken bij de
honden en dat een overgrote meerderheid van de
bevolking een overtuigd tegenstander is. In
verschillende lidstaten zijn deze halsbanden
trouwens al verboden. Volgens het regeerakkoord
baseert de regering zich inzake dierenwelzijn op
het principe van de best practice. Kan de minister
zijn standpunt ter zake toelichten? Overweegt de
minister een verbod op de vrije verkoop van
stroomhalsbanden voor honden?
10.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
Selon l'accord de gouvernement, la politique en
matière de bien-être des animaux doit en effet être
fondée sur le principe de bonne conduite. Une
étude est actuellement en cours pour définir des
règles uniformes pour l'ensemble de l'Union
européenne mais rien ne nous empêche de
prendre d'ores et déjà les devants. L'administration
de secousses électriques constitue en tout état de
cause une douleur évitable aux termes de l'article 4
de la loi relative au bien-être des animaux. Il y a
aussi suffisamment d'autres solutions pour faire
cesser les aboiements. Comme vous, j'estime que
l'utilisation de pareils colliers anti-aboiement est
tout à fait répréhensible et j'examinerai les
possibilités dont je dispose d'en interdire la vente.
10.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands):
Volgens het regeerakkoord moet het beleid inzake
dierenwelzijn zich inderdaad baseren op het best
practice-principe. Er loopt op dit moment een studie
om tot een uniforme regeling binnen de Europese
Unie te komen, maar hierop hoeven wij niet te
wachten. Volgens artikel 4 van de
dierenwelzijnswet vormen stroomstoten in ieder
geval een vermijdbare pijn. Ook om het blaffen te
stoppen zijn er voldoende alternatieven. Ik deel uw
mening dat deze stroomhalsbanden volstrekt
verwerpelijk zijn en ik zal onderzoeken hoe ik de
verkoop ervan kan verbieden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Catherine Doyen-Fonck au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la limitation de l'offre médicale"
(n° 389)
11 Vraag van mevrouw Catherine Doyen-Fonck
aan de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de beperking van het
medisch aanbod" (nr. 389)
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
13
11.01 Catherine Doyen-Fonck (cdH): Le décret
adopté par la Communauté française le 27 février
2003 abroge la procédure de sélection en limitant
l'accès au deuxième cycle des études en sciences
dentaires et en médecine et modifie des situations
que les étudiants pensaient acquises.
Le numerus clausus en médecine tel qu'organisé
actuellement est inacceptable, car des jeunes qui
ont entamé des études de médecine n'ont la
certitude d'être autorisés à pratiquer qu'après avoir
terminé leurs sept années d'études.
Quelle est l'analyse que fait le ministre de cette
situation?
11.01 Catherine Doyen-Fonck (cdH): Op 27
februari 2003 heeft de Franse Gemeenschap een
decreet tot opheffing van de selectieprocedure
aangenomen dat de toegang tot de tweede cyclus
van de studie tandheelkunde en geneeskunde
beperkt en situaties wijzigt die door de studenten
als vaststaand werden beschouwd.
De numerus clausus in de geneeskunde zoals die
thans wordt geregeld, is onaanvaardbaar omdat
jongeren die een studie geneeskunde hebben
aangevat pas na hun zevenjarige studie de
zekerheid zullen hebben te mogen praktiseren.
Hoe schat de minister die situatie in?
11.02 Rudy Demotte, ministre (en français):Il ne
m'appartient pas de donner un avis sur l'exercice
de compétences communautaires.
Il y a toujours eu une procédure de sélection des
candidats généralistes et spécialistes par les
facultés de médecine. La différence est que
dorénavant cette sélection devra se faire de façon
coordonnée entre les facultés de médecine
ressortissant à l'une ou l'autre Communauté.
11.02 Minister Rudy Demotte (Frans): Het komt
mij niet toe mijn mening te geven over de
uitoefening van gemeenschapsbevoegdheden.
Er heeft altijd een procedure bestaan voor de
selectie door de faculteiten geneeskunde van
kandidaat-huisartsen en specialisten. Het verschil
is dat die selectie voortaan op een gecoördineerde
manier tussen de faculteiten geneeskunde die
onder de ene of de andere Gemeenschap
ressorteren zal moeten verlopen.
11.03 Catherine Doyen-Fonck (cdH): Donc,
après sept ans d'études, on ne saura toujours pas
si on sera autorisé à exercer la profession qu'on a
choisie, et on devra se rabattre sur une autre
possibilité.
Le problème ne se pose pas entre généralistes et
spécialistes.
11.03 Catherine Doyen-Fonck (cdH): Dus, na
een studie van zeven jaar zullen de betrokkenen
nog altijd niet weten of zij hun beroep zullen mogen
uitoefenen en zullen zij dus met iets anders
genoegen moeten nemen.
Het is geen probleem tussen huisartsen en
specialisten.
11.04 Rudy Demotte, ministre (en français): Les
problèmes sont liés, car il y a des vases
communicants.
Pour le moment, je ne suis pas en mesure de vous
faire une autre réponse.
11.04 Minister Rudy Demotte (Frans): De
problemen houden verband met elkaar, want er zijn
communicerende vaten.
Voor het ogenblik kan ik u niets anders
antwoorden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de Mme Alexandra Colen au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la reconnaissance des
optométristes et des ostéopathes" (n° 416)
12 Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de erkenning van optometristen en
osteopaten" (nr. 416)
12.01 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK):
Lorsque le ministre Colla était encore titulaire du
département, les dossiers relatifs au statut des
12.01 Alexandra Colen (VLAAMS BLOK): Onder
minister Colla waren de dossiers betreffende het
statuut van de optometristen en de osteopaten
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
14
optométristes et des ostéopathes avaient presque
abouti. Lorsque les ministres écologistes étaient à
la tête du département, ces dossiers ont été jetés
aux oubliettes. Qu'en adviendra-t-il, à présent que
M. Demotte a pris la relève?
bijna afgerond. Onder de groene ministers
gebeurde er niets meer met deze dossiers. Wat zal
er onder het ministerschap van de heer Demotte
met deze dossiers gebeuren?
12.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais) :
Je ne suis pas en mesure de vous répondre
maintenant, mes notes ayant disparu.
Le président: Je propose que nous passions à la
question suivante.
12.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Ik kan
daar op dit moment niet op antwoorden, mijn
notities zijn verdwenen.
De voorzitter: Dan stel ik voor dat we voorlopig
overgaan naar een volgende vraag.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Question de M. Koen Bultinck au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "une
évaluation de Dossier Médical Global (DMG)"
(n° 494)
13 Vraag van de heer Koen Bultinck aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "een evaluatie van het Globaal Medisch
Dossier (GMD)" (nr. 494)
13.01 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Des
études concernant l'évaluation du dossier médical
global (DMG) sont régulièrement publiées. Il ressort
à présent d'une étude des Mutualités
indépendantes que les patients ayant un DMG
génèrent jusqu'à deux à trois fois plus de
consultations que la moyenne.
Quand décide-t-on d'utiliser le DMG comme
instrument de politique? Le ministre est-il au
courant de l'étude en question? Dispose-t-on de
données sur le comportement des patients, avec et
sans DMG?
13.01 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Met de
regelmaat van de klok verschijnen er studies
betreffende de evaluatie van het globaal medisch
dossier. Uit een studie van de Onafhankelijke
Ziekenfondsen blijkt nu weer dat patiënten met een
GMD twee- tot driemaal meer consultaties
genereren dan het gemiddelde.
Wanneer wordt beslist of het GMD als
beleidsinstrument wordt ingeschakeld? Is de
minister op de hoogte van de studie in kwestie? Zijn
er gegevens beschikbaar over het
consumptiegedrag van patiënten met en zonder
globaal medisch dossier?
13.02 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
J'ai eu connaissance par la presse de l'étude que
vous mentionnez. Il faut toutefois également
prendre en considération d'autres informations,
comme les données des établissements de soins et
de l'INAMI. On ne peut pas déduire de l'étude qu'un
DMG mène, en soi, à un autre profil de
consommation médicale, ce que disent d'ailleurs
les auteurs eux-mêmes. Il faut tenir compte
d'autres facteurs, comme les pathologies des
patients concernés.
Un groupe de travail prépare des propositions pour
optimiser le DMG. La commission nationale des
médecins et des mutualités analyse actuellement le
fonctionnement du système du DMG. Je
demanderai à cette commission de me
communiquer ses conclusions le plus rapidement
possible.
13.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Ik
heb via de pers kennis genomen van de vermelde
studie. Men moet echter ook andere informatie in
aanmerking te nemen, onder meer de gegevens
van de verzorgingsinstellingen en van het RIZIV.
Uit de studie mag men niet afleiden dat een GMD
op zich leidt tot een ander medisch
consumptiepatroon. Dat stellen de auteurs
trouwens zelf. Er moet rekening worden gehouden
met andere factoren, zoals de pathologieën van de
betrokken patiënten.
Een werkgroep bereidt voorstellen voor om het
GMD te optimaliseren. De nationale commissie van
geneesheren en ziekenfondsen analyseert
momenteel de werking van het GMD-systeem. Ik
zal haar vragen mij zo snel mogelijk haar
conclusies mee te delen.
13.03 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Nous 13.03 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): We zullen
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
15
suivrons attentivement ce dossier.
dit dossier aandachtig volgen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de M. Jo Vandeurzen au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"les mesures d'économies affectant les
établissements de soins publics" (n° 529)
14 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de besparingsmaatregelen in de openbare
verzorgingsinstellingen" (nr. 529)
14.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Quelle est la
portée concrète de la décision du gouvernement en
vertu de laquelle les administrations locales devront
désormais verser des primes aux agents en
interruption de carrière?
14.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Wat is de concrete
draagwijdte van de regeringsbeslissing dat de
lokale besturen voortaan de premies moeten
betalen aan loopbaanonderbrekers?
Ces primes sont actuellement payées par
l'entremise de l'ONEM. Il y a deux semaines, le
ministre m'a répondu qu'il lui fallait deux semaines
pour examiner cette question. Les établissements
publics de soins et les hôpitaux devront-ils payer
eux-mêmes ces primes à partir du 1
er
janvier ?
Comment cette opération serait-elle financée ? Les
établissements sont-ils tenus d'accorder des
primes d'interruption de carrière ?
Nu worden die via de RVA betaald. Twee weken
geleden antwoordde de minister mij dat hij veertien
dagen nodig had om dit te onderzoeken. Moeten
openbare verzorgingsinstellingen en ziekenhuizen
die premies vanaf 1 januari zelf betalen? Hoe zou
dat dan worden gefinancierd? Zijn de instellingen
verplicht om loopbaanonderbreking toe te staan?
14.02 Rudy Demotte , minister (en néerlandais): Il
y a deux semaines, je me suis engagé à créer un
groupe de travail avec le ministre Vandenbroucke.
Aucune décision n'a encore été prise. Le
gouvernement examinera cette question ce soir,
lors du Conseil des ministres.
14.02 Minister Rudy Demotte (Nederlands):
Twee weken geleden beloofde ik om met minister
Vandenbroucke een werkgroep op te richten. Er is
nog geen beslissing getroffen. De regering beraadt
zich vanavond tijdens de Ministerraad.
14.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Décidera-t-il de la
mesure même ou des modalités ?
14.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Beslist ze over de
maatregel zelf of over de modaliteiten?
14.04 Rudy Demotte , minister (en néerlandais):
Les modalités peuvent aussi stipuler que certains
établissements ne seront pas concernés par la
nouvelle réglementation. Je ne puis en dire plus en
ce moment.
14.04 Minister Rudy Demotte (Nederlands): De
modaliteiten kunnen ook bepalen dat enkele
instellingen buiten de nieuwe regeling blijven. Meer
kan ik nu niet zeggen.
14.05 Jo Vandeurzen (CD&V): Il faut se rendre
compte que les CPAS possèdent également des
maisons de repos et que le statut du personnel des
CPAS est lié à celui du personnel communal.
14.05 Jo Vandeurzen (CD&V): Men moet
beseffen dat ook OCMW's rustoorden hebben en
dat het statuut van het OCMW-personeel
gekoppeld is aan dat van het gemeentepersoneel.
14.06 Rudy Demotte, ministre (en néerlandais):
C'est un problème important.
14.06 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Dat
is een belangrijk probleem.
14.07 Jo Vandeurzen (CD&V): S'agit-il aussi de
contractuels ?
14.07 Jo Vandeurzen (CD&V):Gaat het ook over
contractuelen?
14.08 Rudy Demotte , ministre (en néerlandais):
Je veux m'en tenir aux statutaires.
14.08 Minister Rudy Demotte (Nederlands): Ik wil
het beperken tot statutairen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
16
15 Question de Mme Annick Saudoyer au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "les conséquences sanitaires liées
à certaines pratiques non médicales de
modifications corporelles" (n° 277)
15 Vraag van mevrouw Annick Saudoyer aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de gevolgen voor de gezondheid van
praktijken waarbij op niet-medische wijze
veranderingen aan het lichaam worden
aangebracht" (nr. 277)
15.01 Annick Saudoyer (PS) : Selon Science et
Vie de septembre 2003, les piercings buccaux
provoqueraient le déchaussement des dents. M.
André Frédéric a déposé, sous la précédente
législature, une proposition de loi visant à instaurer
des conditions sanitaires liées aux pratiques non
médicales de modifications corporelles. Quelle
évaluation faites-vous aujourd'hui de la mise en
pratique du Code de bonnes pratiques conclu entre
le secteur et votre prédécesseur
? Quelles
solutions ont-elles été apportées aux problèmes
sanitaires engendrés par de telles pratiques ? Des
contrôles sont-ils effectués et par qui ? Quelles sont
les sanctions éventuelles ? N'y a-t-il pas urgence à
légiférer en la matière ?
15.01 Annick Saudoyer (PS): Volgens Science et
Vie van september 2003, zouden piercings in de
mond leiden tot het terugtrekken van het tandvlees.
Tijdens de vorige regeerperiode diende de heer
André Frédéric een wetsvoorstel in tot invoering
van veiligheidseisen voor de praktijken waarbij op
niet-medische wijze veranderingen aan het lichaam
worden aangebracht. Hoe evalueert u vandaag de
toepassing van de gedragscode die tussen uw
voorganger en de sector werd afgesproken? Welke
oplossing werd gevonden voor de
gezondheidsproblemen die uit die praktijken
voortvloeien? Worden controles uitgevoerd? Door
wie? Welke straffen kunnen indien nodig worden
opgelegd? Dient ter zake niet dringend wetgevend
te worden opgetreden?
15.02 Freya Van den Bossche, ministre (en
français): En ce qui concerne la protection de la
santé, le tatouage ou le piercing ne sont pas
considérés comme des actes médicaux, au sens
de l'arrêté n° 78 du 10 novembre 1967. La Santé
publique ne peut donc pas effectuer de contrôles
dans ce domaine. Le Conseil supérieur d'hygiène
ne souhaite pas non plus médicaliser la profession.
Mon prédécesseur avait signé un accord avec le
secteur du tatouage. Un code de bonne pratique a
été élaboré, et un label de qualité est attribué si on
le respecte. Les professionnels du secteur sont
contrôlés par un service externe de prévention et
de protection au travail. Les contrôles ont débuté
en juillet 2003 ; il est trop tôt pour les évaluer.
La loi sur la sécurité des produits et des services de
1994, qui s'applique au tatouage et au piercing,
vise à ne mettre sur le marché que des produits
sûrs. La direction «Contrôle et médiation» du SPF
Economie en vérifie l'application. Si des problèmes
se posent, on peut s'y adresser. Les plaintes en
matière de tatouage et piercing sont quasi
inexistantes. Une enquête dans ce secteur sera
organisée en 2004, qui permettra de mieux évaluer
les problèmes et l'efficacité du code de bonne
pratique.
15.02 Minister Freya Van den Bossche (Frans):
Op het vlak van de bescherming van de
volksgezondheid worden tatoeage of piercing niet
als medische ingrepen in de zin van het koninklijk
besluit nr. 78 van 10 november 1967 beschouwd.
Volksgezondheid kan bijgevolg geen controles
uitoefenen in deze sector. De Hoge
Gezondheidsraad wil dit beroep evenmin
medicaliseren.
Mijn voorganger heeft een overeenkomst met de
sector van de tatoeage ondertekend. Er werd een
gedragscode opgesteld en bij naleving ervan wordt
een kwaliteitslabel toegekend. De
beroepsbeoefenaars uit deze sector worden door
een externe dienst voor preventie en bescherming
op het werk gecontroleerd. De eerste controles
werden in juli 2003 uitgevoerd. Het is nog te vroeg
om ze te evalueren.
Doel van de wet van 1994 betreffende de veiligheid
van producten en diensten die van toepassing is op
tatoeage en piercing is dat enkel veilige producten
op de markt gebracht worden. De toepassing ervan
wordt door de directie Controle en Bemiddeling van
de FOD Economie gecontroleerd. Als er problemen
zijn kan men zich tot die directie wenden. Er zijn
bijna geen klachten over tatoeages en piercings.
De doorlichting van deze sector die voor 2004 is
gepland zal het gemakkelijker maken de
gedragscode op zijn tekortkomingen en pluspunten
te evalueren.
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
17
15.03 Annick Saudoyer (PS): Le problème n'est
effectivement pas médical au sens strict, mais c'est
un problème de santé publique.
15.03 Annick Saudoyer (PS): Het gaat inderdaad
niet om een strikt medisch probleem, wel om een
probleem van volksgezondheid.
15.04 Freya Van den Bossche , ministre (en
français) : Dès qu'une plainte est déposée (auprès
de mes services), on enquête. Si vous avez
connaissance de problèmes, signalez-les moi.
15.04 Minister Freya Van den Bossche (Frans):
Zodra er bij mijn diensten klachten binnenlopen,
voeren we een onderzoek. Indien u op de hoogte
bent van bepaalde problemen, laat me dat weten.
15.05 Annick Saudoyer (PS) : Même s'il n'y a pas
de plaintes, il y a des problèmes ; on le voit dans
les hôpitaux.
15.05 Annick Saudoyer (PS): Het is niet omdat er
geen klachten zijn, dat er geen problemen zijn. In
de ziekenhuizen is dat voldoende duidelijk.
15.06 Freya Van den Bossche , ministre (en
français) : On va mener une enquête en 2004.
Entre-temps, s'il n'y a aucune plainte, on ne peut
faire plus.
15.06 Minister Freya Van den Bossche (Frans):
In 2004 zal een onderzoek worden gevoerd naar
deze problematiek. Indien intussen geen klachten
binnenlopen, kunnen we niets ondernemen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
16 Question de M. Jo Vandeurzen à la ministre
de la Fonction publique, de l'Intégration sociale
et de la Politique des grandes villes sur "l'avenir
du personnel des centres d'accueil de Westende
et Houthalen" (n° 548)
16 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie en
Grootstedenbeleid over "de toekomst van het
personeel van de opvangcentra Westende en
Houthalen" (nr. 548)
16.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Le personnel
contractuel des centres d'accueil à Westende et à
Houthalen a été l'objet d'un licenciement collectif.
Le délai de préavis a pris cours et des accords ont
été conclus avec les syndicats à propos d'un plan
d'accompagnement pour le personnel.
Pourquoi le gouvernement fédéral ne prend-il pas
d'initiative afin de donner une autre affectation au
domaine Hengelhoef à Houthalen, par exemple sur
le plan de la formation du personnel policier ?
Le cahier des charges de l'adjudication publique du
domaine inclut-il dans ses critères la reprise du
personnel licencié ?
Certains contractuels pourront-ils bénéficier de la
prépension ?
16.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Het contractueel
personeel van de opvangcentra in Westende en
Houthalen heeft collectief ontslag gekregen. De
opzegtermijn is ingegaan en met de vakbonden
werden afspraken gemaakt over een
begeleidingsplan voor het personeel.
Waarom neemt de federale regering geen initiatief
om domein Hengelhoef in Houthalen een andere
bestemming te geven, bijvoorbeeld op het vlak van
de opleiding van politiepersoneel?
Behelst het bestek van de openbare aanbesteding
van het domein ook de overname van het
ontslagen personeel als toewijzingscriterium?
Zullen sommige contractuele personeelsleden met
brugpensioen kunnen gaan?
Le plan d'accompagnement encourage les
engagements auprès de partenaires et au sein du
secteur public. Parmi les partenaires on peut citer
un certain nombre d'initiatives du secteur non
marchand privé. Pourquoi ne pas étendre cette
catégorie au secteur privé de l'aide sociale et
notamment aux hôpitaux publics ?
Un membre du personnel licencié qui est engagé
par un des pouvoirs locaux, peut-il conserver son
ancienneté ? Quelle échelle barémique est alors
d'application ? Les pouvoirs locaux sont-ils tenus
de suivre toutes les procédures légales relatives à
In het begeleidingsplan wordt tewerkstelling bij
zogenaamde partners en in de overheidssector
aangemoedigd. Bij die partners zit een aantal social
profit-initiatieven uit de private sector. Waarom
wordt deze categorie niet uitgebreid tot de private
welzijnssector, bijvoorbeeld de openbare
ziekenhuizen?
Kan een ontslagen personeelslid dat in dienst wordt
genomen door een van de lokale besturen, zijn
anciënniteit behouden? Welke loonschaal geldt dan
hierbij? Moeten de lokale besturen alle wettelijke
procedures inzake de openstelling van het ambt en
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
04/11/2003
CRABV 51
COM 043
18
la déclaration de vacance de la fonction et aux
examens ? Pourquoi le gouvernement fédéral ne
prend-il pas d'initiative afin de sensibiliser les
pouvoirs publics au problème des travailleurs
licenciés des centres d'accueil ? La nouvelle prison
de Hasselt n'offre-t-elle pas des perspectives à cet
égard ?
de examens volgen? Waarom neemt de federale
regering geen initiatief om de openbare besturen
warm te maken voor de ontslagen werknemers van
de opvangcentra? Opent de nieuwe gevangenis
van Hasselt op dit vlak geen perspectieven?
16.02 Marie Arena, ministre (en français): Les
centres d'accueil de Westende et Houthalen ont été
fermés par décision judiciaire, sur laquelle je n'ai
aucune prise. Le plan d'accompagnement des
membres du personnel a été négocié avec les
partenaires sociaux, et signé avec deux d'entre
eux.
Les autorités pourraient donner une nouvelle
destination aux centres d'asile, mais ces
possibilités (séjour touristique de courte durée) sont
limitées et n'offrent de solution qu'à peu de
membres du personnel.
Les bâtiments, qui sont à la disposition de la Régie
des Bâtiments, devront être vendus. On plaidera
pour le réengagement des membres du personnel
par le repreneur.
16.02 Minister Marie Arena (Frans): De
opvangcentra van Westende en Houthalen werden
gesloten krachtens een rechterlijke beslissing waar
ik hoegenaamd geen vat op heb. Over het
begeleidingsplan voor het personeel werd
onderhandeld met de sociale partners; twee ervan
ondertekenden het.
De overheid zou de asielcentra een nieuwe
bestemming kunnen geven, maar de mogelijkheden
(korte vakanties) zijn beperkt en bieden slechts een
oplossing voor een beperkt aantal personeelsleden.
De gebouwen, die ter beschikking staan van de
Regie der gebouwen, zullen moeten worden
verkocht. Wij zullen er bij de overnemer op
aandringen dat hij het personeel opnieuw in dienst
neemt.
Les prépensions sont impossibles à prévoir. Il n'y a
pas de position de principe générale mais une
incapacité légale. Des mesures particulières ont
cependant été mises en place pour les plus de 55
ans.
Pour la définition des partenaires, la règle est que
le financement de l'État va vers les personnes qui
rendent un service public. Nous prenons également
en considération les frais de personnel s'ils vont
vers l'enseignement.
Nous payerons au barême de l'autorité qui recrute
et non de l'autorité de départ.
Une campagne de sensibilisation est en cours
depuis la semaine passée. Nous avons déjà
contacté différents acteurs aux niveaux régional et
fédéral et créé une cellule de reclassement des
personnes.
Brugpensioenen kunnen onmogelijk gepland
worden. Het gaat hier niet om een algemene
principiële stelling maar om een wettelijk
onvermogen. Voor de 55-plussers werden
nochtans bijzondere maatregelen getroffen.
Wat de keuze van de partners betreft, geldt dat de
overheidsfinanciering naar de mensen gaat die een
openbare dienst leveren. Wij nemen ook de
personeelskosten in aanmerking indien zij naar het
onderwijs gaan.
Wij zullen betalen volgens de loonschaal van de
overheid die in dienst neemt en niet volgens die
van de overheid die men verlaat.
Sinds vorige week is een bewustmakingscampagne
aan de gang. Wij hebben al verschillende actoren
op gewestelijk en federaal niveau gecontacteerd en
een reclasseringscel opgericht.
16.03 Jo Vandeurzen (CD&V): J'espère que la
ministre comprend mon étonnement. Le 19 juin
2003, le gouvernement précédent avait décidé de
fermer les centres. Entre-temps, une tragédie
sociale est en passe de s'accomplir dans le
Limbourg. Il est parfaitement possible d'inclure
dans le cahier des charges certaines conditions
relatives à la reprise du personnel. Le fait que la
ministre lie à cette question la problématique de
l'asile peut sans doute se comprendre de son point
de vue, mais cela n'intéresse que très modérément
16.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Ik hoop dat de
minister mijn verbazing begrijpt. De vorige regering
besliste op 19 juni 2003 de centra te sluiten.
Intussen is er een sociaal drama op komst in
Limburg. Het is perfect mogelijk om in het bestek
voorwaarden voor de overname van personeel op
te nemen. Dat de minister er de asielproblematiek
bij betrekt, is misschien begrijpelijk vanuit haar
standpunt, maar de betrokkenen, die in een regio
leven waar de tewerkstelling flinke klappen kreeg,
hebben daar weinig boodschap aan. De minister
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 043
04/11/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
les travailleurs concernés qui vivent dans une
région où le volume d'emploi s'est véritablement
affaissé. La ministre montre qu'elle est de bonne
volonté mais si elle le voulait vraiment, elle pourrait
faire davantage pour offrir des perspectives à ces
travailleurs.
toont haar goede wil, maar als ze echt zou willen,
zou ze meer kunnen doen om deze mensen een
perspectief te geven.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
16h36.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 16.36 uur.
Document Outline