Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives

Commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken

 

du

 

Mercredi 29 avril 2020

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Woensdag 29 april 2020

 

Namiddag

 

______

 

 


De openbare commissievergadering wordt geopend om 14.09 uur en voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.

La réunion publique de commission est ouverte à 14 h 09 et présidée par M. Ortwin Depoortere.

 

Les textes repris en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes remis par les auteurs.

De teksten die in cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.

 

01 Débat d'actualité sur le COVID-19 et questions jointes de

- Hervé Rigot à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Le coronavirus et la situation dans les centres fermés" (55004841C)

- Ludivine Dedonder à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'ouverture de nouveaux centres pour favoriser les mesures de distanciation dans le réseau Fedasil" (55004928C)

- Koen Metsu à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'accueil improvisé de demandeurs d'asile" (55004936C)

- Hervé Rigot à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Les mesures prises dans les centres d'accueil" (55005019C)

- Hervé Rigot à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La situation des mineurs étrangers non accompagnés" (55005020C)

- Hervé Rigot à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La politique d'éloignement depuis le 18 mars" (55005021C)

- Yoleen Van Camp à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La libération d'illégaux incarcérés en raison de la crise du coronavirus" (55005359C)

- François De Smet à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La situation dans les centres fermés" (55005392C)

- Yoleen Van Camp à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La libération d'illégaux de centres fermés en raison de leur surpopulation" (55005427C)

- Wouter De Vriendt à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La situation dans les centres fermés" (55005433C)

- Ben Segers à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'accès à internet dans les centres d'accueil" (55005453C)

- Malik Ben Achour à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L’accès au territoire des conjoints non belges des Belges résidant à l’étranger" (55005513C)

- Hervé Rigot à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Le dépistage du COVID-19 dans les centres collectifs de Fedasil" (55005514C)

- Hervé Rigot à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La préparation du déconfinement par Fedasil" (55005518C)

- Greet Daems à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La situation dans les centres fermés" (55005525C)

- Greet Daems à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Les personnes libérées des centres fermés" (55005526C)

- Franky Demon à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'accès à la procédure d'accueil et l'accueil des demandeurs d'asile" (55005531C)

- Franky Demon à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Les mesures en matière de santé dans les centres d'asile et les centres d'accueil d'urgence" (55005532C)

- Franky Demon à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Les soins médicaux pour les personnes en fuite et les personnes sans titre de séjour" (55005533C)

- Vanessa Matz à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Le traitement des demandes de séjour des MENA durant cette période de lutte contre le coronavirus" (55005544C)

- Vanessa Matz à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L’accès au droit d’asile pour les MENA" (55005545C)

- Vanessa Matz à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La demande d'assouplissement des règles en matière de régularisation de séjour (9bis)" (55005546C)

- Ben Segers à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La situation des personnes en centres fermés" (55005554C)

- Ben Segers à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'incidence de la crise du coronavirus sur les MENA" (55005555C)

- Simon Moutquin à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L’impact de l‘épidémie de COVID-19 sur l’accueil des MENA" (55005557C)

- Simon Moutquin à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La situation dans les centres Fedasil" (55005563C)

- Simon Moutquin à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "La situation dans les centres fermés" (55005564C)

- Ben Segers à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'incidence de la crise du coronavirus sur les personnes en séjour précaire" (55005581C)

- Wouter De Vriendt à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "Le salaire des demandeurs d'asile qui travaillent" (55005585C)

- Wouter De Vriendt à Maggie De Block (Affaires sociales, Santé publique, Asile et Migration) sur "L'accueil après une demande d'asile" (55005586C)

01 Actualiteitsdebat over COVID-19 en toegevoegde vragen van

- Hervé Rigot aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "Het coronavirus en de situatie in de gesloten centra" (55004841C)

- Ludivine Dedonder aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De opening van nieuwe centra voor een betere naleving van de social distancing in het Fedasilnetwerk" (55004928C)

- Koen Metsu aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De geïmproviseerde opvang van asielzoekers" (55004936C)

- Hervé Rigot aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De maatregelen in de opvangcentra" (55005019C)

- Hervé Rigot aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De situatie van de niet-begeleide minderjarige vreemdelingen" (55005020C)

- Hervé Rigot aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "Het verwijderingsbeleid sinds 18 maart" (55005021C)

- Yoleen Van Camp aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De vrijlatingen van illegalen uit de gevangenissen wegens de coronacrisis" (55005359C)

- François De Smet aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De toestand in de gesloten centra" (55005392C)

- Yoleen Van Camp aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De vrijlating van illegalen uit gesloten centra omwille van overbevolking" (55005427C)

- Wouter De Vriendt aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De situatie in de gesloten centra" (55005433C)

- Ben Segers aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De internettoegang in de opvangcentra" (55005453C)

- Malik Ben Achour aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De toegang tot het grondgebied voor niet-Belgische echtgenoten van Belgen in het buitenland" (55005513C)

- Hervé Rigot aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De COVID-19-screening in de collectieve centra van Fedasil" (55005514C)

- Hervé Rigot aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De voorbereiding van de exit uit de lockdown bij Fedasil" (55005518C)

- Greet Daems aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De situatie in de gesloten centra" (55005525C)

- Greet Daems aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De mensen die uit de gesloten centra vrijgelaten worden" (55005526C)

- Franky Demon aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De toegang tot de asielprocedure en de opvang van asielzoekers" (55005531C)

- Franky Demon aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De gezondheidsmaatregelen in de asiel-en noodopvangcentra" (55005532C)

- Franky Demon aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "Medische zorg voor mensen op de vlucht en mensen zonder verblijfsrecht" (55005533C)

- Vanessa Matz aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De behandeling van de verblijfsaanvragen van NBMV's tijdens de coronacrisis" (55005544C)

- Vanessa Matz aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De toegang tot het recht op asiel voor NBMV's" (55005545C)

- Vanessa Matz aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De vraag om een versoepeling van de regels inzake de regularisering van het verblijf (9bis)" (55005546C)

- Ben Segers aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De situatie van personen in gesloten centra" (55005554C)

- Ben Segers aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De impact van de coronacrisis op de NBMV's" (55005555C)

- Simon Moutquin aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De impact van de COVID-19-epidemie op de opvang van NBMV's" (55005557C)

- Simon Moutquin aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De situatie in de opvangcentra van Fedasil" (55005563C)

- Simon Moutquin aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De situatie in de gesloten centra" (55005564C)

- Ben Segers aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De impact van de coronacrisis op personen in precair verblijf" (55005581C)

- Wouter De Vriendt aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "Het loon van werkende asielzoekers" (55005585C)

- Wouter De Vriendt aan Maggie De Block (Sociale Zaken, Volksgezondheid, Asiel en Migratie) over "De opvang na een asielaanvraag" (55005586C)

 

Le président: Monsieur Rigot, comme vous avez déposé six questions, je vous accorde trois minutes pour les résumer.

 

01.01  Hervé Rigot (PS): Monsieur le président, c'est votre rôle. Vous avez imposé une méthode qui n'a pas fait l'objet d'un consensus. À l'avenir, je rêverais que nous puissions discuter de notre manière de travailler en amont, afin de ne pas faire perdre de temps à Mme la ministre et aux députés. J'ai déposé six questions. Que voulez-vous que je vous dise? Je ne suis pas ici pour faire du show. Madame la ministre, je vous demanderai simplement de répondre à nos questions sur les centres fermés, où se développent beaucoup de situations dramatiques.

 

Madame la ministre,

Les informations les plus inquiétantes circulent dans la presse quant à la situation sanitaire dans les centres fermés. Non-respect des mesures de distanciation, que ce soit en termes de surface ou par le biais d'interactions nécessaires entre personnel des centres et résidents, pas de mesures spécifiques concernant le personnel qui reste en contact avec l'extérieur, nourriture avariée, sanitaires misérables, sans même l'accès à de l'eau chaude dans certains cas, contrôle médical au mieux réduit pour ne pas dire inexistant, utilisation de la cellule d'isolement pour mettre en quarantaine les résidents présentant des symptômes…

Nous pouvons aisément comprendre que les circonstances rendent difficile le contrôle parlementaire de ce qu'il se passe à l'intérieur de ces centres. Mais pour autant, cette compréhension ne doit pas permettre de masquer ou même minimiser le caractère dramatique de la situation dans laquelle notre pays laisse les personnes au seul motif de leur situation administrative. Ceci alors que, selon les informations que vous nous avez-vous-mêmes communiquées, les perspectives de retour sont désormais sérieusement réduites, voire nulles. Cette situation me paraît tout à fait inacceptable, et pour tout dire indigne. D'où cette interpellation: avez-vous connaissance de ces informations, relayées notamment par la RTBF? Quelle réponse y apportez-vous ? Quelle est la situation précise dans les centres? Une enquête est-elle en cours suite aux informations reprises dans la presse? Quels instruments de contrôle indépendants, qui s'exerceraient dans le respect de mesures de prudence sanitaires, entendez-vous mettre en place pour permettre de mettre un terme à la situation dénoncée par la presse ?

 

Lors de notre dernier échange, vous vous vouliez rassurante quant à la situation dans les centres Fedasil. Les retours du terrain me semblent aller dans une direction différente. Je souhaite donc revenir avec vous sur plusieurs points. 1. Pouvez-vous nous indiquer les centres concernés par des cas positifs au COVID au sein des résidents? Le personnel en est-il informé ? Quelles mesures pratiques sont mises en oeuvre dans ce cas? 2. Existe-t-il une procédure d'isolement pour chaque centre qui garantit la sécurité des résidents et du personnel? 3. Pouvez-vous confirmer que la médecine du travail a marqué son accord sur les mesures? 3. Les syndicats ont-ils été consultés et ont-ils pu relayer les craintes du personnel dans le cadre du CCB ou d'une task force ? La concertation se poursuit-elle structurellement? Comment? 4. Le centre d'arrivée doit impérativement être ouvert et garantir la protection de chacun. Pouvez-vous vous engager à maintenir le fonctionnement de celui-ci ? Un plan d'action est-il mis en oeuvre pour garantir la sécurité de toutes et tous? 5. Les transferts disciplinaires sont suspendus. Il me revient qu'en cas d'incident, les directions sont invitées à recourir à l'exclusion temporaire. Confirmez-vous cette mesure? 6. Durant cette exclusion, les personnes sanctionnées sont hors du réseau. Confirmez-vous qu'au terme de celles-ci elles peuvent le réintégrer? Comment garantissez-vous que les retours ne constituent pas un risque pour les structures? 7. Il me revient en effet que La Croix-Rouge a décidé de ne pas recourir à l'exclusion et maintenir les transferts pour éviter des risques sanitaires. Confirmez-vous cette différence de gestion?

 

Dans les circonstances actuelles, les publics les plus vulnérables en temps normal sont exposés à des difficultés supplémentaires. C'est notamment le cas des Mineurs Etrangers Non Accompagnés (MENA). À leur sujet, plusieurs questions se posent quant aux procédures en vigueur aujourd'hui. Je vous les livre. Les accueils d'urgence à la demande des services de tutelle sont-ils maintenus? Dans l'affirmative, quelle procédure est mise en oeuvre pour garantir la sécurité sanitaire au sein des centres d'observation? Les procédures de transferts disciplinaires étant suspendues, en cas d'incident, les structures d'accueil recourent à l'exclusion. Confirmez-vous cette procédure? Que deviennent les mineurs concernés durant cette période? Il me revient que les tests osseux sont actuellement suspendus, ce dont j'aurais tendance à me réjouir en temps normal, puisque la fiabilité de ces tests est unanimement décriée depuis longtemps. Toutefois, des procédures alternatives ont-elles été mise en place? Il me semble en effet essentiel d'éviter de désigner des mineurs 'doute d'âge' dans des structures adultes et inversement, dès lors quelle est la situation concrète sur le terrain?

 

Lors de notre dernier échange, vous avez mentionné 93 éloignements depuis le 18 mars. Ceci demande évidemment des précisions supplémentaires. Vers quels pays ces éloignements ont-ils eu lieu? Pouvez-vous ventiler ce chiffre par pays d'origine des éloignés? Par pays de destination? S'agit-il de retours volontaires ou non? Quel est le profil des personnes éloignées? S'agit-il de familles? D'invidius isolés? Combien de ces éloignements sont-ils des cas Dublin? Je vous remercie pour vos réponses, qui appelleront évidemment un commentaire - raison pour laquelle je ne dépose pas cette question sous la forme écrite.

 

Fedasil a pris des mesures de détection auprès des personnes qui viennent enregistrer leur demande de protection internationale au centre d'arrivée. Chaque nouveau demandeur d'asile reçoit un screening médical par un infirmier du Dispatching qui va mesurer sa température et lui poser des questions.

S'il ressort de ce screening qu'il y a un risque d'infection au coronavirus, différentes mesures préventives sont prises immédiatement. Le demandeur d'asile à risque et sa famille reçoivent un masque de protection et sont placés dans une chambre d'isolement, dans l'attente d'un transfert vers l'hôpital. À l'hôpital, ils passent un test et attendent les résultats. En cas de résultat positif, le demandeur d'asile reste à l'hôpital et y reçoit les soins nécessaires.

Qu'est-il prévu en terme de dépistage dans les centres collectifs de Fedasil : et pour les collaborateurs de Fedasil et pour les demandeurs de protection internationale ? Dans l'agenda du déconfinement, les centres collectifs de Fedasil font-ils partie de la liste des lieux où des tests de dépistage systématiques seront organisés? À l'heure où les académies de médecine appellent à un dépistage massif afin d'éviter une résurgence de l'épidémie, des tests sont-ils prévus pour les centres collectifs de Fedasil, toujours en saturation depuis des mois et qui ne peuvent donc pas toujours répondre à la distanciation sociale demandée ? Si des tests de dépistage sont prévus, à partir de quand ? Comment cela sera-t-il organisé concrètement ? Combien de tests avez-vous prévu?

 

Depuis le 17 mars dernier, Fedasil a adapté ses instructions en imposant un confinement strict dans ses structures collectives afin de limiter la propagation du virus. Toutes les activités qui ne sont pas nécessaires ont été annulées. Les déplacements et les rencontres à l'intérieur du centre sont limités, comme le nombre de visiteurs extérieurs.

Pour l'ensemble des demandes de protection internationale décidées par le Commissariat général aux réfugiés et apatrides, au cours des trois premiers trimestres de 2019, le délai moyen de traitement était de 392 jours calendrier. Aujourd'hui, le délai de procédure s'allonge dans le contexte de la pandémie Covid-19 : manque de personnel, fermeture dès le 18 mars du centre d'arrivée, ensuite, demande de protection internationale en ligne, etc. Ce qui signifie que les demandeurs de protection internationale risquent de rester plus longtemps au sein des structures collectives. Qu'avez-vous prévu en terme de stratégie de déconfinement pour les structures collectives de Fedasil et de leurs partenaires ? En effet, les demandeurs de protection internationale n'ont plus de cours de langue ni de formation, les écoles sont fermées, le bénévolat et les activités sont supprimées, les visites intérieures et extérieures sont limitées pour répondre au confinement. Il n'est donc pas toujours aisé pour les directions des centres collectifs de gérer de grands groupes de personnes qui doivent rester confinés. Pour ne donner qu'un exemple, le centre d'accueil de Mouscron accueille 1.500 DPI confinés depuis le 17 mars. Les pistes de déconfinement sont conditionnées au maintien de la distance physique, à la disponibilité de masques, portés dans des endroits très fréquentés, au respect des règles d'hygiène, des protocoles conclus sur les lieux de travail, de la réalisation de 40.000 tests chaque jour, etc. Toutes ces pistes sont-elles envisagées ? Quel est votre plan de déconfinement pour les structures collectives de Fedasil, l'agenda prévu et les mesures de contrôle et de suivi afin de pouvoir faire marche arrière au besoin? Je vous remercie.

 

01.02  Ludivine Dedonder (PS): Monsieur le président, madame la ministre, lors de notre dernier échange, vous avez confirmé l'ouverture d'un centre d'accueil supplémentaire à Sijsele dans l'optique d'un désengorgement progressif du réseau existant et de permettre ainsi un respect plus aisé des mesures de distanciation qui s'imposent à tous et toutes. C'est une annonce importante mais qui entraîne des questions complémentaires dont je souhaite vous faire part aujourd'hui.

 

Madame la ministre, suivant quel planning et quelles priorités les transferts vers ce nouveau centre auront-ils lieu? Dans ce schéma, quelle est l'ambition par rapport aux centres de Tournai et de Mouscron qui ont, à ce jour, la plus grande concentration de résidents du pays? Des mesures spécifiques sont-elles envisagées, dans le cadre de ces transferts, pour garantir le suivi des demandeurs déplacés? En effet, les personnes concernées ont, sans doute, commencé à apprendre une des deux ou trois langues nationales et se sont probablement intégrées dans des réseaux d'aide et de solidarité.

 

Par ailleurs, la réduction progressive du nombre de personnes dans les centres concernés ne diminue nullement, dans les circonstances actuelles, le besoin d'un niveau d'encadrement élevé. Dès lors, pouvez-vous m'assurer que l'ouverture de ce nouveau centre n'aura pas d'impact sur l'emploi dans les centres bénéficiant des transferts? Enfin, d'autres centres ont-ils vocation à être ouverts prochainement ? Si oui, où et dans quel délai?

 

01.03  Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de minister, onlangs kreeg u opnieuw het vertrouwen als minister van Volksgezondheid, Asiel en Migratie, twee heel moeilijke domeinen. Dat blijkt helemaal onmogelijk te zijn wanneer we deze twee domeinen gaan combineren. Wat wij heel recent hebben meegemaakt bij ons in de gemeente is compleet absurd. Enkele dagen geleden kwam een asielzoekster, zwanger van haar vijfde kind, bij ons OCMW aankloppen. Ze zei gestuurd te zijn door Fedasil. De ochtend van diezelfde dag was ze nog in Spa, in de namiddag verscheen ze dan in Antwerpen. Fedasil had haar gezegd dat het meer ruimte wilde vrijmaken in de asielcentra, zodat het coronavirus zich niet zou kunnen verspreiden en dat ze gerust naar vrienden, familie of kennissen in een andere gemeente kon gaan. Zij heeft het land doorkruist, is bij ons aanbeland en woont momenteel op een appartement met twee slaapkamers, voor acht personen.

 

Ik kan mij moeilijk indenken dat u zoiets zou goedkeuren, dat u ervan op de hoogte bent dat Fedasil dergelijke richtlijnen zou geven. Daarom is mijn vraag ook heel duidelijk en expliciet: bent u hiervan op de hoogte? Zijn er al medische incidenten gemeld? Over hoeveel gevallen gaat het? Als het bij ons in de gemeente al tot een dergelijk voorval komt, dan kan ik me niet van de indruk ontdoen dat dit geen geïsoleerd geval is. Een dame, zwanger van haar vijfde kind, bevindt zich 's ochtends in Spa en komt in de namiddag aankloppen bij het OCMW van Antwerpen. Ze verblijft nu op een appartementje met twee slaapkamers voor acht personen. Dat vind ik absurd. Ik hoop dat u helderheid en klaarheid kunt brengen.

 

01.04  Yoleen Van Camp (N-VA): Mevrouw de minister, vorige week antwoordde u op mijn vraag over de vrijlating van illegalen dat u er bijna 300 op een totaal van 500 uit de gesloten centra vrijliet om plaats te maken. U voegde er wel gehaast aan toe dat het niet ging om criminelen of mensen die misdrijven tegen de openbare orde hadden gepleegd.

 

We vernamen ondertussen dat heel wat criminelen rechtstreeks uit de gevangenissen zijn vrijgelaten. Zitten daar geen criminele illegalen tussen, mevrouw de minister? Als ze via die weg, rechtstreeks, worden vrijgelaten, is dat immers een even grote aanslag op onze maatschappij en onze veiligheid als wanneer ze uit een gesloten centrum vrijkomen. Dat komt voor mij op hetzelfde neer.

 

Ik hoop dat u hierin met een even grote stelligheid als vorige week klaarheid kunt scheppen, mevrouw de minister.

 

Een volgende vraag komt er naar aanleiding van een wel heel erg stuitende zaak. Terwijl u zegt illegalen vrij te laten om plaats te kunnen maken, zodat de hygiënevoorschriften kunnen worden nageleefd, besliste de kamer van inbeschuldigingstelling in Brussel dat een Turkse man die opgesloten zat in het gesloten centrum voor illegalen in Brugge, moest worden vrijgelaten, omdat zijn veiligheid in coronatijden in een overbevolkte slaapzaal met asielzoekers, waar de regels van social distancing onmogelijk konden worden gevolgd, niet gegarandeerd zou zijn.

 

Mevrouw de minister, is dat de enige persoon die u moest vrijlaten ten gevolge van de uitspraak van de rechtbank? Wat is er met de persoon in kwestie gebeurd? Ik neem aan dat hij minstens een bevel heeft gekregen om het grondgebied te verlaten. Was er ook een mogelijkheid om hem te repatriëren? Waarom is daarvoor niet gekozen? Als de veiligheid hier niet kan worden gegarandeerd en als er ook geen recht is op verblijf, dan kan de veiligheid wel worden gegarandeerd door de betrokken persoon terug te sturen.

 

U zei in de vorige vergadering ook dat de repatriëringen gewoon doorgaan. Dat steunen wij, mevrouw de minister. Wij vinden dat een veel betere methode om ruimte in de centra vrij te maken dan om lukraak illegalen vrij te laten.

 

Als u al meer dan 60 % van de bevolking in de gesloten centra hebt vrijgelaten, hoe kan het dan dat er vandaag nog dergelijke uitspraken zijn? Hebt u intussen nog maatregelen genomen? Werden er nog illegalen vrijgelaten of is het gestopt bij 297?

 

01.05  François De Smet (DéFI): Monsieur le président, madame la ministre, depuis deux semaines, la presse rapporte des faits intolérables dans les centres fermés mais, en particulier, dans celui de Merksplas. On parle de nourriture avariée, de difficile respect des distanciations sociales, d'installations sanitaires dans un état lamentable, de cellules d'isolement utilisées lorsqu'un détenu présente des symptômes du coronavirus, etc. En réaction à ces informations, Myria, le Centre fédéral Migration, s'est rendu au centre de Merksplas et, d'après la RTBF, Myria a confirmé certains de ces problèmes.

 

Certains problèmes sont anciens mais d'autres paraissent liés à l'incompréhension des décisions prises par la direction à la suite de la crise du coronavirus. Les personnes détenues s'interrogent sur l'absence de masques ou de dépistage dans le centre. Enfin, on nous rapporte que les relations entre la direction et les personnes détenues sont tendues puisque les décisions de libération sont jugées arbitraires par plusieurs de ces personnes.

 

Madame la ministre, pourriez-vous nous faire savoir s'il est prévu que des masques soient distribués dans les centres fermés? Si oui, dans quelles conditions et par qui seront-ils portés? Des tests de dépistage du personnel ou des résidents sont-ils prévus? Enfin, face au sentiment d'incompréhension et d'arbitraire et au vu de la situation, ne pourrait-on pas envisager de libérer toute personne en centre fermé qui n'a pas commis d'autre délit que de ne pas être en ordre de séjour?

 

Ma deuxième question concerne un jeune migrant qui s'est enfui la semaine dernière et qui a été interpellé par des policiers qui s'en seraient pris à lui de façon violente. Une enquête est en cours sur ce dossier mais je voudrais rappeler la difficulté à laquelle sont confrontées les personnes en séjour irrégulier sur notre territoire.

 

En effet, si la sécurité est un droit fondamental, aujourd'hui en Belgique, toute personne en séjour illégal qui porterait plainte auprès d'un commissariat pour exploitation économique, non-respect du droit social, pour vol ou pour viol, se verra arrêtée pour séjour illégal, avec le risque d'être transférée dans un centre fermé en vue de son expulsion à la suite d'un contact pris avec l'Office des étrangers.

 

Pour mon groupe, cette disposition de la loi sur la fonction de police a pour effet de dissuader les victimes de violences ou de délits de porter plainte contre leurs auteurs, et ce, en raison de leur statut migratoire uniquement. Ces victimes, pour rester en Belgique, sont ainsi dans l'obligation de taire tout traitement inhumain ou dégradant.

 

Dès lors, madame la ministre, est-il prévu, dans la loi sur la fonction de police, une dérogation à l'arrestation de la personne en séjour illégal, lorsque l'atteinte à son intégrité physique et/ou morale nécessite sa protection? Ne pourrait-on pas transposer prochainement totalement la directive européenne "Sanctions" en octroyant un titre de séjour temporaire aux victimes d'infractions graves au droit du travail?

 

01.06  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, de voorbije weken heb ik reeds vragen aan u gesteld over de situatie in de gesloten centra. Ik moet vandaag echter opnieuw een vraag stellen omdat de getuigenissen over de precaire situatie blijven toestromen.

 

Ik geef een aantal voorbeelden. De hygiënemaatregelen zijn nog steeds ondermaats. Er zijn geen mondmaskers of handschoenen voor het personeel. Onder meer in Merksplas is er niet altijd warm water. De social distancing wordt ook niet altijd gerespecteerd, noch door personeel, noch door gedetineerden. Ook zijn er getuigenissen van mensen die als ze ziek zijn, in een isoleercel worden gestopt, die niet is uitgerust voor medische verzorging. Er wordt ook een toename gemeld van het gebruik van de isoleercel als strafmaatregel. Er zijn ook berichten over onrust, hongerstaking, zelfmoordpogingen, het serveren van bedorven voedsel enzovoort.

 

U hebt weet van al deze klachten en problemen. Hebt u dit de voorbije dagen en weken onderzocht? Wordt dat aangepakt? Wordt dat opgelost? Een menselijke aanpak blijft sowieso, ook in deze crisistijden, extreem belangrijk.

 

Dan heb ik een vraag over het bezoekrecht voor ngo's en Parlementsleden. Dat is opnieuw mogelijk in de gevangenissen. Wij hebben daarover vorige keer reeds gediscussieerd. Waarom is dat niet mogelijk voor de gesloten centra, inclusief de bewonersvleugels? Mits een aantal maatregelen rond social distancing en een aantal voorzorgsmaatregelen moet dat toch kunnen. Die democratische controle, ook op die gesloten centra, is een heel belangrijk principe, zeker nu wij weten welke wantoestanden er zijn in een aantal centra.

 

Kunt u garanderen dat er voor elke gedetineerde in de gesloten centra een concreet uitzicht is op een repatriëring op korte termijn?

 

Kunt u garanderen dat indien dat niet het geval is, de gedetineerde wordt vrijgelaten?

 

In het geval van een vrijlating moet er zeker onderzocht worden of die persoon een alternatief heeft, een veilig onderkomen?

 

Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, mijn tweede vraag gaat over de asielaanvragen en het nieuwe systeem van digitale registratie. U liet in een vorig antwoord weten dat mensen met een kwetsbaar profiel vijf dagen na de registratie van de asielaanvraag een uitnodiging krijgen voor een afspraak. Is dat nog steeds de gemiddelde wachttermijn?

 

Wat is de gemiddelde wachttermijn voor niet-kwetsbare personen?

 

Het probleem met het nieuwe systeem is natuurlijk dat er een gat valt tussen de digitale registratie en de eerste afspraak als het gaat over opvang.

 

Eigenlijk wordt er op dit moment dus niet in opvang voorzien, terwijl het volgens onze fractie toch nodig is om in een soort noodopvang te voorzien. Trouwens, los van het statuut, ook in het algemeen is het nodig in deze gezondheidscrisis voor mensen die op straat belanden.

 

Mijn laatste vraag gaat over het loon van werkende asielzoekers. Er is een regeling waarbij asielzoekers die werken een deel van hun loon moeten afstaan aan Fedasil om hun opvang te bekostigen. Normaliter moeten asielzoekers vier maanden wachten vooraleer ze aan de slag kunnen. Maar in de huidige context is dat versoepeld.

 

Geldt de tijdelijke regel waarbij de werkgever in opvang moet voorzien enkel voor asielzoekers die minder dan vier maanden in de asielprocedure zitten of geldt dit voor alle asielzoekers die werken tijdens de coronamaatregelen?

 

Geldt de regeling die bepaalt dat een stuk van het loon moet worden afgestaan nog steeds tijdens de coronamaatregelen, of werd die regel opgeschort?

 

01.07  Ben Segers (sp.a): Mevrouw de minister, in de asielcentra zijn er in deze coronatijden natuurlijk een heleboel schoolgaande kinderen die in een asielcentrum wonen en die niet naar school kunnen gaan. Hun wifi-ruimtes blijken vaak afgesloten te zijn om besmetting te voorkomen. Leerkrachten hebben zo bijna of geen contact meer met hun leerlingen terwijl dit natuurlijk van cruciaal belang is. Niet alleen om leerachterstand in te perken, maar ook om mentale steun te bieden en hen ook verder te sensibiliseren rond COVID-19. Voor veel mensen in een asielcentrum is internet daarnaast de enige manier waarop ze contact kunnen houden met hun vrienden en familie (bijvoorbeeld ouders) in het buitenland.

 

Tijdens de vorige commissievergadering zei u: “"Ook contact houden met de buitenwereld wordt gemakkelijker gemaakt door een meer flexibele regeling voor telefoongebruik en de uitbreiding van de internetmogelijkheden in onze centra. Er wordt een beperkt belkrediet per bewoner per week toegekend, zoals dat ook in de gevangenissen het geval is.“

Wat is ondertussen de stand van zaken? Welke initiatieven werden genomen? Werden de internetproviders aangesproken? Telenet bijvoorbeeld heeft het wifi-netwerk opengesteld naar kanszoekende jongeren, maar hier zijn leerlingen niets mee als er geen hotspots zijn in de buurt. Zijn de providers bereid om hotspots te installeren? Onder welke voorwaarden, voor welke duur? Welke regelingen werden er daarnaast uitgewerkt qua extra belkrediet?

 

Artikel 7 van de verblijfswet stelt het volgende: “De minister of zijn gemachtigde kan, in dezelfde gevallen, de vreemdeling een verblijfplaats aanwijzen voor de tijd die nodig is om deze maatregel uit te voeren. De minister of zijn gemachtigde kan echter deze opsluiting telkens met een periode van twee maanden verlengen wanneer de nodige stappen om de vreemdeling te verwijderen werden genomen binnen zeven werkdagen na de opsluiting van de vreemdeling, wanneer zij worden voortgezet met de vereiste zorgvuldigheid en wanneer de effectieve verwijdering van deze laatste binnen een redelijke termijn nog steeds mogelijk is. Na een verlenging kan de in het voorgaande lid bedoelde beslissing enkel door de minister genomen worden. Na (vijf) maanden te zijn opgesloten, moet de vreemdeling in vrijheid worden gesteld. enzovoort...”

 

Ik wil u specifiek bevragen over volgend stukje: “wanneer zij worden voortgezet met de vereiste zorgvuldigheid en wanneer de effectieve verwijdering van deze laatste binnen een redelijke termijn nog steeds mogelijk is.“

 

Hoeveel personen zitten nu nog in de gesloten centra, per centrum?

 

Kunt u ons inzicht bieden wat de nationaliteiten betreft, met bijhorende aantallen?

 

Hoeveel personen werden nog gerepatrieerd na 18 maart? Zoveel mogelijk aantallen per bestemmingsland. Hoeveel daarvan waren ex-EU en om welke landen gaat het dan?

 

Werd voor elk van hen de situatie met de vereiste zorgvuldigheid onderzocht? Hoe gebeurde dat? Kunt u ons meer vertellen over de motivatie? Is er een standaardformulering?

 

In welke mate wordt hierbij rekening gehouden met het feit dat een aantal grenzen binnen de EU gesloten zijn en dat ook vliegverkeer naar landen buiten de EU in regel niet mogelijk is? Wanneer een dergelijke beslissing gemotiveerd wordt: wat is dan de termijn waarmee men rekening houdt waarna repatriëringen kunnen hervat worden en gaat het dan om een zelfde termijn voor alle landen?

 

Blijkt uit dat onderzoek effectief dat voor elk van hen een effectieve verwijdering van deze personen binnen een redelijke termijn mogelijk is?

 

In welke mate wordt er werd er getest in de gesloten centra? Hoeveel besmettingen zijn er en wat zijn de gevolgen daarvan op het vlak van isolatie? Wat is de precieze procedure? Wordt er getest voor een poging tot repatriëring en wat zijn daarvan de gevolgen?

 

Over de impact van de coronacrisis op NBMV’s heb ik volgende vragen:

 

Binnen de groep van kinderen in migratie vormen NBMV een bijzonder kwetsbare categorie. Is er voldoende capaciteit? Hoeveel is ingenomen? Indien niet, zijn er plannen om korte termijn bijkomende capaciteit te creëren in de tweede en derde opvangfase aangezien de uitstroom door de genomen coronamaatregelen in het gedrang komt?

 

Hoeveel NBMV hebben sinds het hernemen van de registraties van de VIB een afspraak gevraagd? Hoeveel hebben er een afspraak gekregen? Hoeveel zijn er op afspraak gekomen en hoeveel tijd zit er gemiddeld tussen de ontvangst van het formulier en de eigenlijke afspraak?

 

Uiteraard daalt het totale aantal asielaanvragen en impliceert dat ook een daling van het aantal asielaanvragen door NBMV’s. Maar daalt het relatieve aandeel van NBMV’s ook (wat de registratiemoeilijkheden zou kunnen illustreren)?

 

Ons wordt gemeld dat op het terrein er te weinig diensten zijn die jongeren op dit ogenblik kunnen bijstaan met de asielprocedure. Men moet al mailen (en dus een mailadres hebben) en de taal nog eens begrijpen ook. Voor minderjarigen zou het doen van een asielaanvraag zonder assistentie gewoon onmogelijk zijn. Deelt u deze analyse?

 

Hoeveel minderjarigen  plus-15 jaar werden na 18 maart nog opgevangen door Fedasil? Hoeveel van hen hadden asiel aangevraagd? Hoeveel werden opgevangen door andere instanties? Welke?

 

.Klopt de informatie dat Fedasl  plus-15-jarigen enkel opvang biedt als men erin lukt asiel aan te vragen? Indien zo, lijkt u dat redelijk gezien de hierboven geschetste moeilijkheden? Wat zal u hieraan doen?

 

Quid minderjarigen min 15 jaar? Hoeveel werden er na 18 maart in welke structuren opgevangen?

 

Bent u van plan om de uitstroomtermijn voor NBMV’s automatisch te verlengen zolang de huidige maatregelen van kracht zijn? Zo niet, hoe kadert u dit in de huidige corona maatregelen?

 

Zullen NBMV die de opvangstructuur met toestemming hebben verlaten, om onder de huidige situatie bij familie/vrienden te verblijven, nadien naar dezelfde opvangstructuur kunnen terugkeren? Wat met de NBMV die het centrum zonder toestemming hebben verlaten?

 

Welke oplossingen voorziet u voor de NBMV die meerderjarig worden maar die geen verblijfsvergunning bezitten in deze huidige situatie? Worden er aan hen op dit ogenblik bevelen om het grondgebied te verlaten afgegeven?

 

Over de impact van de coronacrisis op personen in precair verblijf heb ik de volgende vragen:

 

Klopt het dat leefloon verminderd wordt van vrienden of familie die asielzoekers opvangen in het kader van de regeling met maaltijdcheques? Lijkt u dit niet contraproductief in het licht van de inspanningen om de druk op het opvangnetwerk te verlichten?

Wat heeft u nog ondernomen om begeleiding en omkadering te verzekeren bij het digitaal indienen van de asielaanvragen? Concreet zijn er oplossingen nodig voor mensen die de taal niet machtig zijn, geen e-mailadres hebben, geen toegang hebben tot een smartphone of computer. Het middenveld meldt hierin een rol te willen opnemen, maar meldt dat er nood is aan een planmatige aanpak;

 

Quid de eventuele verlenging van verblijfsvergunningen en attesten van immatriculatie die verlopen, zodat deze bijvoorbeeld ten vroegste drie maanden na het einde van de huidige maatregelen aflopen? Wat met een eventuele schorsing van de afgifte van BGV’s (en Dublin in het bijzonder) gedurende bijvoorbeeld. drie maanden? Quid schorsing inreisverboden, enzovoort?

 

Wordt er gewerkt aan de mogelijkheid om aanvragen voor machtiging tot verblijf rechtstreeks en digitaal in te dienen bij DVZ?

 

Wordt er rekening gehouden bij de beoordeling van verblijfsaanvragen en verzoeken om de Belgische nationaliteit te verkrijgen met de directe en indirecte gevolgen van de pandemie, zowel in België als daarbuiten, onder meer: moeilijkheden om identiteitsdocumenten, akten, of legalisaties te bekomen; moeilijkheden om financiële middelen te verzamelen voor het bekostigen van aanvragen en/of van professionele hulp daarbij; moeilijkheden om (naar ambassades/consulaten) te reizen; moeilijkheden om aan voorwaarden voor het verkrijgen of behouden van verblijfsrecht te voldoen; (bijvoorbeeld bestaansmiddelenvoorwaarden, voorwaarden voor het vinden van werk, het doorlopen van een opleiding,...)?

 

01.08  Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, in de vorige commissievergadering hebt u gezegd dat in de gesloten centra de aanbevelingen van de Risk Assessment Group worden opgevolgd en de hygiënemaatregelen worden gerespecteerd. In de media zijn echter beelden verschenen die iets anders laten zien. Die beelden brengen zelfs problemen aan het licht die niet alleen met corona, maar met welzijn in het algemeen te maken hebben.

 

In Merksplas moeten mensen zich douchen met koud water en staan bewakers veel te dicht bij de bewoners. Mensen worden bij ziekte afgezonderd en in een isolatiecel gestopt. Er wordt beschimmeld brood uitgedeeld. De woordvoerder van de Dienst Vreemdelingenzaken, Geert De Vulder, heeft laten weten dat de beelden van voor de coronacrisis zijn, maar een journalist van Apache, die de kwestie onderzoekt, liet weten dat de beelden effectief van 4 april dateren en dat de heer De Vulder dat ook zelf aan hem heeft toegegeven.

 

Op 10 april bracht Myria een bezoek aan het centrum in Merksplas. Myria bevestigde dat in het centrum de angst regeert over de coronacrisis en het welzijn in het algemeen. Het personeel heeft niet genoeg beschermingsmiddelen om besmettingen te voorkomen en dat zorgt voor grote bezorgdheden bij het personeel en de bewoners.

 

Zijn al die problemen bekend bij uw administratie? Zo neen, waarom niet? Houdt de Dienst Vreemdelingenzaken informatie achter?

 

Gaat u ermee akkoord dat de situatie in de gesloten centra penibel is en er niet goed wordt omgegaan met de coronacrisis?

 

Gaat u ermee akkoord dat wij, indien de veiligheidsmaatregelen onmogelijk uitvoerbaar zijn, de bewoners beter een ander onderkomen geven, in het belang van hun gezondheid en die van het personeel?

 

Mijn tweede vraag betreft de vrijgelaten mensen van de gesloten centra.

 

Tot vandaag is er geen enkele duidelijkheid over wat er met elke vrijgelaten persoon is gebeurd. Volgens de directie van het centrum te Merksplas worden de bewoners afgezet aan een station of een bushalte. Vervolgens moeten zij een plek zoeken om te verblijven. Indien zij geen plek hebben, moeten zij maar aankloppen bij bijvoorbeeld een daklozenopvang. Dat is wat de directie mij heeft verteld. De lockdown wordt nu afgebouwd, maar het lijkt erop dat we van een groep mensen gewoon niet weten waar ze zijn en of ze veilig zijn. Dat brengt de volksgezondheid en hun eigen gezondheid in gevaar.

 

Ik heb daarom opnieuw drie vragen voor u, mevrouw de minister.

 

Hoeveel mensen zijn er op dit moment vrijgelaten en hoeveel verblijven er nog in de gesloten centra? Houdt uw administratie bij waar de vrijgelaten personen terechtkomen om te voorkomen dat er mensen op straat belanden? Voor zover u dat weet, waar zitten de meeste vrijgelaten mensen: bij iemand anders thuis, in de daklozenopvang of elders?

 

01.09  Vanessa Matz (cdH): Monsieur le président, madame la ministre, mes questions sont réparties en deux volets.

 

Le premier a trait aux mineurs non accompagnés et aux recommandations émises par la plate-forme Mineurs en exil. Cette plate-forme demande de garantir la première délivrance de documents de séjour en cette période de crise sanitaire, de prolonger automatiquement et temporairement les documents de séjour au-delà de l'âge de la majorité du MENA, de ne délivrer aucun ordre de quitter le territoire au MENA qui a atteint l'âge de la majorité sans séjour légal, de ne signifier aucun ordre de reconduire au tuteur.

 

Madame la ministre, comment comptez-vous répondre à ces demandes? Des MENA ont-ils fait l'objet d'une expulsion depuis le 18 mars dernier? Serait-il envisageable que les demandes de regroupement familial soient introduites directement par le MENA ou son tuteur par le biais d'une procuration? Qu'est-il prévu pour les MENA en transit? On sait qu'on doit garantir un niveau de vie digne et adapté à leur âge. Ils devraient au moins avoir accès à des installations sanitaires, à des soins médicaux et à une aide psychologique. Un financement supplémentaire pour l'accueil d'urgence est-il prévu à cette fin? Existe-t-il une coopération avec les organisations de terrain? Où en est-on au niveau de la réinstallation des MENA à partir de la Grèce?

 

Par ailleurs, on sait qu'il existe des difficultés en matière de procédures pour les MENA. Comment comptez-vous répondre aux sollicitations de la plate-forme Mineurs en exil? Des MENA n'ont-ils pas pu bénéficier d'une place d'accueil depuis le 18 mars dernier? Si oui, pour quelles raisons? Des MENA ont-ils été exclus de leur place d'accueil depuis la date précitée? La réintégration dans le réseau de ceux qui ont quitté la structure d'accueil est-elle possible ?

 

Le deuxième volet des mes questions a trait à la régularisation de manière générale. Le Ciré, le MOC et la plate-forme Mineurs en exil vous ont sollicitée sur ce point et n'ont malheureusement pas obtenu de réponse à la question de savoir s'il était possible d'envisager une régularisation temporaire des personnes qui introduisent leur demande sur la base de l'article 9bis. En effet, on connaît les difficultés qui peuvent être rencontrées. On sait aussi que d'autres États l'ont fait. Que répondez-vous aux associations de terrain qui n'ont pas reçu de réponse à ce sujet? Comment comptez-vous réagir face à cette demande?

 

01.10  Franky Demon (CD&V): De verschillende maatregelen van de regering in de strijd tegen het coronavirus hebben ook een weerslag op ons asielsysteem. Personen die asiel willen aanvragen moeten nu elektronisch een afspraak maken, waarna ze een uitnodiging krijgen om hun aanvraag effectief in te dienen. Daarna krijgen ze een opvangplaats toegewezen.

 

Ik heb hierover enkele vragen. Hoeveel mensen dienden er sinds 12 maart een asielaanvraag in? Is er een daling merkbaar?

 

Bestaat er momenteel een wachtlijst van mensen die te kennen hebben gegeven een asielaanvraag te willen indienen maar die nog geen afspraak gekregen hebben? Over hoeveel personen gaat het daarbij?

 

Krijgen alle personen die asiel hebben aangevraagd een opvangplaats toegewezen? Waar worden deze personen opgevangen? Gaat het daarbij voornamelijk om individuele of collectieve opvang? Hoeveel personen zitten er in de noodopvang?

 

Iedereen die zich op het grondgebied bevindt, ongeacht zijn verblijfsstatuut, dient toegang te krijgen tot de basisrechten en -voorzieningen zoals huisvesting, gezondheidszorg en stabiliteit. De huidige crisis confronteert heel veel personen met omstandigheden van overmacht waarin zij volledig aangewezen zijn op hulp van buitenaf. Juist ook deze kwetsbare doelgroep heeft bescherming nodig tegen het virus als we een opflakkering willen vermijden.

 

In welke mate kan in alle asielcentra en opvangcentra aan alle gezondheidsmaatregelen, zoals social distancing, worden voldaan? Op welke manier wordt dat opgelost, indien centra daaraan niet kunnen voldoen?

 

Mevrouw de minister, bent u van plan om na de gezondheidscrisis meer te investeren in vooral kleinschalige lokale opvang om een betere hygiëne te blijven garanderen?

 

Kan aan iedereen die nu een asielaanvraag indient, onmiddellijk opvang worden gegarandeerd?

 

Mensen op de vlucht en mensen zonder verblijfsrecht vormen ook een kwetsbare groep. Tijdens de huidige gezondheidscrisis mogen wij niet uit het oog verliezen dat zij ook belangrijk zijn en moeten wij ook hen een goede medische verzorging kunnen geven. Dat is van belang voor hun eigen gezondheid maar ook voor de gezondheid van de mensen in hun omgeving. Wie ziek is, moet dan ook direct toegang hebben tot de nodige medische zorgen.

 

Tot slot heb ik ook daarover enkele vragen.

 

Zijn er richtlijnen opgesteld voor personen op de vlucht en voor mensen zonder verblijfsrecht die positief testen op COVID-19? Kan u een overzicht van de richtlijnen geven?

 

Waar kunnen mensen uit die doelgroep, die na een behandeling uit het ziekenhuis worden ontslagen, terecht? Welke maatregelen worden getroffen, indien zij terugkeren naar het centrum waar zij verbleven?

 

Mevrouw de minister, hebt u al stappen ondernomen om de drempel voor dringende medische hulp voor die doelgroep te verlagen? Ik denk bijvoorbeeld aan een verlenging van de medische kaart.

 

01.11  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le président, madame la ministre, je n'irai pas dans les détails car de nombreuses choses ont été dites. Je compléterai la question de Mme Matz sur les mineurs étrangers non accompagnés. Je voudrais savoir s'il est possible de mettre en place une mesure d'exception pour les MENA dans le cadre de l'enregistrement de leur demande. Actuellement, elle se fait par voie électronique, par mesure de sécurité, et on le comprend, bien qu'il y ait des ajustements à faire. Je vous ai posé une question, dans ce chapitre MENA, sur la possibilité éventuelle que des MENA puissent se présenter à l'Office des étrangers sans passer par la voie électronique. En effet, certains ont vraiment des difficultés à utiliser cette voie.

 

Je voudrais revenir rapidement sur les centres Fedasil. On le sait, la surpopulation actuelle est aussi un héritage des politiques passées. Par contre, les chiffres que j'ai reçus font état d'un taux d'occupation des centres Fedasil de 97 %, ce qui est problématique vu la distanciation physique demandée.

 

Quant à la nourriture, on a reçu beaucoup de plaintes dans les centres Fedasil. Elle est parfois qualifiée d'avariée. Les rations alimentaires sont très petites, beaucoup de gens s'en plaignent. Cela affaiblit aussi les organismes, alors qu'on sait qu'un organisme affaibli, en ces temps de COVID-19, peut entraîner des complications. Quel est le budget nourriture? A-t-il augmenté? S'agit-il d'une enveloppe fermée ou d'un budget par personne?

 

La semaine passée, je vous ai interrogée sur l'état des centres fermés. Ici, mes collègues pointent, à juste titre, l'état du centre de Merksplas, qui a été montré dans un reportage de la RTBF. On parle de Merksplas parce qu'on a des images uniquement de ce centre-là, et qu'un contrôle a été fait grâce à la présence de Myria. Mais nous n'avons pas connaissance de l'état des autres centres. Ma question est identique à celle que je vous posais voici une semaine et est la suivante. Ni les parlementaires ni les ONG ne peuvent aller dans les centres. Dès lors que Myria a pu se rendre à Merksplas, allez-vous à nouveau permettre aux députés de faire leur travail et d'aller avec toutes les précautions nécessaires dans les centres fermés? Le permettrez-vous à des ONG, encore une fois avec toutes les précautions nécessaires?

 

Je vais m'arrêter là et m'en référer à mes questions écrites pour plus de précisions. 

 

Madame la ministre,

La situation spécifique des mineurs étrangers non-accompagnés méritent notre attention particulière. En effet, je suis d’autant plus préoccupé par l’impact de la crise actuelle sur ces jeunes exilé.e.s. qu’il s’agit d’un public déjà particulièrement vulnérable en temps normal.

Il me semble en effet particulièrement important que tous les MENA, sans aucune distinction, puissent bénéficier d’un accueil dans une structure accessible, sécurisée et avec un encadrement spécifique. Une exclusion de MENA des réseaux d’accueil pourraient avoir des conséquences néfastes tant pour les jeunes concernés que pour la société dans son entièreté.

De plus, la procédure informatique pour l’enregistrement des demandes d’asile s’avère être un obstacle particulièrement problématique pour les MENA. Les organisations de la Plateforme mineurs en exils demandent une révision de la procédure afin de faciliter leur prise en charge.

Je me pose dès lors les questions suivantes, madame la Ministre :

Qu'avez vous entrepris depuis le début de cette crise sanitaire afin de garantir un accueil suffisant, de qualité, et respectant les mesures de sécurité pour tous les MENA ?

Envisagez-vous de donner comme instruction à l’Office des étrangers d’accepter l’enregistrement de tous les mineurs étrangers non-accompagnés qui se présenteraient spontanément au Petit-Château, et ce même sans rendez-vous, afin qu’ils puissent bénéficier sans délai d’une place dans le réseau d’accueil pour MENA ?

Les moyens et les capacités d’accueil des centres pour MENA ont-ils été renforcés afin de garantir à chaque mineur non-accompagnés une place d’accueil spécifique? Dans le cas contraire, comptez-vous à court terme renforcer les capacités d’accueil afin notamment de permettre le respect de la distanciation sociale dans les centres pour mineurs?

Sachant que, pour des raisons sanitaires, aucune sortie du réseau n’est actuellement souhaitable et qu’il est devenu impossible de se conformer à un éventuel ordre de quitter le territoire, comptez-vous garantir aux MENA une continuité de l’accueil pour toute la durée de la crise sanitaire en incluant également celles et ceux qui atteignent leur majorité sans avoir pu obtenir de titre de séjour légal?

 

Nous le savons, la situation de saturation dans les centres Fedasil est un héritage de choix politiques du passé. Aujourd'hui, avec un taux d’occupation moyen de 97 % (120 % pour certains centres) la situation reste préoccupante au regard des mesures sanitaires nécessaire pour lutter contre la crise et se protéger de la pandémie.

L’anxiété générale, la surpopulation des centres, les mesures de confinements particulièrement difficiles dans ces centres, l’attente, parfois très longue, peuvent, on s’en doute, provoquer des tensions entre résidents. Autre problème souvent dénoncé, la qualité de la nourriture dans les centres est déplorable, les rations sont très faibles et ne correspondent pas toujours à certaines habitudes culturelles.

Alors que des contaminations sont évoquées dans certains centres, l'affaiblissement des organismes lié à une alimentation insuffisante peut avoir des conséquences catastrophiques.

Madame la Ministre, des masques sont-ils dorénavant mis à la disposition des travailleurs de Fedasil ?

Pourquoi les chiffres des taux d’occupations de chaque centre ne sont-ils pas rendus public ? Une meilleure transparence de la situation de chaque centre pourrait nous permettre de rechercher ensemble des solutions au niveau local.

A propos de solutions locales, l’ouverture de nouvelles ILA permettraient de désengorger des centres bondés, des dispositions ont-elles été prises vers les communes et CPAS pour encourager à l'ouverture de nouvelles places, l’enveloppe pour les ILA a-t-elle augmentée ?

Quel est le budget nourriture pour les centres fedasil ? A-t-il augmenté avec l’ouverture de nouveaux centres ? Les dons alimentaires extérieurs sont pour le moment interdit en raison des normes sanitaires, envisagez-vous de lever cette interdiction ?

 

La semaine dernière, je vous interpellais sur la nécessité d’un contrôle démocratique des centres fermés. Mon intervention avait comme intention de vous alerter sur le flou qui entourait les conditions de détention des migrants.
Le lendemain de notre discussion, des vidéos étaient publiées sur les réseaux sociaux montrant l’état catastrophique du centre de détention pour migrants de Merksplas; aucune mesure de distanciation sociale, nourriture avariée, sanitaire visiblement défectueux (depuis le mois de novembre!), etc.

Au centre de Bruges, où les conditions d’enfermement dans des dortoirs de 20 personnes sont souvent critiquées, la distanciation sociale n’est pas possible et ce même avec une personne par lit superposé. Dans les autres centres, ni vous, ni moi n’avons de garanties de la bonne tenue des établissement et du respect des mesures d’hygiène.

Madame la Ministre, quelles mesures ont été prises suite à ces images montrant la réalité du centre de Merksplas? Le personnel a-t-il reçu des masques ?

Myria a pu visiter le centre fermé de Merksplas, à partir de quand prévoyez-vous de rétablir le droit de contrôle des parlementaires dans les centres? (avec toutes les mesures de protection nécessaires)

Si l’un des critères de détention était l’impossibilité des renvois durant la période de confinement des personnes soumises au règlement de Dublin, de nouvelles libérations sont-elles prévues étant donné la prolongation de la période de confinement?
Je vous remercie d’avance, madame la Ministre, pour vos réponses.

 

01.12  Dries Van Langenhove (VB): Mevrouw de minister, ook ik heb nog enkele vragen. Ik sluit mij aan bij de vele interessante opmerkingen van de collega's, maar ik wil het toch nog even hebben over de offerteaanvraag van Fedasil voor een bestelling van designmeubelen die zijn bedoeld voor het asielzoekerscentrum in Kapellen. Die meubelen zijn van het type BDLove van de designer Ross Lovegrove.

 

Die designmeubelen zijn op zich al zeer duur, maar Fedasil doet daar nog een schepje bovenop door die meubelen te bestellen in een speciale kleur blauw met een stof die zorgt voor, ik citeer, "een satijnachtige glans", waarvoor volgens de catalogus extra moet worden betaald.

 

Mevrouw de minister, ik hoop dat u deze onduidelijkheid kunt wegnemen. Die beschrijving in de offerte is zeer specifiek. Het lijkt zelfs alsof de geprefereerde leverancier deze offerte mee heeft opgesteld. Is dat zo gebeurd? Is dat volgens u een correcte werkwijze?

 

Heeft een asielzoekerscentrum volgens u nood aan dure designmeubelen?

 

Misschien wordt u straks opnieuw boos omdat ik dit nieuws heb verspreid, maar als u heel snel zou antwoorden op die vragen en duidelijkheid zou scheppen, zou ik daarover niets in de sociale media moeten posten.

 

De voorzitter: Ik wil wel opmerken dat deze laatste vraag weinig COVID-19-gerelateerd is. Ik weet niet of de minister daarover een antwoord heeft voorbereid.

 

Ik zal de minister ruim de tijd geven om te antwoorden.

 

01.13 Minister Maggie De Block: Mijnheer de voorzitter, geen probleem. Het is vriendelijk dat u met mij inzit, maar ik weet dat de heer Van Langenhove graag voor de kers op de taart zorgt in de commissie door een vraag te stellen die niets met COVID-19 te maken heeft. Ik zal hem nog een beetje laten wachten op zijn antwoord, maar ik zal het zeker geven.

 

De voorzitter: Mevrouw de minister, mevrouw Dedonder vraagt het woord.

 

01.14  Ludivine Dedonder (PS): Monsieur le président, je signale que mon collègue Malik Ben Achour doit encore poser sa question.

 

Le président: Je lui donne la parole.

 

01.15  Malik Ben Achour (PS): Monsieur le président, madame la ministre, la crise que nous traversons a eu de nombreuses conséquences sur les déplacements internationaux des individus. J'ai eu l'occasion d'interpeller, à plusieurs reprises, le ministre des Affaires étrangères, à propos des problèmes rencontrés par nos compatriotes, au Maroc et au Burundi notamment, et qui sont en passe d'être résolus.

 

Il semblerait qu'en matière d'accès au territoire des problèmes se soient également posés. Ainsi, il me revient que des conjoints non-belges de Belges résidant à l'étranger, souhaitant rentrer en Belgique avec leur époux ou épouse et leurs enfants belges, auraient eu des difficultés à le faire. En l'occurrence, c'est au départ de la République démocratique du Congo que ces personnes se seraient vues, dans un premier temps, refuser l'entrée sur le territoire européen car elles n'étaient pas Belges.

 

Habituellement, pourtant, elles se voyaient octroyer des visas Schengen de type C pour entrées multiples. Ce type de document est délivré directement par les postes diplomatiques et consulaires. Si les conditions d'entrée sont remplies, ce qui paraît être le cas ici, l'Office des étrangers ne doit pas être consulté, excepté lorsque le demandeur est dans une situation dite particulière. C'est du moins ce qu'on peut lire sur le site du SPF Intérieur.

 

Madame la ministre, avez-vous été informée de ces cas? Comment expliquer ces refus? Ces individus ont-ils été considérés comme se trouvant dans une situation particulière en raison de la pandémie de COVID-19? L'autorisation de l'Office des étrangers a-t-elle, dès lors, été demandée? Dans l'affirmative, pourquoi avoir d'abord rejeté les demandes?

 

De voorzitter: De heer De Vriendt vraagt het woord, voor de regeling van de werkzaamheden veronderstel ik?

 

01.16  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik vind dat u wel veel toelaat. Dat is al de zoveelste keer.

 

Dit is een actuadebat over COVID-19. U vraagt welke fractie nog wil tussenkomen. De heer Van Langenhove doet dat met een vraag die niets met COVID-19 te maken heeft. Ik merk dat zijn vraag wel op de agenda staat, maar helaas voor hem helemaal achteraan.

 

We gaan dit systeem toch niet misbruiken om gelijk welke vraag hier tussen te voegen en dan te dreigen met het plaatsen van berichten op sociale media als men het antwoord niet direct krijgt. Dat wordt hier dan ook geaccepteerd. Zo kunnen wij niet degelijk werken.

 

Ik wil vragen om die vraag niet te beantwoorden. Als die vraag zou worden beantwoord, betekent dit dat iedereen zal worden aangemoedigd om de volgende keer hetzelfde te doen als de heer Van Langenhove.

 

De voorzitter: Mijnheer De Vriendt, ik geef u daarin gelijk. Het gaat hier om een actuadebat over het coronavirus. Ik heb dat ook onmiddellijk gemeld aan de minister. Zij is niet verplicht om deze vraag in het actuadebat te beantwoorden. Ik denk dat dit klaar en duidelijk is.

 

Ik geef het woord aan de minister.

 

01.17 Minister Maggie De Block: Dank u wel, mijnheer de voorzitter. Ik onderneem een tweede poging tot het geven van antwoorden.

 

Mijn eerste antwoord gaat over de verzoeken die opnieuw in het aanmeldcentrum gedaan kunnen worden. In een vorige commissievergadering heb ik uitgelegd dat dit werkt via een webformulier op de website van de Dienst Vreemdelingenzaken, waarna een afspraak wordt gemaakt. Van op het terrein vernemen wij, zoals wij al vermoed hadden, dat de verzoekers die een afspraak wensen te maken in bepaalde gevallen geholpen worden door advocaten, ngo's of anderen, wat natuurlijk een goede manier van werken is om die wachtrijen aan het aanmeldcentrum te vermijden en om de thans geldende afstandsregels te respecteren.

 

Wanneer mensen op afspraak komen, maakt een verpleegkundige een screening. In geval van een mogelijke besmetting komt er een medisch team te hulp, aangezien die mensen kwetsbaar zijn en in een isoleerkamer gezet moeten worden tot vaststaat of zij al dan niet de ziekte COVID-19 hebben, waartoe de arts zijn werk moet kunnen doen.

 

De heer De Vriendt vraagt of de termijn van vijf dagen nog altijd wordt gehaald. Ja, wel voor de eerste aanvragen, voor de kwetsbaren. Daaraan moet ik toevoegen dat er zich momenteel weinig families met kinderen aanmelden. Het gaat nu vooral om alleenstaande mannen. Het publiek dat zich aanmeldt, is dus enigszins gewijzigd.

 

In de periode van 3 tot en met 27 april werden er 962 vragen om een afspraak ontvangen. Er moeten ook nog een zeshonderdtal aanvragen behandeld worden. Die aanvragers zullen ook gedurende de komende weken worden uitgenodigd.

 

Verschillende aanvragers zijn niet op de afspraak komen opdagen. Dat is natuurlijk vervelend, want vanwege de thans geldende veiligheidsmaatregelen kunnen er geen twee mensen geboekt worden voor één afspraak. Soms dienen die aanvragers opnieuw een aanvraag om een afspraak in. We hebben er nog niet echt een zicht op hoeveel van die personen uiteindelijk een verzoek indienen.

 

De eerste registraties vonden plaats op 7 april. De eerste 4 werkdagen werden in totaal 40 kwetsbare mensen geregistreerd. Voorrang aan kwetsbare mensen betekent dat men tijdens de eerste dagen meer kwetsbare mensen heeft geregistreerd.

 

Tot en met 27 april werden 154 asielverzoeken geregistreerd. DVZ blijft ernaar streven om kwetsbare personen zo snel mogelijk uit te nodigen voor een afspraak. Het is een nieuw proces dat daar gebeurt, met een strikte naleving van de maatregelen tegen corona zoals social distancing. De bedoeling is om het aantal registraties geleidelijk te verhogen in functie van het aantal aanvragen, maar steeds binnen de limieten van wat veilig wordt geacht door Volksgezondheid. Sinds deze week nodigt de Dienst Vreemdelingenzaken een dertigtal mensen per dag uit. Als wij kijken naar landen rondom ons als Nederland en Frankrijk is dat een vergelijkbaar aantal. Dat zijn grotere landen, maar zij zijn daar ook beperkt in het inschrijven van mensen.

 

Door al die maatregelen en de omstandigheden aan de grenzen is in alle Europese lidstaten het aantal asielaanvragen drastisch gedaald. Wat de opvang betreft in de periode tussen de onlineregistratie en de afspraak op het aanmeldcentrum, wordt erop gewezen dat een deel buiten het opvangnetwerk verblijft of reeds in de opvang zit, omdat men als kwetsbare persoon al opgevangen was.

 

Er is ook overleg gepleegd met de bevoegde besturen om de nodige maatregelen te nemen voor migranten die door de tijdelijke sluiting van het aanmeldcentrum geen asielaanvraag konden indienen. Daarop is op een positieve manier gereageerd.

 

Ik ga nu in op de opvang bij Fedasil. Ten eerste, er is een verhoging van het aantal plaatsen.

 

Pour que soit garantie une répartition dans les centres, le taux d'occupation doit diminuer. C'est pourquoi Fedasil ne désigne plus de place dans les centres d'accueil, parmi lesquels Tournai et Mouscron, pour les nouveaux demandeurs d'asile. Ceux-ci ne peuvent recevoir une place que dans les nouveaux centres, tels que Sijsele et Marcinelle. Cela se passe toujours en étroite concertation avec les autorités locales.

 

Fedasil poursuit ses efforts en vue d'augmenter ses places d'accueil, de sorte que chaque nouveau demandeur en reçoive une.

 

Ik moet ook zeggen dat de procedures allemaal veel trager verlopen en daardoor gaan sowieso minder mensen weg uit de opvangcentra. Dat zal misschien in de komende weken weer mogelijk zijn als de rechtbanken en administraties hun werk beter kunnen doen.

 

Les demandeurs d'asile ayant droit à l'accueil en bénéficient. Comme toujours, la place dans un centre est désignée après une première phase d'accueil au centre d'arrivée. Les personnes vulnérables et présentant un profil à risque ou un haut taux de protection peuvent évidemment recevoir une place individuelle.

 

Er is momenteel ook weinig animo bij lokale besturen om de individuele opvangplaatsen op te drijven. Dat heeft zeker voor een deel te maken met de coronacrisis, waardoor ook lokale besturen hun handen vol hebben met het treffen van andere maatregelen. Zij maken nu dus weinig plaatsen bij in de individuele opvang, maar misschien zal dat in de komende weken en maanden op gang komen. Ik hoop echter dat wij de lokale besturen opnieuw even enthousiast krijgen voor de creatie van lokale opvanginitiatieven als in 2015 en 2016, maar het coronavirus is daar op een zeer ongelukkige manier tussen gefietst.

 

De publicatie van de bezettingscijfers in het opvangnetwerk is niet bedoeld om lokale oplossingen te vinden, maar om een overzicht te geven van de besmettingen in het opvangnetwerk.

 

Er is gevraagd of het budget voor de maaltijden gedaald is, maar dat is niet het geval. Integendeel, er hebben heel veel mensen in onze opvangcentra gezeten en dat budget is dus hoger dan hetgeen was voorzien.

 

Il a été question des mesures dans les centres ouverts. Vous savez qu'avec Fedasil, nous en avons pris plusieurs au moyen d'instructions élaborées en commun en vue d'éviter la propagation du virus dans les centres. Nous avons ainsi suivi les recommandations du Risk Assessment Group pour les collectivités résidentielles.

 

Dat geldt voor de asielcentra maar ook voor de gevangenissen, waar collega Geens dezelfde maatregelen genomen heeft, en andere vormen van collectieve opvang.

 

Fedasil heeft tevens een maatregel genomen om de uitstroom uit de opvangcentra te verhogen en de bezetting te verlagen, iets wat de Risk Assessment Group geadviseerd had. Zoals u weet, is het verblijf in een opvangcentrum niet verplicht tijdens de asielprocedure en kan men ervoor kiezen elders te gaan wonen. Fedasil steunt de bewoners die beslissen om tijdens deze crisis bij familie of vrienden te gaan wonen met maaltijdcheques.

 

Zij moeten uiteraard een dak boven het hoofd hebben en meedelen waar ze gaan wonen. Men moet hen immers kunnen oproepen voor het vervolg van hun procedure. Het is hun individuele keuze om hierop al dan niet in te gaan, maar wij zien dat een aantal mensen hiervoor wel kiezen. Dat zullen dan de mensen zijn die hier familie of vrienden hebben bij wie ze terechtkunnen.

 

Zij moeten echter wel zelf die keuze maken, want wegens het risico van besmetting is het niet zo dat men dit voor een paar dagen kan doen. We kunnen geen mensen uit verschillende silo's gaan vermengen. Als ze ervoor kiezen om te vertrekken, dan moeten ze ook buiten blijven. Uiteraard krijgen ze ook de kans om gewoon te blijven. Op die manier willen we vermijden dat verschillende silo's of bubbels vermengd worden en kunnen we de kans op besmetting zo laag mogelijk houden.

 

Bepaalde personen verbleven op het moment van de lockdown reeds bij familie en vrienden. Aan hen werd gevraagd om indien mogelijk daar te blijven en zo bijkomende verplaatsingen te vermijden.

 

Dat werd ook aangeraden aan kwetsbare begunstigden, voor wie binnen het opvangnetwerk geen alternatieve oplossing kon worden gevonden.

 

Ongeveer 600 personen hebben ondertussen voor die optie gekozen. Zij moeten wel op één vast adres verblijven, ook om die overbodige verplaatsingen te vermijden. Zij kregen ook alle informatie mee over de preventieve maatregelen die zij moeten treffen, ongeacht waar zij verblijven, alsook over wat zij moeten doen indien zij ziek zouden worden.

 

Ik heb geen weet van medische incidenten bij die groep. Zij moeten zich ook houden aan de algemene regels, zoals afstand houden en de hygiënische regels navolgen, net zoals de rest van de bevolking.

 

Aangezien zij tijdens de huidige crisis in één bepaalde bubbel of silo blijven, lopen zij ook geen groter risico van verspreiding van het virus dan andere inwoners.

 

Concernant les infections dans les centres, les résidents et le personnel sont informés des règles d'hygiène et de distanciation sociale. Les instructions nécessaires sont données à tout le réseau et sont régulièrement adaptées à la situation. Les règles sont répétées quotidiennement par des flyers, des affiches ainsi que des rappels oraux. Des éviers et des savons supplémentaires sont installés à des endroits stratégiques. Des gels désinfectants ont aussi été prévus. Les locaux, toilettes et équipements sont nettoyés fréquemment.

 

En matière de tests, aucune autre protection ne vaut pour les centres de Fedasil que celles qui sont valables pour le reste de la population. Ici aussi, l'organisme suit étroitement les directives du Risk Assessment Group (RAG) pour le dépistage prescrit aux collectivités résidentielles. Cela signifie que les personnes présentant des symptômes sont testées. Dans les centres où des groupes à risque sont accueillis, plus de tests ont été menés. Le même régime est appliqué que dans les maisons de repos.

 

Depuis vendredi, les personnes qui arrivent dans le réseau sont aussi systématiquement testées – qu'elles se sentent bien ou non –, en raison de leur entrée dans le silo. Ces tests se déroulent toujours conformément aux recommandations du RAG, qui ont été modifiées la semaine dernière. Les personnes dont l'infection est confirmée ou qui pourraient être infectées sont directement placées en isolement. Certains centres peuvent ouvrir des ailes médicales à part entière. Là où c'est impossible, les personnes infectées ou suspectées de l'être doivent rester dans leur chambre.

 

L'accès aux zones et chambres d'isolement est strictement limité au personnel essentiel, qui reçoit des équipements de protection nécessaire ainsi que des instructions pour s'en servir correctement.

 

Zieke bewoners moeten toegang hebben tot sanitaire voorzieningen die gescheiden zijn van die voor niet-zieke bewoners. Als dat niet het geval is, moeten ze na elk gebruik door henzelf worden gedesinfecteerd.

 

Maaltijden worden voor de deur van de kamers achtergelaten om onnodig komen en gaan te voorkomen. Patiënten gaan niet naar de medische dienst, maar men gaat bij hen naar de kamer. Verpleegkundigen die beschermingsmateriaal dragen, controleren elke dag de gezondheidstoestand van de mensen die in hun kamer moeten blijven.

 

Le personnel est tenu au courant dès qu'une infection est constatée chez un résident. Je confirme que l'avis de la médecine du travail est demandé pour toutes les mesures et que nous tenons compte de ses remarques éventuelles. Les syndicats ont été consultés et ont pu émettre leurs remarques au cours du Comité de concertation extraordinaire.

 

Fedasil suit strictement les recommandations de Sciensano. L'augmentation du nombre de tests s'inscrit dans le cadre de la réduction des mesures. Les masques sont en cours de distribution dans les centres fermés, aux résidents et au personnel. Il me revient que ces masques n'y sont pas souvent utilisés, jusqu'à maintenant. Mais peut-être est-ce dû au fait que la distribution n'est pas terminée.

 

En collaboration avec les instances régionales compétentes, les recommandations sur le suivi des contacts sont respectées. Les autres règles pour la santé restent évidemment de mise: limitation des contacts, respect de la distanciation sociale et gestes d'hygiène de base.

 

Ik heb hier het woord "angst" horen vallen. Mevrouw Daems, u zei dat er angst heerst onder de bewoners. Mevrouw Daems, er heerst angst onder heel onze bevolking. Niemand is onbezorgd over het feit dat men al dan niet kan worden besmet met het onzichtbare coronavirus dat voor iedereen een bedreiging vormt. Er is ook angst bij de mensen in de ziekenhuizen en er is angst die de mensen weghoudt uit de ziekenhuizen, alhoewel ze zich daar beter zouden laten onderzoeken. Er is inderdaad angst, ook bij de mensen in onze centra.

 

Mevrouw Daems, u vraagt of er geen ander onderkomen kan worden gevonden. U zou met deze commissie een therapeutische sessie kunnen organiseren om te zien hoe en waar. Geef mij de adressen door en ik zal die mensen naar die andere bestemming brengen als die zou worden gevonden. Dat lijkt mij een interessante denkoefening voor u, als u daarvoor de tijd vindt.

 

Wat de sancties betreft, elk incident in een centrum is er een te veel. Dat zorgt voor onrust, ook bij de mensen die er werken. Wat de frequentie daarvan betreft, in een netwerk met meer dan 25.000 opgevangen mensen blijven zware incidenten nog steeds een uitzondering, ook al is de situatie in de centra er door minder vrijheid zeker niet eenvoudiger op geworden.

 

Fedasil monitort die situatie van nabij en waakt erover dat dit zo blijft. Alle opvangpartners dienen dezelfde sancties toe te passen, met inbegrip van transfers en uitsluitingen. Het coronavirus heeft natuurlijk een impact op het sanctieregime in de centra. De sanctie van disciplinaire transfer wordt nu niet toegepast om verplaatsingen tussen de centra te vermijden. Verplaatsingen van besmette personen tussen de centra zouden immers niet goed zijn.

 

Momenteel wordt daarom voorrang gegeven aan meer interne sancties, zoals de verplichting om gemeenschapstaken uit te voeren of een inhouding van het zakgeld.

 

Uiteraard blijven ook tijdens deze corona-epidemie de strafwetten gelden, zowel binnen als buiten het centrum. Zoals voorheen wordt in geval van misdrijven in het centrum, zoals geweldpleging of bedreiging, steeds de politie verwittigd en worden de betrokkenen indien nodig door de politie opgepakt voor verhoor, met het oog op een eventuele aanhouding en vervolging door het parket. Vanwege een virus gaat niet heel ons rechtssysteem op de schop; dat kan niet de bedoeling zijn. Het is weliswaar niet gemakkelijk om momenteel zware ingrepen te doen. Het centrum kan echter wel nog altijd, afhankelijk van de situatie, tot een tijdelijke uitsluiting van de opvang van de dader overgaan, zodat de orde en de rust bij de andere bewoners en het personeel in het centrum bewaard worden. In geval van een ernstige verstoring van de openbare orde kan de dader ook worden opgesloten in een gesloten centrum.

 

Het aanbod van wifi in de opvangcentra blijft een uitdaging. We moeten namelijk voor voldoende bandbreedte en ook voor voldoende computermateriaal voor de bewoners zorgen. In de collectieve centra probeert Fedasil wifi ter beschikking te stellen van de bewoners. Er werden eenvoudige uitbreidingen en verbeteringen uitgevoerd, onder andere door de toevoeging van antennes en andere minimale infrastructuurwerken, wat in een aantal centra reeds voor een grote verbetering heeft gezorgd.

 

In de context van de huidige crisis werden zowel Telenet als Proximus aangeschreven om hun publieke wifi-infrastructuur uit te breiden, in het bijzonder voor centra die ver van de antennes verwijderd liggen.

 

Een snelle uitbreiding van het publieke wifinetwerk van Telenet en Proximus lijkt niet tot de mogelijkheden te behoren, maar Fedasil heeft gevraagd om het gebruik van 4G-access points voor opvangcentra te ondersteunen.

 

Fedasil doet daarnaast ook inspanningen om computermateriaal ter beschikking te stellen van schoolgaande kinderen. Zo is er via Digital for Youth een donatie van 100 computers ontvangen, die allemaal naar de kinderen gegaan zijn, om zo de lessen te kunnen volgen. Dat is belangrijk, zodat de kinderen in de centra niet meer achterstand oplopen doordat zij niet zo evident toegang hebben tot de computer van hun ouders.

 

Er werd binnen de centra ook aangeboden om internationale telefoongesprekken te kunnen voeren. Deze capaciteit is aanwezig en ongewijzigd.

 

Les mineurs non accompagnés vulnérables signalés auprès de l'Office des étrangers ou du service des Tutelles sont effectivement toujours accueillis par Fedasil dans les centres d'observation et d'orientation. Les accords et procédures en place continuent à être appliqués tels quels. Malgré cette crise sanitaire, pour le moment, la capacité est suffisante pour accueillir ces mineurs pendant la première phase dans les centres d'observation et d'orientation.

 

In de tweede fase zal en kan de capaciteit in de gewone centra gradueel worden uitgebreid als er nood aan is. Voor de start van de coronacrisis waren er extra opvangplaatsen voor niet-begeleide minderjarigen gepland. Voor de meest kwetsbaren worden plaatsen ingericht bij de Gemeenschappen, die bevoegd zijn voor bijzondere jeugdzorg. Ik ben niet bevoegd voor deze plaatsen, maar ik ben steeds vragende partij geweest – dat was al sinds 2011 – voor een uitbreiding van de plaatsen voor kwetsbare jongeren, ongeacht of gaat om kinderen uit de asiel- en migratieopvang.

 

Het aantal aanvragen voor registratie daalde inderdaad de jongste weken. Zestien aanvragen werden ontvangen, dertien daarvan zijn ondertussen geregistreerd. Ook daar krijgen de kwetsbare personen en minderjarigen altijd voorrang. Zij worden zo snel mogelijk opgeroepen. Dat geldt ook voor andere asielzoekers die hulp krijgen van bepaalde instanties bij het invullen van hun webformulier.

 

Lorsqu'un jeune est signalé, le service des Tutelles s'informe sur la situation médicale. S'il n'y a pas d'indication d'infection, il est renvoyé vers un centre d'observation et d'orientation de Fedasil. S'il y a des signes d'une possible infection, un accueil alternatif est organisé par le service des Tutelles.

 

Tout comme dans les autres centres d'accueil, les règles de distanciation sont respectées au maximum. Des chambres d'isolement et des infrastructures sanitaires ont été prévues pour les jeunes qui tomberaient malades pendant leur séjour.

 

Ook daar: wanneer een kind ziek wordt, wordt het afgezonderd en verzorgd en komt het niet meer in contact met anderen.

 

De botscans worden momenteel niet uitgevoerd omdat er, zoals u weet, in de ziekenhuizen tot maandag 4 mei 2020 nog steeds een noodregeling van kracht is. Ze zijn geen medische prioriteit. De leeftijdsbepaling is niet echt mijn bevoegdheid. Ik kan geen andere vormen van leeftijdstest gaan uitwerken omdat ze bij mijn weten niet bestaat. Een botscan levert nog steeds het minst onzekere resultaat op.

 

Voor de goede werking van Fedasil en DVZ is het belangrijk dat de dienst Voogdij zoveel mogelijk correcte leeftijdsbepalingen blijft uitvoeren op een wetenschappelijk verantwoorde wijze. Maar ik weet dat dit nu geen simpele zaak is.

 

Een directe toegang tot het aanmeldcentrum voor alle minderjarigen zonder aanmelding is vooralsnog niet mogelijk omdat we de richtlijnen van social distancing dan niet meer kunnen garanderen. Dat is essentieel voor het personeel dat werkt in de aanmeldcentra om het werk te kunnen blijven doen. U weet dat een en ander niet zo eenvoudig verlopen is. Mensen waren bang om opnieuw aan de slag te gaan.

 

De opstart van een betrouwbare leeftijdsbepaling is onontbeerlijk om enig misbruik van deze voorrangsprocedure te voorkomen en zo het risico van rijen en discussies aan de ingang van het aanmeldcentrum te vermijden. Tot nu toe hebben we geen weet van dergelijke situaties. Een en ander blijkt zeer kalm te verlopen.

 

In afwachting blijft Fedasil in contact met de dienst Voogdij en alle actoren op het terrein om te voorkomen dat precies de kwetsbare jongeren de weg niet zouden vinden naar de asielprocedure.

 

Ook voor de minderjarigen geldt dat er rekening wordt gehouden met de huidige situatie indien er sancties moeten worden genomen. Sancties worden zoveel mogelijk binnen het centrum uitgevoerd. Indien toch iemand wordt uitgesloten, kan die persoon eventueel – niet zeker – na die sanctie opnieuw instromen. Daarom wordt zo'n sanctie vermeden. Er wordt steeds rekening gehouden met de concrete omstandigheden, waaronder het feit dat het om een kwetsbaar persoon, een minderjarige, gaat. De huidige crisis zorgt ervoor dat de situatie daar niet zeker is.

 

Pour ce concerne les personnes en séjour illégal, j'insiste à nouveau sur le fait que je suis compétente pour l'accueil des demandeurs d'asile. Cette mission est exécutée par Fedasil.

 

Les personnes sans droit de séjour n'ont pas droit à l'accueil par Fedasil. Elles peuvent, si besoin, bénéficier de l'hébergement aux sans-abris organisé par les pouvoirs locaux et soutenu en partie par le gouvernement fédéral. En 2011, j'avais également cette compétence. Actuellement, elle a été reprise par Mme Muylle.

 

Pour l'aide médicale urgente, elles peuvent aussi faire appel aux CPAS qui tombent sous la compétence de M. Ducarme, si je ne me trompe pas, étant donné que cela a changé à plusieurs reprises.

 

Er was een vraag van de heer Vandenput over de seizoensarbeid, maar hij heeft ze niet gesteld.

 

Ik heb samen met mevrouw Muylle maatregelen genomen. Wij hebben via een koninklijk besluit de mogelijkheid gegeven om mee te draaien in de land- en tuinbouw.

 

Onder meer in het opvangcentrum van Poelkapelle zijn er mensen die geregeld de vacatures invullen en sedert het begin van de crisis bij de werkgever verblijven om die in- en uitstroom te beperken.

 

Er is ook beslist om de groep die mag werken uit te breiden door de wachttermijn van vier maanden tijdelijk te schrappen. Als voorwaarde geldt dat zij bij de werkgever moeten worden opgevangen.

 

Tussen Fedasil en de VDAB werd een procedure opgesteld om bewoners uit de opvangstructuren te informeren en naar de VDAB toe te leiden. De bewoners worden geïnformeerd door affiches en het personeel van de centra. De geïnteresseerden worden door het personeel doorverbonden met de VDAB, die hem of haar in contact brengt met de werkgever.

 

In bepaalde gevallen hebben de werkgevers in logement voorzien. Dit werd vroeger voor gastarbeiders gebruikt, maar zij geraken hier nu niet.

 

De voorwaarden voor de opvang bij de werkgever gelden niet voor de bewoners die al mochten werken. Zowel voor Fedasil als voor de werkgevers is het voordelig dat ook zij bij hun werkgevers kunnen verblijven om verplaatsingen te beperken en een onnodige verhoging van het risico op besmetting te vermijden.

 

Indien een asielzoeker bij een werkgever besmet geraakt, kan hij opnieuw worden opgevangen en wordt hij geïsoleerd en verzorgd, zoals gebeurt met degenen die al in het centrum waren.

 

De werkgevers worden geïnformeerd over de maatregelen die zij moeten nemen inzake afstand houden en hygiëne.

 

Asielzoekers die werken terwijl zij in een opvangplaats verblijven, moeten inderdaad bijdragen aan hun opvang. De bedragen daarvoor zijn bepaald in het koninklijk besluit van 12 januari 2011.

 

Indien verzoekers bij hun werkgever wonen, geldt die bijdrageverplichting niet.

 

On a parlé d'un reportage de la RTBF sur les centres fermés. Malheureusement, je n'ai pas le temps de regarder la télévision.

 

Ik heb die reportage niet gezien, dus ik kan niet weten of het om oude of nieuwe beelden gaat. Ik kan wel getuigen van de toestand in de gesloten centra. Ik moet de vragen die ik hier gehoord heb toch een beetje nuanceren. Het is altijd de vraag of de berichtgeving respectvol was over de inzet van het personeel en of zij strookt met de waarheid.

 

Het is moeilijk te weten of er oude beelden gebruikt zijn, van toen er nog een volledige bezetting was. Men moet weten dat die bezetting nu aan minder dan de helft zit. Als de bezetting in een gesloten centrum minder dan de helft bedraagt, betekent dat heel wat voor de afstand tussen de mensen.

 

De vraag was ook of iedereen daar de gelegenheid heeft te slapen op een matras. Ik heb dat nagevraagd, en dat is inderdaad het geval. Iedereen heeft minstens een matras. Niemand moet daar op de grond liggen. Ik meen dat wij wat dat betreft toch mogen zeggen dat er een karikatuur gemaakt is van de toestand.

 

Je peux comprendre que les résidents des centres fermés n'ont pas envie de s'y trouver mais il m'appartient de faire respecter la loi.

 

Ik heb ook gevangenissen bezocht, want ik zorg voor de mentale begeleiding in gevangenissen, via pilootprojecten. Ik moet zeggen dat ik nooit iemand gevonden heb die daar graag zit. Ook in een gesloten centrum zal men niemand vinden die daar graag zit. Nee, dat kan gewoon niet, want iedereen is liever vrij. Dat is menselijk en wij moeten dat begrijpen.

 

Je comprends les gens qui disent qu'ils sont mécontents. C'est normal. Je ne serais pas contente d'être enfermée dans un centre fermé ou dans une prison. Qui le serait? C'est humain.

 

Il faut bien se rendre compte du fait que certains ont intérêt à présenter la saturation de la manière la plus négative possible. Pour relativiser cela, il faut avoir des informations objectives et il ne faut pas se contenter d'écouter une seule version des faits. Si on ne suit pas cette démarche, on ne témoigne pas du respect nécessaire dû au personnel, qui met tout en œuvre au quotidien pour continuer à faire de son mieux dans des circonstances difficiles. L'Office des étrangers et les directions des centres fermés ont, depuis le début de la crise du coronavirus, assumé leurs responsabilités et ont mis en œuvre les recommandations des scientifiques.

 

Lorsque d'autres problèmes se présentent, ceux-ci sont également rapidement résolus.

 

Oui, il y a des problèmes dans les prisons et dans les centres fermés. Mais il y a aussi des problèmes dans certaines familles qui sont également liés au confinement.

 

Il faut trouver des solutions aux problèmes. Par exemple, pour le cas des sandwiches, l'entreprise de catering est immédiatement intervenue.

 

J'en arrive ainsi aux principales mesures qui ont été prises. L'ensemble des centres fermés suivent, comme je l'ai dit, les directives formulées par le Risk Assessment Group et ont procédé à une adaptation de leurs infrastructures et de leur fonctionnement.

 

Les mesures visent essentiellement à répartir au maximum les résidents et à imposer des mesures d'hygiène strictes. Tant ces derniers que le personnel sont sensibilisés au respect de toutes les règles. Le taux d'occupation par centre a été drastiquement réduit pour pouvoir assurer la répartition des résidents et la distanciation sociale dans les chambres, les dortoirs, les salles à manger et les autres espaces communs. De plus, le nombre de personnes qui peuvent participer en même temps à certaines activités a été limité et la circulation dans les centres a été adaptée.

 

Toutes les mesures ont pour objectif d'éviter les contacts entre les différents groupes de résidents. Le personnel et les autres personnes qui entrent dans le centre doivent obligatoirement porter un masque buccal lorsque la distance nécessaire ne peut être respectée. Des masques buccaux ont également été distribués aux résidents.

 

Le 27 avril, on comptait encore 162 personnes dans les centres: 15 à Bruges où l'infrastructure n'est pas optimale, 62 à Merksplas, 36 à Vottem, 18 à Steenokkerzeel, 25 au Caricole, et 6 à Holsbeek.

 

Quand on connaît les centres, on sait qu'avec une telle occupation aucun problème de distanciation sociale ne se pose dans les dortoirs, par exemple.

 

Met die bezetting is er geen probleem inzake social distancing in de slaapzalen. Soms liggen mensen zelfs alleen in een kleine slaapzaal.

 

In de gesloten centra hebben wij testen gedaan en toch is er tot nu toe geen enkele besmetting met COVID-19 vastgesteld. Bij een vermoeden van besmetting is er meteen in isolatie voorzien. Het is altijd de centrumarts die beslist wanneer een persoon in of uit medische isolatie gaat.

 

Le service médical suit quotidiennement les résidents malades. Jusqu'à présent, nous n'avons pas eu de patient atteint du coronavirus mais il se peut toujours qu'une autre maladie se propage dans un centre.

 

Le service médical suit les personnes malades et, en cas de maladie grave, elles sont transférées à l'hôpital. On ne procédera pas à l'éloignement des personnes infectées tant qu'elles resteront contagieuses.

 

Dat zijn de afspraken die worden gemaakt voor het geval dat daar toch een COVID-19-besmetting zou worden vastgesteld.

 

En ce qui concerne le dépistage, les directives des scientifiques sont suivies aussi. Les nouveaux résidents et les membres du personnel qui sont probablement malades peuvent également être dépistés, afin de minimaliser le risque de propagation du virus. Les personnes qui sont entrées en contact avec un résident ou un membre du personnel potentiellement contaminé sont identifiées et font l'objet d'un suivi. Elles peuvent également être dépistées.

 

Als er twijfel is, wordt er getest – dat is simpel – want anders weet men niet wat men aan het doen is. Men moet weten of men iemand al dan niet moet isoleren.

 

Vorige keer was er ook heel wat te doen over de externe toegang en controle door Parlementsleden, maar die zijn mogelijk. De maatregelen die de centra nemen ter bescherming van de volksgezondheid hebben inderdaad een impact op de bezoekregelingen. Er is toegang mogelijk voor de Parlementsleden tot het centrum, maar niet tot de leefvleugels op een moment dat er bewoners verblijven, omdat de afstand niet kan worden gewaarborgd en omdat de bewoners schrik hebben dat de infectie van buiten naar het centrum wordt gebracht, waardoor zij er niet aan zullen kunnen ontsnappen.

 

Mevrouw Daems, ik weet niet wat er zo grappig is, maar ik zou het graag horen.

 

De Parlementsleden hebben ook de mogelijkheid tot telefonisch contact met bewoners.

 

L'Office des étrangers met tout en œuvre pour permettre aux parlementaires d'exercer leur droit de contrôle. Il n'est pas toujours possible de procéder de la même manière que ce qui se fait dans les prisons, étant donné que l'infrastructure des centres fermés est différente. Néanmoins, j'ai demandé à l'Office des étrangers s'il était possible de suivre davantage les procédures en place dans les prisons, de manière à avoir davantage de contacts avec les résidents des centres fermés. Jusqu'à présent, je n'ai pas encore eu de réponse.

 

Wat de vrijstellingen betreft, merk ik op dat gesloten centra enkel dienen voor opsluiting met het oog op verwijdering. Er moet altijd een zo efficiënt mogelijk gebruik van de plaatsen zijn. Het middel van de opsluiting moet zo weinig mogelijk worden gebruikt.

 

In 2018 waren er bijvoorbeeld 61 % verwijderingen op het totaal aantal opsluitingen. Ook in normale tijden zijn er vrijstellingen om juridische redenen, om medische redenen maar ook op bevel van de rechter. Ik moet er u ook op wijzen dat na de reportage een aantal rechters, omdat zij de reportage hadden gezien, hebben beslist meer mensen in vrijheid te stellen. Indien dat de bedoeling van de reportage was, dan is ze alleszins geslaagd. Er zijn ook vrijstellingen omdat de termijnen zijn verstreken. Er kan immers niet langer worden verlengd dan de termijnen dat wettelijk toelaten.

 

In 2019 ging het net zoals in 2018 om ongeveer 250 vrijstellingen per maand. Het waren er 250 per maand in 2018 en in 2019. De redenen waarom die vrijstellingen gebeuren, heb ik vermeld.

 

Zoals ik al heb aangegeven, klopt het dat er tijdens de eerste weken van de coronacrisis meer vrijstellingen zijn gebeurd. Dat gebeurde essentieel om twee redenen. Het ging om een eenmalige operatie, indien ze zo mag worden genoemd.

 

Een gedwongen terugkeer was, ten eerste, niet meer mogelijk omwille van een gebrek aan vluchten. Een vasthouding was bijgevolg wettelijk ook niet meer mogelijk.

 

Een tweede reden was de bescherming van de bewoners en het personeel, zodat er minder volk in het centrum zou zijn om de sociale afstand te kunnen bewaren.

 

Sinds de meest recente rapportering daarover hier in de commissie, ligt het aantal vrijstellingen echter heel wat lager dan het gemiddelde van de voorbije twee jaar. Dat komt doordat er minder mensen zitten, maar ook door het eenmalig feit dat mensen die geen kans op verwijdering hadden, het centrum al hadden verlaten. Ik heb mijn administratie de instructie gegeven om personen die feiten van openbare orde hebben gepleegd, te blijven vasthouden en hen zeker niet op eigen initiatief vrij te laten, maar alleen indien ze daartoe door de rechter worden gedwongen.

 

Aan personen die worden vrijgesteld wordt de vraag gesteld of ze over opvang beschikken. Dat blijkt in de overgrote meerderheid van de gevallen zo te zijn. Sommige personen zeggen wel ergens terecht te kunnen, maar willen de verdere informatie niet geven.

 

Dan kom ik tot de wettelijke vasthoudingen. Wat de uitspraken van de rechtsinstanties betreft, wordt in de overgrote meerderheid van de gevallen beslist tot een verdere vasthouding, dit zowel door de raadkamer als door de kamer van inbeschuldigingstelling. Dit toont aan dat de vasthoudingen in grote mate gewettigd zijn.

 

Uiteraard wordt bij het terugkeerproces de nodige zorgvuldigheid aan de dag gelegd. In elk individueel geval wordt nagegaan of verwijdering mogelijk is. Daar is een rechterlijke controle op. De wettelijke termijnen van vasthouding worden steeds gerespecteerd en opgevolgd.

 

Voor de personen die zich nu nog in de centra bevinden, bestaat nog steeds de mogelijkheid dat ze binnen een redelijke termijn kunnen worden verwijderd. De Europese Commissie heeft dit principe ook bevestigd. Het hangt er natuurlijk van af hoelang deze periode nog duurt. Als die met nog een jaar verlengd wordt, zal het niet meer mogelijk zijn, omdat er dan termijnen verstreken zijn. De bewoners hebben ook advocaten, dus blijft de toegang tot juridische bijstand zoals gewoonlijk gegarandeerd.

 

Ensuite, il faut savoir qu'en raison du trafic aérien fortement réduit et de la fermeture des frontières, les éloignements sont plus difficiles à organiser, mais restent possibles pour certaines destinations. Depuis le 18 mars, 48 éloignements ont pu avoir lieu – notamment vers les États-Unis, l'Albanie, le Brésil, la Croatie, la Roumanie, la Bulgarie, le Royaume-Uni, ainsi que la France. Ils étaient organisés vers le pays d'origine ou une destination prévue par le Règlement de Dublin ou des accords bilatéraux et de refoulement.

 

Pour éviter toute confusion, monsieur Rigot, veuillez noter que le chiffre que vous mentionnez dans votre question se rapporte au 13 mars – d'où la différence. Entre cette date et le 20 avril, l'Office des étrangers a éloigné 116 personnes. Quand on se livre à des comparaisons, il est utile de savoir que…

 

Als het over andere periodes gaat, dan krijgt men natuurlijk ook andere cijfers.

 

Ook mensen uit de gevangenis worden nu zoveel mogelijk rechtstreeks uit de gevangenis naar hun land van herkomst verwijderd. Desgevallend worden ze net als vroeger overgebracht naar een gesloten centrum.

 

Deze situatie heeft eveneens een impact op het verblijf van personen die zich op het grondgebied bevinden of zich naar België willen begeven. Ik heb met de administratie de afspraak gemaakt dat zij tijdens deze crisis, gegeven de operationele beperkingen, zoveel mogelijk correct moeten kunnen werken. Het is belangrijk dat men hieraan de nodige aandacht blijft besteden, want het gaat ook in deze moeilijke omstandigheden immers over mensen. Werken in deze omstandigheden is natuurlijk voor niemand een sinecure.

 

L'Office des étrangers peut exceptionnellement accorder l'accès au territoire belge pour raison humanitaire impérieuse. Chaque cas est examiné individuellement. Des liens familiaux durables – par exemple, pour des époux – relèvent certainement de cette situation. Des exceptions ont aussi été concédées lors de vols directs entre la République démocratique du Congo et notre pays pour des époux de Belges qui n'ont pas de titre de séjour officiel ici. C'est en effet plus simple pour les vols directs, car les compagnies aériennes appliquent une politique stricte.

 

De vernieuwing van een verblijfstitel moet bij de gemeente van verblijf worden aangevraagd. De Dienst Vreemdelingenzaken heeft de gemeenten aanbevolen hiervoor de voorkeur te geven aan een elektronische uitwisseling. Het is dus mogelijk om de vernieuwing van de verblijfstitel per e-mail aan te vragen. Sommige gemeenten werken ook voor anderen die niet via mail kunnen werken, op basis van afspraken, met de nodige veiligheidsmaatregelen voor de betrokken mensen en hun personeel. Men gebruikt dezelfde manier van werken voor de attesten van immatriculatie.

 

Aangezien de Dienst Vreemdelingenzaken operationeel blijft, worden de aanvraagdossiers verder onderzocht en worden er beslissingen genomen. Ik heb elke dinsdagmorgen een vergadering met de heer Roosemont en mensen van de andere diensten, zoals de heer Luxen. De Dienst Vreemdelingenzaken overhandigt geregeld dossiers aan het Commissariaat-generaal en de heer Van den Bulck verzekert mij dat er nog steeds beslissingen worden genomen.

 

Het is ook nog steeds mogelijk om een bevel om het grondgebied te verlaten te geven aan personen aan wier procedure een einde wordt gesteld. Ze kunnen dan een aanvraag indienen om de termijn van het bevel te verlengen.

 

Actuellement, les demandes de séjour sont toujours traitées au cas par cas, donc sur une base individuelle. Aucune initiative n'est prévue pour une régularisation de type collectif à destination des personnes en séjour illégal en Belgique.

 

U weet dat ik daarvoor al enkele betogingen aan mijn deur heb gehad.

 

Les personnes en séjour illégal étaient censées avoir quitté le pays souvent depuis bien longtemps. La crise sanitaire actuelle n'est pas une raison qui, à elle seule, permet de régulariser leur séjour, même temporairement.

 

Concernant la demande en vue d'obtenir la nationalité belge, c'est de la compétence du ministre de la Justice.

 

Over uw concreet verhaal weet ik echt niets, mijnheer Metsu, anders zou ik er iets over zeggen. Ik twijfel er niet aan dat het gebeurd is, maar ik heb er geen weet van.

 

Monsieur Rigot, vous avez demandé si nous sommes en train de préparer les centres pour le déconfinement. Oui, évidemment, nous pensons là aussi qu'il faut changer les mesures que nous avons prises. Nous sommes en train de faire des propositions qui doivent à nouveau être agréées par le RMG. Ce sont eux qui s'occupent des centres collectifs. Il faut être sûrs qu'il n'y ait pas de risque aigu pour les gens qui se trouvent dans les centres.

 

Ten slotte heb ik nog een woordje over de designmeubelen, mijnheer Van Langenhove. Na de aankoop van kilo's chocolade en de fietsen of luxefietsen hebt u toch opnieuw iets gevonden dat u een beetje kunt opblazen. Het gaat helemaal niet om designmeubelen. Gezien onze infrastructuur zouden die daar trouwens niet passen. Er zijn wel banken gekocht die plaats bieden aan een tiental personen. Die banken worden ook veel gebruikt in scholen en culturele centra, en nu dus ook in een centrum waar 400 mensen permanent wonen.

 

Op de banken is plaats voor 10 personen, maar misschien kunnen er, gezien de omstandigheden, nu maar 3 personen op plaatsnemen. Er is voor veilig materiaal gekozen, met afgeronde hoeken, zodat mensen zich er niet aan kunnen verwonden. Het materiaal moet robuust en vandalismebestendig zijn. Het kan met andere woorden niet de bedoeling zijn dat zo'n bank in de fik wordt gestoken. De banken moeten een dik en hard omhulsel van plastic hebben. De banken moeten zo zwaar zijn dat ze niet verplaatst kunnen worden. Ze kunnen bijvoorbeeld met zand worden opgevuld. Ze moeten ook hygiënisch zijn. Ze moeten grondig gereinigd kunnen worden, meer nog, ze moeten met een hogedrukreiniger gepoetst kunnen worden.

 

U hebt dat type banken teruggevonden en u hebt er dan designbanken van gemaakt. Ik ken uw opvattingen over design niet, maar andere mensen, andere smaken. Dat zal ook voor u wel zo zijn, maar er is, zoals altijd, in alle centra, voor banken gekozen met essentiële kenmerken inzake veiligheid, robuustheid en onderhoudsvriendelijkheid.

 

De voorzitter: Dank u voor uw antwoorden, mevrouw de minister. Alle vraagstellers krijgen nu de gelegenheid voor een repliek.

 

Le président: Monsieur Rigot, vous êtes bien là?

 

01.18  Hervé Rigot (PS): Monsieur le président, oui, rassurez-vous! Madame la ministre, je vous remercie de vos réponses. Je reste quelque peu sur ma faim en ce qui concerne la protection du personnel, la consultation syndicale et la procédure de transfert.

 

(…)

 

Le personnel médical de première ligne doit d'abord filtrer avant d'orienter vers les services d'urgence ou les hôpitaux. C'est pourquoi il me paraît important que ce type de masque soit mis à la disposition du personnel de Fedasil. J'ai entendu que l'organisme lui avait proposé une prime afin qu'il se procure lui-même les masques. Ce ne peut pas être accepté, car c'est l'employeur qui a la responsabilité de fournir les moyens de protection utiles.

 

Le principe de l'isolement est là théoriquement, mais il ne fonctionne pas, faute d'équipes en nombre suffisant. Pour bien connaître le terrain, je puis vous certifier que nous avons besoin de résultats.

 

Pour revenir à vos propos, les communes traversent des situations difficiles, mais il est possible d'envisager des centres collectifs. Où en est-on dans l'ouverture du centre d'Herbeumont?

 

(…)

 

Quand ces places sont fermées par les CPAS, alors que nous en avons besoin, nous les payons quand même puisqu'on n'annonce pas officiellement une place non occupée. J'estime qu'un contrat est un contrat. Lorsque l'on s'engage, commune ou pas, on s'y tient. Nous n'avons contraint personne, puisqu'il ne s'agit pas d'un plan de répartition, à s'engager dans l'accompagnement individuel. Donc, les initiatives locales d'accueil (ILA) sont utiles pour les publics vulnérables.

 

Je comprends ensuite tout à fait l'absence de tests d'âge, mais maintenons les jeunes en doute d'âge dans les structures réservées aux mineurs. L'intérêt supérieur de l'enfant doit toujours être préservé.

 

S'agissant des centres fermés, je vous dirais que vous vous retranchez derrière un manque de temps pour examiner les informations. Il ne s'agit pas de savoir si vous regardez Thuis le week-end, mais bien de voir si vous êtes au courant d'un fait d'actualité qui a été relayé. C'est quand même la RTBF qui diffuse un reportage. On peut donc espérer que vous exerciez un regard critique, que vous interrogiez votre administration et lui demandiez un rapport pour que nous recevions ensuite une réponse. Vous ne pouvez pas condamner une émission – et d'autant moins si vous l'avez pas regardée. Vous avez raison, il faut une information objective, mais je ne vous donne pas non plus un chèque en blanc, même en pouvoirs spéciaux. Il est de notre rôle d'attendre des réponses à nos questions, madame la ministre, et nous vous demandons d'instruire et de confirmer si cette situation ne fonctionne pas.

 

Concernant les chiffres que je vous ai transmis, ils étaient fondés sur une réponse antérieure que vous m'aviez communiquée. S'ils sont inexacts, c'est que probablement la réponse n'était pas assez précise ou que je ne l'ai pas bien traduite. Toujours est-il que là se pose la question de maintenir dans des centres fermés des personnes dont on sait pertinemment qu'on ne pourra pas les renvoyer dans leur pays en l'état. Elles ne sont pas dans une situation de détention préventive mais simplement en attente d'exclusion, qu'on ne permettra de toute façon pas. Je vous demande donc de revoir un petit peu cette position.

 

J'ai entendu des remarques qui me choquent de la part de collègues. Le Parlement a un rôle de contrôle à l'égard des ministres et de l'administration, c'est sûr, mais on ne doit pas non plus perdre de vue qu'on ne peut pas mettre sur la table n'importe quelle remarque ou n'importe quel fait divers. On doit conserver un sens critique et user de notre droit et de notre honneur pour faire passer les bons messages et non pas de faux messages qui salissent l'administration, le politique, la politique de notre pays, les ministres mais aussi quelquefois – ne perdons pas cela de vue – les bénéficiaires. Je vous remercie.

 

De voorzitter: Merci, monsieur Rigot. U overschreed de spreektijd enigszins, maar ik wijt dat aan technische problemen.

 

01.19  Ludivine Dedonder (PS): Madame la ministre, j'ai attendu longtemps et je n'ai pas eu de réponse à ma question. Lors de la séance précédente, j'avais posé une question pour les centres de Tournai et Mousrcon et je n'avais pas eu de réponse. Je n'ai toujours pas de réponse aujourd'hui et je me demande si vous allez enfin me répondre.

 

S'agissant de ces deux centres, vous m'avez seulement dit qu'il n'y aurait plus de nouvelles places pour des demandeurs d'asile. Mais ce n'était pas ma question! Ma question était de savoir ce que nous allions faire pour désengorger les centres. Que fait-on pour réduire le nombre de résidents dans ces centres? Dans ces deux grands centres, les règles de distanciation sont difficilement applicables. Il s'agit d'informations objectives, vous le savez!

 

D'une manière générale, je plaide pour des centres de plus petite capacité. À Mouscron, il y a eu dernièrement des bagarres assez violentes qui ont nécessité une intervention de la police. La cause est qu'il y a trop de personnes réunies en un seul lieu!

 

J'avais rebondi sur l'ouverture d'un centre, dont vous nous aviez parlé lors d'une précédente réunion, pour envisager un transfert des plus gros centres. Cela peut très bien s'envisager.

 

Je réitère donc ma question, en espérant avoir une réponse aujourd'hui. Est-il prévu de désengorger les centres existants? Si oui, avec quel planning et avec quelles priorités?

 

01.20  Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de minister, vandaag is het enigszins anders dan gebruikelijk, aangezien u zegt dat u mijn vraag niet kunt beantwoorden. Ik kan u echter geruststellen door u mee te delen dat u mijn vraag tijdens uw discours wel hebt beantwoord.

 

Uw antwoord is echter wel wat zorgwekkend. Ik had namelijk verwacht dat u over die specifieke casus, die veel verder gaat dan mijn gemeente alleen, even verbouwereerd zou zijn als ik. U onderschrijft die casus echter, u hebt ze blijkbaar ook goedgekeurd en u bent dus op de hoogte.

 

U legt ons terecht op dat wij in ons kot moeten blijven. Niet-essentiële verplaatsingen zijn verboden. Om echter de kans op besmettingen binnen de open asielcentra te vermijden, zegt u in uw betoog letterlijk dat de uitstroom verhoogd moet worden. Dat betekent dus het streven naar een lagere bezettingsgraad. Daaromtrent zegt u letterlijk: "Hun verblijf is niet verplicht." Een asielzoeker van een open centrum mag dus hier te lande gaan, bij kennissen – het hoeft zelfs geen familie te zijn – waar hij of zij wilt. Asielzoekers mogen dus samenhokken. Daar krijgen zij bovendien een vergoeding voor – ook dat is nieuwe informatie voor mij – want u sprak over de zogenaamde maaltijdcheques. Zowat 600 asielzoekers, zo zei u, die niet gecontroleerd zijn op COVID-19, hebben de asielcentra verlaten. Zij mogen nu elders, ook al is het als haringen in een ton, samenhokken.

 

In mijn gemeente, nabij Antwerpen, verblijft er momenteel een vrouw, zwanger van haar vijfde kind, en zij moet met acht personen samenhokken op een klein appartement met twee slaapkamers. Wat ik nu zeg, is misschien heel kras, maar in mijn ogen is die situatie schuldig verzuim. Dat krijgt u niet uitgelegd aan de burgers en zelfs niet aan die asielzoekers.

 

01.21  Yoleen Van Camp (N-VA): Mevrouw de minister, ik vond uw antwoorden in de vorige vergadering zeer duidelijk, maar vandaag eigenlijk helemaal niet. Ik vond ze verwarrend en vaak ook rond de pot draaiend, zonder echt tot de concrete vragen te komen die wij hadden gesteld.

 

Ik heb voor mijn repliek nog een aantal simpele ja-neevragen voorbereid, zodat u gewoon kunt knikken en wij hierop wel een antwoord krijgen.

 

De eerste vraag was vrij simpel. Zaten er bij de vrijlatingen van criminelen criminele illegalen? U zegt neen?

 

01.22 Minister Maggie De Block: Ik heb u dat al gezegd. Er waren bij de eenmalige loslating geen mensen die feiten hadden gepleegd tegen de openbare orde. Als er ondertussen mensen zijn wier termijn is verstreken of over wie de rechter na de befaamde reportage bij de RTBF heeft geoordeeld dat we ze moesten laten gaan, dan hebben we die moeten laten gaan. Wij volgen de wet, of u dat nu graag heeft of niet. Wij respecteren de wet.

 

01.23  Yoleen Van Camp (N-VA): Dat is duidelijk. Dan bent u ook in dit antwoord geruststellend. Er zijn dus geen criminele illegalen gelost uit de gesloten centra en ook niet rechtstreeks uit de gevangenissen. Dat is alles wat ik van u wilde horen.

 

Ik had ook nog een vraag over die vrijlating uit het gesloten centrum. Is die man uiteindelijk vrijgelaten of gerepatrieerd? Dat was mij ook niet duidelijk.

 

01.24 Minister Maggie De Block: Iedereen waar ik voor zorg in een centrum of een ziekenhuis is mij dierbaar, maar vergeef mij als ik niet iedereen ken. Ik weet dat niet. Ik hou mij niet bezig met individuele gevallen. Dat is ook geen beleid.

 

01.25  Yoleen Van Camp (N-VA): Dat klopt. Daarom vroeg ik u of er nog gevallen zijn.

 

01.26 Minister Maggie De Block: Ik heb al die maatregelen in de centra genomen om het personeel te beschermen, om de besmettingen in onze centra buiten te houden en u vraagt mij nu naar één persoon. Ik weet niet over wie het gaat. Ik weet dat gewoon niet.

 

01.27  Yoleen Van Camp (N-VA): Mevrouw de minister, ik leid uit uw antwoord af dat dit een uniek geval was en dat er verder geen personen uit de gesloten centra zijn vrijgelaten omdat geoordeeld werd dat de social distancing niet kon nageleefd worden.

 

Ik vind dat wel belangrijk. Al gaat het slechts om één geval, dat kan een precedent scheppen voor alle andere gevallen. Ik vind het niet kunnen dat meer dan de helft van de populatie is vrijgelaten om die hygiënemaatregelen na te leven, als daarna blijkt dat de rechtbank oordeelt dat dit niet het geval is en daardoor nog veel meer mensen moeten vrijgelaten worden.

 

Zoals gezegd, als u plaats wilt maken, zet dan verder in op repatriëring.

 

01.28 Minister Maggie De Block: De scheiding der machten is een gegeven dat wij moeten aanvaarden.

 

01.29  Yoleen Van Camp (N-VA): U zei dat repatriëringen nog kunnen plaatsvinden. Daarvoor hebt u uiteraard wel onze volle steun. Ik hoop dat er nog zullen volgen. Dit is de manier om ruimte vrij te maken en om dergelijke gevallen van personen die gaan procederen omdat hun veiligheid niet gegarandeerd is, te kunnen vermijden.

 

Ik wil hier toch nog eens oproepen om die zaak wel onder de loep te nemen. Mocht in deze zaak nog geen volledige uitspraak zijn gedaan, dan vraag ik dat u in beroep gaat, om geen precedenten te scheppen, dat u beslist om de persoon in kwestie te repatriëren en dat u dit voor alle volgende gevallen ook doet, in plaats van hen vrij te laten. Ook daarvoor krijgt u dan onze volledige steun.

 

01.30  François De Smet (DéFI): Madame la ministre, j'ai l'impression qu'on n'a pas reçu de réponse claire et circonstanciée sur le centre fermé de Merksplas, sur ce qui figure dans le reportage de la RTBF et qui a été soulevé par Centre fédéral Migration, Myria.

 

Madame la ministre, je vous demande vraiment de prendre le temps de regarder ce reportage. Un collègue a même mis le lien pour accéder à ce reportage dans la fenêtre de chat. Cela mérite vraiment qu'une investigation soit menée et que la direction de ce centre soit interrogée.

 

Pour le reste, je reste toujours un peu choqué d'entendre des comparaisons systématiques entre les centres fermés et la prison. Un point commun, c'est que les gens qui y sont ne veulent pas y être. C'est indéniable! Mais pour le reste, quelle comparaison violente, sachant que la plupart des gens en centre fermé n'ont commis qu'un seul délit, celui de ne pas être en ordre de séjour! Je trouve que cette comparaison en dit beaucoup.

 

Voici un mois et demi que le monde s'est arrêté, que les frontières pour la plupart sont coupées, que la majorité des avions ne volent plus, que l'horeca et que la culture sont à l'arrêt. Mais nous continuons à expulser des étrangers. Je ne parle même pas des personnes dangereuses ou condamnées. Cela, je crois que cela ne pose pas de problème. Mais nous continuons à expulser des gens qui n'ont pas commis d'autre délit que le fait d'être sans titre de séjour valide sur notre territoire. Cela dit quand même beaucoup de choses sur notre monde et cela me rend plutôt triste.

 

01.31  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, u hebt veel informatie gegeven. Toch heb ik vier punten van repliek.

 

Ten eerste, over de asielaanvragen en de digitale registratie zegt u dat er in de komende weken nog 600 aanvragen moeten worden behandeld. Daaruit leid ik af dat de wachttermijn voor de niet-kwetsbare profielen serieus aan het oplopen is, tot blijkbaar enkele weken. Dat is problematisch omdat er in dit nieuwe systeem geen opvang is vooropgesteld in de periode tussen de registratie en de eigenlijke afspraak om de asielaanvraag te doen.

 

Wat de kwetsbare profielen in dat systeem betreft, hebben we het over een federale procedure. Die heeft als effect dat er geen garantie voor opvang is. Dat was wel veel meer het geval in het vorige systeem. Dus eigenlijk is het ook aan de federale overheid om hierin haar verantwoordelijkheid te nemen en wel opvang te gaan organiseren. Zelfs voor de kwetsbare profielen kunt u ons niet verzekeren dat er opvang is. U hebt in uw antwoord verwezen naar een aantal lokale overheden. Dat kennen we, maar er vallen daar manco's, dus het is geen goed systeem.

 

Ten tweede, wat de uitstroom uit de asielcentra betreft, wil ik refereren aan de uiteenzetting van collega Metsu. Het systeem van maaltijdcheques en dergelijke was voor mij niet nieuw. Ik vind het begrijpelijk dat men een uitstroom uit de asielcentra, waar de bezettingsgraad nu 97 % is, probeert aan te moedigen in COVID-19-tijden. Alleen moeten we erover waken dat het alternatieve logement in orde is en dat dit gebeurt in menswaardige omstandigheden. Men kan niet zomaar mensen laten uitstromen uit de asielcentra van Fedasil zonder de garantie dat zij een goed en menswaardig alternatief hebben.

 

Het is zeer belangrijk dat de uitstroom naar de LOI's op peil blijft, anders gaat de druk verhogen om LOI's te sluiten en zijn we ze ook kwijt.

 

Ten derde, de gesloten centra. Ik heb zeer veel respect voor de directie en het personeel van gesloten centra, die in moeilijke omstandigheden werken. Maar, mevrouw de minister, van u had ik eigenlijk een duidelijk engagement verwacht en een erkenning dat er dingen fout gelopen zijn, dat u dat erg vindt en dat u dit zult aanpakken. Dat heb ik gemist in uw antwoord.

 

Wat Merksplas betreft, u zegt de reportage op de RTBF niet te hebben gezien, maar dat is ook niet nodig. Veel collega's hebben in hun vraag verwezen naar Merksplas. U of uw kabinet had zich moeten informeren over wat er daar precies gaande is, ook al hebt u de reportage zelf niet gezien. Dat is niet relevant.

 

Ik heb een aantal voorbeelden gegeven, bijvoorbeeld dat er niet altijd warm water is en dat er veel meer gebruik wordt gemaakt van isoleercellen, ook voor mensen die ziek zijn, maar daarop bent u niet ingegaan. U bent wel ingegaan op mijn vraag over het bedorven voedsel. Dat was een concreet antwoord, maar op een aantal andere punten kwam er geen antwoord.

 

Ik heb die globale erkenning van u gemist waar u zou zeggen dat er zaken fout lopen en dat u ze zou aanpakken, want dat dit voor u onaanvaardbaar is.

 

Ten slotte, mijn collega Simon Moutquin heeft gelijk. Wij weten wat er gaande is in Merksplas alleen omdat Myria daar een aantal getuigenissen heeft verzameld. Wij weten veel minder goed hoe de situatie in andere gesloten centra is. Die controle van ngo's, Migratienetwerk en van Parlementsleden is belangrijk. Ik ben ervan overtuigd dat wij dat kunnen organiseren, met respect voor social distancing.

 

Mevrouw de minister, u hebt gezegd dat u aan DVZ zou vragen om meer contact in de gesloten centra mogelijk te maken. Betekent dat meer fysieke plaatsbezoeken? Is het dat wat u bedoelde met meer contact? Dat was onduidelijk. Bedoelt u telefonisch contact of echt wel plaatsbezoeken, waarvoor wij allemaal vragende partij zijn, uiteraard rekening houdend met veiligheids- en gezondheidsvoorschriften?

 

01.32  Ben Segers (sp.a): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw uitvoerig antwoord. Ik heb u heel veel gevraagd, bedankt om heel veel daarvan na te gaan, op te vragen en op te lijsten. Veel van mijn vragen gingen vandaag over de meest kwetsbaren. Duidelijk is dat u voor veel aspecten aan oplossingen werkt, maar voor veel andere zaken blijft er nog veel werk voor de boeg. Ik wil u oproepen om hiervan blijvend werk te maken en deze crisis meteen, hoe vreemd dat ook mag klinken, als een opportuniteit te beschouwen om nieuwe en innovatieve wegen te bewandelen en zo van de Dienst Vreemdelingenzaken, Fedasil en nog andere diensten sterke overheidsdiensten te maken, diensten van de eenentwintigste eeuw.

 

In die zin ben ik erg tevreden over de inspanningen die u hebt geleverd om werk te maken van verbeterde internettoegang in de opvangcentra. Het vormt een wereld van verschil voor alle bewoners, zeker ook voor de minderjarigen, om contact te kunnen blijven hebben met wie hen liefheeft, maar ook om hen op de hoogte te kunnen brengen van de COVID-maatregelen. Tegelijk is het essentieel voor hun verdere ontwikkeling om hun leermogelijkheden te blijven stimuleren. Ik reken erop dat u dit blijft doorduwen.

 

Ik had veel aandacht voor de meest kwetsbaren in mijn vragen, met ook wel een stevige focus op de niet-begeleide minderjarigen. Ik wil u oproepen om hen zoveel mogelijk bij te staan, zeker in deze bijzondere omstandigheden, bij het indienen van de asielaanvragen, maar ook om de opvang van de niet-geregistreerde minderjarigen te verzekeren, van welke leeftijd ook, dus ook van zij die ouder zijn dan 15. Ik blijf dit opvolgen bij volgende commissievergaderingen en hoop verdere goede stappen te mogen verwelkomen.

 

01.33  Greet Daems (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik dank u voor het antwoord.

 

Wat nu in Merksplas gebeurt, maakt duidelijk dat er dringend transparantie en duidelijkheid over de situatie in de gesloten centra moet komen.

 

Het is onaanvaardbaar dat die wantoestanden via verborgen camerabeelden van bewoners zelf naar de media moeten gaan. U vraagt zich af of die beelden wel de waarheid weergeven, maar zij tonen juist aan waarom controles door advocaten, ngo's en volksvertegenwoordigers noodzakelijk zijn, wat de heer De Vriendt daarnet ook al aanhaalde.

 

U maakt ook de opmerking dat ik verwoord dat in het centrum van Merksplas veel angst heerst. U relativeert dat, door te stellen dat de hele bevolking angst heeft. Tegelijkertijd blijft u echter verdedigen dat volksvertegenwoordigers niet in de vleugels mogen komen waar de mensen worden vastgehouden, omdat er veel angst zou zijn om besmet te worden.

 

Ik begrijp uw opmerking dan ook niet goed. Na het zien van de beelden die via RTBF werden verspreid, kunnen wij niet anders dan concluderen dat er in het gesloten centrum van Merksplas geen veilig onderkomen meer is.

 

Wij maken ons echter ook grote zorgen over de situatie in de andere gesloten centra.

 

Mevrouw De Block, wij pleiten er dan inderdaad ook voor om de bewoners over te plaatsen naar plekken waar de veiligheidsmaatregelen wel op een menswaardige manier kunnen worden gegarandeerd. U nodigt mij uit daarover samen een denkoefening te maken. Er zijn echter door tal van organisaties al zoveel ideeën gelanceerd.

 

Ook tijdens het vorige actualiteitsdebat is de problematiek aan bod gekomen. Toen is de piste van leegstaande vakantieparken naar voren geschoven. Zij zouden kunnen worden opengesteld voor daklozen maar ook voor die mensen.

 

Het gaat hier over de algemene volksgezondheid. Het is in het algemeen belang van iedereen dat ook die mensen ergens kunnen verblijven.

 

Mijn tweede vraag ging over de mensen die uit de gesloten centra zijn vrijgelaten. U antwoordde dat de overgrote meerderheid wel opvang bij familie of vrienden heeft. Wat gebeurt er echter met de mensen die geen opvang hebben? Daarover hebt u niets gezegd. Wij kunnen ze toch niet zomaar aan hun lot overlaten? Ook voor hen moet er een oplossing komen.

 

De Brusselse burgemeester bekritiseerde onlangs zelf in de gemeenteraad de aanpak van de Dienst Vreemdelingenzaken. Hij verklaarde dat 298 asielzoekers zonder meer zouden zijn vrijgelaten en naar het station van Brussel-Noord zouden zijn gebracht.

 

Dat kan echt niet. In een tijd waarin de hele bevolking is gesensibiliseerd om binnen te blijven, moeten wij ervoor zorgen dat iedereen binnen kan blijven en dat niemand achterblijft. Dat betekent dat wij actief naar opvang voor die mensen zullen moeten zoeken.

 

01.34  Franky Demon (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, wij hebben heel wat antwoorden, maar op sommige zaken hebt u niet onmiddellijk concreet geantwoord. Ik heb begrepen dat u inspanningen doet met betrekking tot social distancing in asiel- en noodopvangcentra.

 

U nam even een bocht en zei met betrekking tot kleinschalige lokale opvang dat het nu moeilijk is voor gemeente- en stadsbesturen enzovoort. Akkoord, het is nu moeilijk, maar er ligt in uw schuif natuurlijk wel een spreidingsplan klaar. Ik heb daarover vandaag een vraag gesteld, maar ik heb niet onmiddellijk een antwoord gekregen. CD&V wilt dat dit spreidingsplan met lokale opvang in kleine entiteiten uitgerold wordt. Het zou voor u handig geweest zijn in deze periode dat mensen in kleinere ruimtes en lokaal in aparte woningen zouden opgevangen worden. Pak die uitdaging voor de toekomst op en rol uw spreidingsplan uit.

 

U verwees naar mevrouw Muylle en de heer Ducarme, het is mij om het even, maar het is belangrijk dat iedereen, ook mensen op de vlucht en zonder papieren, de basisrechten krijgen. Wij steunen u ook als u zegt dat wij in deze tijden voor tijdelijke verblijfsvergunningen moeten gaan. Wij vragen wel dat u en uw collega's er blijvend voor zorgen dat iedereen van de basisrechten, gezondheid en voeding, kan gebruikmaken.

 

01.35  Vanessa Matz (cdH): Madame la ministre, je vois que toute cette conversation vous met largement en joie. On parle pourtant de situations relativement pénibles pour ceux qui les vivent, qu'il s'agisse du personnel de tous ces organismes ou des résidents en centre fermé ou en centre d'accueil ouvert. Vous avancez comme argument que tout le monde a peur et que c'est normal. Vous savez pourtant que notre mission en tant que politiques est d'assurer la protection des plus vulnérables et toutes ces personnes sont dans une vulnérabilité particulière durant cette épidémie.

 

Vous avez effectivement répondu. Je ne dirai pas le contraire. Dire que vous l'avez fait de manière satisfaisante, je n'irai pas jusque-là. Vous direz probablement aussi que c'est très subjectif et que c'est politique. Je vous répondrai que le rôle de l'État est d'assurer, comme je viens de le rappeler, la protection des plus vulnérables.

 

Ce n'est pas une manière subjective d'apprécier la situation, c'est une manière objective et à ce titre-là, il y a encore d'énormes lacunes dans l'accueil des plus faibles. On a parlé des mineurs non accompagnés, de toute une série de demandes d'asile qui ne peuvent se formuler efficacement pour l'instant. On a aussi parlé des personnes en centre fermé. C'est de ces vulnérabilités-là que l'on parle et c'est le devoir de l'État d'assurer la protection de ces personnes.

 

Par rapport aux centres fermés et à la situation de Merksplas que d'autres collègues ont évoquée, vous dites que c'est probablement subjectif, qu'il faut avoir l'avis de tout le monde, etc. mais dès lors que vous ne permettez ni aux ONG ni aux parlementaires de pénétrer ces lieux de détention, comment voulez-vous que la partie objective, comme vous l'énoncez, puisse être mise à jour? Je pense que c'est un grand tort pour l'instant de ne pas pouvoir effectivement relater un certain nombre de situations. On a évoqué Merksplas mais il s'agirait aussi en toute transparence d'aller voir ce qu'il se passe dans d'autres centres fermés.

 

Vous avez également évoqué le nombre de personnes qui séjournaient encore dans ces centres. Je vous invite vraiment, même si cela a l'air d'être à moitié pris en compte, à accompagner au mieux toutes ces vulnérabilités. L'État doit, selon des conventions internationales et d'autres législations, assurer la plus haute protection possible, malgré les difficultés qui sont les nôtres.

 

Le secteur associatif est à votre disposition et formule tous les jours des recommandations. Appuyez-vous au moins sur celles-ci pour les discuter et mettre en place des solutions originales et inédites! Je vous remercie.

 

01.36  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Merci madame la ministre pour vos réponses. Personnellement, j'en ai manqué certaines, le son étant très mauvais par moments. Par exemple, je n'ai pas entendu les chiffres exacts concernant les rations et le budget alimentaires. Je vous poserai à nouveau certaines questions après avoir lu le compte rendu de la commission.

 

Concernant les centres Fedasil, dans un souci de pouvoir vous aider et que nous avancions ensemble de manière constructive, il serait intéressant de connaître les chiffres d'occupation de chaque centre. Cela nous permettrait de savoir là où il y a de la surpopulation. Nous pourrions dans ce cas, en tant qu'élus locaux et grâce à nos réseaux, pousser à des initiatives locales d'accueil (ILA) dans des communes proches. Vous parlez de pouvoirs locaux frileux, j'en connais certains qui sont désireux d'avancer mais qui attendent des directives ou des budgets. Je ne sais pas s'il s'agit d'enveloppes fermées dans le cadre des ILA.

 

Concernant les mineurs étrangers non accompagnés (MENA), je respecte, comme vous, le personnel, qui est inquiet comme beaucoup de personnes qui travaillent sur le terrain. Si je ne me trompe, vous avez parlé de seize demandes. Je me pose la question d'une alternative possible conjuguant votre souci de protéger le personnel de l'Office des étrangers et la réalité des MENA et des personnes vulnérables. Ne pourrait-on pas imaginer un entretien téléphonique direct, un numéro de téléphone qui pourrait être transmis aux MENA qui arrivent au Petit Château pour l'enregistrement de ces mineurs?

 

Concernant les centres fermés, vous parlez du besoin d'informations objectives et je vous rejoins sur ce sujet. J'ai été dix fois en centre fermé depuis le début de mon mandat et je n'ai aucun plaisir personnel à le faire. Personne ne se rend dans ce type de centre de gaieté de cœur. Je ne vous demande pas de me laisser, moi en tant que parlementaire, entrer dans les centres fermés. Je peux entendre vos arguments.

 

Ce n'est pas du tout mon propos. Je parle simplement de la nécessité d'un contrôle.

 

Puisque Myria a pu se rendre au centre fermé de Merksplas, pourquoi ne pas lui proposer de faire le tour des centres fermés, avec toutes les précautions requises, pendant une heure – y compris dans les ailes –, de manière à se livrer à une première expertise en attendant que les parlementaires puissent y aller?

 

Je voudrais vous assurer que, chaque fois que je me suis rendu dans un centre fermé, y compris la veille du confinement, j'avais pris toutes les mesures de sécurité nécessaires pour les résidents, le personnel et puis pour moi-même, mais ce n'est pas le plus important.

 

01.37  Dries Van Langenhove (VB): Ik zal de vragen die ik heb voorbereid voor het actualiteitsdebat formuleren als enkele korte aanbevelingen.

 

Ten eerste, de situatie in de asielzoekerscentra. Twee weken geleden werden asielzoekers geverbaliseerd omdat zij dronken waren, hadden ingebroken en de coronarichtlijnen hadden overtreden. Er was daar een asielzoeker die zijn handen weigerde te wassen met alcoholgel wegens de ramadan. Er zijn dus nog altijd redelijk wat incidenten in de asielzoekerscentra, maar ook daarrond. Wij krijgen nog altijd klachten. Foto's en filmpjes worden ons doorgestuurd. Zelfs burgemeesters trekken nog steeds aan de alarmbel.

 

Daarom vraag ik u, mevrouw de minister, de situatie te herbekijken. Opnieuw vraag ik u de asielzoekerscentra in lockdown te plaatsen en dat niet af te schuiven naar de Risk Assessment Group, zoals uw collega, minister De Crem. Dat zijn virologen, dat zijn geen mensen die weten wat zich op het terrein afspeelt. Dat zijn geen mensen die ervaring hebben met de materie van asielzoekerscentra en wat daar precies gebeurt. Ik wil u echt oproepen uw verantwoordelijkheid op te nemen en dat niet af te schuiven op enkele wetenschappers die echt geen expertise hebben wat dat deel van het debat betreft.

 

Hebt u er nog niet over nagedacht, mevrouw de minister, het recht op asiel tijdelijk op te schorten? Heel wat andere landen hebben dat gedaan. Ik stel voor dat u hun voorbeeld volgt.

 

Wat de werknemers in de asielzoekerscentra betreft, is er al heel wat gedaan, maar er is nog steeds werk aan de winkel. Wij krijgen ter zake nog altijd veel klachten.

 

Tot slot, ik hoop dat de illegalen die zijn vrijgelaten uit de gesloten centra minstens worden opgevolgd. U en ik weten dat geen enkele van die mensen het bevel het grondgebied te verlaten zal opvolgen. Alstublieft, volg die mensen op, zodat wij na deze crisis de grove fouten die gemaakt zijn kunnen rechtzetten.

 

De voorzitter: Ik dank iedereen voor zijn inbreng in dit actualiteitsdebat. De minister had tijd tot 16.30 uur om bij ons te blijven. Wij hebben die timing goed gerespecteerd. Ik stel de collega's voor dat zij, mochten zij nog bijkomende vragen of interpellaties hebben, die mondeling of schriftelijk indienen.

 

Volgende week komt de commissie voor Binnenlandse Zaken samen op dinsdagvoormiddag om 10 uur. Dan komt minister De Crem een aantal mondelinge vragen beantwoorden en houden wij de bespreking van het wetsvoorstel dat ter zake is ingediend.

 

Het secretariaat zal een datum zoeken voor een nieuwe vragenronde met minister De Block.

 

01.38  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mag ik nog heel even terugkomen op mijn laatste vraag, want ik dacht dat de minister daar nog op zou reageren?

 

Mevrouw de minister, u vraagt aan de DVZ om te onderzoeken welk contact er toch mogelijk is met betrekking tot de gesloten centra. Wat bedoelt u daar precies mee?

 

01.39 Minister Maggie De Block: Ik bedoel daar een fysiek contact mee, zoals in de gevangenis, waarbij de verplaatsing op een veilige manier kan gebeuren. Dan kan bijvoorbeeld door middel van plexiglas een contact mogelijk zijn.

 

01.40  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Ook door een Parlementslid?

 

01.41 Minister Maggie De Block: Ja, eventueel wel. Voor bezoekers in het algemeen.

 

01.42  Ludivine Dedonder (PS): Monsieur le président, j'aurais toutefois aimé obtenir une réponse à cette question posée depuis plusieurs semaines. La ministre me transmettra-t-elle cette réponse par écrit?

 

01.43  Maggie De Block, ministre: Que voulez-vous savoir?

 

01.44  Ludivine Dedonder (PS): Je ne vais pas relire la question. Vous l'avez reçue. Je veux savoir quand les centres et autres vont être désengorgés? 

 

01.45  Maggie De Block, ministre: Nous venons de le faire. Nous venons de 96 %, maintenant nous sommes, comme à Mouscron, à 90 % et les recommandations visent à diminuer à 85 %.

 

Si vous avez vraiment trouvé un moyen, il faut me le dire. Pour les nouveaux centres, il faut au moins deux à trois mois avant de commencer à élaborer le planning, et beaucoup d'éléments peuvent intervenir. Si vous avez un remède miracle, envoyez-le moi.

 

01.46  Ludivine Dedonder (PS): Je viens enfin d'avoir un semblant de réponse avec l'ouverture. Vous m'aviez parlé de l'ouverture du nouveau centre, et si je comprends bien, il faut attendre trois mois pour pouvoir transférer des personnes d'un centre vers le nouveau centre. C'est bien cela?

 

Le président: Vous aurez l'occasion de poser des questions dans les semaines à venir.

 

01.47  Ludivine Dedonder (PS): Je pose la même question chaque fois.

 

Le président: Je comprends.

 

Ik sluit de werkzaamheden voor vandaag en wij zien elkaar terug op een volgende vergadering. De agenda zal u nog deze week worden toegestuurd.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 16.34 uur.

La réunion publique de commission est levée à 16 h 34.