CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 PLEN 134
CRIV 51 PLEN 134
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
S
ÉANCE PLÉNIÈRE
P
LENUMVERGADERING
mercredi
woensdag
04-05-2005
04-05-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Excusés
1
Berichten van verhindering
1
QUESTIONS
1
VRAGEN
1
Questions jointes de
1
Samengevoegde vragen van
1
- M. Gerolf Annemans au premier ministre sur "le
dossier BHV" (n° P856)
1
- de heer Gerolf Annemans aan de eerste minister
over "het BHV-dossier" (nr. P856)
1
- M. Pieter De Crem au premier ministre sur "le
dossier BHV" (n° P857)
1
- de heer Pieter De Crem aan de eerste minister
over "het BHV-dossier" (nr. P857)
1
Orateurs: Gerolf Annemans, président du
groupe Vlaams Belang, Pieter De Crem,
président du groupe CD&V, Guy Verhofstadt,
premier ministre
Sprekers: Gerolf Annemans, voorzitter van
de Vlaams Belang-fractie, Pieter De Crem,
voorzitter van de CD&V-fractie, Guy
Verhofstadt, eerste minister
Question de M. François-Xavier de Donnea à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"les trafiquants de drogue en aveux" (n° P858)
5
Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de vice-eerste minister en minister van
Justitie over "de drughandelaars die
bekentenissen hebben afgelegd" (nr. P858)
5
Orateurs: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice
Sprekers: François-Xavier de Donnea,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie
Question de M. Luk Van Biesen au secrétaire
d'Etat à la Modernisation des Finances et à la
Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre
des Finances sur "la lutte contre la fraude fiscale"
(n° P869)
6
Vraag van de heer Luk Van Biesen aan de
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude,
toegevoegd aan de minister van Financiën over
"de strijd tegen de fiscale fraude" (nr. P869)
6
Orateurs: Luk Van Biesen, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Luk Van Biesen, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Francis Van den Eynde à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
organisations de bonne foi figurant sur la liste des
organisations dangereuses pour l'Etat" (n° P859)
8
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de bonafide organisaties op de lijst van
staatsgevaarlijke organisaties" (nr. P859)
8
Orateurs: Francis Van den Eynde, Patrick
Dewael, vice-premier ministre et ministre de
l'Intérieur
Sprekers: Francis Van den Eynde, Patrick
Dewael, vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken
Questions jointes de
9
Samengevoegde vragen van
10
- M. Daniel Bacquelaine au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'accréditation des médecins" (n° P860)
9
- de heer Daniel Bacquelaine aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
accreditatie van de artsen" (nr. P860)
10
- M. Benoît Drèze au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'accréditation des médecins" (n° P861)
10
- de heer Benoît Drèze aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
accreditatie van de artsen" (nr. P861)
10
Orateurs: Daniel Bacquelaine, président du
groupe MR, Benoît Drèze, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Daniel Bacquelaine, voorzitter van
de MR-fractie, Benoît Drèze, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Questions jointes de
14
Samengevoegde vragen van
14
- Mme Colette Burgeon au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
mercantilisation de la chirurgie esthétique"
(n° P862)
14
- mevrouw Colette Burgeon aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
commercialisering van de esthetische chirurgie"
(nr. P862)
14
- M. Jean-Jacques Viseur au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
mercantilisation de la chirurgie esthétique"
(n° P863)
14
- de heer Jean-Jacques Viseur aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
commercialisering van de esthetische chirurgie"
(nr. P863)
14
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
Orateurs: Colette Burgeon, Jean-Jacques
Viseur, Rudy Demotte, ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Sprekers: Colette Burgeon, Jean-Jacques
Viseur, Rudy Demotte, minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Questions jointes de
16
Samengevoegde vragen van
16
- Mme Marie Nagy au ministre de la Mobilité sur
"l'astreinte pour l'utilisation de la piste 02"
(n° P865)
16
- mevrouw Marie Nagy aan de minister van
Mobiliteit over "de dwangsom voor het gebruik
van de baan 02" (nr. P865)
16
- M. François-Xavier de Donnea au ministre de la
Mobilité sur "l'astreinte pour l'utilisation de la
piste 02" (n° P866)
16
- de heer François-Xavier de Donnea aan de
minister van Mobiliteit over "de dwangsom voor
het gebruik van de baan 02" (nr. P866)
16
- Mme Simonne Creyf au ministre de la Mobilité
sur "l'astreinte pour l'utilisation de la piste 02"
(n° P867)
16
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van
Mobiliteit over "de dwangsom voor het gebruik
van de baan 02" (nr. P867)
16
Orateurs: Marie Nagy, François-Xavier de
Donnea, Simonne Creyf, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Marie Nagy, François-Xavier de
Donnea, Simonne Creyf, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Jean-Marc Nollet au ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "le projet de
dépôt de déchets nucléaires à Fleurus-
Farciennes" (n° P868)
21
Vraag van de heer Jean-Marc Nollet aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "het plan voor
de berging van nucleair afval in Fleurus-
Farciennes" (nr. P868)
21
Orateurs: Jean-Marc Nollet, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers:
Jean-Marc Nollet, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Agenda
23
Agenda
23
Orateurs: Tony Van Parys, Melchior
Wathelet, président du groupe cdH
Sprekers: Tony Van Parys, Melchior
Wathelet, voorzitter van de cdH-fractie
PROJETS ET PROPOSITIONS
25
ONTWERPEN EN VOORSTELLEN
25
Proposition de résolution relative aux droits de
l'enfant dans les pays partenaires de la politique
belge de coopération au développement (1656/1)
25
Voorstel van resolutie betreffende de rechten van
het kind in de partnerlanden waarop het Belgische
ontwikkelingsbeleid is gericht (1656/1)
25
Discussion
25
Bespreking
25
Orateurs: Josée Lejeune, Mohammed
Boukourna
Sprekers: Josée Lejeune, Mohammed
Boukourna
Proposition de résolution concernant l'octroi, à
Taiwan, du statut d'observateur de l'assemblée
générale annuelle de l'Organisation Mondiale de
la Santé (1684/1)
28
Voorstel van resolutie betreffende de verlening
van de waarnemersstatus aan Taiwan tijdens de
jaarlijkse algemene vergadering van de
Wereldgezondheidsorganisatie (1684/1)
28
Discussion
29
Bespreking
29
Orateurs: Patrick Moriau, Miguel Chevalier,
Bert Schoofs
Sprekers: Patrick Moriau, Miguel Chevalier,
Bert Schoofs
QUESTIONS (CONTINUATION)
32
VRAGEN (VOORTZETTING)
32
Question de Mme Talbia Belhouari à la ministre
de l'Emploi sur "les discriminations ethniques à
l'embauche" (n° P864)
32
Vraag van mevrouw Talbia Belhouari aan de
minister van Werk over "de etnische discriminatie
bij indienstnemingen" (nr. P864)
32
Orateurs: Talbia Belhouari, Freya Van den
Bossche, ministre de l'Emploi
Sprekers: Talbia Belhouari, Freya Van den
Bossche, minister van Werk
PROJETS ET PROPOSITIONS
(CONTINUATION)
34
ONTWERPEN EN VOORSTELLEN
(VOORTZETTING)
34
Projet de loi introduisant des dispositions relatives
à la médiation dans le Titre préliminaire du Code
de procédure pénale et dans le Code d'instruction
criminelle (1562/1-4)
34
Wetsontwerp tot invoering van bepalingen inzake
de bemiddeling in de Voorafgaande Titel van het
Wetboek van strafvordering en in het Wetboek
van strafvordering (1562/1-4)
34
- Proposition de loi relative à l'agrément de
certaines associations sans but lucratif organisant
la médiation auteur-victime orientée vers la
34
- Wetsvoorstel betreffende de erkenning van
bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk die
bemiddelend optreden tussen dader en
34
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iii
réparation (194/1-2)
slachtoffer, met het oog op herstel van schade
(194/1-2)
- Proposition de loi modifiant le Code d'instruction
criminelle afin de permettre au juge, en matière
pénale, de proposer aux parties de renvoyer le
dossier vers un agent du service des maisons de
justice (235/1-2)
34
- Wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van
strafvordering om de rechter in strafzaken de
mogelijkheid te bieden de partijen voor te stellen
het dossier naar een ambtenaar van de Dienst
Justitiehuizen te verwijzen (235/1-2)
34
Discussion générale
34
Algemene bespreking
34
Orateurs: Valérie Déom, rapporteur, Tony
Van Parys, Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Alfons Borginon, Thierry Giet,
président du groupe PS, Bert Schoofs, Rudy
Demotte, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Sprekers: Valérie Déom, rapporteur, Tony
Van Parys, Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Alfons Borginon, Thierry
Giet, voorzitter van de PS-fractie, Bert
Schoofs, Rudy Demotte, minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Discussion des articles
48
Bespreking van de artikelen
48
Conseil d'Etat Présentation d'un assesseur
francophone
49
Raad van State Voordracht van een Franstalige
assessor
49
Prise en considération de propositions
51
Inoverwegingneming van voorstellen
51
Demandes d'urgence de la part du gouvernement
51
Urgentieverzoeken vanwege de regering
51
VOTES NOMINATIFS
51
NAAMSTEMMINGEN
51
Motions déposées en conclusion des
interpellations de:
52
Moties ingediend tot besluit van de interpellaties
van:
51
- M. Paul Tant sur "la publication du rapport de la
commission Paulus sur la réforme des services
d'incendie" (n° 578)
52
- de heer Paul Tant over "de bekendmaking van
het rapport van de commissie Paulus inzake de
brandweerhervorming" (nr. 578)
51
- Mme Nancy Caslo sur "le rapport de la
commission Paulus sur la réforme des services
d'incendie" (n° 582)
52
- mevrouw Nancy Caslo over "het rapport van de
commissie Paulus inzake de
brandweerhervorming" (nr. 582)
51
- M. Jean-Claude Maene sur "la réforme des
services d'incendie"(n° 585)
52
- de heer Jean-Claude Maene over "de
hervorming van de brandweerdiensten" (nr. 585)
51
Orateurs: Greta D'hondt, Tony Van Parys,
Nahima Lanjri, Jef Van den Bergh, Hendrik
Bogaert, Marie Nagy, Luc Goutry, Stef
Goris, Pieter De Crem, président du groupe
CD&V, Gerolf Annemans, président du
groupe Vlaams Belang
Sprekers: Greta D'hondt, Tony Van Parys,
Nahima Lanjri, Jef Van den Bergh, Hendrik
Bogaert, Marie Nagy, Luc Goutry, Stef
Goris, Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie, Gerolf Annemans, voorzitter
van de Vlaams Belang-fractie
Motions déposées en conclusion des
interpellations de:
53
Moties ingediend tot besluit van de interpellaties
van:
53
- M. Pieter De Crem sur "l'établissement des
fiches mentionnant des traits de caractère de
certains membres du personnel du Centre des
grands brûlés de Neder-over-Heembeek" (n° 563)
53
- de heer Pieter De Crem over "de
karakterschetsen van bepaalde personeelsleden
van het brandwondencentrum te Neder-over-
Heembeek" (nr. 563)
53
- M. Luc Sevenhans sur "les tracasseries faites à
certains chirurgiens du centre des grands brûlés
de Neder-over-Heembeek en vue d'obtenir leur
départ" (n° 572)
53
- de heer Luc Sevenhans over "het wegpesten
van chirurgen in het brandwondencentrum te
Neder-over-Heembeek" (nr. 572)
53
Orateurs: Luc Sevenhans, Hendrik Daems,
président du groupe VLD, Gerolf Annemans,
président du groupe Vlaams Belang, Pieter
De Crem, président du groupe CD&V, Paul
Tant
Sprekers: Luc Sevenhans, Hendrik Daems,
voorzitter van de VLD-fractie, Gerolf
Annemans, voorzitter van de Vlaams Belang-
fractie, Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie, Paul Tant
Motions déposées en conclusion de l'interpellation
de M. Luc Sevenhans sur "le dossier
AIV/c90 mm" (n° 581)
56
Moties ingediend tot besluit van de interpellatie
van de heer Luc Sevenhans over "het dossier
AIV/c90 mm" (nr. 581)
56
Orateur: Luc Sevenhans
Spreker: Luc Sevenhans
Proposition de résolution relative aux droits de
l'enfant dans les pays partenaires de la politique
belge de coopération au développement (1656/1)
57
Voorstel van resolutie betreffende de rechten van
het kind in de partnerlanden waarop het Belgische
ontwikkelingsbeleid is gericht (1656/1)
57
Proposition de résolution concernant l'octroi, à 57
Voorstel van resolutie betreffende de verlening 57
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iv
Taiwan, du statut d'observateur de l'assemblée
générale annuelle de l'Organisation Mondiale de
la Santé (1684/1)
van de waarnemersstatus aan Taiwan tijdens de
jaarlijkse algemene vergadering van de
Wereldgezondheidsorganisatie (1684/1)
Projet de loi introduisant des dispositions relatives
à la médiation dans le Titre préliminaire du Code
de procédure pénale et dans le Code d'instruction
criminelle (1562/4)
58
Wetsontwerp tot invoering van bepalingen inzake
de bemiddeling in de Voorafgaande Titel van het
Wetboek van strafvordering en in het Wetboek
van strafvordering (1562/4)
58
Adoption de l'agenda
58
Goedkeuring van de agenda
58
ANNEXE
61
BIJLAGE
61
DÉTAIL DES VOTES NOMINATIFS
61
DETAIL VAN DE NAAMSTEMMINGEN
61
CHAMBRE
64
KAMER
64
D
EMANDES D
'
INTERPELLATION
64
I
NTERPELLATIEVERZOEKEN
64
D
EPOTS
64
I
NGEDIEND
64
P
ROPOSITIONS
65
V
OORSTELLEN
65
A
UTORISATION D
'
IMPRESSION
(R
GT
75.2)
65
T
OELATING TOT DRUKKEN
(R
GT
75.2)
65
P
RISE EN CONSIDERATION
67
I
NOVERWEGINGNEMING
67
SÉNAT
68
SENAAT
68
P
ROJETS TRANSMIS
68
O
VERGEZONDEN ONTWERPEN
68
P
ROJETS TRANSMIS EN VUE DE LA SANCTION
ROYALE
69
T
ER BEKRACHTIGING OVERGEZONDEN ONTWERPEN
69
P
ROJETS EVOQUES
69
G
EËVOCEERDE ONTWERPEN
69
COUR D'ARBITRAGE
70
ARBITRAGEHOF
70
A
RRETS
70
A
RRESTEN
70
R
ECOURS EN ANNULATION
71
B
EROEPEN TOT VERNIETIGING
71
Q
UESTIONS PREJUDICIELLES
71
P
REJUDICIËLE VRAGEN
71
GOUVERNEMENT
72
REGERING
72
P
ROJETS DE LOI
72
W
ETSONTWERPEN
72
RAPPORTS DÉPOSÉS EN VERTU DE
DISPOSITIONS LÉGALES
72
KRACHTENS EEN WETSBEPALING
INGEDIENDE VERSLAGEN
72
C
OMMISSION INTERDEPARTEMENTALE DU
DEVELOPPEMENT DURABLE
72
I
NTERDEPARTEMENTALE
C
OMMISSIE
D
UURZAME
O
NTWIKKELING
72
I
NSTITUT BELGE DES SERVICES POSTAUX ET DES
TELECOMMUNICATIONS
73
B
ELGISCH
I
NSTITUUT VOOR
P
OSTDIENSTEN EN
T
ELECOMMUNICATIE
73
T
RIBUNAUX DE PREMIERE INSTANCE
73
R
ECHTBANKEN VAN EERSTE AANLEG
73
C
OURS DU TRAVAIL
73
A
RBEIDSHOVEN
73
AUTRES RAPPORTS
74
OVERIGE VERSLAGEN
74
I
NSTITUT DES
R
EVISEURS D
'E
NTREPRISES
74
I
NSTITUUT DER
B
EDRIJFSREVISOREN
74
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
SÉANCE PLÉNIÈRE
PLENUMVERGADERING
du
MERCREDI
4
MAI
2005
Après-midi
______
van
WOENSDAG
4
MEI
2005
Namiddag
______
La séance est ouverte à 14.14 heures par M. Herman De Croo, président.
De vergadering wordt geopend om 14.14 uur door de heer Herman De Croo, voorzitter.
Ministre du gouvernement fédéral présent lors de l'ouverture de la séance:
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:
Guy Verhofstadt.
Le président: La séance est ouverte.
De vergadering is geopend.
Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles
seront reprises en annexe du compte rendu intégral de cette séance.
Een reeks mededelingen en besluiten moet ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij zullen in bijlage
bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen worden.
Excusés
Berichten van verhindering
Anne-Marie Baeke, Pierrette Cahay-André, Maya Detiège, pour raisons de santé / wegens ziekte;
Elio Di Rupo, Denis Ducarme, Greet van Gool, Theo Kelchtermans, pour devoirs de mandat / wegens
ambtsplicht;
Camille Dieu, funérailles / begrafenis;
Ingrid Meeus, en mission à l'étranger / met zending buitenlands;
Jacques Chabot, empêché / verhinderd;
Pierre Lano, Bart Tommelein, à l'étranger / buitenslands;
Georges Lenssen, Inga Verhaert, UIP / IPU.
Questions
Vragen
01 Samengevoegde vragen van
- de heer Gerolf Annemans aan de eerste minister over "het BHV-dossier" (nr. P856)
- de heer Pieter De Crem aan de eerste minister over "het BHV-dossier" (nr. P857)
01 Questions jointes de
- M. Gerolf Annemans au premier ministre sur "le dossier BHV" (n° P856)
- M. Pieter De Crem au premier ministre sur "le dossier BHV" (n° P857)
01.01 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de eerste minister, ik wil om een tweetal preciseringen
vragen inzake het BHV-dossier.
Ten eerste, de heer Di Rupo heeft gemeend de wereld te moeten
meedelen dat het de heer Verhofstadt is die nu een initiatief moet
nemen. Ik heb uw agenda bekeken, mijnheer de eerste minister, en ik
vraag mij af of u daarvoor de komende dagen de tijd zult hebben. We
01.01 Gerolf Annemans (Vlaams
Belang): M. Di Rupo estime qu'il
revient au premier ministre de
prendre une initiative dans le
dossier Bruxelles-Hal-Vilvorde. Le
premier ministre en aura-t-il le
temps, vu son agenda chargé
pour les prochains jours ? Le
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
vraag mij af of u daarvoor de komende dagen de tijd zult hebben. We
hebben gisteren immers vernomen dat de deadline is vastgesteld op
volgende woensdag. Welk initiatief zult u nemen en wanneer? Ik weet
dat u zondag om 11.00 uur de nationale plechtigheid bijwoont en om
15.00 uur naar Moskou vertrekt waar u tot maandag blijft. Dat deelt u
mee op uw website. Als u zondag en maandag geen initiatieven kunt
nemen, zult u dan wel kunnen tegemoetkomen aan de wens van de
heer Di Rupo om een initiatief te nemen? In dat geval zult u dat
initiatief vrijdag of zaterdag moeten nemen. Zult u een initiatief nemen
en indien ja, welk?
Ten tweede, we hebben gisteren een grote contradictie gemerkt
tussen de twee ministers die, gezien de aard van de zaak, een
Franstalige en een Vlaamse minister zijn. De heer Reynders,
weliswaar partijvoorzitter van de MR, zat daar in de rol van degene die
meedeelt dat er enerzijds van alles en anderzijds nog niets is
gebeurd, dat de zaken gemakkelijk en moeilijk zijn en dat het ook
mogelijk is dat we niet tot de splitsing komen en dat er geen
oplossingen zijn. Hij verdedigt een beetje de Franstalige thesis,
verdedigt door zijn goede partijgenoot Maingain, die luidt dat we deze
zaak beter vergeten en begraven. Hij liet in ieder geval die
mogelijkheid open.
De heer Vande Lanotte daarentegen liet die mogelijkheid niet open.
Hij, een Vlaming, zegt dat als er volgende dinsdag geen oplossing is,
er een ernstig probleem is, alleszins voor degenen die op dit ogenblik
de coalitie vormen op federaal vlak.
Mijnheer de eerste minister, u die door de heer Di Rupo werd
benoemd als grote verzoener van al deze tegenstrijdigheden, wat is
hier nu precies van aan?
nouveau délai pour trouver une
solution dans ce dossier a été fixé
à mercredi prochain. Prendra-t-il
une initiative? Laquelle? Quand?
Des divergences importantes sont
apparues hier entre un ministre
francophone et un ministre
flamand. M. Reynders, qui est
également le président du MR,
affirmait que rien de concluant ne
s'est passé et qu'il n'y aura peut-
être pas de scission. Sous
l'impulsion de M. Maingain, il
semble souhaiter que l'on oublie
toute l'affaire. M. Vande Lanotte
estimait, quant à lui, que la
coalition fédérale sera confrontée
à un énorme problème si aucune
solution n'est trouvée pour mardi.
Qu'en est-il exactement?
01.02 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij hebben
gisteren in de commissie een belangwekkende vergadering
meegemaakt. Minister Reynders zei dat de onderhandelingen net
begonnen waren. C'est l'entrée des négociations. Wij als
Nederlandstaligen hebben daarop gezegd dat het in elk geval niet de
blijde inkomst was. Ce n'est pas la joyeuse entrée. Wij hebben
minister Vande Lanotte gehoord, die zei dat de onderhandelingen
mislukt waren: er is geen resultaat en het is de schuld van de
Franstaligen. Dat hebben wij gisteren gehoord.
Wij hebben terzelfdertijd ook de voorzitter van de PS, de heer Di
Rupo, gehoord die zei: "Ik plaats de bal of het dossier op het bureau
van de eerste minister". De eerste minister heeft gezegd dat het niet
zijn probleem was. De heer Di Rupo zegt van de weeromstuit: "Ik zal
het probleem dan plaatsen op het bureau van de eerste minister in de
Wetstraat 16".
Voor de mensen die naar tv-programma's kijken, was er
gisterenavond een bijzonder belangwekkende uitzending. De
voorzitter van de VLD, de heer Bart Somers, heeft zichzelf
uitgeroepen tot de strafste Vlaming ten noorden van de taalgrens. Hij
heeft op zijn borst geklopt, met zijn blauwe staart geslagen en
gezegd: "Ik ben mede-indiener van een voorstel dat de splitsing zal
realiseren en de splitsing komt er, of er is geen regering meer". Dat
heeft de voorzitter van de VLD gezegd.
01.02 Pieter De Crem (CD&V):
Le ministre Reynders a affirmé
hier en commission que les
négociations n'avaient pas encore
commencé. Selon M. Vande
Lanotte, elles ont échoué. Il
semblerait que la responsabilité
de l'échec incombe aux
francophones. M. Di Rupo a lancé
la balle dans le camp du premier
ministre, bien que ce dernier ait
déclaré que cela ne le concernait
pas. M. Somers, le président du
VLD, a déclaré hier soir à la
télévision que s'il n'y avait pas de
scission, il n'y aurait plus de
gouvernement non plus.
Quelle est la réaction du premier
ministre à l'égard de la demande
de M. Di Rupo ? A quoi les
Flamands peuvent-ils s'attendre?
La lutte menée dans le cadre du
droit d'inscription n'est pas
essentielle. Le premier ministre
pourrait-il accepter un
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
Om het in de taal van de Franstaligen te zeggen: que faire? Wat moet
er nu gebeuren? Dat is de vraag die ik aan u wil stellen, mijnheer de
eerste minister. Hoe zult u reageren op de vraag van de heer Di
Rupo, die zegt dat hij de bal op het bureau van de eerste minister
heeft gelegd?
Ik heb een tweede belangrijke vraag. U bent eerste minister van ons
land, maar u bent ook de stichter van de Vlaamse Liberalen en
Democraten. De vraag is wat de Vlamingen en de burgers in België
en in Vlaanderen verwachten? Met andere woorden, op welk vlak zult
u toegeven?
De belangrijkste vraag is niet het schimmengevecht dat wordt
geleverd over inschrijvingsrechten, maar wel: kunt u het ermee eens
zijn dat een eventueel akkoord zou leiden tot gebiedsuitbreiding van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? Dat is immers de hamvraag.
Ik vind, mijnheer de voorzitter, ik zeg dit in alle kalmte, dat
Vlaanderen, de burgers van dit land en de leden van de VLD, het
recht hebben om dit te weten.
élargissement de la région de
Bruxelles-Capitale?
De voorzitter: Mijnheer De Crem, in de commissie is er geen tijdsbeperking, maar tijdens het vragenuurtje
van de Kamer wel.
01.03 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, dit is
de wekelijkse vraag van de heer De Crem en de heer Annemans over
het dossier Brussel-Halle-Vilvoorde. Ik kan daar alleen maar op
antwoorden dat ik ermee bezig ben. U zegt: "Het dossier ligt nu op uw
bureau, sinds enkele dagen". Ik moet eerlijk zeggen dat ik het daar al
negen maanden heb zien liggen.
(...): Daarvan hebben we niets gemerkt.
01.03 Guy Verhofstadt, premier
ministre: Je poursuis l'examen de
ce dossier, qui est sur mon
bureau, non pas depuis quelques
jours, mais bien depuis neuf mois
déjà.
01.04 Eerste minister Guy Verhofstadt: Daarvan hebben wij bij u
gedurende veertig jaar niets gemerkt. Dat is natuurlijk een ander paar
mouwen.
(...): (...)
01.05 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, als de
heer Tant voortdoet, wil ik ook gerust voortdoen.
Ik heb hier uitspraken van een gewezen vice-eerste minister van
CD&V over BHV. Op zijn website vond ik interessante lectuur. Hij
zegt: "In juni 1992 liepen wij vast op het dossier BHV, maar enkele
uren later ging ik naar de eerste minister, de heer Dehaene, en zei
tegen hem: als wij nu eens zegden dat wij gelukt waren, op drie
punten, en de mislukking op die manier konden wegtoveren. Dat was
een briljant idee. Na enkele uren hadden wij met zeven partijen een
lijstje van zes positieve punten. Wij hernamen de onderhandelingen
en twee maanden later hadden wij de Sint-Michiels-akkoorden en
konden wij de mislukking omturnen tot een succes." Dat is
interessante lectuur. "Het valt vaak voor", vervolgt hij, "dat wij een
stagnatie omdoopten tot een overwinning. Op de duur geloofden wij
het zelf."
In elk geval, mijnheer de voorzitter, ik zal deze circulaire "Hoe een
akkoord te maken in BHV" niet volgen. Wij zullen proberen in de
01.05 Guy Verhofstadt, premier
ministre: Sous les gouvernements
démocrates-chrétiens, le dossier
n'a nullement progressé pendant
40 ans ! Un ancien vice-premier
ministre du CD&V explique sur
son site internet comment en
1992, il a transformé un échec
dans le dossier BHV en un succès
en établissant une liste de six
points positifs. Les négociations
avaient alors repris et deux mois
plus tard naissaient les accords de
la Saint-Michel. `Il est arrivé
souvent que nous transformions
l'enlisement d'un dossier en une
victoire, et à la longue, nous en
étions nous-mêmes persuadés',
est-il précisé.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
komende dagen, zoals wij de voorbije weken bezig zijn geweest,
effectief een akkoord ten gronde te vinden om het probleem, dat sinds
het begin van de jaren '60 de politiek in ons land vergiftigt, op te
lossen. Wij zullen dat doen door een akkoord te maken tussen
Nederlandstaligen en Franstaligen, niet de ene gemeenschap tegen
de andere. De twee gemeenschappen die aan de tafel zitten, zullen
daarover een akkoord bereiken en zullen dat aan het Parlement
komen meedelen. Ik weet dat het nog een heel moeilijke
onderhandeling wordt in de komende uren en dagen, maar ik zal mij
niet wegsteken, de regering zal zich niet wegsteken, de meerderheid
zal zich niet wegsteken en wij zullen niet doen wat CD&V de voorbije
veertig jaar heeft gedaan, met name doen alsof het probleem niet
bestond en het wegtoveren.
Je ne procéderai pourtant pas de
la même façon. Dans les jours à
venir, nous nous efforcerons,
comme nous l'avons fait au cours
des semaines écoulées, d'aboutir
à un accord sur le fond à propos
d'un problème qui empoisonne la
vie politique depuis le début des
années 1960. Nous ne dresserons
pas les néerlandophones et les
francophones les uns contre les
autres dans ce dossier, mais nous
conclurons un accord et le
présenterons au Parlement. Les
négociations seront difficiles, mais
nous n'agirons pas comme si le
problème n'existait pas.
01.06 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Collega De Crem, wij
hadden ons de moeite kunnen besparen, want andermaal staat hier
een vrolijke Verhofstadt. Hij heeft zelfs Van Rompuy erbij gesleept om
de sfeer een beetje in de zaak te houden.
Wij mogen daardoor echter niet vergeten dat deze man hetzelfde
vertelt als hetgeen hij vertelde toen wij in de Europazaal zaten te
wachten op zijn DHL-akkoord, dat hij in één groot pakket ging
presenteren, zoals hij nu beweert dat hij een akkoord voor Brussel-
Halle-Vilvoorde zal presenteren, nog voor hij met zijn
begrotingsverklaring naar de Kamer ging komen.
Collega's, ik weet niet of u het zich nog herinnert. Hij zegt in wezen
nog steeds hetzelfde, namelijk "wait and see" en "ge zult zien wat ge
zult zien". Dat is ongeveer het enige wat Verhofstadt hier zegt. Ik moet
u zeggen dat hij hiermee de omstandigheden onderschat, of anders
speelt hij komedie. Ik heb zelf aangetoond dat hij hier zelf twee dagen
niet zal zijn. Het zal vrijdag en maandag zijn en eventueel dinsdag en
dinsdagnacht.
Wat hij precies gaat doen, of hij vindt dat Di Rupo gelijk heeft
wanneer hij zegt dat hij een initiatief zal moeten nemen, heeft hij hier
allemaal niet willen of kunnen toelichten. Verhofstadt, zoals hij nu
reeds meer dan een jaar doet, zegt dat ze aan het surplacen zijn, dat
wij wel zullen zien of het de sp.a is of Somers die uit de surplace
richting spurt gaat en dat hij naar Moskou gaat en wel zal zien wat er
gebeurt.
Mijnheer de voorzitter, ik ga afronden. Ik zal zeggen wat ik denk dat er
zal gebeuren. De regering is niet in staat om een oplossing te vinden.
Mijnheer de eerste minister, u moet immers handelen met een
regeerakkoord dat in Vlaanderen onderhandeld is over Brussel-Halle-
Vilvoorde en waarover de Franstaligen ze hebben eigenlijk gelijk
zeggen dat in deze regering, in dit regeerakkoord daarover niets is
afgesproken. Het land heeft nood aan een Verhofstadt die dat inziet,
aan een Verhofstadt die vertrekt en aan een regering die over die
zaak wel een akkoord kan vinden.
01.06 Gerolf Annemans
(Vlaams Belang): Le premier
ministre est d'humeur joyeuse,
une fois de plus. Il se réfère
même à M. Van Rompuy. En
réalité, il adopte à présent la
même attitude que dans le dossier
DHL: «wait and see». Soit le
premier ministre sous-estime les
circonstances, soit il joue la
comédie. En tout cas, il ne dit pas
s'il est d'accord avec M. Di Rupo.
Le gouvernement est incapable de
trouver une solution car il se
trouve confronté à l'accord de
gouvernement flamand sur
Bruxelles-Hal-Vilvorde. Les
francophones affirment à juste
titre que rien n'a été prévu dans
l'accord de gouvernement fédéral
sur cette question. Le pays a
besoin d'un autre gouvernement,
capable de conclure un accord
dans cette affaire.
01.07 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij kunnen er 01.07 Pieter De Crem (CD&V):
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
natuurlijk niets aan doen dat de eerste minister zich naar het oosten
begeeft. In elk geval, de eerste minister leeft een beetje in de sfeer
van Rerum Novarum van morgen. Hij is een beetje als de heilige
Jozef. Hij klimt omhoog. Hij heeft het geloof. Hij vindt het geloof.
Mijnheer de eerste minister, eerlijk gezegd, u gelooft er misschien in,
maar het grote probleem is dat niemand anders er nog in gelooft.
Wanneer ik de houding heb gezien van al uw coalitiepartners gisteren
in de commissie, dan zeg ik u dat men u geen oplossing meer zal
gunnen.
Mijn vraag is nogmaals wat u hebt gedaan sinds 21 september, toen u
in de commissie zou komen om 14.15 uur en pas drie uur later
verscheen. U verscheen met een oplossing voor DHL, die er geen
was. U verscheen met een oplossing voor Brussel-Halle-Vilvoorde,
die er geen was. Mijn vraag is nu wat u gaat doen. Ik vind dat uw
partij, alsook de burgers in dit land en de Vlamingen - dat bent u nog
in de eerste plaats - het recht hebben om te weten of u zult toegeven
aan een gebiedsuitbreiding van Brussel of niet. Zolang u daarop geen
antwoord geeft - want daarover gaat het in de onderhandelingen -,
speelt u met het Parlement een spelletje "Ik hou met jullie geen
rekening". Ik zeg u dat er geen akkoord is. Bewijs hier het tegendeel
en zeg wat u de komende dagen gaat doen.
Le premier ministre y croit encore,
mais il est bien le seul. A voir
l'attitude de ses partenaires de la
coalition en commission, je pense
qu'on ne le voit pas trouver de
solution. Que va faire le premier
ministre? Est-il disposé à
acquiescer à l'extension du
territoire de Bruxelles?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Question de M. François-Xavier de Donnea à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"les trafiquants de drogue en aveux" (n° P858)
02 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de drughandelaars die bekentenissen hebben afgelegd" (nr. P858)
02.01 François-Xavier de Donnea (MR): Monsieur le président,
madame la ministre, en voilà au moins quelques-uns qui sont en
aveu!
Madame la vice-première ministre, la 54
ème
chambre du tribunal
correctionnel de Bruxelles vient de déclarer irrecevables les
poursuites menées à l'encontre de onze trafiquants de drogue en
raison d'une ordonnance de mise en écoute téléphonique qui serait
insuffisamment motivée.
Il s'agissait de très gros poissons! En effet, le trafic concernait 4
tonnes de cocaïne en provenance de Colombie et valant quelque 500
millions d'euros. Il faut saluer le travail exceptionnel des forces de
l'ordre, du parquet, du juge d'instruction qui étaient arrivés à
démanteler un trafic particulièrement important et étaient également
parvenus à obtenir des aveux des trafiquants en question.
La 54
ème
chambre du tribunal correctionnel de Bruxelles déclare
aujourd'hui ces poursuites irrecevables. Certes, je respecte, dans un
Etat de droit, la séparation des pouvoirs; je m'incline donc devant le
jugement de ce tribunal. Toutefois, je me permets d'être étonné que
l'on puisse laisser échapper des gens aussi dangereux.
Madame la ministre, je vous poserai deux questions:
1. Le parquet a-t-il interjeté appel contre cette décision? Si oui, l'a-t-il
fait sur votre injonction ou d'initiative?
02.01 François-Xavier de
Donnea (MR): De 54
ste
kamer van
de correctionele rechtbank van
Brussel heeft onlangs de
vervolging van elf drughandelaars
onontvankelijk verklaard omdat de
telefoontapbeschikking
onvoldoende gemotiveerd was.
Het verbaast mij dat men
dergelijke gevaarlijke personen
zomaar laat gaan; zij hadden zich
immers schuldig gemaakt aan de
verkoop van vier ton cocaïne, voor
een totaalbedrag van circa 500
miljoen euro. Die personen waren
aangehouden dank zij het
uitstekende werk van de
ordehandhavers, de
onderzoeksrechter en het parket,
die van de betrokkenen zelfs
bekentenissen hadden
afgedwongen.
Is het parket, op eigen initiatief of
op uw bevel, tegen die beslissing
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
2. Ne conviendrait-il pas de revoir les formalités à respecter en cas de
mise sur écoute téléphonique ou, en tout cas, les circulaires
interprétatives des dispositions légales en la matière pour que cette
situation, qui choque profondément l'opinion publique, ne se
reproduise plus à l'avenir?
in beroep gegaan?
Zou men de formaliteiten waaraan
moet worden voldaan in geval van
telefoontap of de interpretatieve
circulaires niet moeten herzien
teneinde een herhaling van
dergelijke situaties in de toekomst
te voorkomen?
02.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur de Donnea, comme
vous l'avez dit, il est hors de question que je vous commente une
décision de justice, la séparation des pouvoirs étant, selon moi,
essentielle dans une démocratie.
Je vous dirai simplement que cette décision existe et que le parquet,
sans avoir besoin de quelque injonction que ce soit, a fait appel de
cette décision. C'est une affaire en cours sur laquelle, je le répète, je
ne ferai aucun commentaire, y compris sur le fait de juger si oui ou
non la législation et les circulaires relatives aux écoutes téléphoniques
doivent être amendées.
02.02 Minister Laurette Onkelinx:
Ik wil de scheiding der machten
eerbiedigen en zal hier dus geen
uitspraken doen over een
beslissing van Justitie.
De beslissing werd genomen en
het parket is ertegen in beroep
gegaan. Ik zal mij dus van enig
commentaar op een lopende
rechtszaak onthouden.
02.03 François-Xavier de Donnea (MR): Monsieur le président, je
tiens tout d'abord à remercier Mme la ministre pour sa réponse.
Madame la ministre, je me réjouis d'apprendre que le parquet a
interjeté appel et j'espère qu'en appel, les juges se souviendront de
l'adage latin qui dit: "summum ius summa iniuria".
02.03 François-Xavier de
Donnea (MR): Ik ben blij te horen
dat men beroep heeft
aangetekend. Ik hoop dat de
rechters de Latijnse uitdrukking
summum ius summa iniuria voor
ogen zullen houden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Vraag van de heer Luk Van Biesen aan de staatssecretaris voor Modernisering van de Financiën en
de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financiën over "de strijd tegen de
fiscale fraude" (nr. P869)
03 Question de M. Luk Van Biesen au secrétaire d'Etat à la Modernisation des Finances et à la Lutte
contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances sur "la lutte contre la fraude fiscale"
(n° P869)
03.01 Luk Van Biesen (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, u hebt een opvolgingsnota gemaakt waarin zes
basiselementen staan, namelijk de aanpak van op fictieve zetels
gevestigde vennootschappen, de systematische controle op de
neerlegging van de jaarrekeningen, de opvolging van de BTW-
ontvangsten, de nauwlettende opvolging van nieuwe economische
actoren, de toekenning, evaluatie en intrekking van accijnsvergunning
en maatregelen tegen frauduleuze kasgeldconstructies. Die zes
specifieke maatregelen werden in de begroting 2005 ingeschreven, al
is het moeilijk kwantificeerbaar hoe men daarop een exact bedrag kan
plakken. Men is hoe dan ook erin geslaagd een bedrag van 325
miljoen euro te begroten. Mijn vraag is zeer eenvoudig.
Meent u dit begrotingsresultaat van 325 miljoen euro te kunnen
halen? Welke bijkomende specifieke maatregelen wenst u nog te
nemen om de fiscale fraude aan te pakken?
03.01 Luk Van Biesen (VLD): La
note de suivi relative à la lutte
contre la fraude fiscale énumère
six points d'action. Dans le budget
2005, le produit de ces mesures
est évalué à 325 millions d'euros.
Atteindrons-nous cet objectif ?
Quelles autres mesures de lutte
contre la fraude fiscale le
Secrétaire d'Etat envisage-t-il de
prendre?
03.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mijnheer Van Biesen, ik heb 03.02 Hervé Jamar, secrétaire
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
inderdaad een strategische nota, nu een opvolgingsnota, over de
bestrijding van de fiscale fraude. In het budget hebben we een bedrag
van 325 miljoen euro opgenomen voor de zeven aspecten inzake
bestrijding van de fiscale fraude. U somde daarnet de zeven
beleidskeuzes op.
We boeken nu al zeer goede resultaten, bijvoorbeeld met de
thematische controles.
d'Etat: Nous obtenons déjà des
résultats satisfaisants, notamment
dans le domaine des contrôles
thématiques.
Le contrôle thématique et je crois que cela a fait la une de la presse
aujourd'hui , c'est surtout les plus-values sur cessions d'actions. A
l'heure actuelle, nous arrivons à un chiffre extrêmement élevé de 367
millions d'euros dans cette seule lutte thématique contre la fraude
fiscale. Je corrige immédiatement: de ces 367 millions d'euros, seuls
31 millions sont reconnus par les fraudeurs. Cela ne signifie donc pas
nécessairement que nous récupérerons toute cette somme.
Je peux ajouter un élément important: sur différentes politiques
menées, les résultats engrangés aujourd'hui nous laissent croire que
le montant initial de 325 millions pour le tout, maintenu dans le cadre
du contrôle budgétaire, sera atteint sans difficulté, et nettement plus
facilement que l'an dernier.
Les politiques de lutte contre la fraude fiscale sont ainsi véritablement
lancées; elles ont atteint leur rythme de croisière. Vous avez cité les
sociétés de liquidités; nous avons une cellule spécifique chargée de
ce domaine important de fraude fiscale. Vous avez cité le seuil TVA
en matière de déclarations: des résultats probants apparaissent là
aussi. Vous avez cité d'autres aspects de la politique: hormis
quelques difficultés rencontrées dans l'harmonisation de la procédure
fiscale, je pense que nous obtiendrons le chiffre annoncé, voire bien
davantage, dans les autres chapitres. Pour exemple, je reprends ce
chiffre important qui concerne les plus-values.
Un projet arrivera bientôt devant ce parlement; il touche à la relation
entre l'Office central de confiscation et de saisie et les receveurs. Des
sommes importantes pourront être plus facilement libérées en cas de
blocage par le fait d'un fraudeur qui cherche à garder la main-mise
sur un gage d'argent; nous ne pourrions en disposer sans cette
nouvelle loi. Ce projet me semble assez important étant donné qu'il
concernera des sommes considérables.
Vooral de winst die bij de
aandelenoverdracht wordt
gemaakt, wordt aan een
thematische controle
onderworpen. In het kader van
deze thematische aanpak van de
belastingfraude komen we
momenteel aan een cijfer van 367
miljoen euro. Hiervan wordt
slechts 31 miljoen door de
fraudeurs erkend, wat betekent
dat we niet noodzakelijk het
volledige bedrag zullen kunnen
innen. De resultaten van de
diverse beleidsmaatregelen die we
hebben getroffen, laten in elk
geval vermoeden dat we het
oorspronkelijke, in de
begrotingscontrole vooropgestelde
bedrag van 325 miljoen euro
moeiteloos en zelfs gemakkelijker
dan vorig jaar zullen halen.
De verschillende
beleidsmaatregelen inzake de
bestrijding van de fiscale fraude
zitten thans op kruissnelheid. We
beschikken over een cel die zich
specifiek met de
kasgeldvennootschappen bezig
houdt. Ook op het stuk van de
BTW-drempel in de
belastingaangiften boeken we
fraaie resultaten. Wat de andere
aspecten van het beleid betreft,
kan ik u zeggen dat we, een
aantal problemen die zich op het
vlak van de harmonisering van de
fiscale procedure voordoen niet te
na gesproken, het vooropgestelde
cijfer zullen bereiken of in de
andere hoofdstukken zelfs zullen
overtreffen.
We zullen binnenkort in het
Parlement een ontwerp indienen
betreffende de verhouding tussen
de Centrale Dienst voor
inbeslagneming en
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
verbeurdverklaring en de
ontvangers. Indien een fraudeur
geld geblokkeerd houdt, zullen er
gemakkelijk omvangrijke
bedragen kunnen worden
vrijgemaakt. Het ontwerp is zo
belangrijk omdat er grote
bedragen mee zijn gemoeid.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de bonafide organisaties op de lijst van staatsgevaarlijke organisaties" (nr. P859)
04 Question de M. Francis Van den Eynde à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les
organisations de bonne foi figurant sur la liste des organisations dangereuses pour l'Etat" (n° P859)
04.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de vice-
eerste minister, wat men in het politieke jargon doorgaans een
gunstige wind noemt ik vraag mij trouwens af waarom , bracht ons
in het bezit van een lijst die door de Antwerpse politiediensten gebruikt
wordt. Die lijst draagt als titel "extremistische en terroristische
groeperingen in Antwerpen". Ik heb vanochtend de nodige informatie
hieromtrent gegeven aan uw kabinet, omdat men niet precies wist
welke lijst dat was.
De lijst bevat ongeveer alle mogelijke en onmogelijke clubs en
sociëteiten die maar denkbaar zijn en die om een of andere reden
soms een goede, soms een slechte worden beschouwd als
extremistisch en terroristisch. Voor het hoofdstuk 1 gaat het om
etnische groeperingen. Dat zijn dus groeperingen die mensen van
vreemde afkomst verzamelen. Die worden dan onderverdeeld in
extreem-rechts, politiek-religieus, extreem-links, separatistisch en zo
verder. De laatste op de lijst zijn sektes en motorclubs. Tussen de
extremistische islamitische groepen en die motorclubs en sektes,
vindt men dan wat men noemt de Vlaams-nationale verenigingen. Bij
die Vlaams-nationale verenigingen want ook dat is in hoofdstukken
verdeeld zijn er die verzameld zijn onder het hoofdstuk
"overkoepelende en steunende organisaties". Wanneer men die leest,
dan is men toch een beetje verbaasd. Men ziet daar bijvoorbeeld de
Marnixring opstaan, een serviceclub, Vlaamsgezind weliswaar. Ik
vraag mij echter af waar men het lef haalt om die mensen te
verbinden met extremistische of terroristische organisaties. Voorts
gaat het om Vlaanderen Vlagt, de organisatie die ervoor zorgt dat bij
sportwedstrijden regelmatig leeuwenvlaggen te zien zijn. Ook zien we
de Vlaamse Volksbeweging, het Davidsfonds en het Algemeen
Nederlands Zangverbond, dat elk jaar het zangfeest en Nekka
organiseert, en Vlaams Belang, een politieke partij.
Nu kom ik u vragen of u op de hoogte bent van het bestaan van die
lijst. Zo ja, hebt u die goedgekeurd? Waar is de democratische
controle op zo'n lijst? Wat zult u doen met de lijst? Ik dank u bij
voorbaat voor uw antwoord.
04.01 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): Un vent
favorable nous a mis en
possession d'une liste des
organisations extrémistes et
terroristes actives à Anvers
qu'utilisent les policiers de cette
ville. Cette liste comprend
plusieurs clubs et organisations : il
y a tout d'abord les groupes
ethniques, ensuite les sectes et
les clubs de motards. Sous la
rubrique «organisations
nationalistes flamandes», on
trouve notamment le Marnixring,
le mouvement Vlaanderen vlagt,
l'ASBL Vlaamse Volksbeweging,
le Davidsfonds, l'Algemeen
Nederlands Zangverbond et le
Vlaams Belang. La ministre de la
Justice a-t-elle connaissance de
l'existence de cette liste? L'a-t-elle
approuvée? Qu'en est-il du
contrôle démocratique à l'égard
d'une telle liste? Quel usage la
ministre compte-t-elle faire de
cette liste?
04.02 Minister Patrick Dewael: Mijnheer de voorzitter, collega's, ik
kan zeer kort zijn. De heer Van den Eynde heeft het over een lijst van
staatsgevaarlijke organisaties. Die lijst bestaat niet. Er bestaat wel
een lijst van de te volgen groeperingen en die vindt trouwens haar
04.02 Patrick Dewael, ministre:
La liste en question n'existe pas. Il
existe seulement une liste de
groupements à suivre. Le
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
wettelijke basis in de wet op het politieambt. Het enige criterium dat
daar wordt gehanteerd, is de handhaving van de openbare orde, niet
een politiek, filosofisch of ander criterium. Het gaat gewoon om de
openbare orde, in het kader van een informatiegestuurde
politieaanpak.
De lijst van te volgen groeperingen wordt mij regelmatig
geactualiseerd voorgelegd. Die ken ik. Ik neem aan dat de vraag van
de heer Van den Eynde hierop neerkomt. Hij zou graag op zo'n lijst
verschijnen, maar ik moet hem teleurstellen want hij staat er niet op.
fondement légal de cette liste est
la loi sur la fonction de police et
son seul objectif est de maintenir
l'ordre public dans le cadre d'une
approche policière guidée par
l'information. Cette liste est
régulièrement actualisée et j'en
suis systématiquement informé.
04.03 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de vice-
eerste minister, ik heb de lijst opgenoemd daarstraks. De lijst heet
"Extremistische en terroristische groeperingen in Antwerpen." Over
die lijst is er trouwens ook al in de pers geïnformeerd. Die lijst bestaat
wel.
Wanneer u nu zegt dat die lijst niet bestaat, zijn er twee
mogelijkheden. Ofwel bent u er niet van op de hoogte en dat is erg
ofwel probeert u ons hier een rad voor de ogen te draaien en dat is
even erg. Ik weet met zekerheid mijn bronnen zijn ernstig dat die
lijst bestaat. Ik heb ze ook gezien.
04.03 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): Je suis certain
que cette liste existe sous la
dénomination `organisations
extrémistes et terroristes à
Anvers'. Soit le ministre n'est pas
informé, et le fait est grave, soit il
cherche à nous tromper, et le fait
est tout aussi grave.
04.04 Minister Patrick Dewael: Mijnheer de voorzitter, sta mij toe nog
bondig te repliceren.
Die lijst bestaat niet in mijn departement. De enige wettelijke basis die
ik heb voor een lijst is de wet op het politieambt. Over de te volgen
groeperingen worden regelmatig vragen gesteld in de commissie voor
de Binnenlandse Zaken. Ik kan daarover om evidente redenen
uiteraard geen verdere informatie geven.
Ik was zelfs zo goed om vanmorgen mijn collega, de minister van
Justitie, hieromtrent te raadplegen. Haar bevoegdheid slaat op de
Veiligheid van de Staat. Ook zij ontkent het bestaan van die lijst.
04.04 Patrick Dewael, ministre: Il
n'existe pas de telle liste au sein
de mon département et la ministre
de la Justice, qui a la Sûreté de
l'Etat dans ses attributions, n'a
pas davantage connaissance de
l'existence d'une telle liste.
04.05 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de vice-
eerste minister, ik herhaal dat ik die lijst heb gezien. Als deze lijst niet
onder uw verantwoordelijkheid ressorteert, dan ressorteert ze onder
de verantwoordelijkheid van een andere minister, wellicht de minister
van Justitie.
Nogmaals, de lijst bestaat. Wanneer u ze niet kent, is dat erg.
Wanneer men ze wel kent en het niet toegeeft, is het even erg.
04.05 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): J'ai vu la liste de
mes propres yeux.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le président: Je voudrais signaler aux personnes présentes dans les tribunes, quelles que soient leurs
capacités et à moins d'être journalistes, qu'elles sont priées de ne pas prendre de photos ou à tout le moins
de ne pas le faire sans m'en avertir. Ceci ne vise pas la presse, bien évidemment.
Het heeft geen betrekking op de pers, die haar werk moet kunnen doen.
05 Questions jointes de
- M. Daniel Bacquelaine au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "l'accréditation
des médecins" (n° P860)
- M. Benoît Drèze au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "l'accréditation des
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
05 Samengevoegde vragen van
- de heer Daniel Bacquelaine aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
accreditatie van de artsen" (nr. P860)
- de heer Benoît Drèze aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de accreditatie
van de artsen" (nr. P861)
05.01 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, ma question fait suite à vos déclarations concernant
l'éventuelle nécessité de prévoir un pourcentage de prescriptions de
médicaments génériques imposé aux médecins dans le cadre de la
prescription rationnelle.
Tout d'abord, je vous confirme que je partage l'objectif d'une
prescription plus rationnelle des médicaments. Je l'ai toujours dit et je
ne reviens pas sur ce sujet. J'estime qu'il est nécessaire d'aboutir à
une prescription plus rationnelle des médicaments et, si possible, de
réduire le volume de prescriptions dans notre pays qui est
relativement élevé par rapport à la moyenne européenne.
En revanche, je voudrais formuler quelques remarques sur la
procédure et la méthode utilisées. Je voudrais rappeler que nous
venons de discuter d'une loi santé dans laquelle il était question de
prescription rationnelle des médicaments. A ce moment, vous aviez
précisé que vous attendiez les propositions de la commission médico-
mutuelliste pour le 30 juin 2005. Par conséquent, je m'étonne de cette
précipitation par rapport aux travaux éventuels de cette commission.
Par ailleurs, j'aimerais que vous m'expliquiez ce que vous considérez
comme étant une prescription rationnelle. Vous basez-vous
uniquement sur le plan de l'économie de la santé ou cette notion
recouvre-t-elle également le domaine de la santé publique? Pour ma
part, la prescription rationnelle consiste essentiellement à respecter
"l'evidence based medecine" et des "guidelines" ou critères de
prescription qui, selon moi, doivent plutôt être définis par le Conseil
national de la promotion de la qualité des soins. Selon moi, c'est
d'ailleurs le sens de l'article 7 de la loi santé que nous avons votée.
Celle-ci précise que les critères d'accréditation éventuels relatifs à la
prescription pourraient être déterminés sur la base d'un avis de ce
conseil national. Cela me semble utile et nécessaire. Le Conseil
national est composé essentiellement de scientifiques et de
médecins. Il me paraît donc utile qu'ils puissent se pencher sur une
rationalisation de la prescription.
Par contre, la fixation d'un quota autoritaire en quelque sorte de
prescriptions pour les médecins me paraît très discutable au regard
du concept de la liberté thérapeutique et au regard, surtout, du
concept de la concertation entre les médecins et le ministre de la
Santé. Cette concertation me semble être une des bases de notre
système de santé.
Monsieur le ministre, vous aviez également précisé, lors des
discussions sur la loi santé, que vous souhaitiez venir devant le
parlement pour présenter les mesures éventuelles en termes de
prescription rationnelle. Ce court-circuitage du parlement par le biais
de la presse me semble soulever certains problèmes quant à la
procédure et à la forme.
05.01 Daniel Bacquelaine (MR):
Onlangs verklaarde u dat u de
artsen wil verplichten een bepaald
percentage van generische
geneesmiddelen voor te schrijven.
Ook ik ben voorstander van een
rationeler voorschrijfgedrag.
Tevens moet de hoeveelheid
voorgeschreven geneesmiddelen
in ons land, die te groot is in
vergelijking met het Europese
gemiddelde, worden
teruggebracht. Bij de gebruikte
methode wil ik evenwel enkele
opmerkingen maken.
Toen wij de gezondheidswet
goedkeurden, zei u dat u de
voorstellen van de medicomut-
commissie tegen 30 juni zou
ontvangen. De haast waarmee het
dossier wordt afgewerkt, verbaast
me dus enigszins.
Wat verstaat u overigens onder
"rationeel voorschrijfgedrag"?
Baseert u zich uitsluitend op het
besparingsplan voor de
gezondheidssector of heeft dit
begrip ook betrekking op de
volksgezondheid? Voor mij
betekent rationeel
voorschrijfgedrag dat men de
"Evidence-based Medicine" naleeft
en bepaalde "guidelines" of criteria
volgt die door de Nationale Raad
voor Kwaliteitspromotie zijn
vastgelegd. Dat lijkt me trouwens
te zijn bedoeld in artikel 7 van de
gezondheidswet, dat stelt dat de
criteria voor de accreditering met
betrekking tot het
voorschrijfgedrag op grond van
een advies van de Nationale Raad
kunnen worden bepaald.
Het vastleggen van een maximum
aantal voorschriften lijkt me dus
betwistbaar, als men rekening
houdt met de therapeutische
vrijheid en met het overleg tussen
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
de artsen en de minister dat één
van de pijlers is van onze
gezondheidszorg.
Tijdens de bespreking van de
gezondheidswet zei u ook dat u de
maatregelen inzake het rationeel
voorschrijfgedrag aan het
parlement wou voorleggen. Het
buiten spel zetten van het
parlement via de pers doet
vormelijke problemen rijzen.
05.02 Benoît Drèze (cdH): Monsieur le président, je suis heureux
que nous soyons à trois pour poser cette question. Je suis surpris
d'entendre M. Bacquelaine dire qu'il assume pleinement l'article 7 de
la loi santé parce que, dans les débats en commission, les choses
étaient assez claires. Nous avons eu notamment, au préalable, une
journée complète d'auditions en matière de médicaments, pendant
laquelle tous les acteurs ont eu l'occasion de s'exprimer. Et nous nous
sommes rendu compte de manière indiscutable qu'en matière de
génériques, par exemple, même si on progresse, on revient de très
loin et on reste encore bien en dessous de ce que d'autres pays, qui
respectent la qualité des soins, sont arrivés à faire en pourcentages
d'utilisation de génériques.
Sur la méthode, une de mes questions implicites concernait l'article 7
de la loi santé qui prévoit que les modalités seront exécutées par un
arrêté royal délibéré en Conseil des ministres. Cet arrêté a-t-il déjà été
délibéré?
A propos de l'objectif, il est clair qu'une fois que nous passons à
l'exécution, il faut être concret, monsieur Bacquelaine.
05.02 Benoît Drèze (cdH): Het
verbaast mij dat de heer
Bacquelaine achter artikel 7 van
de gezondheidswet staat, want
tijdens de besprekingen in de
commissie was er geen enkele
twijfel. Wij hebben een hele dag
lang hoorzittingen over
geneesmiddelen gehouden,
tijdens welke alle betrokken
actoren hun standpunten hebben
kunnen vertolken. En wij zijn er
ons absoluut van bewust
geworden dat wij met betrekking
tot de generische geneesmiddelen
nog lang zo ver niet staan als
andere landen.
Wat de toegepaste methode
betreft, had een van mijn
impliciete vragen betrekking op
artikel 7 van de gezondheidswet,
dat bepaalt dat de
uitvoeringsmodaliteiten bij een in
de Ministerraad overlegd koninklijk
besluit zullen worden geregeld.
Werd over dat besluit al overlegd?
05.03 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, M. Drèze
m'interroge-t-il ou interroge-t-il le ministre?
Le président: Je remets les choses en place: le ministre est à ma droite, M. le chef de groupe est à ma
gauche et M. Drèze est à mon extrême gauche.
05.04 Benoît Drèze (cdH): Monsieur le président, je pose une
question alternativement à l'un et à l'autre. Je viens de demander au
ministre si un arrêté royal avait été délibéré en Conseil des ministres
et si la méthode avait été respectée.
Fort de l'invitation du président qui dit qu'il est intéressant de débattre
à trois, je trouve que M. Bacquelaine peut également réagir.
Monsieur Bacquelaine, ce n'est pas la première fois que je vous
touche là où ça fait mal et que vous répliquez par la tangente pour
éviter la question. Vous l'aviez fait dernièrement en plénière en
05.04 Benoît Drèze (cdH): Ik zou
willen weten of de heer
Bacquelaine een regeringspartner
is, dan wel optreedt als spreekbuis
van de artsen? Ik stel vast dat hij
hier rustiger is dan in de pers,
waar hij verklaart dat een en ander
onaanvaardbaar is en dat zijn
partij zich tegen de autoritaire
maatregel van de minister zal
verzetten.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
évoquant les problèmes d'emplois alors que ma question était et est
toujours la même aujourd'hui: choisissez-vous d'être un partenaire du
gouvernement ou le relais des médecins? Nous sommes dans la
même problématique et, chaque fois, vous évitez la question. Je
constate également que vous êtes beaucoup plus calme ici que dans
la presse, où vous tonnez que c'est inacceptable et que votre parti
s'opposera à la mesure autoritaire annoncée par le ministre.
Ma question au ministre est de savoir s'il y a déjà un accord au sein
du gouvernement, soit formel via un arrêté royal, soit informel via des
accords de principe ou bien si tout est à refaire en la matière.
Mijn vraag is of er een akkoord is
in de regering, ofwel formeel via
een koninklijk besluit, ofwel
informeel via principe-akkoorden,
ofwel of alles nog open ligt.
05.05 Rudy Demotte, ministre: Monsieur le président, je ne poserai
pas de question à M. Bacquelaine, je vous rassure.
En ce qui concerne ce point précis, la loi santé prévoit en son article 7
qu'il y aura désormais une meilleure prescription dans les critères qui
qualifient les conditions dans lesquelles on peut bénéficier des
retombées positives de l'accréditation.
Cette meilleure prescription comprend deux volets distincts - et je ne
parlerai ici que d'un de ces volets, l'autre restera à débattre -, le volet
prix et le volet volume. En ce qui concerne l'accréditation, le prix fait
déjà partie d'un débat qui n'est pas seulement de type économique,
c'est un débat d'économie de la santé. Et dans l'économie de la
santé, il y a les deux termes. Il y a l'économie, au sens large du
terme: si l'on peut payer moins cher pour un médicament de même
qualité thérapeutique, c'est une excellente chose, mais c'est aussi
faire en sorte que les molécules que l'on prescrit répondent
effectivement aux besoins objectifs des gens. Par comparaison avec
beaucoup de pays avoisinants, on peut dire qu'il y a des efforts à
faire.
Le deuxième élément est le volume, qui doit faire l'objet d'une
discussion tout à fait hors de ce contexte. Que vais-je proposer ici? Je
propose de suivre la procédure qui a été convenue lors de la
discussion de la loi-programme, c'est-à-dire d'attendre jusque et y
compris le 30 juin 2005. Je vais être patient jusqu'à cette date.
Cependant, j'ai déjà un certain nombre de pistes à avancer si, à cette
date, aucune disposition n'a été prise par les partenaires de la
Medicomut. L'une de ces pistes est non pas la prescription d'un
pourcentage de génériques - je pense que ce serait une erreur de
présenter cela de cette manière - mais pourquoi ne pas entrer dans
un pourcentage qui pourrait tenir compte de la prescription en DCI en
génériques ou en médicaments moins onéreux sans d'ailleurs opérer
a priori une ventilation que je trouverais absolument insupportable.
Bien entendu, ceci serait envisagé à condition, qu'entre-temps,
aucune décision n'ait été prise par la Medicomut. Voilà qui répond
clairement à la question de M. Drèze posée voici quelques instants.
05.05 Minister Rudy Demotte:
Wat dat precieze punt betreft,
voorziet artikel 7 van de
gezondheidswet in een beter
voorschrijfgedrag, rekening
houdend met de gunstige effecten
van de accreditering.
Dat beter voorschrijfgedrag omvat
twee afzonderlijke elementen: de
prijs en het volume. Wat de
accreditering betreft, is de prijs
een onderdeel van het debat
inzake gezondheidseconomie. In
het begrip gezondheidseconomie
zit zowel economie (minder
uitgeven voor een kwalitatief
gelijkwaardig geneesmiddel), als
gezondheid (ervoor zorgen dat de
voorgeschreven moleculen aan de
behoeften van de patiënten
voldoen). In vergelijking met de
buurlanden moeten nog heel wat
inspanningen worden geleverd.
Het tweede element is het volume,
en daarover moet nog een
discussie plaatsvinden. Ik stel
voor de procedure te volgen die in
het kader van de programmawet
was afgesproken en dat wij dus
nog zouden wachten tot 30 juni
2005.
Ik zal dus geduld oefenen tot 30
juni. Ik heb echter al enkele
denksporen ontwikkeld: zo zou
men niet het voorschrijven van
een bepaald percentage
generische geneesmiddelen
kunnen opleggen, maar wel een
percentage kunnen vaststellen dat
rekening houdt met het
voorschrijven op stofnaam, zonder
a priori een onhoudbaare
uitsplitsing te maken en zulks
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
uiteraard, op voorwaarde dat er
inmiddels geen beslissing
uitgaande van de medico-mut
wordt genomen.
05.06 Daniel Bacquelaine (MR): Je ne sais pas si je dois répliquer
au ministre ou à M. Drèze. Je me réjouis de la réponse du ministre
parce qu'il a donné des précisions par rapport à la façon dont la
presse a transcrit les éléments concernant le pourcentage de
prescriptions en génériques.
J'ai deux remarques à formuler. D'abord, contrairement à ce que dit
M. Drèze, il est vrai que certains pays prescrivent davantage de
génériques: l'Allemagne et la Grande-Bretagne par exemple, mais il y
a une nuance. M. Drèze dit que ce sont des pays où l'on respecte la
qualité des soins. Non, monsieur Drèze, vous devez savoir que dans
les systèmes étatiques en matière de soins de santé comme la
Grande-Bretagne, la qualité des soins est mauvaise. C'est reconnu
assez unanimement au vu des files d'attente de patients anglais pas
seulement celui du film qui viennent se faire soigner dans notre
pays, précisément parce que la qualité des soins est moindre chez
eux. Il existe, en Grande-Bretagne, des pourcentages d'acceptation
pour les dialyses rénales. Si vous avez franchi un certain âge, on
vous laisse mourir plutôt que de vous dialyser. Je ne pense donc pas
que cela peut être pris comme un système de référence. Si c'est le
vôtre, je le regrette et c'est bien dommage pour nos patients.
Il faut faire une nuance entre le volume et la rationalité de la
prescription. On peut très bien passer de la molécule classique au
générique en ne modifiant pas le volume. Par ailleurs, j'attire votre
attention, monsieur le ministre, sur le fait que certains médecins, qui
prescrivent beaucoup de génériques, ne sont pas nécessairement
ceux qui prescrivent le moins de médicaments. Beaucoup de
médecins, qui prescrivent très peu de génériques, sont de tout petits
prescripteurs. Faire appliquer un pourcentage à tous, quel que soit le
profil de la patientèle et quel que soit le type d'activité des médecins,
ne serait, à mon avis, pas judicieux par rapport à l'objectif poursuivi.
Par contre, il faut effectivement inciter à la prescription de génériques.
La loi santé comprend une série de mesures qui permettent de
favoriser la prescription du générique, dont le taux oscille
actuellement entre 8 et 10%. Nous évoluons. Il y a cinq ans, il n'était
que de 2%. Nous enregistrons donc quand même un progrès assez
net et nous nous situons strictement dans la moyenne européenne.
Je pense que nous allons progresser avec l'élargissement de
l'Europe, et de façon assez uniforme et homogène dans les pays
européens. Je souhaite, en tout cas, qu'à partir du 30 juin, le Conseil
national pour la promotion de la qualité soit saisi de la prescription
rationnelle et de ce concept, et qu'il puisse effectivement donner,
dans l'esprit de l'article 7, son avis sur la question avant de prendre
des mesures autoritaires qui court-circuiteraient les mécanismes de
concertation.
05.06 Daniel Bacquelaine (MR):
Ik weet niet of ik moet repliceren
op wat de minister dan wel de
heer Drèze heeft gezegd...
Ik verheug mij over het antwoord
van de minister, die hier een en
ander rechtzet in verband met wat
er in de pers dienaangaande is
verschenen.
In sommige landen worden
inderdaad meer generische
geneesmiddelen voorgeschreven
in Groot-Brittannië bijvoorbeeld
maar in tegenstelling tot wat de
heer Drèze beweert is de kwaliteit
van de verzorging er ondermaats.
In verband met het
voorschrijfgedrag moet men een
onderscheid maken tussen het
volume en rationeel karakter
ervan. Sommige artsen, die veel
generische geneesmiddelen
voorschrijven, schrijven daarom in
totaal nog niet minder
geneesmiddelen voor. En
anderen, die weinig generische
geneesmiddelen voorschrijven,
schrijven in het algemeen weinig
medicatie voor.
Het opleggen van een percentage
zou in mijn ogen niet aangewezen
zijn. Men moet de patiënten er
daarentegen toe aanzetten
veeleer voor generische
geneesmiddelen te kiezen.
Wij behoren thans tot de
Europese middenmoot en zullen
verder voortgang boeken
naarmate Europa zich uitbreidt.
Het ware wenselijk dat de
Nationale Raad voor
Kwaliteitspromotie zich over het
begrip "rationeel
voorschrijfgedrag" uitspreekt
alvorens men autoritaire
maatregelen neemt die de
overlegmechanismen
ondermijnen.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
05.07 Benoît Drèze (cdH): Monsieur le président, j'entends que sur
la méthode, le docteur Bacquelaine est rassuré par la réponse du
ministre. Je le suis également.
Le coeur du débat est de savoir si notre pays peut continuer à être
doté d'une médecine d'excellente qualité à des coûts raisonnables.
Notre inquiétude à tous concerne, notamment, le dérapage
budgétaire 2004 et contrairement à ce que disent les médecins,
relayés ici par le docteur Bacquelaine, il faut lier ce double objectif de
qualité des soins et de maîtrise budgétaire.
Lorsque je lis dans "Le Soir" que, selon M. Bacquelaine, le ministre
exerce un chantage économique sur les médecins, il stigmatise un
mauvais débat et je le regrette. (Applaudissements)
Le président: Se faire qualifier de "docteur" n'est pas un fait personnel!
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Questions jointes de
- Mme Colette Burgeon au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
mercantilisation de la chirurgie esthétique" (n° P862)
- M. Jean-Jacques Viseur au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
mercantilisation de la chirurgie esthétique" (n° P863)
06 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Colette Burgeon aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
commercialisering van de esthetische chirurgie" (nr. P862)
- de heer Jean-Jacques Viseur aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
commercialisering van de esthetische chirurgie" (nr. P863)
06.01 Colette Burgeon (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, la Société belge pour la chirurgie plastique reconstructrice et
esthétique vient d'éditer une charte éthique qui incite ses membres à
informer correctement les patients des risques des opérations de
chirurgie esthétique. Elle dénonce la mercantilisation excessive de la
chirurgie esthétique et met le public en garde contre les dangers de
sa banalisation. Pourtant, la loi santé interdit déjà explicitement à
toute personne physique ou morale de faire de la publicité pour les
dispositifs médicaux implantables.
Ma question sera la suivante: ne conviendrait-il pas de réglementer
davantage puisque c'est déjà en partie le cas dans la loi santé
pour éviter l'essor des cliniques privées et des charlatans qui
proposent des actes de chirurgie esthétique et qui en cas de
complication grèvent le budget des soins de santé?
06.01 Colette Burgeon (PS): De
Belgische Vereniging voor
Plastische, Reconstructieve en
Esthetische Chirurgie heeft een
handvest opgesteld waarin zij
ervoor pleit de patiënt over de
risico's van esthetische chirurgie
te informeren. Zij kant zich tegen
de overdreven commercialisering
van esthetische chirurgie. De
gezondheidswet verbiedt reclame
voor implanteerbare medische
hulpmiddelen.
Ware het niet gepast ten aanzien
van privé-instellingen en
kwakzalvers in een striktere
reglementering te voorzien? Vaak
raden zij immers esthetische
ingrepen aan die, wanneer ze
complicaties meebrengen, de
begroting van de sociale
zekerheid belasten.
06.02 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le président, c'est bien
plus au ministre de la Santé qu'au ministre des Affaires sociales que
06.02 Jean-Jacques Viseur
(cdH): De rol van de consument
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
je m'adresse, même s'il s'opère parfois un glissement, comme l'a très
bien dit Mme Burgeon, vers les dépenses de sécurité sociale. Par
rapport à tout le reste de la médecine, c'est un domaine où le
consommateur joue un rôle très différent. En effet, je connais fort peu
de personnes qui réclament une opération de chirurgie cardiaque ou
une appendicectomie. Par contre, contrairement à Mme Burgeon, il
m'est déjà arrivé de rêver à un avant et un après où avant, c'est moi
et après, c'est Apollon. Je pourrais donc être tenté par ce genre de
propositions. Comme le faisait remarquer M. Wathelet, il y a aussi le
problème des implantations et il ne pensait pas nécessairement aux
implantations mammaires mais sans doute aussi aux implantations
capillaires.
Dans le domaine dont nous parlons, le mercantilisme peut donc
entraîner des conséquences extrêmement dommageables. En lisant
comme Mme Burgeon l'article du "Soir" du 4 mai, on peut se rendre
compte de l'existence d'un vrai problème de santé publique. Dans ce
secteur très marchand, très mercantile, il se crée une relation entre le
médecin et le malade qui n'est pas forcément protégée par la Santé
publique.
D'où un même réflexe et la même question: quelles mesures de santé
publique comptez-vous prendre pour éviter une dérive de ce secteur?
Aujourd'hui, on peut trouver sur internet des photos avant/après qui
défilent sur l'écran, accompagnées de mentions de tarifs "formule tout
compris", sans frais supplémentaires pour l'anesthésie, la liposuccion
ou toute prise de sang éventuelle. Tout cela est grave. À la télévision,
on avait montré l'exemple d'une très jeune fille qui avait été séduite
par ce système et qui s'était ruinée. Dans ce secteur, le "noir" est à la
mesure de l'amélioration souhaitée. Ne serait-il pas temps de
réglementer sérieusement la profession? Si le code de bonne
conduite qui vient d'être publié est un pas dans la bonne direction,
cela n'est pas suffisant. Il faudra sans doute encadrer rigoureusement
sur un plan législatif ce qui a des conséquences directes ou indirectes
sur la santé des patients. Quand cela tourne mal, on "socialise" la
situation en se tournant vers l'hôpital.
ten opzichte van de esthetische
chirurgie is totaal verschillend van
zijn houding tegenover andere
takken van de geneeskunde. De
commercialisering kan dus
bijzonder nadelige gevolgen
hebben. In deze sector ontstaat
een relatie tussen arts en patiënt
die niet noodzakelijk door
Volksgezondheid wordt
beschermd. En als de ingreep
verkeerd afloopt,
"vermaatschappelijkt" men de
toestand door zich tot het
ziekenhuis te wenden.
Welke maatregelen op het stuk
van de volksgezondheid zal u
nemen om excessen te
voorkomen? Is het niet hoog tijd
dat het beroep strikt wordt
gereglementeerd?
06.03 Rudy Demotte, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, nous avons pris des dispositions pour interdire, en matière
de chirurgie plastique, un certain nombre de publicités.
Je me souviens qu'un membre de cette assemblée avait dénoncé, à
cette tribune, le fait que des émissions radiophoniques avaient permis
à des jeunes filles, par le biais d'un concours, de gagner le droit de se
faire placer des implants mammaires. Sur le plan éthique, nous nous
inscrivons là dans un domaine absolument inacceptable puisque, via
la publicité, on encourage des agressions du corps. En effet, il faut
savoir que la chirurgie est toujours un acte agressif.
La loi santé interdit donc la publicité pour les implants qu'ils soient ou
non esthétiques. On m'a informé qu'en Allemagne, certaines firmes
font de la publicité sur les stends, c'est-à-dire les petits ressorts que
l'on place dans les vaisseaux.
Par ailleurs, la loi interdit aussi la pratique de l'implant, autrement dit,
la mise en place de ce dernier, qui est une façon détournée de faire
de la promotion
06.03 Minister Rudy Demotte:
We hebben een aantal
maatregelen getroffen om de
reclame voor plastische chirurgie
te verbieden. Er mag geen
reclame worden gemaakt voor de
implantaten noch voor het
aanbrengen ervan. De Belgische
Vereniging voor Plastische
Chirurgie heeft zopas een
gedragscode goedgekeurd. Ik zal
met de Vereniging overleg plegen.
Als we samen de regels kunnen
vastleggen, heeft dat tenminste
als voordeel dat de betrokken
sector autoregulerend optreedt.
Indien de beroepsvereniging me
vraagt andere maatregelen te
treffen, zal ik ze a priori positief
onthalen.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
La Société belge de chirurgie plastique vient d'élaborer un code de
déontologie. C'est selon moi un pas dans la bonne direction qui
montre que l'autorité publique n'est pas la seule à se soucier de cette
problématique. J'ai d'ailleurs l'intention d'en discuter avec elle. Nous
arriverons peut-être à déterminer des balises acceptables. En tout
cas, le fait que le corps de métier pose lui-même ses balises est une
bonne chose. Mais si ce dernier se réfère au ministre en faisant
savoir qu'il est utile de prendre de nouvelles dispositions, j'envisagerai
cet aspect avec un a priori positif.
06.04 Colette Burgeon (PS): Monsieur le président, je tiens à
remercier le ministre pour sa réponse.
Il était important de prendre des mesures en la matière car il apparaît
que, dans ce domaine, on trouve deux fois plus de charlatans que de
médecins reconnus.
Si le chiffre avancé s'avère exact, il serait donc utile d'entamer des
poursuites. En effet, les gens ont tendance à croire ce que disent ces
soi-disant médecins et ils se ruinent parfois pour pouvoir subir
l'intervention dont on leur a parlé.
06.04 Colette Burgeon (PS): Dat
is belangrijk want het schijnt dat er
tweemaal meer kwakzalvers dan
geneesheren in die sector
werkzaam zijn. Als de cijfers
kloppen, zouden er processen
moeten worden ingesteld. De
mensen stellen immers hun
vertrouwen in die zogenaamde
geneesheren en geven al hun geld
aan plastische chirurgie uit.
06.05 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le président, monsieur
le ministre, je vous remercie pour votre réponse et je ne peux que
vous encourager en la matière.
Il faut effectivement que la profession prenne d'abord conscience du
problème et accepte ensuite de passer d'un code de bonne conduite
à, sans doute, des mesures législatives. Cela nous permettrait de
vivre dans un monde un peu plus sain. On pourrait d'ailleurs distribuer
gratuitement le livre de Goethe sur le docteur Faust: on y apprendrait
tous les risques que l'on prend en voulant rajeunir par une opération
de chirurgie esthétique.
06.05 Jean-Jacques Viseur
(cdH): De beroepsbeoefenaars
moeten aanvaarden dat een
gedragscode niet volstaat, maar
dat er ook wetgevende
maatregelen moeten komen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Questions jointes de
- Mme Marie Nagy au ministre de la Mobilité sur "l'astreinte pour l'utilisation de la piste 02" (n° P865)
- M. François-Xavier de Donnea au ministre de la Mobilité sur "l'astreinte pour l'utilisation de la
piste 02" (n° P866)
- Mme Simonne Creyf au ministre de la Mobilité sur "l'astreinte pour l'utilisation de la piste 02"
(n° P867)
07 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Marie Nagy aan de minister van Mobiliteit over "de dwangsom voor het gebruik van de
baan 02" (nr. P865)
- de heer François-Xavier de Donnea aan de minister van Mobiliteit over "de dwangsom voor het
gebruik van de baan 02" (nr. P866)
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van Mobiliteit over "de dwangsom voor het gebruik van de
baan 02" (nr. P867)
07.01 Marie Nagy (ECOLO): Monsieur le président, dans le cadre de
la saga sur Zaventem, il y a une information tout à fait intéressante à
suivre dans ce dossier traité par un ministre F, F étant la sixième
lettre de l'alphabet, n'est-ce pas monsieur Landuyt. A la lecture très
instructive des plaintes des riverains, des réponses que le service de
médiation y donne et de la presse, on constate que - et j'espère que
le ministre va nous donner une réponse claire à ce sujet - BIAC et
07.01 Marie Nagy (ECOLO): Uit
de klachten van de omwonenden
blijkt dat Biac en Belgocontrol
baan 25 hebben gebruikt om het
ILS-systeem (Instrument Landing
System) te testen. Brussel zou
daarbij rakelings worden
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
Belgocontrol effectuent actuellement des essais pour que la piste 25
soit utilisée en atterrissage en rase-mottes sur Bruxelles par
l'installation des ILS.
Monsieur le ministre, cette information est-elle exacte? Cela fait-il
partie du plan de dispersion? Cela a-t-il été adopté par le Conseil des
ministres? Cela entre-t-il dans cet ensemble de dispositions qui visent
surtout à faire payer Bruxelles qui n'est manifestement pas assez "F"
dans le chef d'un certain nombre de ministres? Je répète qu'il s'agirait
de quelque chose d'assez étonnant, à savoir des atterrissages en
rase-mottes sur une des agglomérations où la densité de population
est la plus élevée au monde.
overvlogen. Klopt die informatie?
Maakt een en ander deel uit van
het spreidingsplan? Werd die
maatregel goedgekeurd door de
ministerraad?
07.02 François-Xavier de Donnea (MR): Monsieur le président, je
commence à avoir beaucoup de compassion pour le ministre Landuyt
parce que ce pauvre ministre, qui fait de son mieux, paie
naturellement les pots cassés d'une décision qui a été prise, madame
Nagy, par une de vos amies et collègues, Mme Durant, qui aurait
mieux fait de ne jamais ouvrir cette boîte de Pandore. Cela aurait
évité beaucoup de nuits d'insomnie, non seulement à nombre de nos
concitoyens mais également à M. Anciaux et aujourd'hui à M.
Landuyt!
Monsieur le ministre, mes questions sont les suivantes:
- Est-il exact que les instructions que vous avez données, après
l'injonction de la cour d'appel n'ont pas été respectées le premier jour
où le nouveau plan de dispersion entrait en vigueur?
- Est-il exact qu'il y a eu violation des règles?
- Est-il exact que l'Etat serait susceptible de devoir payer des
astreintes considérables, vu le non-respect de ces règles le 26 avril?
- S'il y a eu violation des règles, quelles mesures avez-vous prises et
quelles décisions avez-vous communiquées à Belgocontrol pour
éviter que cela se reproduise et que, par le paiement d'astreintes
considérables, vous contribuiez indirectement à mettre en péril
l'équilibre budgétaire cher à M. Vande Lanotte?
07.02 François-Xavier de
Donnea (MR): Klopt het dat uw
richtlijnen de eerste dag al niet
werden nageleefd? Werden de
regels met voeten getreden? Klopt
het dat de Staat fikse
dwangsommen kunnen worden
opgelegd? Zo ja, welke
maatregelen heeft u genomen en
welke beslissingen heeft u aan
Belgocontrol overgezonden?
07.03 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de minister, 67 mensen uit
Wezembeek-Oppem en Kraainem hebben klacht neergelegd bij het
hof van beroep van Brussel tegen het gebruik van baan 02 als
landingsbaan. Zij hebben gelijk gekregen van de Franstalige kamer
van het hof van beroep. Bijgevolg mag baan 02 niet meer worden
gebruikt om te landen.
Het gevolg is dat u uw spreidingsplan hebt moeten aanpassen en dat
weer andere mensen nieuwe hinder hebben gekregen. U hebt de
hinder opnieuw herverdeeld, waardoor nu vooral Vlaamse gezinnen
de herverdeelde hinder ondergaan.
In de nacht van zaterdag op zondag blijkt dat men is afgeweken van
dat nieuwe spreidingsplan, want er zijn tussen 19 en 21 uur 's avonds
30 vliegtuigen geland op piste 02. Die 67 mensen uit de Oostrand
willen bij de rechter nu dwangsommen opeisen die vastgelegd waren
in geval van gebruik van baan 02. De dwangsommen zijn niet min,
namelijk 25.000 euro per vlucht maal 30 vluchten, wat een totaal geeft
van 750.000 euro.
Belgocontrol zegt dat men van het spreidingsplan is moeten afwijken
07.03 Simonne Creyf (CD&V):
Dans la nuit de samedi à
dimanche passé, 30 avions ont
atterri sur la piste 02 à l'aéroport
de Zaventem. Pourtant, à la suite
d'une plainte de 67 habitants de la
périphérie Est, la cour d'appel de
Bruxelles avait décidé que la piste
ne pouvait plus être utilisée pour
les atterrissages et le plan de
dispersion a dès lors été adapté.
Selon Belgocontrol, la piste 02
devait obligatoirement être utilisée
étant donné la puissance du vent,
mais les 67 habitants de la
périphérie Est contestent cet
argument et ont l'intention d'exiger
les astreintes imposées par le
juge en cas d'utilisation de la piste
02.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
wegens de windsterkte op de andere banen. De mensen uit de
Oostrand hebben blijkbaar andere documenten, want zij betwisten
dat.
Mijnheer de minister, mijn vragen zijn de volgende. Ten eerste, wat
was de windsituatie op de avond van zaterdag op zondag?
Ten tweede, welke windsterkte mag er zijn om, ondanks het arrest
van het hof van beroep, toch te landen op baan 02? Vanaf wanneer is
het geoorloofd om te landen op baan 02?
Ten derde, op welk tijdstip en op welke manier wordt die windsterkte
gemeten? Wanneer wordt die windsterkte gecommuniceerd aan de
piloten?
Ten vierde, in de hypothese dat die 67 mensen uit Wezembeek-
Oppem en Kraainem bij de rechter die dwangsom inderdaad opeisen,
vraag ik mij af of zij dat ook kunnen doen en staan zij dus in hun
recht. Is de klacht ontvankelijk? Ik neem aan dat Belgocontrol toch
oordeelt over veiligheid. Welke banen kunnen worden gebruikt,
rekening houdend met de windsterkte en de veiligheid?
Quelles étaient précisément les
conditions de vent dans la nuit de
samedi à dimanche? Quelle doit
être la puissance du vent pour
justifier un atterrissage sur la piste
02? Quand la force du vent est-
elle mesurée et communiquée aux
pilotes? La plainte des 67
habitants de la périphérie Est qui
exigent des astreintes est-elle
recevable?
07.04 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, tout d'abord, je voudrais souligner, à l'intention de Mme
Nagy, que si le F n'est pas la sixième lettre de l'alphabet mais signifie
francophone, je ne suis pas d'accord avec sa conclusion selon
laquelle Bruxelles est F. Selon moi, Bruxelles est dans votre langage
F et N. Que cela soit clair!
Par ailleurs, ce que vous avez compris comme étant des manoeuvres
n'était autre que des contrôles du "Instrument Landing System". Cela
n'a rien à voir avec des projets dans le cadre du plan de dispersion.
Je tiens à vous rassurer sur ce point.
Que s'est-il passé avec la piste 02 samedi? Il est clair que si la piste
02 n'est pas utilisée de manière préférentielle parce que c'est interdit
par l'arrêt et par notre décision, elle l'a été en raison de la direction
des vents.
Je tiens à souligner qu'il n'y a pas encore de demande d'astreinte
officielle. Pour l'instant, il n'y a que des rumeurs et des déclarations.
07.04 Minister Renaat Landuyt:
De vastgestelde vliegbewegingen
waren bedoeld om het ILS-
systeem te testen. Dat had niets
met het spreidingsplan te maken.
Door de windrichting diende er
vorige zaterdag van baan 02
gebruik te worden gemaakt. Er
werd nog geen officiële aanvraag
tot betaling van dwangsommen
ingediend.
Wat de precieze windnormen betreft, heeft men mij gezegd - ik zeg dit
onder alle voorbehoud van eventuele betwistingen en discussies
daarover - dat wat baan 25R betreft, de rugwind tot 11 knopen
evolueerde en dat wat landingspiste 20 betreft, waar de norm tijdens
de dag 0 is, met een tolerantie van 1, meen ik, de rugwind tot 4 of 5
knopen evolueerde. Met andere woorden, de voorziene landingspistes
hadden een te hoge rugwind, waardoor men rond 19.45 uur beslist
heeft dat men baan 02 moest gebruiken.
Men beslist dat op een moment dat men zicht heeft op de
windevolutie en op een moment dat men dat kan doen, gelet op het
aantal vliegtuigen dat er aankomt. Als er bijvoorbeeld drie vliegtuigen
onmiddellijk na elkaar komen, zal men geen verandering doorvoeren.
Men zal die zelfs een stuk vroeger doorvoeren, op een moment dat er
bijvoorbeeld een decalage is van 15 minuten. Ook dat, zo heeft men
mij geleerd, is een kwestie van veiligheid.
Je peux communiquer sous
réserve les normes de vent : la
force du vent sur la piste 25R était
de 11 noeuds et sur la piste 20,
sur laquelle la norme en journée
est égale à zéro, elle variait entre
4 et 5 noeuds. Etant donné la force
du vent, il a été décidé vers
16h.45 heures de quand même
utiliser la piste 02. Cette décision
a été prise sur la base de
l'évolution du vent et du nombre
d'avions qui devaient atterrir à ce
moment-là.
En fait, le Parlement ne devrait
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
Ik meen dat het inzake die hele problematiek goed zou zijn dat wij in
het Parlement over zulke technische materies niet hoeven te praten
en dat er voor eens en altijd een wettelijke regeling komt; om nog
eens te benadrukken dat een administratie een administratie is en dat
Belgocontrol een instantie is die wij met zijn allen moeten vertrouwen
wat de veiligheid betreft.
pas examiner ces problèmes
techniques. Il faut fixer des règles
claires une fois pour toutes afin
que nous puissions nous appuyer
sur les décisions de Belgocontrôle
en matière de sécurité.
07.05 Marie Nagy (ECOLO): Monsieur le président, monsieur
Landuyt, je pense vraiment qu'il y a un problème: vous vous moquez
de nous! Je veux bien que chaque ministre essaie de répondre un
peu à côté, qu'il ne donne pas la réponse "tip top" ainsi que le
parlementaire voudrait l'y amener. C'est de bonne guerre et, ma foi,
assez normal.
Cependant, je vous pose une question précise: est-on en train
d'installer, oui ou non, des ILS pour permettre l'atterrissage en rase-
mottes sur l'aéroport de Bruxelles? Vous me répondez...
07.05 Marie Nagy (ECOLO): Is
de ILS-installatie bedoeld om
landingen mogelijk te maken
waarbij rakelings boven Brussel
wordt aangevlogen?
Le président: Le ministre vous répond immédiatement.
07.06 Renaat Landuyt, ministre: Je vous réponds pour la deuxième
fois, très précisément: non. Neen.
07.06 Minister Renaat Landuyt:
Nee.
07.07 Marie Nagy (ECOLO): D'accord. Pourtant, monsieur Landuyt,
le médiateur répond très précisément à une plainte: "Un vol technique
constant effectuait des tests d'équipements ILS de la piste 25 droite
ce dimanche 24 avril 2005, soit des vols de calibrage. Cet avion
effectuait des boucles en circuit de façon permanente autour de l'axe
de la piste 25 droite. Pour ces motifs, le contrôle aérien a modifié
l'altitude de virage et de décollage de la piste 20, au coup par coup,
pour chaque avion afin que les virages vers la droite n'entrent pas en
conflit avec l'avion chargé de tester et calibrer les ILS de la piste 25
droite."
Donc, si l'on n'installe pas des ILS sur la piste 25, peut-on m'expliquer
pourquoi on effectue des vols de calibrage du système ILS sur la
piste 25? Je trouve que vous pourriez le reconnaître puisque c'est un
vieux projet. J'avais déjà interrogé votre collègue le 2 février 2004 sur
la même question; il m'a répondu que c'était une option à l'étude.
J'aimerais donc savoir pourquoi, si l'on n'installe pas les ILS, l'on
effectue des vols de calibrage du système ILS sur la piste 25.
07.07 Marie Nagy (ECOLO): Als
de ILS niet daartoe is bestemd,
waarom werden er dan
proefvluchten op baan 25
gehouden?
Le président: Madame, il s'agit d'une réplique, n'est-ce pas, et je vais laisser M. de Donnea répliquer à son
tour. Le ministre répond ce qu'il veut.
07.08 Marie Nagy (ECOLO): Oh oui, vraiment!
Le président: Ça a toujours été comme ça, madame.
07.09 François-Xavier de Donnea (MR): Monsieur le président,
monsieur le ministre, tout d'abord - et l'exposé fort savant que
Mme Nagy vient de tenir le démontre -, ce problème est tellement
technique qu'il vaudrait mieux ne pas le débattre en séance publique,
mais en commission.
Mon groupe politique vous réinterrogera, très calmement et très
07.09 François-Xavier de
Donnea (MR): Gelet op het
technisch karakter van de vragen,
geeft de MR-fractie de voorkeur
aan een debat in de commissie en
niet in de plenaire vergadering.
Mijn fractie behoudt zich dus het
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
sereinement, la semaine prochaine, de façon à pouvoir tenir un débat
en commission, si nécessaire avec des experts et si nécessaire avec
un tableau noir ou un papier blanc afin de pouvoir inscrire des chiffres
au tableau.
Personnellement, j'avais posé ma question pour la commission, mais
comme Mme Nagy la posait...
recht voor u in de komende week
over dat dossier te ondervragen.
Voorts wil ik onderstrepen dat u de
leden van de Kamer niet zal
kunnen beletten over de
toepassing van de wetten te
debatteren.
Le président: Monsieur de Donnea, les deux questions étaient destinées à être posées en commission.
Comme Mme Creyf voulait poser sa question en plénière, elle attire les deux autres questions qui
obtiennent un traitement égal et digne.
07.10 Marie Nagy (ECOLO): Ce n'est pas toujours le cas!
07.11 François-Xavier de Donnea (MR): Monsieur le président, je
respecte donc pleinement le droit parlementaire de Mme Creyf de
poser les questions où bon lui semble. Toutefois, j'estime qu'il
vaudrait mieux que l'on ait ce débat en commission. Mon groupe
politique se réserve donc le doit d'ouvrir un débat la semaine
prochaine par le truchement d'une question que nous déposerons, M.
Maingain ou moi-même on verra bien , en temps utile.
Par ailleurs, monsieur le ministre, vous avez raison de dire qu'il faudra
probablement prendre certaines mesures législatives. Mais, en tant
que parlementaire, j'insiste sur le fait que vous n'empêcherez jamais
que l'on débatte au parlement de l'application des lois! Autant je suis
d'accord avec votre argumentaire invoquant la nécessité de légiférer
sur tel ou tel point, autant je pense que vous ne saboterez pas des
débats au parlement sur l'application des lois. Il est de notre devoir de
le faire. Néanmoins, plus les lois seront claires, meilleures elles
seront, moins il y aura de débats. C'est évident.
Pour le reste, je prends acte de la réponse du ministre. Je lui souhaite
bon courage, bonne chance et bon travail.
07.12 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil eraan
herinneren dat op mijn verzoek volgende week het debat in de
commissie plaats zal hebben. Ik meen te mogen zeggen dat dat mijn
verdienste is.
Wat uw antwoord betreft over het gebruik van de baan 02 vorige
zaterdag, mijnheer de minister, ben ik bereid uw antwoord te
aanvaarden. Mij lijkt dat redelijk. Wat dat betreft, heb ik geen
probleem.
Waar ik het wel heel moeilijk mee heb, is dat sommige actiegroepen,
vooral Franstalige actiegroepen, de bestaansgrond van de luchthaven
van Zaventem steeds meer ter discussie stellen. U kunt dat, mijns
inziens, niet laten gebeuren. U kan de enen niet sparen ten koste van
de anderen. Alleen een écht evenwichtig spreidingsplan, dat geen
nieuwe pseudo-concentraties of nieuwe concentraties invoert en door
de zes zones erkend wordt als evenwichtig, is de oplossing voor het
probleem.
Ik wens te herhalen het is jammer dat het gezegd moet worden
dat, indien mevrouw Durant en eerste minister Verhofstadt destijds
niet de onzalige beslissing hadden genomen om te concentreren, had
07.12 Simonne Creyf (CD&V):
Je vous signale qu'à ma
demande, ce thème fera l'objet
d'un débat de commission la
semaine prochaine.
La réponse du ministre
concernant l'utilisation de la piste
d'atterrissage 02 le samedi me
semble raisonnable. En revanche,
le fait que la raison d'être de
l'aéroport soit remise en question
principalement par des
associations francophones me
gêne. J'estime en effet que le
ministre ne doit pas ménager les
susceptibilités des uns au
détriment de celles des autres. Le
règlement de ce problème
passera obligatoirement par la
mise au point d'un plan de
dispersion vraiment équilibré qui
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
heel de saga niet plaats hoeven te grijpen. Door de concentratie en
nadien het spreidingsplan is de draagkracht van de luchthaven
aangetast. Dat is een historische vergissing en een grove fout van
minister Durant en eerste minister Verhofstadt.
n'instaurera pas de nouvelles
pseudo-concentrations et qui sera
reconnu par les six zones.
Toutes ces difficultés n'auraient
pas surgi si la ministre Durant, en
fonction à l'époque, et le premier
ministre Verhofstadt n'avaient pas
opté, dans le passé, pour la
concentration. Cette erreur
historique a eu pour effet que la
population est moins favorable
qu'avant à l'aéroport de
Zaventem.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de M. Jean-Marc Nollet au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et
de la Politique scientifique sur "le projet de dépôt de déchets nucléaires à Fleurus-Farciennes"
(n° P868)
08 Vraag van de heer Jean-Marc Nollet aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel
en Wetenschapsbeleid over "het plan voor de berging van nucleair afval in Fleurus-Farciennes"
(nr. P868)
08.01 Jean-Marc Nollet (ECOLO): Monsieur le président, vu que le
ministre Landuyt n'est pas directement compétent en la matière, je
me suis permis d'être très précis dans la question que j'ai formulée
pour que, techniquement, il puisse y apporter des réponses. Les
réponses que j'attends sont importantes: qu'elles soient positives ou
négatives, elles doivent influencer très rapidement l'évolution du
dossier.
De quoi s'agit-il? En quelques mots, le conseil d'administration du
partenariat local de Fleurus et de Farciennes a reporté le moment où
il va décider s'il est oui ou non candidat pour accueillir des déchets
nucléaires. Ce report peut poser problème en ce sens que le
calendrier défini par le gouvernement fédéral imposait une décision
finale, un choix, une sélection parmi les dossiers Mol, Dessel,
Fleurus-Farciennes, pour décembre 2005. Le report de cette décision
de trois voire quatre mois en ce qui concerne Fleurus-Farciennes
pose problème.
- Un report de quatre mois est-il tenable au niveau du gouvernement
fédéral?
- Le dossier Fleurus-Farciennes sur le site de l'IRE reste-t-il dans la
course ou bien étant donné qu'il ne sera pas prêt dans les temps est-il
d'ores et déjà hors-jeu?
- Quel est votre calendrier? Si Fleurus et Farciennes restent dans la
course, comptez-vous définir un nouveau calendrier?
- Vu la prolongation du travail de quatre à six mois, le gouvernement
fédéral a-t-il prévu le budget nécessaire pour payer les permanents
du partenariat local?
La deuxième dimension est liée aux discussions en commission où,
08.01 Jean-Marc Nollet
(ECOLO): De raad van bestuur
van het plaatselijk partnerschap
van Fleurus en Farciennes heeft
besloten om de datum voor de
indiening van zijn mogelijke
kandidatuur in het dossier van de
kernafval met drie of vier
maanden uit te stellen. Nu is de
federale regering van plan om in
december 2005 een selectie te
maken onder de dossiers Mol,
Dessel en Fleurus-Farciennes.
Welke weerslag zal dat uitstel
hebben op het behoud van de
kandidaturen van beide sites ?
Zullen de door de regering
vastgelegde plannen worden
gehandhaafd? Hoe staat het met
de begroting voor de permanente
actoren van het plaatselijk
partnerschap?
Wat de omschrijving van de
intensiteit van de radioactieve
afval betreft, verklaarde de
minister in een schriftelijk
antwoord dat zo'n omschrijving
later, na de aanwijzing van de site,
zou worden gegeven.
Die verklaringen staan haaks op
die van de burgemeester van
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
par question écrite, j'ai interrogé le ministre Verwilghen sur la
définition précise de l'intensité des déchets radioactifs qui seraient
accueillis à Fleurus-Farciennes ou ailleurs. Sa réponse est, pour le
moins, en contradiction avec ce que nous dit le bourgmestre de
Fleurus dans la presse ce matin. Selon le ministre, la définition de ce
qu'est un déchet qui peut être accueilli dans un tel site devra être
fournie ultérieurement, après avoir fait le choix du site. Le
bourgmestre, quant à lui, dit pouvoir rassurer la population en disant
qu'il s'agira uniquement de déchets faiblement radioactifs. Pouvez me
garantir que le site retenu n'accueillera pas de déchets de plus 5 mSv
comme radioactivité?
Dernier élément, je serai un peu plus long pour en expliquer le
contexte puisque le ministre directement compétent n'est pas présent,
vous m'en excuserez. Je voudrais interroger le ministre sur les
compensations. Dans le dossier Fleurus-Farciennes est repris le
montant de deux milliards d'euros de compensations pour le volet
socio-économique du projet. A ma connaissance, dans le budget
2005 et dans les discussions, aucun montant, ni mécanisme, ni
provision ne sont prévus.
Je veux me faire confirmer par le ministre que telle est bien la
situation pour l'instant, à savoir qu'il n'y a pas de budget défini, pas de
montant défini et qu'il n'a même pas encore défini de mécanismes par
lesquels on pourrait faire payer, via le tarif des producteurs, des
déchets nucléaires à l'ONDRAF qui aurait, dès lors, de quoi financer
ses partenariats. Pouvez-vous me fournir une réponse à ces
éléments précis?
Fleurus volgens wie de betrokken
site enkel als bergplaats voor
laagradioactieve afval zou dienen.
Bevestigt u dat desbetreffende
afval niet meer dan 5 milli-Sievert
(mSv) radioactiviteit zal bevatten?
Wat de financiële compensaties
betreft, wordt in het dossier van
Fleurus-Farciennes voorzien in
een bedrag van twee miljard euro
voor het sociaal-economisch
onderdeel van het plan. Bij mijn
weten zijn geen dergelijke
bedragen in de begroting 2005
opgenomen.
Bevestigt u dat er geen
begrotingskredieten werden
uitgetrokken, dat er geen
bedragen bij wijze van financiële
compensatie werden vastgesteld
en dat er geen regelingen werden
uitgewerkt met het oog op de
financiering van die
compensaties?
Le président: Monsieur Nollet, vous avez largement débordé de votre temps de parole. Vous avez
également employé des notes écrites. Vous avez quand même déjà un peu de métier! J'invite les collègues
à respecter les règlements. Le nombre de questions orales aujourd'hui n'étant pas trop élevé, je ne serai
pas trop strict. Mais il y a des parlements où le couperet tombe après une ou deux minutes de temps de
parole. Ceux qui ont siégé au Parlement européen le savent très bien. Je n'exagère pas mais aidez-moi à
vous aider!
08.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, tout d'abord, M. le ministre Verwilghen tient à préciser que
la responsabilité du choix de la méthode suivie par les partenariats
locaux leur incombe. Il n'est pas maître de leur agenda.
En ce qui concerne la première question ainsi que la troisième, mon
collègue se réfère à sa réponse à votre question parlementaire du 13
janvier dernier.
Quant à la deuxième question, M. Verwilghen précise: "Comme
signalé par vous même, le rapport final du partenariat local PaLoFF
doit encore être finalisé, discuté et approuvé par l'assemblée générale
du partenariat et ensuite, le conseil communal des communes de
Fleurus et Farciennes. Après quoi, le rapport en question sera
officiellement transmis à l'ONDRAF qui me le remettra par la voie
officielle, avec son rapport d'évaluation". M. Verwilghen tient à
rappeler, je cite: "Dans ce rapport, le partenariat proposera ou non un
avant-projet de dépôt final intégré" et qu'"il appartient d'abord au
partenariat de traiter dans ce rapport de l'ensemble des questions
techniques et non techniques relatives au dossier".
08.02 Minister Renaat Landuyt:
De heer Verwilghen herinnert
eraan dat de lokale partners de
gevolgde methode kiezen.
In antwoord op uw eerste en
derde vraag, verwijst de minister
naar uw parlementaire vraag van
13 januari 2005.
Wat uw tweede vraag betreft,
preciseert hij dat de laatste hand
nog moeten worden gelegd aan
het eindverslag van het lokaal
partnership, dat het moet worden
besproken en aan de algemene
vergadering van het partnership
en de gemeenteraad van de
gemeenten Fleurus en Farciennes
ter goedkeuring moet worden
voorgelegd. Vervolgens zal het
verslag officieel aan de NIRAS
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
worden meegedeeld. Dat verslag
zal een voorontwerp betreffende
de definitieve berging bevatten en
het komt het partnership toe
daarin alle technische en niet-
technische punten van dat dossier
te behandelen.
08.03 Jean-Marc Nollet (ECOLO): Monsieur le président, je vais
regretter d'avoir accepté d'entendre la lecture de la réponse par un
autre ministre. En effet, d'une part, vous me limitez dans le temps
alors que je dois expliquer le contexte dans lequel nous sommes et,
surtout, c'est plus important et plus grave je n'ai pas de réponse
aux questions posées, puisque je pars de la question écrite pour
développer des précisions. Je n'ai absolument aucune réponse aux
questions posées. J'ignore comment nous pouvons nous en sortir,
sauf que vous laissez planer une énorme incertitude sur le volet des
compensations et sur le calendrier. Vous renvoyez à d'autres
éléments, qui ne sont guère plus précis.
Monsieur le président, je vous prie de m'excuser à la fois d'avoir été
long mais aussi de devoir conclure par le fait que tout cela devient
vraiment problématique. J'ai volontairement été très précis dans ma
question écrite remise vers 10.30 heures afin de pouvoir obtenir une
réponse précise et je n'ai absolument aucune réponse.
Cela étant dit, je pense que tout cela camoufle une volonté réelle de
laisser ce dossier dans le flou, ce qui n'est pas rassurant pour les
gens concernés par cet éventuel projet.
08.03 Jean-Marc Nollet
(ECOLO): Bij het lezen van het
antwoord van de minister, kan ik
enkel vaststellen dat er niet op
mijn vragen wordt geantwoord. Er
blijft dus onzekerheid bestaan
zowel wat de compensaties betreft
als inzake het door de regering
vastgestelde tijdpad.
Dat alles dient om te verhullen dat
men in het dossier eigenlijk geen
uitsluitsel wil geven en dat zal de
mensen die bij dat eventueel plan
betrokken zijn, zeker niet
geruststellen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: Je sais que Mme Van den Bossche va bientôt nous rejoindre mais je vais poursuivre les
travaux. Je demanderai à Mme Belhouari de poser sa question dès que Mme Van den Bossche sera
arrivée.
Je souhaite que M. le ministre reste ici pour représenter le gouvernement.
09 Agenda
09 Agenda
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents de ce matin, je vous propose d'inscrire à l'ordre du
jour de la séance plénière de cet après-midi:
- le projet de loi introduisant des dispositions relatives à la médiation dans le Titre préliminaire du Code de
procédure pénale et dans le Code d'instruction criminelle (n°
s
1562/1 à 4).
- la proposition de loi de M. Jean-Pierre Malmendier relative à l'agrément de certaines associations sans
but lucratif organisant la médiation auteur-victime orientée vers la réparation (n° 194/1).
- la proposition de loi de Mmes Corinne De Permentier et Pierrette Cahay-André et M. Alain Courtois
modifiant le Code d'instruction criminelle afin de permettre au juge, en matière pénale, de proposer aux
parties de renvoyer le dossier vers un agent du service des maisons de justice (n° 235/1).
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van deze morgen, stel ik u voor op de
agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag in te schrijven:
- het wetsontwerp tot invoering van bepalingen inzake de bemiddeling in de Voorafgaande Titel van het
Wetboek van strafvordering en in het Wetboek van strafvordering (nrs 1562/1 tot 4).
- het wetsvoorstel van de heer Jean-Pierre Malmendier betreffende de erkenning van bepaalde
verenigingen zonder winstoogmerk die bemiddelend optreden tussen dader en slachtoffer, met het oog op
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
herstel van schade (nr. 194/1).
- het wetsvoorstel van de dames Corinne De Permentier en Pierrette Cahay-André en de heer Alain
Courtois tot wijziging van het Wetboek van strafvordering om de rechter in strafzaken de mogelijkheid te
bieden de partijen voor te stellen het dossier naar een ambtenaar van de Dienst Justitiehuizen te verwijzen
(nr. 235/1).
Mme Valérie Déom fera rapport oral.
Mevrouw Valérie Déom zal mondeling verslag uitbrengen.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden
09.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de minister, collega's,
gelieve mij eerst en vooral te verontschuldigen omdat ik gisteren
namiddag niet in de commissie voor de Justitie aanwezig was,
aangezien ik in de commissie voor de Binnenlandse Zaken werd
weerhouden.
Mijnheer de voorzitter, ik betreur deze manier van werken.
Het leek mij weinig opportuun dit wetsontwerp gisteren in de
commissie snel goed te keuren om het op de agenda van deze
plenaire vergadering te kunnen plaatsen, terwijl wij zelfs niet
beschikten over de wetgevingstechnische nota van de diensten,
wegens de haast inzake de procedure. Dit zal aanleiding geven tot
slechte wetgeving en ik wens dat er nota wordt van genomen dat
deze wijze van werken onbehoorlijk is.
09.01 Tony Van Parys (CD&V):
Je déplore cette manière de
travailler. Je n'ai pas pu participer
hier après-midi à la réunion de la
commission de la Justice car je
me trouvais en commission de
l'Intérieur et je m'en excuse.
Il ne me semble pas opportun
d'avoir approuvé ce projet de loi à
la va-vite hier en commission pour
pouvoir en discuter aujourd'hui en
séance plénière. Nous ne
disposons même pas de la note
de légistique. Cette manière
inappropriée de travailler conduira
à une mauvaise législation.
De voorzitter: Tijdens de Conferentie van voorzitters werd gevraagd
alzo te handelen. Ik heb de vraag voorgelegd. Anderen punten
hebben wij trouwens geweigerd op de agenda van deze plenaire
vergadering te plaatsen. Ik heb in de Conferentie van voorzitters
evenwel eenparigheid gemerkt omtrent het voorstel. Ik begrijp uw
reactie en heb ook begrip voor de situatie gezien de omstandigheden
van gisteren.
Le président: Je comprends la
réaction de M. Van Parys à la
lumière des évènements d'hier,
mais il y avait unanimité hier à ce
sujet en Conférence des
Présidents. La Conférence a
d'ailleurs refusé l'inscription de
certains points à l'ordre du jour de
la séance de cet après-midi.
09.02 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, je voudrais
me rallier aux propos de M. Van Parys. Lors de la Conférence des
présidents à laquelle j'ai assisté tout à l'heure, il a été mentionné que
ce projet n° 1562 avait été accepté à l'unanimité en commission M.
Van Parys et moi-même y étions absents; nous nous trouvions en
commission de l'Intérieur. Je voudrais tout de même revenir sur le fait
qu'en commission de la Justice, un projet sur le vote électronique si
je ne me trompe était à l'ordre du jour avant le projet n° 1562 et il
n'a pas été terminé. En réalité, j'ai fait confiance aux autres membres
de la commission pour accepter que ce projet vienne aujourd'hui en
séance plénière.
Que ce soit aujourd'hui ou la semaine prochaine, le vote était
intervenu en commission mais on m'indique aujourd'hui que le texte
avait été voté en très peu de temps. Et, lorsque je le relis maintenant,
09.02 Melchior Wathelet (cdH):
Op de Conferentie van voorzitters
werd gesteld dat dit ontwerp nr.
1.562 in de commissie eenparig
werd aangenomen. De heer Van
Parys en ikzelf waren afwezig
omdat we ons op dat ogenblik in
de commissie voor de
Binnenlandse Zaken bevonden.
Op de agenda van de commissie
voor de Justitie stond een ontwerp
over het elektronisch stemmen
vóór het ontwerp nr. 1.562 dat niet
volledig werd besproken. Ik heb
erop vertrouwd dat de andere
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
j'ai les mêmes craintes que M. Van Parys quant à ce texte.
commissieleden er zouden voor
zorgen dat dit ontwerp heden in de
plenaire vergadering kan worden
behandeld.
In de commissie is over het
ontwerp gestemd, maar vandaag
verneem ik dat de tekst op een
drafje werd goedgekeurd. Nu ik de
tekst herlees, deel ik de
bezorgdheid van de heer Van
Parys.
Le président: Vous étiez plus intéressé par la commission de
l'Intérieur hier, semble-t-il, que par la commission de la Justice?
De voorzitter: De commissie voor
de Binnenlandse Zaken trok u
gisteren meer aan?
09.03 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, ce n'est pas
tout à fait vrai. Je le répète: un autre point était inscrit à l'ordre du jour
avant celui-ci et il n'a pas été clôturé. Je ne pouvais pas imaginer
qu'on allait passer à un vote et que la ministre allait se limiter à
l'exposé des motifs lorsque je suis parti.
09.03 Melchior Wathelet (cdH):
Op de agenda stond er stond een
ander punt vóór dit hier en het was
nog niet afgehandeld. Op het
ogenblijk dat ik de zaal verliet, kon
ik niet weten dat men tot de
stemming zou overgaan en dat de
minister zich tot de memorie van
toelichting zou beperken.
Le président: Je comprends votre point de vue, mais je suis une
procédure correcte et régulière. Par ailleurs, je me suis avancé sur
l'information que j'ai reçue.
De voorzitter: Ik volg de correcte
en gebruikelijke procedure.
Bovendien heb ik me gebaseerd
op de informatie die ik heb
ontvangen.
09.04 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, je n'ai pas dit
le contraire.
09.04 Melchior Wathelet (cdH):
Dat ontken ik niet.
Le président: Je comprends votre réaction et vos observations. M.
Van Parys a demandé que l'on prenne acte de ses observations.
Mme Déom fera d'ailleurs un rapport oral.
De voorzitter: Ik heb begrip voor
uw reactie en uw opmerkingen.
De heer Van Parys heeft gevraagd
dat men nota neemt van zijn
opmerkingen. Mevrouw Déom zal
bovendien mondeling verslag
uitbrengen.
Projets et propositions
Ontwerpen en voorstellen
10 Proposition de résolution relative aux droits de l'enfant dans les pays partenaires de la politique
belge de coopération au développement (1656/1)
10 Voorstel van resolutie betreffende de rechten van het kind in de partnerlanden waarop het
Belgische ontwikkelingsbeleid is gericht (1656/1)
(Sans rapport / Zonder verslag)
Discussion
Bespreking
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (1656/1)
De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1656/1)
La discussion est ouverte.
De bespreking is geopend.
10.01 Josée Lejeune (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, notre proposition de résolution vise à mettre
en avant les droits de l'enfant dans les pays partenaires de la
coopération, mais aussi dans tous les Etats avec lesquels la Belgique
entretient des contacts.
En réalité, depuis maintenant un demi-siècle, les instruments de
protection des droits de l'homme se sont multipliés. Ces instruments
bénéficient à tous les membres de la communauté internationale et
doivent être appliqués à tous, quels que soient leur race, leur religion,
leur sexe, leur âge ou leur appartenance politique.
Il n'en reste pas moins qu'une partie de la population plus faible -
nous pensons plus particulièrement aux enfants au départ plus
fragiles - mérite une protection spécifique, principalement dans les
pays où la situation est instable.
Devons-nous rappeler que les enfants représentent l'avenir de
l'humanité, que ces jeunes d'aujourd'hui seront les décideurs de
demain? Nous pensons plus particulièrement aux enfants soldats, à
l'exploitation sexuelle, au travail dès le plus jeune âge, à la non-
scolarisation, à la maltraitance, à la violence. Des dizaines de millions
d'enfants vivent ces calvaires au quotidien dans le monde.
Nous souhaitons insister sur l'exploitation des enfants en matière de
travail. Il s'agit d'un problème qu'il faut considérer sérieusement. Les
enfants représentent en effet des proies faciles pour ceux qui veulent
produire beaucoup et à très faible coût. Notre volonté est aussi de
mettre l'accent sur les enfants qui sont bien souvent victimes de
discriminations en raison de leur appartenance nationale, religieuse,
ethnique, politique ou en raison de la couleur de leur peau. N'oublions
pas que, dans différents pays, encore aujourd'hui, certains enfants
n'ont pas accès à l'éducation en raison de leur sexe.
Mais ce ne sont pas là les seuls fléaux qui menacent les plus faibles
d'entre nous. La malnutrition, la maladie, la non-scolarisation
constituent autant de préoccupations graves qui doivent être inscrites
à l'agenda de notre politique étrangère et de coopération.
Nous nous devons également d'insister sur le phénomène plus que
préoccupant que représentent les enfants soldats. En effet, dans
certaines régions du monde, ces derniers sont forcés de prendre les
armes pour participer à des conflits dont ils ne connaissent ni les
enjeux, ni les acteurs. Il est vrai que ces jeunes sont une proie facile à
manipuler, d'autant plus facile quand ils ne sont pas alphabétisés.
Dès leur plus jeune âge, ils sont éduqués dans la haine de
l'adversaire. Ils se retrouvent très vite dans un cercle vicieux, où ils ne
savent se reconvertir que dans la violence car ils ne connaissent
malheureusement rien d'autre.
La fin du conflit arrivant, ces jeunes illettrés se retrouvent sans travail,
ne connaissant que le métier des armes. De plus, les centres de
10.01 Josée Lejeune (MR): Ons
voorstel van resolutie strekt ertoe
rechten van het kind te
bevorderen in de partnerlanden
waarop het Belgische
ontwikkelingsbeleid is gericht,
maar ook in alle andere landen
waarmee België relaties
onderhoudt.
Sinds zowat een halve eeuw zijn
de instrumenten voor de
bescherming van de
mensenrechten almaar
toegenomen. Dat neemt evenwel
niet weg dat voor de kinderen die
minder weerbaar zijn, en
inzonderheid die kinderen die
leven in landen waar de toestand
instabiel is, specifieke
bescherming vereist is. Ze vormen
immers een zwakkere
bevolkingsgroep en zijn de
toekomst van de mensheid.
De uitbuiting die gepaard gaat met
kinderarbeid laat sommige
ondernemers toe veel te
produceren tegen een zeer lage
kostprijs. Kinderen kunnen het
slachtoffer worden van
discriminaties wegens hun
nationaliteit, hun godsdienst, de
etnische groep of politieke
groepering waartoe ze behoren, of
ook wegens hun huidskleur.
Bepaalde kinderen hebben op
grond van hun geslacht geen
toegang tot het onderwijs.
Ondervoeding, ziekte, gebrek aan
scholing zijn evenzoveel
prangende aandachtspunten
waarmee ons buitenlandsbeleid
en ontwikkelingsbeleid rekening
behoort te houden. Ten slotte
worden kindsoldaten gedwongen
om de wapens op te nemen en
zich in conflicten te storten, zonder
dat ze begrijpen wat op het spel
staat en wie bij het conflict
betrokken is. Die kinderen zijn
gemakkelijk te manipuleren omdat
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
réintégration des enfants soldats n'acceptent que les mineurs d'âge.
Or il n'est pas rare de voir des personnes majeures depuis peu se
présenter à ces centres, dans l'espoir d'y trouver des solutions après
des années passées les armes à la main. C'est ainsi que la
démobilisation de ces enfants constitue un défi indissociable du
processus de pacification et de démocratisation d'une région.
Mais nous pensons qu'il ne faut pas se limiter à confisquer les armes.
Il faut aussi accompagner ces enfants, ces jeunes pour les aider à
sortir de ce cercle vicieux de la violence. La nécessité de scolariser,
de socialiser ces jeunes marqués par la violence et éduqués dans la
haine existe bel et bien dans une approche globale de la recherche de
la paix. Un accompagnement des enfants est indispensable afin de
permettre non seulement leur alphabétisation élément fondamental
de l'éducation qui constitue une base pour l'apprentissage de la
tolérance et le rejet de la haine, mais aussi de trouver une
occupation professionnelle afin de ne pas sombrer dans le
brigandage. Enfin, par une activité économique, ils peuvent devenir
un maillon concret de l'économie et participer à la croissance et au
développement de leur pays.
Nous savons tous que de nombreuses conventions internationales
abordent cette problématique en prévoyant une protection spécifique
des enfants. Nous pensons notamment au programme des
Nations unies pour la promotion des droits de l'enfant, au pacte
international relatif aux droits civils et politiques, à la Convention
européenne des droits de l'homme et des libertés fondamentales et à
la convention pour les droits de l'enfant. Mais malheureusement, en
réalité, les choses ne changent pas vraiment et, trop souvent, les
conventions internationales ne sont pas ratifiées ou alors elles ne sont
pas réellement appliquées dans les faits. Beaucoup trop souvent, les
gouvernements de ces pays n'accordent qu'une faible importance à la
protection des personnes les plus vulnérables.
Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, nous
pensons qu'il est indispensable d'accomplir un réel effort d'éducation
et de respect de l'autre pour que les enfants, ces décideurs de
demain, ne répètent plus les travers dont ils sont aujourd'hui les
victimes. C'est pourquoi, monsieur le président, notre proposition de
résolution demande au gouvernement que le respect des droits de
l'enfant devienne de manière encore plus évidente le cheval de
bataille de notre politique étrangère et de coopération, d'une part,
dans les pays partenaires et, d'autre part, dans tous les États avec
lesquels la Belgique entretient des relations.
ze niet kunnen lezen en schrijven.
Als het conflict voorbij is, zijn ze
werkloos. Bovendien accepteren
de centra voor reïntegratie van
kindsoldaten alleen minderjarigen.
Die kinderen uit de strijdkrachten
weghalen is dus een uitdaging die
onlosmakelijk verbonden is met
het proces van pacificatie en
democratisering van een regio.
Die operatie beperkt zich niet tot
het afpakken van hun wapens. De
kinderen moeten worden begeleid
zodat ze de geweldspiraal kunnen
doorbreken, door ze te leren lezen
en schrijven, door hen de haat te
leren afzweren en door hen een
beroep aan te leren, zodat ze een
schakel worden van de
ontwikkeling van hun land.
De specifieke internationale
verdragen - het actieplan van de
Verenigde Naties ter bevordering
van de rechten van het kind, het
Internationaal verdrag inzake
burgerrechten en politieke
rechten, het Europees Verdrag tot
bescherming van de rechten van
de mens en de fundamentele
vrijheden, het Verdrag inzake de
rechten van het kind werden niet
door alle landen geratificeerd en
worden niet altijd toegepast.
We denken dat hier een
opvoedkundige taak is weggelegd
en dat we die kinderen, die de
besluitvormers van morgen zijn,
respect voor anderen moeten
bijbrengen, zodat ze niet in de
fouten van het verleden hervallen,
waarvan ze vandaag zelf het
slachtoffer zijn. Ons voorstel van
resolutie vraagt de regering van
de naleving van de kinderrechten
de speerpunt van ons buitenlands
beleid en ons beleid inzake
ontwikkelingssamenwerking te
maken in onze partnerlanden en in
alle landen waarmee België
betrekkingen onderhoudt.
10.02 Mohammed Boukourna (PS): Monsieur le président,
monsieur le ministre, chers collègues, en adoptant la Déclaration du
millénaire en septembre 2000, les Etats membres des Nations unies,
y compris la Belgique, se sont engagés à réaliser les huit objectifs
internationaux de développement et de lutte contre la pauvreté qui
10.02 Mohammed Boukourna
(PS): Bij de Millenniumverklaring
in 2000 hebben de lidstaten van
de Verenigde Naties zich ertoe
verbonden de armoede en de
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
sont, je le rappelle: réduire l'extrême pauvreté et la faim, assurer
l'éducation primaire pour tous, promouvoir l'égalité des genres et
l'autonomie des femmes, réduire la mortalité infantile, améliorer la
santé maternelle, combattre le VIH-sida, le paludisme ainsi que
d'autres maladies, assurer un environnement durable et un accès à
l'eau potable, mettre en place un partenariat mondial pour le
développement.
Tous ces objectifs qui ont un lien direct ou indirect avec les droits de
l'enfant et sa protection se doivent d'être accompagnés par une
préoccupation particulière vis-à-vis des enfants, tant des garçons que
des filles, qui ont droit à une assistance spéciale et à une aide
particulière. La coopération belge au développement a, dans ses
contacts avec les pays en développement, une tradition de faire la
promotion pour le respect des droits humains. L'article 6 de la loi du 7
février 1994 modifiée par la loi du 17 septembre 2000 relative à
l'évaluation de la coopération au développement en fonction du
respect des droits de l'homme, stipule clairement que notre
gouvernement doit veiller explicitement au respect des droits de
l'enfant.
Il est vrai que la responsabilité en matière d'amélioration de la position
de l'enfant au sein de la société relève en première instance des pays
eux-mêmes. Cependant, la Belgique et les autres pays développés
doivent, eux aussi, assumer leurs responsabilités dans ces domaines.
La Convention sur les droits de l'enfant et le protocole relatif à
l'implication des enfants dans les conflits armés qui lui est annexé
constituent des instruments internationaux majeurs, des outils
indispensables pour que cette lutte pour l'amélioration de la position
de l'enfant dans la société soit effective.
Monsieur le président, notre résolution plaide pour une véritable prise
en compte de cette convention et du protocole qui lui est annexé. Il
est du devoir de la Belgique, dans le cadre de la coopération, d'agir
auprès de ses différents partenaires pour que la Convention sur les
droits de l'enfant et le protocole relatif à l'implication des enfants dans
les conflits armés qui lui est annexé soient signés, ratifiés et mis en
oeuvre.
honger in de wereld terug te
dringen, iedereen toegang tot het
lager onderwijs te waarborgen, de
gelijkheid tussen mannen en
vrouwen alsmede de
zelfstandigheid van de vrouwen te
bevorderen, de kindersterfte te
reduceren, de gezondheid van de
moeders te verbeteren, aids en
malaria te bestrijden, een
duurzaam milieu en de toegang tot
drinkwater te verzekeren en ten
slotte op wereldschaal een
partnerschap voor ontwikkeling op
touw te zetten. Kinderen hebben
recht op bijzondere hulp en steun
met het oog op de verwezenlijking
van die doelstellingen.
Vermits de Belgische
ontwikkelingssamenwerking
traditiegetrouw de mensenrechten
hoog in het vaandel draagt en
artikel 6 van de wet van 7 februari
1994, zoals gewijzigd door de wet
van 17 september 2000, bepaalt
dat de regering ervoor moet
waken dat de rechten van het kind
geëerbiedigd worden, moet België
ter zake, samen met de andere
industrielanden, zijn
verantwoordelijkheden opnemen.
Onze resolutie roept België op er
bij zijn partners op aan te dringen
het Verdrag over de rechten van
het kind en het eraan
toegevoegde protocol over de
betrokkenheid van kinderen in
gewapende conflicten te
ondertekenen, te bekrachtigen en
toe te passen.
Le président: La discussion est close.
De bespreking is gesloten.
Aucun amendement n'a été déposé ou redéposé.
Er werden geen amendementen ingediend of heringediend.
Le vote sur la proposition de résolution aura lieu ultérieurement.
De stemming over het voorstel van resolutie zal later plaatsvinden.
11 Proposition de résolution concernant l'octroi, à Taiwan, du statut d'observateur de l'assemblée
générale annuelle de l'Organisation Mondiale de la Santé (1684/1)
11 Voorstel van resolutie betreffende de verlening van de waarnemersstatus aan Taiwan tijdens de
jaarlijkse algemene vergadering van de Wereldgezondheidsorganisatie (1684/1)
(Sans rapport / Zonder verslag)
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
Discussion
Bespreking
Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (1684/1)
De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1684/1)
La discussion est ouverte.
De bespreking is geopend.
11.01 Patrick Moriau (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, faut-il octroyer un statut d'observateur à
Taiwan pour l'assemblée générale de l'Organisation Mondiale de la
Santé?
La question qui revient lors de chaque réunion annuelle de l'OMS à
Genève est devenue rituelle, tout comme la réponse négative qui
découle du diktat de la Chine qui considère, vous le savez, l'île
comme sa province, île sur laquelle sont dirigés en permanence six
cents missiles, ce qui plonge une population de 23 millions d'habitants
dans une paranoïa quotidienne et légitime.
L'an dernier cependant, la communauté internationale semble avoir
été sensibilisée à la demande de Taiwan puisque cette dernière a été
soutenue par 25 pays dont les Etats-Unis et le Japon, au risque de
s'attirer les représailles économiques de la Chine; ceux qui ont voté
"non" comme l'Union européenne et le Canada ont toutefois insisté
pour que l'on associe l'île aux travaux de l'OMS.
Au-delà de l'aspect politique que pose le soutien à Taiwan, nous ne
devons quand même pas oublier que nous nous trouvons face à une
question de santé publique. Le monde ne gagne pas à maintenir
Taiwan hors de l'OMS. Le fait que Taiwan ne soit pas admise à l'OMS
ne compromet pas seulement la santé publique dans l'île mais
représente aussi un sérieux problème pour l'ensemble de la planète.
Le danger de la mise au banc de l'île s'est vraiment révélé en 2003 au
moment de la crise du SRAS. En effet, sous prétexte que Taiwan est
une province de la Chine populaire, ses experts ne pouvaient pas
participer aux colloques d'experts et aux décisions urgentes au sein
de l'OMS. Résultat: l'île qui est un important carrefour de
communications aériennes et maritimes avec la Chine a enregistré un
cinquième des décès de l'épidémie et a sans doute contribué à
l'exporter tous azimuts. Le fait que Pékin ait d'abord nié puis minimisé
ce fléau a d'ailleurs empiré le bilan, ceci allant à l'encontre du RSI
(Règlement sanitaire international) qui a pour objet d'assurer le
maximum de protection contre la propagation des maladies.
L'an dernier, à nouveau, dès l'apparition de la grippe aviaire, Taiwan a
été exclue des échanges à l'OMS. Pékin a généreusement offert une
assistance médicale aux autorités de Taipei, ce qui fait sourire
lorsque l'on compare les niveaux des infrastructures et quand on sait
les progrès considérables et constatés par tous effectués par Taiwan
dans le domaine de la santé.
Mes chers collègues, monsieur le président, les 23 millions de
Taiwanais ont droit à un traitement équitable et égal dans le système
de l'OMS dont la constitution stipule que le but de l'OMS est d'amener
11.01 Patrick Moriau (PS): Jaar
na jaar wordt Taiwan onder druk
van China de waarnemersstatus
in de algemene vergadering van
de Wereldgezondheidsorganisatie
(WHO) geweigerd. China
beschouwt dat eiland als een
provincie en houdt voortdurend
600 raketten op de Taiwanese
bevolking gericht.
Vijfentwintig landen, waaronder de
Verenigde Staten en Japan,
steunden vorig jaar de vraag van
Taiwan. De landen die tegen
stemden, onder meer de
Europese Unie en Canada,
vroegen met aandrang het eiland
bij de werkzaamheden van de
organisatie te betrekken.
Door Taiwan uit de WHO te
weren, komt niet alleen de
volksgezondheid op dat eiland
maar in de hele wereld in het
gedrang. Dat werd duidelijk naar
aanleiding van de SARS-epidemie
in 2003. De Taiwanese experts
konden toen niet deelnemen aan
de colloquia en aan het
besluitvormingsproces in de
WHO, hoewel in Taiwan, dat een
belangrijk verkeerskruispunt is
voor de verbindingen met China,
een vijfde van de slachtoffers van
de epidemie viel en dat land een
rol speelde in de verspreiding
ervan. Hetzelfde probleem deed
zich vorig jaar voor met de
vogelpest.
De WHO streeft een optimale
gezondheid voor de hele
wereldbevolking na. De uitsluiting
van Taiwan is dan ook geenszins
gerechtvaardigd en ik vraag u
deze resolutie, die de regering
ertoe oproept het verzoek te
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
tous les peuples au niveau de santé le plus élevé possible. Il n'existe
donc aucune justification légale, professionnelle ou éthique à
l'objection de la République populaire de Chine à la participation de
Taiwan, non plus que la complicité de l'OMS dans
l'institutionnalisation implicite d'un apartheid sanitaire, comme il
convient de l'appeler, envers les 23 millions de Taiwanais.
C'est la raison pour laquelle, monsieur le président, monsieur le
ministre, j'invite mes collègues à voter en faveur de cette résolution
de soutien à la demande de Taiwan quant à siéger officiellement en
tant qu'observateur à l'OMS.
steunen om Taiwan de
waarnemersstatus bij de WHO te
verlenen, goed te keuren.
11.02 Miguel Chevalier (VLD): Mijnheer de voorzitter, collega's, het
ontwerp van motie werd besproken in de commissie voor de
Buitenlandse Zaken.
(Het geluid van een GSM weerklinkt)
(Une sonnerie de GSM retentit)
De voorzitter: Is er een probleem met uw gsm?
11.03 Miguel Chevalier (VLD): Niet met mijn gsm. Misschien met
die van iemand anders.
Het ontwerp van motie werd besproken in de commissie voor de
Buitenlandse Zaken op 27 april. Wat onze fractie betreft, zijn wij die
resolutie gunstig gezind en willen wij net als de collega's dat Taiwan
op de jaarlijkse algemene vergadering van de
Wereldgezondheidsorganisatie het statuut van observator zou
verwerven.
De redenen daartoe zijn natuurlijk evident.
Gelet op de explosie van het internationale handels- en
personenverkeer is inderdaad het risico verhoogd van een snelle en
wereldwijde verspreiding van diverse infectieziekten, zoals hiv,
tuberculose en malaria. Het is in die context niet in de politieke
context van twee naties tegenover elkaar - en dus uit zorg voor de
wereldgezondheid dat we er alle belang bij hebben dat Taiwan kan
deelnemen aan de internationale aanpak en de strijd tegen die
infectieziekten.
Het land is een belangrijke economische speler op wereldvlak en een
belangrijke handelspartner van Europa, de Verenigde Staten en ook
China. Het kan bogen op een capita per inwoner van circa 25.000
dollar, zijnde vijf keer meer dan het capita per inwoner in China. Het
land beschikt ook over belangrijke medische infrastructuur en kennis.
Dat heeft het onder meer recentelijk bewezen door zijn voorbeeldige
rol, zowel op het vlak van informatieverstrekking als op het vlak van
de bestrijding van de gevaarlijke SARS-epidemie.
Taiwan het statuut van observator toekennen op de algemene
vergadering van de Wereldgezondheidsorganisatie, is voor ons alvast
een stap in de goede richting, maar veeleer een symbolische stap die
operationeel aan de bestrijding van wereldwijde epidemieën niet veel
bijbrengt. Het zou natuurlijk veel beter zijn mocht Taiwan het statuut
van observator krijgen in de wereldorganisatie, dat niet beperkt is tot
de vergadering van 17 tot 22 mei, maar een volwaardig statuut is
11.03 Miguel Chevalier (VLD):
Cette proposition de résolution a
été discutée en commission des
Affaires étrangères le 27 avril et
emporte l'adhésion du VLD.
Taiwan doit acquérir le statut
d'observateur lors de l'assemblée
générale annuelle de
l'Organisation Mondiale de la
Santé. Dans l'intérêt de la santé
mondiale, Taiwan doit en effet être
en mesure de participer à la lutte
internationale contre la
prolifération des maladies
infectieuses, due à la forte
accélération de la circulation des
marchandises et des personnes.
Le pays est un acteur économique
important à l'échelle mondiale et
un partenaire commercial de
l'Europe, des Etats-Unis et de la
Chine. Taiwan a par ailleurs
prouvé qu'elle disposait d'une
bonne infrastructure médicale et
d'un savoir-faire dans le cadre de
la lutte contre l'épidémie de
SRAS.
Le statut d'observateur constitue
un progrès d'ordre symbolique
mais l'octroi de ce statut ne
devrait pas pour autant se limiter
au prochain sommet qui a lieu du
17 au 22 mai. Nos ministres de la
Santé et des Affaires étrangères
doivent défendre un statut à part
entière, similaire à celui dont
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
binnen het operationeel kader waar de regels voor de
wereldgezondheid worden bepaald en toegepast op het terrein.
De boodschap van ons Parlement aan onze ministers van
Volksgezondheid en Buitenlandse Zaken met het oog op de
algemene vergadering van de Wereldgezondheidsorganisatie van 17
tot 22 mei, zou moeten inhouden dat zij pleiten voor een statuut van
Taiwan binnen de Wereldgezondheidsorganisatie, zoals heden geldt
binnen de Wereldhandelsorganisatie. Pas op die manier levert men
een effectieve bijdrage aan de wereldgezondheid.
Onze motie houdt geen rekening met de evolutie van de betrekkingen
tussen beide China's. Begin mei was er de belangrijke ontmoeting in
Beijing tussen de Chinese autoriteiten en de Taiwanese oppositie.
Daaruit is gebleken dat China een regeling zoals die op dit moment
bestaat in de Wereldhandelsorganisatie, niet ongenegen is. Daarom
zou het evident zijn dat het eiland het statuut van observator zou
kunnen verwerven, zoals in de WTO. Waarom zouden wij die
gunstige evolutie niet vertalen in een aanpassing van de motie? Ik
vraag dus aan de regering om eventueel de motie nog aan te passen.
dispose Taiwan aujourd'hui au
sein de l'Organisation Mondiale du
Commerce. La rencontre qui a eu
lieu début mai entre les autorités
chinoises et l'opposition
taiwanaise a en effet montré que
la Chine n'est pas défavorable à
une telle solution. Je demande au
gouvernement d'encore adapter la
résolution.
11.04 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, ik
onderschrijf uiteraard volmondig het pleidooi van de heer Chevalier.
Hij intervenieerde reeds zeer uitvoerig, ook over de recente actualiteit
die ons verheugt, gezien de toenadering tussen China en Taiwan, wat
verrassend was na de verontrustende goedkeuring door China,
enkele weken geleden, van de non separation act. De laatste
evoluties zijn evenwel vrij positief te noemen.
Ik wens te benadrukken dat volgens het Vlaams Belang, Taiwan niet
alleen gerechtigd is op een volwaardige status binnen alle
internationale organisaties, maar ook op het zelfbeschikkingsrecht dat
de internationale gemeenschap der volkeren als algemeen beginsel
heeft aanvaard. Taiwan blijft voor het Vlaams Belang een bevriende
natie, een bevoorrechte handelspartner, een natie die moet worden
gesteund in haar streven naar een volwaardig statuut op
internationaal niveau.
Wij onderschrijven deze resolutie dan ook volmondig. Ik herinner
eraan dat het Vlaams Belang tijdens de vorige en deze legislatuur
meerdere voorstellen in die zin heeft ingediend. Wij staan dus als een
man achter deze resolutie en wij hopen dan ook dat alle andere
fracties in dit Parlement deze resolutie steunen.
11.04 Bert Schoofs (Vlaams
Belang): Je me rallie au plaidoyer
de M. Chevalier. Nous nous
réjouissons du rapprochement
actuel entre la Chine et Taiwan,
d'autant plus que la Chine a
encore approuvé récemment le
Non-Separation Act.
Le Vlaams Belang estime que
Taiwan a droit non seulement à un
statut à part entière au sein de
toutes les organisations
internationales, mais aussi à
l'autodétermination,
conformément au principe
reconnu par la communauté
internationale. Le pays reste pour
nous un partenaire commercial
privilégié et une nation amie qui
doit être soutenue de façon
inconditionnelle. Nous votons dès
lors pour la résolution, qui, nous
l'espérons, sera adoptée par
l'ensemble des groupes. Le
Vlaams Belang a d'ailleurs déjà
plus d'une fois déposé des
propositions similaires.
Le président: La discussion est close.
De bespreking is gesloten.
Aucun amendement n'a été déposé ou redéposé.
Er werden geen amendementen ingediend of heringediend.
Si la Chambre adopte cette proposition de résolution, je veillerai à ce qu'elle parvienne au gouvernement
en temps utile, puisque je constate que l'assemblée générale se tient du 17 au 22 mai.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
32
Le vote sur la proposition de résolution aura lieu ultérieurement.
De stemming over het voorstel van resolutie zal later plaatsvinden.
Questions (continuation)
Vragen (voortzetting)
12 Question de Mme Talbia Belhouari à la ministre de l'Emploi sur "les discriminations ethniques à
12 Vraag van mevrouw Talbia Belhouari aan de minister van Werk over "de etnische discriminatie bij
indienstnemingen" (nr. P864)
12.01 Talbia Belhouari (PS): Monsieur le président, madame la
ministre, ces derniers jours, la presse flamande et francophone a
évoqué le refus à l'emploi dont ont été victimes des demandeurs
d'emplois d'origine étrangère dans l'entreprise Feryn. Des chiffres
alarmants ont été mis en avant tels que le taux de chômage très élevé
des personnes les jeunes notamment issus de l'immigration ou
encore le nombre de plaintes introduites auprès du Centre pour
l'égalité des chances et de lutte contre le racisme. 154 plaintes ont été
enregistrées pour l'année 2004.
Hier, le rapport final de la Commission du dialogue interculturel a
aussi pointé du doigt la discrimination à l'embauche à l'égard des
Belges d'origine étrangère. Dans ce cadre, permettez-moi de lire un
court extrait de ce rapport: "Il faut constater qu'en Belgique les
politiques d'actions positives sont généralement considérées comme
pleinement légitimes par les responsables politiques et les citoyens
quand il s'agit des femmes, des jeunes - plan Rosetta - ou des
personnes handicapées mais qu'elles sont perçues comme beaucoup
plus discutables quand il s'agit des membres des minorités culturelles
et/ou des populations issues de l'immigration. La commission
s'affirme résolument en faveur de politiques d'actions positives à
l'égard de ces populations."
A cet égard, madame la ministre, je voudrais attirer tout
particulièrement votre attention sur la Région de Bruxelles-Capitale
qui connaît un contexte socio-économique pour le moins alarmant. En
effet, les personnes issues de l'immigration sont trois fois plus
touchées par le chômage que les Belges. Bruxelles, en raison de sa
multiculturalité est particulièrement exposée à ce phénomène.
Permettez-moi encore deux chiffres: 30% des habitants n'ont pas la
nationalité belge; 125.000 naturalisations entre 1990 et 2001.
Il est évident que l'on peut avancer des arguments tels que la
connaissance des langues, la bonne formation, l'éternel manque
d'expérience professionnelle et j'en passe. Mais tous ces facteurs
contribuent, autant que la discrimination ethnique à l'embauche, à
expliquer le chômage de longue et de très longue durée des
populations allochtones. La discrimination à l'embauche des Belges
d'origine étrangère est une réalité criante et incontestable. Une
récente étude de l'ULB et de la KUL, commanditée par l'ORBEM,
démontre que la discrimination à l'embauche a augmenté à Bruxelles
ces huit dernières années. Selon ce rapport, près d'un allochtone sur
deux est au moins une fois victime d'une discrimination à l'embauche
lors de sa recherche d'emploi.
12.01 Talbia Belhouari (PS): De
voorbije dagen werd in de pers
gewag gemaakt van de weigering
van de firma Feryn om
werkzoekenden van buitenlandse
oorsprong in dienst te nemen. Er
werden alarmerende cijfers
gepubliceerd, inzake de hoge
werkloosheidsgraad bij de
immigranten en het aantal
klachten bij het Centrum voor
gelijkheid van kansen en voor
racismebestrijding.
Ook in het eindverslag van de
Commissie voor de interculturele
dialoog dat gisteren werd
voorgesteld, wordt erop gewezen
dat Belgen van buitenlandse
oorsprong bij de indienstneming
worden gediscrimineerd. Het
voegt eraan toe dat positieve
discriminatie in België aanvaard
wordt voor vrouwen, jongeren en
gehandicapten, maar voor
culturele minderheden en
immigranten ter discussie wordt
gesteld. De Commissie vraagt dat
voor die laatste categorieën
vergelijkbare beleidsmaatregelen
zouden worden toegepast.
Ik wil uw bijzondere aandacht
vragen voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest, waar de
sociaal-economische context
alarmerend is. Personen van
buitenlandse oorsprong worden er
driemaal meer door werkloosheid
getroffen dan Belgen.
Men kan het natuurlijk hebben
over talenkennis, opleiding en
gebrek aan beroepservaring. Het
staat echter buiten kijf dat de
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
33
Non seulement les Belges d'origine étrangère n'ont pas les mêmes
chances statistiques d'accéder à un emploi mais ils n'ont pas non plus
les mêmes chances d'accéder à des emplois de qualité. Madame la
ministre, compte tenu de votre compétence pour l'Emploi, quelle est
votre position par rapport aux recommandations de la Commission du
dialogue interculturel et, en particulier, sa recommandation selon
laquelle les politiques d'actions positives doivent être mises en oeuvre
à l'égard des populations issues de l'immigration?
Belgen van buitenlandse
oorsprong bij de indienstneming
worden gediscrimineerd. Uit een
recente studie blijkt dat het
probleem de voorbije acht jaar in
Brussel nog is toegenomen. Een
allochtoon op twee wordt minstens
eenmaal het slachtoffer van zo'n
discriminatie.
De Belgen van buitenlandse
origine krijgen niet dezelfde
kansen op een baan, laat staan op
een goede baan. Hoe staat u
tegenover de aanbevelingen van
de Commissie voor de
interculturele dialoog, die onder
meer stelt dat een beleid van
positieve actie ten aanzien van die
doelgroepen moet worden
ontwikkeld?
12.02 Freya Van den Bossche, ministre: Madame, je m'associe aux
préoccupations que vous formulez. Le taux de chômage de la
population allochtone est en effet important et croissant. Je
condamne, bien évidemment, ce qui s'est passé à l'entreprise Feryn,
il y a quelques jours, ainsi que les déclarations qui ont été faites à cet
égard par M. Feryn mais égament par Unizo. C'est un drame de voir
que des employeurs, qui recherchent des collaborateurs, discriminent
certains chômeurs. Cela indique que le racisme est encore ancré
dans la mentalité de nombreuses personnes dans notre société.
Combattre cette mentalité est un travail de longue haleine. Cela ne
sera pas facile. Le gouvernement ne peut agir seul. Nous avons
besoin de l'aide des organisations des travailleurs mais aussi des
syndicats pour changer les mentalités. Chacun doit mener des
actions. J'organiserai une conférence interministérielle avec mes
collègues responsables pour l'Emploi dans chaque Région, étant
donné que de nombreuses compétences sont régionalisées, telles
que la sensibilisation des travailleurs et des employeurs. Les Régions
ont déjà fait beaucoup d'efforts mais l'on constate aujourd'hui que
cela ne suffit pas. Je travaillerai sur un plan d'action avec mes
collègues afin que, d'ici quelques mois, nous ayons fait en sorte
d'améliorer la situation.
12.02 Minister Freya Van den
Bossche: Ik deel uw
bekommernissen. De
werkloosheidsgraad bij
allochtonen ligt hoog. Ik
veroordeel wat er bij het bedrijf
Feryn is gebeurd. Dat werkgevers
bepaalde werklozen discrimineren
is dramatisch. Racisme is nog
altijd diep in de mentaliteit
verankerd.
Dat bestrijden is een werk van
lange adem. De regering heeft de
werknemersorganisaties en de
vakbonden nodig om de
mentaliteit te veranderen. Ik zal
een interministeriële conferentie
met de bevoegde gewestministers
organiseren. De Gewesten
leveren al veel inspanningen maar
dat volstaat niet. Ik zal een
actieplan uitwerken met het oog
op een verbetering van de situatie
over enkele maanden.
12.03 Talbia Belhouari (PS): Madame la ministre, je me réjouis que
vous vous préoccupiez de cette problématique. J'insiste lourdement
sur ce thème devant cette assemblée car, en octobre 2003, un des
engagements de la Conférence pour l'Emploi était la création d'un
groupe de travail qui se pencherait sur cette problématique avec
l'ensemble des ministres de l'Emploi et le ministre de l'Egalité. Je suis
consciente de l'évolution des mentalités. A ce jour, rien n'a été fait. A
travers nos permanences, mes collègues et moi-même sommes
assaillis de questions. J'insiste donc pour que ce groupe de travail se
mette en place rapidement et se penche sur cette question délicate.
12.03 Talbia Belhouari (PS): Ik
wijs op het belang van die
problematiek. Zij maakte deel uit
van de verbintenissen die op de
werkgelegenheidsconferentie van
oktober 2003 werden aangegaan.
Wij worden in dat verband
overspoeld met verzoeken en die
werkgroep moet dringend worden
geïnstalleerd.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
34
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Projets et propositions (continuation)
Ontwerpen en voorstellen (voortzetting)
13 Projet de loi introduisant des dispositions relatives à la médiation dans le Titre préliminaire du
Code de procédure pénale et dans le Code d'instruction criminelle (1562/1-4)
- Proposition de loi relative à l'agrément de certaines associations sans but lucratif organisant la
médiation auteur-victime orientée vers la réparation (194/1-2)
- Proposition de loi modifiant le Code d'instruction criminelle afin de permettre au juge, en matière
pénale, de proposer aux parties de renvoyer le dossier vers un agent du service des maisons de
justice (235/1-2)
13 Wetsontwerp tot invoering van bepalingen inzake de bemiddeling in de Voorafgaande Titel van het
Wetboek van strafvordering en in het Wetboek van strafvordering (1562/1-4)
- Wetsvoorstel betreffende de erkenning van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk die
bemiddelend optreden tussen dader en slachtoffer, met het oog op herstel van schade (194/1-2)
- Wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van strafvordering om de rechter in strafzaken de
mogelijkheid te bieden de partijen voor te stellen het dossier naar een ambtenaar van de Dienst
Justitiehuizen te verwijzen (235/1-2)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
13.01 Valérie Déom, rapporteur: Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, la commission de la Justice a consacré
deux séances, dont celle d'hier, à l'examen du projet de loi
introduisant des dispositions relatives à la médiation dans le Titre
préliminaire du Code de procédure pénale et dans le Code
d'instruction criminelle.
L'objectif du présent projet vise à insérer la médiation dans nos
Codes de procédure pénale et d'instruction criminelle et, ainsi, de
généraliser l'offre de médiation afin que toute personne impliquée
dans une procédure pénale puisse y recourir.
En donnant ainsi une base légale à la médiation entre l'auteur et la
victime, on entend stimuler l'évolution vers une justice de participation
et de communication; on entend ainsi promouvoir une justice
davantage réparatrice. En effet, la médiation en matière pénale donne
à la victime une place et une reconnaissance véritable dans le
processus pénal et permet de concrétiser le sentiment de réparation.
Le projet de loi s'inscrit dans le prolongement de diverses
expériences pilotes qui ont été menées en la matière par les ministres
de la Justice de l'époque. Ainsi, déjà en 1993, un projet pilote de
médiation réparatrice débutait en collaboration avec la Fondation Roi
Baudouin et un groupe de recherche "Pénologie et Victimologie" de la
KUL.
Dans le cadre des débats, diverses propositions de loi ont été prises
en compte; à savoir la proposition de loi de M. Malmendier relative à
l'agrément de certaines associations sans but lucratif, organisant la
13.01 Valérie Déom , rapporteur:
Voorliggend wetsontwerp beoogt
de bemiddeling in het Wetboek
van strafprocesrecht en het
Wetboek van strafvordering in te
voeren en ze een rechtsgrond te
verschaffen. Op die manier wil
men de betrokkene actief aan het
bemiddelingsproces laten
deelnemen en het herstelrecht
bevorderen. Dit wetsontwerp ligt in
het verlengde van een aantal
proefprojecten.
Er werden verschillende
wetsvoorstellen in overweging
genomen. Tijdens de algemene
bespreking heeft de heer
Malmendier zich erover verheugd
dat er verschillende oplossingen
werden overwogen om de
conflicten te regelen. De
commissievoorzitter maakte zich
zorgen over de nodige
waarborgen die moeten
verhinderen dat de bemiddeling
zou worden aangewend om tijd te
winnen. De minister heeft eraan
herinnerd dat het om een systeem
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
35
médiation auteur-victime, orientée vers la réparation, ainsi que la
proposition de loi de Mmes Corinne De Permentier et Pierrette Cahay-
André, et de M. Alain Courtois, proposition de loi modifiant le Code
d'instruction criminelle afin de permettre au juge en matière pénale de
proposer aux parties de renvoyer le dossier vers un agent du service
des maisons de justice.
Lors de la discussion générale, M. Malmendier s'est réjoui du fait que
l'on envisage d'autres solutions pour régler les situations
conflictuelles; d'autres solutions que celles que nous connaissons
actuellement dans notre droit. Il a également souligné la volonté de
réconcilier, autant que faire se peut, les citoyens et surtout de leur
reconnaître leur propre capacité à collaborer au règlement d'un
conflit.
C'est d'ailleurs dans ce sens qu'il a déposé cette proposition de loi
qui, au-delà de la condamnation, permet aux parties de retrouver une
communication, voire une certaine réconciliation. Tel doit être le fond
du travail de la médiation.
Pour sa part, le président de la commission de la Justice s'est
inquiété des garanties qui pouvaient exister pour empêcher que la
médiation soit utilisée à des fins dilatoires. En réponse à cette
question, la ministre a souhaité rappeler les deux principes
fondamentaux à la base de la médiation: d'une part, le fait qu'il s'agit
ici d'un système dirigé et encadré par des médiateurs de qualité qui
ont été validés; d'autre part, qu'une médiation implique, bien entendu,
la volonté des deux parties, base volontaire sans laquelle elle ne
pourrait débuter.
Enfin, un amendement visant à davantage préciser la date d'entrée en
vigueur de la loi a été déposé et adopté à l'unanimité.
En conclusion, l'ensemble du projet tel qu'amendé a été adopté à
l'unanimité.
gaat onder begeleiding van
ervaren bemiddelaars en dat de
bemiddeling veronderstelt dat de
wil van beide partijen aanwezig is,
want anders kan ze niet doorgaan.
Er werd een amendement
ingediend om de datum van
inwerkingtreding te bepalen; het
werd eenparig aangenomen. Het
ontwerp in zijn geheel werd
eenparig aangenomen. (Applaus)
13.02 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, ik wil vooreerst mevrouw Déom bedanken voor
haar verslag, dat zoals steeds bijzonder degelijk was.
Ik wil mij bij de collega's van de commissie voor de Justitie
verontschuldigen, omdat ik gisteren op het ogenblik dat het
wetsontwerp werd besproken, niet aanwezig was. Ik was in de
commissie voor de Binnenlandse Zaken en zo heb ik niet aan de
besprekingen kunnen deelnemen.
Ik sta erop om in de plenaire vergadering het woord te nemen,
collega's, omdat ik echt moet waarschuwen voor de ondraaglijke
draagwijdte van de voorgelegde teksten. Die ondraaglijke draagwijdte
zal aanleiding geven tot ongelukken. Het ontwerp heeft zeer zeker
goede intenties en kan daders en slachtoffers bij elkaar brengen,
maar bij enige kwaadwillige intentie zal het aanleiding geven tot
enorme problemen.
De tekst is dermate summier en de interpretatiemogelijkheden zijn
dermate talrijk dat wij in deze alleen maar kunnen spreken van
bijzonder slecht wetgevend werk. Daarom, mijnheer de voorzitter, valt
het te betreuren dat door de procedure die in de commissie is gevolgd
13.02 Tony Van Parys (CD&V):
Je dois mettre en garde contre la
portée floue de ces textes. Ils se
basent sur des intentions certes
louables mais celles-ci sont
exposées si sommairement et
laissent tant de place à
l'interprétation qu'elles ouvrent la
porte aux abus. J'émets quelques
réserves en ce qui concerne le
mauvais travail légistique et le
déroulement de la procédure en
commission. Aucune note
légistique n'a été rédigée de sorte
que les corrections les plus
élémentaires n'ont pu être
apportées. L'absence du ministre
lors de la discussion en séance
plénière est caractéristique de la
manière dont de tels sujets
importants sont traités.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
36
nogmaals, ik ben mee verantwoordelijk, omdat ik er niet kon zijn ,
wij zelfs geen wetgevende technische nota hebben gekregen, zodat
zelfs de meest elementaire correcties niet aangebracht konden
worden.
Ik wil een aantal concrete bedenkingen maken ten behoeve van de
minister. Ik begrijp natuurlijk dat de dienstdoende minister van
Justitie...
De voorzitter: Mijnheer Van Parys, ik heb mij laten verzekeren dat, indien u echt aandringt op mevrouw
Onkelinx' aanwezigheid, ik haar kan doen komen, als dat nodig is. Maar zij is nu op een andere plaats
weerhouden. Ik hoop dus dat u tevreden bent met de heer Demotte.
13.03 Tony Van Parys (CD&V): Ik zal niet insisteren, mijnheer de
voorzitter. Ik begrijp ook dat minister Demotte uiteraard niet in staat is
de antwoorden te geven op mijn technische vragen. Hoe dan ook, de
wijze waarop het ontwerp besproken wordt, bewijst hoe met zulke
ontwerpen, die belangrijk zouden kunnen zijn, en hoe met zulke
belangrijke thema's wordt omgegaan.
Ik wil dat toch even scherp aan de kaak stellen door te wijzen op een
aantal problemen dat door die teksten wordt gecreëerd.
Het voorliggend ontwerp voorziet in een bemiddeling in het
strafproces, maar men heeft nagelaten te omschrijven voor welke
misdrijven dit zal zijn. Dit betekent dat deze bemiddeling, zowel op het
ogenblik van de strafvordering, de bestraffing en de strafuitvoering,
kan gelden voor alle misdrijven. Voor om het even welk misdrijf kan
men een dergelijke bemiddelingsprocedure opstarten. Moord,
doodslag, verkrachting van minderjarigen, wat dan ook, er is geen
enkele beperking. Naar aanleiding van de strafbemiddeling hadden
we destijds in een duidelijke beperking voorzien voor een aantal
misdrijven. We vonden immers dat voor zware en gruwelijke
misdrijven de bemiddeling niet kon. In het voorliggend ontwerp heeft
men evenwel in deze beperking niet voorzien.
Bovendien maakt dit wetsontwerp bemiddeling ook mogelijk in de loop
van het gerechtelijk onderzoek, zelfs op het ogenblik van de
behandeling ten gronde en op het ogenblik dat de straf is
uitgesproken in de fase van de strafuitvoering. Ik wil waarschuwen
voor mogelijke gevolgen. In de tekst wordt bepaald dat iedereen die
direct belang heeft bij de bemiddeling, het initiatief van de bemiddeling
kan vragen aan de betrokken dienst. U moet evenwel weten,
collega's, dat in belangrijke gerechtelijke dossiers om het even wie
een familielid van de dader bijvoorbeeld, die uiteraard een direct
belanghebbende is op deze wijze in het dossier kan treden. Dit kan
te kwader trouw zijn. Dit wordt niet gesanctioneerd of gespecificeerd
in het voorliggend wetsontwerp. Op deze wijze kan het gerechtelijk
onderzoek vertraagd worden. Bij de behandeling van het dossier ten
gronde kan dit ervoor zorgen dat er procedure-incidenten ontstaan.
Dit kan ook op het ogenblik van de strafuitvoering.
Men heeft op een bijzonder blinde en grenzeloos naïeve manier deze
tekst geredigeerd, ongetwijfeld vanuit een goede bekommernis. Ik
geef het voorbeeld van de informatie die op deze wijze oneigenlijke
belanghebbenden zullen kunnen bekomen. Het ontwerp voorziet erin
dat de dienst die met de bemiddeling gelast is bij het departement van
Justitie een kopie kan krijgen van het strafdossier. Vraag is of de
13.03 Tony Van Parys (CD&V):
La loi ne précise pas les délits
auxquels s'applique la médiation
et sera, de ce fait, valable pour
tous les délits, en ce compris le
meurtre et le viol. La procédure de
médiation peut être initiée durant
l'instruction judiciaire, lors du
traitement quant au fond et même
encore après le prononcé
d'exécution de la peine, et peut
être demandée par toute
personne qui y a intérêt. Cela
signifie par exemple qu'un
membre de la famille qui est de
mauvaise foi peut ralentir le
dossier et générer des incidents
de procédure même dans la
phase d'exécution de la peine.
Ceci témoigne d'une grande
naïveté. Des intéressés
malhonnêtes peuvent abuser de la
procédure pour être informés de
toutes les réquisitions ordonnées
pendant l'instruction judiciaire ou
pendant l'instruction pénale en
général.
Je crois personnellement aussi
aux expériences de médiation,
comme celles que mène la
Fondation Roi Baudouin, à
condition toutefois que la
médiation se limite aux intérêts
civils. En d'autres termes, la
médiation doit viser à limiter le
préjudice et à faire concourir
l'auteur aux intérêts de la victime.
Mais ce projet porte aussi sur
l'action pénale, sur la répression
et sur l'exécution des peines.
Quelle est la position du service
de médiation au sein dans la trias
politica? Le service dépend du
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
37
belanghebbenden op deze wijze inzage kunnen krijgen? Zo ja,
betekent dit dat ze informatie kunnen bekomen hetzij over het
gerechtelijk onderzoek, hetzij over het strafonderzoek in het
algemeen. Destijds hebben we in onderzoekscommissies waar
belangrijke dossiers werden behandeld, meegemaakt dat op deze
wijze verschillende belanghebbenden een dossier hebben aangelegd
via hetwelk zij kennis kunnen krijgen van het verloop van het
onderzoek.
Ik herhaal dat deze bijzonder naïeve tekst via handige advocaten
aanleiding zal geven tot tal van misbruiken.
We kunnen dan nog aannemen dat die bemiddeling noodzakelijk is. Ik
geloof in de experimenten die daaromtrent gevoerd zijn, onder meer
op initiatief van de Koning Boudewijnstichting, maar dan toch in eerste
instantie beperkt tot de burgerlijke belangen. Ik denk dat dit bijzonder
belangrijk kan zijn: de schade beperken en zoeken op welke wijze de
dader nauwer betrokken kan worden bij de belangen van het
slachtoffer. Ik denk dat dat een goed uitgangspunt is.
Daartoe is dat wetsontwerp echter niet beperkt. Dat wetsontwerp
voorziet of kan erin voorzien dat die bemiddeling ook betrekking zou
kunnen hebben op de strafvordering, op de bestraffing, op de
strafuitvoering. Ik vraag me werkelijk af op welke wijze dat zou
kunnen. Partijen die een belang kunnen hebben, om het even welk
familielid, bijvoorbeeld, zouden het initiatief kunnen nemen om een
bemiddelingsprocedure of een bemiddeling op te starten om zo
invloed te krijgen op de wijze waarop het dossier ten gronde wordt
behandeld, en desgevallend later in het kader van de strafuitvoering.
Daarbij rijst de fundamentele vraag welke de positie is van die
bemiddelingsdienst in de trias politica. Het is een dienst afhangende
van de Federale Overheidsdienst Justitie. Het is dus niet het parket,
niet het openbaar ministerie. Het is niet de rechterlijke macht. Het is
klaarblijkelijk een orgaan van de uitvoerende macht, dat zou
tussenbeide kunnen komen op het ogenblik dat ofwel gerechtelijk
onderzoek bezig is, ofwel de procedure ten gronde bezig is, in de loop
van de behandeling, ofwel in de fase van de strafuitvoering. Op die
wijze krijgt die dienst ongetwijfeld enige impact op de behandeling van
het dossier. Ik vraag mij af in welke mate dat in overeenstemming is
met de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht.
Ik zou nog kunnen aanvaarden dat het parket dergelijke opdrachten
krijgt, zoals het parket nu ook een opdracht heeft in het kader van de
strafbemiddeling. Ik meen dat dat een bijzonder belangrijk en nuttig
initiatief is waarvan vaak gebruikgemaakt wordt. Het is een instrument
in handen van het openbaar ministerie.
Maar de vraag is: hoe zal die bemiddelingsdienst, afhankelijk van de
Federale Overheidsdienst Justitie, dus van de heer Bourlet, zich
verhouden tot de opdracht van het openbaar ministerie enerzijds, en
de opdrachten van de justitiehuizen anderzijds? Ook in verband met
de justitiehuizen rijst die vraag. De justitiehuizen hebben in de fase
van de strafuitvoering alleszins een belangrijke rol te spelen. Zij
hebben een belangrijke rol te spelen in het kader van de behartiging
van de belangen van het slachtoffer. Zij worden hier gedoubleerd door
een nieuwe dienst, die zal kunnen interfereren in de verschillende
opdrachten.
SPF Justice et est donc un organe
du pouvoir exécutif mais peut
néanmoins intervenir au niveau de
l'instruction et même de l'examen
sur le fond. Comment concilier
cela avec l'indépendance du
pouvoir judiciaire? Je puis
admettre que le Ministère public
remplisse une telle mission,
comme c'est le cas pour la
médiation pénale. Où le service se
situe-t-il par rapport au ministère
public? Et aux Maisons de
Justice?
Que signifie la phrase `chaque
partie directement intéressée par
l'instruction' ? Quasiment tout le
monde pourra invoquer cette
disposition légale.
Que fera-t-on si un accord est
obtenu par voie de médiation ? Il
n'est pas précisé que cet accord
figure dans un jugement
exécutoire. En vertu de ce texte, le
juge peut-il octroyer une réduction
de peine si les parties concernées
arrivent à un accord ? Quel est le
rapport de ce projet de loi avec la
proposition de loi Franchimont et
avec le projet de loi relatif aux
tribunaux d'application des
peines?
La position des barreaux en ce qui
concerne ce projet de loi est
importante. L' `Orde van Vlaamse
Balies' émet des réserves à
propos du projet. Le point de vue
du Collège des procureurs
généraux et du Conseil des
procureurs est également
important. La concertation entre le
Conseil, le Collège et le ministre
est, semble-t-il, un échec et les
avis présentés sont à peine pris
en considération. Le Conseil
supérieur de la justice n'a pas
davantage été consulté dans le
cadre de ce projet de loi.
Les intentions sont bonnes mais
les décisions irréfléchies. Celles-ci
aboutiront à une collecte abusive
des informations, au
ralentissement de l'instruction et à
un traitement subjectif des
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
38
Dat is bijzonder zorgelijk. Ik vraag mij af wie mij zou kunnen zeggen
wat wordt bedoeld met "door iedereen die direct belang heeft bij het
onderzoek". Het is zo geformuleerd in een tekst die betrekking heeft
op het strafrecht. Ik vrees dat bijna om het even wie op dat belang
aanspraak zou kunnen maken.
Minstens zullen belangen worden gecreëerd die geen algemene
belangen zijn noch de belangen van het slachtoffer, maar individuele
belangen.
Dan stelt zich tevens de vraag: indien de bemiddeling aanleiding geeft
tot een akkoord of resultaat, wat zal men daar dan mee doen? In
vroegere teksten hebben we gezegd dat wanneer er bemiddeling was,
er dan een uitvoerbaar vonnis kwam zodat de bemiddeling kon
uitgevoerd worden en op die manier rechtszekerheid zou ontstaan. Dit
is hier helemaal niet bepaald vermits er staat dat de rechter daarmee
rekening kan houden. Welnu, stel dat in de loop van de procedure ten
gronde een soort van akkoord tot stand komt tussen het slachtoffer
en de dader, kan de rechter dan, naar aanleiding van dat akkoord,
behoudens de regeling inzake de burgerlijke belangen,
strafvermindering toestaan op basis van dat akkoord? Kan dat, op
basis van deze tekst? Dit kan alleszins, zoals het nu geredigeerd is. Ik
neem aan dat dit misschien de bedoeling niet is, maar zoals de tekst
in dergelijke algemene bewoordingen is opgesteld, moet dit kunnen.
Hoe verhoudt dit initiatief zich tot het wetsvoorstel Franchimont dat in
de Senaat op dit ogenblik wordt besproken en uiteraard ook tot het
wetsvoorstel op de strafuitvoeringsrechtbanken dat binnen enkele
weken in de Senaat zal worden behandeld? Het is duidelijk dat als
men terzake in bemiddeling voorziet in het kader van de
strafuitvoering, dit implicaties zal hebben op het wetsontwerp op de
strafuitvoeringsrechtbanken. Dit zal precies een van de opdrachten
zijn van de strafuitvoeringsrechtbank, als ik het goed begrepen heb.
Men gaat dus hier iets heel partieel regelen, dat op dit ogenblik
helemaal onduidelijk kadert in andere initiatieven. Ik denk dat het
onontbeerlijk zou geweest zijn om hierover het standpunt van de
balies te kennen. Ik meen te weten dat de Orde van Vlaamse balies
bijzonder zware bedenkingen heeft bij dit wetsontwerp. Ik weet niet
hoe dat is aan Franstalige kant.
Het zou natuurlijk bijzonder belangrijk zijn te weten wat het standpunt
dienaangaande is van de Raad van procureurs en van het College
van procureurs-generaal. Deze materie heeft immers een bijzondere
impact op het verloop van het strafproces en op de strafuitvoering,
een aangelegenheid die in grote mate het Openbaar Ministerie
aanbelangt. Wij weten dit niet. werd men daarover geconsulteerd? Wij
hebben vorige week nog de voorzitter van de Raad van procureurs
horen zeggen dat het overlegmodel tussen de Raad, het College en
de minister faalt en dat men daar nog nauwelijks rekening mee houdt.
Daar vinden we geen spoor van terug. Ook de Hoge Raad voor de
Justitie werd hieromtrent niet geconsulteerd. Voorzitter, ik denk dat wij
hier een stommiteit aan het doen zijn vanuit de best mogelijke
intenties, daarmee ben ik het weliswaar eens.
Dit is ondoordacht en niet bediscussieerd. Wij zullen de gevolgen
ervan dragen. Hier komen ongelukken van. Men zal hiervan misbruik
kunnen maken inzake het verzamelen van informatie, het vertragen
dossiers. L'erreur fondamentale
commise ici a été de ne pas limiter
l'intervention aux délits qu'elle doit
viser. Le CD&V votera contre ce
projet de loi.
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
39
van een gerechtelijk onderzoek of inzake het beïnvloeden van de
dossiers bij de behandeling. Men heeft zich niet gewapend tegen de
intenties terzake die in zware dossiers evident zijn. Men heeft naar
mijn aanvoelen de fundamentele vergissing gemaakt om de
bemiddeling niet te beperken tot de misdrijven waarvoor ze eigenlijk
moet dienen. Nu is ze ook van toepassing op de zwaarste misdrijven.
Jammer genoeg zullen wij in deze omstandigheden tegen dit
wetsontwerp moeten stemmen, hoewel het uitgangspunt en de
intentie eigenlijk goed waren. Bij gebrek aan grondig overleg en
consultatie en aan een degelijke bespreking zal dit ontwerp verworden
tot wat het eigenlijk niet moet zijn.
13.04 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, j'ai expliqué,
tout à l'heure, les raisons qui m'amènent à intervenir. Elles sont pour
une grande part les mêmes que celles de M. Van Parys. Je ne les
reprendrai donc pas. Je m'inscris dans les propos de M. Van Parys,
notamment dans ses questions. En effet, sommes-nous bien armés
dans le cadre de ce projet de loi pour empêcher toute personne
faisant preuve de mauvaise foi de ralentir une procédure?
Je voudrais reprendre plusieurs questions de M. Van Parys qui me
semblent assez fondamentales.
La première a trait au rôle du ministère public. Ce projet de loi fait
référence à de nombreuses occasions à "toute personne ayant un
intérêt". Il s'agit des personnes qui peuvent demander une médiation
ou la refuser, qui peuvent avoir accès à des pièces ou refuser la
production de pièces devant le magistrat qui pourra intervenir après
cette médiation. Cela s'applique-t-il aussi au ministère public? Est-il
considéré comme partie? Prenons l'exemple d'une audience où une
personne se présente devant ses juges et, conformément à son droit,
demande une médiation. On doit d'ailleurs l'informer de ce droit et
même l'inciter à en faire usage. Le magistrat peut-il s'opposer à une
telle demande? Non. Le ministère public, partie au dossier, peut-il s'y
opposer? Le ministère public peut-il alors être considéré comme
partie?
Prenons le cas d'une personne à qui on a accordé la médiation, ce
qui est une bonne chose. Je tiens à attirer l'attention sur le fait que
M. Van Parys l'a dit également, tout à l'heure - l'intention est
évidemment excellente. Qui serais-je pour oser dire qu'une médiation
en matière pénale n'est pas bonne alors que les projets, auxquels a
fait référence Mme Déom, tout à l'heure, datent de 1993, époque où
nous avions un excellent ministre de la Justice?
13.04 Melchior Wathelet (cdH):
Ik wens om dezelfde redenen als
de heer Van Parys het woord te
nemen. Ik vraag me inderdaad af
of we voldoende gewapend zijn
om te verhinderen dat iemand met
slechte bedoelingen de
bemiddelingsprocedure misbruikt
om de rechtsgang te vertragen.
Wat de rol van het openbaar
ministerie betreft, wens ik te
vernemen of het ook betrokken
partij is. Kan het zich bijvoorbeeld
verzetten wanneer een persoon
een bemiddeling vraagt? Met wie
moet een persoon die partij is bij
een bemiddeling, onderhandelen
wanneer er geen burgerlijke partij
is? Met het openbaar ministerie of
met het ministerie van Justitie?
Wat vervolgens de in het kader
van een bemiddelingsprocedure
ingediende verweermiddelen
betreft, rijst de vraag of de
ingediende stukken bij een latere
zitting opnieuw kunnen worden
voorgelegd. In het
tegenovergestelde geval zou een
partij er belang bij kunnen hebben
die stukken achter te houden,
waardoor de
bemiddelingsprocedure mislukt.
Le président: Le ministre de la Justice de l'époque portait le même nom et le même prénom que celui du
chef de groupe cdH aujourd'hui!
13.05 Melchior Wathelet (cdH): Quelle coïncidence!
Nous sommes évidemment partisans de la médiation. Il ne faut plus
démontrer notre volonté d'aller plus loin en la matière. Mais il faut que
ce soit fait dans le meilleur cadre possible.
Revenons-en à celui qui se retrouve dans le cadre d'une médiation.
13.05 Melchior Wathelet (cdH):
Nog steeds wat de uitvoering van
de straf betreft, vraag ik me af wat
er gebeurt indien iemand het
bereikte bemiddelingsakkoord niet
naleeft. Dit kan immers niet
worden afgedwongen. Het
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
40
Qui trouvera-t-il face à lui dans la négociation? Le ministère public?
Le ministère de la Justice ou les services de ce ministère? De qui
pourra-t-il s'agir s'il n'y a pas de partie civile, pas de personne
intéressée? Avec qui va-t-il négocier? En vue d'aller vers cette
médiation, de tenter de trouver un accord, il produit des documents, il
décide de jouer franc-jeu, partant du principe qu'un mauvais accord
vaut mieux qu'un bon jugement.
Il veut donc jouer le jeu. Il produit tous les documents, il reconnaît son
erreur et indique la situation dans laquelle il se trouvait. Ensuite, pour
une raison quelconque, la médiation capote et aucun accord n'est
trouvé. Cette personne ne pourrait-elle plus produire ses documents
devant un magistrat? Il y aurait une impossibilité pour elle d'utiliser
ses moyens de défense alors qu'elle a tout fait pour que la médiation
réussisse? Cela peut se comprendre d'un point de vue civil mais pas
au niveau pénal. Peut-elle les reproduire, les déposer à nouveau? Si
l'interlocuteur s'y oppose, peut-elle les déposer à nouveau? Cette
question semble assez essentielle. Voilà pour ce qui concerne la
production de documents.
Qui peut faire échec à cette demande de médiation? Et j'en reviens à
mon exemple du ministère public. Je crois que M. Malmendier a posé
une question en commission à propos de l'exécution de la peine. La
médiation est maintenant possible, l'exposé des motifs le dit
clairement, au moment de l'instruction, au moment de la procédure
mais également au moment de l'exécution de la peine. Si cette
personne n'exécute pas l'accord de médiation qu'elle a conclu dans le
cadre de l'exécution de la peine, que va-t-il se passer? On a évoqué
l'obligation morale en commission. Je suis d'accord mais cela me
semble un peu court. Je pense donc que l'intervention de M.
Malmendier en commission est, à mon avis, tout à fait fondée.
Que se passe-t-il si cette personne ne respecte pas l'accord de
médiation qu'elle a conclu? Le président de la commission est
intervenu en ce sens et il a soulevé tous les problèmes d'utilisation de
cette procédure dans un mauvais but. Nous sommes tous pour les
intentions, nous sommes tous pour le principe mais le risque est
véritablement qu'il y ait une mauvaise utilisation de ce projet de loi,
sur base d'une mauvaise foi, comme M. Van Parys l'a dit tout à
l'heure. Et nous avons démontré que cette mauvaise foi peut se
produire à plusieurs endroits: sur l'échec ou non, au fait même de
recourir à une médiation, sur le statut, sur la place du ministère public
dans le cadre de cette procédure, sur les pièces qui peuvent être
déposées, sur les pièces qui peuvent être invoquées par les parties
dans le cadre de la médiation pour que celle-ci réussisse. Cela ne va-
t-il pas justement avoir l'effet inverse? Je ne vais pas produire mes
documents parce que je n'ai pas envie qu'on puisse m'interdire de les
produire ultérieurement dans le cadre de la procédure. Donc, je les
retiens et je ne fais pas en sorte que la médiation puisse aboutir. La
seule chose que j'aurai gagnée, c'est du temps.
Dernier élément: l'éventuelle absence d'exécution d'un accord de
médiation. Nous avons soulevé, dans la droite ligne des propos de M.
Van Parys, quatre éléments qui démontrent que nous ne sommes
peut-être pas - nous pouvons en discuter, c'est le but de tout débat -
en présence d'un projet de loi qui a suffisamment balisé cette
ouverture qui est bonne et vers laquelle nous devons tous tendre.
principe van de morele
verplichting lijkt me te beperkt.
Wat gebeurt er ten slotte wanneer
een bemiddelingsakkoord niet kan
worden uitgevoerd?
Die vier elementen tonen aan dat
dit wetsontwerp wellicht
onvoldoende kansen biedt om de
opening, die op zich positief is, te
verwezenlijken.
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
41
13.06 Alfons Borginon (VLD): Mijnheer de voorzitter, collega's, ik
was eerst niet van plan te interveniëren, maar als ik de betogen van
de collega's Van Parys en Wathelet hoor, dan lijkt het mij nuttig het
volgende te zeggen.
Het is jammer dat de minister van Justitie niet aanwezig is, omdat zij
wellicht beter dan ik, duidelijk had kunnen maken waarom de
verschillende interventies eigenlijk vertrekken vanuit een verkeerd
begrip.
De redevoeringen van de heren Van Parys en Wathelet laten
uitschijnen alsof wat in deze tekst staat een soort van bemiddeling in
strafzaken is die in de plaats zou komen van een normale
strafrechtelijke procedure, maar dat is niet het geval. Het is niet zo dat
het resultaat van zo'n bemiddeling is dat dader en slachtoffer
overeenkomen dat er geen strafvervolging meer mogelijk is. Dat heeft
daar niets mee te maken. De strafprocedure loopt gewoon door zoals
ze normaal gezien moet worden doorlopen. Zowel het openbaar
ministerie als de zittende magistratuur spelen hun rol in het proces
zoals het zou zijn zonder bemiddeling.
Waarover gaat het dan wel over? Er zijn vandaag al een aantal
initiatieven terzake. Men noemt dat herstelbemiddeling. Er zijn een
aantal vzw's die zich daarmee bezighouden. Ik denk bijvoorbeeld aan
de vzw Suggnomè. Er zijn nog een aantal andere vzw's die dat doen.
Wat doen deze in de praktijk? Zij proberen de relatie tussen dader en
slachtoffer, los van de strafrechterlijke consequenties, te herstellen.
Waarom? Omdat dit zowel in het belang van de dader in het kader
van de verwerking van het schuldgevoel van het plegen van een
bepaalde daad - als van het slachtoffer kan zijn om te begrijpen wat er
gebeurd is. Het is zonder enige twijfel een wat flou gebeuren maar dat
is precies de kern van de zaak. Het gaat om herstelbemiddeling. Het
is geen soort van plea bargaining dat moet leiden tot een wijziging van
de strafprocedure.
Waarom staat er in deze wet dan wel een vermelding van bepaalde
gegevens die zouden kunnen worden overgemaakt aan de
strafrechter? Omdat het perfect kan gebeuren dat, wanneer dergelijke
herstelbemiddeling in een vroeg stadium wordt opgestart, er
bijvoorbeeld al een regeling rond de burgerlijke belangen kan worden
getroffen en uitgevoerd, net zoals dit in een klassieke procedure
tegenwoordig het geval is. De advocaat van de burgerlijke partij en de
advocaat van de dader zullen de voorzitter meedelen dat de dader zijn
schuld erkent en inmiddels al een begin van de schadevergoeding
heeft gestort aan het slachtoffer. Dit gebeurt vandaag alle dagen in
onze rechtbanken. Dit is een typisch voorbeeld van informatie die kan
worden meegedeeld.
Er is het probleem van de niet-uitvoering van zo'n akkoord. Het is ook
even ter sprake gekomen in de commissie. De kern van de zaak is
dat men niet komt tot een soort van afdwingbare dading, waarbij
partijen elk een beetje water in de wijn hebben gedaan om dan te
komen tot een soort van juridisch afdwingbaar akkoord. Daar gaat het
niet over. Het is een herstelbemiddeling. Het is een poging om vanuit
de samenleving bij te dragen tot het herstel van de relatie tussen
dader en slachtoffer.
Men zegt dan dat men dat moet voorbehouden voor de allerkleinste
13.06 Alfons Borginon (VLD):
Dans leur intervention, MM. Van
Parys et Wathelet se fondent sur
des prémisses erronées. La
médiation ne se substitue en effet
pas à la procédure pénale
normale. Celle-ci poursuit son
cours et le ministère public et les
magistrats jouent leur rôle habituel
à cet égard.
Certaines ASBL prennent à
présent déjà des initiatives pour
obtenir la médiation en réparation.
Elles tentent de rétablir la relation
entre un auteur et sa victime,
parce qu'il y va de l'intérêt des
deux parties. Cette médiation en
réparation ne vise pas à entraîner
une modification de la procédure
pénale.
La proposition de loi tient compte
du fait que certaines données
peuvent être transmises au juge
pénal. Si la médiation en
réparation est lancée rapidement,
un accord concernant les intérêts
civils peut déjà avoir été conclu et
exécuté avant que l'affaire ne soit
portée devant le juge.
En ce qui concerne le non-respect
de l'accord de médiation, je
voudrais attirer l'attention sur le
fait qu'un tel accord n'implique pas
de transaction contraignante mais
qu'il s'agit seulement d'une
tentative de rétablir la relation
entre l'auteur et la victime. Il est
dès lors erroné de vouloir réserver
la médiation aux affaires de
moindre importance. La médiation
en réparation est précisément utile
dans le cas de délits graves. Je
pense concrètement à des
drames familiaux, lorsqu'à l'issue
du procès les membres de la
famille se retrouvent face à face.
L'ancrage légal de la médiation en
réparation est indispensable afin
d'éviter que tout un chacun puisse
pénétrer dans la prison pour parler
comme médiateur avec un
détenu. Il est donc important de
fixer des critères d'agrément pour
les médiateurs.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
42
misdrijven. De praktijk wijst uit dat het juist het omgekeerde moet zijn,
dat juist in de meest ernstige misdrijven een dergelijke vorm van
herstelbemiddeling het meest op zijn plaats is. Een typisch voorbeeld
zijn de familiale drama's: een gevolg van partnergeweld, een ernstig
misdrijf dat gepleegd wordt, tot moord toe. Dat brengt met zich, buiten
dat men een hele strafrechtelijke procedure heeft, die natuurlijk
degene die de daad gedaan heeft, op een normale manier straft, dat
men ook moet proberen om na het proces voort te kunnen leven en
voort te kunnen werken. Men moet dat met dezelfde familieleden
doen. Om daarop een antwoord te kunnen bieden, wordt een dergelijk
kader aangereikt.
Mijnheer de voorzitter, ik rond af. De vraag die men zich zou kunnen
opwerpen, is waarom dat in een wet moet staan. Dat moet in een wet
worden ingeschreven, omdat degene die bemiddelaar is, moet
kunnen spreken met iemand die opgesloten zit in de gevangenis. Men
kan niet eender wie, zomaar, onder het mom van een bemiddelende
rol tussen dader en slachtoffer, toelaten om in de gevangenis te gaan.
Men moet daarvoor criteria opstellen. De kern van het ontwerp is dat
er erkenningcriteria komen, dat men gaat bepalen aan welke
voorwaarden de mensen moeten voldoen die dat begeleidingsproces
moeten uitvoeren.
In die zin verwondert mij de teneur van de argumentatie een beetje.
De argumentatie zou opgaan wanneer de herstelbemiddeling of de
bemiddeling die hier gebeurd is een soort van plea bargaining zou zijn
om als resultaat te hebben dat men geen strafrechtelijke vervolging
zou hebben. Dan gaan de argumenten van de heren Van Parys en
Wathelet op. Dit verhaal is echter een compleet ander verhaal.
Volgens mij is er een beetje een misverstand in het spel.
Les arguments qui ont été
développés ici seraient valables si
la médiation était une sorte de
plea bargaining mais il s'agit là
d'un malentendu.
13.07 Thierry Giet (PS): Monsieur le président, en entendant M. Van
Parys et M. Wathelet, j'ai été interpellé. J'ai relu le projet de loi et
après avoir entendu le président de la commission de la Justice, je
crois qu'il est sans doute nécessaire de bien recadrer la portée du
texte qui nous est soumis, en s'en tenant aux principes qui régissent
notre procédure pénale.
1. Il est évidemment impossible d'imaginer que cette médiation puisse
un jour porter sur la peine en tant que telle ou, pour employer un
terme plus large, sur la sanction en tant que telle. La médiation
pénale au sens actuel, c'est autre chose: il s'agit d'un système
d'extinction de l'action publique; ici, nous nous trouvons dans un autre
cadre. Il faut appliquer le principe selon lequel on ne peut faire une
médiation sur quelque chose qui est d'ordre public. Il ne peut donc y
avoir de médiation au sens actuel du texte sur la sanction en tant que
telle.
2. Il est évident que, déjà maintenant, une médiation peut en tout état
de cause avoir lieu sur les intérêts civils. Les intérêts civils peuvent
être réglés, à la limite, le lendemain de l'infraction ou dix ans après,
peu importe. Cela existe déjà, on peut transiger et on peut recourir à
un médiateur à ce sujet.
Par conséquent, une fois ces deux problèmes éliminés sanction et
intérêts civils -, il apparaît clairement que le texte ne vise que ce qu'on
appelle, déjà depuis plusieurs années on en a débattu en
commission de la Justice à l'époque où M. De Clerck était ministre du
13.07 Thierry Giet (PS): We
zullen de draagwijdte van de tekst
anders moeten invullen. Het is
ondenkbaar dat de straf als
dusdanig het voorwerp van de
bemiddeling, zoals die in het
ontwerp is opgenomen, wordt. De
bestraffing is immers van
openbare orde.
Anderzijds kan de
bemiddelingsprocedure wel
worden gestart wanneer de
burgerlijke belangen op het spel
staan.
De tekst strekt er dus
voornamelijk toe om een wettelijk
kader in te voeren voor een
rechtspraak die gericht is op het
herstel van de schade of die
genoegdoening schenkt. Er
bestaat momenteel reeds een
bemiddelingsprocedure in
strafzaken die door het parket
wordt georganiseerd en die er
naar streeft om een dialoog
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
43
département -, la justice restauratrice ou la justice réparatrice
qu'importe le terme -, c'est-à-dire d'essayer de nouer un dialogue
qu'on espère constructif avec l'accusé, le prévenu, l'auteur de
l'infraction et, si possible, la victime pour que ce dialogue puisse
devenir plus efficace qu'une sanction pénale ou que le paiement
d'une somme d'argent en réparation de l'infraction.
C'est le même principe que la médiation pénale organisée par le
parquet actuellement lorsqu'il met face à face celui qui a commis
l'infraction et la victime pour essayer de "raccommoder" les choses et
que chacun prenne conscience de ce qui lui est arrivé. On se trouve
donc pleinement dans ce concept de justice réparatrice et
restauratrice qui est déjà appliqué à l'heure actuelle; en effet, il y a
des assistants en justice restauratrice et des assistants en justice
réparatrice au sein des établissements pénitentiaires.
Il s'agit de donner un cadre légal à ce qui existe déjà maintenant. Il ne
faut pas aller au-delà. Je le répète, c'est simplement la volonté d'avoir
un encadrement légal. Voilà ce que je voulais dire au niveau du
principe.
Je voudrais formuler deux autres remarques par rapport à ce qu'a dit
M. Van Parys. Tout d'abord, il est évident que le texte prévoit la
possibilité, pour le service chargé de la médiation, d'obtenir la copie
du dossier répressif mais il est entendu que tout cela se fait sous la
responsabilité, comme déjà dans notre procédure pénale, du parquet,
du procureur du Roi en particulier.
Ensuite, en ce qui concerne la problématique des infractions graves,
je crois que, par définition, le concept de justice restauratrice ou
justice réparatrice a ses limites. Autant je peux l'imaginer comme
étant efficace pour des infractions d'une gravité mineure ou moyenne,
autant, objectivement, cela ne peut pas être raisonnablement
envisagé pour des infractions de grande gravité; c'est évidemment la
pratique et le bon sens qui me conduisent à dire cela.
tussen de daders en de
slachtoffers op gang te krijgen.
De bemiddelingsdienst zal
uiteraard gemachtigd zijn om,
onder de verantwoordelijkheid van
de procureur des Konings, over
een afschrift van de strafdossiers
te beschikken.
De bemiddeling kent trouwens
haar grenzen en zal wellicht niet
op de zwaarste misdrijven worden
toegepast.
Le président: Je vais maintenant donner la parole à M. Schoofs. Ensuite, bien que ce ne soit pas
l'habitude d'intervenir deux fois dans le même projet mais c'est un bon débat, je donnerai la parole à M.
Van Parys.
Ik wil enkel aan het Reglement herinneren en daarna de uitzondering met genoegen toestaan.
13.08 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, ik heb
in de commissie het ontwerp goedgekeurd. Ik heb daar nog steeds
geen probleem mee, wanneer ik de redeneringen hoor die door de
meerderheid worden geventileerd. Er zijn echter wel een aantal
punten die mij weliswaar niet mijn mening doen herzien, maar ze toch
eventueel doen bijsturen.
Eén kwestie werd in de materie misschien niet uitgeklaard en hebben
we in de commissie misschien niet voldoende uitgediept.
Ik heb inderdaad begrepen dat het om een soort herstelbemiddeling
in embryonale fase gaat, die achteraf nog kan worden ingeschoven, in
zowel de jeugdbemiddeling en het jeugdsanctierecht of
jeugdbeschermingsrecht als in de wet-Franchimont.
Ik heb ook begrepen dat er weinig tot zelfs geen invloed mag of kan
13.08 Bert Schoofs (Vlaams
Belang): La médiation réparatrice
n'influencerait pas la procédure
judiciaire. Mais imaginons qu'un
criminel introduise une procédure
de médiation, que le juge en
tienne compte et lui accorde une
réduction de peine. Qu'adviendra-
t-il si par la suite le criminel rompt
l'accord de médiation? Aucun
tribunal d'application des peines
ne peut résoudre ce problème.
J'aurais aimé obtenir des
précisions à ce sujet.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
44
bestaan en zeker geen dwang op slachtoffer en rechter of procureur
om via een bemiddeling de procedure in een bepaalde richting te
sturen. Op dat punt voel ik alles wel vrij veilig aan en zullen we
volgens mij hier niet te maken hebben met een revolutie in ons
strafrechtsysteem die ons systeem in een slechte richting stuurt.
Wat me wel enigszins verontrust, is de volgende casus die zich kan
voordoen. Een rechter mag uiteraard rekening houden met het feit dat
een bemiddeling is geschied en dat de dader het slachtoffer of een
andere partij die meent te zijn benadeeld door het misdrijf, heeft
vergoed. Wanneer echter op een gegeven ogenblik een dader van
een rechter strafvermindering krijgt, omdat een bemiddeling is
gebeurd, en achteraf blijkt dat het voorwerp van de bemiddeling niet
werd uitgevoerd en de bemiddelingsovereenkomst dus door de dader
werd verbroken, dan heeft de dader in feite onrechtmatig geprofiteerd
van een strafvermindering. Hij heeft dus strafvermindering gekregen
voor een overeenkomst die hij uiteindelijk niet heeft uitgevoerd.
In ons systeem mag iemand niet onschuldig worden gestraft. De
keerzijde van de medaille van ons systeem moet echter zijn dat
niemand ooit voordeel mag halen uit zijn eigen fout, zeker niet
wanneer hij voorwendt de fout te hebben hersteld en dat in werkelijk
niet blijkt te hebben gedaan. In dat geval zouden we te maken hebben
met onschuldige slachtoffers die worden gestraft. Dat mag ons
systeem uiteraard ook niet dulden.
Ik vraag dus op dat punt uitleg van de minister of van de collega's van
de meerderheid. Wat doen we met een dader die een
bemiddelingsovereenkomst heeft gesloten, op basis daarvan een
strafvermindering heeft verkregen, maar uiteindelijk de overeenkomst
niet heeft uitgevoerd? Er zijn immers geen
strafuitvoeringsrechtbanken ik herinner er nog eens aan , die aan
een dergelijke situatie kunnen remediëren ten gunste van het
slachtoffer.
De voorzitter: Het is een interessant debat. Het kon misschien beter in de commissie gevoerd zijn maar nu
wordt het hier gevoerd. Ik begrijp het. U hebt het woord.
13.09 Tony Van Parys (CD&V): Zo is dat, voorzitter, maar goed, het
is daar niet gebeurd. Nog eens, wat dat betreft pleit ik schuldig,
hoewel ik rechtsgeldig verontschuldigd was.
Ik wil even reageren op wat de voorzitter van de commissie voor de
Justitie en de fractievoorzitter van de PS hebben gezegd.
Wij hebben onderhavig wetsontwerp niet begrepen alsof die
bemiddeling in de plaats zou komen van een normale gerechtelijke
procedure. Integendeel, wij hebben goed begrepen dat in de loop van
de gerechtelijke procedure, het gerechtelijk onderzoek, de
behandeling ten gronde en zelfs ook de strafuitvoering de bemiddeling
mogelijk is, dus niet in plaats van maar tijdens, op het ogenblik van.
Daar rijst uiteraard het probleem van de impact van de bemiddeling
op het verloop van het proces.
Ik geef u een heel precies voorbeeld: een belangrijk fraudedossier
waarbij de Belgische Staat voor miljarden is opgelicht. Welnu, de
handige advocaat die de wet heeft bekeken, vraagt aan een van de
familieleden van de fraudeurs, van het bedrijf of wie dan ook om te
13.09 Tony Van Parys (CD&V):
Selon le président de la
commission de la Justice, la
médiation pénale ne remplace pas
la procédure judiciaire. C'est
exact, mais elle influe toutefois sur
le déroulement du procès. Si
l'avocat d'un fraudeur, par
exemple, demande une médiation
avec le SPF Finances, cela peut
réellement ralentir ou influencer la
suite de la procédure judiciaire.
Le texte de la loi fait état de
difficultés résultant d'une
infraction. C'est très général et
peut être interprété dans le sens le
plus large.
Je suis tout à fait d'accord avec le
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
45
zeggen, hetzij aan het openbaar ministerie, hetzij tijdens de
behandeling ten gronde dat die gaat bemiddelen met het ministerie
van Financiën om een regeling te proberen uit te werken inzake het
nadeel dat de Belgische Staat heeft geleden. Met welke intentie?
Uiteraard met de intentie om op die manier het gerechtelijk onderzoek
te vertragen of de behandeling ten gronde te vertragen en eigenlijk
ook voor een stuk te beïnvloeden. Men zal het aanbod om te
bemiddelen met het ministerie van Financiën natuurlijk niet kunnen
weigeren. Vermits deze wet zal bestaan, zal dat een gegeven zijn
waarmee de rechter rekening kan houden, hetzij de
onderzoeksrechter, hetzij de rechter ten gronde. Men zal dus effectief
een impact krijgen op het verloop van een dossier, onvermijdelijk.
De teksten zijn het enige wat telt. Ik vind dat onze collega's
uitstekende intenties hebben, maar we spreken over strafrecht en dus
over de strikte interpretatie. Wat lezen we? Bemiddeling is een proces
dat aan personen in conflict toelaat om, als ze er vrijwillig mee
instemmen, actief en in alle vertrouwelijkheid deel te nemen aan het
oplossen van moeilijkheden die voortvloeien uit een misdrijf.
Collega's, "moeilijkheden die voortvloeien uit een misdrijf" is een
zodanig algemene kwalificatie dat men dit uiteraard niet zal beperken
tot de herstelbemiddeling zoals men dat zou willen. Men zal het echter
veel ruimer interpreteren en grond vinden in de teksten zoals ze op dit
ogenblik voorliggen.
Ik ben het op een punt volkomen eens met de voorzitter van de
commissie voor de Justitie, met name wanneer hij zegt dat deze tekst
een "flou" gegeven is. Collega's, op basis hiervan zult u instrumenten
aanreiken die alle soorten vertragingen en procedure-incidenten
zullen uitlokken waardoor ingewikkelde dossiers opnieuw zullen
worden vertraagd en opnieuw aanleiding zullen kunnen geven tot
verjaring en dergelijke manoeuvres.
Mijnheer Borginon, men moet oordelen op basis van de teksten die
men heeft goedgekeurd. Het is immers strafrecht. Men heeft dit op
een zodanig onzorgvuldige manier omschreven dat men hier werkelijk
de deur openzet voor alle vormen van misbruik. Uiteraard ben ik voor
herstelbemiddeling, maar men had het in de voorliggende teksten
moeten beperken tot dat waartoe het eigenlijk zou moeten dienen.
Dat is niet het geval.
Ten slotte, een laatste bedenking. Dit is in eerste instantie een
opdracht van het openbaar ministerie, zeker op het ogenblik dat het
gerechtelijk onderzoek aan de gang is, des te meer wanneer de zaak
ten gronde wordt behandeld door de rechtbank en nog meer op het
ogenblik van de strafuitvoering. Dit lijkt mij zonneklaar. Ik begrijp niet
dat de kamercommissie voor de Justitie deze teksten kan goedkeuren
of bespreken zonder dat men het advies heeft gevraagd van de
daarvoor bestaande organen, de Raad van procureurs, het college
van procureurs-generaal en uiteraard ook de balies die
vanzelfsprekend betrokken partijen zijn. Zij signaleren ons dat, zoals
we hebben gezegd, er heel wat onaangename gevolgen kunnen
voortvloeien uit de thans voorliggende teksten.
Collega's, het is uw verantwoordelijkheid hierop al of niet in te gaan.
Wij kunnen vanuit de oppositie alleen maar wijzen op de risico's die
men neemt ten aanzien van heel belangrijke teksten in soms heel
président de la commission de la
Justice : ce projet de loi est très
vague et il ouvre la porte aux
manoeuvres dilatoires, aux
incidents de procédure et aux
abus. La teneur de son texte
aurait dû être limitée à sa finalité
initialement voulue par le
législateur, la médiation
réparatrice, dont je suis en
revanche partisan.
Je ne comprends pas que la
commission ait pu adopter ce
projet de loi sans prendre l'avis du
Conseil des procureurs, du
Collège des procureurs généraux
et des barreaux, qui sont eux
aussi des parties concernées et
signalent certains problèmes.
C'est la majorité qui doit assumer
ses responsabilités. L'opposition,
elle, ne peut que pointer certains
risques.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
46
belangrijke onderzoeken.
Le président: Je laisse aller la discussion parce que le temps ne presse pas, mais je fais cependant
remarquer que la Chambre me semble suffisamment informée pour pouvoir décider.
13.10 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, je voulais
revenir sur les interventions du président de la commission et de M.
Giet. Effectivement, les intentions sont bonnes et lorsque tout se
passe bien, cette nouvelle possibilité est laissée dans le cadre des
procédures tant au niveau de l'instruction, au fond que dans
l'exécution. Certes, l'on ne peut négocier sur une sanction, mais on
peut, en tout cas, négocier sur l'exécution de cette sanction et sur les
modalités de son exécution. L'exposé des motifs le précise. Il
mentionne clairement dans le texte à notre disposition: "Le
gouvernement souhaite également ne pas exclure la médiation dans
le cadre de l'exécution des peines". Donc, il est clair qu'au niveau de
l'exécution, cette possibilité est laissée aux parties. Lorsque tout se
passe bien, tant mieux!
13.10 Melchior Wathelet (cdH):
Het ontwerp maakt het misschien
niet mogelijk over de bestraffing te
onderhandelen, maar wel over de
uitvoering en de modaliteiten
ervan. Des te beter als alles goed
verloopt!
13.11 Thierry Giet (PS): Monsieur Wathelet, négocier l'exécution
d'une peine se fait quotidiennement entre une personne qui est
condamnée et le ministère public. Cela existe évidemment! Dans le
cas présent, il n'y a rien de neuf!
13.11 Thierry Giet (PS): Maar
onderhandelingen tussen de
veroordeelde en het openbaar
ministerie over de strafuitvoering
zijn toch al dagelijkse kost.
13.12 Melchior Wathelet (cdH): Mais si un accord intervient au
niveau de l'exécution, il n'y a pas de sanction si la médiation n'est pas
respectée.
13.13 Thierry Giet (PS): Le texte dit-il à un seul moment que le
jugement ne sera pas rendu? Le texte dit simplement que le juge du
fond peut tenir compte de la médiation. Ce qui démontre bien que la
médiation ne porte évidemment pas sur la sanction ni même d'ailleurs
sur le fait d'amener le dossier à l'audience!
13.13 Thierry Giet (PS): In de
tekst staat dat de feitenrechter
met de bemiddeling rekening kan
houden. Dat betekent dat de
bemiddeling niet over de
bestraffing gaat noch over het feit
dat men het dossier naar de
terechtzitting meebrengt.
13.14 Melchior Wathelet (cdH): Cela ne figure pas dans le texte!
13.15 Thierry Giet (PS): Parce que c'est évident!
Le président: Si nos deux collègues avaient assisté au débat en commission hier, la discussion aurait été
animée!
13.16 Melchior Wathelet (cdH): (...) quand on lit le dossier, quand
on parcourt ce projet. C'est ce qui a suscité le débat d'aujourd'hui qui
n'est d'ailleurs pas inintéressant.
On dit que cela n'interrompt pas la procédure. C'est vrai. Mais s'il n'y a
pas, à un moment donné, une possibilité de se réunir autour d'une
table pour discuter et que l'on dit que la procédure va de toute façon
se poursuivre et que l'intéressé devra se présenter devant le
magistrat, etc., ne perd-on pas une chance? N'aurait-on pas pu
prévoir une ouverture dans ce texte en prévoyant des balises
correctes? Va-t-on dire à une personne qui demande une médiation
que l'audience a quand même lieu? Les plaidoiries ont lieu. L'affaire
est mise en délibéré. Dans ce cadre, le ministère public ne pourrait-il
13.16 Melchior Wathelet (cdH):
Dat had in de tekst verduidelijkt
moeten worden.
Het klopt dat de procedure niet
door de bemiddeling wordt
onderbroken. Had men daar
echter geen mogelijkheid kunnen
scheppen, met natuurlijk de
nodige veiligheidsbakens, om
rond te tafel te gaan zitten en een
en ander te bespreken? Kan het
openbaar ministerie op dit vlak
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
47
pas jouer un rôle et intervenir? C'est pour cette raison qu'il aurait peut-
être été utile de préciser son rôle dans le cadre de ces procédures. Si
une telle possibilité est laissée au fond, saisissons-la!
niet ingrijpen? Zijn rol had beter
moeten worden omschreven.
13.17 Alfons Borginon (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik zal kort zijn.
Het dreigt een dovemansgesprek te worden.
De voorzitter: Nochtans hoort men het goed.
13.18 Alfons Borginon (VLD): Mijnheer de voorzitter, men vergist
zich.
Ik kan het debat in de commissie alleen houden met de aanwezigen.
Dat is geen verwijt maar een vaststelling.
13.18 Alfons Borginon (VLD):
Nous risquons d'assister à un
dialogue de sourds. On se trompe.
Je ne puis évidemment mener le
débat en commission qu'avec
ceux qui sont présents. Ce n'est
pas un reproche, mais le groupe
CD&V n'est quand-même pas
constitué uniquement de M. Van
Parys.
De voorzitter: Mijnheer Van Parys, u hebt dat reeds toegelicht.
13.19 Alfons Borginon (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik neem aan
dat de CD&V-fractie uit meer leden bestaat dan alleen de heer Van
Parys. Zo eenvoudig is het. Dat is zo.
Tweede element, hiermee geef ik een antwoord op de bemerkingen
van de heer Schoofs inzake de overeenkomst. Het probleem is dat in
het debat gefocust wordt op de overeenkomst. Dat is een juridische
reflex ons allemaal eigen. Indien ik het concept herstelbemiddeling
goed begrepen heb, is de overeenkomst niet de kern van de zaak.
Kern van de zaak is de weg naar die overeenkomst. Men focust op de
mogelijkheid dat een overeenkomst eventueel niet kan worden
nageleefd.
Collega's, de kern van de zaak is dat de overheid een middel aanreikt
om buiten het strafprocesrecht te komen tot een situatie waarin de
relatie dader-slachtoffer opnieuw genormaliseerd geraakt in de mate
dat dat menselijkerwijze mogelijk is.
Bestaat het risico dat de overeenkomst niet wordt nageleefd?
Natuurlijk. Vandaag bestaat in de gewone strafprocedure voor de
rechter evenwel ook het risico dat zaken die in het proces worden
ingebracht en beloften die gedaan worden, achteraf niet gevolgd
worden. Dat is precies hetzelfde als wat er vandaag gebeurt.
Wat de vertraging betreft, mijnheer Van Parys, waar staat in het
ontwerp dat de rechter zijn werkzaamheden moet opschorten totdat
de bemiddeling tot een goed eind is gebracht?. Dat staat er helemaal
niet in. Er is geen enkele verplichting voor een rechtbank of een
openbaar ministerie om te talmen met zijn procedure lopende een
bemiddeling. In die zin is dit verhaal niet anders dan hetgeen thans
kan gebeuren voor de strafrechtbank. Een advocaat van de
verdediging geeft samen met de advocaat van de burgerlijke partij
aan de rechter het signaal een beetje tijd te willen krijgen om de
burgerlijke belangen te kunnen regelen. De rechter gaat op dat
verzoek in of hij gaat er niet op in.
13.19 Alfons Borginon (VLD):
Le problème réside dans le fait
que M. Schoofs et d'autres
focalisent leur attention sur
l'accord. Ce qui importe toutefois,
c'est le chemin qui mène à
l'accord. Les autorités proposent
un moyen permettant de
normaliser les relations entre
l'auteur et la victime. Le risque
que l'accord ne soit pas respecté
existe évidemment, mais ce
risque existe également dans le
cadre d'une procédure pénale
normale.
M. Van Parys met en garde contre
certains effets dilatoires, mais il
n'est mentionné nulle part dans le
projet que le juge doit suspendre
ses travaux jusqu'à ce que la
médiation soit achevée. Le
tribunal ou le ministère public ne
sont pas du tout obligés de
temporiser lorsqu'une médiation
est en cours. A l'heure actuelle, un
juge peut déjà accorder un délai à
la demande des avocats des deux
parties. La manière dont M. Van
Parys présente les choses va trop
loin.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
48
Dat is hier precies hetzelfde. Het proberen voor te stellen alsof er een
nieuw soort van mechanisme wordt gecreëerd waarmee massa's
uitstel wordt veroorzaakt in de strafgerechten, dat is eerlijk gezegd
een brug te ver!
13.20 Minister Rudy Demotte: Ik zal kort repliceren en antwoorden
omdat ik het dossier niet persoonlijk heb gevolgd. Ik zal dus de
bescheidenheid hebben om met veel voorzichtigheid op enkele
vragen te antwoorden.
Ten eerste, wat de bedoeling van de nieuwe procedure betreft. De
bemiddeling gebeurt enkel op vraag van beide partijen, dus de dader
en het slachtoffer. Dat betekent concreet dat niet gelijk wie beroep
kan doen op de nieuwe procedure. Dat heeft dus ook invloed op het
feit dat het zou kunnen worden belemmerd door een derde partij.
Wat de werkwijze van de bemiddeling betreft, het volgende. De
procedure wordt, zoals ik reeds zei, slechts opgestart mits het
akkoord van beide partijen? Dat gebeurt naast het gerechtelijk
onderzoek. Ik zal niet herhalen wat de heer Borginon daarnet zei,
maar ik deel zijn standpunt terzake.
Waarom gebeurt de bemiddeling door een specifieke dienst? Ten
eerste, om een reële garantie deskundigheid en professionalisme te
bieden op het vlak van de behandeling, in termen van vorming
enzovoort. De dienst zal erkend worden door de minister en daarvoor
wordt nu gewerkt aan een ontwerp van koninklijk besluit. Een
werkgroep samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende
betrokken partijen, zoals de procureur-generaal; heeft haar
werkzaamheden aangevat.
13.20 Rudy Demotte, ministre: Je
n'ai pas suivi personnellement le
dossier, ma réponse sera dès lors
prudente.
La médiation ne peut commencer
qu'à la demande des deux parties.
Cela signifie concrètement que
tout le monde ne peut avoir
recours à cette procédure et
qu'une tierce partie ne pourra pas
entraver la procédure. La
médiation est entamée
parallèlement à l'instruction. Je
me rallie au point de vue de M.
Borginon à cet égard.
La médiation par un service
spécifique doit garantir l'expertise.
Pour que ce service soit reconnu
par le ministre, un projet d'arrêté
royal est en préparation au sein
d'un groupe de travail réunissant
plusieurs parties, comme des
représentants du procureur
général.
En ce qui concerne les différents aspects de ce projet de loi, ils ont
été discutés sur base d'expériences qui ont déjà pu être menées dans
les différentes parties du pays. Je sais que le barreau
néerlandophone et que les services du procureur général du Roi ont
été associés à la discussion.
De aspecten van dit wetsontwerp
werden besproken op grond van
proefprojecten die in de
verschillende landsgedeelten
liepen. De Nederlandstalige balie
en de diensten van de procureur-
generaal namen aan de
bespreking deel.
Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1562/4)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1562/4)
Le projet de loi compte 9 articles.
Het wetsontwerp telt 9 artikelen.
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
49
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 9 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 9 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
14 Conseil d'Etat Présentation d'un assesseur francophone
14 Raad van State Voordracht van een Franstalige assessor
Par lettre du 29 avril 2005, le premier président du Conseil d'Etat porte à la connaissance de la Chambre
qu'en son audience publique du 22 février 2005, l'assemblée générale de ce Conseil a procédé,
conformément à l'article 80 des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat, à l'établissement d'une liste de trois
candidats pour une place d'assesseur de la section de législation (F), vacante à la suite de la démission de
M. Francis Delpérée, le 28 juin 2004.
Bij brief van 29 april 2005 deelt de eerste voorzitter van de Raad van State mede dat de algemene
vergadering van die Raad ter openbare zitting van 22 februari 2005, overeenkomstig artikel 80 van de
gecoördineerde wetten op de Raad van State, overgegaan is tot het opmaken van een lijst van drie
kandidaten voor een vacante betrekking van assessor bij de afdeling wetgeving (F), ten gevolge van het
ontslag van de heer Francis Delpérée op 28 juni 2004.
Ont été présentés par le Conseil d'Etat, sans unanimité toutefois:
Premier candidat:
M. Georges Vandersanden,
Avocat au barreau de Bruxelles,
Professeur à l'ULB
Deuxième candidat:
M. Jean-Yves Carlier,
Avocat au barreau de Nivelles,
Professeur à l'UCL
Troisième candidat:
M. Yves Lejeune,
Professeur ordinaire à la faculté de Droit de l'UCL
Werden door de Raad van State voorgedragen, evenwel zonder eenparigheid van stemmen:
Eerste kandidaat:
De heer Georges Vandersanden,
Advocaat bij de balie te Brussel,
Hoogleraar aan de ULB
Tweede kandidaat:
De heer Jean-Yves Carlier,
Advocaat bij de balie te Nijvel,
Hoogleraar aan de UCL
Derde kandidaat:
De heer Yves Lejeune,
Gewoon hoogleraar aan de Rechtsfaculteit van de UCL
"En l'absence d'unanimité lors d'une première présentation ou lors d'une nouvelle présentation à la suite
d'un refus, la Chambre des représentants ou le Sénat peuvent alternativement, dans un délai ne pouvant
dépasser trente jours à compter de la réception de cette présentation, soit confirmer la liste présentée par
le Conseil d'État, soit présenter une deuxième liste de trois noms qui fait l'objet d'une motivation formelle".
"Indien er geen eenparigheid van stemmen is bij een eerste of bij een nieuwe voordracht naar aanleiding
van een weigering, kunnen de Kamer van volksvertegenwoordigers of de Senaat beurtelings, binnen een
termijn van ten hoogste dertig dagen vanaf de ontvangst van de mededeling van deze voordracht, hetzij de
door de Raad van State voorgedragen lijst bevestigen, hetzij een tweede lijst met drie namen die
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
50
uitdrukkelijk wordt gemotiveerd, voordragen."
La présentation éventuelle d'une liste par la Chambre doit se faire sur base des candidatures reçues par le
Conseil d'Etat.
De eventuele voordracht van een lijst door de Kamer dient te gebeuren op basis van de kandidaturen
ontvangen door de Raad van State.
Les candidatures suivantes ont été introduites:
M. Jean-Yves Carlier,
Avocat au barreau de Nivelles,
Professeur à l'UCL
M. Pascal Hanique,
Avocat au barreau de Bruxelles
M. Guy Keutgen,
Professeur à l'UCL
M. Yves Lejeune,
Professeur ordinaire à la faculté de Droit de l'UCL
M. Jean-François Romain,
Avocat au barreau de Bruxelles,
Chargé de cours à l'ULB
M. Henri Simonart,
Doyen de la faculté de Droit de l'UCL
M. François T'Kint,
Avocat à la Cour de cassation,
Professeur à l'UCL
M. Jean-Marie Van Bol,
Secrétaire adjoint de la ville de Namur
M. Georges Vandersanden,
Avocat au barreau de Bruxelles,
Professeur à l'ULB
De volgende kandidaturen werden ingediend:
De heer Jean-Yves Carlier,
Advocaat bij de balie te Nijvel,
Hoogleraar aan de UCL
De heer Pascal Hanique,
Advocaat bij de balie te Brussel
De heer Guy Keutgen,
Hoogleraar aan de UCL
De heer Yves Lejeune,
Gewoon hoogleraar aan de Rechtsfaculteit van de UCL
De heer Jean-François Romain,
Advocaat bij de balie te Brussel,
Docent aan de ULB
De heer Henri Simonart,
Decaan van de Rechtsfaculteit van de UCL
De heer François T'Kint,
Advocaat bij het Hof van Cassatie,
Hoogleraar aan de UCL
De heer Jean-Marie Van Bol,
Adjunct-secretaris van de stad Namen
De heer Georges Vandersanden,
Advocaat bij de balie te Brussel,
Hoogleraar aan de ULB
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents de ce jour, je propose à la Chambre de se
prononcer sur la présentation de la liste de trois candidats au cours de la séance du jeudi 12 mai 2005.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van heden, stel ik de Kamer voor zich uit te
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
51
spreken over de voordracht van de lijst van drie kandidaten tijdens het plenum van donderdag
12 mei 2005.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus wordt besloten
15 Prise en considération de propositions
15 Inoverwegingneming van voorstellen
L'ordre du jour appelle la prise en considération d'une série de propositions dont la liste est reprise en
annexe.
Aan de orde is de inoverwegingneming van een reeks voorstellen waarvan de lijst als bijlage gaat.
Pas d'observation? (Non) La prise en considération est adoptée.
Geen bezwaar? (Nee) De inoverwegingneming is aangenomen.
16 Demandes d'urgence de la part du gouvernement
16 Urgentieverzoeken vanwege de regering
Le gouvernement a demandé l'urgence conformément à l'article 51 du Règlement lors du dépôt du projet de
loi ajustant le budget des Voies et Moyens de l'année budgétaire 2005 (n° 1747/1).
De regering heeft de spoedbehandeling gevraagd met toepassing van artikel 51 van het Reglement, bij de
indiening van het wetsontwerp houdende aanpassing van de Rijksmiddelenbegroting van het
begrotingsjaar 2005 (nr. 1747/1).
Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.
L'urgence est adoptée par assentiment.
De urgentie wordt bij instemming aangenomen.
Le gouvernement a également demandé l'urgence conformément à l'article 51 du Règlement lors du dépôt
du projet de loi contenant le premier ajustement du budget général des Dépenses de l'année budgétaire 2005
(n° 1746/1).
De regering heeft eveneens de spoedbehandeling gevraagd met toepassing van artikel 51 van het
Reglement, bij de indiening van het wetsontwerp houdende eerste aanpassing van de Algemene
Uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 2005 (nr. 1746/1).
Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.
L'urgence est adoptée par assentiment.
De urgentie wordt bij instemming aangenomen.
Votes nominatifs
Naamstemmingen
17 Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van:
- de heer Paul Tant over "de bekendmaking van het rapport van de commissie Paulus inzake de
brandweerhervorming" (nr. 578)
- mevrouw Nancy Caslo over "het rapport van de commissie Paulus inzake de brandweerhervorming"
(nr. 582)
- de heer Jean-Claude Maene over "de hervorming van de brandweerdiensten" (nr. 585)
17 Motions déposées en conclusion des interpellations de:
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
52
- M. Paul Tant sur "la publication du rapport de la commission Paulus sur la réforme des services
d'incendie" (n° 578)
- Mme Nancy Caslo sur "le rapport de la commission Paulus sur la réforme des services d'incendie"
(n° 582)
- M. Jean-Claude Maene sur "la réforme des services d'incendie"(n° 585)
Deze interpellaties werden gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de Binnenlandse
Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt van 26 april 2005.
Ces interpellations ont été développées en réunion publique de la commission de l'Intérieur, des Affaires
générales et de la Fonction publique du 26 avril 2005.
Drie moties werden ingediend (MOT nr. 578/1):
- een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Paul Tant, Dirk Claes en Patrick De
Groote;
- een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Nancy Caslo en de heer Jan
Mortelmans;
- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Jacqueline Galant en Annemie Roppe en de heren
Jean-Claude Maene en Willy Cortois.
Trois motions ont été déposées (MOT n
°
578/1):
- une première motion de recommandation a été déposée par MM. Paul Tant, Dirk Claes et Patrick De
Groote;
- une deuxième motion de recommandation a été déposée par Mme Nancy Caslo et M. Jan Mortelmans;
- une motion pure et simple a été déposée par Mmes Jacqueline Galant et Annemie Roppe et MM. Jean-
Claude Maene et Willy Cortois.
Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.
La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 1)
Ja
75
Oui
Nee
43
Non
Onthoudingen
4
Abstentions
Totaal
122
Total
De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervallen de moties van aanbeveling.
La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, les motions de recommandation sont caduques.
De heer De Coene doet teken dat hij met de sp.a-spirit wenste mee te stemmen.
Reden van onthouding?
Raison d'abstention?
17.01 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb een
stemafspraak met mevrouw Meeus.
17.01 Greta D'hondt (CD&V):
J'ai pairé avec Mme Meeus.
17.02 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb een
stemafspraak met collega Swennen voor deze stemming en de
volgende stemmingen.
17.02 Tony Van Parys (CD&V):
J'ai pairé avec M. Swennen.
17.03 Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb een 17.03 Nahima Lanjri (CD&V):
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
53
stemafspraak met mevrouw van Gool, ook voor deze stemming en de
volgende stemmingen.
J'ai pairé avec Mme Van Gool.
17.04 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb een
stemafspraak met collega Verhaert.
17.04 Jef Van den Bergh
(CD&V): J'ai pairé avec Mme
Verhaert.
17.05 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijn stem
moet een onthouding zijn. Ik heb een stemafspraak met de heer
Tommelein.
17.05 Hendrik Bogaert (CD&V):
J'ai pairé avec M. Tommelein.
J'aurais dès lors dû m'abstenir.
De voorzitter: Ik zal het onthouden voor straks
Madame Nagy, vous avez un petit problème? Que s'est-il passé?
17.06 Marie Nagy (ECOLO): Monsieur le président, mon vote n'a
pas été enregistré. C'était un vote négatif.
17.06 Marie Nagy (ECOLO): Ik
heb neen gestemd.
17.07 Luc Goutry (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik had mij moeten
onthouden, in afspraak met de heer Cortois. Ik wil dat graag nog
rechtzetten.
17.07 Luc Goutry (CD&V):
J'aurais dû m'abstenir, j'ai pairé
avec M. Cortois.
De voorzitter: Ik ken die reden.
17.08 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik heb voor gestemd,
maar de machine heeft dat niet genoteerd.
17.08 Stef Goris (VLD): J'avais
voté favorablement mais mon vote
n'a pas été enregistré par le
système.
17.09 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik zou graag
hebben dat die stemming wordt overgedaan. Als ik goed geteld heb,
geraakt de meerderheid namelijk niet aan 75 ja-stemmen.
De voorzitter: Mijnheer De Crem, die stemming is voorbij. De volgende stemming komt eraan.
17.10 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, ik
vind dat u gelijk hebt. Wij zullen dat straks nakijken. Bovendien, met
zo'n CD&V hebben we geen VLD meer nodig.
De voorzitter: Wij zullen dat straks zien.
18 Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van:
- de heer Pieter De Crem over "de karakterschetsen van bepaalde personeelsleden van het
brandwondencentrum te Neder-over-Heembeek" (nr. 563)
- de heer Luc Sevenhans over "het wegpesten van chirurgen in het brandwondencentrum te Neder-
over-Heembeek" (nr. 572)
18 Motions déposées en conclusion des interpellations de:
- M. Pieter De Crem sur "l'établissement des fiches mentionnant des traits de caractère de certains
membres du personnel du Centre des grands brûlés de Neder-over-Heembeek" (n° 563)
- M. Luc Sevenhans sur "les tracasseries faites à certains chirurgiens du centre des grands brûlés de
Neder-over-Heembeek en vue d'obtenir leur départ" (n° 572)
Deze interpellaties werden gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de
Landsverdediging van 27 april 2005.
Ces interpellations ont été développées en réunion publique de la commission de la Défense nationale du
27 avril 2005.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
54
Drie moties werden ingediend (MOT nr. 563/1):
- een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Pieter De Crem;
- een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Luc Sevenhans;
- een eenvoudige motie werd ingediend door mevrouw Ingrid Meeus en de heer Mohammed Boukourna.
Trois motions ont été déposées (MOT n
°
563/1):
- une première motion de recommandation a été déposée par M. Pieter De Crem;
- une deuxième motion de recommandation a été déposée par M. Luc Sevenhans;
- une motion pure et simple a été déposée par Mme Ingrid Meeus et M. Mohammed Boukourna.
Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.
La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring?
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote?
18.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
collega's, de lijst van uitschuivers van minister Flahaut komt stilaan in
aanmerking voor het Guinness Book of Records. Helaas zijn de
meeste van zijn wapenfeiten vooral negatief. De problematiek van het
militair hospitaal is op het eerste gezicht misschien niet zo
spectaculair. Dat is ten onrechte, want het militair hospitaal was tot
voor kort een van de kroonjuwelen van defensie. Minister Flahaut
heeft de vorige directie laten verwijderen en heeft een beschermeling
van hem in de plaats gesteld. Hij heeft een ware heksenjacht laten
openen op de dokters van het brandwondencentrum. Wat minister
Flahaut tegen dokters heeft, weet ik niet. Het is misschien een trauma
uit zijn jeugd. Dat is maar een gok.
Het moet worden gezegd dat het plan van Flahaut gelukt is. De
meeste dokters zijn inderdaad weggepest. Toen de minister moest
vaststellen dat hij zijn eigen poulain niet meer onder controle had en
hij wou ingrijpen, stapte die luitenant-kolonel van parti socialiste-
strekking naar een bekend advocaat, toevallig ook van dezelfde
strekking. Die beruchte advocaat, meester Uyttendaele, u weet wel de
man van, zorgde ervoor dat Flahaut door zijn eigen vlooien werd
gebeten. Hoewel, naar mijn mening is het allemaal in scène gezet om
de betrokken persoon op zijn plaats te laten.
Ondertussen raakten een paar details bekend van de heksenjacht en
de manier waarop de bewuste luitenant-kolonel te werk ging. Terecht
stelde collega De Crem dat het hier ging om onvervalste Stasi-
praktijken. Ik kan alle collega's de lectuur aanbevelen van de
verslagen van onze commissie. De minister kon in zijn reactie op
onze interpellaties niets anders dan stellen dat de grenzen van het
respect voor de persoonlijke levenssfeer van de artsen was
overschreden. Toch blijft de minister die man nog altijd steunen. Ik
kan niet anders dan vragen dat de minister van de zware taak wordt
ontheven om de verantwoordelijkheid te blijven dragen over dit militair
hospitaal.
18.01 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Le dossier de l'hôpital
militaire est l'une des nombreuses
gaffes du
ministre Flahaut.
Jusqu'il y a peu, cet hôpital était
un des joyaux de la Défense. Le
ministre a congédié l'ancienne
direction puis organisé une
chasse aux sorcières contre les
médecins du Centre des Grands
Brûlés, à tel point que la plupart
d'entre eux, harcelés, ont été
poussés à partir. Quand le
ministre a constaté que son
poulain échappait à son emprise,
celui-ci a pris un avocat situé
politiquement au PS, quoique j'aie
l'impression qu'il s'agisse d'une
mise en scène ayant pour but de
laisser en place l'intéressé. On
connaît aujourd'hui le détail de
cette chasse aux sorcières. M. De
Crem a parlé à juste titre de
pratiques dignes de la Stasi. A
l'issue d'interpellations, la seule
chose que le ministre ait trouvé à
dire, c'est que les limites du
respect de la vie privée des
médecins ont été dépassées.
Pourtant, M. Flahaut persiste à
soutenir cet homme. Je demande
que l'on dessaisisse le ministre de
sa tutelle sur l'hôpital militaire.
De voorzitter: Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
55
(Stemming/vote 2)
Ja
80
Oui
Nee
48
Non
Onthoudingen
0
Abstentions
Totaal
128
Total
De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervallen de moties van aanbeveling.
La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, les motions de recommandation sont caduques.
Als men zich onthoudt wegens een stemafspraak, weet men wat dat betekent.
18.02 Hendrik Daems (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik wil toch wel
de opmerking maken voor degenen die de parlementaire traditie
kennen. Ofwel stemt men volgens stemafspraak, ofwel niet.
Een aantal collega's van CD&V hebben een stemafspraak aanvaard.
Ik zou de CD&V-fractieleden die dat hebben aanvaard, dan ook willen
vragen om dat te bestendigen, anders is dat gewoon niet correct. Er
zijn mensen die een stemafspraak hebben gemaakt, onder meer
wegens overlijden van familieleden. Ik vind de handelswijze van de
CD&V-fractie in deze niet aanvaardbaar.
18.02 Hendrik Daems (VLD):
Celui qui connaît la tradition
parlementaire sait que celui qui
paire doit respecter ses
engagements. L'attitude du CD&V
n'est pas correcte.
18.03 Gerolf Annemans (Vlaams Belang): Mijnheer Daems, ik kan u
verzekeren dat, als u een stemafspraak maakt met leden van het
Vlaams Belang, dat nooit zou gebeuren.
18.03 Gerolf Annemans
(Vlaams Belang): Si l'on pairait
avec le Vlaams Belang, cela ne se
produirait pas.
De voorzitter: Ik kan de Kamer verwijzen naar een artikel in Res Publica van Herman De Croo uit 1968.
18.04 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij zijn graag
bereid om stemafspraken te maken, maar niet om aan de
meerderheid de meerderheid te geven vanuit de oppositie. Dat is wel
een gigantisch verschil.
18.04 Pieter De Crem (CD&V):
Nous sommes prêts à pairer mais
pas pour que l'opposition confère
une majorité à la majorité.
18.05 Hendrik Daems (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik zou graag
aan collega-fractieleider De Crem willen meegeven dat het stelsel van
de pairage in de Kamer bestaat om een quorum effectief mogelijk te
maken bij afwezigheid van leden van de meerderheid. Dat is de
essentie van de pairage.
18.05 Hendrik Daems (VLD):
Les pairages servent à atteindre
le quorum quand des députés
sont absents.
De voorzitter: Ik wil trouwens opmerken dat, wanneer een fractie...
18.06 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, u moet zich
daarmee niet bemoeien.
De voorzitter: Mijnheer Tant, u bent een man met meer ervaring dan
wie dan ook. Zij die een stemafspraak aanvaard hebben, blijven
gewoonlijk in de vergadering wanneer het quorum in gevaar is. Dat
was de regel.
Le président: L'usage veut que
les députés qui ont accepté de
pairer restent dans l'hémicycle.
18.07 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil u het
volgende zeggen. Normaal gezien mengt de voorzitter zich niet in het
debat over de stemafspraken.
18.07 Pieter De Crem (CD&V):
Le président n'a pas à s'immiscer
dans un débat sur les pairages.
De voorzitter: Inzake de pairage herinner ik aan de regels. Dat is
alles.
Le président: Je ne fais que vous
rappeler les règles en la matière.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
56
18.08 Pieter De Crem (CD&V): Ten tweede, als VLD even
standvastig zal zijn in het debat over Brussel-Halle-Vilvoorde, dan
zullen we tijdens de volgende weken absoluut een goed debat
hebben.
Mijnheer Daems, ik zal u het volgende zeggen. U hoeft zich niet meer
tot ons te richten voor stemafspraken. Richt u tot het Vlaams Belang.
18.08 Pieter De Crem (CD&V):
Si le VLD fait preuve de la même
fermeté dans le dossier BHV, le
débat des prochaines semaines
sera fructueux. M. Daems ne doit
plus s'adresser à nous pour
pairer, il n'a qu'à se tourner vers le
Vlaams Belang.
19 Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de heer Luc Sevenhans over "het dossier
AIV/c90 mm" (nr. 581)
19 Motions déposées en conclusion de l'interpellation de M. Luc Sevenhans sur "le dossier
AIV/c90 mm" (n° 581)
Deze interpellatie werd gehouden in de openbare vergadering van de commissie voor de Landsverdediging
van 27 april 2005.
Cette interpellation a été développée en réunion publique de la commission de la Défense nationale du
27 avril 2005.
Twee moties werden ingediend (MOT nr. 581/1):
- een motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Luc Sevenhans en Staf Neel;
- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Inga Verhaert en Ingrid Meeus en de heren
Mohammed Boukourna, David Geerts en Philippe Monfils.
Deux motions ont été déposées (MOT n
°
581/1):
- une motion de recommandation a été déposée par MM. Luc Sevenhans et Staf Neel;
- une motion pure et simple a été déposée par Mmes Inga Verhaert et Ingrid Meeus et MM. Mohammed
Boukourna, David Geerts et Philippe Monfils.
Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.
La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring?
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote?
19.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
collega's, ik zou even uw aandacht willen vragen voor een ander
dossier van onze minister, met name het dossier AIV of in mensentaal
een bewapend infanterievoertuig, een dossier dat in zijn totaliteit een
miljard euro zal kosten. Met andere woorden, toch iets waarnaar onze
aandacht mag uitgaan.
Ik zou geen enkel probleem hebben met dat dossier, ware het niet dat
een bepaald deel ervan moet uitgerust worden met een 90mm-
wapensysteem. Uit het rapport van de inspectie van Financiën blijkt
dat het opteren voor een bepaald systeem, een bepaald bedrijf in een
monopoliepositie brengt. Tot nu toe zijn er nog geen objectieve
militaire redenen gekend waarom het een bepaald kaliber moet zijn.
Wat wel vaststaat is dat als men opteert voor het 90mm-systeem, wij
daarmee de enigen zouden zijn in NAVO-verband en wij die munitie
moeten kopen in de achtertuin van minister Flahaut. Daar ligt
uiteraard het echte probleem, bij de munitie. Immer, toevallig is het
bedrijf, MECAR om het niet bij naam te noemen, in Nijvel gevestigd.
Iedereen moet beseffen dat men er met zo'n dossier moet voor
zorgen dat het voor honderd procent sluitend is. Blijkbaar moet
minister Flahaut echter met niemand rekening houden. Mocht minister
Flahaut een Vlaming zijn, dan had hij al lang moeten opstappen.
Helaas, zoals we ook kunnen vaststellen in andere actuele dossiers,
19.01 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): J'attire l'attention sur le
dossier des véhicules d'infanterie
blindés qui coûtera au total un
milliard d'euros. Une partie de ces
véhicules sera équipée d'un
système d'arme de calibre 90 mm.
Il ressort d'un rapport de
l'Inspection des Finances qu'une
entreprise bien précise est ainsi
placée en situation de monopole.
Il n'existe pas de critères militaires
objectifs justifiant ce type de
calibre et nous serions les seuls
au sein de l'OTAN à posséder un
système d'arme de 90 mm. Les
munitions doivent être achetées
auprès d'une entreprise située à
Nivelles, le fief du ministre. Si
M. Flahaut était flamand, il aurait
déjà été forcé de démissionner
depuis longtemps. Le PS continue
à diriger le pays. Je n'ai pas de
problèmes avec les entreprises
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
57
is en blijft de Parti Socialiste echter de baas in dit land. Flahaut kan
ons allemaal uitlachen zolang hij maar de steun krijgt van zijn goede
vriend, de numero uno van het land, Elio Di Rupo.
Ten aanzien van mijn geachte commissievoorzitter, de heer Monfils,
wil ik ook nog eens duidelijk stellen dat ik geen probleem heb met
Waalse bedrijven in het algemeen en evenmin met de Waalse
defensiebedrijven en zeker niet met CMI. Volgens mijn militaire
informanten kunnen we niets doen met een 90mm-systeem. Mochten
wij kiezen voor het juiste systeem, mijnheer Monfils, en het blijkt dat
CMI dat ook kan leveren, dan zou ik daar zeker geen probleem mee
hebben, zolang men maar rekening houdt met de belangen van de
verschillende Gewesten.
Mijn motie vraagt heel eenvoudig dat de behoeften van de
Krijgsmacht zouden worden uitgedrukt in functionele termen in plaats
van in kalibers. Dat is ook wat Defensie vraagt, collega's. Aan u de
keuze, Flahaut of de Krijgsmacht.
d'armement wallonnes, mais selon
mes informateurs militaires, un
système de 90 mm ne nous
servirait à rien. Je demande dans
ma motion que les besoins des
forces armées soient exprimés en
termes fonctionnels et non pas en
calibres. Le département de la
Défense le souhaite également. Il
faut choisir entre Flahaut et les
forces armées.
De voorzitter: Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 3)
Ja
79
Oui
Nee
42
Non
Onthoudingen
6
Abstentions
Totaal
127
Total
De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt de motie van aanbeveling.
La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, la motion de recommandation est caduque.
20 Proposition de résolution relative aux droits de l'enfant dans les pays partenaires de la politique
belge de coopération au développement (1656/1)
20 Voorstel van resolutie betreffende de rechten van het kind in de partnerlanden waarop het
Belgische ontwikkelingsbeleid is gericht (1656/1)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 4)
Ja
128
Oui
Nee
0
Non
Onthoudingen
0
Abstentions
Totaal
128
Total
En conséquence, la Chambre adopte la proposition de résolution. Il en sera donné connaissance au
gouvernement.(1656/2)
Bijgevolg neemt de Kamer het voorstel van resolutie aan. Het zal ter kennis van de regering worden
gebracht.(1656/2)
21 Proposition de résolution concernant l'octroi, à Taiwan, du statut d'observateur de l'assemblée
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
58
générale annuelle de l'Organisation Mondiale de la Santé (1684/1)
21 Voorstel van resolutie betreffende de verlening van de waarnemersstatus aan Taiwan tijdens de
jaarlijkse algemene vergadering van de Wereldgezondheidsorganisatie (1684/1)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 5)
Ja
128
Oui
Nee
0
Non
Onthoudingen
0
Abstentions
Totaal
128
Total
De heer Versnick heeft niet deelgenomen aan de stemmingen en een collega heeft ten onrechte in zijn
plaats gestemd.
En conséquence, la Chambre adopte la proposition de résolution. Il en sera donné connaissance au
gouvernement.(1684/2)
Bijgevolg neemt de Kamer het voorstel van resolutie aan. Het zal ter kennis van de regering worden
gebracht.(1684/2)
22 Projet de loi introduisant des dispositions relatives à la médiation dans le Titre préliminaire du
Code de procédure pénale et dans le Code d'instruction criminelle (1562/4)
22 Wetsontwerp tot invoering van bepalingen inzake de bemiddeling in de Voorafgaande Titel van het
Wetboek van strafvordering en in het Wetboek van strafvordering (1562/4)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Begin van de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 6)
Ja
80
Oui
Nee
0
Non
Onthoudingen
47
Abstentions
Totaal
127
Total
De heer De Groote doet teken dat hij met de CD&V wenste mee te stemmen.
En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Le projet sera transmis au Sénat.(1562/5)
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden.(1562/5)
23 Adoption de l'agenda
23 Goedkeuring van de agenda
Nous devons nous prononcer sur le projet d'ordre du jour que vous propose la Conférence des présidents.
Wij moeten ons thans uitspreken over de ontwerpagenda die de Conferentie van voorzitters u voorstelt.
Pas d'observation? (Non) La proposition est adoptée.
Geen bezwaar? (Nee) Het voorstel is aangenomen.
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
59
De vergadering is gesloten.
La séance est levée.
De vergadering wordt gesloten om 17.19 uur. Volgende vergadering donderdag 12 mei 2005 om 14.15 uur.
La séance est levée à 17.19 heures. Prochaine séance le jeudi 12 mai 2005 à 14.15 heures.
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
60
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
61
ANNEXE
BIJLAGE
SÉANCE PLÉNIÈRE
PLENUMVERGADERING
MERCREDI 04 MAI 2005
WOENSDAG 04 MEI 2005
DÉTAIL DES VOTES NOMINATIFS
DETAIL VAN DE NAAMSTEMMINGEN
Naamstemming - Vote nominatif: 001
Ja
075
Oui
Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bonte, Borginon, Boukourna, Burgeon,
Casaer, Cavdarli, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Collard, Courtois, Daems, De Block, De Bue, De Clercq,
De Croo, de Donnea, Delizée, De Meyer, Déom, De Padt, De Permentier, Dierickx, Douifi, Ducarme
Daniel, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Ghenne, Giet, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée, Lahaye-
Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lansens, Lejeune, Libert, Maene, Maingain,
Malmendier, Marinower, Mathot, Mayeur, Michel, Monfils, Moriau, Muls, Pécriaux, Perpète, Pinxten,
Roppe, Saudoyer, Storms, Taelman, Tilmans, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Van
der Maelen, Van Lombeek-Jacobs, Vautmans, Versnick
Nee
043
Non
Annemans, Arens, Bogaert, Bultinck, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen, Creyf, De Crem, De Groote,
De Man, Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, Drèze, Genot, Goutry, Govaerts, Goyvaerts,
Laeremans, Lavaux, Mortelmans, Muylle, Neel, Nollet, Schoofs, Schryvers, Sevenhans, Tant, Tastenhoye,
Van den Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Vandeurzen, Van Rompuy, Van Themsche,
Verhaegen, Verherstraeten, Viseur, Wathelet, Wiaux
Onthoudingen
004
Abstentions
D'hondt, Lanjri, Van den Bergh, Van Parys
Naamstemming - Vote nominatif: 002
Ja
080
Oui
Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bonte, Borginon, Boukourna, Burgeon,
Casaer, Cavdarli, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Collard, Courtois, Daems, De Block, De Bue, De Clercq,
De Coene, De Croo, de Donnea, Delizée, De Meyer, Déom, De Padt, De Permentier, Dierickx, Douifi,
Ducarme Daniel, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Ghenne, Giet, Goris, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée,
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
62
Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lansens, Lejeune, Libert, Maene,
Maingain, Malmendier, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Michel, Monfils, Moriau, Muls, Pécriaux,
Peeters, Perpète, Pinxten, Roppe, Saudoyer, Storms, Taelman, Tilmans, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen,
Van Campenhout, Van der Maelen, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Vautmans, Versnick
Nee
048
Non
Annemans, Arens, Bogaert, Bultinck, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen, Creyf, De Crem, De Groote,
De Man, Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Drèze, Genot, Goutry, Govaerts, Goyvaerts,
Laeremans, Lanjri, Lavaux, Mortelmans, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Schoofs, Schryvers, Sevenhans, Tant,
Tastenhoye, Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Vandeurzen, Van Parys,
Van Rompuy, Van Themsche, Verhaegen, Verherstraeten, Viseur, Wathelet, Wiaux
Onthoudingen
000
Abstentions
Naamstemming - Vote nominatif: 003
Ja
079
Oui
Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bonte, Borginon, Boukourna, Burgeon,
Casaer, Cavdarli, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Collard, Courtois, Daems, De Block, De Bue, De Clercq,
De Coene, De Croo, de Donnea, Delizée, De Meyer, Déom, De Padt, De Permentier, Dierickx, Douifi,
Ducarme Daniel, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Ghenne, Giet, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée,
Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lansens, Lejeune, Libert, Maene,
Maingain, Malmendier, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Michel, Monfils, Moriau, Muls, Pécriaux,
Peeters, Perpète, Pinxten, Roppe, Saudoyer, Storms, Taelman, Tilmans, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen,
Van Campenhout, Van der Maelen, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Vautmans, Versnick
Nee
042
Non
Annemans, Arens, Bultinck, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen, Creyf, De Crem, De Groote, De Man,
Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, Drèze, Genot, Govaerts, Goyvaerts, Laeremans, Lavaux,
Mortelmans, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Schoofs, Schryvers, Sevenhans, Tant, Tastenhoye, Van den
Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Vandeurzen, Van Rompuy, Van Themsche, Verhaegen,
Verherstraeten, Viseur, Wathelet, Wiaux
Onthoudingen
006
Abstentions
Bogaert, D'hondt, Goutry, Lanjri, Van den Bergh, Van Parys
Naamstemming - Vote nominatif: 004
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
63
Ja
128
Oui
Annemans, Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert, Bonte,
Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Claes
Dirk, Cocriamont, Colen, Collard, Courtois, Creyf, Daems, De Block, De Bue, De Clercq, De Coene, De
Crem, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer, Déom, De Padt, De Permentier,
Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Dierickx, Douifi, Drèze, Ducarme Daniel, Fournaux,
Frédéric, Galant, Geerts, Genot, Ghenne, Giet, Goris, Goutry, Govaerts, Goyvaerts, Hasquin, Henry, Hove,
Jiroflée, Laeremans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri, Lansens,
Lavaux, Lejeune, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Michel,
Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Pécriaux, Peeters, Perpète, Pinxten,
Roppe, Saudoyer, Schoofs, Schryvers, Sevenhans, Storms, Taelman, Tant, Tastenhoye, Tilmans, T'Sijen,
Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der
Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van
Rompuy, Van Themsche, Vautmans, Verhaegen, Verherstraeten, Versnick, Viseur, Wathelet, Wiaux
Nee
000
Non
Onthoudingen
000
Abstentions
Naamstemming - Vote nominatif: 005
Ja
128
Oui
Annemans, Anthuenis, Arens, Avontroodt, Bacquelaine, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bogaert, Bonte,
Borginon, Boukourna, Bultinck, Burgeon, Casaer, Caslo, Cavdarli, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Claes
Dirk, Cocriamont, Colen, Collard, Courtois, Creyf, Daems, De Block, De Bue, De Clercq, De Coene, De
Crem, De Croo, de Donnea, De Groote, Delizée, De Man, De Meyer, Déom, De Padt, De Permentier,
Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Dierickx, Douifi, Drèze, Ducarme Daniel, Fournaux,
Frédéric, Galant, Geerts, Genot, Ghenne, Giet, Goris, Goutry, Govaerts, Goyvaerts, Hasquin, Henry, Hove,
Jiroflée, Laeremans, Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lanjri, Lansens,
Lavaux, Lejeune, Libert, Maene, Maingain, Malmendier, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Michel,
Monfils, Moriau, Mortelmans, Muls, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Pécriaux, Peeters, Perpète, Pinxten,
Roppe, Saudoyer, Schoofs, Schryvers, Sevenhans, Storms, Taelman, Tant, Tastenhoye, Tilmans, T'Sijen,
Turtelboom, Van Biesen, Van Campenhout, Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der
Auwera, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Van Parys, Van
Rompuy, Van Themsche, Vautmans, Verhaegen, Verherstraeten, Versnick, Viseur, Wathelet, Wiaux
Nee
000
Non
Onthoudingen
000
Abstentions
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
64
Naamstemming - Vote nominatif: 006
Ja
080
Oui
Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Barzin, Belhouari, Bellot, Bex, Bonte, Borginon, Boukourna, Burgeon,
Casaer, Cavdarli, Chastel, Chevalier, Claes Hilde, Collard, Courtois, Daems, De Block, De Bue, De Clercq,
De Coene, De Croo, de Donnea, Delizée, De Meyer, Déom, De Padt, De Permentier, Dierickx, Douifi,
Ducarme Daniel, Fournaux, Frédéric, Galant, Geerts, Ghenne, Giet, Goris, Hasquin, Henry, Hove, Jiroflée,
Lahaye-Battheu, Lalieux, Lambert Geert, Lambert Marie-Claire, Lansens, Lejeune, Libert, Maene,
Maingain, Malmendier, Marinower, Massin, Mathot, Mayeur, Michel, Monfils, Moriau, Muls, Pécriaux,
Peeters, Perpète, Pinxten, Roppe, Saudoyer, Storms, Taelman, Tilmans, T'Sijen, Turtelboom, Van Biesen,
Van Campenhout, Van der Maelen, Van Grootenbrulle, Van Lombeek-Jacobs, Vautmans, Versnick
Nee
000
Non
Onthoudingen
047
Abstentions
Annemans, Arens, Bogaert, Bultinck, Caslo, Claes Dirk, Cocriamont, Colen, Creyf, De Crem, De Man,
Depoortere, Deseyn, Devlies, D'haeseleer, D'hondt, Drèze, Genot, Goutry, Govaerts, Goyvaerts,
Laeremans, Lanjri, Lavaux, Mortelmans, Muylle, Nagy, Neel, Nollet, Schoofs, Schryvers, Sevenhans, Tant,
Tastenhoye, Van den Bergh, Van den Broeck, Van den Eynde, Van der Auwera, Vandeurzen, Van Parys,
Van Rompuy, Van Themsche, Verhaegen, Verherstraeten, Viseur, Wathelet, Wiaux
CHAMBRE
KAMER
D
EMANDES D
'
INTERPELLATION
I
NTERPELLATIEVERZOEKEN
Dépôts
Ingediend
1. M. Carl Devlies au ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la violation des droits
d'un parlementaire".
1. de heer Carl Devlies tot de minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de schending van
de rechten van een parlementslid".
(n° 592 renvoi à la commission des Affaires
sociales)
(nr. 592 verzonden naar de commissie voor de
Sociale Zaken)
2. M. Gerolf Annemans au premier ministre sur
"létat d'avancement du dossier Bruxelles-Hal-
Vilvorde".
2. de heer Gerolf Annemans tot de eerste minister
over "de stand van zaken in het Brussel-Halle-
Vilvoorde-dossier"
(n° 593 retirée)
(nr. 593 ingetrokken)
3. M. Carl Devlies au vice-premier ministre et
ministre des Finances sur "la procédure de taxation
d'office pour les sociétés".
3. de heer Carl Devlies tot de vice-eerste minister
en minister van Financiën over "de procedure
ambtshalve aanslag voor vennootschappen".
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
65
(n° 594 renvoi à la commission des Finances et
du Budget)
(nr. 594 verzonden naar de commissie voor de
Financiën en de Begroting)
4. Mme Frieda Van Themsche au ministre de la
Fonction publique, de l'Intégration sociale, de la
Politique des grandes villes et de l'Egalité des
chances sur "les recommandations de la
commission du dialogue interculturel et l'incidence
de ces recommandations sur la politique du
gouvernement".
4. mevrouw Frieda Van Themsche tot de minister
van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "de
aanbeveling van de Commissie voor Interculturele
Dialoog en het hieruit vloeiende regeringsbeleid".
(n° 595 renvoi à la commission de la Santé
publique, de l'Environnement et du Renouveau de
la Société)
(nr. 595 verzonden naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing)
5. Mme Frieda Van Themsche au ministre de la
Mobilité sur "les mesures qui pourraient être prises
en vue de réduire le nombre de délits de fuite".
5. mevrouw Frieda Van Themsche tot de minister
van Mobiliteit over "de mogelijke maatregelen om
het aantal vluchtmisdrijven in te perken".
(n° 596 renvoi à la commission de l'Infrastructure,
des Communications et des Entreprises publiques)
(nr. 596 verzonden naar de commissie voor de
Infrastructuur, het Verkeer en de
Overheidsbedrijven)
6. M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"le versement de dommages et intérêts à l'ancien
administrateur général de l'INIG".
6. de heer Luc Sevenhans tot de minister van
Landsverdediging over "de uitbetaling van de
schadevergoeding aan de gewezen administrateur-
generaal van het NIOOO".
(n° 597 renvoi à la commission de la Défense
nationale)
(nr. 597 verzonden naar de commissie voor de
Landsverdediging)
7. M. Pieter De Crem au premier ministre sur "la
situation sociale, économique et budgétaire du pays
et l'incapacité du gouvernement à résoudre les
problèmes sociaux, économiques et budgétaires".
7. de heer Pieter De Crem tot de eerste minister
over "de sociale, economische en budgettaire
toestand van het land en het onvermogen van de
regering om de sociale, economische en
budgettaire problemen aan te pakken".
(n° 598 renvoi à la commission de l'Intérieur, des
Affaires générales et de la Fonction publique)
(nr. 598 verzonden naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt)
P
ROPOSITIONS
V
OORSTELLEN
Autorisation d'impression (Rgt 75.2)
Toelating tot drukken (Rgt 75.2)
1. Proposition de loi (Mme Karine Lalieux et M. Bart
Tommelein) modifiant les lois du 16 mars 2005
accordant des naturalisations (n° 1739/1).
1. Wetsvoorstel (mevrouw Karine Lalieux en de
heer Bart Tommelein) tot wijziging van de wetten
van 16 maart 2005 die naturalisaties verlenen
(nr. 1739/1)
2. Proposition de loi (MM. Francis Van den Eynde et
Jan Mortelmans et Mmes Alexandra Colen et
Frieda Van Themsche) simplifiant la classification
des infractions routières graves (n° 1740/1).
2. Wetsvoorstel (de heren Francis Van den Eynde
en Jan Mortelmans et de dames Alexandra Colen
en Frieda Van Themsche) tot vereenvoudiging van
de indeling van de zware verkeersovertredingen
(nr. 1740/1).
3. Proposition de loi (MM. Francis Van den Eynde et
Jan Mortelmans et Mmes Alexandra Colen et
Frieda Van Themsche) relative à l'emploi des
langues lors des examens du permis de conduire
(n° 1741/1).
3. Wetsvoorstel (de heren Francis Van den Eynde
en Jan Mortelmans en de dames Alexandra Colen
en Frieda Van Themsche) betreffende het gebruik
der talen bij examens voor het rijbewijs (nr. 1741/1).
4. Proposition de loi (MM. Francis Van den Eynde et
Jan Mortelmans et Mmes Alexandra Colen et
Frieda Van Themsche) étendant le contrôle
technique (n° 1742/1).
4. Wetsvoorstel (de heren Francis Van den Eynde
en Jan Mortelmans en de dames Alexandra Colen
en Frieda Van Themsche) tot uitbreiding van de
autokeuring (nr. 1742/1).
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
66
5. Proposition de loi (MM. Francis Van den Eynde et
Jan Mortelmans et Mmes Alexandra Colen et
Frieda Van Themsche) sécurisant mieux les
passages à niveau (n° 1743/1).
5. Wetsvoorstel (de heren Francis Van den Eynde
en Jan Mortelmans en de dames Alexandra Colen
en Frieda Van Themsche) strekkende tot het
veiliger maken van overwegen (nr. 1743/1).
6. Proposition de loi (Mme Alexandra Colen, MM.
Jan Mortelmans et Francis Van den Eynde et Mme
Frieda Van Themsche) fixant la distance de sécurité
à respecter entre les véhicules sur les autoroutes
(n° 1748/1).
6. Wetsvoorstel (mevrouw Alexandra Colen, de
heren Jan Mortelmans en Francis Van den Eynde
en mevrouw Frieda Van Themsche) tot het bepalen
van de veiligheidsafstand tussen voertuigen op
autosnelwegen (nr. 1748/1).
7. Proposition de loi (Mme Alexandra Colen, MM.
Jan Mortelmans et Francis Van den Eynde et Mme
Frieda Van Themsche) doublant les peines
réprimant les excès de vitesse en cas de
modification temporaire des conditions de
circulation (n° 1749/1).
7. Wetsvoorstel (mevrouw Alexandra Colen, de
heren Jan Mortelmans en Francis Van den Eynde
en mevrouw Frieda Van Themsche) tot het
verdubbelen van de straffen voor
snelheidsovertredingen tijdens tijdelijk gewijzigde
verkeerssituaties (nr. 1749/1).
8. Proposition de loi (Mme Magda De Meyer)
modifiant la loi du 14 août 1986 relative à la
protection et au bien-être des animaux (n° 1753/1).
8. Wetsvoorstel (mevrouw Magda De Meyer) tot
wijziging van de wet van 14 augustus 1986
betreffende de bescherming en het welzijn der
dieren (nr. 1753/1).
9. Proposition de loi (MM. Jan Mortelmans et
Francis Van den Eynde et Mmes Alexandra Colen
et Frieda Van Themsche) relevant la vitesse
minimale imposée sur les autoroutes (n° 1754/1).
9. Wetsvoorstel (de heren Jan Mortelmans en
Francis Van den Eynde en de dames Alexandra
Colen en Frieda Van Themsche) strekkende tot het
optrekken van de minimumsnelheid op de
autosnelwegen (nr. 1754/1).
10. Proposition de loi (MM. Jan Mortelmans et
Francis Van den Eynde et Mmes Alexandra Colen
et Frieda Van Themsche) étendant l'obligation du
port de la ceinture de sécurité (n° 1755/1).
10. Wetsvoorstel (de heren Jan Mortelmans en
Francis Van den Eynde en de dames Alexandra
Colen en Frieda Van Themsche) strekkende tot
uitbreiding van de gordelplicht (nr. 1755/1).
11. Proposition de loi (M. Dirk Claes et Mmes
Nahima Lanjri et Katrien Schryvers) modifiant la loi
relative aux étrangers, concernant la procédure de
reconnaissance du statut de réfugié (n° 1756/1).
11. Wetsvoorstel (de heer Dirk Claes en de dames
Nahima Lanjri en Katrien Schryvers) tot wijziging
van de vreemdelingenwet, wat betreft de procedure
tot erkenning van de status van vluchteling
(nr. 1756/1).
12. Proposition de loi (M. Dirk Claes et Mmes
Nahima Lanjri et Katrien Schryvers) modifiant la loi
relative aux étrangers, concernant la procédure de
reconnaissance du statut des réfugiés (n° 1757/1).
12. Wetsvoorstel (de heer Dirk Claes en de dames
Nahima Lanjri en Katrien Schryvers) tot wijziging
van de vreemdelingenwet, wat betreft de procedure
tot erkenning van de status van vluchteling
(nr. 1757/1).
13. Proposition de loi (Mme Magda De Meyer)
modifiant le Code judiciaire en vue d'éviter les
ventes publiques inintéressantes pour le créancier
(n° 1758/1).
13. Wetsvoorstel (mevrouw Magda De Meyer) tot
wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog
op het vermijden van openbare verkopen waar de
schuldeiser geen baat bij heeft (nr. 1758/1).
14. Proposition de loi (M. Daniel Bacquelaine)
modifiant les articles 73 et 141 de la loi relative à
l'assurance obligatoire soins de santé et
indemnités, coordonnée le 14 juillet 1994 afin de
responsabiliser les gestionnaires des
établissements hospitaliers (n° 1760/1).
Wetsvoorstel (de heer Daniel Bacquelaine) tot
wijziging van de artikelen 73 en 141 van de
gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de
verplichte verzekering voor geneeskundige
verzorging en uitkeringen teneinde de
ziekenhuisbeheerders te responsabiliseren
(nr. 1760/1).
15. Proposition de loi (MM. François-Xavier de
Donnea, Daniel Bacquelaine et Hervé Hasquin)
modifiant le Code des impôts sur les revenus 1992
afin d'étendre les avantages fiscaux liés aux
libéralités en faveurs de la recherche (n° 1761/1).
15. Wetsvoorstel (de heren François-Xavier de
Donnea, Daniel Bacquelaine en Hervé Hasquin) tot
wijziging van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992, teneinde de fiscale
voordelen bij giften voor wetenschappelijk
onderzoek uit te breiden (nr. 1761/1).
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
67
16. Proposition de loi (M. Yvan Mayeur et Mmes
Marie-Claire Lambert et Colette Burgeon) modifiant
la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à
l'intégration sociale afin d'encourager l'effort
d'intégration des personnes sans-abri consenti par
un centre public d'action sociale (n° 1763/1).
16. Wetsvoorstel (de heer Yvan Mayeur en de
dames Marie-Claire Lambert en Colette Burgeon)
tot wijziging van de wet van 26 mei 2002
betreffende het recht op maatschappelijke
integratie, tot aanmoediging van de inspanning die
een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn
levert met het oog op de integratie van daklozen
(nr. 1763/1).
Prise en considération
Inoverwegingneming
1. Proposition de résolution (MM. Jan Mortelmans
et Francis Van den Eynde) relative au
rétablissement de l'obligation de suivre des cours
théoriques de conduite auprès d'une école de
conduite agréée pour les personnes qui ont échoué
à deux reprises à l'examen de conduite théorique
(n° 1721/1).
1. Voorstel van resolutie (de heren Jan Mortelmans
en Francis Van den Eynde) tot herinvoering van de
verplichting tot het volgen van theoretische rijlessen
bij een erkende rijschool voor de tot tweemaal toe
niet-geslaagde in het theoretische rijexamen
(nr. 1721/1).
Renvoi à la commission de l'Infrastructure, des
Communications et des Entreprises publiques
Verzonden naar de commissie voor de
Infrastructuur, het Verkeer en de
Overheidsbedrijven
2. Proposition de résolution (MM. Bart Laeremans
et Ortwin Depoortere) visant à changer le nom
"BOZAR" en "Palais des Beaux-Arts Paleis voor
Schone Kunsten" (n° 1722/1).
2. Voorstel van resolutie (de heren Bart Laeremans
en Ortwin Depoortere) tot verandering van de naam
"BOZAR" in "Paleis voor Schone Kunsten Palais
des Beaux-Arts" (nr. 1722/1).
Renvoi à la commission de l'Economie, de la
Politique scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes
moyennes et de l'Agriculture
Verzonden naar de commissie voor het
Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de nationale wetenschappelijke en
culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw
3. Proposition de loi (M. Luc Goutry, Mme Nahima
Lanjri et MM. Jo Vandeurzen et Mark Verhaegen)
inscrivant la possibilité de céder des établissements
ou des services dans la loi organique du
8 juillet 1976 des centres publics d'action sociale
(n° 1723/1).
3. Wetsvoorstel (de heer Luc Goutry, mevrouw
Nahima Lanjri en de heren Jo Vandeurzen en Mark
Verhaegen) tot invoering van de mogelijkheid van
overdracht van inrichtingen of diensten in de
organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de
openbare centra voor maatschappelijk welzijn
(nr. 1723/1).
Renvoi à la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société
Verzonden naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing
4. Proposition de loi (MM. Claude Marinower,
Walter Muls et Tony Van Parys) modifiant le Code
judiciaire en ce qui concerne la procédure
disciplinaire applicable aux membres du barreau
(n° 1724/1).
4. Wetsvoorstel (de heren Claude Marinower,
Walter Muls en Tony Van Parys) tot wijziging van
het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de
tuchtprocedure voor de leden van de balie
(nr. 1724/1).
Renvoi à la commission de la Justice
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
5. Proposition de loi (MM. Guido De Padt, Filip
Anthuenis et Ludo Van Campenhout) modifiant la loi
du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le
séjour, l'établissement et l'éloignement des
étrangers en vue du durcissement des conditions
relatives au regroupement familial (n° 1729/1).
5. Wetsvoorstel (de heren Guido De Padt, Filip
Anthuenis en Ludo Van Campenhout) tot wijziging
van de wet van 15 december 1980 betreffende de
toegang tot het grondgebied, het verblijf en de
vestiging en de verwijdering van vreemdelingen
teneinde de voorwaarden inzake gezinshereniging
te verstrengen (nr. 1729/1).
Renvoi à la commission de l'Intérieur, des Affaires
générales et de la Fonction publique
Verzonden naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
68
6. Proposition de loi (Mme Nahima Lanjri) de
promotion de la rénovation d'immeubles dans les
grandes villes (n° 1730/1).
6. Wetsvoorstel (mevrouw Nahima Lanjri) tot
bevordering van renovatie van onroerende
goederen in grootsteden (nr. 1730/1).
Renvoi à la commission des Finances et du Budget
Verzonden naar de commissie voor de Financïen
en de Begroting
7. Proposition de résolution (Mme Maggie De Block)
relative à la prévention des accidents du travail par
piqûre (n° 1734/1).
7. Voorstel van resolutie (mevrouw Maggie De
Block) betreffende de preventie van prikongevallen
op het werk (nr. 1734/1).
Renvoi à la commission des Affaires sociales
Verzonden naar de commissie voor de Sociale
Zaken
8. Proposition de loi (MM. Koen Bultinck, Bart
Laeremans, Guy D'haeseleer et Hagen Goyvaerts
et Mmes Alexandra Colen et Frieda Van Themsche)
organisant une consultation populaire sur les
problèmes communautaires (n° 1736/1).
8. Wetsvoorstel (de heren Koen Bultinck, Bart
Laeremans, Guy D'haeseleer en Hagen Goyvaerts
en de dames Alexandra Colen en Frieda Van
Themsche) houdende organisatie van een
volksraadpleging over de communautaire
problemen (nr. 1736/1).
Renvoi à la commission de l'Intérieur, des Affaires
générales et de la Fonction publique
Verzonden naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt
9. Proposition de loi (MM. Koen Bultinck, Guy
D'haeseleer, Bart Laeremans, Ortwin Depoortere,
Hagen Goyvaerts, Luc Sevenhans, Francis Van den
Eynde et Mme Alexandra Colen) introduisant un
filtre palliatif obligatoire dans la loi du 28 mai 2002
relative à l'euthanasie (n° 1737/1).
9. Wetsvoorstel (de heren Koen Bultinck, Guy
D'haeseleer, Bart Laeremans, Ortwin Depoortere,
Hagen Goyvaerts, Luc Sevenhans, Francis Van den
Eynde en mevrouw Alexandra Colen) tot invoering
van een verplichte palliatieve filter in de wet van
28 mei 2002 betreffende de euthanasie
(nr. 1737/1).
Renvoi à la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société
Verzonden naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing
10. Proposition de loi (M. Melchior Wathelet)
modifiant certaines dispositions du Code civil et du
Code judiciaire en vue de réformer le droit du
divorce et d'instaurer le divorce pour cause de
désunion irrémédiable (n° 1738/1).
10. Wetsvoorstel (de heer Melchior Wathelet) tot
wijziging van sommige bepalingen van het
Burgerlijk Wetboek en van het Gerechtelijk
Wetboek teneinde het echtscheidingsrecht te
hervormen en echtscheiding op grond van
duurzame ontwrichting in te stellen (nr. 1738/1).
Renvoi à la commission de la Justice
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
SÉNAT
SENAAT
Projets transmis
Overgezonden ontwerpen
Par message du 28 avril 2005, le Sénat transmet tel
qu'il l'a adopté en séance de cette date, le projet de
loi portant assentiment au Traité établissant une
constitution pour l'Europe, et à l'Acte final, faits à
Rome le 29 octobre 2004 (n° 1744/1).
Bij brief van 28 april 2005 zendt de Senaat het
wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag
tot vaststelling van een grondwet voor Europa, en
met de Slotakte, gedaan te Rome op
29 oktober 2004 (nr. 1744/1) over, zoals hij het in
vergadering van die datum heeft aangenomen.
Renvoi à la commission des Relations extérieures
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen
Par message du 28 avril 2005, le Sénat transmet,
tel qu'il l'a adopté en séance de cette date, le projet
de loi visant à supprimer l'alinéa 2 de l'article 9, § 2,
de la loi du 11 mai 2003 relative à la recherche sur
les embryons in vitro (n° 1750/1).
Bij brief van 28 april 2005 zendt de Senaat het
wetsontwerp tot opheffing van het tweede lid van
artikel 9, § 2, van de wet van 11 mei 2003
betreffende het onderzoek op embryo's in vitro
(nr. 1750/1) over, zoals hij het in vergadering van
die datum heeft aangenomen.
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
69
Conformément à l'article 81 de la Constitution, la
Chambre se prononce dans un délai ne pouvant
dépasser 60 jours.
Overeenkomstig artikel 81 van de Grondwet, neemt
de Kamer een beslissing binnen een termijn die
60 dagen niet te boven mag gaan.
Renvoi à la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société
Verzonden naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing
Par message du 28 avril 2005, le Sénat transmet,
tel qu'il l'a adopté en séance de cette date, le projet
de loi instaurant une indemnité compensatoire de
pertes de revenus en faveur des travailleurs
indépendants victimes de nuisances dues à la
réalisation de travaux sur le domaine public
(n° 1751/1).
Bij brief van 28 april 2005 zendt de Senaat het
wetsontwerp betreffende de uitkering van een
inkomenscompensatievergoeding aan zelfstandigen
die het slachtoffer zijn van hinder ten gevolge van
werken op het openbaar domein (nr. 1751/1) over,
zoals hij het in vergadering van die datum heeft
aangenomen.
Conformément à l'article 81 de la Constitution, la
Chambre se prononce dans un délai ne pouvant
dépasser 60 jours.
Overeenkomstig artikel 81 van de Grondwet, neemt
de Kamer een beslissing binnen een termijn die
60 dagen niet te boven mag gaan.
Renvoi à la commission de l'Economie, de la
Politique scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes
moyennes et de l'Agriculture
Verzonden naar de commissie voor het
Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de nationale wetenschappelijke en
culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw
Projets transmis en vue de la sanction royale
Ter bekrachtiging overgezonden ontwerpen
Par messages du 26 avril 2005, le Sénat transmet,
en vue de la sanction royale, les projets de loi
suivants, le Sénat ne les ayant pas évoqué:
Bij brieven van 26 april 2005 zendt de Senaat over,
met het oog op de koninklijke bekrachtiging, de
volgende niet geëvoceerde wetsontwerpen:
- projet de loi modifiant la loi du 23 mai 1990 sur le
transfèrement inter-étatique des personnes
condamnées et la loi du 15 décembre 1980 sur
l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et
l'éloignement des étrangers (n° 1555/9);
- wetsontwerp tot wijziging van de wet van
23 mei 1990 inzake de overbrenging tussen Staten
van de gevonniste personen en van de wet van
15 december 1980 betreffende de toegang tot het
grondgebied, het verblijf, de vestiging en de
verwijdering van vreemdelingen (nr. 1555/9);
- projet de loi modifiant les lois coordonnées sur la
comptabilité de l'Etat afin d'assurer le respect des
délais de dépôt des notes de politique générale
auprès de la Chambre des représentants
(n° 1556/5).
- wetsontwerp tot wijziging van de gecoördineerde
wetten op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het
tijdig indienen van de beleidsnota's bij de Kamer
van volksvertegenwoordigers (nr. 1556/5).
Pour information
Ter kennisgeving
Projets évoqués
Geëvoceerde ontwerpen
Par messages du 27 avril 2005, le Sénat informe
qu'il a évoqué, en application de l'article 78 de la
Constitution, le 27 avril 2005, les projets de loi
suivants:
Bij brieven van 27 april 2005 deelt de Senaat mede
dat hij op 27 april 2005, met toepassing van
artikel 78 van de Grondwet, de volgende
wetsontwerpen heeft geëvoceerd:
- projet de loi visant à compléter la protection
pénale des mineurs (n° 1559/6);
- wetsontwerp tot verruiming van de strafrechtelijke
bescherming van de minderjarigen (nr. 1559/6);
- projet de loi modifiant diverses dispositions en vue
de renforcer la lutte contre la traite et le trafic des
êtres humains et contre les pratiques des
marchands de sommeil (n° 1560/10);
- wetsontwerp tot wijziging van diverse bepalingen
met het oog op de versterking van de strijd tegen
mensenhandel en mensensmokkel en tegen
praktijken van huisjesmelkers (nr. 1560/10);
Par messages du 2 mai 2005, le Sénat 'informe qu'il
a évoqué, en application de l'article 78 de la
Constitution, le 2 mai 2005, les projets de loi
suivants:
Bij brieven van 2 mei 2005 deelt de Senaat mede
dat hij op 2 mei 2005, met toepassing van artikel 78
van de Grondwet, de volgende wetsontwerpen heeft
geëvoceerd:
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
70
- projet de loi modifiant l'arrêté royal n° 72 du
10 novembre 1967 relatif à la pension de retraite et
de survie des travailleurs indépendants en ce qui
concerne la suspension et le recouvrement du droit
à la pension de survie (n° 207/6);
- wetsontwerp tot wijziging van het koninklijk besluit
nr. 72 van 10 november 1967 betreffende het rust-
en overlevingspensioen der zelfstandigen wat de
schorsing en de herkrijging van het recht op een
overlevingspensioen betreft (nr. 207/6);
- projet de loi instaurant une cotisation d'égalisation
pour les pensions (n° 1444/7).
- wetsontwerp houdende invoering van een
egalisatiebijdrage voor pensioenen (nr. 1444/7).
COUR D'ARBITRAGE
ARBITRAGEHOF
Arrêts
Arresten
En application de l'article 113 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
Met toepassing van artikel 113 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de
griffier van het Arbitragehof kennis van:
- l'arrêt n° 77/2005 rendu le 27 avril 2005
concernant les questions préjudicielles relatives aux
articles 25, 26 et 82 de la loi du 8 août 1997 sur les
faillites, telle qu'elle a été modifiée par la loi du
4 septembre 2002, posées par le tribunal de
première instance de Liège par jugement du
21 janvier 2004, en cause de la SA DaimlerChrysler
Financial Services contre P. Boldo et la cour d'appel
de Liège par arrêt du 22 avril 2004, en cause de la
SA CBC Banque contre P.-E. Defrance et L.
Corman;
- het arrest nr. 77/2005 uitgesproken op
27 april 2005 over de prejudiciële vragen
betreffende de artikelen 25, 26 en 82 van de
faillissementwet van 8 augustus 1997, zoals
gewijzigd bij de wet van 4 september 2002, gesteld
door de rechtbank van eerste aanleg te Luik bij
vonnis van 21 januari 2004, inzake de NV
DaimlerChrysler Financial Services tegen P. Boldo
en het hof van beroep te Luik bij arrest van
22 april 2004, inzake de NV "CBC Banque" tegen
P.-E. en L. Corman;
(n
os
du rôle: 2893 et 2986)
(rolnummers: 2893 en 2986)
- l'arrêt n° 78/2005 rendu le 27 avril 2005
concernant les recours en annulation des articles 6,
7, 8 et 18 de la loi spéciale du 2 mars 2004 portant
diverses modifications en matière de législation
électorale, introduits par F.-X. Robert et autres;
- het arrest nr. 78/2005 uitgesproken op
27 april 2005 over de beroepen tot vernietiging van
de artikelen 6, 7, 8 en 18 van de bijzondere wet van
2 maart 2004 houdende verschillende wijzigingen
van de kieswetgeving, ingesteld door F.-X. Robert
en anderen;
(n
os
du rôle: 2968, 2974, 2990 et 3004)
(rolnummers: 2968, 2974, 2990 en 3004)
- l'arrêt n° 79/2005 rendu le 27 avril 2005
concernant la question préjudicielle relative aux
articles 81, 1°, et 82 de la loi du 8 août 1997 sur les
faillites, telle qu'elle a été modifiée par la loi du
4 septembre 2002, posée par le tribunal de
première instance de Verviers par jugement du
3 mai 2004, en cause de la SA Fortis Lease contre
J.-C. Hamers et M. Wilem;
- het arrest nr. 79/2005 uitgesproken op
27 april 2005 over de prejudiciële vraag betreffende
de artikelen 81, 1°, en 82 van de faillissementswet
van 8 augustus 1997, zoals gewijzigd bij de wet van
4 september 2002, gesteld door de rechtbank van
eerste aanleg te Verviers bij vonnis van 3 mei 2004,
inzake de NV Fortis Lease tegen J.-C. Hamers en
M. Wilem;
(n° du rôle: 2995)
(rolnummer: 2995)
- l'arrêt n° 80/2005 rendu le 27 avril 2005
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 6 de la loi du 2 août 2002 concernant la lutte
contre le retard de paiement dans les transactions
commerciales, posée par le juge de paix du
deuxième canton de Gand par jugement du
16 février 2004, en cause de la SPRL Vervaet
Transport contre la SA Devos Vanhaute
Keukendesign;
- het arrest nr. 80/2005 uitgesproken op
27 april 2005 over de prejudiciële vraag over artikel
6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de
bestrijding van de betalingsachterstand bij
handelstransacties, gesteld door de vrederechter
van het tweede kanton Gent bij vonnis van
16 februari 2004, inzake de BVBA Vervaet
Transport tegen de NV Devos Vanhaute
Keukendesign;
(rolnummer: 3029)
- l'arrêt n° 81/2005 rendu le 27 avril 2005
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 81 de la loi du 8 août 1997 sur les faillites,
- het arrest nr. 81/2005 uitgesproken op
27 april 2005 over de prejudiciële vraag betreffende
artikel 81 van de faillissementswet van
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
71
tel qu'il a été modifié par la loi du
4 septembre 2002, posée par la cour d'appel de
Mons par arrêt du 21 juin 2004, en cause de J.-P.
Wauthy et M.-A. Frecourt contre la SA Fortis
Banque et en cause de B. Audin et M. Wauthy
contre la SA Fortis Banque, J.-P. Wauthy et M.-A.
Frecourt;
8 augustus 1997, zoals gewijzigd bij de wet van
4 september 2002, gesteld door het hof van beroep
te Bergen bij arrest van 21 juni 2004, inzake J.-P.
Wauthy en M.-A. Frecourt tegen de NV Fortis Bank
en inzake B. Audin en M. Wauthy tegen de NV
Fortis Bank, J.-P. Wauthy en M.-A. Frecourt;
(rolnummer: 3031)
- l'arrêt n° 82/2005 rendu le 27 avril 2005
concernant les questions préjudicielles relatives à
l'article 459 du Code judiciaire, posées par le
tribunal de première instance de Liège par
jugement du 24 juin 2004, en cause de P. Libert
contre J.-J. Piette.
- het arrest nr. 82/2005 uitgesproken op
27 april 2005 over de prejudiciële vragen
betreffende artikel 459 van het Gerechtelijk
Wetboek, gesteld door de rechtbank van eerste
aanleg te Luik bij vonnis van 24 juni 2004, inzake P.
Libert tegen J.-J. Piette.
(rolnummer: 3032)
Pour information
Ter kennisgeving
Recours en annulation
Beroepen tot vernietiging
En application de l'article 76 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere wet
van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de
griffier van het Arbitragehof kennis van:
- le recours en annulation du décret de la
Communauté flamande du 7 mai 2004 portant
modification du décret du 4 avril 2003 portant
dispositions visant à créer une "Universiteit
Antwerpen" et à modifier le décret du
22 décembre 1995 portant modification de divers
décrets relatifs à l'"Universiteit Antwerpen", en ce
qui concerne l'"Universitair Ziekenhuis Antwerpen",
introduit par Centrale générale des Services
publics.
- het beroep tot vernietiging van het decreet van de
Vlaamse Gemeenschap van 7 mei 2004 houdende
wijziging van het decreet van 4 april 2003 houdende
bepalingen tot de oprichting van een Universiteit
Antwerpen en tot wijziging van het decreet van
22 december 1995 houdende wijziging van diverse
decreten met betrekking tot de Universiteit
Antwerpen, wat het Universitair Ziekenhuis
Antwerpen betreft, ingesteld door de Algemene
Centrale der Openbare Diensten.
(rolnummer: 3678)
Pour information
Ter kennisgeving
Questions préjudicielles
Prejudiciële vragen
En application de l'article 77 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
Met toepassing van artikel 77 van de bijzondere wet
van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de
griffier van het Arbitragehof kennis van:
- la question préjudicielle relative à l'article 253, 3°,
du Code des impôts sur les revenus 1992, posée
par le tribunal de première instance de Gand par
jugement du 23 mars 2005, en cause de la société
anonyme de droit public Belgacom contre la Région
flamande; l'ordonnance de jonction de ces affaires;
- de prejudicële vraag betreffende artikel 253, 3°,
van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de
rechtbank van eerste aanleg te Gent bij vonnis van
23 maart 2005, inzake de naamloze vennootschap
van publiek recht Belgacom tegen het Vlaams
Gewest; de beschikking tot samenvoeging van deze
zaken;
(n
os
du rôle: 3686 et 3687)
(rolnummers: 3686 en 3687)
- les questions préjudicielles concernant
l'article 442bis du Code pénal et l'article 5, § 1
er
,
alinéas 1
er
et 2, j), de la loi du 4 août 1996 relative
au bien-être des travailleurs lors de l'exécution de
leur travail, posée par le tribunal de première
instance de Liège, par jugement du 11 avril 2005,
en cause de l'auditeur du travail contre A. Taton, la
SPRL Socob et S. Voisin;
- de prejudiciële vragen betreffende artikel 442bis
van het Strafwetboek en artikel 5, § 1, eerste lid en
tweede lid, j), van de wet van 4 augustus 1996
betreffende het welzijn van de werknemers bij de
uitvoering van hun werk, gesteld door de rechtbank
van eerste aanleg te Luik bij vonnis van
11 april 2005, inzake de arbeidsauditeur tegen A.
Taton, de BVBA Socob en S. Voisin;
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
72
- les questions préjudicielles relatives à
l'article 442bis du Code pénal et à l'article 114, § 8,
2°, de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de
certaines entreprises publiques économiques,
posées par la cour d'appel de Liège;
- de prejudiciële vragen over artikel 442bis van het
Strafwetboek en artikel 114, § 8, 2°, van de wet van
21 maart 1991 betreffende de hervorming van
sommige economische overheidsbedrijven, gesteld
door het hof van beroep te Luik;
- la question préjudicielle relative à l'article 114, § 8,
1° [lire: 2°], de la loi du 21 mars 1991 portant
réforme de certaines entreprises publiques
économiques, posée par le tribunal correctionnel de
Liège;
- de prejudiciële vraag over artikel 114, § 8, 1° [lees:
2°], van de wet van 21 maart 1991 betreffende de
hervorming van sommige economische
overheidsbedrijven, gesteld door de correctionele
rechtbank te Luik;
- les questions préjudicielles relatives à
l'article 442bis du Code pénal, posées par le
tribunal correctionnel de Liège; l'ordonnance de
jonction de l'affaire n° 3688 et les affaires déjà
jointes n
os
3318, 3483 et 3673;
- de prejudiciële vragen over artikel 442bis van het
Strafwetboek, gesteld door de correctionele
rechtbank te Luik; de beschikking tot samenvoeging
van de zaak nr. 3688 met de reeds
samengevoegde zaken nrs 3318, 3483 en 3673;
(n
os
du rôle: 3318, 3483, 3673 et 3688)
(rolnummers: 3318, 3483, 3673 en 3688)
- la question préjudicielle relative à l'article 187 du
Code d'instruction criminelle, posée par le tribunal
de police de Charleroi par jugement du
21 janvier 2005, en cause de M.-F. Taburiaux
contre J. Meunier et la SA Shanks Liège.
- de prejudiciële vraag over artikel 187 van het
Wetboek van Strafvordering, gesteld door de
politierechtbank te Charleroi bij vonnis van
21 januari 2005, inzake M.-F. Taburiaux tegen J.
Meunier en de NV "Shanks Liège".
(rolnummer: 3690)
Pour information
Ter kennisgeving
GOUVERNEMENT
REGERING
Projets de loi
Wetsontwerpen
Le gouvernement a déposé le projet de loi suivant:
De regering heeft volgend wetsontwerp ingediend:
- projet de loi modifiant les articles 64 et 1476 du
Code civil et l'article 59/1 du Code des droits de
timbre en vue de simplifier les formalités du
mariage et de la cohabitation légale
(n° 1762/1)(matière visée à l'article 78 de la
Constitution).
- wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 64 en
1476 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 59/1 van
het Wetboek van Zegelrechten met het oog op de
vereenvoudiging van de formaliteiten voor het
huwelijk en de wettelijke samenwoning. (nr. 1762/1)
(aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de
Grondwet).
Renvoi à la commission de la Justice
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
RAPPORTS DÉPOSÉS EN VERTU DE
DISPOSITIONS LÉGALES
KRACHTENS EEN WETSBEPALING
INGEDIENDE VERSLAGEN
Commission interdépartementale du développement
durable
Interdepartementale Commissie Duurzame Ontwikkeling
Par lettre du 15 avril 2005, le président de la
Commission interdépartementale du
développement durable transmet, conformément à
l'article 19 de la loi du 5 mai 1997 relative à la
coordination de la politique fédérale de
développement durable, le rapport d'activité 2004
de la Commission interdépartementale du
développement durable et les rapports 2004 des
membres de la Commission interdépartementale du
développement durable.
Bij brief van 15 april 2005 zendt de voorzitter van de
Interdepartementale Commissie Duurzame
Ontwikkeling, overeenkomstig artikel 19 van de wet
van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het
federale beleid inzake duurzame ontwikkeling, het
activiteitenrapport 2004 van de Interdepartementale
Commissie Duurzame Ontwikkeling en de
rapporten 2004 van de leden van de
Interdepartementale Commissie Duurzame
Ontwikkeling.
CRIV 51
PLEN 134
04/05/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
73
Dépôt au greffe, à la bibliothèque et renvoi à la
commission de l'Economie, de la Politique
scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes
moyennes et de l'Agriculture et renvoi à la
commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société
Ingediend ter griffie, in de bibliotheek en verzonden
naar de commissie voor het Bedrijfsleven, het
Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de nationale
wetenschappelijke en culturele Instellingen, de
Middenstand en de Landbouw en naar de
commissie voor de Volksgezondheid, het Leefmilieu
en de Maatschappelijke Hernieuwing
Institut belge des services postaux et des
télécommunications
Belgisch Instituut voor Postdiensten en
Telecommunicatie
Par lettre du 27 avril 2005, le président du Conseil
de l'Institut belge des services postaux et des
télécommunications transmet, conformément à
l'article 34, alinéa 3, de la loi du 17 janvier 2003
relative au statut du régulateur des secteurs des
postes et des télécommunications belges, le rapport
semestriel des activités de l'Institut (avril 2005).
Bij brief van 27 april 2005 zendt de voorzitter van de
Raad van het Belgisch Instituut voor Postdiensten
en Telecommunicatie, overeenkomstig artikel 34,
derde lid, van de wet van 17 januari 2003 met
betrekking tot het statuut van de regulator van de
Belgische post-en telecommunicatiesector, het
halfjaarlijks activiteitenverslag van het Instituut
(april 2005).
Dépôt au greffe, à la bibliothèque et renvoi à la
commission de l'Infrastructure, des
Communications et des Entreprises publiques
Ingediend ter griffie, in de bibliotheek en verzonden
naar de commissie voor de Infrastructuur, het
Verkeer en de Overheidsdiensten
Tribunaux de première instance
Rechtbanken van eerste aanleg
Par lettre du 21 avril 2005, le président du tribunal
de première instance de Bruxelles transmet,
conformément à l'article 340, § 3, dernier alinéa du
Code judiciaire, le rapport de fonctionnement pour
l'année 2004 ainsi que le procès-verbal de
l'assemblée générale du tribunal de première
instance de Bruxelles qui s'est tenue le
15 avril 2005.
Bij brief van 21 april 2005 zendt de voorzitter van de
rechtbank van eerste aanleg te Brussel,
overeenkomstig artikel 340, § 3, laatste lid van het
Gerechtelijk Wetboek, het werkingsverslag voor het
jaar 2004 samen met het proces-verbaal van de
algemene vergadering van de rechtbank van eerste
aanleg te Brussel, welke doorging op 15 april 2005.
Dépôt au greffe et renvoi à la commission de la
Justice
Ingediend ter griffie en verzonden naar de
commissie voor de Justitie
Par lettre du 21 avril 2005, le président du tribunal
de première instance de Nivelles transmet,
conformément à l'article 340, § 3, dernier alinéa du
Code judiciaire, le rapport de fonctionnement pour
l'année 2004 ainsi que le procès-verbal de
l'assemblée générale du tribunal de première
instance de Nivelles qui s'est tenue le 12 avril 2005.
Bij brief van 21 april 2005 zendt de voorzitter van de
rechtbank van eerste aanleg te Nijvel,
overeenkomstig artikel 340, § 3, laatste lid van het
Gerechtelijk Wetboek, het werkingsverslag voor het
jaar 2004 samen met het proces-verbaal van de
algemene vergadering van de rechtbank van eerste
aanleg te Nijvel, welke doorging op 12 april 2005.
Dépôt au greffe et renvoi à la commission de la
Justice
Ingediend ter griffie en verzonden naar de
commissie voor de Justitie
Cours du travail
Arbeidshoven
Par lettre du 26 avril 2005, le premier président de
la cour du travail de Gand transmet, conformément
à l'article 340, § 3, dernier alinéa du Code judiciaire,
le rapport de fonctionnement pour l'année 2004
ainsi que le procès-verbal de l'assemblée générale
de la cour du travail de Gand qui s'est tenue le
19 avril 2005.
Bij brief van 26 april 2005 zendt de eerste voorzitter
van het arbeidshof te Gent, overeenkomstig
artikel 340, § 3, laatste lid van het Gerechtelijk
Wetboek, het werkingsverslag voor het jaar 2004
samen met het proces-verbaal van de algemene
vergadering van het arbeidshof te Gent, welke
doorging op 19 april 2005.
Dépôt au greffe et renvoi à la commission de la
Justice
Ingediend ter griffie en verzonden naar de
commissie voor de Justitie
04/05/2005
CRIV 51
PLEN 134
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
74
AUTRES RAPPORTS
OVERIGE VERSLAGEN
Institut des Réviseurs d'Entreprises
Instituut der Bedrijfsrevisoren
Par lettre du 13 avril 2005, le président de l'Institut
des Réviseurs d'Entreprises transmet le rapport
annuel 2004 de l'Institut.
Bij brief van 13 april 2005 zendt de voorzitter van
het Instituut der Bedrijfsrevisoren het
jaarverslag 2004 van het Instituut.
Renvoi à la commission de l'Economie, de la
Politique scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes
moyennes et de l'Agriculture
Verzonden naar de commissie voor het
Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de nationale wetenschappelijke en
culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw