Séance plénière

Plenumvergadering

 

du

 

Jeudi 19 juillet 2012

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Donderdag 19 juli 2012

 

Namiddag

 

______

 

 


La séance est ouverte à 14.18 heures et présidée par M. André Flahaut.

De vergadering wordt geopend om 14.18 uur en voorgezeten door de heer André Flahaut.

 

Le président: La séance est ouverte.

De vergadering is geopend.

 

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans l'annexe du compte rendu intégral de cette séance.

Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij worden op de website van de Kamer en in de bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen.

 

Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l’ouverture de la séance:

Tegenwoordig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:

Elio Di Rupo, Vincent Van Quickenborne, Melchior Wathelet.

 

Excusés

Berichten van verhindering

 

Philippe Blanchart, Myriam Delacroix-Rolin, Patrick Moriau, pour raisons de santé / wegens gezondheidsredenen.

 

01 Ordre du jour

01 Agenda

 

À la demande du gouvernement, je vous propose d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi:

- le projet de loi portant assentiment aux Amendements des Annexes II et III à la Convention de Paris du 22 septembre 1992 pour la protection du milieu marin de l'Atlantique du Nord-Est, adoptés à Ostende le 29 juin 2007 (transmis par le Sénat) (n°s 2249/1 et 2);

- le projet de loi portant assentiment au Traité entre le Royaume de Belgique et le Royaume des Pays-Bas pour le développement de la coopération et de l'entraide administrative en matière de sécurité sociale, fait à Bruxelles le 6 décembre 2010 (transmis par le Sénat) (n° 2364/1);

- le projet de loi portant assentiment au Protocole de 2002 à la Convention d'Athènes de 1974 relative au transport par mer de passagers et de leurs bagages, fait à Londres le 1er novembre 2002 (transmis par le Sénat) (n°s 2365/1 et 2).

 

Op vraag van de regering, stel ik u voor op de agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag in te schrijven:

- het wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen van de Bijlagen II en III bij het Verdrag van Parijs van 22 september 1992 inzake de bescherming van het marien milieu van de Noordoostelijke Atlantische Oceaan, aangenomen te Oostende op 29 juni 2007 (overgezonden door de Senaat) (nrs 2249/1 en 2).

- het wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden voor de ontwikkeling van de samenwerking en van de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de sociale zekerheid, gedaan te Brussel op 6 december 2010 (overgezonden door de Senaat) (nr. 2364/1);

- het wetsontwerp houdende instemming met het Protocol van 2002 bij het Verdrag van Athene van 1974 inzake het vervoer van passagiers en hun bagage over zee, gedaan te Londen op 1 november 2002 (overgezonden door de Senaat) (nrs 2365/1 en 2).

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 10 juillet 2012, je vous propose également d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi le vote sur les motions suivantes:

- vote sur les motions déposées en conclusion de l'interpellation de M. Gerolf Annemans sur "l'aide directe du Mécanisme européen de stabilité aux banques" (n° 56);

- vote sur les motions déposées en conclusion de l'interpellation de M. Karel Uyttersprot sur "le manque de transparence en ce qui concerne la situation financière des centres De Groote" (n° 58).

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 10 juli 2012, stel ik u eveneens voor op de agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag de stemming over volgende moties in te schrijven:

- stemming over de moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de heer Gerolf Annemans over "de rechtstreekse steun van het Europees Stabiliteitsmechanisme aan de banken" (nr. 56);

- stemming over de moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de heer Karel Uyttersprot over "het gebrek aan transparantie in de financiële toestand van de Centra De Groote" (nr. 58).

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Questions

Vragen

 

02 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Gwendolyn Rutten aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1172)

- mevrouw Karin Temmerman aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1173)

- de heer Jan Jambon aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1174)

- de heer Laurent Louis aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1175)

- de heer Guy Coëme aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1176)

- de heer Stefaan Van Hecke aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1177)

- de heer David Clarinval aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1178)

- de heer Jenne De Potter aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1179)

- de heer Georges Gilkinet aan de eerste minister over "de begrotingscontrole en het relanceplan" (nr. P1180)

02 Questions jointes de

- Mme Gwendolyn Rutten au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1172)

- Mme Karin Temmerman au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1173)

- M. Jan Jambon au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1174)

- M. Laurent Louis au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1175)

- M. Guy Coëme au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1176)

- M. Stefaan Van Hecke au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1177)

- M. David Clarinval au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1178)

- M. Jenne De Potter au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1179)

- M. Georges Gilkinet au premier ministre sur "le contrôle budgétaire et le plan de relance" (n° P1180)

 

02.01  Gwendolyn Rutten (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, collega’s, wat een week, een jaar na de complete chaos en een land in stilstand.

 

Even opsommen. Wat zien wij deze week? Brussel-Halle-Vilvoorde is gesplitst. De beter-Belgwet is goedgekeurd. De begroting is op orde. Gisteren was er dan ook de relancestrategie van de regering. Daarover gaat mijn vraag.

 

Het gaat om een relancestrategie die zuurstof geeft, die uitgaat van realisme en precisie, met een belangrijke focus op lastenverlagingen en met een belangrijke focus op het DNA van onze economie, de kmo’s.

 

Anderen in dit halfrond verstaan onder relance belastingverhogingen en het optrekken van de btw.

 

Wat doet deze regering? Deze regering kiest zeer gericht voor lastenverlagingen.

 

De lasten voor de eerste drie aanwervingen in kmo’s gaan naar beneden. De lasten voor mensen met een gemiddeld inkomen gaan omlaag. De lasten voor onderzoekers gaan omlaag. Voor de horeca gaan de lasten omlaag. Voor oudere werknemers gaan de lasten omlaag. Voor innovatie gaan de lasten omlaag. Dat is zeer goed.

 

In dit hele relanceplan met veertig maatregelen, dat de komende weken nog aanleiding tot discussie zal geven, is, ons inziens, één zaak nog onderbelicht gebleven, mijnheer de eerste minister. Dat is de financiering van onze kmo’s.

 

Volgens de Nationale Bank staat een gigantische som spaargeld op de spaarboekjes in dit land. Een slimme relance doet de vraag rijzen hoe men dat spaargeld kan activeren en in onze kmo’s kan pompen.

 

Samen met uw ploeg stelt u voor om – in de geest van Willy De Clercq, dertig jaar geleden, in 1982 – zuurstof te geven en dat spaargeld naar onze eigen Vlaamse ondernemingen te krijgen, door een belastingkrediet te geven voor de uitgifte van bedrijfsobligaties. Op die manier activeert men slapend spaargeld en pompt men dat in de economie. Het was één zinnetje, het is tot nu toe onderbelicht gebleven.

 

Mijnheer de eerste minister, op welke termijn zijn deze maatregelen volgens u haalbaar? Wat zijn de precieze modaliteiten?

 

Dit is immers een slimme maatregel die onze kmo’s, het weefsel van onze economie, opnieuw zuurstof kan geven.

 

02.02  Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, dames en heren ministers, collega’s, ik kan beamen wat mevrouw Rutten heeft gezegd. Wat een week is het geweest!

 

Twee weken geleden vroeg partijgenoot Dirk Van der Maelen welke relancemaatregelen er nu juist genomen zouden worden. Wij wilden namelijk vooral de nadruk leggen op koopkracht en jobs. Wij vroegen dat ook omdat sommige oppositiepartijen rare ideeën hadden over de relance, waarnaar mevrouw Rutten ook al heeft verwezen, zoals het in evenwicht brengen van de begroting door een verhoging van de btw, waardoor de koopkracht weer zou worden aangetast.

 

Mijnheer de premier, wij zijn dan ook bijzonder blij met de beslissingen die de regering heeft genomen. Het relanceplan zet namelijk in op koopkracht en op jobs.

 

Voor de koopkracht gebeurt dat door de hervorming van de mededingingsautoriteit, door het Prijzenobservatorium én door de werkbonus.

 

Vooral de inzet op jobs wil ik beklemtonen. Jobs is wat we moeten hebben, jobs helpen het land er weer bovenop. Jobs verzekeren natuurlijk ook de koopkracht van de mensen. Het werkgelegenheidsplan van minister De Coninck, met de tienduizend bedrijfsstages voor jonge werklozen, komt daaraan tegemoet. Ik vermeld ook de gerichte lastenverlaging voor de ongeschoolde jongeren, voor de vijfenvijftigplussers en voor lagere lonen. Eindelijk wordt er ook uitvoering gegeven aan het horecaplan van staatssecretaris John Crombez. Tot slot is er, wat mevrouw Rutten al zei, inderdaad de lastenverlaging voor de kmo’s. Al die maatregelen worden tegelijkertijd ook nog eens gelanceerd met een begroting op de rails.

 

Ik herinner sommige collega’s nog even aan de toestand van België, ongeveer een jaar geleden. “België in het vizier van speculanten”, “België blijft niet langer buiten schot”, “België dreigt het Griekenland aan de Noordzee te worden”, “België, zieke man van Europa” enzovoort. Laten we nu een greep nemen uit wat wij de afgelopen week hebben gehoord en gelezen: “Beleggers hebben vertrouwen in de Belgische begroting”, "We behoren weer tot de kern" of nog "De enen praten, de anderen doen".

 

Mijnheer de eerste minister, het relanceplan moet snel worden uitgevoerd. Ik denk dat iedereen het daarover eens is. Wanneer mogen we de wetteksten verwachten in het Parlement? Op welke manier zullen de sociale partners en de Gewesten worden betrokken bij de uitvoering?

 

02.03  Jan Jambon (N-VA): Mijnheer Di Rupo, het is één dag te laat, maar ik wil u gelukwensen met uw verjaardag gisteren. Ik wens u een goede gezondheid, en veel inspiratie en werkkracht in uw job. Wij zullen samen kunnen beoordelen hoe dat evolueert.

 

Collega’s, ik zal proberen binnen de twee minuten spreektijd te blijven, in tegenstelling tot de voorgaande sprekers.

 

Mijnheer Di Rupo, wij hebben uw relancestrategie doorgenomen en wij vinden daarin een aantal zaken die sporen met ons eigen groeipact. Ook u wilt werken meer lonend maken, ook u wilt inzetten op onderzoek en ontwikkeling. Maar het blijft bij gepruts in de marge.

 

Om werken meer lonend te maken, zet u in op de werkbonus. U geeft mensen met een brutoloon van 1 800 euro per maand, 200 euro netto op jaarbasis. Het groeipact dat wij voorgesteld hebben, leverde voor die werknemers alles bij elkaar 80 tot 90 euro op, per maand. Dat zijn doortastende maatregelen!

 

Op pagina 2 van uw inleiding lees ik: “Een relancestrategie past in de Europese context. De Belgische relancestrategie past binnen de Europese prioriteiten die zijn vooropgesteld in het Pact voor Groei en Werkgelegenheid, dat werd goedgekeurd op 28 en 29 juni 2012.” Ik ben benieuwd, want in de rest van het document vind ik daarvan niets terug.

 

Mijn vraag is heel eenvoudig, mijnheer Di Rupo. In welke mate biedt uw relancestrategie een antwoord op de Europese aanbevelingen inzake de hervorming van de sociale zekerheid en de Europese aanbevelingen inzake de loonvorming? Ik vind er niets van terug. Ik kijk uit naar uw antwoord.

 

02.04  Laurent Louis (MLD): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, la dette de la Belgique ne cesse d'augmenter, malheureusement: elle vient de dépasser la barre des 100 % du PIB. Ces derniers jours, le gouvernement se lance des fleurs et crie sur tous les toits que la Belgique peut maintenant emprunter sur les marchés financiers à des taux d'intérêt proches de zéro. Tout est fait dans la presse pour donner d'Elio Di Rupo l'image du sauveur tant la montée de la N-VA fait peur à certains.

 

Mais ne trompez pas la population avec des effets d'annonce! Vous savez très bien que cette possibilité offerte par les marchés n'est pas une véritable marque de confiance: elle traduit au contraire l'inquiétude qui règne. Comme les investisseurs ne savent plus à quel saint se vouer, ils ne cherchent plus à faire prioritairement des bénéfices, mais avant tout à sauver leur épargne. Voilà qui explique ce taux dérisoire.

 

Par contre, le fait que la dette belge a de nouveau passé la barre des 100 % du PIB met notre pays en situation de faillite virtuelle, donc le met en danger. Des attaques spéculatives et une dégradation de la cote du pays sont ainsi à craindre. Si la Belgique était une personne, voilà longtemps qu'elle aurait vu des huissiers devant sa porte!

 

Soyons clairs: si votre gouvernement et vos prédécesseurs sont responsables de la dette du pays, c'est-à-dire plus de 370 milliards d'euros dilapidés par le biais de votre irresponsabilité, de votre clientélisme et de votre mauvaise gouvernance, la diminution du taux auquel notre pays peut emprunter sur les marchés est sans lien avec l'action de votre gouvernement. Il est donc inconvenant de vous en réjouir et d'annoncer que c'est là le résultat d'une bonne gestion gouvernementale.

 

Les Belges que vous transformez en moutons, ce peuple à qui il est constamment demandé de faire des efforts et de se taire, n'est pas dupe. Les marchés encore moins. Il est donc temps de prendre des mesures afin de réduire notre dette. (Brouhaha)

 

Laissez au moins la seule opposition s'exprimer!

 

Monsieur le premier ministre, avez-vous réellement la volonté de réduire l'endettement du pays? Si oui, comment comptez-vous vous y prendre?

 

Dans ces conditions, je ne peux pas m'exprimer!

 

Comment comptez-vous vous y prendre sans que ces mesures ne se prennent, comme c'est toujours le cas, sur le dos de la population qui ne veut plus jouer le rôle du cochon payeur?

 

Je ne vous remercierai pas.

 

Le président: La parole est à M. Coëme.

 

(Protestations sur divers bancs et réaction de M. Louis)

 

02.05  Guy Coëme (PS): Monsieur Louis, puisque nous sommes en démocratie, écoutez-moi un peu!

 

02.06  Laurent Louis (MLD): Hou!

 

02.07  Guy Coëme (PS): Quène biesse!

 

Monsieur le président, monsieur le premier ministre, chers collègues, qui pouvait imaginer que nous en serions là aujourd'hui?

 

Durant cette année, nous avons connu la constitution d'un gouvernement, qui prend des mesures allant dans la bonne direction. L'économie commence à mieux se porter. Les finances sont sous contrôle.

 

On doit constater, comme tous les observateurs neutres, que la Belgique est devenue un État fort et rassurant pour les investisseurs. Mais il reste encore beaucoup de travail à accomplir.

 

Je voudrais souligner à cette tribune, très rapidement, l'effort de ce gouvernement qui met sur pied une ambitieuse stratégie de relance.

 

Mon groupe, monsieur le premier ministre, tient à mettre l'accent sur l'importance de la mesure qui vise à l'amélioration du revenu poche des travailleurs à bas salaire. Quoi de plus normal pour la relance, et tout simplement parce que c'est indispensable, de veiller à ce que ce soit les travailleurs qui ont le plus de difficultés qui soient mis en avant!

 

Par ailleurs, je constate que la compétitivité des entreprises reste une priorité et cela, sans que l'on ait touché le moins du monde à la politique d'indexation des salaires.

 

Enfin, le groupe PS est heureux de voir que des mesures importantes ont été prises pour le financement des PME, ce qui nous remet les pieds dans l'économie réelle. Et le jour où l'on apprend que des banques, parmi les plus grandes du monde, ont encore dérapé de manière scandaleuse, il est important de pouvoir le souligner car ces mesures vont vraiment créer de l'emploi.

 

Monsieur le premier ministre, j'en arrive ainsi à mes questions. Quels sont les perspectives et le calendrier des prochaines négociations portant sur votre plan de relance? Comment envisagez-vous le rôle des partenaires sociaux dans cette stratégie de relance? Partagez-vous mon optimisme mesuré – beaucoup de choses doivent encore être faites – pour les mois à venir?

 

02.08  Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, u beloofde in januari een heus relanceplan, want u had zwaar bespaard en u kondigde een volgend groot relanceplan aan. De paasvakantie kwam, maar het plan kwam niet. Het zou er dan vóór 21 juli komen, maar ook toen kwam het relanceplan er niet; er kwam een relancestrategie. Vele collega’s uit de meerderheid verklaarden dat er absoluut geen geld was voor een echt relanceplan.

 

Gisteren hebben wij de vruchten van die relancestrategie gezien. De eerlijkheid gebiedt mij te erkennen dat er ook goede zaken in zitten, zoals het aanspreken en inzetten van het spaargeld, voor ons liefst in de groene economie. Dat zou een goede zaak kunnen zijn. Het verlagen van de lasten voor de eerste drie werknemers hebben wij zelf ook voorgesteld. Het is echter zo weinig! Dit is geen relanceplan.

 

Vooral de liberalen verwijzen vaak naar Europa, als de heilige blauwe bijbel, als het ware, voor hun programma. Wat zegt Europa? Elke Europese lidstaat zou eigenlijk een relanceplan moeten maken van om en bij de 1,2 % van het bnp. Vele landen hebben dat gedaan. Zelfs de PS vraagt de cijfers, want de cijfers zijn niet bekend. De budgettaire impact van het relanceplan is niet bekend.

 

Mijn conclusie is dat deze regering de moed niet heeft gehad om structurele veranderingen door te voeren, zoals een lastenverschuiving. Iedereen vraagt dat altijd, maar als puntje bij paaltje komt, komt die er niet. Collega’s, wij blijven ook zitten met de schandalige, domme beslissing van december om de fiscale steun voor groene investeringen af te schaffen. Die steun herinvoeren, zou een slimme relancemaatregel zijn geweest, want hij is goed voor de economie, goed voor de ecologie en goed voor de factuur van de mensen. Men heeft het echter niet gedaan.

 

Mijnheer de eerste minister, wat is de precieze budgettaire omvang van uw plan? Waar blijven de structurele maatregelen waar alle partijen het altijd over hebben?

 

02.09  David Clarinval (MR): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, à la lecture des décisions prises lors du conclave budgétaire, j'ai envie de vous dire: "Vous nous avez compris!". En effet, la liste de ces mesures comprend:

- la réduction des cotisations sociales pour les trois premiers emplois créés dans les PME;

- l'égalisation totale au taux "ménage" de la pension minimale des indépendants avec celle des salariés – revendication historique du MR qui a été satisfaite grâce au travail entrepris depuis 2003 par la ministre, grâce à laquelle la différence entre les deux régimes de retraite a été réduite de 300 euros;

- un soutien important au secteur horeca;

- une aide notable à la recherche, gage de compétitivité pour nos entreprises;

- un soutien en faveur du pouvoir d'achat des citoyens, sous la forme du bonus-emploi;

- une réduction de 30 % des charges administratives pour les PME;

- de nouveaux moyens pour les secteurs de la sécurité, de la police et de la justice, au travers des avocats pro deo.

 

Toutes ces initiatives sont prises sans augmentation d'impôts ou de taxes. Je pense que l'empreinte libérale dans cet accord est manifeste. Et nous ne pouvons que nous en réjouir.

 

Monsieur le premier ministre, ces nouvelles réjouissantes ne doivent pas être un feu de paille et doivent donc s'inscrire dans la durée si nous voulons réunir les conditions pour retrouver la confiance des investisseurs et des créateurs d'emploi.

 

Allez-vous inscrire toutes ces mesures dans la durée en les accentuant en fonction des nouvelles disponibilités budgétaires? Ensuite, s'agissant de la réduction des charges pour les trois premiers emplois, pouvez-vous nous préciser si cette disposition est seulement valable pour les trois premiers emplois qui seront créés?

 

02.10  Jenne De Potter (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, de regering heeft gisteren de begrotingscontrole afgerond en tegelijk een reeks van veertig maatregelen uit de relancestrategie gepresenteerd.

 

Wij zijn bijzonder verheugd dat het besproken begrotingstraject gegarandeerd blijft. Dit jaar zullen wij ons tekort tot 2,8 % terugdringen. Wij zitten dus in het Europese koppeloton, terwijl wij een jaar geleden nog voor gigantische budgettaire inspanningen stonden. Onze fractie heeft een begroting op orde altijd als een prioriteit en als beste relancemaatregel naar voren geschoven.

 

Ik hoorde over deze begrotingscontrole zeggen dat het een fluitje van een cent was, onder meer door de dalende intrestlasten. Ik wil er toch op wijzen dat precies door onze saneringsoperatie van 13 miljard euro van eind 2011 en begin 2012, beleggers ons land opnieuw een veilige haven vinden. Precies door die maatregelen kunnen wij vandaag genieten van lagere rentes. Dit mag ons echter niet op onze lauweren doen rusten. Het is immers geen vaststaand feit. Wij blijven dus inzetten op een begroting op orde, zeker gelet op de hoogte van onze staatsschuld.

 

Ik ben verheugd vast te stellen dat er werd gekozen voor een langetermijnstrategie die vooral gericht is op duurzame groei, op kwaliteitsvolle jobs, op het versterken van de competitiviteit van onze ondernemingen en kmo’s en op het versterken van de koopkracht van onze burgers, zonder dat het een al te zware impact heeft op onze begroting. Ik heb sommigen horen zeggen dat het eigenlijk veel te weinig is. Collega’s, wij zijn een kleine, open economie. Eens de relance ook in Europa aantrekt, zullen wij als eerste op de relancetrein springen, zolang wij ons huiswerk maar op orde houden. Daar ben ik van overtuigd.

 

Mijnheer de eerste minister, ik zie een aantal heel belangrijke maatregelen. Wij investeren in onderzoek en ontwikkeling. Wij zorgen voor een lastenverlaging voor bedrijven en kmo’s zodat de competitiviteit stijgt. Wij verhogen de koopkracht van de werkende mensen met een totale enveloppe van 100 miljoen euro. Dit wordt niet gecompenseerd door ergens anders de btw te verhogen. Het is dus geen vestzak-broekzakoperatie maar een verhoging van de nettokoopkracht. Dit kan ik alleen maar toejuichen.

 

Mijnheer de eerste minister, kunt u meer toelichting geven bij de impact van de maatregelen en bij de afgesproken timing?

 

Welk effect zullen deze maatregelen hebben op onze rentelasten?

 

Hoe ziet u de relancestrategie op lange termijn?

 

02.11  Georges Gilkinet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, soyons de bon compte; la situation d'aujourd'hui est moins mauvaise que celle d'il y a un an. À côté des gouvernements régionaux, il y a un gouvernement fédéral. Même si nous ne partageons pas ses options socioéconomiques, nous avons voté le premier volet des accords institutionnels. Notre groupe, Ecolo-Groen, y a apporté son soutien et les marchés se sont même calmés, même si on peut craindre que ce soit le calme avant une nouvelle tempête.

 

Par contre, monsieur le premier ministre, ceci n'est pas une relance. Ce n'est pas un plan de relance que vous avez présenté hier. Nous pouvons en soutenir quelques éléments: la diminution des cotisations pour les emplois dans les PME, l'augmentation du soutien à la recherche, l'augmentation du salaire net pour les plus bas revenus, etc. Tout cela figurait dans nos propres propositions et nous l'accueillons positivement.

 

Mais les moyens dégagés sont bien en deçà de tous les standards internationaux pour la relance et l'effet réel sur nos concitoyens se fera peu ressentir. Où sont les mesures pour renforcer la solidarité et relever les allocations minimales? Où sont les mesures pour renforcer nos services publics là où c'est nécessaire, notamment en matière de justice, d'équipements collectifs, au niveau de la SNCB, etc.? Qu'allez-vous faire pour relever le défi énergétique qui est le défi de demain?

 

Je résumerai ces interrogations, en vous demandant, monsieur le premier ministre, si ceci est votre dernière et meilleure offre. Ou bien reviendrez-vous vers nous, dans quelques mois, avec une véritable stratégie plus verte, plus solidaire, concertée avec les entités fédérées et les partenaires sociaux et avec de réels moyens car ce qui est sur la table aujourd'hui nous semble insuffisant?

 

02.12  Elio Di Rupo, premier ministre: Monsieur le président, d'habitude on a droit à un verre d'eau mais c'est la crise!

 

Le président: Ça arrive, monsieur le premier ministre! On voulait le conserver au frais le plus longtemps possible.

 

02.13 Eerste minister Elio Di Rupo: Mijnheer de voorzitter, collega’s, België houdt zijn begroting op de juiste koers. Met de begrotingscontrole van de voorbije dagen respecteren wij onze doelstelling, om in 2012 een begroting met een tekort van 2,8 % af te leveren. Aldus blijven wij op het traject om in 2015 met een begroting in evenwicht af te sluiten. De regering houdt dus haar belofte.

 

De regering heeft ook geluisterd naar de vragen van de burgemeesters over veiligheid en zorgt voor een antwoord. Wij hebben van deze controle gebruikgemaakt om voor onder meer Justitie, politie en de hulpdiensten extra middelen vrij te maken. Wij hebben zulks natuurlijk gedaan met respect voor onze budgettaire doelstellingen.

 

Les moyens financiers ont été trouvés, grâce à la maîtrise de l'inflation et à la poursuite de la diminution des charges d'intérêt qui témoigne de la confiance retrouvée en notre pays; d'ailleurs, vous l'aurez remarqué, la Belgique, à l'instar de l'Allemagne, devient un pays refuge pour les placements des capitaux. Les moyens financiers ont également été trouvés par des recettes non fiscales par rapport aux estimations du comité de monitoring.

 

Je voudrais quand même rappeler aux honorables membres que si la situation est ce qu'elle est en termes de taux d'intérêt – il y a certes beaucoup de facteurs –, c'est vraisemblablement dû à notre action et à notre sérieux que nous sommes devenus un pays refuge, dans lequel on a confiance.

 

Mais il y a aussi d'autres raisons. Le patrimoine financier des ménages dans notre pays s'élève à 200 % du PIB. Nous sommes parmi les huit pays de l'Union européenne pour lesquels différents secteurs de l'économie détiennent plus d'actifs financiers que d'engagements vis-à-vis de l'extérieur, et donc plus de créances nettes sur l'étranger. Si on ajoute au patrimoine financier net des ménages le patrimoine immobilier, nous avons en réalité un avoir de 500 % du PIB.

 

Ce sont, bien entendu, des conditions de cette nature qui consolident le travail que nous réalisons C'est la raison pour laquelle la maîtrise du budget contribue à ce que la confiance se restaure, confiance à l'égard de nos citoyens, de nos entreprises et du monde extérieur.

 

Les moyens financiers ont été trouvés grâce aux éléments que j'ai indiqués et tout cela permet de respecter notre objectif budgétaire.

 

Die begrotingsdiscipline is immers de basis om onze economie er weer bovenop te helpen en verder te doen groeien.

 

Comme vous le savez, chers collègues, le gouvernement travaille également à une stratégie de relance. Dans ce cadre, nous avons adopté le premier train de mesures concrètes de relance. Il s'agit de mesures qui soutiennent le pouvoir d'achat des citoyens. Je ne reprendrai pas les propos déjà tenus par d'aucuns; il y en a qui promettent, d'autres qui agissent. Les personnes à bas revenus gagneront un peu plus. De nouvelles perspectives seront aussi offertes aux jeunes avec la création de dix mille places de stage en entreprise.

 

Wij willen ook de toegang tot financiering voor ondernemingen en in het bijzonder voor kmo’s verbeteren. Dat kan gebeuren via, bijvoorbeeld, een belastingkrediet om de uitgifte van bedrijfsobligaties te ondersteunen, via project bonds of het B-spaarboekje. De precieze modaliteiten daarvan zullen bij het volgend begrotingsconclaaf in oktober worden uitgewerkt.

 

Wij zetten ten slotte nog meer in op innovatie en onderzoek en ontwikkeling.

 

De genomen maatregelen vertegenwoordigen voor 2013 een kostprijs van in totaal 288 miljoen euro; 245 miljoen euro daarvan was reeds opgenomen in de meerjarenbegroting.

 

Les 43 millions supplémentaires représentent une petite partie des effets retour qui seront la conséquence des emplois créés grâce à la stratégie de relance.

 

U ziet dat wij dus ook voor deze eerste stap van de relancestrategie de budgettaire orthodoxie hoog in het vaandel dragen. De regering zal, met hetzelfde sérieux als waarmee wij de begroting opvolgen, de effecten van deze eerste maatregelen meten. Om de zes maanden, na de inwerkingtreding van de eerste maatregelen, zal een verslag worden opgesteld over de evolutie van de relancestrategie.

 

Ce que nous proposons, c'est le début de la stratégie de relance et, bien entendu, le travail continue. Les prochaines étapes seront élaborées, d'une part, par les partenaires sociaux et, d'autre part, par les Régions. Ils travailleront ensemble sur des sujets qu'ils ont eux-mêmes identifiés et sur lesquels ils se sont engagés à travailler, notamment la vie de l'entreprise et les différents coûts et perspectives. D'ailleurs, le nouvel accord interprofessionnel est attendu au plus tard pour la fin de l'année.

 

Quant au gouvernement fédéral, il poursuivra le travail, non seulement avec les partenaires sociaux mais également avec les Régions et Communautés.

 

En d'autres termes, avec cette stratégie de relance, le gouvernement fédéral entraîne l'ensemble des acteurs à travailler au renforcement de notre économie ainsi qu'à la recherche de synergies afin de créer de la valeur ajoutée entre les différents acteurs et les différentes institutions.

 

België behoort weer tot de vaste waarden van Europa. We zijn vastberaden dat te blijven. Daarvoor kunnen u en alle burgers op ons rekenen.

 

02.14  Gwendolyn Rutten (Open Vld): Mijnheer de premier, ik onthoud goed dat al wie zijn spaargeld wil investeren in bedrijfsobligaties, in het weefsel van onze economie, in onze eigen bedrijven, vanaf begin volgend jaar daarvoor op een belastingvermindering zal kunnen rekenen, die u na de zomer zult uitwerken.

 

Collega’s, er moet mij iets van het hart en ik richt mij speciaal tot de heer Jambon. Mijnheer Jambon, we zijn het vaak eens, soms ook niet. Ik heb u wel altijd gezien als een consequent iemand. Ik geef dat toe. Groot is dan ook mijn verbazing dat ik u hier vandaag hoor klagen, exact één week nadat u in de Vlaamse regering, in het Vlaams Parlement, belastingverhogingen hebt goedgekeurd. Ik hoor u kritiek geven op de jobkorting die er is, terwijl u de Vlaamse jobkorting hebt afgeschaft. U voert een echtscheidingstaks in, u schaft de jobkorting af, u verhoogt de belastingen op het Vlaamse niveau. Dan komt u hier, eerlijk gezegd, weinig consequent over.

 

Hoe kan het beter en hoe kan het anders? Dat is alvast niet met de btw-verhoging, die u gemakshalve niet vermeldt, om uw plannen te financieren. Wij stellen een plan voor om zuurstof te geven aan de Vlaamse kmo’s en de bedrijven. We doen dat door belastingkredieten te geven voor wie investeert in obligaties. Eigenlijk zou het goed zijn, mocht de regering-Peeters de handschoen opnemen om samen te werken en de fiscale autonomie in Vlaanderen te gebruiken om daaraan een luik te breien voor de Vlaamse kmo’s. Op dat moment werkt de strategie en werken we in ons land samen in plaats van elkaar consequent tegen te werken.

 

02.15  Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, collega’s, wij zijn tevreden dat de regering, boven op de besparingen en hervormingen, nu ook vrij snel werk maakt van de relance. Mijnheer de eerste minister, uw antwoord schenkt mij veel vertrouwen en het zal ook veel vertrouwen geven aan de burgers en de bedrijven in ons land.

 

Collega’s van de N-VA, wanneer u zegt dat de burgers met uw relanceplan meer koopkracht zouden hebben, dan vergeet u er wel bij te zeggen dat uw relanceplan ten nadele gaat van personen met een laag inkomen, de zieken en de gepensioneerden.

 

02.16  Jan Jambon (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik stel een reglementswijziging voor het vragenuurtje voor. Als de collega’s de onbedwingbare drang hebben om de N-VA te interpelleren, wil ik de volgende keer gerust op de ministerbanken plaatsnemen naast de heer Di Rupo.

 

Ik heb ook nog een tweede reglementswijziging in petto. Op de eerstvolgende plenaire vergadering zou ik gerust met de collega’s in debat willen treden over ons groeipact. Ik wil dat gerust doen. Dan zetten wij ons hier vooraan en dan zullen wij, mevrouw Rutten, op een intellectueel eerlijke manier met mekaar discussiëren over ons groeipact en niet, zoals u dat deed, in de studio van Terzake. Ik neem die handschoen met veel plezier op.

 

Ik kom nu terug op het onderwerp van de discussie, namelijk het relanceplan van de meerderheid. Mijnheer Di Rupo, wat u doet, is rondwandelen en cadeautjes uitdelen, een beetje hier, een beetje daar, in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen. U deelt cadeautjes uit. (Luid protest op de banken van de meerderheid)

 

Mijnheer Di Rupo, de echte hervorming, de opstelling van de begroting 2013, schuift u voorbij de gemeenteraadsverkiezingen. Dat mag de bevolking niet weten. Mijnheer Di Rupo, het is geen relancestrategie, het is een verkiezingspamflet.

 

02.17  Laurent Louis (MLD): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, le gouvernement se réjouit de ne pas avoir augmenté les impôts; je crois rêver! En effet, les Belges sont les contribuables qui paient le plus d'impôts en Europe. Donc, les augmenter aurait été catastrophique.

 

J'ai écouté attentivement votre intervention, mais je n'ai pas entendu de réponse à ma question. Donc, j'imagine que l'accroissement de la dette vous est totalement indifférent. Le résultat est que celle-ci ne fait que se creuser inexorablement. Il serait temps de songer à d'autres recettes avant qu'une révolution à l'échelle européenne ne se déclenche – quoique la solution se trouve peut-être là, mais c'est un autre problème.

 

À la veille de la Fête nationale, je tenais à vous dire que, si la Belgique devait être victime de spéculateurs, elle pourrait connaître un scénario à la grecque. Et, dans ce contexte, vous savez très bien que la Flandre, qui est une des régions les plus prospères d'Europe, pourrait être tentée de larguer la Wallonie – qui est en voie de sous-développement - pour préserver sa richesse et de proclamer son indépendance. Il est par conséquent urgent que le gouvernement prenne le taureau par les cornes et redresse l'économie du pays, le sauvant ainsi de l'éclatement.

 

02.18  Guy Coëme (PS): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, je tiens à vous remercier pour la réponse que vous avez donnée au parlement. Elle est forte par les réalisations de votre gouvernement et par les engagements que vous avez pris.

 

Certains, il y a peu, ont cru bon de catégoriser – il en va souvent ainsi dans le monde politique – votre gouvernement comme étant un exécutif menant une politique de "centre-droit". On va le prendre avec un petit grain de sel. De toute façon, quand on voyage dans les pays chauds, il est normal de voir beaucoup de mirages.

 

Pour le reste, je considère que le plus important est que ce que vous proposez au parlement soit un ensemble cohérent et équilibré. Et nous pensons que c'est le cas: équilibre entre la rigueur et la relance, mais également entre compétitivité et solidarité. Quand j'observe le nombre de mesures de solidarité qui ont été prises dans une situation difficile, je vous dirai: cum grano salis. Ce gouvernement, je le vois bien plus – tout comme mon groupe, d'ailleurs – au centre-gauche. Nous vous en félicitons et vous souhaitons de bonnes vacances!

 

02.19  Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Mijnheer de eerste minister, uw antwoord is niet zo overtuigend. Er werden veel vragen gesteld over cijfers, ook vanuit de PS-fractie. Wij hebben eigenlijk nauwelijks cijfers gekregen, maar wel veel beloftes.

 

We hebben geen structureel relanceplan. Er is geen verschuiving van de lasten naar de grootste vermogens, zoals Europa voorstelt. Er is geen verschuiving van de lasten naar milieuvervuiling, zoals Europa voorstelt. Toch hoor ik de premier altijd verwijzen naar Europa, maar dan een beetje selectief. Als de cijfers goed zijn, refereert hij aan Europa, onder meer met betrekking tot de landen die een negatieve intrest hebben, waartoe wij behoren. Hij vergeet echter te vermelden dat wij behoren tot het slechte clubje van landen met een staatsschuld van 100 %. Daar spreekt hij niet over.

 

Wat tonen de relance-inspanningen van de andere landen? Duitsland investeert 3,5 % van het bnp, Nederland 1,4 %, Frankrijk 1,3 % en België 0 %.

 

Collega’s, België blijft achter met een staatsschuld van 100 % en een relanceplan van 0 % van het bnp. Dat zijn de naakte cijfers.

 

Eén conclusie, collega’s, de olifant heeft een muis gebaard.

 

02.20  David Clarinval (MR): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, je prends acte avec satisfaction de vos réponses. Je prends également acte du fait que cela n'est qu'un début et que les mesures qui ont été décidées aujourd'hui seront encore accentuées dans les années à venir.

 

Par ailleurs, je voudrais m'adresser à M. Coëme et lui dire que, tant que le gouvernement prendra des mesures en faveur des PME, des mesures visant à diminuer les charges, à diminuer les contraintes à l'égard des investisseurs, à augmenter le salaire net des travailleurs, mesures qui sont l'expression d'une politique de centre-gauche, comme vous dites, vous pourrez compter sur le MR: il sera là pour les soutenir.

 

02.21  Jenne De Potter (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, begrotingsorthodoxie blijft voor ons een prioriteit. Zo willen wij ons land voorbereiden en een solide basis creëren om de economische heropleving te garanderen.

 

De relancestrategie die deze regering hanteert, legt voor ons wel de juiste klemtonen en hanteert wel de juiste focus, namelijk zorgen voor een gerichte loonlastenverlaging, zorgen voor het verhogen van de koopkracht van de mensen die werken, focussen op onderzoek en ontwikkeling en op de kwaliteit van de overheid.

 

Ik ben ervan overtuigd dat met dit plan de sociale partners een solide basis hebben om verder te gaan met deze strategie. Ik ben er nog meer van overtuigd dat ons land, een kleine open economie, mee op de trein van de relance kan springen als een van de eerste in Europa, zonder dat het zich moeten wagen aan straffe of financiële avonturen. Dat is voorzichtig en vooruitziend beleid en wij steunen deze regering daarin.

 

02.22  Georges Gilkinet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, j'entends avec intérêt les membres de votre majorité se chamailler sur la tonalité des mesures prises.

 

En fait, la vérité est dans les chiffres. L'ensemble des mesures annoncées équivaut à un peu moins de 300 millions d'euros; les normes européennes oscillent un peu au-delà de 1 % du PIB, ce qui représenterait pour la Belgique des moyens pour un redéploiement de l'économie de plus de 4 milliards d'euros. Nous en sommes très loin.

 

Toutes les mesures que nos citoyens ont dû avaler au mois de décembre en matière de pension, de réforme de l'assurance chômage, de suppression des aides fiscales à l'isolation, constituent un montant de plus de 13 milliards d'euros.

 

Voilà l'identité de votre gouvernement: c'est un gouvernement qui fait mal et qui ne prépare pas l'avenir.

 

Notre groupe a déposé un plan de redéploiement de notre économie, un plan financé en revoyant le mécanisme des intérêts notionnels, en prévoyant une meilleure contribution des revenus des capitaux qui n'ont cessé d'augmenter au cours des années où M. Reynders était ministre des Finances. Il prévoit aussi des investissements, mais des investissements qui préparent vraiment l'avenir: renforcer l'efficacité énergétique de nos entreprises afin d'améliorer leur compétitivité, améliorer la solidarité en augmentant les allocations minimales et en individualisant les droits, investir dans la formation des travailleurs et dans la recherche et le développement.

 

Nous attendons encore avec intérêt d'autres éléments, monsieur le premier ministre. En effet, ce qui est sur la table aujourd'hui manque de souffle et n'est pas de nature à contribuer à un avenir radieux pour nos concitoyens.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

03 Question de M. Damien Thiéry au vice-premier ministre et ministre des Finances et du Développement durable, chargé de la Fonction publique, sur "le refinancement de la Caisse Nationale des Calamités" (n° P1181)

03 Vraag van de heer Damien Thiéry aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken, over "de herfinanciering van de Nationale Kas voor Rampenschade" (nr. P1181)

 

03.01  Damien Thiéry (FDF): Monsieur le président, monsieur le ministre, au mois de mai 2012, des inondations ont été reconnues comme catastrophe naturelle, tout comme au mois de juin 2012. Si on regarde les statistiques, le mois d'août est un mois propice à la survenance de catastrophes naturelles.

 

J'ai entendu dire que vous vous étiez engagé à trouver une solution pour refinancer la Caisse Nationale des Calamités, qui est manifestement à court de liquidités depuis un certain temps; en effet, votre prédécesseur, M. Reynders, avait dit en novembre 2011 que, déjà à l'époque, une ligne de crédit de 25 millions d'euros devait être remboursée par le Fonds des Calamités.

 

En 2010, une catastrophe naturelle importante a touché énormément de cultivateurs dans notre pays. Plus de 2 000 dossiers ont été rentrés: 1 700 ont reçu un avis positif, 900 ont joui d'une indemnisation et 800 sont en attente sous prétexte que le Fonds des Calamités ne dispose plus de liquidités.

 

On sait que certains agriculteurs connaissent de grandes difficultés dans notre pays, que certains d'entre eux attendent plus de 20 000 euros de dédommagements. On comprend qu'il s'agit d'une somme considérable pour eux.

 

En parallèle, j'ai lu que vous aviez l'intention de faire adopter, avant les vacances parlementaires, un projet accordant 11,8 millions d'euros supplémentaires.

 

À ma connaissance, on arrive tout doucement aux vacances parlementaires!

 

Dès lors, mes questions sont les suivantes, monsieur le ministre. Quel est l'état de la situation? Quelles démarches ont-elles été entreprises pour renflouer le Fonds? Quand les derniers dossiers pourront-ils être soldés? A-t-on déjà une vision à long terme, c'est-à-dire en 2013, pour voir quel doit être le montant à prévoir dans le budget pour le Fonds?

 

03.02  Steven Vanackere, ministre: Monsieur le président, monsieur Thiéry, au sein de la Caisse Nationale des Calamités, il existe deux fonds: le Fonds national des Calamités publiques et le Fonds national des Calamités agricoles.

 

Depuis 2007, ces deux fonds sont alimentés annuellement par une attribution d'une partie de la taxe sur les opérations d'assurances pour un montant de 11,9 millions d'euros et une dotation de la Loterie Nationale pour un montant de 4,3 millions d'euros.

 

Lorsque plus de calamités que prévu ont eu lieu et que les attributions ne sont pas suffisantes ou lorsque l'ampleur des dommages occasionnés par la calamité ne permet pas d'assurer cette indemnisation avec la célérité requise par l'urgence des restaurations ou des reconstitutions à effectuer, le gouverneur de la province peut consentir des avances sur les interventions financières.

 

Comme ministre des Finances, j'ai entamé trois actions afin de financer la Caisse et de régler la problématique de la liquidité de celle-ci à court terme. Premièrement, j'ai augmenté la ligne de crédit de la Caisse auprès de l'Agence de la Dette de 5 millions d'euros. Ainsi, les ordres de paiement entrés par les Affaires intérieures en avril et en mai pourront être exécutés et sont d'ailleurs déjà en exécution.

 

Deuxièmement, j'ai insisté, par lettre du 7 juin 2012, auprès de la Loterie Nationale afin qu'elle paie le solde de 4,3 millions d'euros auxquels la Caisse a droit en 2012. Cette somme devrait permettre d'exécuter les ordres de paiement de juin.

 

Troisièmement, j'ai introduit un amendement dans l'avant-projet de loi portant des dispositions fiscales et financières afin de créer la base légale pour le versement de la taxe sur les opérations d'assurances. Nous attendons le vote de cette loi pour octobre 2012. Pour 2013, une mesure permanente sera prévue. Ainsi 20 millions d'euros seront mis à disposition afin de rendre possible le paiement des montants dus.

 

03.03  Damien Thiéry (FDF): Monsieur le président, monsieur le ministre, voilà un état des lieux clair! Il importera, en tout cas, de prévoir dorénavant une indemnisation pour tous ces sinistrés de manière beaucoup plus rapide. En définitive, depuis 2010, certains attendent un dédommagement relativement conséquent.

 

Je constate qu'il faudra également prendre en compte la possibilité qu'ont certaines compagnies d'assurance d'éviter de continuer à assurer les sinistrés sujets à des sinistres répétés. En la matière, il est de notre devoir de signifier aux compagnies qu'elles ont un devoir vis-à-vis de ces personnes touchées par les catastrophes naturelles.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Vraag van de heer Hans Bonte aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken, over "de e-games van de Nationale Loterij" (nr. P1182)

04 Question de M. Hans Bonte au vice-premier ministre et ministre des Finances et du Développement durable, chargé de la Fonction publique, sur "les e-games de la Loterie Nationale" (n° P1182)

 

04.01  Hans Bonte (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, op het moment dat de regering op zoek was naar relancemaatregelen om onze economie opnieuw in een hogere versnelling te brengen, was de Nationale Loterij druk doende om een aantal nieuwe producten op de markt te brengen, in de hoop het gokken in een hogere relance te brengen.

 

Ik ben alvast van mening dat wij dat niet nodig hebben. Dat blijkt ook nog maar eens uit het aantal probleemspelers, dat op 175 000 landgenoten wordt geraamd. Honderdduizend mensen hebben een speelverbod. Ik kan u ook meegeven, als voorzitter van een klein OCMW, dat de ravages die door gokverslaafden worden aangericht, op zijn minst de vergelijking doorstaan met verslavingen aan alcohol of andere middelen.

 

Mijnheer de minister, is het echt nodig dat de Nationale Loterij, in het moeilijk klimaat waarin wij ons bevinden, dergelijke nieuwe e-krasloten, krasloten die men via de pc kan gebruiken, op de markt brengt? Zijn die producten overigens wel in overeenstemming met de wet? Ik hoop dat de regering de motivatie vindt om dergelijke producten uit de markt te halen en zeker niet zelf, via de Nationale Loterij, op de markt te brengen.

 

04.02 Minister Steven Vanackere: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Bonte, u stelt natuurlijk een goede, morele vraag. Kan men iets beheersen en kanaliseren — dat is wat men wil — door zelf in de aanbodzijde mee op te treden? Tot nu toe was dat inderdaad de keuze van de Belgische overheid. Gokken is een realiteit en wordt door heel wat private organisatoren en operatoren mogelijk gemaakt. Welnu, op die realiteit probeert men vat te krijgen op een meer gekanaliseerde manier, via producten van de Nationale Loterij.

 

U mag die vraag dus stellen en ik zal die, samen met u, trachten te beantwoorden. Ik stel vast dat in het bijzonder de –35-jarigen tegenwoordig aangetrokken worden tot onlinekansspelen, zoals onlinepokertornooien en onlinecasinogames. Uit marktonderzoek blijkt dat de Nationale Loterij die categorie van –35-jarigen minder goed kan bereiken. Het is de overtuiging van de regering dat het belangrijk is ervoor te zorgen dat men ook voor die groep in staat is om, samen met de Nationale Loterij, een veilig en verantwoord alternatief spel aan te bieden, om die spelersgroep beter te beschermen.

 

Er worden nu inderdaad e-games gelanceerd. In principe is er geen groot verschil met de spelen die nu al worden aangeboden in het retailnetwerk. Er zijn echter wel degelijk bijkomende beschermingsmechanismen. Zo hebben minderjarigen geen mogelijkheid om deze e-games te spelen. Het is zelfs onmogelijk voor hen om de gratis proefversie te spelen, iets wat bij private operatoren wel mogelijk is. Door de Nationale Loterij worden specifieke spellimieten gehanteerd die de negatieve gevolgen van overdadig of onbeheerst spelen beperken, zowel op financieel als op sociaal vlak. Privé-operatoren die gevaarlijkere kansspelen aanbieden worden niet aan dergelijke limieten onderworpen.

 

Ik laat het aan de wijsheid van dit Parlement over om te beoordelen welke de beste werkwijze is om een en ander aan banden te leggen. Is dat door ervoor te zorgen dat de Nationale Loterij op die markt afwezig blijft en, met andere woorden, zijn toevlucht te zoeken tot loutere regelgeving, dan wel door het aanbieden van een context waarin men op een meer beschermde manier deze behoefte aan spelplezier optimaal kan realiseren? Wat ik in elk geval wil blijven bewaken, is dat wat door de Nationale Loterij wordt aangeboden, wel degelijk beantwoordt aan de elementen van bescherming van het publiek.

 

04.03  Hans Bonte (sp.a): Mijnheer de minister, over moraliteit kunnen wij wellicht lang discussiëren. Dat zijn meestal boeiende debatten. Het moet mij echter van het hart dat er iets vreemds zit in de redenering dat de Nationale Loterij spelen gaat aanbieden om soortgelijke, illegale praktijken tegen te gaan. Als praktijken illegaal zijn, dan moet er tegen opgetreden worden. Men moet ze dan niet kopiëren en in een beter kader proberen aan te bieden. Wat steevast het geval is, mijnheer de minister, is dat men de creativiteit van jonge mensen, gokverslaafden en probleemspelers om het kader dat aangeboden wordt door de Loterij te omzeilen, onderschat.

 

Ik heb verwezen naar de moeilijke economische context. Voor ik mijn vraag stelde heb ik de Nationale Bank geraadpleegd. Tegen het einde van deze zomer kunnen wij het honderdduizendste gezin verwelkomen dat in een collectieve schuldenregeling zit. Honderdduizend gezinnen kunnen zelfs hun portemonnee niet meer beheren. Welnu, die gezinnen hebben wel toegang tot die e-krasbiljetten. Er klopt dus iets niet in de redenering.

 

Mijnheer de minister, ik meen dat wij, ingaand op uw suggestie, effectief moeten nagaan of het wetgevend kader hiermee voldoende wordt gerespecteerd. Ik vrees dat er ook hier een creatieve omzeiling is van de geest en de letter van de wet op de kansspelen. Wij komen daar na de zomer zeker op terug.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

05 Question de M. Philippe Goffin au vice-premier ministre et ministre des Finances et du Développement durable, chargé de la Fonction publique, sur "les contrôles menés sur les fraudes et abus commis au sein du fisc" (n° P1183)

05 Vraag van de heer Philippe Goffin aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken, over "het toezicht op fraude en misbruiken bij de fiscus" (nr. P1183)

 

05.01  Philippe Goffin (MR): Monsieur le président, monsieur le ministre, le 29 juin, la Cour des comptes publiait son rapport d'audit sur la politique d'intégrité au sein des cinq administrations du SPF Finances. À cette occasion, toute une série d'observations ont été formulées. Cet audit avait pour objectif d'évaluer les normes, les dispositifs et les processus mis en place pour définir, promouvoir et faire appliquer une politique d'intégrité au sein dudit SPF. Une série de recommandations sont formulées à partir de constats qui ont, évidemment, été dressés préalablement. Selon le premier constat, il n'y a pas de service central permettant de recevoir les plaintes tant internes qu'externes. Selon le deuxième constat, il semble qu'il y ait une insuffisance de personnel pour suivre ou poursuivre d'éventuelles malversations. Selon le troisième constat, il y a peu de contrôles sur les conflits d'intérêts. Selon le quatrième constat, il semble qu'il y ait une absence de protection des informations électroniques de M. et Mme Tout-le-Monde avec le risque, évidemment, d'indélicatesses.

 

Sur base de ces constats, des recommandations sont formulées. La première concerne la mise en en place d'un dispositif particulier pour le dépôt, l'instruction et le suivi des plaintes. La deuxième a trait à la séparation des fonctions. La troisième concerne une rotation afin de permettre une meilleure lisibilité de l'action de ce service.

 

Monsieur le ministre, quel est votre sentiment au sujet de ces recommandations? Quelles sont les mesures que vous comptez prendre pour mettre en œuvre lesdites recommandations et dans quel délai?

 

05.02  Steven Vanackere, ministre: Monsieur le président, cher collègue, le rapport de la Cour des comptes, qui se base, notamment, sur un examen de la gestion des plaintes internes pour la période 2000-2010, mérite toute notre attention. Il met le doigt sur l'absence, au sein des Finances, d'un mécanisme de surveillance de l'intégrité des agents. Le respect de l'État de droit oblige nos administrations à faire preuve d'intégrité dans leur fonctionnement, car elles sont au service du citoyen. Ce rapport pointe les manquements structurels. Il doit guider notre action future en ce qui concerne l'amélioration du dispositif de contrôle et le traitement des plaintes internes.

 

Cela étant dit, de nombreux chantiers sont déjà en cours. Ce faisant, les problèmes soulevés dans le cadre de l'analyse de la situation entre 2000 et 2010 ont déjà largement été rencontrés. Un code de déontologie est en voie de finalisation à la suite duquel une politique et un coordinateur d'intégrité seront mis en place.

 

Le but est, bien entendu, de mieux cibler les risques d'intégrité.

 

En outre, un point de contact pour le traitement des plaintes internes sera installé. Dans ma note de politique générale, déposée en décembre dernier, j'insistais déjà sur la nécessité de renforcer le contrôle interne en concertation avec le comité d'audit fédéral. Ce rapport me conforte en ce sens et doit donc être accueilli positivement. Mais je ne voudrais pas terminer ma réponse sans rappeler le respect et la confiance que j'ai en mon administration qui a accompli, ces derniers mois, un remarquable travail, afin de mettre en place les nombreuses réformes décidées dans l'accord de gouvernement.

 

05.03  Philippe Goffin (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie pour votre réponse. Je me réjouis effectivement des avancées annoncées. La première, c'est la finalisation prochaine de ce code de déontologie, de ce point de contact pour le dépôt des plaintes. Aussi est-ce avec attention que nous suivrons leur évolution dans les prochains mois.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

06 Question de Mme Juliette Boulet au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères, du Commerce extérieur et des Affaires européennes sur "la situation en Syrie" (n° P1184)

06 Vraag van mevrouw Juliette Boulet aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken over "de toestand in Syrië" (nr. P1184)

 

06.01  Juliette Boulet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le ministre, les dernières heures ont été très agitées en Syrie, particulièrement à Damas. Hier, l'Armée syrienne libre revendiquait une opération qui a tué trois ou quatre personnes proches de Bachar el-Assad et qui a fait dire à la presse que le régime était décapité. Ce matin, Bachar el-Assad aurait quitté Damas pour Lattaquié, mais cette information est à prendre avec des pincettes. Selon certaines rumeurs, sa femme et ses enfants seraient à Moscou. Cette fuite à Lattaquié évoque deux scénarios: un repli stratégique pour attaquer Damas ou une éventuelle fuite puisque Lattaquié se trouve dans une région alaouite proche de la mer.

 

Toute l'attention de la communauté internationale est focalisée sur les négociations qui sont en cours au Conseil de sécurité de l'ONU, avec une demande de la prolongation du mandat des observateurs au-delà du 20 juin. Il y a également un espoir que cette prolongation soit assortie d'une résolution sous le chapitre VII, article 41, c'est-à-dire avec des sanctions obligatoires. Il n'est pas normal, en effet, qu'il n'existe aucun embargo sur les armes, ce qui permet à la Russie, notamment, de fournir le régime syrien.

 

Robert Mood, le chef de la mission ONU sur place, qui est désormais rentré à Genève, est très pessimiste. Différentes personnalités, dont le roi de Jordanie et le roi d'Espagne, ont fait appel à la Russie pour l'enjoindre de voter cette résolution du Conseil de sécurité.

 

Monsieur le ministre, quelle pression l'Union européenne peut-elle encore effectuer sur la Russie et sur la Chine au sein du Conseil de sécurité pour permettre cette résolution sous chapitre VII? Êtes-vous d'accord sur le fait que ce vote est indispensable au soutien des opposants au régime sur le terrain?

 

La Syrie basculera dans le chaos total s'il s'avère que le repli à Lattaquié est destiné à sacrifier Damas. Quelle réaction urgente peut-on envisager pour que nous ne soyons pas des observateurs impuissants?

 

Au niveau belge, j'ai déploré le fait que l'aide humanitaire allouée ne soit que de 600 000 euros, sur deux millions prévus. C'est totalement insuffisant.

 

Il conviendrait d'agir plus vite et plus fort.

 

Je vous demanderai aussi de vous pencher sur l'aide concrète que le gouvernement peut fournir aux pharmaciens bruxellois qui récoltent de l'aide médicale urgente par centaines de kilos et qui tentent de l'acheminer à Antakya, à la frontière turque, d'où elle part vers l'intérieur du pays.

 

Le gouvernement peut-il apporter sa collaboration pour soutenir cette aide?

 

06.02  Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, madame Boulet, chers collègues, ma réponse portera d'abord sur les aspects précis que vous venez d'évoquer en conclusion.

 

En ce qui concerne l'opposition syrienne, dès le mois de décembre, j'ai rencontré les divers groupes d'opposition à Bruxelles, puis au cours de plusieurs réunions des Amis du peuple syrien; nous faisons tout pour faciliter leurs activités. À la fin du mois de juin, je suis intervenu au cours de réunions pour organiser la venue à Bruxelles de ces opposants, dans les meilleures conditions possibles, en ce compris en réglant les problèmes de visa. Vous aviez évoqué ce problème dans la présentation écrite de votre question.

 

En outre, pour l'instant, la Belgique a chiffré le montant de son aide humanitaire à 2 millions d'euros. Le ministre de la Coopération a proposé de débloquer une première somme de 600 000 euros. Nous travaillons surtout dans les pays voisins de la Syrie, qui accueillent des réfugiés. Des tentatives sont également effectuées avec la Croix-Rouge et le Croissant-Rouge de travailler en Syrie même. Néanmoins, je dois vous avouer qu'il est très difficile aujourd'hui, pour toutes les organisations, d'être présentes directement sur le terrain vu la situation de violence qui prévaut en Syrie.

 

Troisièmement, j'ai reçu pas mal de demandes de la part de divers groupements; vous citez les pharmaciens bruxellois. Elles sont systématiquement transmises au ministre de la Coopération; vous avez peut-être eu l'occasion d'en débattre avec lui. Cependant, à chaque fois, il convient de vérifier la capacité d'acheminer réellement l'aide sur place.

 

Beaucoup de bonnes volontés se déclarent, beaucoup de groupes se manifestent: nous essayons principalement de passer par le multilatéral classique, par les ONG reconnues. Tant mieux si certains groupes peuvent apporter une plus-value. Toutes les demandes sont bien transmises au ministre de la Coopération.

 

Monsieur le président, je ne répéterai pas le débat que nous avons tenu assez longuement en commission, mais faire régulièrement le point sur le sujet me paraît important. Ainsi, hier, la situation a évolué.

 

Depuis hier, la Syrie a basculé dans une véritable guerre civile, qui ne se terminera pas sans le départ de Bachar el-Assad. C'est évident; il doit partir!

 

Comme je l'ai dit en commission, nous souhaitons que ce départ se fasse dans le cadre d'une transition mise en place au départ d'une résolution du Conseil de sécurité sous chapitre VII de la Charte des Nations unies.

 

Que peut-on faire? La Belgique doit s'inscrire dans une logique de pression internationale - ce que fait l'Union européenne, ce que nous faisons également - auprès de la Russie et de la Chine pour qu'une résolution de cette nature soit acceptée.

 

Il est vrai que le pays est dans une situation de quasi-chaos. La vraie solution, c'est cette transition politique, avec le départ du président Bachar el-Assad et avec le soutien de l'ensemble de la communauté internationale.

 

Je dois simplement répéter en conclusion que je reste pessimiste sur les chances de voir se mettre en place une telle résolution. La position russe ne semble pas beaucoup évoluer. Il y aura probablement encore une tentative de vote tout à l'heure au Conseil de sécurité. Si nous n'y arrivons pas, comme je l'ai dit à plusieurs reprises, il faudra chercher d'autres voies de solution. On n'en sortira de toute manière pas sans, un jour, une présence militaire sur le terrain pour assurer le cessez-le-feu, pour assurer l'aide humanitaire, pour assurer le calme dans le pays.

 

Il ne s'agit pas du tout d'une intervention comme celle qu'on a connue en Libye mais d'une présence sur place. Mon vœu est que cela intervienne sur la base d'une résolution sous chapitre VII du Conseil de sécurité.

 

C'est en ce sens que nous travaillons.

 

Je le répète encore: à mes yeux, une solution ne sera possible qu'avec le départ du président Bachar el-Assad!

 

06.03  Juliette Boulet (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

Il est vrai qu'il est difficile de tirer des conclusions à l'heure actuelle sur ce qui va se passer en Syrie et particulièrement à Damas dans les heures et les jours qui viennent. Il faudra y être extrêmement attentif.

 

Il faut continuer à faire pression pour que la Russie et la Chine n'empêchent pas le vote d'une résolution sur la base du chapitre VII et de l'article 41.

 

J'espère que nous y arriverons – même si on peut malheureusement partager votre pessimisme – et que les différents appels aujourd'hui venant de nouvelles personnalités pourront les convaincre.

 

J'estime par ailleurs qu'il est important d'être disponible pour préparer l'après-Bachar el-Assad. Cela peut signifier aussi de permettre aux réfugiés de se déplacer en Belgique et dans l'espace Schengen pour qu'ils puissent fédérer l'opposition. Celle-ci ne parle pas encore d'une seule voix; cest normal étant donné le contexte.

 

Je vous saurais gré d'envisager une action forte avec le collègue Magnette et le ministre de la Défense. En effet, il s'agirait d'envisager une opération du genre B-Fast pour acheminer aux frontières turques, de l'aide médicale urgente. Cette démarche peut s'avérer intéressante de notre part.

 

Le président: Madame Boulet, il serait judicieux de faire ce genre d'intervention en commission, car nous sommes dans le cadre des questions avec des répliques! Certes, le problème est grave, je n'en disconviens pas, mais votre intervention devrait faire l'objet d'une interpellation en commission. Ici, il y a trop de choses à dire pour rester dans le temps imparti par notre Règlement. Il faut respecter les autres aussi!

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Vraag van de heer Filip De Man aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen over "het politieverhoor na de rellen in Molenbeek" (nr. P1185)

07 Question de M. Filip De Man à la vice-première ministre et ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des chances sur "l’audition par la police après les échauffourées à Molenbeek" (n° P1185)

 

07.01  Filip De Man (VB): Mevrouw de minister, u zult zich herinneren dat ik u een paar weken geleden vroeg hoe het zat met die kopstootuitdelende moslima. Na dat voorval eind mei zijn er in Molenbeek een aantal dagen rellen geweest. Er was zelfs een islamitische gek die twee politieagenten met een mes heeft neergestoken. Kortom, het was wel wat. Men verwacht dan van de overheid een doortastend optreden, mevrouw de minister.

 

Een doortastend optreden zou bijvoorbeeld zijn dat men die moslima ondervraagt en indien nodig oppakt, indien nodig opsluit, indien nodig vervolgt en indien nodig veroordeelt. Dat is bij mijn weten anderhalve maand later nog altijd niet gebeurd.

 

Als u wilt dat er in dit land enig respect is voor de politie, en meer bepaald in de politiezone Brussel-West, wil ik graag van u vernemen of er intussen een verhoor geweest is van die kopstootuitdelende moslima.

 

07.02 Minister Joëlle Milquet: De vrouw in kwestie heeft na mijn vorig antwoord in de plenaire vergadering op donderdag 28 juni 2012 een klacht met burgerlijke partijstelling ingediend bij de onderzoeksrechter te Brussel tegen de politiezone Brussel-West. Het gerechtelijk onderzoek werd door het parket van Brussel toevertrouwd aan de dienst Enquêtes van het Comité P.

 

Zoals ik u op 28 juni heb geantwoord, werd de betrokkene door de lokale recherche van de politiezone Brussel-West uitgenodigd voor een verhoor in het dossier ten hare laste inzake weerspannigheid tegen de politie. Tot op heden heeft zij daaraan geen gevolg gegeven. De lokale politie heeft het parket van Brussel daarover ingelicht en wacht nu op verdere instructies.

 

Het proces-verbaal voor het dragen van een nikab werd door de sanctionerende ambtenaar van de gemeente Jette op 16 juli bezorgd aan de overtreedster, die 14 dagen de tijd heeft om erop te reageren.

 

07.03  Filip De Man (VB): Mijnheer de voorzitter, ik heb vorige keer gezegd dat ik in opperste verbazing verkeerde over het antwoord van de minister.

 

Ze zegt nu dat er een oproep is geweest en dat mevrouw het niet nodig acht om daarop in te gaan.

 

Ik weet dat de Salduzwet redelijk tegemoetkomend is voor verdachten en criminelen, maar dit gaat toch wel veel te ver, mevrouw de minister. Beseft u nu niet wat hier gaande is?

 

Iemand gaat de agenten te lijf en zij wordt anderhalve maand later nog niet eens ondervraagd. Zij wordt niet opgepakt. Zij wordt op geen enkele manier lastiggevallen. Het is een signaal dat echt niet kan, mevrouw de minister.

 

Er broedt al genoeg in de getto’s van Brussel. Hiermee geeft men aan de fundamentalisten het signaal om maar op te doen. Le coup de boule à Bruxelles, het is gratis, u doet maar, u wordt niet eens verhoord, laat staan vervolgd. Het is een echte schande.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

08 Vraag van mevrouw Bercy Slegers aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen over "het verslag van het Comité P over de luchthavenpolitie" (nr. P1186)

08 Question de Mme Bercy Slegers à la vice-première ministre et ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des chances sur "le rapport du Comité P concernant la police aéroportuaire" (n° P1186)

 

08.01  Bercy Slegers (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, u hebt ongetwijfeld het rapport van het Comité P omtrent de werking van de luchtvaartpolitie gelezen. Ik heb het ook gelezen en ik moet toch even kwijt dat ik geschrokken ben van de wijze waarop de veiligheid op onze luchthavens in bepaalde omstandigheden te wensen overlaat. Bepaalde luchthavens, vooral de kleinere zoals Oostende en Bierset, krijgen soms te laat of helemaal geen informatie door van geseinde personen of van bepaalde vluchten. De communicatie tussen de luchtvaartpolitie van Brussel-Nationaal en de politie van de andere luchthavens kan beter.

 

Ook de communicatie tussen de luchtvaartpolitie van Brussel-Nationaal en de verschillende federale politiediensten laat te wensen over. In het rapport staat letterlijk: “De politiehervorming heeft gezorgd voor een verslechtering van de werkomstandigheden voor sommige afdelingen doordat bijkomende hiërarchische diensten werden ingebouwd.” Dat is een citaat, net als het volgende: “Verder is er een gebrek aan een overkoepelend organisatiebeleid en informatiebeheer binnen de structuren van de luchtvaartpolitie.”

 

Mevrouw de minister, de gevolgen van die gebrekkige informatiedoorstroming zijn vooral in die kleinere, regionale luchthavens sterk voelbaar. In het rapport is ook een verontrustend incident gemeld in de luchthaven van Wevelgem. Een man met een dubieus terroristisch verleden kon zich inschrijven voor een pilootcursus, want de informatie van de luchtvaartpolitie in Brussel was afgeschermd en was niet tot bij de luchtvaartpolitie van Wevelgem geraakt.

 

Mevrouw de minister, de politiehervorming is nu al elf jaar oud. Jammer genoeg moeten wij vaststellen dat problemen zoals een gebrek aan informatie-uitwisseling en een tekort aan informatiedoorstroming zich vandaag nog steeds voordoen.

 

Welke maatregelen zult u nemen om tegemoet te komen aan de aanbevelingen van het Comité P?

 

Volgt u de aanbeveling van het Comité P over de oprichting van een expertisecentrum voor de coördinatie van de politiegegevens inzake de luchtvaart?

 

08.02 Minister Joëlle Milquet: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Slegers, uit het communiqué van de commissaris-generaal blijkt het volgende.

 

Ten eerste, de betrokkene was inderdaad met een pilootopleiding gestart in een privéschool, maar hij heeft die opleiding niet afgewerkt.

 

Ten tweede, de persoon in kwestie heeft geen gerechtelijk verleden, maar werd enkel vermeld in een informatierapport uit 2006 wegens vage verdachte gedragingen. Het blijkt dat de beschikbare informatie in dezen geen enkele allusie maakt op enig terroristisch verleden.

 

Ten derde, dit informatierapport werd wel degelijk op een correcte wijze uitgewisseld tussen de verschillende bevoegde politie- en veiligheidsdiensten.

 

Het onderzoek van het Comité P werd gestart in 2010 en het verslag van dit onderzoek bevat aanbevelingen om te investeren in personeelscapaciteit voor een beter beheer van de specifieke informatiestromen tussen de Belgische luchthavens, de federale luchtvaartpolitie en de federale gerechtelijke politie. Het bevat ook aanbevelingen over een betere coördinatie tussen de verschillende diensten. Ik ga volledig akkoord met deze verschillende aanbevelingen.

 

Wat deze aanbevelingen betreft, heb ik op 16 juli een verslag van de federale politie ontvangen dat momenteel wordt bestudeerd met het oog op de haalbaarheid van sommige aanbevelingen. Een groot aantal van deze aanbevelingen zit reeds vervat in het plan tegen radicalisme.

 

In het najaar van 2011 werd een functionele opleiding voor de luchtvaartpolitie gefinaliseerd, die in mei 2012 van start gegaan is voor Nederlandstalige cursisten. In het najaar zal ook de Franstalige opleiding van start gaan.

 

08.03  Bercy Slegers (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik ben blij te horen dat u achter de aanbevelingen van het Comité P staat en dat een aantal aanbevelingen reeds in de praktijk is omgezet.

 

Vandaag is er echter nog steeds geen expertisecentrum. Ik denk toch dat er moet nagedacht worden of het mogelijk is om dit uit te bouwen. Dat zou toch een structurele oplossing kunnen zijn om dergelijke incidenten in de toekomst te vermijden.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Vraag van mevrouw Lieve Wierinck aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen, over "het tekort aan geneesmiddelen" (nr. P1187)

09 Question de Mme Lieve Wierinck à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales, sur "la pénurie de médicaments" (n° P1187)

 

09.01  Lieve Wierinck (Open Vld): Mevrouw de minister, als een geneesmiddel een leven bepaalt, dan spreken we van een levensnoodzakelijk element.

 

Een dertigtal geneesmiddelen zou in de apotheek geregeld onbeschikbaar zijn doordat de internationale geneesmiddelenindustrie, die voor ons land medicijnen produceert volgens een vooraf vastgestelde hoeveelheid, de geneesmiddelen verkoopt aan landen die meer geld bieden. Ondertussen heeft pharma.be aangekondigd een werkgroep op te richten met de producenten, de distributie, de apothekers en het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen om het probleem te monitoren. Tegen eind 2012 worden de bevindingen bekendgemaakt.

 

Hoeveel geneesmiddelen zijn er onbeschikbaar?

 

Welke patiënten worden het meest getroffen?

 

Zijn er geneesmiddelen voor levensbedreigende aandoeningen, zoals insuline voor diabetespatiënten, onbeschikbaar? Zo ja, welke?

 

Zult u contact opnemen met de geneesmiddelenproducenten?

 

Zal uw kabinet participeren aan het overleg dat pharma.be organiseert?

 

Worden andere landen in Europa met dezelfde problemen geconfronteerd?

 

België kan het probleem niet alleen kan oplossen. Zult u het op Europees niveau aankaarten?

 

Wij hebben jaren van prijsverlagingen van geneesmiddelen achter de rug. Tot nu toe heeft dat geen problemen opgeleverd, tenzij het uit de markt nemen van een aantal geneesmiddelen door de producent. Is de onbeschikbaarheid een teken dat we de grenzen van onze prijsverlaging hebben bereikt?

 

09.02 Minister Laurette Onkelinx: Mevrouw Wierinck, op de website van het FAGG staat een lijst van essentiële geneesmiddelen die onbeschikbaar zijn, de reden hiervoor en mogelijke alternatieven. De lijst wordt heel regelmatig aangepast aan de situatie op het terrein, die heel volatiel is. Zo worden apothekers en patiënten zo goed mogelijk geïnformeerd.

 

Een oplossing vinden voor de problematiek is een prioriteit voor het FAGG en voor mij. Daarom bestudeert het FAGG in overleg met de beroepsorganisaties van apothekers en farmaceutische firma’s de mogelijke oplossingen. Mijn kabinet volgt die besprekingen op de voet.

 

Ook andere Europese lidstaten worden met die problematiek geconfronteerd. Het wordt ook op Europees niveau aangepakt, met medewerking van het FAGG.

 

Ten slotte, mijns inziens is mijn beleid inzake prijsverlagingen niet excessief. De onbeschikbaarheid van sommige medicijnen is geenszins het gevolg van de prijsverlagingen. De prijzen van geneesmiddelen in ons land en zeker van de generische geneesmiddelen zijn bijvoorbeeld nog niet bij de laagste in Europa.

 

09.03  Lieve Wierinck (Open Vld): Mevrouw de minister, ik dank u omdat de aanpak van het probleem een prioriteit is voor u. Geneesmiddelen zijn voor sommige mensen een prioriteit omwille van hun levenskwaliteit. Hiv-patiënten hebben bijvoorbeeld dringend hun medicatie nodig; hun antivirale middelen zijn levensnoodzakelijk. Sommige zijn inderdaad vreselijk moeilijk te verkrijgen. Ik vind dat we dat moeten aanpakken.

 

Dat de kwestie op Europees niveau wordt aangekaart, maakt mij blij, want het probleem overstijgt ons land.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

10 Vraag van mevrouw Sonja Becq aan de minister van Justitie over "de extra middelen voor de toepassing van de Salduzwetgeving" (nr. P1188)

10 Question de Mme Sonja Becq à la ministre de la Justice sur "les moyens supplémentaires en vue de l'application de la législation Salduz" (n° P1188)

 

10.01  Sonja Becq (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, het is nog niet zo lang geleden dat u de introductie deed op een studiedag voor juristen in Brussel, over de gratis rechtsbijstand.

 

De discussie over de manier en werkwijze van de gratis rechtsbijstand bestaat al langer. Daarmee zijn ook serieuze bedragen gemoeid. In 1998 en 1999 ging het over zo’n 18 miljoen euro. Vandaag gaat het over 67 tot 69 miljoen euro. Tegelijkertijd is er ook een ernstige stijging van het aantal zaken.

 

Ik denk dat u weet dat dit een heel belangrijke problematiek is, mevrouw de minister, te meer omdat met de Salduzwet nog meer wordt gevraagd om die rechtsbijstand te organiseren.

 

In het kader van de budgetcontrole hebt u ook 9,1 miljoen euro ontvangen voor de implementatie van Salduz. U zult mij corrigeren als het bedrag niet klopt; ik las het in de kranten. Ik denk dat dit een goede zaak is, omdat wij allemaal willen dat de rechtsbedeling op een goede manier kan gebeuren, ook voor degenen die weinig of geen middelen hebben.

 

Wij weten echter ook dat wij ervoor moeten zorgen dat dit geen bodemloze put is. Er zijn ook discussies over de manier waarop in de loop van procedures wordt nagegaan of terugvorderingen mogelijk zijn en op welke manier de puntenverdeling gebeurt, want er zijn ook copy-pasteprocedures. Dat zegt men in de advocatuur zelf. Er is ook de vraag naar de manier waarop het vermoeden van onvermogen wordt gehanteerd. Zijn daar wijzigingen mogelijk?

 

Mevrouw de minister, de vraag rijst of het gebruik en de verdeling van de middelen op een efficiënte en transparante manier kan gebeuren, rekening houdend met de adviezen ter zake van het Rekenhof. Op welke manier zult u er, in samenwerking met het Parlement, voor zorgen dat dit op een efficiënte manier wordt aangepakt? U weet dat wij bereid zijn daaraan mee te werken.

 

10.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, zoals ik al verschillende keren in het Parlement heb gezegd, heb ik de verhoging van de puntwaarde voor de tweedelijnsbijstand verdedigd op de begrotingscontrole, en dit om de huidige puntwaarde te verhogen tot op hetzelfde niveau als bij het afsluiten van het protocolakkoord dat op 12 januari 2010 werd ondertekend tussen de balies en mijn voorganger. De regering heeft haar akkoord gegeven om eenmalig, in 2012, een bijkomend budget van 9,1 miljoen toe te kennen. Ik start hierover een overleg met de Orde van Vlaamse balies en l’Ordre des barreaux.

 

Ik wil echter ook benadrukken dat een grondige hervorming van het systeem noodzakelijk is. Dat was ook de boodschap die ik heb gegeven tijdens het begrotingsconclaaf. Voor de opmaak van de begroting van volgend jaar moeten er dan ook concrete hervormingsvoorstellen klaarliggen, zodat wij samen met de ordes een plan kunnen uitwerken. Wij moeten immers vaststellen dat steeds meer burgers een beroep doen op juridische bijstand. Op een jaar tijd is er een stijging van het aantal dossiers met meer dan 8 %. Ten opzichte van 2004/2005 gaat het om een verdubbeling van de prestaties. Het budget is dan ook gestegen van 18,7 miljoen euro in 1998 naar 78,5 miljoen euro in 2012. Dit is een stijging met meer dan 400 %.

 

De impact van Salduz binnen deze enveloppe van de tweedelijnsbijstand zal pas tegen het einde van het jaar volledig gekend zijn. Ik herinner er nogmaals aan dat in 2012 voor Salduz werd gestart met een bedrag van 1 miljoen euro aan de ordes voor de prestaties die in de vorige regeerperiode werden geleverd, namelijk in 2011.

 

Ik heb aan het NICC ook een onderzoeksopdracht gegeven om in een werkgroep, samen met de ordes, te komen tot een herziening van het systeem van de tweedelijnsbijstand. De ordes zijn hier dan ook nauw bij betrokken. Tegen 15 september verwacht ik ter zake resultaten. Bovendien is er ook een Europese richtlijn in aantocht tegen 2013. Er zal dus sowieso een grondige hervorming komen van het systeem.

 

Ik wil alle regeringspartijen bedanken voor hun instemming met mijn voorstel om in 2012 9,1 miljoen euro in te schrijven op de begroting. Ik wil alle politieke fracties daarvoor expliciet bedanken.

 

10.03  Sonja Becq (CD&V): Mevrouw de minister, wij zijn ook blij dat u er effectief voor hebt gezorgd dat die middelen er zullen komen en dat zij op een efficiënte manier zullen worden aangewend. Het lijkt mij ook belangrijk dat niet enkel de advocaten hierbij worden betrokken, maar dat wij ook kijken naar de manier waarop dit systeem wordt uitgebouwd. Ik meen dat wij op die manier tot een win-winsituatie kunnen komen. Niet alleen de bevolking zal er bij winnen, doordat zij gebaat is bij een coherente en sluitende begroting die niet sluipend stijgt, maar ook de rechtsonderhorigen en de advocaten die op een ernstige manier kunnen worden beloond.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

11 Question de Mme Özlem Özen à la ministre de l'Emploi sur "le statut social de l'artiste" (n° P1189)

11 Vraag van mevrouw Özlem Özen aan de minister van Werk over "het sociaal statuut van de kunstenaar" (nr. P1189)

 

11.01  Özlem Özen (PS): Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, voici deux jours, le Conseil National du Travail (CNT) a rendu un avis unanime sur les différents problèmes auxquels sont confrontés les artistes quant à l'application de leur statut particulier tel qu'il découle de la loi-programme du 24 décembre 2002.

 

Comme je l'ai rappelé à l'occasion des questions que je vous ai posées durant toute l'année, le CNT estime que c'est la définition de la prestation artistique qui pose problème et qui est à l'origine de nombreux abus et d'interprétations divergentes. Nous en avons eu quelques exemples avec les pratiques des différents bureaux de chômage et la circulaire de l'ONEM du 6 octobre 2011. Dans son avis, le CNT préconise l'instauration d'une carte professionnelle. Cela offrirait comme avantage direct que les prestations ne seraient pas systématiquement contrôlées. Il suggère également un renforcement du rôle de la Commission artistique. Par ailleurs, la même instance propose d'étendre les règles relatives au chômage à toutes les catégories d'artistes, y compris les créateurs, et sans opérer de distinction avec les gens du spectacle.

 

Cette proposition ne fait que rappeler la volonté du législateur qui s'était clairement prononcé en 2002 en faveur d'une égalité entre tous les artistes. Vous savez aussi que, s'agissant de droits pour lesquels des cotisations ont été versées, on ne peut instaurer de règles discriminatoires de nature à rendre impossible l'accès au chômage.

 

Madame la ministre, partagez-vous l'avis du CNT? Envisagez-vous de déposer des textes législatifs le plus rapidement possible? Enfin, comptez-vous impliquer les représentants du milieu artistique dans cette fameuse Commission artistique?

 

11.02  Monica De Coninck, ministre: Monsieur le président, madame Özen, en 2002, on a introduit le statut social des artistes. L'objectif était alors d'offrir aux artistes une protection sociale plus efficace, car il est souvent difficile de démontrer un lien de subordination dans le cadre des activités artistiques. Je ne vous apprendrai rien en vous disant que ces derniers temps, des abus ont souvent été constatés.

 

Comme le Conseil l'a souligné dans un avis précédent, ces dysfonctionnements découlent de la difficulté à définir précisément le concept de prestations artistiques. Je me réjouis, dès lors, que le Bureau du Conseil National du Travail ait décidé, de sa propre initiative, de se pencher sur cette problématique et de poursuivre ses réflexions faisant suite au précédent avis, qu'il avait émis en 2010.

 

Outre le statut social et dans le cadre de son avis antérieur, le Conseil s'était également penché sur la réglementation ONEM, qui s'applique aux artistes vu leur situation professionnelle particulière. Il estime que la réglementation actuelle n'est pas assez cohérente par rapport au statut social instauré en 2002 et en signale la complexité. Dans ce contexte, le Conseil formule quelques recommandations en vue de simplifier la réglementation concernant le chômage et d'augmenter la cohérence avec les dispositions du statut social.

 

Bref, le présent avis vise à augmenter au maximum la sécurité juridique pour tous les acteurs du secteur artistique sans mettre en cause la philosophie du statut social de l'artiste. Je suis d'accord avec le Conseil: la mise en œuvre des propositions formulées dans cet avis prendra du temps. D'une part, elle implique une adaptation approfondie du statut social. D'autre part, il sera nécessaire d'examiner de quelle manière la réglementation concernant le chômage peut être alignée sur ce statut.

 

Inverser l'ordre des choses ne contribuera aucunement à l'amélioration de la cohérence. Vu la volonté du CNT de régler différents aspects par le biais d'une réglementation de transition, je ne manquerai certainement pas d'examiner, en concertation avec mon collègue des Affaires sociales et mon administration, les matières susceptibles d'être développées à court terme et, certainement aussi, à long terme sur la base de l'avis du CNT.

 

11.03  Özlem Özen (PS): Monsieur le président, madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

Je me réjouis que vous partagiez l'avis du CNT. En tout cas, il est urgent de légiférer afin de mettre fin à cette insécurité juridique dont sont victimes les artistes.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

12 Samengevoegde vragen van

- de heer Tanguy Veys aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister, over "het nieuwe spreidingsplan voor Brussels Airport" (nr. P1190)

- de heer Georges Dallemagne aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister, over "het nieuwe plan voor het overvliegen van de omgeving van Brussels Airport" (nr. P1191)

- de heer Bert Wollants aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister, over "het nieuwe spreidingsplan voor Brussels Airport" (nr. P1192)

12 Questions jointes de

- M. Tanguy Veys au secrétaire d'État à l'Environnement, à l'Énergie et à la Mobilité, adjoint à la ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des chances, et secrétaire d'État aux Réformes institutionnelles, adjoint au premier ministre, sur "le nouveau plan de dispersion pour Brussels Airport" (n° P1190)

- M. Georges Dallemagne au secrétaire d'État à l'Environnement, à l'Énergie et à la Mobilité, adjoint à la ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des chances, et secrétaire d'État aux Réformes institutionnelles, adjoint au premier ministre, sur "le nouveau plan de survol des avions autour de l'aéroport de Bruxelles" (n° P1191)

- M. Bert Wollants au secrétaire d'État à l'Environnement, à l'Énergie et à la Mobilité, adjoint à la ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des chances, et secrétaire d'État aux Réformes institutionnelles, adjoint au premier ministre, sur "le nouveau plan de dispersion pour Brussels Airport" (n° P1192)

 

12.01  Tanguy Veys (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, een piloot die zonder goedkeuring of zelfs zonder overleg met de controletoren opstijgt en tijdens de vlucht alle controlelampjes negeert, zou gemakkelijkheidshalve een kamikazepiloot kunnen worden genoemd.

 

Mijnheer de staatssecretaris, ik noem u evenzeer een kamikazepiloot, omdat u deze week een nieuw vluchtrouteplan lanceert zonder overleg met het Vlaams Gewest, zonder overleg met het Brussels Gewest, zelfs zonder overleg met de luchthaven Brussels Airport, die mij in het dossier toch een belanghebbende lijkt.

 

U pleegt evenmin overleg wanneer u wordt gesignaleerd dat uw billijke spreiding juist voor meer overlast zal zorgen. Uw reactie is dan immers dat u wettelijk alles hebt gedaan wat u moest doen. U werpt ook op dat het zelfs uw plan niet is, maar wel het plan van de heer Schouppe. Voor u is het dus de schuld van de heer Schouppe. U zwaait vervolgens met diens plannetje van 2010, waarvan u nu verklaart dat u enkel uitvoert wat de regering toen heeft beslist.

 

Wat u er niet bij vertelt, is dat het slechts om een aantal onderdelen uit dat plan gaat. U komt ook helemaal niet aan een aantal kritieken tegemoet, onder meer voor de route richting Leuven blijft men op zijn honger. U blijft er Oost-Indisch doof voor.

 

Mijnheer de staatssecretaris, wij zijn nu juli 2012. Ik zou u aanraden om in september 2012 een nieuw plan voor te leggen. Er zijn studenten die ook in september moeten terugkomen. Zorg ervoor dat u tegen september 2012 met een degelijk plan komt, waarbij de billijke spreiding wel worden gegarandeerd.

 

12.02  Georges Dallemagne (cdH): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, chers collègues, voici deux jours, vous avez présenté à la presse l'état d'avancement de la mise en œuvre des deux accords de gouvernement de 2008 et de 2010 en matière de survol aérien de Bruxelles et autour de Bruxelles.

 

Je vous remercie et je vous félicite de mettre en œuvre ces accords de gouvernement. Parfois, certains s'étonnent qu'on mette en œuvre les accords de gouvernement. Cela me semble pourtant être la moindre des choses. Je me réjouis donc qu'en juillet 2012 on puisse enfin mettre en œuvre cet accord de gouvernement.

 

Désormais, nous aurons une norme de vent claire sur les pistes préférentielles de 7 nœuds qui permettra d'utiliser ces pistes préférentielles qui, je le rappelle, sont plus sûres que les autres pistes. Cela permettra d'éviter des abus sur des pistes qui n'auraient jamais dû voir les décollages et atterrissages que l'on connaît, notamment la piste 02.

 

En outre, vous privilégiez l'information et la transparence. Vous rajoutez cet élément auquel je suis sensible. Cela me semble être la moindre des choses que les riverains de l'aéroport puissent savoir pourquoi on change de piste, quelles sont les conditions météo et ce qui justifie l'utilisation de telle ou telle piste.

 

Enfin, vous répartissez les survols de la région bruxelloise sur des zones moins densément peuplées. Cela aussi, c'est le bon sens et je me réjouis que l'on puisse le faire également.

 

Monsieur le secrétaire d'État, quel sera le calendrier d'exécution de cet accord? Quelles difficultés persistent-elles? Notamment pour ce qui concerne les normes de vent, l'information et la transparence, quand pourrez-vous mettre en œuvre le plan que vous présentez aujourd'hui?

 

12.03  Bert Wollants (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, wij hebben het al gehad over het luchthavenakkoord, dat nu deels wordt uitgevoerd, maar dat het advies van de Vlaamse regering niet volgt. Wat nog niet aan bod is gekomen, is dat de heer Touwaide en uzelf er nog een hele reeks maatregelen aan toevoegen. Verschillende bronnen melden ons dat u de Denutroutes naar de Vlaamse Rand verschuift en dat u kiest voor capaciteitsbeperkende routes. U kiest bijvoorbeeld aanvliegroutes waardoor vliegtuigen via Geetbets over Antwerpen, Affligem en Ittre moeten aanvliegen op relatief lage hoogte.

 

Dan gaat het natuurlijk niet meer om de loutere uitvoering van het akkoord. Dankzij minister-president Kris Peeters weten wij ondertussen trouwens dat het geen regeringsbeslissing is, maar dat het uw plan is. Wij weten ook dat hij overleg wil en dat het Vlaams Parlement hem daarin volmondig steunt. Twee weken geleden is ter zake een motie goedgekeurd om overleg met u te vragen, en geen enkele partij in het Vlaams Parlement heeft tegengestemd.

 

Mijnheer Wathelet, ik wil van u dan ook een aantal dingen weten.

 

Ten eerste, steunt de voltallige regering uw plannen op dit vlak, inclusief bijvoorbeeld het aanpassen van de windnormen, waardoor de situatie minder veilig wordt? Steunen ook uw Vlaamse collega’s uw plan, mijnheer Wathelet?

 

Ten tweede, zult u overleg plegen met de Vlaamse regering? Zult u de Gewesten consulteren en behalve naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ook luisteren naar het Vlaams Gewest?

 

Ten derde en ten slotte, u zegt dat u het luchthavenakkoord uitvoert. Als ik mij niet vergis, staat in het eerste punt van die nota van 26 februari 2010 dat u de procedures moet volgen die in de ontwerpvliegwet stonden. Waar zit in uw plan de capaciteitsstudie? Waar zit de veiligheidsstudie? Vooral, waar zit de publieksconsultatie? Ik ben heel benieuwd naar uw antwoord.

 

12.04 Staatssecretaris Melchior Wathelet: Ten eerste wil ik herhalen dat wat zal worden uitgevoerd geen nieuwe beslissing is. De beslissingen die vandaag zullen worden uitgevoerd, werden genomen in 2008. Zij werden bevestigd in 2010, en zij werden bevestigd in het regeerakkoord, dat getekend en gesteund werd door de zes partijen van de meerderheid. Meer dan de steun van de zes regeringspartijen om het regeerakkoord uit te voeren, inclusief het hoofdstuk over het billijk spreidingsplan, moet ik toch niet hebben?

 

Het is toch een beetje raar, mijnheer Wollants, dat u hier twee weken geleden kwam vragen waar ik met mijn plan stond: “U voert het niet uit, u komt laattijdig met dat plan.” Nu ik het uitvoer, zegt u dat het te vroeg is. Excuseer, maar ik doe mijn job. Mijn job is het regeerakkoord uitvoeren. Misschien is het voor u problematisch vast te stellen dat de federale regering in staat is om haar regeerakkoord volledig uit te voeren, maar dat is wat ik zal blijven doen.

 

Er staan tien nieuwe routes in de akkoorden van 2010. Zeven daarvan worden perfect uitgevoerd. Twee ervan werden, met de steun van de regering, licht gewijzigd, om veiligheidsredenen, met name de bocht op 1 700 voet en de kanaalroute, die aan het begin een beetje wordt aangepast. Dat werd, om veiligheidsredenen, gevraagd door Belgocontrol en het DGLV.

 

Aurais-je pu me permettre de prendre un risque quelconque en matière de sécurité? Non. Je l'ai toujours dit. Il est vrai que, sur les dix, une route continue à poser problème. Il s'agit de la piste 07 Louvain. Mon principal souci est maintenant d'arriver à exécuter cette piste qui fait partie intégrante de l'accord que je compte respecter jusqu'au bout. Mais il est vrai que c'est à ce niveau que se trouve la plus grande difficulté actuelle. En effet, nous n'avons pas encore reçu l'autorisation de Belgocontrol et de la DGTA pour pouvoir exécuter ladite piste en assurant l'ensemble de la sécurité.

 

Cela dit, ce plan comprend effectivement un élément neuf: la transparence. Tous les riverains, qu'ils habitent dans la Région bruxelloise, en Flandre ou dans le Brabant wallon, à partir du moment où ils habitent à proximité de l'aéroport, pourront voir et suivre quelles sont les routes utilisées. Ils pourront savoir pourquoi, à un certain moment, une route est empruntée plutôt qu'une route préférentielle, pourquoi un avion décide d'emprunter une route plutôt qu'une autre. Je veux que règne la transparence et que tous les citoyens puissent savoir, à tout moment, pourquoi un avion se situe à un endroit et pas ailleurs.

 

Ce plan est bon. Il assure la sécurité et la juste répartition. En 2010, M. Schouppe a pris une décision après avoir consulté, notamment, la Région bruxelloise, la Région flamande. En effet, consulter après que la décision ait été prise, c'est beaucoup moins intéressant. En tout cas, il a pu conclure, alors que le dossier était particulièrement difficile, un accord qui constitue un bon compromis entre sécurité et juste répartition.

 

Cette parenthèse étant faite, je répète que les citoyens méritent la transparence et ils l'auront. Ils pourront vérifier eux-mêmes la juste exécution de cet accord, comme cela se fait pour l'aéroport de Schiphol. Nous voulons la transparence et nous voulons que chacun puisse vérifier la bonne exécution de l'accord de gouvernement.

 

12.05  Tanguy Veys (VB): Mijnheer de staatssecretaris, enkele sprekers zeiden daarnet nog: “Wat een week!” Welnu, het is misschien de goede week, vooral in de betekenis van de goednieuwsshow.

 

Ik betwist wat u zonet gezegd hebt, dat de maatregelen genomen zijn conform de regeringsbeslissingen van 2008 en 2010. Ik hoef daarvoor maar te kijken naar de reactie van de Vlaamse regeringspartijen die ook in deze federale regering zitten. Ik kan mij niet indenken dat zij een dergelijk plan hebben goedgekeurd. Dat kunt u vandaag niet stellen.

 

Ten tweede, ik geloof u evenmin als u zegt dat uw plan tot minder overlast zal leiden. Voor bepaalde streken zal het juist tot meer overlast leiden, terwijl men in principe altijd van een billijke spreiding is uitgegaan.

 

Mijnheer de staatssecretaris, ik vraag u daarom met aandrang om uw huiswerk opnieuw te maken. Kom in september met een degelijk plan dat gesteund wordt door heel de regering, maar niet met iets dat door uw raspoetin, de heer Touwaide, is opgesteld op uw kabinet.

 

12.06  Georges Dallemagne (cdH): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, je me réjouis qu'on exécute enfin cet accord. Je pense qu'il était grand temps! À travers un tel accord, vous pouvez démontrer qu'on peut faire rimer sécurité aérienne, prise en compte des riverains et développement économique. Enfin, nous devrions pouvoir comprendre cela.

 

Avec quelques collègues de la commission de l'Infrastructure de la Chambre, nous nous sommes rendus à Schiphol et nous avons été très impressionnés par le niveau de concertation et de dialogue qui existe avec les riverains. Cette étape que vous franchissez aujourd'hui est importante et j'espère qu'à l'avenir, nous pourrons en franchir d'autres.

 

Je sais que l'aéroport de Bruxelles-National considère comme un crime économique l'idée d'allonger la période de nuit jusqu'à sept heures du matin. Schiphol l'a fait et Schiphol est un aéroport qui va bien et qui est en pleine croissance. Schiphol l'a fait car il a pu négocier avec les riverains avec qui il est en concertation permanente.

 

12.07  Bert Wollants (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, als ik het goed heb, dan voert u geen enkele van die gewijzigde routes die geen deel uitmaken van het akkoord in. U hebt Belgocontrol geen opdracht gegeven om dat te doen. Is dat zo?

 

12.08 Staatssecretaris Melchior Wathelet: Ik heb duidelijk gezegd welke routes na het akkoord worden gewijzigd. Het gaat om de bocht op 1 700 voet, het begin van de kanaalroute en nog een die niet wordt uitgevoerd, de route 07-Leuven.

 

12.09  Bert Wollants (N-VA): Uit verschillende bronnen hebben wij andere routes gekregen. Ik zal u dus nauwlettend in het oog houden. Als wij een van die routes de komende maanden zien verschijnen, dan wil dat zeggen dat u het Parlement iets probeert wijs te maken. Waarschijnlijk zullen uw Vlaamse collega’s mij steunen om ze uit dat akkoord te gooien en om ervoor te zorgen dat de heer Touwaide zijn zin niet kan doen. Daarop zullen wij blijven hameren.

 

Mijnheer de staatssecretaris, ga in overleg met minister-president Peeters, zodat de rechten van de Vlamingen ook worden gewaarborgd, zodat het niet enkel een Brussels verhaal wordt dat de heer Touwaide vanuit zijn achtergrond in een actiegroep via uw kabinet doorvoert. Dat zal voor ons niet kunnen!

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Le président: Ceci termine notre heure des questions.

 

Projets et propositions

Ontwerpen en voorstellen

 

13 Projet de loi portant assentiment à la Convention n° 176 de l'Organisation internationale du Travail concernant la sécurité et la santé dans les mines, adoptée à Genève le 22 juin 1995 (2309/1)

13 Wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag nr. 176 van de Internationale Arbeidsorganisatie betreffende de veiligheid en gezondheid in mijnen, aangenomen te Genève op 22 juni 1995 (2309/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Sans rapport

Zonder verslag

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)

Vraagt iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2309/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2309/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

14 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Royaume de Belgique et l'Organisation européenne pour la sécurité de la navigation aérienne sur les privilèges et immunités de l'Organisation complémentaire à la Convention internationale de coopération pour la sécurité de la navigation aérienne "Eurocontrol" du 13 décembre 1960, et sa Déclaration commune, faits à Bruxelles le 17 juillet 2006 (2310/1-2)

14 Wetsontwerp houdende instemming met het Aanvullend Akkoord tussen het Koninkrijk België en de Europese Organisatie voor de veiligheid van de luchtvaart bij het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart "Eurocontrol" van 13 december 1960, inzake de voorrechten en immuniteiten van de Organisatie, en zijn Gemeenschappelijke Verklaring, gedaan te Brussel op 17 juli 2006 (2310/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

M. Kristof Waterschoot, rapporteur, renvoie à son rapport écrit.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)

Vraagt iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2310/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2310/1)

 

Le projet de loi compte 3 articles.

Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

15 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sur le transport routier entre le Gouvernement belge et le Gouvernement macédonien, signé à Skopje le 10 septembre 1998 (2311/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord sur le transport routier entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la Géorgie, signé à Bruxelles le 19 mars 2002 (2312/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord sur le transport routier international entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République du Kazakhstan, signé à Bruxelles le 5 décembre 2006 (2313/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République d'Albanie sur le transport routier international, signé à Tirana le 25 avril 2006 (2314/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la Fédération de Russie sur les transports routiers internationaux, signé à Moscou le 2 mars 2007 (2315/1-2)

15 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord over het wegvervoer tussen de Belgische Regering en de Macedonische Regering, ondertekend te Skopje op 10 september 1998 (2311/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord over het wegvervoer tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van Georgië, ondertekend te Brussel op 19 maart 2002 (2312/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Republiek Kazachstan over het internationaal wegvervoer, ondertekend te Brussel op 5 december 2006 (2313/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Republiek Albanië betreffende het internationaal wegvervoer, ondertekend te Tirana op 25 april 2006 (2314/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Russische Federatie over het internationale wegvervoer, ondertekend te Moskou op 2 maart 2007 (2315/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces cinq projets de loi. (Assentiment)

Ik stel u voor een enkele bespreking aan deze vijf wetsontwerpen te wijden. (Instemming)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

M. Kristof Waterschoot, rapporteur, renvoie à son rapport écrit.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)

Vraagt iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2311. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2311/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2311. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2311/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2312. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2312/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2312. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2312/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2313. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2313/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2313. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2313/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2314. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2314/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2314. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2314/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2315. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2315/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2315. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2315/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

16 Projet de loi portant assentiment au Protocole facultatif relatif à la Convention sur la sécurité du personnel des Nations Unies et du personnel associé, fait à New York le 8 décembre 2005 (2316/1-2)

16 Wetsontwerp houdende instemming met het Facultatief Protocol bij het Verdrag inzake de veiligheid van VN-personeel en geassocieerd personeel, gedaan te New York op 8 december 2005 (2316/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

M. Kristof Waterschoot, rapporteur, renvoie à son rapport écrit.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)

Vraagt iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2316/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2316/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

17 Projet de loi portant assentiment à l'Accord de Partenariat économique entre la Communauté européenne et ses États membres, d'une part, et les États membres du Cariforum, d'autre part, et à l'Acte final, faits à Bridgetown, la Barbade, le 15 octobre 2008 (2335/1-2)

17 Wetsontwerp houdende instemming met de Economische Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Cariforum-staten, anderzijds, en de Slotakte, gedaan te Bridgetown, Barbados, op 15 oktober 2008 (2335/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

M. Herman De Croo, rapporteur, renvoie à son rapport écrit.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)

Vraagt iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2335/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2335/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

18 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise et le Gouvernement de l'État du Qatar concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Doha le 6 novembre 2007 (2336/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et la République du Tadjikistan, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Bruxelles le 10 février 2009 (2337/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et la République Togolaise, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Lomé le 6 juin 2009 (2338/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et le Monténégro, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Podgorica le 16 février 2010 (2339/1-2)

- Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et le Gouvernement de la République du Kosovo, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproque des investissements, fait à Pristina le 9 mars 2010 (2340/1-2)

18 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie en de Regering van de Staat Qatar inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Dawhaw op 6 november 2007 (2336/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Republiek Tadzjikistan, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Brussel op 10 februari 2009 (2337/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Republiek Togo, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Lomé op 6 juni 2009 (2338/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en Montenegro, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Podgorica op 16 februari 2010 (2339/1-2)

- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Regering van de Republiek Kosovo, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Pristina op 9 maart 2010 (2340/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces cinq projets de loi. (Assentiment)

Ik stel u voor een enkele bespreking aan deze vijf wetsontwerpen te wijden. (Instemming)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

M. Herman De Croo, rapporteur, renvoie à son rapport écrit

 

18.01  Christiane Vienne (PS): Monsieur le président, chers collègues, le projet de loi portant assentiment à l'accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise et le gouvernement de l'État du Qatar, ainsi que les autres projets que vous avez mentionnés, ont déjà fait l'objet de nombreux débats, monsieur le ministre, avec nos collègues du Sénat.

 

En effet, au-delà de simples projets de loi portant assentiment, ces textes ont été l'occasion précieuse de faire le point sur une procédure de ratification qui pose quelques problèmes. Il ne s'agit donc pas d'un acte anodin. Ils ne le sont pas au regard de l'importance des clauses sociales et environnementales que contiennent ces textes, qui devront être pleinement repris au sein des accords de ce type qui seront conclus à l'avenir notamment avec l'Indonésie. Ces clauses sont, pour mon groupe, indispensables, tout comme la réciprocité, à laquelle mon groupe attache une importance particulière.

 

Dès lors, il s'agit pour nous de donner aux assemblées la possibilité d'influer et d'insuffler une dimension plus démocratique sur le modèle de ces accords de protection des investissements et ce, même si notre pays apparaît déjà comme l'un des plus proactifs pour l'obtention de ces clauses.

 

Ainsi, comme je l'ai signalé en commission, une sollicitation du Parlement en amont de la négociation de ce type d'accord pourrait être bénéfique. Car pour mon groupe, c'est une certitude: nous ne pouvons consacrer la primauté des investisseurs sur les États et il est important d'assurer la réciprocité entre les parties contractantes.

 

Étant donné le caractère relativement immuable de ces projets de loi et le travail déjà effectué à ce sujet par le Sénat, en matière d'auditions notamment, mon groupe soutiendra ces textes, puisque ces clauses y sont pleinement reprises.

 

Cependant, la question qui se pose à présent est de savoir comment vérifier le respect de ces fameuses clauses sociales et environnementales.

 

Dès lors, durant notre commission, j'ai formulé, au nom de mon groupe, une demande formelle et impérative, celle de retrouver dans les rapports de tous ces projets de loi les trois recommandations formulées par ma collègue, Marie Arena, en tant que rapporteur de ces textes au Sénat, à savoir:

- premièrement, le Parlement devra, à l'avenir, être informé de l'ouverture des futurs APPI et des travaux de la Commission européenne pour qu'un travail en amont puisse être réalisé;

- deuxièmement, il faut accompagner les clauses sociales et environnementales de réelles mesures contraignantes et de possibilités d'évaluation et donc, le cas échéant, de réforme des modèles de texte pour les négociations;

- troisièmement, il faut absolument qu'une clause soit prévue dans les futurs accords pour que soit préservé le droit des États de réguler.

 

Certains diront que ces recommandations sont utopiques, qu'elles sont surréalistes. Permettez-moi de les contredire: il s'agit de principes. Or, ce sont ces mêmes principes qui constituent l'âme-même de notre travail de parlementaire. Dans un monde interconnecté, comment pouvons-nous nous soucier du respect des travailleurs et de l'environnement ici et non pas chez nos partenaires économiques?

 

Maintenant que ces trois recommandations sont pleinement reprises dans le rapport de M. De Croo, que je remercie même s'il est absent pour le moment, j'aimerais conclure en disant que j'espère que notre assemblée, conjointement avec le Sénat, pourra continuer son travail en ce sens, comme le ministre s'est engagé à le faire à l'avenir. Nous serons donc attentifs à l'organisation d'un débat sur les modalités de négociation des futurs TIB (traités bilatéraux d’investissement), notamment en vue de l'évolution importante du contexte européen dans ce domaine.

 

18.02  Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, au 1er juin 2009, la Belgique avait conclu des traités d'investissement avec 90 pays dont une majorité de pays en développement ou en transition.

 

Ces accords sont restés assez constants dans le temps et suivent un modèle traditionnel européen: ils sont brefs et peu détaillés, définissent les investissements de façon générale, interdisent aux gouvernements d'accueil de discriminer les investissements étrangers en faveur des investissements nationaux ou d'investissements d'États tiers; ils exigent de ces gouvernements un traitement juste et équitable, contraignent les gouvernements d'accueil à permettre aux investisseurs étrangers de transférer des fonds et de rapatrier des capitaux.

 

Voilà autant d'exigences vis-à-vis des États d'accueil. Parfois même, ils leur limitent la capacité de légiférer pour un intérêt public qui serait l'intérêt social ou environnemental.

 

Heureusement, la Belgique a déjà amélioré le modèle des accords bilatéraux: avec Madagascar à partir de 2005, avec la Corée en 2006, dont nous avons parlé récemment. Ces accords revus ont englobé divers principes et détails dont les plus notables sont les clauses sur la relation entre la protection des investissements et la protection des droits du travail et de l'environnement.

 

Ces dispositions sont reprises dans ce qu'il est logique d'appeler le modèle belge de traité bilatéral d'investissement de 2002. Néanmoins, il s'inscrit dans la lignée des pratiques antérieures de la Belgique dans la mesure où il suit largement le modèle européen.

 

Même si ce dernier modèle ABI comporte certaines clauses témoignant d'une tentative d'assurer un renforcement mutuel des politiques des parties contractantes, d'après nous, le texte devrait encore faire l'objet de nombreuses révisions et précisions importantes pour promouvoir le développement durable et préserver la capacité du politique, la capacité des États à établir parfois des règles de protection à la fois de leurs travailleurs et de leur environnement, même si c'est aux dépens de certains investissements.

 

Enfin, il y a la question du règlement des conflits. Un système de règlement des conflits investisseurs/États permet de faire appel aux cours d'arbitrage internationales et d'échapper à la justice des États partenaires. Cela peut concerner aussi bien la Belgique que l'État partenaire. Ce type de règlement de conflits est assez critiqué par les partenaires sociaux dans la mesure où il est peu transparent et qu'il ne permet pas aux travailleurs de faire valoir leurs droits. Il constitue un privilège assez démesuré pour les investisseurs et il affaiblit le système juridique local. En fait, il porte atteinte à la capacité des gouvernements à mener des politiques de protection et de promotion sociale et environnementale. C'est la raison pour laquelle notre groupe reste méfiant vis-à-vis de ces accords. Le représentant du ministre a d'ailleurs reconnu en commission que les clauses sociales et environnementales n'étaient pas contraignantes et qu'il n'existait aucun dispositif de contrôle pour vérifier leur mise en œuvre.

 

Nous allons ratifier aujourd'hui un accord avec le Qatar. Au Qatar, il y a 85 % de travailleurs migrants dont les droits sont quasiment inexistants. Ils vivent dans des conditions parfois inhumaines et ne peuvent pas faire appel à des syndicats. La situation des travailleurs migrants au Qatar est catastrophique au plan social. Comment, avec cet accord, va-t-on pouvoir garantir la protection de ces travailleurs via nos investissements? La question est, pour nous, encore trop ouverte, même si nous reconnaissons les progrès effectués.

 

Nous avons déposé une proposition de résolution que nous espérons voir traitée le plus vite possible en commission des Affaires extérieures de façon à améliorer le modèle belge de l'accord et d'inspirer le futur modèle européen, qui prendra bientôt sa place. Nous demandons un renforcement des clauses sociales, une amélioration de la définition de la législation du travail de sorte à intégrer la liberté d'association, le droit à la négociation collective, la non-discrimination, l'éradication du travail forcé et du travail des enfants. Ces points doivent être repris explicitement. De plus, il faudra prévoir que toute convention OIT ratifiée par le pays soit respectée dans le cadre de cet accord.

 

Nous voulons exiger des deux parties l'engagement à respecter les directives de l'OCDE relatives aux entreprises multinationales et la déclaration tripartite de l'OIT sur les entreprises multinationales et la politique sociale.

 

Je vous passe ensuite tout un ensemble de revendications qui figurent dans cette résolution, laquelle se trouve encore dans les services, mais qui doit être prise en considération très prochainement.

 

Notre deuxième demande est de renforcer les clauses environnementales et de modifier leur formulation pour les rendre plus affirmatives et contraignantes, par exemple en garantissant la protection des territoires et ressources classés comme patrimoine mondial par l'UNESCO – je fais allusion au Congo.

 

Nous voulons aussi que ces accords soient conclus avec la volonté très claire d'éviter les atteintes à la souveraineté alimentaire et à l'accès à la terre. Nous voulons notamment que soit reprise explicitement l'idée d'appliquer les directives volontaires de la FAO pour une gouvernance responsable des régimes fonciers applicables aux terres, à la pêche et aux forêts. Nous désirons que ces investissements ne portent pas atteinte à l'approvisionnement alimentaire national par l'affectation de terres à des cultures énergétiques ou non alimentaires destinées à l'exportation.

 

Enfin, nous souhaitons éviter la captation de ressources naturelles telles que l'eau au détriment des communautés locales.

 

Vous le voyez, nous demandons un texte plus précis et plus explicite. Et j'espère que nous recevrons le soutien de nos partenaires, en particulier en cohérence avec les propos de Mme Vienne. De cette façon, le modèle belge des accords bilatéraux d'investissement sera amélioré. Au-delà de cette clause, il convient de prévoir évidemment des mécanismes de contrôle et de sanction.

 

Dans l'attente de cette garantie, notre groupe s'abstiendra sur la ratification de ces accords.

 

18.03  Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, chers collègues, je voudrais remercier le rapporteur pour la synthèse des débats qui ont eu lieu en commission, pour ce traité comme d'ailleurs pour les autres textes de traités qui sont soumis au parlement aujourd'hui.

 

En ce qui concerne les interventions en séance, je prends bonne note des différentes recommandations. Des concertations ont déjà eu lieu pour améliorer l'information des parlementaires tant de la Chambre que du Sénat. Nous procéderons encore à ce genre d'information et de séance particulière à la fin du mois d'octobre et nous tenterons d'aborder la discussion le plus en amont possible. De ce point de vue, le progrès est réel. Je salue d'ailleurs le retour du rapporteur en séance.

 

Par ailleurs, je tiens à rappeler le fait que la Belgique est en pointe dans un certain nombre de débats, notamment sur les clauses sociales et environnementales. Mais il est toujours possible de progresser.

 

18.04  Herman De Croo (Open Vld): (…)

 

Le président: Après une courte intervention de Mme Vienne, la discussion générale sera close. Vous n'êtes pas obligé d'intervenir, monsieur De Croo!

 

18.05  Herman De Croo (Open Vld): Je regrette de ne pas être arrivé à temps!

 

18.06  Christiane Vienne (PS): Monsieur le président, je voulais remercier le ministre et lui dire que si la Belgique est à la pointe, nous pouvons toujours faire mieux. En tout cas, nous serons attentifs et soutiendrons les efforts réalisés en la matière.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2336. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2336/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2336. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2336/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2337. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2337/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2337. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2337/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2338. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2338/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2338. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2338/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2339. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2339/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2339. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2339/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles du projet de loi n° 2340. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2340/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsontwerp nr. 2340. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2340/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

19 Projet de loi portant assentiment aux Amendements des Annexes II et III à la Convention de Paris du 22 septembre 1992 pour la protection du milieu marin de l'Atlantique du Nord-Est, adoptés à Ostende le 29 juin 2007 (2249/1-2)

19 Wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen van de Bijlagen II en III bij het Verdrag van Parijs van 22 september 1992 inzake de bescherming van het marien milieu van de Noordoostelijke Atlantische Oceaan, aangenomen te Oostende op 29 juni 2007 (2249/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

19.01  Christiane Vienne, rapporteur: Monsieur le président, je renvoie à mon rapport écrit.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2249/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2249/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

20 Projet de loi portant assentiment au Traité entre le Royaume de Belgique et le Royaume des Pays-Bas pour le développement de la coopération et de l'entraide administrative en matière de sécurité sociale, fait à Bruxelles le 6 décembre 2010 (2364/1)

20 Wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden voor de ontwikkeling van de samenwerking en van de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de sociale zekerheid, gedaan te Brussel op 6 december 2010 (2364/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Sans rapport

Zonder verslag

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)

Vraagt iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2364/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2364/1)

 

Le projet de loi compte 2 articles.

Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

21 Projet de loi portant assentiment au Protocole de 2002 à la Convention d'Athènes de 1974 relative au transport par mer de passagers et de leurs bagages, fait à Londres le 1er novembre 2002 (2365/1-2)

21 Wetsontwerp houdende instemming met het Protocol van 2002 bij het Verdrag van Athene van 1974 inzake het vervoer van passagiers en hun bagage over zee, gedaan te Londen op 1 november 2002 (2365/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

M. Georges Dallemagne, rapporteur, renvoie à son rapport écrit.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)

Vraagt iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2365/1)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2365/1)

 

Le projet de loi compte 4 articles.

Het wetsontwerp telt 4 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 4 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 4 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

22 Proposition de résolution sur la vision à long terme en matière de développement durable (2367/1-2)

22 Voorstel van resolutie betreffende de langetermijnvisie inzake duurzame ontwikkeling (2367/1-2)

 

Discussion

Bespreking

 

Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt. 85,4) (2367/1)

De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt. 85,4) (2367/1)

 

La discussion est ouverte.

De bespreking is geopend.

 

22.01  Thérèse Snoy et d'Oppuers, rapporteur: Monsieur le président, je tiens à informer l'assemblée de la façon dont cette résolution a été traitée. Le parlement est appelé à donner un avis sur une obligation du gouvernement qui a été instaurée dans la loi de 1997 sur le Développement durable. Un amendement introduit en 2010 impose au gouvernement de rédiger, d'élaborer une vision pour le Développement durable à l'horizon 2050. Cela signifie que nous devons penser beaucoup plus loin que d'habitude et essayer de réfléchir à ce que nous souhaitons pour notre pays et nos citoyens dans cette perspective à long terme.

 

L'examen de ce projet de vision a été confié à la commission Climat et Développement durable. Celle-ci a entendu la Commission interdépartementale pour le Développement durable qui a soumis un premier projet. Nous avons ensuite reçu le Conseil Fédéral du Développement Durable avec les partenaires sociaux. Ils nous ont exposé leurs différents projets, étant donné qu'il n'y avait pas un seul avis ou une vision commune entre les groupes, qu'il s'agisse des ONG Nord-Sud, des ONG environnementales, des représentants des employeurs ou des représentants syndicaux. Ensuite, nous avons auditionné le Bureau du Plan, dont la task force Développement durable a élaboré une série d'objectifs liés à des indicateurs.

 

Après avoir entendu ces différents points de vue, nous avons formulé, en groupe de travail, une série de recommandations sur ce que devait contenir la vision à long terme pour le Développement durable, tant sur les aspects méthodologiques que sur les aspects de fond. Le groupe de travail a ainsi développé, de façon assez consensuelle, la résolution qui vous est soumise aujourd'hui et sur laquelle je reviendrai au nom de mon groupe.

 

22.02  Julie Fernandez Fernandez (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, à l'heure où nous votons des réformes qui marqueront sans doute l'histoire de notre pays, la résolution qui nous occupe risque malheureusement de passer inaperçue. Elle ne se prononce pas sur une nouvelle répartition de compétences entre autorités, ne s'intéresse pas à la division judiciaire et administrative du territoire et ne vise pas non plus à l'emploi des langues dans les conseils communaux.

 

Or, se pencher aujourd'hui sur la vision à long terme du développement durable ne manque pas de pertinence. En effet, les travaux et les auditions réalisés en commission Climat ces dernières semaines ont rappelé aux membres plusieurs évidences. Des évidences à considérer – pourquoi pas? – comme des lignes de conduite utiles à nos activités législatives.

 

Président: André Frédéric, vice-président.

Voorzitter: André Frédéric, ondervoorzitter.

 

Tout d'abord, nos décisions s'inscrivent dans le temps. Les effets recherchés à court terme par une mesure n'autorisent pas à ignorer les impacts à long terme. À cet égard, notre gestion des ressources naturelles ne peut plus se permettre d'en ignorer les limites. Ensuite, nos lois et règlements doivent être adaptés à l'espace réel qu'ils prétendent impacter. Lorsque nous parlons de changement climatique et d'environnement, le concept de frontière n'a plus de sens: nous devons tenir compte du reste de la planète et inscrire nos politiques dans des logiques globales. Il n'y a pas d'autre alternative.

 

Au-delà des considérations spatio-temporelles, il ressort des critères qui composent cette vision à long terme l'objectif de toute décision politique d'assurer le bien-être de tous nos concitoyens, sans hypothéquer celui des générations à venir. Une société qui vise le bien-être de tous doit être une société inclusive, une société solidaire et libre, où chacun peut participer et s'épanouir, où l'accès aux meilleurs soins de santé et aux biens de base est assuré.

 

En outre, la résolution rappelle la place essentielle des pouvoirs publics pour assurer cette transition.

 

Nous sommes donc conscients de cette responsabilité et notre rôle est aussi d'apprécier toute loi et tout règlement à l'aune de ces critères. Ainsi, le groupe PS votera en faveur de cette résolution dont le contenu et l'esprit, centrés sur le citoyen, expriment ce à quoi nous ne pouvons qu'aspirer.

 

Pour terminer, chers collègues, permettez-moi de rappeler la morale de la fable de La Fontaine "Le Renard et le Bouc". Souvenez-vous, le bouc, après s'être abreuvé, était resté coincé au fond du puits faute d'avoir anticipé un moyen de s'en extraire; La Fontaine de conclure, déjà à l'époque: "En toute chose, il faut considérer la fin".

 

22.03  Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de voorzitter, collega’s, begin 2010 werd in de wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling de verplichting tot het opstellen van een langetermijnvisie ingevoegd. Een dergelijke langetermijnvisie omvat de langetermijndoelstellingen die de federale regering dient na te streven in haar beleid. Ze staat boven de ingestelde cyclus van federale plannen en rapporten inzake duurzame ontwikkeling. Ze dient tevens als leidraad voor de wettelijke actoren, namelijk voor de Interdepartementale Commissie, het Federaal Planbureau en de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling. De wet bepaalt eveneens dat de langetermijnvisie wordt opgesteld door de Koning na een parlementair debat, samen met het georganiseerd middenveld.

 

Om de bijdrage van het Parlement aan de langetermijnvisie te concretiseren, heeft CD&V voorgesteld om een resolutie uit te werken, samen met de collega’s. Het resultaat is een breed gedragen tekst, die na hoorzittingen met de wettelijke actoren werd uitgewerkt en hier vandaag ter stemming wordt voorgelegd. Daarbij zal de rol van het Parlement nog worden versterkt door het engagement van de minister om de definitieve langetermijnvisie in het Parlement te komen bespreken vóór de goedkeuring in de Ministerraad.

 

Voor CD&V is het belangrijk dat de langetermijnvisie uitgaat van een aantal fundamentele principes. Het streven naar een sociaal inclusieve samenleving, het creëren van duurzame economische groei, het zorg dragen voor het leefmilieu, het bewerkstelligen van internationale solidariteit en het werken volgens de regels van goed bestuur zijn voor onze fractie essentieel. Die principes werden in de tekst dan ook vertaald in een reeks na te streven doelstellingen.

 

Ik wil er toch enkele uitlichten die voor onze fractie van bijzonder belang zijn, namelijk het elimineren van iedere discriminatie op basis van geslacht, ras en seksuele oriëntatie, het verzekeren van de toegang tot levenslang leren, kwaliteitsvol onderwijs en gezondheidszorg voor iedereen, het nemen van de gemeenschapseconomie als uitgangspunt met een alternatieve indicator voor het bbp als basis, het inzetten op duurzame productie en consumptie en eveneens het behoud van de voortrekkersrol van België op Europees niveau, onder meer inzake klimaatdoelstellingen. Collega’s, het is nu belangrijk dat de regering ook binnen de afgesproken timing en op basis van de input van de wettelijke actoren en het Parlement een breed gedragen langetermijnvisie uitwerkt.

 

De regering wacht tevens de moeilijke uitdaging om de aangereikte doelstellingen om te zetten in effectief ambitieuze en geloofwaardige indicatoren. Eigenlijk begint het werk nu pas. Een langetermijnvisie is immers mooi op papier, maar heeft pas waarde wanneer ze in de praktijk wordt omgezet. Ze moet dienen als oriëntatie en toetssteen voor het beleid van elke dag, niet alleen voor ons, beleidsmakers, maar onder andere ook voor gezinnen, ondernemingen en maatschappelijke groepen moet zij sturend werken. Daarom is het ook belangrijk dat de langetermijnvisie niet alleen breed wordt gedragen, maar eveneens ook breed bekend wordt gemaakt.

 

Collega’s, vandaag stemmen wij over een eerste stap op een lange weg. Ik dank de collega’s voor de samenwerking. De tekst die wij vandaag ter stemming voorleggen, laat ook de stem van het Parlement horen. Het is nu aan de minister om zijn werk te doen. Wij kijken uit naar zijn visie na de zomer.

 

22.04  David Clarinval (MR): Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, le MR se réjouit du bon aboutissement du présent dossier. En effet, comme l'a rappelé le rapporteur, Mme Snoy, notre sous-commission Climat et Développement durable a été en mesure d'adopter un texte complet, équilibré et ambitieux:

- complet, car nous avons pu entendre de nombreux intervenants et intégrer leurs différents points de vue dans notre résolution;

- équilibré, car nous avons tenu compte de leurs avis parfois divergents et avons pu en produire une synthèse;

- ambitieux, enfin, car il permettra au gouvernement d'élaborer une politique concrète de développement durable, avec des indicateurs pointus et éclairants pour l'avenir.

 

Au nom du MR, je me félicite en particulier d'avoir apporté des éléments importants dans le débat: la compétitivité des entreprises, la ruralité et le mix énergétique équilibré. En effet, le développement durable repose sur trois piliers: social, environnemental et économique. Ce dernier aspect ne doit pas être négligé, car c'est grâce à lui – et à la compétitivité des entreprises - que l'on peut développer des politiques sociales et environnementales ambitieuses. Il importe, dès lors, que ce principe apparaisse dans le texte au même titre que les deux autres.

 

Par ailleurs, on a trop souvent tendance à oublier la ruralité dans les travaux qui nous occupent au parlement. Je me réjouis donc que ce thème ne soit pas omis dans le présent texte.

 

Enfin, notre position sur le plan énergétique a été très équilibrée et n'a pas été envisagée avec dogmatisme, mais au contraire avec un certain pragmatisme, ce dont je me félicite.

 

En conséquence, vous ne serez pas étonné que notre groupe soutiendra avec enthousiasme cette résolution.

 

22.05  Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer de voorzitter, collega’s, ook onze fractie is heel blij dat deze resolutie vandaag zal worden goedgekeurd. Zoals verschillende collega’s al hebben duidelijk gemaakt, is er hard gewerkt, door verschillende partijen, over verschillende partijgrenzen heen, om deze resolutie gezamenlijk te kunnen goedkeuren.

 

Het is voor ons heel belangrijk dat wij een langetermijnvisie kunnen ontwikkelen voor de sociale, economische en ecologische uitdagingen van de toekomst. Die uitdagingen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en dienen samen te worden aangepakt, om onze maatschappij leefbaar te houden. Deze resolutie is voor ons alvast een stap in de goede richting.

 

Beste collega’s, duurzaam betekent houdbaar. Het is essentieel dat wij een beleid ontwikkelen dat ook in de praktijk kan worden omgezet. Wij leven met heel veel mensen samen op een kleine oppervlakte waarvoor wij enorm veel zorg moeten dragen. Wij dienen daarom te handelen vanuit een perspectief van duurzame ontwikkeling. Het woord wordt zeer veel gebruikt, en ook misbruikt, maar het is zeer belangrijk.

 

Onze manier van leven heeft een immense impact op onze omgeving. Wij moeten een leefbare omgeving hebben, ervoor zorgen dat de generaties na ons ook nog in een leefbare omgeving kunnen leven en, vooral, dat die omgeving ook aan hun behoeften kan voldoen. Wij dienen dus zeer bewust om te gaan met onze schaarse natuurlijke rijkdommen.

 

Beste collega’s, duurzaamheid betekent ook rechtvaardigheid. In een langetermijnvisie moet een sociaal rechtvaardige samenleving vooropstaan, een samenleving waar geen plaats is voor armoede en voor sociale uitsluiting en waar iedereen gelijke kansen heeft, een ideale samenleving dus. Daarom moeten wij streven naar duurzame ontwikkeling en moeten wij alles daarop inzetten.

 

Deze resolutie is, zoals gezegd, een stap in de goede richting. Onze fractie zal deze resolutie alvast met heel veel plezier goedkeuren.

 

22.06  Rita De Bont (VB): Mijnheer de minister, collega’s, aanvankelijk had ik niet gepland om het woord te voeren in het debat over het voorstel van resolutie over de langetermijnvisie inzake duurzame ontwikkeling. De voorzitter van de Kamer, de heer Flahaut, zal wel begrijpen waarom. Mijn fractie is op een perverse manier verhinderd om een bijdrage te leveren aan die resolutie, die koste wat kost nog voor het reces ter stemming moest worden voorgelegd Wellicht maakt ook dat deel uit van het akkoord met Ecolo-Groen.

 

In ieder geval wil ik onderstrepen dat ook de Vlaams Belangfractie een echt parlementair debat, en zelfs een nog breder debat, in verband met deze materie absoluut noodzakelijk vindt. Duurzame ontwikkeling is een complexe, maar uiterst belangrijke materie. Ook wij zijn van mening dat wij de aarde, die wij in bruikleen gekregen hebben van onze ouders, moeten koesteren en ongeschonden moeten doorgeven aan het nageslacht. Daaromtrent moet er heel wat studiewerk en onderzoek gebeuren, maar moet er ook dringende actie worden ondernomen en moet er een bewustmakingscampagne worden ontwikkeld.

 

Bovendien werden ter voorbereiding van deze resolutie in onze Interdepartementale Commissie voor Duurzame Ontwikkeling enkele interessante hoorzittingen gehouden. De belangstelling van de collega’s was niet al te denderend, maar ik kan u verzekeren dat ik met veel interesse de hoorzittingen heb gevolgd en naar de toelichting heb geluisterd van de drie actoren van de wet, namelijk de Interdepartementale Commissie voor Duurzame Ontwikkeling, de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling en het Federaal Planbureau. Ten opzichte van al die mensen die daar heel wat tijd in gestoken hebben om de voorliggende resolutie te stofferen, zou ik het onrespectvol vinden, mochten mijn fractie en ikzelf daaraan geen aandacht besteden.

 

Ik ben wel van mening dat het resultaat van de besprekingen, de resolutie zelf dus, vrij pover is. In het verslag is er sprake van een eenparig gesteund voorstel van resolutie, maar zelf heb ik niet aan de stemming deelgenomen. Zoals bij de meeste gedwongen eenparig aangenomen resoluties, zijn er enkele evidenties in terug te vinden en houdt men zich op een aantal andere punten op de vlakte. Ik denk bijvoorbeeld aan het derde punt van het verzoekend gedeelte, waarin de regering wordt verzocht om in haar langetermijnvisie de zorg voor het leefmilieu voorop te stellen door onder geen beding af te wijken van de naleving van de klimaatdoelstellingen.

 

Over dit punt heeft zich in de zogenaamde technische werkgroep ongetwijfeld een interessante discussie ontwikkeld, waaraan ik inderdaad graag had deelgenomen. Naar gewoonte werd ik in de commissie in mijn hoedanigheid van commissaris voor het Vlaams Belang echter niet uitgenodigd. Ik had graag aan de discussie in de geest van de resolutie zelf deelgenomen.

 

In A.2 van het verzoekend gedeelte van de resolutie wordt gesteld dat de minister bevoegd voor Duurzame Ontwikkeling zijn langetermijnvisie aan het Parlement zou voorstellen, vooraleer ze door de Ministerraad wordt goedgekeurd, opdat de visie de ruimst mogelijke instemming van het Parlement zou weerspiegelen.

 

Voorts wordt in verband met de inhoud van de visie in B.1 aan de regering gevraagd in haar langetermijnvisie het nastreven van een sociaal inclusieve samenleving voorop te stellen, door erover te waken dat iedereen vrij kan participeren in de samenleving als hoeksteen van sociale integratie, en door discriminatie op basis van geslacht, ras, cultuur, seksuele oriëntatie enzovoort te elimineren.

 

Dat zijn heel mooie woorden. U mag mij, wetende op welke manier de voorliggende ontwerptekst tot stand is gekomen, echter niet kwalijk nemen dat ik mij de vraag stel of men nog schijnheiliger kan zijn. Zulks vermeld ik enkel terzijde.

 

In ieder geval zou mijn concrete deelname aan de voorbesprekingen wellicht niet tot een eenduidigere formulering in verband met de klimaatdoelstellingen hebben geleid. Ik zou op dat ogenblik wellicht ook de vraag hebben gesteld – wat ik nu doe, vermits mij zulks in een parlementair debat niet kan worden ontzegd – of men nu werkelijk van mening is of gelooft dat de mens oppermachtig is en de wereld helemaal in handen heeft, aangezien wordt gesteld dat onder geen beding van het naleven van de klimaatdoelstellingen zal worden afgeweken.

 

Bij mijn weten moeten de klimaatdoelstellingen ervoor zorgen dat de opwarming van de aarde tot 2° Celsius beperkt blijft. Het zou fantastisch zijn, mocht de mens een dergelijke beperking in zijn eentje kunnen realiseren. Sta mij echter toe daaraan te twijfelen. De mens kan veel. De mens kan de wereld vernietigen en onleefbaar maken, wat wij absoluut moeten verhinderen. Dat de mens kan verhinderen dat de wereld onleefbaar wordt, is natuurlijk een andere kwestie.

 

Ik zou dus verkiezen dat iets meer aandacht wordt besteed aan de aspecten die wij wel in handen hebben. Een van de zaken waaraan volgens mij te weinig aandacht is besteed, wil ik graag onder de aandacht brengen, namelijk de vergrijzing van onze samenleving.

 

Het aantal Europese burgers boven de leeftijd van 65 jaar zal de komende vijftig jaar verdubbelen, namelijk van 87 miljoen inwoners in 2010 naar 148 miljoen in 2060. Voor elke persoon van 65 jaar of ouder zijn er vandaag vier personen die werken.

 

Voorzitter: André Flahaut, voorzitter.

Président: André Flahaut, président.

 

Tegen 2060 zal deze verhouding dalen tot één op twee. Dat is een problematiek waarvan Groen wellicht niet wakker ligt. Ze speelt zich immers te dicht bij huis af. Men zou vergrijzing misschien beter ontgroening noemen. Dan zou er bij hen misschien ook een belletje rinkelen.

 

In ieder geval, mocht ik bij het voorontwerp van resolutie betrokken geweest zijn, dan had ik dit aspect ook laten opnemen in het naar mijn mening belangrijke eerste luik, waarin aan de regering wordt gevraagd een sociaal inclusieve samenleving voorop te stellen.

 

In considerans F wordt in verband met de intra- en intergenerationele zorg en solidariteit wel – en terecht – verwezen naar de rechten van de toekomstige generaties. Er zou echter ook mogen worden verwezen naar de rechten van de vijfenzestigplussers in verband met de solidariteit tussen de generaties.

 

Wij zullen hierover een amendement indienen en ik zal het dan ook meteen toelichten. In het verzoekend gedeelte willen wij onder punt B.1, in verband met de inhoud van de visie, een element toevoegen waarin wij vragen erover te waken dat in het kader van de solidariteit tussen de generaties ook de nodige aandacht wordt geschonken aan de mogelijkheid van participatie aan de maatschappij door ouderen, het bevorderen van de zelfredzaamheid van ouderen, indien gewenst en mogelijk door het bevorderen van een aangepaste en waardige deelname aan de arbeidsmarkt en een verzekering van de noodzakelijke gezondheidszorg.

 

Wij vinden dat ook belangrijke punten in een duurzame ontwikkeling, ook hier bij ons in West-Europa.

 

Wij maken ons geen illusies over de mogelijke steun aan ons amendement, maar door het indienen ervan wil ik op dit punt toch de aandacht vestigen van de betrokken minister.

 

Verder zal onze fractie zich onthouden bij de stemming over het voorstel van resolutie, onder andere omdat men zelf bij het ontwerp ervan de noodzaak van een brede ondersteuning voor een succesvol beleid in verband met duurzame ontwikkeling veronachtzaamt. Vraag is wat de regering met een dergelijk voorstel van resolutie zal aanvangen, als de indieners zelf de inhoud niet ernstig nemen.

 

In ieder geval, ik dank de aanwezigen voor hun aandacht. Ik moest nu wel een beetje van uw kostbare tijd in beslag nemen. Daartoe heb ik daarvoor immers niet de gelegenheid gekregen.

 

22.07  Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen): Monsieur le président, chers collègues, je souhaite intervenir car si Ecolo-Groen ne donnait pas son point de vue sur une résolution qui a une telle importance, cela serait grave.

 

Les élus de ce parlement, mais aussi tous les élus, se trouvent, aujourd'hui, devant un exercice assez exceptionnel. En effet, nous devons développer une vision à terme qui dépasse de loin notre mandat et qui vise à répondre à des défis absolument gigantesques relevés par le monde scientifique au sujet des ressources planétaires.

 

Comme c'est régulièrement le cas, nous nous trouvons face à un paradoxe car nous prenons des décisions qui engagent les 60 à 200 prochaines années alors que nous sommes élus pour peu de temps, tout comme les gouvernements.

 

En matière de développement durable, en modifiant la loi du 5 mai 1997, nous voulions nous adapter en vue de nous donner un horizon temporel plus lointain qui soit conforme aux problèmes à résoudre. En effet, la grande question des ressources et du partage des ressources au niveau planétaire pour l'humanité et les petits Belges que nous sommes ne peut se résoudre à l’horizon d’un gouvernement. Ce n'est pas un plan que l'on fixe ici, mais une vision, c'est-à-dire des objectifs souhaitables basés sur des hypothèses scientifiques. Contrairement à la plupart des générations qui nous ont précédés, nous avons des informations concernant l'avenir. Ce faisant, notre responsabilité est beaucoup plus grande.

 

Toujours est-il qu'une vision à long terme ne devrait pas être le fait d'un seul gouvernement au pouvoir; elle devrait être partagée beaucoup plus largement. Pourtant, la loi prévoit qu'elle ne doit être adoptée que par le gouvernement. Heureusement, la commission a demandé que le ministre présente la vision au parlement avant son adoption par le gouvernement. Nous entendrons donc encore le ministre qui viendra nous présenter le projet du gouvernement, ce pour qu'il soit le résultat d'un socle commun le plus large possible et assurer la pérennité de cette vision. Mais l'approbation devrait aussi dépasser le niveau des élus, même si cela n'est pas prévu dans la loi. Il serait donc souhaitable d'avoir l'assentiment de l'ensemble de la société civile. Le Conseil Fédéral du Développement Durable a déjà donné un avis dans lequel il précise vouloir être encore impliqué par l’adoption de la vision. Nous ne pouvons donc qu'encourager le ministre à continuer d'impliquer la société civile via, notamment, ce Conseil.

 

La résolution que nous adoptons aujourd'hui porte sur la méthodologie à adopter pour la définition de cette vision à long terme et sur son contenu. Nous avons attiré l'attention des collègues et du ministre sur la rigueur nécessaire à l'enjeu. La vision de 2050 est la représentation d'un monde souhaitable, mais elle doit tenir compte des contraintes, des défis que nous connaissons aujourd'hui. Cette vision a d'ailleurs été traitée au départ par certains journalistes comme une vision "bisounours" ou "rose bonbon", où nous mettons côté à côté des objectifs merveilleux, où chacun verra son bien-être assuré, où les soins de santé sont garantis pour tous, où l'environnement est protégé, où l'économie est performante. Mais cela va de pair avec des interactions et des menaces inéluctables sur les ressources planétaires et, logiquement, sur leur distribution et leur accessibilité pour tous.

 

Nous voulons que cette vision soit plus incarnée, qu'elle soit spécifique à la Belgique et aux citoyens belges. Nous voulons que soient prises en compte les données des travaux du GIEC en matière de climat, celles des travaux des scientifiques en matière de biodiversité ou en matière de ressources agricoles, minières, etc., que soient intégrées les perspectives démographiques mondiales les plus affinées et qu'il soit tenu compte des engagements internationaux déjà pris par notre pays et au niveau européen.

 

Le texte évoque, évidemment, les trois piliers du développement durable. En ce qui concerne le pilier de l'inclusion sociale, nous pouvons bien entendu adhérer à tout ce qui est inscrit. Pour ce qui est de la recherche d'une économie performante et durable, le point A relatif à la compétitivité nous paraît insatisfaisant dans sa formulation. C'est la raison pour laquelle nous proposons un amendement sur ce point. En fait, il s'agit de la définition de la compétitivité. M. Clarinval a demandé que l'on tienne compte de la compétitivité de nos entreprises en 2050. Nous pouvons adhérer à cette option, certes, mais cela dépend de la façon dont on la définit en 2050. Se basera-t-on encore sur la loi de 1996 relative aux salaires? Je l'ignore.

 

Par contre, étant donné la rareté des ressources et la surexploitation des ressources renouvelables et non renouvelables, nous devons penser davantage à une compétitivité en termes de gestion des ressources. C'est la raison pour laquelle nous voulons, par notre amendement, tenir compte du fait que la compétitivité va se définir en fonction de la capacité à économiser les ressources et à éviter, comme on le fait aujourd'hui, de les surexploiter ou de les gaspiller aux dépens des générations futures.

 

Nous souhaitons évidemment aussi que les salaires de tous soient décents et équitables mais je pense qu'il faudrait que ce soit défini à un niveau plus large qu'aujourd'hui.

 

Nous sommes au cœur de la vision de 2050. Nous serons confrontés à une rareté des ressources et il s'agit de voir comme nous pourrons alors vivre bien et équitablement.

 

Notre amendement reprend donc une notion plus large de la compétitivité.

 

Sur le plan environnemental, je vais conclure en disant si nous pouvons adhérer au texte, il nous semble néanmoins que notre parlement reste frileux et s'exprime timidement.

 

Le rapport 2012 du WWF dresse un tableau alarmant. Il indique que nous vivons comme si nous avions une seconde planète à disposition. Notre planète est très malade. La Belgique présente la 6e plus lourde empreinte écologique au monde, derrière le Qatar, les Émirats arabes unis, le Danemark et les États-Unis. Selon ces calculs, nous consommons 7,1 hectares par habitant alors que si on rapportait la capacité totale de la planète au nombre d'habitants, nous ne pourrions disposer que de 1,8 hectare. Cela montre l'inégalité dans le monde et le dépassement du capital de ressources.

 

Tout cela car notre efficacité énergétique est encore très faible. Auparavant, on nous voyait de la lune à cause des éclairages des autoroutes. Aujourd'hui, on nous voit de la lune à cause du rayonnement infrarouge qui s'échappe dans notre atmosphère en raison de la mauvaise isolation de nos bâtiments.

 

Il faut avoir des objectifs d'efficacité énergétique bien plus volontaristes, en prévoyant des étapes chiffrées. C'est ce que nous demandons par ailleurs dans toutes les négociations sur le climat.

 

Il y a eu aussi récemment des alertes à la RTBF et dans La Libre Belgique au sujet de la biodiversité et de l'effondrement brutal de certains écosystèmes.

 

On arrive à un effondrement des ressources, qu'il s'agisse de pullulation d'insectes, de disparition d'espèces, de destruction de lacs ou de certains milieux, à la suite d'une surexploitation ou d'un déséquilibre causé par les activités humaines.

 

Les chercheurs nous alertent constamment sur des risques d'effondrement. On ne sait pas dire quand ils auront lieu, ni où, mais on sait qu'ils peuvent menacer gravement le bien-être humain.

 

Pour conclure, je voudrais citer le rapport GEO-5 des Nations unies, sorti à l'occasion de la Conférence de Rio. Je vous en lis un petit extrait où il parle de ces seuils critiques: "Alors que les pressions humaines sur le système terrestre s'accélèrent, plusieurs seuils critiques aux niveaux mondial, régional et local sont sur le point d'être atteints ou ont été dépassés. Une fois ces seuils critiques dépassés, des changements abrupts et peut-être irréversibles dans les fonctions de la planète nécessaires à la vie seront susceptibles de se produire en ayant des conséquences néfastes importantes pour le bien-être humain".

 

Cette perspective est assez effrayante mais nous restons positifs et volontaristes face à ces menaces et nous pensons justement que nous devons faire cet exercice d'une vision à long terme avec volontarisme et détermination, en allant plus loin dans la définition des objectifs et des étapes pour y parvenir. J'espère qu'au cours des prochains mois, le parlement encouragera le gouvernement à ce que cette vision ait quelque chose dans le ventre!

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion est close.

De bespreking is gesloten.

 

*  *  *  *  *

Amendements déposés:

Ingediende amendementen:

 

*  *  *  *  *

Point/Punt B.1

  • 2 – Rita De Bont (2367/2)

Point/Punt B.2

  • 1- Thérèse Snoy et d'Oppuers cs (2367/2)

*  *  *  *  *

Le vote sur les amendements est réservé.

De stemming over de amendementen wordt aangehouden.

 

Le vote sur les amendements réservés et sur l’ensemble de la proposition de résolution aura lieu ultérieurement.

De stemming over de aangehouden amendementen en over het geheel van het voorstel van resolutie zal later plaatsvinden.

 

23 Proposition de loi instaurant un statut de protection global des personnes majeures incapables (1009/1-12)

- Proposition de loi instaurant un régime global d'administration provisoire des biens et des personnes (55/1-2)

23 Wetsvoorstel tot invoering van een globaal beschermingsstatuut voor meerderjarige wilsonbekwame personen (1009/1-12)

- Wetsvoorstel tot instelling van een algemene regeling van voorlopig bewind over goederen en personen (55/1-2)

 

Propositions déposées par:

Voorstellen ingediend door:

- 1009: Raf Terwingen, Sonja Becq, Nahima Lanjri, Marie-Christine Marghem, Stefaan Vercamer, Sarah Smeyers, Sabien Lahaye-Battheu, Valérie Déom, Catherine Fonck, Muriel Gerkens

- 55: Muriel Gerkens, Stefaan Van Hecke, Meyrem Almaci, Zoé Genot, Eva Brems, Wouter De Vriendt

 

Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces deux propositions de loi. (Assentiment)

Ik stel u voor een enkele bespreking aan deze twee wetsvoorstellen te wijden. (Instemming)

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

23.01  Christian Brotcorne, rapporteur: Monsieur le président, madame la ministre de la Justice, chers collègues, la commission de la Justice a examiné les textes déposés par M. Terwingen et d'autres collègues dont Mme Gerkens à propos de la réforme du régime des incapacités et visant à instaurer un nouveau statut de protection plus conforme à la dignité humaine. Ces textes font suite à une première proposition de notre ancien collègue Luc Goutry. Après de nombreuses auditions et après avis du Conseil d'État, un seul texte a vu le jour compte tenu de l'excellente ambiance qui a présidé à tous les travaux de la commission à ce propos.

 

Les incapacités concernent toute personne majeure qui, en raison de son état de santé, est totalement ou partiellement, temporairement ou définitivement, hors d'état de défendre convenablement ses intérêts, qu'ils soient de nature patrimoniale ou non.

 

Dans le texte qui vous est soumis, la mesure de protection n'est désormais plus possible que si celle-ci est absolument indispensable et exigée. Il sera demandé au magistrat – et vous verrez qu'une place importante est faite au juge de paix – de faire un travail "sur mesure", adapté au cas par cas, qui tient compte ainsi de la situation de la personne à protéger mais également du principe de proportionnalité.

 

Dans les nouvelles dispositions, le juge de paix devient l'unique magistrat compétent, alors qu'aujourd'hui, les compétences sont éparpillées entre le juge de paix et le tribunal de première instance. Le juge de paix devient donc le magistrat central dans la problématique des incapacités; il devra jouer pleinement son rôle de magistrat de proximité.

 

La deuxième volonté des auteurs de la proposition est de regrouper des régimes hybrides d'incapacités en un seul régime établi sur la base de l'administration provisoire.

 

Troisième postulat: le principe de base est la capacité, et non plus l'incapacité. Toute la philosophie du projet repose sur ce principe: toute personne est capable, sauf dans les cas où, ou pour des actes bien précis, elle est jugée incapable par le juge de paix.

 

Quatrième postulat: on prévoit la possibilité de désigner un administrateur de la personne, un administrateur des biens et, surtout, de revaloriser la personne de confiance.

 

Cinquième élément: on instaure un régime dit d'assistance et de représentation de la personne.

 

Enfin, sixième postulat de la législation, il s'agit de valoriser l'autonomie de la personne, dans la mesure du possible, chaque fois qu'un espace disponible existe pour que cette capacité soit maintenue.

 

La loi prévoit des régimes différents selon les actes sur lesquels le juge de paix devra se prononcer. Ils seront au nombre de sept, mais je ne vais pas les détailler, parce qu'on les trouvera dans la législation. On opère une distinction entre la nature de l'acte juridique très personnel et les effets juridiques qui en découlent. Par exemple, il existe une différence entre les conséquences d'un mariage ou d'un divorce et la décision de refuser l'octroi du consentement à une reconnaissance. Il faudra que le juge de paix adapte sa décision aux éléments du dossier de la personne à protéger.

 

Nous innovons juridiquement en instaurant un régime de protection extrajudiciaire. Actuellement, en effet, notre droit ignore ce type de régime. Le mandat et la gestion d'affaires sont aujourd'hui appliqués pour régler les problèmes pratiques en termes de gestion journalière et de patrimoine. Cette nouvelle protection se veut un système clair et simple, se fondant sur la bonne foi du mandataire et la confiance qui est placée en lui. Voici quelques lignes de force de ce régime. Il s'agit d'actes de représentation relatifs au patrimoine de la personne concernée, mais qui ne portent pas sur les actes personnels. Nous voulons laisser la plus grande autonomie possible, impliquer l'entourage familial chaque fois que c'est possible et respecter les tiers de bonne foi.

 

À côté de ce régime de protection extrajudiciaire, nous modifions et réformons le régime de la protection judiciaire. Désormais, il repose sur le principe, conforme à la Convention des Nations unies, de la capacité de passer des actes patrimoniaux et non patrimoniaux. Le juge de paix doit indiquer expressément dans son ordonnance quels actes la personne protégée est incapable de conclure. À défaut de précisions, elle en reste capable.

 

Ce nouveau régime s'écarte ainsi fondamentalement, sur le plan patrimonial, de l'administration provisoire en vigueur. Le juge de paix devra évaluer la capacité de poser des actes personnels ou patrimoniaux dans des volets distincts de son ordonnance.

 

Pour les premiers, il tiendra compte des circonstances particulières et de l'état de santé de la personne à protéger. Pour les seconds, le juge de paix tiendra compte des circonstances personnelles, de la nature et de la composition des biens à gérer ainsi que de l'état de santé de la personne.

 

Dans cette perspective, le texte que nous allons adopter liste les actes très importants sur le plan personnel et sur le plan patrimonial; il s'agit d'une sorte de check-list qui sera à la disposition du magistrat, ce qui lui permettra une approche et une appréciation sérieuse de chaque acte et de nuancer sa décision en fonction de l'importance de ces actes et de l'état de la personne à protéger.

 

On a veillé également à ce que, sur le plan de la procédure, le certificat médical soit mieux encadré et plus circonstancié.

 

Nous introduisons alors les régimes pouvant être attribués par le juge: régimes d'assistance ou de représentation soit pour la gestion du patrimoine, soit pour la gestion de la personne, soit pour la gestion du patrimoine et de la personne.

 

Le texte qui est soumis à notre approbation réécrit aussi les règles de procédure. Je ne les énumérerai pas, sauf deux qui me paraissent importantes: primo, la saisine d'officine est possible dans des circonstances particulières; secundo, le principe du huis clos, ce qui n'exclut pas des personnes de l'entourage de la personne à protéger qui peuvent être entendues, et ce afin de permettre au juge de paix de prendre une ordonnance circonstanciée.

 

Les textes à adopter définiront et régleront le fonctionnement de l'administration.

 

Premier principe: globalement, lorsqu'il y aura désignation d'un administrateur, la personne à protéger aura pu à un moment faire un choix préalable; s'il est considéré comme correct et posé dans de bonnes conditions, le juge de paix homologuera ce choix.

 

Deuxième principe: il conviendra de demander au magistrat cantonal de choisir de préférence une personne de l'entourage de manière telle que la désignation d'un professionnel en qualité d'administrateur deviendra l'exception, alors qu'aujourd'hui, c'est pratiquement l'inverse.

 

Enfin, le juge de paix désignera de préférence l'administrateur de la personne comme administrateur des biens s'il est dans une situation où les deux cas coexistent, c'est-à-dire la gestion de la personne et la gestion des biens.

 

De manière générale, nous visons également à ne désigner qu'un seul administrateur de la personne, sauf dans l'hypothèse où ce sont les parents de la personne à protéger qui seraient désignés.

 

La législation prévoit et définit les règles de l'assistance. Aujourd'hui, l'assistance est soumise à un régime de droit commun, sauf si le juge de paix décidait d'y déroger; notre texte prévoit un cadre légal à l'assistance.

 

De même, il prévoit la définition et des règles très précises en ce qui concerne la représentation. Enfin, une place est laissée à l'administration exercée par les parents de la personne à protéger. Un des objectifs essentiels des auteurs de la proposition était de trouver un équilibre entre le respect de l'autonomie de la personne protégée et le constat selon lequel il faut faire, dans toute la mesure du possible, confiance à ses parents pour l'aider.

 

Le dernier élément sur lequel je souhaite insister est la valorisation du rôle de la personne de confiance, qui apparaît comme une véritable figure juridique dans notre construction. Sa mission sera de soutenir la personne à protéger, d'être l'interface entre cette personne et son administrateur. C'est un intermédiaire, qui est également chargé de la surveillance de l'administration, d'exprimer les souhaits de la personne protégée et d'aider celle-ci à exprimer son avis lorsque, par exemple, dans des actes qui lui restent personnels, on considère qu'elle a encore la capacité de les accomplir.

 

Monsieur le président, chers collègues, voilà les éléments essentiels qui constituent les fondements de cette législation. Mon collègue Van Hecke va vous faire état des discussions qui ont eu lieu au sein de notre commission.

 

23.02  Stefaan Van Hecke, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, ik dank mijn collega voor het eerste deel van het verslag.

 

De besprekingen hebben heel lang aangesleept. In totaal zijn er zestien vergaderingen van de commissie voor de Justitie geweest vanaf februari 2011 tot en met juli 2012. De commissie heeft hieraan bijna twee jaar lang in bepaalde periodes vrij intensief gewerkt.

 

Ik zal de standpunten van de commissieleden kort proberen uiteen te zetten. Er zijn immers enorm veel uiteenzettingen geweest gedurende die zestien vergaderingen.

 

Bij de gedachtewisseling merkte mevrouw Muriel Gerkens op dat de strekking van de voorgestelde hervormingen niet altijd correct wordt gepercipieerd door het grote publiek. Er moet worden beklemtoond dat de indieners wel degelijk de bedoeling hebben zolang mogelijk de voorkeur te geven aan de autonomie van de persoon. Een gerechtelijke beschermingsregeling zal alleen mogen worden bevolen wanneer de situatie van de betrokkene de vrederechter geen andere keuze laat dan voor hem een bewindvoerder aan te stellen.

 

Mevrouw Sabien Lahaye-Battheu schetste een aantal voor haar partij belangrijke krachtlijnen die in de tekst vervat zijn, namelijk de uitbreiding van de bewindvoering over de goederen van de beschermde persoon tot de bescherming van de persoon zelf, het gemaakte onderscheid tussen de buitengerechtelijke bescherming, enerzijds, en de gerechtelijke bescherming, anderzijds, en de volledige bevoegdheid ter zake van de vrederechter.

 

Het is van belang dat de voorliggende regeling duidelijk, begrijpelijk, werkbaar, uitvoerbaar en betaalbaar is.

 

Mevrouw Déom benadrukte het belang van het werk dat tijdens de vorige zittingsperiode en de afgelopen maanden werd verricht om uiteindelijk te komen tot de hervorming van de onbekwaamheidsstatuten. Deze hervorming is heel welgekomen voor de actoren in het veld en voor de verenigingen die actief zijn in de gehandicaptensector.

 

Voor haar bevat de voorgestelde tekst een omkering van hetgeen ter zake tot dusver werd gehuldigd. Een persoon is niet langer onbekwaam, maar is integendeel bekwaam om sommige handelingen te verrichten. Die omkering van de invalshoek is ingegeven door het oogmerk de inachtneming van de menselijke waardigheid te waarborgen.

 

De heer Brotcorne wees erop dat de herwerking van de onbekwaamheidsstatuten het resultaat is van een grondige en ernstige voorbereiding. In het wetsvoorstel en de amendementen daarop gaat de prioriteit naar de buitengerechtelijke bescherming. Het klopt dat het momenteel al mogelijk is om een beroep te doen op buitengerechtelijke oplossingen, maar aangezien die regeling niet bij wet wordt ondersteund, gaan ze niet zelden gepaard met misbruik en met een gebrek aan transparantie. Dat zal in de toekomst niet langer het geval zijn.

 

Voorts merkte hij op dat de voorgestelde nieuwe gerechtelijke beschermingsregelingen de vrederechter de mogelijkheid zullen bieden te beschikken over instrumenten waarmee hij een beslissing op maat zal kunnen nemen, afgestemd op de behoeften van de betrokkenen.

 

Mevrouw Marie-Christine Marghem beklemtoonde dat het wetsvoorstel een vermoeden van bekwaamheid bekrachtigt in hoofde van de te beschermen persoon, alsmede dat het voorrang geeft aan een reeks interventies waarbij aan de gerechtelijke autoriteiten slechts een ondergeschikte rol wordt toebedeeld. Bovendien zal men noodzakelijkerwijze oog moeten hebben voor de effecten van dit wetsvoorstel op de werklast van de vrederechters, die ook zal worden beïnvloed door de toekomstige oprichting van een familierechtbank.

 

Mevrouw Sarah Smeyers prees degenen die aan dit indrukwekkend wetgevend initiatief hebben meegewerkt. De voorliggende tekst wordt dan ook in grote mate over de partijgrenzen heen door velen gesteund. Zij benadrukte ook dat de uiteindelijke lijst van hoogstpersoonlijke rechtshandelingen die niet vatbaar zijn voor bijstand of vertegenwoordiging door de bewindvoerder, evenwichtig is. Volgens de spreekster behoeft dit geen wijziging meer.

 

De vertegenwoordiger van de minister, tot slot, loofde de voorliggende hervorming die past in het ruimer kader van de naleving door België van de internationale verplichtingen. Het wetsvoorstel zorgt voor een grote ommekeer, aangezien het uitgaat van de bekwaamheid als regel: de onbekwaamheid wordt de uitzondering. Dit wetgevend initiatief getuigt van het streven om de genomen beslissingen zo dicht mogelijk te laten aansluiten bij de noden en behoeften van de te beschermen persoon.

 

Collega’s, in de loop van de procedure bij de totstandkoming van dit wetsvoorstel werden ook hoorzittingen georganiseerd in februari, maart en april 2011, waarbij veertien personen werden gehoord. Die hoorzittingen boden de inspiratie voor een verdere verbetering en amendering. Het wetsvoorstel bevat in totaal 210 artikelen. In totaal werden 392 amendementen ingediend en besproken. Sommige werden ingetrokken. Ik zal de amendementen hier niet bespreken; u kunt dit nalezen in het verslag.

 

Ik wil wel wijzen op twee essentiële aanpassingen. Ten eerste, de aanpassing van de titel. Men heeft altijd gewerkt onder een titel die toch nog delicaat was. Men heeft unaniem beslist om de titel van het wetsvoorstel te wijzigen in een wetsvoorstel tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid. Een titel zegt vaak ook heel veel over hoe men tegen een problematiek aankijkt. Dit werd eenparig goedgekeurd. Tijdens de bespreking werd nog een belangrijk amendement ingevoerd, eigenlijk meerdere amendementen die tot doel hadden de ambtshalve adiëring van de vrederechter toch opnieuw te introduceren. Dat was een vrij essentiële zaak.

 

Collega’s, het wetsvoorstel is uiteindelijk eenparig goedgekeurd door de commissie voor de Justitie, wat toch aantoont dat het op een grote unanimiteit kon rekenen.

 

Tot zover mijnheer de voorzitter, collega’s, het verslag.

 

23.03  Sarah Smeyers (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega’s, mijnheer Terwingen, ik ben blij dat wij dit wetsvoorstel vandaag eindelijk kunnen goedkeuren. Het is een werk van lange adem geweest. De oorspronkelijke indiener, die helaas niet meer in het federale Parlement zit, was de heer Goutry. Hij was een van de trekkers en initiatiefnemers vanuit de meerderheid. Het gaat trouwens over een voorstel dat werd ingediend in de kartelperiode van CD&V en N-VA.

 

Ik wil ook de heer Terwingen, als hoofdindiener van dit wetsvoorstel, bedanken voor het voortzetten van die goede kartelgewoonte tot ver na het einde van dat kartel. Dat is ook de reden waarom de N-VA nog altijd mede-indiener is van dit wetsvoorstel.

 

Mijn fractie is hieraan constructief blijven meewerken vanuit de oppositie. Wij zijn over de partijgrenzen heen tot een mooi resultaat gekomen. Dit resultaat wordt overigens gesteund door alle politieke families, maar ook door de verenigingen op het veld en de magistratuur. Volgens ons ligt hier dan ook een terechte, allesomvattende en moderne wetgeving voor.

 

Collega’s, dit is een voorbeeld van een goedwerkende parlementaire democratie. Net zoals vorig jaar, toen wij in een periode van lopende zaken zaten, hebben Parlementsleden de handen in elkaar geslagen om goed wetgevend werk te leveren. Dit is er een voorbeeld van.

 

Concreet treedt er door dit wetsvoorstel een modern, transparant en efficiënt systeem in werking. Er zal slechts één globaal beschermingsstatuut voor wilsonbekwame meerderjarige personen komen, en dit zowel buitengerechtelijk als gerechtelijk. Ondanks een veelheid aan statuten inzake wils- of handelingsonbekwaamheid, zullen de bevoegdheden niet langer verspreid zitten bij verschillende rechters, zoals nu wel het geval is, maar zal alles worden gegroepeerd bij de vrederechter. Op dit vlak is er sprake van een ‘simpele’ en transparante wetgeving.

 

Dit komt niet alleen de rechtzoekende ten goede maar biedt ook efficiëntie. Dat moet toch het doel zijn van nieuwe wetgeving.

 

Mijnheer Terwingen en alle andere indieners, toen de bespreking van het voorstel bijna rond was, zijn er via amendementen toch nog belangrijke wijzigingen aangebracht aan het voorstel. Met een amendement van Open Vld, ik denk van mevrouw Lahaye-Battheu, werd teruggekeerd naar de oorspronkelijke tekst in het voorstel, waardoor de ambtshalve adiëring van de vrederechter toch weer in het voorstel is gekomen. Volgens onze fractie is dat een goede zaak. Het komt in elk geval de bescherming van de wilsonbekwame personen ten goede.

 

Op vraag van de N-VA en van de Orde van Vlaamse Balies werd ook bepaald dat advocaten die voorlopig bewindvoerder zijn, geen legaten mogen aanvaarden van de wilsonbekwame personen die zij vertegenwoordigen, uiteraard met uitzondering van dichte familieleden. Deze regel is doorgevoerd naar analogie van de regel voor andere mensen in een vertrouwensrelatie.

 

Het is duidelijk dat het een goede zaak is. Als voorzitter van de commissie voor de Justitie wens ik alle collega’s te bedanken die hierin zeer veel tijd hebben gestoken. De heer Van Hecke heeft mij voorgerekend in het verslag dat wij hieraan 16 vergaderingen hebben besteed. Zeer veel vergaderingen hebben wij hieraan gewerkt in een zeer constructieve sfeer.

 

Onze fractie zal vanuit de oppositie opnieuw constructief, zoals steeds, dit voorstel steunen.

 

23.04  Marie-Christine Marghem (MR): Monsieur le président, chers collègues, j'essayerai d'éviter de répéter les propos qui ont déjà été tenus, mais cela sera difficile, mon intervention s'avérant plus étoffée.

 

La proposition de loi qui est soumise à notre examen aujourd'hui est le fruit d'un long travail, qui a été également constructif de la part de tous. Depuis 2010 déjà, ce sujet préoccupe notre assemblée et le texte que nous avons adopté en commission a été maintes fois remis sur le métier. Que ce soit sur le texte initial de M. Goutry ou sur la proposition de M. Raf Terwingen et de l'ensemble des collègues, nous avons, tous, mené une réflexion sérieuse, via de nombreuses auditions et un avis très circonstancié du Conseil d'État. Le texte tient donc compte tant de l'avis des associations de terrain que des professionnels du droit et de professions judiciaires.

 

Je voudrais tout d'abord insister sur la philosophie générale que nous avons voulu insuffler à cette réforme. Le constat posé au départ est celui de l'impuissance face à certaines situations de personnes à protéger pour lesquelles les textes existants proposent une réponse inappropriée ou insuffisante: soit, on ne peut protéger que les biens en recourant à l'administration provisoire au détriment de la protection de la personne, soit on protège l'ensemble des droits de cette personne (patrimoniaux et personnels), mais il faut recourir à des statuts dont le champ d'application est limité, comme par exemple la minorité prolongée, ou dont la procédure est coûteuse ou compliquée, par exemple l'interdiction judiciaire, et qui, par-dessus tout, véhicule une image peu valorisante de la personne protégée ou à protéger.

 

Pour répondre à ce double constat, notre intention était d'inscrire la protection juridique des personnes légalement incapables dans une approche conforme aux instruments internationaux et plus particulièrement la recommandation R.99.4 du Comité ministériel du Conseil de l'Europe sur les principes juridiques concernant la protection juridique des majeurs incapables et la Convention des Nations unies du 13 décembre 2006 relative aux droits des personnes handicapées, récemment ratifiée par la Belgique.

 

Aujourd'hui, la loi doit reconnaître que la personne présentant des troubles de fonctionnement est un acteur à part entière de la société et doit bénéficier, de manière équivalente, de tous les droits et obligations que cela suppose. Cette conception implique que le droit doit soutenir et stimuler l'intégration sociale et la participation de la personne handicapée, ainsi que son développement, le développement de son indépendance et son épanouissement.

 

Ce contexte place le législateur devant de nouveaux défis. La première réponse à apporter – telle est l'ambition du texte que nous portons aujourd'hui – était de placer la personne à protéger au centre de tout le système de protection. Toute protection doit se fonder sur la capacité et les possibilités de la personne. À l'inverse du raisonnement actuel, il faut partir du postulat de pleine capacité que l'on ne peut réduire que si la protection de la personne contre ses faiblesses - et encore ses faiblesses avérées - l'exige. La protection d'une personne ne prend sens et n'est efficace que dans la mesure où elle entend répondre aux abus ou conséquences négatives que son état de trouble peut engendrer et qui préoccupe, à juste titre, la personne elle-même ainsi que son entourage.

 

Cette approche nécessite un complet changement de mentalités, une révolution, et s'appuie sur un juge de paix qui est chargé d'apporter un soin tout particulier et sur mesure à chaque dossier et à son évolution. Le respect de l'autonomie, à savoir les choix et les souhaits de la personne présentant ces troubles, doit constituer un postulat de départ. La personne protégée doit en effet jouer le rôle le plus important possible dans la construction même de sa protection et la protection offerte doit répondre au principe de nécessité et de subsidiarité. C'est ce que prévoit la proposition de loi lorsqu'elle permet à cette personne d'anticiper l'arrivée de troubles de fonctionnement en élaborant elle-même sa future protection sur le plan extrajudiciaire, fondée, en ce qui concerne les biens, sur la figure du mandat. Même si la personne qui attribue ce mandat devient incapable de contrôler les actes de son mandataire, la vérification du juge de paix se substitue à cette capacité afin de permettre à la solution voulue par la personne elle-même de continuer à sortir ses effets.

 

Dans la même optique, il est également prévu que la personne à protéger puisse, lorsqu'elle dispose encore de la capacité de le faire, désigner elle-même la ou les personne(s) qu'elle souhaite voir devenir administrateur(s) de ses biens ou de sa personne.

 

Enfin, de manière générale, dans la recherche de la protection la plus appropriée, chaque décision et mesure doit tenir compte des désirs et des préférences exprimés par la personne protégée. Cette dernière doit pouvoir, en fonction de la gravité de son état, participer au processus décisionnel relatif à toutes les matières qui la concernent.

 

L'approche personnalisée constitue une garantie essentielle du respect des principes d'autonomie, de nécessité et de subsidiarité sur lesquels on ne saurait trop insister. Ainsi que l'a rappelé M. Brotcorne, le législateur établit une liste des actes hautement personnels - des actes qui ne peuvent être délégués, ni pratiqués avec l'assistance de tiers -, ce qui témoigne également du fait que la personne protégée est au cœur de la réforme proposée. Il s'agit d'actes qui requièrent un choix personnel comme le mariage, le divorce, les actes relatifs à la filiation ou la stérilisation.

 

Pour chacun de ces actes, un régime spécifique est prévu.

 

J'aborde immédiatement le problème soulevé par le tribunal de la famille. Je saute quelques chapitres de mon discours, qui ont déjà été dûment évoqués par les collègues, ce afin de ne pas fatiguer l'auditoire en ce dernier jour de session.

 

Même si, depuis longtemps, le juge de paix endosse le rôle de magistrat de proximité et qu'il y est donc accoutumé, il est évident que les nouvelles tâches que nous lui confions vont accroître sa charge de travail. Je profite donc de cette occasion pour insister sur le parallèle qu'il convient de faire – et qui sous-tend nos travaux - entre ce dossier et l'avènement du tribunal de la famille. Ces deux réformes ont été menées de front pendant longtemps en commission de la Justice. La seconde, donc celle portant sur le tribunal de la famille, implique de redistribuer des compétences actuelles des juges de paix vers les nouveaux tribunaux de la famille tant attendus. Le rapport de vases communicants entre les deux textes a donc toujours été présent à notre esprit. Si ce retrait de compétences n'a pas lieu, il est à craindre que les nouvelles prérogatives que nous conférons au magistrat de proximité ne puissent être pleinement endossées par lui, vu la charge de travail. Cela mettrait en péril non seulement notre réforme, mais également celle que nous avons déjà votée et qui concerne le tribunal de la famille.

 

Je dirai un mot sur l'importance des autres acteurs dans la protection de la personne incapable. Je pense ainsi à l'administrateur, pour lequel toutes les garanties existantes dans l'actuelle procédure d'administration provisoire ont été transposées et adaptées. Il faut aussi épingler les parents: s'ils estiment adéquat de participer et que le juge de paix avalise ce choix, ils peuvent évidemment être désignés comme administrateurs de la personne. Mais, dans un souci de respect de l'autonomie de celle-ci, il est clairement indiqué qu'ils endossent alors un tout autre rôle et qu'il n'est plus question ici d'autorité parentale exercée sur un majeur, mais bien de représentation ou d'assistance, comme pour les administrateurs non parentaux. Cette disposition est très importante, car elle évite d'infantiliser les majeurs déclarés incapables, qui sont majeurs physiquement, mais qui ne le sont malheureusement pas juridiquement.

 

Les parents doivent prendre de la distance pour laisser à leur enfant la plus grande possibilité de devenir indépendant.

 

Cette réforme se veut plus sociale, plus économique et plus simple. Elle privilégie une seule voie d'entrée. Elle est plus sociale, parce que le vécu de la personne à protéger constitue le fondement de toute mesure. En privilégiant le choix posé par la personne elle-même quant à son administrateur ou à un éventuel mandataire extrajudiciaire, en permettant que des proches, voire des parents, soient désignés comme administrateurs ou personnes de confiance, la réforme proposée évite l'inutile professionnalisation de la protection des majeurs incapables et elle simplifie aussi les choses sur le plan humain et sur le plan économique.

 

Chers collègues, je passe de nombreux paragraphes et fais ici une synthèse spontanée.

 

En conclusion, on peut qualifier cette réforme de révolution de velours; d'une part, parce que la volonté des modifications apportées est d'avoir vocation à embrasser l'ensemble de la matière des incapacités juridiques par une seule voie judiciaire, comme je l'ai dit en commençant ma conclusion, et, d'autre part, parce que, contrairement à certaines réformes médiatisées à outrance, celle-ci a été réfléchie et réalisée dans le plus grand sérieux, à bas bruit, dans le calme et la concertation. Cela ne diminue en rien son importance. Au contraire! C'est pour cette raison que nous la soutiendrons.

 

23.05  Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, ik herinner mij nog goed mijn eerste aanstelling als voorlopig bewindvoerder. Ik was een piepjonge advocate en de te beschermen persoon was een jonge vrouw met waanideeën, die haar geld, toen nog Belgische frank, overal in de muren had verstopt. Intussen is die vrouw gelukkig genezen en heeft zij weer zelf het beheer over haar goederen. Het was dus een positief verhaal.

 

Ik was piepjong, maar ook de wet was dat. De wet op het voorlopig bewind dateert van 1991, een goede twintig jaar geleden. In 2003, na tien jaar, was er een evaluatie en werd de wet verbeterd.

 

Een van de verbeteringen was dat men als bewindvoerder voortaan niet enkel een verslag op financieel vlak moet opstellen, maar ook een verslag over de materiële leefomstandigheden van de beschermde persoon, waarin men de persoonlijke contacten moet aangeven van het voorbije jaar en ook een woordje uitleg over de leefomstandigheden.

 

Nu zijn wij in 2012 en kunnen we niet spreken over een verbetering of een evaluatie, maar moeten we spreken over een hervorming of een grote sprong voorwaarts, zoals wij hebben kunnen lezen in de blog van ererechter Jan Nolf, die het thema heel nauwgezet volgt.

 

Er is inderdaad jaren gewerkt aan de grote sprong voorwaarts, eerst onder leiding van Luc Goutry en dan van Raf Terwingen, samen met de N-VA, door de medewerkers van onze verschillende studiediensten. Ik wil ze hier uitdrukkelijk vernoemen, heel speciaal Tim.

 

Wat waren de pijnpunten? Waarom moesten wij een dergelijke hervorming tot stand brengen? Ik wil er een zestal opsommen. Er is in de eerste plaats de versnippering van de rechtsbescherming in verschillende statuten. Ook de bevoegdheid is verspreid over verschillende rechtbanken.

 

In de tweede plaats is er het feit – ik gebruik de woorden van Luc Goutry – dat wie verlengd minderjarig verklaard werd, vaak overbeschermd is. Hij of zij kan niets meer en is voor niets meer bekwaam, terwijl wie onder voorlopig bewind staat, vaak onderbeschermd is. Hij of zij is dan alleen maar beschermd wat zijn of haar eigendom betreft. Nochtans zijn er ook vaak problemen met persoonlijke beslissingen en die vangen wij vandaag niet op.

 

In de derde plaats zijn er vandaag problemen met het medisch attest. Vaak zijn medische attesten heel summier en krijgen de vrederechters met die attesten niet voldoende informatie.

 

Er zijn ook problemen, omdat er te weinig persoonlijk contact is tussen de vrederechter en de beschermde personen. Op vandaag is er een contact bij de aanvang van de bewindvoering, daarna vaak niet meer.

 

Voor de vrederechter is de benoeming van de bewindvoerder vaak een moeilijke evenwichtsoefening. Wie moet er benoemd worden? Wordt een familielid benoemd of een professionele bewindvoerder, vaak een advocaat, of wordt een plaatsvervangende vrederechter tot bewindvoerder benoemd?

 

Als laatste pijnpunt is er de verloning van de professionele bewindvoerders. Daar is vaak geen lijn in te vinden. Elke vrederechter hanteert blijkbaar eigen tarieven.

 

Aan die pijnpunten moest worden gewerkt. Wij zijn aan dat grote werk begonnen. Wij hebben hoorzittingen gehouden, wij hebben experts geconsulteerd, wij hebben vele werkvergaderingen gehouden. Een eerste groot pak amendementen werd vorige zomer ingediend. Er is een advies van de Raad van State gekomen. Daarna werd een nieuw pak amendementen ingediend, net geen 400, en zo kwamen wij tot de eindtekst, die vandaag voorligt.

 

Het uitgangspunt is, zoals reeds gezegd, de bekwaamheid van eenieder, tenzij vastgesteld wordt dat iemand op bepaalde punten onbekwaam is en dat de betrokkene wat die punten betreft bescherming op maat nodig heeft.

 

De bescherming op maat is de grote vernieuwing in de tekst. Zij wordt de grootste uitdaging op het terrein. Ik wil nog eens citeren uit de blog van de erevrederechter die ik al eerder genoemd heb. Hij schrijft: “Er zullen voortaan overal empathische vrederechters nodig zijn. Kwetsbare medemensen beschermen is de bevoegdheid die vrederechters het pijnlijkst dicht bij de burger brengt, van ziekenhuisbed tot keukentafel, van intensive care tot pluchen salons, bij ontroerde families of vereenzaamde enkelingen. De ongeschreven opdracht is dan een bezorgde rechter te zijn, een zorgdragende justitie.”

 

Hij schrijft verder: “Justitie heeft trage rechters, maar ook kille rechters.” En hij gaat verder met een aanbeveling: “Het zou goed zijn dat de Hoge Raad voor de Justitie haar selectie verfijnt in functie van de ingrijpende nieuwe opdrachten van de nabijheidsrechter.”

 

Ik citeer dat om aan te tonen dat de hervorming voor de vrederechters op het terrein een grote wijziging teweeg zal brengen. Onze vrederechters, die vandaag vaak al zeer goed werken, zullen nog veel meer empathische rechters worden en zullen nog veel meer het uithangbord worden van de zorgdragende Justitie, want al de dossiers van kwetsbare mensen zullen bij hen gecentraliseerd zijn.

 

Wij hebben gekozen voor een bescherming op maat, zowel wat de buitengerechtelijke als de gerechtelijke bescherming betreft. Op het vlak van de buitengerechtelijke bescherming zijn we verruimend en vernieuwend te werk gegaan. Tot vandaag bestond er in ons recht immers geen buitengerechtelijke beschermingsmaatregel. Er werd beslist om te gaan voor de figuur van de lastgeving. Dat heeft onder andere als voordeel dat ook familieleden of andere leden van het sociaal netwerk als lasthebber kunnen optreden. Een ander voordeel is dat een goed uitgebouwd systeem van buitengerechtelijke bescherming ervoor zorgt dat de werklast van onze vrederechters zal afnemen.

 

De gerechtelijke bescherming kan verschillende vormen aannemen, zoals bijstand en vertegenwoordiging, waarbij de handelingsonbekwaamheid van de beschermde persoon opgevangen wordt door tussenkomst van de bewindvoerder. Daarnaast is er de versterkte mogelijkheid om een beroep te doen op een vertrouwenspersoon. Over die vertrouwenspersoon hebben wij in de laatste commissievergaderingen van gedachten gewisseld. Er is ook een aantal amendementen ingediend. De conclusie is dat de rol van de vertrouwenspersoon als het ware een facelift krijgt. Enerzijds is er de stimulans tot het aanstellen van de vertrouwenspersoon en het uitbreiden van diens rol. Anderzijds wordt het informele karakter zeker niet uit het oog verloren. Vandaar ons amendement om geen verplichting in te voeren voor de vrederechter om in elk dossier te onderzoeken of er een vertrouwenspersoon nodig is, maar om te vertrouwen op zijn of haar bekwaamheid klaar te zien en desgevallend een vertrouwenspersoon aan te stellen.

 

Collega’s, wij kunnen als wetgever natuurlijk zo veel beschermingsregimes uittekenen als we willen, ze moeten ook geïmplementeerd worden in de praktijk. Het zijn de vrederechters, die zowel de buitengerechtelijke bescherming als de gerechtelijke bescherming onder hun bevoegdheid krijgen. Vandaar dat het belangrijk is dat wij bij amendement ook de ambtshalve adiëring hebben behouden. Het was aanvankelijk niet echt duidelijk of de mogelijkheid van een ambtshalve adiëring behouden zou blijven. Er was het advies van de Raad van State en na de discussie en het amendement hebben wij uiteindelijk beslist dat de ambtshalve adiëring behouden blijft. Bij amendement is er ook voorzien in een procedure voor de gevallen van ambtshalve adiëring.

 

Deze tekst is niet zomaar een wetswijziging, maar staat voor een hervorming met een grote maatschappelijke weerslag voor een, jammer genoeg, steeds groter wordende groep kwetsbare mensen. De cijfers tonen dat aan. In 2007 werden ongeveer 8 000 verzoeken ingediend om een bewindvoerder aan te stellen over te beschermen personen. In 2011 werden al 11 000 nieuwe verzoeken ingediend om mensen onder bewindvoering te plaatsen. Elk jaar beginnen dus meer dan 10 000 nieuwe bewindvoeringen te lopen voor mensen die hun goederen zelf niet meer kunnen beheren.

 

Het is een hervorming die, enerzijds, meer vrijheid aan de te beschermen personen geeft en die hun, anderzijds, ook meer waardigheid geeft.

 

Tot slot wil ik benadrukken dat deze wet, die een jaar na publicatie in werking treedt, een uitdaging wordt voor de vrederechters en de griffiers, voor de familiale en de professionele bewindvoerders, voor de vertrouwenspersonen en voor de beschermde personen. Dat wordt het last but not least ook voor de minister, die nog een aantal belangrijke KB’s moet uitvaardigen, onder andere op het vlak van de bezoldiging. De bezoldiging moet voortaan op basis van dezelfde tarifering gebeuren.

 

Het wordt dus een belangrijke uitdaging voor de minister op het vlak van de KB’s, alsook inzake de timing, zoals reeds gezegd door mevrouw Marghem. De tekst van de onbekwaamheidsstatuten gaat immers samen met de oprichting van de familierechtbank. Wij hebben er alle vertrouwen in dat dit perfect zal verlopen.

 

Wij zullen deze tekst goedkeuren.

 

23.06  Muriel Gerkens (Ecolo-Groen): Monsieur le président, chers collègues, le travail que nous avons réalisé depuis de nombreuses années est un travail parlementaire comme je les aime.

 

Tout a commencé en 2003 avec M. Goutry et une proposition de loi sur l'administration provisoire des biens. À l'époque déjà, on installe une dynamique d'administration provisoire des biens et non plus une mise sous tutelle financière.

 

En 2006, la Convention des Nations unies reconnaît le droit des personnes handicapées. Désormais, nous devons défendre un principe de politique d'inclusion et de participation des personnes handicapées en tant que citoyens. Toute une série d'exigences en découlent, notamment en termes de respect. Il devient alors impossible de continuer à parler d'incapables, d'imbéciles – termes figurant encore dans notre législation – et à placer des majeurs dans un statut de mineurs. Nous avons adopté cette convention des Nations unies en 2008 ou en 2009 – je ne me souviens plus très bien.

 

En juin ou juillet 2008, M. Goutry redépose une proposition de loi instaurant un statut de protection global des personnes majeures incapables. Il s'est alors passé quelque chose que je n'ai toujours pas compris. Je pense que le texte de M. Goutry, qui était signé par tous les partis de la majorité, sacrifiait, en quelque sorte, l'incapacité. Il avait un effet contraire au but recherché. Les professeurs qui lui ont servi de référence à l'époque poursuivaient sans doute des objectifs différents.

 

Les associations de personnes handicapées et les associations de personnes souffrant de maladies mentales nous ont alors alertés du fait que le site de la Chambre reprenait une proposition de loi qui posait problème. En tant que parlementaires Ecolo-Groen, et donc faisant partie de l'opposition, nous nous sommes dit que si le texte avait été signé par tous les membres de la majorité, cela signifiait qu'il y avait un accord à son sujet et qu'il allait être voté.

 

Nous avons donc décidé de rédiger une proposition de loi concurrente, s'inspirant réellement de la loi de 2003 sur l'administration provisoire des biens et généralisant ce principe à l'administration ou la protection des personnes vulnérables.

 

Ensuite, nous avons eu l'occasion d'organiser de nombreux débats et rencontres avec ces associations, avec les juges de paix et avec des administrateurs. M. Goutry a participé à divers débats; il a admis que le texte qu'il avait déposé ne poursuivait pas les objectifs qu'il s'était pourtant fixés lui-même.

 

Un travail collectif a alors débuté, en 2010. C'est lui qui aboutit aujourd'hui via une proposition de loi collective et un travail d'amendements collectifs. Grâce à tous ces amendements, nous avons réécrit une nouvelle proposition.

 

Le résultat en valait vraiment la peine. Avec mes collègues d'Ecolo-Groen, je suis satisfaite et fière du travail réalisé.

 

Satisfaite et fière, car, durant tout le processus, nous avons pu conserver un lien avec les représentants des personnes handicapées et des personnes souffrant de problèmes de santé mentale, les parents, les acteurs qu'ils soient administrateurs, notaires, juges de paix. C'est cela qui fait la richesse de notre travail: cette interaction n'a jamais cessé. En toute occasion, nous avons confronté nos textes avec la pratique.

 

Un élément majeur de cette proposition est que c'est la personne qui est considérée prioritairement, avec ses capacités, avec ce qu'elle est, avec ses projets de vie, avec ses désirs. Ensuite, avec elle et son entourage, ses besoins seront évalués: en quoi a-t-elle besoin d'aide ou d'accompagnement, les décisions doivent-elles prises à sa place, faut-il s'y substituer pour l'ensemble de ses actes?

 

Cette démarche est tout à fait différente des démarches antérieures. En effet, les mesures de protection seront systématiquement adaptées aux besoins de la personne et non à une identification de la personne dans un statut d'incapable ou d'incompétent.

 

Il conviendra de répéter régulièrement l'importance de prendre en compte une certaine attitude des personnes auxquelles nous serons fréquemment confrontés, plus particulièrement des personnes souffrant de handicap léger ou de problème de santé mentale.

 

Ces personnes ont peur qu'on leur octroie d'office un statut de protection et qu'on les empêche de mener leur projet de vie. Nous devrons donc leur expliquer que, selon le texte, c'est bien la personne elle-même qui assurera les gestes, seule, avec son entourage familial ou avec les services d'accompagnement. Une décision ne sera prise que lorsque la désignation d'un administrateur sera nécessaire. Je sais que pour tous les auteurs de la proposition, les choses sont claires mais nous devrons le répéter sans arrêt.

 

Nous avons également introduit une dimension provisoire dans l'administration des biens et dans l'administration de la personne. C'est une notion importante car cela signifie que la situation est susceptible de s'arrêter ou d'évoluer. Tout au long de la procédure, il y aura donc des évaluations régulières – on prévoit deux ans dans la loi – qui se feront avec la personne, avec son entourage, avec la personne de confiance.

 

Selon les résultats de l'évaluation, une autre décision pourra être prise. C'est cette démarche évaluative qui permettra de rassurer les parents qui ont un enfant souffrant d'un handicap particulièrement grave et qui restera toujours dans un état de totale dépendance. On ne l'abandonnera pas puisque l'évaluation démontrera qu'il faut sans arrêt reproduire le processus. Cette évaluation pourra également permettre de rassurer la personne dont les capacités sont encore importantes et de s'adapter à ses besoins.

 

En ce qui concerne la personne de confiance prévue dans la loi de 2003 relative à l'administration des biens, il importe que la personne ne soit pas administrateur et n'ait pas forcément de lien affectif – en effet, il est parfois compliqué de parler d'un projet de vie avec un père, une mère, un frère, une sœur – et d'avoir un ami, un voisin, qui peut remplir ce rôle de personne de confiance.

 

Nous voulions donc vraiment mettre en exergue ce rôle-là et susciter le recours à une personne de confiance pour toute personne vis-à-vis de laquelle des mesures de protection seraient envisagées. Cette personne de confiance aura non seulement pour mission d'aider à l'expression mais aussi un rôle de surveillance à l'égard de l'administrateur, du juge de paix ainsi que des différents intervenants, de manière que la protection de la personne protégée soit au centre des préoccupations.

 

Un élément nouveau intervient sur lequel les acteurs de terrain ont attiré notre attention. J'avais omis le fait qu'en 2005 ou 2006, nous avions adopté les fondations privées, qui sont des groupements autour d'une personne handicapée, en général des parents, des amis. Le but social de cette association est d'aider la personne dans son projet de vie, dans la gestion de ses biens, etc. Ainsi, à la disparition des parents, il restera un groupe de personnes motivées et attentives aux besoins de la personne.

 

Les rares fondations privées qui existent sont venues nous trouver arguant que dotées de ce genre de structures, elles pourraient remplir le rôle d'administrateur des biens et/ou de la personne, ce que nous avons intégré dans la proposition de loi. Nous n'avons pas accepté, par contre, d'intégrer le fait qu'une fondation en tant que telle joue le rôle de personne de confiance. En effet, il s'agit d'une relation interpersonnelle; c'est une personne et non une personne morale qui peut remplir ce rôle et cette fonction.

 

Nous avons confié l'intégralité de ce dispositif au juge de paix, en raison de sa proximité, de sa pratique et de ses connaissances. Cela signifie, comme certains l'ont souligné, qu'il faut mettre en œuvre l'autre proposition de loi (devenu projet), qui porte sur le tribunal de la famille. Toutes les questions familiales doivent quitter le champ d'action des juges de paix pour être prises en charge par les tribunaux de première instance. Madame la ministre, j'espère que ce tribunal de la famille pourra être vraiment mis en place. De la sorte, les juges de paix gagneront du temps et seront plus disponibles pour les personnes à protéger, leur famille et leur entourage.

 

J'ai parlé de l'essentiel, sauf d'un élément important. Si tout ce travail a pu être accompli finement et collectivement, c'est assurément parce que nous avons bien travaillé ensemble et que nous avons entendu les acteurs extérieurs, mais aussi parce que les collaborateurs de tous les groupes – sous la houlette de Tim, qui a travaillé de manière remarquable – nous ont aidés à rédiger, structurer et élaborer la colonne vertébrale de nos amendements et de tous nos textes. C'est une grande chance que nous avons eue, et je tiens sincèrement à le remercier au nom de tous mes collègues d'Ecolo-Groen. (Applaudissements)

 

Le président: Sont encore inscrits MM. Schoofs et Brotcorne, Mme Déom et M. Terwingen. Puis-je demander aux orateurs de faire preuve de concision? J'ai parfois le sentiment que l'on recommence tout le débat qui a eu lieu en commission pendant deux ans.

 

23.07  Bert Schoofs (VB): Mijnheer de voorzitter, er is inderdaad al heel veel gezegd en goede wijn behoeft geen krans. Ik wil de indieners feliciteren, en op kop collega Terwingen, die het werk tot een goed eind heeft gebracht, het werk dat vier legislaturen geleden werd aangevat door zijn fractiegenoot, de heer Goutry.

 

Ik maak mij alleen een beetje zorgen over het feit dat het aantal vrederechters de volgende jaren zal afnemen. Zij krijgen hier toch een zware taak op de schouders. Op dat vlak zal een tandje moeten worden bij gestoken, zodat de wet de volledige uitvoering krijgt die zij verdient.

 

23.08  Christian Brotcorne (cdH): Monsieur le président, j'interviens depuis la tribune car je voudrais que Mme la ministre de la Justice écoute. Je souscris totalement à tout ce qui a été dit. Plusieurs collègues ont rappelé que ceci est une deuxième réforme. C'est une initiative parlementaire, comme ce fut le cas pour le tribunal de famille. Ces deux réformes sont liées et il faut absolument, madame la ministre de la Justice, que nous poursuivions l'un et l'autre, que la date d'entrée en vigueur soit la même. C'est la seule manière de travailler de manière cohérente. J'y reste donc attentif et je vous interpellerai chaque fois qu'il le faudra pour que nous puissions continuer à avancer parallèlement sur le tribunal de la famille.

 

23.09  Valérie Déom (PS): Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, je n'entrerai pas non plus dans les détails de cette importante réforme. Mes collègues l'ont fait de manière très idoine avant moi, tout comme les rapporteurs que je remercie.

 

Je voudrais néanmoins me réjouir, au nom de mon groupe, qu'aujourd'hui soit enfin votée cette réforme sur le statut de protection globale des personnes majeures incapables, dont les travaux avaient été entamés lors de la précédente législature. Cela fait donc plusieurs mois, voire plusieurs années que nous y travaillons.

 

Cette réforme est évidemment fondamentale car elle répond avant tout à une demande de terrain et permet également à la Belgique de respecter ses obligations internationales, notamment la Convention de 2006 relative aux droits des personnes handicapées. Il importait en effet de revoir la philosophie de la loi pour qu'elle corresponde au mieux à cette évolution de la société. Je tiens une nouvelle fois à insister sur l'importance du travail qui a été réalisé au cours de ces dernières années et de ces derniers mois afin d'aboutir à une réforme globale du statut des personnes majeures sous protection.

 

Le texte a été fondamentalement revu depuis la dernière législature, et le travail – il est important de le souligner une nouvelle fois – a été réalisé en collaboration avec les associations et organisations actives dans le secteur du handicap, ainsi qu'avec l'ensemble des groupes politiques. Et je voudrais profiter de l'occasion pour remercier Raf Terwingen et son collaborateur, mais aussi l'ensemble des collaborateurs qui ont travaillé activement, ces derniers mois, pour nous présenter le texte que nous voterons tout à l'heure.

 

L'élément majeur de ce texte est l'inversion de la philosophie qui régissait jusqu'à présent la matière. Désormais, une personne ne sera plus, a priori, considérée comme incapable. Au contraire, on part du postulat – et c'est fondamental – que la personne est capable de faire les choses et on liste celles qu'elle est éventuellement incapable de faire. Cette inversion de l'angle d'approche est justifiée par le souci de garantir le respect de la dignité humaine et de mieux répondre à la volonté d'autonomie exprimée par les personnes en situation de handicap, revendication, bien entendu, bien légitime.

 

Cette proposition traite les personnes à protéger au cas par cas, en tenant compte de toutes ses spécificités. Les personnes ne seront protégées par la loi que si et seulement si la protection est nécessaire pour la sauvegarde de leurs intérêts. En d'autres termes, le juge devra appliquer le statut de protection de manière restrictive, ce dernier constituant une exception à la capacité juridique d'une personne.

 

En fait, l'ensemble du texte est basé et articulé autour de ce nouvel angle d'approche, de cette nouvelle philosophie plus conforme à la dignité humaine de la personne en situation de handicap.

 

La réforme est importante; on l'a dit. Il faudra donc insister pour qu'une excellente information soit fournie aux acteurs de terrain et au monde judiciaire. Il faut que cette information soit correcte et complète quant à son contenu.

 

Par ailleurs, à l'instar de Mme Marghem et de M. Brotcorne, je voudrais également rappeler, puisque je constate que Mme la ministre de la Justice est présente, que cette réforme est intimement liée à la mise en place du tribunal de la famille.

 

Des transferts de compétences sont organisés entre les juges de paix - auxquels nous attribuons énormément plus de prérogatives - et le tribunal de la famille. Il conviendra donc de nous montrer vigilants quant à l'impact de la présente proposition sur la charge de travail des juges de paix, en l'absence, malheureusement, de l'application de la loi relative au tribunal de la famille.

 

J'insiste dès lors encore une fois sur la nécessité de mettre rapidement en place ces tribunaux.

 

Monsieur le président, chers collègues, je termine. Mon groupe adhère pleinement, vous l'aurez compris, à la nouvelle philosophie proposée aujourd'hui et soutient par conséquent l'ensemble du texte.

 

23.10  Raf Terwingen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, ik sta hier met de nodige fierheid maar ook met de nodige schroom. Het wetsvoorstel dat hier vandaag wordt goedgekeurd, is immers van de hand van de heer Luc Goutry en ik heb dat mogen voortzetten. Ik ben vooral moderator geweest in een kwalitatief zeer goede vergadering, dat is mijn rol geweest.

 

Ik heb ook schroom omdat het echt wel het werk is van dit Parlement; het is geen wetsvoorstel van mij of van mijn fractie, het is van ons allemaal. Dat blijkt ook uit de uiteenzettingen. Ik wil u allemaal bedanken dat wij dit samen hebben kunnen realiseren. Ik ben toevallig de eerste indiener geweest, in opvolging van de heer Goutry, maar ik kan mijn rol in dezen plaatsen, laat dat alleszins duidelijk zijn.

 

Collega’s, u weet dat ik in dit dossier steeds zeer goed gedocumenteerd ben geweest door de heer Tim Wuyts. U weet ook dat mijn uiteenzettingen in de commissie dankzij de voorbereidingen van Tim Wuyts steeds zeer uitvoerig waren. Ik wil mij bij dezen nu reeds verontschuldigen bij de heer Wuyts omdat ik de rede die hij vandaag voor mij had klaargemaakt, niet ga volgen, want dat zou ons veel te ver brengen.

 

Ik wil echter uitdrukkelijk geacteerd zien in het verslag dat de heer Wuyts mij verontschuldigt omdat ik hier niet zijn volledige uiteenzetting zal doen, om de eenvoudige reden dat u allemaal reeds de punten hebt aangehaald die ik zelf wilde aanhalen, collega’s.

 

Ik ga even van zijn tekst gebruikmaken om zeker niemand te vergeten die ik wil bedanken. Er zijn de vele middenveldorganisaties, die gedurende jaren gepasseerd zijn; ik ga ze niet opsommen, op het gevaar af dat ik iemand vergeet. Er zijn de officiële adviesorganen, ook daarvan zal ik geen opsomming geven. De juridische wereld is gepasseerd, zoals u allemaal weet, met hoorzittingen.

 

In de politieke wereld wil ik uitdrukkelijk de voorzitter van de commissie voor de Justitie bedanken. Mevrouw Sarah Smeyers heeft zeer correct en met alle openheid van geest dit dossier behandeld en heeft ook alle mogelijke kansen gegeven aan de behandeling van dit dossier. Ik wil haar uitdrukkelijk bedanken voor haar steun.

 

Het spreekt voor zich dat ik ook alle diensten van de Kamer wil bedanken. De secretarissen van de commissie hebben zeer goed werk geleverd, met samenvattingen, om het overzicht te kunnen behouden, want het was toch een ruim werk.

 

Nogmaals en om af te sluiten, wil ik Tim Wuyts hartelijk danken voor het werk dat hij heeft gedaan. Hij mag deze pluim op zijn academische hoed steken. Hij heeft ons heel erg geholpen bij het maken van goede teksten, samen met alle andere medewerkers waarmee hij bijna wekelijks heeft samen gezeten ter voorbereiding van alle vergaderingen.

 

Mijnheer de voorzitter, nog even inhoudelijk. Het werk is niet af. Er werd verwezen naar de familierechtbank en daar hoef ik dus niet op terug te komen. Ik kijk naar de minister. De uitvoerende macht heeft nog een taak van de wetgever gekregen, onder andere in de vorm van een te maken brochure. Ik besef zeer goed dat met iedereen in het veld die met deze wetgeving te maken krijgt, niet het minst de vrederechters, overleg moet komen. Er moeten modellen gemaakt worden om de overgang zo rimpelloos mogelijk te maken, want iedere verandering is moeilijk.

 

Le président: Je proposerai que le texte qui avait été préparé figure quand même dans le rapport. C'est peut-être une nouvelle façon de travailler, mais cela permet de (…)

 

23.11 Minister Annemie Turtelboom: Ik sluit mij aan bij de felicitaties. Tien jaar werk resulteert in een wetsvoorstel dat een fundamentele wijziging in het statuut van de wilsonbekwame personen bevat. Het wordt, gelukkig, gedragen door alle partijen, zoals dat hoort. Het betekent niet alleen een vereenvoudiging van de huidige reglementeringen, maar ook een principiële wijziging voor de te beschermen persoon.

 

Zoals collega Lahaye-Battheu al zei, merken we elk jaar een stijging van het aantal personen dat er een beroep op moet doen. Dat wijst erop dat het wetsvoorstel aan een maatschappelijke nood tegemoetkomt. Belangrijk is ook dat België hiermee aansluit bij de internationale normen van de Raad van Europa en van de Verenigde Naties.

 

Het wetsvoorstel is verbonden aan het voorstel over de familierechtbank, dat op het ogenblik in behandeling is in de Senaat. De inwerkingtreding van beide moet tegelijk gebeuren, omdat ze verbonden zijn en enkel op die manier kunnen bestaan. Mijn administratie heeft ontzettend goed samengewerkt met de medewerkers, zeker met die van de CD&V-fractie, getuige de goedkeuring van de amendementen. We moeten hetzelfde doen voor de oprichting van de familierechtbanken. Hopelijk komen we de komende maanden samen met het Parlement tot een doorbraak.

 

Ik feliciteer alle medewerkers en Parlementsleden met hun werk van de voorbije tien jaar en met het uitstekend wetsvoorstel.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

La proposition de loi règle des matières visées aux articles 77 et 78 de la Constitution.

Het wetsvoorstel regelt aangelegenheden als bedoeld in de artikelen 77 en 78 van de Grondwet.

 

Conformément à l’article 72.2, alinéa 2 du Règlement, les dispositions relevant de l’article 77 de la Constitution sont disjointes du projet de loi.

Overeenkomstig artikel 72.2, tweede lid van het Reglement, worden de bepalingen die ressorteren onder artikel 77 van de Grondwet uit het wetsontwerp gelicht.

 

Nous passons à la discussion des articles de la proposition de loi n° 1009/11 (matière visée à l’article 77 de la Constitution). Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (1009/11)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsvoorstel nr. 1009/11 (aangelegenheden als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet). De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1009/11)

 

L’intitulé a été modifié par la commission en “proposition de loi modifiant le Code électoral et la loi du 17 mai 2006 relative au statut juridique externe des personnes condamnées à une peine privative de liberté et aux droits reconnus à la victime dans le cadre des modalités d’exécution de la peine, suite à l’instauration d’un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine".

Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in “wetsvoorstel tot wijziging van het Kieswetboek en van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten, ingevolge de instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid".

 

La proposition de loi compte 5 articles.

Het wetsvoorstel telt 5 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 5 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 5 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Nous passons à la discussion des articles de la proposition de loi n° 1009/12 (matière visée à l’article 78 de la Constitution). Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (1009/12)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan van het wetsvoorstel nr. 1009/12 (aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet). De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1009/12)

 

L’intitulé a été modifié par la commission en “proposition de loi réformant les régimes d'incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine ".

Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in “wetsvoorstel tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid "

 

La proposition de loi compte 214 articles.

Het wetsvoorstel telt 214 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 214 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 214 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

24 Projet de loi visant à modifier les lois coordonnées du 31 décembre 1949 sur la collation des grades académiques et le programme des examens universitaires et la loi du 7 juillet 1970 relative à la structure générale de l'enseignement supérieur (2366/1-2)

24 Wetsontwerp tot wijziging van de gecoördineerde wetten van 31 december 1949 op het toekennen van de academische graden en het programma van de universitaire examens en van de wet van 7 juli 1970 betreffende de algemene structuur van het hoger onderwijs (2366/1-2)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Sans rapport

Zonder verslag

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

24.01  Ronny Balcaen (Ecolo-Groen): Monsieur le président, quelques mots pour rappeler que l'objet de ce projet est d'apporter une réponse à des remarques formulées par le Conseil d'État sur un projet de décret du Parlement flamand en matière d'enseignement supérieur.

 

Les réponses proposées dans le projet de loi ont eu le temps de mûrir et de faire leur chemin au Parlement flamand, où une réflexion est en cours depuis longtemps. Ce n'est pas le cas du côté de la Fédération Wallonie-Bruxelles; pourtant une réflexion y aurait sans doute été nécessaire. En effet, on peut se poser des questions sur l'impact éventuel du projet de loi sur le respect des dispositions constitutionnelles en matière de conditions minimales de délivrance des diplômes.

 

Monsieur le président, chers collègues, je voudrais donc regretter que les travaux n'aient pas pu tenir compte d'une réflexion au niveau de la Fédération Wallonie-Bruxelles. C'est pourquoi les parlementaires Ecolo s'abstiendront au moment du vote sur ce texte, en espérant pouvoir initier, dans l'autre Communauté, le débat qui s'est tenu au Parlement flamand, ce que nous avons fait en Fédération Wallonie-Bruxelles via nos collègues.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2366/2)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2366/2)

 

Le projet de loi compte 5 articles.

Het wetsontwerp telt 5 artikelen.

 

Aucun amendement n'a été déposé.

Er werden geen amendementen ingediend.

 

Les articles 1 à 5 sont adoptés article par article.

De artikelen 1 tot 5 worden artikel per artikel aangenomen.

 

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

 

25 Conseil d'État – Présentation d'un conseiller d'État francophone

25 Raad van State – Voordracht van een Franstalig staatsraad

 

Par lettre du 9 juillet 2012, le premier président du Conseil d'État porte à la connaissance de la Chambre qu'en son audience publique du 19 juin 2012, l'assemblée générale de ce Conseil a procédé, conformément à l'article 70 des lois coordonnées sur le Conseil d'État, à l'établissement de la liste de trois candidats pour une place vacante de conseiller d'État dans le groupe linguistique français, à la suite de l'admission à la retraite de M. Jules Messinne, le 31 décembre 2011.

Bij brief van 9 juli 2012 deelt de eerste voorzitter van de Raad van State mede dat de algemene vergadering van die Raad ter openbare zitting van 19 juni 2012, overeenkomstig artikel 70 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, overgegaan is tot het opmaken van een lijst van drie kandidaten voor een vacant ambt van staatsraad in het Franstalig kader, tengevolge van de inrustestelling van de heer Jules Messinne, op 31 december 2011.

 

Ont été présentés par le Conseil d'État, sans unanimité toutefois:

- premier candidat:

M. Bernard Blero, chargé de cours à l'ULB;

- deuxième candidat:

Mme Anne-Françoise Bolly, premier auditeur au Conseil d'État

- troisième candidat:

Mme Nathalie Van Laer, auditeur au Conseil d'État

 

Werden door de Raad van State voorgedragen, evenwel zonder eenparigheid van stemmen:

- eerste kandidaat:

De heer Bernard Blero, docent aan de ULB

- tweede kandidaat:

Mevrouw Anne-Françoise Bolly, eerste auditeur bij de Raad van State

- derde kandidaat:

Mevrouw Nathalie Van Laer, auditeur bij de Raad van State

 

Étant donné que la présentation n’est pas unanime, la Chambre des représentants peut, conformément à l’article 70, § 1er, alinéa 7, des lois sur le Conseil d’État coordonnées le 12 janvier 1973, dans un délai ne pouvant dépasser trente jours à compter de la réception de la présentation, soit confirmer les listes présentées par le Conseil d'État, soit présenter une autre liste de trois noms qui fait l'objet d'une motivation formelle.

Aangezien de voordracht niet unaniem is, kan de Kamer van volksvertegenwoordigers, overeenkomstig artikel 70, § 1, lid 7, van de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, binnen een termijn van ten hoogste dertig dagen vanaf de ontvangst van de voordracht, hetzij de door de Raad van State voorgedragen lijst bevestigen, hetzij een andere lijst met drie namen die uitdrukkelijk wordt gemotiveerd, voordragen.

 

La présentation éventuelle d'une liste par la Chambre doit se faire sur base des candidatures reçues par le Conseil d'État.

De eventuele voordracht van een lijst door de Kamer dient op grond van de door de Raad van State ontvangen kandidaturen te geschieden.

 

Les candidatures suivantes ont été introduites:

- M. Bernard Blero, chargé de cours à l'ULB;

- Mme Anne-Françoise Bolly, premier auditeur au Conseil d'État;

- Mme Laurence Lejeune, auditeur au Conseil d'État;

- Mme Nathalie Van Laer, auditeur au Conseil d'État.

 

Volgende kandidaturen werden ingediend:

- de heer Bernard Blero, docent aan de ULB;

- mevrouw Anne-Françoise Bolly, eerste auditeur bij de Raad van State;

- mevrouw Laurence Lejeune, auditeur bij de Raad van State;

- mevrouw Nathalie Van Laer, auditeur bij de Raad van State.

 

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 17 juillet 2012, je vous propose de confirmer la liste présentée par le Conseil d'État.

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 17 juli 2012 stel ik u voor de door de Raad van State voorgedragen lijst te bevestigen.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

26 Prise en considération de propositions

26 Inoverwegingneming van voorstellen

 

Vous avez pris connaissance dans l'ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en considération est demandée.

In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is gevraagd.

 

S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considérerai la prise en considération comme acquise et je renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.

Indien er geen bezwaar is, beschouw ik deze als aangenomen; overeenkomstig het Reglement worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 16 juillet 2012, je vous propose également de prendre en considération:

- la proposition de résolution de MM. David Geerts et Hans Bonte relative aux effets de la libéralisation du marché interne sur le secteur du transport routier intérieur (n° 2368/1).

Renvoi à la commission de l'Infrastructure, des Communications et des Entreprises publiques

- la proposition de loi de Mme Nathalie Muylle et consorts portant réglementation de la réutilisation des dispositifs médicaux à usage unique (n° 2369/1).

Renvoi à la commission de la Santé publique, de l'Environnement et du Renouveau de la Société

- la proposition de loi de Mme Nahima Lanjri et consorts instituant une évaluation de l'incidence des décisions sur l'enfant (n° 2370/1);

- la proposition de loi de Mme Nahima Lanjri et consorts instaurant un rapport fédéral d'incidence sur les familles (n° 2371/1).

Renvoi à la commission de la Justice

- la proposition de loi de Mmes Sonja Becq et Meryame Kitir garantissant le maintien des droits acquis dans le cadre du bonus de pension (n° 2375/1).

Renvoi à la commission des Affaires sociales.

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 16 juli 2012, stel ik u ook voor in overweging te nemen:

- het voorstel van resolutie van de heren David Geerts en Hans Bonte betreffende de effecten van de interne vrijmaking van de markt op de sector van het binnenlands wegtransport (nr. 2368/1).

Verzonden naar de commissie voor de Infrastructuur, het Verkeer en de Overheidsbedrijven

- het wetsvoorstel van mevrouw Nathalie Muylle cs tot regeling van het hergebruik van medische hulpmiddelen bestemd voor éénmalig gebruik (nr. 2369/1).

Verzonden naar de commissie voor de Volksgezondheid, het Leefmilieu en de Maatschappelijke Hernieuwing

- het wetsvoorstel van mevrouw Nahima Lanjri cs houdende instelling van een kindeffectrapport (nr. 2370/1);

- het wetsvoorstel van mevrouw Nahima Lanjri cs houdende instelling van een federale gezinseffectrapportage (nr. 2371/1).

Verzonden naar de commissie voor de Justitie

- het wetsvoorstel van de dames Sonja Becq en Meryame Kitir tot behoud van de opgebouwde rechten in het kader van de pensioenbonus (nr. 2375/1).

Verzonden naar de commissie voor de Sociale Zaken.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Je vous propose également de prendre en considération la proposition de résolution de MM. Guy Coëme, Georges Dallemagne, Herman De Croo, François-Xavier de Donnea, Éric Jadot et Patrick Moriau, Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers, M. Dirk Van der Maelen et Mme Inge Vervotte en faveur d'une meilleure coopération multilatérale en Asie centrale dans le domaine de la pollution transfrontalière et de la gestion des bassins fluviaux transfrontaliers (n° 2374/1).

Renvoi à la commission des Relations extérieures

 

Ik stel u eveneens voor het voorstel van resolutie van de heren Guy Coëme, Georges Dallemagne, Herman De Croo, François-Xavier de Donnea, Éric Jadot en Patrick Moriau, mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers, de heer Dirk Van der Maelen en mevrouw Inge Vervotte over een betere multilaterale samenwerking in Centraal-Azië op het vlak van de grensoverschrijdende verontreiniging en het beheer van de grensoverschrijdende stroomgebieden (nr. 2374/1).

Verzonden naar de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

27 Nomination des questeurs

27 Benoeming van de quaestoren

 

L'ordre du jour appelle la nomination des questeurs.

Aan de orde is de benoeming van de quaestoren.

 

Le mandat de M. Olivier Maingain, Mme Colette Burgeon, M. Gerald Kindermans et Mme Sarah Smeyers viendra à expiration le 20 juillet 2012.

Het mandaat van de heer Olivier Maingain, mevrouw Colette Burgeon, de heer Gerald Kindermans en mevrouw Sarah Smeyers komt ten einde op 20 juli 2012.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole?

Vraagt iemand het woord?

 

27.01  Jan Jambon (N-VA): Mijnheer de voorzitter, voor onze fractie stellen wij de continuïteit voor. Wij stellen Sarah Smeyers voor als quaestor.

 

27.02  Thierry Giet (PS): Monsieur le président, je propose la candidature de Mme Colette Burgeon.

 

27.03  Raf Terwingen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijn fractie stelt de kandidatuur van Gerald Kindermans voor.

 

27.04  Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, je propose la candidature de Mme Jacqueline Galant.

 

Le président: Le nombre de candidats est égal au nombre de places à pourvoir.

Het aantal kandidaten is in overeenstemming met het aantal te begeven plaatsen.

 

Dès lors, conformément à l'article 157.6 de notre Règlement, il n'y a pas lieu de procéder à un scrutin et je proclame Mme Colette Burgeon, M. Gerald Kindermans, Mmes Sarah Smeyers et Jacqueline Galant questeurs de la Chambre des représentants. Ils sont élus pour deux ans.

Dientengevolge, overeenkomstig artikel 157.6 van ons Reglement, moet er niet gestemd worden en worden mevrouw Colette Burgeon, de heer Gerald Kindermans en de dames Sarah Smeyers en Jacqueline Galant als quaestoren van de Kamer van volksvertegenwoordigers voor een termijn van twee jaar benoemd.

 

Votes nominatifs

Naamstemmingen

 

28 Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van:

- mevrouw Karolien Grosemans over "het investeringsplan 2012-2014" (nr. 54)

- mevrouw Annick Ponthier over "het investeringsplan Defensie 2012-2014" (nr. 55)

28 Motions déposées en conclusion des interpellations de:

- Mme Karolien Grosemans sur "le plan d'investissement 2012-2014" (n° 54)

- Mme Annick Ponthier sur "le plan d'investissement Défense 2012-2014" (n° 55)

 

Deze interpellaties werden gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de Landsverdediging van 10 juli 2012.

Ces interpellations ont été développées en réunion publique de la commission de la Défense nationale du 10 juillet 2012.

 

Twee moties werden ingediend (MOT n° 54/1):

- een motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Annick Ponthier;

- een eenvoudige motie werd ingediend door de heren Roland Defreyne en Anthony Dufrane.

Deux motions ont été déposées (MOT nr. 54/1):

- une motion de recommandation a été déposée par Mme Annick Ponthier;

- une motion pure et simple a été déposée par MM. Roland Defreyne et Anthony Dufrane.

 

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.

La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 1)

Ja

87

Oui

Nee

55

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt de motie van aanbeveling.

La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, la motion de recommandation est caduque.

 

29 Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de heer Gerolf Annemans over "de rechtstreekse steun van het Europees Stabiliteitsmechanisme aan de banken" (nr. 56)

29 Motions déposées en conclusion de l'interpellation de M. Gerolf Annemans sur "l'aide directe du Mécanisme européen de stabilité aux banques" (n° 56)

 

Deze interpellatie werd gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de Financiën en de Begroting van 16 juli 2012.

Cette interpellation a été développée en réunion publique de la commission des Finances et du Budget du 16 juillet 2012.

 

Twee moties werden ingediend (MOT nr. 56/1):

- een motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Gerolf Annemans en Hagen Goyvaerts;

- een eenvoudige motie werd ingediend door mevrouw Gwendolyn Rutten en de heren Josy Arens, Guy Coëme, Jenne De Potter, Carl Devlies, Philippe Goffin en Dirk Van der Maelen.

Deux motions ont été déposées (MOT n° 56/1):

- une motion de recommandation a été déposée par MM. Gerolf Annemans et Hagen Goyvaerts;

- une motion pure et simple a été déposée par Mme Gwendolyn Rutten et MM. Josy Arens, Guy Coëme, Jenne De Potter, Carl Devlies, Philippe Goffin et Dirk Van der Maelen.

 

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.

La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring?

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote?

 

29.01  Gerolf Annemans (VB): Mijnheer de voorzitter, ik wil kort toelichten waarom wij met onderhavige motie aan de regering vragen het ESM niet uit te breiden tot de rechtstreekse steun aan de banken, zonder dat verdrag te herzien en opnieuw aan het Parlement voor te leggen. In het ESM-verdrag is die mogelijkheid namelijk niet ingeschreven.

 

Nu geeft het ESM-verdrag een rechtstreekse toegang tot 24 miljard euro uit onze staatskas. Als wij de mogelijkheid nog eens uitbreiden tot Zuid-Europese banken, vind ik dat het Parlement daarover eerst een inbreng moet hebben. Dat is het enige wat ik vraag in de motie.

 

De minister heeft uiteindelijk na mijn interpellatie – aanvankelijk niet – toegezegd dat hij zal nagaan of dat inderdaad niet een betere oplossing is. Dat is voor mij echter niet voldoende.

 

Ik denk dat het nuttig is dat wij, zoals Merkel in de Bundestag heeft gezegd, het verdrag nog eens voorleggen aan het Parlement en wij de rechtstreekse toegang van Zuid-Europese banken tot onze staatskas niet zomaar goedkeuren, maar ten minste door onderhavige motie aangeven dat dit via een verdragswijziging moet gebeuren.

 

De voorzitter: Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 2)

Ja

86

Oui

Nee

55

Non

Onthoudingen

1

Abstentions

Totaal

142

Total

 

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt de motie van aanbeveling.

La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, la motion de recommandation est caduque.

 

30 Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de heer Karel Uyttersprot over "het gebrek aan transparantie in de financiële toestand van de Centra De Groote" (nr. 58)

30 Motions déposées en conclusion de l'interpellation de M. Karel Uyttersprot sur "le manque de transparence en ce qui concerne la situation financière des centres De Groote" (n° 58)

 

Deze interpellatie werd gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor het Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de Nationale wetenschappelijke en culturele Instellingen, de Middenstand en de Landbouw van 16 juli 2012.

Cette interpellation a été développée en réunion publique de la commission de l'Économie, de la Politique scientifique, de l'Éducation, des Institutions scientifiques et culturelles nationales, des Classes moyennes et de l'Agriculture du 16 juillet 2012.

 

Twee moties werden ingediend (MOT nr. 58/1):

- een motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Karel Uyttersprot en Peter Dedecker;

- een eenvoudige motie werd ingediend door mevrouw Karine Lalieux en de heer Stefaan Vercamer.

Deux motions ont été déposées (MOT n° 58/1):

- une motion de recommandation a été déposée par MM. Karel Uyttersprot et Peter Dedecker;

- une motion pure et simple a été déposée par Mme Karine Lalieux et M. Stefaan Vercamer.

 

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.

La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

 

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 3)

Ja

87

Oui

Nee

55

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt de motie van aanbeveling.

La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, la motion de recommandation est caduque.

 

31 Wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag nr. 176 van de Internationale Arbeidsorganisatie betreffende de veiligheid en gezondheid in mijnen, aangenomen te Genève op 22 juni 1995 (2309/1)

31 Projet de loi portant assentiment à la Convention n° 176 de l'Organisation internationale du Travail concernant la sécurité et la santé dans les mines, adoptée à Genève le 22 juin 1995 (2309/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 4)

Ja

142

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2309/2)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2309/2)

 

32 Wetsontwerp houdende instemming met het Aanvullend Akkoord tussen het Koninkrijk België en de Europese Organisatie voor de veiligheid van de luchtvaart bij het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart "Eurocontrol" van 13 december 1960, inzake de voorrechten en immuniteiten van de Organisatie, en zijn Gemeenschappelijke Verklaring, gedaan te Brussel op 17 juli 2006 (2310/1)

32 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Royaume de Belgique et l'Organisation européenne pour la sécurité de la navigation aérienne sur les privilèges et immunités de l'Organisation complémentaire à la Convention internationale de coopération pour la sécurité de la navigation aérienne "Eurocontrol" du 13 décembre 1960, et sa Déclaration commune, faits à Bruxelles le 17 juillet 2006 (2310/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 4)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2310/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2310/3)

 

33 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord over het wegvervoer tussen de Belgische Regering en de Macedonische Regering, ondertekend te Skopje op 10 september 1998 (2311/1)

33 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sur le transport routier entre le Gouvernement belge et le Gouvernement macédonien, signé à Skopje le 10 septembre 1998 (2311/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 4)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2311/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2311/3)

 

34 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord over het wegvervoer tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van Georgië, ondertekend te Brussel op 19 maart 2002 (2312/1)

34 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sur le transport routier entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la Géorgie, signé à Bruxelles le 19 mars 2002 (2312/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 4)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2312/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2312/3)

 

35 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Republiek Kazachstan over het internationaal wegvervoer, ondertekend te Brussel op 5 december 2006 (2313/1)

35 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sur le transport routier international entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République du Kazakhstan, signé à Bruxelles le 5 décembre 2006 (2313/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 4)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2313/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2313/3)

 

36 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Republiek Albanië betreffende het internationaal wegvervoer, ondertekend te Tirana op 25 april 2006 (2314/1)

36 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République d'Albanie sur le transport routier international, signé à Tirana le 25 avril 2006 (2314/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 4)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2314/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2314/3)

 

37 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Russische Federatie over het internationale wegvervoer, ondertekend te Moskou op 2 maart 2007 (2315/1)

37 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la Fédération de Russie sur les transports routiers internationaux, signé à Moscou le 2 mars 2007 (2315/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 4)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2315/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2315/3)

 

38 Wetsontwerp houdende instemming met het Facultatief Protocol bij het Verdrag inzake de veiligheid van VN-personeel en geassocieerd personeel, gedaan te New York op 8 december 2005 (2316/1)

38 Projet de loi portant assentiment au Protocole facultatif relatif à la Convention sur la sécurité du personnel des Nations unies et du personnel associé, fait à New York le 8 décembre 2005 (2316/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 4)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2316/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2316/3)

 

39 Aangehouden amendementen op het voorstel van resolutie betreffende de langetermijnvisie inzake duurzame ontwikkeling (2367/1-2)

39 Amendements réservés à la proposition de résolution sur la vision à long terme en matière de développement durable (2367/1-2)

 

Stemming over amendement nr. 2 van Rita De Bont op punt B.1.(2367/2)

Vote sur l'amendement n° 2 de Rita De Bont au point B.1.(2367/2)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 5)

Ja

39

Oui

Nee

103

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 1 van Thérèse Snoy et d'Oppuers cs op punt B.2.(2367/2)

Vote sur l'amendement n° 1 de Thérèse Snoy et d'Oppuers cs au point B.2.(2367/2)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 6)

Ja

17

Oui

Nee

124

Non

Onthoudingen

1

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

40 Geheel van het voorstel van resolutie betreffende de langetermijnvisie inzake duurzame ontwikkeling (2367/1)

40 Ensemble de la proposition de résolution sur la vision à long terme en matière de développement durable (2367/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 7)

Ja

130

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

11

Abstentions

Totaal

141

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het voorstel van resolutie aan. Het zal ter kennis van de regering worden gebracht. (2367/3)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de résolution. Il en sera donné connaissance au gouvernement. (2367/3)

 

41 Wetsvoorstel tot wijziging van het Kieswetboek en van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten, ingevolge de instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid (nieuw opschrift) (1009/11)

41 Proposition de loi modifiant le Code électoral et la loi du 17 mai 2006 relative au statut juridique externe des personnes condamnées à une peine privative de liberté et aux droits reconnus à la victime dans le cadre des modalités d’exécution de la peine, suite à l’instauration d’un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine (nouvel intitulé) (1009/11)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 8)

Ja

142

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal als ontwerp aan de Senaat worden overgezonden. (2385/1)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera transmise en tant que projet au Sénat. (2385/1)

 

42 Wetsvoorstel tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid (nieuw opschrift) (1009/12)

42 Proposition de loi réformant les régimes d'incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine (nouvel intitulé) (1009/12)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 8)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal als ontwerp aan de Senaat worden overgezonden. (1009/13)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera transmise en tant que projet au Sénat. (1009/13)

 

43 Projet de loi portant assentiment à l'Accord de Partenariat économique entre la Communauté européenne et ses Etats membres, d'une part, et les Etats membres du Cariforum, d'autre part, et à l'Acte final, faits à Bridgetown, la Barbade, le 15 octobre 2008 (2335/1)

43 Wetsontwerp houdende instemming met de Economische Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Cariforum-staten, anderzijds, en de Slotakte, gedaan te Bridgetown, Barbados, op 15 oktober 2008 (2335/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 9)

Ja

128

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

14

Abstentions

Totaal

142

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2335/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2335/3)

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

44 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise et le Gouvernement de l'État du Qatar concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Doha le 6 novembre 2007 (2336/1)

44 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie en de Regering van de Staat Qatar inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Dawhaw op 6 november 2007 (2336/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 10)

Ja

128

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

14

Abstentions

Totaal

142

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2336/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2336/3)

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

45 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et la République du Tadjikistan, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Bruxelles le 10 février 2009 (2337/1)

45 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Republiek Tadzjikistan, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Brussel op 10 februari 2009 (2337/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 10)

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2337/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2337/3)

 

46 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et la République togolaise, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Lomé le 6 juin 2009 (2338/1)

46 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Republiek Togo, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Lomé op 6 juni 2009 (2338/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 10)

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2338/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2338/3)

 

47 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et le Monténégro, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Podgorica le 16 février 2010 (2339/1)

47 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en Montenegro, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Podgorica op 16 februari 2010 (2339/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 10)

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2339/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2339/3)

 

48 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre l'Union économique belgo-luxembourgeoise, d'une part, et le Gouvernement de la République du Kosovo, d'autre part, concernant l'encouragement et la protection réciproques des investissements, fait à Pristina le 9 mars 2010 (2340/1)

48 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Regering van de Republiek Kosovo, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, gedaan te Pristina op 9 maart 2010 (2340/1)

 

Transmis par le Sénat

Overgezonden door de Senaat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

 

(Stemming/vote 10)

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2340/3)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2340/3)

 

49 Wetsontwerp tot wijziging van de gecoördineerde wetten van 31 december 1949 op het toekennen van de academische graden en het programma van de universitaire examens en van de wet van 7 juli 1970 betreffende de algemene structuur van het hoger onderwijs (2366/2)

49 Projet de loi visant à modifier les lois coordonnées du 31 décembre 1949 sur la collation des grades académiques et le programme des examens universitaires et la loi du 7 juillet 1970 relative à la structure générale de l'enseignement supérieur (2366/2)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 11)

Ja

131

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

11

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2366/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2366/3)

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

50 Wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen van de Bijlagen II en III bij het Verdrag van Parijs van 22 september 1992 inzake de bescherming van het marien milieu van de Noordoostelijke Atlantische Oceaan, aangenomen te Oostende op 29 juni 2007 (2249/1)

50 Projet de loi portant assentiment aux Amendements des Annexes II et III à la Convention de Paris du 22 septembre 1992 pour la protection du milieu marin de l'Atlantique du Nord-Est, adoptés à Ostende le 29 juin 2007 (2249/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 12)

Ja

126

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

16

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2249/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2249/3)

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

51 Wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden voor de ontwikkeling van de samenwerking en van de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de sociale zekerheid, gedaan te Brussel op 6 december 2010 (2364/1)

51 Projet de loi portant assentiment au Traité entre le Royaume de Belgique et le Royaume des Pays-Bas pour le développement de la coopération et de l'entraide administrative en matière de sécurité sociale, fait à Bruxelles le 6 décembre 2010 (2364/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 13)

Ja

142

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2364/2)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2364/2)

 

52 Allocution du président

52 Toespraak van de voorzitter

 

Le président: Chers collègues, beste collega’s, nous voici arrivés au terme de nos travaux pour cette session et je voudrais, avant que nous nous quittions pour quelques jours, vous demander encore un court instant d’attention, le temps de dresser notre traditionnel bilan.

 

Ik meen te mogen zeggen dat onze Assemblee, sinds de regering op 6 december 2011 de eed aflegde, er alles aan heeft gedaan om de akkoorden die in het kader van de onderhandelingen voor de regeringsvorming werden gesloten, zo snel mogelijk, maar zonder overhaasting, handen en voeten te geven. Ik wil dan ook alle leden van de institutionele meerderheid, van de meerderheid en van de oppositie bedanken.

 

La Chambre est le lieu de prédilection du débat sur toutes les questions qui engagent l’avenir de la population, le lieu où convergent toutes les volontés constructives afin d’apporter par un travail parlementaire de qualité des solutions durables aux questions institutionnelles et socioéconomiques auxquelles notre pays est actuellement confronté.

 

Notre Assemblée a pu accomplir, cette année, un grand nombre de réalisations importantes. Il ne m’est pas possible de les citer toutes, mais permettez-moi d’en épingler quelques-unes.

 

Outre le budget 2012, le projet de loi-programme et le projet de loi portant des dispositions diverses, nous avons adopté une série de textes afin de lutter plus efficacement contre la fraude sociale et la fraude fiscale, les faux indépendants et les faux salariés.

 

We hebben de richtlijnen van het derde Europese energiepakket in nationaal recht omgezet. In dat kader namen we, in het belang van de consumenten, verscheidene maatregelen aan met het oog op meer concurrentie en een betere werking van de aardgas- en elektriciteitsmarkt.

 

Voorts hebben we onlangs twee wetteksten aangenomen, de ene ter verbetering van de strijd tegen seksueel misbruik en feiten van pedofilie binnen een gezagsrelatie, de andere tot invoering van een globaal beschermingsstatuut voor meerderjarige wilsonbekwame personen.

 

En matière institutionnelle, la commission de Révision de la Constitution et de la Réforme des Institutions, que j’ai l’honneur de présider, a consacré 18 réunions à la réforme de l’État, soit 46 heures et 20 minutes. Les textes ont été votés à temps et à heure, selon les prévisions les plus optimistes. N’est-ce pas, monsieur Weyts, mevrouw Van Vaerenbergh en mevrouw Pas?

 

En ce qui concerne les travaux de nos commissions spéciales, il y lieu de rappeler la commission spéciale Dexia, qui a remis son rapport le 29 mars 2012, ainsi qu’un éventail de 53 recommandations.

 

Op 13 oktober 2011 besliste de Kamer tot de oprichting van de bijzondere opvolgingscommissie belast met het onderzoek naar de financiële crisis. Zij werd op 20 oktober 2011 in openbare vergadering geïnstalleerd en haar aanbevelingen werden op 18 juli kenbaar gemaakt.

 

Net als vorig jaar vertaalde de commissie voor de Justitie een reeks aanbevelingen van de bijzondere commissie ‘Seksueel Misbruik’ in wetteksten.

 

De bijzondere commissie ‘Spoorwegveiligheid’ zette haar werkzaamheden voort om toe te zien op de uitvoering van haar aanbevelingen, die door de Kamer in het vorige zittingsjaar werden aangenomen.

 

Depuis l’ouverture de la session ordinaire 2011-2012, le mardi 11 octobre 2011, nous avons adopté 129 projets de loi, 32 propositions de loi et 19 propositions de résolution.

 

Outre sa compétence législative, notre Chambre a aussi pleinement exercé sa compétence de contrôle parlementaire: pas moins de 658 questions orales ont été posées en séance plénière et 3 934 en réunions de commission; quelque 5 386 questions écrites ont été traitées. Il y a eu 9 interpellations en séance plénière et 41 en réunions de commission. Enfin, 69 débats d’actualité ont été menés en réunions de commission.

 

Beste collega's, de economische en financiële crisis in de Europese Unie heeft tot een aantal hervormingen geleid.

 

Alle recente wijzigingen van de Europese verdragen zijn een rechtstreeks gevolg van die crisis. Onze Assemblee nam in dat verband op 14 juni twee belangrijke wetsontwerpen aan: het wetsontwerp tot wijziging van artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met betrekking tot een stabiliteitsmechanisme voor de lidstaten die de euro als munt hebben, enerzijds, en het wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tot instelling van het Europees Stabiliteitsmechanisme, anderzijds.

 

À la rentrée, nous devrons nous pencher sur un autre texte important, le "Fiscal Compact" ou le traité sur la stabilité, la coordination et la gouvernance au sein de l’Union économique et monétaire. L’élément le plus important de ce traité est la transposition de la "règle d’or" dans le cadre légal ou constitutionnel des pays participants, et ce pour janvier 2014 au plus tard.

 

Je ne doute pas un seul instant que le gouvernement aura à cœur de nous soumettre un grand nombre de projets dès la rentrée dans tous les domaines institutionnels et autres.

 

Ik dank mevrouw de griffier, het voltallige personeel en de medewerkers van deze Assemblee. Dankzij hun bekwaamheid en inzet hebben we onze werkzaamheden in de best mogelijke omstandigheden kunnen verrichten.

 

Je voudrais aussi, au nom de vous tous, remercier M. Maingain qui a été questeur de notre Assemblée pendant neuf ans et président de cette questure depuis 2007. J’ai pu apprécier la qualité du travail qu’il menait au sein de ce collège pour faire avancer un nombre considérable de dossiers dont on ne parle pas toujours, mais qui font la réalité de notre quotidien quand nous nous retrouvons dans ces locaux. (Applaudissements)

 

Dank ook aan de journalisten en de persmedewerkers voor hun aanwezigheid en hun verslaggeving over onze werkzaamheden. (Applaudissements)

 

Chers collègues, cette session a donc été féconde. Après quelques jours de repos, nous pouvons reprendre nos travaux avec une énergie renouvelée. Si d’autres chantiers importants et nombreux nous attendent à la rentrée, celle-ci sera aussi marquée, pour beaucoup d’entre nous, par les prochaines élections communales.

 

Je souhaite à tous les membres de la Chambre et à leurs familles d’agréables et revigorantes vacances, le succès dans toutes leurs entreprises.

 

J’adresse les mêmes souhaits au premier ministre ainsi qu’aux membres de son équipe gouvernementale, et à toutes celles et tous ceux qui les assistent dans leurs tâches au quotidien.

 

Merci beaucoup. (Applaudissements)

 

52.01  Jan Jambon (N-VA): Mijnheer de voorzitter, namens de voltallige Kamer wil ik u hartelijk danken voor de wijze waarop u dit jaar de werkzaamheden hebt georganiseerd en de debatten hebt geleid. Als lid van de oppositie wil ik ook mijn appreciatie uitdrukken omdat u de oppositie de ruimte hebt gegeven die haar toekomt om haar taak als oppositie te vervullen.

 

Ik wil mij tevens aansluiten bij de dankbetuigingen die u richtte aan het personeel. Namens alle collega’s wil ik onze dank en appreciatie aan het personeel uitdrukken, op wie wij steeds een beroep konden doen, en die, soms in moeilijke omstandigheden, ervoor gezorgd hebben dat alle stukken er tijdig waren en dat wij onze werkzaamheden in de beste omstandigheden konden verrichten. (Applaus)

 

Ten slotte wens ik namens de collega’s mijn dank en waardering uit te drukken voor de journalisten en de medewerkers van de pers, met wie er altijd een goede verhouding was. Soms heel goed, en soms wat meer gespannen, maar ieder speelt zijn rol en ieder heeft zijn taak in dit wetgevend halfrond.

 

Mijnheer de voorzitter, ik wens u, het personeel, de journalisten en natuurlijk ook de collega’s, een deugddoende vakantie waarin de batterijen kunnen worden opgeladen, zodat wij volgend werkjaar weer met frisse moed onze werkzaamheden kunnen aanvatten. (Applaus)

 

53 Wetsontwerp houdende instemming met het Protocol van 2002 bij het Verdrag van Athene van 1974 inzake het vervoer van passagiers en hun bagage over zee, gedaan te Londen op 1 november 2002 (2365/1)

53 Projet de loi portant assentiment au Protocole de 2002 à la Convention d'Athènes de 1974 relative au transport par mer de passagers et de leurs bagages, fait à Londres le 1er novembre 2002 (2365/1)

 

Overgezonden door de Senaat

Transmis par le Sénat

 

Le président:

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

 

(Stemming/vote 13)

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2365/3)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2365/3)

 

Bonnes vacances à tous, que ce soit par terre, par mer ou par air.

 

De vergadering is gesloten. De Kamer gaat tot nadere bijeenroeping uiteen.

La séance est levée. La Chambre s'ajourne jusqu'à convocation ultérieure.

 

De vergadering wordt gesloten om 19.02 uur.

La séance est levée à 19.02 heures.

 

 

L'annexe est reprise dans une brochure séparée, portant le numéro CRIV 53 PLEN 103 annexe.

 

De bijlage is opgenomen in een aparte brochure met nummer CRIV 53 PLEN 103 bijlage.

 

 

 


  


Détail des votes nominatifs

 

Detail van de naamstemmingen

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 001

 

 

Oui         

087

Ja

 

Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, Déom Valérie, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Madrane Rachid, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Perpète André, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Seminara Franco, Slegers Bercy, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank

 

 

Non        

055

Nee

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Balcaen Ronny, Beuselinck Manu, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, De Bont Rita, Dedecker Jean Marie, Degroote Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Ridder Min, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dumery Daphné, Francken Theo, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Jadot Eric, Jambon Jan, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Luykx Peter, Maertens Bert, Maingain Olivier, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Veys Tanguy, Weyts Ben, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 002

 

 

Oui        

086

Ja

 

Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, Déom Valérie, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Dewael Patrick, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Madrane Rachid, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Perpète André, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Seminara Franco, Slegers Bercy, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank

 

 

Non        

055

Nee

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Balcaen Ronny, Beuselinck Manu, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, De Bont Rita, Dedecker Jean Marie, Degroote Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Ridder Min, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dumery Daphné, Francken Theo, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Jadot Eric, Jambon Jan, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Luykx Peter, Maertens Bert, Maingain Olivier, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Veys Tanguy, Weyts Ben, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Abstentions

001

Onthoudingen

 

Devlies Carl

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 003

 

 

Oui        

087

Ja

 

Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, Déom Valérie, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Madrane Rachid, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Perpète André, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Seminara Franco, Slegers Bercy, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank

 

 

Non        

055

Nee

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Balcaen Ronny, Beuselinck Manu, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, Clerfayt Bernard, Colen Alexandra, De Bont Rita, Dedecker Jean Marie, Degroote Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Ridder Min, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dumery Daphné, Francken Theo, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Jadot Eric, Jambon Jan, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Luykx Peter, Maertens Bert, Maingain Olivier, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Veys Tanguy, Weyts Ben, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 004

 

 

Oui        

142

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Giet Thierry, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jadot Eric, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Maingain Olivier, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 005

 

 

Oui        

039

Ja

 

Annemans Gerolf, Beuselinck Manu, Bracke Siegfried, Colen Alexandra, De Bont Rita, Dedecker Jean Marie, Degroote Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De Ridder Min, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dumery Daphné, Francken Theo, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Jambon Jan, Louis Laurent, Luykx Peter, Maertens Bert, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Veys Tanguy, Weyts Ben, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

103

Nee

 

Almaci Meyrem, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Bonte Hans, Boulet Juliette, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Coëme Guy, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea François-Xavier, Delizée Jean-Marc, Déom Valérie, De Potter Jenne, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Giet Thierry, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jadot Eric, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Madrane Rachid, Maingain Olivier, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Perpète André, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Seminara Franco, Slegers Bercy, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 006

 

 

Oui        

017

Ja

 

Almaci Meyrem, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, Clerfayt Bernard, De Vriendt Wouter, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Jadot Eric, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Maingain Olivier, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Van Hecke Stefaan

 

 

Non        

124

Nee

 

Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Abstentions

001

Onthoudingen

 

De Bont Rita

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 007

 

 

Oui        

130

Ja

 

Almaci Meyrem, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Coëme Guy, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Giet Thierry, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jadot Eric, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Maingain Olivier, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Perpète André, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

011

Onthoudingen

 

Annemans Gerolf, Colen Alexandra, De Bont Rita, De Man Filip, D'haeseleer Guy, Goyvaerts Hagen, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Valkeniers Bruno, Veys Tanguy

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 008

 

 

Oui        

142

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Giet Thierry, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jadot Eric, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Maingain Olivier, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 009

 

 

Oui        

128

Ja

 

Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Maingain Olivier, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

014

Onthoudingen

 

Almaci Meyrem, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, De Vriendt Wouter, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Jadot Eric, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Van Hecke Stefaan

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 010

 

 

Oui        

128

Ja

 

Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Maingain Olivier, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

014

Onthoudingen

 

Almaci Meyrem, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, De Vriendt Wouter, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Jadot Eric, Lahssaini Fouad, Louis Laurent, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Van Hecke Stefaan

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 011

 

 

Oui        

131

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

011

Onthoudingen

 

Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Clerfayt Bernard, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Jadot Eric, Lahssaini Fouad, Maingain Olivier, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 012

 

 

Oui        

126

Ja

 

Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, George Joseph, Giet Thierry, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

016

Onthoudingen

 

Almaci Meyrem, Balcaen Ronny, Boulet Juliette, Brems Eva, Calvo y Castañer Kristof, Clerfayt Bernard, De Vriendt Wouter, Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Jadot Eric, Lahssaini Fouad, Maingain Olivier, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Van Hecke Stefaan

 


 

Vote nominatif - Naamstemming: 013

 

 

Oui        

142

Ja

 

Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Balcaen Ronny, Bastin Christophe, Battheu Sabien, Becq Sonja, Beuselinck Manu, Bonte Hans, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Brems Eva, Brotcorne Christian, Burgeon Colette, Calvo y Castañer Kristof, Caverenne Valérie, Clarinval David, Clerfayt Bernard, Coëme Guy, Colen Alexandra, Collard Philippe, Dallemagne Georges, De Bont Rita, De Bue Valérie, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, Dedecker Jean Marie, de Donnea François-Xavier, Degroote Koenraad, Delizée Jean-Marc, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, Déom Valérie, De Potter Jenne, De Ridder Min, Deseyn Roel, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin Laurent, Devlies Carl, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wit Sophie, D'haeseleer Guy, Dierick Leen, Doomst Michel, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Dumery Daphné, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline, Genot Zoé, George Joseph, Gerkens Muriel, Giet Thierry, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Goyvaerts Hagen, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin, Jadot Eric, Jambon Jan, Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lahssaini Fouad, Lalieux Karine, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat, Lanjri Nahima, Louis Laurent, Lutgen Benoît, Luykx Peter, Madrane Rachid, Maertens Bert, Maingain Olivier, Marghem Marie-Christine, Mathot Alain, Mayeur Yvan, Michel Charles, Musin Linda, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Pas Barbara, Perpète André, Ponthier Annick, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schoofs Bert, Seminara Franco, Slegers Bercy, Smeyers Sarah, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thiéry Damien, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Van Biesen Luk, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandeput Steven, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen Dirk, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan, Van Grootenbrulle Bruno, Van Hecke Stefaan, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Veys Tanguy, Vienne Christiane, Waterschoot Kristof, Weyts Ben, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank, Wollants Bert, Wouters Veerle

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen