Séance plénière

Plenumvergadering

 

du

 

Jeudi 19 décembre 2019

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Donderdag 19 december 2019

 

Namiddag

 

______

 

 


La séance est ouverte à 14 h 17 et présidée par M. Patrick Dewael.

De vergadering wordt geopend om 14.17 uur en voorgezeten door de heer Patrick Dewael.

 

Le président: La séance est ouverte.

De vergadering is geopend.

 

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans le Compte Rendu Intégral de cette séance ou son annexe.

Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. U kan deze terugvinden op de webstek van de Kamer en in het Integraal Verslag van deze vergadering of in de bijlage ervan.

 

Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l’ouverture de la séance:

Aanwezig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:

Koen Geens, Alexander De Croo, Daniel Bacquelaine.

 

Excusés

Berichten van verhindering

 

Peter Buysrogge, Vincent Van Quickenborne, devoirs de mandat / ambtsplicht;

Julie Chanson, Greet Daems, Marc Goblet, Karine Jiroflée, raisons de santé / gezondheidsredenen;

Raoul Hedebouw, raisons familiales / familieaangelegenheden.

 

01 Ordre du jour

01 Agenda

 

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 18 décembre 2019, je vous propose d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi les projets de loi suivants:

- le projet de loi fixant le contingent de l'armée pour l'année 2020, nos 844/1 à 3;

- les comptes 2018, ajustement budgétaire 2019 et budget 2020 de la Chambre des représentants et du financement des partis politiques, n° 866/1;

- les comptes 2018, ajustements des budgets 2018 et 2019 et propositions budgétaires 2020 des institutions bénéficiant d'une dotation (Cour des Comptes, Cour constitutionnelle, Conseil supérieur de la Justice, Comité permanent de contrôle des services de police, Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité, Médiateurs fédéraux, Autorité de la protection des données, Commissions de nomination pour le notariat, Commission MRD, Organe de contrôle de l'information policière, Commission fédérale de déontologie, Conseil central de surveillance pénitentiaire), nos 867/1 à 3.

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 18 december 2019 stel ik u voor op de agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag volgende wetsontwerpen in te schrijven:

- het wetsontwerp tot vaststelling van het legercontingent voor het jaar 2020, nrs 844/1 tot 3;

- de rekeningen 2018, begrotingsaanpassing 2019 en begroting 2020 van de Kamer van volksvertegenwoordigers en van de financiering van de politieke partijen, nr. 866/1;

- de rekeningen 2018, begrotingsaanpassingen 2018 en 2019 en begrotingsvoorstellen 2020 van de dotatiegerechtigde instellingen (Rekenhof, Grondwettelijk Hof, Hoge Raad voor de Justitie, Vast Comité van toezicht op de politiediensten, Vast Comité van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, Federale Ombudsmannen, Gegevensbeschermingsautoriteit, Benoemings­commissies voor het notariaat, BIM-commissie, Controleorgaan op de politionele informatie, Federale Deontologische Commissie, Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen), nrs 867/1 tot 3.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Je vous propose également d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi le projet de loi portant confirmation des arrêtés royaux pris en vertu de la loi du 29 avril 1999 relative à l'organisation du marché de l'électricité et de la loi du 12 avril 1965 relative au transport de produits gazeux et autres par canalisations, nos 832/1 à 3.

Ik stel u eveneens voor op de agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag in te schrijven het wetsontwerp houdende bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen krachtens de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, nrs 832/1 tot 3.

 

Dat ontwerp is behandeld en goedgekeurd in de commissie. Ik zie de heer Van Quickenborne niet, maar u kunt bevestigen dat het toegevoegd mag worden, mevrouw Van der Straeten?

 

01.01  Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, dat mag zo dadelijk worden besproken in de plenaire vergadering.

 

De voorzitter: Wij zullen dat dus agenderen.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

02 Admission, vérification des pouvoirs et prestation de serment

02 Toelating, onderzoek van de geloofsbrieven en eedaflegging

 

Nous devons procéder à l'admission et à la prestation de serment du suppléant appelé à siéger en remplacement de Mme Yasmine Kherbache qui a prêté serment en qualité de juge à la Cour constitutionnelle le 17 décembre 2019.

Wij moeten overgaan tot de toelating en eedaflegging van de opvolger die in aanmerking komt om mevrouw Yasmine Kherbache, die op 17 december 2019 de eed heeft afgelegd als rechter van het Grondwettelijk Hof, te vervangen.

 

Le suppléant appelé à la remplacer est M. Ben Segers, suppléant de la circonscription électorale d'Anvers.

De opvolger die haar zal vervangen is de heer Ben Segers, opvolger voor de kieskring Antwerpen.

 

Les pouvoirs de M. Ben Segers ont été validés en notre séance du 20 juin 2019.

De geloofsbrieven van de heer Ben Segers werden tijdens onze vergadering van 20 juni 2019 geldig verklaard.

 

Comme la vérification complémentaire, prévue par l'article 235 du Code électoral, ne porte que sur la conservation des conditions d'éligibilité, il apparaît que cette vérification, n'a, au vu des pièces obtenues, qu'un caractère de pure formalité.

Daar het aanvullend onderzoek door artikel 235 van het Kieswetboek voorgeschreven, uitsluitend slaat op het behoud van de verkiesbaarheids­vereisten, gaat het, gelet op de verkregen stukken, in de huidige omstandigheden om een loutere formaliteit.

 

Je vous propose donc de passer à l'admission de ce membre.

Ik stel u dus voor tot de toelating over te gaan van dit lid.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Je rappelle les termes du serment: "Je jure d'observer la Constitution" "Ik zweer de Grondwet na te leven" "Ich schwöre die Verfassung zu befolgen".

Ik memoreer de bewoordingen van de eed: "Ik zweer de Grondwet na te leven" "Je jure d'observer la Constitution" "Ich schwöre die Verfassung zu befolgen".

 

Je prie M. Ben Segers de prêter le serment constitutionnel.

Ik verzoek de heer Ben Segers de grondwettelijke eed af te leggen.

 

M. Ben Segers prête le serment constitutionnel successivement en néerlandais et en français.

De heer Ben Segers legt de grondwettelijke eed achtereenvolgens af in het Nederlands en in het Frans.

 

M. Ben Segers fera partie du groupe linguistique néerlandais.

De heer Ben Segers zal deel uitmaken van de Nederlandse taalgroep.

 

Questions

Vragen

 

03 Vraag van Anneleen Van Bossuyt aan Sophie Wilmès (eerste minister) over "De ongeoorloofde uitspraken van hoge vertegenwoordiger Josep Borrell" (55000314P)

03 Question de Anneleen Van Bossuyt à Sophie Wilmès (première ministre) sur "Les déclarations inadmissibles du Haut Représentant de l'UE Josep Borrell" (55000314P)

 

03.01  Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de minister, op een persconferentie eerder deze week, na een ontmoeting van de ministers van Buitenlandse Zaken, heeft de Hoge Vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid een opmerkelijke uitspraak gedaan. Hij verweet de Vlaamse Justitie geen aandacht te schenken aan een Europees aanhoudingsbevel.

 

Los van het feit dat we heel blij zijn dat volgens de Hoge Vertegenwoordiger Justitie al een volledige bevoegdheid van de deelstaten is, is het natuurlijk ongehoord dat na drie Spaanse ministers nu ook de Spaanse commissaris uitspraken doet over onze Justitie.

 

Het is natuurlijk niet aan de Commissie om die politieke uitspraken te doen. Het druist bovendien volledig in tegen de scheiding der machten.

 

We zitten hier dus duidelijk met een politiek probleem.

 

Ik wilde deze vraag aan mevrouw Wilmès stellen omdat zij onze hoogste politieke stem op het Europese toneel is. Zij wilde mijn vraag niet beantwoorden. Daarom stel ik mijn vraag graag aan u, mijnheer de minister.

 

Gaat u akkoord met het feit dat deze uitspraak volledig indruist tegen de scheiding der machten? Zo ja, bent u bereid om een officieel schrijven te richten aan commissievoorzitter von der Leyen om haar commissaris tot de orde te roepen?

 

De voorzitter: Mevrouw Van Bossuyt, vicepremier Geens is ook bevoegd voor Europese Zaken.

 

Mijnheer de minister, u hebt de volheid van bevoegdheid in lopende zaken.

 

03.02 Minister Koen Geens: Juist, mijnheer de voorzitter, bedankt voor uw andermaal vriendelijke inleiding.

 

Mevrouw Van Bossuyt, ook ik heb met verbazing kennisgenomen van de uitspraken van de Hoge Vertegenwoordiger voor het Europees buitenlands beleid, tevens vicevoorzitter van de Europese Commissie, de heer Josep Borrell, tijdens zijn persconferentie na de ASEM-top in Madrid afgelopen weekend. Het is duidelijk dat dergelijke verklaringen, wanneer zij komen van een Hoge Vertegenwoordiger voor het Europees buitenlands beleid, nog ongepaster zijn dan anders, zowel qua opportuniteit en qua vorm als qua inhoud.

 

Daarom heb ik samen met mijn collega van Buitenlandse Zaken, Philippe Goffin, direct beslist om een instructie te geven aan onze permanente vertegenwoordiging bij de Europese Unie om een diplomatieke demarche te doen. Die demarche wordt vandaag georganiseerd en zal ons totaal onbegrip voor de uitspraken van de heer Borrell te kennen geven.

 

Graag geef ik u mee dat de woordvoerder van de Europese Commissie – de heer Borrell is overigens ook lid van de Commissie – de uitspraken van de vicevoorzitter van de Europese Commissie gisteren heeft gekwalificeerd als persoonlijk. Nogmaals heeft de woordvoerder de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in dezen benadrukt.

 

Mijnheer de voorzitter, verontschuldig mij dat ik mijn antwoord van mijn papieren aflas, maar dit is te belangrijk om te improviseren.

 

03.03  Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord en ook voor het officieel optreden dat u blijkbaar ondernomen hebt.

 

Ik ben blij dat u de onafhankelijkheid van onze rechterlijke macht benadrukt en daarmee ook meteen het belang van respect voor de rechterlijke macht. Ik trek dat dan ook heel graag door naar de toch wel heel belangrijke uitspraak van het Europees Hof van Justitie vandaag, waarin het Hof stelt dat de gevangengenomen voormalige vicepresident van Catalonië, de heer Junqueras, wel degelijk over immuniteit beschikt en dus zijn mandaat in het Europees Parlement moet kunnen opnemen. Ik hoop dat u dienaangaande evenveel respect voor de rechterlijke macht wilt verdedigen bij uw Spaanse collega, zodat ook die uitspraak volheid van bevoegdheid kan krijgen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Vraag van Nahima Lanjri aan Koen Geens (VEM Justitie en Regie der Gebouwen, Europese Zaken) over "De evaluatie van het Stroomplan en de samenwerking met Nederland" (55000320P)

04 Question de Nahima Lanjri à Koen Geens (VPM Justice et Régie des Bâtiments, Affaires européennes) sur "L'évaluation du Stroomplan et la coopération avec les Pays-Bas" (55000320P)

 

04.01  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, het is jammer genoeg gekend dat Antwerpen, vooral dan de Antwerpse haven, de draaischijf van de internationale cocaïnehandel is.

 

Dat brengt natuurlijk het nodige geweld met zich. Granaatontploffingen, schietpartijen en brandstichtingen maken wij in Antwerpen heel regelmatig mee. Er zou bijna kunnen worden gesteld dat Antwerpen de stad van duizend bommen en granaten is.

 

Het is dan ook goed dat begin 2018, met name in februari 2018, het Stroomplan werd voorgesteld en dat een goede samenwerking tussen het parket, de federale en lokale politie, de douane en de sociale inspectie werd opgezet.

 

Morgen wordt het Stroomplan geëvalueerd. Mijn vragen zijn dan ook de volgende.

 

Hoe ziet u de evaluatie? Wie heeft aan de evaluatie meegewerkt?

 

Zijn er al een aantal eerste bevindingen uit de evaluatie van het Stroomplan?

 

Welke inspanningen zullen nog nodig zijn? Ziet u bijsturingen die nodig zijn?

 

Hoe verloopt tot hier toe de samenwerking tussen het parket, de douane, de politiediensten en de sociale inspectie? Zijn er al resultaten?

 

Zijn er eventueel al veroordelingen? Zijn er al netwerken opgerold?

 

Hoe evalueert u zelf het Stroomplan in zijn geheel?

 

Tot slot, er is uiteraard ook internationale samenwerking nodig, om de drugsbendes aan te pakken. Kan u mij meer vertellen over de samenwerking met Nederland, meer bepaald in het kader van het Kempen-Maasplan?

 

04.02 Minister Koen Geens: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Lanjri, in het Stroomplan zijn twee zaken heel belangrijk: enerzijds de multidisciplinaire samenwerking, anderzijds de internationale samenwerking.

 

Wij proberen met het Stroomplan echt een 360°-aanpak teweeg te brengen door een samenwerking tussen de lokale diensten, de regionale en de federale diensten en dit op alle mogelijke manieren, in het zogenaamde Kaliteam. U weet dat Antwerpen zelf daarin met de burgemeester een prominente rol speelt. Ook de federale gerechtelijke politie heeft het voorbije jaar – ik zeg dat in aanwezigheid van de minister van Binnenlandse Zaken, collega De Crem – 304.000 uren besteed aan het bestrijden van de drugs in Antwerpen, zijnde 11 % van zijn totale capaciteit. Alleen al in de provincie Antwerpen zijn er in 2018 7.000 feiten van drugsbezit en 150 feiten van drugsfabricatie geregistreerd. In Limburg zijn er meer dan in Antwerpen: 222 feiten van drugsfabricatie.

 

We proberen ook een gerichtere aanpak te doen van de witwasmisdrijven door zoveel mogelijk confiscatie, tot in het buitenland toe. U weet dat ik daarover met de Marokkaanse overheid al verscheidene keren overleg heb gepleegd, in de hoop ernstige vooruitgang te boeken. Vanmorgen heeft de procureur-generaal mij verzekerd dat de samenwerking tussen politie en gerecht steeds beter verloopt. Dat was voor mij een hele geruststelling. Op het terrein zijn de resultaten merkbaar, getuige daarvan enorme inbeslagnames de voorbije dagen. Wat Nederland betreft, heb ik samen met collega De Crem en al onze diensten onlangs de Nederlandse minister van Justitie Grapperhaus ontmoet om in de Kempen-Maasregio en met name op het stuk van plofkraken, motorbendes, maar vooral drugs, dumping van drugsafval en synthetische drugs nog beter samen te werken.

 

04.03  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord.

 

Het klopt dat wij alleen door een doorgedreven samenwerking de drugsbendes kunnen aanpakken en dat die samenwerking niet alleen nodig is in België tussen het lokale en het federale niveau en tussen de verschillende diensten, maar ook internationaal. Het is goed dat u daarvoor een aantal initiatieven hebt genomen.

 

Het is wel belangrijk dat die inspanningen worden volgehouden. Dit mag een boodschap aan de volgende regering zijn om wat dat betreft doorgedreven inspanningen te leveren. Wij zien immers nog elke dag die geweldplegingen in onze stad, wat niet zou mogen.

 

Ik hoop dan ook dat wij op basis van de evaluatie van het Stroomplan, die morgen zal gebeuren, de nodige conclusies kunnen trekken en het beleid waar nodig kunnen bijsturen. Ik zal u daarover later zeker opnieuw ondervragen, wellicht in de commissie.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

05 Question de Marco Van Hees à Alexander De Croo (VPM Finances et Coopération au développement) sur "La diminution des impôts payés par les entreprises en 2018" (55000306P)

05 Vraag van Marco Van Hees aan Alexander De Croo (VEM Financiën en Ontwikkelingssamenwerking) over "De daling van de belastingbijdragen van de bedrijven in 2018" (55000306P)

 

05.01  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le président, monsieur le ministre, à propos de la réforme de l'impôt des sociétés, votre prédécesseur, Johan Van Overtveldt (N-VA), a toujours prétendu qu'elle était budgétairement neutre. En lui succédant, vous l'avez répété: "elle est budgétairement neutre, elle est budgétairement neutre, elle est budgétairement neutre."

 

Il y a deux mois, mon collègue Hedebouw vous interpellait à ce sujet, ici même, et vous lui répondiez: "Monsieur Hedebouw, permettez-moi quand même, quand vous citez des chiffres du service d'études du PTB, d'avoir des doutes." Or, aujourd'hui, c'est la Banque nationale qui publie des chiffres et elle ne dépend pas du PTB. Elle relève qu'en 2018, l'impôt des sociétés a baissé de 3,2 % par rapport à 2017. Cela représente une baisse d'un demi-milliard d'euros. Le taux réel baisse, quant à lui, de 10 %.

 

Ainsi, les bénéfices avant impôt augmentent, tandis que les impôts des sociétés diminuent. Quelle est la cause de cette baisse? Selon la Banque nationale, "en 2018, la réforme de l'impôt des sociétés, en abaissant le taux d'imposition de base et la contribution complémentaire de crise, a permis de soutenir la rentabilité financière des entreprises".

 

Monsieur le ministre, il n'y a pas de neutralité budgétaire. Et nous ne sommes pas encore à la moitié du chemin car de nouvelles baisses sont annoncées.

 

Monsieur le ministre, vous êtes-vous trompé ou avez-vous menti?

 

05.02  Alexander De Croo, ministre: Monsieur Van Hees, c'est vrai que cette fois-ci, vous citez des chiffres qui sont plus fiables que ceux de la fois précédente, mais quand vous les citez, il faut le faire correctement. En effet, vous utilisez une analyse des comptes annuels de la Banque nationale qui ne tient, par exemple, pas compte – ce sont des chiffres partiels – de ce que l'on appelle les avertissements-extraits de rôle qui n'ont pas encore été reçus pour 2019. Cela signifie que vous comparez la totalité de 2017 avec 82 % de la totalité 2018. Il est clair que vous êtes en train de comparer des pommes et des poires!

 

Si vous voulez utiliser des chiffres, je veux bien vous en donner. Ces chiffres proviennent de la Banque nationale qui compare les revenus de l'impôt des sociétés en pourcentage du PIB. En 2017, ils s'élevaient à 4,1 % et en 2018, à 4,3 %. Il s'agit donc bien d'une augmentation. En ce qui concerne les impôts directs des entreprises, le Bureau du Plan parle de 18 millions en 2017 qui augmentent à 20 millions en 2018.

 

Vous affirmez que les taux ont baissé. Il est vrai que les taux faciaux ont baissé. C'était d'ailleurs le but. On a élaboré un tax shift des petites sociétés vers les grandes sociétés avec une taxe minimum pour les grandes sociétés mais on a élargi la base. Le taux facial a diminué. La base est devenue plus large. Selon moi, c'est tout à fait judicieux d'un point de vue économique.

 

Ce que vous venez de dire, c'est ce que j'appellerai un peu la loi du PTB: aucune taxe ne sera jamais assez élevée. Vous voulez que chaque taxe soit toujours plus élevée, plus élevée, plus élevée. Vous voulez un paradis social. Moi, je ne suis pas contre mais un paradis social sur un cimetière économique, cela ne va jamais marcher.

 

05.03  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le ministre, il est vrai que le PTB veut un paradis social. Vous, vous voulez un paradis fiscal pour les multinationales et un enfer fiscal pour les travailleurs! C'est cela la réalité! Les travailleurs paient plus de TVA et plus d'accises. Là, vous augmentez.

 

Votre politique est incroyable! La Banque nationale démontre que cette réforme n'est pas neutre budgétairement et vous remettez en cause les chiffres de la Banque nationale. Vous dites que c'est un mauvais échantillon, etc.

 

Vous aviez déjà trahi la réalité sur le taux minimum de 7,5 %. Vous aviez dit que toutes les sociétés paieraient au minimum 7,5 %. On vous a démontré que cela aussi, c'était faux.

 

Clairement, vous n'avez pas d'argent pour le social. Vous n'avez pas d'argent pour les pensions. Vous n'avez pas d'argent pour majorer les allocations au-dessus du seuil de pauvreté. Quand on vote pour les blouses blanches, vous rechignez et votez contre. Mais pour faire des cadeaux aux multinationales, là, vous avez toujours bien trop d'argent: un demi-milliard cette année et puisqu'on n'est qu'à mi-chemin, cela fera un milliard de manque l'année prochaine. Vous êtes le gouvernement des riches, monsieur le ministre!

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van Steven Matheï aan Alexander De Croo (VEM Financiën en Ontwikkelingssamenwerking) over "De btw-vrijstelling voor esthetische ingrepen" (55000319P)

06 Question de Steven Matheï à Alexander De Croo (VPM Finances et Coopération au développement) sur "L'exonération de la TVA pour les opérations de chirurgie esthétique" (55000319P)

 

06.01  Steven Matheï (CD&V): Mijnheer de minister, sinds 1 januari 2016 is er btw verschuldigd op plastische chirurgie met esthetisch karakter. Dat is verbonden aan een aantal voorwaarden. Zo moet de handeling uitgevoerd worden door artsen en bijvoorbeeld niet door tandartsen. Ook moet het gaan om handelingen die niet voorkomen in de nomenclatuur van het RIZIV. Hierdoor zijn er nu eigenlijk twee soorten ingrepen als het gaat over plastische chirurgie. Enerzijds zijn er ingrepen waarvoor geen btw verschuldigd is, bijvoorbeeld een borstreconstructie na borstkanker. Anderzijds zijn er ingrepen waarvoor wel btw verschuldigd is, bijvoorbeeld de klassieke facelift.

 

Een aantal actoren is wegens dat onderscheid naar het Grondwettelijk Hof gestapt. Het hof vernietigde uiteindelijk die bepalingen op 5 december. Tegelijkertijd stelde het dat de gevolgen van de bestreden bepalingen tot 1 oktober wel behouden blijven. Dat zorgt nu voor heel wat onduidelijkheid voor artsen, ziekenhuizen en tandartsen.

 

Mijnheer de minister, wat zijn de concrete gevolgen inzake btw voor de actoren? Hoe en wanneer zult u de betrokken actoren daarover inlichten?

 

06.02 Minister Alexander De Croo: De bepaling die werd aangevochten voor het Grondwettelijk Hof, gaat over een btw-vrijstelling die sedert 1 januari 2016 gewijzigd is. Het hof heeft een gemoduleerde beslissing genomen, die ingaat vanaf 1 oktober 2019. Het is een complexe materie waarover mijn kabinet zal overleggen met de FOD Financiën en de FOD Volksgezondheid.

 

Wat de osteopaten en chiropractors betreft, zegt men dat die vrijstelling niet zomaar kan worden verworpen op basis van het feit dat prestaties niet erkend zijn. Immers, men moet dan kijken naar de noodzakelijke kwalificaties om het beroep op de juiste manier te kunnen uitoefenen. Maar die noodzakelijke kwalificaties zijn vandaag niet gedefinieerd in het domein Volksgezondheid. Daar schuilt dus een zekere ambiguïteit in.

 

Wij zullen in de eerste weken van 2020 een eerste communicatie uitsturen over de praktische gevolgen. U mag die dus begin januari verwachten.

 

Het is ook duidelijk dat er een wetgevend initiatief nodig zal zijn. Er is een aanpassing van de wet doorgevoerd en het Grondwettelijk Hof heeft daar nu een aantal bemerkingen op. Ik zal zo snel mogelijk met een wetgevend initiatief voor de dag komen.

 

Alleszins mogen op basis van de uitspraken van het Grondwettelijk Hof bepaalde dienstverleners in de medische sector de fiscale aftrek voor de eigen investeringen beginnen toe te passen. Wij zullen proberen zo snel mogelijk duidelijkheid te verschaffen en de wetgeving te wijzigen, zodat de periode van onduidelijkheid zo kort mogelijk is.

 

06.03  Steven Matheï (CD&V): Dank u wel voor het antwoord, mijnheer de minister. Ik noteer dat er snel duidelijkheid zal komen. Ik roep op om in die communicatie heel duidelijk en concreet de situatie weer te geven, zowel naar de plastisch chirurgen, alsook naar tandartsen, die nu eventueel ineens onderworpen zullen worden aan btw.

 

CD&V wijst ook op de moeilijkheid om te onderscheiden of een ingreep al dan niet een esthetisch karakter heeft. Er zullen namelijk vaststellingen moeten worden gedaan. Hierbij rijst de vraag of een fiscale administratie dat kan doen of dat er artsen voor moeten worden aangesteld. Het patiëntgeheim speelt natuurlijk ook mee.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Vraag van Jean-Marie Dedecker aan Pieter De Crem (Veiligheid en Binnenlandse Zaken) over "De problematiek van de transmigranten op de parkings langs de E40" (55000315P)

07 Question de Jean-Marie Dedecker à Pieter De Crem (Sécurité et Intérieur) sur "La présence de migrants en transit sur les parkings de la E40" (55000315P)

 

07.01  Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mijnheer de minister, in feite is dit geen vraag, het is een noodkreet.

 

Al jaren kennen wij de problematiek van transmigranten in onze havens en vooral langs onze autosnelwegen. Wij  hebben omheiningen geplaatst, maar die worden kapotgemaakt. Wij hebben parkings afgesloten en weer opengedaan. Wij hebben camera's geplaatst. Wij hebben hondenbrigades ingezet. Wij hebben extra patrouilles van de politie ingezet. Het enige wat gebeurd is, is dat het probleem zich verplaatst heeft.

 

Wij hebben Jabbeke gesloten. Na Jabbeke kwam Westkerke. Westkerke ging weer open en kreeg een tijdje permanente bewaking. Nu zitten wij met de gebakken peren in Mannekensvere, en, laat ik even over eigen huis praten, in Middelkerke.

 

De situatie is zo erg geworden dat er straks waarschijnlijk mensen overreden worden, want zij steken de autostrade over, niet meer met tientallen maar met honderden. Zij worden zelfs aangebracht met de tram. Er wordt ingebroken in villa's. Er wordt ingebroken in vakantiehuizen, niet alleen in Middelkerke maar ook in Nieuwpoort en omstreken. En die mensen worden quasi ongemoeid gelaten. Dat is een heel groot probleem.

 

Mijnheer de minister, wat zult u concreet doen? Ik meen dat de enige oplossing privéhondenbrigades zijn, die permanent aanwezig zijn. Een tweede oplossing zou natuurlijk zijn dat er permanente bewaking door de politie komt.

 

Dat is mijn vraag voor de toekomst. Ik weet dat de grote schuld niet bij de politie ligt, maar hier in deze Kamer, waar men de wet zou moeten veranderen, zodat de politieagenten niet moeten dweilen met de kraan open. Nu kunnen zij die mensen hoogstens oppakken en ze een briefje geven om het land te verlaten. Wij zien in de statistieken dat dit vandaag niet gebeurt. Amper één vijfde doet dat.

 

In de Kamer zouden wetten moeten worden goedgekeurd zodat men transmigranten mag oppakken, want die mensen wensen geen asiel, en dat men ze mag opsluiten tot zij gerepatrieerd zijn. Dan is dat probleem opgelost.

 

Mijnheer de minister, wat zult u op korte termijn doen aan de problematiek rond het tankstation van Mannekensvere?

 

07.02 Minister Pieter De Crem: Collega Dedecker, sinds 1 december zijn op het grondgebied van ons land 500 transmigranten onderschept en opgepakt. Meer dan 1.000 politieagenten zijn sinds 1 december actief voor deze specifieke problematiek. Dat zijn er ongeveer evenveel als het aantal politieagenten dat dezer dagen de BOB-campagnes ondersteunen.

 

Ik was eergisteren aan het station Brussel-Noord. Ik was ook op het grondgebied van de provincie Henegouwen, die ook door deze problematiek wordt getroffen. Gisteravond en vannacht was ik in Wijnegem en in de Antwerpse omgeving. Ik ben op 21 maart ook bij u geweest. U was toen ook uitgenodigd om de problematiek van Mannekensvere en Middelkerke van bijzonder nabij te bekijken.

 

U spitst zich nu toe op Mannekensvere. Op dit moment, zegt u, slaakt u een noodkreet. Maar ik wil u wel zeggen dat wij het licht op rood hebben gezet voor transmigratie en voor mensenhandelaars.

 

Gisterenavond heb ik zelf gezien hoe 25 illegale transmigranten zijn opgepakt. Eén mensenhandelaar werd ook opgepakt, wordt voor Justitie gebracht en zal worden veroordeeld. Dat zijn bijzonder belangrijke zaken.

 

Ten tweede, wat de problematiek te Mannekensvere betreft, u weet dat het beheer van de parkings is terechtgekomen bij het Vlaams Gewest, dat verantwoordelijk is voor de bewaking, de bewakingsdiensten, de private bewakingsdiensten, de afsluitingen en de camerabewaking, wat een gigantisch werk is.

 

Maar er is meer, u kunt met uw politiezone en met de diensten onder uw zone en met uw politieagenten, ook deelnemen aan dergelijke acties indien u vindt dat het onvoldoende zou zijn. Er is inderdaad een grote problematiek, daar ga ik mee akkoord. Ik ga daar in deze tijd zeer streng mee om, hoe moeilijk dat ook is, want het gaat altijd over mensen. Het is niet juist de indruk te wekken dat er niets zou gebeuren. Bovendien benadruk ik dat er afspraken zijn met het buitenland en dat er, binnen de mogelijkheden van het Schengenakkoord, tot 31 december extra grenscontroles zullen zijn. De problematiek is gekend: wij hebben ze in kaart gebracht.

 

07.03  Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mijnheer de minister, ik insinueer niet dat er niets gebeurt, integendeel. Er is een heel goede samenwerking, zelfs met Texaco en met de gouverneur, maar het gaat om een problematiek van de wet.

 

U zit echter toch voor een stuk verkeerd, want het is inderdaad Wegen en Verkeer dat het moet doen, maar dat agentschap betaalt daar ook voor, bijvoorbeeld voor de brigades op het veld, maar het is de politie die beslist waar zij naartoe gaan.

 

Wat de lokale politie betreft, wens ik toch een opmerking te maken. Zij is beperkt in het aantal manschappen waarover zij beschikt. Hoe reageert de politie vandaag? De Warmste Week vindt plaats in Kortrijk en de gemeente Middelkerke is verplicht om negen agenten te leveren voor De Warmste Week in Kortrijk, terwijl wij onze eigen criminaliteit van de transmigranten zelf niet de baas kunnen. Dat is ook een probleem, mijnheer de minister.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

08 Question de Khalil Aouasti à Nathalie Muylle (Emploi, Économie et Consommateurs) sur "La discrimination à l'embauche à l'aéroport de Bruxelles-National" (55000317P)

08 Vraag van Khalil Aouasti aan Nathalie Muylle (Werk, Economie en Consumenten) over "De discriminatie bij de aanwervingen op Brussels Airport" (55000317P)

 

08.01  Khalil Aouasti (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre, il semblerait, d'après certaines sources, que 75 % des demandeurs bruxellois d'un badge aéroport permanent se voient refuser cette accréditation, qui est pourtant indispensable à l'exercice d'un emploi au sein de l'aéroport de Bruxelles-National. Ces 75 % de demandeurs bruxellois représenteraient eux-mêmes 50 à 75 % des dossiers qui seraient rejetés au niveau sécuritaire pour la demande d'un badge aéroport permanent. Et ceci, malgré le fait qu'ils remettent un extrait de casier judiciaire en bonne et due forme.

 

Il s'agit là d'une situation qui ne manque pas d'inquiéter jusqu'au patronat flamand, le VOKA, qui s'est ému de cette situation touchant l'emploi et l'activité économique de l'aéroport de Bruxelles-National.

 

Si la sécurité de notre infrastructure nationale est une préoccupation de toutes et tous, la nécessaire discrétion qui entoure les screenings de sécurité elle-même ne doit pas installer le doute quant à de possibles – je dis bien "possibles" – discriminations à l'égard de certains Belges dans le cadre de l'accès à certains emplois.

 

La compétence autour de ces mesures de sécurité est évidemment partagée par de nombreux acteurs. Mais en tant que ministre de l'Intérieur et de la Sécurité, c'est à vous que je me dois de poser les questions suivantes.

 

Monsieur le ministre, confirmez-vous ce taux de rejet des demandes des travailleurs bruxellois? Si oui, comment les expliquez-vous? La situation est-elle comparable dans d'autres aéroports (Liège, Charleroi ou Anvers) quant au taux de rejet des demandeurs issus des grandes villes voisines?

 

La question des critères entourant ces screenings de sécurité réalisés par l'Autorité Nationale de Sécurité (ANS) sur la base des informations de la police fédérale et des services de renseignement se pose également. Quels sont ces critères? Entendez-vous travailler sur ces critères afin de trouver un juste équilibre entre sécurité, activité économique et respect des droits fondamentaux? En coopération avec quelles autorités (régionales, notamment)?

 

08.02  Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, cher collègue, tout d'abord, je tiens à vous signaler que la délivrance des badges d'accès incombe à l'Autorité Nationale de Sécurité. C'est l'autorité compétente qui délivre ou qui retire les habilitations, les attestations et les avis de sécurité. L'ANS est en outre responsable de la gestion et de la protection des informations classifiées en Belgique.

 

C'est un organe qui relève du ministre des Affaires étrangères et qui a successivement été géré par l'ambassadrice De Maesschalck et par l'ambassadeur Baekelandt.

 

La police fédérale émet simplement, je tiens à le souligner, un avis au sujet de ces demandes, à l'instar des autres services d'appui de l'ANS. Il s'agit, en l'occurrence, des services de renseignement, du Centre de Crise et des Services publics fédéraux Affaires étrangères, Finances, Économie et Mobilité.

 

L'avis de la police fédérale est donné par le service Screening qui suit la même procédure pour chaque avis à rendre. Ce service ne traite donc aucune demande de façon discriminatoire.

 

En ce qui concerne les avis de la police fédérale, je répète qu'il n'est nullement question d'une quelconque discrimination.

 

Par ailleurs, comme je viens de le dire, la responsabilité finale incombe à l'ANS et ne relève donc pas directement de ma compétence.

 

Enfin, je peux vous dire que la fourniture de l'avis par l'ANS se fait sur la base d'une enquête de moralité du demandeur et d'un screening de lui-même et de son environnement, ce qui me semble évident et qui donne très souvent lieu à un avis négatif.

 

08.03  Khalil Aouasti (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie.

 

Toutefois, à l'écoute de votre réponse, je ne suis pas tout à fait confiant car, à part me retracer l'historique et m'indiquer que la police fédérale n'est pas compétente et que c'est l'ANS qui fait le travail, vous n'indiquez finalement rien sur les conséquences pratiques de ce travail, à savoir 75 % de refus pour les travailleurs provenant de la Région bruxelloise du fait de leur appartenance à cette zone géographique. Je n'ai absolument rien entendu là-dessus.

 

Comme je vous l'ai dit, les questions de sécurité sont, pour nous, importantes. Mais celles-ci doivent se baser sur des critères clairs, précis, définis et qui ne peuvent absolument pas mener à des conséquences discriminatoires pour les travailleurs bruxellois ou des métropoles. J'écoutais et je lisais finalement la réponse de la police fédérale qui disait espérer réduire la part des dossiers rejetés mais qu'il était impossible actuellement de donner une marge.

 

J'entends qu'il y a un profond malaise au sein de la police fédérale. Il y a un grand silence de votre part et absolument aucune solution en perspective.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Samengevoegde vragen van

- Dries Van Langenhove aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De dalende aantallen asielzoekers en illegalen die terugkeren" (55000298P)

- Yoleen Van Camp aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De terugkeer van asielzoekers" (55000312P)

- Tim Vandenput aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "Het terugkeerbeleid voor asielzoekers en illegalen" (55000318P)

09 Questions jointes de

- Dries Van Langenhove à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La baisse du nombre de retours de demandeurs d'asile et d'étrangers en séjour illégal" (55000298P)

- Yoleen Van Camp à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Le retour des demandeurs d'asile" (55000312P)

- Tim Vandenput à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La politique de retour pour les demandeurs d'asile et étrangers en séjour illégal" (55000318P)

 

09.01  Dries Van Langenhove (VB): Mevrouw De Block, ik stelde u vorige week ook al een vraag over het gefaalde terugkeerbeleid, maar toen weigerde u te antwoorden. Het probleem is intussen echter zo groot geworden dat vanochtend de VRT, ja zelfs de VRT, aanklaagde dat het terugkeerbeleid in dit land volledig fout loopt.

 

Maar liefst 80 % van de illegalen die een bevel krijgen om het Belgische grondgebied te verlaten, blijft gewoon in ons land. Zij weten dat zij dat bevel gewoon kunnen negeren. Om u te doen inzien hoe rampzalig dat is, maak ik even een korte vergelijking.

 

Binnenkort is het nieuwjaarsnacht in het prachtige Molenbeek. Als die Molenbeekse jongeren op pad gaan om feest te vieren, als zij auto's in brand steken en winkels plunderen en zij op voorhand al weten dat de kans bijna onbestaande is dat zij vervolgd zullen worden, denkt u dan, mevrouw De Block, dat zij zich zullen inhouden of denkt u dat zij zich volledig zullen laten gaan?

 

Als wij de politie geen mogelijkheden meer geven om criminelen te straffen of de fiscus geen mogelijkheid geven om fraudeurs te beboeten, denkt u dan dat zij nog een succesvol beleid zullen kunnen voeren? Wij kennen allemaal het antwoord op die vraag. Welnu, hetzelfde gebeurt met illegale migranten in ons land, mevrouw De Block. Ook al weten zij dat zij hier nooit asiel zullen krijgen, zullen zij toch massaal blijven komen, omdat ze weten dat u hen toch nooit zult terugsturen.

 

Wat zult u doen om dat om te draaien? Wat zult u doen om dat zogezegde masterplan Terugkeer eindelijk eens echt uit te voeren?

 

Achter mij zitten de socialisten al in hun handen te wrijven, want alle illegalen die u en de heer Francken nooit hebben durven uit te zetten, willen de socialisten binnenkort de Belgische nationaliteit schenken. Dat de autochtone Vlaming daardoor zal verdwijnen en zal worden vervangen, zal de socialisten worst wezen, als zij dankzij dat nieuwe kiesvee nog wat langer hun zakken kunnen vullen.

 

U bent daaraan medeplichtig, mevrouw De Block. Als u zo voortdoet, zullen er binnenkort in ons land meer illegalen dan kiezers voor Open Vld zijn.

 

09.02  Yoleen Van Camp (N-VA): Mevrouw de minister, wat wij in deze asielcrisis nodig hebben, zijn daden en geen woorden.

 

Uw woorden waren er al in de media. U zegt meer te willen doen inzake de terugkeer, een moeilijke materie, maar voorlopig blijven de daden uit. Daarom wil ik u vragen waarom u zelf hebt voorgesteld en doorgevoerd om op het departement belast met de terugkeer 30 % te besparen. Waarom stemde u tegen het amendement van collega Sander Loones dat net vroeg om meer middelen vrij te maken voor terugkeer?

 

De nota-Magnette is echt onrustwekkend. Wat zult u doen om het masterplan gesloten centra toch strikt uit te voeren? Staat u daar nog achter? Kunt u ons hier geruststellen?

 

Wat onderneemt u zelf om de ellenlange procedures in te korten? Collega Christoph D'Haese dient een concreet voorstel in dat de beroepstermijn inkort, zodat er meer plaats vrijkomt in de gesloten centra. Zult u dat voorstel steunen of hebt u misschien zelf voorstellen?

 

Wij hebben nog een voorstel om de doorlooptijd te verkorten. Hiermee vragen wij om een evaluatie van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen en diens rechters, wat recent ook problematisch bleek. Bent u het daarmee eens?

 

Ook wat de illegale vreemdelingen betreft, kan er meer worden ondernomen. Wij hebben al het voorstel ingediend om hen in hun verblijfplaats te kunnen controleren en op te pakken met het oog op repatriëring. Waarom voert u die regeling niet in?

 

Ten slotte, voor ons moet de focus liggen op het terugsturen van illegale criminelen. Onder onze collega Theo Francken stegen de cijfers van een paar 100 per jaar naar liefst 1.600 per jaar. Dat is zelfs meer dan Salvini presteerde. De heer Francken maakte werk van terugnameakkoorden en zorgde ervoor dat illegale criminelen consequent op het vliegtuig werden gezet en teruggestuurd.

 

Onder uw vlag zijn de cijfers gestagneerd. Waarom steekt u geen tandje bij? Waar zijn uw daden?

 

09.03  Tim Vandenput (Open Vld): Mevrouw de minister, de VRT becijferde inderdaad wat we al wisten. 80% van de afgewezen asielzoekers negeert het bevel om het Belgisch grondgebied te verlaten. Dit wordt niet enkel in België vastgesteld. Dit cijfer ligt in andere Europese landen even hoog. Het terugkeerbeleid vormt het sluitstuk van een performant asiel- en migratiebeleid.

 

De Open Vld pleit al jaren voor een kwaliteitsvol en duurzaam terugkeerbeleid volgens het eenvoudige principe 'vrijwillig als het kan, gedwongen als het moet'. Het terugkeerbeleid stoelt op een aantal pijlers, zoals vrijwillige terugkeer bevorderen, gedwongen terugkeer verhogen en de misbruiken wegwerken. Aangezien het vrijwillige terugkeerbeleid niet goed genoeg werkt, zal er meer ingezet moeten worden op gedwongen terugkeer. De wet is de wet. Het is daarom ook belangrijk dat er meer plaatsen in gesloten centra komen en dat die capaciteit volledig wordt ingevuld. Er zal ook bijkomend personeel nodig zijn om die gesloten centra te bemannen. Mevrouw de minister, ik heb twee concrete vragen.

 

Waarom leiden de bevelen niet tot een effectieve terugkeer?

 

Welke maatregelen hebt u al genomen en welke zal u nog nemen om het aantal asielzoekers dat effectief terugkeert te doen toenemen?

 

De voorzitter: Drie vragen, drie minuten moeten volstaan voor het antwoord, mevrouw de minister.

 

09.04 Minister Maggie De Block: Collega's, in de media wordt er vandaag een vergelijking gemaakt tussen het aantal bevelen om het grondgebied te verlaten en het aantal mensen dat dit effectief doet op een officiële manier. Ik ben het ermee eens dat er meer mensen moeten terugkeren. Het gaat hier echter om een complex gegeven.

 

De vergelijking tussen die twee cijfers kan namelijk niet zonder meer gemaakt worden. Mijnheer Van Langenhove, één persoon kan meer dan één bevel om het grondgebied te verlaten krijgen, net zoals een autochtone Belg meer dan één verkeersovertreding kan doen. Daar is geen een-op-eenverbinding tussen.

 

Niet elke terugkeer wordt geregistreerd. Mensen die bijvoorbeeld naar een ander Europees land afreizen, worden niet geregistreerd. Mensen die vrijwillig terugkeren, worden ook niet geregistreerd. Zij komen niet in de statistieken van de gedwongen terugkeer terecht, ook niet in het kader van de Dublin-terugkeer.

 

Ook gaan mensen opnieuw in beroep of starten een nieuwe procedure op.

 

Mevrouw Van Camp, ter zake kunnen inderdaad maatregelen worden getroffen. Indien u juridisch sluitende maatregelen indient, zal u mijn steun krijgen. Ik wijs er u echter op dat wij ze laten onderzoeken en dat ze niet altijd juridisch sluitend blijken te zijn.

 

Het terugkeerbudget is niet verminderd. Waarom is daarvoor een lager getal ingeschreven? Wij hebben iemand ingezet om de aanvragen bij Frontex in te vullen teneinde financiële steun van Frontex te krijgen en op die manier meer mensen kunnen doen terugkeren. Dat zorgt ervoor dat wij minder budget moeten uitgeven, maar eigenlijk meer mensen kunnen doen terugkeren. Dat is dus de investering waard.

 

Van belang is dat wij altijd vrijwillige terugkeer aanbieden, ook wanneer mensen opnieuw worden opgepakt. Tevens hebben wij recent enkele nieuwe opvolgingsmechanismen goedgekeurd, waaronder ook de outreach.

 

Er wordt ook intensiever met de steden en gemeenten samengewerkt zodat iedereen hetzelfde verhaal rond de terugkeer geeft. Op die manier wordt niet het signaal gegeven dat iemand wel een bevel heeft gekregen, maar toch kan blijven. Aldus kan ook worden vermeden dat de boodschap niet duidelijk is.

 

Aan de betrokkenen wordt bovendien uitgelegd dat, wanneer zij niet vrijwillig terugkeren, zij daartoe zullen worden gedwongen. Om de gedwongen terugkeer vlot te laten verlopen, moeten wij meer plaatsen hebben. Het aantal plaatsen dat kon worden benut, is gedaald omdat zij ook voor de transmigranten werden gebruikt en dus moesten worden vrijgehouden.

 

Ik moet opmerken dat het rendement op dat vlak heel erg klein was. Daarom heb ik samen met de heer De Crem ter zake maatregelen getroffen.

 

Het is zeker nodig om dat masterplan verder uit te voeren, samen met de Regie der Gebouwen. Daar zijn een aantal grote verrassingen uit de kast gevallen, onder meer een budgetoverschrijding van 50 %. Daar moeten we samen met de volgende regering uitkomen.

 

Het samenwerkingsakkoord met betrekking tot de terugkeer van illegale criminelen heb ik als vroegere minister voor Asiel en Migratie samen met mevrouw Turtelboom uitgewerkt. Dat is daarna door uw collega Francken verder uitgevoerd. Dat mag ook eens worden gezegd.

 

09.05  Dries Van Langenhove (VB): Mevrouw De Block, in de gesloten terugkeercentra werden op vijf jaar tijd amper 100 plaatsen bij gecreëerd. In de opvangcentra voor nieuwe asielzoekers kwamen er de afgelopen maanden 500 tot 600 plaatsen bij per maand.

 

Als het is om de instroom van nieuwe migranten naar België te vergroten, dan kan alles. Als het is om de uitstroom te vergroten, dan kan er niets.

 

Gelukkig kunnen we de situatie nog rechttrekken, mevrouw De Block, maar dan moeten we dringend nog vijf belangrijke stappen nemen.

 

Ten eerste, verkort eindelijk de procedures. Ten tweede, pak het misbruik van de beroepsprocedures aan. Ten derde, verhoog drastisch de capaciteit van de gesloten terugkeercentra. Ten vierde, spoor actief illegalen op. Ten vijfde en zeer belangrijk, sluit meer terugkeerakkoorden. Doe dat door economische druk toe te passen. Als een Afrikaans land haar criminele vreemdelingen of illegalen niet wil terugnemen, dan hoort dat land ook geen Belgische ontwikkelingshulp te krijgen.

 

Het is tijd om de handen uit de mouwen te steken. De klok tikt.

 

09.06  Yoleen Van Camp (N-VA): Mevrouw de minister, ik ben blij dat u ook vindt dat het beter kan. Dat is niet alleen op het vlak van de uitstroom maar ook van de instroom echt nodig. Het is tijd voor actie. Wij moeten werk maken van een aanpak van de illegale migratie.

 

Zoals u erkent, is er onder collega Francken inderdaad al heel veel werk gemaakt van het verscherpen van de migratiewetten. Wij zetten die inzet onverminderd voort in het Parlement. Ik heb hier ons voorstel voor de verscherping van de gezinshereniging, voor de verscherping van de inkomensgarantie en voor het inkorten van de uitzonderingstermijn, zoals de Europese wetten ons perfect toelaten. Dat is ook erkend tijdens de hoorzittingen.

 

U vraagt sluitende voorstellen, hier zijn ze: quota invoeren, geen automatisch verblijf meer na de uitspraak in de zaak-Diallo en de zaak-X. U vraagt sluitende voorstellen, ik heb hier een hele stapel liggen: inburgering en taal in het land van herkomst, verhoogde retributies, achterpoortjes sluiten. Ik heb er nog meer, maar ik wist dat ik met mijn repliek van 1 minuut niet zou toekomen. Ik ben dus blij dat u erkent dat er werk aan de winkel is, mevrouw de minister. Laat ons samenwerken. Samen kunnen wij de uitstroom opdrijven en de instroom inperken.

 

Ik wens u allemaal een zeer fijn kerstverlof, maar ik hoop dat we kunnen afspreken om in 2020 heel deze bundel goed te keuren, alsook nog veel meer maatregelen die wij op de plank hebben liggen.

 

09.07  Tim Vandenput (Open Vld): Mevrouw de minister, ik ben blij dat de budgetten niet verminderd zijn, zoals u hebt toegelicht, en dat de capaciteit in de gesloten centra wordt verhoogd. U wees ook terecht op de readmissieakkoorden, die wij nog meer moeten gebruiken. Tot slot moeten wij ook de misbruiken wegwerken, want enkel zo kunnen wij een streng en rechtvaardig terugkeerbeleid voeren: vrijwillig als het kan, gedwongen als het moet.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

10 Vraag van Steven Creyelman aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De hoge ziekenhuiskosten voor de patiënten" (55000303P)

10 Question de Steven Creyelman à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'explosion de la facture hospitalière pour les patients" (55000303P)

 

10.01  Steven Creyelman (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, een ziekenhuisopname met overnachting kost in ons land gemiddeld al snel zowat 278 euro. Wanneer een patiënt bovendien in een eenpersoonskamer overnacht, dan stijgen de kosten voor hem of haar al snel tot meer dan 1.600 euro. Dat is een vermenigvuldiging met een factor van bijna zes, mevrouw de minister. Die kostenstijging is bijna uitsluitend toe te wijzen aan de kamersupplementen en de ereloonsupplementen. Collega's, als u dacht aan de torenhoge facturen te kunnen ontsnappen door u te laten inboeken in meerpersoonskamers, bent u eraan voor de moeite. Ook in die kamers lopen de kosten al snel heel erg hoog op, omdat er wordt gerekend met duistere, soms zelfs mistige, niet vergoedbare honoraria.

 

Als we de analyse maken, moeten we al heel snel vaststellen dat de artsen en de ziekenhuizen heel inventief en creatief zijn geworden met het verzinnen van allerlei kosten en het genereren van inkomsten. Wie wil genieten van de beste omkadering, moet daar blijkbaar heel diep in zijn zakken voor tasten. Op die manier dreigen wij te verzanden in een gezondheidszorg met twee snelheden: een voor wie het kan betalen en een voor wie het niet kan betalen. Ik denk niet dat dat de bedoeling is, mevrouw de minister, en daarom heb ik een aantal pertinente vragen.

 

Mevrouw de minister, ten eerste, hoe staat u tegenover de creatieve supplementen die door de ziekenhuizen en artsen worden aangerekend?

 

Ten tweede, hoe staat u tegenover een verbod op ereloonsupplementen?

 

Ten slotte, hoe staat u tegenover een verbod op kamersupplementen?

 

10.02 Minister Maggie De Block: Het is uiteraard niet de bedoeling dat de oplopende kosten voor de patiënt een de toegankelijkheid van de zorg in het gedrang brengen. Daarom is de financiering van de ziekenhuizen in deze legislatuur aangepakt. Het is een zogenaamd wicked problem: iedereen is het erover eens dat het anders moet, maar hoe het dan wel moet, is minder duidelijk.

 

Wie vertrouwd is met ziekenhuisfinanciering, beseft dat zoiets niet in een paar maanden gewijzigd wordt. Wij hebben echter zeer belangrijke stappen gezet. Simpele oplossingen zoals de afschaffing zonder meer van de supplementen dreigen het probleem net groter te maken. We hebben dus gekozen voor een stapsgewijze aanpak van de ziekenhuisfinanciering, onderbouwd door wetenschappelijk studiewerk van het Kenniscentrum.

 

Er is de  nieuwe financiering voor de laagvariabele zorg, die geldt voor 57 veel voorkomende patiëntengroepen. Voor de eerste keer krijgt men in heel ons land voor dezelfde ingreep ook dezelfde prijs, in welk ziekenhuis in welke regio ook men patiënt is. Die maatregel is van toepassing sinds 1 januari 2019, waardoor de impact ervan nog niet zichtbaar is in de ziekenhuisbarometer. In de toekomst zal er een uitbreiding komen voor onder andere implantaten, geneesmiddelen en verblijf.

 

Er zijn tevens maatregelen genomen om de ereloonsupplementen te temperen. Ze zijn overal afgeschaft, behalve in de eenpersoonskamers. Ook voor daghospitalisatie zijn ze alleen nog mogelijk in eenpersoonskamers. Er is nu tevens een werkgroep bij de commissie Medicomut, waar de ziekenhuissector overlegt en voorstellen doet voor de toekomst. De ziekenfondsen zijn hierbij betrokken. Het voorstel mag geen gewone bevriezing betekenen, want dan blijven de verschillen tussen de ziekenhuizen bestaan.

 

Wat de niet-vergoedbare kosten betreft – men gebruikt allerhande creatieve termen, zoals comfortkosten –, geef ik mensen de raad om hun factuur eerst te laten nakijken door het ziekenfonds. Het ziekenfonds kan dan vaststellen dat de betreffende kosten geen wettelijke basis hebben en ten onrechte gefactureerd worden. Vervolgens kunnen de betrokkenen hun factuur laten aanpassen. Dat is wat ze moeten doen.

 

10.03  Steven Creyelman (VB): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw interessante antwoord.

 

Voor het Vlaams Belang is het alvast duidelijk: wij verzetten ons op alle mogelijke manieren tegen een gezondheidszorg met twee snelheden, tegen een gezondheidszorg waarbij de beste omkadering alleen nog is weggelegd voor wie het kan betalen. Wij moeten een halt toeroepen aan al de creatieve supplementen die door de ziekenhuizen en de artsen worden aangerekend.

 

Mevrouw de minister, wij vinden dat er een verbod moet komen op de ereloonsupplementen en op de kamersupplementen. Collega's, meer zelfs, voor het Vlaams Belang is het duidelijk: er moet een maximumfactuur komen, ook in de ziekenhuizen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

11 Samengevoegde vragen van

- Joris Vandenbroucke aan François Bellot (Mobiliteit) over "Het sociale conflict bij de NMBS en de spoorstaking van vandaag" (55000297P)

- Marianne Verhaert aan François Bellot (Mobiliteit) over "Het grote succes van de minimale dienstverlening" (55000301P)

- Sophie Rohonyi aan François Bellot (Mobiliteit) over "De staking bij de NMBS" (55000305P)

- Emmanuel Burton aan François Bellot (Mobiliteit) over "De staking bij de NMBS en de evaluatie van de gegarandeerde dienstverlening" (55000309P)

- Mélissa Hanus aan François Bellot (Mobiliteit) over "De staking bij de NMBS" (55000310P)

- Vanessa Matz aan François Bellot (Mobiliteit) over "De staking bij de NMBS" (55000321P)

- Maria Vindevoghel aan François Bellot (Mobiliteit) over "De staking bij de NMBS van 19 december" (55000311P)

- Pieter De Spiegeleer aan François Bellot (Mobiliteit) over "De spoorstaking van 19 december" (55000308P)

- Tomas Roggeman aan François Bellot (Mobiliteit) over "De spoorstaking" (55000300P)

- Sarah Schlitz aan François Bellot (Mobiliteit) over "De staking bij de NMBS" (55000304P)

11 Questions jointes de

- Joris Vandenbroucke à François Bellot (Mobilité) sur "Le conflit social à la SNCB et la grève de ce 19 décembre" (55000297P)

- Marianne Verhaert à François Bellot (Mobilité) sur "Le grand succès du service garanti" (55000301P)

- Sophie Rohonyi à François Bellot (Mobilité) sur "La grève à  la SNCB" (55000305P)

- Emmanuel Burton à François Bellot (Mobilité) sur "L'évaluation du service garanti à l'occasion de la grève à la SNCB" (55000309P)

- Mélissa Hanus à François Bellot (Mobilité) sur "La grève à la SNCB" (55000310P)

- Vanessa Matz à François Bellot (Mobilité) sur "La grève à la SNCB" (55000321P)

- Maria Vindevoghel à François Bellot (Mobilité) sur "La grève du 19 décembre à la SNCB" (55000311P)

- Pieter De Spiegeleer à François Bellot (Mobilité) sur "La grève du rail du 19 décembre" (55000308P)

- Tomas Roggeman à François Bellot (Mobilité) sur "La grève des cheminots" (55000300P)

- Sarah Schlitz à François Bellot (Mobilité) sur "La grève à la SNCB" (55000304P)

 

11.01  Joris Vandenbroucke (sp.a): Mijnheer de minister, vanochtend is ruim twee derde van de treinen niet uitgereden omdat een groot deel van het personeel van de NMBS het werk heeft neergelegd. Dat is natuurlijk heel vervelend voor al die mensen die rekenen op de trein, bijvoorbeeld om naar hun werk te gaan.

 

Neem van mij aan dat de spoormannen en -vrouwen die er vandaag voor gekozen hebben niet te werken, zich daar bewust van zijn. Zij willen niet liever dan ervoor zorgen dat de 950.000 mensen die elke werkdag de trein nemen daarop kunnen rekenen, dat zij kunnen rekenen op voldoende treinen, treinen die stipt rijden, die comfortabel zijn, die toegankelijk en betaalbaar zijn voor iedereen.

 

De spoormannen en -vrouwen willen gewoon hun job doen. Alleen, mijnheer de minister, maakt u het hen wel zeer moeilijk, zo goed als onmogelijk. Want wat hebben zij nodig om hun job te doen?

 

Ten eerste, een regering met een toekomstvisie op het spoor. Een regering is er, was er, maar van een visie is er nooit sprake geweest.

 

Ten tweede, middelen om de treinen te laten rijden. U hebt geen investeringsplan gemaakt. U hebt 3 miljard euro bespaard op het spoor.

 

Ten derde, een fair loon naar werken. Wist u dat de productiviteit bij de NMBS de afgelopen jaren met 20 % gestegen is? Die stijging betekent dat er veel meer werk wordt verzet door minder mensen, want het personeelsbestand is afgebouwd.

 

Wel, als op zo'n ogenblik 1,1 % loonsverhoging in ruil voor 20 % meer productiviteit te veel gevraagd is, dan begrijp ik dat de emmer vol is, dan begrijp ik de woede en ontgoocheling van het personeel.

 

Mijnheer de minister, ik verwacht van u dat u ook begrip toont. Dat zou een belangrijk signaal zijn.

 

Ik wil u vragen: welk signaal geeft u? Welk antwoord geeft u op de eisen van het personeel van de NMBS, om ervoor te zorgen dat de sociale dialoog heropgestart kan worden?

 

11.02  Marianne Verhaert (Open Vld): Mijnheer de minister, vandaag is er opnieuw een staking bij de NMBS, opnieuw een staking tegen verandering en voor het behoud van talloze voordelen. De spoorbonden proberen het land te gijzelen en plat te leggen. Ik zeg wel "proberen", want dankzij onder andere het werk van onze fractie in de vorige legislatuur ligt het land niet plat. Dankzij de gegarandeerde dienstverlening rijdt ongeveer een op de drie treinen en raken mensen alsnog op hun werk.

 

De vakbonden staken tegen een ontwerp van sociaal protocolakkoord. Zij zijn tegen het eenheidsstatuut, tegen de voorstellen van de directie om het personeelsstatuut ietwat moderner te maken. Zij zijn voor de bestaande 36 urenweek, de 60 dagen verlof per jaar, het rigide statuut of het amalgaam aan premies om gewoon hun job te doen. Dat is hallucinant, als men weet dat er dagelijks 50 mensen fulltime aan de slag zijn alleen al om de premies en het kluwen van andere toelagen in te boeken.

 

De NMBS-topvrouw heeft het ondertussen wel al goed begrepen. Zij weet heel goed waarom zij moet hervormen. De NMBS moet de concurrentie kunnen aangaan, in de toekomst waarschijnlijk met andere operatoren, maar in de eerste plaats met de auto, om zo mee een oplossing voor de bijbehorende files te kunnen aanreiken.

 

De NMBS heeft nood aan een gelijk speelveld en aan dezelfde wapens als die van de concurrentie, maar vandaag lijken wij nog nergens te staan. In een Europese, open, geliberaliseerde markt moet de reiziger centraal staan, anders stevent de NMBS af op een crash, een Sabena 2.0. Het wordt tijd dat het personeelsstatuut, het aantal personeelsleden en de efficiëntie van de NMBS in overeenstemming worden gebracht met die van de Europese concurrenten, anders zal zij ophouden te bestaan.

 

Beste minister, wie loodst de NMBS de 21ste eeuw binnen? Ik verwacht van u een duidelijk signaal.

 

11.03  Sophie Rohonyi (DéFI): Monsieur le président, monsieur le ministre, comment ne pas donner raison au personnel gréviste lorsqu'on sait qu'en dix-huit ans, le nombre de voyageurs de la SNCB a augmenté de 60 % et que, dans le même temps, le personnel a été réduit de 30 %?

 

Comment ne pas s'insurger face à la diminution de 21 % – en cinq ans – de la dotation d'investissement à la SNCB, alors que nous en connaissons le caractère essentiel pour garantir la sécurité des navetteurs? La récente décision de justice relative à la catastrophe de Buizingen vient, à juste titre, de nous le rappeler.

 

Aujourd'hui, la réalité quotidienne des agents de la SNCB consiste à faire toujours plus avec moins, à essuyer des refus quant à leurs demandes de congés, à courir le risque d'être agressés tant verbalement que physiquement. C'est pourquoi les travailleurs demandent très légitimement une hausse salariale, qui leur est toujours refusée, ainsi que le maintien du temps de travail à trente-six heures pour tous, sous peine de compromettre le recrutement d'agents. Ces revendications, monsieur le ministre, me semblent tout à fait légitimes et doivent être entendues pour le bien-être des travailleurs, mais aussi pour celui des navetteurs.

 

Monsieur le ministre, mes questions sont très simples.

 

Quelle réponse apportez-vous au personnel gréviste de la SNCB? Des rencontres avec les syndicats sont-elles prévues? Comment expliquez-vous que la dotation fédérale d'investissement n'ait cessé d'être réduite tout au long de la précédente législature, alors que le nombre de voyageurs augmente constamment? Qu'en est-il de la procédure visant à libéraliser le rail, qui est prévue à brève échéance, comme nous le savons? Comment la SNCB sera-t-elle en mesure de concurrencer des acteurs privés, avec des moyens humains et financiers qui ne cessent de s'amenuiser d'année en année?  

 

11.04  Emmanuel Burton (MR): Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, depuis ce mercredi à 22 heures, le service garanti est une nouvelle fois d'application sur l'ensemble du réseau belge.

 

On peut se féliciter de cette loi que nous avons votée lors de la précédente législature car elle permet d'offrir un service aux navetteurs. Mon fils a d'ailleurs pu se rendre à l'université ce matin, en train, grâce au service qui était prévu.

 

Aujourd'hui, les relations entre les syndicats et la direction de la SNCB se tendent. En effet, ces derniers essaient de faire pression sur la direction de la SNCB, d'Infrabel et de HR Rail.

 

Les demandes syndicales portent sur divers éléments sur lesquels je ne reviendrai pas. De son côté, le management essaie d'augmenter quelque peu les performances, vu le contexte de libéralisation qui sera inéluctable d'ici quelques années. Il est vraiment nécessaire pour le secteur ferroviaire de développer de nouvelles stratégies, sans que les navetteurs ne soient pris en otage par les syndicats.

 

Monsieur le ministre mes questions sont très simples.

 

Quelle est votre évaluation du service garanti qui est d'application aujourd'hui? Quel est votre avis sur le conflit social existant?

 

11.05  Mélissa Hanus (PS): Monsieur le ministre, aujourd'hui les cheminots ne font pas grève pour eux-mêmes, ce mouvement nous concerne tous.

 

C'est une journée pour rappeler que les trois milliards d'économies imposées au rail nous causent du tort maintenant et continueront à la faire si nous ne réagissons pas. C'est aussi une journée pour rappeler que, face au réchauffement climatique, il faut réinvestir dans le rail, tant dans les structures que dans son personnel.

 

Ce matin, à la gare de Bruxelles-Midi, j'ai rencontré les travailleurs de la SNCB et d'Infrabel. Ils ne croient plus au père Noël, monsieur le ministre. Ils veulent juste travailler dans des conditions qui garantissent leur sécurité et celle des navetteurs. Il y a urgence! L'heure du tout à la voiture est dépassée. Le train ne doit plus être un simple moyen de transport que l'on essaye de rafistoler mais le cœur de notre mobilité. Il est temps de reconnaître la place des travailleurs du rail et les sacrifices consentis ces dernières années.

 

Monsieur le ministre, quelle légitimité donnez-vous aux travailleurs du rail? Êtes-vous conscient que ce mouvement de grève est la conséquence directe des trois milliards d'économies imposées au rail? Reconnaissez-vous les risques pour la sécurité de tous quand un cheminot travaille plus de vingt jours non-stop?

 

11.06  Vanessa Matz (cdH): Monsieur le ministre, les conditions de travail des cheminots sont parfois très compliquées. Le témoignage anonyme d'une accompagnatrice de train ce mercredi dans La Libre est assez édifiant à ce propos. Les économies drastiques imposées par votre gouvernement ne sont pas de nature à améliorer la situation.

 

En particulier, le projet pilote de shift de prestations en cabines de signalisation pose d'énormes problèmes en termes de sécurité et va à l'encontre des recommandations de la commission d'enquête Buizingen et du jugement rendu début décembre. Ces travailleurs sont des humains, pas des robots infaillibles! Demander une vigilance de chaque seconde durant douze heures fait peser sur leurs épaules une responsabilité gigantesque.

 

Monsieur le ministre, comptez-vous laisser poursuivre sur cette voie, au détriment de la sécurité des usagers et du personnel?

 

Enfin, selon la CGSP Cheminots, le patron d'Infrabel aurait négocié un bonus de 8 % pour assurer les affaires courantes de la société, en attendant un gouvernement de plein exercice qui pourra lancer la procédure de renouvellement ou de remplacement. Confirmez-vous cette information? Pensez-vous que cette demande soit de nature à rendre le dialogue social plus serein?

 

11.07  Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik ben vanochtend ook naar het piket geweest en ik heb de indruk dat de vakbondsmensen meer bekommerd zijn om de reizigers dan de politici en de bazen.

 

Op 20 jaar tijd is het aantal reizigers verdubbeld. Het logisch gevolg zou moeten zijn dat er meer wordt geïnvesteerd in treinen, in extra veiligheid, in meer personeel en in meer bemande loketten. Dat zou logisch zijn voor een bedrijf dat groeit.

 

Wat zien wij echter? Net het tegenovergestelde. Deze regering keek ernaar als een koe naar een trein. De dotatie is met 3 miljard euro verlaagd en er zijn 5.000 jobs verdwenen. Hierdoor is de productiviteit van het personeel met 20 % gestegen. De NMBS is hiermee de moeder van de productiviteitsstijging, behalve voor het management. Dat is een uitzondering. Als het management van de NMBS en Infrabel zou worden teruggebracht naar één bedrijf met één directie zou men al heel wat kunnen besparen.

 

Vandaag trekken de spoormannen en -vrouwen aan de noodrem. Wat de werknemers vragen, is dat de treinen op tijd zouden kunnen rijden en dat er voldoende personeel is opdat men zijn werk veilig zou kunnen doen. Is dat dan te veel gevraagd?

 

Wij vragen dat er meer financiering komt. Er is een onderfinanciering van de spoorwegen en dat kost mensenlevens. Of zijn wij de veroordeling van de NMBS en Infrabel voor de treinramp in Buizingen misschien vergeten? Een conducteur op pad sturen met een locomotief die de maanlanding nog heeft meegemaakt, is moorddadig en is een logisch gevolg van de onderfinanciering. Het mag duidelijk zijn. Besparen op openbaar vervoer is dodelijk, dodelijk voor de dienstverlening, dodelijk voor de reizigers en dodelijk voor de werknemers.

 

Mijnheer de minister, ik heb dan ook de volgende vragen voor u.

 

Zult u uw verantwoordelijkheid nemen voor de werknemers en zult u ervoor zorgen dat er genoeg personeel is opdat zij job convenabel kunnen doen? Klopt het dat de CEO van Infrabel om een loonsopslag van 8 % heeft gevraagd?

 

11.08  Pieter De Spiegeleer (VB): Mijnheer de minister, het is stilaan een echte traditie om op het einde van het jaar in deze Kamer het hoofd te buigen over vakbondsacties. Niet zelden zijn deze NMBS-gerelateerd. Meestal ben ik van oordeel dat tradities er zijn om in stand te worden gehouden, maar hiervoor wil ik graag een uitzondering maken.

 

Ik ben al 25 jaar pendelaar. Ik heb in al die jaren weinig tot geen verandering gezien. Ik zie sommigen al gniffelen. Ik heb gependeld onder verschillende regeringen met verschillende samenstellingen, met weinig tot geen verandering. Met de vinger wijzen is hier dus niet relevant.

 

Waarom niet? Omdat er nooit aan het fundamentele probleem werd gesleuteld. Dat is de zandloperstructuur, de te brede top en de te brede vakbondsbasis.

 

In het moedige, smalle midden, tussen hamer en aambeeld, vinden wij de gedupeerden. Hier vinden we het personeel dat gevangen zit in het web van het politieke steekspel, het personeel dat terecht gefrustreerd is en zich begrijpelijk miskend en misbruikt voelt. Daar zitten ook de klanten. Soms is het een reiziger of een klimaatidealist, maar meestal is het een pendelaar, een belastingbetaler die om den brode of om te studeren gebruikmaakt van de diensten van de NMBS.

 

Zolang de top van de NMBS te breed, te geposteerd en te veel in eigenbelang handelt, zo lang de te brede vakbondsbasis te veel macht heeft en ook te veel in eigenbelang handelt, zo lang zal deze spijtige traditie standhouden en zullen pendelaar en werknemer in het smalle midden blijven zitten.

 

Grondige structurele veranderingen dringen zich volgens het Vlaams Belang dan ook op.

 

Mijnheer de minister, is er op langere termijn een visie om de constructie van de NMBS fundamenteel te hervormen? Hangen er op korte en middellange termijn nog andere vakbondsacties in de lucht?

 

11.09  Tomas Roggeman (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, vandaag wordt er opnieuw gestaakt bij de NMBS. De vakbonden vinden dat de NMBS niet goed werkt. Ik kan hen goed verstaan, want eigenlijk vinden wij dat ook. Minder te begrijpen is dat de spoorvakbonden zich daarom wreken op de passagiers. Klanten krijgen vandaag niet de dienst waarvoor ze betaald hebben bij aankoop van hun abonnement. Ze zien bovendien hun belastinggeld in rook opgaan, aan de miljoenen euro economische schade die de bonden jaarlijks veroorzaken. Duizenden werknemers die vandaag geen thuiswerk konden regelen, worden gedwongen om een dag verlof af te staan. Ik weet niet wat daaraan allemaal zo sociaal en solidair is.

 

Collega's, een staking is de grootste antireclame die er is voor ons openbaar vervoer. Het valt mij op dat de partijen die het luidst roepen dat de klimaatplannen niet volstaan, zich vandaag aansluiten bij de bonden die het openbaar vervoer lamleggen en ervoor zorgen dat tienduizenden mensen verplicht zijn om de auto te nemen.

 

Gelukkig zijn er in elk bedrijf ook mensen van goede wil. Ook vandaag zien wij heel wat werknemers die de minimale dienst dragen. Dat is een systeem waarvoor N-VA jarenlang actief gepleit heeft en dat trouwens tot twee jaar geleden verguisd werd door alle Franstalige partijen op MR na, als zogezegd de ultieme afbraak van het stakingsrecht. Wij zijn blij dat dit systeem er vandaag staat. Ik wil dan ook alle werkende NMBS-medewerkers expliciet danken voor hun inzet.

 

Mijnheer de minister, de maatregelen waartegen gestaakt wordt, zijn volgens de directie van de NMBS nodig om het bedrijf te moderniseren. Welke ingrepen acht u noodzakelijk om van de NMBS een modern en klantgericht bedrijf te maken?

 

11.10  Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, cette semaine, la SNCB a battu un nouveau record, celui de 82 trains annulés par jour en 2019. Les intérêts des voyageurs sont les mêmes que ceux des cheminots: avoir des trains à l'heure, confortables, et des tarifs abordables. Mais pour cela, il faut des moyens. Il faut un dialogue social et du respect.

 

Aujourd'hui, le rail est sous tension. D'une part, les navetteurs sont mécontents. Pourquoi? Parce que les trains sont en retard, annulés, parce qu'ils doivent voyager debout, que les guichets sont fermés, et que les tarifs augmentent. D'autre part, les travailleurs sont mis sous pression. Ils ont des conditions de travail intenables. Ils ne savent pas prendre leurs congés. La flexibilité du travail est courante. Les grèves d'aujourd'hui signent l'échec du dialogue social et des mesures mises en place par le gouvernement Michel. Trois milliards d'économies réalisées, 4 500 emplois supprimés, alors que le nombre de voyageurs n'a jamais été aussi élevé, et que l'urgence climatique et la mobilité sont les enjeux actuels.

 

Nous avons besoin aujourd'hui d'un service public ferroviaire de qualité, monsieur le ministre. Alors nous attendons aujourd'hui un signal clair de votre part. Qu'allez-vous mettre en place pour ramener la paix sociale et ainsi rendre le service public aux citoyens?

 

Le président: Monsieur le ministre, dix questions vous ont été posées. Vous avez quatre à cinq minutes pour répondre.

 

11.11 Minister François Bellot: Collega's, dankzij het personeel dat aangaf vandaag te willen werken, heeft de NMBS in overleg met Infrabel een alternatief vervoersplan uitgewerkt. Volgens dat vervoersplan rijden de helft van de IC-treinen, ondanks de staking. Ook een derde van de L-treinen en van de S-treinen rijdt. De gegarandeerde dienstverlening werkt dus. Pendelaars, studenten en toeristen kunnen dus de aangekondigde dienstverlening genieten.

 

Avant la loi sur le service garanti, un jour de grève, quel que soit le nombre de grévistes, il y avait zéro train. Aujourd'hui, avec le service garanti, il y a du service ferroviaire sur toutes les lignes. Comme je vous l'ai dit, tous les trains ne roulent pas mais le service annoncé hier, 24 heures avant la grève, est assuré. Aujourd'hui, tous ces trains roulent.

 

Le but de la loi sur le service garanti était de rétablir un équilibre entre le droit légitime à la grève et le droit tout aussi légitime au travail.

 

Je souhaite qu'après cette journée de grève, la concertation reprenne au plus vite et qu'un accord puisse être trouvé entre les différentes parties. Je suis fondamentalement un défenseur du dialogue, de la concertation sociale et du service public.

 

Het is niet met stakingen, dat wij een sociaal conflict zullen oplossen.

 

La SNCB doit impérativement persévérer dans la mutation entamée il y a quelques années si elle souhaite pouvoir aborder avec sérénité la libéralisation du transport de voyageurs en 2023, et même si elle veut continuer à exister.

 

Même si cette mutation doit passer par une réflexion nécessaire sur les méthodes de travail, ce n'est évidemment pas le seul domaine qui doit évoluer. L'amélioration des outils de production tels que le matériel roulant ou les ateliers, par exemple, jouera également un rôle important dans cette modernisation.

 

De volgende regering zal moeten beslissen of de opdracht van openbare dienstverlening al dan niet voor nog eens tien jaar aan de NMBS zal worden toegekend.

 

On a cité le chiffre de trois milliards, je ne vais pas revenir dessus. Je rappelle quand même qu'en cinq ans, le citoyen belge aura versé 13,7 milliards à la SNCB plus un milliard pour les investissements complémentaires. Le trend normal d'évolution de la croissance du nombre de voyageurs – qui était de 1 % par an – était de 3,4 % en 2017 – soit avant les marches pour le climat –, de 3,5 % en 2018 et de 4,1 % en 2019. Rien que pour la Région bruxelloise et sa couronne, via l'ajout des 72 trains S et l'augmentation de l'offre fin 2017, le nombre de voyageurs a augmenté de 44 %.

 

Ma position aujourd'hui est de défendre l'attribution directe. Les choses ont été préparées pour que cela puisse évoluer de la sorte dès la prise de responsabilité du prochain gouvernement. Mais, en contrepartie, la SNCB doit continuer à améliorer la qualité du service aux voyageurs et l'efficacité de ses moyens de production afin qu'elle puisse jouer à armes égales face à la concurrence qui se profile dans notre pays et avec l'appétit grandissant des compagnies des pays qui nous entourent. C'est une condition sine qua non pour assurer sa pérennité.

 

Wij hebben ter zake belangrijke stappen gezet.

 

Enfin, je souhaite répondre à une question que deux de mes collègues ont posée concernant M. Lallemand. M. Lallemand, CEO d'Infrabel, poursuit ses activités à Infrabel selon les conditions de la convention de 2014, ni plus ni moins.

 

11.12  Joris Vandenbroucke (sp.a): Beste mijnheer de minister, collega's van N-VA, Open Vld en MR, u verwijt het treinpersoneel dat vandaag het werk heeft neergelegd en u klopt zich op de borst voor de minimale dienstverlening.

 

Wat hebt u de voorbije vijf jaar gedaan? Er is geen visie op het spoor, er is geen investeringsplan. U bent er zelfs niet in geslaagd, mijnheer de minister, om een beheerscontract af te sluiten met de NMBS. U bent er niet in geslaagd om op papier te zetten wat u nu eigenlijk verwacht van de NMBS. Nu wijst u met de vinger naar het personeel dat vandaag staakt, maar u hebt vijf jaar gestaakt. U hebt vijf jaar niet omgekeken naar de NMBS, naar het spoorbeleid. Het resultaat is dat de mensen vandaag meer moeten betalen voor een slechtere dienstverlening. Ik begrijp dat het spoorpersoneel er genoeg van heeft.

 

11.13  Marianne Verhaert (Open Vld): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord.

 

Waarschijnlijk waren heel veel pendelaars vandaag heel blij dat ze wisten of ze op hun werk geraakten en ook weer thuis, ondanks de staking, dankzij die gegarandeerde dienstverlening. Met de invoering van de gegarandeerde dienstverlening hebt u doortastendheid getoond. Diezelfde doortastendheid is nodig om de nodige hervormingen bij het personeelsstatuut van de NMBS mogelijk te maken, zodat het aangepast is aan de uitdagingen van vandaag en van de toekomst.

 

11.14  Sophie Rohonyi (DéFI): Monsieur le ministre, vous vous auto-congratulez parce que le service garanti a été assuré, mais là n'est absolument pas la question. Il s'agissait de vous entendre au sujet des problèmes structurels que dénonce le personnel. Vous en avez cité quelques-uns, mais sans y apporter aucune solution.

 

La grève d'aujourd'hui met en lumière un enjeu social – des conditions de travail indignes que dénonce le personnel et qui ne répondent pas aux missions qui incombent à la SNCB –, mais aussi un enjeu en termes de mobilité, comme l'ont souligné mes collègues, ainsi qu'un enjeu climatique – certains membres reviendront, du reste, tout à l'heure sur l'échec de la COP 25. Si l'on veut offrir des solutions de rechange à la voiture, il faut pouvoir investir massivement dans un réseau ferroviaire qui soit performant, accessible, confortable et sécurisant. Ce n'est pas aux navetteurs de le faire, mais bien à votre gouvernement et à l'État.

 

11.15  Emmanuel Burton (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie de votre réponse. Je suis persuadé que vous suivrez cette situation de près afin d'atténuer les tensions et de garantir la protection des navetteurs.

 

Mon groupe se réjouit que le service garanti ait été mis en place pour la population et, en particulier, les navetteurs. J'ai cru comprendre que certains auraient préféré que le réseau ferroviaire belge soit paralysé. Ce n'est pas notre cas. Avec pragmatisme, nous pouvons nous réjouir que, selon mes informations, entre 30 et 50 % des trains circulent, dans le respect des navetteurs qui partent travailler ainsi que du droit de grève.

 

11.16  Mélissa Hanus (PS): Monsieur le ministre, nous venons de perdre cinq années. Vous avez été le ministre du service minimum. Les cheminots, les citoyens et la planète méritent un service maximum.

 

J'entends souvent qu'il faut lutter contre le détricotage de nos services publics. Aujourd'hui, nous devons changer de discours et mettre fin à cette position défensive. Nous devons clamer un réinvestissement dans nos services publics. Telle sera la mission du prochain gouvernement pour rattraper le retard de ces cinq dernières années dans le rail.

 

11.17  Vanessa Matz (cdH): Monsieur le ministre, je souhaite tout d'abord vous remercier de nous avoir rassurés quant au bonus de M. Lallemand. Je tiens donc à m'insurger ici contre les fake news qui sont propagées.

 

Personne n'aurait compris que ce bonus soit octroyé à un homme qui, il y a quelques semaines, parlait, dans cette Chambre, de gaspillage public. En effet, selon lui, la SNCB n'est pas destinée à transporter quinze personnes de village en village. Il aurait donc été incompréhensible qu'il s'octroie ce bonus. Cela aurait, en tout cas, été pour le moins très indécent.

 

En revanche, monsieur le ministre, vous n'avez pas répondu à mes autres questions, notamment à celle relative aux recommandations de la commission Buizingen notamment sur les cabines et la vigilance dont doit faire preuve le personnel concerné durant douze heures d'affilée.

 

En la matière, je voudrais qu'on tire les leçons du passé. Il s'agit ici d'un des motifs de la grève qui est organisée aujourd'hui. Je vous demande donc d'être particulièrement attentif à cette problématique car il est aussi question des conditions de sécurité.

 

11.18  Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, ten eerste, voor mij is het probleem met de CEO van Infrabel niet opgelost. Het is niet omdat u verklaart dat hij krijgt wat hij moet krijgen, dat hij een opslag van 8 % zou moeten krijgen, terwijl de werknemers zelfs niet eens een opslag van 1 % krijgen. Mijn vraag ter zake was duidelijk.

 

Ten tweede, met de minimumdienstverlening is geen enkel probleem opgelost, niet voor de reizigers en evenmin voor de werknemers. De mensen hebben immers recht op een serieuze dienstverlening en op treinen die op tijd komen. Met de minimumdienstverlening is dat probleem dus niet opgelost.

 

Het Groothertogdom Luxemburg heeft extra geïnvesteerd. Het is een politieke keuze om te investeren zodat er genoeg treinen zijn en treinen op tijd rijden. In Engeland is net het tegenovergestelde waar. Ik heb vandaag nog in het nieuws gelezen dat in Engeland mensen al een maand staken, omdat de spoorwegen er zijn geprivatiseerd, waardoor mensen al een maand lang geen enkele trein kunnen nemen en mensen een vliegtuigticket in plaats van een treinticket nemen, omdat het vliegtuigticket goedkoper is dan een treinticket.

 

Is het dat wat wij willen? Dat is niet wat wij willen.

 

De voorzitter: Mevrouw Vindevoghel, u moet afronden.

 

11.19  Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Wij willen een goede openbare dienstverlening en een investeringsplan waarin 95 % van de treinen op tijd toekomt. Dat willen wij.

 

De voorzitter: De treinen moeten op tijd zijn, maar u ging iets over uw spreektijd.

 

11.20  Pieter De Spiegeleer (VB): Mijnheer de minister, dank u voor uw antwoord. Eerst en vooral wil ik de "cheminots" die vandaag het werk hebben opgenomen, bedanken. In tegenstelling tot mevrouw Vindevoghel vind ik dat de minimale dienstverlening een klein deel van de oplossing is, anders was ik hier ook niet geraakt.

 

Wat ik heb afgeleid uit uw antwoord, is dat er nog geen zicht is op eventuele volgende stakingen. Dat is een beetje verontrustend, want dan zullen de onderhandelingen niet zo bijster vlot verlopen, denk ik.

 

Tot slot maak ik uit uw antwoord ook op dat diepgaande hervormingen nog niet onmiddellijk aan de orde zijn. Dit is misschien een symbolische vergelijking, wanneer ik zeg dat de NMBS Belgisch en Belgicistisch is: dat is weinig transparant, traag en verlieslatend, en dat is zorgwekkend.

 

Tot slot, beste collega's, wil ik u allemaal een fijn eindejaar en vooral een prettig, traditioneel kerstfeest toewensen, met de nadruk op traditioneel. Dank u wel.

 

De voorzitter: Sta mij toe om u traditioneel te feliciteren met uw maidenspeech.

 

11.21  Tomas Roggeman (N-VA): Mijnheer de minister, de NMBS wordt gekenmerkt door verschillende grote constructiefouten: een achterhaalde verlofregeling, te veel hiërarchie, te veel personeelsdiensten, een verbod op contractuele arbeid en een sociaal overleg met regels die ongezien zijn in de rest van onze economie. Dat lost men niet op, collega's, door daar meer geld tegenaan te knallen, dat simplistische verhaaltje klopt niet. De oplossing vraagt vooral de wil om te moderniseren, een wil die aan mijn linkerzijde hier met een microscoop moet worden gevonden.

 

Het is nochtans hoogstnodig, want de wet op de tewerkstelling bij de NMBS dateert uit 1926. Dus, donkerrode kameraden van de PTB en de PS, laat die antieke arbeidssystemen los, laat de oude vormen en gedachten sterven. De 21ste eeuw is al voor een vijfde gepasseerd, maar hier staat u te preken alsof het jaar 1926 straks begint. De NMBS moet dringend moderniseren. Onze wetsvoorstellen liggen klaar en ik reken op de steun van elke collega die samen met ons naar de toekomst kijkt.

 

11.22  Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, je vous remercie pour vos réponses.

 

Il me paraît malvenu, dans ce dossier, d'opposer les navetteurs et les cheminots. Les premiers n'ont pas envie d'utiliser des trains circulant au détriment des conditions de travail des employés de la SNCB.

 

Aujourd'hui, j'ai discuté avec les grévistes; la sécurité des voyageurs et le bien-être des travailleurs sont les premières choses dont ils m'ont parlé.

 

La responsabilité est désormais dans le chef du gouvernement. Nous sommes en affaires courantes mais nous sommes prêts à prendre nos responsabilités. Et, en effet, le prochain gouvernement devra remettre la SNCB sur les rails pour relever le défi de l'urgence climatique, celui des enjeux de la mobilité, pour la qualité de vie des travailleurs et pour les navetteurs.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

12 Samengevoegde vragen van

- Kris Verduyckt aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "Het akkoord over het nationaal energie- en klimaatplan" (55000299P)

- Tinne Van der Straeten aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De COP 25 en het nationaal energie- en klimaatplan" (55000302P)

- Michel De Maegd aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "Het akkoord over het NEKP (nationaal energie- en klimaatplan)" (55000307P)

- Steven De Vuyst aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "Het nationaal energie- en klimaatplan" (55000313P)

12 Questions jointes de

- Kris Verduyckt à Marie-Christine Marghem (Energie, Environnement et Développement durable) sur "L'accord sur le Plan national Énergie-Climat" (55000299P)

- Tinne Van der Straeten à Marie-Christine Marghem (Energie, Environnement et Développement durable) sur "La COP 25 et le Plan national Énergie-Climat" (55000302P)

- Michel De Maegd à Marie-Christine Marghem (Energie, Environnement et Développement durable) sur "L'accord sur le PNEC (Plan national Énergie-Climat)" (55000307P)

- Steven De Vuyst à Marie-Christine Marghem (Energie, Environnement et Développement durable) sur "Le Plan national Énergie-Climat" (55000313P)

 

12.01  Kris Verduyckt (sp.a): Mevrouw de minister, afgelopen weekend is in Madrid de internationale klimaattop beëindigd met een ontgoochelend resultaat. U was daar aanwezig, samen met onze drie andere klimaatministers, en dat vond ik, eerlijk gezegd, misschien nog het pijnlijkste beeld: vier Belgische klimaatministers die daar gaan onderhandelen over een klimaatplan voor België, wat niet lukt.

 

Gisteren was er dan toch witte rook: wij hebben een Nationaal Energie- en Klimaatplan. U hebt daarover onderhandeld met de collega's van de Gewesten en dat is nu rond. U hebt het federale luik al toegelicht, en daar staan goede dingen in.

 

De voorzitter: Collega's, mag ik alstublieft vragen om aandacht te hebben voor de spreker? Anders gaat u maar buiten, in de wandelgangen, in de koffiekamer, waar u wilt, maar een beetje respect voor de werking van het Parlement zou op zijn plaats zijn. (Applaus)

 

12.02  Kris Verduyckt (sp.a): In het federale luik van ons Nationaal Energie- en Klimaatplan erkent u ten minste dat er investeringen in het spoor nodig zijn. De vorige discussie heeft aangetoond dat die heel erg nodig zijn. Er staat bijvoorbeeld in dat België af moet van de fossiele subsidies. Dat zijn op zich goede zaken.

 

Ik heb evenwel ook enkele bedenkingen. U zat rond de tafel met onder andere het Vlaams Gewest, dat opeens weer met cijfers begon te goochelen. Vlaanderen heeft er heel lang over gedaan om tot een reductie van de CO2-uitstoot met 32 % te komen, en nu zegt het opeens dat het naar 35 % gaat. Het doet dat met een regeerakkoord waarvan iedereen die er iets van kent, zegt dat het niet logisch in elkaar zit, niet ambitieus is en niet klopt.

 

De cijfers zijn wat zij zijn. Het gaat niet alleen over de CO2-uitstoot. In het Nationaal Energie- en Klimaatplan zegt u ook dat wij tegen 2030 naar 17 % hernieuwbare energie gaan. Dat is te weinig, want Europa vraagt ons 25 %. Mevrouw de minister, ik kan dan ook niet anders dan u te vragen of u echt denkt dat Europa ons plan positief zal beoordelen. Als dat niet zo is, lopen wij immers een risico op boetes en om extra te moeten betalen, en dat kan niet de bedoeling zijn.

 

Europa heeft trouwens nog meer ambities dan dat, terwijl het al verdomd moeilijk zal zijn om deze doelstellingen te halen. Europa heeft al aangekondigd dat het haar ambities zal bijstellen. Hoe zullen wij er ooit in slagen om die ambities te realiseren?

 

12.03  Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, zaterdag kopte De Tijd dat wij over vijf jaar wakker zullen worden en denken "wat een gemiste kans". Zaterdag was ook de dag waarop er in Madrid verlengingen werden gespeeld. Het was tevens de dag waarop u, uw medewerkers en de administraties nog heel hard aan het werken waren om het Belgische klimaatplan rond te krijgen. Woensdag was het plan er. We kregen toen een plan dat uitblinkt in Vlaamse boekhouderslogica maar niet in Belgische klimaatambitie.

 

Collega's, klimaatambitie is datgene waar de burger op straat ons om vraagt, wat wetenschappers ons aanbevelen en waarvoor de bedrijven vandaag klaar zijn. Ik zou het hier kunnen hebben over de gemiste kans van Vlaanderen of over het feit dat Vlaanderen België buist maar in dit halfrond gaat het over wat wij kunnen doen, over hoe wij werk kunnen maken van een sterk federaal kader. De federale overheid moet niet alleen de entiteiten in ons land samenbrengen, ze moet ook de burgers en de bedrijven samenbrengen en een federaal kader creëren met slimme investeringen voor de toekomst.

 

Mevrouw de minister, ik heb eigenlijk maar één vraag voor u maar u bent niet de juiste persoon om deze vraag aan te stellen. U zegt immers heel de tijd dat u niets kunt doen omdat de regering in lopende zaken is, dat u de federale overheid vertegenwoordigt, dat u geen territorium hebt.

 

Mijnheer de voorzitter van de Kamer, als u het toestaat zou ik mijn vraag aan u willen stellen, maar ook aan alle leden. Zijn wij vandaag klaar en bereid om de handschoen op te nemen? Mevrouw de minister, laat ons met de bevoegdheden en de mogelijkheden die wij hebben de lijn uitzetten en samen werk maken van een ambitieus federaal klimaatbeleid.

 

12.04  Michel De Maegd (MR): Monsieur le président, madame la ministre, hier, en Comité de concertation, avec vos collègues en charge du Climat et de l'Énergie dans les Régions, vous avez adopté le Plan national Énergie-Climat (PNEC) à temps pour le présenter à la Commission européenne avant la fin de l'année.

 

Nous avons déjà eu l'occasion de parler, en commission, de la partie fédérale du PNEC qui porte l'ambition de renforcer le transport ferroviaire – c'est d'actualité – en investissant 35 milliards d'euros sur la période de référence. Il intègre aussi, madame la ministre, un objectif de neutralité énergétique pour 50 % du parc immobilier fédéral. En outre, il est question du maintien de l'objectif de 4 GW de puissance installée dans l'éolien offshore, ce qui fait tout de même de notre pays le leader mondial en la matière. Il est aussi question d'une promotion du transport pour les véhicules électriques, du verdissement du parc automobile fédéral. Et j'en passe.

 

Madame la ministre, on se rappelle votre volonté de répondre aux remarques émises par la Commission, notamment sur l'intégration des quatre plans afin qu'ils forment un seul plan unique qui détaille la manière dont notre pays compte atteindre ses objectifs à l'horizon 2030. Le point d'attention de ce plan est bien sûr l'engagement de chaque Région et du fédéral à atteindre l'objectif européen de réduire de 35 % les émissions de gaz à effet de serre, aspiration qui est rendue complexe, on le sait, par la différence de positionnement des Régions.

 

Madame la ministre, pouvez-vous nous donner plus d'informations sur le plan final adopté en Comité de concertation? Quel est votre regard sur la coopération intrabelge en matière de politique climatique dans le cadre de l'élaboration finale du PNEC?

 

12.05  Steven De Vuyst (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, wij hebben ons vorige week compleet belachelijk gemaakt. België was kop van Jut op de COP25. Het kreeg zelfs een nominatie als fossiel van de dag. Nu het Nationaal Energie- en Klimaatplan bekend is, verdienen wij die titel zeker. Dat komt, mevrouw de minister, doordat uw klimaatbeleid niet ambitieus, niet sociaal en ook niet coherent is.

 

Gisteren hebt u met de collega's van de deelregeringen het plan afgeklopt. In dat plan staat dat wij voor een reductie van de CO2-uitstoot van 35 % tegen 2030 gaan, terwijl wij eigenlijk volgens de wetenschappelijke bevindingen van het IPCC naar minstens 55 % reductie moeten tegen 2030.

 

Meer nog, het is zelf niet zeker dat wij die 35 % reductie van de uitstoot zullen halen tegen 2030.

 

In vergelijking met het oorspronkelijke plan zien wij dus dat u zich rijk rekent. Dezelfde maatregelen inzake energie-efficiëntie zouden opeens vijf keer meer opbrengen.

 

Trouwens, ook het aandeel van hernieuwbare energie is gedaald in het nieuwe plan.

 

Ik vermoed dat u opnieuw met hetzelfde antwoord zult komen. U zult opnieuw met de vinger naar de verantwoordelijkheid van de deelregeringen wijzen. Het zullen de collega's van de deelstaten zijn. U hebt in de pers verklaard dat u blij bent dat er überhaupt al een plan is. Maar ik vraag mij af of dat uw rol als federaal minister is? Hebt u in de onderhandelingen enige leiding genomen om meer ambitie te krijgen?

 

Maar goed, een sociaal en ambitieus beleid is wel degelijk mogelijk. U doet echter net alsof de grootste vervuilers in dit land niet bestaan. Die zijn niet opgenomen in dit plan. De vijf grootste multinationals, die verantwoordelijk zijn voor een vijfde van de uitstoot, krijgen miljoenen aan subsidies. Zij krijgen miljarden belastingkorting, terwijl u het geld altijd in de portemonnee van de gewone mensen gaat halen.

 

12.06 Minister Marie-Christine Marghem: Wat is uw vraag?

 

12.07  Steven De Vuyst (PVDA-PTB): Wanneer zult u eindelijk eens bindende normen opleggen aan die grote multinationals?

 

12.08  Marie-Christine Marghem, ministre: Monsieur le président, je vous laisserai le soin de répondre à la question qui vous a été posée. Je vais répondre aux autres questions, et donc aux trois collègues qui m'ont interrogée sur le Plan national Énergie-Climat.

 

Tout d'abord, ce Plan a été conclu avec les trois Régions (bruxelloise, flamande et wallonne). En matière de renouvelable, notre trajectoire est indicative, comme nous le demande l'Europe. L'Europe demande plus. Pour l'instant, nous ne sommes pas encore arrivés à ce niveau, mais nous avons dix ans pour couvrir cette distance.

 

Sachez qu'en ce qui concerne la mer du Nord, à l'horizon 2030, celle-ci sera pratiquement saturée en termes de production d'énergie renouvelable. Cela n'a rien à voir avec mes compétences, ni avec le fait que le gouvernement soit en affaires courantes. Nous ne pourrons pas faire davantage, sauf en interconnectant notre parc éolien offshore avec d'autres parcs offshore d'autres pays. C'est une première chose: ce sont les Régions qui doivent augmenter leur production de renouvelable.

 

En Comité de concertation, nous avons travaillé sur les biocarburants. Nous avons effectué une trajectoire jusqu'en 2030 aboutissant à 13,9 % de biocarburants à intégrer dans les carburants. Il s'agit de biocarburants de première, deuxième, troisième et quatrième générations, pour autant que ceux-ci soient certifiés et puissent convenir aux véhicules qui circulent.

 

Nous avons utilisé un comptage différencié parce que, selon la nature de ces carburants, ceux-ci ont des capacités énergétiques différentes, et donc des émissions de CO2 différentes. Ils peuvent, parce qu'ils sont deux fois, trois fois, quatre fois plus énergétiques, être comptés comme tels. C'est ce qui nous a permis de faire le trajet qui nous mène à près de 14 % de biocarburants à l'horizon 2030.

 

Pour le reste, M. De Maegd l'a relevé, nous avons une série de mesures au niveau fédéral et nous travaillons avec les Régions. L'esprit a été constructif avec les Régions et doit continuer à l'être. C'est ainsi que nous pouvons, dans notre pays, faire en sorte que la gouvernance climatique ait des résultats concrets. La prochaine demande de la Commission européenne sera plus élevée, puisque le Green Deal vient d'être pris par la Commission. Cela nous oblige à aller encore plus loin, jusqu'à 50 et 55 % de diminution de gaz à effet de serre. Nous allons reprendre le travail et le poursuivre pour augmenter les ambitions.

 

La Commission européenne va nous faire ses remarques en septembre, et un monitoring est prévu en 2024.

 

Je pense ou j'espère avoir répondu à vos nombreuses questions. Pour la question qui concerne le travail du Parlement et la gouvernance climatique parlementaire en Belgique, je cède la parole au président de cette assemblée.

 

Le président: Durant la séance des questions orales, ce sont toujours les ministres qui répondent, sauf si vous me dites que vous démissionnez.

 

12.09  Marie-Christine Marghem, ministre: Monsieur le président, je suis démissionnaire.

 

12.10  Kris Verduyckt (sp.a): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord.

 

Het zijn niet alleen jonge mensen en bezorgde burgers, die naar u kijken. Heel veel bedrijven waarschuwen ons dat de transitie in ons land niet snel genoeg gaat en dat er investeringen nodig zijn en dat mag u als liberaal minister toch niet onderschatten.

 

U verwijst naar de Gewesten. Maar het heel grote Vlaams Gewest heeft nog altijd niet begrepen dat investeren in energietransitie en in klimaat geld en jobs kan opleveren. Elk Vlaams gezin dat vandaag zijn huis isoleert of zonnepanelen legt, toont meer langetermijnvisie dan de Vlaamse regering.

 

Maar goed, ons land heeft nu eenmaal het Klimaatakkoord van Parijs ondertekend en ik kan u niets anders zeggen dan daarnaar te handelen.

 

12.11  Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, wij hebben 10 jaar om de klimaat- en energietransitie in gang te zetten en tot een goed einde te brengen.

 

Het Parlement is daarmee al bezig. Er zijn voorstellen van collega Lachaert over de vergroening van het bedrijfswagenpark; gisteren hebben wij gestemd en ook vandaag zullen wij stemmen over meer middelen voor een sociaal energiebeleid, zodat ook mensen in armoede keuzes kunnen maken voor groene energie; er is het voorstel van mijn collega Vanden Burre rond koolstofbalans.

 

Wij kunnen vandaag het voortouw nemen en werk maken van slimme investeringen in de toekomst. Laten wij vooruitkijken, de handschoen opnemen en werk maken van ambitie. Dat is wat de burgers ons vragen, het is wat de wetenschappers ons zeggen en het is waar de bedrijven klaar voor zijn. Wij als beleidsmakers, als wetgever moeten die handschoen opnemen en we mogen niet langs de kant blijven staan.

 

12.12  Michel De Maegd (MR): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

Il est vrai que le résultat de la COP 25 à Madrid est plus que mitigé. Nous sommes bien d'accord mais ce n'est évidemment pas de votre faute. Dans ce contexte, ce PNEC, s'il n'est pas optimal, est un signal positif que nous envoyons aux citoyens face à une certaine évanescence que j'entends ici, vous donnant une prépondérance dans le rôle.

 

Je rappelle que c'est la collaboration et l'adhésion entre les différentes Régions et le fédéral qui sont importantes et j'appelle de mes vœux, monsieur le président, une interparlementaire pour que, finalement, les députés puissent regarder dans leur jardin.

 

C'est à nous, députés de tous les parlements, à faire en sorte que les gouvernements avancent vers les objectifs ambitieux que se donne la Commission européenne. Il est question de notre qualité de vie et surtout de celle de nos enfants. Assumons donc, en tant que parlementaires, le fait d'aller tous ensemble dans cette direction!

 

12.13  Steven De Vuyst (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, ik dank u voor het antwoord.

 

U zegt dat ik geen duidelijke vragen heb gesteld, maar ik heb ze wel gesteld en ik heb er geen antwoord op gekregen.

 

Er is een totaal gebrek aan ambitie en dat komt omdat er een zekere geest van klimaatontkenning in deze Kamer rondwaart. Dan heb ik het niet over het feit dat mensen de klimaatopwarming ontkennen, maar wel dat er een volledige miskennis is van de ernst van de klimaaturgentie die er is.

 

Dat zal ons handenvol geld kosten want op die manier wordt de klimaatfactuur alleen maar zwaarder en naar de volgende generaties opgeschoven.

 

Wij hebben een top vijf gemaakt van de vijf grootste vervuilers, verantwoordelijk voor 20 % van de CO2-uitstoot. Zij maken gezamenlijk 10 miljard euro winst. Zij hebben daarbij ook nog eens subsidies gekregen. ExxonMobil krijgt ook subsidies uit het Klimaatfonds.

 

Wanneer gaat u die eens bindende normen opleggen? Gaat u hen ook aanspreken om die klimaatfactuur te betalen?

 

Ik denk ook aan een federale minister van Klimaat.

 

De voorzitter: Mijnheer De Vuyst, u hebt uw punt gemaakt. U moet nu stoppen. Dit is materie voor een staatshervorming.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

Hiermee zijn we aan het einde van de mondelinge vragen gekomen.

 

13 Demande d'avis du Conseil d'État

13 Verzoek tot advies van de Raad van State

 

13.01  Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de voorzitter, vooraleer over te gaan tot de bespreking van wetsontwerpen en wetsvoorstellen, wil ik het advies van de Raad van State vragen voor het wetsvoorstel betreffende de minnelijke invordering van schulden, dat op de agenda van deze plenaire vergadering staat. Wij vragen het advies aangezien wij bedenkingen hebben bij de wettelijke kwaliteit en de mogelijke onvoorziene effecten van het voorstel.

 

De voorzitter: Collega's, het gaat over wetsvoorstel nr. 267, het derde agendapunt.

 

Ik moet nagaan of ten minste 50 leden de vraag om advies van de Raad van State steunen.

 

Vraagt iemand daarover het woord?

 

13.02  Egbert Lachaert (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, wij ondersteunen die vraag voor het geheel van het wetsvoorstel. Het gaat om een wetsontwerp dat in de vorige legislatuur al ter bespreking voorlag, maar toen niet gefinaliseerd kon worden.

 

Op zich heeft de tekst nobele doelstellingen, maar het voorstel kan enkele onbedoelde effecten tot gevolg hebben, zeker ten aanzien van kleine ondernemingen en zelfstandigen die administratief minder beslagen zijn dan grote ondernemingen, die zich inderdaad soms schuldig maken aan de discussie over de schuldindustrie. Wij zijn dus bezorgd over enkele onderdelen van de tekst. Aangezien het om een wetsvoorstel gaat, werd het advies van de Raad van State voor die tekst nog nooit ingewonnen. Toch denken wij dat het verstandig is om het advies te vragen. Om die reden ondersteunen wij het adviesverzoek.

 

13.03  Catherine Fonck (cdH): Monsieur le président, les objectifs de cette proposition de loi sont certes tout à fait louables, et nous sommes d'ailleurs prêts à voter près de 90 % du texte pour lutter contre les abus perpétrés notamment par des sociétés de recouvrement, et contre les frais trop élevés de rappel, afin de protéger les consommateurs.

 

En même temps, le délai particulièrement long, qui s'étend jusqu'à 41 jours, pour le paiement des factures, nous semble excessif. Ce délai aurait un impact potentiellement important, surtout pour les petits indépendants et les petites entreprises. Il aurait aussi un impact sur un secteur qui n'a pas du tout été pris en considération, celui de la santé. Je ne pense pas seulement aux hôpitaux mais aussi aux petites ASBL et aux maisons de repos.

 

Pour toutes ces raisons, nous avons déposé plusieurs amendements. Mais compte tenu du télescopage avec des réglementations régionales, nous proposons d'envoyer non seulement les amendements, mais également l'ensemble du texte, au Conseil d'État, d'autant plus que celui-ci ne lui a pas encore été soumis de quelque manière que ce soit, puisqu'il s'agit d'une proposition de loi

 

Le président: Dès lors, vous soutenez cette demande.

 

13.04  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le président, je constate que nous avons ici une proposition de loi visant à lutter contre le surendettement des ménages, qui est un problème très grave dans notre pays.

 

Il a suffi que la FEB envoie un courrier, par votre entremise d'ailleurs, à l'ensemble des députés, avec des amendements déjà tout faits, pour que différents groupes dans l'assemblée – la N-VA, l'Open Vld, le cdH – reprennent ses exigences. Celles-ci comportent le fait de ne pas adopter la loi aujourd'hui en séance plénière. Je trouve cela assez incroyable. On savait que certains partis étaient directement liés au patronat. On se rappelle le président de la N-VA disant "le Voka est mon patron". On voit qu'aujourd'hui, c'est la FEB qui fait la loi. Elle dépose des amendements. Quand la FEB exige, il y a des parlementaires qui appliquent.

 

Je trouve cela assez déplorable, monsieur le président.

 

Le président: Nous n'allons pas discuter du fond. Il s'agit de consulter le Conseil d'État. Il suffit de se prononcer sur cette demande-là. Nous pouvons continuer.

 

Mevrouw Depraetere, u hebt het woord gevraagd. Ik geef daarna ook het woord aan de heer Vanden Burre. Het gaat dus enkel en alleen over de vraag om een advies van de Raad van State over het voorstel en alle amendementen.

 

13.05  Melissa Depraetere (sp.a): Mijnheer de voorzitter, collega's, de vraag om advies is opmerkelijk, omdat het voorstel in de commissie voor Economie unaniem werd goedgekeurd. Wij hebben in de commissie het debat gevoerd, hoorzittingen gehouden en onderhandeld. Wij hebben er ook een voorstel voorgelegd, dat unaniem is goedgekeurd. Op dat moment vond, terecht, geen enkele partij het nodig een tweede lezing te vragen. Het is immers een heel goed voorstel. Op dat moment vond niemand het nodig.

 

Het is dan ook vreemd dat wij vandaag de vraag voorgelegd krijgen om een advies van de Raad van State in te roepen. Waarom komt die vraag er nu immers zo plots?

 

Wij hebben allemaal de mails gelezen, de berichten op de radio gehoord en de krant gelezen. Wij hebben allemaal gezien dat een lobby er alles aan doet om het voorstel te vertragen en liever nog tegen te houden. Dat is de enige reden waarom die vraag er vandaag komt. Laten wij eerlijk zijn. Een advies van de Raad van State wordt gevraagd, indien er een grondwettelijke discussie is, indien er een conflict in bevoegdheid is of indien er een vraag over een geschonden gelijkheidsprincipe is. Collega's, die vraag is er vandaag niet.

 

Collega's, in welk amendement of in welk deel van de tekst ziet u een dergelijk conflict? Persoonlijk zie ik het niet. De enige reden waarom u vandaag het advies van de Raad van State vraagt, is puur omdat u hier niet zit voor wat de grondslag is van het wetsvoorstel of voor de aanpak van de schuldenproblematiek. U spreekt hier puur in naam van de lobby en van het VBO.

 

De voorzitter: De heer Vanden Burre had het woord gevraagd. Ondertussen hebben ook mevrouw Pas en mevrouw Reuter het woord gevraagd. Eén spreker per fractie mag het woord nemen.

 

Ik herhaal dat het enkel gaat over de vraag om een advies of niet van de Raad van State. Daarover moet de Kamer zich daarna met toepassing van het Reglement uitspreken.

 

13.06  Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Monsieur le président, au nom de mon groupe, je voudrais relever que de nombreux amendements ont été reçus sur ce texte, qui avait fait l'objet d'un vote unanime en commission parlementaire. Un équilibre avait été trouvé entre la protection des consommateurs – qui est fondamentale en matière de recouvrement de dettes – et celle d'autres acteurs comme les petites structures, les indépendants et les commerçants. Cet équilibre a été négocié jusqu'à parvenir à un accord impliquant tous les groupes confondus.

 

Revoir certains paragraphes techniquement ne nous pose pas de problème. Nous sommes disposés à recommencer le travail en commission parlementaire. La plupart des amendements font voler en éclats l'équilibre trouvé unanimement en commission. Nous le regrettons. C'est pourquoi nous nous opposons au renvoi au Conseil d'État et à la façon d'agir ici. Nous avions cet accord unanime. J'ignore ce qui a poussé tous les collègues à changer d'avis. On peut légitimement se poser la question.

 

À notre niveau, nous restons cohérents et continuons à soutenir le texte en l'état.

 

13.07  Barbara Pas (VB): Mijnheer de voorzitter, collega's, de unanimiteit voor dit wetsvoorstel in de commissie wijst erop dat iedereen de bekommernis voor die bescherming van de consument wel degelijk deelt.

 

Men moet hier echter opletten geen fouten te maken. Er is een reden waarom zaken eerst in commissie besproken worden en nadien nog eens in de plenaire vergadering behandeld worden. Bij snelle wetgeving met fouten is niemand gebaat. Men moet de eerlijkheid en grootmoedigheid hebben om het toe te geven als er fouten blijken te zitten in de wetgeving, anders staat men hier binnen de kortste keren met een reparatiewet te zwaaien. Het zou niet de eerste keer zijn dat haast en spoed in dit huis tot slechte wetgeving en een reparatiewet leidt.

 

Wij gaan dus zeker en vast de vraag steunen om het volledige wetsvoorstel en alle amendementen voor advies naar de Raad van State te sturen. Wij willen immers ook niet dat de slinger doorslaat in de andere richting. Het moet een evenwichtig voorstel zijn, het mag de deur niet openzetten voor misbruik. Ook de kleine zelfstandige moet hierin gekend worden. Daarom gaan wij de vraag om advies van de Raad van State zeker steunen. Onze bekommernis is dat het een goede wetgeving wordt en geen knoeiboel.

 

13.08  Florence Reuter (MR): Monsieur le président, je tiens à rappeler qu'en commission de l'Économie, le groupe MR a tenté de reporter le vote sur cette proposition de loi. Notre objectif était de temporiser.

 

Il s'agit d'un sujet sérieux qui mérite d'être traité sur la base de travaux approfondis, en examinant le problème sur plusieurs angles: l'angle des contrats, l'angle du droit judiciaire, l'angle du droit des consommateurs, l'angle du droit du marché. Il est important de prendre le pouls des différents secteurs.

 

Bien sûr, nous partageons la philosophie du texte, mais, comme cela a été dit à plusieurs reprises, il faut un équilibre également acceptable pour nos PME, nos entreprises.

 

Il y a effectivement eu un vote en commission en raison de l'insistance de certains. Les auteurs soutenus par d'autres ont poussé au vote d'un amendement global.

 

Pour ce qui nous concerne, nous avons voté un sous-amendement, ce qui a permis d'avancer et de temporiser un minimum. Mais nous soutenons le renvoi au Conseil d'État de cette proposition de loi car cela nous semble important pour réaliser un travail sérieux en la matière.

 

13.09  Patrick Prévot (PS): Monsieur le président, je suis assez effaré d'entendre les propos tenus ici. Je fais référence à la demande du cdH relative au renvoi au Conseil d'État.

 

13.10  Georges Dallemagne (cdH): (…)

 

13.11  Patrick Prévot (PS): Mais elle est soutenue par le cdH, monsieur Dallemagne.

 

Nous n'avons vu aucun membre du cdH durant les débats relatifs au recouvrement amiable des dettes du consommateur. (Brouhaha sur les bancs du cdH)

 

Nous n'avons vu aucun membre du cdH lors des discussions sur ce texte.

 

Aujourd'hui, Mme Fonck arrive avec des amendements qui sont une resucée du courrier de la FEB que vous nous avez transmis, monsieur le président. Comme elle ne connaît pas le dossier, comme elle n'a pas participé aux discussions, elle reprend toute une série de débats en ne sachant pas que, notamment, le délai de paiement a fait l'objet d'un compromis.

 

Dans notre texte initial, il était question de trois jours pour l'émission de la facture, comme la FEB le propose. Mais l'Open Vld et le MR nous ont demandé de prévoir sept jours parce que certaines PME ne pouvaient s'adapter, ce que nous avons fait.

 

Le texte initial prévoyait également un délai de paiement de trente jours. Mais on nous a dit que ce délai était beaucoup trop long. On a donc réduit ce délai pour passer à vingt jours. Je vous rappelle quand même que trente jours, c'est le délai normal dans tout ce qui se fait en B2B. Mais visiblement, ce qui se fait en B2B n'est pas l'apanage du B2C.

 

Je trouve donc ces manœuvres politiciennes un peu particulières, d'autant plus que je rappelle, monsieur le président, que ce texte a été voté à l'unanimité.

 

Visiblement, certains membres du MR se retrouvent le couteau sous la gorge. En commission, ils étaient pourtant deux à l'avoir approuvé. Or, aujourd'hui, parce qu'ils ont reçu un courrier de la FEB, ils souhaitent renvoyer la proposition au Conseil d'État. J'estime que cette attitude est totalement déplorable.

 

Je regrette également, monsieur le président, que vous n'ayez pas transmis aux membres de cette assemblée le courrier très positif de Test Achats, des associations de protection des consommateurs et du Réseau de lutte contre la pauvreté. Certaines personnes ont découvert la roue en recevant le courrier de la FEB, dont les arguments sont les mêmes depuis des années.

 

J'entends d'aucuns nous dire que l'on va temporiser. Savez-vous, monsieur le président, quand le Parti socialiste a déposé cette proposition pour la première fois? En 2013! Nous l'avons redéposée en 2014. À présent, certains voudraient gagner du temps. Mais quel temps, monsieur le président? Simplement, je pense que certains partis veulent danser comme siffle la FEB. Ce n'est pas le cas du Parti socialiste!

 

Le président: Madame Fonck demande la parole pour un fait personnel.

 

Fait personnel

Persoonlijk feit

 

13.12  Catherine Fonck (cdH): Monsieur le président, oui, si vous me le permettez.

 

Tout cela est très sympathique, mais à cinq nous ne pouvons pas couvrir dix-sept commissions en même temps. Par ailleurs, monsieur Prévot, vous le savez très bien, nous n'avons pas le droit de vote. Alors, en effet, nous n'avons pas participé à votre compromis en commission. De plus, si nous n'avions plus le droit de débattre et de nous exprimer en séance plénière, j'imagine que celle-ci n'existerait plus.

 

Permettez-moi d'ajouter quelques mots. Vous êtes tous en train de scander: "La FEB, la FEB!" Que faites-vous de l'UCM, du SNI, des Fédérations hospitalières et de l'UNIZO? Tous ces acteurs plaident pour qu'on n'étrangle pas les petits indépendants et les petites entreprises pour tenter d'aider des personnes en proie à des difficultés financières. C'est autrement qu'on va pouvoir les secourir. En ce sens, une partie du texte est largement positive, et nous la soutenons dès aujourd'hui.

 

Nous ne dansons pas comme siffle la FEB. Preuve en est apportée par les acteurs que j'ai cités. Si vous lisez bien les amendements, vous constaterez qu'il ne s'agit pas de la même chose. Nous parlons en effet des délais, mais également des institutions de soins, car leur situation est particulière. Si nous n'agissons pas, demain, ces emplois seront aussi précarisés.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Le président: Si on demande le renvoi au Conseil d'État, on ne discute pas du fond. J'ai laissé la discussion se dérouler mais pas quant au fond. Le président doit seulement constater s'il y a un nombre suffisant pour ce renvoi. C'était l'objet de la demande de Mme Van Bossuyt.

 

Ik pas alleen het Reglement toe. De grond van de zaak komt alleen aan bod als er geen voldoende meerderheid is om het wetsvoorstel naar de Raad van State te sturen. Dat is niet zo uitzonderlijk. Vorige week hebben wij die procedure ook gevolgd.

 

Ik moet enkel vragen of 50 leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers het verzoek van mevrouw Van Bossuyt steunen? Zij die het verzoek om advies van de Raad van State steunen staan recht.

 

Ten minste 50 leden steunen de vraag om advies.

Au moins 50 membres appuient la demande d'avis.

 

Bijgevolg zal de voorzitter het advies van de Raad van State vragen met toepassing van artikel 98.3 van het Reglement.

En conséquence, le président demandera l'avis du Conseil d'État en application de l'article 98.3 du Règlement.

 

Projet et propositions de loi

Wetsontwerp en -voorstellen

 

14 Proposition de loi modifiant la loi du 25 mars 1964 sur les médicaments, en ce qui concerne les pénuries de médicaments (229/1-7)

- Proposition de loi modifiant la loi relative à l'assurance obligatoire soins de santé et indemnités, coordonnée le 14 juillet 1994, en ce qui concerne les indisponibilités de médicaments (460/1-2)

14 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen wat de tekorten van geneesmiddelen betreft (229/1-7)

- Wetsvoorstel tot wijziging van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wat onbeschikbaarheden van geneesmiddelen betreft (460/1-2)

 

Proposition déposée par:

Voorstel ingediend door:

- 229: Kathleen Depoorter

- 460: Robby De Caluwé, Goedele Liekens.

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

De rapporteur is mevrouw Karin Jiroflée, zij verwijst naar het schriftelijk verslag.

 

14.01  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega's, de onbeschikbaarheid van geneesmiddelen en het tekort aan geneesmiddelen in de Belgische apotheken was een van de kwesties die ik uit mijn apotheek naar het Parlement meegebracht heb. Toen ik samen met u de eed heb afgelegd, was dat dan ook een van de punten die ik absoluut en als eerste wilde aannemen, omdat het heel belangrijk is, omdat het voor onze patiënten is en omdat het voor het goed functioneren van de volksgezondheid is.

 

Dit probleem sleept al jaren aan en er zijn al heel wat pogingen ondernomen, maar er is nog nooit echt ten gronde op gewerkt. Ik ben blij dat we al in juli een eerste hoorzitting hierover hebben kunnen houden in de commissie voor Volksgezondheid en dat iedereen heeft meegewerkt aan het mooie wetsvoorstel dat hier vandaag voorligt.

 

Helaas, wij hebben geen toverstokje in handen. De onbeschikbaarheid van geneesmiddelen is een heel breed probleem dat op heel wat niveaus zal moeten worden aangepakt. Er is wel een stap vooruitgezet, een stap voor de patiënten, een stap voor de zorgverstrekkers in ons land. Het wetsvoorstel is zodanig opgesteld dat het onmiddellijk uitvoerbaar en toepasbaar is. Het is dus niet nodig om er nog heel lang aan verder te werken. De patiënten kunnen al in februari dienst doen op deze wet.

 

Mijn collega-apothekers zijn gemiddeld vijf à zes uur per week bezig met het geneesmiddelentekort. Onlangs had ik een gesprek met een collega die zei dat ze zichzelf had gepromoveerd tot fulltime problem manager. Daarmee bedoelde ze dat ze in haar apotheek fulltime aan het zoeken was naar alternatieve geneesmiddelen voor haar patiënten. Dat kan niet de bedoeling zijn.

 

Vandaag zijn er 650 CNK's, met andere woorden 650 beschikbare doosjes, met desnoods hetzelfde medicijn in, maar met andere milligrammen of in een andere vorm, niet beschikbaar voor de patiënten. Als patiënt is het zeer frustrerend om naar de apotheek te gaan met een voorschrift en daar opnieuw te moeten horen dat het geneesmiddel er niet is en dat de apotheker eerst naar de arts zal bellen, waarna de patiënt moet teruggaan naar de apotheek. Dit is een enorm tijdverlies voor de patiënt. Het schaadt ook het vertrouwen tussen arts, apotheker en patiënt. Een patiënt vindt het vreemd dat de apotheker het geneesmiddel alweer niet heeft, maar de apotheker kan daar uiteraard zelf niets aan doen.

 

Dezelfde patiënt vindt het ook eigenaardig dat zijn arts een geneesmiddel voorschrijft dat niet beschikbaar is op de markt. Dat vertrouwen van patiënten in artsen en apothekers is op het moment eigenlijk nog altijd vrij hoog, overigens hoger dan in beoefenaars van andere beroepen. Artsen en apothekers verdienen het dat patiënten vertrouwen in hen hebben en wij moeten daar als beleidsmakers aan werken.

 

Ten slotte, wat mij als zorgverstrekker zeer tegen de borst stootte, was dat de meerprijs van een alternatief voor een onbeschikbaar medicijn voor rekening was van de patiënt of de apotheker die die dat dan, uit eerlijke schaamte, liet vallen. Dat kan niet de bedoeling zijn.

 

Collega's, het wetsvoorstel is gestoeld op vier pijlers: voorkomen, inventariseren, aanpakken en optreden.

 

Ten eerste, hoe voorkomen we? Wij doen dat door een snellere melding van onbeschikbaarheden te garanderen. We zullen ervoor zorgen dat de arts meteen in zijn voorschrijfsoftware ziet dat een medicijn onbeschikbaar is. Daar grijpen we al in aan de bron van het probleem.

 

Ten tweede komt het erop aan strikter en sneller te inventariseren. We zullen de oorzaak van de tekorten inventariseren, zodat de overheid een heel duidelijk beeld krijgt van wat er ontbreekt, waarom dat zo is en waar in het productieproces moet worden ingegrepen.

 

Ten derde pakken wij de tekorten ook aan. Wanneer een bepaald geneesmiddel voor de Belgische markt te vaak of te lang ontbreekt, zorgen we ervoor dat een exportverbod kan worden uitgevaardigd. Dat is iets totaal anders dan de wet op het exportverbod, waarover in april werd gestemd. De voorgestelde maatregel is doelgericht en betreft niet alle medicijnen, maar wel de medicijnen waarmee er een probleem kan rijzen. We pakken het probleem ook aan door de groothandelaars de verplichting op te leggen om in het kader van de openbare dienstverlening binnen de drie werkdagen de medicijnen aan de apotheek of de groothandelaar te leveren.

 

Er komt hierop een amendement dat ertoe strekt om de levering binnen één werkdag op te leggen. Ik wil daar graag op anticiperen. Ik heb het u in het begin gezegd: wij hebben ervoor gezorgd dat de voorgestelde wetgeving uitvoerbaar is. Dat is de kern voor de bepaling in verband met de drie werkdagen.

 

We hebben met het veld overlegd en het was niet steeds mogelijk om bij tekorten naar een termijn van 1 werkdag te gaan. Vandaar dat die 3 werkdagen er gekomen zijn. Collega's, u weet allen dat mensen die in de zorg werken echt wel hun verantwoordelijkheid nemen, zowel de farmaceutische firma's als de apothekers en de groothandelaars. Als een medicijn heel dringend nodig is, dan zal er wel een levering aan de apotheek komen binnen de 24 uur, indien het beschikbaar is. Ik pleit er dus voor om die 3 werkdagen aan te houden voor de werkbaarheid zodat we effectief een oplossing hebben en geen bijkomend probleem gaan creëren.

 

De patiënt mag niet de dupe worden van het feit dat een geneesmiddel niet beschikbaar is op de Belgische markt. De patiënt moet aan de overheid een betrouwbare partner hebben, een partner door wie hij weet dat hij zijn medicijn voor de afgesproken prijs zal krijgen. Dit wetsvoorstel zorgt ervoor dat dit zo is. De patiënt noch de ziekte­verzekering zal hiervoor opdraaien. De farmaceutische firma's die aan de basis liggen van de onbeschikbaarheid zullen daar ook voor moeten betalen.

 

Een laatste maatregel in deze wet werd bij amendement toegevoegd en ik ben daar als apotheker eigenlijk heel dankbaar voor. Het is een enorme opluchting dat het substitutierecht vandaag eindelijk in een wettelijk kader wordt gegoten. We hebben tijdens de hoorzittingen gehoord dat de apothekers daarvoor opgeleid zijn. Zij kunnen dat, zij kennen de chemische samenstelling en zij weten perfect wanneer zij een medicijn kunnen vervangen door een ander medicijn voor dezelfde prijs. Wat apothekers al jaren doen wordt nu eindelijk wettelijk geregeld.

 

Wij zullen het bijkomende amendement van de collega's ter zake dan ook steunen. Het substitutierecht staat sowieso al in het voorstel. Nu komt er nog een amendement om dat substitutierecht wat uit te breiden zodat het onmiddellijk toepasbaar is.

 

Collega's, ik heb ook het amendement van collega Fonck gelezen. Zij eist daarin dat de arts zou worden ingelicht bij substitutie. Dat is evident: artsen worden ingelicht via het elektronisch voorschrift. Als een geneesmiddel elektronisch wordt voorgeschreven, dan zal het dus perfect mogelijk zijn dat de arts weet dat er een ander medicijn met dezelfde werking is meegegeven. Dat zal dan in het globaal medisch dossier bij de arts terechtkomen.

 

Tot slot, wil ik u, zoals ik al zei, graag allemaal bedanken, omdat u deze weg mee hebt gevolgd en voor de hoorzittingen die wij hebben georganiseerd en dat u hebt geluisterd naar het veld en de aanwezige professoren. Ik wil collega De Caluwé ook danken dat hij de weg samen met mij nog wat heeft uitgediept om voor de patiënten te zorgen en het gezondheidszorgbeleid nog te verbeteren zodat men er nog meer kan zijn voor de patiënten. Ik dank u dat wij met zijn allen het heft in handen nemen en in het Parlement een grote stap vooruitzetten in deze problematiek.

 

14.02  Barbara Creemers (Ecolo-Groen): Ik dank u voor de toelichting van het voorliggende voorstel, mevrouw Depoorter.

 

Het gaat inderdaad om een groot probleem. De hele zomer lang hebben wij hoorzittingen georganiseerd om zowel de oplossingen als de oorzaken eens naast elkaar te leggen. In de commissie hebben wij ook allemaal geleerd dat er geen toverstokje is om het probleem op te lossen.

 

Ik ben ervan overtuigd dat wij met deze wet een aantal stappen in de goede richting zetten. Samen met de software-ingrepen die gepland zijn op het niveau van de artsen, op het niveau van het FAGG en op het niveau van de apothekers, zullen wij echt wel grote stappen vooruitzetten. Ik hoop ook dat een volgende regering met volle bevoegdheden aan een transparantere samenwerking met de producenten van de geneesmiddelen zal werken zodat alles een vlotte doorstart krijgt. Ik steun het voorstel tot daar volledig.

 

U zegt ook dat wij op alle niveaus moeten samenwerken, maar daar begeven wij ons met deze wet op glad ijs. Wij sleutelen aan het import-exportverbod bij onbeschikbaarheden en dan gaan wij ook naar de import uit en export naar andere landen kijken. Wij zijn ervan overtuigd dat dan een TRIS-notificatie ten aanzien van onze Europese collega's nodig is. Wij moeten ons aan die spelregels houden. Wij willen snel vooruitgaan, maar hiermee baseren wij de wet mogelijk op juridisch drijfzand. Wij vinden dat een te groot risico. In de vorige legislatuur was er nog zo'n situatie, waar ik zelf niet bij was, maar die wet is uiteindelijk geschorst. In de opmerkingen daarover werd ook al verwezen naar de TRIS-notificatie die niet gebeurd was. Wij vinden dat deze materie veel te belangrijk is om risico's te nemen.

 

Het probleem is dringend, maar haast mag ons niet drijven om te grote risico's te nemen en fouten te maken. Wij vinden dat een wet die Europese regels negeert op juridisch drijfzand is gebaseerd. Daarom zal onze fractie zich straks onthouden. Wij vinden het heel goed dat we stappen vooruitzetten, maar we moeten wel alle niveaus respecteren.

 

14.03  Dominiek Sneppe (VB): Mijnheer de voorzitter, wij vinden het wetsvoorstel een stap in de goede richting met het oog op het verkorten of opschorten van de lijsten met geneesmiddelen die te kort zijn.

 

We hebben dit in de commissie gesteund. Wij zullen dat hier ook doen. Wij willen deze maatregel na enige tijd wel evalueren zodat we zeker zijn dat het probleem opgelost geraakt en de maatregel ten goede komt aan de patiënt. Wij steunen dit voorlopig.

 

14.04  Eliane Tillieux (PS): Monsieur le président, madame la ministre, 680, voici le nombre de conditionnements de médicaments répertoriés comme étant indisponibles aujourd'hui sur le site de l'AFMPS. Cela touche toutes les spécialités (collyres, antibiotiques, médicaments contre l'insuffisance cardiaque, anticancéreux ou encore traitements psychiatriques).

 

Alors, oui, il existe parfois des alternatives au traitement mais ce n'est évidemment pas le cas pour tous. C'est problématique pour le patient qui, lui, se trouve dans l'impossibilité de bénéficier du traitement dont il a besoin ou qui voit le coût de son traitement tout simplement exploser parce que les alternatives disponibles sont évidemment beaucoup plus chères.

 

Repensons à la pénurie du Clamoxyl injectable, à savoir l'amoxicilline utilisée spécifiquement pour l'endocardite ou encore la septicémie chez les bébés de moins de trois mois. Repensons à la pénurie du Femara, ce médicament indispensable pour traiter le cancer du sein. Celui-ci fut indisponible pendant plusieurs mois et ce n'était même pas notifié sur le site de l'AFMPS. Repensons au Camcolit. Ce médicament n'était pas remboursé jusqu'il y a peu mais il a pourtant pallié l'indisponibilité d'un traitement remboursable contre les troubles bipolaires, ce en triplant le prix. On est passé de 9 euros à 27 euros.

 

Ces situations sont inquiétantes. Elles placent les médecins et les pharmaciens devant des choix difficiles et parfois incompris par les patients inquiets de ne pas pouvoir disposer des médicaments prescrits et donc inquiets pour l'évolution de leur état de santé.

 

Une nouvelle application dénommée PharmaStatut collecte et publie, depuis peu, les informations sur la disponibilité des médicaments en Belgique. Elle doit permettre d'informer le patient, le médecin, le pharmacien de toutes les alternatives possibles. Pour l'instant, il apparaît toutefois que les médecins n'ont pas la possibilité de voir les alternatives disponibles. Nous espérons qu'à terme, cette application sera un outil efficace pour répondre aux inquiétudes des uns et des autres.

 

Venons-en aux causes de ces pénuries. Comme le mentionnaient très justement ma collègue mais aussi le quotidien français Le Monde, voici quelques mois, les causes de ces indisponibilités sont multifactorielles. Dysfonctionnement dans les chaînes de production, difficultés d'approvisionnement en matières premières, normes trop rigides, voilà les éléments mis en avant par les laboratoires.

 

Mais les pénuries sont aussi généralement la conséquence du fait que ces structures et industries, ces dernières années, sont soumises à des impératifs de rentabilité de plus en plus forts. Les auditions que nous avons menées sur le sujet n'ont pas montré autre chose: rationalisation des coûts, abandon de la fabrication de médicaments jugés non rentables, préférence donnée aux pays qui rapportent le plus au détriment de ceux dont le système de santé les oblige à rogner sur leur marge.

 

Mon groupe n'entend pas faire de l'industrie pharmaceutique une bête noire. Sûrement pas!

 

Nous estimons, par contre, qu'il est grand temps de rééquilibrer les intérêts financiers de cette industrie par rapport aux intérêts de santé des patients. Comme je le disais, si les causes des indisponibilités sont multifactorielles, les réponses à donner le sont tout autant. La proposition que nous examinons aujourd'hui tente, il est vrai, d'apporter certaines solutions à ces difficultés de pénurie.

 

Pourquoi avons-nous choisi l'abstention? Simplement, parce que nous n'avons pas obtenu des réponses claires et concrètes aux questions que nous avons posées lors des débats en commission. Parce que nous continuons à douter de l'effectivité des mesures sur les pénuries actuelles et futures. Parce que nous peinons à croire que la concertation sera bel et bien de mise avec l'ensemble des parties prenantes alors que le texte comporte de nombreuses délégations au Roi et que certains arrêtés royaux devront être pris très rapidement.

 

Sur les mesures en tant que telles, des questions subsistent. Il est ainsi prévu une obligation de notification plus précise de la cause de l'indisponibilité, y compris lorsqu'il n'y a pas livraison ou en cas de livraison incomplète. L'obligation est bel et bien là mais il n'y a rien concernant les sanctions qui actuellement, on le sait, font défaut car rarement voire jamais appliquées.

 

La proposition prévoit aussi une limitation voire une interdiction des exportations en cas d'indisponibilité. Nous rejoignons évidemment les auteurs sur le fait que la mission de service public doit primer. Il est inadmissible que des considérations économiques empêchent les patients belges d'obtenir le médicament dont ils ont besoin ou pour le dire clairement, lorsque le médicament peut se vendre plus cher à l'étranger.

 

Des dispositions avaient déjà été votées sous la précédente législature pour suspendre les exportations en cas de pénurie mais la Cour constitutionnelle les a finalement annulées. Il faudra donc qu'un autre dispositif soit mis en place mais pour l'heure, nous ne disposons pas de précisions suffisantes sur les modalités envisagées et surtout sur la solidité juridique de celles-ci.

 

Il est également prévu une obligation pour les distributeurs en gros de livrer, dans le cadre de leurs obligations de service public, les grossistes répartiteurs et les officines, dans les trois jours ouvrables. Cela peut poser question en matière d'accessibilité aux traitements. Comme cela a été évoqué en commission, si on ajoute un week-end, là on est en train de parler d'une attente de cinq jours. Il est inutile de préciser les conséquences que cela pourrait engendrer sur l'état de santé de certains patients.

 

Le texte prévoit par ailleurs la mise en place d'une procédure visant à faire supporter les coûts supplémentaires liés aux indisponibilités par les firmes pharmaceutiques. Comme nous n'avons cessé de le dire, il est pour nous tout à fait inacceptable que ces coûts soient supportés par les patients ou encore par notre assurance soins de santé.

 

Mais les questions demeurent nombreuses. Comment fonctionnera le système de compensation? Comment les responsabilités seront-elles déterminées? On a évoqué la création d'un fonds. Comment sera-t-il financé? Toutes ces questions restent ouvertes et les incertitudes ne permettent pas aujourd'hui d'accorder notre blanc-seing à ce texte.

 

J'aimerais enfin revenir sur un élément qui a suscité un débat très intéressant en commission: le droit de substitution – droit à accorder au pharmacien lorsqu'il n'est pas en mesure de fournir son patient, en raison d'une pénurie. Lorsque nous avions déposé nos amendements pour permettre de légaliser cette substitution, nous l'avions balisée. Pourtant, d'autres ont souhaité conditionner ce droit à un arrêté royal. Ceci revient à ne pas reconnaître ce droit, puisque nous savons que cet arrêté pourrait ne jamais être pris, si certains partenaires autour de la table s'y opposent. Or, il y en a.

 

Nous avons donc redéposé un amendement actant clairement le droit de substitution et qui laissera bel et bien au Roi la possibilité de fixer les conditions et modalités complémentaires, car elles seront évidemment nécessaires en termes de contrôle ou de remboursement.

 

Nous n'allons pas nous voiler la face. Cette substitution est déjà pratiquée. Aujourd'hui, il en va de l'intérêt du patient. Il est donc dans l'intérêt de tous de pouvoir l'encadrer.

 

En conclusion, pour mon groupe, je répète qu'il importe de trouver des réponses rapides et efficaces à cette question de pénurie de médicaments. Nous ne sommes pas convaincus que la proposition sur la table permettra de résoudre le problème et d'apporter des réponses aux pharmaciens, médecins et patients qui y sont confrontés. Nous sommes, par ailleurs, convaincus qu'il faut rapidement élaborer une nouvelle politique globale du médicament, en rééquilibrant les intérêts, les devoirs de chacune des parties prenantes et en garantissant aux patients, des traitements à long terme de qualité et financièrement accessibles. Il en va de la santé de notre assurance-maladie et encore plus de celle des patients.

 

14.05  Caroline Taquin (MR): Monsieur le président, chers collègues, je veux pouvoir dire au nom de mon groupe, le MR, que ce texte est le résultat d'un travail découlant d'auditions que nous avons tenues au sein de la commission de la Santé. Nous avons en effet entendu de nombreux experts et professionnels depuis le mois d'octobre.

 

Ce texte prévoit un certain nombre de mesures très concrètes pour lutter principalement contre des conséquences de l'indisponibilité des médicaments. Cela est connu dans notre pays, mais pas seulement. Comme on le sait, l'Europe entière est touchée.

 

Ce texte traite notamment de l'enregistrement des causes exactes de l'indisponibilité ou encore de la responsabilité des coûts supplémentaires liés à une indisponibilité – un élément extrêmement important pour notre groupe.

 

À cet égard, je souhaite préciser que nous avons déposé une proposition de loi visant à instaurer un droit de substitution pour le pharmacien dans le cas d'une indisponibilité. Le pharmacien est en effet en première ligne auprès du patient lorsque celui-ci se voit répondre que le médicament prescrit n'est pas disponible dans notre pays.

 

L'instauration de ce droit, objet de notre proposition, dans le cadre d'une indisponibilité notifiée par l'AFMPS, a pu être proposée par amendement lors des travaux en commission. Nous nous en félicitons, car cela permettra, sur ce point précis, d'avancer rapidement et favorablement pour les patients et pour les pharmaciens.

 

Notre groupe soutient dès lors évidemment ce texte.

 

14.06  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur le président, madame la ministre, hier, j'ai téléphoné à la pharmacienne de l'Institut Bordet très renommé pour traiter les cancers dans notre pays. Elle m'a expliqué ce qu'elle avait vécu, il y a quelques semaines, en raison de la rupture de stock du paclitaxel, une substance utilisée en chimiothérapie. Je la cite: "Pendant un temps, nous avons compté ici chaque flacon. Nous avons dû demander aux médecins de ne pas débuter de nouveaux traitements et nous avons dû importer le médicament."

 

L'exemple du paclitaxel démontre à quel point les ruptures de stock constituent un problème de santé publique. Imaginez-vous devoir débuter un traitement de chimiothérapie plus tard que prévu ou devoir interrompre votre traitement, comme c'est le cas actuellement pour les patients traités avec du Tomudex qui est en rupture de stock. Cette situation est vraiment inacceptable!

 

Bien sûr, chaque usine peut rencontrer un problème, à un certain moment. Une usine peut prendre feu. Un problème de stérilité peut se poser sur une chaîne de production. Une rupture de stock momentanée peut se produire en raison d'un accident. Mais, actuellement, le problème des ruptures de stock est en augmentation. Les pharmaciens passent environ cinq heures par semaine pour trouver des solutions pour les patients.

 

On est donc en droit de se demander pourquoi le phénomène des ruptures de stock augmente partout. De plus en plus d'usines prennent-elles feu, ces derniers temps? Bien sûr que non! Le phénomène des ruptures de stock augmente, car derrière ces ruptures de stock, des mécanismes de maximisation des profits sont mis en place par les firmes. Ainsi, par exemple, les firmes provoquent ou ne résolvent pas les ruptures de stock de médicaments peu chers et pas rentables. Les médecins sont alors tentés de prescrire un autre traitement souvent plus cher et souvent présent dans le portefeuille d'actions de la même firme.

 

Une autre cause des ruptures de stock est la différence de prix entre les différents pays. Certains vont importer ou exporter des médicaments d'un pays à l'autre afin d'enregistrer un peu ou beaucoup de bénéfices. De leur côté, les firmes essaient de contrer ces exportations en instaurant, par exemple, des quotas, ce qui génère également de sérieux problèmes de ruptures de stock, comme cela a été le cas l'été dernier avec le Femara, prescrit dans le traitement du cancer du sein, qui a été longtemps indisponible.

 

Pour le démontrer, je reviendrai à l'exemple du paclitaxel pour la chimiothérapie. Alors que le producteur Pfizer invoquait une rupture de stock à cause d'un problème de production sur son site à Zagreb, nos pharmaciens n'ont eu aucun problème pour commander le médicament aux Pays-Bas et en Allemagne, mais avec des factures jusqu'à trois fois plus chères que le prix proposé en Belgique. J'ai même apporté une facture pour ceux que cela intéresse.

 

Une autre rupture de stock est toujours en cours et interpelle. C'est celle du Clamoxyl, en cours depuis le mois de mars. C'est à l'occasion de cette rupture de stock que les professionnels de la santé se sont fâchés. Dans une carte blanche dans Le Soir au mois de juillet, ils ont dénoncé les impératifs de rentabilité qui sont en contradiction avec la santé publique. En effet, on peut se poser de sérieuses questions sur la rupture de stock du Clamoxyl. C'est un antibiotique qui figure sur la liste des médicaments essentiels de l'Organisation mondiale de la Santé. Il est utilisé pour la septicémie pour les nourrissons en dessous de trois mois, ou encore pour certaines endocardites et méningites. Inutile de vous faire un dessin: ici aussi, nous avons un sérieux problème.

 

Aujourd'hui, ce médicament est rationné. Mais comment est-il possible que l'antibiotique Amoxiclav, produit par la même firme GSK, qui contient la même substance active que le Clamoxyl, c'est-à-dire l'amoxicilline, lui, soit bel et bien disponible en Belgique? Comment est-il possible que la firme GSK ne puisse pas augmenter sa capacité  de production alors que la firme est dans le top 10 des firmes les plus rentables de Big Pharma?

 

Le cas du Clamoxyl a fait en sorte qu'avec le PTB, nous avons proposé, au mois de juillet, de faire des auditions en commission de la Santé, autour des médicaments.

 

Madame de la N-VA, à ce moment, vous aviez voté contre la tenue de ces auditions.

 

Durant ces auditions, nous avons posé la question suivante.

 

De voorzitter: Mevrouw Depoorter, vraagt u het woord voor een persoonlijk feit?

 

14.07  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik wil gewoon even iets rechtzetten. Wij hebben niet tegengestemd. Wij waren absoluut voorstander van hoorzittingen. Dat hebt u verkeerd begrepen, mevrouw Merckx.

 

14.08  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Ik denk toch dat u tegengestemd hebt. De MR heeft voorgestemd. Wij zullen het opzoeken in het verslag.

 

En ce qui concerne la rupture de stock de Clamoxyl, nous nous sommes posé pas mal de questions quant à la politique à mener dans ce genre de cas. Comment mettre devant leurs responsabilités les firmes qui ne livrent pas leurs médicaments? Comment sont-elles sanctionnées? De quelle manière vérifier les raisons qu'elles invoquent?

 

À ce titre, les auditions et les débats subséquents se sont révélés intéressants. Nous y avons en effet appris que, si la loi prévoit bien des amendes en cas de rupture de stock, elles ne sont jamais appliquées. Comment voulez-vous que les sociétés se mettent en règle ou résolvent le problème si aucune sanction n'est prise? Quand je commets un excès de vitesse ou que je brûle un feu rouge, je reçois une amende – et c'est bien normal.

 

S'agissant de la question de l'authenticité des raisons invoquées par l'entreprise, nous avons eu droit à une réponse à tout le moins préoccupante. Quand j'ai demandé à la ministre si les motifs invoqués par GSK concernant la rupture de stock de Clamoxyl avaient été vérifiés, elle m'a proposé d'aller visiter moi-même les installations de cette firme. Cette réponse continue de me laisser perplexe. Et j'ignore si un fonctionnaire a effectué les contrôles nécessaires.

 

Wij zullen ons onthouden bij de stemming over het wetsvoorstel dat vandaag voorligt. Wij denken dat het de oorzaken, die ik zonet heb beschreven, onvoldoende aanpakt.

 

Wij gaan er ook niet mee akkoord dat, terwijl er daarover niets in de oorspronkelijke tekst stond, firma's voortaan 3 dagen de tijd hebben om een geneesmiddel te leveren. Dat is voor sommige medicijnen veel te lang. Wij zullen firma's ook niet meer kunnen sanctioneren, als die bepaling van toepassing wordt. Wij zijn het er niet mee eens dat de oorspronkelijke tekst, die voorzag in een verhoging van de boetes, uiteindelijk heel sterk werd afgezwakt.

 

Wij vinden het wel positief dat de apothekers in geval van een tekort het substitutierecht hebben en dat de kosten die gepaard gaan met de eventuele invoer van medicijnen bij een tekort, niet meer op de patiënten worden afgewenteld.

 

Wij zijn van oordeel dat de bestaande wet effectief moet worden toegepast met een effectief sanctiebeleid en dat er een controle op de redenen van onbeschikbaarheid die de firma's opgeven, moet komen. Wij moeten erover waken dat de patiënt voorrang heeft op de winst.

 

14.09  Robby De Caluwé (Open Vld): Collega Depoorter, beste collega's uit de commissie voor Gezondheid, collega's in dit Halfrond, ik wil u van harte bedanken voor het vele werk dat in de commissie gedaan is.

 

Zoals daarnet al is aangekaart, is in de commissie voor Gezondheid al heel hard gewerkt aan onder andere het aanpakken van geneesmiddelentekorten. Wij kennen allemaal verhalen van mensen die hun levensnoodzakelijke geneesmiddel niet op tijd konden krijgen. Vaak werden er dan heel snel allerlei mirakeloplossingen naar voren geschoven, maar wij geloven niet in mirakeloplossingen. De hoorzittingen hebben ons geleerd dat de situatie vaak iets ingewikkelder is dan een paar slogans.

 

Een tekort aan geneesmiddelen kan verschillende oorzaken hebben. Wij hebben er daarnet een aantal gehoord. Een oorzaak zou bijvoorbeeld kunnen zijn dat een fabrikant zijn geneesmiddel terugtrekt van de markt, waardoor het enige alternatief dat ter beschikking is de productie niet langer kan volgen. Er kan ook een probleem zijn met de productiekwaliteit. En er zijn nog tal van redenen die een tekort zouden kunnen verklaren.

 

Hebben wij met dit voorstel de mirakeloplossing? Neen. Dat zullen wij ook niet beweren. Mevrouw Depoorter heeft het daarnet ook gezegd: we hebben geen toverstok. Maar sinds twee weken is er toch wel vooruitgang geboekt door FarmaStatus.

 

FarmaStatus, beste collega's, is een systeem waarbij de apothekers, de patiënten en de voorschrijvende arts kunnen zien wanneer een geneesmiddel niet beschikbaar is. Wij vinden dat een belangrijke stap, omdat op die manier de arts onmiddellijk bij het voorschrijven van een geneesmiddel kan zien dat een bepaald geneesmiddel niet beschikbaar is en kan hij een alternatief voorstellen. Dat is ook belangrijk voor de therapietrouw.

 

Zoals ik daarnet al zei, zorgt dit voorstel voor een gedeeltelijke oplossing van het probleem van de geneesmiddelentekorten. Voor ons zijn er vier belangrijke elementen in dit voorstel. Ik zal ze kort toelichten.

 

Ten eerste, wanneer een tekort wordt gemeld, mag het geneesmiddel niet meer worden geëxporteerd. Wij menen dat dit belangrijk is.

 

Ten tweede, de groothandelaars moeten binnen de drie werkdagen aan de verdelers leveren, in zoverre de levering past in het kader van een openbaredienstverplichting. Dit is overlegd met de sector. Dit is ook een haalbare termijn. Wij kunnen zeggen dat drie dagen lang is en dat het in één dag moet kunnen, maar dat vraagt logistiek behoorlijk wat van die leveranciers. Wij menen niet dat één dag haalbaar is, dus dat willen wij niet zomaar opleggen.

 

Wanneer de handelaars niet binnen de drie dagen leveren, zal dit automatisch als een tijdelijke stopzetting worden beschouwd.

 

Ten derde, de apothekers kunnen een alternatief aanbieden, het substitutierecht in het geval van een tekort van een geneesmiddel.

 

Ten vierde, wanneer een patiënt zijn toevlucht moet nemen tot een duurder alternatief, bijvoorbeeld via import van het geneesmiddel, zullen de meerkosten niet door de patiënt en niet door de ziekteverzekering worden gedragen maar door de fabrikant of door diegene die het tekort veroorzaakt heeft.

 

Ik wil wel even verder ingaan op het substitutierecht. Het is daarnet al door een aantal collega's aangekaart: het is inderdaad geen algemeen substitutierecht. Wij hebben ervoor gekozen het te beperken tot tekorten van geneesmiddelen. Bij een algemeen substitutierecht, zo hebben wij uit de hoorzittingen geleerd, zou het probleem van tekorten kunnen vergroten.

 

Het probleem zou kunnen vergroten omdat grotere farmabedrijven grote kortingen zouden kunnen geven aan vooral ketens van apothekers. Op die manier zouden kleinere farmabedrijven, die nu net vaak de generieke fabrikanten zijn, het moeilijk krijgen en dreigen kleine apotheken uit de markt te worden geduwd.

 

Bovendien – en dat vinden wij het meest belangrijke – zouden die kortingen niet ten goede komen van de patiënt noch van de ziekteverzekering. Wij kiezen voor oplossingen die in de eerste plaats de patiënt ten goede komen.

 

Er werd nu en dan ook geopperd om in geval van een tekort hoge boetes toe te kennen. Ook voor dat idee hebben wij in het finale voorstel gepast. Uit de hoorzittingen bleek immers dat ook die maatregel een averechts effect zou hebben. In Tsjechië bijvoorbeeld, een land dat qua inwonersaantal met België vergelijkbaar is, werden boetes ingevoerd. Heel wat producten zijn er nadien van de markt verdwenen.

 

Het zouden vooral alweer de fabrikanten van goedkopere en opnieuw vaak generieke geneesmiddelen zijn die het risico van hoge boetes niet langer wensen te nemen en van de markt zullen verdwijnen.

 

14.10  Jan Bertels (sp.a): Mijnheer de voorzitter, collega's, een tekort aan geneesmiddelen betekent dat patiënten hun geneesmiddelen niet  kunnen krijgen, niet in de apotheek en ook niet in het ziekenhuis, waar de problemen vaak nog groter zjn. Maar of er nu 500 of 600 geneesmiddelen te weinig zijn, elk tekort is er een te veel. Wij moeten daaraan proberen te remediëren.

 

Collega's, het betreft een belangrijk maatschappelijk probleem, dat heel veel burgers beroert. Ik veronderstel dat u allemaal al wel mensen hebt ontmoet die hun pil niet konden krijgen of anders wel hun zus, tante, grootmoeder, grootvader, buur. Dat veroorzaakt een schok door de samenleving. Het is goed dat wij het probleem ter harte konden nemen, erover in commissie konden debatteren en hoorzittingen in navolging van de hoorzittingen tijdens de vorige legislatuur konden bijwonen. De sp.a-fractie heeft zich constructief opgesteld, dat is steeds onze attitude. Wij hebben constructief mee naar oplossingen gezocht.

 

Dankzij de goedgekeurde amendementen op het initiële voorstel – er waren er heel wat – ligt hier nu een voldoende evenwichtig voorstel op tafel, een voorstel dat in lijn is met het vroegere pillenplan van sp.a. Ik onderstreep dat het voorstel voldoende evenwichtig is, en dat zijn belangrijke woorden. Het is voldoende maar niet ideaal. De andere collega's verwezen er ook naar, het is niet de ideale oplossing maar het is in de gegeven omstandigheden wel een voldoende oplossing.

 

Het voorstel is inderdaad evenwichtig, maar er moet inzake farmaceutische industrie nog wel wat gebeuren. Wij moeten op zoek naar een pax farmaceutica, een nieuw geneesmiddelenpact, dat veel ruimer is dan een oplossing voor tekorten, wat daarvan wel een deeltje vormt. Mevrouw de minister, wij moeten de farmaceutische industrie responsabiliseren, waarschijnlijk op verschillende terreinen en, wat ons betreft, op een verschillende manier naar gelang van de farmaceutische actor – ik probeer het diplomatisch te verwoorden om niemand voor het hoofd te stoten. Dat wordt zeker een hot item. Ik sta klaar om de discussie daarover aan te gaan.

 

Ik richt me nu ook even tot de collega's van Ecolo-Groen.

 

Het voorliggend voorstel is voldoende evenwichtig met volgens ons ook voldoende respect voor de Europese regels. Wij nemen ermee inderdaad een risico, maar laten we dat verantwoord risico nemen, omdat we ermee stappen in de goede richting kunnen zetten en dat is toch de kern van de zaak. Er zullen waarschijnlijk wel nog stappen moeten volgen, maar deze stap kunnen we alvast zetten en die kans mogen wij niet laten liggen. De volgende stappen moeten we nog bespreken naar aanleiding van een ontwerp van geneesmiddelenpact.

 

Op een aantal punten kunnen we echt wel een stap voorwaarts zetten. Ik zal enkele concrete en uitvoerbare maatregelen aanhalen die in de praktijk kunnen worden gebracht.

 

Het eerste punt is een snellere en betere registratie van een eventueel probleem of oorzaak van een tekort aan geneesmiddelen met een duidelijker meldingsplicht dan de bestaande, zodat de beslissingboom van het FAGG, welbekend jargon voor de leden van de commissie voor Gezondheid, beter functioneert. Dat kan tot betere en snellere resultaten leiden. Daarbij hoort een koppeling tussen de databank van het FAGG en de software van de huisartsen, wat thans vrijwel volledig operationeel is. Die koppeling is, hoewel nog niet voor honderd procent in orde, een goede evolutie. FarmaStatus is dus effectief een stap voorwaarts, ook al moet er nog werk verzet worden, opdat een voorschrijvende arts onmiddellijk kan zien welke geneesmiddelen waar beschikbaar zijn. De patiënt gaat zodoende niet nodeloos naar een apotheek om vast te stellen dat een geneesmiddel er niet beschikbaar is, aangezien de voorschrijvende arts de beschikbaarheid van geneesmiddelen kan meedelen aan de patiënt, eenmaal de koppeling van de software voldoet. Laten wij werken aan die koppeling op het terrein.

 

Ten tweede, de instelling van een tijdelijk dan wel definitief verbod bij een tekort aan geneesmiddelen is voor ons een essentiële maatregel. Om een of andere reden, meestal winstredenen, worden geneesmiddelen bestemd voor de Belgische markt, bij een tekort uitgevoerd naar het buitenland. Dat willen wij onmogelijk maken door een uitvoerverbod in te stellen.

 

Ten derde, aan de apotheker moeten wij een beperkt substitutierecht toekennen voor geneesmiddelen, indien er zich een tekort voordoet. Geneesmiddelen zijn ingedeeld in de categorie switch of no switch, waarmee ik opnieuw even jargon gebruik. Switchgeneesmiddelen zijn, eenvoudig gesteld, gelijkaardige geneesmiddelen die zonder gevaar voor de volksgezondheid en met respect voor de richtlijnen van het FAGG onderling inwisselbaar zijn.

 

Het gaat over een beperkt restitutierecht. Moeten wij nog voortdiscussiëren over dat restitutierecht? Ja, want wij moeten rekening houden met de terechte bekommernis die de heer De Caluwé heeft aangehaald, dat het substitutierecht zou kunnen worden misbruikt om stockverkopen te organiseren. Ook daarin vragen wij een evenwicht. Laten wij bepaalde evenwichten niet verstoren, waarmee ik ook doel op sommige amendementen die dat evenwicht wel zouden verstoren en ronduit niet uitvoerbaar zijn op het terrein. Wij mogen onszelf en de mensen op het terrein niets wijsmaken; wij moeten zoeken naar uitvoerbare oplossingen.

 

Voor de sp.a-fractie is de regeling op grond waarvan de patiënt, die het geneesmiddel moet aankopen en innemen, geen meerkosten moet betalen, als een geneesmiddel dat beschikbaar zou moeten zijn, om de een of andere reden niet beschikbaar is, van fundamenteel belang. Het kan niet dat de patiënt de meerkosten moet betalen, indien de apotheker bijvoorbeeld een geneesmiddel in het buitenland moet aankopen. De patiënt moet altijd worden gevrijwaard. De patiënt en de ziekteverzekering mogen niet het financiële slachtoffer worden van een tekort dat er niet zou mogen zijn.

 

Mijnheer de voorzitter, collega's, het voorliggende wetsvoorstel betekent een stap voorwaarts, een stap in de goede richting, maar het werk is nog niet af.

 

Mevrouw de minister, voornamelijk u moet nu aan de slag. Er zijn nog uitvoeringsbesluiten nodig, en wel snel. Ik hoop dat u die KB's snel zult finaliseren. De werkgroep van het FAGG is er al lang mee bezig. Ze liggen klaar. U weet al een hele tijd dat ze er moeten komen. Laat de KB's, die klaarliggen, heel snel komen, zodat de regeling op een gepaste manier en uiterlijk op 31 januari 2020 in werking kan treden. Die KB's moeten er tegen dan zijn.

 

Mevrouw de minister, ik hoop dat u ook snel het KB zult uitvaardigen dat niet van de werkgroep van het FAGG komt, waardoor meerkosten niet aan de patiënt worden aangerekend. Voor ons is het inderdaad van fundamenteel belang dat de geest van ons voorstel van regeling, als het gaat over de kosten voor de patiënt, regeling die hopelijk goedgekeurd wordt, daarin bewaakt wordt. Dat is in het belang van eenieders gezondheid, de onze en die van de patiënt.

 

14.11  Catherine Fonck (cdH): Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, rapidement, je vais me permettre de revenir sur quelques éléments qui me semblent importants.

 

L'indisponibilité des médicaments est un problème de santé publique qui est tout sauf négligeable. D'abord et avant tout, bien évidemment, pour le patient. Au-delà des désagréments des allées et venues chez le pharmacien, cela soulève des enjeux beaucoup plus existentiels d'observance et de rupture de l'observance du traitement. C'est également un problème pour les pharmaciens, pour les médecins, mais aussi pour la sécurité sociale, parce que bien souvent, cette indisponibilité entraîne potentiellement des surcoûts.

 

Ne soyons pas dupes. Il n'y a pas de baguette magique qui nous permettrait, avec une ou plusieurs mesures, de miraculeusement tout arranger. C'est plutôt par un faisceau de mesures sur l'ensemble du circuit des médicaments que nous pourrons faire avancer la matière et surtout, agir de façon plus efficace contre les indisponibilités des médicaments.

 

Depuis la production, au niveau des firmes pharmaceutiques, en passant par la distribution, en étant attentifs à privilégier le marché belge sur l'exportation, et à ne pas permettre le piège d'une exportation de médicaments vers des marchés où les médicaments apporteraient un bénéfice plus élevé pour les firmes pharmaceutiques, ce qui pénaliserait alors directement nos patients.

 

Production, distribution et notification bien plus rapide, qui est indispensable. Et, même si nous n'en avons pas parlé, je plaide personnellement pour que nous puissions examiner l'importance de la mise en place de stocks-tampons, pour un certain nombre de médicaments – pas pour tous, ce ne serait pas utile – identifiés par la Santé publique.

 

Il s'agit bien, vous l'aurez compris, de responsabiliser chaque acteur du circuit des médicaments.

 

Cette proposition prévoit de très nombreuses délégations au Roi. Je ne vais pas les reprendre ici mais, madame la ministre, à ce sujet, nous voulons avancer deux balises importantes à ces arrêtés royaux. D'une part, qu'il n'y ait pas de surcoût pour le patient en cas d'indisponibilité d'un médicament, et surtout lorsque la situation oblige un pharmacien à devoir commander le médicament à l'étranger. D'autre part, qu'il y ait une réelle concertation, comme je l'ai plaidé en commission, avec les différents stakeholders de la santé. Je dis bien "concertation" et pas simplement "information" parce qu'il nous faut des solutions pratiques ainsi que des solutions juridiquement solides dans les arrêtés – on se rappellera qu'un texte de loi que vous avez voté sous la précédente législature a été rejeté par la Cour constitutionnelle.

 

L'AFMPS a encore échangé ces quinze derniers jours avec quelques stakeholders et a annoncé des dates. Je me permets d'insister à nouveau auprès de vous pour que ce soit une réelle concertation et non pas juste une information des décisions unilatérales qui auraient été prises.

 

Enfin, concernant la possibilité de substitution des pharmaciens dans ce texte, celle-ci est déterminée dans un cadre strict. En effet, elle ne peut survenir que lorsqu'il y a une indisponibilité clairement identifiée et notifiée. Elle est stricte parce que ce n'est jamais que la transposition de ce qui se fait réellement en pratique aujourd'hui, en cas d'indisponibilité. Elle doit être stricte et avoir comme objectif la continuité du traitement pour le patient.

 

Madame Depoorter, si j'ai effectivement réintroduit un amendement sur l'importance d'informer le médecin prescripteur, c'est parce la situation n'est pas aussi simple que vous la décrivez. Certes, il y a la prescription électronique mais celle-ci ne concerne pas 100 % des prescriptions. La qualité et la continuité des soins ainsi que la sécurité au niveau du traitement impliquent que le médecin prescripteur soit informé lorsque le patient reviendra le voir.

 

L'amendement que je dépose ici est un peu différent de celui que j'avais déposé en commission. Il n'est pas différent sur l'objectif, mais sur la manière. En effet, il me semble que c'est aussi le rôle des autorités publiques de s'assurer que cette information passe bien du pharmacien vers les médecins prescripteurs avec le moins de lourdeur administrative, et si possible d'ailleurs pas du tout d'actes administratifs posés par le pharmacien. C'est un élément crucial si l'on veut maintenir le patient au cœur des soins, et assurer la continuité entre les différents partenaires et acteurs de la santé. In fine, la priorité est la qualité des soins.

 

14.12  Sophie Rohonyi (DéFI): Monsieur le président, madame la ministre, la proposition de loi soumise aujourd'hui au vote de notre assemblée constitue une réponse intéressante à une problématique complexe qui intéresse toute la chaîne, allant de la production à la distribution: la pénurie des médicaments. Cette problématique a beaucoup agité notre actualité ces derniers mois et nous nous devions d'y répondre, notamment par l'organisation des auditions que nous avons eues en commission de la Santé publique.

 

En effet, l'indisponibilité des médicaments, par sa gravité et sa récurrence, met véritablement en péril la santé de nos concitoyens. Qui dit pénurie de médicaments dit convalescence plus longue, aggravation des symptômes d'une maladie, hospitalisation qui aurait pu être évitée, voire décès à plus brève échéance. Pour pallier cela, et avoir accès à leurs médicaments, les patients tentent le tout pour le tout. Les médecins et les pharmaciens tentent quant à eux de maintenir le suivi d'un traitement difficile en important ou en prescrivant un autre médicament, parfois avec une autre posologie, ce qui multiplie les risques d'erreurs d'administration. Aujourd'hui, pas moins de 641 conditionnements de médicaments sont indisponibles. Ils étaient 573 début octobre 2019, et 497 en juillet 2019. Ces chiffres renvoient aux types d'emballages concernés.

 

En commission, les experts, mais aussi les représentants des patients, ont tous très justement souligné à quel point nous nous trouvons aujourd'hui face à un vrai problème de santé publique. Car si des alternatives aux médicaments en pénurie existent, celles-ci s'avèrent parfois plus chères, et peuvent perturber le traitement d'un patient. On parle ici de traitements contre le cancer, contre des troubles comme la bipolarité, contre les migraines, contre l'insuffisance cardiaque, contre des maladies sexuellement transmissibles comme la syphilis. On parle aussi de soins palliatifs. On pense qu'un patient sur quatre serait potentiellement concerné par la situation.

 

Pour mon groupe, la présente proposition de loi constitue sans nul doute un premier pas dans la bonne direction en ce qu'elle enjoint les firmes pharmaceutiques à livrer leurs médicaments très rapidement aux grossistes répartiteurs, aux pharmaciens indépendants ou hospitaliers.

 

C'est aussi un pas dans la bonne direction parce qu'elle inscrit le droit de substitution dans la loi. Toujours est-il que ce droit est conditionné par l'adoption d'un arrêté royal. J'appelle Mme la ministre de tout faire pour que cet arrêté royal puisse être adopté dans les plus brefs délais. Car, en effet, les firmes pharmaceutiques ont une responsabilité sociale qui devrait les obliger à faire primer ce pourquoi un médicament à été produit – sauver des vies – sur la recherche de profits. Cette responsabilité sociale vaut en particulier lorsque ces firmes disposent d'un monopole dans le traitement d'une maladie.

 

La proposition de loi offre donc une réponse diligente à l'annulation de la loi du 7 avril 2019 modifiant la loi du 25 mars 1964 sur les médicaments. C'est ce qui lui a valu d'être validée par l'AFMPS. Il n'en demeure pas moins que les travaux menés en commission auraient pu être davantage exploités pour répondre au désarroi des pharmaciens et des patients. Nous pensons en effet que si la pénurie des médicaments requiert notre vigilance, l'accessibilité matérielle et financière des patients à leurs médicaments le requiert tout autant.

 

Les associations comme Test Achats, Médecins du Monde et Kom op tegen Kanker nous ont adressé, fin octobre, des recommandations sur le développement et l'accessibilité des médicaments. Il nous incombe dès lors de proposer aussi une réponse juridique et politique qui soit plus globale que celle proposée par la proposition de loi que nous sommes appelés à voter.

 

Président: André Flahaut, vice-président.

Voorzitter: André Flahaut, ondervoorzitter.

 

La ventilation de médicaments disponibles selon leur catégorie, génériques ou non, exportés ou non, n'a jamais été communiquée. La proposition reste incomplète.

 

Le professeur Dogné a soulevé le fait que pour baisser ses coûts, le secteur pharmaceutique produit l'immense majorité des matières premières des médicaments en dehors de l'Union européenne. Il serait donc opportun d'imposer aux entreprises de conserver des stocks-tampons de 30 %. Cette idée n'a pas été reprise dans la proposition.

 

Pour toutes ces raisons, mon groupe s'abstiendra sur la présente proposition de loi.

 

14.13  Laurence Hennuy (Ecolo-Groen): Monsieur le président, chers collègues, la pénurie de médicaments est un problème de santé publique qui s'aggrave d'année en année. C'est un véritable calvaire pour les malades chroniques et l'APB a estimé que la vie de 1 200 patients avait été mise en danger suite aux pénuries. Les industries pharmaceutiques ne produisent pas des produits comme les autres et elles ont une responsabilité particulière dans le management de leur chaîne d'approvisionnement.

 

Nous sommes tous d'accord pour dire que ce problème est complexe et que s'il existait des solutions toutes prêtes sur l'étagère, on n'en serait pas là. Cette proposition de loi déposée par Mme Depoorter est une première réponse d'un travail parlementaire très important. La proposition formulée aujourd'hui est une bonne réponse. L'importance du signalement et les raisons de la pénurie, la possibilité de suspendre les exportations, la possibilité de substitution du pharmacien et la responsabilisation financière du secteur pharmaceutique vont dans le bon sens.

 

Comme l'a bien expliqué ma collègue Barbara Creemers, dans les motifs du recours introduit auprès de la Cour constitutionnelle contre la loi de Mme De Block en avril 2019, l'absence de notification à la Commission européenne avait déjà été citée. Nous continuons donc à penser – n'en déplaise à M. Bertels – que dans cette matière très complexe, toutes les garanties juridiques doivent être de mise. Mais je remarque que la sécurité juridique est une question à géométrie variable dans cette assemblée. Même s'il y a urgence, il faut avant tout que la loi soit juridiquement solide pour que les mesures d'exécution soient prises rapidement pour commencer à enrayer le problème.

 

Aujourd'hui, nous nous abstiendrons mais nous continuons à travailler sur des propositions complémentaires, notamment les licences obligatoires et les stocks stratégiques. Il sera aussi primordial d'évaluer la mise en œuvre des mesures qui seront prises pour qu'on puisse vérifier si elles ont l'effet escompté.

 

14.14  Catherine Fonck (cdH): En ce qui concerne le volet de la notification à la Commission européenne, je trouve dommage que vous n'ayez pas demandé – mais il n'est pas trop tard! – un avis juridique aux services de la Chambre ou à l'AFMPS, qui auraient pu nous répondre avec une certitude plus importante. Nous soutenons le texte mais si nous pouvions avoir tous les éléments pour rassurer et verrouiller cette question, cela permettrait d'éviter toute difficulté.

 

Ce n'est qu'une petite suggestion que je me permets de faire ici.

 

14.15  Jan Bertels (sp.a): Mevrouw Fonck, ik dank u voor uw suggestie, maar de mensen van de administratie, onder meer van het FAGG, hebben daarop al geantwoord. Zij hebben tijdens de hoorzittingen en de bespreking van het voorstel geantwoord dat het een redelijk te verantwoorden risico was. Wij hebben dat antwoord al gekregen, dus wij gaan het geen twee keer vragen.

 

14.16  Laurence Hennuy (Ecolo-Groen): En effet, la question a été posée à l'AFMPS, laquelle a reconnu l'existence d'un risque.

 

(…): (…)

 

14.17  Laurence Hennuy (Ecolo-Groen): Nous le verrons par la suite.

 

J'en ai terminé, monsieur le président.

 

14.18  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega's, ik ga het kort houden. Ik ben blij dat ik al een zusje erbij heb in dit Parlement.

 

Ik ben blij met de uiteenzettingen, en ik verwijs naar de woorden van de heer Bertels, die voldoende evenwichtig waren. Dit getuigt toch van het feit dat wij er allemaal van overtuigd zijn dat dit een probleem is dat moest worden aangepakt en waarin we een stap vooruit moesten zetten.

 

Ik zei het al in mijn inleiding. Het is geen toverstokje. Het is maar een stap. De partijen die zich onthouden hebben aangegeven dat het geen totaaloplossing is, maar dat beweren we ook niet. Het is een begin.

 

Ik denk dat we vanaf nu verder kunnen werken aan deze problematiek en verder kunnen werken aan een meer performante volksgezondheid.

 

Mevrouw Fonck, ik vind het heel goed dat uw amendement is aangepast, maar wat ik het meest apprecieerde in uw uiteenzetting is dat u zei dat de patiënt er zeer wel bij vaart als de eerstelijnszorg met elkaar communiceert. Dat is net wat wij allemaal willen, communicatie ten voordele van de patiënt en wetgeving ten voordele van de patiënt.

 

14.19  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mevrouw Depoorter, ik wou nog even terugkomen op het kleine incident van daarnet.

 

Op 16 juli ben ik tussenbeide gekomen in de commissie voor Gezondheid naar aanleiding van de stockbreuk van Clamoxyl. Ik heb dan een hoorzitting gevraagd. Wij hadden dat twee dagen daarvoor ook al gevraagd. Dat stond toen op de agenda om dat de dag daarop te doen. U hebt met de N-VA toen tegengestemd.

 

Ik heb de video opnieuw bekeken. U hebt daar tegengestemd. Ik heb hier niet zomaar iets gezegd. Dat is de waarheid.

 

Ik ben blij dat u daarna bijgedraaid bent en het dan wel interessant vond om de hoorzittingen te houden.

 

14.20  Kathleen Depoorter (N-VA): Dan hebt u mijn geheugen opgefrist. Ik kan u wel melden dat ik dit wetsvoorstel op 21 juni heb ingediend. Ik denk dat ik dus echt wel met deze problematiek bezig was en dat ik echt wel blij was dat we in gang schoten. Dat we tegen hebben gestemd, zal dan een andere reden hebben gehad.

 

We hebben hier met zijn allen aan gewerkt. Ik denk niet dat mij kan worden verweten dat dit een probleem was dat ik pas later heb willen aanpakken, want 21 juni is ver voor 17 juli.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (229/6)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (229/6)

 

L’intitulé a été modifié par la commission en “proposition de loi modifiant diverses législations, en ce qui concerne les pénuries de médicaments".

Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in “wetsvoorstel tot wijziging van diverse wetgevingen wat de tekorten aan geneesmiddelen betreft".

 

La proposition de loi compte 9 articles.

Het wetsvoorstel telt 9 artikelen.

 

*  *  *  *  *

Amendements déposés:

Ingediende amendementen:

Art 4

  • 20 - Catherine Fonck (229/7)

Art. 7

  • 18 - Eliane Tillieux (229/7)

  • 21 - Catherine Fonck (229/7)

Art. 8

  • 19 - Eliane Tillieux (229/7)

  • 22 - Catherine Fonck (229/7)

*  *  *  *  *

 

Conclusion de la discussion des articles:

Besluit van de artikelsgewijze bespreking:

 

Réservé: les amendements et les articles 4, 7 et 8.

Aangehouden: de amendementen en de artikelen 4, 7 en 8.

 

Adoptés article par article: 1 à 3, 5, 6, avec une correction de texte, et 9.

Artikel per artikel aangenomen: 1 tot 3, 5, 6, met een tekstverbetering, en 9.

*  *  *  *  *

 

La discussion des articles est close. Le vote sur les amendements et articles réservés ainsi que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over de aangehouden amendementen, de aangehouden artikelen, en over het geheel zal later plaatsvinden.

 

15 Proposition de loi modifiant la loi du 30 juillet 1938 concernant l'usage des langues à l'armée en ce qui concerne le dépôt du rapport (721/1-4)

15 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 30 juli 1938 betreffende het gebruik der talen bij het leger wat het indienen van het verslag betreft (721/1-4)

 

Proposition déposée par:

Voorstel ingediend door:

Annick Ponthier, Barbara Pas, Steven Creyelman, Ellen Samyn, Dries Van Langenhove, Pieter De Spiegeleer.

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

15.01  Theo Francken, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, ik ben rapporteur van een wetsvoorstel van de Vlaams Belangfractie dat ertoe strekt betere en op vaste tijdstippen verslaggeving te doen van het gebruik en de problematiek van de taalverhoudingen in het Belgische leger.

 

Het voorstel heeft op zich in de commissie een heel debat gegenereerd.

 

Er is ook een stemming geweest, die, voor wie de gebruiken in de Kamer kent, enigszins verrassend was. De stemming heeft ertoe geleid dat het wetsvoorstel is aangenomen.

 

Voordien is ook een amendement van mijn hand aangenomen, dat stelt dat de verslaggeving niet in de twee Kamers maar in de Kamer van volksvertegenwoordigers moet gebeuren. De meerderheid van de commissie toonde gelukkig de wijsheid om het amendement aan te nemen.

 

Dat is heel kort de inhoud van het rapport. Voor het overige verwijs ik graag naar het schriftelijk verslag voor bijkomende uitleg of commentaar.

 

De voorzitter: Ik geef het woord aan mevrouw Ponthier.

 

15.02  Annick Ponthier (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, dat de gelijke taalrechten en kansen voor de Vlamingen in het Belgische leger in het verleden wel eens te wensen overlieten – ik druk mij nog zacht uit –, resulteerde in een wetgeving ter zake, met name de wet van 30 juli 1938 betreffende het gebruik der talen bij het leger.

 

Die wet vond haar grondslag in een aantal historische feiten, niet enkel maar ook in de Eerste Wereldoorlog waarin Vlaamse soldaten vaak onder het bevel van Nederlandsonkundige officieren stonden en zij onder het motto "Et pour les Flamands la même chose" bevelen moesten opvolgen die zij niet begrepen en die ertoe leidden dat zij meer dan eens de dood werden ingejaagd.

 

De feiten zijn wat ze zijn. De geschiedenis is wat ze is. Ik zal er hier dan ook niet uitgebreid op ingaan. Een en ander uit onze geschiedenis zorgde echter wel voor een nood aan een hoger bewustzijn ter zake. Een van de gevolgen was dus de reeds vermelde wet.

 

Om de effectieve uitvoering van de wettelijke regels te waarborgen, bepaalt artikel 32 van die wet dan ook dat de minister van Landsverdediging jaarlijks een verslag over de toepassing van de wet in de Kamer van volksvertegenwoordigers indient.

 

Die verplichting wordt ook effectief uitgevoerd. Zij staat immers in de wetgeving gestipuleerd. In de praktijk heeft ze in het verleden echter een aantal problemen gegeven. Het verslag werd vaak laattijdig ingediend, meestal pas in de loop van het jaar volgend op het jaar waarop het verslag betrekking had en vaak nog veel later.

 

Aldus werden in de commissie voor Landsverdediging, waarvan ik ook in de vorige legislatuur deel uitmaakte, de jaarverslagen van de jaren 2007, 2008, 2009, 2010 en 2011 op vraag van de Vlaams Belangfractie en onder het ministerschap van minister De Crem pas op 18 juli 2012 aangevat, zijnde dus vijf jaar later dan dat had moeten gebeuren.

 

Een en ander wijst erop dat men deze verslaggeving eerder als een formaliteit aanziet waarbij wordt voorbijgegaan aan haar concrete doelstelling. Dat heeft tot gevolg dat de problematiek van het taalevenwicht ook geen rol speelt bij de voorbereiding van de begroting van het beleidsdomein Landsverdediging, simpelweg omdat de regering zelf nog niet over het document beschikt.

 

Het wordt dan voor de parlementsleden ook bijzonder moeilijk om de bespreking van de begroting van Landsverdediging voor te bereiden omdat men niet over alle documenten beschikt die hiervoor noodzakelijk zijn. Dat komt er in de praktijk uiteraard op neer dat het nut van het verslag sterk vermindert en dat het verslag de facto waardeloos is.

 

Dat deze gang van zaken niet alleen een administratief probleem vormt, maar ook feitelijke gevolgen heeft voor het beschermen van de uitvoering van de wet blijkt onder meer uit de verslagen. Voor een aantal categorieën van militairen blijft het onevenwicht tussen Nederlandstaligen en Franstaligen bestaan. Wij mochten dat gisteren nog in de commissie vernemen van de nieuwe minister van Landsverdediging, de heer Goffin, die op een vraag van onze fractieleider, mevrouw Pas, antwoordde dat het onevenwicht verre van weggewerkt is.

 

Nochtans stipuleren de verslagen telkenmale dat de krijgsmacht streeft naar een taalverhouding die deze van de Belgische bevolking weerspiegelt, namelijk 60 % Nederlandstaligen en 40 % Franstaligen.

 

Wij zijn van oordeel dat een verslag dat binnen een aanvaardbaar tijdsbestek zou worden afgeleverd bruikbaar zou kunnen zijn om die onevenwichten weg te werken en om het tekort aan Vlaamse arbeidsplaatsen op te vullen, teneinde de doelstellingen van de krijgsmacht zelf te behalen. Dat is niet alleen nuttig, maar wat ons betreft zelfs wenselijk.

 

Wij willen met dit wetsvoorstel dus niet meer, maar ook niet minder dan ervoor zorgen dat een reeds bestaande wetgeving tijdig wordt uitgevoerd. Ik meen dat men niets wereldschokkends vraagt en dat de minister het verslag dus als bijlage bij de jaarlijkse beleidsnota zou toevoegen, zoals dat hoort. Zonder dat kan het debat volgens ons niet terdege worden gevoerd. Het betreft hier dus gewoon een technische aanvulling op de reeds bestaande wetgeving.

 

Bovendien, en ik heb dat ook in de commissie toegelicht, werd deze richtlijn ook opgenomen in de aanbevelingen van de werkgroep taalevenwicht bij het leger, die in de legislatuur van 2010-2014 werd samengesteld. Mijnheer de voorzitter, u zult zich dat ongetwijfeld nog herinneren. Ik maakte daarvan toen ook zelf actief deel uit, samen met een aantal andere collega's hier aanwezig.

 

Die werkgroep kwam er overigens specifiek op vraag van MR, bij monde van de heer Denis Ducarme. Hij vond het nodig om aan deze problematiek ettelijke hoorzittingen, verslagen en adviezen te wijden. Vlaams Belang heeft dat verzoek gesteund. Er werd ook een lijvig document voor opgesteld met een aantal aanbevelingen.

 

De laatste van de vijf aanbevelingen heeft betrekking op artikel 32 van de wet van 30 juli 1938 betreffende het gebruik der talen bij het leger. Dit artikel bepaalt dat de minister van Landsverdediging de Kamer van volksvertegen­woordigers jaarlijks een verslag moet bezorgen over de toepassing van de wet. De werkgroep beklemtoont het belang van dat verslag en wenst bijgevolg dat dit artikel vanaf dit jaar volledig en daadwerkelijk wordt toegepast. Aldus zal de Kamer in de toekomst aan de hand van het verslag de evolutie van de taalverdeling bij het leger transparant en op constructieve wijze kunnen blijven volgen.

 

Die aanbeveling werd in een wettekst gegoten. De verslaggever heeft al aangehaald dat de partijen die normaal gezien altijd veel belang hechten aan de inhoud van de Belgische Grondwet bij de artikelsgewijze stemming in de commissie wel selectief waren. Ze stemden tegen artikel 1, dat verwijst naar de toepassing van de Grondwet waarop dit wetsvoorstel betrekking heeft. Het Vlaams Belang vond dit een zeer vreemde gang van zaken.

 

Is het dan toch niet de inhoud die telt, maar de indiener? Ik hoop dat ik daar verkeerd in ben en dat bij de stemming later vandaag niemand oogkleppen op heeft en dat het gezond verstand mag terugkeren.

 

15.03  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): De Ecolo-Groenfractie heeft in de commissie tegen gestemd en dat zal ze opnieuw doen.

 

Ik kom tussenbeide omdat ik wilde vragen aan de heer Bogaert van CD&V wat zijn stemgedrag straks zal zijn. De heer Bogaert heeft in de commissie voor het wetsvoorstel van Vlaams Belang gestemd. Ik zou hem in alle sereniteit willen vragen om zijn stemgedrag te herzien. Waarom? Ik vind namelijk dat stemmen voor een wetsvoorstel van het Vlaams Belang die partij sterker maakt en die partij normaliseert. Dat is geen normale partij. Deze partij beschouwt asielzoekers als criminelen en doet alsof de samenleving beschermd moet worden tegen asielzoekers.

 

Het is een partij waarvan prominente leden lid zijn van agressieve racistische milities in ons land. Vandaar dat ik de heer Bogaert wou vragen om er eens over na te denken of hij die partij werkelijk sterker wil maken door wetsvoorstellen van die partij te steunen. Ik meen niet dat dit behoort tot de traditie van CD&V, ik meen dat de normen en waarden van CD&V anders zijn.

 

15.04  Theo Francken (N-VA): Het gaat niet over een persoonlijk feit, mevrouw Pas, u zult zichzelf wel verdedigen. Ik wil echter graag even het woord nemen.

 

In de commissie voor Landsverdediging, waarvan ik net als de voorzitter al jaren lid ben, hebben we een cultuur die inhoudt dat we proberen op een positieve manier met elkaar samen te werken. U weet dat zeer goed, mijnheer De Vriendt. Het gaat om de inhoud van dit wetsvoorstel en u hebt daar geen commentaar op gegeven.

 

Het Vlaams Belang stelt wetgeving voor die ertoe moet leiden dat de rapportering tijdig gebeurt zodat de parlementsleden hun werk goed kunnen doen als we de beleidsnota bespreken in de commissie voor Landsverdediging. Als we de inhoudelijke merites van dat voorstel bekijken, dan is onze fractie van oordeel dat we daar achter kunnen staan.

 

We hebben een bepaalde geschiedenis van taalverhoudingen in het Belgische leger en daar is altijd al veel rond te doen geweest. We hebben in het verleden verwijten gehad van de heer Ducarme van de MR over de flamandisation de l'armée belge. Daar is een commissie over geweest waar u lid van was. Ik zat daar niet in omdat ik toen lid was van de regering. Dat zijn dus gevoelige punten.

 

Als er nu na het hele debat over de vervlaamsing van het Belgische leger een voorstel komt om het objectieve rapport dat er wettelijk gezien altijd moet komen ook tijdig te laten komen, dan zegt iemand als u, die al vele jaren het parlementaire metier goed probeert in te vullen, dat het komt van die fractie en dat het dus racistische militiepraat is. Dat vind ik niet juist. In de commissie voor Landsverdediging proberen we op een correcte wijze te werken en u weet net zo goed als ik dat dit soort voorstellen daar geen schijn van kans zou hebben.

 

Het gaat om een voorstel dat inhoudelijk correct is en dat de parlementaire controle wil bevorderen. U pleit altijd  voor respect voor het Parlement. Dit voorstel vraagt om een instrument om ons werk goed te kunnen doen. Een dergelijk voorstel verdient dan ook de steun van de N-VA-fractie, wie het ook heeft ingediend. Ik vind het jammer dat ik het zelf niet heb ingediend want het is een goed voorstel dat het parlementaire werk kan verbeteren. Dat vindt u ongetwijfeld zelf ook van de inhoud, los van de polemiek over wie het heeft ingediend.

 

Dus in dezen en ook namens mijn fractie kan ik u meegeven dat wij wetsvoorstellen op hun inhoudelijke verdiensten zullen beoordelen. Wij gaan niet mee in een verhaal dat iets sowieso slecht is, gebonden aan van wie het komt. Komt een wetsvoorstel van de PVDA, de PTB, Défi of het Vlaams Belang, als het inhoudelijk goede wetsvoorstellen zijn, dan zullen wij die op hun inhoudelijke merites beoordelen.

 

Wij doen niet mee aan de gedachtepolitie en het cordon sanitaire met onze partij, de N-VA.

 

15.05  Barbara Pas (VB): Ik vind het aandoenlijk dat collega Francken zich aangesproken voelt bij een vraag aan de heer Bogaert en bij een vraag waarbij mijn partij wordt geviseerd. Ik dank hem alleszins voor zijn terechte opmerking.

 

Ik vind het ook aandoenlijk, collega De Vriendt, dat u vragen stelt aan een collega die hier niet eens aanwezig is. U viseert immers collega Bogaert. Het is een feit dat u inhoudelijk geen enkel argument hebt bij dit voorstel. Het gaat u louter om de indiener. U zegt dat voorstellen van mijn partij steunen, mijn partij sterker zou maken. Ik denk dat u zich schromelijk vergist. Ik denk dat figuren zoals u, die op voorhand goede voorstellen uitsluiten omwille van de indiener, mensen beledigen en op één hoopje gooien met criminelen; u noemt milities, maar die zijn bij mijn weten al jaar en dag verboden in dit land. Het is uitgerekend die arrogante houding, waarmee u volgens de laatste peiling 27 % van de kiezers en sinds de laatste verkiezingen alleszins meer dan 800.000 mensen schoffeert, die ons alleen maar sterker maakt. Het is die arrogante houding om niet naar Vlamingen te luisteren die wel achter onze voorstellen staan, die ons alleen maar sterker maakt.

 

Ik zou Jean-Jacques Rousseau willen citeren: beledigingen zijn de argumenten van zij die ongelijk hebben. Daar had Rousseau 100 % gelijk in: als men inhoudelijk niets tegen ons voorstel kan inbrengen, pakt men de indiener maar aan. U doet maar. U bent verantwoordelijk voor uw stemgedrag. Laat de heer Bogaert en de andere partijen zich maar verantwoorden voor hun stemgedrag. Als zij dit een goed voorstel vinden, is het de bedoeling dat dit gesteund wordt. Daarvoor dient een democratie. Wij beschouwen alles inhoudelijk. Wij hebben hier al voorstellen afgekeurd of gesteund van zowat elke fractie in dit huis, omdat wij oordelen op inhoud en niet op indiener. Dat heet democratie, maar blijkbaar hebben sommige partijen die zichzelf democratisch noemen en ons niet-democratisch noemen, meer moeite met democratie dan wij.

 

15.06  Theo Francken (N-VA): Mevrouw Pas, ik vind het spijtig dat u het aandoenlijk vindt dat ik namens de heer Bogaert spreek. Ik voer het woord namens mijn fractie. Ik heb gesproken als rapporteur en daarna heb ik gesproken als lid van de grootste fractie. Dat heeft niets te maken met Hendrik Bogaert. Hij moet zijn standpunt zelf maar verdedigen.

 

Ik wil nog één ding zeggen: ik kan maar hopen dat wij in de komende jaren in de commissie voor Landsverdediging, en ook in de Parlementaire Assemblee van de NAVO trouwens, op dezelfde constructieve en positieve manier zullen blijven samenwerken, zoals wij dat al vele jaren doen, over de partijgrenzen heen. Dat hebben wij tot nu toe altijd gedaan in het belang van onze jongens en meisjes, zowel in België als in het buitenland, en dat zijn er veel, zodat wij goed parlementair werk, zoals het werk van mevrouw Ponthier, op een correcte manier en met respect voor elkaar kunnen behandelen, net zoals bij uw betoog gisteren over de Pandurs. Wij moeten iedereen de tijd geven om de zaken deftig te bespreken en grondig inhoudelijk werk te leveren. Ik mag het maar hopen.

 

15.07  Nadia Moscufo (PVDA-PTB): Monsieur le président, chers collègues, notre groupe a également voté contre cette proposition de loi en commission car, pour nous, les arguments expliqués par les auteurs et ceux qui la soutiennent ne reflètent pas du tout... (Brouhaha)

 

Monsieur le président, y a-t-il moyen de faire un peu le calme dans la salle?

 

Le président: Oui. C'est parce que M. Bogaert vient d'arriver! Il y a des gens qui soignent leur entrée.

 

15.08  Nadia Moscufo (PVDA-PTB): Bienvenue!

 

Le président: Je vous en prie, madame.

 

15.09  Nadia Moscufo (PVDA-PTB): Monsieur le président, les arguments expliqués par les auteurs et les groupes politiques qui la soutiennent ne reflètent pas du tout les problèmes réels qui existent à la Défense et encore moins les problèmes qui reviennent vraiment de la pratique du terrain.

 

Nous considérons qu'il y a effectivement de gros problèmes à résoudre à la Défense, surtout et avant tout en matière de conditions de travail de nos militaires, au niveau des rémunérations et sur la manière dont est menée la politique de recrutement.

 

Des négociations sont d'ailleurs en cours avec les syndicats mais celles-ci restent au frigo car nous sommes en période d'affaires courantes. Les militaires y réclament des indemnités d'éloignement lorsqu'ils doivent aller travailler plus loin. Évidemment, ici, avec nos salaires, devoir effectuer des déplacements ne fait pas tellement partie de nos préoccupations. Il y est également question d'indemnités pour les frais de téléphone, d'indemnités pour les déplacements à vélo et de surplus salarial pour les prestations effectuées le week-end.

 

Les syndicats disent toutefois qu'en matière de recrutement, ces petites améliorations salariales ne sont que des cacahuètes. Ce qui pose problème dans le recrutement, c'est la question de la revalorisation du métier à travers une augmentation du salaire brut et le statut même des militaires. Aujourd'hui, beaucoup trop de contrats proposés ne portent que sur des périodes de quatre, voire de huit ans. Ce n'est pas avec ce genre de contrats qu'on va motiver les femmes et les hommes de ce pays à s'engager à la Défense.

 

Bien sûr, la question du bilinguisme n'est pas à négliger. Cela fait partie des discussions de la concertation sociale. D'après les échos, il y aurait même des exemples positifs quant à la stimulation des militaires au bilinguisme. En tant que parti, on souhaite que ces discussions restent dans le giron de la concertation sociale. Reste à savoir en quoi la protection des citoyens sera mieux garantie si le pourcentage d'un groupe linguistique par rapport à un autre est mieux équilibré qu'aujourd'hui.

 

Nous nous posons donc vraiment beaucoup de questions quant à l'enjeu de cette proposition de loi. Son objectif n'est-il pas plutôt de diviser? Or la Belgique d'en bas et, dans ce cas précis, les militaires ont besoin de plus d'unité. Pour ces raisons, nous voterons contre ce texte. Nous sommes un, wij zij één.

 

Le président: Merci, madame Moscufo.

 

Je pense que les problèmes que vous avez soulevés donneront lieu à une série de discussions inscrites au programme de la commission du mois de janvier pour approfondir les autres thèmes que vous avez abordés, notamment en termes de recrutement, de formation, etc.

 

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (721/4)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (721/4)

 

La proposition de loi compte 2 articles.

Het wetsvoorstel telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

16 Proposition de loi portant les cotisations sur le chiffre d'affaires des spécialités pharmaceutiques remboursables et une cotisation sur le marketing pour l'année 2020 (802/1-5)

16 Wetsvoorstel tot heffingen op het zakencijfer van de vergoedbare farmaceutische specialiteiten en een bijdrage op marketing voor het jaar 2020 (802/1-5)

 

Proposition déposée par:

Voorstel ingediend door:

Robby De Caluwé, Goedele Liekens.

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

Le rapporteur est Mme Dominique Sneppe. Elle renvoie à son rapport écrit.

 

16.01  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, nous allons voter une proposition de loi qui détermine la cotisation sur le chiffre d'affaires des spécialités pharmaceutiques remboursables et une cotisation sur le marketing pour l'année 2020.

 

Le PTB a déposé un amendement visant à augmenter la cotisation de base sur le chiffre d'affaires. L'objet de cette cotisation est de responsabiliser le secteur pharmaceutique en matière de financement de la sécurité sociale.

 

Ce secteur réalise une grande partie de son chiffre d'affaire grâce à notre sécurité sociale. Il paraissait donc logique de le responsabiliser au sujet des dépassements budgétaires.

 

En 2006, le taux de la cotisation sur le chiffre d'affaires s'élevait à 9,73 % et, en 2008, une meilleure maîtrise du budget de l'INAMI avait permis de ramener ce taux à 6,73 %, comme c'est le cas actuellement.

 

Cependant, nous sommes confrontés à plusieurs grands problèmes. Selon les calculs du Comité de monitoring, le budget des médicaments enregistrerait, d'ici 2024, une croissance de pas moins de 1,4 milliard d'euros.

 

Les firmes pharmaceutiques se portent bien et continuent à faire des bénéfices importants. Le dépassement budgétaire est causé non seulement par les volumes mais aussi par le prix de plus en plus élevé des médicaments.

 

Dès lors, nous pensons qu'il est justifié d'augmenter cette cotisation de 2 % et de la ramener au taux de 2017, c'est-à-dire 8,73 %, ce afin de responsabiliser le secteur.

 

Toen ik in de commissie de verhoging van de heffing voorstelde, om de farmaceutische sector te responsabiliseren in deze moeilijke budgettaire situatie, zei zowel de N-VA als het Vlaams Belang dat het nodig was om te overleggen met de farmaceutische sector, vooraleer hiertoe te beslissen. Als ik het goed begrepen heb, vinden die partijen dat wij, vooraleer wij de bijdrage verhogen, eerst de farmaceutische sector moeten raadplegen. Ik kan zelf hun antwoord reeds een beetje inschatten. Meer bijdragen aan de sociale zekerheid zal hun winst een klein beetje verminderen, dus daarop zullen zij niet happig zijn.

 

Collega's van N-VA, toen u in 2017 in de Zweedse coalitie, samen met Open Vld en CD&V, besliste om de prijs van antibiotica te verhogen, hebt u toen de mening van de patiënten gevraagd? De patiënten hebben dat verschil moeten ophoesten. De gemiddelde antibioticafactuur is tussen 2016 en 2017 met ruim 85 % gestegen. De patiënten hebben in dat jaar 24 miljoen euro extra moeten ophoesten. Maar toen vond u het blijkbaar niet nodig om eerst de patiënten te raadplegen. Er werd hun gewoon gevraagd om te betalen.

 

Voor ons moet het gedaan zijn met twee maten en twee gewichten. Een bijdrageverhoging van 2 % voor de farmaceutische sector is niet meer dan normaal en is gezien de goede gezondheid van de sector, niet meer dan een faire bijdrage in de huidige budgettaire context. Ik roep alle andere partijen op om ons amendement te steunen.

 

16.02  Steven Creyelman (VB): Mevrouw Merckx, ik wil u toch even corrigeren.

 

Wij hebben niet gezegd dat de farmasector moet gecontacteerd worden om eens na te gaan hoeveel belastingen hij wil betalen; wij hebben gezegd dat wij de impact van dat voorstel minder goed kennen.

 

Ik heb een beetje de indruk, en samen met mij heel wat collega's, dat u daarop gewoon een getal gekleefd hebt. U wilt +2 %. Waarom niet +1,5 % of +3 % of +20 %? Dat is niet echt duidelijk in uw verantwoording, moet ik eerlijk toegeven. Wij zullen ons onthouden op de stemming over uw amendement. De intentie is goed, maar uw verantwoording is een beetje summier. Waarom precies 2 %? Het is mij niet duidelijk. Het is waarschijnlijk heel wat andere collega's niet duidelijk.

 

Iemand van het kabinet van de minister verduidelijkte trouwens dat de middelen niet terechtkomen waar u wilt dat ze terechtkomen, namelijk in de zorgverzekering, maar dat ze terechtkomen in de algemene werking van het RIZIV.

 

16.03  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer Creyelman, het RIZIV maakt natuurlijk deel uit van onze sociale zekerheid, ik weet niet of u dat al wist.

 

Ik heb hier het verslag van de bespreking in de commissie. Mevrouw Dominiek Sneppe zei letterlijk: "Een eventuele verhoging van de heffingen dient deel uit te maken van de onderhandelingen over een nieuwe federale regering. Alleszins is er ook overleg met de farmaceutische sector vereist." Ook al beweert u hier dat dit niet het geval is, mevrouw Sneppe heeft dat zo letterlijk in de commissie gezegd.

 

16.04  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega's, namens de N-VA wil ik verduidelijken dat wij dit wetsvoorstel zullen steunen. Momenteel hebben wij te maken met een miniregering in lopende zaken, maar de lopende zaken moeten wel uitgevoerd worden. Wij willen absoluut vermijden dat de werking inzake het geneesmiddelenbeleid belemmerd wordt.

 

Het amendement van PVDA zullen wij niet steunen. Mevrouw Merckx, ik herhaal dat wij in de commissie al heel duidelijk hebben gezien dat de verdeling van de middelen voor vergoedbare farmaceutische specialiteiten heel onevenredig is. U gaat met een kaasschaaf van 2 % door alle sectoren waardoor u de innovatieve sectoren, de specialiteiten en de generieken allemaal op dezelfde manier behandelt. In de hoorzittingen over de tekorten en het ontbreken aan geneesmiddelen hebben wij gehoord dat niet alle farmaceutische firma's op dezelfde manier behandeld kunnen worden. Wij ondersteunen uw kaasschaafmethode daarom niet.

 

Wel willen wij heel duidelijk werk maken van de toegankelijkheid van medicatie voor onze patiënten, wat wij ook al in de commissie hebben gezegd. Wij doelen daarmee op innovatieve en nieuwe medicatie. Wij richten ons dan ook op een nieuw toekomstpact zoals verschillende collega's in deze vergadering al gezegd hebben.

 

Mevrouw Merckx, in uw kaasschaafprincipe waarmee u zonder nadenken overal 2 % weghaalt, stappen wij niet mee.

 

16.05  Robby De Caluwé (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, het wetsvoorstel dat voorligt, maakt normaal deel uit van een programmawet. Bij gebrek aan reguliere begroting is er nu geen programmawet, maar voor de financiering van de ziekteverzekering is er toch wel nood aan inkomsten uit de heffing op de omzet van terugbetaalbare geneesmiddelen in België. Met dit voorstel voorzien wij in een legistieke basis zodat wij net als in de voorgaande jaren de voormelde heffing kunnen innen.

 

Dit wetsvoorstel handhaaft ook de percentages van de heffingen die wij de afgelopen jaren hebben gekend. Dit is dus geen nieuw beleid. Alleen bevat dit wetsvoorstel de garantie dat de ziekteverzekering niet bepaalde inkomsten moet derven door de bijzondere politieke situatie waarin wij ons bevinden.

 

Wij kiezen er bewust voor geen aanpassingen te doen aan de percentages. Ik wil u eraan herinneren, collega's, dat deze inkomsten vorig jaar goed waren voor bijna 264 miljoen euro.

 

Wat het amendement van PVDA-PTB betreft, dat steunen wij uiteraard ook niet. Het is inderdaad een lukraak gekozen percentageverhoging. Het geneesmiddelenbudget is opgemaakt. Dit verdwijnt in de gewone RIZIV-pot en komt niet ten goede van de patiënt.

 

Hier wordt vaak verwezen naar de grote vijand, de grote farmabedrijven. Zoals door collega Depoorter is opgemerkt, er zijn ook heel wat andere spelers in de markt betrokken. Ik denk bijvoorbeeld aan producenten van generieke geneesmiddelen, waarvan sommige ook veel winst maken, maar niet allemaal.

 

Ik ben ervan overtuigd dat heel wat van die farmabedrijven minder winst maken dan bijvoorbeeld de leveranciers van een aantal laptops van de PVDA-PTB-fractie, of de belangrijkste leverancier van haar advertenties.

 

Het gaat om een omzetheffing. Het is geen heffing op de winsten. Vandaar dat wij het logisch vinden dat wij de percentages behouden.

 

16.06  Jan Bertels (sp.a): Wij hebben het hier effectief over een gedeelte van de financiering van de ziekteverzekering, meer bepaald het deel administratieve begroting. Een bijdrage van de farmasector is daarin al jaren een standaardgegeven. Die bijdrage is ook nodig om de administratieve begroting in orde te krijgen. Met het wetsvoorstel wordt daarvoor de wettelijke basis gecreëerd. Zo wordt ervoor gezorgd dat er ook in 2020 een bijdrage van de farmasector gevaagd kan worden. Die bijdrage moet er komen, anders is de administratieve begroting van de ziekteverzekering niet in orde.

 

Wij zullen het wetsvoorstel steunen, omdat die bijdrage nodig is. In het kader van de ziekteverzekeringsbegroting van een nieuwe volwaardige regering en in het kader van de RIZIV-begroting zal er in de toekomst een debat nodig zijn over de bijdrage van de farmaceutische sector en over de responsabilisering van de verschillende actoren in de farmaceutische sector. Wat is een faire bijdrage?

 

Kan dat debat gevoerd worden met het oog op de totstandkoming van een pax pharmaceutica en het geneesmiddelenpact? Waarschijnlijk wel. Hoe dan ook moet die faire bijdrage er komen. Voor ons zal die bijdrage de huidige bijdrage moeten overstijgen, maar ze zal afgelijnd en niet lineair mogen zijn. Wij zijn niet voor een lineaire verhoging voor alle geneesmiddelenproducenten. Ik heb dat ook al aan mevrouw Merckx gezegd. Wij willen niet alle actoren op dezelfde manier treffen, want met een lineaire verhoging worden sommige actoren uit de markt geduwd. Dat is niet de bedoeling. Wij willen dat niet, maar er moet wel een nieuwe, hogere, faire bijdrage komen van de farmaceutische sector. Die bijdrage moet voor de verschillende actoren aangepast zijn. Die discussie zullen wij moeten voeren in het licht van een nieuwe pax pharmaceutica, zoals mevrouw de minister zopas al ruiterlijk heeft toegegeven.

 

16.07  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, ik zou even kort willen antwoorden.

 

Het Parlement heeft onlangs het Fonds voor de Witte Woede ingesteld. Dat betekent een extra uitgave, dus moet het Parlement ook effectief op zoek gaan naar nieuwe inkomsten.

 

Ik wou er even de klemtoon op leggen dat het om een verhoging van ongeveer 70 miljoen euro gaat, als ik het goed heb berekend. Vorige week heeft de PVDA berekeningen over de 25 geneesmiddelen die het meest kosten aan het RIZIV uitgebracht. Mochten wij een faire prijs toepassen in België, zouden wij daar meer dan 400 miljoen euro op kunnen besparen. Daar zitten trouwens ook 7 generische geneesmiddelen bij, waaraan het RIZIV meer dan 280 miljoen euro heeft uitgegeven. Als wij de prijzen van in Nederland zouden toepassen, zouden wij daar 170 miljoen euro op kunnen besparen. Ons voorstel is dus helemaal niet extreem. Het is inderdaad een bijdrageverhoging, maar die is nodig, omdat de farmaceutische sector de vooropgestelde budgetten steeds overschrijdt. Het lijkt mij dan ook niet meer dan normaal dat wij een extra bijdrage vragen.

 

16.08  Catherine Fonck (cdH): Monsieur le président, nous soutiendrons cette proposition de loi mais avec un signal pour l'avenir, à savoir l'importance d'une responsabilisation accrue du secteur pharmaceutique. Dans toutes les économies qui ont été imposées au secteur de la santé sous la dernière législature, le seul acteur qui n'a pas respecté ces économies est le secteur pharmaceutique, à l'inverse des autres acteurs qui sont restés dans les balises et qui ont même dû compenser ce manquement.

 

L'enjeu est majeur – avec les médicaments innovants ou les thérapies géniques – et la responsabilisation du secteur pharmaceutique sera très importante dans l'optique d'obtenir des prix raisonnables pour les patients et pour la sécurité sociale.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (802/4)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (802/4)

 

L’intitulé en néerlandais a été modifié par la commission en “wetsvoorstel houdende heffingen op het zakencijfer van de vergoedbare farmaceutische specialiteiten en een bijdrage op marketing voor het jaar 2020".

Het opschrift in het Nederlands werd door de commissie gewijzigd in “wetsvoorstel houdende heffingen op het zakencijfer van de vergoedbare farmaceutische specialiteiten en een bijdrage op marketing voor het jaar 2020".

 

La proposition de loi compte 5 articles.

Het wetsvoorstel telt 5 artikelen.

 

*  *  *  *  *

Amendement déposé:

Ingediend amendement:

Art. 2

  • 2 - Sofie Merckx (802/5)

*  *  *  *  *

 

Conclusion de la discussion des articles:

Besluit van de artikelsgewijze bespreking:

 

Réservé: l'amendement et l'article 2.

Aangehouden: het amendement en artikel 2.

 

Adoptés article par article: les articles 1, 3, 4 et 5.

Artikel per artikel aangenomen: de artikelen 1, 3, 4 et 5.

*  *  *  *  *

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'amendement et l'article réservés ainsi que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het aangehouden amendement, het aangehouden artikel en over het geheel zal later plaatsvinden.

 

17 Projet de loi fixant le contingent de l'armée pour l'année 2020 (844/1-3)

17 Wetsontwerp tot vaststelling van het legercontingent voor het jaar 2020 (844/1-3)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

17.01  Wouter De Vriendt, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, ik moet mondeling verslag uitbrengen, want het schriftelijk verslag is nog niet klaar.

 

Wij hebben het voorliggend wetsontwerp besproken in de commissie voor Landsverdediging op 18 december. Eerst was er een inleidende uiteenzetting van de minister van Buitenlandse Zaken en van Landsverdediging, de heer Philippe Goffin, die zijn betoog heeft ingeleid met een verwijzing naar de activiteiten die hij onmiddellijk na zijn benoeming tot minister van Buitenlandse Zaken en van Landsverdediging heeft verricht. Zijn bezoek aan de Belgische militairen die deelnemen aan buitenlandse missies in Niger, Mali, Litouwen en Afghanistan, net voor de kerstperiode en het jaareinde nam daar een belangrijke plaats in.

 

De minister preciseert dat met het wetsontwerp, zoals elk jaar en overeenkomstig artikel 183 van de Grondwet, wordt voorgesteld het legercontingent voor het volgend jaar vast te stellen. Het legercontingent voor het jaar 2020 drukt het maximale aantal militairen uit die op dezelfde dag in 2020 onder de wapens mogen zijn. De in het wetsontwerp opgenomen cijfers hebben betrekking op het aantal militairen uitgedrukt in individuen, zowel voor het reservekader als het actief kader. De cijfers komen dus niet overeen met voltijds equivalente effectieven. Voor 2020 wordt het contingent vastgesteld op 27.249 militairen. Dat aantal wordt behaald in de maand december en bestaat uit 25.870 militairen van het actief kader en 1.379 opgeroepen militairen van het reservekader.

 

Zoals gepreciseerd in de memorie van toelichting, worden de militairen van het actief kader verdeeld in 25.430 militairen en leerlingen in de personeelsenveloppe en 440 militairen buiten die enveloppe, dat laatste ten gevolge van de bezetting van een bijzondere functie of van een bijzondere administratieve toestand. In 2019 werd het legercontingent vastgesteld op 27.881 militairen, in 2018 op 29.225 militairen.

 

In de algemene bespreking waren er vragen van een aantal leden. Mevrouw Annick Ponthier van de Vlaams Belangfractie stelt vast dat het legercontingent continu daalt. De vraag is of dat op lange termijn geen impact kan hebben op de veiligheid van het land, zijn burgers en het personeel van Defensie.

 

De heer Hendrik Bogaert van de CD&V-fractie wenst cijfers te verkrijgen over de leeftijdsverdeling van de militairen en het legercontingent per categorie, geslacht en taalstelsel. Wat is de evolutie van het verschil tussen enerzijds het gevraagde legercontingent en anderzijds de invulling ervan? Wat is de langetermijnvisie op het legercontingent ten gevolge van de eindeloopbaanproblematiek?

 

Mevrouw Nadia Moscufo van de PVDA-PTB-fractie attendeert erop dat het aantal militairen steeds daalt. Er zijn momenteel onderhandelingen bezig met de vakbonden over de personeelstekorten bij sommige diensten en over het knelpunt van de werkoverlast.

 

Het personeel van Defensie vraagt om het beroep aantrekkelijker te maken, onder meer door het verlenen van vergunningen waardoor het personeel zijn koopkracht kan verbeteren.

 

Zal de vrijwillige opschorting van prestaties definitief zijn? Hoeveel personen hebben die schorsing in het verleden aangevraagd?

 

De heer Maxime Prévot van het cdH zegt dat de commissie zich op korte termijn zou moeten buigen over het personeelsbeleid en de perspectieven van aanwervingen en de daadwerkelijke opvulling van openstaande betrekkingen. Het leger moet aantrekkelijker worden gemaakt en jonger personeel moet worden aangetrokken.

 

Een van de knelpunten is dat militairen langer aan het werk moeten blijven. Hoe zal de spanning tussen de generaties in het leger worden opgelost?

 

De heer Michael Freilich van de N-VA-fractie vraagt de reden voor de belangrijke stijging van het aantal leden in het reservekader.

 

De commandant van de landcomponent, generaal-majoor Pierre Gérard, uitte de wil om een tweede gemotoriseerde brigade op te richten. Is het mogelijk binnen het ter bespreking voorliggende contingent of is dat een voorafname op het contingent voor de toekomst?

 

De heer Christophe Lacroix van de PS-fractie constateert dat het aantal militairen steeds daalt, wat het gevolg is van het slechte personeelsbeleid bij Defensie. Het beleid van de jongste jaren heeft het statuut van de militairen en hun missies steeds onderuitgehaald. De primaire taak van Defensie is te zorgen voor de mannen en vrouwen die het leger samenstellen. Om die reden heeft zijn fractie een voorstel van resolutie ingediend over het HR-beleid bij Defensie.

 

Mevrouw Kattrin Jadin van de MR herinnert eraan dat het wetsontwerp noodzakelijk is om de continuïteit van de dienst te garanderen. De spreekster is het ermee eens dat een reflectie over de toekomst van het personeelsbeheer bij het leger noodzakelijk is. Het is positief dat daar hoorzittingen over zullen worden georganiseerd. Een van de redenen van de problemen inzake personeelsbeheer is dat de voorgestelde hervormingen niet tot het einde werden uitgevoerd.

 

Dan kom ik tot de antwoorden van de minister op de vragen van de collega's. De minister belooft de gedetailleerde cijfers over de samenstelling van het legercontingent aan de commissie te verschaffen. De doelstellingen in dat verband beantwoorden aan de strategische visie van 2016.

 

Het reservekader is toegenomen, omdat militairen buiten de personeelsenveloppe op het einde van hun loopbaan zich vrijwillig kunnen aanmelden of opgeroepen kunnen worden.

 

Momenteel heeft niemand nog het statuut van vrijwillige opschorting van prestaties.

 

De minister is zich bewust van de problemen inzake het personeelsbeleid. Een van de eerste problemen die werden aangekaart, toen hij zijn functie als minister opnam, is die van de leeftijdspiramide. Die is niet aangepast aan de toekomstige uitdagingen van Defensie.

 

Er moet worden nagegaan hoe de competenties kunnen worden overgedragen en hoe nieuwe rekruten zo snel mogelijk de noodzakelijke kennis kunnen opdoen.

 

Er dienen inspanningen te worden geleverd om het leger aantrekkelijker te maken. De regering is momenteel in lopende zaken, wat de mogelijkheden om op te treden beperkt, maar wel toelaat om daarover in het Parlement een uitgebreid debat te voeren. Dit kan ook de input geven voor toekomstige regeringsonderhandelingen.

 

Wat de stemmingen betreft, artikel 1, dat de constitutionele bevoegdheidsgrondslag bevat, wordt eenparig aangenomen. Artikelen 2 en 3 worden aangenomen met 13 stemmen voor bij 1 onthouding. Het gehele wetsontwerp wordt bij naamstemming aangenomen met 13 stemmen voor bij 1 onthouding.

 

17.02  Nadia Moscufo (PVDA-PTB): Monsieur le président, comme l'a bien expliqué mon collègue dans le rapport, cette loi fixe la diminution du nombre de militaires. C'est un choix stratégique depuis 2017. Pour nous, mais aussi pour tout le mouvement pour la paix, une diminution accrue du nombre de militaires pourrait signifier une rupture avec la politique guerrière pour laquelle la Belgique opte déjà depuis des années. Moins de militaires, moins de guerres et moins de victimes civiles.

 

Ce n'est pas tout à fait cela. En commission, nous avons été plusieurs à demander ce qui sera fait de ces F-35 que nous avons achetés. Nous avons eu des réponses de Normand. C'est un aspect.

 

Par ailleurs, cela a aussi été dit dans le rapport, nous avons un problème avec la manière de recruter et de faire allusion à la pyramide des âges. Le ministre a annoncé lui-même qu'il découvrait avec sa nouvelle fonction ce problème de pyramide des âges. Mais la pyramide des âges, ce n'est pas quelque chose qui nous tombe dessus du jour au lendemain. Comment se fait-il que cela n'a pas été pris en main avant? On se le demande. Je reviens sur l'explication que j'ai donnée tout à l'heure, à savoir que la problématique du recrutement est liée aux conditions de travail et de rémunération.

 

Nous avons aussi une grande crainte par rapport à cette loi, à ce choix stratégique. Nous pensons qu'il y a des choix conscients d'élargir le plus possible certaines tâches vers l'outsourcing, et que ce choix va mettre en péril l'emploi global des militaires, mais aussi que cela traduit une volonté d'aller vers une certaine forme de privatisation. Ce choix politique, nous ne le partageons pas. C'est la raison pour laquelle nous n'avons pas soutenu cette loi. Je vous remercie.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (844/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (844/1)

 

Le projet de loi compte 3 articles.

Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Président: Patrick Dewael, président.

Voorzitter: Patrick Dewael, voorzitter.

 

18 Wetsontwerp houdende bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen krachtens de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen (832/1-4)

18 Projet de loi portant confirmation des arrêtés royaux pris en vertu de la loi du 29 avril 1999 relative à l'organisation du marché de l'électricité et de la loi du 12 avril 1965 relative au transport de produits gazeux et autres par canalisations (832/1-4)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

18.01  Bert Wollants, rapporteur: Collega's, gisteren hebben wij in onze commissie het wetsontwerp houdende de bekrachtiging van KB's betreffende de federale bijdrage behandeld.

 

In haar toelichting heeft de minister aangegeven hoe de federale bijdrage werkt namelijk dat die moeten worden aangerekend en op watervalwijze, op cascadewijze, uiteindelijk moet worden doorgerekend aan de eindgebruikers. Er worden verschillende zaken mee gefinancierd, onder meer 69% van de werkingsmiddelen van de CREG en het Fonds Gas en Elektriciteit.

 

Ze heeft er ook op gewezen dat het normaal gezien een formaliteit is om dat te bekrachtigen en dat deze bekrachtiging nodig is. Dit is specifiek nodig omdat de heffing eigenlijk het karakter heeft van een belasting en daardoor binnen de twaalf maanden na het aannemen of het inwerkingtreden van het KB effectief moet worden bekrachtigd bij wet.

 

Verschillende leden hebben nadien het woord genomen. Een aantal fracties heeft zich in meer of mindere mate fors uitgelaten over de laattijdigheid waarmee het ontwerp telkens opnieuw in de commissie wordt voorgelegd om dan snel te bespreken.

 

Naar aanleiding van de bespreking heeft mevrouw Van der Straeten aangekondigd dat zij een amendement zou indienen in verband met de problematiek van het Fonds Gas en Elektriciteit. Zij stelt voor om een aanpassing aan te brengen zodat er in zes miljoen extra zou kunnen worden voorzien om de niet-indexering sinds 2012, de bevriezing gedurende de regering-Di Rupo, ongedaan te maken.

 

Vervolgens hebben verschillende leden daarover het woord genomen. Een aantal vond het niet zo netjes om dit op korte termijn te regelen, met andere woorden op tafel te leggen terwijl dit in de allerlaatste fase zat. Enkele leden verwezen ook naar het feit dat een gelijkaardig voorstel diverse keren aan bod is gekomen in de commissie, zowel in vragenrondes, waarbij de minister haar standpunt heeft bepaald en duidelijk gemaakt, als bij de behandeling van het voorstel van resolutie van de heer Warmoes. Hij schoof onder andere over dat punt een aantal zaken naar voren. De commissie had geoordeeld dat het beter was dat in zijn geheel te behandelen na het afronden van een aantal hoorzittingen en dergelijke meer. Enkele leden spraken zich ook uit voor de behandeling van dat amendement zodat er alsnog over zou kunnen worden gestemd.

 

Bij de diverse replieken kwamen thema's aan bod zoals 6 versus 21% btw, de stijging van de energiefactuur en de vrijmaking van allerlei middelen voor onder meer capaciteitsmechanismen. Na de replieken is men uiteindelijk tot de conclusie gekomen dat het aangekondigde amendement van mevrouw Van der Straeten en het amendement van de heer De Maegd dat inging op de problematiek en waarin een groot deel van de tegenwerpingen werden vervat, zijn ingediend.

 

Vervolgens heeft de commissie zich uitgesproken over het tweede ingediende amendement doordat het de elementen van het amendement van mevrouw Van der Straeten bevatte. Daardoor werd het amendement van mevrouw Van der Straeten ingetrokken. Zo is het tot een gezamenlijk amendement gekomen dat vervolgens eenparig door de commissie is aangenomen. Dit had tot gevolg dat uiteindelijk ook over het wetsontwerp zelf eenparig is gestemd.

 

Mijnheer de voorzitter, dat was mijn verslag.

 

Als u het goedvindt, ga ik onmiddellijk door met mijn toelichting in naam van de N-VA-fractie.

 

De voorzitter: Gaat u maar onmiddellijk door.

 

18.02  Bert Wollants (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega's, wij kampen absoluut met het eeuwige probleem dat de bekrachtigingen altijd veel te laat komen. Een en ander moet inderdaad binnen een bestek van twaalf maanden worden bekrachtigd. Niemand vraagt evenwel om twaalf maanden te wachten met de bekrachtiging.

 

Het is dus niet meer dan logisch dat wordt aangespoord om in de toekomst sneller met dergelijke zaken naar voren te komen, zodat ten minste een degelijk debat daarover mogelijk is. Wij weten immers ook waarom het op het laatste moment gebeurt. Dat is omdat de sanctie zo sterk is. Wanneer een dergelijk koninklijk besluit niet wordt bekrachtigd, betekent zulks dat het koninklijk besluit nooit uitwerking zou hebben gehad, wat in het geval van een federale bijdrage die een aantal zaken financiert, een enorme impact heeft.

 

Het is absoluut duidelijk dat dergelijke gevallen in de toekomst moeten worden vermeden en dat wij het hele proces van de bekrachtiging gerust ook eens in vraag moeten stellen. Wij moeten ons afvragen of die zaken niet beter op een andere manier zouden worden geregeld.

 

Over het voorstel van mevrouw Van der Straeten om een deel van het koninklijk besluit niet te bekrachtigen, moet ik bekennen dat mijn partij het met een open geest heeft bekeken, maar het tegelijkertijd moeilijk ziet zitten. Elke verhoging van de factuur is een verhoging te veel. Tegelijkertijd is het heel moeilijk uit te leggen dat bepaalde punten niet worden gedaan en niet worden opgenomen. Er is een fonds dat al sinds 2012 is bevroren en dat specifiek moet dienen om de OCMW's de middelen te geven een aantal mensen te helpen zodat zij mee zijn met de energietransitie en niet met materiaal uit de vorige eeuw moeten werken.

 

Laat ons immers eerlijk zijn. Onze energie is duurder geworden en zelfs fors duurder geworden. In de factuur zijn allerlei zaken verwerkt die er eigenlijk absoluut niet in thuishoren.

 

Wat is het gevolg? Wie heeft daarvan het minste last? Dat zijn de mensen die in een passiefwoning wonen, die nieuwe toestellen hebben en die met hun zonnepanelen erin slagen op het einde van de rit nog net het prosumententarief in Vlaanderen te betalen, maar die voor het overige geen energiekosten meer hebben.

 

Wie heeft er wel last van? Dat zijn de mensen die in een nog te renoveren huis wonen, meestal een huurwoning, die met een aftandse koelkast zitten die waarschijnlijk al van twee generaties voordien is geërfd en die dus op het einde van de rit het gros van de factuur zullen betalen. Dat is iets waarover minstens moet worden nagedacht, zeker als lid van een Parlement dat de voorbije weken en jaren met de glimlach heeft beslist dat wij op het vlak van internationale klimaatfinanciering onze geldbeugel kunnen opentrekken en heeft beslist het capaciteitsmechanisme in te voeren, hoewel is geweten dat het CREG oordeelt dat dergelijk mechanisme misschien wel 14 miljard euro zal kosten. Als we dan moeten discussiëren over het feit dat een voorstel mogelijk een impact van ongeveer 0,5 euro per jaar op de huishoudens zou kunnen hebben, dan moeten bepaalde dingen toch in balans worden gebracht.

 

Er was een lang herhaalde vraag om eindelijk iets te doen aan die slapende fondsen die al zo lang bij de CREG geparkeerd zijn. Daar liggen centen klaar waarvoor men de rechtsgrond heeft afgeschaft en niemand kan ze uitgeven. Tegelijkertijd hebben we een ander fonds dat met slechts een deel van die middelen al uit de nood zou zijn geholpen.

 

Ik ben dan ook blij dat we uiteindelijk in samenwerking met zowat iedereen in de commissie tot een voorstel zijn gekomen dat deze twee zaken verenigt. Het maakt een indexering mogelijk voor het Fonds Gas en Elektriciteit en zorgt voor een oplossing voor de slapende fondsen zodat dit geen impact hoeft te hebben op de factuur die de gezinnen en de bedrijven moeten betalen. Op die manier lossen we een probleem op dat is ontstaan in 2012, toen die fondsen voor de eerste keer bevroren werden.

 

Ik ben blij dat ik mee heb kunnen werken aan een oplossing en dat de commissie unaniem tot een resultaat is gekomen waarmee we kort op de bal hebben kunnen spelen om deze nood te lenigen. Hiermee geven we de OCMW's de mogelijkheid om deze mensen te helpen. Het gaat niet enkel om het uitdelen van centen, het puur curatieve aspect van jaarlijks bijpassen, we geven hen de middelen om de factuur jaar na jaar te verlagen en energie te besparen. Dat is een nobel doel waar wij ons heel graag achter hebben geschaard. Onze fractie zal dit ontwerp dan ook goedkeuren.

 

18.03  Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik dank de heer Wollants voor zijn verslag, zijn uiteenzetting en de bijzonder constructieve commissievergadering die wij gisteren hebben gehad.

 

Het ontwerp dat wij gisteren in de commissie kregen was een ontwerp waarvan iedereen waarschijnlijk dacht dat we het wel even zouden afhaspelen. Been there, done that. Elk jaar wordt hier op de valreep nog gauw de urgentie gevraagd voor het bevestigen van de besluiten inzake de federale bijdrage.

 

Collega's, voor het geval u het niet zou weten, de federale bijdrage is een heffing op de energiefactuur die uit verschillende onderdelen bestaat. Met die verschillende onderdelen worden heel wat zaken gefinancierd, zoals de werking van de regulator, het opkuisen van de nucleaire kerkhoven in de Kempen en ook het Sociaal Fonds voor Gas en Elektriciteit. Dit fonds is een werkingsmiddel voor de OCMW's om aan sociaal energiebeleid te doen.

 

In oktober van dit jaar lazen wij allemaal in de krant over de alarmbel van het Platform tegen Energiearmoede, opgericht door de Koning Boudewijnstichting. Het platform verwees toen naar het schrijnend gebrek aan middelen bij de OCMW's. De energiearmoede in ons land neemt zodanig toe dat de OCMW's niet meer kunnen volgen. In 2017 kregen zij 120.000 mensen over de vloer. De OCMW's moeten bijpassen uit hun eigen middelen om die mensen te kunnen helpen. Wij kennen allemaal die voorbeelden, uit onze eigen stad of gemeente. Ook in mijn eigen gemeente, in Koekelberg, moet het OCMW bijpassen voor mensen die komen aankloppen. Ook in een stad als Oostende, waar er een heel proactief sociaal energiebeleid is, wordt er bijgepast uit de eigen middelen.

 

De OCMW's doen op het terrein een fantastische job, op twee vlakken. Ze helpen mensen bij het betalen van hun energiefactuur. Maar ze doen ook aan preventieve maatregelen. Zij zien vaak de kwetsbaarste mensen. Kwetsbare mensen die bijvoorbeeld in een huis komen wonen dat voordien onbewoond was. Mensen die geen kennis of expertise hebben, en dat kan iedereen hier zijn, en die geconfronteerd worden met een voorschot van een leverancier dat veel te laag is, omdat het pand voordien onbewoond was. Nadien krijgen zij dan een jaarafrekening van 400, 500 of 600 euro en kunnen die niet betalen. Het zijn die mensen die dan vaak naar het OCMW gaan om hulp. Het is daar dat het OCMW bijpast.

 

Het OCMW vraagt dan ook aan die mensen in wat voor huis ze wonen, met wat voor toestel ze verwarmen. Aan die mensen wordt bijvoorbeeld in Oostende uitgelegd hoe een thermostaat werkt en bij wie een energiescan wordt gedaan. Het is op die manier, back to basics en met de voeten in de aarde, dat de mensen van het OCMW elke dag werken.

 

Collega's, daarom was hetgeen wij gisteren deden enorm belangrijk. Wij hebben gisteren steun gegeven aan die mensen die elke dag in de realiteit staan. Wij kunnen grote debatten voeren over de federale bijdrage, over de vraag of de federale bijdrage wel moet worden gefinancierd via de energiefactuur en over de degressiviteit.

 

Ik ben het eens met al die debatten. Ik ben het eens met de collega's die zeggen dat wij tot een meer fundamentele oplossing moeten komen Wij zullen het debat daarover ook voeren. Wij zullen in onze commissie hoorzittingen houden vanaf januari.

 

Maar die fundamentele debatten hoeven ons er niet van te weerhouden een kleine eerste stap te doen. Als wij die stap als wetgever kunnen doen, moeten wij dat ook doen. Ik ben blij dat wij die stap gisteren in de commissie konden zetten. Misschien zullen er na mij nog mensen komen zeggen dat het een beetje laat was en te kort op de bal en vraagtekens plaatsen bij de regeling. De verslaggever heeft ernaar verwezen in zijn verslag.

 

Maar, collega's, dat doet er eigenlijk niet toe. Wij zijn allen verkozen leden van het Parlement. Onze job is een wet te maken. Of wij dat twee weken op voorhand doen of à la limite ter zitting, hier in de plenaire vergadering, wetten maken, dat is hetgeen wij doen.

 

Wat wij gisteren samen gedaan hebben, is veel fundamenteler dan dat. Eigenlijk zijn wij gisteren tot het laatste moment met elkaar blijven praten. Wij hebben tot het laatste moment geprobeerd elkaar te begrijpen. Wij zijn uitgegaan van het feit dat er in ons land heel wat mensen in een precaire situatie leven. Volgens de CREG zijn zij met 400.000, vooral eenoudergezinnen, vooral mensen met een laag inkomen. Voor die mensen hebben wij het gedaan. Dat heeft ons gedreven.

 

Wij zijn naar elkaar blijven luisteren om een antwoord te vinden op de vraag hoe wij de financiering het beste aanpakken. Door met elkaar te praten, hebben wij gemerkt dat er bij de CREG een slapend fonds was, dat wij konden inzetten. Wij hebben uiteindelijk in de commissie samen één globaal amendement opgesteld, dat wij hier straks zullen goedkeuren en dat in januari in werking zal treden. Daardoor zullen de OCMW's volgend jaar 6 miljoen extra krijgen, waarmee zij aan de slag kunnen gaan.

 

Collega's, ons werk is natuurlijk niet klaar. Het is niet omdat wij nu die eerste kleine stap gedaan hebben dat wij naar huis kunnen gaan en vakantie nemen. Neen, wij hebben nog veel meer werk! De Koning Boudewijnstichting heeft verschillende aanbevelingen geformuleerd. Zij heeft niet alleen aangeraden om de indexering opnieuw toe te laten, maar ook geconcludeerd dat er structureel te weinig middelen voorhanden zijn.

 

Er is er geen 6 miljoen nodig, er is 30 miljoen nodig. De discussie over het bedrag dat nodig is om een sociaal energiebeleid te voeren, zullen wij vanaf januari in onze commissie verder voeren. Wij zullen dan ook de discussie kunnen voeren over de wijze van financiering. Moet dat gebeuren met middelen van de Staat of met andere middelen, dan wel of wij daarvoor de federale bijdrage inzetten?

 

We kunnen daar onze tijd voor nemen. We zullen daar hoorzittingen over organiseren, we zullen daar de regulator over horen, we zullen daar de armoedeorganisaties over horen en ook de consumentenorganisaties. Daar gaat het uiteindelijk over: de stakeholders in het debat verbinden.

 

Gisteren luisterden wij niet alleen naar mekaar, wij luisterden ook naar de samenleving. Het is op die manier dat ik graag aan politiek wil doen. De gebeurtenissen gisteren stemmen mij bijzonder optimistisch. Als wij dezelfde manier van werken kunnen volhouden, kunnen wij nog veel mooie zaken realiseren. Mijnheer de voorzitter, u mag een fiere voorzitter van de Kamer zijn. Straks kunnen we allemaal fier zijn op wat we konden realiseren.

 

Ik besluit, collega's, met een dankwoord aan u allen voor uw constructieve samenwerking en voor het feit dat u bent blijven luisteren en zoeken naar de meest ideale oplossing. Ik wil uiteraard ook de minister bedanken, die bij onze gesprekken aanwezig is gebleven tot op het einde. Ik hoop natuurlijk dat de minister nu in januari heel snel komt met het besluit 2020. Gisteren voltooiden wij het werk in verband met het kalenderjaar 2019 en uiteraard moeten we 2020 ook nog regelen. Misschien kan dat in januari en slagen wij erin om de lijn door te trekken. Dan hebben we dat gelijk voor altijd in orde gebracht, wat de indexering betreft, en ligt de weg vrij om te werken aan een meer structurele aanpak.

 

18.04  Malik Ben Achour (PS): Monsieur le président, toutes mes excuses pour la non-inscription.

 

Chers collègues, à en croire la presse de ce matin, il semblerait qu'on soit un peu déprimé, qu'on n'ait pas le moral, qu'on ait un peu le blues. Je ne sais pas vous mais moi, en tout cas, je me sens plutôt bien.

 

Les CPAS et la Fondation Roi Baudouin avaient en effet lancé un cri d'alarme terrible. En tant que jeune député dans cette Assemblée, je suis satisfait que ce Parlement ait réussi à entendre le message envoyé par les CPAS et la Fondation Roi Baudouin. En tant que jeune parlementaire, je suis même très heureux d'appartenir à une Assemblée qui, n'étant pas en affaires courantes, ose prendre ses responsabilités, ose prendre des initiatives, entend le message du terrain et travaille à répondre aux problèmes concrets des citoyens de ce pays: se loger, se nourrir, se chauffer. Bref, vivre dignement est une priorité absolue pour le Parti socialiste.

 

Lever le gel de l'indexation du Fonds Gaz et Électricité répond partiellement, certes, mais concrètement quand même à cette préoccupation.

 

Comme cela a été dit, la précarité énergétique touche plus d'un ménage sur cinq, particulièrement des personnes isolées, des familles monoparentales et le risque de précarité s'accroît pour les locataires et les familles occupant un petit logement à faible coût. Certaines personnes doivent même choisir aujourd'hui entre manger et se chauffer. La CREG nous le dit aussi: entre 40 et 50 % des familles monoparentales et entre 20 et 30 % des isolés sont concernés, dans leur quotidien, par la précarité énergétique. La situation est évidemment insupportable. Se chauffer ne peut pas devenir un luxe. Il était donc nécessaire d'apporter une réponse concrète.

 

Hier, en commission, ce que j'appellerai une "coalition rouge-verte" de lutte contre la pauvreté énergétique s'est mise en place. Elle est parvenue à lancer le débat, puis à s'ouvrir aux autres formations politiques, à convaincre et finalement à trouver tous ensemble une solution budgétaire concrète, pragmatique, qui n'impacte pas le budget des ménages.

 

Chers collègues, soyons de bon compte et considérons ceci comme un premier pas. Pas de slogan, pas de raccourci et aussi un sens de la vérité. La réponse que nous apportons aujourd'hui n'éradiquera pas, à elle seule, le fléau de la précarité énergétique. Nous apportons 6 millions d'euros. Il en faudrait 30 pour refinancer le Fonds à hauteur des besoins.

 

C'est un premier pas car, à l'avenir, notre approche devra être globale et transversale. Je l'ai d'ailleurs rappelé, ce matin en commission, dans le cadre des auditions sur le mécanisme de rémunération de capacités. Pour faire de cet enjeu de la précarité énergétique une vraie priorité, il faudra penser intelligemment les dispositifs de dégressivité et faire en sorte de trouver les bons équilibres entre les entreprises, les ménages et le budget de l'État.

 

C'est donc un premier pas. Mais c'est un premier pas important qui en appellera d'autres.

 

18.05  Kurt Ravyts (VB): Mijnheer de voorzitter, collega's, de CREG drukte ons in een op 5 december jongstleden gepubliceerde studie nog eens met de neus op de feiten. Maar liefst 400.000 gezinnen in België riskeren energiearmoede. Het zijn gezinnen die 15 tot 20 % van hun netto beschikbaar inkomen moeten gebruiken om de energiefactuur te betalen. De evolutie van de elektriciteitsprijs is ook duidelijk. In 10 jaar tijd is deze prijs met maar liefst 62 % gestegen. OCMW's kunnen niet volgen en moeten bijpassen uit de eigen middelen.

 

Niet langer dan twee weken geleden werd in de commissie een resolutie van PVDA-PTB besproken, waarbij als eerste punt de federale regering werd verzocht om onverwijld en zonder voorbehoud een einde te stellen aan de sinds 2012 bestaande regeling, waarbij de financiering van het Fonds Gas en Elektriciteit niet langer aan het indexcijfer werd aangepast.

 

Deze bevriezingsmaatregel om de federale bijdrage op de eindfactuur in de hand te houden, destijds ingevoerd onder de regering-Di Rupo, werd de voorbije jaren onder de regering-Michel aangehouden. Men beloofde in het regeerakkoord Michel I tegelijkertijd een evaluatie, herstructurering of aanpassing van de sociale energiefondsen, inbegrepen dat voor stookolie.

 

Volgens mij is hieraan niet meteen veel gevolg gegeven. Maar goed, collega Wollants heeft heel wat argumenten gegeven om het opnieuw mogelijk maken van de indexering van het Fonds inhoudelijk te ondersteunen. Bij de bespreking in de commissie van de resolutie van collega's Warmoes en Daems wilde een heel ruime meerderheid van collega's zowel de terecht gevraagde aanpassing van de middelen aan het indexcijfer, het verhogen van die bijdragen, de aanpassing van het indexeringsmechanisme en de bijsturing van de financieringswijze op een structurele, integrale en globale manier behandelen.

 

Er werden hiertoe ook hoorzittingen gevraagd en georganiseerd. Die hoorzittingen zullen na het kerstreces doorgang vinden. Ik was dan ook enigszins verbaasd toen gisteren op het gaspedaal werd geduwd. Nogal wat collega's werden in snelheid gepakt. Uiteindelijk werd aan een aantal terechte bezorgdheden van collega's tegemoetgekomen. Hun bezorgdheden waren ook de onze.

 

Het is dus een goede zaak, collega Van der Straeten, dat de gevolgen van de niet-bekrachtiging van de artikelen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 19 december 2018 geen weerslag mogen hebben op de factuur van de eindafnemers, hoe klein die in werkelijkheid ook zou zijn of zou geweest zijn.

 

Het is al evenzeer positief dat het met de niet-bekrachtiging verbonden bedrag van 6 miljoen euro bij beschikbare zogenaamd slapende fondsen of uit de algemene begroting moet worden gehaald. Er mag tevens geen sprake zijn van retroactieve terugvordering via de factuur van de eindafnemers.

 

Collega Van der Straeten, ik zal mij niet opstellen zoals de heer De Vriendt daarnet deed. Integendeel, ik feliciteer u. Dat is nog eens wat anders, toch? Het is ongewoon in het Parlement, maar misschien zal ik dat in de volgende jaren nog doen. Al jarenlang was ik de wat oubollige werking van een provincieraad gewoon en gisteren moest ik inderdaad enigszins naar adem happen bij al dat atletisch intellectueel vermogen. Collega Van der Straeten, u deed precies wat u op 22 oktober, toen wij samen over die materie een mondelinge vraag stelden aan de minister, al aankondigde, doch twee weken geleden niet herhaalde, wat ik een beetje spijtig vond. De conclusie luidt dat men het Parlement zijn werk moet laten doen. De minister zat er gisteren bij en keek ernaar, soms wat hoofdschuddend en monkelend, ondanks de begrotingsneutraliteit. Mevrouw Van der Straeten, ik wens u en al de betrokken collega's proficiat te wensen.

 

Mijnheer de voorzitter, vanzelfsprekend zullen wij het eindresultaat van al dat werk goedkeuren. Wij hopen dat er nog stappen zullen volgen op de ingeslagen weg naar een meer sociaal energiebeleid. Wij werken er in januari aan verder.

 

18.06  Michel De Maegd (MR): Monsieur le président, chers collègues, je reviens sur les débats un tant soit peu mouvementés d'hier. Sur la forme des discussions en commission, j'ai pu émettre quelques réserves. Madame Van der Straeten, je connais votre caractère positif mais j'aimerais quand même vous dire que l'élégance voudrait que mon parti soit convié aux réunions, même informelles, que vous organisez. Soyons de bons comptes, sur le fond, ce texte est une bonne nouvelle pour les ménages en précarité énergétique dans notre pays. Pour le MR, là est l'essentiel. Je m'en réjouis et je tiens donc à vous féliciter de l'initiative, madame Van der Straeten. Cela a été dit.

 

La Plateforme de lutte contre la précarité énergétique plaidait pour mettre fin au gel du budget du Fonds Gaz et Électricité qui a été créé pour apporter une aide dans le cadre de la fourniture d'énergie aux personnes les plus démunies. Si vous me le permettez, faisons un bref rétroacte! Par arrêté royal du 14 novembre 2012, les fonds ont été gelés pour les années 2012, 2013, 2014. Nous avons poursuivi cette politique mais elle remonte au gouvernement Di Rupo qui était en exercice en 2012. Le gouvernement suivant a suivi la même politique de 2015 à 2019.

 

Sensible à la question de la précarité énergétique, la ministre Marghem et ses services avaient examiné les conséquences d'un éventuel dégel pour 2019. Les fonds gelés depuis 2012 s'élèvent à 30 750 170 euros pour l'électricité et à 22 140 122 euros pour le gaz. Sur la base de l'indice des prix de novembre 2018, les fonds 2019 indexés et non gelés pourraient s'élever à 34 115 412 euros pour l'électricité et à 24 563 096 euros pour le gaz, soit, pour être précis puisqu'on évoque le chiffre de six millions, 5 788 216 euros de plus au total, ce qui est malheureusement loin des 30 millions nécessaires.

 

Chers collègues, l'amendement initial déposé par Groen, le PS et le sp.a impactait, même de façon très faible, tous les consommateurs finaux. Nous nous y sommes opposés. À mon initiative, pour corriger le tir, nous avons donc déposé un sous-amendement qui, après une intense négociation constructive, a permis d'aboutir à un amendement global, preuve, s'il en est, que le Parlement a un véritable rôle à jouer. En effet, quand M. Malik Ben Achour évoque le blues des parlementaires décrit par la presse ce matin, je m'inscris également en contradiction avec cela parce que je trouve notre action positive.

 

Pour notre groupe, l'essentiel est de ne pas impacter la facture des ménages.

 

De surcroît, dans la situation politique actuelle, il est essentiel d'assurer la neutralité budgétaire, raison pour laquelle il est fait référence à des fonds dormants et à l'utilisation du Fonds de réduction forfaitaire pour le chauffage au gaz naturel et à l'électricité.

 

Chers collègues, comme je l'ai dit à l'entame de mon intervention, c'est donc une bonne nouvelle pour les ménages en précarité énergétique.

 

M. Malik Ben Achour a parlé d'une coalition rouge-verte de lutte – ce sont ses mots. Je voudrais quand même ajouter qu'une sacrée touche de bleu a permis de trouver un compromis indolore pour le budget de l'État, mais aussi pour les ménages, ce dont je me félicite.

 

En contrepoint du travail mené dans la précipitation, mon groupe et moi-même souhaitons ne pas en rester là et travailler, comme vous, de manière sérieuse, constructive et structurée sur la problématique de la précarité énergétique. Cela a notamment été évoqué lorsqu'il a été question d'entendre les acteurs de terrain, ce qui est prévu en commission Climat et Énergie au début du mois de janvier. L'objectif est de trouver ensemble des solutions durables en la matière.

 

18.07  Thierry Warmoes (PVDA-PTB): Monsieur le président, madame la ministre, en tant que novice, permettez-moi de vous faire part de mon étonnement. En effet, on nous demande, aujourd'hui, de valider deux arrêtés royaux, qui datent de décembre 2018 et qui sont entrés en vigueur le 1er janvier de cette année, donc quasiment après une année écoulée. Je trouve cette façon de faire un peu bizarre.

 

J'ai entendu hier que les arrêtés royaux pour 2020 ont déjà été approuvés par le gouvernement. Peut-être pourrez-vous nous le confirmer, madame la ministre. J'espère qu'il ne faudra pas encore attendre un an avant de pouvoir en discuter!

 

Chers collègues, le 15 octobre dernier, la Fondation Roi Baudouin publiait les résultats de l'étude de la Plateforme de lutte contre la précarité énergétique, étude intitulée Revalorisation du Fonds Gaz et Électricité.

 

Vous savez que la Fondation Roi Baudouin publie, chaque année, un baromètre de la précarité énergétique. Dans le dernier baromètre qui reprend les chiffres de 2017, on peut lire que 21,7 % des ménages, soit plus d'un ménage belge sur cinq, sont touchés par l'une ou l'autre forme de précarité énergétique, et que 120 000 ménages ont été aidés par le Fonds Gaz et Électricité qui – je le rappelle – alimente les CPAS du pays pour aider les gens en difficulté énergétique.

 

Les constats de l'étude de la Plateforme sont sans appel. Le premier point qui est dénoncé, c'est que les moyens du Fonds Gaz et Électricité diminuent en termes réels à cause du gel de l'indexation de son budget par les gouvernements qui se sont succédé depuis 2012. Le montant du Fonds est aujourd'hui bloqué à 53 millions d'euros. S'il avait été indexé, il s'élèverait, aujourd'hui, à 59 millions d'euros, ce qui représente un écart légèrement supérieur à 12 %. Par ailleurs, ce gel du Fonds a privé les CPAS de 21 millions d'euros.

 

Ainsi, certains CPAS doivent financer l'aide aux ménages en précarité énergétique sur leurs fonds propres. Or, vous savez tous que, pour d'autres raisons, les CPAS sont déjà en grande difficulté. Il suffit de penser aux nombreux jeunes qui s'y inscrivent pour bénéficier du revenu d'intégration sociale.

 

L'étude indique également que les indicateurs de précarité ne sont pas pris en compte dans l'indexation du Fonds. Le budget, même s'il était indexé, ne tient pas compte de l'augmentation de la précarité, ni du coût des moyens humains mis en œuvre par le CPAS; ni de l'augmentation de la facture d'énergie, bien plus élevée que l'augmentation de l'indice des prix à la consommation, plus élevée encore que la moyenne des prix, dans ce pays.

 

Face à ce constat, le PTB a pris l'initiative de déposer une proposition de résolution reprenant les recommandations de l'étude. Celles-ci sont au nombre de quatre: mettre fin au gel de l'indexation du Fonds aussi vite que possible; réviser le mécanisme d'indexation pour prendre en compte de manière séparée l'évolution du coût des salaires dans les CPAS et l'évolution du prix du gaz et de l'électricité; prévoir 30 millions supplémentaires, dès 2020 pour alimenter le Fonds; revoir le mode de financement, socialement injuste car payé par les consommateurs, via la facture d'électricité ou de gaz. Il faudrait, en effet, un financement alternatif, à partir des moyens généraux, par le SPF Économie, comme c'est d'ailleurs le cas avec le Fonds social mazout.

 

Pour nous, l'aide aux plus démunis doit provenir des impôts pour que ceux qui ont plus qu'assez pour vivre contribuent plus que ceux qui ont du mal à boucler leurs fins de mois. Les moins pauvres doivent aider les très pauvres.

 

Le fait que la Fondation Roi Baudouin ait publié cette étude ainsi que tout le travail accompli par la Plateforme de lutte contre la précarité énergétique, et le dépôt d'une proposition de résolution par le PTB, ont provoqué un sursaut au sein de la commission Énergie et dans ce Parlement. C'est un sursaut humanitaire puisque nous avons décidé hier à l'unanimité la suppression du gel de l'indexation du budget du fonds, en vigueur depuis 2012. Cela libère six millions d'euros pour combattre la précarité énergétique.

 

Le monde associatif et les CPAS n'avaient pas été entendus par ce gouvernement. Ils l'ont été par ce Parlement. Nous le saluons.

 

Effectivement, nous nous réjouissons aussi du fait que ces montants supplémentaires ne figureront pas sur la facture des ménages, mais qu'ils proviendront d'autres fonds ou de moyens généraux de l'État. Pour ces raisons, nous allons bien entendu voter en faveur du projet de loi tel qu'il a été amendé hier.

 

Mais soyons bien clairs! Chers collègues, ce n'est qu'une première étape. Ce n'est qu'un modeste refinancement du Fonds, mais il est bien entendu totalement insuffisant. La collègue Van der Straeten l'a déjà dit aussi: "Het werk is niet klaar." Nous appelons bien entendu tous les groupes politiques à travailler ensemble sur la base de notre proposition de résolution et des auditions qui auront lieu le 8 janvier, afin de prendre le problème à la racine, et de refinancer à long terme le Fonds Gaz et Électricité. Ainsi, nos CPAS pourront, sans aucune restriction, aider tous les ménages qui sont en difficulté de paiement de leur facture d'énergie.

 

Plusieurs intervenants ont dit ici:

 

Verschillende sprekers hebben gezegd dat wij daar de tijd voor moeten nemen, maar veel gezinnen kunnen daar niet mee lachen. Wij moeten het ernstig doen, maar wij moeten ook beseffen dat het voor veel gezinnen een dringend en prangend probleem is.

 

Voilà en ce qui concerne l'article 2 de ce projet de loi, qui a été le seul article vraiment fortement débattu hier en commission.

 

J'aurai encore quelques mots à dire sur l'article 3, consacré à un autre arrêté royal, dont nous n'avons pas discuté hier, et qui concerne le tarif social pour le gaz et l'électricité, et donc les clients protégés. Comme je l'ai déjà dit, le baromètre annuel de la Fondation Roi Baudouin indique que la précarité énergétique est un problème croissant. Une des raisons, c'est bien entendu que les tarifs du gaz et de l'électricité ne cessent d'augmenter et constituent une part de plus en plus importante dans le budget des ménages.

 

Le tarif social a le mérite d'exister, mais il est par rapport à cela une goutte d'eau dans l'océan, d'autant plus qu'il est malheureusement en constante augmentation. En quatre ans, durant la législature précédente, le tarif social a augmenté de 46 %. Cela signifie 240 euros en plus sur la facture des ménages. Je parle de ménages pauvres, de ménages en précarité.

 

Rien qu'en février de cette année, le tarif social a augmenté de 22 %. Nous ne trouvons pas normal que le tarif social suive, d'une certaine manière, le prix de l'électricité et du gaz. Pour combattre la précarité énergétique, ce n'est pas le Fonds qui vient en aide aux CPAS qu'il fallait bloquer. Ce qu'il fallait bloquer, c'était bien entendu le tarif social.

 

Une autre chose nous dérange dans la façon dont ce tarif social est réglé, parce que ce sont actuellement les ménages qui financent ce tarif social par la cotisation fédérale. Mais où va cet argent? Il va chez les producteurs, chez ENGIE Electrabel, chez EDF, etc. Nous pensons que les producteurs ont aussi une responsabilité sociale et que c'est à eux, à partir de leurs superprofits, de payer ce tarif social pour les ménages qui en ont besoin. Le droit à l'énergie est un droit qui doit valoir pour tous. C'est à eux de le garantir.

 

Pour cette raison, nous nous sommes abstenus, hier, lors du vote de l'article 3 de ce projet de loi. Je vous remercie.

 

18.08  Kris Verduyckt (sp.a): Collega's, er werd al verwezen naar de oproep van het Platform tegen Energiearmoede. Als ik goed geluisterd heb, heeft die alle partijen in het halfrond beroerd. Collega Depraetere heeft er de aandacht op gevestigd dat er iets structureels moest gebeuren met het fonds.

 

De heer Wollants heeft al opgemerkt dat het fonds in 2012 bevroren werd, maar dat was natuurlijk op het moment dat ook de btw op energie op 6 % werd gebracht. Deze regering heeft die opnieuw op 21 % gezet, maar het fonds is gebleven zoals het was. Dat was een probleem en daar doen wij vandaag iets aan. Onze fractie is dus heel blij dat wij dat initiatief kunnen nemen en die inspanning kunnen leveren.

 

Het is een prima initiatief, mevrouw Van der Straeten, maar u hebt ook heel even verwezen naar het fundamentele debat. Dat is een oproep voor ons allemaal om in de komende maanden de tijd te nemen om het systeem grondig te herbekijken. Wij zijn heel blij dat wij het probleem vandaag niet via de energiefactuur moeten regelen en de gezinnen ervoor moeten laten opdraaien. Dat is een heel goede zaak, maar wij hebben vandaag wel een probleem met onze elektriciteitsfactuur.

 

Ik zal drie zaken aanhalen die wij problematisch vinden.

 

Ten eerste, als wij de strijd tegen energiearmoede echt willen winnen, dan moet de elektriciteitsfactuur dalen. Dat is duidelijk.

 

Ten tweede, onze elektriciteitsfactuur is vandaag eigenlijk een belastingbrief geworden, een slechte belastingbrief, want als socialist is het voor mij heel evident dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. Dat is natuurlijk niet wat er gebeurt met de elektriciteitsfactuur. Dat zit niet goed.

 

Ten derde, wij hebben het daarstraks gehad over het klimaatbeleid. Iedereen die dat thema van nabij volgt, weet dat er ook daar een transitie nodig is en dat wij ervoor moeten zorgen dat elektriciteit goedkoper wordt. Als men vandaag wil investeren in een warmtepomp, dan wordt men door de elektriciteitsfactuur niet aangemoedigd om dat te doen.

 

Dat zijn drie heel belangrijke redenen om absoluut te kiezen voor verandering en een nieuw systeem. Dat zal tijd kosten. Dat begrijp ik, maar wij gaan dat fundamentele debat absoluut niet uit de weg. Wij willen meedenken over het antwoord op de vraag hoe wij het in de toekomst beter kunnen doen voor dit land. Ik heb vandaag goed geluisterd en ik heb het gevoel dat er in dit halfrond toch wel wat mensen zijn die daaraan willen meewerken.

 

Het werk is nog niet af, maar wij zullen dit voorstel en deze belangrijke beslissing vandaag alvast steunen.

 

18.09  Marie-Christine Marghem, ministre: Monsieur le président, tout d'abord, je me réjouis du travail qui a été accompli en commission, pratiquement d'un bout à l'autre à l'unanimité. Tous les groupes se sont rejoints sur des impératifs qui semblent parfois contradictoires et qui sont pourtant très sains, à savoir d'une part, la lutte contre la précarité énergétique et le soutien aux plus démunis, et d'autre part, la prévenance. Il s'agit de faire en sorte que les autres consommateurs ne subissent pas encore une fois l'impact de cette préoccupation sociale puisque, actuellement, on règle ce problème par la facture.

 

Le budget de l'État a été examiné avec beaucoup d'attention puisque nous sommes en affaires courantes. Pour parler du gouvernement, monsieur Warmoes, j'aimerais attirer votre attention sur le fait que les 22 % d'augmentation que vous avez cités, qui devaient se répercuter sur la facture des clients protégés, ne l'ont pas été. En effet, Kris Peeters et moi-même avons pris la décision, avec le gouvernement fédéral, de bloquer cette augmentation pour éviter qu'elle ait un impact précisément sur les clients protégés. Cette augmentation était assez extraordinaire en effet, par son ampleur, et aurait eu de dures répercussions sur la facture de ces clients. Je tenais à vous le préciser pour que cela soit clair.

 

Cela signifie aussi que, contrairement à ce qui a été dit, ce gouvernement s'est préoccupé de la précarité énergétique en agissant de la sorte, et aujourd'hui, le dossier suit son cours. Le travail sur ce dossier avait commencé sous le précédent gouvernement, je ne dois pas vous le rappeler, puisque M. De Maegd vous l'a indiqué. Je l'avais moi-même fait lors de précédentes interventions. Ce blocage de l'indexation de la cotisation fédérale, qui était lié à d'autres préoccupations, a débuté en effet sous le gouvernement Di Rupo en 2012.

 

Nous avons poursuivi cette politique pour de multiples raisons, qu'il conviendra évidemment – à la lueur des auditions qui se tiendront début janvier – de réexaminer dans tous ses aspects et toutes ses ramifications pour tenter de sortir par le haut. Avec une politique robuste, nous pourrons atteindre des impératifs a priori aussi contradictoires que le maintien d'une facture décente pour tous les consommateurs et la prise en compte des clients protégés et de ceux qui se trouvent en précarité énergétique. Je vous remercie.

 

18.10  Thierry Warmoes (PVDA-PTB): Madame la ministre, vous n'avez peut-être pas confirmé ces 22 % mais j'ai ici les chiffres de 2015 à 2018 où l'on voit pour la Flandre au mois de février, en centimes d'euro par kWh, 14,75 centimes d'euro en 2015 alors qu'en 2018, on était déjà à 17 centimes d'euro.

 

Vous pouvez difficilement nier que vous avez augmenté la facture énergétique des ménages en augmentant la TVA sur l'électricité de 6 à 21 %. Il est clair pour tout le monde que durant cette législature, les factures ont effectivement augmenté du fait de votre gestion.

 

Par ailleurs, oui, vous avez poursuivi une mesure décidée par le gouvernement Di Rupo mais vous avez encore rajouté une couche et vous avez décidé de la continuer de toute façon.

 

18.11  Marie-Christine Marghem, ministre: Monsieur Warmoes, je ne veux pas avoir raison contre vous. Je vous dis simplement que l'augmentation dont vous avez parlé a été bloquée. Je suis étonnée que vous ne l'ayez pas enregistré puisque nous l'avons fait en ce début d'année et vous étiez déjà là.

 

Deuxièmement, la facture d'électricité augmente effectivement mais il y a lieu de l'analyser dans toutes ses composantes pour voir pourquoi elle augmente. Il y a bien des choses à dire sur cette question.

 

Concernant la TVA, nous ne serons jamais d'accord. Je ne veux donc pas avoir raison par rapport à vous mais c'est lié à un autre impératif. Vous savez très bien que cette diminution de la TVA opérée sous le précédent gouvernement était liée à un saut d'index que l'on voulait éviter. On a donc préféré avantager le consommateur ou, en tout cas, le citoyen belge par cette diminution. Nous avons une vision tout à fait différente de ce dossier.

 

Quand nous nous sommes rendu compte que les allocations et les salaires étaient indexés avec retard en raison de cette diminution de la TVA, puisque l'électricité fait partie du panier de l'index, nous avons agi différemment et avons rétabli la TVA à 21 %, sachant que le gouvernement Di Rupo avait appliqué cette réduction à titre temporaire en indiquant que celle-ci devait être accompagnée d'une étude destinée à en mesurer tous les aspects. Parmi ceux-ci, on trouve ce retard de l'indexation des salaires et des allocations familiales.

 

On peut recommencer le débat cent fois – et le Parlement a droit au dernier mot –, mais nous ne sommes pas d'accord et nous resterons en désaccord.

 

Le président: Je considère que la discussion générale est close. Plusieurs orateurs sont intervenus. Mme la ministre leur a répondu. M. Warmoes a répliqué une seconde fois.

 

18.12  Marco Van Hees (PVDA-PTB): (…)

 

Le président: Non, monsieur Van Hees, cela ne se déroule pas de cette manière!

 

18.13  Marco Van Hees (PVDA-PTB): (…)

 

Le président: Non, non. Tous les groupes se sont inscrits, dont le vôtre. Et celui-ci a eu la chance de répliquer une deuxième fois.

 

18.14  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Le Règlement …

 

Le président: Le Règlement? Je le connais mieux que vous, monsieur Van Hees, pour le dire ainsi. Des règles fixent le débat. Si vous les dépassez tout le temps, vous y allez, mais …

 

18.15  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le président, même pas trente secondes?

 

Le président: M. Warmoes s'est donc montré incapable de s'exprimer au nom de votre groupe? Alors, corrigez-le!

 

18.16  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le président, Mme la ministre a dit quelque chose qui m'interpelle.

 

Je veux simplement que vous me confirmiez, madame Marghem, que cette baisse de la TVA consistait en un saut d'index déguisé. Donc, le visuel mis en ligne sur Facebook par M. Michel indiquant "Victoire: baisse de la TVA!" était bien de la publicité mensongère?

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (832/4)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (832/4)

 

Le projet de loi compte 4 articles.

Het wetsontwerp telt 4 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 4 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 4 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Budgets et comptes de la Chambre et des institutions financées par une dotation

Begrotingen en rekeningen van de Kamer en van de dotatiegerechtigde instellingen

 

19 Chambre des représentants et dotations aux partis politiques: comptes 2018, l'ajustement budgétaire 2019 de la Chambre des représentants et budgets 2020 (866/1-2)

19 Kamer van volksvertegenwoordigers en dotaties aan de politieke partijen: rekeningen 2018, begrotingsaanpassing 2019 van de Kamer van volksvertegenwoordigers en begrotingen 2020 (866/1-2)

 

Discussion

Bespreking

 

La discussion est ouverte.

De bespreking is geopend.

 

19.01  Emmanuel Burton, rapporteur: Monsieur le président, je renvoie au rapport écrit.

 

De voorzitter: Er zijn twee amendementen ingediend, één door de heer Van Hees en één door de heer Van der Donckt cs. Wenst iemand hierover het woord te nemen?

 

19.02  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le président, chers collègues, mon amendement vise à supprimer le subside pour frais de fonctionnement aux groupes politiques. L'économie réalisée sera de 9,6 millions d'euros.

 

En Belgique, les partis traditionnels sont les champions incontestés du self-service. Ils ont créé à leur intention propre un système de subventions, d'indemnités et de dotations qui fait rêver. Les sommes sont incroyables car, sur 40 ans, les montants ont décuplé jusqu'à atteindre un total de 70 millions d'euros par an. La N-VA à elle seule reçoit plus de 10 millions d'euros par an. Elle a voulu présenter un amendement visant à réduire de 2 % ces montants, mais elle s'est constituée une fortune de presque 40 millions d'euros.

 

Il faudrait revoir totalement ce système de financement des partis. En attendant, nous introduisons cet amendement car l'utilité de ce subside pose question. Ce système a été introduit en 1971 pour financer le personnel des groupes politiques. En 1995, le Bureau de la Chambre a décidé que tous ces collaborateurs allaient être payés par la Chambre. Mais le subside a été maintenu.

 

Finalement, à quoi sert ce subside de près de 10 millions d'euros? On sait que les salaires, les frais de locaux et les frais de mobilier sont payés par la Chambre. Les députés reçoivent des ordinateurs, des imprimantes, etc. Que reste-t-il à payer avec ces 9,6 millions d'euros? J'ai trouvé: les agrafeuses. Effectivement, les agrafeuses ne sont pas payées par la Chambre. Mais 9,6 millions d'euros pour les frais d'agrafeuses, c'est quand même beaucoup!

 

Voilà le sens de notre amendement: c'est de supprimer ce montant de plus ou moins 10 millions d'euros, sur un total de 70 millions d'euros que reçoivent les partis. C'est un septième du montant total.

 

De voorzitter: Er is nog het amendement nr. 5 ingediend door de heer Van der Donckt, de heer De Roover, de heer Lachaert, de heer Verherstraeten, de heer Vanbesien, de heer Matheï en mevrouw Kitir.

 

Vraagt iemand het woord voor dat amendement?

 

19.03  Wim Van der Donckt (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ons amendement is erop gericht om een besparing van ad hoc 600.000 euro op de dotaties aan de partijen door te voeren. Een gelijkaardig amendement is besproken in de commissie en het verheugt mij dat het thans breed wordt gedragen door de fracties van sp.a, Groen-Ecolo, Open Vld, CD&V en uiteraard de N-VA. Dat is een mooi staaltje van politieke samenwerking om een consensus over de partijgrenzen heen tot stand te brengen.

 

Ik kan eraan toevoegen dat het voorstel in de commissie ook werd gesteund door de PVDA-PTB en het Vlaams Belang. Ik zou een oproep willen doen om de achterblijvers warm te maken in De Warmste Week om het amendement goed te keuren, zodanig dat wij ten opzichte van de buitenwereld en de burger met een voorstel kunnen komen dat door de hele Kamer wordt gedragen.

 

Ik heb nog een opmerking. Wij hebben ook een wetsvoorstel opgesteld dat straks in overweging zal worden genomen. Het amendement is een eerste aanzet om de hele wetgeving inzake dotaties aan de politieke partijen eens te herdenken. Onze fractie is ertoe bereid om de debatten daaromtrent in de loop van januari aan te vangen.

 

Wat het amendement van de PVDA-PTB betreft, herinner ik u eraan, mijnheer Van Hees, dat wij "rijk" zijn geworden, zoals u dat zegt, dankzij het beheer als goede huisvader van de gelden die wij ter beschikking hebben gekregen op basis van een wet waar wij tegen hebben gestemd. Dat was trouwens niet op basis van de reglementering waarop u een amendement indient, maar op basis van de wet op de partijdotaties, waaromtrent u zelf geen enkel voorstel hebt gedaan om die af te schaffen. Daarin gaat het nochtans om een jaarlijkse bijdrage van 32 miljoen euro. Dus u bent redelijk populistisch wanneer u naar onze partij verwijst in uw argumentatie.

 

19.04  Steven Matheï (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij sluiten daarbij aan. Als er bespaard moet worden, moeten ook de politieke partijen aan bod komen en kunnen de dotaties worden beperkt met een bedrag van 600.000 euro. Tegelijkertijd is er dan ook het engagement om de wet op de financiering van de politieke partijen aan te pakken en op korte termijn te bespreken.

 

De voorzitter: Ik had begrepen dat dit de bedoeling was, alleszins uit wat men mij daarover heeft verteld.

 

19.05  Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer de voorzitter, voor het Vlaams Belang wordt het tijd dat er eindelijk ook eens wordt bespaard op het politieke systeem zelf. Dat moet gebeuren op alle politieke niveaus. Op dit eigenste moment is men bezig met goede voorstellen in het Vlaams Parlement. U weet het, collega's, het is geen geheim: wat ons betreft is het einddoel dit Parlement en het ganse Belgische politieke bestuursniveau af te schaffen, liever gisteren dan vandaag.

 

Dat gezegd zijnde, is het in deze tijden van besparingen, inleveringen en hogere belastingen belangrijk dat ook het politieke systeem van dit land zijn bijdrage levert. Alleen valt het ons en iedereen die de partijfinanciering van naderbij bekijkt op dat de traditionele partijen ondanks de enorme verkiezingsnederlaag en een enorme leegloop inzake het aantal leden, er toch in geslaagd zijn om hun partijfinanciering nagenoeg op hetzelfde peil te houden van de afgelopen jaren. Traditionele politieke structuren doen vooral aan zelfbehoud, dat is ondertussen duidelijk. Meer nog, vandaag zijn diezelfde traditionele partijen bereid om de financiering van vooral de grote partijen aan te pakken. Dat is bijzonder hypocriet, want de traditionele partijen hebben gewacht tot ze zelf klein zijn om de grote partijen aan te pakken. Natuurlijk, beter veel te laat dan nooit.

 

Het Vlaams Belang is wel bereid om zijn verantwoordelijkheid te nemen. Wij steunden in de commissie de besparingsvoorstellen inzake de financiering van de politieke partijen en wij keurden daar ook de bijzonder hypocriete houding in de commissie van Groen en CD&V af. De afschaffing van de indexering voor de fracties werd uiteindelijk goedgekeurd, de afschaffing van de indexering voor de politieke partijen werd niet goedgekeurd.

 

Wij begrijpen uit de amendementen, ook uit de ingetrokken en opnieuw ingediende amendementen, dat er achter de schermen een koehandel is geweest over iets wat nochtans onze gedeelde verantwoordelijkheid zou moeten zijn.

 

Wij betreuren dan ook dat wij daarbij niet werden betrokken.

 

Niettemin zullen wij onze verantwoordelijkheid nemen en het gezamenlijke amendement steunen. Wij keuren het dus goed, zij het niet zonder de tweeslachtige houding van CD&V en van Groen en vooral de hypocriete houding van de gekrompen traditionele partijen aan te klagen.

 

19.06  Egbert Lachaert (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, ik zal mijn toelichting niet lang maken.

 

Wij hebben het vernieuwde amendement samen met verschillende partijen ingediend en ondertekend, omdat wij aldus een belangrijk signaal geven, door niet alleen voor de fractiedotaties maar ook voor de partijdotaties een indexsprong toe te passen, die op dit moment nergens anders in de maatschappij van toepassing is. Wij doen dat dus exclusief voor het politieke systeem.

 

Dat sluit niet uit dat wij een debat over de financiering van partijen kunnen starten. Laten wij dat met een open blik doen, zonder er voorafnames op te doen.

 

Op dit moment doen wij een substantiële inspanning van 600.000 euro, zijnde het equivalent van een indexsprong voor volgend jaar. Die inspanning zullen wij volmondig steunen.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion est close.

De bespreking is gesloten.

 

*  *  *  *  *

Dotations aux partis politiques - Budget pour l'année budgétaire 2020 - amendements déposés:

Dotaties aan de politieke partijen - Begroting voor het begrotingsjaar 2020 - ingediende amendementen:

Tableau p. 100/Tabel blz. 100

  • 4 - Marco Van Hees (866/2)

Tableau p. 103/Tabel blz. 103

  • 5 - Wim Van der Donckt cs (866/2)

*  *  *  *  *

 

Les amendements sont reserves.

De amendenten worden aangehouden.

 

Le vote sur les amendements, les comptes 2018, l'ajustement budgétaire 2019 et les budgets 2020 de la Chambre des représentants et des dotations aux partis politiques aura lieu ultérieurement.

De stemming over de amendementen, de rekeningen 2018, de begrotingsaanpassing 2019 en de begrotingen 2020 van de Kamer van volksvertegenwoordigers en van de dotaties aan de politieke partijen zal later plaatsvinden.

 

20 Cour des comptes, Cour constitutionnelle, Conseil supérieur de la Justice, Comité permanent de contrôle des services de police, Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité, Médiateurs fédéraux, Autorité de protection des données, Commissions de nomination pour le notariat, Commission MRD, Organe de contrôle de l'information policière, Commission fédérale de déontologie, Conseil central de surveillance pénitentiaire – Comptes de l'année budgétaire 2018 – Ajustements budgétaires des années 2018 et 2019 – Propositions budgétaires pour l'année 2020 (867/1-3)

20 Rekenhof, Grondwettelijk Hof, Hoge Raad voor de Justitie, Vast Comité van toezicht op de politiediensten, Vast Comité van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, Federale Ombudsmannen, Gegevensbeschermingsautoriteit, Benoemingscommissies voor het notariaat, BIM-Commissie, Controleorgaan op de politionele informatie, Federale Deontologische Commissie, Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen – Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 – Begrotingsaanpassingen van de begrotingsjaren 2018 en 2019 – Begrotingsvoorstellen voor het begrotingsjaar 2020 (867/1-3)

 

Discussion

Bespreking

 

La discussion est ouverte.

De bespreking is geopend.

 

20.01  Christian Leysen (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, dit zijn twaalf instellingen die omwille van hun statuut hun begroting rechtstreeks door de Kamer laten goedkeuren voor hun onafhankelijkheid. Het gaat hier om ongeveer 100 miljoen euro. De belangrijkste is het Rekenhof, die goed is voor de helft.

 

Wij hebben die begrotingen bekeken in twee sessies met de betrokken directies en verantwoordelijken.

 

Er is gebleken dat het hier gaat om bijzonder diverse en vele structuren waarin veel ruimte is voor optimalisatie en een gemeenschappelijke backoffice.

 

In de commissie werd gevraagd om de gemeenschappelijke studie van het Rekenhof en Ernst & Young, waarin een aantal suggesties werd gedaan, grondig te bekijken. Vandaag zijn die suggesties nog maar zeer beperkt in voege getreden of beoordeeld voor implementatie.

 

Het gevolg van de situatie waarin we ons bevinden, is dat men in totaal 100 miljoen euro krediet heeft gevraagd. In de algemene begroting staat er zelfs een groter bedrag. Het is goed dat wij zo snel mogelijk naar normale begrotingsprocedures gaan.

 

De commissie stelt voor deze begrotingen formeel goed te keuren. Deze instellingen voorzien een heleboel andere kostenstijgingen, maar deze worden onder voorbehoud goedgekeurd. De commissie stelt voor dat zij met een voorstel komen over de implementatie van de optimalisatie.

 

Kortom, de commissie stelt voor dat de uitbetaling van de dotaties onderhevig is aan een implementatieplan, en dat het minimum dat goedgekeurd wordt enkel een stijging met 2 % is ten opzichte van vorig jaar.

 

Dat betekent dat de commissie vraagt van die 102 miljoen euro slechts 96 miljoen euro vrij te geven.

 

Dit is een incentive voor de instellingen om niet alleen met grote slogans maar met besparingsvoorstellen te komen, wetend dat er een aantal instellingen is dat effectief bijkomende noden heeft, namelijk het Grondwettelijk Hof, het Comité P, en de Gegevensbeschermingsautoriteit.

 

Het voorstel is goedgekeurd, maar in het Verslag, dat u ongetwijfeld allemaal volledig gelezen hebt, staat deze opmerking, die ik heb samengevat.

 

De voorzitter: Mijnheer Leysen, ik denk dat u een zeer volledig verslag bezorgd hebt. In de commissie bestond er overigens grote consensus.

 

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt iemand nog het woord? (Nee)

 

La discussion est close.

De bespreking is gesloten.

 

Le vote sur les comptes 2018, les ajustements des budgets 2018 et 2019 et les propositions budgétaires 2020 aura lieu ultérieurement.

De stemming over de rekeningen 2018, de begrotingsaanpassingen 2018 en 2019 en de begrotingsvoorstellen 2020 zal later plaatsvinden.

 

Ik vraag aan de griffier om te laten bellen zodat de leden opgeroepen worden voor de stemmingen. Meerdere leden bevinden zich namelijk ook in het Forumgebouw aan de overzijde, waar sommigen deelnemen aan de actie Bikeforlife.

 

21 Prise en considération de propositions

21 Inoverwegingneming van voorstellen

 

Vous avez pris connaissance dans le dernier ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en considération est demandée.

In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is gevraagd.

 

S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considérerai la prise en considération comme acquise. Je renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.

Indien er geen bezwaar is, beschouw ik deze als aangenomen. Overeenkomstig het Reglement worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Demandes d'urgence

Urgentieverzoeken

 

21.01  Caroline Taquin (MR): Monsieur le président, chers collèges, le groupe MR et moi-même demandons l'urgence sur la proposition de loi organisant le financement des mesures de fin de carrière pour les membres de la police locale pour l'année 2020.

 

En 2014, la Cour constitutionnelle avait annulé le régime préférentiel de pension pour les membres du cadre opérationnel de la police intégrée.

 

En 2015, un arrêté royal a été pris afin de s'assurer que les membres du personnel qui remplissent les conditions visées puissent bénéficier soit d'un régime de fin de carrière avec un emploi adapté, soit d'une non-activité préalable à la pension.

 

Toutefois, le financement de cette mesure était prévu jusqu'en 2019. Il faut donc, aujourd'hui, pérenniser pour l'année 2020 le financement des mesures de fin de carrière pour les membres de la police locale.

 

Dans ce cadre et après consultation des ministres du Budget et des Pensions, MM. Clarinval et Bacquelaine, nous avons déposé ce texte visant à octroyer un peu plus de 46 millions d'euros afin d'assurer le financement fédéral de ce régime.

 

À l'heure où les communes et les zones de police sont en train de finaliser leurs budgets, si cela n'est pas déjà fait, il faut avancer rapidement. Nous demandons donc le traitement en urgence de ce texte.

 

Le président: Mme Taquin a demandé l'urgence pour sa proposition de loi n° 895/1.

 

Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.

Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.

 

L'urgence est adoptée par assis et levé.

De urgentie wordt aangenomen bij zitten en opstaan.

 

21.02  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik zou de urgentie willen vragen voor ons wetsvoorstel over de brexit.

 

De voorzitter: U verwijst naar het wetsvoorstel tot behoud van tewerkstelling na de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie, nr. 880/1?

 

Kunt u uw urgentieverzoek motiveren?

 

21.03  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik vraag de urgentie omdat het wetsvoorstel op 1 februari 2020 zou moeten kunnen ingaan. Daarvoor moeten we het kunnen behandelen in de commissievergadering van 7 januari 2020. Daarom zou ik u ook willen vragen om het wetsvoorstel naar de commissie voor Sociale Zaken te verzenden.

 

De voorzitter: Collega's, mevrouw Lanjri vraagt de urgentie voor haar wetsvoorstel inzake de brexit. Wij gaan daar geen lang debat over houden.

 

Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.

Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.

 

L'urgence est adoptée par assis et levé.

De urgentie wordt aangenomen bij zitten en opstaan.

 

21.04  Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik vraag de urgentie voor het voorstel nr. 885/1 van de heren Van der Donckt en consorten, waaronder ikzelf, betreffende de beperkende controle van de verkiezingsuitgaven, wat een mogelijk vervolg kan zijn op hetgeen wij zopas hebben besproken. Het zou goed zijn als dat zo snel mogelijk in goede orde afgewerkt kan worden.

 

De voorzitter: Zopas werd de problematiek van de wetgeving op de financiering van de politieke partijen aangekaart. Er ligt een wetsvoorstel ter zake op tafel. De heer De Roover vraagt daar de urgentie voor.

 

21.05  Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij hebben zopas besparingen goedgekeurd voor de fractiewerkingen en voor de politieke partijen. Ik denk dat dat een goede zaak is. Wij zijn het dus aan onszelf verplicht om de regelgeving betreffende de financiering van de politieke partijen aan te passen.

 

Collega De Roover weet dat de methode die hij met het voorstel verkiest, niet de mijne is. Het is wel absoluut noodzakelijk dat wij daarover met elkaar in debat gaan om op de een of andere manier in onze assemblee een meerderheid te vinden om op zijn minst al uitvoering te geven aan wat wij vandaag hebben goedgekeurd, en als het kan meer.

 

Mijn suggestie zou zijn dat de voorzitter die het commissie voor Reglement leidt – ik denk dat u dat bent, mijnheer de voorzitter – in de loop van januari de commissie samenroept om al een eerste, algemene bespreking over de fracties heen te organiseren.

 

Dat het voorstel later desgevallend als kapstok zou worden gebruikt, daartegen heb ik an sich geen bezwaar, maar ik denk toch dat wij daarover zonder dralen met mekaar moeten overleggen, zodat wij in het voorjaar kunnen landen en hier met een voorstel komen. In die zin suggereer ik om de urgentie niet toe te kennen.

 

De voorzitter: Het gaat niet over een reglementsaanpassing, maar over een wetgeving. Het is volgens mij dus niet de commissie voor het Reglement, maar wel de commissie voor Grondwet en Institutionele Vernieuwing, maar goed, whatever it may be.

 

Het is belangrijk om erover te praten. De heer Verherstraeten zegt dat het misschien wel urgent is om erover te praten, maar niet alleen op basis van het voorstel dat door de N-VA werd ingediend. Ik heb ook goed beluisterd naar wat er in de commissie voor de Comptabiliteit werd gezegd.

 

Ik wil het engagement aangaan om de wetgeving op de financiering van de politieke partijen in de Conferentie van voorzitters aan te snijden om daar een modus operandi vinden om de kwestie met bekwame spoed tot een debat te laten komen, niet alleen op basis van het voorstel van de N-VA, maar ook op basis van andere teksten, die daaraan kunnen worden toegevoegd.

 

N'est-il pas plus sage de procéder ainsi, pour ne pas donner l'impression qu'on choisit un texte? Je crois que d'autres idées peuvent être soulevées. Mais il est urgent de discuter de cette matière.

 

Ik zal het op mij nemen om in de Conferentie van voorzitters een werkwijze af te spreken. Kunt u daarmee leven, mijnheer De Roover?

 

21.06  Peter De Roover (N-VA): Het is heel vreemd dat men de urgente behandeling vraagt en dat als argument gebruikt om de urgentie niet goed te keuren. Daar zit iets vreemds in. Ik ben niet verstandig genoeg om echt te achterhalen wat de bedoeling is, maar ik wantrouw het.

 

De voorzitter: Daarmee hebt u nog altijd niet gezegd of u mijn voorstel aanvaardt.

 

21.07  Peter De Roover (N-VA): Aangezien de terugvalpositie de uwe is…

 

De voorzitter: (…) u zou kunnen leven met mijn voorstel.

 

21.08  Peter De Roover (N-VA): Ik zou kunnen leven met uw voorstel en uw woord is mij heilig.

 

De voorzitter: Nu gaat u te ver.

 

21.09  Peter De Roover (N-VA): In de seculiere betekenis van het woord, mijnheer de voorzitter, met een kleine letter "h" dus. Mag ik dan aannemen dat er op uw engagement ook een datum gekleefd wordt? Ik hoorde collega Verherstraeten spreken over het voorjaar, zonder dat hij daarbij een jaartal vermeldde. Ik zou zeer graag op uw woord willen ingaan indien u er een datum op kleeft.

 

De voorzitter: Laat ons afspreken dat u het woord "heilig" niet meer gebruikt, maar mijn woord is mijn woord en ik heb net de opdracht gegeven om het in te schrijven op de agenda van de eerstkomende Conferentie van voorzitters. Dan zullen wij daarover een methode afspreken.

 

21.10  Peter De Roover (N-VA): Dan amendeer ik mijn betoog en schrap ik het woord "heilig".

 

De voorzitter: We zijn het andermaal eens.

 

Naamstemmingen

Votes nominatifs

 

22 Aangehouden amendementen en artikelen van het wetsvoorstel tot wijziging van diverse wetgevingen wat de tekorten aan geneesmiddelen betreft (nieuw opschrift) (229/1-7)

22 Amendements et articles réservés de la proposition de loi modifiant diverses législations, en ce qui concerne les pénuries de médicaments (nouvel intitulé) (229/1-7)

 

Stemming over amendement nr. 20 van Catherine Fonck op artikel 4. (229/7)

Vote sur l'amendement n° 20 de Catherine Fonck à l'article 4. (229/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 1)

Ja

15

Oui

Nee

82

Non

Onthoudingen

34

Abstentions

Totaal

131

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 4 aangenomen.

En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 4 est adopté.

 

Stemming over amendement nr. 18 van Eliane Tillieux op artikel 7. (229/7)

Vote sur l'amendement n° 18 de Eliane Tillieux à l'article 7. (229/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 2)

Ja

60

Oui

Nee

72

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 21 van Catherine Fonck op artikel 7. (229/7)

Vote sur l'amendement n° 21 de Catherine Fonck à l'article 7. (229/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 3)

Ja

50

Oui

Nee

63

Non

Onthoudingen

19

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 7, met een tekstverbetering, aangenomen.

En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 7 est adopté avec une correction de texte.

 

Stemming over amendement nr. 19 van Eliane Tillieux op artikel 8. (229/7)

Vote sur l'amendement n° 19 de Eliane Tillieux à l'article 8. (229/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 4)

Ja

60

Oui

Nee

72

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 22 van Catherine Fonck op artikel 8. (229/7)

Vote sur l'amendement n° 22 de Catherine Fonck à l'article 8. (229/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 5)

Ja

52

Oui

Nee

61

Non

Onthoudingen

19

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 8, met een tekstverbetering, aangenomen.

En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 8 est adopté avec une correction de texte.

 

23 Geheel van het wetsvoorstel tot wijziging van diverse wetgevingen wat de tekorten aan geneesmiddelen betreft (nieuw opschrift) (229/6)

23 Ensemble de la proposition de loi modifiant diverses législations, en ce qui concerne les pénuries de médicaments (nouvel intitulé) (229/6)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 6)

Ja

81

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

51

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal als wetsontwerp aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (229/8)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera soumise en tant que projet de loi à la sanction royale. (229/8)

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

24 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 30 juli 1938 betreffende het gebruik der talen bij het leger wat het indienen van het verslag betreft (721/4)

24 Proposition de loi modifiant la loi du 30 juillet 1938 concernant l'usage des langues à l'armée en ce qui concerne le dépôt du rapport (721/4)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 7)

Ja

38

Oui

Nee

76

Non

Onthoudingen

18

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg verwerpt de Kamer het wetsvoorstel.

En conséquence, la Chambre rejette la proposition de loi.

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

25 Aangehouden amendement en artikel van het wetsvoorstel houdende heffingen op het zakencijfer van de vergoedbare farmaceutische specialiteiten en een bijdrage op marketing voor het jaar 2020 (nieuw opschrift) (802/1-5)

25 Amendement et article réservés de la proposition de loi portant les cotisations sur le chiffre d'affaires des spécialités pharmaceutiques remboursables et une cotisation sur le marketing pour l'année 2020 (802/1-5)

 

Stemming over amendement nr. 2 van mevrouw Sofie Merckx op artikel 2. (802/5)

Vote sur l'amendement n° 2 de Mme Sofie Merckx à l'article 2. (802/5)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 8)

Ja

10

Oui

Nee

80

Non

Onthoudingen

42

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 2 aangenomen.

En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 2 est adopté.

 

26 Geheel van het wetsvoorstel houdende heffingen op het zakencijfer van de vergoedbare farmaceutische specialiteiten en een bijdrage op marketing voor het jaar 2020 (nieuw opschrift) (802/4)

26 Ensemble de la proposition de loi portant les cotisations sur le chiffre d'affaires des spécialités pharmaceutiques remboursables et une cotisation sur le marketing pour l'année 2020 (802/4)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 9)

Ja

132

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

132

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal als wetsontwerp aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (802/6)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera transmise en tant que projet de loi à la sanction royale. (802/6)

 

27 Wetsontwerp tot vaststelling van het legercontingent voor het jaar 2020 (844/1)

27 Projet de loi fixant le contingent de l'armée pour l'année 2020 (844/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 10)

Ja

121

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

10

Abstentions

Totaal

131

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (844/4)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (844/4)

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

28 Wetsontwerp houdende bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen krachtens de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen (832/4)

28 Projet de loi portant confirmation des arrêtés royaux pris en vertu de la loi du 29 avril 1999 relative à l'organisation du marché de l'électricité et de la loi du 12 avril 1965 relative au transport de produits gazeux et autres par canalisations (832/4)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 11)

Ja

130

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

130

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (832/5)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (832/5)

 

Collega's, ik kom nu tot heel veel stemmingen, maar u kan mij en uzelf de last besparen door een aantal keren toe te staan dat de uitslag van de vorige stemming ook voor de volgende geldt. Ik doe maar een suggestie.

 

29 Chambre des représentants - Comptes de l'année budgétaire 2018 (866/1)

29 Kamer van volksvertegenwoordigers - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (866/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote? / Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken?

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 12)

Oui

107

Ja

Non

10

Nee

Abstentions

15

Onthoudingen

Total

132

Totaal

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 de la Chambre des représentants.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van de Kamer van volks­vertegenwoordigers aan.

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

30 Chambre des représentants - Ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 (866/1)

30 Kamer van volksvertegenwoordigers - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 (866/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 12)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 de la Chambre des représentants.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 van de Kamer van volks­vertegenwoordigers aan.

 

31 Chambre des représentants - Budget pour l'année budgétaire 2020 (866/1)

31 Kamer van volksvertegenwoordigers - Begroting voor het begrotingsjaar 2020 (866/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote? / Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken?

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 13)

Oui

106

Ja

Non

10

Nee

Abstentions

15

Onthoudingen

Total

131

Totaal

 

En conséquence, la Chambre adopte le budget pour l'année budgétaire 2020 de la Chambre des représentants.

Bijgevolg neemt de Kamer de begroting voor het begrotingsjaar 2020 van de Kamer van volks­vertegenwoordigers aan.

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

31.01  Emir Kir (PS): Monsieur le président, j'ai oublié de voter.

 

Le président: Je prends acte de votre déclaration.

 

32 Dotations aux partis politiques - Comptes de l'année budgétaire 2018 (866/1)

32 Dotaties aan de politieke partijen - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (866/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote? / Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken?

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 14)

Oui

108

Ja

Non

8

Nee

Abstentions

10

Onthoudingen

Total

126

Totaal

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 des dotations aux partis politiques.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van de dotaties aan de politieke partijen aan.

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

32.01  Florence Reuter (MR): Monsieur le président, j'ai voté mais ça ne fonctionne plus. J'ai voté oui.

 

Le président: Et vous n'étiez pas en conversation par un pur hasard?

 

32.02  Florence Reuter (MR): Non, monsieur le président.

 

Le président: En tout cas, ça ne change pas le fait matériel du vote. Je l'ai expliqué en Conférence des présidents. On prend acte de votre déclaration.

 

(Mmes Florence Reuter et Caroline Taquin ont voté comme leur groupe)

 

33 Dotations aux partis politiques – Budget pour l'année budgétaire 2020 – Amendements réservés (866/1-2)

33 Dotaties aan de politieke partijen – Begroting voor het begrotingsjaar 2020 – Aangehouden amendementen (866/1-2)

 

Vote sur l'amendement n° 4 de Marco Van Hees au tableau p. 100. (866/2)

Stemming over amendement nr. 4 van Marco Van Hees op tabel blz. 100. (866/2)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote? / Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken?

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 15)

Oui

10

Ja

Non

122

Nee

Abstentions

0

Onthoudingen

Total

132

Totaal

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Vote sur l'amendement n° 5 de Wim Van der Donckt cs au tableau p. 103. (866/2)

Stemming over amendement nr. 5 van Wim Van der Donckt cs op tabel blz. 103. (866/2)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote? / Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken?

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 16)

Oui

98

Ja

Non

29

Nee

Abstentions

0

Onthoudingen

Total

127

Totaal

 

Bijgevolg is het amendement aangenomen.

En conséquence, l'amendement est adopté.

 

34 Dotations aux partis politiques – Budget pour l'année budgétaire 2020, tel qu'amendé (866/1+2)

34 Dotaties aan de politieke partijen – Begroting voor het begrotingsjaar 2020, zoals geamendeerd (866/1+2)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote? / Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken?

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 17)

Oui

104

Ja

Non

10

Nee

Abstentions

15

Onthoudingen

Total

129

Totaal

 

En conséquence, la Chambre adopte le budget pour l'année budgétaire 2020 des dotations aux partis politiques, tel qu'amendé.

Bijgevolg neemt de Kamer de begroting voor het begrotingsjaar 2020 van de dotaties aan de politieke partijen, zoals geamendeerd, aan.

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

35 Cour des comptes - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1-3)

35 Rekenhof - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1-3)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 18)

Ja

121

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

10

Abstentions

Totaal

131

Total

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 de la Cour des comptes.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van het Rekenhof aan.

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

36 Cour des comptes - Ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 (867/1-3)

36 Rekenhof - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 (867/1-3)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 de la Cour des comptes.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 van het Rekenhof aan.

 

37 Cour des comptes - Propositions budgétaires 2020 (867/1-3)

37 Rekenhof - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1-3)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 de la Cour des comptes.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotingsvoorstellen 2020 van het Rekenhof aan.

 

38 Cour constitutionnelle - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

38 Grondwettelijk Hof - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 de la Cour constitutionnelle.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van het Grondwettelijk Hof aan.

 

39 Cour constitutionnelle - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

39 Grondwettelijk Hof - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 de la Cour constitutionnelle.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van het Grondwettelijk Hof aan.

 

40 Conseil supérieur de la Justice - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

40 Hoge Raad voor de Justitie - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 du Conseil supérieur de la Justice.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotings­jaar 2018 van de Hoge Raad voor de Justitie aan.

 

41 Conseil supérieur de la Justice - Ajustement du budget de l'année budgétaire 2018 (867/1)

41 Hoge Raad voor de Justitie - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2018 du Conseil supérieur de la Justice.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2018 van de Hoge Raad voor de Justitie aan.

 

42 Conseil supérieur de la Justice - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

42 Hoge Raad voor de Justitie - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 du Conseil supérieur de la Justice.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van de Hoge Raad voor de Justitie aan.

 

43 Comité permanent de contrôle des services de police - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

43 Vast Comité van toezicht op de politiediensten - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 du Comité permanent de contrôle des services de police.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotings­jaar 2018 van het Vast Comité van toezicht op de politiediensten aan.

 

44 Comité permanent de contrôle des services de police - Ajustement du budget de l'année budgétaire 2018 (867/1)

44 Vast Comité van toezicht op de politiediensten - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2018 du Comité permanent de contrôle des services de police.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2018 van het Vast Comité van toezicht op de politiediensten aan.

 

45 Comité permanent de contrôle des services de police - Ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 (867/1)

45 Vast Comité van toezicht op de politiediensten - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 du Comité permanent de contrôle des services de police.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 van het Vast Comité van toezicht op de politiediensten aan.

 

46 Comité permanent de contrôle des services de police - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

46 Vast Comité van toezicht op de politiediensten - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 du Comité permanent de contrôle des services de police.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotingsvoorstellen 2020 van het Vast Comité van toezicht op de politiediensten aan.

 

47 Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

47 Vast Comité van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 du Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotings­jaar 2018 van het Vast Comité van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten aan.

 

48 Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

48 Vast Comité van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 du Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van het Vast Comité van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten aan.

 

49 Collège des médiateurs fédéraux - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

49 College van de federale ombudsmannen - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 du Collège des médiateurs fédéraux.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van het College van de federale ombudsmannen aan.

 

50 Collège des médiateurs fédéraux – Ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 (867/1)

50 College van de federale ombudsmannen - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 du Collège des médiateurs fédéraux.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 van het College van de federale ombudsmannen aan.

 

51 Collège des médiateurs fédéraux - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

51 College van de federale ombudsmannen - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 du Collège des médiateurs fédéraux.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotingsvoorstellen 2020 van het College van de federale ombudsmannen aan.

 

52 Autorité de protection des données - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

52 Gegevensbeschermingsautoriteit - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 de l'Autorité de protection des données.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van de Gegevensbeschermings­autoriteit aan.

 

53 Autorité de protection des données - Ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 (867/1)

53 Gegevensbeschermingsautoriteit - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 de l'Autorité de protection des données.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 van de Gegevensbeschermingsautoriteit aan.

 

54 Autorité de protection des données - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

54 Gegevensbeschermingsautoriteit - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 de l'Autorité de protection des données.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van de Gegevensbeschermingsautoriteit aan.

 

55 Commissions de nomination pour le notariat - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

55 Benoemingscommissies voor het notariaat - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 des Commissions de nomination pour le notariat.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van de Benoemingscommissies voor het notariaat aan.

 

56 Commissions de nomination pour le notariat - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

56 Benoemingscommissies voor het notariaat - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 des Commissions de nomination pour le notariat.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van de Benoemings­commissies voor het notariaat aan.

 

57 Commission MRD - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

57 BIM-Commissie - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 de la Commission MRD.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van de BIM-Commissie aan.

 

58 Commission MRD - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

58 BIM-Commissie - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 de la Commission MRD.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van de BIM-Commissie aan.

 

59 Organe de contrôle de l’information policière - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

59 Controleorgaan op de politionele informatie - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 de l’Organe de contrôle de l’information policière.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van het Controleorgaan op de politionele informatie aan.

 

60 Organe de contrôle de l’information policière - Ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 (867/1)

60 Controleorgaan op de politionele informatie - Aanpassing van de begroting van het begrotingsjaar 2019 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte l'ajustement du budget de l'année budgétaire 2019 de l’Organe de contrôle de l’information policière.

Bijgevolg neemt de Kamer de aanpassing van de begroting van het begrotings­jaar 2019 van het Controleorgaan op de politionele informatie aan.

 

61 Organe de contrôle de l’information policière - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

61 Controleorgaan op de politionele informatie - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 de l’Organe de contrôle de l’information policière.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van het Controleorgaan op de politionele informatie aan.

 

62 Commission fédérale de déontologie - Comptes de l'année budgétaire 2018 (867/1)

62 Federale Deontologische Commissie - Rekeningen van het begrotingsjaar 2018 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les comptes de l'année budgétaire 2018 de la Commission fédérale de déontologie.

Bijgevolg neemt de Kamer de rekeningen van het begrotingsjaar 2018 van de Federale Deontologische Commissie aan.

 

63 Commission fédérale de déontologie - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

63 Federale Deontologische Commissie - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 de la Commission fédérale de déontologie.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van de Federale Deontologische Commissie aan.

 

64 Conseil central de surveillance pénitentiaire - Propositions budgétaires 2020 (867/1)

64 Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen - Begrotingsvoorstellen 2020 (867/1)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Vote/stemming 18)

 

En conséquence, la Chambre adopte les propositions budgétaires 2020 du Conseil central de surveillance pénitentiaire.

Bijgevolg neemt de Kamer de begrotings­voorstellen 2020 van de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen aan.

 

Il sera donné connaissance respectivement à la Cour des comptes, à la Cour constitutionnelle, au Conseil supérieur de la Justice, au Comité permanent de contrôle des services de police, au Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité, aux Médiateurs fédéraux, à l'Autorité de protection des données, aux Commissions de nomination pour le notariat, à la Commission MRD, à l’Organe de contrôle de l’information policière, à la Commission fédérale de déontologie et au Conseil central de surveillance pénitentiaire de l'adoption par la Chambre des comptes 2018, des ajustements des budgets 2018 et 2019 et des propositions budgétaires 2020.

Het zal ter kennis worden gebracht van respectievelijk het Rekenhof, het Grondwettelijk Hof, de Hoge Raad voor de Justitie, het Vast Comité van toezicht op de politiediensten, het Vast Comité van toezicht op de inlichtingen- en veiligheids­diensten, de Federale Ombuds­mannen, de Gegevensbeschermingsautoriteit, de Benoemings­commissies voor het notariaat, de BIM-Commissie, het Controle­orgaan op de politionele informatie, de Federale Deontologische Commissie en de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen, dat de Kamer de rekeningen 2018, de begrotingsaanpassingen 2018 en 2019 en de begrotings­voorstellen 2020 heeft aangenomen.

 

Mijnheer de griffier, zijn wij aan het einde gekomen van onze agenda? (Instemming)

 

65 Allocution du président

65 Toespraak van de voorzitter

 

Collega’s, het is de laatste vergadering voor 2019.

 

Ik wil jullie allemaal bedanken voor de debatten die we in politiek niet evidente omstandigheden hebben kunnen voeren.

 

Il n'y a pas de majorité. Il n'y a pas d'opposition. C'est un contexte un peu particulier.

 

Over grenzen van meerderheid en oppositie heen, die vroeger bestonden, zijn wij er niettemin in geslaagd hier en daar fundamenteel wetgevend werk te verrichten.

 

Ik herhaal dat dit niet wegneemt dat, indien wij in het land structureel willen werken, nood hebben aan een regering.

 

Nous avons besoin d'un gouvernement qui ait les pleins pouvoirs. Entre-temps, la Chambre peut tout de même se féliciter pour le travail légistique qu'elle a livré.

 

Ik wil u de komende dagen en weken zeer gezellige feesten toewensen. Ik wens dat aan de regering, aan mevrouw de eerste minister, aan de leden van de regering. Ik wil dat ook wensen aan de griffier, aan de adjunct-griffiers en aan het personeel van de Kamer die ons op een voortreffelijke wijze altijd hebben bijgestaan. (Applaus)

 

ik wil dat ook wensen aan de vertegenwoordigers van de pers. U ziet dat de persbanken helemaal vol zijn. Er zijn twee mensen van het persorgaan Belga, die niet alleen komen als er sensatie of tumult is, maar die onze werkzaamheden van zeer nabij volgen. Dank daarvoor.

 

Ik wens iedereen een zeer hartverwarmende vakantie.

 

Ik geef het woord aan de heer De Roover.

 

65.01  Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik dank u voor de veelvuldige dankzeggingen, die stuk voor stuk heel terecht zijn.

 

Om voor de hand liggende redenen overvalt u mij, want normaal gesproken wordt het woord gevoerd door de fractievoorzitter van de grootste oppositiepartij. Dat is in deze omstandigheden een wisselende eer en dat betekent dat wij eigenlijk allemaal de laatste stemming hebben afgewacht om te zien wie eigenlijk de grootste fractie van de minderheid is.

 

Stel u voor dat wij gestopt zouden zijn met een vraag om de hulp van de Raad van State in te roepen voor een of ander initiatief, dan had wellicht de PS de grootste partij van de minderheid geweest, zoals vandaag is gebleken. Stel u voor dat er een voorstel ingediend geweest zou zijn om de verloning van de parlementsleden terug te schroeven tot 1 euro en 10 stokslagen per maand, dan vermoed ik dat de PVDA-PTB de grootste oppositiepartij geweest zou zijn.

 

Ik heb ook begrepen dat collega Verherstraeten bij het woordje 'paars' zichzelf de grootste oppositiepartij heeft gewaand. Zouden wij voortgaan op peilingen, wat wij natuurlijk niet doen, dan denk ik dat de collega's ter rechterzijde wellicht de grootste oppositiepartij zouden zijn. Zou er hier een voorstel worden ingediend wie er in alle eerlijkheid van overtuigd is dat we geen kernenergie nodig hebben en iedereen zou eerlijk stemmen, dan zou collega Calvo de grootste oppositiepartij zijn. (Hilariteit)

 

Kortom, het is eigenlijk een beetje afhankelijk van de vraag die wordt gesteld. Maar aangezien de restregering, een woord dat net niet het woord van het jaar is geworden, maar toch kanshebber was, aangezien dus de restregering toch blijk geeft van palliatieve hardnekkigheid, valt mij deze eer zeer uitzonderlijk te beurt. Ik zal dit evenwel niet rekken, in tegenstelling tot wat mijn inleiding doet vermoeden.

 

Ik wens niet alleen al degenen die u geëerd hebt – ik herhaal, ik wens mij daarbij aan te sluiten – maar ook alle collega's van meerderheid en oppositie, zij het dat die woorden nu een wat loze betekenis hebben, willen danken voor de doorgaans correcte samenwerking. In deze tijden zonder regering in volle kracht van werking is dit van het grootste belang.

 

Ik wil alle collega's danken voor de doorgaans correcte samenwerking, die in deze tijden zonder regering in volle kracht van werking van het allergrootste belang is opdat wij als Parlement en als wetgevende macht onze rol ten volle kunnen spelen.

 

Ik nodig de collega's uit dat in 2020 opnieuw te doen.

 

Mes collègues francophones également. Je leur souhaite tout ce qu'ils veulent en 2020. C'est tout ce que je veux dire. (Applaudissements)

 

De voorzitter: Ik dank u allen voor de vriendschap en de collegialiteit. Maak er een goed eindejaar van.

 

Bonne année 2020!

 

66 Adoption de l’ordre du jour

66 Goedkeuring van de agenda

 

Nous devons procéder à l’approbation de l’ordre du jour de la prochaine séance.

Wij moeten overgaan tot de goedkeuring van de agenda van de volgende vergadering.

 

Pas d’observation? (Non) L’ordre du jour est approuvé.

Geen bezwaar? (Nee) De agenda is goedgekeurd.

 

La séance est levée. Prochaine séance le jeudi 9 janvier 2020 à 14 h 15.

De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering donderdag 9 januari 2020 om 14.15 uur.

 

La séance est levée à 20 h 03.

De vergadering wordt gesloten om 20.03 uur.

 

 

L'annexe est reprise dans une brochure séparée, portant le numéro CRIV 55 PLEN 018 annexe.

 

De bijlage is opgenomen in een aparte brochure met nummer CRIV 55 PLEN 018 bijlage.

 

 

 


Détail des votes nominatifs

 

Detail van de naamstemmingen

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 001

 

 

Oui        

015

Ja

 

Arens Josy, Boukili Nabil, Colebunders Gaby, Dallemagne Georges, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Fonck Catherine, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Prévot Maxime, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

Non        

082

Nee

 

Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Crombez John, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kitir Meryame, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Metsu Koen, Moutquin Simon, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Raskin Wouter, Reuter Florence, Roggeman Tomas, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thibaut Cécile, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert

 

Abstentions

034

Onthoudingen

 

Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bury Katleen, Creyelman Steven, Dedonder Ludivine, Delizée Jean-Marc, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Flahaut André, Gilissen Erik, Hanus Mélissa, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Özen Özlem, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Patrick, Ravyts Kurt, Rigot Hervé, Samyn Ellen, Senesael Daniel, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Troosters Frank, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Zanchetta Laurence

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 002

 

 

Oui        

060

Ja

 

Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Boukili Nabil, Colebunders Gaby, Crombez John, D'Amico Roberto, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, Delizée Jean-Marc, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Flahaut André, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Hanus Mélissa, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Loones Sander, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Özen Özlem, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Safai Darya, Segers Ben, Senesael Daniel, Spooren Jan, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Vandenbroucke Joris, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

072

Nee

 

Arens Josy, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, Demon Franky, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Ducarme Denis, Farih Nawal, Fonck Catherine, Gabriëls Katja, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hennuy Laurence, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Moutquin Simon, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Rohonyi Sophie, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Soors Jessika, Taquin Caroline, Thibaut Cécile, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van den Bergh Jef, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Willaert Evita

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 003

 

 

Oui        

050

Ja

 

Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Cogolati Samuel, Colebunders Gaby, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Dallemagne Georges, D'Amico Roberto, de Laveleye Séverine, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Fonck Catherine, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Hennuy Laurence, Khattabi Zakia, Leroy Marie-Colline, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Soors Jessika, Thibaut Cécile, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita

 

Non        

063

Nee

 

Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Clarinval David, Crombez John, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Kitir Meryame, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Metsu Koen, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Raskin Wouter, Reuter Florence, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Scourneau Vincent, Segers Ben, Spooren Jan, Taquin Caroline, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Wollants Bert

 

Abstentions

019

Onthoudingen

 

Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Dedonder Ludivine, Delizée Jean-Marc, Flahaut André, Hanus Mélissa, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Özen Özlem, Prévot Patrick, Rigot Hervé, Senesael Daniel, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Zanchetta Laurence

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 004

 

 

Oui        

060

Ja

 

Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Boukili Nabil, Colebunders Gaby, Crombez John, D'Amico Roberto, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, Delizée Jean-Marc, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Flahaut André, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Hanus Mélissa, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Loones Sander, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Özen Özlem, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Safai Darya, Segers Ben, Senesael Daniel, Spooren Jan, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Vandenbroucke Joris, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

072

Nee

 

Arens Josy, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, Demon Franky, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Ducarme Denis, Farih Nawal, Fonck Catherine, Gabriëls Katja, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hennuy Laurence, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Moutquin Simon, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Rohonyi Sophie, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Soors Jessika, Taquin Caroline, Thibaut Cécile, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van den Bergh Jef, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Willaert Evita

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 005

 

 

Oui        

052

Ja

 

Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Cogolati Samuel, Colebunders Gaby, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Dallemagne Georges, D'Amico Roberto, de Laveleye Séverine, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Fonck Catherine, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Hennuy Laurence, Khattabi Zakia, Leroy Marie-Colline, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Ravyts Kurt, Rohonyi Sophie, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Soors Jessika, Thibaut Cécile, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita

 

Non        

061

Nee

 

Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Clarinval David, Crombez John, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Kitir Meryame, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Metsu Koen, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Raskin Wouter, Reuter Florence, Roggeman Tomas, Safai Darya, Scourneau Vincent, Segers Ben, Spooren Jan, Taquin Caroline, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Wollants Bert

 

Abstentions

019

Onthoudingen

 

Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Dedonder Ludivine, Delizée Jean-Marc, Flahaut André, Hanus Mélissa, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Özen Özlem, Prévot Patrick, Rigot Hervé, Senesael Daniel, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Zanchetta Laurence

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 006

 

 

Oui        

081

Ja

 

Arens Josy, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Clarinval David, Creyelman Steven, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Goffin Philippe, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Kitir Meryame, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Roggeman Tomas, Safai Darya, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Segers Ben, Spooren Jan, Taquin Caroline, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van Grieken Tom, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Wollants Bert

 

Non        

000

Nee

 

Abstentions

051

Onthoudingen

 

Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Boukili Nabil, Buyst Kim, Calvo Kristof, Cogolati Samuel, Colebunders Gaby, Creemers Barbara, D'Amico Roberto, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Flahaut André, Gilkinet Georges, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Khattabi Zakia, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Leroy Marie-Colline, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Özen Özlem, Prévot Patrick, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Schlitz Sarah, Senesael Daniel, Soors Jessika, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 007

 

 

Oui        

038

Ja

 

Bury Katleen, Creyelman Steven, Dedecker Jean-Marie, Depoorter Kathleen, De Roover Peter, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Loones Sander, Metsu Koen, Pas Barbara, Ponthier Annick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Safai Darya, Samyn Ellen, Spooren Jan, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Wollants Bert

 

Non        

076

Nee

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Boukili Nabil, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Colebunders Gaby, Creemers Barbara, Crombez John, Dallemagne Georges, D'Amico Roberto, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Depraetere Melissa, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Ducarme Denis, Flahaut André, Fonck Catherine, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Leroy Marie-Colline, Marghem Marie-Christine, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Özen Özlem, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Reuter Florence, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Vanbesien Dieter, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

Abstentions

018

Onthoudingen

 

Bogaert Hendrik, Briers Jan, De Caluwé Robby, Demon Franky, Dewael Patrick, Farih Nawal, Gabriëls Katja, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leysen Christian, Liekens Goedele, Matheï Steven, Van den Bergh Jef, Vandenput Tim, Van Hoof Els, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 008

 

 

Oui        

010

Ja

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

Non        

080

Nee

 

Arens Josy, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Reuter Florence, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thibaut Cécile, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert

 

Abstentions

042

Onthoudingen

 

Aouasti Khalil, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bury Katleen, Creyelman Steven, Crombez John, Dedonder Ludivine, Delizée Jean-Marc, Depraetere Melissa, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Flahaut André, Gilissen Erik, Hanus Mélissa, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Özen Özlem, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Patrick, Ravyts Kurt, Rigot Hervé, Samyn Ellen, Segers Ben, Senesael Daniel, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Troosters Frank, Vandenbroucke Joris, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Zanchetta Laurence

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 009

 

 

Oui        

132

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Boukili Nabil, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Colebunders Gaby, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Crombez John, Dallemagne Georges, D'Amico Roberto, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Özen Özlem, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

000

Nee

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 010

 

 

Oui        

121

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Özen Özlem, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

000

Nee

 

Abstentions

010

Onthoudingen

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 011

 

 

Oui        

130

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Boukili Nabil, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Colebunders Gaby, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Crombez John, Dallemagne Georges, D'Amico Roberto, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Özen Özlem, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

000

Nee

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 012

 

 

Oui        

107

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Özen Özlem, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

010

Nee

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

 

Abstentions

015

Onthoudingen

 

Bury Katleen, Creyelman Steven, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Troosters Frank, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 013

 

 

Oui        

106

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Özen Özlem, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

010

Nee

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

Abstentions

015

Onthoudingen

 

Bury Katleen, Creyelman Steven, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Troosters Frank, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 014

 

 

Oui        

108

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Özen Özlem, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

008

Nee

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria

 

Abstentions

010

Onthoudingen

 

Creyelman Steven, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Troosters Frank, Van Lommel Reccino, Verreyt Hans

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 015

 

 

Oui        

010

Ja

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

Non        

122

Nee

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Özen Özlem, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 016

 

 

Oui        

098

Ja

 

Bertels Jan, Boukili Nabil, Briers Jan, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Cogolati Samuel, Colebunders Gaby, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Crombez John, Dallemagne Georges, D'Amico Roberto, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, de Laveleye Séverine, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Farih Nawal, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Khattabi Zakia, Kitir Meryame, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Segers Ben, Soors Jessika, Spooren Jan, Thibaut Cécile, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Wollants Bert

 

Non        

029

Nee

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Burton Emmanuel, Clarinval David, Dedonder Ludivine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Ducarme Denis, Flahaut André, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Jadin Kattrin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Marghem Marie-Christine, Özen Özlem, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Prévot Patrick, Reuter Florence, Rigot Hervé, Scourneau Vincent, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 017

 

 

Oui        

104

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Özen Özlem, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Van der Straeten Tinne, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

010

Nee

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

Abstentions

015

Onthoudingen

 

Bury Katleen, Creyelman Steven, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Troosters Frank, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 018

 

 

Oui        

121

Ja

 

Aouasti Khalil, Arens Josy, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bertels Jan, Bogaert Hendrik, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Calvo Kristof, Clarinval David, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Creyelman Steven, Crombez John, Dallemagne Georges, De Caluwé Robby, Dedecker Jean-Marie, Dedonder Ludivine, de Laveleye Séverine, Delizée Jean-Marc, De Maegd Michel, Demon Franky, Depoorter Kathleen, Depraetere Melissa, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dewulf Nathalie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Khattabi Zakia, Kir Emir, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Özen Özlem, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Soors Jessika, Spooren Jan, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thibaut Cécile, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Tison Philippe, Troosters Frank, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Vandenbroucke Joris, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Straeten Tinne, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

Non        

000

Nee

 

Abstentions

010

Onthoudingen

 

Boukili Nabil, Colebunders Gaby, D'Amico Roberto, De Vuyst Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry