Plenumvergadering |
Séance
plénière |
van Woensdag 18 juni 2025 Namiddag ______ |
du Mercredi 18 juin 2025 Après-midi ______ |
De vergadering wordt geopend om 14.05 uur en voorgezeten door de heer Peter De Roover, voorzitter.
La séance est ouverte à 14 h 05 et présidée par M. Peter De Roover, président.
De voorzitter: De vergadering is geopend.
La séance
est ouverte.
Aanwezig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l'ouverture de la séance:
Bart De Wever, Jan Jambon.
Collega's, hopelijk bent u goed uitgerust voor wat ongetwijfeld een boeiende namiddagvergadering zal worden. Daartoe hebben wij natuurlijk het vereiste aantal Kamerleden nodig.
Sta me toe als voorzitter de voorbije gebeurtenissen heel erg te betreuren. Het is belangrijk duidelijk te maken dat de overgrote meerderheid van de Kamerleden wel degelijk aanwezig is. De Kamerleden die ervoor zorgden dat het quorum niet werd gehaald, dragen natuurlijk bij tot een bepaald imago van het hele Huis. De grote meerderheid van de leden, die hun taak wel ernstig nemen, zijn mede slachtoffer van de gebeurtenissen van vanochtend. Ik spreek in naam van de vele collega’s zowel uit de meerderheid als uit de oppositie die hun taak waarnemen, zoals dat hoort. Het ware mooi geweest dat we scènes zoals die van vanochtend niet hadden moeten meemaken.
Wij hebben op verzoek de Conferentie van voorzitters om 11.00 uur bijeengeroepen. Daar zijn een aantal afspraken gemaakt waarvan ik u in kennis wil stellen om daaromtrent alle misverstanden te vermijden.
Indien het quorum wordt bereikt – daar gaan we van uit – starten wij met de algemene bespreking.
De uiteenzettingen worden getimed en de gebruikte spreektijd wordt in mindering gebracht van een bepaald tegoed, met volgende verdeling: 80 minuten voor oppositiepartijen, 40 minuten voor meerderheidspartijen en 20 minuten voor onafhankelijke leden. Interventies worden niet eerder getolereerd dan na 15 minuten, zodanig dat de spreker een gedachtegang kan ontwikkelen met het oog op een coherente boodschap. Na een kwartier zijn interventies toegestaan. Zij duren 1 minuut, evenals het antwoord daarop. Indien een minister het nodig vindt om daar ook op te repliceren, is zijn spreektijd ook beperkt tot 1 minuut. Op die manier proberen we een zekere orde in het debat te krijgen en toch voldoende ruimte te laten voor iedereen. De vragen zijn uiteraard uitsluitend gericht aan wie hier vooraan staat. Bij de thematische debatten kan minister per minister bevraagd worden over bepaalde deelaspecten. Hoe langer een spreker van een fractie spreekt, hoe minder tijd er overblijft voor de collega’s van die fractie. Die verdeling hebt u zelf al georganiseerd.
De regering heeft amendementen ingediend en daardoor zou het niet correct zijn om de bespreking daarvan in het plenum binnen het vooropgestelde spreektijdtegoed te organiseren. In de Conferentie van voorzitters is daarom afgesproken dat de bespreking plaatsvindt na de algemene bespreking maar voor het antwoord van de eerste minister. Die bespreking beperkt zich tot het thema van het ingediende amendement. Vervolgens voert de eerste minister het woord en dan beginnen we aan de thematische debatten.
Rond middernacht komt de Conferentie van voorzitters opnieuw bijeen om de verdere bespreking te organiseren.
Daarmee heb ik de afspraken op een rijtje gezet.
Het komt mij voor dat de oppositie zal willen laten vaststellen of het quorum is bereikt of niet. Voor alle duidelijkheid, het quorum vanochtend was natuurlijk weldegelijk bereikt. Ik had puur formeel moeten vragen om te zaal te verlaten, als u niet wenste deelnemen aan de vergadering, om dan te noteren dat er niet genoeg leden aanwezig waren. Ik heb u die verhuis willen besparen. U bent mij daar ongetwijfeld zeer dankbaar voor.
Collega's, we gaan over tot een elektronische telling. Ik vraag u om op het groene knopje te drukken wanneer u deel wenst uit te maken van het quorum.
Er
wordt overgegaan tot een elektronische telling.
Il est
procédé au comptage électronique.
(Elektronische
telling/comptage électronique 1)
Er branden 76 groene lichtjes; de andere lichtjes spelen geen rol.
Bijgevolg is het quorum bereikt.
En conséquence, le quorum est atteint.
We kunnen zo dadelijk de algemene bespreking openen.
01.01 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur le président, je vous remercie d'avoir présenté à l'ensemble des collègues les accords intervenus en Conférence des présidents. Vu les précédents de ces dernières heures, il me semblait essentiel que chacune et chacun puisse en prendre connaissance de manière à ce qu'ils soient respectés, contrairement à ce matin.
Vous avez rappelé la responsabilité individuelle qui pèse sur les épaules de chacune et chacun d'entre nous pour exercer notre mandat parlementaire de la façon la plus cohérente et efficace possible, c'est-à-dire en étant présent en séance plénière. Il y a une responsabilité individuelle, mais également une responsabilité collective des groupes de la majorité d'assurer le quorum, c'est-à-dire le nombre suffisant de parlementaires présents pour pouvoir entamer, poursuivre et finaliser nos travaux.
Je regrette que ce ne fut pas le cas ce matin, d'autant plus que cette majorité – et ce gouvernement – oblige les Belges à travailler plus et plus longtemps pour un salaire moindre et invoque le travail en le mettant au centre de sa politique. Vous conviendrez que l'image que la majorité a donnée ce matin est contraire à ce qu'elle exige de la population belge.
De voorzitter: Dank u wel, collega.
Ik stel u voor een enkele bespreking aan
deze twee wetsontwerpen te wijden. (Instemming)
Je vous propose de consacrer une seule
discussion à ces deux projets de loi. (Assentiment)
Discussion
générale
De algemene bespreking is geopend.
La discussion générale est ouverte.
De rapporteur, de heer Wouter Vermeersch,
verwijst naar het schriftelijk verslag.
Ik nodig de heer Vermeersch uit om de
eerste tussenkomst te houden, als grootste oppositiefractie.
02.01 Wouter Vermeersch (VB): Collega’s, mijnheer de voorzitter, goedemiddag. Het amateurisme van deze meerderheid is ongezien en tegelijk bijzonder pijnlijk. Het is een regelrechte schande, collega's, dat een coalitie er niet in slaagt om voor de bespreking van de dramatische begroting van dit land om 10.00 uur op woensdagochtend een meerderheid op de been te brengen.
De wittebroodsweken van deze regering-De Wever zijn voorbij en hoe. De illusie van verandering is vervlogen. Wat begon met grote woorden over een zakelijke en zuinige regering is inmiddels verworden tot een pijnlijk déjà vu: geruzie tussen partijvoorzitters, veel gebakken lucht in plaats van hervormingen en een begroting die faalt op alle fronten. Het zogenaamde paasakkoord was nog niet koud of het gekrakeel binnen de regering barstte opnieuw los: van onhaalbare NAVO-doelstellingen over een meerwaardebelasting vol ingewikkelde bijsturingen, uitzonderingen en ronduit lachwekkende familiale berekeningen in de vierde graad tot nieuwe alarmkreten over het begrotingstekort.
Premier De Wever, u droomde voor de verkiezingen hardop van een budgettaire renaissance, van het huis op orde zetten en van confederalisme of niets. We kregen echter een heruitgave van Vivaldi, collega's. Mijnheer De Wever, u hebt de plaat van Vivaldi niet afgezet. De plaat blijft draaien. We hebben een begroting die niet enkel slecht is, maar zelfs nog slechter oogt dan die van de verdaagde regering-De Croo. Men moet het maar presteren, collega’s. De realiteit is duidelijk, deze regering-De Wever is niet het keerpunt, maar de voortzetting van het Belgische malgoverno dat Vlaanderen en de Vlamingen al decennia in de problemen stort.
De begroting is een kaartenhuis. De Europese Commissie, het IMF, de OESO, de Nationale Bank, het Planbureau, allemaal trekken ze aan de alarmbel. Volgens het Rekenhof zijn er grote hiaten in de meerjarenplanning. Dat is ambtenarentaal voor ‘het plan klopt langs geen kanten’. In plaats van structurele oplossingen zien we dezelfde oude recepten: overdreven groeiramingen, terugverdieneffecten uit sprookjesboeken en een reeks eenmalige maatregelen die structureel niets oplossen.
Collega’s, het tekort loopt verder op. Dat gebeurt in tijden waarin de economie het nog behoorlijk doet. Laat het ons duidelijk stellen, de huidige regering beschikt over geen enkele buffer, geen geloofwaardig meerjarenplan en geen grondige aanpak. Bij de eerste economische schok dondert het kaartenhuis gewoon in elkaar.
De kredietbeoordelaars hebben dat al door. De zogenaamde ratingagentschappen zijn de kanaries in de koolmijn. Fitch heeft voor het eerst sinds 2016 de kredietwaardigheid van dit land verlaagd. Standard & Poor’s volgt met een verlaging en negatieve vooruitzichten voor Brussel. Dat betekent duurdere leningen, hogere rentelasten en dus nog minder marge voor echt beleid.
Wie de cijfers bekijkt en de analyses leest van begrotingsexperten, kan niet anders dan besluiten dat het beleid van de huidige regering ruimschoots onvoldoende is. De zogenaamd grote sanering van de regering-De Wever staat al na vier maanden op de helling. De begrotingsbeloftes botsen keihard op de Belgische realiteit. Dit is niet de grote hervormingsregering die ons werd beloofd. Dit is op zijn best een doorsnee Belgische regering en op zijn slechtst een voortzetting van de teleurgang onder de regering-De Croo, maar dan met andere gezichten.
Laten we het eens hebben over het parcours van de eerste minister zelf. Wat is er geworden van de grote Vlaamse hoop, Bart De Wever? Wat is er geworden van de man die voor de verkiezingen het Belgische moeras verafschuwde, maar er nu lustig in zwemt, of beter gezegd, er verder in ploetert? Wat De Wever aan de kiezer beloofde, was meer Vlaanderen. Wat hij levert, is meer België.
Bart De Wever heeft zich in de campagne verkocht als de grote redder van de Vlaamse zaak en als een soort budgettaire superman die het Belgische niveau zou rechttrekken en meer Vlaanderen zou brengen. Wat krijgen wij echter in de plaats in 2025 en in de voorliggende begroting? Wij krijgen meer belastingen, meer geld voor immigratie en meer Belgische stilstand.
Hij wordt graag neergezet als de man van de daadkracht, maar met de huidige regering zien we vooral één daad, namelijk het verloochenen van zowat elke verkiezingsbelofte die hij ooit deed. Waar Verhofstadt, Leterme en De Croo daar enkele jaren voor nodig hadden, klaart Bart De Wever dat in amper 140 dagen: Vlaamse beloftes overboord, begroting ontspoord en geloofwaardigheid gekelderd.
Want, collega's, wat krijgen we met deze regering? Geen begroting op orde, geen kentering op het vlak van migratie en veiligheid, maar wel nieuwe belastingen, nieuwe asielcentra en nieuwe schulden. De Bart De Wever van voor de verkiezingen zou werkelijk brandhout gemaakt hebben van de Bart De Wever van na de verkiezingen.
Dan vraagt een miljoen bedrogen N-VA-kiezers zich natuurlijk af: wat doet de N-VA eigenlijk in deze regering? Wat is de meerwaarde van de N-VA in een Belgische regering? Samen met een miljoen genegeerde Vlaams Belangkiezers kunnen ze alleen maar vaststellen dat hun stem geruild werd tegen enkele Belgische ministerposten en een premierschap. Dit is de regering van de gebroken beloftes en Bart De Wever is daarvan het levende uithangbord.
Collega, laten we ook even stilstaan bij de uitgaven voor defensie. De regering-De Wever geeft zichzelf een schouderklopje omdat ze eindelijk de NAVO-norm van 2 % zou halen, maar ze zwijgt zedig over waaraan die miljarden zullen worden besteed en hoe ze gefinancierd zullen worden.
Volgens de Europese Commissie zullen de defensie-uitgaven van dit land trouwens niet stijgen van 1,3 % naar 2 %, maar slechts naar 1,7 %, waardoor wij ook dit jaar de NAVO-norm niet zullen halen.
Mijnheer de minister, u maakte er een paar weken geleden nog een punt van dat de extra lasten voor Defensie niet mochten worden doorgeschoven. Maar uw regering doet dat nu dus wel. De discussie over de financiering wordt uitgesteld en boekhoudkundige trucs worden toegepast. Uw regering grijpt daarbij naar camouflagetechnieken. Bestaande uitgaven worden in een militair jasje gestoken om ze te doen lijken op defensie-uitgaven. Het felbevochten paasakkoord bracht zogenaamd 21 miljard euro op tafel voor Defensie, maar geen mens weet waar dat geld vandaan moet komen. Geen structurele financiering, geen duidelijk plan, enkel wat verdampte Belfiusdividenden en bevroren Russische tegoeden, die ondertussen al uitgedeeld zijn.
Laten we eerlijk zijn, er is nog steeds geen flauw idee hoe de structurele financiering van de miljardeninvesteringen in personeel, infrastructuur en materiaal werkelijk zal verlopen. Theo Francken roept iets, maar niemand legt cash op tafel.
Mijnheer de eerste minister, vorig weekend struikelden de partijvoorzitters van uw regering over elkaar heen om de nieuwe NAVO-norm van 5 % te torpederen. De heer Sammy Mahdi noemde die norm krankzinnig. De heer Conner Rousseau vond ze belachelijk. Mijnheer Bouchez, u sprak van collectieve hysterie en noemde ze stupide. Minister Van Peteghem, u zei het zoals het is: er is geen budgettaire ruimte meer voor hogere defensie-uitgaven.
Wat bleek gisteren echter in de commissie? Dat was allemaal voor de galerij, dat was allemaal voor de show. Het kernkabinet sprak al voor het weekend af om zich gedwee neer te leggen bij die 5 %. Die verklaringen in de media waren dus allemaal om te lachen. Wie neemt die partijvoorzitters van de regering-De Wever eigenlijk nog ernstig, collega’s?
Dit is geen ernstig beleid, dit is het script van een slechte oorlogsfilm, over een regering die oorlog voert over zowat elk budgettair dossier, maar wel het defensiebudget richting 5 % wil duwen zonder één euro structureel te voorzien. Als dat de manier is waarop België zich wil voorbereiden op de uitdagingen van de toekomst, dan kunnen we maar beter schuilen, niet voor de bommen, maar voor de begrotingsimplosie.
De Belgische regering van De Wever zal zich trouwens overigens ook verzetten tegen het stappenplan om incrementeel tot die 5 % te komen. Collega's, dat betekent dat de bijkomende factuur gewoon wordt doorgeschoven naar de volgende regering. Deze regering lijkt daarin geheel op alle typische Belgische regeringen.
Mijnheer de minister, ik heb daarbij nog een heel duidelijke vraag voor u. Komt er deze regeerperiode nog een verhoging van de defensie-uitgaven boven op de 2 % van het bbp? Kunt u duidelijkheid scheppen of er boven op die 21 miljard die nu al in de begroting staat en die nu voorzien is, al dan niet nog extra miljarden zullen bijkomen deze legislatuur?
Collega’s, laat ons even kijken naar de naakte cijfers, naar het overheidstekort en de staatsschuld. Tegen het einde van deze regeerperiode zal dit land het grootste tekort van alle industrielanden kennen en zal de overheidsschuld het sterkst stijgen van alle industrielanden. Zelfs Griekenland – jawel, Griekenland – doet het intussen beter. Niet alleen binnen de Europese Unie, maar wereldwijd bengelt België onderaan. Wij zijn het nieuwe Griekenland, maar dan zonder het mooie weer, hoewel we vandaag ook Griekse temperaturen kennen.
Tegen het einde van deze regeerperiode verdubbelen we op eigen houtje de Maastrichtnorm. Wat zegt de premier dan? Dat er tien jaar nodig is om de begroting op orde te krijgen. Tien jaar, blijkbaar eerst vijf jaar om de begroting nog verder om zeep te helpen en dan nog eens vijf jaar om te herstellen wat al bij de vorige verkiezingen werd beloofd. Een Belgische klassieker van de politiek: beloven, verknoeien en doorschuiven naar de volgende generaties.
Wat betreft de overheidsuitgaven, in 2024 bedroegen die al een hallucinante 55 % van het bbp, op twee na de hoogste van alle industrielanden. Als we niet ingrijpen, zijn we binnen enkele jaren goed op weg naar 65 % van het bbp, een cijfer waarmee we zelfs Frankrijk voorbijsteken. Dan zijn we kampioen verspilling ten koste van onze kinderen en kleinkinderen.
Wat krijgen we daar allemaal voor terug? Een economie die stagneert. De Europese Commissie voorspelt een groei van amper 0,8 %, minder dan het gemiddelde van de eurozone, omdat deze regering vasthoudt aan de peperdure dogma's van de Green Deal en het ETS-systeem. Dat zijn twee ideologische projecten die vooral de facturen verhogen, de energieprijzen opdrijven en onze concurrentiekracht verder aantasten, met als resultaat meer inflatie, minder koopkracht en minder groei.
De kerncijfers samengevat: meer tekorten, meer schulden, meer uitgaven en minder groei. Dit land loopt richting een ravijn, met Griekenland als gids en Venezuela als eindbestemming. Mijnheer de minister, ik heb nog een vraag bij deze kerncijfers. In het regeerakkoord staat dat uw regering tegen 2030 op het niveau van entiteit 1 een tekort wil onder de 3 %. U houdt vooralsnog als enige in uw regering vast aan die doelstelling. De rest van de regering, ook de premier, heeft die doelstelling al na 140 dagen verlaten. In de commissie voor Financiën en Begroting zei u het volgende: "Het ligt niet in mijn aard om de ambitie uit het regeerakkoord enkele maanden na aantreden al te verlagen".
Ook inzake de werkzaamheidsgraad lijkt u de realiteit niet te erkennen. De regering mikt op een werkzaamheidsgraad van 78 % in 2029, het einde van de legislatuur. U zei zelf in de commissie voor Financiën en Begroting dat dit doel realiseerbaar is, al zullen er wel inspanningen nodig zijn. U voegde eraan toe dat er bij elke begrotingscontrole een kritische evaluatie zou gebeuren. Volgens de laatste cijfers van het Federaal Planbureau zal de werkzaamheidsgraad in 2030 echter slechts 74,7 % bedragen. Dat is lang geen 78 %, mijnheer de minister. Mijn vraag is dan ook duidelijk: houdt u als zowat de enige in uw regering vast aan een tekort van 3 % voor de federale overheid en een werkzaamheidsgraad van 78 % voor de gezamenlijke overheid?
Welke inspanning levert deze regering nu in de begroting voor 2025, collega's? De begroting die hier vandaag voorligt, bevat slechts 264 miljoen euro aan netto-inspanningen op een tekort van vele tientallen miljarden euro's. Dat is budgettaire cosmetica.
Volgens het Federaal Planbureau, het Monitoringcomité en de Nationale Bank zijn de inspanningen van deze regering volstrekt onvoldoende. De regering belooft een tekort van 3 % in 2030, maar de federale overheid alleen al haalt een tekort van 3,5 % zonder defensie. Met defensie is het zelfs nog erger. Daarbij zijn Wallonië en Brussel nog niet meegerekend. U denkt toch niet dat zij tegen dan een begrotingsoverschot zullen realiseren? Met de beslissingen die tot nu toe zijn genomen, zijn de doelstellingen van deze regering en dus van het regeerakkoord volkomen onhaalbaar.
Het gaat dus zoals het altijd gaat in België: er komen geen besparingen, maar wel nieuwe belastingen. Ook dat is een Belgische klassieker. Elke nieuwe regering komt met nieuwe en meer belastingen: een verhoging van de vliegtaks hier, een meerwaardebelasting daar en wat extra lasten op huurinkomsten erbij. Alles en iedereen wordt geviseerd, behalve het probleem zelf. We zien een almaar verder aanzwellende overheid, zonder focus en zonder rem. Wie draait daar uiteindelijk voor op? Juist, de gewone Vlaming die werkt, spaart, onderneemt en een beetje vooruit probeert te komen in het leven.
Ik ben blij dat u hier aanwezig bent, mijnheer Jambon. De omstreden Jambontaks, de meerwaardebelasting, zou volgens de communicatie van deze regering alleen de grootste vermogens treffen. Collega's, dat is echter een leugen. Ook de gewone belegger, die wat spaart voor later, evenals de jongeren die heel vroeg investeren in aandelen of cryptomunten, worden mee in het bad getrokken. De discussie over de pensioenspaarders bewijst hoe snel men bij de middenklasse terechtkomt.
Minister Van Peteghem gaf inmiddels toe dat de meerwaardebelasting de eerste jaren meer geld kan kosten dan ze opbrengt. Toch voert men die belasting in, omdat deze regering te laf is om werkelijk te besparen en omdat zij er de voorkeur aan geeft de Vlaamse middenklasse uit te persen in plaats van het Waalse potverteren aan te pakken. Cd&v blaast daarover koud en warm tegelijk.
Voor de minister van Begroting moet de Jambontaks er komen zonder uitstel, zonder uitzonderingen en zonder vrijstellingen. Het betreft met andere woorden een platte begrotingsmaatregel. Anderzijds pleit de partijvoorzitter van cd&v voor een vrijstelling voor de onderwijzer, de goede huisvader die voor zijn dochtertje elke maand iets opzijzet. Beste leden van cd&v, wat is het nu? Kunnen we eindelijk klare wijn schenken?
Collega’s, dit is geen coherente fiscaliteit en dit zijn geen eerlijke belastingen. Dit is politiek broddelwerk dat het vertrouwen ondermijnt van zij die dit land rechthouden: de werkende mensen, de ondernemers, de mensen die sparen en investeren. Dat alles gebeurt onder leiding van Jan Jambon van de N-VA, een partij die ooit Vlaamse zelfbeschikking predikte maar nu probeert de Belgische staatskas te spijzen. Terwijl Bart De Wever de Vlaming ooit de meest gepluimde kip noemde, staat hij nu zelf klaar met het slagersmes. De Vlamingen zullen een zeer hoge prijs betalen voor zijn premierschap.
Het Vlaams Belang zal zich met hand en tand verzetten tegen die geldzucht van de Belgische regering, tegen de zoveelste nieuwe belasting op kap van voornamelijk de Vlamingen. Maak u geen illusies: de meeste vermogens bevinden zich niet in Brussel, noch in Wallonië, maar wel in Vlaanderen. Dit is een communautaire maatregel. De heer Bouchez heeft dat trouwens al met zoveel woorden toegegeven in de Vlaamse pers.
Inzake Asiel en Migratie zou de regering-De Wever het strengste migratiebeleid ooit voeren. Dat is natuurlijk niet moeilijk, aangezien men komt van het meest lakse beleid ooit. In werkelijk blijkt echter dat u het duurste asielbeleid ooit voert. Dat is geen oppositiepraat, het werd bevestigd door het Rekenhof zelf. Het gaat om 1,1 miljard euro, geld dat beter besteed kon worden aan onze eigen mensen, aan pensioenen, aan zorg, aan de ondersteuning van onze Vlaamse gezinnen. Asielzoekers krijgen hier meer dan een gepensioneerde die een leven lang heeft bijgedragen. Dat is niet sociaal, dat is ronduit wraakroepend.
Wij zeggen het klaar en duidelijk: minder instroom, meer uitstroom. Verstreng de toegang tot de sociale zekerheid, investeer in terugkeer en stop de financiering van de massamigratie. We horen hier vaak dat de federale overheid een budgettair doorgeefluik geworden is en dat klopt ook. Het klopt echter niet dat er geen vlees meer aan het bot zou zitten. Er zit nog genoeg vet aan het federale karkas, alleen heerst er wat vetschaamte. Dat is een modern woord. Er heerst een taboe om bepaalde excessen, overmaat en overdaad te bespreken en te benoemen, laat staan om erin te snijden.
Daarom hebben wij een batterij aan amendementen ingediend. Wij leggen 5 miljard euro op tafel, geen eenmalige maatregelen zoals deze regering, maar wel recurrente, jaarlijkse maatregelen. Wij schrappen nutteloze uitgaven en durven taboes doorbreken. Een greep uit onze voorstellen: een aparte sociale zekerheid voor nieuwkomers, zoals in Oostenrijk en Denemarken, begroot door het Planbureau op 1,5 miljard euro; eindelijk een korting bedingen op onze miljardenbijdrage aan de Europese Unie, net zoals heel wat andere Europese landen het ons hebben voorgedaan; een forse besparing op het asielbudget van minstens 1 miljard euro, aangezien de noden en prioriteiten nu meer dan ooit bij onze eigen mensen moeten liggen; een inperking van de ontwikkelingssamenwerking en de klimaatfinanciering, waarmee er 820 miljoen euro bespaard kan worden. Ook op de politieke structuren van dit land kan fors bespaard worden: de Senaat, de dotaties, de kabinetten, het koningshuis, Beliris, Unia en ik kan zo nog een tijdje doorgaan. Wij besparen op België, niet op onze eigen mensen.
Als u dat niet doet, mijnheer de premier, dan weet u wat er uiteindelijk komt. U klopte zich fier en stoer op de borst dat u zou handelen als het IMF wanneer Brussel aan uw deur komt kloppen. U moet echter natuurlijk goed opletten dat het IMF op een bepaald moment niet aan de deur van uw ambtswoning komt aankloppen. De gouverneur van de Nationale Bank, Pierre Wunsch, waarschuwde er al voor: als er morgen een nieuwe crisis komt – en die komt er vroeg of laat – dan is België het eerste schip van de Europese vloot dat kapseist. Dit land heeft geen enkele buffer meer. Eén enkele schok, één crisis en we komen, net als in 2011, opnieuw in het vizier van de financiële markten. Dan volgt een brutaal saneringsbeleid. Wie zal dan bloeden? Precies, collega's, dat zijn de zwaksten in onze samenleving: gepensioneerden, mensen in armoede, kleine spaarders.
Als de Belgische rekeningen niet kloppen, dan wordt het Vlaamse spaargeld geplunderd, mijnheer Jambon. Denk maar aan uw Jambontaks, de meerwaardebelasting. Dat is een platte begrotingsmaatregel op de kap van vooral de Vlamingen.
Collega’s, we staan vandaag op een kruispunt, niet alleen begroting-technisch, maar ook fundamenteel politiek. Wat de regering onder leiding van Bart De Wever tot nu toe heeft geleverd, is niet het project waarvoor de Vlamingen hebben gestemd. Het is een heruitgave van de regeringen-Verhofstadt, -Di Rupo of -De Croo, regeringen van beloftebrekers, communautaire lafaards en fiscale knevelaars. De harde waarheid is deze: Vlamingen betalen meer en krijgen minder terug dan ooit tevoren; de begroting staat vol luchtkastelen en terugverdieneffecten uit dromenland, de meerwaardebelasting treft niet de superrijken, maar de hardwerkende middenklasse en de Vlaamse koopkracht zakt alsmaar dieper weg in het Belgische moeras. Het federale niveau is terminaal, Wallonië is palliatief, Brussel verkeert in staat van ontbinding en Vlaanderen, het kloppend hart van dit land, wordt met elke afgedragen euro verder gewurgd.
De enige uitweg is duidelijk: meer Vlaamse bevoegdheden, meer Vlaamse fiscale autonomie en meer responsabilisering. De Vlamingen mogen niet langer opdraaien voor het wanbeleid op het federale niveau, in Brussel en in Wallonië. Een boedelscheiding is geen ideologische droom, maar een budgettaire noodzaak.
Collega’s, wij van
het Vlaams Belang zullen de begroting niet goedkeuren. Wij zullen de regering
van Bart De Wever niet legitimeren. Wij slikken de afrekening met de Vlaamse
kiezer niet. Vlaanderen is geen bankautomaat. Vlaanderen is een natie. Het is
tijd dat we ons financieel lot in eigen handen nemen. Wij blijven pleiten voor
een begroting ten dienste van onze mensen: lagere belastingen en betere
pensioenen door meer Vlaamse bevoegdheden en een radicale besparing op het
Belgisch systeem en de migratie-industrie.
Vlaams geld in
Vlaamse handen, niet morgen, maar vandaag. De regering kan blijven doen alsof
alles onder controle is, maar wij weten wel beter. En de Vlaming weet dat ook.
Die Vlaming verdient veel beter dan de regering onder leiding van Bart De
Wever.
02.02 Oskar Seuntjens (Vooruit): Voorzitter, ik wou eigenlijk niet onderbreken, maar dat soort campagnepraatjes is exact waarom mensen de politiek beu zijn. (Protest) Sorry, ik heb hier geen lessen te krijgen.
Er is geen enkele partij, mijnheer Vermeersch, die zo hypocriet is als het Vlaams Belang. Er is een verschil tussen wat u zegt op sociale media, waar u veel geld tegenaan gooit, en wat u doet. Ik heb u hier geen seconde bezig gehoord over hetgeen waar de gewone mens wakker van ligt. U vertelt alleen maar campagnepraatjes, u bent alleen maar bezig met het beschermen van uw rijke vriendjes.
Het contrast met de regering met Vooruit kan niet groter zijn. Wij zullen investeren in mensen, in de zorg en die veiligstellen voor toekomstige generaties. Ik hoop echt – dit is moeilijk voor het Vlaams Belang - dat u de volgende keer eerlijk zult zijn, in plaats van die campagnepraatjes te verkopen. Mensen zijn ze kots- en kotsbeu.
02.03 Wouter Vermeersch (VB): De mensen worden de politiek beu door partijen en regeringen zoals de uwe. Als de regering op een woensdagochtend om tien uur de parlementsleden van de meerderheid niet kan optrommelen, dan verliest de politiek volledig haar geloofwaardigheid.
Ik zal nog meer zeggen. U kent de thema’s van de vorige verkiezingen. De belangrijkste thema’s waren koopkracht en migratie. Mijn partij heeft hier vandaag 5 miljard euro aan concrete maatregelen op tafel gelegd die de migratieproblemen aanpakken en die de koopkracht van de Vlamingen versterken. Wij hebben wel degelijk een alternatief en wij zullen alternatieven blijven voorstellen.
02.04 Oskar Seuntjens (Vooruit): Ik vraag me af of u het zelf niet zielig begint te vinden. De pers schrijft het al langer: het Vlaams Belang bakt er niets van in de oppositie. U bewijst het hier vandaag exact opnieuw. Ik heb u geen seconde horen praten over hetgeen waar de gewone mens van wakker ligt. U bent zogezegd de partij van de koopkracht, maar u stemt in het Europees Parlement tegen de verhoging van de minimumlonen. De huidige regering met Vooruit heeft precies het tegenovergestelde gedaan.
Ik hoop dat u ooit uw verantwoordelijkheid kunt nemen. Overal waar extreemrechts mee aan de macht komt, loopt het weg, net zoals Geert Wilders in Nederland. De regering neemt wél haar verantwoordelijkheid op en u bent daar stikjaloers op.
De voorzitter: Dan geef ik nu het woord aan de heer Vandeput.
02.05 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de eerste minister, mijnheer de minister van Begroting, mijnheer de minister van Financiën, geachte collega’s, "Dit land staat voor grote uitdagingen. Onze budgettaire toestand is zorgwekkend. De belastingdruk op werkende mensen is hoog. De concurrentiekracht van onze ondernemingen staat onder druk. We krijgen te weinig mensen aan het werk, terwijl de vacaturegraad in geen enkel ander Europees land zo hoog is als hier. Door demografische ontwikkelingen komt de betaalbaarheid van onze zorg en onze pensioenen in gevaar. We hebben onvoldoende controle over de migratiestromen naar ons land. Onze veiligheidsdiensten zijn ondergefinancierd. Er heerst onzekerheid over de energiebevoorrading en ons land functioneert institutioneel allesbehalve efficiënt".
Dat zijn niet mijn woorden. Dat is de eerste alinea van het regeerakkoord. Dat waren de vaststellingen op dat moment. Voor het eerst in zestien jaar is er een regering aangetreden die democratische steun in de beide landsdelen geniet, een regering die de ambitie heeft om dat brede draagvlak te benutten en de vele uitdagingen waarvoor we staan, doortastender dan ooit aan te pakken. Dat is de inzet van ons debat vandaag. Dat is de inzet van de eerste begroting voor de tweede helft van 2025.
Sta mij toe even stil te staan bij de grootste kritiek van onze partij tijdens de vorige legislatuur, namelijk het ontbreken van hervormingen. Bij elke begrotingsopmaak en begrotingsaanpassing werden meer uitgaven gebudgetteerd, meestal in de vorm van crisismaatregelen. Dat zal af en toe nodig geweest zijn, maar men liet zelden na om er telkens opnieuw een schepje bovenop te doen. Het echte probleem is echter dat er op geen enkele manier werd nagedacht over hoe die uitgaven structureel konden worden gecompenseerd en hoe men via hervormingen het budget op zijn minst onder controle had kunnen houden.
De crisissen van toen zijn er vandaag nog steeds, collega's. Er is nog altijd oorlog in Oekraïne. Het Midden-Oosten ontploft. Er dreigt een handelsoorlog. De crisisaanpak van onze regering gaat echter gepaard met structurele hervormingen, die een impact op de lange termijn zullen hebben. De regering zal op alle werven werk maken van hervormingen: hervormingen in de pensioenen, hervormingen in de arbeidsmarkt, hervormingen in asiel en migratie, hervormingen in de fiscaliteit en ja, tegen het einde van de legislatuur ook een tax cut voor wie werkt.
Worden die hervormingen vandaag al weerspiegeld in de cijfers? Voorlopig nog niet helemaal. Dat geven we toe. De begroting geldt immers maar voor de tweede helft van dit jaar en structurele maatregelen hebben nu eenmaal tijd nodig om hun impact te laten voelen. Neem het echter van mij aan, het werk zal niet gedaan zijn, het zal er de komende jaren en wellicht zelfs de komende decennia nog zijn.
Er is een ambitieus plan voorgelegd aan Europa, waarbij het tekort, collega's, wel degelijk richting de 3 % zal evolueren. Deze regering heeft tijdens de voorgaande besprekingen ook meermaals de uitdrukkelijke ambitie uitgesproken om zich daaraan effectief te houden. Niet enkel de federale regering heeft dat gedaan, maar ook de deelstaten. Europa heeft dat aanvaard. Europa heeft ons het zevenjarige traject gegund.
Zal er moeten worden bijgestuurd? Uiteraard. Elke regering krijgt te maken met onverwachte gebeurtenissen. De geopolitieke instabiliteit, gecombineerd met de mogelijke handelsoorlog, zorgt voor heel veel onzekerheid in onze macro-economische vooruitzichten en op de financiële markten. De regering is daarvoor niet blind en zal daarmee rekening houden, dag na dag, week na week.
Telkens opnieuw zullen ook de begrotingsdoelstellingen in het vizier blijven. De realiteit blijft immers dat we vandaag moeten ingrijpen om onze financiën terug houdbaar te krijgen. Dat niet doen zou betekenen dat we het doorschuiven naar toekomstige generaties en dat we onze welvaart op het spel zetten. Daarom is het goed, collega's, dat deze regering haar verantwoordelijkheid neemt en moeilijke keuzes durft te maken.
Er is nog een lange weg af te leggen, maar de plannen zijn alvast veelbelovend. Een totale inspanning van 42 miljard is ongezien. Collega Ronse zou het 'historisch' noemen. De verschillende instellingen die hun licht lieten schijnen op de begroting bevestigen dat de primaire uitgaven de komende jaren zullen dalen. Dat zijn belangrijke stappen in de goede richting.
Hoe zwaar al die maatregelen zullen doorwegen, valt voor een groot deel nog af te wachten. Veel zal inderdaad afhangen van de snelheid waarmee we erin slagen die hervorming door te voeren en in welke mate we de economische groei beter kunnen laten evolueren dan wat vandaag vaak wordt voorzien. We vertrouwen er echter op dat de regering de begroting ernstig zal blijven nemen en dat daarmee de overheidsfinanciën ook op lange termijn opnieuw houdbaar worden.
Collega’s, ik kom nu even terug op de bevindingen van de verschillende instellingen die onze cijfers tegen het licht hebben gehouden. In die bevindingen loopt een duidelijke rode draad, namelijk dat er vragen bestaan over de mate waarin de maatregelen daadwerkelijk effecten zullen teweegbrengen. Geen enkele instelling – ook Europa niet, noch het Rekenhof, de Nationale Bank of het Planbureau – trekt in twijfel dat hier hele sterke maatregelen genomen worden, dat er structurele vooruitgang zal zijn en dat het primaire saldo moet dalen. Geen enkele instelling heeft dat in haar rapport vermeld. Integendeel, men stelt vast dat het om goede stappen gaat. De enige vraag die overblijft, is of ze voldoende zullen zijn.
Collega’s, het Planbureau schat het tekort voor entiteit I lager in dan het Monitoringcomité dat eerder dit jaar deed bij ongewijzigd beleid. Voor 2025-2026 ligt de voorspelling van het Planbureau volledig in lijn met wat in de meerjarenbegroting staat. Voor deze legislatuur – dat is een belofte van deze regering – houdt men zich aan het engagement om de neergang te stabiliseren.
Een nieuwe echte opgang zou er maar komen na 2029. Daarvoor zullen inderdaad extra inspanningen nodig zijn. Het gaat er dus om de stijging van de tekorten een halt toe te roepen. Dat is de eerste belofte van Arizona en die zal ook worden waargemaakt.
Laat mij het even hebben over de maatregelen. Zoals ik al eerder heb aangegeven, hoeft een begroting geen fetisj te zijn. Een begroting is essentieel om beleid te kunnen voeren.
Ook beleid zit vervat in de voorliggende meerjarenbegroting, met name een totaal nieuw beleid voor een bedrag van 34,2 miljard euro. Ik som het toch even voor u op: 21 miljard euro voor Defensie, 7,8 miljard euro voor fiscale hervormingen, 1,3 miljard euro voor de veiligheidsdiensten, 1,5 miljard euro voor de ondersteuning van lokale besturen en 2,6 miljard euro voor technische correcties en andere maatregelen. Het totaalbeleid bedraagt dus 34,2 miljard euro. Niettemin slaagt de huidige regering erin het saldo met 42 miljard euro te verbeteren over diezelfde periode.
Ik geef toe dat er nog werk aan de winkel is om de structurele financiering van de defensie-inspanningen waar te maken. Ook daar heb ik er echter vertrouwen in dat de oplossingen zullen worden gevonden.
Eén zaak is duidelijk. In tegenstelling tot het verleden worden de beleidsmaatregelen die Arizona treft, gefinancierd. Tegenover elke nieuwe noodzakelijke beleidsmaatregel staan hervormingen die de maatregelen mogelijk maken, financieren en tegelijkertijd het begrotingsresultaat in de juiste richting duwen. Er wordt meer dan 42 miljard euro in de juiste richting geduwd. Dat is ongezien.
Ik kan nog veel dieper ingaan op de bijdragen van de verschillende instellingen, ook op de bijdragen van het Rekenhof. Ik herinner mij echter vooral dat het Rekenhof in het gesprek opmerkingen bij drie elementen had, namelijk, ten eerste, het ontbreken van een zicht op de totale overheidsfinanciering; ten tweede, de betrouwbaarheid van een meerjarenbegroting en, ten derde, de terugverdieneffecten, die volgens het Rekenhof te zwaar wegen of zelfs beter helemaal niet zouden worden opgenomen in een begroting.
Voor dat laatste punt wil ik u toch wijzen op een opmerking van een van de meer verlichte geesten van de oppositie, die terecht het volgende opmerkte: als geen effect mag worden verwacht van de maatregelen die worden getroffen, waarom zou men ze dan treffen?
Collega's, ik herhaal, ten eerste, dat alle instellingen terecht aangeven dat de primaire uitgaven wel degelijk zullen dalen. Dat is een trendbreuk met het verleden. Ten tweede, alle instellingen benoemen de positieve impact die moet komen van de geplande hervormingen. Ten derde, alle instellingen geen ook aan dat we in economisch onzekere tijden voorzichtig moeten zijn, en dat een continue monitoring aangewezen zal zijn.
Collega's, ik sluit mijn betoog af. Met deze eerste begroting, die geldt voor de tweede helft van 2025, wordt meteen ook een doorkijk voor de toekomst gegeven. Zal het genoeg zijn? Hoogstwaarschijnlijk niet, maar ik heb uit de voorgaande besprekingen alvast heel goed begrepen dat de regering zich daarvan zeer goed bewust is en dat ze zich vandaag al engageert om continu te monitoren en bij te sturen.
Zoals gezegd, een begroting die eindelijk de juiste richting uitgaat, is geen doel op zich. Een gezonde financiële toestand is een middel en is noodzakelijk om antwoorden te bieden op de maatschappelijke uitdagingen waar we voor staan: onze concurrentiekracht, onze koopkracht, onze sociale zekerheid, onze veiligheid en de lastendruk op de werkende mensen.
Mijnheer de eerste minister, geachte leden van de regering, het aanpakken van die maatschappelijke uitdagingen is de reden waarom mijn partij een paar maanden geleden mee in Arizona gestapt is. Dat is de reden waarom we morgen uw begroting volmondig zullen steunen. Voor Vlaanderen, voor welvaart.
De voorzitter: Mijnheer Vandeput, enkele collega's wensen te interveniëren.
02.06 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer Vandeput, ik heb aandachtig geluisterd en uw uiteenzetting was niet veel anders dan gewoonlijk, het was het bekende riedeltje. Al jaren zegt uw partij dat er geen geld is, geen geld voor de pensioenen, geen geld voor onze openbare diensten, geen geld voor onze sociale voorzieningen. Want het begrotingstekort moet omlaag en de rekeningen moeten op orde. Dat was uw belofte; ik heb dat zelfs uitgeprint bij. U wilt de zaken op orde zetten.
Wat zien we nu echter? U hebt ons jarenlang voorgelogen. Jarenlang hebt u gelogen, want er is geld, niet voor de gewone mensen, maar voor de oorlog. Voor de oorlog vinden jullie ineens, in een vingerknip, in deze begroting, 4 miljard. U schaart zich zelfs achter de NAVO-norm om naar 3,5 % van het bruto binnenlands product te gaan, 10 miljard.
02.07 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Merckx, u zegt dat u van mij niets anders gehoord hebt dan vroeger. Wel, ik kan van u hetzelfde zeggen. Ik heb ook niets anders gehoord dan wat u al de hele tijd vertelt en mensen probeert wijs te maken.
Uiteraard doet deze regering, en doen wij, wat nodig is voor de gewone mensen. Niet voor niets is er specifiek een tax cut voorzien voor werkende mensen op het einde van deze periode. Niet voor niets worden er maatregelen genomen om meer mensen aan het werk te krijgen.
Met mensen aan het werk, winnen we immers drie keer. Ten eerste, we moeten geen uitkeringen meer betalen. Ten tweede, die mensen beginnen bij te dragen. Ten derde, en ik hoop dat we het daarover eens zijn, iemand die werk heeft, voelt zich beter. Dat zijn de zaken waarop deze regering inzet.
Als wij de pensioenen van de gewone mensen willen garanderen voor de toekomst, dan moeten wij vandaag ingrijpen, anders zal het niet meer lukken.
02.08 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer Vandeput, hoe komt het dat u miljarden geld vindt om in oorlog te investeren, maar geen geld om onze pensioenen te financieren? Al jaren hebt u ons voorgelogen. Nu zult u 10 miljard vinden voor de oorlog, maar weet u hoeveel de vergrijzingskosten bedragen tegen 2035? Minder dan 10 miljard, verdorie! Er is dus wel geld. Het zijn politieke keuzes, maar u gebruikt een en ander om de sociale zekerheid verder aan te vallen. Dat zullen wij niet laten gebeuren. We zullen volgende week, op 25 juni, opnieuw op straat komen. U hebt de rekeningen niet op orde gezet. Ook het Planbureau zegt dat heel duidelijk.
02.09 Christophe Lacroix (PS): Monsieur Vandeput, je vous ai entendu dire qu'il ne fallait pas laisser une facture aux générations futures. Pourtant, vous avez été ministre de la Défense sous le gouvernement MR-N-VA de Charles Michel. Je vais vous rappeler la facture que vous avez laissée aux autres gouvernements et en particulier aux contribuables. La Cour des comptes a montré que votre commande en matière de capacité motorisée pour l'armée terrestre, que vous aviez chiffrée à 1,5 milliard d'euros, est devenue un coût pour l'État belge – et donc pour la population – de 15 milliards d'euros. Vous avez commandé des F-35 aux États-Unis sans avoir de retours sociétaux et de retours socioéconomiques. Vous avez commandé une nouvelle frégate; il y en aura pour plus d'un milliard d'euros pour payer la nouvelle frégate. Vous avez commandé un nouveau quartier général à Evere, il faudra encore des moyens supplémentaires.
Bref, vous avez non seulement été un ministre incompétent lorsque vous avez géré votre département mais en plus, vous léguez à la population et donc aux générations actuelles le soin (...)
02.10 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Lacroix, u zit in het verkeerde debat. Ik dacht dat ik hier voor de begroting voor 2025 kwam en niet voor het strategisch plan voor Defensie van 2016. Als u die zaken toch allemaal wil aanhalen, dan zeg ik u dat ik enorm fier ben op elke stap de ik destijds als minister gezet heb. Ook uw mensen hebben Defensie gebruikt als melkkoe, want die mensen mogen niet betogen. Voor uw regeringen was het een melkkoe. Wij daarentegen hebben het neergaande budget van Defensie omgekeerd. We hebben geïnvesteerd in materieel en in onze mensen. Als we zien welke maatregelen deze regering moet nemen voor Defensie, dan ben (…)
02.11 Christophe Lacroix (PS): Monsieur Vandeput, je ne parle pas de la Défense, je parle essentiellement des factures dont vous êtes responsable depuis l'ancienne législature et que nous allons devoir payer aujourd'hui. Contrairement à ce que vous dites, vous avez désinvesti dans l'armée à hauteur de plus de 1,7 milliard. Il y avait des trous de gruyère dans cette armée, que la ministre Dedonder a dû reboucher.
Dans le rapport de la Cour des comptes sur la
capacité motorisée, il est écrit que vous avez mal calculé le marché public qui
nous coûte aujourd'hui 15 milliards. Il y avait de tels trous budgétaires
pour gérer les militaires que nous n'avions même plus de mécaniciens, parce que
vous aviez décidé d'externaliser à l'étranger. Au moment de la crise du covid
et de la crise de la guerre en Ukraine, les sociétés privées venant de
l'étranger ne pouvaient plus entretenir notre matériel militaire et, par votre
faute, nous n'avions plus de militaires dans les casernes pour le faire. C'est de l'irresponsabilité!
02.12 Alexia Bertrand (Open Vld): Mijnheer Vandeput, uw credo blijft ongewijzigd beleid. Waar haalt u die cijfers echter vandaan? Ik heb zopas nog het verslag van het Federaal Planbureau geraadpleegd. Daarin staat dat u in 2029 uitkomt op een tekort van 6,5 %. Bij ongewijzigd beleid zou in 2025 het tekort 3,6 % bedragen. Het tekort bedraagt echter 3,7 %. U doet het dus slechter dan het scenario bij ongewijzigd beleid. Uw keuzes maken het erger. Voor 2025 doet u geen inspanning: 264 miljoen, dat is peanuts, want het is nog geen 0,1 % van het bbp.
Het Planbureau en de gouverneur van de Nationale Bank zeggen dat die hervormingen amper impact zullen hebben op de meerjarenbegroting. We evolueren naar een tekort van 6,5 % en daarbij houdt men nog geen rekening met het feit dat Defensie helemaal niet gefinancierd is. Wat is dan dat ongewijzigd beleid? Waar haalt u uw cijfers vandaan, mijnheer Vandeput?
02.13 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Bertrand, ik haal mijn cijfers bij het Monitoringcomité. Dat heeft duidelijk aangegeven waar we precies staan. Voor onze bevoegdheid, entiteit 1, is er effectief sprake van een daling van het primair saldo ten opzichte van ongewijzigd beleid. Feiten zijn feiten, mevrouw Bertrand. Ik kan het juiste cijfer onmogelijk binnen een minuut terugvinden, maar ik bezorg het u straks graag, zonder probleem.
02.14 Alexia Bertrand (Open Vld): Juist, jammer genoeg. Zelfs die ballon is doorprikt door het Planbureau. Lees het allerlaatste rapport van het Planbureau, dat deze maand werd gepubliceerd. Daarin staat dat u eindigt met een tekort van 6,5 %. Dat is dan nog zonder rekening te houden met een bijkomend risico van een half miljard voor het RIZIV dat niet gefinancierd is, zonder rekening te houden met de nieuwe NAVO-norm, zonder rekening te houden met alle maatregelen die nog niet in wetgeving zijn omgezet. Zelfs het verhaal van ongewijzigd beleid houdt geen stand meer. Het Planbureau stelt dat u op een tekort van 6,5 % uitkomt. Uw regering maakt het tekort veel erger. U schuift de schulden door naar de volgende generatie.
02.15 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, ik heb zeer goed geluisterd. U hebt twee opmerkelijke dingen gezegd. U hebt om te beginnen gezegd dat de hervormingen niet helemaal worden gereflecteerd in de begroting. Dat is het understatement van de dag.
U zei echter ook dat de begroting gefinancierd is. Wat hebben we gezien bij het paasakkoord? U hebt toen gezegd dat die extra uitgaven voor defensie, 2 % van het bbp, al in 2025 zouden worden uitgevoerd. Het gaat over 3,9 miljard euro extra. Wat staat daar tegenover? Allemaal ongeloofwaardige cijfers. U gaat ervan uit dat de inkomsten uit bevroren Russische tegoeden, 1,1 à 1,2 miljard, blijven doorlopen tot 2029. De terugverdieneffecten zijn totaal ongeloofwaardig. U komt hier evenwel zeggen dat de begroting gefinancierd is.
Daarnaast is er nog een gat van 5 miljard dat niet dichtgereden werd. Mijnheer Vandeput, hoe gaat u die put vullen? Dat zou ik graag vernemen. Gaat u opnieuw snoeien in de sociale zekerheid, in de gezondheidszorg of kijkt u toch naar de grote vermogens?
02.16 Steven Vandeput (N-VA): Ik wil corrigeren wat u verkeerd hebt begrepen. Ik heb namelijk iets anders gezegd, mijnheer Van Hecke.
Allereerst heb ik gezegd dat de hervormingen of de effecten ervan niet kunnen reflecteren in een half jaar begroting voor 2025 als ze pas impact hebben op 1 januari 2026. Dat zou heel moeilijk zijn.
Ten tweede, wat het financieren van nieuw beleid betreft, heb ik inderdaad aangehaald dat voor elk onderdeel van het nieuw beleid financiering voorzien is. Daarbovenop leveren we voor 42 miljard aan inspanningen om onze begroting in de juiste richting te duwen. Ik heb in één zin vermeld dat er voor defensie effectief nog werk te verrichten is, maar ook daartoe heeft de regering zich geëngageerd en ook daarin geloof ik. Ik ben ervan overtuigd dat men op het gepaste moment de juiste maatregelen zal kunnen nemen.
02.17 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): U volhardt in de stelling dat de financiering voorzien is. Als we naar de cijfers kijken, is die financiering evenwel niet voorzien. In de tabel die werd opgemaakt, zien we een gat van 5 miljard als men kijkt naar het paasakkoord. U komt hier zeggen dat er in financiering is voorzien voor de extra uitgaven voor defensie tot 2 % van het bbp. We hebben het nog niet over 3,5 % of 5 %.
Waar gaat u die middelen halen? In het rekenkader staat duidelijk dat twee derde opnieuw uit de sociale zekerheid zal komen. U zult opnieuw het geld halen bij de verkeerde mensen. U zit in de verkeerde zakken.
Ik hoor u hier zeggen dat alles gefinancierd is en u doet mij eigenlijk denken aan de minister van Informatie van Irak in 2003. Die zei: ʺAmerikanen? Er zijn hier geen Amerikanen.ʺ Zo komt u over. U bent de Comical Ali van de N-VA aan het worden.
De voorzitter: Eén zaak staat buiten kijf: er zijn hier geen Amerikanen.
02.18 Annick Ponthier (VB): Mijnheer Vandeput, u staat bekend als een aimabel en positief ingestelde man, maar ik moet toch zeggen dat uw uitspraak van daarnet me daaraan doet twijfelen. U zei dat er wat het defensiebudget betreft nog werk aan de winkel is. U hebt er vertrouwen in dat deze regering de middelen in de toekomst zal vinden. Ik zal citeren wat de minister van Buitenlandse Zaken van uw regering zei, nog niet zo lang geleden: “We weten nog niet hoe we de extra 4 miljard door defensie-uitgaven voor dit jaar om de 2 %-norm te halen, – waar u zo groot mee uitpakt – zullen bereiken.”
Wat de komende jaren betreft, weten we dat die budgettering een lege doos is. Maar ook wat dit jaar betreft, stel ik u de vraag hoe u in de buurt van die 2 %-norm zult komen. Kunt u dat voor dit Parlement eens gedetailleerd uitleggen, want uw (…)
02.19 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Ponthier, sta me eerst toe te zeggen dat deze regering zich eindelijk geëngageerd heeft om naar die 2 % te streven, die in 2014 beloofd is. Daar ben ik zeer blij om. Ik verwijs naar hetgeen ik daarjuist gezegd heb in mijn inleiding en naar wat ik daarjuist aan de heer Van Hecke heb geantwoord. Er is immers nog werk aan de winkel om het laatste stuk voor Defensie dicht te rijden voor dit jaar. Ik ben er echter van overtuigd dat te gepasten tijde de regering met een antwoord daarop zal komen.
Er is binnenkort alweer een begrotingscontrole. We zullen wel zien wat daar uit de bus komt.
02.20 Annick Ponthier (VB): In een gewezen minister van Defensie, die toen op 0,9 % van het bbp zat – u moet het mij vergeven – stel ik niet veel vertrouwen als hij zegt dat deze regering de middelen zal vinden om structureel de 2 %-norm te halen. Zwijg dus stil over de 5 % die u nu vooropstelt. U volhardt in uw antwoord – en dat stelt me diep teleur – in nietszeggendheid. U geeft geen enkel detail over hoe u het structureel zult financieren. Ook niet voor dit jaar.
Ik stel alleen maar vast dat deze regering grote beloftes doet, grote verklaringen aflegt, zeker bij monde van uw minister van Defensie. Ik stel vast dat u veel plannen heeft, maar geen invulling van die plannen. Uw ongeloofwaardigheid is wat dat betreft dus compleet gemaakt.
02.21 Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, u hebt heel wat fantastische cijfers bovengehaald. Ergens daartussen zit er ook 8 miljard aan terugverdieneffecten verborgen. Het Rekenhof zegt dat u zichzelf daarmee rijk rekent. De berekeningen kloppen niet. Niet alleen het Rekenhof zegt dat, maar ook de Nationale Bank en de meerderheid van de economen zeggen dat die terugverdieneffecten luchtkastelen zijn.
Blijft u vandaag staan achter de bewering dat de terugverdieneffecten op het einde van de legislatuur 8 miljard zullen bedragen? Als dat zo is, hoe komt u aan dat bedrag op een manier dat ook economen dat zullen onderschrijven?
02.22 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Vanbesien, zoals u weet, hangt heel veel af van het feit of we de doelstelling met betrekking tot de tewerkstellingsgraad bereiken. We hebben hierover in de commissie een discussie gehad en we kunnen dat hier opnieuw doen, maar in de commissie hebben we ook besproken wat het betekent als iemand opnieuw aan het werk gaat.
Is dat, zoals dat al eeuwen wordt berekend, 30.000 euro, of is dat, zoals deze regering heeft gebudgetteerd, veel conservatiever? Deze regering gaat maar uit van 28.000 euro per bijkomende job op het einde van deze legislatuur. Trouwens, u mag die 263.000 waarvan het Planbureau melding maakt al eens beginnen uittellen.
Deze regering heeft een aantal voorzichtige aannames gedaan met betrekking tot bedragen, bijvoorbeeld per gecreëerde job. Die zaken zullen echter wel gerealiseerd moeten worden en het zal snel moeten gaan. Die maatregelen moeten worden genomen…
02.23 Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Ik dank u voor uw antwoord. Als we naar de laatste plannen kijken, komen we aan een tewerkstellingsgraad van 74 %, dus daarmee komt u er niet. Bovendien geven de rapporten ook aan dat uw berekeningsmethode de terugverdieneffecten per job fel overschat.
Die 8 miljard is dus een luchtkasteel. Het valt uit de lucht en het zal op het einde van de legislatuur een gat in de begroting slaan. Mij lijkt dat een beetje op een moderne versie van 'het gat in de begroting is er vanzelf gekomen, dus het zal ook vanzelf weer verdwijnen'.
02.24 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer Vandeput, in De Standaard uitte partijvoorzitter Bouchez van MR de ambitie om de belastingverlagingen sneller door te voeren. Hij heeft natuurlijk gelijk. Op de agenda staan tot nu toe enkel belastingverhogingen. Ik zie minister Jambon al nee schudden, dus u krijgt al instructies.
In de begroting 2025 staan meer belastingen. De programmawet staat ook bol van nieuwe belastingen: een verhoging van de vliegtaks, ook een meerwaardebelasting staat op het programma, net als extra lasten op huurinkomsten.
Mijn vraag is heel duidelijk: zal uw partij de vraag van de MR tot het naar voren halen van die belastingverlaging steunen? Vindt u uiteindelijk ook dat die belastingverlagingen sneller moeten worden doorgevoerd? Ik hoop op een heel duidelijk antwoord van u.
02.25 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Vermeersch, we zijn hier voor de begroting 2025, die is opgemaakt volgens het regeerakkoord. Ik sta 100 % achter dat regeerakkoord. Ik denk dat dat een heel duidelijk antwoord is.
02.26 Wouter Vermeersch (VB): Nee, dat is geen duidelijk antwoord. Wat zien we met deze regering? Meer en nieuwe belastingen zoals bij elke Belgische regering: een vliegtaks, een meerwaardebelasting, een Jambontaks en hogere lasten op huurinkomsten. De discussie rond het pensioensparen toont aan hoe snel die Jambontaks de middenklasse uiteindelijk kan raken. Een Vlaams gezin dat zijn spaargeld toont of eens op reis wil gaan met het vliegtuig, zal ook extra belast worden.
De Vlamingen zullen een heel hoge prijs betalen voor het premierschap en voor de regeringsdeelname van de N-VA. Er komen meer en nieuwe belastingen en dat is voor ons onaanvaardbaar.
02.27 Lode Vereeck (VB): Mijnheer de minister, of oud-minister, wanneer wij hier vanuit de oppositie vragen stellen over de periode 2026 tot 2029, antwoordt u dat het over de begroting van 2025 gaat. Als we vragen stellen over de begroting 2025, zegt u dat de maatregelen ingaan van 2026 tot 2029. U moet natuurlijk wel goed weten wat u wilt.
Ik wil het nu graag hebben over de cijfers van collega Bertrand. Het Planbureau zegt heel duidelijk dat er in 2029 met deze regering een tekort zal zijn 6,2 % van het bbp. Bij ongewijzigd beleid, dus vivaldibeleid, zou dat amper 5,8 % zijn. U zegt dat dat niet het geval is bij entiteit 1.
Ik heb de cijfers bij, ik zal ze u geven: 5,4 % bij entiteit 2 bij gewijzigd beleid tegenover 5,0 % bij ongewijzigd beleid. Entiteit 2 blijft dus constant. Ik begrijp dat heel goed, want op het einde, wanneer die verlaging van de personenbelasting er komt, zal er geen geld zijn.
Opnieuw luidt de vraag of u die verlaging zult vervroegen (…)
02.28 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de professor – of gewezen professor, excuseer! – als ik …
(…): (…)
02.29 Steven Vandeput (N-VA): Ja, sorry. U hebt zo meteen nog de gelegenheid om erop terug te komen.
Ik heb duidelijk aangegeven dat wij morgen over de begroting van 2025 stemmen. Daarin zit vervat wat erin vervat zit. Daarover heeft ook het Rekenhof gesteld dat het om een geloofwaardige begroting gaat die zal waarmaken wat ze zegt te zullen doen.
Bovendien zal het debat ook gaan over de maatregelen op lange termijn. Omdat ik daar uiteraard ook wel fier op ben – er worden immers effectief stappen vooruitgezet –, ben ik daar in mijn uiteenzetting op ingegaan. We zullen ook merken dat de debatten vandaag niet over 2025 zullen gaan. Dat is immers duidelijk; 2025 is duidelijk. Dat heeft ook het Rekenhof aangegeven.
02.30 Lode Vereeck (VB): Mijnheer Vandeput, neem mij niet kwalijk, maar u reageert altijd zo kribbig op ieder lid van de oppositie. Dat is werkelijk onvoorstelbaar.
Eerlijk gezegd, dat ik u als minister aanspreek, gebeurt uit een vorm van respect. Dat deed ik ook bij de ministers voor wie ik had gewerkt en die daarna al lang geen minister meer waren. Dit gezegd zijnde.
U mag mij overigens gerust opnieuw met
professor aanspreken, want ik doceer nog steeds het vak
reguleringsimpactanalyse aan een buitenlandse universiteit. Ik dank u.
02.31 Philippe Courard (PS): Monsieur le député, vous semblez quelque peu amnésique concernant les dépenses du passé, votre gestion du département de la Défense, et notamment la façon dont vous avez traité le personnel de la Défense et les militaires. Je ne vais pas rappeler les chiffres, qui sont éloquents et qui ont déjà été repris par d’autres.
Vous nous dites: "Ce qui m’intéresse, c’est le budget actuel." Eh bien! à propos du budget actuel, la Cour des comptes dit: "Ça ne va pas."
J’ai une question simple: soutenez-vous la norme de croissance pour la Défense de 5 %? Soutenez-vous cette norme clairement? J’aimerais rappeler que cela va engendrer 60 milliards de déficit global. C’est loin des promesses de goed bestuur que nous avons eues pendant la période électorale!
Passer de 2 à 5 %, c'est 21 milliards
d’argent supplémentaire à trouver, selon des études de l’Université de Gand. Ce
n’est pas moi qui invente les chiffres. Cela équivaudrait à un coût, à une
charge de 6 000 euros par famille. Comment (…)
02.32 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Courard, ik denk dat de PS een probleem heeft met wat er gebeurd is na de toenmalige programmawet of de militaire investeringswet. Wij hadden destijds voorzien om voor 1,5 miljard euro materieel te kopen en die bestelling is ook effectief gebeurd. Wat nadien is gebeurd, is het werk van de mensen na mij.
Als u vandaag
stelt, en ook het Rekenhof zal u daarin bijtreden, dat er geen rekening mee is
gehouden dat die voertuigen niet enkel aangekocht, maar uiteindelijk ook
gebruikt zouden worden, dan klopt dat. Aangezien het destijds niet gebruikelijk
was binnen de landmacht – ik heb begrepen dat men er nu mee zal starten – om te
onderzoeken welke de operationele kosten op lange termijn zijn, heeft men dat
destijds nagelaten. Als men toen die inschatting had gemaakt, wat we voor de
verschillende vliegtuigen waarvoor we offertes hebben gevraagd overigens wel
hebben gedaan, dan was het ook meteen helder geweest. (…)
02.33 Philippe Courard (PS):
Monsieur le député, le PS n'a pas de problème avec la Défense. S'il a un
problème, c'est avec vous et avec la gestion de la Défense. C'est la Cour des
comptes qui témoigne de cela. Ce n'est pas le PS qui le dit. Vous n'apportez
donc aucune réponse. Je vous demande comment vous allez investir des milliards
supplémentaires puisque vous avez admis que vous défendiez les 5 %. Où
allez-vous chercher l'argent? Qui va payer? Comment allez-vous solliciter ces
moyens supplémentaires? Pas
de réponse.
02.34 Barbara Pas (VB): Mijnheer Vandeput, u zei daarnet dat de resultaten zullen afhangen van het feit of de 80%-tewerkstellingsgraad wordt bereikt. Als we het Planbureau mogen geloven, zult u dat percentage helemaal niet halen. Het spreekt over 74,7 % in 2030. Vlaanderen zit al bijna aan de 80 %, die u wenst te bereiken. Wallonië zit aan 67 %. Brussel zit op 64 %. Het Rekenhof en andere oordelen allemaal dat er geen activeringsplan is. Hoe wilt u, vooral in Wallonië en Brussel, de vooropgestelde tewerkstellingsgraad bereiken? U rekent op terugverdieneffecten, die er niet zullen zijn.
02.35 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Pas, ik dank u voor uw zeer goede vraag. U haalt aan dat Vlaanderen al bijna aan de 80 %-tewerkstellingsgraad zit. Dat bewijst dat een regering met de N-VA effectief resultaten kan leveren, zoals de mensen mogen verwachten.
Dat gezegd zijnde, u verwijst naar de stelling van het Planbureau dat er geen activeringsplan is. Ik moet de vraag daarover eigenlijk naar u terugkaatsen. De federale regering doet wat ze kan en wat ze moet doen via haar bevoegdheden op het vlak van werkloosheid. Activering betreft echter wel een regionale materie. Hoor ik het Vlaams Belang vandaag pleiten voor een herfederalisering van de arbeidsmarkten van de bevoegdheden inzake activering? Is het Vlaams Belang dan plots voorstander van meer België? Is dat hetgeen ik uit uw onderbreking moet begrijpen?
02.36 Barbara Pas (VB): Mijnheer Vandeput, u zit al zo ver in dat herfederaliseringsverhaal, dat u uw rare kronkels zelf begint te geloven. Mijn punt is net dat u had moeten zorgen voor fiscale autonomie en voor een splitsing van het arbeidsmarktbeleid, want zonder dat komt er niets in huis van de activering. Dat is net het punt, dat ik hier wil maken.
Uw partij heeft in haar programma immers steeds dezelfde analyse gemaakt. Men kan geen orde op zaken stellen zonder grondige institutionele hervormingen. En dat laat u na. Er zal dus inderdaad geen federaal activeringsplan komen. Een federaal activeringsplan zou ook niet werken. Er is geen responsabilisering. U had werk moeten maken van de regionalisering van de bevoegdheden, van een splitsing van het arbeidsmarktbeleid. U had moeten zorgen voor fiscale autonomie en bij voorkeur ook voor een splitsing van de sociale zekerheid.
02.37 Dominiek Sneppe (VB): Mijnheer Vandeput, ik kan naadloos aansluiten bij mijn fractieleidster. U en uw partij profileren zich graag als de hoeders van de Vlaamse centen, maar hoe kunt u uitleggen dat er nu reeds een tekort van een half miljard euro in het RIZIV-budget lijkt te zijn? Erger nog, als we daarbij de geplande besparingen van minister Vandenbroucke tellen, waarover het Rekenhof zelf al twijfels uitte over de haalbaarheid, dan gaat het om een tekort van bijna 1 miljard euro. Hoe denkt u dat op te lossen? Ik ken het antwoord eigenlijk al. Wie zal de rekening betalen? Dat zal de hardwerkende Vlaming zijn.
Ik heb nog een bijkomende vraag. Hoe zal u met uw zogenaamd Vlaams-nationalistische partij voorkomen dat dit opnieuw uit de zakken van de hardwerkende Vlaming zal komen?
02.38 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Sneppe, als u graag over het RIZIV-budget wil discussiëren, dan stel ik voor dat u dat straks met de betrokken minister doet, want ik geef eerlijk toe dat ik daar geen specialist in ben. Waar ik wel een specialist in ben, is in Vlaamse centen.
Ik vraag mij af wat het meeste zou opbrengen: vandaag op het federaal niveau maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat onze rekeningen op orde raken voor de toekomst en om onze concurrentiekracht, onze koopkracht en onze veiligheid te garanderen, of blijven wachten naast het klokje van de bomma tot er iets gebeurt?
02.39 Dominiek Sneppe (VB): Dat is heel zwak, mijnheer Vandeput. Een begroting is als een puzzel. Alle stukjes moeten in elkaar passen vooraleer het geheel klopt. Het RIZIV-budget is ook een onderdeel van die puzzel. U wil zich ervan af maken door dit naar minister Vandenbroucke door te schuiven. Dat is bijzonder zwak, want ik ga ervan uit dat alles binnen deze fantastische regering grondig werd besproken.
Wat vooral opvalt, is de laffe houding van uw partij, de N-VA: de hunker naar macht, het verloochenen van uw idealen, namelijk de Vlaamse onafhankelijkheid. U blaast dit gedrocht uit 1830, wat dit instituut eigenlijk is, dat op sterven na dood is nieuw leven in. In plaats van dat wij binnen vijf jaar de begrafenis van dit instituut zullen kunnen vieren, zult u er mede de oorzaak van zijn dat we dit gedrocht weer nieuw leven moeten inblazen.
02.40 Alexia Bertrand (Open Vld): Ik kijk naar de laatste publicaties van het Federaal Planbureau van juni 2025, maar ook naar die van Fitch Ratings. De cijfers van het Monitoringcomité van maart zijn immers al achterhaald. De downgrade was volgens de premier te verwachten. Het was een verrassing voor de minister van Begroting.
Wat zegt men bij Fitch Ratings? Zij hebben vijf punten aangehaald. Ten eerste, het begrotingstekort zal dit jaar oplopen tot 5,5 % van het bbp, ver boven het gemiddelde tekort van landen met een A- of AA-minscore. Ten tweede, hogere uitgaven voor defensie vergroten de druk op de begroting. Ten derde, er bestaan ernstige twijfels over de begrotingsconsolidatie. De terugverdieneffecten worden zwaar overschat. Ten vierde gaat over de vele maatregelen die nog niet wettelijk zijn vastgelegd. Daarbij verwijst men onder andere naar defensie en een geplande hervorming van de personenbelasting. Door nieuwe uitgaven worden de voorziene besparingen tenietgedaan. Ten vijfde is er het hoge en stijgende schuldniveau, dat in 2026 110 % zal bedragen. De geplande opbrengsten uit activaverkoop blijven onduidelijk. Wat zegt u dan? Is dit een verrassing?
02.41 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Bertrand, niemand heeft hier ooit beweerd dat een verhoging van de defensie-uitgaven geen druk zou uitoefenen op de begroting. In dit halfrond is er niemand die daar niet van overtuigd is.
U hebt het over de terugverdieneffecten. Mij is niet bekend dat er veel terugverdieneffecten zijn opgenomen in de begroting voor 2025. Voor de periode daarna is dat wel het geval, dat is een feit. Er zijn terugverdieneffecten opgenomen, die ook te verwachten zijn.
Voorts stelt u dat Fitch Ratings ervan uitgaat dat we de belastingen zullen verlagen en dat men vreest dat dit op de begroting zou kunnen wegen. Pleit Open Vld er dan vandaag voor om de belastingen te verhogen? Welke boodschap wil u eigenlijk overbrengen?
02.42 Alexia Bertrand (Open Vld): Mijnheer Vandeput, het probleem met uw begrotingsstrategie is dat de lastenverhogingen er onmiddellijk komen. De 20 arizonataksen kennen we ondertussen allemaal. Die zullen de middenklassen treffen. De lastenverlagingen, waarvan we niet weten of ze er ooit zullen komen, zijn pas gepland voor het einde van de legislatuur, terwijl ze nu al niet gefinancierd zijn. Dat heeft Fitch Ratings duidelijk opgemerkt.
Mijnheer Vandeput, het punt is vooral dat
wanneer u kijkt naar de vijf redenen voor de ratingsverlaging – en ik heb het
daarbij niet over het verleden, maar over uw keuzes – er expliciet wordt
gesteld dat de terugverdieneffecten overschat zijn. Het feit dat er nieuwe
uitgaven zijn, dat de hervorming van de personenbelasting niet is gefinancierd
en dat het begrotingstekort voor dit jaar oploopt tot 5,5 %, dat alles maakt
dat men kan spreken van een verloren jaar. U hebt geen enkele inspanning
geleverd. Dat is ernstig, omdat iedereen die iets van begroting kent, weet dat
dit de basis verslechtert. Dat maakt de situatie voor het volgende jaar nog
moeilijker. Dat zijn uw
keuzes.
02.43 Ludivine Dedonder (PS): Monsieur Vandeput, vous êtes convaincu et sérieux mais en fait vous êtes tout sauf convaincant et tout sauf sérieux. Il est très clair que le déficit sera aggravé et dès lors, votre prétexte de préserver les jeunes générations tombe à l'eau
Ici, vous prévoyez plus de 20 milliards d'investissements pour faire plaisir à l'OTAN. Cela va coûter 6 000 euros par famille! Vous ne savez pas encore comment vous allez le financer mais vous l'avez déjà planifié.
Par contre, ce que vous savez déjà, c'est que vous allez prendre quatre milliards dans la poche des pensionnés – soit 1 500 euros par pensionné – qui, en plus, vont devoir travailler quatre, cinq, six voire même 11 ans de plus pour certaines professions que vous dites préservées. Vous avez été en charge des militaires et vous dites investir dans les gens mais nous voyons (...)
02.44 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Dedonder, deze regering besteedt eindelijk 2 % van ons bbp. Dat werd destijds, in 2014, door premier Di Rupo beloofd in Schotland. En daar komt u mij nu over aanvallen. De obsessie om een link te leggen tussen mij en een departement dat ik intussen 7 jaar geleden verlaten heb, is raar, echt raar. Daar zijn dingen die eens van dichterbij moeten worden bekeken.
Ik ben ervan overtuigd dat wij als bondgenoot binnen de NAVO, die meer dan 70 jaar lang garant staat voor de veiligheid in onze streek, dat wij daar (…)
02.45 Ludivine Dedonder (PS): Je n'établis pas de lien, monsieur, sauf avec les choix politiques que vous faites aujourd'hui. À votre place, je ne donnerais pas de leçon parce qu'après votre départ du département, la Défense n'en était même pas à 1 % du PIB. Je vous reproche de très bien savoir comment vous allez taxer les travailleurs et prendre dans la poche des retraités mais de ne pas savoir ce qu'il en est pour la Défense. Vous voulez simplement jouer les gros durs au sommet de l'OTAN! C'est tout ce que vous souhaitez!
02.46 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur le président, je ne comptais pas intervenir mais au fur et mesure que ce débat avance, j'ai l'impression que quelque chose gêne M. Vandeput.
Monsieur Vandeput, si c'est en raison d'un oubli, j'aimerais vous le rappeler pour que vous puissiez répondre à ma question. Ou alors, vous allez confirmer que cela vous gêne. Nous nous heurtons déjà à un problème pour financer les quatre milliards d'euros supplémentaires de la Défense. De surcroît, votre premier ministre a déclaré qu'il soutiendrait la norme de l'OTAN jusqu'à 5 % ou, du moins, 3,5 %. Dans ce dernier cas, cela signifie 10 milliards de plus que ce nous payons déjà actuellement pour la Défense. Par conséquent, je voudrais simplement vous reposer cette question que vous avez éludée durant tout le débat: oui ou non, acceptez-vous que la Belgique soutienne cette augmentation de la norme OTAN à 5 %, comme le demande M. Trump?
02.47 Steven Vandeput (N-VA): Ik dank u, ten eerste, voor uw empathie over de vraag of ik mij al dan niet zou generen over wat ik hier vooraan sta te doen.
Ten tweede, mocht u eraan twijfelen dat ik achter de beslissingen sta die de huidige regering treft, ook met betrekking tot ons lidmaatschap van de NAVO, het nakomen van onze verplichtingen en het effectief deelnemen aan en opnemen van de internationale besluitvorming, dan wil ik u meegeven dat ik daar honderd procent achter sta. Wij zullen volgende week zien welk resultaat de top zal opleveren, op welke termijn de verplichting er zal komen en welke rol wij ter zake zullen moeten opnemen.
Zoals ik al eerder heb aangegeven en al vele jaren heb verklaard, blijf ik ervan overtuigd dat de NAVO al meer dan veertig jaar garant staat voor veiligheid en vrede op ons continent. Wij zijn een bondgenoot en een stichtende partner van de NAVO. Wij moeten onze verplichtingen nakomen. Zo duidelijk kan ik zijn.
02.48 Nabil Boukili (PVDA-PTB): La N-VA confirme donc qu'elle soutient l'augmentation du budget militaire à 5 %, ce qui est égal à plus de 20 milliards d'euros. La norme de 3,5 %, c'est 10 milliards d'euros supplémentaires. Vous êtes aujourd'hui incapables de financer les 4 milliards d'euros supplémentaires dans le budget 2025 et vous comptez l'augmenter de 10 milliards d'euros supplémentaires pour les années à venir. C'est insensé!
Et vous vous attaquerez au budget de la
sécurité sociale, comme le ministre Francken l'a clairement dit. Il dit que cet
argent doit être trouvé dans la sécurité sociale. Monsieur Vandeput, c'est
inacceptable! Vous vous attaquez aux travailleurs et aux pensionnés pour
financer le business de l'armement, non pas pour vous défendre mais pour le
business de l'armement. L'OTAN est responsable de 4,5 millions de morts
depuis 20 ans. C'est ce que vous appelez une organisation de paix? C'est exactement le contraire qu'il
faut faire, monsieur Vandeput!
02.49 Sam Van Rooy (VB): Mijnheer Vandeput, het geld van de federale gerechtelijke politie van Antwerpen is op. Nadat er werd gesproken over besparen op toiletpapier, wordt er nu zelfs bespaard op koffie, thee en water. Het is zo erg dat het personeel van het toiletkraantje gaat drinken. Ook koffie en thee krijgen onze eigen hardwerkende mensen bij de politie niet meer.
Ondertussen geeft deze regering nog altijd 1 miljard euro per jaar aan ontwikkelingshulp.
Mijn vraag aan u is evident. Vindt u het rechtvaardig dat onze eigen politie zelfs geen water meer krijgt, terwijl deze regering 1 miljard euro per jaar geeft aan het buitenland?
02.50 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Van Rooy, mijn persoonlijke mening is dat men beter kan besparen op koffie dan op toiletpapier; maar tot daar.
Vind ik het eerlijk, om dat woord te gebruiken, dat onze veiligheidsdiensten ondergefinancierd zijn? Neen, dat vind ik niet eerlijk, maar deze regering doet daar iets aan. Er is daarvoor op termijn 1,3 miljard voorzien. Die zaken zijn voorzien, mijnheer Van Rooy, maar dat gaat nu eenmaal niet van vandaag op morgen. De keuzes die u daar tegenover stelt, zijn uw keuzes. Wij hebben een begroting te verdedigen in zijn geheel en in dat geheel zit 1,3 miljard voor de veiligheidsdepartementen.
02.51 Sam Van Rooy (VB): Mijnheer Vandeput, u vond het gepast om een grapje te maken over politieagenten die hun eigen water, hun eigen koffie en hun eigen thee moeten meenemen naar kantoor. Beseft u wel hoe ongepast dat eigenlijk is?
Inderdaad, het debat is nog maar pas begonnen. Het verschil tussen het Vlaams Belang en alle andere partijen hier wordt weer maar eens duidelijk. U blijft miljarden euro's van ons belastinggeld storten in de bodemloze putten van het buitenland, van Afrika. Wij daarentegen willen dat dat geld hier wordt besteed aan onze mensen, aan de hardwerkende Vlamingen. Inderdaad, eigen volk eerst.
02.52 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, ik heb nu geruime tijd geluisterd en het is opmerkelijk hoeveel tegenstrijdigheden uw discours bevat. Indien u dit jaar 2 % van het bbp aan defensie besteedt, hebt u een nog groter budgettair probleem – elke rechtgeaarde econoom stelt immers al dat deze begroting op drijfzand is gebouwd – want dan kunt u de geplande lastenverlaging zeker niet versnellen. Het is dan maar de vraag of die er ooit zal komen. Een ding is zeker: die 2 % is niet structureel gefinancierd, ook dit jaar niet.
We weten dat men de financiële participaties van de FPIM in het vizier heeft. Die vertegenwoordigen een derde van wat de FPIM vandaag is, namelijk ons welvaartsfonds. Dat hebt u nodig om in de toekomst een structureel gezonde begroting te kunnen opstellen. Mijn vraag is dus heel eenvoudig: als u de FPIM uitkleedt, hoe zult u dan in de toekomst structureel die defensie-uitgaven financieren? Of krijgen we opnieuw een put van Vandeput?
02.53 Steven Vandeput (N-VA): Wat een geweldig mooie woordspeling, mevrouw Almaci, echt waar. Die had ik nog nooit gehoord. Ik ben er helemaal van onder de indruk.
Wat de structurele financiering van de verhoogde defensie-uitgaven betreft, heb ik daarnet, zowel aan collega Van Hecke als aan collega Lacroix, uitentreuren mijn betoog herhaald dat daar inderdaad werk aan de winkel is. Die uitgaven zullen structureel moeten worden afgedekt. De regering heeft zich daartoe verbonden en ik zal als lid van de meerderheid, als Kamerlid en als uw collega, de regering ook aan haar woord houden.
02.54 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Er is dus geen plan, geen structureel beleid en u hebt eigenlijk geen idee. Ondertussen laten regeringsleiders ballonnetjes op over het versnellen van het ene of het andere.
Wel is duidelijk dat elk tekort voor twee derde ten koste zal gaan van de sociale zekerheid. Dat komt dan van een regering met socialisten, die mensen vandaag al in de armoede duwt. Dat is de harde realiteit van de hier voorliggende cijfers. Zonder structureel beleid en met de uitverkoop van een derde van de FPIM, maakt u die berg voor de toekomst alleen maar groter.
Beste collega’s van Vooruit, zet u schrap, want onder uw beleid zullen de armoedecijfers – Armoedebestrijding is trouwens een bevoegdheid van minister Vandenbroucke – gigantisch stijgen. Dat zou ik niet graag op mijn conto hebben. Het wordt dus tijd dat jullie een tandje bijsteken op vlak van eerlijk beleid.
02.55 François De Smet (DéFI): J'aimerais soumettre une simple demande d'éclaircissement à notre collègue Vandeput. Avec lui, nous avons la chance d'avoir parmi nous quelqu'un ayant la rare expérience d'avoir commandé des avions de chasse coûtant plusieurs milliards d'euros. Il me semble que c'est la seule personne dans cet hémicycle à avoir eu cette expérience de vie.
Le débat est toujours en cours pour savoir si la Belgique investira 2, 3,5 ou 5 % du PIB dans la Défense. Ce débat va sans doute continuer toute la journée, mais l'usage que nous ferons de cet argent reste encore plus nébuleux. À ce propos, j’entends deux discours différents: d'une part, un ministre de la Défense est déjà prêt à commander une dizaine de nouveaux F-35 et, d'autre part, des partenaires du gouvernement semblent s’y opposer – à juste titre, selon moi, car il existe bien d’autres secteurs dans lesquels cet argent devrait être investi, même si l’on peut défendre les 2 % ou les 3,5 %.
Monsieur Vandeput, existe-t-il, oui ou non, un accord clair entre partenaires sur l’achat de nouveaux F-35?
02.56 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer De Smet, ik moet u teleurstellen. Dat is een debat dat u wellicht straks, iets later vanavond, zult voeren met de minister van Defensie.
In antwoord op uw vraag kan ik slechts herhalen wat mij bekend is en wat ook effectief bestaat, namelijk de capability targets van de NAVO. Die targets stellen we gezamenlijk periodiek op onder NAVO-partners. Ook mevrouw Dedonder zal daarmee bekend zijn. In dat kader stellen onze bondgenoten binnen de NAVO vragen over de invulling van bepaalde capaciteiten.
Het is alvast mijn overtuiging en die van mijn partij dat we best zoveel mogelijk aan die targets voldoen. Als men het voortdurend heeft over Europese samenwerking en over defensie in het bijzonder zegt dat men dat niet alleen maar samen moet aanpakken, dan moet men vooral op elkaar afgestemd zijn. Dat betekent dat men zich moet houden aan een aantal plannen.
Ik zal u een geheim verklappen, zonder buiten mijn bevoegdheid te treden, want de capability targets zijn in principe geheim, maar we hebben niet genoeg vliegtuigen. We hebben er gewoonweg niet genoeg. (…)
De voorzitter:
Mijnheer Vandeput, vooraleer u verdergaat in de indiscreties, zet ik de
microfoon uit. Uw spreektijd
was om.
02.57 François De Smet (DéFI): Monsieur Vandeput, pas assez d'avions de chasse pourquoi? Les Ukrainiens viennent de nous prouver qu'il était possible de détruire à peu près le quart de l'aviation russe avec des drones. À un moment dans l'évolution militaire, le fait que des avions de chasse, non seulement coûtent très cher, mais ne sont pas utilisables et efficaces tout le temps, est une chose. Le fait que ça devient old fashioned et un peu trop XXe siècle en est une deuxième. La guerre change. Elle devient hybride. Elle se déploie sur d'autres champs. Je ne vous parle même pas de la hauteur de l'investissement. Il y a débat. Vous avez pris une minute mais je constate que vous ne pouvez pas dire qu'il y a un accord de gouvernement sur l'achat de ces avions, parce que je crois que ce n'est pas encore le cas. J'encourage ceux qui s'y opposent à continuer à le faire.
02.58 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer Vandeput, u bent de zeer gewaardeerde voorzitter van onze commissie voor Financiën. Ik wil het met u eens hebben over de belastingen, over de arizonataksen die worden ingevoerd. Er zijn twintig nieuwe arizonataksen: de exittaks, de carried interesttaks, de DBI-taks en noem maar op.
Wat opvalt, is dat de Raad van State de regering wel kritisch benadert door te zeggen dat ze taksen invoert die mensen treffen die nu al een contract zijn aangegaan. Bijvoorbeeld 200.000 mensen in ons land die uit de echt gescheiden zijn. Die moeten door Arizona nu meer belastingen betalen. Ook mensen die een appartement gekocht hebben en daarvoor geleend hebben. Die moeten nu door Arizona meer taksen betalen. Wat zegt u tegen die mensen als u de spelregels verandert terwijl het spel nog bezig is?
02.59 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Van Quickenborne, u probeert het debat dat u gisteren gelanceerd hebt in de commissie nog eens opnieuw te voeren, maar dat is nu eens specifiek een debat dat u straks rustig met de minister van Financiën kunt aangaan.
Wat mij betreft, heeft de Raad van State ongetwijfeld een aantal zeer oprechte opmerkingen gemaakt. Diegenen die verantwoordelijk zijn voor die regels en die wetten, moeten daar dan ook rekening mee houden. Ik twijfel er niet aan dat ze dat zullen doen.
02.60 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Dank u, dat is een heel interessant antwoord, mijnheer Vandeput. U zegt eigenlijk dat als de Raad van State kritisch is op dat punt, zij die de wetten opstellen daar rekening mee moeten houden. Dat hebt u net gezegd.
Dan richt u zich eigenlijk tot uw minister van Financiën. Dat betekent dat de taksen die goedgekeurd zijn in eerste lezing en waarvan de Raad van State zegt dat dit niet kan – de exittaks, de echtscheidingstaks, de woontaks – en dat dit herzien moet worden. Dat is hetgeen u nu zegt, als N-VA'er, tegen uw minister van Financiën. Ik ben zeer benieuwd of de belofte die u hier maakt, dat die teksten aangepast zullen worden, zal worden waargemaakt door de minister.
Testaankoop vraagt een overgangsmaatregel. Wij vragen dat u rekening houdt met mensen die in een moeilijke situatie zitten. Mensen die uit de echt gescheiden zijn. Dat zijn er 200.000. Mensen die een appartement hebben dat niet hun eigen woning is. Dat zijn er 500.000. Respecteer de afgesproken contracten. Pleeg geen contactbreuk.
02.61 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, u triggerde mij, u zei dat we een goed rapport gekregen hebben van het Rekenhof. Misschien hebt u het stuk over asiel en migratie toch niet heel goed gelezen. U zegt dat u het strengste migratiebeleid ooit zult voeren, met allerhande acties, dit jaar al, de beleidsnota staat er bol van. Er is daarvoor echter geen euro voorzien. Hoe gaat u dat betalen?
Ten tweede, de inspanningen die u op lange termijn wilt doorvoeren, houden een besparing in van meer dan 80 % op de asiel- en migratiediensten. Daarvoor moet u 24.000 mensen wegtoveren uit het opvangnetwerk. Iedereen, ook het Rekenhof, academici en experten, zegt dat u zich rijk rekent. Rekent u zich rijk en zult u toch extra budget moeten voorzien voor de post asiel en migratie? Of zult u tienduizenden mensen de straat opjagen, deze keer ook vrouwen en kinderen?
02.62 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Vandemaele, het is een beetje een rare vraag komende uit uw hoek, maar goed. Zoals ik het begrijp, de minister van Asiel en Migratie is vandaag bezig met eerst en vooral de toestroom proberen af te remmen. Men kan de mensen vandaag niet wegtoveren. Feit is wel dat die toestroom omlaag moet en dat dit op termijn een effect moet hebben op de bezetting van de opvang. Dat is de simpele gedachtegang die erachter zit. Ik denk dat maatregelen hun beslag moeten krijgen om effectief ook effect te ressorteren.
Globaal genomen zal er over de hele periode, in tegenstelling tot wat het Vlaams Belang beweert, 4,2 miljard euro minder worden uitgegeven aan asiel.
02.63 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, experten zijn het erover eens dat een regering heel weinig kan doen aan de toestroom. Of u dat nu wilt of niet, dat zijn gewoon de feiten. Het Rekenhof zegt ook dat de aannames die uw regering maakt, nergens op gebaseerd zijn, onbetrouwbaar zijn en geen rekening houden met de expertise van uw eigen diensten. Dat zegt het Rekenhof, ik zeg dat niet, het Rekenhof zegt dat.
U antwoordt niet op mijn vragen. Het verwondert u misschien dat ik die vragen stel. Ik heb die vragen in de commissie aan de minister gesteld, maar zij kon niet antwoorden. Coalitiepartners Vooruit en cd&v hebben dezelfde vraag gesteld via de krant, omdat de minister niet antwoordt. Ik dacht, ik stel ze nu maar aan u, misschien kunt u antwoorden.
Hoe langer het duurt, hoe duidelijker het echter wordt, er zijn geen antwoorden. U rekent zich rijk, u heeft stoere praatjes, maar de realiteit zal zijn duizenden mensen op straat of een budgetverhoging. Dat is de waarheid. En dat is het broddelwerk dat u hier moet verdedigen.
02.64 Wouter Vermeersch (VB): Goede collega Vandeput, ik weet niet of u tijdens de lange pauze vanochtend De Tijd hebt gelezen. Daar stond een bijzonder interessant opiniestuk in van Koen De Leus, de hoofdeconoom van BNP Paribas Fortis. Ik vat het als volgt samen. Terwijl andere landen allang hervormden en buffers opbouwden, blijft ook de regering-De Wever, uw regering, halsstarrig vasthouden aan een beleid van uitstel en zelfbedrog. De schuldgraad stijgt, onze rating daalt en onze kinderen en kleinkinderen mogen straks de factuur betalen van een generatie politici die te laf is om moeilijke keuzes te maken. Hoe durft u dat beleid met de N-VA verdedigen? Hoe kunt u langer wegkijken hoe de actieve bevolking steeds zwaarder wordt belast om een systeem overeind te houden, België, waar uw partij nooit in heeft geloofd? Wanneer stopt de regering eindelijk met dat contraproductieve beleid?
02.65 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Vermeersch, ik heb niet de tijd gehad om dat stuk te lezen. Ik kan daar dus niet rechtstreeks op antwoorden. U zegt dat de regering niets doet en dat ze geen buffers opbouwt, maar daar is vandaag geen ruimte voor.
De regering neemt overigens wel maatregelen en daar wordt vanuit een bepaalde zijde van de zaal zelfs tegen geprotesteerd. U zegt dat de regering te laf is om noodzakelijke keuzes te maken, maar dan wil ik graag van u horen welke keuzes dat dan zijn. Zijn dat de keuzes uit uw partijprogramma, die zijn voorgelegd aan het Planbureau? Daarmee gingen we naar een tekort van meer dan 10 miljard euro per jaar. Zijn het die keuzes?
02.66 Wouter Vermeersch (VB): Collega Vandeput, dat is fake news, want we leggen de hefboom, het zwaartepunt in Vlaanderen. Het Planbureau, de Nationale Bank, allemaal hebben ze gezegd dat uw plannen, uw begrotingsinspanningen ruim onvoldoende zijn. Vorige regeerperiode hebben wij samen met de collega’s van de N-VA gewaarschuwd voor de verdere ontsporing en de schade die Vlaanderen en de Vlamingen zullen oplopen. Terwijl onze mensen jarenlang hard gewerkt hebben en hopen op een welverdiend pensioen, wordt hun zekerheid bedreigd door een ontspoorde schuld, door ontspoorde overheidsuitgaven en massale transfers naar Wallonië en tienduizenden nieuwkomers, die nooit hebben bijgedragen. In plaats van onze eigen mensen gerust te stellen, blijven de regeringspartijen dweilen met de kraan open.
U en uw fractie hebben altijd de juiste
analyse gemaakt, maar wat heeft uw partij nu gedaan? U hebt uw Vlaams programma
uitverkocht, aan de kant geschoven om te kunnen deelnemen aan een Belgische
regering. Daar zullen we u
mee blijven confronteren.
02.67 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Vandeput, vous venez de faire référence au Bureau fédéral du Plan, en renvoyant finalement d'autres membres de ce Parlement et d'autres partis aux analyses de ce Bureau fédéral du Plan. Vous savez que nous avions déposé une résolution demandant à ce que l'accord de gouvernement, comme cela se fait dans d'autres pays, notamment aux Pays-Bas, puisse être examiné par le Bureau fédéral du Plan. La majorité l'a refusé. C'est dommage car je pense que cela nous aurait permis, ou cela vous aurait permis effectivement, de pouvoir rectifier le tir, puisque l'avis du Bureau fédéral du Plan est finalement tombé et il est assassin pour votre gouvernement et pour votre majorité.
Monsieur Vandeput, j'aurai deux questions. D'une part, êtes-vous maintenant d'accord de soumettre les accords de gouvernement à l'analyse du Bureau fédéral du Plan de manière systématique? D'autre part, je voudrais revenir sur une question, puisque vous n'y avez pas répondu. Vous avez été interrogé à plusieurs reprises par des collègues sur ce fameux seuil de 5 % du PIB en dépenses militaires, en dépenses d'armement. Quelle est la position du gouvernement? Avez-vous, oui ou non, décidé d'octroyer ces 5 %?
02.68 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Dermagne, in antwoord op uw eerste vraag, het Planbureau heeft in zijn junirapport reeds melding gemaakt van de maatregelen die in de meerjarenbegroting zijn opgenomen. Op die manier heeft het dus ook een doorrekening van het regeerakkoord gemaakt. Uw vraag is dus beantwoord.
Uw tweede vraag ging over de 5 % voor defensie. Ik zal het herhalen: de regering verzet zich niet meer tegen de 5 %-norm als zodanig, maar zal onder andere onderzoeken volgens welke modaliteiten en op welke termijn dat kan gebeuren en hoe die uitgaven verdeeld kunnen worden.
Misschien zouden u en ook mevrouw Merckx beter stoppen met te beweren dat we morgen ineens ik weet niet hoeveel extra zullen moeten uitgeven voor defensie. Dat is immers niet het geval. Het feit is dat we geconfronteerd worden met een geopolitiek heel onstabiele situatie en dat we, als we als Europa onze broek willen ophouden, zullen moeten doen wat nodig is.
02.69 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Vandeput, vous venez de confirmer que la position du gouvernement dans son ensemble est effectivement de faire droit à la demande de certains pays de l’OTAN de monter à 5 % du PIB en dépenses de défense, d’armement, etc. Vous venez de le confirmer. Ce sont les modalités qui doivent être discutées.
Élément important pour nous et pour l’ensemble de la population belge: qui va payer? Quels sont les services publics, quels sont les programmes en soins de santé, en justice, en intérieur qui vont demain être les victimes de ce choix politique? C’est un choix délirant dans l’immédiat, puisque dès aujourd'hui, dans ce budget 2025, vous ne savez pas encore comment vous allez financer ni à quoi vont servir les 2 % pour la Défense.
02.70 Staf Aerts (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, ik heb toch nog een vraag over onze defensie. Ik zal het nu nog niet hebben over de NAVO-norm van 2 %, maar er is nog altijd geen duidelijkheid over hoe die norm structureel zal worden gefinancierd. Waar het geld vandaan komt, is niet duidelijk, maar het is ook niet duidelijk waar het naartoe zal gaan.
Dat bedrag van 3,7 miljard euro, een derde van het defensiebudget, zit namelijk in provisionele kredieten. Wij hebben daar geen zicht op. Sander Loones vond dat in de vorige legislatuur een schande en vroeg toen een lijst van alle uitgaven waarvoor die provisionele kredieten zouden dienen.
Wij hebben gevraagd hoe dat komt. Minister Francken gaf aan dat het de schuld is van de diensten van de heer Van Peteghem. Minister Van Peteghem antwoordde dat het niet over zijn diensten gaat maar dat er geen akkoord over is. Wat is het nu? Waar gaan die centen, die 3,7 miljard euro, voor defensie naartoe? Ze gaan duidelijk niet naar personeel, want de vakbonden hebben de onderhandelingstafel al met slaande deuren verlaten.
Ik vraag aan u als begrotingsexpert: hoe staat u tegenover die ongelooflijk grote provisionele kredieten? Waar is de bocht van de N-VA gemaakt?
02.71 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Aerts, u noemt mij een begrotingsspecialist. Ik zal eerlijk zijn, ik sta weigerachtig tegenover het gebruik van provisionele kredieten. Ik sta daar echt weigerachtig tegenover.
Het is echter wel een feit dat dit land heeft vastgesteld dat wij volledig geïsoleerd stonden in de situatie waarin wij ons bevinden, met wat er in het verleden voor defensie was uitgetrokken. Er moest snel geschakeld worden. Op een bepaald moment moest worden beslist dat er voor die 2 % zou worden gegaan en dat dat bedrag ook zou worden ingeschreven. Dat u morgen nog geen antwoord hebt op de vraag wat er tot op de laatste schroef met dat geld zal worden aangekocht, lijkt mij nogal evident.
Mijnheer de voorzitter, als ik nu antwoord, hoeft de minister van Defensie straks niet meer te komen. Dan hebben wij dat debat immers al gehad. Mijnheer Aerts, ik kan u antwoorden dat het opschalen van wat vandaag al gebeurt een eerste goede stap zou zijn.
02.72 Staf Aerts (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, u staat weigerachtig tegenover provisionele kredieten. Niettemin gaat het om 3,7 miljard euro. Dat is 7 % van het totale budget. Dat mag zomaar passeren, zonder dat daar een lijst voor nodig is. Voor een veel kleiner bedrag vond Sander Loones dat in het verleden wél nodig.
Mijnheer Francken had voor een veertigste van dat bedrag al een principieel probleem. Nu wordt in het Parlement verklaard dat de reden is dat men niet klaar is geraakt. Er is wel een lijst. Bezorg ons dan de lijst. De heer Van Peteghem heeft heel duidelijk gesteld dat er geen akkoord is. Dat is vreemd. Het is bijzonder vreemd.
Het gaat trouwens niet over de laatste schroef, het gaat over 3,7 miljard euro. Op die manier omgaan met zo’n gigantisch defensiebudget is bijzonder pijnlijk, zeker nu wij horen spreken over die 5 %.
Ik heb Les Engagés en de N-VA horen
verklaren dat zij voor die 5 % van de NAVO-uitgaven willen gaan. Echter,
in alle kranten en ook gisteren hier in het Parlement, heb ik Vooruit dat niet
horen zeggen. Ik heb cd&v dat ook niet horen zeggen. Zij hebben dat niet
gedaan, omdat het ten koste gaat van de pensioenen en van de sociale uitgaven. Dat bewijst u vandaag al.
02.73 Paul Magnette (PS): Monsieur Vandeput, cela devient ridicule! D'abord, on vous attend pendant quatre heures, on attend que les députés de la majorité aient fini leur grasse matinée pour pouvoir commencer nos travaux. Et puis, on vous pose sept fois la même question, et sept fois vous ne répondez pas. Déjà, aujourd'hui, vous allez investir 4 milliards d'euros pour acheter du matériel militaire à Trump. Et, là, on sait qui va payer: ce sont les pensionnés, qui vont tous perdre 1 500 euros.
Mais, maintenant, vous voulez faire passer ce
budget à 20 milliards! Porter le déficit à 60 milliards! La question
est simple: qui va payer? Pour rappel, 60 milliards, c'est tout le budget
des pensions; c'est 1,5 fois le budget de la santé dans ce pays. Alors, bon
Dieu, ou bien quittez cette tribune, ou bien répondez! Qui va payer?
02.74 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Magnette, hopelijk is de opname van het filmpje goed gelukt.
U laat het opnieuw uitschijnen alsof we vandaag of morgen een beslissing moeten nemen over de 5 % uitgaven voor defensie in verhouding tot het bruto binnenlands product. Dat is niet het geval. De NAVO heeft zelfs nog geen beslissing genomen. Bovendien liggen de modaliteiten en de termijnen evenmin vast. Het is fijn om dat soort hypothetische zaken met veel bravoure en veel emotie te berde te brengen, maar vandaag noch morgen is er sprake van die 5 %.
02.75 Paul Magnette (PS): Eh bien, une fois de plus nous n'avons pas de réponse mais nous sentons bien que, oui, on va dériver petit à petit. Vous savez, si tout le monde repose la question, ce n'est pas par hasard mais parce que cela nous inquiète vraiment. C'est parce que 60 milliards de déficit constituent une catastrophe absolue pour ce pays. Et quand en plus c'est dans vos mains, à vous qui, en tant que ministre de la Défense, avez acheté des chars qui étaient censés coûter 1,5 milliard mais qui en coûteront 15 au final, vous comprendrez que nous n'avons pas confiance. Vous comprendrez que nous sommes inquiets dans vos capacités de gestion.
Alors, faites la clarté et dites clairement que, non, vous ne ferez pas ces dépenses, ou dites qui les paiera!
02.76 Werner Somers (VB): Mijnheer Vandeput, ik heb een vraag voor u naar aanleiding van de woorden voor Vlaanderen, voor welvaart, waarmee u uw uiteenzetting hebt gesloten. Dat lijkt wel een knipoog naar uw verkiezingsprogramma van 9 juni 2024, mijnheer Vandeput, getiteld "Voor Vlaamse welvaart". Misschien is het niet slecht dat we u aan een aantal passages uit dat verkiezingsprogramma herinneren. We lezen daarin onder meer dat alleen een confederale paradigmashift onze welvaart kan beschermen. In datzelfde programma staat dat een begroting in evenwicht eveneens alleen maar mogelijk is binnen een confederale paradigmashift.
Was wat u in uw verkiezingsprogramma zei, alleen maar om te lachen, om de mensen te foppen, om stemmen te winnen of meende u het wel degelijk en hebt u zich vergist? Bent u vandaag van mening dat de Vlaamse welvaart wel kan worden beschermd zonder de confederale paradigmashift? Denkt u nu dat u er wel in zult slagen om de begroting op orde te krijgen zonder die omwenteling?
02.77 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Somers, ik ben er in elk geval van overtuigd dat het eenzijdig declareren om vervolgens naast een wekker te wachten tot er iets gebeurt, geen verandering teweeg zal brengen. Ik herinner aan onze verklaring dat, als men een aantal zaken in dit land wil realiseren en dat binnen de legale mogelijkheden, men daar toch meerderheden voor zal moeten vormen. Men zal toch moeten nagaan in welke mate men in die meerderheid kan bewegen om ten minste een aantal van de beloften waar te maken.
Vandaag staat hier een regering en ligt hier een begroting waarmee we een aantal zaken ernstig zullen aanpakken: onze veiligheid, onze concurrentiekracht, onze koopkracht en het veiligstellen van onze sociale zekerheid voor de toekomst. Dat gaat ook over het geld van de Vlamingen. Daar vandaag niets aan doen, zou ook misdadig zijn.
02.78 Werner Somers (VB): U beantwoordt de vraag eigenlijk niet. Ik neem er akte van dat u het confederalisme niet langer nodig vindt. U verwijst naar het feit dat u de meerderheden niet zult vinden, maar dat wist u toch op voorhand, toen u dat programma hebt geschreven? U hebt de mensen gewoon bedot. Het argument van de N-VA tegen Vlaamse onafhankelijkheid, dat er geen draagvlak voor is, kan evengoed tegen confederalisme worden gebruikt, want blijkbaar slaagt u er ook niet in om voor dat confederalisme een draagvlak te creëren.
Uw partij bestaat al meer dan twintig jaar. U zit al een eeuwigheid in meerderheden in Vlaanderen en ook aan de federale regering neemt u al voor de tweede keer deel, maar u hebt nog geen millimeter vooruitgang geboekt om meer autonomie voor Vlaanderen te realiseren.
02.79 Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer Vandeput, u staat al een tijdje op het spreekgestoelte om met enige fierheid het federale regeerakkoord en de voorgelegde begroting te verdedigen. Begrijpen wie kan. Ik voel bijna een soort liefde voor het Belgische compromis bij u naar boven komen. Mijnheer Vandeput, bent u een Belgisch believer geworden?
02.80 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Coenegrachts, het is ongelooflijk dat ik net van u die vraag moet krijgen.
Ik denk dat aan de aard van het beest niets verandert. Het is wel essentieel om terug te kijken naar de situatie die uw premier heeft achtergelaten, zoals ik die in het begin schetste. Die heeft ons ertoe genoodzaakt om daadwerkelijk de handschoen op te nemen en in de regering te stappen.
Dat betekent dat we vandaag een aantal zaken misschien niet kunnen realiseren. Tegelijkertijd realiseren we een aantal zaken wel, maar dat vergeet men dan. We schaffen de Senaat af. We boeken ook vooruitgang op institutioneel vlak
Er is één zaak waar ik echt van houd in deze wereld en dat is van mijn echtgenote. Mijnheer Coenegrachts, u kent haar. U begrijpt dan wel dat ik oprecht van haar houd. Voor de rest denk ik dat mijn emotie daaromtrent van geen generlei belang is.
02.81 Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer Vandeput, het enige wat ik vandaag van u effectief en oprecht begrijp, is dat u van uw vrouw houdt. Ik ken haar immers inderdaad.
Ik denk echter, mijnheer Vandeput, dat uw dadendrang haalt uit uw liefde voor het Belgische compromis. U houdt ons namelijk voor dat u dit land op orde kunt zetten vanuit de instelling zoals die vandaag bestaat. Ik vind dat mooi; ik vind dat goed om te zien; ik vind het zelfs positief, want dit is een land dat het verdient om hervormd te worden, dit is een land dat het verdient om voor gevochten te worden. Ik kijk er dan ook naar uit, collega Vandeput, dat u artikel 1 van uw statuut schrapt en de naam van uw partij verandert naar wat vandaag waarheid is geworden: de Nieuw-Belgische Alliantie, de N-BA.
02.82 Francesca Van Belleghem (VB): Mijnheer Vandeput, u vertelde daarnet de mop dat politieagenten beter geen koffie hadden dan geen wc-papier. Magistraten sturen mij foto’s: in het gerechtsgebouw in Brugge heeft men al maanden geen wc-papier meer, er is zelfs geen zeep om de handen te wassen en mensen zitten vast in de lift. Niet alleen de politie, maar ook Justitie is dus ondergefinancierd.
Dat gezegd zijnde, ik kom terug op het onderwerp dat mijn corebusiness is, migratie. Het Rekenhof laat zich ronduit cynisch uit over de begroting op het vlak van migratie. Hij oordeelt dat ze niet transparant is, dat de parameters niet aansluiten bij de realiteit en dat de berekeningen onvoldoende zijn onderbouwd. Dat klopt, want u voert niet het strengste asielbeleid ooit, maar het duurste asielbeleid ooit. U geeft immers 1,1 miljard euro uit aan Asiel! Hoe kunt u dat nu het strengste migratiebeleid noemen.
02.83 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Van Belleghem, ik zal het voor de zoveelste keer herhalen. U kunt zeggen dat dit het duurste asielbeleid ooit is, maar ik zeg u dat daar 4,2 miljard besparingen over de hele legislatuur tegenover staan. Als u de wonderoplossing hebt waarmee u de mensen die hier vandaag zijn kunt wegcijferen, doet u gerust.
De heer Vermeersch deed daarnet nog andere voorstellen. U kunt zeggen dat we morgen de Senaat zullen afschaffen en daarmee ineens veel zullen besparen. U kunt zeggen dat we Europa wat minder zullen geven en daarmee morgen veel besparen. Als u dat gelooft, doet u maar. Dat klinkt waarschijnlijk goed op TikTok en andere media, maar ik denk dat dat ver naast de realiteit schiet.
In dat kader kan ik u alleen maar zeggen dat de eerste opdracht van de minister vandaag het terugdringen van de instroom is. De tweede opdracht is het afbouwen van de opvang. De derde opdracht is het terugdringen…
02.84 Francesca Van Belleghem (VB): Er stonden in uw verkiezingsprogramma heel veel oplossingen op het vlak van migratie, maar u hebt ze allemaal overboord gegooid. Opt-out op het vlak van asiel en migratie, zoals Denemarken, overboord gegooid. Asielstop, zoals Theo Francken aanhaalde, overboord gegooid. Gezinshereniging stopzetten, zoals Oostenrijk, ook daarover horen we niets meer.
Integendeel, u zult zelfs nieuwe asielcentra openen, onder andere in de gemeente van een N-VA-burgemeester die zelf zegt dat de N-VA hem een mes in de rug heeft gestoken. Dus neen, dat is niet het strengste asielbeleid ooit. Dat zijn messen in de ruggen, niet alleen van burgemeesters, maar ook van mensen die in de gemeentes wonen waar u asielcentra zult openen.
02.85 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer Vandeput, ik denk dat we sommige vragen vandaag telkens opnieuw zullen moeten stellen. Een deel van de defensie-uitgaven is vandaag duidelijk ondergefinancierd. Van die 4 miljard extra per jaar zijn verschillende miljarden ondergefinancierd of niet gefinancierd. De schuld en het begrotingstekort zullen dus toenemen en de vraag is waar u het geld vandaan zult halen.
U hebt het hier de hele tijd over ‘structurele financiering zoeken’, maar wat bedoelt u daarmee? Men kan een euro immers geen twee keer uitgeven. Het is vandaag al zo oneerlijk. Minder dan 5 % van de factuur wordt door de breedste schouders gedragen en meer dan 95 % door Jan en Mieke, de gewone mensen. Waar zult u het geld vandaan halen?
De voorzitter: Bedankt om het budgettair probleem bij deze te hebben opgelost, maar misschien heeft collega Vandeput daar een ander antwoord op.
02.86 Steven Vandeput (N-VA): Ik meende ook even de echte oplossing gehoord te hebben: elke euro twee keren uitgeven, en dan komt alles goed. Dat is wat de vorige regering gedaan heeft, mevrouw Merckx. Wij gaan dat niet doen.
In die context kan ik u alleen zeggen dat als u vraagt wat structureel is, dat het duurzaam is, elk jaar opnieuw. Dat is effectief zo. Dat is werken op lange termijn. En voor de rest verwijs ik naar de antwoorden die ik nu al vijf of zes keren gegeven heb over hetzelfde onderwerp.
02.87 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Voor mij is het wel duidelijk. Deze regering plant extra besparingen. Deze regering wil extra besparen, maar ze wil het eigenlijk nog niet aankondigen. Ze plant bijvoorbeeld extra belastingen, de fameuze defensiebijdragen. Mijnheer Van Peteghem, nu kijk ik naar u.
Ze plant ook nog verder in de pensioenen te snoeien. Dat u dat wil, begrijp ik, mijnheer Vandeput. Maar de vraag is natuurlijk, en nu kijk ik naar de andere mensen die in de arizonaregering zitten, de mensen van cd&v en van Vooruit: gaan jullie daarin mee en extra besparen?
02.88 Ellen Samyn (VB): Mijnheer Vandeput, de regering-De Wever I schermde niet alleen met het strengste migratiebeleid ooit, maar ook met een historische besparing op ontwikkelingshulp. Nu, van beide is weinig te merken. Ook niet van de belofte ontwikkelingshulp afhankelijk te maken van een terugnameplicht van illegale en criminele migranten, zoals onze partij, Vlaams Belang al jarenlang bepleit. Bent u dat nu van plan of niet?
Van uw coalitiepartners, Vooruit, cd&v, en Les Engagés, horen we heel andere geluiden dan van de N-VA. Wat is het nu?
02.89 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Samyn, het is de verantwoordelijkheid van elke regeringspartij ernaar te streven het regeerakkoord volledig uit te voeren
02.90 Ellen Samyn (VB): Uw antwoord was even beknopt als wat er in de beleidsverklaringen staat. U doet echter net het omgekeerde van wat de Vlaming vraagt. De Vlaming smeekt al decennia om een rechts migratiebeleid. Een van de hefbomen daartoe is ontwikkelingshulp. Die schamele besparing van 25 % is niet wat u aan de Vlaming beloofde. U liet zich rollen. De N-VA liet zich rollen en koos ervoor om in bad te gaan met de socialisten. Meer nog, los van die honderden miljoenen aan ontwikkelingshulp gaan er onder uw bewind nog miljoenen naar ongebonden staatsleningen, zeg maar blanco cheques aan corrupte Afrikaanse regimes. Ik geef enkele voorbeelden voor 2025: 1,6 miljoen euro naar Burkina Faso; 2,15 miljoen naar Kaapverdië, 2 miljoen voor Madagaskar en 2,4 miljoen voor Moldavië enzovoort. U zet de sinterklaaspolitiek voort.
02.91 Kemal Bilmez (PVDA-PTB): Mijnheer Vandeput, deze regering heeft beloofd dat ook de allerrijksten inspanningen zouden doen. Ik heb daar in uw betoog niets over gehoord. Als ik het mij goed herinner, zou een negende van de inspanningen van de sterke schouders komen. Dat is ook waarom Vooruit in deze regering is gestapt, namelijk om erger te voorkomen en om ervoor te zorgen dat de rijken ook iets bijdragen.
Na alle rapporten en analyses, zoals die van de Inspectie van Financiën of de lezing van de heer De Visser, lezen we dat die meerwaardebelasting niets zal opbrengen in het begin. Wat nog belangrijker is, is dat die meerwaardebelasting alleen particulieren viseert. Wij zeggen al jaren dat de allerrijksten aan zo'n belasting ontsnappen, omdat zij hun vermogen via vennootschappen en holdings beheren. Bevestigt u hierbij dat de meerwaardebelasting enkel de particulieren viseert en niet de holdings van de superrijken?
De voorzitter: Mag ik er nog eens op wijzen dat het onderwerp van deze namiddag de ontwerpbegroting voor 2025, de middelenbegroting voor 2025, de algemene uitgavenbegroting 2025, de algemene toelichting en de beleidsnota’s is? Ik dring erop aan om bij het thema te blijven.
02.92 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Bilmez, wat uw partij denkt, is bekend, misschien niet altijd bij iedereen, maar het is mij bekend.
U spreekt over de inspanningen en de meerwaardetaks. In het kader van een algemene bespreking van de begroting kan ik zeggen dat die meerwaardetaks is ingeschreven in de meerjarenbegroting. Wat mij betreft, zal die, net zoals alle andere delen van de begroting, gerealiseerd moeten worden. Ik ben ervan overtuigd dat de minister van Financiën, op het moment dat de regering daar klaar voor is, met gepaste voorstellen naar onze commissie zal komen. Op dat ogenblik zullen wij daarover alle debatten kunnen voeren.
02.93 Kemal Bilmez (PVDA-PTB): Ik vind dat wel typerend. Dit is de enige maatregel waardoor de superrijken zouden bijdragen. Al maanden zegt de heer Jambon: de modaliteiten, we zullen zien, we zullen zien. Ondertussen geeft zijn kabinetschef lezingen voor fiscalisten over hoe ze die zullen kunnen ontwijken. We zullen het daar later ook met de heer Jambon over hebben. We hebben echter nog steeds geen antwoord.
Zullen de vennootschappen, dus de superrijken, buiten schot blijven of niet? U antwoordt niet op die vraag. Ondertussen liggen de besparingen op de werkenden, op de gepensioneerden, op de sociale zekerheid wel al vast. Dat is allemaal al gepland. Daarover zijn er geen modaliteiten meer te bespreken. Dat is de conclusie van deze bespreking. Arizona is opnieuw een regering voor de allerrijksten van de maatschappij en niet voor de werkende klasse.
02.94 Alexia Bertrand (Open Vld): Vermits wij uw begroting blijkbaar niet mogen bekritiseren zonder op de vingers getikt te worden, laat ik het woord aan anderen, mijnheer Vandeput. Het zijn geen politieke tegenstanders, geen leden van dit Parlement, maar buitenstaanders. Het zijn onafhankelijke stemmen, experts, mensen met een rekenmachine. Ik leg u dus enkele citaten voor. Het is geen quiz, er zijn geen prijzen te winnen. U hoeft niet te raden van wie de citaten komen, het gaat om de inhoud.
De gouverneur van de Nationale Bank: "De regering rekent op veel terugverdieneffecten en tegelijkertijd wordt er niet erg veel gespaard." De heer Gert Peersman: "De regering rekent zich rijk met terugverdieneffecten. Ik heb het nog nooit zo extreem gezien." De heer Wim Moesen: "Arizona telt de kuikens voor de eieren gelegd zijn." De heer Paul De Grauwe: "Die terugverdieneffecten, dat is een akte van geloof." Wat vindt u hiervan? Neemt u deze citaten ernstig?
02.95 Steven Vandeput (N-VA): We moeten die citaten plaatsen waar ze horen. De gouverneur van de Nationale Bank spreekt met kennis van zaken en verklaart in datzelfde rapport dat er effectief sterke maatregelen worden en dat die maatregelen effect zullen sorteren. Tegelijkertijd stelt hij echter dat het wellicht niet voldoende zal zijn. Dat is de opmerking van de Nationale Bank. U citeerde ook de heren Peersman, Moesen en De Grauwe. Als dat de voorbeelden zijn waarop u uw beleid baseerde, dan begrijpen we beter waar we vandaag staan.
Verder is het fijn dat uw collega suggereert hoe mijn partij zou moeten heten, terwijl hij er misschien beter aan doet na te denken over de naam van uw eigen partij.
02.96 Alexia Bertrand (Open Vld): Mijnheer Vandeput, u kunt de spot drijven met die mensen en hun geloofwaardigheid ondermijnen, maar dat is jammer, zeker als het gaat over de gouverneur van de Nationale Bank. Als men zijn verslag grondig heeft gelezen, merkt men dat het veel te weinig is. Hij uit oprechte bezorgdheid en stelt dat de schulden stijgen, het tekort oploopt en dat het niet zal lukken omdat het simpelweg onvoldoende is. Het is namelijk veel te weinig. Dat is het probleem. Niet alleen wij zeggen dat, maar ook het Rekenhof, de Nationale Bank, het Federaal Planbureau en Fitch Ratings. Hoeveel onafhankelijke instellingen, hoeveel economen zijn er nog nodig voor u beseft dat er iets moet gebeuren?
In juli voert u een begrotingscontrole uit, nog voor de maatregelen in werking zijn getreden. Wat gaat u dan doen in juli? Treft u dan bijkomende maatregelen?
02.97 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur Vandeput, vous disiez tout à l'heure que l'Arizona avait remporté la victoire après avoir mené un grand combat pour la suppression du Sénat, ce qui nous fera beaucoup économiser.
Vous ne pouvez pas annoncer une victoire sur ce dossier-là car une majorité des deux tiers est nécessaire pour ce faire et vous n'en disposez pas. C'est une mesure sur laquelle vous devrez faire preuve d'ouverture, de dialogue, en allant chercher des alliances avec les partis d'opposition. Vous allez donc devoir quelque peu changer de méthode – sortir de celle du bulldozer – et engager un dialogue avec les partis d'opposition pour trouver du soutien.
Monsieur Vandeput, quels partis soutiendront cette réforme? Les avez-vous déjà contactés? Quels montants espérez-vous dégager de cette suppression du Sénat?
02.98 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Schlitz, u staat blijkbaar erg kritisch tegenover de afschaffing van de Senaat, die u graag zou willen behouden. U vraagt op wie we daarvoor gaan rekenen. De regering steekt de hand uit naar al degenen die willen meewerken aan het afschaffen van een instituut dat bewezen heeft dat het zijn tijd heeft gehad. Ik heb begrepen dat u niet gaat meedoen. Mijnheer Vermeersch heeft hier net gezegd dat de Senaat afgeschaft moet worden om te besparen, maar ze doen wel niet mee. Begrijpe wie begrijpen kan. Tussen woord en daad staan nu en dan realiteiten. Als de keuze zich aandient, zullen we zien wie er op het juiste knopje zal drukken.
02.99 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur Vandeput, pour être claire, mon groupe soutient dans l'absolu la suppression du Sénat. Cela se trouve dans notre programme depuis toujours.
Par contre, je découvre dans votre interprétation que l'Arizona compte arriver avec sa proposition en demandant à l'opposition de voter pour que l'on vous démontre que nous tenons nos positions! Ce n'est pas sérieux! Vous passerez bien quelques coups de fil! M. Ronse viendra bien faire deux ou trois sourires et boire quelques cafés! Allez-vous encore vous comporter comme des cowboys sur ce dossier et passer en force avec le revolver à la ceinture?
Vous présentez la suppression du Sénat comme une mesure d'économie mais cela représente à peine 0,02 % du PIB, avec le bâtiment qui doit encore être entretenu. On ne voit vraiment pas ce que ce dossier vient faire dans une discussion budgétaire! Au contraire, car il y a tant de questions qui se posent en cascade (…)
02.100 Barbara Pas (VB): Mijnheer Vandeput, ik wil nog even ingaan op de vraag van de vriend van uw vrouw, die terecht stelde dat u geen enkele van de grote beloofde institutionele hervormingen uitvoert met deze regering.
U stelt de afschaffing van de Senaat voor als een grote institutionele hervorming. U kent blijkbaar ons stemgedrag al. Nochtans zijn wij voor de afschaffing van de Senaat, en bij voorkeur onmiddellijk, veeleer dan eerst nog vier jaar een dure fusieoperatie met de Kamer door te voeren. Wanneer wij pleiten voor die onmiddellijke afschaffing, beweert u dat dat niet realistisch is. Wij zijn echter van mening dat vooral de terugverdieneffecten in de begroting niet realistisch zijn.
Waarom schaft u niet meteen de partijdotaties af die aan de Senaat verbonden zijn, in plaats van die over te hevelen naar de Kamer? Daarmee laat u een aanzienlijke besparing liggen.
02.101 Steven Vandeput (N-VA): Het belangrijkste dat ik kan vaststellen, is dat u dingen op een andere manier in de media voorstelt dan dat u ze hier vertelt, of omgekeerd, dat laat ik in het midden. Omtrent de afschaffing van de Senaat heb ik gisteren overal gelezen dat het Vlaams Belang niet meedoet. Men moet niet op Vlaams Belang rekenen, want het doet niet mee of het zal zullen uiteindelijk wel een reden vinden om niet te hoeven meewerken.
Mevrouw Pas, u wenst dat onderwerp telkens opnieuw aan te kaarten. We zijn momenteel een algemene bespreking van onze begroting voor het jaar 2025 aan het voeren. Maar goed, we zullen iets verder vooruitkijken dan dat. Voor zover ik weet, staat qua besparingen voor de Senaat ingeschreven wat reeds ingeschreven stond. Die afschaffing zal pas binnen enkele jaren een feit zijn en dan zullen de juiste oplossingen op tafel moeten liggen.
02.102 Barbara Pas (VB): Mijnheer Vandeput, er staat geen besparing in de Senaat ingeschreven. Baseer u op feiten in plaats van hier aan framing te doen en leugens te verkondigen. Die framing gebeurt ook al in de media.
U geeft geen antwoord op de vragen! U doet alsof de afschaffing van de Senaat dé grote institutionele hervorming is, terwijl er andere grote institutionele hervormingen nodig zijn om orde op zaken te stellen.
U kunt lacherig doen over Team Kookwekkertje, maar ik ben honderd keer liever bij Team Kookwekkertje dan bij Team Totentrekkertje, dat een schijnheilige vertoning opvoert waarin men de noodzakelijke institutionele hervormingen altijd opnieuw aan de kiezer belooft, daarvoor altijd opnieuw een mandaat van de kiezer krijgt, maar er dan voor de zoveelste keer niets mee doet.
02.103 Dieter Keuten (VB): Mijnheer Vandeput, u brengt een ongelooflijke goednieuwsshow. U bent trots op twintig jaar N-VA in de Vlaamse regering. Dat wil zeggen dat de Vlaamse begroting twintig jaar op rij afgesloten werd met een structureel tekort.
Wat zien we vandaag? De tewerkstelling in Vlaanderen daalt, het aantal vacatures daalt en het aantal faillissementen staat op een recordhoogte. Als totale vernedering is een van de grootste industriëlen van Europa, de baas van INEOS, vorige week in Antwerpen komen vertellen dat hij niet meer wil investeren in Vlaanderen, in onze industrie, in de ruggengraat van onze welvaart.
Hoe zult u meer tewerkstelling realiseren wanneer het investeringsklimaat in dit land onder nul staat, wanneer u er niet in slaagt om de begroting op orde te krijgen, wanneer u er niet in slaagt om een stabiel fiscaal kader voor te stellen, wanneer u er niet in slaagt om de regeldruk te verminderen en de energiekosten omlaag te krijgen? Zonder investeringen komen er geen extra jobs, alleen maar extra schulden op kap van onze (…)
02.104 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Keuten, opnieuw denk ik dat de bevoegdheden in de overeenstemmende parlementen besproken dienen te worden.
Wat hier voorligt, zijn keuzes op het federaal niveau, dat instaat voor de garantie van onze concurrentiekracht, onze koopkracht, onze sociale zekerheid en onze veiligheid in de toekomst. Binnen dat kader doet de regering wat ze vandaag kan, rekening houdende met de huidige budgettaire toestand en de huidige internationale economische context. Dat brengt beperkingen met zich mee. Keulen en Aken zijn niet op één dag gebouwd. Dat is nu eenmaal zo.
Ik ben er echter wel van overtuigd dat langs de zijlijn blijven zitten en staan roepen, nog veel minder oplevert dan tenminste proberen de koers te keren en het schip van de bodem op te trekken tot het wateroppervlak opnieuw zichtbaar wordt.
02.105 Dieter Keuten (VB): Mijnheer Vandeput, de baas van INEOS, op dit moment de vierde grootste industriële werkgever van dit land, stelt dat binnen tien jaar de helft van onze Vlaamse industrie niet meer zal bestaan.
U verkoopt hier een goednieuwsshow. U rekent op terugverdieneffecten. U rekent op extra tewerkstelling om bijkomende belastinginkomsten te genereren. U rekent op extra uitgaven buiten de begroting. U gelooft dus niet alleen in sprookjes, u gelooft zelfs dat die gekleurde projecties de Belgische begroting zullen helpen en dat ze de Vlaming ten goede zullen komen. Ik hoop dat u daar rijkelijk voor zult worden beloond.
Voor Vlaanderen en voor welvaart, dat is wat u stelt. Echter, uw perceptie van de werkelijkheid is zwart-geel-rood. Voor de Vlaamse werknemer is de werkelijkheid echter allesbehalve rooskleurig. De relatieve verarming van de Vlaming zal niet stoppen door uw regering.
02.106 Rajae Maouane (Ecolo-Groen): Monsieur Vandeput, j'ai attendu sagement, durant de longues minutes, que le débat avance pour entendre des réponses. Je suis désolée de revenir un petit peu en arrière car j'essaie de comprendre. Il semble qu'il est compliqué pour vous de répondre. J'ai presque un peu d'empathie pour vous.
Je reprends depuis le début. Comment se prennent les décisions au sein de l'OTAN? Par consensus. La décision concernant les 5 % a déjà été prise. Là, on a une réponse, on peut avancer dans le débat.
La vraie question est: qui va payer? Les pensionnés? Les jeunes? Va-t-on saquer dans les soins de santé? Ou alors vous prévoyez de faire gagner la Belgique au Super Lotto, et cela on ne le savait pas!
02.107 Steven Vandeput (N-VA): En toch zal ik het niet in het Frans zeggen, u luistert maar naar de vertaling.
Ik heb het vandaag al minstens zes keer gezegd. Stop met mensen wijs te maken dat wij morgen de 5 %-norm moeten halen. Dat is niet waar. Dat is gewoon niet waar. Ik zeg u dat we moeten doen wat we moeten doen.
Als u dat niet wilt, zeg dan eerlijk dat we uit de NAVO stappen. Meer dan 70 jaar vrede in Europa, maar zeg dan dat we dat niet meer nodig hebben.
02.108 Rajae Maouane (Ecolo-Groen): Ik begrijp Nederlands, maar ik zal in het Frans antwoorden.
Donc, cette augmentation de 5 %, que vous ne voulez pas assumer, a déjà été décidée de facto puisque les décisions à l'OTAN se prennent au consensus. Cela semble très abstrait, et je comprends donc votre malaise. Cela semble très abstrait, mais c'est très concret. Cela représente quoi, 5 %? Cela représente 6 000 euros par an par ménage belge. Ce montant équivaut au budget de la VRT et de la presse flamande – que vous connaissez –, mais également à celui des dépenses alimentaires annuelles des ménages. Savez-vous ce qu'il s'est passé pendant le covid, quand la facture énergétique annuelle des Belges est montée à 6 000 euros? Les écologistes et la Vivaldi ont accordé des primes énergétiques et étendu le tarif social. Savez-vous ce que représentent 6 000 euros par an? Non, vous ne le savez pas, puisque vous en gagnez beaucoup trop!
02.109 Francesca Van Belleghem (VB): Mijnheer Vandeput, u hebt daarnet meermaals gezegd dat er 4 miljard te besparen is op migratie. Nu, deze regering gaat geen 4 miljard besparen op migratie, maar 1,4 miljard. Dat is dus een verschil van 2,6 miljard.
Die besparing van 1,4 miljard schiet het Rekenhof echter volledig kapot. Het Rekenhof zegt dat dit bedrag gebaseerd is op buikgevoel als het ware. Nu weten we waarom: omdat u een nieuw asielcentrum gaat openen in Schilde, omdat Fedasil een bouwvergunning heeft bekomen in Charleroi om daar een nieuw asielcentrum te bouwen en omdat u in Erpe-Mere LOI's wil blijven subsidiëren. Wat zal het zijn, 4 miljard, of 1,4 miljard?
02.110 Steven Vandeput (N-VA): Mevrouw Van Belleghem, in hetgeen morgen voorligt, de begroting voor 2025, gaat het niet over 4 miljard of 1,4 miljard. Ik zeg u er dat in de meerjarenbegroting zoals die voorzien is 4,2 miljard besparing is op asielopvang. Punt.
Als u een ander telmachine hebt, zegt u dat maar. Dat maakt me niet uit. Er staat ingeschreven wat er ingeschreven staat. Dat is wat we hier vandaag verdedigen en wat ter discussie ligt. Dat is wat ter discussie ligt. Wat het uiteindelijk zal zijn, zal maar bij de opmaak van de begroting voor 2026, 2027, 2028 en 2029 duidelijk worden. Zo zal het zijn. Dat is nu eenmaal een begroting. Een aantal eigenschappen van een begroting: ten eerste, eenjarig; ten tweede, algemeen; enzovoort. Basiscursus begroting, deel 1.
02.111 Francesca Van Belleghem (VB): Als we kijken naar het bedrag voor Fedasil dat geraamd wordt voor volgend jaar, zien we dat het gaat over een besparing van 40 % ten opzichte van de 914 miljoen euro voor asielopvang die dit jaar wordt uitgegeven.
U wil dus volgend jaar al 40 % besparen. Hoe gaat u dat echter in godsnaam doen als u nieuwe opvangcentra opent, als u nieuwe centra wil bouwen, als u die LOI's blijft openhouden en als u nog steeds asielzoekers op hotel onderbrengt? Als u volgend jaar en in de toekomst wil besparen, dan moeten die centra toch nu al sluiten? Er gelden immers nog altijd opzegtermijnen om die centra te sluiten, voor de contracten en voor het personeel. De besparingscijfers die u noemt zijn dus compleet onrealistisch.
02.112 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, ik was eigenlijk niet van plan om tussen te komen, maar u hebt mij getriggerd, onder andere met uw vragen over de Senaat. U bent duidelijk fier dat u erin geslaagd bent om met de meerderheid de afschaffing van de Senaat te verkrijgen. Fantastisch. Ik zie al iemand zeer enthousiast reageren. Zoals mijn collega al zei: principieel zijn wij voor, wees gerust, maar er komt natuurlijk wel een en ander bij kijken.
In de communicatie
luidt het dat de Senaat is afgeschaft, maar de modaliteiten, de randvoorwaarden
en het hele dossier kennen we niet. We weten dat zaken rond de benoeming of
aanstelling van rechters voor de Hoge Raad, de Raad van State en het
Grondwettelijk Hof nog geregeld moeten worden. Wat we echter nergens horen, is
wat er gebeurt met de fractiemedewerkers, de fractietoelagen en vooral met de
partijfinanciering die vandaag via de Senaat verloopt. Welk akkoord is er daarover
gesloten?
02.113 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Van Hecke, ik apprecieer u als een slim, vooruitziend en vooruitdenkend man. Ik denk dat u ook weet dat dit soort zaken besproken wordt bij de uitvoering van het dossier en op het moment waarop men partners zoekt om de aangekondigde afschaffing effectief te realiseren en vorm te geven.
02.114 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Als ik het goed begrijp, is er een principieel akkoord over de afschaffing van de Senaat, maar er blijven nog wat losse eindjes bestaan, waaronder de partijfinanciering. Zonder akkoord daarover vraagt u nu al steun aan de oppositie? Dat is in feite een blanco cheque. Het is toch logisch dat als je de Senaat afschaft, ook de fractietoelagen en de fractiemedewerkers verdwijnen en de partijfinanciering via de Senaat stopt. Anders zou het een vorm van fantoomfinanciering zijn. Dat is toch wel vreemd. U zult toch wat helderder moeten zijn, mijnheer Vandeput, vooraleer u victorie kraait.
02.115 Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Mijnheer Vandeput, u hebt terecht gewaarschuwd dat de begroting nog heel veel miljarden zoekt. Als men op zoek is naar heel veel miljarden, moet men dat doen met een open geest en zonder taboes. 70 % van de Belgen is voorstander van een echte vermogensbelasting, ook de kiezers van uw partij, maar toch weigert u die optie te overwegen. Dat is puur dogmatisch. Kunt u toelichten waarom u dat dogma niet kunt loslaten, waardoor alle lasten terechtkomen bij de gewone mensen en de middenklasse?
02.116 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Vanbesien, ik zou dat graag doen, maar dat hoort thuis in een gewoon debat over wel of niet een vermogensbelasting. Ik kan begrijpen dat mensen zeggen dat een ander maar moet betalen, aangezien ze geen vermogen hebben. Iedereen is voor belastingen, zelfs de heer Van Quickenborne, zolang men ze niet moet betalen.
Het antwoord dat ik u kan geven, mijnheer Vanbesien, is dat de invoering van een vermogensbelasting niet is ingeschreven in het regeerakkoord en dat die er dus ook niet zal komen. Waarom, hoe en wat welke partij denkt over de vermogensbelasting, ik zou u aanraden om ons programma te lezen. Dan wordt het duidelijk. Wij zijn daar geen voorstander van en het staat ook niet in het regeerakkoord. Ook anderen zijn daar geen voorstander van, terwijl nog anderen daar misschien wel voorstander van zijn. We zullen wel zien, maar het regeerakkoord is het regeerakkoord en de begroting is opgemaakt op basis van het regeerakkoord en dat wordt uitgevoerd.
02.117 Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Ik dank u voor uw voorspelbaar antwoord. U verwijst naar uw partijprogramma en onderstreept dat u geen voorstander bent van een vermogensbelasting. U hebt wel veel miljarden nodig, maar u bent niet voor zo'n belasting, uit principe. Dat is de definitie van een dogma en het probleem met een dogma is dat het behoorlijk bestuur in de weg staat.
02.118 Werner Somers (VB): Mijnheer Vandeput, ik wil even terugkomen op de discussie over de Senaat. U beweert dat wij geen steun zouden willen verlenen aan de afschaffing van de Senaat. Ik heb zelf de inleidende uiteenzetting gegeven van onze twee voorstellen tot herziening van de Grondwet om de Senaat met onmiddellijke ingang, en dus niet vanaf 2029, af te schaffen.
Tegelijkertijd voorzien wij in de oprichting van een grondwetgevende vergadering. Het betreft dan een ad-hocvergadering, dus geen nieuwe instelling. Dat kost 0,0 euro extra, maar zorgt er wel voor dat de deelstaten betrokken blijven bij de herziening van de Grondwet en bij de herziening van bijzondere wetgeving, dus bij de bevoegdheidsverdeling tussen de federale overheid en de deelstaten. Wij hebben helemaal niet gezegd dat we geen steun geven aan de afschaffing van de Senaat. We wensen echter uiteraard geen blanco cheque te geven.
Het staat u vrij om onze voorstellen te amenderen als u die niet goedvindt, maar we hebben een deel van uw huiswerk gemaakt. Waarop wacht u dus nog om de Senaat onmiddellijk af te schaffen?
02.119 Steven Vandeput (N-VA): U vraagt waarop wij wachten, maar er is een beslissing genomen. Er is een principieel akkoord overlegd. Het is duidelijk dat daarvoor een institutionele meerderheid gevormd zal moeten worden. Daarover zal met mensen moeten worden gesproken.
Wat ik vernomen heb, in al hetgeen ik daarover gelezen heb, is dat het Vlaams Belang zegt: op ons hoeft men niet te rekenen.
U zegt dat u morgen de Senaat wilt afschaffen, maar dan wil ik graag van u weten wat u morgen zult doen met het personeel en met de bevoegdheden die vandaag bij de Senaat liggen. De heer Van Hecke heeft er al een paar aangehaald, bijvoorbeeld de benoeming van rechters. Dat is volgens u zogezegd allemaal morgen met een vingerknip geregeld en de miljoenen vliegen als gebraden kippen zo onze zakken in. Het zal niet waar zijn.
02.120 Werner Somers (VB): Mijnheer Vandeput, leest u alstublieft onze voorstellen eens. Het antwoord op uw vraag staat daarin. We willen een grondwetgevende vergadering oprichten, een ad-hocvergadering die alleen wordt samengeroepen wanneer vanuit een van de deelstaatsparlementen of vanuit deze federale Kamer een vraag komt om bijzondere wetgeving of de Grondwet te herzien. Dat is het antwoord op uw vraag.
U vraagt, als we morgen de Senaat afschaffen, wat wij zullen doen met het personeel, met de gebouwen enzovoort. Wat wij in elk geval niet gaan doen, is die 10 miljoen euro aan partijfinanciering overhevelen naar de Kamer. Dat is immers helemaal geen besparing, u pleegt daarmee gewoon boerenbedrog.
Ik wil er nog aan toevoegen dat ook de PS – u zult de steun nodig hebben van ofwel de PS ofwel Vlaams Belang, want zonder steun van een van beide geraakt u nergens – blijkbaar de betrokkenheid van de deelstaten wenst te vrijwaren. Ook de PS wenst niet zomaar een blanco cheque te geven. U zit dus volledig vast. U zult op uw knieën moeten gaan smeken bij de PS of bij het Vlaams Belang, zo simpel is het!
02.121 Lode Vereeck (VB): Mijnheer Vandeput, ik heb nog twee vragen.
Ten eerste is het duidelijk dat de begroting aan het ontsporen is richting 2029. Zal er in 2029 nog voldoende geld beschikbaar zijn voor een verlaging van de personenbelasting? Indien dat niet het geval is, is dat dan de reden waarom de heer Bouchez dat naar voren wil trekken? Wilt u die verlaging van de personenbelasting, dus de belasting op lonen, eveneens vervroegen?
Mijn tweede vraag betreft de zogenaamde defensiebijdrage. Mevrouw Merckx sprak daar zonet over. Uw minister van Financiën heeft verklaard dat er geen defensietaks zal komen. Kunt u dat bevestigen?
02.122 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Vereeck, ik dank u voor uw vraag. U stelt dat de begroting aan het ontsporen is, maar de begroting is ontspoord. Dat is een vaststelling die we gezamenlijk hebben gedaan. Deze regering tracht alvast die trend te keren. Binnen dat kader, daar is zelfs het Rekenhof het mee eens, kan er in 2025 al sprake zijn van beterschap.
Als u vraagt wat de heer Bouchez wenst, zijn dat vragen die u het best aan de heer Bouchez zelf stelt. Ik ben niet op de hoogte van zijn agenda, laat staan van zijn innerlijke gedachtegangen. Ik sta hier voor mijn partij. Het is overigens vervelend dat, wanneer ik antwoord geef aan uw collega, u de behoefte voelt om mij daarbij te onderbreken, mijnheer Vermeersch. Dat is kennelijk een kwestie van stijl.
Wat betreft het vervroegen van de personenbelasting of de verlaging ervan, herhaal ik dat, wat mij betreft, het volledige regeerakkoord (...)
02.123 Lode Vereeck (VB): Dat is duidelijk iets anders dan wat uw minister van Financiën heeft verklaard. U sluit een defensietaks niet uit. Dat is nieuws.
Voor alle duidelijkheid: de begroting verslechterde reeds onder de vivaldiregering, maar u maakt het nog erger.
Ik verwijs niet naar de heer Bouchez om u te vragen of u het met hem eens bent, maar wel of u ermee instemt dat we, net zoals hij voorstelt, beter nu al eieren voor ons geld kiezen en starten met de verlaging van de personenbelasting. Want in 2029 zal er geen geld meer zijn en de bevolking zal opnieuw bedrogen uitkomen. Werken moet meer lonen, meer netto uit bruto.
In 2029, wanneer het hun beurt is, zal het een verkiezingsslogan zijn. Over verkiezingsslogans gesproken, collega Seuntjes, dat is nu eens een verkiezingsslogan van Vooruit: nul extra koopkracht in 2029. Dat geef ik u op een blaadje.
02.124 Natalie Eggermont (PVDA-PTB): Er is hier al veel gesproken over de verhoging van de defensie-uitgaven en over de tewerkstelling. Jullie zeggen altijd dat jullie die keuzes maken voor de veiligheid, de koopkracht en de welvaart, maar veel onderzoek wijst uit dat voor dezelfde uitgaven investeringen in groene energie, gezondheidszorg en onderwijs veel meer opleveren dan investeringen in defensie. Het idee dat defensie-uitgaven goed zijn voor de economie en de werkgelegenheid is dus onzin.
De minister van Defensie heeft gezegd dat als mensen horen over de astronomische extra defensiebedragen ze vergeten dat dit goed is voor de economie, maar dat is dus zever. Elke euro die in ziekenhuizen wordt geïnvesteerd, levert 2,5 keer meer jobs op dan een euro die naar wapens gaat. Kent u die studies? Wat zegt u daarop?
02.125 Steven Vandeput (N-VA): Ik ken veel studies, maar als u ze niet met naam noemt, kan ik onmogelijk precies op uw vraag antwoorden.
Als u verwijst naar onderwijs, gezondheidszorg, ziekenhuizen enzovoort dan gaat het over gemeenschapsbevoegdheden, die dus niet onder de bevoegdheid van dit Parlement vallen. Voor andere domeinen betreft het minstens een gedeelde bevoegdheid. De bevoegdheid van dit Parlement betreft wel de veiligheid met betrekking tot onze internationale betrekkingen. In dat kader herhaal ik wat ik vandaag al tot vervelens toe gezegd heb: wij zijn stichtend lid van de NAVO. De NAVO zorgt al meer dan 70 jaar voor vrede op ons continent. We zouden dat best zo houden en daar doen wat nodig is.
02.126 Natalie Eggermont (PVDA-PTB): Ja, de tegengestelde visie is duidelijk. Deze regering is wel bevoegd voor de investeringen in ziekenhuizen.
Ja, we zijn lid van de NAVO, maar we zijn ook lid van de VN-klimaatconferentie. Ook daar hebben we beloftes gedaan, maar daarover wordt hier met geen woord gerept. Het punt is dat wie in de toekomst wil investeren, wie jobs wil creëren, wie de economie vooruit wil helpen, moet investeren in de groene transitie en in de gezondheidszorg. Dat levert veel meer op voor de veiligheid, de welvaart, de werkgelegenheid en de economie dan investeringen in wapens. Dat zijn de feiten.
Het is een keuze die jullie maken om te investeren in wapens. Dat leidt alleen maar tot oorlog, conflict en dingen kapot maken. We moeten andere keuzes maken. We moeten investeren in gezondheidszorg en in de groene transitie. Ook op dat vlak hebben we internationale verplichtingen die we moeten naleven. Het is een fundamentele keuze die jullie maken, maar ze is niet gebaseerd op wetenschappelijk beleid.
02.127 Kurt Moons (VB): Ik denk dat de N-VA, mijnheer Vandeput, in de regering is gestapt om de overheidsfinanciën op orde te brengen. Ik ben geen financiële bolleboos als uzelf, maar ik kijk naar de cijfers. Er is met veel miljarden gezwaaid: men spreekt van 8 miljard terugverdieneffecten, gebaseerd op een werkzaamheidsgraad die nooit gerealiseerd zal kunnen worden, men spreekt van 2 miljard als gevolg van dezelfde maatregelen voor de beperking van de werkloosheid in de tijd en dan heeft men het ook over nog wat miljarden voor Defensie. Wat blijkt? De begroting zal effectief volledig ontsporen. U kunt wel argumenteren dat het om een meerjarenbegroting gaat, maar uiteindelijk wordt vandaag de basis gelegd en de schuldgraad verhoogd. U verhoogt dus de begrotingstekorten tot 2030. We zullen zeven jaar moeten wachten voor het beter wordt. Gelooft u nu zelf, met de hand op het hart, dat u de juiste keuzes hebt gemaakt?
02.128 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Moons, ik denk dat u zichzelf tekortdoet, wanneer u zich zo omschrijft, mar goed.
Ik denk dat het duidelijk is dat de regering een aantal keuzes maakt. Zijn dat keuzes die ik individueel allemaal zou maken? Dat weet ik niet. Dat doet er ook niet toe. De regering werd gevormd door een coalitie van verscheidene partijen op basis van iets waar ze gezamenlijk achter kunnen staan en dat ze ook kunnen uitvoeren. Dat is wat we doen.
De keuze is om ofwel de malaise proberen aan te pakken en orde op zaken stellen, ofwel niets doen. Ik weet wat de keuze van uw partij is. Ik weet wat de keuze van mijn partij is. Ik verdedig de keuzes, die we gemaakt hebben. Een begroting en ook vooruitzichten op mogelijke terugverdieneffecten zijn ramingen. Ramingen kunnen meevallen; ze kunnen ook tegenvallen. Maar ik ga ervan uit dat de richting die is aangegeven om verder in te evolueren, dat we die ook effectief moeten volgen.
02.129 Kurt Moons (VB): U spreekt over de handschoen opnemen en doorpakken. Maar de resultaten zijn er niet. Ik vind het dus heel vreemd dat u doorpakt met slechtere resultaten dan voordien.
Wil de N-VA België redden? Dat lijkt mij niet de juiste richting. Of misschien net niet. Misschien is het net de bedoeling dat ie tanker niet wordt gekeerd. Dan moeten wij, als Vlaams Belang, misschien niet te kritisch zijn, want België gaat toch naar de filistijnen.
02.130 Paul Magnette (PS): Monsieur Vandeput, je vous vois en grande souffrance; alors, je vais vous aider. Vous cherchez de l’argent. Je vais vous dire où vous pouvez le trouver. J’ai déposé une proposition de loi pour faire contribuer les grandes fortunes: 1 % au-dessus de 5 millions de patrimoine; 2 % au-dessus de 100 millions de patrimoine – vraiment les gens qui sont très très très très riches.
Taxer les grandes fortunes, cela peut rapporter 6 milliards d’euros; ces 6 milliards d’euros représentent exactement les économies que vous faites sur le dos de la santé et sur le dos des pensionnés.
Ma question est très simple, monsieur Vandeput. êtes-vous prêt à épargner les plus de 2 millions de pensionnés, les soignants et les malades, et êtes-vous prêt à faire – enfin – contribuer les grandes fortunes?
02.131 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Magnette, de maatregelen die worden genomen, worden net genomen om onze sociale zekerheid te vrijwaren, onze pensioenen betaalbaar te houden, meer mensen aan het werk te krijgen en hen meer te laten overhouden van hun loon.
Als u daartoe zelf voorstellen hebt, bent u
net te laat. U had immers een partner die met u meeging in alles wat u wilde. U had het dus beter toen gedaan.
02.132 Paul Magnette (PS):
Monsieur Vandeput, même votre groupe ne vous applaudit pas! C'est dire s'ils
sont déçus par votre réponse. (Tumulte)
Recevoir de vous des leçons de bonne gouvernance, c'est à pleurer de rire. On l'a rappelé ici: vous achetez des chars 1,5 milliard et, à la fin, ils coûtent 15 milliards! Comment pouvez-vous prétendre donner la leçon? Faites enfin un vrai exercice de rigueur budgétaire!
02.133 Kemal Bilmez (PVDA-PTB): Mijnheer Vandeput, u stelde in het begin van uw betoog dat u met de arizonacoalitie een breed draagvlak hebt en dat u met dat breed draagvlak aan het werk gaat.
Op de vraag van collega Vanbesien naar een vermogensbelasting antwoordde u dat dat niet in jullie partijprogramma staat en dat jullie dingen uitvoeren die in het partijprogramma of in het regeerakkoord staan.
Mijn vraag is dan ook heel eenvoudig en heel kort: Stond de pensioenmalus, die inhoudt dat mensen langer moeten werken voor minder pensioen, in uw partijprogramma of in het programma van de MR, Les Engagés, Vooruit of cd&v? Een simpele vraag!
02.134 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Bilmez, ik meen dat in elk partijprogramma op een of andere manier verwoord stond dat wij de stijgende vergrijzingskosten onder controle moeten krijgen en dat er maatregelen moeten worden genomen om de pensioenen op lange termijn betaalbaar te houden en om iedereen die vandaag bijdraagt, ook in de toekomst zijn of haar pensioen te garanderen. In dat kader is de regering samengekomen en is ze tot een aantal maatregelen gekomen, in een poging om daarop alvast in te grijpen.
Of die specifieke maatregel in een van de programma’s stond, kan ik u niet zeggen. Ik kan u echter wel meegeven dat wanneer u in het N-VA-programma naar een meerwaardetaks zoekt, u die niet zult vinden. Niettemin zullen we de taks invoeren met de huidige regering.
02.135 Kemal Bilmez (PVDA-PTB): De meerwaardetaks stond inderdaad niet in uw programma maar wel in het programma van Vooruit. U hebt dus niet op mijn vraag geantwoord, want ik ken het antwoord wel. De pensioenmalus stond niet in uw programma. Een pensioenmalus, dus mensen langer laten werken voor minder pensioen, stond in geen enkel partijprogramma.
Weet u, mijnheer Ronse, dit is een herhaling. De N-VA is voor de tweede keer aan de macht en nu gebeurt hetzelfde als in 2014. Ook toen had geen enkele partij aangekondigd dat mensen twee jaar langer zouden moeten werken. Dat was echter wel de eerste maatregel die jullie doorvoerden. Twee keer komen jullie met N-VA aan de macht en twee keer voeren jullie een maatregel door die niet eens in het programma stond, namelijk mensen langer laten werken voor minder pensioen. Dat is wat de N-VA heeft gedaan en wat jullie opnieuw doen.
De voorzitter: Collega's, ik sluit dit onderdeel van het debat af. De heer Vandeput heeft zowat drie uur op het spreekgestoelte gestaan, dus het komt mij voor dat u hebt kunnen vragen wat op uw lever lag. Of hij op die vragen heeft geantwoord, laat ik in het midden.
Mijnheer Vandeput, ik dank u voor uw langdurige beschikbaarheid.
Je donne la
parole à M Dermagne.
02.136 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur le président, chers collègues, messieurs les ministres, sachez que je partagerai mon temps de parole dans le cadre de ce débat général avec notre estimé collègue Frédéric Daerden, qui s'est longuement impliqué dans le cadre des débats en commission.
Monsieur le président, chers collègues, messieurs les ministres, je vais vous faire une confidence. Depuis quelques jours maintenant, je m'interroge. Je m'interroge sur le sens de l'exercice que nous sommes amenés à faire ou que nous menons depuis quelques semaines. Quel est le sens de travailler sur des documents qui sont des documents bancals, qui sont des documents approximatifs et qui sont, au regard de la population belge, des documents mensongers?
La deuxième question que je me suis posée est plus fondamentale encore. C'est "comment ont-ils osé"? Et je le dis face au ministre du Budget avec qui j'ai eu l'occasion et le plaisir de travailler sous le gouvernement précédent, un homme d'habitude sérieux, rigoureux, appliqué dans son travail et un homme plutôt affable, courtois, très drôle et plein d'humour dans la vie quotidienne. Et je me suis dit, monsieur le ministre du Budget, que vous aviez en fait interverti vos rôles.
Vous avez mené aujourd'hui votre tâche de ministre du Budget avec, je dirais, beaucoup d'humour, même si, pour une grande partie de la population belge, il s'agit d'une mauvaise blague. Vous avez oublié ou perdu le sérieux qui vous caractérisait.
Alors, plus d'un an après les élections, après six mois de douzièmes provisoires, de crédits provisoires, comment ce gouvernement ose-t-il nous présenter un budget pareil? Un budget dépassé au niveau des recettes, truffé d'erreurs et d'approximations, sous-estimé au niveau des dépenses, avec des effets retours magiques et aujourd'hui une trajectoire intenable. Comment osent-ils? Comment avez-vous osé, alors qu'après des longs mois de négociations, les partis de l'Arizona, et particulièrement le MR, annonçaient l'accord de gouvernement le plus précis de l'histoire? Les Engagés, eux, à la page 241 de leur programme, écrivaient, il fallait oser, "ce sera enfin le retour du sérieux budgétaire".
L'Arizona est arrivée en bombant le torse, en bandant les muscles, en nous disant qu'on allait voir ce qu'on allait voir; que les écuries d'Augias allaient enfin être nettoyées; que les engagements européens de la Belgique allaient enfin être respectés; que nous allions gravir des cols et qu'il y aurait de l'ordre. C'étaient vos promesses, travailler comme des ingénieurs, être responsables, rigoureux, respectueux.
Aujourd'hui, les faits sont là, la vérité a ses droits. Travailler comme des ingénieurs, on en est loin. Vous en êtes loin. Aujourd'hui, vous nous présentez un budget qui est tout sauf sérieux. Malgré les postures viriles qui sont les vôtres depuis quelques semaines, cette rigueur budgétaire que vous appelez de tous vos vœux, elle n'est jamais sortie de terre. On a attendu encore et encore le budget sérieux de l'Arizona, il n'est jamais venu.
Vous présentez aujourd'hui, mesdames et messieurs les ministres, chers députés de la majorité, un budget qui est simplement un budget dépassé, périmé, un budget mensonger. Mensonger car il s'agit tout d'abord d'un budget de tromperie et de renoncement.
Il y a un peu plus d'un an, pas grand monde au sein des partis de la majorité ne parlait du budget. J'ai fouillé dans les différentes déclarations, dans les sorties de presse de l'époque, dans les programmes même. Je n'ai pas trouvé grand-chose sur les économies que vous défendez. Je n'ai pas trouvé de traces dans vos programmes électoraux – en tout cas ceux du MR, des Engagés, du cd&v et de Vooruit – de la suppression de l'enveloppe bien-être, des économies dans les pensions et dans le secteur des soins de santé.
Aujourd'hui, à l'inverse, dans l'exposé général de votre budget et à travers les différents tableaux budgétaires, nous avons trouvé ceci: plus de 26 milliards d'économies sur les pensions; sur les travailleuses et les travailleurs; sur les personnes qui souffrent et qui sont malades; sur le secteur des soins de santé ou encore les allocations pour les personnes en situation de handicap.
Ce qui est intéressant avec un budget, c'est ce qui s'y trouve, cahin-caha, avec la rigueur variable selon les exercices. Vous savez ce que nous pensons, et nous ne sommes pas les seuls, de la rigueur de votre exercice. Mais ce qui est intéressant aussi dans un budget, c'est ce qui ne s'y trouve pas. Je vous le disais: c'est un budget de tromperie, un budget de renoncement.
La première tromperie et le premier renoncement, ce sont bien entendu ces fameux 500 euros en plus par mois de pouvoir d'achat pour toutes les travailleuses et tous les travailleurs. Certains diront: "On n'avait pas dit cela". Certains ne l'avaient pas vraiment dit et avaient joué sur l'ambiguïté. Par contre, d'autres l'ont non seulement dit, mais l'avaient aussi écrit. Rien de ces 450 ou 500 euros nets en plus par mois pour celles et ceux qui se lèvent tôt et qui, contrairement aux parlementaires de la majorité, sont avant 10 h 00 au travail. Aucune trace de cette augmentation supplémentaire, nada. C'est même le contraire puisque le pouvoir d'achat est attaqué via, par exemple, des modifications de la TVA, via le report de l'indexation, ou encore par des soins de santé qui demain coûteront plus cher.
Le second renoncement concerne le fait de récompenser et de valoriser le travail. De nouveau, rien de positif pour les travailleuses et les travailleurs dans vos documents, c'est même le contraire. Prenez par exemple le travail de nuit qui demain sera moins rémunéré qu'il ne l'est aujourd'hui. Prenez l'exemple des demandeurs d'emploi qui se formeraient aux métiers en pénurie. Demain, ils seront exclus des bénéfices du chômage et n'auront toujours pas le temps de suivre une formation.
Nous avons un troisième renoncement, mais je vous rassure, la liste n’est pas exhaustive: la loi-programme arrive la semaine prochaine et d’autres lois dites de "dispositions diverses" sont également annoncées. Je me souviens d'ailleurs des échanges vifs que nous avons eus lorsque je me tenais ici-même, à cette tribune, lors du débat sur la confiance à accorder à ce gouvernement.
Ce troisième renoncement concerne, bien entendu, les soins de santé. Certains, comme Les Engagés, affirmaient que la santé, c’était sacré. Nous le pensons aussi, nous, socialistes. Pour le PS, il est essentiel d'investir dans le système de soins de santé, dans nos hôpitaux, dans le soutien aux infirmières et au personnel soignant. Il ne faut jamais y toucher! Et là encore, malheureusement, cette majorité renonce. Ce gouvernement fait l’inverse: il réduit la norme de croissance et prévoit près de deux milliards d’euros d’économies sur la santé. Et quand on parle d’économies dans les soins de santé, nous savons qui en paiera le prix: les patients et les soignants.
Ce budget est dépassé, ce budget est périmé, ce budget est mensonger. Votre majorité, l'Arizona, n’atteindra pas l’objectif du fameux taux d’emploi de 80 %. Aujourd’hui, ce n’est plus seulement le Parti Socialiste qui le dit: la Cour des comptes et le Bureau fédéral du Plan eux-mêmes estiment ce taux à seulement 74 %.
Lorsque nous interrogeons le gouvernement ou le ministre de l’Emploi sur les dispositions, les mesures et le soutien pour atteindre cet objectif louable de 80 % de taux d'emploi, des centaines de mesures sont promises dans l’accord de gouvernement pour permettre de l'atteindre.
Cependant, lorsque nous interrogeons le ministre de l'Emploi sur les mesures précises qui sont prévues, à l'exception de la limitation dans le temps des allocations de chômage, des flexi-jobs ou du travail étudiant, nous n'obtenons pas la moindre réponse précise.
La Cour des comptes l’a souligné elle aussi: il est impossible d'atteindre 80 % de taux d’emploi si l’on ne s’attaque pas de manière spécifique aux différents groupes qui, aujourd’hui, sont les plus éloignés du marché du travail, ceux qui sont encore inactifs en Belgique.
Pourquoi cet objectif est-il inatteignable à ce stade, sur la base des propositions actuelles du gouvernement? Parce qu’un exercice sérieux – c'est à nouveau la Cour des comptes qui l'a signalé – doit consister à évaluer, mesure par mesure, leurs effets, les recettes qu’elles généreront, les effets retour qu’elles produiront.
Votre gouvernement se fixe ici un objectif louable et prend celui-ci pour argent comptant. Ce n'est pas une projection mais de l'auto-conviction. Lorsque l'on demande au ministre de l'Emploi quelles sont les mesures permettant d'atteindre et de porter le taux d'emploi à 80 %, on n'obtient aucune réponse concrète qui tienne la route. Pourtant, les occasions n’ont pas manqué d'apporter la clarté et de faire travailler les équipes du ministre de l'Emploi pour apporter ces réponses. En effet, nous avons posé ces questions dans le cadre des débats autour de l'accord de gouvernement, de la note d'orientation politique, de la note politique générale, du budget aujourd'hui, de la Loi-programme demain. Nous sommes chaque fois restés sans réponse.
Le ministre n'a pas répondu, pas plus que celui du Budget ni même le premier ministre! Personne au sein de ce gouvernement ne semble avoir la réponse. Nous faisons donc le constat suivant aujourd'hui, et je pense que l'on peut le dire: cet accord de gouvernement est le moins précis de l'histoire politique de la Belgique.
Un accord périmé, un accord dépassé, un accord mensonger, un accord carbonisé! Carbonisé non pas seulement par les partis de l'opposition – les partis de la majorité auront vite fait de dire que c'est le jeu de l'opposition et même son devoir que de s'opposer, ce qui est vrai –, mais nous n'avons pas été les seuls à critiquer cet accord de gouvernement, ce budget, cette trajectoire budgétaire. Nous n'avons pas été les seuls à l'étriller. Le premier coup a été donné par une série d'experts et de professeurs d'universités, d'économistes (Mme Bertrand en a cité quelques-uns), des membres actifs de la société civile. Tous ont dit que les effets retour n'étaient absolument pas crédibles et que votre gouvernement avait surestimé ceux-ci: des recettes supplémentaires pour 8 milliards d'euros, c'est du jamais vu! Et si cela ne s'est jamais vu, c'est d'abord parce que cela ne tient pas la route et parce que jusque-là, personne n'avait osé.
Un deuxième coup porté au budget de l'Arizona fera date. C'était le 15 mai dernier, date à laquelle la Cour des comptes a rendu son rapport, enterrant définitivement la crédibilité de votre gouvernement. Les critiques, en effet, sont dures et nombreuses, mais elles sont justes: une trajectoire pluriannuelle pas crédible, des effets retour complètement surévalués, des effets négatifs qui ne sont pas pris en compte. En effet, depuis votre tour d'ivoire, vous aviez oublié que retirer des moyens aux petits pensionnés et aux petits allocataires sociaux entraîne un impact sur la consommation des ménages et l'économie belge. Vos recettes n'en sont pas et ne sont soutenues par aucun plan sérieux pour lutter contre la grande fraude fiscale, qui doit pourtant rapporter plusieurs centaines de millions d'euros. La Cour pointe également des risques de sous-financement de la justice et de la police, des économies mal estimées, un manque de transparence budgétaire, et j'en passe.
Un troisième coup au budget de l'Arizona a été asséné par le Bureau fédéral du Plan. Rappelez-vous, je l'ai évoqué tout à l'heure, nous avions proposé voici quelques semaines une évaluation de l'accord de gouvernement, comme cela se pratique chez nos voisins. Or vous l'avez refusée, partis de la majorité. Vous auriez dû accepter, monsieur le ministre du Budget. De la sorte, vous auriez pu gagner du temps, agir et ajuster le tir. En effet, le verdict du Bureau fédéral du Plan est finalement tombé. Vous visiez 3 % de déficit. Le Bureau fédéral du Plan est sans appel: ce ne seront pas 3 % du déficit en 2030, mais plus de 6 % pour la Belgique. C'est le résultat de votre politique et de votre trajectoire, accompagné d'une dette qui avoisinera les 120 % du PIB. Ce n'est donc même plus un budget périmé, mais un enterrement en règle du budget et des objectifs budgétaires présentés par votre gouvernement et par votre majorité.
Ce budget est donc inefficace, mais il est également injuste, puisque vous allez ponctionner les retraités et les faire travailler plus longtemps. Vous allez réduire l'enveloppe de nos soins de santé et de nos hôpitaux, alors que le personnel soignant nécessite des investissements et du soutien. Vous allez dégrader le travail, diminuer le salaire des travailleurs de nuit, reporter l'indexation des salaires de milliers de travailleurs du secteur public, réduire le pouvoir d'achat de personnes en situation de handicap avec la suppression de l'enveloppe bien-être. Tout cela pour quel résultat? Pour creuser encore le déficit.
Le dernier coup en date asséné à la politique budgétaire de l'Arizona vient de l'étranger, des agences de notation; comme quoi, votre trajectoire intenable, vos mesures qui ne tiennent pas la route, cela commence aussi à se voir depuis l'extérieur, depuis l'étranger.
Sommet de toutes les tartufferies, quand une agence de notation abaisse la note de la Région bruxelloise, c'est une catastrophe. La dégradation de Bruxelles, c'est la faillite selon le MR et la N-VA. Mais, par contre, quand le gouvernement Arizona est lui dégradé, là, on ne vous entend plus. Pas de problème quand c'est la Belgique, le gouvernement fédéral. Cela devient même un non-événement qui ne vous concerne pas directement. Circulez, il n'y a rien à voir. C'était la posture, et c'est la posture de l'Arizona depuis quelques jours.
Politiquement, ce que l'on voit donc, c'est un gouvernement de plein exercice, contrairement à celui de la Région bruxelloise, qui prend des mesures d'austérité dures, brutales et inhumaines, qui vont peser grandement sur la population. Et malgré ces mesures injustes, dures et brutales, malgré la cure d'austérité que vous voulez mener, vous ne faites plus, vous ne faites pas illusion. Votre épure ne convainc pas, même à l'extérieur de nos frontières.
Ce qui transpire de votre inefficacité et de votre amateurisme budgétaire, c'est la profonde injustice qui en découle. D'un côté, une épure de 30 milliards d'euros; de l'autre, une maigre contribution des plus riches pour seulement 500 millions d'euros. Votre injustice profonde, c'est que vous allez chercher seulement 5 % de vos besoins chez les ultra-riches, alors que 95 % de l'effort pèsera, non pas sur les épaules les plus larges, mais sur les épaules de la classe moyenne. Et encore, on verra ce qu'il restera de la taxe sur les plus-values après les accords secrets, après les veto des uns et des autres, après les exceptions en tous genres.
Par contre, les économies dans les pensions,
elles, ne sont pas limitées dans le temps. Elles augmenteront encore après 2029.
02.137 Axel Ronse (N-VA):
Mijnheer Dermagne, bedankt voor uw bevlogen toespraak. Ik ben een beetje
geprikkeld door uw collega, de heer Magnette. Hij kwam daarnet met een
oplossing voor het budget, de Magnettetaks. Hij zei dat er veel mensen zijn die
meer dan 100 miljoen euro hebben. Laat ons die taks invoeren – c’est la solution pour le budget.
Hoeveel gaat u met die Magnettetaks ophalen en hoe zal u ervoor zorgen dat het geen taks wordt zoals in Frankrijk, waar kapitaal voetjes krijgt?
Mijn tweede vraag gaat over de nachtarbeid. Mensen uit de zorgsector gaan hun premie verliezen. Zal een nieuweling die binnen twee jaar binnen de zorgsector nachtarbeid verricht minder premie krijgen, ja of neen?
02.138 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Ronse, je vais commencer par votre deuxième question. Vous parlez du monde du travail, et vous semblez ne pas savoir de quoi vous parlez. Effectivement, sur le terrain, la mesure telle que vous l'avez décidée ne devrait pas toucher celles et ceux qui travaillent déjà et qui bénéficient de cette prime de travail de nuit.
Cependant, pas plus tard que vendredi dernier, j'ai rencontré quelqu'un qui travaille dans une entreprise de logistique et qui effectue du travail de nuit, qui travaille le week-end et le dimanche. Le mois dernier, son employeur a réduit de 800 euros son salaire en invoquant l'accord de gouvernement et les mesures que vous avez décidées, et qui ne sont pas encore applicables.
02.139 Axel Ronse (N-VA): Mijnheer Dermagne, u wordt boos op mij.
Eerst en vooral hebt u niet gereageerd op de eerste vraag over de Magnettetaks. We zijn echter echt wel benieuwd. Qu'est-ce que nous rendra la taxe Magnette ?
Ik wil echter ook nog iets zeggen over uw eerste punt, de nachtarbeid. De PS heeft hier gezegd dat het totale onzin is – luister goed, collega’s van de PVDA – dat mensen die nu in een sector werken waar het mogelijk is om vanaf 20.00 uur een premie te krijgen voor nachtarbeid iets zouden verliezen, zelfs mensen die nieuw instromen. Dank u wel, mijnheer Dermagne, om het fake news hier te ontkrachten. Ik ben u daar dankbaar voor. Het heeft een tussenkomst gekost, maar u hebt het wel gedaan. Ik ken namelijk mensen uit de zorg die dag en nacht werken en die tegen mij zeiden dat ze dat zouden verliezen. We zullen met man en macht moeten uitleggen dat ze dat niet gaan verliezen.
Uw voorbeeld van de logistiek klopt niet. Ik geef u de kans om uit te leggen hoe dat kan, want dat is totale quatsch.
02.140 Pierre-Yves Dermagne (PS): Comme je le disais, depuis votre tour d'ivoire, vous n'avez pas une vision correcte et conforme des réalités du monde du travail car, effectivement, ces travailleurs-là seront demain remplacés par de nouveaux travailleurs qui, eux, ne pourront pas bénéficier de ces dispositions antérieures. C'est comme cela que ça se passe, malheureusement, dans le monde du travail, quand le rapport de force n'est pas équilibré. Dans la vraie vie, dans les entreprises, c'est comme cela que ça se passe. Heureusement, pas dans toutes!
Concernant le deuxième question: il ne s'agit
pas de la taxe Magnette, il s'agit de la taxe Zucman, économiste brillant,
reconnu internationalement, appointé par le président Lula dans le cadre du G20
pour mettre en place une taxation juste des ultrariches. On ne parle pas de la
classe moyenne qui a réussi, qui a eu la chance d'hériter, etc. On ne parle pas
de ces gens-là, on parle des ultrariches. Et cette taxe, l'Assemblée nationale française
(…)
02.141 Axel Ronse (N-VA): Het is niet aan mij om de interne orde binnen de PS te bespreken, maar ik noteer dat de heer Dermagne zegt dat de heer Zucman briljant is en dat hij niets zegt over de heer Magnette. M. Magnette est quand-même plus brillant que M. Zucman, n’est-ce pas? Ik heb nog altijd niet gehoord hoeveel de taks-Zucman-Magnette zal opbrengen.
Vervolgens kom ik bij de nachtarbeid. Ik ben nog steeds op zoek naar de logica. We gaan het mogelijk maken om in de logistieke sector vanaf middernacht nachtarbeid te verrichten, iets wat nu nog niet mogelijk is. Hoe, in godsnaam, zou dat ertoe leiden dat iemand, zoals in uw voorbeeld, 800 euro loon zou verliezen? Hoe is dat mogelijk? Hoe kan dat? Weet u wat er zal gebeuren als we die maatregel niet nemen? Dan zal de e-commercesector zich verder richting Nederland verplaatsen, wat nu al aan de gang is. Dan verliezen mensen geen 800 euro, maar hun job. Dat mensen 800 euro zouden verliezen, is totale quatsch!
02.142 Ismaël Nuino (Les Engagés): Monsieur le président, je suis ravi d'entendre les bonnes idées de M. Magnette et de M. Zucman, il faut évidemment le reconnaître. Mais la question que je me pose, étant un peu nouveau ici, c'est pourquoi le faire maintenant? Pourquoi le proposer maintenant, monsieur Magnette? Vous avez eu l'immense chance d'être au gouvernement pendant quatre ans, d'être le président d'un parti au gouvernement. On connaît l'influence que vous pouvez avoir sur les choses. Pourquoi avoir attendu quelques mois, après avoir quitté le gouvernement et être dans l'opposition, pour alors seulement défendre cette proposition à tout prix? Pourquoi ne voulez-vous pas vraiment changer la vie des gens?
Le président: Monsieur Nuino, comme vous le dites, vous êtes nouveau. C'est à l'orateur qu'on doit poser les questions.
02.143 Pierre-Yves Dermagne (PS): (…)
Le président: Monsieur Dermagne, le PS est un et indivisible.
02.144 Pierre-Yves Dermagne (PS): Vous en faites le constat et je m'en réjouis, monsieur le président!
Monsieur Nuino, nous ne sommes pas restés les bras ballants. Vous êtes sans doute l'un des plus jeunes de cette Assemblée, mais cela fait des décennies que le Parti Socialiste se bat pour de la justice sociale et pour de la justice fiscale. Sous le précédent gouvernement, nous sommes parvenus à mettre en place la taxe sur les comptes-titres, à faire en sorte qu'elle soit robuste et qu'on puisse demain, effectivement, jouer sur le taux. Je pense d'ailleurs que vous avez suggéré quelque chose de similaire voici quelques semaines ou mois. C'était la taxe sur les plus-values.
Nous ne sommes donc pas restés les bras ballants. Chaque fois que nous participons à une majorité, nous le faisons de manière combative, en respectant les engagements que nous avons pris devant nos électeurs et devant la population, sans capituler en rase campagne, comme vous semblez l'avoir fait avec le gouvernement Arizona.
02.145 Ismaël Nuino (Les Engagés): Monsieur Dermagne, je vous remercie pour votre réponse mais vous ne répondez pas à la question que je vous ai posée. M. Dermagne peut me répondre. Pourquoi ne pas avoir proposé cette taxe sur les milliardaires lorsque vous étiez au gouvernement? Aujourd'hui, vous sortez après ces quatre années de gouvernement et, dans les trois mois, vous avez toutes les meilleures idées du monde.
Vous nous avez laissé un budget qui est en rase campagne, un budget qui est en énorme difficulté. Aujourd'hui, la situation des pensions ne fonctionne pas non plus. Vous dites aujourd'hui qu'on doit refinancer l'État. On doit le faire évidemment, mais pourquoi ne pas l'avoir fait avant? Pourquoi ne pas l'avoir fait avant? Vous avez peut-être obtenu des choses: la taxe sur les comptes-titres. Nous avons également obtenu des choses: cette taxe sur les plus-values. Pourquoi aujourd'hui? Pourquoi ne pas l'avoir fait avant? C'est toujours la même chose avec le Parti Socialiste: vous ne travaillez pas quand vous êtes au gouvernement et, quand vous en sortez, vous avez toutes les meilleures idées du monde!
02.146 Pierre-Yves Dermagne (PS): Je suis toujours fasciné par la fougue de la jeunesse et j'invite M. Nuino à aller vérifier dans les archives parlementaires. Il verra que la première proposition de contribution des ultrariches a été déposée par mon illustre prédécesseur au sein de cette assemblée, M. Ahmed Laaouej. Nous étions les premiers à la déposer!
02.147 Ismaël Nuino (Les
Engagés): Peut-être qu'à la différence de M. Dermagne, je ne vis pas dans
les archives. Ce que je veux savoir, c'est ce que le Parti socialiste fait
aujourd'hui. (Brouhaha)
Je pense être loin d'être l'archive de ce
Parlement, monsieur Dermagne. Ce que je veux savoir, c'est ce que le Parti
socialiste va apporter aujourd'hui, si ce n'est de belles vidéos sur Instagram
pour dire qu'ils veulent taxer les milliardaires. Rien d'autre que de la "com"!
02.148 Steven Coenegrachts (Open Vld): De heer Dermagne heeft natuurlijk gelijk. Het voorstel voor een meerwaardebelasting en voor een rijkentaks ligt al jaren op de tafel van de PS. En wie heeft ze altijd tegengehouden, collega's? Dat was Open Vld. Door Open Vld is die er nooit gekomen.
Wij zijn vertrokken, collega Ronse. Maar u mag er heel fier op zijn, want u voert ze vandaag in. Wij zijn vertrokken, collega's van de MR. Maar u mag er heel fier op zijn, want u voert ze vandaag in.
U hoeft niet te praten over een Magnettetaks, u hebt de De Wevertaks ingevoerd. De dag dat collega Dermagne opnieuw aan de knoppen zit, zal hij het tarief verhogen. Als de heer Nuino het voor het zeggen krijgt, verhoogt hij het ook.
Collega Dermagne, met hoeveel verhoogt u de De Wevertaks de dag dat u opnieuw in de regering zit?
02.149 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur le président, mon temps de parole se décompte alors que je n'ai pas eu l'occasion de parler. Monsieur Coenegrachts, au Parti Socialiste, on ne taxe pas pour le plaisir de taxer. On taxe pour aller chercher l'argent là où il est et pour pouvoir le mettre là où sont les besoins: dans les soins de santé, dans notre système de justice, dans notre police et dans toute une série de services publics. Effectivement, les recettes doivent être à la hauteur des besoins. Nous savons combien les besoins sont nombreux. Non, le Parti Socialiste n'est pas un parti d'opposition qui n'agit que dans l'opposition. Chaque fois que nous sommes montés au gouvernement, nous avons pris nos responsabilités et nous avons été conformes aux engagements pris vis-à-vis de la population.
02.150 Steven Coenegrachts (Open Vld): Collega Dermagne, u zoekt op de verkeerde plaats. Ook wij liberalen zoeken het geld waar het zit en dat zit vandaag bij de overheid, in een land dat 52 % overheidsbeslag kent. In het meest belaste land van de westerse wereld moet u stoppen met nieuwe belastingen verzinnen. Men voert hier nieuwe belastingen in, die wij altijd hebben tegengehouden. In dit land moet men denken aan besparingen en hervormingen en stoppen met praten over waar en bij welke burger we nog extra geld kunnen innen.
Wat de meerwaardebelasting betreft, als u, en trouwens iedereen hier, een manier voorgesteld krijgt waarbij u de 1 % belast, doe dat dan morgen. Het probleem is dat u altijd uitkomt bij de pensioenspaarders, bij de begunstigden van groepsverzekeringen en bij de mensen die voor hun kinderen sparen. Van die mensen, van die werkende middenklasse moet u met uw fikken af blijven.
02.151 Axel Ronse (N-VA): Het is zo jammer dat de heer Magnette tijdens de vorige legislatuur niets te zeggen had in de PS, nietwaar? Zo niet zouden we hier niet met zo'n strontbudget, met zo'n budgettaire puinhoop zitten. U had alle sleutels in handen en de kennis om de staatskas te vullen. Hoe komt het dan dat die niet gevuld is? Mijnheer Coenegrachts, ik geloof werkelijk niet dat dat komt door het verzet van Open Vld.
De voorzitter: Collega's, er mogen alleen vragen gesteld worden aan degene die op het spreekgestoelte staat, anders wordt het debat oeverloos en zullen we morgen pas aan de derde spreker toe zijn.
02.152 Axel Ronse (N-VA): Mijnheer Dermagne, waar was de heer Magnette toen? Is het echt zo dat Open Vld, dat er na 25 jaar nog steeds niet in geslaagd is om de werkloosheidsuitkering in de tijd te beperken, in de weg stond om de fameuze Magnettetaks in te voeren?
02.153 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Ronse, comme je l'ai dit tout à l'heure à M. Nuino, nous avons toujours pris nos responsabilités en montant dans un gouvernement. Nous ne sommes jamais montés dans une majorité et un gouvernement uniquement pour être au pouvoir, nous l'avons toujours fait avec une série d'exigences, de lignes rouges à ne pas franchir et avec, effectivement, le respect des engagements pris lors des campagnes électorales.
Ce qui ne fut pas le cas de tout le monde. Je relis quelques pages du programme des Engagés – excusez-moi, mais vous m'avez titillé, monsieur Nuino. Page 78: "Nous atteindrons enfin les 0,7 % d'aide aux pays en développement". Page 140: "Nous allons rouvrir des petites gares". Page 241: "Ce sera enfin le retour du sérieux budgétaire". Page 250: "Nous allons taxer les paradis fiscaux". Le programme des Engagés!
Mais où sont passés ces engagements?
De voorzitter: Collega's, er doet zich iets zeer bijzonder voor. Collega A stelt een vraag aan collega B, die niet op de tribune staat, waarop collega C op de tribune antwoordt op collega D. Ik weet niet of u nog kunt volgen, maar dit maakt geen ernstig debat mogelijk.
Ik herhaal de spelregels. Er wordt een vraag gesteld aan degene die hier staat. Ik neem aan dat die mans of vrouws genoeg is om daarop een antwoord te formuleren. Die heeft daar een minuut tijd voor. Daar kan op gerepliceerd worden.
Het is natuurlijk ook niet de bedoeling dat er vragen gesteld worden aan een collega van de eigen fractie. U heeft uw fractievergaderingen om dat soort dingen te organiseren.
Ik geef nu terug het woord aan de heer Dermagne voor het vervolg van zijn uiteenzetting.
02.154 Pierre-Yves Dermagne (PS): Merci, monsieur le président.
J'ai donc rappelé pourquoi le budget de l'Arizona était un budget inefficace, injuste, un budget de renoncement, un budget mensonger.
J'en viens maintenant au délire ultime, celui de ces derniers jours, à la schizophrénie qui a animé les partis ou, en tout cas, les présidents des partis de l'Arizona, à savoir les investissements en matière de Défense. À nouveau, la majorité navigue à vue. Le ministre de la Défense a des hallucinations. Les sources de financement ne sont pas identifiées. La manière d'investir ou de dépenser ne l'est pas davantage. On ne sait pas si les crédits viendront d'emprunts, de vente d'actifs – dans l'affirmative, desquels? – ou de crédits budgétaires à déterminer. En gros, et c'est la question qui a été posée une quinzaine de fois à M. Vandeput: qui va payer? Qui paiera ce délire collectif qui consiste à porter à 5% du PIB les dépenses de défense?
02.155 Jean-François Gatelier (Les Engagés): Monsieur Dermagne, je pense qu'en matière de santé nous sommes face à un petit problème. Nous n'avons certainement pas le même budget puisque le Parti Socialiste et vous répandez, depuis un mois ou deux sur les réseaux sociaux, le bruit que nous allons faire 2 milliards d'économies sur la santé. Ça s'arrête là! Vous êtes très réducteurs dans votre discours alors que l'Arizona vous propose un budget sur la législature de 12 milliards pour la santé. C'est une priorité pour Les Engagés. On y reviendra.
Pour ce qui est du budget 2025, il est mentionné un montant de 1,9 milliard en plus, soit + 5,2 %, pour le budget 2025. Confirmez-vous que l'augmentation du budget sera de presque 2 milliards? C'est ma première question.
Quel était le bilan de la Vivaldi en matière d'investissements dans les soins de santé? C'est ma deuxième question.
02.156 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Gatelier, je pense que vous avez mal lu votre propre budget. L'exposé des motifs des documents budgétaires – qui valent ce qu'ils valent, on l'a évoqué tout à l'heure –, parle de 1,914 milliard d'euros d'économies dans le secteur des soins de santé. Ce n'est pas nous qui l'avons écrit, c'est vous! Ce n'est pas nous qui l'avons décidé, c'est vous!
Et alors, monsieur Gatelier, quand on parle d'augmentation des investissements, nous n'avons jamais dit qu'il n'y aurait pas d'augmentation. Nous avons toujours dit que ces augmentations seraient insuffisantes pour couvrir les besoins. C'est le sens-même de la norme de croissance des soins de santé. Et c'est vous qui l'avez mise au péristyle des Engagés, en disant que c'était sacré, qu'il fallait 3,5 % de norme de croissance. Où en êtes-vous aujourd'hui? C'est ma question, monsieur Gatelier.
02.157 Jean-François Gatelier (Les Engagés): Nous avons inscrit une norme de croissance moyenne de 2,6 %, alors que la Vivaldi était à 2,5 %. Révisez vos mathématiques, c'est exactement ça!
Deuxièmement, vous n'avez pas répondu à ma question concernant le budget 2025, alors que c'est la question précise aujourd'hui. Deux milliards d'investissements sur 2025. Ne laissez pas courir le bruit qu'on fait des économies de 2 milliards, c'est complètement faux. Quel est votre bilan en termes d'investissements durant la Vivaldi dans les soins de santé? Moi, je vous parle de 12 milliards, avec 2 milliards de mesures structurelles, que demande le Bureau fédéral du Plan.
(…): (…)
02.158 Pierre-Yves Dermagne (PS): C'est vrai que M. Prévot s'était engagé à titre personnel aussi sur le programme des Engagés. Et donc, cela n'engageait pas l'ensemble de sa faction.
Monsieur Gatelier, je reprendrai les mots de M. Nuino. Moi, je ne suis pas un homme du passé ou du passif. Ce que je regarde aujourd'hui, c'est le travail que vous avez bâclé, mais déposé. Le travail que vous avez effectué et qui n'est pas conforme aux engagements que vous aviez pris lors de la campagne électorale.
Et vous pouvez essayer de faire mentir les chiffres. Les chiffres sont têtus. Ce sont effectivement des économies dans le secteur des soins de santé au regard de la norme de croissance. Et la norme de croissance, elle a été établie pour tenir compte des besoins réels de la population en matière de soins de santé.
Et, donc, je vous renvoie moi aussi à vos études, monsieur Gatelier.
02.159 Jean-François Gatelier (Les Engagés): Je voudrais simplement rappeler que le chiffre de 2,6 % a bien été confirmé et a même été confirmé par le Conseil de l'INAMI qui estime que c'est assez pendant toute la législature. Le Bureau fédéral du Plan ne parle pas de norme de croissance, mais de besoins. Il ne faut pas confondre les deux. Je rappelle encore qu'il faut arrêter de faire croire que l'on fait 2 milliards d'économies alors qu'on injecte 12 milliards dans la santé pendant cette mandature. Vous n'avez pas les mêmes chiffres.
Le président: Monsieur Dermagne, continuez, s'il vous plaît.
02.160 Pierre-Yves Dermagne (PS): Merci, monsieur le président. Je vais essayer de terminer sur le sujet des investissements en matière de défense. Je le disais, nous avons un ministre de la Défense qui semble engranger les milliards jour après jour. On ne sait pas ce qu'il va en faire, mais la seule chose qui semble importante est de pouvoir dépenser sans compter. Nous ne sommes plus face à un Fonds défense, mais face à un puits sans fond. Il semble pleuvoir des milliards, mais le brouillard ne se dissipe toujours pas.
On ne sait pas comment ces investissements complémentaires seront financés, si ce n'est en lisant l'accord de gouvernement. Une partie viendra de mesures structurelles, mais nous n'avons toujours pas eu les réponses sur celles-ci, qui restent à identifier en 2029, "selon le principe de l'accord de gouvernement ". Il ressort donc de notre lecture, selon ce principe et au regard de ce qui a d'ores et déjà été décidé par cette majorité et par ce gouvernement, que cela implique effectivement des économies supplémentaires sur les pensions, sur les travailleuses et les travailleurs, des reports d'indexation ou de nouvelles diminutions d'allocations pour financer ces fameux et délirants 5 %. C'est cela que ça veut dire. Ce sont eux qui vont payer: les pensionnés, les travailleurs, les personnes malades et les bénéficiaires de services publics.
C'est peut-être une des seules vertus de cet exercice: oser à un moment dire la vérité aux Belges. Ces fameux 5 % du PIB en dépenses de défense à l'horizon 2029 représentent en tout près de 36 milliards d'euros. Cela a l'air abstrait et lointain. Cela a l'air impossible à quantifier.
Mais soyons concrets, on l'a déjà dit tout à l'heure: 36 milliards d'euros en matière de défense, cela représente 6 000 euros par ménage belge. Si l'on soustrait les 2 % sur lesquels vous vous êtes d'ores et déjà engagés, même si l'on ne sait toujours pas comment ils seront financés, investis ou dépensés, cela veut dire qu'il reste 21,4 milliards d'euros à trouver. Ce montant correspond à huit fois le budget de la justice dans notre pays, deux fois le budget de la recherche et de l'enseignement en Fédération Wallonie-Bruxelles – en Communauté française, pour utiliser un terme que souhaite utiliser le premier ministre –, et c'est aussi plus de trois fois le coût des allocations de chômage.
02.161 Axel Ronse (N-VA): Ik krijg hoe langer hoe meer zin om de PS in de regering op te nemen, want de PS heeft voor alles een oplossing: budgettair, de taks-Magnette/Zucman, et la Défense.
Onze minister van Buitenlandse Zaken, Maxime Prévot, en onze eerste minister, Bart De Wever, zijn al weken diplomatiek aan het proberen om de NAVO-pil te verzachten. Die NAVO-pil is onder meer door mevrouw Dedonder goedgekeurd in Vilnius en ook een jaar eerder in Madrid. Daar bestond een consensus om meer te investeren. Zij proberen ervoor te zorgen dat die verhoging pas vanaf 2035 moet ingaan. Ze proberen dus die pil te verzachten.
Maar nu begin ik te dromen van premier
Dermagne. Veronderstel dat de regering valt, wat zou premier Dermagne op de
NAVO-top in Den Haag doen om ervoor te zorgen dat le 5 % horrible er niet komt? Wat is uw strategie om dat af te wenden?
02.162 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Ronse, je n’ai pas pour habitude de débuter une négociation en déposant les armes, si vous me permettez l’expression. Effectivement, on ne va pas à un sommet de l’OTAN en ayant eu un débat ici, des échanges dans la presse, entre présidents de parti ou entre vice-premiers ministres où des positions ont été évoquées, certaines lignes rouges auraient été tracées; alors que, dans le même temps, hier en commission et encore aujourd'hui à cette tribune, un gouvernement, des membres de la majorité disent effectivement que les 5 %, on devra se les chiquer, et que la question est de savoir ce qu’on pourra mettre dans ces 5 %, le trajet et la durée des différentes étapes.
C’est ce que vous dites depuis quelques jours.
C’est de cette manière-là que vous allez négocier avec nos alliés au sein de
l’OTAN, comme le ministre de la Défense, puisqu’il fait le tour d’Europe des
salons de l’aviation, des marchés de la défense, comme un enfant se baladerait
dans un magasin de jouets. (…)
02.163 Axel Ronse (N-VA):
Ik geef premier Dermagne nog een tweede kans, want ik hoorde hem voornamelijk
zeggen hoe slecht wij het doen. Ik vraag echter hoe de eerste minister – le grand premier – Dermagne naar de
NAVO-top in Den Haag zal gaan. Hoe zult u die 5 % afwenden? Wat zou het
masterplan zijn van eerste minister Dermagne om die NAVO-top te verlaten als
een nog steeds eervol lid van de NAVO, met het NAVO-hoofdkwartier in Brussel,
en toch zonder aan die 5 %-norm te moeten voldoen? Quel
est votre plan, premier Dermagne?
02.164 Pierre-Yves Dermagne (PS): Je pense avoir déjà répondu à M. Ronse. Il a posé deux fois la même question.
Monsieur Ronse, rassurez-vous, je n'ai absolument pas l'ambition de devenir le premier ministre de ce pays! Je m'épanouis pleinement dans la fonction de chef de groupe du plus grand parti francophone de l'opposition, après avoir effectivement participé à un gouvernement.
02.165 Benoît Lutgen (Les Engagés): Monsieur Dermagne, vous vous inspirez tous les jours du programme des Engagés et je m'en félicite. C'est d'ailleurs peut-être une meilleure façon pour vous de devenir un jour premier ministre. Sincèrement, adoptez complètement le programme des Engagés.
Vous avez invité mon collègue Nuino à aller voir les archives. Je suis effectivement allé voir dans les archives pour pouvoir trouver le programme du PS de 2019. Ce dernier n'est plus disponible sur le site du PS, on se demande pourquoi. En grattant un peu, j'ai trouvé les informations suivantes: le PS défend une gratuité de l'enseignement, du matériel scolaire, des visites, des excursions, des repas de midi. Nous ne sommes pas totalement à la gratuité complète. Le PS propose la globalisation totale des revenus, IPP, etc. Vous ne l'avez pas fait non plus.
Faire partie d'une coalition implique des consensus. Les Engagés ont, plus que n'importe qui, protégé les soins de santé et continueront à le faire!
02.166 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Lutgen, merci de nous proposer d'adopter le programme des Engagés. Il est vrai que vous l’avez abandonné en rase campagne. Donc, si nous pouvons être utiles, monsieur Lutgen, nous le serons avec grand plaisir.
Vous avez évoqué des faits d’armes, des avancées que nous avons obtenues et mises en œuvre, notamment avec Caroline Désir lorsqu’elle était ministre de l’Enseignement en Fédération Wallonie-Bruxelles, avec la gratuité, avec un encadrement des coûts demandés aux parents et aux élèves. Bien entendu, nous l'avons fait!
Avons-nous mis tout notre programme en œuvre? Bien entendu que non, monsieur Lutgen. Cependant, il y a une différence entre faire des concessions et abandonner en rase campagne l'ensemble de ses propositions.
02.167 Benoît Lutgen (Les Engagés): Monsieur Dermagne, nous sommes très heureux que vous n'ayez pas tout mis en œuvre. Sinon, le pays serait en faillite depuis bien longtemps parce que la gratuité pour tout, pour tous, tout le temps créerait quelques difficultés budgétaires, bien plus importantes que celles auxquelles nous sommes confrontés aujourd'hui et contre lesquelles notre formation politique a dû prendre plusieurs mesures. Donc, arrêtez ce petit jeu qui consiste à aller chercher dans notre programme tel ou tel point! Vous qui avez été au pouvoir pendant des décennies, vous savez mieux que n'importe qui que cela fait partie des consensus. Regardez notre programme pour le porter avec vigueur et force, afin de progresser électoralement. C'est ce que nous vous souhaitons, en tout cas sur la base de nos propositions. Allez consulter les archives les unes après les autres, feuilletez-les, mais le plus important est la réalité de ce que nous avons obtenu, notamment en matière de protection des soins de santé.
02.168 Stéphane Lasseaux (Les Engagés): Monsieur Dermagne, je n'ai pas consulté les archives, mais j'ai simplement regardé les statistiques. En 1981, le PIB Défense belge était de 3,37 %. Nous avions encore la gendarmerie, mais si on l'en retire, cela représente quand même un montant supérieur aux 2 % sur lesquels vous vous étiez engagés sous le gouvernement Di Rupo en 2014. En 2024, rien n'avait été réalisé. En 2025, nous avons dû prendre la décision d'avancer vers les 2 % pour renforcer. Alors que le monde est en feu, et vous êtes restés les bras croisés!
Que faisons-nous des munitions que nous n'avons pas? Quand le Chef de la Défense nous annonce que nous pouvons à peine tenir un jour si nous sommes en conflit ouvert, comment pouvons-nous réagir? Il fallait impérativement investir dans la Défense et nous avons pris cette décision!
02.169 Pierre-Yves Dermagne (PS): Je suis désolé mais je n'ai pas entendu de question dans la bouche de M. Lasseaux. Je voudrais simplement rectifier un élément, qui a déjà été évoqué à plusieurs reprises aujourd'hui et dans le cadre de débats antérieurs. Lorsqu'il était premier ministre, Elio Di Rupo n'a pas pu s'engager au nom du gouvernement au sommet du Pays de Galles en 2014, parce qu'il était en affaires courantes et qu'il l'avait signifié. Un courrier précisait en effet qu'il transmettrait l'engagement au gouvernement suivant, lequel a ensuite désinvesti dans la Défense tout en achetant des F-35 coûteux et des blindés dont la facture a explosé, etc., et tout en désinvestissant dans le personnel. C'est le contraire de ce que nous avons fait avec Mme Dedonder lorsqu'elle était ministre de la Défense sous la Vivaldi.
02.170 Stéphane Lasseaux (Les Engagés): Vous venez de préciser que, sous la Vivaldi, vous étiez aux commandes de la Défense. Néanmoins, qu'est-ce qui a été fait? Tout le monde a clairement annoncé qu'on voulait "plus d'Europe". Mais si on veut plus d'Europe, à un moment donné, il faut pouvoir investir.
(…): (…)
02.171 Stéphane Lasseaux (Les Engagés): Ce ne sont pas les armes américaines, ce qui est prévu de toute façon.
Mais, maintenant, pouvez-vous m'expliquer pourquoi il n'y a pas eu de renforcement au niveau des munitions? Pourquoi avez-vous laissé la Défense dans cet état-là? Nous sommes toujours à 1,3. Même si ce n'est pas votre gouvernement qui, sous Di Rupo, l'a annoncé, on est toujours dans la situation de 1,3 %, et là, on est en conflit ouvert. Je le reprécise: en 1981, même si la gendarmerie était là, on était uniquement dans la Guerre froide.
02.172 Ismaël Nuino (Les Engagés): Merci, monsieur le président. Je reprends une phrase de M. Dermagne qui m'a beaucoup interpellé. "M. Di Rupo transmettra au gouvernement suivant l'engagement."
Décidément, c'est l'une de vos spécialités. Les 2 %, vous les avez transmis au gouvernement suivant et, aujourd'hui, une majorité responsable doit prendre ses responsabilités, les appliquer pour faire face à une guerre à nos frontières.
Deuxième engagement que vous avez pris, celui de réformer les pensions, monsieur Dermagne. En 2020, votre gouvernement s'est engagé, au travers de Mme Karine Lalieux et de M. Thomas Dermine, en disant: "Nous allons réformer les pensions, parce que nous voulons avoir les fonds du plan de relance". Trois ans après, la Commission a dit: "Désolé, non, il faut revoir votre copie, vous n'avez pas réformé les pensions."
Donc oui, nous devons le faire. C'est impopulaire, mais il faut le faire. Aujourd'hui, si nous ne le faisons pas, nous ne serons pas en capacité de payer les pensions dans plusieurs années. Alors encore une fois, monsieur Dermagne, la différence entre les socialistes et les Engagés, c'est que nous, nous pensons aux prochaines générations, et pas aux prochaines élections.
02.173 Pierre-Yves Dermagne (PS): Les mots de monsieur Nuino me permettent de terminer sur ce sujet. Effectivement, les générations futures, nos enfants, nos petits-enfants et arrière-petits-enfants, effectivement, c'est un enjeu essentiel.
C'est un enjeu essentiel en matière de climat, mais c'est aussi un enjeu essentiel en matière budgétaire. Et ces 5 % du PIB dans la Défense mèneront – nous ne sommes pas les seuls à le dire – à près de 60 milliards d'euros de déficit en 2019. 60 milliards d'euros de déficit laissés sur les épaules des générations futures.
Si c'est ça que vous appelez vous soucier des générations futures, alors nous n'avons effectivement pas la même définition, monsieur Nuino, de la prise de responsabilité en tant qu'homme et femme politique.
02.174 Ismaël Nuino (Les Engagés): Monsieur Dermagne, il est évidemment plus simple de critiquer quand on est dans l'opposition. La question que je me pose aujourd'hui c'est: si vous étiez demain au gouvernement, que feriez-vous à ce sommet de l'OTAN? L'immense majorité des autres pays de l'OTAN dit qu'il faut aller aux 5 % car, eux, ont respecté leur engagement de 2 % depuis bien longtemps. Qu'est-ce que vous feriez? Direz-vous à tous vos partenaires du club: "ah non! Moi, je n'irai pas aux 5 %, parce que j'en ai décidé, parce que, moi, je n'ai pas peur de la guerre." Que pensez-vous qu'ils vous répondraient? Vous savez monsieur Dermagne, lorsqu'on est seul à penser que tous les autres ont tort dans une pièce, il est temps de se poser des questions.
02.175 Pierre-Yves Dermagne (PS): Merci monsieur le président. Nous parlons donc de 60 milliards
d'euros, un déficit qui avoisinerait les 9,2 % du PIB, ce que le Bureau du
Plan a confirmé. (Brouhaha)
De voorzitter: Collega's, mijnheer Dermagne heeft het woord.
02.176 Pierre-Yves Dermagne (PS): Nous parlons donc de 60 milliards d'euros de déficit à l'horizon 2029. Voilà donc l'héritage que l'Arizona va laisser à notre pays en fin de législature. Un gouffre budgétaire abyssal, quasiment jamais vu dans l'histoire du pays. Un marché du travail atomisé, des travailleurs usés, les ultrariches plus riches, les plus précaires encore plus pauvres, des soins de santé exsangues, ou encore des services publics sabotés.
Vous l'aurez compris monsieur le président, messieurs les ministres, chers collègues, le Parti Socialiste ne votera pas cet ersatz de budget, mais nous montrerons qu'il existe bien des alternatives crédibles, justes, qui vont chercher l'argent là où il se trouve, pour faire en sorte que l'on puisse, demain, baisser la pression fiscale sur celles et ceux qui travaillent pour, enfin, réaliser une grande réforme fiscale qui redonne du pouvoir d'achat à celles et ceux qui travaillent. Chercher l'argent là où il est, chez les ultrariches, chez les spéculateurs, auprès des grandes banques ou des multinationales de l'énergie, voilà la manière dont le Parti Socialiste prendra ses responsabilités.
Le président: Merci monsieur Dermagne.
La parole est à M. Piedboeuf.
02.177 Benoît Piedboeuf (MR): Monsieur le président, chers collègues, aujourd'hui, la Belgique fait face à une équation budgétaire complexe: déficit structurel croissant qui grève nos marges de manœuvre, dépenses publiques sous la pression du vieillissement – nos dépenses croissent plus vite que nos recettes –, dette publique qui pèse sur les générations futures et pression fiscale parmi les plus élevées d'Europe.
Ce constat n'est pas neuf, mais il est urgent d'agir. Le gouvernement a donc fait le choix du courage, de la réforme, et non celui de la facilité et du populisme. Les citoyens, par leur vote, ont exigé un redressement, de la rigueur, de la cohérence et de la vérité, pas des promesses vaines.
Le budget 2025 et le plan pluriannuel 2026-2029 prennent ce virage. Il ne s'agit pas d'austérité aveugle, mais d'un cap construit sur la durée. Deux tiers de réformes structurelles, un tiers de réduction des dépenses. Il s'agit d'un plan qui redonne de la perspective à notre pays, avec la conviction qu'un redressement est possible si nous avons le courage de l'entreprendre collectivement.
Sur le plan fiscal, on relève plusieurs signaux forts. Tout d'abord, le maintien du taux réduit de TVA à 6 % pour les démolitions-reconstructions – une fiscalité qui encourage la rénovation, la reconstruction et la circularité dans le bâtiment. Ensuite, la suppression de la majoration automatique en cas de première erreur fiscale; il faut une fiscalité plus juste, plus lisible, plus humaine, qui ne pénalise pas l'erreur de bonne foi, mais qui lutte avec force contre la fraude organisée.
Ce n'est qu'un début. La réforme du régime des droits d'auteur, celle des expatriés, la création de crédits d'impôt ciblés sont des outils pour améliorer notre attractivité économique. Nous voulons être une terre d'accueil pour les talents, les idées et les investissements, avec une fiscalité qui récompense l'effort, encourage la prise de risques et favorise l'innovation. Les porteurs de projets doivent sentir que leur pays les soutient.
Nous agissons aussi pour l'investissement. La déduction pour investissement sera bientôt assouplie. Pour la première fois, un crédit d'impôt ciblé vient renforcer la capacité des indépendants à se financer. C'est un choix clair: soutenir ceux qui entreprennent, ceux qui prennent des risques, ceux qui créent de l'activité.
"Make 2025-2030", le plan industriel fédéral marque une ambition forte: compétitivité, autonomie stratégique, transition. Il implique le fédéral, les Régions et les secteurs privés pour relancer notre industrie avec une méthode claire, des indicateurs et des groupes de travail mixtes car notre avenir industriel passe par une meilleure coordination des acteurs publics et privés, par des choix stratégiques assumés, par un pilotage fort et par la création d'un climat propice à l'investissement productif.
L'accès à l'argent liquide est préservé, le groupe de travail est mis en place à l'initiative du ministre Clarinval et la Banque nationale de Belgique (BNB) coordonnera la mise en œuvre des mesures. C'est une question d'inclusion et d'équité sociale. Le respect du droit au cash est aussi une garantie de liberté individuelle.
Les petites et moyennes entreprises (PME), cœur battant de notre économie, ne sont pas oubliées. Un plan fédéral dédié sera élaboré par la ministre Simonet en collaboration avec ses collègues; il sera axé notamment sur les startup, l'accès au financement et la simplification administrative. Le Conseil Supérieur des Indépendants et des PME (CSIPME) y sera associé. Nous veillerons à ce que les réformes soient co-construites avec celles et ceux qui font vivre notre tissu économique au quotidien. Trop de PME perdent encore un temps précieux à remplir des formalités redondantes. Nous leur rendrons de l'oxygène.
La plateforme Consumer Connect deviendra un point de contact unique pour la gestion des litiges. Mieux informer et mieux protéger est une question de confiance. Le consommateur doit être armé face aux pratiques abusives tant de l'économie traditionnelle que de l'économie numérique. Une économie saine est une économie où le droit est respecté.
L'agriculture est, elle aussi, prise au sérieux. Le ministre Clarinval défend une politique agricole commune (PAC) adaptée, une sécurité alimentaire renforcée et des clauses d'ancrage dans les marchés publics L'attractivité du métier agricole et de la gestion des risques sont des priorités. Nous continuerons à plaider pour une concurrence loyale et une simplification administrative. Nos agriculteurs doivent pouvoir vivre de leur métier, transmettre leur exploitation et investir dans le durable. Ils nourrissent le pays et méritent notre soutien.
En ce qui concerne le numérique, des investissements supplémentaires dans l'infrastructure numérique fixe et mobile sont nécessaires pour garantir la compétitivité de nos entreprises. D'ici à 2030, toutes les entreprises devront avoir accès à l'internet ultrarapide sur tout le territoire. Le gouvernement veut une politique globale sur l'utilisation de l'intelligence artificielle afin d'améliorer le fonctionnement et l'efficacité des autorités.
Sur l'emploi, la volonté est d'atteindre un taux de 80 % d'ici 2030. C'est nécessaire. Cela suppose une réforme du chômage avec dégressivité des allocations, un accompagnement actif, un plafonnement des aides sociales, une valorisation du travail effectif.
Travailler doit toujours rapporter plus. Nous avions promis une différence de 500 euros nets entre ceux qui travaillent et ceux qui ne travaillent pas. Nous ne lâcherons pas cet objectif. Il est au cœur de notre pacte social.
Enfin, nous mettons fin à une anomalie européenne. La Belgique était le dernier pays à ne pas avoir limité la durée du droit aux allocations de chômage. Ce n'est pas une sanction mais une modernisation qui transforme le système passif en assurance chômage incitative et juste.
L'écart entre l'offre d'emploi et la demande de travail doit être comblé, avec 320 000 demandeurs d'emploi et 176 000 postes qui restent vacants. L'indemnisation sera désormais plus généreuse au départ mais dégressive dans le temps. Le chômage ne peut plus être un horizon indéfini mais un tremplin vers l'activité. Cela suppose bien entendu un accompagnement renforcé: formation, mobilité, activation. L'accès à certaines prestations sera conditionné à un effort réel de recherche d'emploi. Ce n'est pas une punition, c'est une responsabilisation et c'est une nécessité pour garantir une solidarité efficace, pas illimitée ni aveugle.
En fixant à deux ans la durée maximale, nous alignons notre modèle sur celui de nos voisins européens – 18 mois en France, 12 mois en Allemagne et au Grand-Duché de Luxembourg – sans fragiliser les plus vulnérables car les CPAS seront soutenus via une compensation budgétaire conditionnée à la mise en place de projets d'insertion.
L'objectif est simple, toute personne qui le peut doit pouvoir être accompagnée vers une activité, même progressivement. Le retour à l'emploi est bon pour notre économie, pour l'estime de soi, pour la stabilité sociale, pour la dignité individuelle. Chacun a un rôle à jouer.
Notre modèle social doit rester protecteur mais il doit aussi devenir mobilisateur. Cette réforme y contribue pleinement. Dans cette logique, les CPAS verront leur mission renforcée via des bonus-malus et l'élargissement des plans d'insertion. Les assistants sociaux seront mieux soutenus. Le lien emploi-santé est repensé. Nous voulons sortir des personnes malades de l'invisibilité et leur redonner une place dans la société.
Bien sûr, la collaboration avec les Régions sera déterminante. Nous avons besoin de tous les leviers. À cet égard, nous saluons le plan du ministre qui prévoit une responsabilisation accrue de tous les acteurs: travailleurs, salariés, employeurs, mutualités, services régionaux de l'emploi et médecins.
On le sait, 502 000 personnes sont reconnues en incapacité de travail depuis plus d'un an; 16 % d'entre elles seulement travaillent à temps partiel avec l'autorisation du médecin. Longtemps, on a considéré qu'une personne malade devait automatiquement être exclue du marché du travail. Or ce n'est ni favorable au patient ni favorable à la société. Beaucoup de malades sont aujourd'hui perçus comme inaptes et développent un sentiment d'inutilité. Il faut changer ce paradigme et développer rapidement des mesures visant à réintégrer dans le monde du travail les personnes capables d'y être réintégrées. Il ne faut pas occulter la maladie mais développer une pratique plus propice aux patients et à la société.
Sur le même principe, nous soulignons l'entrée en vigueur de deux mesures fortes pour les indépendants, portées par la ministre Simonet: un deuxième trimestre d'exemption de cotisations après un accouchement et la possibilité de continuer à se constituer des droits à la pension après l'âge légal. Concilier vie professionnelle et vie privée ne doit plus être un parcours du combattant et l'autonomie financière des femmes passe aussi par des droits adaptés. Ces mesures sont une réponse à la pénurie d'entrepreneurs et à la fragilisation des carrières féminines.
Si notre système de pensions n'est plus viable, notre système de soins de santé traverse aussi une période délicate marquée par de nombreux défis. Les attentes des professionnels mais aussi de la population sont grandes et justifiées. Nous serons attentifs, comme nous l'avons encore dit la semaine dernière, à ce que la concertation soit faite avec tous les acteurs pour mener les réformes indispensables et maîtriser les budgets.
Nous sommes favorables au projet de fusion des hôpitaux qui doit garantir la proximité sans créer de nouvelles inégalités. Avec un financement juste et efficace, le budget des soins de santé pour 2025 prendra donc en compte une norme de croissance de 2,5 % ainsi qu'une indexation des tarifs et honoraires de 3,34 %. Tout cela sans oublier l'urgence face à la pénurie de personnel soignant qui, malgré les avancées technologiques, réclame du temps pour s'occuper des patients. Remettre le patient au centre de la réflexion et revaloriser les actes intellectuels est ce qui contribuera aussi à l'attractivité du métier.
Enfin, nous soutiendrons également le ministre de la Santé sur la question de la réindustrialisation du médicament en Europe et le maintien d'une autonomie pour ne plus se retrouver en pénurie et sous pression.
Le système actuel des pensions n'est plus viable à long terme. Refuser d'agir, comme cela a été le cas par le passé, reviendrait à faire peser une charge injuste sur les générations futures. Nous avons choisi la responsabilité et voulons garantir la pérennité de notre sécurité sociale en valorisant le travail et en réformant un régime devenu illisible et trop fragmenté.
La réforme que nous portons renforce l'équité, avec un système de bonus-malus qui récompense ceux qui prolongent leurs activités. Une retraite anticipée à 60 ans sera possible pour les longues carrières, et les carrières mixtes seront enfin reconnues dans le calcul de la pension minimale. Nous renforçons la dimension familiale, la pension de survie devient une allocation de transition, cumulable avec un régime professionnel, et la pension "split" offrira une meilleure protection aux femmes. L'effort sera mieux réparti, l'indexation des pensions les plus élevées sera temporairement limitée et le plafond Wijninckx figé jusqu'en 2029. Le Parlement donnera l'exemple à ce sujet.
Nous devons évidemment, face à l'inquiétude, répondre avec pédagogie et transparence à la population. En clair, cette réforme est un investissement dans un système plus juste, durable et respectueux de chaque parcours professionnel. C'est un socle de dignité pour les retraites de demain.
Dans les matières régaliennes, le MR agit avec détermination afin de replacer l'autorité, la sécurité et la responsabilité au cœur de l'action publique. Sur la législature, 1,275 milliard supplémentaire sera consacré à la sécurité, dont 250 millions en 2025, répartis entre police fédérale, justice et services de la migration. Pour soutenir cette ambition, les départements de sécurité, c'est-à-dire la police fédérale, locale, le Centre de crise national (NCCN) et l'Organe de coordination pour l’analyse de la menace (OCAM), ne seront pas soumis à la norme d'économie de 1,8 %.
La police fédérale bénéficiera de renforts concrets pour lutter contre la criminalité organisée, avec plus d'experts en cybercriminalité et en finance. Dix millions d'euros seront mobilisés pour renouveler la flotte de véhicules, pour améliorer la mobilité opérationnelle et la réactivité. En cybersécurité, 3,3 millions sont prévus pour les zones de police dans le déploiement de solutions robustes. Enfin, 3,8 millions d'euros viendront soutenir le rééquipement spécifique des unités spéciales garantes de notre capacité à répondre aux situations de crise.
En justice, les préoccupations exprimées par les magistrats, greffiers et auxiliaires sont sérieuses et ne peuvent rester sans réponse. Le sous-effectif, la surpopulation carcérale, la numérisation défaillante, le non-paiement de certaines prestations, tout cela alourdit la charge d'un personnel déjà à bout. Il faut restaurer la confiance dans le fonctionnement de notre justice. Le MR salue les 45 % de l'enveloppe sécuritaire affectée à la justice pour 2025, mais reste lucide. Les moyens doivent être mieux ciblés, mieux utilisés, avec une véritable stratégie.
Les task forces mises en place doivent déboucher sur un plan d'action clair. Ce que le terrain demande, c'est de la visibilité, des outils modernes et surtout du respect. Nous attendons des avancées rapides sur les conditions de travail, les bâtiments, les carrières et les moyens alloués aux juridictions.
En parallèle, les 55 millions prévus pour lutter contre la surpopulation carcérale doivent permettre d'agir concrètement, notamment via les maisons de détention et le retour des détenus étrangers dans leur pays. Nous ne pouvons plus tergiverser sur la concrétisation des mesures prévues dans l'accord de gouvernement. Agir vite est une nécessité pour les justiciables, les professionnels et pour l'État de droit.
En matière de migration, la politique s'aligne sur trois principes: humanité, fermeté et responsabilité. Les règles de regroupement familial sont resserrées. Les demandes multiples dans plusieurs pays sont traitées plus efficacement. Fedasil pourra concentrer son aide sur les personnes qui ne bénéficient d'aucune protection ailleurs. Vingt pour cent des 250 millions d'euros supplémentaires alloués dès 2025 seront consacrés aux services d'asile et de migration pour renforcer les capacités administratives, améliorer l'accueil de ceux qui y ont droit et mieux lutter contre les abus. C'est une vision de politique migratoire lucide, réaliste et pilotée, sans l'improvisation et l'impuissance du passé. La sécurité, la justice, la migration ne doivent plus être l'objet d'improvisations, mais de décisions fermes, claires et responsables.
Le président: Monsieur Piedboeuf, il y a quelques demandes d'intervention.
02.178 Paul Magnette (PS):
Monsieur Piedboeuf, on vous aime bien. Vous êtes le dernier survivant du
libéralisme social. C'est d'ailleurs pour cela que vos collègues vous envoient
à la tribune. Quand vous nous dites, en tant que membre du MR, que la situation
budgétaire est catastrophique, il s'agit vraiment d'une parole de connaisseur.
En effet, vous connaissez la couleur politique de tous les ministres du Budget
depuis 15 ans: tous libéraux! Olivier
Chastel, MR; Hervé Jamar, MR; Sophie Wilmès, MR; David Clarinval, MR.
Alors, s'il y a bien un parti qui est responsable de la situation catastrophique de notre budget, c'est le MR! C'est à vous d'en assumer les responsabilités!
02.179 Benoît Piedboeuf (MR): Ce qui est bien, c'est que le ministre du Budget gère les recettes, mais aussi les dépenses. Les dépenses, nous les avons faites ensemble.
02.180 Paul Magnette (PS): Vous savez, voici quelques jours, j'ai rencontré des jeunes travailleurs de 25 ans. Ils me disaient: "Nous avons 25 ans, nous vivons en Belgique et nous n'avons jamais connu – jamais! – un gouvernement sans le MR". Cela fait 25 ans que le MR est au gouvernement sans discontinuer. Non seulement vous avez eu tous les ministres du Budget mais vous avez aussi eu un ministre des Finances qui est resté pendant 12 ans: M. Didier Reynders! Vous l'avez peut-être un peu oublié! Donc, vous trouvez qu'on paie trop d'impôts et que les travailleurs en paient trop. Nous aussi, mais le premier responsable, c'est le MR! Les ministres de la Justice et de l'Intérieur étaient presque tous libéraux! Oui, vous allez pouvoir fêter le vingt-cinquième anniversaire de la participation du MR au gouvernement mais vous allez surtout devoir en assumer les responsabilités! Il est trop facile de se cacher derrière les autres. C'est fini! Assumez vos responsabilités!
02.181 Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur Piedboeuf, vous avez évoqué rapidement le secteur essentiel des soins de santé, en mentionnant deux éléments. Vous avez d'abord parlé de fusions en indiquant que le MR continuerait à les soutenir. J'aimerais vous entendre sur les critères qui seront retenus à cette fin. Comment tiendra-t-on compte des zones rurales, de l'accessibilité pour les patientes et les patients de ces zones à des services de soins de santé de qualité? En effet, nous entendons que vous avez décidé de faire des économies dans ce secteur.
Ensuite, comment allez-vous revaloriser les professions qui y sont liées? Comment allez-vous conclure et financer un accord social, alors qu'il n'y a pas un euro pour ce faire et que tout accord social qui devrait être conclu devrait l'être à l'intérieur de la norme?
02.182 Benoît Piedboeuf (MR): Je vous remercie de votre question parce que, comme vous le savez, je vis aussi en zone rurale et je travaille justement à la rationalisation et à la concentration des soins pour qu'ils soient de qualité, malgré tout, dans une province aussi grande que celle de Luxembourg. Je connais aussi très bien l'ISPPC à Charleroi et toutes les fusions qui ont été accomplies. J'ai le sentiment que la vision de la fusion des hôpitaux correspond aux besoins, avec évidemment des proxi-cliniques. C'est ce que nous sommes en train de mettre en place en province de Luxembourg. Nous sommes probablement un modèle du genre, puisque nous avons anticipé.
S'agissant des plans possibles et des revalorisations que vous évoquez, comme vous, nous attendons le plan du ministre de la Santé, qui avait abordé certaines évolutions la semaine dernière. Nous lui avons fait savoir ce que nous en pensions.
Nous serons donc attentifs, tout comme vous, à travailler à ce que les choses se fassent convenablement.
02.183 Pierre-Yves Dermagne (PS): Vous n'avez pas répondu à mes questions. Pas de précision sur les critères qui présideraient à des fusions ou des concentrations. J'entends aujourd'hui pour la première fois ici qu'il y aura effectivement des fusions – et donc des fermetures – de services ou d'hôpitaux, ce qui avait été balayé d'un revers de la main de manière agressive en disant que le PS véhiculait des fake news.
J'entends donc aujourd'hui la confirmation de votre bouche, monsieur Piedboeuf, ce qui ne me rassure pas. Je n'ai par contre pas de réponse sur les critères qui seraient utilisés et qui présideraient à ce type de concentration. Vous évoquez le plan du ministre Vandenbroucke pour les soins de santé mais ce qui a été évoqué la semaine dernière, c'est la question de la limitation des suppléments d'honoraires. Ce n'est pas la possibilité de revaloriser toute une série de professions, singulièrement les infirmiers et les infirmières. Or il est clair qu'il n'y a pas un euro en dehors de la norme pour pouvoir conclure un tel accord social, contrairement à ce qui avait été fait sous la Vivaldi.
02.184 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur Piedboeuf, pendant la campagne électorale, le MR a crié sur tous les toits qu'il y aurait 500 euros de plus pour les travailleurs, 500 euros nets.
Maintenant que les élections sont passées et qu'on est en train de discuter du budget, ces 500 euros nets en plus sont devenus 500 euros de différence entre ceux qui travaillent et ceux qui ne travaillent pas. Conclusion, il n'y aura pas 500 euros nets en plus pour les travailleurs. Vous avez menti sur cette question-là. Le MR a menti, il a manipulé les travailleurs.
Maintenant, l'Arizona parle de 100 euros de plus en net. Ces 100 euros seront financés par la suppression de cotisations sociales, cela veut dire affaiblir nos droits sociaux, les pensions, les caisses chômage et ainsi de suite.
Cela signifie que vous allez donner d'une main et reprendre de l'autre. Donc, monsieur Piedboeuf, pourquoi avoir manipulé les travailleurs en leur promettant 500 euros de plus (…)
02.185 Benoît Piedboeuf (MR): Vous n'avez pas suivi exactement ce que nous avons dit en campagne. Mais peu importe, vous deviez vous occuper de la vôtre.
Par contre, je viens de dire que cela reste notre objectif. Nous avons un plan de législature. Vous avez tous demandé les 500 euros avant même que le gouvernement n'ait commencé à prendre des mesures. Nous venons de passer tout un temps à préparer les choses. Nous allons maintenant y arriver. Je l'ai dit, nous maintenons notre objectif et nous l'atteindrons. Nous voulons qu’effectivement, travailler rapporte plus que ne pas travailler. Cela reste un objectif et nous tiendrons notre objectif.
02.186 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Vous maintenez l'ambiguïté et la manipulation, monsieur Piedboeuf. Ce que vous dites, c'est qu'aujourd'hui, les travailleurs n'ont pas 500 euros nets en plus, comme promis pendant la campagne.
Vous prétendez défendre le travail, mais vous êtes le parti, avec votre gouvernement de l'Arizona, qui continue à bloquer les salaires sur base de la loi de 96. Vous attaquez les pensionnés, vous les faites travailler plus longtemps pour moins de pension. Vous vous attaquez aux primes de nuit et vous prétendez défendre les travailleurs.
Vous êtes le parti du travail précaire mais pas le parti des travailleurs. Vous les attaquez sur leurs droits et vous les appauvrissez de plus en plus. C'est ça, le fruit de votre politique MR, contrairement à ce que vous avez dit pendant la campagne en mentant aux travailleurs.
02.187 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur Piedboeuf, je voulais vous interroger sur une ligne de votre accord de majorité, qui aujourd'hui n'est pas respectée. C'est celle qui concerne les chômeurs de plus de 55 ans. Vous disiez dans votre accord que ces profils seraient protégés. Or que découvre-t-on aujourd'hui? En réalité, seuls 18 % d'entre eux seront effectivement protégés. Cela veut dire que plus de 80 % d'entre eux seront éjectés du chômage, sans autre forme de procès, sans distinction entre ceux qui ont travaillé cinq ans et ceux qui ont travaillé 31 ans avec quelques périodes de temps partiel pour du soin aux autres ou pour s'occuper de leur famille. Ces personnes, elles seront virées du chômage.
Par ailleurs, nous ne voyons pas venir les mesures d'accompagnement dont vous parlez. Au départ, il y avait une enveloppe de 50 millions. Ensuite, on nous a annoncé, il y a quelques jours, que ce sera 234 millions. Nous ne comprenons plus. À quoi vont servir ces millions? D'où viennent-ils ? Sur quelle base sont-ils calculés?
02.188 Benoît Piedboeuf (MR): Madame Schlitz, je vais vous répéter la même réponse que celle que je viens de donner à M. Boukili. On est seulement en train de voter les mesures que l'on veut mettre en œuvre. Donc, par rapport à l'accompagnement des CPAS, par rapport au soutien aux assistantes sociales, vous allez avoir le détail des mesures. Pour le moment, on a fixé la liste des exclus possibles du chômage de janvier, de mars et d'avril. Et nous allons, bien entendu, mettre au travail des gens qui sont au chômage.
Nous allons essayer de voir aussi dans quelle mesure certaines des statistiques ne vont pas confirmer qu'il y a toute une série de gens qui avaient des indemnités de chômage mais qui ne se trouvent pas dans les conditions pour en bénéficier. Et nous allons par ailleurs assister ceux qui vont se retrouver au CPAS. Alors, vous dites: "combien?", "comment?" On y arrive. On est seulement en train de voter les textes maintenant.
02.189 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur Piedboeuf, je vous remercie pour cette réponse. En fait, c'est toujours la même chose avec l'Arizona. Les coups de bâton, c'est pour maintenant, tout de suite. Les mauvaises nouvelles, les économies sur le dos des personnes les plus précaires, c'est directement. Par contre, pour ce qui concerne les bonnes nouvelles, les carottes, les mesures d'accompagnement, et bien ça, on ne sait pas. C'est pour plus tard: "laissez-nous un peu le temps, on doit évaluer". C'est systématiquement la même chose.
On n'est dès lors évidemment pas du tout rassuré quand on voit qu'en réalité, en catimini, vous supprimez les subsides, les participations aux CPAS. On ne voit pas dans quelle mesure les CPAS vont être réellement aidés pour accompagner tous ces chômeurs dont vous nous parlez. Les montants sont totalement insuffisants et vous ne savez même pas me dire sur quelle base ils ont été calculés. On n'est pas rassuré du tout, monsieur Piedboeuf, par rapport à tout ceci. Et donc, nous continuerons à poser des questions à ce sujet.
02.190 Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Monsieur Piedboeuf, j'ai abondé tout à l'heure dans le même sens lorsque mon camarade, M. Boukili, a évoqué les 500 euros. J'ai bien entendu votre réponse: ce n'est pas pour aujourd'hui, ce n'est pas pour demain et sûrement pas pour l'année prochaine.
Mais la contradiction que vous ne dites pas dans vos 500 euros, c'est que votre programme prévoit la suppression d'une grande partie de la prime de pause, la prime de nuit. Moi, je peux parler ouvertement de cette prime de nuit parce que j'ai travaillé 30 ans chez Caterpillar, non pas comme directeur mais dans des lignes de production, dont 26 ans de nuit, que la nuit! Et, quand on fait la nuit, on ne la fait pas par goût. Sinon je vous inviterais tous à travailler la nuit. Ce n'est vraiment pas agréable, et quand on fait la nuit, on y laisse une partie de sa santé. Moi, cela fait huit ans que j'ai arrêté de travailler et j'ai encore des soucis de santé par rapport à la nuit.
La prime de nuit, c'est une prime de compensation par rapport à tout ce qu'on perd, par rapport à sa vie sociale qu'il faut mettre de côté, par rapport à d'autres vies qu'on ne peut plus faire. Or, aujourd'hui, on va supprimer une partie de la prime de nuit, plus précisément entre minuit et 5 h 00 (…)
02.191 Benoît Piedboeuf (MR): Je partage vos propos en ce qui concerne le travail de nuit. Je connais aussi des gens qui travaillent la nuit, et il est vrai que cela change la vie et son organisation. De plus, cela engendre effectivement à un certain moment des problèmes de santé. Nous avons donc changé le début de la nuit tout simplement. On a modifié le début et la fin de la période, et puis voilà! Ce n'est pas supprimer la rémunération du travail de nuit mais c'est en modifier les conditions d'exercice.
En ce qui concerne les CPAS, on a dit que l'on augmenterait l'indemnisation du RIS. Le pourcentage sera donc augmenté, mais nous verrons comment cela se fera.
02.192 David Clarinval, ministre: Je n'ai pas encore pris la parole, mais je souhaite intervenir sur deux points étant donné que je ne peux pas laisser dire des choses inexactes. Madame Schlitz, hier en seconde lecture, on a pu abondamment évoquer tous les cas de figure de personnes au chômage après 55 ans et vous avez compris hier, même si nous avons dû vous l'expliquer longtemps, que ce que vous disiez sur les chômeurs de plus 55 ans n'était pas vrai. Je fais donc référence au débat tenu hier et je pense que Mme Schlitz doit arrêter de faire croire que les personnes de plus 55 ans qui ont 30 ans de carrière ne seront pas protégées même si elles ont des contrats à temps partiel.
Par rapport aux primes de nuit, Monsieur D'Amico, ce n'est pas exact non plus. Il n'y a aucune modification de convention collective de travail.
De voorzitter: Mijnheer de minister, ik moet u hier afbreken. Iets zegt mij dat we vandaag nog de kans zullen krijgen om het daarover te hebben.
02.193 Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Monsieur Piedboeuf, quel doux euphémisme! Vous allez modifier, et pas changer. De 20 h, on passe à minuit. Tant qu'à changer, vous auriez pu le faire à 19 h. Et au lieu de terminer à 6 h, on termine à 5 h. Vous allez donc réduire considérablement la période de nuit.
Comme je l'ai déjà dit, premièrement, le travail de nuit nuit gravement à la santé. J'en suis une preuve vivante. Deuxièmement, à qui faites-vous ce cadeau? À la Fédération des Entreprises de Belgique (FEB). Ce sont elles qui seront gagnantes. Vous n'allez pas le faire au monde ouvrier, ou à la classe ouvrière. Je vous invite d'ailleurs à aller rencontrer tous les gens qui travaillent de nuit et à leur dire, comme vous l'avez fait avec nous, avec un beau sourire: "On va modifier les horaires de nuit, on va changer: de 20 h, on va passer à minuit, et de 6 h, on va passer à 5 h." Je vous invite à le faire, pour autant que vous côtoyiez la classe ouvrière. Allez le leur dire aussi gentiment que vous l'avez fait maintenant.
Le président: Je donne une minute à Mme Schlitz.
02.194 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Nous n'en sommes plus tellement là au niveau de la politesse.
C'est vrai, monsieur le ministre, que nous avons vraiment dû vous tirer les vers du nez pour comprendre exactement qui vous alliez viser avec votre réforme. En effet, vous n'en êtes pas très fier. Après deux lectures bien nécessaires – vendredi dernier jusque 4 h du matin, puis hier nous avons reposé des questions et vous n'y avez pas répondu –, j'ai dû revenir vous trouver à la fin de la commission pour vous faire confirmer la réponse à la question que je vous posais. Je vous demandais ce qu'il adviendrait d'une femme de 60 ans ayant travaillé pendant 35 ans dont 10 ans à temps partiel, pour s'occuper des autres, soutenir la carrière de son mari ou pour s'occuper de ses enfants. Cette personne sera sanctionnée après deux ans. Vous me l'avez confirmé hier soir. Arrêtez de me dire que je n'ai pas compris! Arrêtez votre mépris et dites la vérité aux gens, au moins!
02.195 Reccino Van Lommel (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer Piedboeuf, u sprak daarstraks over de doelstelling om tot een werkzaamheidsgraad van 80 % te komen. Mijn collega haalde het daarstraks ook al aan, in Vlaanderen gaan wij richting 80 %. Wallonië zit daarentegen aan 67 %. Welke garantie zult u bieden dat ook in Wallonië die werkzaamheidsgraad van 80 % bereikt zal worden? En wat is de uiteindelijke doelstelling? Moet het gewogen gemiddelde 80 % bedragen? Of bent u ook echt van plan om dat daar te bereiken?
Er zijn verschillende maatregelen noodzakelijk. Vindt u een asymmetrisch beleid noodzakelijk? Ik stel immers vast dat u geen asymmetrisch beleid voert.
02.196 Benoît Piedboeuf (MR): Monsieur Van Lommel, je sais que c'est une obsession chez vous. Mais nous avons vraiment la volonté d'y parvenir, et nous avons des réunions régulières avec les ministres wallons parce que nous ne réussirons pas à atteindre des objectifs pareils, ambitieux, sans impliquer le gouvernement wallon et les institutions wallonnes qui sont chargées de mettre les gens au travail. On a le cas du Forem, à qui on a fixé des objectifs; il y a aussi toute une série d'opérateurs qui vont être rationnalisés. Et nous voulons absolument être plus efficaces.
Il est vrai que nous n'avons pas encore été assez efficaces, mais nous le voulons absolument. Il n'est pas certain que nous arriverons à ce taux de 80 %, mais en tout cas nous y travaillons. Eh oui! Nous ne racontons pas des blagues. Nous allons essayer d'y parvenir et mettons tout en place pour ce faire. Et nous avons des réunions régulières avec le gouvernement wallon pour atteindre ces objectifs collectivement.
02.197 Reccino Van Lommel (VB): Nee, het is helemaal geen obsessie van ons. Het is gewoon een nuchtere vaststelling die we doen. Die 80 % is noodzakelijk om alles budgettair meester te kunnen en economisch rendabel te zijn. Het is echter Wallonië dat op dit moment achterblijft. Het is dus geen obsessie.
Ik stel echter vast dat u ook vandaag geen garanties kunt geven over hoe u in Wallonië die 80 % gaat halen. U zegt wel dat u in overleg bent met de deelstaten. Laat mij één ding heel duidelijk zeggen. Als wij in Vlaanderen al bijna aan die 80% zitten, betekent dat dat de Vlaming zelf niets meer extra kan doen. We zijn eigenlijk nu al de melkkoe om dit land recht te houden, voor zover dat hier recht te houden valt, maar goed. Ik denk dus dat de inspanningen van het zuiden van het land zullen moeten komen.
02.198 Natalie Eggermont (PVDA-PTB): Balta schrapt 529 jobs. De textielindustrie in West-Vlaanderen, ooit een bloeiende sector, is op sterven na dood. De voorbije jaren volgde de ene sluiting op de andere: Balta in Avelgem, in Sint-Baafs, IDEAL Floorcoverings in Wielsbeke en Mc Three in Waregem. In de regio zijn de afgelopen jaren bijna duizend jobs verloren gegaan en nu opnieuw 529 jobs bij Balta.
Het gaat om mensen die heel hun leven gewerkt hebben. We zijn met hen aan de poort gaan spreken. Ploegenarbeid, weekendwerk, ze hebben gezondheid en gezin opgeofferd voor dat bedrijf en vandaag staan ze op straat en moeten ze opnieuw werk zoeken.
Dat geeft een gezicht aan de hervorming van de werkloosheid, die u zo rechtvaardig noemt. De gemiddelde leeftijd bij Balta ligt boven de 50 jaar. Het gaat om mensen zonder diploma die hun hele loopbaan in de textielsector hebben gewerkt, een sector waarvoor in West-Vlaanderen, de regio met de hoogste tewerkstellingsgraad van Vlaanderen, nauwelijks nog werk bestaat.
Durft u vandaag te zeggen dat als sommigen van die 529 mensen na twee jaar nog geen nieuw werk hebben gevonden, dat dan komt omdat ze niet hun best gedaan hebben, omdat ze niet geprobeerd hebben? Is het rechtvaardig om hun uitkering af te nemen na een leven lang gewerkt te hebben?
02.199 Benoît Piedboeuf (MR): C'est la même remarque que pour M. Van Lommel. Le taux de 80 % est un objectif. Nous allons donc travailler à l'atteindre. S'agissant des entreprises qui ferment, je sais que vous critiquez beaucoup l'exit tax, mais ce sont aussi des mesures qui visent à conserver les employeurs sur notre territoire. Nous travaillons aussi au développement de plusieurs secteurs industriels pour re-nourrir un petit peu notre tissu, mais nous devons aussi faire venir des employeurs et développer des systèmes qui fonctionnent. Quand des gens se retrouvent au chômage après avoir travaillé, comme vous le dites, longuement dans des entreprises qui fonctionnaient bien, nous devons essayer de les aider à retrouver autre chose. Ce sont souvent des gens qui ont des qualifications et dont on peut espérer qu'ils retrouvent autre chose.
02.200 Natalie Eggermont (PVDA-PTB): Er is net een totaal gebrek aan industriële visie bij de huidige regering, ten bewijze het energiebeleid. Zo heeft Beaulieu een fabriek aan de Belgische kant van de Leie in Komen, West-Vlaanderen, gesloten om een nieuwe garenfabriek te openen in Frans Komen op drie kilometer en tien minuten fietsen van de gesloten fabriek, omdat de energie daar drie keer goedkoper is en de Franse overheid de energieprijzen blokkeert. Dat vraagt de PVDA al jaren aan de Belgische regering.
Tegelijkertijd worden de mensen die het slachtoffer zijn van die crisis, gestraft door de arizonaregering. Zij hebben al ingeleverd via veel tijdelijke werkloosheid. Nu krijgen ze hun ontslagvergoeding pas na een jaar en wordt de werkloosheidsuitkering beperkt in de tijd. De regering neemt ook nog hun pensioen af. Elke dag werkloosheid, al dan niet tijdelijk, betekent immers een verlies aan pensioenrechten.
Collega’s, is dat de dank voor mensen die zo hard hebben gewerkt? Als dat ergens niet van getuigt, dan is het wel van respect voor de werkmensen. De arizonapartijen zullen niemand nog wijs kunnen maken dat zij respect hebben voor de werkmensen. Dat is de reden waarom we komende woensdag 25 juni 2025 massaal op straat komen.
02.201 Sophie Thémont (PS): Monsieur Piedboeuf, je vais revenir à mon tour sur votre souhait d'augmenter le taux d'emploi à 80 %. En Wallonie, M. Dolimont a revu ses ambitions à la baisse: sa prévision de taux d'emploi a été diminuée à 70 %.
Où sont, aujourd'hui, vos mesures pour créer de l'emploi? Personnellement, je ne vois rien du tout! De plus, vous misez sur des effets retour complètement invraisemblables, de presque 8 milliards. Que proposez-vous en attendant ces effets retour? Quels incitants allez-vous mettre en place pour l'embauche?
02.202 Benoît Piedboeuf (MR): Je suis désolé que vous ne voyiez rien, parce qu'il y a plein de choses qui se font. Certains secteurs marchent du tonnerre et nous sommes en train d'y travailler tant en Wallonie qu'à Bruxelles. Nous essayons de développer une activité économique et nous allons continuer à le faire.
Si, vous, vous restez au balcon et que vous trouvez que rien ne se fait, c'est votre problème. Nous, nous travaillons afin que les choses s'améliorent. Toute une série de réformes auront lieu. Nous venons de parler d'énergie. Le ministre Bihet a une vision et nous allons aussi développer des pans de la matière énergétique. La méthode ne sera pas celle qui était employée précédemment, mais des secteurs comme la cybersécurité ou la cybersécurité quantique marchent très bien en Wallonie, parfois même mieux qu'en Flandre. Nous allons donc continuer à encourager les secteurs qui vont bien. De nombreuses reconversions sont possibles avec notamment l'évolution technologique, l'intelligence artificielle. Nous allons créer des emplois.
02.203 Sophie Thémont (PS): J'aimerais vous présenter quelques chiffres. Durant le premier trimestre 2025, 7 780 emplois ont été perdus. En contrepartie, vous ne proposez rien! Vous n'avez aucune vision pour l'emploi. Vous proposez la fin des prépensions et vous excluez 100 000 personnes du chômage, dont 82 % de plus de 55 ans.
Nous pourrons aussi revenir sur les chiffres que M. Clarinval a donnés tout à l'heure. Parmi les personnes de plus de 55 ans, 59 783 se retrouveront dans de sales conditions. Seulement 586 retrouveront leurs allocations.
Selon vous, si vous avez travaillé 29 ans, c'est trop court, si vous êtes malade, vous êtes pénalisé et si vous avez la malchance d'être femme avec une carrière hachée, vous serez (…)
02.204 François De Smet (DéFI): Je suis admiratif du collègue Piedboeuf. La conviction sincère avec laquelle, encore aujourd'hui, il nous fait part de sa certitude que le taux d'emploi de 80 % est possible et nécessaire est admirable, surtout quand on voit la littérature qui depuis la parution de l'accord de gouvernement est arrivée. L'Arizona, apparemment, a raison seule contre tous. Contre la méchante opposition, mais aussi contre la Cour des comptes, contre le Bureau fédéral du Plan, contre la Banque nationale de Belgique, contre l'agence Fitch. Tout le monde vous dit que vous n'arriverez pas à ce taux de 80 %. Non pas qu'il ne soit pas possible, dans l'absolu. Il est impossible d'y arriver avec vos mesures, parce que, malgré ce que vous venez d'énoncer, elles ne développent pas assez la création d'emploi.
Vous connaissez le principe du rasoir d'Ockham. Entre deux explications, en général, la plus simple est la plus proche de la vérité. C'est quoi le plus probable? Que les trois instances dont je viens de parler, les agences et l'opposition aient tort, ou que vous ayez tort?
02.205 Benoît Piedboeuf (MR): Nous pensons que le plan du gouvernement et le changement d'organisation de la société seront productifs d'emploi. C'est notre vision. Ce n'est pas la vôtre, même si vous dites quand même que le taux de 80 % doit être atteint parce qu'il est nécessaire.
Nous faisons basculer un système qui existait dans notre pays, qui est un système d'assistanat généralisé, et essayons de changer ce modèle de société. Et nous pensons honnêtement et réellement que nous arriverons à stimuler le taux d'emploi, parce que, du boulot, il y en a. J'ai cité les chiffres tout à l'heure: 170 000 emplois ne sont pas occupés. J'ai été chez un ami restaurateur à Florenville la semaine dernière: il n'a pas une seule personne pour nettoyer les chambres. Il y a plein de gens qui n'ont pas de boulot, et il faut les remettre au travail. Nous avons cet objectif.
Alors, les conseilleurs, les analystes, etc., verront l'action que nous menons.
02.206 François De Smet (DéFI): Donc le postulat, c'est que les 300 000 personnes sans emploi le sont non pas parce qu'il n'y a pas d'emploi disponible, mais uniquement parce que ce sont tous des fainéants. Il y a des fainéants, peut-être, là-dedans, que vous allez arriver à faire bouger parce qu'il fallait sans doute une mesure de pression. Je ne dis pas qu'il ne fallait rien faire. Mais vous allez créer de la précarité, vous allez renvoyer plus de gens vers le système d'assurance maladie-invalidité. Nous verrons si, comme je le crains, vous ne ferez pas exploser le taux de pauvreté avant de faire frémir le taux d'emploi, même si, sincèrement, j'espère avoir tort.
02.207 Britt Huybrechts (VB): Mijnheer Piedboeuf, ik hoor u spreken over het strengste migratiebeleid en over een terugkeerbeleid. We weten allemaal dat de herkomstlanden blijven weigeren om hun onderdanen terug te nemen. Mijn vraag is dan ook eenvoudig en zal vanavond nog heel vaak terugkomen: hoe zult u de herkomstlanden dwingen om hun illegale, criminele onderdanen terug te nemen?
Zult u dat koppelen aan de
ontwikkelingssamenwerking, zoals uw coalitiepartij, de N-VA, heeft verkondigd,
wetende dat minister Prévot gezegd heeft dat men dat niet zou doen? "Il faudra me passer sur le corps, het
zal niet gebeuren," stelde hij.
Wie spreekt nu de waarheid, en wat wilt u? Dites-moi, s'il vous plait.
02.208 Benoît Piedboeuf (MR): Je suggère que vous le leur demandiez. Il y a des débats thématiques avec les ministres responsables. Notre vision est d'essayer de réduire et de renvoyer, y compris ceux qui se trouvent dans les établissements pénitentiaires. Nous en avons parlé tout à l'heure. Voilà. Vous leur demanderez tout à l'heure, ou peut-être demain, dans les débats thématiques quelle politique ils vont mettre en place. Je ne suis pas ministre et j'ignore la manière dont les contacts entre pays se développent. Je ne sais pas si l'on va évoquer la Coopération au développement. C'est en effet un peu se tromper de thème car la Coopération au développement, c'est autre chose. J'en pratique beaucoup et je sais donc ce que c'est. Seulement, nous pouvons aussi en discuter franchement avec les pays concernés.
02.209 Britt Huybrechts (VB): Het is wel straf dat we, telkens wanneer we de vraag stellen, van het kastje naar de muur worden gestuurd. Minister Prévot zegt dat we dat niet zullen doen, terwijl minister Van Bossuyt het tegendeel beweert. Wat is het nu?
Het lijkt erop dat er binnen deze regering geen eensgezindheid heerst, maar dat wisten we op zich al. Indien u voor een strenger migratiebeleid wilt gaan, weet u eigenlijk wel dat u op ontwikkelingssamenwerking zult moeten inzetten. Enkel op die manier kunnen we die landen dwingen om hun illegale criminele onderdanen terug te nemen, waardoor we aanslagen in België en Vlaanderen zullen voorkomen.
02.210 Lode Vereeck (VB): Mijnheer Piedboeuf, u bent eveneens lid van de commissie voor Financiën en u weet uiteraard dat het budget volledig zal ontsporen, zeker tegen 2029, waarbij het tekort zal oplopen tot 6,2 % van het bbp.
In 2029 zijn al die verlagingen van de belastingen op lonen gepland. Het zou wel eens kunnen dat er tegen dan geen geld meer beschikbaar is. Daarom kiest de heer Bouchez voor de vlucht vooruit. Hij wil die verlaging eigenlijk vervroegen, mogelijk al dit jaar bij de begrotingscontrole, of eventueel volgend jaar.
Wat is eigenlijk het standpunt van de MR? Zult u die verlaging verdedigen? Is dat standpunt mogelijk reeds binnen de regering afgeklopt?
02.211 Benoît Piedboeuf (MR): Comme je l'ai dit, on change d'organisation de la société. On change la méthode d'encouragement au travail. Notre objectif est évidemment de créer des recettes complémentaires par une augmentation du volume de travailleurs et par une augmentation du volume d'activités.
Il y a des sceptiques. Certains prévoient que cela ne va pas marcher. Nous pensons que cela va marcher et que nous allons générer des recettes supplémentaires.
Toute une série de mesures fiscales vont encore être prises, le ministre Jambon y a déjà travaillé, pour essayer d'encourager l'activité, pour essayer d'accueillir d'autres entreprises. À partir du moment où on crée de l'activité, on retrouvera des marges pour essayer de réduire effectivement la pression fiscale. Nous savons tous que c'est nécessaire.
Maintenant, je ne sais pas s'il y en a qui ont de meilleures idées que nous, mais jusqu'à preuve du contraire, c'est en tout cas l'objectif que nous nous sommes assigné et nous allons travailler à y arriver.
02.212 Lode Vereeck (VB): U gaat dus de belasting op arbeid, op lonen pas verlagen op het moment dat er marge is? Die is er nu niet en die zal er in 2029 nog minder zijn dan nu, want uw deficit loopt zelfs nog op. De heer Bouchez, heeft, zoals dit weekend, eigenlijk maar een beetje uit zijn nek zitten lullen – ik hoop dat de vertaling dat netjes kan omzetten. Er komt dus geen verlaging van de personenbelasting. Niet in 2029, dat voel ik al aan mijn water. En ook niet volgend jaar, zoals Bouchez voorstelt.
Dat was mijn vraag. Wordt dat naar voren getrokken? Anders zijn we natuurlijk ‘gejost’ – ook dat is moeilijk te vertalen. De mensen zijn niet onnozel, de mensen begrijpen dat. Bouchez heeft gelijk dat er nu boter bij…
02.213 Petra De Sutter (Ecolo-Groen): Mijnheer Piedboeuf, ik was toch verwonderd toen u zei dat het een kwestie van geloven is wat de effecten zullen zijn van de beperking in de tijd van de werkloosheidsuitkering. Er zijn experts, er zijn onderzoekers van de arbeidsmarkt die de impact van bepaalde maatregelen perfect kunnen voorspellen, maar u legt dat naast zich neer. Experts hebben twijfels bij de plannen. Het Rekenhof zegt dat het te weinig gegevens heeft om de impact te kunnen berekenen en de claims die u op de begroting legt te kunnen controleren.
Wat zullen de effecten zijn? Er is de financieringsnood voor de OCMW’s. Er zijn de onberekenbare terugverdieneffecten. We stellen ons heel veel vragen over de sociale gevolgen en de ideologische keuzes. U spreekt van responsabilisering, terwijl wij dit een bestraffing van de meest kwetsbaren noemen (…)
02.214 Benoît Piedboeuf (MR): Je prendrai un cas personnel que je connais bien. Je travaille depuis 36 ans dans ma commune et depuis 36 ans, on dit qu'il n'y a plus de sous. Ma commune n'est jamais restée au balcon. C'est une des communes dans lesquelles on a le plus investi et le plus développé de services.
Nous pensons que notre vision gouvernementale est de nature à créer de l'activité et des marges. On entend bien les réserves de la Cour des comptes et du Bureau du Plan. Le budget a été établi il y a quelque temps avec une série de paramètres. Depuis lors, il y a eu des évolutions – souvent négatives – suite au contexte international, à la situation économique générale, au renchérissement des matériaux. Cela change la donne. Mais ceux qui analysent aujourd'hui le font en fonction des données actuelles. Nous travaillerons dans le but de voir les choses se réaliser.
02.215 Petra De Sutter (Ecolo-Groen): We spreken niet alleen letterlijk, maar ook figuurlijk een andere taal. U verwijst naar één geval en u denkt dat en minister Clarinval hield gisteren vol dat 42 % van de 55-plussers binnen het jaar aan het werk is. Dat is zo voor wie toevallig op die leeftijd zijn job kwijtraakt. Maar we weten dat 56 % van de 55-jarigen al langdurig werkloos is en helemaal niet in dat kader past.
U gebruikt niet de juiste cijfers en u kunt
geen enkele voorspelling maken, maar u denkt dat het een goed plan is. Wij plaatsen daar zeer veel vraagtekens
bij.
02.216 Patrick Prévot (PS): Pour faire plaisir à mes nombreux collègues, je vais parler d'une matière qui n'a jamais été gérée par les socialistes depuis 1884. Je parle évidemment de l'agriculture, mais je ne suis pas tout à fait correct en disant cela puisqu'on retrouve tout de même un ministre socialiste en 1946. Mais force est de constater qu'on ne peut pas non plus faire porter le poids de la charge à ce pauvre ministre Wauters qui, d'ailleurs, n'a été ministre de l'agriculture que pendant 28 jours.
Monsieur Piedbœuf, je vous ai entendu, dans votre allocution, dire que l'agriculture restait, plus que jamais, une priorité pour vous. Vous avez été aux manettes: Mme Laruelle, M. Ducarme, M. Borsus, M. Clarinval et, donc, j'aimerais tout simplement vous demander quels sont les fameux plans prévus, notamment pour ramener une rémunération juste à ces femmes et hommes qui se lèvent très tôt le matin – plus tôt que votre président ce matin. Combien, dès lors, sera alloué pour aider, concrètement…
02.217 Benoît Piedboeuf (MR): Comme vous n'êtes pas distrait, vous avez entendu ce que j'ai dit: j'ai dit que le ministre Clarinval allait consacrer tous les moyens qu'il faut pour défendre un secteur qu'il connaît bien, très bien. Il va, notamment, négocier au niveau européen, il va défendre la situation par rapport à la transmission d'entreprises, la préservation des terres, etc. Donc, tout cela, avec aussi ce qui a été fait en matière de prix – car il y a eu tout un travail fait à la précédente législature, où nous étions d'ailleurs ensemble – par rapport – le ministre Dermagne s'en souvient – au respect des agriculteurs par rapport aux marges qu'ils doivent pouvoir faire sur leur production. Tout un travail a été fait, et il porte à présent tout doucement ses fruits. Il nous reste à travailler, à continuer. Il faut soutenir un secteur qui en a bien besoin mais qui fonctionne aussi. Il s'agit de gens qui, en effet, se lèvent tôt le matin et qui travaillent tout le temps. Moi j'en connais plein et ils ne se plaignent pas tous.
02.218 Patrick Prévot (PS): Mais, monsieur Piedbœuf, tout à l'heure, M. Nuino, qui est membre de votre majorité, disait qu'il fallait évidemment prendre les responsabilités quand on avait la possibilité de le faire. Je viens de vous rappeler que, ces vingt dernières années, les ministres de l'agriculture ont tous été des libéraux au niveau fédéral. Or, maintenant, vous me dites: "M. Clarinval va mettre tout en œuvre pour aider un secteur qui souffre de plus en plus, d'année en année."
Ma question est donc très simple: que va concrètement faire M. Clarinval pour le secteur agriculture et quel budget allouera-t-il à ce secteur – qu'il aime beaucoup, il est vrai, mais on sait aussi par ailleurs que sur toute une série de sujets, notamment les accords commerciaux, il y a, tantôt un MR des villes, tantôt un MR des champs, tant vos positions sur ces accords divergent et, singulièrement, celles de votre président qui est pour le tout au marché et un secteur débridé. Je voudrais donc savoir ce que va, concrètement, faire le ministre Clarinval pour aider les agricultrices et les agriculteurs.
02.219 Kemal Bilmez (PVDA-PTB): Monsieur Piedboeuf, j'ai une question. Je reviens sur les primes de nuit. Comme mon collègue D'Amico, moi aussi j'ai travaillé de nuit. Pas 26 ans, seulement 1 an. Vous au moins, vous avez dit que cela changeait: on passe de 6 h à 5 h et de 20 h à minuit. Mais M. Clarinval et M. Ronse – qui n'est plus là maintenant, quel dommage! – disent tout le temps que c'est faux, que nous mentons et que nous faisons peur aux gens. Rien ne va changer. Les gens ne vont pas perdre de l'argent, perdre leur salaire. C'est ce que l'on nous dit. Les conventions ne changent pas, donc personne ne va perdre de l'argent. Mais alors, pourquoi changez-vous les règles, si cela ne va rien changer? Donc mes questions sont claires. Premièrement, pourquoi changez-vous? Deuxièmement, les gens qui travaillent maintenant la nuit vont-ils ou non perdre quelque chose? Et les gens qui commenceront à travailler la nuit dans un ou deux ans perdront-ils quelque chose ou non?
02.220 Benoît Piedboeuf (MR): J'ai cru comprendre à la réponse du ministre tout à l'heure qu'il vous avait répondu et qu'il avait ajouté que vous mentiez, que ce que vous dites est faux. Je ne suis pas le ministre. Je dis que s'il a dit que ce n'était pas vrai, je le crois. Vous n'êtes pas convaincus, mais le débat thématique aura lieu. La semaine prochaine, dans la loi-programme, quatre moments sont prévus, dont un avec le ministre, que vous avez déjà assailli de questions. Je ne doute pas que vous allez continuer. Mais il vous a déjà répondu à ce sujet. Il vous a répondu.
Le président: Monsieur le ministre, vous avez une minute pour répondre.
02.221 David Clarinval, ministre: Je n'ai qu'une minute pour les deux questions. On m'a coupé le micro tout à l'heure.
Monsieur Prévot, vous savez très bien que le budget PAC est défendu au niveau régional. J'espère que vous savez que c'est à ce niveau-là que les moyens seront dégagés. C'est au niveau régional que ce débat aura lieu. Au niveau fédéral, vous pouvez compter sur moi pour soutenir les agriculteurs, tant sur le plan sanitaire que sur tous les autres plans.
Monsieur Bilmez, concernant les heures de nuit, je vous répète, comme l'a dit M. Piedboeuf, qu'il n'y a pas de changement de convention collective. Donc il n'y a aucun changement. Personne ne perdra un euro avec le travail de nuit. Arrêtez de faire croire le contraire! On va supprimer une interdiction. On va juste permettre à des secteurs de pouvoir le faire, alors qu'aujourd'hui c'est interdit, c'est tout. Cela va élargir le public. Arrêtez de faire peur aux gens car personne ne perdra un euro dans cette opération!
02.222 Kemal Bilmez (PVDA-PTB): Monsieur Clarinval, vous savez très bien comment la concertation dans le cadre de la lutte des classes fonctionne. C'est parce qu'il y a une interdiction que les syndicats, les travailleurs, obtiennent une prime. Si vous supprimez l'interdiction, il n'y a pas d'obligation à donner une prime. C'est pour cette raison que je vous ai demandé pourquoi vous changez les règles. Si ça ne change rien de changer les règles, pourquoi les changez-vous alors? Pourquoi? Vous le savez très bien, vous allez rendre le travail de nuit moins cher.
Les gens qui travaillent maintenant de nuit ne perdront peut-être pas d'argent, mais ceux qui vont commencer, eux, gagneront moins. Ils ne pourront plus se baser sur l'interdiction du travail de nuit pour recevoir des primes. Ils vont travailler moins cher, ils vont détruire leur santé pour avoir moins d'argent, c'est tout.
02.223 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur Piedboeuf, le gouvernement Arizona va faire une réforme des pensions. Et dans cette réforme, il y a ce qu'on appelle le malus pension. Cela veut dire qu'on va obliger les gens à travailler jusqu'à 67 ans ou prévoir une sanction de 5 % de la pension par année qui n'a pas été travaillée jusqu'à 67 ans.
Les ouvriers, les femmes et les personnes ayant des carrières hachées seront les premières victimes de ce malus pension. Outre son injustice, ce malus pension ne prend pas en considération la maladie. Pour une personne qui souffre d'un cancer, d'un burn-out ou qui a un accident de travail, cela signifie que la période de maladie ne sera pas comptabilisée dans le calcul du malus pension.
Monsieur Piedboeuf, j'ai une question très simple. Comment expliquerez-vous à des travailleurs qui ont travaillé toute leur vie qu'ils auront une sanction (…)?
02.224 Benoît Piedboeuf (MR): Vous posez des questions qui ne manquent pas d'intérêt. Par contre, il y en a une que vous ne vous posez pas. C'est comment faire pour garantir le paiement des pensions à tous ceux qui travaillent et qui travailleront? Cela vous sort de l'esprit.
Partout, dans les communes, dans les zones de police, etc., on sait que si on maintient le système tel quel, on ne parviendra pas à payer les pensions à tous ceux qui y auront droit. La question, c'est comment faire pour que ce ne soit pas le cas? J'ai entendu qu'au Danemark, ils prolongeaient jusqu'à 70 ans; on parle d'autres pays qui y pensent. Nous sommes à 67 ans, la France est à 63 ans et ça rouspète. Nous essayons de mettre un système en place qui permette de garantir les pensions. Cela ne se fait pas, en effet, sans des ajustements, qui permettent de planifier sur le long terme.
02.225 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Tout d'abord, monsieur Piedboeuf, avec le MR, vous confirmez que vous allez sanctionner les travailleurs qui travaillent toute leur vie. S'ils tombent malades, la période de maladie ne sera pas comptabilisée dans le calcul du malus pension et ils perdront la pension à la fin de leur carrière. Ensuite, vous nous dites qu'on le fait pour rééquilibrer le budget des pensions. Comment osez-vous nous dire cela, alors que les quatre milliards que vous mettez dans l'armement pourraient être investis dans la sécurité sociale?
Bien sûr que la sécurité sociale ne sera pas
équilibrée si vous n'arrêtez pas de l'attaquer, de la définancer. Quand vous
promettez 100 euros nets en plus, financés par la baisse de cotisations
sociales, c'est un définancement de la sécurité sociale. D'un côté, vous la
définancez, comme avec le tax shift
à l'époque, et, de l'autre côté, vous dites que, comme elle est définancée, il
faut rééquilibrer. Et
ce sont toujours les travailleurs qui paient!
02.226 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer Piedboeuf, een uurtje geleden had u het over de werkzaamheidsgraad van 80 % in Wallonië. Ik ken u als een ernstig man, u bent ook lid van de commissie voor Financiën. We moeten het cijferdebat toch correct voeren. Ik heb de minister daar ook over ondervraagd en het Planbureau is heel duidelijk. De werkzaamheidsgraad zal slechts 74,7 % bedragen in 2030. In Brussel is dat 64 %, in Wallonië 67 %. Vlaanderen zit bijna aan 80 %, in mijn provincie, West-Vlaanderen, zitten we daar zelfs al.
Het Panbureau zegt heel duidelijk dat u er niet zult geraken met de maatregelen van uw regering. Het Rekenhof oordeelt dat uw terugverdieneffecten compleet onrealistisch zijn. Mag ik u, als lid van de commissie, vragen om het debat ernstig te voeren en om de cijfers en de feiten, de communautaire verschillen, te erkennen?
02.227 Benoît Piedboeuf (MR): Je n’ai pas entendu de question. Y avait-il une question?
02.228 Wouter Vermeersch (VB): (…)
De voorzitter: Mijnheer Vermeersch, u hebt een minuut tijd gehad.
02.229 Benoît Piedboeuf (MR): Vous avez fait des commentaires intéressants sur le fait que le Bureau du Plan dit cela. D’accord. Cela reste un objectif. Nous allons travailler à essayer d’atteindre l’objectif. Évidemment que nous ne l’atteindrons peut-être pas. Mais si nous l’améliorons déjà, nous allons améliorer la situation de notre pays.
Je parlais d’obsession, tout à l’heure, avec M. Van Lommel. C’est votre obsession de dire que tout va bien en Flandre et que cela ne va pas en Wallonie. Mais ce n’est pas vrai. Il y a des choses qui vont bien en Wallonie, et nous allons travailler à ce que ce soit encore mieux. Déjà, nous avons un gouvernement de droite. C'était déjà un progrès.
02.230 Wouter Vermeersch (VB): Waarom stel ik de vraag om het debat correct te voeren? Dat is, omdat ik ervan overtuigd ben dat men de problemen kan oplossen, als men ze wil benoemen. Men kan onmogelijk een werkzaamheidsgraad van 80% realiseren, als de bevoegdheden in het land versnipperd zijn. Om de werkzaamheidsgraad naar 80% te tillen, hebben we homogene bevoegdheden nodig. Wat ons betreft, moet het arbeidsmarktbeleid, moeten alle bevoegdheden zo veel mogelijk naar de deelstaten gaan.
Zolang we dat probleem blijven verbloemen, zolang we de cijfers niet erkennen, zolang we de communautaire verschillen niet erkennen, zullen we het probleem nooit kunnen oplossen. Daarom roep ik u op om het debat correct te voeren en de cijfers en de feiten correct te benoemen, zoals ze zijn. U bent een ernstig man, u bent lid van de commissie voor Financiën, laten we dan ook correcte cijfers in het debat hanteren.
02.231 Rajae Maouane (Ecolo-Groen): Monsieur Piedboeuf, vous avez dit être un défenseur des agriculteurs. C'est très bien. Je peux vous suivre jusqu'à un certain point, mais alors expliquez-nous pourquoi votre parti refuse de s'opposer clairement au traité Mercosur qui menace à l'évidence nos agriculteurs et nos agricultrices, notre santé et notre souveraineté alimentaire.
En quoi consiste ce traité? Il prévoit l'importation massive de viandes produites à partir de standards interdits ici – du soja cultivé sur des terres déforestées, par exemple – et une concurrence déloyale subie par celles et ceux qui respectent les règles en vigueur ici. Dès lors, comment pouvez-vous défendre nos agriculteurs ou, en tout cas le prétendre, tout en laissant entrer sur le marché européen des produits moins sûrs, moins chers et moins durables? Dites-le nous clairement: allez-vous vous opposer au Mercosur sans conditions ou allez-vous continuer à dire une chose dans les salons de l'agriculture et dans les champs et à en dire une autre dans les couloirs?
De voorzitter:
Ik wil nog eens het onderwerp van de middagvergadering aangeven, namelijk de
begroting. We dreigen het debat natuurlijk oeverloos uit te breiden als we het
ook over Mercosur gaan hebben. Ik meen dat we dan geen grenzen meer hebben,
letterlijk en figuurlijk. Maar
goed.
02.232 Benoît Piedboeuf (MR): Par rapport à cette question, sur les traités internationaux, nous avons parlé des clauses miroirs. Je pense que le ministre en a assez parlé. Quand on parle de traités internationaux, il ne faut pas voir qu’une toute petite partie du traité international. Il faut voir ce que cela amène globalement par rapport à un développement économique.
Il y a des éléments sur lesquels nous ne pouvons pas être d'accord, notamment par rapport aux normes de qualité. De là, et je sais que le ministre Clarinval l'a déjà dit plusieurs fois et les ministres wallons aussi, il faut des clauses miroirs qui permettent d'équilibrer les choses.
Il ne s'agit pas, évidemment, de favoriser la consommation de viande qui vient d'ailleurs. Il faut encourager la consommation de viande qui vient d'ici. C’est la première des choses à faire, et vous êtes certainement intéressée également par les marchés fermiers, par les transformations des fermes, avec des boutiques à la ferme et tout cela. C'est dans cette direction qu'il faut travailler aussi.
Pour le reste, ce sont les clauses miroirs et le développement de l'internationalisation de…
02.233 Rajae Maouane (Ecolo-Groen): Merci pour votre réponse. Moi, ce que je constate surtout, c'est que nous sommes vraiment dans une mise en concurrence totalement déloyale. Vous dites que vous voulez défendre les indépendants, nos agriculteurs et nos agricultrices. Écoutez-les donc, parce qu'elles et eux ne veulent pas de ce traité.
La course au moins cher est vraiment une espèce
de ticket sans retour pour la disparition de nos terres et de nos agricultures,
parce qu'elles ont déjà du mal à joindre les deux bouts. Si vous voulez
vraiment défendre les agriculteurs et les agricultrices, permettez-leur de vivre
dignement, avec un salaire horaire qui soit décent. Le salaire horaire actuel est
effectivement vraiment un désastre. Ce traité est par conséquent un chèque en
blanc aux multinationales, qui vont désormais décider de ce qu'il y a dans nos
assiettes. Or je ne
peux m'y résoudre.
02.234 Dominiek Sneppe (VB): Ik zal bij de begroting blijven.
Grote kosten voor de begroting zijn immers ook de gevolgen van de massamigratie. Ook de toegang tot onze volksgezondheid en onze sociale zekerheid betekent een enorme kost die eigenlijk zo goed als niet meer te dragen is. Onze sociale zekerheid en onze volksgezondheid kreunen onder die massale instroom van mensen die niet bijdragen, maar er wel alles uithalen. Als liberale partij die het zogezegd opneemt voor de hardwerkende zelfstandigen kunt u toch niet anders dan dit met lede ogen aanschouwen?
Hoe verdedigt MR het dat nieuwkomers vaak sneller toegang krijgen tot gezondheidszorg en sociale voordelen dan mensen die hier al jarenlang bijdragen of hebben bijgedragen? Ten tweede, zult u er een punt van maken om onze sociale zekerheid af te schermen voor deze nieuwkomers, zodat onze mensen kunnen blijven steunen op onze sterke sociale zekerheid, zonder dat daar extra belastingen aan moeten worden toegevoegd?
02.235 Benoît Piedboeuf (MR): J'ai cru comprendre, en écoutant notamment les notes de politique générale, qu'il y avait justement une volonté de ralentir l'accès aux droits sociaux.
Evidemment, dans de nombreux cas, des personnes arrivent chez nous, venant réellement de pays dangereux ou bien étant elles-mêmes en danger. Il faut les accueillir et c'est notre volonté.
Pour toute une série d'autres cas, notamment
les filières organisées, le gouvernement a annoncé qu'il allait freiner l'accès
aux droits sociaux. Cela fait partie des solutions à mettre en place, comme le
fait d'essayer aussi de renvoyer les détenus. Ces mesures visent à réduire ce coût.
02.236 Dominiek Sneppe (VB): Dank u voor uw antwoord, mijnheer Piedboeuf. Ik weet dat het in het regeerakkoord staat, maar ik vrees dat dit ook voor sint-juttemis zal zijn, net zoals heel veel andere maatregelen die in het regeerakkoord staan. Er zijn inderdaad mensen die uit oorlogssituaties komen en die moeten hier worden opgevangen. Dat vindt het Vlaams Belang redelijk. Toch zouden we onze sociale zekerheid, zelfs voor die mensen, deels moeten kunnen afschermen, om ervoor te zorgen dat ze voor onze mensen, die steeds hebben bijgedragen, altijd beschikbaar blijft. Als we de kraan niet dichtdraaien, zal dit het grote probleem, de grote kost in deze begroting blijven.
02.237 Hugues Bayet (PS): Monsieur Piedboeuf, dans votre intervention, vous avez dit à plusieurs reprises que toutes les mesures de ce gouvernement visaient à améliorer la justice fiscale. Et là, il y a vraiment quelque chose que je ne comprends pas. Je ne comprends pas comment votre parti, le MR, peut, d'une part, bloquer autant la réforme sur les plus-values, alors qu'on sait qu'en Belgique, 70 % des impôts proviennent du travail et de la consommation. Votre président refuse – je peux prouver tout cela car il le dit et redit matin, midi et soir – de faire payer les multimillionnaires et les multimilliardaires un tout petit peu plus. D'autre part, vous faites passer à 21 % les chaudières au mazout, sous le couvert de l'écologie.
Alors, cela peut être une bonne mesure mais vous ne donnez rien pour aider les gens à changer leurs chaudières. Vous vivez, je pense, dans le monde réel. Vous êtes aussi bourgmestre et je vous connais depuis quelque temps en commission des Finances. Qui connaissez-vous qui a encore ou qui veut une chaudière au mazout? Les gens les plus pauvres ou des locataires dont les propriétaires ne veulent pas changer. Si c'est cela votre justice fiscale, je pense qu'on a un vrai problème, collègue.
02.238 Benoît Piedboeuf (MR): Monsieur Bayet, je ne sais pas combien de fois j'ai déjà entendu parler de la taxe sur les plus-values. Je pense que cela fait des mois que le ministre Jambon dit qu'il est en train de la mettre au point. Alors, attendez au moins qu'elle soit au point.
Qu'il y ait des débats par rapport à l'impact réel d'une taxe sur les plus-values, c'est évident. Ce n'est en effet pas tout d'avoir des milliards en vue si on sait bien qu'on ne va pas les réaliser. Donc, le ministre Jambon – et il y a eu toute une série de réflexions là-dessus – est en train de mettre sa taxe sur les plus-values au point. On va l'avoir prochainement en commission des Finances et elle sera certainement votée avant la fin de l'année, parce qu'il faut quand même qu'on crée des recettes aussi.
Par rapport aux chaudières au mazout, il y a effectivement toute une série de domaines dans lesquels elles vont être interdites, à Bruxelles par exemple. On sait aussi que les véhicules électriques sont encouragés mais que les gens n'ont pas les moyens de se les payer. Il y a donc (…)
02.239 Hugues Bayet (PS): Monsieur Piedboeuf, je vous remercie pour votre réponse. Si le ministre Jambon met des mois et des mois pour cette proposition, c'est parce que votre président de parti, depuis des mois et des mois, le bloque. Il suffit de lire le journal. Monsieur Piedboeuf, on ne va quand même pas se mentir ici entre nous. Tout le monde le sait, tout le monde peut le dire ici. Il faut arrêter de nous prendre pour des idiots. Il n'arrête pas, y compris dans toutes les conférences qu'il donne. Point!
Par ailleurs, vous confirmez que votre mouvement est devenu le mouvement des riches puisque, tant pis pour eux, ceux qui n'ont pas d'argent ne pourront pas changer leur chaudière. Et, si leur propriétaire ne veut pas la changer, tant pis pour eux, on ne changera pas et on va faire passer la pilule, en disant qu'on est un peu plus écolo que les écolos. Vous ne nous aurez pas là-dessus. Franchement, ce n'est pas cela la justice fiscale, monsieur Piedboeuf!
02.240 Alexia Bertrand (Open Vld): Monsieur Piedboeuf, je
m'adresserai à vous en français comme cela on ne pourra pas dire que l'on ne
parle pas la même langue. Je crois aussi que nous nous comprenons en tant que
libéraux. Votre président de parti a exposé dans la presse ce week-end l'idée
d'avancer sur les baisses de charges – la réforme fiscale – et de supprimer des
cabinets, mais de permettre en revanche des nominations et une utilisation plus
large de l'administration.
Qu'en pensez-vous?
Comment cela va-t-il voir le jour? Allez-vous déposer un projet ou une
proposition de loi à cet égard? Comment cela va-t-il se concrétiser? Nous
partageons cette inquiétude que la baisse des charges ne voie pas le jour car
l'augmentation des charges est déjà là!
De twintig arizonateksen kennen we ondertussen, maar de lastenverlaging (…)
02.241 Benoît Piedboeuf (MR): Madame Bertrand, tout d'abord, la réduction des cabinets n'est pas un mythe; elle est déjà à l'œuvre. Il y a déjà eu un fameux rétrécissement des équipes, tant en Wallonie qu'à l'échelle fédérale. Donc, les efforts sont déjà présents. La conception qui consiste à dire qu'on doit travailler plus avec l'administration et moins avec des cabinets est un débat qui existe depuis des années afin de savoir si ce n'est pas ainsi que les choses devraient évoluer. Les cabinets politiques sont bien sympathiques, mais auparavant ils étaient pléthoriques. Ils ne le sont plus maintenant. Nous avons besoin de collaborateurs, mais mieux travailler avec l'administration est probablement une vision. Cela existe dans des pays proches: aux Pays-Bas et, partiellement, en France. C'est une vision de l'activité politique qui est probablement intéressante. Nous sentons que nous sommes sur la voie. Je suppose que mon président déposera une proposition en ce sens.
02.242 Alexia Bertrand (Open Vld): Je vous remercie, monsieur Piedboeuf. S'agissant des économies de cabinet, nous en avons débattu longuement ici. Nous avons surtout vu que le nombre de partis au pouvoir était passé de sept à cinq, favorisant ainsi des économies. Pour le reste, de nombreux cabinets ont même augmenté leurs moyens: + 5 % au cabinet de la Défense, des moyens supplémentaires accordés à celui de la Santé, et je peux en citer d'autres.
En tout cas, j'entends et prends note que des propositions de texte vont arriver. De même, pour l'avancement de la réforme fiscale, j'entends que ce ne sera pas uniquement des effets d'annonce et que le MR est sincèrement inquiet, craignant que, sinon, cette réforme fiscale et la baisse des charges pour la classe moyenne, ne se feront jamais. J'entends enfin que, par conséquent, vous allez prendre les devants pour que cela prenne corps dès 2026 – comme je l'ai lu dans la presse –, à l'initiative de votre président. Je vous remercie.
02.243 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Monsieur Piedboeuf, je vais aussi m'adresser à vous en français.
Nous nous connaissons bien. Nous nous sommes trouvés côte à côte pendant 25 ans, puisque nos formations siégeaient dans des gouvernements. Nous nous sommes toujours opposés à une taxe sur les plus-values. À présent, nous ne sommes plus au gouvernement. Et que faites-vous, monsieur Piedboeuf? Vous introduisez la taxe sur les plus-values. Vous avez déjà reçu les félicitations de M. Magnette, qui y a vu un robinet qui allait pouvoir être ouvert afin d'encore augmenter les taxes.
Bref, cher Benoît, êtes-vous vraiment favorable
à cette taxe sur les plus-values qui va frapper la classe moyenne? Ensuite,
comment allez-vous épargner celle-ci de cette taxe? Nous comptons vraiment sur
vous. Montrez un peu que vous êtes libéral, et non que vous êtes devenu un
socialiste dans ce gouvernement! Je vous remercie.
De voorzitter: Mijnheer Van Quickenborne, maar dit is ook een algemene opmerking, ook de meerwaardebelasting zal ongetwijfeld nog een onderwerp van het debat worden, maar ik meen niet dat ze in deze begroting ingeschreven is.
Opnieuw, als we niet de basisregel volgen dat we het hier over de begroting hebben, zitten we hier binnenkort opnieuw veertig uren en dan zal ieder van u tegen zijn achterban zeggen dat het een schande is dat hier veertig uur lang gedebatteerd wordt, terwijl jullie daar de reden en de oorzaak van zijn.
02.244 Benoît Piedboeuf (MR): Dans le cadre d'un accord de gouvernement, on peut faire évoluer certains de ses principes. Nous l'avons tous vécu. Il est vrai que c'était un totem, c'était "non, pas question", et puis on a évolué.
C'est aussi probablement pour ça que cela met tant de temps à arriver, c'est parce qu'on discute vraiment de la façon de mettre en place cette mesure de façon juste, équilibrée, pour les classes moyennes, pour des PME qui se sont constituées, qui ont grandi, qui font l'objet d'une cession. Il faut donc être fort attentif à ne pas taxer une activité qui a simplement bénéficié du travail de son patron.
Voilà les débats que nous avons maintenant. Il est vrai que nous y étions opposés ensemble, et ce n'est pas parce que vous n'êtes plus là que nous avons changé d'avis. C'est parce que nous faisons aussi une répartition des recettes sur tout le monde.
02.245 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, ik stel vast dat telkens wanneer er te moeilijke vragen worden gesteld, u tussenkomt en zegt dat men die vragen niet mag stellen. Terwijl alle voorzitters van alle meerderheidspartijen daarover elke dag ruzie maken, moeten wij vanuit het Parlement zwijgen. Dat zullen we niet doen. We zullen de vragen blijven stellen.
De voorzitter: Mijnheer Van Quickenborne, u (…)
02.246 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, ik heb het woord en mijn tijd loopt. U hebt mij onderbroken.
De voorzitter: Als ik dat wil, kan ik uw microfoon zelfs sluiten. Dit is een debat over de begroting en u maakt daar misbruik van, maar ik laat uw minuut herstarten.
02.247 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Ik stel vast dat als de heer Bayet een vraag stelt over de meerwaardebelasting u niet tussenkomt, maar als ik daarover een vraag stel, dan komt u wel tussen. Twee maten en twee gewichten, dat is de realiteit. Ik vind dat niet correct.
Monsieur Piedboeuf, vous avez dit: "J'ai évolué."
U zegt dat u geëvolueerd bent: eerst was u tegenstander en nu bent u voor.
Alors, chers collègues, je m'inquiète. Parce que si le MR continue à évoluer, nous ne sommes pas au bout de nos surprises.
Ik noem bijvoorbeeld wat mevrouw Bertrand heft gezegd en wat de heer Vereeck terecht heeft bevraagd, die fameuze belastingverlaging.
Le MR est en train d'évoluer!
Die belastingverlaging zal er niet komen. Met de budgettaire situatie die u aan het creëren bent en gelet op het feit dat u alleen maar nieuwe belastingen aan het invoeren bent, die twintig arizonataksen, schrijf ik het u op een blaadje: die belastingverlaging zal er niet komen door een geëvolueerde MR.
02.248 Benoît Piedboeuf (MR): En matière de défense, le renforcement de notre défense est un axe ambitieux mais nécessaire. Les menaces exigent une mobilisation de tous nos leviers: armée, douanes, renseignement, sécurité des infrastructures, industrie de l'armement, diplomatie, protection de notre espace aérien. Nous soutenons l'objectif de porter le budget de la Défense à 2 % du PIB dès le second semestre 2025, conformément aux accords de Glasgow de 2014. À l'échelle de l'OTAN, bien que nous ayons entendu beaucoup de choses tout à l'heure, des discussions sont en cours pour viser 3,5 % pour la Défense au sens strict et 1,5 % pour les opérations multi-domaines, ce qui inclut la cyberdéfense et la mobilité militaire. Cela signifie en effet d'avoir un objectif de 5 % d'ici 2032. On sait ce que cela représente et on sait quelles ont été les réactions des uns et des autres. Une loi de programmation militaire sera adoptée cette année. Le ministre viendra bientôt nous la présenter.
En matière d'énergie, en votant la réforme de la loi de 2003, nous avons mis fin à deux décennies d'hésitations et de bricolages. Il s'agit là de bon sens, de lucidité et de responsabilité dans l'intérêt des générations futures. Aujourd'hui, ce qui constitue le fil conducteur de l'action du ministre Bihet, c'est de garantir la sécurité d'approvisionnement énergétique tout en veillant à la stabilité des prix pour les ménages et les entreprises.
Nous refusons l'idéologie climatique pour une écologie d'efficacité avec un mix énergétique diversifié, combinant nucléaire, énergies renouvelables, biomasse, biogaz et hydrogène. Avec le ministre, nous prônons la liberté de choix, la neutralité technologique et l'innovation tout en renforçant les incitants à la rénovation énergétique des bâtiments, sans hésiter à réévaluer de grands projets pour éviter des coûts excessifs, comme nous l'avons vu récemment avec l'île Princesse Elisabeth.
En mobilité, nous voulons un transport ferroviaire renforcé, un fret doublé, une sécurité accrue dans et autour des gares, zéro mort sur les routes d'ici 2050, en luttant contre les récidivistes, les infractions graves et le téléphone au volant. Chaque vie sauvée compte et chaque mesure utile sera prise. Le rail, la route, l'aérien, le maritime, chaque axe de mobilité est un levier de croissance et de durabilité.
Au niveau scientifique, le gouvernement fédéral soutiendra la candidature belge pour la construction du télescope Einstein, en collaboration avec les Pays-Bas et l'Allemagne. Le MR s'en réjouit.
S'agissant des entreprises publiques, bpost doit se réinventer et le gouvernement fédéral accompagnera cette transition avec une stratégie claire. Il faut repenser le modèle, les missions, les outils. Il faut anticiper et non subir. C'est valable pour l'ensemble des entités publiques. L'État doit montrer l'exemple dans sa capacité d'adaptation, d'innovation et d'efficience.
Ce budget est exigeant. Il ne promet pas tout à tout le monde; il trace une voie; il responsabilise; il investit; il répare. C'est un budget de réformes.
Churchill disait: "Mieux vaut prendre le changement par la main que d'en être victime". Ce gouvernement prend le changement par la main. Nous le soutenons pleinement et soutiendrons le premier ministre dans sa volonté de poursuivre les réformes en 2026.
Notre pays a besoin d'une direction, d'une ambition, d'un cap. Gouverner, c'est choisir et choisir, c'est agir.
Je vous remercie pour votre attention.
De voorzitter: Ik heb nog zes vraagstellers genoteerd. Nu zeven, acht, kijk. Ik zal de namiddagvergadering sluiten. De vragen kunnen dan gesteld worden in de avondvergadering.
De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering woensdag 18 juni 2025 om 20.20 uur.
La séance est levée. Prochaine séance le mercredi le 18 juin 2025 à 20 h 20.
De vergadering wordt gesloten om 19.20 uur.
La séance est levée à 19 h 20.
Dit verslag heeft geen bijlage. |
Ce compte rendu n'a pas d'annexe. |
ELEKTRONISCHE TELLING |
COMPTAGE ELECTRONIQUE |
Elektronische telling – Comptage électronique: 1
Ja |
76 |
Oui |