Séance plénière

Plenumvergadering

 

du

 

Jeudi 7 novembre 2013

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Donderdag 7 november 2013

 

Namiddag

 

______

 

 


La séance est ouverte à 14.25 heures et présidée par M. André Flahaut.

De vergadering wordt geopend om 14.25 uur en voorgezeten door de heer André Flahaut.

 

Le président: La séance est ouverte.

De vergadering is geopend.

 

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans l'annexe du compte rendu intégral de cette séance.

Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij worden op de website van de Kamer en in de bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen.

 

Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l’ouverture de la séance:

Aanwezig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:

Elio Di Rupo, Didier Reynders, Laurette Onkelinx, Olivier Chastel, Monica De Coninck, Koen Geens, Servais Verherstraeten, Hendrik Bogaert.

 

Excusés

Berichten van verhindering

 

Minneke De Ridder, Maya Detiège, Gwendolyn Rutten, Flor Van Noppen, pour raisons de santé / wegens gezondheidsredenen;

Jean Marie Dedecker (votes / stemmingen), Willem-Frederik Schiltz, pour raisons familiales / wegens familiale redenen;

Dirk Van der Maelen (votes / stemmingen), Conseil de l'Europe / Raad van Europa.

 

Les ministres Pieter De Crem, Joëlle Milquet et Maggie De Block sont en mission.

 

01 Vœux du Roi

01 Wensen van de Koning

 

Par lettre du 17 octobre 2013, le chef de cabinet du Roi m'a transmis les voeux de Sa Majesté le Roi pour le succès des travaux de notre Assemblée.

Bij brief van 17 oktober 2013 heeft de kabinetschef van de Koning mij de wensen van Zijne Majesteit de Koning voor het welslagen van de werkzaamheden van onze Vergadering overgezonden.

 

02 Hommage à la mémoire de M. Wilfried Martens

02 Huldebetoon ter nagedachtenis van de heer Wilfried Martens

 

Le président (devant l'assemblée debout)

De voorzitter (voor de staande vergadering)

 

Mesdames et messieurs, chers collègues,

Dames en heren, geachte collega’s, waarde familie,

 

Wilfried Martens, ministre d’État et membre honoraire de la Chambre des représentants, est décédé à Lokeren le 9 octobre dernier, à l’âge de 77 ans.

 

Wilfried Martens a vu le jour le 19 avril 1936, dans une famille d’agriculteurs, à Sleidinge, une commune à l’époque encore en grande partie rurale située au nord de Gand. Devenue veuve encore jeune, sa mère a dû lutter tout au long de son existence pour nouer les deux bouts, ce qui devait marquer le jeune Wilfried Martens pour la vie.

 

In de Grieks-Latijnse afdeling van het Sint-Vincentiuscollege in Eeklo ontpopte hij zich tot een briljante leerling. Hij was er lid van de collegeafdeling van de Katholieke Studentenactie, waar zelfopoffering en dienstbaarheid hoog in het vaandel stonden. Daarna studeerde Martens aan de Leuvense universiteit rechten, notariaat en thomistische wijsbegeerte. Ook in Leuven was hij zeer actief in de studentenbeweging: in het academiejaar 1958-1959 was hij voorzitter van de Vlaamse Vereniging van Studenten, in 1959-1960 voorzitter van het Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond.

 

Après ses études, Wilfried Martens s’inscrivit au barreau de Gand. Jeune avocat, il poursuivit son engagement social entre 1960 et 1964 au sein du Vlaamse Volksbeweging, le mouvement populaire flamand. Très vite toutefois, il embrassa une carrière politique à plein temps, comme le lui avait suggéré quelques années auparavant son professeur de rhétorique au collège d’Eeklo.

 

De janvier 1967 à janvier 1971, il fut président des jeunes CVP. Lorsqu’il devint président du CVP en mars 1972, sa carrière politique connut un essor rapide: en mars 1974, il fut élu à la Chambre des représentants pour l’arrondissement de Gand-Eeklo; à peine cinq ans plus tard, début avril 1979, il devint premier ministre, une fonction qu’il allait exercer – hormis une brève interruption entre avril et décembre 1981 – jusque début mars 1992.

 

Martens' opdracht als premier beloofde loodzwaar te worden. Op institutioneel gebied waren, na de grondwetsherziening van 1970, die de cultuurgemeenschappen had ingesteld, verdere hervormingen nodig. De onderhandelingen rond de instelling van de Gewesten verliepen bijzonder moeilijk, en hadden in oktober 1978 tot de val van de regering-Tindemans II geleid. Op sociaal-economisch gebied telde ons land als gevolg van de in 1973 uitgebroken oliecrisis bijna een half miljoen werklozen, en kampte het met een onhoudbaar geworden begrotingstekort.

 

En août 1980 fut votée la deuxième réforme de l’État qui conféra aux Communautés flamande et française et aux Régions flamande et wallonne la personnalité juridique. En 1988-1989, la troisième réforme de l’État créa la Région de Bruxelles-Capitale et élargit les compétences des Communautés.

 

La politique socio-économique menée entre 1981 et 1985 se traduisit par un certain nombre de décisions politiques difficiles, comme la dévaluation du franc belge en février 1982 et des mesures de modération salariale. Á partir de la fin des années 80, on s’attela aussi à la réduction du déficit budgétaire et de la dette publique.

 

Dames en heren, beste collega’s, tijdens zijn periode als eerste minister bleef Wilfried Martens niet gespaard van tegenspoed, zowel op het persoonlijke vlak – in 1983 moest hij een zware hartoperatie ondergaan – als op het familiale vlak – zijn zoon was het slachtoffer van een verkeersongeluk. Dramatische episodes waren ook de aanslagen van de CCC, de roofovervallen van de Bende van Nijvel, het Heizeldrama en de moord op André Cools. Door zijn gedrevenheid en zijn verantwoordelijkheidsgevoel hield hij zich telkens staande, ook in 1992, toen hij, in de nasleep van de parlementsverkiezingen van september 1991, abrupt van de Belgische politieke voorgrond verdween.

 

En juillet 1994, Wilfried Martens quitta le Sénat pour devenir membre du Parlement européen.

 

Pendant cinq ans, il y déploya une intense activité comme président du groupe du Parti populaire européen et membre de la commission Affaires institutionnelles et de la commission Développement et Coopération. Il fit également du Parti populaire européen – qu’il présidait depuis 1990 – le plus grand groupe du Parlement européen. Il devait, jusqu’à son dernier jour, poursuivre sans relâche son combat pour une Europe forte et solidaire.

 

Mesdames et messieurs, chers collègues, il n’est pas toujours facile de brosser en quelques traits de caractère le portrait d’une personne. Mais avec Wilfried Martens, ce l’est: l’engagement et le sens du devoir sont les qualités qui le caractérisent pleinement. Engagement au service de son parti, de son pays, de sa Région et de l’Europe. Sens du devoir lorsqu’il s’agit de ces mêmes engagements. Comme a dit avec beaucoup de justesse sa fille Anne: “Mijn vader was een echte christendemocraat, zoals het moet. Hij had een oprechte overtuiging in hart en nieren, en hij heeft daar ook naar geleefd en gehandeld. Nooit handelde hij uit eigenbelang, en aan geld dacht hij nooit, soms zelfs op het absurde af. Plichtsbesef, dat is het woord dat hem het meest typeert. Politiek was een roeping voor hem.”

 

Au nom de la Chambre, j’ai présenté à son épouse, notre ancienne collègue et ministre d’État, Mme Miet Smet, et à sa famille toute entière, ici présente, mes plus sincères condoléances.

 

02.01 Eerste minister Elio Di Rupo: Beste collega’s, met Wilfried Martens is een groot figuur uit ons politiek leven heengegaan.

 

Sa disparition est une perte pour notre pays mais aussi pour l'Europe.

 

Wilfried Martens heeft zijn stempel gedrukt op een tijdperk. Zo heeft hij in de jaren ’80 als eerste minister de hoogste verantwoordelijkheid van ons land op zich genomen. Daarbij heeft hij altijd in het algemeen belang gehandeld, in een zeer moeilijke economische en communautaire context. Met veel geduld en luisterbereidheid heeft hij ons land door zware beproevingen geleid en België opnieuw op de weg naar welvaart gezet.

 

Wilfried Martens was ook een van de grote architecten van het federalisme. Hij heeft de deelstaten steeds belangrijkere bevoegdheden verleend en hun ontwikkeling bevoordeeld. Hij was tegelijk een overtuigd regionalist en een staatsman die zeer gehecht was aan de eenheid van ons land.

 

Later, als Europees Parlementslid en als voorzitter van de EVP, heeft Wilfried Martens dezelfde weg voortgezet. Ook daar heeft hij sterk bijgedragen aan het ontstaan van een Europees federalisme. Dankzij staatsmannen als hij heeft Europa zich kunnen ontwikkelen en werden de verschillende lidstaten dichter bij elkaar gebracht.

 

Chers collègues, à titre personnel, je n'oublie pas l'aide discrète apportée par Wilfried Martens dans les négociations en vue de former l'actuel gouvernement.

 

Notre pays était en crise et il s'est mis immédiatement à son service. J'ai alors beaucoup apprécié sa connaissance des dossiers et sa vision stratégique. Jusqu'au bout, il aura fait le maximum pour servir notre pays.

 

Ik wil hulde brengen aan Wilfried Martens. In naam van de regering betuig ik mijn medeleven aan zijn echtgenote Miet Smet en aan zijn familie.

 

De Kamer neemt een minuut stilte in acht.

La Chambre observe une minute de silence.

 

03 Ordre du jour

03 Agenda

 

Le président: Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 6 novembre 2013, je vous propose d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi:

- le projet de loi portant des dispositions diverses en matière de dispositifs médicaux (nos 3057/1 à 4).

- le projet de loi modifiant les articles 33 et 35 de la loi du ... portant des dispositions diverses en matière de dispositifs médicaux et modifiant l'article 605quater du Code judiciaire (nos 3058/1 tot 3).

- le projet de loi modifiant la loi relative à la suppression ou à la restructuration d'organismes d'intérêt public et d'autres services de l'État, coordonnée le 13 mars 1991 (n° 3082/1tot 3).

- le projet de loi portant assentiment à la Convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République populaire de Chine tendant à éviter la double imposition et à prévenir la fraude fiscale en matière d'impôts sur le revenu, faite à Bruxelles le 7 octobre 2009 (transmis par le Sénat) (n° 3092/1).

- le projet de loi portant assentiment au Protocole modifiant la Convention entre le Royaume de Belgique et le Japon tendant à éviter les doubles impositions en matière d'impôts sur le revenu, fait à Bruxelles le 26 janvier 2010 (transmis par le Sénat) (n° 3093/1).

- le projet de loi portant assentiment aux Amendements au Statut de Rome de la Cour pénale internationale relatifs au crime d'agression, adoptés à Kampala le 11 juin 2010 lors de la Conférence de révision du Statut de Rome (transmis par le Sénat) (n° 3094/1).

- le projet de loi portant assentiment à l'Amendement à l'article 8 du Statut de Rome de la Cour pénale internationale, adopté à Kampala le 10 juin 2010 lors de la Conférence de révision du Statut de Rome (transmis par le Sénat) (n° 3095/1).

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 6 november 2013, stel ik u voor op de agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag in te schrijven:

- het wetsontwerp houdende diverse bepalingen met betrekking tot medische hulpmiddelen (nrs 3057/1 tot 4).

- het wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 33 en 35 van de wet van … houdende diverse bepalingen met betrekking tot medische hulpmiddelen, en tot wijziging van artikel 605quater van het Gerechtelijk Wetboek (nrs 3058/1 tot 3).

- het wetsontwerp tot wijzing van de wet betreffende de afschaffing of herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991 (nr. 3082/1 tot 3).

- het wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Volksrepubliek China tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 7 oktober 2009 (overgezonden door de Senaat) (nr. 3092/1).

- het wetsontwerp houdende instemming met het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en Japan tot het vermijden van dubbele belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 26 januari 2010 (overgezonden door de Senaat) (nr. 3093/1).

- het wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof betreffende de misdaad van agressie, aangenomen te Kampala op 11 juni 2010 tijdens de Herzieningsconferentie van het Statuut van Rome (overgezonden door de Senaat) (nr. 3094/1).

- het wetsontwerp houdende instemming met de Wijziging van artikel 8 van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof, aangenomen te Kampala op 10 juni 2010 tijdens de Herzieningsconferentie van het Statuut van Rome (overgezonden door de Senaat) (nr. 3095/1).

 

Pas d'observations? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Questions

Vragen

 

04 Questions jointes de

- M. Laurent Louis au premier ministre sur "l'augmentation de la dotation d'Albert II" (n° P2023)

- Mme Barbara Pas au premier ministre sur "l'augmentation de la dotation d'Albert II" (n° P2024)

- M. Christophe Lacroix au premier ministre sur "l'augmentation de la dotation d'Albert II" (n° P2025)

- M. Theo Francken au premier ministre sur "l'augmentation de la dotation d'Albert II" (n° P2026)

- M. Jean Marie Dedecker au premier ministre sur "l'augmentation de la dotation d'Albert II" (n° P2027)

04 Samengevoegde vragen van

- de heer Laurent Louis aan de eerste minister over "de verhoging van de dotatie van Albert II" (nr. P2023)

- mevrouw Barbara Pas aan de eerste minister over "de verhoging van de dotatie van Albert II" (nr. P2024)

- de heer Christophe Lacroix aan de eerste minister over "de verhoging van de dotatie van Albert II" (nr. P2025)

- de heer Theo Francken aan de eerste minister over "de verhoging van de dotatie van Albert II" (nr. P2026)

- de heer Jean Marie Dedecker aan de eerste minister over "de verhoging van de dotatie van Albert II" (nr. P2027)

 

M. Laurent Louis est absent.

 

04.01  Barbara Pas (VB): Mijnheer de eerste minister, als u dacht dat met het Fons Pereos van koningin Fabiola het toppunt van koninklijke hebzucht bereikt was, hebt u zich vergist.

 

De brandstof van het jacht en de luxevakanties van Albert II komen in het gedrang, en omdat hij voortdurend op vakantie is, rijst er een probleem. Albert II heeft de regering dus gevraagd om een bijkomende vergoeding voor zijn onkosten, boven op zijn karige dotatie. Die dotatie is een jaarlijks pensioen van 923 000 euro. Vlaams Belang heeft zich daartegen verzet, u weet dat. Wij vinden het wraakroepend dat in deze crisistijden een koning op rust drie keer het loon van president Obama krijgt, of 76 keer het gewaarborgd minimumpensioen.

 

Albert II zou nochtans moeten beseffen dat wie met pensioen gaat het met minder inkomen moet stellen en het dus een beetje zuiniger aan moet doen. Dat is een principe dat voor iedereen zou moeten gelden, ook voor diegenen die zich boven de wet wanen, en zeker voor diegenen die niet op een democratische manier werden aangeduid voor een belangrijke positie.

 

Maar Albert II redeneert anders. Hij vindt de vermindering van zijn dotatie een teken van ondankbaarheid voor zijn twintig jaar trouwe dienst. Dat vind ik de wereld op zijn kop. Als iemand dankbaar mag zijn, is het wel Albert II, die heel zijn leven lang van alles van deze natie gekregen heeft. Hij heeft er een enorme spaarpot mee kunnen opbouwen en hij heeft er een astronomisch hoog aanvullend pensioen mee kunnen aanleggen.

 

Vele gepensioneerden moeten vandaag hun reserves aanspreken. Ik meen dat de van Saksen-Coburgs niet over hun familiaal vermogen mogen klagen. U weet allemaal hoe dat onder Leopold II vergaard werd. Dat familiaal vermogen is alleszins meer dan een appeltje voor de dorst, mijnheer de eerste minister, het is een hele appelgaard.

 

Mijnheer de eerste minister, wij weten allemaal dat u ondanks deze crisistijden het geld voor de van Saksen-Coburgs nog steeds door ramen en deuren naar buiten gooit, maar ik meen dat deze vraag er zelfs voor u over is.

 

Ik vraag mij dus af of u op deze vraag zult ingaan? Zult u onze ex-koning aanraden om onderhoudsgeld te vragen aan zijn zoon, zoals u dat aan elke burger in dit land vraagt als de gepensioneerde ouders het niet meer kunnen betalen?

 

Ik ben zeer benieuwd naar uw antwoord.

 

04.02  Christophe Lacroix (PS): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, il y a à peine un mois, nous nous félicitions presque tous dans cet hémicycle d'avoir adopté une série de textes qui faisaient entrer la monarchie dans la modernité. L'objectif était et reste d'avoir une monarchie plus moderne, plus transparente, plus proche de la réalité de tout un chacun. Dans cette optique, un certain nombre d'avancées ont été acquises: diminution du nombre et du montant des dotations, soumission à la TVA et aux impôts pour la partie dite "salaire", contrôle de la Cour des comptes, etc.

 

Aujourd'hui, la presse rapporte que le roi Albert – oserais-je dire, jeune retraité – se serait plaint de connaître quelques difficultés pour entretenir ses domaines, dépendances, etc., bref, – ai-je envie de dire – pour maintenir son niveau de vie.

 

Monsieur le premier ministre, nous considérons que le roi Albert II bénéficie, aujourd'hui, de revenus et d'une série d'avantages qui correspondent non seulement à sa nouvelle fonction et donc, par définition, à ses nouveaux besoins, mais aussi à une reconnaissance de la Nation pour services rendus. Mais je voudrais insister sur le fait que, pour mon groupe, le XXIsiècle n'est plus le temps des privilèges. Nous avons le sentiment que les revenus et avantages du roi Albert sont suffisants et ne doivent pas être revus à la hausse.

 

Monsieur le premier ministre, pensez-vous, comme moi, qu'il ne faut rien modifier à ce qui a été décidé voici à peine un mois?

 

04.03  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer Di Rupo, amper twee weken geleden werden de wetteksten over de Civiele Lijst en de dotaties van de koninklijke familie in de Senaat goedgekeurd. Ik heb toen voorspeld dat wij elkaar terug zouden zien en dat ik over de kwestie opnieuw vragen zou stellen. Dat dit al na twee weken zou gebeuren, had zelfs ik niet verwacht. De inkt van de wetteksten is nog niet droog, of onze koning en koningin op rust vragen al extra geld.

 

Mijnheer Di Rupo, u moet voor koning Albert een winterplan uitwerken. Misschien kunt u bij Samusocial terecht. Blijkbaar groeit in die instelling het geld immers aan de bomen.

 

Misschien kan ik even in herinnering brengen dat het geschatte persoonlijk vermogen van de van Saksen-Coburgs tussen de 400 miljoen euro en 1 miljard euro bedraagt. Uw regering geeft boven op dat vermogen ook nog een pensioen van 923 00 euro en tien personeelsleden.

 

Over die tien personeelsleden verklaarde minister Reynders, die altijd in is voor een cynisch grapje: “Als je dat je hele leven gewend bent geweest, kun je niet plots zonder personeel gaan leven. Veel burgers zullen een brief schrijven naar de koning en de koningin op rust. Die moeten natuurlijk beantwoord worden. Het zal niet gaan over één brief per dag.” Is tien personeelsleden om brieven te beantwoorden, niet van het goede te veel?

 

Collega’s, ik zal onze uitgebreide kritiek op de Civiele Lijst en de dotaties hier niet herhalen. Het is evenwel een feit dat de tekst vol achterpoortjes zit en blijft zitten. Daardoor worden allerhande kosten naar de federale Staat doorgeschoven. Daardoor blijven spitsvondige constructies mogelijk, zoals het fonds Astrida en Fons Pereos van koningin Fabiola, maar ook het vastgoedbedrijf van prins Laurent, waarin hij zijn vrouw tot CEO heeft benoemd.

 

Ik heb gevraagd om aan dergelijke constructies iets te doen. Ik heb ook amendementen ingediend. Het heeft echter allemaal niets geholpen. Hier staan wij dan.

 

Collega’s, ik kijk even terug naar de jongste kerstboodschap van koning Albert, toen hij nog staatshoofd was. Hij riep toen iedereen op zijn of haar steentje bij te dragen om de crisis te bezweren. Misschien begint hij beter bij zichzelf.

 

Mijnheer Di Rupo, ik heb voor u twee vragen.

 

Ten eerste, bent u door iemand van de koninklijke familie of door iemand uit de entourage van de koning op rust benaderd om extra kosten op de Staat af te wentelen?

 

Ten tweede, zal de regering op de vraag van koning Albert ingaan?

 

04.04  Jean Marie Dedecker (LDD): Mijnheer de voorzitter, collega’s, mijnheer de premier, in tegenstelling tot mijn collega’s zal ik een beroep doen op uw groot socialistisch Italiaans hart. Niemand beter dan u, die afkomstig is uit Italië, zal vandaag begrijpen wat onze koningin doormaakt na zestig jaar, trouw en ontrouw, aan de zijde te hebben gestaan van onze koning.

 

Ons koningspaar wordt nu op vakantie gestuurd met een tiende van de wedde dat het ooit heeft ontvangen. Terugvallen van 11,5 miljoen op 923 000 euro is haast ondenkbaar.

 

Kunnen wij onze koning zien zitten in het koude palais Belvédère – ik hoor immers dat hij vraagt om het gebouw daar te komen verwarmen – met een dekentje op zijn knieën, twaalf kleinkinderen op bezoek, en Sinterklaas en Kerstmis voor de deur? Die kindjes komen trouwens niet meer toe met een rammelaar of een ander speelgoedje, nee, zij komen om een iPod!

 

Kunt u zich indenken dat u een bootje hebt aan de Azurenkust, de Alpa, bemand door de marine? Heel uw leven hebt u gevaren met witte mazout en nu moet u rode mazout gaan kopen waarop u btw moet betalen.

 

Kunt u zich indenken dat u drie optrekjes hebt te onderhouden? Eentje op het Île Saint-Louis in Parijs, eentje in Rome en eentje aan de Azurenkust, Villa Les Mimosas. Kunt u zich indenken dat u steeds meer mensen op bezoek krijgt, want u bent met pensioen? Een mens moet op dat moment immers nog wat verloren tijd inhalen.

 

En nu wordt u op droog brood gezet, mijnheer de premier, met 923 000 euro. Bovendien moet u zelf naar die optrekjes reizen en dit kan niet met Ryanair. Vroeger kon dit twintig keer per jaar met een legervliegtuig, maar nu heeft zoonlief beslag gelegd op dat legervliegtuig. Dat is toch erg, premier? U kunt dat ongetwijfeld heel goed begrijpen.

 

Ofwel bekijkt u het zoals ik, iemand die geen lakei is van Laken. Ik zou zeggen: basta la commedia dell’arte! Ik zou zeggen: “U hebt de laatste twintig jaar 162 miljoen euro aan dotaties gekregen van de belastingbetaler. Kon u daarvan geen appeltje aan de kant leggen zodat u verder kunt? U hebt immers een persoonlijk fortuintje waarvan u zelf zegt dat het 12,4 miljoen euro bedraagt.”

 

De heer Francken had het over 1 miljard euro. Ik vermoed dat het daar ergens tussenin zal liggen. Wij weten het niet, maar het wordt wel tijd dat ze het eens zeggen. Het wordt tijd dat een of andere minister van fraudebestrijding ook een vermogensonderzoek zou doen bij de inwoners van Laken. Op die manier zou u eindelijk kunnen zeggen: “U bent nu met pensioen, leef uw fortuin op, want ook voor zij die na u komen, zal de belastingbetaler zorgen!”

 

Ik dank u, premier.

 

04.05 Eerste minister Elio Di Rupo: Mijnheer de voorzitter, geachte collega’s, op 10 januari van dit jaar zei ik op dit spreekgestoelte dat ik een voorstel zou doen om de koninklijke dotaties versneld te hervormen.

 

Sindsdien is die hervorming niet alleen uitgewerkt, maar ook goedgekeurd door het Parlement en toegepast in de begroting. Het is een historische hervorming die het dotatiesysteem voor de leden van de koninklijke familie moderniseert, transparanter maakt en voor een betere controle zorgt.

 

U begrijpt dan ook dat de regering niet van plan is om direct of indirect iets aan deze belangrijke hervorming te veranderen.

 

Je profite de l'occasion que vous m'offrez pour redire toute ma satisfaction et celle du gouvernement concernant la réforme du régime des dotations et la transparence du financement de la monarchie. La dotation octroyée au roi Albert II s'inscrit dans les principes décidés par cette réforme. La proposition du montant de la dotation du roi Albert II a été discutée et décidée par le Conseil des ministres restreint. Le kern a déterminé ce montant en référence à celui de la dotation du prince héritier devenu notre roi actuel.

 

La Chambre et le Sénat ont voté, à une très large majorité, les propositions de loi relatives à la réforme des dotations dont notamment la dotation du roi Albert II. Nous comptons bien entendu l'appliquer telle que votée.

 

Permettez-moi de vous rappeler les grandes lignes. Le nombre de bénéficiaires des dotations va diminuer dans le temps. Il y a plus de clarté. Il y a plus de justice. Pour la première fois, les membres de la famille royale paient des impôts. Il y a plus de contrôle et de transparence.

 

U hebt het zelf kunnen vaststellen: er is voortaan een duidelijk onderscheid tussen de vergoeding die de leden van de koninklijke familie krijgen en het deel van de dotatie voor de werkingskosten. Bovendien zijn ook de andere kosten, gelieerd aan de monarchie, gegroepeerd in een apart deel in de begroting.

 

Grâce aux huit formations politiques de la majorité institutionnelle, la Belgique connaît dorénavant un régime plus moderne et plus transparent que la grande majorité des autres monarchies européennes. Le gouvernement ne compte pas y changer une virgule.

 

04.06  Barbara Pas (VB): Mijnheer de premier, het is niet meer dan normaal dat u op zo'n schaamteloze vraag niet ingaat. U geeft de van Saksen-Coburgs nog veel te veel, ondanks de hervormingen waar u zo fier op bent. We zullen de discussie niet opnieuw voeren, maar u weet zo goed als ik dat voor Laurent en Astrid een levenslange uitzondering wordt gemaakt en dat koning Filip zelfs nog twintig voltijds gedetacheerde extra medewerkers krijgt, in tegenstelling tot zijn voorganger.

 

Het is misschien een idee – het regime zegt toch dat er zo veel koningsgezinden zijn – om een steunfonds op te richten voor het vakantiegeld van onze armlastige koning. Ik zal er alleszins niets in storten. Eigenlijk kan over Albert II hetzelfde worden gezegd als wat minister Onkelinx onlangs nog op de RTBF zei over Didier Bellens: hij is zo verslaafd aan geld dat het een gezondheidsprobleem wordt.

 

Het is juist door zijn wereldvreemdheid, door zijn graai- en geldzucht dat Albert II eigenlijk, en allicht ongewild, een van de beste pleitbezorgers wordt voor partijen als de onze, die van het geldverslindende koningshuis liever vandaag dan morgen verlost zijn, die het willen afschaffen. Vandaar dat ik namens het hele Vlaams Belang Albert II van harte zou willen bedanken.

 

04.07  Christophe Lacroix (PS): Monsieur le premier ministre, je vous remercie pour votre clarté. Il n'est pas question de modifier directement ou indirectement – je reprends vos termes – les décisions prises il y a un mois.

 

On a entendu par le passé que le prince Laurent se plaignait de la maigreur de sa dotation. On a su que la reine Fabiola avait parfois utilisé le système des fondations de manière quelque peu abusive.

 

Nous avons une autre perception de la monarchie: humble, faisant preuve de tempérance, une monarchie au service du pays et de sa population; perception et image qu'incarnent ou ont toujours incarné le roi Philippe et le roi Albert II.

 

Nous serons attentifs à ce que cela reste le leitmotiv de la famille royale dans son ensemble. Nous rappelons que la monarchie doit être en phase avec la réalité: elle doit notamment mieux mesurer les difficultés vécues par les gens de ce pays.

 

04.08  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de eerste minister, u zegt dat er geen eurocent bijkomt en dat u zich zult houden aan het kader dat enkele weken geleden gecreëerd werd in Kamer en Senaat.

 

Natuurlijk is er een probleem. Mijnheer de minister Geens, wij hebben een stevige discussie gehad. U zegt dat de uier van de N-VA volledig leeg is, helemaal uitgemolken is. Mijnheer de minister, de uier wordt telkens opnieuw gevuld met verse melk door de van Saksen-Coburgs, maakt u zich daarover geen zorgen.

 

De wetteksten blijven onduidelijk; er zitten gaten in. Het blijft onduidelijk wat nu juist betaald moet worden door de Regie der Gebouwen, wat nu juist betaald moet worden aan energiekosten. Mijnheer de eerste minister, u zegt dat er geen eurocent bijkomt, maar het blijft onduidelijk wie nu juist wat zal betalen en ik zal u daarover blijven ondervragen.

 

04.09  Jean Marie Dedecker (LDD): Mijnheer de eerste minister, uw antwoord verheugt mij. Ik ben ontzettend tevreden dat de regering niet ingaat op de exuberante eisen van het best gesubsidieerde poppentheater van het land.

 

Ik heb nog een suggestie voor u. Het gaat over iets wat geldt voor elke burger in dit land. Aangezien er nu wordt gesproken over belastingen en btw, kunnen wij misschien ook eens de belastinginspectie langs sturen. Ik zie dat de minister van Financiën onmiddellijk heel begrijpend knikt. Voorts kunnen wij ook eens een vermogenstoestand – de heer Van der Maelen begint reeds te glunderen – opmaken van het huis Saksen-Coburg, zodat wij eindelijk verlost zijn van alle insinuaties.

 

En als onze koning niet toekomt met zijn schamel pensioen van bijna een miljoen euro, kan hij ook gaan bijklussen, want ik hoor hier partijen zeggen dat dit in de toekomst vrij en onbelast moet kunnen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

05 Questions jointes de

- Mme Juliette Boulet au premier ministre sur "la mission censée rester secrète du ministre de la Défense à Washington" (n° P2028)

- M. Bart Somers au premier ministre sur "la position du gouvernement en ce qui concerne le mandat en Afghanistan" (n° P2030)

05 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Juliette Boulet aan de eerste minister over "de discrete missie van de minister van Defensie in Washington" (nr. P2028)

- de heer Bart Somers aan de eerste minister over "het standpunt van de regering inzake het mandaat voor Afghanistan" (nr. P2030)

 

05.01  Juliette Boulet (Ecolo-Groen): Monsieur le premier ministre, le ministre de la Défense et vice-premier de votre gouvernement est actuellement aux États-Unis pour parler de relations transatlantiques. Il a des rencontres bilatérales avec Chuck Hagel, son homologue secrétaire d'État à la Défense et cela, semble-t-il, en toute discrétion, visite non annoncée et dont l'objectif officiel semble peu défini.

 

On parle d'une visite de travail, mais cela peut recouvrir beaucoup de choses. Du porte-parole du Pentagone, nous apprenons que la Belgique s'est engagée à poursuivre la mission en Afghanistan au-delà de 2014, date butoir prévue pour le départ de nos troupes. Il souligne que les deux ministres de la Défense s'engagent à poursuivre des relations étroites en matière de défense.

 

Cette soi-disant visite de routine intervient aussi alors que les discussions vont bon train sur la désignation prochaine d'un nouveau secrétaire général de l'OTAN pour succéder au Danois. Parmi les présumés candidats appelés à succéder à Rasmussen circule justement le nom du ministre De Crem.

 

Par ailleurs, il semblerait que le ministre de la Défense se soit livré à plusieurs visites de travail dans d'autres capitales alliées et ce, en toute discrétion. Évidemment, je m'étonne de ce déplacement et de cet échange de haut niveau dans le contexte et à la suite des révélations des écoutes téléphoniques, qui surviennent en pleine négociation du plus grand traité de libre-échange que l'Union européenne ait jamais conclu. Je m'étonne car je connais votre intention de vous associer à la France et à l'Allemagne pour aplanir les tensions, car de telles pratiques de la part des USA à l'égard d'un pays ami sont évidemment inacceptables.

 

Monsieur le premier ministre, quel est l'objet officiel de la visite du ministre de la Défense à Washington? A-t-elle reçu l'assentiment du gouvernement? Y a-t-il eu concertation avec le ministre des Affaires étrangères en particulier à ce sujet? Y a-t-il eu discussion et assentiment au sujet de la prolongation du mandat de la mission en Afghanistan? Cela signifie-t-il aussi que le gouvernement a choisi son candidat pour le poste de secrétaire général de l'OTAN et qu'il s'agit du ministre de la Défense? Il semble que M. De Crem s'est également déplacé dans d'autres capitales alliées. Était-ce avec le même objectif? Quelles étaient ces capitales? Cette rencontre bilatérale sur les relations transatlantiques signifie-t-elle également que la Belgique a rétabli ses relations bilatérales avec les USA, malgré les révélations d'espionnage?

 

Le président: Monsieur le premier ministre, attendez avant de répondre; je vais joindre la question de M. Somers qui porte sur le prolongement éventuel du maintien des troupes en Afghanistan.

 

05.02  Bart Somers (Open Vld): Mijnheer de premier, al kan mijn vraag in dezelfde context worden geplaatst, toch is zij even anders.

 

Enkele weken geleden hebben wij met een delegatie van de Kamer onze Belgische troepen in Afghanistan kunnen inspecteren. Wij zijn met hen in contact getreden, zowel in Kandahar als in Mazar-e-Sharif. Wij hebben daar gezien dat zij goed werk verrichten binnen een zeer duidelijk en scherp omlijnd wettelijk kader. Zij werken ook met een zeer duidelijke kalender. Die kalender loopt eind 2014 af, want op dat moment loopt de ISAF-operatie ten einde.

 

De minister van Landsverdediging is momenteel op werkbezoek in Washington. Volgens een officiële verklaring van het Pentagon heeft hij daar een belangwekkende verklaring afgelegd. Ik citeer even de verklaring van het Pentagon: “Belgium has pledged security assistance funding and agreed to train security forces in Afghanistan, supporting stability efforts post 2014.” De minister van Landsverdediging heeft ons land dus geëngageerd om ook na 2014 budgettaire ondersteuning aan te bieden en veiligheidsdiensten te trainen in Afghanistan. Dat is natuurlijk een heel belangrijk en tamelijk verregaand engagement.

 

Mijnheer de premier, mijn vraag is dan ook drieledig.

 

Eerst en vooral, welke concrete vragen werden aan ons land gesteld met betrekking tot inspanningen die verder reiken dan eind 2014?

 

Ten tweede, welk standpunt heeft de regering ingenomen ten opzichte van engagementen die verder reiken dan 2014?

 

Tot slot, welke concrete engagementen heeft de minister van Landsverdediging namens ons land genomen in Washington met betrekking tot onze missie in Afghanistan?

 

05.03 Eerste minister Elio Di Rupo: Mijnheer de voorzitter, beste collega’s, in het regeerakkoord van 1 december 2011 staat: “De regering zal er in het bijzonder voor zorgen, in volle samenwerking met haar partners van de NAVO, de EU en de VN, dat een strategie en een kalender bepaald worden voor de terugtrekking van de Belgische troepen uit Afghanistan vanaf 2012, met een definitieve terugtrekking ten laatste in 2014, zonder een aanwezigheid ter plaatse met andere partnerlanden uit te sluiten om de heropbouw te ondersteunen.”

 

In mei 2012 heeft de NAVO-raad van Chicago beslist “to train, advise and assist Afghan security institutions”, mits een aantal voorwaarden: ten eerste, een wettelijk kader voor de opdracht post 2014, te bepalen met de Afghaanse regering; ten tweede, een VN-mandaat; ten derde, een operatieplan dat de NAVO-raad in februari 2014 zou kunnen goedkeuren; tot slot, een voldoende en vrijwillige bijdrage van de lidstaten.

 

Het enige engagement van België is de terugtrekking van onze troepen uit Afghanistan voor het einde van 2014 en een financiële bijdrage van 12 miljoen euro na 2014 voor de wederopbouw.

 

En ce qui concerne notre collègue vice-premier ministre et ministre de la Défense, j'ai fait prendre contact; voici les informations obtenues.

 

La visite du vice-premier ministre et ministre de la Défense a pour objet une rencontre avec le nouveau ministre de la Défense des États-Unis d'Amérique.

 

J'ai entendu dire que nous rétablissions des relations. J'ai interrogé le ministre des Affaires étrangères pour avoir une certitude, mais je n'ai jamais eu le sentiment que nous avions rompu nos relations. M. Reynders le confirme.

 

Comme prévu par les directives en vigueur, ce voyage a été communiqué à la Chambre et au Sénat, ainsi qu'à moi-même.

 

Madame la députée, je vous confesse ne pas avoir demandé de rapport téléphonique chaque heure. Je suis vraiment trop occupé que pour répondre. En revanche, un rapport journalier des activités de cette visite est publié sur le site web du ministre de la Défense. J'imagine que vous n'en perdez pas un seul mot.

 

Pour le reste, monsieur le président, toutes les informations complémentaires pourront être demandées au ministre de la Défense dès son retour.

 

05.04  Juliette Boulet (Ecolo-Groen): Monsieur le premier ministre, je vous remercie d'avoir fait téléphoner au cabinet du ministre de la Défense pour obtenir les informations. Cela confirme que le gouvernement – ou en tout cas vos services et ceux du ministre des Affaires étrangères – ne semble pas être au courant de ce déplacement. Il s'agit donc probablement d'un voyage personnel.

 

Je trouve anormal qu'il se déplace de la sorte sans mandat clair et que nous apprenions via une porte-parole du Pentagone qu'on pourrait peut-être poursuivre notre engagement au-delà de 2014, au-delà de ce qui a été convenu, à savoir un retrait des troupes militaires à la fin de 2014 et une contribution financière à la reconstruction - évidemment nécessaire.

 

Il faudra absolument éclaircir ce point, surtout qu'il n'y a pas eu de débat au sein de notre parlement sur cette prolongation de la mission de nos militaires en Afghanistan. Cela pose problème!

 

05.05  Bart Somers (Open Vld): Mijnheer de eerste minister, ik dank u voor uw antwoord.

 

Ik heb van nature heel veel sympathie voor voluntaristische mensen en ministers en ik begrijp dat in een bepaalde context of in bepaalde situaties het voluntarisme nog wordt aangemoedigd.

 

Uw antwoord was duidelijk, met name dat er op dit moment nog geen akkoord en zelfs nog geen draagvlak is binnen de regering om na 2014 stappen te zetten.

 

Mocht het voluntarisme van de minister van Landsverdediging overslaan naar de hele regering en deze toch stappen zou willen zetten, rekenen wij erop dat het Parlement tijdig op een degelijke manier wordt geïnformeerd en daarbij wordt betrokken, en dat men zal nagaan wat de collega’s in het buitenland ter zake denken en willen bereiken.

 

Le président: Je voudrais simplement apporter cette précision: le ministre de la Défense a effectivement informé le Parlement, comme chaque ministre doit le faire, avant son déplacement aux États-Unis.

 

Cela a d'ailleurs fait l'objet d'un débat lors de la Conférence des présidents d'hier. Nous avons dû constater de façon unanime que le ministre de la Défense était un peu en retard de présences au Parlement, notamment devant la commission de la Défense où un certain nombre d'interpellations sont pendantes.

 

Je me permets de profiter de l'occasion, monsieur le premier ministre, pour demander que vous insistiez auprès des ministres de la Défense et des Affaires étrangères pour qu'ils essayent de rattraper leur retard.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van de heer Steven Vandeput aan de eerste minister over "de liquidatiebonus en de effecten ervan op het bedrijfsleven" (nr. P2029)

06 Question de M. Steven Vandeput au premier ministre sur "le bonus de liquidation et ses répercussions sur les entreprises" (n° P2029)

 

06.01  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer Di Rupo, collega’s, ik wil graag iets bekennen in het Parlement: als jong politicus vecht ik elke dag om niet cynisch te worden. Als lid van de grootste oppositiepartij vecht ik elke dag om niet te vervallen in cynisme.

 

Toen ik vanmorgen de krant las, kreeg mijn cynisme opnieuw een serieuze opstoot. Zo’n half jaar geleden hebben wij in het halfrond een serieuze discussie gevoerd over de liquidatiebonus, zeg maar de aanslag op het pensioen van de zelfstandigen. Toen heeft de N-VA de vraag gesteld of die maatregel geen ondernemingen zou vernietigen.

 

Vanmorgen lees ik in de krant over een onderzoek van UNIZO bij drieduizend ondernemers in ons land. De inkomsten van uw schandalige maatregel worden geraamd op driemaal wat u hebt begroot. Mijn cynisme zegt dan dat de regering goed op weg is en weer een stapje dichter is bij het realiseren van de begrotingsdoelstellingen. Tot ik de volgende regel las, waarin UNIZO raamt dat voor het einde van het jaar 15 000 ondernemingen in ons land zullen instappen in het liquidatietraject. Fijn gewerkt, zeg ik dan.

 

Dat kan toch niet waar zijn. Op een ogenblik dat in ons land aan alle kanten wordt gesproken over relance en jobcreatie, vernietigt de regering met deze onnozele maatregel op korte termijn 15 000 ondernemingen. Dat kan toch niet waar zijn!

 

Mijnheer Di Rupo, de ondernemersorganisatie UNIZO is heel braaf. Zij vraagt een verlenging van de overgangsmaatregelen. Voor mij is dat geen optie! De enige keuze die u kan maken met deze wetenschap is de maatregel terugschroeven. Ik vraag u de zaak te herbekijken. Ik beloof u zelfs dat de N-VA dit niet politiek zal gebruiken.

 

Als u vandaag zegt dat u deze maatregel zult terugschroeven, dan zeggen wij: verstandig van mijnheer Di Rupo, een pluim voor mijnheer Di Rupo.

 

Ik kijk uit naar uw antwoord.

 

06.02 Eerste minister Elio Di Rupo: Mijnheer de voorzitter, collega’s, de beslissing van de regering en het Parlement bestond erin …

 

06.03  Jan Jambon (N-VA): Een deel van het Parlement.

 

06.04 Eerste minister Elio Di Rupo: De beslissing van de regering en van een meerderheid in het Parlement bestond erin ondernemers te stimuleren om het kapitaal van hun ondernemingen te versterken. Daarvoor hebben wij het belastingtarief op dividenden van kmo’s verminderd van 25 % naar 15 %. Dat geldt voor al het nieuw kapitaal dat sinds 1 juli 2013 door de kmo’s wordt uitgegeven. Dit is een belangrijke maatregel in het voordeel van onze kmo’s.

 

Tegelijkertijd hebben wij de belastingtarieven op de liquidatieboni verhoogd van 10 % tot 25 % en dit pas vanaf 1 oktober 2014. Hiermee heeft de regering het belastingtarief van de boni enkel afgestemd op dat van de meeste kapitaalinkomsten.

 

Het is normaal dat aandeelhouders die liquidatieboni krijgen op dezelfde manier bijdragen als andere beleggers en investeerders. Hiermee sluit ons land bovendien nauwer aan bij de tarieven op kapitaalinkomsten die in de meeste Europese landen gelden.

 

Voor de boni heeft de regering voorzien in een overgangsregeling tot en met 1 oktober 2014.

 

Het tarief van 10 % zal nog op de bestaande reserves kunnen worden toegepast, onder de bij wet bepaalde voorwaarden. De regering heeft dus wel degelijk rekening gehouden met de bekommernissen van de ondernemingen en van de mensen die in die ondernemingen investeren.

 

06.05  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Di Rupo, u bevestigt gewoon de wet die met een Vlaamse minderheid in dit Parlement gepasseerd is. Ik begrijp ook dat u eigenlijk zegt dat al die ondernemers dommeriken zijn en dat zij er niets van begrepen hebben. Ik wil u graag even confronteren – de collega’s zullen mij mijn slecht Nederlands vergeven – met een verslag van een IKW van 25 april 2013, getekend door de heer Christian Valenduc. Het is een advies bij het opstellen van die maatregel.

 

"Notre conclusion est que, sur le plan strictement fiscal, l'opération se révélera déficitaire dans un horizon de temps relativement court et ce, indépendamment des retombées économiques négatives pour l'entreprise."

 

Mijnheer Di Rupo, u wist dit. Ik kan nog begrijpen dat de mensen aan die kant (wijst in de richting van de PS) het niet erg vinden als ze dit lezen, maar u wist dit. U hebt de kans om recht te zetten wat fout is.

 

Ik vraag u bijna op mijn knieën om dit opnieuw te bekijken, want u maakt vandaag een einde aan 15 000 ondernemingen, die jobs verschaffen in dit land. Dat is de verantwoordelijkheid van deze regering.

 

Collega’s, niets doen is lichtzinnig. Ik dank u, want mijn cynisme is vandaag terug een gevoel van verontwaardiging en daarom ben ik in de politiek gestapt. Dit verontwaardigt mij. Dit is misdadig.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Barbara Pas aan de vice-eersteminister en minister van Pensioenen over "het mislukte overleg omtrent het competitiviteitspact" (nr. P2035)

- de heer David Clarinval aan de eerste minister over "de bespreking van het relanceplan door het overlegcomité en de vooruitzichten" (nr. P2031)

07 Questions jointes de

- Mme Barbara Pas au vice-premier ministre et ministre des Pensions sur "l'échec de la concertation relative au pacte de compétitivité" (n° P2035)

- M. David Clarinval au premier ministre sur "l'examen du plan de relance par le comité de concertation et les perspectives" (n° P2031)

 

07.01  Barbara Pas (VB): Mijnheer de premier, we horen u en uw regeringsleden vaak zeggen dat u goed bezig bent. Ook in de vele en overdreven aanvallen tegenwoordig van Open Vld tegen de N-VA moeten wij tot vervelens toe horen dat de regering-Di Rupo op schema zit. Helaas, mijnheer de premier, is dat absoluut niet het geval. België haalt geen enkele doelstelling.

 

Het structureel tekort bedraagt volgend jaar 1,8 % en niet de beloofde 1,2 %. Het nominaal tekort ligt hoger dan afgesproken. Dan heb ik het nog niet over de staatsschuld, die u niet onder de beloofde 100 % krijgt. Vandaag kunnen we in de krant vernemen dat het begrotingsresultaat in 2014 zes miljard euro minder goed zal zijn dan wat u oorspronkelijk, in het begin van de regeringsperiode, had vooropgesteld. Dat betekent dat de volgende regering 10 miljard euro zal moeten saneren om aan te knopen bij een evenwicht, omdat uw regering geruisloos de budgettaire teugels heeft gevierd. U hebt gaandeweg, stapje voor stapje, de doelstellingen verlaten.

 

Uw zogenaamde relanceplan werd afgekraakt door iedereen op het terrein en door de Vlaamse regering, omdat het een amalgaam is van kleine symbolische maatregeltjes en omdat het de fundamentele problemen niet aanpakt. De grote lastenverlaging, die het beste middel is om de concurrentiepositie te verbeteren en de loonkostenhandicap aan te pakken, kwam er niet. Het was nochtans dringend nodig. Alle hoop was gevestigd op het lang beloofde werkgelegenheids- en competitiviteitspact. Alle hoop was gevestigd op 6 november.

 

Wat stellen we vandaag vast, mijnheer de premier? Het overleg van 6 november is volledig mislukt. Helemaal niets kwam er uit de bus. Dat is bijzonder pijnlijk! Mijn vraag is: wat nu? Doet u ergens op het einde van de maand nog een tweede poging? Voor vele ondernemingen in dit land, voor vele burgers die massaal hun job verliezen, zal gelijk welke oplossing nu veel te laat komen.

 

Ik heb nog één eenvoudige vraag voor u, mijnheer de premier: vindt u werkelijk dat u goed bezig bent en dat u op schema zit?

 

07.02  David Clarinval (MR): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, vous n'ignorez pas que, pour le MR, la question de la relance économique est prioritaire. Il reste un peu moins de six mois au gouvernement pour mettre en place les jalons de cette relance. Dès lors, les résultats des négociations du comité de concertation retiennent toute notre attention.

 

Nous nous réjouissons, évidemment, des mesures qui ont été prises concernant les intercommunales. En revanche, pour ce qui concerne la relance et plus spécifiquement la baisse de la TVA sur l'électricité, les décisions semblent plus vagues. On parle de groupes de travail. On évoque un agenda. Or, la diminution de la TVA sur l'électricité serait positive pour les citoyens; cela représenterait une centaine d'euros pour les ménages. Cela permettrait la création de plus ou moins 11 000 emplois dans ce pays qui en manque tant. Pour les entreprises, cela représenterait un petit coup de pouce en termes de compétitivité et, pour les pouvoirs publics, une diminution de la facture qui pèse sur leurs épaules. Le MR soutient donc de toutes ses forces cette mesure importante.

 

Monsieur le premier ministre, pouvez-vous détailler les décisions prises au sein du Comité de concertation en matière de relance en général et de baisse de la TVA sur l'électricité en particulier? Sur quoi portera le travail des groupes de travail? Quel sera le timing spécifique? Ce dossier fait-il l'objet d'un blocage? Si oui, lequel?

 

07.03  Elio Di Rupo, premier ministre: Monsieur le président, chers collègues, n'en déplaise à certains, la Belgique va mieux.

 

Het gaat beter.

 

Il n'y a pas que le gouvernement qui le dit. La Commission européenne aussi! Que dit la Commission? À cette tribune, monsieur le président, on s'y est souvent référé. Elle dit qu'une reprise prudente est en cours en Belgique. Elle dit bien "une reprise". La Commission européenne met en avant une série d'éléments positifs. Je pense notamment à une augmentation de la confiance, malgré tout ce que l'on dit, des entreprises et des consommateurs et à la maîtrise de l'inflation. L'inflation est à son niveau le plus bas depuis janvier 2010. Et le gouvernement fédéral a réalisé – je voudrais le redire et le répéter – un effort colossal de 22 milliards d'euros sur les trois exercices budgétaires pour assainir les finances publiques. Résultat, rien qu'en charges d'intérêts, nous économisons 2,5 milliards d'euros au bénéfice des contribuables par notre crédibilité et le travail que nous faisons. Pour simplifier mon propos, c'est environ 230 euros par personne dans notre pays.

 

Sinds haar aantreden heeft de regering verschillende moedige beslissingen genomen, onder meer om de loonkosten voor de bedrijven te verminderen. De besliste lastenverlagingen en de beheersing van de loonnorm zorgen voor een structurele vermindering van de loonkosten met 2,4 miljard euro voor 2014. Nooit eerder heeft een regering dergelijke maatregelen genomen.

 

Est-ce à dire que tout va bien? Non! Le nombre de faillites et le nombre d'emplois perdus sont trop élevés. De trop nombreux citoyens vivent dans la précarité et la peur du lendemain. Nous comprenons l'angoisse et le stress de nombreuses entreprises.

 

Chers collègues, dois-je le répéter, notre gouvernement a hérité d'une situation très difficile, due à une profonde crise financière et économique. Nous n'avions plus connu une telle crise depuis longtemps. En même temps, nous avons résolu la plus longue crise institutionnelle qu'ait connu notre pays. Alors oui, permettez-moi en particulier de féliciter non seulement les membres de mon gouvernement, mais aussi les partis qui ont contribué à ce travail.

 

Je l'ai dit et je le répète avec force: ce travail n'est pas terminé. Nous devons poursuivre dans la recherche du juste équilibre entre l'assainissement budgétaire, le soutien à l'activité économique et la protection du pouvoir d'achat des citoyens. Le résultat de la Belgique montre à quel point cet équilibre, que j'ai appelé "la recette belge", est une bonne recette et qu'il faut continuer à l'appliquer.

 

Chers collègues, je plaide pour la prudence. Il serait dommageable de se mettre à dépenser aujourd'hui sans compter si c'est pour annoncer demain de nouveaux impôts sur les entreprises ou les citoyens, ou si c'est pour couper des pans entiers de la sécurité sociale.

 

La réunion d'hier avec les Régions fut constructive, et je peux vous dire qu'il n'y a pas de divergences dans le constat. État fédéral et Régions, nous poursuivons ensemble les efforts pour renforcer la dynamique de relance.

 

Les questions sont simples, et elles ont été posées notamment au groupe d'experts. Premièrement, quelles sont, parmi toutes les mesures sur la table, les meilleures mesures structurelles qui ne porteront pas atteinte au résultat positif de réduction du déficit budgétaire obtenu depuis la mise en place du gouvernement? Deuxièmement, quelles sont les meilleures mesures qui portent leurs effets à bref délai?

 

Ce sont les questions qui ont été posées sur toutes les thématiques que vous connaissez. L'État fédéral et les Régions se revoient dans trois semaines. D'ici là, les experts sont chargés de formuler des réponses concrètes à ces questions.

 

Enfin, tout gouvernement responsable agirait de la sorte, sauf évidemment à vouloir raser gratis et à rejeter les difficultés sur les prochains gouvernements, ce qui n'est pas la volonté de l'actuel gouvernement.

 

07.04  Barbara Pas (VB): Mijnheer de premier, u noemt zichzelf de grootste besparingsregering in jaren. De realiteit is echter enigszins anders. Uw structureel knippen in de uitgaven maakt welgeteld 11 % uit van de hele begrotingsoperatie.

 

Ik raad u aan om de analyse te lezen die vandaag in Trends is verschenen. Daar staat in wat wij allang zeggen. Men heeft een diepteanalyse uitgevoerd op ongeveer vierhonderd maatregelen uit de begroting. Het is duidelijk dat er daarbij twee trends zijn. Ten eerste zet u veel meer in op het verhogen van de inkomsten dan op het snijden in de uitgaven. Ten tweede gebruikt u veel meer eenmalige maatregelen dan u ons voorspiegelt.

 

U verbergt u achter de Europese Commissie. Ik hou mijn hart vast als die iets zegt. Ze heeft indertijd ook gezegd dat Griekenland goed bezig was. Dat land mocht dus toetreden tot de eurozone. Dat duurde tot men het licht van de zon niet langer kon ontkennen, maar toen was het uiteraard te laat.

 

U verwijst naar de vele faillissementen. Inderdaad, we breken elke maand een record. In september waren er 63 ontslagen per werkdag. Dat kunt u niet rechttrekken. U kunt de angst bij de vele ondernemingen, waarnaar u terecht verwijst, niet wegnemen door hier vandaag droog te komen meedelen dat u een constructief gesprek hebt gehad. U kunt niet ontkennen dat het overleg van 6 november is mislukt.

 

Het door vele partijen in het halfrond bejubelde samenwerkingsfederalisme met dat soort overleg heeft nog maar eens bewezen dat het niet werkt. Vele bedrijven en vele burgers in dit land hebben samen met ons de hoop op verbetering met een regering als de uwe allang opgegeven.

 

07.05  David Clarinval (MR): Monsieur le premier ministre, une bonne recette, belge ou autre, comporte toujours de nombreux ingrédients. Je pense que la diminution de la TVA sur l'électricité sera un excellent ingrédient dans votre recette belge pour permettre la relance de notre économie. Elle est positive pour les citoyens, les entreprises et les pouvoirs publics.

 

J'espère que dans cette recette belge, vous apporterez cette petite pincée de sel qui fera plaisir à tous les consommateurs.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Ordre des travaux / Regeling van de werkzaamheden

 

Le président: Monsieur Van der Maelen, ce que je vais dire ne va pas vous faire plaisir.

 

Je vais retirer votre question car elle porte sur le même sujet qu'une interpellation introduite il y a quelques jours et adressée au ministre de la Défense et au ministre des Affaires étrangères. Je propose dès lors de joindre votre question à l'interpellation.

 

07.06  Dirk Van der Maelen (sp.a): Mijnheer de voorzitter, vanzelfsprekend kan ik daarmee niet gelukkig zijn.

 

Collega’s, ik wil het even kort schetsen. Het gaat hier over respect voor het Parlement. Op 12 september lekte het document van de Amerikaanse rekenkamer uit waarin staat dat België ingestemd heeft met de modernisering van de kernbommen die in Kleine Brogel liggen. De minister van Landsverdediging zegt dat noch een minister noch de regering dat beslist heeft. Toenmalig eerste minister Yves Leterme zegt dat hij niet zeker is dat zo’n beslissing moet genomen worden door de regering of door een minister.

 

Samen met verscheidene collega’s heb ik een vraag ingediend op 12 september. Wij wachten nu dus bijna twee maanden op een debat over de vraag of men in België de parlementaire democratie respecteert. In een parlementaire democratie beslist de regering onder controle van het Parlement of beslist het Parlement zelf. Hier weten wij niet wie wat wanneer beslist heeft!

 

07.07  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik sluit mij volledig aan bij de toelichting van de heer Dirk Van der Maelen.

 

Op 12 september 2013 heb ik een interpellatieverzoek ingediend ten aanzien van de minister van Landsverdediging, Pieter De Crem, bijna twee maanden geleden dus. Ik wilde hem immers ondervragen over het feit of hij en de regering al dan niet op de hoogte zijn van de beslissing van de Verenigde Staten om de kernwapens in ons land al dan niet te moderniseren.

 

Wij worden in onze parlementaire werking geblokkeerd, aangezien ik tot op vandaag samen met de heer Van der Maelen niet de kans heb gehad de minister van Landsverdediging, eventueel ook de eerste minister en de minister van Buitenlandse Zaken, hierover te ondervragen.

 

Mijn conclusie is dus dat minister De Crem het parlementair debat tegenhoudt en dat kernwapens in ons land blijkbaar buiten de perimeter van de democratie worden gehouden. In onze hoedanigheid van volksvertegenwoordigers kunnen wij niet anders dan een dergelijke houding betreuren.

 

Wij dringen er dan ook op aan dat wij het debat ter zake zo snel mogelijk hier kunnen voeren.

 

07.08  Filip De Man (VB): Mijnheer de voorzitter, ik voel mij natuurlijk aangesproken als voorzitter van de commissie voor de Landsverdediging.

 

Het klopt dat er interpellaties en vragen zijn binnengekomen over een delicaat onderwerp, maar men zou binnen de regering eens moeten uitmaken wie die antwoorden zal of zullen geven: de heer Reynders, de heer De Crem of misschien zelfs de eerste minister omdat het over een delicate materie gaat. Alleen de regering kan ter zake de democratie eindelijk haar rechten geven en dit Parlement de antwoorden geven die het toekomt.

 

07.09  Raf Terwingen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, de fractieleider van Ecolo-Groen kan bevestigen dat wij hierover gesproken hebben tijdens de Conferentie van voorzitters, en dat toen met de regeringsafgevaardigde, staatssecretaris Verherstraeten, afgesproken is dat binnen de week uitgeklaard zou worden hoe aan die vragen kan worden tegemoetgekomen.

 

Ik heb vernomen dat binnen de regering de afspraak nog moet worden gemaakt wie wanneer op de vragen zal antwoorden. Wij kunnen natuurlijk een rondje doen en alle ministers noemen die wel of niet vragen beantwoorden in de commissies, maar dat is hier niet aan de orde. Ik steun wat dit betreft wel de voorzitter van de commissie voor de Landsverdediging dat er snel duidelijkheid moet zijn wie van de regering die vragen komt beantwoorden. Vervolgens kan ook de interpellatie behandeld worden, zoals gisteren – ik kijk nu naar collega Van Hecke – duidelijk is afgesproken in de Conferentie van voorzitters. Ik veronderstel dat tegen volgende woensdag een antwoord zal kunnen worden geformuleerd door de regering.

 

08 Question de M. Georges Dallemagne au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères, du Commerce extérieur et des Affaires européennes sur "le démantèlement des armes chimiques en Syrie" (n° P2033)

08 Vraag van de heer Georges Dallemagne aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken over "de ontmanteling van het chemische wapenarsenaal in Syrië" (nr. P2033)

 

08.01  Georges Dallemagne (cdH): Monsieur le président, monsieur le ministre des Affaires étrangères, je pense vous avoir déjà interrogé ainsi que votre collègue de la Défense sur la contribution éventuelle de la Belgique au démantèlement des armes chimiques en Syrie.

 

Voilà environ un mois, le ministre de la Défense m'avait expliqué la disponibilité et l'expertise de la Belgique, mais aussi l'absence de démarche à son égard. Aujourd'hui, selon les informations dont je dispose, une demande aurait été adressée à notre pays.

 

Mes questions sont simples: qui formule cette demande? Sur quoi porte-t-elle? Sur quel type de travaux?

 

J'ai appris que la plupart des sites et même la très grande majorité ont déjà été identifiés et neutralisés. Aujourd'hui, il s'agirait plutôt de démanteler ces arsenaux chimiques.

 

Pouvons-nous confirmer que nous détenons une expertise pour une telle tâche?

 

La Belgique possède un des vingt centres au monde d'expertise en matière d'armes chimiques. Est-ce ce centre qui sera mobilisé? De quelle manière l'opération se déroulera-t-elle? Comporte-t-elle des risques? Quelles ressources seront-elles mobilisées par la Belgique, tant sur le plan humain que financier?

 

Bien sûr, a priori, je me félicite que la Belgique puisse contribuer au démantèlement de ces arsenaux. En effet, comme nous l'avons observé naguère, ils constituent une menace extrêmement grave pour la population syrienne comme pour la communauté internationale.

 

08.02  Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, monsieur Dallemagne, d'abord, en guise de confirmation, je me réjouis de l'accord intervenu en ce qui concerne la destruction des armes chimiques syriennes, mais également des progrès rapides réalisés dans la mise en œuvre de cet accord; vous avez pu le constater ces derniers temps.

 

Encore faut-il que la communauté internationale puisse investir les moyens pour que l'opération se déroule sans retard.

 

Dès les premiers débats sur le sujet, j'ai confirmé que la Belgique était disponible pour examiner les demandes qui lui seraient adressées; je dirais presque malheureusement, en raison de l'expertise qui s'est développée depuis la Première Guerre mondiale dans notre pays. C'est notre pays qui a été le premier frappé par l'utilisation massive d'armes chimiques à l'époque. D'ailleurs, pendant la guerre entre l'Iran et l'Irak, nos experts ont été réquisitionnés pour vérifier la situation sur place.

 

Pour être très concret, la destruction des installations semble déjà être pratiquement achevée. Le stock d'armes prêt à l'emploi est relativement limité. Leur destruction sur place ne devrait pas poser de problèmes ou de difficultés insurmontables. Le problème principal qui se pose semble être essentiellement celui de la destruction des précurseurs et autres composants chimiques. Il s'agit d'un volume conséquent. Il est question d'environ un millier de tonnes.

 

Les Américains et les Russes se sont apparemment mis d'accord pour estimer que la meilleure solution consistait à détruire ces produits hors de Syrie. L'avantage de cette solution est qu'elle est beaucoup plus facile et rapide à mettre en œuvre qu'une destruction sur place. Encore faut-il trouver un pays disposé à recevoir sur son territoire ces produits toxiques et à les détruire de manière sûre, sur la base de divers critères géographiques et techniques: l'expérience en la matière que vous avez rappelée, la proximité d'un port facilement accessible, un terrain adapté, des ressources suffisantes en eau et électricité...

 

Les États-Unis ont effectivement démarché divers pays, dont la Belgique, et nous avons confirmé notre ouverture à examiner les différentes possibilités se présentant chez nous. La compétence technique dans le dossier, vous le savez, dépend du département de la Défense. Des contacts préliminaires et techniques ont eu lieu entre militaires américains et belges pour étudier la faisabilité de cette demande. Vous vous en doutez bien, elle pose un certain nombre de problèmes administratifs et techniques qui ne doivent pas être sous-estimés vu les critères très stricts en termes de normes environnementales et de sécurité des personnes qui s'imposent à nous si nous devions accueillir ces produits sur notre territoire. Des pistes de collaboration alternatives, sans doute plus faciles à mettre en œuvre, sont également envisagées. Je pense notamment, comme vous l'avez rappelé, à l'envoi d'experts, si des experts doivent être mis à disposition, soit sur le territoire syrien, soit dans un pays d'accueil de ces produits chimiques à détruire.

 

Pour l'instant, je ne peux aller plus loin dans la réponse. Nous sommes occupés à examiner la demande envisagée. Bien entendu, lorsque mon collègue, le ministre de la Défense Pieter De Crem, sera de retour de sa visite à Washington, il aura probablement, dès la semaine prochaine, plus de détails à fournir en réunion de la commission de la Défense de la Chambre. Je présume qu'il présentera un certain nombre de conclusions en la matière prochainement en Conseil des ministres.

 

08.03  Georges Dallemagne (cdH): Monsieur le ministre des Affaires étrangères, je ne sous-estime pas les difficultés techniques et administratives que vous avez rappelées. Je me réjouis néanmoins que nous confirmions nos disponibilités, que nous examinions cette demande avec beaucoup de sérieux. Je pense que c'est conforme à la tradition de la Belgique qui a toujours lutté en faveur d'un désarmement et contre la prolifération de ce type d'armes.

 

Je voudrais insister sur la nécessité de poursuivre les efforts pour que les auteurs du bombardement à l'arme chimique en Syrie soient bel et bien poursuivis et sanctionnés. Il est extrêmement important qu'ils ne restent pas impunis.

 

Je souhaite également rappeler l'importance des efforts redoublés en matière de diplomatie et d'aide humanitaire à l'égard de la Syrie, y compris l'examen de la demande du HCR de pouvoir accueillir ici les personnes qui ont été, dans certains cas, blessées et torturées. Cette demande du HCR est très raisonnable et je souhaiterais vraiment que la Belgique puisse examiner cette demande, même en accueillant de manière extrêmement modeste les personnes les plus touchées par ce conflit.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

09 Question de Mme Corinne De Permentier au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères, du Commerce extérieur et des Affaires européennes sur "la mission au Proche-Orient et ses enjeux" (n° P2034)

09 Vraag van mevrouw Corinne De Permentier aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken over "de missie in het Midden-Oosten en de inzet van het bezoek" (nr. P2034)

 

09.01  Corinne De Permentier (MR): Monsieur le président, monsieur le vice-premier ministre, chers collègues, nous avons appris avec beaucoup de satisfaction votre déplacement de ce week-end au Proche-Orient. Il est indispensable de soutenir le processus de paix et l'action américaine dans ce processus. Pouvez-vous aujourd'hui nous éclairer sur l'évolution de ces négociations?

 

L'Union européenne a un rôle essentiel à jouer tant au plan du développement économique que de la coopération. Avez-vous programmé des rencontres avec le secteur économique ou la société civile? Comptez-vous aborder avec votre homologue israélien la question de la Syrie et de l'insécurité grandissante dans le Sinaï? Cette semaine, en commission des Relations extérieures, nous avons rencontré des représentants de l'ambassade qui s'en inquiétaient.

 

Allez-vous aborder le dossier iranien? Aujourd'hui, nous parlons à Genève de la situation du nucléaire. Qu'en sera-t-il?

 

Enfin, les projets de coopération euro-méditerranéenne seront-ils abordés?

 

09.02  Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, chère collègue, je vous confirme que je me rendrai ce week-end, comme annoncé au président de la Chambre, dans les territoires palestiniens et en Israël. J'y serai présent du 9 au 12 novembre. Je passerai deux journées dans les territoires palestiniens et deux en Israël par souci d'équilibre. J'aurai des contacts avec les officiels tant palestiniens qu'israéliens, dont les présidents, les premiers ministres et les négociateurs du processus de paix, relancé à l'initiative de John Kerry. J'aurai également l'occasion de m'entretenir avec différents acteurs internationaux présents sur place pour échanger nos points de vues.

 

Je vous confirme que la mission est avant tout politique en raison de la reprise du processus de négociation. Le timing est idéal depuis le mois de juillet. Je vais essayer de voir comment nous pouvons, bilatéralement et à travers l'Union européenne, accompagner ce processus de négociation.

 

Il faut, selon moi, faire tous les efforts possibles pour aboutir à un accord de paix global menant à la mise en place d'un État palestinien vivant en paix et en sécurité à côté d'Israël. Je confirmerai d'ailleurs les messages et positions qui sont les nôtres en faveur de cette solution à deux États.

 

Cette mission va aussi nous permettre d'aller un peu plus loin dans les relations bilatérales. Avec les Palestiniens, il s'agit, avant tout, de soutenir les efforts en matière de state-building et de développement économique. De ce point de vue, je souhaite organiser, au début de l'année prochaine, une conférence à Bruxelles pour proposer aux entreprises européennes et belges de participer aux efforts de développement dans les territoires palestiniens, comme vont le faire un certain nombre de grandes compagnies américaines. Nous tenterons de voir comment amener des projets d'investissement et de développement sur ces territoires. Avec nos collègues israéliens nous allons renforcer les relations bilatérales, notamment dans les consultations politiques ou dans le domaine économique. Des deux côtés, l'un des aspects que nous comptons développer est la coopération dans le domaine médical, notamment à travers des soutiens à un certain nombre d'activités hospitalières qui peuvent d'ailleurs concerner tant l'État d'Israël que les territoires palestiniens.

 

Bien entendu – et je terminerai par là, monsieur le président – j'aurai l'occasion d'aborder la situation régionale. Vous avez parlé de la situation dans le Sinaï. Il y a une vraie préoccupation au sujet de la reprise d'actes terroristes dans cette région. Cela est vrai pour la Syrie que nous venons d'évoquer, mais aussi pour l'Iran vu l'évolution de la situation. Pour ce dernier pays, je voudrais rappeler que le message reçu pendant l'assemblée générale des Nations unies était positif. Nous attendons maintenant des actes qui aillent dans ce sens. Je tiendrai ce même discours en Israël.

 

Cela dit, je serai à la disposition de la commission des Relations extérieures de la Chambre, dès le 13 novembre, si ladite commission le souhaite, pour répondre aux questions et faire une débriefing de cette visite au Moyen-Orient.

 

09.03  Corinne De Permentier (MR): Monsieur le président, monsieur le ministre, je vous remercie pour vos réponses.

 

J'espère, d'ores et déjà, que votre mission se révèlera positive. Nous serons tous attentifs au rapport que vous nous ferez en commission au sujet de ses retombées. Nous espérons, en tout cas, qu'elle sera couronnée de succès car nous souhaitons tous, ici au sein de notre assemblée, voir arriver enfin, un jour, la paix au Proche-Orient et voir ces deux États vivre côte à côte.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

10 Question de M. Alain Mathot au ministre des Finances, chargé de la Fonction publique, sur "le tax shelter et l'appel des réalisateurs à ne pas modifier les règles européennes" (n° P2042)

10 Vraag van de heer Alain Mathot aan de minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken, over "de taxshelter en de oproep van de filmmakers om de Europese regels niet te wijzigen" (nr. P2042)

 

10.01  Alain Mathot (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre, vous savez à quel point le groupe socialiste est attaché au tax shelter. Cela fait dix ans maintenant qu'il est en application. Il a permis l'éclosion du cinéma belge, qu'il soit flamand ou francophone. On le constate au vu des prix prestigieux que le cinéma belge a pu obtenir à l'étranger.

 

Nous sommes donc très attentifs à sa transformation et nous réaffirmons encore notre soutien à ce système. Vous savez que la commission a reçu de nombreuses personnes pour amender le système de tax shelter et peut-être en imaginer un nouveau qui permette d'éviter les dérives actuelles.

 

Ma question d'actualité provient des rumeurs affirmant que la Commission européenne pourrait revoir les aides d'État au cinéma. Il y a d'ailleurs eu une levée de boucliers de la part de célèbres réalisateurs, en l'occurrence les frères Dardenne bien connus chez nous, mais également Almodovar ou Ken Loach. Ils ont d'une voix commune imploré la Commission de ne pas toucher à ce système et de permettre aux États de continuer à aider le cinéma et la diversité culturelle.

 

Les bruits courent aujourd'hui dans l'autre sens.

 

Existe-t-il un agenda? On nous a dit que la Commission devrait communiquer sur le sujet en novembre.

 

Avez-vous eu des contacts avec la Commission au sujet de cette problématique? Quel est selon vous l'avis qui va être rendu par la Commission?

 

Enfin, en ce qui concerne l'évolution du tax shelter belge, je vous ai interpellé à de nombreuses reprises pour savoir où en était le dossier. Une proposition élaborée par les réalisateurs belges a été déposée sur la table. Pouvez-vous aujourd'hui nous donner un agenda plus précis sur l'évolution du tax shelter belge?

 

10.02  Koen Geens, ministre: Monsieur le président, monsieur Mathot, je suppose que vous évoquez la communication de la Commission sur les aides d'État en faveur des œuvres cinématographiques et autres œuvres audiovisuelles. La Commission européenne a présenté une ébauche de communication à ce sujet au mois de juin dernier, mais qui n'est pas encore publiée.

 

Dans cette communication, les règles de territorialité des dépenses pourraient se voir modifiées. Certains craignent que les modifications envisagées contraignent la Belgique à adapter son régime de tax shelter.

 

Le projet de communication mentionne que "les caractéristiques particulières de l'industrie cinématographique, notamment l'extrême mobilité des productions, et la promotion de la diversité culturelle ainsi que des cultures et langues nationales peuvent constituer une exigence impérieuse d'intérêt général de nature à justifier une restriction à l'exercice des libertés fondamentales".

 

La Commission continue donc à reconnaître que, dans une certaine mesure, des conditions puissent s'avérer nécessaires pour maintenir une masse critique d'infrastructures en vue de la production cinématographique dans l'État membre ou la Région qui octroie l'aide.

 

Le projet de communication suggère plus particulièrement que les autorités qui accordent l'aide aux producteurs de films puissent imposer à ces producteurs une obligation de dépense d'une partie déterminée du budget de production sur un territoire donné. C'est ce qu'on appelle en jargon "des obligations de territorialisation des dépenses".

 

Le régime belge actuel de tax shelter prévoit certaines conditions concernant les dépenses. Selon plusieurs contacts que mes services ont eus avec la Commission, notre régime tax shelter actuel ne devrait pas souffrir des adaptations envisagées par l'Europe. Je reste bien évidemment attentif à l'évolution du projet, avec la plus grande bienveillance et le respect que notre secteur cinématographique mérite.

 

10.03  Alain Mathot (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie pour votre réponse qui me rassure car vous nous expliquez que le système existant ne devrait pas être modifié.

 

Néanmoins, nous souhaitons que le tax shelter persiste mais évolue; or, vous ne répondez pas à cette question. Cette évolution sera-t-elle permise? La Commission compte communiquer prochainement à ce sujet.

 

Où en est l'agenda? Quand comptez-vous sortir un tax shelter nouvelle version, comme proposée par l'ensemble des producteurs?

 

Je reste donc sur ma faim et je le regrette. Dès lors, je me verrai forcé de vous interpeller bientôt en commission pour obtenir enfin un agenda qui soulagerait les producteurs qui le sollicitent depuis longtemps.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

11 Vraag van mevrouw Nathalie Muylle aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen, over "het aangekondigde verbod op de verkoop van tabak" (nr. P2036)

11 Question de Mme Nathalie Muylle à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales, sur "l'interdiction annoncée de la vente de tabac" (n° P2036)

 

11.01  Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, uw administratie kwam deze week met voorstellen om de tabaksverkoop in ons land aan banden te leggen. Verschillende voorstellen werden gelanceerd, namelijk de leeftijd verhogen van 16 naar 18 jaar, de reclame bannen uit de verkoopspunten, de verkoop verbieden in nachtwinkels of winkels van meer dan 400 m² en de sigarettenautomaten bannen uit cafés.

 

Dat is niet niets. Ik denk dat u wel beseft dat er iets moet gebeuren. Om die reden lokten de voorstellen ook heel wat positieve, maar ook heel wat negatieve reacties uit. Het lijkt mij positief dat wij alle mogelijke maatregelen nemen om het starten met roken te verminderen en dan vooral bij jongeren.

 

Er waren echter ook nogal wat negatieve reacties. Ik denk bijvoorbeeld aan de willekeur inzake de oppervlakte van de winkels. Waarom geen grotere of kleinere winkels? Er is ook uw alcoholplan en het feit dat u plannen hebt om de verkoop van alcohol te verbieden na 22 u 00. Als u dan ook nog de verkoop van sigaretten zult verbieden, rijst de vraag welke toekomst zulke winkels nog hebben.

 

Dat zijn de kritieken die te horen zijn.

 

U hebt daarop gereageerd, mevrouw de minister. U zei in de pers dat het enkel gaat om voorstellen en ideeën van uw administratie. Tegelijk zei u dat u nog vóór het einde van dit jaar met voorstellen naar het Parlement wilt komen. Om die reden had ik graag van u geweten welke voorstellen u wel onderschrijft. Wat is de timing waarmee u met die voorstellen naar het Parlement zult komen?

 

11.02 Minister Laurette Onkelinx: Mevrouw Muylle, het gaat inderdaad om voorstellen en aanbevelingen van de inspectiedienst van de FOD Volksgezondheid, op basis van zijn ervaringen op het terrein en in het bijzonder gelet op de problemen die zich voordoen bij het toezicht op de naleving van de wet op het rookverbod. Ik heb die voorstellen in alle transparantie aan mijn regeringscollega’s willen voorleggen om het standpunt van ieder van hen over die voorstellen te kennen.

 

Voor alle voorgestelde maatregelen moet, indien zij ten gronde worden aanvaard, de wet worden gewijzigd en meer in het bijzonder de federale wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de gebruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten.

 

Aangezien de regering eerst moet beslissen of zij bepaalde voorstellen wil doorvoeren, werd over de voorstellen voorlopig nog helemaal niet met de Gemeenschappen en de Gewesten noch met de sector overleg gepleegd.

 

11.03  Nathalie Muylle (CD&V): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord.

 

Ik heb begrepen dat het nog om voorstellen gaat, die de komende weken het voorwerp van discussie zullen uitmaken.

 

Niettemin wil ik u enkele suggesties meegeven.

 

Wij werken in de commissie al een hele tijd aan deze materie en wij weten zeer goed dat als wij effectief iets willen doen aan het rookgedrag bij jonge mensen, er behalve de voorstellen die u op tafel legt, nog een ander zeer belangrijk aspect speelt, met name de prijs.

 

Mevrouw de minister, ik weet dat het niet tot uw competentie behoort om op de prijszetting in te gaan. Vandaag merken wij echter dat in Frankrijk voor een pakje sigaretten 1,5 euro meer wordt gevraagd dan in ons land en dat in Engeland zelfs 3 tot 4 euro meer wordt gevraagd. Roltabak is goedkoop in ons land. In 2013 is in België voor de eerste keer meer roltabak verkocht dan pakjes sigaretten.

 

Iedereen weet dat als u aan de prijs iets doet, u meteen ook het rookgedrag beïnvloedt, in die zin dat u rokers motiveert om te stoppen en jongeren ontraadt om ermee te beginnen.

 

Bijgevolg verzoek ik u om bij het nemen van maatregelen ervoor te zorgen dat deze het gestelde doel bereiken, maar geen economische catastrofes veroorzaken. De maatregelen moeten vooral gericht zijn op het vlak van de fiscaliteit, want daar kunnen echt wel resultaten worden geboekt.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

12 Samengevoegde vragen van

- de heer Hans Bonte aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen, over "de geconventioneerde artsen die de tariefafspraken niet naleven" (nr. P2037)

- mevrouw Nadia Sminate aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen, over "de geconventioneerde artsen die de tariefafspraken niet naleven" (nr. P2038)

12 Questions jointes de

- M. Hans Bonte à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales, sur "le non-respect des conventions tarifaires par les médecins conventionnés" (n° P2037)

- Mme Nadia Sminate à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales, sur "le non-respect des conventions tarifaires par les médecins conventionnés" (n° P2038)

 

12.01  Hans Bonte (sp.a): Mevrouw de minister, de sp.a heeft het altijd moeilijk bij de vaststelling dat wij een geneeskunde met verschillende snelheden hebben. De sp.a heeft het nog moeilijker als het gaat om misbruik ten nadele van patiënten en van het gezondheidszorgsysteem.

 

Dat is nu net de conclusie die wij kunnen trekken uit een interessant onderzoek van de Christelijke Mutualiteit in de regio Halle-Vilvoorde. Daaruit blijkt dat bij de specialisten uit Halle-Vilvoorde 60 % van de artsen geconventioneerd is. Dat percentage ligt onder het nationaal gemiddelde, wat tot gevolg heeft dat onze streek op dat punt de duurste is. Wat erger is, is dat een vierde van de geconventioneerde specialisten zich niet houdt aan de tariefafspraken. Dat is puur boerenbedrog. Geconventioneerde artsen krijgen immers ondersteuning, meer bepaald zo’n 4 400 euro per jaar, en toch durven sommigen supplementen vragen aan de patiënt.

 

Dat brengt mij terug bij een voorstel dat wij enkele jaren geleden in de commissie hebben besproken over de tariefzekerheid en -duidelijkheid waar patiënten recht op hebben. Wij stellen voor om de prijs die de patiënt moet betalen aan artsen en specialisten op zo veel mogelijk manieren vooraf bekend te maken, bijvoorbeeld via de publicatie ervan op de websites van artsen en ziekenhuizen en in de wachtzalen. Zodoende weten patiënten wat zij moeten betalen en komen zij op dat punt alvast niet voor verrassingen te staan.

 

12.02  Nadia Sminate (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, zoals de heer Bonte reeds heeft aangehaald, houdt een op vier artsen-specialisten die geconventioneerd zijn, zich niet aan de afgesproken tarieven. Daar staat de 43,5 miljoen euro tegenover die de inspectiediensten krijgen om diezelfde artsen te controleren. Blijkbaar is dat bedrag niet hoog genoeg, want zij weigeren manifest om deze groep mensen te controleren, wat volgens mij toch wel echt hun corebusiness is.

 

Let wel, ik zeg dat niet, ik heb dat niet uitgevonden; de mensen van het RIZIV zelf zeggen dat zij niet verantwoordelijk zijn voor die controles, maar dat de artsenbonden die artsen moeten controleren. Zij zeggen dus eigenlijk dat het de artsen zijn die de artsen moeten controleren. Dat is hetzelfde als zeggen dat een kind zijn eigen rapport moet tekenen. Mevrouw de minister, ik denk dat u dat als moeder niet echt zou accepteren, maar blijkbaar doet u dat als minister wel.

 

Vindt u het normaal dat deze twee inspectiediensten van het RIZIV manifest weigeren hun verantwoordelijkheid op te nemen?

 

12.03 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, ik heb ook kennisgenomen van de enquête van de Christelijke Mutualiteit. Inderdaad, dat kan niet, het is onaanvaardbaar dat geconventioneerde zorgverleners de tariefafspraken niet naleven. Als tegenprestatie ontvangen zij trouwens een bijdrage in het raam van hun sociaal statuut. Voor 2013 bedraagt dit 4 444,05 euro. Dit kan dus niet.

 

Mijn diensten werden onrechtstreeks op de hoogte gebracht van dit initiatief, via een melding tijdens een vergadering van het Verzekeringscomité van april 2013.

 

Het gaat hier over een kwestie waarin dringend klaarheid moet worden gebracht. Het RIZIV bereidt dan ook wettelijke maatregelen voor om transparante informatie te geven aan de patiënten over de facturatie van erelonen. Dat is trouwens ook een van de engagementen in het akkoord tussen de artsen en de ziekenfondsen voor 2013 en 2014. Die voorstellen gelden voor alle zorgverleners, dus niet alleen voor de specialisten, maar ook voor de huisartsen.

 

De voorstellen staan op de agenda van de Nationale Commissie Geneesheren-Ziekenfondsen van 12 november. Op basis van dat overleg zullen de wettelijke bepalingen aan de regering worden voorgelegd, voor het einde van deze maand. Daarbij moet inderdaad ook duidelijkheid worden gecreëerd over de wijze waarop de naleving van de overeenkomsten kan worden gecontroleerd en gesanctioneerd. Het huidige wettelijk apparaat behoeft ook op dat vlak een bijsturing.

 

12.04  Hans Bonte (sp.a): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw duidelijke veroordeling van de praktijk, maar meer nog voor het initiatief van het RIZIV en de regering, dat u aankondigt.

 

Ik richt mij ook tot mijn collega. Het is een goede zaak dat het corporatisme van de artsenbonden doorbroken wordt, ook op het vlak van het toezicht op de artsen. Mij lijkt het essentieel dat wij de patiënt beter wapenen. Een transparante communicatie over de tarieven is essentieel om het systeem te handhaven.

 

12.05  Nadia Sminate (N-VA): Mevrouw de minister, dank u voor uw antwoord.

 

Ik denk dat we hier over een primeur kunnen spreken: de N-VA krijgt gelijk, zowel van de PS als van de sp.a. Dank daarvoor!

 

Mevrouw de minister, u erkent dat de rotte appels er effectief uit moeten. Dat is nodig. Het blijft wel een feit dat vorig jaar geen enkele arts hiervoor werd gesanctioneerd, wat in schril contrast staat tot de uitgevoerde studie. Ik corrigeer: twee sancties op een heel jaar.

 

U kondigt maatregelen aan, maar eigenlijk moeten de inspectiediensten gewoon het werk uitvoeren waarvoor ze zijn aangesteld. Dan is er geen enkel probleem, denk ik.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

13 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden, over "de schending van de privacy door Belgacom wegens het meelezen van mails" (nr. P2039)

13 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au ministre des Entreprises publiques et de la Coopération au développement, chargé des Grandes Villes, sur "la lecture des courriers électroniques et la violation de la vie privée par Belgacom" (n° P2039)

 

13.01  Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Mijnheer de minister, vandaag kopt een krant in het lang en het breed dat een Parlementslid de CEO van Belgacom, de heer Bellens, ervan beschuldigt medewerkers op te dragen de mailboxen van onder andere journalisten en politici te kraken. Dit is niet het eerste incident omtrent dit overheidsbedrijf. Mijnheer de minister, laat mij toe dat in de eerste plaats te betreuren. Belgacom is immers een sterk bedrijf met duizenden gemotiveerde medewerkers dat puike resultaten kan voorleggen.

 

Wat mij als voorzitter van de commissie voor de Infrastructuur wel verontrust – ik probeer altijd de grootste transparantie na te streven – is de gehanteerde werkwijze. U weet misschien dat de commissie voor de Infrastructuur gisteren gedurende meer dan drie uur heeft vergaderd over Belgacom met de voorzitter van de raad van bestuur, de heer De Clerck, de voorzitter van het auditcomité en de secretaris-generaal. Deze beschuldiging is echter niet in het debat aan bod gekomen. Ze is pas helemaal op het einde van de vergadering, rond 13 u 15, kort aangehaald als verontrustend feit. Vandaag komt dit uitvoerig in de media, met bij veel mensen heel wat ongerustheid over hun privacy tot gevolg.

 

Over de grond van de zaak kan ik kort zijn: ofwel heeft Belgacom een groot probleem, ofwel heeft het Parlement een probleem omdat Parlementsleden her en der spionage zien. Vorige week las de NSA nog mee in de mailbox van een N-VA-Kamerlid, vandaag is het Belgacom dat een volksvertegenwoordiger bespiedt.

 

Mijnheer de minister, ik vond het dan ook belangrijk om u vandaag enkele vragen te stellen.

 

Wat is uw reactie als bevoegd minister op de aantijgingen in dezen? Hebt u als voogdijminister net als het Parlementslid weet van de vermeende feiten? Zo ja, hoe reageert u hierop?

 

13.02 Minister Jean-Pascal Labille: Ik heb de verklaringen van de heer Deseyn in de pers vanmorgen vernomen, althans wat de journalisten erover geschreven hebben. Ik respecteer en waardeer de toezichthoudende rol van de Parlementsleden, en ik deel, zoals u weet, uw bezorgdheid over het huidige bestuur van het bedrijf.

 

De verklaringen die vanmorgen in de pers verschenen over het vermeende bespioneren van politici en journalisten zijn echter zeer ernstig, omdat zij het vertrouwen van de consument in de beveiliging van zijn e-mails en in de algemene veiligheid van het telecomnetwerk in België in vraag stellen. Belgacom informeert mij dat het de beschuldigingen van de heer Deseyn ten stelligste ontkent en dat het vragen stelt bij de bedoelingen van de personen die aan de basis liggen van deze desinformatie.

 

Belgacom schendt in geen geval de geheimhouding van de elektronische communicatie. Indien daarvoor bepaalde bewijzen zijn, moeten die meteen aan Justitie worden overhandigd. Belgacom informeert mij dat het zijn medewerking zal verlenen aan elk gerechtelijk onderzoek dat eventueel zou worden gevoerd.

 

Indien er geen bewijzen bestaan, zijn deze verklaringen onaanvaardbaar. Ik herinner u eraan dat Belgacom inderdaad een overheidsbedrijf is, maar dat het ook privéaandeelhouders heeft. De voorzitter van de raad van bestuur heeft zich gisteren in de commissie voor de Infrastructuur ertoe verbonden bijkomende informatie te verlenen over het dossier Stro/Paille, en onmiddellijk de governance charters van het bedrijf te hervormen. Hij is ook bereid in de commissie meer uitleg te geven over de interne procedures van Belgacom die de naleving waarborgen van het privéleven van de klanten en van de geheimhouding van de telecommunicatie.

 

Ik geloof in de vastberadenheid en in het optreden van de heer De Clerck. Hij en ik zullen samenwerken om het bestuur van het bedrijf te verbeteren, opdat het zich opnieuw zou kunnen concentreren op de strategische en operationele uitdagingen.

 

Bovendien denk ik dat het einde van de recreatie niet ver is.

 

13.03  Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor zijn duidelijk antwoord.

 

Mijnheer de minister, u zegt geen kennis te hebben van dergelijke beschuldigingen.

 

U formuleert eigenlijk ook een oproep om bewijzen onmiddellijk aan de geijkte instantie te bezorgen. Welnu, er is maar één instantie waaraan die bezorgd moeten worden, met name Justitie.

 

Ik neem graag de uitgestoken hand aan om in onze commissie voor de Infrastructuur, eventueel samen met de heer De Clerck, voorzitter van de raad van bestuur, uitleg te krijgen over de procedures die over onze privacy waken.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

14 Vraag van mevrouw Eva Brems aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken over "de Belgische humanitaire hulp aan Syrië en vluchtelingen uit dat land" (nr. P2040)

14 Question de Mme Eva Brems au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères, du Commerce extérieur et des Affaires européennes sur "l'aide humanitaire belge à la Syrie et à ses réfugiés" (n° P2040)

 

14.01  Eva Brems (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, de situatie in Syrië blijft, jammer genoeg, even actueel als dramatisch. De verwachtingen van de Verenigde Naties zijn nu dat er tegen het einde van dit jaar al 3,45 miljoen vluchtelingen buiten Syrië zullen zijn. En ja, ook in dat deel van de wereld komt de winter eraan. De buurlanden die de vluchtelingen opvangen, kunnen dat niet aan; zij krijgen het hoe langer hoe moeilijker. Zij hebben eigenlijk massale steun nodig van de rest van de wereld. Vandaar nogmaals de vraag of België wel genoeg doet.

 

Oxfam berekende dat België slechts 77 % toekende van de hulp die zij als een eerlijk aandeel beschouwt op basis van het BNI en de algemene welvaart. Vergeleken met dezelfde berekeningswijze haalt Zweden 132 %, het Verenigd Koninkrijk 154 % en Denemarken, toch ook een klein land, maar liefst 230 %. Wij weten dat de budgetten die ons land vrijmaakt voor humanitaire hulp, blijven dalen. Het budget waarin in 2012 was voorzien, bedroeg 20,5 miljoen euro en voor 2014 wordt nog in 16,6 miljoen euro voorzien. Wij betreuren dat. Wat wij zeker niet kunnen aanvaarden, is dat dit ten koste zou gaan van onze eerlijke bijdrage aan zo’n acute en immense noodsituatie als die van de vluchtelingen uit Syrië.

 

Laten wij het concreet over de centen hebben, mijnheer de minister. Uit de begrotingsdocumenten maak ik op dat het grootste deel van het budget voor humanitaire hulp waarin voor 2013 werd voorzien, nog niet werd gerealiseerd. Hoeveel van dat geld is nog ter beschikking? Zult u daarmee nog een extra inspanning doen voor de Syriërs?

 

14.02 Minister Jean-Pascal Labille: Mijnheer de voorzitter, de Belgische humanitaire hulp die Ontwikkelingssamenwerking verleent, omvat twee luiken: hulp aan verplaatste personen die zich op Syrisch grondgebied bevinden — het nationaal luik — en hulp aan vluchtelingen in de landen die aan Syrië grenzen, het regionaal luik.

 

Uw vraag betreft het regionaal luik van de hulpverlening, die fundamenteel is om de destabilisering in de buurlanden zo veel mogelijk te vermijden.

 

In 2012 werd in het kader van de Syrische crisis 2 miljoen euro toegekend. Een van de gefinancierde dossiers betreft een subsidie aan het Belgische Rode Kruis als steun aan het Libanese Rode Kruis. Deze bijdrage van 600 000 euro heeft het met name mogelijk gemaakt om ziekenwagens aan te kopen, om de gewonden die in Libanon na het oversteken van de grens aankomen, te hulp te komen.

 

In 2013 zal een bedrag van 6,5 miljoen euro worden verleend. Een bijdrage van 1 miljoen euro werd toegekend aan het UNHCR, het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties, als steun aan het beheer van zijn kamp van Zaatari in Jordanië.

 

Voor de bijkomende financiering voor 2013 wacht ik op een reactie van de minister van Begroting op de beroepen die ik heb ingediend in navolging van zijn beslissing om de budgettaire vastleggingen tot de verplichte en onvermijdelijke uitgaven te beperken.

 

Uw vraag biedt mij de gelegenheid de meest recente cijfers waarover ik beschik met betrekking tot de humanitaire toestand mede te delen. Het aantal vluchtelingen in de regio bedraagt bijna 2,2 miljoen personen, die als volgt en in dalende volgorde zijn verdeeld: 805 000 personen in Libanon, 541 000 personen in Jordanië, 506 000 personen in Turkije, bijna 200 000 personen in Irak, 126 000 personen in Egypte en bijna 15 000 personen in andere delen van Afrika.

 

Laten wij niet vergeten dat een belangrijk deel van de vluchtelingen buiten de kampen leeft, wat van de humanitaire spelers op het terrein een grote flexibiliteit vereist.

 

14.03  Eva Brems (Ecolo-Groen): Mijnheer de minister, dank u.

 

Ik maak uit uw antwoord op dat België geen extra middelen vrijmaakt, ondanks de stijgende nood en ondanks de steeds dringendere oproepen vanuit de Verenigde Naties om grotere inspanningen te leveren.

 

Ik wijs er graag op dat dit in andere landen soms nochtans wel mogelijk is. In het Verenigd Koninkrijk, een land dat nochtans veel crisismaatregelen heeft moeten nemen en ook veel heeft moeten bezuinigen, is begin oktober nog een extra budget vrijgemaakt van 87 miljoen pond voor het Wereldvoedselprogramma voor de komende zes maanden, waarmee tweehonderdduizend Syrische kinderen en hun families van voedsel kunnen worden voorzien.

 

Wij horen een zeer voluntaristisch discours van deze regering als het aankomt op de politieke discussie over Syrië, maar ook in deze materie geldt het Engels gezegde “put your money where your mouth is”.

 

Mijnheer de minister, ik denk dat een grotere inspanning echt wel tot de mogelijkheden moet behoren. Onze fractie is daar alleszins vragende partij voor.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

15 Question de M. Christophe Bastin au ministre des Entreprises publiques et de la Coopération au développement, chargé des Grandes Villes, sur "les éventuelles suppressions de lignes de train" (n° P2041)

15 Vraag van de heer Christophe Bastin aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden, over "de eventuele afschaffing van treinlijnen" (nr. P2041)

 

15.01  Christophe Bastin (cdH): Monsieur le président, monsieur le ministre, voici quelques jours, vous déclariez sur les ondes radio que des mesures fortes, voire peu populaires allaient être prises dans le cadre de la réforme de la SNCB qui aboutira le 1er janvier 2014.

 

Si, il y a quelques mois, voire quelques semaines, vous nous aviez rassurés en prenant des mesures pour conserver les lignes C, c'est-à-dire des lignes situées en zone rurale, il semble que votre discours ait quelque peu évolué. En effet, même si aucune décision définitive n'a été prise à ce stade, vous n'écartez pas pour autant des suppressions de lignes et/ou de trains. Vous comprendrez, monsieur le ministre, que ces déclarations ne sont pas du tout de nature à nous rassurer.

 

Pour nous, si des réformes doivent être menées au sein de la SNCB afin d'améliorer la sécurité, la ponctualité et l'offre de service public, cela ne doit en aucun cas se faire au détriment des navetteurs et, plus particulièrement, des navetteurs résidant en zone rurale.

 

Par ailleurs, vous n'êtes pas sans savoir que la Belgique est l'un des pays les plus embouteillés au monde. Il est donc assez paradoxal que pendant que certains cherchent des solutions pour y remédier, d'autres envisagent de faire une entorse à la mission de service public de l'entreprise publique ferroviaire SNCB en voulant supprimer des lignes ou des trains.

 

Monsieur le ministre, confirmez-vous les déclarations que vous avez tenues il y a quelques jours sur les ondes radio? Même si aucune décision n'a encore été prise, réitérez-vous votre volonté de protéger les lignes C et de conserver le réseau ferroviaire en l'état actuel?

 

15.02  Jean-Pascal Labille, ministre: Monsieur le président, monsieur Bastin, je vous sais gré de vos inquiétudes concernant ce problème et surtout de l'interprétation que vous en faites. Mais nous reviendrons sur ce point.

 

Comme je l'ai indiqué à de nombreuses reprises, l'amélioration structurelle et durable de la ponctualité est le défi majeur qui devra être relevé par les nouveaux CEO d'Infrabel et de la SNCB.

 

Pour atteindre cet objectif, il faudra sans doute des mesures fortes. C'est à ce titre que j'ai évoqué des solutions possibles et discutables. Cela ne signifie pas pour autant qu'il y aura effectivement des suppressions de trains ou d'arrêts. Actuellement, rien ne l'indique. J'attends de ces nouveaux CEO qu'ils me fassent des propositions pour améliorer la ponctualité dont chacun conviendra qu'elle n'est pas ce qu'elle devrait être à ce jour. Mon rôle est de décider Soyez certains que c'est ce que je ferai et j'assumerai politiquement les décisions qui devront être prises pour améliorer la ponctualité, en particulier pour ce qui concerne les trains arrivant à Bruxelles.

 

Il revient aux nouveaux CEO d'Infrabel et de la SNCB de proposer les mesures les plus adéquates pour améliorer la ponctualité. Comme je viens de le dire, mon rôle en qualité de ministre de tutelle sera d'assumer et je le ferai politiquement lors de certaines décisions.

 

Je tiens aussi à rappeler que je me suis battu pour dégager des moyens supplémentaires pour sauver intégralement le réseau C, qui n'est nullement concerné par les propos qui auraient pu être tenus – ce n'est pas ainsi que l'on va améliorer la ponctualité vers Bruxelles –, réseau C qui était compromis lors de l'élaboration du plan d'investissement du Groupe SNCB. Cet acquis n'est certainement pas remis en cause – je le dis avec force.

 

Enfin, au-delà de la ponctualité dont je souhaite l'amélioration, je désire qu'il en soit de même pour la qualité de l'offre de transport, notamment le nombre de places assises, afin que chaque navetteur puisse voyager dans les meilleures conditions possibles et en toute sécurité.

 

15.03  Christophe Bastin (cdH): Monsieur le ministre, je prends bonne note de toute votre volonté de conserver ces lignes C. Je tiens à vous en remercier.

 

Comme vous l'avez dit, pour remédier à cette ponctualité, il faudra des mesures fortes, mais c'est à vous qu'il incombe de prendre les décisions. Pour moi, la solution n'est pas de supprimer des lignes ni des trains, mais d'instaurer une organisation optimale qui fait tout pour offrir un service public maximal au profit des navetteurs et de tous les navetteurs, entre autres des navetteurs ruraux.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Projets et propositions

Ontwerpen en voorstellen

 

16 Projet de loi modifiant le Code des sociétés, concernant les garanties des créanciers en cas de réorganisation du capital (2800/5-6)

16 Wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen, wat de waarborgen van de schuldeisers bij een kapitaalherschikking betreft (2800/5-6)

 

Amendé par le Sénat

Geamendeerd door de Senaat

 

Le président: Conformément à l’article 87 du Règlement, les projets de loi renvoyés à la Chambre par le Sénat ne font plus l’objet d’une discussion générale en séance plénière, sauf si la Conférence des présidents en décide autrement.

Overeenkomstig artikel 87 van het Reglement wordt geen algemene bespreking in plenaire vergadering gewijd aan een wetsontwerp dat door de Senaat naar de Kamer is teruggestuurd, tenzij de Conferentie van voorzitters anders beslist.

 

16.01  Karel Uyttersprot, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, collega’s, het betreft hier een technische aanpassing door de Senaat aan een wetsontwerp dat hier voor het reces werd goedgekeurd. Ze werd in de commissie unaniem aanvaard. Voor de rest verwijs ik naar het schriftelijk verslag.

 

Le président: Ce projet est renvoyé par le Sénat, il n'y a donc plus de discussion générale en séance plénière.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2800/5)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2800/5)

 

Le projet de loi compte 6 articles.

Het wetsontwerp telt 6 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 6 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 6 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

17 Projet de loi modifiant la loi du 17 mai 2006 relative au statut juridique externe des personnes condamnées à une peine privative de liberté et aux droits reconnus à la victime dans le cadre des modalités d'exécution de la peine et modifiant l'article 76 du Code judiciaire en vue d'améliorer le statut de la victime dans le cadre des modalités d'exécution de la peine (2999/1-7)

- Proposition de loi modifiant, en vue d'améliorer le statut de la victime dans la phase de l'exécution de la peine, la loi du 17 mai 2006 relative au statut juridique externe des personnes condamnées à une peine privative de liberté et aux droits reconnus à la victime dans le cadre des modalités d'exécution de la peine (2433/1-4)

- Proposition de loi renforçant les conditions de la libération conditionnelle et améliorant le statut de la victime dans la procédure (2718/1-2)

17 Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtpositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten en tot wijziging van artikel 76 van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op de verbetering van de positie van het slachtoffer in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2999/1-7)

- Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten met het oog op de verbetering van de positie van het slachtoffer in de fase van de strafuitvoering (2433/1-4)

- Wetsvoorstel tot verstrenging van de voorwaarden voor voorwaardelijke invrijheidstelling en tot verbetering van de positie van het slachtoffer in de procedure (2718/1-2)

 

Propositions de loi déposées par:

Wetsvoorstellen ingediend door:

- 2433: Raf Terwingen, Sonja Becq, Christian Brotcorne, Catherine Fonck

- 2718: Sophie De Wit, Koenraad Degroote, Daphné Dumery, Sarah Smeyers, Kristien Van Vaerenbergh

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

Mme Carina Van Cauter, rapporteur, renvoie à son rapport écrit.

 

17.01  Sophie De Wit (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, zelfs als lid van de oppositie durf en kan ik zeggen dat er hier vandaag geen onbelangrijk wetsontwerp voorligt.

 

Mijnheer de voorzitter, ik merk dat de minister van Justitie niet aanwezig is.

 

Le président: Le gouvernement est présent. Vous pouvez continuer.

 

17.02  Sophie De Wit (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik zei dus dat ik het geen onbelangrijk wetsontwerp vind. De belangrijke regeling omtrent de rechten van slachtoffers in het kader van een procedure in verband met een voorwaardelijke invrijheidstelling voor de strafuitvoeringsrechtbank wordt uitgebreid.

 

Iedereen herinnert zich ongetwijfeld de heisa en de reacties van de slachtoffers in het geval van Michèle Martin of Marc Dutroux, waarbij het ging om zware feiten; al te vaak moeten slachtoffers dergelijke beslissingen via de pers vernemen.

 

Naar aanleiding daarvan heeft ook onze fractie opgeroepen om daar iets aan te doen. Mevrouw de minister, u hebt goed geluisterd, want u hebt er iets aan gedaan. Ik zal geen verslag brengen, maar ik haal kort aan waar het over gaat. Ik ga enkel in op de belangrijkste aspecten.

 

Bij een zitting van de strafuitvoeringsrechtbank waarop over de voorwaardelijke invrijheidstelling van een gedetineerde wordt geoordeeld, worden voortaan de slachtoffers betrokken bij de procedure. Zij worden geen partij, maar er zal wel een slachtoffermoment zijn in de procedure, waarbij zij kunnen vernemen wat de slachtoffergebonden voorwaarden zijn. Zij mogen hierover dan hun standpunt te kennen geven en zelfs vragen formuleren.

 

Wij vinden het goed dat er zo’n slachtoffermoment komt. Het is heel belangrijk dat slachtoffers betrokken worden zonder partij te zijn. Zo krijgen zij de nodige informatie.

 

De definitie van “slachtoffer” wordt voorts uitgebreid in het wetsontwerp. Er is ook een snellere communicatie in opgenomen. Dat is niet onbelangrijk; zodra de strafuitvoeringsrechtbank een beslissing heeft genomen, wordt het slachtoffer zo snel mogelijk verwittigd. Met het oog op de informatisering van Justitie is het heel belangrijk dat dat niet alleen per brief, maar ook per e-mail kan gebeuren. Hier kan dus al wat in veel andere procedures niet kan. Laat het een start zijn voor veel meer.

 

Mevrouw de minister, het werd tijd dat het slachtoffer een betere plaats kreeg in de procedures. Dat werd trouwens al lang beloofd.

 

Het wetsontwerp is zelfs nog beter dan verwacht. In het kader van de bespreking van het wetsontwerp over de verstrenging van de voorwaardelijke invrijheidstelling hadden wij al enkele amendementen in die zin ingediend, maar die werden toen weggestemd door de meerderheid. Vandaag stellen wij echter vast dat een aantal van onze amendementen werden opgenomen in het voorliggend wetsontwerp, namelijk die over de snellere en betere communicatie en die over de mogelijkheid voor het slachtoffer om de voorwaarden te kennen die worden opgelegd aan een gedetineerde die vrijkomt.

 

Er is echter altijd een maar. Het betreft immers de wet op de externe rechtspositie, een wet die binnenkort al een mooie verjaardag zal vieren, maar die tot op vandaag nog altijd niet volledig van toepassing is.

 

Opnieuw wordt er selectief opgetreden met de wetgeving betreffende de rechtspositie. De inwerkingtreding van een heel groot deel van die wetgeving is door de regering uitgesteld tot na 2015. Wat zijn wij hier dan eigenlijk aan het doen? Wij maken mensen blij en beloven hun van alles, maar wij stellen ondertussen de maatregelen uit.

 

Het is niet anders met onderhavige regelgeving, want heel wat artikelen uit het voorgelegde wetsontwerp zullen pas in 2015 van kracht worden. Dat is gevaarlijk, want ondertussen kan er heel wat veranderen en kunnen artikelen gewijzigd worden, zelfs zonder dat ze ooit uitvoering hebben gekregen. Dat is niet de juiste manier van werken.

 

Een andere “maar” heeft te maken met het onderscheid tussen slachtoffers waarvan de dader voor de strafuitvoeringsrechtbank moet verschijnen, en slachtoffers waarbij dat niet het geval is. Dat onderscheid vormt een probleem. Ik meen dat wij alle slachtoffers dezelfde informatie moeten geven.

 

Ten slotte, mevrouw de minister, meen ik ook dat er sprake is van een gemiste kans. Er is een slachtoffermoment, maar het slachtoffer zal pas op de zitting te horen krijgen wat wordt voorgesteld. Ik meen dat wij het slachtoffer vooraf iets beter moeten informeren. Het slachtoffer hoeft geen inzage te krijgen in het dossier, want hij of zij is geen partij, maar hij of zij moet wel vooraf informatie krijgen waarover het precies zal gaan. Dat kan! Het advies zit immers in het dossier en daarvan kan perfect een uittreksel worden gevoegd bij de oproeping.

 

Wij hadden een wetsvoorstel in die zin ingediend. Ik ben zo vrij geweest, mevrouw de minister, om vandaag nog amendementen in te dienen om dat alsnog aan te passen. Wij willen het slachtoffer de mogelijkheid geven om enkele dagen vooraf – niet langer dan de dader – te weten wat er zal gebeuren en wat er zal worden voorgesteld. Op die manier kan het slachtoffer zich terdege voorbereiden. Men moet daar als slachtoffer maar staan, al dan niet begeleid door een advocaat, en ter plekke horen wat er wordt voorgesteld. Dat is overdonderend, want de dader, die men jaren niet heeft gezien, is daar ook. Ik meen dat het slachtoffer zich daarop moet kunnen voorbereiden. Ik meen dat dat een recht is. Laten we dan ook geen half werk doen. Om die reden heb ik ter zake opnieuw een amendement ingediend.

 

U zegt wel dat een beslissing snel zal worden gecommuniceerd, zelfs per e-mail. Maar enkel communiceren, lijkt mij niet voldoende. Het lijkt mij nodig om de beslissing te motiveren. Wat heeft een slachtoffer aan een moment op een zitting waarbij hij zijn visie mag geven, terwijl hij daarna een beslissing krijgt waarin iets anders wordt beslist zonder dat dat afdoende wordt uitgelegd. Tot nader order moeten de beslissingen van een strafuitvoeringsrechtbank immers niet in die mate worden gemotiveerd. Dat is net belangrijk. Als slachtoffers willen begrijpen wat er beslist wordt, moet de beslissing ook worden toegelicht.

 

Wij hebben daarom twee amendementen ingediend. In het eerste amendement vragen wij om hun vooraf informatie te geven en in het tweede amendement om een motivering te geven wanneer men de beslissing van de rechtbank meedeelt. Daarbij moet men uitleggen welke voorwaarden van toepassing zijn en waarom. Dan pas is het werk af, mevrouw de minister.

 

Ik doe dus aan de collega’s in de Kamer een warme oproep om onze amendementen te steunen. Mocht dat niet gebeuren, dan zullen wij vanuit de oppositie het ontwerp toch steunen, omdat het alleszins een vooruitgang betekent. Het kan wel nog beter.

 

17.03  Philippe Goffin (MR): Monsieur le président, madame la ministre, le MR se réjouit de ce projet qui améliore fondamentalement le statut des victimes dans le cadre des modalités d'exécution de la peine. C'est un bon équilibre qui a été trouvé entre les droits des victimes mais également les droits des condamnés, sans tomber dans les simplismes et les excès que ce type de discussion aurait pu apporter.

 

Au nom de mon groupe, j'ai envie de mettre quatre mesures en particulier en exergue qui nous paraissent particulièrement importantes. Premièrement, c'est l'élargissement de la notion de victime susceptible de participer aux modalités d'exécution de la peine. Cette question a fait l'objet de longs débats en commission et nous n'avons pas oublié de faire cet équilibre juste entre le texte actuel et le résultat.

 

Deuxièmement, il y aura, au cours de l'audience du tribunal d'application des peines, un moment entièrement consacré à la thématique de la victime. La victime pourra motiver les conditions qu'elle demande en sa faveur et les situer dans le contexte de son vécu, notamment psychologique. C'est la mise en place d'un dialogue, si je puis m'exprimer ainsi, sur les conditions de la libération prises dans son intérêt. C'est un pas extrêmement important dans la prise en compte de la victime, à un moment crucial pour cette dernière dans le cadre de l'évolution de l'exécution de la peine et je ne peux m'empêcher de penser ici à notre défunt collègue, Jean-Pierre Malmendier, qui aurait été particulièrement satisfait de cette mesure.

 

Troisièmement, il est prévu que, désormais, les victimes seront informées dans les 24 heures du jugement. C'est évidemment la moindre des choses. Il est tout à fait normal qu'une victime soit informée de ce qui va se passer et que cette information ne passe pas par la presse ou, pire encore, par une rencontre fortuite dans la rue. Cet élément très important est prévu dans la loi.

 

Enfin, le projet prévoit que les efforts consentis par le condamné pour indemniser les victimes seront pris en compte par le tribunal d'application des peines pour là aussi accorder ou non une libération conditionnelle. Cette mesure pousse le condamné à indemniser la victime et à faire un travail de réparation salutaire pour la victime et la société.

 

Madame la ministre, pour toutes ces raisons, le MR soutiendra ce projet.

 

17.04  Bert Schoofs (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, wij kunnen niet veel verkeerds zeggen over de inhoud van het voorliggend wetsontwerp. Over het algemeen is dat positief. De categorie “slachtoffers” wordt in het algemeen uitgebreid. Er volgt een verwittiging van de slachtoffers in geval van een invrijheidstelling, dus wanneer de dader op vrije voeten wordt gesteld, en dat is in elk geval een verbetering tegenover vroeger. De aanwezigheid op de zitting van de burgerlijke partij, weliswaar in zeer beperkte mate, wordt toch ook enigszins gegarandeerd. Een vergoeding van het slachtoffer door de dader krijgt nu een begin van uitvoering in de wet. Meestal gaat het om vage omschrijvingen en ik denk dat die voor interpretatie vatbaar zullen zijn.

 

Over het algemeen is het te weinig, alweer wat te laat. Het ontwerp gaat ook niet ver genoeg. Ik herhaal wat ik hier twee weken geleden in a nutshell ook al heb gezegd, namelijk dat het evenwicht tussen de rechten van de slachtoffers, enerzijds, en de rechten van de daders of verdachten, anderzijds, verder afglijdt in het nadeel van de slachtoffers.

 

Uiteraard maak ik een onderscheid tussen daders en verdachten; dat moet gemaakt worden, want dat is ook een beginsel van de rechtsstaat.

 

Maar Salduz I, als ik het dan over de verdachten heb, heeft al een sterke impact gehad op dat evenwicht tussen verdachten en slachtoffers, en Salduz II moet nog komen. De kant van de verdachten krijgt dus een serieuze voorsprong. Het gaat dan om de fase van het onderzoek en daar biedt de zogenaamde kleine Franchimont tot op heden nog enigszins soelaas, maar niet zoals wij dat zouden wensen.

 

Nu kom ik tot degenen die een misdaad hebben gepleegd en daarvoor door een rechter bij uitspraak schuldig zijn bevonden, dus de veroordeelden. Het nu voorliggend wetsontwerp probeert het probleem van het onevenwicht te verhelpen, en ik wil alle verdiensten wel aan die poging toekennen, maar het gaat niet ver genoeg.

 

Men moet zich ook eens inleven in de positie van het slachtoffer. Het slachtoffer maakt vaak geen onderscheid tussen een verdachte of een veroordeelde. Juridisch gezien moet dat gemaakt worden, want dat is een beginsel van de rechtsstaat, maar op een of andere manier moet toch aan het slachtoffer tegemoetgekomen worden. Zo moet er een antwoord gevonden worden op wat Salduz nu door onze strot ramt, hoewel ik weet dat dit juridisch niet zo simpel ligt. Wij moeten er allemaal eens over nadenken hoe wij de positie van het slachtoffer in die procedure kunnen verbeteren. Misschien zal de wet-Franchimont uiteindelijk toch volledig haar beslag moeten krijgen.

 

In een rechtsstaat zijn er nu eenmaal ook slachtoffers en die mensen zouden ook rechten moeten hebben, veel zelfs. Vergeet niet dat veel daders, onder andere door Salduz en allerhande andere formaliteiten, de dans zullen ontspringen. Ze zullen effectief schuldig zijn maar niet schuldig kunnen worden bevonden.

 

Als we spreken over de strafuitvoering – daar gaat dit wetsontwerp over – indien er een effectieve veroordeling volgt, dan staat het slachtoffer ondanks het wetsontwerp van de minister nog steeds veel te veel in de kou. Ik geef een voorbeeld: het detentieplan dat voor elke gedetineerde zou moeten worden opgesteld, maar dat nog in de koelkast zit omdat het wetsartikel nog steeds niet in uitvoering werd gebracht. Bij dat detentieplan, dat elke gedetineerde zou moeten begeleiden naar een re-integratie in de maatschappij, spreekt men niet van de slachtoffers. In de basiswet inzake de rechtspositie van de gedetineerden is daarover nog niets opgenomen. Ik zei het al, het artikel is nog niet in werking getreden. Dat detentieplan houdt dus geen rekening met de toestand van de slachtoffers. Dat is toch een manco en dat wordt nu niet verholpen.

 

Mevrouw de minister, ik kan u zeggen dat wij vandaag, op 7 november 2013, een alternatief indienen voor het wetsontwerp dat hier wordt goedgekeurd. Het voorstel van Vlaams Belang gaat veel verder en probeert echt de slachtoffers in evenwicht te brengen met de veroordeelden. We weten zelf dat we nog niet ver genoeg gaan. We zullen de amendementen van de N-VA zeker steunen, maar wij vinden dat ook zij niet ver genoeg gaan. Wij doen een poging om het zover mogelijk te drijven om de slachtoffers zo veel mogelijk te helpen. Wij voorzien wel in rechtsmiddelen voor de slachtoffers in de procedures van het strafuitvoeringsrecht. Wij bepalen wel dat er rekening wordt gehouden met een vergoeding voor de burgerlijke partij, die in ons voorstel veel steviger in haar schoenen komt te staan. Wij hebben het wel over de inzage in het dossier en over het recht om gehoord te worden met betrekking tot de voorwaarden die aan de veroordeelde worden opgelegd. We hebben het verder over de inzage in het verslag van de justitiële assistenten en in het verslag van de adviezen van het openbaar ministerie. Wij zorgen daar wel voor. Wij voorzien ook in een cassatieberoep indien dat nodig is.

 

Wij beseffen ook dat wij de slachtoffers hierin niet volledig kunnen tegemoetkomen, maar wij gaan hierin wel het verst van allemaal, waardoor het slachtoffer steeds minder aan het kortste eind zal trekken.

 

De miskenning van het slachtoffer zit nog steeds in het recht zit en wordt nog versneld als gevolg van Europese en internationaalrechtelijke bepalingen.

 

Als ik dan over het verdienstelijk wetsontwerp inzake de vermogensstraffen hoor en de uitvoering daarvan, dan hoor ik zelfs collega’s uit de meerderheid posities innemen tegenover u en de heer Crombez, waardoor ik mij afvraag waar men nu mee bezig is. Moet men dan altijd de klemtoon leggen op die daders, op de veroordeelden en op de rechten van figuren die in feite in fout zijn of van wie men minstens een fout kan vermoeden?

 

Ik betreur die visie, ik betreur die filosofie, ik betreur die insteek van de leden van de meerderheid die in feite, zonder dat ze het zelf goed beseffen, de slachtoffers miskennen en ook het gevoel dat de slachtoffers hebben, miskennen. Ik zeg niet dat we de emoties van slachtoffers moeten cureren, maar als we de wet al op een niveau zouden brengen waarbij slachtoffers zich niet miskend voelen ten opzichte van een dader, zouden we al veel verder staan. Hier, vandaag, gebeurt dit ook niet. Alleen ons voorstel zou dat probleem substantieel kunnen verhelpen. Wat vandaag wordt goedgekeurd, zal in de toekomst moeten worden verbeterd en dat kan alleen op basis van het alternatief dat wij vandaag indienen.

 

Mevrouw de minister, onze fractie zal uiteraard voorstemmen. Wij willen ons zeker niet de perceptie op de hals halen dat wij tegen dit wetsontwerp zouden zijn en de slachtoffers in de kou laten staan, zoals kwaadwilligen nog zouden durven uitleggen. Onze fractie zal voorstemmen, maar ik zal mij, als hoofdindiener van het wetsvoorstel inzake de slachtoffers zoals het Vlaams Belang dat ziet, onthouden.

 

17.05  Christian Brotcorne (cdH): Monsieur le président, madame la ministre de la Justice, chers collègues, comme je l'ai dit en commission, il y a des projets qu'on vote avec plus d'allégresse que d'autres, notamment en matière de justice. Celui-ci en fait partie. C'est un bon projet qui a d'ailleurs été voté à l'unanimité. J'entends les points positifs soulignés par chacun des intervenants.

 

Je suis d'autant plus à l'aise pour le dire, madame la ministre, que j'avais avec mes collègues du CD&V déposé une proposition de loi ayant le même objectif. Je me réjouis que le gouvernement ait pu reprendre ces textes et en faire le projet que vous nous proposez aujourd'hui.

 

On avait déjà évolué sur la notion de victime à la suite des travaux de la commission spéciale "Abus sexuels". Nous avons été confrontés à encore d'autres dossiers particulièrement médiatiques, avec l'émoi de l'opinion publique. Aujourd'hui, nous franchissons un cap supplémentaire dans la place à donner aux victimes.

 

Nous sommes, de manière tout à fait précise, dans le contexte de l'application des peines. Le difficile équilibre qui était à trouver entre les droits de la victime et ceux de la personne condamnée est, me semble-t-il, atteint dans ce texte. Nous étions tous d'accord pour considérer que la victime n'était pas une partie à part entière dans le cadre des débats devant le tribunal d'application des peines mais qu'elle avait par ailleurs droit à une place qu'il fallait conforter et mieux préciser.

 

Notre collègue Goffin a correctement repris les quatre avancées de ce texte: l'extension de la notion de victime, l'obligation ou l'inscription d'un moment de contact pour la victime lors de l'appréciation par le tribunal d'application des peines, les mesures relatives à la communication, dont on dit qu'elle doit être écrite et rapide (dans les 24 heures) – pendant nos travaux en commission, j'ai fait préciser que tout autre moyen de communication plus rapide pouvait aussi être utilisé – et la prise en compte de l'effort d'indemnisation entamée par le condamné à l'égard de la victime. Ce sont les quatre piliers de la réforme proposée par ce texte que mon groupe soutiendra sans difficulté.

 

Madame la ministre, je profite néanmoins de l'occasion pour vous rappeler, comme je l'ai fait en commission, que je pense que nous aurons définitivement parfait la matière lorsque nous aurons, à partir d'un seuil qui est à définir, donné à la victime, comme au parquet d'ailleurs, un véritable recours plutôt que le pourvoi en cassation actuel dont on sait qu'il est essentiellement formel et présente peu d'intérêt pour les parties concernées. C'est habituellement le cas devant nos juridictions. À l'occasion et en fonction des moyens budgétaires disponibles, c'est une étape que nous devrons franchir avec sérénité.

 

17.06 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, ik denk dat dit een heel belangrijk wetsontwerp is dat ertoe strekt de positie van de slachtoffers in het kader van de strafuitvoeringsmodaliteiten veel te verbeteren.

 

Ons land had met de wet van 17 mei 2006 al veel aandacht gegeven aan de rechten van het slachtoffer in het kader van de strafuitvoering. Dat was toen al een gevoelige uitbreiding van de oude wet op de voorwaardelijke invrijheidstelling van 1998.

 

Nu gaan wij nog een stap verder. In vergelijking met andere Europese landen geven wij in ons land een heel grote rol aan de slachtoffers in de fase van de strafuitvoering. Ik denk dat wij daarop fier mogen zijn.

 

Het gaat om vier verschillende aspecten in de procedure. Ik verwijs daarvoor naar het uitgebreide verslag van de bespreking in de commissie.

 

Ik denk dat wij vandaag een heel belangrijk signaal geven aan alle slachtoffers die levenslang moeten leven met een feit dat hen is overkomen. Wij geven hun de plaats die ze verdienen bij de strafuitvoeringsrechtbanken.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2999/6)

Wij vatten de bespreking aan van de artikelen. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2999/6)

 

L’intitulé a été modifié par la commission en "projet de loi portant diverses dispositions en vue d'améliorer le statut de la victime dans le cadre des modalités d'exécution de la peine".

Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in "wetsontwerp houdende diverse bepalingen met het oog op de verbetering van de positie van het slachtoffer in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten".

 

Le projet de loi compte 35 articles.

Het wetsontwerp telt 35 artikelen.

 

*  *  *  *  *

Amendements déposés:

Ingediende amendementen:

 

Art. 13/1(n)

  • 25 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 14/1(n)

  • 26 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 14/2(n)

  • 27 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 17/1(n)

  • 28 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 18/1(n)

  • 29 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 19/1(n)

  • 30 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 21/1(n)

  • 31 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 25/1(n)

  • 32 - Sophie De Wit (2999/7)

Art. 28/1(n)

  • 33 - Sophie De Wit (2999/7)

*  *  *  *  *

 

La discussion des articles est close. Le vote sur les amendements ainsi que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over de aangehouden amendementen en over het geheel zal later plaatsvinden.

 

*  *  *  *  *

Besluit van de artikelsgewijze bespreking:

Conclusion de la discussion des articles:

Réservé: le vote sur les amendements.

Aangehouden: de stemming over de amendementen.

Artikel per artikel aangenomen: de artikelen 1 tot 35.

Adoptés article par article: les articles 1 à 35.

*  *  *  *  *

 

18 Projet de loi modifiant l'article 30bis de la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs et adaptant les dispositions de la loi du 4 août 1996 relative au bien-être des travailleurs lors de l'exécution de leur travail qui concernent la déclaration préalable et l'enregistrement des présences concernant les chantiers temporaires ou mobiles (3053/1-4)

18 Wetsontwerp tot wijziging van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot aanpassing van de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die betrekking hebben op de voorafgaande aangifte en op de registratie van aanwezigheden voor wat betreft de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen (3053/1-4)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

18.01  Stefaan Vercamer, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, collega’s, dit ontwerp bevat twee delen. Enerzijds is er de vereenvoudiging van de aangiften die nu via verschillende administraties moeten gebeuren. Zij worden vervangen door één enkele aangifte via de website van de RSZ. Anderzijds is er de aanpassing van de elektronische aanwezigheidsregistratie. Dit registratiesysteem houdt in dat de hoofdaannemer een registratieapparaat ter beschikking moet stellen van de aannemer op wie hij een beroep doet, zodat de aanwezigheid van elke persoon die zich op de bouwplaats bevindt geregistreerd kan worden.

 

Het toepassingsgebied is beperkt tot de grote bouwwerven. Dit wil zeggen: bouwwerven waarvan het totaal bedrag exclusief btw gelijk is aan, of hoger is dan 800 000 euro. Ook moeten de veiligheidscoördinatoren hun aanwezigheid registreren. Zij krijgen ook toegang tot bepaalde gegevens om eventueel snel in te grijpen. De concrete uitwerking van dit registratiesysteem moet gebeuren via een koninklijk besluit.

 

Mevrouw Kitir heeft een meerderheidsamendement ingediend om de inwerkingtreding te verduidelijken. De geharmoniseerde aangifte treedt in werking vanaf 1 januari 2014. De aanwezigheidsregistratie treedt in werking vanaf 1 april 2014.

 

Alle partijen hebben er in hun betoog op gewezen dat de vereenvoudigde aangifte in elk geval een stap in de goede richting is. Alle sprekers hebben erop aangedrongen dat de uitvoeringsbesluiten zo snel mogelijk genomen worden. Wel zijn er nog heel wat vragen over de praktische uitwerking van het registratiesysteem.

 

In haar betoog wees de minister erop dat de registratie in het voordeel is van de partijen in de bouwsector die te goeder trouw zijn. De aanwezigheidsregistratie zal worden toegepast op ongeveer 2 500 werven per jaar. De minister is ervan overtuigd dat de timing haalbaar is. Op dit moment ligt het koninklijk besluit ter bespreking voor bij de Nationale Arbeidsraad. Een tweede koninklijk besluit zou begin november worden voorgelegd. De minister plant vanaf 1 januari 2014 informatiesessies voor de bedrijven en de stakeholders over de implementatie van het registratiesysteem.

 

Het ontwerp werd uiteindelijk aangenomen met 11 stemmen voor en 2 onthoudingen. Het amendement werd aangenomen met 10 stemmen voor en 3 onthoudingen.

 

Tot zover het rapport over dit ontwerp.

 

Namens onze fractie wil ik nog meegeven dat dit ontwerp zorgt voor een administratieve vereenvoudiging, wat uiteraard een goede zaak is.

 

Wat de aanwezigheidsregistratie op de bouwwerven betreft, dringen wij nogmaals aan op een snelle inwerkingtreding. De belofte van vorig jaar dat de registratie binnen het jaar een feit zou zijn, werd jammer genoeg niet gehouden. Ook Europa en de Nationale Arbeidsraad dringen reeds lange tijd aan op die registratie.

 

Wij zijn ervan overtuigd dat die zal bijdragen tot meer veiligheid op de bouwwerf. Dat is ook nodig, want de cijfers tonen aan dat er een onaanvaardbaar hoog aantal arbeidsongevallen gebeurt op bouwwerven en dat daarbij ook vaak tijdelijke werkkrachten betrokken zijn.

 

Dit ontwerp en de aanwezigheidsregistratie zijn een wapen in de strijd tegen sociale fraude, waarvan vandaag vooral de bonafide bouwbedrijven het slachtoffer zijn. Ondanks het feit dat de regering de strijd tegen sociale dumping al fors heeft opgevoerd — het aantal controles is gestegen en het inspectieteam werd versterkt —, blijft de bouwsector een fraudegevoelige sector.

 

Uit cijfers van de RSZ blijkt dat de tewerkstelling in de bouw in 2013 sterk zal terugvallen. Er is sprake van een terugval van 2,6 %. Het zou nuttig zijn om na te gaan of dit werkelijk een gevolg is van minder opdrachten door de crisis of dat het veeleer gaat om een verschuiving van jobs naar schijnzelfstandigheid of frauduleuze constructies.

 

Wij zijn ervan overtuigd dat men de strijd tegen de fraude moet voortzetten en dat de snelle aanwezigheidsregistratie daartoe kan bijdragen.

 

Onze fractie steunt ook de andere initiatieven die u wilt nemen om de bouwsector te ondersteunen. Zo werd ondanks de moeilijke budgettaire toestand toch een bedrag van 10 miljoen euro vrijgemaakt voor de loonlastenverlaging voor de bouwsector en werd in het eenheidsstatuut in een uitzondering voorzien voor werknemers op mobiele bouwwerven. U weet dat ik daarbij altijd vraag dat dit regelmatig en structureel zou worden geëvalueerd om te vermijden dat dit ten eeuwigen dage een uitzondering zou blijven. Daardoor zou immers de facto een nieuwe discriminatie ontstaan binnen het eenheidsstatuut.

 

Voor ons blijft het belangrijk dat de fraude in de sector wordt aangepakt, zodat er in de sector een nieuwe, gezonde situatie ontstaat en een speciale behandeling van die werknemers niet meer nodig is.

 

Het ontwerp is uiteraard opnieuw het resultaat van een compromis. Veranderingen zullen altijd weerstand oproepen, maar wij delen het standpunt van de minister dat de registratie uiteindelijk ten goede komt aan alle partijen die eerlijk werk leveren. Dat zijn zowel de werknemers als de werkgevers. Wij steunen dit ontwerp.

 

18.02  Miranda Van Eetvelde (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, toen u een jaar geleden in het Parlement dit wetsontwerp voor de elektronische registratie op bouwwerven voorlegde, bleef ik op mijn honger. Omtrent de praktische uitvoering bleven er voor mij meer vragen dan antwoorden over.

 

Een jaar later legt u de derde versie van dit wetsontwerp voor. U hebt inderdaad her en der een aantal goede wijzigingen aangebracht en aanpassingen gedaan, maar mijn basiskritiek blijft dezelfde. Vertel mij eens hoe u concreet de wet zult uitvoeren op het terrein. U maakt zich sterk dat de elektronische registratie overal ingevoerd zal zijn tegen 1 april 2014, maar in de commissie voor de Sociale Zaken kon of wou u niet dieper ingaan op de praktische uitvoeringsmodaliteiten. U kon of wou mij ook niet vertellen hoe de proefprojecten lopen.

 

Mevrouw de minister, ik heb heel wat mails en brieven ontvangen van verenigingen van zelfstandigen en kmo’s uit de diverse deelsectoren van de bouw. Veel bedrijven uit de sector zijn echt zeer ongerust. Dat er efficiënt moet worden gehandeld tegen oneerlijke concurrentie en zwartwerk trekt niemand in twijfel, u niet en ik ook niet, maar als de praktische uitvoering erop neerkomt dat er voor de bouwbedrijven nog een pak administratie bijkomt en de echte fraudeurs de dans ontspringen, dan zijn wij eigenlijk nog verder van huis. Daarom kijk ik uit naar de praktische uitvoering van dit alles.

 

Ik hoop van harte dat de bonafide bouwbedrijven in april 2014 niet met onaangename verrassingen zullen worden geconfronteerd. Ik herhaal: april 2014.

 

18.03 Minister Monica De Coninck: Mijnheer de voorzitter, zoals ik in de commissie al antwoordde, worden er dikwijls praktische argumenten gebruikt om er eigenlijk voor te zorgen dat het principe geen doorgang vindt. Eens principieel wordt beslist, weet men ook dat het principe doorgang zal vinden en zijn de verschillende partners veel sneller bereid na te gaan op welke manier het principe praktisch zal worden ingevuld. Er zijn op de markt heel wat registratiesystemen, ook mobiele systemen. Wij hebben verklaard dat wij in samenspraak met alle actoren zullen nagaan welke systemen de beste zijn en op welke plaats zij het gemakkelijkst te gebruiken zijn.

 

Voor alle duidelijkheid, wij willen een win-winsituatie creëren voor alle bedrijven die op een bonafide manier willen werken. Inzake de praktische organisatie zullen wij zeker openstaan voor zeer pragmatische oplossingen. Wij zullen ervoor zorgen dat wij de administratieve rompslomp kunnen verminderen en de veiligheid van de werknemers op de werkvloer kunnen verbeteren.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3053/3)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3053/3)

 

L’intitulé en néérlandais a été modifié par la commission en “wetsontwerp tot wijziging van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot aanpassing van de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die betrekking hebben op de voorafgaande aangifte en op de registratie van aanwezigheden voor wat de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen betreft".

Het opschrift in het Nederlands werd door de commissie gewijzigd in “wetsontwerp tot wijziging van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot aanpassing van de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die betrekking hebben op de voorafgaande aangifte en op de registratie van aanwezigheden voor wat de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen betreft".

 

Le projet de loi compte 16 articles.

Het wetsontwerp telt 16 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 16 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 16 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

19 Projet de loi concernant la modification de la loi du 22 mars 2001 instituant une garantie de revenus aux personnes âgées (2953/1-5)

19 Wetsontwerp betreffende de wijziging van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen (2953/1-5)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

19.01  Meryame Kitir, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar het schriftelijk verslag.

 

19.02  Georges Gilkinet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, M. le ministre veut de l'enthousiasme! Il y en aura, mais pas uniquement.

 

Monsieur le ministre, je suis intervenu de manière assez positive en commission des Affaires sociales au sujet de ce projet – vous en avez été témoin. Quand les choses conviennent, il faut pouvoir le dire. Mais cela ne signifie pas pour autant que nous validions la politique de ce gouvernement en matière de pensions depuis le début de la législature. Même si l'heure des bilans n'est pas encore arrivée, nous garderons à l'esprit la réforme de décembre 2011 comme étant une réforme qui touchera les plus faibles et qui risque d'amener à terme un niveau de pauvreté encore plus important chez les pensionnés, et notamment chez les pensionnées, à cause de la réforme des périodes assimilées.

 

Cela ne signifie pas que nous ne conservons pas quelques interrogations au sujet de ce projet – j'y reviendrai – ni que nous ne souhaitons pas des améliorations du texte, notamment en ce qui concerne le réexamen des situations des potentiels bénéficiaires, vu que la Garantie de revenus aux personnes âgées (Grapa) est un droit non exercé par tous ceux qui pourraient en bénéficier. Cette situation est régulièrement mise en évidence par le médiateur des pensions.

 

Je répète ce que j'ai souligné en commission: ce projet est positif en ce qu'il clarifie et simplifie les situations d'un point de vue administratif, ce qui satisfera tant les ayants droit que les fonctionnaires; l'administration pourra ainsi se consacrer à d'autres missions, telle la révision des situations de droit des personnes concernées par la Grapa.

 

Ce projet est également positif parce qu'il prend mieux en compte certaines situations de cohabitation qui constituent des formes nouvelles de solidarité, importantes en termes de politique du logement: l'accès au statut d'isolé est facilité en cas de partage d'un logement sans mettre en commun ses moyens de vie ou de survie. Soulignons également la mesure spécifique pour les ayants droit qui poursuivent leur vie dans une maison de repos ou une maison de repos et de soins.

 

Nous avons aussi souligné que ce projet constituait une avancée, certes timide, vers l'individualisation des droits, une de nos grandes revendications en matière de sécurité sociale.

 

À ce propos, j'ouvre une parenthèse: le niveau de la Grapa se situe sous le seuil de pauvreté pour les ayants droit qui ne peuvent pas cumuler leurs revenus d'isolés. Il conviendra de s'y montrer attentif très rapidement car les bénéficiaires de la Grapa sont des personnes qui en ont bien besoin pour survivre.

 

Mais il nous reste des questions. En commission, nous avons déposé un amendement que je défends à nouveau ici: nous regrettons la non-adoption du principe de réexamen automatique des droits à la Grapa. Cette remarque est récurrente de la part du médiateur des pensions. En fait, il suggère de réaliser un réexamen administratif des dossiers au moins tous les cinq ans – cette durée nous paraît bien longue dans la vie d'un pensionné. Nous, nous proposons d'intégrer dans le texte cette suggestion de vérification en tant qu'obligation pour l'Office national des Pensions (ONP) afin qu'aucun ayant droit à la Grapa ne manque l'occasion d'en bénéficier.

 

Monsieur le ministre, le Bureau fédéral du Plan a récemment publié une étude intitulée L'évolution du risque de pauvreté chez les personnes âgées examinée de plus près. Dans cette étude, le Bureau du Plan note que malgré la forte amélioration de la protection offerte par les revenus minimums aux personnes âgées au cours de la dernière décennie, il n'y a pas eu, au cours de la période 2003-2010, de diminution claire du risque de pauvreté pour la population âgée considérée dans son ensemble.

 

Pour expliquer ce constat, le Bureau du Plan met en exergue trois éléments, dont le fait que certaines personnes âgées qui seraient éligibles n'introduisent pas de demande pour la Grapa. Pour surmonter cet obstacle, nous proposons donc un examen quinquennal automatique des droits. J'espère que nous pourrons, dans le cadre de cette discussion en séance plénière, obtenir une majorité sur cette suggestion que nous avions formulée en commission.

 

Je voudrais souligner, comme je l'ai fait en commission des Affaires sociales, le flou qui règne par rapport à la mise en application de la mesure relative à l'extension de la Grapa aux ressortissants des pays signataires de la Charte de l'assuré social.

 

Bien que le projet de loi prévoie ce principe d'élargir l'accès à la Grapa aux ressortissants de pays étrangers signataires de la Charte de l'assuré social, il n'y a pas de date de mise en application de l'entrée en vigueur de ce droit. Le Conseil d'État souligne cela dans son avis.

 

Je vous ai interrogé et vous avez été plus que vague dans votre réponse par rapport à un engagement qui pourrait être pris pour fixer une date ultime. Nous avons proposé une date par amendement. J'ai quelque part l'impression que vous ouvrez un droit mais que vous ne souhaitez pas le mettre en application. Pourriez-vous, dans le cadre de votre réponse en séance plénière, être plus explicite que vous ne l'avez été en commission des Affaires sociales?

 

Je voudrais insister sur un élément plus important, qui n'a été que superficiellement abordé en commission des Affaires sociales, et souligner le manque de données budgétaires précises et l'absence d'une description de cas dans le cadre de l'exposé des motifs et du débat en commission des Affaires sociales.

 

Qui va gagner? Qui va perdre? Mais surtout, cette réforme ne va-t-elle pas mettre davantage de familles en difficulté? Nous abordons en effet la question d'un régime très particulier qui doit permettre à des personnes âgées d'échapper au risque de pauvreté.

 

Rien ne permet de l'affirmer, notamment pour ce qui concerne la mesure de suppression de la prise en compte des petits-enfants dans le diviseur pour le calcul du revenu des potentiels bénéficiaires.

 

En commission, vous avez expliqué que l'objectif était de combattre certains abus en la matière. Il ne s'agit pas pour moi de défendre des abus, bien loin de là, mais j'ai la conviction que les abus, il faut les combattre de façon particulière, plutôt que d'appliquer une règle générale qui pourrait mettre en difficulté des familles qui pratiquent une forme de solidarité qui est l'accueil de petits-enfants par leurs grands-parents.

 

Vous avez expliqué qu'il s'agissait d'une manière de contourner la règle, une forme d'ingénierie sociale. Je m'étonne un peu de ce calcul, car si des parents décident de mettre leurs enfants plutôt à charge de leurs propres parents, c'est-à-dire des grands-parents, ceux-ci ne sont plus à leur charge, ce qui représente un coût fiscal. Ils ne bénéficient plus des allocations familiales. Aussi, je ne perçois pas l'avantage autre que le fait de bénéficier éventuellement de la Grapa.

 

D'autres collègues s'inquiétaient également de ne pas disposer de projections claires sur les économies estimées par cette mesure. J'ai l'impression que cette mesure d'ordre général pourrait causer des dégâts sur le plan social et mettre des familles en difficulté.

 

Avec mon collègue Wouter De Vriendt, nous proposons une forme de mesure tampon, qui permettrait pendant un an, en attente d'une éventuelle décision judiciaire, de comptabiliser effectivement comme membres de la famille des petits-enfants qui seraient accueillis par leurs grands-parents. Vous savez qu'en Belgique, une décision judiciaire en termes de gardes d'enfants comme dans d'autres ne se prend pas en un claquement de doigts. Ainsi, pourrions-nous avoir une sorte de buffer, une sorte d'amortissement et une possibilité d'obtenir ces droits. Il s'agit, en général, de familles qui ont grandement besoin de cette garantie de revenus aux personnes âgées pour se nourrir, se chauffer ou permettre, en l'occurrence, à des petits-enfants d'aller à l'école.

 

J'ai l'impression que la mesure d'ordre général que vous proposez ici pourrait avoir des effets collatéraux non souhaitables, raison pour laquelle nous déposons un amendement qui vise un assouplissement.

 

19.03  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, collega’s, mijnheer de minister, onze fractie ondersteunt het wetsontwerp dat de toekenning en de berekening van de inkomensgarantie voor ouderen drastisch zal vereenvoudigen en ongewenst gebruik aan banden zal leggen.

 

De inkomensgarantie voor ouderen wordt vandaag toegekend aan mensen die 65 jaar oud zijn of ouder en onvoldoende pensioenrechten hebben opgebouwd. De IGO is geen pensioen, maar zoals het leefloon, een bijstandsuitkering. Momenteel genieten ongeveer 96 300 Belgen een IGO. Als samenwonende kan men recht hebben op een bedrag van ongeveer 675 euro of als alleenstaande op een verhoogd bedrag van 1 011 euro.

 

Om een IGO te kunnen krijgen, moeten eerst alle bestaansmiddelen van de betrokkene in kaart worden gebracht. Vandaag worden alle bestaansmiddelen van de aanvrager en van andere mensen die wonen op hetzelfde adres samengeteld. Het is niet altijd gemakkelijk om dat onderzoek te doen. Bovendien blijkt dat, wanneer een persoon die ook op het adres woont niet wil meewerken aan het inkomensonderzoek, de betrokkene helaas geen IGO krijgt, ook al zou hij er recht op hebben. Als er zich daarnaast een wijziging in de situatie voordoet, moet telkens een nieuw onderzoek worden gevoerd. Dat is zeer omslachtig.

 

Iedereen is het erover eens dat de toekenning van bijstand op een eenvoudige, transparante wijze moet gebeuren, liefst ook automatisch. Voorlopig is dat voor een grote groep al zo, bijvoorbeeld voor mensen die 65 jaar oud zijn en dan met pensioen gaan en voor mensen die sinds 2010 met vervroegd pensioen zijn. Er is nu ook een inhaaloperatie bezig voor een andere groep.

 

Wij zetten met het voorliggend ontwerp een stap in de goede richting naar de individualisering van de IGO-rechten, zonder dat wij de bestaande solidariteit binnen een gezin of tussen generaties ondermijnen. Ouderen die bijvoorbeeld inwonen bij hun kinderen of kleinkinderen en senioren die samenwonen met hun ouders of schoonouders, moeten binnenkort enkel nog hun eigen middelen aangeven.

 

Vandaag lopen zij het risico hun inkomensgarantie voor ouderen te verliezen als zij bij hun kinderen gaan wonen. Dat zal vanaf 1 januari gelukkig niet meer het geval zijn. Ook wie samenwoont met een meerderjarige die niet de echtgenoot of wettelijke partner is, zal in de toekomst enkel de eigen bestaansmiddelen moeten aantonen.

 

Er komt met deze regeling ook meer continuïteit en zekerheid voor de IGO-gerechtigden. Het recht op de IGO zal immers niet meer telkens opnieuw moeten worden bekeken als er zich een wijziging voordoet in het aantal personen dat een zelfde hoofdverblijfplaats deelt.

 

Wij zijn ook heel blij dat er meer duidelijkheid komt over de regeling bij opname in een rusthuis of rust- of verzorgingstehuis. Wij hebben daarover vragen gesteld en de minister heeft mij bevestigd dat aan de Rijksdienst voor Pensioenen steeds een simulatie kan worden gevraagd over de gevolgen van de domiciliekeuze thuis of op het adres van het rustoord. Na het antwoord van de Rijksdienst voor Pensioenen kan de betrokkene nog altijd van adres wijzigen indien het bijvoorbeeld voordeliger blijkt om het domicilie thuis te hebben of, omgekeerd, het domicilie op het rustoordadres te hebben. Met terugwerkende kracht zal dan de meest voordelige uitkering worden uitbetaald.

 

De nieuwe regeling zorgt er ook voor dat de nieuwe dossiers bij de Rijksdienst voor Pensioenen sneller en efficiënter zullen worden behandeld en dat er een inhaaloperatie gebeurt voor wie vóór 1 juli 2001 met pensioen ging: al die dossiers worden onderzocht naar het recht op een IGO. Aanvankelijk zou dit onderzoek vier jaar duren, maar ik ben blij dat het door een betere methode wordt teruggebracht tot minder dan twee jaar. Ik wil er ook op aandringen snel werk te maken van deze inhaaloperatie: zo geven wij mensen het recht op een IGO. Ze hebben daar recht op en krijgen het nu nog niet. Ik wil vragen dat men dit snel doet, niet enkel voor mensen die met pensioen of vervroegd pensioen zijn gegaan vanaf juli 2001.

 

Als binnen twee jaar die inhaaloperatie voorbij is, moet ook de nieuwe groep van oudere pensioenen worden onderzocht. Van mensen die vervoegd met pensioen zijn gegaan vóór 1 juli 2001, worden de dossiers nog niet automatisch onderzocht. Ik vraag om na het wegwerken van de huidige achterstand, werk te maken van de nieuwe dossiers van oudere mensen met een ouder pensioen. Wie weet hebben zij ook recht op een IGO en weten zij dat niet. Wij zitten niet alleen met die vraag: ook heel wat middenveldorganisaties zoals Welzijnszorg, OKRA, de ziekenfondsen en de OCMW’s zijn vragende partij om het onderzoek naar de IGO te automatiseren en er een automatisch recht van te maken.

 

Wij zijn realistisch. Ik weet dat het momenteel niet haalbaar is en dat u met een inhaaloperatie bezig bent. Wij zullen dus eerst de inhaaloperatie moeten afwerken, vooraleer wij nieuwe dossiers nader kunnen onderzoeken.

 

Mijnheer de minister, in afwachting daarvan is het heel belangrijk dat er duidelijke informatie komt. Ik dring dus aan op een goede informatiecampagne over deze nieuwe regeling die vanaf 1 januari 2014 van start zal gaan. Heel wat mensen bevinden zich nu in een andere situatie, maar zullen door de nieuwe regeling een verhoogde tegemoetkoming kunnen krijgen, wat zij niet weten. Als zij niet zelf een aanvraag doen, zullen zij de verhoging niet krijgen.

 

Er moet dus minstens voor worden gezorgd dat er echt goede informatie is, zodat iedereen weet waarop hij of zij eventueel recht heeft en iedereen eventueel een simulatie of een nieuwe herberekening kan vragen.

 

Op termijn moet iedereen een automatische toekenning van het IGO-recht krijgen, wat wij belangrijk vinden. De automatische toekenning zal echter werk zijn voor de komende jaren.

 

Het tweede deel van voorliggend ontwerp breidt op aandringen van Europa het recht op de IGO of inkomensgarantie voor ouderen uit tot alle inwoners van de lidstaten die het Europees Sociaal Handvest hebben ondertekend en ook het nieuw of aangepast Europees Sociaal Handvest hebben ondertekend.

 

Dit betekent concreet dat het niet alleen gaat over landen die tot de Europese Unie of tot de Europese Economische Ruimte behoren; mensen met een nationaliteit van landen die het herziene Europees Sociaal Handvest hebben ondertekend – Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, Bosnië-Herzegovina, Turkije, Georgië, Moldavië, Montenegro, Rusland, Servië en Oekraïne –, die in België wonen en 65 jaar oud zijn, hebben recht op de IGO, ook wanneer zij hier nooit hebben gewerkt en geen dag aan onze sociale zekerheid hebben bijgedragen. Het gaat immers inderdaad niet om een systeem van sociale zekerheid maar om een bijstandssysteem.

 

Wij kunnen dat betreuren, maar het is wat Europa ons oplegt. Wij moeten de maatregel dus doorvoeren, wat trouwens ook al in andere Europese landen gebeurt.

 

De regeling zal wel een serieuze impact op onze begroting hebben. De vraag is alleen wanneer.

 

Mijnheer de minister, ik heb u dezelfde vraag ook in de commissie gesteld. U hebt toen geantwoord dat de regering de termijn bij koninklijk besluit zal bepalen. Het koninklijk besluit is voorlopig nog niet genomen. Wij weten dus nog niet vanaf wanneer wij alle betrokken onderdanen van de lidstaten in kwestie het recht op de IGO zullen moeten geven.

 

In elk geval, Europa legt ons de maatregel op. Wij zullen de maatregel vroeg of laat sowieso moeten doorvoeren.

 

Dat wij dit moeten doen, staat dus vast. Wij willen daarbij vooral aandringen op de aanpak van eventuele misbruiken. Het IGO is een systeem van bijstand en elk bijstandssysteem – ik vermeld ook het leefloon – is bedoeld om mensen te garanderen dat zij degelijk kunnen leven en niet in de armoede verzeilen. Een bijstandssysteem, zoals een leefloon of de IGO voor gepensioneerden, is niet bedoeld om ermee in een ander land, waar het leven veel minder duur is, royaal te gaan leven. Daarom bepaalt onze wet dat de begunstigde maximum een maand per jaar in het buitenland mag vertoeven.

 

De controles daarop zijn momenteel echter nog veel te beperkt. Onze fractie dringt daarom aan op een investering in de aanpak van misbruiken, in controles, zodat wij het kind op een dag niet met het badwater moeten weggooien vanwege misbruiken. Het systeem is goed, maar het is en blijft een bijstandssysteem, bedoeld om te vermijden dat mensen in armoede terechtkomen. Het is niet bedoeld om het te misbruiken. Wij vragen dan ook effectieve en efficiëntere controles, zodat de pakkans vergroot.

 

Er zijn gevallen waarbij personen langer dan een maand naar het buitenland moeten, maar voor die gevallen kan een aanvraag ingediend worden. Misschien moeten wij herbekijken of de verwerking van die aanvragen voldoende vlot verloopt. Als het om een echt goed gemotiveerde aanvraag gaat, bijvoorbeeld als een begunstigde om gezondheidsredenen of om gegronde redenen naar het buitenland moet, dan moet dat kunnen. Wel moeten wij vermijden, zeker met de uitbreiding naar al die landen, dat wij morgen bijstand toekennen aan mensen die hier bijvoorbeeld amper gewoond hebben, die hier tijdelijk zijn komen wonen om de IGO op te strijken en dan teruggaan naar hun land van herkomst, want dan betalen wij voor mensen die niet in België leven. Dat zou een manifest misbruik zijn.

 

Mijnheer de minister, wij dringen erop aan dat u die misbruiken liefst voorkomt en, als het moet, effectief bestraft wanneer ze plaatsvinden.

 

19.04  Jean-Marc Delizée (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, je l'ai dit au nom du groupe PS en commission: la philosophie générale de ce projet est positive. Il comporte des éléments de simplification et des éléments de clarification des droits pour les bénéficiaires de la Grapa. C'est l'occasion de rappeler que, dans notre pays, pas loin de 100 000 retraités de 65 ans et plus bénéficient de cette garantie de revenus aux personnes âgées, soit, dans la grande majorité des cas, comme complément à une pension de retraite et de survie, soit, dans quelques rares cas, comme un substitut à une absence de droit acquis dans notre régime de sécurité sociale. C'est la raison pour laquelle ce régime de Grapa est qualifié de dernier filet de sécurité pour les seniors. C'est aussi finalement un outil fondamental de lutte contre la précarité de ce groupe social, de ce groupe d'âge, qui, faut-il le rappeler, n'est plus en mesure d'être à la commande de ses moyens d'existence.

 

On a parlé du seuil de pauvreté des seniors. Entre 2005 et 2009, la proportion de seniors vivant avec un revenu en dessous du seuil de pauvreté a diminué. Il était de 23,2 % en 2005. Il est tombé en dessous de 20 % (19,4 %) en 2009 sur base des revenus de 2008 pour remonter, malheureusement, à 20,2 % en 2010. Cela veut dire que, dans notre pays, un senior sur cinq vit avec un revenu inférieur au seuil de pauvreté. On peut évidemment comparer avec les pays voisins mais cela reste un combat au quotidien pour toutes les personnes qui se trouvent dans cette situation.

 

La loi de 1976 dit qu'en Belgique, toute personne a droit à l'aide sociale et celle-ci pour lui permettre de vivre conformément à la dignité humaine. Cela sous-entend aussi que ce régime a été institué pour les personnes âgées, précisément pour ne pas alourdir les charges des centres publics d'action sociale.

 

Ceci est assez fondamental par rapport à une disposition qui contrevient à la philosophie de notre système d'aide sociale, à savoir cette condition des 312 jours de travail équivalent temps plein qui est imposée à certaines catégories de personnes allochtones pour pouvoir bénéficier de la Grapa.

 

Ce sont donc les ressortissants d'un État partie de la Charte sociale de Turin qui sont les victimes, alors que la loi de 2009 élargit le champ d'application de la Grapa aux ressortissants des pays signataires de cette charte. Cette loi attend un arrêté d'application qui n'a malheureusement pas encore été pris. Le projet postpose l'entrée en vigueur de cet engagement international.

 

La motivation budgétaire n'épuise pas le fait qu'on ait introduit une condition d'assurance sociale pour pouvoir bénéficier d'une aide sociale.

 

Cela étant dit, j'en viens à quelques-unes des modifications importantes de la loi dont j'ai dit qu'elles étaient positives.

 

Il y a l'individualisation des droits sociaux dans un certain nombre de cas, un thème particulièrement complexe mais important. C'est une exigence pour notre groupe et on fait des pas dans cette direction. Ainsi, par exemple, vous étendez l'octroi du montant majoré à l'ayant droit qui cohabite avec ses parents en ligne directe ascendante. Vous assimilez aussi le cohabitant légal à un allié.

 

Comme cela a ressorti des débats en commission, il est difficile de joindre une politique de justice sociale avec l'esprit de notre Code civil qui a été rappelé dans nos débats et qui concerne quelques millions de personnes mariées.

 

En tout cas, un pas a été franchi dans cette individualisation des droits. On s'en félicite car ce projet parachève la solidarité entre les générations mais il marque aussi un tournant dans ce qu'il est convenu d'appeler la globalisation des ressources du ménage.

 

Monsieur le ministre, on vous invite à dépasser le carcan de cette configuration du droit civil, cette configuration "civiliste" – je ne sais si je peux l'appeler ainsi – de la famille pour un investissement complet dans l'égalité sociale pour tous. Dans le calcul de la Grapa, si vous supprimez, à juste titre selon notre groupe, la prise en compte des ressources des cohabitants de fait qui très souvent vivent comme s'ils étaient mariés, il n'y a aucune raison de ne pas faire la même chose pour les conjoints mariés.

 

Qu'on nous explique en quoi un contrat de mariage ou de cohabitation légale justifie un traitement globalisé des revenus par rapport à un problème d'émancipation individuelle et de précarité au quotidien!

 

Ensuite, votre réforme concernant les admissions dans les maisons de repos est aussi positive. On aurait pu avoir des exemples chiffrés mais cette modification sera de nature à éviter une rupture brutale des revenus du fait du choix contraint du lieu de vie. Il s'agit ici de couples où l'un des conjoints doit vivre en maison de repos, de soins ou en institution psychiatrique. Finalement, cette modification assure le respect de cette réalité en équilibrant les revenus des conjoints légaux mais, encore une fois, elle n'est pas en cohérence avec le principe des droits individuels.

 

Il y a aussi un dispositif qui vise à mettre fin à certains abus comme la domiciliation chez un bénéficiaire d'un petit-enfant, mineur d'âge ou majeur, qui bénéficie d'allocations familiales, cette domiciliation influençant le calcul de la Grapa. Il faut évidemment lutter contre les pratiques abusives pour des raisons d'équité, mais cette mesure linéaire inévitable nie certaines situations de fait. Il y a des cas où des grands-parents hébergent réellement et prennent réellement en charge leurs petits-enfants. Je l'ai dit en commission, on doit malheureusement constater que l'abus de droits tue le droit dans ce cas.

 

Monsieur le ministre, je terminerai en insistant sur le volet d'automatisation des droits, dont il n'est pas spécifiquement question ici. C'est fait pour les nouvelles demandes mais il reste un certain nombre de personnes qui soit n'ont pas fait la demande de bénéficier d'un complément de Grapa au moment de leur retraite, soit n'étaient pas dans les conditions et le seraient éventuellement aujourd'hui. Compte tenu des moyens dont disposent ces personnes, il faudrait pouvoir remonter dans les dossiers du passé pour octroyer le droit à la Grapa pour tous les retraités qui remplissent les conditions pour pouvoir en bénéficier.

 

Notre groupe soutiendra ce projet de loi qui permettra à la fois une simplification et un progrès social en faveur des aînés. Il n'est pas parfait, il est possible d'aller plus loin mais il faut poursuivre volontairement l'octroi des droits automatiques aux personnes qui peuvent en bénéficier.

 

Ce projet concrétise une attention en faveur de nos retraités, en particulier ceux qui se trouvent en situation de précarité.

 

19.05  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega’s, wij hebben hierover een tijdje gediscussieerd in de commissie. In die commissie hebben wij ook een aantal nieuwe gegevens gekregen en daarom willen wij u hier toch een aantal vragen opnieuw stellen.

 

Eerst en vooral, het voorliggend wetsontwerp is in vrij grote mate positief, omdat daarmee een aantal stappen in de goede richting worden gezet. Zo breidt het wetsontwerp de IGO uit tot de wettelijke samenwonenden en zet het ook een stap in de richting van een grotere individualisering van sociale rechten, want een aantal categorieën van samenwonenden worden voor de IGO beschouwd als alleenstaanden. Dat is uiteraard positief, zeker als wij eens de bedragen bekijken van de inkomensgarantie voor ouderen.

 

Collega’s, de IGO is een minimaal vangnet voor 65-plussers die over een te laag pensioen beschikken om rond te komen. In ons land is een op vijf senioren kansarm. De IGO is een absoluut noodzakelijke hefboom. Ik kom even terug op de bedragen. Een alleenstaande ontvangt 1 011,70 euro en voor een samenwonende bedraagt de uitkering 674,46 euro. Het bedrag van de IGO voor samenwonenden ligt nog altijd onder de armoedegrens. Als wij iets willen doen aan de armoede bij onze senioren, moeten wij dus een aantal stappen vooruitzetten.

 

Wij verwachtten dan ook dat men met het wetsontwerp een aantal definitieve stappen in die richting zou zetten. Het wetsontwerp doet dat niet helemaal en eigenlijk werden wij gealarmeerd door een cijfer dat wij te horen hebben gekregen in de commissie. Samen met een aantal collega’s vroeg ik wat de budgettaire impact was van het wetsontwerp. Toen hebt u gezegd dat het wetsontwerp zal leiden tot 1,2 miljoen euro meeruitgaven en 1,5 miljoen euro besparingen. Met andere woorden, het wetsontwerp leidt eigenlijk tot een winst van 0,3 miljoen euro.

 

Dat is vreemd, want als men met onderhavig wetsontwerp echt een serieuze stap in de richting van een sterker sociaal beleid wil zetten, dan zouden wij kunnen denken dat de regering keuzes heeft gemaakt, prioriteiten heeft gesteld en een meeruitgave doet voor de armoedebescherming van de senioren. Dat is dus niet het geval. Wij werden gealarmeerd en toen zijn wij op zoek gegaan naar de reden waarom de regering denkt te besparen. Wij hebben het wetsontwerp geanalyseerd en een reden gevonden. Het is meteen een risico dat het wetsontwerp met zich meedraagt. Wij willen uw mening daarover vragen.

 

Het wetsontwerp bepaalt dat kinderen niet meer worden meegenomen in de berekening van de inkomens om te bepalen of iemand recht heeft op de IGO, behalve als het gaat om de eigen kinderen of om kinderen die geplaatst worden volgens een gerechtelijke beslissing. De bedoeling van de indieners van het wetsontwerp is zeer duidelijk vermeende fraude tegen te gaan, doordat minderjarigen worden ingeschreven bij hun grootouders. Zij worden meegeteld in de inkomensberekening bij de grootouders, waardoor de kans stijgt dat die recht hebben op een inkomensgarantie voor ouderen.

 

Het kan echter perfect dat kinderen en kleinkinderen worden ingeschreven bij hun grootouders, zonder dat dat het gevolg is van een gerechtelijke beslissing of zonder dat het met misbruik te maken heeft. Ik geef een aantal concrete voorbeelden. Bij een hospitalisatieprobleem kunnen de kinderen ondergebracht worden bij hun grootouders. Dat kan ook bij een moeilijke sociale of familiale situatie die noopt tot tijdelijke maatregelen. Ook dan kunnen kleinkinderen bij hun grootouders geplaatst worden. Het gaat dan niet om misbruik. Ik denk dat u daarmee akkoord kunt gaan. Het gaat ook niet om een gerechtelijke beslissing. Ik denk dat u ook daarmee akkoord kunt gaan. Ik vrees een beetje dat die categorie van personen in uw wetsontwerp tussen de mazen van het net valt. Hoe goed de bedoelingen ook zijn om effectief misbruik tegen te gaan, ik meen dat een bepaalde categorie van personen daardoor getroffen zal worden.

 

Daarom dienen wij een amendement in waarmee wij duidelijk willen maken dat het in bepaalde gevallen toch logisch en noodzakelijk is om kleinkinderen mee te tellen in de berekening, op een tijdelijke manier, om in aanmerking te worden genomen voor het recht op de IGO.

 

Kortom, wij willen met dit amendement voorstellen dat kleinkinderen wel degelijk worden meegeteld in de berekening van de middelen, gedurende een jaar vanaf het moment dat zij gedomicilieerd worden bij de grootouders, precies om een antwoord te bieden op zulke tijdelijke situaties, die echt wel voorkomen en die niets te maken hebben met misbruik of met een gerechtelijke beslissing. Zo willen wij een antwoord bieden op een feitelijk risico dat het wetsontwerp in zich draagt.

 

Het tweede amendement dienen wij in, omdat wij vinden dat het ontwerp een gemiste kans is. Wij willen er iets aan toevoegen dat te maken heeft met de definitie van de inkomensgarantie voor ouderen. Veel meer ouderen hebben recht op de IGO dan dat er effectief de IGO krijgen. Met andere woorden, er is een onderbenutting van het systeem. Veel heeft te maken met het feit dat de IGO pas recentelijk automatisch wordt toegekend aan wie 65 jaar wordt. Het automatisch onderzoek is nog relatief nieuw. Het komt erop neer dat voor een grote groep personen het recht op de IGO nooit werd onderzocht. Er is dus een inhaaloperatie nodig, die nu bezig is.

 

Omdat de familiale situatie of de vermogenssituatie kan veranderen, is het nodig dat er een automatisch onderzoek komt om de vijf jaar om na te gaan of oudere gepensioneerden recht hebben op de inkomensgarantie voor ouderen. Daarmee treed ik collega Lanjri volledig bij, die eveneens pleit voor een automatisch onderzoek om de vijf jaar om te zien of ouderen recht hebben op de IGO, wegens een gewijzigde familiale situatie of een gewijzigde vermogenssituatie. Als mevrouw Lanjri consequent is, kan zij niet anders dan ons amendement steunen. Het gaat om amendement nr. 6.

 

Zij is niet meer in de zaal, maar ik veronderstel dat haar collega’s het zullen doorgeven. Collega’s van CD&V, zeg tegen mevrouw Lanjri dat zij amendement nr. 6 moet steunen, ook al doet de fractie dat niet. Zij moet het eigenlijk wel steunen, want zij heeft daarnet in haar betoog gezegd dat zij het ook zo belangrijk vindt dat er een automatisch rechtenonderzoek komt wat de IGO betreft.

 

Dat vraagt de ombudsman van Pensioenen in de jaarverslagen en de rapporten ook. Men vindt het een zeer logische maatregel. Daarom willen wij die met ons amendement ter stemming voorleggen.

 

Mijnheer de minister, wat is de conclusie? Met het ontwerp tekenen we voor een vrij goede hervorming, maar de tekst draagt een risico in zich en is een gemiste kans. Daarom willen wij twee correcties op tafel leggen, met amendementen, want wij zijn een constructieve fractie.

 

Als die amendementen gesteund worden, kunnen wij het wetsontwerp steunen. Als dat niet het geval is, blijven wij bij ons genuanceerd standpunt. U weet dat een genuanceerd standpunt nooit tot een ja-stem of blanco cheque kan leiden. Dan zien wij ons genoodzaakt om ons te onthouden bij de stemming over het wetontwerp.

 

19.06  Catherine Fonck (cdH): Monsieur le président, monsieur le ministre, ce projet va dans le bon sens et il est inutile de reprendre tous les arguments en sa faveur.

 

Je tiens à mettre l'accent sur deux points. D'abord, j'estime important et juste de s'assurer auprès du petit nombre de personnes très âgées actuellement bénéficiaires du revenu minimum garanti que la Grapa nouvelle mouture ne leur serait pas plus avantageuse. J'en avais parlé en commission et j'espère que vous pourrez nous confirmer que vous engagerez l'ONP à agir en ce sens.

 

Ensuite, il convient de finaliser l'arrêté royal relatif à l'échange de données entre le SPF Finances et l'ONP. En effet, son entrée en vigueur permettrait des économies non négligeables, ce qui n'a pas été réalisé en 2013; pourtant, il pourrait s'agir d'un montant avoisinant les 20 millions d'euros, obtenus sans léser le citoyen mais en optimalisant la gestion.

 

Monsieur le président, monsieur le ministre, nous voterons en faveur de ce texte.

 

19.07  Alexander De Croo, ministre: Monsieur le président, je tiens avant tout à remercier tous les orateurs: tous ont soutenu le fait que notre projet allait dans le bon sens. Voilà qui fait toujours plaisir à entendre!

 

Ik wil de, mijns inziens, vier grote voordelen benadrukken van de wijzigingen die wij hier doorvoeren.

 

Ten eerste is het een zeer sterke vereenvoudiging voor de IGO-gerechtigden. Vandaag zijn er heel veel gevallen waarin IGO-gerechtigden afhankelijk zijn van de goodwill van derden om toch een onderzoek en dus de IGO te kunnen verkrijgen. Die kans wordt nu significant verminderd. Dat is dus goed voor de IGO-gerechtigden.

 

Het is ook een zeer grote vereenvoudiging voor de Rijksdienst voor Pensioenen, die nu veel minder vaak een onderzoek zal moeten doen naar de bestaansmiddelen van samenwonenden. Een groot deel van de vereenvoudiging die daar plaatsvindt zal ertoe leiden dat meer mensen een onderzoek kunnen doen om na te gaan of diegenen die nog geen onderzoek hebben gekregen recht hebben op de IGO. Zoals door een aantal sprekers werd aangehaald, is er vandaag een achterstand van ongeveer vier jaar om iedereen te kunnen onderzoeken. Met deze hervorming menen wij dat we de achterstand kunnen herleiden tot minder dan twee jaar.

 

Een derde belangrijk element is dat wij een aantal ongewenste effecten kunnen wegwerken. De heren Gilkinet en De Vriendt hebben in hun betoog benadrukt dat er vermeend misbruik zou zijn van de IGO. Ik ben het niet eens met het woord “vermeend”. Als wij met de administratie spreken, benadrukken zij dat er wijdverbreid vastgesteld misbruik is van de IGO, vooral met betrekking tot het inschrijven van kleinkinderen bij IGO-rechthebbenden die in feite geen recht zouden hebben op de IGO. Dit voorstel zal de mogelijkheid om misbruik te maken van de IGO significant verminderen.

 

Een laatste element dat ik belangrijk vind, is de grondige modernisering van de IGO-wetgeving, zodat ze in de lijn komt te liggen van de nieuwe vormen van samenleven. Een belangrijk element is dat wij nu naast het huwelijk ook rekening houden met wettelijk samenwonen. Tevens houden wij er rekening mee dat er mensen zijn die recht hebben op de IGO die hun ouders bij zich laten inwonen. Dat gebeurt vandaag steeds vaker omdat mensen een stuk ouder worden. Deze nieuwe vormen van samenleven mogen geen negatief effect hebben.

 

Dan wil ik enkele elementen aanhalen in antwoord op de vragen.

 

Ten eerste, de budgettaire schatting. Ik heb in de commissie heel duidelijk gezegd dat de budgettaire schatting nogal onvolledig is omdat het moeilijk is om voldoende cijfers te verzamelen. Ik wil echter wel benadrukken dat deze hervorming niet als doelstelling heeft om te besparen in de IGO. Deze hervorming heeft als doelstelling een juistere toepassing van de IGO te kunnen krijgen.

 

De cijfers die ik geciteerd heb, wil ik echter toch wel verduidelijken. Door de nieuwe definitie van samenwoonst zou er inderdaad een minderuitgave van 1,7 miljoen zijn. De extra vrijstelling die er zou komen, via koninklijk besluit natuurlijk, van 5 000 euro zou leiden tot een meeruitgave van 1 miljoen. De invoering van het herziene Europees Sociaal Handvest zou leiden tot een meerkost van 1,2 miljoen euro. Als men deze cijfers optelt, kan men niet zeggen dat dit een besparing geweest is.

 

Met betrekking tot mensen die naar een rust- of verzorgingstehuis moeten gaan, is het inderdaad zo dat men de adreswijziging, mocht deze niet voordelig zijn, met terugwerkende kracht kan wijzigen in het Rijksregister. Ik zei het reeds: dit zal leiden tot een versnelling van het onderzoek van de IGO.

 

De prioriteit vandaag moet zijn om de achterstand weg te werken. Eenmaal wij de achterstand weggewerkt hebben, kunnen wij bekijken op welke manier men verder onderzoek moet doen. De eerste prioriteit is het wegwerken van de achterstand. Het idee om nu reeds te beslissen om vijfjaarlijks iedereen te onderzoeken, lijkt mij vandaag niet haalbaar. Onze schattingen zeggen vandaag dat dit een serieuze meeruitgave zou zijn en zou leiden tot meer mensen die onderzoek moeten doen.

 

Ik wil er toch ook wel aan herinneren dat men vandaag bij elke wijziging in de burgerlijke stand kijkt wat de invloed daarvan is op de IGO. Het is dus niet helemaal juist om te zeggen dat er wijzigingen kunnen plaatsvinden zonder dat men daarvan de impact op de IGO becijfert.

 

Ik kom aan het amendement om toch kleinkinderen in rekening te kunnen brengen als ten laste. Er zijn daarop twee antwoorden.

 

Als de kleinkinderen werden geplaatst bij de grootouders is dit natuurlijk een andere situatie. Als zij werden geplaatst, worden zij wel degelijk in rekening gebracht en worden zij gelijkgeschakeld aan kinderen die nog kinderbijslag krijgen.

 

Er is ook nog een andere situatie waarbij ouders hun kinderen ten laste hebben. Als grootouders dan bij dat gezin komen wonen, is het natuurlijk niet de bedoeling dat dit een impact zou hebben op het verkrijgen van de IGO of op een wijziging van de IGO-bedragen.

 

Ik zou willen besluiten met het volgende. Sinds de invoering van de IGO zijn wij erin geslaagd om het aantal gepensioneerden die zich in armoede bevinden, te doen dalen. De Studiecommissie voor de Vergrijzing heeft ook zeer duidelijk de positieve invloed van de IGO benadrukt. Ik meen dat hiermee heel duidelijk is gemaakt dat wij de intentie hebben om het systeem van de IGO te behouden, maar vooral ook dat wij de doelmatigheid ervan willen versterken en ervoor willen zorgen dat zij die er recht op hebben er nu en in de toekomst recht op blijven hebben.

 

19.08  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord, maar ik wil mijn vraag toch nog preciseren.

 

Uiteraard moet misbruik worden aangepakt, als uw administratie zegt dat er misbruik is. Daarover zijn wij het eens. Ik blijf er echter bij dat in uw wetsontwerp één bepaalde groep mensen tussen de mazen van het net dreigt te vallen en in de problemen dreigt te komen. Het gaat over de situatie waarbij kleinkinderen bij hun grootouders inwonen, niet na een gerechtelijke beslissing, maar wegens een tijdelijke urgentie, zoals een hospitalisatie van de ouders of een dringende, uitzonderlijke familiale situatie. In dat geval worden die kleinkinderen niet mee in rekening genomen om te bepalen of de grootouders al dan niet recht hebben op de IGO. Die grootouders zullen worden geconfronteerd met een te laag bedrag, want in feite hebben zij wel degelijk kinderen ten laste.

 

Uw wetsontwerp is goed bedoeld en zet zeker stappen in de juiste richting, maar draagt een groot risico met zich mee. Dat moeten wij remediëren. Daarom hebben wij een amendement ingediend dat toelaat om toch gedurende een jaar de kleinkinderen mee in rekening te brengen. Dat is een fair compromis en komt tegemoet aan het inherente risico dat in uw wetsontwerp vervat zit. Wij vragen dus dat dit amendement wordt goedgekeurd.

 

19.09  Nahima Lanjri (CD&V): Als een dergelijke situatie zich zou voordoen waarbij de ouders in het ziekenhuis verblijven en de kinderen tijdelijk moeten worden opgevangen, lijkt het mij niet dat de grootouders daaruit munt willen slaan door de IGO te willen krijgen of te zien verhogen. Als de situatie niet tijdelijk is, maar een half jaar, een jaar of langer duurt en de grootouders een laag pensioen genieten en bijkomende kosten hebben, dan belet niets hen om de IGO aan te vragen en te laten berekenen.

 

Wij moeten ook geen situaties voorstellen die in de praktijk niet zullen plaatsvinden. Als kleinkinderen een paar weken of iets langer bij hun grootouders zijn, voor de vakantie bijvoorbeeld, is het niet de bedoeling om de IGO aan te vragen. Meestal worden de kosten voor de kleinkinderen verder door hun ouders gedragen. Het zijn immers nog altijd de ouders die verantwoordelijk zijn voor hun kinderen en het onderhoud van hun kinderen.

 

Wij zeggen niet dat de grootouders plots de kosten voor de kleinkinderen moeten dragen. Laten wij niet vergeten dat de ouders onderhoudsplichtig zijn. Dat moet in eerste instantie blijven tellen.

 

19.10 Minister Alexander De Croo: Mijnheer de voorzitter, ik wil twee elementen verduidelijken.

 

Ten eerste, mijnheer De Vriendt, u hebt er de nadruk op gelegd dat het een tijdelijke situatie betreft. Als u dat zegt, geeft u eigenlijk zelf mee hoe moeilijk het voor de Rijksdienst voor Pensioenen zou zijn om voor elke tijdelijke situatie een tijdelijke IGO of een tijdelijke aanpassing van de IGO te berekenen. Dat is praktisch bijna onmogelijk.

 

Ten tweede wil ik benadrukken dat in zulke situaties de kleinkinderen financieel ten laste van hun ouders blijven. Het is niet omdat ouders bijvoorbeeld in het ziekenhuis liggen dat zij hun kinderen niet meer financieel ten laste zouden hebben. Dat wijzigt dus niet. Als men de IGO toch zou wijzigen, creëert men een dubbel systeem. Dat is niet de bedoeling.

 

19.11  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw Lanjri, wij zeggen niet dat de grootouders munt willen slaan uit het feit dat hun kleinkinderen bij hen inwonen. Mijnheer de minister, wij zeggen evenmin dat men rekening moet houden met elke individuele tijdelijke situatie. Ons amendement is er precies op gericht grootouders wier kleinkinderen bij hen inwonen toch gedurende een jaar een inkomensgarantie voor ouderen te geven. Wij bieden een standaardoplossing voor tijdelijke situaties.

 

Ik wil u wel geloven als u zegt dat kinderen ten laste blijven van de ouders, maar er zullen situaties zijn waarin grootouders de financiële lasten zullen dragen. Er zullen situaties zijn waarin het niet over enkele dagen gaat maar over enkele maanden, terwijl er geen gerechtelijke uitspraak is en het dus niet gaat om een plaatsing.

 

Ik deel uw optimisme niet en ik vrees dat bepaalde categorieën van personen tussen de mazen van het net zullen vallen. Ik wil u vragen een beschermingsmechanisme in te bouwen via ons tweede amendement.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion

(Rgt 85, 4) (2953/4)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2953/4)

 

L'intitulé a été modifié par la commission en "projet de loi modifiant la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées".

Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in "wetsontwerp tot wijziging van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen".

 

Le projet de loi compte 9 articles.

Het wetsontwerp telt 9 artikelen.

 

*  *  *  *  *

Amendements déposés:

Ingediende amendementen:

 

Art.5

  5 – Georges Gilkinet cs (2953/5)

Art. 10 (n)

  6 – Georges Gilkinet cs (2953/5)

*  *  *  *  *

 

La discussion des articles est close. Le vote sur les amendements et l’article réservés ainsi que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over de aangehouden amendementen, het aangehouden artikel en over het geheel zal later plaatsvinden.

 

*  *  *  *  *

Conclusion de la discussion des articles:

Besluit van de artikelsgewijze bespreking:

 

Réservé: le vote sur les amendements et l’article 5.

Aangehouden: de stemming over de amendementen en artikel 5.

 

Adoptés article par article: les articles 1-4, 6-9.

Artikel per artikel aangenomen: de artikelen 1-4, 6-9.

 

*  *  *  *  *

 

20 Projet de loi portant des dispositions diverses en matière de dispositifs médicaux (3057/1-4)

- Projet de loi modifiant les articles 33 et 35 de la loi du ... portant des dispositions diverses en matière de dispositifs médicaux et modifiant l'article 605quater du Code judiciaire (3058/1-3)

20 Wetsontwerp houdende diverse bepalingen met betrekking tot medische hulpmiddelen (3057/1-4)

- Wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 33 en 35 van de wet van … houdende diverse bepalingen met betrekking tot medische hulpmiddelen, en tot wijziging van artikel 605quater van het Gerechtelijk Wetboek (3058/1-3)

 

Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces deux projets de loi. (Assentiment)

Ik stel u voor een enkele bespreking aan deze twee wetsontwerpen te wijden. (Instemming)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

20.01 Colette Burgeon, rapporteur: Monsieur le président, madame et messieurs les ministres, chers collègues, vu le peu de discussions que ces projets de loi ont suscité, je me référerai pour le détail au rapport écrit.

 

Effectivement, le 23 octobre dernier, notre commission de la Santé publique a adopté, à l'unanimité, les projets de loi présentés par Mme Onkelinx portant sur les dispositifs médicaux. Une telle unanimité doit être soulignée.

 

Il faut dire que nous étions toutes et tous impatients de prendre connaissance de ce projet, qui permet de sécuriser, de la fabrication à l'explantation en passant par l'implantation, la chaîne des dispositifs médicaux. Et ce n'est certainement pas anodin, car rappelez-vous le scandale des prothèses mammaires PIP.

 

Lors des premières révélations de ce scandale, j'avais d'ailleurs pris l'initiative de poser de multiples questions à la ministre, qui s'était alors engagée à réunir le plus rapidement possible l'ensemble des acteurs du secteur pour trouver une solution au fait que, jusqu'à présent, les autorités sanitaires étaient dans l'incapacité de connaître le nombre de prothèses implantées en Belgique, les prestataires ayant utilisé telle ou telle prothèse, et les patients concernés.

 

Ainsi, dès l'automne dernier, les grandes lignes du Plan Implants ont vu le jour et les projets de loi dont il est question aujourd'hui formalisent ce plan. Ces projets permettent d'instaurer un système efficace et rapide de traçabilité des dispositifs médicaux avec un objectif de sécurité sanitaire évident. Cet enregistrement de la chaîne sera parfait: des distributeurs et des produits commercialisés, des prestataires qui les achètent, puis le patient à qui le produit est destiné. Toutes ces informations seront désormais enregistrées et pourront servir en cas d'alerte sanitaire. Avec le système proposé, le risque inhérent à tous les dispositifs médicaux sera correctement mesuré avant la commercialisation du produit et fera l'objet d'un suivi précis après l'implantation.

 

Par ailleurs, la place du patient est considérablement renforcée via notamment les nouvelles obligations incombant aux prestataires en matière d'information.

 

Ce prestataire devra remettre au patient implanté un certificat reprenant toutes les données essentielles relatives au dispositif implanté. Cette obligation permettra par ailleurs d'écarter les dispositifs non conformes qui n'ont pas été achetés via le circuit légal. C'est une garantie supplémentaire pour le patient.

 

Pour conclure, je tiens donc à remercier la ministre pour son travail remarquable réalisé en la matière et en concertation avec le secteur qui financera cette réforme.

 

Cette réforme était hautement nécessaire pour rassurer, sécuriser les actuels et futurs patients implantés.

 

Notre système de soins est basé sur la confiance. Ce projet la renforce. Mon groupe approuvera donc ce projet de loi.

 

20.02  Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, je voudrais féliciter Mme le rapporteur pour son excellent rapport. Je ne ferai pas d'autre commentaire car cela a été voté en commission sans opposition.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 3057. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3057/4)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 3057. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3057/4)

 

L’intitulé a été modifié par la commission en “projet de loi en matière de dispositifs médicaux".

Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in “wetsontwerp met betrekking tot medische hulpmiddelen".

 

Le projet de loi compte 57 articles.

Het wetsontwerp telt 57 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 57 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 57 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 3058. Le texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3058/3)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 3058. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3058/3)

 

L’intitulé a été modifié par la commission en “projet de loi modifiant les articles 41 et 43 de la loi du … en matière de dispositifs médicaux et l'article 605quater du Code judiciaire".

Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in “wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 41 en 43 van de wet van … met betrekking tot medische hulpmiddelen en van artikel 605quater van het Gerechtelijk Wetboek".

 

Le projet de loi compte 5 articles.

Het wetsontwerp telt 5 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 5 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 5 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

21 Projet de loi relative à la suppression ou à la restructuration d'organismes d'intérêt public et d'autres services de l'État, coordonnée le 13 mars 1991 (3082/1-3)

21 Wetsontwerp betreffende de afschaffing of herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991 (3082/1-3)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

M. Mathias De Clercq renvoie à son rapport écrit.

 

21.01  Cathy Coudyser (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik wil een stemverklaring afleggen.

 

Wij stemmen voor onderhavig wetsontwerp, want wij zijn zeer tevreden dat de plantentuin van Meise eindelijk gedefederaliseerd wordt. Het heeft weliswaar tien jaar geduurd alvorens er een akkoord was tussen de Vlaamse en de Franse Gemeenschap, maar dat akkoord is er nu. Dan is het ook logisch dat het juridisch kader hier op het federale niveau wordt opgedoekt.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3082/3)

Wij vatten de bespreking aan van de artikelen. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3082/3)

 

L’intitulé en néerlandais a été modifié par la commission en "wetsontwerp tot wijziging van de wet betreffende de afschaffing of herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991".

Het opschrift in het Nederlands werd door de commissie gewijzigd in "wetsontwerp tot wijziging van de wet betreffende de afschaffing of herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991".

 

Le projet de loi compte 3 articles.

Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

22 Projet de loi portant assentiment à la Convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République populaire de Chine tendant à éviter la double imposition et à prévenir la fraude fiscale en matière d'impôts sur le revenu, faite à Bruxelles le 7 octobre 2009 (3092/1-2)

- Projet de loi portant assentiment au Protocole modifiant la Convention entre le Royaume de Belgique et le Japon tendant à éviter les doubles impositions en matière d'impôts sur le revenu, fait à Bruxelles le 26 janvier 2010 (3093/1-2)

22 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Volksrepubliek China tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 7 oktober 2009 (3092/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en Japan tot het vermijden van dubbele belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 26 januari 2010 (3093/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces deux projets de loi. (Assentiment)

Ik stel u voor één enkele bespreking aan deze twee wetsontwerpen te wijden. (Instemming)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

22.01  Herman De Croo, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, het schriftelijk verslag werd ondertussen uitgedeeld op de banken. Ik zal heel kort een drietal puntjes aanhalen.

 

Ten eerste, er was om de urgentie verzocht voor de behandeling van deze wetsontwerpen.

 

Ten tweede, ik wil mijn steeds toenemende bezorgdheid uiten. Internationale verdragen worden in het Nederlands en het Frans goedgekeurd, maar gewoonlijk verwijst men in het verdrag zelf naar het Engels als voertaal. In geval van moeilijkheden moet de Engelse tekst dan ook worden geraadpleegd. Quod wanneer deze tekst hier in feite niet werd goedgekeurd?

 

Ten derde, er zijn nog heel wat van deze fiscale verdragen in aantocht. Wij hebben in dit land meerdere ministers van Financiën. Er is zowel een Vlaamse, een Brusselse als een Waalse minister van Financiën, en men weet niet goed wie wat mag vragen aan de partner en bij wie deze partner terechtkan. Er is een oplossing in de maak met een overlegprocedure en één meldingspunt in het federale departement van Financiën.

 

Voor de rest verwijs ik naar het schriftelijk verslag.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 3092. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3092/1)

Wij vatten de bespreking aan van de artikelen van het wetsontwerp nr. 3092. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3092/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 3093. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3093/1)

Wij vatten de bespreking aan van de artikelen van het wetsontwerp nr. 3093. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3093/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

23 Projet de loi portant assentiment aux Amendements au Statut de Rome de la Cour pénale internationale relatifs au crime d'agression, adoptés à Kampala le 11 juin 2010 lors de la Conférence de révision du Statut de Rome (3094/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Amendement à l'article 8 du Statut de Rome de la Cour pénale internationale, adopté à Kampala le 10 juin 2010 lors de la Conférence de révision du Statut de Rome (3095/1-2)

23 Wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof betreffende de misdaad van agressie, aangenomen te Kampala op 11 juni 2010 tijdens de Herzieningsconferentie van het Statuut van Rome (3094/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met de Wijziging van artikel 8 van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof, aangenomen te Kampala op 10 juni 2010 tijdens de Herzieningsconferentie van het Statuut van Rome (3095/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces deux projets de loi. (Assentiment)

Ik stel u voor een enkele bespreking aan deze twee wetsontwerpen te wijden. (Instemming)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

23.01  Corinne De Permentier, rapporteur: Monsieur le président, étant donné l'unanimité en commission, je renvoie à mon rapport écrit.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 3094. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3094/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 3094. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3094/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 3095. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3095/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 3095. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3095/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

24 Poursuites éventuelles à charge d'un membre

24 Eventuele vervolgingen ten laste van een lid

 

Par lettre du 31 octobre 2013, le procureur général près la cour d'appel de Bruxelles demande à la Chambre d'autoriser éventuellement des poursuites à charge de l'un de nos collègues en application de l'article 59 de la Constitution.

Bij brief van 31 oktober 2013 vraagt de procureur-generaal bij het hof van beroep te Brussel de Kamer om, met toepassing van artikel 59 van de Grondwet, eventuele vervolgingen ten laste van één onzer collega's toe te staan.

 

Conformément à l'article 160 du Règlement, la demande est renvoyée à la commission des Poursuites.

Overeenkomstig artikel 160 van het Reglement wordt het dossier verzonden naar de commissie voor de Vervolgingen.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

25 Prise en considération de propositions

25 Inoverwegingneming van voorstellen

 

Vous avez pris connaissance dans l'ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en considération est demandée.

In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is gevraagd.

 

S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considérerai la prise en considération comme acquise et je renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.

Indien er geen bezwaar is, beschouw ik deze als aangenomen; overeenkomstig het Reglement worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 6 novembre 2013, je vous propose également de prendre en considération:

- la proposition de loi de MM. Patrick Dewael et Daniel Bacquelaine, Mmes Catherine Fonck, Manuella Senecaut et Karin Temmerman et MM. Raf Terwingen et Stefaan Van Hecke visant à corriger plusieurs lois réglant une matière visée à l'article 78 de la Constitution (n° 3098/1).

Renvoi à la commission de l'Intérieur, des Affaires générales et de la Fonction publique (art. 1 à 14), à la commission des Finances et du Budget (art. 15) et à la commission de la Justice (art. 16)

- la proposition de résolution de M. Kristof Calvo, Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers, MM. Eric Jadot et Wouter De Vriendt, Mme Juliette Boulet et M. Stefaan Van Hecke visant un engagement contraignant clair, aux niveaux national et international, de la Belgique et de l'Europe en matière de changement climatique (n° 3107/1).

Renvoi à la commission de la Santé publique, de l'Environnement et du Renouveau de la Société

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 6 november 2013, stel ik u ook voor in overweging te nemen:

- het wetsvoorstel van de heren Patrick Dewael en Daniel Bacquelaine, de dames Catherine Fonck, Manuella Senecaut en Karin Temmerman en de heren Raf Terwingen en Stefaan Van Hecke ter verbetering van verschillende wetten die een aangelegenheid regelen als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet (nr. 3098/1).

Verzonden naar de commissie voor de Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt (art. 1 tot 14), de commissie voor de Financiën en de Begroting (art. 15) en de commissie voor de Justitie (art. 16)

- het voorstel van resolutie van de heer Kristof Calvo, mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers, de heren Eric Jadot en Wouter De Vriendt, mevrouw Juliette Boulet en de heer Stefaan Van Hecke tot een duidelijk nationaal en internationaal bindend engagement van België en Europa inzake de klimaatverandering (nr. 3107/1).

Verzonden naar de commissie voor de Volksgezondheid, het Leefmilieu en de Maatschappelijke Hernieuwing

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Urgentieverzoek

Demande d'urgence

 

25.01  Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, onze fractie vraagt de urgentie voor het voorstel van resolutie nr. 3107/1 en dat om een vrij evidente reden. Het gaat immers om een resolutie die de VN-klimaatconferentie in Warschau behandelt. Als het punt niet hoogdringend wordt behandeld, zal het pas na de klimaatconferentie in Warschau worden behandeld, wat ons niet zo een goed idee lijkt. In het verleden heeft het Parlement al over de grenzen van meerderheid en oppositie gewerkt aan dergelijke resoluties voor de VN-klimaatconferentie.

 

Het is geen voorstel dat te nemen of te laten is, maar wij zouden in elk geval het debat snel willen aanvatten in de commissie voor de Volksgezondheid, het Leefmilieu en de Maatschappelijke Vernieuwing.

 

Daarom vragen wij om de urgentie hiervan in overweging te nemen. Wij hopen hier op de steun van de collega’s van de meerderheid te kunnen rekenen.

 

Le président: Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.

 

De urgentie wordt bij zitten en opstaan verworpen.

L’urgence est rejetée par assis et levé.

 

Votes nominatifs

Naamstemmingen

 

26 Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de heer Bert Schoofs over "de door de federale regering te nemen anticiperende maatregelen ingevolge de mogelijke wijzigingen in het drugsbeleid in Nederland" (nr. 106)

26 Motions déposées en conclusion de l'interpellation de M. Bert Schoofs sur "les mesures à prendre par le gouvernement fédéral en vue d'anticiper les modifications que les Pays-Bas pourraient apporter à leur politique en matière de drogue" (n° 106)

 

Deze interpellatie werd gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de Justitie van 22 oktober 2013.

Cette interpellation a été développée en réunion publique de la commission de la Justice du 22 octobre 2013.

 

Twee moties werden ingediend (MOT nr. 106/1):

- een motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Bert Schoofs;

- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Jacqueline Galant en Marie-Christine Marghem en door de heer Patrick Dewael.

Deux motions ont été déposées (MOT n° 106/1):

- une motion de recommandation a été déposée par M. Bert Schoofs;

- une motion pure et simple a été déposée par Mmes Jacqueline Galant et Marie-Christine Marghem et par M. Patrick Dewael.

 

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.

La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? 

 

26.01  Bert Schoofs (VB): Mijnheer de voorzitter, de Nederlandse Raad van State heeft eerder al beslist dat drie van de dertien coffeeshops in Maastricht mogen verhuizen naar een locatie aan de rand van de stad, in de richting van de grens met België.

 

Men wacht nu op een principiële beslissing die weldra door de Nederlandse Raad van State zal worden genomen, over het feit of niet-ingezetenen nog steeds geen softdrugs mogen kopen in Nederland. Er is daarop momenteel een verbod, maar het zou kunnen dat de Nederlandse Raad van State dat verbod opheft.

 

Men moet dus voorbereid zijn. De Vlaamse en Waalse grensgemeenten zijn heel ongerust dat de Raad van State de beslissing zal nemen dat drugs ook mogen worden verkocht aan niet-ingezetenen, dus ook aan Belgen, Duitsers en Noord-Fransen.

 

Er wordt van de federale regering verwacht dat zij gepaste maatregelen zal nemen opdat die drugsdealers en drugsrunners niet opnieuw vrij spel zouden krijgen. Steun de grensgemeenten door deze motie van aanbeveling aan te nemen.

 

De voorzitter: Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 1)

Ja

85

Oui

Nee

50

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

135

Total

 

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt de motie van aanbeveling.

La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, la motion de recommandation est caduque.

 

27 Wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen, wat de waarborgen van de schuldeisers bij een kapitaalherschikking betreft (2800/5)

27 Projet de loi modifiant le Code des sociétés, concernant les garanties des créanciers en cas de réorganisation du capital (2800/5)

 

Geamendeerd door de Senaat

Amendé par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 2)

Ja

134

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

1

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2800/7)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2800/7)

 

Raison d’abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

28 Aangehouden amendementen op het wetsontwerp houdende diverse bepalingen met het oog op de verbetering van de positie van het slachtoffer in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (nieuw opschrift) (2999/1-7)

28 Amendements réservés au projet de loi portant diverses dispositions en vue d'améliorer le statut de la victime dans le cadre des modalités d'exécution de la peine (nouvel intitulé) (2999/1-7)

 

Stemming over amendement nr. 25 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 13/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 25 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 13/1(n).(2999/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 3)

Ja

50

Oui

Nee

85

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 26 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 14/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 26 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 14/1(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 27 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 14/2(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 27 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 14/2(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 28 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 17/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 28 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 17/1(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 29 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 18/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 29 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 18/1(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 30 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 19/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 30 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 19/1(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 31 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 21/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 31 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 21/1(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 32 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 25/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 32 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 25/1(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 33 van Sophie De Wit tot invoeging van een artikel 28/1(n).(2999/7)

Vote sur l'amendement n° 33 de Sophie De Wit tendant à insérer un article 28/1(n).(2999/7)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 3)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

29 Geheel van het wetsontwerp houdende diverse bepalingen met het oog op de verbetering van de positie van het slachtoffer in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (nieuw opschrift) (2999/6)

29 Ensemble du projet de loi portant diverses dispositions en vue d'améliorer le statut de la victime dans le cadre des modalités d'exécution de la peine (nouvel intitulé) (2999/6)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 4)

Ja

134

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

1

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (2999/8)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera transmis au Sénat. (2999/8)

 

Raison d’abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

30 Wetsontwerp tot wijziging van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot aanpassing van de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die betrekking hebben op de voorafgaande aangifte en op de registratie van aanwezigheden voor wat de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen betreft (nieuw opschrift) (3053/3)

30 Projet de loi modifiant l'article 30bis de la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs et adaptant les dispositions de la loi du 4 août 1996 relative au bien-être des travailleurs lors de l'exécution de leur travail qui concernent la déclaration préalable et l'enregistrement des présences concernant les chantiers temporaires ou mobiles (3053/3)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 5)

Ja

110

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

25

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (3053/5)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera transmis au Sénat. (3053/5)

 

Raison d’abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

31 Aangehouden amendementen en artikel van het wetsontwerp tot wijziging van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen (nieuw opschrift) (2953/1-5)

31 Amendements et article réservés du projet de loi modifiant la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées (nouvel intitulé) (2953/1-5)

 

Stemming over amendement nr. 5 van Georges Gilkinet cs op artikel 5.(2953/5)

Vote sur l'amendement n° 5 de Georges Gilkinet cs à l'article 5.(2953/5)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 6)

Ja

13

Oui

Nee

119

Non

Onthoudingen

3

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 5 aangenomen.

En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 5 est adopté.

 

Raison d’abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

Stemming over amendement nr. 6 van Georges Gilkinet cs tot invoeging van een artikel 10(n).(2953/5)

Vote sur l'amendement n° 6 de Georges Gilkinet cs tendant à insérer un article 10(n).(2953/5)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 6)

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

32 Geheel van het wetsontwerp tot wijziging van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen (nieuw opschrift) (2953/4)

32 Ensemble du projet de loi modifiant la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées (nouvel intitulé) (2953/4)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 7)

Ja

122

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

13

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (2953/6)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera transmis au Sénat. (2953/6)

 

Raison d’abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

33 Wetsontwerp met betrekking tot medische hulpmiddelen (nieuw opschrift) (3057/4)

33 Projet de loi en matière de dispositifs médicaux (nouvel intitulé) (3057/4)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 8)

Ja

134

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

134

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (3057/5)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera transmis au Sénat. (3057/5)

 

34 Wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 41 en 43 van de wet van … met betrekking tot medische hulpmiddelen, en van artikel 605quater van het Gerechtelijk Wetboek (nieuw opschrift) (3058/3)

34 Projet de loi modifiant les articles 41 et 43 de la loi du ... en matière de dispositifs médicaux et l'article 605quater du Code judiciaire (nouvel intitulé) (3058/3)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 9)

Ja

135

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (3058/4)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera transmis au Sénat. (3058/4)

 

35 Wetsontwerp tot wijziging van de wet betreffende de afschaffing of herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991 (nieuw opschrift) (3082/3)

35 Projet de loi modifiant la loi relative à la suppression ou à la restructuration d'organismes d'intérêt public et d'autres services de l'État, coordonnée le 13 mars 1991 (3082/3)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 10)

 

Je suis allé trop vite.

 

(Stemming nr. 10 wordt geannuleerd)

(Le vote n° 10 est annulé)

 

35.01  Peter Logghe (VB): Mijnheer de voorzitter, u was te snel.

 

Collega’s, onze fractie heeft het wetsontwerp in de commissie niet goedgekeurd. We hebben ons in het dossier over de regionalisering van de plantentuin van Meise onthouden met een duidelijke politieke reden. We hebben ons onthouden, omdat het het zoveelste voorbeeld is van een typisch Belgisch dossier, waarin met de Vlaamse meerderheid jaren gesold werd, terwijl de overheveling van de plantentuin van Meise naar de Vlaamse Gemeenschap al sinds 2001-2002 van de baan had moeten zijn. Nu, meer dan tien jaar later, wordt eindelijk de eerste stap gezet, veel te laat, veel te laat.

 

We zullen ons ook bij de stemming in de plenaire vergadering onthouden, maar natuurlijk niet omdat we tegen de opheffing van de rechtspersoonlijkheid van de plantentuin zijn. We zouden wel gek zijn. De opheffing van de rechtspersoonlijkheid is een eerste stap op weg naar de overheveling naar de Gemeenschap.

 

Mijnheer de voorzitter, geachte collega’s, wij onthouden ons omdat wij willen protesteren tegen de ontiegelijk lange tijd tussen de overeenkomst en de afwerking ervan. Wij protesteren tegen de schandelijke manier waarop met de Vlaamse belangen werd omgegaan: onzindelijk, zeer Belgisch dus. Wij zullen ons in dit dossier onthouden.

 

Le président: Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 11)

Ja

121

Oui

Nee

3

Non

Onthoudingen

11

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (3082/4)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera transmis au Sénat. (3082/4)

 

Raison d’abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

36 Projet de loi portant assentiment à la Convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République populaire de Chine tendant à éviter la double imposition et à prévenir la fraude fiscale en matière d'impôts sur le revenu, faite à Bruxelles le 7 octobre 2009 (3092/1)

36 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Volksrepubliek China tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 7 oktober 2009 (3092/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 12)

Ja

134

Oui

Nee

1

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

135

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (3092/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (3092/3)

 

37 Projet de loi portant assentiment au Protocole modifiant la Convention entre le Royaume de Belgique et le Japon tendant à éviter les doubles impositions en matière d'impôts sur le revenu, fait à Bruxelles le 26 janvier 2010 (3093/1)

37 Wetsontwerp houdende instemming met het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en Japan tot het vermijden van dubbele belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 26 januari 2010 (3093/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 13)

Ja

133

Oui

Nee

1

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

134

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (3093/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (3093/3)

 

38 Projet de loi portant assentiment aux Amendements au Statut de Rome de la Cour pénale internationale relatifs au crime d'agression, adoptés à Kampala le 11 juin 2010 lors de la Conférence de révision du Statut de Rome (3094/1)

38 Wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof betreffende de misdaad van agressie, aangenomen te Kampala op 11 juni 2010 tijdens de Herzieningsconferentie van het Statuut van Rome (3094/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 14)

Ja

129

Oui

Nee

1

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

130

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (3094/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (3094/3)

 

39 Projet de loi portant assentiment à l'Amendement à l'article 8 du Statut de Rome de la Cour pénale internationale, adopté à Kampala le 10 juin 2010 lors de la Conférence de révision du Statut de Rome (3095/1)

39 Wetsontwerp houdende instemming met de Wijziging van artikel 8 van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof, aangenomen te Kampala op 10 juni 2010 tijdens de Herzieningsconferentie van het Statuut van Rome (3095/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 15)

Ja

126

Oui

Nee

1

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

127

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (3095/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (3095/3)

 

(Mevrouw Nahima Lanjri heeft voor gestemd.)

 

40 Adoption de l’ordre du jour

40 Goedkeuring van de agenda

 

Nous devons nous prononcer sur le projet d’ordre du jour que vous propose la Conférence des présidents.

Wij moeten ons thans uitspreken over de ontwerpagenda die de Conferentie van voorzitters u voorstelt.

 

Pas d’observation? (Non) La proposition est adoptée.

Geen bezwaar? (Nee) Het voorstel is aangenomen.

 

La séance est levée. Prochaine séance le jeudi 14 novembre 2013 à 14.15 heures.

De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering donderdag 14 november 2013 om 14.15 uur.

 

La séance est levée à 18.31 heures.

De vergadering wordt gesloten om 18.31 uur.

 

 

L'annexe est reprise dans une brochure séparée, portant le numéro CRIV 53 PLEN 166 annexe.

 

De bijlage is opgenomen in een aparte brochure met nummer CRIV 53 PLEN 166 bijlage.

 

 

 


Détail des votes nominatifs

 

Detail van de naamstemmingen

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 001

 

 

Oui        

085

Ja

 

Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Perpète André, Sampaoli Vincent, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tuybens Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Van Quickenborne Vincent, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank

 

 

Non        

050

Nee

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Coudyser Cathy, De Bont Rita, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Francken Theo, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Jambon Jan, Lahssaini Fouad, Logghe Peter, Louis Laurent, Luykx Peter, Maertens Bert, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Vaerenbergh Kristien, Veys Tanguy, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 002

 

 

Oui        

134

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non         

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

001

Onthoudingen

 

Louis Laurent

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 003

 

 

Oui        

050

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Coudyser Cathy, De Bont Rita, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Francken Theo, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Jambon Jan, Lahssaini Fouad, Logghe Peter, Louis Laurent, Luykx Peter, Maertens Bert, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Vaerenbergh Kristien, Veys Tanguy, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

085

Nee

 

Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Perpète André, Sampaoli Vincent, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tuybens Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Van Quickenborne Vincent, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 004

 

 

Oui        

134

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

001

Onthoudingen

 

Schoofs Bert

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 005

 

 

Oui        

110

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Quickenborne Vincent, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

025

Onthoudingen

 

Bracke Siegfried, Colen Alexandra, Coudyser Cathy, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Wit Sophie, Francken Theo, Grosemans Karolien, Jambon Jan, Louis Laurent, Luykx Peter, Maertens Bert, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Uyttersprot Karel, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Moer Reinilde, Van Vaerenbergh Kristien, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 006

 

 

Oui        

013

Ja

 

Almaci Meyrem, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, De Vriendt Wouter, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Van Hecke Stefaan

 

 

Non        

119

Nee

 

Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Abstentions

003

Onthoudingen

 

Clerfayt Bernard, Thiéry Damien, Veys Tanguy

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 007

 

 

Oui        

122

Ja

 

Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

013

Onthoudingen

 

Almaci Meyrem, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, De Vriendt Wouter, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Van Hecke Stefaan

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 008

 

 

Oui        

134

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 009

 

 

Oui        

135

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 010 (annulé/geannuleerd)

 

 

Oui        

106

Ja

 

Almaci Meyrem, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, De Meulemeester Ingeborg, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Perpète André, Sampaoli Vincent, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Sminate Nadia, Somers Bart, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Tuybens Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

001

Nee

 

Clerfayt Bernard

 

 

Abstentions

004

Onthoudingen

 

Annemans Gerolf, D'haeseleer Guy, Goyvaerts Hagen, Pas Barbara

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 011

 

 

Oui        

121

Ja

 

Almaci Meyrem, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Perpète André, Sampaoli Vincent, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

003

Nee

 

Clerfayt Bernard, Louis Laurent, Thiéry Damien

 

 

Abstentions

011

Onthoudingen

 

Annemans Gerolf, De Bont Rita, De Man Filip, D'haeseleer Guy, Goyvaerts Hagen, Logghe Peter, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Valkeniers Bruno, Veys Tanguy

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 012

 

 

Oui        

134

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

001

Nee

 

Louis Laurent

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 013

 

 

Oui        

133

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

001

Nee

 

Louis Laurent

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 014

 

 

Oui        

129

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Senecaut Manuella, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

001

Nee

 

Louis Laurent

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 015

 

 

Oui        

126

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Blanchart Philippe, Bonni Véronique, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, Collard Philippe, Coudyser Cathy, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Permentier Corinne, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Drèze Benoît, Ducarme Denis, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lacroix Christophe, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Logghe Peter, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Maertens Bert, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Meire Laurence, Michel Charles, Mouton Rosaline, Musin Linda, Mylle Gerda, Nyanga-Lumbala Jeanne, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Sampaoli Vincent, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vanackere Steven, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Gool Dominica, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Van Moer Reinilde, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

001

Nee

 

Louis Laurent

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen