CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 PLEN 079
CRIV 51 PLEN 079
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
S
ÉANCE PLÉNIÈRE
P
LENUMVERGADERING
jeudi
donderdag
15-07-2004
15-07-2004
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Excusés
1
Berichten van verhindering
1
QUESTIONS
1
VRAGEN
1
Questions jointes de
1
Samengevoegde vragen van
1
- M. Benoît Drèze au ministre de l'Emploi et des
Pensions sur "les fins de carrière" (n° P513)
1
- de heer Benoît Drèze aan de minister van Werk
en Pensioenen over "het
loopbaaneinde" (nr. P513)
1
- Mme Camille Dieu au ministre de l'Emploi et des
Pensions sur "les fins de carrière" (n° P514)
1
- mevrouw Camille Dieu aan de minister van Werk
en Pensioenen over "het
loopbaaneinde" (nr. P514)
1
Orateurs: Benoît Drèze, Camille Dieu, Frank
Vandenbroucke, ministre de l'Emploi et des
Pensions
Sprekers: Benoît Drèze, Camille Dieu, Frank
Vandenbroucke, minister van Werk en
Pensioenen
Question de M. Bart Tommelein au ministre de
l'Emploi et des Pensions sur "la lutte contre les
pourvoyeurs de main-d'oeuvre" (n° P515)
5
Vraag van de heer Bart Tommelein aan de
minister van Werk en Pensioenen over "de
bestrijding van de koppelbazen" (nr. P515)
5
Orateurs:
Bart Tommelein, Frank
Vandenbroucke, ministre de l'Emploi et des
Pensions
Sprekers:
Bart Tommelein, Frank
Vandenbroucke, minister van Werk en
Pensioenen
Question de Mme Zoé Genot au ministre de
l'Emploi et des Pensions sur "les titres-services
tirant les salaires à la baisse" (n° P516)
6
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister
van Werk en Pensioenen over "de
dienstencheques die de lonen drukken" (nr. P516)
6
Orateurs: Zoé Genot, Frank Vandenbroucke,
ministre de l'Emploi et des Pensions, Filip De
Man
Sprekers:
Zoé Genot, Frank
Vandenbroucke, minister van Werk en
Pensioenen, Filip De Man
Question de M. Jean-Pierre Malmendier à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
réforme de la cour d'assises" (n° P509)
9
Vraag van de heer Jean-Pierre Malmendier aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de hervorming van het hof van
assisen" (nr. P509)
9
Orateurs: Jean-Pierre Malmendier, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Jean-Pierre Malmendier, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Patrick Cocriamont à la vice-
première ministre et ministre de la Justice et au
vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur sur
"la tournée du groupe raciste Sniper" (n° P510)
11
Vraag van de heer Patrick Cocriamont aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie en
aan de vice-eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken over "de tournee van de
racistische groep Sniper" (nr. P510)
11
Orateurs: Patrick Cocriamont, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Patrick Cocriamont, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de Mme Colette Burgeon à la ministre
de la Fonction publique, de l'Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes et de l'Egalité
des chances sur "l'encombrement du réseau
associatif par des personnes exclues du système
de soins" (n° P522)
12
Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de
minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
over "het verenigingsnetwerk dat overspoeld
wordt door mensen die van de gezondheidszorg
worden uitgesloten" (nr. P522)
12
Orateurs:
Colette Burgeon, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Colette Burgeon, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Bart Laeremans au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur
"les relations entre le Saint-Siège et les
Régions" (n° P511)
14
Vraag van de heer Bart Laeremans aan de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de betrekkingen tussen de Heilige
Stoel en de Gewesten" (nr. P511)
14
Orateurs: Bart Laeremans, Louis Michel,
Sprekers: Bart Laeremans, Louis Michel,
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
vice-premier ministre et ministre des Affaires
étrangères
vice-eerste minister en minister van
Buitenlandse Zaken
Question de M. Ludo Van Campenhout au
ministre de la Mobilité et de l'Economie sociale
sur "la transposition de directives relatives à la
navigation" (n° P520)
15
Vraag van de heer Ludo Van Campenhout aan de
minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de omzetting van richtlijnen inzake de
scheepvaart" (nr. P520)
15
Orateurs: Ludo Van Campenhout, Bert
Anciaux, ministre de la Mobilité et de
l'Economie sociale
Sprekers: Ludo Van Campenhout, Bert
Anciaux, minister van Mobiliteit en Sociale
Economie
Question de M. Dirk Claes au ministre de la
Mobilité et de l'Economie sociale sur "la Journée
Train-Tram-Bus en 2004" (n° P521)
17
Vraag van de heer Dirk Claes aan de minister van
Mobiliteit en Sociale Economie over "de
TreinTramBusdag in 2004" (nr. P521)
17
Orateurs: Dirk Claes, Bert Anciaux, ministre
de la Mobilité et de l'Economie sociale
Sprekers: Dirk Claes, Bert Anciaux, minister
van Mobiliteit en Sociale Economie
Question de M. Joseph Arens au ministre des
Finances sur "le transfert de bâtiments aux zones
de police" (n° P517)
18
Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister
van Financiën over "de overdracht van gebouwen
aan de politiezones" (nr. P517)
18
Orateurs: Joseph Arens, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Joseph Arens, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Daniel Bacquelaine au ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'agrément de candidats spécialistes" (n° P518)
20
Vraag van de heer Daniel Bacquelaine aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de erkenning van kandidaat-
specialisten" (nr. P518)
20
Orateurs: Daniel Bacquelaine, président du
groupe MR, Rudy Demotte, ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique, Filip
De Man
Sprekers: Daniel Bacquelaine, voorzitter van
de MR-fractie, Rudy Demotte, minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid, Filip De
Man
Question de M. Filip De Man au premier ministre
sur "le plan `en dix points' contre le racisme"
(n° P508)
22
Vraag van de heer Filip De Man aan de eerste
minister over "het tienpuntenplan tegen racisme"
(nr. P508)
21
Orateurs: Filip De Man, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Filip De Man, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Trees Pieters à la ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "les heures
d'ouverture des magasins le dimanche" (n° P519)
23
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de winkelopeningsuren
op zondag" (nr. P519)
23
Orateurs: Trees Pieters, Paul Tant, Sabine
Laruelle, ministre des Classes moyennes et
de l'Agriculture, Pieter De Crem, président du
groupe CD&V, Gerolf Annemans, président
du groupe VLAAMS BLOK, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances,
Pierre Lano
Sprekers: Trees Pieters, Paul Tant, Sabine
Laruelle, minister van Middenstand en
Landbouw, Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie, Gerolf Annemans, voorzitter
van de VLAAMS BLOK-fractie, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën, Pierre Lano
Eloge funèbre
28
Rouwhulde
28
Orateurs: Herman De Croo, président, Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances
Sprekers: Herman De Croo, voorzitter, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
Agenda
30
Agenda
30
Orateurs: Alfons Borginon, Pieter De Crem,
président du groupe CD&V
Sprekers: Alfons Borginon, Pieter De Crem,
voorzitter van de CD&V-fractie
QUESTIONS (CONTINUATION)
31
VRAGEN (VOORTZETTING)
31
Question de Mme Trees Pieters à la ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
31
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
31
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iii
et de la Politique scientifique sur "les heures
d'ouverture des magasins le dimanche" (n° P519)
(voortzetting)
Wetenschapsbeleid over "de winkelopeningsuren
op zondag" (nr. P519) (continuation)
Orateurs: Trees Pieters, Fientje Moerman,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Trees Pieters, Fientje Moerman,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Agenda
33
Agenda
33
PROJETS ET PROPOSITIONS
35
ONTWERPEN EN VOORSTELLEN
35
Projet de loi modifiant l'article 80, alinéa 1er, du
Code des droits de succession (1194/1-2)
35
Wetsontwerp tot wijziging van artikel 80, eerste
lid, van het Wetboek der successierechten
(1194/1-2)
35
Discussion générale
35
Algemene bespreking
35
Orateur: Bart Tommelein, rapporteur
Spreker: Bart Tommelein, rapporteur
Discussion des articles
35
Bespreking van de artikelen
35
Projet de loi modifiant la loi du 6 août 1993
relative aux opérations sur certaines valeurs
mobilières (1229/1-2)
36
Wetsontwerp tot wijziging van de wet van
6 augustus 1993 betreffende de transacties met
bepaalde effecten (1229/1-2)
36
Discussion générale
36
Algemene bespreking
36
Discussion des articles
36
Bespreking van de artikelen
36
Projet de loi modifiant diverses dispositions du
Code des impôts sur les revenus 1992 afin de
permettre la déductibilité des libéralités faites en
argent aux institutions de développement durable
agréées (1237/1-3)
36
Wetsontwerp tot wijziging van verscheidene
bepalingen van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992 teneinde de giften in
geld aan erkende instellingen voor duurzame
ontwikkeling fiscaal aftrekbaar te maken (1237/1-
3)
37
Discussion générale
37
Algemene bespreking
37
Discussion des articles
37
Bespreking van de artikelen
37
Proposition de résolution portant sur la nécessité
d'estimer rapidement les moyens humains et
financiers indispensables au fonctionnement du
Service des créances alimentaires et à l'octroi
d'avances par celui-ci, et d'inscrire les montants
nécessaires lors de la confection du budget 2004
(201/1-4)
37
Voorstel van resolutie betreffende de noodzaak
om onverwijld een evaluatie te maken van de
personele en financiële middelen die zijn vereist
om de Dienst voor alimentatievorderingen te laten
functioneren en hem voorschotten te laten
uitbetalen, en betreffende de noodzaak om bij de
opmaak van de begroting voor 2004 daartoe in de
vereiste kredieten te voorzien (201/1-4)
37
- Proposition de résolution relative à la création du
Service des créances alimentaires (267/1-2)
37
- Voorstel van resolutie betreffende de oprichting
van de Dienst voor alimentatievorderingen (267/1-
2)
37
Discussion
37
Bespreking
38
Orateurs: Muriel Gerkens, Colette Burgeon,
Catherine Doyen-Fonck, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Muriel Gerkens, Colette Burgeon,
Catherine Doyen-Fonck, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre
le Gouvernement du Royaume de Belgique et le
Gouvernement de la République française relatif
à la coopération transfrontalière en matière
policière et douanière, signé à Tournai le
5 mars 2001, et à l'Echange des lettres en
complément de l'Accord, fait à Paris et Bruxelles,
le 10 juin 2002 (1248/1)
42
Wetsontwerp houdende instemming met de
Overeenkomst tussen de Regering van het
Koninkrijk België en de Regering van de Franse
Republiek betreffende de grensoverschrijdende
samenwerking in politie- en douanezaken,
ondertekend te Doornik op 5 maart 2001, en met
de Uitwisseling van brieven ter aanvulling van de
Overeenkomst, gedaan te Parijs en Brussel op
10 juni 2002 (1248/1)
43
Discussion générale
43
Algemene bespreking
43
Discussion des articles
43
Bespreking van de artikelen
43
Projet de loi portant assentiment à la Convention
entre le Gouvernement du Royaume de Belgique
et le Gouvernement de la République d'Estonie
relative à la coopération policière, signée à Talinn
le 11 juin 2001 (1249/1)
43
Wetsontwerp houdende instemming met het
Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk
België en de Regering van de Republiek Estland
betreffende de politiesamenwerking, ondertekend
te Talinn op 11 juni 2001 (1249/1)
43
Discussion générale
43
Algemene bespreking
43
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iv
Discussion des articles
44
Bespreking van de artikelen
44
Projet de loi portant assentiment aux Actes
internationaux suivants: Protocole portant
modification de la Convention coordonnée
instituant l'Union économique belgo-
luxembourgeoise; Protocole portant abrogation de
la Convention établissant entre la Belgique et le
Grand-Duché de Luxembourg une communauté
spéciale de recettes en ce qui concerne les droits
d'accise perçus sur les alcools, du 23 mai 1935;
Protocole portant abrogation du Protocole spécial
entre la Belgique et le Grand-Duché de
Luxembourg relatif à l'agriculture, du
29 janvier 1963; Protocole portant abrogation du
Protocole entre le Royaume de Belgique et le
Grand-Duché de Luxembourg relatif à
l'association monétaire et de son Protocole
d'exécution, du 9 mars 1981 (1250/1)
44
Wetsontwerp houdende instemming met de
volgende Internationale Akten: Protocol houdende
wijziging van de Gecoördineerde Overeenkomst
tot oprichting van de Belgisch-Luxemburgse
Economische Unie; Protocol houdende intrekking
van de Overeenkomst tussen België en het
Groothertogdom Luxemburg tot instelling van een
bijzondere gemeenschap van ontvangsten wat
betreft de op alcohol geheven accijnsrechten, van
23 mei 1935; Protocol houdende intrekking van
het Bijzonder Protocol tussen België en het
Groothertogdom Luxemburg betreffende de
landbouw, van 29 januari 1963; Protocol
houdende intrekking van het Protocol tussen het
Koninkrijk België en het Groothertogdom
Luxemburg met betrekking tot de monetaire
associatie en het Protocol tot uitvoering, van
9 maart 1981 (1250/1)
44
Discussion générale
44
Algemene bespreking
44
Discussion des articles
44
Bespreking van de artikelen
44
Projet de loi relatif à l'autorisation d'implantations
commerciales (1035/1-11)
45
Wetsontwerp betreffende de vergunning van
handelsvestigingen (1035/1-11)
45
- Proposition de loi modifiant l'article 12 de la loi
du 29 juin 1975 relative aux implantations
commerciales (549/1-2)
45
- Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 12 van de
wet van 29 juni 1975 betreffende de
handelsvestigingen (549/1-2)
45
Discussion générale
45
Algemene bespreking
45
Discussion des articles
76
Bespreking van de artikelen
76
Orateurs: Guy Hove, rapporteur, Georges
Lenssen, Trees Pieters, Pierre Lano, Paul
Tant, Bart Tommelein, Bert Schoofs, Carl
Devlies, Daniel Bacquelaine, président du
groupe MR, Muriel Gerkens
Sprekers: Guy Hove, rapporteur, Georges
Lenssen, Trees Pieters, Pierre Lano, Paul
Tant, Bart Tommelein, Bert Schoofs, Carl
Devlies, Daniel Bacquelaine, voorzitter van
de MR-fractie, Muriel Gerkens
ANNEXE
83
BIJLAGE
83
DECISIONS INTERNES
83
INTERNE BESLUITEN
83
COMMISSIONS
83
COMMISSIES
83
C
OMPOSITION
83
S
AMENSTELLING
83
DEMANDES D'INTERPELLATION
83
INTERPELLATIEVERZOEKEN
83
D
EPOTS
83
I
NGEKOMEN
83
PROPOSITIONS
84
VOORSTELLEN
84
A
UTORISATION D
'
IMPRESSION
84
T
OELATING TOT DRUKKEN
84
COMMUNICATIONS
84
MEDEDELINGEN
84
COMMISSIONS
84
COMMISSIES
84
R
APPORTS
85
V
ERSLAGEN
85
SENAT
86
SENAAT
86
P
ROJETS DE LOI TRANSMIS
86
O
VERGEZONDEN WETSONTWERPEN
86
E
VOCATION
86
E
VOCATIE
86
GOUVERNEMENT
87
REGERING
87
D
EPOT DE PROJETS DE LOI
87
I
NGEDIENDE WETSONTWERPEN
87
R
APPORTS
87
V
ERSLAGEN
87
B
UDGET GENERAL DES DEPENSES
2004
87
A
LGEMENE UITGAVENBEGROTING
2004
87
C
ONSEIL DES MINISTRES DE L
'U
NION
E
UROPEENNE
'J
USTICE ET
A
FFAIRES INTERIEURES
'
88
M
INISTERRAAD VAN DE
E
UROPESE
U
NIE
'J
USTITIE
EN
B
INNENLANDSE
A
ANGELEGENHEDEN
'
88
COUR D'ARBITRAGE
88
ARBITRAGEHOF
88
A
RRETS
88
A
RRESTEN
88
R
ECOURS EN ANNULATION
89
B
EROEPEN TOT VERNIETIGING
89
Q
UESTIONS PREJUDICIELLES
89
P
REJUDICIËLE VRAGEN
89
COUR DES COMPTES
90
REKENHOF
90
C
AHIER D
'
OBSERVATIONS
90
B
OEK VAN OPMERKINGEN
90
I
MPUTATIONS BUDGETAIRES
90
B
UDGETTAIRE AANREKENINGEN
90
D
ROIT DE REGARD ET D
'
INFORMATION
90
I
NZAGE
-
EN INFORMATIERECHT
90
M
ISSION D
'
AUDIT
90
A
UDITSOPDRACHT
90
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
v
RAPPORTS ANNUELS
91
JAARVERSLAGEN
91
A
GENCE FEDERALE DE
C
ONTROLE NUCLEAIRE
91
F
EDERAAL
A
GENTSCHAP VOOR
N
UCLEAIRE
C
ONTROLE
91
O
FFICE NATIONAL DU
D
UCROIRE
91
N
ATIONALE
D
ELCREDEREDIENST
91
AVIS
91
ADVIES
91
C
ONSEIL CENTRAL DE L
'E
CONOMIE ET
C
ONSEIL
NATIONAL DU
T
RAVAIL
91
C
ENTRALE
R
AAD VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN EN
N
ATIONALE
A
RBEIDSRAAD
91
C
ONSEIL CENTRAL DE L
'E
CONOMIE
91
C
ENTRALE
R
AAD VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
91
DIVERS
92
VARIA
92
C
OMMISSION POUR LE DEDOMMAGEMENT DES
MEMBRES DE LA
C
OMMUNAUTE
J
UIVE DE
B
ELGIQUE
92
C
OMMISSIE VOOR DE SCHADELOOSSTELLING VAN
DE LEDEN VAN DE
J
OODSE
G
EMEENSCHAP VAN
B
ELGIË
92
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
SÉANCE PLÉNIÈRE
PLENUMVERGADERING
du
JEUDI
15
JUILLET
2004
Après-midi
______
van
DONDERDAG
15
JULI
2004
Namiddag
______
La séance est ouverte à 14.17 heures par M. Herman De Croo, président.
De vergadering wordt geopend om 14.17 uur door de heer Herman De Croo, voorzitter.
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l'ouverture de la séance:
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Louis Michel, Laurette Onkelinx, Frank Vandenbroucke.
Le président: La séance est ouverte.
De vergadering is geopend.
Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles
seront reprises en annexe du compte rendu intégral de cette séance.
Een reeks mededelingen en besluiten moet ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij zullen in bijlage
bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen worden.
Excusés
Berichten van verhindering
Nancy Caslo, Dalila Douifi, Daniel Ducarme, Sophie Pécriaux, Jean-Jacques Viseur, pour raisons de santé
/ wegens ziekte;
Geert Bourgeois, Karel De Gucht, Elio Di Rupo, Jo Vandeurzen, Els Van Weert, pour devoirs de mandat /
wegens ambtsplicht;
Roel Deseyn, à l'étranger / buitenslands.
Questions
Vragen
01 Questions jointes de
- M. Benoît Drèze au ministre de l'Emploi et des Pensions sur "les fins de carrière" (n° P513)
- Mme Camille Dieu au ministre de l'Emploi et des Pensions sur "les fins de carrière" (n° P514)
01 Samengevoegde vragen van
- de heer Benoît Drèze aan de minister van Werk en Pensioenen over "het loopbaaneinde" (nr. P513)
- mevrouw Camille Dieu aan de minister van Werk en Pensioenen over "het loopbaaneinde" (nr. P514)
01.01 Benoît Drèze (cdH): Monsieur le ministre, lors de la
Conférence nationale pour l'emploi en octobre de l'année dernière,
vous avez ouvert une série de chantiers en matière de politique de
l'emploi, en reportant à plus tard, mais en insistant sur son
importance, la problématique des fins de carrière. Vous avez agendé
ce point, si ma mémoire est bonne, au second semestre de cette
année parce que, d'une part, la proximité des élections régionales
n'était sans doute pas la meilleure perspective pour assurer un climat
serein et, d'autre part, dans le courant de l'automne 2004, nous
aurons les négociations pour l'accord interprofessionnel 2005-2006.
01.01 Benoît Drèze (cdH):
Tijdens de Nationale Werk-
gelegenheidsconferentie van
oktober 2003 werd de behandeling
van de eindeloopbaan-
problematiek tot het tweede
trimester van dit jaar uitgesteld.
Het VBO en de vakbonden hebben
zich onlangs over die kwestie
uitgesproken. Het betreft een
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
Cet élément est d'actualité aujourd'hui puisque la FEB et les syndicats
viennent de s'exprimer. Chaque matin, on découvre dans la presse
des prises de position des uns et des autres. Nous savons tous que
c'est un dossier difficile. Vous reconnaîtrez que ce n'est pas un
dossier communautaire. Vous avez indiqué à cette tribune, il y a
quinze jours, que les allocations de chômage n'étaient pas un
problème communautaire sur le plan du budget, c'est davantage vrai
pour les pensions puisque c'est en Flandre qu'on trouve le nombre le
plus important de prépensions chez les chômeurs plus âgés. Nous
sommes extrêmement surpris - mais c'est sans doute le hasard du
calendrier - de vous voir quitter le navire fédéral précisément au
moment où ce dossier devait venir à l'agenda.
Monsieur le ministre, y a-t-il un lien entre ces deux éléments? Avez-
vous peur que ce défi soit insurmontable et préférez-vous, dès lors,
laisser le chantier à quelqu'un d'autre?
Nous espérons que ce n'est pas le cas. Nous sommes certains que
c'est un dossier qui a déjà retenu toute votre attention. Nous savons
que vous avez commandé des études qui ne sont pas encore tout à
fait clôturées mais peut-être pouvez-vous laisser quelques idées à
votre successeur pour lui faire profiter de votre expérience. Nous
souhaiterions connaître les pistes que vous pouvez nous
communiquer aujourd'hui.
moeilijk, zij het geen commu-
nautair dossier want het geld van
de RVA wordt billijk verdeeld over
alle Belgen en er zijn meer
bruggepensioneerden en oudere
werklozen in Vlaanderen.
Is er een verband tussen uw
vertrek uit de federale regering en
het feit dat die kwestie binnenkort
op de agenda zal komen te staan?
Welke beleidslijnen zal u uw
opvolger meegeven?
Le président: C'était la "maiden question" de M. Drèze. Il l'a posée
dans les règles, sans notes et dans le temps qui lui était imparti. Je le
félicite, c'est de bon augure! (Applaudissements)
De voorzitter: Ik feliciteer de heer
Drèze met zijn "maiden question"
(Applaus).
01.02 Camille Dieu (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre,
la négociation interprofessionnelle démarrera à la rentrée et espère
aboutir à un accord pour les années 2005-2006. Nous savons que,
pour avoir des chances de réussir, cette négociation doit débuter sur
des bases sereines. Or, la FEB "met la pression" depuis quelques
semaines. C'est ainsi que nous avons entendu diverses propositions,
telles l'augmentation du travail dominical dans la distribution ou
encore l'allongement de la semaine de 38 à 40 heures. La FEB s'est
basée pour cela sur un accord intervenu dans seulement deux des
105 sites des usines Siemens en Allemagne.
Depuis lors, on a d'ailleurs pu constater que Bayer et Mercedes ont
délocalisé leurs activités. Même à Leipzig - c'est une première il y a
un marché de la délocalisation. Avouez que c'est quelque chose de
tout à fait nouveau! Cerise sur le gâteau: la FEB annonce maintenant
un MasterPlan de travail obligatoire jusqu'à 60 ans, battant ainsi en
brèche le système des prépensions, mettant aussi la pression sur la
surveillance de l'invalidité ou encore le contrôle de la disponibilité des
chômeurs âgés.
Face à toutes ces situations, vous pouvez comprendre que le monde
du travail est interpellé et inquiet. La FEB annonce même que l'on ne
peut parvenir à changer les mentalités uniquement sur la base
d'incitants. Cela signifie que d'autres mesures seront prises,
beaucoup plus brutales sans doute et unilatérales. La FEB propose
notamment la modération salariale. C'est oublier que, depuis 1996, la
Belgique est un des rares pays à avoir respecté la norme salariale
imposée par l'Europe. La FEB propose aussi des réductions de
01.02 Camille Dieu (PS): Al gaan
de interprofessionele onder-
handelingen pas na het reces van
start, toch zet het VBO nu reeds
druk op de ketel door meer
zondagwerk in de distributiesector
en de overgang van de 38- naar
de 40-urenweek te eisen, en door
een master plan aan te kondigen
dat werken tot zestig jaar verplicht
zou maken. Het VBO pleit tevens
voor een loonmatiging, een daling
van de werkgeversbijdragen en
meer flexibiliteit.
Dat doel kan ook worden bereikt
door het maken van nieuwe
producten met een hoge
toegevoegde waarde. Daartoe
moet echter worden geïnvesteerd
in wetenschappelijk onderzoek en
in de permanente opleiding van de
werknemers. Welke investeringen
heeft de privésector op dat gebied
gedaan?
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
charges patronales, mais c'est oublier aussi que, depuis une
décennie, dans tous les budgets fédéraux, nous avons inscrit des
diminutions de charges patronales.
Enfin, elle trouve que la flexibilité n'est pas assez grande dans notre
pays. Je ne crois pas que cela soit vrai: la flexibilité est inscrite dans
nos textes conventionnels et notre taux de productivité est l'un des
plus élevés au monde. Monsieur le président, c'est une matière assez
vaste et j'espère que vous me permettrez de dépasser un tout petit
peu mon temps de parole.
Le président: Je dois vous dire que le temps de parole est limité: vous le savez fort bien. Alors, essayez de
conclure.
01.03 Camille Dieu (PS): Je pense quant à moi qu'il y a d'autres
façons d'augmenter notre production, par exemple en sortant des
produits innovants, de haute technicité, à haute valeur ajoutée. Pour
ce faire, il faut investir en matière de recherche et de développement
et en matière de formation continuée des travailleurs. Puisque ceci
faisait l'objet d'un consensus à la dernière Conférence sur l'emploi,
quels ont été les investissements du secteur privé à cet égard
puisque ce n'est pas seulement l'apanage du secteur public?
Monsieur le ministre, vous avez dit dans la presse que l'augmentation
du temps de travail de 38 à 40 heures/semaine faisait partie d'un tout
et qu'il fallait voir cela dans un contexte plus général. Que voulez-vous
dire?
Quelles mesures concrètes pensez-vous pouvoir mettre en oeuvre
pour éviter une distorsion entre le langage de la FEB d'une manière
générale et l'application sur le terrain par les employeurs du privé du
système des prépensions, pour "se débarrasser" de travailleurs plus
âgés, espérant ainsi augmenter leur rentabilité grâce à des
travailleurs plus jeunes au salaire moins élevé?
01.03 Camille Dieu (PS): Naar
welke algemene context verwees
de minister toen hij stelde dat de
verlenging van de wekelijkse
arbeidsduur deel uitmaakte van
een pakket dat moet worden
besproken?
Over welke concrete mogelijk-
heden beschikt de minister om
dissonantie te voorkomen tussen
wat het VBO voorstaat en wat de
bedrijfswereld in de praktijk blijft
doen, namelijk oudere werk-
nemers met brugpensioen sturen
om zich van hen te ontdoen?
Le président: Je vous remercie, madame, même si je ne peux pas vous féliciter pour le temps.
01.04 Frank Vandenbroucke, ministre: Monsieur le président, je
crois que M. Drèze a bien décrit l'enjeu. Il est vrai que nous nous
trouvons devant un défi important, le vieillissement de la population.
Cela implique également, d'une façon ou d'une autre, l'augmentation
de l'âge moyen de nos travailleurs, ce qui pose tout le problème de la
fin de carrière.
Le défi est important, la question est difficile et délicate, mais le
problème n'est pas insurmontable. A deux conditions, selon moi:
primo, bien préparer les débats sur la base de données objectives et
nuancées; secundo, créer un cadre de concertation entre partenaires
sociaux et avec le gouvernement. C'est ce que je disais déjà il y a
neuf mois. A l'époque, j'ai dit qu'il fallait préparer ce débat sur la base
de rapports détaillés, étoffés, objectifs et qu'il fallait patienter un peu à
cause des élections syndicales et des élections régionales pour créer
un véritable climat de concertation.
Maintenant, nous disposons des trois rapports que le gouvernement
avait demandés. D'abord, depuis le mois d'avril déjà, le Comité
d'études sur le vieillissement a publié son rapport sur le coût du
vieillissement; ensuite, le Conseil supérieur de l'Emploi a publié un
01.04
Minister Frank
Vandenbroucke: De eindeloop-
baanproblematiek is niet
onoverkomelijk als aan twee
voorwaarden wordt voldaan. Ten
eerste dient er een debat aan te
worden gewijd dat goed is
voorbereid en op objectieve en
genuanceerde gegevens is
gestoeld. Ten tweede dient het
overlegkader voor de regering en
de sociale partners duidelijk te
worden vastgelegd.
Wij beschikken over de verslagen
die de regering gevraagd heeft
aan de Studiecommissie voor de
Vergrijzing betreffende de kosten
van de vergrijzing, aan de Hoge
Raad voor de werkgelegenheid
betreffende de problematiek van
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
rapport très important, à mon sens, sur la problématique du marché
de l'emploi, où la problématique de fin de carrière est vue comme une
partie d'un problème plus vaste de mobilité, de flexibilité, d'innovation
et de formation; enfin, le Conseil supérieur des Finances a lui aussi
publié son rapport annuel qui trace la voie budgétaire à suivre.
Les trois rapports essentiels sont à présent sur la table, nous pouvons
donc commencer le débat. Evidemment, il convient d'organiser ce
débat en concertation.
C'est la raison pour laquelle je ne vais pas, au nom du gouvernement,
lancer des propositions précises. Je crois mais c'est sans doute une
opinion générale que le rapport du Conseil supérieur de l'Emploi est
très important. Personnellement, je partage l'analyse dressée dans ce
rapport. Il faut lire attentivement ce rapport qui est nuancé mais très
objectif.
Madame Dieu, il me semble assez évident que les partenaires
sociaux commencent à préparer ce grand débat difficile. Je ne vais
pas me prononcer ni sur le contenu des propos de la FEB, ni sur la
question de savoir si des propositions doivent être lancées dès
aujourd'hui. Selon moi, cela relève de la compétence des partenaires
sociaux. Il me semble normal que ceux-ci lancent leurs idées et que
les uns et les autres réagissent. En tout cas, le gouvernement doit
maintenant préparer le débat, sans intervenir de façon prématurée. Il
doit surtout essayer de créer un cadre de concertation avec les
partenaires sociaux. Je ne vais donc pas commenter non plus
certains éléments précis évoqués comme, par exemple, la durée de
la semaine de travail. J'estime qu'il faut disposer d'un dossier global et
discuter d'un tout. Comme je l'ai dit, ce qu'il faut, c'est une bonne
préparation, un diagnostic objectif je pense que nous l'avons et un
cadre de concertation.
Si ces conditions sont remplies, monsieur Drèze, le défi est tout à fait
surmontable et le gouvernement fédéral est à même de mener à bien
ce grand débat de société.
de arbeidsmarkt en aan de Hoge
Raad van financiën betreffende de
begrotingsperspectieven. Het
debat kan dus beginnen.
We moeten de regels van het
overleg eerbiedigen en ik zal geen
precies voorstel doen, hoewel ik
het eens ben met de strekking van
het verslag van de Hoge Raad
voor de werkgelegenheid. Ik zal
ook geen commentaar geven over
de diverse standpunten.
01.05 Benoît Drèze (cdH): Monsieur le ministre, je me réjouis
d'entendre que le message central est de respecter la concertation
sociale.
Dans cette perspective, il serait intéressant que vous gardiez vos
fonctions jusqu'à la fin de cette année.
Si vous deviez nous quitter pour, comme certains le prétendent,
assumer la fonction de ministre de l'Emploi de la Région flamande, je
vous inviterais à ne pas tomber dans les travers de votre
prédécesseur qui, avec le décret concernant l'approbation par la
Région flamande de certaines conventions collectives, nuit à notre
équilibre fédéral, à la concertation fédérale et à l'unité socio-
économique de notre pays.
01.05 Benoît Drèze (cdH): Ik ben
blij dat het sociaal overleg zal
worden geëerbiedigd. Als de
minister de portefeuille van
Werkgelegenheid in de Vlaamse
regering opneemt, wil ik hem
vragen geen wig te drijven in de
sociaal-economische eenheid van
het land, zoals zijn voorganger
door zijn opstelling ten aanzien
van de gewestelijke collectieve
arbeidsovereenkomsten deed.
01.06 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, je ne me prononcerai
pas sur votre départ ou non de notre assemblée, pas plus que vous
ne vous prononcez sur les propos tenus par les organisations
sociales et la FEB. A chacun ses moutons!
Je voudrais quand même vous dire que la semaine des 38 heures,
01.06 Camille Dieu (PS): De 38-
urenweek werd in de wet
ingeschreven op grond van een
bestaande toestand: in een
beperkt aantal bedrijven gold nog
de 39-uren week. De sociale
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
inscrite dans la loi par Mme Onkelinx, s'appuie finalement sur la
photographie d'une situation existante. C'est là un élément que je
tenais à rappeler. En effet, seules 7% des entreprises étaient encore
à 39 heures par semaine. Par conséquent, si une mesure est prise, il
faudra tenir compte de tous les éléments.
Par ailleurs, même si ce sont les partenaires sociaux qui décident,
c'est le gouvernement qui tranche en cas de désaccord. Il faut le
savoir.
Enfin, tout comme vous, je ne souhaite pas un "Titanic" en Belgique.
Mais pour éviter cette dérive, il faut que les choses puissent se passer
sereinement et dans le calme, sans déclaration fracassante ou
inquiétante pour les travailleurs, sans chantage.
Il ne faut pas confondre une nécessité d'accord local et la prise de
mesures linéaires basées sur cette nécessité, comme cela fut le cas
pour Siemens. En effet, profiter d'une situation problématique relève
d'un manque d'éthique sur le plan économique et social.
partners mogen wel
onderhandelen, maar uiteindelijk is
het de regering die de knoop
doorhakt: daar moeten we op
voorbereid zijn. Enkel in een
sereen klimaat bestaat een kans
op slagen. Het afsluiten van een
plaatselijk akkoord, dat nood-
zakelijk is, staat niet gelijk met de
goedkeuring van lineaire maat-
regelen, zoals in het geval van
Siemens. Dergelijke maatregelen
zijn zowel vanuit politiek als vanuit
sociaal oogpunt onethisch.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Vraag van de heer Bart Tommelein aan de minister van Werk en Pensioenen over "de bestrijding
van de koppelbazen" (nr. P515)
02 Question de M. Bart Tommelein au ministre de l'Emploi et des Pensions sur "la lutte contre les
02.01 Bart Tommelein (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, de strijd tegen de koppelbazen is iets wat wij zeer
belangrijk vinden in België. De Europese Commissie daagt nu de
Belgische overheid voor het Europees Hof omdat onze wetgeving in
strijd zou zijn met het vrije verkeer van diensten. 15% van een
contract met onderaannemers moet immers verplicht worden
gereserveerd voor sociale en fiscale verplichtingen. Die verplichting
geldt niet wanneer het over aannemers gaat die geregistreerd zijn in
België.
Mijnheer de minister, welke slaagkans heeft volgens u het Hof en
welke kans is er dat België inderdaad veroordeeld wordt? Gezien het
feit dat zowel de Belgische overheid als de bouwsector de strijd tegen
de koppelbazen belangrijk vinden, welke alternatieve manieren zijn er
eventueel voorhanden indien België wegens die wetgeving
veroordeeld zou worden?
02.01 Bart Tommelein (VLD): En
Belgique, 15% de la valeur d'un
contrat passé avec un entre-
preneur non enregistré doivent
être cédés pour honorer des
obligations sociales et 15 autres
pour cent doivent l'être pour
honorer des obligations fiscales.
La Commission européenne
estime que cette disposition est
contraire à la libre circulation des
services et cite la Belgique devant
la Cour européenne. Pensez-vous
que d'autres mesures soient
envisageables pour lutter contre
les pourvoyeurs de main
d'oeuvre?
02.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter, de
heer Tommelein verwijst naar de sociale en fiscale inhouding
wanneer men werken laat uitvoeren door een niet-geregistreerde
aannemer. De Europese Commissie betwist inderdaad al heel lang
het systeem dat wij hebben ingevoerd waarbij wie werkt met een niet-
geregistreerde aannemer 15% van de prijs, exclusief BTW, stort aan
de sociale zekerheid en 15% aan de fiscus. Het is een geheel logisch
systeem dat wij in België hebben, want dat verzekert ons eigenlijk
voor het geval die niet-geregistreerde aannemer aansprakelijk moet
worden gesteld.
De Europese Commissie vindt al een hele tijd dat dit een inbreuk is op
02.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: Il est exact que la
Commission européenne n'ap-
prouve pas ce système que le
gouvernement belge considère
comme une précaution
raisonnable. Mais elle néglige un
point important: un employeur qui
n'est pas établi en Belgique mais
qui n'a pas de dettes sociales et
dont les travailleurs disposent
d'une preuve de détachement
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
het vrije verkeer van diensten en stapt nu naar het Europees Hof van
Justitie. De Europese Commissie ziet nochtans een belangrijk feitelijk
element over het hoofd, te weten dat een niet in België gevestigde
werkgever die, ten eerste, geen sociale schulden heeft en ten tweede,
waarvan alle werknemers in het bezit zijn van een geldig
detacheringsbewijs het zogenaamde formulier 101 die sociale
inhouding van 15% niet hoeft te betalen.
Er doet zich dus eigenlijk geen probleem voor van vrij verkeer van
diensten voor werkgevers die niet in België gevestigd zijn, tenminste
wat de sociale inhouding betreft.
Wij hebben de Europese Commissie ondertussen daarvan al
overtuigd. De Europese Commissie betwist nu alleen nog maar het
belastinggedeelte van de inning voor het Hof van Justitie.
U zult begrijpen dat u zich, als u het daarover wilt hebben, bevindt op
het bevoegdheidsdomein van minister Didier Reynders. Wat die
kwestie betreft, wil ik dus verwijzen naar mijn collega voor Financiën.
valable n'est pas tenu au paiement
du prélèvement social.
Nous avons réussi à convaincre la
Commission européenne, du
moins pour ce qui regarde le
prélèvement social. Pour ce qui
regarde le prélèvement fiscal, je
vous renvoie au ministre des
Finances.
02.03 Bart Tommelein (VLD): Mijnheer de minister, als ik u goed
begrijp, is er op zich niet echt een probleem. Wij zien, samen met de
Belgische overheid, met vertrouwen de dagvaarding tegemoet voor
het Europees Hof van Justitie.
02.03 Bart Tommelein (VLD):
J'ai confiance en l'évolution du
dossier en ce qui concerne le volet
social.
02.04 Minister Frank Vandenbroucke: Wat het sociale gedeelte
betreft.
02.05 Bart Tommelein (VLD): Wat het sociale betreft.
Het probleem zit hem dus blijkbaar in het financiële luik. In de
commissie voor de Financiën zal ik die vraag stellen aan minister
Reynders.
02.05 Bart Tommelein (VLD):
J'interrogerai le ministre Reynders
en commission sur le volet fiscal.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Question de Mme Zoé Genot au ministre de l'Emploi et des Pensions sur "les titres-services tirant
03 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister van Werk en Pensioenen over "de dienstencheques
die de lonen drukken" (nr. P516)
03.01 Zoé Genot (ECOLO): Monsieur le président, ces derniers
temps, on a entendu M. Vandenbroucke se réjouir des emplois créés
par le système des titres-services. Ce matin, en découvrant le journal
"De Morgen", les nouvelles sont moins bonnes! La société Cleaning
Herentals va licencier 80 personnes à la fin du mois de juillet. Elles
pourront être réengagées au 1
er
août mais à condition qu'elles
acceptent une diminution de salaire horaire de 1,5 /heure. La société
en question licencie ainsi 80 personnes auxquelles elle proposera le
réengagement le lendemain, mais à un salaire horaire inférieur.
L'objectif des titres-services était excellent, à savoir permettre à toute
une série de personnes travaillant au noir d'entrer dans le secteur
"blanc", en leur assurant une meilleure sécurité sociale, une
couverture sociale, une couverture des accidents de travail et une
pension. L'objectif était bon mais la méthode utilisée a des effets
collatéraux assez négatifs. On sait que de nombreuses sociétés,
03.01 Zoé Genot (ECOLO):
Onlangs drukte minister
Vandenbroucke zijn tevredenheid
uit over het feit dat via de
dienstencheques jobs gecreëerd
worden. Nochtans konden we
vanochtend in De Morgen lezen
dat een schoonmaakbedrijf tachtig
medewerkers ontslaat tegen eind
juli. Ze zullen in augustus opnieuw
in dienst kunnen treden op
voorwaarde dat ze instemmen met
een loonsvermindering. Het
systeem van de dienstencheques
heeft dus schadelijke
neveneffecten. In de praktijk
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
CPAS, etc., remplacent leurs travailleurs "classiques", détenteurs de
véritables contrats de travail, par des travailleurs "titres-services"
beaucoup moins chers, même si ce n'est pas permis. Il semblerait
que, même si ces faits sont "signalés" à l'administration, aucun
contrôle n'est effectué.
En parallèle à une création d'emplois, on assiste à une destruction
d'emplois de qualité, remplacés par des emplois de titres-services
dont le salaire horaire est inférieur à celui du secteur du nettoyage qui
n'est pourtant déjà pas particulièrement mirobolant.
Monsieur le ministre, cette situation m'inquiète et je me demande
quelles mesures vous allez pouvoir mettre en oeuvre pour éviter ces
effets collatéraux totalement dommageables.
schrappen de werkgevers normale
banen om ze vervolgens te
vervangen door banen die worden
toegewezen in het kader van de
dienstencheques. In principe is dit
verboden. Wat zal u ondernemen
om de neveneffecten te
voorkomen?
03.02 Frank Vandenbroucke, ministre: Monsieur le président, Mme
Genot fait référence à un article paru dans "De Morgen" ce matin,
article qui comporte un certain nombre de contre-vérités manifestes.
L'ONEM a déjà réagi en indiquant très clairement que le système des
titres-services connaît un succès éclatant et que les propos tenus par
un de ses stagiaires, sous sa propre responsabilité, sont tout à fait
incorrects. Si vous le souhaitez, je peux parcourir tous les éléments.
Je commence par l'idée qu'il y aurait substitution d'emplois. La
réglementation interdit la substitution d'emplois, sauf si une
convention avec le ministre la permet à un certain degré. En ce qui
concerne le secteur concerné, c'est-à-dire les services organisés par
les autorités locales, j'ai déjà reçu une réaction de l'Association
flamande des villes et communes, selon laquelle aucune substitution
n'est constatée sur le terrain; elle ajoute vouloir utiliser le système des
titres-services pour élargir l'offre locale des services. Les informations
du journal "De Morgen" sont totalement incorrectes; l'ONEM et
l'Association flamande des villes et communes le confirment.
Certes, il faut aligner, harmoniser l'offre des services via les services
publics existants, par exemple les CPAS, et le système des titres-
services. En la matière, je suis en train de négocier une convention
avec les villes et communes. J'estime que la discussion pourra être
finalisée très prochainement. Je le répète, l'idée d'une substitution
massive est totalement incorrecte.
Toujours selon l'article de "De Morgen", il y aurait également
détérioration des conditions salariales et de travail.
En ce qui concerne le service public, je n'ai aucune indication. C'est
d'ailleurs totalement démenti par l'Association flamande des villes et
des communes. Quant au secteur privé, le régime traditionnel qui
organise les relations collectives de travail est de rigueur. Le salaire
est déterminé par la commission paritaire, qui est elle-même
déterminée par l'activité principale de l'employeur. Rien ne change.
Dès lors, je ne vois pas comment il se peut qu'un nouveau système
de financement, qui est une subvention destinée au consommateur,
peut ouvrir une brèche dans le système traditionnel des relations
collectives en Belgique.
Il est vrai qu'une discussion se tient au sujet d'une entreprise concrète
qui a été mentionnée - vous l'avez indiqué en vert dans l'article -, mais
il se fait que, moi-même, j'ai demandé d'ouvrir une enquête, parce
03.02
Minister Frank
Vandenbroucke: Het artikel in
"De Morgen" van vandaag bevat
manifeste onwaarheden.
De reglementering verbiedt het
vervangen van banen tenzij een
overeenkomst met de minister het
toelaat. Wat de diensten betreft
die georganiseerd worden door de
lokale overheden staat de
Vlaamse Vereniging van Steden
en Gemeenten ervoor borg dat er
geen enkele verschuiving gebeurt
en dat integendeel het aanbod
wordt uitgebreid. Het aanbod van
de diensten die door de bevoegde
overheden worden aangeboden,
zoals bijvoorbeeld door de
OCMW's, moet uiteraard worden
afgestemd op het stelsel van de
dienstencheques. Ik voer hierover
momenteel onderhandelingen.
Het artikel in "De Morgen" maakt
gewag van slechtere arbeids- en
loonvoorwaarden. Voor de
overheidsdiensten klopt dat
helemaal niet. In de particuliere
sector worden de arbeids-
voorwaarden, zoals vroeger,
bepaald door de paritaire comités
en verandert er dus niets.
Het klopt wel dat rond een bepaald
bedrijf vragen rezen. Ik heb een
onderzoek gelast, aangezien in dat
verband een klacht werd
ingediend. Een werkgever die een
overtreding begaat, kan de
erkenning die hem toelaat van
dienstencheques gebruik te
maken, verliezen. We hebben
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
que j'ai reçu une plainte d'une des organisations syndicales, qui a
constaté qu'il existait un problème du fait que des gens semblaient
être forcés d'accepter un salaire moins important. Et, tant au niveau
de l'ONEM, de la commission d'agrément des titres-services qu'au
niveau d'autres inspections sociales, si une infraction à la législation
sociale est détectée, cet employeur risque même de perdre son
agrément en ce qui concerne l'utilisation des titres-services. Pour le
reste, nous n'avons reçu, jusqu'ici, aucune plainte en la matière. Mais
nous sommes en train d'examiner cette plainte précise.
Ensuite a été émise l'idée qu'il s'agit de contrats peu valables. J'ai
effectué une enquête, comme j'en ai d'ailleurs parlé à la commission;
je ne vais donc pas répéter tous les chiffres. Il se fait qu'actuellement,
la moitié des contrats sont déjà des contrats à durée indéterminée -
ce qui est plus que prévu - et deux tiers des contrats offrent un emploi
au moins à mi-temps. Ce qui est aussi assez positif et étonnant.
Dernier élément, l'article du "Morgen" contient aussi une erreur de
calcul assez grotesque. On y dit que le système a créé 1.000 emplois.
La vérité est que, actuellement, de janvier à aujourd'hui, on compte
plus de 5.000 emplois créés par le système des titres-services, en
partant de l'hypothèse qu'il faut diviser le nombre d'heures prestées
par 80/mois comme durée moyenne du travail par mois. On peut donc
dire que plus de 5000 emplois ont déjà été créés par ce système. Ce
ne sont pas des emplois précaires, mais des contrats normaux de
travail. Par conséquent, je crois qu'il s'agit d'un succès éclatant!
slechts één klacht ontvangen.
Men heeft het over minder-
waardige arbeidsovereenkomsten.
De helft van de contracten is op dit
ogenblik al van onbepaalde duur
dat is meer dan verhoopt en
twee derde is ten minste halftijds.
"De Morgen" heeft het nog over
duizend nieuwe jobs, terwijl het in
werkelijkheid om meer dan
vijfduizend banen gaat. Dat is,
naar mijn mening, een enorm
succes.
03.03 Zoé Genot (ECOLO): Monsieur le président, le ministre ne
tient pas compte du fait que, dans le passé, des sociétés de
nettoyage faisaient partie de la commission paritaire "nettoyage" et
offraient leurs services avec un salaire supérieur. Quand un client a le
choix, il a tendance à s'adresser à la société de nettoyage qui
propose le service le moins cher. De ce fait, certaines sociétés sont
tentées de baisser les salaires.
Les résultats de votre enquête m'intéressent dans le cas précis de
Cleaning Herentals. J'espère que cette enquête sera réalisée
rapidement puisqu'il est question de licenciements le 31 juillet.
Votre façon de lire les chiffres m'interpelle. Soyons clairs! Quand on
sait que vous diminuez les compléments au temps partiel, on ne peut
pas dire que la situation des personnes ayant des contrats de moins
d'un tiers temps 30% soit enviable.
03.03 Zoé Genot (ECOLO): U
houdt geen rekening met het feit
dat schoonmaakbedrijven in het
verleden deel uitmaakten van het
Paritair Comité voor de
schoonmaak- en ontsmettings-
ondernemingen en dat ze hun
diensten met een hoger loon
aanboden. Als een klant de keuze
heeft is hij geneigd een beroep te
doen op het schoonmaakbedrijf
dat de goedkoopste dienst
aanbiedt.
Ik neem graag kennis van het
resultaat van uw onderzoek over
Cleaning Herentals, het schoon-
maakbedrijf waar het hier om gaat.
De toestand van de personen die
een derde van een volledige
arbeidsprestatie verrichten is niet
benijdenswaardig als men weet
dat u de aanvullende uitkering
voor deeltijdarbeid heeft
afgeschaft.
03.04 Frank Vandenbroucke, ministre: Je tiens à insister sur le fait
que l'employeur ne peut pas choisir une commission paritaire. La
commission paritaire est déterminée par l'activité et donc par la
substance même du travail! Si l'employeur organise du nettoyage, il
03.04
Minister Frank
Vandenbroucke: De werkgever
mag het paritair comité niet
kiezen. In voorkomend geval,
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
relève de la commission paritaire 121. Si l'activité est mixte mais les
activités doivent être réellement mixtes! , cela peut être une autre
commission paritaire. Je le répète, l'employeur ne peut pas choisir.
J'envoie l'inspection sociale pour vérifier ce que l'activité représente.
vraag ik aan de sociale inspectie
na te gaan of het gekozen paritair
comité wel bevoegd is voor de
activiteiten van het bedrijf.
03.05 Zoé Genot (ECOLO): On a privilégié le fait que les personnes
faisant partie du système des titres-services sont reprises dans la
commission paritaire des aides-familiales qui offre des salaires plus
bas. Je serais curieuse de voir les résultats d'une étude qui
examinerait de quelle commission paritaire relèvent majoritairement
les travailleurs dans le cadre des titres-services.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Wat er ook moge gebeure, mijnheer de minister, ik
wens u een goede vaart.
De vraag van de heer De Man zal straks worden beantwoord door
ofwel mevrouw Arena, ofwel de heer Dewael. Ik heb daarvoor contact
genomen met de fractieleider.
Le président: La ministre Arena
ou le ministre Dewael répondra à
la question posée par M. De Man
au premier ministre.
03.06 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Voorzitter, mag ik erop
aandringen dat een Vlaams minister mij antwoord geeft? Wat de PS
denkt over de zaak, weet ik natuurlijk.
03.06 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): Je souhaiterais que la
réponse soit donnée par un
ministre flamand; je connais le
point de vue du PS.
De voorzitter: Ik zal zien wie ik vind.
03.07 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Mij gaat het erom dat ofwel de
heer Verhofstadt, ofwel de heer Dewael antwoord geeft.
De voorzitter: Ik zal mijn best doen. La plus jolie fille du monde ne peut donner que ce qu'elle a.
04 Question de M. Jean-Pierre Malmendier à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la
04 Vraag van de heer Jean-Pierre Malmendier aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de hervorming van het hof van assisen" (nr. P509)
04.01 Jean-Pierre Malmendier (MR): Monsieur le président,
madame la ministre, ces derniers jours, la presse nous relate votre
volonté de réformer la cour d'assises ou du moins d'ouvrir un large
débat sur le sujet - débat annoncé sans tabous.
Il y serait question du maintien ou non de cette cour d'assises, de
l'implication de spécialistes au sein du jury ou d'un jury spécialisé ou
encore de la participation de spécialistes voire de magistrats lors des
délibérations. Plusieurs articles de presse font référence à
l'expérience du procès d'Arlon où certains magistrats et d'autres
acteurs ont établi des constats susceptibles de motiver la réflexion
que vous avez la volonté d'entamer.
Le fait aussi que les procès d'assises deviennent de plus en plus
nombreux et de plus en plus longs, le fait que les témoins sont de
plus en plus nombreux et augmentent le coût de la procédure
semblent motiver votre volonté d'ouvrir ce débat. Ce débat sera
emmené par un groupe de travail.
04.01 Jean-Pierre Malmendier
(MR): U kondigde aan dat u het
hof van assisen wil hervormen en
het debat hierover wil aangaan. Er
worden diverse denksporen
geopperd, met de bedoeling
specialisten in de jury zitting te
laten hebben of aan de
beraadslagingen van de jury te
laten deelnemen. Er vinden steeds
meer en steeds zwaardere
assisenprocedures plaats. Maar
waarom wil u dat debat voeren?
Hoe zal de werkgroep
samengesteld zijn? Wanneer moet
die werkgroep zijn verslag
overleggen?
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
J'aurai donc plusieurs questions à vous poser.
- Sont-ce là toutes les raisons pour lesquelles vous souhaitez ouvrir
ce débat?
- Qui composera le groupe de travail? Sans doute des magistrats, des
avocats, des juges du siège, mais y aura-t-il également d'autres
intervenants, notamment des professeurs d'université?
- Quand envisagez-vous que ce groupe de travail puisse remettre son
rapport?
04.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président,
effectivement, je pense que le temps est venu d'une réflexion globale
sur la cour d'assises. Il est important pour ce type de réforme
d'associer vraiment ceux qui, presque au quotidien, la font
fonctionner.
Comme vous le savez, pour l'année judiciaire prochaine, environ 668
dossiers potentiels sont susceptibles d'arriver devant nos cours
d'assises. C'est énorme! Régulièrement, je suis interpellée par les
différents arrondissements judiciaires, par les ressorts des cours
d'appel, pour me dire qu'ils sont étouffés par cette masse de dossiers
à traiter en cour d'assises. De plus, cela peut provoquer des lenteurs
de justice dans d'autres types de dossiers; en effet, au moins trois
magistrats assis sont réquisitionnés, sans tenir compte du ministère
public, pour cette procédure.
De plus, les avis sont très partagés sur la nécessité de maintenir
encore un jury populaire. Ne faut-il pas prévoir un appel devant la
cour d'assises, comme pour les autres cours et tribunaux? La
décision ne doit-elle pas être motivée? La représentativité des jurés
est-elle suffisante? Que devient la position des victimes? J'ai parlé de
ce dernier point dernièrement, notamment avec des assistants de
justice.
Ce débat est pour le moment très vif avec des positions très
tranchées dans un sens ou dans l'autre. Le moment est venu de
rassembler ces professionnels. Vous avez cité une série d'acteurs qui
pourraient faire partie du groupe; des assistants de justice en feront
partie. Je veux vraiment que toutes les parties au procès soient
représentées. Nous verrons si nous pouvons faire une proposition
globale d'ici la fin de l'année pour la réforme de la cour d'assises.
On verra les conclusions du groupe de travail mais, pour ce qui me
concerne, j'ai dit être favorable à des interventions de citoyens non
magistrats dans le cours de la justice. Cela existe en cour d'assises,
dans les tribunaux du travail ou dans les tribunaux correctionnels:
cela s'appelle l'échevinage. C'est une bonne chose que les citoyens
s'intéressent de cette manière à leur justice et au troisième pouvoir de
l'État. Cela peut aussi leur redonner confiance en cette institution
beaucoup trop décriée. Une réforme de ce type pourra montrer le
chemin pour cette meilleure implication des citoyens dans la justice.
04.02
Minister Laurette
Onkelinx: Er moet worden
nagedacht over alle facetten van
het hof van assisen. De
assisenprocedure kan het
gerechtelijk apparaat inderdaad
trager doen werken in andere
soorten dossiers. Maar het is
belangrijk dat alle betrokken
actoren hier daadwerkelijk aan
meewerken.
Over het behoud van een volksjury
zijn de meningen bovendien erg
verdeeld. De tijd is aangebroken
om die beroepsbeoefenaars rond
de tafel te brengen. Ik wil echt dat
alle betrokken partijen
vertegenwoordigd zijn.
Ik ben voorstander van het
inschakelen van niet-professionele
magistraten in de rechtsgang. Dit
kan onder andere het vertrouwen
van de burger in de rechterlijke
macht herstellen.
04.03 Jean-Pierre Malmendier (MR): Madame la ministre, je vous
remercie pour vos explications. Néanmoins, j'aimerais qu'un des
éléments importants de la cour d'assises reste présent lors des
travaux: c'est celui de l'implication véritablement démocratique du
peuple dans les procès. Tant à Liège qu'à Arlon, cet élément a été
04.03 Jean-Pierre Malmendier
(MR): Tijdens de werkzaamheden
zou ik graag één van de
belangrijke elementen van het hof
van assisen behouden zien, met
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
largement mis en avant et a contribué à reconstruire la confiance dont
notre institution judiciaire a besoin, ainsi qu'à apaiser très fortement la
révolte de certaines victimes. Dès lors, je souhaiterais que cet aspect
soit pris en considération dans les travaux auxquels vous participerez
à Paris.
name het feit dat het volk echt op
een democratische manier bij de
processen wordt betrokken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. Patrick Cocriamont à la vice-première ministre et ministre de la Justice et au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "la tournée du groupe raciste Sniper" (n° P510)
05 Vraag van de heer Patrick Cocriamont aan de vice-eerste minister en minister van Justitie en aan
de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken over "de tournee van de racistische groep
Sniper" (nr. P510)
05.01 Patrick Cocriamont (FN): Monsieur le président, madame la
ministre, je vous informe de la tournée du groupe Sniper. Cette
tournée musicale aura lieu à partir du 17 juillet et débutera à Dour à
l'occasion du festival. Ce groupe est connu pour son racisme anti-
Français, pour ses appels au meurtre de ministres et de policiers. Il
est également connu pour faire l'apologie des viols collectifs et pour
friser l'antisémitisme.
Je fais appel ici à la loi Glinne-Moureaux, bien que cette loi soit une loi
liberticide. Elle empêche, par exemple, toute discussion sur les sujets
raciaux.
Pour illustrer mon propos, je voudrais citer quelques paroles des
chansons de ce groupe.
En ce qui concerne l'appel au meurtre de ministres: "On est tous
chauds pour exterminer les ministres".
En ce qui concerne l'appel au meurtre des policiers: "Ils ont foutu la
haine, ils auront le feu. Il faut les brûler, il faut les pendre, il faut les
jeter dans la Seine. Ils puent le porc sous leur uniforme".
En ce qui concerne la banalisation des viols collectifs: "Il y a des
meufs graves, nymphomanes, qui se font tourner par plus de 20 mecs
dans les caves".
Ce groupe appelle à la guerre raciale contre les Français: "La France
est une garce, il faut la niquer. Il faut changer les lois, remplacer les
ministres par des noirs et des arabes. Nous sommes armés jusqu'aux
dents, il faut leur faire la guerre. Nous sommes ici pour tous les
niquer".
Ce groupe veut implanter chez nous la guerre israélo-palestinienne.
Dans leur chanson "Jeteurs de pierres", on peut entendre:
"Palestiniens dans les rues. Israéliens dans les bus. Rappelons-nous
les attentats dans les autobus. Frère, il faut venger les tiens".
Madame la ministre, allez-vous autoriser ce groupe à diffuser son
message de haine? Allez-vous permettre que la Belgique serve de
base arrière au racisme anti-Français?
05.01 Patrick Cocriamont (FN):
Ik informeer u over de tournee van
de groep Sniper. De groep staat
algemeen bekend voor zijn anti-
Frans racisme en zijn oproepen tot
het vermoorden van ministers en
politieagenten. De bewuste groep
werpt zich eveneens op als
voorstander van collectieve
verkrachtingen en zweemt naar
antisemitisme. De groep wil het
Palestijnse conflict hier invoeren.
Zal u hem zijn haatdragende
boodschap laten verkondigen en
hem toestaan België als
uitvalsbasis voor het anti-Frans
racisme te gebruiken?
05.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, en termes
de compétences institutionnelles, il appartient au collège des
05.02
Minister Laurette
Onkelinx: Het college van
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
bourgmestre et échevins de faire la police administrative à l'occasion
de spectacles et d'intervenir s'il estime qu'un groupe, quel qu'il soit,
peut éventuellement troubler l'ordre public. Il appartiendra aux
autorités communales compétentes de prendre les dispositions qui
s'imposent dans le respect de l'autonomie communale.
Par ailleurs, en ce qui concerne des infractions à quelque loi que ce
soit qui pourraient être commises à l'occasion de cette tournée, il
appartiendra aux autorités judiciaires, en premier lieu, de poursuivre
ces infractions, si tant est qu'elles soient commises.
Pour ce qui me concerne, en règle générale, j'ai toujours condamné la
haine raciale, sous quelque forme que ce soit, qu'elle soit proférée
par des partis ou par d'autres intervenants.
burgemeester en schepenen moet
de rol van administratieve politie
op zich nemen bij evenementen,
en indien nodig ingrijpen. Het is in
de eerste plaats de gerechtelijke
overheid die overtreders moet
vervolgen. Zelf verwerp ik iedere
vorm van rassenhaat, ongeacht
wie zich eraan bezondigt, politieke
partijen of anderen.
05.03 Patrick Cocriamont (FN): Madame, j'espère que vous
communiquerez ces informations aux bourgmestres et qu'ils
prendront les décisions voulues.
05.03 Patrick Cocriamont (FN):
Ik hoop dat u dit zal meedelen aan
de burgemeesters en dat zij de
gevraagde beslissingen zullen
nemen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: Chers collègues, il s'agissait de la première intervention de M. Cocriamont.
Dit was de eerste keer dat de heer Cocriamont het woord nam.
06 Question de Mme Colette Burgeon à la ministre de la Fonction publique, de l'Intégration sociale, de
la Politique des grandes villes et de l'Egalité des chances sur "l'encombrement du réseau associatif
par des personnes exclues du système de soins" (n° P522)
06 Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen over "het verenigingsnetwerk dat overspoeld wordt
door mensen die van de gezondheidszorg worden uitgesloten" (nr. P522)
06.01 Colette Burgeon (PS): Monsieur le président, madame la
ministre, vous n'ignorez certainement pas que, le mardi 13 juillet, les
médias ont répercuté dans leurs colonnes et sur leurs ondes, le
rapport de MSF Belgique, plus spécifiquement en ce qui concerne
l'accès aux soins de santé en Belgique.
Au-delà de certaines critiques qui pourraient paraître injustes, ce
rapport de MSF reprend des statistiques relatives aux soins de
première ligne et soulève certainement de légitimes interrogations. La
loi garantit une aide médicale aux personnes en situation illégale, aux
demandeurs d'asile et, a fortiori, à tous les Belges. Selon MSF, il
semblerait que les fonctionnaires ne connaissent pas nécessairement
complètement la loi ou qu'ils ne l'appliquent pas correctement. MSF
dénonce la complexité et la diversité des procédures ainsi que le
manque d'information des patients quant à l'accès aux soins.
Madame la ministre, il faudrait peut-être prévoir des intermédiaires qui
joueraient le rôle de "facilitateurs" entre les différents intervenants
(CPAS, dispensateurs de soins, etc.), car c'est parfois un véritable
parcours du combattant. Il faut savoir que la législation comprend des
zones d'ombre, qu'il y a un manque de coordination dans les soins
médicaux prodigués aux émigrés illégaux au sein des CPAS, ce qui
entraîne un système disparate et incertain, variable d'une commune à
l'autre. Nous n'ignorons pas que de plus en plus de personnes sont
06.01 Colette Burgeon (PS): De
media hebben het verslag van
Artsen zonder Grenzen België
uitvoerig behandeld. Dit verslag
bevat statistische gegevens over
de eerstelijnszorg die AZG in haar
centra aanbiedt en formuleert een
aantal bedenkingen. De wet
waarborgt het recht op medische
hulp voor de illegalen, voor de
asielzoekers en voor alle Belgen.
Volgens AZG zijn de ambtenaren
blijkbaar niet noodzakelijk volledig
op de hoogte van de wetgeving of
passen ze haar niet correct toe.
Misschien ware het aangewezen
bemiddelaars aan te duiden die de
samenwerking tussen de
verschillende actoren (OCMW's,
zorgverleners, enz.) zouden
kunnen vergemakkelijken. Is het
niet mogelijk de procedures te
vereenvoudigen en te zorgen voor
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
en marge de notre société pour des raisons généralement
économiques. Ces personnes sont fragilisées et démunies face aux
administrations.
Madame la ministre, mes questions sont les suivantes:
1. Ne serait-il pas possible de simplifier les procédures et d'imposer
une plus grande cohérence entre les différents CPAS de notre pays?
2. A défaut ou en complément, ne serait-il pas souhaitable de
rappeler aux acteurs concernés (patients, médecins, pharmaciens,
responsables des CPAS) quelles sont les procédures à suivre?
3. Ne serait-il pas utile de prendre une initiative en vue d'améliorer
l'information en cette matière?
meer coherentie tussen de diverse
OCMW's in ons land? Is het niet
wenselijk om de betrokken actoren
te wijzen op de procedures die ze
moeten volgen? Moet er geen
initiatief genomen worden om de
opleiding op dit vlak te verbeteren?
06.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, madame
Burgeon, vous me permettrez de lire la réponse de Mme Arena.
Tout d'abord, la modification légale apportée par la loi-programme
conduit à une simplification administrative importante. La personne
qui séjourne illégalement sur le territoire et qui a droit à l'aide
médicale urgente peut désormais s'adresser au CPAS de sa
résidence et non plus au CPAS de son ancien code 207. Ainsi, non
seulement le problème des nombreux conflits de compétence entre
les CPAS a été réglé, mais les procédures à suivre par l'intéressé ont
également été simplifiées et clarifiées afin d'optimaliser l'accès aux
soins de santé.
Je rappelle que l'article 57, § 2 de la loi organique des CPAS du 8
juillet 1976 stipule que "par dérogation aux autres dispositions de la
présente loi, la mission du CPAS se limite à l'octroi de l'aide médicale
urgente à l'égard d'un étranger qui séjourne illégalement dans le
Royaume."
Les définitions exactes ont ensuite été déterminées par l'arrêté royal
du 12 décembre 1996. Dans ce cadre, une attestation médicale
préalable est en effet nécessaire puisque, sur la base de ces
dispositions légales, l'aide médicale urgente concerne l'aide qui revêt
un caractère exclusivement médical et urgent. Cette aide peut couvrir
des soins de nature tant préventive que curative. Il appartient donc au
médecin de se prononcer sur l'opportunité du suivi médical, tout en
laissant bien entendu ouverte la possibilité d'un suivi régulier d'une
pathologie chronique.
L'aide médicale urgente concerne donc uniquement les personnes qui
séjournent illégalement sur le territoire. Les personnes bénéficiant
d'un droit de séjour régulier ont accès à l'aide sociale comme prévu
évidemment à l'article 57 de la loi de 1976. Je me permets de le citer
également: "Le CPAS a pour mission d'assurer aux personnes et aux
familles l'aide due par la collectivité. Il assure non seulement une aide
palliative ou curative, mais encore une aide préventive. Cette aide
peut être matérielle, sociale, médicale, médico-sociale ou
psychologique".
Je vous rappelle que la semaine dernière, Mme Arena a, entre autres,
rencontré des représentants de "Médecins Sans Frontières" dans un
cadre particulièrement constructif. Elle souhaite poursuivre le dialogue
pour mieux garantir l'effectivité du droit aux soins pour chacun, quelle
que soit sa situation administrative ou financière, en promouvant des
collaborations entre acteurs concernés par l'accès à l'aide médicale
06.02
Minister Laurette
Onkelinx: Staat u me toe dat ik
het antwoord van mevrouw Arena
voorlees.
De programmawet brengt een
wetswijziging aan die leidt tot een
aanzienlijke administratieve
vereenvoudiging.
Ik wijs er u trouwens op dat artikel
57, §2, van de organieke wet van
de OCMW's van 8 juli 1976
bepaalt dat de opdracht van het
OCMW beperkt blijft tot het
toekennen van dringende
medische hulp aan een
vreemdeling die illegaal in ons
land verblijft.
De precieze definities werden
vastgelegd in het koninklijk besluit
van 12 december 1996. In dat
verband is een voorafgaand
wettelijk attest noodzakelijk,
aangezien het om dringende
medische hulp gaat. De arts
oordeelt over de noodzaak van
een medische follow-up, van
preventieve of curatieve aard, of
zelfs over de noodzaak van de
regelmatige behandeling van een
chronische aandoening.
Die hulpverlening betreft dus enkel
illegalen. Wie legaal in ons land
verblijft, kan immers een beroep
doen op maatschappelijke
dienstverlening, overeenkomstig
artikel 57 van de wet van 1976,
waarbij de OCMW's verplicht zijn
personen maatschappelijke
bijstand te verlenen. Die
palliatieve, curatieve of
preventieve hulp kan van
materiële, sociale, medische of
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
urgente. Si nécessaire, une circulaire sera préparée à cet effet.
psychologische aard zijn.
Vorige week sprak minister Arena
met Artsen zonder Grenzen. Zij zal
de dialoog voortzetten om
eenieder het recht op verzorging te
garanderen, ongeacht de admi-
nistratieve of financiële status van
de betrokkene, en daarbij samen-
werkingsverbanden tussen de
betrokken actoren aanmoedigen.
Zo nodig zal een omzendbrief
worden opgesteld.
06.03 Colette Burgeon (PS): Madame la ministre, ce qui a été
décidé dans la loi-programme est important. Cela permettra
certainement de diminuer les statistiques des trois centres MSF qui
ont accueilli pas mal de consultations l'année passée. Ce qui importe,
c'est de poursuivre le dialogue, mais surtout de donner les
informations précisément aux personnes les plus démunies qui n'en
disposent pas toujours.
A mes yeux, cette information est très importante et transmettre ce
qui figure dans la loi-programme aux différents intervenants cités
dans ma question constituerait une initiative des plus adéquates.
06.03 Colette Burgeon (PS):
Wat met de programmawet beslist
werd is belangrijk, en zal gunstige
gevolgen hebben voor de
statistieken van de drie centra van
Artsen zonder Grenzen, waar vorig
jaar heel wat mensen op consult
zijn gekomen. De dialoog moet
zeker worden voortgezet, maar er
moet vooral informatie verstrekt
worden, inzonderheid aan de
allerarmsten, die die informatie
vaak niet hebben.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Vraag van de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
over "de betrekkingen tussen de Heilige Stoel en de Gewesten" (nr. P511)
07 Question de M. Bart Laeremans au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères sur
"les relations entre le Saint-Siège et les Régions" (n° P511)
07.01 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, uw Vlaamse evenknie, mevrouw Patricia
Ceysens, heeft onlangs de ambassadeurs aangeschreven met een
reeks vragen over wat zij vinden van Vlaanderen. Zij heeft een
merkwaardig antwoord gekregen van de pauselijke nuntius. Hij zou
letterlijk hebben geschreven dat het Vaticaan alleen betrekkingen
onderhoudt met het Koninkrijk België. Dat is een heel duidelijke
miskenning van de federale instellingen in dit land, van de Grondwet
en van de verdragrechtelijke internationale bevoegdheden van
Vlaanderen en de deelstaten. Wat erger is, is het feit dat in die brief
ook nog stond, en ik citeer: "Voor ons is de eenheid van België van
vitaal belang. Er moet een einde komen aan alle separatistische
tendensen. De monarchie heeft daarbij een onvervangbare rol als
integrerende kracht". Dat konden we gisteren lezen in
Het Laatste Nieuws.
Mijnheer de minister, dit is zeer verregaand. Dit is niets minder dan
een inmenging in de politieke werking van dit land en in het politieke
debat. Dit is absoluut het laatste dat men kan verwachten van een
buitenlandse ambassadeur.
Ik heb daarom de volgende vragen. Hebt u via Vlaams minister
07.01 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): A la suite d'une enquête
effectuée à la demande de la
ministre flamande, Mme Ceysens,
sur l'opinion que les ambas-
sadeurs ont de la Flandre, le
nonce apostolique a répondu que
le Vatican n'entretient de relations
qu'avec le royaume de Belgique,
précisant que l'unité de la Belgique
revêt une importance cruciale, qu'il
faut renoncer aux tendances
séparatistes et que la monarchie a
un rôle essentiel à jouer dans ce
contexte. Cette réponse ne
témoigne pas seulement d'une
méconnaissance de notre
Constitution, de nos institutions et
de la compétence internationale
des Régions, mais constitue de
surcroît une ingérence
inopportune, par un ambassadeur
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
Ceysens kennis gekregen van deze uitlatingen? Wat hebt u intussen
gedaan om de pauselijke nuntius op de hoogte te stellen van onze
federale staatsstructuur? Hoe reageert u op de politieke inmenging
van deze ambassadeur?
étranger, dans nos affaires
intérieures.
Le ministre a-t-il connaissance de
l'initiative de Mme Ceysens? Que
compte-t-il faire pour informer le
nonce de la structure fédérale de
l'Etat? Comment réagit-il à cette
immixtion?
07.02 Minister Louis Michel: Mijnheer de voorzitter, collega's, in
antwoord op uw vraag kan ik u meedelen dat ik eveneens uit de pers
heb vernomen dat Vlaams minister Ceysens aan de in Brussel
aanwezige diplomatieke vertegenwoordigingen een enquête heeft
gestuurd met betrekking tot het imago van Vlaanderen.
Het betrof hier een autonoom initiatief van de Vlaamse minister. De
Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken was hierbij op geen
enkele wijze betrokken of hierover geïnformeerd. Het stond de
pauselijke nuntius vrij al of niet te antwoorden op deze enquête. Er is
mij trouwens niets meer bekend over de manier waarop de pauselijke
nuntius heeft gehandeld dan hetgeen ik in de pers heb gelezen. Ik
acht het niet wenselijk verder op dit voorval in te gaan.
Wat uw vraag betreft of aan het Vaticaan werd uitgelegd hoe België
institutioneel in elkaar steekt, dien ik te antwoorden dat het aan elke
diplomatieke vertegenwoordiging toekomt zich op een geëigende
wijze te informeren over het land waarin deze is geaccrediteerd.
07.02 Louis Michel, ministre:
L'enquête en question procède
d'une initiative de la ministre
flamande. Le nonce apostolique
avait toute liberté de répondre ou
non. J'ai appris le contenu de sa
réponse par la presse et j'estime
qu'il n'est pas souhaitable de
s'appesantir sur la question. Il
appartient par ailleurs à chaque
représentation diplomatique de
s'informer sur le pays où elle est
accréditée.
07.03 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, u
hebt op een ietwat omslachtige manier geantwoord dat u helemaal
niets te maken hebt met dit incident en dus helemaal niet hoeft te
reageren. Ik vind dit heel pijnlijk.
U zou waarschijnlijk heel anders hebben gereageerd indien het over
een Waals minister, zoals bijvoorbeeld Charles Michel, zou gaan.
07.03 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): En réalité, le ministre
répond qu'il n'est pas concerné et
qu'il n'y a donc pas lieu de réagir.
Il en serait autrement s'il s'agissait
d'un ministre wallon.
07.04 Minister Louis Michel: Absoluut niet. Ik zou in geen enkel
geval op een andere manier antwoorden op een dergelijke vraag.
07.04 Louis Michel, ministre:
Pas du tout.
07.05 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Ik vrees dat er, indien
Charles Michel dit zou hebben voorgehad, een reprimande zou zijn
geweest van huidig vice-eerste minister Michel.
U hebt in het verleden bij dit soort zaken nooit de kaart van
Vlaanderen getrokken. Wij hebben dan ook niets liever dan dat u zo
snel mogelijk uit deze regering vertrekt en bijvoorbeeld naar Europa
gaat. Vlaanderen heeft aan u helemaal geen boodschap en is u
helemaal niets verschuldigd.
07.05 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Et s'il s'agissait de Charles
Michel? Jamais le ministre ne
soutient la Flandre. Nous ne
demandons pas mieux qu'il quitte
rapidement le gouvernement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Ludo Van Campenhout aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie over
"de omzetting van richtlijnen inzake de scheepvaart" (nr. P520)
08 Question de M. Ludo Van Campenhout au ministre de la Mobilité et de l'Economie sociale sur "la
transposition de directives relatives à la navigation" (n° P520)
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
08.01 Ludo Van Campenhout (VLD): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, na de scheepsrampen met onder meer de Erika
en de Prestige hecht Europa terecht nog meer belang aan de
veiligheid van het scheepvaartverkeer. In die zin werden dan ook een
aantal richtlijnen uitgevaardigd voor preventie van milieuvervuiling en
voor scheepvaartveiligheid in het algemeen.
Het is natuurlijk belangrijk dat alle landen deze richtlijnen opvolgen en
dat de veiligheid van de scheepvaart geen concurrentie-element wordt
tussen de Europese landen. In die zin is een snelle omzetting van de
richtlijnen belangrijk. Het is jammer dat ons land achterloopt wat de
omzetting van de richtlijnen betreft, in zoverre zelfs dat voor een
bijzondere richtlijn, zijnde de veiligheidsvoorschriften bij het laden en
lossen van bulkschepen, de commissie officieel een klacht heeft
neergelegd bij het hof van justitie tegen België. Voor drie andere
richtlijnen omtrent de veiligheid van het passagiersverkeer, de
voorschriften voor monitoring van schepen met gevaarlijke goederen
en dergelijke, kwam er een waarschuwing.
Mijnheer de minister, wat is de reden van de achterstand en kan niet
worden gewerkt aan een inhaalbeweging. U hebt dat trouwens reeds
gedaan in andere domeinen.
08.01 Ludo Van Campenhout
(VLD): A la suite de récentes
catastrophes maritimes, l'UE a
édicté une série de directives en
matière de prévention de la
pollution de l'environnement et
d'amélioration générale de la
sécurité de la navigation. Il est
regrettable que la transposition de
ces directives par la Belgique se
fasse attendre. La Commission
européenne a même déposé une
plainte officielle auprès de la Cour
de Justice concernant la directive
en matière de chargement et de
déchargement de vraquiers.
Comment expliquez-vous ce
retard? Peut-il encore être
comblé?
08.02 Minister Bert Anciaux: Mijnheer de voorzitter, collega's, het is
inderdaad juist dat de omzetting van richtlijnen in het nationaal recht
niet altijd correct of tijdig gebeurt. Ik geef dat eerlijk toe. Ik erken het
probleem. Er zijn daarvoor heel wat redenen, zoals bijvoorbeeld de
complexiteit van de materie, het feit dat vaak verschillende ministers
betrokken zijn, dat aan de Gewesten en Gemeenschappen om advies
moeten gevraagd worden en soms ook omwille van personeelstekort
op de administratie.
Ik heb bij mijn aanstelling de opdracht gegeven om de achterstand
terzake weg te werken, daarbij en dat geef ik eerlijk toe gesteund
door de eerste minister die ons voortdurend attent maakte op deze
aangelegenheid. Inmiddels werd er een forse achterstand
weggewerkt. De voorbije maanden werden drie richtlijnen omgezet en
er liggen er drie klaar die deze maand nog zullen verschijnen in het
Belgisch Staatsblad. Voorts werden nog drie andere richtlijnen voor
advies overgemaakt aan de Gewesten.
Concreet, de richtlijn in verband met de veiligheid rond het laden en
lossen van bulk werd reeds omgezet in nationaal recht - een
sanctionering door Europa is op dat vlak dus overbodig geworden
en dat is opgenomen in het koninklijk besluit van 19 maart 2004. De
twee andere richtlijnen waarnaar u verwees, met name 2003/75/EG
en 2002/84/EG, zullen binnen twee weken in het Staatsblad
verschijnen. De richtlijn 2002/59/EG is overgemaakt, maar daar is de
betrokkenheid van de Gewesten noodzakelijk. Ik wacht op dit ogenblik
op het advies van de Gewesten daarover. De achterstand wordt
ingehaald en er is een sterke verbetering van de situatie.
08.02 Bert Anciaux, ministre:
Les directives ne sont pas toujours
transposées à temps; je reconnais
l'existence du problème. Diverses
raisons peuvent expliquer ces
retards: la complexité de la
matière, la répartition des
compétences et le manque de
personnel. Lors de mon entrée en
fonction, j'ai chargé les services,
avec le soutien du premier
ministre, de combler le retard.
La directive en matière de
chargement et de déchargement
sûrs de vraquiers a été transposée
par l'arrêté royal du 19 mars 2004.
Une sanction serait donc
superflue. La transposition des
directives 2003/75/CE et
2002/84/CE sera publiée dans
deux semaines au Moniteur belge.
Enfin, nous attendons l'avis des
Régions en ce qui concerne la
directive 2002/59/CE.
08.03 Ludo Van Campenhout (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik dank
de minister voor zijn antwoord en de inspanningen die hij inmiddels
heeft geleverd. Ik erken dat de adviezen van de Gewesten vaak
vertragend werken. Met betrekking tot de zeewetgeving is dat wel
bijzonder omdat hierbij slechts een Gewest is betrokken. Dat kan
misschien in andere fora worden opgelost.
08.03 Ludo Van Campenhout
(VLD): L'avis des Régions peut en
effet ralentir la procédure mais en
l'occurrence une seule Région est
concernée.
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Dirk Claes aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie over "de
TreinTramBusdag in 2004" (nr. P521)
09 Question de M. Dirk Claes au ministre de la Mobilité et de l'Economie sociale sur "la Journée Train-
Tram-Bus en 2004" (n° P521)
De voorzitter: Mijnheer Claes, het zal u misschien genoegen doen te vernemen dat de allereerste
TreinTramBusdag onder Herman De Croo als minister van Verkeerswezen plaatsvond.
09.01 Dirk Claes (CD&V): Mijnheer de minister, u zult zich wellicht
herinneren dat ik vorig jaar op 27 juli 2003 de vraag heb gesteld of in
2003 een TreinTramBusdag zou doorgaan. U hebt geantwoord dat
het niet meer zou lukken voor 2003. Toen kon u uw voorgangster,
mevrouw Durant, met alle zonden van Israël beladen. Dat zal
vandaag niet lukken. Huidig kamervoorzitter De Croo heeft dat
initiatief opgestart toen hij minister was. We zouden graag de
twintigste verjaardag van de TreinTramBusdag kunnen vieren.
Mijnheer de minister, het is opnieuw juli. Naar verluidt zou de
TreinTramBusdag gepland zijn voor 19 september, een datum die
met rasse schreden nadert. Indien u reeds zekerheid had dat de
TreinTramBusdag kon doorgaan, had u het wellicht reeds in de pers
verkondigd, wat mij volkomen normaal lijkt.
Geruchten bereiken ons dat vooral de NMBS niet echt happig is om
het initiatief te ondersteunen. Wat is een TreinTramBusdag echter
zonder de medewerking van de NMBS!
Mijnheer de minister, kunt u vandaag uitdrukkelijk bevestigen of de
TreinTramBusdag met medewerking van alle actoren zal plaatsvinden
op zondag 19 september, zodat alle chiro- en scoutsgroepen en jonge
gezinnen kunnen kennismaken met de diverse openbare
vervoersmiddelen. Vooral voor jeugdigen is het dikwijls een eerste
contact met het openbaar vervoer, waardoor ze later meer gebruik
willen maken van het openbaar vervoer.
09.01 Dirk Claes (CD&V): L'an
dernier, le 27 juillet, le ministre
chargeait encore son prédéces-
seur de tous les péchés d'Israël
parce que la journée annuelle
train-tram-bus n'avait pu être
organisée. Aujourd'hui, l'été est à
nouveau bien entamé et à ma
connaissance, on n'annonce nulle
part la journée train-tram-bus qui
devrait normalement avoir lieu le
19 septembre. Selon certaines
rumeurs, la SNCB ne serait pas
enthousiaste à l'idée de soutenir
cette initiative. Est-il acquis que la
journée train-tram-bus sera
organisée cette année-ci?
09.02 Minister Bert Anciaux: Mijnheer de voorzitter, collega's, de
vraag over de TreinTramBusdag was de eerste vraag die ik als
federaal minister te beantwoorden kreeg.
(...): ...en nu de laatste.
09.03 Minister Bert Anciaux: Wie zal het zeggen, collega.
De voorzitter: Wait and see.
09.04 Minister Bert Anciaux: Die beslissing ligt niet in mijn handen.
Mijnheer de voorzitter, collega's, ik steek niet onder stoelen of banken
dat ik ongelukkig was over het feit dat een TreinTramBusdag in 2003
niet kon plaatsvinden.
Inmiddels zijn alle voorbereidingen getroffen; alle partners zijn rond de
tafel gebracht; iedereen is klaar om op 19 september de nieuwe
TreinTramBusdag te organiseren.
09.04 Bert Anciaux, ministre:
L'an dernier, j'étais mécontent que
la journée train-tram-bus ne puisse
avoir lieu. Cette année, nous nous
sommes concertés avec les
acteurs concernés et tout le
monde est prêt. Cependant, il est
exact que la SNCB n'est pas
encore disposée à y prêter son
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
Ik geef toe dat de geruchten die u hebt opgevangen, juist zijn. De
NMBS is op dit ogenblik nog niet geneigd om haar toezegging te
geven. We proberen dat probleem op te lossen. Ik kan niet geloven
dat er binnen de NMBS mensen zouden zijn die de TreinTramBusdag
niet mee wensen te organiseren. Het is immers een immense
promotie voor de NMBS en het geheel van het openbaar vervoer. Op
dit ogenblik is er echter nog een probleem met de NMBS.
De TreinTramBusdag op zichzelf in geen probleem. Er bestaat echter
een aantal spanningen waarin de TreinTramBusdag gebruikt wordt.
Laat dat in alle eerlijkheid duidelijk zijn.
Ik heb het probleem ondertussen wel kunnen oplossen door, los van
alle andere problemen, de garantie te hebben dat, indien wij met een
bedrag van 200.000 euro over de brug komen, de NMBS
gegarandeerd zal meewerken. Dat heb ik daarjuist nog kunnen
bekomen bij de grote baas van de NMBS.
Ik kan u in ieder geval zeggen dat de regering en mijn collega Johan
Vande Lanotte alles zullen doen om de TreinTramBusdag in 2004
mee te laten organiseren. Alles is klaar. Ik had u vandaag heel graag
aangekondigd dat ik met heel veel zekerheid het evenement zou laten
doorgaan. Dat kan ik vandaag niet. Ik hoop dat dit nieuws heel snel
officieel zal kunnen worden aangekondigd.
concours. Toutefois, je ne puis
croire qu'aux chemins de fer,
personne ne soit prêt à participer à
l'organisation de cette journée
train-tram-bus qui est pourtant une
magnifique vitrine publicitaire pour
le train.
Il existe cependant certaines
tensions et l'on se sert de la
journée train-tram-bus dans ce
cadre. Le gouvernement dégagera
200.000 euros pour garantir la
coopération de la SNCB. Nous
ferons tout ce qui est en notre
pouvoir pour que la journée train-
tram-bus puisse avoir lieu en
2004. J'espère que je pourrai vous
annoncer bientôt officiellement la
participation de la SNCB à
l'organisation de cet événement.
09.05 Dirk Claes (CD&V): Mijnheer de minister, met mijn vraag heb
ik u enigszins geholpen. Misschien is er iets losgekomen bij de NMBS
dat tot nu toe nog niet zo ver stond. Wij hebben immers ook onze
informatiebronnen bij de NMBS, die ons vertelden dat de NMBS
absoluut niet wou meewerken en dat er een bedrag van 700.000 euro
mee zou zijn gemoeid om de zondagstreinen te laten rijden en om de
extratreinen met personeel, enzovoort in te zetten. De NMBS zou
evenmin happig zijn geweest met het voorstel dat voorlag.
Hopelijk hebben wij u met deze vraag wat verder geholpen. Het is
echt wel spijtig dat u vandaag nog altijd niet kunt bevestigen dat de
NMBS haar medewerking heeft toegezegd. Wij hopen vooral dat de
trein-, tram- en busgebruikers even vlot zullen kunnen overstappen
als u binnenkort zult doen.
09.05 Dirk Claes (CD&V):
J'espère avoir quelque peu aidé le
ministre en posant ma question.
La mise en service de trains
supplémentaires le dimanche
coûterait 700.000 euros et la
SNCB n'était pas disposée à
collaborer. Elle s'est tout de même
montrée entre-temps plus conci-
liante. J'espère que, lors de la
journée TTB, les passagers
pourront prendre leur correspon-
dance aussi facilement que le
ministre changera prochainement
d'exécutif.
09.06 Minister Bert Anciaux: Ik hoop dat ik dat nog veel beter zal
kunnen doen.
De voorzitter: Mijnheer Anciaux, ik zeg u wat ik ook aan de heer Vandenbroucke heb gezegd. Wat er ook
moge gebeuren, ik wens u een goede vaart.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Question de M. Joseph Arens au ministre des Finances sur "le transfert de bâtiments aux zones de
10 Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister van Financiën over "de overdracht van gebouwen
aan de politiezones" (nr. P517)
10.01 Joseph Arens (cdH): Monsieur le ministre, vous connaissez
bien la problématique du transfert des anciens bâtiments de
10.01 Joseph Arens (cdH): De
kwestie van de overdracht van de
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
gendarmerie aux zones de police, bâtiments qui devaient initialement
être transférés sans compensation financière. Aujourd'hui, vous savez
que cela pose pas mal de problèmes dans une série de zones et que
des recours sont introduits auprès de votre administration. L'Union
des villes et communes n'hésite pas à titrer: "Transfert des bâtiments:
les voies de recours ont-elles un sens?" Pourquoi? Tout simplement,
parce que la lettre de réponse est quasiment une lettre-type, quel que
soit le problème vécu par les communes.
Je souhaiterais connaître le pourcentage de recours qui se clôturent
par une réévaluation. Je voudrais aussi savoir pourquoi on en est
arrivé à une réponse-type qui ne tient même plus compte des
problèmes soulevés par les zones.
vroegere rijkswachtgebouwen aan
de politiezones blijft voor
problemen zorgen. Op de
bezwaarschriften antwoordt uw
administratie met een typebrief.
Hoeveel bedraagt het percentage
bezwaren dat aanleiding geeft tot
een herziening?
Waarom verzendt men bij wijze
van antwoord typebrieven en gaat
men niet in op de aangekaarte
problemen?
10.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur Arens, un arrêté du 9
novembre 2003 fixe l'ensemble de la procédure, avec une possibilité
de recours pour les zones de police dans un délai de trente jours. Il
existe plusieurs types de situations. Des dossiers sont en cours
d'examen à la Régie des Bâtiments lorsque des zones de police
contestent l'ampleur des transferts. Par exemple, les logements de
fonction en font-ils partie ou non? C'est toujours en cours de
traitement.
Ensuite, d'autres questions relèvent plus du cadastre, des comités
d'acquisition. Vous y faites allusion, un certain nombre de zones de
police contestent - ce qui n'est évidemment pas de ma compétence ni
de celle de mon administration - le choix du législateur dont vous
faites partie. Le législateur a insisté pour que l'on aille vers une
évaluation de la valeur de construction et non pas de la valeur vénale.
Une série de zones de police contestent le fait que l'on n'ait pas
retenu la valeur vénale. Effectivement, pour toutes ces zones, la
réponse qui a été adressée directement par l'administration est que le
débat doit porter sur la valeur de construction et non sur la valeur
vénale. On peut comprendre les hésitations ou les problèmes que
cela peut poser, mais c'est le choix qui a été fait. Et l'arrêté l'a
confirmé également.
Pour ce qui concerne les valeurs de construction, le traitement des
dossiers est toujours en cours. On a déjà expliqué à un certain
nombre de zones les critères qui avaient été retenus pour estimer la
valeur de construction. Ce que je peux vous dire, c'est que,
normalement - probablement encore la semaine prochaine, sinon lors
de la première semaine de septembre - l'administration du cadastre
devrait me faire parvenir comme à mon collègue de l'Intérieur et au
ministre du Budget une situation de l'ensemble - je ne dirais même
pas des recours, parce que, bien souvent, ce ne sont pas des recours
formels - des questions qui ont été adressées. On me dit qu'il y en a
quelques dizaines. Nous aurons l'occasion, au mois de septembre, de
faire le point à la fois sur le traitement des dossiers par la Régie des
Bâtiments et par les comités d'acquisition. Je répondrai donc aux
questions que vous m'avez posées sur les estimations et les
pourcentages dès ce moment-là. Je veux surtout vous dire que la
plupart des zones ont contesté le choix de la valeur de construction.
Mais, cela, c'est contester la loi et l'arrêté. Là, je ne puis répondre
autrement qu'en vous renvoyant aux textes légaux et réglementaires.
10.02 Minister Didier Reynders:
Het koninklijk besluit van 9
november 2003 legt de gehele
procedure vast. Er kunnen zich
verschillende situaties voordoen:
ofwel betwisten de politiezones de
omvang van de gebouwen, ofwel
gaat de discussie over de handels-
waarde terwijl ze reglementair
gezien over de bouwwaarde moet
gaan. De dossiers over de
bouwwaarden zijn in behandeling
en de toegepaste criteria werden
toegelicht. In de loop van
september zullen we het geheel
evalueren.
Le président: Merci, monsieur le vice-premier, pardon, monsieur le ministre!
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
10.03 Minister Didier Reynders: Niet te vlug!
Le président: C'était un lapsus, je n'en dirai pas plus!
10.04 Joseph Arens (cdH): Monsieur le président, je remercie le
ministre pour cette réponse. Je reviendrai sur ce dossier en temps
voulu. J'espère que les zones de police pourront s'y retrouver dans
ces opérations d'évaluation ou de réévaluation et que l'on pourra
trouver des accords sérieux entre votre département et les zones de
police concernées.
10.04 Joseph Arens (cdH): Ik zal
dus te gelegener tijd op deze
kwestie terugkomen. Uw
departement en de politiezones
moeten betrouwbare akkoorden
afsluiten.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de M. Daniel Bacquelaine au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'agrément de candidats spécialistes" (n° P518)
11 Vraag van de heer Daniel Bacquelaine aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over
"de erkenning van kandidaat-specialisten" (nr. P518)
11.01 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, ma question porte sur l'agrément des candidats spécialistes
en chirurgie. Vous savez que la spécialisation en chirurgie dure 6 ans,
période au cours de laquelle les candidats doivent présenter un
programme de stage sous l'autorité d'un maître de stage dit
"coordinateur" mais aussi dans le cadre d'une tutelle, d'un
accompagnement par la commission d'agrément en chirurgie. Cette
commission, qui est un organisme officiel, est composée d'un certain
nombre de représentants des universités et des organismes
professionnels de chirurgie. Elle est chargée de donner un avis positif
ou négatif sur la formation de ces candidats spécialistes en chirurgie
et, notamment, de procéder à une évaluation sous la forme d'un test
de connaissances à l'issue de cette formation.
Il me revient, et des chirurgiens se sont exprimés la semaine dernière
dans le journal "Le Soir" sur cette question, que certains candidats
chirurgiens auraient reçu un agrément de votre part, monsieur le
ministre, alors même que la commission se serait prononcée de
manière négative sur ces cas individuels.
Je pense que la plupart des patients qui recourent à un chirurgien le
font dans un climat de confiance. Il m'apparaît évidemment
nécessaire que l'agrément dont disposent ces chirurgiens ne soit
entaché d'aucune suspicion ou d'aucun doute qui viendrait ternir cette
confiance. C'est la raison pour laquelle je souhaite obtenir des
précisions de votre part sur le rapport de ces cas d'agrément.
11.01 Daniel Bacquelaine (MR):
De kandidaat-chirurg specialiseert
zich gedurende zes jaar onder
toezicht van zijn stagemeester en
de erkenningscommissie voor
chirurgie, die na afloop een positief
of negatief advies uitbrengt. De
krant "Le Soir" berichtte dat
kandidaten ondanks een negatief
advies van de commissie door u
werden erkend. Het is van belang
dat de erkenning in een klimaat
van vertrouwen wordt verkregen.
11.02 Rudy Demotte, ministre: Monsieur le président, monsieur
Bacquelaine, je vais être court. Les chambres d'agrément font
effectivement leur office en travaillant par spécialité et en agréant ou
pas.
Cela étant dit, je suis un peu surpris de l'attitude d'aucuns dans la
presse puisque vous savez qu'il existe aussi un niveau de recours
pour ceux qui auraient eu un avis négatif. Ce niveau de recours, qui
est lui-même constitué de personnes désignées par les universités et
par les corps professionnels, a effectivement donné raison, c'est-à-
dire a donné un avis favorable, à ceux qui avaient introduit le recours.
11.02 Minister Rudy Demotte:
De verantwoordelijke organen
doen hun werk. Ik ben verrast door
de persberichten omdat tegen een
negatief advies beroep kan
worden aangetekend.
Men had de redenen die in dit
geval worden aangevoerd, kunnen
onderzoeken alvorens de geloof-
waardigheid van de minister in
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
Le ministre a suivi cela et je m'étonne que ceux-là mêmes qui font
partie du système, qui connaissent bien les mécanismes de recours,
ne se soient pas inquiétés des motifs ayant conduit à donner un avis
en sens opposé au leur, au détriment de la crédibilité du ministre.
twijfel te trekken.
11.03 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le ministre, j'ose croire,
évidemment, que les éléments de réponse que vous me donnez sont
l'exacte réalité des choses. Dans ce cas, il m'apparaît qu'une mise au
point de votre part est absolument indispensable, au-delà même de la
réponse que vous avez bien voulu me donner. Ce qui m'importe, c'est
l'indice de confiance que la population peut avoir par rapport à la
formation des chirurgiens auxquels elle se confie. Il ne peut pas
subsister de doute quant à cette matière. Il me semble donc
nécessaire que les choses soient très claires pour tout le monde dans
ce domaine extrêmement délicat.
11.03 Daniel Bacquelaine (MR):
Toch dient u orde op zaken te
stellen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Mijnheer De Man, mevrouw Arena is om medische redenen verhinderd. Dat verklaart ook
waarom zij haar vraag van daarstraks door mevrouw Onkelinx heeft laten beantwoorden. Het antwoord op
uw vraag ligt hier bij minister Demotte. U kan uw vraag aan minister Demotte stellen, die namens minister
Arena zal antwoorden.
11.04 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, als ik
de beslissing van gisteren juist gelezen heb, is er een vergadering van
het kernkabinet geweest, waarbij drie ministers verantwoordelijkheid
dragen in het megaplan Antiracisme. Dat zijn mevrouw Onkelinx voor
Justitie, mevrouw Arena en de heer Dewael. Nu is mijn vraag waarom
de heer Dewael hier niet minstens zijn plicht komt vervullen, als de
eerste minister het dan al niet wil doen? Ik had mijn vraag eigenlijk
graag gesteld aan de voorzitter van het kernkabinet, de heer
Verhofstadt.
De voorzitter: De heer Dewael is voor het ogenblik verhinderd. U heeft misschien gezien dat ik een tijd
bezig was met een aantal nota's en met het bij mij vragen van mensen die in mijn plaats contact kunnen
opnemen met de ministers. Mevrouw Onkelinx is voor het ogenblik aanwezig in de Senaat. Ik kan haar wel
laten roepen.
11.05 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Maar mijnheer Dewael is
blijkbaar...
De voorzitter: Ik kan hem op dit moment niet hier krijgen. Ik zou dan ook willen vragen of u het antwoord
wil aanvaarden van...
11.06 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, stel ik
dan mijn vraag?
De voorzitter: Ja, stel uw vraag aan de heer Demotte.
11.07 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Ik wil u het leven niet lastig
maken.
De voorzitter: Dat is een goed begin voor de laatste dag van het jaar.
12 Vraag van de heer Filip De Man aan de eerste minister over "het tienpuntenplan tegen racisme"
(nr. P508)
12 Question de M. Filip De Man au premier ministre sur "le plan `en dix points' contre le racisme"
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
12.01 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, het is
toch allemaal niet ernstig. Ik heb een vraag voor de eerste minister. Ik
begrijp dat hij kan delegeren naar een van de drie bevoegde
ministers, maar als er van die drie niemand wil komen dan zijn wij een
rare gang aan het gaan.
Mijnheer Demotte, ik heb gehoord dat u een halve Vlaming bent.
Gisteren werd op het kernkabinet de beslissing genomen om een
megaplan te ontwikkelen om het racisme te bestrijden. Dat is een van
de vele grootse plannen van de heer Verhofstadt en co. Ik denk niet
dat er nog veel mensen van die megaplannen wakker liggen. Er zijn
echter twee elementen die mij enigszins doen opkijken, mijnheer de
minister. Ten eerste, het feit dat men er in de toekomst voor zal
zorgen dat de postbedeling en zelfs de bedeling door privé-bedrijven
van onze drukwerken niet meer zal kunnen. Ten tweede, bovendien
zal men de wetgeving zo wijzigen dat degenen die voor zogenaamd
racisme worden veroordeeld hun politieke rechten verliezen. De
kopstukken van het Vlaams Blok zouden dus niet meer kunnen
kandideren.
Mijnheer de voorzitter, met uw toestemming citeer ik kort uit La Libre
Belgique van vanmorgen. Dan kunt u mij niets verwijten.
12.01 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): Je puis comprendre que le
premier ministre s'en remette pour
les réponses à un ministre
compétent, mais aucun des trois
ministres compétents n'est
présent, ce qui est tout de même
un peu fort.
Le cabinet restreint a examiné hier
un plan global de lutte contre le
racisme. Je m'étonne tout de
même de deux éléments de ce
plan. Il est notamment prévu
d'empêcher la distribution de nos
imprimés, tant par La Poste que
par des entreprises privées. Par
ailleurs, toute personne condam-
née pour racisme serait déchue de
ses droits politiques.
De voorzitter: Buiten het Belgisch Staatsblad heb ik geen voorliefde voor een of andere krant.
12.02 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Zelfs niet voor La Libre
Belgique. Ik dacht u enigszins te paaien. Wat staat in La Libre
Belgique?
"La mise en oeuvre de la suspension des droits publics et politiques
pour tout qui est reconnu coupable de délit raciste. Ainsi, dans
l'avenir, un mandataire de l'extrême droite pourrait se voir déchu de
ses droits".
Het is dus wel degelijk de bedoeling om de vertegenwoordigers van
wat men dan extreem rechts noemt hun politieke rechten af te nemen.
Dus, mijnheer de minister, had ik graag van u geweten of dat een
correcte lezing is die ik hier breng van het plan dat gisteren in het
kernkabinet is besproken.
12.02 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): Comme on peut le lire
dans "La Libre Belgique", cette
mesure vise clairement à
empêcher les représentants de
partis dits d'extrême droite d'être
candidats aux élections.
Le ministre peut-il préciser la
portée des mesures qui ont ainsi
été approuvées?
12.03 Minister Rudy Demotte: Ik zal u het antwoord van het kabinet
van mevrouw Arena voorlezen. Naar aanleiding van de recente daden
van agressie tegen personen uitsluitend omwille van hun afkomst,
hebben de ministers van Justitie, Binnenlandse Zaken en Gelijke
Kansen tien richtlijnen voorgelegd aan de kern om de strijd tegen het
racisme, het antisemitisme en de vreemdelingenhaat te versterken.
De doelstellingen zijn duidelijk: enerzijds vooroordelen voorkomen en
anderzijds het racistisch geweld en het aanzetten tot haat beteugelen.
In dit opzicht baseert het plan zich op het regeerakkoord en geeft de
aanzet tot twee wetswijzigingen. Eerst en vooral moet er een
wettelijke basis komen opdat een overheidsbedrijf zoals De Post niet
medeplichtig kan worden aan de verspreiding van racistisch drukwerk.
Ten tweede moet de bijkomende straf worden uitgebreid die gericht is
op de intrekking van de politieke en burgerrechten in geval van
veroordeling wegens racisme en antisemitisme. Deze straf is van
12.03 Rudy Demotte, ministre: A
la suite de plusieurs agressions
récentes d'inspiration raciste, les
ministres de la Justice, de
l'Intérieur et de l'Egalité des
Chances ont soumis au cabinet
restreint un plan d'action
poursuivant un double objectif:
prévenir les préjugés et réprimer
les violences racistes, en
conformité absolue avec l'accord
de gouvernement.
Ce plan prévoit deux modifications
de loi. Une base légale doit être
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
toepassing op ambtenaren. Het is logisch dat ze eveneens van
toepassing is op de politieke verantwoordelijken onder wier gezag de
personeelsleden in het openbaar ambt werken. Ik moet hier nog
preciseren dat de goedkeuring van een nieuwe straf geen
terugwerkende kracht zal hebben.
créée pour éviter que les
entreprises publiques puissent se
rendre complices de la diffusion
d'imprimés à caractère raciste. En
outre, la peine infligée en cas de
condamnation pour racisme ou
antisémitisme est étendue au
retrait des droits politiques et civils
et s'applique aux fonctionnaires
ainsi qu'à leurs responsables
politiques. Cette modification
n'aura toutefois pas d'effet
rétroactif.
12.04 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Wat een geluk. Mijnheer de
voorzitter, de minister bevestigt hier wel degelijk dat het de bedoeling
is om het De Post en de privé-bedrijven die zich bezighouden met de
bedeling van drukwerk onmogelijk te maken om ons drukwerk nog te
verdelen. U bevestigt, mijnheer de minister, met de glimlach op de
lippen dat er inderdaad een wetgeving komt die gelukkig - niet
retroactief is. U moet zich geen zorgen maken, collega's, retroactief
gaat men die wet niet doorduwen. Dat is ooit gebeurd maar deze keer
gaat men min of meer legistiek serieus doen. Men gaat in de
toekomst proberen onze politieke rechten af te nemen. De boodschap
is duidelijk, wij zullen ze mijnheer Demotte, het zal u weinig kunnen
schelen in Wallonië in Vlaanderen alleszins aan de bevolking
meegeven. Als dat trouwens een antwoord is op wat precies een
maand geleden gebeurd is op 13 juni, wel, dan wens ik u veel plezier
want de Vlamingen gaan dat natuurlijk niet pikken.
12.04 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): Le ministre confirme notre
interprétation : le but est de nous
empêcher d'encore diffuser nos
imprimés et de nous priver de nos
droits politiques. Nous en
informerons la population. Les
Flamands n'accepteront pas cette
mesure.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de winkelopeningsuren op zondag" (nr. P519)
13 Question de Mme Trees Pieters à la ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et
de la Politique scientifique sur "les heures d'ouverture des magasins le dimanche" (n° P519)
De voorzitter: Mevrouw Laruelle, minister van Middenstand en
Landbouw, zal antwoorden, als u akkoord bent.
Le président: La ministre Laruelle
répondra.
13.01 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, in eerste
instantie ga ik er niet mee akkoord dat mevrouw Laruelle antwoordt
op mijn vraag. Ik heb die vraag gericht aan mevrouw Moerman en ik
wou dat mevrouw Moerman hier was om op mijn vraag te
antwoorden.
13.01 Trees Pieters (CD&V): Je
ne suis pas d'accord que la
ministre Laruelle réponde à la
question que j'ai posée à la
ministre Moerman.
De voorzitter: Mevrouw Laruelle zegt mij dat het haar bevoegdheid
betreft en niet die van mevrouw Moerman.
Le président: La ministre Laruelle
affirme que votre question relève
de sa compétence.
13.02 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik weet dat het
de bevoegdheid is van mevrouw Laruelle, maar ik wou mevrouw
Moerman daarover ondervragen, omdat zij in Gembloux en achteraf,
ook in de kranten, een heel duidelijk standpunt heeft ingenomen
omtrent de openingstijden en het winkelen op zondag. Ik vraag
mevrouw Moerman om op mijn vraag te antwoorden. Ik ken het
standpunt van mevrouw Laruelle. Voor een keer zitten wij op dezelfde
13.02 Trees Pieters (CD&V): Je
tiens absolument à interroger la
ministre Moerman au sujet des
déclarations qu'elle a faites dans
la presse au lendemain du Conseil
des ministres spécial de
Gembloux concernant les heures
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
golflengte. Zij moet dat standpunt dus niet herhalen. Er zijn drie
bevoegde ministers en mevrouw Moerman spreekt zich heel duidelijk
uit.
d'ouverture des magasins et leur
ouverture le dimanche. Je connais
la position de Mme Laruelle.
De voorzitter: U maakt het mij moeilijk. Als een onbevoegde minister
antwoordt, dan krijg ik opmerkingen van de kamerleden. Ik kan dat
begrijpen, maar als een bevoegde minister antwoordt, dan krijg ik ook
opmerkingen. Het wordt voor mij niet gemakkelijk.
Le président: L'usage veut que ce
soit le ministre compétent qui
réponde!
13.03 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb, na
beraadslaging, van mijn fractie heel duidelijk de opdracht gekregen
om de vraag te stellen aan mevrouw Moerman. Om 11 uur
vanmorgen was de vraag ook aan haar gericht.
De voorzitter: Mevrouw Pieters, ik heb mevrouw Moerman niet bij de hand. De bevoegde minister is hier
wel aanwezig. Ik denk dat u uw vraag aan haar moet stellen.
13.04 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, daarmee ga ik
niet akkoord. Ik wil de vraag stellen aan mevrouw Moerman.
De voorzitter: De minister die niet bevoegd is, vraagt aan de bevoegde minister om te antwoorden,
mijnheer Tant. Dat lijkt mij normaal.
13.05 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, de gewoonte in ons
Huis is dat de vraagsteller de minister die hij of zij wil ondervragen,
aanduidt. Als de minister inderdaad oordeelt dat zij zelf niet kan of wil
antwoorden, dan kan zij aan een collega vragen om te antwoorden.
13.05 Paul Tant (CD&V): Mais
c'est l'auteur de la question qui
décide à quel ministre il adresse
sa question.
Le président: Mme Laruelle répondra au nom de qui elle croit devoir répondre, et d'abord en son nom.
13.06 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik ben de
vraagsteller en ik heb in dezen het eerste en het laatste woord. Ik
vraag u na te gaan of mevrouw Moerman kan komen.
13.06 Trees Pieters (CD&V): Je
demande au président de vérifier
si la ministre Moerman peut nous
rejoindre.
De voorzitter: Als u dat wilt, dan zal ik dat doen in de loop van de namiddag. U wenst dus niet dat mevrouw
Laruelle op uw vraag antwoordt?
13.07 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik kan aan
mevrouw Laruelle in deze context alleen vragen wat er in Gembloux
beslist is over de wijziging van de openingsuren en het winkelen op
zondag, wat er beslist is na beraadslaging en consultatie en wat er in
het rapport staat van de drie betrokken ministers, mevrouw Van den
Bossche, mijnheer Vandenbroucke en mevrouw Laruelle. Komt er
een betere en coherente regelgeving? Wat houdt dat in? Wat is de
timing? Alleen die vragen kan ik aan u stellen, mevrouw de minister.
Ik had een aantal andere vragen voor mevrouw Moerman.
13.07 Trees Pieters (CD&V): A la
ministre Laruelle, je puis
seulement demander ce qui a été
décidé à Gembloux et à l'issue des
diverses consultations, ce que
contient le rapport des trois
ministres compétents et ce qu'on
entend par une réglementation
plus cohérente, et quand cette
réglementation plus cohérente
entrera en vigueur.
De voorzitter: Het is alvast een goed begin.
13.08 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, dit soort
commentaar behoort niet tot uw normale werk.
De voorzitter: Mijnheer Tommelein, u kunt de heer Tant niet doen zwijgen. Ik heb er al veel moeite mee!
13.09 Minister Sabine Laruelle: Na het beraad van Gembloux heb ik 13.09 Sabine Laruelle, ministre:
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
een ruime raadpleging gehouden van het geheel der professionele en
interprofessionele federaties. Het betreft de federaties die erkend zijn
binnen de Hoge Raad der Zelfstandigen en KMO's. Ook de drie
verenigingen van steden en gemeenten en de gewestministers belast
met toerisme werden bij de raadpleging betrokken. Mijn collega van
Werk heeft een gelijkaardige actie ten overstaan van de Nationale
Arbeidsraad ondernomen. De minister belast met Consumentenzaken
heeft van haar kant de Consumentenraad geraadpleegd. Dit alles
gebeurde in uitvoering van het regeerakkoord en naar aanleiding van
de Ministerraad van Gembloux. Het geheel van de geraadpleegde
actoren spreekt zich uit ten gunste van het behoud van de huidige
wetgeving, zo blijkt althans.
De wetgeving moet dus worden aangepast: zo wordt ze meer
samenhangend. Het betreft onder meer de criteria en de procedure
van de erkenning van de toeristische centra en ook de openingsuren.
Dit is wat ik althans nuttig acht te doen. Ik bevestig derhalve mijn
verklaringen die in de pers zijn verschenen. De regering heeft nog
geen enkele maatregel genomen en dit punt komt niet op de raad van
20 juli, maar begin september 2004.
Conformément à l'accord de
gouvernement, j'ai consulté, au
lendemain du Conseil des
ministres de Gembloux, les diffé-
rentes fédérations profession-
nelles et interprofessionnelles
reconnues par le Conseil
Supérieur des Indépendants et
des PME, les trois Unions des
villes et communes et les
ministres régionaux en charge du
tourisme. Le ministre de l'Emploi a
consulté le CNT et la ministre de
la Protection de la consommation,
le Conseil des consommateurs.
Toutes les parties concernées
sont favorables au maintien de la
législation actuelle mais souhaitent
plus de cohérence en ce qui
concerne les critères et la
procédure d'agrément des centres
touristiques et en ce qui concerne
les heures d'ouverture. C'est
l'objectif que je me suis fixé. Je
confirme mes déclarations parues
dans la presse. Le gouvernement
n'a pas encore pris de mesures.
Ce point figure à l'ordre du jour du
Conseil des ministres de début
septembre, et non du 20 juillet.
De voorzitter: Mevrouw de minister, u moet proberen dit zonder papier te doen, tenzij u citaten aanhaalt. Ik
zal er in de toekomst over waken.
13.10 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik ken het
antwoord van de minister. Uit de pers weet ik dat dit onderwerp niet
op de agenda komt van 20 juli 2004 en is verschoven naar aanleiding
van onenigheid tussen de coalitiepartners.
Ik moet toch opmerken, mijnheer de voorzitter, dat u hier mag zeggen
wat u wil, maar dat mevrouw Moerman niet heeft nagelaten om in de
pers duidelijk over deze problematiek commentaar te geven. Ik
herhaal wat deze morgen in een krant stond: zij zal niet opleggen dat
de winkels 24 uur op 24 uur openblijven. Dat is voor mij geen
geruststelling, want ik vraag mij af wanneer de zelfstandigen nog
moeten slapen. In die zin wilde ik haar vragen wat zij dan wel wil.
Ik hoor van mevrouw Laruelle dat er voor die regelgeving criteria rond
toeristische centra zullen worden uitgewerkt. Dat weten wij al,
mevrouw de minister: men zal het begrip "toeristische centra"
uitbreiden. Ik vrees hiervoor en vraag u hierover bijzonder waakzaam
te zijn zodat dit niet gebeurt in functie van een aantal burgemeesters
en gemeenten van uw partij of van de VLD.
Dat moet op fundamentele criteria gebaseerd zijn, zoals toeristische
centra. Sommige steden hebben niets te maken met toerisme, en wil
men toch bepaalde winkels laat openhouden.
13.10 Trees Pieters (CD&V):
Cette réponse, j'avais déjà pu en
prendre connaissance dans la
presse. La ministre Moerman a
toutefois formulé un commentaire
à ce sujet qui ne rassure
nullement les indépendants. Je
crains que l'élargissement de la
notion de centre touristique ne soit
pas fondé sur des critères
objectifs. J'aimerais que la
ministre Moerman apporte des
éclaircissements à cet égard.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
Mijnheer de voorzitter, als er volgende week nog vergaderingen zijn,
dan behoud ik mij het recht voor om minister Moerman daarover voort
te ondervragen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Ik wilde een voorstel doen in verband met een ander onderwerp, maar ik merk dat u het
woord vraagt, mijnheer De Crem.
13.11 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, vanmorgen
heb ik vóór 11.00 uur contact opgenomen met uw diensten, met de
bede en het verzoek om te weten of minister Moerman in deze
vergadering aanwezig zou zijn. De diensten van de Kamer
verzekerden mij ervan dat minister Moerman er zou zijn.
Ik zie hier echter op dit moment dat een vraag, die aan minister
Moerman is gesteld, beantwoord wordt door minister Laruelle, die in
die aangelegenheid eigenlijk niets te zeggen heeft, omdat de vraag
niet aan haar is gericht.
Ik vind dat u er akte van moet nemen dat dit niet kan. Dit heeft geen
enkele zin. Wij hebben minister Moerman door de gangen zien
schrijden van dit Parlement. Ik kan ze gaan halen! Ik kan ze hier
binnenhalen!
13.11 Pieter De Crem (CD&V):
Les services de la Chambre m'ont
assuré ce matin que Mme
Moerman serait présente. Elle est
présente à la Chambre, mais
refuse de répondre à cette
question.
De voorzitter: Ik zal contact opnemen met mevrouw Moerman.
13.12 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, als u contact
wilt opnemen, dan stel ik u voor dat het antwoord van minister
Laruelle geschrapt wordt uit het verslag en dat de vraag van mevrouw
Pieters beantwoord wordt door de minister aan wie de vraag was
gericht.
Minister Reynders, ik zie dat u veel lacht, maar u lacht groen, want in
oktober zult u niet veel meer moeten lachen. U zult vanuit de oppositie
moeten lachen. Dat zal nog eens wat anders zijn.
Mijnheer de voorzitter, u kunt het in elk geval niet toelaten dat vragen
worden gesteld over verklaringen in de pers aan ministers die fysiek
aanwezig zijn op 20 meter van uw stoel, maar die omwille van een of
ander manoeuvre niet komen antwoorden. Ik zeg u dat, want aan het
eind van deze plenaire vergadering moet er een dankwoord worden
uitgesproken omtrent de werkzaamheden van het voorbije jaar.
Lach nog maar eens, mijnheer Reynders, maar wij zullen lachen in
oktober. Lach maar blauw.
Mijnheer de voorzitter, ik neem mij het recht voor om het dankwoord
dat uitgesproken moet worden namens dit halfrond, in te trekken naar
aanleiding van wat u doet met uw ambt van voorzitter. Dus, ofwel belt
u nu mevrouw Moerman en komt zij antwoorden, ofwel...
13.12 Pieter De Crem (CD&V):
Le président ne peut accepter
cela, sinon je me verrai contraint
de reconsidérer les remerciements
que je comptais lui adresser tout à
l'heure. Je propose de rayer dans
le rapport la réponse de Mme
Laruelle et de la remplacer par
celle de Mme Moerman.
De voorzitter: Mevrouw Pieters heeft haar vragen gesplitst. Ze heeft
vragen specifiek aan minister Laruelle gesteld en ze heeft gezegd dat
ze nog andere vragen had voor minister Moerman. Ik zal proberen
minister Moerman tot hier te laten komen om te antwoorden op deze
Le président: Les questions de
Mme Pieters sont adressées aux
deux ministres. Je demande à
Mme Moerman de répondre à la
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
vragen.
partie de la question qui la
concerne.
13.13 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik neem u op
uw woord dat u tijdens deze vergadering nog, minister Moerman naar
de Kamer doet komen.
De voorzitter: Ik zal mijn best doen.
13.14 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, dat is een
staaltje van typische tsjevenstreken! Ik heb mijn vragen niet
opgesplitst! Ik wilde mijn vraag aan minister Moerman stellen, maar ik
moest ze aan minister Laruelle stellen. Welnu, ik houd mij het recht
voor om, liefst vandaag nog, mijn vraag opnieuw te stellen, ditmaal
aan minister Moerman.
13.14 Trees Pieters (CD&V): Je
me suis vue contrainte de
subdiviser ma question, mais je
me réserve le droit de reposer la
question à Mme Moerman.
13.15 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Ik kan mij alleen maar
aansluiten bij collega De Crem. U bent de enige beschermer van de
oppositie tegen de meerderheid. U moet de kwaliteit van de Kamer
bewaken. Wij hebben hetzelfde hier ook meegemaakt. We wilden
vandaag een vraag stellen aan eerste minister Verhofstadt.
Aanvankelijk zou deze vraag door minister Dewael beantwoord
worden en vervolgens werd ze doorgeschoven naar minister Onkelinx
die op haar beurt minister Demotte laat komen om erop te
antwoorden.
Dat is geen kwalitatief parlementair werk meer. U zou dat moeten
verhinderen, mijnheer de voorzitter.
Ik herinner mij nog zeer goed dat andere voorzitters en sommigen
onder hen zijn hier aanwezig die absoluut nooit zouden hebben
aanvaard.
Dat is geen parlement waardig. U moet ervoor zorgen dat
parlementsleden slechts een excuus van een minister moeten horen,
met name dat hij in het buitenland is. U moet zich hieraan strikt
houden, maar als u dat niet doet, dan wordt het hier een soort
praatbarak waarvan ik eigenlijk liever geen deel zou uitmaken.
13.15
Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): Il appartient au
président de protéger l'opposition
contre la majorité. Il doit veiller à
ce que la seule excuse acceptée
soit celle des obligations à
l'étranger.
13.16 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, het is altijd zo
geweest dat de bevoegde minister het antwoord geeft. Het is altijd zo
geweest.
13.16 Didier Reynders, minister:
(...)
Je pense que l'on doit continuer de la même manière. Lorsqu'une
question est posée sur une matière déterminée, il appartient bien
entendu au ministre compétent ou, si vous préférez, dont la matière
entre dans ses attributions de donner la réponse. Que des questions
soient posées au premier ministre, c'est une chose. Mais je préviens
déjà - parce que je perçois l'agitation de fin de session que si des
questions me sont posées, par exemple, en matière de justice, je
vous communiquerai qu'il appartient à Mme Onkelinx de vous
répondre. Ici, je peux comprendre tout ce que l'on peut tenter
d'imaginer, mais il est normal, si des questions sont adressées à un
membre du gouvernement, que ce soit le membre du gouvernement
compétent pour cette matière qui réponde. S'il y a des questions
spécifiques relevant de la compétence de Mme Moerman, elle viendra
donner une réponse.
Dat er vragen gesteld worden aan
de eerste minister is één ding. De
bevoegde minister moet
antwoorden. Zo is het altijd
gegaan. Als er vragen zijn
waarvoor mevrouw Moerman
bevoegd is, zal ze die komen
beantwoorden.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
De voorzitter: De heer De Crem krijgt het woord. Daarna zal ik een ander voorstel doen.
13.17 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wacht even,
er moeten nog veel voorstellen komen.
Ten eerste, ik reken erop dat mevrouw Moerman nog tijdens het
vragenuurtje in het halfrond verschijnt. Ik heb uw engagement
genoteerd.
Ten tweede, de heer Lano heeft, na een blijkbaar lang uitgelopen
diner van de VLD-fractie, het woord minus habens in de mond
genomen.
13.17 Pieter De Crem (CD&V):
J'escompte que Mme Moerman
nous rejoindra encore pendant
l'heure des questions.
13.18 Pierre Lano (VLD): (...).
13.19 Pieter De Crem (CD&V): De metafoor of het epitheton minus
habens is echt van toepassing op de VLD. Het zal de mini habenti
votanti zijn, namelijk de minder hebbende stemmen van de VLD die
wellicht nog een beetje moeilijk liggen.
De voorzitter: Ik wens, buiten dit incident dat ik goed heb beluisterd,
dat deze laatste vergadering vóór het reces goed zou kunnen
verlopen. Daarom stel ik voor dat er nu in zaal 1 een Conferentie van
voorzitters wordt gehouden om de werkzaamheden voor vandaag te
kunnen bepalen.
Le président: Dans le souci du
bon déroulement de la réunion, je
propose de convoquer maintenant
la Conférence des présidents.
13.20 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
gaat dat over het incident dat is gecreëerd door de voorzitter van de
commissie voor de Justitie, de heer Borginon, naar aanleiding van de
moslimverkiezingen? Gaat het daarover?
De voorzitter: Het gaat over het geheel van de nog hangende en de te komen ontwerpen.
13.21 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Het gaat dus over alle
ontwerpen in hun globaliteit en niet alleen over dat probleem?
De voorzitter: Het is 15.50 uur. Ik beleg nu de Conferentie van voorzitters en schors de zitting voor een
kwartier.
Mes chers collègues, chefs de groupe et autres, il y aura une Conférence des présidents à la salle 1 dans
cinq minutes.
De vergadering is geschorst.
La séance est suspendue.
De vergadering wordt geschorst om 15.50 uur.
La séance est suspendue à 15.50 heures.
De vergadering wordt hervat om 16.17 uur.
La séance est reprise à 16.17 heures.
De vergadering is hervat.
La séance est reprise.
14 Eloge funèbre
14 Rouwhulde
14.01 Le président (devant l'Assemblée debout): 14.01 De voorzitter (voor de staande Assemblee):
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
M. William Dumazy, Premier Président de la Cour des
comptes, est décédé le vendredi 9 juillet 2004 à l'âge
de 57 ans.
Au terme de ses humanités à l'athénée de Tournai,
William Dumazy obtient un doctorat en droit à
l'Université de Liège en 1970.
Entré à la Cour des comptes de Belgique en 1970, en
qualité d'auditeur adjoint, M. Dumazy fut nommé
conseiller de la chambre française en 1986 et
Président de ladite chambre en 1992. Après le départ
à la retraite du Baron Van de Velde, il fut nommé
Premier Président en novembre 2000.
Ses qualités professionnelles exemplaires
l'amenèrent également à exercer divers mandats au-
delà de nos frontières.
William Dumazy exerça ainsi les fonctions d'auditeur
externe des Nations unies à Genève de 1980 à 1982,
de commissaire aux comptes de l'Agence Spatiale
Européenne de 1994 à 1998 et celles de vérificateur
des comptes d'Interpol, l'organisation internationale
de police criminelle.
De heer William Dumazy, Eerste Voorzitter van het
Rekenhof, is op vrijdag 9 juli 2004 op 57-jarige
leeftijd overleden.
Na zijn humaniora op het atheneum van Doornik
behaalde William Dumazy in 1970 een doctoraat in
de rechten aan de universiteit van Luik.
In 1970 werd hij adjunct-auditeur bij het Belgische
Rekenhof. In 1986 werd hij benoemd tot raadsheer
van de Franse Kamer, en in 1992 tot voorzitter van
die Kamer. Na de pensionering van Baron Van de
Velde werd hij in november 2000 tot Eerste
Voorzitter benoemd.
Ook buiten onze landsgrenzen oefende William
Dumazy uit hoofde van zijn uitmuntende
professionele kwaliteiten verscheidene mandaten
uit.
Zo werkte hij van 1980 tot 1982 als extern auditor
voor de Verenigde Naties in Genève, en van 1994
tot 1998 als commissaris van de rekeningen bij de
Europese Ruimtevaartorganisatie ESA, en was hij
verificateur van de rekeningen van de Internationale
Criminele Politieorganisatie Interpol.
Voorts was hij adjunct-kabinetschef van de Waalse
Gewestminister van Begroting van 1982 tot 1985, en
Voorzitter van het college van commissarissen van
De Post. Uiterst nauwgezet en efficiënt als hij was,
werd hij belast met de oprichting van de
thesauriediensten van de Gewesten en
Gemeenschappen.
In 1992 publiceerde de heer Dumazy, toegewijd
bewaarder van de staatskas, een hoogst opmerkelijk
boek over de overheidsfinanciën van het nieuwe
federale België. In 2003 werd dit boek gevolgd door
een werk over de overheidsschuld. In diverse
wetenschappelijke tijdschriften verschenen artikelen
van zijn hand over de opdrachten van het Rekenhof.
In zijn hoedanigheid van Eerste Voorzitter van het
Rekenhof legde hij zich overtuigd toe op de
modernisering van de werkmethoden en de werking
van het Rekenhof, een fundamentele instelling van de
democratie, en op de uitbouw van de internationale
betrekkingen.
Il fut également chef de cabinet adjoint du ministre
chargé du Budget à la Région wallonne de 1982 à
1985 et Président du Collège des commissaires de
La Poste. Je rappellerai encore qu'en raison de sa
grande rigueur et de son efficacité, il fut chargé de
mettre en place les services de trésorerie des
Régions et Communautés.
Ce gardien vigilant des deniers publics publia aussi
en 1992 un livre fort remarqué sur les finances
publiques de la nouvelle Belgique fédérale et en
2003 un ouvrage relatif à la dette des pouvoirs
publics. Il signa également plusieurs articles sur les
missions de la Cour des comptes dans différentes
revues scientifiques.
En tant que Premier Président, il s'était résolument
attaché à moderniser les méthodes de travail et le
fonctionnement de la Cour des comptes, institution
fondamentale de notre démocratie, ainsi qu'à
développer les relations internationales.
Ses compétences et le respect qu'il n'a jamais cessé
d'inspirer lui valurent également d'exercer diverses
fonctions au sein de l'organisation internationale et de
l'organisation européenne des institutions supérieures
de contrôle des finances publiques.
M. Dumazy était également chargé de cours à
Op grond van zijn bekwaamheid en het respect dat
hij altijd is blijven afdwingen, werd hij gevraagd voor
diverse functies bij EUROSAI (European
Organisation of Suprime Audit Institutions) en
INTOSAI (International Organization of Supreme
Audit Institutions).
William Dumazy was tevens docent aan de
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
l'Université Libre de Bruxelles, où il enseignait les
principes budgétaires.
Disposant de peu de loisirs, ce grand commis de
l'Etat, a toujours accompli avec efficacité sa tâche de
premier conseiller de la Chambre. Les observations
de la Cour ont toujours inspiré nos travaux et soutenu
nos efforts de contrôle du gouvernement.
A sa famille ici présente que je salue, au Président
Vanstapel et à ses collaborateurs, également
présents, la Chambre exprime ici sa profonde
émotion et sa tristesse.
Université Libre de Bruxelles, waar hij
begrotingsbeginselen doceerde.
De hoge rijksambtenaar die William Dumazy was,
had maar weinig vrije tijd en heeft zijn taak als
eerste raadsheer van de Kamer steeds efficiënt
vervuld. De opmerkingen van het Rekenhof waren
steeds een leidraad voor onze werkzaamheden en
een steunpunt voor onze controletaak ten aanzien
van de regering.
De Kamer betuigt zijn familie, Voorzitter Vanstapel
en zijn medewerkers, die hier vandaag in ons
halfrond aanwezig zijn, haar leedwezen en haar
deelneming.
14.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le
président, chers collègues, comme Liégeois, comme
enseignant, comme parlementaire, comme ministre
des Finances, j'ai eu l'occasion à plusieurs reprises
de croiser le chemin de William Dumazy et
d'apprécier à la fois ses qualités humaines et
professionnelles. Je crois que cela a été le cas pour
toutes celles et tous ceux qui ont eu l'occasion de
travailler avec lui ou de simplement le rencontrer
dans des fonctions, comme vous l'avez rappelé,
nationales ou internationales. Je voudrais en mon
nom personnel et au nom du gouvernement joindre
notre hommage à celui que vous venez de prononcer
et faire part également à sa famille, à ses proches, de
notre profonde émotion.
14.02 Minister Didier Reynders: Ik heb meermaals
de gelegenheid gehad het pad van William Dumazy
te kruisen en telkens heb ik zijn menselijke en
professionele kwaliteiten naar waarde kunnen
schatten. Namens mijzelf en namens de regering
wens ik onze hulde te laten aansluiten bij het
eerbetoon dat u heeft gebracht en wil ik eveneens
zijn familie en zijn naasten onze deelneming
betuigen.
La Chambre observe une minute de silence.
De Kamer neemt een minuut stilte in acht.
15 Agenda
15 Agenda
Collega's, zoals u hebt gezien, heeft de Conferentie van voorzitters unaniem mijn voorstel aanvaard in
verband met een deel van onze werkzaamheden van deze namiddag.
Je vous propose donc le renvoi en commission de la proposition de loi traitant de l'installation d'un conseil
de la communauté musulmane dans notre pays. Les membres d'un des groupes qui ne s'étaient pas
exprimés y prendront la parole, avec en plus une courte intervention de M. Gerolf Annemans.
Dit debat in de commissie zal plaatsvinden terwijl de plenaire vergadering haar normale werkzaamheden
voortzet. De afspraak is dat het debat in de commissie niet langer dan 1,5 tot 2 uur zou duren.
Ces discussions, qui auront lieu en même temps que les discussions de la séance plénière, feront l'objet
d'un rapport oral.
Ensuite, suivant le déroulement normal de notre ordre du jour, nous entamerons la discussion générale et
l'examen des articles.
De afspraak is duidelijk: de algemene bespreking en de artikelsgewijze bespreking zullen op een normale
wijze verlopen binnen een normale tijdspanne, zonder enige buitensporige neiging tot filibusteren of het
inroepen van andere procedures met betrekking tot tijd of inhoud.
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
Nous voterons ce soir, à un moment donné, mais certainement avant la fin de ce 15 juillet 2004, sur
l'ensemble de l'ordre du jour que vous avez vu se modifier après les propositions de la Conférence des
présidents, y compris ce projet.
Je demande l'accord unanime de la Chambre.
Ik vraag de eenparige instemming van de Kamer voor die methode van werken.
Geen bezwaar? Aldus zal geschieden.
Pas d'observation? Il en sera ainsi.
De commissie voor de Justitie kan dus bijeenkomen onder uw voorzitterschap, mijnheer Borginon. In welke
zaal en wanneer gebeurt dat?
15.01 Alfons Borginon (VLD): In de zaal van de Vaste Afdelingen
om 16.45 uur.
De voorzitter: Ik heb ook gevraagd aan mevrouw de minister Moerman, die ik begroet, mevrouw Pieters te
woord te staan. Mevrouw Pieters, u kunt uw vraag stellen vanaf uw bank. Daarna doe ik verder.
15.02 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, nog over de
werkzaamheden. De eerste minister heeft aangekondigd dat de
federale regering het voorwerp zal uitmaken van een fundamentele
wijziging. Die is zo fundamenteel dat sommige collega's onder ons
zelfs werden aangespoord eedafleggingen in andere assemblees niet
te gaan doen. In de parlementaire traditie geeft een herschikking van
de regering aanleiding tot een debat over het aantreden van een
nieuwe ploeg, heel vaak gevolgd door een vertrouwensstemming.
Mijn vraag is dan ook zoals wij daarnet in de Conferentie van
voorzitters hebben besproken dat wanneer de federale regering
herschikt wordt u aan de Kamer meedeelt, vandaag nog, dat daarover
een parlementair debat zal plaatsvinden. Zoniet, verwijs ik naar mijn
interpellatie, die ik bij urgentie heb ingediend en die gesteund zal
worden door 30 leden van deze Kamer, om zodra de federale
regering is herschikt, in deze Kamer een parlementair debat over de
nieuwe regeringssamenstelling te kunnen hebben.
15.02 Pieter De Crem (CD&V):
Le premier ministre a annoncé que
le gouvernement fédéral subira
bientôt un important remaniement,
ce qui, dans le passé, a souvent
donné lieu à un débat et à un vote
de confiance. J'aimerais, si rema-
niement il y a, que le président
annonce aujourd'hui encore la
date du débat. S'il ne le faisait pas,
je lui rappellerais mon interpella-
tion urgente pour réitérer ma
demande.
De voorzitter: Mijnheer De Crem, ik denk dat als wat u aankondigt
gebeuren zou, dat een debat verdient. Ik vermoed dat dit zou kunnen
plaatsvinden dinsdagnamiddag. Ik zeg dat zo maar; ik moet
afwachten wat er gebeurt. Maar ik vind en ik heb ook de
precedenten bekeken dat wanneer een omvangrijke herschikking
zou plaatsgrijpen u terzake een punt hebt.
Le président: Si un remaniement
important est opéré, la demande
de M. De Crem me paraît justifiée.
Je présume que le débat aura lieu
mardi prochain, dans l'après-midi.
Questions
(Continuation)
Vragen
(Voortzetting)
16 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de winkelopeningsuren op zondag" (nr. P519) (continuation)
16 Question de Mme Trees Pieters à la ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et
de la Politique scientifique sur "les heures d'ouverture des magasins le dimanche" (n° P519)
(voortzetting)
16.01 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik dank u voor
uw bereidwilligheid om mevrouw Moerman op te sporen. Ik ben ervan
overtuigd dat dit niet zo moeilijk was want mevrouw Moerman moest
dan toch in de onmiddellijke omgeving van het Parlement zijn vermits
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
32
we hier straks de wet op de grote handelsinplantingen bespreken.
De voorzitter: Verontschuldig mij, ik was met mijn vroegere collega als ik het zo mag zeggen, de voorzitter
van deze Kamer, de heer Langendries, bezig.
Mevrouw Moerman, hebt u de vraag niet gehoord?
16.02 Trees Pieters (CD&V): Neen, ik heb mijn vraag nog niet
gesteld. U moet ook luisteren.
De voorzitter: Als u wilt dat het vooruitgaat... Collega's van sp.a-spirit en de PS, mag ik u vragen om als u
wil praten dat buiten te doen. Als u wil luisteren, blijf dan binnen.
16.03 Trees Pieters (CD&V): Wat ik wou vragen aan de minister van
Economie is het volgende: de openingstijden en het zondagswinkelen
hebben bijzonder veel commotie teweeggebracht in dit land. Het
regeerakkoord spreekt erover. Gembloux heeft het er in het kader van
Objectief 200.000 over. Er is een vrij grote conferentie geweest met
alle betrokken partijen. Zelfstandigenorganisaties, FEDIS en de
vakbonden hebben zich allemaal uitgesproken. Er is een rapport
komende van drie ministers met federale bevoegdheid en we hebben
het antwoord van mevrouw Laruelle gehoord. Wat ik aan minister
Moerman wil vragen is dat u vandaag in de krant alleen kwijt wil dat u
tevreden bent met de beoogde vereenvoudiging van de wetgeving en
ten tweede dat u duidelijk stelt dat de liberalen, in casu en de heer
Verhofstadt, absoluut niet de bedoeling hebben om de winkels 24 uur
op 24 open te laten blijven. Over die twee citaten, die twee uitspraken
had ik graag van u een antwoord gehad. Wat bedoelt u met de
beoogde vereenvoudiging en wat bedoelt u met de openingstijden?
16.03 Trees Pieters (CD&V):
L'ouverture des magasins le
dimanche a déjà suscité beaucoup
d'émoi. Cette question a été
abordée lors de la conclusion de
l'accord du gouvernement et au
cours du Conseil des ministres
spécial qui s'est tenu à Gembloux.
Une concertation a en outre été
organisée avec les différents
acteurs et trois ministres fédéraux
ont rédigé un rapport à ce sujet.
Aujourd'hui, j'ai lu dans la presse
que Mme Moerman se satisfait de
la simplification recherchée et
qu'elle n'a pas l'intention, pas plus
que le premier ministre, de faire en
sorte que les magasins restent
ouverts jour et nuit. Quelle est la
portée précise de ces propos?
16.04 Minister Fientje Moerman: Mevrouw Pieters, u hebt mij over
deze zaak reeds ondervraagd in de commissie. Ik heb toen ook
duidelijk gezegd dat niet ik bevoegd was voor de openingstijden, maar
wel de heer Vandenbroucke en de dames Laruelle en Van den
Bossche. Dat zijn de drie ministers die in Gembloux betrokken waren
bij de beslissingen in het dossier van de openingstijden. Gisteren
werd ik opgebeld door een journalist van een u waarschijnlijk
welbekende krant die, net zoals u, op het verkeerde been zat. Die
vroeg om mijn reactie. Ik heb hem precies gezegd wat ik u toen in de
commissie heb gezegd, namelijk dat die drie collega's bevoegd waren
en dat hij zich tot hen moest wenden. Dat hebt u ook in de krant
kunnen lezen.
Mevrouw Laruelle heeft gisteren een verklaring afgelegd in La
Dernière Heure. Het artikel in die krant begon met de tegenstelling
ofwel niets doen ofwel 24 uur op 24 uur en 7 dagen op 7 dagen open
zijn. Ik heb aan de journalist gezegd dat dit een karikatuur was en dat
het niet over de tegenstelling tussen die twee uitersten gaat. Dat was
alles. Ik hoop dat ik hiermee voldoende uitleg heb gegeven, mijnheer
de voorzitter.
16.04 Fientje Moerman, ministre:
Mme Pieters m'a déjà interrogée à
ce propos en commission. Je
répète ce que je lui ai dit à cette
occasion: cette matière ne
ressortit pas à ma compétence,
mais à celle des ministres
Vandenbroucke, Laruelle et Van
den Bossche qui ont été associés
aux décisions prises à Gembloux.
J'ai d'ailleurs tenu des propos
identiques au journaliste qui a
signé l'article auquel Mme Pieters
a fait référence. Pour le surplus,
j'ai uniquement fait observer qu'il
existe d'autres options que le statu
quo ou l'octroi d'une autorisation
d'ouverture permanente.
16.05 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de minister, ik wil u bedanken
omdat u onze kleine zelfstandige winkeliers niet 24 uur op 24 uur wilt
laten werken.
16.05 Trees Pieters (CD&V): Je
me réjouis d'entendre que la
ministre Moerman est opposée
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
33
Op mijn vraag over de beoogde vereenvoudiging hebt u mij evenwel
nog geen antwoord gegeven.
aux heures d'ouverture ininter-
rompues. Je n'ai toutefois pas
obtenu de réponse à ma question
concernant la simplification
envisagée.
16.06 Minister Fientje Moerman: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Pieters heeft gelijk. Over deze materie vroeg zij uitleg in het eerste
deel van haar vraag.
Het is jammer, mijnheer de voorzitter, dat we debatten moeten voeren
over berichten in de kranten.
Mevrouw Pieters, in hetzelfde krantenartikel in La Dernière Heure had
mijn collega aangekondigd dat er een vereenvoudiging zou komen
van de wetgeving, in uitvoering van hetgeen in Gembloers werd
beslist, met name te onderzoeken of de verschillende wetgevingen
die terzake van toepassing waren niet kon worden vereenvoudigen en
transparanter konden worden gemaakt. In een reactie daarop zei ik
dat het een goede zaak zou mocht alvast het doel van de
transparantie en de vereenvoudiging worden bereikt.
16.06 Fientje Moerman, ministre:
Le gouvernement a annoncé à
Gembloux son intention de
simplifier la législation en question.
J'ai déclaré que je jugeais positive
la volonté de transparence et de
simplification. C'est tout.
16.07 Trees Pieters (CD&V): Het is de taak van de regering te
zoeken naar vereenvoudiging.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Agenda
17 Agenda
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 14 juillet 2004, je vous propose d'inscrire à
l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi:
- le projet de loi supprimant l'interdiction légale (n
os
1238/1-3);
- le projet de loi relatif au financement de l'Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire
(n
os
1228/1-4);
- le projet de loi modifiant diverses dispositions du Code des impôts sur les revenus 1992 afin de permettre
la déductibilité des libéralités faites en argent aux institutions de développement durable agréées
(n
os
1237/1-3);
- le projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le
Gouvernement de la République française relatif à la coopération transfrontalière en matière policière et
douanière, signé à Tournai le 5 mars 2001, et à l'Echange des lettres en complément de l'Accord, fait à
Paris et Bruxelles, le 10 juin 2002 (transmis par le Sénat) (n° 1248/1);
- le projet de loi portant assentiment à la Convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le
Gouvernement de la République d'Estonie relative à la coopération policière, signée à Talinn le
11 juin 2001 (transmis par le Sénat) (n° 1249/1);
- le projet de loi portant assentiment aux Actes internationaux suivants: Protocole portant modification de la
Convention coordonnée instituant l'Union économique belgo-luxembourgeoise; Protocole portant
abrogation de la Convention établissant entre la Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg une
communauté spéciale de recettes en ce qui concerne les droits d'accise perçus sur les alcools, du
23 mai 1935; Protocole portant abrogation du Protocole spécial entre la Belgique et le Grand-Duché de
Luxembourg relatif à l'agriculture, du 29 janvier 1963; Protocole portant abrogation du Protocole entre le
Royaume de Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg relatif à l'association monétaire et de son
Protocole d'exécution, du 9 mars 1981 (transmis par le Sénat) (n° 1250/1);
- le projet de loi portant assentiment à la Convention-cadre de l'Organisation mondiale de la Santé pour la
lutte antitabac, adoptée à Genève le 21 mai 2003 (transmis par le Sénat) (n° 1277/1);
- la proposition de résolution de M. Yvan Mayeur, Mme Colette Burgeon et M. Claude Eerdekens portant
sur la nécessité d'estimer rapidement les moyens humains et financiers indispensables au fonctionnement
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
34
du Service des créances alimentaires et à l'octroi d'avances par celui-ci, et d'inscrire les montants
nécessaires lors de la confection du budget 2004 (n
os
201/1-4);
- la proposition de résolution de Mmes Catherine Doyen-Fonck, Greta D'hondt, Muriel Gerkens et Joëlle
Milquet et M. Jean-Jacques Viseur relative à la création du Service des créances alimentaires (n
os
267/1-2).
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 14 juli 2004, stel ik u voor op de agenda
van de plenaire vergadering van vanmiddag in te schrijven:
- het wetsontwerp tot afschaffing van de wettelijke onbekwaamheid (nrs 1238/1-3);
- het wetsontwerp betreffende de financiering van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de
Voedselketen (nrs 1228/1-4);
- het wetsontwerp tot wijziging van verscheidene bepalingen van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992 teneinde de giften in geld aan erkende instellingen voor duurzame ontwikkeling
fiscaal aftrekbaar te maken (nrs 1237/1-3);
- het wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk
België en de Regering van de Franse Republiek betreffende de grensoverschrijdende samenwerking in
politie- en douanezaken, ondertekend te Doornik op 5 maart 2001, en met de Uitwisseling van brieven ter
aanvulling van de Overeenkomst, gedaan te Parijs en Brussel op 10 juni 2002 (overgezonden door de
Senaat) (nr 1248/1);
- het wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk België en
de Regering van de Republiek Estland betreffende de politiesamenwerking, ondertekend te Talinn op
11 juni 2001 (overgezonden door de Senaat) (nr 1249/1);
- het wetsontwerp houdende instemming met de volgende Internationale Akten: Protocol houdende
wijziging van de Gecoördineerde Overeenkomst tot oprichting van de Belgisch-Luxemburgse Economische
Unie; Protocol houdende intrekking van de Overeenkomst tussen België en het Groothertogdom
Luxemburg tot instelling van een bijzondere gemeenschap van ontvangsten wat betreft de op alcohol
geheven accijnsrechten, van 23 mei 1935; Protocol houdende intrekking van het Bijzonder Protocol tussen
België en het Groothertogdom Luxemburg betreffende de landbouw, van 29 januari 1963; Protocol
houdende intrekking van het Protocol tussen het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg met
betrekking tot de monetaire associatie en het Protocol tot uitvoering, van 9 maart 1981 (overgezonden door
de Senaat) (nr 1250/1);
- het wetsontwerp houdende instemming met de Kaderovereenkomst van de
Wereldgezondheidsorganisatie inzake de bestrijding van het tabaksgebruik, aangenomen te Genève op
21 mei 2003 (overgezonden door de Senaat) (nr 1277/1);
- het voorstel van resolutie van de heer Yvan Mayeur, mevrouw Colette Burgeon en de heer Claude
Eerdekens betreffende de noodzaak om onverwijld een evaluatie te maken van de personele en financiële
middelen die zijn vereist om de Dienst voor alimentatievorderingen te laten functioneren en hem
voorschotten te laten uitbetalen, en betreffende de noodzaak om bij de opmaak van de begroting voor 2004
daartoe in de vereiste kredieten te voorzien (nrs 201/1-4)
- het voorstel van resolutie van de dames Catherine Doyen-Fonck, Greta D'hondt, Muriel Gerkens en Joëlle
Milquet en de heer Jean-Jacques Viseur betreffende de oprichting van de Dienst voor
alimentatievorderingen (nrs 267/1-2).
A la demande des auteurs, je vous propose également d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de
cet après-midi la proposition de loi de MM. Thierry Giet, Tony Van Parys, Hendrik Daems, Daniel
Bacquelaine et Dirk Van der Maelen portant création d'une Commission chargée du renouvellement des
organes du culte musulman (n° 1275/1).
Op verzoek van de indieners, stel ik u eveneens voor op de agenda van de plenaire vergadering van
vannamiddag het wetsvoorstel van de heren Thierry Giet, Tony Van Parys, Hendrik Daems, Daniel
Bacquelaine en Dirk Van der Maelen tot oprichting van een Commissie belast met de hernieuwing van de
organen van de islamitische eredienst (nr. 1275/1) in te schrijven.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
Projets et propositions
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
35
Ontwerpen en voorstellen
18 Projet de loi modifiant l'article 80, alinéa 1
er
, du Code des droits de succession (1194/1-2)
18 Wetsontwerp tot wijziging van artikel 80, eerste lid, van het Wetboek der successierechten (1194/1-
2)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
18.01 Bart Tommelein, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, (...) om
tegemoet te komen aan een ingebrekestelling en aan een
gemotiveerd bericht van inbreuk van de Europese Commissie. Om in
overeenstemming te zijn met het Europees recht, moeten alle
rechtspersonen, die hetzij hun statutaire zetel hetzij hun hoofdzetel
hetzij hun voornaamste vestiging in een van de lidstaten van de
Europese economische ruimte hebben, gelijk worden behandeld in
het kader van de toepassing van artikel 80, eerste lid, van het
Wetboek der successierechten.
Het wetsontwerp maakt een einde aan de huidige regel dat alleen
Belgische rechtspersonen opschorting van de betaling van de
successierechten kunnen verkrijgen, ingeval voor de geldigheid van
een legaat aan een rechtspersoon de toestemming van de overheid is
vereist.
Het wetsontwerp is louter technisch van aard en heeft geen enkele
budgettaire weerslag. Het werd dan ook unaniem aangenomen door
de commissie.
18.01 Bart Tommelein (VLD),
rapporteur: Ce projet de loi répond
à la mise en demeure notifiée par
la Commission européenne et vise
à l'égalité de traitement de toutes
les personnes morales au sein de
l'Espace Economique Européen
en matière de droits de succes-
sion. Le projet de loi a une portée
purement technique et n'a aucune
implication budgétaire. La
commission l'a adopté à
l'unanimité.
Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1194/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1194/1)
Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.
In de Nederlandstalige tekst, op het einde van artikel 2, lees ik de laatste drie lijnen: "Rechtspersoon met
statutaire zetel, hoofdbestuur of hoofdvestiging op het grondgebied van een lidstaat van de Europese
Economische Ruimte". De woorden "op het grondgebied van een lidstaat van" vervangen het woord
"binnen".
Dans la version française, il faut lire "à l'article 80" et non "dans l'article 80". Il s'agit d'une correction de
texte qui ne change rien au contenu de ce projet.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
36
Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article, avec corrections de texte à l'article 2.
De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen, met tekstcorrecties op artikel 2.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
19 Projet de loi modifiant la loi du 6 août 1993 relative aux opérations sur certaines valeurs mobilières
(1229/1-2)
19 Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 6 augustus 1993 betreffende de transacties met bepaalde
effecten (1229/1-2)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
Mevrouw Annemie Turtelboom, rapporteur, verwijst naar haar schriftelijk verslag.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1229/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1229/1)
Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.
A l' article 2, il y a une correction de texte. Il faut un pluriel à la fin du premier paragraphe. Il ne faut pas lire:
"par l'alinéa suivant" mais "par les alinéas suivants". La dernière phrase de cette partie de l'article 2 se lit:
"le montant forfaitaire des intérêts visés aux articles ..."; on supprime donc les mots "tels que".
Dezelfde technische verbeteringen gelden voor de Nederlandstalige tekst. Men moet aldus lezen: "...wordt
aangevuld met volgende leden..." in het meervoud. Vervolgens wordt in de zin "Het forfaitaire bedrag van
de intresten, bedoeld in artikel 97 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen..." het woord "zoals"
geschrapt.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article, avec corrections de texte à l'article 2.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen, met tekstcorrecties op artikel 2.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
20 Projet de loi modifiant diverses dispositions du Code des impôts sur les revenus 1992 afin de
permettre la déductibilité des libéralités faites en argent aux institutions de développement durable
agréées (1237/1-3)
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
37
20 Wetsontwerp tot wijziging van verscheidene bepalingen van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992 teneinde de giften in geld aan erkende instellingen voor duurzame
ontwikkeling fiscaal aftrekbaar te maken (1237/1-3)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
De heer Cemal Cavdarli, rapporteur, verwijst naar zijn schriftelijk verslag.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte corrigé par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1237/3)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor
de bespreking. (Rgt 85, 4) (1237/3)
Le projet de loi compte 6 articles.
Het wetsontwerp telt 6 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 6 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 6 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
21 Proposition de résolution portant sur la nécessité d'estimer rapidement les moyens humains et
financiers indispensables au fonctionnement du Service des créances alimentaires et à l'octroi
d'avances par celui-ci, et d'inscrire les montants nécessaires lors de la confection du budget 2004
(201/1-4)
- Proposition de résolution relative à la création du Service des créances alimentaires (267/1-2)
21 Voorstel van resolutie betreffende de noodzaak om onverwijld een evaluatie te maken van de
personele en financiële middelen die zijn vereist om de Dienst voor alimentatievorderingen te laten
functioneren en hem voorschotten te laten uitbetalen, en betreffende de noodzaak om bij de opmaak
van de begroting voor 2004 daartoe in de vereiste kredieten te voorzien (201/1-4)
- Voorstel van resolutie betreffende de oprichting van de Dienst voor alimentatievorderingen (267/1-2)
(Déposées par / Ingediend door: Yvan Mayeur, Colette Burgeon, Claude Eerdekens 201; Catherine
Doyen-Fonck, Greta D'hondt, Muriel Gerkens, Joëlle Milquet, Jean-Jacques Viseur 267)
Je vous propose de consacrer une seule discussion à ces propositions de résolution. (Assentiment)
Ik stel u voor één enkele bespreking aan deze voorstellen van resolutie te wijden. (Instemming)
Discussion
Bespreking
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
38
La discussion est ouverte.
De bespreking is geopend.
M. Eric Massin, rapporteur, se réfère à son rapport écrit.
21.01 Muriel Gerkens (ECOLO): Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, il est vrai que nous travaillons depuis
plusieurs années, dans ce parlement, sur le dossier des créances
alimentaires. Il est le résultat de 30 ans de lutte des femmes et des
organisations de femmes.
En février 2003, nous avions adopté un projet de loi visant à
permettre l'avance et le recouvrement via un service du ministère des
Finances.
Le gouvernement actuel a ensuite modifié cette loi pour ne plus
concentrer le Service de créances alimentaires que sur ses missions
de recouvrement limitées au territoire belge, en renvoyant aux CPAS
les avances, conditionnées notamment à des échelles de revenus.
Plusieurs résolutions ont été déposées en vue de restaurer le service
des avances prises en charge via le Service de créances
alimentaires.
Le débat était axé sur plusieurs résolutions. Nous avons associé la
résolution à effet immédiat dirons-nous à la résolution déposée
par Mme Burgeon et consorts. Le contenu de cette résolution est
minimum puisqu'elle tend à demander que le service puisse prendre
en charge les avances à partir de janvier prochain et qu'une
évaluation des besoins nécessaires soit faite d'ici là.
Mon intervention vise en fait à attirer l'attention du parlement sur la
nécessité de reprendre la globalité du débat relatif aux créances
alimentaires. En effet, sous la précédente législature et actuellement,
nous n'avons abordé ce dossier que dans le souci du respect d'une
décision du juge qu'on appelle encore "condamnation", terme qui
devrait être modifié. Ainsi, on peut concevoir le paiement d'une
créance, mais non une condamnation à payer une créance. En effet,
cela donne une connotation qui n'est pas propice à favoriser le
compromis entre les ex-conjoints. Je répète qu'il me semble important
de reprendre ce dossier dans sa totalité, en tenant compte de tous les
éléments qui posent problème.
J'ai donc déposé une résolution dans ce sens qui dépassait le cadre
des compétences de la commission. La conclusion de la commission
a donc été de demander le transfert de cette proposition à la
commission Droit familial, de manière à ce qu'elle puisse être abordée
dans sa globalité. En effet, des problèmes se poseront aussi
longtemps que l'on n'abordera pas la manière de calculer les
créances alimentaires, avec l'introduction de critères objectifs qui
permettent aux deux parents de s'entendre sur la signification de la
prise en charge d'un enfant. Dans ce cadre, il faudra également
intégrer les discussions quant à la façon de répartir la garde,
l'hébergement et l'éducation des enfants. En effet, tous les problèmes
sont liés en permanence. Je pense ici notamment à la non-
présentation d'un enfant qui justifie le non-paiement, ce non-paiement
justifiant la non-présentation.
21.01 Muriel Gerkens (ECOLO):
We houden ons al sinds meerdere
jaren met dit dossier bezig. Het is
de vrucht van dertig jaar strijd van
de vrouwen en de vrouwen-
organisaties.
In februari 2003 hebben we een
wet aangenomen die in de
oprichting van een dienst voor
invorderingen en voorschotten
binnen Financiën voorziet.
Vervolgens heeft de regering deze
wet aangepast om de werkzaam-
heden van de dienst
alimentatievorderingen te
beperken tot opdrachten van
invordering door de uitbetaling van
de voorschotten (in functie van het
inkomen) door te schuiven naar de
OCMW's.
Er werden tal van resoluties
ingediend om de dienst
alimentatievorderingen opnieuw
voorschotten te doen uitbetalen.
We hebben de resolutie "met
onmiddellijke werking" bij de
resolutie van mevrouw Burgeon
gevoegd. Onze resolutie vraagt
enkel dat de dienst vanaf januari
eerstkomend belast wordt met de
voorschotten en dat er tegen die
datum een evaluatie van de
behoeften komt.
Volgens mij is het nochtans
belangrijk dat het dossier in zijn
geheel wordt heropgenomen.
Tijdens de vorige zittingsperiode
zijn we enkel en alleen uit respect
voor een beslissing van de rechter
- toen sprak men nog van
"veroordeling", een term die moet
gewijzigd worden omdat zijn
connotatie niet direct een
compromis in de hand werkt - niet
teruggekomen op dit dossier.
Het is belangrijk dat de scheiding
zowel vanuit verschillende
invalshoeken als op een globale
manier wordt benaderd. Bij de
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
39
J'espère que mes collègues de la majorité soutiendront cette
demande. En effet, il me semble important de travailler rapidement
sur ce dossier avec une approche plurielle et globale.
Selon moi, il faudrait que nous puissions aboutir, à moyen terme, à la
mise en place d'un vrai fonds, bénéficiant d'un statut parastatal. Ce
fonds devrait servir au recouvrement et aux avances. Mais il pourrait
également offrir un lieu où les ex-conjoints peuvent demander des
modifications du montant de ces créances. Il s'agirait donc d'une
sorte de service de médiation.
Il faut forcément passer par des décisions judiciaires quand on veut
changer quelque chose. Dès lors, on réintroduit forcément la notion
de conflit et la notion de condamnation.
Ce débat permettra de clarifier les positions des uns et des autres sur
le fait de savoir si une avance est une aide apportée à quelqu'un dont
c'est le droit qu'il faut faire respecter ou si c'est une assistance qu'on
donne à quelqu'un parce qu'il est dans le besoin. Dans ce dernier cas,
on nie la notion de droit.
Le fait de garder les avances dans le giron des CPAS n'est pas
seulement le résultat d'un besoin de moyens financiers, c'est un choix
politique. Des évaluations et des expériences sont menées dans
d'autres Etats. Nous sommes toujours face à un problème de
perception, un véritable problème philosophique et politique qui est le
respect d'un droit plutôt que de mettre ces personnes,
majoritairement des cas, dans une situation d'assistance et de devoir
quémander une créance à laquelle elles ont droit.
J'espère qu'à la rentrée, nous pourrons retravailler le problème dans
sa globalité, à la fois en matière de justice, de fiscalité et de la
perception de ce que signifient la séparation et la prise en charge des
enfants.
berekening van de alimentatie-
vordering moet met objectieve
criteria rekening worden gehouden
en moet ook worden nagegaan
wie de hoede over het kind heeft.
Wij zijn gewonnen voor de
oprichting van een fonds, met een
parastataal statuut, waar de
wijzigingsaanvragen van de ex-
echtgenoten gehoor zouden
vinden en waar het standpunt van
beide partijen zou kunnen worden
verduidelijkt.
Het gaat erom recht te doen
geschieden, niet de vrouwen in
een afhankelijke positie te duwen.
21.02 Colette Burgeon (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, j'espère que vous ne m'en voudrez pas de
revenir sur un sujet qui me tient fort à coeur, celui des créances
alimentaires. Je taperai toujours sur le même clou pour essayer de
faire avancer les choses et je souhaite que nous puissions trouver
une solution le plus rapidement possible.
Le non-paiement ou le paiement irrégulier des pensions et des
contributions alimentaires n'est pas un phénomène isolé. Les
discussions relatives à la loi du 21 février 2003 avaient permis
d'évaluer à 100.000 le nombre d'enfants ou ex-conjoints concernés.
Ces comportements dans le chef du débiteur d'aliments entraînent
pour les familles qui en sont victimes des problèmes financiers
dramatiques. En outre, en agissant de la sorte, les débiteurs
d'aliments portent atteinte à la crédibilité du pouvoir judiciaire dont les
décisions sont privées d'effets utiles.
Ces chiffres occultent évidemment une autre réalité: il est des
situations où l'un des deux conjoints, par crainte de ne pas être
soutenu financièrement, refuse d'entamer une procédure de
séparation. La famille qui n'en est plus une, au sens des relations
entre les personnes qui la composent, continue ainsi à végéter par
crainte que des obligations alimentaires ne soient pas remplies et que
21.02 Colette Burgeon (PS): De
wet van 21 februari 2003 loste de
verwachtingen van heel wat
kinderen en ex-echtgenoten in.
De budgettaire toestand van ons
land is zorgwekkend, maar uit de
resolutie die hier vandaag ter
bespreking en ter stemming
voorligt, blijkt dat de parlements-
leden deze problematiek nauw-
lettend volgen.
De socialistische fractie wenst dat
de regering stapsgewijs te werk
gaat. Wij vragen dat de
inkomensgrens verhoogd wordt tot
14.305 euro per jaar. Het voorstel
van minister Reynders om de
extra ontvangsten uit de
tabaksprijsverhoging te gebruiken,
draagt onze goedkeuring weg. Wij
rekenen op de doeltreffendheid
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
40
l'Etat soit impuissant face à cette situation. La loi du 21 février 2003
répondait à toutes ces attentes.
Nous connaissons le contexte budgétaire dans lequel cette loi a été
modifiée. Tous ceux qui ont mis beaucoup d'espoirs dans cette loi
regrettent ces modifications mais doivent aujourd'hui accepter que ce
service ne puisse être créé dans sa totalité en un jour.
La situation budgétaire du pays n'est pas meilleure aujourd'hui, nous
en sommes conscients. Le vote par la plupart des groupes de la
majorité et de l'opposition de la résolution que nous examinons ce
jour montre l'intérêt des parlementaires, quelle que soit leur
appartenance politique, philosophique ou linguistique, de revenir dès
que possible à l'ensemble des dispositions de la loi du
21 février 2003.
Monsieur le président, le souhait du groupe socialiste en déposant
cette proposition est que le gouvernement travaille par étapes.
Aujourd'hui, les CPAS octroient des avances aux créanciers dont les
revenus sont inférieurs à 11.318 euros par an. Pour cette mission, les
CPAS sont financés par le gouvernement fédéral. La résolution
demande que le service prenne en charge ces avances et augmente
le plafond de revenus à 14.305 euros par an. Cela représente donc
une augmentation du plafond de 26%. En conséquence,
l'augmentation du budget actuellement alloué par le fédéral devrait
être plus ou moins identique bien que les contraintes
macroéconomiques pourraient handicaper cette augmentation de
budget.
Je retiens d'ailleurs la proposition du ministre Reynders faite en
commission des Finances en octobre 2003 d'utiliser les recettes
supplémentaires liées à l'augmentation des prix du tabac pour le
service de créances alimentaires. Cela me semble aller dans le bon
sens.
Pour ce qui est du recouvrement, le service travaille avec un avantage
considérable par rapport aux CPAS. Nous devrions donc rapidement
augmenter le taux de recouvrement et ainsi réduire la facture pour
l'État. Bien sûr, si on comptabilise le coût de ce service dans
l'intégralité de ses missions, nous arrivons à des sommes importantes
qu'il est impossible de dégager pour le moment. Cependant, si nous
travaillons étape par étape et avec un réel succès du point de vue du
recouvrement et je rappelle à cet égard que les CPAS avaient
atteint, en 1990, un taux de recouvrement de 20% -, nous pouvons
espérer que le fléau du non-paiement des créances se réduira de lui-
même.
van de invorderingsdienst
waardoor de rekening voor de
overheid snel zou moeten dalen.
Hopelijk zal de plaag van de
onbetaalde schulden op die
manier vanzelf verdwijnen.
21.03 Catherine Doyen-Fonck (cdH): Monsieur le président,
monsieur le ministre, chers collègues, je ne vais pas revenir sur tous
les éléments repris par Mme Burgeon et par Mme Gerkens. En 1990,
18% des pensions alimentaires dues aux enfants n'étaient pas
payées et 20% étaient payées en retard. Au jour d'aujourd'hui, la
situation ne s'est guère améliorée, bien au contraire. Face à ce
phénomène, on ne pouvait que se réjouir du consensus qui avait
présidé à l'adoption de la loi du 21 février 2003 créant un Service de
créances alimentaires au sein du SPF Finances.
Ce consensus consacrait vraiment le principe d'un droit universel à
21.03 Catherine Doyen-Fonck
(cdH): In 1990 bleven 18% van de
alimentatiegelden onbetaald en
werden 20% met vertraging
uitbetaald. De toestand ziet er
vandaag niet beter uit; wij
verheugden ons dus over de
goedkeuring van de wet van 2003.
De programmawetten van juli en
december 2003 hebben het
enthousiasme sterk bekoeld en
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
41
l'octroi d'une avance sur pension alimentaire, tant à l'égard des
enfants que des ex-conjoints et quels que soient les revenus de la
personne concernée. Ce consensus fut ébranlé une première fois lors
de la loi-programme de juillet 2003 par la décision de reporter l'entrée
en vigueur de ce service au 1
er
septembre 2004. Si la création du
Service des créances avait suscité beaucoup d'espoir auprès de
nombreuses familles, les amendements apportés ensuite au texte de
base lors de la loi-programme du 22 décembre 2003 ont mis un sacré
bémol à cet enthousiasme. D'une initiative qui était susceptible d'aider
les personnes fragilisées, il ne reste aujourd'hui que les reliques d'un
service de recouvrement réduit à peau de chagrin.
Face à ces modifications qui privent le service de l'essentiel de sa
portée, on ne peut se départir, comme d'ailleurs la plate-forme des
créances alimentaires ou le Barreau de Bruxelles, d'un sentiment de
frustration, même si 203 dossiers ont été enregistrés par le Service
des créances alimentaires au cours du premier mois de son
existence.
Dès lors que le cdH a toujours défendu la création d'un fonds de
créances et a participé activement à l'élaboration de la loi du
21 février 2003 relative au Service des créances alimentaires, nous
ne pouvons que soutenir la présente résolution enjoignant le
gouvernement d'évaluer les moyens humains et financiers
nécessaires, non seulement au fonctionnement du service, mais
également à l'octroi d'avances par celui-ci. Nous ne pouvons que
soutenir la demande adressée au gouvernement d'octroyer des
avances sur pension alimentaire le plus rapidement possible, et au
plus tard le 1
er
janvier 2005, et d'inscrire d'ores et déjà les moyens
nécessaires dans ce même budget.
Sur la base du rapport - je n'étais pas présente en commission ce
jour-là -, je dois constater que le ministre des Finances semble avoir
ouvert une porte, en précisant que, si une majorité parlementaire
s'exprimait en ce sens, le service des créances alimentaires pourrait à
l'avenir octroyer également des avances, moyennant l'inscription des
moyens indispensables au budget et un consensus au sein du
Parlement sur les modalités du paiement.
J'ose dès lors espérer que le ministre des Finances considèrera que
l'adoption de la présente résolution est une preuve de la majorité
parlementaire dont il a fait mention et qu'en conséquence, il
soumettra rapidement à la signature royale les arrêtés royaux
permettant d'octroyer des avances, tant à l'égard des enfants que des
ex-conjoints, comme le prévoit déjà la loi du 21 février 2003.
Le groupe cdH de la Chambre sera particulièrement vigilant à ce sujet
et soutiendra toute initiative favorisant l'octroi d'avances, pour autant
que celle-ci vise à mettre sur pied un service universel, bénéficiant à
tous les créanciers d'aliments disposant d'un jugement, sans qu'il soit
tenu compte des ressources des bénéficiaires. Malgré le caractère
non contraignant de la présente résolution, le groupe cdH de la
Chambre la soutiendra sans réserve; cette résolution va d'ailleurs
dans le sens du texte que nous avions déposé à l'époque avec
plusieurs collègues d'autres groupes.
wekten heel wat frustratie op.
De cdH heeft altijd gepleit voor de
oprichting van een Fonds voor
alimentatievorderingen. Wij
steunen deze resolutie en ook het
verzoek aan de regering om
voorschotten toe te kennen. Wij
waarderen het voorstel van de
minister van Financiën, en hopen
dat hij de Koning de besluiten
eerdaags ter ondertekening zal
voorleggen.
Wij zullen een en ander op de voet
blijven volgen, en alle initiatieven
met het oog op de invoering van
een universele dienstverlening
steunen, ongeacht het inkomen
van de begunstigden.
21.04 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, je souhaite
dire quelques mots. Tout d'abord, je tiens à remercier les
21.04 Minister Didier Reynders:
Ik dank de parlementsleden die
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
42
parlementaires qui sont intervenus sur ce sujet en commission ou en
séance plénière. Il s'agit d'un débat qui anime le Parlement depuis
plus d'une trentaine d'années et qui a enfin, heureusement, abouti à la
création d'un service chargé du recouvrement.
Sur ce premier point, on nous avait annoncé la nécessité de mettre en
place des moyens humains et matériels importants, vu le nombre
impressionnant de dossiers qui allaient être introduits. Je rappelle à
cet égard que, pendant le premier mois de fonctionnement de ce
service, 203 dossiers ont été introduits, dont 89% par des femmes et
11% par des hommes. Ce travail a été effectué dans les 146 bureaux
mis à disposition, dans lesquels 180 fonctionnaires ont été affectés et
formés spécialement. Je suis évidemment heureux que l'on nous
demande d'évaluer les moyens humains, financiers et en matériel à
mettre à disposition, mais je pense que, jusqu'à présent, un peu plus
d'un dossier par mois et par fonctionnaire, cela doit être praticable.
On réévaluera bien entendu les moyens en fonction des dossiers qui
seront encore introduits à l'avenir.
Ensuite, la résolution fait part de la nécessité d'évaluer les résultats
de la première démarche en matière de recouvrement et de voir ce
que nous pourrions faire en termes d'avances. Cela a toujours été
confirmé dans le cadre du vote de la loi. Dès lors, bien évidemment,
cette évaluation se fera. Je pense que le débat devra effectivement
avoir lieu pour le budget 2005.
Je serai évidemment attentif au vote des différents groupes de
soutenir l'idée de renforcer le Service des créances alimentaires en y
ajoutant également le volet du paiement des avances. J'espère que
les soutiens manifestés par les différents groupes se traduiront aussi
lorsqu'on passera au débat budgétaire. Mais nous y reviendrons à la
rentrée.
aan dit debat hebben deel-
genomen. Het debat duurt immers
al dertig jaar, en heeft nu geleid tot
de oprichting van een
invorderingsdienst.
Die dienst bestaat nog maar een
maand en heeft al 203 dossiers
behandeld in de 46 kantoren waar
180 ambtenaren zich hiermee
bezighouden en daar ook een
specifieke opleiding voor hebben
gekregen.
Iets meer dan één dossier per
ambtenaar per maand, dat lijkt mij
haalbaar. De werking van de
dienst zal moeten worden getoetst
aan de evolutie van de werklast.
De wet voorziet in een evaluatie
van de behaalde resultaten en van
de mogelijkheid om voorschotten
uit te betalen. Die evaluatie komt
er dan ook.
Ik dank de indieners voor hun
steun voor de oprichting van die
dienst. Ik hoop op dezelfde steun
te kunnen rekenen tijdens de
begrotingsbesprekingen.
Le président: La discussion est close.
De bespreking is gesloten.
Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (201/4)
De door commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (201/4)
L'intitulé a été modifié par la commission en "proposition de résolution portant sur la nécessité d'estimer
rapidement les moyens humains et financiers indispensables au fonctionnement du Service des créances
alimentaires et à l'octroi d'avances par celui-ci, et d'inscrire les montants nécessaires lors de la confection
du budget 2005".
Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in "voorstel van resolutie betreffende de noodzaak om
onverwijld een evaluatie te maken van de personele en financiële middelen die zijn vereist om de Dienst
voor alimentatievorderingen te laten functioneren en hem voorschotten te laten uitbetalen, en betreffende
de noodzaak om bij de opmaak van de begroting voor 2005 daartoe in de vereiste kredieten te voorzien".
Aucun amendement n'a été déposé ou redéposé.
Er werden geen amendementen ingediend of heringediend.
Le vote sur la proposition de résolution aura lieu ultérieurement.
De stemming over het voorstel van resolutie zal later plaatsvinden.
22 Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le
Gouvernement de la République française relatif à la coopération transfrontalière en matière policière
et douanière, signé à Tournai le 5 mars 2001, et à l'Echange des lettres en complément de l'Accord, fait
à Paris et Bruxelles, le 10 juin 2002 (1248/1)
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
43
22 Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk
België en de Regering van de Franse Republiek betreffende de grensoverschrijdende samenwerking
in politie- en douanezaken, ondertekend te Doornik op 5 maart 2001, en met de Uitwisseling van
brieven ter aanvulling van de Overeenkomst, gedaan te Parijs en Brussel op 10 juni 2002 (1248/1)
(Transmis par le Sénat / Overgezonden door de Senaat Sans rapport / Zonder verslag)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1248/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1248/1)
Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
23 Projet de loi portant assentiment à la Convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique
et le Gouvernement de la République d'Estonie relative à la coopération policière, signée à Talinn le
11 juin 2001 (1249/1)
23 Wetsontwerp houdende instemming met het Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk België
en de Regering van de Republiek Estland betreffende de politiesamenwerking, ondertekend te Talinn
op 11 juni 2001 (1249/1)
(Transmis par le Sénat / Overgezonden door de Senaat Sans rapport / Zonder verslag)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
44
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1249/1)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1249/1)
Le projet de loi compte 2 articles.
Het wetsontwerp telt 2 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 et 2 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 en 2 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
24 Projet de loi portant assentiment aux Actes internationaux suivants: Protocole portant modification
de la Convention coordonnée instituant l'Union économique belgo-luxembourgeoise; Protocole
portant abrogation de la Convention établissant entre la Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg
une communauté spéciale de recettes en ce qui concerne les droits d'accise perçus sur les alcools,
du 23 mai 1935; Protocole portant abrogation du Protocole spécial entre la Belgique et le Grand-Duché
de Luxembourg relatif à l'agriculture, du 29 janvier 1963; Protocole portant abrogation du Protocole
entre le Royaume de Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg relatif à l'association monétaire et de
son Protocole d'exécution, du 9 mars 1981 (1250/1)
24 Wetsontwerp houdende instemming met de volgende Internationale Akten: Protocol houdende
wijziging van de Gecoördineerde Overeenkomst tot oprichting van de Belgisch-Luxemburgse
Economische Unie; Protocol houdende intrekking van de Overeenkomst tussen België en het
Groothertogdom Luxemburg tot instelling van een bijzondere gemeenschap van ontvangsten wat
betreft de op alcohol geheven accijnsrechten, van 23 mei 1935; Protocol houdende intrekking van het
Bijzonder Protocol tussen België en het Groothertogdom Luxemburg betreffende de landbouw, van
29 januari 1963; Protocol houdende intrekking van het Protocol tussen het Koninkrijk België en het
Groothertogdom Luxemburg met betrekking tot de monetaire associatie en het Protocol tot uitvoering,
van 9 maart 1981 (1250/1)
(Transmis par le Sénat / Overgezonden door de Senaat Sans rapport / Zonder verslag)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1250/1)
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
45
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1250/1)
Le projet de loi compte 5 articles.
Het wetsontwerp telt 5 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 5 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 5 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
25 Projet de loi relatif à l'autorisation d'implantations commerciales (1035/1-11)
- Proposition de loi modifiant l'article 12 de la loi du 29 juin 1975 relative aux implantations
commerciales (549/1-2)
25 Wetsontwerp betreffende de vergunning van handelsvestigingen (1035/1-11)
- Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 12 van de wet van 29 juni 1975 betreffende de
handelsvestigingen (549/1-2)
(Proposition de loi déposée par / Wetsvoorstel ingediend door: Georges Lenssen, Pierre Lano, Ludo Van
Campenhout)
Discussion générale
Algemene bespreking
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
25.01 Guy Hove, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, mevrouw en
mijnheer de minister, geachte collega's, de bespreking van het
wetsontwerp betreffende handelsvestigingen vatte aan op 18 mei. Er
werd afgesproken dat na de inleidende uiteenzetting door minister
Moerman hoorzittingen zouden worden georganiseerd. De volgende
verenigingen werden hiervoor uitgenodigd: Unizo, Fedis, Febelhout,
Union des Classes Moyennes en la Commission Nationale de la
Distribution.
In haar uiteenzetting wees de minister erop dat de huidige geldende
wetgeving bijna 20 jaar oud is en bijgevolg niet meer aangepast aan
de veranderende noden van zowel consument als middenstand.
Vandaag worden we immers steeds meer geconfronteerd met grote
Europese winkelketens die zich bij voorkeur vestigen aan de op- en
afritten van grote invalswegen. Een andere reden waarom de huidige
wetgeving aangepast dient te worden is het feit dat ze weinig
transparant en zeer complex is. Bovendien brengt de aanvraag heel
wat administratieve rompslomp met zich en biedt de wet nauwelijks
enige rechtszekerheid. Immers, wanneer een ongunstig advies wordt
afgeleverd, is er geen beroep mogelijk.
Het nieuwe wetsontwerp moet dan ook in de eerste plaats een
verbetering betekenen voor de aanvrager. Enerzijds komt er een
administratief minder zware en meer doorzichtige procedure,
anderzijds komt er ook meer rechtszekerheid. Er komt immers een
beroepsmogelijkheid ingeval van een ongunstig advies.
25.01 Guy Hove, rapporteur:
L'examen de ce projet de loi en
commission a débuté le 18 mai. Le
ministre a souligné d'emblée que
la réglementation actuelle était
vieille de vingt ans et qu'elle n'était
plus adaptée aux besoins des
consommateurs et des commer-
çants. Les chaînes internationales
qui s'établissent à proximité des
entrées et des sorties d'autoroutes
sont nettement plus nombreuses
aujourd'hui. En outre, la régle-
mentation actuelle manque de
transparence, impose trop de
formalités aux demandeurs et
offre peu de sécurité juridique,
notamment en l'absence de
recours. Désormais, seules les
implantations commerciales dont
la superficie est supérieure à
400 m
2
nécessiteront encore une
autorisation. Le Collège des
bourgmestre et échevins décide
désormais de manière autonome
d'autoriser des implantations
présentant une superficie de
2
2
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
46
Welke zijn nu de belangrijkste vernieuwingen en vereenvoudigingen?
Ten eerste dient er enkel een vergunning te worden aangevraagd
voor vestigingen met een verkoopsoppervlakte groter dan 400m². Ten
tweede beslist het college van Burgemeester en Schepenen
autonoom over het toekennen van vergunningen voor projecten met
een oppervlakte tussen de 400 en de 1.000m². Ten derde is er enkel
nog een voorafgaand advies nodig van het Nationaal Sociaal-
Economisch Comité voor de Distributie voor vestigingen groter dan
1.000m². Ten slotte moet de betekening van de vergunning ook
sneller gebeuren.
Na deze inleidende uiteenzetting werden er een aantal hoorzittingen
georganiseerd. Als eerste spreker ontvingen we de heer Bruno
Wattemberg, vertegenwoordiger van de Commission Nationale de la
Distribution. Hij wees op het feit dat het ontwerp wenst tegemoet te
komen aan een aantal bezwaren die geformuleerd kunnen worden op
de huidige wetgeving. Toch bevat volgens hem het ontwerp nog een
aantal nadelige punten. Positief daarentegen zijn de zwaardere
sancties die in het ontwerp zijn opgenomen.
Als tweede spreker hadden we de heer Ardies van Unizo. Unizo is
voorstander van een vereenvoudiging van het vergunningenbeleid. Hij
pleit in dit verband voor een kaderwet die verder door de Gewesten
kan worden ingevuld. Indien het handelsvestigingsbeleid volledig
federaal blijft, moet het ontwerp volgens Unizo op een aantal punten
worden aangepast. Zo stellen zij vragen bij de beslissingsmacht van
de gemeenten inzake de vestigingen tussen 400 en 1.000m². Tot slot
illustreerde de spreker aan de hand van enkele cijfers dat er in ons
land reeds zeer veel dergelijke winkels aanwezig zijn.
De volgende spreker, de heer Chris de Roock van Febelhout, vindt de
administratieve vereenvoudiging ten gevolge van het nieuwe ontwerp
zeer positief. Anderzijds vreest hij dat dit ontwerp toch negatieve
gevolgen zou kunnen hebben op de tewerkstelling.
Als vierde spreker hadden we de heer Pierre Colin van de Union des
Classes Moyennes. Hij is van oordeel dat het wetsontwerp voor heel
wat verbeteringen vatbaar is. Zo wees hij op het gevaar van de
zogenaamde stilzwijgende toestemming indien er met name binnen
de vooropgestelde termijn geen beslissing genomen werd.
Als vijfde spreker werd ten slotte de heer Peter Haegeman van Fedis
gehoord. Volgens deze spreker bevat het ontwerp zeer veel positieve
elementen. Fedis is tevreden over het gebruik van de netto
handelsoppervlakte, alsook over de verbeterde
beroepsmogelijkheden voor de aanvrager. Aansluitend op de
hoorzittingen konden de commissieleden vragen stellen. Collega's
Bert Schoofs, Magda De Meyer en Georges Lenssen stelden een
aantal vragen om verduidelijking.
Bij de algemene bespreking van het wetsontwerp kwamen
verschillende collega's aan het woord. Collega Lenssen vindt het
ontwerp een zeer grote verbetering op het vlak van de administratieve
vereenvoudiging. Ook de grotere autonomie voor de gemeenten, de
kortere beslissingstermijnen en de netto handelsoppervlakte als enig
criterium zijn volgens hem zeer positieve elementen in deze nieuwe
wet.
400 m
2
à 1.000 m
2
. L'avis du
Comité socio-économique pour la
distribution ne sera plus requis que
pour les implantations dont la
superficie est supérieure à
1.000 m
2
.
Au cours des auditions, des
observations ont été formulées par
des représentants de la Commis-
sion nationale de la distribution,
d'Unizo, de Fébelbois, de l'Union
des Classes Moyennes et de
Fedis.
Au cours de la discussion
générale, M. Lenssen a vanté les
mérites du projet, qui permet selon
lui une importante simplification
administrative. L'autonomie
octroyée aux communes, la
rapidité des décisions et le fait que
la surface de vente nette soit
désormais prise comme critère,
sont d'autres motifs de satisfaction
à ses yeux.
Mme De Meyer est également
satisfaite du projet dans son
ensemble, même si elle s'interroge
encore sur le pouvoir accordé aux
communes.
M. Schoofs dit pouvoir souscrire
au projet mais il met en garde: le
petit commerce pourrait être
désavantagé.
Mme Pieters n'est guère favorable
au projet de loi, qu'elle juge
défavorable aux petits com-
merçants. Elle préconise une
consolidation des noyaux com-
merçants et des commerces de
proximité.
Pour Mme Gerkens, il s'agit
surtout de préserver la diversité de
l'offre. Les commerces de proxi-
mité doivent être maintenus. Elle
se réjouit de l'élargissement de
l'autonomie communale.
L'assemblée plénière a renvoyé le
projet en commission étant donné
qu'une série d'amendements
avaient été présentés. A l'issue de
la discussion de mercredi, le projet
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
47
Ook mevrouw De Meyer vindt een aantal positieve elementen terug in
het ontwerp. Zij formuleert echter een bedenking bij de toegekende
bevoegdheid aan het college van burgemeester en schepenen, wat
betreft de vestigingen met een oppervlakte tussen 400 en 1.000m
2
.
Collega Schoofs kan zich terugvinden in het ontwerp, maar vindt dat
men kleinhandelaars niet mag benadelen tegenover de grote
winkelketens.
Mevrouw Pieters is geen voorstander van deze wet. Zij vreest immers
dat deze wet nadelig zal zijn voor de kleinhandelaar. Daarom pleit zij
voor een versterking van de buurtwinkels en de stedelijke
handelscentra. Zij is voorstander van een regionalisering van het
vergunningenbeleid.
Mevrouw Muriel Gerkens is van oordeel dat de diversiteit van de
handelszaken bewaard moet worden en dat het bestaan van
buurtwinkels behouden moet blijven. Zij vindt het een goede zaak dat
de gemeenten over meer autonomie beschikken.
Verschillende leden dienden bij de artikelsgewijze bespreking
amendementen in.
Tijdens de plenaire vergadering van 8 juli werd beslist het
wetsontwerp opnieuw naar de commissie te sturen om een aantal
nieuwe amendementen te bespreken. Deze bespreking vond plaats
vorige woensdag en het gehele, geamendeerde wetsontwerp werd
aangenomen met negen stemmen voor en drie stemmen tegen.
amendé a été adopté par 9 voix
contre 3.
De voorzitter: In de algemene bespreking zijn ingeschreven: de heer Lenssen, mevrouw Pieters, de heer
Bacquelaine, de heer Schoofs en mevrouw Gerkens.
25.02 Georges Lenssen (VLD): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, collega's, het gaat hier vandaag over een nieuwe wet die
eigenlijk een vervanging is van de oude wet betreffende de
handelsvestigingen van 1975, die later werd aangepast in 1976.
Volgens ons is deze wet dringend aan herziening toe, want deze wet
voldeed niet meer aan de huidige commerciële noden en zeker niet
meer aan het huidige consumptiepatroon. In tegenstelling tot wat
sommigen beweren heeft deze wet in het verleden juist tot de
leegloop van stadskernen geleid. Het is dus niet zo dat de vorige wet
de stadskernen heeft beschermd en de huidige wet deze leegloop van
de stadskernen zou bevorderen. Integendeel zelfs. Deze wet heeft
heel wat voordelen. Ik zou die in vier verschillende punten willen
opsommen.
Ten eerste, is er meer transparantie en duidelijkheid. Ten tweede,
worden er kortere, maar vooral ook striktere termijnen toegepast. Ten
derde, biedt deze wet een grotere rechtszekerheid. Ten vierde, zullen
we een grotere autonomie krijgen voor de gemeenten.
In de eerste plaats kom ik op de transparantie en de duidelijkheid.
Vroeger werd gehandeld in bruto-oppervlakten, wat vaak tot
verwarring leidde. Nu heeft men duidelijk geopteerd voor netto-
oppervlakten. De netto-verkoopoppervlakte telt nu als enig criterium.
Ook is het zo dat bij ontstentenis van een beslissing van een college
een stilzwijgende vergunning wordt gegeven als binnen de toegestane
termijnen geen antwoord wordt gegeven. Ook dit creëert dus
25.02 Georges Lenssen (VLD):
La loi de 1975 devait être revue
d'urgence parce qu'elle ne
satisfaisait plus aux besoins
commerciaux et au modèle de
consommation actuels. Je ne
pense pas que la nouvelle loi
favorisera la fuite des centres
urbains, au contraire.
La nouvelle loi offre une plus
grande transparence et clarté,
prévoit des délais plus courts,
renforce la sécurité juridique et
confère une autonomie étendue
aux communes.
Si auparavant, on se basait sur la
surface brute, aujourd'hui, la
surface commerciale nette
constitue le seul critère. Si le
Collège des bourgmestre et
échevins ne prend pas une
décision en temps voulu,
l'autorisation est accordée
tacitement. Une plus grande clarté
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
48
duidelijkheid voor de aanvrager.
Vroeger was het grondgebied onderverdeeld in verschillende zones
zone 1, zone 2, enzovoort met allemaal een verschillende
toepassing. Ook dat was niet goed voor de transparantie. Nu heeft
men beslist om die zones af te schaffen voor alle oppervlakten. Voor
alle aanvragen hanteert men hetzelfde criterium, of men nu in het
centrum of buiten het centrum is gevestigd.
Ook is hier in een vereenvoudigde procedure voorzien voor
uitbreidingen die, ten eerste, niet meer dan 20% bedragen van de
oorspronkelijk vergunde toekenning, met een maximum van 300
vierkante meter en, ten tweede, voor verhuizingen binnen de
gemeente als het gebeurt binnen een straal van 1.000 meter.
Hiervoor dient alleen een eenvoudige verklaring te worden afgeleverd
bij het college van burgemeester en schepenen. Dit volstaat om deze
uitbreiding of verhuizing te kunnen uitvoeren.
Ten tweede, zijn er kortere en striktere termijnen. Het is ook heel
belangrijk voor de investeerder dat hij duidelijk weet hoe hij zijn
investeringen moet plannen. Als hij een aanvraag doet en er geen
specifieke vergunning wordt gegeven als er dus een afwezigheid
van beslissing is krijgt hij toch een vergunning. Hij weet dus perfect
wanneer hij met zijn investering kan aanvangen en wanneer hij zijn
vergunning al dan niet kan krijgen.
Ten derde, is er een grotere rechtszekerheid. In de bestaande wet
was geen beroepsprocedure mogelijk als er een negatieve beslissing
was van het sociaal-economisch comité. Welnu, collega Lano, collega
Van Campenhout en ikzelf hebben destijds een voorstel ingediend
waarin wij vroegen om een beroepsprocedure mogelijk te maken in
de bestaande wet, maar aangezien deze wet daarin al heeft voorzien
is ons voorstel eigenlijk zonder voorwerp geworden en hebben wij ons
voorstel uiteraard ingetrokken. Vandaag is dus te allen tijde een
beroep mogelijk, ook als er een negatieve beslissing is. Uiteindelijk
zal men dan terechtkomen bij het interministerieel comité dat hierin
een beslissing zal nemen.
Ten vierde, de autonomie van de gemeenten. De gemeentebesturen
zijn verplicht om de zes jaar verantwoording af te leggen bij de kiezer
en zullen op dit punt zeker rekening houden met de kiezer, alsook met
de lokale middenstand. De gemeentebesturen zullen proberen te
vermijden dat beslissingen worden genomen die nefast zijn voor de
eigen middenstand en een leegloop van de stadskernen kunnen
veroorzaken. Integendeel, de gemeenten zullen erop toezien dat
stadskernen versterkt worden en er geen overhaaste beslissingen
worden genomen die slecht zijn voor de ontwikkeling van de eigen
gemeente.
Wat dit punt betreft, heeft de VLD volledig vertrouwen in de
responsabilisering die aan de gemeenten gegeven wordt. We zullen
erop toezien dat zij zich aanpassen aan de structuurplannen die zullen
opgemaakt worden. Tegen 2007 moet elke gemeente een
structuurplan hebben uitgewerkt. Er worden zones voorbehouden
voor kleine handelszones. Het zal niet anders kunnen dan dat nieuwe
investeringen toegelaten worden in de zones die erkend zijn als kleine
handelszones. De autonomie van de gemeenten zal, mijns inziens,
leiden tot een grotere responsabilisering.
est ainsi garantie au demandeur.
Parmi les autres simplifications,
citons la suppression des zones et
l'assouplissement des procédures
en matière d'extension et de
déménagement dans la même
commune.
Les délais plus courts et plus
stricts permettent de mieux
planifier les investissements.
L'instauration d'une possibilité de
recours accroît la sécurité
juridique.
Les administrations communales
doivent rendre des comptes aux
électeurs tous les six ans et
tiendront donc certainement
compte des intérêts des
commerçants locaux. Il ne me
paraît dès lors pas fondé de
craindre des décisions hâtives.
Nous faisons une totale confiance
aux communes. D'ici à 2007,
chaque commune doit disposer
d'un plan structurel. De nouveaux
investissements seront certes
autorisés dans les zones de
commerce de détail.
La loi actuelle permet aux grandes
chaînes de magasins situées dans
les zones frontalières de s'attaquer
au pouvoir d'achat belge. Nous
voulons donner aux indépendants
la possibilité de se développer de
façon dynamique et de se
spécialiser afin de renverser la
vapeur. Il faudrait inverser le flux
d'achat vers l'étranger. Ainsi, le
centre-ville de Courtrai s'est
totalement vidé à cause du
développement de la ville de Lille.
Cette situation ne peut se
reproduire. Voilà pourquoi le VLD
soutiendra pleinement ce projet.
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
49
We kunnen echter niet anders dan vaststellen dat omwille van de
huidige wet er zeer rare dingen gebeurd zijn in de grensgebieden.
België is bijna een groot grensgebied. We krijgen concurrentie van
over de grenzen heen. Overal in de periferieën van ons land ontstaan
grote ketens die als het ware een aanval doen op de koopkracht van
onze Belgische consument. Heel wat Belgen kopen in het buitenland
en worden er geholpen door buitenlandse werknemers.
Met de nieuwe wet wil de VLD de zelfstandige ondernemer de kans
geven om te groeien, dynamisch te zijn en zich te verweren tegen de
buitenlandse concurrentiekracht en de grote ketens. Een zelfstandig
ondernemer die kan groeien en zich specialiseren, is veel beter
gewapend, ook tegen de grote ketens.
Er wordt beweerd dat deze nieuwe wet de grote ketens bevoordeelt.
De meeste dossiers die in het verleden geweigerd werden, zijn
allemaal met betrekking tot bedrijven die wensten uit te breiden, maar
hierin belemmerd werden. Met deze nieuwe wet willen we de
bedrijven slagkracht en mogelijkheid tot groei en specialisatie geven.
Op die manier helpen we mee aan de groei van de tewerkstelling.
We moeten ervoor zorgen dat de koopstroom van België naar het
buitenland opnieuw gekeerd kan worden en de buitenlandse
consument gemotiveerd wordt om in ons land te kopen. Iedereen kent
de situatie van Kortrijk. Het stadscentrum van Kortrijk is bijna volledig
leeggelopen ten gevolge van de ontwikkelingen in Rijsel. Hetzelfde
merken we in andere grensgebieden.
Voor de VLD is het duidelijk dat deze trend gestopt moet worden. Met
deze nieuwe wet bieden we aan onze eigen ondernemers en
handelaars de mogelijkheid om zich tegen die trend te wapenen. We
zijn grote voorstanders van deze wet en zullen ze volmondig
goedkeuren.
25.03 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, collega's, de
CD&V kan akkoord gaan met een aantal uitspraken van de heer
Lenssen. Ook de CD&V is voorstander van een vereenvoudigde
procedure. Uit het verslag blijkt echter duidelijk dat we het op een
aantal andere punten helemaal niet eens zijn met het VLD-standpunt.
Er is reeds heel wat te doen geweest inzake de wet op grote
handelsinplantingen. Deze wet dateert niet van 21 april, maar van de
vorige legislatuur.
Mijnheer de voorzitter, collega's, ik wil met het volgende beginnen.
Deze wet stond vorige week geagendeerd op de agenda van de
plenaire vergadering. Door omstandigheden, ik weet niet of ik dit
woord in de mond mag nemen door gepruts van de regering met
amendementen, kon die bespreking niet plaatsvinden. Die
donderdagochtend ben ik wakker geworden met een citaat uit de
pers: "Deze regering onderscheidt zich door gebrek aan volharding en
aan techniciteit". Dat zijn nu net de twee zaken, gebrek aan volharding
en gebrek aan techniciteit, die kenmerkend zijn voor dit wetsontwerp.
In eerste instantie bespreek ik het gebrek aan volharding.
Het wetsontwerp werd inderdaad in de vorige legislatuur ingediend
25.03 Trees Pieters (CD&V):
M. Lenssen a mentionné des
points tels que la simplification de
la procédure auxquels nous
pouvons souscrire. Sur d'autres
points, nous ne sommes pas
d'accord.
Ce projet date de la législature
précédente. Il a été inscrit à l'ordre
du jour de la séance plénière de la
semaine dernière, mais sans être
examiné en raison du travail de
bricolage du gouvernement, qui
avait introduit des amendements.
Les médias n'ont pas manqué de
constater, à juste titre d'ailleurs,
que ce gouvernement se distingue
par son manque de persévérance
et de technicité.
Le projet avait initialement été
déposé par M. Picqué, ministre
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
50
door de toenmalige minister van Economie, de heer Charles Picqué.
Dat ontwerp is hier lange tijd hangende gebleven en er vonden veel
hoorzittingen plaats. Het is niet tot een stemming gekomen omdat de
minister óók tot de bevinding was gekomen dat het wetsontwerp niet
het beste ontwerp was dat in de Kamer werd ingediend. Vervolgens
werd het wetsontwerp opnieuw opgevist en stond het geagendeerd op
21 april, op het ogenblik dat het in de Kamer is toegekomen, dus vier
maanden geleden. Het wetsontwerp heeft dus vier maanden
meegedraaid in de commissie voor het Bedrijfsleven. Wij konden het
bijzonder moeilijk behandelen wegens de afwezigheid van de
meerderheid, soms wegens de afwezigheid van de minister of omdat
de minister niet later kon blijven dan 17.00 uur. Het is dus gewoon op
de lange baan geschoven, tot plots vorige week dinsdag, op 6 juli
2004, het wetsontwerp boven water kwam tegen alle afspraken in. Op
de agenda stonden namelijk vragen, interpellaties en het wetsontwerp
over de auteursrechten. Het wetsontwerp werd zomaar, tussen de
vragen door, op de agenda geplaatst. Sta me toe om het te zeggen:
met een ongelooflijke arrogantie heeft de VLD-fractie, gevolgd door
de rest van de meerderheid, dat doorgedrukt. Niemand van ons had
documenten bij. Er werd helemaal geen rekening gehouden met de
kritiek van de Raad van State op een amendement dat door de heer
Lenssen werd ingediend om een oplossing te bieden voor de
oppervlakte van meer dan 2.000 vierkante meter. De Raad van State
heeft dat niet goedgekeurd. We zouden naar een andere oplossing
hebben kunnen zoeken om dat ernstige probleem aan te pakken,
maar dat was onmogelijk omdat wij geconvoceerd werden zonder
oplossingen, zonder documenten en zonder kennis van wat er op de
agenda stond.
Tot slot, goed wetend dat op het Vlaamse formatieberaad, waar VLD,
sp.a en CD&V samen aan tafel zitten, de vraag tot regionalisering van
grote handelsinplantingen is opgenomen en wetend dat die vraag tot
nu toe nog altijd op de Vlaamse formatienota staat en eigenlijk
verworven is, veroorlooft de meerderheid het zich om dat wetsontwerp
op de agenda te plaatsen en over te gaan tot de orde van de dag.
Mijnheer de voorzitter, collega's, men kan zich alleen maar afvragen
wat hierachter zit. Voor mij is het ondertussen duidelijk geworden dat
niemand minder dan premier Verhofstadt zelf hierachter zit. Hij is
goed bevriend met de baas van Décathlon de heer Hanot.
(...)
Mijnheer Lano, de heer Georges Hanot van Décathlon heeft op 16
maart 2003 een brief geschreven aan de heer Guy Verhofstadt:
"Geachte heer, beste Guy." Ik ga die brief niet helemaal voorlezen,
maar ik wil er toch uit citeren: "Wijziging wet op de handelsvestigingen
1975. Ik schrijf je in verband met het wetsontwerp tot wijziging van de
oude wet op de handelsvestigingen uit '75. Het is bekend dat de wet
de vestiging van grote winkelbedrijven fel belemmert. Vestigingen die
nochtans een pak nieuwe werkgelegenheid kunnen creëren. Na
maandenlange besprekingen in de commissie van het Parlement is
dit ontwerp van nieuwe wet op handelsvestigingen nog steeds niet
goedgekeurd. Je begrijpt dat het voor een bedrijf als Décathlon en
andere collega's in de grootdistributie zeer moeilijk werken is met een
sociaal-economische comité dat arbitrair en ondoorzichtig oordeelt
over dossiers. Décathlon heeft een programma voor de ontwikkeling
van 20 tot 25 winkels waarbij 4.000 jobs kunnen worden gecreëerd
compétent à l'époque. Celui-ci
s'est cependant rendu compte que
le projet était loin d'être parfait. Il a
été exhumé le 21 avril 2004.
Pendant 4 mois, le projet n'a pas
pu être examiné en commission
de l'Economie en raison de
l'absence de la majorité ou du
ministre. Il a été oublié avant d'être
subitement remis à l'ordre du jour
mardi dernier, à l'encontre de tout
ce qui avait été convenu. Il n'a
même pas été tenu compte des
critiques formulées par le Conseil
d'Etat à propos de l'amendement
Lenssen relatif aux surfaces
supérieures à 2.000 m².
Alors que la question de la
régionalisation des grandes
implantations commerciales a été
incluse dans la note relative à la
formation du gouvernement
flamand, l'Etat fédéral inscrit ce
projet à l'ordre du jour. Qui en a
décidé ainsi?
Le premier ministre lui-même! Son
bon ami Georges Hanot,
administrateur délégué de
Decathlon, lui a en effet demandé
instamment, dans un courrier du
16 mars 2003, de faire adopter la
nouvelle loi au plus vite. Il l'a prié
de veiller à ce que ce projet de loi
puisse être adopté avant la
dissolution du Parlement fédéral
en avril 2003. Et il a mentionné le
fait que le siège central ne pouvait
plus attendre pour prendre des
décisions. En outre, le 24 juillet
2001, Decathlon a communiqué
un dossier qui comportait une
nouvelle version d'un projet de loi
et qui a ensuite été transmis au
VLD afin que celui-ci le commente.
Si l'on en croit un échevin gantois,
le magasin Ikea s'est implanté à
Gand grâce à son ami
Verhofstadt; à titre de
compensation, un parc d'attraction
sera installé sur le site de Flanders
Expo.
Le cirque auquel ce projet de loi a
donné lieu exhale de forts relents
de corruption.
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
51
over een periode van 5 jaar, maar de hoofdzetel in Frankrijk kan niet
blijven wachten en wil vooruitgang zien."
Vervolgens staat er: "Ik wil er dan ook sterk op aandringen opdat u uw
invloed zou aanwenden om het werk in de commissie van het
Parlement te laten opschieten. Momenteel wordt er gedebatteerd over
de invloed van gemeenten, beslissingsprocedures, de rol van het
sociaal-economisch comité voor de distributie, beroepsmogelijkheden
in geval van verwerping van het dossier enzovoort. Als men zo
doorgaat met dit gehakketak kan de wet onmogelijk goedgekeurd
worden vóór de verkiezingen van 18 mei aanstaande. Je begrijpt mijn
ontgoocheling over het geleverde werk tot op heden en ik wil er dan
ook sterk op aandringen opdat deze wet zou gecorrigeerd worden en
aangepast worden voordat het Parlement zal ontbonden worden, dit is
begin april. Zoniet dreigt het geheel terug verloren te gaan in nieuwe
regeringsonderhandelingen en dito commissies. Als je wilt, ben ik
natuurlijk bereid om je daarover persoonlijk uitleg te geven."
Getekend Georges Hanot, gedelegeerd bestuurder.
De tweede zaak waarom ik ervan overtuigd ben dat de premier zelf
erachter zit, is een dossier, opgemaakt door Décathlon aan Techsys
Consulting, aan Alain Mahot en Michel Decat, opgemaakt te Brussel
op 24 juli 2001, met een nieuwe versie van een wetsontwerp waarin
de laatste pagina doorgestuurd wordt voor commentaar aan de VLD-
dienst. Ik weet niet of de sp.a of de PS daarbij betrokken zijn, maar dit
is eenzijdig richting VLD vanuit twee hoeken. Daarom ben ik ervan
overtuigd dat Verhofstadt zelf erachter zit.
Een tweede punt dat bij ons de wenkbrauwen doet fronsen en ons
doet zeggen dat dit dossier niet koosjer is, is dat dit verkocht is aan
Ikea. Het is duidelijk dat de schepen van Gent hier geen blad voor de
mond neemt. Hij verkondigt duidelijk dat het dankzij zijn goede vriend
en zijn buur Guy Verhofstadt is dat Ikea daar komt en dat ter
compensatie een park zal worden aangelegd in Flanders Expo.
Waarom doet Verhofstadt dat? Waarom zet hij hier druk achter?
Morgen vandaag zal het hier echter te laat worden wordt de
Senaat bijeengeroepen om dit wetsontwerp door de strot geduwd te
krijgen, teneinde het nog voor het reces in de Senaat goedgekeurd te
krijgen. Denkt Verhofstadt misschien dat hij in september of oktober,
bij de hervatting van de werkzaamheden, niet meer in staat zal zijn
om het wetsontwerp er door te drukken? Vreest hij dat? Dit spektakel
dat de laatste weken werd opgevoerd, ruikt volgens ons sterk naar
ik gebruik de woorden van de heer Tant, in de commissie
omkoperij. De heer Tant heeft dat duidelijk verwoord in de commissie.
Toen hoorden wij gegrom, getier en gejoel op de banken van de VLD,
maar geen enkele weerlegging.
25.04 Pierre Lano (VLD): Ik wil beleefd en sereen antwoorden. Ik
heb bedenkingen bij het gebruik van het woord omkoperij. U moet
niemand verwijten als er geen bewijzen zijn.
25.04 Pierre Lano (VLD): Cette
accusation est déplacée. Où sont
les preuves?
25.05 Trees Pieters (CD&V): Ik heb bewijzen. Ik heb ze genoemd. Ik
heb ze voorgelegd. Ze liggen hier. Een studie besteld bij Décathlon.
25.05 Trees Pieters (CD&V): Je
viens de les énumérer.
25.06 Pierre Lano (VLD): Mevrouw Pieters, ik zou voorzichtiger zijn
in uw plaats.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
52
25.07 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, aangezien het
opnieuw ter sprake komt, wens ik het volgende te zeggen.
Ik heb heel nadrukkelijk en bewust de woorden politieke omkoperij
gebruikt om de volgende redenen. Uit de media en uit verklaringen
van sommige Gentse prominenten is voldoende gebleken dat er bij
Ikea een uitdrukkelijk engagement bestaat om in Gent een
ontspanningspark neer te poten als compensatie voor de mogelijkheid
die wordt geboden om een nieuwe Ikea-vestiging tot stand te
brengen. Collega's, u kunt sommige woorden kwalijk nemen, maar ik
vind er geen andere dan te zeggen dat hier een deal is gemaakt
waarbij men zich heeft geëngageerd om het tijdig klaarmaken en
goedkeuren van het wetsontwerp te compenseren. Ik kan hiervoor
geen andere woorden bedenken dan politieke omkoperij. Ik zeg niet
dat de eerste minister hierbij voordeel heeft en ik beweer evenmin het
omgekeerde. Het is toch merkwaardig wanneer een stad wordt
beloond voor het feit dat het Parlement in zeven haasten en onder
persoonlijke druk van de eerste minister een tekst goedkeurt.
25.07 Paul Tant (CD&V): J'ai
parlé de corruption parce qu'il
ressort de révélations dans les
médias et de déclarations de
personnalités gantoises que le
parc de loisirs a servi de monnaie
d'échange pour l'implantation
d'Ikea. Il y donc eu un
marchandage. Je ne prétends pas
que le premier ministre,
M. Verhofstadt, en tire un bénéfice
mais la ville de Gand est
récompensée parce que le projet
de loi est adopté à la Chambre.
25.08 Bart Tommelein (VLD): (...)
25.09 Paul Tant (CD&V): U leest toch ook de krant zeker!
De voorzitter: Mijnheer Tommelein, u krijgt straks het woord.
25.10 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, dat men er de
verklaring op naleze van de heer Termont, schepen van de stad Gent!
25.10 Paul Tant (CD&V): Il suffit
de lire les déclarations de l'échevin
Termont à ce sujet!
De voorzitter: Mijnheer Tommelein, u hebt het woord voor een korte onderbreking. Daarna de heer Tant
en dan doet mevrouw Pieters voort.
25.11 Bart Tommelein (VLD): Mijnheer Tant, wanneer u de woorden
politieke omkoperij gebruikt ik sluit aan bij wat collega Lano gezegd
heeft voor zaken die u uit de krant haalt, dan zijn dat zware
woorden, mijnheer Tant. Ik vind dat u op dit moment geen enkel,
maar dan ook geen enkel bewijs hebt om hier personen te
beschuldigen van omkoperij. Ik vind dat ongehoord.
25.11 Bart Tommelein (VLD):
Vous formulez de bien lourdes
accusations sur la base de ce que
l'on peut lire dans la presse.
25.12 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, in het
licht van wat mevrouw Pieters stelt en gelet op de abnormale wijze
waarop de procedure uiteindelijk is afgehandeld, wil ik gewoon het
wederwoord van de VLD in dit rondje boksen horen. Geeft u maar
eens de argumenten contra. Het vermoeden is inderdaad gewekt,
hoor. Dat zal men op vele plaatsen zo interpreteren. Ik zeg nog niet
dat het echt om bewijzen gaat, maar de vermoedens zijn er
inderdaad. U hebt geen enkele manier om het te weerleggen. Ik zal er
straks wel op terugkomen in mijn toespraak.
25.12 Bert Schoofs (VLAAMS
BLOK): Quels arguments le VLD
a-t-il à faire valoir?
25.13 Pierre Lano (VLD): Mevrouw, ik ben eigenlijk verrast en
verontwaardigd door de manier waarop ons land schizofreen reageert
op briljante ideeën die elders zijn ontstaan. Wat is er tegen het feit dat
IKEA zich vestigt en een goed idee uitwerkt? Gelijkaardige initiatieven
bestaan al. Wat hebt u tegen Décathlon, dat een goed idee heeft?
Hebben wij geen goede ideeën, mevrouw? Kijk maar naar Brantano,
een groep die zich in België heeft gevestigd en succes heeft? Bent u
daartegen?
25.13 Pierre Lano (VLD): Je
m'étonne et je m'indigne que l'on
réagisse de manière à ce point
schizophrène à des idées bril-
lantes venues d'ailleurs. Que peut-
on reprocher à l'implantation de
sociétés qui reposent sur de
bonnes idées? Nous avons, nous
aussi, des entreprises florissantes.
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
53
U kunt toch geen tegenstrijdig discours houden, nietwaar? Enerzijds
bent u partizaan van de uitbreiding van nieuwe distributievormen, die
nota bene eigenlijk ook bediscussieerd kunnen worden, en anderzijds,
breekt u ze af! Dat gaat niet, mevrouw. Dat is schizofreen.
25.14 Trees Pieters (CD&V): U hebt vanmiddag gezegd dat we aan
deze zijde van de zaal allemaal "minabelen" zijn. Dat hebben we goed
begrepen.
Bovendien moet u niet vooruitlopen op mijn betoog. Dat komt straks.
We zullen dan aantonen wat er gebeurd is met de werkgelegenheid in
de verschillende dossiers, bij Brantano en andere Belgische grote
distributiezaken. Maar u loopt mij voor. U zult het straks horen.
25.14 Trees Pieters (CD&V):
N'anticipez pas sur mon discours.
25.15 Georges Lenssen (VLD): Mevrouw Pieters, wanneer u de
daling van de werkgelegenheid in het verleden aanklaagt, dan moet u
er wel rekening mee houden dat zulks gebeurd is door de vroegere
grendelwet.
25.15 Georges Lenssen (VLD):
Le recul de l'emploi a été
provoqué dans le passé par
l'ancienne loi-cadenas.
25.16 Trees Pieters (CD&V): Collega's, ik kom daar straks op terug.
Ik zit nog maar aan pagina twee van mijn uiteenzetting.
25.16 Trees Pieters (CD&V): J'y
reviendrai tout à l'heure.
De voorzitter: Laat mevrouw Pieters haar redenering afmaken.
25.17 Georges Lenssen (VLD): U noemt oorzaken van problemen
op waar onderhavige wet niets aan kan doen!
25.18 Trees Pieters (CD&V): Ik heb de woorden "niet koosjer"
gebruikt en ik hoor dat niemand weerleggen. Uw schepen himself van
Gent, de heer Termont, vertelt het overal.
Hij kan er zelfs niet meer over zwijgen.
25.19 Pierre Lano (VLD): (...).
25.20 Trees Pieters (CD&V): Het is een Gents onderonsje.
25.21 Bart Tommelein (VLD): (...).
25.22 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer Tommelein, u staat hier niet
in een bar in Oostende. Soms doet u mij geloven dat u in een bar in
Oostende staat.
25.23 Paul Tant (CD&V): We zullen de heer Tommelein niet meer
persoonlijk aanpakken. We zullen hem een aantal postkaarten sturen.
Dat begrijpt hij beter.
25.24 Trees Pieters (CD&V): Dat zal dan van mij ook het laatste zijn.
Met dat hele gebrek aan volharding, dat het eerste luik van mijn
betoog was, zouden we vergeten om tot de essentie van het
wetsontwerp te komen. De bedoeling van de vele amendementen die
wij hebben ingediend, is te proberen het wetsontwerp te ontleden en
voornamelijk de lacunes erin te verbeteren. Het verslag van de heer
Hove heeft immers duidelijk gemaakt dat alle sprekers in de
hoorzittingen heel wat bedenkingen hadden bij het wetsontwerp. Zij
hebben ons geleerd dat deze wet aan techniciteit te wensen overlaat.
25.24 Trees Pieters (CD&V): Nos
nombreux amendements ten-
daient à améliorer techniquement
le projet et à en combler les
lacunes. Lors des auditions, tous
les intervenants ont formulé des
observations. Si le projet avait été
relégué aux oubliettes sous la
précédente législature, il a été
ressorti des tiroirs à Gembloux.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
54
Ik wil het nu hebben over die techniciteit. Collega's, in de vorige
legislatuur heeft de heer Picqué het wetsontwerp ingediend. Het werd
afgevoerd na vernietigende hoorzittingen. Het werd in Gembloux
opnieuw opgevist door mevrouw Moerman, met een aantal kleine
wijzigingen. Het moest worden gezien in het Objectief 200.000 van
Gembloux: "Tewerkstelling, tewerkstelling, tewerkstelling", of "Werk,
werk, werk", wat was het? Samen met het historisch sociaal statuut
van de zelfstandigen, dat uiteindelijk een ministatuut is geworden,
zouden de KMO's en de kleine distributiefirma's worden geraakt. We
zullen het straks nog over die tewerkstelling hebben.
Ten tweede, het is duidelijk een paars dossier. Socialisten en liberalen
hebben zich hier bijeengeschaard, terwijl christen-democraten en
groenen tegen het wetsontwerp zijn. Socialisten en liberalen hebben
dus duidelijk laten verstaan dat zij minder aandacht hebben voor de
problematiek van de kleine zelfstandige en van de vele KMO's in ons
land. Voor de liberalen vind ik het onbegrijpelijk dat zij daarin
meegaan en dat zij hun cliënteel en achterban niet beter hebben
verzorgd. Deze wet is een zoveelste kaakslag voor hun achterban. De
heer Lenssen mag dan nog zeggen dat de grensgemeenten het goed
vonden dat de buitenlandse bedrijven zouden worden aangetrokken,
omdat het de tewerkstelling zou verhogen. Ik heb daarover mijn
twijfels.
Ten slotte, u hebt Kortrijk aangehaald.
Mag ik u zeggen dat de middenstand van Kortrijk aan het heropleven
is en dit dankzij een slagkrachtige burgemeester die er enorm veel in
investeert en enorm veel nieuwe projecten creëert voor de
binnenstad? Dit gebeurt niet door groothandelsinplantingen aan de
rand van de stad.
(...): Dus, u ziet dat de gemeenten het toch aankunnen.
Il s'agit d'un dossier aux accents
violets qui n'accorde guère
d'attention aux petits indépen-
dants; je ne comprends pas que
les libéraux se prêtent au jeu. Je
ne suis pas convaincue que les
entreprises étrangères contribuent
à développer l'emploi. Si le centre
de Courtrai revit, il le doit au
dynamisme du bourgmestre, pas à
la présence des grands com-
merces de la périphérie.
25.25 Trees Pieters (CD&V): Ik wil het nog even hebben over de
werkgelegenheid.
25.26 Pierre Lano (VLD): Het ligt toch een beetje zwaar op de maag
dat men altijd voorbeelden geeft die eigenlijk symptomatisch zijn en
de kleine zelfstandige als het ware irriteren. Ik wil hier tientallen
voorbeelden geven van succesvolle bedrijven in de distributie van
meubelen, Vlaamse zaken die niet hebben kunnen uitbreiden in
België en die zich gevestigd hebben in Japan. Ik citeer Gaverzicht uit
Deerlijk dat niet kon uitbreiden. Ze zijn naar Wallonië gegaan, omdat
er geen plaats was in Vlaanderen. Wil men dat ook doen, onze eigen
zaken beknotten? Wil men zo ver gaan dat de gespecialiseerde
distributie ook geen kansen meer heeft? Durft men dat debat ook
eens aangaan, in plaats van dit toe te spitsen op enkele gevallen die
de mensen misschien wel aanspreken, maar niet de totaliteit van de
waarheid weergeven? (Applaus)
25.26 Pierre Lano (VLD): Je
pourrais citer des dizaines
d'exemples de commerces floris-
sants, souvent dans le secteur du
meuble, qui n'ont pu s'étendre en
Flandre et qui se sont dès lors
implantés ailleurs. Il faut
considérer la réalité dans sa
globalité.
25.27 Trees Pieters (CD&V): Ik laat u applaudisseren. Ik
veronderstel dat u ook de brief hebt gekregen van Febelhout?
25.28 Carl Devlies (CD&V): De heer Lano spreekt over een
distributiebedrijf dat blijkbaar de keuze had om zijn distributievestiging
te vestigen in ofwel Vlaanderen ofwel Japan. Ik vind dat nogal
25.28 Carl Devlies (CD&V): La
discussion porte sur la perte
d'attrait des centres-villes au
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
55
eigenaardig. Het probleem dat hier rijst is de keuze te maken tussen
vestigingen in de binnensteden of in de buitengebieden. Dat is het
grote probleem: de bedreiging van de steden! De steden worden
geconfronteerd met al die randontwikkelingen, die ontwikkelingen in
de randgemeenten, waardoor zij aan aantrekkingskracht verliezen.
Dat is een van de grote problemen. Als men de faciliteiten voor het
vestigen van dergelijke grote verkoopsoppervlakten te gemakkelijk
maakt en niet in een geheel beleid opneemt, is men fout bezig.
bénéfice de la périphérie. Un
assouplissement trop important
des conditions d'implantation des
grandes surfaces commerciales,
sans que celles-ci soient intégrées
dans une politique globale, est un
mauvais choix.
25.29 Trees Pieters (CD&V): Over het probleem dat de heer Lano
opwerpt in verband met de tewerkstelling, hebben we het zoals
gezegd straks nog.
Wel duidelijk is dat hier werd gekozen voor grootdistributie in plaats
van voor de centrumwinkel en voor het versterken van de
centrumsteden. Als Guy Verhofstadt of de meerderheid inspanningen
doen om Ikea, Carrefour en Décathlon naar dit land te halen zij zijn
er natuurlijk al en zullen in nog grotere getale met de nieuwe wet
hierheen komen dan zal dat wellicht... (Onderbreking van de heer
Tommelein) Luister, wie heeft er het woord, Tommelein: ik of gij?!
25.29 Trees Pieters (CD&V): Le
gouvernement a privilégié les
grands centres de distribution au
détriment des commerces du
centre et des villes-centres.
De voorzitter: Mijnheer Tommelein, als u hier staat, spreekt u. Als u wilt onderbreken, vraagt u dat! Dat
geldt ook voor de heer Tant.
25.30 Trees Pieters (CD&V): Wanneer men een inspanning doet om
de grootdistributie, ik heb ze daarnet genoemd, ongebreideld naar
hier te laten komen, dan had de meerderheid, die een punt maakt van
de kenniseconomie, eigenlijk de logistiek van al die bedrijven naar
hier moeten halen, mijnheer Lano. Brantano heeft een Belgische
logistiek, maar Décathlon heeft een bijzondere grote logistiek.
Duizend mensen werken in de design en innovatie van Décathlon in
Villeneuve d'Asc. Hetzelfde geldt voor Carrefour, en voor Ikea in
Zweden. Waarom heeft men niet geprobeerd om de design en
innovatie naar hier te halen? Waarom probeert men alleen de
producten en de verkoop naar hier te brengen?
Jullie hebben de mond vol van een kennismaatschappij. De
modelstaat moet een kennismaatschappij worden. Hier hebt u een
belangrijke troef laten liggen door niet te onderhandelen over de
design- en productontwikkelingscentra, die gepaard gaan met de
grootdistributie die naar hier wordt gehaald.
25.30 Trees Pieters (CD&V):
Dans le cadre de l'économie du
savoir, il aurait fallu attirer la
logistique et non pas se limiter
aux produits et à la vente. Les
négociations auraient dû porter sur
le design et sur le développement
des produits.
25.31 Georges Lenssen (VLD): Mevrouw Pieters, u focust alleen op
Ikea en Décathlon, maar weet u dat het overgrote deel van de
geweigerde dossiers in het recente verleden zelfstandigen waren die
wilden uitbreiden? Uiteindelijk gaat het maar over twee grote ketens.
De rest gaat over zelfstandigen die geen uitbreidingsmogelijkheden
gekregen hebben. Voor hen komen wij wel op.
25.31 Georges Lenssen (VLD):
Decathlon et Ikea mobilisent toute
l'attention alors que les demandes
d'extension de près de 400 petits
indépendants sont refusées.
25.32 Trees Pieters (CD&V): Nu wil ik ook eens de bewijzen zien.
Welke uitbreidingen van zelfstandigen zijn geweigerd? Ik dacht dat u
zou zeggen dat het niet over Décathlon en Ikea gaat, maar
voornamelijk over Carrefour. Carrefour zal hier namelijk de grote
winnaar worden. Men spreekt over een zestigtal nieuwe vestigingen in
België, met oppervlaktes van 5.000 tot 10.000 m
2
.
Bovendien, wij hebben de reactie gehoord, heeft Unizo maanden
geleden u allemaal aangesproken; de partijvoorzitters, de leden van
25.32 Trees Pieters (CD&V): Le
présent projet n'y changera pas
grand-chose. Carrefour sera le
grand vainqueur.
L'Unizo a obtenu de toutes les
parties, il y a de nombreux mois,
que la loi ne serait pas modifiée si
une série de conditions n'étaient
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
56
de commissie en de verschillende fracties. Unizo heeft van die
fracties verkregen dat er niet gesleuteld zou worden aan de wet
wanneer niet aan een aantal voorwaarden voldaan zou zijn. Ten
eerste, zij hebben gevraagd de gemeentebesturen niet autonoom te
laten beslissen. Ten tweede, zij hebben duidelijk gevraagd dat er een
inventaris zou worden gemaakt van de verschillende locaties met de
diverse vestigingen.
Men moet dan niet schrikken als Unizo een communiqué verspreidt
waarin het stelt dat de verschillende partners die dit wetsontwerp in de
Kamer goedkeuren, woordbreuk plegen. Dit is het minste wat men
kan zeggen. Het communiqué vertelt het volgende: "Unizo over
goedkeuring in Kamercommissie wetsontwerp grote
handelsvestigingen. Premier Verhofstadt, maar ook de
partijvoorzitters van de Vlaamse partijen hadden zich net voor de
verkiezingen nochtans formeel geëngageerd het wetsontwerp te
zullen aanpassen zodat de gemeentebesturen voor grote
winkelprojecten vanaf 2.000m2 niet langer de eindbeslissing over een
vergunning zouden kunnen nemen. Dit engagement wordt nu niet
nagekomen. Daarmee kiest de meerderheid voor de lobby van een
aantal grote, vaak internationale groepen en dit", zo benadrukt Unizo,
"ten nadele van de zelfstandige distributie". Ze nemen hier het woord
"woordbreuk" in de mond.
Ik vraag me af waar de betrouwbaarheid is van deze overheid? We
hebben het bij de vorige verkiezingen ook al meegemaakt met het
horecadebat. Als ze pertinent weet dat het wetsontwerp erdoor moet,
waarom ondertekent de meerderheid dan dergelijke brieven? Ik maak
me ernstig zorgen over de betrouwbaarheid van deze meerderheid en
ik vraag me af wat ons in de toekomst te wachten staat.
Het vierde punt inzake de techniciteit. Iedereen onderschrijft de
regionalisering van de wet. Deze idee is niet van gisteren, die leeft al
jaren bij CD&V en ook bij Unizo. Ik herhaal dat dit opgenomen is in de
nota van de formateur en dat dit tot op vandaag door de partijen die
onderhandelen aan de Vlaamse tafel goedgekeurd is. Hic et nunc is
dit goedgekeurd in het Vlaamse regeerakkoord. U kan dit vanavond
misschien wegvegen, als u een akkoord zult geven in uw congres,
maar hic et nunc is dit door de partners overeengekomen. Dan
zeggen dat dit misschien nog drie jaar zal duren en dat dit geen drie
jaar kan wachten, wel, we wachten al vier jaar op een degelijk
ontwerp vanuit de meerderheid.
pas réunies. On ne souhaitait pas
que les communes décident en
toute autonomie et l'on voulait qu'il
soit procédé à un inventaire des
implantations. Il ne faut dès lors
pas s'étonner que l'Unizo parle
aujourd'hui d'engagements non
tenus. Le débat sur l'horeca avait
donné lieu à la même situation lors
des précédentes élections. La
majorité actuelle a perdu toute
crédibilité.
Tout le monde est pour la
régionalisation de la loi. Ce point
figure même dans la note du
formateur flamand, M. Leterme.
Les négociateurs flamands ont
marqué leur accord avec cette
note. Ceux qui disent qu'il est
exclu de reporter l'adoption de ce
projet de trois ans, se trompent:
cela fait quatre ans que nous
attendons un bon projet. Quoi qu'il
en soit, dès que nous en aurons
l'occasion, nous abrogerons cette
loi.
25.33 Bart Tommelein (VLD): (...)
25.34 Trees Pieters (CD&V): Dat liedje is nu toch bijna uitgezongen.
Ik wou alleen maar vragen of de partners van uw partijen die aan de
overkant zitten, lucht voor u zijn. Houdt u daar nog rekening mee?
25.35 Bart Tommelein (VLD): (...)
25.36 Trees Pieters (CD&V): Wat zegt u? U heeft mij niets te
vertellen. Kijk maar in mijn ogen en zeg het rechtuit.
25.37 Bart Tommelein (VLD): Ik zeg: "Dat moet gij zeggen!"
25.38 Trees Pieters (CD&V): Uw collega's hebben dit...Mijnheer
Tommelein, begrijpt u nog Nederlands, of moet ik het in het Oostends
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
57
zeggen?
De voorzitter: Mevrouw, wij hebben daar geen vertaaldienst voor.
25.39 Bart Tommelein (VLD): Mevrouw Pieters, u moet niet
voortdurend persoonlijk worden. Houdt u aan het dossier.
25.40 Trees Pieters (CD&V): Ik wil het vijfde punt afronden. Voor
ons is het volgende duidelijk. Wanneer u ons nodig hebt is het in
september, in oktober, in januari 2005 of in januari 2006 die wet
wordt door ons weggeveegd. Die wet gaat van de tafel. Daar mag u
gif op innemen. Zij wordt herzien.
Dan is er het objectief van 200.000 nieuwe werkplaatsen. Daarin
kadert de wet op de grote handelsinplantingen. De eerste minister
verkondigde na Gembloers in Petit-Leez of Grand-Leez dat de
herziening van de geweigerde aanvragen vanaf 2000, 5.500 nieuwe
jobs zou creëren. Bij onderzoek blijken dat er zeker en vast geen
5.500 te zijn, maar maximaal 3.062 op papier beloofd. Van de minister
vernamen wij dat de dossiers die opnieuw worden ingediend conform
de nieuwe wet behandeld zullen worden. Welnu, zijn de aanvragers
uit het verleden nog geïnteresseerd; zijn die bedrijven er nog en zijn
zij nog in staat een dossier in te dienen? Dan zal het in elk geval
volgens de nieuwe wet gaan en zullen er in elk geval geen 5.500
nieuwe jobs worden gecreëerd.
Mijnheer Lano, er vond een drukke briefwisseling plaats omtrent dat
dossier. Ik veronderstel dat u, die in het bedrijfsleven goed geplaatst
bent, de brief gekregen hebt van Febelhout, waarin heel uitdrukkelijk
wordt gezegd dat de meubelsector onder andere Gaverzicht, maar
dat produceert niet zoveel: het heeft hier eerder verkoopspunten en
vooral de bedrijven die hier in ons land gevestigd zijn, qua
tewerkstelling en productie onnoemelijk zullen lijden onder de inbreng
van al de Ikea-mastodonten. Hebt u Weba niet gehoord? Weba, het
productiebedrijf in Vlaanderen dat gelijksoortige meubels maakt als
Ikea. Hebben zij u niet verteld dat zij bang zijn dat zij hun deuren
moeten sluiten in dit land? Welnu, als dat de netto creatie van
tewerkstelling is, dan pas ik, dan doe ik niet meer mee. Het zal een
negatief effect hebben. Het zal jobverlies betekenen in de industrie.
Febelhout heeft er pagina's aan gewijd. Ik zal ze niet voorlezen. Ik heb
ze voorgelezen in de commissie, maar u hebt niet gereageerd. U mag
nu nog eens reageren. In elk geval: het zal een negatief
tewerkstellingseffect teweegbrengen.
25.40 Trees Pieters (CD&V): Le
présent projet de loi s'inscrit dans
le projet gouvernemental visant à
créer 200.000 emplois nouveaux.
Le premier ministre a déclaré que
le réexamen des demandes
refusées permettrait de créer
5.500 emplois. Il ressort toutefois
d'une étude que, "sur le papier",
3.062 emplois au maximum ont
été promis. De plus, les dossiers
qui seront réintroduits seront
traités conformément à la nouvelle
loi. Combien seront réintroduits?
Je présume que M. Lano a reçu la
lettre de Febelhout où il est dit que
le secteur du meuble souffrira
énormément de la concurrence
des géants commerciaux. Weba
craint même qu'elle sera
contrainte de mettre la clé sous le
paillasson. Combien d'emplois
nets seront créés? Moi, je redoute
au contraire des pertes d'emplois.
De voorzitter: Mevrouw Pieters, uw spreektijd van 30 minuten is al een beetje overschreden. Ik laat de
heer Lano nog kort reageren en daarna verzoek ik u uw betoog te besluiten.
25.41 Pierre Lano (VLD): Mijnheer de voorzitter, het is onze fout.
We zullen aandachtig voortluisteren naar mevrouw Pieters en ik zal
haar niet meer onderbreken.
Hoe dan ook, het stemt mij treurig, omdat sommige personen en
anderen hier in de zaal samen met hen het goed bedoelen en deze
zaak neutraal en objectief willen aanpakken, terwijl men niet bereid is
om een echte oplossing te zoeken.
Ik vind dat mevrouw Pieters een beetje ver gaat. Ik durf het woord
poujadisme niet te gebruiken, maar haar taalgebruik gaat die richting
25.41 Pierre Lano (VLD): Je
regrette que l'on ne veuille pas
aborder cette question avec
objectivité. Les propos de Mme
Pieters ont un relent poujadiste. Le
débat lancé par Febelhout est
sans rapport avec ce projet de loi.
La fédération met en garde contre
le risque qu'un glissement de la
production n'entraîne également
un glissement de la distribution.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
58
uit. Het debat inzake Febelhout dat zij aangaat ik wil daar uren over
doorpraten heeft echter niets met deze wet te maken. Febelhout
waarschuwt voor de verschuiving in de distributie en in de productie.
Het blijkt inderdaad dat waar de productie verschuift, de distributie
volgt. Dat heeft dus te maken met totaal andere verschijnselen dan
die van de grendelwet of de vervanging ervan. Mevrouw Pieters, het
heeft te maken met de WTO-akkoorden en de wereldhandel. Indien u
die wilt opblazen, mij goed, maar dat is dan een ander debat dat hier
niet aan te pas komt. Febelhout is inderdaad nogal radicaal geweest,
maar FEDIS, dat veel groter is en 200.000 punten vertegenwoordigt,
heeft een veel gematigder verslag opgesteld. Ik hoop dat we toch
rustig en evenwichtig kunnen blijven.
Toute cette question est liée aux
accords de l'OMC et non à
l'ancienne loi-cadenas. Fedis, qui
est une fédération beaucoup plus
grande, a d'ailleurs établi un
rapport nettement plus modéré.
25.42 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, collega's, wij
kunnen natuurlijk proberen tot een oordeel te komen op basis van
hypotheses en cijfers die elkaar soms tegenspreken. Ik onthoud
echter één zaak, met name dat de sector van de zelfstandigen, kleine
en middelgrote ondernemingen echt ongerust is over het
wetsontwerp. Daar kan men niet aan voorbij. Dat zijn de signalen die
u en ik opvangen.
Wij maken hier een keuze. We nemen een optie ten voordele van de
grootdistributie en - het één kan niet worden gezegd zonder het
andere - we laten de bescherming van de zelfstandigen en de kleine
en middelgrote ondernemingen een stuk achter ons. We kiezen
inderdaad voor een andere oplossing. Dat is de reden.
Mijnheer Lenssen, u hoeft niet zo te roepen. De waarheid zal u
achtervolgen. U zult in die kringen ondervinden hoe uw beleid op dat
punt wordt beoordeeld. Ik verwijs u al naar sommige reacties vandaag
in de media enzovoort.
Ten tweede, mevrouw Pieters heeft volkomen gelijk als ze zegt dat u
iets verder moet kijken dan uw neus lang is. Ikea bijvoorbeeld is louter
verkoop. De productie gebeurt ergens anders. Mijnheer de voorzitter,
voor meer dan de helft van de producten die daar verkocht worden
gebeurt de productie in lagelonenlanden. De socialisten die straks
deze tekst mee gaan goedkeuren en die voortdurend menen de grote
hoeders en beschermers te moeten zijn van ons systeem van sociale
zekerheid zouden eigenlijk moeten weten dat door dit goed te keuren
ze eigenlijk een rechtstreekse aanslag plegen op het voortbestaan
van die sociale zekerheid. Daarover zwijgt men echter zedig.
Mijnheer de voorzitter, ik vat samen. Collega's, men kan niet anders,
ook op de VLD-banken, dan zeggen dat men minstens accenten
verlegt. Men verschuift de bescherming. Men maakt het de
grootdistributie gemakkelijker om zich te vestigen en dus de kleine
bedrijfjes van de markt weg te concurreren. Men doet dat maar.
Cynisch gezien en puur opportunistisch zou ik zeggen ga zo door. U
zal de rekening gepresenteerd krijgen. U bent bijzonder kortzichtig als
u vergeet dat in de meubelsector een goed deel van hetgeen in die
KMO's verkocht wordt ook daar geproduceerd wordt. Die doet u
allemaal de das om. Ik vind het een fantastische keuze die u gemaakt
hebt.
25.42 Paul Tant (CD&V): Quoi
qu'il en soit, le secteur des PME
est inquiet. On opte pour la grande
distribution. Les indépendants et
les PME sont lésés. Les libéraux
se rendront compte à leurs dépens
de l'appréciation qui est faite de
leur politique. N'oubliez d'ailleurs
pas qu'une entreprise comme Ikea
est purement axée sur la vente, la
production étant principalement
assurée dans des pays à bas
salaires. Les PME actives dans le
secteur du meuble combinent
vente et production. En adoptant
ce projet de loi, les socialistes
portent un très mauvais coup à la
sécurité sociale.
25.43 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw Pieters,
ik vond uw toelichting zeer logisch. De bedoeling van het wetsontwerp
is meer jobs te creëren, maar we stellen vast dat inzake distributie wat
25.43 Carl Devlies (CD&V): Le
commentaire de Mme Pieters m'a
semblé très logique. Des emplois
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
59
jobs betreft er een verschuiving is van de kleindistributie naar de
grootdistributie. Netto is er daar geen jobwinst, alleen een
verschuiving.
Mevrouw Pieters, met uw toelichting is het duidelijk dat wat betreft de
productie dit gaat leiden tot een verlies van jobs vermits er een
verschuiving zal zijn van productie naar het buitenland. Die toelichting
was dus zeer logisch.
glissent des PME vers le secteur
de la grande distribution mais le
bilan n'est pas positif. Le transfert
de la production à l'étranger
entraînera des pertes d'emplois.
25.44 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wilde mij
aansluiten bij hetgeen de heer Tant daarnet zei over de verschuiving
van de productie. Mevrouw De Meyer, weet u dat de sportkledij die
Décathlon verkoopt in de verschillende vestigingen volledig
geproduceerd wordt in China, dat er daarvan niets ter plaatse wordt
geproduceerd? Het wordt allemaal geproduceerd in lagelonenlanden.
Ik zei u daarnet dat het meest jammerlijke van heel die wet is dat men
niet geprobeerd heeft om de knowhow, om de design en de
productontwikkeling, om de kennis die in dat bedrijf zit naar hier te
halen via hooggekwalificeerde tewerkgestelden, dan betreur ik dat
des te meer.
Mijnheer de voorzitter, ik kom tot mijn besluit. Ik heb in het begin van
mijn uiteenzetting gezegd dat er een volkomen gebrek is aan
volharding en techniciteit. Ik heb dat niet zelf uitgevonden. De kranten
hebben mij dat verteld.
Ik wil bewijzen dat die wet niet toepasbaar is. De uiteindelijke
beslissingsbevoegdheid, collega's, ligt bij de gemeenten. Dan mag u
nog pleiten voor de autonomie van de gemeenten, maar de
gemeenten zijn vandaag de dag niet uitgerust om dergelijke
beslissingen te nemen. Wanneer dergelijke bedrijven naar hier
komen, is het voor hen het gemakkelijkste om een kleine gemeente
uit te kiezen om hun dossier erdoor te drukken. De gemeenten
hebben geen kader; de gemeenten hebben nog altijd geen ruimtelijke
structuurplannen en er is de verregaande impact op de omgeving en
op de omliggende gemeenten. Buiten het feit dat zij dankzij mevrouw
Gerkens het dossier kunnen gaan inkijken in de gemeenten waar het
dossier wordt behandeld, ben ik ervan overtuigd dat de gemeenten
vandaag de dag niet de capaciteit hebben om die bevoegdheid in
handen te nemen.
Het lijkt op een vereenvoudiging, maar de versoepelingen die in de
wet zijn ingeschreven, laten de facto gewoon alle remmen los en de
politisering is in de nieuwe regelgeving ingebouwd. Wij zijn daarvan
honderd procent overtuigd. De samenstelling van de comités kan niet
anders dan daartoe leiden.
De heer Lenssen zegt dat de termijnen korter worden. Inderdaad, ik
zal het als een verbetering beschouwen dat de termijnen korter
worden, maar hoeveel mensen hebben in de hoorzitting gezegd dat
die termijnen niet haalbaar zijn? Kunt u aan een gemeente, een
provincie of een comité een termijn van twintig dagen opleggen? Het
duurt soms vijf tot zes dagen voordat de brieven zijn geopend in de
gemeenten. U kunt dat niet waarmaken.
Ten slotte, wij pleiten er al jaren voor dat het aan een
stedenbouwkundige vergunning zou worden gekoppeld, dat de
bevoegdheid zou worden geregionaliseerd en dat milieuvergunningen,
25.44 Trees Pieters (CD&V): Les
produits de Decathlon sont
intégralement fabriqués en Chine.
Je déplore qu'aucune tentative
n'ait été faite pour attirer dans
notre pays le savoir-faire, le design
et le développement des produits
de cette entreprise en recourant à
de la main-d'oeuvre hautement
qualifiée.
La loi est en outre inapplicable. Le
pouvoir de décision final appartient
aux communes qui ne sont pas en
mesure de l'assumer. En optant
pour une petite commune, les
entreprises se facilitent l'existence.
En fait, les assouplissements
prévus dans la loi signifient que
tout obstacle est levé. En outre, la
composition des comités fera
l'objet d'une politisation.
À mon estime, le fait de prévoir
des délais plus courts est une
excellente chose. Ils seront
toutefois trop courts pour pouvoir
être respectés.
Depuis des années déjà, nous
plaidons en faveur du groupement
des demandes de permis d'envi-
ronnement, de permis d'urba-
nisme et de permis socio-
économiques. Ce dossier doit
toutefois être régionalisé. La
majorité y est favorable au niveau
flamand, mais, ici, elle boycotte
cette question.
Enfin, s'il a manifestement été
tenu compte de la critique
formulée par le Conseil d'État au
sujet de l'amendement, il n'en va
pas de même de celle qu'il a
formulée au sujet de l'autorisation
"tacite" ou "fictive". Le gouverne-
ment manque de ténacité et de
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
60
stedenbouwkundige aanvragen en sociaal-economische
machtigingen één pakket zouden worden. Dat zou de zaken
vergemakkelijken, maar dat vraagt inderdaad een regionalisering.
Jullie staan daarachter in Vlaanderen, maar hier zult u dat boycotten.
Ten slotte is er de ernstige kritiek van de Raad van State. Blijkbaar
hebt u rekening gehouden met de kritiek van de Raad van State op
uw amendement, maar wordt er geen rekening gehouden met de
grondige kritiek van de Raad van State op de stilzwijgende fictieve
vergunning.
Ik kom voor de tweede keer, mijnheer de voorzitter tot mijn
besluit. De regering mist volharding en techniciteit. De regering mist
vooral visie. Mij kan het niet schelen, maar er is geen enkel
amendement van mij aanvaard. U doet maar wat u wil, maar ik zal ze
één voor één opnieuw indienen. Dan kunnen jullie nog het plezier
ondervinden ze één voor één weg te stemmen.
Ik betreur wel dat de meerderheid de tekst in de commissie op een
arrogante manier heeft doorgedrukt en, op de heer Lenssen na, een
complete stilzwijgendheid aan de dag heeft gelegd. Men heeft geen
enkele inhoudelijke opmerking gemaakt en geen enkel amendement
ingediend. Ik kan mij niet voorstellen dat wij, toen we deel uitmaakten
van de meerderheid, nooit amendementen hadden op wetsontwerpen
van de meerderheid. Ik noem dat slaafs en kruiperig. Het woord dat
Unizo in de mond neemt, woordbreuk, is terecht. U bent verwittigd.
Als u op ons een beroep doet, zullen wij de wet herzien.
Het is een slechte wet, vol met anomalieën. U wilt het niet zien en wilt
niet horen! CD&V wacht de programmawet af. Op dat ogenblik zullen
we moeten vaststellen dat de correctie vele maanden later komt.
Ik vraag me af wat de burger daarover denkt en vooral, collega's van
de VLD, wat de middenstander ervan denkt!
technicité, mais surtout de vision.
Bien qu'aucun de mes
amendements n'ait été adopté, je
les dépose à nouveau un à un.
Je regrette que la majorité ait
imposé sa volonté avec tant
d'arrogance. Hormis M. Lenssen,
aucun membre de la majorité n'a
formulé d'observations ni présenté
d'amendements. C'est d'une
servilité, d'une obséquiosité!
Il est d'ores et déjà certain que la
loi devra être revue ultérieurement.
Qu'en penseront le citoyen et le
petit commerçant?
25.45 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, mes chers collègues, deux remarques préalables.
Première remarque, j'ai entendu Mme Pieters et M. Tant parler de
"corruption politique". Je sais qu'en toute matière, il faut laisser parler
les orfèvres, mais je rappellerai simplement que l'histoire de la
Belgique est truffée de collusions entre le CVP, devenu CD&V, et de
grandes organisations économiques et sociales. Je pourrais rappeler
une série d'exemples en la matière, mais là n'est pas le débat.
Deuxième remarque, je suis frappé, pour ne pas dire stupéfait, par le
mépris affiché par Mme Pieters vis-à-vis des communes et des
pouvoirs communaux. Sans doute Mme Pieters connaît-elle mieux les
communes gérées par le CD&V. Elle a donc peut-être de bonnes
raisons de penser qu'elles sont incapables de prendre leurs
responsabilités. Pour ma part, je dirais que, pour beaucoup de
municipalistes, cette loi est une véritable bouffée d'oxygène, un appel
à la responsabilité et que les municipalistes responsables sont, eux,
prêts à prendre leurs responsabilités.
Cette loi-cadenas de 1975 s'est avérée tout à fait néfaste pour
l'ensemble des implantations commerciales dans notre pays et pour
permettre un bon aménagement du territoire. Je rappellerai que c'est
25.45 Daniel Bacquelaine (MR):
De heer Tant en mevrouw Pieters
gewaagden van politieke
omkoping, maar er zijn andere
voorbeelden geweest op dat vlak!
De minachting van mevrouw
Pieters voor de gemeentebesturen
slaat mij met verstomming. Voor al
wie opkomt voor de gemeente-
belangen, is deze wet een
verademing.
De wet van 1975 is nefast voor
alle handelsvestigingen in ons
land. De wet moet worden herzien
om een einde te maken aan
willekeur en onduidelijkheid.
De gemeenten krijgen meer
verantwoordelijkheid bij de keuze
van de handelsvestigingen.
Daardoor zal de economische
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
61
depuis cette loi que les villes ont été vidées de leurs structures
commerciales, que les périphéries ont parfois empêché le
développement de villes et de centres urbains. Il y a donc toutes les
raisons de se réjouir de la révision de cette loi et que l'on sorte de
l'arbitraire qui a prévalu pendant tant d'années. Que l'on sorte aussi
de l'opacité qui a régné sur le tissu socioéconomique pendant tant
d'années et qui a fait que finalement plus personne ne prenait ses
responsabilités en la matière, qu'on ne savait plus qui décidait
réellement. Chacun connaît dans sa région plus d'un exemple, à
propos desquels on peut s'interroger quant à la règle de droit. Il était
temps de revoir cette législation. Cette révision de la loi nous sortira
de l'opacité, des réseaux occultes qui décidaient très souvent en la
matière et donnera une plus grande part de responsabilité aux
communes et aux municipalités. Voilà qui me paraît tout à fait logique
quand on sait le lien qui unit toutes les implantations commerciales et
le bon aménagement du territoire.
C'est typiquement une matière qui doit revenir aux communes, dans
le cadre de l'organisation de leur territoire et de la vie quotidienne des
gens concernés par des implantations commerciales, ainsi que par le
maintien des petits commerçants dans leur commune. Je sais que,
pour beaucoup, les municipalistes sont les avocats des associations
de commerçants et d'indépendants dans leur commune: ils sauront
donc à cet égard prendre leurs responsabilités.
Je sais qu'ils sauront aussi donner la possibilité à ces petits
commerçants, à ces indépendants, de voir parfois plus loin, d'étendre
leur activité commerciale, ce qui permettra à chacun de se
développer et de développer l'activité économique dans sa sphère de
distribution ou d'activité commerciale.
Sortir de l'opacité, sortir de l'arbitraire, donner davantage de pouvoirs
aux municipalités, cela m'apparaît être la trame du projet de loi que
nous allons voter aujourd'hui. Je pense que les bourgmestres et les
conseils communaux sauront prendre leurs responsabilités en la
matière.
Je rappelle que la loi qui nous est proposée aujourd'hui prévoit une
possibilité de recours. Ce n'était pas toujours le cas auparavant, loin
de là. Beaucoup de décisions ont été prises contre l'avis des collèges
et conseils communaux, contre l'avis des associations locales de
commerçants et ce, à de multiples reprises. Nous avons maintenant
une possibilité, pour chacun, d'exprimer ses droits en matière de
recours, d'être auditionné et de voir son avis pris en considération
avant que la commune, le collège et le bourgmestre donnent
effectivement leur autorisation en matière d'implantation.
Le délai de péremption de 4 ans en matière d'autorisation est peut-
être un peu long. Nous aurions souhaité qu'il soit plus court. En effet,
si, par exemple, la personne qui a demandé l'autorisation ne réalise
pas son investissement tout de suite, les communes risquent d'avoir
des terrains inutilisés pendant un certain temps. Il y aurait peut-être là
matière à revoir les choses mais je dis toujours que la meilleure façon
d'empêcher la réalisation d'un projet, c'est d'exiger qu'il soit parfait.
Celui-ci ne l'est sans doute pas mais c'est une grande avancée par
rapport à la situation que nous connaissions précédemment.
Madame la ministre, le groupe MR votera ce projet parce qu'il offre
activiteit zich beter kunnen
ontwikkelen.
De wet voorziet in een
mogelijkheid om beroep in te
stellen. Alvorens ter zake een
beslissing te nemen, zal eenieders
mening in overweging worden
genomen.
Wij vinden een vervaltermijn van
vier jaar wat lang, maar toch
betreft het een vooruitgang in
vergelijking met de vroegere
regelgeving.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
62
plus de transparence en la matière et qu'il permet aussi une véritable
simplification.
25.46 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer Bacquelaine, ik heb een
pertinente vraag voor u. De heer Jeholet heeft de besprekingen in de
commissie meegemaakt. Hij heeft een pak amendementen ingediend,
omdat hij niet akkoord ging met de wet. Geen enkel van zijn
amendementen werd door de leden van uw fractie weerhouden. Wij
hebben het aangedurfd zelf een aantal van die amendementen over
te nemen.
Waarom heeft uw fractie de amendementen van de heer Jeholet niet
verder verdedigd?
Trouwens, de heer Jeholet heeft mij persoonlijk toevertrouwd dat hij
die wet niet goed vond.
25.46 Trees Pieters (CD&V):
M. Jeholet était présent lors de
l'examen du projet de loi et m'a
confié que le texte ne le
satisfaisait pas. Or, son groupe n'a
accepté aucun de ses nombreux
amendements. Pourquoi?
25.47 Daniel Bacquelaine (MR): Madame Pieters, vous ne devez
pas me convaincre à cet égard. Je sais que nous avons effectivement
déposé un certain nombre d'amendements car nous pensons je
viens de le dire que ce texte n'est pas parfait, qu'il peut encore être
amélioré. Mais, fondamentalement, la trame du projet nous paraît
correcte, dans le sens où elle vise une simplification administrative,
une plus grande transparence, un renforcement de la capacité
d'initiative économique des indépendants et des commerçants dans
nos villes.
Globalement, j'estime qu'il s'agit d'un progrès par rapport à la situation
que nous connaissions antérieurement. Je me félicite que le
gouvernement nous permette de nous prononcer sur ce projet.
25.47 Daniel Bacquelaine (MR):
Ik heb toegegeven dat deze tekst
niet volmaakt is, maar de opzet
ervan is correct in zoverre er naar
meer transparantie en een
versterking van het economisch
vermogen van onze steden wordt
gestreefd.
25.48 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik richt mij tot u.
Het klaarste bewijs dat de wet door de strot van het Parlement wordt
geduwd, is dat de MR zijn amendementen zelfs niet aan durft te
houden. De wet moest worden goedgekeurd.
25.48 Trees Pieters (CD&V): Le
fait que le MR retire ses propres
amendements démontre claire-
ment que l'on veut forcer le
Parlement à adopter cette loi à la
hussarde.
25.49 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, ik
onthoud van de vorige spreker dat hij de regering feliciteert met het
halve werk dat zij in feite gedaan heeft omdat de amendementen van
de heer Jeholet inderdaad, zoals collega Pieters opmerkte, wel
degelijk een aantal wijzigingen aanbrachten die fundamenteel mogen
worden genoemd. De vorige spreker feliciteerde de regering dus met
half werk. Men moet het maar doen.
Om mijn betoog met een anekdote te beginnen, mijnheer de
voorzitter: "Georges, we gaan stemmen", zo klonk het bij de
eindstemming, de stemming over het geheel in de commissie vanuit
de VLD-fractie. Collega Lenssen was al aan het bellen met zijn gsm
en liep bijna de zaal uit. Hij vergat dus blijkbaar te stemmen. Ik vraag
mij tot op de dag van vandaag nog steeds af of het misschien met de
grote leider van de 16 was die hij het heuglijke nieuws wou melden. U
hoeft daar niet op in te gaan als het iemand anders was, collega
Lenssen. U moet zich daar niet onmiddellijk door aangesproken
voelen. Ik had even de indruk dat hij Verhofstadt al aan het bellen was
om te zeggen dat het erdoor was. De collega's van de VLD zeiden:
"Georges, we gaan stemmen", maar in feite moesten ze geroepen
25.49 Bert Schoofs (VLAAMS
BLOK): Le gouvernement a bâclé
le travail; le précédent orateur le
félicite néanmoins. Le projet de loi
devait absolument être approuvé
tel quel, malgré les observations
pertinentes du Conseil d'Etat et les
amendements fondamentaux de
MM. Jeholet et Lenssen. Le travail
réalisé en commission fut inutile.
Le Vlaams Blok s'opposait au
texte original mais il était disposé à
s'engager dans la voie des
amendements: la régionalisation
en conséquence des observations
formulées par le Conseil d'Etat et
une procédure plus efficace.
Il me paraît évident qu'un ukase a
été décrété d'en haut et qu'il fallait
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
63
hebben: "Georges, we moeten stemmen". De VLD moest stemmen.
Collega Lenssen heeft de amendementen moeten intrekken. Dat zei
hij ook in de commissie. "Ik moet mijn amendement intrekken". Maar
van wie moest hij die intrekken? Van de Raad van State? Neen,
collega's, hij moest ze niet intrekken van de Raad van State. De Raad
van State wees de weg en zei dat men, om deugdelijk wetgevend
werk te leveren, om deugdelijk te legifereren, een bijzondere wet
moest goedkeuren. Dat had men er in de meerderheid blijkbaar niet
voor over. Neen, de wet moest ne varietur gestemd worden,
behoudens dat kleine amendementje dat nog net goedgekeurd is in
de commissievergadering eerder deze week. De wet moet
goedgekeurd worden, nagenoeg ne varietur, zoals ze oorspronkelijk
was ingediend. De weg die de Raad van State heeft gewezen hebben
we dus niet gevolgd. Wij hebben die niet kunnen volgen en u hebt
hem niet mogen volgen. Helaas, want de Raad van State had een
aantal degelijke opmerkingen.
Ik heb inderdaad de brief van de heer Hanot van Décathlon niet nodig,
maar het blijft toch een frappant gegeven dat dergelijke brieven in het
verleden geschreven zijn en dat men blijkbaar geen enkel
tegenargument kan ontwikkelen tegen dergelijke correspondentie.
Ook voor mij men kan mij daar vanuit CD&V-hoek van overtuigen
hebben hier een aantal machinaties gespeeld, zeker wanneer ik zie
hoe de genese van dit wetgevend initiatief is verlopen.
Met de oorspronkelijke tekst en daar wil ik toch de nadruk opleggen,
zowel ten opzichte van de rapporteur, de heer Hove, als ten aanzien
van collega Pieters ging het Vlaams Blok niet akkoord. Wij kantten
ons tegen die oorspronkelijke tekst en daarom zullen wij vandaag ook
tegen stemmen. Collega Pieters had daarstraks vermeld dat zowel
CD&V als de groenen tegen deze Ikea-wet zoals ze genoemd wordt
gekant zijn. Wel, het Vlaams Blok blijft daar ook tegen gekant, tegen
de oorspronkelijk ingediende tekst en tegen de tekst die hier vandaag
ter tafel ligt en die nagenoeg dezelfde is. Waar wij op een gegeven
moment wel in konden meegaan, dat was natuurlijk toen de
hoorzittingen achter de rug waren en de amendementen werden
ingediend. Wij konden wel meegaan op de weg die toen ingeslagen
werd.
Ik kreeg de indruk dat rekening zou worden gehouden met de
opmerkingen van de Raad van State om de regionalisering te
bewerkstelligen. De Raad van State sprak zich uit zoals wij
verwachtten. Het werd geen snelle procedure, maar het had wel nog
een efficiënte procedure kunnen worden door naar de opmerkingen
van de Raad van State te luisteren, door amendementen in te dienen
die UNIZO en Febelhout tegemoet kwamen. Al het werk dat wij in de
commissie hebben geleverd, alle intense zittingen die daaraan
werden gewijd, werden allemaal in een ruk van tafel geveegd in een
commissievergadering. De amendementen die waren ingediend
werden van tafel geveegd. De mondelinge vragen en interpellaties
van de meerderheid werden allemaal ingetrokken. Het moest
plotseling bijzonder snel gaan.
Natuurlijk rijzen dan vragen. Uiteraard vraagt men zich dan af wie en
wat hierachter zit. Het antwoord is heel duidelijk, denk ik. Wij moeten
niet verder zoeken. Ik zal de discussie niet heropenen over de sp.a-
schepenen van Gent die met luide stem verkondigen dat er een grote
vestiging komt en dat er wetgevend wet aan te pas zal komen. Ik zal
faire avancer le dossier. Nous
croyons deviner ce qui se trame
là-dessous. L'échange de courrier
avec Decathlon n'a jamais été tiré
au clair. Certains responsables
politiques se réjouissent de voir
une entreprise s'établir dans leur
bastion et certaines entreprises
ont pratiqué avec succès le
lobbying. Le Parlement s'est vu
attribuer un second rôle.
Nous avons laissé échapper une
belle occasion. Une régionalisation
aurait permis à la Flandre de
mener sa propre politique en
prêtant attention aux petits
commerces et aux centres
urbains.
Conférer aux communes une
compétence décisionnelle n'est
pas non plus une bonne idée. Les
petites communes qui ont peu de
moyens auront tendance à
courber l'échine devant les
entreprises au chiffre d'affaires
plantureux.
Et cette loi n'aura absolument pas
pour effet d'ancrer le pouvoir
d'achat dans les communes
frontalières; à long terme, le
pouvoir d'achat y diminuera même
pour la bonne raison que, par
l'effet de cette loi, l'emploi y
régressera. Tout au plus assistera-
t-on à un glissement de la main-
d'oeuvre du petit commerce vers le
commerce de gros, mais aucun
emploi nouveau ne sera créé. Et je
ne crois pas non plus qu'un
glissement de personnel s'opérera
de l'étranger vers la Belgique.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
64
evenmin de discussie heropenen over lobbyisten die te vinden zijn in
de hoek van bedrijven die vandaag zijn genoemd.
Dit kan alleen maar een oekaze worden genoemd, anders weet ik niet
wat ik hier de voorbije vijf jaar heb ervaren. De oekaze van vandaag
kan alleen maar doordat iemand aan de top dit erdoor wilt jagen. Al
het constructieve werk wordt immers in een ruk van tafel geveegd. Ik
weet niet wie u nog zult kunnen overtuigen van het tegendeel. Dit is
vandaag nog in de media gekomen. Ik denk dat iedereen ervan
overtuigd is dat met een hakbijl werd tekeergegaan in het
parlementair werk en dat de werkzaamheden van het Parlement
werden gekortwiekt.
Over de vraag of wij het hoogste orgaan in dit land zijn, hoeven wij al
lang geen boompje meer op te zetten. In de commissie is nogmaals
bewezen dat dit niet het geval is. Jammer, want de regionalisering
voor handelsoppervlakten van meer dan 2.000 m² had in Vlaanderen
wel een andere koerswending kunnen nemen. Dan had iedereen in
Vlaanderen, misschien ook de KMO's, met een geruster hart en een
geruster gemoed die wetgeving tegemoet gezien. Dan zou op Vlaams
niveau een beleid kunnen worden gevoerd dat nauwer aansluit bij de
KMO's, bij de kleine zelfstandigen, bij de kleine handelskernen. Dat is
nu niet meer het geval.
Inderdaad, collega Lenssen, in de loop van de besprekingen heb ik
ook gezegd dat het niet slecht is dat we in het Parlement de
koopkracht verankeren. Dat was echter wel in de optiek dat, wanneer
Vlaanderen zijn eigen beleid zou kunnen voeren, men wel eens meer
zou nadenken en nauwer zou aansluiten bij de geest van de
kleinhandel voor de grote handelsoppervlakten. Bovendien
vermoedde ik toen alles wees erop dat de gemeenten ook niet
meer bevoegd zouden zijn.
Dat is het tweede luik. De gemeenten worden nu bevoegd en voor
100 of 200 bijkomende arbeidsplaatsen zullen kleinere gemeenten
wel eens durven marcheren op het bijna-bevel van een grote
onderneming, waarvan het vermogen van alleen al de lokale vestiging
vaak groter is dan het budget van sommige van die kleinere
gemeenten.
Het ging dus de goede kant uit, maar op een gegeven moment werd
alles van tafel geveegd. Drie fractievoorzitters boden zich dan ook nog
plots aan bij de eindstemming. Dat is nog een extra argument om aan
te tonen dat de wet er inderdaad moest worden doorgejaagd en dat in
Vlaanderen geen beleid zou kunnen of mogen worden gevoerd.
Mijnheer Lenssen, ik heb zelf het argument van de grensstreken
aangehaald, zoals de grensstreek Kortrijk-Rijsel of de grensstreek
Tongeren-Maaseik, die voor mij al dichter bij huis ligt. Zoals ik al zei,
kon ik meegaan in de verankering van de koopkracht. De kers op de
taart is er echter niet gekomen. Met de wetgeving die we nu hebben,
zal de koopkracht op lange termijn ook verminderen. Ik ben er immers
van overtuigd ik verwijs naar de argumenten die mevrouw Pieters
en de heer Tant ook hebben aangehaald dat de koopkracht op
lange termijn zal verminderen, omdat de werkgelegenheid helemaal
niet zal stijgen. Dat zal helemaal niet zo zijn. Hoogstens kan er een
verschuiving plaatsvinden van de kleinhandel naar de grote distributie.
Of dat netto arbeidsplaatsen zal opleveren, daarvan ben ik niet
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
65
overtuigd, integendeel.
(...): ... van het buitenland naar het binnenland.
25.50 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Van het buitenland naar het
binnenland? Ik ben daar niet zozeer van overtuigd. Het buitenland is
ons trouwens op die punten al voor geweest. Misschien en hoogstens
komen we op het niveau van het buitenland. Op lange termijn vrees ik
echter voor het teloorgaan van arbeidsplaatsen in plaats van het
creëren van arbeidsplaatsen. Op een gegeven moment zal men in
een paar gemeenten wel de indruk hebben dat er een bepaald aantal
arbeidsplaatsen bijkomen. Wat er echter verloren gaat in de sector
van de kleinhandel en van de zelfstandigen, zal langzaamaan
versplinteren en verdampen. Dat zal men niet onmiddellijk vaststellen.
Wanneer echter de netto cijfers naast elkaar zullen worden gelegd,
ben ik ervan overtuigd dat niet de koopkracht primeert, maar de
werkgelegenheid en dat die werkgelegenheid naar beneden zal
worden gehaald.
Ik heb de heer Lano nog een uitvoerig pleidooi horen houden.
Misschien deed hij dat als vertegenwoordiger van het gild van de
kleine zelfstandigen uit West-Vlaanderen. Eerlijk gezegd komt zijn
pleidooi me niet geloofwaardig over.
Collega's, veel was reeds gezegd door vorige sprekers. Ik stel dat het
half werk is, bijgevolg slecht werk. Misschien krijgt het nog een
staartje voor het Arbitragehof. Ik meen te weten dat UNIZO de
procedure wil aanhangig maken, omdat die van oordeel is dat er
woordbreuk werd gepleegd.
Ik leg nu reeds de bal in het kamp van CD&V die gesteld heeft dat
deze wet er niet zal komen, zeker zijnde dat zij tot de regering
toetreedt. Indien CD&V in de regering inbreekt, wens ik de partij nu
reeds aan haar woord te houden, want de VLD heeft voor de
zoveelste keer niet mijn woorden maar die van UNIZO
woordbreuk gepleegd.
Hert Vlaams Blok zal dus tegen het ontwerp stemmen.
25.50 Bert Schoofs (VLAAMS
BLOK): Dans ce dossier, la
Chambre bâcle la besogne, ce qui
devrait lui valoir d'être condamnée
par la Cour d'arbitrage. Je lance
un appel au CD&V pour lui
demander, au cas où il entrerait au
gouvernement, de tenir sa pro-
messe. Sinon, ce parti commettra
le énième parjure de son histoire.
Le Vlaams Blok, en tout cas,
votera contre.
25.51 Muriel Gerkens (ECOLO): Monsieur le président, chers
collègues, une chose me vexe principalement dans le processus
d'élaboration du texte de ce projet de loi modifiant la loi sur les
implantations commerciales. Les discussions et les travaux ont été
menés à la hussarde, alors que déjà sous la législature précédente, il
existait un projet de loi qui ressemblait à celui-ci mais était encore
plus mauvais. Sous la précédente législature, nous avions des mois
pour en discuter. Le groupe Ecolo-Agalev avait notamment déposé de
nombreux amendements et les discussions engagées à cette époque
pouvaient laisser supposer une amélioration du projet.
Déjà sous le précédent gouvernement, le premier ministre avait
insisté pour que ce projet soit voté rapidement, ce qui a échoué alors.
Cette fois, on retrouve le même texte avec quelques améliorations
techniques, alors que le contexte laissait espérer des discussions
intéressantes et sérieuses, des amendements ayant été déposés tant
par l'opposition que par la majorité. Nous avions procédé à des
auditions qui avaient mis en évidence des éléments positifs et
négatifs. Tout était bien en place pour mener des débats intéressants.
25.51 Muriel Gerkens (ECOLO):
De huidige tekst, waarrond in
zeven haasten werd gewerkt en
die niemand kan overtuigen,
neemt, mits enige technische
verbeteringen, het wetsontwerp
weer op dat het tijdens de vorige
zittingsperiode niet heeft gehaald.
De huidige grendelwet moest
inderdaad worden opgefrist en
vereenvoudigd, en doorzichtiger
worden gemaakt.
Het nieuwe ontwerp bevat een
aantal positieve elementen, zoals
het verhoor van de partijen door
het Nationaal Comité, de inkorting
van de termijnen en de vereen-
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
66
Or, de nouveau, nous nous trouvons dans une situation où il faut
adopter un projet de loi en renonçant à toute amélioration, même des
améliorations techniques et parfois juridiques, pour aboutir finalement
à un projet qui ne convainc personne, même si certains se croient
obligés de dire qu'ils vont adopter ce projet de loi parce qu'il
représente une avancée.
Mon intervention sur le projet sera structurée de la manière suivante.
D'une part, la loi actuelle dite "cadenas" n'était pas bonne. Elle
amenait des décisions qui, soit ne respectaient pas les communes,
soit aboutissaient à des autorisations dont on se demandait sur quels
critères elles se basaient. Il fallait à la fois la moderniser, la simplifier
et la rendre plus transparente.
Par rapport à cela, il fallait effectivement effectuer un travail.
Le projet de loi en discussion comporte des éléments positifs, le plus
important étant, selon moi, l'audition des parties par le Comité
national. Je pense notamment à l'audition des communes voisines
pour des projets d'implantations commerciales d'envergure. Les
délais ont été raccourcis et une simplification des procédures est
également prévue. Tous ces éléments sont intéressants.
Le projet qui nous est soumis aujourd'hui fait l'objet principalement de
deux grosses critiques de notre part
1. Il n'intègre pas suffisamment, dans les critères, la prise en compte
des conséquences sur la mobilité dans la commune qui fait l'objet
d'un projet d'implantation ainsi que dans les communes voisines. Cet
élément est, selon moi, catastrophique. La ministre dira certainement
que, devant tenir compte de la localisation des projets d'implantation,
il sera forcément tenu compte de l'influence sur la circulation et la
mobilité. Je me permets d'ores et déjà de lui répondre que, pour ma
part, je n'en suis pas convaincue. En effet, aujourd'hui, la localisation
est déjà prise en compte, pourtant cela n'implique pas forcément la
prise en considération de la mobilité. Voilà, je le répète, un des
éléments négatifs de ce projet.
2. Si je peux accepter le fait que l'on donne plus d'autonomie et plus
de responsabilités aux communes, je partage l'analyse selon laquelle
l'ensemble des communes n'a pas la possibilité de pouvoir gérer des
dossiers relatifs à l'implantation de commerces de 400 à 1.000 m2, ce
qui implique toute une série d'incidences et de conséquences
économiques en matière de concurrence entre les commerces et sur
l'emploi. Selon moi, je le répète, toutes les communes ne disposent
pas des moyens nécessaires pour examiner ces dossiers de manière
approfondie. Il faut également savoir qu'il existe une concurrence
entre les communes. Outre le fait qu'elles ne sont pas toutes en
mesure de prendre des décisions en la matière, chacun sait je suis
originaire de la région de Liège que certaines communes offrent des
conditions plus favorables à une grande surface qui désire s'installer
pour l'inciter à ne pas s'implanter sur le territoire de la commune
voisine. Quand les conséquences en termes de mobilité dérangent
cette dernière plutôt qu'elle-même, c'est encore mieux.
On connaît de tels phénomènes. D'une certaine façon, cela fait partie
des mécanismes humains, donc aussi des mécanismes politiques.
voudiging van de procedures.
Toch hebben we kritiek op twee
punten: enerzijds werd op het vlak
van de criteria niet voldoende
rekening gehouden met de
weerslag van een vestiging op de
verkeersafwikkeling in de
betrokken gemeente en in de
buurgemeenten en anderzijds zijn
niet alle gemeenten in staat
dossiers te beheren over
vestigingen van 400 of 1.000 m²
die een grote economische impact
kunnen hebben. Bovendien becon-
curreren sommige gemeenten
elkaar. Men moet dus een visie
ontwikkelen die het gemeentelijk
niveau overstijgt.
Het debat kon nooit ten gronde
worden gevoerd. De amende-
menten van de meerderheid
werden ingetrokken en de minister
weigerde amendementen te
aanvaarden, behalve één van de
mijne, waarvan de draagwijdte
aanzienlijk werd beperkt.
De oude wet heeft nooit ruimte
gelaten om de bestaande
kleinhandel veilig te stellen of
handelsstructuren uit te bouwen
waar dat nuttig zou zijn geweest.
De wet had kunnen worden
vervangen door een ontwerp dat
die leemten opvult.
De nieuwe tekst houdt
onvoldoende rekening met de
wijzigingen in het koopgedrag, die
tot gevolg hebben dat sommige
handelszaken hun deuren moeten
sluiten, niet wegens de oude wet
maar omdat zij zich niet kunnen
aanpassen.
Ik vind ook niet dat de
middenstandsverenigingen over
de hele lijn verdedigd moeten
worden. Een van die verenigingen
in Luik kantte zich tegen de komst
van een Decathlon-vestiging in
een wijk waar alle handelszaken
waren weggetrokken. Dankzij die
nieuwe vestiging, met haar eigen
specifieke cliënteel, konden
nochtans kleine horecazaken in de
buurt tot bloei komen.
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
67
Je pense qu'une vision supracommunale est nécessaire pour la
gestion correcte d'une région et de sous-régions, en lien avec des
projets de développement économique, en lien avec les acteurs
économiques présents sur ce territoire. Ce projet de loi donne une
autonomie totale, sans avoir la garantie que les moyens seront
donnés aux communes ni s'assurer d'une vision plus globale.
Pour moi, ces éléments sont les plus négatifs de ce projet. A aucun
moment, on n'a pu réellement approfondir le débat parce que les
parlementaires de la majorité ont retiré leurs amendements et que la
ministre a refusé des amendements, sauf un petit amendement que
j'ai introduit - qui a été réduit à sa portion congrue, mais j'en suis
quand même satisfaite -, tendant à imposer, pour que les communes
voisines puissent demander à être entendues, qu'elles soient
informées du projet et que la commune qui introduit le projet
d'implantation avertisse ses voisines de son intention.
Ainsi, en commission, nous nous sommes retrouvés comme deux
ronds-de-flanc, sans pouvoir confronter nos arguments. Ce qui
m'énerve dans ce débat, c'est qu'on dise que l'ancienne loi, dite loi-
cadenas, n'a pas permis de sauvegarder l'ensemble des petits
commerces existants, de développer des structures commerciales
plus importantes là où cela aurait dû se faire ou, au contraire, a
permis des excès, et qu'il faut donc arrêter de critiquer le nouveau
projet mis sur la table! Comme s'il était interdit de quitter un vieux
projet qui n'est plus bon pour le remplacer par un meilleur. Le fait de
s'opposer à un projet ne signifie pas pour autant qu'on veuille garder
le statu quo!
Je pense aussi que, dans la réflexion et la discussion, il aurait été
intéressant d'examiner les choses de manière plus approfondie et
plus globale. Les structures commerciales et les modes de production
comme de consommation changent. C'est vrai que beaucoup de
petits commerces ou de commerces moyens disparaissent
aujourd'hui, mais ce n'est pas du tout en raison de la loi-cadenas. Et
ce n'est pas une autre loi qui pourra les sauver. Simplement, certains
commerçants n'ont peut-être pas ou plus la capacité de s'adapter à
des évolutions de marché.
Puisqu'on parle d'une loi sur les implantations commerciales avec la
volonté d'aboutir à un tissu commercial diversifié, il aurait été
intéressant de se demander ce qu'on pouvait faire pour encourager
des lieux de commerce diversifiés et étudier les possibilités
permettant d'aboutir à une politique de développement et d'évolution
des pratiques commerciales.
Par ailleurs, je ne veux pas non plus défendre à 100% l'ensemble des
associations des commerçants qui, parfois, se sentent abusivement
menacés. J'ai pu le constater récemment à Liège. Je raconte cette
anecdote pour démontrer que je ne suis pas une "anti-Décathlon" à
100%. Dans un quartier abandonné par les commerces, Décathlon a
introduit un projet d'implantation. L'association de commerçants de
Liège et du quartier s'y est opposée avec beaucoup de virulence,
craignant que les commerces d'articles de sport doivent fermer leurs
portes après cette installation. Dans la négociation, il a été mis en
évidence que la clientèle visée n'était pas la même, que les petits
commerçants avaient la possibilité d'orienter leur commerce de
manière plus spécifique. En réalité, ce Décathlon installé à Liège a
Men kan deze kwestie dus
bekijken uit het oogpunt van de
diversiteit van de handelszaken,
en dus van de diversiteit van de
producten, de productiemethoden
en de productkwaliteit.
Ik vrees dat men de voorrang
geeft aan middelgrote en grote
handelszaken die uniforme
producten aanbieden die zowat
overal en onder gelijk welke
omstandigheden kunnen
geproduceerd worden.
Een grootwarenhuis biedt
ongetwijfeld meer werk-
gelegenheid dan een kleinhandel,
maar als de vestiging ondoordacht
gebeurt schept men de
voorwaarden voor de sluiting van
andere handelszaken en voor het
verdwijnen van andere banen. Dit
mag niet uit het oog worden
verloren.
Ik ben gefrustreerd door het
resultaat van de werkzaamheden
in verband met dat ontwerp; ik had
immers op een ruimere en interes-
santere bespreking gehoopt. Ik
ben des te gefrustreerder omdat
wij in Luik een stedelijk veiligheids-
beleid hebben uitgestippeld dat
door vrouwen wordt geschraagd.
Ook de handelszaken kunnen
bijdragen tot meer veiligheid in en
een grotere leefbaarheid van de
steden. Dit heb ik niet gehoord
tijdens het debat.
Wanneer de regering beweert dat
ze ook zonder de Groenen
duurzame ontwikkeling in al haar
facetten in haar vaandel schrijft,
dan weet ik dat de regering dwaalt.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
68
ramené la vie dans le quartier et a permis l'ouverture, dans la même
zone, d'autres petits commerces de type horeca.
J'estime que cette matière peut être abordée avec un esprit ouvert qui
ne se limite pas à la défense des "petits" ou des "grands" et en
voulant les opposer. On peut l'examiner dans une optique de diversité
commerciale. Cela signifie ce point est particulièrement important
pour les écologistes une diversité de produits, une diversité de
modes de production et une diversité de la qualité des produits mis
sur le marché.
Quand j'observe la manière dont ces politiques sont parfois gérées, je
crains réellement qu'en privilégiant les implantations commerciales de
moyennes et grandes surfaces, sans prendre en compte la globalité
du territoire, on se retrouve avec des structures commerciales
drainant des produits uniformes on trouve la même chose
quasiment dans tous les magasins , ne tenant pas compte des
modes de production et de leur lieu de production.
D'une part, on vote ici des règles et des résolutions demandant le
respect du commerce équitable; on demande que des règles soient
élaborées sur les qualités et les normes de produits. Mais, d'autre
part, on facilite parfois l'installation de magasins vendant des produits
ne correspondant pas du tout à ces critères mais qui peuvent être
vendus moins chers et donner ainsi l'illusion que les intérêts du
consommateur sont pris en compte.
Pour moi, la question de l'emploi reste un mystère. Il est vrai qu'une
grande surface engage forcément plus de personnel qu'un petit
commerce ou qu'une PME. Mais on sait aussi que, lorsque cette
implantation se fait mal, sans tenir compte de la structure
commerciale existant dans la commune et dans les communes
voisines, on crée des conditions pour que d'autres commerces ou
PME ferment leurs portes et donc, effectivement, on perd des
emplois. Il est toujours difficile de savoir ce qui, finalement, a été le
plus positif. A-t-on créé des emplois ou en a-t-on supprimé? Cette
réflexion-là doit pouvoir être faite pour chaque situation particulière.
On doit pouvoir déterminer à quel type de besoins répond l'existence
d'un commerce et à quel type de travailleurs on fait appel lorsqu'on
défend tel ou tel projet.
Je suis particulièrement frustrée vu les discussions et le résultat du
travail. En effet, j'espérais que l'on aurait pu avoir une vraie
discussion, une vraie innovation, la vraie création d'un outil qui aurait
permis d'avoir une vision de développement économique global et qui
aurait intégré la défense de la diversité des lieux de vente, de la
diversité et de la qualité des produits, d'une gestion de mobilité, d'un
respect de la qualité de vie et d'un maintien de vie économique,
sociale et culturelle dans les villes et les villages car la présence de
commerces, c'est cela aussi!
Je suis d'autant plus frustrée qu'à Liège, par exemple, nous avons
entamé une politique sur la sécurité dans les villes à partir des
femmes; les commerçants nous disent d'ailleurs que les femmes sont
les premiers acheteurs dans les commerces. Tous les plans qui
existent en Europe mais aussi aux Etats-Unis et au Canada pour
essayer de créer de la sécurité dans les villes de manière positive
intègrent les femmes et les commerçants, ces derniers étant à la fois
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
69
des acteurs qui peuvent être des relais pour les personnes se sentant
en insécurité, des lieux qui créent la sécurité parce qu'ils créent le
passage et la vie, mais également des personnes qui, le soir, quand il
n'y a plus d'habitants, grâce à leurs vitrines et à leurs éclairages
économiques, peuvent maintenir une convivialité et une nouvelle
assurance dans les villes.
C'est tout cela que j'avais envie d'évoquer autour de ce projet de loi et
c'est de tout cela dont j'ai été privée.
En conclusion, en réfléchissant à tout cela, quand le gouvernement
nous dit qu'il peut prendre en compte toutes les dimensions du
développement durable sans les Verts, je me rends compte que ce
n'est pas vrai.
25.52 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb uw
onuitgesproken wens begrepen. Mevrouw de minister, collega's, ik
had eigenlijk niet meer de bedoeling nog het woord te voeren. Vermits
sommigen het zonlicht op klaarlichte dag nog loochenen over de
inleiding tot de bespreking, de indiening van het ontwerp, het
sudderen ervan, de mislukte eerste bespreking enzovoort, wilde ik
toch even een paar precieze feiten in herinnering brengen.
Het ontwerp is inderdaad, mevrouw Pieters, hangende in de
commissie sinds maart van dit jaar. Dat ontwerp is lange tijd
onbesproken gebleven om duistere redenen. In elk geval heeft een
eerste bespreking ons geleerd dat vooreerst op de banken van MR-
collega's minstens twijfel bestond over de opportuniteit van de tekst
die voorlag. Het was geen toeval dat collega Jeholet, een man die in
onze commissie zeer behoorlijk gefunctioneerd heeft, een reeks
amendementen indiende die juridische correcties voorstonden maar
in hoofdorde de geest, de filosofie van het ontwerp wilden sturen. De
MR bleek hierbij in elk geval meer zorg te hebben voor de effecten
van dit wetsontwerp over de grote handelsvestigingen op de kmo's en
de kleine zelfstandigen dan de VLD. Dat was de filosofie van waaruit
de heer Jeholet opereerde, het is jammer dat ze niet volgehouden is.
U zal mij niet tegenspreken, collega De Meyer, als ik mij even tot u
mag richten, wanneer ik luisterend naar uw overwegingen, vragen en
suggestie minstens twijfel bespeurde over de opportuniteit van deze
tekst.
Het is in elk geval waar dat men in de eerste periode niet in staat
bleek te zijn om de politieke families in voldoende getale te
mobiliseren om de tekst te kunnen bespreken. Ik wilde even in
herinnering brengen dat er lange tijd geen eensgezindheid was in de
meerderheid om hier de hand aan de ploeg te slaan. Dat is op een
bepaald ogenblik plots veranderd.
Dat neemt niet weg, neem ik aan, dat er heel veel terughoudendheid
blijft bestaan, collega's van de SP. Van de PS ben ik iets minder
zeker, maar zeker is dat ook bij de MR zo.
Mijnheer de voorzitter, het zal ook niet de eerste keer zijn in de loop
van deze legislatuur dat een meerderheid van de meerderheid
eigenlijk niet akkoord gaat met de tekst, maar hem toch goedkeurt.
Daar zijn mooie voorbeelden van. Er is het voorbeeld, mijnheer de
voorzitter, van de kieswetgeving, waarvan u eerst had gezworen dat
die niet door de beugel kon. Ik heb het over de invoering van de
25.52 Paul Tant (CD&V): Le
projet de loi est pendant en
commission depuis le mois de
mars déjà mais sa discussion est
longtemps restée au point mort. Le
MR avait pour le moins certains
doutes quant à l'opportunité du
projet. Ce n'est d'ailleurs pas pour
rien que M. Jeholet a présenté
plusieurs amendements qui ne
portaient pas uniquement sur des
aspects purement juridiques. Les
libéraux francophones, plus que
leurs homologues flamands,
s'inquiétaient des conséquences
du projet pour les PME et les petits
indépendants. Les socialistes,
représentés par Mme De Meyer,
avaient également leurs doutes.
Une désaffection des membres a
longtemps empêché l'examen du
texte. En d'autres termes, il n'y
avait pas de consensus au sein de
la majorité.
Nous allons assister aujourd'hui à
l'adoption d'un projet de loi par la
majorité alors qu'une majorité au
sein de celle-ci est en fait contre.
Nous avons connu une situation
identique lors de l'instauration des
circonscriptions électorales
provinciales. Pourquoi la
discussion de la loi dite "Ikea" a-t-
elle subitement bénéficié d'un
coup d'accélérateur? En commis-
sion, il a été dit que les membres
de la majorité étaient parvenus à
un accord. La réalité était bien
différente. Le premier ministre a
en fait donné ses instructions. En
échange d'une adoption rapide,
Ikea a fait de belles promesses à
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
70
provinciale kiesdistricten. Toen het hier op tafel lag, heeft u het mee
goedgekeurd, waarbij u ook zeer nadrukkelijk heeft laten verstaan dat
een goed deel van de eenvoudige parlementsleden welke dat dan
zijn, weet ik niet niet akkoord gingen maar nu eenmaal de familie
moesten volgen.
Mijnheer de voorzitter, het doet een beetje pijn om dan na de
verkiezingen te moeten horen hoe dit systeem inderdaad op geen
enkele manier deugde. Ik dacht dat verantwoordelijke parlementairen
ook de verantwoordelijkheid moeten opnemen voor wat ze mee
beslist hebben, a fortiori voor wat ze mee goedgekeurd hebben. Het
geven van commentaar achteraf is voor in het café eenmaal de zaken
hun beloop hebben gekend. Hier hebben wij echter een andere
verantwoordelijkheid. Het is mijn innige overtuiging op basis van heel
concrete ervaringen dat ook in dit geval een meerderheid binnen de
meerderheid eigenlijk niet akkoord gaat of minstens twijfels heeft.
Ik zwijg nog over het feit dat moet ik per se vermelden dat dit
wetsontwerp lange tijd voor de bevoegde minister niet hoogdringend
was. Zij heeft met de voorzitter van de commissie de afspraak
gemaakt dat liefst en bij voorrang werk zou worden gemaakt van de
wet op de auteursrechten. Voor haar was dit ontwerp helemaal niet
dringend. Dientengevolge hoort men als plichtsgetrouw voorzitter van
een commissie als ik dat even van mezelf mag zeggen af en toe
een aantal afspraken te maken over de prioriteit van de punten die
moeten worden besproken.
Een goede veertien dagen geleden, mijnheer de voorzitter, na
ruggespraak met de minister die gezegd had dat voor haar de
auteursrechten een absolute prioriteit waren, na de commissie
geconsulteerd te hebben en te hebben gehoord dat iedereen er
akkoord mee ging om dat ontwerp inzake auteursrechten eerst af te
handelen, kwamen wij aan de dag waarop die agenda in de praktijk
moest worden omgezet. Toen moesten wij meemaken dat inderdaad
tussen de soep en de patatten, tussen de vragen in, plots de heer
Lano van de VLD het woord nam en zei: wij willen per se een
agendawijziging. Een goede verstaander heeft natuurlijk maar een
half woord nodig: als de meerderheid iets wil, kan men proberen daar
inhoudelijke argumenten tegenover te stellen, maar dan moet men
het debat ook mogelijk maken.
Collega's, dat debat is in de commissie niet mogelijk geweest. De
tekst moest en zou zo snel mogelijk goedgekeurd worden. De
oorspronkelijke timing was trouwens dat hij vorige week hier in de
plenaire vergadering moest goedgekeurd worden en dat hij nog deze
week in de Senaat moest worden goedgekeurd. De grote vraag is:
waarom plots die haast? Heeft iemand daarvoor een verklaring? Wat
zijn de echte argumenten om tot deze acceleratie te komen? Men
heeft in de commissie gezegd, collega's, dat er een akkoord was
tussen de leden van de meerderheid van die commissie. Ik ben zo vrij
te zeggen dat dit niet waar is. Trouwens, toen ik de commissieleden in
de ogen heb gekeken vanuit de voorzitterszetel kan men dat iets
gemakkelijker heb ik wel degelijk vastgesteld dat daarover geen
akkoord was gesloten tussen de fracties van de meerderheid, maar
dat er wel een zeer nadrukkelijke richtlijn was vanwege de eerste
minister. Niemand moet het ons kwalijk nemen dat wij dan de vraag
stellen waarom dat eigenlijk zo is. Waarom is dat wetsontwerp plots
zo enorm belangrijk geworden? Ik ga daar niet veel woorden meer
la ville de Gand, là où habitent -
est-ce un hasard? - bon nombre
d'excellences! (Tumulte)
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
71
aan besteden of eigenlijk moet ik zeggen: aan vuil maken, want dat
zou een gepaster uitdrukking zijn in deze. Mevrouw Pieters en de
heer Schoofs hebben voldoende de reële argumenten aangehaald. Er
is onder meer Décathlon. Dat is de schrijver van de tekst. Durft u te
zeggen dat het niet waar is? De tekst is van Décathlon. Hier het
zonlicht komen loochenen hoeft dus niet.
Wij proberen te luisteren naar wat er gezegd wordt en te lezen wat er
gepubliceerd wordt. Wij hebben heel nadrukkelijk vernomen hoe aan
de stad Gent door IKEA inderdaad beloften werden gedaan en hoe
dat de wereld kond is gedaan door bepaalde prominente
verantwoordelijke politici uit Gent. Voor wie het niet zou weten: de
eerste minister komt ook uit Gent en de minister bijna. Zij heeft
ondertussen iets meer afstand genomen, maar dat is misschien maar
een tijdelijk fenomeen.
In elk geval is het vrij recent. Trouwens, Nazareth ligt niet ver van
Jeruzalem, mevrouw de minister.
Feit is dat men niets naast het lobbywerk kan kijken. Meer zelfs, men
stelt dat het de beloning is voor een snelle goedkeuring van de wet.
Of u dat graag hoort of niet, ik zal dat blijven herhalen. Daar is slechts
een woord voor: het zich laten lijmen, om Willem Elsschot te citeren.
(...)
25.53 Paul Tant (CD&V): Dan moet u alle werken van Willem
Elsschot.....
(...)
25.54 Paul Tant (CD&V): Ook dat hoort erbij.
Zich laten lijmen: u weet wat dat betekent. Een meer Vlaamse
uitdrukking is zich laten bedriegen. Door wat laat men zich lijmen en
bedriegen? Door beloften! Men kan daar niet naast kijken.
Onder meer vanop de VLD-banken vraagt men mij mijn uitspraak te
bewijzen. In alle eerlijkheid, ik heb terzake geen schriftelijke bewijzen.
Hoe zou ik die kunnen hebben! Het tegenovergestelde werd echter
evenmin beweerd. Ik heb niemand uitdrukkelijk horen zeggen dat het
niet waar is dat de beloning bestaat uit hetgeen IKEA in de Gentse
contreien tot stand zal brengen. Wellicht is dat een nieuw initiatief ter
ondersteuning van sommige lokale initiatieven zoals de sporthal en de
VZW's die in de handen zullen wrijven met de komst van dat soort
nieuwe vestigingen. Dit echter buiten beschouwing gelaten....
Mijnheer de voorzitter, ten gronde.
De wet moderniseren en vereenvoudigen lijkt mij behartigenswaardig.
Dat was ook de stelling van mevrouw Pieters.
Vraag is of dat in de feiten waar zal zijn. Zullen de systemen van
besluitvorming goed functioneren? Mevrouw de minister, u hebt
daartoe niet op alle punten de waarborgen ingebouwd. Het advies van
de Raad van State op de initiële tekst was voldoende duidelijk. U
vergeet dat de basis op grond waarvan het college van burgemeester
en schepenen de afweging moet maken om een vestiging al dan niet
25.54 Paul Tant (CD&V): Je ne
dispose d'aucune preuve écrite
mais personne ne nie formelle-
ment que Gand aura sa
récompense.
Moderniser et simplifier la loi
relative à l'implantation est une
bonne chose, mais ce projet de loi
permettra-t-il réellement d'attein-
dre ces objectifs? Le fonctionne-
ment du processus décisionnel
sera-t-il satisfaisant? Les garanties
requises à cet effet n'ont pas été
prévues.
L'avis rendu par le Conseil d'État
sur le texte initial était clair. Les
critères sur la base desquels le
Collège des bourgmestre et éche-
vins peut autoriser ou interdire une
implantation figuraient dans le
texte initial. On les a retirés par la
suite en invoquant, à tort, l'avis
négatif du Conseil d'État qui
portait, en effet, sur l'inopportunité
d'imposer aux collèges une
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
72
toe te laten, in de oorspronkelijke tekst stond.
U hebt ze er nadien, u totaal ten onrechte beroepend op het advies
van de Raad van State, uitgehaald. Dat beroep op de Raad van State
is ten onrechte omdat de negatieve kritiek van de Raad van State
geen betrekking had op de argumenten, de normen, de wegingen, de
criteria op grond waarvan de beslissing moet worden genomen, maar
wel gebaseerd op de overweging dat aan de colleges geen
motivatieplicht moet worden opgelegd, want die hebben ze al. Er geldt
een algemene, wettelijke verplichting die de gemeentelijke organen
ertoe houdt om, als zij een beslissing nemen, die ook te motiveren.
Mevrouw de minister, u hebt gezegd ik hoop dat het zo in het
verslag staat, want ik heb het niet meer nagelezen dat hoe dan ook
van de colleges verwacht wordt dat zij dezelfde criteria zullen
gebruiken in de motivering van een beslissing als die die gebruikt
moeten worden door de commissie, het sociaal-economisch comité,
dat terzake een advies moet uitbrengen. Dat staat in elk geval niet in
de tekst.
Als het uw oprechte mening is, wat ik tot nader order wil aannemen,
dat de weging op grond daarvan moet gebeuren, wat belet u dan,
tenzij de koppigheid gebaseerd op het feit dat het amendement van
CD&V was, om dat ook in de tekst in te schrijven? U zegt dat het in de
wet staat, en meer in het bijzonder met betrekking tot de tekst over
het sociaal-economisch comité. Dat klopt.
Collega's, de meesten onder u hebben wel iets te maken met het
lokale niveau, het gemeentelijke niveau. U weet dat ook daar voor
sommige besluitvormingsprocedures adviezen ingewonnen moeten
worden. Wie een bouwvergunning wil, moet in een belangrijk aantal
gevallen, vooral in een agrarische gemeente, een voorafgaand advies
krijgen van Stedenbouw. Stedenbouw moet vaste criteria hanteren
om dat advies tot stand te brengen en te bezorgen aan de
gemeenten. Wie durft staande te houden dat de gemeenten, in casu
de colleges van burgemeester en schepenen, diezelfde criteria
moeten hanteren wanneer zij uiteindelijk de bouwvergunning toestaan
of weigeren?
Dat is niet zo. Mevrouw de minister, als u dat wilt, moet u het in de
tekst stipuleren. Op dat punt zou u wel voor een aantal verrassingen
kunnen komen te staan. Ik blijf erbij dat de tekst op andere punten
van een vrij bedenkelijke juridische kwaliteit is. Mevrouw Pieters, ik
vrees inderdaad dat er nog een paar programmawetten nodig zullen
zijn om hier en daar de nodige technische en andere bijsturingen te
doen.
Ten tweede, ik richt mij in het bijzonder tot de collega's die in
Vlaanderen worden verkozen. Ik hoor hier al vijftien tot twintig jaar
zeggen dat de motor van de economische ontwikkeling in Vlaanderen
onze KMO's zijn. Niet de grote bedrijven, maar wel de kleine en
middelgrote ondernemingen zijn de motor. Niemand spreekt mij
tegen. Welnu, aan al de kleine en middelgrote ondernemingen wordt
een slechte dienst bewezen. U kiest nadrukkelijk voor de grote
handelsvestigingen, dit ten nadele van de kleintjes. Wie dat loochent,
loochent het zonlicht.
Collega's van de VLD, ik wil u geruststellen. De goedkeuring van die
obligation de motivation à laquelle
ils étaient déjà soumis. On attend
à présent des collèges qu'ils
appliquent les mêmes critères de
motivation que les comités socio-
économiques. Qui ose affirmer
que tel sera le cas? De
nombreuses adaptations seront
donc nécessaires par la suite.
Les PME constituent le moteur du
développement économique en
Flandre et adopter cette loi
reviendrait à leur rendre un
mauvais service. On privilégie les
grandes implantations commer-
ciales au détriment des petites
entreprises. On n'assistera pas
d'emblée à une hécatombe, mais
les petites entreprises et les PME
vont disparaître à un rythme
accéléré. Cela se fera en toute
discrétion, car les indépendants ne
font pas étalage de leurs
problèmes. Ils ne pourront
toutefois continuer à soutenir la
concurrence avec les grandes
implantations commerciales.
L'autorité fédérale comme
l'autorité flamande mènent une
politique des grandes villes dont il
faut restaurer l'attrait. Ce projet
dessert cet objectif. L'intérêt des
villes réside dans le fait que tout
s'y trouve à proximité, mais ce
projet de loi sonnera le glas de
tous les petits magasins. C'est
déjà ce qui s'est passé à Courtrai
sous la pression des grandes
implantations commerciales dans
la périphérie et des grandes
chaînes commerciales installées
de l'autre côté de la frontière. Avec
l'effervescence et le dynamisme
des rues commerçantes, c'est en
quelque sorte l'âme des villes qui
disparaîtra. Mais lorsqu'on en
prendra conscience, il sera trop
tard.
M. Lenssen a déposé un
amendement qui a été cosigné par
la quasi-totalité des groupes
politiques flamands et qui
préconise la régionalisation de
cette matière. Pourtant, on a
préféré ne pas suivre l'avis du
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
73
tekst, aangenomen dat hij niettegenstaande zijn juridische
mankementen ook door de Senaat geraakt, zal in definitieve vorm
geen bloedbad aanrichten. Daarin kunt u gerust zijn. Hij zal er wel toe
leiden dat hier en daar aan een verhoogd tempo kleine handelszaken
en KMO's zullen verdwijnen. Men zal het nauwelijks merken. De
mensen die daarachter zitten, hebben immers ook nog het probleem
van een zekere fierheid. Zij lopen niet met hun problemen te koop en
zullen dus in stilte verdwijnen. Dat zal de grote inbreng zijn van
degenen, en ik richt mij hierbij in het bijzonder tot de VLD'ers in deze
assemblee, die beweren de KMO's en de zelfstandigen een warm hart
toe te dragen. Ik wens u veel succes. Als u echter eerlijk bent, kunt u
niet anders dan beamen dat de kleine en middelgrote ondernemingen
het in meer of mindere mate moeilijker zullen hebben om zich
staande te houden tegenover de grote handelszaken.
Ik zwijg dan nog over een aantal neveneffecten. Ik moet daarover niet
veel meer zeggen. Ik ben nogal geneigd om de mensen die de
sectoren goed kennen te geloven als het gaat over de tewerkstelling
omdat ze het beter kennen wellicht of in elk geval beter dan een
parlementair als ik. Ik ga ervan uit dat als zij daarover iets zeggen, en
dat hebben ze gedaan tijdens de hoorzitting, ze toch wel weten
waarover ze spreken.
Mevrouw Gerkens, u hebt volkomen gelijk. Wij zijn het eens over de
stadskernversterking. Men meent nu vanuit de federale en de
Vlaamse overheid een grootstedenbeleid te moeten voeren om de
kernen leefbaar te houden. U kan toch niet anders dan zeggen dat dit
daarop volkomen haaks staat. Men zegt hier de wacht aan aan de
handelszaken die zich nog proberen staande te houden in stedelijke
agglomeraties of men maakt het ze in elk geval moeilijker.
Mevrouw Gerkens, het mobiliteitsprobleem is hier nog niet besproken,
maar wel in de commissie. Collega's, u weet het toch allemaal. Men
moedigt eerst de mensen aan om opnieuw in de stad te gaan wonen.
Men heeft goede redenen om dit soort beleid te voeren. De
aantrekkelijkheid van de grote stad is dat men daar alles bij de hand
heeft of totnogtoe nog heeft. Ik vrees echter dat dit door deze wet
eerder zal verminderen dan versterkt zal worden. De kleine en
middelgrote winkels in de grootsteden zullen minder aanbod hebben.
Mijnheer De Padt, u zegt dat het niet waar is. Het is wel waar.
Collega Lenssen heeft het voorbeeld van Kortrijk ten tonele gevoerd.
Mijnheer de voorzitter, ik heb het voordeel gehad om een aantal jaren
les te geven in Kortrijk. Ik heb die stad leren kennen. Die stad heeft
een tijdlang een zeer levendig niet alleen middenstandsleven, maar
ook levendige "shoppingstreets" gehad. Het was een van de eerste
steden waar men die benaming heeft gebruikt. De stad bruiste van
activiteit en dynamiek.
Het is in de loop van de jongste jaren anders geworden. Ik hoop dat
men inderdaad het tij kan doen keren, mevrouw Pieters. Men doet
daarvoor bewust inspanningen. De federale overheid maakt het
echter netto veeleer iets moeilijker. Als Kortrijk wat zijn shopping
streets betreft achteruit is geboerd, houdt dit verband met de
oprichting van een aantal groothandelszaken in de periferie in de stad.
Mijnheer Lenssen, dat houdt ook verband met de oprichting van een
aantal heel grote groothandelszaken, Auchan bijvoorbeeld.
Conseil d'Etat qui prône le recours
à la loi spéciale pour faire passer
cette régionalisation.
Quelle
schizophrénie!
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
74
25.55 Georges Lenssen (VLD): (...)
25.56 Paul Tant (CD&V): Ik kom daartoe. Het comparatieve
voordeel van onder meer onze lonen geldt niet tegenover Frankrijk,
waar de vergelijking van de algemene loonevolutie de jongste jaren in
ons nadeel uitvalt. En dan pretendeert u, na dit vastgesteld te hebben,
dat wij straks de concurrentie beter zullen aankunnen.
Een tweede opmerking. Als het gaat over de concurrentie aankunnen
is Auchan is een prima illustratie. Sommigen onder u kennen dat
warenhuis wellicht. Men rijdt er voorbij als men in de richting van de
zon rijdt. Dat is een echte grote handelsvestiging die in de wijde
omgeving een aantal KMO's heeft doen bloeden. Dat kan men nu niet
terug inpikken! Dat gelooft u toch niet! Als men dit tracht te
doorgronden en op de balans legt, kan men niet anders dan zeggen
dat men raakt aan de ziel van een binnenstad. Dat zijn niet alleen de
kerken en de culturele centra, maar ook de commerciële activiteiten.
Mensen kunnen elkaar treffen in een buurtwinkel en daar de laatste
nieuwtjes horen. Zij kunnen daar ook solidariteit tegenover elkaar
laten blijken. Dat is een mentaliteit die men niet in Auchan kan
terugvinden. Daar is de sfeer anders.
U moet dat goed weten. Ik heb het in de commissie gezegd, mijnheer
de voorzitter. Het is best mogelijk dat men in deze kwestie handelt
terwijl men niet weet wat de consequenties zullen zijn. Op het moment
dat men het beseft, is het te laat.
Mijnheer de voorzitter, mijn voorganger Jan Verroken heeft ooit in dit
Huis gezegd niet over deze aangelegenheden, maar het is er prima
op van toepassing dat het in een bepaalde kwestie zal zijn zoals een
koe met haar staart. Ze wist maar waarvoor hij diende toen ze hem
kwijt was. Eenmaal u de effecten te velde zult hebben vastgesteld, zal
de koe zonder haar staart staan. Ze zal dan wel weten waarvoor hij
diende, maar dan is het te laat.
25.56 Paul Tant (CD&V): En
effet, cet avis avait été émis au
moment même où le premier
ministre a donné ses instructions.
L'amendement a donc été renvoyé
à la case départ. Or, les
négociations au niveau flamand
sont basées sur un texte dans
lequel la régionalisation est déjà
inscrite. Le fait d'avoir aussitôt
retiré l'amendement plutôt que de
chercher, comme le CD&V, une
autre solution, témoigne à mes
yeux d'une attitude schizophrène.
Il était bel et bien possible de
résoudre le problème en
régionalisant les compétences en
la matière.
De voorzitter: Kunt u besluiten, mijnheer Tant?
25.57 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik moet nog een
neveneffect even onder uw aandacht brengen.
De heer Lano gaf het voorbeeld van Gaverzicht. Hij zei tegen
mevrouw Pieters dat men van alles voorbeelden kan vinden, maar hij
wist niet dat hij ondertussen zelf het voorbeeld van Gaverzicht aan het
geven was. Gaverzicht is bezig zich te verplaatsen naar Japan, zei de
heer Lano. Ik heb nog geen enkele KMO geweten die dat kon. Dit is
eigenlijk een prima illustratie. Dit is inderdaad niet mogelijk voor onze
KMO's. Die blijven ter plekke. De mogelijke verplaatsbaarheid voor
een KMO, mijnheer Lano dat weet u zeer goed is veel kleiner dan
voor een aantal van onze grootschaligere handels- en ambachtelijke
bedrijven. Dat is zo. Met het grootste gemak verplaatsen deze zich
van de ene naar de andere plaats, omdat daarin geen persoonlijk
kapitaal is verankerd. U vergist zich dus ook op dat punt.
Mijnheer de voorzitter, ten slotte wou ik de schizofrenie nog even
aanklagen, die in deze aanwezig is. Tijdens een van de eerste
besprekingen in de commissie heeft de heer Lenssen een
amendement ingediend, mede ondertekend door zowat alle politieke
families, zeker van Vlaamse zijde. Men wou deze aangelegenheid
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
75
regionaliseren. Het Gewest moest, zeker voor de grote
handelsvestigingen, een serieuze zeggingskracht verkrijgen. In
samenspraak heeft de commissie dan beslist om het advies van de
Raad van State te vragen. De Raad van State heeft gezegd dat dit
niet via deze tekst kon worden gerealiseerd, wat natuurlijk juist is. Het
is immers een van de vaste regels dat in het kader van een gewone
wet niet via amendering een wijziging kan worden aangebracht aan
de bijzondere wet, omdat daarvoor een bijzondere meerderheid
vereist is. Het advies van de Raad van State kwam terug, maar viel
net samen met het moment waarop de heer Verhofstadt zijn
instructies had gegeven. Het amendement ging dus terug naar af. Dat
is een eerste vaststelling.
Mevrouw Pieters, aan de andere kant van de straat, zoals u het
noemt, werd ondertussen al onderhandeld op basis van een tekst,
waarin de regionalisering is ingeschreven. Uw onderhandelaars
hebben wellicht nu of zullen dat binnen afzienbare tijd doen hun
goedkeuring gegeven aan die tekst. Zij gaan er dus mee akkoord dat
op korte termijn een en ander moet worden bijgestuurd op het vlak
van de staatshervorming en de bevoegdheidsverdeling. Dat is zo, als
ik ze hoor spreken, want de communautaire problemen zullen zij
uiteraard geen vier jaar voor zich uit kunnen schuiven. De bevolking
zou het ons trouwens bijzonder kwalijk nemen, wanneer alle
traditionele families dure eden zweren over het feit dat een en ander
op het vlak van de staatshervorming en de bevoegdheidsverdeling
moet worden bijgestuurd, om dienvolgens vier jaar te wachten.
Dat kunnen wij ons niet veroorloven. Dus is het bijzonder schizofreen
om snel bij het eerste teken de amendementen in te trekken in de
plaats van, zoals wij dat gedaan hebben met een amendement van
mevrouw Pieters, te zoeken naar een alternatieve piste. Alles werd
meteen opgeborgen. Dit moest volgens de richtlijn van Verhofstadt
nu, op korte termijn, worden goedgekeurd want er werd een en ander
aan de vrienden beloofd, nietwaar? Dit is ook voor een stuk de
oorzaak van het onbegrip bij de bevolking, met betrekking tot het
gevoerde beleid. De mensen verstaan het niet dat men hier wit zegt
en aan de andere kant van de straat zwart. U hebt toch allemaal
gezegd dat de mensen het verschil tussen die niveaus niet kennen.
Naar aanleiding van de verkiezing heb ik dat overal, vooral vanwege
de meerderheid, horen beweren. Tot op grote hoogte is dat waar. De
vraag is wie daarvoor aansprakelijk is. Men klutst alles door elkaar
qua kandidaturen en mandaten enzovoort en dan veronderstelt men
nog dat de kiezer het verschil ertussen kent. Daarover zal ik echter
niet verder uitweiden.
Mijn vraag is: waarom die haast in godsnaam? Er was toch wel even
de tijd om te zien of we deze kwestie niet konden regelen via een
overdracht van bevoegdheid waarvan ik denk dat men daar niets op
tegen heeft ten zuiden van de taalgrens. Wat belet u dan in
godsnaam om op dat punt door te gaan? Waarom? U verwijst naar de
grotere autonomie van de gemeenten.
(...): (...)
25.58 Paul Tant (CD&V): Ja, wellicht niet onmiddellijk, maar de tijd
zal zijn werk doen en de tand met een d achteraan nog veel meer.
Mijnheer de voorzitter, thans volgt mijn slotbemerking.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
76
De voorzitter: Mijnheer Tant, de tand des tijds bijt ook aan de spreektijd.
25.59 Paul Tant (CD&V): Ja, en vooral als men voortdurend uit het
lood wordt geslagen door "achterbankse" opmerkingen. Ik zeg wel:
achterbankse.
Dit onderwerp had een beter debat verdiend. We hadden rustiger van
gedachten kunnen wisselen in de commissie, maar dat heeft men niet
gewild. Wellicht hield dat ook verband met het feit dat u het ten
gronde niet met elkaar eens was. De instructies van de chef zijn
echter de instructies van de chef en zullen in elk geval tot effect
hebben dat we alweer een wetgeving met errata zullen kennen. Hier
en daar zullen nog wel enkele fouten, enkele grote of kleine kemels of
dromedarissen, aan het licht komen en er zal dus nog wel wat werk
aan de winkel zijn.
Mijnheer de voorzitter, dat mogen wij onszelf niet aandoen. Ik wil niet
moraliserend of belerend doen, maar ik vind dat we in deze Kamer in
algemene termen veel te weinig lef hebben om de tekst nog ten
gronde uit te benen. Nochtans noemen wij ons de wetgever! Wij
hebben in alle omstandigheden het laatste woord, maar waar maak ik
nog eens een commissie mee waar we mekaar steunen om de tekst
ten gronde door te nemen, laat staan te analyseren? Als u zich
afvraagt hoe het komt dat de politiek beetje bij beetje aan
geloofwaardigheid verliest, dan niet alleen daardoor, maar ook
daardoor. Ook dat is jullie verantwoordelijkheid. Het zijn een aantal
gemiste kansen. Vooral hadden onze KMO's en zelfstandigen beter
verdiend. Dank u.
25.59 Paul Tant (CD&V): Ce
sujet méritait un débat plus
approfondi, qui n'a probablement
pas eu lieu à la suite des
dissensions au sein de la majorité.
Les instructions du premier
ministre donneront lieu à une
législation truffée d'erreurs. Si
nous ne sommes plus disposés à
examiner minutieusement les
textes légaux, la politique perdra
sa crédibilité. Les PME et les
indépendants méritaient mieux.
De voorzitter: U beschikt als het ware over een interne horloge, mijnheer Tant, want u vulde perfect uw
spreektijd van 30 minuten.
Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Discussion des articles
Bespreking van de artikelen
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 85, 4) (1035/11)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (1035/11)
Le projet de loi compte 20 articles.
Het wetsontwerp telt 20 artikelen.
Amendements déposés:
Ingediende amendementen:
Art. 3
- 33: Trees Pieters (1035/6)
- 22: Trees Pieters (1035/6)
Art. 6
- 23: Trees Pieters (1035/6)
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
77
Art. 7
- 30: Trees Pieters (1035/6)
- 24: Trees Pieters (1035/6)
Art. 8
- 28: Trees Pieters (1035/6)
- 31: Trees Pieters (1035/6)
- 38: Trees Pieters (1035/9)
- 25: Trees Pieters (1035/6)
Art. 11
- 26: Trees Pieters (1035/6)
- 27: Trees Pieters (1035/6)
- 32: Trees Pieters (1035/6)
Artikel 1. Geen bezwaar? Aangenomen.
Article 2. Pas d'observations? Adopté.
Op artikel 3 zijn er amendementen van mevrouw Pieters.
25.60 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, aangezien de
Gewesten ten gevolge van het advies van de Raad van State uit de
tekst zijn afgevoerd, stellen we voor om overal het Gewest te
vervangen door Bestendige Deputatie. De minister is daar niet op
willen ingaan, omdat ze dat een al te politiek orgaan vond. We hebben
ook niet de tijd gehad een betere oplossing te zoeken. Hoe dan ook is
het de bedoeling met de verwijzing naar de Bestendige Deputatie de
regionalisering de facto in de wettekst in te schrijven.
25.60 Trees Pieters (CD&V):
L'amendement n° 22 à l'article 3
tend à remplacer le mot "Région"
par les mots "députation
permanente". La ministre a
toutefois estimé que cet organe a
un caractère politique trop
marqué. Nous souhaitons inscrire
de facto la régionalisation dans la
législation.
25.61 Minister Fientje Moerman: Mevrouw Pieters, wat u zegt, is niet
correct. Al de amendementen die u in plenaire vergadering hebt
ingediend, hebt u ook in commissie ingediend. Bij de bespreking
ervan is er telkens een argumentatie ontwikkeld. Ik heb u ook de
nodige argumenten opgesomd bij het amendement dat ertoe strekt
het Gewest in de tekst te vervangen door Bestendige Deputatie. Ik wil
ze gerust voor de volledigheid herhalen. Mijn argumentatie zal
identiek zijn aan dewelke ik in commissie heb gegeven.
Op het vlak van de legistiek kan men de bevoegdheid geven aan de
Bestendige Deputatie, in tegenstelling tot het Gewest.Dat heb ik toen
ook gezegd. Er zijn echter enkele redenen waarom mijn collega en
ikzelf het niet opportuun hebben geacht om de Deputatie te laten
beslissen over grote vestigingsprojecten.
Die redenen zijn de volgende. Ten eerste, de provincies zijn indirect al
betrokken bij de sociaal-economische vergunning via het beroep
tegen de stedenbouwkundige vergunning. Ten tweede, een
bijkomend beslissingsniveau doet afbreuk aan de administratieve
vereenvoudiging, die toch ook in onderhavig wetsontwerp met
snellere procedures en kortere beslissingstermijnen is ingebouwd.
Ten derde, het ontwerp voorziet erin dat de grensgemeenten verplicht
worden gehoord voor het Nationaal Sociaal-Economisch Comité voor
de Distributie, indien ze dat wensen.
Ten vierde, het beroep wordt in alle gevallen mogelijk gemaakt.
Ten vijfde, elke natuurlijke persoon of rechtspersoon kan in beroep
25.61 Fientje Moerman, ministre:
Mme Pieters avait également
présenté ces amendements en
commission. Mon argumentation
demeure inchangée. C'est pos-
sible d'un point de vue légistique,
mais ce n'est pas opportun.
J'anticipe quelque peu sur
l'amendement n° 38 à l'article 8.
Le précis de droit administratif de
Mast et Dujardin nous enseigne
que, si nous avions adopté cet
amendement, nous aurions
ramené la décision concernant la
motivation à une décision dirigée.
L'amendement fait état de certains
critères dont le Collège des
bourgmestre et échevins doit tenir
compte. L'administration commu-
nale est soumise à la loi sur la
motivation, ce qui signifie que les
considérations d'ordre juridique et
factuel doivent être mentionnées
lors de l'attribution d'autorisations
socio-économiques.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
78
gaan bij de Raad van State en in voorkomend geval wordt de
realisatie van het project stilgelegd in afwachting van het arrest.
Ten slotte, de beslissing van het college van burgemeester en
schepenen dient gemotiveerd te zijn.
Mijnheer de voorzitter, als u het mij toestaat, zal ik meteen ook
antwoorden op een ander amendement van mevrouw Pieters, om te
vermijden dat ik daarover straks nog eens het woord moet nemen.
Het is trouwens ook een argument dat herhaald is door de heer Tant
in zijn algemene uiteenzetting. Mevrouw Pieters heeft een
amendement, nummer 38, ingediend waarin zij voorstelt om een
paragraaf 4 in te voeren bij artikel 8, die expliciet erin voorziet dat het
college van burgemeester en schepenen dient rekening te houden
met de criteria vermeld in artikel 7, paragraaf 2.
Ik heb een mening daarover, maar ik heb de inhoud van het
amendement administratiefrechtelijk laten nakijken. Indien men uw
amendement 38 zou hebben aangenomen of vooralsnog zou
aannemen in de plenaire vergadering, dan zou de beslissing van het
college van burgemeester en schepenen ik verwijs naar het
handboek van Mast en Dujardin en de contacten daarover met
laatstgenoemde verengd worden tot wat men noemt een "gestuurde
beslissing die de motivering van die beslissing beperkt of verengt".
Door dit erin te zetten zou het college van burgemeester en
schepenen dus kunnen denken dat het college die beslissing enkel op
basis van de vier voornoemde criteria kan nemen, terwijl het ook
rekening kan houden met een aantal andere criteria in zijn motivering.
Het is trouwens de evidentie dat het college van burgemeester en
schepenen in zijn beslissing rekening houdt met de vier genoemde
criteria, die de criteria van vroeger zijn. Waarom? Ook dat heb ik in de
commissie uitgelegd. Een gemeentebestuur valt onder de
motiveringswet. Bijgevolg dient het college van burgemeester en
schepenen zijn beslissing over het al dan niet uitreiken van een
sociaal-economische vergunning uitdrukkelijk te motiveren. Dat staat
in artikel 2 van de motiveringswet.
Meer concreet moeten de juridische zowel als de feitelijke
overwegingen vermeld worden die aan de beslissing ten grondslag
liggen en in casu vormt de voorliggende wettekst, waarin de vier
onderzoekscriteria vermeld zijn, dé juridische grondslag die aan het
gemeentebestuur de beslissingsbevoegdheid toekent inzake sociaal-
economische vergunningen.
Mijnheer de voorzitter, tot daar gaat mijn korte toelichting.
De voorzitter: Ik laat mevrouw Pieters eerst reageren, en vervolgens de heer Tant.
25.62 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik meen dat ik
hier duidelijk gezegd heb dat, in de turbulentie van de afhandeling van
dit wetsontwerp en geconfronteerd met het feit dat het Gewest door
de Raad van State geschrapt werd of onaanvaardbaar was bevonden,
wij op het eigenste moment gezocht hebben naar een oplossing. Die
oplossing was de bestendige deputatie. De minister geeft hier een
uitleg over artikel 8 en de criteria die door het college van
burgemeester en schepenen gehanteerd moeten worden. Ik heb niet
de tijd gehad om Mast en consorten te consulteren. U mag hier de
25.62 Trees Pieters (CD&V): Je
maintiens que la députation
permanente constituait la solution
à nos yeux. Je n'ai pas eu le
temps de consulter Mast. La
ministre n'a pas tenu en
commission une partie des propos
qu'elle a tenus ici. Nous n'avons
pas eu le temps, en commission,
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
79
geleerdste uitleg geven, maar ten eerste versta ik daar niets van, en
ten tweede werd die uitleg in de commissie niet gegeven, of toch
gedeeltelijk niet.
Dat is nu juist het verkeerde aan de manier van werken. Wij hebben
niet de tijd gehad om te zoeken naar een andere piste. In Vlaanderen
is men ermee bezig. Van tafel geveegd! Nu komt u af met Mast en
consorten. Sorry, hoor.
de rechercher une meilleure
solution.
25.63 Paul Tant (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil eerst enkele
overwegingen geven om aan de minister duidelijk te maken dat haar
argumenten misschien valabel zijn op sommige punten, maar dat op
andere punten helemaal niet zijn.
Ik begin met de overweging die hier niet meer wordt herhaald dat de
deputatie een te politiek geïnspireerd orgaan is. De deputatie heeft
nog als voordeel dat er een gouverneur bij zit, die vaak voor enig
evenwicht zorgt. Ik ga daar niet op door, maar één zaak weet ik zeker.
(...): (...)
25.63 Paul Tant (CD&V): Les
arguments de la ministre sont
valables sur certains points et non
sur d'autres. La présence du
gouverneur est un avantage de la
députation permanente, alors que
la Région est plus politisée de
toute façon.
25.64 Paul Tant (CD&V): Wat niet wegneemt dat hij iets te zeggen
heeft.
Eén zaak weet ik zeker: het Gewest is veel meer gepolitiseerd. Dat
gaat u toch niet loochenen? Dat loochenen, is het licht van de zon
loochenen.
Men spreekt over de verkorting van de procedure. Bovendien,
mevrouw de minister, haalt u het feit aan dat de
beroepsmogelijkheden sterk worden verruimd. Op zich lijkt dat
uitstekend. Alleen moet men enorm opletten, want naarmate men de
beroepsmogelijkheden uitbreidt waartegen ik mij niet verzet maakt
men investeringen onzekerder en versterkt men de rechtsonzekerheid
wat in economische aangelegenheden enig belang heeft.
Vervolgens zegt u dat een procedure bij de Raad van State eventueel
de uitvoerbaarheid zal schorsen. Collega's, weet u goed wat dat
betekent? Men is dan soms voor maanden, zoniet voor jaren,
vertrokken. Mevrouw de minister, is dit de verkorting van uw
procedure? U verwijst naar de motiveringsbeslissing. In de mate dat
de wet zou bepalen dat het College zijn overwegingen moet
motiveren, zou u misschien gelijk hebben. Als in de tekst echter zou
staan dat het College, behalve zijn overwegingen, ook zijn beslissing
moet motiveren, wat is dan het probleem? Op dat moment is er geen
enkel probleem meer en dan mag u nog zeven keer telefoneren naar
Dujardin.
Mevrouw Pieters, ik ben geen deskundige in deze materie, maar ik
heb een aantal jaren administratief recht mogen doceren. Ik heb dat
heel graag gedaan. Als ik mevrouw de minister hoor citeren wat de
motiveringsplicht allemaal inhoudt, weet u dat dit alleen maar citeren
is uit de wet die de algemene motiveringsplicht aan de gemeenten
oplegt. Daarmee wordt er niets toegevoegd. De waarheid is wat ze is.
Mevrouw de minister, ik ben van mening dat we dit soort debatten in
de commissie hadden moeten voeren. Daarvoor is het echter te laat.
25.64 Paul Tant (CD&V):
L'élargissement des opportunités
professionnelles apparaît comme
un élément positif à première vue,
mais il accroît cependant
l'insécurité juridique au niveau des
investissements. Ceci a son
importance en matière écono-
mique. Lorsqu'une procédure au
Conseil d'Etat suspend la force
exécutoire, cela peut traîner
pendant plusieurs années. La
procédure n'a certainement pas
été accélérée.
Concernant la décision de
motivation, on peut résoudre le
problème juridico-administratif par
le biais d'une formulation
différente. La ministre a cité la loi
relative à l'obligation de
motivation. Nous aurions dû
pouvoir mener ce débat en
commission.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
80
De voorzitter: De artikelen 4 en 5 worden artikel per artikel aangenomen.
Les articles 4 et 5 sont adoptés article par article.
Op artikel 6 is er een amendement van mevrouw Pieters, met betrekking tot de bestendige deputatie. Ik
houd de stemming over het artikel en het amendement aan.
Op artikel 7, eveneens met betrekking tot de bestendige deputatie, is er eveneens een amendement van
mevrouw Pieters.
25.65 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, dat
amendement strekt ertoe artikel 7 aan te vullen. Wij wensen een
duidelijk advies van het Nationaal Sociaal-Economisch Comité, in
plaats van een verdeeld advies. Dat advies moet ofwel gunstig, ofwel
gunstig met bepaalde voorwaarden ofwel negatief zijn. Het mag geen
verdeeld advies zijn zoals thans in de wet is bepaald.
25.65 Trees Pieters (CD&V):
L'amendement n° 30 à l'article 7
tend à obtenir un avis tranché du
Comité socio-économique, plutôt
qu'un avis partagé. Ou cet avis est
favorable, ou il est favorable sous
conditions, ou encore il est négatif.
De voorzitter: Ik houd de stemming over de desbetreffende artikels en amendementen aan.
Mevrouw Pieters, u diende eveneens amendement nr. 28 in, tot aanvulling van artikel 8.
25.66 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, amendement
28 strekt ertoe artikel 8 aan te vullen met een tweede lid, opdat er
duidelijkheid zou zijn inzake het advies. Wij stellen voor om, wanneer
het College van burgemeester en schepenen geen advies verstrekt
binnen een bepaalde termijn, een dwangsom op te leggen teneinde
dit te voorkomen.
25.66 Trees Pieters (CD&V):
L'amendement n° 28 à l'article 8
prévoit la possibilité d'imposer une
astreinte lorsque le Collège des
bourgmestre et échevins ne rend
pas son avis dans un délai
déterminé.
De voorzitter: Ik houd de stemming over artikel 8 en de amendementen 28, 31, 25 en 38 van mevrouw
Pieters aan.
- De artikelen 9 en 10 worden artikel per artikel aangenomen.
- Les articles 9 et 10 sont adoptés article par article.
Op artikel 11 hebt u drie amendementen. Amendement 26 strekt ertoe de woorden "het Gewest" te
vervangen door "de bestendige deputatie". Verdedigt u amendement 27?
25.67 Trees Pieters (CD&V): In het kader van de
beroepsmogelijkheden stellen wij voor dat ieder lid van het Nationaal
Sociaal-Economisch Comité beroep kan aantekenen.
25.67 Trees Pieters (CD&V):
L'amendement n° 27 à l'article 11
stipule que chaque membre du
Comité socio-économique national
peut interjeter appel.
De voorzitter: Dan hebt u nog een amendement 32 op artikel 11.
25.68 Trees Pieters (CD&V): Dit amendement handelt opnieuw over
de dwangsom.
De voorzitter: Ik houd de stemming over het artikel 11 en de amendementen aan.
- De artikelen 12 tot en met 20 worden artikel per artikel aangenomen.
- Les articles 12 à 20 sont adoptés article par article.
Les articles 1, 2, 4, 5, 9, 10, 12 à 20 sont adoptés article par article.
De artikelen 1, 2, 4, 5, 9, 10, 12 tot 20 worden artikel per artikel aangenomen.
Le vote sur les amendements et les autres articles est réservé.
De stemming over de amendementen en de andere artikelen wordt aangehouden.
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
81
La discussion des articles est close. Le vote sur les amendements et les articles réservés ainsi que sur
l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over de aangehouden amendementen en
artikelen en over het geheel zal later plaatsvinden.
Ik stel voor dat we de avondvergadering beginnen om 20.00 uur. Wat wilt u doen, mevrouw Van Brempt?
Later beginnen? (Mevrouw Van Brempt doet teken om voort te werken)
Ik moet ook aan het personeel van de Kamer denken, mevrouw.
De vergadering is gesloten.
La séance est levée.
De vergadering wordt gesloten om 19.21 uur. Volgende vergadering donderdag 15 juli 2004 om 20.00 uur.
La séance est levée à 19.21 heures. Prochaine séance le jeudi 15 juillet 2004 à 20.00 heures.
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
82
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
83
ANNEXE
BIJLAGE
SÉANCE PLÉNIÈRE
PLENUMVERGADERING
JEUDI 15 JUILLET 2004
DONDERDAG 15 JULI 2004
DECISIONS INTERNES
INTERNE BESLUITEN
COMMISSIONS
COMMISSIES
Composition
Samenstelling
Les modifications suivantes ont été proposées par
le Vlaams Blok:
Volgende wijzigingen worden door het Vlaams Blok
voorgesteld:
Commission de la Justice
Commissie voor de Justitie
Membres effectifs
Remplacer Mme Gerda Van Steenberge par M.
Bert Schoofs.
Effectieve leden
Mevrouw Gerda Van Steenberge vervangen door
de heer Bert Schoofs.
Commission de l'Economie, de la Politique
scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des
Classes moyennes et de l'Agriculture
Commissie voor het Bedrijfsleven, het
Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de nationale
wetenschappelijke en culturele Instellingen, de
Middenstand en de Landbouw
Membres effectifs
Remplacer M. Bert Schoofs par M. Ortwin
Depoortere.
Effectieve leden
De heer Bert Schoofs vervangen door de heer
Ortwin Depoortere.
Commission parlementaire de Concertation
Parlementaire Overlegcommissie
Membres effectifs
Remplacer Mme Gerda Van Steenberge par
M. Ortwin Depoortere.
Effectieve leden
Mevrouw Gerda Van Steenberge vervangen door
de heer Ortwin Depoortere.
Commission de la Défense nationale
Commissie voor de Landsverdediging
Membres suppléants
Remplacer Mme Gerda Van Steenberge par
M. Ortwin Depoortere.
Plaatsvervangers
Mevrouw Gerda Van Steenberge vervangen door
de heer Ortwin Depoortere.
Commission de Révision de la Constitution et
de la Réforme des institutions
Commissie voor de Herziening van de Grondwet
en de Hervorming van de Instellingen
Membres suppléants
Remplacer Mme Gerda Van Steenberge par
M. Ortwin Depoortere.
Plaatsvervangers
Mevrouw Gerda Van Steenberge vervangen door
de heer Ortwin Depoortere.
Commission des Naturalisations
Commissie voor de Naturalisaties
Membres suppléants
Remplacer Mme Gerda Van Steenberge par
M. Ortwin Depoortere.
Plaatsvervangers
Mevrouw Gerda Van Steenberge vervangen door
de heer Ortwin Depoortere.
Comité d'avis pour l'Emancipation sociale
Adviescomité voor de maatschappelijke
emancipatie
Membres suppléants
Remplacer Mme Gerda Van Steenberge par
M. Ortwin Depoortere.
Plaatsvervangers
Mevrouw Gerda Van Steenberge vervangen door
de heer Ortwin Depoortere.
DEMANDES D'INTERPELLATION
INTERPELLATIEVERZOEKEN
Dépôts
Ingekomen
1. M. Pieter De Crem au premier ministre sur "le
remaniement ministériel annoncé".
1. de heer Pieter De Crem tot de eerste minister
over "de aangekondigde herschikking van de
regering".
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
84
(n° 380 - )
(nr. 380 -)
PROPOSITIONS
VOORSTELLEN
Autorisation d'impression
Toelating tot drukken
1. Proposition de loi (MM. Thierry Giet, Tony Van
Parys, Hendrik Daems, Daniel Bacquelaine et Dirk
Van der Maelen) portant création d'une
Commission chargée du renouvellement des
organes du culte musulman (n° 1275/1).
1. Wetsvoorstel (de heren Thierry Giet, Tony Van
Parys, Hendrik Daems, Daniel Bacquelaine en Dirk
Van der Maelen) tot oprichting van een Commissie
belast met de hernieuwing van de organen van de
islamitische eredienst (nr. 1275/1).
2. Proposition de loi (M. Melchior Wathelet et Mme
Catherine Doyen-Fonck) modifiant l'article 98 de la
loi du 8 août 1997 sur les faillites en vue d'étendre
les effets de l'excusabilité au conjoint du failli
(n° 1276/1).
2. Wetsvoorstel (de heer Melchior Wathelet en
mevrouw Catherine Doyen-Fonck) tot wijziging van
artikel 98 van de faillissementswet van
8 augustus 1997 teneinde de gevolgen van de
verschoonbaarheid uit te breiden tot de echtgenoot
van de gefailleerde (nr. 1276/1).
3. Proposition de loi (Mme Annick Saudoyer, M.
André Perpète, Mme Camille Dieu et MM. Jean-
Marc Delizée et Bruno Van Grootenbrulle) modifiant
l'article 171 du Code des impôts sur les
revenus 1992 en ce qui concerne les pensions de
retraite complémentaires obligatoires françaises
(n° 1279/1).
3. Wetsvoorstel (mevrouw Annick Saudoyer, de
heer André Perpète, mevrouw Camille Dieu en de
heren Jean-Marc Delizée en Bruno Van
Grootenbrulle) tot wijziging van artikel 171 van het
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 in
verband met de verplichte Franse aanvullende
pensioenen (nr. 1279/1).
4. Proposition de loi (MM. Tony Van Parys, Hendrik
Bogaert et Dirk Claes) complétant la loi du
22 mars 1999 relative à la procédure d'identification
par analyse ADN en matière pénale (n° 1280/1).
4. Wetsvoorstel (de heren Tony Van Parys, Hendrik
Bogaert en Dirk Claes) tot aanvulling van de wet
van 22 maart 1999 betreffende de
identificatieprocedure via DNA analyse in
strafzaken (nr. 1280/1).
5. Proposition de loi-cadre (M. Hendrik Daems et
Mme Trees Pieters) réglementant la protection du
titre professionnel des professions intellectuelles
prestataires de service agréées (n° 1281/1).
5. Voorstel van kaderwet (de heer Hendrik Daems
en mevrouw Trees Pieters) op de titelbescherming
van erkende dienstverlenende intellectuele
beroepen (nr. 1281/1).
6. Proposition de loi (M. Hendrik Daems et Mme
Trees Pieters) portant dispositions réglementant la
protection du titre professionnel des professions
intellectuelles prestataires de service agréées
(n° 1282/1).
6. Wetsvoorstel (de heer Hendrik Daems en
mevrouw Trees Pieters) houdende bepalingen
inzake de titelbescherming voor erkende
dienstverlenende intellectuele beroepen
(nr. 1282/1).
7. Proposition de résolution (Mme Nahima Lanjri, M.
Carl Devlies, Mme Simonne Creyf, MM. Filip
Anthuenis et Geert Bourgeois, Mmes Maya Detiège
et Jacqueline Galant et MM. Claude Marinower et
Melchior Wathelet) relative à la lutte contre les
mariages de complaisance (n° 1283/1).
7. Voorstel van resolutie (mevrouw Nahima Lanjri,
de heer Carl Devlies, mevrouw Simonne Creyf, de
heren Filip Anthuenis en Geert Bourgeois, de
dames Maya Detiège en Jacqueline Galant en de
heren Claude Marinower en Melchior Wathelet)
over de aanpak van de schijnhuwelijken
(nr. 1283/1).
8. Proposition de loi (MM. Karel Pinxten et Georges
Lenssen et Mme Hilde Vautmans) rétablissant le
régime des sociétés établies dans une zone de
reconversion (n° 1285/1).
8. Wetsvoorstel (de heren Karel Pinxten en
Georges Lenssen en mevrouw Hilde Vautmans) tot
herinvoering van de oneigenlijke reconversie-
vennootschappen (nr. 1285/1).
9. Proposition de loi (M. Luc Sevenhans) relative à
la publicité de la procédure négociée dans le cadre
de marchés publics militaires (n° 1286/1).
9. Wetsvoorstel (de heer Luc Sevenhans)
betreffende de openbaarheid van de
onderhandelingsprocedure bij het gunnen van
legeraankopen (nr. 1286/1).
COMMUNICATIONS
MEDEDELINGEN
COMMISSIONS
COMMISSIES
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
85
Rapports
Verslagen
Les rapports suivants ont été déposés:
Volgende verslagen werden ingediend:
au nom de la commission de la Justice,
namens de commissie voor de Justitie,
- par M. Walter Muls, sur la proposition de loi (MM.
Thierry Giet, Tony Van Parys, Hendrik Daems,
Daniel Bacquelaine et Dirk Van der Maelen) portant
création d'une Commission chargée du
renouvellement des organes du culte musulman
(n° 1275/3).
- door de heer Walter Muls, over het wetsvoorstel
(de heren Thierry Giet, Tony Van Parys, Hendrik
Daems, Daniel Bacquelaine en Dirk Van der
Maelen) tot oprichting van een Commissie belast
met de hernieuwing van de organen van de
islamitische eredienst (nr. 1275/3).
- par M. Claude Marinower, sur le projet de loi
supprimant l'interdiction légale (n° 1238/2)0.
- door de heer Claude Marinower, over het
wetsontwerp tot afschaffing van de wettelijke
onbekwaamheid (nr. 1238/2).
au nom de la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société,
namens de commissie voor de Volksgezondheid, het
Leefmilieu en de Maatschappelijke Hernieuwing,
- par Mmes Yolande Avontroodt et Colette Burgeon,
sur le projet de loi relatif au financement de l'Agence
fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire
(n° 1228/3).
- door de dames Yolande Avontroodt en Colette
Burgeon, over het wetsontwerp betreffende de
financiering van het Federaal Agentschap voor de
Veiligheid van de Voedselketen (nr. 1228/3).
au nom de la commission des Finances et du
Budget,
namens de commissie voor de Financiën en de
Begroting,
- par M. Eric Massin, sur :
- door de heer Eric Massin, over :
-.la proposition de résolution (M. Yvan Mayeur,
Mme Colette Burgeon et M. Claude Eerdekens)
portant sur la nécessité d'estimer rapidement les
moyens humains et financiers indispensables au
fonctionnement du Service des créances
alimentaires et à l'octroi d'avances par celui-ci, et
d'inscrire les montants nécessaires lors de la
confection du budget 2004 (n° 201/3).
- het voorstel van resolutie (de heer Yvan Mayeur,
mevrouw Colette Burgeon en de heer Claude
Eerdekens) betreffende de noodzaak om onverwijld
een evaluatie te maken van de personele en
financiële middelen die zijn vereist om de Dienst
voor alimentatievorderingen te laten functioneren en
hem voorschotten te laten uitbetalen, en betreffende
de noodzaak om bij de opmaak van de begroting
voor 2004 daartoe in de vereiste kredieten te
voorzien (nr. 201/3).
- la proposition de résolution (Mmes Catherine
Doyen-Fonck, Greta D'hondt, Muriel Gerkens et
Joëlle Milquet et M. Jean-Jacques Viseur) relative à
la création du Service des créances alimentaires
(n° 267/2).
- het voorstel van resolutie (de dames Catherine
Doyen-Fonck, Greta D'hondt, Muriel Gerkens en
Joëlle Milquet en de heer Jean-Jacques Viseur)
betreffende de oprichting van de Dienst voor
alimentatievorderingen (nr. 267/2).
au nom de la commission de Révision de la
Constitution et de la Réforme des institutions,
namens de commissie voor de Herziening van de
Grondwet en de Hervorming van de Instellingen,
- par M. Guido De Padt, sur le projet de loi spéciale
modifiant l'article 6, § 1er, VIII, de la loi spéciale du
8 août 1980 de réformes institutionnelles (transmis
par le Sénat) (n° 1221/2).
- door de heer Guido De Padt, over het ontwerp van
bijzondere wet tot wijziging van artikel 6, § 1, VIII,
van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot
hervorming der instellingen (overgezonden door de
Senaat) (nr. 1221/2).
SENAT
SENAAT
Projets de loi transmis
Overgezonden wetsontwerpen
Par message du 8 juillet 2004, le Sénat transmet,
tel qu'il l'a adopté en séance de cette date, le projet
de loi portant assentiment à la Convention-cadre de
l'Organisation mondiale de la Santé pour la lutte
antitabac, adoptée à Genève le 21 mai 2003
(n° 1277/1).
Bij brief van 8 juli 2004, zendt de Senaat het
wetsontwerp houdende instemming met de
Kaderovereenkomst van de
Wereldgezondheidsorganisatie inzake de bestrijding
van het tabaksgebruik, aangenomen te Genève op
21 mei 2003 over, zoals hij het in vergadering van
die datum heeft aangenomen (nr. 1277/1).
Renvoi à la commission des Relations extérieures
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
86
Par messages du 8 juillet 2004, le Sénat transmet,
en vue de la sanction royale, les projets de loi
suivants, le Sénat ne les ayant pas évoqués:
Bij brieven van 8 juli 2004, zendt de Senaat over,
met het oog op de koninklijke bekrachtiging, de
volgende niet geëvoceerde wetsontwerpen:
- projet de loi modifiant la loi du 10 juin 1997 relative
au régime général, à la détention, à la circulation et
aux contrôles des produits soumis à accise
(n° 1169/4);
- wetsontwerp tot wijziging van de wet van
10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor
accijnsproducten, het voorhanden hebben, en het
verkeer daarvan en de controles daarop
('nr. 1169/4);
- projet de loi modifiant la loi du 25 ventôse an XI
contenant organisation du notariat (n° 1205/5).
- wetsontwerp tot wijziging van de wet van
25 ventôse jaar XI op het notarisambt (nr. 1205/5).
Pour information
Ter kennisgeving
Evocation
Evocatie
Par message du 6 juillet 2004, le Sénat informe qu'il
a évoqué, en application de l'article 78 de la
Constitution, le 6 juillet 2004, le projet de loi
modifiant la loi du 8 juillet 1976 organique des
centres publics d'action sociale et visant à étendre
le champ d'application personnel de la prime
d'installation (n° 1245/3).
Bij brief van 6 juli 2004 deelt de Senaat mede dat hij
op 6 juli 2004, met toepassing van artikel 78 van de
Grondwet, het wetsontwerp tot wijziging van de
organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de
openbare centra voor maatschappelijk welzijn en tot
uitbreiding voor het personele toepassingsgebied
van de installatiepremie heeft
geëvoceerd (nr. 1245/3).
Pour information
Ter kennisgeving
GOUVERNEMENT
REGERING
Dépôt de projets de loi
Ingediende wetsontwerpen
Le gouvernement a déposé les projets de loi
suivants:
De regering heeft volgende wetsontwerpen
ingediend:
- projet de loi sur l'entraide judiciaire internationale
en matière pénale (n° 1278/1) (matière visée à
l'article 78 de la Constitution) pour lequel l'urgence a
été demandée par le Gouvernement conformément à
l'article 80 de la Constitution;
- wetsontwerp betreffende de internationale
rechtshulp in strafzaken (nr. 1278/1)
(aangelegenheid zoals bedoeld in artikel 78 van de
Grondwet) waarvoor de spoedbehandeling door de
Regering gevraagd werd bij toepassing van
artikel 80 van de Grondwet;
Renvoi à la commission de la Justice
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
- projet de loi modifiant la loi du 28 novembre 2000
relative à la criminalité informatique, la loi du
30 juin 1994 relative aux droits d'auteur et aux droits
voisins, et la loi du 23 mars 1995 tendant à réprimer
la négation, la minimisation, la justification ou
l'approbation du génocide commis par le régime
national-socialiste allemand pendant la seconde
guerre mondiale (n° 1284/1) (matière visée à
l'article 78 de la Constitution).
- wetsontwerp tot wijziging van de wet van
28 november 2000 betreffende de
informaticacriminaliteit, de wet van 30 juni 1994
betreffende het auteursrecht en de naburige rechten,
en van de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van
het ontkennen, minimaliseren, rechtvaardigen of
goedkeuren van de genocide die tijdens de tweede
wereldoorlog door het Duitse nationaal socialistische
regime is gepleegd (nr. 1284/1) (aangelegenheid
zoals bedoeld in artikel 78 van de Grondwet).
Renvoi à la commission de la Justice
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
Rapports
Verslagen
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
87
Par lettre du 12 juillet 2004, le ministre des
Finances transmet, conformément à l'article 25 de
la loi du 24 décembre 2002 modifiant le régime des
sociétés en matière d'impôts sur les revenus et
instituant un système de décision anticipée en
matière fiscale, le rapport annuel 2003 sur
l'application de l'article 20 de cette loi.
Bij brief van 12 juli 2004 zendt de minister van
Financiën, overeenkomstig artikel 25 van de wet
van 24 december 2002 tot wijziging van de
vennootschapsregeling inzake
inkomstenbelastingen en tot instelling van een
systeem van voorafgaande beslissingen in fiscale
zaken, het jaarverslag 2003 over de toepassing van
artikel 20 van deze wet over.
Dépôt au greffe, à la bibliothèque et renvoi à la
commission des Finances et du Budget
Ingediend ter griffie, in de bibliotheek en verzonden
naar de commissie voor de Financiën en de
Begroting
Budget général des dépenses 2004
Algemene uitgavenbegroting 2004
En exécution de l'article 15, 2
ème
alinéa, des lois
coordonnées sur la comptabilité de l'Etat, le vice-
premier ministre et ministre du Budget et des
Entreprises publiques transmet:
In uitvoering van artikel 15, tweede lid, van de
gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit
zendt de vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven over:
- par lettre du 7 juillet 2004, un bulletin de
redistributions d'allocations de base concernant le
SPF Chancellerie du premier ministre pour l'année
budgétaire 2004;
- bij brief van 7 juli 2004 een lijst met herverdelingen
van basisallocaties voor het begrotingsjaar 2004
betreffende de FOD Kanselarij van de eerste
minister;
- par lettre du 7 juillet 2004, un bulletin de
redistributions d'allocations de base concernant le
SPF Santé publique, Sécurité de la Chaîne
alimentaire et Environnement pour l'année
budgétaire 2004;
- bij brief van 7 juli 2004 een lijst met herverdelingen
van basisallocaties voor het begrotingsjaar 2004
betreffende de FOD Volksgezondheid, Veiligheid
van de Voedselketen en Leefmilieu;
- par lettre du 8 juillet 2004, un bulletin de
redistributions d'allocations de base concernant le
SPF Emploi, Travail et Concertation sociale pour
l'année budgétaire 2004;
- bij brief van 8 juli 2004 een lijst met herverdelingen
van basisallocaties voor het begrotingsjaar 2004
betreffende de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en
Sociaal Overleg;
- par lettre du 8 juillet 2004, un bulletin de
redistributions d'allocations de base concernant le
SPP Intégration sociale pour l'année budgétaire
2004.
- bij brief van 8 juli 2004 een lijst met herverdelingen
van basisallocaties voor het begrotingsjaar 2004
betreffende de POD Maatschappelijke Integratie.
Renvoi à la commission des Finances et du Budget
Verzonden naar de commissie voor de Financiën en
de Begroting
Conseil des ministres de l'Union Européenne 'Justice et
Affaires intérieures'
Ministerraad van de Europese Unie 'Justitie en
Binnenlandse Aangelegenheden'
Par lettre du 13 juillet 2004, la vice-première
ministre et ministre de la Justice transmet l'ordre du
jour annoté du Conseil des ministres de l'Union
européenne 'Justice et Affaires intérieures' qui se
tiendra à Bruxelles le 19 juillet 2004.
Bij brief van 13 juli 2004 zendt de vice-eerste
minister en minister van Justitie de
gedocumenteerde agenda van de Ministerraad van
de Europese Unie 'Justitie en Binnenlandse
Aangelegenheden' die te Brussel op 19 juli 2004 zal
plaatsvinden.
Renvoi à la commission de la Justice
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
COUR D'ARBITRAGE
ARBITRAGEHOF
Arrêts
Arresten
En application de l'article 113 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
Met toepassing van artikel 113 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de
griffier van het Arbitragehof kennis van:
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
88
- l'arrêt n° 121/2004 rendu le 7 juillet 2004
concernant le recours en annulation de l'article 18,
alinéa 1
er
, 2° et 3°, de la loi du 22 août 2002 portant
des mesures en matière de soins de santé, introduit
par l'ASBL AGIM et autres;
- het arrest nr. 121/2004 uitgesproken op 7 juli 2004
betreffende het beroep tot vernietiging van
artikel 18, eerste lid, 2° en 3°, van de wet van
22 augustus 2002 houdende maatregelen inzake
gezondheidszorg, ingesteld door de VZW AVGI en
anderen;
(n° du rôle: 2661)
(rolnummer: 2661)
- l'arrêt n° 122/2004 rendu le 7 juillet 2004
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 203bis du Code civil, posée par le juge de
paix du canton de Huy II Hannut par jugement du
21 janvier 2003;
- het arrest nr. 122/2004 uitgesproken op 7 juli 2004
over de prejudiciële vraag betreffende artikel 203bis
van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de
vrederechter van het kanton Hoei II Hannuit bij
vonnis van 21 januari 2003;
(rolnummer: 2686)
- l'arrêt n° 123/2004 rendu le 7 juillet 2004
concernant le recours en annulation des
articles 115 à 134 de la loi-programme (I) du
24 décembre 2002, introduit par la "Fédération MRB
Fédération mutualiste d'assurance maladie, Tous
Risques en Belgique", et autres;
- het arrest nr. 123/2004 uitgesproken op 7 juli 2004
betreffende de artikelen 115 tot 134 van de
programmawet (I) van 24 december 2002, ingesteld
door het "Verbond MRB Verbond van
Mutualiteiten, Ziekteverzekering, Alle risico's in
België" en anderen;
(rolnummer: 2750)
- l'arrêt n° 124/2004 rendu le 7 juillet 2004
concernant la question préjudicielle relative aux
articles 20bis, 46, § 2, alinéa 2, 47, alinéa 1
er
, 59,
9°, et 59quinquies de la loi du 10 avril 1971 sur les
accidents du travail, posée par la cour du travail de
Bruxelles par arrêt du 8 septembre 2003;
- het arrest nr. 124/2004 uitgesproken op 7 juli 2004
over de prejudiciële vraag betreffende de
artikelen 20bis, 46, § 2, tweede lid, 47, eerste lid,
59, 9°, en 59quinquies van de arbeidsongevallenwet
van 10 april 1971, gesteld door het arbeidshof te
Brussel bij arrest van 8 september 2003;
(rolnummer: 2782)
- l'arrêt n° 125/2004 rendu le 7 juillet 2004
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 4, § 2, de la loi du 3 juillet 1967 sur la
prévention ou la réparation des dommages
résultant des accidents du travail, des accidents
survenus sur le chemin du travail et des maladies
professionnelles dans le secteur public, tel qu'il a
été modifié par la loi du 19 octobre 1998, posée par
la cour du travail de Bruxelles par arrêt du
15 septembre 2003;
- het arrest nr. 125/2004 uitgesproken op 7 juli 2004
betreffende de prejudiciële vraag over artikel 4, § 2,
van de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie
van of de schadevergoeding voor arbeids-
ongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van
het werk en voor beroepsziekten in de
overheidssector, zoals gewijzigd bij de wet van
19 oktober 1998, gesteld door het arbeidshof te
Brussel bij arrest van 15 september 2003;
(rolnummer: 2787)
- l'arrêt n° 126/2004 rendu le 7 juillet 2004
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 361, § 2, du Code civil, posée par le tribunal
de la jeunesse de Bruges par jugement du
14 août 2003.
- het arrest nr. 126/2004 uitgesproken op 7 juli 2004
over de prejudiciële vraag betreffende artikel 361,
§ 2, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de
jeugdrechtbank te Brugge bij vonnis van
14 augustus 2003.
(rolnummer: 2792)
Pour information
Ter kennisgeving
Recours en annulation
Beroepen tot vernietiging
En application de l'article 76 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere wet
van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de
griffier van het Arbitragehof kennis van:
- le recours en annulation totale ou partielle de la loi
du 19 décembre 2003 relative au mandat d'arrêt
européen, introduit par l'ASBL "Advocaten voor de
Wereld".
- het beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging
van de wet van 19 december 2003 betreffende het
Europees aanhoudingsbevel, ingesteld door de
VZW Advocaten voor de Wereld.
(n
o
du rôle: 3027)
(rolnummer: 3027)
Pour information
Ter kennisgeving
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
89
Questions préjudicielles
Prejudiciële vragen
En application de l'article 77 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
Met toepassing van artikel 77 van de bijzondere wet
van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de
griffier van het Arbitragehof kennis van:
- les questions préjudicielles concernant
l'article 67ter de la loi relative à la police de la
circulation routière, coordonnée le 16 mars 1968, et
l'article 5 du Code pénal, tel qu'il a été rétabli par la
loi du 4 mai 1999 instaurant la responsabilité pénale
des personnes morales, posées par le tribunal de
police de Bruxelles par jugement du 21 mai 2004;
- de prejudiciële vragen betreffende artikel 67ter van
de op 16 maart 1968 gecoördineerde wetten
betreffende de politie over het wegverkeer, en
artikel 5 van het Strafwetboek ingevoegd bij de wet
van 4 mei 1999 tot invoering van de strafrechtelijke
verantwoordelijkheid van rechts-personen, gesteld
door de politierechtbank te Brussel bij vonnis van
21 mei 2004;
(rolnummer: 3011)
- les questions préjudicielles relatives à l'article 198,
alinéa 1
er
, 7° et 10°, du Code des impôts sur les
revenus 1992, posées par le tribunal de première
instance de Bruxelles par jugement du
4 mars 2004.
- de prejudiciële vragen betreffende artikel 198,
eerste lid, 7° en 10°, van het Wetboek van de
Inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de
rechtbank van eerste aanleg te Brussel bij vonnis
van 4 maart 2004.
(rolnummer: 3020)
Pour information
Ter kennisgeving
Le greffier de la Cour d'arbitrage notifie:
De griffier van het Arbitragehof geeft kennis van:
- les conclusions des juges-rapporteurs prises en
application de l'article 72 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage concernant la
question préjudicielle relative à l'article 82 de la loi
du 8 août 1997 sur les faillites, tel qu'il a été modifié
par la loi du 4 septembre 2002, posée par le tribunal
de première instance de Courtrai par jugement du
18 mai 2004.
- de conclusies van de rechters-verslaggevers
genomen in toepassing van artikel 72 van de
bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
Arbitragehof en betreffende de prejudiciële vraag
over artikel 82 van de faillissementswet van
8 augustus 1997, zoals gewijzigd bij de wet van
4 september 2002, gesteld door de rechtbank van
eerste aanleg te Kortrijk bij vonnis van 18 mei 2004.
(rolnummer: 3018)
Pour information
Ter kennisgeving
COUR DES COMPTES
REKENHOF
Cahier d'observations
Boek van opmerkingen
Par lettre du 7 juillet 2004, le premier président de
la Cour des comptes transmet, en exécution de
l'article 180 de la Constitution, les fascicules IIIA et
IIIB de son 153ème cahier d'observations.
Bij brief van 7 juli 2004 zendt de eerste voorzitter
van het Rekenhof, in uitvoering van artikel 180 van
de Grondwet, de delen IIIA en IIIB van het
153
e
boek van opmerkingen over.
Dépôt au greffe et à la bibliothèque et renvoi à la
commission des Finances et du Budget
Ingediend ter griffie en in de bibliotheek en
verzonden naar de commissie voor de Financiën en
de Begroting
Par lettre du 7 juillet 2004, le premier président de
la Cour des comptes transmet, en exécution de
l'article 180 de la Constitution, le fascicule IIA
(complément) de son 159
ème
cahier d'observations.
Bij brief van 7 juli 2004 zendt de eerste voorzitter
van het Rekenhof, in uitvoering van artikel 180 van
de Grondwet, het deel IIA (bijvoegsel) van het
159
e
boek van opmerkingen over.
Dépôt au greffe et à la bibliothèque et renvoi à la
commission des Finances et du Budget
Ingediend ter griffie en in de bibliotheek en
verzonden naar de commissie voor de Financiën en
de Begroting
Imputations budgétaires
Budgettaire aanrekeningen
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
90
Par lettre du 9 juillet 2004, le président de la Cour
des comptes transmet le relevé des imputations
budgétaires réalisées au cours du deuxième
trimestre 2004 sur le budget de la Cour des
comptes pour l'année 2004.
Bij brief van 9 juli 2004 zendt de voorzitter van het
Rekenhof de lijst over van de budgettaire
aanrekeningen die in de loop van het tweede
kwartaal 2004 op de begroting van het Rekenhof
zijn uitgevoerd voor het jaar 2004.
Dépôt au greffe et renvoi à la commission de la
Comptabilité
Ingediend ter griffie en verzonden naar de
commissie voor de Comptabiliteit
Droit de regard et d'information
Inzage- en informatierecht
Par lettre du 7 juillet 2004, le président de la Cour
des comptes transmet une copie de la demande
d'informations qu'elle a reçue de M. Alfons Borginon
concernant l'Institut national de criminalistique et de
criminologie, ainsi que de la réponse de la Cour des
comptes à M. Alfons Borginon.
Bij brief van 7 juli 2004 zendt de voorzitter van het
Rekenhof een kopie van de vraag om informatie
over die het Rekenhof heeft ontvangen van de heer
Alfons Borginon betreffende het Nationaal Instituut
voor Criminalistiek en Criminologie, alsmede een
afschrift van het antwoord van het Rekenhof aan de
heer Alfons Borginon.
Renvoi à la commission des Finances et du Budget
Verzonden naar de commissie voor de Financiën en
de Begroting
Mission d'audit
Auditsopdracht
Dans le cadre de sa mission de contrôle du bon
emploi des deniers publics qui lui est confiée par
l'article 5 de sa loi organique du 29 octobre 1846, tel
que modifié le 10 mars 1998, la Cour des comptes
a procédé à un audit de l'efficacité des dispositions
prises en exécution de la loi du 7 décembre 1998
organisant un service de police intégrée, structuré à
deux niveaux, afin de garantir un service minimum
de police de base à la population sur l'ensemble du
territoire du Royaume. Le président de la Cour des
comptes transmet, par lettre du 7 juillet 2004, le
rapport "La garantie d'un service minimum de police
de base".
In het raam van de opdracht die het Rekenhof door
artikel 5 van zijn oprichtingswet van
29 oktober 1846, zoals gewijzigd op 10 maart 1998,
heeft gekregen om de goede besteding van de
openbare gelden te controleren, heeft het een audit
uitgevoerd van de doeltreffendheid van de
maatregelen die zijn genomen ter uitvoering van de
wet van 7 december 1998 tot organisatie van een
geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee
niveaus ten einde ervoor te zorgen dat een
minimale dienstverlening inzake basispolitiezorg
aan de bevolking wordt verleend over gans het
grondgebied. De voorzitter van het Rekenhof zendt,
bij brief van 7 juli 2004, het verslag "Het waarborgen
van een minimale dienstverlening inzake
basispolitiezorg" over.
Renvoi à la commission des Finances et du Budget
et à la commission de l'Intérieur, des Affaires
générales et de la Fonction publique
Verzonden naar de commissie voor de Financiën en
de Begroting en naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt
RAPPORTS ANNUELS
JAARVERSLAGEN
Agence fédérale de Contrôle nucléaire
Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle
Le ministre de l'Intérieur transmet, conformément à
l'article 26 de la loi du 15 avril 1994 relative à la
protection de la population et de l'environnement
contre les dangers résultant des rayonnements
ionisants et relative à l'Agence fédérale de Contrôle
nucléaire, le rapport annuel 2002 de l'Agence
fédérale de Contrôle nucléaire.
De minister van Binnenlandse Zaken zendt,
overeenkomstig artikel 26 van de wet van
15 april 1994 betreffende de bescherming van de
bevolking en van het leefmilieu tegen de uit
ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en
betreffende het Federaal Agentschap voor
Nucleaire Controle, het jaarverslag 2002 van het
Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle over.
Dépôt au greffe, à la bibliothèque et renvoi à la
commission de l'Intérieur, des Affaires générales et
de la Fonction publique
Ingediend ter griffie, in de bibliotheek en verzonden
naar de commissie voor de Binnelandse Zaken, de
Algemene Zaken en het Openbaar Ambt
CRIV 51
PLEN 079
15/07/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
91
Office national du Ducroire
Nationale Delcrederedienst
Par lettre du 2 juillet 2004 le directeur général de
l'Office national du Ducroire transmet,
conformément à l'article 22 de la loi du
31 août 1939 sur l'Office national du Ducroire, le
rapport annuel 2003 de l'Office national du
Ducroire.
Bij brief van 2 juli 2004 zendt de directeur-generaal
van de Nationale Delcrederedienst, overeenkomstig
artikel 22 van de wet van 31 augustus 1939 op de
Nationale Delcrederedienst, het jaarverslag 2003
van de Nationale Delcrederedienst over.
Dépôt au greffe et à la bibliothèque
Ingediend ter griffie en in de bibliotheek
AVIS
ADVIES
Conseil central de l'Economie et Conseil national du
Travail
Centrale Raad voor het Bedrijfsleven en Nationale
Arbeidsraad
Par lettre du 9 juillet 2004, le président du Conseil
central de l'Economie ainsi que le président du
Conseil national du Travail transmettent l'avis du
Conseil central de l'Economie et du Conseil national
du Travail concernant le deuxième rapport
bisannuel du service de lutte contre la pauvreté, la
précarité et l'exclusion sociale.
Bij brief van 9 juli 2004 zenden de voorzitter van de
Centrale Raad voor het Bedrijfsleven alsmede de
voorzitter van de Nationale Arbeidsraad het advies
van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven en van
de Nationale Arbeidsraad over betreffende het
tweede tweejaarlijks verslag van het steunpunt tot
bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en
sociale uitsluiting.
Renvoi à la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société
Verzonden naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing
Conseil central de l'Economie
Centrale Raad voor het Bedrijfsleven
Par lettre du 8 juillet 2004, le président du Conseil
central de l'Economie transmet, en application de
l'article 1
er
de la loi du 20 septembre 1948 portant
organisation de l'économie, les avis suivants:
Bij brief van 8 juli 2004 zendt de voorzitter van de
Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, met
toepassing van artikel 1 van de wet van
20 september 1948 houdende organisatie van het
bedrijfsleven, de volgende adviezen over:
- l'avis concernant le projet d'arrêté royal relatif à la
non utilisation de la méthode de l'évaluation à la
juste valeur pour les instruments financiers;
- het advies over het ontwerp van koninklijk besluit
houdende het niet-gebruik van de
waarderingsmethode op basis van de waarde in het
economisch verkeer voor de financiële
instrumenten;
- l'avis concernant le projet d'arrêté royal relatif à
l'application des normes comptables
internationales;
- het advies over het ontwerp van koninklijk besluit
houdende toepassing van de internationale
boekhoudnormen;
- l'avis relatif au projet d'arrêté royal relatif aux
dénominations et aux caractéristiques des
biocarburants pour les véhicules de transports et
aux machines.
- het advies over het ontwerp van koninklijk besluit
betreffende de benamingen en de kenmerken van
de biobrandstoffen voor motorvoertuigen en
machines.
Renvoi à la commission de l'Economie, de la
Politique scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes
moyennes et de l'Agriculture et à la commission de
la Santé publique, de l'Environnement et du
Renouveau de la Société
Verzonden naar de commissie voor het
Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de nationale wetenschappelijke en
culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw en naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing
DIVERS
VARIA
Commission pour le dédommagement des membres de
la Communauté Juive de Belgique
Commissie voor de schadeloosstelling van de leden van
de Joodse Gemeenschap van België
15/07/2004
CRIV 51
PLEN 079
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
92
Par lettre du 29 juin 2004, le cabinet d'avocats Dr.
Zimmerman und Koll. transmet des observations au
sujet du délai d'introduction de la demande de
dédommagement.
Bij brief van 29 juni 2004 zendt het
advocatenkantoor Dr. Zimmerman und Koll.
opmerkingen met betrekking tot de
indieningstermijn van de aanvraag tot
schadeloosstelling over.
Renvoi à la commission de la Justice
Verzonden naar de commissie voor de Justitie