Commission des Finances et du Budget

Commissie voor de Financiën en de Begroting

 

du

 

Mardi 19 juin 2012

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Dinsdag 19 juni 2012

 

Namiddag

 

______

 

 


De vergadering wordt geopend om 14.02 uur en voorgezeten door de heer Luk Van Biesen.

La séance est ouverte à 14.02 heures et présidée par M. Luk Van Biesen.

 

01 Vraag van de heer Steven Vandeput aan de minister van Begroting en Administratieve Vereenvoudiging over "de opvolging van de begroting 2012 en de begrotingswerkzaamheden in juli 2012" (nr. 12546)

01 Question de M. Steven Vandeput au ministre du Budget et de la Simplification administrative sur "le suivi du budget 2012 et les travaux budgétaires du mois de juillet 2012" (n° 12546)

 

01.01  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de minister, bij de opmaak van de initiële begroting hebt u aangegeven dat u de opvolging van de lopende begroting van heel nabij zou gaan opvolgen. Die opvolging zou gebeuren door een maandelijkse rapportering van het monitoringcomité.

 

Is die maandelijkse rapportering tot nu toe gebeurd? Indien ja, kunt u de resultaten meedelen en eventueel de rapporten aan de leden van de commissies voor de Financiën en voor de Begroting bezorgen? Zo neen, op welke manier wordt de begroting dan wel gevolgd?

 

Ook over de opmaak van de begrotingscontrole van juli hebben wij een paar vragen omdat niet helemaal duidelijk is welke werkwijze er zal worden gehanteerd. Komt er een rapport van het monitoringcomité als vertrekpunt voor de bespreking? Komen er technische bilaterales? Zal de begrotingscontrole worden vertaald in een document dat zal worden neergelegd als een aanpassing van de algemene uitgavenbegroting en de middelenbegroting of zal dit als dusdanig binnen de Ministerraad gebeuren?

 

Kunt u eveneens een traject schetsen van de begroting 2013? Het is niet helemaal duidelijk voor ons op welke manier en wanneer dit tot stand zal komen. Hebben wij toegang tot de begrotingscirculaire? Zal de regering in juni eveneens al de begroting 2013 opstellen? Op welke basis zal dit gebeuren? Zal daarvoor een voorbereidend rapport worden opgesteld door het monitoringcomité? Welke macro-economische indicatoren zal de regering gebruiken bij het opstellen van deze begroting? Als de minister van Financiën het heeft over “een begrotingsplan dat de grote lijnen uitzet”, wat wordt daar dan exact mee bedoeld? Welke modaliteiten zal dit document als dusdanig aannemen? In welke mate zal het bindend zijn voor België en het Parlement?

 

Ik kijk alvast uit naar uw antwoorden, mijnheer de minister.

 

01.02 Minister Olivier Chastel: Mijnheer de voorzitter, beste collega, met betrekking tot de openbare financiën heeft het monitoringcomité eind februari 2012 een nota gepubliceerd. Op basis van die nota heeft een eerste begrotingscontrole plaatsgevonden in de loop van maart 2012. Sindsdien worden de uitgaven en de ontvangsten van de federale overheid opgevolgd binnen de maandelijkse vergaderingen van het directiecomité van de Schatkist.

 

Ik geef u enkele schriftelijke elementen met betrekking tot de laatste maandelijkse vergadering van het directiecomité van de Schatkist, namelijk mei 2012, inzake de primaire uitgaven. Wat betreft de fiscale inkomsten, verwijs ik u door naar de minister van Financiën. Wat de sociale zekerheid betreft, gebeurt de maandelijkse opvolging door het beheerscomité van de sociale zekerheid.

 

Om er voor te zorgen dat de begroting van 2012 in lijn blijft met de objectieven van het stabiliteitsprogramma, is een nieuwe begrotingscontrole voorzien in juni 2012.

 

Op 11 mei 2012 heeft de Ministerraad de omzendbrief aangaande de initiële begroting 2013 goedgekeurd. Tevens heeft hij ook de planning voor de begrotingscontrole in juni 2012 vastgelegd.

 

In het raam van die begrotingscontrole heeft de Ministerraad aan het monitoringcomité gevraagd om op basis van de parameters in de voorlopige versie van de economische begroting 2013 een rapport te publiceren met betrekking tot de situatie van de Belgische openbare financiën voor het jaar 2012, en dit in het licht van het meerjarenperspectief zoals in het stabiliteitsprogramma overeengekomen werd. De conclusies van die nota zullen als basis dienen voor het begrotingsconclaaf dat midden juli 2012 afgesloten moet worden.

 

De begrotingscontrole van juli 2012 zal georganiseerd worden op basis van de planning die ik nu zal uitdelen.

 

Wat 2013 aangaat, is de regering zich ten volle bewust van het belang van de begroting van 2013. De voorbereiding daarvan is reeds begonnen op 11 mei 2012 met de goedkeuring door de Ministerraad van de rondzendbrief betreffende de begroting 2013.

 

Aangaande de opstelling van de begroting 2013 zijn de technische bilaterale vergaderingen tussen de departementen en de FOD Begroting begonnen. Om de te leveren inspanningen voor 2013 te bepalen, zal daarna een rapport worden gevraagd aan het monitoringcomité. Het comité zal zich daarbij onder meer baseren op de resultaten van de bilaterale vergaderingen en de meest recente macro-economische parameters.

 

In ieder geval zullen wij onze Europese engagementen nakomen. Van zodra er tussen de Europese instellingen een akkoord zal worden gesloten over de two-packwetgeving, zal de regering de agenda vastleggen van de politieke bilaterale vergaderingen en van het begrotingsconclaaf.

 

Op basis van deze gegevens kunt u dus zelf vaststellen dat alles reeds goed werd voorbereid en geagendeerd, zodat het Parlement de begroting 2013 kan goedkeuren voor eind december 2012.

 

Aangaande de definitie en de details van de gevraagde informatie door de Europese Commissie in het begrotingsplan, kan ik zeggen dat die zullen worden bepaald na de goedkeuring van de two-pack.

 

01.03  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer minister, eigenlijk zegt u meer door wat u niet zegt dan door wat u wel zegt. Ik begrijp dat de maandelijkse opvolging door uw diensten en door uzelf van de begroting 2012 in essentie niet gebeurt en verspreid wordt over verschillende vlakken. U neemt daar een klein risico, omdat het allemaal een beetje langer duurt en het moeilijker zal zijn om tijdig in te grijpen om die begroting op de sporen te houden.

 

Een minister van Begroting moet toch iets voorzichtiger zijn dan een eerste minister of een minister van Financiën. Misschien doet u mee aan de feestvreugde omdat er eventueel een beetje meer groei zou kunnen zijn dan gepland.

 

Mijnheer de minister, kunt u, in verband met de begroting 2013, een timing geven met betrekking tot het rapport van het monitoringcomité, over de voorbereiding en de algemene principes?

 

(…): (…)

 

De voorzitter: Ik herinner aan de procedure.

 

01.04  Steven Vandeput (N-VA): Dan zal ik een nieuwe vraag indienen.

 

01.05 Minister Olivier Chastel: Wat de timing betreft, ik vermoed tegen eind augustus.

 

01.06  Steven Vandeput (N-VA): Eind augustus, goed.

 

Als gewone mens met gezond verstand en een beetje kennis van tabellen en cijfers begrijp ik niet goed waarom u wacht met het opstellen van de begroting van 2013 als uw bilaterales in feite al lopen. Er worden beslissingen genomen. U bent onder meer bezig met de algemene principes en de economische vooruitzichten. Wachten op de two-pack om effectief tot een begroting te komen, vind ik een eigenaardige keuze, temeer omdat u in principe verplicht bent om uw begroting voor 31 oktober in het Parlement neer te leggen. Die datum is bekend in de Belgische wetgeving.

 

Wij kunnen dan nog discussiëren of de begroting er moet komen voor 1 of voor 15 oktober. Ik wil u wel geloven als u zegt dat u volop werkt aan de voorbereiding ervan.

 

De voorzitter: In uw vraag over de begroting van 2012 staan nog vragen over de begroting van 2013. U kunt misschien bijkomende vragen stellen. U hebt die vragen ook al aan de eerste minister gesteld.

 

01.07  Steven Vandeput (N-VA): De kern van mijn repliek is dat ik vrees dat de begroting van 2013 een kopie zal zijn van de begroting van 2012.

 

Dat zegt Europa er niet bij. Voor Europa moet men de zaken onder controle krijgen, maar Europa vraagt niet om extra belastingen te heffen om een en ander in orde te krijgen.

 

Er wordt geprutst met de begroting. Dat de vice-eersteminister van Economie er blijkbaar van overtuigd is dat de gemeenteraadsverkiezingen een impact kunnen hebben bewijst dat men van plan is om opnieuw hetzelfde te doen.

 

De voorzitter: Wij houden het hierbij. De begroting van 2013 komt straks nog aan bod. U kunt dan rustig antwoorden. Ik onthoud alleen dat de heer Vandeput heeft gezegd dat wij de begroting 2012 "op de sporen moeten houden", wat impliceert dat zij op de sporen zit.

 

01.08  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de voorzitter, u gooit de discussie open.

 

De voorzitter: Als u het zo wilt spelen dan spelen wij het zo.

 

01.09  Steven Vandeput (N-VA): Als wij een open discussie willen voeren (…)

 

De voorzitter: Wij gaan over naar het volgende punt, mijnheer Vandeput.

 

01.10  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de voorzitter, u verdraait mijn woorden. Ik herhaal wat ik heb gezegd voor het verslag. Ik heb letterlijk gezegd dat het belangrijk is om de begroting, ook al is die in onze ogen zeer slecht, op de sporen te houden.

 

Ik heb ook gezegd dat de bevestiging van de manier waarop de begroting op de sporen wordt gehouden, zoals door de minister bij de indiening van de initiële begroting verklaard, klaarblijkelijk niet is gegeven. Dat heb ik gezegd. Ik heb niet gezegd dat de begroting op de sporen zit.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

Président: Georges Gilkinet.

Voorzitter: Georges Gilkinet.

 

02 Vraag van de heer Luk Van Biesen aan de minister van Begroting en Administratieve Vereenvoudiging over "de opmaak van de begroting 2013 in het licht van het versterkt Europees begrotingstoezicht" (nr. 12591)

02 Question de M. Luk Van Biesen au ministre du Budget et de la Simplification administrative sur "la confection du budget 2013 à la lumière du contrôle budgétaire européen renforcé" (n° 12591)

 

02.01  Luk Van Biesen (Open Vld): Mijnheer de minister, in de vorige vraag ging het ook al over de begroting. In de plenaire vergadering zijn er ook vragen aan de eerste minister gesteld.

 

Het Parlement zou moeten kunnen weten op welke manier en in welke tijdspanne de begroting voor 2013 zal worden opgemaakt. Welke verplichtingen aan Europa moeten worden vervuld? Wat is het standpunt van de Belgische regering ter zake?

 

Moet zij klaar zijn tegen 1 oktober of 15 oktober? Heeft de regering meer speelruimte?

 

Het is goed dat men de vraag aan iedereen stelt, maar er is een persoon aan wie men de vraag echt moet stellen en dat is aan de minister van Begroting.

 

Mijnheer de minister van Begroting, wanneer zult u het werk in verband met de begroting 2013 aanvatten? Wanneer zult u het afronden en de begroting aan het Parlement voorleggen?

 

02.02 Minister Olivier Chastel: Afgelopen woensdag 13 juni keurde het Europees Parlement de two-packverslagen van de rapporteurs Gauzès en Ferreira goed.

 

De bedoeling is om na de trialogen met de raad in eerste lezing tot een akkoord te komen.

 

Zodra er tussen de Europese instellingen een akkoord is gesloten over de two-packwetgeving, zal de regering de agenda van de politieke bilaterale vergaderingen en van het begrotingsconclaaf vastleggen.

 

Wij zullen in elk geval onze Europese engagementen naleven.

 

De regering heeft formeel nog geen contact met de Europese Commissie opgenomen. De vice-eersteminister en minister van Financiën neemt deel aan de Ecofindiscussies met betrekking tot economic governance.

 

02.03  Luk Van Biesen (Open Vld): Ik denk dat wij het incident inderdaad kunnen sluiten met de opmerking dat de begroting zal worden ingediend zoals Europa ons dat vraagt. De begroting zal op hetzelfde ogenblik worden ingediend als de andere Europese landen. Dat is bijzonder belangrijk voor de Europese stabiliteit en de eurozone. Het geeft geen zin dat de verschillende lidstaten op een ander tijdstip hun begroting indienen. Om een algemeen inzicht te krijgen in de financiële situatie van de eurolanden is het nodig dat de begrotingen vanaf eenzelfde tijdstip onder toezicht worden gesteld.

 

Ik volg de minister van Begroting dan ook volledig. Eens de knoop is doorgehakt op Europees niveau, zullen wij de timing strikt volgen, althans zo heb ik het begrepen.

 

Een en ander heeft dus ook niets te maken met de gemeenteraadsverkiezingen, zoals sommige ministers hebben laten uitschijnen. Ik volg de Europese commissaris, Olli Rehn, voor de volle 100 % wanneer hij zegt dat rekening houden met alle lokale verkiezingen voor het nemen van een Europese beslissing onmogelijk is, omdat er altijd wel ergens een verkiezing plaatsvindt. Gemeenteraadsverkiezingen kunnen nooit een excuus vormen om een begroting niet op te maken.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van de heer Steven Vandeput aan de minister van Begroting en Administratieve Vereenvoudiging over "de controle van de vastleggingen" (nr. 12595)

03 Question de M. Steven Vandeput au ministre du Budget et de la Simplification administrative sur "le contrôle des engagements" (n° 12595)

 

03.01  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de minister, de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en de comptabiliteit van de federale Staat voorzag niet langer in een controle van de vastleggingen. Deze controle van de vastleggingen en de vereffeningen werd desalniettemin behouden door ze op te nemen in de programmawet van 22 december 2008. Sindsdien werden de bepalingen van deze programmawet elk jaar uitgebreid voor de FOD’s die in FEDCOM stapten. In de programmawet van 22 december 2008 werd het bestaande koninklijk besluit van 31 mei 1966 houdende regeling van de controle op de vastleggingen van de uitgaven in de diensten van algemeen bestuur van de Staat nog steeds van toepassing verklaard.

 

Nu komt dat koninklijk besluit van 1966 totaal niet meer overeen met de realiteit van een modern boekhoudprogramma. Men heeft het bijvoorbeeld over ordonnanceringen terwijl die eigenlijk niet meer bestaan. Meer nog, in een aantal gevallen worden het koninklijk besluit en de wet gewoon genegeerd, bijvoorbeeld omdat er geen controle van de vereffeningen meer wordt uitgevoerd in een aantal FOD’s. Tijdens de besprekingen van het ontwerp houdende diverse bepalingen in december gaf de minister aan: “De toekomst van de controle van de vastleggingen wordt thans onderzocht om na te gaan hoe de doeltreffendheid ervan kan worden verbeterd. Ongetwijfeld zijn sommige departementen minder strikt op het vlak van de controle van de vastleggingen. De minister wil er in dat verband echt alles aan doen opdat die controles ten volle zouden worden uitgevoerd”.

 

Mijnheer de minister, kunt u aangeven hoe het staat met het onderzoek naar de toekomst van de controle van de vastleggingen? Kunt u eveneens aangeven welke acties zijn ondernomen opdat de controles ten volle zouden worden uitgevoerd? Ik kijk uit naar uw antwoord.

 

03.02 Minister Olivier Chastel: Mijnheer de voorzitter, hoewel de wet van 22 mei 2003 niet langer uitdrukkelijk in de controle van de vastleggingen als een volwaardige, tussenkomende partij in het systeem voorzag, werd, zoals u zelf aangaf, deze controle op basis van de programmawet van 2008 heringevoerd.

 

Ik wil eraan herinneren dat artikel 31 van de wet van 22 mei 2003 voorziet in de oprichting van een onafhankelijke interne audit voor de boekhouding en de procedures voor de opvolging van de uitvoering van de begroting.

 

Het auditcomité van de federale overheid is ondertussen opgericht. De interne auditdiensten in de verschillende, federale overheidsdiensten wachten nog op hun effectieve inwerkingstelling.

 

Wat de controle van de vereffeningen betreft is het correct dat tijdens de praktische uitvoering van de ingevoerde regelgeving een aantal moeilijkheden zijn vastgesteld. Zoals door u aangegeven, zijn deze problemen het gevolg van de werkwijze die in de oude wetgeving in een besluit van 1966 was vastgelegd en van de toepassing ervan in het kader van de nieuwe uitgewerkte boekhoudtoepassing.

 

De problemen in kwestie worden momenteel aangepakt. Een definitieve oplossing is echter slechts mogelijk na een herziening van de regelgeving.

 

Twee van de voornaamste problemen die in rekening moeten worden genomen, zijn de volgende.

 

Ten eerste, voor de controle van kleine facturen voor een bedrag van minder dan 5 500 euro moet de procedure nog worden uitgewerkt. Momenteel gebeurt deze controle ex post, zoals in het verleden met gecoördineerde wetten. Een dergelijke werkwijze zal in het kader van de gedegen opvolging van de uitgaven moeten worden herbekeken, rekening houdend met de opgezette interne controle en de interne audit.

 

Ten tweede, de controle van de facturen van de gedecentraliseerde computers is momenteel in een overgangsfase, in afwachting van de inwerkingtreding van systemen van elektronische facturatie.

 

Ondertussen werd ervoor geopteerd de administratieve last voor de FOD’s niet nutteloos te verhogen.

 

Voordien werden deze uitgaven ingevoerd in de rekeningen van de rekenplichtigen en gebeurden de controles naar aanleiding van rekeningaflegging. Het gebruik van het FEDCOM-systeem waarin een controle op drie punten, via de bestelbon, de leveringsbon en de facturen, de essentie vormt van een correct gebruik, beperkt reeds de mogelijke misbruiken die er zouden kunnen zijn.

 

Inzake de voorzieningen die werden genomen op het vlak van de vastleggingen in het FEDCOM-systeem, kan ik u verzekeren dat alle aanpassingen aan een vastlegging een nieuwe goedkeuring van de controleur van de vastleggingen vereisen. In functie van de uitgevoerde aanpassingen zal de controleur van de vastleggingen het dossier eventueel voorleggen aan de inspecteur van Financiën, indien zijn advies vereist is.

 

Momenteel wordt er door de FOD Budget- en Beheerscontrole een voorstel uitgewerkt over de toekomst van de controle van de vastleggingen, onder meer in functie van een doorgedreven controle van de uitgaven van de overheidsinstellingen, de mogelijkheden van het FEDCOM-systeem, de interne controle en interne audit die binnen de departementen moet worden ingericht, een certificatie van de algemene en begrotingsboekhouding van de verschillende departementen.

 

Intussen behoudt de controle van de vastleggingen een strikt toezicht op de uitgaven. Dit zal zo blijven zolang de departementen geen treffend en effectief intern controlesysteem hebben opgericht dat gevalideerd zal zijn door de interne audit. De wetgeving zal worden aangepast om deze overgang op een gefaseerde wijze te laten verlopen.

 

03.03  Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik wil u herinneren aan de woorden die u een halfjaar geleden in dit Parlement hebt gesproken. U zou er alles aan doen opdat de controles ten volle zouden worden uitgevoerd.

 

In tegenstelling tot hetgeen u net komt te zeggen, met name dat de controleurs van de vastlegging hun werk goed doen, stellen wij vast dat er vandaag bijvoorbeeld in de FOD Economie of de FOD Justitie geen controles van vastleggingen gebeuren.

 

De grote vraag die hierbij rijst, is waarom bij de ene dienst wel en bij de andere niet. Dat is een bedenking die wij daarbij kunnen maken. Een andere bedenking, en daar zitten wij op uw terrein, is dat u als minister van Begroting ofwel de wet moet toepassen, ofwel bij de vaststelling dat de wet niet toepasbaar is, de wet moet wijzigen.

 

Wij zijn zes maanden na uw belofte in de commissie bij de bespreking van de programmawet en wij stellen vast dat er vandaag nog niets is gebeurd. Altijd opnieuw wordt er een voorstel uitgewerkt om een en ander aan te passen. Dat is een constante in deze regering. Ik had op zijn minst gehoopt van u te horen wanneer u in dit Parlement zou komen met een wetsvoorstel om de zaak definitief te regelen.

 

Ik had ook gehoopt om in verband met de toetreding tot FEDCOM en de indienstneming van het volledige FEDCOM-systeem een duidelijk overzicht te krijgen van wanneer dat volledig in gebruik zal worden genomen, met hopelijk alle daaraan gekoppelde voordelen, ook voor de administratieve overlast van de diensten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: De heer Devlies is niet aanwezig. Vragen nr. 12584, nr. 12585, nr. 12586 en nr. 12587 van de heer Devlies worden bijgevolg uitgesteld.

 

De behandeling van de vragen en interpellaties eindigt om 14.28 uur.

Le développement des questions et interpellations se termine à 14.28 heures.