Commissie voor de Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt

Commission de l'Intérieur, des Affaires générales et de la Fonction publique

 

van

 

Woensdag 25 november 2015

 

Voormiddag

 

______

 

 

du

 

Mercredi 25 novembre 2015

 

Matin

 

______

 

 


De behandeling van de vragen en interpellaties vangt aan om 11.33 uur. De vergadering wordt voorgezeten door de heer Brecht Vermeulen.

Le développement des questions et interpellations commence à 11.33 heures. La réunion est présidée par M. Brecht Vermeulen.

 

De voorzitter: Vraag nr. 6776 van mevrouw Caprasse wordt uitgesteld. De samengevoegde vragen nr. 6955 van mevrouw Smeyers en nr. 7135 van mevrouw Grovonius worden als ingetrokken beschouwd.

 

Mevrouw Lalieux zit momenteel zelf een commissie voor. Mevrouw Lanjri is onderweg, evenals de heer Hellings.

 

Vraag nr. 7565 van mevrouw De Coninck wordt uitgesteld.

 

Het woord is aan de heer Metsu.

 

01 Vraag van de heer Koen Metsu aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, over "de aanwezigheid van terroristen in Belgische asielcentra" (nr. 7650)

01 Question de M. Koen Metsu au secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, sur "la présence de terroristes dans les centres d'accueil belges" (n° 7650)

 

01.01  Koen Metsu (N-VA): Mijnheer de voorzitter, dit is bijna een actualiteitsvraag. Gisteren verscheen in de krant immers de vraag of dit een feit was, ja of neen. Die vraag zal ik zo dadelijk ook stellen.

 

Mijnheer de staatssecretaris, het bericht was enigszins verontrustend. Het ging over de aanwezigheid van terroristen of potentiële terroristen in Belgische asielcentra. Zij zouden via de vluchtelingenstroom het land zijn binnengekomen en één van die personen, een IS-aanhanger, zou in het opvangcentrum van Bovigny, in Luxemburg, hebben verbleven. Ook de twee broers Talal en Anwar Ammar zouden via de vluchtelingenstroom België zijn binnengeraakt.

 

Kloppen deze beweringen over terroristen op Belgisch grondgebied? Welke procedure hanteren u en uw diensten zodra blijkt dat dergelijke sujetten zich op Belgisch grondgebied bevinden, meer bepaald in opvangcentra? Wat zijn uw plannen om dit probleem aan te pakken?

 

01.02 Staatssecretaris Theo Francken: Mijnheer Metsu, ik heb dat artikel ook gelezen.

 

Om veiligheidsredenen kan ik niet echt diep ingaan op uw vraag. Ik kan wel zeggen dat het artikel niet juist is. Minstens gedeeltelijk is het niet juist. Zeggen dat er vier terroristen als asielzoekers naar België zijn gekomen en hier in asielcentra zitten, is niet juist. Dat is niet de informatie die ik heb. De namen die in het artikel stonden zijn geen namen die voorkomen op mijn asiellijsten. Zijn zij in België geweest, of zijn zij niet in België geweest, zij hebben hier alleszins geen asiel aangevraagd, of toch niet alle vier, laat ik het zo zeggen. Het zijn er zeker geen vier die hier asiel hebben aangevraagd.

 

Ik weet ook niet waar die informatie vandaan komt. Eerst stond zij blijkbaar in een Amerikaanse of een Britse krant, en dat is overgenomen. Mij is het helemaal onduidelijk. Ik heb natuurlijk meteen mijn licht opgestoken.

 

Er zijn bepaalde procedures in onze asielcentra om zulke zaken te signaleren. Straks zal ik in mijn antwoord op uw vraag uitleggen hoe de taskforce werkt. Zulke zaken worden gesignaleerd. Het klopt niet dat die vier terroristen in onze centra zitten, dat is niet juist. Die namen kloppen niet, zeker niet voor alle vier, laat ik het zo zeggen.

 

Het is echter wel zo dat er mij in het algemeen, en los van die cases, gesignaleerd werd dat er onder de asielzoekers in de centra enkele radicale individuen aanwezig zijn. Voor iedere vreemdeling die gekend is voor radicalisme, asielzoeker of niet, wordt geval per geval bekeken welke maatregelen ik binnen mijn bevoegdheid kan nemen. Waar mogelijk wordt het eventuele verblijfsstatuut van die personen ingetrokken of geweigerd, wordt de betrokkene opgesloten met het oog op zijn repatriëring en wordt een inreisverbod opgelegd.

 

Ik heb reeds verschillende initiatieven genomen om die problematiek aan te pakken.

 

Zo wordt een bijkomende screening van de asielzoekers gedaan, door zowel de militaire inlichtingendienst, de Veiligheid van de Staat als de federale politie. Daarnaast werd de wetgeving verstrengd, zodat de commissaris-generaal de beschermingsstatus kan intrekken of weigeren voor een persoon die een gevaar vormt voor de openbare orde of de nationale veiligheid. Die wet werd in juli door de Kamer goedgekeurd en is in september van kracht geworden. Bovendien wordt door de Veiligheid van de Staat en de militaire inlichtingendienst een bijkomend onderzoek gedaan voor visumaanvragen van predikers of imams. Tenslotte, is vorige week de asiel- en migratietaskforce Radicalisme opgericht en is een eerste maal samengekomen. Een van de voornaamste taken van die taskforce is het opvolgen van dit soort dossiers.

 

Wij zijn er dus volop mee bezig, maar het is niet zo dat vier terroristen in België asiel hebben aangevraagd. Die informatie is niet juist.

 

01.03  Koen Metsu (N-VA): Dat is goed, want het zou helaas een primeur zijn. Ik hoor dat u de klemtoon legt op niet alle vier. Ik zal er niet dieper op ingaan, maar ik ga ervan uit dat die dossiers zeer streng en strikt gemonitord blijven door u en uw diensten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Vraag van de heer Koen Metsu aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, over "asielaanvragen door oorlogsmisdadigers" (nr. 7651)

02 Question de M. Koen Metsu au secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, sur "des demandes d'asile introduites par des criminels de guerre" (n° 7651)

 

02.01  Koen Metsu (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik heb hier vorige week al een visje over uitgegooid.

 

Nederland, onze noorderburen, hanteert al jaren de 1F-procedure bij asielaanvragen. 1F verwijst naar het corresponderende artikel in de Conventie van Genève, dat bepaalt dat asielzoekers waartegen er gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat zij zich hebben bezondigd aan misdaden tegen de mensheid en mensenrechtenschendingen, geen recht hebben op bescherming. Omdat België wordt geconfronteerd met een grote instroom van inwoners uit oorlogsgebied moeten ook wij erover waken geen personen binnen te laten die ontoelaatbare daden hebben gesteld tijdens het conflict in hun thuisland.

 

Zal het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen het 1F-beleid van Nederland overnemen? Waarom wel of niet? Hoeveel 1F-beslissingen heeft het CGVS de afgelopen vijf jaar genomen? Ik had, indien mogelijk, graag een opsplitsing gekregen per jaar en per nationaliteit.

 

02.02 Staatssecretaris Theo Francken: Mijnheer Metsu, conform artikel 55.2 van de vreemdelingenwet behoort het tot de opdracht van de CGVS om artikel 1F toe te passen overeenkomstig de in de wet vastgelegde definitie en de hieromtrent geldende nationale en internationale jurisprudentie. Dat betekent dat ook in België personen worden uitgesloten voor wie er ernstige aanwijzingen bestaan van een misdrijf tegen de vrede, een oorlogsmisdrijf of een misdrijf tegen de menselijkheid bijvoorbeeld foltering, een ernstig, niet-politiek misdrijf hebben begaan buiten het land van toevlucht of handelingen verricht hebben in strijd met de doelstellingen en beginselen van de Verenigde Naties, bijvoorbeeld terrorisme. Het geldt ook voor zij die aanzetten tot of deelnemen aan de feiten vermeld in artikel 1F. Tegen de beslissing tot uitsluiting door het commissariaat-generaal staat nog een beroep in volle rechtsmacht open bij de RvV.

 

De commissaris-generaal beslist volgens de wet onafhankelijk in asieldossiers. Middels het wetsontwerp, dat eerder dit jaar in de commissie werd goedgekeurd, heb ik hem wel bijkomende instrumenten gegeven om ook bij een bedreiging van de samenleving of de nationale veiligheid over te kunnen gaan tot uitsluiting dan wel intrekking van het statuut. Ik heb met hem ook gesproken over de Nederlandse aanpak van bijvoorbeeld de Irakese officieren onder Saddam. De commissaris-generaal onderzoekt momenteel of eenzelfde aanpak als in Nederland ook bij ons mogelijk is. In Nederland wordt in dergelijke dossiers bij voorbaat de 1F-procedure gehanteerd, omdat men ervan uitgaat dat de kans heel groot is dat hogere officieren die onder Saddam hebben gediend, minstens op de hoogte waren van de misdrijven, oorlogsmisdrijven en folteringen.

 

Ik geef u een jaarlijks overzicht van het aantal beslissingen op basis van artikel 1F van de Conventie van Genève. Een gedetailleerd overzicht per nationaliteit kan u later nog worden bezorgd. De vraag werd gisteren pas ingediend en ik heb die informatie niet zo snel kunnen ontvangen. In 2015 waren er tot nu toe 6 1F-beslissingen, in 2014 waren dat er 11, in 2013 28, 11 in 2012, 21 in 2011, 13 in 2010, 2009 en 2008, in 2007 waren het er 8. Ik zal u de cijfers geven.

 

02.03  Koen Metsu (N-VA): Meer kan ik niet vragen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van de heer Koen Metsu aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, over "de taskforce over radicalisering" (nr. 7652)

03 Question de M. Koen Metsu au secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, sur "la task force sur la radicalisation" (n° 7652)

 

03.01  Koen Metsu (N-VA): Deze vraag borduurt verder op onze bespreking van vorige week over de belangrijke taskforce Radicalisering.

 

U vermeldde de oprichting van deze taskforce. Deze zou tot doel hebben het fenomeen te monitoren in het kader van de vluchtelingenstroom en de opvang waarin België voor asielzoekers en vluchtelingen voorziet.

 

Wederom een artikel in Het Laatste Nieuws van 23 november 2015, over de aanwezigheid van terroristen op Belgisch grondgebied die via de vluchtelingenstroom dit land zijn binnengekomen en zelfs in opvangcentra zijn terechtgekomen, conform de vorige vraag, laat zien dat de taskforce absoluut noodzakelijk is. Hoe sneller hoe beter.

 

Bestaat die taskforce al? Hoe vaak kwam ze al samen? Wat is de samenstelling van de taskforce? Kunt u dieper ingaan op het doel ervan?

 

03.02 Staatssecretaris Theo Francken: De asiel- en migratietaskforce Radicalisme kwam vorige week donderdag 19 november 2015 al een eerste keer samen en zal dat ook wekelijks doen. Een volgende vergadering staat gepland op donderdag 26 november 2015.

 

In de taskforce zijn de kabinetten van Justitie, Binnenlandse Zaken, Defensie en Asiel en Migratie vertegenwoordigd. De volgende diensten zijn ook aanwezig: de Dienst Vreemdelingenzaken, het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen, de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, Fedasil, het OCAD, het Crisiscentrum, de FOD Binnenlandse Zaken, de penitentiaire instellingen, de staatsveiligheid, de militaire inlichtingendiensten en de federale politie. De taskforce brengt experts van verschillende diensten samen rond de problematiek van geradicaliseerde vreemdelingen – niet beperkt tot asielzoekers, maar ook andere migranten – en incidenten gelinkt aan radicalisme en migratie.

 

De hoofddoelstelling is te komen tot een correcte beeldvorming omtrent deze geradicaliseerde individuen en deze incidenten, het nemen van concrete maatregelen en het voorzien in een op elkaar afgestemde opvolging.

 

Binnen de taskforce wordt een draaiboek uitgewerkt. Het zal de informatieflux omtrent geradicaliseerde vreemdelingen tussen de verschillende diensten in kaart brengen en waar nodig optimaliseren. Binnen iedere dienst worden contactpunten aangeduid. Een efficiënte informatiedoorstroming en een integrale aanpak tussen de verschillende diensten is cruciaal voor de opvolging van dit soort dossiers. De taskforce zal dan ook de individuele dossiers geval per geval bespreken en voor elke persoon een plan van aanpak en opvolging opstellen. Ook incidenten in opvangcentra of gericht tegen opvangcentra die gelinkt kunnen worden aan radicalisme worden in kaart gebracht en besproken in de taskforce.

 

Verdere thema’s kunnen in de taskforce worden opgevolgd: de optimalisatie van de screening van asielzoekers, opleidingen en awareness training voor asielinstanties in samenwerking met de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, veiligheidsniveaucentra en de eventueel te nemen maatregelen, de creatie van een meldpunt Radicalisme, opvolging van de problematiek rond de radicale imams en haatpredikers enzovoort.

 

Er is veel werk aan de winkel. Het is niet zo dat er niets gebeurde. De informatiedoorstroming wordt op deze manier wel geoptimaliseerd en dat was in mijn ogen noodzakelijk.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, over "de toepassing van de Dublinverordening en het terugsturen van kandidaat-vluchtelingen naar hun eerste lidstaat van aankomst" (nr. 7357)

04 Question de Mme Nahima Lanjri au secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, sur "l'application du règlement de Dublin et le renvoi des candidats réfugiés vers le premier pays d'accueil" (n° 7357)

 

04.01  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, volgens een artikel in De Morgen van zaterdag 7 november zouden er in ons land 2 000 Dublingevallen zijn, asielzoekers die hun asielprocedure in een ander land zijn gestart of daar geregistreerd staan. Dat betekent dat zij in principe worden teruggestuurd naar het land waar zij de eerste keer werden geregistreerd, het land dat ook de asielaanvraag moet behandelen.

 

In dat artikel stelde u dat de Dublingevallen naar twee specifieke opvangcentra zouden worden overgebracht om van daaruit te worden overgebracht naar de lidstaat die de aanvraag moet behandelen. U zei ook dat niet iedereen op die vraag ingaat.

 

Mijnheer de staatssecretaris, in het krantenartikel wordt melding gemaakt van 2 000 gevallen. Zijn dat 2 000 gevallen op dit ogenblik? Over welke periode spreken we dan? Is dat sinds de recente crisis of heeft dat aantal betrekking op een langere periode?

 

In welke mate ziet u erop toe dat het bevel van DVZ om het grondgebied te verlaten, correct wordt uitgevoerd en dat de betrokken persoon naar een andere lidstaat wordt overgebracht? Hoe wordt dat afdwingbaar gemaakt?

 

Welke afspraken zijn er gemaakt met de andere lidstaten voor de overname? Hoe wordt daarop toegezien?

 

Hoeveel van de 2 000 asielzoekers zijn er uiteindelijk ingegaan op het voorstel om naar een specifiek opvangcentrum te worden overgebracht en daar te worden opgevangen? Hoeveel van die 2 000 asielzoekers zijn intussen effectief teruggekeerd?

 

In hoeveel gevallen was dat vrijwillig en in hoeveel gevallen gedwongen?

 

Dat is immers van belang. Heel wat personen die asiel aanvragen, zouden dat eigenlijk niet in ons land mogen doen. Er is een duidelijk signaal gegeven dat, als zij bijvoorbeeld een aanvraag hebben ingediend in Spanje, Hongarije, Griekenland of Italië, de aanvraag daar wordt behandeld, tenzij het om mensen gaat waarover in Europees verband afspraken werden gemaakt, maar dat is een andere groep.

 

04.02 Staatssecretaris Theo Francken: Mevrouw Lanjri, het betreft een raming van de nog te checken 10 000 dossiers in het Eurodacsysteem. Er is inderdaad een achterstand door informaticaproblemen tussen 21 juli en begin oktober bij de Dienst Vreemdelingenzaken.

 

DVZ raamt het aantal dossiers op 20 tot 25 %. Het cijfer in De Morgen verwijst naar die dossiers. Naast die dossiers zijn er natuurlijk nog de oude aanvragen en de nieuwe aanvragen die werden ingediend. Die zijn daarin nog niet inbegrepen. Die dossiers zijn voorlopig in verwerking bij de Dienst Vreemdelingenzaken, maar DVZ kan nog niet zeggen hoeveel dossiers er exact onder de Dublinverordening vallen.

 

Sedert 16 oktober worden de personen die een beslissing 26quater met een BGV ontvangen en zich vrijwillig naar de verantwoordelijke lidstaat dienen te begeven, door Fedasil toegewezen aan een open terugkeercentrum in Jodoigne of Arendonk, waar specifiek wordt gewerkt aan de terugkeer van Dublingevallen naar de verantwoordelijke lidstaat. De persoon in kwestie dient zich daar binnen de vijf dagen aan te bieden. Komt de persoon niet opdagen binnen die termijn, dan vervalt de bevoegdheid van Fedasil om in opvang te voorzien en kan het bureau Dublin de verantwoordelijke lidstaat ervan in kennis stellen dat de persoon in kwestie is ondergedoken. De overdrachtstermijn wordt in dat geval verlengd van zes maanden naar achttien maanden. De dienst Sefor zorgt voor de verdere opvolging.

 

Die afspraken – het antwoord wordt nu heel technisch – vloeien voort uit de verordening 118/2014 van de Commissie van 30 januari 2014 tot wijziging van de verordening 1560/2003 houdende uitvoeringsbepalingen van de verordening 343/2003 van de Raad tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde-land bij een van de lidstaten wordt ingediend, en komen meer specifiek aan bod in de artikelen 7, 8 en 9 inzake de uitvoering van de overdracht. Dat zijn gewoon de richtlijnen die wij toepassen en die ook andere Europese landen toepassen.

 

Sinds 26 oktober werden er in totaal 44 personen, inclusief kinderen, toegewezen aan een van deze specifieke ontvangcentra. Tot heden werden acht personen, één vrouw met zeven kinderen, opgevangen. De Dublinopvolging via de OTP's is op dit ogenblik nog in volle ontwikkeling. Instructies werden verzonden aan alle opvangcentra, maar de implementatie duurt natuurlijk iets langer. Het antwoord op de vraag is waarschijnlijk opgemaakt toen u ze hebt ingediend. Nu zullen het er wel al meer zijn.

 

Bovendien is het niet evident de nieuwe structuur meteen te implementeren, gelet op de grote instroom. De statistieken, die ik geef, slaan op de startfase en zijn niet volledig, daar niet alle centra alles al geïmplementeerd hebben. Op twee weken ging het in elk geval al om 44 personen.

 

Tenslotte, een Somalische vrouw met zeven kinderen heeft aangegeven vrijwillig naar Zwitserland te willen terugkeren. Zij wordt momenteel opgevangen in Arendonk.

 

Bij uw vraag kan de opmerking worden gemaakt dat wij momenteel nog maar over partiële statistieken beschikken en dat een overzicht pas op een later tijdstip zal kunnen worden gegeven.

 

04.03  Nahima Lanjri (CD&V): Hoeveel van de 2 000 asielzoekers zijn er effectief gerepatrieerd?

 

04.04 Staatssecretaris Theo Francken: Dat kan ik u momenteel niet zeggen. Dat antwoord heb ik niet bij mij.

 

Als ik het goed begrijp, is het cijfer van 2 000 een schatting. Ongeveer 20 tot 25 % van de 10 000 asielaanvragen ressorteert onder Dublin, omdat men kan bewijzen dat ze naar een bepaald land zijn geweest en aldus in Eurodac zijn opgenomen. Dat blijkt uit de statistieken van de afgelopen jaren. Er was een achterstand van 10 000 dossiers, omdat er een probleem was met Eurodac in Brussel. 20 tot 25 % van die 10 000 is 2 000. Daarom werd dat getal genoemd in de krant. Wij zijn nu volop bezig met het inhalen van die achterstand en die 10 000 dossiers in te geven in Eurodac. Dat is nog altijd niet afgewerkt.

 

Wat uw vraag betreft hoeveel er daarvan ondertussen effectief zijn gerepatrieerd ingevolge de Dublinverordening, ik zal proberen u vandaag de cijfers ter zake te bezorgen.

 

Ik kan u de cijfers geven van het aantal Dublinovernames die wij zelf hebben binnengekregen en overleveringen van vorig jaar tot en met oktober.

 

04.05  Nahima Lanjri (CD&V): Ik dank u voor het antwoord, mijnheer de staatssecretaris.

 

Ik begrijp dat het nieuw systeem om de betreffende asielzoekers naar een bepaald centrum te sturen, volop in ontwikkeling is. Toch moet ik opmerken dat twee derde, acht op de 24 asielzoekers, niet ingaat op de vraag. Ik hoop dat dat verbetert, te meer omdat slechts een derde van de betrokken asielzoekers ingaat op de vraag zich aan te melden bij een van beide openterugkeerplaatsen, twee derde niet en we niet eens weten hoeveel van het derde asielzoekers dat wel ingaat op de vraag, ook effectief vertrekt.

 

Er is dus een groot probleem. Er moet aan de terugkeer worden gewerkt. Als asielzoekers bij ons geen recht op asiel hebben en naar een andere lidstaat moeten gaan, moeten wij dat signaal duidelijk geven en moeten zij daadwerkelijk het grondgebied verlaten.

 

Daarom is de vraag belangrijk hoeveel van de 2 000 of 2 500 asielzoekers er tot op heden daadwerkelijk zijn vertrokken.

 

04.06 Staatssecretaris Theo Francken: De cijfers van die 2 000 kan ik u niet geven. Ik kan u wel de Dublincijfers van en naar België voor 2014 en 2015 tot en met eind oktober geven.

 

04.07  Nahima Lanjri (CD&V): Hebt u ook cijfers wie daarvan werkelijk is teruggekeerd?

 

04.08 Staatssecretaris Theo Francken: De cijfers van de overnames en overdragingen zijn de cijfers van effectieve vertrekkers.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

05 Question de M. Benoit Hellings au secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, sur "la limitation du titre de séjour à 5 ans pour les réfugiés" (n° 7563)

05 Vraag van de heer Benoit Hellings aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, over "de tot vijf jaar beperkte verblijfstitel voor de vluchtelingen" (nr. 7563)

 

05.01  Benoit Hellings (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, dans un courrier rédigé en anglais, daté du 21 octobre dernier, que vous adressiez à tous les candidats réfugiés, vous tentiez de les décourager d'introduire une demande d'asile ou de poursuivre leur procédure d'asile en Belgique.

 

L'information que vous y distilliez est peu nuancée et incomplète. Parfois même, ce que vous avancez n'est pas juridiquement correct. Sans le dire clairement, vous laissiez sous-entendre que la limitation du séjour à 5 ans pour les réfugiés reconnus était déjà d'application, alors qu'il ne s'agit, à ce stade, que d'une décision de principe du Conseil des ministres du 23 octobre et qu'aucun projet de loi à ce sujet n'a encore été déposé sur les bancs de cette commission.

 

Monsieur le secrétaire d'État, pouvez-vous me préciser l'objectif poursuivi par l'envoi d'un tel courrier à tous les candidats réfugiés de Belgique? Pouvez-vous m'indiquer à quel moment vous déposerez le projet de loi dont il est question dans ce courrier?

 

05.02  Theo Francken, secrétaire d'État: Monsieur le président, monsieur Hellings, je comprends votre remarque.

 

Toutefois, les demandeurs d'asile qui entrent maintenant n'auront pas de décision dans leur dossier demain. Actuellement, les procédures prennent beaucoup de temps. Il faut déjà deux ou trois mois avant la première entrevue. Or, le projet de loi sera déposé au Conseil des ministres dans les prochaines semaines. Normalement, la mesure sera implémentée avant que la décision les concernant ne soit prise. Voilà la raison. Je comprends la remarque.

 

Als ik nu aan de asielzoekers zeg dat ze als erkende vluchtelingen geen onbeperkt verblijfsrecht meer krijgen maar dat dit voor vijf jaar zal zijn, klopt dit want tegen dat zij een beslissing zullen hebben gekregen zal dit ingevoerd zijn. Het nemen van beslissingen duurt immers heel lang. Dit is eigenlijk een virtuele discussie, maar ik begrijp de opmerking wel.

 

05.03  Benoit Hellings (Ecolo-Groen): Quel est l'objectif d'un courrier tel que celui-ci?

 

05.04  Theo Francken, secrétaire d'État: Il s'agit d'informer les demandeurs d'asile. Beaucoup d'entre eux ont des idées erronées.

 

Zij denken dat België El Dorado is, dat Europa El Dorado is, dat ze direct werk zullen krijgen, een mooi appartement zullen krijgen enzovoort. Er is een reden waarom zo veel Irakezen vrijwillig terugkeren vooraleer hun asielaanvraag is behandeld. Er zijn drie vluchten per week. Daar is een reden voor. Die mensen zijn enorm ontgoocheld.

 

Les passeurs leur disent qu'en Belgique et en Europe, ils auront trois mille euros cash par mois, une voiture, un appartement, que leur famille pourra venir après trois ou quatre mois. Ce n'est pas la vérité.

 

05.05  Benoit Hellings (Ecolo-Groen): Je comprends bien. Si l'objectif est de lutter contre les passeurs, c'est légitime. Mais ces personnes demandent l'asile si elles subissent dans leur pays d'origine d'éventuelles menaces et autres. C'est la première raison pour laquelle la Belgique est signataire de la Convention de Genève.

 

Nous y reviendrons quand vous déposerez le projet de loi, que nous analyserons en détail. Nous pourrons alors en discuter ensemble. Il est assez difficile pour des personnes fuyant un pays en guerre, majoritairement des Syriens et des Irakiens, de s'inscrire dans une logique d'intégration, en apprenant la langue et en cherchant un travail, si elles vivent avec cette épée de Damoclès des cinq ans.

 

Il s'agit d'une décision du gouvernement qui va être mise en œuvre par une loi: tous les cinq ans, le candidat réfugié et le réfugié devront prouver qu'ils sont en état de danger dans leur pays. Or la situation en Syrie et en Irak n'est pas près de se régler tant du point de vue géostratégique qu'humanitaire. Nous en rediscuterons. Il faut donner une information correcte aux candidats réfugiés. En l'occurrence, vous allez un peu plus vite que la musique.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, over "de oplopende wachttijden bij de asielinstanties" (nr. 7646)

06 Question de Mme Nahima Lanjri au secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, sur "les longues durées d'attente dans les instances d'asile" (n° 7646)

 

06.01  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, wij hebben vorige week uw beleidsbrief besproken. Ik heb toen eerlijk gezegd dat ik het positief vind dat er op zo’n korte tijd zo veel extra plaatsen zijn gecreëerd. U hebt daar zeker verdienste aan.

 

Nu stellen wij echter vast dat het aantal asielzoekers dat in rijen voor de DVZ staat te wachten opnieuw oploopt. Er zijn opnieuw problemen, in die zin dat een groot aantal van hen geen convocatie meer krijgt. Als men geen convocatie krijgt, een briefje om op een bepaalde datum terug te keren, dan heeft men ook geen recht op preopvang. Blijkbaar is dat al het geval. Daarmee zet u dus de facto mensen op straat. Anderzijds ziet men zelfs dat mensen die een convocatiebrief hadden gekregen, als zij zich aanmelden, een nieuwe convocatie krijgen op een andere datum. Op die manier lopen de wachttijden enorm op.

 

De groep mensen die niet in de preopvang terechtkunnen, is er het ergst aan toe. De preopvang zit momenteel vol. Dat is een probleem. Als mensen geen convocatie krijgen of zelfs met een convocatie – het zou over een honderdtal mensen gaan – niet in de preopvang terechtkunnen, dan betekent dat in concreto dat die mensen aangewezen zijn op initiatieven van burgers of vrijwilligersorganisaties, maar zelfs die zitten op hun tandvlees. Zij zeggen dat zij geen mogelijkheden meer hebben. Met de winter voor de deur zijn dat taferelen die wij absoluut moeten vermijden. Ik denk dat u ook die ambitie hebt.

 

Wij hebben gezegd dat wat wij in het verleden hebben meegemaakt met mensen die op straat moesten slapen – u zat toen in de oppositie –, nooit meer willen meemaken. Ik weet dat er al heel veel gebeurt, maar er rijst nu echt opnieuw een heel concreet probleem.

 

Welke initiatieven zult u nemen om de preopvang verder uit te breiden? Ik heb gehoord dat u van plan bent om aan de Ministerraad 120 bijkomende plaatsen te vragen. Ik vrees – u mag mij tegenspreken – dat 120 plaatsen niet voldoende zal zijn. Het is beter dat er, zoals in het begin, meer plaatsen zijn, die eventueel, als het niet nodig is, niet worden ingevuld, dan dat wij mensen op straat moeten zetten.

 

Hoe lang is de wachttijd momenteel? Vorige week bedroeg die ongeveer tien dagen, maar ik zie dat bepaalde groepen een nieuwe convocatie krijgen, telkens als zij zich aanbieden. Wat zult u eraan doen om de wachttijden in te korten? Is het nodig of noodzakelijk dat er nog een bijkomende versterking komt van de DVZ om de wachttijden in te korten?

 

Uiteraard besef ik ook dat het gaat over een volledige keten en dat, als aanvragen door de DVZ behandeld zijn, die mensen nadien effectief in een gewone opvang terecht moeten kunnen. Vandaar dat ik er ook op wil aandringen dat er voldoende opvangplaatsen gecreëerd worden zodat mensen die geregistreerd zijn bij de DVZ ook onmiddellijk in de opvang terechtkunnen. In dat verband is het volgens mij heel belangrijk om zeer snel werk te maken van het spreidingsplan, om ook de gemeenten te vragen om bijkomende inspanningen te doen.

 

Mijn vraag is wat de actuele stand van zaken is rond het spreidingsplan? Is er ondertussen ook al iets beslist over de sancties? Wanneer zou dat spreidingsplan in voege kunnen treden? In een eerste fase zou dat op vrijwillige basis kunnen, want er moet sowieso nog een koninklijk besluit worden opgesteld, wat nog een tijd op zich kan laten wachten.

 

06.02 Staatssecretaris Theo Francken: Mevrouw Lanjri, u hebt de vorige keer ook uw bezorgdheid uitgedrukt.

 

Men moet natuurlijk wel plaats hebben. Ik vind de vergelijking met 2010 absurd. Sinds 2010 werden er 10 000 plaatsen bij gecreëerd, op vier jaar tijd. Ik heb er 10 000 bij gecreëerd op vier maanden tijd, en de komende dagen zullen wij waarschijnlijk over de grens van 30 000 opvangplaatsen gaan. Het hoogste aantal ooit in België was 24 000.

 

Met alle respect, ik vind dat u die vergelijking moeilijk kunt maken. Maar goed.

 

06.03  Nahima Lanjri (CD&V): Ik heb gezegd dat ik uw inspanningen apprecieer.

 

Vorige week hebben wij u daarvoor nog in de bloemetjes gezet. Indertijd hebben wij wel gezegd dat wij geen mensen op straat willen. Dat is het punt. Het gaat niet om wat de regering nu gedaan heeft, met u als voortrekker. Dat is inderdaad niet te vergelijken. Er is heel veel gebeurd. Maar, wij willen geen mensen op straat. Dat is wat wij in het verleden hebben gezegd en wat wij nu zeggen. Dat moeten wij ook proberen waar te maken.

 

06.04 Staatssecretaris Theo Francken: De federale regering biedt sinds 7 september 2015 in de site A in WTC III preopvang aan voor 500 kandidaat-asielzoekers. Vanaf 1 oktober 2015 is er een bijkomende capaciteit van 500 plaatsen geopend in site B. In totaal worden nu 1 000 plaatsen beschikbaar gesteld voor kandidaat-asielzoekers.

 

Nog nooit in het verleden van deze staat is er preopvang voor kandidaat-asielzoekers georganiseerd.

 

Door het feit dat het aantal bezette plaatsen in het WTC vanaf oktober sterk daalde, met slechts 88 plaatsen bezet van de 1 000 beschikbare plaatsen, is op 20 oktober 2015 beslist 250 plaatsen beschikbaar te stellen voor bufferopvang ten behoeve van Fedasil. Later werd dit aantal opgetrokken tot 500 bufferopvangplaatsen in WTC III, site B. Begin november nam de instroom opnieuw sterk toe. Wij hebben hier meteen op gereageerd. Wij hebben de bufferopvangplaatsen opnieuw vrijgemaakt voor de preopvang. Op dit ogenblik bekijken wij met het Rode Kruis of wij een bijkomend plateau in gebruik kunnen nemen, waardoor er nog 120 plaatsen extra gecreëerd kunnen worden.

 

Nogmaals, wij zijn geen eigenaar van dat gebouw. De eigenaar moet het ermee eens zijn. De verzekeraar van de eigenaar moet het ermee eens zijn. Dan kan dat opengaan. Het algemene klimaat is er wel niet onmiddellijk naar om nog een gebouw met 125 plaatsen of een ander gebouw met 1 000 plaatsen beschikbaar stellen.

 

Ik ben ermee bezig, maar het klimaat zit niet echt mee, laat ik het zo zeggen, om privé-eigenaars van grote kantoorgebouwen te motiveren iets te doen wat nooit gebeurd is, zijnde er 100 of 1 000 asielzoekers in onder te brengen.

 

Ik heb ook reeds een schrijven aan de burgemeester van de stad Brussel gericht. In deze brief heb ik hem verzocht om mogelijke sites aan te leveren waar extra plaatsen voor preopvang kunnen worden georganiseerd. Ik heb tot op heden nog geen antwoord op die brief gekregen.

 

Het is inderdaad zo dat de wachttijd voor nieuwe aanvragen oploopt en dat sommige kandidaat-asielzoekers momenteel moeten wachten tot 9 december 2015 om hun asielaanvraag te registreren. Dat is lang en wij proberen dat maximaal te beperken.

 

U zegt dat er ook mensen zijn die een convocatie krijgen, terugkomen en dan opnieuw een convocatie krijgen. Dat klopt, maar waarom is dat zo? Omdat wij er altijd voor kiezen de meest kwetsbaren voorrang te geven. Als zich gezinnen met kinderen zonder convocatie aandienen, mensen die slecht te been zijn, de meest kwetsbaren, nemen wij die onmiddellijk in ons asielopvangnetwerk op. Deze beslissing is altijd breed door de Kamer en de regering gedragen. Tot nu toe is dat ook altijd gelukt. Als u dus verhalen leest en hoort over gezinnen met kinderen die in de kou liggen, gaat het over mensen die misschien ’s avonds laat toekomen. Als zij bij de DVZ asiel aanvragen, krijgen zij allemaal opvang.

 

Het verhaal dat de DVZ nu Afghanen zou weigeren, nog een verhaaltje dat wordt rondverteld, klopt ook niet.

 

Bij de groep die gisteren voor registratie werd binnengelaten waren de meeste mensen Afghanen, maar heel veel gezinnen met kinderen. Zitten er onder de Afghanen heel veel alleenstaande mannen? Ja, dat is ook juist. Twee maanden geleden waren het de Irakezen. Nu zijn het vaak Afghanen die alleen komen en zeggen dat ze minderjarig zijn, maar dat is een ander probleem.

 

Het kan zijn dat men vandaag toekomt en een convocatie krijgt voor 9 december, maar als er op die dag 210 of 250 bedden zijn, het hangt af van de capaciteit die dag, en er zijn die dag 250 gezinnen met kinderen, dan krijgen die voorrang, ook al hebben zij nog geen convocatie gehad.

 

Dat is de politiek die wij tot nu toe altijd hebben volgehouden. Ik vind dat ook de juiste politiek, maar ik hoor graag alternatieven. Ik sta daar altijd voor open, u weet dat.

 

Een doorstroming van de preopvang naar de opvang is enkel mogelijk wanneer deze plaatsen er ook effectief zijn. Tot op heden heeft mijn kabinet – in goede samenwerking met Fedasil, de opvangspartners, Defensie en de civiele bescherming – er alles aan gedaan om elke asielzoeker een opvangplaats te kunnen bieden.

 

Het spreidingsplan ligt ter finalisering in de schoot van de regering. Men verwacht dat dit plan binnenkort zal worden goedgekeurd. De eerste plaatsen worden zo snel mogelijk aangeduid. Het spreidingsplan moet in een KB worden uitgewerkt en dit moet ook een bepaald legistiek proces doorlopen.

 

Ik meen dat het bestaan van een spreidingsplan en de bekendmaking ervan op zich al een stimulans zal betekenen voor de gemeenten om direct in actie te schieten. Ik meen dat heel veel gemeenten niet zullen wachten op de publicatie in het Belgisch Staatsblad.

 

06.05  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, wij vinden dat zwakkeren – gezinnen met kinderen, zieken of zwangere vrouwen – absolute voorrang moeten krijgen. Tegelijkertijd moet men wel rekening houden met de mogelijke neveneffecten.

 

Stel dat een alleenstaande een convocatie heeft gekregen en zich op 9 december aandient. Als op dat moment alle opvangplaatsen zijn ingenomen, krijgt hij een nieuwe convocatie na tien dagen. Hetzelfde fenomeen kan zich op die manier blijven herhalen. Ooit moet dat dossier van die alleenstaande toch geregistreerd worden bij DVZ?

 

Ik begrijp dat op bepaalde momenten een uitstel wordt verleend. Men moet er echter rekening mee houden dat dit kan betekenen dat sommige mensen een maand in de preopvang blijven.

 

06.06 Staatssecretaris Theo Francken: Mevrouw Lanjri, dat is puur virtueel, want tot nu toe is dat nog nooit gebeurd. Slechts de jongste dagen doet er zich een probleem voor, waarbij mensen met een convocatie opnieuw geconvoceerd zullen worden. Vanaf morgen zullen er ook opnieuw convocaties uitgedeeld worden. Dat was ik nog vergeten te zeggen.

 

06.07  Nahima Lanjri (CD&V): Dat is goed.

 

Mijnheer de staatssecretaris, ik begrijp dat u in de buurt van de Dienst Vreemdelingenzaken niet meteen een gebouw vindt waarin aan 500 tot 1 000 mensen onderdak kan worden geboden, maar het is wel mogelijk op eventueel andere plaatsen. Aan de gemeentebesturen werd een oproep gelanceerd. Voor mensen die toch tien dagen moeten wachten, kan er preopvang georganiseerd worden op andere plaatsen in Vlaanderen, Wallonië en Brussel. Dat kan deel uitmaken van…

 

06.08 Staatssecretaris Theo Francken: We moeten dan wel over die plaatsen kunnen beschikken.

 

06.09  Nahima Lanjri (CD&V): Dat klopt. Ze moeten gecreëerd worden.

 

06.10 Staatssecretaris Theo Francken: (…)

 

06.11  Nahima Lanjri (CD&V): We moeten er echt ook voor zorgen dat mensen niet op straat slapen. Dat is de bedoeling. Zo lang dat gebeurt, betekent dit dat wij ons best… (…)

 

06.12 Staatssecretaris Theo Francken: (…) tweeduizend preopvangplaatsen. We moeten wel ook eigenaars vinden die wensen te verhuren. Bij veel eigenaars is die goesting over en dat geldt trouwens ook voor veel burgemeesters.

 

06.13  Nahima Lanjri (CD&V): Ik heb niet gezegd dat die 2 000 personen in één gebouw opgevangen moeten worden, ze kunnen ook opgedeeld worden.

 

Als u nu excuses gebruikt om niets meer te laten gebeuren of als u nu stelt dat niemand bereid is om nog iets te doen, dan denk ik dat u de zaken eveneens verkeerd voorstelt.

 

De voorzitter: Mevrouw Lanjri, kunt u uw betoog afronden?

 

06.14 Staatssecretaris Theo Francken: Ik zeg alleen dat het steeds moeilijker wordt. Als u dat niet weet, dan stel ik voor dat u zelf eens probeert rond te bellen.

 

Alle suggesties blijven welkom. Ik hoor niet alleen graag suggesties over wat ik zou kunnen doen, maar suggesties voor concrete opvangplaatsen, want ik ben nog veel meer geneigd om die suggesties op te volgen.

 

06.15  Nahima Lanjri (CD&V): Ik heb mijn suggesties al doorgegeven aan Fedasil. Als u dat wenst, mail ik u die gegevens nog eens.

 

06.16 Staatssecretaris Theo Francken: (…)

 

06.17  Nahima Lanjri (CD&V): Welnu, ik verricht veel werk achter de schermen en dat zal ik blijven doen. Het klopt dus niet dat ik geen oplossingen zou aanreiken.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 12.15 uur.

La réunion publique de commission est levée à 12.15 heures.