Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des
Matières administratives |
Commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid,
Migratie en Bestuurszaken |
du Mercredi 15 février 2023 Après-midi ______ |
van Woensdag 15 februari 2023 Namiddag ______ |
La réunion publique de commission est ouverte à 14 h 09 et présidée par M. Ortwin Depoortere.
De openbare commissievergadering wordt geopend om 14.09 uur en voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.
Les textes figurant en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes déposés par les auteurs.
De teksten die in cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.
De voorzitter: De heer Roggeman en mevrouw Safai hebben zich verontschuldigd.
01.01 Theo Francken (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, vorige week vond na aandringen van een aantal lidstaten, waaronder België, Nederland, Oostenrijk en – naar ik aanneem – nog een paar andere landen, een Europese top plaats over asiel en migratie. De vergadering heeft lang geduurd; men heeft tot even na 2 u ’s nachts samengezeten. Indien ik u mag geloven, werd een aantal knopen doorgehakt.
Naast uw reactie heb ik de verslagen van de vergaderingen gelezen en ik moet bekennen dat ik niet zie welke knopen werden doorgehakt. Mij lijkt de top maar een behoorlijk magere uitkomst te hebben opgeleverd.
De top zou een aantal punten behandelen. Het eerste punt betrof het concept van de buitengrens. Op dat vlak is er een kleine verschuiving door de verbetering van datamining. De data worden al van bij de aankomst beter in kaart gebracht. Het gaat dan over het aantal asielzoekers en hun nationaliteit. De resultaten van de screening worden sneller in duidelijke statistieken opgenomen, zodat er vlugger een antwoord komt op vragen of er nieuwe ontwikkelingen te merken zijn, nieuwe fenomenen, trends of filières, en de data worden beter gedeeld. Dat hebt u ook als positief bestempeld.
Daar kunnen wij natuurlijk niet tegen zijn. Dat had al lang het geval moeten zijn. Op dat vlak zijn ook al heel wat inspanningen geleverd. Het EASO heeft al deels meer controle op de buitengrens. Er zijn al heel wat protection officers van het Europees Asielagentschap in de buitengrenskantoren. Die data belanden normaal gezien al in databases. Ik weet dus niet precies wat op dat punt de grote aanwinst of winst zou zijn. Misschien kunt u dat even toelichten.
Wat wordt er beter gedaan? Wat gebeurde niet goed op het vlak van datadoorstroming?
Een tweede punt gaat over de screening. U pleitte voor vasthouding aan de buitengrens en een screening van vijf dagen. Is dat het standpunt van de Belgische regering? Is dat ook het standpunt van de Europese Raad? Zal dat worden uitgevoerd? Geldt de regeling ook voor minderjarigen? Is de regeling zo opgenomen in ontwerpteksten en heeft België zich akkoord verklaard? Ik kan me niet voorstellen dat Groen en Ecolo ermee instemmen dat niet-begeleide minderjarigen ook vijf dagen aan de buitengrens worden vastgehouden. Maar misschien vergis ik me en brandt het licht ook bij die partijen. Kortom, wat is de status van het hele screeningsverhaal en de vasthouding gedurende vijf dagen?
Een derde, heikel punt gaat over de bouw van hekken en de financiering ervan door de Europese Unie. U repliceerde wat flauw op mijn vraag daarover vorige donderdag dat het daarover niet echt gaat. Ik heb u toen gevraagd op welke planeet u leeft, want in de Europese en nationale pers komt dat voortdurend aan bod. Natuurlijk gaat het niet alleen daarover. Zoals vaak – dit is misschien niet altijd terecht of intellectueel eerlijk – focust de media op één concreet punt, namelijk de discussie of er hekken of muren aan de Europese buitengrenzen moeten worden gebouwd, gefinancierd en gecontroleerd door de Europese Unie.
Wat is de stand van zaken? In de teksten lees ik dat is afgesproken om proefprojecten op het vlak van grensbewaking te organiseren. Kunt u daar toelichting bij geven? Er zal daarnaast nog verder op die standpunten worden gewerkt. Kunnen er nu hekken worden gebouwd aan de grens tussen Bulgarije en Turkije? Zal de Europese Unie dat hekkenwerk deels terugbetalen? Dat is een eenvoudige ja-neevraag.
Een vierde punt betrof de terugkeer. Er zou beter gecoördineerd worden op het vlak van terugkeer, mevrouw de staatssecretaris. Is dat zo? U zegt dat al jaren. Op het vlak van visa zou al lang beter gecoördineerd en samengewerkt worden. Daar hebben we nog niets van gezien. Nog niets! Al jaren doet de Europese Unie beloftes en preken de Europese regeringsleiders hoge woorden. Maar in de praktijk wordt er niet Europees gecoördineerd op het vlak van visumsancties of samengewerkt op het vlak van terugkeer.
De heer Van Langenhove, die nu weg is, stelde elke maand wel de vraag in hoeveel landen er al een consensus was om de visumsanctie toe te passen. Vooralsnog is dat amper één land, bovendien een land vanwaar er geen grote aantallen illegalen op het Europese grondgebied vertoeven. Dat is dus eigenlijk een redelijk lege doos. Is er al vooruitgang op dat vlak? Wat is er precies afgesproken?
Mevrouw de staatssecretaris, samengevat kreeg ik wat toelichting over de concrete beslissingen die genomen zijn op de Europese top. U spreekt van een stap in de goede richting en eerste minister De Croo deed een groot interview in De Ochtend, met alles erop en eraan. Ik ontwaar echter geen doorgehakte knopen. Het is nog steeds hetzelfde gebadineer over dezelfde thema’s, zonder dat daarvoor een beslissende stem wordt gegeven, ook niet door België. Terwijl u in een ongelooflijk moeras van asielchaos wegzinkt, zeker vandaag, neemt België geen standpunt in over de fysieke sluiting of op zijn minst de betere bescherming van de buitengrens.
Dat mag nu eenmaal niet van Ecolo-Groen, PS en Vooruit. Die vinden de afsluiting inhumaan en beweren dat grensbescherming niet werkt. Als het toch niet werkt, waarom doet men het dan gewoon niet? Wat is dan het probleem? Dat zou een reden zijn om het zeker wel te doen. Het is noodzakelijk dat u ter zake toelichting geeft.
Ten slotte, een van de conclusies van de top luidt dat men de Dublinregeling beter zal toepassen. Dat hoor ik al jaren, maar het gebeurt niet. Wat is er ter zake concreet afgesproken? Volgens Belga trekt onze eerste minister naar de bondskanselier van Oostenrijk om daar verder te praten over de toepassing van de Dublinregels. Wat gaat hij daar precies doen? Vergezelt u hem of gaat hij alleen?
01.02 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de staatssecretaris, vorige week stonden de kranten vol met berichten over een hek rond Europa. Voor u zou het een hek met een deurtje erin worden. In de media zijn alle migratie-experts het erover eens dat een muur, zelfs met een deurtje erin, geen oplossing is. Dat zal integendeel alleen leiden tot meer doden en zeker geen oplossing bieden. Mensen op de vlucht zullen blijven komen, hoe moeilijk men het hen ook maakt. Vluchten en migratie werden steeds meer illegaal gemaakt sinds de jaren 90, maar sindsdien is het aantal vluchtelingen en migranten dat hierheen komt niet afgenomen. Met de vigerende regels kan men bijna niet anders dan illegaal de grens oversteken.
Mevrouw de staatssecretaris, wat bedoelt u precies met een muur met een deurtje erin? Hoe zou dat volgens u in zijn werk gaan?
Hoe vermijdt men dan doden aan onze buitengrenzen?
Welk standpunt heeft België verdedigd op de EU-top van 9 en 10 februari?
Welke lidstaten waren voor of tegen het hek?
Zijn er daarnaast ook nog andere zaken besproken?
Wat vindt u van de uitkomst van de Europese top?
Is er intussen al meer eensgezindheid in de vivaldicoalitie?
01.03 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, de cijfers zijn duidelijk: vorig jaar zijn er in totaal maar liefst 333.000 illegale grensoverschrijdingen geregistreerd in Europa. Dat is het hoogste aantal sinds de immigratiedijkbreuk in 2015. Dat doet in heel veel Europese landen alarmbellen afgaan. Er zijn ondertussen al dertien lidstaten zeer duidelijk en uitgesproken voor de financiering van de uitbouw van fysieke grensbarrières. Dat was ook een van de thema’s die vorige week op de Europese top werden behandeld.
Het Belgische standpunt is daarentegen heel wat minder duidelijk. Uiteindelijk bleek dat er geen standpunt zou zijn ingenomen op de Europese top wegens onenigheid in de regering. De eerste minister is daar dus alleen geweest voor de obligate groepsfoto en misschien om te lobbyen voor zijn internationale carrière. Als dat zo is, heeft België zich grenzeloos belachelijk gemaakt, want het behoort tot de top van de Europese Unie wat het aantal asielaanvragers betreft, wat ons precies tot voortrekkers zou moeten maken.
Mijn eerste reeks vragen gaat over meer duidelijkheid over het standpunt inzake de fysieke grensbarrières, want zowel u als de eerste minister heeft zich daar wel al voorstander van getoond. Enkele dagen voor de top raakte echter bekend dat het pleidooi voor de bouw van de fysieke grensbarrières aan de Europese buitengrenzen op een veto van de groene partijen en de PS botste. Vooruit leek over dat thema al even verdeeld als de regering waarvan het deel uitmaakt. Kunt u dat verduidelijken?
Waarom heeft België zich niet aangesloten bij de groep van acht landen die in de aanloop naar de jongste top in een schrijven hebben gepleit voor onder meer de bouw van fysieke grensbarrières?
Welk standpunt over de fysieke grensbarrières heeft de Belgische regering dan wel concreet ingenomen op de Europese top?
Wat is ondertussen concreet het standpunt van de Belgische regering hierover? Op de Conferentie van voorzitters hebben wij vernomen dat de eerste minister morgen naar Oostenrijk vertrekt, maar hij had beter van gedachten gewisseld met kanselier Nehammer voor de top, want Oostenrijk is wel een voortrekker van de fysieke grensbarrières. Is er ondertussen een standpunt waarmee de eerste minister naar Oostenrijk trekt?
Zal België in de nabije toekomst op Europees vlak actief pleiten voor een ondersteuning door de EU-fondsen bij het versterken van de grensbeschermingscapaciteiten en -infrastructuur, wat in de zogenaamde conclusies van de EU-top staat? Ik hoop dat u ter zake het voortouw zult nemen in de toekomst.
Niet alle beslissingen van de Europese top, die wij hebben kunnen lezen, zijn voor mij even duidelijk en even concreet. Vandaar dat ik vraag om verdere toelichting.
De Europese Unie zal haar maatregelen opvoeren om irregulier vertrek en verlies te voorkomen. Over welke maatregelen gaat het concreet? Als men schrijft dat de bestaande actieplannen voor de route door de Westelijke Balkan en de route door het centrale Middellandse Zeegebied moeten worden uitgevoerd en dat de Commissie met voorrang actieplannen moet indienen voor de route door de Atlantische Oceaan, de route door het westelijke Middellandse Zeegebied en de route door het oostelijke Middellandse Zeegebied, over welke actieplannen gaat het dan, waarom werden ze nog niet uitgevoerd en wanneer mogen we de actieplannen voor de drie laatst opgesomde routes verwachten?
De top stelt een spoedige actie in het vooruitzicht om daadwerkelijke terugkeer mogelijk te maken. Waarom blijven concrete realisaties op dat vlak tot op heden grotendeels uit? Hoe spoedig mogen wij deze keer actie verwachten?
In hoeverre worden mogelijkheden voor legale migratie beschouwd als een hefboom? Betekent het concreet dat de bestaande mogelijkheden voor legale migratie nog uitgebreid en versoepeld zullen worden? Zo ja, in welke mate en voor welke landen?
Men wil de terugkeerprocedures versnellen en men verzoekt daarvoor de Europese Raad om de Europese lidstaten elkaar terugkeerbesluiten te doen erkennen. Ook daarbij krijg ik graag enige toelichting.
Tot slot roept de Europese Raad de Commissie op onmiddellijk aanzienlijke EU-fondsen en middelen te mobiliseren om de lidstaten te ondersteunen bij het versterken van de grensbeschermingscapaciteit en -infrastructuur. Wij konden de Europese Commissie in het verleden in dat verband niet betrappen op overdreven enthousiasme. Vandaar mijn vraag. Hoe onmiddellijk en hoe aanzienlijk zullen er fondsen gemobiliseerd worden? Tegen wanneer mogen wij op dat vlak concrete resultaten verwachten?
De voorzitter: Ik ben wat soepel geweest met de spreektijd, maar mag ik vragen de tijd in het oog te houden en zich aan het Reglement te houden?
01.04 Philippe Pivin (MR): Madame la secrétaire d'État, un énième sommet s’est donc tenu sur les difficultés rencontrées au niveau européen. Pour tenter quoi? Deux choses en fait. Pour résumer, il s’agit d’abord de parer à l’urgence des flux de la migration illégale et ensuite de tenter d’avoir une réponse européenne commune à défaut de parvenir à mettre en œuvre un pacte européen. En effet, cela fait maintenant plus de deux ans que l’exécutif européen a finalisé un texte pour établir une politique migratoire et d’asile commune aux 27 États membres mais on sait tous que les négociations s'enlisent et que l’espoir d’arriver à un accord avant la fin de la législature européenne commence à s'éloigner à vitesse V-V’.
Quelle est l’urgence pour le moment? On l’a dit avant moi, c’est que l‘année dernière, on a enregistré plus de 330 000 personnes qui étaient entrées de façon irrégulière dans l’Union européenne. C’est ce qu’a indiqué Frontex. La protection matérielle des frontières extérieures de l’Union européenne reste actuellement limitée même si certaines informations font état de l’existence de centaines de kilomètres de clôture déjà construite aux frontières extérieures et aux frontières de l’espace Schengen.
Le 10 février dernier, dans une déclaration commune, on a pu lire que les 27 avaient appelé la Commission à mobiliser des fonds européens pour renforcer les infrastructures des frontières. La présidente de la Commission européenne a, quant à elle, indiqué que des tours de guet ou de la surveillance électronique pourraient être financées dans ce cadre.
Madame la secrétaire d'État, mes questions précises sont au nombre de quatre et concernent les budgets, les équipements, les lieux et leur financement européen. Quels budgets ont-ils été alloués par l'Union européenne en matière d’équipements de vidéo-protection, de drones, d’hélicoptères en 2022? L'agence Frontex bénéficie-t-elle de ces moyens nouveaux pour surveiller les frontières et plus précisément la zone de la mer du Nord? Jugez-vous, comme le président du Conseil européen, qu'il est juridiquement possible que l'Union finance directement des équipements matériels tels des barrières et clôtures aux frontières extérieures? Quelle a précisément été la position de la Belgique, la semaine dernière, dans le cadre de la déclaration commune de renforcement des installations aux frontières de l'Union européenne? Enfin, quelles sont les avancées politiques que vous avez observées, dans le cadre de l'adoption d'un pacte européen pour la migration?
01.05 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, vorige week was er een Europese top, met het standpunt van Bulgarije en de vraag tot ondersteuning. Heel wat landen, Oostenrijk, Nederland, Denemarken en de Visegradlanden, hebben dat standpunt gesteund, evenals de financiering ervan, om de stroom van illegale migratie uit Turkije via Bulgarije af te remmen.
Mevrouw de staatssecretaris, in uw regeerakkoord staat er over dat thema dat de samenwerking in Europa moet worden versterkt om te komen tot versterkte buitengrenzen. Dat zou dus een interessante basis voor een standpunt kunnen zijn. Wat zien wij echter? De Belgische regering heeft helemaal geen standpunt ingenomen.
Ik vind dat eigenlijk hallucinant. Wij zitten in volle migratiecrisis. In een jaar tijd kwamen er 40.000 mensen bij, zonder de Oekraïense vluchtelingen. De opvang barst uit zijn voegen. Mensen overlijden in kraakpanden. Zelfs dan krijgt uw regering het aan de Europese onderhandelingstafel niet over de lippen dat het een goed idee is om illegale migratie en mensenhandel af te remmen met fysieke barrières. Ik begrijp dat echt niet.
Mevrouw de staatssecretaris, hoeveel overlijdens moeten er voor Vivaldi nog gebeuren vooraleer deze regering durft uit te spreken dat de instroom te hoog is en dat verdere maatregelen nodig zijn? U krijgt dat niet over de lippen. Nog liever trekt de eerste minister zwijgend naar de Europese tafel, om daar helemaal geen standpunt in te nemen en daar een halve top lang te zwijgen. Ik vind het tekenend voor de Belgische wanstaat dat er zelfs over essentiële maatschappelijke thema’s geen beslissingen kunnen worden genomen. Dit land zit in een migratiecrisis en durft niet eens uit te spreken dat grensversterking een goed idee is. In andere West-Europese landen met een soortgelijke situatie is dat nochtans geen probleem.
Waarom leeft de regering het regeerakkoord niet na? Als men geen consensus vindt, waarom valt men dan niet terug op de eerder gemaakte afspraken in het regeerakkoord?
Net als mijn collega’s ben ik ook benieuwd naar wat de heer De Croo in Wenen gaat doen. Heeft de regering intussen wel een standpunt bepaald? Zo ja, wat is dat standpunt? Indien niet, waartoe moet dat gesprek met de Oostenrijkse kanselier dan dienen?
Welke voorstellen doet u zelf ter versterking van de Europese buitengrenzen?
01.06 Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Madame la secrétaire d'État, j’avais envie d’intervenir dans le débat, peut-être pour rappeler les propos de Charles Michel, président du Conseil européen qui, pendant des années, a martelé: "Jamais de financement de mur!"
Attention, ici, nous ne parlons pas de murs, mais de barbelés. Je peux vous assurer, pour avoir été souvent en Israël et en Palestine, que parfois, un mur fait de barbelés est bien pire qu’un mur physique.
Madame la secrétaire d'État, je peux rejoindre mes collègues sur le fait qu’on n’y voit pas très clair sur le comment et avec quel financement de quel mur. Allons-nous aider Viktor Orbán, critiqué quotidiennement par les pays de l’Union européenne, à financer ou à renforcer des dispositions qui ont déjà été prises?
Pour mon groupe, les murs ne sont pas la solution. Je pense que cela va déplacer les routes migratoires. Cela va déplacer des routes migratoires vers la Lybie, qui est un véritable enfer sur terre pour les migrants, ou vers d’autres pays.
Madame la secrétaire d'État, quelle est l’assurance du respect des droits humains? Un mécanisme de contrôle des droits humains a-t-il été décidé en contrepartie? Cela correspondrait à l’accord de gouvernement que de pouvoir avoir une vue sur les droits humains à nos frontières.
Un mécanisme de solidarité est-il définitivement enterré? Je sais que c’est un échec du sommet. Allez-vous toujours mener ce débat? Je vous rejoins tout à fait, depuis des mois, sur la nécessité d’un mécanisme de répartition de solidarité humaine, mais aussi peut-être financière, pour certains pays; parce que, sans ce mécanisme de solidarité, on n’y arrivera tout simplement pas.
Quel est votre agenda pour la suite? On
sait que la Belgique va prendre la présidence du Conseil européen. Voulez-vous
stimuler le débat de manière sereine sur la question migratoire pendant ces
mois de présidence? Avez-vous déjà des agendas à ce propos? Ou bien
avons-nous aujourd'hui renoncé au mécanisme de solidarité? Allons-nous faire
une Europe sécuritaire et penser que plus aucune personne exilée ne viendra
vers l’Europe? J'espère que
non.
01.07 Staatssecretaris Nicole de Moor: Beste collega’s, ik merk heel veel interesse voor het Europese debat en uiteraard ook voor de Europese Raad van vorige week, waar de premier het met andere staats- en regeringsleiders over migratie heeft gehad. Zoals aangekondigd zal ik daarover een debriefing geven en de vragen beantwoorden.
Ik wil eerst nog even ingaan op de context van de Europese Raad. Deze bijzondere top is er onder meer op vraag van België gekomen. Dat heeft alles te maken met de grote druk op onze nationale opvangcapaciteit en de nood aan Europese oplossingen in het migratiedebat. De agendering van het onderwerp op de Europese Raad toont aan dat er op het hoogste niveau een consensus groeit dat de status quo niet houdbaar is en dat hervormingen nodig zijn.
De organisatie van de top houdt voor ons land een belangrijke erkenning in van de moeilijke situatie waarin lidstaten zoals België zich bevinden, die vandaag hoge aantallen asielverzoeken moeten verwerken.
Op de Europese Raad waren er voor België twee prioriteiten. Ten eerste wilden we een duidelijk engagement voor het concluderen van het Europese asiel- en migratiepact tijdens het Belgisch voorzitterschap van de Raad in het voorjaar van 2024. België heeft daadwerkelijk een verwijzing naar die deadline verkregen in de conclusies van de top van vorige week. Ik kan niet genoeg het belang benadrukken van het feit dat de Europese staats- en regeringsleiders dat engagement met die deadline zijn aangegaan. Dat houdt immers een betere controle van de buitengrenzen in, maar ook interne solidariteit, mijnheer Moutquin, tussen Europese lidstaten die absoluut noodzakelijk is.
Ten tweede, wij willen niet wachten tot 2024 om bestaande problemen aan te kaarten en aan te pakken. Een aantal zeer concrete voorstellen in de strijd tegen secundaire migratie werd gelanceerd in de aanloop naar de Europese Raad van vorige week door de voorzitter van de Europese Commissie, mevrouw Ursula von der Leyen, in een brief gericht aan de lidstaten. Voor België was het belangrijk dat de leiders de voorstellen in de brief van mevrouw von der Leyen erkenden en dat er ook opvolging aan zou worden gegeven.
België vroeg en verkreeg bovendien een expliciet engagement voor de uitvoering van deze bestaande wetgeving, meer bepaald de Dublinverordening. Ook dat is van essentieel belang om de instroom in ons land onder controle te krijgen.
Voorts waren er op het externe vlak ook aandachtspunten voor België, zoals ervoor zorgen dat landen in het Europese nabuurschap hun visumbeleid aligneren met dat van de EU en beter gebruikmaken van instrumenten die reeds ter beschikking staan, zoals het visumsanctiemechanisme. Beide zaken haalden ook effectief de conclusies van de top.
België steunt ook de vraag naar een whole-of-governmentbenadering in het sluiten van partnerschappen met derde landen. Dat betekent dat we het geheel van ons buitenlands beleid moeten meenemen als we afspraken met derde landen maken.
Mijnheer Francken, u herhaalde uw vragen over het visumsanctiemechanisme en u verwees naar de vragen die collega Van Langenhove daar in het verleden over heeft gesteld. Ik stel voor dat u ook even de antwoorden leest die ik telkens op die vragen heb gegeven in het Parlement. Het is echt wel té gemakkelijk om te zeggen dat Europa nog steeds geen visumsanctiemechanisme heeft. Dat is er namelijk wel en het wordt op dit moment voor de derde keer uitgerold in het kader van de procedure van artikel 25a.
Des questions ont également été posées sur les frontières extérieures, leur financement et leur surveillance. Des frontières extérieures solides et surtout bien contrôlées sont d'une importance capitale dans un espace européen sans contrôle aux frontières intérieures. Une surveillance efficace des frontières est le seul moyen de savoir qui se trouve sur le territoire européen, quand la frontière extérieure a été franchie et par quel État membre on est entré sur le territoire. La discussion sur le paragraphe 23, sous-paragraphe e), était la seule pour laquelle aucune position belge n'a été définie.
Beste collega’s, de Europese Raad beslist
echter met unanimiteit en dat houdt in dat alle lidstaten, met inbegrip van ons
land, op het hoogste niveau ingestemd hebben met het geheel van de conclusies
en alle deelaspecten ervan. De
conclusies zullen nu het verdere Europese beleid sturen.
J'ai déjà expliqué ma position sur le financement européen de la surveillance des frontières lors de la séance plénière de la Chambre la semaine dernière. Je pense que le principe de la surveillance physique ou non physique des frontières ne doit pas être si controversé. L'Union européenne finance déjà la surveillance des frontières et il existe déjà des fermetures physiques aux frontières extérieures, y compris dans notre pays, qui ont été mises en place avec de l'argent européen. Un fonds existe pour cela: le Fonds pour la gestion intégrée des frontières.
Sur les 6,7 milliards d'euros mis à
disposition pour le contrôle des frontières, il en reste moins de la moitié et
il s'agit des fonds disponibles jusqu'en 2027 pour les 27 États membres au
titre du cadre financier pluriannuel. Une partie importante de ce fonds sera
consacrée à des projets de numérisation des frontières. L'allocation des fonds
disponibles restants est une compétence de la Commission européenne à la
lumière des priorités et des ressources disponibles. Ce principe reste intact.
Laten we ons dus niet verliezen in symbolische debatten voor of tegen een muur rond Europa, maar kijken naar de kern van het dossier. Met symbooldiscussies raken we geen meter vooruit. Het gaat hier niet over een keuze tussen open of gesloten grenzen, maar wel over hoe men zijn grenzen beheert en beter controleert dan vandaag.
Daarnaast werken we binnen het pact niet alleen rond grensbewaking, maar worden er ook afspraken gemaakt om de grensprocedures verder te ontwikkelen en te optimaliseren. Dat is de vertaling van de deur in de muur waarover ik het al eerder had. Deze twee aspecten van grensbeheer gaan hand in hand.
Eén zaak die niet op de agenda van de Europese Raad stond, maar waarover ik een vraag ontving van collega Francken, betreft de screening aan de buitengrenzen. Er was al eerder een akkoord op het niveau van de Raad over de screeningsverordening, waarmee België heeft ingestemd na de nodige interne coördinaties. De tekst ligt nu voor in het Europees Parlement en ik geef u graag een aantal grote lijnen van het standpunt van de Raad mee.
De screening aan de buitengrenzen kan effectief vijf dagen duren. De lidstaten moeten in hun nationale wetgeving bepalingen opnemen om ervoor te zorgen dat deze personen voor de duur van het onderzoek ter beschikking staan van de bevoegde autoriteiten om elk risico van onderduiken of elk potentieel veiligheids- of gezondheidsrisico te voorkomen. Dat hoeft geen detentie te zijn, maar dat gaat ook over opvang aan de buitengrenzen.
Elke detentiemaatregel die de lidstaten nemen moet noodzakelijk en evenredig zijn en conform het nationaal en internationaal recht. Daarvoor gelden ook de gebruikelijke waarborgen, bijvoorbeeld voor minderjarigen die geïdentificeerd worden tijdens een kwetsbaarheidstoets. Na afloop van de screening worden personen die geen verzoek om internationale bescherming hebben ingediend doorverwezen naar de autoriteiten die bevoegd zijn om de procedures van de terugkeerrichtlijn toe te passen.
Onderdanen van derde landen die om internationale bescherming hebben verzocht, worden zo spoedig mogelijk naar de asielinstanties verwezen. Mijnheer Francken, u doet alsof dit iets nieuws of controversieels is. Ik moet u teleurstellen. Dit werd al tijdens het Franse voorzitterschap op het niveau van de Raad goedgekeurd, met deze principes. De federale regering heeft dit voorstel ook mee goedgekeurd.
Er waren ook vragen over de opvolging van de conclusies van de Raad van vorige week. De leiders hebben duidelijk gezegd dat deze discussie opvolging vraagt. Uiteraard is de problematiek niet opgelost na één vergadering. De eerstvolgende afspraak is de JBZ-Raad van 9 maart, waar de vakministers inzake migratie de conclusies verder in detail kunnen en zullen uitwerken.
Vooraf zal ik opnieuw samenzitten met de like-minded lidstaten rond Dublin, in navolging van het initiatief dat ik in december al heb genomen. Vervolgens zullen de leiders zich tijdens de gewone Europese Raad van midden maart opnieuw over het geheel buigen, de voortgang evalueren en eventueel bijsturen waar nodig.
Tot slot, asiel en migratie zijn complexe thema’s. Eén maatregel zal het verschil niet maken, wel het pakket aan afspraken op korte en middellange termijn. Dat begint aan de buitengrenzen, maar bevat ook de interne solidariteit en toepassing van de regels en ten slotte een sterkere Europese stem op terugkeer.
01.08 Theo Francken (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, u zegt dat ik beter naar uw antwoorden moet luisteren of ze beter moet lezen. Ik luister heel goed naar uw antwoorden, maar wat ik nog meer in de gaten houd dan uw antwoorden – woorden zijn vluchtig, nietwaar – zijn uw cijfers, meer bepaald uw terugkeercijfers. Ik weet niet hoe u erin geslaagd bent, maar u hebt het zo kunnen brengen dat in een Belgabericht verscheen dat uw cijfers van vrijwillige terugkeer keigoed zijn. Dat was goed gebracht, maar wie het totaalplaatje bekijkt, met inbegrip van de gedwongen terugkeer, ziet dat die cijfers gewoon dramatisch slecht zijn. Corona is overigens steeds minder een excuus. U en vooral uw voorganger hebben corona een tijdje als groot excuus kunnen gebruiken, wat voor een stuk klopte, maar dat is nu zeker niet meer het geval.
Ik kijk graag naar uw Dublincijfers. U hebt een Dublincentrum opgericht. Alles wat u daarover vandaag hebt gezegd, wordt hier al jaren door u en uw voorgangers verklaard: het Dublinakkoord werkt niet, de secundaire migratiestromen blijven gigantisch groot. Ook die cijfers spreken totaal tegen wat u hier allemaal vertelt.
Vorige maand waren er bijna 3.000 asielaanvragen. Daarmee behoren wij tot de top drie van heel Europa. Wat de achterstand betreft, meer dan 20.000 mensen wachten op een asielbeslissing. De asielachterstand is dus weer fors gestegen, ondanks het feit dat u tientallen miljoenen ter beschikking had voor de aanwerving van extra personeel. Over dwangsommen hebt u verklaard dat u die nooit zou betalen, maar gisteren werden meubelen van Fedasil in beslag genomen en ze worden vrijdag openbaar verkocht.
Met alle respect, ik kan uw antwoorden uit het hoofd debiteren, maar wanneer zullen uw cijfers eindelijk eens congruent zijn met de antwoorden die u hier constant geeft? Uw cijfers – dit is de niet te ontkennen waarheid en werkelijkheid – zijn rampzalig.
01.09 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de staatssecretaris, u houdt duidelijk niet van symbolische debatten, zoals dat voor of tegen een muur. Een hek plaatsen is inderdaad rechtse symboolpolitiek, om het maar niet over de structurele oorzaken te hebben. Maar daar draagt u ook een grote verantwoordelijkheid in.
Wanneer zal het debat gaan over hoe men kan vermijden dat mensen moeten vluchten of over een solidair verdelingsplan in de Europese Unie? Wanneer zal het gaan over veilige routes naar Europa, in plaats van te spreken over mensenrechtenschendingen en hekken met deurtjes erin?
U zoekt een oplossing voor wantoestanden, maar een muur of een hek is niet de juiste manier. Fatsoenlijke alternatieven of oplossingen liggen echt gewoon voor uw neus. Al jaren worden ze herhaald door de mensen op het terrein, door experts, door onderzoekers. Keer op keer wordt er de andere kant uit gekeken.
Van alles wat hier aangehaald is, is al meermaals bewezen dat het niet werkt. Een muur is geen oplossing. Strengere visumvoorwaarden zijn geen oplossing. Een hightech IT-systeem is geen oplossing. Al die zaken kosten bakken vol geld, zonder resultaat. Hoeveel zou zo’n hek kosten? Europa heeft 50.000 km grenzen, om nog te zwijgen over de kosten voor de bewaking en het onderhoud. Het is gewoon een absurd idee.
01.10 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, veel concreter waren uw antwoorden niet en veel verduidelijking hebben ze niet gebracht ten opzichte van de conclusies van die Europese top die ik heb mogen lezen. U hebt wel bevestigd dat er namens België geen gemeenschappelijk standpunt werd ingenomen over die fysieke grensbarrières. Ook dat is typisch België: ofwel worden er beslissingen genomen die lijnrecht indruisen tegen wat een meerderheid van de Vlamingen wil, ofwel wordt er niets beslist. In dit geval komt dat op hetzelfde neer. Mag ik dat een ongelooflijk gemiste kans vinden? U noemt dat een symbooldiscussie, maar u hebt niet geantwoord op de vraag welk standpunt de heer De Croo zal innemen als hij morgen de bondskanselier van Oostenrijk bezoekt, die terecht een groot voortrekker was van die fysieke grensbarrières.
Ik vind het onbegrijpelijk en onverantwoord dat uitgerekend het land dat een van de populairste asielbestemmingen is, geen voortrekkersrol speelt en nog niet eens tot een gemeenschappelijk standpunt komt. Uiteraard beweert niemand dat die fysieke grensbarrières een alleenzaligmakende oplossing zijn. Dat hebben wij nooit gezegd, maar in ieder geval is het wel een noodzakelijk deel van de oplossing. Ik stel vast dat er een heel duidelijke Belgische muur is. Dat werd vandaag nog eens bevestigd door de collega’s van Ecolo en PS die het woord hebben gevoerd. Zelfs de minste verstrenging van het beleid, hoe redelijk en noodzakelijk ook, botst steevast op die Belgische muur van verzet vanwege PS en Ecolo. Laat dat het essentiële probleem zijn en de reden waarom er geen voortrekkersrol wordt gespeeld, de reden waarom we in Europa niet de rol spelen die we zouden moeten spelen om het daar in de juiste richting te duwen.
01.11 Philippe Pivin (MR): Monsieur le président, je ne sais quoi répliquer tant nous en sommes restés aux généralités!
Madame la secrétaire d'état, je partage votre réflexion quant au fait de ne pas rester dans la symbolique. Mais je n'aimerais pas que l'on tombe dans le schématique: "Mur égale politique de droite." C'est un peu trop caricatural.
Pour le reste, j'avais des questions précises et en particulier une concernant les budgets alloués. Je la transforme en question écrite pour recevoir des réponses aussi précises que l'est la question.
Je vous remercie pour les quelques éléments de réponse donnés.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02.01 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de staatssecretaris, maandag 6 februari 2023 werden Syrië en Turkije getroffen door een verschrikkelijke aardbeving. Elke dag sijpelt tragisch nieuws door. Op dit moment staat het dodental op meer dan 40.000, maar het aantal slachtoffers blijft oplopen. Daarbovenop zijn er nog vele tienduizenden gewonden. Onze gedachten zijn bij alle getroffenen, hun familieleden en vrienden.
Door de aardbevingen raakten ook veel mensen hun huis kwijt. Zij leven er nu op straat zonder sanitaire voorzieningen of onderdak. Duitsland maakte het als eerste mogelijk voor familieleden van Duitse burgers die getroffen zijn door de aardbeving en daardoor hun huis verloren, om voor een korte periode bij hun familie in Duitsland te gaan wonen.
In De Zevende Dag verklaarde de premier dat dat in ons land ook mogelijk zal zijn voor Turkse mensen die hier familie hebben, maar hij sprak niet over Syrische slachtoffers. Is dat ook mogelijk voor Syrische slachtoffers van de aardbeving?
Na de indiening van deze vraag hebt u verklaard dat mensen uit de getroffen regio die al in België waren, wat langer kunnen blijven. Daarnaast hebt u de DVZ de opdracht gegeven om visumaanvragen van die mensen sneller te behandelen.
Wat is de huidige stand van zaken?
02.02 Özlem Özen (PS): Monsieur le président, madame la secrétaire d’État, en Turquie et en Syrie, le bilan
humain est dramatique et il ne cesse de s'alourdir de jour en jour.
Plus de
40 000 personnes sont décédées. Le nombre de blessés et de disparus
est plus lourd encore. De plus, les populations locales se trouvent dans une
véritable situation de crise humanitaire. Des milliers de personnes sont à la
rue, sans abri, sans ressources, sans électricité, sans rien pour les protéger
de la pluie, de la neige, de l'hiver avec des températures bien inférieures à
zéro degré.
Face à ce
malheur, notre pays a envoyé les équipes B-FAST sur place pour porter secours
aux victimes. Nombreux sont ceux qui, en Belgique, ont de la famille, des amis
proches dans les zones sinistrées et qui souhaitent participer à cet élan de
solidarité et aider les victimes.
Madame la
secrétaire d'État, notre pays peut soutenir cet élan de solidarité et même
d'humanité, notamment en facilitant les procédures pour l’obtention de visas pour
accueillir des survivants, le temps de laisser passer l'hiver, de soulager les
secours sur place et, surtout, d'aider ces populations qui ont tout perdu en un
instant. Ce sont des pistes explorées également dans d’autres pays européens.
Depuis le
dépôt de ma question, vous avez déclaré que vous étiez favorable à des mesures
visant à faciliter le processus.
Madame la
secrétaire d’État, pouvez-vous mettre en œuvre un dispositif d'urgence pour faciliter
l'octroi des visas pour les survivants et lever au maximum les barrières
administratives qui méconnaissent évidemment l’urgence de la situation? Concrètement,
comment les choses vont-elles se faire? Sera-t-il possible d'introduire une
demande au départ de la Belgique?
02.03 Ben Segers (Vooruit): Mevrouw de staatssecretaris, naar aanleiding van uw aankondiging zijn er grote verwachtingen bij familie en vrienden van de getroffen Turken en Syriërs. Zij willen te weten komen wat ze kunnen doen. U wordt ongetwijfeld overspoeld door vragen.
Nu pleit u ervoor om de visumaanvragen versneld te behandelen. Wat betekent dat dan inhoudelijk? Men heeft volgens mij wel het recht om te weten of u inderdaad die zekerheid biedt.
Voor de verlenging van het korte verblijf verwijst u naar DVZ. Uiteraard hebben mijn vragen betrekking op een grote verscheidenheid aan problemen, maar is het, behalve een bericht op de website van DVZ, niet mogelijk om ook een tijdelijk telefonisch contactpunt op te richten, waar men, gezien de urgentie, terecht kan?
Welke tijdelijke interne personeelsverschuiving bij DVZ zult u doorvoeren om een kwalitatieve dienstverlening te kunnen verzekeren?
Zijn uw diensten op dit ogenblijk in staat om snel antwoord te bieden? Hoelang moet men nu bijvoorbeeld wachten als de vraag voor visumverlenging ingediend werd voor 6 februari 2023, en hoelang als deze aanvraag nadien gebeurde? Hoelang moet men nu wachten op de andere aanvragen?
De website van DVZ linkt nu door naar de algemene regimes voor de verschillende types van visa. Het moet toch mogelijk zijn om die dienstverlening, zeker in deze dramatische omstandigheden, op maat en aangepast aan de omstandigheden aan te bieden, al is het maar op basis van een aantal standaardsituaties? Kan deze info niet aangepast worden in begrijpelijke taal in functie van de Turks-Syrische situatie? Kan de website vervolgens vertaald worden?
Wanneer men nu het VFS Global Belgium Visa Application Center per mail probeert te bereiken, krijgt men een automatische standaardmail teruggestuurd. Kan ook die instructie niet aangepast worden aan de specifieke omstandigheden? Er zou dan verwezen kunnen worden naar de versnelde behandeling of naar de info op de DVZ-website.
Kunt u ook duidelijkheid geven over een aantal typische situaties waarmee uw diensten ongetwijfeld te maken krijgen? Het kan zelfs de druk op uw diensten verlichten als u er nu al meer duidelijkheid over geeft. U zegt bijvoorbeeld dat visumaanvragen sneller behandeld zullen worden, maar over de inhoud zegt u niets.
Ik denk daarbij aan een persoon die student is en vakantie heeft, met een geldig visum voor kort verblijf als verloofde. De persoon moet rond deze periode terugvliegen, maar het huis van zijn ouders is ingestort. Waar moet deze persoon naartoe? Zal die aanvraag dan verlengd worden? Uit uw communicatie maak ik op van wel.
Ik denk aan iemand anders die bijvoorbeeld over een maand zou moeten terugkeren naar het getroffen gebied omdat zijn verblijfsdatum verstrijkt, maar ook geen huis meer heeft om naar terug te keren. Deze persoon wil langer blijven bij zijn dochter, die net bevallen is. Hoe gaat u daarmee om? Waarom lijkt u de versnelling van de aanvragen – alvast op uw website – tot de visa te beperken, de verblijfsvergunningen die voor 6 februari 2023 werden ingediend?
02.04 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, naar aanleiding van de catastrofe in Turkije en Syrië is er ondertussen een immense internationale hulp op gang gekomen. Uiteraard wordt door niemand betwist dat ook België zijn deel bijdraagt aan de noodhulp en aan de opvang ter plaatse.
U kondigde vorige week aan dat u aan de DVZ de opdracht zou geven om de visumaanvragen voor maximum drie maanden voor de mensen die door de aardbevingen zijn getroffen sneller te behandelen. Tegelijkertijd zei de heer De Croo dat dit land al overbevraagd is, dat het systeem kraakt en dat we moeten vermijden dat het breekt.
Concreet kreeg ik graag meer verduidelijking over uw aankondiging, mevrouw de staatssecretaris.
Hebt u er een zicht op over hoeveel personen het potentieel zou gaan? Wat wordt precies bedoeld met die versnelde behandeling door de DVZ? Geldt de regeling ook voor personen die door de aardbeving zijn getroffen, maar hier niet door familieleden worden opgevangen? Waar zult u die grens precies trekken?
Wat zal de procedure zijn voor vluchtelingen die vanuit de getroffen gebieden, al dan niet tijdelijk, richting Europa komen?
Ondertussen heeft ook de Duitse overheid aangekondigd op een niet-bureaucratische manier visa te zullen verstrekken, zodat de bedoelde personen maximaal drie maanden bij familie in Duitsland kunnen verblijven. Zijn er naast België en Duitsland nog Europese landen die een dergelijke maatregel hebben genomen?
Werd deze procedure in België reeds eerder op grote schaal aangewend?
Zal het zeker over drie maanden gaan? De kans is groot dat de reconstructie na die drie maanden nog niet is afgerond. Kan deze periode worden verlengd? Voor hoelang en onder welke voorwaarden?
Welke maatregelen werden ondertussen genomen om ervoor te zorgen dat de betrokkenen na het verloop van hun visum kort verblijf daadwerkelijk terugkeren?
02.05 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer de voorzitter, beste collega’s, in de eerste plaats wil ik mijn medeleven betuigen met de slachtoffers van de vreselijke aardbeving in Turkije en in Syrië. België zet in de eerste plaats in op humanitaire hulp ter plaatse in de getroffen gebieden, onder andere via het B-FAST-team.
Zelf kreeg ik de voorbije week ook heel wat vragen van mensen die familieleden hebben in de getroffen gebieden en hen willen helpen. Daarom stel ik, samen met mijn collega bevoegd voor Buitenlandse Zaken, alles in het werk om visumaanvragen van personen uit de getroffen regio’s prioritair en dus sneller te behandelen. De meeste vragen die ons bereiken gaan over een visum voor kort verblijf. Het kan daarnaast echter ook gaan over bijvoorbeeld een visum in het kader van gezinshereniging.
Voor alle duidelijkheid, het gaat hier niet over een asielprocedure. Het is belangrijk om dit goed te duiden. Slachtoffers van een natuurramp vallen niet per definitie onder de Conventie van Genève. Wij spreken dus niet over asielzoekers of vluchtelingen die recht hebben op opvang in België, wat ik de laatste dagen wel eens hoorde. Wel gaat het over personen die moeten aantonen te voldoen aan de voorwaarden voor een visum voor kort of lang verblijf om naar België te kunnen reizen. Er moet dus effectief voldaan zijn aan alle voorwaarden voor het verkrijgen van een visum.
Dat wil ook zeggen dat personen die naar België willen reizen voor meer dan 90 dagen, een visum voor lang verblijf zullen moeten aanvragen, bijvoorbeeld op basis van gezinshereniging, waarbij ze ook effectief aantonen aan alle wettelijke voorwaarden te voldoen.
Personen die voor een periode van maximaal 90 dagen naar dichte familie in België willen komen, kunnen een visum voor kort verblijf aanvragen voor een familiebezoek. Belangrijk is dat ook voor een visum voor kort verblijf aan de voorwaarden voldaan moet zijn, onder andere dat de kosten van het verblijf verzekerd zijn, dat de retributie en visumleges betaald worden en dat de persoon de intentie heeft terug te keren naar het herkomstland bij afloop van het visum.
Dat is een individuele beoordeling die voor elk dossier moet gebeuren. De diensten houden daarbij rekening met bijvoorbeeld het feit of de persoon in kwestie al eerder met een visum naar België reisde en dat visum respecteerde of omgekeerd.
Collega Segers, de duurtijd van de behandeling van deze procedure neemt op dit moment ongeveer drie maanden in beslag. Wij trachten dat echt drastisch terug te brengen. Ik besef dat mensen dat steeds korter willen en het bij wijze van spreken binnen de dag wensen, maar de diensten hebben echt voldoende tijd nodig om de aanvragen te onderzoeken, zowel bij Buitenlandse Zaken als bij de Dienst Vreemdelingenzaken. België kan bijvoorbeeld ook geen Turkse of Syrische identiteitsdocumenten of paspoorten afleveren. Daarvoor moet de betrokkenen zich richten tot hun autoriteiten. Het is uiteraard belangrijk dat de identiteit van een persoon vaststaat vooraleer een visum kan worden verstrekt om naar ons land af te reizen.
Le traitement prioritaire concerne toutes les demandes des personnes originaires des zones touchées, qu'il s'agisse de demandes en attente auprès de l'Office des étrangers ou de nouvelles demandes. Le nombre de demandes en attente émanant de personnes de la région semble limité pour le moment et le nombre de nouvelles demandes est difficile à estimer.
Il est important de ne pas créer de fausses attentes et de rappeler à chacun qu'il devra se conformer aux conditions d'obtention du visa, afin que les créneaux de rendez-vous supplémentaires disponibles dans les Visa Application Centres pour introduire les demandes de visa puissent être réservés aux personnes de la région touchée qui remplissent les conditions requises pour obtenir un visa. L'Office des étrangers comme les Affaires étrangères renforcent temporairement le poste à Istanbul.
Depuis la fin de la semaine, l'Office des étrangers renvoie les membres des familles qui cherchent des informations aux pages correspondantes de son site web. L'information de ce site web est évolutive et actualisée. Presque toutes les pages sont disponibles en néerlandais, en français et en anglais. Je n'ai pas l'intention de les traduire en turc ou en arabe, comme demandé, précisément parce que je ne veux pas créer de faux espoirs. Les personnes qui n'ont pas de famille proche en Belgique ne rempliront pas les conditions d'un visa de court séjour pour une visite familiale en Belgique. Les pages des Visa Application Centres sont disponibles en turc et en arable.
Daarnaast kregen mijn diensten ook heel wat vragen over personen afkomstig uit de getroffen gebieden die momenteel in België zijn en wier verblijf afloopt op korte termijn, maar die tijdelijk niet kunnen terugreizen. Zij kunnen ook een tijdelijke verlenging van hun verblijf aanvragen bij de gemeente, waarna de Dienst Vreemdelingenzaken een beslissing zal nemen.
02.06 Greet Daems (PVDA-PTB):
Dank u wel voor uw antwoorden. Ons land moet zich solidair tonen met de
slachtoffers van deze vreselijke natuurramp, zowel humanitair als materieel en
zowel voor de Turkse als voor de Syrische slachtoffers. Dat is een evidentie en
ik ben ook blij dat dat gebeurt. Het is goed dat slachtoffers tijdelijk
opgevangen kunnen worden bij hun familie in België. Ik stel mij wel vragen bij
de gemiddelde procedure van drie maanden voor het verkrijgen van zo’n
visum. Dat moet sneller kunnen.
02.07 Özlem Özen (PS): Il s'agit d'un désastre humanitaire que l'OMS a qualifié de "plus grande catastrophe naturelle depuis un siècle". Il est de notre devoir de soutenir l'élan d'humanité, je l'ai dit, devant ce terrible drame. En plus des pertes humaines considérables, vous vous doutez que les personnes sur place ont également perdu des biens matériels: ils ont perdu leurs documents d'identité, ils ont aussi perdu les moyens de se rendre là où ils le doivent, dans des locaux à Istanbul, Ankara, etc. Concrètement, ils sont donc dans l'impossibilité à la fois matérielle et physique de respecter les conditions administratives, la lourdeur administrative qui s'impose dans des situations normales.
Ici, nous avons de loin dépassé une situation
normale. La situation est vraiment tragique. Je trouve cela un peu faible de
votre part de dire que vous allez accélérer simplement le traitement des
demandes qui ont été introduites ici, ou pour ceux qui sont ici. Ma véritable
question, c'est: que va faire la Belgique pour les personnes, les Belges
habitant ici, qui ont un proche ou par exemple de la famille dans les zones
sinistrées? Y aura-t-il une procédure simplifiée pour permettre à ces
personnes-là de les accueillir chez eux? En démontrant bien évidemment qu'ils
ont les moyens de les accueillir pour une courte période, et en faisant en
sorte que ces personnes retournent chez elles lorsque les conditions le
permettront. Je pense qu'il faut aller un peu plus loin dans l'aide que la
Belgique pourrait apporter. Je
vous remercie.
02.08 Ben Segers (Vooruit): Mevrouw de staatssecretaris, ik meen dat u met uw aankondiging bepaalde verwachtingen hebt gecreëerd, die dreigen valse verwachtingen te zijn, zeker als het over de periode van drie maanden gaat. Ik reken er dan ook op dat u er alles aan zult doen om die termijn zo kort mogelijk te maken, maar het is ook nodig om daar heel duidelijk over te communiceren en de informatie ook in standaardmails mee te geven.
02.09 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, ik heb hier acht concrete vragen gesteld, waarvan een over de maximale termijn van drie maanden en of die kan worden verlengd. Daarop hebt u geantwoord dat er in dat geval aan de voorwaarden voor een visum voor lang verblijf moet worden voldaan. Helaas heb ik op mijn zeven andere vragen geen antwoord gekregen, wat weinig vertrouwen inboezemt. U zegt dat het moeilijk in te schatten is om hoeveel personen het gaat, maar u hebt er blijkbaar geen idee van of er naast België en Duitsland nog Europese landen betrokken zijn, noch of er in het verleden op zo’n grote schaal een dergelijke procedure is aangewend. Die antwoorden blijft u schuldig.
Noodhulp is nodig, maar als u nog niet in staat bent om te antwoorden op zeven van mijn acht concrete vragen hoe u hier werk van zult maken, dan vrees ik dat de bekommernis van de premier dat dit land overbevraagd is en dat het systeem kraakt en we moeten vermijden dat het breekt, gegrond is en dat u geen enkele garantie biedt dat dat niet het geval zou zijn.
02.10 Theo Francken (N-VA): Ik wil mijn medeleven betuigen aan alle nabestaanden van de slachtoffers. Het worden er elke dag meer en dat is verschrikkelijk. Ik begrijp dat er prioriteiten moeten worden gesteld wat de visums betreft, en daar heb ik op zich geen probleem mee.
Turkije is ook een NAVO-bondgenoot, weliswaar niet altijd loyaal. Sinds de oorlog in Oekraïne hebben de Turken wel bewezen dat we ze nodig hebben, dus het gaat om een strategisch belangrijk land. Dat bondgenootschap is in deze tijden dan ook cruciaal en ik vind het dan ook positief dat we maximaal ons best doen. Syrië is een ander verhaal, omdat president Assad daar nog altijd de plak zwaait, maar daar kunnen die mensen natuurlijk weinig aan doen, dus ook daar is alle hulp meer dan terecht.
Het enige wat voor mij vreemd was, is iets wat hier al een paar keer is vernoemd, namelijk de communicatie.
Ik weet niet juist wie het in de markt heeft gezet, u, de eerste minister of mevrouw Lahbib, maar op een bepaald moment leek het alsof er een soort visumvrijheid kwam voor mensen uit Turkije en Syrië. Die communicatie is meteen bijgestuurd. Ze moest ook worden bijgestuurd. Nu blijkt dat er op zich een prioritering is, maar dat het nog altijd maanden kan duren vooraleer iemand een visum voor kort verblijf wordt toegekend.
Is de termijn van drie maanden voor een lang verblijf?
02.11
Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer Francken, (…) zullen wij terugbrengen.
02.12 Theo Francken (N-VA): Dat heb ik gehoord, mevrouw de staatssecretaris. Hebt u op dat vlak een ambitieniveau?
02.13 Staatssecretaris Nicole de Moor: Zo snel mogelijk, maar zoals ik al aangaf, hangt dat af van het aantal aanvragen dat zal worden ingediend. Dat aantal is moeilijk in te schatten. Ik heb echter niet gezegd dat de procedure drie maanden zal duren. Ze duurt vandaag drie maanden. Dat moet korter. Dat lijkt mij evident.
02.14 Theo Francken (N-VA): Praten wij dan over dagen of weken?
02.15 Staatssecretaris Nicole de Moor: Dat zal zo snel mogelijk zijn. Ik wil mij niet vastpinnen op een termijn.
02.16 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mevrouw de staatssecretaris, ik dank u voor uw antwoorden. Ik wil mijn medeleven betuigen aan alle slachtoffers en nabestaanden. Het is een ongeziene, verschrikkelijke ramp. Het is de zwaarste natuurramp in 100 jaar. Er zijn bijgevolg gepaste maatregelen en uitingen van solidariteit nodig. Heel veel Belgische Turken in ons land willen hun solidariteit tonen en willen hun familie helpen. Heel veel mensen zijn op dit moment dakloos. Zij moeten in heel moeilijke omstandigheden zien te overleven. Als wij ervoor kunnen zorgen dat zij tijdelijk kunnen worden opgevangen door familie hier in België, dan moeten wij dat absoluut doen.
Ik sluit mij aan bij de replieken van de collega’s die stellen dat u een en ander hebt aangekondigd en de mensen hoop hebt gegeven. Nu ik echter uw antwoord heb gehoord, blijkt dat het in de praktijk toch niet zo eenvoudig zal zijn om snel naar België en de familie te komen. Het duurt nu drie maanden. U zult die termijn proberen in te korten. Ik zal mijn vragen daarover een volgende keer opnieuw stellen, want die kwestie zal in de komende weken niet zomaar opgelost zijn. Zult u daarvoor dan extra personeel inzetten? Als u de aanvragen sneller zult behandelen, dan zullen andere mensen in andere procedures, ook in procedures van gezinshereniging, mogelijk langer moeten wachten. Dat kan niet de bedoeling zijn.
De nood is nu hoog. U hebt aangekondigd dat u mensen wilt helpen. Wij hebben mensen hoop gegeven. Wij moeten er dus echt alles aan doen om dat op korte termijn waar te maken. Wij moeten de procedure eenvoudig maken. De mensen zijn daar alles verloren en hebben mogelijk geen documenten of papieren op zak. Zij moeten dan door een hele administratieve mallemolen om de juiste identiteitspapieren te krijgen. Vanuit Turkije zal dat misschien nog mogelijk zijn, maar hoe zit het met de mensen in Syrië? Kunnen zij aan die documenten komen?
Ik zal u zeker nog vragen stellen over de stand van zaken daar. We moeten erover nadenken om daarmee op een pragmatische manier om te gaan, zodat iedereen die solidariteit wil uiten, dat ook zal kunnen doen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03.01 Theo Francken (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, de situatie in de Paleizenstraat is dramatisch en is de laatste dagen enorm geëscaleerd. Het probleem dateert niet van gisteren, het is al een hele tijd bezig.
Laten we eens kijken wat daar allemaal gebeurd is de afgelopen maanden. Het bilan van de Paleizenstraat in de afgelopen maanden is het gevolg van het desastreuze asielbeleid in dit land. Op 24 december, de dag voor Kerstmis, was er een sterfgeval. Op 25 december, de dag van Kerstmis, was er een zware steekpartij. Op 12 januari was er een brand. Op 23 januari heeft iedereen kunnen zien dat een halfnaakte man met een machete stond te zwaaien; hij bekogelde ook voetgangers die een paar tientallen meters lager in de straat wandelden. Vandaag, op 15 februari, was er opnieuw een sterfgeval, spijtig genoeg.
Daarnaast zijn daar ook ziektes vastgesteld waarvan men dacht dat ze allang uitgestorven waren in West-Europa. Er zijn ook veel getuigenissen van zware vechtpartijen, bloed, drugs, zwaar misbruik van alle mogelijke toxische middelen enzovoort. Op een bepaald moment durfden de ngo-medewerkers het pand zelfs niet meer betreden. Zo ver was het dus gekomen.
U hebt dan gezegd dat er zou worden geprobeerd om het pand stap voor stap te ontruimen, of om een oplossing te zoeken. Er zijn dan extra plaatsen vrijgekomen en u hebt een screening gedaan om te zien of die mensen al een asielaanvraag gedaan hadden of nog wilden doen. In tegenstelling tot eerdere berichtgeving bleek dat veel van die mensen asielzoekers waren. Er werd op een bepaald moment geïnsinueerd – door u of door uw diensten, door weet ik veel – dat veel van die mensen illegalen waren, dat ze uitgeprocedeerd waren, dat sommigen een inreisverbod hadden of een bevel om het grondgebied te verlaten, maar dat genegeerd hadden.
Dan kwamen de cijfers. Toen bleek dat er van de 750 bij wijze van spreken 748 asielzoekers waren en effectief in een asielprocedure zaten, maar geen opvang hadden gekregen. Die mensen zijn massaal naar de rechtbank gestapt en beginnen nu de dwangsommen die uitgesproken werden te innen. Ze hebben immers allemaal gelijk gekregen. 7.000 mensen hebben gelijk gekregen in 7.000 procedures. Er waren er soms meerdere per dag in de arbeidsrechtbank in Brussel. Het zijn echt hallucinante cijfers.
U hebt altijd gezegd dat u geen dwangsommen betaalt omdat de Belgische belastingbetaler geen belastingen betaalt om die vertaald te zien worden naar dwangsommen voor individuele asielzoekers. U hebt groot gelijk, maar u betaalt ze wel, ook al is het niet actief. Uw eigen administratie wordt immers leeggehaald door gerechtsdeurwaarders, die de spullen openbaar zullen verkopen. De eerste ophaling was gisteren bij Fedasil en de openbare verkoop van stoelen, zetels, koffiezetapparaten en televisietoestellen zal vrijdag op de middag plaatsvinden. We zitten dus in zo’n cynische fase van het failliet van uw Belgische asielbeleid dat belastingbetalers vrijdagmiddag kunnen bieden om spullen terug te kopen waarvoor ze ooit belastingen hebben betaald. Zo diep zijn we blijkbaar al gezakt in dit land.
Maar goed, u blijft op post en u hebt de volle steun van alle zeven partijen in uw regering, dus dat zijn er heel wat. Ik merk 100 % vertrouwen en steun, elke dag.
U hebt nu gezegd dat u het pand stap voor stap toch zou ontruimen. Gisteren was de eerste dag. Ik heb gelezen – want ik was er natuurlijk niet bij – dat het daar bijzonder chaotisch verlopen is. Het is daar niet goed afgelopen, omdat er heel wat mensen zijn overgebracht, maar heel wat mensen ook niet. Meer dan de helft van de mensen heeft uiteindelijk geen opvangplaats gekregen. Ze hebben vele uren gewacht en zijn dan eigenlijk ’s avonds terug in het kraakpand geduwd of gestuwd. Als ik het goed begrepen heb, is er dan vannacht brand uitgebroken en is er iemand overleden. Als de ontruiming dus gisteren was afgerond, dan hadden we alleszins een brandstichting en mogelijk een dode minder gehad. Ik betreur dat overlijden absoluut, maar dat is op zich het punt niet, laat dat duidelijk zijn.
Vandaag is men opnieuw begonnen met de ontruiming. De bussen hebben zich in colonne geplaatst en er was heel veel politie. De politiekracht en -macht is volledig ontplooid. Er mochten ook geen pottenkijkers in de buurt komen. De pers is hier, maar daar mochten ze niet komen. Dat was niet toegestaan. Dat mag de bevolking niet zien.
Op dit moment zijn de bussen onderweg naar Ruisbroek, naar Sint-Pieters-Leeuw. De burgemeester, Jan Desmeth, die ook N-VA-lid is, belde mij daarnet met de boodschap dat er tussen 13.40 uur en 14 uur twee bussen van de MIVB zijn aangekomen – geen autocars dus – volgepakt met mensen, 50 per bus. Er zouden nog twee dergelijke bussen moeten aankomen, dus gaat het in totaal om zo’n 200 mensen.
Zij worden gedropt – ik kan het niet anders noemen – in een Ibishotel in Ruisbroek, Sint-Pieters-Leeuw, in Vlaanderen, zonder enig overleg met de burgemeester. Hij wist van niets, de politie weet van niets, de gouverneur weet van niets. Niemand weet van iets, maar zij worden daar gewoon naartoe gebracht en moeten dan maar in een ibishotel slapen. Van een kraakpand gaan zij naar een pand dat zou worden betaald door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Minister-president Vervoort heeft echter niet het respect om te bellen met een burgemeester. Hij brengt die mensen gewoon naar Sint-Pieters-Leeuw. Hij dumpt ze in Ruisbroek, in een wijk die bijzonder gevoelig is, want die is gelegen tegen Vorst. Dat is een van de moeilijkste wijken van Vlaams-Brabant, al jaar en dag trouwens. Dat is niets nieuws, maar het zal er niet op verbeteren met die 200 mensen extra erbij. Er komen daar dus opeens 200 illegale alleenstaande mannen en misschien een deel asielzoekers aan – ik weet niet wie die mensen juist zijn. Zij worden daar gewoon afgezet zonder enig overleg.
Een deel van die mensen zal gezondheidsproblemen hebben. Het is zeker dat sommigen van hen besmet zullen zijn met de ziektes waar ik het daarnet over had. Wat moet de burgemeester daarmee doen? Hij heeft zijn rampencel bij elkaar geroepen om de noodplanning en preventie te bekijken. Hij moet nu nagaan wat hij de komende uren met die 200 nieuwe inwoners van zijn gemeente zal doen.
De burgemeester heeft ook contact gehad met u of met uw kabinetschef. Uw kabinetschef heeft verschillende malen heel duidelijk gezegd dat dat niet uw initiatief is. Het is niet zo dat Fedasil dat ibishotel huurt. Het is een initiatief van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, wat trouwens ook zo was in de Paleizenstraat. Dat is een gebouw van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest!
Fedasil zal daar nu blijkbaar zelfs een asielcentrum van maken! Dat is onwaarschijnlijk ironisch. Ik heb begrepen dat daar werken gebeuren en dat het wel degelijk de bedoeling is om daar een asielcentrum van te maken.
Mevrouw de staatssecretaris, hoe komt het dat die ontruiming zo chaotisch is verlopen? Wat de laatste mensen betreft die daar nog verblijven, zitten daar nog asielzoekers tussen? Over wie gaat het nu? Hebben alle asielzoekers van daar al een plaats gekregen? Kunt u het overlijden van die persoon nader toelichten? Wie was die persoon? Wat is de context? Ik vraag het u in alle schroom, maar kunt u daar iets meer over vertellen? Wat zal er nu gebeuren? Welke boodschap hebt u voor de burgemeester van Sint-Pieters-Leeuw en voor de inwoners van Ruisbroek en Sint-Pieters-Leeuw, die nu een betaald kraakpand krijgen op hun grondgebied?
03.02 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de staatssecretaris, ik heb een vraag over de situatie aan het kanaal. Buurtbewoners hebben zich sinds begin februari opnieuw solidair getoond met het lot van de vluchtelingen die ondertussen gemiddeld vier maanden op straat slapen, dicht bij het Klein Kasteeltje, aan het kanaal. Ze hebben samen met hen de nacht op straat doorgebracht en de daaropvolgende dag werd een solidariteitsbrunch georganiseerd. De buurtbewoners deden dat niet alleen uit solidariteit, maar ook omdat ze u simpelweg niet meer geloven. Middenveldorganisaties zeggen al maanden dat ze van u veel beloftes krijgen, maar dat ze geen resultaten op het terrein zien. De buurtbewoners van het Klein Kasteeltje zeggen nu hetzelfde. Ik wil daarom zeer concreet van u horen of zij überhaupt geholpen worden.
Ik heb u hier al een paar keer om actie van u en uw regering gevraagd. Dat kan in de vorm van voedselpakketten, dekens, eender wat, zolang u maar iets doet. De palletten waarop ze nu slapen, om toch enige bescherming te bieden tegen de kou, hebben ze ook van de buurtbewoners gekregen. Dat is op zich niet de taak van de burger, mevrouw de staatssecretaris, maar wel de uwe. Zult u hen snel van een opvangplaats kunnen voorzien?
Ik wil daar nog aan toevoegen dat de bewoners van de Paleizenstraat wel geholpen worden. Eerder stond in alle kranten dat de problemen daar nu opgelost zijn, maar dat klopt niet echt.
Het is daar totale chaos. De mensen uit de Paleizenstraat die al als asielzoeker werden geregistreerd, zouden gisteren opgehaald en opgevangen worden, maar al heel snel werd duidelijk dat dat niet het geval was. Gisteren bleek dat er maar 250 opvangplaatsen waren en dat 230 mensen nog maar eens in de kou achterbleven. Voor hen zat er niets anders op dan terug naar de Paleizenstraat te keren. Vandaag is daar zelfs een dode gevallen. Ik wil dan ook mijn medeleven betuigen met de familieleden en vrienden van het slachtoffer.
We hoorden ook dat Schaarbeek zelf vervoer heeft moeten regelen. Ik vraag mij af waar Fedasil was. Ik hoop dat u op mijn vragen kunt antwoorden.
03.03 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, terwijl deurwaarders de kantoren van Fedasil leeghalen, slaagt u er niet in om een kraakpand vol illegalen leeg te maken. Dit probleem sleept al lang aan. Het bilan werd al gemaakt. Er was al een sterfgeval op 24 december. Vandaag is er opnieuw een persoon overleden. Er is brand geweest. Er zijn dagelijkse vechtpartijen. Er worden drugs gebruikt. Er zijn uitbraken van ziektes. De hele situatie in de Paleizenstraat illustreert helaas de onmenselijkheid van het asielbeleid dat door Vivaldi wordt gevoerd.
We hebben ondertussen de planning in de media kunnen vernemen. Men zou op maandag alle aanwezigen in het kraakpand elders onderbrengen. Gisteren zou men iedereen die nog in het gebouw aanwezig was en er vrijwillig mee instemde elders onderbrengen. Vandaag zou het gebouw volledig worden leeggemaakt en gesloten. We hebben allemaal de videobeelden gezien van hoe ongelooflijk chaotisch dat werd aangepakt.
Mevrouw de staatssecretaris, naar welke plaatsen heeft men de illegalen en asielzoekers overgebracht? Klopt het dat men er nu 200 in hotels opvangt? U hebt altijd beloofd dat asielzoekers nooit in hotels zouden worden opgevangen. Het doet er niet toe of Brussel het ibishotel wel of niet betaalt, want de opvang van die asielzoekers is en blijft uw bevoegdheid. U hebt de zeer duidelijke belofte gedaan dat die asielzoekers nooit in hotels zouden worden opgevangen.
In welke andere plaatsen worden er nog asielzoekers ondergebracht? Hebt u zicht op hoeveel personen het er nu zijn en wat hun verblijfsstatus is? Wat gebeurt er met de personen die weigeren en het pand niet willen verlaten? Ik krijg graag enige verduidelijking.
03.04 Staatssecretaris Nicole de Moor: Collega’s, vanochtend werden we wakker met het verschrikkelijke nieuws van het overlijden van een bewoner in de Paleizenstraat. Volgens de informatie waarover ik op dit moment beschik, zou het gaan om een natuurlijk overlijden van een Marokkaanse man die hier in onwettig verblijf was en die bij de autoriteiten gekend was voor drugsfeiten. Hij had al eerder een inreisverbod gekregen vanwege die drugsfeiten. Ik blijf in nauw contact met het parket en de bevoegde diensten om meer informatie te krijgen. Ik wil ook mijn medeleven betuigen aan alle naasten, want dit nieuws laat uiteraard niemand onberoerd, ook al gaat het hier niet om een asielzoeker die recht had op opvang bij Fedasil.
Het klopt dat gisteren en vandaag de laatste fase van de ontruiming van het kraakpand in de Paleizenstraat werd uitgevoerd. Mijn diensten zijn echter al veel langer bezig met het overbrengen van mensen naar het reguliere opvangnetwerk van Fedasil, wanneer zij asielzoeker zijn, een asielprocedure lopende hebben en daardoor recht op opvang hebben. Sinds 22 december gaven we op die manier al een duurzame opvangplaats aan meer dan 750 personen uit de Paleizenstraat.
Deze inspanning maakte het mogelijk om een tweedaagse operatie onder leiding van verschillende Brusselse actoren en de gemeente Schaarbeek te organiseren. Mijn diensten zijn niet rechtstreeks betrokken bij de uitvoering van deze operatie. Gisteren werd inderdaad een eerste fase uitgevoerd, waarbij het de bedoeling was om alle personen met een blauw bandje een opvangplaats aan te bieden. Het bandjessysteem werd enkele weken geleden uitgewerkt door de verschillende Brusselse diensten om te controleren of de personen daadwerkelijk uit de Paleizenstraat kwamen.
Mevrouw Daems, ik ben mij ervan bewust dat we voor alle asielzoekers een oplossing moeten vinden en niet enkel voor hen die in de Paleizenstraat verblijven, maar de finaliteit van de operatie van gisteren was wel om eerst de onhoudbare situatie in dat kraakpand op te lossen en om de mensen uit de Paleizenstraat over te brengen naar noodopvang die het Brussels Gewest inricht. Daarna worden de asielzoekers onder hen dan stapsgewijs overgebracht naar het opvangnetwerk van Fedasil, zoals wij reeds een hele tijd doen.
Beste collega’s, wij doen dat stapsgewijs. Ik heb u dat reeds eerder toegelicht. Wij moeten immers elke dag voldoende plaatsen hebben voor de families met minderjarige kinderen en de alleenstaande minderjarigen die elke dag in ons land aankomen. Zij worden prioritair opgevangen.
Wat de situatie van gisteren betreft, vernam ik van de Brusselse autoriteiten dat er veel meer mensen dan voorzien zich aanboden in de Paleizenstraat, ook mensen die vanop andere locaties en zelfs andere steden kwamen. Daardoor was de door Brussel voorziene noodopvang onvoldoende groot. Vandaag wordt verder gewerkt door de Brusselse autoriteiten om wel iedereen een bed in noodopvang te kunnen bieden, in afwachting van een plaats bij Fedasil, voor wie daarop recht heeft.
Helaas zijn ook gisteren gedurende de operatie niet alle vooropgestelde protocollen volledig uitgevoerd. Een grote groep kon wel medisch gescreend worden en werd overgebracht naar opvangplaatsen die door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werden ingericht.
Vandaag staat de verdere politionele ontruiming gepland, evenals de afsluiting van het gebouw. Er wordt door de Brusselse actoren ook nog werk gemaakt van een oplossing voor personen die al een tijdje in de Paleizenstraat verbleven. Momenteel zijn alle betrokken diensten op het terrein aanwezig om deze oefening tot een goed einde te brengen. Het is hoe dan ook de bedoeling om het gebouw vandaag volledig te ontruimen en af te sluiten, om verdere bezetting te vermijden.
Collega Francken, het gebouw is inderdaad eigendom van het Brussels Gewest, dat daar werken zal uitvoeren. Het is echter niet de bedoeling er een opvangcentrum voor Fedasil van te maken.
Beste collega’s, deze ontruimingsactie was niet evident. Heel veel Brusselse actoren hebben er grote inspanningen voor geleverd, na de inspanningen die Fedasil de voorbije weken al leverde om asielzoekers uit het pand gradueel over te brengen naar het netwerk van Fedasil.
Ik ben blij dat deze stap wordt gezet. Nogmaals, de opvangcrisis is hiermee niet achter de rug. Mijn diensten blijven verder enorme inspanningen leveren om bijkomende opvang te creëren en mensen uit de Brusselse noodopvang, maar ook andere asielzoekers die wij nog niet hebben kunnen opvangen, op te nemen in het reguliere opvangnetwerk.
Collega’s, ik besef dat ik in herhaling val, maar er zijn geen simpele oplossingen voor deze complexe problematiek. De voorbije periode werden reeds meer dan 8.000 bijkomende opvangplaatsen gecreëerd door Fedasil. Ik zal mij daarvoor verder blijven inzetten, elke dag, ook in een heel moeilijke context en zonder cynisch te worden. Ik ben echter ook heel eerlijk, dit is niet morgen opgelost.
Zonder structurele hervormingen, zowel op Belgisch niveau als op Europees niveau, zal het ook niet opgelost raken. Ook daar blijf ik de kar trekken in de komende weken en maanden.
03.05 Theo Francken (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, ik begrijp dat u in het laatste deel van uw antwoord geëmotioneerd en bewogen was, want u hebt een heel zware job. U bent ook maar een mens. U zult niet veel slapen, want u bent hier dag en nacht mee bezig. Als er mensen sterven, als er brand uitbreekt, als het allemaal compleet in de soep draait, dan kijkt u daar met grote ogen naar en hoopt u met een bang hart dat het niet nog erger wordt. Als mens, van mens tot mens, heb ik daar alle respect voor en ik wens u dan ook heel veel sterkte, want het moet echt verschrikkelijk moeilijk zijn voor u als persoon, als mens. U doet ook maar uw job en die job is niet gemakkelijk. U had het ook liever anders gezien, daar twijfel ik geen seconde aan. Wat ik zei, meen ik oprecht, u weet dat. Om daarover niet oprecht te zijn, heb ik uw functie net iets te lang vervuld.
Ik ben verschrikkelijk boos op het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. U zegt dat de problemen in het pand in de Paleizenstraat opgelost zijn door noodopvang ingericht door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Die ingerichte noodopvang kan ook anders genoemd worden, want die mensen worden gewoonweg in Vlaams-Brabant gedropt. Dat is niet uw verantwoordelijkheid, maar dat kan toch gewoon niet? In de Paleizenstraat zitten nog een paar honderd illegalen. Het gaat om diehards, dat zijn meestal niet de gemakkelijksten. Veelal zijn het alleenstaande mannen. Halsoverkop, in de duik, wordt een hotel gehuurd in Ruisbroek, in Vlaams-Brabant. Het gaat om een hotel van de keten ibis en ik moet nog achterhalen hoeveel de huurprijs bedraagt. Zonder de burgemeester, de politie of de gouverneur te verwittigen, wordt zo’n moeilijke groep mensen daarheen gebracht met bussen van de MIVB en in dat hotel gedropt. Daarmee wordt het probleem niet opgelost, doch slechts verplaatst. Dat zijn dumpingpraktijken. Wat moeten die mensen daarvan denken? Wat de burgemeester ervan denkt, weet ik ondertussen, want die heb ik aan de lijn gehad. U weet het mogelijk ook al, want hij sprak ook uw kabinetschef, dus hij zal u zeker een bericht hebben gestuurd toen hij met uw kabinetschef belde. De burgemeester is daar niet over te spreken. Dat zijn toch geen manieren? Zo gaan we in dit land toch niet met elkaar om?
Ik weet dat Brussel veel moet dragen. De stad krijgt daarvoor ook heel wat extra financiering. Voor het feit dat de zaken op die manier worden aangepakt, heb ik echter geen enkel respect. Ik zal de zaak de komende uren en dagen ook verder aankaarten. Dat kan echt niet. U moet daarover een hartig woordje praten met de heer Vervoort en zijn diensten.
Als het immers de bedoeling is om op die manier het probleem van de kraakpanden in Brussel te verschuiven naar andere gewesten en andere plaatsen, dan kan dat absoluut niet. Er zijn immers nog meer kraakpanden. De Paleizenstraat is immers datgene waar iedereen nu over praat en het is het grootste probleem. Er zijn er echter nog meer. Er zijn nog spots over de hele stad. Indien het de bedoeling is om die allemaal te ontruimen met bussen en overal hotels en achterkamertjes te huren in Vlaams-Brabant, om de betrokkenen op die manier in de handen van de andere overheden te duwen, dan zal dat niet marcheren. Op die manier kunnen wij echt niet samenwerken. Die werkwijze is onaanvaardbaar.
Mijnheer de voorzitter, ik heb nog een paar punten. Ik zal uiteraard een motie indienen na mijn interpellatie.
Mevrouw de staatssecretaris, ik weet dat u echt uw best doet. U weet dat ik een aantal zaken apprecieer en een aantal andere zaken echt niet steun. Ik ben van mening dat wij op de ontrading nog veel feller en forser moeten inzetten. U weet dat. Ik weet ook dat ze niet alleenzaligmakend is, maar u kunt ook niet beweren dat ze niets zal helpen.
Ik herhaal het echter, zoals bij de hekken, als het dan toch niet helpt, zet ze dan online. Wat is het probleem? Indien het toch niets uitmaakt voor alle linkse partijen, omdat het toch niet zou helpen, zet ze dan zeker online. Voor mij maakt het wel uit. Voor heel veel mensen in Vlaanderen maakt het enorm veel uit. Doe het dan. Wat is het probleem? Ik snap het niet goed.
Dat is natuurlijk omdat het niet mag en het niet past in het verhaaltje van wir schaffen das, waarin links in dit land spijtig genoeg nog altijd gelooft. Jullie worden op dit moment zo hard en zo levensecht met de neus op de feiten gedrukt dat het bijzonder pijnlijk wordt om naar te kijken. Toen ik staatssecretaris was, was het altijd leuk om op mijn kap te zitten. Nu bent u echter zelf verantwoordelijk. De situatie is nog nooit zo erg geweest. Wij hebben nog nooit zo diep gezeten in de 25 jaar dat ik het migratiebeleid opvolg in België, van ’s morgens tot ’s avonds. Ik heb dat nog nooit meegemaakt.
Wij zullen een motie indienen waarin wij in een tweede punt vragen om ontrading, maar ook om te kiezen voor een ander model. U weet dat wij een structureel andere oplossing hebben. Die is ook niet van vandaag op morgen klaar, maar als wij er vandaag niet aan beginnen, zal het nooit lukken.
Mijnheer Vandenput, gisteren is in de Tweede Kamer in Nederland de motie die ik nu zal indienen aangenomen met een meerderheid, waarbij ook de VVD, ook de liberale partij dus, en de christendemocratische partij voor hebben gestemd.
De geesten rijpen dus en ik zal het nog een paar duizend keer moeten herhalen, maar ik zal dat met veel plezier doen, tot het finaal ook hier lukt en de wijsheid en rationaliteit in dit debat terugkeren en we kunnen stemmen. Het zal een heuglijke dag worden, mijnheer de voorzitter, wanneer we in deze commissie in de Belgische Kamer, na de Tweede Kamer in Nederland, een stemming organiseren over het Australische externalisatieverhaal, zoals wij het al jaren verdedigen.
03.06 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de staatssecretaris, op dit moment wordt de Paleizenstraat, het gezicht van deze vreselijke opvangcrisis, gesloten. Wat doet u echter met dat andere gezicht, de mensen die op straat leven in tentjes her en der in Brussel? Ik vraag me af hoelang dat nog zo zal zijn.
U zegt nu dat het stap voor stap zal gebeuren, eerst de Paleizenstraat en dan zult u verder kijken. Ik neem daar echter geen genoegen mee. De buurtbewoners aan het Klein Kasteeltje en de middenveldorganisaties doen dat ook niet. Kati Verstrepen van de Liga voor Mensenrechten zei in De Morgen dat het feit dat mensen vandaag op straat moeten slapen niet het gevolg is van een te grote instroom, maar van het feit dat de overheid niet voldoet aan haar opdracht, namelijk het voorzien van voldoende opvangplaatsen.
03.07 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, het kraakpand in de Paleizenstraat staat eigenlijk symbool voor het failliet van de asielpolitiek in dit land. Er heersen onmenselijke, schrijnende en onveilige omstandigheden en ik vraag mij af waarom het zo lang geduurd heeft vooraleer u het pand hebt willen ontruimen. Nu verplaatst men het probleem. Het is veelzeggend dat u niet ingaat op de vragen over de verplaatsing naar hotels, terwijl u altijd de zeer duidelijke belofte hebt gedaan dat men asielzoekers nooit in hotels zou opvangen. Ondanks mijn expliciete vraag zwijgt u daarover veelzeggend in uw antwoord. Het is nu nochtans het moment om de vele illegalen uit het kraakpand vast te zetten met het oog op repatriëring. Men doet hier niet aan actieve opsporing van illegalen, maar met dit kraakpand hebt u wel een ideale opportuniteit om op dat vlak een tandje bij te zetten.
U zegt dat er geen simpele oplossingen zijn voor een complexe problematiek. U trekt de kar voor een structurele oplossing en hervorming, maar helaas is daar geen enkele maatregel bij om de instroom te beperken. In tegenstelling tot collega Daems ben ik ervan overtuigd dat dat al een zeer goed begin zou zijn.
De voorzitter: Tot besluit van deze bespreking
werden volgende moties ingediend.
En
conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Theo Francken en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Theo Francken
en het antwoord van de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing,
vraagt de
regering
de
asielprocedure te externaliseren buiten de grenzen van de EU en daartoe alle
politieke en diplomatieke middelen aan te wenden."
Une motion de recommandation a été déposée par
M. Theo Francken et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l’interpellation de M. Theo Francken
et la réponse de la secrétaire d'État à l'Asile et à la Migration, adjointe à la ministre de l'Intérieur, des Réformes institutionnelles et du Renouveau démocratique,
demande au gouvernement
d'externaliser la procédure d'asile en la reportant en dehors des
frontières de l'UE et d'utiliser tous les moyens politiques et diplomatiques à
cet effet."
Een
eenvoudige motie werd ingediend door de heren Ben
Segers en Tim Vandenput.
Une motion
pure et simple a été déposée par MM. Ben Segers et Tim Vandenput.
Over de
moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
Le vote sur
les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
De voorzitter: De heer Troosters trekt zijn vraag in.
04.01 François De Smet (DéFI): Madame la secrétaire d'État, récemment, sur BX1, la chaîne régionale, vous avez déclaré avoir élaboré une série de propositions de réformes structurelles en matière d’asile qui doivent être soumises au gouvernement prochainement.
Vous avez notamment évoqué un véritable droit de séjour pour les apatrides, qui ne passe pas par la régularisation, ou encore un statut protégé et de résident pour les apatrides et pour les parents d’enfants réfugiés. Ces réformes devraient également conduire à une politique de retour plus efficace et à une meilleure prévention des abus dans les centres d’accueil.
Mes questions sont assez simples puisque nous sommes impatients de voir ces réformes. Comment ces réformes s’inscrivent-elles dans votre nouveau Code de l’asile et de la migration, promis en début de législature? Quand ce projet de Code sera-t-il enfin soumis au gouvernement et au Parlement? Pourriez-vous faire un état des lieux des travaux en cours? Pouvez-vous nous faire un inventaire complet des propositions de réformes structurelles en matière d’asile que vous préconisez? Ces propositions ont-elles été élaborées en concertation avec les différentes parties prenantes?
Enfin, vous avez déclaré que ces mesures ne sont qu'une première étape. Pouvez-vous nous donner d’autres exemples de mesures structurelles que vous envisagez soumettre au gouvernement dans les mois qui viennent?
04.02 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, u hebt vorige maand via verschillende mediakanalen aangekondigd – en daarnet in uw antwoord op de vorige vraag opnieuw – dat er nood is aan structurele hervormingen in het asielbeleid. Dat kunnen wij uiteraard enkel beamen.
U hebt ter zake gesteld dat u al een eerste pakket maatregelen op wetgevend vlak klaar zou hebben. In januari zei u dat u daar die maand nog een goedkeuring van de regering voor hoopte te krijgen. U zei daarbij dat het slechts zou gaan om een eerste stap en dat er later bijkomende hervormingen zouden volgen.
Vandaar mijn vragen naar de stand van zaken.
Wat houdt u eerste pakket maatregelen concreet in? Maakt uw eerste pakket maatregelen het onderwerp uit van besprekingen binnen de regering? Zo ja, wat leverde dat overleg concreet op? Zo neen, waarom niet, en tegen wanneer mogen wij wel concreet resultaat verwachten?
Tegen wanneer mogen wij de eerste wetsontwerpen ter zake verwachten?
Tot slot, wanneer komt u met een eerste bijkomende pakket structurele hervormingen? Hebt u al zicht op de timing daarvan?
04.03 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, in het begin van dit jaar kondigde u aan dat u een pakket structurele maatregelen ter hervorming van ons asiel- en migratiesysteem had opgemaakt. U hoopte toen dat voor eind januari goedgekeurd te krijgen. Ondertussen is het half februari en het Parlement heeft ter zake nog geen teksten onder ogen mogen krijgen.
Hoe staat het daarmee? Kunt u bevestigen dat uw regering het daarover niet eens geraakt?
04.04
Staatssecretaris Nicole de Moor: Collega’s, zoals ik daarnet heb gezegd, zijn structurele
maatregelen nodig om een beter migratiebeheer mogelijk te maken. Daarom heb ik
inderdaad een eerste pakket aan hervormingen voorgelegd aan de regering. De besprekingen daarover lopen binnen de
regering.
Il s'agit de quatre projets de loi dont un crée en effet un propre statut de séjour pour certains apatrides, comme le prévoit l'accord de gouvernement fédéral. Il y aura une procédure spécifique avec des critères clairs.
Dans le cadre d'un projet de loi sur le regroupement familial, un statut de séjour sera créé pour les parents qui accompagnent leurs enfants en Belgique. De manière plus large, le regroupement familial sera adapté pour rendre la procédure plus claire, pour limiter le groupe de bénéficiaires et pour prévenir et lutter contre les abus.
Een derde element verankert het nieuwe terugkeerbeleid in de wet. Daarbij wordt geïnvesteerd in de begeleiding van hen die het grondgebied moeten verlaten. Ook een medewerkingsplicht wordt door mij voorgesteld.
Ten vierde stel ik een aanpassing aan de opvangwet voor waarbij het recht op materiële hulp wordt beperkt tot hen die in een asielprocedure zitten en dus een einde neemt op het moment van de definitieve asielbeslissing. Dat zal ons toestaan om opvangplaatsen vrij te maken voor hen die er op basis van het Europees recht daadwerkelijk recht op hebben.
Mijnheer Roggeman, we hebben deze teksten
uiteraard uitvoerig besproken en uitgewerkt, samen met onze eigen
administraties. Dat is nogal
evident.
Toutes ces réformes nous permettront de mieux gérer et contrôler la migration vers la Belgique et de faire face aux défis auxquels nous sommes confrontés.
04.05 François De Smet (DéFI):
Madame la secrétaire d'État, je vous remercie pour vos réponses. Nous suivrons cela avec attention.
04.06 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, ik noteer dat de besprekingen lopen, maar dat u er geen deadline op prikt wanneer u denkt dat de regering daarover zal landen. Ik ben zeer benieuwd om die vier wetsontwerpen te bestuderen. Elke maatregel om de instroom te beperken en om een deftig terugkeerbeleid te voeren, zullen wij uiteraard steunen, want van enig evenwicht tussen de instroom – vorig jaar 37.000 personen – en de uitstroom is minder dan ooit sprake. Er is daarnet al verwezen naar het nefaste terugkeerbeleid, zeker wat de gedwongen terugkeer betreft. Als u daar enig evenwicht in wilt brengen, zult u daarvoor in ons een medestander vinden, maar ik hoop dat in het vervolg daarvan – daar hebt u niet op geantwoord –, in deel twee na die vier wetsontwerpen, ook een aantal andere nodige zaken opnieuw ter sprake zal komen en hopelijk ook goedgekeurd zal raken in het Parlement, zoals de regeling inzake de woonstbetredingen enzovoort.
04.07 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, u spreekt zich uit over de doelstellingen van uw nieuwe wetgeving. Dat zijn mooie woorden, maar de praktijk zal moeten uitwijzen wat daarvan terechtkomt. Ik ben heel benieuwd naar de uitwerking ervan. U spreekt over een medewerkingsplicht, maar gelet op het standpunt van enkele van uw coalitiepartners, die vooral zoveel mogelijk rechten en zo weinig mogelijk plichten willen, kan ik mij al iets voorstellen bij de redenen waarom u uw eigen deadline van eind januari niet hebt gehaald. U geeft vandaag ook geen nieuwe timing voor de wetteksten, dus ik ben bijzonder benieuwd naar het vervolg.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: Les questions n° 55033198C de M. Simon Moutquin et n° 55033786C de M. Khalil Aouasti sont retirées, leurs auteurs étant absents.
05.01 Ben Segers (Vooruit): Oekraïners die zich in Brussel aanmelden, krijgen het statuut van tijdelijk ontheemde met verblijfsrecht, maar er zijn steden en gemeenten die ons melden dat zij zich evenwel niet kunnen inschrijven in de gemeente wanneer er noch opvang wordt geboden in Brussel, noch elders in het land via de centrale toewijzing of vrije plaatsen in steden en gemeenten, en ze niet terecht kunnen bij familie of vrienden. Uiteraard kan dat tot dakloosheid leiden.
Erkent u die problematiek? Gebeurt het vandaag inderdaad vaker dat er geen centrale toewijzing is, dat er geen vrije plaatsen zijn bij steden en gemeenten en dat men niet terecht kan bij familie of vrienden? Waar loopt het mis? In welke gewesten in het bijzonder loopt het mis? Hoe vaak kon er de afgelopen maanden geen toewijzing gebeuren en kon men ook niet terecht bij familie of vrienden?
Klopt het dat het OCMW aan Oekraïners zonder opvang geen referentieadres kan geven, omdat DVZ een eerste inschrijving op een referentieadres niet aanvaardt? Hoe moeten steden en gemeenten dan omgaan met tijdelijk ontheemden die zich aanmelden zonder adres? Kunt u hiervoor in duidelijke handvatten voorzien?
05.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Collega Segers, sinds begin maart 2022 werden reeds meer dan 65.000 attesten van tijdelijke bescherming afgeleverd aan personen die de oorlog in Oekraïne ontvluchtten. Recent werd een verlenging van het statuut goedgekeurd, waardoor men in de EU bescherming kan krijgen tot maart 2024. Nog steeds registreren bijna 100 Oekraïners zich elke dag om in ons land een veilige haven te vinden. De voorbije weken ging het om 75 personen per dag. Het dagelijkse aantal is een beetje gedaald, maar het blijft nog steeds redelijk veel. Het spreekt voor zich dat dat zorgt voor een enorme druk op de enorme ketens in die samenwerking, niet het minst op steden en gemeenten. Ik wil daarom nogmaals van de gelegenheid gebruikmaken om hen uitdrukkelijk te bedanken voor alle inspanningen die zij dagelijks op het terrein leveren.
Om dieper op uw vraag in te kunnen gaan, schets ik kort nog even de procedures voor tijdelijk ontheemden. Bij hun centrale registratie in Brussel kunnen de betrokkenen ook aangeven dat zij voorlopig zelf niet kunnen voorzien in eigen opvang. Die personen kunnen dan tijdelijk worden ondergebracht in het noodopvangcentrum Ariane, waar een vastgelegd aantal plaatsen voor die doelgroep bestemd is. Van daaruit wordt een verdere dispatching georganiseerd om die Oekraïense ontheemden naar een geschikte opvangplaats toe te leiden. Het overgrote merendeel van de personen die in België aankomt, beschikt echter zelf al over opvang en wordt dus niet via dat kanaal verspreid over het hele land.
U verwijst ook naar het gebrek aan door de regio’s te organiseren vrije plaatsen. Het klopt dat het moeilijker wordt om bijkomende plaatsen te creëren. Dat blijft nochtans noodzakelijk voor een goede doorstroming vanuit de centrale noodopvang. Eind vorige maand hebben de verschillende regio’s nogmaals bevestigd dat zij bijkomende plaatsen zullen blijven creëren, zodat Oekraïners met een opvangnood sneller op een duurzame manier opgevangen kunnen worden.
De procedure voor de inschrijving van tijdelijk ontheemden is verschillend van die voor de inschrijving van verzoekers om internationale bescherming. In tegenstelling tot de verzoekers om internationale bescherming registreert de Dienst Vreemdelingenzaken zelf niets in het rijksregister.
De procedure loopt als volgt. Indien de toekenningsvoorwaarden vervuld zijn, krijgen de mensen een attest van tijdelijke bescherming bij hun registratie in Brussel. Op basis van dat attest levert de gemeente eerst een bijlage 15 en daarna een A-kaart af. Vanaf dan zijn de lokale besturen bevoegd voor de verdere administratieve afhandeling van de inschrijving bij het vreemdelingenregister. Het uitgangspunt is dus een gewone inschrijving op de hoofdverblijfplaats bij bijvoorbeeld een gastgezin of in andere woonvormen. Voor tijdelijke en zeer kortdurende situaties, zoals noodopvangcentra, kunnen gemeente en OCMW afspreken dat de beste oplossing voor de betrokkenen in dat geval een referentieadres bij het OCMW is. Die laatste optie is een afwijking van het standpunt van het Rijksregister dat een eerste inschrijving in België niet mogelijk zou zijn op een referentieadres. Het klopt dus niet dat de Dienst Vreemdelingenzaken zou verhinderen om een referentieadres te gebruiken voor een inschrijving. Het zijn de lokale besturen die daarover beslissen. Verschillende omzendbrieven voorzien al in de praktische begeleiding van lokale besturen bij die problematiek.
Het blijft hoe dan ook cruciaal dat de regio’s in meer opvangplaatsen voor die doelgroep voorzien, zodat die ook vlotter kan worden ingeschreven.
05.03 Ben Segers (Vooruit): Hartelijk dank, mevrouw de staatssecretaris.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
De voorzitter: Vraag nr. 5503350C van mevrouw Daems wordt omgezet in een schriftelijke vraag. De vragen nrs. 55033463C en 55033464C, eveneens van mevrouw Daems, worden op haar verzoek uitgesteld.
De voorzitter: Mevrouw Daems laat zich verontschuldigen.
06.01 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mevrouw de staatssecretaris, om plaatsen in het opvangnetwerk te creëren, besliste u al voor de kerstvakantie om code 207 voor personen met een stabiele arbeidssituatie op te heffen. Dat houdt in dat iedereen met een arbeidsovereenkomst van meer dan zes maanden en een inkomen dat hoger ligt dan het leefloon van een samenwonende, binnen de maand het opvangnetwerk moet verlaten.
Op 24 januari verklaarde u hier dat er 360 personen werden geïdentificeerd die voor die maatregel in aanmerking kwamen en die de opvang moesten verlaten. Al tijdens de kerstperiode – ik diende mijn vraag al een tijd geleden in, maar ze werd telkens uitgesteld door actuadebatten – drukten lokale besturen en opvangcentra er hun bezorgdheid over uit of de betrokkenen wel in staat zouden zijn om een woning op de private huurmarkt te vinden. Blijkbaar waren ook niet alle opvangcentra op de hoogte van het uitstel van de termijn. Daarover was dan toch niet zo duidelijk gecommuniceerd.
Sommige mensen vonden een tijdelijke oplossing bij vrienden, familie of de werkgever. Hierbij kunnen afhankelijkheidsrelaties ontstaan, wat ook niet echt gezond is. Sommige asielzoekers zouden wegens die maatregel ook hebben beslist om hun job stop te zetten of geen nieuwe job te aanvaarden. Dat mag toch niet de bedoeling zijn. Wij willen net ook een activeringsbeleid voor die doelgroep voeren.
Mevrouw de staatssecretaris, wat is de stand van zaken? Wat was het resultaat van de maatregel? Kunt u garanderen dat geen enkele asielzoeker op straat is beland omdat die geen geschikte woning heeft gevonden?
Waarom wordt de berekening gebaseerd op het leefloon van een samenwonende? Acht u dat voldoende voor die doelgroep om een woning op de private huurmarkt te kunnen vinden?
Hoe werd het uitstel gecommuniceerd aan de centra?
U hebt al aangekondigd dat er een herziening komt van het koninklijk besluit betreffende de cumul en dat u de bijdrage voor werkende asielzoekers in het opvangcentrum zult verhogen. Wat is daar de stand van zaken?
Hoe rijmt u de maatregelen met de doelstelling om asielzoekers in het opvangnetwerk te activeren? Dat was een belangrijke krachtlijn van uw beleidsnota, een principe waar wij achter staan.
U noemde in de commissievergadering van 24 januari het tekort aan betaalbare woningen een uitdaging voor die doelgroep. Hebt u dat besproken op de interministeriële conferentie? Wat is de stand van zaken met betrekking tot de maatregelen?
06.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Collega Platteau, eind vorig jaar werd inderdaad een crisismaatregel genomen met het oog op de uitstroom van tewerkgestelde bewoners uit de opvangcentra. De vrijgekomen plaatsen konden dan worden benut voor nieuwe verzoekers om internationale bescherming. De maatregel had betrekking op een beperkte groep van personen die op eigen benen konden staan. De beslissingen werden genomen op basis van de gegevens van de KSZ, gebaseerd op de aangiftes van de werkgevers.
Alle personen die een beslissing hebben ontvangen, hadden zowel een werkrelatie van minimaal zes maanden of zonder einddatum en een inkomen boven het leefloon. Op die manier verlieten ondertussen al meer dan 250 personen het opvangnetwerk. Dat heeft dus een direct effect, waardoor nieuwe verzoekers kunnen worden opgevangen. Voor de overige personen die onder de maatregel vallen, wordt gekeken naar verdere huisvestingsoplossingen, in samenwerking met de opvangcentra. Daarnaast wordt er, los van de crisismaatregel, ook werk gemaakt van een nieuw koninklijk besluit. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de teksten. Aan personen die geen oplossing hadden wat huisvesting betreft, werd inderdaad een uitstel van vertrek toegekend.
Wat de berekening van het bedrag betreft, er wordt inderdaad uitgegaan van een leefloon van een samenwonende, aangezien ze daarop recht zouden hebben op het moment van de berekening. Het uitstel werd per mail gecommuniceerd aan alle opvangstructuren. Zij waren dus wel degelijk op de hoogte. Een herziening van de reglementering is nodig. Een voorstel wordt in de regering besproken, waarbij we ook lessen trekken uit de maatregel. Ook de percentages van de concrete bijdragen worden momenteel nog bekeken.
In het licht van de opvangcrisis werden verschillende maatregelen genomen om zuurstof te geven aan het opvangnetwerk. Dankzij de opheffing van de betreffende code konden meer dan 250 vrije plaatsen ingevuld worden door personen die veel minder zelfstandig waren dan zij die met een stabiele tewerkstelling en een inkomen de opvang moesten verlaten. De crisismaatregel belet echter niet dat we volledig blijven inzetten op het activeren van verzoekers om internationale bescherming op de arbeidsmarkt. Ik blijf dan ook vol op het gaspedaal staan om initiatieven te nemen met verschillende partners, zoals de arbeidsbemiddelingsdiensten, de private actoren en de sociale partners, om tot een algemeen begeleidingstraject te komen, zodat verzoekers om internationale bescherming hun talenten zo goed mogelijk kunnen ontplooien.
Van opvangpartners, zoals het Rode Kruis in Leopoldsburg, vernam ik onlangs dat zij ook heel wat positieve signalen over de maatregel opvangen, mits die goed omkaderd is. Huisvesting is inderdaad de grootste uitdaging voor iedereen die het opvangnetwerk moet verlaten, inclusief de erkende vluchtelingen. Het is logisch dat we wie op eigen benen kan staan, laten vertrekken om in de opvang plaats te maken voor wie dat nog niet kan.
In de interministeriële conferentie wordt inderdaad het thema huisvesting besproken, net zoals het thema activering op de arbeidsmarkt. Momenteel worden de nodige bilaterale gesprekken gevoerd over hoe we de thema’s zullen bespreken en hoe we een antwoord kunnen bieden op de problematiek.
06.03 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Bedankt voor uw erg duidelijke antwoord. Het klopt inderdaad dat huisvesting voor erkende vluchtelingen al moeilijk is. Voor de groep die nog in een procedure zit, is het nog moeilijker. Dat blijkt ook uit de praktijk. Het is geen evidentie geweest om huisbazen te vinden die hun woning willen verhuren. Ik begrijp wel dat het als crisismaatregel werd ingevoerd en dat er zo ook een aantal plaatsen in het opvangnetwerk zijn vrijgemaakt. Het gaat nog altijd over een heel bescheiden groep. Ik ben alvast tevreden dat u de maatregel evalueert en daar lessen uit trekt.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07.01 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de staatssecretaris, de inzet van studenten om het personeelstekort bij Fedasil op te vangen, hebben we eerder al eens besproken. Een tijdje geleden publiceerden Vluchtelingenwerk Vlaanderen, Jong Groen en enkele studentenorganisaties een open brief waarin zij duidelijk maakten dat zij niet aan de zijlijn willen staan bij de opvangcrisis, maar mee een oplossing willen aanreiken of een bijdrage willen leveren om tot oplossingen te komen door hun handen uit de mouwen te steken.
Tijdens de coronacrisis werden bijvoorbeeld studenten verpleegkunde en geneeskunde ingeschakeld in de zorg, dus tijdens die crisis werd erover nagedacht hoe extra mensen konden meewerken. Ook in de opvangcrisis willen heel wat studenten meewerken. Die studenten volgen relevante richtingen, zoals sociale agogiek, sociaal werk of de lerarenopleiding. In dat laatste geval vormen stages sowieso al onderdeel van het curriculum. Mogelijk kunnen die studenten een stage invullen bij Fedasil of bij andere asiel- en migratie-instanties. Op die manier kunnen studenten competenties verwerven en kan Fedasil bijkomende plaatsen openen in het opvangnetwerk waar personeelstekort een belemmering vormt.
Mevrouw de staatssecretaris, staat u open voor die piste van stages? Zijn er momenteel stageplaatsen bij Fedasil? Hoeveel openstaande vacatures zijn er op dit moment in de opvangcentra? Wat is uw reactie op de oproep van die studenten? Wenst u er positief op te reageren? Bent u van plan om extra stagiairs in te schakelen? Zult u samenzitten met opleidingsinstellingen om te bekijken hoe studenten ingezet kunnen worden om eventueel extra plaatsen te creëren? Op welke manier kunnen studenten of andere vrijwilligers ingeschakeld worden om het personeelstekort bij Fedasil op te vangen? Ziet u nog andere mogelijkheden om de opvangcrisis op te lossen?
07.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Momenteel heeft Fedasil ongeveer 160 openstaande vacatures en sinds de opstart van het agentschap jaren geleden worden in alle centra stageplaatsen aangeboden aan studenten. Ik beschouw dat ook als een enorme meerwaarde voor jongeren, die op deze manier kennis kunnen maken met diverse functies binnen de centra. Op die manier leren zij ook de job al kennen en rekening houdende met de vele openstaande vacatures binnen onze centra, is er ook een reële mogelijkheid om na de stage een job te vinden binnen de centra.
Fedasil biedt studenten al jarenlang de mogelijkheid om stage te lopen, zowel in de diverse opvangcentra als op het hoofdbestuur. Op de website wordt vermeld dat zij hiervoor rechtstreeks contact kunnen opnemen met de centra. Fedasil heeft al samengezeten met een reeks hogescholen, waaronder Odisee en UCLL. Er wordt verder bekeken hoe we die kanalen op een efficiënte manier kunnen versterken.
Daarnaast waren er in 2022 gemiddeld 370 vrijwilligers actief in onze opvangcentra. Ik denk dat we dat in het kader van de week van de vrijwilliger, die er binnenkort aankomt, wel eens mogen belichten. Het gaat om 370 mensen die zich tijdens hun vrije tijd inzetten in opvangcentra. Die worden ingezet voor technische taken, zoals bijvoorbeeld in een fietsatelier, maar ook voor animatie, het begeleiden van activiteiten, huiswerkbegeleiding, het geven van taallessen, voor kinderanimatie, als buddies enzovoort.
Stagiairs worden ingezet in de sociale dienst, onder meer als sociale deskundigen, na een inloopstage of een kijkstage, en doen daar administratieve taken, beheren er dossiers, voeren er individuele gespreken of fungeren als opvoeder voor activiteiten, begeleiden er huiswerkklassen of ondersteunen er externe activiteiten onder de supervisie van een mentor van de school en een stagebegeleider. Daarnaast zijn er ook stagiairs die administratieve taken uitvoeren: boekhouders, hr-deskundigen enzovoort. Zoals u ziet, zetten wij zowel via stages als via vrijwilligers enorm veel mensen van goede wil in in onze opvangcentra.
07.03 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Het doet me plezier dat u de meerwaarde inziet van stageplaatsen, want het gaat inderdaad over opvoeders en maatschappelijk werkers, en ook knelpuntberoepen, dus als we die studenten via een stage naar de asiel- en migratiediensten kunnen toeleiden, is dat een win-winsituatie. De diensten kunnen dan namelijk mogelijk geïnteresseerde mensen rekruteren, die dan op hun beurt een vast contract zullen krijgen. Ik ben dan ook tevreden met uw antwoord en hoop dat die goede samenwerking met die hogescholen zal worden voortgezet.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08.01 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Voor deze vraag verwijs ik naar mijn ingediende vraag.
Sinds
2013 heeft België een structureel hervestigingsprogramma. Jaarlijks engageert
ons land zich om kwetsbare vluchtelingen op te vangen die in uitzichtloze
situaties verblijven, zoals Syriërs in Libanon. Het is één van de weinige
legale kanalen voor personen die nood hebben aan bescherming. In 2022 hadden er
volgens UNHCR wereldwijd ongeveer 1,4 miljoen mensen nood aan hervestiging.
In
2022 werden slechts 71 mensen hervestigd, terwijl België beloofd had om 1250
mensen te hervestigen. Er zijn meer dan 300 mensen die geselecteerd werden en
al meer dan een jaar wachten.
U
verwijst als voornaamste reden waarom België haar doelstellingen niet haalt
naar de opvangcrisis. Echter, ook in Nederland stond het opvangnetwerk het
afgelopen jaar onder druk, maar daar werden er wel 1425 mensen hervestigd
(Bron 11.11.11).
In uw
beleidsnota staat dat België in 2023 zich engageert om 500 mensen te
hervestigen. In 2024 wordt alles in het werk gesteld om het groeipad te
hernemen “rekening houdend met
mogelijke operationele beperkingen". Mijn vragen zijn:
Hoe
noodzakelijk is een verblijf van begunstigden van hervestigingsprogramma's in
het opvangnetwerk? Zijn er geen mogelijkheden om de hervestigingsdoelstellingen
te behalen, zonder het opvangnetwerk belasten? Ik denk bijvoorbeeld aan
Community Sponsorship?
Wanneer
zullen de vluchtelingen die reeds geselecteerd werden naar België kunnen komen?
Kan u
meer toelichting geven bij het groeipad die deze regering vanaf 2024 wil
hernemen?
Kan u
garanderen dat het engagement van 500 personen in 2023 zal gehaald worden?
08.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Zoals u weet, vind ik hervestiging uiterst belangrijk. Het programma zorgt er namelijk voor dat vluchtelingen op een veilige manier op een veilige plaats terechtkomen, met toekomstperspectief en zonder bijkomende trauma’s onderweg. Gezien de hoge nood aan hervestiging en het belang van legale migratiekanalen, ging de Belgische regering een engagement aan voor 2023, ondanks de moeilijke omstandigheden vandaag in ons land.
De regering wenst op de eerste plaats realistische doelstellingen te bepalen en de opvangcapaciteit te stabiliseren en versterken. Vandaag wachten nog 323 geselecteerde vluchtelingen op een transfer naar België. Er wordt absolute prioriteit gegeven aan deze personen en actief gezocht naar opvangmogelijkheden buiten het opvangnetwerk. De mensen zullen kunnen overkomen zodra een opvangplaats gevonden wordt die beantwoord aan hun noden.
Traditioneel werd bij het Belgische hervestigingsprogramma de voorkeur gegeven aan een verblijf in het opvangnetwerk van Fedasil, omdat men op die manier de administratieve stappen met betrekking tot de asielprocedure efficiënt kon opvolgen en er een opvangprogramma aangeboden kon worden aan de nieuwkomers. Sinds enkele jaren zet Fedasil ook sterk in op opvang buiten het netwerk, met programma’s zoals het community sponsorship, samen met bijvoorbeeld Caritas, waarmee ik gisteren nog overleg hierover heb gehad.
Naast dat programma bestaat sinds 2020 de mogelijkheid voor OCMW’s om hervestigde personen meteen na aankomst in België op te vangen. Fedasil voorziet hiervoor in een verhoogde subsidie aan de OCMW’s. In 2023 werd door Fedasil een bijkomende maatregel genomen om opvang buiten het opvangnetwerk te promoten. De subsidie werd verhoogd en bovendien werd de samenwerkingsovereenkomst opengetrokken naar alle organisaties en instanties in België. Vandaag kunnen dus zowel OCMW’s, lokale besturen, ngo’s als andere organisaties opvang aanbieden voor hervestigde personen en ontvangen zij hiervoor een basissubsidie van 3.000 euro per persoon, die nog sterk kan worden verhoogd, bijvoorbeeld als er onmiddellijk na aankomst in België opvang is, of als de persoon na een eerste opvang ook in de gemeente kan blijven wonen.
Daarnaast werkt Fedasil aan de opening van een kleinschalig opvangcentrum voor de opvang van hervestigde vluchtelingen. De administratieve voorbereidingen zijn hiervoor volop aan de gang, zodat we hopelijk deze zomer de eerste vluchtelingen kunnen opvangen.
08.03 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mevrouw de staatssecretaris, dank u voor uw antwoorden. Hervestiging is een legaal migratiekanaal en iets waar we echt moeten op inzetten. We hadden net de discussie over grensbewaking in Europa en de strijd tegen illegale migratie. We kunnen niet het ene doen zonder het kanaal voor legale migratie open te zetten. De nood aan hervestiging is groot. Het is jammer dat u door de opvangcrisis de ambitie die België had op een lager pitje hebt gezet. Ik wil u aansporen om zeker die ambities te blijven waarmaken, want dat is de enige manier om die vormen van migratie te verminderen. De mensen moeten weten dat er legale wegen zijn.
Het verblijf- en opvangnetwerk van Fedasil is wellicht niet altijd nodig als we kunnen inzetten op community sponsorship. Dat kan een goed kader bieden, waardoor Fedasil niet wordt overbelast door hervestiging. Voor onze fractie is het heel belangrijk om daarop te blijven inzetten. De opvangcrisis mag geen excuus zijn om ons engagement op het vlak van hervestiging niet waar te maken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09.01 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar de ingediende vraag.
Human
Rights Watch publiceerde een rapport waaruit blijkt dat de Turkse autoriteiten
tussen februari en juli 2022 honderden Syrische vluchtelingen hebben
gedeporteerd. De vluchtelingen werden in detentiecentra onder druk gezet om een
document te ondertekenen waarin ze instemmen voor “vrijwillige terugkeer".
Daarna werden ze naar de Syrische grens gevoerd en onder schot gedwongen om de
grens over te steken. De detentiecentra worden door de controversiële EU-Turkije
deal gefinancierd door de EU. In een interview verklaarde President
Erdoğan dat hij 1 miljoen Syrische vluchtelingen wil hervestigen in
Noord-Syrië. De toenemende repressie tegen Syriërs toont aan dat Turkije geen
veilig derde land is.
Ook in
Libanon heeft de regering een terugkeerplan van Syriërs naar Turkije
aangekondigd. Maandelijks zouden 15.000 vluchtelingen moeten terugkeren. De
regering geeft aan dat de terugkeer “vrijwillig" is, maar er zijn ernstige
redenen om aan te nemen dat er geen sprake is van vrijwillige terugkeer.
Vorige
maand nog benadrukte de VN-onderzoekscommissie voor Syrië dat veilige terugkeer
niet mogelijk is. Het land is nog steeds in oorlog. Terugkerende vluchtelingen
worden bovendien ook blootgesteld aan willekeurige arrestaties door de Syrische
regering.
Mijn
vragen zijn:
Heeft
u het rapport van Human Rights Watch waargenomen?
Veroordeelt
u de gedwongen “vrijwillige" terugkeer van Syrische vluchtelingen vanuit
Turkije en Libanon?
Zal u
in de Raad van Ministers ervoor pleiten om de financiering van Turkse
detentiecentra te bevriezen?
Zal u
nog werk maken van de hervestigingsverbintenissen die België is aangegaan?
Hoe
kijkt u naar de toekomst van de EU-Turkije deal?
Hoe zal u werk maken van de volledige uitvoering van de parlementaire resolutie met betrekking tot “duurzame oplossingen voor de Syrische vluchtelingencrisis?"
09.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mevrouw Platteau, uiteraard volg ik de internationale migratieproblematiek op de voet. Ik word daarbij geïnformeerd door wat onze Belgische diplomatieke posten op het terrein en de VN-organen rapporteren. Rapporten als dat van Human Rights Watch zijn daarbij zeker belangrijk.
Ik ben op de hoogte van de verschillende berichten en rapporten uit Turkije en Libanon over de terugkeer naar Syrië. Mijn positie is dat vrijwillige terugkeer steeds mogelijk moet zijn. Gedwongen terugkeer naar Syrië kan enkel wanneer deze conform het internationaal recht is. De richtlijnen die het VN-vluchtelingenagentschap ter zake heeft opgesteld, zijn uiterst relevant, net als de begeleiding en de controle die UNHCR op het terrein biedt bij deze processen.
De monitoring vindt al plaats in Libanon, waar vrijwillige terugkeer van Syriërs slechts in beperkte aantallen plaatsvindt. Er worden programma’s opgezet in samenwerking met UNHCR voor hen die wensen terug te keren. De Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties is onlangs ter plaatse geweest en heeft zijn medewerking toegezegd aan onder andere verificatiemechanismen aan de Libanees-Syrische grens.
In Turkije zorgen VN-agentschappen en andere internationale organisaties, gouvernementele en niet-gouvernementele, voor een onafhankelijke controle op de omstandigheden op het terrein. Zij krijgen daarvoor Europese financiering. Ter plaatse controleert UNHCR het terugkeerbeleid in zestien Turkse provincies. Wanneer er een vermoeden van dwang is, wordt de zaak aangekaart bij de Turkse overheid. De EU-Turkijeverklaring heeft geholpen om de migratiestromen beter te beheren. Ik stel het voortbestaan ervan dus niet in vraag. Voor mij staat de deal symbool voor de Europese solidariteit met Turkije, een land dat het grootste aantal vluchtelingen ter wereld opvangt.
De nieuwe financieringsmodaliteiten bieden de kans om te leren uit ervaringen uit het verleden en tegelijkertijd in te zetten op duurzame acties die ook op lange termijn perspectief kunnen bieden aan mensen op de vlucht. De financiering van deelaspecten van de Turkijedeal wordt bekeken in de stuurgroep van de EU Facility for Refugees in Turkey, waarin voor België Buitenlandse Zaken zetelt, en niet in de JBZ-Raad.
Zoals gevraagd wordt in de Kamerresolutie die u noemde, wordt de terugkeer van Syriërs aangekaart tijdens diplomatieke contacten. Verder toont België elke dag solidariteit door Syrische asielzoekers en vluchtelingen de nodige bescherming te geven, door ontwikkelingssteun te geven aan vluchtelingen in de regio en via de hervestigingsprogramma’s.
Sinds 2013 hervestigde België 1.939 personen uit Turkije, allen Syrische vluchtelingen. Daarmee staat Turkije op de eerste plaats op het vlak van het aantal hervestigde vluchtelingen en is het dus het belangrijkste hervestigingsland voor België. In 2021 hervestigde België 451 personen uit Turkije.
09.03 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mevrouw de staatssecretaris, u zegt dat vrijwillige terugkeer naar Syrië mogelijk moet zijn, maar het hele rapport van Human Rights Watch ging erover dat die vrijwillige terugkeer helemaal niet zo vrijwillig is, maar in de praktijk gedwongen terugkeer is.
Ondertussen kregen we te maken met de aardbeving en rijst opnieuw de vraag wat de huidige situatie is van Syrische vluchtelingen in Turkije. Daarover kunnen we bezorgd zijn. Het is belangrijk dat zij ook de nodige humanitaire hulp krijgen, niet enkel in Syrië, maar ook de Syrische vluchtelingen in Turkije. Ik hoop dat u daarvoor de nodige aandacht zult hebben in uw contacten op Europees niveau.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Aan orde is uw vraag nr. 55033745C over de opvang van Russische dienstweigeraars, mevrouw Platteau.
09.04 Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, op de vraag over de opvang van Russische dienstweigeraars en op vraag nr. 55033746C heb ik intussen een schriftelijk antwoord ontvangen. Die vervallen dus.
De voorzitter: Zo gaat het vooruit. De vragen nr. 55033790C en nr. 55033791C van mevrouw Daems worden op haar verzoek uitgesteld.
10.01 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, al tijdens de vorige regering werden er plannen ontwikkeld voor de bouw van vier nieuwe gesloten centra in Jabbeke, Zandvliet, Jumet en Steenokkerzeel. De paars-groene regering trekt daarvoor 100 miljoen euro uit.
De realisatie kent wat complicaties. Uw collega-staatssecretaris, de heer Michel, bevoegd voor de Regie der Gebouwen, zei in antwoord op mijn vraag dat de site Steenokkerzeel in gebruik zou kunnen worden genomen tegen 2026, wat prima is, maar dat er met de bouw van de andere drie centra tussen 2027 en 2029 zou worden gestart. Vorige week zei hij in de commissie voor Mobiliteit echter dat er een nieuw uitstel komt en dat die drie centra voor het volgende masterplan zijn. Er zal dus niet worden gestart vóór 2030. Drie van de vier projecten worden dus nog langer uitgesteld.
Wat is daarvoor de reden? Is het een puur infrastructurele kwestie en ligt de oorzaak bij de Regie der Gebouwen? Of gaat het om een doelbewuste politieke keuze van de regering? We stellen vast dat de effectieve terugkeercijfers vrij laag liggen en dat de huidige terugkeercentra onder uw beleid niet eens voor driekwart gevuld zijn. Moeten wij uit het uitstel van de projecten concluderen dat u ook in de komende jaren niets zult doen om de gedwongen terugkeer te verbeteren?
10.02 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, zoals blijkt uit de jaarcijfers betreffende de gedwongen terugkeer met 2.829 terugkeerders in 2022, is nog altijd geen aansluiting gevonden bij het niveau van vóór de coronacrisis, namelijk 3.829 terugkeerders in 2019, terwijl dat zelfs geen referentiejaar was, want het cijfer toen was het laagste van het voorafgaande decennium.
De gedwongen terugkeer blijft hoe dan ook het sluitstuk van elk geloofwaardig asiel- en migratiebeleid. U verklaarde dat er hard wordt gewerkt aan de drie nieuwe gesloten terugkeercentra en één extra vertrekcentrum, waardoor de capaciteit zal worden opgetrokken naar 1.145 plaatsen. Eerder vernamen we dat volgens het huidige tijdschema het centrum van Steenokkerzeel in november 2026, dus pas in de volgende legislatuur, ter beschikking zal worden gesteld. De nodige middelen voor de bouw van de nieuwe gesloten centra in Zandvliet en Jumet zouden volgens staatssecretaris Michel nog een legislatuur later, pas tegen 2030, beschikbaar zijn.
Kunt u de informatie met betrekking tot Steenokkerzeel, Zandvliet en Jumet bevestigen?
Tegen wanneer zullen de in het vooruitzicht gestelde 1.145 plaatsen daadwerkelijk in gebruik kunnen worden genomen?
Bent u bereid om in afwachting van de uiteindelijke realisatie van dat geïntegreerd infrastructuurplan Terugkeer, in het bijzonder de centra in Zandvliet en Jumet, werk te maken van tijdelijke centra voor gedwongen terugkeer?
10.03 Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Madame la secrétaire d'État, le gouvernement fédéral a approuvé en mars de l’année passée la création de trois nouveaux centres fermés et d'un centre de départ. Un de ces centres sera construit à Jumet, dans ma commune à Charleroi et il sera d’une capacité de 235 places.
À en croire votre prédécesseur, Sammy Mahdi, les nouveaux centres fermés devraient être construits d'ici 2029. Pouvez-vous nous donner un calendrier un peu plus précis concernant la construction du centre de Jumet? Certaines dépenses auraient déjà été engagées selon le secrétaire d’État à la Régie des Bâtiments. Pouvez-vous nous dire pour quel montant et à quoi ces dépenses étaient destinées? Le bourgmestre de Charleroi, Paul Magnette, était dans un premier temps opposé à l’installation d’un centre fermé avant de revenir sur son opposition en faisant la demande que seules les personnes ayant commis des délits y soient détenues et qu’aucune famille n’y soit enfermée. Le gouvernement fédéral s’est-il engagé formellement dans ce sens?
10.04 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer de voorzitter, collega’s, het klopt, zoals de heer Roggeman aangaf, dat toenmalig staatssecretaris Francken tijdens de regering-Michel een masterplan met betrekking tot de gesloten centra heeft voorgesteld. Helaas werd het nooit uitgevoerd. Er werd voorzien in een gesloten centrum in Zandvliet en Jumet. Er bleken echter onder andere problemen te zijn met de becijfering van de plannen en de bouwvergunningen. Mijn voorganger, Sammy Mahdi, nam het dossier meteen na zijn aanstelling opnieuw op. Ik maak daarvan verder prioritair werk, door de omzetting van de plannen naar bakstenen.
Mijnheer Roggeman, ik moet u trouwens corrigeren. In de plannen van voormalig staatssecretaris Francken was er geen sprake van Jabbeke of Steenokkerzeel. Daarmee gaan wij nu aan de slag.
Momenteel gaan ook de renovatiewerken door in Brugge, zodat het centrum er leefbaar blijft in afwachting van het centrum in Jabbeke.
Aangezien ik ondertussen wel enige ervaring heb opgebouwd in het dossier, dat al lange tijd wordt voorbereid, ben ik ook de eerste om toe te geven dat het tijd en moeite vergt. De Regie der Gebouwen doet wat zij kan om onze projecten zo snel mogelijk te realiseren. Haar middelen zijn echter beperkt en de vraag is enorm.
Steenokkerzeel zal daarom in 2026 worden opgeleverd. Dat is het eerste centrum. Daarna worden Jumet en Jabbeke in 2028 en 2029 opgeleverd en in gebruik genomen.
Projecten op poten zetten en concretiseren in een budgettair moeilijke periode, vergt langetermijnperspectief en doorzettingsvermogen. U kunt op dat vlak op mij rekenen.
Elke vijf weken komt een werkgroep samen waarin de administraties en de bevoegde kabinetten zijn vertegenwoordigd en waarin een volledig infrastructuurplan verder wordt uitgerold, met alle plaatsen die werden goedgekeurd door de regering.
Mijnheer Roggeman, volgens de huidige berekeningen is wel degelijk in het nodige budget voorzien. Uiteraard wordt een en ander de komende maanden en weken opgevolgd in de desbetreffende werkgroep.
De terugkeercijfers werden onlangs voorgesteld. Ik ben blij u te kunnen mededelen dat de kentering wel degelijk is ingezet na bijna drie moeilijke covidjaren. Wij zijn dus ook op dat vlak op de goede weg.
Monsieur D'Amico,
comme vous le savez, l'accord du gouvernement prévoit l'exclusion de la détention
d'enfants en centre fermé, à Jumet et ailleurs.
10.05 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, ik ben aangenaam verrast door uw antwoord, maar het staat wel op gespannen voet met het antwoord van staatssecretaris Michel. U zegt dat Jumet en Zandvliet tegen 2028 opgeleverd moeten worden. Dat is zeer mooi, maar ik stel mij de vraag met welk budget dat moet gebeuren, want staatssecretaris Michel heeft vorige week in de commissie voor Mobiliteit, Overheidsbedrijven en Federale Instellingen het volgende aangekondigd: “De nodige middelen voor de bouw van de nieuwe gesloten centra zullen tegen 2030 beschikbaar zijn.” U spreekt dus over de oplevering van gebouwen die pas vanaf twee jaar later gefinancierd kunnen worden. Dat vind ik zeer merkwaardig. U zegt mij dat u wekelijks samenzit in werkgroepen op kabinetsniveau, dus ik denk dat u daar bij de eerstvolgende bespreking wat door te praten hebt, want er zit blijkbaar een haar in de boter.
Ik neem akte van uw woorden dat ik op u kan rekenen voor de snelle oplevering van die projecten en dat u daar een prioriteit van maakt. U zult blijkbaar extra budget vinden voor de versnelde oplevering van die projecten. Veel succes daarmee, mevrouw de staatssecretaris. Ik kijk zeer benieuwd uit naar het vervolg en de timing van de realisatie.
10.06 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, u zult eens met uw collega Michel moeten samenzitten, want u zult inderdaad Zandvliet en Jumet opleveren twee jaar voordat – volgens uw collega – de middelen daartoe beschikbaar zijn.
U zegt ook dat de kentering inzake terugkeer is ingezet. Ik moet u ontgoochelen. Ik denk dat u toch dezelfde officiële cijfers hebt als ik. De terugkeercijfers blijven desastreus. Met de ruimste, meest welwillende interpretatie – gedwongen terugkeer, vrijwillige terugkeer, terugdrijvingen aan de grens – werd er vorig jaar afgeklopt op amper 7.396 terugkeerders. In 2019 – toen was er het laagste cijfer in tien jaar, maar dat is het eerste jaar waarmee wij kunnen vergelijken precorona – waren dat er zelfs meer, meer bepaald 8.706. Het feit dat zelfs dat niveau niet wordt gehaald, is bijzonder veelzeggend. Ik vraag mij echt af waar u die kentering ziet, want gedwongen terugkeer is en blijft het sluitstuk van elk geloofwaardig asielbeleid. Uiteraard hebben wij niets tegen vrijwillige terugkeer, maar het blijft een feit dat de meesten enkel vrijwillig willen vertrekken als zij weten dat zij anders zullen worden gedwongen. Maak dus werk van extra capaciteit in de gesloten terugkeercentra.
Dat is natuurlijk niet het enige. Ik hoop dat u ook eindelijk werk zult maken van het mogelijk maken van woonstbetredingen in het kader van de actieve opsporing van illegalen, wat door uw voorgangers Francken en Mahdi telkens werd aangekondigd, en – niet onbelangrijk – van een regeling die toelaat dat families met kinderen voor beperkte tijd in aangepaste, gesloten gezinswoningen ondergebracht kunnen worden in afwachting van hun terugkeer. Dat zijn allemaal zaken waarvoor wij hopelijk ook op u kunnen rekenen. U spreekt over uw doorzettingsvermogen op lange termijn, maar ik hoop dat die zaken er komen op korte termijn.
10.07 Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Madame la secrétaire d’État, je vous ai bien écoutée. Quand vous avez confirmé pour 2028, vous m’aviez dit aussi qu’aucun enfant ne serait enfermé mais dans sa déclaration, M. Paul Magnette disait qu’il n’y aurait pas de famille non plus et qu’il y avait un engagement de la part du fédéral. Vous ne m’avez pas confirmé si le fédéral s’était engagé à ce qu’aucune famille ne soit enfermée dans ce centre. Je me rappelle que, lors de cette annonce, il y a quelques années, des centaines de manifestants étaient venus protester devant le conseil communal. Le bourgmestre avait alors déclaré qu’il n’y aurait ni familles ni enfants mais uniquement des personnes condamnées. Je ne vous ai pas entendue sur les familles et je reste un peu sur ma faim.
Vous avez également dit que, dans ce centre fermé, il n’y aurait pas d’enfants. Là, j’ai bien compris vos propos, selon lesquels aucun enfant ne s’y trouverait enfermé, mais dans ma question, il y avait ...
10.08 Nicole de Moor, secrétaire d'État: (…) (hors micro)
10.09 Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Là, votre réponse est plus complète. Je vous remercie, madame la secrétaire d’État.
L'incident est clos.
Het incident is
gesloten.
11.01 Georges Dallemagne (Les Engagés): Monsieur le président, madame la secrétaire d'État, j'essaie de faire une bilan complet de l'aide de la Belgique dans le cadre de la guerre imposée à l'Ukraine.
Pour ce qui concerne le volet de l'accueil qui relève de vos compétences, je souhaiterais savoir où on en est. Combien de personnes ont-elles pu être accueillies? Combien de personnes ont-elles pu bénéficier de la protection subsidiaire? Quels ont été les budgets qui ont été libérés pour l'ensemble des secours, la protection et l'aide que nous avons apportés en Belgique?
11.02 Nicole de Moor, secrétaire d'État: Monsieur Dallemagne, il y a presqu'un an, le monde a été choqué par l'invasion russe en Ukraine.
Au niveau européen, en mars 2022, notamment à la demande de notre pays, la directive sur la protection temporaire a été activée. Cela signifie que les personnes déplacées temporairement en provenance d'Ukraine pouvaient obtenir une attestation par le biais d'un enregistrement central auprès de l'Office des étrangers qui pouvait être utilisé pour demander une carte A.
Actuellement, plus de 65 000 certificats de protection temporaire ont déjà été délivrés. Il s'agit donc d'une procédure qui se déroule en dehors de la chaîne d'asile régulière afin de ne pas alourdir les procédures pour les demandeurs de protection internationale. Cette procédure spéciale de protection temporaire signifie également que l'accueil est principalement une compétence régionale.
En concertation avec les différents ministres-présidents et le premier ministre, il a également été décidé que le gouvernement fédéral s'engagerait à organiser un accueil d'urgence. À cette fin, environ 10 millions d'euros ont été financés par le biais de la provision interdépartementale Ukraine, en 2022.
Pour ce qui concerne les efforts des différentes Régions, je ne peux pas vous donner de réponse plus précise.
Quant aux personnes temporairement déplacées d'Ukraine, c'est ma collègue, Mme Lalieux qui est compétente.
11.03 Georges Dallemagne (Les Engagés): Madame la secrétaire d'État, je vous remercie pour votre réponse.
Je regrette vraiment que vous ne puissiez me communiquer ces chiffres. Je sais que cela ne relève pas de votre compétence. Mais c'est un vrai problème.
Vous devez savoir que je travaille depuis deux mois sur la question de savoir quel a été l'effort de la Belgique en termes humanitaire, militaire, de justice, d'accueil. Il est, en fait, impossible d'obtenir ce tableau de bord et de pouvoir dire à la population belge ce que la Belgique a fait. Il faut, selon moi, vraiment essayer d'améliorer cet aspect de la gouvernance parce que c'est la crise la plus importante que nous traversions depuis des décennies, et je ne suis pas capable de dire à la population belge quel a été l'effort de la Belgique. Je sais que sur le plan institutionnel, ce n'est pas simple. Mais je vous encourage à essayer, avec vos collègues, d'avoir cette image complète. En effet, il est important de pouvoir montrer que nous avons été généreux et que nous avons été au rendez-vous pour aider et protéger ces personnes.
L'incident est clos.
Het incident is
gesloten.
12.01 Daniel Senesael (PS): Madame la secrétaire d'État, différentes administrations communales m'informent que les personnes étrangères âgées ou en situation de handicap qui souhaitent effectuer l'enregistrement de leur titre de séjour seraient désormais dans l'obligation de le faire en présentiel. Elles ne pourraient plus être dispensées de la signature physique et de la prise d'empreintes digitales avec l'appui d'un certificat médical comme cela était possible auparavant.
Ce changement de processus administratif interpelle tant en ce qui concerne l'accessibilité de nos services publics aux personnes porteuses de handicap que les possibilités concrètes qui leur sont offertes afin de mettre en œuvre leur devoir administratif. À cet égard, madame la secrétaire d'État, pouvez-vous me confirmer qu'il est désormais interdit de permettre l'enregistrement des titres de séjour de personnes étrangères âgées ou en situation de handicap sans prise d'empreintes et sans signature physique? Si oui, quelle est la démarche à suivre pour les personnes n'ayant pas les moyens physiques de se déplacer au sein d'une administration communale? Une circulaire explicative afin d'informer les services administratifs de nos services publics est-elle envisagée à ce sujet? Quelles directives peuvent-elles y être partagées? Madame la secrétaire d'État, je vous remercie d'avance pour vos réponses.
12.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Votre question porte sur l'arrêté royal du 25 mars 2003 relatif aux cartes d'identité, ce qui est principalement une compétence de ma collègue la ministre de l'Intérieur. Je peux toutefois clarifier que l'article 3, § 5, de cet arrêté royal dispose comme règle générale, tant pour une carte d'identité que pour une carte d'étranger, qu'une carte sans empreintes digitales est délivrée aux personnes dont il est en permanence physiquement impossible de relever les empreintes digitales. S'il s'agit d'une impossibilité temporaire, une carte sans empreintes digitales d'une durée de 12 mois est délivrée. En cas de doute, un certificat médical doit être produit.
12.03 Daniel Senesael (PS): Merci madame la secrétaire d'État pour vos éléments de réponse.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13.01 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, de afgelopen jaren zagen we het aantal gewelddaden in open asielcentra sterk toenemen, met een verdubbeling in enkele jaren tijd. In 2022 zagen we opnieuw een stijging van het aantal geweldplegingen waarvan het personeel van asielcentra het slachtoffer werd. Minder duidelijk is daarentegen de situatie in de gesloten centra. Mijn vraag aan u gaat dan ook daarover.
Hoeveel en welke incidenten vonden er in 2022 in gesloten centra plaats? In hoeveel gevallen werden medewerkers het slachtoffer? In hoeveel gevallen werden de andere bewoners daardoor getroffen? Ik kreeg graag ook enige toelichting over de daders. Wie zijn deze mensen? Wat is hun geslacht, leeftijd en nationaliteit?
Wat is de totale kostprijs die voortvloeit uit deze incidenten? Ik denk aan de materiële schade, de eventuele behandeling van lichamelijke letsels en de verzekerings- en gerechtskosten naargelang de ernst van de situatie?
Welke impact heeft de betrokkenheid bij incidenten in gesloten centra op de verdere procedure?
13.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer Roggeman, we zien inderdaad een toename van agressie in de gesloten centra en dat baart mij ook zorgen. In 2022 werden bijvoorbeeld ongeveer 500 isolatiemaatregelen getroffen. Ik heb daarom mijn administratie opgedragen om een analyse te maken van deze groep. Het ging dan over hun profielen, de achtergrond en de procedure waarin ze zich bevinden. Deze analyse is momenteel nog lopende maar moet weldra afgerond zijn.
U vraagt verder vooral cijfers op, zoals hoeveel en welke incidenten, in hoeveel gevallen er slachtoffers waren, de nationaliteiten, een overzicht voor 2022 en een verdeling naar geslacht, leeftijd en nationaliteit. U begrijpt dat ik hier geen statistieken kan voorlezen en ik nodig u dus uit deze vraag schriftelijk te stellen.
13.03 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, het is zorgwekkend te horen dat we ook daar een toename zien van geweldplegingen. U verwijst voor de cijfers naar een schriftelijke vraag. Ik wil die gerust indienen, maar de reden waarom ik de vraag toch mondeling heb gesteld is de jammer genoeg gangbare praktijk om schriftelijke vragen niet tijdig te beantwoorden.
13.04 Staatssecretaris Nicole de Moor: Maar deze vraag hebt u niet ingediend.
13.05 Tomas Roggeman (N-VA): Neen, ik anticipeer een beetje op de gangbare praktijk, mevrouw de staatssecretaris. We zien jammer genoeg steeds vaker dat schriftelijke vragen niet tijdig beantwoord worden en dat we pas een antwoord krijgen wanneer we de vraag alsnog opnieuw mondeling agenderen. Ik dacht dus mondeling te beginnen en te kijken of dat misschien effectiever was, maar dat blijkt niet het geval te zijn. Ik zal de vraag dus schriftelijk indienen en hoop op een antwoord binnen de behandelingstermijn.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14.01 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, sinds april 2017 hebben de Dienst Vreemdelingenzaken en uzelf, of uw ambt, meer mogelijkheden om het verblijfsrecht van een vreemdeling te beëindigen. Het wettelijk kader voorziet sindsdien in de mogelijkheid om het verblijfsrecht in te trekken om redenen van openbare orde en nationale veiligheid. Die maatregel werd ingevoerd in de nasleep van de aanslagen, om zo doeltreffend te kunnen optreden in de strijd tegen radicalisering en de veiligheidsrisico’s die daarmee gepaard gaan.
Hoeveel keer werd in de afgelopen jaren het recht op verblijf van een vreemdeling beëindigd omwille van de openbare orde en nationale veiligheid? Wat was de achtergrond van deze mensen en hun nationaliteit?
Vindt u het huidige regelgevend kader afdoende in die context of meent u dat er verdere stappen nodig zijn, bijvoorbeeld voor de beëindiging van het verblijfsrecht van mensen die herhaaldelijk criminele feiten plegen?
14.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer Roggeman, uw vraag suggereert enigszins dat de Dienst Vreemdelingenzaken vandaag niet genoeg zou doen om rekening te houden met criminele feiten of elementen van openbare orde of nationale veiligheid om het verblijfsrecht te beëindigen indien dat aangewezen is. Ik kan u verzekeren dat mijn diensten daar wel degelijk zeer sterk op inzetten en het huidige regelgevend kader voorziet daartoe volgens mij al heel wat mogelijkheden.
Wat betreft uw vraag naar een gedetailleerd overzicht van het aantal beslissingen tot beëindiging van het verblijfsrecht om redenen van openbare orde of nationale veiligheid in de afgelopen jaren, met een overzicht van de meest voorkomende nationaliteiten en een procentuele weergave van het geslacht, ik lees hier liever geen statistieken voor. Ik stel voor dat u daarover conform het Reglement een schriftelijke vraag stelt. Ik doe mijn uiterste best om die zo snel mogelijk te beantwoorden.
14.03 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, eerst en vooral, ik suggereer helemaal niks over de bereidheid of de werkethiek van uw diensten, wel integendeel. Ik heb het grootste respect voor het werk dat zij dagelijks verzetten, en trouwens ook voor onze veiligheidsdiensten, die zich dagelijks te pletter werken om alle dossiers van radicalisering te kunnen bolwerken en daar gevolg aan te geven.
Daarom had ik van u graag een cijfer gekregen. U verwijst naar te uitvoerige details. Mijn eerste vraag was hoeveel keer het recht op verblijf van een vreemdeling beëindigd werd. Dat is maar één cijfer, mevrouw de staatssecretaris. Kunt u misschien alsnog op zijn minst dat ene cijfer geven, zonder details, zonder nationaliteiten? Zo hebben we toch enige notie van de omvang van het probleem.
U maakt zich sterk dat uw diensten hardhandig en proactief optreden. Ik wil u graag geloven maar kleef daar dan alstublieft ook een cijfer op, ten minste wat betreft het totaal. De details zal ik dan wel schriftelijk opvragen.
De voorzitter: Ik kan de staatssecretaris niet verplichten om anders te antwoorden dan ze nu doet.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15.01 Ben Segers (Vooruit): Mevrouw de staatssecretaris, er bereiken me berichten over mogelijk grootschalige wantoestanden – sommigen hebben het over fraude – via de gecombineerde vergunning, vooral vanuit Marokko en Turkije. Personen zouden zogenaamd voor knelpuntberoepen naar België komen, terwijl die jobs en vacatures er in werkelijkheid niet zijn. Veel personen zouden zonder over de vereiste competenties te beschikken, bijvoorbeeld voor knelpuntberoepen, naar België komen, mogelijk na betaling van hoge bedragen aan tussenpersonen in België. Bepaalde ambassades en consulaten zouden ook nog weigeren de nodige documenten af te leveren. Er zou sprake zijn van grootschalige wantoestanden.
Bent u op de hoogte van die situatie? Welke instantie bracht u op de hoogte?
Over welke landen gaat het volgens uw informatie?
Op welke manier komen die wantoestanden tot stand volgens uw informatie? Om hoeveel gevallen gaat het?
Kregen u of de Dienst Vreemdelingenzaken signalen in die zin van de gewesten? Welke? Gaat het alleen over Vlaanderen? Hebt u de DVZ de opdracht gegeven om voor bepaalde landen het verblijfsaspect on hold te zetten wat betreft de gecombineerde vergunning? Hoeveel dossiers zijn er on hold gezet?
Hebt u het betrokken gewest of de betrokken gewesten al aangemaand tot beter toezicht op het arbeidsaspect? Worden bijvoorbeeld jaarrekeningen zeker systematisch gecontroleerd? Welke toezeggingen zijn er desgevallend gedaan?
Kregen u en DVZ signalen in die zin van ambassades en consulaten? Welke ambassades en consulaten? Wat hebt u hun laten weten? Wat moeten zij doen?
Wat doet u verder aan deze situatie?
Welke precedenten
zijn er? Is het in het verleden nog gebeurd dat er massaal aanvragen on hold
zijn gezet? Hoe is dat toen opgelost?
15.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer Segers, ik ben inderdaad gealarmeerd door bepaalde signalen, die vooral van ons consulaat-generaal in Istanbul kwamen, dat er misbruik zou zijn van de gecombineerde vergunningsprocedure. Daarom is de afgifte van een groot aantal gecombineerde vergunningen aan Turkse onderdanen op dit moment geblokkeerd.
Op 9 februari 2023 heeft de Dienst Vreemdelingenzaken daarom overleg tussen de verschillende betrokken actoren georganiseerd, om duidelijkheid te brengen over de geblokkeerde dossiers en om te bekijken welke maatregelen nodig zijn.
Er werd een interne werkgroep samengesteld met vertegenwoordigers van de betrokken federale en regionale actoren die bepaalde dossiers tegen het licht zullen houden om misbruik uit te sluiten. De werkgroep zal ook verzekeren dat de informatieuitwisseling geoptimaliseerd wordt en bekijken hoe in de toekomst misbruik van de procedure kan worden vermeden.
Meer details kan ik u op dit moment nog niet geven, maar ik kan u verzekeren dat we dit niet laten passeren. De gecombineerde vergunningsprocedure is voor mij een belangrijk migratiekanaal. Het staat derdelanders toe om op een georganiseerde en gecontroleerde manier naar België te komen om te werken, in functie van de noden van onze arbeidsmarkt. Misbruik van deze procedure, op welke manier dan ook, zullen we niet tolereren. Ik ben dan ook blij dat de mogelijke fraude tijdig is opgemerkt en dat de diensten krachtdadig konden optreden.
15.03 Ben Segers (Vooruit): Mevrouw de staatssecretaris, dank u wel voor uw antwoord. U zegt gealarmeerd te zijn omdat er sprake is van misbruik. Het is ook bijzonder dat een groot aantal gevallen geblokkeerd is. Of het al dan niet over fraude gaat, is mij nog niet duidelijk. Als er bijvoorbeeld veel aanvragen zouden gebeuren via dezelfde tussenpersonen en dat niet kan overeenkomen met de jaarrekening van de onderneming, dan lijkt het inderdaad zeer malafide te zijn. Als dat het geval zou zijn, zou ik u ook willen vragen om het parket daarover in te lichten.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Vraag nr. 55034092C van de heer Segers wordt ingetrokken. Vraag nr. 55034136C van de heer De Smet wordt uitgesteld.
16.01 Frank Troosters (VB): Mevrouw de staatssecretaris, ik heb een paar vragen over het asielcentrum aan de Genkersteenweg in Hasselt. Daar worden momenteel 125 asielzoekers opgevangen. Fedasil sloot daarvoor een overeenkomst af met uitbater Umami. Aanvankelijk was dat voor 18 maanden. Eind april 2022 zou het asielcentrum gesloten worden. In tegenstelling tot eerdere beloften bleef het na die 18 maanden open en maakte men een nieuwe overeenkomst voor 6 maanden, waarna het centrum eind oktober 2022 gesloten zou worden, maar ook toen werd een nieuwe verlenging doorgedrukt. De nieuwe sluitingsdatum zou dan 15 maart 2023 zijn, overeenkomstig een antwoord van uw diensten op een schriftelijke vraag van mij.
Wat is de huidige stand van zaken met betrekking tot de uitbating van het asielcentrum aan de Genkersteenweg in Hasselt? Kunt u garanderen dat de aangekondigde sluitingsdatum van 15 maart 2023 deze keer wel gerespecteerd zal worden? Zo niet, waarom niet? Wie zal het dan langer openhouden en wat zal dan de nieuwe sluitingsdatum zijn?
16.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Momenteel heeft Fedasil een lopende overheidsopdracht met Umami Hasselt tot 15 maart 2023. Naast het creëren van bijkomende opvangcapaciteit bekijk ik uiteraard ook welke opvangcapaciteit die binnenkort afgebouwd zou moeten worden eventueel open kan blijven. Dat lijkt mij logisch, we willen immers niet dat mensen nog langer op straat moeten blijven. In het geval van Hasselt is er vandaag echter nog geen zekerheid. Zodra er zekerheid daarover is, kan ik u meer duidelijkheid geven, maar op dit moment beschik ik nog niet over die informatie.
16.03 Frank Troosters (VB): Dank u voor uw antwoord. Ik had natuurlijk veel liever gehoord dat u mij kon verzekeren dat het centrum effectief zal sluiten, want de buurt heeft er lang in geïnvesteerd en veel moeten slikken. Het opvangcentrum werd eerst zonder veel overleg geopend. Vervolgens werd de sluitingsdatum telkens herroepen en de impact op de buurt en de samenleving is er ook wel degelijk. Dat zorgt ervoor dat het draagvlak, voor zover dat al groot was, bijzonder klein geworden is.
We vragen dus om ook in Hasselt werk te maken van een streng asielbeleid, door het beperken van de instroom en het afschermen van onze sociale zekerheid, en vooral door het beschermen van de levenskwaliteit van de Hasselaren die daar in de buurt wonen. Tot slot vraag ik u om ook werk te maken van een doorgedreven gedwongen terugkeerbeleid, zodat het asielcentrum in Hasselt ook effectief gesloten kan worden.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17.01 Ben Segers (Vooruit): Mevrouw de staatssecretaris, er is een grote stijging van Eurodac-hits voor verzoekers om internationale bescherming in ons land, van 8.062 in 2018 tot 12.410 in 2022. In percentages is er een stijging van 34 % naar 40 % van alle verzoekers om internationale bescherming. Dat is dan nog gerekend zonder de Dublinvaststellingen doorheen het interview bij de DVZ. Toch zien we dat het aantal transfers doorheen de jaren gedaald is, ondanks de stijging van het aantal Eurodac-hits in absolute en relatieve cijfers.
Natuurlijk speelde corona daarin ook een rol. Uiteraard is het ook een goede beslissing om een Dublincentrum op te richten. Die beslissing juichen wij ten zeerste toe.
Recent is er een stijging in het aantal Dublintransfers uit België, maar we zitten nog niet op het niveau van bijvoorbeeld 2018. Daarbij merken we een grote stijging in het aantal verzoeken aan andere EU-lidstaten vanwege ons land, wat op zich goed is, maar het aantal transfers volgt het aantal verzoeken niet. Zo stijgt zelfs het aantal toezeggingen door andere EU-lidstaten fors, van 4.617 in 2018 tot 7.267 in 2022 tot en met oktober, maar bij de volgende stap lijkt het te stokken.
Verontrustend is dat het aantal transfers dat wordt uitgevoerd terugvalt, ondanks die stijging van het aantal toezeggingen vanwege EU-lidstaten, van 19 % in 2018 naar 9 % in 2022. Dat is de verhouding van effectieve transfers en positieve beslissingen. Zo zijn er in 2022 veel meer toezeggingen door EU-lidstaten dan in 2018, maar toch een stuk minder effectieve transfers. Het potentieel lijkt zo niet benut te worden.
Mevrouw de staatssecretaris, hoe verklaart u dat het aantal uitgevoerde transfers terugvalt, ondanks de stijging van het aantal toezeggingen door EU-lidstaten? Waarom wordt dit potentieel niet ten volle benut? Waar stokt het?
Welke zin heeft het om veel personeel in te zetten voor positieve Dublinbeslissingen als de volgende stap van de effectieve transfer niet wordt gezet? Hoe kan dat verbeterd worden?
Kunt u de toename toelichten van het personeel op de Dublincel van 2018 tot nu?
Wat zult u doen om de genoemde tendensen recht te zetten?
17.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer de voorzitter, collega Segers, uit de analyse van secundaire migratiestromen is inderdaad duidelijk dat België eerder een bestemmingsland dan een doorreisland is. Reeds jaren merken wij dat een groot deel van de verzoekers die in de Dublinprocedure zitten, er vaak alles aan doet om een overdracht naar de verantwoordelijke lidstaat te vermijden. Men tracht bijvoorbeeld buiten het bereik te blijven van de bevoegde diensten, bijvoorbeeld door het opgeven van een of meerdere al dan niet valse privéadressen nadat men de opvangstructuren van Fedasil heeft verlaten.
Wij zetten uiteraard in de eerste plaats in op vrijwillige terugkeer via een individuele begeleiding, door de ICAM-coaches in het Dublincentrum of in andere opvangcentra. Indien iemand niet meewerkt, wordt de versnelde procedure gevolgd en volgt een vasthouding.
Het is van belang op te merken dat ook na de vasthouding een effectieve overdracht nog in het gedrang kan komen. De verzoeker kan weigeren mee te werken aan een overdracht, waardoor er een overdracht onder escorte georganiseerd moet worden, wat op korte termijn niet altijd mogelijk is vanwege de beperkte capaciteit bij de luchtvaartpolitie.
Verder moet ook de verantwoordelijke lidstaat meewerken aan een gedwongen transfer en dat is niet altijd het geval. Vaak krijgen de diensten te horen dat een transfer op bepaalde dagen niet mogelijk is, bijvoorbeeld vanwege een overvolle capaciteit. Recent besliste de Italiaanse overheid nog eenzijdig om ook geen Dublintransfers meer toe te laten, ook voor onbepaalde tijd. In de eerste helft van 2022 besliste een aantal lidstaten naar aanleiding van de oorlog in Oekraïne om ook geen Dublintransfers meer toe te laten.
Soms zal een transfer niet uitgevoerd kunnen worden binnen de voorziene termijn omdat de rechter de overdrachtsbeslissing annuleert.
Naar bepaalde lidstaten zijn transfers dan weer gewoon niet mogelijk, gezien rechtspraak van de RvV.
Zoals hierboven reeds gesteld, verschillende externe factoren, waarop wij geen impact hebben, liggen mee aan de basis van het feit dat niet alle Eurodac-hits tot een effectieve transfer leiden.
In 2018 telde de Dublinunit ongeveer 30 personeelsleden. Sinds begin 2023 is dit aantal verdubbeld en zijn er ongeveer 60 personeelsleden werkzaam bij de Dublinunit. Deze personeelsversterking zal het mogelijk maken meer in te zetten op effectieve Dublinoverdrachten.
Ik doe wat ik kan om nog korter op de bal te spelen. Ik zet in op de versnelde procedure, het Dublincentrum en leg de volle focus op een specifieke categorie van verzoekers, namelijk de verzoekers die recent een verzoek om internationale bescherming hebben ingediend in een andere lidstaat. Ik ben ervan overtuigd dat deze aanpak zal resulteren in meer transfers. Het duidelijke signaal dat de Europese regeringsleiders over de toepassing van Dublin hebben gegeven vorige week, was daarom voor mij heel belangrijk.
17.03 Ben Segers (Vooruit): Mevrouw de staatssecretaris, bedankt voor uw antwoord, dat mij alleszins wat stof tot nadenken geeft. Ik moet toegeven dat ik het nog wat moet verwerken, aangezien u zegt dat we niet alles in handen hebben. Dat klopt, maar net daarom had ik mijn vraag gericht op datgene wat we wel in handen hebben. U zegt dat enkele landen bijvoorbeeld niet meewerken, wat klopt, maar daar staat tegenover dat we zien dat landen best veel toezeggingen doen. Ondanks de toename van het aantal toezeggingen, volgen de transfers niet. Daarom vraag ik mij af of er nog meer mogelijk is, al weet ik zelf niet meteen wat.
17.04 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer Segers, dat is een correcte vraag, maar de problematiek is vaak dat de toezegging door een Europese lidstaat voor het nemen van de beslissing daarom niet betekent dat die lidstaat ook de transfer zelf accepteert. We zien soms een wat weigerachtige houding of uitstelgedrag. Het land zegt dat het wel de beslissing mee heeft goedgekeurd of een toezegging heeft gegeven, maar dat de transfer op dat moment niet kan plaatsvinden, bijvoorbeeld door een overvolle capaciteit. Voor de gedwongen transfers is dus ook wel de medewerking van de andere lidstaat nodig en die medewerking is er niet altijd. Dat is een van de problemen bij de realisatie van transfers. Een andere problematiek is dat de betrokkene hier ook effectief in handen van de autoriteiten moet zijn, maar ook dat lukt niet altijd.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18.01 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, ongeveer geen enkel Europees land, ook niet de Belgische regering, tenminste niet de Vlaamse partijen in deze coalitie, ontkent dat er meer druk moet worden gezet op derde landen die weigeren mee te werken aan de terugname van hun illegale onderdanen. Sinds de herziening van de Schengencode is de Europese Commissie verplicht eenmaal per jaar de medewerking van derde landen op het gebied van overname te beoordelen, waarna de Raad positieve of negatieve gevolgen kan koppelen aan de bevindingen uit het rapport. Tot op heden resulteerde dat in visumsancties tegen slechts één welbepaald land, namelijk Gambia.
In het antwoord op een vraag midden vorig jaar stelde uw voorganger dat hij uitkeek naar “het vervolg, tegen het einde van het jaar, voor de nieuwe landen die dan mogelijk gesanctioneerd kunnen worden". “Ik hoop dat wij tegen het einde van het jaar kunnen evolueren naar landen die, indien ze niet meewerken aan terugkeer, ook veel meer gesanctioneerd zullen worden.”
Wat waren de bevindingen van de Commissie? Welke aanbevelingen werden er gedaan?
Werden er ondertussen tegen andere onwillige derde landen visumsancties getroffen? Over welke landen gaat het?
U hebt op het allereerste actualiteitsdebat deze namiddag geantwoord dat de mechanismen visumsancties voor de derde keer zijn uitgerold. Met welk concreet resultaat ging dat gepaard? Zijn dat nog altijd alleen sancties tegen Gambia of werd er op de Europese top toch een uitbreiding beslist?
18.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Pas, er werd daarnet al verwezen naar de visumsanctieprocedure, maar de procedure onder artikel 25a van de visumcode van 2022 is nog lopende. Over die procedure kwamen de Europese ministers al overeen om de sancties tegen Gambia te verhogen. De discussie voor drie andere derde landen, namelijk Senegal, Bangladesh en Irak, is nog lopende. U kunt de voorstellen tot sancties van de Europese Commissie raadplegen in het officiële Publicatieblad van de Europese Unie.
België heeft zich meermaals uitgesproken over de trage vooruitgang van de procedure, die er nu toe heeft geleid dat de cyclus voor 2022 nog niet tijdig kon worden afgerond. Ik steunde op de JBZ-Raad van 8 december 2022 daarom een voorstel om de Europese Commissie te binden aan een vaste kalender, opdat de procedure in de toekomst op een meer efficiënte wijze zou kunnen verlopen.
Een nieuwe derde cyclus, namelijk de cyclus van 2023, is ondertussen opgestart op basis van een rapportering door alle lidstaten. Een eerste discussie zal de komende periode nog plaatsvinden in de bevoegde Raadswerkgroep.
Het Zweedse voorzitterschap heeft reeds een hele reeks derde landen voorgedragen voor een discussie op basis van objectieve criteria, die blijken uit het vergelijkende rapport. Uit de lijst zal een tweede lijst worden bepaald, op basis waarvan de Europese Commissie de tweede fase kan aanvangen. In die fase doet de Europese Commissie een outreach naar de betrokken landen om de terugkeersituatie op diplomatieke wijze aan te kaarten.
De procedure is vertrouwelijk. Zoals elk jaar mag ik pas in de fase waarin effectief maatregelen worden voorgesteld de namen van de betrokken landen vrijgeven.
18.03 Barbara Pas (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de staatssecretaris, ik dank u voor uw antwoord. U bent er zich van bewust dat, om tot een deftig terugkeerbeleid te komen en het te doen slagen, ook de druk op de landen die hun illegale onderdanen weigeren terug te nemen heel belangrijk is.
Ik noteer dat er momenteel nog altijd alleen sancties tegen Gambia zijn en dat die sancties zijn verhoogd. De discussie over de drie landen die u opnoemde, is nog lopende. U hebt geen timing gegeven. Het is dus nog afwachten wat ter zake uit de bus zal komen.
Ik geef u gelijk dat de procedures veel te traag zijn. Ik hoop dat u zult worden gevolgd in uw voorstel over de vaste kalender. Ik hoop vooral dat de Europese Commissie zal volgen in het zo lang mogelijk maken van het lijstje van onwillige derde landen en in het doorvoeren van de sancties die nodig zijn om ook voor ons vruchten af te werpen op het vlak van – eindelijk – een deftig terugkeerbeleid.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
19.01 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn vraag.
De
aanvraag tot internationale bescherming gebeurt in de meeste gevallen in het
aanmeldcentrum in Brussel (Pacheco-gebouw). De Dienst Vreemdelingenzaken
registreert het verzoek en onderzoekt of België verantwoordelijk is voor de
behandeling van het verzoek (het Dublin-onderzoek). In deze fase legt de
verzoeker een korte verklaring af en vult hij een standaardformulier in.
Het
verzoek om internationale bescherming zelf wordt onderzocht door het
Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen. Tijdens een
persoonlijk onderhoud met een medewerker van het CGVS krijgt de verzoeker de
kans om zijn verhaal te vertellen en de motieven voor zijn verzoek uit te
leggen. Vervolgens onderzoekt het CGVS of de verklaringen met de werkelijkheid
overeenstemmen en de verzoeker al dan het vluchtelingenstatuut of subsidiaire
bescherming toegekend krijgt.
Bestaan
er gevallen waarbij er door het CGVS een beslissing inzake het asieldossier
genomen wordt (toekenning of weigering van de asielaanvraag) waarbij er geen
persoonlijk onderhoud met een medewerker van het CGVS heeft plaatsgevonden, en
er dus enkel een korte verklaring bij de DVZ plaatsvond?
Zo ja,
in welke gevallen wordt deze manier van werken gevolgd?
Gaat
het in dezen zowel over weigeringen als erkenningen?
Over
hoeveel gevallen gaat het?
19.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mevrouw Pas, in de regel wordt er op het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS) een persoonlijk verhoor georganiseerd voordat er een beslissing wordt genomen. Dat verhoor gebeurt zeer uitgebreid en grondig.
In bijzondere situaties wordt er afgeweken van die regel. Hierover zijn jammer genoeg geen statistieken beschikbaar. In geval van een volgend verzoek, bijvoorbeeld een nieuwe asielaanvraag waarbij er geen relevante nieuwe elementen worden aangebracht, kan het CGVS al een weigeringsbeslissing, zijnde een beslissing van niet-ontvankelijkheid, nemen zonder dat er een persoonlijk onderhoud op het CGVS heeft plaatsgevonden.
Daarnaast gaat het CGVS ook over tot toekenning van een status van internationale bescherming zonder extra verhoor op het CGVS, indien uit een onderzoek van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ), de meegedeelde stukken en het DVZ-verhoor blijkt dat er duidelijke elementen voor de toekenning van de status aanwezig zijn en geen extra onderzoek nodig is. In dat geval is er wel een verhoor geweest, maar bij de DVZ en niet bij het CGVS. Het betreft dan verzoeken die goed gedocumenteerd zijn en waarbij op basis van het dossier dat door de DVZ wordt overgelegd, duidelijk is dat de verzoeker nood heeft aan internationale bescherming. Het kan in dit geval niet gaan om een weigeringsbeslissing. In die dossiers baseert men zich op het verhoor bij de DVZ.
19.03 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, hebt u een idee over hoeveel gevallen het gaat?
19.04 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mevrouw Pas, er worden geen aparte statistieken bijgehouden over het aantal beslissingen tot niet-ontvankelijkheid van volgende verzoeken en toekenningen van de status van internationale bescherming na verhoor door de DVZ. Dat komt slechts uitzonderlijk voor.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: De heer Francken komt niet terug.
20.01 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, het zou zeer nuttig zijn om een recente stand van zaken te krijgen inzake de veroordeling tot de dwangsommen en de inbeslagnames. Gisteren konden we namelijk vernemen dat kantoren van Fedasil op vraag van de deurwaarder effectief zouden zijn leeggehaald.
Wanneer vindt de openbare verkoop van de in beslag genomen niet-essentiële goederen van Fedasil plaats? Klopt het dat die op vrijdag gepland is, zoals we in de media vernomen hebben?
Voor welk bedrag dient er verkocht te worden opdat de verkoop de opgeëiste dwangsommen dekt? Heeft de beslagrechter zich reeds uitgesproken over de inbeslagnames van de niet-essentiële goederen van uw kabinet? Zo ja, wat werd er beslist? Zo neen, wanneer zal er een beslissing genomen worden? Wanneer vindt de openbare verkoop van de in beslag genomen niet-essentiële goederen van uw kabinet plaats? Voor welk bedrag dient er verkocht te worden opdat de verkoop de opgeëiste dwangsommen zou dekken?
Op
13 februari zei u in de krant dat zo’n 315.000 euro effectief
ingevorderd wordt en dat er geen beroepsmogelijkheden meer zijn voor een deel
van dat bedrag, ongeveer 190.000 euro. Kunt u de situatie vandaag
verduidelijken? Werd die 190.000 euro effectief betaald of dienen de openbare
verkopen om die sommen te dekken?
Welke andere
kabinetten worden eventueel ook nog geviseerd voor inbeslagnames? Ook daarvan
hadden we graag een exhaustieve opsomming gekregen.
20.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Er werden tot op heden nog steeds geen dwangsommen betaald en dat zullen we ook niet doen. De inbeslagname bij Fedasil vond gisteren plaats en de goederen zullen online verkocht worden op 17 februari 2023. De waarde van de in beslag genomen goederen had een nieuwwaarde van 120.000 euro op het moment van de aankoop, dus voor 2018. Het teruggevorderde bedrag zal pas na de onlineverkoop bekend zijn.
Het klopt dat de Belgische Staat verzet aantekent tegen de inbeslagname van goederen op mijn kabinet. Daarover is evenwel nog geen uitspraak van de beslagrechter. Er is dan ook nog geen datum van verkoop. Het gaat om 84.366,02 euro, ook al is dat totaalbedrag niet onbetwist.
20.03 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, bedankt voor de verduidelijking. Ik ben al tevreden dat u blijft bij uw stelling dat er geen dwangsommen betaald mogen worden. Alleszins illustreren de situatie met de dwangsommen en die in verband met het kraakpand in de Paleizenstraat niet alleen figuurlijk maar nu ook letterlijk het failliet van het asielbeleid in dit land. Het is blijkbaar makkelijker om kantoren van Fedasil leeg te krijgen dan kraakpanden die vol illegalen zitten. Met plaatsvervangende schaamte moet ik opmerken dat die vaudeville perfect vermeden had kunnen worden als men de instroom van asielzoekers zou hebben aangepakt, maar dat weigert de regering te doen.
Ik hoop dat al die rechtszaken voor één ding goed zijn, namelijk dat men de knop omdraait en eindelijk eens maatregelen wil nemen om de instroom te beperken. We hebben geen tekort aan opvangplaatsen, er is een teveel aan asielzoekers.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Aan de orde is vraag nr. 55034300C van mevrouw Rohonyi, die niet aanwezig is. Haar vraag is dus zonder voorwerp. De heer Aouasti laat zijn vraag nr. 55034305C uitstellen.
21.01 Barbara
Pas (VB): In
oktober 2021 sloten België, Nederland en Luxemburg een akkoord waarbij de
regels inzake het terugsturen van zogenaamde 'Dubliners' sneller uit te voeren.
Om de
overnames tussen de Benelux-landen verder te verbeteren werden er afspraken
gemaakt om de antwoordtermijnen tussen de verschillende migratiediensten
aanzienlijk in te korten. Dit moest de resultaten tussen deze landen de hoogte
in duwen. Het initiatief op niveau van de Benelux moest ook als voorbeeld
dienen voor de samenwerking met de andere Europese landen.
1. Stelt
u een verbetering – en met name een versnelde uitvoering van de overnames vast?
2. Hoeveel
Dublin-transferts (in orde van grootte) met Nederland en Luxemburg werden sinds
het afsluiten van bedoeld akkoord uitgevoerd? Hoeveel 'Dubliners' namen
Nederland en Luxemburg terug? Hoeveel 'Dubliners' nam België uit voornoemde
landen terug?
3. Hebben
zich ondertussen reeds andere Europese landen bij deze samenwerking
aangesloten? Zo ja: over welke landen gaat het concreet?
4. Met
welke landen heeft u ter zake gesprekken gevoerd en wat was daarvan het
resultaat?
5. Met
welke landen heeft u een goede samenwerking wat betreft Dublinovernames? Met
welke landen verloopt de samenwerking stroef? Met welke landen is de
samenwerking onbestaande en/of onmogelijk?
21.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mevrouw Pas, op Belgisch voorstel namen de Benelux-landen in oktober 2021 inderdaad een administratief akkoord aan om Dublinoverdrachten te vereenvoudigen. Het sluiten van dergelijke bilaterale regelingen om de toepassing en de doeltreffendheid van een verordening te vergemakkelijken, wordt geregeld in artikel 36 van de Dublinverordening. België heeft in 2022 181 transfers naar Nederland en 3 transfers naar Luxemburg uitgevoerd. In dezelfde periode werden 29 transfers vanuit Nederland en 4 transfers vanuit Luxemburg naar België uitgevoerd.
Ik zie dit type van administratieve overeenkomst als een manier om de bestaande goede samenwerking verder te verdiepen. In de context van de Benelux is de samenwerking tussen de drie landen altijd goed geweest. Verzoeken werden ook voordien binnen de geplande termijnen beantwoord. Ik denk ook dat dit een goede manier is om te laten zien dat vooruitgang nog steeds mogelijk is, zelfs binnen het huidige wetgevend kader, dat verre van perfect is.
Verschillende andere EU-lidstaten hebben dergelijke bilaterale akkoorden gesloten. Mijn diensten beschikken niet over een overzicht van dergelijke bilaterale regelingen van andere landen. Het thema werd ook besproken tijdens een ministeriële vergadering die ik organiseerde in december met acht collega’s, de Europese Commissie en het toenmalige Tsjechische voorzitterschap. Een opvolgvergadering zal begin maart plaatsvinden, zoals ik tijdens het actuadebat heb toegelicht.
De Dublinsamenwerking met een aantal lidstaten verloopt moeizaam om verschillende redenen. Italië heeft bijvoorbeeld voor onbepaalde tijd de overnames opgeschort en levert momenteel de meeste hits op voor ons land. Er worden geen transfers uitgevoerd naar Hongarije, Bulgarije en Griekenland. Voor Hongarije en Bulgarije is dat een gevolg van nationale rechtspraak, voor Griekenland speelt ook dat België vaak geen akkoord voor een transfer ontvangt. Met de buurlanden en de noordelijke lidstaten is de samenwerking aanvaardbaar, maar vaak wel een grote administratieve belasting voor mijn diensten.
Er loopt een aantal initiatieven om de Dublinsamenwerking te verbeteren. Op vraag van onder meer ons land werd een Dublinroadmap opgesteld, die vorige week werd bekrachtigd door de Europese Raad. Voorts heeft België verkregen dat er een objectieve rapportering zal komen over de opvangcapaciteiten in de verschillende lidstaten, opdat rechters die neutrale informatie in rekening kunnen nemen bij beroepsprocedures.
21.03 Barbara Pas (VB): Mevrouw de staatssecretaris, de moeizame onderhandelingen illustreren alleen maar dat het hele Dublinsysteem faalt. Wij kennen de cijfers: meer dan 40 % van wie asiel aanvraagt in ons land, heeft al een procedure doorlopen in een ander land en een aantal van hen is zelfs al erkend. Er is dus een probleem van secundaire migratie, maar – hoe men het ook draait of keert – secundaire migratie is altijd een gevolg van primaire migratie, dus ook daar komt weer de discussie naar voren die wij vandaag al enkele keren hebben gevoerd, namelijk hoe wij de instroom moeten beperken. Zo zijn wij eigenlijk weer waar wij vandaag begonnen zijn, bij de fysieke grensbarrières en dergelijke.
Over Italië zal ik u zeker nog een opvolgvraagje stellen, want dat is wel nieuws.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22.01 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, het Vlaams Parlement keurde vorig jaar een nieuw inburgeringsdecreet goed, dat nieuwkomers een examen maatschappelijke oriëntatie oplegt. Daarin zit ook een onderdeel over waarden en normen vervat. Vroeger was het voldoende om daar 50 % op te halen. De Vlaamse regering heeft recent aangekondigd dat ze een grote onderscheiding verwacht.
De vraag is dan wat er gebeurt wanneer cursisten keer op keer niet slagen of zelfs niet deelnemen. De Vlaamse minister voor Inburgering, de heer Bart Somers, zei hierover: “De federale overheid beslist over de verblijfsvergunningen en zou die als ultieme sanctie kunnen intrekken, maar daar beslissen wij dus niet over. Wij moeten de inburgering zo goed mogelijk organiseren".
Mevrouw de staatssecretaris, wat zult u daarmee doen? De Vlaamse regering kan haar integratievoorwaarden verstrengen zo veel ze wil, maar als de gebuisden daarvan geen enkel gevolg ondervinden, dreigt dat een maat voor niets te worden.
Hoeveel meldingen ontvingen uw diensten al over het niet deelnemen aan de inburgeringsexamens tot hier toe? Hoe gaat men daarmee om? Zullen daaraan sancties worden gekoppeld?
22.02 Staatssecretaris Nicole de Moor: Mijnheer Roggeman, de DVZ heeft tot op heden geen meldingen vanuit Vlaanderen ontvangen over het niet deelnemen of het herhaaldelijk onvoldoendes halen op inburgeringsexamens.
Ter herinnering wil ik nog meegeven dat tijdens de vorige legislatuur een integratievereiste in de vreemdelingenwet werd opgenomen. Die trad in 2017 in werking. De DVZ kan dus, indien nodig, rekening houden met het al dan niet volgen van of slagen voor een inburgeringscursus, maar men trekt geen verblijfsmachtiging in enkel en alleen op basis van het inburgeringsexamen.
22.03 Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, ik dank u voor het antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Ik dank de staatssecretaris en de leden voor hun aanwezigheid.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.13 uur.
La réunion publique de commission est levée à 17 h 13.