IP173_FIN.doc

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

cdH

centre démocrate Humaniste

CD&V

Christen-Democratisch en Vlaams

ECOLO

Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales

Front National

Mouvement réformateur

N-VA

Nieuw-Vlaamse Alliantie

Parti socialiste

sp.a-spirit

Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht

Vlaams Belang

VLD

Vlaamse Liberalen en Democraten

Abréviations dans la numérotation des publications :

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de

base et du n° consécutif

DOC 51 0000/000

Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer

QRVA

Questions et Réponses écrites

QRVA

Schriftelijke Vragen en Antwoorden

CRIV

version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV

voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)

CRABV

Compte Rendu Analytique (couverture bleue)

CRABV

Beknopt Verslag (blauwe kaft)

CRIV

Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu inté-
gral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions ; les annexes se trouvent dans une brochure
séparée (PLEN: couverture blanche; COM: couverture
saumon)

CRIV

Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken; de
bijlagen zijn in een aparte brochure opgenomen
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)

PLEN

séance plénière

PLEN

Plenum

COM

réunion de commission

COM

Commissievergadering

MOT

motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT

moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :

publications@laChambre.be

Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :

publicaties@deKamer.be

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

SOMMAIRE

INHOUD

Excusés

Berichten van verhindering

PROJETS ET PROPOSITIONS

ONTWERPEN EN VOORSTELLEN

Proposition de loi modifiant le Code civil afin
d'autoriser l'adoption par des couples
homosexuels (664/1-9)

Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk
Wetboek teneinde adoptie door koppels van gelijk
geslacht toe te laten (664/1-9)

- Proposition de loi modifiant le Code civil en ce
qui concerne la reconnaissance de filiation
(520/1-2)

- Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk
Wetboek wat de erkenning van de afstamming
betreft (520/1-2)

- Proposition de loi modifiant le Code civil en vue
d'autoriser l'adoption par des couples du même
sexe (666/1-2)

- Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk
Wetboek teneinde adoptie door koppels van gelijk
geslacht toe te laten (666/1-2)

- Proposition de loi modifiant le Code civil en vue
d'autoriser l'adoption par des couples de même
sexe (667/1-2)

- Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk
Wetboek teneinde adoptie door koppels van gelijk
geslacht toe te laten (667/1-2)

- Proposition de loi modifiant certaines
dispositions du Code civil en vue de permettre
l'adoption par des personnes de même sexe
(980/1-2)

- Wetsvoorstel tot wijziging van sommige
bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, teneinde
adoptie door ouders van hetzelfde geslacht
mogelijk te maken (980/1-2)

- Proposition de loi modifiant certaines
dispositions du Code civil en vue de permettre
l'adoption par des personnes de même sexe
(1144/1-2)

- Wetsvoorstel tot wijziging van een aantal
bepalingen van het Burgerlijk Wetboek teneinde
de adoptie door personen van hetzelfde geslacht
mogelijk te maken (1144/1-2)

Discussion générale

Algemene bespreking

Orateurs: André Perpète, rapporteur, Servais
Verherstraeten, Melchior Wathelet,
président du groupe cdH, Yvan Mayeur,
Karine Lalieux, Bert Schoofs, Martine
Taelman, Pieter De Crem, président du
groupe CD&V, Charles Michel, Marie-
Christine Marghem, Guy Swennen, Zoé
Genot, Bart Laeremans, Stijn Bex, Philippe
Monfils, Patrick De Groote, Walter Muls,
Dominique Tilmans, Patrick Cocriamont,
Richard Fournaux, Geert Lambert, François
Bellot, Olivier Maingain

Sprekers: André Perpète, rapporteur, Servais
Verherstraeten, Melchior Wathelet,
voorzitter van de cdH-fractie, Yvan Mayeur,
Karine Lalieux, Bert Schoofs, Martine
Taelman, Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie, Charles Michel, Marie-
Christine Marghem, Guy Swennen, Zoé
Genot, Bart Laeremans, Stijn Bex, Philippe
Monfils, Patrick De Groote, Walter Muls,
Dominique Tilmans, Patrick Cocriamont,
Richard Fournaux, Geert Lambert, François
Bellot, Olivier Maingain

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

Proposition de loi modifiant la loi du 1er août 1985
portant des mesures fiscales et autres en vue de
permettre aux cohabitants de fait d'être reconnus
comme les ayants droit d'un membre des services
de police et de secours décédé suite à un
accident dans le cadre de ses fonctions (2010/1-
4)

Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van
1 augustus 1985 houdende fiscale en andere
bepalingen, teneinde het voor de feitelijk
samenwonenden mogelijk te maken te worden
erkend als rechthebbende van een lid van de
politie- en hulpdiensten dat overleden is als
gevolg van een ongeval in het kader van zijn taak
(2010/1-4)

Discussion générale

Algemene bespreking

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

Orateur: Joseph Arens, rapporteur

Spreker: Joseph Arens, rapporteur

Proposition de loi modifiant la nouvelle loi
communale en ce qui concerne la compétence en
matière d'ordonnances de police temporaires
(2022/1-2)

Wetsvoorstel tot wijziging van de Nieuwe
Gemeentewet wat betreft de bevoegdheid voor
tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer
(2022/1-2)

Discussion générale

Algemene bespreking

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

Orateur: Jean-Claude Maene, rapporteur

Spreker: Jean-Claude Maene, rapporteur

Projet de loi portant assentiment à l'Accord conclu
par Echange de lettres entre les Gouvernements

Wetsontwerp houdende instemming met de bij
Briefwisseling gesloten Overeenkomst tussen de

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

du Royaume de Belgique, du Royaume des Pays-
Bas et du Grand-Duché de Luxembourg, d'une
part, et le Gouvernement du Pérou, d'autre part,
relatif à la suppression de l'obligation de visa
concernant les passeports diplomatiques et
spéciaux ou de service, signé à Lima les 12 et
23 février 2001 (1961/1)

Discussion générale

Algemene bespreking

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre
le Gouvernement du Canada, les Gouvernements
d'Etats membres de l'Agence spatiale
européenne, le Gouvernement du Japon, le
Gouvernement de la Fédération de Russie et le
Gouvernement des Etats-Unis d'Amérique sur la
coopération relative à la Station Spatiale
Internationale Civile, fait à Washington D.C. le
29 janvier 1998 (1962/1)

Wetsontwerp houdende instemming met het
Verdrag tussen de Regering van Canada, de
Regeringen van de Lidstaten van het Europees
Ruimte-Agentschap, de Regering van Japan, de
Regering van de Russische Federatie en de
Regering van de Verenigde Staten van Amerika
inzake de samenwerking op het gebied van het
Civiele Internationale Ruimtestation, gedaan te
Washington D.C. op 29 januari 1998 (1962/1)

Discussion générale

Algemene bespreking

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre
le Gouvernement du Royaume de Belgique et le
Gouvernement de la Fédération de Russie relatif
à la coopération dans le domaine de l'exploration
et de l'utilisation de l'espace à des fins pacifiques,
et à l'Annexe, signés à Moscou le
20 décembre 2000 (1963/1)

Wetsontwerp houdende instemming met het
Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk
België en de Regering van de Russische
Federatie betreffende de samenwerking op het
gebied van de verkenning en het gebruik van de
ruimte voor vreedzame doeleinden, en met de
Bijlage, ondertekend te Moskou op
20 december 2000 (1963/1)

Discussion générale

Algemene bespreking

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

Projet de loi portant assentiment aux
Amendements à l'Accord relatif à l'Organisation
internationale de télécommunications par
satellites, "INTELSAT", adoptés à Washington le
17 novembre 2000 (2070/1)

Wetsontwerp houdende instemming met de
Wijzigingen aan de Overeenkomst inzake de
Internationale Organisatie voor
Satellietcommunicatie "INTELSAT", aangenomen
te Washington op 17 november 2000 (2070/1)

Discussion générale

Algemene bespreking

Discussion des articles

100

Bespreking van de artikelen

100

Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous
forme d'échange de lettres relatif à l'échange
automatique d'informations concernant les
revenus de l'épargne sous forme de paiements
d'intérêts entre le Royaume de Belgique et
Anguilla, signé à Bruxelles le 5 octobre 2004 et à
Anguilla le 17 novembre 2004 (2071/1)

100

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende automatische gegevensuitwisseling
inzake inkomsten uit spaargelden in de vorm van
rentebetaling tussen het Koninkrijk België en
Anguilla, ondertekend te Brussel op
5 oktober 2004 en te Anguilla op
17 november 2004 (2071/1)

100

Discussion générale

100

Algemene bespreking

100

Discussion des articles

100

Bespreking van de artikelen

100

Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous
forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des
revenus de l'épargne entre le Royaume de
Belgique et les îles Turks et Caicos, signé à
Bruxelles le 5 octobre 2004 et à Grand Turk le
16 décembre 2004 (2072/1)

101

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende belastingheffing op inkomsten uit
spaargelden tussen het Koninkrijk België en de
Turks en Caicos Eilanden, ondertekend te Brussel
op 5 oktober 2004 en te Grand Turk op
16 december 2004 (2072/1)

101

Discussion générale

101

Algemene bespreking

101

Discussion des articles

101

Bespreking van de artikelen

101

Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous
forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des
revenus de l'épargne entre le Royaume de
Belgique et le territoire d'outre-mer du Royaume-
Uni de Montserrat, signé à Bruxelles le
5 octobre 2004 et à Montserrat le

102

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende belastingheffing op inkomsten uit
spaargelden tussen het Koninkrijk België en het
Overzeese Gebied Montserrat van het Verenigd
Koninkrijk, ondertekend te Brussel op

102

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

iii

7 avril 2005 (2073/1)

5 oktober 2004 en te Montserrat op
7 april 2005 (2073/1)

Discussion générale

102

Algemene bespreking

102

Discussion des articles

102

Bespreking van de artikelen

102

Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous
forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des
revenus de l'épargne entre le Royaume de
Belgique et les Îles Vierges britanniques, signé à
Bruxelles le 5 octobre 2004 et à Tortola le
11 avril 2005 (2074/1)

102

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende belastingheffing op inkomsten uit
spaargelden tussen het Koninkrijk België en de
Britse Maagdeneilanden, ondertekend te Brussel
op 5 oktober 2004 en te Tortola op
11 april 2005 (2074/1)

102

Discussion générale

103

Algemene bespreking

103

Discussion des articles

103

Bespreking van de artikelen

103

Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous
forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des
revenus de l'épargne entre le Royaume de
Belgique et les îles Caymans, signé à Bruxelles le
5 octobre 2004 et à Grand Cayman le
12 avril 2005 (2075/1)

103

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende belastingheffing op inkomsten uit
spaargelden tussen het Koninkrijk België en de
Cayman-Eilanden, ondertekend te Brussel op
5 oktober 2004 en te Grand Cayman op
12 april 2005 (2075/1)

103

Discussion générale

103

Algemene bespreking

103

Discussion des articles

104

Bespreking van de artikelen

104

Projet de loi portant assentiment aux actes
internationaux suivants: 1° Protocole coordonnant
la Convention internationale de coopération pour
la sécurité de la navigation aérienne "Eurocontrol"
du 13 décembre 1960, suite aux différentes
modifications intervenues, fait à Bruxelles le
27 juin 1997. 2° Protocole relatif à l'adhésion de la
Communauté européenne à la Convention
internationale de coopération pour la sécurité de
la navigation aérienne "Eurocontrol" du
13 décembre 1960, telle qu'amendée à plusieurs
reprises, et coordonnée par le Protocole du
27 juin 1997, l'Acte final, faits à Bruxelles le
8 octobre 2002 (2076/1)

104

Wetsontwerp houdende instemming met de
volgende internationale akten: 1° Protocol tot
consolidatie van het Internationaal Verdrag tot
samenwerking in het belang van de veiligheid van
de luchtvaart "Eurocontrol" van
13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd,
gedaan te Brussel op 27 juni 1997. 2° Protocol tot
toetreding van de Europese Gemeenschap tot het
Internationaal Verdrag tot samenwerking in het
belang van de veiligheid van de luchtvaart
"Eurocontrol" van 13 december 1960, zoals
meermalen gewijzigd, en door het Protocol van
27 juni 1997 geconsolideerd, en Slotakte, gedaan
te Brussel op 8 oktober 2002 (2076/1)

104

Discussion générale

104

Algemene bespreking

104

Discussion des articles

105

Bespreking van de artikelen

105

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et la République du Bénin, signée à
Cotonou le 25 avril 2002 (2077/1)

105

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en de Republiek Benin,
ondertekend te Cotonou op 25 april 2002 (2077/1)

105

Discussion générale

105

Algemene bespreking

105

Discussion des articles

105

Bespreking van de artikelen

105

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération au développement entre
le Royaume de Belgique et la République du
Niger, signée à Bruxelles le 26 mars 2003
(2078/1)

106

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Overeenkomst inzake
ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk
België en de Republiek Niger, ondertekend te
Brussel op 26 maart 2003 (2078/1)

106

Discussion générale

106

Algemene bespreking

106

Discussion des articles

106

Bespreking van de artikelen

106

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et le Burkina Faso, signée à Bruxelles le
14 janvier 2003 (2079/1)

106

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en Burkina Faso,
ondertekend te Brussel op 14 januari 2003
(2079/1)

106

Discussion générale

107

Algemene bespreking

107

Discussion des articles

107

Bespreking van de artikelen

107

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et la République du Mozambique, signée
à Bruxelles le 11 mai 2001 (2080/1)

107

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en de Republiek
Mozambique, ondertekend te Brussel op
11 mei 2001 (2080/1)

107

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Discussion générale

107

Algemene bespreking

107

Discussion des articles

108

Bespreking van de artikelen

108

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération internationale entre le
Royaume de Belgique et la République du
Sénégal, signée à Dakar le 19 octobre 2001
(2081/1)

108

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Overeenkomst inzake internationale
samenwerking tussen het Koninkrijk België en de
Republiek Senegal, ondertekend te Dakar op
19 oktober 2001 (2081/1)

108

Discussion générale

108

Algemene bespreking

108

Discussion des articles

108

Bespreking van de artikelen

108

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération au développement entre
le Royaume de Belgique et la République
algérienne démocratique et populaire, signée à
Bruxelles le 10 décembre 2002 (2082/1)

109

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene
Ontwikkelingssamenwerkingsovereenkomst
tussen het Koninkrijk België en de Algerijnse
Democratische Volksrepubliek, ondertekend te
Brussel op 10 december 2002 (2082/1)

109

Discussion générale

109

Algemene bespreking

109

Discussion des articles

109

Bespreking van de artikelen

109

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et le Royaume du Maroc, signée à
Bruxelles le 26 juin 2002 (2083/1)

109

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en het Koninkrijk Marokko,
ondertekend te Brussel op 26 juni 2002 (2083/1)

109

Discussion générale

110

Algemene bespreking

110

Discussion des articles

110

Bespreking van de artikelen

110

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération au développement entre
le Royaume de Belgique et l'Organisation de
libération palestinienne pour le compte de
l'Autorité palestinienne, signée à Ramallah le
12 novembre 2001 (2084/1)

110

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Overeenkomst inzake
ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk
België en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie
ten voordele van de Palestijnse Autoriteit,
ondertekend te Ramallah op 12 november 2001
(2084/1)

110

Discussion générale

110

Algemene bespreking

110

Discussion des articles

111

Bespreking van de artikelen

111

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération au développement entre
le Royaume de Belgique et la République du Mali,
signée à Bamako le 28 février 2003 (2085/1)

111

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Overeenkomst inzake
ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk
België en de Republiek Mali, ondertekend te
Bamako op 28 februari 2003 (2085/1)

111

Discussion générale

111

Algemene bespreking

111

Discussion des articles

111

Bespreking van de artikelen

111

Prise en considération de propositions

112

Inoverwegingneming van voorstellen

112

Demande d'urgence de la part du gouvernement

112

Urgentieverzoek vanwege de regering

112

VOTES NOMINATIFS

113

NAAMSTEMMINGEN

113

Motions déposées

en conclusion des

interpellations de:

113

Moties ingediend tot besluit van de interpellaties
van:

113

- M. Pieter De Crem sur "les projets du
gouvernement concernant l'instauration d'une
taxe sur les fonds de placement" (n° 707)

113

- de heer Pieter De Crem over "de
regeringsplannen voor een heffing op
beleggingsfondsen" (nr. 707)

113

- Mme Marleen Govaerts sur "la confusion et les
problèmes de communication qui entourent la
nouvelle taxe sur les fonds d'obligations" (n° 709)

113

- mevrouw Marleen Govaerts over "de verwarring
en de slechte communicatie in verband met de
nieuwe belasting op obligatiefondsen" (nr. 709)

113

Orateurs: Gerolf Annemans, président du
groupe Vlaams Belang, Pieter De Crem,
président du groupe CD&V

Sprekers: Gerolf Annemans, voorzitter van
de Vlaams Belang-fractie, Pieter De Crem,
voorzitter van de CD&V-fractie

Motions déposées en conclusion de l'interpellation
de M. Luc Sevenhans sur "le remboursement par
le département de la Défense des interventions
dans le prix de la journée d'entretien demandé par
le Centre des grands brûlés de l'hôpital militaire"
(n° 691)

115

Moties ingediend tot besluit van de interpellatie
van de heer Luc Sevenhans over "de
terugbetaling door het departement Defensie van
de tegemoetkomingen in de ligdagprijs van het
Brandwondencentrum van het Militair Hospitaal"
(nr. 691)

115

Projet de loi portant assentiment aux
Amendements à l'Accord relatif à l'Organisation
internationale de télécommunications par

116

Wetsontwerp houdende instemming met de
Wijzigingen aan de Overeenkomst inzake de
Internationale Organisatie voor

116

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

satellites, "INTELSAT", adoptés à Washington le
17 novembre 2000 (2070/1)

Satellietcommunicatie "INTELSAT", aangenomen
te Washington op 17 november 2000 (2070/1)

Projet de loi portant assentiment à l'Accord conclu
par Echange de lettres entre les Gouvernements
du Royaume de Belgique, du Royaume des Pays-
Bas et du Grand-Duché de Luxembourg, d'une
part, et le Gouvernement du Pérou, d'autre part,
relatif à la suppression de l'obligation de visa
concernant les passeports diplomatiques et
spéciaux ou de service, signé à Lima les 12 et 23
février 2001 (1961/1)

116

Wetsontwerp houdende instemming met de bij
Briefwisseling gesloten Overeenkomst tussen de
Regeringen van het Koninkrijk België, het
Koninkrijk der Nederlanden en het
Groothertogdom Luxemburg, enerzijds, en de
Regering van Peru, anderzijds, inzake de
afschaffing van de visumplicht met betrekking tot
diplomatieke en speciale of dienstpaspoorten,
ondertekend te Lima op 12 en 23 februari 2001
(1961/1)

116

117

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende automatische gegevensuitwisseling
inzake inkomsten uit spaargelden in de vorm van
rentebetaling tussen het Koninkrijk België en
Anguilla, ondertekend te Brussel op 5 oktober
2004 en te Anguilla op 17 november 2004
(2071/1)

117

118

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende belastingheffing op inkomsten uit
spaargelden tussen het Koninkrijk België en het
Overzeese Gebied Montserrat van het Verenigd
Koninkrijk, ondertekend te Brussel op
5 oktober 2004 en te Montserrat op 7 april 2005
(2073/1)

118

119

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende belastingheffing op inkomsten uit
spaargelden tussen het Koninkrijk België en de
Britse Maagdeneilanden, ondertekend te Brussel
op 5 oktober 2004 en te Tortola op 11 april 2005
(2074/1)

119

Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling
betreffende belastingheffing op inkomsten uit
spaargelden tussen het Koninkrijk België en de

119

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

5 octobre 2004 et à Grand Cayman le
12 avril 2005 (2075/1)

Cayman-Eilanden, ondertekend te Brussel op
5 oktober 2004 en te Grand Cayman op
12 april 2005 (2075/1)

120

119

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et la République du Bénin, signée à
Cotonou le 25 avril 2002 (2077/1)

120

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en de Republiek Benin,
ondertekend te Cotonou op 25 april 2002 (2077/1)

120

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération au développement entre
le Royaume de Belgique et la République du
Niger, signée à Bruxelles le 26 mars 2003
(2078/1)

120

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Overeenkomst inzake
ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk
België en de Republiek Niger, ondertekend te
Brussel op 26 maart 2003 (2078/1)

120

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et le Burkina Faso, signée à Bruxelles le
14 janvier 2003 (2079/1)

121

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en Burkina Faso,
ondertekend te Brussel op 14 januari 2003
(2079/1)

121

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et la République du Mozambique, signée
à Bruxelles le 11 mai 2001 (2080/1)

121

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en de Republiek
Mozambique, ondertekend te Brussel op
11 mei 2001 (2080/1)

121

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération internationale entre le
Royaume de Belgique et la République du
Sénégal, signée à Dakar le 19 octobre 2001
(2081/1)

121

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Overeenkomst inzake internationale
samenwerking tussen het Koninkrijk België en de
Republiek Senegal, ondertekend te Dakar op
19 oktober 2001 (2081/1)

121

122

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération entre le Royaume de
Belgique et le Royaume du Maroc, signée à
Bruxelles le 26 juin 2002 (2083/1)

122

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen
het Koninkrijk België en het Koninkrijk Marokko,
ondertekend te Brussel op 26 juni 2002 (2083/1)

122

Projet de loi portant assentiment à la Convention
générale de coopération au développement entre
le Royaume de Belgique et la République du Mali,
signée à Bamako le 28 février 2003 (2085/1)

122

Wetsontwerp houdende instemming met de
Algemene Overeenkomst inzake
ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk
België en de Republiek Mali, ondertekend te
Bamako op 28 februari 2003 (2085/1)

122

123

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

vii

Projet de loi relatif à la détention des stocks
obligatoires de pétrole et des produits pétroliers et
à la création d'une agence pour la gestion d'une
partie de ces stocks et modifiant la loi du
10 juin 1997 relative au régime général, à la
détention, à la circulation et aux contrôles des
produits soumis à accises (1968/4+7)

123

Wetsontwerp betreffende de aanhouding van een
verplichte voorraad aardolie en aardolieproducten
en de oprichting van een agentschap voor het
beheer van een deel van deze voorraad en tot
wijziging van de wet van 10 juni 1997 betreffende
de algemene regeling voor accijnsproducten, het
voorhanden hebben, en het verkeer daarvan en
de controles daarop (1968/4+7)

123

124

Proposition de loi modifiant la nouvelle loi
communale en ce qui concerne la compétence en
matière d'ordonnances de police temporaires
(2022/1)

124

Wetsvoorstel tot wijziging van de Nieuwe
Gemeentewet wat betreft de bevoegdheid voor
tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer
(2022/1)

124

Projet de loi modifiant le Code des sociétés
(2017/3)

125

Wetsontwerp tot wijziging van het wetboek van
vennootschappen (2017/3)

125

Proposition de loi modifiant certaines dispositions
du Code civil en vue de permettre l'adoption par
des personnes de même sexe (nouvel intitulé)
(664/9)

125

Wetsvoorstel tot wijziging van een aantal
bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, teneinde
de adoptie door personen van hetzelfde geslacht
mogelijk te maken (nieuw opschrift) (664/9)

125

Adoption de l'agenda

125

Goedkeuring van de agenda

125

DÉTAIL DES VOTES NOMINATIFS

127

DETAIL VAN DE NAAMSTEMMINGEN

127

ANNEXE

BIJLAGE

L'annexe est reprise dans une brochure
séparée, portant le numéro CRIV 51 PLEN
173 annexe.

De bijlage is opgenomen in een aparte
brochure met nummer CRIV 51 PLEN 173
bijlage.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

SÉANCE PLÉNIÈRE

PLENUMVERGADERING

JEUDI

DECEMBRE

2005

Soir

______

van

DONDERDAG

DECEMBER

2005

Avond

______

La séance est ouverte à 18.12 heures par M. Herman De Croo, président.
De vergadering wordt geopend om 18.12 uur door de heer Herman De Croo, voorzitter.

Ministre du gouvernement fédéral présent lors de l'ouverture de la séance:
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:
Marc Verwilghen.

Le président: La séance est ouverte.
De vergadering is geopend.

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles
seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans l'annexe du compte rendu intégral de cette
séance.
Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij worden op de
website van de Kamer en in de bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen.

Excusés
Berichten van verhindering

Stef Goris, UEO / WEU.

Projets et propositions
Ontwerpen en voorstellen

01 Proposition de loi modifiant le Code civil afin d'autoriser l'adoption par des couples homosexuels

(664/1-9)
- Proposition de loi modifiant le Code civil en ce qui concerne la reconnaissance de filiation (520/1-2)
- Proposition de loi modifiant le Code civil en vue d'autoriser l'adoption par des couples du même
sexe (666/1-2)
- Proposition de loi modifiant le Code civil en vue d'autoriser l'adoption par des couples de même
sexe (667/1-2)
- Proposition de loi modifiant certaines dispositions du Code civil en vue de permettre l'adoption par
des personnes de même sexe (980/1-2)
- Proposition de loi modifiant certaines dispositions du Code civil en vue de permettre l'adoption par
des personnes de même sexe (1144/1-2)

01 Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek teneinde adoptie door koppels van gelijk

geslacht toe te laten (664/1-9)
- Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erkenning van de afstamming betreft
(520/1-2)
- Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek teneinde adoptie door koppels van gelijk
geslacht toe te laten (666/1-2)
- Wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek teneinde adoptie door koppels van gelijk
geslacht toe te laten (667/1-2)
- Wetsvoorstel tot wijziging van sommige bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, teneinde adoptie
door ouders van hetzelfde geslacht mogelijk te maken (980/1-2)

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

- Wetsvoorstel tot wijziging van een aantal bepalingen van het Burgerlijk Wetboek teneinde de adoptie
door personen van hetzelfde geslacht mogelijk te maken (1144/1-2)

Propositions déposées par:
Voorstellen ingediend door:
- 664: Guy Swennen
- 520: Zoé Genot
- 666: Martine Taelman, Maggie De Block, Geert Versnick, Hilde Vautmans, Hendrik Daems, Karel De
Gucht, Annemie Turtelboom
- 667: Els Van Weert, Annelies Storms, Stijn Bex
- 980: Zoé Genot
- 1144: Valérie Déom, Karine Lalieux, Marie-Claire Lambert, Yvan Mayeur

Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces six propositions de loi. (Assentiment)
Ik stel u voor een enkele bespreking aan deze zes wetsvoorstellen te wijden. (Instemming)

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

01.01 André Perpète, rapporteur: Monsieur le président, madame la

ministre, chers collègues, la commission de la Justice a consacré dix
séances à l'examen des propositions de loi qui avaient pour objet de
permettre l'adoption par des personnes de même sexe.

Après avoir entendu l'exposé de Mme Storms relatant les travaux
consacrés par la sous-commission Droit de la famille à cette
problématique, la commission de la Justice a, avant l'entame du
débat sur le fond du dossier, pris deux décisions importantes:

- d'une part, elle a décidé, par 12 voix contre 5, de faire la scission
entre l'examen des propositions de loi relatives à la parenté sociale et
celles qui visent à permettre l'adoption par des personnes de même
sexe;

- d'autre part, après l'exposé par les différents auteurs des
propositions de loi à l'examen, la commission a décidé de prendre la
proposition de M. Swennen comme base de discussion.

Très vite dans le cours du débat, certains membres, dont nos
collègues Michel et Courtois, ont estimé nécessaire et souhaitable
que des auditions supplémentaires soient organisées
indépendamment de celles qui avaient déjà eu lieu en sous-
commission Droit de la famille pour connaître l'opinion d'experts
pratiquant la législation actuelle sur l'adoption.

C'est la raison pour laquelle, en date du 22 juin, la commission de la
Justice a entendu:
- le docteur Hayez, chef de service à l'unité de pédopsychiatrie des
cliniques universitaires Saint-Luc à Bruxelles,
- M. Jo Labens, coordinateur du service d'adoption "Gewenst kind",
- Mme Véronique Wauters, directrice de l'ASBL "A la croisée des
chemins",
- M. Roger Pauly, administrateur général du "Gezinsbond",
- M. Didier Dehou, directeur du service de l'adoption de la Direction
générale de l'Aide à la jeunesse du ministère de la Communauté

01.01

André Perpète,

verslaggever: De commissie voor
de Justitie heeft de wets-
voorstellen teneinde de adoptie
door personen van hetzelfde
geslacht mogelijk te maken
besproken.

Nadat mevrouw Annelies Storms
haar verslag over de werkzaam-
heden van de subcommissie
Familierecht over deze proble-
matiek had voorgesteld, heeft de
commissie voor de Justitie beslist
om het voorstel van de heer
Swennen als basis voor de
bespreking te nemen.

Al snel vroegen een aantal leden,
onder wie de heren Michel en
Courtois, om bijkomende
hoorzittingen teneinde experts die
de huidige adoptiewetgeving
toepassen, om hun mening te
vragen.

Daarom hoorde de commissie
voor de Justitie dokter Hayez,
diensthoofd van de afdeling
kinder- en jeugdpsychiatrie van de
Cliniques universitaires Saint-Luc
in Brussel; de heer Jo Labens,
coördinator van de adoptiedienst
"Gewenst kind"; mevrouw
Véronique Wauters, directrice van
de vzw "A la croisée des chemins";

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

française,
- M. Claude Lelièvre, délégué général de la Communauté française
aux droits de l'enfant,
- M. Pierre Rans, substitut du procureur général de la cour d'appel de
Bruxelles.

Ceux-ci ont apporté de nombreuses précisions, notamment
juridiques. Ils ont alimenté le débat en avançant des arguments
sociologiques et anthropologiques et ont exprimé, pour certains
d'entre eux, certaines craintes ou parfois des réserves, notamment
par rapport à l'adoption internationale. Pour des informations plus
précises, je me permets de vous renvoyer aux annexes du rapport
écrit concernant le contenu de ces auditions.

Au cours de la discussion générale, on peut tenter, même si force est
de constater que certains ont évolué dans leurs réflexions et leurs
positions au cours des débats, de résumer les prises de position de la
manière suivante.

Mme Taelman, au nom de l'ensemble du groupe VLD, a souligné que
le dépôt de la proposition de loi actuellement en discussion avait été
précédé de longues et intenses discussions et réflexions. Elle a
souligné que la mise en place d'une adoption par des couples de
même sexe répond à un réel besoin, notamment en illustrant les
conséquences fâcheuses de l'absence de législation pour les enfants,
par exemple en matière de droits successoraux. Elle rappelait qu'il
ressort de nombreuses études que ces enfants éduqués au sein d'un
couple homosexuel ne connaissent aucun problème fondamental.

Par ailleurs, comme les membres des groupes sp.a-spirit et PS, elle a
rappelé que de nombreux contrôles étaient effectués avant d'autoriser
un couple, aussi bien homosexuel demain si la loi est votée
qu'hétérosexuel aujourd'hui, à adopter. Elle a insisté sur le fait que
l'adoption devait se faire dans l'intérêt de l'enfant et ne visait pas à
accorder aux adultes un droit à un enfant.

Pour sa part, le groupe sp.a-spirit a mis en évidence la réalité sociale.
Beaucoup d'enfants grandissent déjà actuellement au sein d'une
famille holebi. C'est une réalité sociale. Il a rappelé que la loi du 24
avril 2003 réformant l'adoption comporte de nombreux éléments
visant à empêcher les adoptions décidées à la légère.

M. Monfils a rappelé pour sa part que le groupe MR laissait la liberté
de vote à chacun de ses membres, comme dans tout dossier éthique.
Quant à lui, il s'est déclaré favorable à la proposition permettant
l'adoption par des personnes de même sexe. Il estime notamment
que c'est à tort que beaucoup de gens évoquent un certain laxisme au
niveau éthique de la part des autorités. Selon lui la question est ici de
savoir pourquoi il serait nécessaire d'établir une différence de
traitement entre les couples hétérosexuels et les couples
homosexuels. L'intervenant a fait remarquer que l'orientation sexuelle
n'avait que peu d'importance dans le cadre de l'éducation des
enfants, l'important étant que la famille puisse enrichir l'enfant et lui
apporter des valeurs.

De plus, d'un point de vue psychologique, de nombreux éléments sont
à prendre en compte, le développement de l'enfant ne dépendant pas
de sa famille. Enfin, il n'est pas convaincu qu'il y ait un quelconque

de heer Roger Pauly,
administrateur-generaal van de
Gezinsbond; de heer Didier
Dehou, directeur van de dienst
Adoptie van de Direction générale
de l'Aide à la Jeunesse van het
ministerie van de Franse
Gemeenschap; de heer Claude
Lelièvre, algemeen afgevaardigde
van de Franse Gemeenschap voor
de rechten van het kind; en de
heer Pierre Rans, substituut
procureur-generaal bij het hof van
beroep te Brussel.

Zij gaven nadere toelichting en
reikten sociologische en
antropologische argumenten aan.
Sommigen onder hen toonden
zich ongerust over of maakten
voorbehoud bij met name de
internationale adoptie.

Voor meer informatie met
betrekking tot de inhoud van de
hoorzittingen verwijs ik naar de
bijlagen bij het schriftelijk verslag.

Namens de VLD-fractie
onderstreepte mevrouw Taelman
dat er uitvoerig gediscussieerd en
lang nagedacht werd voor het
voorstel werd ingediend, en dat
een regeling voor adoptie door
homoparen aan een echte
behoefte tegemoet komt. Zij wees
erop dat uit tal van studies blijkt
dat kinderen die in een holebigezin
opgevoed worden, geen
wezenlijke problemen
ondervinden.

Net als de sp.-a-spirit- en de PS-
fractie onderstreepte zij dat
adoptie pas toegestaan wordt na
een hele reeks controles, en dat
de adoptie moet plaatsvinden in
het belang van het kind en niet
met de bedoeling volwassenen
"recht op een kind" te geven.

De sp.a-spirit-fractie wees erop
dat in onze maatschappij heel wat
kinderen nu al in holebigezinnen
opgroeien. Ze onderstreepte dat
dankzij de wet van 24 april tot
hervorming van de adoptie kan
worden vermeden dat lichtzinnig

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

problème juridique pour ce type d'adoption.

En revanche, Mme Marghem a estimé que la figure juridique de
l'adoption allait beaucoup trop loin dans la mesure où elle organise
pour l'avenir une parenté homosexuelle pour des enfants qui n'auront
peut-être pas les ressources suffisantes pour faire face à ce qu'elle
considère être une difficulté supplémentaire. Elle a estimé que dès
lors, face à cette incertitude, il fallait défendre le principe de
précaution.

M. Michel s'est interrogé quant à lui sur la différence qui peut exister
entre l'adoption par un couple d'hommes et l'adoption par un couple
de femmes mais aussi, notamment à la suite des auditions, sur les
conséquences que la proposition de loi pourrait entraîner en matière
d'adoption internationale.

Mme Genot a précisé que les conventions bilatérales relatives à
l'adoption internationale signées par d'autres pays qui pratiquent
l'adoption homosexuelle comme la Suède ou les Pays-Bas n'ont pas
été dénoncées par les autres États parties. Les conventions
bilatérales sont d'ailleurs différentes selon les pays. Elle a également
insisté sur la force de la réalité puisque déjà aujourd'hui, des enfants
sont élevés exclusivement par deux papas ou deux mamans.

Pour sa part, Mme Lalieux a mis en évidence l'hypocrisie qui
consisterait à ne pas permettre l'adoption par deux personnes de
même sexe puisqu'il s'agit bien d'une réalité sociale concernant un
nombre non négligeable de personnes et qu'il est dès lors important
de procurer à ces familles la sécurité juridique requise, et ce
précisément dans l'intérêt des enfants concernés.

Le groupe PS a également insisté pour que soit réalisé un effort de
pédagogie dans le but d'informer correctement l'opinion publique des
enjeux de ce débat.

Le groupe CD&V a estimé qu'il était préférable d'inscrire la parentalité
sociale dans un cadre juridique plutôt que de recourir à l'adoption par
des personnes de même sexe. Mme Van der Auwera s'est interrogée
sur les conséquences de l'adoption par des couples holebis pour
l'adoption internationale.

M. Wathelet a marqué son opposition à la proposition de loi à
l'examen, soulignant qu'une distinction devait être opérée entre la
filiation et la parentalité. Dans la filiation, un lien d'origine est créé et
une identité est attribuée à l'enfant. Ce droit à l'identité se base, selon
lui, sur la complémentarité des sexes, un enfant étant le fruit de deux
personnes de sexes différents. Tout enfant a donc le droit d'avoir un
père et une mère. L'origine, cette identité sur laquelle se base la
filiation, ne peut être remise en cause. Tout autre chose est la
parentalité et l'ensemble des droits, obligations et engagements des
parents qui en découlent. Pour M. Wathelet, la parentalité sociale
aurait davantage permis de régler le problème du lien avec les
personnes qui ne sont pas les parents biologiques de l'enfant mais qui
ont tissé des liens privilégiés avec lui.

Lors de la discussion article par article, plusieurs amendements ont
été déposés. C'est ainsi que Mme Lalieux et consorts ont déposé des
amendements ayant principalement pour objectif de déterminer la

over adopties zou worden beslist.

De heer Monfils wees erop dat de
MR-fractie haar leden zelf hun
stemgedrag laat bepalen. Zelf is
hij voorstander van dit voorstel en
stelt hij de beschuldigingen van
laksheid op het ethische vlak aan
het adres van de overheid aan de
kaak. Vraag is waarom
heteroseksuele koppels en
homoseksuele koppels anders
zouden moeten worden
behandeld. Volgens hem is de
seksuele geaardheid bij de
opvoeding van de kinderen van
ondergeschikt belang en komt het
er vooral op aan het kind te
verrijken en het waarden bij te
brengen.

Vanuit psychologisch oogpunt,
hangt de ontwikkeling van het kind
van andere elementen af en zeker
niet alleen van de gezinssituatie.
Tot slot gelooft de heer Monfils
niet dat deze tekst bijzondere
juridische problemen meebrengt.

Mevrouw Marghem meende van
haar kant dat de rechtsfiguur
`adoptie' te ver gaat, aangezien zij
voor de toekomst voorziet in een
holebi-ouderschap voor de
kinderen die misschien niet over
voldoende middelen zullen
beschikken om die bijkomende
moeilijkheid het hoofd te bieden. In
het licht van die onzekerheid kiest
zij voor het voorzorgsbeginsel.

De heer Michel had vragen
omtrent het verschil tussen
adoptie door een paar van twee
mannen en door één van twee
vrouwen, enerzijds, en bij de
gevolgen van deze wet voor de
interlandelijke adoptie, anderzijds.

Mevrouw Genot preciseerde dat
tegen de bilaterale verdragen
inzake interlandelijke adoptie die
andere landen welke adoptie door
homoparen toestaan, hebben
ondertekend, geen verzet is
aangetekend. Ze wees er voorts
op dat het nu al zo is dat kinderen
door twee papa's of twee mama's

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

procédure d'attribution du nom. D'autres groupes, estimant que la
forme juridique de l'adoption n'apportait pas toutes les garanties
suffisantes, ont, quant à eux, déposé des amendements créant de
nouvelles formes juridiques. C'est ainsi que M. Wathelet, par
exemple, a déposé des amendements visant à introduire la
parentalité sociale dans le Code civil. M. Verherstraeten a introduit
des dispositions relatives à la coparentalité. Par ailleurs, M.
Bacquelaine et consorts ont déposé des amendements créant la
tutelle par le conjoint ou le cohabitant.

A l'issue de la discussion des différents amendements, la commission
de la Justice a adopté les articles de la proposition de loi permettant
l'adoption par des personnes de même sexe. Etant donné l'implication
juridique des différents amendements déposés et après le vote des
articles en juillet, le président de la Chambre, comme le Règlement
de la Chambre le permet, a soumis la proposition de loi modifiant le
Code civil afin d'autoriser l'adoption par des couples homosexuels et
les amendements y afférents pour avis à la section Législation du
Conseil d'Etat. Cet avis figure dans le document n° 393/002.

Le 9 novembre 2005, la commission de la Justice a décidé à
l'unanimité de procéder, avant le vote sur l'ensemble de la proposition
de loi amendée, à l'examen de cet avis du Conseil d'Etat au cours
d'une nouvelle réunion. Au vu de la qualité et du caractère très
technique de cet avis, je me permets pour le surplus de renvoyer au
rapport écrit, qui est très complet. Je profite d'ailleurs de l'occasion
pour remercier les services de l'important travail fourni à cet égard.

En conclusion, la proposition de loi modifiant le Code civil afin
d'autoriser l'adoption par des couples homosexuels, telle
qu'amendée, a été adoptée en commission de la Justice par 9 voix
pour et 7 voix contre.

worden opgevoed.

Mevrouw Lalieux benadrukte dat
de gezinnen de nodige rechts-
zekerheid moeten krijgen, precies
in het belang van het kind.

De PS-fractie wees erop dat de
publieke opinie op een correcte
manier moet worden geïnformeerd
over de draagwijdte van dit debat.

De CD&V-fractie acht het
wenselijker om het zorgouder-
schap in een juridisch kader in te
bedden in plaats van adoptie door
koppels van gelijk geslacht toe te
staan. Mevrouw Van der Auwera
vraagt zich ook af welke gevolgen
holebi-adoptie zal hebben voor de
internationale adoptie.

De heer Wathelet kant zich tegen
het wetsvoorstel en legt de nadruk
op het onderscheid tussen
afstamming en ouderschap.
Volgens hem zou het
zorgouderschap

een betere

oplossing geboden hebben voor
het probleem van de band met
personen die niet de biologische
ouders van het kind zijn maar met
wie het kind wel bevoorrechte
banden heeft.

Tijdens de bespreking werden er
tal van amendementen ingediend.
Amendementen van mevrouw
Lalieux c.s. strekken er vooral toe
de naamgevingsprocedure vast te
leggen. Andere fracties hebben
amendementen ingediend met het
oog op de instelling van nieuwe
rechtsvormen. Zo stelt de heer
Wathelet met zijn amendementen
voor het zorgouderschap in te
voeren in het Burgerlijk Wetboek.
De heer Verherstraeten wil
bepalingen invoeren met
betrekking tot het mee-
ouderschap, en de heer
Bacquelaine c.s. diende
amendementen in tot instelling van
de voogdij door de echtgenoot of
de samenwonende.

Na de artikelsgewijze bespreking
heeft de commissie voor de

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Justitie de artikelen van het
wetsvoorstel aangenomen. Gelet
op de juridische implicaties van de
ingediende amendementen en na
de goedkeuring van de artikelen in
juli heeft de Kamervoorzitter de
Raad van State het voorstel om
advies voorgelegd.

Op 9 november 2005 heeft de
commissie voor de Justitie
eenparig beslist het advies van de
Raad van State tijdens een aparte
vergadering te bespreken. Gezien
de kwaliteit en het technische
karakter ervan, verwijs ik hiervoor
naar het schriftelijke verslag.

Tot besluit werd het wetsvoorstel
tot wijziging van het Burgerlijk
Wetboek teneinde adoptie door
koppels van gelijk geslacht toe te
laten door de commissie voor de
Justitie aangenomen met 9 tegen
7 stemmen.

Le président: Merci, monsieur le rapporteur. Chers collègues, c'est un débat important. Nous allons tenter
de l'organiser correctement. Certains groupes ont inscrit peu d'orateurs, d'autres beaucoup. C'est le droit
de tous les groupes et orateurs de s'inscrire comme ils l'entendent.

Collega's, ik vraag u zich op gepaste wijze, dit is met de gepaste bondigheid, uit te drukken. Ik heb de
gewoonte eerst de oppositie het woord te verlenen.

Heel wat MR-leden hebben zich ingeschreven.

Ik stel het volgende voor. De heer Verherstraeten opent de algemene bespreking, daarna volgen de heer
Wathelet, de heer Schoofs, mevrouw Marghem, de heer Swennen, mevrouw Lalieux, mevrouw Taelman.
Daarna zien we verder.

01.02 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik

wens later in het debat tussenbeide te komen.

Le président: Alors je donne la parole à M. Wathelet.

01.03 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, monsieur le

ministre, chers collègues, je sais que la journée est déjà avancée et
que ce débat risque de se prolonger, mais je vous demande d'ores et
déjà de bien vouloir excuser la longueur de mon intervention.

Le président: Monsieur Wathelet je vous demande de bien vouloir respecter le Règlement et de ne pas
dépasser votre temps de parole fixé à 30 minutes.

01.04 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, je sais que

vous êtes capable de faire preuve de compréhension lorsque
l'importance du sujet le nécessite.

La proposition de loi à l'examen aujourd'hui nous avons choisi de
discuter sur la base de la proposition de M. Swennen, président de la

01.04 Melchior Wathelet (cdH):

Het wetsvoorstel dat we vandaag
bespreken strekt ertoe adoptie
door koppels van gelijk geslacht
toe te staan op drie gronden:
gelijke kansen voor of een gelijke

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

sous-commission Droit de la famille , comme celles qui vont dans le
même sens, ont pour objectif d'ouvrir l'adoption d'un enfant aux
couples de même sexe sur la base d'une triple motivation.

La première est celle de l'égalité des chances ou de traitement entre
les couples homosexuels et les couples hétérosexuels.

La seconde est d'assurer une sécurité juridique aux enfants qui vivent
aujourd'hui avec des personnes de même sexe.

La troisième est que différentes études psychosociales tenteraient à
démontrer que l'éducation d'un enfant par un couple de personnes de
même sexe n'aurait aucune incidence pour l'enfant.

Je vais donc tenter de répondre à ces trois arguments. Je
développerai ensuite notre position.

En ce qui concerne l'égalité de traitement, il y a tout d'abord l'égalité
de traitement entre les couples homosexuels et les couples
hétérosexuels. Il y a ensuite l'égalité de traitement entre les différents
enfants.

Au niveau de l'égalité de traitement entre les couples homosexuels et
hétérosexuels, d'un point de vue juridique et M. Perpète l'a rappelé
lors de son rapport , l'adoption n'est pas un droit de l'homme au sens
de la Convention européenne des droits de l'homme, ni dans le chef
de l'adoptant, ni de l'adopté.

L'arrêt Fretté, souvent mentionné dans le cadre des discussions,
rappelle d'ailleurs très clairement que le droit à l'adoption n'existe pas.
Autrement dit, le droit d'être parent n'existe pas.

La Cour européenne constate également que la communauté
scientifique est divisée quant aux conséquences éventuelles de
l'accueil d'un enfant par ou pour des parents homosexuels, compte
tenu notamment du nombre restreint d'études scientifiques réalisées
sur la question. Elle souligne les profondes divergences des opinions
publiques nationales et internationales ainsi que l'insuffisance du
nombre d'enfants adoptables par rapport aux demandes.

Une fois de plus, nous avons pu constater les divisions et les
divergences de l'opinion publique dans le cadre des discussions
relatives à ce projet.

En bref, la justification avancée par la France, pour refuser à M. Fretté
l'adoption, paraît objective et raisonnable et la différence de traitement
litigieuse n'est pas discriminatoire au sens de l'article 14 de la
Convention européenne des droits de l'homme (CEDH).

Notre Cour de cassation elle-même, dans un arrêt du 10 avril 2003, a
précisé également qu'"en tant qu'il reconnaît à toute personne le droit
au respect de sa vie privée et familiale, l'article 8 de la Convention
européenne des droits de l'homme n'oblige pas les Etats à accorder à
une personne le statut d'adoptant ou d'adopté".

En d'autres termes, l'article 8 de la Convention européenne des droits
de l'homme ne garantit pas le droit d'adopter.

behandeling van homo- en
heteroparen, een gegarandeerde
rechtszekerheid voor kinderen die
nu in een holebigezin leven, en het
bewijs, geschraagd door psycho-
sociale studies, dat zulks geen
nadelige gevolgen heeft voor het
kind.

Enerzijds is er de gelijke
behandeling van homo- en
heterostellen, maar anderzijds is
er ook de gelijke behandeling van
kinderen.

Wat een gelijke behandeling van
homo- en heteroparen betreft, is
adoptie juridisch gezien geen
mensenrecht zoals bedoeld in het
Europees Verdrag voor de
Rechten van de Mens (EVRM). In
het arrest-Fretté wordt er duidelijk
op gewezen dat er niet zoiets
bestaat als een recht op adoptie.

Het Europees Hof stelt vast dat de
wetenschap het niet eens is over
de gevolgen voor het kind (er werd
ook weinig onderzoek naar
verricht) en dat de nationale en
internationale publieke opinie
eveneens verdeeld is over het
onderwerp.

De weigering van Frankrijk om de
adoptie toe te staan aan de heer
Fretté lijkt dus objectief en redelijk,
en de kwestieuze verschillende
behandeling is niet discriminatoir
in de zin van artikel 14 van het
EVRM.

In een arrest van 10 april 2003
stelt het Hof van Cassatie dat
artikel 8 van het EVRM geen recht
op adoptie inhoudt.

In zijn advies over de
onderscheiden voorstellen
betreffende het homo-ouderschap
en het zorgouderschap wijst de
Raad van State erop dat het
voorbehouden van adoptie aan
heterokoppels niet in strijd is met
de principes van gelijkheid en niet-
discriminatie. De Raad stelt ook
dat de verschillende behandeling
van homoseksuelen die apart

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Plus récemment, notre Conseil d'Etat également, dans son avis rendu
sur les différentes propositions relatives à l'homoparentalité et la
parentalité sociale rappelait que notre droit actuel, en ce qu'il réservait
l'adoption aux couples hétérosexuels ne contredit pas les principes
d'égalité et de non-discrimination compte tenu de la marge
d'appréciation laissée aux Etats en la matière.

Par ailleurs, le Conseil d'Etat relève également que la différence de
traitement entre les homosexuels demandant de manière isolée à
adopter et ceux qui souhaitent effectuer cette démarche en couple
n'est absolument pas discriminatoire.

C'est en fait le critère fondamental de l'intérêt de l'enfant qui permet
principalement de déterminer si l'impossibilité pour une personne ou
pour un couple d'homosexuels d'adopter est compatible avec les
principes d'égalité et de non-discrimination souvent invoqués.

La seule question est de savoir quel serait, du point de vue de l'intérêt
de l'enfant, le statut juridique le plus approprié, qui pourrait être
reconnu aux liens existant entre l'enfant et ses deux parents de même
sexe qui exercent à son égard une fonction de parentalité.

Quant au droit à la vie familiale, le Conseil d'Etat nous rappelle
également la jurisprudence européenne en la matière. Si le droit à la
vie familiale consacré par l'article 8 de la CEDH peut s'étendre aux
relations de fait qui se sont nouées entre un enfant et son beau-
parent, le droit à la vie familiale suppose, néanmoins, l'existence
d'une famille déjà constituée et ne protège pas le simple désir
d'enfant.

Il ne peut donc pas être déduit des arrêts rendus par la Cour
européenne en la matière que tout projet de création d'une famille par
des voies non naturelles se trouve protégé par l'article 8 de la
Convention puisque ce droit, rappelle le Conseil d'Etat, s'inscrit dans
la jurisprudence selon laquelle le droit au respect de la vie familiale
exige que l'on se trouve dans un cadre familial préétabli.

Le droit à la vie familiale n'implique pas de droit de procéder à une
adoption, qui consiste à donner une famille à un enfant et non un
enfant à une famille.

J'en viens à l'égalité de traitement entre les enfants. Il n'est pas
contesté M. Maingain l'a rappelé à plusieurs reprises dans le cadre
des discussions que le législateur est tenu, selon un arrêt de la
Cour d'arbitrage du 8 octobre 2003, de fixer un cadre légal à la
relation entretenue entre un enfant et sa belle-mère, qui a partagé la
vie de la mère de cet enfant dans un ménage homosexuel, si la belle-
mère a entretenu une relation affective avec cet enfant depuis sa
conception. C'était le cas qui était soumis à la Cour d'arbitrage, on
peut évidemment l'étendre à tout type de couples homosexuels.

La Cour d'arbitrage rappelait qu'il appartenait au législateur de
préciser sous quelle forme, à quelle condition et selon quelle
procédure, l'autorité parentale pourrait dans l'intérêt de l'enfant c'est
ce que nous recherchons être étendue à d'autres personnes qui
n'ont pas de lien de filiation avec lui. La situation concernait un enfant
élevé par un couple de lesbiennes dont l'une était la mère de l'enfant
né à la suite d'une procréation médicalement assistée avec un

willen adopteren enerzijds en
holebiparen die als stel een
adoptieprocedure instellen
anderzijds, niet discriminatoir is.

Het belang van het kind is het
criterium op grond waarvan
uitgemaakt kan worden of er
sprake is van verenigbaarheid met
de principes van gelijkheid en niet-
discriminatie.

Wat het recht op een gezinsleven
betreft, herinnert de Raad van
State eraan dat artikel 8 van het
EVRM ervan uitgaat dat er reeds
een gezin bestaat, en de
kinderwens op zich niet
beschermt. Het toepassingsgebied
omvat dus geen plannen om een
gezin te stichten op een niet-
natuurlijke manier.

Adoptie bestaat erin een kind een
gezin te geven niet een gezin een
kind te geven. Wat de gelijke
behandeling van kinderen betreft,
wordt niet betwist dat de wetgever
een wettelijk kader moet scheppen
voor de relatie tussen een kind en
zijn stiefmoeder, die het leven van
zijn moeder heeft gedeeld in een
homoseksueel gezin, wanneer de
stiefmoeder een affectieve band
met het kind heeft gehad van bij
de verwekking ervan. Het komt de
wetgever toe de vorm ervan te
preciseren, rekening houdend met
het belang van het kind en met
inachtneming van de principes van
gelijkheid en non-discriminatie.

Men kan er niet omheen dat het
adoptiestatuut niet voldoet als het
gaat om opnieuw samengestelde
gezinnen. Het is perfect mogelijk
het kind de nodige stabiliteit en
juridische bescherming te bieden
zonder te kiezen voor adoptie, die
inadequaat t is in een situatie die
objectief en fundamenteel
verschillend is.

Wat de rechtszekerheid betreft,
brengt men, wanneer men de
adoptie openstelt voor koppels van
gelijk geslacht, twee toestanden
die fundamenteel verschillend zijn,

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

donneur anonyme. Pareille intervention législative note le Conseil
d'Etat doit respecter les principes d'égalité et de non-discrimination,
ce qui indique qu'un statut analogue devrait également être conféré
aux situations de beau-parentalité durables, nées après la naissance
de l'enfant dans un contexte homosexuel ou hétérosexuel, d'ailleurs.

Force est de constater que le statut de l'adoption ne convient pas
dans le cas des familles recomposées. Si le droit à la vie familiale
peut être étendu à certaines situations de beau-parentalité, il
n'empêche pas que, toujours en vertu de ce droit, la protection de la
vie familiale a pour principale portée, en ce qui concerne les enfants,
de consacrer les droits de ces derniers et de voir leur filiation établie
dès leur naissance, de mener leur vie et d'être élevés par leurs
parents d'origine. Ceci pourrait faire obstacle à la reconnaissance
d'un lien familial entre un enfant et d'autres personnes que ces
parents. C'est précisément ce qu'instaure l'adoption et c'est ce que
nous contestons. Ces droits sont d'ailleurs rappelés par l'arrêt Marckx
et Johnston et dans les articles 7 et 9 de la convention relative aux
droits de l'enfant.

S'il est unanimement admis qu'il faut assurer les mêmes droits à tous
les enfants, quel que soit le contexte familial, l'utilisation du statut de
l'adoption est inadéquate et insatisfaisante. Il est tout à fait possible
d'offrir la stabilité, la protection juridique nécessaire aux liens qui se
sont développés entre cet enfant et cette personne avec laquelle il
entretient des relations privilégiées sans passer par la figure de
l'adoption. Cette figure juridique est inadéquate pour appréhender une
situation qui est objectivement et fondamentalement différente.

J'ai évoqué le principe de l'égalité.

Je voudrais évoquer maintenant le principe de la sécurité juridique.

Ouvrir l'adoption aux couples homosexuels, c'est placer sous une
figure juridique identique l'adoption des situations de fait
comportant des différences essentielles, celles dans lesquelles les
adoptants sont de sexes différents et celles dans lesquelles ils sont
de même sexe. C'est également l'analyse du Conseil d'Etat.

Le Conseil d'Etat relève qu'avoir des parents de même sexe pour un
enfant n'est pas la même chose que d'avoir des parents de sexes
différents.

Je cite: "Affirmer que c'est la même chose d'avoir des parents de
même sexe que des parents de sexes différents, c'est nier la trace
des origines dans l'exercice de la parentalité (...). C'est évacuer la
radicalité fondatrice de la différence enracinée dans le réel et
symbolique du caractère unique du sujet".

Quant à sécuriser les liens familiaux établis, il est de toute évidence
indispensable de légiférer en ce qui concerne l'enfant élevé par un
partenaire non parental. On ne soulignera jamais assez que la voie de
l'adoption à cet égard est impossible pour les nombreux enfants et
ils sont très nombreux nés dans une relation hétérosexuelle et qui,
après séparation, vivent dans une famille homosexuelle ou
hétérosexuelle nouvellement composée.

Toutefois, l'adoption va beaucoup plus loin que le fait de sécuriser des

onder een en dezelfde rechtsfiguur
onder. Ook de Raad van State
denkt er zo over.

Het spreekt vanzelf dat de
toestand van een kind dat wordt
opgevoed door een partner die
niet zijn ouder is, moet worden
geregeld. Adoptie is niet mogelijk
voor tal van kinderen die uit een
heteroseksuele relatie geboren zijn
en na een scheiding in een nieuw
samengesteld homoseksueel of
heteroseksueel gezin leven. De
adoptie gaat echter veel verder
dan het veiligstellen van
gezinsbanden, want ze brengt,
voor de toekomst van het kind,
een homoseksuele afstammings-
band tot stand. Op die manier
wordt het onderscheid tussen de
geslachten in de vaststelling van
de identiteit, in de burgerlijke stand
en in de afstamming ontkend. Het
is echter de verantwoordelijkheid
van de wetgever de fundamentele
bestanddelen van ons mens-zijn te
vrijwaren.

Wij zijn van mening dat adoptie
tegen het belang van het kind
ingaat. Het ware gepaster een
nieuw rechtsbegrip in het leven te
roepen dat niet aan de afstamming
of de identiteit van het kind raakt.

Op theoretisch vlak onderstreept
de psychoanalytische identificatie-
theorie dat het feit dat de twee
ouders van een verschillend
geslacht zijn, uiterst belangrijk is
voor een correcte beleving van het
Oedipuscomplex. In de driehoeks-
verhouding vader-moeder-kind
wordt verondersteld dat een derde
persoon de twee-eenheid van
moeder en kind doorbreekt. Het is
van fundamenteel belang dat de
moeder vrouwelijke en de vader
mannelijke geslachtelijke
kenmerken vertoont.

In dit kader verloopt de opbouw
van de identiteit van het kind
moeizamer als het door een
homopaar wordt grootgebracht.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

liens familiaux établis puisqu'elle organise, pour l'avenir de l'enfant,
une filiation homosexuelle. L'adoption est bien plus qu'un simple
statut juridique ou qu'une simple protection juridique. Elle définit
l'identité même de la personne et de cet enfant qui va être amené à
grandir.

Juridiquement, l'adoption instaure en effet un lien de filiation. L'effet
principal de la filiation est de définir l'identité sexuée, cette différence
de sexe, de l'enfant et de l'inscrire dans une généalogie. Les effets
secondaires de la filiation étant l'autorité parentale, l'obligation
d'entretien, les droits successoraux légaux et réservataires et
l'ensemble des obligations et des droits qui découlent de ce statut.

Le lien de filiation identifie l'enfant comme né d'un père et d'une mère.
Chaque être humain est né de la rencontre du sexe masculin et du
sexe féminin. Vouloir faire adopter un enfant par deux personnes de
même sexe, c'est créer une filiation et une identité différentes de celle
d'un autre enfant puisque ce serait une identité qui gomme cette
double racine. Cela revient à nier la différence des sexes dans la
définition de l'identité, dans l'état civil et dans la filiation.

Or, cette différence, cette altérité, sont fondamentales. Cette
différence doit être respectée jusqu'y compris dans son cadre
juridique qui reconnaît et ose parler de cette différence.

C'est la responsabilité d'une société et donc des autorités politiques,
du législateur, de ne pas créer de confusion et de continuer à
nommer, pour tous les êtres humains, les composantes
fondamentales de notre humanité et notamment, la place de la
différence des sexes dans la définition de l'identité et dans la
structuration de la filiation du sujet humain.

Le Conseil d'État souligne que vouloir faire adopter un enfant par
deux personnes de même sexe, c'est instituer pour cet enfant une
filiation et dès lors une identité qui gommerait toute référence à la
différence des sexes fondatrice de tout être humain. C'est en quelque
sorte nier l'origine bisexuée de tout enfant et lui conférer ainsi une
identité radicalement différente de celle de tous les autres enfants. Il
ne fait que répéter l'ensemble des arguments que je viens de
soulever.

Certains psychologues et psychiatres soulignent d'ailleurs qu'en cas
de disparition du sexué de ce qui est nécessaire dans l'établissement
d'une filiation, sachant que le sexué a déjà disparu dans le cadre du
mariage, il n'y aura plus la nécessité d'opérer la distinction entre
hommes et femmes dans notre droit et dans notre société. Cette
logique supprime de facto la nécessité d'instituer la différence des
sexes dans l'état civil. C'est un véritable bouleversement
anthropologique.

La question première n'est donc pas de savoir si les enfants éduqués
par un couple homosexuel sont aussi heureux que ceux élevés par un
père et une mère ou si ces enfants ou les enfants de ces enfants
connaissent des difficultés en termes de structuration psychique ou
de sociabilité. Ce n'est pas l'argument principal parce qu'on sait que
cela dépend des cas. Les questions fondamentales auxquelles nous
devons répondre sont les suivantes. Pourquoi décider subitement de
changer l'identité de ces enfants pour leur conférer une identité

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

radicalement différente? La différence des sexes est-elle un élément
fondateur de tout être humain?

Nous croyons qu'il n'est pas nécessaire et que ce serait même
contraire à l'intérêt de l'enfant de recourir à l'adoption. Il est
préférable de créer une institution juridique nouvelle telle la beau-
parentalité ou la parentalité sociale ou la "zorgouderschap" qui ne
touche pas à la filiation ou à l'identité de l'enfant pour répondre à des
situations similaires et qui permettrait une sécurité juridique tout aussi
élevée.

Après l'égalité et la sécurité juridique, passons aux études
psychosociales dont on a beaucoup débattu pendant ces sept mois
de travaux au sein de la sous-commission Droit de la famille et de la
commission de la Justice. Sur le plan théorique, la théorie
psychanalytique de l'identification souligne l'importance des deux
parents de sexes opposés pour la réalisation adéquate du complexe
d'OEdipe, étape déterminante pour la construction identitaire de
l'enfant. Ce concept de triangulation oedipienne suppose l'introduction
d'un tiers dans la fusion entre la mère et l'enfant pour ouvrir celui-ci au
monde extérieur et le confronter à l'existence de la loi.

Ce rôle, généralement joué par le père, pourrait néanmoins selon
certains auteurs être joué par l'introduction de n'importe quelle autre
image de type masculin, ce qui implique la dissociation entre le sexe
des parents et leur fonction au sein d'une famille. Pour que la
triangulation soit réelle, il importe que la différence des sexes puisse
s'incarner et prendre corps pour l'enfant. Il est donc fondamental que
sa mère s'incarne dans un corps sexué de femme et son père dans
celui d'un homme.

S'il est vrai que la fonction paternelle ne se distribue pas
exclusivement sur la personne du père ni sur celle de la mère, il faut
reconnaître que dans un couple hétérosexuel, ce sont bien les pères
de chair qui exercent la majeure partie de la fonction paternelle et les
mères, la majorité de la fonction maternelle. Par ailleurs, il ne s'agit
pas de rôles mais de personnes en chair et en os, père et mère, dont
la présence positive contribue à la maturation de la personnalité, de
l'identité, de la sécurité et de la confiance de l'enfant.

Dans ce cadre, l'évolution et la construction identitaire de l'enfant ne
peuvent avoir lieu que plus difficilement dans un couple homosexuel.
Il est vrai que le psychisme humain est capable d'adaptation, que les
enfants ont la capacité de s'adapter aux scénarios compliqués des
adultes on a reçu beaucoup de témoignages affirmant que cela se
passait bien, même très bien pour certains. Par ailleurs, d'autres
personnes peuvent jouer le rôle de référent masculin ou féminin et les
enfants savent s'en sortir ou avancer sans nécessairement avoir ce
double référent. Mais le fait que ces référents soient ceux par lesquels
l'enfant est en relation avec son origine est d'une immense
importance.

01.05 Yvan Mayeur (PS): Monsieur Wathelet, j'essaie de suivre

votre raisonnement pour comprendre ce que vous dites.

D'une part, vous affirmez accepter le fait qu'après séparation, des
parents puissent vivre une relation homosexuelle, continuer à voir
leurs enfants et les élever. D'autre part, vous estimez que ce schéma

01.05 Yvan Mayeur (PS):

Enerzijds aanvaardt u het feit dat
ouders na hun scheiding een
homoseksuele relatie kunnen
hebben en hun kind binnen die
relatie kunnen blijven opvoeden.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

n'est pas acceptable dans le cadre de l'adoption, car une triangulation
est indispensable entre un parent sexué mâle ou sexué féminin et
l'enfant. Vous parlez, entre autres, du complexe d'OEdipe, etc.

Si on suit votre raisonnement sur l'adoption vous dites que c'est
impossible, que ce n'est pas acceptable il faut aller plus loin! Il faut
l'interdire également au parent qui, après séparation, vit une relation
homosexuelle mais qui conserve son droit de garde ou son droit de
visite. Si on suit votre logique que je ne partage évidemment pas
en toute honnêteté intellectuelle, on doit interdire le droit de visite, le
droit de garde et le droit d'autorité parentale aux parents devenus
homosexuels après séparation, aux couples hétérosexuels avec
enfants qui reconstituent un couple homosexuel. Ce sont leurs
enfants; ils les ont eus dans une vie sexuelle antérieure différente.

Anderzijds meent u dat dit bij een
homoadoptie niet kan omdat een
kind binnen de driehoeks-
verhouding vader-moeder-kind
moet worden opgevoed.

Indien men uw redenering over de
adoptie volgt, moet men ook de
ouder die na de scheiding een
homoseksuele relatie heeft, het
hoede- of bezoekrecht ontzeggen.

01.06 Melchior Wathelet (cdH): (...)

01.07 Yvan Mayeur (PS): Je n'ai rien dit d'absurde. C'est la réalité.

Vous appelez cela la parentalité sociale. Tout le monde est d'accord
avec cela.

Comment pouvez-vous défendre une conception intellectuelle sur
l'adoption en faisant référence à la psychanalyse et faire fi de cette
conception lorsqu'il s'agit des vrais parents ayant changé, après
séparation, de vie sexuelle?

Je ne comprends pas. Ou alors, vous devez être cohérent et interdire
la parentalité sociale! Je ne partage pas cette idée. J'essaie de
comprendre, intellectuellement, la contradiction qui émane de votre
discours.

Le président: Laissez M. Wathelet poursuivre ses explications!

01.08 Melchior Wathelet (cdH): Je veux bien tenter de vous faire

comprendre, même si je sais que vous ne partagerez pas mon point
de vue. J'essaie d'être le plus clair possible, mais ces concepts
nécessitent des explications, des dialogues. Ce type de
questionnement, nous l'avons eu à de nombreuses reprises dans le
cadre des discussions tant en sous-commission Droit de la famille
qu'en commission de la Justice.

Donc, il y a l'adoption, qui crée un lien de filiation qui existe déjà.
Partant de l'hypothèse que vous preniez tout à l'heure, dans le cadre
d'une famille qui à un moment donné se sépare pour reformer un
couple homosexuel ou hétérosexuel, dans ce cas, le lien de filiation
existe déjà. L'enfant a un père et une mère. Dans certains cas, il n'a
plus que son père ou sa mère. Mais un lien de filiation existe. Par
contre, dans le cas d'une adoption par un couple homosexuel, on
crée cette filiation, alors que celle-ci ne peut pas être présente.

Par conséquent, sécurisons l'enfant! Certainement! Par le biais d'une
sécurité juridique. C'est en cela que nous avons développé le concept
de parentalité sociale même si, je l'ai dit à de nombreuses reprises en
commission, je réprouve ce terme. A cet égard, la différence est
fondamentale. En effet, on peut attribuer certains éléments liés à la
parentalité, mais ce n'est pas une filiation comme semblerait vouloir le
faire l'adoption. C'est en cela que c'est fondamentalement différent.

01.08 Melchior Wathelet (cdH):

Wanneer een gezin uit elkaar
gaat, bestond er reeds een
afstammingsband. In het geval
van de adoptie door een
homopaar echter, creëert men die
afstamming waaraan we de naam
"zorgouderschap" hebben
gegeven, ook al vind ik die
benaming een beetje ongelukkig
gekozen.

Een aantal deskundigen stelt dat
het belangrijk is dat het kind weet
dat het door een man en een
vrouw is verwekt en dat het zijn
ouders kent.

De Noord-Amerikaanse, Franse
en Nederlandse studies inzake de
invloed van het holebi-ouderschap
op de identiteitsopbouw van het
kind zijn omstreden en niet erg
betrouwbaar.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Nous affirmons avec bon nombre d'auteurs et d'experts qu'il est
important que l'enfant se sache issu de cette filiation. Il est même
souhaitable qu'il connaisse ses parents et soit en relation avec eux.
Même si on constate que, de temps en temps, cela change ou que
cela n'est plus possible à partir d'un certain moment en raison des
faits de la vie.

Sur le plan pratique, je voudrais également souligner que l'impact de
la parenté homosexuelle sur la construction identitaire de l'enfant
reste obscur. Je ne souhaite pas développer cet argument, car il
n'intervient que de manière subsidiaire. Je voudrais simplement
revenir sur la qualité scientifique des différentes études ou enquêtes
menées outre-Atlantique par des équipes de psychologues
américains, canadiens ou encore en France et aux Pays-Bas, dans
certaines circonstances, dans des communautés homosexuelles. Si
ces études peuvent pour partie être jugées satisfaisantes, elles
peuvent en même temps être contestables, en fonction de l'analyse
réalisée.

En effet, de nombreuses études développent la question des enfants
nés dans le cadre d'un couple hétérosexuel avec un lien de filiation
préexistant et avec l'éventualité d'une modification soudaine de la
situation. On sait aussi que le nombre d'enfants c'est normal est
plutôt minime.

Comme Mme Lalieux l'a rappelé hier également, cela se fait souvent
sur des bases volontaires. Des personnes s'inscrivent, sur base
volontaire, dans des études en vue de pouvoir analyser le
développement psychologique de l'enfant; et c'est bien normal. Les
études portant aussi sur les possibilités de différenciation sexuelle ou
d'adoption d'un comportement sexué normal chez l'enfant ont été
réalisées exclusivement sur des enfants de mère lesbienne, en
comparaison avec des enfants de mère hétérosexuelle. C'est donc
évidemment souvent sur la base des réalités qui existent déjà que ces
études ont été faites. On constate que souvent la procréation a été
faite par le biais de la procréation médicalement assistée (PMA) chez
des femmes qui vivent avec une compagne.

Par ailleurs, la quasi-totalité des études comparent le comportement
des enfants élevés par une mère lesbienne à celui d'enfants élevés
par une mère hétérosexuelle seule ou ayant divorcé. La comparaison
est d'office tronquée si elle ne se fait pas avec un enfant élevé par
deux parents hétérosexuels. On a aussi parlé d'une étude française
dans laquelle seuls les parents étaient interrogés; ils étaient tous
membres d'une association de parents homosexuels. Dans ces
études, l'enfant joue un rôle on ne peut plus important.

Ces études se présentent donc comme systématiquement
empiriques, sous forme de questionnaires dont les termes sont de
temps en temps sujets à caution.

Une étude très exhaustive a examiné en détail toutes les études
existantes sur la parentalité homosexuelle, dont les conclusions sont
parfois radicalement différentes.

Par conséquent, la seule conclusion que nous pouvons tirer de toutes
ces études, que l'on a lues dans tous les sens, chacun des membres
de la commission ayant essayé de se documenter au maximum et

Die studies betreffen de
ontwikkeling van kinderen van
heteroparen die door een
homostel worden opgevoed. Ze
betreffen een klein aantal
kinderen, en vergelijken het
gedrag van kinderen die door een
lesbische moeder worden
opgevoed met dat van kinderen
met een alleenstaande
heteroseksuele moeder (en niet
met het gedrag van kinderen met
twee heteroseksuele ouders),
betreffen vooral ouders die lid zijn
van holebiverenigingen, enz.
Kortom, het zijn ofwel te
specifieke, ofwel te ruim opgevatte
studies, waaruit geen deugdelijke
conclusie te trekken valt.

Met de onderhavige wet worden
verschillende situaties beoogd.

In de meeste gevallen gaat het om
een homoseksuele man of vrouw
die met een partner van hetzelfde
geslacht samenleeft. Ze willen
samen een kind verwekken met
gebruikmaking van hun eigen
gameten en die van een derde,
met de bedoeling dat kind in hun
gezin groot te brengen. Deze
kwestie hangt nauw samen met de
medisch begeleide kunstmatige
voortplanting en het gebruik van
anoniem donorsperma.

De Raad van State wijst erop dat
het recht op een gezinsleven niet
de kinderwens an sich inhoudt
maar ervan uitgaat dat er al een
gezin bestaat.

In het arrest Marckx interpreteerde
het Europees Hof artikel 8 van het
Europees Verdrag voor de rechten
van de mens in die zin dat het kind
fundamenteel recht heeft op een
dubbele afstamming, van
vaderszijde en van moederszijde,
en op een "normaal gezinsleven",
alsook artikel 7 van het
Kinderrechtenverdrag dat bepaalt
dat het kind in de mate van het
mogelijke het recht heeft zijn
ouders te kennen en door hen te
worden opgevoed.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

ayant parcouru l'ensemble de ces études et conclusions - ne fût-ce
que pour cela, ce débat a été très positif -, est qu'il est difficile de tirer
une conclusion parce que ces études vont dans tous les sens, parce
qu'elles sont faites soit sur la base de peu d'exemples, soit en
comparaison de certaines situations bien spécifiques.

Je crois avoir déjà répondu aux trois arguments, à savoir l'égalité, les
études et la sécurité juridique. Je voudrais maintenant développer
certains autres arguments.

Quelles sont, dans la pratique, les situations que l'on vise par le biais
de cette loi?

Cela concerne de façon majoritaire les situations où une femme, un
homme qui vit déjà dans un couple homosexuel décide, dans ce
contexte, en accord avec son ou sa partenaire, de procréer un enfant,
que ce soit avec ses propres gamètes ou celles d'une tierce
personne, et d'intégrer cet enfant, à partir de sa naissance, dans le
couple qu'il forme avec son ou sa partenaire: enfant porté par une
mère lesbienne, le plus souvent par insémination artificielle, enfant
porté par une mère porteuse à l'intention d'un couple gay, enfant issu
d'un contrat de coparentalité passé entre un couple gay et un couple
lesbien, etc.; toutes ces situations que l'on a vues et que l'on a
entendues.

Donc, la question de l'ouverture de l'adoption aux couples
homosexuels est intimement liée au débat sur l'accès aux
procréations médicalement assistées et à l'anonymat du don de
sperme, sujet qui a déjà généré de longs débats à la Chambre et plus
particulièrement au Sénat.

A cet égard, le Conseil d'Etat nous rappelle que le droit à la vie
familiale suppose l'existence d'une famille déjà constituée et ne
protège pas le simple désir d'enfant. Je reviens sur l'idée que j'ai
développée précédemment.

Rappelons ici l'interprétation donnée par la Cour européenne des
droits de l'homme dans l'arrêt Marckx, qui dit que l'enfant a un droit
fondamental à une double filiation paternelle et maternelle et à une vie
familiale normale. De même, l'article 7 de la Convention des droits de
l'enfant dispose que l'enfant a le droit, dans la mesure du possible, de
connaître ses parents et d'être élevé par eux.

Dans son avis, le Conseil d'Etat émet d'ailleurs de sérieuses
objections, notamment à l'égard du recours à la maternité de
substitution. Selon lui, la maternité de substitution ou maternité
d'emprunt appelle de sérieuses objections quant au principe de
l'indisponibilité du corps humain, de la dignité de la femme porteuse et
du respect des principes résultant de la Convention relative aux droits
de l'enfant quant à la continuité entre la parentalité en ce compris la
maternité et la responsabilité des parents à l'égard de l'enfant.

Un deuxième cas de figure peut également concerner l'enfant né au
sein d'un couple hétérosexuel qui comme M. Mayeur l'a évoqué
en raison de la réorientation sexuelle d'un de ses parents, est amené
à vivre au sein d'un couple nouvellement formé par ses parents avec
un partenaire de même sexe.

In zijn advies stelt de Raad van
State dat het draagmoederschap
meer in het bijzonder ernstige
bezwaren oproept wat betreft de
niet-beschikbaarheid van het
menselijk lichaam, de waardigheid
van de draagmoeder en de
eerbiediging van de beginselen die
voortvloeien uit het Verdrag inzake
de rechten van het kind wat betreft
de continuïteit tussen het
ouderschap, met inbegrip van het
moederschap, en de
verantwoordelijkheid van ouders
voor het kind.

De wet kan eveneens betrekking
hebben op het geval van een kind
dat geboren is uit een
heteroseksueel koppel dat, door
de verandering van seksuele
geaardheid van een van zijn
ouders, genoodzaakt is te leven in
een nieuw gezin waarvan de
partners tot hetzelfde geslacht
behoren. Adoptie is geen geschikt
juridisch statuut voor nieuw
samengestelde gezinnen.

En ten slotte heeft voorliggende
wet, in een minderheid van de
gevallen, ook betrekking op de
situatie waarbij een homoseksueel
koppel een kind wenst te
adopteren dat door zijn natuurlijke
ouders in een instelling werd
geplaatst. De adoptie heeft tot doel
het kind, dat die breuk heeft
meegemaakt, te helpen een gezin
te vinden veeleer dan het
omgekeerde maar in dit geval is
er sprake van een scheeftrekking.
De adoptie door een
homoseksueel koppel voegt een
element van onzekerheid toe aan
de situatie van een kind dat al lijdt.
Een vaderlijke en moederlijke
functie zijn belangrijk in de
opvoeding van een kind, en een
homoseksueel koppel kan die
troef van de complementariteit van
de geslachten, waarover het niet
beschikt, aan dat kind niet bieden.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

S'il s'agit pour un partenaire homosexuel d'adopter l'enfant de son
partenaire dans le cadre d'une recomposition familiale, il va de soi
que cela implique que le parent biologique en vie y donne son
consentement. On peut comprendre que cela n'arrivera que dans très
peu de cas, l'adoption n'étant pas un statut juridique suffisant. Je
reviendrai ultérieurement sur ce point.

Cela concerne enfin ce seront vraisemblablement des cas
minoritaires mais ils existeront les couples homosexuels qui veulent
recueillir un enfant dont les parents de naissance n'auraient pas pu ou
voulu assumer, eux-mêmes, l'éducation et qui, dès lors, aurait été
confié à une institution de placement.

Pour les enfants, cette situation est déjà difficile, étant donné qu'il y a
une cassure. Dans de nombreux cas, cela se passe très bien mais
l'adoption reste difficile à vivre pour l'enfant et cette première cassure
peut représenter une difficulté dans le développement futur de
l'enfant.

Au risque de rajouter un nouvel élément d'incertitude et pour éduquer
un enfant, il est important qu'une fonction paternelle et qu'une fonction
maternelle existent et que celles-ci s'exercent de façon
complémentaire et la plus harmonieuse possible.

Or, un couple homosexuel ne pourra pas toujours, en tout cas dans
une moindre mesure, offrir à l'enfant ce que ce couple n'a pas, à
savoir cette complémentarité des sexes. A ce niveau, il y a toujours
un manque. Je me réfère à une audition que nous avons eue dans le
cadre de ces discussions...

01.09 Karine Lalieux (PS): Monsieur Wathelet, j'ai pris acte du fait

que vous voulez que soit sauvegardée l'image paternelle et
maternelle pour tout enfant qui, demain, sera adopté.

Dans ces conditions, pourquoi le cdH, lorsqu'il était au pouvoir, a
permis l'adoption par une personne seule quelle que soit son
orientation sexuelle? Vous êtes aujourd'hui en contradiction avec les
textes que vous avez votés et que vous avez revotés sous la
précédente législature au cours de laquelle cet état de fait n'a pas été
modifié. Vous vous inscrivez là dans une hypocrisie. Je m'expliquerai
à ce sujet tout à l'heure.

Je répète qu'il y a une contradiction avec les votes que vous avez
posés, il n'y a pas longtemps, et l'image paternelle et maternelle que
vous revendiquez.

01.09 Karine Lalieux (PS): Het

cdH spreekt zichzelf tegen
wanneer het stelt dat het kind
zowel een vaderfiguur als een
moederfiguur nodig heeft, omdat
het eerder al zijn goedkeuring
heeft gehecht aan de adoptie door
alleenstaanden.

01.10 Melchior Wathelet (cdH): Madame Lalieux, nous avons déjà

débattu de ce sujet en commission. Vous vous souvenez sans doute
que j'ai dit que l'on devait oser débattre de tels sujets. Il est vrai que le
problème ne s'est pas posé, dans le passé, lorsque l'on a procédé à
de nouveaux votes.

Par ailleurs, vous savez comme moi que l'adoption par une personne
seule existe dans notre Code civil depuis plus de 200 ans. Elle était
déjà présente dans le Code Napoléon. Certes, cela n'a pas évolué et
le débat que nous avons eu pourrait permettre de remettre cette
question sur la table. Nous devrions rediscuter de cette problématique
dans la sérénité et avec le même caractère proportionné que celui

01.10 Melchior Wathelet (cdH):

De adoptie door alleenstaanden
bestaat eigenlijk al 200 jaar omdat
ze al in de Code Napoléon wordt
vermeld. Bovendien kan dat thema
opnieuw ter sprake worden
gebracht na de besprekingen die
we zopas hebben gevoerd.

Het feit dat het werd afgestaan,
geeft het kind al het gevoel dat het
een vreemde eend in de bijt is. Als

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

des débats que nous avons eus en commission.

Pour l'enfant, le statut d'adopté et la réalité d'avoir, auparavant, été
abandonné sont souvent associés à un sentiment douloureux et
difficile. En effet, il n'est pas facile d'admettre que l'on est différent, et
que l'on n'a pas des parents comme tout le monde. Pourquoi faut-il
que la société complique encore la vie de cet enfant déjà éprouvé en
le mettant dans une situation où il devra, en outre, assumer une
différence supplémentaire, celle de ses parents d'adoption?

Dans cette perspective, l'enfant sert à deux choses:
l'accomplissement personnel de l'adulte dans son désir de parentalité,
et la reconnaissance sociale d'une égalité de valeur et de statut
supposée annuler la réalité des différences entre couples
homosexuels et hétérosexuels. Il n'est pas question ici de la défense
des droits de l'enfant, mais bien des besoins des adultes dont l'enfant
est l'enjeu. C'est en ce sens que l'on rajoute ici une difficulté
supplémentaire.

L'incertitude concerne également l'intégration socioculturelle de
l'enfant élevé par un couple homosexuel. En ce qui concerne les
adoptions internes, l'expérience montre que les mères biologiques
veulent quasi unanimement confier leur enfant à un couple composé
d'un père et d'une mère plutôt qu'à une personne célibataire. Elles
donneront donc leur préférence à un couple hétérosexuel.

zijn adoptiefouders dan ook nog
anders zijn, wordt het voor hem of
haar zo mogelijk nog
ingewikkelder. Eigenlijk worden de
noden van de volwassenen in dit
geval belangrijker geacht dan die
van het kind, omdat het kind wordt
"gebruikt" om de persoonlijke
kinderwens van de volwassene te
vervullen en om de
maatschappelijke erkenning van
de waarde van homoseksuele en
heteroseksuele koppels op een
zelfde niveau te brengen.

Bij binnenlandse adopties
verkiezen biologische moeders
bijna zonder uitzondering een
koppel dat uit een vader en een
moeder bestaat boven een
alleenstaande.

01.11 Karine Lalieux (PS): On en a parlé au cours des auditions. En

adoption interne, un organisme flamand nous a dit que, depuis 1997-
1998, 10% des adoptions en Belgique étaient destinées à des couples
homosexuels révélés. Une seule personne pouvait adopter mais
l'orientation sexuelle était révélée au moment du parcours. Il y a donc
déjà 10% des adoptions qui se font de la sorte en Flandre, via des
organismes agréés.

01.11 Karine Lalieux (PS): Een

Vlaams organisme bevestigt dat
10 procent van de binnenlandse
adopties sinds 1997-1998 door
openlijk homoseksuele koppels
gebeurt. Eén persoon kan
adopteren, maar tijdens de
procedure wordt de seksuele
geaardheid bekendgemaakt.

01.12 Melchior Wathelet (cdH): Il s'agit d'une majorité de plus de

90%, et ce n'est que dans une partie du pays. J'essaie d'y mettre la
pondération et la retenue nécessaires mais je ne peux faire beaucoup
mieux!

En matière d'adoption internationale, l'ouverture de l'adoption aux
personnes de même sexe reste et restera sans doute encore
longtemps un leurre. En effet, aujourd'hui, seule la Suède l'admet et
elle ne compte, à ce jour, aucune adoption par des couples de même
sexe.

La question de l'adoption internationale par les couples de même
sexe a été discutée lors des travaux ayant abouti à l'élaboration de la
Convention sur la protection des enfants et la coopération en matière
d'adoption internationale faite à La Haye en 1993. Lors des travaux, il
a été souligné que dans la procédure d'adoption internationale, l'Etat
d'origine et l'Etat d'accueil doivent collaborer dès le début; ils pourront
donc mettre un terme à la procédure à tout moment, par exemple eu
égard à la situation personnelle des futurs parents adoptifs. De plus,
au cas où ils donneraient leur consentement à ce type particulier
d'adoption, les autres Etats contractants auraient le droit de refuser de
la reconnaître pour des raisons d'ordre public et au nom de leur

01.12 Melchior Wathelet (cdH):

In 90 procent van de gevallen gaat
het dus om heteroseksuele
koppels, die de overgrote
meerderheid blijven uitmaken.

Wat de internationale adoptie
betreft, zal de openstelling van
adoptie voor koppels van hetzelfde
geslacht nog lange tijd een illusie
blijven. Deze kwestie kwam aan
bod tijdens de opstelling van het
verdrag van Den Haag inzake de
bescherming van de kinderen in
1993. Tijdens de besprekingen
werd benadrukt dat de Staat van
herkomst van het kind en de Staat
die het kind opvangt voortdurend
moeten samenwerken en dat ze
op elk ogenblik de procedure
kunnen beëindigen. Bovendien
kunnen de Staten uit hoofde van

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

perception de l'intérêt de l'enfant.

Par ailleurs, la Convention de La Haye sur la protection des enfants et
la coopération en matière d'adoption internationale du 29 mai 1993
précise que l'adoption doit être organisée dans l'intérêt supérieur de
l'enfant, et non uniquement dans l'intérêt des adultes.

Les auditions en commission de la Justice ont clairement montré que
si l'on se réfère aux seuls pays avec lesquels les organismes
d'adoption agréés par la Communauté française sont autorisés à
collaborer, on constate que 46% des enfants adoptés entre 1991 et
2004 sont originaires de pays où l'homosexualité est illégale ou
réprimée, 52% viennent de pays où l'homosexualité n'est pas
reconnue et 2% heureusement viennent de pays où
l'homosexualité bénéficie d'une reconnaissance légale. C'est
évidemment trop peu, nous sommes bien d'accord.

Pour la seule année 2004, on constate que 66%, soit les deux tiers
des enfants adoptés, sont originaires de pays où l'homosexualité est
illégale ou, au minimum, réprimée. Les débats qui traversent
plusieurs pays européens à propos de l'adoption par les couples de
même sexe interpellent et inquiètent les autorités compétentes de ces
pays d'origine. Ainsi, un pays comme la Chine, qui est le principal
pays offrant des enfants à l'adoption, exclut de manière très nette
toute possibilité d'adoption par un couple de même sexe, de sorte que
l'on peut en conclure que l'ouverture des possibilités d'adoption par
des couples de même sexe, en matière d'adoption internationale, est
et restera encore un leurre pendant longtemps.

Outre le fait qu'il importe de respecter ces différences de culture et de
sensibilité même si je ne suis pas d'accord avec elles ou si je
condamne vivement certaines d'entre elles , il convient également
d'être prudents et de ne pas sous-estimer l'impact qu'une législation
ouvrant l'adoption aux couples de même sexe pourrait avoir sur les
procédures en cours ou à venir introduites par des couples
hétérosexuels.

Il faut ainsi tenir compte, note le Conseil d'Etat, des effets d'une telle
législation sur la possibilité pour les hétérosexuels d'adopter les
enfants venant de tels Etats. Rappelons qu'aujourd'hui encore, le
nombre d'enfants légalement adoptables est largement inférieur au
nombre de candidats adoptants.

Quel statut juridique le droit positif entendrait-il reconnaître au
partenaire de même sexe de la mère ou du père d'un enfant, lorsque
ce partenaire s'implique, aux côtés de la mère ou du père, dans
l'exercice d'une fonction de responsabilité éducative à l'égard de
l'enfant et qu'un lien affectif on peut le comprendre; c'est bien
normal et heureusement que c'est ainsi se noue, comme dans les
familles recomposées, entre l'enfant et son beau-parent? Existe-t-il
une alternative pour ces enfants vivant déjà aujourd'hui avec des
personnes adultes, formant un ménage, dont ils ne sont pas les
enfants biologiques?

Il n'est pas adéquat de modifier notre conception de la double filiation
paternelle et maternelle d'un enfant pour créer une filiation bi- ou
monosexuée et admettre que l'enfant puisse être indifféremment de
son père ou de sa mère ou l'enfant de ces deux mères ou l'enfant de

openbare orde of hun visie op de
belangen van het kind weigeren de
adoptie te erkennen. Dit verdrag
bepaalt verder dat de adoptie moet
plaatsvinden in het hogere belang
van het kind en niet in het belang
van de volwassenen.

Nog steeds op het vlak van de
internationale adoptie stelt men
vast dat tussen 1991 en 2004 46
procent van de geadopteerde
kinderen afkomstig waren van
landen waar homoseksualiteit
illegaal is of onderdrukt wordt, 52
procent van landen waar
homoseksualiteit niet erkend is en
slechts 2 procent van landen waar
homoseksualiteit wettelijk is
erkend.

Voor 2004 stelt men vast dat twee
derde van de adoptiefkinderen
afkomstig zijn van landen waar
homoseksualiteit illegaal is of
onderdrukt. Een land als China
(belangrijkste land van herkomst
van kinderen die worden
geadopteerd door in België
wonende personen) sluit heel
duidelijk uit dat een paar van
hetzelfde geslacht kan adopteren.

Net zoals men die culturele
verschillen en verschillende
gevoeligheden moet respecteren,
mag men ook de weerslag van
een dergelijke wetgeving op
eventuele door heteroparen
ingestelde procedures niet
onderschatten. Men mag niet
vergeten dat het aantal kinderen
dat voor adoptie wordt
vrijgegeven, lager ligt dan het
aantal kandidaat-adoptieouders.

Zonder te tornen aan de idee van
de dubbele afstamming (langs
moeders- en langs vaderskant),
stellen wij dus een alternatief
rechtsstatuut voor waarbij de band
tussen het kind en de partner die
het mee opvoedt en met wie het
kind erg close geworden is, erkend
wordt, zonder dat het daarom om
een afstamming in de eigenlijke
zin van het woord gaat.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

ces deux pères.

Il nous paraît plus opportun de créer une nouvelle institution juridique
qui permettrait de créer un lien juridique entre l'enfant et le partenaire
homosexuel ou hétérosexuel sans que ce lien ne devienne un lien
proprement dit de filiation. Le Conseil d'Etat, dans son avis, nous
donne en quelque sorte raison. En effet, selon ce dernier, ouvrir
l'adoption aux couples homosexuels, c'est placer sous une figure
juridique identique des situations de fait comportant des différences
essentielles, celles dans lesquelles les adoptants sont de sexe
différent et celles dans lesquelles ils sont de même sexe. Si le
législateur choisit cette solution, il doit être en mesure de justifier que
l'identité de traitement applicable à ces situations fondamentalement
différentes est raisonnablement justifiée, dans le respect du principe
de proportionnalité, en ayant égard tout spécialement à l'intérêt de
l'enfant c'est ce qui doit toujours guider notre logique , au fait que
les enfants sont nécessairement et naturellement issus de gamètes
mixtes et que l'adoption réduit, dans le cas de l'adoption simple, ou
annihile de manière presque complète, dans le cadre de l'adoption
plénière, la relation juridique établie au départ entre l'enfant et ses
parents.

Le Conseil d'Etat va plus loin. Il insiste en soulignant que cette identité
de traitement de situations différentes demande à être justifiée au
regard des critères de compatibilité avec les principes d'égalité et de
non-discrimination. Je cite: "Comme la différence de situation porte
sur une donnée importante de la nature même de la conception de la
vie et de l'histoire de la société humaine, à savoir l'origine bisexuée de
l'enfant et de son appartenance de principe à un ménage de même
nature, elle doit faire l'objet d'une justification particulièrement
exigeante".

Ce fait de traiter de la même manière des situations objectivement
différentes doit faire l'objet d'une justification particulièrement
exigeante de la part du législateur, d'autant que l'enfant de moins de
douze ans ne peut consentir à son adoption, qu'il faut tenir compte
d'une continuité dans l'éducation de l'enfant ainsi que dans son
origine ethnique, religieuse, culturelle et linguistique et que de
nombreux États étrangers feront obstacle à la reconnaissance des
adoptions par des couples de même sexe au titre de l'exception tirée
de leur ordre public et qu'il faut tenir compte des effets d'une telle
législation sur la possibilité pour les couples hétérosexuels belges
d'adopter des enfants provenant de tels États.

Il est même expressément souligné que, même si les propositions de
beau-parentalité étaient amendées pour que ce statut offre des
sécurités juridiques équivalentes à celles liées au statut de l'adoption,
cela ne signifierait pas nécessairement que la seule solution possible
pour les situations qu'on veut régler soit le statut de l'adoption.

Selon le Conseil d'État, le principe d'égalité et de non-discrimination
commande que l'on justifie pourquoi on choisit une figure juridique de
l'adoption et non pourquoi on ne la choisit pas. Cela me paraît très
important car cela prend à l'envers le principe de non-discrimination
invoqué par les défenseurs de l'adoption. Comme je l'ai démontré,
cette justification ne me paraît pas avoir été apportée par les auteurs
et les défenseurs de la proposition à l'examen avec toute la rigueur
exigée par cette notion de justification avancée par le Conseil d'État.

De Raad van State oordeelt ook
dat men, door het licht op groen te
zetten voor holebi-adoptie,
verschillende situaties onder
eenzelfde juridische noemer gaat
brengen. Als de wetgever
daarvoor kiest, moet hij die optie
verantwoorden met inachtneming
van het gelijkheidsbeginsel, het
niet-discriminatiebeginsel en het
evenredigheidsbeginsel, dat alles
in het belang van het kind.
Aangezien het om een thema gaat
dat diep ingrijpt in het leven zelf en
de ontstaansgeschiedenis van de
mens, moet die keuze ook
deugdelijk verantwoord worden.
Volgens de Raad van State moet
men dus verantwoorden waarom
men voor de rechtsvorm van de
adoptie kiest, en niet waarom men
er niet voor zou kiezen. En die
verantwoording vind ik tot nu toe
nergens terug.

Om een oplossing aan te reiken
voor voormelde situaties en
tegelijk de gelijke behandeling te
waarborgen, stellen wij de
rechtsvorm van het zorg-
ouderschap voor. Het komt vaak
voor dat een kind opgevoed wordt
door een ouder en een andere
persoon met wie het kind geen
biologische band heeft (niet alleen
bij homoparen trouwens). Het
zorgouderschap is een flexibele
rechtsvorm, waarmee een
antwoord geboden kan worden
voor al die situaties, maar het krijgt
geen voorrang boven het
biologische ouderschap, teneinde
de ouders hun verantwoorde-
lijkheid niet te ontnemen.

Daarom stellen wij voor een
onderscheid te maken tussen twee
situaties: die waarbij het ouderlijk
gezag wordt uitgeoefend door een
enkele ouder en die waarbij het
door beide ouders wordt
uitgeoefend.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Quelle figure juridique adopter, alors, allez-vous me demander? Nous
avons proposé la figure de la parentalité sociale. Nous avons
demandé dès le départ que cette parentalité sociale soit examinée en
même temps, comme alternative. Par ailleurs, les situations sont
nombreuses où un enfant est élevé de facto quotidiennement par un
couple affectif constitué d'un parent biologique et d'une personne
sans lien biologique avec cet enfant. Ces situations ne doivent pas
uniquement être abordées sous l'angle restreint des couples
homosexuels: elles concernent aussi des couples hétérosexuels.

La parentalité sociale est une figure juridique nouvelle qui permettrait,
sans toucher à la filiation de l'enfant proprement dite et dès lors à son
identité, d'attribuer à une personne qui s'implique et s'investit dans sa
fonction de parent de cet enfant toute une partie des effets
secondaires d'un rapport juridique de filiation.

C'est une figure intéressante en raison de sa souplesse et parce
qu'elle peut s'appliquer à tout type de situations familiales où un
enfant est élevé par une personne dont il n'est pas biologiquement et
juridiquement l'enfant, une personne qui a contracté à son égard un
engagement éducatif, comme dans les familles recomposées.
Qu'elles soient hétérosexuelles ou pas, il existe ce lien affectif, ce lien
fort entre cet adulte et cet enfant. La figure de la parentalité sociale
semble aller dans le sens de ce que préconise la Cour d'arbitrage qui
conclut qu'il appartient au législateur de préciser sous quelle forme, à
quelles conditions et selon quelle procédure l'autorité parentale et
non la filiation pourrait être étendue dans l'intérêt de l'enfant à
d'autres personnes n'ayant pas de lien de filiation avec lui.

Donc, la demande de parentalité sociale serait rejetée dans tous les
cas si le tribunal constate, par une décision motivée, que cette
parentalité serait préjudiciable à l'intérêt de l'enfant cet intérêt de
l'enfant doit guider toute réflexion, toute avancée en termes de
parentalité sociale ou contraire à l'exercice par le père ou la mère
de l'enfant de ses propres responsabilités parentales. Il n'y a pas de
déresponsabilisation des parents s'ils existent toujours, bien
évidemment.

En aucun cas, la parentalité sociale ne doit être privilégiée par rapport
à la parentalité biologique et l'attribution de cette parentalité ne peut
contribuer à déresponsabiliser les parents biologiques.

C'est la raison pour laquelle nous proposons de distinguer deux
situations précises: la première est celle où l'autorité parentale à
l'égard d'un enfant est exercée par un seul de ses parents, soit que la
filiation de l'enfant ne soit établie qu'à l'égard de ce seul parent, soit
que l'autre parent soit décédé ou absent. La seconde situation est
celle où l'autorité parentale à l'égard de l'enfant est exercée par les
deux parents.

Monsieur le président, je conclus en m'excusant d'avoir été un tantinet
long.

Le président: Faute avouée est à moitié pardonnée, monsieur Wathelet!

01.13 Melchior Wathelet (cdH): Merci, monsieur le président.

01.13 Melchior Wathelet (cdH):

De argumenten die ter verdediging

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Les arguments avancés pour défendre ce texte d'adoption par les
couples homosexuels ne nous ont pas convaincus, comme je viens
de vous le démontrer, que ce soit celui de l'égalité au niveau des
couples ou celui de l'égalité au niveau des enfants, que ce soit celui
des études psychomédicales existantes, ou que ce soit celui lié à la
situation et à la sécurité juridique qui doit être apportée aux enfants.

Par contre, une catégorie d'enfants est oubliée par ce texte: ce sont
ces enfants qui vivent au quotidien avec des personnes adultes avec
qui ils lient des liens affectifs, avec qui ils vivent 24 heures sur 24,
avec qui ils nouent de très bonnes relations, qui ont envie de
conserver ce lien avec cette personne adulte avec laquelle ils vivent,
que ce soit dans un couple hétérosexuel, que ce soit dans un couple
homosexuel ou dans une famille recomposée ou non.

Cette parentalité sociale offrait cette véritable alternative à toutes ces
familles, à toutes les familles dans leur diversité sans donner cette
filiation, sans donner ce rapport parental. La filiation implique ce droit
à la différence, implique cette complémentarité dans les yeux de
l'enfant. C'est toujours par rapport aux yeux de l'enfant qu'il convient
de se placer. C'est cet intérêt de l'enfant qui doit guider toute notre
réflexion. L'enfant vivra une première confrontation avec une première
différence: celle des sexes. Elle constitue le début de la filiation, le
fondement de cette filiation.

C'est pourquoi nous voterons contre cette proposition qui nous est
présentée aujourd'hui.

van voorliggende tekst werden
aangevoerd (gelijkheid van de
koppels of van de kinderen,
psychomedische studies of
rechtszekerheid die aan de
kinderen moet worden geboden)
hebben ons niet overtuigd.

Een categorie van kinderen werd
trouwens over het hoofd gezien: zij
die opgevoed worden door
volwassenen met wie ze sterke
affectieve banden hebben,
ongeacht of dat nu in een
heterogezin, een homogezin of
een nieuw samengesteld gezin is.
Het zorgouderschap bood een
alternatief voor al die gezinnen,
zonder evenwel afstammings-
banden te creëren, die een recht
op verschil en een voor het kind
belangrijk complementair karakter
inhouden. Wij moeten ons altijd
laten leiden door het belang van
het kind.

Daarom zullen wij tegen het
voorstel stemmen.

01.14 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,

collega's, mevrouw de minister, hoeft het nog gezegd: aan Vlaamse
kant is het Vlaams Belang de enige politieke partij die zich resoluut en
radicaal uitspreekt tegen de openstelling van het recht van adoptie
door koppels van gelijk geslacht. Wij betreuren niet alleen de
geplande wetswijziging, in de eerste plaats uit principiële, ethische en
ideologische overwegingen, maar ook en nadrukkelijk omdat wij
vinden dat een heel groot aantal maatschappelijke kwesties en
problemen door dit Parlement zouden moeten worden besproken, die
echter niet de aandacht en de tijd krijgen die ze verdienen, in
tegenstelling met het nu voorliggende dossier waaraan inmiddels veel
te veel kostbare parlementaire tijd verspild is.

Het is met andere woorden een van die folietjes van paars, die
overmatig in de kijker geplaatst worden om de aandacht van de echte
problemen af te leiden. Die folietjes zijn meteen de enige
verwezenlijkingen waarin de roodblauwe coalitie, sinds haar
aantreden en in een eerste fase tijdens de vorige legislatuur nog
vergezeld van de groenen, zich sterk heeft getoond. Er mogen dan
wel geen 200.000 bijkomende jobs geschapen zijn, ondanks de valse
belofte, de belastingdruk mag dan wel niet gedaald zijn, tegen alle
loze beweringen in, de historische miskleun België mag dan wel geen
modelstaat geworden zijn, maar één ding staat als een paal boven
water: de realisatie van wat men gemeenzaam de agenda mag
noemen van alles wat met de term "ethisch-progressief" kan worden
aangeduid, met andere woorden de dada's van de verzamelde
drukkingsgroepen, de lobbies of andere loges ter linkerzijde van het
politieke spectrum gesitueerd. De realisatie van die zaken is wel
degelijk een wezenskenmerk van paars.

01.14 Bert Schoofs (Vlaams

Belang): Le Vlaams Belang est le
seul parti flamand qui s'oppose
radicalement au droit d'adoption
pour les homosexuels et les
lesbiennes. D'une part, nous
avons émis des objections de
principe, éthiques et idéologiques
et, d'autre part, nous estimons que
le Parlement a à traiter de
problèmes de société plus
urgents, plutôt que de cette
énième folie de la coalition violette.

La création de 200.000 emplois se
fait toujours attendre, le pays des
bavures qu'est la Belgique ne s'est
pas transformé en un État modèle,
mais la coalition violette réalise
actuellement les caprices des
lobbies éthico-progressistes de
gauche, des loges et des groupes
de pression. Grâce à ce type
d'actions politiques, M. Verhofstadt
entrera dans l'histoire comme
"note de bas de page 38 b".

Nous respecterons évidemment
toute décision démocratique, ce

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Het zijn deze "beleidsdaden" met deze term overdrijf ik in feite die
allicht de enige betekenisvolle inhoud zullen uitmaken van voetnoot
38B waarin Guy Verhofstadt als zoveelste premier in de
geschiedenisboeken van dit Koninkrijk zal sukkelen, in kleine letters
weliswaar en niet vet gedrukt. Laat anderzijds ook duidelijk zijn dat wij
ons in deze zaak neerleggen bij elke democratische meerderheid voor
of tegen dit voorstel, zoals wij altijd en in alle gevallen doen. Als straks
de holebi-adoptie wordt goedgekeurd dan zullen wij ons daar
democratisch bij neerleggen. Dat mag toch ook eens gezegd worden,
gelet op de verwijten ondemocratisch of antidemocratisch die men
ons zo vaak ten onrechte in het aangezicht slingert.

Dit wil echter niet zeggen dat de voorstanders ons kunnen overtuigen
van hun gelijk. Zij zullen ons ook niet verhinderen om komaf te maken
met deze wetgeving van zodra wij hiervoor een democratische
meerderheid zouden kunnen vinden. Ook dat is democratie! Vandaag
valt deze stemming ten prooi aan een toevallige politieke
meerderheid. Ik zal daar straks dieper op ingaan.

Volledigheidshalve wil ik nog zeggen dat wij geen veroordeling
uitspreken over de homo's en lesbiennes die op basis van deze
wetswijziging een gezin stichten. Tal van vooroordelen die men het
Vlaams Belang in de schoenen schuift als zogenaamde argumenten
uit ons partijprogramma zijn niet meer dan platte leugens. Ik denk
bijvoorbeeld aan de zogenaamde stelling dat alle kinderen die in een
holebi-gezin zouden opgroeien volgens ons seksuele perverten of
sociaal gestoorden zouden worden. Daar is niets van aan hoewel men
dit soms wel beweert.

Nogmaals ik heb dit reeds in de commissie voor de Justitie gezegd
het Vlaams Belang kant zich in feite niet tegen eender welke
gezinsvorm als dusdanig. Wij blijven er evenwel wel bij dat het
traditionele gezin bestaande uit een moeder en een vader de beste
waarborgen biedt voor de opvoeding van kinderen. Wij blijven de
mening toegedaan dat deze gezinsvorm bij absolute voorrang in
rechte moet beschermd worden en door de samenleving moet
worden gekoesterd en bijgevolg als enige genormeerd moet worden.

Ik ga me niet uitputten om de argumenten van de voorstanders
opnieuw punctueel te weerleggen. In de commissie is het debat reeds
voldoende gevoerd. Ik veroorloof me om onze opvattingen terzake
scherp te stellen aan de hand van het weerleggen van drie vaak
weerkerende dooddoeners die door de holebi-lobby en aanverwanten
gebezigd worden.

Ten eerste, er zouden een aantal studies bestaan die bewijzen dat
kinderen die opgroeien in een holebi-gezin daar geen schade van
ondervinden. Eerlijk gezegd, ik heb die studies niet gezien. Collega
Swennen had het over ettelijke honderden studies. Mevrouw Lalieux
hield er een kleine 40 over. Ik weet niet wat er van aan is. In elk geval
doet dit mij de bedenking maken dat de verwijzing naar die studies en
het gegoochel met cijfers daaromtrent geen overtuigende staving is
van de stellingen van de voorstanders.

Wat meer is dat is ons standpunt niemand heeft een studie nodig
die stelt dat het traditionele gezin zoals de natuurlijke orde het
biologisch heeft vastgelegd de beste gezinsvorm is om kinderen naar

qui ne signifie toutefois pas que
nous nous écarterons d'un pouce
de notre point de vue. Nous
essaierons d'ailleurs de faire
machine arrière en ce qui
concerne cette loi dès que nous
disposerons d'une majorité
démocratique à cet effet.

Qu'il soit clair que nous ne
condamnons nullement les
homosexuels et les lesbiennes qui
fonderont une famille après cette
modification législative. Il est faux
que nous aurions prétendu que les
enfants issus d'une famille holebi
deviendraient des pervers sexuels
ou des personnes socialement
perturbées.

Le Vlaams Belang n'est opposé à
aucune forme de famille mais
nous persistons à dire que le
ménage traditionnel offre les
meilleures garanties pour
l'éducation des enfants. Le droit
doit protéger ce modèle familial et
la société doit le défendre. C'est
par conséquent le seul modèle qui
doive faire l'objet de normes.

On affirme que des études par
centaines montrent que les
enfants élevés dans un ménage
homo n'en subissent aucun
inconvénient. Ces études, je ne les
ai pas vues. Et point n'est besoin
d'une étude pour constater que la
famille traditionnelle, qui découle
biologiquement de l'ordre naturel,
est pour les enfants le meilleur des
modèles. Les homosexuels
affirment qu'il faut comparer la
qualité de l'éducation mais le faible
nombre de cas ne permet pas de
procéder à cette comparaison. A
cet égard non plus, je n'ai vu
aucune étude convaincante.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

de volwassenheid te loodsen. Niet dat alternatieven onmogelijk
zouden zijn. In elk geval hoeft men niet met studies te komen
aandraven om dat te bewijzen.

Ten tweede, voorstanders van holebi-adoptie komen met het
argument dat holebi-gezinnen extra gemotiveerd zijn, veel beter
gescreend worden, beseffen dat de maatschappij en de onmiddellijke
omgeving met een zeer kritische blik toekijken. Ook op dit punt heb ik
geen enkele omvattende en overtuigende studie onder ogen
gekregen. Als men schermt met studies moet men ze op tafel kunnen
leggen. Zelfs indien deze studies bestaan of kunnen bestaan, weegt
het al te geringe aantal holebi-gezinssituaties te licht om ook maar
een zinvolle vergelijking te kunnen maken met de traditionele
gezinsvorm. Trouwens studies zijn niet meer dan een subjectief
gegeven. Wij spreken ons niet zo maar uit over de kwaliteit van een
holebi-gezin ten aanzien van een traditioneel gezin. Studies kunnen
subjectief zijn en de belangen dienen van degenen die ze willen
gebruiken.

01.15 Martine Taelman (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik heb niet

graag ik heb dat geleerd uit mijn tijd aan de balie dat men het licht
van de zon ontkent. Men zegt dat er geen studies voor zijn omdat
men ze niet gezien heeft. Misschien wilt u ze niet zien. Recent heeft
mevrouw Van Fraussen van de VUB nog een dergelijke studie
gemaakt.

Wel, zelfs in België zijn er dergelijke studies. Het verbaast mij dan
toch dat u die niet hebt willen lezen. Daar komt het immers op neer.

01.15 Martine Taelman (VLD):

M. Schoofs prétend qu'il fait noir
en plein jour. Sans doute refuse-t-
il de voir ces études. Elles existent
bel et bien, également en
Belgique.

01.16 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Wat ik zeg, collega, is dat er

gegoocheld is met cijfers. U mag mij die studie altijd bezorgen. Dat is
mijn tweede argument immers. Die studies raken eerlijk gezegd onze
koude kleren niet. Wij hebben geen studies nodig om te bewijzen dat
de traditionele gezinsvorm de beste is. Het licht van de zon schijnt al
miljarden jaren en het traditionele gezin bestaat al zolang de
mensheid bestaat. Dat is wat wij zeggen. Het is de natuurlijke orde die
het ons voorwijst. Dat zeg ik. Men mag nog honderdduizend studies
produceren dat getal heb ik ook niet horen noemen ; u ontkent het
licht van de zon.

Voorstanders van holebi-gezinnen stellen - daarmee kom ik tot het
volgende punt - dat ook in heterogezinnen zoveel kinderen te lijden
hebben onder verwaarlozing, mishandeling, achterstelling en
dergelijke. Dat argument heb ik ook gehoord in de commissie.
Excuseer, dat is intellectueel oneerlijk, het is appelen met citroenen
vergelijken. De problematische toestand in bepaalde heterogezinnen
afmeten aan een door sommigen zelfs als bijna ideaal voorgestelde
situatie in holebi-gezinnen, dat is gewoon intellectueel oneerlijk. De
voorstanders voelen trouwens zelf ook aan dat die redenering op het
randje is en dat die vergelijking niet correct is. De volgende logische
stap in de redenering moet dan immers in feite zijn en die stap is er
één te ver dat, indien alle kinderen in holebi-gezinnen zouden
opgroeien, er veel minder maatschappelijke problemen zouden zijn in
de gezinssfeer. Wanneer u de redenering doortrekt, dan moet u daar
uiteindelijk bij aanbelanden. U weet dat u dan een stap te ver gaat.

Men mag de waarheid trouwens geen geweld aandoen, collega's. Het
is precies en daar blijven we bij de mentaliteit dat alles kan en

01.16 Bert Schoofs (Vlaams

Belang): Ces études nous laissent
indifférents. A l'évidence, la famille
hétérosexuelle est naturelle.

Les partisans de l'adoption par les
couples homosexuels font valoir
que bien des enfants sont négligés
et maltraités dans les familles
hétérosexuelles. Comparer les
familles hétérosexuelles à
problèmes avec la situation
prétendument idéale dans les
familles homosexuelles procède
de la malhonnêteté intellectuelle.
Appliquer cette logique jusqu'à
l'absurde signifierait que la société
rencontrerait moins de difficultés si
tous les enfants grandissaient
dans une famille homosexuelle.

Depuis mai 1968 et la révolution
sexuelle, le mariage et la famille
traditionnelle sont systématique-
ment vilipendés, avec pour
conséquence un nombre croissant
de suicides et une consommation
abusive de drogues et d'alcool. En
permettant le mariage de

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

alles mag op ethisch vlak die het huwelijk en het traditioneel gezin als
instituten sedert mei '68, sedert het uitbreken van de zogenaamde
seksuele revolutie, stelselmatig heeft afgebroken. De Kamer en het
Parlement hebben zich daar ook mee schuldig aan gemaakt. Ik ben
ervan overtuigd en ik durf met stelligheid te beweren dat men hier bij
de afbraak van het traditionele huwelijk, het traditionele gezin, de
oorzaak moet zoeken voor het sedertdien waar te nemen groter
aantal zelfdodingen, het groeiend aantal maatschappelijke
ontsporingen, het toenemend drugs- en drankmisbruik enzovoort bij
vele maar heus niet alleen jonge mensen. Dat houdt geen
veroordeling in van mensen die holebi-gezinnen stichten. Helemaal
niet. Ik plaats de twee niet tegenover elkaar en ik wil dat ook niet, dat
heb ik al gezegd. De afbraak van het traditioneel gezin heeft echter
voor zeer veel maarschappelijke miserie gezorgd, ondanks dat onze
materiële welstand tegenwoordig groter is dan vroeger.

Inmiddels hebben wij van het Vlaams Belang al gelijk gekregen wat
de mogelijke gevolgen betreft van zowel het homohuwelijk als de
holebi-adoptie. Wij voorspelden al dat door de introductie van het
nieuwe concept van het begrip gezin, kinderen zouden opgroeien in
samenlevingsvormen met meerdere vaders en/of moeders waarbij
het de seksuele geaardheid van de partners is die de uitoefening van
het ouderschap zal bepalen en niet de weg die de natuurlijke orde
aanwijst. Dat is inmiddels ook daadwerkelijk gebleken aan de hand
van de berichten die wij in de media hebben opgevangen waarbij twee
homoseksuele vaders en twee lesbische moeders samen kruiselings
kinderen zullen verwekken. Die kinderen zullen dan opgroeien in een
gezinssituatie van holebi-co-ouderschap, dus met twee vaders en
twee moeders.

Wij stellen ons ernstige vragen bij deze maatschappelijke evolutie, als
het tenminste nog even mag in deze politiek-correcte tijden.

Mijnheer de voorzitter, collega's, mevrouw de minister, het zijn dus
allerminst de argumenten van de voorstanders die indruk op ons
gemaakt hebben. Wij weten en voelen ons integendeel terdege
gesterkt door het advies van de Raad van State dat helaas, tegen alle
parlementaire geplogenheden in, pas werd besproken vlak voor de
eindstemming in de commissie. Met andere woorden, veel te laat.

Waarom er met de gangbare procedure in de commissie een loopje
werd genomen, is achteraf ook glashelder gebleken. Indien dit advies
bij de aanvang van de debatten was verstrekt, dan zou meteen één
van de belangrijkste argumenten van de voorstanders van de holebi-
adoptie onderuit zijn gehaald, nog voor het debat zou begonnen zijn.

Wat is de allereerste en allerbelangrijkste considerans van het advies
van de Raad van State, de kerngedachte in feite? Dat is dat de
zogezegde discriminatie van homokoppels ten aanzien van
heterokoppels bij het opvoeden van kinderen volstrekt geen
discriminatie is. Tezamen met de tweede, terechte stelling van de
Raad van State dat een kind recht heeft op een gezin in plaats van
dat kandidaat-ouders een subjectief recht zouden hebben op een
kind, zijn dat de argumenten van de Raad van State die ons in staat
stellen om deze wet terug naar af te verwijzen zodra de politieke
situatie zich in een constellatie bevindt waarin wij die wet terug naar af
zouden kunnen zenden.

personnes de même sexe, on a
ouvert la porte à l'adoption par les
couples homosexuels. Nous nous
interrogeons sur cette évolution de
la société et le Conseil d'État fait
d'ailleurs de même. Le principal
considérant du Conseil est que la
discrimination dont les couples
homosexuels feraient l'objet par
rapport aux couples hétérosexuels
dans le cadre de l'éducation des
enfants n'existe pas. Si cet avis
avait été disponible au début des
débats, c'est un argument majeur
en faveur de l'adoption par les
homosexuels qui aurait perdu tout
son poids avant même le début
des travaux; mais cet avis n'a été
abordé que juste avant le vote
final. Le Conseil d'État estime par
ailleurs qu'un enfant a droit à une
famille et non pas que des
candidats-parents auraient
subjectivement droit à avoir un
enfant.

Si nous avions pu compter sur les
démocrates-chrétiens, ces deux
arguments nous auraient permis
de renverser la vapeur. Mais les
intentions réelles du CD&V sont
totalement équivoques. Dans le
cadre du long discours totalement
creux prononcé par M.
Verherstraeten en commission, je
n'ai pu comprendre qu'une seule
phrase, à savoir "je respecte
l'opinion de chacun dans ce
dossier". Il aurait difficilement pu
en être autrement puisque le
CD&V a successivement adopté
presque chaque point de vue
possible à l'égard de l'adoption par
les couples homosexuels.

Par le passé, le CD&V ne s'était
pas opposé au mariage des
homosexuels à condition qu'il ne
soit jamais question de droit
d'adoption pour ces derniers. Le
mariage est avant tout l'institution
où la parenté traditionnelle se
cristallise comme la meilleure
garantie pour l'éducation et la
protection des enfants. Les
partisans de l'adoption pour les
homos ont eu gain de cause: le
mariage, c'est essentiellement

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Het uitgangspunt van de redenering van de voorstanders van de
holebi-adoptie, dat kandidaat-ouders recht hebben op een kind, werd
tezamen met het discriminatieprincipe onderuit gehaald.

Zoals ik eerder al zei tijdens de vergaderingen in commissie en
wees daar maar zeker van bevindt de ethisch-progressieve slinger
van paars zich bijna op zijn uiterste top in de uitzwaai naar links, maar
hij zal wis en zeker terugkeren naar rechts. Ik neem de geschiedenis
als richtsnoer voor de toekomst. Het is wachten op het moment dat de
politieke meerderheid kan gevonden worden, maar ik besef natuurlijk
maar al te goed, collega's, dat dit niet meteen het geval zal zijn.

Er is een reden voor het ontbreken van die politieke meerderheid. Ik
verklaar mij nader.

Voor het vinden van een dergelijke meerderheid zou een politieke
partij die zich consequent behoudsgezind opstelt in ethische kwesties,
in dergelijke omstandigheden op de steun van de christen-
democraten moeten kunnen rekenen. Ik zeg "zou", want ik durf er
eerlijk gezegd, collega's, geen halve nikkel meer op te verwedden dat
de CD&V nog ooit met het voorliggende voorstel komaf zal willen
maken wanneer het wet zou worden, nu iedereen de afgelopen
maanden heeft moeten vaststellen dat zij eerst een bocht van 180
graden en vervolgens nog eens van 180 graden samen 360 graden
heeft gemaakt. Het zijn van die politieke toeren waarvan een
stuntman, indien hij het politieke toneel zou betreden, vooraf zou
zeggen: "Don't try this at home."

Het is betekenisvol dat CD&V niet de spits van het debat wil afbijten;
anders gebeurt dat altijd wanneer er oppositie gevoerd moet worden.
De houding van CD&V bewijst inderdaad dat het kan mislukken.
CD&V is dan ook jammerlijk uitgegleden. Ik zal even de vinger op de
wonde leggen en het hoe en waarom hiervan uit de doeken doen.

In deze aangelegenheid moet ik eerst mijn oprechte bewondering
uitspreken voor collega Verherstraeten die tijdens de laatste
vergadering van de commissie voor de Justitie ter gelegenheid van de
bespreking van het advies van de Raad van State, erin slaagde om
ononderbroken gedurende drie kwartier, dus 45 minuten lang, in feite
niets te zeggen. Ik was niet de enige die dat vaststelde. De enige
zinnige zinsnede die ik wel heb onthouden uit zijn betoog omdat het
ook de enige was, misschien helaas voor CD&V, waaruit toch enige
duidelijkheid bleek, was de volgende: "Ik respecteer eenieders
mening in dit dossier".

Welnu, collega Verherstraeten, nogal wiedes dat u dat moet stellen. U
kunt ook niet anders. CD&V heeft immers elke mening die er over
holebi-adoptie bestaat, van het linkse tot het rechtse kamp, ook
daadwerkelijk verkondigd tijdens het parlementair debat. Ik herinner
mij de bespreking eertijds, tijdens de vorige legislatuur, met
betrekking tot het homohuwelijk. Ik breng dat nog even in herinnering.
De CD&V'ers hielden dit niet tegen, op voorwaarde dat de holebi-
adoptie er niet zou komen. Dat was destijds al een zwaktebod,
precies omdat het huwelijk in de eerste plaats het instituut is waarin
het traditionele ouderschap zich kristalliseert als de beste waarborg
ter opvoeding en ter bescherming van de kinderen. Destijds beging u,
CD&V, de ethische blunder van de eeuw door het huwelijk en het
ouderschap onbegrijpelijk van elkaar los te willen koppelen omwille

l'éducation des enfants. Le CD&V
a toujours adopté à cet égard des
points de vue divergents. Dans un
premier temps, il n'avait pas
exprimé d'objections à l'adoption
pour les homosexuels mais a revu
sa position lorsque son arrière-
ban, dont "Kind en Gezin", s'est
fait entendre. Ce matin, j'ai
entendu à la radio que le CD&V
voterait tout de même contre.

Le Conseil d'État a dépassé le
CD&V par la droite. La parenté
sociale en soi une idée louable
a servi au fil du temps de véritable
cache-misère politique pour
dissimuler les nombreuses
contorsions de certains. Et,
comble de malchance, le Conseil
d'État en condamne le principe. Le
CD&V est parti en quête d'idées
mais la gauche et la droite avaient
déjà fait main basse sur les
meilleures. Au cours des deux
dernières décennies, les
chrétiens-démocrates ont gommé
de leur programme les normes et
les valeurs traditionnelles, ne
conservant plus guère aujourd'hui
que de vagues dénominateurs,
tels que `le respect' et `la réalité de
la société'. En toute innocence
semble-t-il, ils ont permis que les
préparations idéologiques toxiques
de la gauche contaminent leur
arsenal conceptuel.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

van het bakzeil halen voor het homohuwelijk. Op zijn beurt is dat dan
weer een politieke flater bovenop die ethische blunder, in een
onwaarschijnlijk onhandige poging om de holebi-adoptie af te blokken.

Vergis u echter niet! De voorstanders van de holebi-adoptie haalden
toen, toen u die verklaring deed, hun slag al thuis, want het huwelijk
sluit a priori de mogelijkheid tot het opvoeden van kinderen in. Zo niet,
zou het pas echt van zijn essentie en zijn eigen aard beroofd worden.
Als men mij vraagt of homo's, nu ze mogen trouwen, ook kinderen
mogen krijgen, ben ik verplicht om ja te zeggen, als men het instituut
huwelijk beschouwt zoals het altijd is geconcipieerd in het Burgerlijk
Wetboek. Dit geldt ook als samenlevingsgegeven in het algemeen:
men hoeft er zelfs niet alleen een juridische betekenis aan te geven.

Deze dubbele, deze ethische annex politieke vergissing zou u
natuurlijk zuur gaan opbreken, CD&V, omdat u niet meer zonder
ernstig gezichtsverlies te lijden kon afwijken van het door u ingeslagen
doodlopende straatje. Inderdaad, het mocht dan ook geen
verwondering wekken dat collega Van der Auwera tijdens de eerste
vergadering van de commissie voor de Justitie waarop het dossier
werd behandeld, moest of mocht komen vertellen dat er geen
fundamentele bezwaren bestonden tegen de holebi-adoptie, nota
bene verwijzend naar de studies. Het eerste stukje van de bocht was
genomen: 180 graden.

Dan begon de achterban zich te roeren: daar had men even geen
rekening mee gehouden. Kind en Gezin, bijvoorbeeld, om er maar
een te noemen. Dit deed de top van de partij, waaronder voorzitter
Vandeurzen, uiteindelijk nog vrij zachtjes landen, maar dan wel in een
veld van brandnetels en distels die u al had gezaaid bij de
goedkeuring van het homohuwelijk. Zo zacht kwam de landing dus
ook niet aan.

Vergeef mij en corrigeer mij, indien ik mij vergis. Als u het nu niet
zegt, zult u het straks misschien wel op het spreekgestoelte zeggen.
Is het nu de laatste opvatting van CD&V die blijft gelden, en wat ik
destijds toch in tv-interviews heb vernomen, met name dat in de
praktijk, als de voorstellen van CD&V zouden worden gevolgd ik heb
ze wel niet meer op tafel zien liggen , de lesbiennekoppels wel
kinderen zouden kunnen adopteren of opvoeden en de homokoppels
om een of andere reden niet.

In elk geval, vandaag heb ik tijdens de radio-uitzending mogen
vernemen dat CD&V blijkbaar zou tegenstemmen. De bocht van 180°
wordt zo nog maar eens opnieuw genomen. De 360° zijn op die
manier rond en zo is CD&V terug beland waar ze is vertrokken.

Ik veronderstel dat iedereen tevreden is, zoniet zal de stemming dat
straks wel uitwijzen.

In elk geval staat u politiek gezien nu met lege handen. Langs rechts
bent u nota bene voorbijgestoken door het advies van de Raad van
State. Anderzijds is het zorgouderschap, een verdienstelijk idee dat
beter verdiende, helaas door uw eigen schuld gaandeweg verworden
tot een politiek schaamlapje om het bochtenwerk inzake holebi-
adoptie te verdoezelen. Ten slotte werd het idee door de Raad van
State helaas ook nog gewogen en tot overmaat van ramp te licht
bevonden.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Ik blijf de vinger op de wonde leggen. U, CD&V, hebt de hele politieke
ideeënmarkt afgezeuld en afgeleurd. U hebt hier en daar nog zelf
geprobeerd een kraampje in elkaar te flansen. De koopwaar werd
echter a lang te linker- en te rechterzijde verdeeld en opgekocht. U
hebt alle mogelijke meningen verkondigd. Nu blijft er warempel geen
enkele mening meer over om te verkondigen.

Van de finalisering van het proces, dat zich binnen de vroegere CVP
is beginnen te voltrekken, worden de gevolgen nu pas, in deze
kwestie, heel goed zichtbaar. Dat komt ervan. U hebt immers de
voorbije twee decennia de salamitechniek op uw eigen ethisch-
ideologisch corpus toegepast. U hebt schijfje per schijfje de
traditionele waarden en normen uit uw programma weggesneden. De
povere eindjes, de restjes die overblijven, laat u dan onder vage
noemers met termen zoals, enerzijds, respect en, anderzijds,
maatschappelijke realiteit voor de neus van de kiezer bengelen.
Sommige leden van uw partij weten maar al te goed dat een
weliswaar zoet, maar toxisch preparaat van het linkse infuus in uw
begrippenarsenaal werd geïnjecteerd.

01.17 Pieter De Crem (CD&V): Er is een goed antigif.

01.18 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Wat is een goed antigif,

mijnheer De Crem?

01.19 Pieter De Crem (CD&V): (...)

01.20 Bert Schoofs (Vlaams Belang): De kiezers luisteren anders

wel naar u. Het beste antigif is dan misschien ook misschien eens
naar de kiezer luisteren.

01.21 Pieter De Crem (CD&V): (...).

01.22 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Peilingen? Ik kijk altijd naar de

verkiezingsuitslagen, mijnheer De Crem.

01.23 Pieter De Crem (CD&V): (...).

01.24 Bert Schoofs (Vlaams Belang): We zullen de peilingen dan

maar proberen te volgen, zeker? Ik wens u veel succes.

Mijnheer De Crem, het gemarchandeer van uw partij is het beste
bewijs dat al wat links denkt, roept, schreeuwt, klinkt, botst, wauwelt
en leutert in onze politiek correcte censuurstaat, het monopolie op de
ethische agenda mag claimen.

We kregen deze week alweer een staaltje te zien naar aanleiding van
de nieuwe aanslag die op het Vlaams Belang wordt voorbereid, van
het feit dat men desnoods het recht op vrije meningsuiting mag
verkrachten.

Men doet maar. Wij blijven in elk geval uitkomen voor onze vrije
mening - tenminste zolang dat nog kan - spijts lafheid van degenen
die er het zwijgen toe doen en hun huik liefst zo veel mogelijk en zo
onderdanig mogelijk naar de progressieve winden hangen. Wind
fabriceren, daarin zijn de Verhofstadts van deze wereld immers
kampioen, laat daarover geen twijfel bestaan. Het feit dat wij onze tijd

01.24 Bert Schoofs (Vlaams

Belang): Le marchandage du
CD&V montre à quel point les
idées de la gauche dominent
l'agenda éthique et qu'au besoin,
on peut rogner la liberté
d'expression au nom du
politiquement correct.

Le Vlaams Belang continue en tout
état de cause à défendre la liberté
d'expression, tant qu'il le peut et
malgré la couardise de ceux qui
mangent à tous les râteliers du
progressisme.

Il est d'ailleurs édifiant de
constater que la décision dépend
d'une majorité fortuite au sein d'un

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

moeten besteden aan een dossier als dit, bewijst het.

Het is ten slotte tekenend dat de beslissing in een politiek dossier met
een dergelijke ethische dimensie door paars afhankelijk wordt
gemaakt van een toevallige politieke meerderheid, een eventualiteit in
een Parlement dat halfweg de legislatuur al voor een kwart is
samengesteld uit opvolgers. Dat is de realiteit van vandaag. Zo stelt
paars zijn beleidsdaden.

Er resten mij in het debat nog slechts enkele woorden vanop dit
spreekgestoelte. De Vlaams Belang-fractie zal met de volle kracht van
haar overtuiging tegen de holebi-adoptie stemmen.

Parlement déjà composé à mi-
législature d'un quart de
suppléants.

C'est avec une grande conviction
que le groupe Vlaams Belang
votera contre l'adoption par les
couples de même sexe.

01.25 Karine Lalieux (PS): Monsieur le président, madame la vice-

première ministre, chers collègues, la proposition de loi qui nous est
soumise aujourd'hui a fait l'objet de beaucoup de discussions tant au
sein de cette assemblée qu'au sein de l'opinion publique, c'est une
bonne chose! Il y a eu un grand retentissement dans l'ensemble de la
société, on ne compte plus les débats auxquels nombre d'entre nous
ont participé, à travers les médias ou des rencontres citoyennes.

Le débat, souvent passionné, a permis le développement de multiples
argumentations, témoignant souvent de la complexité de la
problématique ou se référant peu ou prou, consciemment ou
inconsciemment, à des intuitions individuelles.

Le défi du législateur dans une démocratie est d'accompagner, par la
loi, l'évolution de notre société, lorsque celle-ci risque d'entraîner des
inégalités de droit. Pour ce faire, il est de notre devoir et de notre
responsabilité de gommer toutes les zones de non-droit qui vont à
l'encontre de nos valeurs et des droits fondamentaux.

Tout le monde admettra aujourd'hui que la famille ne se décline plus
sous sa forme classique. Même si la famille nucléaire reste un
modèle de référence, nul ne peut ignorer que bon nombre d'enfants
vivent d'autres modèles familiaux: parents séparés, parents ayant
créé un autre couple, parents de même sexe.

Reconnaître dans l'Etat de droit les évolutions de nos sociétés et,
surtout, les accompagner pour les encadrer, permet de nous inscrire
dans la modernité. Pas la modernité entendue dans un sens
commun, à savoir ce qui est à la mode, ce qui est tendance, non!
Mais bien la modernité philosophique. Celle-ci est dominée par l'idée
de la raison humaine qui détermine et permet l'autonomie de chaque
individu. Cette modernité façonne la liberté de l'homme et a nourri nos
démocraties. La modernité refuse le déterminisme pour lui préférer la
responsabilité, le débat objectif et in fine, le choix politique.

Prétendre, comme certains l'ont fait ou le font encore, que nous
agissons dans la précipitation est tout simplement être amnésique. En
effet, dès 2001, dans sa note de politique générale, le ministre de la
Justice de l'époque faisait état d'ouverture possible de l'adoption des
couples homosexuels. Lors des discussions sous la précédente
législature, tant de la loi réformant l'adoption que de celle permettant
le mariage aux personnes de même sexe, la question a été soulevée
et largement évoquée, débattue et entendue.

Sous cette législature, les états généraux de la famille ont analysé

01.25 Karine Lalieux (PS): Het

voorliggend wetsontwerp werd
binnen deze assemblee en
daarbuiten uitvoering besproken.
Uit de vele argumenten die werden
aangevoerd, blijkt dat dit probleem
erg complex is.

De wetgever wordt voor de
uitdaging geplaatst de
maatschappelijke veranderingen
te begeleiden. Het is onze plicht
en onze verantwoordelijkheid de
juridische leemten te verhelpen.

Hoewel het kerngezin een
referentiemodel blijft, kunnen we
alleen maar vaststellen dat heel
wat gezinnen vandaag niet meer
aan de klassieke gezinsvorm
beantwoorden.

We moeten erkennen dat de
maatschappij verandert en die
maatschappelijke evoluties
regelen. Zodoende sluiten we ons
aan bij het moderne filosofisch
denken, dat berust op de
menselijke rede

en de

zelfredzaamheid van het individu.
In zo'n denken is geen plaats voor
determinisme, maar wordt
gekozen voor
verantwoordelijkheid, objectief
debat en ten slotte het maken van
een politieke keuze.

In 2001 opperde de toenmalige
justitieminister al dat de adoptie
mogelijkerwijze voor
homoseksuele koppels zou
kunnen worden opengesteld.
Tijdens de vorige regeerperiode
en in het kader van de
besprekingen rond de wet tot

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

cette problématique en recourant à l'avis de nombreux experts. En
cette assemblée, la sous-commission Droit de la famille a auditionné,
à partir du mois de mars 2005, un panel d'experts éclairant la
problématique dans ses diverses dimensions. Il faut souligner
d'ailleurs que la quasi-totalité des juristes que nous avons auditionnés
- tous réseaux confondus, puisque nous avons entendu des juristes
de l'UCL, de Saint-Louis, de la KUL -, étaient favorables, sauf un, à la
forme juridique de l'adoption.

Lorsque le débat a été porté en commission de la Justice, des
auditions complémentaires ont été réclamées. Elles ont bel et bien eu
lieu. On a été jusqu'à demander l'avis du Conseil d'Etat, et ce fut
d'ailleurs une bonne chose.

hervorming van de adoptie en van
de wet die het huwelijk voor
partners van hetzelfde geslacht
openstelt, kwam dit punt ruim aan
bod.

Tijdens deze regeerperiode
hebben de Staten-generaal van
het Gezin en de subcommissie
Familierecht het advies gevraagd
van tal van experts, die het
probleem vanuit verschillende
hoeken belichtten. Nagenoeg alle
juristen die werden gehoord, van
welke strekking ook, waren de
rechtsvorm van de adoptie
genegen.

In de commissie voor de Justitie
werden bijkomende hoorzittingen
georganiseerd en werd later ook
het advies van de Raad van State
ingewonnen, wat een goede zaak
was.

Le président: Madame, le calendrier de nos travaux compte environ
deux mois d'inactivité. J'estimais que pour un projet aussi important, il
s'indiquait d'avoir l'avis du Conseil d'Etat, quelle que soit son
interprétation sur la question. Je trouve cela convenable pour la
bonne gestion du travail législatif.

De voorzitter: Ik heb gemeend
dat, als men een voorstel van
dergelijk gewicht correct wenste te
behandelen, het advies van de
Raad van State een vereiste was.

01.26 Karine Lalieux (PS): Vous avez fort bien fait, monsieur le

président. L'avis du Conseil d'Etat était riche et l'analyse
jurisprudentielle des plus fouillées.

Cet avis du Conseil d'Etat de 150 pages nous a confortés en
précisant clairement qu'il n'y avait pas d'obstacles juridiques à
l'adoption et que nous devons aujourd'hui poser un choix politique.
Pourquoi? Parce que, tant les solutions judiciaires que légales sont
insatisfaisantes pour l'exigence d'égalité et de non-discrimination que
vivent nombre d'enfants aujourd'hui dans notre société.

Fondamentalement, le débat sur l'ouverture de l'adoption aux couples
gays et lesbiens s'inscrit évidemment dans la lutte contre les
discriminations, mais surtout dans la volonté de soutenir l'intérêt de
l'enfant, de reconnaître aux enfants de ces couples une série de
droits, évitant par là qu'ils soient eux aussi victimes de discriminations
comme ils le sont actuellement.

Il y a, aujourd'hui, des enfants élevés et aimés par des couples
homosexuels, ceux conçus par un couple lesbien par insémination
artificielle ou encore ceux qui ont été adoptés par un seul membre du
couple, l'adoption par une personne célibataire étant, elle, autorisée.

Est-ce le rôle de l'Etat que d'ignorer cette réalité? Est-ce le rôle d'un
Etat de fermer les yeux sur le quotidien des enfants plongés d'emblée
dans le champ de la discrimination? Est-ce le rôle d'un Etat de ne pas
protéger l'intérêt de l'enfant?

01.26 Karine Lalieux (PS): Daar

hebt u goed aan gedaan, vermits
het advies van de Raad van State
een hele reeks uit de rechtspraak
voortvloeiende analyses bevat.

Dat advies sterkte ons in onze
overtuiging: het stelde immers dat
er geen juridisch bezwaar is tegen
adoptie en dat het in eerste
instantie een politieke keuze is. De
wettelijke en gerechtelijke
oplossingen die thans aan heel
wat kinderen worden geboden, zijn
ontoereikend.

Ten gronde houdt dit debat
verband met de strijd tegen de
discriminatie en het streven om de
belangen van het kind te vrijwaren.

Vandaag al worden kinderen
liefdevol opgevoed door
homoseksuele koppels; lesbische
koppels doen een beroep op
kunstmatige inseminatie om een
kind te verwekken, of het kind

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Que devons-nous faire? Interdire? La belle hypocrisie! Cela revient à
laisser tous les enfants vivre hors-la-loi, à les laisser sans droit. La
belle irresponsabilité que de plonger ces enfants dans l'insécurité
juridique! Ces enfants sont élevés par deux personnes, deux parents
à leurs yeux. Pourtant, la loi ne reconnaît que l'un d'eux, l'adoptant.
Que se passe-t-il en cas de séparation, de décès de l'un des deux
parents? L'enfant est privé des liens avec son "deuxième" parent,
celui-ci n'existant pas au regard de loi.

En permettant aux couples homosexuels d'adopter, nous donnons un
statut à ces enfants, nous leur reconnaissons des droits dont ils sont
privés aujourd'hui. Nous inscrivons simplement ces enfants dans le
champ de l'Etat de droit.

Je me permettrai d'insister: aujourd'hui, tant la loi du 24 avril 2003 que
certaines techniques de procréation artificielle permettent à une
personne seule d'avoir un enfant. Autrement dit, une femme peut
choisir d'être mère célibataire, une personne seule (hétérosexuelle ou
homosexuelle) a le droit d'adopter. Mais être parents à deux serait
interdit pour cause d'orientation sexuelle. Cela paraît plus que
critiquable, monsieur Wathelet, je le répète.

Je ferai peu de commentaires sur le dispositif même de la proposition
de loi. En effet, je crois que la voie choisie est celle qui apporte la plus
grande sécurité juridique. L'adoption assure sécurité et stabilité du
lien de l'enfant.

J'ajouterai, pour la bonne compréhension des débats, que l'ouverture
de l'adoption aux couples homosexuels ne signifie pas qu'un blanc-
seing est ainsi accordé aux parents adoptifs. Il faut le préciser et être
clair à ce propos: la proposition de loi ne consiste pas à accorder aux
couples homosexuels un droit absolu et automatique à adopter, un
droit à avoir un enfant. Les candidats adoptants seront soumis à une
procédure longue, à une enquête sociale approfondie sur leurs
capacités affectives et éducatives.

Au-delà d'arguments moralistes, il est fréquent d'entendre les
opposants à l'adoption des couples homosexuels mettre en avant
l'incertitude on l'a entendu qui entoure l'équilibre et le
développement psychologique de ces enfants.

D'abord, c'est feindre d'oublier l'amour qui entoure ces enfants. Un
enfant est élevé dans l'amour par l'attention et l'affection qu'on lui
témoigne. Ensuite, c'est ignorer les études scientifiques déjà publiées.

Je ne veux pas entrer ici dans le débat sur les études que nous avons
abondamment citées pour étayer notre choix en faveur de l'adoption
par les couples de même sexe. Certes, elles présentent des
faiblesses, mais je voudrais aussi souligner qu'aucune étude n'a établi
avec sérieux et expérimentation le danger de l'adoption par les
couples de même sexe.

wordt door een enkele ouder
geadopteerd vermits adoptie door
een alleenstaande wettelijk is
toegestaan. De overheid mag
deze werkelijkheid niet negeren en
de ogen sluiten voor het
dagdagelijkse bestaan van die
kinderen. Op die manier weigert ze
immers de rechten van het kind te
beschermen. We mogen die
kinderen niet in een positie van
rechtsonzekerheid laten.

Als die kinderen door twee
personen worden opgevoed,
erkent de wet slechts een van hen,
met name de adoptiefouder. De
wet biedt dus geen oplossing
indien een koppel uit elkaar gaat
of indien een van hen overlijdt,
aangezien de "tweede" ouder
volgens de wet niet eens bestaat.

Ik wil onderstrepen dat de wet van
24 april 2003 en de technieken
inzake kunstmatige voortplanting
een alleenstaande thans in staat
stellen om een kind te hebben.
Anders gezegd: een vrouw kan er
bewust voor kiezen om een
alleenstaande moeder te zijn en
een alleenstaande heeft het recht
om een kind te adopteren, terwijl
een koppel het ouderschap wordt
ontzegd op grond van hun
seksuele geaardheid.

Ik zal niet uitgebreid ingaan op het
dispositief van het wetsvoorstel,
aangezien het garant staat voor de
veiligheid en de stabiliteit van de
band met het kind.

Met het

wetsvoorstel wordt

homoparen geen absoluut en
automatisch recht op adoptie
toegekend. Kandidaat-
adoptieouders zullen een lange
procedure moeten doorlopen, en
aan een grondig maatschappelijk
onderzoek onderworpen worden
met betrekking tot hun affectieve
en opvoedkundige capaciteiten.

Naast een aantal moralistische
argumenten schermen de
tegenstanders van het ontwerp
met de onzekerheid omtrent het

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

evenwicht en de psychologische
ontwikkeling van het kind.

Maar daarmee miskent men het
feit dat die kinderen met veel liefde
omringd worden, én de reeds
verschenen wetenschappelijke
studies hierover. In geen enkele
ernstige studie werd tot nu toe
aangetoond dat holebi-adoptie
risico's zou inhouden.

01.27 Charles Michel (MR): Comme cela a été dit précédemment,

beaucoup d'arguments ont déjà été échangés. Néanmoins, madame
Lalieux, vous semblez survoler l'élément des études en demandant
de ne pas trop s'y pencher, car, finalement, elles disent un peu tout et
son contraire.

Je suis frappé quant à moi de noter que les études en question,
inventoriées et évoquées dans nos débats en commission, sont, pour
l'essentiel d'entre elles, des études réalisées dans les pays anglo-
saxons; pour l'essentiel d'entre elles, voire leur quasi-majorité, elles
ne visent que la situation de femmes qui élèvent ensemble des
enfants, sans viser la situation des hommes. De façon un peu naïve
et avec une tentative de bon sens, spontanément et sans être un
spécialiste de ces questions, j'ai le sentiment que ce n'est pas
exactement pareil.

Beaucoup ont mis en évidence le fait que ces études ont été réalisées
sur une base volontaire; comme certains l'ont dit, ces personnes ont
décidé de participer à ces études dans un contexte militant. De plus,
les délais dans lesquels elles ont été réalisées sont relativement brefs
et les périodes relativement courtes.

Par conséquent, sans nullement parler de consensus unanime et
absolu quant à l'intérêt de l'enfant, balayer d'un revers de la main le
fait qu'aujourd'hui il n'y ait pas, au minimum j'utilise les mots avec
prudence , un doute sérieux quant à l'intérêt de l'enfant, voilà qui
pose difficulté dans le raisonnement.

Je peux suivre sans aucune difficulté votre cheminement intellectuel
pour un certain nombre d'éléments, mais sur ce point, il me semble
qu'il y a une fragilité terrible. Cela me donne l'impression que votre
raisonnement repose sur un pari. Le pari que les études en question,
pourtant fortement controversées, seraient exactes. Elles le sont
peut-être ou elles ne le sont peut-être pas. Vous décidez, et c'est
votre conviction et je la respecte de faire un pari mais ce n'est pas
mon cas, ce n'est pas mon choix.

01.27 Charles Michel (MR): De

meeste van die studies werden in
Angelsaksische landen uitgevoerd,
en betreffen enkel de situatie van
vrouwen, geen mannen, die
samen kinderen opvoeden. Naar
mijn gevoelen is dat toch niet
helemaal hetzelfde. Bovendien
werd er voor die studies gewerkt
met vrijwilligers, in een militante
context bovendien. De studies
lopen ook over een betrekkelijk
korte periode. Het feit dat er
momenteel op zijn minst een
ernstige twijfel bestaat over het
belang van het kind, kan u dan
ook niet zomaar wegwuiven.

Uw redenering stoelt op de boude
veronderstelling dat die nochtans
zeer controversiële studies
kloppen. Ik respecteer uw
overtuiging, maar het blijft een
boude veronderstelling, en het is
mijn keuze niet.

01.28 Karine Lalieux (PS): Je ne vais pas répéter tout ce qu'on a dit

sur les études. Des études qui font le suivi des familles sur base
volontaire, c'est vrai pour les homosexuels mais c'est aussi vrai pour
les hétérosexuels. Il n'y a jamais eu d'études réalisées sur base
involontaire.

Vous dites qu'elles sont essentiellement anglo-saxonnes. C'est vrai
pour les premières études car, aux Etats-Unis, cela fait longtemps
qu'on peut adopter dans certains Etats.

01.28 Karine Lalieux (PS): Er

werden nooit studies op
onvrijwillige basis verricht. Dat
geldt zowel voor homoseksuelen
als voor heteroseksuelen.

U zegt dat het vooral
Angelsaksische studies betreft.
Dat geldt wellicht wel voor de

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Monsieur Michel, vous n'avez pas entendu les propos de l'équipe de
la VUB car vous n'étiez pas là.

eerste groep. Maar u heeft niet
gehoord wat de mensen van de
VUB hebben gezegd, want u was
niet aanwezig.

01.29 Charles Michel (MR): Ce n'est pas correct! Une sous-

commission Droit de la famille a été installée avec sept membres. Un
membre par groupe politique était présent et faisait régulièrement
rapport à son groupe respectif. Vous dites que le travail a eu lieu en
commission, j'étais présent en commission.

Cessez de sous-entendre systématiquement qu'il n'y aurait que vous
qui auriez assisté aux auditions!

01.29 Charles Michel (MR): Dat

klopt niet! In de subcommissie
Familierecht was er één lid per
politieke fractie aanwezig dat
geregeld verslag uitbracht aan zijn
fractie. Ik was aanwezig in de
commissie. Hou er mee op om
stelselmatig de indruk te wekken
dat u alleen op de hoorzittingen
aanwezig was!

01.30 Karine Lalieux (PS): On ne va pas polémiquer!

La sous-commission Droit de la famille est ouverte à tout le monde,
surtout lors des auditions. Le président l'a répété. Vous n'étiez pas là
et vous avez sans doute pu lire leurs études. La VUB suit depuis vingt
ans ces couples sur base volontaire et cette équipe pluridisciplinaire
pratique également des inséminations. Et il en va de même pour
l'ensemble de nos hôpitaux académiques, d'orientation plutôt laïque.
Pour bon nombre d'hôpitaux, il s'agit d'équipes pluridisciplinaires à qui
j'ai tendance à faire confiance.

Monsieur Michel, ils pratiquent cela depuis vingt ans. Ce ne sont pas
des apprentis sorciers! Ils font un pari pour la vie de ces enfants!

Il est inacceptable que vous disiez cela par rapport à ces équipes qui
ont toute la confiance du public. Il n'y a jamais eu de procès contre
elles!

Par rapport aux couples masculins, il est vrai qu'il y a beaucoup moins
d'exemples de suivi car il y a beaucoup moins d'adoptions par des
couples masculins. Les études sont effectivement moins
nombreuses.

Encore une fois, ce n'est pas un pari. Les enfants ne servent pas de
cobayes! Je crois que tout cela a été pensé, que ces enfants existent,
que la majorité des témoignages de ces enfants que l'on ne force
pas! sont positifs alors qu'ils sont jeunes adultes ou adolescents
aujourd'hui.

01.30 Karine Lalieux (PS): U

was er niet, maar u heeft wellicht
wel hun studies kunnen lezen.

De VUB volgt die koppels al twintig
jaar lang en dat multidisciplinair
team voert ook inseminaties uit.
Dat zijn geen leerling-tovenaars!

Het

klopt dat er minder

voorbeelden zijn van mannelijke
koppels die werden gevolgd omdat
er minder adopties door
mannelijke koppels plaatsvinden.

Kinderen worden hier niet als
proefkonijnen gebruikt. Dit is
allemaal heel goed doordacht. De
meest getuigenissen van die
kinderen zijn positief, terwijl ze nu
jongvolwassenen of adolescenten
zijn.

01.31 Marie-Christine Marghem (MR): Monsieur le président, Mme

Lalieux compare des situations qui ne sont pas comparables et que
l'on met dans le même sac concernant le concept et l'institution de
l'adoption.

La situation des couples lesbiens qui pratiquent une insémination
artificielle avec donneur anonyme est radicalement différente de la
situation de couples homosexuels, mariés ou non, qui adopteraient un
enfant procréé, par essence, par un couple hétérosexuel. J'insiste sur
le fait que ces situations sont fondamentalement différentes et attire
votre attention sur ce point.

01.31 Marie-Christine Marghem

(MR): Mevrouw Lalieux vergelijkt
appels met peren. De situatie van
twee lesbische vrouwen die een
beroep doen op kunstmatige
inseminatie met anoniem
donorsperma, heeft niets uit te
staan met de situatie van een
holebikoppel dat een kind wil
adopteren dat verwekt werd door
een heteropaar.

01.32 Karine Lalieux (PS): Comme les couples hétérosexuels qui 01.32 Karine Lalieux (PS): Net

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

adoptent! C'est exactement la même chose!

als bij heteroparen die een kind
adopteren!

01.33 Yvan Mayeur (PS): (...)

01.34 Marie-Christine Marghem (MR): (...)

Le président: Toutes celles et ceux qui interrompent vont venir s'expliquer à la tribune, à leur aise. Laissez
Mme Lalieux s'exprimer!

01.35 Karine Lalieux (PS): Monsieur le président, je continue.

Nous avons reçu les études; nous les avons analysées. Nous avons
tous notre avis sur ces études et nous avons confiance dans nos
équipes médicales et psychologiques.

Je vais répondre à la question sur le principe de précaution avancé
depuis le début par M. Wathelet. Certains mettent en avant ce
principe de précaution pour refuser d'ouvrir l'adoption aux couples
homosexuels. Ces derniers je pense qu'ils sont nombreux partent
du postulat qu'à partir du moment où l'on ne peut pas mesurer les
risques encourus par un enfant monsieur Michel, c'est ce que vous
avez dit lorsqu'il est élevé par des couples homosexuels, il vaut
mieux ne pas se prononcer. Ces risques n'ont pas été établis; en tout
cas, je n'ai jamais lu d'études allant dans ce sens.

En revanche, je pose à mon tour une tout autre question concernant
ce principe de précaution. Quel est l'impact aujourd'hui, pour de
nombreux enfants élevés par des couples homosexuels, du refus de
l'Etat de leur reconnaître le lien de parenté qu'ils vivent au quotidien
dans ces familles qui leur donnent de l'amour? Quel est l'impact pour
ces enfants de l'attitude de l'Etat qui nie leur lien affectif avec les deux
parents, qui les exclut du concept de la vie familiale? J'aimerais que
vous vous posiez ces questions.

En refusant de reconnaître ce lien de filiation avec leurs deux parents,
l'Etat enverrait le message suivant à ces enfants: le refus de leur
octroyer toute une série de droits dont des droits fondamentaux,
notamment celui d'avoir une famille reconnue. Ce message est
particulièrement négatif, il équivaut à cantonner ces enfants dans une
sphère de discrimination, à les plonger dans une véritable insécurité
qu'ils vivent déjà aujourd'hui.

Je le répète, la proposition examinée aujourd'hui n'est pas le fruit
d'une stratégie fumeuse d'un apprenti sorcier, contrairement à ce que
vous avez affirmé lors de certains débats.

Au-delà des parlementaires qui la soutiennent, la proposition a
recueilli l'appui de beaucoup d'acteurs très importants et
représentatifs de la société civile. Je rappelle que l'assemblée
générale de la Ligue des Familles s'est prononcée en faveur de
l'adoption par des couples homosexuels, tout comme le Centre pour
l'Égalité des chances, les Femmes prévoyantes socialistes, la Ligue
des droits de l'homme, la Coordination des ONG pour les droits de
l'enfant dont font partie l'UNICEF et Amnesty International.

Cette proposition permet aux couples homosexuels d'adopter, c'est-à-
dire de s'inscrire dans une procédure d'adoption que nous avions

01.35 Karine Lalieux (PS):

Sommigen hebben verwezen naar
het voorzorgsbeginsel om hun
weigering om adoptie voor
homoseksuele koppels mogelijk te
maken, te rechtvaardigen. Maar
afgezien van het feit dat de
"risico's" niet bewezen werden,
kan men zich afvragen welk effect
de weigering van de overheid om
hen een verwantschap toe kennen
heeft op kinderen die door
homoseksuele koppels worden
opgevoed? Als men weigert hen
een afstammingsband toe te
kennen, dan weigert men hen ook
het recht op een gezin!

Voorliggend voorstel is niet het
werk van enkele leerling-
tovenaars. Tal van belangrijke
actoren die de civiele
maatschappij vertegenwoordigen
staan er immers achter.

Dank zij het voorstel komen
homoseksuele koppels in
aanmerking voor de adoptie-
procedure zoals die tijdens de
vorige zittingsperiode werd
hervormd en die niet bedoeld is
om eenieder het recht te geven
om ouder te worden, maar wel het
recht te verlenen om zich
kandidaat te stellen voor adoptie.
Vandaag stellen wij voor een
verlengstuk aan die hervorming te
geven en op die manier een mooi
staaltje van hypocrisie weg te
werken.

Onze discussie moet zich situeren
op het niveau van het maatschap-
pelijk draagvlak. Het openen van
het recht op adoptie voor
homoseksuele koppels staat gelijk
met het wegwerken van een
discriminatie.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

redéfinie avec ambition sous la précédente législature. Tout comme
les couples hétérosexuels ou les célibataires qui ont déjà entamé des
démarches pour adopter, les couples homosexuels auront demain le
droit de s'inscrire dans le parcours d'adoption.

Je voudrais vous rappeler ceci: quand nous avons réformé l'adoption
en 2003, nous avons profondément modifié les procédures. C'était
déjà dans l'intérêt de l'enfant et dans le cadre de la lutte contre les
discriminations qui frappaient les couples non mariés. Je crois que
tous les partis qui ont voté cette réforme à l'époque ont confiance
dans les mécanismes que nous avons mis en place. Nous n'avons
pas ouvert un droit pour tous à être parent, à avoir un enfant mais un
droit à être candidat à l'adoption. Aujourd'hui, nous proposons
simplement de prolonger cette réforme et de lever ainsi une belle part
d'hypocrisie. Ceux qui ont voté la loi hier et qui refusent de l'étendre
aux couples homosexuels autorisent une personne seule à adopter.
Ils admettent ainsi implicitement qu'une personne homosexuelle
célibataire peut adopter, peut être papa ou maman. Pour le dire
clairement, ils refusent à un couple homosexuel d'adopter, ils refusent
de reconnaître à un couple de femmes ou à un couple d'hommes
d'être parents et de pouvoir éduquer un enfant.

Mais où placent-ils l'intérêt d'un enfant? N'est-ce pas une forme de
néo-conservatisme de refuser de voir qu'il existe une autre réalité que
la famille nucléaire, que cette réalité est celle d'enfants sans droits liés
à la filiation? Notre débat doit se situer dans le champ de l'acceptation
sociale. Il revient à l'État d'encourager la tolérance et de lutter contre
toute forme de discrimination. Ouvrir l'adoption aux couples
homosexuels, c'est combattre une discrimination, c'est donner un
statut à tous ces enfants. Nous sommes bien là dans le champ de
l'acceptation sociale et j'insiste: c'est à l'État qu'il revient d'encourager
la tolérance et de lutter contre les discriminations.

Monsieur le président, je terminerai par une citation de Jacques Attali:
"La société progresse quand les pratiques s'organisent par des lois et
quand les lois protègent contre les excès de cette pratique." J'ai reçu
un mail très émouvant d'un couple de personnes du même sexe qui
vit en Flandre. En suivant le parcours d'adoption, ces personnes ont
eu l'occasion d'adopter en 2001 et en 2003. C'est un couple
d'hommes, monsieur Wathelet. Ils ont eu la joie d'avoir deux petites
filles, nées d'une mère toxicomane. Ils ont eu la chance d'accueillir
ces deux petites filles dans leur famille.

Que disent-ils?

"Une loi concernant l'adoption n'ajoutera rien au lien émotionnel que
nous avons avec nos enfants. L'amour a fait de nous une famille unie.
Une loi concernant l'adoption garantira à A. et à E." noms des deux
petites filles "qu'elles peuvent grandir avec deux parents qui
choisissent pour elles sans condition. Nos filles sont nées sous des
conditions aggravantes. Votre voix est décisive pour leur futur."

Je vous remercie et je vous remercie de penser à elles.

01.36 Guy Swennen (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mevrouw

de minister, collega's, in de toelichting bij mijn voorstel tot holebi-
adoptie, dat vandaag ter stemming voorligt, ben ik heel beknopt
geweest over de redenen waarom. Ik citeer uit de toelichting bij het

01.36 Guy Swennen (sp.a-spirit):

Dans l'exposé des motifs de ma
proposition, je n'ai expliqué qu'en
termes très succincts les raisons

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

wetsvoorstel: "Het is een maatschappelijke realiteit dat binnen onze
maatschappij kinderen liefdevol worden opgevoed in een veelvoud
aan samenlevingsvormen: door alleenstaanden, door mensen die
gescheiden zijn, door partners van gelijk en ongelijk geslacht, in nieuw
samengestelde gezinnen. Deze verscheidenheid aan
samenlevingsvormen vindt ook steeds meer zijn weerslag in onze
wetgeving. Getuige daarvan de openstelling van het huwelijk voor
paren van gelijk geslacht. Het is niet aan de wetgever om één
bepaalde samenlevingsvorm, namelijk die van twee personen van
gelijk geslacht, uit te sluiten van adoptie. Er zijn daar immers geen
objectieve redenen toe, noch in het belang van het kind, noch in het
belang van de kandidaat-adoptanten. Kinderen die opgroeien binnen
een gelijkslachtelijke relatie zijn minstens even gelukkig als kinderen
die in andere relaties opgroeien".

Collega's, voor mijn fractie en mijzelf volstond die motivatie om mijn
wetsvoorstel in te dienen. Vandaag, na het voorafgaand parlementaire
proces geldt die nog steeds. Meer nog, na de besprekingen in de
subcommissie, na de verschillende hoorzittingen, na de behandeling
in de commissie voor de Justitie, na een bijkomende hoorzitting
aldaar, na het advies van de Raad van State, na een navolgende
bespreking in de commissie voor de Justitie en na heel het
maatschappelijk debat sommigen zeggen dat dat niet werd gevoerd,
volgens mij is dat wel degelijk gevoerd heb ik alleen nog meer
argumenten ontdekt die pleiten voor een invoering van holebi-adoptie
in ons recht. Een aantal argumenten kende ik reeds, een aantal
andere zijn in de loop van het debat helemaal duidelijk geworden.

Dit zal de kern van mijn betoog zijn. Ik zal u vijftien argumenten geven
om vandaag pro holebi-adoptie te stemmen.

Ten eerste, er bestaan heel wat wetenschappelijke studies men kan
dat ontkennen, maar ze bestaan die zwart op wit aantonen dat
kinderen die worden opgevoed in een holebi-gezin, zowel sociaal als
psychologisch even gezond zijn als kinderen opgevoed in een
heterogezin. Het belang van het kind staat dus niet ter discussie.

Ten tweede, wereldwijd men kan dit ontkennen, maar de studies
bestaan heeft psychologisch onderzoek aangetoond dat alle,
minstens zeer vele vooroordelen van tafel moeten worden geveegd.
Uit diepgaande psychologische studies blijkt dat het gemis aan een
vader- of moederfiguur geen nadelige gevolgen voor het kind heeft.
Wat telt, is de liefdevolle zorg voor het kind. Dat is de essentie. Wie
durft hier te stellen dat die liefdevolle toewijding per definitie
gegarandeerd is bij een heterokoppel en per definitie niet zou zijn
gegarandeerd bij een holebi-koppel. Ik onthoud mij van de
voorbeelden terzake, die wij allemaal kennen.

Ten derde, het is absoluut in het belang van het kind dat het twee
volwaardige ouders heeft, met rechten en plichten. Daarom is het de
taak van de wetgever om aan alle kinderen een maximale juridische
bescherming en zekerheid te bieden.

Ten vierde, adoptie is de enige mogelijkheid om een volwaardige
juridische band tussen holebi-ouders en hun kind te scheppen. Alle
andere zogezegde oplossingen, zoals zorgouderschap en mee-
ouderschap, bieden die mogelijkheid niet. Die nieuwe statuten geven
namelijk geen erfrecht. Bij die statuten verdwijnt de juridische band

pour lesquelles le texte doit, à mes
yeux, être adopté. J'ai fait valoir
que les enfants sont aujourd'hui
élevés dans le cadre d'une
multiplicité de formes de vie
commune, qui se reflète de plus
en plus dans la législation. À cet
égard, citons l'accession au
mariage des partenaires de même
sexe. Il n'appartient pas au
législateur d'exclure une forme de
vie commune en particulier de
l'adoption. Aucune raison objective
ne plaide en ce sens, ni dans
l'intérêt de l'enfant, ni dans celui
des candidats adoptants. Il est par
ailleurs apparu que les enfants
élevés par des personnes de
même sexe sont au moins aussi
heureux que les autres.

Cette motivation me semblait
suffisante au moment du dépôt de
ma proposition, et aujourd'hui elle
m'apparaît toujours comme telle.
Après les discussions en sous-
commission, les différentes
auditions, les travaux en
commission de la Justice, l'avis du
Conseil d'État et le débat de
société consacré à cette matière,
je pense avoir découvert
davantage d'arguments encore en
faveur de l'adoption par des
couples holebis. Je me propose de
les passer à présent en revue
avec vous.

Il existe de très nombreuses
études scientifiques démontrant
que les enfants élevés au sein
d'un couple homosexuel sont
socialement et psychologiquement
aussi équilibrés que les autres
enfants. L'intérêt des enfants n'est
nullement en jeu ici.

Des études réalisées de par le
monde indiquent que tous les
préjugés "classiques" sont
infondés. Des études
psychologiques fouillées montrent
que l'absence de modèle paternel
ou maternel est sans
conséquences négatives. Ce qui
compte, c'est l'amour dont est
entouré l'enfant. Il serait
inconvenant d'affirmer que, par

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

met de ouders op het ogenblik dat het kind meerderjarig wordt.

Ten vijfde, dit voorstel tot holebi-adoptie vertrekt fundamenteel, gaat
in essentie uit, van het belang van het kind, van het recht van het kind
op een gezin dat instaat voor de beste zorgen. Dit voorstel gaat dus
niet uit van het recht van een koppel op een kind. Ik wil in dit verband
uitdrukkelijk erop wijzen dat hetzelfde principiële bezwaar tegen de
heteroadoptie gehanteerd werd en wordt.

Ten zesde, tegelijkertijd heel zeker met de realisatie van het
belang van het kind wordt inderdaad de gelijkberechtiging van hetero-
en holebi-koppels waargemaakt. Daarmee is niets mis, integendeel.

Ten zevende, als tussendoortje, de Raad van State heeft geen enkel
substantieel bezwaar geuit tegen holebi-adoptie. Bij het homohuwelijk
indertijd was dat nog anders. Meer nog, de Raad van State zegt dat
het Parlement moet beslissen.

Ten achtste, net als de heteroadoptie zal de holebi-adoptie het
voorwerp zijn van een strenge adoptieprocedure. Zij die de procedure
kennen, weten dat terzake zeer stringente geschiktheidcriteria tot
opvoeden, zoals men ze noemt, gelden. Zomaar even beweren, of de
indruk wekken, dat ieder koppel dat een kind wil zomaar een kind kan
bestellen of afhalen bij een adoptiedienst, is absoluut, maar dan ook
absoluut, onjuist.

Ten negende, een holebi-gezin is niet méér verwarrend voor een
adoptiekind dan een heterogezin. Ook in veel heterogezinnen zit een
adoptiekind met veel vragen over zijn afkomst. Het is een probleem
dat zich kan voordoen bij elke adoptie.

Ten tiende, dit voorstel gaat niet in tegen het klassieke man-vrouw-
gezin, maar erkent simpelweg een van de evoluties van de laatste
decennia in onze samenleving.

Het is niet het Parlement in het bijzonder, niet de politiek, maar wel de
samenleving zelf die gestalte heeft gegeven aan een nieuwe
werkelijkheid. Het is de samenleving zelf, wat werd opgebouwd op de
werkvloer van onze samenleving, het is die beweging die het
monopolie van het klassieke gezin man-vrouw heeft doorbroken.
Collega's, u weet allemaal dat veel kinderen opgroeien bij mama of
papa na een echtscheiding of het uit elkaar gaan van
samenwonenden, in nieuw samengestelde gezinnen met twee papa's
of twee mama's enzovoort. Laten we ook niet vergeten dat veel
kinderen opgroeien in eenoudergezinnen, bij koppels van hetzelfde
geslacht, enzovoort.

Ten elfde, de stigmatiserende uitspraak dat een kind in zijn opvoeding
niet zonder een moeder en een vader kan, staat gelijk aan te stellen
dat een kind niet kan worden omringd door de beste zorgen en kan
opgroeien bij bijvoorbeeld een alleenstaande moeder.

Ten twaalfde, een samenleving waarin het homohuwelijk mogelijk is,
maar holebi-adoptie uitsluit, is niet consequent.

Ten dertiende, dat ons land de holebi-adoptie goedkeurt, zal geen
gevolgen hebben voor interlandelijke adopties. Dat wordt zeer
duidelijk aangetoond door onder andere het Zweedse voorbeeld,

définition, le couple hétéro
constitue à cet égard une garantie
et que tel ne serait pas le cas du
couple homo.

L'intérêt de l'enfant commande
qu'il ait deux parents à part
entière, avec des droits et des
devoirs. Le législateur doit offrir à
tous les enfants une protection et
une sécurité juridiques maximales.

Seule l'adoption peut générer un
véritable lien juridique entre les
parents homos et leur enfant. De
prétendues solutions comme la
parenté sociale ou la coparenté ne
le permettent pas car elles
n'induisent pas de droits en
matière de succession et, en
outre, le lien juridique avec les
parents disparaît lorsque l'enfant
devient majeur.

Cette proposition repose sur le
droit de l'enfant à avoir une famille
et non pas, dès lors, sur le droit
d'un couple d'avoir un enfant. En
même temps, elle établit l'égalité
entre les couples hétéros et les
couples homos.

Le Conseil d'État n'a soulevé
aucune objection substantielle à
l'encontre de l'adoption pour les
homosexuels, à l'inverse de ce qui
s'est passé pour le mariage
homosexuel. Il laisse au
Parlement le soin de se
prononcer.

A l'image de l'adoption par un
couple hétéro, l'adoption par un
couple homo sera soumise à une
procédure stricte et à des critères
sévères en matière d'aptitude à
éduquer.

Pour l'enfant adopté, le ménage
homo n'est pas plus perturbant
que le couple hétéro. Dans tous
les cas d'adoption, en effet,
l'enfant peut être amené à
s'interroger sur ses origines.

La proposition ne remet pas en
question le ménage traditionnel
mais tient compte de l'évolution de

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

waarover we in de hoorzitting informatie hebben gekregen.

Ten veertiende, de aanvaarding van het holebi-zijn zal toenemen. Het
homohuwelijk heeft dat bewezen. We moeten over de drempel durven
te stappen.

Ten vijftiende, en last but not least, de verdraagzaamheid in onze
samenleving ten opzichte van minderheidsgroepen krijgt een duwtje
in de rug.

Tot slot, collega's, nog het volgende. Ik ben sinds 1991 parlementslid.
Sindsdien heb ik mij bijna onophoudelijk ingezet voor de
gelijkberechtiging van holebi's. Ik kan u verzekeren dat het in het
begin, bij de eerste wetsvoorstellen, niet evident was. De weerstand
was enorm groot, veel groter dan vandaag. We hebben het
maatschappelijk en politiek taboe echter met vallen en opstaan
kunnen slopen. De goedkeuring van de wet op het homohuwelijk in
2003 was een enorme stap vooruit en vandaag kunnen we de kroon
op het werk zetten van de gelijkberechtiging voor de holebi's.

In eerste instantie betreft het een wetsvoorstel in het belang van het
kind met maximale zekerheid en maximale juridische bescherming.
Tegelijkertijd en in een adem maken wij de gelijkberechtiging
helemaal waar.

Collega's, denk bij uw stemgedrag, straks, in de eerste plaats aan het
geluk van de kinderen. Denk aan gelijke kansen voor iedereen. Dan
draagt u bij tot een toename van het gelukkig zijn van vele mensen
van kinderen, van jongeren, van ouderen in deze samenleving, in
onze wereld.

la société. De nombreux enfants
sont élevés par un parent isolé ou
par un couple reconstitué, dont
certains peuvent être
homosexuels.

Affirmer - ce qui est très
stigmatisant - qu'un enfant ne peut
être élevé sans une mère et un
père revient à dire qu'un enfant ne
peut être élevé dans les meilleures
conditions auprès, par exemple,
d'une mère isolée. Une société qui
admet le mariage homosexuel
mais exclut l'adoption par des
couples homosexuels ou bisexuels
n'est pas cohérente. L'adoption
législative de l'adoption par ces
couples n'aura aucune incidence
sur l'adoption interétatique.
L'exemple suédois le prouve. Le
mariage homosexuel a déjà
montré que l'acceptation des
personnes homosexuelles ou
bisexuelles ira croissant. La
présente proposition de

loi

contribuera à ce que notre société
se montre plus tolérante envers
les minorités. Je me bats depuis
1991 pour que les personnes
homosexuelles et bisexuelles
soient traitées sur pied
d'égalité avec les autres. A l'issue
d'une lutte difficile, ce tabou social
et politique a été brisé. En 2003, le
mariage homosexuel a représenté
un très grand pas en avant mais
aujourd'hui, nous pouvons ajouter
la cerise sur le gâteau. Je
demande à toutes et à tous de
songer, au moment du vote, au
bonheur des enfants et à la
nécessité impérieuse de donner à
tout le monde des chances égales.

01.37 Marie-Christine Marghem (MR): Monsieur le président,

madame la ministre, chers collègues, comme il a été dit
précédemment, la Chambre est saisie d'une série de propositions
visant à autoriser l'adoption d'enfants par des couples de même sexe
uniquement par le biais de la suppression des mots "de sexes
différents" des articles du Code civil qui traitent de l'institution de
l'adoption, donc, a priori, une chose simple. Ce concept de simplicité
reviendra plusieurs fois lors de la discussion.

En outre, certaines de ces propositions prévoient que le nom sera
choisi de commun accord par le couple ou que l'enfant portera le
double nom de l'adopté précédé ou suivi du nom choisi par les
adoptants.

01.37 Marie-Christine Marghem

(MR): Deze voorstellen moeten de
adoptie van kinderen door paren
van hetzelfde geslacht toelaten
door het, blijkbaar eenvoudig,
weglaten van de woorden "van
verschillend geslacht" uit de
artikelen van het Burgerlijk
Wetboek met betrekking tot
adoptie.

Sommige voorstellen bepalen dat
de naam wordt gekozen door het

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

L'une des propositions, devenue à ce jour sans objet, envisageait
même l'introduction dans notre Code civil, d'un nouveau mode de
filiation par la reconnaissance du partenaire au titre de deuxième
parent, laquelle ne nécessiterait pas de lien biologique entre l'enfant
et le deuxième parent, dès lors que la filiation est déjà établie à
l'égard dudit partenaire. C'était la proposition de Mme Genot.

L'ensemble des propositions soumises à la discussion aujourd'hui se
propose, d'une part, de fournir un cadre juridique aux nouvelles
situations familiales suivantes, à savoir famille recomposée constituée
par un père ou une mère ayant retenu d'une précédente union, dont
l'autre partenaire a disparu, un ou des enfants et qui vit ou est marié
avec un partenaire de même sexe que lui, homme ou femme, ayant
adopté seul et vivant avec un partenaire de même sexe, et couple
lesbien dont l'une des partenaires a conçu un enfant par le biais de
l'insémination artificielle avec donneur anonyme; d'autre part, ces
propositions visent à permettre aux personnes de même sexe,
mariées ou non, d'être candidates ensemble à l'adoption
internationale ou nationale d'enfants.

D'autres propositions ont la même portée, sans pour autant créer un
lien de filiation. C'est ici que je voudrais déjà répondre aux exposés
antérieurs. En effet, j'estime qu'il est un peu facile de dire que la
proposition actuellement en discussion viendrait, en utilisant le
concept de l'adoption, remplir un vide juridique, créer un cadre qui
n'aurait pas existé et qui ne pourrait pas exister en dehors de
l'institution projetée, à savoir l'adoption.

Comme je viens de le dire, d'autres propositions ont été déposées
qui, par exemple, instauraient un nouveau système tel que la
parentalité sociale ou qui tendaient à améliorer le système existant
comme la tutelle affective. A tort ou à raison, elles n'ont pas été
examinées conjointement et n'ont donc pu être comparées avec le
système de l'adoption lors de nos travaux en commission de la
Justice.

Soit ces propositions étaient jugées insuffisantes par certains - à tort
me semble-t-il -; soit d'autres voulaient se positionner clairement et
sans interférence pour ou contre la possibilité d'un lien de filiation
dans la matière que nous avons à traiter aujourd'hui.

On le voit donc, la solution qui a été retenue, c'est d'extraire toute
autre proposition qui ne parlerait pas de l'adoption et de se positionner
c'est le seul choix que nous ayons aujourd'hui pour ou contre
l'adoption relativement aux situations de familles nouvelles telles que
je les ai décrites ci-avant.

Il s'agit, cela a été dit et répété, d'un vaste débat de société, entamé
depuis plus d'un an en sous-commission Droit de la famille d'abord et
ensuite en commission de la Justice, nourri de deux salves
d'auditions et de quantité d'interventions, tout aussi contradictoires
que passionnantes. Ce débat se trouve aujourd'hui à un tournant
décisif. Nous tous, représentants de la Nation, allons devoir exprimer,
à travers notre vote nominatif, la façon dont nous estimons qu'il faut,
en droit belge, protéger l'enfant qui a perdu ou qui ne connaîtra pas
l'un ou l'autre de ses parents.

paar of zal bestaan uit een
dubbele naam bestaande uit de
naam van de geadopteerde
voorafgegaan of gevolgd door een
door de adopterende ouders
gekozen naam.

In een voorstel van mevrouw
Genot dat zonder voorwerp is
geworden, werd de invoering
overwogen van een nieuwe
afstammingswijze door de
erkenning van de partner als
tweede ouder, zonder
noodzakelijke biologische band
tussen het kind en de tweede
ouder vermits de afstamming ten
aanzien van de betrokken partner
reeds vast staat.

Deze voorstellen moeten enerzijds
een juridisch kader bieden voor
"nieuw samengestelde gezinnen"
zoals gezinnen bestaande uit een
homopaar met een kind uit een
vroegere verbintenis of lesbische
paren waarvan één van de
partners een beroep heeft gedaan
op kunstmatige inseminatie, enz.,
en anderzijds moeten ze
homoparen de mogelijkheid
bieden zich kandidaat te stellen
voor nationale of interlandelijke
adoptie.

Andere niet aangehouden
voorstellen hadden de juridische
leemte kunnen opvullen zonder
daarom een afstammingsband via
bijvoorbeeld het zorgouderschap
of de voogdij te creëren Vandaag
moeten we ons uitspreken over de
wijze waarop we naar onze
mening het kind dat een van beide
ouders heeft verloren of nooit zal
kennen, het best in het kader van
het Belgisch recht moeten
beschermen.

De adoptie schept een alternatieve
afstammingsband die het
afgestane kind aan de adoptant
bindt en die vooral verplichtingen
voor deze laatste inhoudt. De
Staat geeft zo aan hoe hij de
meest kwetsbaren onder ons in
hun eigen belang wil beschermen.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

L'adoption est dans notre société, plus particulièrement depuis la
Seconde Guerre Mondiale, une institution visant à fournir une famille
à un enfant qui a perdu ou qui n'a pu connaître la sienne. Par la
création d'un lien de filiation de substitution et c'est là que c'est très
important reliant l'enfant abandonné à l'adoptant et portant avant
tout obligation à charge de ce dernier (l'adoptant), l'Etat assume l'aide
et la protection qu'il doit aux plus fragiles d'entre nous et exprime, par
la loi qui fonde ce lien, la manière dont il entend que cette protection
soit instituée et mise en oeuvre, à savoir dans le plus grand intérêt de
l'enfant.

La question ici n'est donc pas, en particulier dans les situations de fait
dont on nous rabâche les oreilles, de se prononcer sur les capacités
affectives et éducatives de couples de même sexe. Il y a fort à parier
et cela n'est pas contesté, ni par moi ni par quiconque que les
couples de même sexe ont autant, si pas parfois plus, de capacité
affective et éducative que les couples de sexe différent. Il n'est pas
non plus question d'envisager qu'il ne serait jamais de l'intérêt de
l'enfant d'être adopté par un couple homosexuel. Non, en fait la
véritable question qui est posée, c'est la question universelle que
certains veulent nous poser aujourd'hui et qui se résume comme ceci:
est-ce la même chose pour un enfant d'avoir un ou des parents de
substitution de sexes différents ou de même sexe? Répondre à
pareille question implique de s'interroger sur la portée de la différence
dans notre société, et plus particulièrement de la différence sexuelle,
réalité qui se manifeste le plus irréductiblement dans la génération,
c'est-à-dire dans le fait de procréer, de mettre au monde.

Or, dans une culture où les réalités qui semblaient les plus
élémentaires sont objets de débats, voici que s'expriment des doutes
sur l'importance de la différence sexuelle au coeur de la filiation. On
voit émerger le néologisme fonctionnel d'"homoparentalité" - que
j'opposerai au terme de "parenté" lié à l'engendrement -, dans un
contexte militant, qui vise ultimement à la reconnaissance
institutionnelle dans tous ses aspects de l'homosexualité.

Rappelons que, depuis 2003, la Belgique, qui est tolérante, a accueilli
pleinement cette revendication en ouvrant le mariage aux couples
homosexuels le mariage se concevant encore, jusqu'à preuve du
contraire, entre deux individus majeurs avec pour effet d'avoir
changé le contenu de cette institution du mariage et de l'avoir ipso
facto déconnectée des deux autres institutions qui en découlaient
précédemment naturellement, à savoir la filiation et l'adoption.

Donc, ceux qui disent devoir voter l'adoption pour les enfants qui
viendraient dans les couples homosexuels, parce que nous avons
ouvert le mariage à ces couples, selon moi se trompent, puisque la
nature du mariage, de par l'élargissement du mariage aux couples
homosexuels, a changé depuis 2003 dans notre pays, l'institution du
mariage ayant été déconnectée de la filiation et de l'adoption qui,
d'après moi, ne concernent et ne doivent concerner que les enfants
nés ou venus dans des couples hétérosexuels.

En effet, si deux partenaires suffisent dans un couple hétérosexuel
pour produire la génération, pour produire un troisième sujet, il faut au
minimum trois intervenants dans un couple homosexuel, en telle
manière que, dans ce dernier cas, l'enfant est immanquablement
soumis à un double problème de connaissance de ses origines et de

De eigenlijke vraag die we ons
moeten stellen is of het voor een
kind iets uitmaakt of het een of
twee vervangouders van hetzelfde
of van verschillend geslacht heeft.
De kwestie draait dus niet rond de
vraag of homokoppels in de
praktijk over voldoende affectieve
en educatieve kwaliteiten bezitten
om kinderen op te voeden.

Het gaat hier dus in de eerste
plaats om het belang van het
seksuele verschil, vooral zoals het
zich bij de voortplanting uit.
Tijdens deze bespreking heeft het
functioneel neologisme "homo-
ouderschap" het licht gezien.
Daarmee wil men erkenning van
de homoseksualiteit op
institutioneel vlak bewerkstelligen.

In 2003 werd het huwelijk in België
voor homokoppels opengesteld.
Daardoor kreeg het begrip
"huwelijk" een andere inhoud. Het
werd losgekoppeld van de
afstamming en de adoptie die er
tot dan een natuurlijk gevolg van
waren.

In een heteroseksueel koppel
kunnen de twee partners een
derde individu voortbrengen. Bij
een homoseksueel koppel, zijn er
echter drie personen nodig. Zo
wordt het kind met een dubbel
probleem opgezadeld, wanneer
het op zoek wil naar zijn wortels en
naar zijn identiteit.

Volgens de indieners van de
voorliggende wetsvoorstellen, is er
geen vuiltje aan de lucht. Ze
baseren zich op gezaghebbende
argumenten, zoals wetenschap-
pelijke studies, de liefde voor het
kind en de wil om de landen die
homoseksualiteit niet erkennen, op
te voeden. Wanneer we die
argumenten nader analyseren
blijkt dat ze op los zand berusten.
De grootste voorzichtigheid is dus
geboden.

Zo werd vol overtuiging geponeerd
dat uit Amerikaanse wetenschap-
pelijke studies blijkt dat er, op het

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

construction de son identité.

A entendre les signataires des propositions en discussion sur l'air de
"tout ce qui est simple n'est pas nécessairement mauvais", il n'y aurait
aucun problème généralement quelconque pour ces enfants.

Et de produire quantité d'arguments d'autorité allant de nombreuses
études scientifiques convergentes aux conclusions indiscutables on
l'a dit et répété à l'amour donné à l'enfant comme valeur justifiant
tout, en passant par la volonté d'éduquer les pays étrangers à la
reconnaissance de l'homosexualité, à travers l'adoption telle que
projetée en Belgique.

L'analyse de ces arguments démontre leur insuffisance et doit
impérativement nous inciter à la prudence et à la plus grande
circonspection.

Première argumentation, il n'est aucune discussion sur le sujet la
première vague d'auditions en est la preuve où l'on n'entende
avancer péremptoirement que "quantité d'études scientifiques
américaines montrent qu'il n'y a pas de différence quant au bien-être
et à la santé mentale des enfants, entre ceux qui sont élevés par des
adultes homosexuels et ceux qui le sont par des adultes
hétérosexuels".

On le sait et cela a déjà été dit, lorsqu'on examine ces études de plus
près, notamment par le biais d'une recension effectuée par
Mme Charlotte Patterson (1992), ainsi que par une étude fournie pas
l'Institut de Politique familiale d'Espagne, en mai 2005, on s'aperçoit
de divers éléments.

1. La constitution des échantillonnages est tout à fait critiquable

- par le nombre restreint des questionnaires;

- par l'âge des sujets interrogés ou concernés qui, à deux exceptions
près, est souvent l'âge prépubère, sans prise en compte de
l'intergénérationnel alors que l'intégration de la problématique dans la
durée, c'est-à-dire le fait de pouvoir interroger des enfants qui ont des
parents qui ont eux-mêmes des grands-parents, sur une longue
période de temps, permettrait de tenir compte beaucoup mieux de la
situation réelle;

- par la qualité des personnes interrogées: dans une étude française,
on interroge uniquement des adultes choisis parmi les membres de
l'Association des parents et futurs parents gays et lesbiens;

- par le choix des situations concernées: la quasi-totalité des études
compare le comportement d'enfants élevés par une mère lesbienne à
celui d'enfants élevés par une mère homosexuelle seule ou ayant
divorcé, alors qu'il conviendrait aussi de leur comparer des enfants
élevés par des parents hétérosexuels.

2. Les contenus des questionnaires sont limités, toutes ces études se
présentant en effet comme "systématiquement empiriques", c'est-à-
dire fondées sur une perspective exclusivement comportementaliste
et fonctionnaliste. Le fonctionnel est explicitement opposé au
structurel, en ce sens que la qualité des relations familiales, les

vlak van welzijn en geestelijke
gezondheid, geen verschil is
tussen kinderen opgevoed door
homoseksuelen enerzijds en
heteroseksuelen anderzijds.

Wanneer we die studies echter
aan een nader onderzoek
onderwerpen, komen we tot de
vaststelling dat de steekproef
vatbaar is voor kritiek: het
onderzoek berust op een beperkt
aantal vragenlijsten, het werd
gevoerd bij jonge kinderen (vóór
de puberteit); er rijzen ook vragen
bij de keuze van de ondervraagde
personen en van de toestanden
die in de studie worden
vergeleken.

Het gaat om louter empirische
studies, waarbij van de
gedragingen en het functioneren
van personen wordt uitgegaan: de
kwaliteit van de gezinsbanden, het
comfort, de voldoening en het
sociaal functioneren krijgen
voorrang op de eigenlijke gezins-
structuur. In de psychoanalyse
gaat het echter om meer dan de
bewuste voorstellingen. Men had
dit probleem diepgaander moeten
onderzoeken, en dat is niet
gebeurd.

De conclusies van die studie zijn
eenzijdig, zonder voorbehoud of
tegenvoorbeeld. Sinds Karl Popper
is het principe van de zogenaamde
"vervalsbaarheid", het rekening
houden met tegenstrijdige feiten of
punten, het ultieme criterium voor
het wetenschappelijke karakter
van een uiteenzetting. Het feit dat
de kinderen in die studies allemaal
zo'n makkelijk aanpasbaar gedrag
vertonen, doet vragen rijzen.

In dat opzicht blijven de termen die
worden gebruikt om de ouderrollen
bij homoseksuele koppels te
benoemen, nog steeds in het
vage. In tegenstelling tot het
begrip "ouderschap" vallen de
termen "vader" en "moeder" niet
naar believen in te vullen,
aangezien ze teruggaan op de
belichaming en het geslacht, de

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

termes de confort, de satisfaction et d'ajustement social sont dits
primer sur la structure même de la famille. Or on sait qu'en
psychanalyse, les choses vont au-delà des représentations
conscientes. Donc on pouvait disposer des ressources de la
psychanalyse pour interroger plus avant cette problématique, chose
qui n'a pas été réalisée.

3. Les conclusions de ces études ont aussi un caractère absolument
unilatéral, les résultats allant tous dans le sens de la thèse annoncée,
sans aucun contre-exemple et sans aucune réserve. Or, depuis Karl
Popper et notre assemblée comporte quelques scientifiques , la
falsifiabilité, c'est-à-dire la prise en compte des faits ou points de vue
qui pourraient contredire la théorie examinée, est couramment
considérée comme critère du caractère scientifique valable d'un
discours. On ne peut que s'interroger sur le fait que ces enfants aient
tous un comportement si adaptable, dans toutes les études dont on
parle.

A ce sujet, les termes utilisés pour tenter de nommer les rôles
parentaux dans le couple homosexuel prouvent le flou constant y
existant.

En effet, à la différence de celui de "parentalité", qui est une notion
fonctionnelle, les termes "père" et "mère" ne sont pas malléables et
corvéables à merci et renvoient inéluctablement à l'incarnation et à la
sexuation qui sont plus que le biologique, qui sont le lieu de la
procréation qui engage toute la personne.

Dès lors que l'on veut penser la parenté en dehors de l'ancrage
corporel ou, pour le moins, de tout étayage institué de la différence,
on en reste au flottement des représentations de l'imaginaire.
Autrement dit, plus simplement dit, la question n'est pas de savoir si
les enfants sont assez résistants pour s'adapter aux désirs et à
l'imaginaire des adultes mais de savoir quelles sont les conditions qui
leur donneront le plus de chances de déployer toutes les dimensions
de leur humanité.

Deuxième argumentation, la question de l'identité placée sur le
modèle oedipien triangulaire est souvent évoquée dans ces
discussions. Ce modèle s'appuie tant sur l'asymétrie des places que
sur l'incontournable différence des sexes. Du point de vue de l'enfant,
être né d'une relation, d'une union dans la dualité, d'une rencontre est
constitutif de sa propre identité, de sa conscience de soi comme tiers,
c'est-à-dire comme autre et comme sujet par rapport à ses géniteurs.

Que l'enfant soit garçon ou fille, être né du couple formé par un
homme et une femme est pour lui constitutif de sa conscience
humaine intime, le premier lieu de la découverte de la division de
l'homme, du fait qu'il n'est pas tout, qu'il est un être fini, limité et qu'il
manque notamment des attributs et potentialités de l'autre sexe.

En outre, pour l'enfant, être garçon ou fille, ce n'est pas seulement
être le support de caractéristiques masculines ou féminines, non plus
que le résultat d'identifications qui seraient postérieures à la
naissance et proprement culturelles; c'est être né respectivement d'un
corps de sexe différent ou semblable. En d'autres mots, l'enfant sait,
au moment de la naissance, s'il est différent ou identique à sa mère.
S'il est une fille, il est pareil; s'il est garçon, il est différent. Il le sait

schoot waarin de voortplanting
geschiedt en die heel de persoon
van de verwekker bindt.

Als men het ouderschap wil
beschouwen zonder die
lichamelijke verankering van het
geslachtsverschil voor ogen te
houden, valt men terug op het
denkbeeldige. De vraag is echter
niet of een kind zich aan die
denkbeeldigheid kan aanpassen,
maar in welke omstandigheden
het de beste kansen krijgt om zich
als mens te ontplooien.

Het vraagstuk van de identiteit
naar het Oedipusmodel wordt
vaak opgeworpen. Voor een kind
vormt het feit dat het uit een
relatie, een duaal verbond geboren
werd, zijn identiteit, zijn bewustzijn
als persoon ten aanzien van zijn
ouders.

Door uit een man en een vrouw
geboren te worden, ontdekt het
kind zijn beperking, met name ten
aanzien van het ander geslacht.
Bovendien betekent het feit een
jongen of een meisje te zijn niet
alleen het aanvaarden van
mannelijke of vrouwelijke
kenmerken die na de geboorte
groeien en die van culturele aard
zijn, maar ook dat het kind uit een
lichaam van een verschillend
geslacht of van hetzelfde geslacht
geboren werd. Het houdt ook in
dat het weet of het verschilt van de
moeder of aan de moeder gelijk is.

De verhouding tot het lichaam van
de moeder zal niet dezelfde zijn
als het kind het gevoel heeft dat
het enkel en alleen uit dat
vrouwelijk lichaam komt, als het
zichzelf ziet als het verlengde van
dat lichaam (bijvoorbeeld als de
moeder lesbisch is en een beroep
heeft gedaan op de kunstmatige
inseminatie met een anonieme
donor).

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

immédiatement.

La relation de l'enfant au corps de sa mère ne sera pas la même si
l'enfant a le sentiment d'être issu de ce seul corps, s'éprouvant
comme le prolongement à l'extérieur de la vie de celle-ci. En d'autres
termes, si un enfant naît d'une mère lesbienne qui a pratiqué une
insémination artificielle avec donneur anonyme, cet enfant n'a pas de
référence connue ou connaissable masculine. En conséquence, il
peut s'éprouver comme le prolongement exclusif du corps de sa
mère. C'est une situation tout à fait différente...

01.38 Zoé Genot (ECOLO): Madame Marghem, vous nous

expliquez ainsi que vous êtes contre les inséminations avec donneur
anonyme, vu que l'enfant qui naît d'une mère avec donneur anonyme
n'aurait pas conscience de sa provenance. C'est complètement
farfelu! Depuis un certain temps, des dizaines de milliers
d'inséminations se font en Belgique. Ces milliers d'enfants ne sont
pas pour autant perturbés. Cette théorie est assez délirante!

01.38 Zoé Genot (ECOLO): Dus

bent u tegen inseminaties met een
anonieme donor? Deze theorie is
zonder meer waanzinnig! In België
gebeuren tienduizenden dergelijke
inseminaties zonder dat die
kinderen er door worden
verstoord.

01.39 Marie-Christine Marghem (MR): Madame Genot, je ne suis

pas contre les réalités, je sais évidemment que des dizaines de
milliers de situations de ce type existent. La question est de savoir si
nous aurions dû légiférer avant qu'elles n'existent ou bien nous
presser pour le faire. Je vous rappelle quand même que dans d'autres
pays, cela a été fait, notamment en Espagne. On s'est penché sur la
question de la procréation médicalement assistée dans ce contexte-
là.

Au fond, ma démonstration n'est pas tournée vers une situation
donnée ou l'autre. Je veux simplement arriver à dire que, pour moi,
l'adoption, qui est le seul sujet de discussion que la commission ait
décidé de discuter aujourd'hui pour combler le vide juridique des
situations de fait, est une institution inadaptée pour ces situations
étant donné qu'elle concerne, puisqu'elle contient un lien de filiation,
exclusivement des situations d'enfants nés de couples hétérosexuels
ou vivant dans des couples hétérosexuels.

A titre de comparaison, j'essaie d'expliquer quelle est la situation de
l'enfant qui naît, selon les circonstances de sa naissance, et quelle est
la structuration psychique qui en découle. Vous pouvez ne pas être
d'accord.

A l'instar de la psychanalyste française Jeanne Chasseguet-Smirgel,
nous pensons que la différence des sexes et la différence des
générations sont les deux rocs de la réalité.

Il est donc a priori plus facile, plus logique, plus réaliste, et donc plus
directement conforme à l'intérêt de l'enfant abandonné, qu'il bénéficie
de parents de substitution hétérosexuels dont les qualités
réciproques, outre qu'elles sont l'expression de la réalité, reproduisent
la situation du temps de sa conception et de sa naissance.

Dans le cas du couple parental homosexuel, l'enfant doit accomplir un
effort complémentaire à la souffrance liée à l'abandon initial dont il fut
victime et différencier, nommer, déterminer la place de chacun de ses
parents. En outre, l'enfant aura à chercher et à trouver pour son
équilibre, à l'extérieur du couple parental, des référents identificatoires

01.39 Marie-Christine Marghem

(MR): Ik weet uiteraard dat er
dergelijke situaties bestaan. Mijn
argumentatie heeft niet betrekking
op een welbepaalde situatie. Ik wil
enkel zeggen dat adoptie, het
enige thema dat hier vandaag
wordt besproken, niet geschikt is
voor die situaties omdat zij
exclusief geldt voor kinderen die in
heteroseksuele gezinnen worden
geboren of opgevoed.

De verschillen tussen de
geslachten en de generaties zijn
de twee ankerpunten in de reële
wereld. Het is voor een kind
makkelijker, logischer,
realistischer en meer in zijn belang
dat het heteroseksuele ouders
heeft, zodanig dat zijn situatie
dezelfde is als ten tijde van zijn
verwekking en zijn geboorte.

In het geval van een
homoseksueel koppel moet het
kind een bijkomende inspanning
leveren bovenop het feit dat het
aanvankelijk in de steek werd
gelaten en moet het bepalen welke
rol voor elk van zijn ouders is
weggelegd. Bovendien zal het
kind, ter wille van zijn evenwicht,
op zoek gaan naar rolmodellen
buiten het ouderlijk koppel
waarmee het zich kan
identificeren. Het zal worstelen
met een laag zelfbeeld, dat almaar

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

masculins ou féminins, selon le sexe du couple de ses parents.

Il devra lutter, en fonction de la constante sexuée univoque qu'il vit -
des hommes ou des femmes -, contre l'auto-dépréciation. Par
exemple, le garçon pourra avoir un sentiment de rejet dans son
rapport avec ses deux mères, alors que la petite fille qui n'a pas eu la
reconnaissance de son père ou d'un autre homme assurant la
fonction paternelle, pourra s'installer dans un rapport aux hommes
impossible.

Cette auto-dépréciation pourrait se renforcer au contact de la norme
sociale (le sentiment de ne pas être comme tout le monde, de ne pas
avoir des parents comme tout le monde), laquelle, soyons réalistes,
accepte lentement, dans notre société, l'homosexualité.

Toutes ces surcharges psychologiques ne sont certainement pas
systématiquement insurmontables qu'on ne me fasse pas dire ce
que je n'ai pas dit! , les ressources de l'enfant et de son entourage
étant déterminantes.

Mais au nom de quoi l'Etat belge devrait-il placer l'enfant abandonné
dans une situation a priori plus compliquée s'il existe des couples
hétérosexuels candidats adoptants pouvant offrir au même moment
un profil d'adoption adéquat pour cet enfant?

En conséquence de cette réflexion, je tiens à souligner que je
considère qu'il est plus difficile a priori pour un enfant confronté à un
seul parent adoptant de se structurer valablement et encore plus
délicat pour un enfant né dans un couple lesbien où, par hypothèse, la
filiation paternelle n'est pas établie et est pour ainsi dire désincarnée.
Selon moi, une réflexion s'impose en ces matières dans la foulée du
présent débat et pas nécessairement en marge de celui-ci.

Troisième série d'arguments. La plupart des auteurs reconnaissent ce
qui précède, à savoir la nécessité d'affirmer la double origine de
l'enfant. On soulignera alors combien il est important que l'enfant se
sache issu d'un homme et d'une femme, ses géniteurs, et même, qu'il
soit en relation avec eux. Mais certains dissocient soigneusement
cette préoccupation de celle de la définition du couple éducateur ou
adoptif. A fortiori, l'orientation sexuelle des parents adoptifs sera jugée
comme secondaire. La position est de prime abord séduisante et se
répand de plus en plus. Dès lors, de même que l'on distingue le
couple conjugal du couple parental, on distinguera ce dernier du
couple adoptif ou du couple éducateur.

Diverses personnalités scientifiques, tout en étant opposées au
recours aux procréations médicalement assistées pour les couples
homosexuels sont favorables à la reconnaissance du droit à
l'adoption en faveur de ceux-ci. Néanmoins, il faut bien mesurer le
nombre de dissociations auxquelles on pourrait ainsi recourir. Si pour
la clarté intellectuelle, certaines dissociations sont souhaitables ou
qu'en fonction des aléas de la vie, d'autres puissent avoir lieu, poser a
priori des distinctions de principe est beaucoup plus contestable.

Ainsi je vais énumérer quelques cas; vous comprendrez mieux
entre conjugalité et parentalité, entre parentalité et parenté, entre
parents et géniteurs, entre le sexuel et le sexué ou entre sexualité et
différence des sexes mais aussi entre sexualité et fécondité ou, si l'on

sterker wordt wanneer het getoetst
wordt aan de sociale norm (het
gevoel dat men geen ouders heeft
zoals iedereen) in een
maatschappij waar homo-
seksualiteit slechts langzaam
wordt aanvaard.

Die psychologische belasting is
niet onoverkomelijk, maar in naam
waarvan zou de overheid het kind
in een nog moeilijker situatie
moeten doen belanden als er
geschikte heteroseksuele koppels
zijn die het zouden kunnen
adopteren?

Ik denk dan ook dat het voor een
kind met slechts een
adoptiefouder, en a fortiori met
twee lesbische ouders, moeilijker
is om waardevolle levens-
structuren uit te bouwen.

De meeste auteurs erkennen de
noodzaak om de dubbele afkomst
van het kind te bevestigen.
Sommigen zien deze
bekommernis echter los van de
omschrijving van het begrip
"koppel" en beschouwen de
seksuele geaardheid van de
ouders als bijkomstig. Dergelijk
onderscheid kan niettemin ter
discussie worden gesteld: bij welk
geestelijk of maatschappelijk
levensatoom, bij welk schizo-
ouderschap komen we terecht als
we de afweging maken tussen de
echtelijke verbintenis en het
ouderschap, het ouderschap en de
bloedverwantschap, de ouders en
de verwekkers, het seksuele en
het ouderlijke? Men moet duidelijk
uitmaken wat al die dissociaties bij
het kind teweegbrengen en of het
nuttig is om ze toe te passen.

Volgens psychoanalytica Corinne
Daubigny kan je de opvoeding van
kinderen moeilijk loskoppelen van
hun biologische verwekking,
waarin het sekseverschil per
definitie meespeelt.

De genderidentiteit op zich is niet
significant als men het
gendergegeven los ziet van de

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

préfère, entre le sexuel et le parental, entre sexualité et filiation, à quoi
parvenons-nous? A quel atome de vie, psychique, sociale, spirituelle,
à quelle schizo-parentalité aboutissons-nous? Il faut voir avec lucidité
ce qu'impliquent, psychiquement et pratiquement, pour un enfant,
toutes les dissociations en question et voir s'il est utile de les
pratiquer.

Il est difficile, affirme la psychanalyste Corinne Daubigny, d'affranchir
l'éducation des enfants de la référence à leur conception biologique,
qui est toujours liée à la différence sexuelle. Les difficultés
rencontrées par les enfants adoptifs témoignent abondamment de
cette situation. On sait que les dissociations dans l'histoire de ces
enfants introduisent des divisions à l'intérieur du sujet.

Prenons le cas de la distinction entre sexué et sexuel, qui s'avère
rapidement, à l'analyse, une évidence totalement superficielle.

En effet, en soi, être sexué n'est pas très signifiant si l'on sépare le
sexe de l'orientation du désir et des partenaires avec lesquels le sujet
entre en relation. Que le père géniteur soit ou non tourné vers le
féminin, vers la personne de la mère, en particulier, n'est pas tout à
fait indifférent à sa masculinité et l'appréhension de celle-ci par
l'enfant qui est concerné. Ce n'est pas à des individus disjoints que
l'enfant se réfère, mais à des êtres de désirs, de parole et de relation.
Il importe aussi que l'enfant puisse s'appuyer, se référer à une ou
plusieurs personnes qui comptent pour lui et auxquelles il puisse,
pour une part, s'identifier, lui offrant le modèle masculin ou féminin
dont il a besoin, selon les différents moments de son histoire, et
précisément lorsqu'il vit seul avec un parent ou avec deux adultes de
même sexe. Mais cela ne revient pas à ériger en principe a priori que
cet adulte référent puisse être équivalent à un père ou à une mère. A
qui fera-t-on croire qu'il est sans importance que l'enfant ait, avec un
père ou une mère, une relation d'origine, autrement dit qu'il est lié
avec cet homme ou cette femme à travers toute son histoire depuis
son commencement de telle sorte que son identité est impliquée dans
ce lien.

Dans la parenté, la fonction éducative est indissociable de la fonction
généalogique, qui inscrit l'enfant dans la chaîne des générations, ce
que les parents adoptifs font symboliquement et analogiquement,
c'est-à-dire qu'ils inscrivent un enfant qui n'est pas le leur dans la
chaîne de leur génération. En effet, la parenté adoptive a elle-même
une dimension charnelle - on l'oublie souvent - dans le cadre de
laquelle l'enfant reçoit les fruits de la relation du père adoptif tourné
vers une femme, la mère adoptive, à laquelle il est lié et
réciproquement.

Il n'est pas nécessaire de recourir aux théories analytiques pour
percevoir que tout ce que cet enfant recevra en vue de la construction
de sa propre identité sexuée provient de cette alliance et est
important.

La perte de cette dualité dans le cadre de l'adoption par un couple
homosexuel est donc une source de difficultés supplémentaires pour
l'enfant, je l'ai déjà dit précédemment.

Enfin, la deuxième salve d'auditions et vous le savez, chers
collègues a permis de nuancer très fortement le contenu de la

seksuele geaardheid en de
partners waarmee men een relatie
wil aangaan. Het kind richt zich op
wezens die het liefheeft, met wie
het praat en met wie het een band
opbouwt, en het is belangrijk dat
het bij hen steun vindt en zich voor
een stuk met hen kan
identificeren.

Het kind heeft een biologische
band met een vader of moeder.
Het kind puurt zijn identiteit uit dat
afstammingsverband. Bij
adoptieouders wordt die band
symbolisch en bij analogie
opgebouwd voor zover er een
zinnelijke dimensie is en de
adoptievader een vrouw, de
adoptiemoeder, begeert. Het
verlies van die dualiteit is een
extra moeilijkheid voor het kind.

Volgende vraag: welk verzoek
moet voorrang krijgen in het
belang van het kind, want het
aanbod is kleiner dan de vraag
naar adoptiekinderen? Bij
internationale adoptie stellen vele
landen hoge eisen in verband met
de opvang van het kind, en vaak
geven ze de voorkeur aan stabiele
heteroseksuele paren.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

première salve d'auditions, notamment en termes de statistiques au
sujet de l'adoption dans ses aspects nationaux et internationaux.

Tout d'abord, l'offre étant inférieure à la demande, il faut se
demander, à offre égale, quelle demande, hétérosexuelle ou
homosexuelle, il faut privilégier au regard de l'intérêt de l'enfant.

En outre, il est apparu clairement que le nombre d'adoptions belges
représentait une portion congrue par rapport au nombre d'adoptions
internationales.

De plus, notre pays s'avère quasiment inexistant dans le concert
international de l'adoption.

Ce serait presque nous faire plaisir que des enfants étrangers soient
ainsi confiés à des candidats adoptants belges. Il est constant que
ces pays sont exigeants quant aux conditions d'accueil, ayant
quasiment le sentiment de se séparer à travers les enfants, d'une
partie de leur territoire national. Dans ce contexte, ces pays expriment
clairement leurs préférences et cela doit retenir notre attention. Ils
expriment des préférences quant au profil des candidats adoptants.
Les enfants doivent toujours évoluer dans un couple stable, de
préférence uni par les liens du mariage et composé de deux individus
de sexes différents.

En effet, dans la quasi-totalité de ces pays, l'homosexualité est
considérée comme une maladie, voire comme un comportement
pénalement répréhensible passible de lourdes sanctions. Ce n'est pas
moi qui le dis, c'est issu d'auditions réalisées dans le cadre de la
commission de la Justice. Nous avions en face de nous M. Dehou,
directeur de l'ACAI et qui s'occupe en Communauté française de
l'adoption internationale.

01.40 Zoé Genot (ECOLO): Je pense que vous n'avez pas bien

écouté M. Dehou. À l'heure actuelle, un certain nombre de pays
acceptent de confier des enfants à la Belgique et vous dites que c'est
seulement à des couples hétérosexuels mariés ou non mariés. Eh
bien c'est faux, ces pays acceptent d'autres formules: un quart des
enfants sont confiés à des personnes seules.

01.40 Zoé Genot (ECOLO): Ik

denk dat u niet goed geluisterd
heeft naar de heer Dehou! Er zijn
landen die hun kinderen naar
België laten vertrekken, niet alleen
naar heteroparen maar ook naar
alleenstaanden.

01.41 Marie-Christine Marghem (MR): Je n'ai rien contre. Je vous

ai expliqué ma position. Je trouve que c'est plus délicat et que cela
doit être réfléchi également. Je l'ai dit tout à l'heure. Comme l'a dit M.
Dehou, j'ai rappelé que ces pays veulent confier les enfants de
préférence à des couples hétérosexuels dans une relation stable. J'ai
bien dit "de préférence", ne détournez pas mes propos.

Dans ce contexte, n'allons-nous pas freiner ou tout simplement
détruire notre relation de confiance avec ces pays en optant pour
l'élargissement de l'adoption aux couples homosexuels et bercer
d'illusions les candidats adoptants, augmentant leur cohorte en
diminuant le nombre d'adoptions potentielles? Dans pareil contexte, la
volonté toute symbolique d'être reconnus, d'être institués comme
modèle parental qui est finalement exclusivement celle des adultes,
les enfants ne me semblant absolument pas souffrir de quoi que ce
soit ou être en demande de quoi que ce soit et n'étant d'ailleurs
jamais interrogés quant à leur vie auprès de ces couples ne nous

01.41 Marie-Christine Marghem

(MR): U moet mijn woorden niet
verdraaien. Ik zei dat die landen
"de voorkeur geven" aan
heterokoppels.

Brengen we onze
vertrouwensband met die landen
niet in gevaar?

Hebben we hier niet te maken met
een eis geformuleerd door
volwassenen die zoals iedereen
wensen te zijn, maar tegelijkertijd
hun anderszijn afficheren, en die,
onder de dekmantel van de gelijke
behandeling, van een rechtsfiguur

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

oblige-t-elle pas illégitimement à consacrer des heures à un débat
concernant finalement très peu de situations concrètes présentes et à
venir?

Auquel cas, comme je l'ai toujours craint, la demande actuelle n'est-
elle pas qu'une revendication d'adultes uniquement désireux d'être
comme tout le monde tout en se disant différents et qui sous couvert
d'égalitarisme, de lutte contre les discriminations et de progressisme
incantatoire utilisent une institution dans leurs intérêts propres plutôt
que dans celui des enfants concernés? Comment en outre mieux
invoquer l'urgence à régler des situations de soi-disant vide juridique
en adoptant délibérément des comportements hors norme, tentant
par la politique du fait accompli d'obliger le législateur à réagir?

Monsieur le président, chers collègues, pour moi qui ai la chance
d'être dans un groupe politique qui a perçu la portée éminemment
éthique de ce débat, donc toutes les valeurs et les jugements de
valeur qui y étaient contenus, et qui permet à chacun de ses
membres de s'y exprimer et d'y voter selon ses convictions, la seule
réponse à toutes les questions non résolues soulevées par le sujet
est, pour moi, non.

Non parce que nous n'avons pas eu le choix d'élargir notre réflexion à
d'autres formules ou à certaines restrictions qui auraient pu s'avérer
adéquates et définir correctement, sans recourir à l'artifice du lien de
la filiation, manifestement chevillé à l'hétérosexualité, et à notre
condition humaine.

Deux catégories de parents, différentes par nature, se seraient ainsi
vues octroyer un système différent, mais tout aussi efficace au regard
de leur spécificité.

Mais, bien sûr, ceux qui auraient déjà voulu voter ces propositions au
moment du vote de l'élargissement du mariage aux couples
homosexuels, sont d'autant plus pressés alors qu'aucune urgence
objective ne se manifeste et certainement pas dans le chef des
enfants actuellement concernés in concreto, et ce, d'autant mieux que
les études scientifiques existantes sont très partagées et sans recul
suffisant, comme tout le monde l'a relevé.

On l'aura bien compris, s'il ne s'agissait que de gérer des situations
particulières, mon insistance pourrait être différente. Mais la question
posée aujourd'hui n'envisage pas le particulier; elle est institutionnelle
et doit en cela retenir toute notre attention.

Lorsque l'on connaît, comme j'ai tenté de vous l'exposer, l'importance
du caractère institué de la filiation comme structure fondatrice de
l'humain, on se rend compte que l'on ne peut, comme le revendiquent
certains, plier l'institution à la fantaisie des désirs et des options
particulières, lesquels relèvent de la liberté individuelle qui peut et doit
en l'espèce s'assumer elle-même sans que la loi ait pour mission
automatique de la valider et de l'ériger en institution.

Nommer la filiation, ce n'est pas seulement indiquer par qui l'enfant
sera élevé, avec qui il aura des relations affectives, qui sera son
"adulte référent", mais c'est lui permettre d'exister en tant que sujet et
de se situer dans la chaîne des générations. Ce faisant, il s'agit de
reconnaître et d'instituer les structures fondatrices de l'être humain.

gebruik willen maken in hun eigen
belang, veeleer dan in het belang
van de betrokken kinderen?

Bestaat er trouwens een betere
manier om erop te wijzen dat
bepaalde toestanden dringend
moeten worden geregeld dan
willens en wetens bepaalde, niet
wettelijk geregelde, handelingen te
stellen om zo de wetgever voor
voldongen feiten te plaatsen en
hem tot een reactie te dwingen?

Het enige mogelijke antwoord op
al deze onopgeloste vragen is
`neen'. We kregen immers niet de
kans andere, meer geschikte
oplossingen, in overweging te
nemen, waarbij geen beroep
hoefde te worden gedaan op de
kunstgreep van de afstamming,
die onlosmakelijk verbonden is
met de heteroseksualiteit en met
het mens zijn.

Twee categorieën ouders met een
geheel andere geaardheid zouden
aldus een onderscheiden regeling
hebben gekregen die echter
volledig bij hun specifieke noden
zou hebben aangesloten. Objectief
gezien is er geen reden om die
maatregelen er nu door te jagen
en zeker niet voor de kinderen die
de rechtstreeks betrokkenen zijn.

Door de afstamming te vermelden
geeft men niet alleen aan door wie
het kind zal worden opgevoed,
maar geeft men het ook de
mogelijkheid om zich als individu
te ontplooien en zijn plaats in de
familielijn in te nemen.

Het seksuele verschil is niet alleen
aangeboren, het is ook een
lichamelijk gegeven dat de
symbolische orde vorm geeft en er
op zijn beurt door wordt gevormd.

Ik vraag dat u vandaag samen met
mij de besproken voorstellen
verwerpt en dat we onze
werkzaamheden in een serene
sfeer hervatten om een oplossing
te vinden die aan de noden van
onze maatschappij en Staat

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Comme le dit Denis Vasse: "Ce qui fait l'homme depuis toujours et
pour toujours est une parole dans un corps sexué et dans une
généalogie".

La différence sexuelle n'est pas seulement organique, elle est
charnelle et, comme telle, elle structure l'ordre symbolique, comme
elle est structurée par lui.

On perd son sens lorsqu'on perd soit celui de l'incarnation, soit celui
de la symbolisation. On le trouve au contraire dans toute sa richesse
lorsque ces deux mouvements se rencontrent.

Monsieur le président, chers collègues, j'ai tenté, dans la difficulté des
concepts je m'en excuse auprès de vous, mais il fallait le faire , en
m'appuyant sur des travaux que nous avons vécus en commission,
sur des lectures spécialisées tant dans les revues que dans la presse
récente ainsi que sur mon expérience professionnelle, de vous décrire
les enjeux de la paternité et de la maternité en interrogeant le sens et
les valeurs d'aujourd'hui.

Pour terminer, je paraphraserai Ernst Junger, et, en vous invitant à
vous opposer aujourd'hui avec moi aux propositions en débat tout en
reprenant sereinement nos travaux afin de trouver les vraies solutions
appropriées à notre société et à notre Etat de droit, je vous dirais
qu'en essayant de paraître ce que nous ne sommes pas, nous
cessons d'être ce que nous sommes.

Je vous remercie de votre attention.

tegemoetkomt.

Le président: Chers collègues, notre débat dure depuis deux heures
et demie et nous avons entendu un quart des orateurs. Je ne veux en
rien peser sur le débat, je suis depuis trop longtemps dans la maison
pour le faire.

Collega's, ik vraag er uw aandacht voor dat het debat reeds twee en
een half uur duurt, en dat een kwart van de ingeschreven sprekers
aan het woord is gekomen. U ziet dat ik het debat laat uitvloeien, zeer
sereen, maar ik vraag toch om een inspanning van eenieder, als ik
me dat mag veroorloven.

De voorzitter: Na tweeënhalf uur
debat heeft een kwart van de
ingeschreven sprekers het woord
gevoerd. Ik vraag u een
inspanning te leveren.

01.42 Martine Taelman (VLD): Mijnheer de voorzitter, we zullen ons

best doen.

Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, toen wij met
de VLD twee jaar geleden een wetsvoorstel indienden om de holebi-
adoptie mogelijk te maken, zijn wij daarbij niet over één nacht ijs
gegaan.

Ikzelf heb heel lang getwijfeld over de vraag welke de beste oplossing
is voor het probleem van kinderen die opgroeien in holebi-gezinnen.

Want inderdaad, wij zijn vertrokken van de vaststelling dat
tegenwoordig veel kinderen, heel veel kinderen, opgroeien en
opgevoed worden in een holebi-gezin. In het merendeel van de
gevallen gaat het om lesbische koppels waarvan één partner een kind
heeft gekregen, dikwijls via kunstmatige inseminatie. De cijfers,
bekendgemaakt in een van de eerste hoorzittingen van de

01.42 Martine Taelman (VLD):

C'est à l'issue d'une longue
réflexion que le VLD a déposé il y
a deux ans une proposition de loi
visant à autoriser l'adoption par
des couples du même sexe. J'ai
moi-même beaucoup réfléchi à ce
qui pourrait être la meilleure
solution en la matière.

Il ressort des chiffres présentés
par le professeur Devroey en
commission du Droit des familles
que de nombreux enfants sont
aujourd'hui élevés par des couples
du même sexe, surtout par des
couples de lesbiennes. Deux

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

subcommissie Familierecht, door onder andere professor Devroey
van de VUB, tonen dat duidelijk aan. In meer uitzonderlijke gevallen
worden ook kinderen opgevoed door twee mannen.

Na die vaststelling kan men twee dingen doen.

Ten eerste, men kan het proberen te negeren, de kop in het zand
steken. Sommige stemmen gaan zelfs op, zeggende dat de overheid
er misschien voor zou kunnen zorgen dat er enkel nog kinderen
worden geboren in een traditioneel gezin. Maar dat lijkt mij, als
liberaal, nogal moeilijk.

Als liberaal geloof ik namelijk niet in een dergelijke maakbaarheid van
de samenleving. En inderdaad, wetten kunnen we achteraf wijzigen.
Maar de geschiedenis heeft toch bewezen dat mensen in een of
ander ideologisch keurslijf duwen niet werkt.

Het tweede dat men kan doen, is proberen de best mogelijke
oplossing te vinden voor de kinderen die vandaag de dag in een
dergelijke situatie leven.

Ik moet toegeven dat het debat langs twee kanten wordt vervuild,
emotioneel gemaakt, terwijl het in hoofdzaak gaat om het zoeken naar
de beste juridische oplossing voor bestaande situaties.

Wij moeten proberen het debat te herleiden tot de essentie. Waarover
gaat het echt? Ondanks berichten in sommige media is de VLD bij de
bepaling van haar standpunt in de eerste plaats uitgegaan van het
belang van het kind en niet van een eventuele discriminatie. U kan er
alle teksten op nalezen. Ons oorspronkelijk wetsvoorstel gaat uit van
het belang van het kind. In de uiteenzettingen, zowel in de
subcommissie als in de commissie voor het Familierecht, hebben wij
het altijd gehad over het belang van het kind. Inderdaad, het kind
staat centraal in de discussie.

Ik geef nogmaals toe dat ik voor de indiening van het voorstel lang
heb getwijfeld of zorgouderschap, mee-ouderschap of hoe men het
ook noemt, geen soelaas zou kunnen bieden. Wij zijn daarvan
afgestapt, omdat dat instituut geen rechtszekerheid biedt. Het advies
van de Raad van State bevestigt dat ook. De kritiek op de
voorgestelde regeling met betrekking tot stiefouderschap heeft juist
betrekking op de waarborgen waarin is voorzien, in het belang van het
kind. De Raad van State maakte ook de vergelijking met adoptie. Als
u die passage in het advies leest, kunt u zich afvragen waarom er nog
een onderscheid moet worden gemaakt tussen adoptie,
stiefouderschap, mee-ouderschap, zorgouderschap of hoe men het
ook noemt. Alle waarborgen van adoptie zouden moeten worden
opgenomen in een stiefouderregeling. Doe dan alstublieft niet aan
naamfetisjisme en noem de regeling wat ze is: adoptie. Kies dan
duidelijk voor adoptie. Het stiefouderschap of zorgouderschap heeft
trouwens een andere finaliteit, die zowel voor hetero- als
homokoppels kan gelden. Dat moeilijke juridische debat wil de VLD
ook niet uit de weg gaan. Voor de huidige problematiek vormt het
echter niet de juiste piste.

Ik denk dat niet alleen het debat over het zorgouderschap, maar ook
andere debatten dringend moeten worden gevoerd. Wij zijn de
eersten om dat te zeggen. Het debat over de

réactions sont possibles face à ce
phénomène: on peut ignorer le
problème ou veiller à ce que les
enfants ne naissent plus qu'au
sein de ménages hétérosexuels
traditionnels. En tant que libérale
je ne crois toutefois pas en la
faisabilité d'une telle société.

Une autre option consiste donc à
rechercher la meilleure solution
juridique possible pour ces
enfants. L'essence de ce débat et
l'idée de départ du VLD ne portent
pas sur la suppression d'une
discrimination mais sur la prise en
compte de l'intérêt de l'enfant.

La "beau-parenté", la parenté
sociale ou la co-parenté n'offrent
pas une sécurité juridique
suffisante. Le Conseil d'État est
également de cet avis. Dans
l'intérêt de l'enfant, il est préférable
d'opter pour toutes les garanties
de l'adoption plutôt que de créer
une nouvelle institution juridique.
La parenté sociale poursuit une
autre finalité. Nous ne cherchons
pas à éviter le débat à ce sujet,
mais cette piste ne permettra pas
de résoudre le problème.

Le problème que nous souhaitons
résoudre ici est le fait que les
enfants qui grandissent dans le
cadre d'une relation holebi
n'entretiennent un lien juridique
qu'avec un seul parent, ce qui peut
avoir des conséquences
dramatiques, par exemple lors du
décès de ce parent. Grâce à
l'adoption, nous pouvons leur offrir
la même protection qu'aux enfants
d'une famille hétérosexuelle.
L'adoption existe depuis
longtemps déjà en tant
qu'institution juridique. Elle garantit
la transparence, la sécurité
juridique et la cohérence juridique.

Les couples homosexuels sont
aptes à éduquer des enfants. Où
sont les études aboutissant à des
conclusions contraires que
d'aucuns invoquent parfois?
Personne n'en a jamais vu la
couleur ! Dans un arrêt du Conseil

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

echtscheidingsproblematiek alsook andere ethische debatten moeten
worden gevoerd. Dat neemt echter niet weg dat we momenteel
worden geconfronteerd met een bepaald probleem en dat ook
daarvoor een oplossing moet worden gevonden.

Wat is dat probleem? Die kinderen hebben slechts een juridische
band met een van de twee partners. Dat wil zeggen dat er ten
opzichte van de andere partner of andere ouder geen rechten of
plichten zijn, hetgeen dramatische gevolgen kan hebben, onder meer
bij het overlijden van een van de partners. Het is in het belang van die
kinderen dat er een juridische band en dus bescherming tot stand
gebracht wordt met beide partners.

De VLD kiest, om die bescherming te bieden, voor de rechtsfiguur
van de adoptie, omdat die exact dezelfde bescherming biedt aan
kinderen van homokoppels als aan kinderen van heterokoppels. Het
is daarenboven een bestaande rechtsfiguur, die al veel is toegepast,
hetgeen het voordeel van duidelijkheid, rechtszekerheid en juridische
coherentie biedt.

Holebi-adoptie is voor de VLD een positieve keuze. Holebi-koppels
zijn geschikt om kinderen op te voeden. Men had het hier vanavond al
dikwijls over bepaalde studies. Welnu, een aantal studies toont dat
ook aan. Het is spijtig dat de heer Schoofs weg is, want hij had een
beetje problemen met rekenen, dyscalculie. Hij zegt dat hij van de 100
studies er nul heeft gezien. Wel, ik zal een beetje helpen. In het
arrest-Fretté dat er kwam naar aanleiding van een dispuut tussen
Frankrijk en de heer Fretté voor de Raad van Europa, zijn er exact 43
studies naar voren gebracht door de verzoekende partij, dus de
voorstander van de holebi-adoptie, en geen enkele door de
tegenstanders.

Critici, ook hier in het Parlement, zwaaien met andersluidende
studies, maar waar zijn ze dan? Het doet mij een beetje denken aan
het sprookje van de keizer die dacht dat hij de mooiste kleren had
kunnen vinden, terwijl hij uiteindelijk dat zag iedereen geen kleren
had. Niemand heeft die kleren ooit gezien. Niemand heeft die studies
gezien, terwijl de studies die in het voordeel zijn, in de blauwe kaft
liggen. Die kan u vinden, als u daarvoor de moeite zou willen doen.

Dan komen we bij het probleem van de interlandelijke adoptie. We
moeten hier eerlijk in zijn en leren van de ervaring in Zweden, waar
dat inderdaad al is toegestaan. Wat zien we daar? In Zweden is er tot
op heden nog altijd geen adoptie door een homokoppel geweest.
Betekent het dan dat er minder kinderen voor adoptie door hetero's
zullen zijn? Neen, integendeel. Een objectieve lezing van de Zweedse
cijfers toont het tegendeel aan. Ook een studie van het Nederlandse
ministerie van Justitie bevestigt dat geen enkel herkomstland zal
weigeren kinderen aan heterokoppels voor adoptie af te staan. In
Zweden zijn integendeel de kinderen die uit China komen - toch niet
het gemakkelijkste land in verband met de maatschappelijke
aanvaarding -...

de l'Europe, les partisans de
l'adoption holebi ont avancé pas
moins de 43 études, mais aucune
étude n'a été citée par les
adversaires.

En ce qui concerne l'adoption
internationale, nous

avons

beaucoup à apprendre de la
Suède, où la possibilité d'adoption
holebi existe déjà. Aucun pays ne
refuse de confier des enfants pour
adoption à des couples
hétérosexuels en Suède. Même la
Chine l'autorise.

De voorzitter: Mag de heer Laeremans u onderbreken?

01.43 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Dat is nu echt geen

argument. In China is op dit moment een hele omwenteling bezig. Dat
weet u ook. Als er daar een grotere openheid is voor adoptie heeft dat

01.43 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): En Chine, une véritable
révolution est actuellement en

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

met 101 factoren te maken, maar u kunt zeker niet aantonen dat het
te maken heeft met de specifieke Zweedse wetgeving. Ik kan u
andere landen opsommen waar er een opmerkelijke daling is,
bijvoorbeeld in Zuid-Amerika. Er zijn verschillende landen in Zuid-
Amerika, Colombia bijvoorbeeld, vanwaar ineens veel minder
kinderen naar Zweden zijn gestuurd.

Heeft dat te maken met die wetgeving? Dat is absoluut onduidelijk.
Die wetgeving is nog maar pas van kracht daar en men kan daar nog
geen grote besluiten uit trekken. Men kan zeker niet zeggen dat er
daardoor meer adoptiekinderen naar Zweden zijn gestuurd. Dat kunt
u ook niet zeggen.

cours. L'ouverture plus grande de
la Chine à l'égard de l'adoption
s'explique par une multiplicité
d'autres facteurs. Cependant, on
observe une réduction du nombre
d'enfants proposés à l'adoption à
la Suède par les pays d'Amérique
du Sud. Il est donc inexact
d'affirmer que davantage d'enfants
seraient envoyés en Suède.

01.44 Martine Taelman (VLD): Mijnheer Laeremans, ik probeer

alleen duidelijk te maken dat het argument dat door de tegenstanders
veelvuldig wordt aangehaald, als zouden er geen kinderen meer uit
bepaalde herkomstlanden naar België gestuurd worden mochten wij
die wet aanvaarden, niet klopt. Dat wil ik alleen maar zeggen.

U probeert mij het omgekeerde te doen zeggen. Nee, ik weerleg dat
tegenargument.

Wij moeten eens eerlijk zijn. Het aantal adopties van kinderen door
twee personen van hetzelfde geslacht waarbij het kind geen band
heeft met minstens een van beiden, zal beperkt zijn. Wij mogen dat
niet ontkennen. Dit is geen reden om een halve of een inconsequente
regeling in te voeren.

Wij hebben het volste vertrouwen in de nieuwe adoptiewet die als
eerste en meest doorslaggevende criterium vooropstelt dat een
adoptie slechts in het belang van het kind kan gebeuren. Alle koppels,
de heer Swennen heeft dat al terecht gezegd zowel homokoppels
als heterokoppels, moeten een loodzware procedure doorlopen
waarna een onafhankelijke rechter een beslissing neemt. Ik meen dus
dat er voldoende garanties zijn.

Mevrouw Marghem heeft terecht gezegd dat men niet a priori kan
zeggen dat adoptie niet in het belang van het kind kan zijn, maar, in
ons systeem zal een rechter in ieder concreet geval, in ieder
individueel geval, in het belang van het kind moeten beslissen.

Ik besluit mijn betoog, mijnheer de voorzitter. Ik meen dat ik het vrij
kort gehouden heb. Het uitgangspunt van de VLD is dus niet in de
eerste plaats: een recht op adoptie voor volwassenen, wel de
bescherming van kinderen die opgevoed worden in een holebirelatie.
Het recht op adoptie bestaat erin een kind een gezin te geven en niet
een gezin een kind te geven. De VLD kiest dan voor de meest
duidelijke, volledige en rechtszekere oplossing, zijnde adoptie.

De VLD begrijpt en respecteert de mening van degenen die geen
voorstanders zijn van holebi-adoptie. Het gaat immers om een
ethische aangelegenheid waarbij ieder zijn eigen mening en geweten
moet laten spreken. Om die reden hebben de VLD-
volksvertegenwoordigers dan ook de vrijheid om in eer en geweten
hun stemgedrag te bepalen, maar dat neemt niet weg dat wij in grote
getale, collega's, voor zullen stemmen.

01.44 Martine Taelman (VLD):

Je réfute précisément l'argument
inverse selon lequel plus aucun
enfant ne serait proposé à
l'adoption à la Suède.

Le nombre d'adoptions, par des
couples homosexuels, d'enfants
qui n'ont pas de lien biologique
avec l'un des partenaires restera
limité, mais cette réalité ne justifie
nullement que l'on ne mette pas
en place une réglementation
correcte. Notre société est
confrontée à un problème qui ne
peut être résolu par des demi-
réglementations. L'adoption ne
peut s'effectuer que dans l'intérêt
de l'enfant. Tous les couples, tant
hétérosexuels qu'homosexuels,
doivent accomplir un parcours
procédurier très exigeant, la
décision ultime revenant à un juge
indépendant.

Le VLD n'a pas défini sa position
au départ du droit à l'adoption des
adultes, mais de la protection de
l'enfant dans le cadre d'une
relation holebi. C'est l'adoption qui
offre les meilleures garanties
quant à cette protection. Nous
comprenons aisément que dans le
dossier éthique que constitue
l'adoption par des couples holebi,
adversaires et partisans
s'affrontent. Les membres du VLD
jouissent à cet égard de la liberté
de conscience, mais une majorité
des députés de notre groupe
votera en faveur de la proposition.

01.45 Zoé Genot (ECOLO): Dès 1998, Ecolo a commencé à 01.45 Zoé Genot (ECOLO):

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

réfléchir, s'informer, discuter avec des spécialistes et avec les
principaux concernés pour mieux cerner ce thème de
l'homoparentalité, d'en comprendre la réalité, la complexité, les
difficultés juridiques. Cela a permis à un débat serein et démocratique
d'aboutir, en septembre 2000, à une position de parti claire qui
concluait ceci: "Etant donné qu'il convient de garantir à l'enfant la
situation juridique et familiale la plus sécurisante possible, Ecolo
décide de permettre aux couples de même sexe d'être candidats à la
procédure d'adoption." Une position de parti claire donc. Mais, comme
pour chaque débat éthique, chaque député pourra évidemment voter
en conscience.

J'ai déposé, en octobre 2001, avec une de mes collègues d'Agalev, la
première proposition de loi en Belgique qui permettait l'établissement
d'une filiation entre un enfant et ses deux parents de même sexe.
Cette proposition visait à résoudre les situations existantes. A l'heure
actuelle, des enfants sont élevés par des couples dont une seule des
composantes est reconnue comme parent. La proposition permettait
à un deuxième parent, non biologique, de même sexe que le premier
parent ou pas, de reconnaître l'enfant, donnant ainsi à ce dernier un
deuxième parent, avec les droits et devoirs y afférents.

En novembre 2001, le parlement s'est penché sur la réforme globale
de l'adoption. Cette réforme visait à sécuriser la situation de l'enfant
adopté. Elle a mis en oeuvre une préparation, une formation des
parents candidats à l'adoption, la fin des adoptions sauvages, une
obligation d'obtenir l'aval d'une équipe psycho-médico-sociale et un
jugement pour pouvoir adopter. A cette occasion, l'adoption n'a plus
seulement été ouverte aux personnes seules et aux couples mariés,
mais aussi aux couples non mariés mais de sexes différents.

A l'époque, nous avions déposé un amendement en vue d'ouvrir
l'adoption aux couples non mariés de même sexe. Cet amendement
n'a pas été adopté mais a permis de lancer le débat. A cette même
époque, nous avons déjà procédé à une série d'auditions, au cours
desquelles différents acteurs ont pu se positionner dans le cadre de
ce débat et nous faire part de leur analyse.

En janvier 2003, le parlement a décidé d'ouvrir le mariage aux
couples de même sexe, un pas symboliquement important puisque le
législateur indiquait clairement à la société belge que les couples
lesbiens et gays sont des couples comme les autres. Toutefois, ce
pas introduit une petite inégalité supplémentaire entre enfants. En
effet, les enfants qui naissent et qui ont pour parents un couple marié
hétérosexuel sont considérés a priori avec deux parents, le père étant
reconnu comme deuxième parent sans avoir eu de démarche à faire.
En revanche, un enfant dont les parents mariés sont de même sexe
n'a droit qu'à une mère.

En mars 2004, j'ai décidé de déposer la première proposition de loi
francophone ouvrant l'adoption aux personnes de même sexe. Des
collègues flamands avaient déjà déposé un ensemble de propositions
allant dans ce sens. Toutefois, j'ai souhaité déposer un texte visant à
ouvrir aussi l'adoption internationale qui n'était pas encore envisagée
dans les textes précédents et de prévoir une procédure uniquement
judiciaire pour les enfants déjà élevés dans des familles. En effet,
dans ce cas, il n'est pas nécessaire d'avoir une procédure aussi
lourde.

Sinds 1998 heeft Ecolo het
denkwerk over homoseksueel
ouderschap aangevat om de
realiteit, de complexiteit en de
juridische moeilijkheden ervan te
begrijpen. In september 2000
heeft de partij besloten om de
adoptieprocedure open te stellen
voor homoseksuele paren, ook al
stemt elke volksvertegenwoordiger
naar eer en geweten over ethische
problemen.

In oktober 2001 heb ik samen met
een collega van Agalev het eerste
wetsvoorstel ingediend waardoor
de afstamming tussen een kind en
zijn twee ouders van hetzelfde
geslacht mogelijk werd. Dit
voorstel moest de bestaande
situaties verhelpen, vermits het tot
doel had de erkenning mogelijk te
maken door een tweede, niet-
biologische, ouder ongeacht of
zulks binnen een homoseksueel
dan wel binnen een
heteroseksueel

koppel

geschiedde.

In november 2001 heeft het
Parlement zich over de globale
hervorming van de adoptie
gebogen teneinde de situatie van
het geadopteerde kind te veiligen.
Daarbij werd de adoptie door niet
gehuwde paren van ongelijk
geslacht, mogelijk.

Toen hadden wij een amendement
ingediend teneinde adoptie door
ongehuwde koppels van gelijk
geslacht toe te laten. Dit
amendement werd verworpen
maar het heeft alleszins het debat
op gang gebracht.

In januari 2003 heeft het
Parlement het huwelijk
opengesteld voor koppels van
hetzelfde geslacht, maar het heeft
de situatie van de kinderen
waarvan de gehuwde ouders tot
hetzelfde geslacht behoren, niet
geregeld.

In maart 2004 heb ik als eerste
Franstalige een wetsvoorstel
ingediend dat ertoe strekte adoptie

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

En juin 2004, la sous-commission Droit de la famille a décidé de se
pencher sur les propositions de loi sur ce thème.

C'est au printemps 2005, qu'elle a entamé les débats sur les
propositions et des auditions ont été organisées.

Le débat a ensuite eu lieu en commission de la Justice. Certains n'ont
semblé découvrir cette problématique qu'à ce stade. D'autres
auditions ont été organisées. Pourtant, le parlement se penchait déjà
depuis de longues années sur la question.

Le Conseil d'Etat a eu les vacances d'été pour effectuer une analyse
fouillée du texte. Suivant l'avis rendu par ce dernier, l'adoption ou non
de ce texte ne pose pas de problème juridique, de légalité. Il s'agit
donc clairement d'un choix politique.

C'est le 9 novembre dernier que la commission de la Justice a enfin
pu se prononcer.

Nous voici donc ce 1

décembre réunis en séance plénière pour enfin

pouvoir avancer sur cette question.

Après ce bref historique, revenons aux arguments de fond.

Convenons, tout d'abord, qu'il s'agit d'un sujet sensible. Il touche à la
conception que chacun de nous a de la famille, des enfants. Nous
avons tous des images d'Epinal, des connaissances, des vécus
différents qui nous portent a priori à préférer le modèle traditionnel de
la famille. Mais ce modèle doit être confronté à la réalité en tenant
compte de l'intérêt des enfants.

Dans ce débat, le respect des analyses de chacun est indispensable.
Il faut éviter les procès d'intention, la stigmatisation des opposants à
l'adoption. Mais je demande aussi à ces derniers un minimum de
respect et d'écarter les analyses inacceptables ou les amalgames
associant, par exemple, l'homosexualité et la pédophilie ou la
zoophilie. Cela n'a rien à faire dans ce genre de débat.

Je m'oppose aussi à toute caricature de notre argumentation. Il n'a
jamais été question de droit à l'enfant, de discriminations
inacceptables entre couples. Il est question du droit de l'enfant à avoir
une famille, du droit des enfants à ne pas être discriminés.

Examinons les situations actuelles.

Des enfants sont élevés par des couples homosexuels, certains parce
qu'ils sont nés d'un couple hétérosexuel et sont élevés dans une
famille recomposée; il ne sera pas question d'eux aujourd'hui.
D'autres, nombreux, sont nés par procréation médicalement assistée
et sont élevés par leur mère et sa compagne. D'autres encore ont été
adoptés par une personne seule, mais sont élevés par un couple. Ces
enfants ont deux parents de coeur, mais n'ont droit qu'à un parent
légal. Donc pas de statut pour le deuxième parent.

Un problème d'adulte? Non, c'est un problème d'enfants. S'il est vrai
que les crèches reconnaîtront le deuxième parent en comptabilisant,
par exemple, ses revenus dans ceux du ménage, tous les autres

mogelijk te maken voor personen
van hetzelfde geslacht. Het
omvatte ook de internationale
adoptie en voorzag in een louter
juridische procedure voor kinderen
die al in gezinnen werden
opgevoed.

In juni 2004 heeft de
subcommissie Familierecht beslist
zich over de wetsvoorstellen
dienaangaande te buigen en in het
voorjaar van 2005 heeft zij de
besprekingen aangevat en
hoorzittingen georganiseerd.

De discussie heeft vervolgens
plaatsgevonden in de commissie
voor de Justitie en de Raad van
State heeft een advies uitgebracht
waarin hij stelt dat de goedkeuring
van de tekst geen juridische
problemen doet rijzen en het hier
om een politieke keuze betrof.

Na dat bondig historisch overzicht
wil ik het hebben over de
inhoudelijke argumenten. Het
betreft een gevoelig thema omdat
het raakt aan onze opvatting over
het gezin, terwijl het traditioneel
gezinsmodel moet worden
getoetst aan de werkelijkheid,
gelet op het belang van het kind.

In deze discussie moeten de
analyses van de diverse
betrokkenen worden gerespec-
teerd en moeten wij ervoor zorgen
dat hen geen vermeende
bedoelingen worden toege-
schreven of dat zij niet met de
vinger worden gewezen.

Ik verzet mij eveneens tegen elke
poging om onze argumenten
belachelijk te maken, aangezien
het in de eerste plaats gaat om het
recht van het kind op een gezin en
zijn recht om niet te worden
gediscrimineerd.

Nu worden kinderen door
homoparen opgevoed. Zij hebben
dus twee liefdevolle ouders maar
zij hebben enkel recht op een
wettelijke ouder omdat de tweede
ouder geen enkel statuut wordt

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

acteurs ne reconnaîtront pas ce deuxième parent. Quand il s'agira
d'inscrire un enfant à l'école ou d'autoriser une opération chirurgicale,
le deuxième parent ne pourra pas accomplir ces actes.

En cas de séparation, bien souvent, heureusement, les parents
arrivent à s'entendre et à trouver une solution satisfaisante pour
chacun s'occuper de l'enfant. Parfois aussi la discorde règne. Dans
ce cas, le deuxième parent est particulièrement démuni: il n'a aucun
lien juridique avec l'enfant, juste ce lien terrible, ce lien de l'avoir
désiré, ce lien de l'avoir aimé, ce lien de l'avoir élevé, ce lien de l'avoir
grondé, parfois d'en avoir eu marre, mais pas de lien juridique.

Un juge qui s'en tient à la loi appliquera le tarif applicable dans ces
cas, c'est-à-dire uniquement des relations personnelles: un après-midi
par mois. Qui peut alors dire que c'est de l'intérêt de l'enfant de ne
voir un de ses deux parents qu'un après-midi par mois?

Dans le pire des cas, le décès du parent, le deuxième parent n'est
pas du tout sûr d'être désigné comme tuteur. Il est clair pour tous
qu'arracher l'enfant à sa famille déjà à moitié amputée n'est pas
vraiment souhaitable.

Dans les tribunaux, pour l'instant, les juges "bricolent", attendant que
le parlement prenne ses responsabilités. Dans la majorité des cas,
c'est-à-dire quand le deuxième parent ne bénéficie que de cet après-
midi mensuel, quel parent s'en contenterait?

Saluons le courage d'un juge de Mechelen qui a accordé à la co-
parente de jumeaux de huit ans un droit de visite élargi: un week-end
sur deux et la moitié des vacances.

D'autres histoires sont plus pénibles. Un couple de femmes, après
quelques années, décide d'avoir un enfant. Un petit garçon naît et la
co-parente décide d'arrêter de travailler pour élever cet enfant
pendant quatre ans. Par la suite, lorsque l'enfant a environ six ans,
ces deux femmes se séparent. Au départ, c'est un arrangement à
l'amiable, elles continuent toutes deux à élever cet enfant. Puis, la
mère se met en ménage avec un monsieur qui décide de reconnaître
l'enfant; il devient donc son père. Le nouveau couple décide alors que
l'enfant ne verra plus la co-parente. Il est bien difficile pour elle de
faire valoir ses droits. L'enfant part vraiment avec une famille amputée
à mi-parcours, ce qui nous paraît peu souhaitable.

Revenons-en à l'adoption. Actuellement, les personnes seules
peuvent adopter. J'ai peu entendu les personnes qui défendent le
droit des enfants à avoir deux parents de sexes différents s'inquiéter
de ces adoptions par des personnes seules. C'est donc que, dans un
certain nombre de cas, enfants plus âgés ou autres, les organismes
d'adoption, quand ils examinent les parents susceptibles de les
adopter, concluent que ces personnes seules seront de bons parents
et constitueront la famille adéquate.

Déjà à l'heure actuelle, des homosexuels adoptent en tant que
personne seule ou en étant en couple. Du côté francophone, cela se
passe souvent dans l'hypocrisie. Un seul membre du couple est
entendu par les différents services psycho-médico-sociaux et pas de
vérification des aptitudes du deuxième parent! On se rend compte
comme cela pourrait être potentiellement dangereux.

aangeboden. Het gaat niet om een
probleem van volwassenen maar
om een probleem van kinderen. In
geval van scheiding belandt de
tweede ouder in een bijzonder
kwetsbare situatie aangezien hij/zij
geen enkele juridische band met
het kind heeft. De rechter, die de
wet toepast, zal hem of haar een
namiddag per maand toekennen
zoals dat meestal gebeurt in het
kader van persoonlijke relaties.
Hoe kunnen we dan nog spreken
van het belang van het kind in
zulke situaties?

In het ergste geval dat waarin de
ouder overlijdt is de tweede
ouder er helemaal niet zeker van
dat hij of zij als voogd zal worden
aangeduid. Het is voor iedereen
duidelijk dat het allesbehalve
wenselijk is het kind uit zijn gezin,
dat reeds van de helft ervan
ontdaan is, te verwijderen. In de
rechtbanken dienen de rechters
zich tot "oplapwerk" te lenen.

Terug naar de adoptie. Momenteel
kunnen alleenstaanden kinderen
adopteren. Ik heb de personen die
het recht van kinderen op twee
ouders van een verschillend
geslacht verdedigen, niet echt hun
bezorgdheid horen uiten over die
adopties door alleenstaanden. Nu
reeds adopteren homoseksuelen
kinderen als alleenstaande of als
koppel. Vaak gaat men daarbij
schijnheilig te werk.

Bovendien wordt de
adoptieprocedure de jongste jaren
beter begeleid. Als de wet wordt
goedgekeurd, zullen veel
kandidaten ontgoocheld zijn omdat
hun aanvraag wordt afgewezen.

Wat de internationale adopties
betreft zullen op korte termijn
weinig landen hun kinderen aan
koppels van hetzelfde geslacht
willen toevertrouwen. Maar
daarom moet die mogelijkheid nog
niet verboden worden. Deze
openstelling voor de internationale
adoptie zal de andere kandidaat-
ouders niet discrimineren. Kijk

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

De surcroît, ces dernières années, la procédure d'adoption s'est vu
mieux encadrée. Finies les adoptions sauvages, où des parents se
trouvaient un enfant ici ou plus souvent à l'étranger et demandaient
au juge d'avaliser l'opération. A présent, tous les candidats à
l'adoption devront suivre une préparation, qui les informera clairement
sur les procédures, les difficultés spécifiques de l'éducation d'un
enfant adopté, d'un enfant blessé au plus profond par l'abandon qu'il a
subi. Ensuite, ils devront suivre une procédure de formation et avoir
des entretiens destinés à déterminer s'ils sont aptes à adopter. Les
organismes d'adoption examineront s'ils peuvent constituer la famille
la plus adéquate pour un des enfants qui cherchent une famille. Le
juge pourra encore, en fin de procédure, effectuer une autre enquête
avant de confier définitivement l'adoption à la famille. Donc, une
procédure très lourde, mais à la hauteur de la responsabilité que
prend l'Etat en confiant un enfant à une famille.

Soyons clairs! Il y aura beaucoup de désillusions si la loi est votée.
Des candidats seront écartés. D'autres, bien que reconnus aptes, ne
se verront pas attribuer d'enfant, mais quelques-uns auront cette
immense joie. Déjà à l'heure actuelle, nous connaissons, du côté
francophone, des histoires de femmes qui désirent accueillir un
enfant, qui a eu un père et une mère. Cet enfant n'est pas issu, par
exemple, d'un couple lesbien, mais a eu des parents biologiques qui,
pour certaines raisons, n'ont pas pu l'éduquer. Ces femmes lui
proposent une nouvelle famille.

Mais il y a aussi quelques histoires d'hommes, du côté
néerlandophone. En leur qualité de personne seule, ils ont obtenu le
certificat d'aptitude à adopter. Heureusement, vu l'ouverture d'esprit
des organismes d'adoption flamands, ils n'ont pas eu à cacher leur vie
de couple et donc, les deux membres ont pu être entendus dans le
cadre des entretiens. De plus, ils ont décidé d'être transparents vis-à-
vis des jeunes femmes qui accouchent en Belgique et qui décident de
confier leur(s) enfant(s) à l'adoption; ils ont attendu que des jeunes
femmes fassent le choix de leur confier leur(s) enfant(s). Et je pense,
pour en avoir rencontré un certain nombre, que ces jeunes femmes
ont vraiment bien fait.

En 2004, on compte, en Communauté française, 366 adoptions
internationales et seulement 39 adoptions internes d'enfants nés en
Belgique. Très peu d'enfants donc.

Et on entend toujours cette phrase: "Mais il n'y a déjà pas assez
d'enfants pour les couples hétéros".

A l'heure actuelle, les organismes qui tentent de confier un enfant à la
famille la plus adéquate choisissent déjà parfois de les confier à des
personnes seules. Avoir un plus grand nombre de couples avec
différentes caractéristiques leur permettra de rechercher, pour chaque
enfant, le couple le plus adéquat. D'autant plus qu'il était
particulièrement important de ne pas exclure a priori l'adoption
internationale. A court terme, peu de pays accepteront de confier
leurs enfants à des couples de même sexe mais ce n'est pas une
raison d'interdire cette possibilité.

Cette ouverture à l'adoption internationale risque-t-elle de léser les
autres candidats à l'adoption? Non, les Etats-Unis, par exemple,

naar het voorbeeld van de
Verenigde Staten.

De meeste kinderen die in
homogezinnen leven, zijn de
vrucht van medisch begeleide
voortplanting. Maar die kinderen
hebben maar een wettelijke ouder:
hun moeder.

Volgens de cijfers van de
instellingen die de medisch
begeleide voortplanting verrichten
worden in 80 procent van de
gevallen de aanvragen van de
hetero- en homokoppels
goedgekeurd, tegen 50 procent
voor alleenstaande vrouwen. De
aanvragen van alleenstaanden
worden soms afgekeurd uit vrees
dat ze uit wrok een kind willen of
er zich al te zeer over zouden
ontfermen. De meeste
aanvaardingen betreffen koppels,
namelijk vrouwelijke koppels, die
een langdurige relatie hebben.

Die ouders zijn niet toevallig
ouders geworden. Ze hebben er
lang over nagedacht en een en
ander grondig voorbereid voor ze
beslist hebben de procedure in te
stellen. Die kinderen zijn erg
gewenst. Het zijn gewone
kinderen, die we moeten
beschermen.

De afgelopen weken is er meer en
meer controverse ontstaan over
studies en wetenschappelijke
adviezen. Zelf ga ik uit van de
studie van de VUB, waarin hetero-
en holebistellen die via medisch
begeleide voortplanting met
anonieme donoren kinderen
gekregen hebben, twintig jaar lang
gevolgd werden. Welnu, die
kinderen doen het niet beter of
slechter dan andere kinderen.

Men hoort vaak beweren dat
kinderen een vader en een
moeder nodig hebben. Een kind
heeft vooral liefde nodig.

"Kinderen moeten zowel met de
moeder- als met de vaderrol
geconfronteerd worden", zo heet

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

reconnaissent, dans certains Etats, l'adoption par des personnes de
même sexe. Pourtant, les Etats-Unis sont de "très grands receveurs
d'enfants adoptés" et ils n'ont pas été lésés en la matière.

Soyons clairs! Les Etats pourront toujours continuer à choisir à quel
type de couples ou de personnes seules, ils souhaitent voir confier
leurs enfants. Actuellement, une série de pays ont précisé qu'ils ne
souhaitaient pas que leurs enfants soient adoptés par des couples
non mariés ou par des personnes seules. Leur volonté a bien entendu
été respectée et ils ont continué à collaborer avec la Belgique; ce sera
également le cas après le vote je l'espère de ce texte.

La majorité des enfants vivant dans des familles parentales sont issus
de la procréation médicalement assistée. C'est loin d'être récent,
étant donné que la VUB a commencé les premières procréations
médicalement assistées en 1975 et les premières procréations de
couples de femmes en 1979. Depuis, ils estiment à plus de vingt mille
les couples de femmes inséminées dans leur seule institution. Si l'on
considère l'ensemble des institutions belges, on se rend compte du
nombre d'enfants qui vivent dans ces familles.

Ces enfants vivent la situation que j'ai décrite. Ils ont un seul parent
légal: leur mère. La deuxième mère n'a aucune obligation alimentaire
à leur égard. L'enfant risque d'en être séparé à la suite d'un décès ou
d'une séparation et ne peut prétendre à un héritage. Il n'est pas inscrit
dans la famille de la deuxième mère; il n'y a pas de grands-parents,
d'oncles, de tantes.

Les institutions qui pratiquent la procréation médicalement assistée
soumettent les couples à un entretien psychologique. Les chiffres qui
en ressortent sont identiques à toutes les structures: une acceptation
de 80% des couples hétérosexuels et homosexuels et une
acceptation de 50% des femmes seules.

Pour la plupart, les acceptations concernent les couples, et
notamment les couples de femmes, inscrits dans la durée, qui ont
beaucoup réfléchi à leur projet, qui assument bien leur situation, qui
sont inscrits dans un réseau familial et amical étendu et où ils sont
deux. Les personnes seules, quant à elles, sont parfois refusées car
faisant le choix d'avoir un enfant seul par dépit ou en raison de
risques de fusion trop intense, où l'enfant ne trouverait pas sa place.

Donc, très clairement, ces parents ne sont pas des parents par
hasard. Jamais. Ce sont des couples qui se forment et qui, après
quelques années, se questionnent: "Et si on avait un enfant?".
Beaucoup s'arrêtent à ce stade. Non, ce n'est pas pour eux. Mais
quelques-uns continuent: "N'est-ce pas égoïste?", "Notre enfant ne
sera-t-il pas stygmatisé?", "Comment lui expliquera-t-on?". Ils
entreprennent donc un long processus de réflexion et de préparation
avant d'envisager les procédures à venir.

Il s'agit d'enfants très attendus, des enfants avec une maman ou un
papa et une nanny ou un vatty; des enfants pour lesquels les parents
rechercheront l'école la plus accueillante possible; des enfants qui
inviteront leurs petits camarades à leur anniversaire pour leur
présenter leur famille; des enfants avec qui on évoquera leur père ou
leur mère biologique; des enfants qui, peut-être, à certains moments,
seront fâchés à cause de l'abandon: "Pourquoi c'est vous qui m'avez

het. Jawel, en daarom hebben
vele van die kinderen een meter,
een oom of een opa die nauw bij
zijn opvoeding betrokken wordt.

MR, cdH en CD&V hebben
voorstellen ingediend om
personen die het kind samen met
de ouder opvoeden, een aantal
rechten toe te kennen.

Die wetsvoorstellen boden de
gezinnen met holebi-ouders echter
onvoldoende zekerheid. Een
dergelijk debat werd ook al
gevoerd naar aanleiding van de
stemming van de wet betreffende
het huwelijk tussen personen van
hetzelfde geslacht. De
conservatieven, die eerst de
`wettelijke samenwoning' - een
lege doos in het leven hadden
geroepen, waren bereid langs die
weg allerlei zaken te regelen, op
voorwaarde dat die overeenkomst
maar niet de naam `huwelijk'
kreeg. De voorliggende
voorstellen vormen een goede
werkbasis om een statuut voor de
stiefouder uit te werken, maar dat
statuut had niet zijn plaats in dit
debat over de adoptie.

Sommigen vrezen voor het
uiteenvallen van het gezin. Ik
begrijp hun vrees, maar ben
tegelijkertijd verheugd dat er nog
steeds mensen zijn die een gezin
willen vormen, hoewel samenleven
vandaag de dag niet steeds zo
gemakkelijk is.

Homoseksuele paren hebben
kinderen en zullen ook in de
toekomst kinderen hebben,
ongeacht de uitslag van deze
stemming. De vraag is of we
menen dat die kinderen recht
hebben op twee verantwoordelijke
ouders. En op die vraag antwoordt
de Ecolofractie `ja'.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

recueilli?" Oui, il y en aura sûrement. Mais il y aura surtout des
enfants comme les autres et que nous devons tout faire pour
protéger.

Ces dernières semaines, on a vu se multiplier les controverses sur les
études et les avis scientifiques. J'ai entendu Mme Marghem évoquer
une étude espagnole, qui a été faite par un informaticien. Pour ma
part, j'utiliserai plutôt l'étude de la VUB, une étude belge disponible
depuis de nombreuses années. Que dit cette étude? Il s'agit d'une
étude qui a suivi un certain nombre de couples hétérosexuels et
homosexuels ayant des enfants par procréation médicalement
assistée avec donneurs anonymes. Ces enfants ont été suivis avec
des tests très classiques que l'on utilise en général pour voir comment
l'enfant se situe par rapport à lui-même, son estime de soi, son
identité sexuelle, ses rapports à ses parents, ses rapports à ses
camarades. Et bien, ces enfants vont normalement, ni mieux, ni
moins bien que les autres. La seule distinction qui apparaît dans cette
étude se fait entre les enfants au courant des circonstances de leur
naissance, et donc du fait que leur père n'est pas leur père, et ceux
qui ne sont pas au courant. Sur ce plan-là, on constate clairement,
comme tout bon psychologue, que le secret n'est pas bon.

On entend aussi beaucoup dire: "un enfant a besoin d'un père et
d'une mère." Un enfant a surtout besoin d'amour. Il en trouvera de
deux sortes, différentes et complémentaires, dans un couple: un
amour-fusion, inconditionnel, et un amour plus défusionnant,
poussant vers l'extérieur. Et comme dans tous les couples modernes,
ces amours ne seront pas toujours portés par le même parent.

"Il lui faut des modèles des deux sexes." Oui, c'est préférable et c'est
pourquoi beaucoup de ces enfants auront une marraine, un oncle ou
un grand-père particulièrement investi.

Je voudrais maintenant revenir sur les autres propositions de loi qui
étaient sur la table, les propositions du MR, du cdH et du CD&V, qui
ont été déposées pour ouvrir une série de droits aux personnes qui
élèvent l'enfant avec les parents.

Ces propositions semblaient inadéquates pour sécuriser la situation
des familles homoparentales. Elles ne créaient pas de lien avec la
famille du deuxième parent, avec les grands-parents ou les cousins;
elles s'arrêtaient souvent à l'âge de18 ans; elles ne plaçaient pas les
deux parents, également, devant leurs responsabilités. On semblait
vouloir donner une partie du rôle de parent mais surtout ne pas vouloir
appeler un parent un parent!

On a déjà tenu ce type de débat au moment du vote de la loi sur le
mariage des homosexuels. Les conservateurs, après avoir créé un
contrat de cohabitation légale, coquille vide, étaient prêts à le remplir
de tout, à condition qu'il ne s'appelle pas mariage.

Les propositions sur la table seront de bonnes bases de travail pour
élaborer un futur statut du beau-parent. Ce débat sera important mais
il convenait de ne pas l'amalgamer avec le débat sur l'adoption. Les
beaux-parents, de sexes différents ou non, ont le droit de nous voir
travailler à un véritable statut approprié à leurs spécificités.

Après le mariage, l'adoption. J'entends parfois: "ils vont nous atomiser

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

la famille!". Je comprends ces craintes. Mais, dans le temps, les gens
se mariaient jeunes, avaient des enfants puis mourraient. Aujourd'hui,
nous sommes plus exigeants. La vie est plus chahutée. Nous
déménageons, nous nous séparons, nous reformons des couples et
la vie de famille a évolué. Je me réjouis que malgré les difficultés de
la vie de couple actuelle, malgré les incertitudes liées à l'avenir, la
tendance à l'individualisme, des personnes veulent former des
familles, s'engager, accepter des droits et des devoirs de parents.

Quelle est la question posée aujourd'hui? La question n'est pas de
savoir si l'on veut ou non que les homosexuels aient des enfants. Ils
ont et auront des enfants, quoi qu'on vote aujourd'hui. La question est
la suivante: veut-on que ces enfants aient droit à deux parents
responsables? A cette question, le groupe Ecolo répondra oui.

01.46 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de

minister, collega's, spirit is ten zeerste verheugd vandaag te kunnen
stemmen over een sluitstuk van de gelijkberechtiging van holebi's.
Samen met Annelies Storms en Els Van Weert had ik zelf een
wetsvoorstel ingediend. We hebben ons graag aangesloten bij het
voorstel van sp.a-collega Swennen. Het is uiterst belangrijk dat wordt
tegemoetgekomen aan het gevoel van discriminatie dat leeft bij zeer
veel holebi's met een kinderwens. Nog veel belangrijker is dat
voorliggend voorstel tegemoet komt aan het recht op een gelijke
behandeling van de kinderen waarop het betrekking heeft.

Ik wil me aansluiten bij de 15 redenen die de heer Swennen heeft
aangehaald om voor het voorstel te stemmen. In mijn betoog wil ik
specifiek wijzen op 4 punten met name het maatschappelijk belang
van deze wet, de juridische vragen zoals opgeroepen door de Raad
van State, het vervolg van onze werkzaamheden in de Senaat en het
stemgedrag op het einde van deze vergadering.

Ten eerste, het is belangrijk ons uitgangspunt in herinnering te
brengen. Er bestaat niet zoiets als een recht op kinderen. Integendeel,
bij de totstandkoming van deze wetgeving zijn we steeds uitgegaan
van het belang van het kind. Deze wet is nodig, niet om aan de
ouderwens van een bevolkingsgroep tegemoet te komen, maar in de
eerste plaats in het belang van de duizenden kinderen die vandaag en
in de toekomst opgevoed worden door een koppel waarbij de ouders
van hetzelfde geslacht zijn. Via kunstmatige inseminatie en door een-
ouderadoptie bevinden heel wat kinderen zich vandaag reeds in die
situatie. De hoorzittingen in de subcommissie Familierecht met
professor Paul Devroey van het Centrum voor Reproductieve
Geneeskunde van de VUB hebben aangetoond dat de holebi-adoptie
per jaar alleen aan de VUB 1.500 kinderen betreft die via
kunstmatige inseminatie bij lesbische koppels geboren worden. Het is
belangrijk dat deze kinderen de juridische band met hun beide ouders
duidelijk geregeld zien. Adoptie biedt hier de beste want de meest
eenvoudige weg toe. Wat niet wegneemt dat in de toekomst nog heel
wat werk aan de winkel is voor andere gezinssituaties. Voor spirit
moet dit nog deze legislatuur geregeld worden via het
zorgouderschap.

Collega's, het is belangrijk stil te staan bij het advies van de Raad van
State. Ik wens u, mijnheer de voorzitter, te bedanken omdat u tijdens
de zomermaanden dit advies van de Raad van State hebt gevraagd.
Dat geeft ons de mogelijkheid op een aantal juridische opmerkingen

01.46 Stijn Bex (sp.a-spirit):

Spirit se réjouit de voir enfin se
concrétiser ce dernier volet de
l'égalité des droits des
homosexuels. Spirit avait
développé sa propre proposition
de loi mais nous sommes heureux
de nous associer à celle du
membre du sp.a, M. Swennen.
Les homosexuels qui désirent un
enfant n'éprouveront enfin plus un
sentiment de discrimination et les
enfants qui grandissent au sein
d'une famille holebi seront enfin
traités sur pied d'égalité.

Je ne rappellerai pas les quinze
arguments de M. Swennen, mais
j'évoquerai brièvement en quatre
points l'intérêt de la mesure pour
la société, les questions juridiques
soumises au Conseil d'État, le
vote auquel nous procéderons tout
à l'heure et les suites du dossier
au Sénat.

Notre principe de base n'est pas
celui d'un prétendu "droit à
l'enfant" mais celui de l'intérêt de
l'enfant. La loi n'a pas comme
objet de répondre au désir
d'enfant de certains couples, mais
bien de mieux protéger les
nombreux enfants qui, à l'heure
actuelle, grandissent déjà au sein
de familles homosexuelles. Le
"Centrum voor Reproductieve
Geneeskunde" (VUB) réalise
chaque année 1.500
inséminations artificielles sur des
couples de lesbiennes. Pour tous
ces enfants, nous souhaitons fixer
leur lien juridique avec leurs deux

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

een antwoord te geven. Dat is belangrijk omdat deze wet ongetwijfeld
vanuit conservatieve hoek zal worden aangevallen voor het
Arbitragehof zoals we dit hebben meegemaakt toen het huwelijk werd
opengesteld. Het is een goede zaak dat we op de vragen van de
Raad van State kunnen antwoorden vooraleer dit voorstel goed te
keuren.

Mijnheer de voorzitter, ik moet daarbij wel opmerken dat het gedeelte
van het lijvige advies van de Raad van State, dat betrekking had op
het specifieke voorstel dat we hier vandaag bespreken eigenlijk niet
zo omvangrijk was. De Raad van State heeft zich daarbij opvallend
terughoudend opgesteld. Het is bijvoorbeeld toch zeer belangrijk om
voor ogen te houden dat de Raad van State een aantal vragen
uitdrukkelijk niet heeft gesteld. De Raad van State heeft tot liefst
driemaal toe uitdrukkelijk gezegd dat de voor advies voorgelegde
teksten weliswaar vragen doen rijzen van ethische, antropologische,
symbolische, filosofische, psychologische en andere aard, doch dat
de afdeling wetgeving zich hierover niet wenst uit te spreken omdat dit
de taak is van het Parlement.

De Raad van State stelt wel dat de wetgever moet aantonen dat voor
de gelijke behandeling die op verschillende situaties van toepassing is
een redelijke verantwoording bestaat met naleving van het
proportionaliteitsbeginsel waarbij in het bijzonder aandacht moet
besteed worden aan het belang van het kind. Volgens de Raad van
State komen kinderen namelijk in een referentiekader terecht, bij
ouders van hetzelfde geslacht namelijk, dat verschilt van het
referentiekader ten tijde van hun verwekking. Het is belangrijk om
daar een motivatie voor te geven. Die motivatie, collega's, ligt precies
in het belang van het kind en het recht van het kind om op een
volwaardige juridische band met de twee personen die instaan voor
de opvoeding binnen een homo- of lesbische relatie te kunnen
rekenen. Het is dan ook mijn mening dat de antwoorden op de vragen
die de Raad van State wel oproept te vinden zijn in de uitgebreide
verslagen van de vele discussies die zowel in de subcommissie
Familierecht als in de commissie voor Justitie gevoerd werden.

parents et l'adoption est la voie la
plus simple à cet effet. Bien sûr,
d'autres situations familiales
nécessitent elles-aussi une
réglementation. Au cours de la
présente législature, nous
développerons encore à cette fin
une réglementation, par le biais de
la parenté sociale.

Je tiens à remercier le président
d'avoir demandé l'avis du Conseil
d'État au cours des mois d'été afin
que nous puissions déjà répondre
aux objections juridiques que ce
dernier a formulées. Cela nous
permet aussi de fournir une
réponse aux conservateurs qui, de
toute façon, contesteront cette loi
devant la Cour d'arbitrage.

Si l'avis est volumineux, le
passage qui concerne spécifique-
ment la proposition n'est pas si
étendu. Le Conseil d'État a
manifestement adopté une attitude
réservée. Plusieurs questions ne
sont explicitement pas abordées.
Le Conseil d'État souligne que la
proposition soulève, entre autres,
des questions éthiques,
anthropologiques et symboliques
mais qu'il appartient au Parlement
de se prononcer en la matière.

Le Conseil d'État insiste sur
l'intérêt de l'enfant et demande au
législateur de justifier raisonnable-
ment l'égalité de traitement pour
différentes situations. Pour les
enfants qui grandissent dans une
famille homosexuelle, le cadre de
référence diffère de celui dans
lequel ils ont été conçus. Il faut
donc une motivation concernant le
droit de l'enfant à un lien juridique
à part entière avec les deux
personnes qui l'élèvent. Les
réponses aux questions du
Conseil d'État figurent dans les
rapports des discussions menées
en sous-commission Droit de la
famille et en commission Justice.

01.47 Bart Laeremans (Vlaams Belang): ...

01.48 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer Laeremans, u was zelf toch

ook aanwezig en u hebt zelf die discussies mee kunnen volgen. Ik

01.48 Stijn Bex (sp.a-spirit): Les

nombreuses audiences ont montré

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

moet die hier toch niet in extenso herhalen. Ik zal wel een aantal
punten herhalen waarmee ik denk dat ik voldoende motivatie geef. U
kent de teksten ook.

Wij hebben in de subcommissie Familierecht en in de commissie voor
de Justitie namelijk zeer veel hoorzittingen georganiseerd.
Herhaaldelijk kwam daarbij naar voren dat een kind dat liefdevol wordt
opgevoed door een koppel van hetzelfde geslacht, daar wel bij vaart.
Verschillende onderzoeken tonen dit ook aan. Nu is het wel duidelijk
dat er zowel bij hetero- als bij holebikoppels nooit een garantie kan
bestaan dat de kinderen op een goede, liefdevolle manier worden
opgevoed. Deze week nog hebben we daarvan in de media een
aantal spijtige voorbeelden kunnen zien. Durft echter iemand in dit
halfrond beweren dat de kinderen over wie het ging slechter af waren
geweest indien zij door een homokoppel waren geadopteerd nadat dit
koppel eerst gescreend was door een rechter? Ik denk het niet.

Collega's, het wordt soms voorgesteld door de tegenstanders als zou
deze wet het mogelijk maken dat holebikoppels binnenkort bij wijze
van spreken kinderen afhalen in de supermarkt. Dat is natuurlijk niet
zo. De screening van mogelijke adoptie-ouders zal bij hen even streng
verlopen als bij heterokoppels. Bij zijn of haar beslissing moet de
rechter steeds het belang van het kind vooropstellen.

Ik wil zeker erkennen dat de Raad van State stelt dat staten,
overeenkomstig het Europees recht, een zeer ruime
beoordelingsmarge hebben in deze aangelegenheid. De Raad van
State zegt dus geenszins dat ons land verplicht is om de adoptie open
te stellen voor koppels van hetzelfde geslacht. Het gaat hier niet om
een discriminatie in de zin van artikel 14 van het Europees Verdrag
voor de rechten van de mens. De Raad van State zegt echter wel dat
ons land die keuze wel kan maken, maar dat de wetgever dan
uitvoerig moet motiveren waarom hij dit doet.

Volgens de Raad van State kunnen staten aan homoseksuelen het
recht ontzeggen om kinderen te adopteren, maar dat betekent niet dat
dat de houding van de staat moet zijn. Spirit is van oordeel dat België
net zoals voor het homohuwelijk, op Europees vlak een voorloper
moet zijn in dergelijke aangelegenheden. Ik kan u trouwens voor
sommigen in primeur meedelen dat het hooggerechtshof van Zuid-
Afrika vandaag heeft beslist dat de wetgeving van dat land niet in
overeenstemming is met de Grondwet, daar ze niet aan homokoppels
toelaat om te huwen. Ik denk dat dat een belangrijke stap is in de
gelijkberechtiging van holebi's.

Het recht, collega's, is overigens een evolutief gegeven. Wat vandaag
niet discriminatoir is, kan dat morgen wel zijn. Daarbij wil ik in het
bijzonder verwijzen naar onze hoorzitting met professor Frederik
Swennen van de Universiteit Antwerpen in de subcommissie
Familierecht. De professor heeft gesteld - ik citeer -: "Als adoptie in
het recht mogelijk is, mag de toegang ertoe niet op een
discriminatoire wijze omschreven en toegepast worden. Door koppels
van gelijk geslacht niet toe te laten tot adoptie en koppels van ongelijk
geslacht wel, oordeelt de wetgever dat de opvoeding door een
ongelijkslachtig koppel wel en de opvoeding door een gelijkslachtig
koppel niet in het belang van het kind is".

Het is dat uitgangspunt van de wetgever, collega's, dat volgens

que les enfants élevés avec amour
dans un foyer où le couple est du
même sexe s'y sentent bien.
Différentes études vont dans le
même sens. Il n'existe bien
entendu jamais de certitude
qu'une éducation sera empreinte
d'amour mais, comme nous avons
malheureusement pu le constater
récemment, cette garantie n'existe
pas davantage au sein des
couples hétérosexuels. Les
enfants dont il a été question dans
l'actualité des dernières semaines
auraient-ils été moins bien lotis
s'ils avaient vécu au sein d'un
ménage homosexuel qui aurait fait
l'objet d'une enquête ?

D'aucuns laissent entendre que
cette loi permet aux couples
hétérosexuels d'aller pour ainsi
dire chercher leurs enfants au
supermarché. Il n'en est rien car
l'enquête sur les parents candidats
à l'adoption sera tout aussi sévère
que pour les couples
hétérosexuels. L'intérêt de l'enfant
est en effet prépondérant.

Le Conseil d'État précise que,
pour de telles matières, les États
disposent en vertu du droit
européen d'une marge de
manoeuvre considérable. Notre
pays n'est pas tenu d'ouvrir le droit
à l'adoption aux couples du même
sexe, mais il peut faire ce choix à
condition qu'il soit dûment motivé.
Spirit estime que la Belgique doit
jouer un rôle de précurseur en ce
qui concerne l'adoption holebi,
comme elle l'a fait pour le mariage
entre homosexuels. Le droit
constitue d'ailleurs une matière
évolutive, et ce qui n'est pas
discriminatoire aujourd'hui, peut
l'être demain.

Le professeur Frederik Swennen a
déclaré lors d'une audition
qu'accorder le droit à l'adoption à
un couple hétérosexuel et non à
un couple homosexuel constitue
bien une discrimination, parce que
le législateur juge ainsi que les
intérêts de l'enfant seraient servis
dans un cas et non dans l'autre.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

professor Swennen zowel feitelijk als juridisch achterhaald is. Indien
onderhavig wetsvoorstel vandaag een meerderheid krijgt, dan zeggen
wij eigenlijk dat wij van die achterhaalde visie afstappen. De opvatting
dat een kind moet opgroeien in een liefdevolle omgeving, is volgens
het Parlement dan belangrijker dan de achterhaalde opvatting die de
tegenstanders van de openstelling van adoptie hanteren, met name
dat een kind moet opgroeien in een gezin waar de gehuwde man en
vrouw samen instaan voor de opvoeding van het gezamenlijk, op
natuurlijke wijze verwekte kind.

L'adoption de la proposition de loi
à l'examen permettra
d'abandonner l'idée dépassée
selon laquelle seuls les couples
hétérosexuels seraient en mesure
d'éduquer pleinement un enfant.
L'idée selon laquelle un enfant doit
grandir dans un milieu affectif
revêt actuellement plus
d'importance que l'idée désuète
selon laquelle un enfant doit
grandir dans un ménage où un
homme et une femme unis par les
liens du mariage s'occupent
ensemble de l'éducation de
l'enfant commun conçu de façon
naturelle.

01.49 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Wie zegt dat het kind

absoluut natuurlijk verwekt moet zijn? Er zijn toch heel veel situaties
waarin een koppel gewoon samenwoont of waar via IVF een
heterokoppel een kind heeft? Wie zegt dat dat niet kan? Wie zegt
dat?

01.49 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Personne n'a affirmé
dans cette assemblée que l'enfant
doit être éduqué par des parents
mariés ou qu'il doit être conçu de
façon naturelle.

01.50 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer Laeremans, wij vinden het juist

heel belangrijk dat voor alle situaties die niet beantwoorden aan dat
klassieke patroon, een regeling wordt gevonden en dus niet alleen
voor samenwonende heterokoppels, maar voor alle kinderen die in
een niet-traditionele gezinssituatie opgevoed worden. Wij willen daar
iets verder in gaan dan u; dat zult u ons toch niet kwalijk nemen.

Collega's, nadat ik ben ingegaan op het advies van de Raad van
State, wil ik even wijzen op de capriolen die wij van onze collega's van
CD&V in het dossier hebben mogen meemaken. Le nouveau CD&V
est arrivé, dachten we toen Jo Vandeurzen en Liesbeth Van der
Auwera verkondigden dat CD&V voor adoptie zou stemmen. Ik geef
even het standpunt over holebi-adoptie weer dat CD&V op 7 juni nog
innam. "CD&V stelt vast", zei Jo Vandeurzen, "dat in de nieuwe
adoptiewet in een individueel geschiktheidsonderzoek met een
actieve rol voor de jeugdrechter wordt voorzien. Tegen de
achtergrond van deze zorgvuldigheid voor alle koppels, aanvaardt
CD&V dat adoptie openstaat voor alle koppels". Dat was, collega's,
zonder de conservatieve reflex van de achterban van Pieter De Crem
gerekend. Een typisch tsjevencompromis, het mee-ouderschap, was
het resultaat. Wij hebben kunnen zien dat verschillende van onze
collega's, zoals ook Jef Van den Bergh, ontgoocheld waren door dat
partijstandpunt.

Mijn boodschap aan de collega's van CD&V die de afgelopen dagen
zegden eigenlijk voorstander te zijn van die adoptie, is heel duidelijk.

Jullie kunnen vanavond mee het verschil maken. Met de woorden van
Herman Van Rompuy voor zijn broer Eric, toen hij door Yves Leterme
te licht bevonden werd voor een zitje in de Vlaamse regering, zou ik
willen zeggen: Jef, alsook Nahima, Liesbeth en Dirk, be free.
Niemand zal het jullie kwalijk nemen en jullie kunnen laten zien dat de
C in CD&V niet alleen staat voor conservatief.

01.50 Stijn Bex (sp.a-spirit):

Nous estimons qu'il importe
qu'une réglementation soit
élaborée pour tous les enfants qui
ne sont pas éduqués dans une
famille traditionnelle. Nous voulons
aller plus loin dans ce dossier que
d'autres partis.

Je voudrais pour terminer encore
une fois attirer l'attention sur les
pirouettes du CD&V dans ce
dossier. Le 7 juin 2005, M.
Vandeurzen déclarait encore que
le CD&V marquait son accord sur
les adoptions par des couples du
même sexe étant donné que la
proposition de loi stipulait qu'un
examen d'aptitude individuel était
requis. La base conservatrice de
M. De Crem ne partageait
cependant pas cet avis et la co-
parenté en a été le résultat.
Plusieurs parlementaires plus
progressistes du groupe CD&V
étaient déçus. Ils peuvent
aujourd'hui faire la différence en
exprimant leur vote en toute
liberté. Personne ne leur en
voudra de démonter que le C dans
CD&V ne signifie pas uniquement
"conservateur".

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Collega's, na de stemming vanavond over onderhavig wetsvoorstel is
het waarschijnlijk aan de Senaat om zich uit te spreken, want wij
mogen verwachten dat de hoge vergadering het voorstel zal
evoceren. Wij weten allemaal dat de Senaat een reflectiekamer is,
maar in dezen heeft de Kamer toch al heel wat reflectiewerk verricht.
De voorzitter van de senaatscommissie is overigens een CD&V'er.
Wij weten van collega Hugo Vandenberghe dat hij niet bepaald
behoort tot de CD&V-vleugel die voorstander is van adoptie door
holebi's. Toch wil ik de senatoren oproepen om de uitgebreide
verslagen van onze werkzaamheden grondig te lezen alvorens zelf
met tijdrovende hoorzittingen te beginnen.

Als de Senaat er niet in slaagt om snel te werken, dan dreigt al het
werk dat wij hier geleverd hebben, immers voor niets geweest te zijn.
Dat zou bijzonder jammer zijn voor holebi-koppels met een
kinderwens, en vooral en daarover gaat het toch voor de
betrokken kinderen. Over die kinderen draait het in ons debat.

Si la proposition à l'examen est
adoptée ce soir, il appartiendra au
Sénat de s'exprimer. Je lance un
appel aux sénateurs pour qu'ils
lisent attentivement les rapports
circonstanciés de nos travaux
avant de procéder eux-mêmes à
de longues auditions. En effet, si le
Sénat ne peut pas travailler avec
célérité, tout ce que nous avons
fait l'aura peut-être été pour rien et
cela serait particulièrement
dommage pour les couples
homosexuels désireux d'élever
des enfants, mais surtout pour les
enfants concernés.

Le président: Monsieur Monfils, je crois que vous voulez prendre un peu de temps. Mais essayez de ne
pas dépasser le temps imparti qui est de trente minutes, je vous le rappelle.

01.51 Philippe Monfils (MR): Monsieur le président, je vous rassure

tout de suite: je serai certainement beaucoup plus court que certains
de mes collègues, y compris ceux de mon propre groupe. Vous me
permettrez de commencer par un point sur lequel tout le monde sera
d'accord en félicitant le rapporteur M. Perpète pour son rapport écrit et
oral. De grâce, ne décomptez pas ces dix secondes de mon temps de
parole, monsieur le président.

Comme je vous l'ai dit, je ne vais pas recommencer le débat
pointilliste qui nous a opposés pendant de nombreuses semaines en
commission. Je me contenterai de donner mon sentiment sur cinq
points qui me paraissent des éléments fondamentaux de cette
discussion. Et d'abord, pourquoi ce débat sur l'adoption par les
couples homosexuels? Dans la liste déjà importante des avancées
éthiques conquises depuis six ans (euthanasie, clonage, mariage des
homosexuels) et dans l'attente d'autres débats qui se profilent,
comme celui sur les mères porteuses au Sénat, le divorce sans faute
ou l'accouchement anonyme ici, la question d'aujourd'hui est de
savoir s'il fallait affronter et s'efforcer de régler le problème de
l'adoption par les couples homosexuels.

Non, ce n'est pas une coquetterie de parlementaire. Non, ce n'est pas
plus un phénomène de mode. Non, ce n'est pas un sujet plaisant à
aborder dans les dîners en ville. C'est une nécessité déduite de la
persistance de drames psychologiques et sociaux. Il y a aujourd'hui
des enfants qui n'ont pas choisi de vivre dans des couples
homosexuels mais pour lesquels les hasards de la vie ont amené leur
géniteur à engager une relation de ce type. Dans l'état actuel du droit,
ces enfants ne seront jamais les enfants du couple et ne bénéficieront
donc pas de la protection prévue par nos lois.

Il y a aujourd'hui des enfants abandonnés à la naissance qui ne
peuvent pas être totalement intégrés à un foyer comme n'importe quel
autre enfant parce que le couple qui veut l'adopter, l'accepter, est un
couple homosexuel. C'est tout cela l'enjeu du débat aujourd'hui.

01.51 Philippe Monfils (MR):

Door de aanhoudende psycholo-
gische en sociale drama's was een
regeling voor de adoptie door
koppels van gelijk geslacht
noodzakelijk geworden. Door
omstandigheden leven kinderen
thans in een dergelijk gezin,
waarvan ze in de huidige staat van
de wetgeving nooit de echte
kinderen zullen zijn. Anderzijds
kunnen kinderen die bij hun
geboorte werden achtergelaten
niet door een koppel worden
geadopteerd omdat het om een
koppel van gelijk geslacht gaat.

Men heeft zich eerst afgevraagd
op het wel degelijk tot een
stemming moest komen voor of
tegen de adoptie. Rechtvaardigt
het kleine aantal kinderen die in
een dergelijke situatie verkeren
evenwel het feit dat het probleem
niet als een prioriteit beschouwd
hoeft te worden? Ik denk van niet
want men mag de menselijke
ontreddering niet kwantificeren,
zoals ook werd aangetoond naar
aanleiding van het debat over de
euthanasie. Moest het ontbreken
van een vader- of moederbeeld
de optie van een adoptie
onmogelijk maken? Neen, daar uit
interviews met kinderen het
tegenovergestelde bleek. Moest

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Pour répondre à cette question, fallait-il en arriver à un vote pour ou
contre l'adoption? Dès le début des discussions, les choses se sont
figées, aucun argument ne parvenant à convaincre ne serait-ce que
partiellement l'une ou l'autre partie. Quand on invoquait le faible
nombre d'enfants vivant auprès d'un couple homosexuel pour nier
l'urgence à régler cette question, on rétorquait qu'on ne mesure pas la
détresse humaine quantitativement et que si tel avait été le cas, on
n'aurait jamais voté la loi sur l'euthanasie puisqu'après tout, il ne s'agit
que de quelques dizaines ou centaines de cas sur cent dix mille
décès par an. Brandissait-on un rapport s'inquiétant de l'absence
d'image du père ou de la mère, on invoquait évidemment un autre
texte ou des interviews d'enfants disant tout le contraire.

Ceux qui cherchaient une alternative à l'adoption par des moyens tels
que la parenté sociale ou la tutelle étaient critiqués pour l'insuffisance
des garanties juridiques octroyées et ne réunissaient pas d'ailleurs au
sein de la commission de la Justice l'ensemble des voix des
opposants à l'adoption.

Quant à l'intérêt de l'enfant, chacun des deux camps le revendiquait
comme sien.

Bref, il était fatal que ce débat aille au bout de la logique qui, en
l'espèce, est un débat parlementaire: pour ou contre l'adoption.

Deuxièmement, y avait-il une troisième voie?

Je n'ai jamais cru à une hypothétique troisième voie. Que ce soit une
nouvelle forme de tutelle, une parentalité sociale, une coparentalité...
Toutes ces formules soulèvent des problèmes juridiques ou
n'apportent, semble-t-il, qu'une réponse partielle à la question qui
nous occupe. La lecture du Conseil d'Etat est d'ailleurs éclairante à
cet égard.

De même que le bon sens populaire dit qu'il faut préférer l'original à la
copie, il me paraît que ce type de réponse ne peut que soulever des
difficultés parce qu'elle maintient des inégalités au détriment des
enfants vivant dans des couples homosexuels et risque de nourrir
ainsi des frustrations résultant d'une attente mal satisfaite.

Ce n'est pas être doctrinaire que de refuser des compromis boiteux.

D'ailleurs, en matière éthique, un compromis ne résiste généralement
pas longtemps comme le prouve, par exemple, l'instauration du
contrat de cohabitation légale applicable aux hétérosexuels mais
surtout fait pour les homosexuels, destiné initialement à pallier
l'absence de majorité politique pour le mariage homosexuel. Quelque
temps après, on a quand même voté le mariage homosexuel!

Troisièmement, j'aborderai le principe de précaution.

Je n'ai jamais partagé l'idée selon laquelle ce principe conduisait à
attendre, à postposer le débat.

Le postposer jusqu'à quelle date? Dans un mois? Dans un an? Après
les élections communales pour éviter des conflits entre la conscience
du parlementaire et la connaissance qu'il a ou croit avoir de son
électorat de base? En attendant que le curseur des sondages

men een alternatieve oplossing
overwegen, zoals het
zorgouderschap of de voogdij? De
voorstanders van dergelijke opties
konden evenwel de tegenstanders
van de adoptie niet overtuigen.
Alle partijen hadden het over het
belang van het kind en het debat
moest dan wel uitmonden in een
stemming voor of tegen adoptie.

De andere oplossingen - zoals de
voogdij, het zorgouderschap, het
co-ouderschap, enz. - hebben
nooit kunnen overtuigen omdat ze
op juridische problemen stuiten,
zoals blijkt uit het advies van de
Raad van State, en omdat ze
bestaande ongelijkheden
bestendigen.

Over ethische vraagstukken
kunnen geen compromissen
worden gesloten, zoals bleek met
de invoering van het wettelijk
samenlevingscontract voor
personen van hetzelfde geslacht,
korte tijd later gevolgd door de
goedkeuring van de wet op het
homohuwelijk.

Het voorzorgsbeginsel
vooronderstelt in mijn ogen niet
dat men het debat moest uitstellen
of voor zich uit schuiven. Tot
wanneer, trouwens? Tot na de
gemeenteraadsverkiezingen om
onmin met de kiezers te
voorkomen, of tot de het
maatschappelijk draagvlak voor
het voorstel groot genoeg zou
zijn? Is het ook niet onze plicht het
debat aan te gaan, ook al ligt het
onderwerp erg moeilijk bij de
publieke opinie, en een antwoord
aan te reiken, ook al staat de
meerderheid er niet achter?

Holebi-adoptie wordt niet door
iedereen verworpen. De jongeren,
de "Ligue des droits de l'homme",
de "Ligue des droits de l'Enfant" en
de "Ligue des Familles" steunen
het voorstel.

We moeten ook even terugdenken
aan andere ethische debatten die
we in het verleden gevoerd

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

atteigne un niveau d'acceptation jugé suffisant par chaque parti?
Notre devoir n'est-il pas aussi d'ouvrir des débats dont on sait qu'ils
sont controversés au sein de l'opinion publique comme au sein du
parlement, et d'y apporter une réponse, même si celle-ci ne rencontre
pas une adhésion majoritaire?

Qu'on ne dise pas à cet égard que l'adoption par les couples
homosexuels fait l'objet d'une réprobation généralisée. Les sondages
le prouvent et on note une adhésion particulièrement importante des
jeunes qui, tout de même, sont les premiers concernés par cette
problématique. Le prouvent aussi les déclarations officielles de la
Ligue des droits de l'homme, de la Ligue des droits de l'enfant et, tout
récemment, de la Ligue des Familles dont vous connaissez, ce n'est
pas la peine que je vous le rappelle, le texte très clair publié à
l'unanimité moins trois abstentions.

Encore une fois, en ce qui me concerne, je ne détermine pas mon
attitude d'homme politique uniquement en fonction du nombre ou de
la qualité des partisans de l'adoption. Mais comme certains, dans le
camp opposé, brandissent l'étendard de la réprobation généralisée de
la population à l'encontre de cette réforme, je devais tout de même
rappeler que nous ne sommes pas seuls et que des organisations,
qui savent de quoi elles parlent, ont apporté leur soutien à cette
proposition de loi.

Rappelons-nous aussi certains débats éthiques que nous avons
réglés. L'euthanasie, par exemple. On a parfois dit que les situations
n'étaient pas comparables parce que l'opinion publique était favorable
à l'euthanasie. C'est faux! Il a fallu deux ans et demi pour arriver au
vote. Au début des discussions, les parlementaires ouverts à la
proposition de loi, dont j'étais, ployaient sous les lettres d'injures,
allant jusqu'à les traiter de nazis, de tueurs de personnes âgées, etc.
Au début aussi, la classe politique était terriblement réticente.

Plus près de nous, le clonage thérapeutique a ressuscité les vieilles
rancoeurs du temps de l'avortement portant sur le statut de l'embryon
et Dieu sait si au Sénat, on en a parlé très longtemps. Bref, à chaque
étape d'une évolution sociétale, des conflits apparaissent, ce qui est
d'ailleurs parfaitement sain, dans une société démocratique.
Aujourd'hui, comme hier, le principe de précaution ne peut être brandi
pour ne rien faire, sinon il n'y aurait jamais eu d'avancée dans le
domaine éthique.

Cela ne veut évidemment pas dire que l'on puisse tout faire sans
limite et sans contrôle. Où est la limite? Où est le contrôle dans le cas
de l'adoption par des couples homosexuels? Tout simplement,
comme pour un couple hétérosexuel, dans la législation très
contraignante, qui s'applique aux adoptions quelles qu'elles soient.

Le temps n'est plus où on pouvait aller chercher un petit Chinois en
Chine et le ramener par la main en Belgique. Ce temps est révolu. Il
faut respecter une procédure constituée de quatre grandes lignes:
préparation des candidats adoptants pendant quatre mois; je vous
renvoie au texte du décret qui est extrêmement contraignant à cet
égard. A l'issue de cette préparation, les candidats reçoivent de
l'autorité qui contrôle un certificat valable pendant un an, renouvelable
une seule fois. Une enquête sociale est ordonnée par le juge de la
jeunesse. Un projet d'adoption est rédigé. Des entretiens avec l'enfant

hebben, zoals het
euthanasiedebat. Het heeft
tweeënhalf jaar geduurd voor het
tot een stemming kon komen. In
het begin stond de politiek er
weigerachtig tegenover, en we
kregen heel wat beledigingen en
dreigementen naar het hoofd
geslingerd. Het debat over het
therapeutisch klonen heeft de
oude wrok die in het abortusdebat
al leefde, opnieuw aangewakkerd.
In elke evolutionaire fase van een
samenleving ontstaan er
conflicten. Dat is ook normaal in
een democratische samenleving.
Men mag niet met het
voorzorgsbeginsel schermen en
daarna niets ondernemen, want
dat leidt tot stagnatie op ethisch
gebied.

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat
men dan maar ongebreideld alles
kan doen. In het onderhavige
geval houdt de zeer dwingende
adoptiewetgeving, ongeacht de
aard van de adoptie, een controle
in.

Er moet immers een procedure
gevolgd worden: de kandidaat-
adoptieouders bereiden zich
gedurende vier maanden voor, er
wordt een certificaat afgegeven
dat één jaar geldig is en één keer
verlengd kan worden, de
jeugdrechter legt een maatschap-
pelijk onderzoek op, dan volgen
het adoptieproject, gesprekken
met het kind en de beslissing van
de jeugdrechter. Bij internationale
adoptie is de procedure nog
moeilijker.

De overheid ziet erop toe dat die
voorwaarden vervuld worden,
anders wordt de adoptie
geweigerd. Dat kost allemaal veel
energie, tijd en geld, maar op die
manier kunnen de echtheid van de
kinderwens en de liefde en opvang
die het paar te bieden heeft,
getoetst worden.

Wat het belang van het kind
betreft, moeten we de zaken onder
ogen zien. Wat is dat belang

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

sont organisés avec les candidats adoptants, l'équipe
pluridisciplinaire, etc. et évidemment un passage par une décision du
juge de la jeunesse. En matière d'adoption internationale, la
procédure est encore plus officielle, plus difficile.

Il est évident que les autorités administratives et judiciaires
apporteront au moins autant d'attention au respect des conditions du
décret par les couples homosexuels qu'elles ne le font à l'égard des
couples hétérosexuels. En cas de non-respect de ces conditions,
l'adoption sera refusée. Tout cela coûte évidemment beaucoup
d'énergie, de temps et d'argent mais cela permet d'évaluer la qualité
des motifs du désir d'enfant, la capacité d'accueil du couple et
d'amour surtout. C'est cela le principe de précaution.

En ce qui concerne l'intérêt de l'enfant, il ne faut pas se voiler la face,
chers collègues.

La question posée par beaucoup est de savoir comment faire
abstraction totale d'un jugement collectif historiquement négatif porté
sur ce type de préférence sexuelle. On l'a bien vu à propos de l'intérêt
de l'enfant. Qu'est-ce que son intérêt? Même les juges sont divisés en
la matière. Dans l'arrêt Fretté, cité dans l'avis du Conseil d'Etat du 26
février 2002 de la Cour européenne des droits de l'homme, quatre
juges ont dit qu'on pouvait refuser l'adoption d'un enfant par un
célibataire parce qu'il était homosexuel et que cela pouvait être
considéré comme n'étant pas son intérêt. Trois juges ont émis un avis
contraire, à savoir que l'intérêt de l'enfant devait être mesuré par la
qualité de l'accueil et de l'éducation qu'il recevrait.

Que des juges professionnels habitués à délibérer sans passion mais
avec raison ne trouvent pas de consensus en dit long sur l'opacité du
nuage qui plane sur les homosexuels! Pourquoi, par conséquent, en
serait-il autrement de la population des parlementaires? Combien de
fois n'avons-nous pas entendu prononcer la phrase: "Il est déjà assez
difficile d'élever un enfant dans un couple hétérosexuel, alors dans un
couple homo!" Voilà le fond du problème! L'image ne renvoie pas
seulement à l'existence d'un père et d'une mère mais aussi à la
connotation négative de l'homosexualité même.

On peut d'ailleurs seule référence que je ferai trouver trace de
cette attitude dans des prises de position récentes du synode des
évêques et des déclarations du cardinal Danneels lui-même. A la
question de savoir pourquoi l'Eglise de Belgique avait estimé devoir
s'impliquer dans ce débat, le cardinal Danneels répond dans le journal
"La Libre Belgique": "Nous ne mettons certainement pas en doute la
sincérité des couples homosexuels qui souhaitent adopter. Pas
question non plus pour la conférence épiscopale d'entrer dans le
débat sur les conséquences psychologiques qu'une telle adoption
pourrait avoir sur les enfants concernés, parce que la question aussi
importante soit-elle n'est pas encore tranchée.
Par contre, nous sommes très préoccupés par le fait que dans le
contexte actuel, une telle mesure va accréditer toujours plus l'idée
que les couples homosexuels sont une simple variante par rapport
aux couples formés d'un homme et d'une femme. Si l'on légalisait
l'adoption, on ne ferait qu'accroître la confusion par rapport à ce qui
est quand même le repère fondamental de la famille: la différence
sexuelle."

eigenlijk? Zelfs de rechters zijn het
niet eens. In het arrest-Fretté van
het Europees Hof voor de rechten
van de mens hebben vier rechters
gezegd dat de adoptie van een
kind door een homoseksuele
alleenstaande man mocht worden
geweigerd, maar drie rechters
waren het daar niet mee eens. Dat
toont eens te meer aan hoe weinig
duidelijk een en ander is. Hoe
vaak hoort men niet zeggen dat
het al moeilijk is een kind in een
heteroseksueel gezin op te
voeden, laat staan in een
homoseksueel gezin. Hier wordt
duidelijk een standpunt ingenomen
vanuit de negatieve connotatie die
aan de homoseksualiteit zelf wordt
verbonden.

Dat geldt ook voor het standpunt
van de Belgische Kerk. Volgens
een verklaring van kardinaal
Danneels in de pers, heeft hij niet
de bedoeling de oprechtheid van
de homoseksuele koppels die een
kind willen adopteren, in twijfel te
trekken. Ook wil hij het debat over
de psychologische gevolgen van
zo'n adoptie niet aangaan. Hij uit
echter zijn bezorgdheid bij het feit
dat een dergelijke maatregel het
idee versterkt dat homoseksuele
koppels louter een variant van
heteroseksuele koppels zijn en dat
hij dus de verwarring omtrent een
fundamenteel kenmerk van het
gezin, namelijk het verschillend
geslacht, in de hand zal werken.

De weigering van de adoptie is
dus niet ingegeven door het
belang van het kind, wel door dat
van het traditionele gezin.

Bij de algemene bewering dat een
kind meer kans heeft om gelukkig
te zijn indien het hetero-ouders
heeft, moeten tal van kant-
tekeningen worden gemaakt:
eenoudergezinnen, nieuw
samengestelde gezinnen,
echtscheidingen, enz. Ook in het
traditionele gezin worden de
belangen van het kind niet altijd
gevrijwaard.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

On voit donc que l'intérêt de l'enfant n'est pas au centre du refus de
l'adoption, mais c'est l'intérêt de la famille traditionnelle qui l'est. Aller
plus loin que le mariage homo, c'est mettre sur le même pied familles
homos et familles hétéros; et cela, c'est non au regard de la position
adoptée par ces personnes. A cette affirmation qui a tout d'une vérité
immuable, il n'y a évidemment rien à rétorquer puisqu'il n'y a aucune
possibilité de modifier ce point de vue, partagé incontestablement par
une partie de la population et de ses représentants. Force est
toutefois de constater que si l'intérêt de l'enfant est évoqué, c'est en
réalité l'intérêt de la famille traditionnelle qui est au premier plan des
préoccupations.

Mais abandonnons ce débat sur l'égalité que je qualifierais de morale
entre homos et hétéros, et revenons à la notion de l'intérêt de l'enfant.
Quand on affirme qu'un enfant ne peut être heureux ou a plus de
chances de l'être dans un couple hétéro que dans un couple homo, il
s'agit d'une affirmation générale écornée par de nombreux cas
particuliers: familles monoparentales, familles recomposées,
séparations, divorces, enfants écartelés entre parents qui se
déchirent (cf. le dernier livre de M. Lelièvre, délégué général aux
Droits de l'enfant). La famille traditionnelle n'est pas sans reproche
vue du côté de l'intérêt de l'enfant.

Certes, on pourrait nous reprocher un raisonnement quelque peu
tortueux consistant à comparer une situation de crise divorce et
séparation à une situation stable. Les couples homosexuels
pourraient en tirer une conclusion avantageuse pour ces derniers.
Telle n'est pas mon intention. Je tenais simplement à ramener les
choses à leur juste proportion: aucune institution n'est exempte de
critique lorsqu'il s'agit de l'intérêt de l'enfant.

Mais on voit en tout cas ce qui n'est pas de son intérêt. En ce qui
concerne les enfants vivant dans des couples homosexuels, leur
intérêt n'est certainement pas de ne posséder que des liens
juridiques, patrimoniaux avec un seul membre du couple. Quelle faute
ont-ils commise qui conduise à la condamnation à vie, à ne pas avoir
la vie normale d'un enfant d'un couple hétérosexuel?

On a légiféré en faveur des enfants naturels, adultérins, incestueux.
On leur a donné les mêmes droits que les enfants légitimes, mais un
enfant d'un couple homo ne pourrait avoir deux parents, deux parents
clairement reconnus! Car évidemment, l'hypocrisie aidant, ces
parents pourraient faire comme si l'enfant ne vivait qu'avec son
géniteur ou son parent adoptif; l'autre membre du couple se livrant à
quelque subterfuge pour aider l'enfant par le biais d'une donation,
d'un testament, etc. Comment peut-on soutenir ce pénible
échafaudage de dissimulations et de constructions juridiques
douteuses?

Mais on peut aussi objecter le regard des autres. Mes chers
collègues, il y a bien d'autres discriminations qui appellent aussi des
commentaires à l'école et dans les cours de récréation. Elles ont pour
noms couleur de la peau, handicap, pauvreté, monoparentalité. Croit-
on vraiment que le fait de vivre dans un couple homosexuel est
encore aujourd'hui et sera bien plus encore demain un problème
insurmontable? La réponse se trouve dans les sondages je l'ai dit
qui montrent que de plus en plus, dans la population jeune
notamment, l'homosexualité n'est pas considérée comme une tare, ni

Kinderen van homoseksuele
ouders hebben er geen belang bij
met slechts een ouder een
juridische en vermogensrechtelijke
band te hebben. Er werden al
wetgevende initiatieven genomen
ten gunste van natuurlijke, in
overspel verwekte en
bloedschennige kinderen. Terwijl
zij dezelfde rechten hebben
gekregen als wettige kinderen, zou
het kind van een homokoppel
geen recht hebben op twee
erkende ouders! Men zou
natuurlijk kunnen doen alsof het
kind alleen bij zijn verwekker of
adoptiefouder woont; de andere
ouder zou dan zijn toevlucht
moeten nemen tot middeltjes zoals
een schenking of een testament.
Hoe kan men echter zijn
goedkeuring hechten aan een
dergelijke opeenstapeling van
geheimhouding en twijfelachtige
juridische constructies?

Ten aanzien van anderen vallen er
nog andere vormen van
discriminatie op te merken, met
name op grond van huidskleur,
handicaps, armoede,
eenouderschap. Is het feit dat men
als kind homoseksuele ouders
heeft, vandaag een
onoverkomelijk probleem en zal
het dat morgen ook nog zijn? Uit
peilingen, met name bij jongeren,
blijkt dat homoseksualiteit een
banaal verschijnsel is geworden
dat enkel het geweten van de
persoon zelf aanbelangt.

Seksuele dualiteit wordt vaak als
een vereiste voor het evenwicht
van het kind ingeroepen, vermits
moeder en vader uiteenlopende
doch aanvullende rollen op zich
nemen. De gehoorde deskundigen
stellen echter dat "niets bevestigt
dat een kind van homoseksuele
ouders zich anders zal ontwikkelen
dan een kind van heteroseksuele
ouders". Bovendien is het gezin
niet de enige plek waar het kind
met de samenleving in contact
komt: er zijn ook de school, de
vrienden, de jeugdbeweging en de
sportclubs...

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

même comme une curiosité; c'est devenu un phénomène banal
relevant de la seule conscience des personnes.

La dualité sexuelle est souvent invoquée comme une nécessité pour
l'équilibre de l'enfant, les rôles du père et de la mère étant différents
et complémentaires. Je ne vais pas relancer le débat à cet égard
mais invoquer les conclusions des experts entendus; encore que l'on
puisse s'interroger longuement sur la fiabilité des experts,
psychologues et autres au regard de l'affaire d'Outreau, en France.
Ceux-ci nous livrent cependant des conclusions de vies vécues en
ces termes: "rien ne permet d'affirmer qu'un enfant de couple
homosexuel évoluera d'une manière significativement différente d'un
enfant de couple hétérosexuel."

J'ajoute que la famille n'est pas le seul contact de l'enfant avec la
société, et j'insiste. L'école, les amis, les organisations de jeunesse
ou sportives, toute cette vie sociale entoure l'enfant, le façonne aussi
et lui apporte la pluralité des attitudes, des tendances dont va peu à
peu se nourrir sa personnalité.

Il m'apparaît donc inexact de dire que l'intérêt de l'enfant n'est pas
d'être dans un couple homosexuel.

Dernier point, le regard des autres pays. Chers collègues, s'il y a bien
un argument qui me laisse interloqué, c'est le recours au jugement
des autres pays sur notre propre législation. Voilà donc un Etat
souverain qui légifère dans le domaine éthique, par définition, reflet de
l'évolution de sa propre société, et qui devrait subordonner son
attitude aux réactions des autres Etats! Ma réaction est: "Ils s'y feront
ou nous nous passerons d'eux". Je traduis: si un Etat, constatant que
la Belgique permet l'adoption par les couples homosexuels, refuse
toute adoption d'un de ses ressortissants, même pour un couple
hétérosexuel, les organisations d'adoption prendront contact avec
d'autres pays. Il n'y a pas de droit à des filières privilégiées avec tel ou
tel pays dans ce secteur.

Je peux néanmoins calmer certaines angoisses.

D'abord, certains pays n'acceptant pas l'adoption par les célibataires
n'ont pas fermé leurs frontières à l'adoption internationale mais
exigent simplement que l'enfant adopté le soit en Belgique par un
couple. Comme désormais l'adoption n'est plus le fait d'une demande
individuelle, d'une action individuelle, les organismes d'adoption
pourront parfaitement garantir aux pays étrangers que l'adoption de
tel ou tel enfant sera réalisée par un couple hétérosexuel, comme ils
le souhaitent.

Enfin, le mouvement se développe; regardons autour de nous. Des
pays comme l'Espagne ont entériné le mariage et l'adoption. Croit-on
que demain, les pays latino-américains vont fermer la porte aux
adoptions espagnoles? D'autres pays sont en train de suivre
l'exemple hollandais ou belge si l'on vote cette disposition , comme
la Grande-Bretagne et même certains pays nordiques qui, jusqu'à
aujourd'hui, n'autorisaient pas l'adoption.

Oserais-je dire que cette affaire finira par entrer dans les moeurs? On
le constate par exemple dans le mariage homosexuel où de plus en
plus de pays reconnaissent les conséquences juridiques sur leur

Men mag dus niet beweren dat het
niet goed is voor een kind om in
een homoseksueel gezin op te
groeien.

Een laatste punt betreft de vraag
hoe andere landen België zien.
Men kan zich afvragen of het
standpunt dat een soevereine
staat in een ethische
aangelegenheid inneemt, van de
reacties van andere landen moet
afhangen. Ik reageer daarop als
volgt: "Zij zullen ons standpunt
moeten aanvaarden of wij zullen
het zonder hen stellen". En ik ga
zelfs verder: als een Staat om die
reden de adoptie van zijn
ingezetenen weigert, zullen de
adoptieverenigingen contact
opnemen met andere landen. In
deze sector zijn er geen
bevoorrechte rechten.

Eigenlijk eisen bepaalde landen
eenvoudigweg dat het
geadopteerde kind in België wordt
geadopteerd door een paar.
Adoptieorganen kunnen aan het
betrokken vreemd land de
waarborg bieden dat dit of dat kind
wordt geadopteerd door een
heteropaar zoals zij dat wensen.

Ten slotte breidt de beweging zich
uit: Spanje heeft het homohuwelijk
en de adoptie door homoparen
bekrachtigd. Anderen zullen
volgen. Zou ik durven zeggen dat
beide zaken uiteindelijk ingang
zullen vinden in onze zeden? Voor
wat het homohuwelijk betreft,
erkennen steeds meer landen de
juridische gevolgen ervan op hun
grondgebied.

Tot besluit verwijs ik naar het
verslag van Claude Lelièvre,
algemeen afgevaardigde voor de
rechten van het kind, die stelt dat
adoptie een recht inhoudt voor het
kind op een vervangende sociale
bescherming waarbij zijn belang
centraal moet staan en dat
niemand kan beweren dat die
bijzondere bescherming uitsluitend
de vorm moet aannemen van een

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

territoire des mariages homosexuels, régulièrement célébrés dans
d'autres pays. Pour exemple, je citerais la France par rapport à la
Belgique.

Monsieur le président, je conclus. J'emprunterai la teneur de mes
premières phrases de conclusion au tout récent rapport de Claude
Lelièvre, délégué général aux Droits de l'enfant. Il écrivait: "L'adoption
doit être envisagée comme un droit pour l'enfant privé de son milieu
familial d'origine, à bénéficier d'une protection sociale de
remplacement dans laquelle son intérêt supérieur est la considération
primordiale. Nul ne peut affirmer que cette protection spéciale,
respectueuse de l'intérêt supérieur de l'enfant, soit exclusivement
l'adoption par un couple formé de parents hétérosexuels".

"Nul ne peut...". A notre époque de remise en question des schémas
de pensées en matière philosophique, religieuse, sociale, culturelle,
comment peut-on défendre un système d'interdits fondé sur une
stigmatisation d'un comportement sexuel jugé déviant? Comment ne
peut-on pas reconnaître que la société évolue, qu'elle devrait être plus
ouverte que jamais et que les diktats imposés hier, sans justification
décisive, ne peuvent plus être acceptés comme tels aujourd'hui?

Si l'on vote cette proposition de loi, la famille traditionnelle va-t-elle
s'effondrer?

Je l'ai rappelé, les personnes qui se lancent dans une procédure
d'adoption suivent un chemin difficile. La procédure est complexe et
longue. Il y a des échecs.

Les adoptions sont rares: 366 cas en 2004 du côté de la
Communauté française pour dix organismes d'adoption, cela avec
des listes d'attente de centaines de personnes.

Croit-on que, demain, cette proposition éventuellement votée, les
chiffres changeront significativement? Evidemment, non.

Mais alors, direz-vous, pourquoi s'acharner à changer la loi?

Parce que, comme je l'ai dit, des enfants sont actuellement victimes
de l'interdiction d'adoption par les couples homosexuels. Combien?
20? 50? 100? Peu m'importe le nombre.

Cette loi apporterait-elle un éclair de bonheur dans les yeux d'un seul
enfant qu'elle serait parfaitement justifiée. Quel beau cadeau de Noël
que de dire à un gosse: "Bientôt, très bientôt, même si tu as deux
papas ou deux mamans, tu auras enfin deux parents qui t'aiment"!

adoptie door een heteroseksueel
koppel.

Hoe kan men in deze tijd waarin
filosofische, religieuze, sociale en
culturele denkbeelden ter
discussie worden gesteld, een
systeem van uitsluiting verdedigen
waarbij seksueel gedrag dat als
afwijkend wordt bestempeld, aan
de kaak wordt gesteld? Waarom
kan men niet erkennen dat de
maatschappij evolueert en dat
men de diktaten uit het verleden
die nooit afdoende werden
verantwoord, vandaag niet langer
zonder meer moet aanvaarden?

De personen die zich kandidaat
stellen voor adoptie hebben het
allesbehalve makkelijk. De
procedure sleept immers lang aan
en is ingewikkeld. Soms loopt het
ook fout. De adoptiecijfers zijn
laag: 366 gevallen in 2004 in de
Franse Gemeenschap voor
honderden kandidaten.

Kinderen zijn nu het slachtoffer
van het adoptieverbod voor
homoseksuele koppels. Mocht
deze wet ook maar één kind
gelukkig kunnen maken, dan zou
de goedkeuring ervan al
verantwoord zijn. Bestaat er voor
een kind een mooier
kerstgeschenk dan de wetenschap
dat het twee ouders heeft die het
graag zien, ook al zijn dat twee
ouders van hetzelfde geslacht?

01.52 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik zal uw

woorden indachtig zijn en de daad bij het woord voegen. Ik zal het
zeer kort houden. Ik meen dat er reeds uitvoerig gedebatteerd is in de
commissies Er zijn hoorzittingen geweest. Ik beperk mij dus tot de
essentie.

De feitelijke situatie, collega's, maakt het mogelijk voor
alleenstaanden, ongeacht hun geaardheid, een kind te adopteren.
Door de wet van 13 februari 2003 werd in België het burgerlijk
huwelijk opengesteld voor partners van hetzelfde geslacht, doch
zonder de mogelijkheid van adoptie voor gehuwde of samenwonende

01.52 Patrick De Groote (N-VA):

Cette question a déjà fait l'objet de
longs débats en commission et je
me limiterai donc à l'essentiel. La
loi du 13 février 2003 permet le
mariage civil entre partenaires
d'un même sexe mais pas
l'adoption. Sur le plan juridique,
des partenaires homosexuels ne
pourront donc jamais être parents
du même enfant. Le deuxième

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

partners van hetzelfde geslacht.

Dat heeft tot gevolg dat twee homoseksuele mannen of twee
lesbische vrouwen juridisch nooit samen ouder kunnen worden van
hetzelfde kind. De meevader of meemoeder, als ik mij zo mag
uitdrukken, blijft juridisch een vreemde voor het kind. Op het ogenblik
dat een alleenstaande homo of lesbienne mag adopteren lijkt het mij
dan ook onverdedigbaar adoptie te weigeren aan koppels van gelijk
geslacht.

Ik heb begrip voor mensen die dat standpunt niet delen, maar wat de
aanvaarding van homoseksualiteit betreft, zijn wij in onze samenleving
op een punt beland waar bepaalde bruggen mogen worden genomen,
meen ik. Bovendien, collega's, leert de ervaring dat eens een
bepaalde klip is genomen, de maatschappelijke aanvaarding zeer
snel volgt. Homoseksualiteit is op zich geen tegenindicatie voor
competent ouderschap. Ik acht het in het belang van het kind dat een
volwaardige juridische erkenning wordt gegeven aan de band die een
kind heeft met de meeouder. Ik meen dat wij allen ervan overtuigd zijn
dat de enige norm bij adoptie het belang van het kind is.

Bij adoptie moet volgens mij rekening gehouden worden met alle
noodzakelijke factoren die het belang van het kind dienen. Ik denk in
dat verband aan de pedagogische mogelijkheden, de stabiele
gezinssituatie, de mogelijkheid tot integratie en opname in een
bredere familiaal verband en het bestaan van een sociaal vangnet. De
seksuele geaardheid van kandidaten heeft volgens mij geen invloed
op zich, wel de aanvaarding door de omgeving en de totale
maatschappelijke context.

Uit onderzoek blijkt dat ongeveer 15% van de bevolking zich
aangetrokken voelt tot het eigen geslacht. Dat is dus 1 op 7. Bij
kandidaat-adoptanten wil ik pleiten voor een zeer grondige evaluatie
op medisch, psychologisch en pedagogisch vlak, door de erkende
diensten. Uit een onderzoek aan de Gentse universiteit in 1999 bleek
dat in Vlaanderen 14% van de lesbische vrouwen en 8% van de
homoseksuele mannen kinderen opvoedden. De helft van de
lesbische vrouwen en homoseksuele mannen zou graag kinderen
willen.

De toestand bestaat al lang feitelijk, maar zonder juridische
ondersteuning. Dat gedoogbeleid voortzetten, is voor mij dus geen
optie. De wettelijke regeling is aangewezen.

Ik sluit af met een mail uit de dagelijkse werkelijkheid. Een
kinderpsychologe schreef het volgende. "Ik zie elke dag kinderen met
emotionele en andere problemen, met en zonder ouders. De een
heeft alleen een moeder, de ander alleen een vader, en er zijn er die
van alles twee stuks hebben. Spijtig genoeg zijn er veel kinderen die
niet de noodzakelijke liefde en zorg krijgen. Is het dan niet belangrijk
dat alle kinderen van een goed ouderschap worden voorzien, waar de
noodzakelijke dosis aandacht, liefde en zorg eigenlijk centraal staan?
Kan dat alleen gegarandeerd worden door man en vrouw?"

Collega's, ik besluit. Seksuele geaardheid heeft weinig te maken met
kwaliteit van ouderschap, net zo min als geloofsovertuiging of ras dat
heeft. N-VA geeft dit wetsvoorstel een kans en kiest voor een
rechtszekere oplossing.

parent se voit dès lors mis à
l'écart. Rien ne justifie à mes yeux
qu'on refuse l'adoption aux
couples de même sexe alors que
les isolés le peuvent, quelle que
soit leur nature sexuelle.

Je respecte ceux qui ne partagent
pas notre opinion mais nous
pensons qu'il faut prendre cette
décision difficile. D'une manière
générale, la société accepte
ensuite rapidement ces
changements. Homosexualité et
parenté compétente ne sont pas
incompatibles. Dans l'intérêt de
l'enfant, et c'est en définitive la
seule norme valable, il faut
reconnaître sur le plan juridique le
lien entre l'enfant et les deux
parents. Pour cela, il faut prendre
en considération les aptitudes
pédagogiques, la stabilité du
ménage, la possibilité d'intégration
au sein d'une famille et la
présence d'une couverture
sociale. L'acceptation par
l'entourage et le contexte social
influent bien plus sur la situation
que l'orientation sexuelle des
candidats à l'adoption. Je
préconise une évaluation
médicale, psychologique et
pédagogique approfondie de ces
derniers par les services
compétents

Environ 15% de la population se
sent attirée par des partenaires de
même sexe. Une enquête de 1999
révèle qu'en Flandre, 14% des
lesbiennes et 8% des
homosexuels éduquent des
enfants. La moitié des
homosexuels et des lesbiennes
veulent des enfants. Je demande
qu'un règlement légal soit
substitué à une politique de
tolérance dans les faits. La qualité
des parents n'est pas fonction de
leur inclination sexuelle, ni de leur
confession, ni de leur race. Le N-
VA entend donner une chance de
réussite à cette proposition de loi
et fait le choix de la sécurité
juridique.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

01.53 Charles Michel (MR): Monsieur le président, chers collègues,

dans notre assemblée, le débat aboutit à son terme.

Le premier élément que je me permets de souligner même si on l'a
compris depuis quelques heures ou bien avant est qu'au MR,
chaque parlementaire, en son âme et conscience, exprimera
individuellement à travers son vote personnel sa conviction
personnelle dans le cadre de ce débat éminemment éthique. C'est un
élément qui nous caractérise et il me semblait utile de le mettre
clairement en évidence. Cela signifie une liberté quant au vote
exprimé mais peut-être aussi des différences entre nous quant aux
motivations d'un même vote éventuellement exprimé.

La deuxième considération que je tenais à formuler est l'idée qu'un
débat comme celui-ci ne peut être appréhendé qu'avec modestie,
humilité et avec une seule conviction: aucun de nous ici ne peut
prétendre seul avoir raison.

En ce qui me concerne, après avoir participé aux travaux des
commissions, après avoir beaucoup lu, écouté et réfléchi, j'ai décidé
d'exprimer un vote négatif par rapport à cette proposition de loi. Je
vous exposerai les considérations sur lesquelles je me suis fondé
pour prendre cette attitude.

En guise de préliminaire, il est essentiel de dire d'emblée la différence
entre ce débat et un autre débat, relativement récent, qui a été abordé
dans notre pays et devant cette assemblée, à savoir celui qui touchait
au mariage des homosexuels. En ce qui concerne ce thème-là,
même si je n'étais pas parlementaire dans le cadre de ce débat,
j'aurais voté favorablement, sans la moindre hésitation, pour une
raison très simple. En effet, dans le cadre du mariage homosexuel, il
ne s'agit que de la situation de deux adultes majeurs, consentants,
totalement libres de déterminer leur choix et la vie qu'ils souhaitent.

Dans ce débat-ci, on sent bien, même spontanément et intuitivement,
cette différence fondamentale: il ne s'agit pas simplement de deux
adultes majeurs et consentants chacun l'a abordé dans son
intervention mais bien d'enfants.

Notre rôle comme législateur et je ne suis pas le seul à le penser
est d'avoir un devoir de vigilance particulier vis-à-vis des plus faibles
de la société qui sont confrontés à l'une ou l'autre situation.
Indubitablement, les enfants entrent dans cette catégorie. Je me
réjouis que tant les partisans que les opposants à cette proposition de
loi ont centré leur raisonnement même s'ils aboutissent à des
conclusions différentes sur la situation et l'intérêt de l'enfant.

Je ne suis ni pédopsychiatre, ni psychanalyste. Par conséquent, je ne
peux que lire avec modestie, étudier, tenter de comprendre les
arguments des uns et des autres qui essaient de répondre à cette
question centrale de l'intérêt de l'enfant.

Je dois bien constater je l'ai dit avec beaucoup de sobriété,
madame Lalieux que les études dont on dispose aujourd'hui sont
c'est le moins que l'on puisse dire très loin d'être consensuelles
pour considérer qu'il n'y aurait pas de différence dans l'une ou l'autre
situation. Je m'exprime ici avec des mots choisis avec prudence. Cela

01.53 Charles Michel (MR): In

de MR-fractie zal eenieder aan zijn
persoonlijke opvatting uiting
geven. Het gaat om een ethisch
debat dat aanleiding zal geven tot
meningsverschillen tussen ons.

Voorts kan dit debat, waavan
niemand kan beweren dat hij
alleen gelijk heeft, slechts met
bescheidenheid benaderd worden.

Wat mij betreft, heb ik besloten
neen te stemmen. Het is van
essentieel belang dat een
onderscheid wordt gemaakt
tussen dit debat en het debat over
het homohuwelijk. Aan de ene
kant gaat het om twee
bereidwillige volwassenen die vrij
kunnen kiezen, aan de andere
kant gaat het eveneens om een
kind. Onze rol van wetgever houdt
een waakzaamheidsplicht in, in het
bijzonder ten opzichte van de
zwaksten.

Ik ben geen kinderpsychiater en
ook geen psychoanalyticus, en ik
heb geen pasklaar antwoord op de
hamvraag naar het belang van het
kind. Ik kies dus voor een
voorzichtige benadering.

Wie gelooft dat we met dit
wetsvoorstel de situatie van alle
kinderen in een holebigezin gaan
regelen, is hypocriet.

Ik stel vast dat men die ouderliefde
van homoseksuele ouders in een
juridisch kader wil gieten. Maar
men mag ook de vele situaties niet
vergeten waarin een of meer
kinderen door personen van
hetzelfde geslacht worden
opgevoed maar ook nog twee
biologische ouders hebben, die
allicht uit elkaar zijn. Op dat punt
wordt helemaal geen antwoord
aangereikt.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

signifie tout simplement que, sur la base de ce que la littérature
scientifique exprime, ma conclusion personnelle est de dire que je ne
sais pas. Je ne sais quel est l'intérêt de l'enfant lorsque je considère
la question posée. C'est la raison pour laquelle je choisis la prudence,
la précaution.

Toutefois, il y a un élément de l'argumentation je le dis sans
polémiquer qui me laisse à penser que les auteurs de la proposition
de loi font preuve d'hypocrisie. En effet, il ne faudrait pas croire
qu'avec cette proposition de loi, on règlerait le cas de tous les enfants
qui sont en situation d'être élevés au quotidien, parfois depuis de
nombreuses années, par des parents homosexuels. Un message
délibérément erroné est exprimé là.

Dans la pratique, je constate et je partage ce souci qu'il y a une
volonté de consacrer sur le plan juridique cet amour, cette affection
qui existe, y compris dans le chef des parents homosexuels. Mais il
faut ouvrir les yeux et ne pas oublier que, même si dans de
nombreuses situations un ou plusieurs enfants sont élevés par des
personnes du même sexe, il y a encore deux parents biologiques qui,
par hypothèse, sont séparés. Sur ce point, vous n'apportez pas le
moindre début de réponse, pas le moindre début de reconnaissance.
Vous maintenez une discrimination entre les différents enfants. C'est
là un élément central auquel vous n'apportez pas de réponse.

01.54 Karine Lalieux (PS): Monsieur le président, le débat a déjà eu

lieu en commission.

Deux types de propositions se trouvaient sur la table. Il y avait d'abord
les propositions concernant l'adoption. Soyons clairs, dans l'adoption,
il n'y a qu'un parent biologique, c'est le cas, par exemple, quand une
femme s'est fait inséminer, sa compagne n'a donc pas porté d'enfant
et n'est pas reconnue aujourd'hui juridiquement ou il n'y a pas de
parents biologiques reconnus, c'est-à-dire des enfants qui ont été
abandonnés à la naissance ou à un moment donné. On a
effectivement séparé ce cas de figure de ce que l'on a appelé dans
son terme juridique la "parentalité sociale".

Aujourd'hui, nous savons qu'il y a différents types de familles. Nous
savons qu'il y a des familles recomposées avec deux parents
biologiques qui, aujourd'hui, ont l'autorité parentale. Nous savons que
le beau-père et la belle-mère qu'ils soient hétérosexuels ou
homosexuels n'ont pas cette autorité, ni cette reconnaissance. C'est
le problème qui va être abordé, ce avec quoi nous sommes d'accord.
Nous n'avons jamais dit que l'on résoudrait toutes les situations grâce
à ce vote.

On a toujours dit que l'on résoudrait le cas de l'adoption qui est connu
puisqu'on prend une situation et une institution juridique claire que
vous connaissez, sur laquelle on a travaillé pendant deux ans sous la
précédente législature. L'adoption, cela veut dire qu'il n'y a pas deux
parents biologiques reconnus qui éduquent les enfants. On n'a donc
jamais menti à qui que ce soit, on a toujours dit qu'on résolvait ce
problème-là. La parentalité sociale, on y travaillera parce qu'on sait
que les familles recomposées vivent aussi des drames parfois.

01.54 Karine Lalieux (PS): Dat

debat hebben we wel degelijk in
de commissie gevoerd!

Bij adoptie is er ofwel slechts één
biologische ouder, ofwel zijn er
geen erkende biologische ouders;
dat is het geval bij
zorgouderschap.

We weten nu dat er verschillende
gezinsvormen bestaan. Er zijn de
opnieuw samengestelde gezinnen
met twee biologische ouders die
het ouderlijk gezag hebben. Wij
hebben ook nooit beweerd dat we
met die stemming voor alle
situaties een oplossing zouden
bieden.

01.55 Charles Michel (MR): Je vous remercie mais je crains que

vous n'appuyiez de la sorte ce que je viens d'exprimer. Dans le cadre

01.55 Charles Michel (MR): U

wilde niet dat al die verschillende

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

de la procédure, vous avez refusé qu'on puisse analyser en parallèle
l'ensemble des situations. Vous nous dites aujourd'hui que nous
avions raison mais que nous verrons cela plus tard. C'est malheureux
et cela accrédite l'idée peut-être injuste qu'il y avait là une volonté
d'aller vite, de manière un peu précipitée, pour faire droit d'abord et
avant tout à une revendication dont la portée est extrêmement limitée.
Vous venez de conforter cette analyse par ce que vous venez
d'exprimer.

situaties tegelijkertijd zouden
worden besproken. Dat sterkt ons
in het idee dat u dit snel wilde
afhandelen.

01.56 Karine Lalieux (PS): Monsieur Michel, les enfants de parents

de sexes différents ont effectivement des droits aux soins, à
l'éducation, des droits économiques et de succession de leurs deux
parents. Je m'arrêterai là parce que de toute façon...

01.56 Karine Lalieux (PS):

Kinderen van ouders van
verschillend geslacht hebben
inderdaad recht op zorg en
opvoeding door twee ouders en ze
hebben economische en
erfenisrechten ten aanzien van
beide ouders.

01.57 Charles Michel (MR): Avant de conclure, je souhaite aborder

un dernier élément. Je suis attristé de la manière dont se sont
déroulés les débats ces dernières semaines ou même ces derniers
mois. Même dans les propos tenus à l'instant, je ne crois pas qu'on ait
apporté les réponses qui pourtant étaient nécessaires. Vous l'aurez
deviné, je pense à la question de l'adoption internationale. J'entends
bien l'idée qu'il ne s'agit pas de se laisser dicter par d'autres pays les
valeurs fondamentales, les repères centraux sur lesquels nous
apportons, dans notre cadre démocratique, les réponses aux
questions éthiques qui nous sont posées. Je partage cette analyse
sans le moindre problème. Néanmoins, quand on légifère, n'a-t-on
pas un devoir de lucidité, n'a-t-on pas le devoir de vérifier, de manière
concrète et pratique, quelles sont les conséquences des décisions
qu'on prend?

Je voudrais m'attarder quelques instants sur cette question en
rappelant les chiffres que Philippe Monfils a livrés tout à l'heure. En
2004, il y a eu en Communauté française 366 adoptions. Moins d'une
quarantaine de ces adoptions concernent des enfants nés en
Belgique. Cela veut dire que l'immense majorité des adoptions se
déroulent dans un cadre international. Que constate-t-on? Je me
réfère aux propos des fonctionnaires de la Communauté française en
charge de ces matières au quotidien. Ils nous disent qu'une chose est
certaine: dans l'immense majorité des cas, les pays d'origine des
enfants n'accorderont pas ce mécanisme d'adoption dès lors qu'il
serait question de parents homosexuels. Nous choisissons de fermer
les yeux par rapport à cela.

Si ce n'était que cela, ce ne serait pas encore trop grave, j'en
conviens. Mais il y a un autre élément qui nous a été dit dans le cadre
des auditions et pour lequel aucune réponse n'a été apportée, je le
regrette: l'idée que, pour un certain nombre de pays, le risque est
grand que même des personnes hétérosexuelles qui entreprennent
des procédures se voient en difficulté parce qu'elles émanent d'un
pays qui aurait autorisé l'adoption pour les couples homosexuels.
C'est la raison pour laquelle je ne comprends pas pourquoi vous
n'avez pas choisi une voie plus sage, par exemple celle qui a été
choisie par les Pays-Bas. Les Pays-Bas ne sont pas suspectés, en
cette matière, d'être un pays atrocement conservateur ou
atrocement...

01.57 Charles Michel (MR): Ik

heb, ten slotte, niet de indruk dat
het probleem van de
interlandelijke adoptie een afdoend
antwoord kreeg. De Staat kan
soeverein beslissen over de
ethische vraagstukken die hem
worden voorgelegd, maar
dergelijke beslissingen moeten
weloverwogen zijn en rekening
houden met de mogelijke
gevolgen ervan.

Ik kom straks tot de door de heer
Philippe Monfils aangehaalde
cijfers.

In 2004 gebeurden in de Franse
Gemeenschap 366 adopties,
waarvan de meeste van
buitenlandse kinderen.

Volgens ambtenaren van de
Franse Gemeenschap die
dagelijks met deze problematiek
bezig zijn, zal het merendeel van
de landen van oorsprong de
kinderen niet vrijgeven voor
adoptie door homoseksuele paren.

Bovendien en dat is erger is de
kans groot dat de door hetero's
ondernomen stappen niet slagen
omdat zij uitgaan van een land dat
de adoptie van een kind door
homoparen toelaat.

Ik begrijp dan ook niet waarom u
naar het voorbeeld van Nederland
geen wijzere werkwijze heeft

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

gekozen.

01.58 Karine Lalieux (PS): Monsieur Michel, aux Pays-Bas, ils ont

commencé à n'accepter que l'adoption interne. Ils viennent de voter
maintenant l'adoption internationale pour tous. Ils ont donc reconnu
l'erreur qu'ils ont commise il y a un an. Pourquoi ferions-nous la
même erreur en divisant le débat? Je ne comprends pas.

01.58 Karine Lalieux (PS): Het is

inderdaad zo dat Nederland
aanvankelijk slechts de nationale
adoptie goedgekeurd heeft, maar
onze noorderburen hebben zojuist
de interlandelijke adoptie voor
iedereen aangenomen. Zodoende
hebben zij hun vergissing van
vorig jaar erkend. Waarom zouden
wij dezelfde vergissing begaan
door de bespreking op te splitsen?

01.59 Charles Michel (MR): Je vais vous dire pourquoi. En votant

cette législation de manière maximaliste, vous allez mettre en
difficulté et ce n'est pas moi qui le dit, ce sont des représentants de
la Communauté française qui traitent ces affaires au quotidien des
couples hétérosexuels qui poursuivent des procédures d'adoption
internationales avec des pays qui ont les plus grandes réserves par
rapport à cette problématique.

Un deuxième exemple est celui de la Suède. La question de la Suède
a été abordée en commission et aucune réponse crédible n'a été
apportée par les promoteurs de la proposition. Je le regrette parce
que, par rapport à cet aspect-là, nous n'avons pas mené le travail
jusqu'au terme. Que constate-t-on en Suède? La législation a été
adoptée, y compris pour ce qui concerne l'adoption internationale
avec une entrée en vigueur en février 2003. On constate, au niveau
des chiffres en 2004, une chute libre des adoptions avec certains
pays. J'admets qu'il y a une exception pour la Chine mais pour de
nombreux autres pays, par exemple le Vietnam, la Biélorussie, on
constate une chute directe du nombre d'adoptions internationales.

Nous n'avons pas assez de recul par rapport à cela. Je conviens avec
vous que cela méritait une analyse plus approfondie. Je suis étonné
qu'il n'y ait pas eu le choix plus raisonnable, puisque c'était là votre
volonté même si je ne partage pas, pour les raisons que j'ai
exprimées, ce choix que vous faites de prendre ce pari , d'encadrer
et de définir d'abord le périmètre sur le plan de l'adoption au niveau
interne pour ne pas mettre en difficulté les couples hétérosexuels qui
suivent un parcours particulièrement complexe.

Je rappelle quelques chiffres. Il y a eu 366 adoptions pour l'ensemble
de la Communauté française sur un an, dont moins d'une quarantaine
au niveau belge. Cela signifie 320 adoptions internationales en un an.
Cela montre à quel point ce parcours est difficile. Par le choix que
vous faites, qui est à mon avis excessif, vous allez trop loin et vous
mettez malheureusement en difficulté les couples hétérosexuels qui
entreprennent des procédures d'adoption. Cela a été dit de manière
claire dans les auditions: aucun élément contraire pertinent n'a été
apporté. Et je ne demandais pas mieux que de l'entendre.

Madame Lalieux, j'ai noté avec une grande attention lors de ce débat
et j'ai du respect pour les arguments que vous avez développés
que vous avez fort habilement et peut-être était-ce judicieusement
décidé omis de parler de la question de l'adoption internationale qui
a pourtant été discutée de manière centrale lors de nos travaux en

01.59 Charles Michel (MR): In

Zweden waar de interlandelijke
adoptie in voege trad in 2003,
werd vastgesteld dat in 2004 de
adopties vanuit bepaalde landen
fors waren gedaald.

Tot slot, zijn steun geven aan dit
wetsvoorstel komt er op neer te
wedden dat het al dan niet in
overeenstemming zou zijn met de
belangen van de kinderen. Als het
om kinderen gaat, wed ik niet: ik
kan een kind niet als een
proefkonijn beschouwen!

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

commission.

Monsieur le président, je conclus.

Celles et ceux qui portent cette proposition de loi ont effectué le pari
selon lequel le vote de cette proposition pourrait être conforme aux
intérêts des enfants. Peut-être ont-ils raison mais peut-être aussi ont-
ils tort!

Pour ma part, je ne parie pas dès lors que l'objet est un enfant car, je
mesure mes mots, je ne peux pas considérer que l'enfant est un
cobaye!

01.60 Walter Muls (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, collega's, ik

zal heel bondig zijn.

Ik ben een jurist en juristen bekijken een probleem juridisch. Het
toeval wil dat hier nog een paar juristen zijn. Er zitten er op alle rijen,
zelfs tot achter mijn rug. Ik heb hier vandaag een hele reeks juridische
argumentaties gehoord, adviezen van de Raad van State, studies van
rechtsvergelijking, enzovoort. Ik wil geen afbreuk doen aan de
argumentaties die we vandaag hebben gehoord en ik wil evenmin in
herhaling vallen. Ik meen dat de argumentatie die vandaag door heel
wat collega's naar voren werd gebracht, zeer waardevol is.

Ik wil alleen het volgende toevoegen aan het debat. Ik heb reacties
van kilte, van angst, van angst voor het onbekende, en zelfs van fobie
gezien. Ik denk dat we alleen fobofoob moeten zijn. We moeten ons,
met andere woorden, afzetten tegen degenen die angst bij anderen
creëren en aanwakkeren en we moeten de angstigen van hun angst
afhelpen.

Ons leidmotief straks bij de stemming mag niet de kilte, niet de kou
en niet de angst zijn. Ons leidmotief moet de warmte, de genegenheid
en de rechtszekerheid die wij aan kinderen willen bieden, zijn. Ik heb
gelukkig in het debat heel veel warmte gevoeld.

Het werd hier vandaag reeds een paar keer aangehaald dat er geen
objectieve redenen zijn om ons te verzetten tegen het voorstel.
Collega's, de harde realiteit vandaag is dat een kind dat warm en
liefdevol opgroeit in een holebi-gezin en maar een wettelijke ouder
heeft en er in realiteit steeds twee heeft gehad, bij het overlijden van
de wettelijke ouder in feite twee ouders verliest. Ik hoop dat iedereen
dat nu stilaan doorheeft.

We kunnen allemaal bepaalde wensen of verlangens hebben over
ons nageslacht. Niemand kan echter op voorhand voorspellen of zijn
kinderen of kleinkinderen hetero, homo of lesbisch zullen zijn. Wat ik
wel weet, is dat het enige wat telt, het belang van de kinderen is. Ik wil
dat onze kinderen en alle kinderen in ons land niet meer worden
geconfronteerd met onzekere situaties en dat zij in warmte, liefde en
zekerheid kunnen opgroeien. Daarom zal ik het wetsvoorstel
goedkeuren.

01.60 Walter Muls (sp.a-spirit):

En tant que juriste, j'appréhende
ce dossier sous l'angle juridique,
mais je ne vais pas m'étendre sur
les nombreux arguments
juridiques fondés qu'ont déjà
développés ici d'autres juristes. Je
m'en tiendrai aux réactions de
frilosité et de crainte de l'inconnu
que j'ai observées aujourd'hui
alors que la seule phobie que nous
pourrions exprimer est la
phobophobie. C'est pourquoi nous
devons faire barrage à ceux qui
répandent la peur et délivrer les
autres de leur crainte.

Faisons en sorte, au moment du
vote qui interviendra tout à l'heure,
de nous laisser guider par la
chaleur, la tendresse et la sécurité
juridique que nous voulons pour
les enfants. Il n'y a aucune raison
objective de rejeter cette loi. Car
enfin, quelle est la
réalité aujourd'hui? Que les
enfants élevés au sein d'un couple
homosexuel perdent leurs deux
parents lorsque leur seul parent
légal vient à décéder et qu'une fois
pour toutes, on ne choisit pas la
nature de ses inclinations
sexuelles.

Parce que tous les enfants ont
droit, dans notre pays, à la
sécurité juridique et doivent
pouvoir grandir dans la chaleur et
la tendresse, je voterai résolument
en faveur de cette loi.

01.61 Dominique Tilmans (MR): Monsieur le président, madame la

ministre, chers collègues, parce que j'estime que le débat sur
l'homoparentalité n'est pas une priorité et que nous y avons déjà
consacré beaucoup de temps, alors que des problèmes beaucoup

01.61 Dominique Tilmans (MR):

Ik vind dat het debat over het
holebi-ouderschap geen prioriteit
is, en dat we er al veel te veel tijd

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

plus cruciaux qui concernent des milliers voire des millions de Belges
nécessitent toute notre attention je veux parler de l'emploi, du coût
de la vie, de l'énergie, de la compétitivité de la Belgique.

Parce que le meilleur équilibre pour un enfant, sur les plans
biologique, éducationnel et humain, reste la relation entre un père,
une mère et cet enfant, et parce que l'évolution de cet enfant dépend
évidemment de la qualité des repères que nous aurons été capables
de lui proposer.

Parce qu'il ne s'agit pas de se prononcer sur les capacités affectives
et éducatives des couples de même sexe, mais bien sur l'intérêt de
l'enfant dans sa construction identitaire et sociale de la différenciation
des sexes.

Parce que le vide juridique préjudiciable aux enfants de couples
homosexuels pouvait être comblé par la tutelle par le conjoint ou le
cohabitant.

Parce que l'adoption est déjà en soi un acte difficile, difficile à réussir
et qu'il l'est bien plus encore quand il s'agit d'un couple homosexuel.

Parce qu'un enfant adopté reste au fond de lui-même, qu'on le veuille
ou non, un enfant orphelin.

Parce que l'identité d'un enfant et son insertion dans la société
doivent être préservées et qu'il est primordial de ne pas confondre
parentalité et filiation.

Parce que je ne pense pas que les couples homosexuels soient plus
à l'abri pourquoi le seraient-ils? de la rupture ou de la mésentente
que les couples hétérosexuels, argument souvent utilisé.

Parce que notre société occidentale admet pour l'être humain la
liberté de vivre une sexualité différente de la sexualité hétérosexuelle,
mais que l'identité biologique et sociale ainsi que l'équilibre
psychoaffectif d'un enfant ne peuvent être l'instrument d'aucune
cause.

Pour toutes ces raisons, monsieur le président, madame la ministre,
je voterai contre la proposition de loi visant à permettre l'adoption par
les couples homosexuels.

in gestoken hebben.

Omdat de meest evenwichtige
gezinssituatie voor een kind die is
waarin een relatie opgebouwd
wordt tussen een vader, een
moeder en dat kind en we voor
alles moeten uitgaan van het
belang van het kind; omdat het
rechtsvacuüm dat in het nadeel
speelt van kinderen van
homokoppels ook weggewerkt kon
worden via de voogdij voor de
echtgenoot of de samenwonende;
omdat adoptie op zich een moeilijk
proces is, en nog moeilijker is voor
een homopaar; omdat de identiteit
van het kind en zijn inbedding in
de samenleving gevrijwaard
moeten worden en ouderschap en
afstamming onder geen beding
met elkaar verward mogen
worden; omdat ik niet geloof dat
homoparen minder vaak uit elkaar
gaan dan heterostellen; omdat het
psychische en affectieve
evenwicht van het kind niet
gebruikt mag worden om welke
zaak ook te verdedigen, om al die
redenen zal ik het wetsvoorstel tot
wijziging van het Burgerlijk
Wetboek teneinde adoptie door
koppels van gelijk geslacht toe te
laten niet goedkeuren.

De voorzitter: Waar is nu de heer Laeremans? De heer Laeremans is hier al heel de avond geweest.
Alors je donne la parole à M. Cocriamont.

01.62 Patrick Cocriamont (FN): Monsieur le président, le débat

auquel nous assistons ce soir est un débat de qualité. Chacun a fait
preuve d'énormément d'arguments, tant au point de vue juridique que
psychologique. Chacun a fait preuve d'énormément de respect vis-à-
vis des homosexuels. Il serait aujourd'hui très politiquement incorrect
de s'attaquer aux homosexuels. C'est vrai que ceux-ci ont droit au
respect, mais je ne suis vraiment pas convaincu que cette loi sur
l'adoption d'enfants par les homosexuels soit une loi qui respecte les
homosexuels.

En effet, si c'est un droit pour les homosexuels d'être respectés, ils
ont aussi des devoirs. Et ce devoir, c'est de se conformer, dans le

01.62 Patrick Cocriamont (FN):

Vanavond voeren we een
hoogstaand debat. Iedereen heeft
de homoseksuelen met respect
bejegend. De homoseksuelen
hebben inderdaad recht op
eerbied. Maar ik ben er niet van
overtuigd dat dit wetsvoorstel hen
respecteert. Ze hebben het recht
om gerespecteerd te worden,
maar ze moeten zich ook aan de
natuurwetten houden.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

cadre de leurs possibilités, le plus possible aux lois de la nature. Et à
ce que je sache, la nature n'a jamais donné des enfants à des gens
pratiquant exclusivement des relations homosexuelles.

De nombreux homosexuels sont contre cette loi. Une personnalité
bien connue, M. Pim Fortuyn, clamait haut et fort son homosexualité
et sa totale opposition à cette loi, car il considérait que les
homosexuels en général n'ont pas une vie à la moralité suffisamment
exemplaire pour des enfants.

Ce soir, on a beaucoup parlé de psychologie, de relations entre
parents et enfants. Pourtant, on a fort peu parlé des autres relations
qui font la vie. On a fort peu parlé des relations des enfants entre eux.
Chacun doit se douter que les enfants entre eux sont cruels, qu'ils ne
sont pas gentils ou très rarement. Chacun sait que les enfants
d'homosexuels seront les têtes de Turc de leurs petits compagnons et
même à l'adolescence, même dans leur jeunesse, ces problèmes
vont perdurer.

On me réplique que tous ces problèmes existent déjà, que ce soit au
point de vue psychologique ou juridique, parce que des célibataires
homosexuels sont candidats à l'adoption. Et bien, à cela, je n'ai
qu'une réponse, c'est une faille dans notre système. Si des femmes
homosexuelles veulent recourir à la procréation artificielle, je pense
que les médecins qui pratiquent ces procréations, cette aide à
l'enfantement, devraient refuser ce type de procréation, parce qu'il
nuit gravement à l'enfant.

On nous cite des études. Qui peut y croire? Elles ressemblent
exactement aux sondages des partis politiques qui, lorsqu'ils sont
clients, sont toujours en situation plus favorable que les autres.

On nous a dit que des enfants sont aujourd'hui victimes du fait de
l'empêchement du condisciple à pouvoir hériter, etc. On nous a dit
aussi que 20 voire 50 personnes sont aujourd'hui concernées. Je
tiens à vous dire, pour ma part, que si vous votez cette loi, il y aura
bientôt des milliers de victimes. L'intérêt des enfants devrait pourtant
passer avant celui des adultes.

Notre devoir est plutôt de faciliter les modalités d'adoption des enfants
européens orphelins ou abonnés pour les couples hétérosexuels.

Voorts hebben tal van
homoseksuelen, onder wie de
heer Pim Fortuyn, zich tegen
adoptie verzet.

Vanavond zijn heel wat studies en
deskundigen de revue
gepasseerd. Maar men heeft
nauwelijks gesproken over de
relaties tussen de kinderen
onderling. Zoals men weet zijn
kinderen wreed van inborst.
Kinderen zijn niet lief! De kinderen
van homoseksuelen zullen de kop
van Jut zijn voor hun kameraadjes!

De repliek op mijn bedenkingen is
dat die problemen al bestaan
omdat sommige ongehuwde
homo's kinderen adopteren.
Volgens mij gaat het hier om een
zwakke plek van het systeem.
Wanneer lesbiennes een beroep
doen op medisch begeleide
voortplanting, zouden de artsen
die hen hierbij helpen dat beter
niet doen omdat die praktijken het
kind benadelen.

Men verwijst naar onderzoeken,
maar die hebben veel weg van
opiniepeilingen van politieke
partijen. Deze laatste worden
namelijk bevoordeeld als ze klant
zijn.

Men zegt dat er al tientallen
kinderen bij betrokken zijn. Als u
met deze wet instemt, zullen er
duizenden of zelfs tienduizenden
slachtoffers zijn! Wat we voor
weeskinderen moeten doen is
adoptie van Europese kinderen
door heteroseksuele paren
vergemakkelijken!

01.63 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,

collega's, heel wat redenen waarom wij gekant zijn tegen de
homoadoptie werden daarnet reeds naar voren gebracht door collega
Bert Schoofs. Ik wens niet in herhaling te vallen. Ik zal mij beperken
tot enkele juridische beschouwingen.

Mijnheer de voorzitter van de Kamer, ik wens u uitdrukkelijk te
bedanken omdat u uit eigen beweging heel dit dossier, met inbegrip
van de amendementen, naar de Raad van State hebt gezonden. Wij
hebben dit herhaaldelijk gevraagd tijdens de bespreking. Men heeft dit
toen echter hoogmoedig geweigerd. Als dit toen was gebeurd, dan

01.63 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Les principaux arguments
du Vlaams Belang contre
l'adoption par des couples du
même sexe ont déjà été évoqués
par M. Schoofs. Je me limiterai
dès lors à quelques considérations
juridiques. Je remercie le
président d'avoir transmis, de sa
propre initiative, l'ensemble du
dossier, y compris les

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

had dit dossier misschien een heel andere wending genomen, want
de Raad van State heeft bijzonder interessante argumenten
aangereikt om de homoadoptie niet goed te keuren.

Doordat het advies er pas kwam na de goedkeuring van de diverse
artikelen, was het te laat voor een bezinningsperiode. De
voorstanders waren niet meer in staat om mentaal afstand te nemen
van hun grote gelijk, ondanks het feit dat de Raad van State hen
uitdrukkelijk uitnodigde een ernstige, grondige verantwoording te
zoeken voor die homoadoptie.

Ik wil nog even dit zeggen. Het belangrijkste punt van kritiek blijft voor
ons dat de wettelijk georganiseerde homoadoptie niet in het belang is
van de adoptiekinderen zelf. Ik zou terzake even willen citeren wat ik
hier eind januari 2003 heb gezegd bij de goedkeuring van het
homohuwelijk, dat eigenlijk alleen maar bedoeld was om het pad te
effenen naar hetgeen vandaag ter discussie ligt.

Ik heb toen het volgende gezegd: "Alles wijst erop dat de openstelling
van het huwelijk op zich niet het echte doel is van de lobby achter heel
deze operatie. De echte doelstelling, het echte einddoel is de
homoadoptie. Vanaf nu zal men alles in het werk stellen om dit zo
snel mogelijk te realiseren. Als men vandaag het homohuwelijk
installeert met de drogreden van de zogezegde discriminatie, dan zal
men morgen a fortiori met hetzelfde argument fulmineren tegen de
ongelijkheid op vlak van adoptie, zoals die bij deze wet voorzien
wordt.

Dezelfden die straks met gedrevenheid deze wet zullen goedkeuren,
zullen morgen onder druk van de homolobby met een pokerface
verklaren dat de ongelijkheden die nu worden ingebouwd een
schandelijke discriminatie uitmaken.

Het Vlaams Blok," zo zegden wij toen in januari 2003, toen heette de
partij nog zo, "blijft erbij dat adoptie moet voorbehouden worden voor
heterokoppels, met name omwille van het belang van het kind. Een
kind dat geadopteerd is groeit niet op in zijn eigen natuurlijke milieu,
bij de eigen vader en moeder, en bevindt zich daardoor in een
precaire, kwetsbare situatie. Veel kinderen die op vroege of late
leeftijd te weten komen dat ze niet zijn opgevoed door hun eigen
ouders maken een langdurige identiteitscrisis door.

Zeker voor deze jongeren, zeker voor adoptiejongeren eisen wij het
recht op een vader en een moeder, het recht op een omgeving die zo
nauw mogelijk aansluit bij de natuurlijke ouder-kindrelatie. Inzake
adoptie mogen wij niet de behoeften en de verlangens van de
kandidaat-adoptanten centraal stellen, maar wel de elementaire
belangen en de rechten van het kind."

Dat was mijn citaat van januari 2003. Wij hebben dat toen gezegd en
we staan daar vandaag nog altijd achter.

We kregen overigens gelijk. Ik citeer uit de toelichting van het
wetsvoorstel van collega Swennen: "De bepaling dat alleen echtparen
en samenwonenden van ongelijk geslacht onder de definitie adoptant
vallen, is een ongeoorloofde discriminatie en bovendien strijdig met
artikel 11" het gelijkheidsartikel "van de Grondwet." Collega
Swennen, zo staat het in uw wetsvoorstel. U zult de laatste zijn om dat

amendements, pour avis au
Conseil d'État. Le Conseil a
avancé des arguments
particulièrement intéressants
contre la proposition de loi, mais
son avis est arrivé trop tard, c'est-
à-dire après l'adoption des articles.
C'est la raison pour laquelle les
partisans sont restés sur leurs
positions avec obstination et sans
aucune justification sérieuse et
circonstanciée.

La principale objection de mon
parti est le fait que l'adoption par
des couples homosexuels est
contraire à l'intérêt de l'enfant. À
ce sujet, je me réfère
expressément à mon intervention
de janvier 2003 dans le cadre de
l'adoption de la loi sur le mariage
homosexuel. A l'époque déjà, j'ai
signalé que l'adoption par des
couples homosexuels constituait
manifestement l'objectif final et j'ai
également prédit à ce moment-là
que l'argument fallacieux de la
discrimination serait à nouveau
invoqué. Selon mon parti,
l'adoption devait être réservée aux
couples hétérosexuels, et ce dans
l'intérêt de l'enfant. Les enfants
adoptés traversent en effet une
crise d'identité difficile. Ils ont le
droit d'avoir un père et une mère
ainsi que de vivre dans un
environnement aussi proche que
possible d'une relation naturelle
parent-enfant. L'intérêt de l'enfant
prime celui de l'adulte. Le Conseil
d'État nous a donné raison à ce
sujet.

On peut lire dans les
développements de la proposition
de loi Swennen que la disposition
aux termes de laquelle seuls les
couples et les cohabitants de sexe
différent répondent à la définition
d'adoptant constitue une
discrimination inacceptable et est
contraire au principe d'égalité
consacré à l'article 11 de la
constitution. Le Conseil d'État
estime toutefois que refuser du
droit aux couples homosexuels le
droit d'adopter n'est pas une
discrimination en soi. Le Conseil

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

te ontkennen.

Wij hebben dat voorspeld. Het is op die basis dat wij vandaag alle
teksten bespreken.

Wij zijn dus heel blij dat ook de Raad van State ons intussen gelijk
heeft gegeven, met name omdat de Raad van State bevestigt dat het
niet verlenen van adoptierecht aan koppels van hetzelfde geslacht
geen discriminatie is. De bestaande wetten zijn dus niet-
discriminatoir.

De Raad van State haalt daarmee dus de fundering, de vermeende
noodzakelijkheid van onderhavige wettekst helemaal onderuit.

De Raad van State benadrukt wat ik citeer: "Bijzonder veel belang
moet worden gehecht aan het hoger belang van het kind, dat
voorrang kan krijgen op dat van de ouder." En nog: "Adoptie betekent
een kind een gezin geven, en dus niet een gezin een kind geven".

De Raad van State heeft heel uitvoerig, met vele bladzijden
argumenten, duidelijk willen maken dat de huidige situatie niet
discriminerend is.

d'État annule de la sorte le
caractère prétendument
indispensable de la proposition de
loi et considère que l'intérêt
supérieur de l'enfant doit primer.
L'adoption vise en effet à donner
une famille à un enfant et non
l'inverse. La situation actuelle n'est
donc pas discriminatoire.

01.64 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, als ik goed naar

de heer Laeremans luister, dan zegt hij eigenlijk dat wij alleen maar
iets moeten veranderen aan de wet vanaf het moment dat de Raad
van State vaststelt dat er een discriminatie is opgetreden.

Ik dacht toch dat wij in het Parlement een ruimere taak hadden. Wij
moeten ook inspelen op maatschappelijke tendensen. Die hoeven
daarvoor niet noodzakelijk veroordeeld te zijn door een rechtbank.

01.64 Stijn Bex (sp.a-spirit): Aux

yeux de M. Laeremans donc, nous
ne devrions légiférer que lorsque
le Conseil d'État constate une
discrimination. Ne sommes-nous
pas investis d'une mission plus
vaste? Nous devons réagir aux
évolutions de la société et faire
des lois à cet effet.

01.65 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer Bex, daar hebt u

volkomen gelijk in. Wij hebben zelf ook al heel veel voorstellen
ingediend die niets met de Raad van State te maken hebben of
waaraan de Raad van State zeker geen zegen gegeven heeft. Dat
weten wij.

Maar daarover gaat het niet.

Voor de tendensen, voor de behoeften die er maatschappelijk zijn,
bijvoorbeeld de nieuw samengestelde gezinnen en dergelijke,
waarover wij het trouwens allemaal eens zijn, is een juridische
regelgeving nodig.

Maar de basis waarop het wetsvoorstel is geënt, namelijk de
zogenaamde discriminatie, is onderuitgehaald door de Raad van
State, die zegt dat er eigenlijk geen discriminatie is, want het zijn
totaal verschillende situaties.

01.65 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Il faut certes disposer
d'un cadre juridique réglementaire
pour répondre aux besoins
existants mais le Conseil d'Etat a
vidé le fondement de cette
proposition de sa substance.

01.66 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer Laeremans, mag ik nog even?

U hebt daarnet gezegd dat ik niet voldoende tegemoetkwam aan de
opmerkingen die de Raad van State heeft gemaakt. Maar ik heb juist
heel uitvoerig gemotiveerd dat wij het doen vanuit het belang van die
duizenden kinderen die opgevoed worden door twee personen,
waarbij een van die personen geen duidelijke juridische band heeft

01.66 Stijn Bex (sp.a-spirit):

Nous avons précisément déposé
cette proposition de loi dans
l'intérêt des milliers d'enfants qui
n'ont un lien juridique qu'avec un
seul parent. Envisageriez-vous de
priver ces enfants du droit à un

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

met dat kind. Juist vanuit dat belang handelen wij.

Ontzegt u dan aan die kinderen die duidelijke juridische band?

lien juridique avec leurs deux
parents?

01.67 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Ik kom daar seffens op

terug, maar ik wil dit nu al zeggen. Men moet een onderscheid maken
met kinderen in nieuw samengestelde gezinnen na een echtscheiding
of kinderen van ongehuwde moeders die nadien gaan samenwonen
in een homo- of heterorelatie. Het gaat over kinderen die uit een
gebroken gezin of uit bijzondere gezinnen komen. Er zijn op dat vlak
juridische elementen nodig. Wij erkennen dat. De vraag is of adoptie
daarvoor de juiste figuur is.

Het was zinvol geweest om in dat verband het voorstel van het mee-
ouderschap, dat ook van de Raad van State kritiek heeft gekregen, te
legifereren. Op dat moment zou men niet discrimineren maar zou
men een regeling uitwerken voor alle kinderen die in zo'n situatie
zitten. Nu richt u zich op een speciale groep, die u om een of andere
reden ten zeerste wil behagen. Wij vinden dat niet gepast. Wij vinden
dat alle kinderen die in zo'n situatie zitten, op een aantal extra
juridische middelen mogen rekenen en zeker niet alleen de holebi-
lobby. Wij hebben precies daar bedenkingen bij. Ik zal straks ingaan
op die bedenkingen.

01.67 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Non. Il faut distinguer
différents cas de figure. Tous les
enfants qui se trouvent dans une
situation difficile ont droit à une
protection juridique renforcée, et
pas uniquement ceux qui sont
élevés par un couple du même
sexe. Il ne faut pas se focaliser sur
une seule catégorie d'enfants.

01.68 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, sta me nog nog

even te onderbreken. Daarna zal ik de heer Laeremans zijn betoog
laten afwerken.

Het is niet om een of andere juridische discriminatie van de ouders,
maar wel van de kinderen dat wij onderhavig voorstel doen. Wij
maken voor kinderen die worden opgevoed binnen een holebi-gezin,
de maatschappelijke afweging dat een en ander het beste wordt
geregeld via adoptie. Laten we daar straks over stemmen, maar
verwijt ons niet dat wij geen goede redenen hebben om dat door te
voeren. Wij hebben die redenen uitvoerig aangekaart en wij zullen
straks zien of er een meerderheid is om de regeling voor die kinderen
door te voeren. Het gaat niet over de bediening van een of andere
doelgroep. Het gaat over de kinderen.

01.68 Stijn Bex (sp.a-spirit): Il ne

s'agit pas de la discrimination sur
le plan juridique des parents mais
de celle des enfants. Il ne faut
donc pas nous reprocher de ne
pas avoir de raisons fondées de
soutenir cette proposition. Il ne
s'agit pas non plus de défendre un
groupe cible bien déterminé.

01.69 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer Bex, de lobby

waarover we het hebben, had tijdens de afgelopen Gay Parade in
Brussel dat als enige doelstelling. Dat was hun grote politieke eis. Zij
zijn daarvoor al jaren aan het lobbyen. U wilt daaraan om een of
andere reden - ik weet niet dewelke - absoluut tegemoetkomen, maar
wij zeggen dat het overhaast en discriminatoir is, want alle andere
kinderen in gebroken heterogezinnen hebben ook noden en
behoeften. Pak eerst de grote problemen aan en ga dan eens kijken
of wat men nu doet, nog nodig is. U zult in elk geval moeten toegeven
dat de wijziging van een adoptiewetgeving voor personen die niet in
het klassieke adoptieverhaal passen, een heel fundamentele
wetswijziging is. Dat is precies wat de Raad van State zegt.

01.69 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Lors de la récente Gay
Parade, on n'entendait plus qu'un
seul slogan: le droit à l'adoption!
Je propose de résoudre d'abord
les grands problèmes généraux
avant de se focaliser sur un
groupe-cible plus réduit.

01.70 Martine Taelman (VLD): Ik heb een opmerking. Kan u het aan

ouders verwijten, of ze nu homo of hetero zijn, dat zij opkomen voor
de rechten van hun kinderen? U doet dat dus wel! U verwijt hun dat zij
in een soort optocht opkomen voor de rechten van hun kinderen. Ik
denk dat men dat toch moeilijk kan verwijten aan die ouders. Die
kinderen hebben evenveel rechten als andere kinderen.

01.70 Martine Taelman (VLD):

On ne peut tout de même pas
reprocher aux parents de défendre
les droits de leurs enfants? Les
enfants issus de relations rompues
et qui se retrouvent dans un foyer

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Wat kinderen betreft die na een gebroken relatie in een nieuw
samengesteld gezin terechtkomen, moet ik zeggen dat ik daarmee
enige ervaring heb. Er is een fundamenteel verschil, want die
kinderen hebben meestal nog wel een andere afstammingsband, wat
kinderen die in meestal lesbische gezinnen opgroeien, niet hebben.
Wat doet u met die andere ouder die volgens mij evenveel rechten
blijft houden op dat kind? U komt dan in een moeilijke discussie
terecht met die andere ouder die blijft bestaan.

Met die andere ouder die aanwezig blijft, belandt u in een moeilijke
discussie. Daarom is het zorgouderschap in deze gevallen van
kinderen die opgroeien bij homokoppels niet de juiste piste, maar
adoptie die de nodige garanties biedt, wel. De discussie over het
zorgouderschap moet gevoerd worden, de VLD is daartoe bereid,
maar dit geldt voor andere gevallen zoals nieuw samengestelde
gezinnen waar nog steeds een andere ouder aanwezig is.

recomposé ont généralement
encore d'autres liens familiaux. Or
ce n'est pas le cas des enfants
élevés par des couples de même
sexe. La parenté sociale n'offre
pas un nombre suffisant de
garanties dans ce cadre,
contrairement à l'adoption.

La parentalité sociale constitue
une formule appropriée dans
d'autres cas, à savoir pour des
familles recomposées où un lien
existe encore avec un autre
parent.

01.71 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,

mevrouw Taelman, een aantal kinderen kunnen onder de twee figuren
horen, zowel adoptie als zorgouderschap. Voor die gevallen vragen
wij ons af of het niet beter is het zorgouderschap van toepassing te
verklaren en niet de adoptie. Door dit voor een welbepaalde categorie,
paren van hetzelfde geslacht, nu te forceren spant u het paard achter
de wagen en bent u met een categorie bezig maar onvoldoende met
de belangen van die kinderen. Als al de tijd die aan deze voorstellen is
gespendeerd, eerst aan de behoeften van alle kinderen zou zijn
gespendeerd ik weet dat hierover debatten nodig zijn, maar die
hadden al kunnen worden gevoerd dan zouden veel meer kinderen
baat hebben gehad bij de nieuwe wetgeving. Thans beperkt u het tot
een enge groep. Dat vind ik zo spijtig. Ik begrijp dat die groep
manifesteert en een aantal rechten opeist. Vraag is of daarbij centraal
en uniek of de belangen van die kinderen vooropstaan dan wel de
belangen van de groep. Dikwijls hebben deze mensen nog geen
kinderen maar wensen ze kinderen en dan nog wel ineens via
adoptie; kinderen van hun beiden op een heel merkwaardige en vrij
onnatuurlijke wijze. Natuurlijk hebben zij het recht daarvoor te
manifesteren. Ik heb het recht hun die eisen niet te willen inwilligen en
er een heel ander idee op na te houden. Ik hoop dat u mij dat recht
gunt; dat u het mij gunt een totaal ander gedacht te hebben over heel
deze gang van zaken.

De Raad van State heeft heel uitvoerig willen duidelijk maken dat de
huidige situatie niet discriminerend is en dat men met een heel
stevige argumentatie moet uitpakken wil men homo-adoptie kunnen
doorvoeren. Die argumentatie heeft de Raad van State blijkbaar niet
teruggevonden in de diverse wetsvoorstellen. De Raad van State stelt
dat dit geen banale en oppervlakkige aangelegenheid is waarbij men
wat praktische moeilijkheden regelt inzake erfrecht, omgangsrechten
en studiekeuzes. Het gaat erom dat onder eenzelfde belangrijk
instituut, met name adoptie, situaties gecreëerd worden die totaal van
mekaar verschillen. Enerzijds situaties waarin de betrokken kinderen
beschikken over een referentiekader met ouders van een verschillend
geslacht, een kader dat een verlengstuk vormt van datgene wat ten
tijde van hun verwekking gold en, anderzijds situaties waarin het
referentiekader van de betrokken kinderen, te weten de aanwezigheid
van een vader en een moeder, grondig wordt gewijzigd, een
referentiekader dus waarin zij een van beide geslachten moeten

01.71 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Dans la pratique, certains
enfants pourront relever des deux
modèles. Plutôt que de se
concentrer d'abord sur l'intérêt de
tous les enfants, l'on ne s'est
préoccupé que d'une seule
catégorie restreinte. Il s'agit bien
entendu d'un groupe qui défend
ses intérêts bruyamment, mais l'on
peut se demander s'il le fait dans
l'intérêt des enfants ou plutôt pour
servir ses propres intérêts.

Le Conseil d'État a clairement
indiqué que la situation actuelle
n'est pas discriminatoire. Si l'on
souhaite instaurer l'adoption par
les homosexuels, il faut donc
pouvoir se fonder sur des
arguments solides. Le Conseil a
estimé que ce n'était pas le cas
dans le cadre de la proposition
actuelle. En effet, la question ne
se résume pas à la résolution de
quelques problèmes pratiques en
matière de droit successoral, de
droit aux relations personnelles et
de choix d'études. En fait, on
rassemble deux situations
fondamentalement différentes
sous une même institution: d'une
part, la situation des enfants qui
disposent d'un cadre de référence
constitué par des parents de sexe
opposé et, d'autre part, la situation
des enfants sans cadre de
référence, qui doivent se passer
d'un parent de l'autre sexe.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

ontberen.

De redenering van de Raad van State luidt als volgt nu citeer ik niet,
maar het is wel de gevolgtrekking die ik er zelf uithaal : kunnen
fundamenteel verschillende situaties onder een zelfde instituut worden
geplaatst? Is dat wel redelijk te verantwoorden rekening houdend met
het belang van het kind? Anders gezegd, kan de overheid zomaar
neutraal blijven? Kan een overheid zomaar te kennen geven dat het
zowel voor haar als voor de Gemeenschap om het even is in welk
gezin het adoptiekind het beste opgroeit?

Dat is niet om het even, laat de Raad van State eigenlijk verstaan. Dat
houdt, aldus de Raad van State ik citeer opnieuw , "verband met
de aard zelf van het ontstaan van het leven en de geschiedenis van
de menselijke samenleving, namelijk het gegeven dat een kind
voortkomt uit twee mensen van een verschillend geslacht en dat het
in principe deel uitmaakt van een soortgelijk gezin". Een vader en een
moeder is het principe, zo laat de Raad van State verstaan. Dat is de
normale situatie. Dat is het uitgangspunt.

Wanneer we dat principe verlaten, wat vandaag gebeurt, dan moeten
we ons afvragen of dat wel verenigbaar is met het gelijkheidsbeginsel
en het beginsel van niet-discriminatie. Met andere woorden, wanneer
u met name aan bepaalde adoptiekinderen het recht ontzegt op een
vader dan wel op een moeder, dan bent u, volgens deze redenering,
zelf aan het discrimineren.

Ik heb een tweede bedenking. Er dreigt nog een discriminatie.

Peut-on justifier que deux
situations fondamentalement
différentes relèvent d'une seule et
même institution? Les autorités
peuvent-elles tout simplement
faire `comme si' le type de famille
au sein de laquelle un enfant
grandit n'avait aucune
importance? Pour le Conseil
d'État, ce n'est pas le cas. Le
principe fondamental, c'est qu'un
enfant naît de deux personnes de
sexe différent. Si ce principe cesse
d'avoir cours, alors il faut se
demander si c'et abandon est
compatible avec le principe de
l'égalité des droits. Si le droit
d'avoir un père et une mère est
refusé à certains enfants adoptés,
les partisans de l'adoption
monoparentale pratiquent eux-
mêmes la discrimination.

01.72 Stijn Bex (sp.a-spirit): Betekent dat dan dat u artsen, zoals de

heer Cocriamont daarstraks heeft gezegd, die toestaan dat een
alleenstaande vrouw wordt bevrucht via kunstmatige inseminatie,
verwerpelijk vindt en hun praktijken strijdig met het non-
discriminatiebeginsel?

01.72 Stijn Bex (sp.a-spirit): Les

médecins qui aident des femmes
seules à avoir un enfant par
l'insémination artificielle
enfreignent donc aussi le principe
de la non-discrimination?

01.73 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Daarover gaat de hele

discussie niet. Een alleenstaande vrouw die zich ofwel op natuurlijk
wijze ofwel via IVF laat bevruchten, is een feit dat alleen maar kan
worden vastgesteld. Ik hoop alleen dat deze vrouw als moeder het
kind ook erkent. Dat heeft echter helemaal niets met adoptie te
maken. Dat is een totaal ander verhaal.

(...): (...).

01.73 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Je ne me prononce pas
sur la situation des mères isolées.
Mais c'est un autre sujet.

01.74 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Dat zeg ik toch niet. Ik

erken de situatie. Ik ken alleenstaande moeders die in die situatie
zitten. Wie ben ik om hen dat te verwijten? Ik ben blij dat zij hun kind
hebben gehouden. Ik vind dat de moeite waard.

Ik heb een tweede bedenking. Er dreigt nog een discriminatie. Ook op
dat punt is het de Raad van State die waarschuwt. De wet kan op
lange termijn voor gevolg hebben dat welbepaalde staten, waaruit
heel wat adoptiekinderen vandaag afkomstig zijn, zullen stoppen met
het toezenden van adoptiekinderen naar ons land. De indieners van
de wetsvoorstellen hopen wel dat dit niet zal gebeuren. Echter, de
vrees dat bepaalde landen op een gegeven moment hun houding
tegenover ons land zullen wijzigen, blijft gegrond en blijft bestaan. De

01.74 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Le Conseil d'État met
aussi en garde contre une autre
discrimination. La loi peut avoir
pour conséquence que certains
pays n'acceptent plus d'envoyer
dans notre pays des enfants à
adopter. Si la demande devait
augmenter, il se pourrait bien
qu'une priorité soit accordée aux
pays où pas l'adoption par des
couples homosexuels n'existe pas
et il pourrait en résulter une

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

kans is reëel dat bepaalde landen, zeker wanneer de vraag naar
adoptiekinderen stijgt, in de praktijk voorrang zullen geven aan landen
waar de homoadoptie niet bestaat.

Dat zou als pervers gevolg hebben dat heel wat heterokoppels in de
praktijk gewoon de mogelijkheid wordt ontnomen om nog een kind te
adopteren. Ook dat wordt door de Raad van State bestempeld als een
discriminatie.

Derde bedenking. Meer in het algemeen zou ik hieraan de bedenking
willen vastknopen dat het voor heterokoppels sowieso moeilijker zal
worden om een adoptiekind toegewezen te krijgen, want deze wet zal
natuurlijk niet zonder gevolgen blijven. Dan komen we tot een heel
belangrijk aspect van wat hier vandaag gebeurt. Meer en meer zal er
in hoofde van koppels van hetzelfde geslacht een
verwachtingspatroon ontstaan dat het adopteren van een kind erbij
hoort. Precies door het plaatsen van beide situaties onder een en
hetzelfde statuut, door niet langer een onderscheid te maken, zal het
zeer moeilijk, zo niet onmogelijk worden voor de adoptiediensten en
bureaus om nog voorrang te verlenen aan heterokoppels. Op dat
moment zullen homokoppels op basis van deze wet, waarover
vandaag gestemd wordt, inroepen dat zij gediscrimineerd worden. Zij
zullen eisen en proberen af te dwingen we kennen de druk vanuit
bepaalde groepen dat een proportioneel deel, een welbepaald
percentage van het beperkte aantal adoptiekinderen we weten dat
er voor binnenlandse adoptie een heel beperkt aantal kinderen is
naar koppels van hetzelfde geslacht zou gaan. Ook zij, zal dan
geargumenteerd worden, hebben recht op een adoptiekind, evenveel
als heterokoppels, in dezelfde mate of ongeveer hetzelfde percentage
als heterokoppels. Het belang van het kind zelf komt dan op de
tweede plaats. Onvermijdelijk zal het ook hierdoor moeilijker worden
voor heterokoppels om nog een adoptiekind te mogen verwelkomen.

Vierde bedenking. Aangezien deze wet onvermijdelijk zal zorgen voor
een nieuw verwachtingspatroon ten aanzien van homokoppels, zal
men in de toekomst veel meer nog dan vandaag een beroep willen
doen op draag- of leenmoeders. Ook dit vinden we geen gezonde
evolutie. De uitspattingen die we allemaal hebben kunnen vaststellen
rond baby Donna waar tussen haakjes ook een homokoppel klaar
stond met een wiegje, u zult dat wel weten hebben op een
schrijnende, beschamende manier aangetoond hoe ver de doos van
Pandora nu al geopend is. Wij hebben de grootst mogelijke
bedenkingen bij deze evolutie waarbij kinderen als koopwaren op de
markt en zelfs op het internet worden gebracht. Ook hier waarschuwt
de Raad van State. Ik citeer bladzijde 65: "Meer in het bijzonder roept
de praktijk van het leen- of draagmoederschap ernstige bezwaren op
wat betreft de niet-beschikbaarheid van het menselijk lichaam, de
waardigheid van de draagmoeder en de eerbiediging van de
beginselen die voortvloeien uit het Verdrag inzake de Rechten van het
Kind wat betreft de continuïteit van het ouderschap met inbegrip van
het moederschap en de verantwoordelijkheid van de ouders voor het
kind".

Dan nog een laatste bedenking, de naamgeving. Artikel 3 van de
voorgestelde wet geeft homoadoptanten het recht om zelf de
familienaam te kiezen voor hun adoptiekind. Alleen zij krijgen dit
recht, niemand anders. Ik vraag mij af hoe lang deze wetsbepaling zal
standhouden. Net zoals men gezegd heeft dat het voorbehouden van

nouvelle discrimination, au
détriment des couples
hétérosexuels désireux d'adopter
un enfant.

Il sera de toute évidence plus
difficile pour les couples
hétérosexuels de trouver des
enfants adoptables. De plus en
plus de couples du même sexe
éprouveront un besoin d'enfants
car cela sera dans la norme. Les
services d'adoption ne pourront
plus donner la priorité aux couples
hétérosexuels, de peur d'être
confrontés à toute une série de
procédures pour discrimination.
L'intérêt de l'enfant passera de
plus en plus au second plan.

On peut également s'attendre à un
développement du phénomène
des mères porteuses, ce qui ne
constitue certainement pas une
évolution heureuse. Le cas récent
du bébé Donna a démontré à
quels abus toute cela pouvait
conduire. Le Conseil d'Etat se
demande à juste titre comment
l'état de mère porteuse peut être
concilié avec l'indisponibilité du
corps humain, la dignité de la
mère porteuse et les principes de
la convention des droits de l'enfant
relatifs à la continuité de la
parenté.

L'article 3 de la proposition de loi
accorde le droit aux couples
homosexuels qui ont adopté un
enfant de décider eux-mêmes du
nom que portera l'enfant. Les
couples hétérosexuels se serviront
certainement de cet article pour
revendiquer le droit de donner le
nom de la mère à l'enfant. Une
discrimination, qui servira ensuite
d'argument pour acquérir certains
droits sans l'aval du législateur, est
ainsi à nouveau inscrite dans la loi.

Nous estimons qu'il s'agit d'une
proposition néfaste et nous
fondons dès lors tous nos espoirs
sur le Sénat, qui se laissera
probablement moins influencer par
le fanatisme et par la volonté
insensée de légiférer à tout prix.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

adoptie aan heterokoppels een discriminatie inhoudt quod non zoals
de Raad van State intussen gezegd heeft maar nog met veel meer
redenen zullen heterokoppels die hun kind bijvoorbeeld de naam van
de moeder willen geven of een samengestelde naam deze nieuwe
ongelijkheid proberen aan te wenden om hetzelfde keuzerecht op te
eisen als homokoppels, als homo-ouders. Het is een nevenbedenking
die wat losstaat van het eigenlijke onderwerp van vandaag maar wij
zijn niet naïef, wij hebben het de voorbije jaren al te vaak
meegemaakt dat nieuwe zogezegde discriminaties opzettelijk werden
ingebouwd het is trouwens ook bij de euthanasiewet gebeurd om
nadien als breekijzer te fungeren zodat de wetgever, zodat u, zodat
wij allemaal, zodat dit Parlement omzeild kan worden.

Collega's, ik wil niet eindigen zonder mijn uitdrukkelijke hoop uit te
drukken dat dit nefaste wetsvoorstel uiteindelijk geen wet zal worden.
Onze hoop is gesteld op de Senaat, waar ongetwijfeld minder
fanatisme en minder dolle dadendrang zal heersen dan in dit halfrond.

01.75 Richard Fournaux (MR): Monsieur le président, madame la

ministre, chers collègues, beaucoup d'entre nous dans cette
assemblée, disposent sans doute de compétences personnelles qui
les aident à se forger une opinion parfois quasi certaine, ai-je
entendu, pour émettre leur vote personnel que nous allons toutes et
tous assumer aujourd'hui!

En ce qui me concerne, je ne suis pas juriste; je ne suis pas
philosophe; je ne suis pas médecin et sûrement pas moraliste. Je
réagis donc à ce dossier avec mon expérience personnelle de père
j'entends dire aujourd'hui "de papa" qui vit depuis quelques années
quelque chose de différent.

Depuis très longtemps, nous savons que la proposition de loi relative
à l'adoption d'enfants par des couples homosexuels serait abordée et
examinée. C'était annoncé; il fallait donc se préparer à ce débat,
certes, en groupe mais surtout, à titre personnel. J'ai donc mené,
comme sans doute la plupart d'entre vous, une longue et profonde
réflexion, d'autant plus qu'au sein du MR, la liberté de conscience et
de vote dans les matières éthiques est un droit fondamental.

(...): (...)

01.75 Richard Fournaux (MR):

Ik ben noch jurist, noch filosoof,
noch geneesheer, noch moralist,
maar ik heb mijn eigen ervaring
als vader. Ik denk al een tijd na
over die kwestie waarvan ieder
van ons wist dat hij zich erop
moest voorbereiden.

Binnen de MR is, inzake ethiek in
het bijzonder, de vrijheid van
geweten en van stemming van
fundamenteel belang en primeert
de persoonlijke
verantwoordelijkheid op de
fractiediscipline. Ik ben onze
fractieleider daar dankbaar voor.

01.76 Richard Fournaux (MR): Je n'ai pas dit que tel n'était pas le

cas ailleurs! Je dis simplement que c'est ainsi au sein du MR.

Il est donc également impossible de se réfugier derrière une
quelconque décision de groupe, voire une question de discipline de
groupe. Il ne s'agit pas ici d'une question de responsabilité collective
mais bien de responsabilité personnelle.

Je voudrais donc remercier officiellement mon chef de groupe et, à
travers lui, tout le groupe MR de permettre à ses mandataires
d'assumer, en matière éthique, un vote personnel et de conscience.

Par ailleurs, je suis conscient que dans ce dossier précis, une voix,
une seule voix, peut parfois tout changer. Je ne connais pas encore le
résultat qui sortira de l'urne dans quelques heures ou dans quelques
minutes mais il est certain que chaque voix comptera. La
responsabilité personnelle de chaque parlementaire est, par

01.76 Richard Fournaux (MR):

Één enkele stem kan beslissend
zijn voor de uitslag van deze
stemming.

De delicate aangelegenheid die
we vandaag behandelen, kan op
verschillende manieren benaderd
worden, maar we moeten de
werkelijkheid onder ogen durven
zien.

Men moet toegeven dat adoptie
een moeilijk proces is dat strikte
voorwaarden vereist voor alle
kandidaten, ongeacht wie ze zijn.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

conséquent, cruciale et tranche radicalement avec l'habitude des
votes de majorité contre opposition où la discipline de groupe règne
très souvent en maître. Il est bien qu'en cette matière, c'est-à-dire
face à un vrai débat de société, les choses soient différentes.

Il y a plusieurs manières d'analyser ce dossier: selon le point de vue
des parents, des adultes, et, évidemment, celui des enfants. Pour
d'autres, c'est l'aspect moral, voire religieux, qui présidera à leur
réflexion.

Il faut être conscient que ce sujet est délicat et qu'il peut heurter les
consciences ou tout simplement troubler le quotidien de certaines
personnes qui n'ont pas l'habitude de vivre en côtoyant toutes les
réalités de notre société. Par rapport à ce quotidien, je vous
proposerai d'oser affronter la réalité.

Premièrement, adopter un enfant est quelque chose de difficile. Les
conditions sont naturellement strictes, et certainement pour tous et
pour toutes. Quiconque, couples hétérosexuels compris, ne peut pas
adopter d'un claquement de doigts.

Deuxièmement, apporter de l'amour à un enfant n'est pas l'apanage
de certains, d'un genre ou d'un groupe de personnes qualifiées de
personnes "vivant normalement".

Troisièmement, plusieurs enfants en Belgique ou dans le monde
méritent d'être pris en charge mais méritent aussi tout simplement
d'être aimés.

Quatrièmement, nombre d'enfants sont déjà concernés par
l'homosexualité de l'un de leurs parents.

Cinquièmement, grâce à des lois, notamment à une loi votée ici,
comme on vient de le dire, un homme seul ou une femme seule peut
déjà adopter un enfant sans que cela ne provoque la moindre
difficulté. Même dans les pays étrangers dont on nous dit que certains
pourraient refuser dorénavant l'adoption de leurs enfants en raison de
la possibilité d'adoption par des couples homosexuels en Belgique.

Sixièmement, comment réagir actuellement avec ou sans loi à une
demande d'adoption par une personne seule si ce candidat à
l'adoption avoue qu'il est homosexuel, même s'il n'est pas marié? Va-
t-on juger au cas par cas, selon l'allure du demandeur ou l'intensité
éventuellement de sa relation avec un conjoint? Ou alors va-t-on
privilégier celui qui n'avouerait pas et qui mentirait sur sa réelle
condition d'homosexuel vivant en couple? Tout cela est naturellement
flou et laisse la place à de nombreuses interprétations ne plaçant pas
toujours tous les candidats à l'adoption sur un pied d'égalité.

Qu'est-ce qui est le plus important? En ce qui me concerne, je pense
modestement qu'un enfant égale un enfant comme je l'ai souvent
entendu dire, notamment quand on parle du paiement des allocations
familiales même si la situation de ses parents est différente.

J'ai bien entendu le point de vue de certains d'entre vous. En ce qui
me concerne, je respecte pleinement tous les points de vue qui
peuvent être émis dans une assemblée comme celle-ci, pour autant
qu'ils ne soient pas excessifs.

Het geven van liefde aan een kind
is niet het alleenrecht van
zogenaamd normale mensen.
Kinderen in ons land en in de
wereld verdienen verzorging en
zeker liefde. Tal van kinderen
worden trouwens vandaag al
geconfronteerd met de
homoseksualiteit van hun ouders.
Bovendien kunnen een vrouw of
man alleen nu al probleemloos
kinderen adopteren.

Hoe moet men trouwens reageren
op een adoptieaanvraag van
iemand die toegeeft
homoseksueel te zijn? Zal men
voorrang geven aan zij die dat niet
toegeven en bewust liegen? Dat is
allemaal heel vaag en bij tal van
interpraties worden niet alle
kandidaat-adoptanten op gelijke
voet behandeld.

Een kind is gelijk aan een kind,
ook al verschilt de situatie van de
ouders. Ik heb goed geluisterd
naar de standpunten van
sommigen en ik heb respect voor
eenieders overtuiging, op
voorwaarde dat men niet in
extremen vervalt.

Waarom moet het verschil in
hoofde van het homoseksuele
koppel op het kind worden
overgedragen? Ook al geef ik toe
dat er een verschil is tussen een
homoseksueel en een
heteroseksueel huwelijk, toch mag
dat verschil geen gevolgen hebben
voor het kind. Het is van essentieel
belang dat homoseksuele en
heteroseksuele koppels gelijke
rechten gegarandeerd worden ten
aanzien van de kinderen, maar
zeker dat die kinderen dezelfde
rechten hebben als de andere
kinderen.

Sommigen hebben een
gelijkstelling van rechten onder
een

andere juridische vorm

voorgesteld, zonder het woord
adoptie te gebruiken. Zal zo'n
systeem geen verschil in statuut
meebrengen voor de kinderen die
door homokoppels worden

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Quelle est cette conception qui consiste à dire que parce que quelque
chose est différent dans le chef du couple homosexuel, cette
différence doit automatiquement être reportée sur la tête de l'enfant?
Même si je peux admettre le point de vue qualifiant de différent le
mariage entre un couple gay et un couple hétérosexuel, il n'en
demeure pas moins que la véritable réflexion doit porter sur le fait de
savoir s'il convient ou non de reporter cette différence sur la tête d'un
enfant.

Je crois qu'il est fondamental, certes, de garantir des droits
équivalents aux membres d'un couple homosexuel ou hétérosexuel
vis-à-vis d'un enfant mais plus encore de garantir des droits
équivalents à cet enfant par rapport à tous les autres enfants.

Certaines propositions ont été formulées pour garantir une
équivalence de droits mais sous une autre formule juridique, sans
véritablement utiliser le mot "adoption". Quelque part, on déguise
l'adoption. Ne devons-nous pas craindre qu'utiliser un tel système
permette de concrétiser une différence de statut dans le chef de
chaque enfant concerné par l'adoption homosexuelle? Et on pourrait
ainsi créer un espace nouveau pour les contestations, notamment sur
le plan juridique.

Créer cette différence, à mon sens, risque d'entraîner des
discriminations entre des enfants, voire de culpabiliser certains de ces
enfants par rapport au choix que leurs parents homosexuels ou non
auraient effectué. Pourquoi faudrait-il trouver un autre mot ou une
autre conception juridique ou philosophique pour qualifier autrement
une même chose, à savoir la prise en charge, par deux adultes, d'un
enfant qui n'est pas toujours leur propre enfant mais qui, dans
certains cas, peut l'être en partie.

Même si je risque de choquer certains, il me semble important de ne
pas être hypocrite. Cette Chambre a accepté le mariage gay ainsi que
l'adoption par une seule personne. Dans cette logique, pour rester
cohérent et ne pas masquer la réalité des faits, rien ne s'oppose à
l'adoption tant sur le plan moral que philosophique et intellectuel.

En effet, avec ou sans loi, loi votée dans quelques minutes ou pas, il y
aura des adoptions par des couples gays. Il y en a déjà maintenant,
mais celles qui existent sont en partie tronquées, cachées, voire
souvent déguisées. Tôt ou tard, soit l'enfant concerné, soit l'un des
partenaires de ce couple sera pénalisé.

En ce qui concerne le mariage gay, au risque d'en étonner certains,
j'étais d'accord d'utiliser un autre mot pour qualifier cette union de
deux personnes du même sexe. Certes pour raison étymologique,
mais surtout pour marquer la différence. Je pense en effet que des
adultes sont capables d'assumer le fait qu'il existe quelque chose de
réellement différent entre un couple gay et un couple hétérosexuel.
Cela ne me dérange donc pas qu'on qualifie autrement l'acte de
mariage pour un couple gay.

Mais en ce qui concerne l'enfant qui, naturellement, ne choisit pas la
situation dans laquelle il va vivre, sauf exception, il ne doit subir, à
mon sens, aucune discrimination quant à son statut. Une adoption est
une adoption; il n'y a pas d'autre terme pour le dire. Il suffit de se

geadopteerd? En dit schept ruimte
voor nieuw protest.

Waarom moet men een andere
woord of een andere juridische
concept vinden om hetzelfde,
namelijk de zorg voor een kind
door volwassenen, te betitelen?

Geen schijnheiligheid, asjeblieft
Deze Kamer heeft het
homohuwelijk en de adoptie door
één persoon goedgekeurd. Niets
belet om de lijn naar de
homoadoptie door te trekken.

Met of zonder wettelijk kader
zullen er adopties door
homokoppels komen. Er zijn er nu
al, maar beknot of verhuld. Vroeg
of laat zal het kind of één van de
partners van het koppel het
slachtoffer worden.

Ik hoor leden van deze Kamer
liever beweren dat ze tegen
adoptie door koppels van hetzelfde
geslacht zijn, dan dat ze ermee
instemmen op voorwaarde dat er
een andere benaming en een
andere juridische vorm moet aan
worden gegeven.

Ik heb de indiening overwogen van
een amendement dat in de
mogelijkheid van adoptie voorziet
wanneer er eenafstammingsband
bestaat tussen een van de leden
van het homoseksuele koppel en
het kind, maar zulks had kunnen
leiden tot discriminaties tussen de
homoseksuele koppels, alsook
voor sommige kinderen die niet
binnen het gezin zouden kunnen
worden geadopteerd.

Ik heb bijgevolg beslist om voor
het ingediende wetsvoorstel te
stemmen.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

référer à la réalité qui est ou qui sera vécue pour chacun de ces
enfants.

J'ose affirmer ici que je préfère entendre des gens et des membres
de cette Chambre me dire être contre l'adoption, être contre le fait
qu'un couple de même sexe s'occupe d'un enfant, gère ou adopte un
enfant plutôt qu'entendre qu'on admet l'adoption à condition de lui
trouver un autre nom et qu'elle prenne une autre forme juridique.

Je dois vous avouer avoir envisagé de déposer un amendement à la
proposition de loi; il aurait prévu la possibilité de l'adoption dans les
cas où existe un lien de filiation entre les membres du couple
homosexuel et l'enfant. Ce lien de filiation pourrait d'ailleurs être
envisagé à différents degrés; j'en avais parlé à quelques-uns de mes
collègues.

Néanmoins, et toujours après mûre réflexion, il faut considérer que
l'adoption de cet amendement aurait risqué d'engendrer de nouvelles
difficultés dans des cas précis et des discriminations entre certains
couples homosexuels, certains pouvant et d'autres ne pouvant pas
adopter. Cette discrimination pourrait apparaître aussi dans le chef de
certains enfants qui ne pourraient pas bénéficier d'une adoption dans
le giron familial, que ce soit au premier, deuxième ou troisième degré.

En conséquence, monsieur le président, madame la ministre, chers
collègues, après mûre réflexion et compte tenu de ma modeste
expérience personnelle, j'ai décidé de voter en faveur de la
proposition de loi telle qu'elle a été déposée.

Je vous remercie.

01.77 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter,

collega's, ik wil vooreerst de rapporteur danken voor zijn verslag.

Collega's, wij mogen de ogen niet sluiten voor de maatschappelijke
realiteit, die al geruime tijd bestaat. We stellen in het leven en op het
terrein vast dat veel ouders die niet de juridische of biologische
ouders zijn, het engagement aangaan de verantwoordelijkheid te
dragen voor kinderen die niet van hen zijn. Dat verdient alle lof en alle
steun. Dan heeft men recht op rechten, maar uiteraard ook recht op
plichten. Dan hoort er een rechtszeker statuut te komen.

Ik ben erover verheugd dat de overgrote meerderheid in onze
assemblee het ermee eens is dat alle ouders die zich wensen te
engageren tegenover kinderen, goede ouders kunnen zijn. Als we die
vrijwel unanieme consensus vergelijken met de situatie in veel andere
landen in de wereld, mogen we erop verheugen dat wij, wat dat
betreft, ver staan.

Het debat in de commissie werd, net zoals het debat vandaag,
emotioneel gevoerd. Dat is begrijpelijk in dergelijke dossiers. Het werd
echter ook sereen gevoerd. Het gaat hier vanavond niet over ja of
neen, het gaat hier niet over voor- of tegenstanders. Vandaag is de
vraag hoe wij een oplossing bieden voor het probleem dat zich hoe
dan ook voordoet wanneer ouders die niet de biologische ouders zijn,
toch een engagement aangaan tegenover kinderen. Hoe vullen wij dat
juridisch in? Hoe geven wij die kinderen een rechtszeker statuut? Hoe
respecteren wij de ouders die dat engagement aangaan? De keuze is

01.77 Servais Verherstraeten

(CD&V): Nous ne devons pas
fermer les yeux sur une réalité de
la société. Aujourd'hui de
nombreuses personnes prennent
l'engagement d'éduquer un enfant
sans en être les parents juridiques
ou biologiques. Nous devons les
soutenir, leur reconnaître des
droits et des devoirs, leur conférer
un statut. Nous nous réjouissons
de constater

que les

parlementaires sont pratiquement
unanimes pour affirmer que tous
les parents peuvent être de bons
parents.

En commission, comme ce soir, le
débat a pris une tour fort
émotionnel. Pourtant, il ne s'agit
pas tellement d'être pour ou contre
mais bien plus de définir la
manière de régler juridiquement
cette matière. La semaine
dernière, un professeur de droit de
la famille a déclaré au cours d'une
audition que vu son caractère

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

niet ja of neen, maar hoe. Welke weg slaan we daarvoor in?

Hetgeen ik een van de professoren Familierecht van ons land tijdens
een hoorzitting in de subcommissie Familierecht hoorde zeggen, had
ik reeds in een andere context gehoord. Ik deel zijn overtuiging,
namelijk dat men het familierecht wijzigt als er een voldoende breed
maatschappelijk draagvlak aanwezig is en als er bij de mensen
duidelijk onvrede bestaat over de bestaande wetgeving.

Familierecht raakt onze vezels en ligt enorm gevoelig. Het leent er
zich bijgevolg niet toe een draagvlak te creëren bij de wijziging van
een wetgeving. Het draagvlak is beter eerst voorhanden alvorens men
het familierecht wijzigt. Zo niet riskeert men immers dat het gewijzigde
familierecht een slag in het water wordt.

Iedereen in dit halfrond heeft bepaalde invalshoeken in dit dossier.
Het gaat helemaal niet over gelijkberechtiging. Het gaat helemaal niet
over recht op homoseksualiteit. Dat zijn zaken die niet ter discussie
staan. Dat zijn zaken waarover wij het, gelukkig maar, allemaal over
eens zijn. Het gaat ook niet over het recht van ouders op een kind en
op de emancipatiestrijd van die ouders en van holebi's. Daarover gaat
het vandaag ook niet. Het gaat om de kinderen. Als er vandaag een
wetsvoorstel inzake adoptie ter goedkeuring voorligt, dan mogen wij
niet vergeten dat adoptie in de eerste plaats een rechtsfiguur was, en
dat is het altijd al geweest, om een kind of kinderen die in een
precaire situatie zitten familiaal, materieel of psychologisch, een
versterkte, rechtszekere positie, een statuut, een identiteit te geven,
vooral een identiteit in overeenstemming met de realiteit zoals die
kinderen dat beleven. Daar rijst de vraag. Er is hoe dan ook een
onderscheid in de situatie tussen de verschillende soorten gezinnen.
Verdient een onderscheiden situatie dan ook geen onderscheiden
regelgeving?

Collega's, ik weet dat het criterium en het argument van het belang
van het kind door voor- en tegenstanders van dit voorstel anders
wordt ingevuld. Kinderen grootbrengen is vandaag de dag verdomd
een moeilijke klus. Adoptiekinderen opvoeden ik heb een
fenomenaal respect voor mensen die dat engagement willen en
durven aangaan is nog moeilijker. Hoe dan ook, velen onder u
zullen dat kennen uit situaties in hun omgeving, worden
adoptiekinderen geconfronteerd met hechtingsproblemen, met
rootsvragen, met een verwerkingsproces. Tijdens de hoorzitting
hebben wij misschien te weinig volwassen adoptiekinderen aan bod
laten komen. Zij hebben gezegd dat zij met een verwerkingsproces
bezig zijn, dat zij rootsvragen hebben tijdens de pubertijd en zelfs
tijdens hun volwassen leven. Moet er dan nog bijkomen dat zij uit een
gezin komen met personen van een gelijk geslacht? Het risico bestaat
en de realiteit leert ons jammer genoeg soms ook dat die kinderen
gepest worden en negatieve reacties krijgen uit de omgeving.

Dat is niet goed te praten, maar vandaag is het, jammer genoeg, nog
altijd de realiteit in sommige schrijnende gevallen. Het is vandaag
jammer genoeg nog de realiteit dat de minister van Justitie in haar
beleidsnota moet schrijven en er terecht aandacht aan schenkt, dat
we snel moeten reageren op homofoob gedrag. Er zijn nog holebi's
die terzake vernederd worden, beledigd worden en fysiek geweld
ondergaan.

particulièrement sensible, le droit
de la famille ne devrait être
modifié que s'il existe à cet effet
une assise sociétale suffisante. Le
droit de la famille n'est pas de
nature à générer cette assise.

Chacun appréhende le débat
selon sa propre perspective.
Pourtant, il ne s'agit pas en
l'espèce de l'égalité de droits ni du
droit d'être homosexuel.

Cette proposition ne concerne pas
le droit des parents à avoir un
enfant et la lutte pour
l'émancipation de ces parents et
des homosexuels: elle concerne
les enfants. L'adoption constituait
en premier lieu une figure juridique
permettant d'offrir à un enfant en
situation précaire une sécurité
juridique sur les plans matériel et
psychologique et une identité en
adéquation avec la réalité telle que
l'enfant l'appréhende. La situation
diffère en fonction des différents
types de ménage. Une situation
différente ne doit-elle pas faire
l'objet de règles différentes?

L'éducation des enfants n'est pas
chose aisée. Éduquer des enfants
adoptés est encore plus difficile,
dès lors que ces enfants sont
confrontés à des troubles
d'attachement, à un
questionnement sur leurs racines
et à un processus d'acceptation.
Dans le cadre des auditions, on
n'a peut-être pas suffisamment
donné la parole aux adultes qui
ont été adoptés dans leur enfance.
Si ces enfants sont intégrés dans
une famille composée de
personnes du même sexe, ils
risquent de faire l'objet de
brimades et de réactions
négatives dans leur entourage.

La réalité est que la ministre de la
Justice doit malheureusement
dans sa note de politique
s'attacher à trouver les moyens de
réagir rapidement contre les
comportements homophobes.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

De voorzitter: Mijnheer Verherstraeten, mevrouw Taelman wil u onderbreken.

01.78 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter, sta

mij toe deze gedachtegang te besluiten en dan mag mevrouw
Taelman het woord hebben.

Het kan en mag de bedoeling niet zijn om kinderen te betrekken in
een terecht emancipatieproces waarover geen discussie bestaat. Als
dat risico er is, gaan we het dan nemen? Er werd gesproken over het
voorzorgsprincipe dat we in alle materies dienen te hanteren in de
politiek en dat zich a fortiori moet stellen voor kinderen die het meest
kwetsbaar zijn. Dat voorzorgsprincipe is er niet om niets te doen, want
terzake hebben wij alternatieven, maar wij menen dat absolute
voorzorg eerst op zijn plaats moet zijn.

01.78 Servais Verherstraeten

(CD&V): Il ne faut pas mêler les
enfants à un juste processus
d'émancipation. Le principe de
précaution doit certainement
s'appliquer aux enfants.

01.79 Martine Taelman (VLD): Mijnheer Verherstraeten, u verwijst

uiteraard terecht naar de moeilijkheden die sommige adoptiekinderen
ondervinden met hechting en naar de hechtingsproblemen die er
kunnen zijn als men vreemde kinderen naar België haalt. Het is
inderdaad zo dat kinderen opvoeden moeilijk is: wij ervaren dat
allemaal dagelijks. Voor adoptiekinderen is dat waarschijnlijk nog veel
moeilijker.

Ik denk dat wij in de nieuwe wet toch een loodzware procedure
hebben goedgekeurd uw fractie deed dat ook die maakt dat in elk
individueel geval het belang van het kind de doorslaggevende factor is
in de adoptieprocedure. Kunt u er a priori van uitgaan dat het nooit
ofte nimmer in het belang van een kind kan zijn dat het wordt
geadopteerd door een homoseksueel koppel?

Eigenlijk, mijnheer Verherstraeten, moeten we ook eerlijk zijn met
onszelf en zeggen dat het in 99,9% van de gevallen hierover ook niet
gaat en niet zal gaan. De Zweedse ervaring leert ons dat. In Zweden,
waar de homoadoptie werd goedgekeurd, hebben we nog geen
gevallen gezien van homokoppels die een kind uit een ander land
adopteren.

U antwoordt eigenlijk niet op de vraag waar het dan wel over gaat. Is
het dan niet in het belang van kinderen die nu opgroeien in dergelijke
situaties bij lesbische en homokoppels, dat daar een regeling voor
komt? Daar gaat het eigenlijk in hoofdzaak over.

01.79 Martine Taelman (VLD):

M. Verherstraeten évoque les
difficultés d'attachement de
certains enfants adoptés. Elever
des enfants est toujours difficile et
cela l'est encore plus dans le cas
d'enfants adoptés. La nouvelle loi
instaure une procédure
extrêmement lourde, en faveur de
laquelle le groupe de M.
Verherstraeten a d'ailleurs voté en
commission. Pour chaque cas
individuel, l'intérêt de l'enfant sera
le facteur déterminant dans le
cadre de la procédure d'adoption.
Peut-on considérer qu'il n'est pas
a priori dans l'intérêt de l'enfant
d'être adopté par un couple
homosexuel? Ce n'est pas de cela
qu'il s'agira dans 99,9% des cas.
En Suède, le cas de couples du
même sexe désireux d'adopter un
enfant étranger ne s'est pas
encore présenté. L'adoption d'une
réglementation est importante
dans l'intérêt des enfants qui sont
actuellement élevés par des
couples du même sexe.

01.80 Bart Laeremans (Vlaams Belang): De collega stelt nogal veel

vertrouwen in de strikte en zogenaamd strenge adoptieprocedure.
Stel nu even dat het zich zou hebben voorgedaan dat een
homokoppel het kindje, baby D., had gekocht, in alle betekenissen
van het woord, van de vrouw die haar kindje op internet had
aangeboden. Er stond namelijk een homokoppel klaar om dat te
doen. In de toekomst zal men steeds meer draagmoeders
inschakelen voor homokoppels die een kind een wensen. Denkt u dat
in die situaties de loodzware, strenge adoptieregeling nog zal worden
toegepast? Men zal gewoon vaststellen dat het kind daar is en het
bijgevolg laten adopteren. Dan zal er geen strenge controle meer zijn.
Het is bijna alsof je een kind uit een automaat haalt. Ik vind dat pijnlijk.

01.80 Bart Laeremans (Vlaams

Belang): Notre collègue s'en remet
à la rigoureuse procédure de
l'adoption. A l'avenir, le recours
aux mères porteuses par des
couples homosexuels désirant un
enfant deviendra de plus en plus
fréquent. Cette procédure sera-t-
elle toujours appliquée?
L'existence de l'enfant sera
constatée et son adoption sera
autorisée.

De voorzitter: Mijnheer Verherstraeten, u hebt de twee vragen gehoord. U antwoordt erop als u wenst.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

01.81 Servais Verherstraeten (CD&V): Collega Taelman, wij

hebben niet gesproken tegen het belang, wij hebben alleen gezegd
dat er misschien een gevaar is dat het niet in het belang zou kunnen
zijn. U wijst op het vooronderzoek. U haalt terecht aan dat het scherp
is. Men gaat daarin zelfs zeer ver, precies omwille van het
voorzorgsprincipe waarover ik het daarnet had. Het vooronderzoek
slaat echter uiteraard voornamelijk op de ouders en op de familiale
omgeving. Zijn de ouders zich inderdaad bewust van de problemen
die het opvoeden van kinderen en het opvoeden van adoptiekinderen
met zich meebrengt? Is de familiale omgeving voldoende sterk om dat
allemaal op te vangen? Dat vooronderzoek zegt niet wat er in de
toekomst met het kind zal gebeuren in de omgeving buiten de familie.
Een kind leeft niet alleen in het gezin en bij de familie in de enge zin
van het woord. Een kind leeft in een hele samenleving. Het heeft
bepaalde toestanden en situaties niet gevaagd en kan dan plots
geconfronteerd worden met gedragingen waarnaar ik daarnet heb
verwezen en die ik betreur, maar die jammer genoeg wel de realiteit
zijn. Laten wij dus absoluut voorzichtig zijn.

Ten tweede, u stelt, en u bent daarin correct, dat het wellicht niet gaat
om de rootsvragen, de hechtingsproblemen en het
verwerkingsproces, want dat soort adopties zal wellicht niet worden
toegekend. Waarom moeten wij dan in het voorstel voorzien in de
mogelijkheid van internationale adopties? Als het zich in de praktijk
toch niet zou voordoen, laat het er dan uit. Het staat in het voorstel dat
ter stemming ligt.

Mijnheer de voorzitter, collega's wij willen het niet hebben over ja of
neen. Wij willen het hebben over hoe en langs welke weg. Onze weg
is anders. Wij hadden alternatieven. Een alternatief lag reeds jaren op
de banken: het zorgouderschap. Het zorgouderschap is inderdaad
toepasselijk op vele situaties; op nieuw samengestelde gezinnen, op
pleegouderschap - pleegouders zijn al jaren vragende partij voor een
statuut.

Dat kan perfect toepasbaar zijn op holebi-toestanden, excuseer,
holebi-gezinnen.

Ik ken de kritiek op het voorstel terzake. Als we straks het voorstel
over het zorgouderschap behandelen dat engagement is
aangegaan en we stemmen daarover, dan zijn er vele concrete
situaties waarin het kan worden toegepast. Als zorgouderschap
minderwaardig zou zijn voor de holebi's, dan is het ook minderwaardig
voor de anderen. Ik vind het een volwaardig statuut, waaraan een
zeer grote maatschappelijke behoefte is en waarvoor wel een
draagvlak is. Het is dus niet minderwaardig. Het kan erfrechten
creëren, niet automatisch dat klopt maar wel langs testamentaire
weg. Dat sluit dat niet uit.

Ik heb vandaag tijdens het debat gehoord dat het mee-ouderschap
minderwaardig zou zijn, omdat het geen erfrechten creëert. Ik nodig
de collega's uit het alternatief dat wij tijdens het debat gesuggereerd
hebben om zo naar mekaar toe te groeien - dat is evenwel niet
mogelijk gebleken - te herlezen. Dan zullen ze vaststellen dat we wel
in erfrechten hebben voorzien bij het mee-ouderschap.

Dat het ene de kopie van het andere zou zijn en dus de vraag kan

01.81 Servais Verherstraeten

(CD&V): Nous avons seulement
dit qu'il y a peut-être un danger.
L'enquête préalable est très stricte
mais elle concerne principalement
les parents et l'environnement
familial. Cette enquête préalable
ne laisse toutefois rien présager
de ce qu'il adviendra de l'enfant
dans son environnement extra-
familial. L'enfant peut être
subitement confronté aux
expériences négatives auxquelles
je me suis référé précédemment.
Aussi la prudence est-elle de
mise.

Pourquoi la proposition examinée
aujourd'hui inclut-elle la possibilité
d'adoptions internationales? Si
celles-ci ne surviennent pas dans
la pratique, il serait préférable de
les supprimer du texte.

Il ne s'agit pas pour nous du `oui'
ou du `non', mais bien du
`comment'. La parenté sociale, qui
est applicable dans de
nombreuses situations dont celles
des ménages homosexuels,
constitue notre solution de
rechange depuis longtemps déjà.

Je connais les critiques que
soulève notre proposition mais si
cette dernière devait être
dévalorisante pour les
homosexuels elle le serait tout
autant pour les hétérosexuels.
J'estime qu'elle constitue un statut
à part entière, qu'elle est
nécessaire dans notre société et
qu'elle fait l'objet d'un consensus.
Elle permet de créer des droits
successoraux par l'entremise d'un
testament, bien que la procédure
ne soit pas automatique. J'invite
nos collègues à relire notre
proposition sur la coparentalité,
dans

laquelle nous avons

précisément inscrit un droit
successoral. Il est adapté à des
situations distinctes. La filiation
n'est pas prévue, alors qu'elle l'est
dans le cas de l'adoption. Cela ne
rend pas nos propositions
dévalorisantes pour autant.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

worden gesteld waarom het anders te benoemen als het toch
hetzelfde is, is niet correct. Het mee-ouderschap is niet compleet
hetzelfde, maar een ander statuut voor onderscheiden situaties. Hoe
dan ook voorzien wij niet in afstamming. Dit is grotendeels het
onderscheid: adoptie creëert afstamming, terwijl wij dat met ons
voorstel van mee-ouderschap en zorgouderschap niet doen. Dat wil
niet zeggen dat de voorstellen minderwaardig zouden overkomen.

Collega's, er is hier vandaag reeds geruime tijd gedebatteerd over
rechtszekerheid. Er is hier vandaag reeds gedebatteerd geweest over
de buitenlandse adopties. Herhaaldelijk is verwezen naar het
Zweedse voorbeeld, dat geen aanleiding heeft gegeven tot minder
adopties voor heterokoppels naar dat land. Dat klopt. De weliswaar
jonge cijfers bevestigen dat.

In Nederland heeft men 25 landen bevraagd. Veertien landen hebben
duidelijk geantwoord dat zij niet zullen meewerken aan adopties voor
holebi-paren, maar ze blijven bereid om als donorland te fungeren
voor heterogezinnen. Frappant was wel dat elf donorlanden niet
geantwoord hebben. We hebben ook geleerd dat in Zweden drie
holebi-koppels de zeer zware vooronderzoekperiode en onderzoeken
collega Taelman heeft er daarstraks terecht op gewezen hebben
doorstaan en een beginseltoestemming, als ik die terminologie mag
gebruiken, hebben gekregen, maar uiteindelijk geen kind toegewezen
krijgen.

De vraag rijst of wij voor paren de illusie moeten scheppen dat zij
internationaal zullen kunnen adopteren, of ze een zeer zware
procedure moeten laten ondergaan van 1 tot 3 jaar, om hen
vervolgens achteraf te moeten ontgoochelen en te moeten zeggen dat
er geen land is dat wenst om hun een kind toe te wijzen. Kunnen wij
hun dat aandoen? Dit geeft feitelijke onzekerheden. En laten wij
eerlijk zijn, 85% van de adopties zijn buitenlandse adopties.

Er is vandaag reeds veel verwezen naar de Raad van State. De
eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat de Raad van State kritiek heeft
gegeven op het zorgouderschap. Mijnheer de voorzitter, als morgen
het zorgouderschap behandeld zal worden in de commissie voor de
Justitie, dan is het onze intentie om daarop een paar amendementen
in te dienen om tegemoet te komen aan de kritiek.

Ik had toch gehoopt dat ook in het huidige wetsvoorstel wat precisie
zou zijn aangevuld door de indieners om tegemoet te komen aan de
kritiek, die er hoe dan ook is, van de Raad van State. Met andere
woorden, wij nemen hoe dan ook risico's.

Ik zeg niet dat dit voorstel de toets met het Arbitragehof niet zal
doorstaan. Dat zal de toekomst uitwijzen, wanneer een of andere
verzoekende partij, dit valt te voorspellen, zich zal richten tot het
Arbitragehof. Er werden hoe dan ook vragen gesteld door de Raad
van State. Die zullen getoetst worden aan de hand van een concrete
situatie. Die situaties zijn menigvuldig. Aan de hand van een concrete
situatie zal het Arbitragehof die toets kunnen doen.

Het Arbitragehof zal hoe dan ook concreet die toets kunnen doen,
zeker in het licht van wat de Raad van State uitdrukkelijk heeft gezegd
voor buitenlandse adopties. De kans bestaat dat misschien een
heterokoppel geen kind toegewezen krijgt omdat onze Belgische

La législation en Suède ne s'est
pas traduite par une diminution
des adoptions d'enfants étrangers
par des couples hétérosexuels.
Les Pays-Bas ont toutefois
interrogé 25 pays: 14 pays ne vont
pas se prêter aux adoptions par
des couples homosexuels et
11 pays donateurs n'ont pas
répondu. En Suède, trois couples
homosexuels ont subi avec succès
l'enquête préalable. Ils ont obtenu
une autorisation de principe mais
aucun enfant ne leur a été confié.
Devons-nous donner l'illusion aux
couples qu'ils pourront adopter
des enfants à l'étranger? Soyons
honnêtes, car 85% des adoptions
concernent des adoptions
d'enfants étrangers.

Le Conseil d'État a critiqué la
parentalité sociale. Si cette
dernière peut être discutée en
commission de la Justice, nous
répondrons à ces critiques par la
voie d'amendements. J'avais
espéré que les auteurs de la
proposition de loi tiendraient
compte des critiques du Conseil
d'État. Nous prenons des risques.
L'avenir nous dira si la proposition
résistera à l'évaluation de la Cour
d'arbitrage. Les questions du
Conseil d'État seront évaluées sur
la base d'un cas concret.

Il est désormais possible qu'un
enfant soit refusé à un couple
hétérosexuel parce que notre pays
autorise l'adoption par les couples
de même sexe. Un seul cas suffit
à menacer la lutte

pour

l'émancipation des couples
homosexuels. Nous voulons une
solution plus souple.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

wetgever in de holebi-adoptie heeft voorzien.

Of dit de realiteit zal zijn, zal ook de toekomst uitwijzen. Er is
verwezen naar deze disputanten in de hoorzitting. Ik heb terzake
verwezen naar andere.

Collega's, het moet slechts één keer gebeuren dat een heterokoppel
geen kind krijgt toegewezen vanwege de Belgische wetgeving, en dan
vrees ik dat dit er een te veel is en dat dit de emancipatiestrijd, de
terechte emancipatiestrijd, van holebi-koppels wel eens zou kunnen
achteruitstellen. Wij suggereren daarom een soepelere oplossing.

01.82 Geert Lambert (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer

Verherstraeten, u moet mij toch wel eens uitleggen hoe u dit kunt
verantwoorden. Ik vind het eerlijk gezegd een zeer grof argument,
want ik deel uw bekommernis op dat vlak. Ik wens niet dat het
koppels ontnomen wordt om en kind te kunnen adopteren.

Leg mij echter eens uit hoe u, met het argument dat een heterokoppel
mogelijkerwijs de adoptie niet zou krijgen, verantwoordt dat u vindt dat
die tientallen, honderden, misschien duizenden gevallen van
homokoppels waar men een adoptie wenst dan maar uitgesloten
moeten worden. Die logica ontgaat mij compleet.

01.82 Geert Lambert (sp.a-

spirit): Je trouve l'argumentation
de M. Verherstraeten culottée. Je
partage ses préoccupations mais,
en vertu de l'exclusion potentielle
d'un seul couple hétérosexuel, il
justifie l'exclusion de centaines
voire de milliers de couples
homosexuels. Cette logique
m'échappe totalement.

01.83 Servais Verherstraeten (CD&V): Collega, ik concretiseer naar

één. De Raad van State heeft niet geconcretiseerd naar één, maar
heeft daarop zeer bewust gewezen.

U kent de politieke realiteit evengoed als ik. Als dat straks op het veld
eenmaal gaat gebeuren, dan vrees ik dat er zeer veel kritiek zal zijn
en dat er zeer veel verwijten zullen zijn tegen een gemeenschap die
dat niet verdient in een emancipatiestrijd die zij terecht al jaren voert.

Daarom suggereren wij onze alternatieven, die soepeler zijn, die
eenvoudiger zijn, die niet zo'n zware procedure vereisen als een
adoptieprocedure en die qua toepassingsgebied ruimer zijn. Wij
dachten dat onze alternatieven, dat onze keuze, onze weg voor de
problemen die zich hoe dan ook voordoen, opportuner voorkwamen.

01.83 Servais Verherstraeten

(CD&V): Le Conseil d'État ne
considérait pas un cas en
particulier mais soulevait la
possibilité d'une telle situation. Si
mes craintes s'avèrent exactes,
une communauté qui se bat
légitimement depuis des années
pour son émancipation, sera
accablée de reproches. Nos
solutions sont plus souples, plus
simples, plus étendues quant à
leur champ d'application et donc
plus opportunes.

01.84 François Bellot (MR): Monsieur le président, madame la

ministre, chers collègues, j'ai la fierté d'appartenir à un groupe
politique, le Mouvement réformateur, qui laisse à ses parlementaires
la liberté de voter selon leur conscience dans toutes les questions
éthiques.

L'homoparenté a suscité un débat dans notre mouvement, chacun
confrontant son avis et son analyse à ceux de ses collègues.

Aujourd'hui, c'est en âme et conscience que chacun se prononcera,
dans quelques instants.

Que l'on ne s'y trompe pas, ce droit à l'adoption est revendiqué par
des associations homosexuelles particulièrement militantes,
structurées, agissant au niveau international, associations bien
organisées qui portent, dans chaque pays, les mêmes revendications
au nom du droit d'égalité. Ce n'est d'ailleurs pas par hasard si les
assemblées parlementaires française, espagnole, italienne,
hollandaise et belge sont saisies simultanément de demandes

01.84 François Bellot (MR): In

ethische aangelegenheden staat
de MR-fractie haar parlements-
leden een volledige gewetens-
vrijheid toe. Wij hebben het homo-
ouderschap besproken en
vandaag zullen wij ons er in eer en
geweten over uitspreken.

Men moet zich niets wijsmaken:
dat adoptierecht wordt opgeëist
door homoverenigingen die
bijzonder actief en gestructureerd
zijn. Zij zijn actief op internationaal
vlak en in ieder land eisen zij
hetzelfde gelijkheidsrecht op. Het
is geen toeval dat identieke eisen
gelijktijdig aanhangig worden
gemaakt bij de parlementen van

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

identiques. Les associations et les mouvements représentatifs des
homosexuels et des couples de même sexe revendiquent l'égalité
dans les droits à l'adoption.

En réalité, deux thèses s'affrontent: gommer ou, au contraire,
nommer et assumer les différences.

Reconnaître ces différences, n'est-ce pas précisément l'expression de
l'égalité entre les humains?

Au regard des nombreux témoignages, des nombreux courriers,
courriels que nous avons reçus, nous avons pu nous apercevoir que
l'enfant et son devenir occupent bien moins de place que l'égalité et la
légitimité de l'union que les homosexuels recherchent.

Dans l'adoption, l'enfant se trouve dans un lien de dépendance. Il doit
être guidé pour forger sa personnalité et trouver les repères pour
devenir un adulte. Ceux qui indiquent que des statistiques démontrent
qu'il n'y a aucune différence entre les enfants ayant grandi avec des
parents de même sexe et les autres trompent l'opinion. Le
phénomène est tellement récent qu'aucun recul n'est possible pour
déterminer les conséquences sur le devenir d'adultes ayant été
adoptés dans leur enfance par des couples homosexuels. Les
pédopsychiatres consultés ont un avis extrêmement partagé et
nuancé sur la question. La plupart avancent la nécessité pour un
enfant de vivre avec des parents des deux sexes pour construire sa
personnalité équilibrée en s'ouvrant à la complémentarité.

Le seul principe de précaution, si souvent avancé dans des matières
telles que l'environnement, ne vaudrait-il pas pour ce qu'il y a sans
doute de plus fragile dans notre société, à savoir les enfants?
Comment accepter que, sans avoir le recul indispensable pour
déterminer les conséquences à long terme sur les jeunes adultes,
nous puissions adopter l'homoparenté?

Les enfants adoptés souffrent tous d'une double blessure lorsqu'ils se
rendent compte que leurs parents sont adoptifs et qu'un mystère
entoure leurs origines et leurs vrais parents. L'homoparenté sera
synonyme d'une troisième blessure pour les enfants, celle d'avoir
uniquement deux papas ou deux mamans.

Quelles sont les conséquences de cette troisième blessure? Nul ne
peut l'affirmer aujourd'hui. Bien sûr, me direz-vous, il y a des enfants
de couples hétérosexuels qui souffrent des disputes ou de la
séparation de leurs parents. Bien sûr, il y a des familles recomposées
où le conjoint qui a la garde de ses enfants décide de vivre avec une
personne de même sexe. Mais ne croyez-vous pas que le lien de
sang qui unit un parent avec son enfant domine, dans ce cas, la
relation avec un compagnon du même sexe? Dans ce cas, la tutelle
légale aurait pu régler aisément la situation sans aller au-delà.

La nouvelle loi sur l'adoption légale vient d'entrer en application. Elle
fixe un cadre plus contraignant pour offrir une meilleure garantie
d'avenir pour les enfants adoptés. Chaque année, en Communauté
française, on l'a rappelé, près de 400 enfants sont adoptés. Les
couples hétéros qui formulent une telle demande suivent des
formations, sont soumis à la détermination du profil psychologique,
doivent ouvrir la porte de leurs habitations pour savoir s'il y a

Frankrijk, Spanje, Nederland, Italië
en België.

Twee stellingen staan tegenover
elkaar. De ene zou erin bestaan
de verschillen te doen vervagen
terwijl de andere erop zou
neerkomen die verschillen te
benoemen en te aanvaarden.
Is de erkenning van die verschillen
niet precies een uiting van de
gelijkheid tussen mensen?

De talloze getuigenissen die wij
hebben gekregen, tonen aan dat
het kind minder plaats krijgt
toebedeeld dan de
gelijkberechtiging en de legitimiteit
van homoparen.

Bij adoptie bevindt het kind zich in
een afhankelijke positie en moet
het worden geleid om zijn
persoonlijkheid op te bouwen en
oriëntatiepunten te vinden om
volwassen te worden. Als men
beweert dat er geen enkel verschil
is tussen kinderen die met ouders
van hetzelfde geslacht opgegroeid
zijn en andere kinderen, dan leidt
men de publieke opinie om de
tuin. Het is immers zo dat wij op dit
ogenblik niet de nodige afstand
hebben om de gevolgen van een
adoptie door homoparen te
beoordelen. Over dit vraagstuk zijn
de kinderpsychiaters die wij
hebben geraadpleegd, erg
verdeeld en is hun mening zeer
genuanceerd.

Geldt het voorzorgsbeginsel,
waarmee zo vaak geschermd
wordt op het gebied van
milieubescherming, dan niet voor
de kwetsbaarsten in onze
samenleving, de kinderen? Hoe
kunnen we holebi-ouderschap
toestaan zonder te weten wat de
gevolgen ervan zijn op lange
termijn?

Alle geadopteerde kinderen lijden
onder de ontdekking dat ze
geadopteerd werden en dat ze niet
weten wie hun echte ouders zijn.
Het besef dat ze door homo's
geadopteerd werden, is voor die

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

suffisamment de locaux, si l'environnement est accueillant et si les
conditions parentales sont remplies pour donner toutes les chances à
l'enfant adopté. Ces couples subissent entre autres de nombreux
tests dont la détermination du rapport entre la féminité et la
masculinité au sein du couple et son juste équilibre parce que l'on
veut garantir à l'enfant le droit de grandir avec un père et une mère
unis dans une relation équilibrée.

kinderen een derde wonde die
geslagen wordt, en waarvan nu
niemand de gevolgen kent.

Kinderen van heterokoppels
mogen dan al lijden onder de
scheiding van hun ouders, en er
bestaat wel degelijk zoiets als
opnieuw samengestelde gezinnen,
maar de bloedband tussen ouder
en kind primeert boven de relatie
met een partner van hetzelfde
geslacht. Met de wettelijke voogdij
had die situatie gemakkelijk
geregeld kunnen worden, zonder
dat een stap verder gezet werd.

De nieuwe wet betreffende de
wettelijke adoptie is onlangs van
kracht geworden. Bij die wet wordt
een dwingender kader vastgelegd
en een betere toekomstgarantie
geboden voor geadopteerde
kinderen. In de Franse
Gemeenschap worden er jaarlijks
bijna 400 kinderen geadopteerd.

Heteroseksuele kandidaten
moeten een opleiding volgen en
voldoen aan een bepaald
psychologisch profiel. Ze worden
onderworpen aan tal van tests,
onder meer om na te gaan of er
sprake is van een evenwichtige
man-vrouwverhouding binnen het
paar.

01.85 Zoé Genot (ECOLO): Monsieur le président, je voudrais

simplement savoir comment on analyse la féminité et la masculinité
lorsqu'il s'agit d'une adoption par une personne seule.

01.85 Zoé Genot (ECOLO): Hoe

gaat men de man-
vrouwverhouding bepalen ingeval
van adoptie door een
alleenstaande?

01.86 François Bellot (MR): Vous le demanderez aux organismes.

Je puis vous assurer que je suis passé par ce stade.

Comment cette dernière qualité va-t-elle être déterminée au sein d'un
couple homosexuel? Va-t-on avoir des procédures d'adoption à deux
vitesses?

Nous allons immanquablement créer une discrimination entre les
couples, au nom de la recherche de reconnaissance du droit à
l'homoparentalité. En outre, comme cela a été souligné à plusieurs
reprises, des procédures d'adoption d'enfants orphelins, venant de
pays étrangers, sont actuellement gelées dans l'attente du choix de
notre assemblée sur cette proposition de loi. Des adoptions étaient
sur le point d'aboutir. Elles sont aujourd'hui suspendues, au grand
désespoir des parents adoptifs qui devaient se rendre sur place pour

01.86 François Bellot (MR): Dat

moet u de betrokken instanties
vragen, maar ik heb dat ook
meegemaakt. Hoe zal men die
afweging maken bij een
homopaar? Komen er adoptie-
procedures met twee snelheden?

In ons streven naar de erkenning
van het recht op holebi-
ouderschap riskeren wij
discriminatie tussen koppels
teweeg te brengen. Momenteel
zijn immers internationale
adoptieprocedures geblokkeerd in

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

aller chercher l'enfant adopté et le soustraire aux conditions parfois
difficiles et malheureuses dans lesquelles il vit aujourd'hui.

La Communauté française dénombre, je l'ai répété, entre 350 et 400
adoptions par année. A combien d'adoptions par des couples
homosexuels doit-on s'attendre? 10, 20, 100 par année? Nul ne le
sait.

Notre choix aujourd'hui va empêcher un certain nombre d'adoptions
d'enfants venant de pays en voie de développement par des couples
hétérosexuels. Nous privons ainsi ces enfants d'une famille d'accueil
qui s'est préparée depuis longtemps à cette adoption. Devons-nous
faire fi de cette réalité?

Comment enfin ne pas être sensibles à une question que me posait
un témoin privilégié qui m'indiquait, je cite: "Parce que l'un souffre
d'une certaine différence par rapport à une situation, tous doivent-ils
en pâtir?".

Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, parce
que je place l'intérêt de l'enfant à l'avant de mes préoccupations,
parce que les avis divergents des pédopsychiatres sur la question
m'interpellent, parce que le principe de précaution doit s'appliquer
encore plus ici que dans d'autres matières, parce que des familles
hétérosexuelles désirant adopter des enfants seront empêchées de
réaliser leur voeu immédiat, parce que des pays fermeront leurs
frontières aux demandeurs belges, parce que je ne suis pas
convaincu que le premier objectif recherché par cette proposition de
loi est avant tout l'intérêt de l'enfant, je n'apporterai pas mon soutien à
cette proposition.

afwachting van de stemming over
dit wetsvoorstel door onze
assemblee. Adopties die bijna
rond waren, zijn uitgesteld.

Het belang van het kind is mijn
voornaamste bekommernis. Ik
houd rekening met de menings-
verschillen over dit onderwerp, het
voorzorgsbeginsel en de invloed
die dit wetsvoorstel zal hebben op
de houding van bepaalde landen,
die hun grenzen voor Belgische
kandidaat-adoptiefouders zullen
sluiten. Bovendien ben ik er niet
van overtuigd dat het belang van
het kind in dit wetsvoorstel op de
eerste plaats komt. Ik zal het dan
ook niet steunen.

01.87 Olivier Maingain (MR): Monsieur le président, madame la

vice-première ministre, chers collègues, s'il est un mérite à ce débat,
c'est à coup sûr d'avoir permis d'avoir un autre regard sur des réalités
humaines qu'on a trop longtemps voulu occulter, cacher, nier, voire
que d'aucuns méprisaient.

En cela, ce débat est honorable. Il mérite d'être salué. Il est à
l'honneur du parlement. Fondamentalement, le législateur ne peut
ignorer des réalités vécues, car le rôle de la loi n'est pas de dire ce
qui est bien ou mal cela relève de la morale , le rôle de la loi est de
dire ce qui est juste et injuste au regard de situations vécues et
devant être assumées.

Je ne pourrai me rallier aux arguments de ceux qui, à travers des
arguments respectables, ont uniquement cherché à défendre la
conception traditionnelle de la famille. Qu'il s'agisse de leurs
considérations quant à leur souhait pour leur schéma de structure
familiale, je les respecte profondément, mais le rôle du législateur est
à coup sûr de reconnaître la diversité des réalités familiales et des
vécus des enfants.

C'est la raison pour laquelle tous les arguments visant à dire que des
enfants seraient nécessairement malheureux parce qu'élevés dans
des familles dont les parents sont de même sexe, parce qu'ils
n'auraient pas nécessairement la référence permanente de la
différenciation sexuée, ne me paraissent pas des arguments pouvant
emporter ma conviction de ne pas faire oeuvre de législateur. Car

01.87 Olivier Maingain (MR): Dit

debat heeft de verdienste gehad
dat een andere kijk wordt geboden
op een menselijke realiteit die al te
lang verborgen, genegeerd en
zelfs geringgeschat werd.

Ten gronde moet de wetgever niet
bepalen wat goed of slecht is,
maar wel wat rechtvaardig en
onrechtvaardig is, ten aanzien van
toestanden die zich voordoen en
waarover een standpunt moet
worden ingenomen.

Ik wil hier niet de verdediging van
het traditionele gezin opnemen. De
wetgever moet immers erkennen
dat er verscheidene soorten
gezinnen en kinderen bestaan.

De argumenten als zouden
kinderen die in een homoseksueel
gezin worden opgevoed
noodzakelijkerwijze ongelukkig zijn
omdat ze niet over een
voortdurende referentie naar de

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

notre seule préoccupation est de savoir si nous devons faire un travail
législatif.

Je rappelle, néanmoins, que nous sommes confrontés à des réalités
juridiques. Certes, j'ai entendu de très beaux plaidoyers en faveur de
l'admission de la proposition de loi qui nous est proposée. Nous
sommes tous enclins à nous cantonner du côté de ceux qui plaident
la générosité dans ce débat. J'ai applaudi le discours de mon
collègue, Philippe Monfils, parce qu'il donnait tous les arguments en
faveur d'un statut juridique à octroyer à l'enfant élevé par un couple de
personnes du même sexe. Sur ce constat, je le rejoins.

Mais le droit n'appelle pas une seule réponse à ce constat. Le droit
n'appelle pas une seule conclusion à cette réalité. Il n'est pas exact de
dire que la seule réponse est nécessairement l'adoption par les
couples de personnes de même sexe. Je vais tenter de vous le
démontrer. Tout d'abord, faisons grâce d'un mauvais argument
juridique, qui a été soutenu un temps dans les débats au tout début
de nos travaux, mais qui n'a pas résisté à l'analyse juridique du
Conseil d'Etat! Il n'y a pas de traitement inégal au regard de la
Constitution et des principes juridiques, parce que les couples
homosexuels ne se verraient pas reconnaître le droit à l'adoption.

Ce n'est pas un traitement inégalitaire. Tous ceux qui ont défendu,
d'abord au nom de l'égalité de traitement, la reconnaissance du droit
à l'adoption pour les couples homosexuels, doivent admettre que
juridiquement, ce n'est pas la bonne forme. Ce n'est pas davantage
juridiquement fondé de dire que le droit à la vie familiale ouvre le droit
à l'adoption pour les couples homosexuels. Là aussi, l'avis du Conseil
d'État nous a apporté des réponses très précises sur le fait que
l'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme qui
reconnaît le droit à la vie familiale n'ouvre pas nécessairement le droit
à l'adoption. Et il ne se trouve pas un arrêt de la Cour européenne des
droits de l'homme pour ouvrir une telle perspective. Je ne dis pas que
des évolutions ne sont pas possibles: je dis que dans l'état actuel du
droit, il n'y a pas de fondement juridique pour construire le droit à
l'adoption sur ces notions-là.

Donc si notre véritable préoccupation et c'est la seule qui compte en
l'occurrence est de reconnaître la protection de l'enfant mineur
élevé par des couples de personnes du même sexe, comme nous y
invite l'article 3 de la Convention relative aux droits de l'enfant
excusez-moi de faire un peu de droit , on doit se demander s'il y a
d'autres voies juridiques qui donnent une sécurité juridique aussi
élevée, si pas plus élevée encore, que l'adoption pour des couples de
personnes du même sexe.

Et là, il y a beaucoup de possibilités. Il est vrai que le Conseil d'État a
analysé d'autres propositions de loi déposées qu'il a rassemblées
sous un titre, un vocable pour lequel je n'ai pas une grande
sympathie, la "beau-parentalité", que je trouve un peu barbare. Ces
propositions allaient de la parentalité sociale à des mécanismes de
tutelle ou à des extensions de l'autorité parentale au bénéfice des
enfants élevés par des couples de personnes du même sexe.

On n'a pas pu pousser ce débat assez loin en commission mais on a
vu qu'il existait une panoplie de réponses juridiques à une situation
qui doit être traitée juridiquement. J'ai rappelé lors du débat en

verschillen tussen de geslachten
beschikken, hebben me er niet
van kunnen overtuigen dat niet
wetgevend moet worden
opgetreden.

We kunnen echter niet om de
juridische realiteit heen. Ik hoorde
heel mooie pleidooien ten gunste
van het voorliggend wetsvoorstel.
Het recht biedt echter meer dan
één mogelijkheid om op de
toestand van een kind dat door
een homoseksueel koppel wordt
opgevoed, een antwoord te
bieden.

Vooreerst willen we erop wijzen
dat er geen sprake is van ongelijke
behandeling in de zin van de
Grondwet en de rechtsbeginselen
wanneer de adoptie niet voor
homoseksuele koppels zou
worden opengesteld.

Beweren dat het recht op
gezinsleven het adoptierecht opent
voor homokoppels berust niet op
een ruimere rechtsgrond. Geen
enkel arrest van het Europese Hof
voor de rechten van de mens biedt
een dergelijk perspectief.

Indien dus onze werkelijke
bekommernis de bescherming is
van het minderjarig kind dat door
homokoppels wordt opgevoed,
dan moet men zich afvragen of
andere juridische middelen een
even

grote of grotere

rechtszekerheid bieden dan
adoptie. Er bestaan een hele
reeks juridische antwoorden.

Wat is ten aanzien van alle
kinderen die worden opgevoed
door homokoppels en van wie de
ouders geen adoptie zullen
voorstellen het juridisch antwoord
dat door het voorstel wordt
geboden voor het juridisch
vacuüm dat werd vastgesteld door
het Arbitragehof?

Waarschijnlijk zal dit wetsvoorstel
geen grote golf van adopties door
koppels van gelijk geslacht met
zich brengen. Er wordt dus geen

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

commission que par un important arrêt de 2003, la Cour d'arbitrage
nous forçait en effet à prendre une initiative législative. Je rappelle
l'hypothèse qu'avançait la Cour d'arbitrage. Il s'agit du cas où un
enfant qui n'a qu'un parent à l'égard duquel la filiation est établie mais
a vécu de manière durable au sein du ménage formé par ce parent et
par un tiers, les deux assumant la charge de l'entretien de l'enfant.
Voilà le point de départ de la construction juridique que nous voulons
établir.

Je demande aux auteurs de la proposition, pour tous les enfants qui
sont élevés par des couples de personnes du même sexe et dont les
parents ne proposeront pas l'adoption, quelle est la réponse juridique
que vous apportez au vide de la loi que la Cour d'arbitrage a
constaté?

Hier, lors d'un débat, Mme Genot m'a dit, à juste titre, que cette
proposition de loi n'allait sans doute pas conduire à un phénomène
très important d'adoption par des couples de même sexe. Il n'y aura
donc pas nécessairement de réponse juridique générale à une
situation constatée par la Cour d'arbitrage, qui est celle d'enfants
élevés par des couples de même sexe.

A ceux qui défendent cette proposition de loi, je poserai la question
suivante: prenez l'hypothèse du couple qui se propose d'adopter
l'enfant qu'il élève mais qui, au terme du parcours, se voit refuser
cette adoption. Quelle est la réponse juridique à cette carence? Au
terme de cette proposition de loi, il n'y en a pas! Il y a un vide juridique
qui se perpétue.

C'est la raison pour laquelle j'ai dit, en commission, que cette
proposition de loi était une réponse tellement partielle à un véritable
débat de droit qu'elle ne pouvait pas emporter mon adhésion. Il y a
bien d'autres voies. Dans le passé, le législateur a déjà montré ce que
pouvaient être ces autres voies. Lorsque l'on a considéré que les
obligations d'autorité parentale s'étendaient au bénéfice des enfants
nés hors mariage, on n'a pas eu recours au mécanisme ou à
l'institution de l'adoption pour protéger les enfants naturels. On a tout
simplement étendu la notion d'autorité parentale à des parents qui ne
sont pas dans des liens matrimoniaux.

Sans doute aurions-nous dû travailler au départ de la notion de
l'autorité parentale pour donner une protection réelle et pleine aux
enfants élevés par des couples de même sexe. Il faut bien
reconnaître que l'on a voulu donner à ce débat une autre connotation
qui est celle de vouloir assimiler les couples de même sexe à des
couples hétérosexuels, ce qui en soi est honorable je ne le conteste
pas mais qui n'est pas la réponse au problème juridique que la Cour
d'arbitrage nous a posé et à l'objectif que la Convention de
sauvegarde des droits de l'enfant nous assigne en tant que
législateur.

Je le rappelle, aux termes de l'article 3 de la Convention relative aux
droits de l'enfant, les Etats parties se sont engagés à assurer à
l'enfant la protection et les soins nécessaires à son bien-être, compte
tenu des droits et des devoirs de ses parents, de ses tuteurs ou des
autres personnes légalement responsables de lui. La proposition de
loi ne traite pas des autres personnes légalement responsables de lui
et ne répond pas à tous les cas de figure existants. J'ai plutôt la

juridisch antwoord gegeven op de
door het Arbitragehof vastgestelde
situatie. De juridische leemte zal
blijven bestaan. Het antwoord dat
geboden wordt op het juridisch
debat is zodanig onvolledig dat ik
mij niet bij dit wetsvoorstel kan
aansluiten.

Er bestaan andere mogelijkheden.
Om de natuurlijke kinderen te
beschermen heeft men
bijvoorbeeld geen beroep gedaan
op het adoptiemechanisme; de
notie "ouderlijk gezag" werd
uitgebreid. We hadden van
hetzelfde begrip kunnen uitgaan
om door holebiparen opgevoede
kinderen te beschermen. Maar
men wou aan dit debat een andere
connotatie geven, namelijk dat
men holebiparen wil gelijkstellen
met heteroseksuele koppels. Dit is
als dusdanig een lovenswaardig
voornemen, maar biedt geen
oplossing voor het door het
Arbitragehof opgeworpen juridisch
probleem.

Voorliggend wetsvoorstel is
veeleer ingegeven door
emotionele dan door rationele
overwegingen. Het stoelt veeleer
op eisen dan op bescherming.
Daarom kan ik het niet
goedkeuren.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

faiblesse de penser que la proposition de loi qui nous est proposée
est une proposition de loi de passion et non de raison, une proposition
de loi de revendication et non de protection, voilà pourquoi je ne vais
pas y adhérer.

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (664/9)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (664/9)

L'intitulé a été modifié par la commission en "proposition de loi modifiant certaines dispositions du Code
civil en vue de permettre l'adoption par des personnes de même sexe".
Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in "wetsvoorstel tot wijziging van een aantal bepalingen van
het Burgerlijk Wetboek, teneinde de adoptie door personen van hetzelfde geslacht mogelijk te maken".

La proposition de loi compte 8 articles.
Het wetsvoorstel telt 8 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 8 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 8 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

02 Proposition de loi modifiant la loi du 1

août 1985 portant des mesures fiscales et autres en vue de

permettre aux cohabitants de fait d'être reconnus comme les ayants droit d'un membre des services
de police et de secours décédé suite à un accident dans le cadre de ses fonctions (2010/1-4)

02 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen,

teneinde het voor de feitelijk samenwonenden mogelijk te maken te worden erkend als rechthebbende
van een lid van de politie- en hulpdiensten dat overleden is als gevolg van een ongeval in het kader
van zijn taak (2010/1-4)

Proposition déposée par:
Voorstel ingediend door:
Bruno Van Grootenbrulle, Jean-Claude Maene, Annick Saudoyer

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

02.01 Joseph Arens, rapporteur: Monsieur le président, je renvoie

au rapport écrit.

02.01 Joseph Arens , rapporteur:

Ik verwijs naar het schriftelijk
verslag.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2010/4)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2010/4)

La proposition de loi compte 3 articles.
Het wetsvoorstel telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

03 Proposition de loi modifiant la nouvelle loi communale en ce qui concerne la compétence en

matière d'ordonnances de police temporaires (2022/1-2)

03 Wetsvoorstel tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet wat betreft de bevoegdheid voor tijdelijke

politieverordeningen op het wegverkeer (2022/1-2)

Proposition déposée par:
Voorstel ingediend door:
Guido De Padt, Filip Anthuenis, Dirk Claes, Jan Peeters, Katrien Schryvers

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

03.01 Jean-Claude Maene, rapporteur: Monsieur le président, je

renvoie également au rapport écrit.

03.01 Jean-Claude Maene,

rapporteur: Je me réfère à mon
rapport écrit.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

La proposition de loi compte 3 articles.
Het wetsvvorstel telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

04 Projet de loi portant assentiment à l'Accord conclu par Echange de lettres entre les

04 Wetsontwerp houdende instemming met de bij Briefwisseling gesloten Overeenkomst tussen de

Regeringen van het Koninkrijk België, het Koninkrijk der Nederlanden en het Groothertogdom
Luxemburg, enerzijds, en de Regering van Peru, anderzijds, inzake de afschaffing van de visumplicht
met betrekking tot diplomatieke en speciale of dienstpaspoorten, ondertekend te Lima op 12 en
23 februari 2001 (1961/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Algemene bespreking
Discussion générale

De algemene bespreking is geopend.
La discussion générale est ouverte.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1961/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1961/1)

Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 2 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 2 worden artikel per artikel aangenomen.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

05 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Canada, les Gouvernements

05 Wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tussen de Regering van Canada, de

Regeringen van de Lidstaten van het Europees Ruimte-Agentschap, de Regering van Japan, de
Regering van de Russische Federatie en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika inzake de
samenwerking op het gebied van het Civiele Internationale Ruimtestation, gedaan te Washington D.C.
op 29 januari 1998 (1962/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Algemene bespreking
Discussion générale

De algemene bespreking is geopend.
La discussion générale est ouverte.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1962/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1962/1)

Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 2 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 2 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

06 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le

06 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België

en de Regering van de Russische Federatie betreffende de samenwerking op het gebied van de

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

verkenning en het gebruik van de ruimte voor vreedzame doeleinden, en met de Bijlage, ondertekend
te Moskou op 20 december 2000 (1963/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Algemene bespreking
Discussion générale

De algemene bespreking is geopend.
La discussion générale est ouverte.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1963/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1963/1)

Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 2 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 2 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

07 Projet de loi portant assentiment aux Amendements à l'Accord relatif à l'Organisation

internationale de télécommunications par satellites, "INTELSAT", adoptés à Washington le
17 novembre 2000 (2070/1)

07 Wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen aan de Overeenkomst inzake de

Internationale Organisatie voor Satellietcommunicatie "INTELSAT", aangenomen te Washington op
17 november 2000 (2070/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Algemene bespreking
Discussion générale

De algemene bespreking is geopend.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

100

La discussion générale est ouverte.

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2070/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2070/1)

Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 2 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 2 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

08 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à l'échange

automatique d'informations concernant les revenus de l'épargne sous forme de paiements d'intérêts
entre le Royaume de Belgique et Anguilla, signé à Bruxelles le 5 octobre 2004 et à Anguilla le
17 novembre 2004 (2071/1)

08 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

betreffende automatische gegevensuitwisseling inzake inkomsten uit spaargelden in de vorm van
rentebetaling tussen het Koninkrijk België en Anguilla, ondertekend te Brussel op 5 oktober 2004 en te
Anguilla op 17 november 2004 (2071/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Algemene bespreking
Discussion générale

De algemene bespreking is geopend.
La discussion générale est ouverte.

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

101

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2071/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2071/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

09 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et les îles Turks et Caicos, signé à Bruxelles le
5 octobre 2004 et à Grand Turk le 16 décembre 2004 (2072/1)

09 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden tussen het Koninkrijk België en de Turks
en Caicos Eilanden, ondertekend te Brussel op 5 oktober 2004 en te Grand Turk op
16 december 2004 (2072/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2072/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2072/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

102

De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

10 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et le territoire d'outre-mer du Royaume-Uni de
Montserrat, signé à Bruxelles le 5 octobre 2004 et à Montserrat le 7 avril 2005 (2073/1)

10 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden tussen het Koninkrijk België en het
Overzeese Gebied Montserrat van het Verenigd Koninkrijk, ondertekend te Brussel op 5 oktober 2004
en te Montserrat op 7 april 2005 (2073/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2073/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2073/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

11 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et les Îles Vierges britanniques, signé à Bruxelles
le 5 octobre 2004 et à Tortola le 11 avril 2005 (2074/1)

11 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden tussen het Koninkrijk België en de Britse
Maagdeneilanden, ondertekend te Brussel op 5 oktober 2004 en te Tortola op 11 april 2005 (2074/1)

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

103

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2074/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2074/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

12 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et les îles Caymans, signé à Bruxelles le 5 octobre
2004 et à Grand Cayman le 12 avril 2005 (2075/1)

12 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden tussen het Koninkrijk België en de
Cayman-Eilanden, ondertekend te Brussel op 5 oktober 2004 en te Grand Cayman op
12 april 2005 (2075/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

104

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2075/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2075/1)

Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

13 Projet de loi portant assentiment aux actes internationaux suivants: 1° Protocole coordonnant la

13 Wetsontwerp houdende instemming met de volgende internationale akten: 1° Protocol tot

consolidatie van het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de
luchtvaart "Eurocontrol" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd, gedaan te Brussel op
27 juni 1997. 2° Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag
tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart "Eurocontrol" van
13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd, en door het Protocol van 27 juni 1997 geconsolideerd,
en Slotakte, gedaan te Brussel op 8 oktober 2002 (2076/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

105

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2076/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2076/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

14 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et la République du Bénin, signée à Cotonou le 25 avril 2002 (2077/1)

14 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en de Republiek Benin, ondertekend te Cotonou op 25 april 2002 (2077/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2077/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2077/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

106

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

15 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et la République du Niger, signée à Bruxelles le 26 mars 2003 (2078/1)

15 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake

ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk België en de Republiek Niger, ondertekend te
Brussel op 26 maart 2003 (2078/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2078/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2078/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

16 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et le Burkina Faso, signée à Bruxelles le 14 janvier 2003 (2079/1)

16 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en Burkina Faso, ondertekend te Brussel op 14 januari 2003 (2079/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

107

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2079/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2079/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

17 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et la République du Mozambique, signée à Bruxelles le 11 mai 2001 (2080/1)

17 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en de Republiek Mozambique, ondertekend te Brussel op 11 mei 2001 (2080/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

108

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2080/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2080/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

18 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération internationale entre le

Royaume de Belgique et la République du Sénégal, signée à Dakar le 19 octobre 2001 (2081/1)

18 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake internationale

samenwerking tussen het Koninkrijk België en de Republiek Senegal, ondertekend te Dakar op
19 oktober 2001 (2081/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Sans rapport
Zonder verslag

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2081/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2081/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

109

19 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et la République algérienne démocratique et populaire, signée à Bruxelles le
10 décembre 2002 (2082/1)

19 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Ontwikkelingssamenwerkingsovereenkomst

tussen het Koninkrijk België en de Algerijnse Democratische Volksrepubliek, ondertekend te Brussel
op 10 december 2002 (2082/1)

Transmis par le Sénat.
Overgezonden door de Senaat.

Sans rapport.
Zonder verslag.

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2082/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2082/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

20 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et le Royaume du Maroc, signée à Bruxelles le 26 juin 2002 (2083/1)

20 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en het Koninkrijk Marokko, ondertekend te Brussel op 26 juni 2002 (2083/1)

Transmis par le Sénat.
Overgezonden door de Senaat.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

110

Sans rapport.
Zonder verslag.

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2083/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2083/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

21 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et l'Organisation de libération palestinienne pour le compte de l'Autorité
palestinienne, signée à Ramallah le 12 novembre 2001 (2084/1)

21 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake

ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk België en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie ten
voordele van de Palestijnse Autoriteit, ondertekend te Ramallah op 12 november 2001 (2084/1)

Transmis par le Sénat.
Overgezonden door de Senaat.

Sans rapport.
Zonder verslag.

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

111

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2084/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2084/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

22 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et la République du Mali, signée à Bamako le 28 février 2003 (2085/1)

22 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake

ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk België en de Republiek Mali, ondertekend te
Bamako op 28 februari 2003 (2085/1)

Transmis par le Sénat.
Overgezonden door de Senaat.

Sans rapport.
Zonder verslag.

Discussion générale
Algemene bespreking

La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.

Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)

La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.

Discussion des articles
Bespreking van de artikelen

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (2085/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2085/1)

Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

112

Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.

Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

23 Prise en considération de propositions
23 Inoverwegingneming van voorstellen

Vous avez pris connaissance dans l'ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la
prise en considération est demandée.
In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is
gevraagd.

S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considérerai la prise en considération comme acquise et je
renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.
Indien er geen bezwaar is, beschouw ik deze als zijnde aangenomen; overeenkomstig het Reglement
worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.

Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.

Geen bezwaar? (Nee)
Aldus wordt besloten.

Je vous propose également de prendre en considération la proposition de résolution de MM. Pieter De
Crem et Herman Van Rompuy et Mme Nathalie Muylle relative aux déclarations de M. Mahmoud
Ahmadinejad, président de la République islamique d'Iran, au sujet de l'Etat d'Israël (n° 2126/1). Elle est
renvoyée à la commission des Relations extérieures.
Ik stel u ook voor in overweging te nemen het voorstel van resolutie van de heren Pieter De Crem en
Herman Van Rompuy en mevrouw Nathalie Muylle betreffende de uitspraken van de heer Mahmut
Ahmadinedjad, president van de islamitische republiek Iran, over de staat Israël (nr. 2126/1). Het wordt
aanhangig gemaakt bij de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen.

Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.

Geen bezwaar? (Nee)
Aldus wordt besloten.

24 Demande d'urgence de la part du gouvernement
24 Urgentieverzoek vanwege de regering

Le gouvernement a demandé l'urgence conformément à l'article 51 du Règlement lors du dépôt du projet
de loi spéciale modifiant la matière imposable visée à l'article 94, 1°, du Code des taxes assimilées aux
impôts sur les revenus en ce qui concerne la taxe de mise en circulation (n° 2099/1).
De regering heeft de spoedbehandeling gevraagd met toepassing van artikel 51 van het Reglement, bij de
indiening van het ontwerp van bijzondere wet tot wijziging van de belastbare materie bepaald in artikel 94,
1°, van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen inzake de belasting op
de inverkeersstelling (nr. 2099/1).

Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.

L'urgence est adoptée par assentiment.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

113

De urgentie wordt bij instemming aangenomen.

Votes nominatifs
Naamstemmingen

25 Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van:

- de heer Pieter De Crem over "de regeringsplannen voor een heffing op beleggingsfondsen" (nr. 707)
- mevrouw Marleen Govaerts over "de verwarring en de slechte communicatie in verband met de
nieuwe belasting op obligatiefondsen" (nr. 709)

25 Motions déposées en conclusion des interpellations de:

- M. Pieter De Crem sur "les projets du gouvernement concernant l'instauration d'une taxe sur les
fonds de placement" (n° 707)
- Mme Marleen Govaerts sur "la confusion et les problèmes de communication qui entourent la
nouvelle taxe sur les fonds d'obligations" (n° 709)

Deze interpellaties werden gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de Financiën en
de Begroting van 22 november 2005.
Ces interpellations ont été développées en réunion publique de la commission des Finances et du Budget
du 22 novembre 2005.

Drie moties werden ingediend (MOT nr. 707/1):
- een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Marleen Govaerts en de heer Hagen
Goyvaerts;
- een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Pieter De Crem;
- een eenvoudige motie werd ingediend door mevrouw Annemie Roppe en de heren Luk Van Biesen, Luc
Gustin en Jacques Chabot.
Trois motions ont été déposées (MOT n

707/1):

- une première motion de recommandation a été déposée par Mme Marleen Govaerts en M. Hagen
Goyvaerts;
- une deuxième motion de recommandation a été déposée par M. Pieter De Crem;
- une motion pure et simple a été déposée par Mme Annemie Roppe et MM. Luk Van Biesen, Luc Gustin et
Jacques Chabot.

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.
La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Gaat het niet? Probeer nog eens rustig, mevrouw Schryvers, mevrouw Lanjri.

Je vais recommencer parce que cela ne fonctionne pas. J'arrête ce vote-ci. On va l'annuler.

Le vote n° 1 est annulé et pour des raisons techniques, le premier vote porte le numéro 3.
Stemming nr. 1 wordt geannuleerd en om technische redenen krijgt de eerste stemming nummer 3.

Wij gaan herbeginnen, want er waren problemen aan de rechterzijde van de voorzitter. Ik ga dus over tot de
stemming op de eenvoudige motie van de interpellatie, waarvan ik daarstraks het onderwerp heb
aangehaald.

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote? Gaat het
nu overal?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

114

(Stemming/vote 3)
Ja

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

142

Total

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervallen de moties van aanbeveling.
La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, les motions de recommandation sont caduques.

Nu moet ik opletten voor de tweede stemming.

25.01 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,

uw machine registreert kennelijk slechts een maximaal aantal
oppositieleden. Er zijn oppositieleden die stemmen, maar niet
geregistreerd worden.

De voorzitter: Het is onze machine.

25.02 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Het is uw machine,

mijnheer de voorzitter.

De voorzitter: Het is onze machine.

Je prends acte que les quatre collègues présents, à savoir MM. Arens, Drèze, Lavaux et Wiaux, ont voté
contre.

25.03 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): De stemming is niet

geldig, mijnheer de voorzitter.

De voorzitter: Mijnheer Annemans, heeft uw machine ook niet gewerkt?

25.04 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,

mijn apparaat functioneert niet.

De voorzitter: Ik noteer dat de heer Annemans ook aanwezig is en deelnam aan de stemming.

Pour l'instant je veux bien, mais si cela ne fonctionne plus tout à l'heure, cela ne va pas être gai.

25.05 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil het

resultaat van de stemming.

De voorzitter: Ik heb het gegeven: 142 aanwezigen, 95 stemden voor en 47 stemden tegen. Er waren
geen onthoudingen en 8 afwezigen. Ik heb de namen genoteerd van de vijf collega's die niet deelgenomen
hebben aan de stemming en wel aanwezig waren.

25.06 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,

zijn zij begrepen in de 142 aanwezigen?

De voorzitter: Zij zijn niet opgenomen in het totaal van 142.

25.07 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, er

zijn dus 146 aanwezigen?

De voorzitter: Inderdaad.

25.08 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Men telt dus met het

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

115

apparaat, en met de hand telt men er nog vier leden bij?

De voorzitter: Ja.

25.09 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): En u stelt voor dat wij dat

aanvaarden?

De voorzitter: Nee, vier leden hebben gezegd dat zij niet konden stemmen hoewel ze hier aanwezig
waren. Dat is het.

Ik hoop dat het apparaat standhoudt.

25.10 Pieter De Crem (CD&V): (...)

De voorzitter: Het is al 175 jaar een democratie.

26 Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de heer Luc Sevenhans over "de terugbetaling

door het departement Defensie van de tegemoetkomingen in de ligdagprijs van het
Brandwondencentrum van het Militair Hospitaal" (nr. 691)

26 Motions déposées en conclusion de l'interpellation de M. Luc Sevenhans sur "le remboursement

par le département de la Défense des interventions dans le prix de la journée d'entretien demandé par
le Centre des grands brûlés de l'hôpital militaire" (n° 691)

Deze interpellatie werd gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de Volksgezondheid,
het Leefmilieu en de Maatschappelijke Hernieuwing van 22 november 2005.
Cette interpellation a été développée en réunion publique de la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société du 22 novembre 2005.

Twee moties werden ingediend (MOT nr. 691/1):
- een motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Frieda Van Themsche en de heren Luc
Sevenhans en Koen Bultinck;
- een eenvoudige motie werd ingediend door mevrouw Talbia Belhouari.
Deux motions ont été déposées (MOT n

691/1):

- une motion de recommandation a été déposée par Mme Frieda Van Themsche et MM. Luc Sevenhans et
Koen Bultinck;
- une motion pure et simple a été déposée par Mme Talbia Belhouari.

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.
La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 4)
Ja

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

145

Total

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt de motie van aanbeveling.
La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, la motion de recommandation est caduque.

27 Wetsontwerp houdende instemming met de Wijzigingen aan de Overeenkomst inzake de

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

116

Internationale Organisatie voor Satellietcommunicatie "INTELSAT", aangenomen te Washington op 17
november 2000 (2070/1)

27 Projet de loi portant assentiment aux Amendements à l'Accord relatif à l'Organisation

internationale de télécommunications par satellites, "INTELSAT", adoptés à Washington le 17
novembre 2000 (2070/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 5)
Ja

139

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

143

Total

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2070/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2070/2)

Mmes Barzin, Tilmans, De Permentier et M. Hasquin ont voté oui.

28 Wetsontwerp houdende instemming met de bij Briefwisseling gesloten Overeenkomst tussen de

28 Projet de loi portant assentiment à l'Accord conclu par Echange de lettres entre les

Gouvernements du Royaume de Belgique, du Royaume des Pays-Bas et du Grand-Duché de
Luxembourg, d'une part, et le Gouvernement du Pérou, d'autre part, relatif à la suppression de
l'obligation de visa concernant les passeports diplomatiques et spéciaux ou de service, signé à Lima
les 12 et 23 février 2001 (1961/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 6)
Ja

146

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

146

Total

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

117

voorgelegd. (1961/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (1961/2)

29 Wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tussen de Regering van Canada, de

29 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Canada, les Gouvernements

d'Etats membres de l'Agence spatiale européenne, le Gouvernement du Japon, le Gouvernement de la
Fédération de Russie et le Gouvernement des Etats-Unis d'Amérique sur la coopération relative à la
Station Spatiale Internationale Civile, fait à Washington D.C. le 29 janvier 1998 (1962/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (1962/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (1962/2)

30 Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België

en de Regering van de Russische Federatie betreffende de samenwerking op het gebied van de
verkenning en het gebruik van de ruimte voor vreedzame doeleinden, en met de Bijlage, ondertekend
te Moskou op 20 december 2000 (1963/1)

30 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le

Gouvernement de la Fédération de Russie relatif à la coopération dans le domaine de l'exploration et
de l'utilisation de l'espace à des fins pacifiques, et à l'Annexe, signés à Moscou le 20 décembre 2000
(1963/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (1963/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (1963/2)

31 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

31 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à l'échange

automatique d'informations concernant les revenus de l'épargne sous forme de paiements d'intérêts

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

118

entre le Royaume de Belgique et Anguilla, signé à Bruxelles le 5 octobre 2004 et à Anguilla le 17
novembre 2004 (2071/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2071/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2071/2)

32 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

32 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et les îles Turks et Caicos, signé à Bruxelles le 5
octobre 2004 et à Grand Turk le 16 décembre 2004 (2072/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2072/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2072/2)

33 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

33 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et le territoire d'outre-mer du Royaume-Uni de
Montserrat, signé à Bruxelles le 5 octobre 2004 et à Montserrat le 7 avril 2005 (2073/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

119

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2073/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2073/2)

34 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden tussen het Koninkrijk België en de Britse
Maagdeneilanden, ondertekend te Brussel op 5 oktober 2004 en te Tortola op 11 april 2005 (2074/1)

34 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et les Îles Vierges britanniques, signé à Bruxelles
le 5 octobre 2004 et à Tortola le 11 avril 2005 (2074/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2074/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2074/2)

35 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling

betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden tussen het Koninkrijk België en de
Cayman-Eilanden, ondertekend te Brussel op 5 oktober 2004 en te Grand Cayman op 12 april 2005
(2075/1)

35 Projet de loi portant assentiment à l'Accord sous forme d'échange de lettres relatif à la fiscalité des

revenus de l'épargne entre le Royaume de Belgique et les îles Caymans, signé à Bruxelles le
5 octobre 2004 et à Grand Cayman le 12 avril 2005 (2075/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2075/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2075/2)

36 Wetsontwerp houdende instemming met de volgende internationale akten: 1° Protocol tot

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

120

en Slotakte, gedaan te Brussel op 8 oktober 2002 (2076/1)

36 Projet de loi portant assentiment aux actes internationaux suivants: 1° Protocole coordonnant la

Convention internationale de coopération pour la sécurité de la navigation aérienne "Eurocontrol" du
13 décembre 1960, suite aux différentes modifications intervenues, fait à Bruxelles le 27 juin 1997. 2°
Protocole relatif à l'adhésion de la Communauté européenne à la Convention internationale de
coopération pour la sécurité de la navigation aérienne "Eurocontrol" du 13 décembre 1960, telle
qu'amendée à plusieurs reprises, et coordonnée par le Protocole du 27 juin 1997, l'Acte final, faits à
Bruxelles le 8 octobre 2002 (2076/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2076/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2076/2)

37 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en de Republiek Benin, ondertekend te Cotonou op 25 april 2002 (2077/1)

37 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et la République du Bénin, signée à Cotonou le 25 avril 2002 (2077/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2077/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2077/2)

38 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake

ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk België en de Republiek Niger, ondertekend te
Brussel op 26 maart 2003 (2078/1)

38 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et la République du Niger, signée à Bruxelles le 26 mars 2003 (2078/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

121

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2078/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2078/2)

39 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et le Burkina Faso, signée à Bruxelles le 14 janvier 2003 (2079/1)

39 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en Burkina Faso, ondertekend te Brussel op 14 januari 2003 (2079/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

(Stemming/vote 6)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2079/2)
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2079/2)

40 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et la République du Mozambique, signée à Bruxelles le 11 mai 2001 (2080/1)

40 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en de Republiek Mozambique, ondertekend te Brussel op 11 mei 2001 (2080/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

(Stemming/vote 6)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2080/2)
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2080/2)

41 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération internationale entre le

Royaume de Belgique et la République du Sénégal, signée à Dakar le 19 octobre 2001 (2081/1)

41 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake internationale

samenwerking tussen het Koninkrijk België en de Republiek Senegal, ondertekend te Dakar op
19 oktober 2001 (2081/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

122

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

(Stemming/vote 6)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2081/2)
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2081/2)

42 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et la République algérienne démocratique et populaire, signée à Bruxelles le
10 décembre 2002 (2082/1)

42 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Ontwikkelingssamenwerkingsovereenkomst

tussen het Koninkrijk België en de Algerijnse Democratische Volksrepubliek, ondertekend te Brussel
op 10 december 2002 (2082/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)

(Stemming/vote 6)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2082/2)
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2082/2)

43 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Samenwerkingsovereenkomst tussen het

Koninkrijk België en het Koninkrijk Marokko, ondertekend te Brussel op 26 juni 2002 (2083/1)

43 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération entre le Royaume de

Belgique et le Royaume du Maroc, signée à Bruxelles le 26 juin 2002 (2083/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2083/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2083/2)

44 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake

ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk België en de Republiek Mali, ondertekend te
Bamako op 28 februari 2003 (2085/1)

44 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et la République du Mali, signée à Bamako le 28 février 2003 (2085/1)

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

123

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote précédent est valable pour celui-ci? (Oui)

(Stemming/vote 6)

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2085/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2085/2)

45 Wetsontwerp houdende instemming met de Algemene Overeenkomst inzake

ontwikkelingssamenwerking tussen het Koninkrijk België en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie ten
voordele van de Palestijnse Autoriteit, ondertekend te Ramallah op 12 november 2001 (2084/1)

45 Projet de loi portant assentiment à la Convention générale de coopération au développement entre

le Royaume de Belgique et l'Organisation de libération palestinienne pour le compte de l'Autorité
palestinienne, signée à Ramallah le 12 novembre 2001 (2084/1)

Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 7)
Ja

129

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

147

Total

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (2084/2)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2084/2)

46 Wetsontwerp betreffende de aanhouding van een verplichte voorraad aardolie en

aardolieproducten en de oprichting van een agentschap voor het beheer van een deel van deze
voorraad en tot wijziging van de wet van 10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor
accijnsproducten, het voorhanden hebben, en het verkeer daarvan en de controles daarop (1968/4+7)

46 Projet de loi relatif à la détention des stocks obligatoires de pétrole et des produits pétroliers et à la

création d'une agence pour la gestion d'une partie de ces stocks et modifiant la loi du 10 juin 1997
relative au régime général, à la détention, à la circulation et aux contrôles des produits soumis à
accises (1968/4+7)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

124

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 8)
Ja

140

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

147

Total

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (1968/8)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Le projet sera transmis au Sénat. (1968/8)

47 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen,

47 Proposition de loi modifiant la loi du 1

août 1985 portant des mesures fiscales et autres en vue de

permettre aux cohabitants de fait d'être reconnus comme les ayants droit d'un membre des services
de police et de secours décédé suite à un accident dans le cadre de ses fonctions (2010/4)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 9)
Ja

144

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

144

Total

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (2010/5)
En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Le projet sera transmis au Sénat. (2010/5)

(Applaudissements)
(Applaus)

48 Wetsvoorstel tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet wat betreft de bevoegdheid voor tijdelijke

politieverordeningen op het wegverkeer (2022/1)

48 Proposition de loi modifiant la nouvelle loi communale en ce qui concerne la compétence en

matière d'ordonnances de police temporaires (2022/1)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 10)
Ja

142

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

142

Total

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

125

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (2022/3)
En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Le projet sera transmis au Sénat. (2022/3)

De dames Lanjri en Muylle en de heer Verhaegen hebben ja-gestemd.

(Applaudissements)
(Applaus)

49 Wetsontwerp tot wijziging van het wetboek van vennootschappen (2017/3)
49 Projet de loi modifiant le Code des sociétés (2017/3)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 11)
Ja

145

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

146

Total

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (2017/4)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Le projet sera transmis au Sénat. (2017/4)

50 Wetsvoorstel tot wijziging van een aantal bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, teneinde de

adoptie door personen van hetzelfde geslacht mogelijk te maken (nieuw opschrift) (664/9)

50 Proposition de loi modifiant certaines dispositions du Code civil en vue de permettre l'adoption par

des personnes de même sexe (nouvel intitulé) (664/9)

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

(Stemming/vote 12)
Ja

Oui

Nee

Non

Onthoudingen

Abstentions

Totaal

146

Total

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden. (664/10)
En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Le projet sera transmis au Sénat. (664/10)

(Applaudissements)
(Applaus)

51 Adoption de l'agenda
51 Goedkeuring van de agenda

Nous devons nous prononcer sur le projet d'ordre du jour que vous propose la Conférence des présidents.
Wij moeten ons thans uitspreken over de ontwerp agenda die de Conferentie van voorzitters u voorstelt.

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

127

DETAIL DES VOTES NOMINATIFS

DETAIL VAN DE NAAMSTEMMINGEN

Naamstemming - Vote nominatif: 001

093

Oui

Anthuenis, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bonte, Borginon, Boukourna, Burgeon,
Cahay-André, Casaer, Cavdarli, Chabot, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Collard, Cortois, Daems, De
Block, De Bue, De Clercq, De Croo, de Donnea, Delizée, De Meyer, Denis, Déom, De Padt, De
Permentier, Detiège, Dierickx, Dieu, Douifi, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux, Frédéric, Galant,
Geerts, Ghenne, Giet, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée, Lahaye-Battheu, Lalieux,
Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lano, Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain, Malmendier,
Marghem, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Meeus, Michel, Monfils, Moriau, Muls, Pécriaux, Peeters,
Perpète, Roppe, Saudoyer, Storms, Swennen, Taelman, Tilmans, Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van
Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van der Maelen, Van Gool, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-
Jacobs, Vautmans, Verhaert, Versnick

Nee

046

Non

Annemans, Arens, Bogaert, Bultinck, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen, Creyf, De Crem, De Groote,
De Man, Deseyn, D'haeseleer, D'hondt, Drèze, Genot, Gerkens, Goutry, Govaerts, Goyvaerts,
Kelchtermans, Laeremans, Lavaux, Milquet, Mortelmans, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Pieters, Schoofs,
Tant, Tastenhoye, Van den Bergh, Van den Eynde, Van der Auwera, Vandeurzen, Van Parys, Van
Rompuy, Van Themsche, Verhaegen, Verherstraeten, Viseur, Wathelet, Wiaux

Onthoudingen

000

Abstentions

Naamstemming - Vote nominatif: 003

095

Oui

Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bonte, Borginon, Boukourna,
Burgeon, Cahay-André, Casaer, Cavdarli, Chabot, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Collard, Cortois,
Daems, De Block, De Bue, De Clercq, De Coene, De Croo, de Donnea, Delizée, De Meyer, Denis, Déom,
De Padt, De Permentier, Detiège, Dierickx, Dieu, Douifi, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux,
Frédéric, Galant, Geerts, Ghenne, Giet, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée, Lahaye-
Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lano, Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain,
Malmendier, Marghem, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Meeus, Michel, Monfils, Moriau, Muls,
Pécriaux, Peeters, Perpète, Roppe, Saudoyer, Storms, Swennen, Taelman, Tilmans, Tommelein, T'Sijen,
Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van der Maelen, Van Gool, Van
Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Vautmans, Verhaert, Versnick

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

128

Nee

047

Non

Annemans, Bogaert, Bultinck, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen, Creyf, De Crem, De Groote, De Man,
Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Genot, Gerkens, Goutry, Govaerts, Goyvaerts,
Kelchtermans, Laeremans, Lanjri, Milquet, Mortelmans, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Pieters, Schoofs,
Schryvers, Tant, Tastenhoye, Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera,
Vandeurzen, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Verhaegen, Verherstraeten, Viseur, Wathelet

Onthoudingen

000

Abstentions

Naamstemming - Vote nominatif: 004

094

Oui

Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bonte, Borginon, Boukourna,
Burgeon, Cahay-André, Casaer, Cavdarli, Chabot, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Collard, Cortois,
Daems, De Block, De Bue, De Clercq, De Coene, De Croo, de Donnea, Delizée, De Meyer, Denis, Déom,
De Padt, De Permentier, Detiège, Dierickx, Dieu, Douifi, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux,
Frédéric, Galant, Geerts, Ghenne, Giet, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée, Lahaye-
Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lano, Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain,
Malmendier, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Meeus, Michel, Monfils, Moriau, Muls, Pécriaux,
Peeters, Perpète, Roppe, Saudoyer, Storms, Swennen, Taelman, Tilmans, Tommelein, T'Sijen,
Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van der Maelen, Van Gool, Van
Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Vautmans, Verhaert, Versnick

Nee

051

Non

Annemans, Arens, Bogaert, Bultinck, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen, Creyf, De Crem, De Groote,
De Man, Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Drèze, Genot, Gerkens, Goutry, Govaerts,
Goyvaerts, Kelchtermans, Laeremans, Lanjri, Lavaux, Milquet, Mortelmans, Muylle, Nagy, Neel, Nollet,
Pieters, Schoofs, Schryvers, Tant, Tastenhoye, Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der
Auwera, Vandeurzen, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Verhaegen, Verherstraeten, Viseur,
Wathelet, Wiaux

Onthoudingen

000

Abstentions

Naamstemming - Vote nominatif: 005

139

Oui

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

129

Annemans, Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert, Bonte,
Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Cahay-André, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chabot, Chastel,
Chevalier, Claes Dirk, Claes Hilde, Cocriamont, Colen, Collard, Cortois, Courtois, Creyf, Daems, De Block,
De Bue, De Clercq, De Coene, De Crem, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer,
Denis, Déom, De Padt, Depoortere, Deseyn, Detiège, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Dierickx, Dieu, Douifi,
Drèze, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Ghenne, Giet, Goutry,
Govaerts, Goyvaerts, Gustin, Harmegnies, Henry, Hove, Jiroflée, Kelchtermans, Laeremans, Lahaye-
Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri, Lano, Lavaux, Lejeune, Lenssen, Libert,
Maene, Maingain, Malmendier, Marghem, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Meeus, Michel, Milquet,
Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Muylle, Neel, Pécriaux, Peeters, Perpète, Pieters, Roppe, Saudoyer,
Schoofs, Schryvers, Storms, Swennen, Taelman, Tant, Tastenhoye, Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van
Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der
Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Gool, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Van Parys,
Van Rompuy, Van Themsche, Vautmans, Verhaegen, Verhaert, Verherstraeten, Versnick, Viseur,
Wathelet, Wiaux

Nee

000

Non

Onthoudingen

004

Abstentions

Genot, Gerkens, Nagy, Nollet

Naamstemming - Vote nominatif: 006

146

Oui

Annemans, Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert,
Bonte, Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Cahay-André, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chabot, Chastel,
Chevalier, Claes Dirk, Claes Hilde, Cocriamont, Colen, Collard, Cortois, Courtois, Creyf, Daems, De Block,
De Bue, De Clercq, De Coene, De Crem, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer,
Denis, Déom, De Padt, De Permentier, Depoortere, Deseyn, Detiège, Devlies, D'haeseleer, D'hondt,
Dierickx, Dieu, Douifi, Drèze, Ducarme Denis, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Genot, Gerkens,
Ghenne, Giet, Goutry, Govaerts, Goyvaerts, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée,
Kelchtermans, Laeremans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri, Lano,
Lavaux, Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marghem, Marinower, Massin, Mathot,
Mayeur, Meeus, Michel, Milquet, Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Pécriaux,
Peeters, Perpète, Pieters, Roppe, Saudoyer, Schoofs, Schryvers, Storms, Swennen, Taelman, Tant,
Tastenhoye, Tilmans, Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte,
Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van
Gool, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Vautmans,
Verhaegen, Verhaert, Verherstraeten, Versnick, Viseur, Wathelet, Wiaux

Nee

000

Non

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

130

Onthoudingen

000

Abstentions

Naamstemming - Vote nominatif: 007

129

Oui

Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert, Bonte,
Borginon, Boukourna, Burgeon, Cahay-André, Casaer, Cavdarli, Chabot, Chastel, Chevalier, Claes Dirk,
Claes Hilde, Collard, Cortois, Courtois, Creyf, Daems, De Block, De Bue, De Clercq, De Coene, De Crem,
De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Meyer, Denis, Déom, De Padt, De Permentier, Deseyn,
Detiège, Devlies, D'hondt, Dierickx, Dieu, Douifi, Drèze, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux,
Frédéric, Galant, Geerts, Genot, Gerkens, Ghenne, Giet, Goutry, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry,
Hove, Jiroflée, Kelchtermans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri, Lano,
Lavaux, Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marghem, Marinower, Massin, Mathot,
Mayeur, Meeus, Michel, Milquet, Monfils, Moriau, Muls, Muylle, Nagy, Nollet, Pécriaux, Peeters, Perpète,
Pieters, Roppe, Saudoyer, Schryvers, Storms, Swennen, Taelman, Tant, Tilmans, Tommelein, T'Sijen,
Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van den Bergh, Van der Auwera, Van der
Maelen, Vandeurzen, Van Gool, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van Rompuy,
Vautmans, Verhaegen, Verhaert, Verherstraeten, Versnick, Viseur, Wathelet, Wiaux

Nee

000

Non

Onthoudingen

018

Abstentions

Annemans, Bultinck, Caslo, Cocriamont, Colen, De Man, Depoortere, D'haeseleer, Govaerts, Goyvaerts,
Laeremans, Mortelmans, Neel, Schoofs, Tastenhoye, Van den Broeck, Van den Eynde, Van Themsche

Naamstemming - Vote nominatif: 008

140

Oui

Annemans, Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert, Bonte,
Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Cahay-André, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chabot, Chastel,
Chevalier, Claes Dirk, Claes Hilde, Cocriamont, Colen, Collard, Cortois, Courtois, Creyf, Daems, De Block,
De Bue, De Clercq, De Coene, De Crem, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer,
Denis, Déom, De Padt, De Permentier, Depoortere, Deseyn, Detiège, Devlies, D'haeseleer, D'hondt,
Dierickx, Dieu, Douifi, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Genot,
Gerkens, Ghenne, Giet, Goutry, Govaerts, Goyvaerts, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée,
Kelchtermans, Laeremans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri, Lano,

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

131

Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marghem, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur,
Meeus, Michel, Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Pécriaux, Peeters, Perpète,
Pieters, Roppe, Saudoyer, Schoofs, Schryvers, Storms, Swennen, Taelman, Tant, Tastenhoye, Tilmans,
Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van den Bergh, Van den
Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Gool, Van Grootenbrulle,
Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Vautmans, Verhaegen, Verhaert,
Verherstraeten, Versnick

Nee

000

Non

Onthoudingen

007

Abstentions

Arens, Drèze, Lavaux, Milquet, Viseur, Wathelet, Wiaux

Naamstemming - Vote nominatif: 009

144

Oui

Annemans, Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert,
Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Cahay-André, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chabot, Chastel,
Chevalier, Claes Dirk, Claes Hilde, Cocriamont, Collard, Cortois, Courtois, Creyf, Daems, De Block, De
Bue, De Clercq, De Coene, De Crem, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer,
Denis, Déom, De Padt, De Permentier, Depoortere, Deseyn, Detiège, Devlies, D'haeseleer, D'hondt,
Dierickx, Dieu, Douifi, Drèze, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts,
Genot, Gerkens, Ghenne, Giet, Goutry, Govaerts, Goyvaerts, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove,
Jiroflée, Kelchtermans, Laeremans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri,
Lano, Lavaux, Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marghem, Marinower, Massin,
Mathot, Mayeur, Meeus, Michel, Milquet, Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Muylle, Nagy, Neel, Pécriaux,
Peeters, Perpète, Pieters, Roppe, Saudoyer, Schoofs, Schryvers, Storms, Swennen, Taelman, Tant,
Tastenhoye, Tilmans, Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte,
Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van
Gool, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Vautmans,
Verhaegen, Verhaert, Verherstraeten, Versnick, Viseur, Wathelet, Wiaux

Nee

000

Non

Onthoudingen

000

Abstentions

Naamstemming - Vote nominatif: 010

01/12/2005

CRIV 51

PLEN 173

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

132

142

Oui

Annemans, Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert,
Bonte, Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Cahay-André, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chabot, Chastel,
Chevalier, Claes Dirk, Claes Hilde, Cocriamont, Colen, Collard, Cortois, Courtois, Creyf, Daems, De Block,
De Bue, De Clercq, De Coene, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer, Denis,
Déom, De Padt, De Permentier, Depoortere, Deseyn, Detiège, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Dierickx,
Dieu, Douifi, Drèze, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Genot,
Gerkens, Ghenne, Giet, Goutry, Govaerts, Goyvaerts, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée,
Kelchtermans, Laeremans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lavaux,
Lejeune, Lenssen, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marghem, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur,
Meeus, Michel, Milquet, Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Nagy, Neel, Nollet, Pécriaux, Peeters,
Perpète, Pieters, Roppe, Saudoyer, Schoofs, Schryvers, Storms, Swennen, Taelman, Tant, Tastenhoye,
Tilmans, Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van den Bergh,
Van den Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Gool, Van
Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Vautmans, Verhaert,
Verherstraeten, Versnick, Viseur, Wathelet, Wiaux

Nee

000

Non

Onthoudingen

000

Abstentions

Naamstemming - Vote nominatif: 011

145

Oui

Annemans, Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Baeke, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert,
Bonte, Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Cahay-André, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chabot, Chastel,
Chevalier, Claes Dirk, Claes Hilde, Colen, Collard, Cortois, Creyf, Daems, De Block, De Bue, De Clercq,
De Coene, De Crem, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer, Denis, Déom, De
Padt, De Permentier, Depoortere, Deseyn, Detiège, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Dierickx, Dieu, Douifi,
Drèze, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Genot, Gerkens, Ghenne,
Giet, Goutry, Govaerts, Goyvaerts, Gustin, Harmegnies, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée, Kelchtermans,
Laeremans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri, Lano, Lavaux, Lejeune,
Lenssen, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marghem, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Meeus,
Michel, Milquet, Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Pécriaux, Peeters, Perpète,
Pieters, Roppe, Saudoyer, Schoofs, Schryvers, Storms, Swennen, Taelman, Tant, Tastenhoye, Tilmans,
Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van den Bergh, Van den
Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Gool, Van Grootenbrulle,
Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Vautmans, Verhaegen, Verhaert,
Verherstraeten, Versnick, Viseur, Wathelet, Wiaux

CRIV 51

PLEN 173

01/12/2005

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

133

Nee

000

Non

Onthoudingen

001

Abstentions

Cocriamont

Naamstemming - Vote nominatif: 012

077

Oui

Anthuenis, Avontroodt, Baeke, Belhouari, Bex, Bonte, Borginon, Burgeon, Casaer, Cavdarli, Chabot,
Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Cortois, Courtois, Daems, De Block, De Bue, De Clercq, De Coene, De
Groote, Delizée, De Meyer, Déom, De Padt, Detiège, Dierickx, Dieu, Douifi, Fournaux, Frédéric, Geerts,
Genot, Gerkens, Ghenne, Giet, Harmegnies, Henry, Hove, Jiroflée, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert
Geert, Lambert Marie-Claire, Lenssen, Maene, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Meeus, Monfils,
Moriau, Muls, Nagy, Nollet, Pécriaux, Peeters, Perpète, Roppe, Saudoyer, Storms, Swennen, Taelman,
Tommelein, T'Sijen, Turtelboom, Van Campenhout, Vande Lanotte, Van der Maelen, Van Gool, Van
Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Vautmans, Verhaert, Versnick

Nee

062

Non

Annemans, Arens, Barzin, Bellot, Bogaert, Bultinck, Cahay-André, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen,
Collard, Creyf, De Crem, de Donnea, De Man, Denis, De Permentier, Depoortere, Deseyn, Devlies,
D'haeseleer, D'hondt, Drèze, Ducarme Daniel, Ducarme Denis, Galant, Goutry, Govaerts, Goyvaerts,
Gustin, Kelchtermans, Laeremans, Lanjri, Lavaux, Lejeune, Libert, Maingain, Malmendier, Marghem,
Michel, Milquet, Mortelmans, Muylle, Neel, Pieters, Schoofs, Schryvers, Tant, Tastenhoye, Tilmans, Van
den Broeck, Van den Eynde, Vandeurzen, Van Parys, Van Rompuy, Van Themsche, Verhaegen,
Verherstraeten, Viseur, Wathelet, Wiaux

Onthoudingen

007

Abstentions

Bacquelaine, Boukourna, De Croo, Hasquin, Van Biesen, Van den Bergh, Van der Auwera