Commission
de l'Économie, de la Politique scientifique, de l'Éducation, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes moyennes et de
l'Agriculture |
Commissie voor het Bedrijfsleven, het
Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de Nationale wetenschappelijke en culturele
Instellingen, de Middenstand en de Landbouw |
du Mardi 26 novembre 2013 Matin ______ |
van Dinsdag 26 november 2013 Voormiddag ______ |
De behandeling van de vragen en interpellaties vangt aan om 11.39 uur. De vergadering wordt voorgezeten door mevrouw Liesbeth Van der Auwera.
Le développement des questions et interpellations commence à 11.39 heures. La réunion est présidée par Mme Liesbeth Van der Auwera.
- mevrouw Ann Vanheste aan de minister van Middenstand, Kmo's, Zelfstandigen en Landbouw over "de wederbeleggingsvergoeding" (nr. 20724)
- de heer Peter Logghe aan de minister van Middenstand, Kmo's, Zelfstandigen en Landbouw over "de wederbeleggingsvergoeding voor kmo's" (nr. 20711)
- Mme Ann Vanheste à la ministre des Classes moyennes, des PME, des Indépendants et de l'Agriculture sur "l'indemnité de remploi" (n° 20724)
- M. Peter Logghe à la ministre des Classes moyennes, des PME, des Indépendants et de l'Agriculture sur "l'indemnité de remploi pour les PME" (n° 20711)
01.01 Ann Vanheste (sp.a): Mevrouw de minister, het vervroegd terugbetalen van een financieringskrediet kost handenvol geld. Een zelfstandige of onderneming die een krediet vervroegd wil of moet terugbetalen, komt er niet goed uit.
Vele zelfstandigen zijn vaak, wegens problemen op zakelijk vlak, genoodzaakt tot een vervroegde terugbetaling over te gaan.
Ondernemers die het water aan de lippen voelen, willen vaak hun gebouw verkopen. Zij staan echter blok, doordat de wederbeleggingsvergoeding aan de bank schandalig hoog is.
Dat verhaal heb ik al vaker van uitbaters van krantenwinkels gehoord. Zij zijn jammer genoeg niet de enigen die met de problematiek te maken hebben.
Mevrouw de minister, bent u ook niet van mening dat de wederbeleggingsvergoeding schandalige proporties aanneemt?
Ziet u een oplossing voor het probleem? Hoe meent u het probleem aan te pakken?
Weet u hoeveel ondernemingen in 2012 en 2013 een wederbeleggingsvergoeding hebben moeten betalen?
01.02 Peter Logghe (VB): Mevrouw de minister, wij hebben u over het onderwerp al een paar keer ondervraagd. In de maand juni maakte u maatregelen bekend om de kredietverlening aan de kmo's gemakkelijker te maken. Een van die maatregelen had betrekking op de wederbeleggingsvergoeding. De regering beperkt namelijk de wederbeleggingsvergoeding die een ondernemer moet betalen wanneer hij een krediet vervroegd terugbetaalt.
Voor kredieten onder 1 miljoen euro geldt een maximum van zes maanden interest. Voor bedragen boven 1 miljoen euro moesten de werkgeversorganisaties en de kredietinstellingen een schema uitwerken, dat deel zal uitmaken van een gedragscode. Zij krijgen daarvoor drie maanden tijd. Zo niet kon de regering zelf de regels vastleggen.
Mijn vragen sluiten aan bij die van mevrouw Vanheste.
Ten eerste, wat is de stand van zaken betreffende de gedragscode die werkgeversorganisaties en kredietinstellingen zouden uitwerken voor de kredieten boven 1 miljoen euro? Is daar ondertussen zicht op? Welke kant gaat het uit? Of zult u zelf de regels vastleggen?
Ten tweede, worden er nog andere initiatieven ontwikkeld betreffende de wederbeleggingsvergoeding? Slaat de regeling op alle kredietvormen?
Ten derde, over deze maatregel zijn wij het waarschijnlijk niet eens. De regeling van de regering slaat op de nieuwe kredieten. Verschillende bedrijven klagen erover dat er niets wordt gedaan voor de bestaande kredieten en de daarbij toegepaste hoge wederbeleggingsvergoedingen. Ik weet wel dat men moeilijk iets met terugwerkende kracht kan opleggen, maar ik wil wel aandringen op actie van u met betrekking tot de bestaande kredieten. Vooral daarmee hebben de bedrijven het momenteel zeer moeilijk.
01.03 Minister Sabine Laruelle: De kwestie van de wederbeleggingsvergoeding wordt inderdaad behandeld en opgelost in een wetsontwerp dat erop gericht is de relaties tussen banken en kmo’s opnieuw in evenwicht te brengen. Dat ontwerp staat vandaag trouwens op onze agenda.
Voor overeenkomsten van minder dan 1 miljoen euro zal de vergoeding beperkt worden tot zes maanden. Voor hogere bedragen zal de berekeningswijze gedefinieerd worden in een bij koninklijk besluit bekrachtigde gedragscode, die zal worden uitgewerkt in overleg met de sectoren en de middenstandsorganisaties.
Cijfers over het aantal bedrijven die een wederbeleggingsvergoeding moesten betalen, zijn niet beschikbaar. Ik heb ze gevraagd aan Febelfin, maar ik heb geen antwoord gekregen.
De praktijk is echter uitermate gangbaar, gelet op het feit dat een vervroegde terugbetaling kosten veroorzaakt. Het doel van het wetsontwerp is die praktijk te regelen, niet af te schaffen.
Wat de gedragscode betreft, heeft de werkgroep al vergaderd in aanwezigheid van de vertegenwoordigers van de betrokken ministers. Er werd al belangrijke vooruitgang geboekt inzake de verschillende modaliteiten die van toepassing zullen zijn.
In december is een vergadering gepland waarop de voorstellen inzake informatie en funding loss onderzocht zullen worden. Ik hoop dat het wetsontwerp en de gedragscode zullen kunnen worden afgerond tegen het einde van dit jaar.
Dankzij het wetsontwerp en de gedragscode zullen de wederbeleggingsvergoedingen strikt geregeld zijn en geen aanleiding meer kunnen geven tot nieuwe verplichtingen, zoals de ondertekening van een nieuwe overeenkomst.
Ik herinner u eraan dat de wederbeleggingsvergoedingen al beperkt zijn tot twee maanden voor het consumentenkrediet en tot drie maanden voor het hypothecair krediet.
Na de afkondiging zal de wet het voorwerp uitmaken van een tweejaarlijkse evaluatie. Aanpassingen zullen dus in voorkomend geval mogelijk zijn.
De reden waarom de nieuwe wet niet van toepassing zal zijn op lopende kredieten, is van tweeërlei aard. Enerzijds bestaat er een algemeen principe van niet-retroactiviteit van de wet, dat een dergelijke bepaling juridisch betwistbaar zou maken.
Anderzijds wilden mijn collega en ikzelf het advies van de Nationale Bank van België respecteren. Deze was de mening toegedaan dat een toepassing op lopende kredieten nefaste gevolgen zou kunnen hebben voor het banksysteem door de momenteel heel lage rentevoeten.
Hoewel bepaalde funding-losspraktijken inderdaad betwistbaar zijn, neemt dat niet weg dat de banken dekkingen op lange termijn nemen en dus echte risico’s lopen op verliezen als hun klanten zich massaal herfinancieren aan lagere rentevoeten.
01.04 Ann Vanheste (sp.a): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw uitvoerig antwoord.
Ik wist niet dat dit punt deze namiddag op de agenda zou komen. Ik ben heel blij dat dit het geval is. Dat wil immers zeggen dat u er werk van maakt.
01.05 Peter Logghe (VB): Ik sluit mij natuurlijk helemaal aan bij de opmerking van collega Vanheste. Ook ik verheug mij over de agenda van deze middag.
Mevrouw de minister, ik ben toch niet helemaal tevreden met uw antwoord. U zegt dat u niet kunt ingaan op de vragen inzake de bestaande kredieten omdat u niet retroactief wil optreden. Ik kan dit begrijpen. Net als ik ook begrip kan opbrengen voor het feit dat u het advies van de Nationale Bank niet naast zich neer wilt leggen.
Ik zou er echter toch op willen aandringen, mevrouw de minister, om een overleg op te starten met Febelfin om haar leden tot enige nederigheid aan te zetten. De overheid is goed om banken te redden, maar als het economisch leven moet worden gestimuleerd, mag er van de banken toch ook wel wat engagement worden gevraagd.
Ik begrijp uw antwoord volkomen, maar ik zou toch willen aandringen op overleg met Febelfin om enige soepelheid aan de dag te leggen.
01.06 Minister Sabine Laruelle: Als de nieuwe regel deze middag of tijdens de volgende algemene vergadering wordt goedgekeurd, dan zal het gewicht van de kredietbemiddelaar groter worden. Dat zal de relatie tussen de bank en de ondernemer evenwichtiger maken, ook voor de lopende kredieten. Wij kunnen dat niet vragen in een wetsontwerp, maar ik denk dat de regel meer gewicht zal geven aan de kredietbemiddelaar.
01.07 Peter Logghe (VB): Mevrouw de minister, wij blijven de zaak in elk geval volgen. Ik denk niet dat er discussie is over uw wetsontwerp. Ik denk vooral dat er discussie is over de bestaande kredieten. Zoals gezegd, wij komen er op terug.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 11.49 uur.
La réunion publique de commission est levée à 11.49 heures.