CRABV 51 COM 224
CRABV 51 COM 224
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
lundi maandag
19-04-2004 19-04-2004
Après-midi Namiddag
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
statut d'organisme d'utilité publique pour la
fondation Rodin" (n° 2432)
1
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
statuut van instelling van openbaar nut voor de
Rodin-stichting" (nr. 2432)
1
Orateurs:
Muriel Gerkens, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Muriel Gerkens, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Interpellation de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
palais de justice de Liège" (n° 291)
2
Interpellatie van mevrouw Muriel Gerkens tot de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het gerechtsgebouw van Luik" (nr. 291)
2
Orateurs:
Muriel Gerkens, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Muriel Gerkens, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Olivier Maingain à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'impartialité
du ministère public" (n° 2220)
3
Vraag van de heer Olivier Maingain aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
onpartijdigheid van het openbaar ministerie"
(nr. 2220)
3
Orateurs:
Olivier Maingain, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Olivier Maingain, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Interpellation de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
palais de justice de Liège" (n° 291) (continuation)
4
Interpellatie van mevrouw Muriel Gerkens tot de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het gerechtsgebouw van Luik" (nr.
291)
(voortzetting)
4
Motions
4
Moties
4
Questions jointes de
5
Samengevoegde vragen van
5
- Mme Frieda Van Themsche à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les délits de
fuite" (n° 2369)
5
- mevrouw Frieda Van Themsche aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over
"vluchtmisdrijven" (nr. 2369)
5
- De M. Guido De Padt à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "le nombre d'accidents
de la circulation avec délit de fuite" (n° 2387)
5
- de heer Guido De Padt aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "het aantal
verkeersongevallen met vluchtmisdrijf" (nr. 2387)
5
Orateurs: Frieda Van Themsche, Guido De
Padt, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Frieda Van Themsche, Guido De
Padt, Laurette Onkelinx, vice-eerste minister
en minister van Justitie
Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'initiative
législative relative à l'extension des cadres des
juges consulaires" (n° 2385)
7
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
wetgevend initiatief met betrekking tot de
uitbreiding van de kaders van de rechters in
handelzaken" (nr. 2385)
7
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Walter Muls à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le droit
européen des sociétés" (n° 2404)
7
Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "het
Europees vennootschapsrecht" (nr. 2404)
7
Orateurs: Walter Muls, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Walter Muls, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
ii
Question de M. Walter Muls à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
réhabilitation" (n° 2410)
8
Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "het herstel
in eer en rechten" (nr. 2410)
8
Orateurs: Walter Muls, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Walter Muls, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de Mme Hilde Claes à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le
dessaisissement dans le cadre du droit de la
jeunesse" (n° 2411)
9
Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
uithandengeving in het jeugdrecht" (nr. 2411)
9
Orateurs: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de Mme Trees Pieters à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
carrousels TVA" (n° 2429)
10
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
BTW-carrousels" (nr. 2429)
10
Orateurs: Trees Pieters, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Trees Pieters, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Tony Van Parys à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
problèmes de nomination auxquels sont
confrontés les stagiaires judiciaires" (n° 2443)
11
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
benoemingsproblemen van de gerechtelijke
stagiairs" (nr. 2443)
11
Orateurs: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la note
politique du gouvernement fédéral relative au
problème de la drogue" (n° 2473)
13
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
federale drugsnota" (nr. 2473)
13
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de Mme Zoé Genot à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur « les mineurs
étrangers non accompagnés » (n° 2491)
14
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice
eerste-minister en minister van Justitie over "de
niet-begeleide minderjarigen" (nr. 2491)
14
Orateurs: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
décentralisation de la Cour d'appel d'Anvers"
(n° 2499)
15
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
decentralisatie van het Hof van Beroep van
Antwerpen" (nr. 2499)
15
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Jean-Luc Crucke à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
réorganisation géographique des services de la
Justice de paix de Rocourt" (n° 2506)
15
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
geografische reorganisatie van de diensten van
het Vredegerecht van Rocourt" (nr. 2506)
15
Orateurs:
Jean-Luc Crucke, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Jean-Luc Crucke, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'arrêt de la
Cour de cassation portant sur la notion de "séjour"
dans la législation sur la nationalité et ses effets"
16
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
arrest van het Hof van Cassatie inzake de notie
"verblijf" in de nationaliteitswetgeving en de
16
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
iii
(n° 2516)
gevolgen hiervan" (nr. 2516)
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
1
COMMISSION DE LA JUSTICE
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
du
LUNDI
19
AVRIL
2004
Après-midi
______
van
MAANDAG
19
APRIL
2004
Namiddag
______
La réunion publique est ouverte à 14h.03 par M.
Alfons Borginon, président.
De vergadering wordt geopend om 14.03 uur door
de heer Alfons Borginon, voorzitter.
01 Question de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
statut d'organisme d'utilité publique pour la
fondation Rodin" (n° 2432)
01 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"het statuut van instelling van openbaar nut voor
de Rodin-stichting" (nr. 2432)
01.01 Muriel Gerkens (ECOLO) : La fondation
Rodin, financée par les cigarettiers, a bénéficié du
soutien de M. Reynders en tant que compensation
pour l'augmentation du prix des cigarettes, et s'est
instituée en tant qu'association de lutte contre le
tabac. J'ai déjà interpellé le ministre Demotte à
plusieurs reprises, car les études de cette fondation
permettent aux cigarettiers de connaître les
comportements des fumeurs, d'adapter leur
publicité en conséquence, et d'augmenter ainsi leur
chiffre d'affaires. Cette pratique est en contradiction
avec les règles de l'OMS, qui recommande que la
lutte contre le tabac ne soit pas influencée par des
acteurs de cette industrie.
01.01 Muriel Gerkens (ECOLO): De Rodin-
stichting, die door de sigarettenfabrikanten wordt
gefinancierd, kon rekenen op de steun van de heer
Reynders ter compensatie voor de stijging van de
prijs van de sigaretten en heeft zichzelf uitgeroepen
tot vereniging voor de strijd tegen tabaksgebruik. Ik
heb minister Demotte daarover al herhaaldelijk
geïnterpelleerd, want de sigarettenfabrikanten
krijgen dank zij de studies van die stichting inzicht
in het gedrag van de rokers, kunnen hun reclame
daarop afstemmen en zien als gevolg daarvan hun
omzet stijgen. Dergelijke praktijken zijn in strijd met
de regels van de Wereldgezondheidsorganisatie,
die aanbevelen dat de strijd tegen tabaksgebruik
niet door actoren uit die sector mag worden
beïnvloed.
Le ministre Demotte a indiqué qu'il ne confierait pas
d'études à cette fondation mais qu'il ne pouvait
s'opposer à la liberté d'association. Le fonds public
de lutte contre le tabac devra attendre le 1
er
juillet
pour recevoir un maigre million, dont l'utilisation
nécessite une concertation avec les entités
fédérées. Le plan tabac n'est pas encore devenu
projet de loi et l'on apprend que la fondation Rodin
pourrait être reconnue comme un organisme
d'utilité publique. Or, cette fondation est tenue de
rendre public le contenu des accords conclus avec
les cigarettiers. Mais sur sept contrats avec les
industriels, un seul n'est pas frappé de
confidentialité. On est loin de la transparence
déclarée par le ministre Reynders.
Minister Demotte verklaarde dat hij deze stichting
geen studies zou toevertrouwen, maar dat hij zich
evenmin tegen de vrijheid van vereniging kan
verzetten. Het openbaar fonds ter bestrijding van
het tabaksgebruik gaat pas op 1 juli van start en zal
met een begroting van amper één miljoen euro
moeten rondkomen. Over de aanwending van dit
bedrag moet trouwens eerst nog met de
deelgebieden worden onderhandeld. Al is het
tabaksplan nog niet in de vorm van een
wetsontwerp gegoten, toch verneem ik dat de
Rodin-stichting als instelling van openbaar nut zou
kunnen worden erkend. Deze stichting moet de
inhoud van haar akkoorden met de
sigarettenfabrikanten openbaar maken. Van de
zeven contracten die zij met de industrie heeft
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
2
Ces informations sont-elles correctes? Où en est-
on dans la procédure ? D'où vient l'initiative ?
gesloten, is echter slechts één niet vertrouwelijk. Dit
staat mijlenver af van de door minister Reynders
aangekondigde doorzichtigheid.
Klopt deze informatie? Hoever is de procedure
gevorderd? Wie nam het initiatief?
01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Les critiques formulées concernent le
fonctionnement d'une ASBL, qui n'est pas soumise
à l'accord de l'exécutif pour obtenir la personnalité
juridique. Aucune demande d'autorisation
d'acceptation de libéralités au profit de l'ASBL
« Fondation Rodin » n'a d'ailleurs été adressée aux
services de mon département. Les exigences de
transparence des ASBL ont été renforcées,
exigences auxquelles doit se conformer l'ASBL
« Fondation Rodin ».
01.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
geuite kritiek betreft de werking van een vzw, die
geen toestemming van de regering nodig heeft om
rechtspersoonlijkheid te verkrijgen. De diensten van
mijn departement ontvingen trouwens geen enkele
aanvraag in verband met het toekennen aan de
vzw "Rodin-stichting" van een vergunning om giften
te mogen ontvangen. De vereisten inzake de
doorzichtigheid van de vzw's zijn strikter geworden
en ook de vzw "Rodin-stichting" moet eraan
voldoen.
Elle dispose d'un délai pour ce faire. Il est hors de
question de reconnaître cette ASBL comme
fondation d'utilité publique, mais rien n'interdit à
une personne morale existante de fonder une
personne morale distincte, et par exemple une
fondation qui peut être reconnue d'utilité publique.
L'ASBL « Fondation Rodin » m'a adressé une
requête en ce sens. L'instruction administrative de
la demande de reconnaissance est en cours et
l'arrêté de reconnaissance et d'approbation des
statuts de la Fondation d'utilité publique Rodin doit
dès lors m'être soumis.
Ze beschikt daartoe over een bepaalde termijn. De
bestaande vzw kan onmogelijk als stichting van
openbaar nut worden erkend, maar niets belet een
bestaande rechtspersoon een afzonderlijke
rechtspersoon op te richten, bijvoorbeeld een
stichting die kan worden erkend als zijnde van
openbaar nut. De vzw "Stichting Rodin" diende een
verzoek in die zin in. Het administratief onderzoek
van de erkenningsaanvraag is aan de gang en het
besluit houdende erkenning en goedkeuring van de
statuten van de Stichting van openbaar nut Rodin
moet me dus worden voorgelegd.
01.03 Muriel Gerkens (ECOLO): Cette réponse
ne me rassure pas car cette association peut
demander d'être reconnue d'utilité publique sous
une autre entité. Indépendamment de tout
jugement, cela s'oppose à la convention-cadre de
l'OMS.
01.03 Muriel Gerkens (ECOLO): Dat antwoord
stelt mij geenszins gerust, want deze vereniging
kan altijd een erkenning als instelling van openbaar
nut aanvragen onder een andere vorm. Dit is in
strijd met de kaderovereenkomst van de WGO, nog
afgezien van enig waardeoordeel van mijnentwege.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Interpellation de Mme Muriel Gerkens à la
vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "le palais de justice de Liège" (n° 291)
02 Interpellatie van mevrouw Muriel Gerkens tot
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "het gerechtsgebouw van Luik" (nr. 291)
02.01 Muriel Gerkens (ECOLO): Le palais de
justice de Liège manque d'espace, ce qui peut
nuire au bien-être du personnel et à la
confidentialité des dossiers. Il y a un projet de
construction d'annexes, mais leur utilisation ne peut
être envisagée avant un certain temps. La ministre
et d'autres ont été interpellés par le personnel. Une
plainte a été déposée devant le Tribunal du travail.
Des solutions à court terme sont envisagées,
notamment rue Saint-Gilles, mais il semble qu'une
réponse urgente ne soit plus à l'ordre du jour.
Quelles sont les solutions envisagées
? Une
demande a-t-elle été soumise au ministre
02.01 Muriel Gerkens (ECOLO): Het
gerechtsgebouw van Luik barst uit zijn voegen, met
alle nare gevolgen van dien voor het welzijn van het
personeel en de geheimhouding van de dossiers.
Er zijn bouwplannen voor bijgebouwen, maar die
zullen nog niet meteen in gebruik genomen kunnen
worden. Het personeel heeft onder meer de
minister daarop aangesproken. Er werd een klacht
ingediend bij de arbeidsrechtbank. Er zitten een
aantal kortetermijnoplossingen in de pijplijn, meer
bepaald met een verhuizing naar de rue Saint-
Gilles, maar het blijft wachten op een dringende
oplossing. Wat zijn de mogelijke oplossingen?
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
3
Reynders ?
Werd minister Reynders een verzoek voorgelegd?
02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Depuis que votre demande a été déposée, la
situation a évolué. Le Conseil des ministres a remis
un avis favorable à ma proposition et, le 23 mars,
un contrat de bail a été signé qui permettra
l'occupation de nouveaux locaux pour les pièces à
conviction à partir de la mi-septembre. Pour la rue
Saint-Gilles, un contrat a été signé le 29 mars, et
les locaux devraient être disponibles à compter de
la mi-novembre. Il s'agit de court, voire de moyen
terme dans l'attente de la construction des annexes
nord et sud place Saint-Lambert. Ma volonté est
d'aller au plus vite.
02.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Sinds
uw interpellatieverzoek werd ingediend, is de
toestand gewijzigd. Mijn voorstel kreeg een gunstig
advies van de ministerraad en op 23 maart werd
een huurovereenkomst ondertekend, waardoor
vanaf half september nieuwe lokalen voor de
bewijsstukken in gebruik kunnen worden genomen.
Voor de rue Saint-Gilles werd op 29 maart een
overeenkomst ondertekend en de lokalen zouden
vanaf half november beschikbaar moeten zijn. Het
gaat om oplossingen op korte tot middellange
termijn, in afwachting van de bouw van de
noordelijke en de zuidelijke vleugel op de place
Saint-Lambert. Ik wil zo snel mogelijk vooruitgaan.
02.03 Muriel Gerkens (ECOLO) : Je suis
satisfaite des premières démarches mais, d'après
les estimations, les besoins s'élèvent à 20.000 m².
La réponse peut se trouver dans des bâtiments
situés autour du palais de justice de Liège. Je
voudrais déposer une motion demandant qu'on
trouve rapidement une réponse au problème, et
qu'une table-ronde soit organisée avec les
politiques, les responsables, les membres du
personnel, etc. pour examiner les lieux qui
pourraient répondre aux besoins de la Justice.
Le président: Je n'ai pas encore reçu de motion.
02.03 Muriel Gerkens (ECOLO): Ik ben tevreden
met wat tot nu toe werd verwezenlijkt, maar naar
schatting zou er nood zijn aan 20.000 m
2
. De
gebouwen in de buurt van het Luikse justitiepaleis
zouden een oplossing kunnen vormen. Ik zou een
motie willen indienen met de vraag snel een
oplossing voor dit probleem te vinden en een
rondetafelconferentie te organiseren met de politici,
de bevoegde personen, de personeelsleden enz.
om na te gaan welke gebouwen aan de noden van
Justitie zouden kunnen beantwoorden.
De voorzitter: Ik heb nog geen motie ontvangen.
03 Question de M. Olivier Maingain à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'impartialité du ministère public" (n° 2220)
03 Vraag van de heer Olivier Maingain aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de onpartijdigheid van het openbaar ministerie"
(nr. 2220)
03.01 Olivier Maingain (MR): Ma question porte
sur la place du ministère public à l'audience pénale,
à la suite de l'avis du Conseil supérieur de la justice
(CSJ) sur plainte, en juin 2001, de 25 avocats du
barreau de Bruxelles.
Ma question vise plus précisément l'application de
l'article 768 du Code judiciaire, qui prévoit que le
ministère public ne peut assister aux délibérations
des juges, à peine de nullité. Le CSJ considère, lui,
que le ministère public a un devoir d'impartialité, et
qu'il ne peut manifester de complaisance à l'égard
du juge, mais doit l'assister pour l'éclairer sur la
solution du procès aux yeux de la loi.
Dans la pratique, cependant, il semble que les
03.01 Olivier Maingain (MR): Mijn vraag gaat over
de plaats van het openbaar ministerie bij
strafzittingen, en wordt ingegeven door het advies
dat de Hoge Raad voor de Justitie (HRJ) uitbracht
naar aanleiding van een klacht die door 26
advocaten van de balie van Brussel in juni 2001
werd ingediend.
Ik heb meer bepaald een vraag over de toepassing
van artikel 768 van het Gerechtelijk Wetboek. Dat
artikel bepaalt dat het openbaar ministerie de
beraadslaging van de rechters niet bijwoont,
wanneer dezen zich in de raadkamer terugtrekken
om over het vonnis te beslissen, zulks op straffe
van nietigheid van de beslissing. De HRJ oordeelt
dat het openbaar ministerie onpartijdig moet zijn en
zich niet bij de rechter in de gunst mag proberen te
werken, maar de rechter moet bijstaan met het oog
op een wettelijke rechtsgang.
In de praktijk zouden de leden van het openbaar
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
4
membres du ministère public accompagnent les
juges à l'entrée de la chambre du conseil, ce qui
crée une certaine ambiguïté.
Ne convient-il pas de donner instruction aux
parquets pour que cet article 768 soit respecté, afin
de rétablir la confiance du justiciable par rapport au
ministère public ?
ministerie zich evenwel samen met de rechters
naar de raadkamer begeven, of alleszins samen
met hen naar buiten gaan, wat een zekere
dubbelzinnigheid in de hand werkt.
Dient de parketten geen instructie gegeven te
worden artikel 768 nauwgezet na te leven, teneinde
het vertrouwen van de rechtzoekende in het
openbaar ministerie te herstellen?
03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
C'est une question importante, qui mérite une
réflexion de fond quant au rôle du ministère public,
induit par son image et sa position géographique.
J'ai pris acte de l'avis du CSJ. Il me paraît essentiel
de conserver au juge son caractère impartial, sans
donner l'impression d'une proximité particulière
avec une partie ou le ministère public. Les acteurs
de la Justice doivent non seulement respecter les
règles, mais être attentifs à l'image qu'ils donnent
de la Justice.
A ce jour, je n'ai pas reçu de plaintes relatives à
une violation de l'article 768 du Code judiciaire. Si
vous avez connaissance de cas concrets, merci de
m'en faire part.
Il faut en tout cas éviter que les magistrats du siège
et du ministère public sortent ou entrent ensemble
de la salle d'audience. Je ne manquerai pas, lors
de mes contacts avec le parquet, d'insister pour
qu'il en soit ainsi.
03.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dat is
een belangrijke kwestie en men zou zich dan ook
grondig moeten bezinnen over de rol van het
openbaar ministerie, zoals die voortvloeit uit zijn
imago en zijn plaats in de rechtszaal.
Ik heb nota genomen van het advies van de Hoge
Raad voor de Justitie. Het lijkt mij van essentieel
belang dat de rechter onpartijdig blijft en niet de
indruk geeft dat hij nauw aanleunt bij een van de
partijen of bij het openbaar ministerie. De
gerechtelijke actoren moeten niet enkel de regels
naleven, maar ook aandacht hebben voor het
imago dat zij van het gerecht uitdragen.
Tot op heden heb ik nog geen klachten in verband
met een schending van artikel 768 van het
Gerechtelijk Wetboek ontvangen. Als u kennis heeft
van concrete gevallen, zou ik het op prijs stellen
mocht u mij die melden.
Men moet hoe dan ook voorkomen dat magistraten
van de zetel en van het openbaar ministerie samen
de rechtszaal binnenkomen of verlaten. Tijdens
mijn contacten met het parket zal ik daarop
aandringen.
03.03 Olivier Maingain (MR): Je vous remercie. Il
est vrai que la place du ministère public dans le
procès pénal mérite débat. Le CSJ indique qu'il
n'est pas égal aux parties civiles. Mais les
témoignages sur l'entrée ou la sortie de
représentants du parquet en même temps que des
magistrats du siège sont irréfutables. Je vais
demander aux barreaux d'apporter des éléments
concrets de témoignage en la matière.
03.03 Olivier Maingain (MR): Ik dank u. Het klopt
dat er een debat zou moeten worden gewijd aan de
plaats van het openbaar ministerie in het
strafproces. De Hoge Raad voor de Justitie geeft
aan dat het niet de gelijke is van de burgerlijke
partijen. Er zijn echter onweerlegbare
getuigenissen over het feit dat vertegenwoordigers
van het parket samen met magistraten van de zetel
de rechtszaal binnenkomen of verlaten. Ik zal de
balies vragen concrete getuigenissen ter zake aan
te reiken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Interpellation de Mme Muriel Gerkens à la
vice-première ministre et ministre de la Justice
sur "le palais de justice de Liège" (n° 291)
(continuation)
04 Interpellatie van mevrouw Muriel Gerkens tot
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "het gerechtsgebouw van Luik" (nr. 291)
(voortzetting)
Motions Moties
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
5
Le président: En conclusion de cette discussion
les motions suivantes ont été déposées.
De voorzitter: Tot besluit van deze bespreking
werden volgende moties ingediend.
Une motion de recommandation a été déposée par
Mme Muriel Gerkens et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de Mme Muriel
Gerkens
et la réponse de la vice-première ministre et
ministre de la Justice,
demande au gouvernement
- de répondre sans délai aux besoins les plus
urgents en terme d'espaces bureaux et archives
respectant les normes de sécurité, d'hygiène et de
confidentialité soit 20.000 m² à louer ou à acquérir;
- d'organiser à cette fin une table ronde réunissant
des responsables politiques, les chefs de corps de
la justice, des représentants des travailleurs de la
justice et la ville de Liège dont la tâche sera
d'évaluer précisément les besoins et les solutions
possibles comme par exemple l'îlot Saint-Michel, la
résidence Dumont, l'ancienne Grand Poste, les
anciens bâtiments de La Meuse, ... etc.;
- d'effectuer rapidement la mise en conformité des
bâtiments de la 3e cour du Palais."
Een motie van aanbeveling werd ingediend door
mevrouw Muriel Gerkens en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van mevrouw Muriel
Gerkens
en het antwoord van de vice-eerste minister en
minister van Justitie,
vraagt de regering
- onverwijld te voorzien in de meest dringende
noden inzake archief- en kantoorruimte, met
inachtneming van de normen op het gebied van
veiligheid, hygiëne en privacy (huren of aankopen
van een extra 20.000 m²);
- te dien einde een rondetafelconferentie te
organiseren met politici, de korpschefs van justitie,
de vertegenwoordigers van de
gerechtsmedewerkers en de stad Luik, die tot taak
zal hebben de behoeften precies te bepalen en
mogelijke oplossingen aan te reiken (bijvoorbeeld
îlot Saint-Michel, résidence Dumont, het vroegere
grote postgebouw, de voormalige gebouwen langs
de Maas, ... enz.);
- de gebouwen van het derde binnenhof van het
gerechtsgebouw met bekwame spoed in orde te
brengen."
Une motion pure et simple a été déposée par Mme
Valérie Deom.
Een eenvoudige motie werd ingediend door
mevrouw Valérie Deom.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La
discussion est close.
Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
05 Questions jointes de
- Mme Frieda Van Themsche à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les délits
de fuite" (n° 2369)
- De M. Guido De Padt à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "le nombre
d'accidents de la circulation avec délit de fuite"
(n° 2387)
05 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Frieda Van Themsche aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over
"vluchtmisdrijven" (nr. 2369)
- de heer Guido De Padt aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "het aantal
verkeersongevallen met vluchtmisdrijf" (nr. 2387)
05.01 Frieda Van Themsche (VLAAMS BLOK):
En cette époque où l'émotion domine et où des
parlementaires se rendent au Canada pour
dénoncer la chasse aux phoques, la souffrance
humaine semble susciter nettement moins de
compassion. Au cours du dernier week-end du
mois de mars, le nombre d'accidents avec tués ou
blessés graves et délit de fuite a une nouvelle fois
atteint des sommets. Les auteurs des délits ont
vraisemblablement fui par crainte de se voir infliger
une amende élevée et une peine aggravée.
05.01 Frieda Van Themsche (VLAAMS BLOK): In
deze emotionele tijden, waarin parlementsleden
Canada bezoeken om het slachten van zeehondjes
aan te klagen, toont men blijkbaar heel wat minder
medelijden met mensenleed. Tijdens het laatste
weekend van maart piekte het aantal
vluchtmisdrijven met doden en zwaargewonden
nog maar eens. Vermoedelijk vluchtten de daders
uit angst voor de hoge boetes en verzwaarde
straffen.
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
6
Que compte faire la ministre pour mettre un terme
au comportement irresponsable de certains
automobilistes et mettre un frein à la non-
assistance à personne en danger? Va-t-elle
aggraver les peines pour les délits de fuite ?
Wat onderneemt de minister om dit
onverantwoordelijk rijgedrag en het niet verlenen
van hulp aan personen in nood een halt toe te
roepen? Zal de minister de straffen op vluchtmisdrijf
verhogen?
05.02 Guido De Padt (VLD): Les chiffres diffusés
dans les médias par la ministre indiquent que le
nombre de délits de fuite serait en diminution. En
revanche, d'après Het Laatste Nieuws, le nombre
de délits de fuite dans le cadre d'accidents mortels
semble avoir augmenté par rapport à 2002.
La ministre confirme-t-elle ces chiffres qui ont été
largement détaillés dans les médias? Cette
tendance à la baisse se confirme-t-elle en 2003?
Quelle politique la ministre mène-t-elle pour réduire
autant que possible le nombre d'accidents avec
délit de fuite? Envisage-t-elle d'instaurer une
nouvelle peine, une « thérapie routière», destinée à
la fois aux auteurs de délits de fuite et à tous les
individus psychologiquement incapables de se
comporter en bon usager de la route?
05.02 Guido De Padt (VLD): Uit de cijfers die de
minister in de media verspreidde, blijkt dat het
aantal vluchtmisdrijven daalt. Cijfers van Het
Laatste Nieuws lijken echter een stijging aan te
tonen van het aantal vluchtmisdrijven waarbij een
dode viel in 2003 ten opzichte van 2002.
Bevestigt de minister dat de cijfers die in de media
uitvoerig werden behandeld correct zijn? Zet die
dalende trend door in 2003? Welk beleid voert de
minister om het aantal ongevallen waarbij
vluchtmisdrijf wordt gepleegd tot een minimum te
beperken? Overweegt zij om een nieuwe straf in te
voeren - verkeerstherapie - niet alleen voor plegers
van vluchtmisdrijven maar voor iedereen die
psychologisch ongeschikt is om zich in het verkeer
te begeven?
05.03 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Il n'est pas exact que les cas récents
de délit de fuite soient la conséquence de
l'alourdissement des amendes. Le délit de fuite est
commis pour les raisons les plus diverses. Le
nombre de cas a sensiblement diminué ces
dernières années, passant de 14.244 en 2000 à
11.961 en 2002 et à 5.466 en 2003. J'ai déjà
communiqué ces chiffres à madame Van
Themsche en réponse à sa question écrite du 15
décembre 2003. Le nombre d'accidents avec morts
ou blessés et avec délit de fuite a également
diminué. Toutefois, il faut manier les chiffres de
2003 avec prudence car il faut souvent du temps
pour pouvoir qualifier correctement les faits.
L'auteur d'un délit de fuite est passible d'une peine
d'emprisonnement jusqu'à 6 mois ou d'une amende
jusqu'à 10.000 euros. Lorsqu'il y a des tués ou des
blessés, la peine de prison peut aller jusqu'à 2 ans
et l'amende jusqu'à 25.000 euros. A cela s'ajoute le
retrait du permis de conduire pour une période
pouvant aller de trois mois au retrait à vie. J'espère
que ces peines sévères inciteront les
automobilistes à faire preuve de davantage de sens
des responsabilités. Il ne me paraît pas judicieux de
vouloir en juger sur la base d'un seul week-end.
05.03 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het is onjuist dat de recente gevallen van
vluchtmisdrijf het gevolg zouden zijn van de hogere
boetes. Vluchtmisdrijf wordt gepleegd om de meest
uiteenlopende redenen. Het aantal gevallen is de
voorbije jaren sterk gedaald: van 14.244 in 2000 tot
11.961 in 2002 en 5.466 in 2003. Ik heb die cijfers
reeds meegedeeld aan mevrouw Van Themsche in
antwoord op haar schriftelijke vraag van 15
december 2003. Het aantal gevallen van
vluchtmisdrijf waarbij doden of gewonden vielen,
kende een gelijkaardige daling. We moeten echter
voorzichtig zijn met de cijfers van 2003 omdat een
precieze kwalificatie van de feiten vaak tijd vergt.
Op vluchtmisdrijf staat een gevangenisstraf tot 6
maanden of een boete tot 10.000 euro. Als er
doden of gewonden vallen, kan de gevangenisstraf
oplopen tot 2 jaar en de boete tot 25.000 euro.
Daarbij komt een rijverbod van 3 maanden tot
levenslang. Ik hoop dat deze strenge straffen de
autobestuurders tot meer verantwoordelijkheidszin
zullen aanzetten. Het lijkt me onverstandig ze op
basis van één weekend te beoordelen.
05.04 Frieda Van Themsche (VLAAMS BLOK):
La ministre a déjà indiqué précédemment qu'un
système de collecte de données rapide et précis ne
sera opérationnel qu'en 2005. A l'heure actuelle, un
05.04 Frieda Van Themsche (VLAAMS BLOK):
De minister heeft vroeger ook gezegd dat er pas
vanaf 2005 een snel en accuraat systeem zal zijn
om deze gegevens te verzamelen. Een derde van
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
7
tiers des zones de police ne transmet pas de
chiffres précis. Tant que l'auteur reste inconnu, de
tels faits sont considérés comme des accidents et
non comme des délits de fuite. Il ne suffit pas
d'alourdir les peines pour garantir le bien-être de la
population. Les usagers forts de la route doivent
respecter les usagers faibles mais, inversement, un
usager faible doit également comprendre que
l'automobiliste doit être attentif à de nombreuses
choses.
de politiezones geeft momenteel geen nauwkeurige
cijfers door. Zolang de dader onbekend is, worden
dergelijke feiten beschouwd als een ongeval en niet
als een vluchtmisdrijf. Alleen de strafmaat
verzwaren is niet voldoende om het welzijn van de
bevolking te waarborgen. Sterke weggebruikers
moeten de zwakke respecteren, maar omgekeerd
hoort een zwakke weggebruiker te beseffen dat
een automobilist heel wat aan zijn hoofd heeft.
05.05 Guido De Padt (VLD): Nous devons
envisager la possibilité de procéder à un examen
psychologique. Certaines personnes ont besoin
d'un accompagnement psychologique pour
redevenir critiques par rapport à leur comportement
au volant.
05.05 Guido De Padt (VLD): We moeten de
mogelijkheid van een psychologisch onderzoek in
overweging nemen. Sommige mensen hebben
nood aan psychische begeleiding om opnieuw
kritisch te leren denken over hun rijgedrag.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'initiative législative relative à l'extension des
cadres des juges consulaires" (n° 2385)
06 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
wetgevend initiatief met betrekking tot de
uitbreiding van de kaders van de rechters in
handelzaken" (nr. 2385)
06.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Où en est
l'initiative législative promise en vue de l'extension
du cadre des juges consulaires?
06.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Hoe staat het met
het beloofde wetgevend initiatief voor de uitbreiding
van het aantal rechters in handelszaken?
06.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Il est en effet nécessaire de procéder
à cette extension de cadre. Mon administration a
demandé aux présidents des tribunaux de
commerce de lui transmettre leurs desiderata et
elle en examine actuellement les résultats. Les
estimations varient sensiblement selon les
arrondissements. En outre, certaines demandes
n'ont guère été motivées alors que d'autres sont
étayées correctement. Il est dès lors difficile de
définir une règle générale. J'examinerai chaque
demande séparément. Dès que cette étude sera
terminée, un projet de loi sera présenté au Conseil
des ministres.
06.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Die uitbreiding is inderdaad nodig. Mijn
administratie heeft de voorzitters van de
rechtbanken van koophandel gevraagd naar hun
desiderata en onderzoekt momenteel de resultaten
daarvan. De ramingen lopen sterk uiteen per
arrondissement. Daarbij zijn sommige aanvragen
weinig gemotiveerd, terwijl andere op een degelijke
manier zijn verantwoord. Het is daardoor moeilijk
een algemene regel vast te stellen. Ik zal elke
aanvraag apart behandelen. Zodra dit onderzoek is
afgerond, zal er een wetsontwerp worden
voorgelegd aan de Ministerraad.
06.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Un accord avait
été conclu entre tous les partis et nous étions
convenu d'un échéancier. Or on nous dit à présent
qu'il faudra examiner chaque cas distinctement, ce
qui signifie qu'il ne faut pas espérer de solution à
court terme alors qu'il s'agit d'un problème urgent.
J'insiste pour que ce dossier soit traité avec la
diligence requise.
06.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Er was een
afspraak over de partijgrenzen heen en we waren
het eens over het tijdschema. Nu krijgen we te
horen dat elk geval apart moet worden onderzocht.
Dat wijst erop dat een oplossing niet voor morgen
is, terwijl het om een urgent probleem gaat. Ik dring
erop aan deze zaak met spoed te behandelen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Walter Muls à la vice-première 07 Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
8
ministre et ministre de la Justice sur "le droit
européen des sociétés" (n° 2404)
eerste minister en minister van Justitie over "het
Europees vennootschapsrecht" (nr. 2404)
07.01 Walter Muls (sp.a-spirit): La réglementation
européenne en matière de droit des sociétés doit
être transposée en droit belge d'ici au 8 octobre
2004. Les délais pourront-ils être respectés?
07.01 Walter Muls (sp.a-spirit): De Europese
verordening inzake het vennootschapsrecht moet
voor 8 oktober 2004 omgezet zijn in nationale
wetgeving. Zal dat in orde komen?
07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Un groupe de travail de spécialistes
du droit des sociétés a préparé un avant-projet
d'arrêté royal. Le vendredi 2 avril, j'ai présenté ce
texte au groupe de travail inter-cabinets. Le Conseil
des ministres l'examinera prochainement. Nous
demanderons ensuite l'avis du Conseil d'Etat. Nous
respecterons nos obligations européennes au
moyen de cet arrêté royal dès que le gouvernement
aura été déclaré compétent par le Parlement.
07.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Een werkgroep van specialisten in
vennootschapsrecht heeft een voorontwerp van KB
voorbereid. Op vrijdag 2 april heb ik deze tekst
voorgelegd aan een interkabinettenwerkgroep.
Binnenkort zal de Ministerraad zich erover buigen,
waarna hij voor advies naar de Raad van State kan.
We zullen onze Europese verplichtingen nakomen
via KB zodra het Parlement de regering hiervoor
bevoegd verklaart.
07.03 Walter Muls (sp.a-spirit): J'espère que ce
dossier pourra être bouclé dans les temps afin que
la Belgique fasse bonne figure.
07.03 Walter Muls (sp.a-spirit): Ik hoop dat de
zaak op tijd kan worden afgerond zodat België nu
eens een goede beurt kan maken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de M. Walter Muls à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
réhabilitation" (n° 2410)
08 Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
herstel in eer en rechten" (nr. 2410)
08.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Il existe une
discrimination entre les personnes condamnées en
ce qui concerne la procédure en réhabilitation
qu'elles peuvent entamer après leur peine.
Pour les personnes condamnées à une peine
conditionnelle, le délai probatoire débute le jour de
la condamnation. Pour les autres, il débute lorsque
la peine est purgée et que les parties civiles ont été
indemnisées. Pour les personnes condamnées
dont la peine n'a pas été exécutée, le délai
probatoire ne commence que lorsque la peine est
prescrite. Souvent, ces personnes ont été
condamnées à une peine légère ou bénéficient d'un
mise en liberté provisoire. Le fait de devoir attendre
si longtemps que leur casier soit vierge constitue un
frein important à leur resocialisation.
La ministre a-t-elle connaissance de ce problème ?
Compte-t-elle y remédier ?
08.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Er bestaat een
discriminatie tussen veroordeelden wat betreft de
procedure voor eerherstel die ze kunnen starten na
hun straf.
De proeftijd voor veroordeelden met een
voorwaardelijke straf begint te lopen op de dag van
de veroordeling. Bij andere veroordeelden begint
de proeftijd te lopen als de straf is ondergaan en als
de burgerlijke partijen vergoed zijn. Bij
veroordeelden van wie de straf niet wordt
uitgevoerd, begint de proeftijd echter pas te lopen
als de straf verjaard is. Die veroordeelden hebben
vaak een lichte veroordeling opgelopen of zijn
voorlopig in vrijheid gesteld. Dat ze zo lang op een
blanco strafregister moeten wachten is een
belangrijke belemmering bij resocialisatie.
Is de minister op de hoogte van het probleem?
Gaat ze er wat aan doen?
08.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Les deux groupes de condamnés se
trouvent dans une situation totalement différente,
qui justifie un traitement différent. Il ne s'agit donc
nullement d'une discrimination. Il n'est pas anormal
que la période probatoire d'un condamné qui a
purgé sa peine débute à un autre moment que pour
08.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De twee groepen veroordeelden bevinden zich in
een heel andere situatie, wat een verschillende
behandeling rechtvaardigt. Discriminatie is hier dus
niet aan de orde. Het is niet abnormaal dat de
proeftijd van een veroordeelde die zijn straf heeft
uitgezeten op een ander moment begint dan die
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
9
le condamné dont la peine n'est pas exécutée ou
ne l'est pas entièrement. Le début de la période est
également fonction des circonstances de la mise en
liberté conditionnelle.
De même, en ce qui concerne la peine pour
récidive et la mise en liberté provisoire, le Code
pénal prévoit qu'il est tenu compte dans un cas de
la date de la peine et dans l'autre la prescription de
la peine.
van een veroordeelde wiens straf niet of
gedeeltelijk werd uitgevoerd. Het tijdstip waarop de
periode begint te lopen wordt ook beïnvloed door
de manier waarop de voorwaardelijke
invrijheidstelling verlopen is.
Ook met betrekking op de straf voor recidive en op
de voorlopige invrijheidsstelling wordt in het
Strafwetboek in het ene geval de datum dat de straf
is ondergaan als uitgangspunt genomen en in het
andere geval de verjaring van de straf.
(En français) Bref, je ne pense pas que l'on puisse
parler d'une véritable discrimination vu la différence
des situations. De ce fait, la réglementation en
matière de réhabilitation ne doit pas être revue.
(Frans) Volgens mij is er dus geen sprake van een
echte discriminatie, aangezien de situaties
onderling sterk verschillen. De regelgeving met
betrekking tot het eerherstel moet dan ook niet
worden herzien.
08.03 Walter Muls (sp.a-spirit): Il ne s'agit pas
d'une discrimination au sens juridique mais il se
pose un problème. Les personnes qui ont été
lourdement condamnées sont plus rapidement
réhabilitées que celles qui ont été condamnées à
des peines légères et dont la peine n'est pas
exécutée. Une initiative législative est nécessaire.
Je formulerai une suggestion à cet effet.
08.03 Walter Muls (sp.a-spirit): Strikt juridisch is
er geen sprake van discriminatie, maar toch is er
wel degelijk een probleem. Zwaar gestraften krijgen
veel eerder eerherstel dan licht gestraften van wie
de straf niet wordt uitgevoerd. Een wetgevend
initiatief is nodig. Ik zal een suggestie doen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de Mme Hilde Claes à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
dessaisissement dans le cadre du droit de la
jeunesse" (n° 2411)
09 Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
uithandengeving in het jeugdrecht" (nr. 2411)
09.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): L'assouplissement
de la procédure de dessaisissement soulève
certaines questions. L'objectif consisterait à
permettre, dans certains cas, à une chambre de la
jeunesse instituée au sein des tribunaux
correctionnels de juger des jeunes âgés de 16 à 18
ans. Un jeune condamné serait alors interné dans
une prison pour jeunes.
La grande criminalité doit évidemment être
sanctionnée, mais la question ne doit-elle pas être
davantage examinée sous l'angle de la Convention
relative aux droits de l'enfant ? Une sanction doit
mettre l'accent sur la rééducation et la
réhabilitation.
Le dessaisissement prévoit-il également la
possibilité d'un renvoi devant une cour d'assises?
La ministre ne craint-elle pas que cette proposition
ait pour effet d'accroître le nombre de
dessaisissements en raison du manque de place
pour les jeunes dans les établissements ?
09.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): De versoepeling
van de procedure van uithandengeving doet vragen
rijzen. De bedoeling zou zijn om in een aantal
gevallen de jongeren tussen de 16 en de 18 jaar te
laten berechten door een jeugdkamer binnen de
correctionele rechtbanken. Een veroordeelde
jongere zou dan in een jeugdgevangenis
terechtkomen.
Zware criminaliteit moet inderdaad zwaar worden
bestraft, maar de vraag is of de zaak niet meer
vanuit het kinderrechtenverdrag moet worden
bekeken. Bij een sanctie moet het accent liggen op
heropvoeding en rehabilitatie.
Omvat de uithandengeving eveneens de
mogelijkheid tot verwijzing naar een hof van
assisen? Vreest de minister niet dat het aantal
uithandengevingen door dit voorstel zal stijgen door
het gebrek aan plaatsen voor jongeren in
instellingen?
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
10
09.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Les discussions avec les Communautés ont
commencé officiellement aujourd'hui. L'avant-projet
de loi n'affaiblit pas les conditions de
dessaisissement, celles-ci ne sont pas modifiées.
La seule modification, c'est l'augmentation de la
sécurité juridique par la fixation des délais de
citation en dessaisissement et des délais dans
lesquels le juge de la jeunesse doit se prononcer.
On ne peut pas toujours éviter le dessaisissement.
Nous voulons augmenter l'éventail de mesures en
vue d'éviter le dessaisissement. L'avant-projet de
loi donne ainsi la possibilité de prolonger certaines
mesures jusqu'à l'âge de 23 ans. Et, en cas de
dessaisissement, j'ai proposé que cela se déroule
devant une chambre «jeunesse» du tribunal
correctionnel.
Les jeunes condamnés à une peine de prison ne
doivent pas se trouver au contact d'adultes plus
aguerris dans la délinquance. J'ai donc aussi
proposé que la peine puisse être exécutée dans un
lieu particulier qui doit permettre - selon ce que
vous souhaitez vous aussi - de mener un travail de
réinsertion dans la société.
09.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Vandaag zijn de besprekingen met de
Gemeenschappen officieel van start gegaan. Het
voorontwerp van wet verzwakt de voorwaarden
voor uithandengeving niet. Hieraan wordt dus niet
geraakt. De enige wijziging bestaat erin dat de
rechtszekerheid wordt vergroot, dankzij het
vastleggen van termijnen voor de dagvaarding tot
uithandengeving en binnen dewelke de
jeugdrechter een uitspraak dient te doen.
De uithandengeving kan niet altijd worden
voorkomen. Wij wensen de waaier aan
maatregelen hiertoe uit te breiden. Zo biedt het
voorontwerp van wet de mogelijkheid bepaalde
maatregelen tot de leeftijd van 23 jaar door te
trekken. En, ingeval de uithandengeving er toch
komt, heb ik voorgesteld dat dit zou gebeuren voor
een zogenaamde jeugdkamer van de correctionele
rechtbank.
Jongeren die tot een gevangenisstraf worden
veroordeeld, mogen niet in contact komen met
volwassenen die heel wat meer op hun kerfstok
hebben. Daarom heb ik ook voorgesteld dat deze
jongeren hun straf op een afzonderlijke plaats
zouden kunnen uitzitten, waar wij - zoals ook u
wenst - aan hun terugkeer in de samenleving
kunnen werken.
09.03 Hilde Claes (sp.a-spirit): J'attends le
résultat de cette concertation. En tout état de
cause, je me réjouis de la volonté affichée par la
ministre d'accroître la sécurité juridique en faveur
des jeunes
09.03 Hilde Claes (sp.a-spirit): Ik kijk uit naar het
resultaat van het overleg. Het verheugt mij in ieder
geval dat de minister streeft naar meer juridische
zekerheid voor jongeren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de Mme Trees Pieters à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"les carrousels TVA" (n° 2429)
10 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
BTW-carrousels" (nr. 2429)
10.01 Trees Pieters (CD&V): Lors du super
Conseil des ministres consacré à la justice et à la
sécurité, il a été décidé de dresser un état des lieux
des carrousels TVA en vue d'une approche
générale du problème.
La ministre avait toutefois déjà déposé un projet de
loi visant à doubler le capital de départ des SPRLU
parce que les carrousels TVA seraient
essentiellement le fait de ce type de constructions.
Pareil projet de loi a cependant des conséquences
négatives pour la politique relative aux entreprises
starters. Ne serait-il pas préférable d'attendre que
l'état des lieux des carrousels ait été dressé ?
10.01 Trees Pieters (CD&V): Op de
superministerraad over justitie en veiligheid is
besloten de BTW-carrousels in kaart te brengen om
een algemene aanpak van het probleem mogelijk te
maken.
De minister had echter al een wetsontwerp
ingediend om het startkapitaal van eenhoofdige
BVBA's te verdubbelen omdat de BTW-carrousels
zich voornamelijk in deze constructies zouden
bevinden. Zo'n wetsontwerp heeft evenwel nadelige
gevolgen voor het startersbeleid. Is het niet beter
om het nog even te laten liggen tot de carrousels in
kaart zijn gebracht?
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
11
10.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
La question de Mme Pieters s'adresse à M. Jamar.
Le projet de loi concerné a été voté par la
commission Droit commercial de la Chambre, juste
avant les vacances. Lors du super Conseil des
ministres, je n'ai rien mis sur la table. Par contre, M.
le secrétaire d'Etat chargé de la lutte contre la
fraude fiscale a déposé un document contenant
toute une série de propositions.
10.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
vraag van mevrouw Pieters is aan de heer Jamar
gericht. Het wetsontwerp werd net voor de vakantie
door de commissie Handelsrecht van de Kamer
goedgekeurd. Zelf formuleerde ik tijdens de mega-
Ministerraad geen voorstellen in dat verband. De
staatssecretaris voor de strijd tegen de fiscale
fraude diende echter wel een document met een
hele reeks voorstellen in.
10.03 Trees Pieters (CD&V): Mme Onkelinx a
déposé ce projet de loi en commission du Droit
commercial où le texte a déjà été adopté. Je puis
certes également interroger MM. Reynders et
Jamar à ce sujet mais cela n'exonère pas la
ministre de la Justice de l'obligation de me
répondre.
10.03 Trees Pieters (CD&V): Het is de minister
van Justitie die het wetsontwerp in de commissie
voor het Handelsrecht heeft ingediend. Het ontwerp
is daar ook al goedgekeurd. Dat ik mijn vragen ook
aan minister Reynders en staatssecretaris Jamar
kan stellen, stelt de minister van Justitie niet vrij van
haar antwoord.
10.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Nous en avons discuté avec vous.
10.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dat
werd met u besproken.
Cela n'a rien à voir avec le projet de loi que nous
avons voté.
Dat heeft niets te maken met het wetsontwerp dat
wij aangenomen hebben.
10.05 Trees Pieters (CD&V): Ma question
concerne l'approche globale du problème qui a
changé depuis le super Conseil des ministres. La
ministre continue-t-elle d'adhérer à son projet de loi
?
10.05 Trees Pieters (CD&V): Mijn vraag gaat over
de totaalaanpak van het probleem, die sinds de
superministerraad is veranderd. Blijft de minister
vasthouden aan haar wetsontwerp?
10.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
C'est une excellente question à poser à M. Jamar.
10.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dat is
een goede vraag voor de heer Jamar.
En ce qui concerne le projet de loi, le
gouvernement continue à le défendre.
De regering blijft achter het wetsontwerp staan.
Le président: Le projet doit encore être examiné
en séance plénière. Mme Pieters peut poser sa
question au secrétaire d'Etat, M. Jamar. Je pense
qu'elle obtiendra ainsi une meilleure réponse sur le
fond.
De voorzitter: Het ontwerp moet nog in de plenaire
vergadering worden besproken. Mevrouw Pieters
kan haar vraag dan aan staatssecretaris Jamar
stellen. Ik denk dat zij dan een beter inhoudelijk
antwoord zal krijgen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de M. Tony Van Parys à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"les problèmes de nomination auxquels sont
confrontés les stagiaires judiciaires" (n° 2443)
11 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de benoemingsproblemen van de gerechtelijke
stagiairs" (nr. 2443)
11.01 Tony Van Parys (CD&V): De nombreux
stagiaires judiciaires ne seront pas nommés à
l'issue de leur stage. L'instauration d'une troisième
voie d'accès à la magistrature menace également
leurs chances de nomination. Or, il y a 176 postes
vacants au sein de la magistrature.
La ministre prendra-t-elle des mesures ?
11.01 Tony Van Parys (CD&V): Heel wat
gerechtelijke stagiairs zullen niet worden benoemd
na afloop van hun stage. Ook de invoering van een
derde weg die toegang geeft tot de magistratuur,
bedreigt hun benoemingskansen. Nochtans zijn er
176 vacatures in de magistratuur.
Zal de minister maatregelen nemen?
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
12
Je souhaiterais que la ministre me communique
des chiffres récents sur le nombre de stagiaires qui
ont achevé leur stage en septembre 2003 et
n'étaient pas nommés au 1er avril 2004, et sur le
nombre de fonctions qui devraient devenir vacantes
jusqu'au 30 septembre 2004.
Qu'advient-il des stagiaires qui ne sont pas
nommés ?
Le stage judiciaire fera-t-il encore l'objet d'autres
réformes? La troisième voie est-elle bien
compatible avec la jurisprudence de la Cour
d'arbitrage ?
Graag kreeg ik van de minister recente cijfers over
het aantal stagiairs die in september 2003 hun
stage beëindigden en op 1 april 2004 nog niet
waren benoemd, en over het aantal te verwachten
vacatures tot 30 september 2004.
Wat gebeurt er met stagiairs die niet worden
benoemd?
Zal de gerechtelijke stage nog meer worden
hervormd? Is de derde weg wel compatibel met de
rechtspraak van het Arbitragehof?
11.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Sept stagiaires néerlandophones et
trois stagiaires francophones dont le stage se
termine le 30 septembre 2004 ne seront pas
proposés par la commission de nomination du
Conseil supérieur de la Justice.
La vacance de tous les postes qui seront libérés
avant le 4 octobre 2004 à la suite d'admissions à la
retraite a déjà été annoncée au Moniteur belge. Il
est impossible de prévoir quels postes deviendront
vacants à la suite de promotions.
Les stagiaires qui ne sont pas nommés pourront
évidemment prétendre à une allocation de
chômage. Dès que les stagiaires satisfont aux
conditions requises pour poser leur candidature, ils
sont invités à postuler pour le plus grand nombre
de fonctions. Depuis le 1er avril, trente postes ont
été déclarés vacants. Huit candidats seulement se
sont manifestés.
11.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Zeven Nederlandstalige en drie Franstalige
stagiairs wier stage eindigt op 30 september 2004,
zijn niet voorgedragen door de
benoemingscommissie van de Hoge Raad voor de
Justitie.
Alle plaatsen die voor 4 oktober 2004 vrijkomen
door pensionering zijn reeds bekendgemaakt in het
Belgisch Staatsblad. De vacatures die ontstaan
door promoties kunnen niet op voorhand worden
gepland.
Niet-benoemde stagiairs krijgen uiteraard een
werkloosheidsuitkering. Zodra stagiairs aan de
voorwaarden om te postuleren voldoen, worden zij
aangemaand om voor zoveel mogelijk ambten te
solliciteren. Sinds 1 april zijn er dertig vacatures
bekendgemaakt. Slechts acht maal is er
gepostuleerd.
Le législateur entendait réserver deux tiers des
nominations de base aux stagiaires judiciaires. En
principe, les nominations à l'issue du stage ne
devraient pas poser de problème. Les commissions
de nomination du Conseil supérieur de la Justice
dressent les listes de candidats. Chaque année, le
nombre de postes disponibles suffit amplement
pour procéder à la nomination des stagiaires
judiciaires et atteindre l'objectif du législateur.
La troisième voie d'accès à la magistrature consiste
en un examen d'évaluation destiné aux avocats
justifiant de vingt années d'expérience ou de quinze
années de barreau combinées avec une autre
fonction exigeant une bonne connaissance du droit
pendant cinq ans. Les lauréats de cet examen
peuvent poser leur candidature pendant une
période de trois ans. La Cour d'arbitrage a estimé
Het was de bedoeling van de wetgever om twee
derden van de basisbenoemingen toe te wijzen aan
de gerechtelijke stagiairs. In principe zouden de
benoemingen op het einde van de stage geen
probleem mogen zijn. Het zijn de
benoemingscommissies van de Hoge Raad voor de
Justitie die de voordrachten verrichten. Er zijn
jaarlijks meer dan voldoende ambten ter
beschikking om de gerechtelijke stagiairs te
benoemen en tevens te voldoen aan het streefcijfer
van de wetgever.
De derde toegangsweg tot de magistratuur bestaat
uit een mondeling evaluatie-examen voor
advocaten met twintig jaar ervaring of met vijftien
jaar balie, gecombineerd met vijf jaar in een andere
functie die een gedegen kennis van het recht
vereist. Wie slaagt kan zich gedurende drie jaar
kandidaat stellen. Het Arbitragehof was van oordeel
dat deze derde toegangsweg slechts in zeer
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
13
que cette voie d'accès ne pouvait être empruntée
que de manière limitée. C'est pourquoi un quota a
été instauré. Ainsi, la proportion de personnes
susceptibles d'être nommées sur la base d'un
examen d'évaluation ne s'élève qu'à 12%.
beperkte mate mag opengesteld worden. Daarom
werd een quotum ingevoerd. Het aantal personen
dat op basis van een mondeling evaluatie-examen
kan worden benoemd is beperkt tot 12 percent.
(En français) Ces nouveaux modes d'accès à la
magistrature ne devraient pas se faire au détriment
des stagiaires judiciaires. Rappelons cependant
aussi aux stagiaires qu'ils augmentent leurs
chances de nomination rapide en postulant le plus
de places vacantes.
(Frans) Die nieuwe toegangswegen tot de
magistratuur hoeven niet ten koste van de
gerechtelijke stagiairs te gaan. Anderzijds moeten
we de stagiairs erop wijzen dat ze hun kansen om
snel te worden benoemd verhogen door zich voor
zoveel mogelijk vacante betrekkingen kandidaat te
stellen
11.03 Tony Van Parys (CD&V): Il convient de
lever toute incertitude à propos de la nomination au
terme du stage, et deux tiers des nominations de
base doivent être attribués aux stagiaires
judiciaires, faute de quoi de moins en moins de
bons candidats consentiront l'effort d'effectuer le
stage judiciaire. Nous prendrons des initiatives pour
lever l'incertitude.
Le quota réservé à la troisième voie, à savoir 12%,
est très élevé et n'est pas conforme aux
observations formulées par la Cour d'arbitrage.
Nous poursuivrons notre analyse du dossier.
11.03 Tony Van Parys (CD&V): Er mag geen
onzekerheid bestaan over de benoeming op het
einde van de stage en twee derden van de
basisbenoemingen moet aan de gerechtelijke
stagiairs worden toegekend, anders zullen steeds
minder goede kandidaten de inspanning van de
gerechtelijke stage doen. Wij zullen initiatieven
nemen om de onzekerheid weg te nemen.
Het quotum voor de zogenaamde derde weg is met
12 percent zeer hoog en niet in overeenstemming
met de opmerkingen van het Arbitragehof. Wij
zullen dat verder onderzoeken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
note politique du gouvernement fédéral relative
au problème de la drogue" (n° 2473)
12 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
federale drugsnota" (nr. 2473)
12.01 Jo Vandeurzen (CD&V): La note fédérale
relative à la problématique de la drogue, présentée
par le gouvernement arc-en-ciel le 19 janvier 2001,
contient des mesures en matière de répression,
d'aide et de prévention ainsi que des dispositions
relatives au budget et au calendrier. Un certain
nombre de mesures relèvent de la compétence de
la ministre de la Justice. Trois ans après la
présentation de la note, une évaluation s'impose.
Le nombre d'informations alarmantes augmente en
effet de jour en jour. Quel est l'état d'avancement
de ce dossier ?
12.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Op 19 januari
2001 heeft de regering de federale drugnota
voorgesteld. Die nota bevat maatregelen inzake
repressie, hulpverlening en preventie, en
bepalingen over budget en timing. Een aantal
maatregelen valt onder de bevoegdheid van de
minister Justitie. Na drie jaar lijkt een evaluatie
aangewezen. Het aantal alarmerende berichten
stijgt immers met de dag. Wat is de stand van
zaken?
12.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): La note relative à la drogue du
gouvernement précédent est toujours à la base de
l'actuelle politique fédérale en la matière. Cette
question est donc abordée sous l'angle de la santé
publique. Il existe des modalités locales de
collaboration en ce qui concerne les accords entre
la Justice et la structure d'aide. Dans le cadre de la
lutte contre le trafic de drogue et dans l'optique
12.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De drugnota van de vorige regering is nog steeds
het uitgangspunt van het actuele, federale
drugbeleid. De problematiek wordt daarmee vanuit
het oogpunt van de volksgezondheid benaderd.
Wat de afspraken tussen Jusititie en hulpverlening
betreft, zijn er lokale samenwerkingsakkoorden.
België neemt in de strijd tegen de drughandel en
met het oog op een internationale politionele
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
14
d'une approche policière internationale, la Belgique
participe à des réunions à divers niveaux : Benelux,
UE et ONU. Des actions internationales de lutte
contre la drogue sont menées dans le cadre du
plan d'action européen contre la drogue.
Une concertation a été mise en place avec le
ministre de la Mobilité concernant la conduite sous
l'influence de drogues et l'adaptation de la
législation.
L'Office central des saisies et confiscations a été
créé en septembre 2003 dans le cadre de la lutte
contre la criminalité organisée.
J'ai institué un nouveau groupe de travail pour
préciser la circulaire du 16 mai 2003 relative à
l'usage problématique, à la saisie et aux nuisances
publiques. Ce groupe de travail proposera une
nouvelle circulaire d'ici l'été.
aanpak deel aan vergaderingen op verschillende
niveaus: Benelux, EU en VN. In het kader van het
Europees drugactieplan worden internationale
drugbestrijdingsacties uitgevoerd.
Er is overleg met de minister van Mobiliteit over het
sturen onder invloed van drugs en de aanpassing
van de wetgeving.
In september 2003 werd in de strijd tegen de
georganiseerde criminaliteit het Centraal Orgaan
voor de Inbeslagname en Verbeurdverklaring
opgericht.
Ik richtte een nieuwe werkgroep op om de circulaire
van 16 mei 2003 te verduidelijken in verband met
het problematisch gebruik, de inbeslagname en de
openbare overlast. Tegen de zomer zal de
werkgroep een nieuwe circulaire voorstellen.
12.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Nous prendrons
l'initiative nécessaire pour permettre un vaste débat
sur la note en matière de drogue. C'est un débat
que la majorité esquive parce que la politique de
tolérance est mal perçue par l'opinion publique.
Il y a quelques semaines, j'ai interrogé la ministre
en séance plénière sur le jugement rendu par un
tribunal correctionnel wallon qui avait acquittait
l'auteur des faits pour cause d'erreur : selon le juge,
l'intéressé n'était plus censé connaître la
réglementation exacte. La ministre avait promis de
préciser rapidement les choses clarté mais l'attente
se prolonge.
De même, et après deux ans, on attend toujours les
directives fondées sur l'étude du professeur
Casselman.
Enfin, les case managers de la note fédérale en
matière de drogue ne sont toujours pas là. Qu'en
est-il ?
12.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Wij zullen het
initiatief nemen om een brede discussie over de
drugnota mogelijk te maken. De meerderheid
vermijdt dit omdat het gedoogbeleid moeilijk ligt bij
de publieke opinie.
Enkele weken geleden ondervroeg ik de minister in
de plenaire vergadering over een vonnis van een
Waalse correctionele rechtbank die de dader
vrijsprak op grond van dwaling: volgens de rechter
kon de betrokkene niet geacht worden nog op de
hoogte te zijn van de precieze regelgeving. De
minister beloofde toen snel duidelijkheid te
brengen, maar we wachten nog steeds.
Ook na twee jaar blijven richtlijnen op basis van de
studie van professor Casselman uit.
Ook de casemanagers uit de federale drugnota zijn
er nog niet. Wat gebeurt daar nu mee?
12.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Les procureurs du Roi ont demandé à l'unanimité
de ne pas appliquer cette mesure. Si une mesure
est rejetée sur le terrain, il est inutile de l'imposer.
Le budget sera maintenu et, en concertation, nous
avons décidé de conserver les case managers
mais de les placer dans les maisons de justice.
12.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
procureurs des Konings hebben unaniem gevraagd
deze maatregel niet toe te passen. Indien een
maatregel in het veld wordt afgewezen, heeft het
geen zin deze door te drukken. Na overleg werd
besloten de begroting evenals de "case managers"
te behouden. Deze laatste zullen wel op het niveau
van de justitiehuizen worden gebracht.
12.05 Jo Vandeurzen (CD&V): J'apprécie la clarté
de la réponse mais il s'agit une fois de plus d'une
mesure qui ne sera pas mise en oeuvre. J'ai le
12.05 Jo Vandeurzen (CD&V): Ik apprecieer het
duidelijke antwoord, maar dit is dus nog een
maatregel die niet wordt uitgevoerd. Ik krijg het
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
15
sentiment qu'on ne progresse guère dans la mise
en pratique de la note sur le problème de la drogue,
en ce compris les points positifs. C'est la raison
pour laquelle nous demandons l'organisation d'un
débat approfondi et rationnel sur cette note.
gevoel dat de uitvoering van de drugnota,
inbegrepen de positieve punten, niet opschiet.
Daarom vragen wij dat er een grondig zakelijk
debat over de drugnota wordt georganiseerd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Question de Mme Zoé Genot à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
« les mineurs étrangers non accompagnés » (n°
2491)
13 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice
eerste-minister en minister van Justitie over "de
niet-begeleide minderjarigen" (nr. 2491)
13.01 Zoé Genot (ECOLO): J'aimerais vous poser
quelques questions à propos de la note du conseil
des ministres d'Ostende concernant les MENA.
Peut-on qualifier de délit ou de crime des faits
commis par des mineurs d'âge? Le juge de la
jeunesse sera-t-il amené à jouer un rôle dans la
politique d'immigration? N'y a-t-il pas là une
confusion entre les compétences des ministères de
la Justice et de l'Intérieur?
13.01 Zoé Genot (ECOLO): Ik zou u enkele
vragen willen stellen over de nota van de
ministerraad van Oostende met betrekking tot de
niet-begeleide minderjarige vreemdelingen. Moeten
door minderjarigen gepleegde feiten als misdrijven
of misdaden worden aangemerkt? Zal de
jeugdrechter een rol gaan spelen in het
immigratiebeleid? Is hier geen sprake van een
vermenging van de bevoegdheden van de ministers
van Justitie en Binnenlandse Zaken
13.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français): A
votre première question, je réponds non sauf dans
le cas où le jeune fait l'objet d'une mesure de
dessaisissement, conformément à l'article 38 de la
loi de 1965.
A votre deuxième question, je réponds aussi non.
Le juge de la jeunesse est indépendant ainsi que le
service de tutelle, indépendant du ministère de
l'Intérieur.
13.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Op uw
eerste vraag antwoord ik neen, behalve wanneer er
ten aanzien van de jongere conform artikel 38 van
de wet van 1965 een beslissing tot uithandengeving
genomen werd.
Het antwoord op uw tweede vraag luidt eveneens
neen. De jeugdrechter is onafhankelijk, en dat geldt
ook voor de dienst Voogdij, die ressorteert onder
het ministerie van Justitie en onafhankelijk is van
het ministerie van Binnenlandse Zaken.
13.03 Zoé Genot (ECOLO): Je ne suis toujours
pas rassurée quant à la portée de ce petit
paragraphe.
13.03 Zoé Genot (ECOLO): Wat de draagwijdte
van dat paragraafje betreft, ben ik er nog altijd niet
gerust op.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
décentralisation de la Cour d'appel d'Anvers"
(n° 2499)
14 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
decentralisatie van het Hof van Beroep van
Antwerpen" (nr. 2499)
14.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Où en sont les
projets de décentralisation de la Cour d'appel
d'Anvers ? Comment procédera-t-on? Quand une
section sera-t-elle créée dans le Limbourg ?
14.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Hoever staat het
met de plannen om het hof van beroep van
Antwerpen te decentraliseren? Hoe zal dat
gebeuren? Wanneer komt er een afdeling in
Limburg?
14.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Le Conseil des ministres des 30 et 31
mars a approuvé la création d'une section de la
Cour d'appel d'Anvers à Hasselt.
14.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De Ministerraad keurde op 30-31 maart de
oprichting goed van een Hasseltse afdeling van het
hof van beroep te Antwerpen.
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19/04/2004
CRABV 51
COM 224
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
Quelques problèmes relatifs aux activités pénales
de la Cour rendent une concertation avec les
acteurs judiciaires indispensable. Après cette
concertation et après une évaluation de la
faisabilité de l'initiative, je soumettrai le projet au
Conseil des ministres. A l'heure actuelle, il m'est
impossible d'avancer un calendrier précis.
Enkele problemen in verband met de
strafrechtelijke activiteiten van het hof maken een
overleg met de gerechtelijke actoren noodzakelijk.
Daarna en na evaluatie van de haalbaarheid van
het initiatief leg ik het project voor aan de
Ministerraad. Op dit ogenblik kan ik geen precieze
timing geven.
(En français) J'y suis favorable. Je ne compte pas
traîner dans ce dossier.
(Frans) Ik ben daar voorstander van. Ik ben niet
van plan dat dossier te laten aanslepen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Question de M. Jean-Luc Crucke à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
réorganisation géographique des services de la
Justice de paix de Rocourt" (n° 2506)
15 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de geografische reorganisatie van de diensten
van het Vredegerecht van Rocourt" (nr. 2506)
15.01 Jean-Luc Crucke (MR): L'assemblée
générale extraordinaire des juges de paix et de
tribunal de police du ressort de la cour d'appel de
Mons se prononçait, le 28 mars 2003, en faveur du
transfert des sièges de la justice de paix du Roeulx
à Soignies, de Merbes-le-Château à Beaumont et
de Rocourt à Leuze-en-Hainaut. Le 30 mars, le
collège de la ville de Péruwelz vous communiquait
son opposition au transfert. Quelle réponse avez-
vous réservée à ce courrier? A quelle date
comptez-vous matérialiser ce transfert?
15.01 Jean-Luc Crucke (MR): De buitengewone
algemene vergadering van de vrederechters en de
rechters van de politierechtbanken van het ressort
van het hof van beroep van Bergen heeft zich op 28
maart 2003 uitgesproken voor een overheveling
van de zetels van de vredegerechten van Roeulx
naar Soignies, van Merbes-le-Château naar
Beaumont en van Rocourt naar Leuze-en-Hainaut.
Op 30 maart deelde het college van de stad
Péruwelz u per brief mee dat het gekant is tegen
die overheveling. Wat heeft u op die brief
geantwoord? Wanneer zal u die overheveling
concreet gestalte krijgen?
15.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Je rencontrerai prochainement une délégation du
collège des bourgmestre et échevins de la ville de
Péruwelz.
15.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik zal
binnenkort een delegatie van het college van
burgemeester en schepenen van de stad Péruwelz
ontmoeten.
15.03 Jean-Luc Crucke (MR): Peut-être pourriez-
vous rencontrer en même temps le collège de
Leuze-en Hainaut ?
15.03 Jean-Luc Crucke (MR): Misschien zou u
terzelfder tijd ook een ontmoeting kunnen hebben
met het college van Leuze-en-Hainaut?
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
16 Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'arrêt de la Cour de cassation portant sur la
notion de "séjour" dans la législation sur la
nationalité et ses effets" (n° 2516)
16 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
arrest van het Hof van Cassatie inzake de notie
"verblijf" in de nationaliteitswetgeving en de
gevolgen hiervan" (nr. 2516)
16.01 Jo Vandeurzen (CD&V): J'ai déjà posé une
question sur ce thème. L'arrêt de la Cour de
cassation du 16 janvier 2004 implique qu'un séjour
légal n'est pas nécessaire pour satisfaire aux
conditions d'admission dans le cadre de la
législation sur la nationalité. Un séjour effectif suffit
même s'il est illégal. Il ressort néanmoins
16.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Ik heb al eerder
een vraag gesteld over dit onderwerp. Het arrest
van het Hof van Cassatie van 16 januari 2004
impliceert dat er geen wettig verblijf nodig is om te
beantwoorden aan de toelatingsvoorwaarden voor
de nationaliteitswetgeving. Een feitelijk verblijf
volstaat, ook al is het illegaal. Uit de memorie van
CRABV 51
COM 224
19/04/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
clairement de l'exposé des motifs de la loi sur
l'acquisition rapide de la nationalité belge et de la
discussion parlementaire à ce propos que le
législateur a toujours entendu un séjour légal. Une
autre interprétation a pour conséquence perverse
d'encourager les étrangers à prolonger le plus
longtemps possible un séjour illégal. Une action
illégale aboutirait alors à un droit de séjour.
A ma précédente question, la ministre a répondu
que son administration examinait l'arrêt. A mon
estime, cet examen n'est guère difficile. Quelles
sont les conclusions de l'administration ? La
ministre prendra-t-elle une initiative législative ? J'ai
rédigé une proposition de loi à cet égard.
toelichting bij de snel-Belgwet en de parlementaire
bespreking ervan blijkt evenwel overduidelijk dat de
wetgever altijd een legaal verblijf voor ogen heeft
gestaan. Een andere interpretatie heeft als pervers
gevolg dat vreemdelingen worden aangemoedigd
een illegaal verblijf zolang mogelijk vol te houden.
Een illegale actie zou dan verblijfsrecht opleveren.
De minister heeft op mijn vorige vraag geantwoord
dat haar administratie het arrest onderzoekt. Dit
onderzoek is naar mijn oordeel eenvoudig. Wat zijn
de conclusies van de administratie? Zal de minister
een wetgevend initiatief nemen? Ik heb terzake al
een wetsvoorstel klaar.
16.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): L'administration n'a pas encore
terminé son analyse. Je n'exclus aucune mesure
mais je souhaite d'abord prendre connaissance des
effets précis de cet arrêt. Pour acquérir la
nationalité, un étranger ne doit pas seulement
démontrer qu'il a établi sa résidence principale en
Belgique depuis sept ans mais il doit également
disposer d'un permis de séjour valable. C'est
pourquoi je m'interroge sur l'impact concret de
l'arrêt. Il faut en outre établir clairement les
modifications qu'il convient d'apporter à la loi pour
gommer les effets indésirables de l'arrêt.
16.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De administratie heeft haar onderzoek nog niet
afgerond. Ik sluit geen enkele maatregel uit, maar
wil eerst de precieze gevolgen van het arrest
kennen. Om de nationaliteit te verwerven moet een
vreemdeling niet alleen zeven jaar hoofdverblijf
kunnen aantonen, maar ook beschikken over een
geldige verblijfsvergunning. Ik stel me daarom
vragen over de concrete impact van het arrest.
Daarnaast moet duidelijk zijn welke wetswijzigingen
noodzakelijk zijn om de ongewenste gevolgen van
het arrest op te heffen.
16.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Il y a lieu
d'intervenir sans délai. A l'heure actuelle, la
situation s'avère particulièrement confuse, génère
des difficultés quotidiennes pour les officiers de
l'Etat civil et requiert des procédures
supplémentaires. Pour résoudre ces problèmes, il
suffit de procéder à un aménagement technique de
la loi.
16.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Een snel optreden
is noodzakelijk. De huidige situatie is zeer verward
en veroorzaakt dagelijks moeilijkheden voor de
ambtenaren van de burgerlijke stand. Ze leidt tot
bijkomende procedures. Er is enkel een technische
wetswijziging nodig om deze problemen op te
lossen.
16.04 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Je sais.
16.04 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Ik weet het.
L'incident est clos.
La réunion publique de commission est levée à
15h.56.
Het incident is gesloten.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.56 uur.
Document Outline