Commission de l'Économie, de la Protection des consommateurs et de l'Agenda numérique

Commissie voor Economie, Consumentenbescherming en Digitale Agenda

 

du

 

Mercredi 11 janvier 2023

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Woensdag 11 januari 2023

 

Namiddag

 

______

 

 


De openbare commissievergadering wordt geopend om 14.12 uur en voorgezeten door de heer Stefaan Van Hecke.

La réunion publique de commission est ouverte à 14 h 12 et présidée par M. Stefaan Van Hecke.

 

01 Vraag van Barbara Pas aan David Clarinval (VEM Middenstand, Zelfstandigen, Kmo's en Landbouw, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De budgetten ter bevordering van kmo's en zelfstandigen" (55031344C)

01 Question de Barbara Pas à David Clarinval (VPM Classes moyennes, Indépendants, PME et Agriculture, Réformes instit. et Renouv. démocratique) sur "Les budgets en faveur des PME et des indépendants" (55031344C)

 

01.01  Barbara Pas (VB): Mijnheer de minister, uw diensten voorzien jaarlijks in een budget ter bevordering van kmo's en zelfstandigen. Ik heb u een schriftelijke vraag gesteld om te weten hoe die besteding precies verloopt. Voor de jaren 2017 tot 2021 heb ik daarvoor een gedetailleerd antwoord van u ontvangen. Voor die hele periode gaat het over een bedrag van 756.213 euro.

 

Bij het overlopen van de lijst van ontvangers van deze steun vielen er mij een aantal zaken op. Daarom kom ik bij u terug met deze mondelinge vraag. Ten eerste is er een heel duidelijke communautaire scheeftrekking. Als men alles optelt, ging 56,2 % van het budget naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 35,3 % ging naar het Waalse Gewest en een schamele 8,5 % naar het Vlaamse Gewest.

 

Een tweede zaak die erg opmerkelijk is, is de aard van de ontvangers. Hoewel het gaat om steun aan kmo's en zelfstandigen, spreekt u in uw antwoord op mijn schriftelijke vraag over verenigingen. Het geld blijkt inderdaad integraal naar vzw's en hobbyclubjes allerhande te vloeien. Ik geef een aantal voorbeelden: het Maison de la Laïcité van Aarlen, het Comité Central de Wallonie dat de fêtes de Wallonie organiseert, het cultureel centrum van Rochefort, de Belgische Duivenbond en heel wat culinaire genootschappen, zoals de Vereniging der Discipelen van Auguste Escoffier of de Federation of Table Masters, waar men onlangs nog de masterclass "Caviar & Tinder" kon volgen. De grootste slok ging echter naar Besace uit Sint-Gillis. Dat is een vzw voor Brusselse jongeren. Net zoals Malawi Kukula, dat vakantiebungalows verhuurt in Malawi, of de toeristische dienst van Ham-sur-Heure ontvangen ze steun. Dat zijn ongetwijfeld nobele doelen, maar het gaat niet meteen om kmo's of zelfstandigen.

 

Aan welke voorwaarden moet men voldoen om steun uit dat budget te ontvangen? Is kmo of zelfstandige zijn niet een van die voorwaarden? Wie beoordeelt de ontvankelijkheid van de aanvragen? Hoe verklaart u die hoge steun aan vzw's en hobbyclubjes allerhande? Hoe verklaart u de enorme communautaire verschillen bij de verdeling van deze bedragen?

 

01.02 Minister David Clarinval: Mevrouw Pas, eerst en vooral moet u weten dat uw vraag een periode van 2017 tot 2021 betreft. Ik ben minister sinds oktober 2020 en dus betreft uw vraag vooral de periode van mijn voorgangster.

 

De facultatieve subsidies worden toegekend door koninklijke besluiten, waarvan de motivatie met name is gebaseerd op de artikelen 121 tot 124 van de wet van 22 mei 2003, houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat. Deze subsidies moeten passen in het beleid dat wordt gevoerd door de FOD Economie en op nationaal niveau bijdragen aan de economische groei van de kmo's. Het feit een kmo of zelfstandige te zijn, is geen toekenningsvoorwaarde.

 

Een organisatie, dus ook een vzw, die een evenement realiseert waaraan zelfstandigen of kmo's deelnemen, komt dus ook in aanmerking. Bovendien worden deze subsidies enkel a posteriori uitbetaald, na presentatie van de bewijsstukken. Als minister van Zelfstandigen en kmo's evalueer ik zelf de ontvankelijkheid van de aanvragen, in overleg met mijn administratie. Vzw's die actief zijn in de sector van de bevordering van de zelfstandigen en kmo's zijn structuren die het meest aangepast zijn aan dit doel, zowel wat betreft de efficiëntie als de garantie van het algemeen belang, die voorwaarden zijn voor het toekennen van de subsidie.

 

Bovendien moet worden opgemerkt dat ik pas in 2020 bevoegd werd voor de kmo's en zelfstandigen. Mijn kabinet werkt aan het terugbrengen van de scheeftrekking die in dit opzicht kan bestaan. Het blijft echter grotendeels afhankelijk van de herkomst van de aanvragen die het ontvangt en die aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden moeten voldoen.

 

01.03  Barbara Pas (VB): Mijnheer de minister, ik heb zelf bij aanvang van mijn vraag gezegd dat het over de periode 2017-2021 gaat. Ik weet ook dat u pas vanaf 2020 de bevoegde minister bent, maar dat neemt niet weg dat het wel zeer opmerkelijke cijfers zijn. Als men kmo's en zelfstandigen via deze weg wil ondersteunen, is het logischer dat dat rechtstreeks gebeurt en niet via verenigingen – ik heb ze daarnet opgesomd – die ook wel wat andere zaken doen dan onrechtstreeks zelfstandigen en kmo's ondersteunen.

 

Ik heb van u geen verklaring gekregen voor de grote communautaire scheeftrekking. Ik denk dat ik nog eens een schriftelijke vraag zal indienen over het aantal aanvragen, want het lijkt mij niet logisch dat er zo weinig aanvragen zouden zijn vanuit Vlaanderen, als men tenminste van het bestaan af weet. Misschien kan er een tandje worden bijgestoken, zodat dat geld op zijn minst op een eerlijke manier wordt verdeeld over de verschillende regio's in dit land en dat het tenminste wordt gebruikt waarvoor het dient, namelijk voor de kmo's en de zelfstandigen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Vraag van Katrien Houtmeyers aan David Clarinval (VEM Middenstand, Zelfstandigen, Kmo's en Landbouw, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "Zelfstandige kleinhandelaars die dreigen failliet te gaan of hun zaak te moeten sluiten" (55032112C)

02 Question de Katrien Houtmeyers à David Clarinval (VPM Classes moyennes, Indépendants, PME et Agriculture, Réformes instit. et Renouv. démocratique) sur "Les petits commerçants indépendants au bord de la faillite ou de la fermeture" (55032112C)

 

02.01  Katrien Houtmeyers (N-VA): Dit is geen economische schok, maar een ware apocalyps voor de zelfstandige kleinhandelaars. De media waren vorige week duidelijk: de kleine zelfstandige, die een winkel heeft van minder dan 850 vierkante meter, krijgt rake klappen. 2019 was al een moeilijk jaar, daarna kwam de coronacrisis, en nu zijn er de hoge inflatie en de energieprijzen die door het dak gaan. Daardoor worden voor de kleinhandelaar zowel de prijzen, het personeel én de gas en elektriciteit duurder. Aan de andere kant van de toonbank staat de klant, die ook last heeft van de crisis en zijn portefeuille enkel nog open wil doen voor reizen.

 

Volgens kenniscentrum Gondola riskeert 40 procent van de kleine zelfstandigen in het eerste kwartaal van 2023 failliet te gaan of te stoppen. Dat zou een drama betekenen, zowel voor deze mensen en hun personeel zelf, als voor onze economie. Ook het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen peilde bij zijn leden naar hun economische weerbaarheid: 28 procent zou de handdoek willen gooien en bijna de helft geeft toe dat de financiële reserves op zijn. Daarnaast is ook het vertrouwen in de overheid volledig zoek: meer dan acht op tien handelaars voelen zich niet gesteund door de overheid en vinden de huidige steunmaatregelen te mager.

 

Het hoeft dan ook niet te verbazen dat het ondernemersvertrouwen al voor de zevende maand op rij afneemt. Dat is vooral het geval bij bedrijven die diensten leveren aan andere ondernemingen.

 

Meneer de minister,

Begrijpt u de sense of urgency als u dit soort berichten leest?

Welke maatregelen wil u nemen om te voorkomen dat zelfstandige kleinhandelaars volgend jaar massaal stoppen of failliet gaan?

Hoe wil u het vertrouwen van de zelfstandigen in de overheid herstellen?

Wat vindt u ervan dat een meerderheid van de handelaars de huidige steunmaatregelen te pover vindt?

Hoe wil u het de dalende trend van het ondernemersvertrouwen opnieuw ombuigen?

 

02.02 Minister David Clarinval: Mevrouw Houtmeyers, ik begrijp de extreem moeilijke situatie waarmee onze bedrijven begin 2023 geconfronteerd worden zeer goed. Zij vrezen onaangename verrassingen die zich zouden kunnen voordoen, na een al zeer moeilijk 2022.

 

Velen stellen een daling vast van hun rendabiliteit en de financiële reserves van velen onder hen staan op hun laagste peil. Hoewel de crisis breder is dan de covidcrisis hebben bepaalde sectoren het opnieuw moeilijker dan andere. Het gaat met name om de landbouw, de horeca, de detailhandel, met vooral voeding, en de verwerkende nijverheid. De kleine structuren melden de grootste dalingen in de activiteit. Hun perceptie van het faillissementsrisico is ook groter, hoewel de huidige faillissementscijfers niet alarmerend zijn.

 

De federale regering heeft een reeks steunmaatregelen genomen die meer specifiek betrekking hebben op de energiecrisis en verlengd zijn tot eind maart 2023. Ze omvatten het uitstel van sociale bijdragen en belastingen, de tijdelijke werkloosheid, het energieoverbruggingsrecht, de verlaging van de accijnzen op gas en elektriciteit tot het Europese minimum en de invoering van een moratorium op faillissementen voor bedrijven die door de energiecrisis zijn getroffen.

 

Ik onderhandel momenteel met de energieleveranciers over een gedragscode om de bescherming van de zelfstandigen en de kmo's te verbeteren in hun contractuele relaties met hen. Om de rendabiliteit van onze bedrijven te steunen, heb ik een gedefiscaliseerde indexering verkregen. Uitstel van betaling zal mogelijk zijn voor de twee laatste kwartalen van hetzelfde jaar. Deze maatregel, die 1 miljard euro vertegenwoordigt, zal de impact van de verhoging van de loonkosten door de indexeringen verzachten, zonder evenwel te raken aan dat belangrijke sociale schild.

 

Deze maatregelen moeten nog worden ingevuld door de gewestelijke beleidsniveaus. Economische groei en directe steun behoren immers tot hun bevoegdheid. De gewestelijke steunmaatregelen zijn bovendien fiscaal vrijgesteld. Met deze maatregelen wil de regering voorkomen dat bedrijven die voor deze crisissen financieel gezond waren failliet gaan. Ik herinner u er ook aan dat wij tijdens de covidcrisis de gerechtelijke aanzuiveringsregeling hebben verbeterd om ze toegankelijker te maken voor kmo's en om hun continuïteit te bevorderen.

 

U benadrukt dat de zelfstandigen en bedrijven geen vertrouwen meer hebben in de regering. Ik voeg eraan toe dat het ondernemersvertrouwen meer in het algemeen heel sterk samenhangt met de mondiale economische context, die nu bijzonder moeilijk is. In de komende maanden wil ik aan de zijde van de bedrijven blijven staan en op middellange termijn wil ik pleiten voor structurele hervormingen die ervoor zorgen dat de Belgische economie veerkrachtiger is. Dat impliceert met name een realistisch en zeker energiebeleid, dat onze bedrijven en burgers de toegang tot energie verzekert, met respect voor onze engagementen op milieuvlak, en een gunstige fiscaliteit voor wie werkt.

 

Er moet een evenwicht worden gevonden tussen de noodzakelijke steun aan huishoudens en ondernemingen en de grenzen van het budgettaire en sociale kader waarbinnen wij moeten werken.

 

02.03  Katrien Houtmeyers (N-VA): Dank u voor uw antwoorden, mijnheer de minister. Er zijn inderdaad al heel wat maatregelen genomen, maar er zijn nog veel zelfstandigen en ondernemers die het gevoel hebben dat ze er alleen voor staan, omdat de genomen maatregelen voor hen zeer weinig effect hebben, gelet op de gigantische problemen. U somde een aantal sectoren op waarvoor dat zeker en vast het geval is. Er zal in de toekomst echter zeker en vast nog een cascade-effect ontstaan, met andere sectoren die getroffen zullen worden. U zei ook dat het aantal faillissementen nogal meevalt. Ik vrees dat het ergste nog moet komen, maar ik ben tevreden dat u zult pleiten voor meer structurele hervormingen, want die zijn absoluut noodzakelijk voor onze ondernemingen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van Melissa Depraetere aan David Clarinval (VEM Middenstand, Zelfstandigen, Kmo's en Landbouw, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De gedragscode in de horecasector" (55032411C)

03 Question de Melissa Depraetere à David Clarinval (VPM Classes moyennes, Indépendants, PME et Agriculture, Réformes instit. et Renouv. démocratique) sur "Le code de conduite dans le secteur horeca" (55032411C)

 

03.01  Melissa Depraetere (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, in uw beleidsnota staat een passage over de evaluatie van de gedragscode, waarmee u al enige tijd bezig bent. Tijdens de bespreking van uw beleidsnota haalde u aan dat het hele wetboek wordt geëvalueerd en dat er om boekhoudkundige redenen een vertraging is bij de invoering van de geschillencommissie, waarvoor intussen een vzw werd opgericht.

 

Mijnheer de minister, hoe ver staat het intussen met die evaluatie? Hebt u intussen al een eerste of volgende draft ontvangen van de nieuwe gedragscode? Indien wel, waarover gaat het dan, welke elementen liggen op tafel? Indien niet, wanneer verwacht u een nieuw tekstvoorstel?

 

Wanneer zat u het laatst samen met de betrokken federaties? Staat er nog vervolgoverleg gepland?

 

03.02 Minister David Clarinval: De evaluatie van de gedragscode en de daaropvolgende update ervan bevinden zich in een gevorderd stadium. De beroepsfederaties zijn het eens geworden over een finale versie die aan mijn kabinet en aan dat van de minister van Economie werd gepresenteerd tijdens een werkvergadering op 20 december jongstleden. Momenteel wordt er gewerkt aan de opmaak van de teksten van de gedragscode. De federaties moeten ons begin januari een tweetalige versie communiceren zonder tegenstrijdigheden. Die versie zal voor analyse worden voorgelegd aan de FOD Economie, om er zeker van te zijn dat ze niet ingaat tegen de bepalingen van het Wetboek van economisch recht inzake de relaties tussen ondernemingen. Ons doel is om de code zo snel mogelijk en in elk geval voor de zomer van 2023 te laten ondertekenen door de stakeholders en de bevoegde ministers, dus de minister van Economie en ikzelf.

 

De gedragscode werd volledig herschreven om rekening te houden met de evolutie van het Belgische en Europese wetgevende kader. Bovendien werd een aanzienlijke inspanning geleverd om een bredere toepassing ervan te verzekeren dan de vorige versie. De betrokken sectororganisaties en beroepsfederaties, maar ook de Belgische brouwers, FeBeD en de horecafederaties van het land hebben bepaald dat mensen of ondernemingen die lid willen worden van een sectororganisatie of van een beroepsfederatie die de gedragscode 2022 heeft ondertekend, ook die code expliciet zullen moeten aanvaarden. De bestaande leden zullen de gedragscode eveneens expliciet moeten erkennen bij de jaarlijkse vernieuwing van hun aansluiting. Elk niet-lid kan ook beslissen in te stemmen met de gedragscode.

 

De thema's die aan bod komen, zijn hoofdzakelijk de verplichte opleiding waarin de horecafederaties moeten voorzien voor hun leden en die met name de inhoud van de gedragscode omvat, de regels in verband met kortingen en terugbetalingen van leningen en investeringen, verboden contractuele clausules en praktijken, de regels inzake exclusiviteit, de regels inzake afnamequota en de regels inzake de verbreking van drankafnamecontracten.

 

03.03  Melissa Depraetere (Vooruit): Het is goed om te horen dat er vooruitgang wordt gemaakt en dat de gedragscode bijna afgewerkt is. Natuurlijk is er nog een check nodig en vermoedelijk volgt er ook nog een politieke discussie.

 

Het is wel een noodzakelijke stap vooruit. U zei dat iedereen de gedragscode expliciet zal moeten aanvaarden. Dat is op zich al belangrijk, maar vooral wat er juist in de gedragscode staat, zal ertoe doen. U hebt een paar thema's opgesomd en gezegd dat de toepassing breder zal zijn dan bij de vorige.

 

U weet misschien dat er al lange tijd een wetsvoorstel van de Vooruitfractie hangende is. Dat moet ervoor zorgen dat huurcontracten niet zomaar kunnen worden beëindigd. Ik hoop dus dat die bepaling ook deel uitmaakt van de gedragscode.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

04 Question de Gilles Vanden Burre à David Clarinval (VPM Classes moyennes, Indépendants, PME et Agriculture, Réformes instit. et Renouv. démocratique) sur "Le soutien aux indépendants de la part du secteur bancaire" (55032720C)

04 Vraag van Gilles Vanden Burre aan David Clarinval (VEM Middenstand, Zelfstandigen, Kmo's en Landbouw, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De steun van de banksector voor de zelfstandigen" (55032720C)

 

04.01  Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, je vous souhaite une bonne année.

 

Dans le contexte de crise des prix de l'énergie qui frappe nos indépendants, Febelfin et le secteur bancaire ont confirmé qu’il n’y aurait pas de mécanisme automatique de report du paiement des crédits d’investissement pour les PME et indépendants en difficulté (et qui étaient sains avant la crise).

 

Je trouve cette décision de Febelfin regrettable.

 

Ce mécanisme constitue une bouffée d'oxygène, même si je me rends compte que reporter des remboursements de crédits n'est pas la solution à  tous les problèmes. Mais si cela peut aider une entreprise à ne pas être dans de graves difficultés, je pense que c'est une mesure intéressante.

 

Je rappelle que durant le covid, il y avait eu un gentlemen's agreement entre le gouvernement et le secteur bancaire pour pouvoir, sous certaines conditions, reporter de six mois ou d'un an les remboursements des crédits d'investissement pour les PME.

 

Aujourd'hui, au cœur de la crise actuelle, le secteur bancaire dit que ce n'est pas possible.

 

Monsieur le ministre, comptez-vous rediscuter avec le secteur bancaire pour essayer de le faire contribuer à des solutions?

 

04.02  David Clarinval, ministre: Monsieur Vanden Burre, merci pour vos bons vœux que je vous réciproque avec grand plaisir!

 

Je crains de vous décevoir avec ma réponse. L'octroi de report de crédit aux indépendants et aux PME qui sont touchés par la crise, selon des modalités à fixer entre le ministre et le secteur, faisait partie de la liste des mesures comprises dans le plan de soutien aux indépendants et aux PME, que j'ai déposé au gouvernement au mois de septembre 2022, en vue de venir en aide aux entreprises frappées par la crise. Cette option n'a pas été retenue par le gouvernement et je le regrette. Cette matière relevant des compétences du ministre des Finances, je ne peux que vous inviter à lui demander s'il souhaite revoir sa position en la matière et inciter les banques à faire un geste, comme cela a été le cas pendant la crise du covid-19. Cela me semble nécessaire.

 

04.03  Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, je savais que cette mesure n'avait pas été retenue. Par ailleurs, le secteur bancaire s'était exprimé ouvertement contre. Cependant, je me réjouis que vous souteniez la démarche, en tout cas sur son principe, tout comme Ecolo-Groen. Je réinterrogerai le ministre des Finances, M. Van Peteghem, à ce sujet. Si l'on peut sauver une seule entreprise ou un indépendant parce que ses charges de remboursement de crédit peuvent être reportées pendant quelques mois, je suis convaincu que cette mesure a du sens. Je continuerai donc à plaider en ce sens et je suis heureux de voir que vous partagez mon avis.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Vraag nr. 55032913C van mevrouw Rohonyi wordt uitgesteld.

 

05 Vraag van Kathleen Verhelst aan David Clarinval (VEM Middenstand, Zelfstandigen, Kmo's en Landbouw, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De betalingsachterstand bij handelstransacties en het systeem van Supply Chain Financing" (55032977C)

05 Question de Kathleen Verhelst à David Clarinval (VPM Classes moyennes, Indépendants, PME et Agriculture, Réformes instit. et Renouv. démocratique) sur "Le retard de paiement dans les transactions commerciales et le système de Supply Chain Financing" (55032977C)

 

05.01  Kathleen Verhelst (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, er is een goede wetgeving om de betalingsachterstand te beperken. Voor sommige bedrijven heeft de wet echter onbedoelde nadelen. Door het systeem van supply chain financing kan er toch een lange betalingstermijn toegestaan worden, waardoor een ander bedrijf die vorderingen kan opeisen.

 

Onderhoudt u contacten om dat probleem oplossen? Spreekt u hierover met Agoria en het VBO, aangezien die vraag ook van hen komt? Er zijn leveranciers die er echt voor pleiten om te bestuderen of een oplossing te vinden is. Bent u daarmee bezig?

 

05.02 Minister David Clarinval: U moet weten dat de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties werd gewijzigd op initiatief van het Parlement, namelijk op basis van een unanieme stemming in uw commissie. De verkorting van de betalingstermijnen tussen ondernemingen is een sterke vraag van de stakeholders die de Belgische kmo's vertegenwoordigen, bijvoorbeeld UNIZO en UCM.

 

De naleving van relatief korte betalingstermijnen lijkt een essentieel element in de bescherming van de financiën van de ondernemingen en een sleutelelement in hun financiering. De wijzigingen die op 1 februari 2022 in werking zijn getreden, werden positief onthaald door deze laatsten.

 

Bij wijze van vergelijking heeft Nederland eveneens de betalingstermijnen tussen ondernemingen verkort, door die vast te leggen op 30 dagen waarvan contractueel niet kan worden afgeweken. De Belgische wetgeving voorziet in de mogelijkheid voor de contractpartijen om een betalingstermijn te bepalen tot maximaal 60 dagen. Uitzonderingen op die regel zijn ook mogelijk op basis van een sectorale vraag, geformuleerd op basis van een positief advies van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO.

 

De inwerkingtreding van de wijzigingen aangebracht door de wet van 24 augustus 2022 werd sceptischer onthaald door de stakeholders die de grote Belgische ondernemingen vertegenwoordigen die actief zijn op internationaal niveau. Ze zagen erin namelijk een risico op een verlies aan competitiviteit.

 

Ik werd net als de andere betrokken minister uit de regering gesensibiliseerd voor die kwestie, met name door het VBO. Het leek voorbarig om een tekst te wijzigen die net door het Parlement werd aangenomen en die positief onthaald werd door de kmo-sector.

 

U haalt de negatieve effecten aan die worden veroorzaakt door de wijzigingen die iets minder dan een jaar geleden in werking zijn getreden met betrekking tot de financiering van de supply chain. Dat is een breed economisch concept dat met name factoring omvat. Die financieringsvormen laten toe de betaling van facturen te versnellen.

 

In het geval van factoring draagt de schuldeiser zijn vorderingen over aan een derde partij om zo sneller betaald te worden en voldoende liquiditeit te behouden. Mijn administratie zegt mij niet dat de wetswijziging die instrumenten buiten werking stelt, integendeel. België staat op de zevende plaats van de lidstaten met het hoogste gebruik van factoring in 2021 en factoring heeft hier een van de hoogste penetratiegraden in de Europese Unie.

 

Uw bezorgdheid is evenwel legitiem, omdat het belangrijk is dat ons Belgisch wetgevend kader de legitieme belangen van onze ondernemingen niet schaadt en rekening houdt met de internationale context. De wet van 2 augustus 2002 en de recente wijzigingen ervan zullen geëvalueerd worden in de context van de publieke consultatie die zeer binnenkort opgestart zal worden door de Europese Commissie, voorafgaand aan de herziening van de Europese richtlijn betreffende de bestrijding van betalingsachterstand. Mijn administratie zal daaraan meewerken en alle stakeholders zullen daaraan kunnen bijdragen.

 

Bovendien zal de kwestie van de financiering van onze kmo's het voorwerp uitmaken van een belangrijk evenement onder het Belgisch voorzitterschap van de EU. De verbanden met de regels die gelden in België en in Europa inzake betalingstermijnen zullen daar besproken kunnen worden.

 

05.03  Kathleen Verhelst (Open Vld): Mijnheer de minister, bedankt voor uw uitgebreid antwoord. Ik ben blij te horen dat u ermee bezig bent en dat u zich ervan bewust bent dat er zich voor bepaalde bedrijven een probleem voordoet. Zoals u zegt, is factoring in België zeer in gebruik. Factoring heeft geen zin voor korte betalingstermijnen. Er is in dat geval geen factoringeconomie nodig, omdat de betaaltermijnen bijna te kort zijn om schuldvorderingen aan een derde partij over te dragen. Factoring is dus alleen van belang bij lange betalingstermijnen. In dat opzicht is die economie daarbij ook deels een verliezende partij.

 

Ik vind het wel interessant dat het geëvalueerd wordt en dat Europa daarin voor een stuk mee zal doen.

 

Graag blijf ik op de hoogte van de evolutie daarin, dus ik vraag u om het ons te signaleren wanneer er meer inzicht is. U bent zich bewust van het belang ervan en ik ben ervan overtuigd dat u er volop mee bezig bent.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 14.41 uur.

La réunion publique de commission est levée à 14 h 41.