Plenumvergadering

Séance plénière

 

van

 

Donderdag 24 april 2025

 

Namiddag

 

______

 

 

du

 

Jeudi 24 avril 2025

 

Après-midi

 

______

 

De vergadering wordt geopend om 14.19 uur en voorgezeten door de heer Peter De Roover, voorzitter.

La séance est ouverte à 14 h 19 et présidée par M. Peter De Roover, président.

 

De voorzitter: De vergadering is geopend.

La séance est ouverte.

 

Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. U kunt die terugvinden op de webstek van de Kamer en in het integraal verslag van deze vergadering of in de bijlage ervan.

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans le compte rendu intégral de cette séance ou son annexe.

 

Aanwezig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:

Ministre du gouvernement fédéral présent lors de l'ouverture de la séance:

Vincent Van Peteghem.

 

01 Rouwhulde – paus Franciscus

01 Éloge funèbre – pape François

 

De voorzitter (voor de staande vergadering): Geachte collega’s, chers collègues, het was niet geheel onverwacht, maar toch kwam het nieuws van het overlijden van paus Franciscus voor velen als een schok. Hij overleed net op paasmaandag, alsof hij gewacht heeft om nog één Pasen te mogen beleven, om zich nog eenmaal tussen zijn gelovigen op het Sint-Pietersplein te kunnen begeven. De Argentijn Jorge Mario Bergoglio, telg van een bescheiden Italiaans migrantengezin, werd 88 jaar oud.

 

Pour ses croyants, la communauté catholique comptant plus d'un milliard de personnes dans le monde, ce décès revêt une dimension particulière. Tout notre respect est dû, quelles que soient nos convictions.

 

De scheiding van Kerk en Staat maakt het ongepast vanop deze plaats over deze vaststelling uitspraken te doen of om hier een oordeel te vellen over het instituut Kerk. Maar ook veel mensen die zich niet tot de kerkgemeenschap rekenen, zullen de betekenis erkennen van een stem als die van de paus. Het was de stem van een nederig man, wars van pracht en praal, met een hart voor de zwaksten.

 

Franciscus – de naam was veelbetekenend – koos niet altijd de gemakkelijke weg. Hij hield de samenleving en dus ook de politiek spiegels voor. Wellicht deed hij dat soms met een naïviteit die wij ons minder kunnen veroorloven, maar omdat een boot dreigt te kapseizen wanneer iedereen aan dezelfde kant staat, is het altijd goed wanneer iemand zich opstelt aan de overzijde.

 

Il avait récemment effectué une visite dans notre pays, où son Église a joué un rôle si important, mais où elle a aussi beaucoup peiné à apporter une réponse aux questions liées aux dossiers d'abus. Nous avons vu un vieil homme frêle, physiquement fragile, mais dont la voix puissante résonnait malgré tout.

 

Ses propos n'ont pas plu à tout le monde. Il a surpris. Il a tenu un discours courageux, touché des cordes sensibles d'un côté comme de l'autre. Il a encouragé et sans aucun doute déçu d'autres personnes, mais ses mots ont trouvé un écho, suscité le débat et fait réfléchir.

 

"Ik loop niet met een script rond. Als ik voor iemand sta, kijk ik hem recht in de ogen en zeg ik wat er op mijn hart ligt." Die woorden van paus Franciscus verdienen zeker in dit Huis in herinnering te worden gebracht. Laat ze ons inspireren.

 

Die stem met een overtuiging, weze het al dan niet de onze, zwijgt nu. Met paus Franciscus verliest de wereld hoe dan ook een voorvechter, op zijn manier, voor rechtvaardigheid, vrede en menselijke waardigheid. Moge zijn voorbeeld om ons spiegels voor te houden navolging krijgen.

 

Mijnheer de eerste minister, ik geef u graag het woord.

 

01.01  Bart De Wever, premier ministre: Monsieur le président, chers collègues, en cette année jubilaire de l'Église dédiée aux pèlerins de l'espérance, le pape François a commencé son pèlerinage céleste. La poussière retourne à la terre comme elle en vint, comme nous l'enseigne la sagesse éternelle dans le livre de l'Ecclésiaste.

 

Le prêtre et poète Guido Gezelle a mis ces mots en vers, et je le cite:

 

"Gij zijt, mensch, gemaakt uit eerden, en dat zult gij weder werden."

 

Onze sterfelijkheid is een mysterie waar de mens al sinds het begin van zijn tijd over nadenkt, maar onze nalatenschap op aarde is het enige waar wij zeker van kunnen zijn.

 

Beste collega's, naar aanleiding van het heengaan van paus Franciscus wil ik dan ook heel kort stilstaan bij zijn nalatenschap voor ons land.

 

Tijdens zijn ambtstermijn bleef het leed van alle slachtoffers van misbruik terecht het maatschap­pelijk debat beheersen. Het lijdt geen twijfel dat deze gitzwarte bladzijde uit het kerkelijk verleden, die zovelen in ons land heeft getroffen, in het collectieve geheugen gegrift zal blijven. Ook de volgende paus staat op dat vlak een zware opdracht te wachten.

 

Ik denk daarnaast echter ook aan het respect dat paus Franciscus betoonde voor ons verleden.

 

Il éleva le sanctuaire Notre-Dame de Beauraing et l'église Saint-Hermès à Renaix au rang de basilique. Ces deux lieux revêtent une profonde signification pour de nombreux catholiques de notre pays. Ils constituent aussi un refuge pour ceux qui cherchent ou s'interrogent. Il a également béatifié la carmélite hispano-bruxelloise Anne de Jésus. Il a nommé, encore la semaine dernière, vénérable le prêtre gantois, Joseph Triest, connu pour son attention aux pauvres, aux personnes âgées et aux enfants handicapés.

 

Tot slot vereerde hij ons land vorig jaar met een pauselijk bezoek in het kader van het 600-jarig bestaan van de Leuvense universiteit.

 

Beste collega's, namens de regering betuig ik mijn diepste medeleven aan de katholieke gemeenschap.

 

De voorzitter: Dank u wel, mijnheer de premier. Collega's, ik vraag u allen een moment van stilte in acht te nemen.

 

De Kamer neemt een minuut stilte in acht.

La Chambre observe une minute de silence.

 

02 Agenda

02 Ordre du jour

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 23 april 2025 hebt u een gewijzigde agenda voor de vergadering van vandaag ontvangen.

Conformément à l’avis de la Conférence des présidents du 23 avril 2025, vous avez reçu un ordre du jour modifié pour la séance d'aujourd'hui.

 

Zijn er dienaangaande opmerkingen? (Nee)

Y a-t-il une observation à ce sujet? (Non)

 

Bijgevolg is de agenda aangenomen.

En conséquence, l'ordre du jour est adopté.

 

03 Eventuele vervolgingen ten laste van een lid

03 Poursuites éventuelles à charge d'un membre

 

Bij brief van 3 april 2025 zendt de procureur-generaal bij het hof van beroep te Gent documenten over, om de Kamer in de mogelijkheid te stellen met toepassing van artikel 59, eerste lid, van de Grondwet eventuele vervolgingen ten laste van een onzer collega's toe te laten.

Par lettre du 3 avril 2025, le procureur général près la cour d'appel de Gand a communiqué des documents afin de mettre la Chambre en mesure d'autoriser éventuellement des poursuites à charge de l'un de nos collègues en application de l'article 59, al. 1er, de la Constitution.

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 23 april 2025 en overeenkomstig artikel 160 van het Reglement worden de documenten naar de commissie voor Vervolgingen verzonden. De commissie zal bijeenkomen na de plenaire vergadering in zaal 1 (Voorzitterschap).

Conformément à l’avis de la Conférence des présidents du 23 avril 2025 et conformément à l'article 160 du Règlement, les documents sont renvoyés à la commission des Poursuites. La commission se réunira à l’issue de la séance plénière dans la salle 1 (Présidence).

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geheime stemming

Scrutin secret

 

04 Gegevensbeschermingsautoriteit – Benoeming van de leden van het directiecomité (inspecteur-generaal)

04 Autorité de protection des données – Nomination des membres du comité de direction (inspecteur général)

 

Aan de orde is de geheime stemming voor de benoeming van de inspecteur-generaal van de Gegevens­beschermingsautoriteit.

L'ordre du jour appelle le scrutin secret en vue de la nomination de l'inspecteur général de l'Autorité de protection des données.

 

Chers collègues, je fais remarquer qu'une erreur administrative a été commise hier, à la suite de l'envoi de l'invitation aux membres de la commission de la Justice en vue d'assister à la prestation de serment des membres du comité de direction de l'Autorité de protection des données la semaine prochaine.

 

Laat er geen twijfel over bestaan dat de geheime stemming over de benoeming van de inspecteur-generaal tot lid van het directiecomité van de Gegevens­beschermingsautoriteit vandaag moet plaatsvinden.

 

De kandidaturen werden aangekondigd tijdens de plenaire vergadering van 19 december 2024.

Les candidatures ont été annoncées au cours de la séance plénière du 19 décembre 2024.

 

De commissie voor Justitie heeft de kandidaten gehoord op 25 februari 2025.

La commission de la Justice a entendu les candidats le 25 février 2025.

 

De rapporteur heeft verslag uitgebracht over deze hoorzittingen in de Conferentie van voorzitters op 19 maart 2025.

Le rapporteur a fait rapport de ces auditions en Conférence des présidents le 19 mars 2025.

 

Gelet op de artikelen 8 en 40 van de wet van 3 december 2017 tot oprichting van de Gegevens­beschermings­autoriteit telt het directiecomité, de voorzitter uitgezonderd, twee Nederlandstalige en twee Franstalige leden.

Conformément aux articles 8 et 40 de la loi du 3 décembre 2017 portant création de l'Autorité de protection des données, le comité de direction, excepté le président, compte deux membres néerlandophones et deux membres francophones.

 

Gelet op de benoeming van de dames Anne-Charlotte Recker en Alexandra Jaspar tot lid van het directiecomité tijdens de plenaire vergaderingen van respectievelijk 3 en 10 april 2025 werden reeds twee Franstalige leden benoemd. De Kamer dient bijgevolg een Nederlandstalig lid te benoemen voor het mandaat van inspecteur-generaal.

Vu la nomination de Mmes Anne-Charlotte Recker et Alexandra Jaspar en qualité de membres du comité de direction au cours des séances plénières respectives des 3 et 10 avril 2025, deux membres francophones ont déjà été nommés. La Chambre est par conséquent tenue de nommer un membre néerlandophone pour le mandat d'inspecteur général.

 

Minstens één lid van het directiecomité dient over de functionele kennis van het Duits te beschikken.

Au moins un membre du comité de direction doit disposer d’une connaissance fonctionnelle de l’allemand.

 

Gelet op de benoeming van de heren Koen Gorissen en Hielke Hijmans en van mevrouw Anne-Charlotte Recker tot respectievelijk voorzitter, directeur van de geschillenkamer en directrice van de eerstelijnsdienst van de Gegevensbeschermingsautoriteit, die al beschikken over de functionele kennis van het Duits, is aan deze voorwaarde reeds voldaan.

Vu la nomination de MM. Koen Gorissen et Hielke Hijmans et de Mme Anne-Charlotte Recker, respectivement en qualités de président, de directeur de la chambre contentieuse et de directrice du service de première ligne de l'Autorité de protection des données, qui sont déjà en possession de la connaissance fonctionnelle de l'allemand, il est déjà satisfait à cette condition.

 

Artikel 40, § 2, van dezelfde wet bepaalt dat hoogstens drie vijfde van de leden van het directiecomité behoren tot hetzelfde geslacht.

L’article 40, § 2, de la même loi dispose qu’au maximum trois cinquièmes des membres du comité de direction sont du même sexe.

 

Aangezien reeds twee vrouwelijke en twee mannelijke leden werden benoemd van het directiecomité, heeft de Kamer voor het mandaat van inspecteur-generaal de keuzevrijheid.

Vu que deux membres de sexe féminin et deux membres de sexe masculin du comité de direction ont déjà été nommés, la Chambre a la liberté de choix pour le mandat d'inspecteur général.

 

Het stuk met de naam van de kandidaten voor dit mandaat werd rondgedeeld. (798/1)

Le document portant le nom des candidats pour ce mandat vous a été distribué. (798/1)

 

De stembiljetten zullen worden uitgedeeld in zaal 3, waar u uw stem kan uitbrengen vanaf nu tot 16.30 uur.

Les bulletins de vote seront distribués en salle 3, où vous pouvez émettre votre vote à partir de maintenant jusque 16 h 30.

 

Daar de stemming geheim is, mogen de stembiljetten niet worden ondertekend.

Le scrutin étant secret, les bulletins ne peuvent être signés.

 

Om geldig te stemmen, dient men het vakje naast de naam van de gekozen kandidaat aan te kruisen.

Pour un vote valable, il convient de tracer une croix dans la case figurant en regard du nom du candidat choisi.

 

Zijn ongeldig de stemmen uitgebracht op meer dan één kandidaat.

Sont nuls, les suffrages exprimés en faveur de plus d'un candidat.

 

Ik herinner eraan dat enkel de leden de stembiljetten in ontvangst kunnen nemen, ze ter plaatse dienen in te vullen en in de stembus deponeren.

Je rappelle que seuls les membres peuvent recevoir les bulletins de vote, ceux-ci doivent être remplis sur place et déposés dans l’urne.

 

Zodra de geheime stemming gesloten is, stel ik u voor dat de stembiljetten geteld worden in zaal 3, in aanwezigheid van de stemopnemers.

Dès que le scrutin secret est clos, je vous propose de procéder au dépouillement dans la salle 3, en présence des scrutateurs.

 

Ik stel u voor om voor de stemopneming de jongste twee leden aan te wijzen.

Je vous propose de désigner les deux membres les plus jeunes pour dépouiller les scrutins.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Mondelinge vragen

Questions orales

 

Collega Dermagne vraagt het woord.

 

04.01  Pierre-Yves Dermagne (PS): Monsieur le président, ainsi que je l'ai évoqué avec vous avant le début de cette séance, notre groupe, par l'intermédiaire de Patrick Prévot, avait déposé une question à l'adresse du ministre de l'Emploi et de l'Économie, M. Clarinval, qui est parmi nous cet après-midi. Cette question a été réorientée par le gouvernement vers le ministre Frank Vandenbroucke alors que l'objet de la question de M. Prévot est bien plus large que l'impact d'une non-indexation pour les travailleurs du secteur des soins santé, bien que cela reste un point d'attention particulier pour le groupe socialiste. Mais au-delà de cela, sa question porte davantage sur la concertation sociale et en tant que ministre de l'Emploi, M. Clarinval est aussi ministre de la concertation sociale. Nous souhaiterions, d'autant plus que M. Clarinval est présent parmi nous cet après-midi, que la question de M. Prévot lui soit posée. Si M. Clarinval a besoin d'un temps de préparation pour affiner sa réponse avec le ministre Vandenbroucke, M. Prévot est disposé à attendre, à passer son tour et à intervenir plus tard.

 

De voorzitter: Mijnheer Dermagne, ik weet niet of de regering daar iets aan toe te voegen heeft. In ieder geval is mij meegedeeld dat minister Vandenbroucke namens de regering antwoordt. Over meer gegevens beschik ik niet. Het klopt inderdaad dat die vraag van uw fractie gericht was aan minister Clarinval.

 

Het komt de regering toe te bepalen wie een vraag beantwoordt. Uit uw eigen ministeriële periode weet u dat vragen soms worden doorgeschoven. Ik kan alleen aan de regering vragen om in de mate van het mogelijke, zonder erover te kunnen oordelen wat het mogelijke is, respect op te brengen voor de wensen van de Kamer en van de fracties die een vraag willen stellen. Daar eindigt mijn bevoegdheid.

 

04.02  Pierre-Yves Dermagne (PS): J'entends vos remarques, mais donnons la parole au ministre Clarinval, qui est présent. Son expression non verbale indiquait qu'il était disposé à répondre à la question de M. Prévot. Pétri des certitudes qui sont les siennes, il ne devrait pas avoir de difficulté ou de peur à répondre à une question de M. Prévot.

 

De voorzitter: Mijnheer Dermagne, het probleem met de interpretaties van lichaamstaal is dat die interpretaties een redelijke breedte hebben. Ik sluit niet uit dat uw interpretatie de juiste is, al meende ik de lichaamstaal anders te lezen. Ik stel in ieder geval vast dat minister Clarinval slechts beperkte inspanningen levert om het woord te vragen.

 

04.03  David Clarinval, ministre: Je veux bien répondre à cette question, mais elle porte spécifiquement sur les soins de santé. C'est mon collègue Frank Vandenbroucke qui est en charge de cette matière. Il a accepté d'y répondre. Si l'intitulé de la question avait été plus large, englobant par exemple la concertation sociale, j'y aurais sans doute répondu. Cependant, dans ce cas précis, mon collègue Vandenbroucke y répondra.

 

Si M. Prévot veut m'interroger la semaine prochaine ou plus tard, je n'aurai aucun problème à lui répondre. Il faut tâcher d'être plus précis dans les titres des questions car, dans ce cas-ci, Frank Vandenbroucke et moi-même avions compris que la question concernait les soins de santé.

 

04.04  Pierre-Yves Dermagne (PS): Je vais mettre ça sur le compte d'une mauvaise information du ministre Clarinval. Le texte et le titre précis de la question portent sur les menaces sur l'indexation de manière générale, pas uniquement dans les soins de santé, et visent notamment la concertation sociale.

 

Par ailleurs, comme vous le savez, les questions d'actualité se font aussi de manière spontanée et ne nécessitent pas de document écrit. Un champ plus ou moins large peut donc exister entre le moment où le titre de la question a été déposé et le moment où la question est posée.

 

Dans ce cas précis, les questions de M. Prévot sont adressées au ministre Clarinval et visent ses compétences. Il vient en outre de dire qu'il était disposé à y répondre.

 

N'allongeons pas le délai! Vous n'avez quand même pas peur de répondre à cette question-là, monsieur Clarinval?

 

04.05  David Clarinval, ministre: Le ministre Vandenbroucke a prévu une réponse.

 

04.06  Pierre-Yves Dermagne (PS): (…)

 

De voorzitter: Ik denk dat u uw punt hebt gemaakt. De vraag was inderdaad aan de heer Clarinval gericht. De formulering van de vraag is wat ze is. Dat heeft een zekere beperking. Laat het nogmaals een argument zijn om de vraag zo gedetailleerd mogelijk in de titel op te nemen. Dan is het wellicht duidelijker.

 

04.07  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Je voudrais appuyer le propos de M. Dermagne. Il est fréquent que des questions soient renvoyées vers un autre membre du gouvernement quand le ministre est indisponible, mais aussi que des questions soient jointes. La proposition de M. Dermagne vise à ce que les ministres répondent ensemble. Si un groupe pose une question à un ministre précis, c'est pour une raison précise. Ici, le débat porte sur l'indexation des salaires non seulement du personnel soignant, mais aussi de l'ensemble des travailleurs. Que devient ce mécanisme d'indexation, qui relève de la compétence de M. Clarinval? Le bon compromis serait donc que les deux ministres répondent ensemble aux deux questions.

 

04.08  Patrick Prévot (PS): Monsieur le président, je ne dirais pas qu'il s'agit d'un grave précédent, parce que, malheureusement, nous vivons des précédents chaque semaine. Mais, en matière de contrôle de l'action gouvernementale, cela pose vraiment un problème.

 

Ma question, comme l'a dit mon chef de groupe, est beaucoup plus large que celle des soins de santé. Si j'ai adressé cette question à M. Clarinval, c'est parce que nous avons été contactés par d'autres secteurs, notamment les universités, et qu'il est chargé de la concertation sociale. Je souhaiterais dès lors qu'il puisse répondre personnellement à cette question. Son cabinet n'est pas loin, et il a une équipe de collaboratrices et de collaborateurs de haut niveau. Il n'est pas sot de penser qu'un ministre, qui est à la disposition du Parlement, comme tous les membres du gouvernement, puisse répondre à une question de contrôle de l'action gouvernementale. Son cabinet est le plus proche du Parlement, et M. Clarinval est ici présent.

 

Essayons de joindre les questions; M. Vandenbroucke répondra sur la partie soins de santé, s'il le souhaite, et M. Clarinval sur le reste de ses compétences. Sinon, ce n'est pas M. Clarinval qui va chagriner M. Vandenbroucke, mais ce sont les secteurs qui nous ont contactés qui vont être chagrinés de ne pas avoir, encore une fois, une réponse complète à leur question.

 

04.09  Pierre-Yves Dermagne (PS): Je voudrais apporter un dernier élément de précision.

 

Entre le moment du dépôt de la question, un peu avant 11 h, et le moment où nous nous sommes parlé en début de séance, il y a aussi eu des contacts entre le groupe PS, les services et le cabinet du ministre Clarinval pour préciser que le périmètre de la question allait au-delà de l’indexation des salaires dans le secteur des soins de santé.

 

L’information a été transmise. Des e-mails ont été échangés. Je ne vais pas les lire. Nous avons déjà eu un précédent il y a quelques jours. Mais je vous indique que ces échanges ont bien eu lieu et que ces précisions ont bien été transmises au cabinet du ministre.

 

Mais faisons bref procès. Le ministre est là. Il a dit qu’il était disposé à répondre à la partie qui le concernait, et qu’on joigne donc la réponse du ministre Clarinval à celle du ministre Vandenbroucke.

 

De voorzitter: Ik denk niet gehoord te hebben dat hij bereid zou zijn er hier vandaag op te antwoorden. Dat is mijns inziens niet gezegd.

 

04.10  Georges-Louis Bouchez (MR): Monsieur le président, je voudrais simplement rappeler aux collègues que toutes les réponses qui sont apportées ici, quel qu'en soit l'auteur, engagent le gouvernement dans son ensemble et que celui-ci reste maître d'envoyer le représentant qu'il souhaite pour répondre aux questions. Donc, nous pourrions clore le débat et maintenir l'ordre du jour.

 

Chers collègues, quand M. Vandenbroucke répond – rassurez-vous –, c'est moins bon pour vos vidéos Facebook, mais cela engage tout autant le gouvernement que si c'était David Clarinval ou n'importe quel autre ministre qui répondait.

 

Par conséquent, je vous demanderai, monsieur le président, de mettre un terme à ce débat qui nous fait perdre du temps inutilement. Je vous remercie.

 

De voorzitter: Collega’s, de diverse standpunten zijn meegedeeld. Ik heb daar alle begrip voor. Elk antwoord van de regeringsleden komt evenwel van de regering en vertegenwoordigt de volledige regering.

 

Dan nodig ik nu de premier en de heer Van Quickenborne uit om naar hier te komen, voor een eerste reeks vragen over de meerwaardebelasting.

 

Mevrouw De Knop, u wilt terugkomen op het vorige punt? Het debat is eigenlijk gesloten, ik kan niet terugkomen op de vaststelling die ik geformuleerd heb.

 

04.11  Irina De Knop (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, ik wou daarnet al het woord vragen, maar u ging te snel over naar het volgende agendapunt.

 

Als liberaal en vrijzinnige ben ik verbouwereerd over de minuut stilte die wij hier namens de Kamer van volksvertegenwoordigers hebben gehouden voor een kerkelijke vorst. Het gaat om een conservatieve kerkelijke vorst die absoluut geen respect had voor vrouwenrechten en holebi’s, en die met name mensen die abortus plegen moordenaars heeft genoemd. Voor hem hebben wij hier daarnet een minuut stilte gehouden.

 

Ik wens mij daar persoonlijk van te distantiëren. (Applaus bij sommige leden)

 

De voorzitter: Dat hebt u dan bij deze gedaan.

 

Het is redelijk ongebruikelijk dat rouwhuldes op die manier worden aangevuld. Het is echter uw vrijheid om uw mening daarover te ventileren.

 

05 Samengevoegde vragen van

- Vincent Van Quickenborne aan Bart De Wever (eerste minister) over "De meerwaarde­belasting" (56000630P)

- Dieter Vanbesien aan Bart De Wever (eerste minister) over "De meerwaardebelasting" (56000632P)

- Achraf El Yakhloufi aan Bart De Wever (eerste minister) over "De meerwaardebelasting" (56000645P)

- Sofie Merckx aan Bart De Wever (eerste minister) over "De meerwaardebelasting" (56000650P)

- Wouter Vermeersch aan Bart De Wever (eerste minister) over "De meerwaardebelasting van de regering-De Wever" (56000651P)

05 Questions jointes de

- Vincent Van Quickenborne à Bart De Wever (premier ministre) sur "La taxe sur les plus-values" (56000630P)

- Dieter Vanbesien à Bart De Wever (premier ministre) sur "La taxation des plus-values" (56000632P)

- Achraf El Yakhloufi à Bart De Wever (premier ministre) sur "La taxe sur les plus-values" (56000645P)

- Sofie Merckx à Bart De Wever (premier ministre) sur "La taxe sur les plus-values" (56000650P)

- Wouter Vermeersch à Bart De Wever (premier ministre) sur "La taxe sur les plus-values prévue par le gouvernement De Wever" (56000651P)

 

05.01  Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de eerste minister, ik heb een vraag over de meerwaardebelasting. De teksten zijn intussen bekend. Het zijn geen vijgen na Pasen, het zijn belastingen na Pasen.

 

Waarvoor wij gewaarschuwd hebben, wordt nu duidelijk, mijnheer de eerste minister. Eerst was er sprake van een solidariteitsbijdrage, een tijdelijke crisisbijdrage, maar dat blijkt nu een platte belasting te zijn. Er was ook sprake van om die door de sterkste schouders te laten betalen, maar nu blijkt dat de gewone middenklasse die belasting zal moeten betalen. Mensen die een verzekeringscontract afsluiten, zullen die belastingen moeten betalen. Mensen met een tak 21-spaarregeling zullen die belastingen moeten betalen. Mensen die actief zijn in beleggingsfondsen, dat zijn honderdduizenden Belgen, zullen die belastingen moeten betalen. Jonge mensen, studenten die hun spaarcenten meer willen laten renderen met ETF's, trackers die de beurs volgen, zullen die belastingen moeten betalen. Het zijn dus niet de sterkste schouders, maar de gewone schouders die de belastingen zullen moeten betalen, mijnheer de eerste minister.

 

Wat ook duidelijk is, is dat de vrijstellingen die door verschillende partijen werden gevraagd er niet komen. De vrijstelling van 20.000 euro, die door de heer Mahdi werd gevraagd, staat er niet in. De vrijstelling onder de 20 %, gevraagd door de heer Bouchez, staat er niet in. Eén vrijstelling staat er wel in en dat is de vrijstelling die u hebt gevraagd, mijnheer de eerste minister. U hebt daar zelf over gezegd: het staat niet in het regeerakkoord, maar we gaan het toch doen. Dat is de vrijstelling voor mensen die hun producten langer dan 10 jaar aanhouden. Dat is een goede vrijstelling, want dat beschermt mensen die goede huisvaders zijn. Daarover heeft de heer Seuntjens al gezegd: dat staat niet in het regeerakkoord, dat gaan we niet doen.

 

Mijnheer de eerste minister, ik heb één eenvoudige vraag voor u: die vrijstelling van 10 jaar, komt die er of komt die er niet?

 

05.02  Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Mijnheer de eerste minister, u bent ondertussen geland met uw paasakkoord. Het wordt dus tijd het eens te hebben over de vijgen na Pasen die het akkoord niet gehaald hebben.

 

Een meerwaardebelasting die als doel heeft de rijken ook iets te doen bijdragen, is zo'n vijg. Die staat niet in uw paasakkoord. De rijken kunnen nog even op hun twee oren slapen. Maar die vijg gaat niet weg, natuurlijk. Uw minister van Financiën heeft vandaag in de pers laten weten dat hij die belasting verder zal uithollen. Wie tien jaar lang zijn aandelen bijhoudt, wordt vrijgesteld. U noemde die mensen enkele weken geleden 'de brave huisvaders'.

 

Maar wie zijn die brave huisvaders die zulke grote bedragen meer dan tien jaar kunnen missen? Laat ik als voorbeeld twee fictieve vrienden nemen, Fernand Muts en Marc Toucke. Ze hebben allebei heel veel geld. Ze beleggen een deel ervan in aandelen, maar ze hebben genoeg ander geld zodat ze er tien jaar lang kunnen afblijven. Na die tien jaar verkopen ze hun aandelen met een winst van 1 miljard euro. Hoeveel moeten deze brave huisvaders daar dan op bijdragen? Niets! Nul! Vrijgesteld!

 

De echte brave huisvader die zijn spaargeld even parkeert in aandelen, om het daarna weer op te nemen omdat hij een huis wil kopen of een trouwfeest wil organiseren, die moet die taks wel betalen. Het effect van uw uitholling is dus dat de sterkste schouders hun bijdrage kunnen ontlopen maar dat de gewone man in de straat moet betalen. Nog maar eens.

 

Mijnheer de eerste minister, enkele weken geleden hebt u voor de camera's verklaard dat die uitholling er zou komen. Daarna hebt u moeten toegeven dat u voor uw beurt had gesproken. Vandaag doet uw minister van Financiën dezelfde uitspraken. Mijn vraag aan u is of u kunt bevestigen dat ook uw minister van Financiën voor zijn beurt heeft gesproken.

 

05.03  Achraf El Yakhloufi (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de premier, collega's, gewone werkende mensen betalen tot wel 50 % belastingen. Wie het zich daarentegen kan veroorloven om heel veel aandelen te kopen en daar een enorme winst opmaakt en meerwaarde int, betaalt daar vandaag nul euro belasting op. Dat is toch niet normaal, zeker in deze tijden. Daar moeten we eerlijk over zijn. In deze tijden is het niet aanvaardbaar dat er niet wordt belast. Men vraagt aan iedereen een bijdrage, maar aan die grote vermogens niet. Dat kan niet.

 

Voor Vooruit is het al langer duidelijk: iedereen moet een bijdrage leveren, ook de grote vermogens, degenen die een grote meerwaarde op aandelen boeken, de sterkste schouders dus, zeker wanneer de regering moeilijke beslissingen moet nemen om het land op orde te stellen en een inspanning vraagt van de gewone mensen. Dan moeten de sterkste schouders absoluut bijdragen.

 

De beslissing om een meerwaardebelasting in te voeren, is historisch. Na jaren gezever legt de arizonaregering met Vooruit eindelijk een meerwaardebelasting op. Een dergelijke belasting bestaat trouwens al in onze buurlanden, voor alle duidelijkheid. Voor ons is het de logica zelve dat als gewone werkende mensen een inspanning moeten leveren, ook de allerrijksten een bijdrage moeten doen.

 

Mijnheer de premier, het is goed dat er een concreet voorstel ter uitwerking van de laatste modaliteiten op tafel ligt. Laat het duidelijk zijn, in Vooruit zult u altijd een partner vinden om de modaliteiten volgens de afspraak in het regeerakkoord concreet uit te werken. Dat regeerakkoord, dat ik hier bij mij heb, is heel duidelijk: het enige onderscheid in ons regeerakkoord is gebaseerd op het aanmerkelijk belang.

 

Mijnheer de premier, een gelijke verdeling van de inspanningen is voor onze fractie, voor Vooruit essentieel. Wij staan te popelen om het wetsonderwerp rond de meerwaardebelasting te bespreken in het Parlement. Wanneer mogen we die bespreking verwachten?

 

05.04  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de premier, collega's, de meerwaardebelasting was het symbooldossier dat moest aantonen dat niet alleen van de bevolking een inspanning werd gevraagd, maar van iedereen, ook van de superrijken. Van bij het begin was het echter duidelijk dat de superrijken niet zouden moeten bijdragen en dat ze de dans zouden ontspringen, want zij bezitten aandelen in vennootschappen en moeten daarvoor niet betalen via de personenbelasting. Van bij het begin was het ook duidelijk dat er heel veel ruzie was in de regering over de uitvoeringsmodaliteiten. Op basis van wat er gelekt is, kunnen we toch wel stellen dat hetgeen er op tafel lag, nog verder wordt uitgehold en rijst de vraag wat er van het oorspronkelijk voornemen nog overblijft.

 

Ik vat even samen wat de regering doet. Als het erop aankomt om de mensen langer te doen werken en een pensioenmalus op te leggen, dan gaat iedereen akkoord. Als het erop aankomt om te sjoemelen met de indexering, onder andere van de pensioenen, dan gaat iedereen akkoord. Als het erop aankomt om te jagen op de langdurig zieken en de dokters, dan gaat iedereen akkoord, ook Vooruit. Maar als het erop aankomt om een kleine bijdrage te vragen van de superrijken, dan is het kot te klein.

 

Mijnheer de premier, het is duidelijk dat hetgeen er op tafel ligt, steeds meer uitholt wat er eigenlijk moet gebeuren en het ziet er helemaal niet naar uit dat de superrijken een bijdrage zullen moeten leveren. Van bij het begin was het al duidelijk: 23 miljard voor de gewone mensen, 500 miljoen voor de superrijken. Kunt u mij garanderen dat de meerwaardebelasting (…)

 

05.05  Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer de premier, doet u het nog graag, dit land redden? Uw minister heeft dat goed bekeken: een jambommetje lossen en dan naar het buitenland vertrekken.

 

Wat we vandaag op tafel zien liggen, is niet zomaar een wetsontwerp. Neen, het is het zoveelste bewijs van een regering die bij het minste vervalt in openlijke discussie. Het zogenaamd paasakkoord is nog niet koud of het gekibbel binnen uw regering begint opnieuw. Dit wetsontwerp is niets anders dan knip- en plakwerk om de ideologische brokken binnen deze meerderheid te lijmen. Vooruit blijft tot vandaag op dit spreekgestoelte luid roepen dat het regeerakkoord glashelder is, maar blijkbaar was dat akkoord zo vaag dat nu elke partij haar eigen waarheid in de teksten van Jambon leest.

 

Ondertussen zitten de hardwerkende en sparende Vlamingen met de dreiging van een nieuwe belasting die de ene dag wordt opgepookt en de andere dag weer wordt geminimaliseerd. Neem nu cd&v, dat enkele weken geleden nog terecht verwees naar de onderwijzer, de goede huisvader, die voor zijn dochtertje elke maand iets opzijzette en pleitte voor een vrijstelling tot 20.000 euro, maar nu in het kader van de defensie-uitgaven weer komt pleiten voor meer inkomsten uit diezelfde meerwaardebelasting. Wat is het nu? Of neem nu uw N-VA, mijnheer de premier. Het papiertje van Bouchez is blijkbaar teruggevonden. U zei voor de camera's dat er een vrijstelling komt voor wie zijn aandelen tien jaar bijhoudt. Dat is een goede zaak, maar een vergissing volgens sommigen binnen uw regering, een bewuste toegeving volgens anderen.

 

Alleen al de toelichting bij dit wetsontwerp bestaat uit ruim 50 pagina's. Ze staat vol met ingewikkelde bijsturingen, uitzonderingen en ronduit lachwekkende berekeningen, tot in de vierde graad bij familie. Hopeloos complex! Zijn dat de eerlijke belastingen? Is dat de rechtvaardige fiscaliteit die u de kiezer hebt beloofd?

 

05.06 Eerste minister Bart De Wever: Geachte leden, sommige leden hebben gesproken over fictieve vrienden. Misschien hebben ze geen andere vrienden; ik weet het niet, dus het is mogelijk. Alleszins is het hier vooralsnog een fictief debat, want, zoals u allen weet, er is hierover nog geen wetsontwerp in de Kamer ingediend.

 

De collega van Vooruit verklaart te popelen, samen met alle andere vooral Nederlandstalige collega's. Ik snap dat. De arizonacoalitie heeft veel enthousiasme voor het debat in het huis hier gebracht. Dat is goed, maar de waarheid is dat het overleg over de modaliteiten van de meerwaarde­belasting nog lopende is in de regering en zich op dit moment nog maar op het technische niveau afspeelt.

 

Behoudens de duiding die de minister van Financiën hier enkele weken geleden heeft gegeven aan het Parlement op basis van de tekst van het regeerakkoord, is er dus namens de regering vandaag geen extra commentaar te geven over dit onderwerp, want men kan hier alleen namens de regering spreken – u hebt dat in het inleidende debat samen vastgesteld – en er is nog geen standpunt van de regering over het onderwerp. Er is nog geen wetsontwerp dat als vrucht van die consensus hier in dit Huis is ingediend.

 

Het gaat hier over werkdocumenten, die hun weg hebben gevonden naar de pers. Dat is altijd jammer, want dan krijgt men allerlei premature bespiegelingen en die bespiegelingen zijn politiek uiteraard nuttig. Ik heb er ook. Als u mijn persoonlijke mening over het onderwerp wilt kennen, geef ik u die graag in de koffiekamer. Dan kunnen wij spreken van mens tot mens, maar hier kan ik alleen als eerste minister spreken. U kunt daar met mij, zoals u weet, enkel koffie drinken of, als ik zeer goed geluimd ben, misschien een cola zero, maar niks anders. Laat dat duidelijk zijn. Ik wens u allen trouwens ook toe dat het binnenkort alleen nog maar dat zal zijn.

 

Zodra het wetsontwerp ingediend is – we zullen daarmee komen dans les meilleurs délais –, zullen in eerste instantie de minister van Financiën en ook ik ter beschikking staan voor alle vragen, die u daarover kunt stellen, maar dat is op dit moment nog te vroeg.

 

De voorzitter: Mijnheer de eerste minister, ik heb hier ooit Montesquieu geciteerd, de vader van de scheiding der machten. Ik wil u dat nog even in herinnering brengen.

 

05.07  Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de eerste minister, ik merk toch enige schroom in uw antwoord. U hebt ook zelf gezegd dat indien u hiermee uw ding mocht doen, u waarschijnlijk andere dingen zou doen dan wat in het regeer­akkoord staat.

 

U hebt natuurlijk wel een punt. Wie zal die meerwaarde­belasting namelijk betalen, mijnheer El Yakhloufi? Alle mensen die keihard werken. Het zijn niet de werklozen en de uitkeringstrekkers die de meerwaardebelasting zullen betalen. Het zijn de mensen die werken die die meerwaardebelasting zullen betalen en dat is de essentie.

 

Mijnheer de eerste minister, we hebben met de Vlaamse liberalen 25 jaar die belasting tegen­gehouden en u weet waarom. We hebben die belasting in de Zweedse regering ook samen bestreden. Dat weet u ook nog zeer goed. Nu we uit de regering zijn, zult u die gewoon invoeren.

 

Ik weet waarom u niet graag persconferenties organiseert. U voelt namelijk een zekere schaamte voor deze maatregelen en ik begrijp u.

 

05.08  Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Collega's, de vrienden van Vooruit roepen hier al maanden dat ze ervoor gekozen hebben om in deze regering te stappen, omdat ze een aantal belangrijke linkse trofeeën hebben kunnen binnenhalen. Er komt een meerwaardebelasting, zodat de sterkste schouders een eerlijke bijdrage zullen leveren, en de koopkracht zal worden beschermd, want er wordt niet geraakt aan de automatische indexering.

 

Wat is echter het bilan na drie maanden? De meerwaardetaks heeft het paasakkoord niet gehaald en ze zal fel worden uitgehold, zodat de echt sterke schouders de dans kunnen ontspringen. Ook de automatische indexering wordt uitgehold en onder andere het zorgpersoneel is daarvan de dupe.

 

Enkele maanden geleden zei Conner Rousseau dat we moesten stoppen met Arizona een centrumrechtse regering te noemen. Mijnheer El Yakhloufi, uw voorzitter heeft gelijk, dit is geen centrumrechtse regering, maar een pure rechtse regering.

 

05.09  Achraf El Yakhloufi (Vooruit): Mijnheer Van Quickenborne, ik hoor het u graag zeggen, want na 25 jaar liberalen aan de macht zijn de belastingen voor gewone mensen inderdaad te hoog. Dat is omdat u geen bijdrage van die sterkste schouders durfde en wilde vragen. Het is een schande. Deze regering zal daarin verandering brengen.

 

Mijnheer de eerste minister, hetgeen u zegt, is juist. Ik vind het wel jammer dat we het via de pers moesten vernemen, maar er ligt nog geen wetsontwerp klaar.

 

Wel stel ik het volgende vast als het gaat over de oppositie. Ik vind het zelfs wat amusant en bijzonder. Er is Open Vld, die nu, na 25 jaar, klaagt over te veel belastingen, maar men mag zeker niet raken aan die rijke vriendjes. Mijnheer Van Quickenborne, ik geloof dat uw vrienden meer dan 10.000 euro winst maken. Dan is er de PVDA, heel bijzonder, die zegt geen belastingen te willen heffen op kapitaal, want blijkbaar hebben de kiezers van de PVDA meer dan 10.000 euro winst op meerwaarde. U zou Karl Marx nog eens moeten lezen, dat moet u zeker nog eens doen. Dan is er nog het Vlaams Belang. (…)

 

De voorzitter: Ik dank u voor deze literatuurtip. Het was gisteren boekendag.

 

05.10  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer de eerste minister, het idee dat iedereen zal moeten bijdragen, is een ballonnetje dat meer en meer doorprikt wordt. Dat geldt ook voor het riedeltje dat het geld op is en dat we daarom moeten besparen. In uw paasakkoord hebt u 4 miljard gevonden voor Defensie, dat is dan weer geen probleem. En dan is er het riedeltje dat de werkende mensen zouden beloond worden. Waar is de 500 euro die beloofd werd aan de werkende mensen? Waar is die? U wilt zelfs chipoteren aan de index. Dat is wat u wilt doen.

 

Ik heb Marx goed gelezen. Wij hebben Marx goed gelezen. Weet u wat wij weten? Meer en meer mensen zien in dat dit een afbraakregering is. Meer en meer mensen zijn kwaad op deze regering. Meer en meer mensen komen op straat tegen de regering. Dat is hetgeen we komende zondag ook gaan doen. We komen op straat tegen deze afbraakregering en voor vrede.

 

De voorzitter: Mijnheer Vermeersch, gaat u ook uw weekendplannen uit de doeken doen? We wachten in spanning.

 

05.11  Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer de eerste minister, uw regering heeft duidelijk last van incontinentie. Lekken alom. De politieke discussie binnen uw regering, vandaag opnieuw, zorgt voor fiscale onzekerheid, een onzekerheid die verstikkend is voor het vertrouwen van diegenen die werken, ondernemen, sparen en beleggen in dit land. Dat zijn vooral de Vlamingen.

 

De teksten die nu uitlekken bevatten geen eerlijke, rechtvaardige, of coherente fiscaliteit. Dit is politiek kladwerk. De vraag is dus of die Jambontaks zal falen bij de juridische toets dan wel een economische en begrotingsflop zal worden.

 

Wij van het Vlaams Belang verdedigen de belangen van die hardwerkende, ondernemende, sparende en beleggende Vlamingen. Wij zullen ons tegen deze zoveelste nieuwe belasting op de kap van die Vlamingen verzetten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van Steven Coenegrachts aan Bart De Wever (eerste minister) over "De verontrustende signalen uit de (Antwerpse) chemiesector" (56000631P)

06 Question de Steven Coenegrachts à Bart De Wever (premier ministre) sur "Les signaux inquiétants provenant de l'industrie chimique (à Anvers)" (56000631P)

 

06.01  Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer de eerste minister, de chemiesector zit in zwaar weer. De capaciteitsbezetting staat vandaag op amper 65 %. Dat is het laagste peil sinds de crisis van begin jaren 80. De toegevoegde waarde van de sector is op vijf jaar tijd met 29 % gedaald. Afgelopen week kwam het nieuws dat ook de werkgelegenheid voor het eerst in tien jaar is gedaald. Die sector staat garant voor export, investeringen, technologische innovatie en stabiele en goedbetaalde jobs voor veel mensen. Net die sector staat dus vandaag onder druk.

 

Mijnheer de eerste minister, u bent titelvoerend burgemeester van Antwerpen. U kent de mensen die daar werken. U kent de bedrijven die daar actief zijn. De urgentie is u dus duidelijk. Het is net daarom onbegrijpelijk dat de sense of urgency niet uit de daden van uw regering blijkt en dat er van federale actie geen spoor te bekennen is.

 

Mijnheer de eerste minister, waar blijft uw MAKE 2030-plan, dat in het regeerakkoord werd aangekondigd? Waar blijft dat KB om de elektriciteitsfactuur voor bedrijven te verlagen? Wanneer zult u uw trekkersrol in Europa opnemen om de Clean Industrial Deal, die te vaag is, concreet te maken? Mijnheer de eerste minister, waar blijft uw industrieel beleid?

 

06.02 Eerste minister Bart De Wever: Goede collega, ik dacht dat u zou verwijzen naar de zeer negatieve aankondiging die we afgelopen week hebben gekregen, met name dat TotalEnergies een oude stoomkraker zal sluiten. Dat is een stoomkraker van de jaren 60, uit de oertijd van de petrochemie.

 

Op zich is dat misschien niet onverwacht, maar het echt negatieve signaal, waar u ook naar verwijst, is dat er geen nieuwe investeringen worden aangekondigd. De sector is aan het consolideren. Dat is het begin van krimp en veel erger. Ook al gaan daar niet onmiddellijk jobs verloren, globaal is de periode van groei achter de rug. Dat is een serieuze verwittiging met betrekking tot de macro-economische omstandigheden waarin die sector in heel Europa verkeert. Voor ons land is dat slecht nieuws, want Antwerpen heeft de grootste petrochemische cluster van de wereld, na Houston in Texas.

 

Er is ook goed nieuws, want er zijn nieuwe installaties in aanbouw. Voor de eerste keer in twintig jaar tijd worden in Europa grassrootsinstallaties gebouwd en nog wel in Antwerpen. Het betreft duurzame installaties, waarvoor op sommige banken geen applaus klinkt. Vandaag wordt toch wel het bewijs geleverd dat die installaties ook oudere installaties uit de markt duwen, zoals eigenlijk altijd is voorspeld.

 

U hebt gelijk dat die sector met problemen kampt. De petrochemische nijverheid is cruciaal voor onze welvaart, voor de klimaattransitie – zonder petrochemie zal die niet lukken – en uiteraard voor ons economische weefsel. We moeten die sector in Europa behouden, in het bijzonder in ons land. We moeten werken aan een competitieve omgeving. De problemen zijn bekend: energiekosten, loonkosten, vergunningsprocedures, met daarbovenop nog geopolitieke onzekerheid en handelsonzekerheid.

 

De Clean Industrial Deal is niet toevallig in Antwerpen aangekondigd. Ik heb vertrouwen in die deal. Er moeten nog sectorspecifieke maatregelen vanuit Europa komen en we moeten uiteraard doen wat we moeten doen. We zullen de loonlasten verlagen en in het paasakkoord wordt daarvoor in een heel stevig budget voorzien. Niet iedereen was daarover enthousiast.

 

Specifiek voor de sector komt er dit jaar nog de korting op de transmissienettarieven. Uiteraard moeten ook de vergunningsprocedures in dit land samen met de regio's, maar ook in Europa vereenvoudigd worden. Het is inderdaad vijf voor twaalf.

 

06.03  Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer de premier, de signalen van de sector zijn inderdaad dramatisch. Het is nog erger dan de waarschuwing van de kanarie in de koolmijn: de mijn staat vandaag op instorten.

 

De chemiesector is de spreekwoordelijke vogel in de hand. Die sector moeten we koesteren. Er is wel een momentum voor de defensie-industrie, maar eerlijk gezegd gaat het daarbij om vogels in de lucht. Er is in ons land een sector die welvaart en innovatie creëert en die ons op de wereldkaart zet. Die sector moeten wij ondersteunen.

 

Mijnheer de premier, zet uw schouders onder de chemiesector, net zoals Alexander De Croo dat als eerste minister deed. De fundamenten liggen er. Bouw daarop verder. Pak nu door. Zorg ervoor dat er in Antwerpen nog een toekomst is voor de chemiesector.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

07 Question de Sarah Schlitz à David Clarinval (VPM Emploi, Économie et Agriculture) sur "L'étude de Solidaris sur les malades de longue durée" (56000633P)

07 Vraag van Sarah Schlitz aan David Clarinval (VEM Werk, Economie en Landbouw) over "De studie van Solidaris over de langdurig zieken" (56000633P)

 

07.01  Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, vous n'aurez sans doute pas manqué la nouvelle enquête de Solidaris qui révèle une évidence qui normalement devrait vous faire plaisir: les Belges veulent travailler.

 

Elle révèle que plus de 70 % des personnes qui sont aujourd'hui en incapacité de travail ou au chômage sont frustrées de ne pas avoir d'activité professionnelle. Par contre, elle révèle aussi que deux tiers des travailleurs estiment que leur travail a un impact sur leur santé. On pourrait conclure que les travailleurs aiment travailler quand le travail a du sens, qu'il permet de se projeter dans l'avenir, qu'il permet de se construire un réseau, qu'il apporte finalement du plaisir et une stabilité.

 

En revanche, les Belges n'aiment pas travailler quand leur travail ne leur permet pas de voir leur famille ou les rend malades. Miguel, que j'ai vu avant-hier à la soirée Ecolo de refondation, m'expliquait qu'il doit pallier à l'hôpital l'absence de plusieurs de ses collègues qui sont à bout et que lui-même est épuisé. Mais on ne vous entend jamais parler de ce genre de travailleurs. Vous pointez du doigt les uns et les autres, vous estimez que tout ce qui leur arrive est de leur faute, vous considérez que ce sont des personnes sans volonté alors qu'il s'agit en réalité de personnes en détresse, de personnes usées et qui ont été jetées.

 

Au lieu de voir cette réalité, monsieur le ministre, je vous vois agir pour activer, sanctionner, contrôler, responsabiliser les médecins et les mutuelles. Mais quand allez-vous vraiment vous tracasser des conditions de travail? C'est là que se situe tout le nœud du problème.

 

Oui, il faut permettre aux malades de longue durée de retrouver du travail, c'est ce qu'ils souhaitent. Mais avant tout, ne faudrait-il pas prévenir ces maladies en agissant sur les secteurs? Ce qui m'inquiète vraiment, c'est que vos mesures auront pour effet d'aggraver ces difficultés.

 

Par conséquent, monsieur le ministre, quelles mesures concrètes allez-vous enfin prendre pour lutter contre les maladies socioprofessionnelles et protéger la santé des travailleurs et travailleuses?

 

07.02  David Clarinval, ministre: Madame la députée, le bien-être au travail est une priorité et ne doit en aucun cas être ignoré; c'est le message que je retiens de l'étude de Solidaris. Cette étude nous rappelle que certaines situations professionnelles peuvent être source de problèmes de santé.

 

Cependant, en ce qui me concerne, ce que je trouve très difficile à comprendre, c'est qu'aujourd'hui, en Belgique, on compte environ 525 000 malades de longue durée. En Allemagne, il y a environ 600 000 malades de longue durée, alors que la population est huit fois supérieure. Ainsi, si on fait une extrapolation, un Belge est huit fois plus souvent malade qu'un Allemand.

 

Pour lutter contre cette problématique interpellante, le gouvernement a décidé de responsabiliser l'ensemble des acteurs (employeurs, travailleurs, salariés, médecins, mutualités et services régionaux de l'emploi). Le gouvernement recherche un équilibre entre les différentes mesures de responsabilisation mais aussi entre la solidarité et la responsabilité. Les malades doivent pouvoir prendre soin d'eux et se soigner le temps nécessaire, évidemment. Mais ceux qui sont en mesure de travailler doivent pouvoir être encouragés et bénéficier d'un accompagnement renforcé et personnalisé.

 

Nous devons aussi agir en matière de prévention. À ce sujet, j'attends pour fin juin un avis du Conseil supérieur pour la prévention et la protection au travail (CSPPT) concernant l'avenir de la médecine du travail, plus particulièrement la politique de bien-être en entreprise, l'aspect santé et les tâches des différents acteurs en la matière. Sur la base de cet avis, des mesures pourront être prises pour renforcer la politique de bien-être et ainsi répondre aux constats réalisés par Solidaris.

 

Madame la députée, selon cette étude, l'absence de travail a elle aussi un impact négatif sur la santé. Nous, ce que nous voulons, c'est que les travailleurs conservent un lien fort avec le travail, en ce compris lorsqu'ils sont en incapacité. Le travail reste et doit rester un pilier fondamental de la vie sociale et de l'autonomie personnelle.

 

07.03  Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, je vous remercie de vos réponses.

 

J'entends vos propos, mais il apparaît que les différents accords et les mesures que vous avez annoncées depuis le début de votre mandat tendent à flexibiliser le marché du travail, à faciliter le travail de nuit, à étendre le travail dominical à plus de travailleurs pour un salaire moindre. En revanche, nous n'entendons plus parler des 500 euros que vous aviez promis durant la campagne électorale. Franchement, nous ne savons pas où ils sont passés!

 

Monsieur le ministre, c'est cela qui est profondément injuste. Plusieurs employeurs font le job et agissent en sorte que leurs travailleurs soient bien dans leur peau et bénéficient de conditions de travail dignes. En revanche, d'autres rendent leurs travailleurs malades. C'est là que vous devez agir. Or vous ne le faites pas. Que du contraire! Vos réformes vont inciter les mauvais élèves à poursuivre sur leur voie et ne vont pas récompenser les employeurs qui prennent soin de leurs travailleurs. C'est dramatique et cela va être une véritable bombe à retardement.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

08 Question de Julie Taton à Bart De Wever (premier ministre) sur "L'attrait du secteur pharmaceutique en Belgique" (56000648P)

08 Vraag van Julie Taton aan Bart De Wever (eerste minister) over "De aantrekkelijkheid van de farmasector in België" (56000648P)

 

(La réponse sera donnée par le vice-premier ministre et ministre de l'Emploi, de l'Économie et de l'Agriculture / Het antwoord zal door de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Landbouw worden gegeven)

 

08.01  Julie Taton (MR): Monsieur le président, monsieur le vice-premier ministre, je souhaite revenir sur la problématique du secteur pharmaceutique en Belgique, suite au changement d'idée, d'humeur et d'envie de M. Donald Trump concernant les droits de douane sur ce secteur qui est très important pour l'économie de notre pays. On parle de presque 150 000 emplois, directs et indirects. Ces travailleurs sont très inquiets concernant les conséquences de ces mesures. Les chaînes de production des médicaments sont dispatchées dans différents pays. Si on commence à les imposer toutes, cela va vraiment devenir très lourd.

 

Les récents propos du président américain quant à sa volonté de relocaliser la production aux États-Unis ont de quoi nous préoccuper, quand on sait que le jour même de cette annonce, UCB a perdu en valeur boursière presque 8 % et Argenx est descendu de 6 %.

 

Même si la Belgique reste un leader mondial, il s'agit aussi d'une problématique européenne. Dans une lettre adressée à Ursula von der Leyen, la présidente de la Commission européenne, les patrons de 32 groupes pharmaceutiques l'ont encouragée à prendre rapidement des mesures en faveur de l'attractivité du secteur, faute de quoi ils menaçaient carrément de se délocaliser. On parle d'un gap de presque 16,5 milliards d'investissements qui seraient donc perdus pour l'Europe.

 

Face à ce constat qui est plus qu'alarmant, monsieur le vice-premier ministre, comptez-vous rencontrer les représentants du secteur pharmaceutique pour les rassurer, pour avoir un dialogue assez structuré avec eux? Quelles mesures allez-vous prendre assez rapidement pour rassurer ce secteur ainsi que le personnel de ces entreprises et les filiales belges? Une concertation au niveau européen s'impose certainement. Comment assurez-vous une cohérence entre les législations environnementales et industrielles et la défense des droits et des propriétés intellectuelles, ainsi que de la recherche?

 

08.02  David Clarinval, ministre: Madame la députée, le secteur pharmaceutique est en effet un des piliers de notre économie. Selon les derniers chiffres publiés par la Banque nationale, le secteur pharmaceutique est le premier contributeur de valeur ajoutée industrielle dans notre pays. Il représente près de 22 % de celle-ci. Il emploie plus de 31 000 personnes en Belgique.

 

En 2024, les exportations du secteur pharmaceutique ont atteint près de 15 milliards d'euros, dont plus de la moitié vers les États-Unis. Dans ce contexte, vous avez raison, les menaces de Donald Trump suscitent de vives inquiétudes en Europe et dans le secteur. L'éventualité de nouveaux droits de douane pourrait porter un coup dur à notre industrie.

 

Comme nous avons eu l'occasion de le dire ici lors d'autres séances, nous préparons avec la Commission européenne une réponse graduelle et proportionnée. Pour répondre à votre question, je rencontre des représentants de nombreux secteurs dans le cadre de la préparation de cette réponse.

 

Face à ces défis, notre priorité est claire: défendre les intérêts de ce secteur et préserver le savoir-faire belge sur notre territoire. C'est aussi la raison pour laquelle, avec le premier ministre, nous lancerons dans les prochaines semaines Make 2025-2030, un plan interfédéral ambitieux qui contiendra des mesures, tant de court terme que de long terme, pour renforcer la compétitivité de nos industries.

 

La Belgique dispose d'atouts solides: un cadre fiscal incitatif, des soutiens à l'embauche de chercheurs qualifiés et une position de leader européen en investissement et en recherche et développement. Nous continuerons donc à créer les conditions favorables à l'innovation, à la compétitivité et à l'ancrage durable de ce secteur d'excellence dans notre pays.

 

08.03  Julie Taton (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie beaucoup pour votre réponse.

 

Le secteur pharmaceutique en Belgique est aussi l'un des meilleurs élèves européens en matière d'innovation, d'études cliniques et d'investissement en recherche et développement. Comme vous l'avez dit, plus de la moitié des exportations belges vers les États-Unis concernent des produits pharmaceutiques.

 

Il ne faut pas oublier non plus son importance du point de vue de la sécurité de l'approvisionnement, comme on l'a vu en période de covid. Ils doivent donc être fortement rassurés. Pour ce faire, nous comptons sur vous!

 

Les défis qui se posent au secteur pharmaceutique sont assez similaires à ceux des autres secteurs de notre économie: formation professionnelle continue, coût de l'énergie, mobilité, défiscalisation des investissements des entreprises, lourdeur administrative. Je citerai par exemple la validation des nouveaux médicaments dont la démarche est très lourde. Elle est beaucoup plus simple aux États-Unis.

 

Dans la ligne du rapport Draghi, le secteur compte sur vous, sur votre courage, votre vision et votre dynamisme pour réussir à faire tout cela.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

09 Question de Benoît Lutgen à Maxime Prévot (VPM Affaires étrangères, Affaires européennes et Coopération au développement) sur "Le plan de paix américain pour l'Ukraine" (56000638P)

09 Vraag van Benoît Lutgen aan Maxime Prévot (VEM Buitenlandse Zaken, Europese Zaken en Ontwikkelingssamenwerking) over "Het Amerikaanse vredesplan voor Oekraïne" (56000638P)

 

09.01  Benoît Lutgen (Les Engagés): Monsieur le ministre, le 4 août 1914, le roi Albert Ier déclarait: "Un pays qui se défend s'impose au respect de tous. Ce pays ne périt jamais." Depuis de nombreuses années, l'Ukraine a gagné notre respect. Ce peuple héroïque incarne la liberté, le courage mais aussi le droit de vivre souverainement.

 

Hier, monsieur le ministre, des fuites ont révélé les axes principaux des propositions du plan de paix – ou "plan de capitulation", devrait-on dire – de l'administration Trump. Capitulation, parce que nous devrions, l'Ukraine en premier, reconnaître l'annexion par la force de territoires souverains, ce qui est contraire tant à la charte des Nations Unies qu'aux Accords d'Helsinki. Nous devrions également abandonner toute perspective d'adhésion de l'Ukraine à l'OTAN, alors que nous en avions pris l'engagement lors des sommets de l'OTAN de Vilnius en 2023 ou de Washington en 2024. Nous devrions aussi lever les sanctions contre un régime criminel, coupable des pires crimes de guerre. Bientôt, on nous demandera peut-être de contrecarrer le mandat d'arrêt de la Cour pénale internationale (CPI) et d'oublier ces crimes de guerre.

 

Monsieur le ministre, notre gouvernement a mis au cœur de son action le respect du droit international et le respect des engagements internationaux. Pouvez-vous nous confirmer que jamais la Belgique n'acceptera l'annexion de territoires par la force? Que l'Ukraine conservera son droit et même sa vocation à devenir un membre de l'OTAN? Que l'adhésion de l'Ukraine à l'Union européenne sera réglée entre l'Union européenne et l'Ukraine, sans la moindre pression ou le moindre veto d'une puissance extérieure? Que la répression des crimes commis lors de conflits armés ne supporte aucun compromis?

 

09.02  Maxime Prévot, ministre: Monsieur le député, alors même que l'Ukraine, pays agressé, pays victime, continue à faire l'objet au quotidien de frappes russes, certains voudraient lui imposer un règlement de ce conflit qui bafoue ses droits les plus élémentaires. Vous avez raison de vous en offusquer.

 

Les discussions visant à trouver une paix juste et durable se poursuivent dans différents forums. La position de la Belgique ne change pas et n'a pas l'intention de changer à cet égard.

 

Premièrement, le respect du droit international, notamment de l'intégrité territoriale de l'Ukraine, demeure le paramètre central de tout accord de paix. C'est un élément fondamental pour que cet accord soit durable et juste. Reconnaître l'annexion de tout territoire acquis par la force constituerait une violation flagrante du droit international et créerait aussi un précédent extrêmement dangereux.

 

Deuxièmement, en ce qui concerne l'adhésion de l'Ukraine à l'OTAN, les alliés ont encore rappelé au sommet de Washington en juillet dernier "soutenir l'Ukraine sur son chemin irréversible vers une intégration euro-atlantique". Cela reste aussi la ligne de la Belgique. Soyons clairs, l'adhésion à l'Union européenne relève uniquement de la compétence des États membres de l'Union et de l'Ukraine. Nous ne nous laisserons pas dicter des conditions par un autre pays.

 

Enfin, quant à la poursuite des crimes de guerre commis dans le cadre de cette agression, cela restera une priorité pour la Belgique. Il ne doit pas y avoir de place pour l'impunité. Malgré les nombreuses attaques, l'Ukraine reste constructive. Elle doit pouvoir décider de son avenir elle-même et c'est toujours en ce sens que nous la soutiendrons.

 

09.03  Benoît Lutgen (Les Engagés): Monsieur le ministre, je vous remercie.

 

Hier soir encore, cette confusion entretenue entre agresseur et agressé était tout simplement insupportable. Il faut la dénoncer avec une grande force, comme vous venez de le faire. Et je ne doute pas que vous le ferez dans d'autres enceintes que celle-ci.

 

Le respect du droit international s'impose partout, bien sûr en Ukraine mais également ailleurs. Il est également évident que tous ceux qui ont commis des crimes de guerre, que ce soit en Ukraine ou ailleurs, doivent être poursuivis et que tous ceux qui annexent des territoires par la force, en Ukraine ou ailleurs, doivent être dénoncés avec la même force. Je vous remercie parce que je sais que vous le ferez partout de la même manière.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

10 Samengevoegde vragen van

- Els Van Hoof aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De Pano-uitzending over vapes" (56000629P)

- Lotte Peeters aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De Pano-uitzending 'Generatie vape'" (56000637P)

- Funda Oru aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De Pano-uitzending over vapes" (56000639P)

- Katleen Bury aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De Pano-uitzending over vapes" (56000642P)

10 Questions jointes de

- Els Van Hoof à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "L'émission "Pano" de la VRT sur les vapoteuses" (56000629P)

- Lotte Peeters à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "L'émission "Pano" de la VRT sur les vapoteuses" (56000637P)

- Funda Oru à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "L'émission "Pano" de la VRT sur les vapoteuses" (56000639P)

- Katleen Bury à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "L'émission "Pano" de la VRT sur les vapoteuses" (56000642P)

 

10.01  Els Van Hoof (cd&v): Mijnheer de minister, 52 % van de vapende jongeren rookt sigaretten. Het schadebeperkingsnarratief van de industrie – die is ook crimineel – is een rookgordijn geworden. Een rookopstapje in plaats van een rookstopmiddel. De Pano-reportage van gisteren liegt niet. Naast met nicotine worden vapes nu gevuld met naar snoep smakende drugs. Een hele generatie wordt onder onze ogen langzaam verslaafd en vergiftigd.

 

Ik vraag het namens cd&v al vijf jaar. Ik heb in 2021 een wetsvoorstel op tafel gelegd om de smaakjes te beperken tot maximaal drie, zonder die aantrekkelijke zoetigheid. De Stichting tegen Kanker, Kom op tegen Kanker, de Belgian Respiratory Society, allemaal zijn ze voorstander.

 

Mijnheer de minister, soms zijn gezond verstand, pragmatisme, en ook het voorzorgsprincipe beter dan een voorzichtig wetenschappelijk advies dat we in 2022 mochten ontvangen van de Hoge Gezondheidsraad. Hoelang wachten we nog? We moeten weer wachten op een advies. Ik heb adviezen over mijn wetsvoorstel gevraagd.

 

U wou vorig jaar de inspecties versterken en de sancties opvoeren, maar wat zien we? Cannabisvapes, spicevapes, wegwerpvapes. Eraan geraken is letterlijk kinderspel. Ik hoop dat het u vandaag echt menens is.

 

Mijnheer de minister, wat zult u nu doen, wat zult u vandaag doen, om onze jongeren te beschermen tegen vapen?

 

10.02  Lotte Peeters (N-VA): Mijnheer de minister, we hebben gisteren de Pano-reportage gezien. U gaf daar vanochtend al een reactie op in de pers. Ik ben blij te horen dat u even verontwaardigd bent als de talrijke ouders en leerkrachten die met deze problematiek geconfronteerd worden.

 

Onze jongeren worden steeds meer blootgesteld aan rommel in vapes. Dat moet echt stoppen. Er is al een verbod op het verkopen van wegwerpvapes, maar dat wordt dus duidelijk niet nageleefd. Het gaat over illegale rookmiddelen, waardoor we geen zekerheid meer hebben over de samenstelling van het product. Zo ligt het nicotinegehalte vijf keer hoger dan in een klassieke tabaksigaret en zitten er zware metalen in de dampen, zoals nikkel, lood en zink. Dan hebben we het nog niet over de e-sigaretten die cannabis of synthetische drugs bevatten. Wanneer drugs gecombineerd worden met een aangename fruit- of snoepsmaak weten we gewoon dat er op termijn ongelukken gaan gebeuren, waarschijnlijk ook met heel jonge kinderen.

 

We hebben de wet al verstrengd, maar we stellen vast dat de situatie er echt niet beter op wordt. Integendeel, het blijft een aantrekkelijk product voor jongeren door de verschillende smaakjes en het is voor jongeren nog te gemakkelijk om aan wegwerpvapes te geraken, zowel online als via dealers, maar ook gewoonweg in de winkel.

 

Mijnheer de minister, de regering wil overduidelijk de strijd aangaan met de vapes. U sprak deze ochtend over oplossingen, waaronder samenzitten met de politie, Binnenlandse Zaken en Europa om tot een integrale aanpak te kunnen overgaan. Ik steun die daadkracht, maar vraag mij wel af welke bijkomende maatregelen er op heel korte termijn kunnen worden genomen. De harde realiteit van een nieuwe zogenaamde 'generatie vape' haalt ons immers razendsnel in.

 

10.03  Funda Oru (Vooruit): Mijnheer de minister, men kan er tegenwoordig niet meer naast kijken en heel wat ouders worden er dagelijks mee geconfronteerd: jonge kinderen die aan de schoolpoort staan te vapen, verleid door fruitsmaakjes, felle kleuren en niet alleen verleid, maar vooral ook verslaafd.

 

Dat is het werk en de walgelijke tactiek van de tabakslobby. Alle waarden en normen gaan overboord om onze jonge kinderen en jongeren verslaafd te maken. Ze zetten alles op alles om onze toekomstige generaties, onze toekomst, onze jeugd te verleiden, te verzieken en verslaafd te maken.

 

De Pano-documentaire van gisteren was wederom shockerend. Ik wil via deze weg ook de makers expliciet bedanken omdat ze gevaarlijke trends bij jongeren keer op keer onder de loep nemen, want nu blijkt dat die vapes gevaarlijke metalen en 'spice' bevatten, een drug die even verslavend is als heroïne.

 

Dat zou ons allemaal moeten verontrusten, want we weten ondertussen allemaal wel hoe schadelijk vapes zijn voor jonge mensen, maar dit is gewoon hallucinant en onaanvaardbaar. Bovendien trappen steeds meer jonge kinderen in die val.

 

Mijnheer de minister, u hebt de voorbije jaren heel wat inspanningen gedaan en ook komaf gemaakt met de vele valstrikken van de tabakslobby, maar toch blijft die innoveren en manieren zoeken om onze kinderen en jongeren te verleiden en verslaafd te maken. U hebt als eerste in Europa wegwerpvapes, lampjes en smartvapes verboden en ook een einde gemaakt aan de onlineverkoop van vapes, maar toch.

 

Voor Vooruit is de gezondheid van onze kinderen en jongeren essentieel. Ik heb dus maar één vraag voor u, mijnheer de minister. U hebt al heel wat belangrijke stappen gezet, maar wat zult u nog doen om onze kinderen en jongeren te beschermen tegen de gevaren van vapen en roken? Dank u wel.

 

10.04  Katleen Bury (VB): Mijnheer de minister, de Pano-reportage legde een schokkende realiteit bloot. Minderjarigen dampen synthetische drugs, verpakt als fruitige vapes en verhandeld via sociale media. Het gaat niet enkel over klassieke cannabis of nicotine, maar ook over 'spice', een chemisch gemanipuleerde stof die tot vijftig keer krachtiger is dan THC en even verslavend is als heroïne.

 

Deze producten circuleren zonder etiket, zonder controle en waarschuwing. Artsen herkennen ze niet, ouders weten van niets en kinderen storten in. Dit alles gebeurt onder uw bevoegdheid. U bent als minister immers bevoegd voor het koninklijk besluit van 1997 dat de lijst van verboden stoffen vastlegt.

 

U verbiedt graag van alles en nog wat, maar sinds de Europese waarschuwingen van 2022 hebt u geen enkele aanpassing gedaan. Het Europees waarschuwingssysteem meldde in 2022 alleen al 24 nieuwe synthetische cannabinoïden. Ondertussen inhaleren jongeren deze stoffen zonder dat u enige actie ondernam.

 

Waarom hebt u daar de voorbije jaren niets aan gedaan? Zult u dat KB nog actualiseren? U bestempelt cannabis in vapes terecht als gevaarlijk, maar waarom verbiedt u dan niet consequent softdrugs in plaats van ze te legaliseren?

 

10.05 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter, collega's, de documentaire van gisteren heeft nogmaals duidelijk gemaakt dat vapes ongezonde en gevaarlijke producten zijn, die eigenlijk gewoon de wereld uit moeten. Daar zijn we ook mee bezig. Het gaat immers om een criminele industrie die een nieuwe generatie van kinderen en jongeren aan nicotine verslaafd wil maken. We moeten alles uit de kast halen om dat te stoppen.

 

Wij zijn daarmee al begonnen. Wat de producten betreft, hebben we allerlei tierlantijntjes, lichtjes en versieringen verboden. We waren ook de eerste in Europa om wegwerpvapes te verbieden. We hebben ook maatregelen genomen om vapes uit het zicht te halen, want zien roken doet roken. Eind december hebben we een rookverbod ingevoerd, ook voor vapes, op allerlei plekken waar kinderen en jongeren komen, van speelpleinen tot attractieparken en dierentuinen. Sinds 1 april van dit jaar is er ook een uitstalban voor vapes van toepassing. Vapes mogen gewoonweg niet meer in winkels uitgestald worden; ook dat is belangrijk.

 

Ik denk dat we verder moeten gaan en ik hoop op uw enthousiaste steun wanneer wij het vapen en het roken van klassieke tabaksproducten op terrassen zullen verbieden. Naar mijn opinie is dat echt nodig, want we moeten dat uit het zicht halen van kinderen en jongeren en van mensen in het algemeen.

 

Iedereen is er vandaag van overtuigd dat we ook de smaakjes moeten aanpakken. Die smaakjes zijn nergens goed voor. Kinderen en jongeren inhaleren nicotine en drugs met de smaak van aardbeien, appels en wat weet ik nog allemaal. Andere ingrediënten zijn pesticiden, nikkel, lood, allerlei zeer ongezonde en gevaarlijke producten. We moeten eerlijk toegeven dat de meningen daarover geëvolueerd zijn. De Hoge Gezondheidsraad adviseerde destijds dat de smaken behouden konden blijven. Ook bij de organisatie Kom Op Tegen Kanker denk ik dat de meningen geëvolueerd zijn. Filip Lardon bijvoorbeeld was vroeger voorstander van het behoud van de smaakjes, maar zegt nu uitdrukkelijk dat ze verboden moeten worden. Ook mijn mening is in die zin geëvolueerd. Ik denk dat we de smaakjes werkelijk volledig moeten verbieden.

 

Dat verbod zijn we nu aan het uitwerken. Daarbij kunnen we kiezen voor het Deens model, waarbij naast tabakssmaak nog muntsmaak bestaat met het oog op rookstop, ofwel voor het Nederlands model met alleen maar tabakssmaak. Dat zijn we aan het bekijken. Het is technisch niet zo eenvoudig. Ik wil zo snel mogelijk een dossier klaar hebben met een efficiënte en gemakkelijk hanteerbare oplossing en dat dan voorleggen aan Europa.

 

Ondertussen moeten we inderdaad inzetten op handhaving. We doen dat ook. Mijn inspectie is elke dag op stap. Terwijl we hier debatteren, zijn mijn inspecteurs op stap. We hebben in het eerste trimester van dit jaar 40.000 illegale vapes in beslag genomen. We hebben vorig jaar 6.000 webpagina's gesloten. We doen aan mysteryshoppen waarbij mijn inspecteurs zich als kopers van aanbiedingen op Snapchat voordoen en dealers betrappen. We voeren dus actie en mijn inspectie verricht uiterst goed werk.

 

De grote moeilijkheid is echter dat men de kwestie Europees niet geregeld kan krijgen, indien men niet in alle landen hetzelfde doet. Helaas zijn er nog heel wat landen waar onlineverkoop is toegelaten, ook rondom ons. De strijd moet, met andere woorden, ook Europees worden gevoerd. Ik heb een tijdje geleden een hele zak vapes meegenomen naar een Europese vergadering waar ik aan al mijn collega’s bevoegd voor volksgezondheid en aan de Europese commissaris heb getoond wat vapen is: verleidelijk maar levensgevaarlijk. We hebben met elf landen een brief gericht aan de Europese commissaris waarin we vragen eindelijk werk te maken van de beloofde wetgeving die grensoverschrijdend verkeer en onlineverkoop van die producten in heel Europa verbiedt. De strijd moet dus op Europees niveau worden gevoerd. Wat mij betreft, is die strijd zeer belangrijk.

 

Ondertussen moeten we inderdaad ook de samenwerking met de politie versterken. Er vindt overleg plaats met de Vaste Commissie van de Lokale Politie. Ook met mijn collega van Binnenlandse Zaken moet ik nagaan wat we bijkomend kunnen doen om al die illegale producten aan te pakken. Inderdaad, alle producten waarover het gaat – ik verbaas mij over uw betoog, mevrouw Bury –, zijn illegaal van het begin tot het einde; ze zijn allemaal verboden. Daarover bestaat geen enkele twijfel. De vraag is hoe we dat verbod zullen handhaven. Ik zal de strijd daartegen voeren, tot die producten uit de wereld zijn. Dat zijn we verplicht aan onze kinderen en jongeren.

 

10.06  Els Van Hoof (cd&v): Mijnheer de minister, de acties en de maatregelen die u voorstelt zijn goed, maar hopelijk zijn ze niet too little too late.

 

We hadden inderdaad geen Pano-reportage nodig om het vast te stellen. We hadden al iets kunnen ondernemen in 2021. Ik heb vandaag de lijst nog eens bekeken, die bestaat uit 300 pagina's met producten die we aanvaarden in België. Stuur de inspectie maar eens op pad om dat allemaal te controleren. We hebben het te ver laten komen.

 

Als u het Parlement zijn werk had laten doen, waren de smaakjes nu al beperkt. Dat is de realiteit. Die wil ik ook even hier onder ogen brengen. Kom Op Tegen Kanker, Stichting Tegen Kanker en alle andere organisaties hebben het gevraagd.

 

Ondertussen wordt de sector slapend rijk. In 2025 winnen dergelijke bedrijven 10 miljard euro in Europa op de kap van de gezondheid van onze jongeren. Het is tijd voor actie. Het is tijd voor een lik-op-stukbeleid. Onze jongeren en onze ouders zullen er wel bij varen.

 

10.07  Lotte Peeters (N-VA): Mijnheer de minister, u sprak onder andere over Europese samenwerking. Die is noodzakelijk om die onlinehandel in wegwerpvapes aan banden te kunnen leggen. Het gaat echter natuurlijk niet over die digitale handel alleen. Uit de reportage bleek bijvoorbeeld dat winkels hier in Brussel begin deze maand, na drie inspecties van de FOD Volksgezondheid, nog steeds wegwerpvapes aanboden. Dat gebeurt recht onder onze neus. Dan is dat onlineverkoopverbod alleen niet voldoende. Er dienen nog meer controles in winkels te komen. Wij verwachten ook effectieve sluitingen van hardleerse handelaars die zich niet aan die regels houden.

 

Verder moet er in een versneld tempo werk worden gemaakt van dat verbod op smaken of aroma's in vapes. Hoe minder aantrekkelijk het product is, hoe minder interessant het is voor onze jeugd. Dat is correct. De situatie is zo urgent dat hieraan echt prioriteit moet worden gegeven.

 

10.08  Funda Oru (Vooruit): Mijnheer de minister, dank u voor uw duidelijk antwoord en de duidelijke inspanning om deze producten uit de wereld te helpen.

 

Collega's, Vooruit zal altijd de kant van onze jongeren en hun gezondheid kiezen. Daarom laten we dit vandaag zeker niet los. We moeten de strijd tegen de tabakslobby samen blijven voeren.

 

Het is goed dat u gaat overleggen met Binnenlandse Zaken en politie om dit probleem aan te pakken. Het is ook goed dat u dit op de Europese agenda blijft zetten. Dat is nodig in het belang van al onze kinderen en jongeren, voor het beschermen van hun gezondheid. Ik reken erop, en samen met mij veel andere bezorgde ouders, dat u deze strijd blijft opvoeren, mijnheer de minister.

 

10.09  Katleen Bury (VB): Mijnheer de minister, het gaat wel degelijk ook over opvulbare, herbruikbare vapes waarin een flesje 'spice' kan worden gedruppeld. De herbruikbare vapes zijn niet verboden. Wat u zegt, klopt dus niet.

 

Ik heb u ook niets horen zeggen over het KB. Dat is een belangrijke vraag, maar u zegt daar niets over.

 

Ondanks de Europese waarschuwingen sinds 2022 tegen de nieuwe gevaarlijke synthetische stoffen, hebt u jarenlang niet ingegrepen. Nu voert u campagne voor een totaalverbod op vapes, maar tegelijk pleit uw partij voor de legalisering van drugs. Dat is geen consequente gezondheids­strategie. Dat is ideologische schizofrenie. Het is niet meer dan dat. U moet niet verbaasd zijn, wanneer u het gevaar van cannabis relativeert, over de opmars van synthetische rotzooi. Uw partij zaait verwarring.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

11 Samengevoegde vragen van

- Robin Tonniau aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De langdurig zieke werknemers" (56000635P)

- Eva Demesmaeker aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De toepassing van datamining op doktersattesten van langdurig zieken" (56000653P)

11 Questions jointes de

- Robin Tonniau à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "Les travailleurs malades de longue durée" (56000635P)

- Eva Demesmaeker à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "L'application de l'analyse des données aux certificats médicaux des malades de longue durée" (56000653P)

 

11.01  Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer Vandenbroucke, u bent minister van Volksgezondheid. Dan kan men zich al eens de vraag stellen wat een minister van Volksgezondheid moet doen. Dat zijn twee dingen, namelijk ten eerste mensen die ziek zijn helpen genezen en ten tweede mensen die gezond zijn zo lang mogelijk in goede gezondheid houden.

 

Vandaag zijn er in ons land 526.000 langdurig zieke werknemers. Wat doet u?

 

Werknemers die langdurig ziek zijn sancties opleggen. Wie niet in orde is met zijn papieren, patat, 10 % van zijn uitkering kwijt. Wie twee doktersafspraken mist, patat, zijn hele uitkering kwijt. Ook de ziekenfondsen neemt u in het vizier. Ze krijgen minder financiering als ze te weinig zieke mensen opnieuw aan het werk zetten. En de dokters, mijnheer de minister? U voert een kliklijn in voor artsen. Werkgevers kunnen artsen aangeven van wie ze vinden dat ze te veel ziektebriefjes uitschrijven voor hun werkgevers. Artsen, mijnheer de minister! Die moeten er precies op toezien dat hun patiënten genezen. Ze moeten instaan voor de zorg voor hun patiënten, maar u maakt van artsen controleurs en van hun patiënten verdachten.

 

Daar gaat het om, dat is het sfeertje dat u creëert: mensen die hun hele leven lang hun botten hebben afgedraaid, met versleten rug, met pijnlijke polsen, die mensen worden weggezet als profiteurs, als verdachten. Altijd het vingertje naar de mensen!

 

Mijnheer Vandenbroucke, wanneer zult u met datzelfde vingertje eens naar de werkgevers wijzen? Waar zijn de plichten van de werkgevers om aangepast werk te voorzien? Waar blijven de sancties voor die werkgevers (…)

 

11.02  Eva Demesmaeker (N-VA): Mijnheer de minister, we kennen allemaal de cijfers. Ons land kent een recordaantal langdurig zieken, veel meer dan andere landen, zoals Duitsland. Dat aantal blijft jammer genoeg ook elke dag stijgen.

 

Uiteraard moeten we de mensen die echt niet kunnen werken beschermen, dat staat buiten kijf, maar vandaag laten we ook heel wat mensen los die wel nog perspectief hebben op werk, mits de juiste begeleiding. De afstand tot de arbeidsmarkt wordt voor hen elke dag groter. Als we daar niets aan doen, dreigen we die mensen ook definitief te verliezen. Daarom is het cruciaal dat we werk maken van de juiste begeleiding, met respect voor wie echt ziek is. Dat moet ook onze ambitie zijn: wie nog kan werken, moeten we begeleiden naar werk.

 

Ik hoor mijn collega van de PVDA zeggen dat we een aantal zaken moeten doen. We moeten de mensen helpen genezen en de mensen die gezond zijn zo lang mogelijk gezond houden, maar u vergeet iets, collega. U vergeet dat men mensen die ziek zijn ook perspectief op werk, toekomst en sociale contacten moet bieden. Dat vergeet u. Werken is meer dan enkel een loonbriefje. Dat vergeet u.

 

Mijnheer de minister, ik weet dat u werk wilt maken van werk. Binnen welke termijn kunnen we die maatregelen verwachten? Waar zult u het verschil maken?

 

11.03 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer Tonniau, ik heb twee weken geleden een lang gesprek gehad met iemand die postbode is geweest, veel problemen heeft gekend, met een ernstige psychiatrische problematiek en die desondanks weer een aangepaste job heeft gevonden bij een andere werkgever. Die man is niet helemaal genezen, maar die is voor een stuk aan het werk. Dat is een prachtig verhaal. Daarover gaat het. Ik sprak met een man die een geschiedenis had van twee jaar ernstige depressie, volledig uitgevallen was en opnieuw een halftijdse job in een klein bedrijf heeft. Dat is prachtig, dat is solidariteit, dat is zorgen voor de gezondheid van mensen. Daar zijn we mee bezig. U bent hier bezig met de ene leugen na de andere. De ene leugen na de andere. (Applaus van de meerderheid)

 

Zouden wij mensen van wie de papieren niet in orde zijn, hun uitkering afpakken? Wat is dat voor onzin? Als iemand natuurlijk hardnekkig weigert, ondanks aangeboden hulp, ondanks herhaalde vragen, om een formulier in te vullen, dan heeft men wel een probleem om de solidariteit te organiseren. Inderdaad.

 

Ik zal u nog een ander voorbeeld geven, want u hebt ernaar verwezen. Bent u tegen sociale fraude? Ja, toch? We moeten toch optreden tegen mensen die onderbetaald zijn? Tegen dumping moeten we optreden? Tegen zwartwerk moeten we optreden? Ja, toch? Sinds tien jaar bestaat daar een meldpunt voor, waar vakbonden en werkgevers melding kunnen maken van sociale fraude. Als er nu manifest gefraudeerd wordt met ziekteattesten, zou dat niet gemeld mogen worden door een werkgever? Zou dat niet gemeld mogen worden? Dat is een eigenaardige logica.

 

Solidariteit en sociale zekerheid, meneer Tonniau, zijn voor ons een kostbaar goed. Wie daarmee fraudeert – of het nu gaat over zwartwerk, onderbetaling, fiscale fraude, sociale fraude, fraude met ziektebriefjes – moet worden aangepakt, omdat we die solidariteit zo belangrijk vinden. (Applaus van de meerderheid)

 

Als een meldpunt dat al tien jaar bestaat en waar vakbonden ook zeer tevreden over zijn ook voor die fraude wordt opengesteld, dan gaat de PVDA plotseling niet meer akkoord. Ik kan u zeggen dat ook de Orde der artsen dat een zeer goed initiatief vindt en dat we daarover overleggen. Dat kan ik u wel zeggen.

 

U sprak over de werkgevers, maar u zult op uw wenken worden bediend. In de programmawet die voorligt staat immers een verplichting voor werkgevers om mensen die zes maanden uitgevallen zijn, maar nog mogelijkheden hebben, een integratietraject aan te bieden. Dat staat daarin. Er staat ook een verplichting in die programmawet, die bepaalt dat men mensen niet langer dan acht weken mag laten wachten voor een gesprek met de arbeidsarts om te kijken wat nog mogelijk is. Werkgevers zullen eveneens verplicht worden om meer te betalen dan vandaag aan de sociale zekerheid als mensen uitgevallen zijn. U zult daar op uw wenken bediend worden. Maar ja, echte solidariteit is niet aan u niet besteed.

 

Onze opdracht, mijnheer Tonniau, bestaat erin om mensen die uitgevallen zijn wegens ziekte te helpen door te zoeken naar mogelijkheden voor werk. Zoeken naar aangepast werk, desnoods een kleine job, is mensen ook helpen in hun welzijn en gezondheid. Dat is de inzet en daar zullen we voor gaan! (Applaus van de meerderheid)

 

11.04  Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer Vandenbroucke, het is duidelijk dat het pijn doet wanneer we vertellen hoelang u al op die post zit en hoe ontelbaar veel langdurig zieken erbij zijn gekomen. Vandaag zijn het er 529.000! Dat is niet op het conto te schrijven van de PVDA.

 

U moet mij hier geen blaasjes wijs maken. Ik heb zelfs 17 jaar in de industrie gewerkt. Mijn werkgever heeft mij vroeger in zo'n traject proberen forceren. Ik vroeg aan mijn werkgever om mij alstublieft aangepast werk te geven zoals mijn arts vroeg. Hij wilde dat echter niet doen en zei dat dat bedrijf met amper 6.000 werkplaatsen geen aangepast werk had. Dat is de realiteit. Het wordt tijd dat u uit uw bubbel stapt.

 

U maakt van de dokters controleurs. Ik vind het ook schandalig dat er een groot applaus komt van de N-VA wanneer u 529.000 zieke werknemers fraudeurs noemt (…)

 

De voorzitter: Bedankt, mijnheer Tonniau. Uw tijd is om.

 

11.05  Eva Demesmaeker (N-VA): Collega Tonniau, u zegt dat het pijn doet, maar niets is minder waar. U hebt niet goed geluisterd. Wij zijn enorm trots dat wij met deze ploeg de meest sociale maatregelen nemen die we kunnen nemen. Wie langdurig ziek is en echt niet kan werken, zullen we beschermen. Wie wel nog een toekomstperspectief heeft, omarmen we en begeleiden we; we zullen hun een toekomst geven. Daar zijn wij bijzonder trots op.

 

Mijnheer de minister, u vindt in ons een bondgenoot. We laten langdurig zieken niet vallen; het is aan ons om hen te ondersteunen met trajecten op maat. Dat is eerlijk, dat is menselijk en daar ligt volgens ons de sleutel.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

(De heer Ronse vraagt het woord voor een persoonlijk feit.)

 

De voorzitter: Ik had begrepen dat de PVDA een collectivistische partij is, niet de N-VA. Het is niet omdat de N-VA genoemd wordt, dat dat een persoonlijk feit is voor u, natuurlijk. Het noemen van een naam volstaat niet om er een persoonlijk feit van te maken, mijnheer Ronse. Uw naam moet dan in een denigrerende betekenis worden gebruikt.

 

Collega's, blijkbaar hebben velen onder u nog niet deelgenomen aan de geheime stemming waarvoor ik u heb opgeroepen. U hebt nog de tijd om dat goed te maken. U wordt uitgenodigd om dat nu te doen.

 

12 Questions jointes de

- Raoul Hedebouw à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "L'indexation salariale applicable au personnel des soins de santé" (56000641P)

- Patrick Prévot à David Clarinval (VPM Emploi, Économie et Agriculture) sur "La remise en cause de l'indexation" (56000643P)

12 Samengevoegde vragen van

- Raoul Hedebouw aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De indexering van de lonen van het zorgpersoneel" (56000641P)

- Patrick Prévot aan David Clarinval (VEM Werk, Economie en Landbouw) over "Het opnieuw ter discussie stellen van de indexering" (56000643P)

 

12.01  Raoul Hedebouw (PVDA-PTB): Mijnheer de socialistische minister Frank Vandenbroucke, Vooruit voert zowat overal campagne en zegt aan iedereen die het wil horen, ook op de sociale media: Vooruit beschermt de index. Ik toon u de affiche. Maar, mijnheer de minister, vorige week hebt u simpelweg besloten om de indexering van de pensioenen met drie maanden uit te stellen. Dat geldt ook voor de uitkeringen voor gehandicapten, langdurig zieken en werklozen. Waarom doet u dat, die drie maanden uitstel? Volgens berekeningen van OKRA kost dat een gepensioneerde 68 euro. Het zijn al zulke kleine pensioentjes en de Vooruitminister komt dan nog aan de index.

 

Daarmee is het nog niet gedaan. Ook voor de indexering van de lonen van ambtenaren, de werkende klasse in ons land, komt er drie maanden uitstel. Waarom wordt er weer eens koopkrachtverlies doorgevoerd voor de werkende klasse door een socialistische minister?

 

Et ce n'est pas fini, het is nog niet gedaan. Ook voor het zorgpersoneel voert u volle bak campagne: "Vooruit zorgt voor het zorgpersoneel. Wij beschermen uw index." Uit de programmawet blijkt dat al de cao's in de zorgsector worden aangepast, met drie maanden uitstel van de indexering tot gevolg. Dat betekent 150 euro koopkrachtverlies. Deze morgen hoor ik u als Vooruitminister echter zeggen dat dat allemaal niet waar is.

 

Welnu, ik heb de nieuwsbrief bij van Wouter Verschelden, waarin hij Axel Ronse citeert.

 

12.02  Axel Ronse (N-VA): Dat is een persoonlijk feit!

 

12.03  Raoul Hedebouw (PVDA-PTB): Natuurlijk, een heel persoonlijk feit.

 

Mijnheer de minister, u zegt dat dat niet zal gebeuren voor het zorgpersoneel, maar Wouter Verschelden schrijft dat N-VA'er Axel Ronse – persoonlijk feit – zegt dat dit geldt voor iedereen: iedereen zal koopkracht verliezen, ook het personeel in de zorgsector. (…)

 

De voorzitter: Mijnheer Hedebouw, bedankt voor dat persoonlijk feit.

 

12.04  Patrick Prévot (PS): Monsieur le ministre, je peux comprendre votre incompréhension puisque ma question était destinée au ministre Clarinval, qui malheureusement n'a pas eu le courage de venir me répondre ici en séance plénière. Visiblement, le courage est une denrée qui se fait rare au MR peut-être, monsieur le ministre de la Sécurité, sauf quand on est protégé derrière une dizaine de policiers.

 

Monsieur le ministre, récompenser le travail, c'est un principe que nous partageons. Mais je ne vous cache pas que j'ai franchement tiqué en découvrant le slogan du 1er mai du MR: "Le travail enfin en fête!" Je me suis demandé s'ils étaient sérieux.

 

Ils ne sont pas nombreux dans la salle pour l'instant mais, monsieur le ministre, je vais vous donner un scoop: le MR est le seul parti au pouvoir sans discontinuer depuis 1999. Vous pouvez vérifier; c'est le seul parti au pouvoir sans discontinuer depuis 1999. On a envie de dire: qu'ont-ils fait depuis 26 ans?

 

Et c'est la fête pour qui exactement? Ces derniers mois, on a vu défiler les reculs sociaux: suppression des prépensions, retour de la période d'essai, élargissement du travail de nuit et, maintenant, avec les fameux accords de Pâques, ce sont de nouvelles attaques contre l'indexation automatique des pensions, des salaires des fonctionnaires, des allocations des demandeurs d'emploi, des malades, des personnes en situation de handicap. Et, si vous voulez du concret, un report d'indexation, c'est 60 euros en moins pour un salarié qui a 3 000 euros par mois, jusqu'à 175 euros pour une infirmière, selon la presse et, sur les pensions, les recteurs parlent de perte allant jusqu'à 40 % pour les enseignants et les chercheurs.

 

Monsieur le ministre, quand on en vient à affaiblir les universités, les hôpitaux, les services publics, ce n'est évidemment pas récompenser le travail, c'est organiser son appauvrissement.

 

Je n'ai qu'une question, monsieur le ministre, que je vous pose les yeux dans les yeux: jusqu'où comptez-vous aller dans l'appauvrissement des travailleuses et des travailleurs?

 

12.05 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer Hedebouw, wie geen politieke verantwoordelijk­heid neemt, kan hier inderdaad elke dag een show komen opvoeren. De vraag is dan wie u daarmee helpt. Ik zeg dat trouwens ook ten aanzien van de collega's van de PS.

 

We sluiten compromissen in de regering, in zeer moeilijke omstandigheden. We willen investeren in de zorg en in veiligheid en we willen ervoor zorgen dat ook de toekomst van onze welvaartstaat gegarandeerd wordt. We willen namelijk mensen helpen en vooruithelpen. Dus nemen wij onze verantwoordelijkheid. Als we dat niet deden, konden we hier elke dag een show komen opvoeren.

 

Mijnheer Hedebouw, heel concreet, de indexering voor het zorgpersoneel zal onveranderd blijven. Er is geen enkele beslissing genomen die in de andere richting gaat. Bij een wijziging in het indexeringsmoment voor ambtenaren kan men in bepaalde cao's wel een copy-paste van het systeem van de ambtenaren doen. Het is absoluut niet moeilijk voor de sociale partners om die cao's aan te passen. Meer dan dat, mevrouw Margot Cloet van Zorgnet-Icuro deed vandaag al de oproep aan de vakbonden en de andere werkgevers in de zorgsector om samen aan de slag te gaan en de nodige aanpassingen te doen, zodat de indexering van al het zorgpersoneel ongewijzigd blijft zoals vandaag.

 

Wat mij betreft, mag u die affiche nog eens tonen voor de camera's. Vooruit beschermt het zorgpersoneel. Absoluut.

 

12.06  Raoul Hedebouw (PVDA-PTB): Mijnheer Vandenbroucke, de index is een heel belangrijk strijdpunt van de linkse partijen. Op een week van 1 mei sjoemelt u met de index van de gepensioneerden, van de werkende klasse en van de ambtenaren. In de zorgsector werken ook veel ambtenaren. Daar mag kennelijk wel aan de index worden geprutst.

 

Wat de indexering in de zorgsector betreft, u weet heel goed dat de cao’s daar niet zomaar zullen veranderen. Axel Ronse van de N-VA zegt duidelijk dat het zorgpersoneel wel zal worden getroffen. Kortom, de wetten van 1971 en 1977 worden wel degelijk gewijzigd.

 

Pour ce qui est des Engagés, qu'on n'entend pas beaucoup dans ce dossier, vous touchez de plein fouet le personnel soignant en postposant de trois mois l'indexation de leur salaire. Vous visez l'indexation des pensionnés. Pour un parti qui se disait social, comment osez-vous? Vos promesses de campagne d'aider les pensionnés et le secteur des soins? Rien du tout! Vous touchez clairement au salaire des travailleurs!

 

12.07  Patrick Prévot (PS): Monsieur le ministre, j'entends la petite réponse à ma question qui était vachement plus vaste.

 

Je comprends surtout que rien n'est acquis. Le gouvernement prend des décisions, puis fait supporter le poids de la charge sur les représentants des travailleurs qui vont se battre avec le patronat. Donc, vous installez une nouvelle fois celui-ci dans un fauteuil.

 

Votre slogan, c'est "le travail, le travail, le travail". Comme je l'ai déjà dit, nous pouvons le partager, mais depuis que vous êtes au pouvoir, c'est surtout la galère pour les gens qui travaillent. Les salariés, les ouvriers, les fonctionnaires, les chercheurs d'emploi, les pensionnés, tous sont dans votre ligne de mire. Ils trinquent tous. Malheureusement, vous déroulez avec vos partenaires votre agenda antisocial. Vos promesses sont une farce, dont les travailleurs sont les dindons. Ils sont fatigués et en colère. Je peux vous dire une chose, monsieur le ministre: le 29 avril, ils se feront entendre et se mettront en grève. Nous, Parti Socialiste, nous serons avec eux pour défendre leurs droits et stopper le recul!

 

De voorzitter: Was het citaat fout, mijnheer Ronse? Citeren mag, maar als u zegt dat het citaat fout was, dan krijgt u het woord.

 

Persoonlijk feit

Fait personnel

 

12.08  Axel Ronse (N-VA): Collega Hedebouw, ik dank u om mij het grote voorrecht te verlenen om in dit halfrond een grote persoonlijkheid te citeren, namelijk mezelf.

 

Ik heb in de nieuwsbrief van Wouter Verschelden gezegd dat het geldt voor iedereen, ook voor het zorgpersoneel, maar het klopt wel dat minister Vandenbroucke het wil laten aanpassen. Dat betekent dat het uitstel van de index voor iedereen geldt, maar dat betekent ook – zoals minister Vandenbroucke hier heeft aangegeven, inclusief de verwijzing naar Zorgnet-Icuro – dat, als men cao's aanpast, men kan doen wat de minister hier voorstelt. Ik heb eigenlijk niet meer en niet minder gezegd dan dat.

 

Dat biedt mij ook de gelegenheid om hier aan te geven dat Vooruit gesteund wordt door cd&v, Les Engagés, de MR en de N-VA om het zorgpersoneel, maar eigenlijk al het personeel in dit land, vooruit te helpen, om ervoor te zorgen dat men netto meer overhoudt, dat men erop vooruitgaat, dat mensen die werken beloond worden en dat hun sociale zekerheid in de toekomst wordt beschermd. We hebben daarvoor nu een ongelooflijke hervormingstrein opgestart, die soms moeilijke maatregelen bevat, maatregelen die u niet durft te nemen en die u op een heel populistische manier benoemt (…)

 

De voorzitter: Mijnheer Ronse, u gaat voorbij aan uw persoonlijk feit. Ik ontneem u dus het woord en geef het aan de heer Hedebouw.

 

Mijnheer Hedebouw, ik zal ook u het woord ontnemen wanneer u verder gaat dan het persoonlijk feit. U hebt de heer Ronse geciteerd, hij heeft dat rechtgezet en het is aan u om daarop te reageren. Ik vraag u om bij het persoonlijk feit te blijven.

 

12.09  Raoul Hedebouw (PVDA-PTB): Dat zal ik zeker doen.

 

In de nieuwsbrief van Wouter Verschelden staat duidelijk dat het geldt voor iedereen, ook voor het zorgpersoneel. U zegt eigenlijk dat er geen verandering zal komen in het akkoord op het vlak van de programmawet. Er waren vanochtend twee pistes. Als er geen overeenkomst wordt bereikt, dan kunnen eventueel de cao's aangepast worden. Mijnheer Ronse, u zegt hier duidelijk – ik heb dat ook begrepen van de minister – dat er geen verandering zal komen van de programmawet. Er is een akkoord gesloten binnen de meerderheid.

 

Daar hebben wij een probleem mee. Dat de N-VA de lonen aanvalt (…)

 

De voorzitter: Dank u wel, mijnheer Hedebouw. Ik heb u de micro ontnomen. Wij hebben het citaat gekregen zoals u het hebt voorgelezen, het werd aangevuld door de heer Ronse en u hebt daar een interpretatie aan gegeven. Daarmee is het persoonlijk feit afgesloten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

13 Vraag van Kathleen Depoorter aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken, Volksgezondheid, belast met Armoedebestrijding) over "De terugbetaling van Eylea" (56000644P)

13 Question de Kathleen Depoorter à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales, Santé publique, chargé de la Lutte contre la pauvreté) sur "Le remboursement du médicament Eylea" (56000644P)

 

13.01  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de minister, ik las gisteren in Het Laatste Nieuws het verhaal van Griet, een oudere dame van 78 jaar die lijdt aan leeftijdsgebonden maculadegeneratie. Dat wil zeggen dat haar netvlies aangetast is door een ouderdomsziekte, waardoor ze zwarte vlekjes ziet en dus een minder scherp zicht heeft. Dat wil ook zeggen dat ze minder zelfstandig is. Soms is een bus nemen al heel moeilijk. Ze heeft een groter risico op vallen. Het gaat dus om een ernstige ziekte.

 

Griet is niet alleen. Zo'n 47.000 mensen in ons land lijden aan maculadegeneratie. Gelukkig voor hen bestaat er een terugbetaald medicijn, met name Eylea, dat elke maand in het oog geïnjecteerd moet worden. De patiënten die in de coronaperiode die behandeling moesten krijgen, konden hun spuit halen bij hun huisapotheker. Met die spuit konden ze bij de lokale ambulante oogarts terecht voor de injectie. Dat was heel comfortabel. Sinds het einde van de coronaperiode moeten zij hun spuit bij de ziekenhuisapotheek halen en kunnen ze kiezen om voor de injectie naar het ziekenhuis te gaan dan wel bij hun lokale oftalmoloog in het dorp, dicht bij huis.

 

Nu zou er bij het RIZIV een voorstel op tafel liggen waardoor Griet naar de ziekenhuisapotheek moet gaan en zich daar ook moet laten injecteren. Maar het is voor haar niet meer mogelijk om zelfstandig daarheen te gaan voor haar behandeling. Daarvoor moet zij een beroep doen op haar familie, die haar een keer per maand naar het ziekenhuis moet brengen.

 

Mijnheer de minister, we hebben samen het regeerakkoord geschreven en daarin is de toegankelijkheid van de zorg zeer belangrijk. U onderschrijft dat principe. Hoe kijkt u aan tegen het voorstel van het RIZIV en hoe zult u de kwestie als minister van Volksgezondheid aanpakken?

 

13.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mevrouw Depoorter, u hebt het probleem goed geschetst. Ik denk dat patiënten niet bepaald naar een ooginjectie uitkijken. Voor wie wat ouder is en minder mobiel, is het inderdaad belangrijk dat die persoon nabije zorg kan genieten.

 

Tijdens de coronapandemie was er de nieuwigheid dat patiënten ooginjecties met het betreffende medicijn ook ambulant konden krijgen. De Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen heeft nu voorgesteld om die mogelijkheid stop te zetten en de behandeling te laten gebeuren in de ziekenhuiscontext. De commissie heeft argumenten van onder andere veiligheid en bewaring ingeroepen. Ik heb die argumenten bestudeerd, want ik wilde niet over één nacht ijs gaan. De Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen, die natuurlijk een onafhankelijke commissie is, heeft me echter niet overtuigd en ik heb beslist dat ik haar advies niet zal volgen. Ik wens dus dat de ambulante behandeling mogelijk blijft en ik heb vertrouwen in de ernst waarmee de ambulante oogartsen die behandeling uitvoeren. Ik wens dus dat het mogelijk blijft dat mensen het geneesmiddel ook ambulant geïnjecteerd kunnen krijgen.

 

13.03  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de minister, u neemt de enige juiste beslissing. Nabijheid van zorg, geneesmiddelen halen bij de huisapotheker waar het kan, in de ziekenhuisapotheek waar het moet en ambulante praktijk naast de ziekenhuispraktijk zijn drie pijlers die we in het arizonaregeerakkoord hebben afgesproken. U bewijst nu ook dat we erop kunnen vertrouwen dat dat regeerakkoord wordt uitgevoerd.

 

Ik vind het ontzettend belangrijk dat patiënten zoals Griet, patiënten die gemiddeld 79 jaar oud zijn en die een inspuiting met Eylea krijgen, geholpen kunnen worden door hun zorgverstrekkers, heel nabij, op een toegankelijke wijze, en dat die zorg in alle veiligheid kan worden verstrekt. De veiligheid is gegarandeerd, zoals u zelf al aangaf. De spuit Eylea blijft 24 uur goed vanaf het moment waarop ze uit het koelkastmilieu is gehaald. Ik ben het absoluut met u eens. U hebt een heel goede beslissing genomen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

14 Questions jointes de

- Simon Dethier à Vincent Van Peteghem (VPM Budget, chargé de la Simplification administrative) sur "Le rapport annuel du Médiateur fédéral et le soutien apporté pour les démarches administratives" (56000640P)

- Leentje Grillaert à Vincent Van Peteghem (VPM Budget, chargé de la Simplification administrative) sur "Le rapport annuel du Médiateur fédéral" (56000647P)

14 Samengevoegde vragen van

- Simon Dethier aan Vincent Van Peteghem (VEM Begroting, belast met Administratieve Vereenvoudiging) over "Het jaarverslag van de federale Ombudsman en de geboden ondersteuning bij administratieve procedures" (56000640P)

-  Leentje Grillaert aan Vincent Van Peteghem (VEM Begroting, belast met Administratieve Vereenvoudiging) over "Het jaarverslag van de federale Ombudsman" (56000647P)

 

14.01  Simon Dethier (Les Engagés): Monsieur le ministre, qui n'a jamais commis une erreur dans ses démarches administratives? Qui n'a jamais ressenti un sentiment d'injustice face à une sanction disproportionnée pour une erreur fortuite?

 

La simplification administrative est devenue un enjeu pour tous. En effet, la complexité de nos administrations, de nos législations, de nos institutions mais aussi parfois le manque d'empathie dans la mise en œuvre des règles peuvent mener à des situations inextricables.

 

Ces difficultés ont des conséquences négatives et concrètes sur le quotidien des citoyens, des associations et des entreprises. Le rapport annuel du Médiateur fédéral, publié hier, met en lumière une réalité que beaucoup de nos concitoyens connaissent bien.

 

Dans un environnement administratif devenu très complexe, il est facile de se tromper: un formulaire mal rempli, une approximation dans les calculs d'une échéance ou une règle mal comprise. Ces erreurs ne sont généralement pas intentionnelles mais traduisent souvent des difficultés face à des procédures trop complexes.

 

Pour beaucoup, ces démarches sont d'autant plus lourdes qu'ils n'ont pas les moyens de se faire soutenir ou aider. Dès lors, un sentiment d'injustice s'installe, celui de ne pas être traité équitablement et de subir une sanction alors qu'on a simplement commis une erreur sans volonté de tricher.

 

À travers cette réalité, nous devons réaffirmer également que l'action publique ne doit pas accentuer les inégalités entre citoyens, notamment entre ceux qui peuvent se faire accompagner et ceux qui n'en ont pas la possibilité. Dans ce contexte, le Médiateur fédéral plaide pour la reconnaissance d'un droit à l'erreur. Il s'agit de permettre aux citoyens, aux entreprises et aux associations de ne pas être automatiquement sanctionnés lorsqu'ils commettent une erreur.

 

Il ne s'agit évidemment pas de banaliser des infractions ou des fraudes mais de reconnaître que face à la complexité des règles, un citoyen peut se tromper sur un détail sans mériter une sanction immédiate. Ce rapport est aussi une invitation à repenser la relation entre l'administration et les citoyens, une relation qui doit être fondée sur la confiance (…)

 

14.02  Leentje Grillaert (cd&v): Mijnheer de vice-eersteminister, toon begrip voor de vergissingen van de burgers. Dat staat in het meest recente jaarrapport van de federale Ombudsman. Ik ga volledig akkoord met die stelling.

 

Collega’s, we leven nu eenmaal niet in het meest eenvoudige land wanneer het op regels en procedures aankomt. Ik begrijp dus heel goed dat de burgers door het bos de bomen niet meer kunnen zien. Veel regels zijn ook moeilijk te begrijpen door hun techniciteit en omdat ze soms ook wel eens in het ambtenarees zijn geschreven. De overheid mag best wat meer empathie tonen – missen is menselijk – in plaats van onverbiddelijk te straffen voor bijvoorbeeld een kleine fout die wordt gemaakt.

 

Begrijp me zeker niet verkeerd. Ik wil het harde werk van de ambtenaren niet in een slecht daglicht plaatsen. Ook zij moeten werken in ons complexe systeem. Bovendien blijkt uit het jaarverslag dat burgers ook niet weten waar ze aankloppen. Heel vaak worden klachten immers onontvankelijk verklaard. Ze weten dus eenvoudigweg niet tot welke dienst ze zich moeten richten.

 

De boodschap van cd&v is eenvoudig: vereenvoudig waar het kan, communiceer zo duidelijk mogelijk en begeleid waar nodig.

 

Mijnheer de minister, ik heb voor u de hiernavolgende vragen.

 

Welke concrete stappen zult u ondernemen om de complexiteit te verminderen? Zal het meldpunt bij de FOD BOSA, zoals aangehaald in uw beleidsverklaring, worden opgericht? Zult u ook kijken naar het vertalen van de wet en de regelgeving in begrijpbare taal voor de gewone burger en ondernemer op officiële websites?

 

Ik dank u voor uw antwoord.

 

De voorzitter: Mijnheer de minister, u hebt vier minuten om te reageren.

 

14.03 Minister Vincent Van Peteghem: Collega’s, één zaak is duidelijk: we delen de ambitie om te werken aan een toegankelijke, efficiënte en menselijke overheid, waarin burgers en ondernemers geen frustraties maar wel oplossingen vinden.

 

Dans ce contexte, le rapport annuel du Médiateur fédéral constitue indéniablement un document de travail important. Je tiens donc à remercier chaleureusement toutes les personnes qui ont contribué à sa rédaction.

 

Achter die 9.112 dossiers zitten immers niet enkel honderden uren werk, maar ook duizenden burgers en ondernemers die geen andere uitweg zagen na een contact met de overheid dan een mail of een telefoon te doen naar de federale Ombudsman.

 

Dat is een luide alarmbel voor ons, maar natuurlijk geen nieuwe, want in de complexiteit van onze overheid – u hebt ernaar verwezen, collega Grillaert – schuilt natuurlijk reeds lang een gevaar, namelijk vergissingen van mensen die er rotsvast van overtuigd zijn dat ze wel degelijk de regels volgen en doen wat van hen verwacht wordt.

 

Je partage donc pleinement la conclusion du Médiateur fédéral: le droit à l'erreur et un traitement empathique vont de pair.

 

Een verkeerd ingevuld formulier, een verkeerd ingevuld vakje op de belastingbrief, een fout rekeningnummer bij een premieaanvraag, in 99,9 % van de gevallen gaat het niet over opzettelijke fouten.

 

Il ne s'agit pas de fraudes, il s'agit d'erreurs dans un labyrinthe de règles.

 

Dat vraagt natuurlijk aandacht van elk van ons. Digitalisering en automatisering zijn belangrijk, maar we mogen nooit de menselijke aanpak uit het oog verliezen. De controle van een dossier mag niet leiden tot een droog computer says no.

 

Nous devons partir de la confiance et du contexte, auxquels j’ajoute nécessairement l’empathie, car derrière chaque dossier, il y a une histoire.

 

Die 9.112 dossiers zijn 9.112 verhalen en voor mij als bevoegd minister ook 9.112 redenen om daadwerkelijk iets te doen aan een realistische administratieve vereenvoudiging, die voor mij over twee zaken gaat.

 

Premièrement, nous supprimons les obstacles administratifs en mettant l’accent sur ceux qui ont un impact tangible sur le terrain.

 

Ik werk dan liever 50 kleine drempels met impact weg dan 100 grote zonder impact. Daarbij zal natuurlijk dat centrale meldpunt, mevrouw Grillaert, een heel belangrijke rol spelen.

 

Ten tweede zorgen we er natuurlijk ook voor dat wie met een hindernis wordt geconfronteerd op een menselijke manier zal worden geholpen. We weten dat we niet elke drempel kunnen wegwerken met een vingerknip, maar we moeten er wel voor zorgen dat we tijdelijk een soort ladder aanbieden om over die drempel heen te kunnen stappen. Ook daarin zal heldere taal een heel belangrijke rol spelen.

 

Collègues, la tâche est ardue, mais mes contacts avec plusieurs centaines de fonctionnaires motivés me permettent d’être confiant. Je tends la main à mes collègues afin que nous puissions parvenir ensemble dans les plus brefs délais à des propositions concrètes.

 

Samen zullen we op die manier de ambitie voor een toegankelijke, efficiënte en menselijke overheid waarmaken.

 

14.04  Simon Dethier (Les Engagés): Monsieur le ministre, je vous remercie de votre réponse et de votre intérêt pour cette question importante.

 

Vous avez cité ce rapport très complet qui nous ouvre les yeux sur toute une série de réalités concrètes et d'histoires humaines qui se cachent derrière des procédures administratives. Je me réjouis que vous preniez cette thématique à bras-le-corps.

 

Mon groupe et moi-même resterons attentifs aux propositions concrètes que vous nous soumettrez en faveur d'une culture administrative modernisée, simplifiée et faisant preuve d'empathie.

 

14.05  Leentje Grillaert (cd&v): Mijnheer de vice-eersteminister, ik weet zeker dat u meteen aan de slag zult gaan met dit lijvige en stevige rapport van de federale Ombudsman. Bij de voorstelling van uw beleidsverklaring in de commissie werd ook duidelijk dat u met opgestroopte mouwen zult kiezen voor een gerichte deregulering, niet met de botte bijl maar echt afwegen wat nodig is en wat niet, zonder afbreuk te doen aan het algemeen belang. Ik juich dat toe en ik denk dat ook de federale Ombudsman dat toejuicht. De overheid mag geen logge machine worden, want dat komt het vertrouwen van de burger in de overheid zeker niet ten goede. We kijken uit naar de vervolgstappen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

15 Questions jointes de

- Éric Thiébaut à Bernard Quintin (Sécurité et Intérieur, chargé de Beliris) sur "Le manque d'effectifs au sein de la police fédérale" (56000649P)

- Ortwin Depoortere à Bernard Quintin (Sécurité et Intérieur, chargé de Beliris) sur "La réorganisation de la police fédérale" (56000652P)

15 Samengevoegde vragen van

- Éric Thiébaut aan Bernard Quintin (Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met Beliris) over "Het personeelstekort bij de federale politie" (56000649P)

- Ortwin Depoortere aan Bernard Quintin (Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met Beliris) over "De reorganisatie van de federale politie" (56000652P)

 

15.01  Éric Thiébaut (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre, la sécurité n'est ni de gauche ni de droite. C'est un droit élémentaire pour chaque citoyen, qu'il habite dans n'importe quelle région ou ville du pays. Malheureusement, aujourd'hui, ce droit n'est plus respecté, n'est plus assuré dans certaines parties de notre pays.

 

Les faits sont là. Vous avez de la violence et des crimes liés à la montée du trafic de drogue dans les grandes villes. Vous avez des prisons insalubres qui débordent. Vous avez des magistrats qui dénoncent un manque de moyens, qui n'arrivent plus, nous disent-ils, à poursuivre les criminels, et ils ne sont pas entendus par le gouvernement fédéral. Telle est la situation sur le terrain.

 

Et, pendant ce temps-là, que fait le gouvernement Arizona? Il propose de réformer des structures. Il propose de fusionner les zones de police à Bruxelles. Il propose de remplacer nos policiers par des militaires pour surveiller les centrales nucléaires. Et, surtout, il fait peser toute la charge de la gestion de la sécurité sur les zones de police et donc sur les villes et communes.

 

Monsieur le ministre, nos policiers n'ont pas besoin de nouvelles réformes. Ils ont besoin de moyens supplémentaires. Aujourd'hui, il manque 5 500 policiers à la police fédérale, dont 800 enquêteurs spécialisés. C'est énorme! Alors, monsieur le ministre, augmenterez-vous clairement le budget de la police fédérale? Augmenterez-vous les dotations aux zones de police? Quels sont vos engagements pour rétablir la sécurité dans les rues de notre pays?

 

15.02  Ortwin Depoortere (VB): Mijnheer de minister, u zult het wellicht druk hebben met de fusie van de Brusselse politiezones. Ik wens u daar veel succes bij. Ik hoor positieve signalen van politieagenten op het terrein die wel voorstander zijn van de eenmaking van de Brusselse politiezones. Vergeet echter ook het grotere plaatje niet.

 

Daarmee kom ik bij de reorganisatie van de federale politie. U weet hoe dat gaat, het is bijna een wetmatigheid dat plannen lekken. Ook deze keer is dat het geval. Er is een plan en een aantal elementen daaruit veroorzaken grote ongerustheid binnen de politie. Ik noem er een aantal op. De directeurs-coördinator, die instaan voor de coördinatie binnen de provincies en een interventiekorps onder zich hebben, zouden in de toekomst verdwijnen. Het interventiekorps zou worden overgeheveld naar de algemene reserve in Brussel. De toekomst van de arrondissementele informatiekruispunten is onzeker. Dat zorgt voor ongerustheid bij het personeel, dat geen zekerheid heeft over wat hen te wachten staat. Wat worden hun nieuwe werkomgeving en werkomstandig­heden?

 

Er is ook ongerustheid, zoals collega Thiébaut het schetste, bij de lokale politiezones, want ook zij steunen voor een groot deel voor hun lokale veiligheid op de inzet van de federale politie.

 

Kunt u hierover duidelijkheid scheppen, mijnheer de minister, niet enkel budgettair, maar ook wat de plannen van de reorganisatie betreft? Zo zullen de mensen op het terrein, zowel de politieagent als de burger, weten waar we voor staan.

 

15.03  Bernard Quintin, ministre: Monsieur le président, honorables députés, je vous remercie pour vos questions qui témoignent, si quelqu'un en doutait encore, que la sécurité de tous nos concitoyens est autant la priorité du gouvernement Arizona, et la mienne, que celle des parlementaires. Je ne peux à cet égard que saluer votre assiduité sur le sujet.

 

Zoals bepaald in het regeerakkoord en zoals ik heb bevestigd in mijn beleidsverklaring is het mijn intentie, samen met de minister van Justitie, om de werking van de federale politie te optimaliseren. Via een grote analyse willen we vooral nagaan hoe we de slagkracht en de inzetbaarheid van de operationele diensten structureel en effectief kunnen verhogen.

 

Op dit moment is het belangrijk om te benadrukken dat er nog geen definitieve beslissingen zijn genomen. We bevinden ons nog in de fase van analyse en overleg. Dat lijkt me redelijk na drie maanden in het ambt. Om die reden is het op dit moment nog te vroeg om in detail in te gaan op de concrete invulling of de gevolgen van eventuele hervormingen, dus ook op de impact op het personeel of de rol van de directeurs-coördinatoren.

 

Ik begrijp de vragen en bezorgheden hierover volkomen. Ik engageer me er dan ook toe het Parlement tijdig en op transparante wijze te informeren, zodra er verdere stappen worden gezet of concrete voorstellen worden uitgewerkt.

 

Comme vous le soulignez, la situation sécuritaire à Bruxelles est l'élément qui justifie cette question d'actualité. Comme le procureur du Roi de Bruxelles l'a mentionné encore cette semaine, 30 enquêteurs ont rejoint, et rejoindront dans les deux semaines, la police judiciaire fédérale de Bruxelles afin de contribuer à la lutte contre le trafic de drogue. Ces mêmes enquêteurs ont d'ailleurs permis des arrestations et des saisies.

 

Je l'ai déjà dit et je l'ai répété: ma priorité pour Bruxelles et pour toutes les autres villes du pays est que nos villes soient sûres pour leurs habitants, pour celles et ceux qui y travaillent et pour celles et ceux qui les visitent. C'est ce qui guide l'esprit de la fusion des zones de police, qui n'est pas une réforme. C'est une fusion des zones de police qui, certes, demande une réforme de la loi. J’aurai l'occasion d'exposer plus avant, devant ce Parlement, les éléments pratiques que je mets sur la table et qui répondent, entre autres, à des soucis de financement. Il s'agit de la réforme de la fameuse norme KUL à laquelle nous travaillons également.

 

Les défis se posent partout, tout comme le nécessaire recrutement. À cet égard, je vous confirme que les procédures sont ouvertes, que ce soit à Bruxelles ou dans le reste du pays. Ce n'est pas un problème de moyens. C'est d'abord un problème d'attractivité. Le monde du travail a changé, les attentes du personnel aussi. C'est un élément dont nous devons tenir compte.

 

C'est un chantier prioritaire de cette législature, que je mènerai avec la détermination nécessaire et en concertation avec les acteurs et les partenaires sociaux, pour tendre partout en Belgique à remplir les cadres policiers existants et à garantir à la population un nombre suffisant d'agents, tant au niveau de la police locale que de la police fédérale. Il ne s'agit pas uniquement d'une question de cadre. Le cadre est suffisant. L'augmentation des moyens humains comme des moyens financiers est une priorité pour ce gouvernement et pour ma propre politique.

 

Par ailleurs, je tiens à rappeler que le fait de recourir à des militaires pour la surveillance des centrales nucléaires est prévu par l'accord de gouvernement. Cela se faisait jusqu'il y a quelques années encore. En outre, ce n'est en aucun cas une mesure d'économie, car tout se paie à un moment ou à un autre. Pour moi, c'est une mesure de bonne gouvernance, qui me permet de récupérer du personnel, singulièrement de la DAB qui est affectée à ces centrales nucléaires, pour faire le travail d'accompagnement et le travail normal de la DAB. Cela me permet de récupérer des inspecteurs de police, qui peuvent faire d'autres choses que la DAB, pour faire ce travail.

 

15.04  Éric Thiébaut (PS): Merci, monsieur le ministre.

 

J'ai vu que vous vous êtes souvent rendu sur le terrain depuis votre nomination. Après quatre mois maintenant, vous devez donc être vraiment au fait de la situation, des difficultés, des attentes du monde de la police ainsi que des magistrats. Il est donc aujourd'hui temps d'agir, d'être concret. Or, pour l'instant, vous êtes toujours dans les intentions. Vous parlez d'une priorité du gouvernement. On sait bien que la sécurité est votre priorité, sauf que jusqu'à présent, nous n'avons pas encore vu un seul euro supplémentaire inscrit dans le budget pour notre police fédérale et pour les zones de police. Qu'attendez-vous pour nous dire clairement si, oui ou non, vous allez augmenter le budget?

 

C'est déjà la troisième fois que je vous pose la question. Vous dites toujours que cela va arriver mais que pour l'instant, vous n'êtes pas en mesure de nous fournir la réponse. Je suis réellement impatient de vous entendre à ce sujet, parce que, comme vous le savez, il y a d'énormes attentes pour garantir notre sécurité.

 

15.05  Ortwin Depoortere (VB): Mijnheer de minister, veiligheid is een basisrecht. In ons land is het de politie die daarvoor moet instaan.

 

Ik wil u één raad geven. Vermijd de fout die de vivaldiregering gemaakt heeft, waardoor het vertrouwen tussen de regering en de politie volledig zoek was. Dat kwam door een gebrek aan overleg. Zorg dus voor dat overleg. Zorg ervoor dat de politieman en de politievrouw weten waar ze staan, en waar uw plannen voor staan. Een politie die overhoopligt, kan immers onmogelijk de strijd tegen de criminelen winnen. Stop dus de chaos en verschaf duidelijkheid over uw veiligheidsbeleid. Schep duidelijkheid over uw reorganisatie, zowel voor de politiebeambten als voor de burger.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

16 Question de Pierre Jadoul à Jan Jambon (VPM Finances, Pensions, chargé de la Loterie Nationale et Institutions culturelles fédérales) sur "Les inquiétudes des universitaires et des magistrats dans le cadre de la réforme des pensions" (56000646P)

16 Vraag van Pierre Jadoul aan Jan Jambon (VEM Financiën, Pensioenen, belast met de Nationale Loterij en Federale Culturele Instellingen) over "De bezorgdheden van de universitairen en de magistraten aangaande de pensioenhervorming" (56000646P)

 

(La réponse sera donnée par le ministre de la Défense, chargé du Commerce extérieur / Het antwoord zal door de minister van Defensie, belast met Buitenlandse Handel worden gegeven)

 

16.01  Pierre Jadoul (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie de suppléer votre collègue, malheureusement indisponible aujourd'hui.

 

L'accord de Pâques, dont on ne peut que se réjouir, a prévu la mise en application d'une partie de la réforme des pensions. Cela a donné lieu à un certain nombre de réactions émanant tantôt de magistrats ou d'associations représentatives de magistrats, tantôt du monde académique. Ceux-ci soulèvent des craintes et manifestent des angoisses quant à une réduction de leur pension, qu'ils évaluent jusqu'à 30 à 40 % par rapport à leur pension actuelle. Ils mentionnent également le danger de la réduction de l'attractivité de ces professions et, pire encore, un risque plus élevé de corruption.

 

Je suis conscient, comme tout le monde, qu'il s'agit de professions dans lesquelles l'entrée dans la carrière est plus tardive, ce qui mérite un point d'attention. Et je serais heureux, monsieur le ministre, que vous puissiez apporter quelques précisions sur l'évolution du calcul de ces pensions, sur la ligne du temps de cette évolution et sur les mesures transitoires qui sont éventuellement envisagées.

 

Dernier élément non négligeable dans le contexte actuel, qu'en est-il de la concertation? J'ai cru comprendre que le ministre Jambon avait rencontré les représentants de la magistrature. Qu'en est-il du monde académique? Je serais heureux de vous entendre à ce sujet.

 

16.02  Theo Francken, ministre: Monsieur le député, je vais vous lire la réponse que le ministre des Pensions m'a envoyée.

 

"Une grande inquiétude s'est effectivement manifestée ces dernières semaines parmi les magistrats et le monde académique quant à l'impact de notre réforme des pensions et l'attrait de la profession dans la magistrature et le milieu universitaire.

 

Les chiffres qui évoquaient ces derniers jours une perte de pension allant de -30 à -40 % ont entre-temps pu être clarifiés et réfutés en concertation avec les représentants de la magistrature. En effet, ce calcul partait, à tort, du principe que la limitation de l'indexation des pensions les plus élevées, comme ce fut convenu dans l'accord de Pâques, s'appliquerait pour une durée indéterminée, alors que tant l'accord de gouvernement que la loi-programme indiquent clairement qu'il s'agit d'une mesure temporaire qui sera en vigueur jusqu'à la fin 2029. Dès lors, l'impact de cette mesure sur les pensions des magistrats et professeurs déjà retraités sera, selon les estimations, limité entre 7 et 10 %. Leur pension continuera à être indexée dans les années à venir, mais plus à hauteur de 2 % sur l'intégralité. L'indexation se fera désormais via un montant forfaitaire de 36 euros, correspondant à une indexation de 2 % de la pension minimum.

 

Notre gouvernement est pleinement conscient des efforts qu'il demande à la population afin de rétablir l'équilibre budgétaire et de garantir la soutenabilité de nos pensions pour les générations futures. Notre réforme des pensions sollicite un effort de la part de chacun: les fonctionnaires, les salariés, les indépendants, mais aussi ce Parlement et le gouvernement lui-même. Les différents ministres compétents continueront également à mener des concertations avec les secteurs concernés."

 

16.03  Pierre Jadoul (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie pour ces informations plus précises qui sont communiquées aujourd'hui.

 

Je me réjouis que la concertation ait commencé et j'ose croire qu'elle se poursuivra, particulièrement à l'égard du monde académique qui, sauf erreur, n'a pas encore mené cette concertation mais dont la voix se fait entendre de manière fort importante.

 

Par ailleurs, je vous rejoins parfaitement sur le fait que chacun doit contribuer à l'effort collectif demandé dans le contexte budgétaire que nous connaissons. Ma formation politique soutient totalement cette évolution car il s'agit d'un mal nécessaire qui s'impose à tous. Il ne me paraît donc pas anormal que nous devons tous y contribuer.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

17 Question de François De Smet à Jean-Luc Crucke (Mobilité, Climat et Transition environnementale) sur "Le projet de développement de l'aéroport de Bruxelles-National" (56000634P)

17 Vraag van François De Smet aan Jean-Luc Crucke (Mobiliteit, Klimaat en Ecologische Transitie) over "De plannen voor een uitbreiding van Brussels Airport" (56000634P)

 

17.01  François De Smet (DéFI): Monsieur le président, monsieur le ministre, l'aéroport de Bruxelles-National a présenté son nouveau plan de développement à 500 millions d'euros. L'objectif est de faire passer le nombre de passagers de 24 millions à 32 millions à l'horizon 2032, c'est à dire déjà après-demain. Il y a certes des éléments intéressants dans ce plan: intermodalité, accès aux trains, arrivée d'un tram venant de Bruxelles. Mais ce que je vois surtout, c'est beaucoup plus de trafic, beaucoup plus de passagers et donc, par définition, beaucoup plus de pollution et beaucoup plus de nuisances sonores.

 

Qu'y a-t-il pour protéger les riverains dans ce plan? Absolument rien. Rien, alors que le Médiateur fédéral pour l'aéroport demandait un mur anti-bruit, un hall couvert pour les essais de réacteurs ou encore l'alimentation d'un fonds anti-isolation. Rien, alors qu'on le sait, l'exploitant, et l'État fédéral avec lui, font l'objet de condamnations multiples depuis des années pour les nuisances actuelles. Rien, alors que les riverains demandent des solutions qui peuvent être implantées, comme l'extension de la piste 25L.

 

Et vous, monsieur le ministre, comment avez-vous accueilli ce plan? Visiblement, vous êtes content. Vous l'avez accueilli avec un certain enthousiasme et même avec une forme de joie, vous félicitant de l'intermodalité et des espaces verts. Vous n'avez, et j'en suis étonné, pas eu un mot sur le sort des riverains, que ce plan ignore superbement. Pas un mot sur les nuisances actuelles, que l'aéroport devrait combattre, ni sur les nuisances futures. Pas un mot non plus sur l'idée que, peut-être, une politique environnementale plus respectueuse pourrait passer, non pas par le fait d'aider un aéroport à prendre 30 % de trafic en plus, mais par des subventions et des aides à d'autres modes dépensant moins de carbone et d'énergie pour se déplacer. Vous n'êtes pas juste le ministre de la Mobilité, vous êtes aussi le ministre du Climat. Car, croyez-le ou non, à Bruxelles et dans les deux Brabant, il y a des riverains qui sont très inquiets. 

 

Monsieur le ministre, confirmez-vous, comme on peut le craindre à la lecture de l'accord de gouvernement, que ce gouvernement fera toujours passer l'intérêt de l'aéroport avant celui des riverains, en particulier celui des Bruxellois? Que dites-vous aux riverains qui constatent que l'Arizona se fiche de leur sort? Passer de 24 à 32 millions de passagers par an vous paraît-il une bonne manière de lutter contre le dérèglement climatique?

 

17.02  Jean-Luc Crucke, ministre: Cher collègue, merci pour votre question. Il ne vous aura pas échappé que l'investissement – excusez du peu! – d'un demi-milliard d'euros est un investissement privé à hauteur de 75 % pour faire de Bruxelles, capitale de l'Europe, un hub de référence. Je dis bien "de référence", en ce compris en termes d'accueil, de mobilité, de durabilité. À ce titre, la présence du ministre de la Mobilité et du Climat, me semble à plus d'un titre justifié. À la fois pour la mobilité, et aussi pour la durabilité.

 

Vous-même l'avez précisé, cela représente plus de voyageurs. Je trouve que c'est un élément plus qu'intéressant, parce qu'il est révélateur de la manière dont Bruxelles voit son développement – je parle bien d'actionnaires privés majoritaires. Ce ne sont pas ces vols-là qui empoisonnent le plus – et je mesure le mot – la vie de certains Bruxellois, ce sont les vols de nuit.

 

Il s'agit ici d'investir dans une manière d'accueillir mieux ces voyageurs de jour. Il est d'autant plus normal que je m'y rende lorsque l'intermodalité est mise en valeur pour ce faire. Il n'y a pas d'investissement public, mais il y en aura sans doute. Dans l'accord de gouvernement, il est précisé aussi que cet aéroport international doit être plus accessible par une ligne rapide à laquelle nous travaillerons également.

 

Vous dites que je n'ai pas eu un mot pour le climat. Je ne vous en fais pas le reproche, car vous n'étiez pas à la conférence de presse; si vous aviez été présent, vous l'auriez entendu. Le gouvernement travaille sur deux éléments. Le premier est un groupe de travail où seront présents des experts internationaux, aux côtés du premier ministre et d'un collègue flamand. Et le deuxième consiste à travailler sur l'allongement de la nuit. 

 

Je ne dis pas que c'est gagné, je ne dis pas que c'est fait, je dis qu'on y travaille. Laissez-moi le temps nécessaire pour le faire!

 

17.03  François De Smet (DéFI): Je vous remercie pour votre réponse, monsieur le ministre.

 

Je ne vous reproche évidemment pas de participer à des conférences de presse. Je n'ignore pas le caractère hautement privé des investisseurs de l'aéroport, mais votre rôle comme ministre est de veiller à l'intérêt public.

 

J'entends votre réponse que nous allons analyser. J'ai beaucoup de mal à croire qu'un aéroport puisse passer de 24 à 32 millions de passagers uniquement en vols de jour, sans que cela ait le moindre impact sur les riverains. Je parle ici des habitants de Bruxelles, mais aussi du Brabant flamand et du Brabant wallon, car il est évident que cela aura des répercussions.

 

Comment est-il possible d'autoriser des investissements pareils et que l'État laisse faire, sans mettre dans la balance plus de garanties sur la santé des riverains et des habitants alors que l'aéroport est demandeur et que les recettes nécessaires sont disponibles?

 

Nous ne demandons pas la fermeture de l'aéroport, mais bien la mise en place d'un mur anti-bruit, une série de garanties et l'alimentation d'un fonds. Nous demandons simplement que l'État respecte les multiples condamnations auxquelles il est astreint.

 

Je vous remercie donc pour le suivi concernant les nuisances et je pense hélas que nous n'avons pas fini d'en reparler.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

18 Vraag van Sam Van Rooy aan Bart De Wever (eerste minister) over "De Europese koolstoftaks" (56000636P)

18 Question de Sam Van Rooy à Bart De Wever (premier ministre) sur "La taxe carbone européenne" (56000636P)

 

(Het antwoord zal door de minister van Mobiliteit, Klimaat en Ecologische Transitie, belast met Duurzame Ontwikkeling worden gegeven / La réponse sera donnée par le ministre de la Mobilité, du Climat et de la Transition environnementale, chargé du Développement durable)

 

18.01  Sam Van Rooy (VB): Mijnheer de voorzitter, net als de klimaathysterische vivaldiregering onderwerpt ook de huidige regering zich helaas slaafs aan het klimaatakkoord van Parijs en aan de welvaartvernietigende Green Deal van de Europese Unie. De Green Deal werd tijdens de vorige legislatuur door een Vlaamse N-VA-minister terecht een mean deal en een green steal genoemd. Dat blijken echter helaas alweer loze woorden te zijn. De huidige regering zet de CO2-religie van de vivaldiregering immers gewoon voort.

 

Hoewel de impact van België op de wereldwijde CO2-uitstoot en op de wereldwijde temperatuur verwaarloos­baar is, wil de huidige regering dat we zogenaamd klimaatneutraal worden. Daarom willen de regering-De Wever en de Europese Unie benzine, diesel, mazout en aardgas steeds duurder maken. De huidige regering wil dat doen door een zogenaamde taxshift van elektriciteit naar fossiele brandstoffen. De Europese Unie doet dat door de invoering van een CO2-taks. Die nieuwe koolstoftaks zal onze gezinnen tot wel 650 euro per jaar extra kosten. Autorijden en verwarmen zullen dus voor onze gezinnen veel duurder worden. Gezinnen die het nu al niet breed hebben, zullen in de armoede worden geduwd. Onze middenklasse zal nog maar eens bloeden en aan levenskwaliteit inboeten.

 

Mijnheer de minister, ik geef u nu al aan dat wij geen genoegen nemen met nog maar eens het riedeltje van een Sociaal Klimaatfonds om de impact te verzachten. Wij willen geen nieuwe koolstoftaks. Wij willen geen taxshift. Wij willen een taxcut, zijnde een belastingverlaging voor alle gezinnen en alleenstaanden in België.

 

18.02 Minister Jean-Luc Crucke: Geachte collega, uw voorganger zei dat we te weinig doen voor het klimaat en u zegt dat we te veel doen voor het klimaat. We zijn zeker in evenwicht, maar dat is misschien onze stijl.

 

Vanaf 2027 zullen leveranciers van fossiele brandstoffen uitstootrechten moeten inleveren in het kader van het Europese emissiehandels­systeem ETS 2. Het gaat daarbij niet om een boete, maar om een koolstofprijs. Op die manier worden de externe kosten als gevolg van de impact van fossiele brandstoffen op het klimaat geïntegreerd in de prijs. Zonder koolstofprijs worden de externe kosten door de klimaatschade afgewenteld op de samenleving. De prijs moet brandstofgebruikers het signaal geven minder koolstofintensieve alternatieven te verkiezen.

 

Investeringen in de klimaattransitie zijn hoe dan ook noodzakelijk. Het grote voordeel van de invoering van een koolstofprijs, in plaats van het louter inzetten op directe regulering, is dat dat instrument alle opties voor de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, gaande van investeringen tot gedragsveranderingen, op een evenredige wijze stimuleert.

 

De FOD Volksgezondheid heeft als opdracht de impact van ETS 2 op de energiefactuur van gezinnen te berekenen. De schatting zal natuurlijk afhankelijk zijn van de uiteindelijke koolstofprijs in ETS 2. Tijdens de Raad Milieu in maart hebben talrijke lidstaten de Commissie ook verzocht een effectenbeoordeling uit te voeren.

 

Het Sociaal Klimaatfonds heeft als doel de meest kwetsbare groep te ondersteunen door hun energie- of brandstofverbruik te verminderen of door hun energierekening rechtstreeks te verlagen. Voor België beschikt het Sociaal Klimaatfonds over een Europese envelop van 1,1 miljard euro. Dat is niet niks.

 

18.03  Sam Van Rooy (VB): Minister, ik heb u net gezegd dat wij geen genoegen nemen met een riedeltje over een Sociaal Klimaatfonds en het verzachten van de impact. Dat zal immers simpelweg niet voldoen.

 

U hebt natuurlijk, net zoals al uw voorgangers, dat politiek correcte, misleidende riedeltje opgezegd om ons een rad voor de ogen te draaien. De regering-De Wever is een vivaldi 2.0-regering: mensen worden gedwongen hun huis te isoleren, een dure warmtepomp te kopen en elektrisch te rijden. Dat is dus klimaatregelneverij. Door die klimaatreligie zullen onze gezinnen en alleen­staanden, hoe u het ook draait of keert, honderden euro's per jaar extra moeten betalen.

 

Dat is schandalig. Ik en het Vlaams Belang zeggen dat men moet stoppen met de CO2-hysterie en dat men eindelijk eens de torenhoge belastingen in dit land moet verlagen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Daarmee sluiten we de vragenronde af.

 

Voorstellen

Propositions

 

19 Wetsvoorstel houdende het toezicht op aanbieders van financiële berichtendiensten (610/1-9)

19 Proposition de loi relative à la surveillance des fournisseurs de services de messagerie financière (610/1-9)

 

Voorstel ingediend door:

Proposition déposée par:

Koen Van den Heuvel, Steven Matheï, Nathalie Muylle.

 

Algemene bespreking

Discussion générale

 

De algemene bespreking is geopend.

La discussion générale est ouverte.

 

De verslaggevers zijn de heren Vermeersch, Piedboeuf en Van der Donckt.

 

19.01  Wim Van der Donckt, rapporteur: Ik verwijs, met dank aan de diensten, naar het schriftelijk verslag.

 

De voorzitter: Ik neem aan dat u spreekt namens het triumviraat. Ik geef u ook graag als eerste het woord in de algemene bespreking.

 

19.02  Wim Van der Donckt (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik wil het eerste woord graag aan de indiener van dit wetsvoorstel doorgeven, namelijk de goede collega Koen Van den Heuvel.

 

De voorzitter: Ik had die het laatste woord willen geven, maar van mij mag het uiteraard.

 

19.03  Koen Van den Heuvel (cd&v): Beste collega's, vandaag kunnen we ons buigen over de zowaar definitieve goedkeuring van het wetsvoorstel houdende toezicht op aanbieders van financiële berichtendiensten.

 

Laat ik meteen duidelijk zijn, op dit moment, in de huidige stand van de markt, is er één onderneming die gevat zou zijn door dit wetsvoorstel, namelijk SWIFT. België is zoals u weet gezegend met strategische hoofdkwartieren. Eén daarvan is dat van SWIFT. Het verzorgt een wereldwijd beveiligd elektronisch communicatienetwerk voor financiële instellingen. Het bedrijf, met zijn hoofdzetel in België, werd opgericht in 1973. Inmiddels maken meer dan 11.000 financiële instellingen uit meer dan 200 landen gebruik van zijn dienstverlening.

 

Via de financiële berichtendienst speelt SWIFT een cruciale rol in het wereldwijde financiële systeem. Wegens het belang van SWIFT voor de wereldeconomie is het uiteraard heel belangrijk dat er vanuit de overheid toezicht en controle is op de werking van het bedrijf. Zijn fundamentele rol in de wereldwijde financiële sector zorgt namelijk voor een aanzienlijke afhankelijkheid van SWIFT, wereldwijd.

 

Op dit moment wordt de controle op de activiteiten van SWIFT in consensus uitgeoefend door de centrale banken van de zogenaamde G10. Voor de goede orde, de G10 is een groep van 11 industriële landen. Het gaat namelijk om de centrale banken van België, Canada, Duitsland, Frankrijk, Italië, Japan, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Zweden en Zwitserland. Ook de Europese Centrale Bank neemt deel aan dat overleg.

 

Het toezichtkader van SWIFT is tot nu toe gebaseerd op een protocol tussen SWIFT en de Nationale Bank van België. Op haar beurt heeft de Nationale Bank een zogenaamd memorandum of understanding gesloten met elk van de andere nationale banken.

 

De huidige manier van werken was toe aan vernieuwing en versterking. Het wetsvoorstel dat nu ter bespreking voorligt, zorgt ervoor dat het toezicht op SWIFT wettelijk wordt verankerd. Daardoor wordt een gelijk speelveld gecreëerd met de andere systemische instellingen en zal de informatiedoorstroming verbeteren. De Nationale Bank zal uiteraard in overleg met de G10-landen blijvend het toezicht voeren, zodat de verankering van SWIFT in ons land gegarandeerd blijft, aangezien dat toch wel heel belangrijk is. Het wetsvoorstel heeft immers als doel een juridisch afdwingbaar toezicht te implementeren voor SWIFT, met de nadruk op risicobeheer en operationele veiligheid, en is geïnspireerd op bestaande internationale normen en Europese wetgeving.

 

De Nationale Bank zal voortaan een wettelijke grondslag hebben om toezicht te kunnen uitoefenen op de activiteiten van SWIFT. De bepalingen die wettelijk worden opgelegd, zijn gelijkaardig aan verplichtingen die eerder in wetgeving werd opgenomen voor andere systeem­relevante instellingen. Het gaat onder meer over verplichtingen aangaande de beperking van risico's en bepalingen rond de effectieve controle van de Nationale Bank bij SWIFT.

 

Wat governance betreft, stelt het wetsvoorstel verwachtingen om ervoor te zorgen dat SWIFT over goede regelingen beschikt. Zo zal SWIFT ook onafhankelijke bestuurders in de raad van toezicht moeten opnemen.

 

Beste collega's en zeker de collega's in de commissie voor Financiën, we hebben dit wetsvoorstel grondig en uitvoerig besproken in onze commissie. Ik ga ervan uit dat we onze toekomstige werkzaamheden in die commissie op een even grondige manier kunnen uitvoeren. We zijn hier niet over één nacht ijs gegaan en hebben deze tekst herhaaldelijk besproken. We hebben adviezen ingewonnen van relevante actoren, uiteraard ook de juridische adviezen van de Raad van State en van onze Kamerdiensten. We hebben al die informatie gebruikt om het wetsvoorstel te verfijnen en juridisch robuuster te maken waar nodig.

 

We zijn niet op alle juridische opmerkingen ingegaan, net omdat we met deze wet een passend wettelijk kader willen creëren en geen overmatige wetgeving willen invoeren die noch voor SWIFT, noch voor de Nationale Bank nuttig zijn. Als voorbeeld vermeld ik de opmerking of ook aan SWIFT de verplichting voor een herstel- en liquidatieplan kan worden opgelegd. Die opmerking van de Raad van State hebben we niet gevolgd. Het is niet nodig en zelfs ongewenst om de zeer uitgebreide regeling inzake herstelplanning zoals die geldt voor kredietinstellingen en beursgenootschappen over te nemen voor SWIFT. Met het oog op het vermijden van een overdreven administratieve belasting zowel voor SWIFT als voor de Nationale Bank zijn we niet op die opmerking ingegaan.

 

Collega's, de opgevraagde adviezen, de hoorzitting, de juridische nota's en de verschillende amendementen hebben allen bijgedragen tot een rijke discussie over deze wettekst. Onze besprekingen zijn opgenomen in de parlementaire stukken en dit komt de latere interpretatie en de robuustheid van deze wet alleen ten goede.

 

Collega's, het belang van dit wetsvoorstel voor de verankering van SWIFT in ons land valt niet te onderschatten. Ik hoop dat u allen ook het belang hiervan voor ons land inziet. Met dit wetsvoorstel creëren we een wettelijk kader dat nog vele jaren zal meegaan. Het is weliswaar geen onderwerp dat op de voorpagina's van de kranten zal verschijnen, maar het is wel een uiting en een daad van goed bestuur.

 

Ik wil u dan ook allemaal hartelijk danken voor de werkzaamheden in onze commissie en voor de constructieve discussies die we verschillende keren hebben gevoerd. Na onze goedkeuring hier deze namiddag is het aan SWIFT, de Nationale Bank en de andere centrale banken van de G10 om met het wetgevend kader aan de slag te gaan.

 

19.04  Wim Van der Donckt (N-VA): Mijnheer de voorzitter, dit wetsvoorstel houdende het toezicht op aanbieders van financiële berichtendiensten is niet het meest sexy wetsvoorstel. De vorige spreker zei het ook al, weliswaar met andere bewoordingen. Het heeft echter toch wel een belangrijk doel, namelijk de systeemrelevante aanbieders van financiële berichtendiensten aan het bindend juridisch toezicht van onze Nationale Bank te onderwerpen. Dat toezicht vindt dan plaats in overleg met de centrale banken van de G10.

 

In de praktijk zal dit erop neerkomen dat de enige relevante marktspeler, namelijk SWIFT, aan dit toezicht van de Nationale Bank van België zal worden onderworpen. SWIFT vormt, en dat kan niemand ontkennen en wordt ook wereldwijd erkend, een kritieke infrastructuur voor de wereld­economie. Het zorgt namelijk voor hoog­beveiligde informatie-uitwisseling over grens­overschrijdende betalingen en effectentransacties tussen maar liefst meer dan 11.500 financiële entiteiten in meer dan 200 landen.

 

Heel wat fracties hebben vragen gesteld bij de inleiding van dit wetsvoorstel, onder andere ook de N-VA-fractie. Dat is normaal, de N-VA-fractie is nu eenmaal een kritische fractie, weliswaar op een constructieve manier. Dat heeft ertoe geleid, zoals benadrukt door collega Van den Heuvel, dat we in dit dossier een zeer interessant en boeiend debat hebben gehad, dat uiteindelijk heeft geleid tot de tekst die thans voorlicht. Die vragen gingen hoofdzakelijk over de noodzaak van dit juridisch bindend toezicht in de plaats van het nu losser geldende oversight, dat al jarenlang bestaat. Uiteindelijk, na veel discussies, hoorzittingen enzovoort is daarop toch een bevredigend antwoord gekomen.

 

Dat neemt niet weg dat wij betreuren dat de general counsel en de board secretary van SWIFT zich toch wel wat op de oppervlakte hielden bij de kritische vragen die gesteld werden. We begrijpen evenwel dat het wetsvoorstel tot doel heeft de financiële stabiliteit te waarborgen, rekening houdend met de huidige gewijzigde geopolitieke regelgevende en technologische omgeving. Het strekt ertoe om bij te dragen aan de verankering van SWIFT in België – niet onbelangrijk – maar de facto is het voorstel gericht op het behoud van de huidige, Belgische wetgevende context, met inbegrip van de rol van de Nationale Bank. Het voorstel finaliseert het toezicht in overeen­stemming met de principes die ook van toepassing zijn op andere systeemrelevante financiële structuren.

 

Uit de verklaring van de juridisch adviseur blijkt dat SWIFT al gedeeltelijk heeft geanticipeerd op het wetsvoorstel en dat het zijn bestuursstructuren zal aanpassen, conform het voorgeschreven duaal bestuursmodel en ook zal voorzien in de nodige onafhankelijke bestuurders.

 

Het wetsvoorstel brengt de missie om te voorzien in een internationale uitwisseling van financiële betaal- en effectentransacties niet in gevaar. Dat is belangrijk, want dat was een van onze bezorgdheden.

 

Naar aanleiding van het advies van de Raad van State werden amendementen ingediend die het gebrek aan het advies van de Gegevens­beschermings­autoriteit, ook een van de punten van kritiek van onze fractie, dienen te ondervangen. We zijn er uiteindelijk mee akkoord gegaan, maar we wijzen toch wel, geachte hoofdindiener, collega Van den Heuvel, op een zeer recent arrest van 20 maart 2025 van het Grondwettelijk Hof, waarin het hof een bepaling in een bepaalde case vernietigt wegens miskenning van de advies­verplichting aan de ECB. Nu, mutatis mutandis, is dit arrest ook een mogelijke toepassing. Onze wetgeving voorziet niet in uitzonderingen op de adviesverplichting, ook niet inzake de Gegevens­beschermingsautoriteit. Ik hoop dat het niet zover zal komen, maar toch een kleine vingerwijzing naar u, mijnheer de indiener. Het nalaten van de adviesaanvraag, ondanks de remediëring ervan via een amendement in de tekst, blijft toch een risico voor uw rekening.

 

Nu, we zijn van oordeel dat het toezicht van de Nationale Bank van België zich dient te beperken tot het beheersen van de zakelijke en de operationele risico's met het oog op het goed functioneren van SWIFT. Het hele globale financiële systeem is inderdaad gebaat bij een politiek neutrale behandeling van zijn activiteit, zeker nu met China's digitale renminbi-netwerk en het BRIC-betalingssysteem – ik heb u al verwittigd in het begin van mijn betoog dat het niet het meest sexy wetsvoorstel is – die tot doel hebben de afhankelijkheid van de Amerikaanse dollar te verminderen en SWIFT te omzeilen. Op dat punt is deze wetgeving dus wel een goede zaak.

 

Rekening houdend met deze randvoorwaarden, geachte hoofdindiener, zal onze fractie het wetsvoorstel met volle overtuiging steunen.

 

19.05  Lode Vereeck (VB): Mijnheer de voorzitter, herinnert u zich nog uw inleidend betoog bij het parlementaire jaar waarin u verwees naar Montesquieu en de kwaliteit van wetgeving? Er is al heel veel academisch werk gebeurd over de kwaliteit van wetgeving en waaraan kwalitatieve wetgeving moet voldoen. Eentje daarvan – het is al genoemd, natuurlijk – is de noodzakelijkheid, naast de proportionaliteit, de juridische consistentie en ga zo maar door.

 

Er was hier al sprake van een 'heel rijke discussie'. Het was vooral een heel lange discussie; of ze heel rijk was en inhoudelijk veel zoden aan de dijk heeft gezet, durf ik toch, met alle respect, te betwijfelen. Dit wetsvoorstel is immers op de agenda gekomen toen er nog geen regering was. U bent natuurlijk allemaal vertrouwd met Parkinson's law. Dat is de sociologische, bestuurskundige wet die zegt dat, als een organisatie een bepaalde tijdshoeveelheid heeft om werk te verrichten en ze die niet opgevuld krijgt, ze dan wel ander werk verzint.

 

We hebben hierover dus heel veel adviezen gehoord. We hebben zelfs een interessante hoorzitting gehad met iemand van SWIFT, maar niemand kon ons vertellen wat de strikte noodzaak van de wetgeving is. De mensen van SWIFT niet, de Nationale Bank van België niet en eigenlijk ook de hoofdindiener niet. Was er een concrete vraag van een van de centrale banken? Is er een probleem in de werking van SWIFT dat we moeten oplossen met behulp van wetgeving? Op die vragen kon gewoon geen antwoord worden geboden.

 

SWIFT functioneert goed met de soft law die we tot nu toe kennen. De hard law is eigenlijk volstrekt overbodig. In een tijdskader waarin iedereen zich stilaan vragen begint te stellen bij de over­regulering die we sinds een tien- à vijftiental jaar op ons zien afkomen, was er de vraag of er wel nood was aan een stukje wetgeving. We hebben ons echter goed geamuseerd. Het was allemaal heel interessant. Het deed soms enigszins denken aan een academische conferentie: alles zal wel verticaal worden geklasseerd.

 

Ik hoorde hier volgend argument: we hebben dat wetsvoorstel nodig om ervoor te zorgen dat SWIFT in België verankerd blijft. We hebben echter nog geen enkel signaal gekregen, van geen enkele nationale bank, van de toezichthoudende G11 of van SWIFT zelf, dat er om het even welke dreiging is dat SWIFT zou willen delokaliseren. Er wordt dus alweer een oplossing geboden voor een probleem dat niet rijst.

 

Wat wordt nog beoogd? We gaan naar een duaal bestuursmodel. Ook daarover is zowel in de discussies die we in de commissie hebben gevoerd als in de literatuur geen spoor te vinden van een reden waarom een duaal governance­model beter zou zijn dan een monolithisch model. Ook daar kunnen we dus niet verder mee aan de slag.

 

Mijnheer de voorzitter, de eindconclusie is dat we hier een mooi stukje wetgeving hebben en dat we ons hier allemaal goed hebben geamuseerd. De noodzaak is echter nooit aangetoond.

 

We zullen er ons niet tegen verzetten, we zullen ons onthouden.

 

19.06  Benoît Piedboeuf (MR): Monsieur le président, en guise de clin d'œil, j'en profite pour dire que je renvoie aussi à mon rapport écrit.

 

J'ai évidemment une autre vision que celle de l'intervenant précédent. Nous pensons que c'est une proposition de loi vraiment importante pour encadrer, sous la supervision de la Banque nationale, les fournisseurs de services de messagerie financière de nature systémique établis dans notre pays. Ce texte répond à un impératif de sécurité et de résilience pour nos systèmes financiers mais il marque surtout, et c'est sans doute ça qui nous distingue, une affirmation claire du rôle international de la Belgique dans l'architecture financière mondiale. En effet, la présence de SWIFT sur le territoire belge nous confère une responsabilité particulière. Cette proposition assume pleinement cette responsa­bilité en établissant un cadre de surveillance juridique rigoureux, fondé sur les standards internationaux les plus exigeants.

 

Cette loi nous offre l'occasion d'exprimer avec clarté et détermination notre soutien à SWIFT face aux pressions géopolitiques croissantes. C'est donc bien plus qu'un simple texte comportant un dispositif technique, c'est un texte qui envoie un signal politique fort à un moment où la stabilité financière mondiale est mise à l'épreuve.

 

Pour toutes ces raisons, et nous remercions ses auteurs, notre groupe va soutenir avec beaucoup d'enthousiasme cette proposition de loi.

 

De voorzitter: Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

 

De algemene bespreking is gesloten.

La discussion générale est close.

 

Bespreking van de artikelen

Discussion des articles

 

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (610/9)

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (610/9)

 

Het wetsvoorstel telt 94 artikelen.

La proposition de loi compte 94 articles.

 

Er werden geen amendementen ingediend.

Aucun amendement n'a été déposé.

 

De artikelen 1 tot 94 worden artikel per artikel aangenomen.

Les articles 1 à 94 sont adoptés article par article.

 

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

 

20 Voorstel van resolutie betreffende de hervorming van het sociaal tarief voor energie (195/1-6)

- Voorstel van resolutie betreffende de hervorming van het sociaal tarief voor energie (607/1-2)

20 Proposition de résolution relative à la réforme du tarif social pour l'énergie (195/1-6)

- Proposition de résolution relative à la réforme du tarif social pour l'énergie (607/1-2)

 

Voorstellen ingediend door:

Propositions déposées par:

- 195: Nahima Lanjri, Tine Gielis, Nathalie Muylle, Koen Van den Heuvel, Phaedra Van Keymolen, Luc Frank, Marc Lejeune

- 607: Kurt Ravyts, Sam Van Rooy, Reccino Van Lommel, Alexander Van Hoecke, Dieter Keuten.

 

Bespreking

Discussion

 

De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking (Rgt 85, 4) (195/5)

Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (195/5)

 

De bespreking is geopend.

La discussion est ouverte.

 

De rapporteur, de heer Coenegrachts, verwijst naar het schriftelijk verslag.

 

We bespreken een voorstel van resolutie, dus elke fractie krijgt vijf minuten spreektijd.

 

20.01  Reccino Van Lommel (VB): Collega's, in eerste instantie bedank ik mevrouw Lanjri voor het initiatief dat zij met onderhavig voorstel van resolutie heeft genomen. Mijn dank gaat ook uit naar mijn collega Ravyts, die tijdens de commissie­vergaderingen de bespreking van het voorstel heeft behartigd.

 

Het Vlaams Belang had in de vorige legislatuur al een politiek initiatief genomen met de indiening van een voorstel van resolutie. Dat hebben we nu opnieuw gedaan, omdat een hervorming van het sociaal tarief noodzakelijk is. De bespreking ervan werd gekoppeld aan die van vandaag van het voorliggende voorstel van resolutie.

 

We vinden het jammer dat er in de vorige legislatuur geen stappen ondernomen werden. Dat was nochtans nodig, maar toen bestond er geen eensgezindheid in de regering. Zodra de energiecrisis achter de rug was, schafte de toenmalige regering het uitgebreid sociaal tarief af, zonder daaraan de noodzakelijke hervorming te koppelen die het sluitstuk moest vormen.

 

Vandaag ligt er een voorstel van resolutie ter stemming. Dat is een eerste aanzet. Ook al is het voorstel toe te juichen, het is nog steeds slechts een aanbeveling aan de regering. Dat betekent dat er nog een lange weg te gaan is; we kunnen alleen maar hopen dat de regering er verder mee aan de slag gaat.

 

Wie vandaag van het sociaal tarief kan genieten, kan dat alleen maar omdat hij of zij een bepaald statuut heeft. Wie dat niet heeft, krijgt niets. Dat betekent dat personen met een gelijkaardig inkomen, maar zonder het betreffende statuut, niet kunnen rekenen op het sociaal tarief. Meer zelfs, wie net buiten een bepaalde inkomsten­klasse valt, komt niet in aanmerking voor het tarief, terwijl die noodzaak er wel kan zijn.

 

Voor ons moet het systeem vooral eerlijk zijn. Consumenten mogen dus niet onbeperkt gebruikmaken van energie aan een sociaal tarief. Aangezien men altijd de mond vol heeft van bewust omgaan met energie, moet dat ook in het sociaal systeem aangemoedigd worden. Wie kiest voor energietransitie, kan in theorie ook in aanmerking komen voor het sociaal tarief. Maar het lijkt ons niet eerlijk dat iemand zijn elektrische fiets of elektrische wagen aan het sociaal tarief kan opladen. Voor ons mag enkel wie problemen heeft met de betaling van de energiefactuur een recht op sociaal tarief openen. De toekenning ervan moet dus op inkomsten gebaseerd te zijn. Dat is een bijzonder belangrijk criterium. Aangezien de gegevens in de databanken gebaseerd zijn op het aanslagbiljet van twee jaar eerder, en iemand toen nog perfect zijn energiefactuur kon betalen maar vandaag in een precaire situatie kan zitten, is een inkomstenonderzoek onontbeerlijk en moet dat integraal deel uitmaken van de aanvraag­procedure.

 

Ook de degressiviteit vinden we een belangrijk punt. Wie een hoger inkomen heeft, zal een minder voordelig sociaal tarief genieten. Dat is niet gemakkelijk uit te maken en zal nog veel onderzoek vergen. Ik begrijp dat de doelgroepen zonder meer werden uitgebreid en iedereen met een verhoogde tegemoetkoming erop kon rekenen, aangezien er ten tijde van de energiecrisis geen tijd was voor een hervorming. Dat had wel tot gevolg dat sommigen het sociaal tarief toegewezen kregen, terwijl ze wel hun energiefactuur konden betalen. Ik vind het dan wel vreemd dat sommige collega's het oude systeem weer in het leven willen roepen.

 

Wij zullen in ieder geval de voorliggende tekst steunen.

 

20.02  Christophe Bombled (MR): Chers collègues, le tarif social est un outil fondamental. Il permet de garantir un accès équitable à l'énergie, particulièrement pour les ménages les plus vulnérables. C'est encore plus crucial dans un contexte de forte volatilité des prix de l'énergie.

 

Protéger les plus fragiles, oui, mais le faire efficacement, sans gaspillage, sans injustice et en tenant compte de la réalité sociale et économique des bénéficiaires. Cette proposition de résolution va clairement dans le sens de l'accord de gouvernement. Premièrement, elle propose une réforme budgétairement neutre, plus juste, plus transparente et mieux ciblée. Ensuite, elle met fin à un système binaire, parfois injuste, en dépassant les simples statuts administratifs pour se baser sur les revenus réels et le patrimoine des ménages. C'est plus équitable, plus inclusif et plus conforme aux réalités de terrain.

 

Toutefois, le tarif social ne doit pas seulement compenser les inégalités. Il doit accompagner des solutions structurelles, comme la rénovation des logements ou encore l'efficacité énergétique. C'est aussi ce que prévoit l'accord de gouvernement.

 

Nous saluons la volonté de travailler avec les Régions dans le respect des compétences pour s'attaquer aux racines de la précarité énergétique et réduire durablement la facture des citoyens. Enfin, cette réforme répond à notre double exigence, mieux aider celles et ceux qui en ont réellement besoin et ne pas faire exploser les dépenses publiques.

 

20.03  Marie Meunier (PS): Monsieur le président, chers collègues, une résolution! Voilà ce que l'Arizona met sur la table pour répondre à la précarité énergétique.

 

En Belgique, plus d'une personne sur cinq est en situation de précarité énergétique. Cela veut dire qu'une personne sur cinq et plus a du mal à se chauffer. Pour répondre à cette situation, il ne faut pas encourager à réformer le tarif social. Il faut, selon nous, agir. Et vous, vous nous proposez une résolution pour inviter le gouvernement à penser à réformer le tarif social. Quand on voit le sens des réformes qui sont prises par ce gouvernement, on ne peut finalement que craindre le pire. Quand on voit les menaces sur l'indexation automatique, quand on voit la suppression des pensions de survie, quand on voit l'exclusion des chômeurs et la fin des prépensions, demander à ce gouvernement de réformer le tarif social énergie, sans mauvais jeu de mots, cela fait froid dans le dos.

 

Certains ménages n'ont pas d'autre choix que de couper le chauffage ou de s'endetter pour payer leurs factures. Quand je lis l'accord de gouvernement ou l'exposé politique du ministre de l'Énergie, je pense que ce gouvernement ne saisit pas la gravité de la situation. Il n'y a aucune mesure pour soutenir les ménages, aucune mesure pour les aider à pouvoir se chauffer correctement. Il y a seulement l'annonce d'une réforme qu'on devine punitive.

 

Pourtant, absolument toutes les études sont unanimes: le tarif social est un outil essentiel pour lutter contre la précarité énergétique. Il protège des centaines de milliers de ménages belges qui ne pourraient pas se chauffer sans lui.

 

Cette résolution qui annonce les intentions de la majorité contient certains éléments intéressants. Nous devons le reconnaître et nous les avons d'ailleurs soulignés en commission de l'énergie. Mais elle contient également et surtout des éléments qui pourraient bien ouvrir la porte à un démantèlement total du système actuel du tarif social et ce, au détriment des bénéficiaires actuels.

 

C'est la raison pour laquelle nous déposons des amendements à cette proposition.

 

Les deux premiers amendements proposés ont pour but d'améliorer le système actuel et de dépasser les limites soulignées par les académiques et les associations. Nous voulons être constructifs, nous l'avons toujours dit. D'abord en intégrant un critère de revenu dans les conditions d'octroi du tarif social en complément de l'octroi actuel sur la base de statuts sociaux et en tenant compte du nombre de membres de la famille. Ensuite, en examinant l'instauration d'un système de tarif social dégressif, avec deux catégories, pour protéger les ménages aux revenus légèrement supérieurs au seuil actuel, mais dont la situation est fragile. Ces ménages n'ont actuellement droit à rien s'ils gagnent un euro de plus que le plafond actuel. Nous voulons corriger ce problème et étendre les bénéficiaires du tarif social.

 

Le troisième amendement s'oppose au système forfaitaire que vous préconisez à travers cette résolution. Ce système est condamné par toutes les associations ainsi que par la Commission de Régulation de l'électricité et du Gaz (CREG). De plus, il aura un coût pour l'État, aboutira à une perte pour les bénéficiaires et supprimera le processus d'automatisation de ces aides.

 

Le système actuel est identique pour tous les bénéficiaires, garantit le prix le plus bas du marché, est octroyé sur la totalité de la consommation et est directement lié aux conditions du marché. C'est un système qui marche. Cela a été également souligné. Aller vers un système de prime remettrait tout cela en cause, aboutirait à un recul de la protection des ménages, à une augmentation de la précarité énergétique et à une diminution du nombre de bénéficiaires. Je crains, nous craignons vraiment que la volonté de ce gouvernement soit de diminuer les aides et de diminuer le nombre de bénéficiaires.

 

Enfin, les deux derniers amendements viennent rappeler que le développement d'une approche intégrée en matière de précarité énergétique est une bonne chose. Cette réforme doit en effet intégrer d'autres moyens de chauffe, tout en prévoyant des moyens budgétaires adéquats. Ces moyens doivent permettre une réelle extension du nombre de bénéficiaires du tarif social sans que les bénéficiaires actuels ne voient leurs aides diminuer.

 

Chers collègues, mon groupe vous demande de soutenir nos amendements, qui donnent du sens à votre résolution et qui poussent la réforme vers une réelle extension du tarif social à un nombre plus large de bénéficiaires.

 

Nous ne pouvons en aucun cas soutenir une résolution qui ouvre la porte à une réforme qui serait moins avantageuse pour les bénéficiaires actuels, parce que le tarif social n'est pas un luxe, n'est pas un privilège, mais il est une nécessité pour celles et ceux qui, aujourd'hui, y font appel. Je vous remercie.

 

Monsieur le président, je vous remets nos amendements.

 

20.04  Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Monsieur le président, chers collègues, il y a un an et demi, le gouvernement Vivaldi avait décidé, avec le cd&v, de supprimer le tarif social élargi, avec pour conséquence qu'un demi-million de familles ont dû débourser des centaines d'euros supplémentaires du jour au lendemain pour payer leur facture d'énergie. Pour certains ménages, c'était impossible à payer, et vous auriez dû le savoir. Vous les avez jetés dans le froid. La Fondation Roi Baudouin indique du reste que plus d'une personne sur cinq en Belgique vit dans la précarité énergétique, 21,8 % pour être exact.

 

Aujourd'hui, vous proposez une résolution en vue de réformer le tarif social. Nous craignons que votre réforme ne constitue une aggravation de la précarité énergétique et de la casse sociale, plutôt qu'une extension du tarif social et une protection face au marché libre.

 

Votre texte nous inquiète pour plusieurs raisons.

 

Tout d'abord, vous prévoyez de transformer le tarif social en prime énergie forfaitaire. Cette proposition est dénoncée par les organisations de protection des consommateurs qui nous ont écrit, telles que Testachats, Infor GazElec, la Fédération des Services Sociaux, le Réseau wallon pour l'accès durable à l'énergie et le SAAMO. En effet, le tarif social s'applique automatiquement à l'ensemble de la consommation des ménages concernés. Une prime forfaitaire telle que vous la proposez sanctionnerait les personnes qui vivent dans des logements mal isolés et qui consomment davantage. Vous prévoyez l'instauration d'un système dégressif. Cela signifie que certaines personnes qui perçoivent le tarif social seront moins soutenues à l'avenir.

 

Vous vouliez initialement fixer le tarif social sur la base du revenu d'intervention majorée, c'est-à-dire le BIM. Toutefois, cette proposition a été remplacée par amendement. À présent, vous laissez planer le flou sur le montant qui sera pris en compte pour y avoir droit. Au départ, la proposition de résolution prévoyait de contacter les personnes éligibles au tarif social pour l'énergie. Vous avez finalement décidé de faire un pas en arrière, au bénéfice d'un cadastre des bénéficiaires potentiels impliquant l'examen de leurs revenus et de leur patrimoine. Cela fait des années que vous nous dites qu'il est impossible d'instaurer un cadastre des fortunes dans le but de voter une taxe des millionnaires. Or, quand il s'agit de vouloir enquêter pour priver des gens d'une protection sociale, là, comme par magie, cela devient possible.

 

L'énergie est un besoin de base, qui doit être fourni à un prix accessible à l'ensemble de la classe travailleuse. Pourtant, ce n'est pas le cas. Pendant la crise énergétique, le tarif social élargi a permis de soulager de nombreuses familles et de limiter la casse. Toutefois, il est vrai que cette mesure n'était pas parfaite. Elle a coûté cher aux dépenses publiques pendant la crise, car l'État fédéral a subventionné les factures élevées et donc les surprofits d'ENGIE. 

 

De plus, le tarif social suit les prix du marché. Il a d'ailleurs augmenté de près de 25 % depuis le début de cette année. Pour certaines familles, cette aide n'était pas suffisante. Nous voyons aujourd'hui que les prix de l'énergie sont volatils, et nous ne sommes pas à l'abri d'une nouvelle crise. Que prévoit le gouvernement pour contrôler et diminuer les prix? Rien, absolument rien! Nous soutenons un contrôle des prix de l'énergie, afin que l'ensemble de la classe travailleuse puisse bénéficier de tarifs abordables, et aussi pour protéger l'avenir de notre industrie.

 

Cette résolution a pour objectif d'octroyer le tarif social sur la base du revenu. Cela pourrait théoriquement être plus juste, mais nous ne sommes pas confiants lorsque nous constatons la casse sociale prévue par ce gouvernement. Nous craignons qu'il ne s'agisse pas d'un système plus juste et plus efficace, comme vous le prétendez, mais plutôt d'un moyen de faire des économies et d'abandonner les gens face à des factures élevées.

 

Nous sommes opposés à une réforme du tarif social qui réduit une nouvelle fois la protection sociale face au marché libre, alors que l'énergie est toujours trop chère aujourd'hui et que les prix restent volatils.

 

Comme vous l'aurez compris, nous ne soutiendrons pas cette proposition de résolution.

 

20.05  Marc Lejeune (Les Engagés): Monsieur le président, chers collègues, chez Les Engagés, nous soutenons l'idée de baser le tarif social sur les revenus et non sur un statut, un statut fermé, un statut binaire, comme l'a dit mon collègue M. Bombled, et nous sommes en faveur de sa réforme. Pourquoi? Parce que se baser sur un revenu est plus équitable, tant pour aider les personnes en réelle difficulté financière que pour éviter que des personnes dont les revenus sont suffisants ou qui possèdent un patrimoine important en bénéficient – ce qui arrive.

 

Utiliser le revenu permet aussi d'adapter le montant total de l'aide à chaque personne individuellement. C'est plus compliqué, mais c'est plus juste, plutôt que ce soit noir ou blanc, selon que vous ayez ou non le statut. L'idée n'est pas de faire des économies, l'idée n'est pas de limiter l'accès ni de démanteler le système comme je viens de l'entendre, mais de réserver ces aides à celles et ceux qui en ont réellement besoin, et d'être finalement le plus équitable possible. C'est ce que nous souhaitons tous ici.

 

Nous connaissons tous des familles qui peinent à joindre les deux bouts, ne savent pas se chauffer correctement parce qu'elles n'entrent pas dans un statut. Et c'est plus rare, mais certaines personnes aussi qui bénéficient parfois du tarif social par leur statut, mais possèdent en réalité un gros patrimoine ou un revenu suffisamment élevé. Est-ce que tout cela est juste? Est-ce que tout cela ne mérite pas une réforme et une nouvelle réflexion? C'est ce que nous décidons aujourd'hui. De plus, la transition environnementale a un prix. Si nous voulons qu'elle soit possible, il faut la rendre accessible à tous.

 

Que prévoit cette résolution? Une réforme du tarif social sur la base de critères liés au revenu et au patrimoine, et pas seulement au statut. En deux mots, si votre revenu est trop faible, l'État vous aidera. Par ailleurs, il faut lever le tabou du patrimoine et qu'il fasse partie de l'analyse. La résolution prévoit aussi d'examiner la possibilité d'évoluer vers un forfait sans perdre les avantages du système actuel. J'entends que cela soulève des craintes, mais nous sommes ici dans un projet de résolution qui sera analysé. L'intervention forfaitaire présenterait l'avantage de la simplicité.

 

Pour finir, la proposition de résolution demande au gouvernement de travailler également avec les Régions pour des mesures d'économie d'énergie ou d'installation de panneaux solaires. En effet, souvent celles et ceux qui ont du mal à payer leurs factures sont celles et ceux qui vivent dans des logements moins bien isolés. En plus du tarif social, chez Les Engagés, nous soutenons qu'il faut continuer à investir dans l'isolation des logements pour faire baisser la facture de nos concitoyens plutôt que de devoir les aider à payer des factures.

 

Je vous remercie pour votre écoute.

 

20.06  Oskar Seuntjens (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, energie is een basisrecht. Voor Vooruit is het heel erg belangrijk dat we dat recht betaalbaar maken voor iedereen. Dat is ook wat de mensen van ons verwachten. Dat is ook de reden waarom we in de vorige vivaldiregering heel wat maatregelen hebben getroffen om energie betaalbaar te houden. Ik denk aan de btw-verlaging die we hebben doorgevoerd en aan het sociaal tarief dat we hebben uitgebreid en versterkt.

 

We zien echter dat dat niet voldoende is. Daarom zal Arizona doorpakken om energie betaalbaar te blijven houden voor de mensen. Daarvoor zullen we heel wat zaken moeten doen. Het is belangrijk dat we onze eigen energie­productie versterken en dus voor ons energieverbruik niet langer afhankelijk zijn van zotten als Poetin. Ik reken op de minister van Energie om onze eigen energie­productie te versterken. Dat zal echter niet genoeg zijn.

 

Voor een aantal mensen is en blijft energie ongelooflijk duur. Daarom gaan we nu ook het sociaal energietarief hervormen. Daarbij is een belangrijke maatregel afgesproken, namelijk dat we kijken naar het inkomen van iemand en niet alleen naar het statuut. Sommige werknemers werken immers voor een laag loon. Ze werken keihard, maar zien op het einde van de maand dat hun energiefactuur nog altijd te hoog is. Dat is onaanvaardbaar. Daar gaan we nu iets aan doen en daarvoor kijken we naar het inkomen in de ruime zin van het woord: het loon, maar ook de inkomsten die mensen verwerven uit vermogen. Ik denk bijvoorbeeld aan iemand met een bedrijf die zichzelf een laag loon uitkeert. Hij of zij heeft misschien niet echt het sociaal tarief nodig. Voor Vooruit is het heel erg belangrijk dat we mensen doelgericht helpen, namelijk de mensen die effectief nood hebben aan hulp om hun energie­factuur betaalbaar te houden.

 

Alle genoemde elementen zitten in deze resolutie vervat. Dat is exact de reden waarom Vooruit de resolutie zal steunen. Ze is een stap in de goede richting. Ik herhaal dat energiebetaalbaarheid ultrabelangrijk is voor Vooruit.

 

Ik wil ook alle leden bedanken die aan de resolutie hebben meegewerkt. Dat toont aan dat de politiek ook over de partijgrenzen heen kan samenwerken om de energie van de mensen betaalbaar te houden.

 

20.07  Nahima Lanjri (cd&v): Collega's, het sociaal tarief voor energie is de voorbije jaren, zeker tijdens de voorbije energiecrisis, een doeltreffend instrument gebleken in de strijd tegen energiearmoede. We mogen in ons land dus terecht trots zijn op dit systeem dat mensen beschermt die het moeilijk hebben.

 

Het huidig sociaal tarief houdt in dat de prijs voor elektriciteit of aardgas aanzienlijk lager ligt dan het commerciële tarief. Dat is vandaag voorbehouden voor mensen die bepaalde uitkeringen ontvangen. Vandaag genieten zo ongeveer een half miljoen huishoudens van het sociaal tarief voor elektriciteit en 300.000 gezinnen krijgen ook het sociaal tarief voor aardgas. Het gaat bijvoorbeeld om mensen die een leefloon ontvangen, maar ook mensen die een inkomensgarantie voor ouderen ontvangen, mensen met een handicap of ontvangers van een andere tegemoetkoming. Ook huurders van een sociale woning met een collectieve verwarming op aardgas kunnen op dat sociaal tarief rekenen. Het verschil in de portemonnee is voor hen aanzienlijk. Bij een gemiddeld elektriciteits- en gasverbruik bespaart een gezin met het sociaal tarief maar liefst 911 euro per jaar.

 

Toch is er dringend nood aan een hervorming. Ik ben dan ook blij dat de resolutie die wij met cd&v op tafel hebben gelegd vandaag ter bespreking en ter goedkeuring voorligt.

 

Wat stellen we met die resolutie voor? We willen het systeem rechtvaardiger, efficiënter en toekomst­bestendiger maken. Voor ons zijn daarbij vijf zaken van groot belang; er zijn vijf pijlers.

 

Ten eerste, we willen ervoor zorgen dat het sociaal tarief wordt toegekend aan degenen die dit het meest nodig hebben. Het moet dus een fair systeem worden. Vandaag is het sociaal tarief gekoppeld aan het sociaal statuut, wat leidt tot onrechtvaardige uitsluitingen. Denk bijvoorbeeld maar aan een alleenstaande moeder die parttime werkt en een gezin moet onderhouden. Zij werkt en krijgt geen sociaal tarief, bijna omdat ze werkt. Omdat zij geen leefloon krijgt maar werkt, wordt zij uitgesloten. Dat is een pervers effect dat we absoluut willen rechtzetten. Daarom is die hervorming nodig. We moeten het koppelen aan het inkomen. Mensen die werken maar toch moeilijk hun energiefactuur kunnen betalen, willen we ook ondersteunen. Ook zij moeten in de toekomst deze steun krijgen. Belangrijk voor ons is dat er ook een specifieke modulering komt op basis van de grootte van het gezin. Een gezin met vier kinderen zal uiteraard meer nood hebben aan ondersteuning dan een alleenstaande, die misschien ook die nood heeft, maar die uiteindelijk ook minder energie zal verbruiken.

 

Ten tweede, we willen mensen die geen nood hebben aan deze steun, maar die steun vandaag wel ontvangen, uit het systeem halen. Het huidige systeem houdt immers geen rekening met het vermogen of met inkomsten uit vermogen. Het gaat dan bijvoorbeeld over iemand die een sociaal statuut heeft omdat hij een handicap heeft en in een rolstoel zit, maar wel een bedrijf heeft of vijf of zes appartementen bezit die hij verhuurt. Deze persoon geniet vandaag sowieso van dat sociaal tarief, terwijl hij dat niet nodig heeft. Dat is niet rechtvaardig. Sociale bescherming moet echt gericht zijn op wie dat nodig heeft. Zowel in het federaal als in het Vlaams regeerakkoord staat trouwens dat die sociale ondersteuning moet evolueren naar een ruimer inkomensbegrip en dat er ook moet worden gekeken naar die roerende inkomsten. De federale databanken, die momen­teel in voorbereiding zijn, kunnen daarvoor worden ingezet.

 

Ten derde, we willen de invoering van een getrapt systeem, een degressief systeem. Vandaag is het te binair: ofwel krijgt men het sociaal tarief, ofwel niet. Het is alles of niets, er is niets tussenin. Wij pleiten voor een gemoduleerd systeem, waardoor men naarmate het inkomen hoger ligt, minder tegemoetkoming krijgt. Om het haalbaar te maken, beginnen we misschien best met slechts twee trappen, zoals ook uit de adviezen bleek. Later moet er echter een verfijning komen en moeten er verschillende trappen worden voorzien. Zo kunnen mensen die bijvoorbeeld iets meer gaan werken of iets meer verdienen, toch nog rekenen op steun.

 

Ten vierde, we willen ook komen tot de automatische toekenning van het sociaal tarief. Heel wat burgers kennen vandaag immers hun rechten niet. Bovendien willen we het sociaal tarief behouden, weliswaar na een inkomenstoets, voor de doelgroepen die vandaag al in aanmerking komen. Daarnaast dringen we erop aan dat het recht op het sociaal tarief maximaal wordt verleend aan wie daar vandaag nog niet op kan rekenen maar daar wel recht op heeft op basis van de databanken die nu in ontwikkeling zijn.

 

Conform het regeerakkoord willen we dat er werk gemaakt wordt van een standaardcontract voor de leveranciers. Zo zullen de rechthebbenden automatisch (…)

 

De voorzitter: Mevrouw Lanjri, uw vijf minuten zijn voorbij.

 

20.08  Nahima Lanjri (cd&v): Eén minuutje nog.

 

De voorzitter: Nee, uw vijf minuten zijn voorbij. U hebt net zomin als anderen recht op zes minuten. Spreek dus uw slotzin uit.

 

20.09  Nahima Lanjri (cd&v): Ik zal mijn betoog afronden.

 

We zorgen voor een standaardcontract voor de energieleveranciers, zodat rechthebbenden goed worden geholpen. (…)

 

De voorzitter: Dat lijkt me een mooie afronding.

 

Voor het verslag, de collega heeft de kans gemist binnen haar vijf minuten iedereen te danken voor de medewerking aan de opmaak van het voorliggende voorstel.

 

20.10  Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, het is goed dat we hier vandaag opnieuw een debat hebben over de hervorming van het sociaal tarief.

 

Iedereen die hier vandaag zal spreken, is het erover eens dat er een ingrijpende hervorming moet komen van dat sociaal tarief. Het uitgangspunt daarvoor zou moeten zijn wat collega Meunier van de PS heeft aangehaald. Een op vijf mensen heeft vandaag moeite om zijn energie­factuur te betalen. Dat is een cijfer dat vrij stabiel blijft en dat telkens naar voren komt uit de armoedebarometer van de Koning Boudewijn­stichting.

 

Zoals mevrouw Lanjri heeft gezegd, hebben we een doeltreffend instrument, namelijk het sociaal tarief. Studie na studie toont aan dat dit een zeer doeltreffend instrument is. Wat ik echter mis in deze resolutie en in de tussenkomsten van de indieners van de resolutie, is het feit dat de finaliteit moet zijn dat die een op vijf mensen die moeite hebben om de energiefactuur te betalen, ook effectief zullen worden geholpen en dat die hetzelfde beschermingsniveau krijgen als vandaag door het sociaal tarief. Dat kan inderdaad veel doeltreffender door het inkomen als referentie­criterium te nemen. Een statuut is immers niet hetzelfde als een inkomen. Mevrouw Lanjri had het ook over een verruimd inkomensbegrip. Ook vermogen moet dus mee in aanmerking worden genomen.

 

Het huiswerk dat u naar de minister van Energie stuurt, zal de minister van Energie echter een vrijgeleide geven om die bescherming uit te hollen.

 

Collega Meunier zei ook dat het de ontmanteling van het sociaal tarief zou bewerkstelligen. Waarom?

 

Verenigingen die nog een advies hebben opgestuurd en ons hebben aangeschreven – ik ben dezelfde mening toegedaan – hebben terecht gewezen op dispositief 8 van de resolutie. Daarin wordt door de indieners aan de minister gevraagd om te bekijken hoe men kan evolueren naar een premiesysteem. Hebben we vandaag een premiesysteem voor mensen die geen recht hebben op het sociaal tarief omdat ze geen individuele leveringsovereenkomst hebben? Ik nodig u uit om de hoogte van de bedragen te vergelijken. Vergelijk de bedragen van iemand die vandaag het sociaal tarief krijgt – een gereguleerd tarief dat van toepassing is op het verbruik – met iemand die in exact dezelfde positie zit, want exact hetzelfde statuut heeft omdat we vandaag nu eenmaal in een statutensysteem zitten, en daarvoor een premie krijgt. Het bedrag van die premie is lager, gigantisch veel lager. Wie evolueert naar een premiesysteem, geeft eigenlijk een vrijgeleide om jaar na jaar budget vast te stellen en dan op basis daarvan te bepalen wat de premie is. Die discussies waren er ook in de vorige legislatuur. Dat legt potentieel een bom onder de doeltreffendheid van het systeem van het sociaal tarief.

 

Het tweede aspect is de budgetneutraliteit. Uiteraard, elke boer moet op zijn kippen letten en wie geld uitgeeft moet ook bekijken hoe dat op de efficiëntste manier gebeurt. Echter, de manier waarop hier wordt gegoocheld met termen als budgetneutraliteit zal er per definitie toe leiden dat niet iedereen van die een op vijf die zijn factuur niet kan betalen, daar recht op zal hebben.

 

Een aantal uitgangspunten zijn dus zeker positief en zullen altijd op onze steun kunnen rekenen: het inkomensaspect, het zoveel mogelijk automatisch toekennen, de degressiviteit, het werken met categorieën en dergelijke. Wie echter 'inactiviteitsval' zegt moet ook 'armoedeval' zeggen. Dat betekent dat er niet per definitie een premiesysteem moet worden gehanteerd of dat er enkel moet worden gekeken naar budget­neutraliteit, maar dat er ook moet worden nagedacht over waar dat budget kan worden gehaald. Zijn er misschien vormen van elektriciteit die we kunnen inzetten om een deel te financieren van het sociaal tarief? Ik denk aan de 2 gigawatt nucleaire energie die verlengd is en aan de 3,5 gigawatt wind op zee die ontwikkeld zal worden. Het gaat erover de elektriciteit die we opwekken tot bij de mensen te brengen en die een op vijf die zijn factuur niet kan betalen doeltreffend te helpen.

 

Het spijt me, met pijn in het hart, maar wegens dispositief 8 kunnen wij dit voorstel van resolutie niet steunen.

 

De voorzitter: Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

 

De bespreking is gesloten.

La discussion est close.

 

Ingediende amendementen:

Amendements déposés:

Verzoek/Demande 5

  • 27 – Marie Meunier cs (195/6)

Verzoek/Demande 6

  • 28 – Marie Meunier cs (195/6)

Verzoek/Demande 8

  • 29 – Marie Meunier cs (195/6)

Verzoek/Demande 9

  • 30 – Marie Meunier cs (195/6)

Verzoek/Demande 10

  • 31 – Marie Meunier cs (195/6)

 

Aangehouden: de amendementen.

Réservés: les amendements.

 

De stemming over de aangehouden amendementen en over het voorstel zal later plaatsvinden.

Le vote sur les amendements réservés et sur la proposition aura lieu ultérieurement.

 

21 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens, met het oog op het verbieden van dodelijke volledig autonome wapensystemen (95/1-4)

21 Proposition de loi modifiant la loi du 8 juin 2006 réglant des activités économiques et individuelles avec des armes en vue d'interdire les systèmes d'armes létaux entièrement autonomes (95/1-4)

 

Voorstel ingediend door:

Proposition déposée par:

Staf Aerts, Rajae Maouane, Meyrem Almaci, Petra De Sutter, Sarah Schlitz, Dieter Vanbesien, Matti Vandemaele, Tinne Van der Straeten, Stefaan Van Hecke.

 

De commissie voor Landsverdediging stelt voor dit wetsvoorstel te verwerpen. (95/4)

La commission de la Défense nationale propose de rejeter cette proposition de loi. (95/4)

 

Overeenkomstig artikel 88 van het Reglement spreekt de plenaire vergadering zich uit over dit voorstel tot verwerping, na de rapporteur en eventueel de indieners te hebben gehoord.

Conformément à l'article 88 du Règlement, l'assemblée plénière se prononcera sur cette proposition de rejet après avoir entendu le rapporteur et, éventuellement, les auteurs.

 

De rapporteur, mevrouw Ponthier, verwijst naar het schriftelijk verslag.

 

21.01  Staf Aerts (Ecolo-Groen): Collega's, over weinig zaken leek zoveel eensgezindheid in het Parlement te bestaan als over het bannen van killerrobots, de volledig autonome wapen­systemen. Dat zijn wapensystemen die zonder menselijke tussenkomst doelwitten kunnen selecteren en aanvallen. Eigenlijk beslissen die robots over leven en dood, zonder een menselijk oordeel. Ik vind het evident om die systemen te verbieden.

 

In het verleden was ongeveer elke democratische partij voorstander van zo'n verbod. In 2018 bijvoorbeeld werd nog een resolutie goedgekeurd van collega Buysrogge van N-VA om de inzet van killerrobots en gewapende drones door de Belgische Defensie te verbieden. Inderdaad, in die resolutie wordt aan de federale regering gevraagd om ervoor te zorgen dat de Belgische Defensie nooit killerrobots zal inzetten in militaire operaties. Ook op het einde van de vorige legislatuur was er een meerderheid om die autonome wapensystemen te verbieden.

 

Welnu, mijn wetsvoorstel, waarvoor ik verschillende keren de hand heb gereikt naar andere partijen, beoogt dat verbod in de praktijk brengen door het in de wet te verankeren.

 

Nog niet zo lang geleden was iedereen daarvan voorstander. Uiteraard is er een continue evolutie. Adviezen werden gevraagd aan onder meer het Rode Kruis, Human Rights Watch en het Vlaams Vredesinstituut, en nagenoeg alle adviezen waren positief. Men kan tegenwerpen dat dit de gebruikelijke partners zijn die zo'n voorstel uiteraard positief bejegenen. Maar evengoed heeft de Defensiestaf in zijn advies geschreven: "In die zin ben ik voorstander van een verbod op autonome wapensystemen."

 

Natuurlijk waren er een heel aantal opmerkingen en verbeterpunten. Met Groen hebben we die verwerkt in amendementen om het wetsvoorstel nog sterker te maken. Zo werkt het volgens mij in een parlementaire democratie: voorstellen worden ingediend, experts worden gehoord en dan volgt een stemming na een debat.

 

Die stemming heeft ook plaatsgevonden, maar alle arizonapartijen hebben hun kar gekeerd en hebben ineens tegen een verbod op autonome wapensystemen gestemd. Ik vind dat pijnlijk, want ik vind dat men ook in oorlogstijd aan ethische principes moet blijven vasthouden. Het is makkelijk zich voorstander te verklaren van zo'n verbod in vredestijd, maar men moet dat ook in oorlogstijd volhouden.

 

Waarom hebben de arizonapartijen hun kar gekeerd? Dat weet geen kat. Er was geen debat en geen enkel parlementslid van de arizonacoalitie nam het woord om een verklaring te geven, ondanks mijn herhaalde vraag. Nochtans, minister Francken, toen u nog parlementslid was en ik het voorstel in de commissie aanhaalde, hebt u onderstreept dat een volwaardig parlementair debat over dat type wapens absoluut noodzakelijk is en alle facetten van de problematiek diende aan te raken, waarna we inderdaad adviezen hebben ingewonnen. U stond daarin trouwens niet alleen; ook mijn gewaardeerde collega Lasseaux vond dat er moest worden gedebatteerd over dergelijke wapensystemen. Toch kwam er geen debat. Durfde niemand nog zijn bocht uit te leggen? Wat is de reden?

 

Overigens getuigt dat van bijzonder weinig respect. Men vraagt adviezen aan experts en organisaties, die daar tijd insteken, omdat men nood heeft aan een stevig parlementair debat. Die adviezen zijn nagenoeg allemaal positief en toch wordt het voorstel ineens zonder enige uitleg verworpen.

 

Het getuigt ook van gebrek aan respect voor het Parlement, mijnheer de voorzitter. Als voorstellen in het Parlement worden ingediend, dan mogen we ten minste een verklaring krijgen van degenen die ze wegstemmen. Dit is toch het huis van de democratie, het huis waar het georganiseerd debat daarover mogelijk moet zijn. Als het hier niet meer kan, waar dan nog wel?

 

Collega's, ik roep hier vandaag niet op om voor of tegen dat voorstel te stemmen; dat is niet mijn doel. Ik vraag om het voorstel ten minste degelijk te bespreken in de commissie of in de plenaire vergadering, het maakt mij niet uit, maar laat het debat hierover minstens losbarsten in het Parlement. De kwestie verdient dat en volgens mij verdient het Parlement dat ook.

 

De voorzitter: Geen andere spreker mag het woord nemen.

Plus personne ne peut prendre la parole.

 

De stemming over het voorstel tot verwerping van dit wetsvoorstel zal later plaatsvinden.

Le vote sur la proposition de rejet de cette proposition de loi aura lieu ultérieurement.

 

22 Voorstel van resolutie betreffende een opt-out voor de EU-afspraken op het gebied van asiel en migratie (733/1-2)

22 Proposition de résolution relative à une clause d'exemption aux accords de l'Union européenne en matière d'asile et de migration (733/1-2)

 

Voorstel ingediend door:

Proposition déposée par:

Francesca Van Belleghem, Ortwin Depoortere, Barbara Pas, Frank Troosters, Werner Somers, Sam Van Rooy.

 

De commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken stelt voor dit voorstel van resolutie te verwerpen. (733/2)

La commission de l’Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives propose de rejeter cette proposition de résolution. (733/2)

 

Overeenkomstig artikel 88 van het Reglement spreekt de plenaire vergadering zich uit over dit voorstel tot verwerping, na de rapporteur en eventueel de indiener te hebben gehoord.

Conformément à l'article 88 du Règlement, l'assemblée plénière se prononcera sur cette proposition de rejet après avoir entendu le rapporteur et, éventuellement, l'auteur.

 

De rapporteur, mevrouw De Vreese, verwijst naar het schriftelijk verslag.

 

22.01  Francesca Van Belleghem (VB): Collega's, het is fijn dat u hier zo talrijk aanwezig bent om dit voorstel van resolutie te bespreken.

 

Ik verwijs naar Denemarken. Denemarken heeft ongeveer de helft van het aantal inwoners van België, maar als men hun asielcijfers relatief bekijkt, dan hebben ze nog veel minder dan de helft asielaanvragen. Wij hadden er vorig jaar zo'n 40.000, terwijl het er in Denemarken iets meer dan 2.000 waren. De reden daarvoor is dat Denemarken het Europees asiel- en migratiebeleid niet moet toepassen, omdat dat het in 1992 een opt-out heeft onderhandeld.

 

Het is voor dit land een historische vergissing geweest om in 1992 niet zo'n opt-out te onderhandelen. Daarom stemmen we hier vandaag over dit voorstel van het Vlaams Belang, waarmee we een officiële verklaring bij de Europese Commissie willen indienen om over zo'n verdragswijziging te onderhandelen en die opt-out van het Europees asiel- en migratiebeleid te bekomen. Geeft de Europese Commissie geen gevolg aan ons verzoek, dan moet de regering onderzoeken hoe we zo'n opt-out via een alternatieve weg kunnen bekomen.

 

Het geflipflop van de N-VA in dit dossier is ongelooflijk, onvoorstelbaar en eigenlijk extreem pijnlijk. Ik schets even het verloop.

 

Kijk naar het verkiezingsprogramma van de N-VA van juni 2024, daarin staat letterlijk: "Weigert de EU mee te gaan in het strengere migratiekader, dan onderhandelen we een opt-out van de Europese regelgeving op het vlak van asiel en migratie." In september 2024 verschijnt er een artikel in Knack. Dat toont dus aan dat er werd gelekt dat de N-VA de opt-out die hier vandaag op tafel ligt op de onderhandelingstafel van de toen toekomstige arizonaregering heeft gelegd. Er is tijdens de regeringsonderhandelingen dus zelfs gesproken over deze opt-out. Dan begint het geflipflop pas echt, want in februari 2025 zei premier Bart De Wever bij de regeerverklaring plots dat de kans om zo'n opt-out te bekomen bij de Europese Commissie onbestaande is. Hij zei dat men ervan kan dromen, maar dat men het daarom nog niet krijgt. Waarom stond het dan in uw verkiezingsprogramma, als het een droom is? Waarom legt u het dan op de onderhandelingstafel als het een droom is? Dat is echt ongelooflijk. Gisteren noemde premier Bart De Wever het zelfs kinderlijk om naar de Europese Commissie te stappen. Van arrogantie gesproken.

 

Het flipfloppen is nog niet gedaan. In de commissie voor Binnenlandse Zaken was er namelijk vreemd stemgedrag van de N-VA. De consideransen van dit voorstel heeft de N-VA goedgekeurd. De consideransen zijn de beweegredenen waarom men overgaat tot het verzoek. Daarover is de N-VA het dus eens met het Vlaams Belang. Maar ons eigenlijke verzoek voor een opt-out, de gevolgen die men trekt uit de beweegredenen, heeft de N-VA afgekeurd. Ik kan vandaag dus alleen hopen dat het flipfloppen van de N-VA aan de juiste kant valt, dat ze geneest van de hypocriete toestand, dat ze ons voorstel goedkeurt en tegen de verwerping stemt.

 

Doen niet alle leden van de N-VA-fractie dat, dan hoop ik dat er toch een paar tot bezinning komen.

 

De voorzitter: Dank u wel, collega. Of die wens uitkomt zal moeten blijken.

 

Geen andere spreker mag het woord nemen.

Plus personne ne peut prendre la parole.

 

De stemming over het voorstel tot verwerping van dit voorstel van resolutie zal later plaatsvinden.

Le vote sur la proposition de rejet de cette proposition de résolution aura lieu ultérieurement.

 

Geheime stemming (voortzetting)

Scrutin secret (continuation)

 

23 Gegevensbeschermingsautoriteit – Benoeming van de leden van het directiecomité (inspecteur-generaal) – Uitslag van de stemming

23 Autorité de protection des données – Nomination des membres du comité de direction (inspecteur général) – Résultat du scrutin

 

Stemmen

115

Votants

Blanco of ongeldig

0

Blancs ou nuls

Geldig

115

Valables

Volstrekte meerderheid

58

Majorité absolue

 

Vincent Medaer Bours heeft 39 stemmen gekregen.

Vincent Medaer Bours a obtenu 39 voix.

 

Mevrouw Cédrine Morlière heeft 2 stemmen gekregen.

Mme Cédrine Morlière a obtenu 2 voix.

 

De heer Peter Van den Eynde heeft 74 stemmen gekregen.

M. Peter Van den Eynde a obtenu 74 voix.

 

De heer Peter Van den Eynde die de volstrekte meerderheid van de stemmen heeft gekregen, is benoemd tot inspecteur-generaal van de Gegevensbeschermingsautoriteit.

M. Peter Van den Eynde ayant obtenu la majorité absolue des voix, est proclamé inspecteur général de l’Autorité de protection des données.

 

24 Urgentieverzoeken van de regering

24 Demandes d'urgence émanant du gouvernement

 

De regering heeft de urgentieverklaring gevraagd met toepassing van artikel 51 van het Reglement, bij de indiening van het wetsontwerp tot wijziging van de wet van 10 februari 2015 met betrekking tot geautomatiseerde verwerkingen van persoons­gegevens die noodzakelijk zijn voor de Belgische paspoorten en reisdocumenten, nr. 866/1.

Le gouvernement a demandé l'urgence conformément à l'article 51 du Règlement lors du dépôt  du projet de loi le projet de loi modifiant la loi du 10 février 2015 relative aux traitements automatisés de données à caractère personnel nécessaires aux passeports et titres de voyage belges, n° 866/1.

 

Ik geef het woord aan de regering om de vraag tot urgentieverklaring toe te lichten.

Je passe la parole au gouvernement pour développer la demande d'urgence.

 

24.01 Minister Theo Francken: Mijnheer de voorzitter, beste parlementsleden, er is een Europese richtlijn aangenomen om de regeling die van toepassing is op het voorlopige reisdocument van de Europese Unie te wijzigen. Van de week zijn in de Kamer twee wetsontwerpen ingediend om deze richtlijn om te zetten. Het doel is om Europese lidstaten te verplichten een EU-NRD – dus een dergelijk document – af te geven in landen waar een EU-burger niet vertegenwoordigd is, zodat de burger kan terugkeren naar de lidstaat van nationaliteit of verblijf. Het is ook een kwestie van het bepalen van het uniforme model van het document, dat nu veel veiliger zal zijn dan het vorige model.

 

De termijn voor de omzetting van deze richtlijn in Belgisch recht is verstreken. België is momenteel dus in overtreding. Deze situatie moet zo snel mogelijk kunnen worden rechtgezet. Daarom vragen we om urgentie, zodat deze twee wetten, die in wezen technisch zijn, snel kunnen worden aangenomen.

 

De voorzitter: We behandelen het urgentieverzoek natuurlijk voor elk ontwerp apart, te beginnen met het eerste, nr. 866/1.

 

Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.

Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.

 

De urgentie wordt aangenomen bij zitten en opstaan.

L'urgence est adoptée par assis et levé.

 

De regering heeft eveneens de urgentieverklaring gevraagd met toepassing van artikel 51 van het Reglement, bij de indiening van het wetsontwerp tot invoering van het EU-noodreisdocument zoals bedoeld in de Richtlijn (EU) 2019/997 van de Raad van 18 juni 2019 tot vaststelling van een EU-noodreisdocument en tot intrekking van Besluit 96/409/GBVB, nr. 867/1.

Le gouvernement a également demandé l'urgence conformément à l'article 51 du Règlement lors du dépôt le projet de loi portant l’implémentation du titre de voyage provisoire de l’Union européenne tel que visé dans la directive (UE) 2019/997 du Conseil du 18 juin 2019 établissant un titre de voyage provisoire de l’Union européenne et abrogeant la décision 96/409/PESC, n° 867/1.

 

Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.

Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.

 

De urgentie wordt aangenomen bij zitten en opstaan.

L'urgence est adoptée par assis et levé.

 

25 Inoverwegingnemingen

25 Prises en considération

 

In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is gevraagd.

Vous avez pris connaissance dans l'ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en considération est demandée.

 

Indien er geen bezwaar is, beschouw ik de inoverwegingneming van de voorstellen als aangenomen. Overeenkomstig het Reglement worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.

S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considère la prise en considération de ces propositions comme acquise. Je renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Urgentieverzoek

Demande d'urgence

 

Ik  heb een vraag tot urgentie betreffende het voorstel van bijzondere wet, ingediend door collega's Somers c.s., tot wijziging van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, teneinde de wijze van vorming van de regering van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en de wijze van aanstelling van de gewestelijke staatssecretarissen te herzien voor het geval dat er tussen de taalgroepen in het Parlement van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest geen overeenstemming kan worden bereikt, nr. 851/1.

 

25.01  Werner Somers (VB): Brussel beleeft een financiële en bestuurlijke ramp en kampt met ernstige infrastructurele problemen en een gigantisch veiligheidsprobleem. De uitdagingen zijn zeer groot en wellicht zijn ze zo groot dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet opgewassen is tegen die uitdagingen. Vroeg of laat zal er wellicht moeten worden besloten om Brussel onder curatele te stellen en om het statuut van Brussel grondig te herzien, want zoals het er nu aan toegaat kan het niet langer.

 

Dat er tien en een halve maand na de verkiezingen van 9 juni vorig jaar nog altijd geen Brusselse regering is, helpt de zaken uiteraard niet vooruit. De Brusselse regeringsvorming zit nog altijd muurvast, doordat één Franstalige partij, de Parti Socialiste, haar veto heeft uitgesproken tegen één Vlaamse partij, de N-VA, ironisch genoeg, omdat die laatstgenoemde partij racistisch zou zijn. Eerste minister De Wever zal het graag horen.

 

Indien er geen gemeenschappelijke voordracht van ministers en staatssecretarissen mogelijk blijkt te zijn, een voordracht door een meerderheid van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en door een meerderheid in elk van beide taalgroepen van dat parlement, bepaalt de bijzondere Brusselwet dat de ministers en staatssecretarissen bij afzonderlijke geheime stemmingen worden verkozen door een meerderheid van de leden van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement. Ze moeten bovendien worden voorgedragen door een meerderheid van de leden van de taalgroep waartoe zij behoren. Het gevolg van de huidige regeling is dat de kandidaten voor de Nederlandstalige posten van minister of staatssecretaris in de Brusselse regering in een dergelijk geval de steun van een aanzienlijk deel van de Franstaligen nodig hebben om verkozen te geraken. Daardoor kunnen bepaalde Franstalige politieke fracties onder bepaalde omstandigheden – dat scenario speelt zich nu af – de facto een soort vetorecht uitoefenen tegen de meerderheid die in de Nederlandse taalgroep is gevormd. Het resultaat is een langdurige blokkering van de Brusselse instellingen.

 

De huidige impasse in Brussel is niet in het belang van de Brusselaars en is in het licht van de hoofdstedelijke en internationale rol die Brussel vervult, ook niet in het belang van de rest van de inwoners van het land. Daarom moet de bijzondere Brusselwet bij hoogdringendheid worden aangepast, opdat bij gebreke van een gemeenschappelijke voordracht door beide taalgroepen de Brusselse ministers en staatssecretarissen verkozen zijn, indien ze worden voorgedragen door de volstrekte meerderheid van de taalgroep waartoe ze behoren, zonder dat de leden van de andere taalgroep een feitelijk vetorecht kunnen uitoefenen.

 

Gelet op de aanhoudende patstelling in Brussel vraag ik dan ook de urgentie voor de behandeling van het wetsvoorstel tot herziening van de bijzondere Brusselwet.

 

De voorzitter: Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.

Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.

 

De urgentie wordt verworpen bij zitten en opstaan.

L'urgence est rejetée par assis et levé.

 

Naamstemmingen

Votes nominatifs

 

Stemafspraken

Pairages

 

Collega’s, alvorens we overgaan tot de naamstemmingen, vraag ik u de stemafspraken bekend te maken waarbij een lid zich onthoudt bij de stemming in overleg met een afwezig lid.

Chers collègues, avant de procéder aux votes nominatifs, je vous propose d'annoncer les pairages par lesquels un membre s'abstient de voter en accord avec un membre absent.

 

Zijn er stemafspraken? (Nee)

Y a-t-il des accords de pairage? (Non)

 

Dan gaan we nu over tot de naamstemmingen.

Nous allons donc maintenant procéder aux votes nominatifs.

 

26 Wetsvoorstel houdende het toezicht op aanbieders van financiële berichtendiensten (610/9)

26 Proposition de loi relative à la surveillance des fournisseurs de services de messagerie financière (610/9)

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 1)

Ja

110

Oui

Nee

13

Non

Onthoudingen

19

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal als wetsontwerp aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (610/10)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera soumise en tant que projet de loi à la sanction royale. (610/10)

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

27 Aangehouden amendementen op het voorstel van resolutie betreffende de hervorming van het sociaal tarief voor energie (195/1-6)

27 Amendements réservés à la proposition de résolution relative à la réforme du tarif social pour l'énergie (195/1-6)

 

Stemming over amendement nr. 27 van Marie Meunier cs op verzoek 5. (195/6)

Vote sur l'amendement n° 27 de Marie Meunier cs à la demande 5. (195/6)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 2)

Ja

37

Oui

Nee

106

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 28 van Marie Meunier cs op verzoek 6. (195/6)

Vote sur l'amendement n° 28 de Marie Meunier cs à la demande 6. (195/6)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 2)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 29 van Marie Meunier cs tot weglating van verzoek 8. (195/6)

Vote sur l'amendement n° 29 de Marie Meunier cs visant à supprimer la demande 8. (195/6)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 2)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 30 van Marie Meunier cs op verzoek 9. (195/6)

Vote sur l'amendement n° 30 de Marie Meunier cs à la demande 9. (195/6)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 2)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 31 van Marie Meunier cs op verzoek 10. (195/6)

Vote sur l'amendement n° 31 de Marie Meunier cs à la demande 10. (195/6)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 3)

Ja

55

Oui

Nee

87

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

28 Geheel van het voorstel van resolutie betreffende de hervorming van het sociaal tarief voor energie (195/5)

28 Ensemble de la proposition de résolution relative à la réforme du tarif social pour l'énergie (195/5)

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 4)

Ja

106

Oui

Nee

37

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het voorstel van resolutie aan. Het zal ter kennis van de regering worden gebracht. (195/7)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de résolution. Il en sera donné connaissance au gouvernement. (195/7)

 

29 Voorstel tot verwerping door de commissie voor Landsverdediging van het wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens, met het oog op het verbieden van dodelijke volledig autonome wapensystemen (95/1-4)

29 Proposition de rejet faite par la commission de la Défense nationale de la proposition de loi modifiant la loi du 8 juin 2006 réglant des activités économiques et individuelles avec des armes en vue d'interdire les systèmes d'armes létaux entièrement autonomes (95/1-4)

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 5)

Ja

107

Oui

Nee

36

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het voorstel tot verwerping aan. Het wetsvoorstel nr. 95/1 is dus verworpen.

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de rejet. La proposition de loi n° 95/1 est donc rejetée.

 

30 Voorstel tot verwerping door de commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken van het voorstel van resolutie betreffende een opt-out voor de EU-afspraken op het gebied van asiel en migratie (733/1-2)

30 Proposition de rejet faite par la commission de l’Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives de la proposition de résolution relative à une clause d'exemption aux accords de l'Union européenne en matière d'asile et de migration (733/1-2)

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 6)

Ja

123

Oui

Nee

19

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het voorstel tot verwerping aan. Het voorstel van resolutie nr. 733/1 is dus verworpen.

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de rejet. La proposition de résolution n° 733/1 est donc rejetée.

 

31 Goedkeuring van de agenda

31 Adoption de l’ordre du jour

 

We moeten overgaan tot de goedkeuring van de agenda voor de vergadering van 30 april 2025.

Nous devons procéder à l’approbation de l'ordre du jour de la séance du 30 avril 2025.

 

Zijn er dienaangaande opmerkingen? (Nee)

Y a-t-il une observation à ce sujet? (Non)

 

Bijgevolg is de agenda aangenomen.

En conséquence, l'ordre du jour est adopté.

 

De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering woensdag 30 april 2025 om 14.15 uur.

La séance est levée. Prochaine séance le mercredi 30 avril 2025 à 14 h 15.

 

De vergadering wordt gesloten om 18.11 uur.

La séance est levée à 18 h 11.

 

 

De bijlage is opgenomen in een aparte brochure met nummer CRIV 56 PLEN 040 bijlage.

 

L'annexe est reprise dans une brochure séparée, portant le numéro CRIV 56 PLEN 040 annexe.

 


DETAIL VAN DE NAAMSTEMMINGEN

DETAIL DES VOTES NOMINATIFS

Vote nominatif - Naamstemming: 1

 

Oui

110

Ja

 

Aerts Staf, Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Bergers Jeroen, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bombled Christophe, Bouchez Georges-Louis, Buysrogge Peter, Chahid Ridouane, Coenegrachts Steven, Cornillie Hervé, Courard Philippe, Cuylaerts Dorien, Daenen Nele, Daerden Frédéric, Deborsu Charlotte, De Croo Alexander, Dedonder Ludivine, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Dermagne Pierre-Yves, De Roover Peter, Désir Caroline, De Smet François, Dethier Simon, De Vreese Maaike, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, El Yakhloufi Achraf, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Lejeune Marc, Lutgen Benoît, Magnette Paul, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matagne Julien, Matheï Steven, Metsu Koen, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Mutyebele Ngoi Lydia, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ronse Axel, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Tas Niels, Taton Julie, Thémont Sophie, Tourneur Aurore, Truyman Lieve, Vanbesien Dieter, Vandeberg Victoria, Vandemaele Matti, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van der Donckt Wim, Vander Elst Kjell, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Keymolen Phaedra, Van Quickenborne Vincent, van Riet Katrijn, Vanrobaeys Anja, Van Tigchelt Paul, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Weydts Axel, Wollants Bert, Yzermans Alain

 

Non

13

Nee

 

Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Daems Greet, D'Amico Roberto, De Witte Kim, Eggermont Natalie, Hedebouw Raoul, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Ribaudo Julien, Tonniau Robin, Van den Bosch Annik

 

Abstentions

19

Onthoudingen

 

Bury Katleen, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Vermeersch Wouter

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 2

 

Oui

37

Ja

 

Aerts Staf, Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Chahid Ridouane, Courard Philippe, Daems Greet, Daerden Frédéric, D'Amico Roberto, Dedonder Ludivine, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Smet François, De Witte Kim, Eggermont Natalie, Hedebouw Raoul, Lacroix Christophe, Legasse Dimitri, Magnette Paul, Maouane Rajae, Merckx Sofie, Mertens Peter, Meunier Marie, Moscufo Nadia, Mutyebele Ngoi Lydia, Prévot Patrick, Ribaudo Julien, Schlitz Sarah, Thémont Sophie, Thiébaut Éric, Tonniau Robin, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan

 

Non

106

Nee

 

Bacquelaine Daniel, Bergers Jeroen, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bombled Christophe, Bouchez Georges-Louis, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Coenegrachts Steven, Cornillie Hervé, Cuylaerts Dorien, Daenen Nele, Deborsu Charlotte, De Croo Alexander, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Depoorter Kathleen, De Roover Peter, Dethier Simon, De Vreese Maaike, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, El Yakhloufi Achraf, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Huybrechts Britt, Jadoul Pierre, Keuten Dieter, Kompany Pierre, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lasseaux Stéphane, Lejeune Marc, Lutgen Benoît, Mahdi Sammy, Matagne Julien, Matheï Steven, Metsu Koen, Meuleman Brent, Michel Mathieu, Moons Kurt, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Pas Barbara, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Ponthier Annick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Ronse Axel, Safai Darya, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Sneppe Dominiek, Soete Jeroen, Somers Werner, Tas Niels, Taton Julie, Tourneur Aurore, Troosters Frank, Truyman Lieve, Van Belleghem Francesca, Vandeberg Victoria, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van der Donckt Wim, Vander Elst Kjell, Van Hoof Els, Van Keymolen Phaedra, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, van Riet Katrijn, Vanrobaeys Anja, Van Rooy Sam, Van Tigchelt Paul, Van Vaerenbergh Kristien, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Verkeyn Charlotte, Vermeersch Wouter, Weydts Axel, Wollants Bert, Yzermans Alain

 

Abstentions

0

Onthoudingen

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 3

 

Oui

55

Ja

 

Aerts Staf, Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Bury Katleen, Chahid Ridouane, Courard Philippe, Daems Greet, Daerden Frédéric, D'Amico Roberto, Dedonder Ludivine, Depoortere Ortwin, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Smet François, De Witte Kim, Dillen Marijke, Eggermont Natalie, Hedebouw Raoul, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Lacroix Christophe, Legasse Dimitri, Magnette Paul, Merckx Sofie, Mertens Peter, Meunier Marie, Moons Kurt, Moscufo Nadia, Mutyebele Ngoi Lydia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Patrick, Ravyts Kurt, Ribaudo Julien, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Sneppe Dominiek, Somers Werner, Thémont Sophie, Thiébaut Éric, Tonniau Robin, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Vermeersch Wouter

 

Non

87

Nee

 

Bacquelaine Daniel, Bergers Jeroen, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bombled Christophe, Bouchez Georges-Louis, Buysrogge Peter, Coenegrachts Steven, Cornillie Hervé, Cuylaerts Dorien, Daenen Nele, Deborsu Charlotte, De Croo Alexander, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoorter Kathleen, De Roover Peter, Dethier Simon, De Vreese Maaike, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, El Yakhloufi Achraf, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lasseaux Stéphane, Lejeune Marc, Lutgen Benoît, Mahdi Sammy, Matagne Julien, Matheï Steven, Metsu Koen, Meuleman Brent, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ronse Axel, Safai Darya, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Tas Niels, Taton Julie, Tourneur Aurore, Truyman Lieve, Vandeberg Victoria, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van der Donckt Wim, Vander Elst Kjell, Van Hoof Els, Van Keymolen Phaedra, Van Quickenborne Vincent, van Riet Katrijn, Vanrobaeys Anja, Van Tigchelt Paul, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Weydts Axel, Wollants Bert, Yzermans Alain

 

Abstentions

0

Onthoudingen

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 4

 

Oui

106

Ja

 

Bacquelaine Daniel, Bergers Jeroen, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bombled Christophe, Bouchez Georges-Louis, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Coenegrachts Steven, Cornillie Hervé, Cuylaerts Dorien, Daenen Nele, Deborsu Charlotte, De Croo Alexander, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Depoorter Kathleen, De Roover Peter, Dethier Simon, De Vreese Maaike, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, El Yakhloufi Achraf, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Huybrechts Britt, Jadoul Pierre, Keuten Dieter, Kompany Pierre, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lasseaux Stéphane, Lejeune Marc, Lutgen Benoît, Mahdi Sammy, Matagne Julien, Matheï Steven, Metsu Koen, Meuleman Brent, Michel Mathieu, Moons Kurt, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Pas Barbara, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Ponthier Annick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Ronse Axel, Safai Darya, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Sneppe Dominiek, Soete Jeroen, Somers Werner, Tas Niels, Taton Julie, Tourneur Aurore, Troosters Frank, Truyman Lieve, Van Belleghem Francesca, Vandeberg Victoria, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van der Donckt Wim, Vander Elst Kjell, Van Hoof Els, Van Keymolen Phaedra, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, van Riet Katrijn, Vanrobaeys Anja, Van Rooy Sam, Van Tigchelt Paul, Van Vaerenbergh Kristien, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Verkeyn Charlotte, Vermeersch Wouter, Weydts Axel, Wollants Bert, Yzermans Alain

 

Non

37

Nee

 

Aerts Staf, Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Chahid Ridouane, Courard Philippe, Daems Greet, Daerden Frédéric, D'Amico Roberto, Dedonder Ludivine, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Smet François, De Witte Kim, Eggermont Natalie, Hedebouw Raoul, Lacroix Christophe, Legasse Dimitri, Magnette Paul, Maouane Rajae, Merckx Sofie, Mertens Peter, Meunier Marie, Moscufo Nadia, Mutyebele Ngoi Lydia, Prévot Patrick, Ribaudo Julien, Schlitz Sarah, Thémont Sophie, Thiébaut Éric, Tonniau Robin, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan

 

Abstentions

0

Onthoudingen

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 5

 

Oui

107

Ja

 

Bacquelaine Daniel, Bergers Jeroen, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bombled Christophe, Bouchez Georges-Louis, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Coenegrachts Steven, Cornillie Hervé, Cuylaerts Dorien, Daenen Nele, Deborsu Charlotte, De Croo Alexander, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Depoorter Kathleen, De Roover Peter, De Smet François, Dethier Simon, De Vreese Maaike, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, El Yakhloufi Achraf, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Huybrechts Britt, Jadoul Pierre, Keuten Dieter, Kompany Pierre, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lasseaux Stéphane, Lejeune Marc, Lutgen Benoît, Mahdi Sammy, Matagne Julien, Matheï Steven, Metsu Koen, Meuleman Brent, Michel Mathieu, Moons Kurt, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Pas Barbara, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Ponthier Annick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Ronse Axel, Safai Darya, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Sneppe Dominiek, Soete Jeroen, Somers Werner, Tas Niels, Taton Julie, Tourneur Aurore, Troosters Frank, Truyman Lieve, Van Belleghem Francesca, Vandeberg Victoria, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van der Donckt Wim, Vander Elst Kjell, Van Hoof Els, Van Keymolen Phaedra, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, van Riet Katrijn, Vanrobaeys Anja, Van Rooy Sam, Van Tigchelt Paul, Van Vaerenbergh Kristien, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Verkeyn Charlotte, Vermeersch Wouter, Weydts Axel, Wollants Bert, Yzermans Alain

 

Non

36

Nee

 

Aerts Staf, Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Chahid Ridouane, Courard Philippe, Daems Greet, Daerden Frédéric, D'Amico Roberto, Dedonder Ludivine, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Witte Kim, Eggermont Natalie, Hedebouw Raoul, Lacroix Christophe, Legasse Dimitri, Magnette Paul, Maouane Rajae, Merckx Sofie, Mertens Peter, Meunier Marie, Moscufo Nadia, Mutyebele Ngoi Lydia, Prévot Patrick, Ribaudo Julien, Schlitz Sarah, Thémont Sophie, Thiébaut Éric, Tonniau Robin, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan

 

Abstentions

0

Onthoudingen

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 6

 

Oui

123

Ja

 

Aerts Staf, Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Bergers Jeroen, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bilmez Kemal, Bombled Christophe, Bouchez Georges-Louis, Boukili Nabil, Buysrogge Peter, Chahid Ridouane, Coenegrachts Steven, Cornillie Hervé, Courard Philippe, Cuylaerts Dorien, Daems Greet, Daenen Nele, Daerden Frédéric, D'Amico Roberto, Deborsu Charlotte, De Croo Alexander, Dedonder Ludivine, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Dermagne Pierre-Yves, De Roover Peter, Désir Caroline, De Smet François, Dethier Simon, De Vreese Maaike, De Wit Sophie, De Witte Kim, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Eggermont Natalie, El Yakhloufi Achraf, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Hedebouw Raoul, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Lejeune Marc, Lutgen Benoît, Magnette Paul, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matagne Julien, Matheï Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Moscufo Nadia, Mutyebele Ngoi Lydia, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ribaudo Julien, Ronse Axel, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Tas Niels, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Éric, Tonniau Robin, Tourneur Aurore, Truyman Lieve, Vanbesien Dieter, Vandeberg Victoria, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van der Donckt Wim, Vander Elst Kjell, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Keymolen Phaedra, Van Quickenborne Vincent, van Riet Katrijn, Vanrobaeys Anja, Van Tigchelt Paul, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Weydts Axel, Wollants Bert

 

 

Non

19

Nee

 

Bury Katleen, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Vermeersch Wouter

 

 

Abstentions

0

Onthoudingen