Commission de la Santé publique, de l'Environnement et du Renouveau de la Société

Commissie voor de Volksgezondheid, het Leefmilieu en de Maatschappelijke Hernieuwing

 

du

 

Mercredi 26 janvier 2011

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Woensdag 26 januari 2011

 

Namiddag

 

______

 

 


De vergadering wordt geopend om 14.15 uur en voorgezeten door de heer Hans Bonte.

La séance est ouverte à 14.15 heures et présidée par M. Hans Bonte.

 

01 Vraag van mevrouw Sarah Smeyers aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, over "de medische kosten bij Fedasil" (nr. 1704)

01 Question de Mme Sarah Smeyers au secrétaire d'État à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale, sur "les frais médicaux supportés par Fedasil" (n° 1704)

 

01.01  Sarah Smeyers (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, met het toenemend aantal asielzoekers stijgen ook de kosten van de medische behandeling van asielzoekers bij Fedasil.

 

Op de website van Fedasil kunnen wij lezen dat de kosten dit jaar meer dan 8 miljoen euro zullen bedragen. Dat is 30 % meer dan vorig jaar.

 

Dezelfde bron leert ons ook dat de kosten sinds de opstart van de cel Medische Kosten eind 2006 vertienvoudigd zijn.

 

Behalve de stijging van het aantal asielzoekers in de opvang is er meer aan de hand. Er zou blijkbaar geen controle meer zijn op de diverse databanken, waardoor er medische shopping ontstaat.

 

Dat vond ik toch frappant. Naast het feit dat asielzoekers veel op consultatie gaan, zouden blijkbaar ook consultaties worden doorverkocht. Asielzoekers zouden illegalen op hun naam naar de medische consultatie laten gaan en zouden ook voorschriften doorverkopen.

 

De toename van het misbruik van de gratis medische zorgen die aan asielzoekers worden verstrekt, zou ook in de hand worden gewerkt doordat Fedasil beslist heeft de post van medische dokter van het agentschap te schrappen.

 

Nochtans maakte de dokter er werk van om de cel Medische Kosten bij te staan om zo een deel van de misbruiken te signaleren, op te sporen of te vermijden.

 

De gehele overheid moet ingrijpend besparen om het begrotingstekort van ons land weg te werken. Desalniettemin heeft Fedasil een verhoging van het budget gekregen en dat is nodig. Men krijgt nu al 430 miljoen euro per jaar. Het zou jammer zijn als die middelen door mismanagement worden misbruikt of verspild.

 

Mijnheer de staatssecretaris, klopt het dat het bedrag voor de medische kosten meer dan 8 miljoen euro bedraagt? Is dat inderdaad 30 % meer dan vorig jaar en is dat bedrag vertienvoudigd sinds 2006? Hoe komt dat dan, want het is blijkbaar niet alleen te wijten aan een stijging van het aantal asielzoekers.

 

Welke stappen zult u ondernemen om dit misbruik uit de wereld te helpen?

 

01.02 Staatssecretaris Philippe Courard: Mijnheer de voorzitter, collega’s, eerst en vooral wil ik u vragen om een verhoging van de uitgaven niet automatisch als misbruik te gaan bestempelen. Er is inderdaad een stijging van de uitgaven voor medische kosten. Het door u geciteerde cijfer van 30 % is de verhoging tussen 2008 en 2009 wat het opvangplaatsenbeheer door partners betreft. De verklaring ligt in de verhoging van het aantal plaatsen en de hotelopvang. Voor de door Fedasil beheerde centra was de stijging 18 % en in totaal, over het hele netwerk, 23 %. De stijging is volgens mij wel degelijk gelieerd aan de verhoogde opvangcapaciteit. Als referentie neem ik de gemiddelde uitgave per dag per bewoner. In de federale centra stijgen die tussen 2008 en 2009 maar licht, van 6,14 euro per dag/bewoner naar 6,83 euro per dag/bewoner.

 

Fedasil moet uiteraard zijn wettelijke verplichtingen nakomen, maar tegelijkertijd wordt alles in het werk gesteld om de kosten te beheersen, samen met de twee dokters die wel degelijk binnen de diensten van Fedasil actief zijn, samen met een verpleegster en dus zeven mensen van de cel Medische Kosten.

 

Ik spreek ook tegen dat er geen controle zou zijn. Voor wie zich in een opvangstructuur bevindt, is de controle evident. Voor alle anderen wordt er alleen betaald op basis van een requisitoir.

 

01.03  Sarah Smeyers (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, als ik het goed heb begrepen, is er dus een gemiddelde stijging van 23 %. De 30 % waarvan ik sprak, zijn enkel medische kosten die in opvangcentra buiten het beheer van Fedasil zelf gebeuren. Ik denk dan aan Rode Kruis-Vlaanderen, Vluchtelingenwerk Vlaanderen en Ciré. Hoe komt het dat het verschil zo groot is?

 

U sprak over 18 % in de opvangcentra die wel door Fedasil worden beheerd. Ik kan begrijpen dat u hier niet meteen op kunt antwoorden. Het verschil lijkt mij toch frappant. Is er dan een verschil in werkwijze of interne huishouding? Ik zal er later nog eens op terugkomen door middel van een nieuwe vraag.

 

U zegt dat de controle er wel is voor de mensen die in de opvangcentra verblijven. Zijn er veel mensen die medische zorg genieten, maar die buiten de opvangcentra verblijven? Niet elke asielzoeker is verplicht om in het opvangcentrum te verblijven, maar dan hebben ze sowieso recht op medische basiszorg. Of hebt u daar geen zicht op?

 

01.04 Staatssecretaris Philippe Courard: De LOI's?

 

01.05  Sarah Smeyers (N-VA): Ja, maar ik dacht dat die daar allemaal inzaten. Opvang zie ik ruim, zie ik niet enkel als de collectieve opvang, maar ook de LOI’s. Maar u bedoelde ook die, daarop is minder controle natuurlijk.

 

01.06 Staatssecretaris Philippe Courard: Ze beheren nu meer plaatsen, dus de kosten stijgen.

 

01.07  Sarah Smeyers (N-VA): Dat de kosten stijgen aangezien ook het aantal asielzoekers en het aantal opvangplaatsen stijgt, is normaal maar het leek mij toch een straffe stijging en ik wou u toch attent maken op de misbruiken die daar blijkbaar van gemaakt worden.

 

Maar ik zal over het dit verschil een andere vraag indienen.

 

01.08 Staatssecretaris Philippe Courard: U kunt misschien wat praten met mijn medewerker.

 

01.09  Sarah Smeyers (N-VA): Dat is goed.

 

De voorzitter: Mevrouw Smeyers, het informele overleg is soms ook heel belangrijk.

 

01.10  Sarah Smeyers (N-VA): Ik zal informeel overleggen, mijnheer de voorzitter.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Een hele reeks vragen is uitgesteld. Blijkbaar heeft dat te maken met de plenaire vergadering van morgen.

 

02 Question de M. Yvan Mayeur au secrétaire d'État à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale, sur "les chèques circulaires des CPAS" (n° 1587)

02 Vraag van de heer Yvan Mayeur aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, over "de circulaire cheques van de OCMW's" (nr. 1587)

 

02.01  Yvan Mayeur (PS): Monsieur le secrétaire d'État, le 1er octobre 2010 est entré en vigueur un nouvel accord de coopération entre La Poste et la Banque Dexia supprimant, à partir du 15 mars 2011, le système des chèques circulaires émis par les CPAS, imprimés sur du papier de La Poste et permettant leur encaissement auprès des bureaux de La Poste.

 

À partir de cette date, les chèques circulaires seront envoyés directement au domicile de ces personnes avec, notamment dans les grandes villes, tous les problèmes que l'on connaît (danger de perte, de détérioration, absence de boîte aux lettres individuelles ou sécurisées sans parler si j'ose le dire, des domiciliations fictives pour échapper à l'obligation de regroupement familial et ce que cela implique sur le plan de l'aide sociale) et qui avaient engendré de nombreux problèmes dans le passé.

 

Le virement sur compte et l'utilisation de cartes prépayées par les CPAS sont présentés comme alternatives. Or, le paiement sur un compte n'est pas une option pour tous les bénéficiaires puisque les personnes pour lesquelles les chèques circulaires étaient utilisés étaient précisément celles qui ne peuvent pas ouvrir un compte ou qui ont de la difficulté à en ouvrir un, faute de papiers d'identité en règle, etc., mais qui ont néanmoins droit, soit en vertu de notre législation soit par décision de justice (tribunaux du travail), à l'aide financière des CPAS.

 

La carte prépayée pose de nombreuses questions. Cette carte prépayée est-elle à usage unique ou faut-il en avoir plusieurs sur l'année? Si elle est à usage unique, qui va supporter le prix de ces cartes? Seules des cartes avec des montants de 10 euros ou des multiples de 10 euros peuvent être délivrées. Or, les aides s'élèvent à 493,54 euros ou 740,32 euros, etc. Les montants ne sont jamais arrondis. Le paiement des soldes en liquide par les CPAS est évité tout comme dans les antennes sociales ou les structures des CPAS. Cela signifie-t-il que les CPAS doivent arrondir au montant supérieur? Et qui va en supporter la charge?

 

Bref, il faut y voir une volonté de modernisation et de sécurisation des moyens de paiement qui ne sont pas sans effets pervers, dans certains cas, pour les CPAS ou les utilisateurs.

 

02.02  Philippe Courard, secrétaire d'État: Monsieur le président, chers collègues, en réponse à cette question, j'ai l'honneur de préciser à l'honorable membre que la modification de l'accord de coopération entre Dexia et la Banque de la Poste qui vise dans un premier temps, à partir du 1er octobre 2010, à ce que l'envoi des chèques circulaires ne puisse plus être effectué qu'à l'adresse des bénéficiaires et non plus à celle des CPAS et, dans un second temps, la suppression, au mois de mars 2011, des chèques circulaires imprimés par le CPAS et encaissables à La Poste, pose des problèmes.

 

En effet, cette nouvelle procédure va engendrer d'importants problèmes d'organisation et de sécurité pour les CPAS, ainsi que des problèmes de paiement aux bénéficiaires d'aide, c'est-à-dire les plus démunis; vous venez de l'évoquer.

 

J'avais noté aussi les problèmes de boîtes aux lettres dans certains logements, que vous avez par ailleurs indiqués.

 

À cet égard, le système de paiement par carte prépayée a été récemment avancé comme solution mais il comporte des limites. Vous en avez fait correctement le tour.

 

Je vais d'ailleurs prendre l'initiative d'intervenir auprès de Mme la ministre Sabine Laruelle et de M. le ministre Vincent Van Quickenborne, compétents en la matière, pour examiner avec le secteur bancaire la possibilité de revoir cette nouvelle procédure d'émission de chèques circulaires et d'émettre des cartes prépayées adaptées au montant des bénéficiaires - vous avez notamment évoqué la problématique des montants qui ne seraient pas ronds - ou j'étudierai l'opportunité de développer un autre produit plus adapté aux besoins des usagers des CPAS.

 

En ce qui concerne les deux questions posées par l'honorable membre: la carte prépayée consiste en un mode de paiement choisi par le CPAS en vue de correspondre à la situation de l'intéressé. Il va de soi que le financement de ce mode de paiement est à charge du CPAS, tout comme c'est le cas des chèques circulaires.

 

En attendant une solution éventuelle à mes démarches précitées, comme les cartes prépayées ne correspondent qu'à des montants ronds en fonction de ce dont on peut disposer dans un distributeur automatique, le solde de l'aide à payer en liquide à l'intéressé peut être évité si en accord avec l'intéressé le solde est reporté en crédit pour le prochain paiement par carte prépayée. Ainsi le CPAS peut éviter la gestion d'une caisse et l'utilisation de liquidités comportant des risques.

 

Ce n'est pas génial mais voilà ce qui peut être fait.

 

02.03  Yvan Mayeur (PS): Je vous remercie, monsieur le ministre, pour votre réponse.

 

En effet ce qui est proposé n'est pas génial. Vous envisagez - et c'est fort bien - d'avoir un contact avec vos collègues de manière à examiner la possibilité de revoir la convention ou en tous cas de l'adapter à la réalité sociale. Je crois que c'est cela qui est le plus important.

 

Les CPAS sont intéressés à savoir également si les choses peuvent évoluer positivement.

 

Merci de nous tenir informés.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van mevrouw Meryame Kitir aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, over "de socioprofessionele integratiepremie" (nr. 1343)

03 Question de Mme Meryame Kitir au secrétaire d'État à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale, sur "la prime d'intégration socio-professionnelle" (n° 1343)

 

03.01  Meryame Kitir (sp.a): Mijnheer de voorzitter, eerst en vooral mijn excuses omdat ik wat later was. Ik was echter verhinderd in een andere commissie.

 

Mijnheer de staatssecretaris, op 22 november organiseerde het CSB van de universiteit van Antwerpen een studienamiddag over de piste ter verbetering van de uitstroom van de leefloongerechtigden naar de arbeidsmarkt.

 

Een probleem dat steeds terugkeert in dit kader werd aangekaart, namelijk de disfuncties van de zogeheten socio-professionele integratiepremie. Dat is een forfaitaire inkomstenvrijstelling die tot doel heeft deeltijds werk aan te moedigen. De resultante ervan is echter dat bijkomende uren werk in een aantal gevallen resulteren in een dalend netto beschikbaar inkomen voor de betrokkenen. Dat probleem is reeds langer gekend, maar remedies blijven al jaren uit. Nochtans is deeltijds werken vaak de enige realistische opstap naar regulier werk voor nogal wat mensen met een leefloon. Ik denk dat het niet onoverkomelijk moeilijk kan zijn om in de leefloonregeling een component in te bouwen die geïnspireerd is op de inkomensgarantie-uitkeringen voor werklozen waar voormeld probleem zich niet voordoet.

 

Mijnheer de staatssecretaris, vandaar ook mijn vraag. Hebt u de administratie de opdracht gegeven, nadat de problematiek al meerder jaren in publicaties en rapporten wordt aangekaart, om een oplossingspiste uit te werken? Zo ja, hoever staat men daarmee?

 

03.02 Staatssecretaris Philippe Courard: Mijnheer de voorzitter, geachte collega, het koninklijk besluit van 11 juli 2002 bepaalt dat inkomsten afkomstig uit sociaalprofessionele integratie gedeeltelijk vrijgesteld zijn. Het betreft een financiële stimulans, beperkt in de tijd, die de begunstigde uit het bijstandsstelsel moet helpen door de afstand tot de arbeidsmarkt te verkleinen via klussen of door middel van betaalde gekwalificeerde opleidingen die hem of haar in staat moeten stellen zich geleidelijk in het arbeidscircuit in te schakelen.

 

De huidige regeling is erop gericht de inspanningen van de leefloonbegunstigden te belonen door maandelijks een deel van hun inkomsten vrij te stellen bij de berekening van hun bestaansmiddelen, en dat gedurende een periode van drie jaar. De vrijstelling bedraagt momenteel netto maximaal 221,03 euro per maand. De vrijstellingsperiode van drie jaar begint te lopen op de eerste werkdag of de eerste dag van de opleiding en neemt drie jaar later een einde, ongeacht of de betrokkenen gedurende die periode van drie jaar al dan niet constant aan het werk zijn geweest.

 

Veel leefloonbegunstigden die in aanmerking komen voor de sociaalprofessionele vrijstelling, hebben het echter moeilijk om gedurende een ononderbroken periode van drie jaar aan het werk te blijven. Het gevolg is dat die maatregel voor velen zijn gunstig effect verliest. De huidige toestand op de arbeidsmarkt maakt het er niet eenvoudiger op. Daarom stel ik een versoepeling voor. Die houdt in dat de periode binnen dewelke de vrijstellingstermijn van drie jaar kan worden opgebouwd, wordt uitgebreid van drie naar maximaal zes jaar. Aangezien de regering echter in lopende zaken is, is de verdere behandeling van dit ontwerp van KB voorlopig opgeschort.

 

03.03  Meryame Kitir (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, ik dank u voor uw antwoord. Het eerste deel van uw antwoord is inderdaad een opsomming van de huidige situatie. Het is net dat wat wegvalt voor de personen met een leefloon. Als ik het goed heb begrepen, stelt u een versoepeling binnen de drie jaar voor? Kunt misschien uw voorstel herhalen?

 

03.04 Staatssecretaris Philippe Courard: Ja, een versoepeling binnen de drie jaar.

 

03.05  Meryame Kitir (sp.a): Wij zitten in een periode van lopende zaken. U kunt daar zelf niets aan doen, maar ik denk wel dat wij dan met het probleem zitten dat wij met een inkomstenterugval te maken zullen krijgen.

 

Ik heb zelf ook een wetsvoorstel ingediend dat geïnspireerd was op de inkomensgarantie-uitkering. Aangezien wij te maken hebben met een regering van lopende zaken, maar ook met een Parlement met volle bevoegdheid, hoop ik dat wij dat wetsvoorstel op de agenda kunnen plaatsen, zodat wij de problematiek kunnen aankaarten en een efficiënte oplossing daarvoor kunnen vinden.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Volgende vragen worden op verzoek van de indieners uitgesteld: nr. 1358 van mevrouw Jadin en nrs. 1508 en 1510 van mevrouw Smeyers.

 

04 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, over "de terugbetaling van de opvang door asielzoekers die werken" (nr. 1650)

04 Question de Mme Nahima Lanjri au secrétaire d'État à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale, sur "le remboursement des frais d'accueil par les demandeurs d'asile qui travaillent" (n° 1650)

 

04.01  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, u weet dat ons land er net als alle Europese lidstaten door de Europese richtlijn toe gehouden is om asielzoekers uiterlijk een jaar nadat zij hier een procedure hebben opgestart, toegang te geven tot werk. Wij hebben in België vorig jaar afgesproken dat we die termijn op zes maanden zouden houden. Ik ben daar ook altijd voorstander van geweest en ik heb daarvoor gepleit. Ik was dan ook blij dat eigenlijk net voor vorig jaar eindelijk de beslissing was genomen dat we asielzoekers de toegang zouden geven om te kunnen werken, ook al loopt hun procedure nog, dit zes maanden nadat die procedure gestart was. Aangezien wij in België enkel voorzien in opvang, bed, bad en brood, sprak het voor zich dat mensen die aan de slag gingen ook moesten bijdragen aan de kosten van die opvang. Men kan immers niet tegelijkertijd werken en genieten van volledige opvang. Dat gebeurt a rato van hoeveel men werkt. Van iemand die slechts enkele uren per week werkt, zal men veel minder bijdrage kunnen verwachten dan van iemand die drie vierde werkt. Iemand die voltijds werkt en voldoende inkomsten heeft, kan ook uit het centrum vertrekken, waardoor men eigenlijk ook meer plaatsen kan creëren in de opvang. Wij hebben dat wettelijk geregeld en goedgekeurd via de wet houdende diverse bepalingen van vorig jaar.

 

 Er was ook een regeling uitgewerkt die terugbetaling regelt door asielzoekers die in de opvangstructuur zitten, hetzij in een federaal centrum, hetzij in een lokaal opvanginitiatief. Toen ik eind oktober-begin november op bezoek ben geweest bij een overleg van OCMW’s in de Antwerpese regio, waar heel wat OCMW’s LOI’s hebbben, heeft men mij gemeld dat men nog steeds geen instructies had gekregen van Fedasil hoe zij in die terugbetaling moesten voorzien. Hoe moest dat geregeld worden? Ik stel dus vast dat zij in november elk naar eigen goeddunken moesten handelen. Een OCMW vordert wel iets terug, een ander veel minder enzovoort. Zij zijn eigenlijk vragende partij dat er een nationale richtlijn zou komen hoe men dit moet regelen. Ook bij het werkbezoek dat wij met de commissies voor de Sociale Zaken en de Binnenlandse Zaken aan Fedasil hebben gebracht, is dit ter sprake gekomen. Daar heeft men mij verteld dat er nog altijd geen KB is dat deze zaak regelt.

 

Mijn vraag is dus of het klopt dat er eigenlijk nog een KB nodig is om deze terugbetaling te regelen. Waarom is dat KB uitgebleven? Aangezien mijn vraag heel lang heeft aangesleept voor ze kon beantwoord worden, is dat KB in de afgelopen maanden misschien wel verschenen? Als dat nog niet het geval was, wanneer mogen we de publicatie ervan dan verwachten? Hoeveel asielzoekers hebben reeds gebruikgemaakt van de toegang tot de arbeidsmarkt na zes maanden?

 

Hoeveel van hen betalen ook effectief een deel van hun kosten aan de centra of de LOI’s? Hebt u er zicht op hoe dit gebeurt? Naar mijn informatie gebeurt het in zeer verspreide slagorde. Welke regeling dienen de centra en de LOI’s toe te passen? Dit is een vraag om duidelijkheid te verschaffen en instructies te geven aan de LOI’s en de federale centra.

 

04.02 Staatssecretaris Philippe Courard: Mijnheer de voorzitter, beste collega, ik kan u melden dat er tot 21 december 2010 67 opheffingen – code 207 – hebben plaatsgevonden wegens beroepsactiviteiten. Deze personen hebben de opvangstructuren dus verlaten. Ondertussen wordt een systeem op punt gezet om informatie uit te wisselen over wie zich in het opvangnetwerk bevindt en werkt, tussen de verschillende opvangoperatoren en Fedasil. Cijfers zijn er dus nog niet.

 

Ter aanvulling wil ik erop wijzen dat veel asielzoekers een aanvraag indienen voor een arbeidskaart C, met als enige bedoeling te kunnen deelnemen aan opleidingen voor werkzoekenden. Zij bezitten dus wel een arbeidskaart, maar hebben daarom nog geen arbeidsovereenkomst.

 

Het juridisch en administratief op punt stellen van het koninklijk besluit dat de cumul regelt van beroepsinkomsten en materiële hulp, heeft ertoe geleid dat het KB nog niet werd gepubliceerd. In afwachting van de goedkeuring heeft Fedasil een FAQ opgesteld met als thema de toegang tot de arbeidsmarkt en recht op materiële opvang. Deze FAQ werd in de maand september 2010 naar alle opvangstructuren van het netwerk verstuurd, met inbegrip van lokale opvanginitiatieven.

 

In deze FAQ staat aangegeven dat, in afwachting van de publicatie van het KB, als enige mogelijkheid in een opheffing van de code 207 voorzien is. Deze opheffing is niet automatisch, maar gebeurt op basis van een individuele en gemotiveerde beslissing. De beslissing tot opheffing wordt genomen, rekening houdend met de voorwaarden die bepaald zijn in het ontwerp van koninklijk besluit, namelijk een vaste arbeidsovereenkomst en voldoende inkomsten.

 

04.03  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, u hebt mij nog niet geantwoord op de vraag wat de reden is voor het uitblijven van het koninklijk besluit en wanneer dit er dan komt, want daar is natuurlijk het kalf gebonden, dat is het probleem. Zelfs Fedasil is vragende partij dat dit koninklijk besluit er snel komt.

 

De voorzitter: Kan de Koning dat in deze periode?

 

04.04  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, ligt daar het probleem? Kan er een koninklijk besluit worden uitgevaardigd? Ik neem aan van wel, dit is uitvoering van een wet die reeds goedgekeurd is.

 

De voorzitter: Ik wil hier even in de rede vallen, omdat wij die opmerking ook horen in de Conferentie van voorzitters over waarop een minister of staatssecretaris kan antwoorden en waarop niet. In deze moeilijke periode is er steeds een beetje de interpretatie van wat kan en niet kan, maar een koninklijk besluit, ook al is het ter uitvoering van een wet, is geen evidente zaak voor een regering in lopende zaken, indien daarover discussie zou bestaan; dat is de interpretatie.

 

U zegt neen. Tussen u en de staatssecretaris is er misschien geen discussie, maar misschien wel tussen anderen. Dat is een zeer moeilijke interpretatie. Eigenlijk moet men zoveel mogelijk de Koning ontlasten van koninklijke besluiten te tekenen. Dat is toch de opmerking die wij horen.

 

Daarmee wil ik niet aangeven dat dit het antwoord is van de staatssecretaris.

 

04.05  Nahima Lanjri (CD&V): Wij moeten er gewoon voor zorgen dat er op het terrein duidelijkheid is.

 

De voorzitter: Dat geldt voor zeer veel gevallen van ons maatschappelijk gebeuren.

 

04.06  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, u hebt misschien toch nog een antwoord hierop. Hoe moeten wij hier uit geraken in lopende zaken?

 

04.07 Staatssecretaris Philippe Courard: Dat is geen probleem van ondertekening, maar een probleem van het Belgisch Staatsblad.

 

04.08  Nahima Lanjri (CD&V): Het gaat verschijnen? Het komt er.

 

04.09 Staatssecretaris Philippe Courard: Het is ondertekend.

 

04.10  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, ik ben heel blij dat het er komt. Mijnheer de voorzitter, dan is ons probleem opgelost. De centra zullen ook gelukkig zijn dat dit een van de dagen in het Belgisch Staatsblad zal verschijnen. Daarmee zal dan de onduidelijkheid die er tot nu toe was op het terrein geregeld zijn.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

05 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, over "het personeelsbeleid bij Fedasil" (nr. 2258)

05 Question de Mme Nahima Lanjri au secrétaire d'État à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale, sur "la politique du personnel auprès de Fedasil" (n° 2258)

 

05.01  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, er zijn al geruime tijd moeilijkheden bij Fedasil, niet alleen bij de centrale diensten, maar ook in de verschillende opvangcentra in het hele land. Er is niet alleen een tekort aan opvangplaatsen, waarvan ik begrijp dat het druk zet op het personeel en het heeft niet alleen te maken met het feit dat de directeur van Fedasil maanden geleden uit ongenoegen is opgestapt.

 

In december 2010 waren er nog plannen bij Fedasil om te staken en actie te voeren. Men heeft toen gelukkig afgesproken om eerst aan een nieuw personeelsplan te werken om te kijken hoe men die personeelsdruk kon verlichten. Ik weet dat het niet evident is dit dossier te behandelen in lopende zaken.

 

Welke maatregelen werden er intussen genomen naar aanleiding van de acties in december 2010?

 

Is er intussen een nieuw personeelsplan, zoals werd afgesproken? Is dit al besproken? Zo nee, wanneer dan wel? Wat zijn de grote krachtlijnen?

 

Kan een regering van lopende zaken uitvoering geven aan dat personeelsplan?

 

Naar verluidt is het personeelsverloop zeer groot en dan vooral in de diverse centra. Alleen al in Kapellen zouden er heel recent een vijftal personen vertrokken zijn uit ongenoegen met het beleid. Er zijn er ook een aantal vertrokken omdat zij meenden te worden gepest. Zij hebben klacht ingediend bij IDEWE. In de commissie zijn wij trouwens bezig met pesten op het werk.

 

Hoe groot is het personeelsverloop bij de centra? Kunt u mij daar cijfers over geven, zowel voor de centrale dienst als op de centra?

 

Hoe volgt men klachten op, vooral inzake pesten? Hoe verloopt de behandeling wanneer werknemers menen het slachtoffer te zijn van pestgedrag? Speelt het basisoverlegcomité hierin een rol? Heeft men overal een externe vertrouwenspersoon of een preventieadviseur? Is het soms ook een interne persoon in het centrum?

 

Naar verluidt zou er niet veel vertrouwen zijn in de bestaande procedure. Of dit nu betrekking heeft op een bepaald centrum of op verschillende, kan ik niet bevestigen.

 

Er zijn heel wat vragen bij de selectieprocedures voor de aanwerving van nieuw personeel en nieuwe directies in de centra. Zijn er standaarden of richtlijnen? Hoe verlopen die? Zijn er behalve procedureomschrijvingen ook duidelijke profielomschrijvingen voor elke functie?

 

Welke maatregelen wil u nemen of hebt u al genomen om aan de problemen bij Fedasil, zowel in de centrale dienst als bij de centra, tegemoet te komen?

 

Is een doorlichting van Fedasil niet aangewezen om na te gaan waar de problemen, en dus het ongenoegen, zich precies situeren? Zo kan men een beter personeels- en retentiebeleid voeren. Dat heeft een heel positieve impact op het beleid zelf en op de werking van de centra en Fedasil. Mensen die in een goede omgeving werken en graag komen werken leveren immers betere resultaten af.

 

05.02 Staatssecretaris Philippe Courard: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Lanjri, in antwoord op uw vraag kan ik u meegeven dat op 24 december 2010 een nieuw personeelskader voor Fedasil in het Belgisch Staatsblad werd gepubliceerd.

 

Dit kader voorziet in een uitbreiding van 975 FTE naar 1 165 FTE en werd voorafgaand voorgelegd aan en goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de verschillende vakbonden tijdens de bijeenkomst van het basisoverlegcomité.

 

De uitvoering van dit nieuw personeelskader is wel degelijk mogelijk tijdens een regering in lopende zaken. De dossiers die hangende waren bij de Inspectie van Financiën werden gedeblokkeerd en bijkomende personeelsleden werden ondertussen reeds aangeworven door Fedasil.

 

Het feit dat vijf personeelsleden het centrum van Kapellen verlaten zouden hebben uit ongenoegen met het beleid, kon niet worden bevestigd door mijn administratie. Wel zou een personeelslid van het betrokken centrum een formele klacht hebben ingediend bij de externe preventiedienst IDEWE vzw en nadien ontslag hebben genomen.

 

Het personeelsverloop van dit centrum ligt overigens onder het gemiddelde personeelsverloop van Fedasil. Het persoonsverloop bij Fedasil ligt voor de jaren 2007, 2008 en 2009 rond de 15 %, wat ondanks de crisiscontext vergelijkbaar is met de cijfers uit de private sector waar, net zoals bij Fedasil, de werknemers in contractueel verband worden aangeworven. De cijfers voor 2010 zijn nog niet beschikbaar.

 

Bij klachten met betrekking tot het beleid kunnen personeelsleden zich steeds richten tot hun centrumdirectie of rechtstreeks tot het hoofdbestuur. De wijze waarop dit concreet gebeurt, staat vrij; het kan persoonlijk, via mail enzovoort.

 

In bijlage van het arbeidsreglement is een procedure opgenomen in het geval dat een werknemer meent het slachtoffer te zijn van pestgedrag. De betrokkene kan een beroep doen op een vertrouwenspersoon, een medewerker van Fedasil, die voor alle opvangcentra bevoegd is, of op de psychosociaal adviseur, een medewerker van de preventiedienst. Indien een medewerker een formele klacht indient, kan deze enkel worden behandeld door een psychosociaal adviseur van IDEWE vzw.

 

De formele en informele klachten bij Fedasil worden jaarlijks anoniem besproken in het basisoverlegcomité. Tijdens deze overlegvergadering is een psychosociaal preventieadviseur van IDEWE vzw aanwezig.

 

De selecties bij Fedasil worden, ongeacht of deze op uitvoerend niveau of op directieniveau verlopen, georganiseerd volgens een regelgeving die opgenomen is in het vademecum Selectie en Werving van Fedasil.

 

Al deze selecties vertrekken vanuit een duidelijke profielomschrijving en worden gedocumenteerd en gemotiveerd om een kwalitatieve dienstverlening te verzekeren. Ik verwijs u dan ook graag naar de audit die het Rekenhof in 2009 heeft verricht, waarbij de belangrijkste personeelsprocessen – werving en selectie, vaststelling, berekening en betaling van salarissen, procedure voor loopbaanbeslissingen – werden geanalyseerd. Het Rekenhof kwam hierbij tot de conclusie dat deze processen efficiënt, effectief en ethisch verlopen. Door een aantal efficiënte beheersprincipes toe te passen, leeft Fedasil de regelgeving grotendeels na. Er wordt werk gemaakt van een volwaardig HRM-beleid en de personeelsdienst beschikt over deskundig personeel. Uiteraard werden er eveneens voorstellen tot verbetering geformuleerd. Deze worden geïntegreerd en opgevolgd in het kader van de jaarlijkse acties en projecten van de personeelsdienst van Fedasil.

 

05.03  Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, mijn repliek zal kort zijn. Ik dank u voor het antwoord.

 

Het Rekenhof had bemerkingen. Ik heb u daarover in het verleden trouwens ook al geïnterpelleerd. Zoals u zelf aangeeft, hebben zij ook verbetervoorstellen gedaan. Het komt er dus op aan dat die verbetervoorstellen ook effectief worden uitgevoerd in het belang van iedereen, het personeel, het beleid en de asielzoekers in de centra.

 

Ik zal deze aangelegenheid opvolgen, maar ik hoop dat ook u dat zult doen zolang deze materie onder uw bevoegdheid valt.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Aangezien de heer Francken hier niet aanwezig is, vervallen zijn vragen nrs. 2150 en 2294. Hij kan nieuwe vragen indienen.

 

Zelf kom ik als laatste vraagsteller aan bod. Ik zal daarvoor op de voorzitterstoel blijven zitten.

 

06 Vraag van de heer Hans Bonte aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, over "het evaluatierapport van de collectieve schuldenregeling" (nr. 2176)

06 Question de M. Hans Bonte au secrétaire d'État à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale, sur "le rapport d'évaluation du règlement collectif de dettes" (n° 2176)

 

06.01  Hans Bonte (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, ik wil het kort houden, omdat ik vermoed dat u een beetje geconditioneerd zult zijn in uw antwoord door de politieke situatie met een regering in lopende zaken.

 

Ik wil het hebben over een onderzoek waarbij ik het genoegen heb gehad om erbij betrokken te worden vanuit het Verbruikersateljee. Het was een onderzoek door de FOD besteld, dat tot doel had om de collectieve schuldenregeling te evalueren. In dat onderzoek is er vooral geluisterd naar en een beroep gedaan op mensen met ervaring, sociale diensten, cliënten, anderen, en ook OCMW-voorzitters, vandaar mijn betrokkenheid.

 

Als medebetrokkene heb ik ook de resultaten van het onderzoek kunnen zien. Het onderzoek is opgeleverd.

 

Mijnheer de staatssecretaris, evalueren uw diensten dat onderzoek? Hebt u daar conclusies aan verbonden?

 

Ten tweede, dat onderzoek vraagt naar bijsturingen op het terrein en ook rond wetgeving. Vandaar dat ik ook van plan ben om daaromtrent een aantal wetgevende initiatieven te nemen.

 

Wat is uw inschatting? Klopt het dat we toe zijn aan een bijsturing van een instrument dat door het onderzoek wel als nuttig beoordeeld wordt, zo heb ik toch de indruk?

 

06.02 Staatssecretaris Philippe Courard: Mijnheer de voorzitter, ik kan u meedelen dat de studie waarnaar u verwijst, heeft plaatsgevonden in 2010 en toevertrouwd werd aan het Verbruikersateljee en aan Fédé-Plus. De volledige studie nadert haar afronding en zou binnen twee maanden bruikbaar moeten zijn.

 

Ik ben er alvast voorstander van om die wetgeving te verbeteren. In uitvoering van het federaal plan Armoedebestrijding heb ik trouwens deelgenomen aan een werkgroep onder het voorzitterschap van de minister van Justitie, met als doel te werken aan verscheidene wettelijke aanpassingen. Dat werk heeft geleid tot een voorontwerp van wet. Helaas kon de besluitvorming niet afgerond worden als gevolg van de val van de regering.

 

06.03  Hans Bonte (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, het volgende neem ik nog mee. Misschien moeten we daar in een volgende fase over oordelen. Misschien is het wel nuttig, eenmaal die studie volledig afgerond is, wat volgens u binnen een tweetal maanden zal gebeuren, om in deze commissie daaraan de nodige aandacht te besteden, zodoende dat wij ook vanuit het Parlement mee zijn met de resultaten van dat onderzoek. We kunnen dat agenderen zodra die studie klaar is.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.00 uur.

La réunion publique de commission est levée à 15.00 heures.