CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 53 COM 098
CRIV 53 COM 098
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
Mercredi
Woensdag
19-01-2011
19-01-2011
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti Socialiste
MR
Mouvement réformateur
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
sp.a
socialistische partij anders
Ecolo-Groen!
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales ­ Groen!
Open Vld
Open Vlaamse Liberalen en Democraten
VB
Vlaams Belang
cdH
centre démocrate Humaniste
LDD
Lijst Dedecker
PP
Parti Populaire
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 53 0000/000 Document parlementaire de la 53
e
législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 53 0000/000
Parlementair stuk van de 53
e
zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
Version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
Séance plénière
PLEN
Plenum
COM
Réunion de commission
COM
Commissievergadering
MOT
Motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige)
MOT
Moties tot besluit van interpellaties (op beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Questions jointes de
1
Samengevoegde vragen van
1
- M. Servais Verherstraeten au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le nouveau quartier général
de la police fédérale" (n° 1744)
1
- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het nieuwe
hoofdkwartier van de federale politie" (nr. 1744)
1
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la future installation de la
police fédérale à la Cité administrative" (n° 1762)
1
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "de toekomstige
vestiging van de federale politie in het
Rijksadministratief Centrum" (nr. 1762)
1
- M. Steven Vandeput au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le déménagement de la
police
fédérale
vers
l'ancienne
Cité
administrative" (n° 1774)
1
- de heer Steven Vandeput aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "de verhuis van
de
federale
politie
naar
het
voormalig
Rijksadministratief Centrum" (nr. 1774)
1
Orateurs: Servais Verherstraeten, président
du groupe CD&V, Steven Vandeput, Didier
Reynders
, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Servais Verherstraeten, voorzitter
van de CD&V-fractie, Steven Vandeput,
Didier Reynders
, vice-eerste minister en
minister van Financiën en van Institutionele
Hervormingen
Question de M. Franco Seminara au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'état d'avancement des
travaux de l'École européenne Bruxelles IV"
(n° 1752)
6
Vraag van de heer Franco Seminara aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de stand van
zaken met betrekking tot de werken aan de
Europese School Brussel IV" (nr. 1752)
6
Orateurs:
Franco
Seminara,
Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers:
Franco
Seminara,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Question de M. Raf Terwingen au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la protection des dépôts
placés sur un compte de tiers" (n° 1833)
7
Vraag van de heer Raf Terwingen aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de bescherming
van deposito's geplaatst op een derdenrekening"
(nr. 1833)
7
Orateurs: Raf Terwingen, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Raf Terwingen, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Question de M. Peter Logghe au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les problèmes persistants sur
le parking frontalier de Rekkem" (n° 1850)
10
Vraag van de heer Peter Logghe aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
aanhoudende problemen aan de grensparking
van Rekkem" (nr. 1850)
10
Orateurs: Peter Logghe, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Peter Logghe, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Question de Mme Kattrin Jadin au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'arrêté royal modifiant l'arrêté
royal du 20 juillet 1970 fixant les taux de la taxe
sur la valeur ajoutée" (n° 1855)
12
Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het koninklijk
besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van
20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de
belasting over de toegevoegde waarde" (nr. 1855)
12
Orateurs: Kattrin Jadin, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Kattrin Jadin, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
ii
Questions jointes de
14
Samengevoegde vragen van
14
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le risque pour la Belgique
d'être réintégrée sur la liste grise des paradis
fiscaux de l'OCDE" (n° 1971)
14
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "het gevaar voor
België om opnieuw op de grijze OESO-lijst van
belastingparadijzen terecht te komen" (nr. 1971)
14
- M. Josy Arens au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la possible réintégration de la
Belgique sur la liste grise" (n° 1858)
14
- de heer Josy Arens aan de vice-eerste minister
en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de mogelijkheid dat België
weer op de zogenaamde grijze lijst terechtkomt"
(nr. 1858)
14
Orateurs: Josy Arens, Georges Gilkinet,
Didier Reynders
, vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles
Sprekers: Josy Arens, Georges Gilkinet,
Didier Reynders
, vice-eerste minister en
minister van Financiën en van Institutionele
Hervormingen
Question de M. Karel Uyttersprot au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la nouvelle prison de
Termonde" (n° 1906)
16
Vraag van de heer Karel Uyttersprot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de nieuwe
gevangenis van Dendermonde" (nr. 1906)
16
Orateurs:
Karel
Uyttersprot,
Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers:
Karel
Uyttersprot,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Questions jointes de
18
Samengevoegde vragen van
18
- M. Christian Brotcorne au vice-premier ministre
et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la gestion par la Régie des
Bâtiments du dossier de l'Institut National de
Criminalistique et de Criminologie" (n° 1857)
18
- de heer Christian Brotcorne aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "het beheer door
de Regie der Gebouwen van het dossier van het
Nationaal
Instituut
voor Criminalistiek
en
Criminologie" (nr. 1857)
18
- Mme Sonja Becq au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le relogement de l'Institut
National de Criminalistique et de Criminologie
(INCC)" (n° 1913)
18
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
herhuisvesting van het Nationaal Instituut voor
Criminalistiek en Criminologie (NICC)" (nr. 1913)
18
Orateurs: Christian Brotcorne, Sonja Becq,
Didier Reynders
, vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles
Sprekers: Christian Brotcorne, Sonja Becq,
Didier Reynders
, vice-eerste minister en
minister van Financiën en van Institutionele
Hervormingen
Questions jointes de
22
Samengevoegde vragen van
22
- Mme Christiane Vienne au vice-premier ministre
et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les fausses identités
proposées aux clients de certaines banques"
(n° 1953)
22
- mevrouw Christiane Vienne aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "de valse
identiteit die sommige banken aan hun cliënten
verschaffen" (nr. 1953)
22
- Mme Veerle Wouters au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la régularisation des comptes
fantômes de sociétés étrangères" (n° 1955)
22
- mevrouw Veerle Wouters aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "de regularisatie
van
spookrekeningen
van
buitenlandse
vennootschappen" (nr. 1955)
22
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "des banques qui proposent
des fausses identités à leurs clients" (n° 1970)
22
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "banken die hun
cliënten
een
valse
identiteit
verschaffen"
(nr. 1970)
22
Orateurs:
Christiane
Vienne,
Veerle
Wouters,
Georges
Gilkinet,
Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers:
Christiane
Vienne,
Veerle
Wouters,
Georges
Gilkinet,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
iii
Question de Mme Veerle Wouters au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'accessibilité des bureaux de
contrôle de la TVA entre la Noël et le Nouvel An"
(n° 1956)
28
Vraag van mevrouw Veerle Wouters aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
bereikbaarheid van de btw-controlekantoren
tussen Kerstmis en Nieuwjaar" (nr. 1956)
28
Orateurs: Veerle Wouters, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Veerle Wouters, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Question de M. Damien Thiéry au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'investissement du fonds
d'investissement sino-belge dans la société Eden
Chocolates" (n° 1974)
29
Vraag van de heer Damien Thiéry aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de investering
van het Chinees-Belgische investeringsfonds in
het bedrijf Eden Chocolates" (nr. 1974)
29
Orateurs: Damien Thiéry, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Damien Thiéry, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Question de M. Servais Verherstraeten au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la nouvelle justice
de paix de Westerlo" (n° 1984)
32
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het nieuw
vredegerecht te Westerlo" (nr. 1984)
32
Orateurs: Servais Verherstraeten, président
du groupe CD&V, Didier Reynders, vice-
premier ministre et ministre des Finances et
des Réformes institutionnelles
Sprekers: Servais Verherstraeten, voorzitter
van de CD&V-fractie, Didier Reynders, vice-
eerste minister en minister van Financiën en
van Institutionele Hervormingen
Question de Mme Veerle Wouters au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les enrôlements pour
l'exercice d'imposition 2010" (n° 1986)
32
Vraag van mevrouw Veerle Wouters aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
inkohieringen
van
het
aanslagjaar 2010"
(nr. 1986)
32
Orateurs: Veerle Wouters, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Veerle Wouters, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Question de M. Georges Gilkinet au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la réponse de l'État belge à
l'avis de la Commission européenne quant au
traitement jugé discriminatoire des primes
d'épargne-pension par la Belgique" (n° 1989)
34
Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het antwoord
van de Belgische Staat op het advies van de
Europese Commissie met betrekking tot de
discriminerende
behandeling
van
pensioenspaarbijdragen door België" (nr. 1989)
34
Orateurs:
Georges
Gilkinet,
Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers:
Georges
Gilkinet,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Questions jointes de
35
Samengevoegde vragen van
36
- M. Olivier Henry au ministre pour l'Entreprise et
la Simplification sur "un testing des banques"
(n° 2001)
36
- de heer Olivier Henry aan de minister voor
Ondernemen en Vereenvoudigen over "het testen
van de banken" (nr. 2001)
36
- M. Olivier Henry au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "un testing des banques par
la CBFA" (n° 1993)
36
- de heer Olivier Henry aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "het testen van
de banken door de CBFA" (nr. 1993)
36
Orateurs: Olivier Henry, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Olivier Henry, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Question de Mme Ann Vanheste au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
37
Vraag van mevrouw Ann Vanheste aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
37
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
iv
institutionnelles sur "le taux de TVA sur
l'assainissement des citernes à mazout" (n° 1999)
Institutionele Hervormingen over "het btw-tarief
voor de sanering van olieopslagtanks" (nr. 1999)
Orateurs: Ann Vanheste, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Ann Vanheste, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Question de M. Karel Uyttersprot au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la représentation des
pouvoirs
publics
dans
les
conseils
d'administration des institutions financières"
(n° 2041)
38
Vraag van de heer Karel Uyttersprot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
overheidsvertegenwoordiging in de raden van
bestuur van financiële instellingen" (nr. 2041)
38
Orateurs:
Karel
Uyttersprot,
Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers:
Karel
Uyttersprot,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Question de M. Karel Uyttersprot au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les cautions payées par des
entreprises à la Caisse des Dépôts et
Consignation" (n° 2042)
40
Vraag van de heer Karel Uyttersprot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de borgtochten
betaald door bedrijven aan de Deposito- en
Consignatiekas" (nr. 2042)
40
Orateurs:
Karel
Uyttersprot,
Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers:
Karel
Uyttersprot,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Question de M. Servais Verherstraeten au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "des droits non
comptabilisés à la douane" (n° 2095)
42
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de niet
geboekte rechten bij de douane" (nr. 2095)
42
Orateurs: Servais Verherstraeten, président
du groupe CD&V, Didier Reynders, vice-
premier ministre et ministre des Finances et
des Réformes institutionnelles
Sprekers: Servais Verherstraeten, voorzitter
van de CD&V-fractie, Didier Reynders, vice-
eerste minister en minister van Financiën en
van Institutionele Hervormingen
Question de Mme Liesbeth Van der Auwera au
vice-premier ministre et ministre des Finances et
des Réformes institutionnelles sur "l'augmentation
illégale des primes de l'assurance hospitalisation
par DKV" (n° 2099)
43
Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan
de vice-eerste minister en minister van Financiën
en Institutionele Hervormingen over "de illegale
premieverhoging van de hospitalisatieverzekering
door DKV" (nr. 2099)
43
Orateurs: Liesbeth Van der Auwera, Didier
Reynders
, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Liesbeth Van der Auwera, Didier
Reynders
, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Question de M. Jan Van Esbroeck au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la cession des
bâtiments des douanes" (n° 2120)
47
Vraag van de heer Jan Van Esbroeck aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de overdracht
van de douanegebouwen" (nr. 2120)
47
Orateurs: Jan Van Esbroeck, Didier
Reynders
, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Jan Van Esbroeck, Didier
Reynders
, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Questions jointes de
48
Samengevoegde vragen van
48
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les conséquences de la
modification de l'article 346 du CIR sur la capacité
de l'État à recouvrer les impôts dus dans le cadre
des dossiers du QFIE" (n° 2130)
48
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste
minister
en
minister
van
Financiën
en
Institutionele Hervormingen over "de gevolgen
van de wijziging van artikel 346 WIB voor de
invordering van de in het kader van de FBB-
dossiers verschuldigde belasting door de Staat"
(nr. 2130)
48
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
v
- M. Josy Arens au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la possible forclusion des
dossiers QFIE" (n° 2165)
48
- de heer Josy Arens aan de vice-eerste minister
en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "het mogelijke verval van de
FBB-dossiers" (nr. 2165)
48
Orateurs: Georges Gilkinet, Josy Arens,
Didier Reynders
, vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles, Dirk Van der Maelen
Sprekers: Georges Gilkinet, Josy Arens,
Didier Reynders
, vice-eerste minister en
minister van Financiën en van Institutionele
Hervormingen, Dirk Van der Maelen
Question de M. Dirk Van der Maelen au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la circulaire
numéro Ci.RH.421/605.074" (n° 2132)
53
Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de circulaire
nummer Ci.RH.421/605.074" (nr. 2132)
52
Orateurs: Dirk Van der Maelen, Didier
Reynders
, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Dirk Van der Maelen, Didier
Reynders
, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Question de M. Dirk Van der Maelen au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "un audit de
contrôles fiscaux" (n° 2138)
54
Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "een audit van
fiscale controles" (nr. 2138)
54
Orateurs: Dirk Van der Maelen, Didier
Reynders
, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Dirk Van der Maelen, Didier
Reynders
, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Question de Mme Veerle Wouters au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles
sur
"l'enregistrement
des
redevances pour documents administratifs dans
le budget des Voies et Moyens et leur paiement"
(n° 2154)
55
Vraag van mevrouw Veerle Wouters aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de inschrijving
van vergoedingen voor bestuursdocumenten in de
middelenbegroting en de betaling ervan"
(nr. 2154)
55
Orateurs: Veerle Wouters, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Sprekers: Veerle Wouters, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
du
M
ERCREDI
19
JANVIER
2011
Après-midi
______
van
W
OENSDAG
19
JANUARI
2011
Namiddag
______
La séance est ouverte à 14.42 heures et présidée par Mme Muriel Gerkens.
De vergadering wordt geopend om 14.42 uur en voorgezeten door mevrouw Muriel Gerkens.
La présidente: La question n° 1678 de Mme Meyrem Almaci est
retirée. Et comme Mme Lalieux n'est pas là, sa question jointe
n° 1695 n'a plus d'objet, puisqu'elle a été dépassée par les
événements.
De voorzitter: Vraag nr. 1678 van
mevrouw Meyrem Almaci wordt
ingetrokken. Mevrouw Lalieux is
niet aanwezig. Aangezien haar
samengevoegde vraag nr. 1695
inmiddels door de actualiteit
achterhaald is, vervalt ze.
01 Samengevoegde vragen van
- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het nieuwe hoofdkwartier van de federale politie" (nr. 1744)
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de toekomstige vestiging van de federale politie in het Rijksadministratief
Centrum" (nr. 1762)
- de heer Steven Vandeput aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de verhuis van de federale politie naar het voormalig Rijksadministratief
Centrum" (nr. 1774)
01 Questions jointes de
- M. Servais Verherstraeten au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le nouveau quartier général de la police fédérale" (n° 1744)
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la future installation de la police fédérale à la Cité administrative" (n° 1762)
- M. Steven Vandeput au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le déménagement de la police fédérale vers l'ancienne Cité administrative"
(n° 1774)
(De minister overhandigt een gedetailleerd schriftelijk antwoord aan de vraagstellers)
(Le ministre remet une réponse écrite détaillée aux auteurs des questions)
01.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Wij hebben vorige week al
eens over dit onderwerp van gedachten gewisseld, mijnheer de vice-
eerste minister. U heeft ons toen ook het verslag van de regering
beloofd. Wij hebben dat kunnen bekijken. Veel van mijn vragen zijn in
dat verslag vervat. Ik zal dus niet in herhaling vallen.
De enige bekommernis die ik heb, is dat de eerdere aanbevelingen
van het Rekenhof in de opvolging van het dossier nauwlettend worden
opgevolgd om ervoor te zorgen dat de kosten zich tot het strikte
minimum kunnen beperken.
01.01 Servais Verherstraeten
(CD&V): J'ai déjà trouvé une
réponse à la plupart de mes
questions dans le rapport transmis
la semaine dernière par le
ministre. Je voudrais savoir si les
recommandations de la Cour des
comptes concernant ce dossier
seront suivies à la lettre de
manière à ce que les frais soient
réduits au strict minimum.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
2
01.02 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de minister, zoals collega
Verherstraeten zegt, verwijzen we een stukje naar de bespreking die
we dienaangaande vorige week gehad hebben en de verschillende
documenten die we ondertussen ontvangen hebben.
Een aantal van mijn vragen komt te vervallen maar zal in uw antwoord
wel vervat zitten. Hamvraag is of er nu effectief een kosten-
batenanalyse is gemaakt? In welke mate heeft die de beslissing over
de verhuis die zal plaatsvinden beïnvloed? Is er een kosten-
batenanalyse gemaakt? Hoeveel bedraagt de gemiddelde huurlast
van de huidige locaties per vierkante meter per jaar? Hoeveel zal dat
in de toekomst zijn? Met betrekking tot de installatiekost hebben we
begrepen dat ook hier weer een aantal werken rechtstreeks zijn
toebedeeld aan de verhuurders. Zijn die inbegrepen in de verhuurprijs
of worden die afzonderlijk verrekend en rechtstreeks betaald door de
Staat zonder verrekend te worden in de huurprijs? Op hoeveel is dat
geraamd? Tot slot, omwille van ervaringen met soortgelijke projecten
uit het verleden, is er in het huurcontract een boeteclausule
opgenomen voor laattijdigheid? Zo ja, over welke bedragen spreken
we dan?
01.02 Steven Vandeput (N-VA):
Une analyse des coûts et profits a-
t-elle effectivement été réalisée?
Dans quelle mesure cette analyse
a-t-elle eu une influence sur le
déménagement? Quel est le loyer
moyen des sites actuels, par
mètre carré et par an? À combien
s'élèvera-t-il à l'avenir? Les frais
d'installation sont-ils inclus dans le
loyer
ou
seront-ils
payés
séparément par l'État? À combien
s'élèvent les frais d'installation?
Une clause de pénalité en cas de
retard a-t-elle été inscrite dans le
contrat de location?
01.03 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, collega's, ik
heb alle documenten van de Ministerraad gegeven.
Wij zijn eerst en vooral bezig met de onderhandelingen over de
ondertekening van een huurcontract. Ik probeer zo dicht mogelijk bij
de beslissing van de Ministerraad te blijven. Dat is normaal. Wij zijn
nog niet rond. De besprekingen zullen nog enkele weken duren voor
ik zeker de mogelijkheden ken om naar een akkoord te gaan.
Ik zal niet alle antwoorden op de verschillende vragen lezen. De heer
Verherstraeten heeft gezegd dat de antwoorden in de documenten
staan. Ik zal een kopie bezorgen.
Ik herhaal toch een paar punten. Ten eerste, een kosten-
batenanalyse. De Regie der Gebouwen werkt op basis van de
behoeften van een specifieke administratie, in dit geval FOD
Binnenlandse Zaken voor de federale politie. Daarna gaan wij naar de
markt om voorstellen.
Puur financieel zal de centralisatie het mogelijk maken om ruimtes vrij
te maken in gebouwen die eigendom zijn van de Staat, om een aantal
kostelijke renovaties niet te moeten uitvoeren in de betreffende
eigendommen en om bepaalde huurcontracten op te zeggen of niet te
verlengen. Daarnaast is er de gedeeltelijke valorisatie van de
kazernes die momenteel door de Regie worden bestudeerd.
Operationeel heeft de operatie ook een groot aantal voordelen die
zich niet alleen in cijfers laat uitdrukken. Het betreft niet alleen het
schaalvoordeel maar ook de synergieën die door de verschillende
diensten worden gecreëerd. Potentieel is de operationele meerwaarde
groter indien het voornemen van de stad Brussel om haar
operationele politie-eenheden in het nabijgelegen gebouw te plaatsen
effectief wordt uitgevoerd.
We hebben de vraag van de federale politie gekregen om op een
plaats dichtbij het centrum van Brussel alle diensten te lokaliseren.
Dat is een zeer groot voordeel voor de federale politie. Ik was niet
01.03 Didier Reynders, ministre:
Tous les documents concernés
émanant du Conseil des ministres
ont été mis à la disposition de la
commission.
Les négociations relatives à la
signature d'un contrat de location
sont en cours. Elles prendront
encore quelques semaines.
La centralisation doit permettre de
libérer des espaces dans des
bâtiments de la Régie; un certain
nombre de travaux de rénovation
onéreux ne seront dès lors plus
nécessaires et des économies
pourront également être réalisées
en ce qui concerne les contrats de
location.
Il existe également des avantages
opérationnels, qui seront plus
importants encore lorsque la ville
de Bruxelles concrétisera son
intention d'installer ses unités de
police opérationnelles dans le
bâtiment voisin.
Il en ira de même pour la police
locale bruxelloise.
Le
loyer
annuel
s'élève à
13 227 015 euros. Le propriétaire
a accepté une prise en charge
partielle des premiers travaux
d'aménagement pour un montant
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
3
verrast. Daarna heb ik een brief gekregen van de burgemeester van
Brussel om te zeggen dat men dezelfde redenering zal volgen voor de
lokale politie. Het is dus de bedoeling van de lokale politie van de stad
Brussel om met de operationele politie op dezelfde plaats te komen.
Er is dus een zeer positieve evolutie.
Voor de kosten-batenanalyse mag ik niets meer zeggen. Ik heb wel
contact gehad met de Europese Commissie. Wij zaten rond dezelfde
prijzen voor de Europese Commissie. Dat was met de bedoeling om
alle diensten van research and development of onderzoek en
ontwikkeling ­ ik zocht naar mijn woorden in een andere taal nog, een
derde taal...
(...):Een tegenvaller?
d'environ 4,7 millions d'euros, hors
TVA.
J'ignore
si
la
Commission
européenne estime le montant de
ce loyer exagéré, mais cela ne
ressort pas des contacts que j'ai
pu avoir avec cette institution. À
défaut d'un accord entre la Régie
des Bâtiments et le propriétaire le
9 janvier 2011, la Commission
européenne aurait loué la totalité
du bâtiment.
01.04 Minister Didier Reynders: Een tegenvaller, dat woord ken ik
niet; een meevaller wel. Ik heb altijd gedacht dat een meevaller een
Muyters is. Maar dat is een ander verhaal. Wij zullen niet naar zo'n
oude vragen terugkeren. Het juiste woord is dus tegenvaller? Sorry, ik
had een ander woord in mijn hoofd.
Ik keer terug tot de zaak. Er zijn verschillende elementen voor een
kosten-batenanalyse vanuit de federale politie. Ik heb gezien dat er
een zelfde evolutie is bij de lokale politie. In de contacten met de
Europese Commissie heb ik gezien dat de Europese Commissie voor
zo'n locatie bereid is om bijna, en misschien nog meer, dezelfde prijs
te geven. Wij hebben het voordeel niet alleen met de federale politie,
maar ook met de lokale politie: een nieuwe uitbreiding van zo'n
investering in het centrum van Brussel.
Over de prijs misschien kort een element. De jaarlijkse huurprijs,
zoals u hebt gezien in het document, bedraagt 13 227 015 euro. Er
dient tevens rekening mee gehouden te worden dat de eigenaar in het
raam van de onderhandeling bereid werd gevonden tot een
gedeeltelijke tenlasteneming van de eerste inrichtingswerken voor
een bedrag van ongeveer 4,7 miljoen euro zonder btw. Om die reden
heb ik gezegd dat ik het document zou sturen. U hebt gezien dat het
in het laatste onderhandelingsproces mogelijk was om dergelijke last
aan de eigenaar te geven.
Het is mij niet bekend dat de Europese Commissie de huurprijs te
hoog vindt. Ik heb contact gehad met de commissarissen en dat was
niet het geval. Integendeel, uit het contact dat ik met de Europese
Commissie hierover heb gehad, is gebleken dat indien de Regie der
Gebouwen niet tot een akkoord zou zijn gekomen met de eigenaar
voor 9 januari 2011 ­ datum waartegen wij een optie hadden ­ de
Europese Commissie het volledige gebouw zou hebben ingehuurd.
Tijdens mijn ontmoeting op 28 oktober 2010 met de vice-voorzitter
van de Europese Commissie belast met Interinstitutionele
betrekkingen en Administratie, de heer Maros Sefcovic, werd mij
bevestigd dat de Europese Commissie de site wenst om er haar
directoraat-generaal Onderzoek en Ontwikkeling in te huisvesten. De
Europese Commissie had onderhandelingen aangeknoopt met de
eigenaar van het RAC in de loop van het tweede semester 2009 en
had alle financiële en technische onderhandelingen begin oktober
2010 volledig gefinaliseerd en intern goedgekeurd.
01.04 Didier Reynders, ministre :
La Commission y aurait installé sa
direction générale Recherche et
Développement. Si l'échéance du
9 janvier 2011 était venue à
expiration
sans
décision
du
gouvernement
fédéral,
la
Commission aurait immédiatement
initié la procédure afin de conclure
un contrat avec le propriétaire de
la Cité administrative de l'État.
La consultation du marché en
fonction des besoins de la police
fédérale n'a débouché sur aucune
alternative valable.
Précisons que je ne signerai pas
de contrat de location sans un
engagement clair du Conseil des
ministres.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
4
Aangezien de eigenaar van het RAC zich in zijn offerte ten opzichte
van de Regie der Gebouwen verbonden heeft voor een periode van
zes maanden vanaf 13 juli 2010 was het RAC niet meteen instaat een
bindend engagement met de Europese Commissie aan te gaan.
Daarom was de Commissie van plan te wachten tot 9 januari 2011,
einde van de verbintenistermijn ten opzichte van de Regie der
Gebouwen, om de afwerking van haar dossier te kunnen verder
zetten.
Tijdens het voormelde onderhoud werd mij verzekerd dat de RAC-
oplossing de favoriete optie is voor de Commissie en dat met de
afwezigheid van een beslissing van de Belgische regering vóór de
vervaldatum van 9 januari 2011, de Commissie de procedure zou
opstarten om zo snel mogelijk een contract af te sluiten met de
eigenaar.
Mevrouw de voorzitter, ik zal misschien een kopie van de
verschillende, meer precieze antwoorden geven. Het is een
aanvullend document op de verschillende documenten van de
Ministerraad.
Ik wil nog twee of drie elementen meegeven. Ten eerste, op basis van
de behoeften van de federale politie heb ik twee of drie consultaties
van de markt georganiseerd. Het is tot nu toe onmogelijk gebleken
om een andere site te vinden. Dat is een eerste punt. Het is niet
gemakkelijk om een correcte prijs te halen met een dergelijke eis om
tegemoet te komen aan een aantal behoeften.
Ten tweede, wij hebben gezien dat het voor de Europese Commissie
wel mogelijk was, zonder dezelfde eisen. U kunt dit zien in de nota
aan de Ministerraad met de specifieke eisen van de politie. Zonder die
eisen was het voor de Europese Commissie wel mogelijk om bijna
dezelfde prijs te halen. Op de markt waren wij in dezelfde omgeving
van andere partners.
Ten derde, de vraag van de lokale politie om dezelfde gebouwen te
betrekken, is nuttig voor een betere coördinatie in Brussel. Het
gebouw ligt niet zo ver van het centrum. Voor veel interventies van de
lokale en de federale politie is dit zeer nuttig.
Wij zijn nu bezig met echte onderhandelingen. Ik heb een beslissing
van de Ministerraad met zeer strikte condities. Ik heb echter ook
enkele nieuwe vragen gekregen van de eigenaar. Ik zal geen
huurcontract ondertekenen zonder respect voor een klaar en duidelijk
engagement van de Ministerraad.
Ik ben bereid om voor volgend jaar met het Rekenhof verder te gaan
in de evaluatie van zo een contract op basis van een eindbeslissing.
Het is altijd heel moeilijk om de federale en de lokale politie van
Brussel op dezelfde plaats te vestigen. Het is geen gewoon contract.
Het is mogelijk om een kosten-batenanalyse te maken maar ik heb
altijd aan mijn collega's van Binnenlandse Zaken en Begroting gezegd
dat het met zoveel behoeften tot nu toe onmogelijk is geweest om een
andere site te vinden.
Onderhandelingen met één eigenaar en één partner is niet
gemakkelijk. Wij proberen om de beste oplossing te zoeken. De leden
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
5
hebben alle nuttige informatie ontvangen. Morgen zal ik nog een kopie
van de precieze elementen bezorgen.
01.05 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank
u voor uw antwoord. Wij zitten hier met het probleem dat, hoewel er
blijkbaar een overaanbod is op de markt in Brussel, slechts één site
voldeed. Dat is natuurlijk jammer. Daardoor wordt de concurrentie
beperkt.
De natuurlijke onderhandelingspositie van de Regie wordt
fundamenteel verzwakt door het feit dat er een andere
geïnteresseerde partner is. Op die manier jaagt de Europese overheid
de Belgische overheid op kosten.
Mijnheer de minister, ik kan alleen suggereren dat bij de verdere
opvolging van het dossier de concurrentieregels waar het mogelijk is,
worden toegepast bij de uitvoering van de werken. Ik heb begrepen
dat de aanbevelingen van het Rekenhof maximaal zullen worden
opgevolgd.
Ik juich toe dat de lokale politie in het gebouw komt. Misschien kan
aan de vijf andere politiezones de suggestie worden gedaan zich in
hetzelfde gebouw te vestigen. Dat zou misschien andere problemen
ook oplossen.
01.05 Servais Verherstraeten
(CD&V): Malgré la surabondance
de l'offre sur le marché immobilier
bruxellois, seul un site répondait
aux exigences, ce qui est
regrettable, cette situation étant en
effet de nature à limiter la
concurrence. La position de
négociation de la Régie est par
ailleurs fondamentalement affaiblie
par la présence d'une autre partie
intéressée.
Les
autorités
européennes poussent ainsi les
autorités belges à la dépense.
Dans le cadre de l'exécution des
travaux, les règles de concurrence
doivent
jouer.
Les
recommandations de la Cour des
comptes seront heureusement
très largement suivies.
Je me réjouis que la police locale
occupe le bâtiment. Peut-être les
cinq autres zones de police
pourraient-elles s'établir dans le
même
bâtiment.
D'autres
problèmes pourraient ainsi être
résolus.
01.06 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de minister, ik dank u
hartelijk voor uw uitvoerige antwoord. Er zitten wel punten in waarover
dadelijk bijkomende vragen gesteld kunnen worden. Wij gaan hier niet
naar de essentie van de zaken.
U hebt wel duidelijk aangetoond dat de onderhandelingen op basis
van de behoeften die aangegeven zijn door de federale politie correct
verlopen zijn en dat u ook vandaag nog uw uiterste best doet om het
voor de Staat gunstigste contract uit de brand te kunnen slepen. Ik
meen dat wij het daarover eens zijn.
Het gaat mij om de aanbevelingen van het Rekenhof inzake de
kosten-batenanalyse. Het bredere perspectief, zal ik maar zeggen.
Daar hebt u vandaag niet op geantwoord. Misschien heb ik mijn vraag
niet direct genoeg geformuleerd. Wij blijven zitten met die vraag.
Wat was er vroeger? Ik begrijp dat er een aantal renovatiekosten
moest gebeuren. Misschien behoort het niet tot de opdracht van de
Regie der Gebouwen, maar is er ooit een zuiver financiële kosten-
batenanalyse gemaakt van het hele project?
Ik ga kijken wat ik met die vraag ga doen in de toekomst. Het is een
vraag waarmee ik blijf zitten. Misschien kunnen wij als Parlement,
wanneer wij een tweede keer met de Regie der Gebouwen vergaderd
hebben, een specifieke suggestie doen om het zuinig omgaan met
01.06 Steven Vandeput (N-VA):
Les négociations en fonction des
besoins de la police fédérale ont
donc été menées correctement et
le ministre s'efforce, à raison, de
conclure le contrat le plus
avantageux pour l'État. Il n'a
toutefois pas répondu à la
question de savoir si une analyse
des coûts et des bénéfices avait
été réalisée.
Peut-être devons-nous rappeler à
la Régie des Bâtiments que les
fonds publics doivent être gérés
avec
parcimonie.
Quelques
critères financiers objectifs doivent
être
instaurés.
Des
besoins
spécifiques
peuvent
être
quantifiés. Des systèmes de points
d'adjudication existent à cet effet.
Des systèmes de points existent
également en ce qui concerne le
choix d'un architecte. Tout ceci
n'est pas évident mais pas non
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
6
overheidsgeld in de toekomst aan te moedigen. Men kan toch een
aantal objectieve financiële criteria inbouwen? Men kan toch ook de
specifieke behoeften van de federale politie kwantificeren als men dat
wenst? Er bestaan aanbestedingspuntensystemen. Daarmee kunnen
ook dit soort behoeften gekwantificeerd worden.
Het is niet gemakkelijk, mijnheer Verherstraeten, maar het is mogelijk.
Het is ook niet gemakkelijk te bepalen welke architect het beste is
voor ons project. Ook daar bestaan puntensystemen voor. Het is niet
eenvoudig, maar het is wel mogelijk die zaken te objectiveren en zo
met een open beeld naar buiten te komen.
Mijnheer de minister, ik dank u alvast voor uw antwoord van vandaag.
plus impossible à réaliser.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Franco Seminara au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "l'état d'avancement des travaux de l'École européenne Bruxelles IV"
(n° 1752)
02 Vraag van de heer Franco Seminara aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de stand van zaken met betrekking tot de werken aan de Europese
School Brussel IV" (nr. 1752)
02.01 Franco Seminara (PS): Madame la présidente, monsieur le
ministre, l'École européenne de Bruxelles accueille 3 000 élèves et
300 professeurs à Uccle.
Depuis son emménagement en 1960, le site a constamment évolué
par la rénovation et la construction de nouveaux bâtiments pour
assurer les besoins grandissants de la communauté scolaire.
Aujourd'hui, pour répondre à cette demande croissante, la Régie des
Bâtiments érige une nouvelle aile baptisée "École européenne
Bruxelles IV" située à Laeken/Berkendael. Alors que la direction a
communiqué à son personnel que la fin desdits travaux est prévue
pour septembre 2012, des doutes existent quant au respect de cette
échéance.
Monsieur le ministre, pourriez-vous m'informer de l'état d'avancement
des travaux du bâtiment de l'École européenne Bruxelles IV?
L'échéance est-elle pour le moment respectée? Dans l'affirmative,
pouvez-vous confirmer que cette nouvelle aile sera prête pour la
rentrée scolaire 2012?
02.01 Franco Seminara (PS): Om
in de groeiende behoeften van de
schoolgemeenschap
van
de
Europese school in Brussel te
voorzien, wordt er door de Regie
der Gebouwen een nieuwe vleugel
in Laken gebouwd. De directie
heeft het personeel meegedeeld
dat het einde van de werken voor
september 2012 gepland is, maar
er bestaat twijfel of die datum wel
zal worden gehaald.
Hoever zijn die werken al
opgeschoten? Zal die nieuwe
vleugel klaar zijn voor het begin
van het schooljaar 2012?
02.02 Didier Reynders, ministre: Madame la présidente, monsieur
Seminara, il y a deux volets dans l'évolution de l'École européenne
Bruxelles IV.
En ce qui concerne l'école existante de Berkendael, la seule option
pour augmenter la capacité des écoles européennes à Bruxelles en
2011 est l'installation de préfabriqués. Cette installation suit son
cours. La demande de permis a été introduite le 28 juin dernier. Les
crédits sont prévus en 2011 et le planning d'une mise à disposition de
312 places en septembre 2011, pour une durée d'un an, est respecté.
D'autres travaux ont été terminés en juillet 2010 pour permettre à
l'école de procéder au déménagement de l'administration et à
02.02 Minister Didier Reynders:
Wat de bestaande school van
Berkendael
betreft,
kan
de
capaciteit
van
de
Europese
scholen in Brussel enkel verhoogd
worden door de installatie van
containers, wat nu gebeurt. De
vergunningsaanvraag werd op
28 juni jongstleden ingediend. De
planning
voor
de
terbeschikkingstelling van 312
bijkomende plaatsen in september
2011 ­ voor de duur van één jaar
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
7
l'installation du mobilier.
En ce qui concerne la nouvelle école de Laeken, les travaux de
désamiantage et de démolition ont été effectués. La phase 2 des
travaux de construction et de rénovation est en cours depuis le
17 mai 2010. L'exécution de ces travaux se déroule comme prévu et
conformément au planning. Les échéances annoncées devraient
donc pouvoir être respectées.
­ wordt nageleefd.
Andere werken werden in juli 2010
beëindigd,
zodat
de
schooladministratie kon verhuizen
en het meubilair geïnstalleerd kon
worden.
Wat de nieuwe school te Laken
betreft, werden de sloop- en
asbestverwijderingswerkzaamhed
en al uitgevoerd. Fase twee van
de bouw- en renovatiewerken is op
17 mei
2010
begonnen.
De
uitvoering
van deze werken
verloopt volgens planning. De
uitvoeringstermijnen zullen dus
normalerwijs
gerespecteerd
worden.
02.03 Franco Seminara (PS): Monsieur le ministre, je vous
remercie. Je suis rassuré par votre réponse.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Raf Terwingen aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de bescherming van deposito's geplaatst op een derdenrekening"
(nr. 1833)
03 Question de M. Raf Terwingen au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la protection des dépôts placés sur un compte de tiers" (n° 1833)
03.01 Raf Terwingen (CD&V): Ik kom terug op de problematiek van
de bescherming van kwaliteitsrekeningen en derderekeningen
waarmee notarissen, advocaten en gerechtsdeurwaarders werken.
Die rekeningen staan op naam van de betrokken advocaat of notaris
maar bevatten gelden die zij namens die cliënten hebben geïnd.
In welke mate zijn die rekeningen verzekerd?
Ik heb die vraag een eerste keer gesteld naar aanleiding van de
bankencrisis in 2008 toen er binnen de sector onrust was. U zei toen
dat er naar aanleiding van die bankencrisis en de dreiging van
problemen met solvabiliteit tot 100 000 euro een bepaalde
bescherming op die rekening was voorzien, mits dat de gelden op die
rekening ook identificeerbaar zouden zijn naar de verschillende
cliënten toe en dat zulks zou blijken uit de boekhouding van de notaris
of de advocaat.
Toch blijft er onrust bestaan bij die bewuste professionele personen
die wettelijk verplicht zijn om die gelden op een derderekening te
stellen en te bewaren namens hun cliënt omdat die grens van
100 000 euro niet voldoende is. Men doet vaak inningen in grote
zaken en ik spreek uit ervaring als ik zeg dat zelfs kleine
advocatenkantoren snel over die limieten gaan. Zelfs per cliënt zit
men snel over die limiet heen. Men doet bepaalde inningen per cliënt
maar als die cliënt dan ook nog in dezelfde bankinstelling een andere
rekening heeft dan is die limiet van 100 000 euro snel overschreden.
03.01 Raf Terwingen (CD&V):
Les notaires, les avocats et les
huissiers de justice ont recours à
des 'comptes de tiers' sur lesquels
ils placent des fonds qu'ils
encaissent pour leurs clients.
Dans quelle mesure ces comptes
sont-ils assurés?
À la suite de la crise bancaire en
2008, j'ai interrogé le ministre à ce
sujet. Il a répondu qu'une
protection
s'appliquait
jusqu'à
100 000 euros. Des inquiétudes
persistent toutefois à ce sujet
parce que la protection jusqu'à
100 000 euros est insuffisante,
étant donné que les sommes sont
souvent beaucoup plus élevées
pour chaque client.
La
protection
couvre-t-elle
effectivement 100 000 euros? Les
notaires, les avocats ou les
huissiers
de
justice
sont-ils
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
8
Is de limiet inderdaad 100 000 euro per cliënt?
Zijn die notarissen, advocaten of gerechtsdeurwaarders die de gelden
als een soort bewaarnemer onder zich houden in het geval van een
crisis of een technisch-financieel probleem en er gelden verloren gaan
persoonlijk verantwoordelijk?
personnellement responsables en
cas de crise ou lorsque des fonds
sont perdus à la suite d'un
problème technico-financier?
03.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, mijnheer
Terwingen, er kan bevestigd worden dat de dekking door de
beschermingsregeling ook van toepassing is op tegoeden op
rekeningen die geopend zijn door een beoefenaar van een niet-
financieel beroep, advocaat, notaris, gerechtsdeurwaarder, en die
uitsluitend middelen bevatten van derden, hun cliënten, en die
uitsluitend voor verrichtingen met deze middelen worden gebruikt.
De reglementering van de Belgische depositobeschermingsregeling
bepaalt dat de tegoeden op deze rekening als schuldvordering van
deze derden worden beschouwd, voor zover de betrokken rekeningen
zijn onderverdeeld in subrubrieken op naam van deze derden in de
boekhouding van de instelling die optreedt als bewaarder of voor
zover het aandeel van deze derden door de houder van de rekening,
de titularis, wordt aangetoond op basis van de mededeling, gemaakt
naar aanleiding van stortingen, overschrijvingen en opvragingen.
Iedere derde die op die wijze aanspraak kan maken op een deel van
de derdenrekening en die de hoedanigheid heeft van beschermde
deposant kan bijgevolg aanspraak maken op een tegemoetkoming
van de beschermingsregeling.
Voor de toepassing van de limiet van 100 000 euro zal het individuele
aandeel van iedere derde in de derdenrekening gevoegd worden bij
de andere tegoeden die deze derde eventueel bij de deficiënte
kredietinstelling aanhoudt. Er zijn dus duidelijk een aantal
voorwaarden aan verbonden.
De limiet van 100 000 euro vloeit voort uit de Europese regelgeving.
De werkwijze die de Belgische beschermingsregeling toepast in
verband met derdenrekeningen stemt overeen met de Europese
voorschriften.
Deze werkwijze is gerechtvaardigd vermits de beperking van
100 000 euro in de Europese voorschriften algemeen van toepassing
is.
De limiet geldt immers ongeacht het aantal rekeningen van een
deposant bij een deficiënte kredietinstelling en ongeacht de aard van
deze rekening, zichtrekening, spaarrekening, maar ook ongeacht of
de tegoeden op eigen naam of op een derdenrekening worden
aangehouden.
De derde voor wiens rekening gelden werden gedeponeerd bij een
deficiënte kredietinstelling door een niet-financieel beroep, dus
advocaat, notaris en gerechtsdeurwaarder, en die geen volledige
tegemoetkoming bekomt vanwege de beschermingsregeling, behoudt
een chirografaire schuldvordering op de massa van het faillissement
ten belope van het bedrag dat de limiet van 100 000 euro overschrijdt.
Deze schuldvordering is onderworpen aan dezelfde regels die gelden
03.02 Didier Reynders, ministre:
Les fonds placés sur des comptes
de tiers ouverts par un avocat, un
notaire ou un huissier de justice
bénéficient également de cette
protection. La réglementation du
régime belge de protection des
dépôts prévoit que les fonds
placés sur ces comptes sont
considérés comme des créances
de tiers à condition que les
comptes
concernés
soient
subdivisés en sous-rubriques au
nom de ces tiers dans la
comptabilité de l'institution qui agit
comme
conservateur
ou
à
condition que la part de ces tiers
soit démontrée par le titulaire du
compte sur la base de la
communication
effectuée
à
l'occasion de versements, de
virements et de retraits d'argent.
Pour l'application de la limite de
100 000 euros, la part individuelle
de chaque tiers dans le compte de
tiers sera jointe aux autres fonds
qu'il détient éventuellement dans
l'institution de crédit défaillante. Il y
a donc tout à fait clairement un
certain nombre de conditions à
remplir. La limite de 100 000 euros
découle de la réglementation
européenne. La méthode est
conforme aux règles européennes.
Cette limite est valable quel que
soit le nombre de comptes
détenus par un déposant dans une
institution de crédit défaillante,
indépendamment de la nature de
ce compte et indépendamment de
la question de savoir si les fonds
en question sont à son propre nom
ou sur un compte de tiers.
Le tiers pour le compte duquel de
l'argent a été déposé auprès d'une
institution de crédit défaillante par
le praticien d'une profession non
financière, donc un avocat, un
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
9
voor de andere deposanten.
De verantwoordelijkheid van de titularis van de rekening kan niet
worden ingeroepen in de mate dat hem geen fout ten laste kan
worden gelegd.
Dergelijke verplichtingen worden niet opgelegd door de Europese
regelgever. Genoemde vrije beroepen dienen krachtens wettelijke en
reglementaire bepalingen de derdengelden te plaatsen op
afzonderlijke derdenrekeningen bij de erkende kredietinstellingen.
Specifiek in België. Twee categorieën van gerechtsdienaars hebben
evenwel een verplichting tot een bewaargeving bij de Deposito- en
Consignatiekas, namelijk de curatoren van een faillissement die bij
toepassing van artikel 17 van de wet van 4 september 2002 verplicht
zijn tot het storten bij de DKC van de gelden afkomstig van
verkopingen en invorderingen en dit binnen een maand na ontvangst.
De curator mag nochtans een bedrag waarvan de hoogte is
vastgesteld door de rechter-commissaris op een andere rekening
plaatsen voor de lopende uitgaven van het faillissement.
Voor de notarissen gaat het om sommige stortingen in toepassing van
artikel 2, 3, 4 en 5 en effecten neergelegd in toepassing van artikel 6
en 7 van het KB van 10 januari 2002 dat het KB van
14 december 1935 vervangt. Het algemeen principe is dat elke notaris
het onderscheid moet maken tussen zijn privérekeningen en zijn
professionele rekening volgens artikel 2 van het KB van
10 januari 2002.
Er moet nog een onderscheid gemaakt worden naargelang de notaris
al dan niet het beheer behoudt van de rekening in kwestie.
Ten eerste, de notaris behoudt het beheer over zijn rekeningen. Geen
enkele som ontvangen door de notaris voor rekening van een derde
ingevolge een akte of verrichting door zijn studie mag langer dan een
maand door hem bewaard worden, te rekenen vanaf de dag van
ontvangst. Dit artikel is van toepassing op sommen van meer dan 2
500 euro. De notaris is verplicht een bijzondere rekening te openen op
zijn naam voor rekening van de gerechtigde en onder een
afzonderlijke rubriek, ofwel bij de DKC, ofwel bij een kredietinstelling
ingeschreven op een van de lijsten bedoeld in de artikelen 13 en 65
van de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op
de kredietinstellingen (artikel 3, KB van 10 januari 2002). Het beheer
van deze bijzondere rekeningen berust uitsluitend bij de notaris
(artikel 4 van hetzelfde KB).
Tweede mogelijkheid. De notaris behoudt niet het beheer over zijn
rekeningen. Alle sommen van welk bedrag ook die door de
gerechtigde niet zijn teruggevorderd noch aan hem of hen zijn
overgemaakt twee jaar na het afsluiten van het dossier naar
aanleiding waarvan zij door de notaris werden ontvangen moeten in
bewaring worden gegeven bij de DCK.
Er zijn dus verschillende regels voor de verschillende actoren maar
met een zeer grote duidelijkheid voor iedereen, zonder enige twijfel.
notaire ou un huissier de justice, et
qui n'obtient pas une intervention
complète au titre du régime de
protection, conserve une créance
chirographaire sur la masse de la
faillite jusqu'à concurrence du
montant excédant la limite de
100 000 euros. Cette créance est
soumise aux mêmes règles que
celles qui sont applicables aux
autres
déposants.
La
responsabilité du titulaire du
compte ne peut être invoquée si
aucune faute ne peut lui être
imputée.
De telles obligations ne sont pas
imposées
par
le
législateur
réglementaire
européen.
Ces
professions libérales sont tenues,
en vertu de dispositions légales et
réglementaires, de placer les
fonds de tiers sur des comptes de
tiers
distincts
auprès
des
institutions de crédit reconnues.
Conformément à la loi du
4 septembre 2002, les curateurs
d'une faillite doivent verser les
montants résultant d'une vente ou
d'une action en recouvrement à la
Caisse
des
Dépôts
et
Consignations dans le mois
suivant
leur
perception,
à
l'exception d'un montant fixé par le
juge-commissaire, qui peut être
placé sur un autre compte pour
couvrir les dépenses courantes de
la faillite.
Pour les notaires, il s'agit de
certains versements effectués en
application des articles 2, 3, 4 et 5
et
des
titres
déposés
en
application des articles 6 et 7 de
l'arrêté royal du 10 janvier 2002
remplaçant
l'arrêté
royal
du
14 décembre 1935. En vertu de
cette législation, chaque notaire
doit opérer une distinction entre
ses comptes privés et son compte
professionnel.
Il
convient
également de distinguer les
notaires qui conservent la gestion
du compte en question des autres.
Considérons tout d'abord les
notaires qui conservent la gestion
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
10
de leurs comptes. Aucune somme
de plus de 2 500 euros reçue pour
des tiers ne peut rester sur leur
compte plus d'un mois. Ces
notaires sont tenus d'ouvrir un
compte rubriqué spécial à leur
nom
pour
le
compte
des
bénéficiaires, soit auprès de la
Caisse
des
Dépôts
et
Consignations, soit auprès d'un
autre établissement de crédit
agréé à cet effet.
Venons-en aux notaires qui ne
conservent pas la gestion de leurs
comptes. L'intégralité des sommes
qui n'ont pas été réclamées par
l'ayant droit ou ne lui ont pas été
versées dans les deux ans suivant
la clôture du dossier dans le cadre
duquel elles ont été reçues par le
notaire doivent être déposées à la
Caisse
des
Dépôts
et
Consignations.
03.03 Raf Terwingen (CD&V): Mijnheer de minister, dat is zeer
duidelijk. Ik vind het ook niet meer dan normaal. Het zou straf zijn als
gelden van een cliënt bij een advocaat grotere limieten zouden
toegekend krijgen dan elders. Wat dat betreft is het antwoord zeer
duidelijk en klaar.
Het zal een geruststelling zijn voor bepaalde beroepsgroepen dat als
men geen fout maakt bij het beheer van de gelden ­ de advocaten die
dat onder zich hebben ­ zij niet verantwoordelijk kunnen gesteld
worden, maar het een chirografaire schuld wordt bij het eventuele
faillissement van de bank. Daar komt het op neer. Dat is wel enigszins
een geruststelling.
Ik dank u voor het uitgebreide antwoord.
03.03 Raf Terwingen (CD&V):
Cette réponse est claire et
rassurante pour les organisations
professionnelles concernées.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Peter Logghe aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de aanhoudende problemen aan de grensparking van Rekkem"
(nr. 1850)
04 Question de M. Peter Logghe au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les problèmes persistants sur le parking frontalier de Rekkem" (n° 1850)
04.01 Peter Logghe (VB): Mijnheer de minister, tijdens de periode
van sneeuwoverlast stond het parkeerterrein van Rekkem aan de
grens met Frankrijk tjokvol vrachtwagens omdat Frankrijk geen zwaar
verkeer op de weg toeliet. U kent die situatie. De wegreuzen die niet
meer op het parkeerterrein konden, stonden op de pechstrook van de
autoweg.
Ontluisterend is in elk geval dat er in de oude douanegebouwen op
dat parkeerterrein in Rekkem geen sanitair aanwezig is, en dat er
04.01 Peter Logghe (VB): Les
anciens bâtiments de douane à la
frontière
belgo-française
à
Rekkem et le parking avoisinant
sont complètement délabrés. Les
chauffeurs de poids lourds qui
souhaitent marquer une pause n'y
trouvent ni installations sanitaires
ni possibilité de restauration. Les
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
11
geen eet- of drinkgelegenheid aanwezig is. Dit had eigenlijk al jaren
geleden opgelost kunnen zijn. Al vier jaar lang zegt men dat er een
goed uitgeruste en goed beveiligd snelwegparkeerterrein zou komen.
De reden is communautair, u weet dat. De douanegebouwen moeten
door de federale overheid worden overgedragen aan het Vlaamse
Gewest, maar dat gebeurt blijkbaar niet.
Mijn vragen aan u zijn de volgende.
Erkent u de stand van zaken? Wat is de reden waarom die
douanegebouwen maar niet overgedragen geraken aan het Vlaamse
Gewest? Dat had toch al jaren in orde kunnen zijn?
Ondertussen werd de grenspost van Rekkem in 2010 al een paar
keer het decor van brandstichting en diefstal. Dat weet u ook.
Binnenkort staat er geen gebouw meer dat kan worden overgedragen!
Wordt het gebouw beveiligd? Zult u hiervoor maatregelen treffen, of
niet?
De huidige toestand bevredigt geen enkele partij, mijnheer de
minister,
en
het
minst
van
al
de
vele
tientallen
vrachtwagenbestuurders die daar dagelijks moeten passeren. Dit is
werkelijk ongezien! Ik ben benieuwd naar uw antwoord.
bâtiments en question doivent être
transférés des autorités fédérales
aux autorités flamandes mais la
procédure est à l'arrêt depuis des
années.
Pourquoi le transfert met-il autant
de temps à se concrétiser?
Pourquoi
laisse-t-on
dans
l'intervalle
les
bâtiments
se
délabrer à ce point?
04.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, mijnheer
Logghe, ik ben mij van de huidige stand van zaken bewust.
Het gebouwencomplex staat sedert een vijftiental jaar leeg. Er is ter
plaatse inderdaad geen publiek sanitair en evenmin een eet-of
drankgelegenheid beschikbaar.
Met het oog op een overdracht aan het Vlaams Gewest van enkele
douanekantoren aan de grens met Frankrijk en Nederland, waaronder
het douanecomplex van Menen-Rekkem, werden tussen de
Regie der Gebouwen, de Administratie der Douane en Accijnzen en
het Vlaams Gewest reeds jarenlang onderhandelingen gevoerd.
Behalve met de discussie over de prijs en de wijze waarop de
overdracht van het complex zou plaatsvinden, moest ook rekening
worden gehouden met het verzoek van de Administratie der Douane
en Accijnzen om een gebruiksovereenkomst op te maken, waarbij
voornoemde administratie in staat zou worden gesteld voor haar al
dan niet in internationaal verband georganiseerde controleactiviteiten
sporadisch over de infrastructuur in kwestie te beschikken.
Het leegstaande gebouwencomplex te Rekkem wordt niet bewaakt of
beveiligd. Er zijn evenmin camera's geïnstalleerd.
Ik mag u mededelen dat een akkoord werd bereikt over de in het
tweede punt van mijn antwoord bedoelde gebruiksovereenkomst, die
als addendum bij de akte van verkoop aan het Vlaams Gewest zal
worden gevoegd. Bij de Regie der Gebouwen wordt nu het nodige
gedaan om mij het overdrachtdossier zo spoedig mogelijk te bezorgen
teneinde het daarna ter goedkeuring aan de Ministerraad voor te
leggen. Ik zal met het overdrachtdossier en ook met een addendum
inzake een mogelijk gebruik door de Administratie der Douane en
04.02 Didier Reynders, ministre:
Les bâtiments sont vides depuis
une quinzaine d'années. Il n'y a ni
sanitaires publics ni possibilité de
restauration, c'est exact.
Le transfert à la Région flamande
de certains bureaux de douane à
la
frontière
française
et
néerlandaise ­ dont le complexe
de Menin-Rekkem ­ fait l'objet de
négociations entre la Régie des
Bâtiments, l'Administration des
douanes et accises et la Région
flamande depuis plusieurs années.
Outre la discussion sur le prix et la
façon dont le complexe devrait
être transféré, il fallait également
tenir compte de la demande de
l'Administration des douanes et
accises
de
conclure
une
convention d'utilisation permettant
aux services de douane de
disposer
sporadiquement
de
l'infrastructure pour leurs activités
de contrôle, organisées dans un
contexte international ou non.
Le complexe vide de Rekkem
n'est ni surveillé, ni sécurisé.
Aucune caméra n'y a été installée.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
12
Accijnzen naar de Ministerraad en het Vlaams Gewest gaan.
Na vijftien jaar zal het dus misschien mogelijk zijn het dossier af te
ronden.
J'ai toutefois de bonnes nouvelles!
Un accord a été trouvé quant à la
convention d'utilisation qui sera
jointe à l'acte de vente à la Région
flamande. La Régie des Bâtiments
me procurera le dossier de
transfert dans les meilleurs délais
pour que je puisse le soumettre à
l'approbation du Conseil des
ministres.
04.03 Peter Logghe (VB): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, ik dank u voor uw antwoord.
Eindelijk is het er. Ik zou zeggen: "Hoera, hoera.".
De komende winterprik komt er echter aan. Het dossier zal
onmogelijk tegen de winterprik klaar kunnen zijn.
Ik hoop in elk geval dat van geen enkele zijde meer stokken in de
wielen worden gestoken. Ik hoop ook dat het dossier zo vlug mogelijk
naar het Vlaams Gewest kan, zodat het eindelijk de sanitaire en
andere voorzieningen kan aanbrengen die het voor de
vrachtwagenbestuurders ten minste mogelijk moeten maken om nu
en dan een stop in te lassen.
Ik dank u in elk geval voor uw antwoord. Ik blijf het dossier evenwel
opvolgen.
Mijnheer de minister, ik veronderstel dat wij via de pers zullen
vernemen, wanneer het eigenlijke overnamecontract met het Vlaams
Gewest zal zijn getekend.
Ik dank u in elk geval voor uw antwoord.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de Mme Kattrin Jadin au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 20 juillet 1970 fixant les taux de la taxe
sur la valeur ajoutée" (n° 1855)
05 Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20
juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde" (nr. 1855)
05.01 Kattrin Jadin (MR): Madame la présidente, monsieur le
ministre, il s'agit d'une question technique qui a trait à l'arrêté royal de
juillet 1970 fixant les taux de la taxe sur la valeur ajoutée et
déterminant la répartition des biens et des services selon ces taux.
Le 6 mars 2009, M. X donne un terrain à sa fille Y en se réservant
l'usufruit. Mme Y reste donc nue-propriétaire du terrain et son père
dispose du droit d'usufruit. Ils envisagent d'ériger une construction sur
ce terrain. Cette construction appartiendra donc pour la nue-propriété
à Mme Y et à M. X pour l'usufruit. Celui-ci occupera l'immeuble
construit sans délai.
Le permis d'urbanisme a été délivré à la fille Y par une administration
05.01 Kattrin Jadin (MR): Op
6 maart 2009 geeft de heer X een
stuk grond aan zijn dochter Y.
Laatstgenoemde wordt naakte
eigenaar van het terrein, terwijl
haar
vader
het
recht
van
vruchtgebruik
behoudt.
De
betrokkenen willen op dat stuk
grond een gebouw oprichten,
waarvan mevrouw Y dus naakte
eigenaar zal zijn en haar vader
vruchtgebruiker. Hij zal zo snel
mogelijk zijn intrek nemen in de
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
13
communale pour une maison unifamiliale. Toutes les factures ont été
établies au nom de la nue-propriétaire. Depuis septembre 2010, M. X
habite dans l'immeuble.
Monsieur le ministre, comment s'applique le taux réduit de TVA à 6 %
sur la tranche de 50 000 euros pour l'usufruitier et le nu-propriétaire?
À quel nom les factures adressées à l'administration doivent-elles être
libellées?
woning.
De
stedenbouwkundige
vergunning voor de bouw van een
eengezinswoning werd door een
gemeentebestuur uitgereikt aan de
dochter Y. Alle facturen staan op
naam van de naakte eigenaar. De
heer X bewoont het gebouw sinds
september 2010.
Hoe wordt het verlaagde btw-tarief
van 6 procent op de schijf van
50.000 euro toegepast ten aanzien
van de vruchtgebruiker en de
naakte eigenaar? Op welke naam
moeten de aan de administratie
toegestuurde facturen worden
opgesteld?
05.02 Didier Reynders, ministre: Madame Jadin, en vertu de
l'article 1
er
quinquies, § 1
er
, de l'arrêté royal n° 20 du 20 juillet 1970
relatif au taux de TVA, le maître d'ouvrage peut, pourvu qu'il
remplisse des conditions déterminées, bénéficier temporairement du
taux réduit de 6 % sur une base d'imposition totale cumulée de
50 000 euros hors TVA.
Conformément aux conditions de fonds de cette disposition, si
plusieurs personnes agissent ensemble comme maître d'ouvrage,
elles doivent toutes utiliser l'habitation comme logement privé durable
et y établir leur domicile durant la période prescrite. Dès lors, dans la
situation où un immeuble est grevé d'usufruit et que le nu-propriétaire
agit effectivement comme maître d'ouvrage, seul ou avec l'usufruitier,
mais que seul l'usufruitier utilisera de manière durable l'immeuble
comme logement privé et y sera domicilié, les opérations
immobilières y relatives ne peuvent pas bénéficier du régime de
faveur de la disposition temporaire précité.
La réponse, si elle n'est peut-être pas satisfaisante, a au moins le
mérite d'être claire!
05.02 Minister Didier Reynders:
De opdrachtgever kan, voor zover
hij voldoet aan de vastgestelde
voorwaarden, tijdelijk het voordeel
genieten van het verlaagd tarief
van 6 procent over een totale
gecumuleerde
maatstaf
van
heffing van 50.000 euro exclusief
btw. Als verscheidene personen
samen
optreden
als
opdrachtgever, moeten ze allen de
woning als vaste privéwoning
gebruiken en er gedurende de
voorgeschreven
periode
hun
domicilie hebben. Wanneer het
onroerend
goed
met
een
vruchtgebruik bezwaard is en de
naakte eigenaar effectief als
opdrachtgever optreedt, alleen of
met de vruchtgebruiker, maar dat
alleen de vruchtgebruiker het
onroerend
goed
als
vaste
privéwoning zal gebruiken, komen
de onroerende verrichtingen met
betrekking tot dat goed niet in
aanmerking voor het verlaagde
btw-tarief in het kader van de
voormelde tijdelijke maatregel.
05.03 Kattrin Jadin (MR): Monsieur le ministre, votre réponse
m'amène à poser une question subsidiaire. Si l'usufruitier rend les
factures, est-ce applicable?
05.03 Kattrin Jadin (MR): Geldt
dat ook als de vruchtgebruiker de
facturen indient?
05.04 Didier Reynders, ministre: C'est une question de maître
d'ouvrage!
05.04 Minister Didier Reynders:
Dat hangt ervan af wie de
opdrachtgever is!
05.05 Kattrin Jadin (MR): Donc, de maîtrise d'ouvrage! D'accord. Je
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
14
vous remercie pour votre réponse, monsieur le ministre.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Questions jointes de
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le risque pour la Belgique d'être réintégrée sur la liste grise des paradis fiscaux
de l'OCDE" (n° 1971)
- M. Josy Arens au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles
sur "la possible réintégration de la Belgique sur la liste grise" (n° 1858)
06 Samengevoegde vragen van
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "het gevaar voor België om opnieuw op de grijze OESO-lijst van
belastingparadijzen terecht te komen" (nr. 1971)
- de heer Josy Arens aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de mogelijkheid dat België weer op de zogenaamde grijze lijst terechtkomt"
(nr. 1858)
06.01 Josy Arens (cdH): Madame la présidente, nous avons déjà
entendu un peu de cette matière ce matin lors des auditions mais je
pose tout de même ma question.
Monsieur le ministre, la presse a fait écho fin décembre du fait que les
conventions d'échange d'informations fiscales, signées par la
Belgique ces deux dernières années et qui avaient permis à notre
pays d'être retiré de la liste grise des paradis fiscaux, établie par
l'OCDE, ne seraient pas d'application début 2011 comme cela était
prévu.
Ces conventions ont en effet été conclues par l'autorité fédérale alors
que les Régions et Communautés auraient également dû les ratifier
puisque les accords touchaient à leurs compétences. Selon le
quotidien, le Conseil d'État estime que ces accords, à une exception
près, devraient être considérés comme des traités généraux. Dans
l'attente d'une solution et compte tenu de la situation politique, la
ratification ne devrait pas intervenir à court terme. C'est triste! Dans
ce cas, notre pays pourrait courir le risque de figurer à nouveau sur la
liste grise de l'OCDE, ce que celle-ci n'infirme pas.
Monsieur le ministre, quelles sont les raisons pour lesquelles
l'administration n'a pas anticipé ce problème? Je pense que c'est dû à
une interprétation probablement inattendue du Conseil d'État.
Comment comptez-vous régler la problématique? Quelles pourraient
être les conséquences pour la Belgique d'une réintégration dans la
liste grise, notamment en termes d'image et de crédibilité sur les
plans européen et international? Pensez-vous qu'une telle situation
soit possible? Avez-vous déjà contacté l'OCDE pour connaître leur
réaction suite à cette annonce?
06.01 Josy Arens (cdH): De
overeenkomsten
inzake
de
uitwisseling van fiscale inlichtingen
die de afgelopen twee jaar
gesloten werden en waardoor ons
land van de grijze OESO-lijst van
belastingparadijzen kon worden
geschrapt, zouden niet zoals
gepland begin 2011 in werking
treden. Deze overeenkomsten
werden door de federale overheid
gesloten, maar dienden nog door
de
Gewesten
en
Gemeenschappen bekrachtigd te
worden, omdat ze ook betrekking
hebben op hun bevoegdheden.
Gelet op de huidige politieke
situatie zal die ratificatie nog niet
voor morgen zijn. Dat is erg spijtig!
Ons land dreigt opnieuw op de
grijze lijst terecht te komen.
Waarom is de administratie bij de
pakken blijven zitten? Hoe zult u
dit probleem aanpakken? Wat
zouden de gevolgen voor ons land
zijn, als het opnieuw op de grijze
lijst terechtkomt? Hebt u in dit
verband al contact opgenomen
met de OESO?
06.02 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Madame la présidente,
monsieur le ministre, ce matin, nous avons reçu les représentants de
l'OCDE qui nous ont alertés de cette situation et de la menace qu'ils
faisaient peser sur la Belgique en raison de ce problème juridique.
Les parlements des entités fédérées devraient en effet approuver les
conventions d'échange d'informations fiscales qui ont été négociées
et signées par le gouvernement fédéral avec différents États.
06.02 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): Vanmorgen hebben we
de vertegenwoordigers van de
OESO ontvangen, die ons
gewaarschuwd hebben voor dit
juridisch
probleem
en
de
bedreiging die daarvan uitgaat
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
15
Le président de la FEB s'en inquiétait également car cela ne donnerait
pas une bonne image de la Belgique à l'étranger. La représentante de
l'OCDE nous encourageait aussi à avancer en matière de levée du
secret bancaire mais je ne vais pas vous énerver avec cela tout de
suite.
Je voulais donc faire le point de la situation. Quels sont les
problèmes? Quelles sont les solutions?
voor
België.
De
deelstaatparlementen
moeten
inderdaad die overeenkomsten
inzake de uitwisseling van fiscale
inlichtingen, die de federale
overheid met diverse landen heeft
gesloten, nog goedkeuren. De
VBO-voorzitter toonde zich ook
bezorgd over de imagoschade die
België daardoor zou lijden.
Wat zijn de problemen? En wat
zijn de oplossingen?
06.03 Didier Reynders, ministre: Madame la présidente, monsieur
Gilkinet, il faut plus que cela pour m'énerver!
Chers collègues, en vue d'une approbation aussi rapide que possible
des accords internationaux que notre pays a dû conclure pour se
conformer au standard international en matière d'échange de
renseignements fiscaux, les services compétents de l'administration
des affaires fiscales avaient anticipé, contrairement à ce que l'on
semble dire, en optant pour des formulations qui visaient justement à
éviter que les accords en question soient qualifiés de traités mixtes.
Dans onze des douze dossiers d'approbation qui ont déjà été soumis
pour avis au Conseil d'État, celui-ci a toutefois estimé de manière tout
à fait inattendue, comme vous l'avez laissé entendre, monsieur Arens,
qu'il s'agissait bien de traités mixtes. Notre pays est ainsi fait. Il faut
donc en tenir compte.
Après la réception de ces avis, mes services ont immédiatement pris
toutes les initiatives requises afin que la question soit soumise, aussi
tôt que possible, au groupe de travail "traités mixtes" qui a été institué
au sein du SPF Affaires étrangères, conformément aux dispositions
de l'accord de coopération du 8 mars 1994 entre l'État fédéral, les
Communautés et les Régions relatif aux modalités de conclusion des
traités mixtes.
Lors de ses réunions d'octobre et novembre 2010, ce groupe de
travail a décidé de suivre l'avis du Conseil d'État. Cette décision a été
soumise pour approbation formelle à la Conférence interministérielle
"Politique étrangère" (CIPE), le 9 décembre 2010. Celle-ci dispose, en
principe, d'un délai de 30 jours suivant la notification pour formuler
d'éventuelles objections.
Mes services s'attendent à ce que la CIPE adopte la même position et
mette tout en oeuvre pour que les documents parlementaires adaptés
soient prochainement soumis pour approbation au Parlement fédéral
par l'intermédiaire des Affaires étrangères. Il a été demandé aux
représentants des Régions et Communautés concernées d'entamer
très rapidement leur propre procédure d'approbation parlementaire.
Dans le but d'éliminer tout risque qu'à l'issue de l'examen de la
situation de notre pays dans le cadre de l'examen par les pairs du
Forum mondial sur la transparence et l'échange de renseignements,
la Belgique soit considérée comme un pays ne disposant pas
d'instruments juridiques suffisants pour permettre l'échange de
06.03 Minister Didier Reynders:
Met het oog op een snelle
goedkeuring van de internationale
akkoorden die ons land moet
sluiten om in overeenstemming te
zijn
met
de
internationale
standaard inzake de uitwisseling
van fiscale inlichtingen, had de
administratie
Fiscale
Zaken
geopteerd voor formules die
precies moesten voorkomen dat
die akkoorden als gemengde
verdragen
zouden
worden
aangemerkt.
In elf van de twaalf voor advies
aan
de
Raad
van
State
voorgelegde
goedkeuringsdossiers, meende de
Raad, geheel onverwachts, dat het
om gemengde verdragen ging. We
moeten
daarmee
rekening
houden. Mijn diensten deden dus
het nodige om deze kwestie zo
snel mogelijk voor te leggen aan
de
werkgroep
'gemengde
verdragen'
bij
de
FOD
Buitenlandse Zaken. In oktober en
november 2010 besliste die
werkgroep het advies van de Raad
van State te volgen. Die beslissing
werd op 9 december 2010 ter
goedkeuring voorgelegd aan de
Interministeriële
Conferentie
Buitenlands Beleid (ICBB), die
over een termijn van 30 dagen
beschikt om eventuele bezwaren
te formuleren. Mijn diensten
verwachten dat de ICBB hetzelfde
standpunt zal innemen en stellen
alles in het werk om ervoor te
zorgen
dat
de
aangepaste
parlementaire stukken binnenkort
ter goedkeuring aan het Parlement
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
16
renseignements bancaires avec d'autres États et s'expose à des
sanctions de la communauté internationale, j'ai proposé, dans le
projet de loi portant des dispositions diverses, préparé fin 2010 et
approuvé depuis lors par la loi du 29 décembre 2010, une
modification de l'article 318 du CIR 92 afin de permettre très
rapidement l'échange de renseignements bancaires en matière
d'impôt sur les revenus entre la Belgique et tous les États avec
lesquels notre pays a conclu un accord prévoyant l'échange de
renseignements.
Le Conseil d'État n'a malheureusement pas accepté, malgré une
motivation très circonstanciée de l'urgence, d'appliquer la procédure
accélérée afin d'éviter de possibles sanctions internationales du G20
et de l'OCDE.
La disposition concernée a été reprise dans un projet de loi séparé
qui, entre-temps, a été soumis à l'avis du Conseil d'État dans les
délais ordinaires et qui pourra ­ je l'espère ­ être soumis très
rapidement pour approbation au parlement.
Nous avons tenté de suivre à la fois l'avis sur le fond du Conseil d'État
et les réactions de ce dernier sur la procédure, et ce, pour aller le plus
vite possible. Mais il est vrai que l'attitude du Conseil d'État était pour
le moins inattendue en matière de traités fiscaux.
kunnen worden voorgelegd. Er
werd de vertegenwoordigers van
de
Gewesten
en
de
Gemeenschappen gevraagd snel
werk te maken van hun eigen
goedkeuringsprocedure.
Om te voorkomen dat België zou
worden beschouwd als een land
dat niet over de nodige juridische
instrumenten beschikt om de
uitwisseling van bankgegevens
mogelijk te maken en om
internationale
sancties
te
vermijden, heb ik voorgesteld
artikel 318 van het WIB 92 te
wijzigen. De bedoeling is om op
korte termijn de uitwisseling van
bankgegevens met betrekking tot
de inkomstenbelasting mogelijk te
maken tussen ons land en alle
landen waarmee ons land hierover
een akkoord heeft gesloten. Die
bepaling staat in een wetsontwerp
dat voor advies aan de Raad van
State
werd
voorgelegd
en
waarover het Parlement zich
hopelijk binnen afzienbare tijd zal
kunnen uitspreken.
06.04 Josy Arens (cdH): Monsieur le ministre, je vous remercie pour
votre réponse et pour toutes les actions que vous avez menées pour
arriver à une solution le plus rapidement possible. J'espère que le
Conseil d'État comprendra l'intérêt de notre pays dans cette
opération.
06.05 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Monsieur le ministre, je
vous remercie. Nous verrons ce que nous réservent les prochaines
semaines et si nous pourrons nous saisir de ce projet de loi au cours
de cette période d'affaires courantes. Je sais que des collègues ont
interpellé les ministres compétents dans les parlements régionaux
francophone et bruxellois de sorte à ce que les choses suivent leur
cours. Il restera encore beaucoup de choses à faire en matière
d'échange d'informations et de transparence bancaire. Nous y serons
attentifs.
06.05 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): We zullen zien of we dit
wetsontwerp
zullen
kunnen
behandelen in deze periode van
lopende zaken. We hebben nog
heel wat voor de boeg op het stuk
van de uitwisseling van gegevens
en de transparantie in de
banksector.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Karel Uyttersprot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de nieuwe gevangenis van Dendermonde" (nr. 1906)
07 Question de M. Karel Uyttersprot au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la nouvelle prison de Termonde" (n° 1906)
Voorzitter: Damien Thiéry.
Président: Damien Thiéry.
07.01 Karel Uyttersprot (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
17
minister, u weet dat de gevangenis van Dendermonde enkele jaren
geleden het wereldnieuws haalde. 28 gevangenen konden zomaar de
deur uitlopen in augustus 2006, hun gevangeniscel uitstappen en over
de muur klauteren. Het was opendeurdag in Dendermonde.
(...): Dat was nog de periode van paars.
07.02 Karel Uyttersprot (N-VA): Dat wereldnieuws legde natuurlijk
een penibele situatie bloot van de gevangenissen. Ik weet dat er op
dit ogenblik vier gevangenissen op stapel staan. Ook Dendermonde
zou een nieuwe gevangenis krijgen.
Wij zijn nu ruim vier jaar verder en er moet nog een begin worden
gemaakt met de bouw van die gevangenis. Er is echter hoop want in
december keurde de provincie Oost-Vlaanderen een PRUP goed voor
de plaatsing van een nieuwe gevangenis. De minister van Justitie
deelde mij mee dat de timing en de procedure voor de nieuwbouw op
schema zitten en behouden zullen blijven. De oplevering zou in het
najaar van 2013 kunnen gebeuren.
Hij verwijst in zijn antwoord wel naar een aantal zaken die eigenlijk tot
uw bevoegdheid behoren, aangezien de Regie der Gebouwen onder
uw bevoegdheid valt. Wat is de planning en de omvang, begroting en
budget van de nieuwe gevangenis? Wat zal de nieuwe
financieringswijze zijn? Is er ook afstemming met het Vlaamse
Gewest want u weet dat bij de inplanting ook een aantal
infrastructuurwerken moeten gebeuren? Deze werken moeten met
elkaar gecoördineerd worden.
U weet dat de oude gevangenis van Dendermonde in het centrum
gelegen is. Het is een oud, prestigieus, antiek gebouw. Wat zal
daarmee gebeuren? Hebt u daar enig idee van want ook dat valt
onder de verantwoordelijkheid van de Regie der Gebouwen?
07.02 Karel Uyttersprot (N-VA):
La construction de la nouvelle
prison de Termonde n'a pas
encore commencé. Selon le
ministre de la Justice, la livraison
du bâtiment pourrait avoir lieu à
l'automne 2013.
Quel est le calendrier prévu pour
la construction? Qu'en est-il du
financement? Le ministre s'est-il
concerté avec la Région flamande
concernant
les
travaux
d'infrastructure? Qu'adviendra-t-il
de l'ancien bâtiment?
07.03 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Uyttersprot, voor de financiering van de nieuwe gevangenis wordt een
beroep gedaan op een publiekprivate samenwerking. Hiervoor wordt
de DBFM-formule gehanteerd, Design Build Finance and Maintain.
De eerstvolgende stappen in deze operatie zijn de volgende.
Februari 2011: ontvangst van de aangepaste biedingen. Maart 2011:
aanduiding van de geprefereerde partner. Mei 2011: indienen van de
bouwaanvraag. Juni 2011: sluiten van het DBFM-contract met de
weerhouden kandidaat. Oktober 2011: einde van de termijn voor het
bekomen van de bouwvergunning en start van de werken. 30 juni
2013: einde van de werken. 1 juli 2013: terbeschikkingstelling van de
gevangenis.
Wij zijn bezig met de procedure, stap na stap. Tot nu toe hebben wij
geen vertraging gekend.
Omdat de financial clause van de DBFM-operatie nog niet achter de
rug is, kan er nog niet gecommuniceerd worden over de omvang van
de kostprijs. Bij de ingebruikname van de gevangenis zal de federale
overheid gedurende 25 jaar een beschikbaarheidvergoeding betalen.
De vraag was of er rekening is gehouden met een aantal werken en
werkzaamheden die tot het Vlaamse Gewest behoren. Jazeker, er is
07.03 Didier Reynders, ministre:
La nouvelle prison de Termonde
sera financée au moyen d'une
partenariat public-privé sur la base
de la formule DBFM, soit Design,
Build, Finance and Maintain
.
Les offres adaptées seront reçues
en février 2011, après quoi le
partenaire sera choisi en mars. La
demande de permis de bâtir sera
introduite au mois de mai. Le
contrat de DBFM sera signé en
juin 2011 avec le partenaire qui
aura été choisi. Les travaux
pourront commencer en octobre
2011, moment où nous devrions
être en possession du permis de
bâtir. Les travaux doivent être
achevés le 30 juin 2013, après
quoi la prison sera livrée le
1
er
juillet 2013. Actuellement, les
délais sont tout à fait respectés.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
18
overleg gepleegd met het kabinet van Vlaams minister Crevits. Uit dit
overleg is een samenwerkingsovereenkomst ontstaan tussen de
Regie der Gebouwen en de dienst Waterwegen en Zeekanalen NV
voor de bouw van de aansluitingsweg.
De gebouwen van de oude gevangenis van Dendermonde vallen
onder de bevoegdheid van de Regie der Gebouwen.
Er was een vraag naar de bestemming van deze gebouwen gelegen
in het stadscentrum van Dendermonde. Verschillende pistes worden
momenteel onderzocht door de FOD Justitie voor de herbestemming
van de gebouwen van de oude gevangenis.
Wij wachten bij de Regie der Gebouwen op een of meerdere
voorstellen van de FOD Justitie. Er zijn misschien ook voorstellen van
de stad Dendermonde of van andere overheden. Totnogtoe hebben
wij geen eindbestemming gekregen. Wij zullen dus zien. Wij wachten
op een voorstel van de FOD Justitie, maar, ik herhaal het, misschien
ook van andere overheden.
U weet het misschien, voor het justitiepaleis in Brussel hebben wij een
vraag gesteld aan vele scholen en architectuurbureaus in de wereld
en wij hebben 180 projecten ontvangen. Wij wachten nu op het advies
van een jury in dat verband.
In Dendermonde wachten wij echter op een voorstel voor een
herbestemming van het gebouw.
Le volet budgétaire de l'opération
DBFM n'étant pas encore réglé, il
est impossible d'en communiquer
le coût. Après la mise en service
de la prison, le gouvernement
fédéral versera une redevance de
disponibilité durant 25 ans.
La ministre flamande Mme Crevits
a été consultée. À l'issue de cette
concertation,
un
accord
de
coopération a été signé entre la
Régie des Bâtiments et le Service
des Voies navigables et des
Canaux
maritimes
pour
la
construction d'une voie de liaison.
Le SPF Justice se penche
actuellement sur une série de
pistes pour donner une nouvelle
affectation à l'ancienne prison et la
Régie des Bâtiments attend le
résultat de cet examen.
07.04 Karel Uyttersprot (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik ben blij dat het op schema zit en dat ook de financiering
voorzien is. Ik was natuurlijk wel nieuwsgierig naar het bedrag, maar
daarop zal ik nog even moeten wachten.
Op het vlak van de herbestemming zie ik wel wat meer problemen.
Men kan met een gebouw op die plaats niet veel meer doen dan
afbreken en er iets anders op zetten.
07.05 Minister Didier Reynders: (...)
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Questions jointes de
- M. Christian Brotcorne au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la gestion par la Régie des Bâtiments du dossier de l'Institut National de
Criminalistique et de Criminologie" (n° 1857)
- Mme Sonja Becq au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles
sur "le relogement de l'Institut National de Criminalistique et de Criminologie (INCC)" (n° 1913)
08 Samengevoegde vragen van
- de heer Christian Brotcorne aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "het beheer door de Regie der Gebouwen van het dossier van het Nationaal
Instituut voor Criminalistiek en Criminologie" (nr. 1857)
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de herhuisvesting van het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie
(NICC)" (nr. 1913)
08.01 Christian Brotcorne (cdH): Monsieur le président, monsieur
le ministre, l'Institut national de Criminalistique et de Criminologie
08.01 Christian Brotcorne (cdH):
De
gebouwen
waarin
het
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
19
(INCC) est un établissement scientifique fédéral placé sous l'autorité
du ministre de la Justice.
Les bâtiments qui accueillent l'INCC ne sont plus adaptés aux normes
actuelles, que ce soit au niveau de certaines bonnes pratiques de
laboratoire, de la protection du site (de nombreuses effractions sur un
site comportant des pièces et dossiers judiciaires sensibles sont à
déplorer), de la sécurité incendie, de l'exploitation, de la
réglementation en matière d'asbeste, de la fonction de l'Institut dans
le cadre d'enquêtes judiciaires. La situation est devenue intenable et
un autre logement s'impose, ce à quoi s'est rallié le Conseil des
ministres en date du 17 juillet 2009.
La Régie des Bâtiments a été chargée de réaliser ce nouveau
logement par la prise en location d'un bâtiment existant ou par la
construction d'un nouveau bâtiment qui puisse satisfaire aux
exigences spécifiques de l'INCC. Cet institut possède un programme
des besoins approuvé par l'Inspection des Finances accréditée
auprès du SPF Justice. Ce programme comprend les besoins en
espaces de travail, qui doivent encore être convertis de façon
détaillée en critères techniques avant de pouvoir consulter le marché.
En effet, autrement, il serait impossible pour un promoteur d'estimer
les travaux d'aménagement nécessaires et d'établir une offre
correcte.
Or, lors de la décision du Conseil des ministres, la Régie des
Bâtiments a indiqué ne pas posséder la compétence pour établir un
tel programme des besoins techniques. Certes, cette compétence
pouvait être acquise, mais la perte de temps qu'elle impliquait
(estimée à minimum un an) compromettait totalement le délai dans
lequel un nouveau logement devait pouvoir être proposé à l'INCC.
Suite à cela, il a été proposé de désigner un bureau d'études
"programme des besoins".
La mission de ce bureau d'études se composait des missions
partielles suivantes: rédiger les clauses techniques du cahier des
charges qui fera l'objet du marché de promotion susmentionné,
assister la Régie des Bâtiments et l'INCC dans l'examen des offres
des soumissionnaires en ce qui concerne la conformité à la partie
technique du cahier des charges, assister la Régie des Bâtiments et
l'INCC dans le suivi des études et travaux et dans la réception du
bâtiment.
La Régie devait lancer cette procédure et assurer la direction de
l'étude en étroite collaboration et concertation permanente avec
l'INCC. Apparemment, à l'heure actuelle, il semble que la sélection du
bureau d'études ait à peine commencé! Alors même que la nécessité
de recours à ce bureau avait été justifiée par un gain de temps (un an
si la Régie avait été complètement en charge du dossier).
Monsieur le ministre, quelles sont vos informations sur ce dossier?
Où en est-on? Quel est le planning envisagé pour ce
déménagement? Pourquoi la Régie a-t-elle pris un tel retard dans le
déménagement d'un service d'experts scientifiques chargés d'assister
notre justice? Aujourd'hui, nous ne sommes plus en mesure de
garantir que les analyses nécessitées pour les besoins de la justice
puissent se dérouler de manière correcte et crédible en raison des
problèmes liés aux bâtiments actuellement occupés. Dans
Nationaal
Instituut
voor
Criminalistiek
en
Criminologie
(NICC) is gevestigd, voldoen niet
langer aan de huidige normen. Er
moet dus een ander onderkomen
voor
die
instantie
worden
gevonden, een vaststelling die op
17 juli 2009 door de ministerraad
werd onderschreven.
De Regie der Gebouwen werd
daartoe gelast, hetzij door een
bestaand gebouw te huren, hetzij
door te voorzien in een nieuwbouw
die aan de specifieke eisen van
het NICC kan voldoen. De Regie
der Gebouwen heeft evenwel
aangegeven dat ze niet bevoegd is
om het programma van technische
eisen
op
te
stellen.
Dat
programma bevat de noden inzake
werkruimten, die nog op een
gedetailleerde
manier
in
technische criteria moeten worden
omgezet alvorens men de markt
kan consulteren.
De Regie zou die bevoegdheid
kunnen verwerven, maar dat zou
minstens een jaar tijd in beslag
nemen. Om tijd te winnen, werd
voorgesteld om een studiebureau
aan te duiden, dat zo'n programma
van eisen zou opstellen. De Regie
zou die procedure opstarten en
zou de studie in permanent
overleg met het NICC sturen.
Blijkbaar is de selectie van dat
studiebureau echter nog maar net
van start gegaan!
Hoe ver staat men ermee?
Waarom heeft de Regie zo lang
getalmd? Door de problemen met
de gebouwen kunnen we vandaag
niet langer garanderen dat de
analyses van het NICC, die nodig
zijn voor de goede werking van het
gerecht, op een correcte en
geloofwaardige manier kunnen
plaatsvinden. Zal de Regie de
verantwoordelijkheid dragen voor
mogelijke fouten die het gevolg
zijn van haar nalatigheid in dit
dossier?
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
20
l'hypothèse de risques particuliers ou d'incapacité à fournir ces
analyses, la Régie prendra-t-elle la responsabilité de telles erreurs
survenues de par sa négligence dans ce dossier?
08.02 Sonja Becq (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik zal heel de situatie niet hernemen. Ze werd goed
geschetst door mijn collega Brotcorne. Ik onthoud wel dat in april
2007 al duidelijk het signaal kwam, en een beslissing in de
Ministerraad, dat er met dat gebouw een serieus probleem is. Toen
dacht men aan renovatie. Men is dan daarop teruggekomen.
Ondertussen zou men de allerdringendste werkzaamheden uitvoeren.
In juli 2009 zou er beslist zijn een studiebureau aan te stellen, maar
dat zou tot nu toe niet zijn aangesteld. Ik heb begrepen dat er
serieuze beperkingen zijn in dat gebouw. Omwille van de
gesofisticeerde werkzaamheden die men daar moet verrichten, moet
het gebouw in orde zijn. Ik laat mij zeggen dat er onvoldoende
temperatuurstabilisatie is. Er zijn ook verouderde afzuigkappen,
moeilijkheden voor het opslaan van overtuigingsstukken, enzovoort.
Volgens de minister van Justitie, die ik daarover ook ondervraagd
heb, zijn de mensen van de dienst gelukkig voldoende creatief om er
toch voor te zorgen dat alles in orde blijft en dat zij nog aan de ISO-
norm voldoen. Dat heb ik ondertussen geleerd. Het is de
verantwoordelijkheid van ons, van de overheid, en van de Regie der
Gebouwen in het bijzonder, om ervoor te zorgen dat zij in een
normale, minstens minimale, infrastructuur gehuisvest kunnen
worden, als wij effectief willen dat die gespecialiseerde diensten, die
wij hard nodig hebben, ook degelijk materiaal kunnen leveren en
degelijke uitkomsten kunnen bieden in strafprocedures en andere
gerechtelijke procedures, die wij toch heel belangrijk vinden.
Ik heb de volgende, gedeeltelijk parallel lopende vragen.
Werden er dringende beveiligingswerken uitgevoerd? Zo ja, welke?
Klopt het dat er een studiebureau aangesteld moest worden, maar dat
dit nog altijd niet gebeurd is? Waarom sleept dat dossier zo lang aan?
Wanneer kan een voorstel van nieuwe lokalisatie worden bezorgd?
Welke timing voorziet u in dat dossier? Kan men nog wel aan zijn
opdrachten voldoen in een gebouw dat totaal niet beantwoordt aan de
normen die men zou kunnen verwachten?
08.02 Sonja Becq (CD&V): Les
autorités doivent veiller à ce que
l'Institut
National
de
Criminalistique et de Criminologie
(INCC) puisse être hébergé dans
des bâtiments convenables.
Des travaux de sécurisation
urgents ont-ils été exécutés? Est-il
exact que le bureau d'étude n'a
toujours pas été désigné? Quand
une nouvelle localisation sera-t-
elle proposée? L'Institut peut-il
encore remplir ses missions dans
un bâtiment qui ne répond
absolument pas aux normes
actuelles?
08.03 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, la Régie a
travaillé, ces dernières années, suivant deux lignes directrices:
l'amélioration de la situation existante et la recherche d'un nouveau
bâtiment. Ainsi, la Régie a, encore en 2010, exécuté pour 293 113,61
euros de travaux de réaménagement de locaux.
Elle fait ces travaux suivant un planning qui dépend et qui tient
compte des activités de l'INCC. La Régie a obtenu du Conseil des
ministres, le 17 juillet 2009, l'autorisation pour désigner un bureau
d'études ayant pour mission la définition du programme des besoins
techniques et le suivi de l'exécution de celui-ci pendant les phases
d'étude et de construction. La mission d'étude du bureau a été élargie
à la description des processus du core business de l'Institut, à la
demande de celui-ci, et à la rédaction d'un cahier spécial des charges
pour les installations propres de l'INCC. Ces demandes
complémentaires ont allongé la procédure de quelques mois.
08.03 Minister Didier Reynders:
De Regie heeft de jongste jaren
volgens twee krachtlijnen gewerkt:
de verbetering van de bestaande
situatie en het zoeken naar een
nieuw gebouw. Ze heeft in 2010
nog
aanpassingswerken
uitgevoerd aan lokalen voor een
bedrag van 293.113,61 euro.
De studieopdracht van het bureau
werd, op aanvraag van het
Instituut,
uitgebreid
tot
de
beschrijving van de corebusiness
en tot het opstellen van een
bijzonder lastenboek voor de eigen
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
21
La situation actuelle est la suivante. L'ouverture des candidatures a
eu lieu le 1
er
septembre 2010. L'accord de l'Inspection des Finances
sur le rapport de sélection est intervenu le 18 octobre 2010.
installaties van het NICC. Die
bijkomende vragen hebben de
procedure met enkele maanden
verlengd.
De huidige situatie is de volgende.
De oproep tot de kandidaten werd
op
1 september
2010
bekendgemaakt. De Inspectie van
Financiën heeft het selectieverslag
op 18 oktober 2010 goedgekeurd.
De verdere planning is de verzending van het lastenboek aan de
weerhouden kandidaten in de loop van januari 2011, daar zijn wij mee
bezig, en de opening van de offertes in maart 2011. Gezien de
uitvoeringstermijn een gunningcriterium in het lastenboek is, kan voor
het vervolg geen precieze timing worden gegeven. Wij zullen de
verschillende voorstellen bekijken.
Algemeen kan worden gezegd dat de eerste opdracht voor het
studiebureau voor de verlofperiode 2011 voltooid zou moeten zijn. Het
lastenboek voor de aanduiding van een promotor zou dan na enkele
maanden kunnen worden gepubliceerd. De toewijzing van deze
opdracht zou dan in het eerste semester van 2012 kunnen gebeuren.
De werken zouden meer dan twee jaar kunnen vergen.
Voor de wettelijke opdracht van het NICC moet ik verwijzen naar het
feit dat het instituut geaccrediteerd is volgens norm ISO 17025. In dit
kader moet er zeker een risicoanalyse van de omgeving en het
gebouw worden uitgevoerd. Ik ga ervan uit dat de uitgewerkte
procedure met de risico's rekening houdt. Ik verwijs u ter zake naar
het NICC voor meer informatie hierover.
Wij moeten werk maken van de huidige gebouwen maar ook denken
aan een andere locatie. Wij zijn bezig met een dergelijke procedure.
Wij waren ook bezig met werken. In 2010 waren er voor meer dan
293 000 euro aan werken.
Le cahier des charges sera
adressé ce mois-ci aux candidats
retenus. En mars 2011, les offres
seront décachetées. Comme le
délai d'exécution constitue l'un des
critères d'adjudication du cahier
des
charges,
il
nous
est
impossible
de
préciser
l'échéancier exact pour la suite.
Nous étudierons scrupuleusement
les différentes propositions.
La première mission pour le
bureau
d'étude
devrait
être
terminée d'ici à la période des
vacances 2011. Le cahier des
charges pour la désignation d'un
promoteur pourrait être publié
quelques
mois
plus
tard. L'attribution de la mission
pourrait intervenir au premier
semestre 2012. Les travaux
pourraient durer plus de deux ans.
L'Institut
est
accrédité
conformément à la norme ISO
17025. Nous ne devons pas
seulement nous occuper des
bâtiments actuels, nous devons
aussi
penser
à
un
autre
emplacement. Une procédure est
en cours à cet effet.
En 2010, le bâtiment a fait l'objet
de travaux à concurrence de plus
de 293 000 euros.
08.04 Christian Brotcorne (cdH): Monsieur le ministre, je vous
remercie pour les précisions apportées. On voit au moins que le
dossier avance Vous donnez cependant peu d'explications sur la
raison du retard, si ce n'est qu'on a élargi la demande au départ.
J'imagine que cet élément ne justifie pas à lui seul un retard aussi
important.
Si je suis l'agenda que vous nous proposez, cela signifie que les
locaux seront disponibles dans le courant de l'année 2015, puisqu'il
08.04 Christian Brotcorne (cdH):
U geeft weinig uitleg over de
redenen van de vertraging.
Ik vind dat de lokalen zo vlug
mogelijk in dienst moeten worden
genomen. Komt er in afwachting
een tijdelijke oplossing?
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
22
faudra encore trois ans après l'attribution du marché à un promoteur
au premier trimestre 2012. Dans l'intervalle, les difficultés
continueront d'être celles que connaît aujourd'hui l'INCC. Vous dites
qu'il doit tenir compte de l'environnement dans lequel il travaille pour
que ses procédures et analyses ne soient pas influencées par cette
situation. Je pense toutefois qu'il est dans l'intérêt de tout le monde de
pouvoir aller le plus rapidement possible vers une occupation de
locaux. Faudra-t-il attendre la nouvelle construction de 2015 ou une
formule d'attente sera-t-elle trouvée dans l'intervalle?
Interpeller le ministre directement responsable de la qualité des
procédures dont l'INCC se charge pour le service judiciaire nous
permettra d'y voir plus clair. C'est peut-être une formule vers laquelle
je vais m'orienter.
Door de minister die rechtstreeks
verantwoordelijk
is
voor
de
kwaliteit
van
de procedures
waarmee het NICC zich voor
rekening van de gerechtelijke
dienst bezighoudt te interpelleren,
zullen we een beter inzicht krijgen.
08.05 Sonja Becq (CD&V): Mijnheer de minister, ik sta toch wel
even te kijken. Ik weet wel dat sommige procedures lang kunnen
duren maar ik sta wel even te kijken van de duur van deze procedure.
Ik begrijp nu wel dat de stappen de ene na de andere gezet zullen
worden.
Gisteren heb ik hierover minister De Clerck ondervraagd. Hij sprak
over april 2011. Het was mij niet helemaal duidelijk of dan de
toewijzing van de opdracht zou gebeuren. Uit wat u zegt maak ik op
dat er effectief nog geen enkel studiebureau is aangesteld. Dat is dus
inderdaad de datum april 2011. Waar hij nog hoopte dat er eind 2011
aangepaste huisvesting zou zijn, spreekt u dat hier eigenlijk volledig
tegen. Daarom ben ik nogal erg verrast.
Het is dan heel belangrijk dat er in tussentijd voor een ernstige
huisvesting gezorgd wordt en dat minstens de afweging tussen
vernieuwing en het op punt stellen van het gebouw zoals het nu is om
aan de minimale kwaliteitsnormen te voldoen, de kostprijsberekening
versus het nieuwe waar men naartoe moet, toch wat in evenwicht
moet zijn.
Eventueel moet er tijdelijk naar een andere oplossing worden gezocht.
We zullen dat dossier blijven volgen.
08.05 Sonja Becq (CD&V): Je
m'interroge quand même sur la
durée de cette procédure. Entre-
temps, nous devons veiller à offrir
un hébergement convenable pour
un coût raisonnable. Il faudra
éventuellement rechercher une
autre solution temporaire.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Questions jointes de
- Mme Christiane Vienne au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les fausses identités proposées aux clients de certaines banques" (n° 1953)
- Mme Veerle Wouters au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la régularisation des comptes fantômes de sociétés étrangères" (n° 1955)
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "des banques qui proposent des fausses identités à leurs clients" (n° 1970)
09 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Christiane Vienne aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de valse identiteit die sommige banken aan hun cliënten verschaffen" (nr. 1953)
- mevrouw Veerle Wouters aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de regularisatie van spookrekeningen van buitenlandse vennootschappen"
(nr. 1955)
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "banken die hun cliënten een valse identiteit verschaffen" (nr. 1970)
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
23
09.01 Christiane Vienne (PS): Monsieur le ministre, le 14 décembre
dernier, M. Karel Anthonissen, directeur de l'Inspection des impôts de
Gand, déclarait dans la presse que certaines banques belges
proposeraient à quelques-uns de leurs clients de leur fabriquer une
fausse identité, dans le but de mettre leurs comptes à l'abri du fisc, en
Suisse ou au Luxembourg. Il poursuit ses déclarations en affirmant
que les banques sont bien entendu totalement conscientes de ce
qu'elles font. L'Inspection aurait découvert l'affaire à la suite de
dénonciations de clients s'étant vu proposer une telle action par leur
banque. Interrogée, la CBFA serait surprise des constatations faites
par l'Inspection des impôts et promet de lourdes amendes s'il s'avérait
que la direction de ces banques était au courant.
Monsieur le ministre, confirmez-vous les informations divulguées
dans la presse du 14 décembre? Une enquête est-elle d'ores et déjà
ouverte? Quels sont les risques encourus par les banques
dénoncées?
Voorzitter: Muriel Gerkens.
Présidente: Muriel Gerkens.
09.01 Christiane Vienne (PS): Op
14 december heeft de heer Karel
Anthonissen, directeur van de
belastinginspectie
van
Gent,
verklaard dat bepaalde Belgische
banken hun klanten zouden
voorstellen een valse identiteit te
creëren om hun rekeningen aan
het oog van de fiscus te
onttrekken.
Toen
de
CBFA
hierover ondervraagd werd, zou ze
haar verbazing geuit hebben over
de
vaststellingen
van
de
belastinginspectie
en
beloofd
hebben zware boetes op te leggen
als zou blijken dat de directies van
de banken op de hoogte waren.
Klopt deze informatie die op
14 december
in
de
pers
verscheen?
Wordt
er
een
onderzoek
geopend?
Welke
risico's lopen de desbetreffende
banken?
09.02 Veerle Wouters (N-VA): Mijnheer de minister, naar aanleiding
van een interpellatie van 13 maart 2007 hebt u geantwoord dat in het
geval een buitenlandse vermogensstructuur naar het recht van het
land waar het is opgericht en waar het gevestigd is, geen
rechtspersoonlijkheid bezit voor de regularisatie het vehikel als
transparant wordt beschouwd. Op het feitelijk vlak kan de
transparantie eveneens blijken uit het attest van de buitenlandse bank
die de gelden en roerende waarden beheert, waarin wordt bevestigd
dat de belegde sommen worden beheerd voor rekening van de
indiener van de regularisatieaangifte die enige en uiteindelijke
gerechtigde is van de opbrengsten en dat deze laatste op het eerste
verzoek kan beschikken over het actief kapitaal en inkomsten van de
buitenlandse vermogensstructuur. U hebt toen ook bevestigend
geantwoord op de vraag of regularisatieattesten worden uitgereikt
waarbij het contactpunt een fictieve liquidatiedatum van de niet
transparante structuren aanvaardt indien de beherende bank een
attest uitreikt waarin de opgesomde vermeldingen voorkomen.
Zoals mijn collega net heeft aangegeven, wordt er nu melding van
gemaakt dat de CBFA op aanwijzing van de BBI onderzoekt of
Belgische banken zich schuldig hebben gemaakt bij de regularisatie
van buitenlandse vermogensstructuren en identiteitsfraude. Deze
stellingname is des te meer opmerkelijk aangezien de aanvragers van
een
regularisatieaangifte
met
betrekking
tot
buitenlandse
vermogensstructuren hun rechtspositie beoordeeld hebben op basis
van de richtlijnen verstrekt door het Contactpunt Regularisaties in
2006.
Kan in rechte tegelijk een buitenlandse vermogensstructuur door het
Contactpunt Regularisaties als transparant worden beschouwd en
door de BBI als een spookbedrijf? Waarom wordt een attest van een
buitenlandse bank door het Contactpunt Regularisaties beschouwd
als een bewijs van transparantie van de buitenlandse
09.02 Veerle Wouters (N-VA): Je
renvoie à la réponse du ministre à
une interpellation du 13 mars
2007. Il semblerait que la CBFA
examine
actuellement,
sur
indication de l'ISI, si les banques
belges se sont rendues coupables
de fraude à l'identité dans le cadre
de la régularisation de structures
de patrimoine étrangères. Il y a
lieu de le souligner, étant donné
que
les
demandeurs
d'une
déclaration
de
régularisation
relative à des structures de capital
étrangères ont évalué leur statut
juridique sur la base des directives
fournies par le Point de contact
Régularisations en 2006.
Une structure de patrimoine
étrangère
peut-elle
être
considérée comme transparente
par
le
Point
de
contact
Régularisations et comme une
entreprise fantôme par l'ISI?
Pourquoi une attestation d'une
banque
étrangère
est-elle
considérée comme une preuve de
transparence de la structure de
patrimoine étrangère par le Point
de contact Régularisations alors
que la même attestation fournie
par une banque belge est qualifiée
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
24
vermogensstructuur, terwijl een zelfde attest verstrekt door een
Belgische bank door de BBI als identiteitsfraude wordt betiteld?
Bevestigt u dan nog steeds uw antwoorden op die interpellatie van 13
maart 2007? Gelden deze antwoorden die u toen hebt gegeven niet
indien het attest verstrekt wordt door een Belgische bank? Moeten wij
dan concluderen op basis van het onderzoek door de BBI dat het
Contactpunt Regularisaties meegewerkt heeft aan de regularisatie
van
vermogens
van
buitenlandse
vennootschappen
met
rechtspersoonlijkheid, alhoewel die niet als transparant kunnen
beschouwd worden?
de fraude à l'identité par l'ISI?
Le
ministre
confirme-t-il
sa
réponse du 13 mars 2007? Ou
cette réponse ne s'applique-t-elle
pas lorsque l'attestation est fournie
par une banque belge? Sur la
base d'une enquête de l'ISI,
devons-nous dès lors conclure
que
le
Point
de
contact
Régularisations a contribué à la
régularisation du patrimoine de
sociétés étrangères dotées de la
personnalité juridique alors que
celles-ci n'ont pas pu être
considérées
comme
transparentes?
09.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Monsieur le ministre, les
faits qui ont été dénoncés par l'Inspection des impôts de Gand, en
l'occurrence l'aide apportée par des banques à des particuliers pour
fabriquer de fausses identités en vue de mettre leurs comptes à l'abri
du fisc en Suisse ou au Luxembourg, sont graves s'ils correspondent
à la réalité.
Confirmez-vous ces informations? Quel est le montant total du
préjudice subi par l'État belge? Parmi les banques coupables de ces
pratiques, en trouve-t-on qui ont été aidées par l'État belge dans le
contexte de la crise financière? Où en sont les démarches entreprises
par la CBFA à leur égard? Quelles sont les sanctions encourues par
ces établissements?
09.03 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!):
De
door
de
belastinginspectie
van
Gent
aangeklaagde feiten ­ in dit geval
de
hulp
van
banken
aan
particulieren om valse identiteiten
te creëren teneinde belastingen te
ontduiken ­ zijn ernstig.
Kan u deze informatie bevestigen?
Hoeveel ontvangsten loopt de
Staat daardoor
mis? Welke
banken die zich tot die praktijken
leenden,
werden
door
de
Belgische Staat ten tijde van de
financiële crisis geholpen? Welke
maatregelen heeft de CBFA tegen
die banken genomen? Welke
sancties
zullen
er
worden
opgelegd?
09.04 Didier Reynders, ministre: Madame la présidente, chers
collègues, dans vos questions, vous faites allusion à un article publié
dans De Tijd du 14 décembre 2010, dans lequel le nom du directeur
général de l'ISI de Gand, M. Karel Anthonissen a été cité ­ ce n'est
pas la première fois. En la matière, il est précisé qu'il ne s'agissait pas
d'une interview, mais qu'à première vue, le journaliste concerné a
trouvé son inspiration dans une intervention de ce fonctionnaire lors
d'une journée d'études, le 26 novembre 2009, à la Fiscale
Hogeschool, consacré à la fraude et l'évasion fiscale. Il s'est donc
passé plus d'un an de réflexion avant la publication de l'information.
Le texte en question a été repris dans la revue Tijdschrift voor
Fiscaal Recht
, n° 375 de février 2010.
Il va de soi que l'ISI a toujours strictement effectué ses activités
conformément aux différentes législations (fiscales, comptables,
régularisation, blanchiment de capitaux, Code d'instruction criminelle,
etc.) avec lesquelles elle est confrontée.
À propos de l'article de presse en cause, la CBFA s'est en effet
09.04 Minister Didier Reynders:
U zinspeelt op een artikel dat op
14 december 2010 in De Tijd
verscheen, waarin de naam van
de directeur-generaal van de
Bijzondere Belastinginspectie van
Gent, de heer Karel Anthonissen,
wordt genoemd. Die ambtenaar
was al met die informatie naar
buiten gekomen tijdens een
studiedag in 2009.
Wat het artikel betreft, heeft de
CBFA navraag gedaan bij de BBI
van Gent, die daarop enkele
concrete dossiers aan de CBFA
overmaakte. De belastingplichtige
kan pas op het moment dat de BBI
vaststellingen
doet,
een
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
25
informée, il y a peu, auprès de l'ISI de Gand, qui lui a fourni quelques
dossiers concrets. Bien entendu, le secret professionnel m'empêche
de vous informer quant à l'identité de ceux-ci.
Par ailleurs, c'est seulement au moment où l'ISI, à l'instar des autres
administrations fiscales, procède à des constatations que le
contribuable peut produire en la matière une attestation de
régularisation. Ce document sera dès lors apprécié conformément à
la législation en matière de régularisation, au cas par cas, en fonction
des constatations effectuées.
Comme ce fut déjà le cas quelques fois avec ce fonctionnaire, je n'ai
jamais reçu de sa part aucune information ni aucun document en
direct, mais je ne lui en demande pas. Il ne me semble pas inutile
que, de temps en temps, la voie hiérarchique soit suivie plutôt que
des informations de presse.
Voilà pour les réponses qui m'ont été fournies par l'ISI.
Quant à la CBFA, elle examine actuellement de quelles pratiques il
s'agit exactement et si des établissements de crédit soumis à son
contrôle sont impliqués dans ces pratiques. Si la CBFA constate que
des établissements de crédit soumis à son contrôle ont mis en place
des mécanismes fiscaux particuliers, ayant pour but ou pour effet de
favoriser la fraude fiscale par des tiers, elle peut prendre des mesures
exceptionnelles.
Dans ce cas, elle impose aux établissements concernés un délai
dans lequel il doit être mis fin aux pratiques en question. Si un
établissement de crédit ne donne pas suite à cette injonction, elle
peut notamment suspendre l'exercice de tout ou partie de l'activité de
l'établissement ou interdire cet exercice.
L'objectif est d'empêcher que les établissements financiers posent
des actes favorisant la fraude fiscale par les clients et qui ne se
justifient pas dans le cadre de l'exercice normal et correct de l'activité
bancaire. Ces actes peuvent porter atteinte à la situation financière et
à la réputation des établissements concernés de sorte que la
disposition légale qui confère à la CBFA la compétence précitée se
justifie également sous l'angle prudentiel.
Si les pratiques concernées constituent une infraction aux dispositions
de la loi bancaire du 22 mars 1993, la CBFA peut en outre imposer
une amende administrative à l'établissement concerné.
Les mécanismes fiscaux particuliers qui constituent, dans le chef de
l'établissement de crédit, en tant qu'auteur, coauteur ou complice, un
délit fiscal passible de sanctions pénales doivent être dénoncés aux
autorités judiciaires.
La CBFA demande également aux établissements de crédit de mener
sur le plan fiscal une politique de prévention visant à empêcher toute
infraction à la législation fiscale et, de manière plus générale, à éviter
que la réputation de l'établissement ou du secteur ne soit entachée
par des actes qui ne sont pas fiscalement irréprochables. La
confiance placée par le public dans les établissements de crédit
repose sur la bonne réputation de ces derniers. La maîtrise du risque
de réputation constitue dès lors un élément essentiel d'une gestion
regularisatieattest voorleggen.
Ik heb nooit rechtstreeks enige
informatie of het minste document
van de ambtenaar in kwestie
mogen ontvangen en dat is niet de
eerste keer. Het zou nuttig zijn dat
men af en toe de hiërarchische
weg volgt in plaats van naar de
pers te stappen.
De CBFA controleert die praktijken
en gaat na of de kredietinstellingen
die onder haar toezicht staan,
betrokken zijn. Als zij vaststelt dat
die instellingen bijzondere fiscale
mechanismen ingevoerd hebben
om
belastingontduiking
door
derden te bevorderen, dan kan zij
uitzonderlijke maatregelen treffen:
een termijn opleggen voor de
stopzetting van die praktijken, de
uitoefening van een deel of het
geheel van de activiteiten van de
instelling
opschorten
of
die
activiteit verbieden. Zo moet
voorkomen
worden
dat
de
financiële
instellingen
daden
zouden
stellen
die
belastingontduiking
door
de
klanten kunnen bevorderen. Die
daden kunnen de toestand en de
reputatie
van
de
betrokken
instellingen
schaden,
en
de
wettelijke bepaling waarbij de
CBFA die bevoegdheid krijgt, is
tevens gegrond uit een prudentieel
oogpunt.
Indien deze praktijken een inbreuk
vormen op de bepalingen van de
bankwet van 22 maart 1993 kan
de
CBFA
tevens
een
administratieve boete opleggen.
De fiscale mechanismen achter
een fiscaal misdrijf moeten ten
slotte
aan
de
gerechtelijke
overheden worden gemeld.
De
CBFA
vraagt
de
kredietinstellingen
om
een
preventiebeleid
te
voeren,
teneinde overtredingen van de
fiscale wetgeving te voorkomen en
te vermijden dat de reputatie van
de instelling of de sector wordt
aangetast. Indien er specifieke
mechanismen zouden worden
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
26
bancaire saine et prudente. La constatation éventuelle de
mécanismes particuliers entraînera un renforcement de la politique de
prévention que l'établissement concerné doit mener.
On peut par ailleurs observer qu'il convient également d'examiner
dans quelle mesure les faits pourraient constituer une infraction à la
loi du 11 janvier 1993 relative à la prévention de l'utilisation du
système financier aux fins de blanchiment de capitaux et de
financement du terrorisme. En effet, cette loi impose aux
établissements de crédit l'obligation d'identifier les clients avec
lesquels ils nouent une relation d'affaire et de vérifier les données
d'identification. Toute violation de la législation anti-blanchiment peut
donner lieu à l'émergence d'un risque de réputation. Dans ce cas,
l'imposition d'une amende administrative est également possible.
blootgelegd,
zal
het
preventiebeleid worden versterkt.
Er moet ook worden nagegaan of
de feiten in overtreding zijn met de
wet van 11 januari 1993 tot
voorkoming van het gebruik van
het financiële stelsel voor het
witwassen van geld en de
financiering van terrorisme. Elke
schending
van
de
antiwitwaswetgeving
kan
de
reputatie van de instelling of de
sector op het spel zetten. Een
administratieve boete opleggen is
hier eveneens mogelijk.
Wat de vraag van mevrouw Wouters betreft, naar analogie van mijn
antwoord op 13 maart 2007 naar aanleiding van interpellatie nr. 1021
van de heer Carl Devlies, destijds parlementslid, over de regularisatie
van vermogens uit belastingparadijzen, bevestigt het Contactpunt
Regularisaties mij nogmaals dat een buitenlandse vermogenstructuur
als transparant wordt beschouwd wanneer de belegde sommen in die
structuur worden beheerd voor rekening van de indiener van de
regularisatieaanvraag en wanneer deze de enige en uiteindelijke
gerechtigde is van de opbrengst en hij ad nutum dadelijk op het
eerste verzoek kan beschikken over het actief kapitaal en inkomsten
van de structuur.
Voor zover het voorgaande blijkt uit het attest van de beherende
buitenlandse bank wordt dit attest door het Contactpunt Regularisaties
in aanmerking genomen voor de fiscale transparantie.
Het Contactpunt Regularisaties deelt mij verder ook mee geen kennis
te hebben van attesten verstrekt door een Belgische bank.
Voor het overige is het momenteel te vroeg om te stellen dat de
posities van het Contactpunt Regularisaties en de BBI met elkaar in
tegenspraak zijn. Het verder verloop van het onderzoek moet worden
afgewacht.
Ik heb aan verschillende leden van mijn administratie meegedeeld dat
dergelijke informatie sneller moet worden gestuurd aan andere
diensten. Dit is misschien nuttig in de toekomst. Waarom iets
dergelijks zeggen op een studiedag en niet onmiddellijke
communiceren aan de CBFA of andere actoren?
Het was op vraag van de CBFA, na de publicatie in de pers van een
dergelijke melding, dat het mogelijk was om een verzoek te starten. Ik
begrijp dat niet, maar het is niet de eerste keer dat ik moet wachten
op een communicatie in de pers om iets te weten te komen van mijn
administratie.
En ce qui concerne la question de
Mme Wouters, je confirme ma
réponse du 13 mars 2007. Le
Point de contact Régularisations
considère
qu'une
structure
patrimoniale
étrangère
est
considérée comme transparente
lorsque les sommes qui y sont
investies sont gérées pour le
compte de l'auteur de la demande
de régularisation et lorsque celui-ci
est le bénéficiaire unique et effectif
des recettes et qu'il peut disposer
ad nutum du capital actif et des
revenus qu'il génère. Pour autant
que l'attestation de la banque
étrangère gérante en donne
confirmation, cette attestation est
prise en considération par le Point
de contact Régularisations pour la
transparence fiscale. Le Point de
contact
Régularisations
m'a
informé ne pas avoir connaissance
d'attestations délivrées par une
banque belge.
Par ailleurs, il serait prématuré
d'affirmer que les positions du
Point de contact Régularisations et
de l'ISI sont contradictoires. Il faut
attendre les résultats de l'enquête.
J'ai insisté auprès de mon
administration
pour
qu'elle
transmette ce type d'informations
encore plus rapidement. Comment
un tel sujet peut-il être évoqué lors
d'une journée d'étude ­ et ensuite
dans la presse ­ sans que la
CBFA ou d'autres acteurs en
soient informés?
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
27
09.05 Christiane Vienne (PS): Madame la présidente, je remercie le
ministre de sa réponse très complète.
09.06 Veerle Wouters (N-VA): Mijnheer de minister, daaruit blijkt dat
de drie diensten onder uw verantwoordelijkheid vallen. Het zou dan
ook handig zijn dat die drie diensten, zowel het Contactpunt
Regularisaties, BBI en CBFA, op een en dezelfde lijn staan en dat de
ene de andere niet beticht.
09.06 Veerle Wouters (N-VA): Il
me semble en tout cas que ces
trois services ­ le Point de contact
Régularisations, l'ISI et la CBFA ­
devraient adopter une position
commune.
09.07 Minister Didier Reynders: Dit is een verklaring van een
directeur in Gent gedurende een studiedag. Waarom stuurt die geen
informatie naar de minister, naar zijn hiërarchie, naar de CBFA of
anderen? Het is niet de eerste keer. Ik heb in de pers al drie keer een
commentaar gelezen van dezelfde directeur. Het is misschien nuttig
om naar de pers te gaan, maar waarom niet naar zijn collega's of
andere diensten? Zo gaat het vlugger.
Spijtig genoeg hebben we een jaar verloren. Het was op basis van
een vraag van CBFA of het mogelijk was om een onderzoek te
starten. Ik begrijp dat niet. Ik heb altijd gezegd aan de bazen van BBI
dat het een taak is van de verschillende directeuren om directe
informatie te sturen naar de collega's en niet alleen naar De Tijd. Het
is een heel belangrijke krant maar er zijn nog andere initiatieven dan
naar een krant te stappen.
09.07 Didier Reynders, ministre:
Il est question ici d'une déclaration
faite par un directeur de Gand lors
d'une journée d'étude. J'ai déjà lu
un commentaire de ce directeur à
trois reprises dans la presse.
Pourquoi n'informe-t-il pas d'abord
ses collègues, la CBFA ou
d'autres services? Les différents
directeurs doivent transmettre des
informations à leurs collègues et
non au quotidien De Tijd.
09.08 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Monsieur le ministre, je suis
aussi étonné que vous, hormis que je ne suis pas ministre des
Finances depuis 1999...
09.09 Didier Reynders, ministre: Heureusement!
09.10 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): "Heureusement", je ne sais
pas...
09.11 Didier Reynders, ministre: Pour les contribuables, je veux
dire.
09.12 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): C'est un point de vue.
Je suis donc étonné de cette manière de fonctionner. J'ignore si le
fonctionnaire en question a été interrogé sur son attitude. En tout cas,
il me semble important que de telles informations circulent mieux
dans l'administration des Finances. Ce qui se passe dans une
direction régionale peut être utile en termes de capacité d'analyse
pour d'autres directions, étant entendu que notre but commun est de
mieux lutter contre la fraude fiscale afin de diminuer l'impôt en le
percevant mieux.
En l'occurrence, j'espère que les dossiers ouverts par l'ISI et la CBFA
pourront aboutir à un avis autorisé sur la question. Ce n'est peut-être
qu'un fantasme, mais si cette affaire est réelle, elle devrait valoir des
sanctions aux établissements bancaires concernés.
Nous suivrons ce dossier en reposant des questions dans six mois à
vous-même ou à votre successeur.
09.12 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): Die werkwijze verwondert
me. Er moet gezorgd worden voor
een betere doorstroming van
dergelijke informatie binnen de
administratie van Financiën. Wat
in
één
gewestelijke
directie
gebeurt kan interessant zijn voor
andere directies, aangezien ze
samen werk moeten maken van
een betere bestrijding van de
fiscale fraude.
Hopelijk zullen de dossiers van de
BBI en de CBFA tot een deskundig
advies over deze kwestie leiden.
Indien dit verhaal juist blijkt te zijn,
dan zouden er aan de betrokken
bankinstellingen sancties moeten
worden opgelegd.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
28
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van mevrouw Veerle Wouters aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de bereikbaarheid van de btw-controlekantoren tussen Kerstmis en
Nieuwjaar" (nr. 1956)
10 Question de Mme Veerle Wouters au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "l'accessibilité des bureaux de contrôle de la TVA entre la Noël et le
Nouvel An" (n° 1956)
10.01 Veerle Wouters (N-VA): Eind vorig jaar wenste nog een aantal
verkopers op de valreep te genieten van het verlaagde btw-tarief van
6 % op de eerste schijf van 50 000 euro voor nieuwbouwwoningen.
De tijdelijke toepassing van het verlaagde btw-tarief vervalt vanaf
1 januari 2011. De verkoper dient evenwel een verklaring 121.2 in te
dienen vooraleer de btw opeisbaar wordt. Bovendien dienen niet-
beroepsoprichters wettelijk voorafgaand aan het sluiten van de
verkoopsovereenkomst een verklaring 104.1 in tweevoud in te dienen
bij het btw-controlekantoor. Het bleek onmogelijk beide verklaringen
tijdig in te dienen omdat de btw-controlekantoren collectief gesloten
waren van 24 december 2010 tot en met 3 januari 2011.
Houdt het beginsel van de continuïteit van de openbare dienst niet in
dat ook de btw-controlekantoren in een permanentie dienen te
voorzien?
Kunnen de optionele belastingplichtige verkopers zich nu met
zekerheid beroepen op de administratieve tolerantie zoals voorzien in
de btw-handleiding rond nummer 160 A, met name, dat de verklaring
104.1 ook na het verlijden van de authentieke akte mag worden
ingediend in zoverre in deze akte duidelijk wordt geopteerd om te
verkopen met toepassing van de btw?
Kunnen alle verkopers, dus ook beroepsoprichters die nog toepassing
wensen te maken van dat verlaagde tarief van 6 % op die eerste schijf
van 50 000 euro, zich eveneens op deze administratieve tolerantie
beroepen voor de indiening van de verklaring 121.2 wegens die
collectieve sluiting van de btw-kantoren tussen Kerst en Nieuw?
Die laattijdige indiening van de verklaringen 104.1 en 121.2 brengt
met andere woorden niet de toepassing van de tijdelijke verlaagde
btw-tarief op de eerste schijf van 50 000 euro in gedrang, in zoverre
aan alle andere voorwaarden is voldaan. Kunnen zij daarop rekenen?
10.01 Veerle Wouters (N-VA): À
la fin de l'année dernière, une
série de vendeurs ont voulu
profiter à la toute dernière minute
du taux de TVA réduit de 6 % sur
la
première
tranche
de
50 000 euros, pour les nouvelles
constructions, mais ils ont dû
déchanter face à la fermeture
collective des bureaux de contrôle
de la TVA du 24 décembre 2010
au 3 janvier 2011 inclus.
Une permanence ne doit-elle pas
être assurée dans les bureaux de
contrôle de la TVA? Les vendeurs
peuvent-ils invoquer la fameuse
tolérance administrative inscrite
dans le manuel de la TVA, en
raison de la fermeture collective
des bureaux de la TVA? Le dépôt
tardif des déclarations 104.1 et
121.2 ne va-t-il pas remettre en
question
l'application
de
la
réduction temporaire du taux de
TVA sur la première tranche de
50 000 euros?
10.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, mevrouw
Wouters, de verkoper die ingevolge de sluiting van de kantoren
tussen Kerstmis en Nieuwjaar de verklaring 104.1 niet heeft ingediend
alvorens de verkoopovereenkomst werd gesloten, kan worden
ontheven van het vervallen van het recht om de betreffende handeling
aan de btw te onderwerpen wanneer uit de omstandigheden blijkt dat
de partijen ondubbelzinnig de bedoeling hadden de handeling onder
het btw-stelsel te plaatsen.
Wanneer ondubbelzinnig blijkt dat de partijen de bedoeling hadden de
handeling onder het btw-stelsel te plaatsen, is voor de toepassing van
het btw-tarief van 6 % over een totaal gecumuleerde maatstaf van
heffing van 50 000 euro, exclusief btw, op basis van het voor
10.02 Didier Reynders, ministre:
Le vendeur qui, en raison de la
fermeture des bureaux de TVA
entre Noël et Nouvel An, n'a pas
déposé de déclaration 104.1 avant
la conclusion du contrat de vente,
peut échapper à la déchéance du
droit de soumettre la transaction
concernée à la TVA, à condition
que
les
conditions
fassent
apparaître sans équivoque que les
parties
avaient
précisément
l'intention de soumettre cette
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
29
1 januari 2011 geldende artikel 1quinquies, § 2 van het koninklijk
besluit nr. 20 inzake btw-tarieven, inzonderheid vereist dat de btw
over de maatstaf opeisbaar is geworden voor 1 januari 2011 en dat
er, overeenkomstig de bepaling van de op 16 december 2010
gepubliceerde beslissing ET 119556 inzake vervroegde facturering en
incassering, geen sprake is van rechtsmisbruik.
De laattijdige indiening van de verklaring 121.2 na 31 december 2010
wegens sluiting van de kantoren tussen Kerstmis en Nieuwjaar vormt
op zich geen beletsel voor de toepassing van het tarief van 6 %.
Hetgeen bepaald is in het vorige lid geldt mutatis mutandis voor
verkopen door belastingplichtigen als bedoeld in artikel 12, § 2, van
het btw-Wetboek.
Ik wil alle mensen feliciteren die zo'n verkoop hebben georganiseerd
in de periode tussen Kerstmis en Nieuwjaar. Proficiat! Het is heel
goed om dat te doen en het is zonder enige invloed op de toepassing
van een verlaagd tarief. Het is immers perfect mogelijk om van een
dergelijk verlaagd tarief te genieten.
transaction à la TVA. Si cette
intention
est
établie
sans
ambiguïté, il faut, pour pouvoir
appliquer le taux de 6 % sur une
base d'imposition totale cumulée
de 50 000 euros hors TVA, que la
TVA sur la base d'imposition soit
devenue
exigible
avant
le
1
er
janvier 2011 et que toute
possibilité d'abus de droit soit
exclue.
Le dépôt tardif de la déclaration
121.2 au-delà du 31 décembre
2010 en raison de la fermeture
des bureaux entre Noël et Nouvel
An ne fait en soi pas obstacle à
l'application du taux de 6 %.
10.03 Veerle Wouters (N-VA): Mijnheer de minister, bij een aantal
mensen die zich daar toen aanboden rees immers de vraag wat zij
moesten doen om wettelijk in orde te zijn.
Ook Test-Aankoop heeft onlangs een artikel gepubliceerd over de
slechte bereikbaarheid van de belastingdiensten.
10.04 Minister Didier Reynders: Tussen Kerstmis en Nieuwjaar?
10.05 Veerle Wouters (N-VA): Neen, in het algemeen. De
belastingdiensten zijn slechts zestien uren per week geopend. Zij
zouden dus meer bereikbaar moeten zijn en er zou beter moeten
worden gecommuniceerd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de M. Damien Thiéry au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'investissement du fonds d'investissement sino-belge dans la société Eden
Chocolates" (n° 1974)
11 Vraag van de heer Damien Thiéry aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de investering van het Chinees-Belgische investeringsfonds in het
bedrijf Eden Chocolates" (nr. 1974)
11.01 Damien Thiéry (MR): Madame la présidente, monsieur le
ministre, je serai bref. Je vois que nous avons à peu près tous les
mêmes lectures dans cette salle puisque ma question porte sur des
articles dans les quotidiens De Morgen et De Tijd. Il est amusant de
voir que les francophones lisent la presse flamande. Il est important
de le faire parce qu'elle ne donne pas toujours les mêmes
informations. Comme je suis néerlandophone, par définition, c'est
plus facile pour moi!
Venons-en au fait. De Morgen et De Tijd nous ont informés que le
Fonds d'investissement sino-belge a injecté trois millions d'euros dans
Eden Chocolates, la société du député CD&V Hendrik Bogaert. Il
semblerait d'après mes informations qu'il s'agisse du premier
investissement de ce fonds dans une société belge. Si mes
11.01 Damien Thiéry (MR): De
Morgen en De Tijd berichtten dat
het
Chinees-Belgische
Investeringsfonds
drie miljoen
euro heeft gepompt in Eden
Chocolates, het bedrijf van CD&V
volksvertegenwoordiger
Hendrik
Bogaert. Naar verluidt gaat het om
de eerste investering van dat
fonds in een Belgisch bedrijf. Die
investering zou Eden Chocolates
de mogelijkheid moeten bieden de
groei
van
het
bedrijf
te
bestendigen,
maar
nog
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
30
informations sont toujours correctes, cet investissement permettrait à
Eden Chocolates de soutenir sa croissance mais ce qui est
intéressant également, c'est qu'on pourrait voir à terme une
introduction en bourse en Chine de cette société. C'est plutôt
intéressant pour la société belge.
Monsieur le ministre, je vous poserai quatre questions brèves.
Pouvez-vous confirmer cette information? Le montant investi est-il
bien celui-là? D'autres entreprises belges ont-elles également
bénéficié de ce fonds? De temps en temps, des prises de décision
doivent intervenir. Quelle est la méthode allant de pair avec ces prises
de décision? Quels sont les critères appliqués pour décider des
investissements du fonds? Enfin, question plus générale, à combien
s'élève la capitalisation du fonds?
interessanter op termijn is een
mogelijke beursgang van Eden
Chocolates in China.
Bevestigt u die informatie? Is het
geïnvesteerde bedrag correct?
Heeft dat fonds nog in andere
Belgische bedrijven geïnvesteerd?
Er dienen beslissingen te worden
genomen. Welke methode wordt
er daarbij toegepast? Welke
criteria worden er gehanteerd bij
het nemen van de beslissingen
over de investeringen van het
fonds? Hoeveel bedraagt het
kapitaal van het fonds?
11.02 Didier Reynders, ministre: Madame la présidente, monsieur
Thiéry, le Fonds d'investissement sino-belge The China-Belgium
Direct Equity Investment Fund
(CBDEIF) est un fonds de placement
du secteur privé constitué fin 2004, l'initiative commune de l'État
chinois et de l'État belge. La contribution des deux États lui confère un
caractère unique en son genre.
Le Fonds a un capital de départ de 100 millions d'euros, dont
8,5 millions d'euros sont apportés par l'État belge. Cette participation
belge est gérée par la SFPI depuis 2007. Le Fonds investit dans des
sociétés établies en Chine et son objectif est de permettre à ces
sociétés de poursuivre leur croissance, d'accéder aux facilités de
transfert de technologies ou au développement de celles-ci et, le cas
échéant, d'être cotées sur une des bourses chinoises par le biais
d'une IPO.
Quinze pour cent du capital, soit 15 millions d'euros, sont
exclusivement réservés à des sociétés ayant des liens avec la
Belgique, étant soit une société entièrement belge, soit une joint-
venture
avec un apport belge, soit une société chinoise ayant des
liens économiques durables avec une société belge.
Au 31 décembre 2010, des investissements avaient été effectués
dans 26 sociétés, dont 11 ont été cotées en bourse entre-temps. Le
Fonds a actuellement une valeur latente estimée à 800 millions
d'euros, dividendes de 2009 et 2010 non compris et s'élevant
respectivement à un total de 40 et 20 millions d'euros.
Une augmentation de capital portant celui-ci de 100 à 200 millions
d'euros, exclusivement financée par les bénéfices propres, a été
décidée récemment. Cette augmentation portera à 30 millions d'euros
les moyens disponibles pour les sociétés ayant des liens avec la
Belgique.
Je peux confirmer que la décision finale d'investir 3 millions d'euros
dans l'établissement chinois Eden Chocolates a été prise fin 2010.
Préalablement, une déclaration d'intention MoU a été signée avec la
société belge Enfinity pour laquelle un montant d'investissement de
5 millions d'euros maximum a été réservé. Deux autres sociétés ayant
des liens avec la Belgique ­ la confidentialité liée aux contrats ne me
permet pas actuellement de vous en communiquer les noms ­ sont
11.02 Minister Didier Reynders:
Het
Chinees-Belgische
investeringsfonds China-Belgium
Direct Equity Investment Fund
(CBDEIF) is een beleggingsfonds
uit de privésector dat eind 2004
werd opgericht.
Het Fonds heeft een startkapitaal
van
100 miljoen
euro.
Het
investeert
in
bedrijven
die
gevestigd zijn in China, en wil deze
bedrijven de mogelijkheid bieden
verder te groeien, toegang te
krijgen tot voorzieningen voor
technologieoverdracht
en
genoteerd te worden op een
Chinese beurs via een initial public
offering
(IPO).
Vijftien procent van het kapitaal is
uitsluitend voorbehouden voor
bedrijven die banden hebben met
België.
Op 31 december 2010 was er in
26 bedrijven geïnvesteerd. Het
Fonds heeft momenteel een
geschatte latente waarde van
800 miljoen euro.
Recentelijk werd besloten het
kapitaal te verhogen van 100 tot
200 miljoen euro.
De eindbeslissing om 3 miljoen
euro te investeren in Eden
Chocolates
werd
eind
2010
genomen. De onderhandelingen
met twee andere bedrijven die
banden hebben met België, zitten
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
31
en phase finale de négociations et représentent un montant
d'investissement commun oscillant entre 5 et 7 millions d'euros. Cinq
autres sociétés ayant des liens avec la Belgique sont actuellement en
phase d'analyse et de négociations.
Le Fonds est un closed-end fund, ce qui signifie que les décisions
d'investissement sont prises en complète indépendance par un fund
manager
désigné et qui agit sur la base de critères d'investissement
préalablement convenus et se fondant notamment sur le Internal Rate
of Return
attendu. La confidentialité liée aux contrats ne me permet
pas de donner davantage de détails à ce sujet.
Toutes les sociétés visées sont traitées sur pied d'égalité. Plus de
2 000 sociétés ont fait l'objet d'une analyse. Quelque 200 de ces
sociétés sont arrivées en phase d'analyse poussée. Parmi celles-ci,
cinq sont des sociétés ayant des liens avec la Belgique.
Le fund manager est une joint-venture entre Shangaï Hitong Security
Company
et Fortis Banque. Les résultats indiqués ci-dessus et le fait
que le Fonds a été nominé pour la quatrième année consécutive dans
la liste restreinte des Best Chinese Equity Funds montre que ce fund
manager
fournit un travail absolument remarquable, bénéficie d'une
excellente réputation et contribue de façon très positive à la présence
belge en Chine.
Voilà ce que je peux vous dire au sujet du fonctionnement d'un fonds
dont je rappelle qu'il est la conséquence de l'investissement, à
l'époque, de Belgacom dans Shangai Bell. Lorsque nous avons vendu
cette participation, le choix a été fait de maintenir une capacité
d'investissement en Chine.
Il ne serait pas inutile d'avoir une analyse de la capacité effective de
l'investissement de ce fonds et peut-être aussi de la capacité
d'investissement d'un fonds de même nature dans les autres pays
émergents. Pour le choix des sociétés retenues, je ne peux vous
donner que l'information provenant des gestionnaires du fonds.
in de eindfase. Samen zijn ze
goed voor een investering van 5 à
7 miljoen euro. Er lopen ook nog
onderhandelingen met vijf andere
bedrijven, waarvoor het onderzoek
aan de gang is.
Alle betrokken vennootschappen
worden op gelijke voet behandeld.
Meer dan 2.000 bedrijven werden
doorgelicht. Ongeveer 200 van
deze bedrijven ondergaan thans
een doorgedreven doorlichting. Vijf
ervan hebben banden met België.
De fondsbeheerder is een joint
venture tussen Shanghai Hitong
Security Company en Fortis Bank.
Hij levert opmerkelijk werk, geniet
een uitstekende reputatie en is
een opsteker voor de Belgische
aanwezigheid in China.
Dat is wat ik u kan vertellen over
de werking van een fonds dat
voortvloeit uit de investering die
Belgacom destijds heeft gedaan in
Shanghai Bell. Toen we die
participatie
hebben
verkocht,
hebben we ervoor geopteerd een
investeringscapaciteit in China te
behouden.
Het zou nuttig zijn om over een
analyse te beschikken van de
effectieve
investeringscapaciteit
van dat Fonds enerzijds en van de
investeringscapaciteit van een
soortgelijk fonds in de overige
groeilanden anderzijds. Wat de
geselecteerde bedrijven betreft,
kan ik u de informatie meedelen
die
afkomstig
is
van
de
beheerders van het Fonds.
11.03 Damien Thiéry (MR): Monsieur le ministre, je constate que
l'information des quotidiens De Morgen et De Tijd était correcte. De
prime abord, ce me semble d'excellentes initiatives, à poursuivre bien
entendu, probablement à l'image des initiatives prises par le ministre
des Finances jusqu'à présent.
11.03 Damien Thiéry (MR): De
informatie die in de kranten De
Morgen
en De Tijd stond, was
correct. Dit lijken me uitstekende
initiatieven, die wellicht in het
verlengde liggen van wat tot op
heden door de minister van
Financiën werd gerealiseerd.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
32
Institutionele Hervormingen over "het nieuw vredegerecht te Westerlo" (nr. 1984)
12 Question de M. Servais Verherstraeten au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la nouvelle justice de paix de Westerlo" (n° 1984)
12.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de minister, ik heb
af en toe nog eens de eer en het genoegen om het vredegerecht van
Westerlo te bezoeken onderweg van Mol naar Brussel. Het was de
intentie om de beschermde dekenij ­ die vrij onpraktisch was ­ te
verlaten om naar de voormalige politiegebouwen op het Bistplein te
gaan.
U
hebt
na
een
vroegere
brief
gesteld
dat
de
aanbestedingsdocumenten voor het bouwverlof van 2010 zouden
worden afgerond. De aanbesteding zou gepland worden in
augustus 2010 en de verbouwingswerken zouden begin 2011 starten.
Via een goede wind verneem ik dat de aanbesteding nog niet heeft
plaatsgevonden en dat er dus wellicht vertraging zit op het dossier.
Mijn vraag heeft dus betrekking op de timing en dies meer.
12.01 Servais Verherstraeten
(CD&V): Normalement, l'appel
d'offres relatif aux travaux de
transformation du bâtiment de la
nouvelle justice de paix à Westerlo
devait être clôturé avant les
congés de la construction de 2010
pour que les travaux débutent
début 2011. Il m'est toutefois
revenu que le dossier a pris du
retard.
Le ministre peut-il fournir plus
d'explications sur le calendrier?
12.02
Minister
Didier
Reynders:
Gelet
op
het
grote
gevangenispatrimonium dat door de provinciale dienst ontwerpen van
de Regie der Gebouwen wordt beheerd en de absolute voorrang die
diende gegeven te worden aan de opvang van asielzoekers, dient de
architect die was aangeduid voor het renovatieproject Westerlo ­
Vredegerecht ingezet te worden voor andere dringende werken in de
gevangenissen en de asielcentra. Dat is een keuze op basis van
prioriteiten in de regering. Eerstdaags wordt het uitvoeringsdossier
gepubliceerd voor aanbesteding.
De reservering van de kredieten voor het dossier is geprogrammeerd
voor juni 2011. Na de nodige vastleggingen ook voor de dossiers
technieken, onder andere elektriciteit en HVAC, zal met de uitvoering
gestart worden. Voor de bouwwerken is een uitvoeringstermijn van
180 werkdagen voorzien. Een nieuw aangeworven architect waarvan
de indiensttreding via Selor wordt verwacht, zal de werf leiden.
Zodanig wordt de ingebruikname na alle uitvoering gepland voor
medio 2012.
Het is juist dat er een vertraging is door een nieuwe taak binnen de
Regie, maar we hebben een concrete planning tot medio 2012.
12.02 Didier Reynders, ministre:
L'architecte désigné pour la
rénovation de la justice de paix à
Westerlo a dû être engagé pour
des travaux urgents dans les
prisons et les centres d'asile. La
Régie respecte ainsi les priorités
du gouvernement.
Le dossier d'exécution sera publié
prochainement pour l'adjudication.
Les crédits sont réservés pour le
mois de juin 2011. Un délai
d'exécution de 180 jours est prévu
pour les travaux de construction.
Un nouvel architecte, qui sera
recruté prochainement par le
Selor, dirigera le chantier. La mise
en service est prévue pour la mi-
2012.
12.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Ik dank de minister voor zijn
antwoord en ik hoop dat de aanwerving effectief zo snel mogelijk kan
plaatsvinden.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van mevrouw Veerle Wouters aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de inkohieringen van het aanslagjaar 2010" (nr. 1986)
13 Question de Mme Veerle Wouters au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "les enrôlements pour l'exercice d'imposition 2010" (n° 1986)
13.01 Veerle Wouters (N-VA): Mijnheer de minister, hoeveel
inkohieringen waren er in 2010 voor de personenbelasting van het
aanslagjaar 2010? Kunt u het globale resultaat geven voor die
maanden, zowel ten voordele van de belastingplichtigen als ten
voordele van de fiscus, eventueel met een vergelijking met het
13.01 Veerle Wouters (N-VA):
Combien d'enrôlements ont été
effectués en 2010 pour l'impôt des
personnes physiques de l'exercice
d'imposition 2010? Pourriez-vous
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
33
aanslagjaar 2009?
Daarnaast verneem ik graag hoeveel inkohieringen van het
aanslagjaar 2009 nog in 2009 gebeurd zijn en hoeveel daarvan in
2010. Kunt u het globale resultaat geven voor 2009 en 2010, zowel
ten voordele van de belastingplichtigen als ten voordele van de
fiscus?
Voorts
had
ik
graag
dezelfde
gegevens
inzake
de
vennootschapsbelasting. U hebt een deel van het antwoord vorige
week al gegeven tijdens de begrotingsbesprekingen.
nous fournir une comparaison
avec l'exercice d'imposition 2009,
tant en ce qui concerne l'avantage
pour le fisc que pour le
contribuable?
Combien
d'enrôlements
de
l'exercice
d'imposition 2009 ont encore été
effectués en 2009 et combien en
2010? Pourriez-vous nous fournir
les mêmes données pour l'impôt
des sociétés?
13.02 Minister Didier Reynders: Dit is een traditionele vraag in de
commissie voor de Financiën.
Voor de inkohiering van de personenbelasting heb ik een tabel met
een overzicht van de resultaten inzake de inkohieringsactiviteiten voor
de aanslagjaren 2009 en 2010 tot 31 december van voornoemde,
respectieve jaren.
Voor de periode tussen 10 augustus en 10 december heb ik de
positieve en negatieve artikelen en bedragen. Voor het totaal zal ik u
een algemene tabel geven.
Het aantal artikelen in 2009 bedraagt 3 369 252. In 2010 bedraagt het
totale aantal artikelen 3 957 671. Het algemene nettobedrag inzake
terugbetaling ten voordele van de belastingplichtige is voor de Staat
min
1 195 380 569,87 euro.
Voor
2010
is
dat
min
1 602 499 675,27 euro.
Primo, het blijkt dat voor het aanslagjaar 2010 reeds nagenoeg vier
miljoen belastingplichtigen binnen het aanslagjaar zelf over hun
afrekening van de personenbelasting beschikken, wat zowat 600 000
eenheden meer is dan in het vorige aanslagjaar en meer dan één
miljoen belastingplichtigen meer dan in het aanslagjaar 2006, zijnde
het jaar waarin de inkohieringsversnelling dankzij tax-on-web een
aanvang heeft genomen. Een en ander is klaar en duidelijk het gevolg
van de modernisering van onze administratie.
Secundo, er dient te worden aangestipt dat voormelde evolutie vooral
door de permanente verbetering van de automatisering van het
inkohieringsproces in het algemeen en meer in het bijzonder door het
succes bij de belastingplichtigen van het tax-on-websysteem wordt
gedragen.
Ook voor de vennootschapsbelasting heb ik een tabel voor de twee
voorbije aanslagjaren voor de maanden september tot en met
31 december. Ik geef u de totalen. Ik heb voor u ook de repartitie in
een tabel.
Het totale aantal artikelen in 2009 bedraagt 272 983. In 2010 bedraagt
het
aantal
artikelen
284 836.
De
totaalbedragen
zijn
381 160 908,93 euro voor 2009 en 778 705 805,18 euro voor 2010.
Primo, het blijkt dat het aantal ingekohierde vennootschappen voor
beide aanslagjaren vergelijkbaar is, namelijk ongeveer 280 000
vennootschappen. Het zijn er meer in 2010, maar het verschil is
minder relevant dan voor de personenbelastingen.
13.02 Didier Reynders, ministre:
Je remets à votre commission un
tableau des résultats des activités
d'enrôlement pour les exercices
d'imposition 2009 et 2010. Pour
2009, le nombre total d'articles
s'élève à 3 369 252. En 2010, ce
total atteint 3 957 671. Le montant
net des remboursements en
faveur des contribuables atteint
moins
1 195 380 569,87 euros
pour l'État. Pour 2010, le chiffre
est
de
moins
1 602 499 675,27 euros.
Pour l'exercice d'imposition 2010,
près de 4 millions de contribuables
ont reçu leur décompte au cours
de cette même année, soit
600 000 de plus que pour
l'exercice d'imposition précédent
et près d'1 million de plus que pour
l'exercice
d'imposition
2006,
année de lancement de Tax-on-
web
.
Je remets également à votre
commission un tableau reprenant
les chiffres pour l'impôt des
sociétés. Pour 2009, le nombre
total d'articles s'élève à 272 983 et
à 284 836 en 2010. Les montants
totaux sont respectivement de
381 160 908,93 euros pour 2009
et de 778 705 805,18 euros pour
2010.
Près de 280 000 sociétés ont été
enrôlées au cours des exercices
d'imposition 2009 et 2010. Le
résultat est toutefois nettement
meilleur
en
2010
puisqu'on
enregistre un supplément de
recettes de près de 400 millions
d'euros. En 2009, de nombreuses
entreprises ont en effet choisi de
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
34
Secundo, het blijkt echter wel dat het resultaat voor het aanslagjaar
2010 heel wat beter is dan het resultaat voor het aanslagjaar 2009.
De meeropbrengst op het vlak van de kohieren bedraagt nagenoeg
400 miljoen euro. Heel wat bedrijven hebben er immers voor
geopteerd gedurende het inkomstenjaar 2009 minder vooraf te
betalen. De slechte prestaties van de voorafbetalingen in 2009
bevestigen voorgaande vaststelling. Derhalve dienen de betrokken
vennootschappen bij de inkohiering zelf van de belastingen meer te
betalen.
De lagere voorafbetalingen waren vooral te wijten aan de precaire
financiële situatie van heel wat bedrijven als gevolg van de financieel-
economische crisis, waarin nagenoeg heel de wereld was
ondergedompeld in 2009. Meer concreet betekent het dat ze liever
zelf cash aanhielden om te vermijden in liquiditeitsproblemen te
komen gezien de liquiditeitskrapte op de financiële markt in die
periode. Dat was een normale reactie van de verschillende bedrijven,
maar in 2010 waren er zeer goede resultaten. Ik heb hier de tabel
voor u.
réduire
leurs
versements
anticipés.
Le fait que le niveau des
versements
anticipés
a
été
inférieur est une conséquence de
la crise économique et financière.
Les entreprises ont souhaité éviter
des problèmes de liquidités en
conservant plus d'espèces.
13.03 Veerle Wouters (N-VA): Mijnheer de minister, ik dank u voor
het antwoord.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la réponse de l'État belge à l'avis de la Commission européenne quant au
traitement jugé discriminatoire des primes d'épargne-pension par la Belgique" (n° 1989)
14 Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het antwoord van de Belgische Staat op het advies van de
Europese Commissie met betrekking tot de discriminerende behandeling van pensioenspaarbijdragen
door België" (nr. 1989)
14.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Monsieur le ministre, le
mardi 23 novembre, la Commission européenne a décidé de traduire
la Belgique devant la Cour de justice de l'Union européenne en lui
reprochant d'octroyer un allègement fiscal uniquement pour les
primes d'épargne-pension payées à des établissements belges ou,
dans le cas des comptes d'épargne collectifs, investies dans des
fonds belges.
Selon la Commission européenne, ces dispositions sont contraires
aux articles 56 et 63 du Traité. Cette saisine de la Cour de justice fait
suite à un premier avis motivé daté du 18 mars 2010, auquel la
Belgique aurait dû répondre de façon satisfaisante dans les deux
mois. La réponse n'a manifestement pas convaincu la Commission...
Le Code belge des impôts sur les revenus stipule que les paiements
effectués pour la constitution de ces épargnes-pension individuelles
ou collectives ne peuvent faire l'objet d'un allègement fiscal que s'ils
sont versés en Belgique. La Commission considère, quant à elle, qu'il
s'agit d'une restriction disproportionnée et discriminatoire. Je tiens à
souligner que je ne partage pas la position de celle-ci, car elle me
semble très inquiétante. Au-delà de l'imposition de nouvelles règles
prudentielles à ces fonds de pension, il me semble primordial de
favoriser le placement de l'épargne des Belges dans des fonds
14.01 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): Op 23 november heeft de
Europese
Commissie
beslist
België aan te klagen bij het Hof
van Justitie van de Europese Unie
omdat ons land enkel een fiscaal
voordeel toekent voor de premies
van het pensioensparen die aan
Belgische
instellingen
worden
gestort of in Belgische fondsen
worden
geïnvesteerd.
Die
handelwijze zou strijdig zijn met de
artikelen 56 en 63 van het
Verdrag. De Commissie is van
oordeel
dat
het
om
een
onevenredige en discriminatoire
beperking gaat. Ze bracht dit op
18 maart 2010 ter kennis van de
regering,
die
binnen
twee
maanden moest antwoorden. Ik
deel dat standpunt niet, want het
lijkt mij fundamenteel dat het
spaargeld van de Belgen bij
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
35
belges. Il s'agit d'une disposition positive quant au contrôle prudentiel
des investissements réalisés, mais également au regard de l'objectif
de soutien de notre économie.
Monsieur le ministre, pouvez-vous m'indiquer la réponse du
gouvernement à l'avis motivé de la Commission daté du 18 mars?
Pourquoi la Commission n'a-t-elle pas jugé cette réponse
satisfaisante? Quels moyens de défense la Belgique compte-t-elle
développer devant la Cour de justice afin de répondre à cet avis de la
Commission européenne et de maintenir, à défaut d'un
réinvestissement prioritaire dans le premier pilier de pension, un
système de nature à favoriser le placement de l'épargne dans des
établissements belges ou dans des fonds belges? Enfin, quels sont
les ministres du gouvernement qui seront associés à l'élaboration de
cette réponse? J'avais en effet adressé ma question au ministre des
Pensions qu'elle ne semble pas avoir intéressé.
voorkeur in Belgische fondsen
wordt belegd. Dat is beter om de
investeringen
te
kunnen
controleren maar ook om onze
economie te steunen.
Wat was het antwoord van de
regering op het advies van de
Commissie van 18 maart? Welke
verweermiddelen
overweegt
België aan te voeren voor het Hof
van Justitie? Welke ministers
zullen worden betrokken bij het
opstellen van dat antwoord?
14.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur Gilkinet, la procédure
d'infraction concerne essentiellement les articles 145.8 et 145.15 du
Code des impôts sur les revenus 1992. La Commission européenne
estime que la Belgique a manqué aux obligations qui lui incombent en
vertu des traités européens lorsque la réduction d'impôt pour
l'épargne-pension n'est attribuée que pour les montants payés
définitivement en Belgique à des institutions belges et pour des fonds
belges agréés. Dans sa réponse à l'avis motivé, le gouvernement
belge a affirmé qu'il continue à défendre les dispositions légales
actuelles en matière d'épargne-pension et qu'il maintient les
arguments déjà avancés en 2007.
Ces arguments concernent deux dérogations acceptées par la Cour
de justice de l'Union européenne, à savoir la cohérence interne du
système fiscal et des raisons impérieuses d'intérêt général. À ce jour,
aucun recours n'a encore été déposé contre la Belgique auprès de la
Cour de justice de l'Union européenne, d'après les informations
reçues de mes services. Lorsque ce sera le cas, le ministre des
Finances se chargera de l'élaboration de la réponse. Je sais la
confiance que vous avez dans le ministre des Finances donc,
logiquement, les choses devraient bien se passer.
14.02 Minister Didier Reynders:
De Europese Commissie is van
oordeel
dat
België
zijn
verplichtingen niet is nagekomen,
omdat de belastingvermindering
voor het pensioensparen slechts
wordt toegekend voor de bedragen
die aan Belgische instellingen en
voor erkende Belgische fondsen
worden gestort. In haar antwoord
op het met redenen omkleed
advies heeft de Belgische regering
verklaard dat ze de huidige
wettelijke bepalingen inzake het
pensioensparen blijft verdedigen
en dat ze achter haar argumenten
van 2007 blijft staan, namelijk
twee afwijkingen die aanvaard
werden door het Hof van Justitie
betreffende de interne coherentie
van het belastingsysteem en
dwingende redenen van algemeen
belang. Volgens de informatie
waarover
mijn
diensten
beschikken, werd tot nu toe geen
enkel
beroep
tegen
België
ingediend. Indien dit wel gebeurt,
zal de minister van Financiën een
antwoord opstellen.
14.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): En l'occurrence, j'espère
d'abord que la Cour de justice ne sera pas saisie et si elle l'était, que
les réponses soient bonnes et convaincantes. Sinon, il serait
particulièrement problématique de voir ces règles modifiées. Je vous
remercie d'y être attentif, monsieur le ministre des Finances.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Questions jointes de
- M. Olivier Henry au ministre pour l'Entreprise et la Simplification sur "un testing des banques"
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
36
(n° 2001)
- M. Olivier Henry au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles
sur "un testing des banques par la CBFA" (n° 1993)
15 Samengevoegde vragen van
- de heer Olivier Henry aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen over "het testen van de
banken" (nr. 2001)
- de heer Olivier Henry aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "het testen van de banken door de CBFA" (nr. 1993)
15.01 Olivier Henry (PS): Madame la présidente, monsieur le
ministre, ces questions s'adressent au ministre Van Quickenborne et
à vous-même.
Depuis la crise financière et économique, les banques n'ont pas
vraiment joué le rôle premier pour lequel elles sont importantes, à
savoir soutenir l'initiative économique. Allant dans ce sens,
Mme Aigner, ministre allemande chargée de la Consommation, a
annoncé dernièrement dans la presse que le gouvernement allemand
prévoyait d'envoyer dans les banques du pays, des enquêteurs qui
auraient pour mission de tester les pratiques des établissements
financiers en se faisant passer pour des clients.
Ce principe, connu sous le nom de "client mystère", est calqué sur
une pratique déjà fort utilisée par les entreprises privées pour tester
leurs propres services. En effet, celles-ci engagent de faux clients qui
sont chargés de "coter" les services et conseils promulgués à la
clientèle.
Dans le cas spécifique des banques, la porte-parole du ministère des
Finances allemand a annoncé que les enquêteurs seront engagés et
dirigés par l'autorité allemande des services financiers, le BaFin. Elle
a affirmé qu'il ne sera pas nécessaire de modifier la loi actuelle pour
diriger ce type de pratiques. L'idée séduit visiblement déjà certains
autres États européens. L'objectif est de tester la capacité des
banques à prêter mais également de vérifier que celles-ci respectent
les engagements pris par rapport aux aides d'État.
Monsieur le ministre, une telle initiative serait-elle possible en
Belgique?
Existe-t-il déjà un cadre légal?
Qui pourrait prendre l'initiative d'avancer dans cette matière? On
proposait la CBFA ou la Direction générale Contrôle et Médiation.
15.01 Olivier Henry (PS): Sinds
de financiële crisis hebben de
banken een van hun belangrijkste
kerntaken,
namelijk
de
ondersteuning
van
het
economisch initiatief, niet echt
vervuld. De Duitse regering heeft
een experiment opgezet om de
praktijken
van
de
financiële
instellingen te testen waarbij de
onderzoekers zich voor cliënten
hebben uitgegeven.
Is dergelijk initiatief in ons land ook
mogelijk? Bestaat er daartoe al
een wettelijk kader? Kan de CBFA
of de Algemene Directie Controle
en Bemiddeling het initiatief
nemen om vooruitgang te boeken
in deze materie?
15.02 Didier Reynders, ministre: Madame la présidente, cher
collègue, actuellement, l'autorité de contrôle des services financiers
belges (la CBFA) n'a pas envoyé, dans les établissements contrôlés,
d'enquêteurs ayant pour mission de tester les pratiques de ces
derniers en se faisant passer pour des "clients mystère". En effet, il
n'existe pas de base légale permettant cette façon de faire. À cet
égard, la CBFA n'est dotée d'aucune compétence prévue par la loi.
À l'avenir, pour suivre l'exemple de ses homologues étrangers dotés
de ce type de compétence, la CBFA est disposée à examiner cette
possibilité et à élaborer des propositions techniques qui seront
soumises au prochain gouvernement. Il va sans dire qu'il conviendra,
dans ce cadre, d'analyser la conformité du système envisagé avec les
différentes législations en vigueur comme la loi sur la protection de la
vie privée. Il s'agit là de la procédure que nous devons suivre en
15.02 Minister Didier Reynders:
De CBFA heeft de betrokken
instellingen tot nu toe nooit met
behulp
van
mysteryclients
gecontroleerd omdat er voor deze
werkwijze
geen
wettelijke
grondslag bestaat. De CBFA is
bereid om na te gaan of die
methode
zinvol
is
en
om
voorstellen hieromtrent aan de
volgende regering voor te leggen.
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
37
Belgique. Mais je me ferai bien évidemment un plaisir de transmettre
cette proposition au formateur dès qu'il aura été désigné.
15.03 Olivier Henry (PS): Monsieur le président, je remercie le
ministre pour sa réponse. Je demanderai également à mon parti de
sensibiliser le prochain formateur.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van mevrouw Ann Vanheste aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "het btw-tarief voor de sanering van olieopslagtanks" (nr. 1999)
16 Question de Mme Ann Vanheste au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le taux de TVA sur l'assainissement des citernes à mazout" (n° 1999)
16.01 Ann Vanheste (sp.a): Mijnheer de minister, bij het wegnemen
van olieopslagtanks of het saneren ervan wordt 21 % btw
aangerekend, tenzij de tank vervangen wordt: dan wordt 6 % btw
aangerekend. Dat komt echter niet vaak voor, aangezien de meeste
mensen overschakelen op aardgas.
De firma NV Morik met maatschappelijke zetel in Antwerpen stapte
naar het hof van beroep en rekent altijd 6 % aan. Dankzij het arrest
van het hof van beroep is dit toegestaan, omdat een opslagtank een
samenhorigheid is aan een woning en wanneer een woning ouder is
dan 5 jaar, het tarief van 6 % van toepassing is. NV Morik die over het
arrest van het hof van beroep beschikt, kan dus aan een tarief van
6 % werken.
Btw-kantoren laten echter niet toe dat andere firma's ook aan
datzelfde tarief werken. Dergelijke manier van werken zorgt ervoor dat
de bedrijven die niet beschikken over het arrest, niet op een eerlijke
manier kunnen concurreren: er bestaat een btw-verschil van 15 %.
Mijnheer de minister, vindt u dat er hier sprake is van discriminatie?
Vindt u het normaal dat een dergelijke situatie tot stand kan komen?
16.01 Ann Vanheste (sp.a):
L'enlèvement ou l'assainissement
des citernes à mazout est assujetti
à une TVA de 21 %. Le
remplacement d'une telle citerne
est en revanche assujetti à une
TVA de 6 %. Grâce à l'arrêt de la
cour d'appel, la SA Morik a obtenu
l'autorisation de pouvoir facturer
constamment 6 % de TVA. Les
entreprises qui ne disposent pas
de cet arrêt ne peuvent concourir
de façon loyale. N'est-ce pas
constitutif d'une discrimination?
16.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw Vanheste, in een arrest
van 20 november 2007 heeft het hof van beroep te Antwerpen
geoordeeld dat de bewijslast inzake het al dan niet terecht toepassen
van het verlaagde btw-tarief van 6 % voor de handeling die hierin
bestaat een ondergrondse stookolietank te reinigen en op te vullen
met schuim krachtens de wetgeving die van kracht was in de periode
van 1 maart 2002 tot en met 30 september 2004, rustte op de btw-
administratie. Het hof is van oordeel dat de administratie het bewijs
onvoldoende heeft geleverd. Het hof spreekt zich echter in die zaak
niet uit over de al of niet terechte toepassing van het verlaagde btw-
tarief, maar slechts over de bewijslast ter zake.
Met ingang van 7 januari 2007 werd artikel 1 van KB nr. 20 van 20 juli
1970 dat de tariefstructuur inzake btw weergeeft, evenwel gewijzigd,
met als gevolg dat de bewijslast dat het normale btw-tarief van 21 %
niet van toepassing is, thans op de belastingplichtige rust. Sedert de
wijziging van voornoemd KB kan betrokkene zich bijgevolg niet meer
beroepen op dat arrest en dient het louter verwijderen of buiten
gebruik stellen van een stookolietank aan het normale btw-tarief van
21 % te worden onderworpen.
16.02 Didier Reynders, ministre:
Dans un arrêt du 20 novembre
2007, la cour d'appel d'Anvers a
estimé que la charge de la preuve
incombe à l'administration de la
TVA en matière d'application
justifiée ou non du taux de TVA
réduit de 6 % en vertu de la
législation qui était en vigueur au
cours de la période allant du
1
er
mars 2002 au 30 septembre
2004 inclus. La cour a estimé que
l'administration
n'avait
pas
suffisamment fourni la preuve de
ce qu'elle avait avancé. Dans cette
affaire, la cour ne s'est prononcée
que sur la charge de la preuve en
la matière et non sur l'application
justifiée ou non du taux de TVA
réduit.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
38
Zodra de administratie kennis neemt van de niet-naleving van de
fiscale wetgeving, worden de nodige rechtzettingen verricht. Klachten
inzake concurrentieverstoring worden dan ook nauwgezet onderzocht.
Wij gaan dus verder met de toepassing van het arrest.
L'article 1
er
de l'arrêté royal n° 20
du 20 juillet 1970 a toutefois été
modifié avec effet à partir du
7 janvier 2007. La charge de la
preuve dans le sens d'une non-
application du taux de TVA normal
de 21 % incombe à présent au
contribuable.
Depuis
la
modification de l'arrêté royal,
l'intéressé ne peut plus, par
conséquent, invoquer cet arrêt.
Sitôt que l'administration aura pris
connaissance du non-respect de
la législation fiscale, elle procédera
aux rectifications nécessaires. Les
plaintes en matière de distorsion
de concurrence seront dès lors
l'objet d'un examen scrupuleux.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Vraag van de heer Karel Uyttersprot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de overheidsvertegenwoordiging in de raden van bestuur van
financiële instellingen" (nr. 2041)
17 Question de M. Karel Uyttersprot au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la représentation des pouvoirs publics dans les conseils
d'administration des institutions financières" (n° 2041)
17.01 Karel Uyttersprot (N-VA): Mevrouw de voorzitter, deze vraag
zal u waarschijnlijk ook interesseren, in het kader van een ander
dossier.
Mijnheer de minister, in het kader van de overheidssteun aan de
financiële instellingen werd een protocol gemaakt waarin bepaald
wordt dat de federale overheid een aantal mandaten heeft in de raden
van bestuur van de financiële instellingen, zowel in de raden van
bestuur, als in het benoemingscomité, het remuneratiecomité, het
auditcomité, enzovoort.
Ik heb de volgende vragen.
In welke financiële instellingen is de overheid vertegenwoordigd? Zijn
alle benoemingen reeds gebeurd? Heeft de overheid overal haar
mandaten reeds ingevuld? Welke personen werden aangesteld in
welke instellingen? Het zijn uiteraard dezelfde mensen uit de raad van
bestuur die in het remuneratiecomité of het auditcomité zullen zetelen.
Is er een politieke verdeelsleutel toegepast? Op welke wijze werden
de mandaten bij de financiële instellingen ingevuld?
17.01 Karel Uyttersprot (N-VA):
Dans le cadre des aides de l'État
accordées
aux
institutions
financières, il a été décidé que
l'État fédéral a droit à un certain
nombre de mandats dans les
conseils d'administration et les
divers comités des institutions
financières.
Dans quelles institutions l'État est-
il
représenté?
Toutes
les
nominations ont-elles déjà été
effectuées et l'État a-t-il déjà
conféré tous ses mandats? Qui a-
t-il désigné, et à quel poste? Une
clé de répartition politique a-t-elle
été appliquée?
17.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, de overheid
is vertegenwoordigd in BNP Paribas, Dexia, Ethias, BNP Paribas
Fortis, KBC en Royal Park Investments. De regering heeft ten volle
gebruik gemaakt van haar recht om bestuursmandaten op te nemen
bij de financiële instellingen die een beroep hebben gedaan op
staatssteun.
Voor BNP Paribas zijn er twee leden in de raad van bestuur: Michel
17.02 Didier Reynders, ministre:
L'État est représenté dans BNP
Paribas, Dexia, Ethias, BNP
Paribas Fortis, KBC et Royal Park
Investments. Le gouvernement a
pleinement usé de son droit de
remplir
des
mandats
d'administrateur. Michel Tilmant et
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
39
Tilmant en Emiel Van Broekhoven. In Dexia zit de heer Koen
Van Loo, afgevaardigd bestuurder van FPIM. Hij zit ook in het
Risicostrategisch Comité van Dexia. In Ethias Finance zitten Claude
Deseille, Mark Bienstman en Chris Verhaegen. De heer Deseille is
onafhankelijk bestuurder voor de CBFA en de heer Verhaegen
vertegenwoordigt het managementvennootschap. Er zijn specifieke
regels maar zij vertegenwoordigen de overheid. De heer Deseille
zetelt ook in het Auditcomité. De heer Verhaegen zetelt in het Audit-
en Risicocomité. In Fortis Bank zit Wim Coumans in het Auditcomité
en Serge Wibaut in het Renumeratiecomité. Bij KBC zit Jean-Pierre
Hansen. Voor Royal Park Investments zijn het Bart Bronselaer,
voorzitter, en Dominique Favillier. Zij zijn ook leden van het
Thesaurie- en Portfoliocomité.
Ik heb geprobeerd om een aantal vertegenwoordigers te benoemen
op basis van hun ervaringen in de bank- en financiële sector of op
basis van hun verantwoordelijkheid in verschillende publieke
overheden. Het leek ons noodzakelijk om bij Dexia iemand van FPIM
te hebben, de maatschappij die Dexia in zijn portefeuille heeft.
Ik heb geen verdeling gedaan op politieke basis. Voor verschillende
mensen heb ik niet eens een idee van hun politieke voorkeur. Van
enkelen ken ik hun ervaring in een publiek mandaat op basis van een
politieke beslissing. Ik heb altijd geprobeerd om de echte ervaring van
de mensen te laten spreken. Tot nu toe ging dat gepaard met een
zeer goed beheer van de verschillende mandaten van alle benoemde
leden.
Ik heb een tabel met de verschillende leden van de raden van bestuur
maar ook van de andere organen in de verschillende
vennootschappen.
Emiel Van Broekhoven siègent au
conseil d'administration de BNP
Paribas. Koen Van Loo siège chez
Dexia
comme
administrateur
délégué de la SFPI et au Comité
des risques stratégiques. Claude
Deseille, Mark Bienstman et Chris
Verhaegen
siègent
auprès
d'Ethias Finance. M. Deseille est
administrateur indépendant de la
CBFA et siège également au
Comité
d'audit; M. Verhaegen
représente
la
société
de
management et siège au Comité
d'audit et des risques. Chez Fortis
Banque, Wim Coumans siège au
Comité d'audit et Serge Wibaut au
Comité de rémunération. Jean-
Pierre Hansen siège à la KBC.
Bart Bronselaer siège ­ comme
président ­ à la Royal Park
Investments,
avec
Dominique
Favillier.
Ils
sont
également
membres du comité de trésorerie
et des portefeuilles.
Il a été procédé autant que
possible à ces nominations sur la
base des expériences et des
responsabilités utiles, et non en
fonction
de
considérations
politiques. Un tableau comportant
toute une série d'informations
pertinentes est à la disposition de
votre commission.
17.03 Karel Uyttersprot (N-VA): Mijnheer de minister, wij zijn
principieel tegenstander van genderquota in aanduidingen van raden
van bestuur, aangezien wij ervan uitgaan dat het de aandeelhouders
zijn die het moeten aanduiden. Hier hebben wij echter toch wel een
bijkomende opmerking, namelijk dat men een opportuniteit laat
verloren gaan door alleen mannen aan te duiden. Hier was er een
opportuniteit om een voorbeeldfunctie te zijn als overheid, waar de
helft of 51 % vrouwen zijn. Voor private bedrijven of privaatgenoteerde
bedrijven zien wij daarvan af, is dat voor ons geen criterium. Hier is de
overheid wel aandeelhouder. Het was een opportuniteit geweest.
Ik zou dan nog een bijkomende vraag willen stellen. Aangezien de
overheid toch overal in het benoemingscomité zit, kan er vanuit de
overheid de aanbeveling gebeuren aan het benoemingscomité dat
men bij voordracht van nieuwe mandaten rekening houdt met de
mogelijkheid van genderdiversiteit?
17.03 Karel Uyttersprot (N-VA):
En
principe,
nous
sommes
opposés aux quotas de genre pour
ce qui des désignations dans les
conseils d'administration mais en
tant qu'actionnaire, l'État manque
le coche en ne désignant que des
hommes. L'État ne pourrait-il pas
suggérer au comité de nomination
d'également tenir compte, pour les
nouveaux mandats, de la diversité
des genres?
17.04 Minister Didier Reynders: Men moet kandidaten hebben en
daarna moet er een normale evaluatie worden gemaakt. Ik moet u
zeggen dat er niet zoveel vrouwen kandidaat zijn voor functies in
financiële instellingen. Ik heb bijvoorbeeld nota's gezien voor de
Europese Centrale Bank, wij hebben daar een Belgische kandidaat
17.04 Didier Reynders, ministre:
Les candidates aux fonctions sont
plutôt rares dans les institutions
financières. On pourrait réformer
le secteur et susciter un plus
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
40
voorgesteld, namelijk de heer Praet, van de Europese Centrale Bank,
die een zeer grote ervaring in crisisbeheer heeft op internationaal
vlak. Tot nu toe hebben wij slechts één vrouw gezien als kandidaat,
namelijk de vice-gouverneur van de nationale bank van Slowakije.
Om een concreet voorbeeld te geven, mevrouw Lagarde, mijn Franse
collega, heeft gezegd dat zij de twee kandidaturen eerst en vooral
zullen beoordelen op basis van de kwaliteiten van de twee
kandidaten, met een evenwicht tussen de twee kandidaten zal het
misschien mogelijk zijn om een vrouw te kiezen, maar niet als het
onmogelijk is om een evenwicht te hebben in de verschillende
kwaliteiten.
Het is misschien ook een mogelijke evolutie in de toekomst. Wij
hebben zeer weinig kandidaturen van vrouwen voor financiële
instellingen, in het algemeen. Het zal misschien mogelijk zijn om niet
alleen quota te hebben maar ook een hervorming van de sector en
een grotere interesse voor de sector.
Tot nu toe, na 12 jaar op dit departement, moet ik u zeggen dat ik veel
mannen heb gezien maar niet veel vrouwen. Wij proberen er iets aan
te doen.
Ik heb bijvoorbeeld een vrouw benoemd als voorzitter van een zeer
belangrijke dienst, de rulingdienst,. Ik heb reeds veel vragen gekregen
over die benoeming. Mijnheer Gilkinet, het is steeds mogelijk om een
benoeming te aanvaarden.
grand intérêt pour ce dernier.
Nous essayons en tout cas de
faire bouger les choses: j'ai
nommé
une
femme
à
la
présidence de notre très important
service de Ruling.
17.05 Karel Uyttersprot (N-VA): Mijnheer de minister, u weet dat er
instellingen zijn die dergelijke vrouwen vorming geven. Ik denk hier
aan Guberna en andere instellingen.
17.05 Karel Uyttersprot (N-VA):
Le ministre sait qu'il existe des
organismes comme GUBERNA
qui
peuvent
former
des
candidates.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Vraag van de heer Karel Uyttersprot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de borgtochten betaald door bedrijven aan de Deposito- en
Consignatiekas" (nr. 2042)
18 Question de M. Karel Uyttersprot au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "les cautions payées par des entreprises à la Caisse des Dépôts et
Consignation" (n° 2042)
18.01 Karel Uyttersprot (N-VA): Mijnheer de minister, deze vraag
ligt in de lijn van die van de heer Terwingen daarjuist.
De Deposito- en Consignatiekas is een afzonderlijke administratie van
uw diensten. Bedrijven moeten voor een hele reeks activiteiten, zoals
douaneborgtochten en andere borgtochten in verband met accijnzen,
waarborgen doorstorten aan deze kas. Het gaat om een massa geld
dat geblokkeerd wordt. De bedrijven krijgen daarvoor een intrest van
1 % tot ongeveer 3,5 %, meen ik.
Ik ben een beetje nieuwsgierig naar de totaalsom van het geld van
bedrijven dat als borgtocht gedeponeerd wordt bij de Deposito- en
Consignatiekas. In welke domeinen worden die sommen
gedeponeerd? Wat is het rendement voor de overheid? Ik meen dat
18.01 Karel Uyttersprot (N-VA):
La
Caisse
des
Dépôts
et
Consignations
est
une
administration
distincte
des
Finances. Les entreprises doivent
verser des garanties à cette caisse
pour toute une série d'activités.
Au total, quelle quantité d'argent
est bloquée sur ces comptes?
Dans quels domaines sont-ils
déposés? Quel rendement cela
représente-t-il pour les autorités?
Quelle est la rentabilité de ce
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
41
dit middelen zijn waarover u op een gemakkelijke manier kunt
beschikken om er op een goede manier mee te werken.
Wat is het verschil, wat is de rentabiliteit van die dienst? Wat is de
evolutie van de borgtochten die door de ondernemingen geplaatst zijn
gedurende de jongste 3 jaar? Gaat het saldo vooruit of achteruit? Hoe
evolueert dat? Dat hangt toch ook af van de economische
conjunctuur, van onze export, van onze accijnzen, enzovoort?
service? Quelle est l'évolution du
montant des cautions pour les
trois dernières années?
18.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, collega, de
gestelde vraag beperkt zich tot de sommen die door het bedrijf
worden betaald. Het betreft dus enkel de borgtochten in geld. Het
informaticaprogramma van de DCK laat niet toe voor de borgtochten
in geld een opsplitsing te maken tussen bedrijven en particulieren. Het
overgrote deel van de borgtochten wordt evenwel gedeponeerd door
de bedrijven. In totaal bedragen de gestelde borgtochten in geld op
datum van 31 december 2010 170 323 304,91 euro. Aangenomen
mag worden dat 90 % van deze gelden door bedrijven werd gestort.
Ook voor uw tweede vraag kan het informaticaprogramma van de
DCK geen opsplitsing maken per domein. Eventueel is een
selectiecriterium mogelijk op naam van de instantie die de borgstelling
geëist heeft. Ik wil u informeren dat voor de borgtochten in geld
inderdaad door de DCK een vergoeding betaald wordt. Deze
rentevoet is evenwel niet vast, maar fluctueert volgens de
marktomstandigheden.
Naast de borgtochten in geld hebben de bedrijven ook de
mogelijkheid om hetzij een solidaire borgtocht te stellen, hetzij een
borgtocht in effecten. Bij de solidaire borgtochten betalen de bedrijven
zelf geen som. De financiële instelling, de verzekeringsonderneming
of de aangenomen vennootschap van hun keuze stelt zich solidair bij
de DCK borg voor bijvoorbeeld een aannemer of een leverancier. Bij
een borgtocht in effecten geeft het bedrijf een effect in bewaring bij de
DCK, waarvoor jaarlijks op de vervaldag de desbetreffende coupon
als rente aan het bedrijf wordt uitbetaald door de DCK. De DCK belegt
de gestorte borgsommen in de financiële producten van de Staat:
schatkistcertificaat en dergelijke meer. De intrestvoet van deze
producten fluctueert eveneens volgens de marktomstandigheden.
Naar schatting bedroeg het jaarlijks rendement van de borgtochten in
geld voor 2010 6 246 500 euro.
Het totale bedrag van de borgtochten in geld bij de DCK op
31 december 2008 was 142 125 270,79 euro. Op 31 december 2009
was dat 158 201 582,15 euro. Op 31 december 2010 was dat
170 323 304,91 euro. U krijgt een kopie van dit antwoord.
18.02 Didier Reynders, ministre:
Le programme informatique de la
Caisse
des
Dépôts
et
Consignations (CDC) ne permet
pas d'établir une distinction entre
les sociétés et les particuliers en
ce
qui
concerne
les
cautionnements en espèces. Au
31 décembre
2010,
les
cautionnements
constitués
s'élevaient
à
170 323 304,91 euros au total. On
peut considérer que 90 % de ces
cautionnements ont été versés par
des entreprises.
Une ventilation par domaine n'est
pas possible mais on peut
néanmoins vérifier qui a exigé le
cautionnement. La CDC verse en
effet une indemnité pour les
cautionnements en espèces mais
le taux fluctue en fonction des
conditions du marché.
Parallèlement aux cautionnements
en espèces, les sociétés peuvent
également
constituer
un
cautionnement solidaire ou en
valeurs. Dans le premier cas, une
banque
ou
un
organisme
d'assurances se porte caution
pour la société; dans le deuxième
cas, la société donne un titre en
dépôt et la société reçoit le coupon
annuellement sous la forme
d'intérêts.
La CDC place les cautionnements
versés dans les produits financiers
de l'État. Le taux d'intérêt de ces
produits varie également en
fonction des conditions du marché.
Selon
les
estimations,
le
rendement
annuel
des
cautionnements en espèces pour
2010 s'élevait à 6 246 500 euros.
Le
montant
total
des
cautionnements
en
espèces
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
42
auprès de la CDC était le
31 décembre
2008
de
142 125 270,79 euros.
Le
31 décembre 2009, il était de
158 201 582,15 euros.
18.03 Karel Uyttersprot (N-VA): Is die 170 miljoen euro dan het
totaalbedrag in de Deposito- en Consignatiekas, zowel privé van
onder andere successierechten en notariaten als zakelijk?
18.04 Minister Didier Reynders: Het is de totale som. Ik heb gezegd
dat het onmogelijk is om een splitsing te maken tussen de bedrijven
en de particulieren, en ook tussen de verschillende bronnen van de
particuliere deposito's.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Vraag nr. 2086 van de heer Jadot wordt op zijn
verzoek uitgesteld.
La présidente: La question
n° 2086 de M. Jadot est reportée.
19 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de niet geboekte rechten bij de douane" (nr. 2095)
19 Question de M. Servais Verherstraeten au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "des droits non comptabilisés à la douane" (n° 2095)
19.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de minister, de wet
van 24 december 2009 houdende de middelenbegroting voor het
begrotingsjaar 2010 stelt dat de vastgestelde niet-geboekte rechten
die tijdens de controle aan het licht komen, met rente vermeerderd
worden voorafgenomen op de terugbetalingen van de Europese
Gemeenschap aan de Belgische Staatskas.
Met welk bedrag kwamen de niet-geboekte rechten van 2007 tot en
met 2010 overeen? Welk bedrag werd of zal worden voorafgenomen
voor de terugbetalingen voor die jaren? Kreeg de Belgische Staat de
voorbije vijf jaar nog andere boetes voor het niet-voldoen aan de
regels met betrekking tot inning en controle?
Heeft de Europese overheid of de inspectie van Financiën zich
hierover gebogen? Wat waren hun opmerkingen? Wat zijn de
onderliggende oorzaken? Welke maatregelen worden hiertegen
desgevallend genomen?
19.01 Servais Verherstraeten
(CD&V): La loi du 24 décembre
2009 contenant le budget des
voies et moyens de l'année
budgétaire 2010 dispose que les
droits
constatés
non
comptabilisés,
décelés
à
l'occasion
des
contrôles
de
douane, augmentés des intérêts,
sont
prélevés
sur
les
remboursements au Trésor belge
que la Communauté européenne
est tenue d'effectuer.
De quel montant s'agit-il de 2007 à
2010? Quel montant a été ou sera
prélevé pour les remboursements?
L'État belge s'est-il vu infliger
d'autres amendes encore au cours
des cinq dernières années pour
non-respect des règles relatives à
l'encaissement et au contrôle? Les
autorités
européennes
ou
l'Inspection des Finances se sont-
elles penchées sur le dossier?
Quelles
ont
été
leurs
observations? Quelles sont les
causes? Quelles mesures seront
prises?
19.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer Verherstraeten, ik heb de
vraag naar de heer Colpin gestuurd, maar hij heeft mij, jammer
19.02 Didier Reynders, ministre:
L'administration des Douanes et
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
43
genoeg, een zeer kort antwoord gegeven.
In het kader van een mondelinge vraag is het voor de administratie
van Douane en Accijnzen niet mogelijk om de gevraagde statistische
gegevens binnen de opgelegde termijn te verstrekken. Mijn
administratie zal het nodige doen om het antwoord te bezorgen via
een schriftelijke weg.
Ik zal vragen om dat zo vlug mogelijk te doen.
Accises m'informe qu'elle n'a pu
fournir les données statistiques
demandées en temps voulu et
qu'elle donnera une réponse
écrite. J'insisterai pour qu'elle vous
parvienne rapidement.
19.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Ik dank u, mijnheer de
minister. Ik zal wel een tipje van de sluier lichten, want uiteraard komt
de vraag niet zomaar uit mijn koker. Zij is via een of andere
ambtenaar bij mij terechtgekomen. De problemen die de betrokkene
heeft aangehaald, zouden de volgende zijn. U kunt dat misschien ook
aan uw diensten doorgeven?
Zo zouden de bedragen relatief relevant zijn. Dat zou te maken
hebben met de slechte werking van het informaticaprogramma PLDA.
Mogelijkerwijze kan dat gegeven worden meegenomen bij het
opzoekingswerk.
19.03 Servais Verherstraeten
(CD&V): Le ministre pourrait peut-
être signaler à son administration
que les sommes en jeu sont
considérables. Un fonctionnement
défectueux du logiciel PLDA serait
à l'origine du problème.
19.04 Minister Didier Reynders: ... (zonder micro).
La présidente: M. Colpin vient en commission le 25 janvier, mardi
prochain, suite à notre visite du port d'Anvers et du service des
Douanes.
De voorzitter: De heer Colpin zal
op 25 januari eerstkomend in de
commissie aanwezig zijn.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan de vice-eerste minister en minister van
Financiën en Institutionele Hervormingen over "de illegale premieverhoging van de
hospitalisatieverzekering door DKV" (nr. 2099)
20 Question de Mme Liesbeth Van der Auwera au vice-premier ministre et ministre des Finances et
des Réformes institutionnelles sur "l'augmentation illégale des primes de l'assurance hospitalisation
par DKV" (n° 2099)
20.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): U zal vorige week ook het
nieuws hebben gehoord dat de rechtbank het helemaal niet eens was
de premieverhoging door DKV aangaande hospitalisatiecontracten en
na een vordering van Test-Aankoop tot de nietigverklaring overging.
DKV deelt de mening van de rechtbank natuurlijk niet. Wij kunnen
verwachten dat zij hoger beroep aankondigen. Voor 2011 hebben zij
alleszins een premieverhoging van 6,3 % aangekondigd.
Dit is helemaal geen nieuwe materie en zeker niet voor u. Ik denk
terug aan het koninklijk besluit van 1 februari 2010 toen we gewag
maakten van een medische index. Die kon betekenen dat de
verzekeraar zijn kosten doorrekende aan de verzekerde. Er zijn toen
in de commissie een aantal opmerkingen geformuleerd zoals: is dat
wel betrouwbaar?
Voor 2011 beroept DKV zich dus op een premieverhoging van 6,3 %
uitgaande van die medische index. Uit een recente studie van een
miljoen ziekenhuisfacturen door CM blijkt dat er eigenlijk maar een
gewettigde premieverhoging van 3,91 % zou zijn.
20.01 Liesbeth Van der Auwera
(CD&V): Le tribunal n'était pas
d'accord avec l'augmentation de
prime
pour
les
contrats
d'hospitalisation de la DKV et a
procédé à leur annulation à la
suite d'une action de Test-Achats.
DKV ne partage bien sûr pas l'avis
du tribunal et ira probablement en
appel. Pour 2011, la société a en
tout
cas
annoncé
une
augmentation de prime de 6,3 %.
L'augmentation
de
prime
annoncée par DKV est-elle légale?
L'article 14 de la loi de 1992
s'applique-t-il à une prime majorée
de façon illégale? Que conseille le
ministre
aux
consommateurs
confrontés à l'augmentation de
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
44
U zegt ook dat de medische index enkel kan worden toegepast op de
component schadelast en dus niet op de andere kosten van de
verzekeraar zoals lonen. Een en ander doet vermoeden dat de
verzekeraar dat wel op die manier doet en de consument daar de
dupe van is, zeker de meest kwetsbare aangezien er in die index een
verschil wordt gemaakt per leeftijdscategorie. Vele consumenten en
verzekerden weten dat niet maar het is wel degelijk bepaald dat zij
ook het recht hebben om de overeenkomst op te zeggen. Er is een
aantal bepalingen aan toegevoegd dat zoiets duidelijk moet worden
vermeld.
Dat koninklijk besluit kwam uit uw hoed. Wij hebben in de commissie
over die medische index gediscussieerd.
Is de aangekondigde premieverhoging van DKV wettig?
Welke acties heeft u ondernomen of zult u ondernemen tegen deze
premieverhogingen?
Is artikel 14 van de wet van 1992 van toepassing op een premie die
illegaal is verhoogd? Kan de verzekeraar het contract met andere
woorden gewoon opzeggen indien de klant de wettelijke
premieverhoging zou betalen en niets meer?
Kan de verzekeraar gewoon opzeggen indien de klant de wettelijke
premieverhoging zou betalen en niet meer?
Welke raad hebt u voor de consumenten die met de premieverhoging
worden geconfronteerd? Hoe verklaart u het verschil tussen de
berekeningen van CM en de berekeningen door DKV? Is de medische
index wel betrouwbaar?
prime? Comment explique-t-il la
différence entre les calculs de
Mutualités chrétiennes et ceux de
DKV? L'indice médical est-il bien
fiable?
20.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, mevrouw
Van der Auwera, ter herinnering, een verzekeringsonderneming die
de
contractuele
voorwaarden
van
een
ziekteverzekeringsovereenkomst wenst te wijzigen en met name een
tariefverhoging wenst door te voeren, dient het wettelijke kader ter
zake te respecteren.
Artikel 138bis, 4
e
, van de wet van 25 juni 1992 op de
landverzekeringsovereenkomst, hierna WLVO genoemd, ingevoerd
bij wet van 20 juli 2007 en recent vervangen bij de wet van
17 juni 2009,
beperkt
de
mogelijkheid
voor
de
verzekeringsonderneming om na het sluiten van een individuele
ziekteverzekeringsovereenkomst de technische grondslagen van de
premie en de dekkingsvoorwaarden van zo'n overeenkomst te
wijzigen.
In beginsel kunnen dergelijke wijzigingen alleen bij wederzijds
akkoord van de partijen, op uitsluitend verzoek van de
hoofdverzekerde en in het belang van de verzekerde worden
doorgevoerd. Dat is paragraaf 1.
Buiten voornoemd geval mogen volgens paragraaf 2 de premie, de
vrijstelling en de prestatie op de jaarlijkse premievervaldag worden
aangepast op grond van het indexcijfer van de consumptieprijzen. De
mogelijkheden tot herziening van de contractuele voorwaarden
worden verder aangevuld door paragraaf 3 van voornoemd artikel, dat
20.02 Didier Reynders, ministre:
Une entreprise d'assurances qui
souhaite modifier les termes
contractuels
d'un
contrat
d'assurance maladie et augmenter
ses tarifs est tenue de respecter le
cadre légal. L'article 138bis 4 de la
loi du 25 juin 1992 sur le contrat
d'assurance terrestre limite pour
une entreprise d'assurances les
possibilités de modifier les bases
techniques de la prime et les
conditions de couverture après la
signature d'un contrat individuel
d'assurance
maladie.
Conformément au § 1
er
, de telles
modifications ne peuvent en
principe être apportées que
moyennant l'accord réciproque
des parties, à la requête exclusive
de l'assuré principal et dans
l'intérêt de l'assuré. Hormis ce cas,
conformément au § 2, la prime, la
franchise et la prestation peuvent
être
adaptées
à
l'échéance
annuelle de la prime, sur la base
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
45
stelt dat de premie, de vrijstelling en de prestaties op de jaarlijkse
premievervaldag op grond van een of verschillende specifieke
indexcijfers mogen worden aangepast aan de kosten van de diensten
die door de private ziekteverzekeringsovereenkomsten worden
gedekt, indien en voor zover de evolutie van die indexcijfers het
indexcijfer van de consumptieprijzen overschrijdt.
Daartoe bepaalt de Koning op basis van de bij wet vastgestelde
criteria en op advies van het Federaal Kenniscentrum voor de
Gezondheidszorg de wijze waarop de indexcijfers worden
opgebouwd. Dat is het koninklijk besluit van 1 februari 2010 tot
vaststelling van de specifieke indexcijfers bedoeld in artikel 138bis,
4
e
, § 3,
van
de
wet
van
25 juni 1992
op
de
landverzekeringsovereenkomst.
Nadat de Koning die methode heeft bepaald gaat de FOD Economie
over tot de berekening van de waarden van het of de betrokken
indexcijfers en publiceert ze jaarlijks in het Belgisch Staatsblad,
waarbij de Koning de regelmaat van de berekening en de
bekendmaking van de waarde van voornoemd indexcijfer kan
verhogen.
Op grond van de gepubliceerde gegevens in het Belgisch Staatsblad
van 20 augustus 2010, editie 3, pagina 54 480 laat de index van het
tweede trimester 2010 een mogelijkheid tot verhoging van 6,71 % toe
ten aanzien van de premies met betrekking tot het tweede semester
van 2009.
In de veronderstelling dat de premieverhoging correct werd
genotificeerd, valt een verhoging van 6,30 % binnen de mogelijkheden
bepaald door de reglementering voor de contracten met vervaldag
binnen de bedoelde referentieperiode.
De gestelde vraag betreffende de contracten met vervaldag in het
derde trimester en waarvoor de gepubliceerde index 108,49 bedraagt,
biedt een mogelijkheid tot verhoging ten belope van 3,74 % ten
aanzien van het derde trimester van 2009.
In antwoord op uw tweede en vierde vraag over een premieverhoging
die niet aan het wettelijke kader beantwoordt, wil ik erop wijzen dat de
rechtbank van koophandel zich recent over een dergelijk probleem
heeft uitgesproken. In deze zaak in kwestie, die DKV betrof, heeft de
rechtbank geconcludeerd dat het bedrag van de premie op het niveau
van 2009 moet worden gehandhaafd, en zulks zonder wijziging van
het bedrag van de vrijstelling en van de dekkingsgraad. Dit standpunt
sluit aan bij wat ik reeds eerder heb medegedeeld. Tariefwijzigingen
die eenzijdig door een verzekeringsonderneming worden doorgevoerd
en waarbij geen gebruik wordt gemaakt van een van de
mogelijkheden die in de wet zijn bepaald, zijn onwettig. Zij moeten als
niet geschreven worden beschouwd. De belanghebbenden hebben
dan ook het recht om het bedrag van de tariefverhoging die hen
onrechtmatig wordt aangerekend, niet te betalen. Het niet-betalen van
de tariefverhoging kan in geen geval aanleiding geven tot een opzeg
van de politie of tot een schorsing van de dekking.
Verzekerden die dus met een onwettige premieverhoging zouden
worden geconfronteerd, raad ik aan bij de ombudsman voor de
verzekeringen een klacht in te dienen. Ik heb voormelde raad al
de l'indice des prix à la
consommation.
Le § 3 stipule que la prime, la
franchise
et
les
prestations
peuvent
être
adaptées,
à
l'échéance annuelle de la prime,
aux coûts des services couverts
par le contrat d'assurance maladie
privé, sur la base d'un ou de
plusieurs indices spécifiques, pour
autant que l'évolution de ces
indices dépasse celle de l'indice
des prix à la consommation. Sur la
base de critères arrêtés par la loi
et de l'avis du Centre fédéral
d'expertise des soins de santé, le
Roi détermine la structure de ces
indices. Ces dispositions sont
reprises dans l'arrêté royal du
1
er
février 2010 déterminant les
indices
spécifiques
visés
à
l'article 138bis 4, § 3, de la loi du
25 juin 1992. Le SPF Économie
procède ensuite au calcul de la
valeur des indices en question et
les publie chaque année au
Moniteur belge. Le Roi est habilité
à augmenter la fréquence du
calcul et de la notification de la
valeur de l'indice précité.
Sur la base des données publiées
le 20 août 2010 au Moniteur belge,
l'indice du deuxième trimestre
2010 autorise une hausse de
6,71 % pour les primes du second
semestre 2009.
Dans
l'hypothèse
l'augmentation de la prime a été
notifiée
correctement,
une
augmentation de 6,30 % est
possible dans les limites des
possibilités contractuelles. En ce
qui concerne les contrats évoqués
dans
la
question,
une
augmentation de 3,74 % est
possible
pour
le
troisième
trimestre de 2009.
Un jugement récent du tribunal de
commerce confirme ce que j'ai
toujours dit à ce propos. Les
modifications de tarifs appliquées
unilatéralement
par
une
compagnie d'assurances et pour
lesquelles il n'est pas fait usage de
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
46
enkele malen in de commissie gegeven.
In antwoord op uw vijfde vraag merk ik op dat de precieze
methodologie van de CM-studie mij niet bekend is. Niettemin kunnen
tussen de medische index en de studie van de CM een aantal
fundamentele verschillen worden vastgesteld die een verschillend
resultaat aannemelijk maken.
Ten eerste, de populatie is verschillend. De medische index is
gebaseerd op de verzekerde populatie. Dat wil zeggen alle personen
met een ziektekostenverzekering voor de opname op een
eenpersoonskamer. De cijfers van de CM zijn daarentegen
gebaseerd op gegevens over haar leden, ongeacht het feit of zij al
dan niet een hospitalisatiepolis hebben onderschreven.
Daarnaast is omwille van de gebruikte methodologie ook de gebruikte
referentieperiode verschillend. Voor de opstelling van de medische
index wordt gewerkt met voortschrijdende gemiddelden en worden
alle facturen gekoppeld aan het tijdperk waarin de hospitalisatie
plaatsvond, ongeacht de factuurdatum. Deze methodologie, die als
doel heeft om tijdelijke fluctuaties uit te vlakken, heeft als gevolg dat
de factuurgegevens met enige vertraging in de indexcijfers worden
vertaald. Zo heeft het indexcijfer van 107,45 voor het vierde kwartaal
van 2009 maar in beperkte mate betrekking op de ziekenhuisfacturen
die in de loop van 2009 werden uitgeschreven. Enkel die facturen die
in 2009 werden uitgeschreven maar die betrekking hadden op
hospitalisaties die ten laatste in het vierde kwartaal van 2008
plaatsvonden zijn terug te vinden in dit cijfer. Facturen die betrekking
hebben op hospitalisaties vanaf 2009 komen maar tot uitdrukking in
latere indexcijfers.
De cijfers van de CM daarentegen zijn voor zover mij bekend
gebaseerd op een vergelijking van de ziekenhuisfacturen die werden
uitgeschreven voor de jaren 2009 en 2008, ongeacht het ogenblik
waarop de hospitalisatie plaatsvond.
Ten slotte is het voor mij niet duidelijk of in de CM-studie ook de
kosten in rekening werden gebracht die op grond van een
derdebetalersregeling al door een hospitalisatieverzekering ten laste
werden genomen.
Zoals
artikel 138bis,
4
e
,
van
de
wet
op
de
landverzekeringsovereenkomst voorschrijft werd de methodologie van
de medische index vastgesteld na raadpleging van het Federaal
Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg. In zijn rapport 96A van
22 december 2008
heeft
het
Kenniscentrum
verschillende
inhoudelijke reserves geuit ten aanzien van een indexsysteem van het
type index van de consumptieprijzen en heeft het centrum zijn
voorkeur uitgesproken voor een ander indexmechanisme. Om die
reden werd gekozen voor de huidige benadering waarbij de index
wordt berekend op grond van het bedrag van de uitgaven per
verzekerde. De medische index is gebaseerd op de door de
verzekeringsondernemingen gerapporteerde schadelast die op haar
beurt is gebaseerd op de ziekenhuisfacturen. Het gaat met andere
woorden om objectieve gegevens die bovendien nog worden
gecertificeerd door een erkend commissaris.
Tot slot voorziet het KB in een representativiteitstoets op grond
l'une des possibilités stipulées
dans la loi, sont illégales. Il
convient de les considérer comme
non écrites. Les intéressés ne sont
pas
tenus
de
payer
les
augmentations de tarifs illicites et il
ne peut aucunement en résulter
une résiliation de la police ou une
suspension de la couverture. Je
conseille
aux
intéressés
de
déposer
plainte
auprès
du
médiateur.
J'ignore la méthodologie précise
de
l'étude
des
Mutualités
chrétiennes. Plusieurs différences
fondamentales
peuvent
être
constatées entre l'indice médical
et
l'étude
des
Mutualités
chrétiennes, ce qui rend plausible
un résultat différent. Ainsi, la
population est différente dans la
mesure où il s'agit de l'ensemble
des assurés dans un cas et des
membres
des
Mutualités
chrétiennes dans l'autre.
La différence de méthodologie
entraîne un décalage entre les
périodes de référence. L'indice
médical est établi à l'aide de
moyennes mobiles. Toutes les
factures sont rapportées à la
période d'hospitalisation effective,
indépendamment de la date de
facturation. De ce fait, les données
des factures ne se traduisent dans
l'indice qu'après un certain délai.
L'indice
de 107,45
pour
le
quatrième trimestre 2009 ne se
rapporte donc que partiellement
aux factures émises en 2009.
L'étude
des
Mutualités
chrétiennes,
en
revanche,
compare les factures émises par
les hôpitaux en 2008 et 2009 sans
tenir compte de la période réelle
d'hospitalisation. L'étude n'indique
pas clairement non plus si elle
tient également compte des frais
déjà remboursés par l'assurance
hospitalisation par le biais du
système du tiers payant.
La méthodologie utilisée pour
établir l'indice médical a été
déterminée après consultation du
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
47
waarvan de gegevens afkomstig dienen te zijn van ten minste drie
maatschappijen en betrekking moeten hebben op ten minste 75 %
van de markt. Rekening houdend met deze elementen kan worden
gesteld dat de medische index betrouwbaar is.
Ik herhaal echter dat ik met betrekking tot een aantal
tariefverhogingen altijd heb gezegd dat de klanten klacht moeten
indienen bij de ombudsman en misschien daarna naar de rechtbank
moeten gaan.
Centre fédéral d'expertise des
soins de santé. L'indice médical
est basé sur la charge des
sinistres communiquée par les
compagnies d'assurances, qui est
elle-même basée sur les factures
des hôpitaux. Il s'agit donc de
données objectives, qui sont en
outre
certifiées
par
un
commissaire agréé. Par ailleurs,
l'arrêté royal prévoit un test de
représentativité, dès lors que les
données doivent provenir d'au
moins trois sociétés et concerner
minimum 75 % du marché.
20.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Mijnheer de minister, dit
was een uitvoerig antwoord. Deels kende ik dat antwoord uiteraard
wel, zeker de toepasselijke wetgeving en dergelijke. Maar het is en
blijft wel een feit dat het hier aan de consument is om stappen te
ondernemen. Het is in de polisvoorwaarden aan de verzekeraar
opgelegd om de verzekerde op een deftige wijze uit te leggen dat hij
daarmee niet noodzakelijk akkoord moet gaan. Blijkbaar doen veel
verzekeraars dat niet.
Zou het niet zinvol zijn om via een beroepsorganisatie de
verzekeraars op te roepen om die wetgeving na te leven? U kunt dat
perfect doen. Ik kan mij immers best voorstellen dat het inderdaad
zinvol is voor de consument om een klacht neer te leggen bij de
ombudsman. Als al die consumenten naar de rechtbank moeten gaan
als zij die premieverhoging weigeren te betalen dan vraag ik mij af of
voor zo'n gevallen in geen groepsvordering kan worden voorzien.
Dient elke consument individueel per polis naar een rechtbank te
stappen?
U hebt gelijk als u zegt dat de consument naar de rechtbank kan
stappen. De consument weet dat vaak niet en naar de rechtbank
stappen is ook niet altijd evident. Is in deze materie het invoeren van
een groepsvordering misschien een piste om over na te denken?
20.03 Liesbeth Van der Auwera
(CD&V): Il n'en demeure pas
moins que c'est au consommateur
qu'il incombe d'entreprendre des
démarches. Ne conviendrait-il pas
de le faire par le biais d'une action
collective?
20.04 Minister Didier Reynders: De wet geldt voor iedereen. Er is
ook de scheiding der machten.
20.04 Didier Reynders, ministre:
La loi est la même pour tous et la
séparation des pouvoirs doit être
respectée.
20.05 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): (...)
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le président: Mme Lanjri n'est pas présente. Elle nous rejoindra peut-être avant la fin de cette
commission.
21 Vraag van de heer Jan Van Esbroeck aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de overdracht van de douanegebouwen" (nr. 2120)
21 Question de M. Jan Van Esbroeck au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la cession des bâtiments des douanes" (n° 2120)
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
48
21.01 Jan Van Esbroeck (N-VA): Mijnheer de minister, ik lees in het
antwoord dat u de heer Logghe heeft gegeven op bijna dezelfde vraag
dat er een overeenkomst zou zijn met de Regie der Gebouwen en
met het Vlaams Gewest over de overdracht van die gebouwen.
Voor zover ik gelezen heb bij de Vlaamse minister voor Mobiliteit,
mevrouw Crevits, is het probleem precies dat er geen overeenkomst
is, en dat men het daarom niet gedaan krijgt die gebouwen over te
dragen aan het Vlaams Gewest. In uw antwoord staat, als ik het goed
gelezen heb, mijnheer de minister, dat er wel een overeenkomst is?
21.01 Jan Van Esbroeck (N-VA):
À
une
question
quasiment
identique posée par M. Logghe, le
ministre a répondu qu'un accord
aurait été conclu avec la Régie
des Bâtiments et la Région
flamande à propos du transfert de
ces bâtiments. Pour la ministre
flamande,
Mme Crevits,
le
problème est précisément qu'il n'y
a pas d'accord.
Le ministre avait-il précisé dans sa
réponse qu'il existe un accord?
21.02 Minister Didier Reynders: Ik heb hetzelfde antwoord als op
vorige vraag. Er is een akkoord, heb ik gezegd, maar ik wacht nu op
een tekst van de Regie der Gebouwen voor de Ministerraad. Nu er
een akkoord is bereikt aangaande de verschillende vragen, dat als
addendum zal worden bijgevoegd en gebruikt door Douane en
Accijnzen voor zo'n domein voor de akte van verkoop aan het Vlaams
Gewest, wordt thans door de Regie der Gebouwen al het nodige
gedaan om mij een overdrachtdossier zo spoedig mogelijk te
bezorgen om dit ter goedkeuring voor te leggen aan de Ministerraad.
Dat is hetzelfde antwoord als aan de heer Logghe. Ik heb geen ander
element. Er is nu een akkoord. Ik heb dat gevraagd aan de Douane
en de Regie. U hebt misschien andere informatie van het Vlaams
Gewest.
21.02 Didier Reynders, ministre:
Un accord existe, mais j'attends à
présent un texte de la Régie des
Bâtiments destiné au Conseil des
ministres. Cet accord peut être
utilisé par les Douanes et Accises
pour l'acte de vente à la Région
flamande. La Régie des Bâtiments
fournira le dossier de transfert au
Conseil des ministres dans les
plus brefs délais.
21.03 Jan Van Esbroeck (N-VA): Voor alle duidelijkheid, het
akkoord gaat tussen de Regie der Gebouwen en de federale
overheid.
21.03 Jan Van Esbroeck (N-VA):
S'agit-il d'un accord entre la Régie
des
Bâtiments
et
l'autorité
fédérale?
21.04 Minister Didier Reynders: En de Vlaamse overheid. Ik zal dat
verifiëren. Ik heb nu het antwoord van Douane en Accijnzen en van de
Regie der Gebouwen. Dit is hetzelfde antwoord als op de vorige
vraag.
21.04 Didier Reynders, ministre:
Et l'autorité flamande. Je vais le
vérifier.
21.05 Jan Van Esbroeck (N-VA): Ik zal dat verder nakijken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
22 Questions jointes de
- M. Georges Gilkinet au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les conséquences de la modification de l'article 346 du CIR sur la capacité de
l'État à recouvrer les impôts dus dans le cadre des dossiers du QFIE" (n° 2130)
- M. Josy Arens au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles
sur "la possible forclusion des dossiers QFIE" (n° 2165)
22 Samengevoegde vragen van
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "de gevolgen van de wijziging van artikel 346 WIB voor de invordering van de in
het kader van de FBB-dossiers verschuldigde belasting door de Staat" (nr. 2130)
- de heer Josy Arens aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen over "het mogelijke verval van de FBB-dossiers" (nr. 2165)
22.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Madame la présidente, 22.01 Georges Gilkinet (Ecolo-
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
49
monsieur le ministre, cette question importante concerne un grand
nombre des dossiers dits QFIE étudiés par la commission d'enquête
contre la fraude fiscale.
La loi du 19 mai 2010 portant des dispositions fiscales et diverses a
eu notamment pour effet de modifier la façon dont sont calculés les
délais de rigueur en cas d'envoi d'avis de rectification par
l'administration fiscale. Ainsi, l'article 346 du CIR a été modifié: les
mots "de la date d'envoi de la demande" ont été remplacés par les
mots "à compter du troisième jour ouvrable qui suit l'envoi de la
demande". C'est la théorie de la réception.
Il s'agissait de prendre en compte de façon anticipative la réponse
potentielle de la Cour constitutionnelle à la question préjudicielle du
21 avril 2009, posée par la cour d'appel d'Anvers, afin de savoir si
l'article 346, alinéa 3, du CIR 92 stipulant que le délai de réponse d'un
mois débute à partir de la date d'envoi de l'avis de rectification ne
violait pas les articles 10 et 11 de la Constitution.
L'exposé des motifs du projet de loi précisait que: "Le gouvernement
a choisi comme solution celle qui ne porte pas préjudice au
contribuable et qui assure au mieux la sécurité juridique". De facto,
ces délais de rigueur ont donc été prolongés de trois jours. Après vote
par le Parlement et publication en date du 28 mai 2010 au Moniteur,
cette modification de l'article 346, alinéa 3, est applicable depuis le
7 juin 2010 et donc, à mon sens, pour les dossiers postérieurs à cette
date. Il semble cependant que l'interprétation de l'administration
fiscale soit différente, estimant que cette modification devrait être
appliquée avec effet rétroactif à tous les recours administratifs et
judiciaires actuellement pendants. Cela n'est pas sans conséquence
sur des dossiers relatifs à des fraudes importantes, comme celui des
QFIE, qui pourraient bénéficier d'une prescription des faits, les avis de
rectification de l'administration fiscale concernant ces fraudes
complexes des années 1990 ayant généralement été envoyés à la fin
du mois de novembre.
Dans ces cas, le nouveau mode de calcul du délai de réponse des
contribuables entraîne un report de la première date possible
d'enrôlement au plus tôt au début de l'année suivante, rendant ainsi
les taxations concernées caduques pour dépassement du délai
d'enrôlement. Selon l'hebdomadaire Le Vif de ce vendredi 14 janvier,
si cette logique était effectivement suivie, les 270 dossiers QFIE
encore en contentieux pourraient tomber à l'eau, soit 170 millions
d'impôts enrôlés.
Monsieur le ministre, quel est votre avis sur la rétroactivité du nouvel
alinéa 3 de l'article 346 du CIR?
Qu'est-ce qui justifierait une telle rétroactivité?
Ne convient-il pas d'indiquer à l'administration fiscale qu'il y a lieu de
considérer que ce nouvel alinéa ne s'applique que sur les dossiers
postérieurs au 7 juin 2010, date d'entrée en vigueur de la loi?
Pour éviter toute mauvaise interprétation, n'est-il pas utile de modifier
cet article du CIR afin d'en préciser la non-rétroactivité?
Quel est l'impact en termes de perte de recettes fiscales de cette
interprétation faite par l'administration fiscale quant à la rétroactivité
de l'alinéa 3 de l'article 346 du CIR tel que modifiée?
Cette interprétation a-t-elle déjà eu des répercussions concrètes sur
le traitement de dossiers en cours? Dans l'affirmative, pourriez-vous
Groen!): Bij de wet van 19 mei
2010 houdende fiscale en diverse
bepalingen werd een wijziging
aangebracht aan de wijze van
berekening van de termijnen die
van toepassing zijn indien de
administratie der belastingen een
bericht van wijziging verstuurt. De
woorden "na de datum van de
verzending van de aanvraag"
werden
vervangen
door
de
woorden "te rekenen van de derde
werkdag volgend op de verzending
van de aanvraag". Bedoeling was
om te anticiperen op het mogelijke
antwoord van het Grondwettelijk
Hof op de prejudiciële vraag die op
21 april 2009 door het hof van
beroep te Antwerpen werd gesteld,
te weten of artikel 346, derde lid,
van het WIB 92, dat bepaalde dat
de antwoordtermijn van een
maand aanving op de datum van
verzending van het bericht van
wijziging, geen schending inhield
van de artikelen 10 en 11 van de
Grondwet.
De wijziging van artikel 346 is van
toepassing sinds 7 juni 2010 en
geldt mijns inziens ook voor
dossiers die na die datum worden
behandeld. De administratie der
belastingen
interpreteert
dat
blijkbaar anders, aangezien ze
stelt dat die wijziging met
terugwerkende
kracht
moet
worden
toegepast
voor
alle
hangende
administratieve
en
gerechtelijke beroepsprocedures.
Een en ander blijft niet zonder
gevolgen
voor
de
zware
fraudedossiers. Volgens Le Vif van
14 januari
kunnen
de
270
hangende FBB-dossiers (forfaitair
gedeelte van de buitenlandse
belasting) daardoor immers in
aanmerking komen voor verjaring,
waardoor de Staat 170 miljoen
ingekohierde
belastingen
zou
mislopen.
Wat vindt u van het feit dat het
nieuwe derde lid van artikel 346
van het WIB met terugwerkende
kracht wordt toegepast? Moet dat
artikel niet worden gewijzigd
teneinde
de
niet-retroactiviteit
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
50
nous communiquer le nombre de dossiers et les montants concernés
par direction?
ervan te preciseren?
Hoeveel belastinginkomsten ziet
de Staat aan zijn neus voorbijgaan
door die interpretatie van de
administratie der belastingen?
Heeft die interpretatie al gevolgen
gehad voor de behandeling van
lopende dossiers?
22.02 Josy Arens (cdH): Madame la présidente, monsieur le
ministre, je ne vais pas revenir sur l'exposé de la question puisque
mon collègue Gilkinet l'a fait très en profondeur.
Pouvez-vous faire le point sur la question? L'intervention législative
survenue de par la loi du 19 mai 2010 ne corrige-t-elle pas la situation
dénoncée par la Cour constitutionnelle? Certains estiment que les
nouveaux délais de l'article 346 du CIR 92 ont un caractère rétroactif.
Qu'en pensez-vous?
Les dossiers QFIE risquent-ils de ne pas aboutir pour cause de
forclusion? Si oui, pouvez-vous expliquer pourquoi une réaction
législative appropriée n'est pas intervenue pour sauvegarder les droits
du Trésor? En existe-t-il une?
Pouvez-vous indiquer le nombre de dossiers QFIE et ceux qui sont
encore au stade du contentieux administratif? Pouvez-vous indiquer
les montants concernés?
Pourquoi l'ISI a-t-elle enrôlé des montants si importants à une date si
proche de la forclusion? Ne pensez-vous pas que les retards
accumulés dans certains dossiers exposent l'administration
ultérieurement à des positions jurisprudentielles de la Cour
constitutionnelle, synonymes de faits nouveaux et donc de
dégrèvements préjudiciables au Trésor?
D'autres dossiers que des QFIE sont-ils concernés et pour quels
montants? Comment comptez-vous régler cette problématique?
22.02 Josy Arens (cdH): Ik sluit
mij aan bij wat collega Gilkinet
zojuist heeft gezegd en zou u
willen vragen licht op de zaak te
werpen.
Wordt de situatie die door het
Grondwettelijk
Hof
werd
aangeklaagd, niet rechtgezet door
de
wetswijziging
die
werd
aangebracht bij de wet van 19 mei
2010?
Volgens sommigen hebben de
nieuwe termijnen van artikel 346
van het WIB 92 terugwerkende
kracht. Klopt dat volgens u?
Dreigen de FFB-dossiers niet te
vervallen alvorens ze afgehandeld
kunnen worden?
Zo ja, kunt u dan uitleggen
waarom
er
geen
passend
wetgevend
initiatief
werd
genomen?
Hoeveel FFB-dossiers zijn er en
voor hoeveel daarvan is er nog
een
administratief
geschil
hangende?
Om welke bedragen gaat het?
Waarom heeft de BBI zulke grote
bedragen ingekohierd op een
datum die zo kort voorafgaat aan
het verval?
Dreigt de administratie door de
achterstand in bepaalde dossiers
niet blootgesteld te worden aan
jurisprudentiële standpunten van
het Grondwettelijk Hof?
Zijn er naast de FFB-dossiers nog
andere dossiers en om welke
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
51
bedragen gaat het?
Hoe denkt u dat probleem op te
lossen?
22.03 Didier Reynders, ministre: Madame la présidente, monsieur
Arens, la loi du 19 mai 2010 portant des dispositions fiscales et
diverses ne prévoit pas de disposition relative à l'entrée en vigueur
des articles 6, 7 et 8 de ladite loi qui vise à modifier les articles 316,
346, alinéa 3, et 351, alinéa 3 du Code des impôts sur les revenus de
1992. Ces articles qui ont prolongé les délais prévus de trois jours
ouvrables entrent donc en vigueur le dixième jour ouvrable suivant la
publication de la loi au Moniteur belge. La loi étant publiée le 28 mai
2010, les articles sont entrés en vigueur le 7 juin 2010. La loi du
19 mai 2010 ne prévoit donc pas une entrée en vigueur rétroactive.
La loi du 19 mai 2010 voulait anticiper sur deux questions
préjudicielles posées à la Cour constitutionnelle afin de savoir si
l'article 346, alinéa 3, du CIR 92 viole les articles 10 et 11 de la
Constitution en ce qu'il prévoit que le délai dont dispose le
contribuable pour répondre s'ouvre lors de l'envoi de l'avis de
rectification. Le 2 juin 2010, la Cour constitutionnelle a répondu par
l'affirmative à cette question dans son arrêt n° 66/210 publié au
Moniteur belge du 10 août 2010.
Eu égard à l'arrêt du 2 juin 2010 de la Cour constitutionnelle, le
nouveau calcul de la date de début doit, en ce qui concerne les
articles 316, 346, alinéa 3, et 351, alinéa 3, du CIR 92, être déjà
appliqué à dater du 2 juin 2010 à toutes les demandes de
renseignement, à tous les avis de rectification et à toutes les
modifications de l'imposition d'office dont le délai de réponse court
actuellement.
De plus, ces nouveaux délais doivent être appliqués à tous les
recours administratifs et judiciaires pendants. Le problème de
rétroactivité n'est qu'une conséquence de l'arrêt de la Cour
constitutionnelle du 2 juin 2010. Actuellement, la rétroactivité dont il
s'agit n'a été invoquée que dans un nombre très limité de dossiers au
stade judiciaire. Dans le cadre de l'instruction des dossiers
concernés, l'administration analyse actuellement les griefs soulevés et
vérifie les moyens de défense éventuels. Il appartiendra au directeur
régional compétent, dans un premier temps, ou au juge, en dernière
instance, de trancher le litige dans son ensemble et ledit grief en
particulier. Par conséquent, en l'absence de décision directoriale ou
de jugement ou arrêt en la matière et, surtout, tant qu'il n'est pas sûr
que les griefs sont fondés, l'impact concret en matière de chiffres, que
ce soit pour la QFIE ou pour d'autres dossiers, n'est pas connu
aujourd'hui.
22.03 Minister Didier Reynders:
De artikelen 6, 7 en 8 van de wet
van 19 mei 2010 houdende fiscale
en diverse bepalingen zijn op
7 juni 2010 in werking getreden. In
de wet wordt er in geen
terugwerkende kracht voorzien.
Met deze bepalingen wilde de
wetgever vooruitlopen op twee
prejudiciële vragen die aan het
Grondwettelijk Hof werden gesteld
en die erop gericht waren te
achterhalen of artikel 346, § 3, van
het WIB 92 de artikelen 10 en 11
van de Grondwet al dan niet
schendt door de bepaling dat het
antwoord van de belastingplichtige
binnen een termijn mag worden
geformuleerd die loopt vanaf het
verzenden van het bericht van
wijziging. Op 2 juni 2010 heeft het
Hof geantwoord dat die bepaling
inderdaad de Grondwet schendt.
Als gevolg daarvan moet de
nieuwe
termijn
­
wat
de
artikelen 316, 346, § 3, en 351,
§ 3, van het WIB 92 betreft ­
toegepast worden vanaf 2 juni
2010 op alle verzoeken om
inlichtingen, alle berichten van
wijziging en alle wijzigingen van de
ambtshalve aanslag, waarvan de
antwoordtermijn
thans
loopt.
Bovendien moeten die nieuwe
termijnen worden toegepast op
alle hangende administratieve en
gerechtelijke beroepen.
Het
probleem
van
de
terugwerkende kracht is een
gevolg van het arrest van het
Grondwettelijk Hof. Tot op heden
werd de terugwerkende kracht
slechts in een beperkt aantal
gerechtelijke dossiers aangevoerd.
De
administratie
onderzoekt
momenteel
de
aangevoerde
bezwaren
en
verifieert
de
verweermiddelen. De bevoegde
gewestelijke
directeur
of
de
rechter in laatste aanleg zal de
knoop
moeten
doorhakken.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
52
Zolang het dus niet zeker is dat de
bezwaren gerechtvaardigd zijn, is
de financiële impact niet bekend.
22.04 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Monsieur le ministre,
j'entends votre position ­ et corrigez-moi si ce n'est pas correct ­
selon laquelle l'administration n'a pas dit son dernier mot et qu'elle
continue à estimer les sommes effectivement dues dans l'attente
d'une décision de justice.
Suivant l'information que j'avais recueillie, il fallait appliquer ces délais
aux dossiers en contentieux donc, y compris aux dossiers antérieurs
à la décision de la Cour constitutionnelle ou à l'entrée en vigueur de la
loi.
En cette matière, il faut effectivement aller au bout des choses et
aller, si nécessaire, en justice, en espérant que l'État pourra faire
valoir son bon droit.
S'il y avait forclusion, après décision de justice, cela donnerait à
nouveau un signal très négatif quant à la capacité de l'État. Il s'agit
évidemment de vieux dossiers. Mais, comme ce fut le cas pour le
dossier KBLux, il faut lutter efficacement contre la fraude fiscale et
faire payer aux fraudeurs ce qu'ils doivent en tenant compte de
l'importance de la fraude.
Sachez que je suivrai ce dossier et que j'attends de l'État, de
l'administration et du ministre des Finances qu'ils aillent au bout des
choses pour défendre l'intérêt des honnêtes contribuables.
22.04 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): Ik neem nota van uw
standpunt volgens hetwelk de
administratie de verschuldigde
bedragen
blijft
begroten
in
afwachting van een gerechtelijke
beslissing.
Deze termijnen moesten derhalve
worden
toegepast
op
de
geschillendossiers, met inbegrip
van de dossiers die dateren van
voor de beslissing van het
Grondwettelijk Hof of van voor de
inwerkingtreding van de wet.
Deze kwestie
moet
volledig
uitgebeend worden en indien
nodig moet men de zaak voor de
rechtbank brengen.
Indien de rechter zou beslissen dat
er inderdaad sprake is van verval,
zou dat opnieuw een heel negatief
beeld geven van het vermogen
van de Staat. Het gaat uiteraard
wel om oude dossiers, maar
fiscale fraude moet op een
doeltreffende manier bestreden
worden.
22.05 Josy Arens (cdH): Madame la présidente, je remercie le
ministre pour sa réponse.
Je me rends compte qu'il s'agit d'un gros problème qui n'est pas
simple et j'espère que l'administration trouvera des solutions pour que
le Trésor ne soit pas in fine le grand perdant de cette opération.
22.05 Josy Arens (cdH): Het is
een groot probleem. Ik hoop dat
de administratie oplossingen vindt,
opdat de Schatkist niet de grote
verliezer van deze operatie wordt.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Mijnheer Van der Maelen, u hebt nu drie vragen.
22.06 Dirk Van der Maelen (sp.a): Mevrouw de voorzitter, inzake
mijn tweede vraag, zijnde vraag nr. 2133 over de notionele
intrestaftrek, wil ik aangeven dat wij gisteren al de gelegenheid
hebben gehad ter zake met elkaar te debatteren. Ik wil ze dus gerust
intrekken. Gezien het gebrek aan belangstelling en het gevorderde
uur kunnen wij best zo snel mogelijk met de afwikkeling van alle
vragen voortgang maken.
22.06 Dirk Van der Maelen
(sp.a): Compte tenu du manque
d'intérêt et de l'heure tardive, je
retire ma question n° 2133 sur les
intérêts notionnels.
23 Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de circulaire nummer Ci.RH.421/605.074" (nr. 2132)
23 Question de M. Dirk Van der Maelen au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
53
Réformes institutionnelles sur "la circulaire numéro Ci.RH.421/605.074" (n° 2132)
23.01 Dirk Van der Maelen (sp.a): Mevrouw de voorzitter, mijnheer
de minister, in circulaire nr. 71/2010 van de AOIF van
1 december 2010 wordt de oude administratieve commentaar inzake
de afzonderlijke aanslag van de vennootschapsbelasting, de
zogenaamde geheime commissielonen, vervangen.
De nieuwe, administratieve commentaar is op een aantal antwoorden
op parlementaire vragen gebaseerd. Onder andere ikzelf heb er de
voorbije jaren al verschillende keren op aangedrongen de betrokken
administratieve commentaar aan te passen.
Ik heb enkele concrete vragen over de nieuwe circulaire.
Ten eerste, in punt 9 van de circulaire wordt de wettelijke afwijking
besproken.
Wat wordt in bedoelde context precies onder een ­ ik citeer ­ "door
de genieter van dit bedrag overeenkomstig artikel 305 van het
Wetboek van Inkomstenbelastingen 92 ingediende, fiscale aangifte"
verstaan?
Stel dat naar aanleiding van een controle van een vennootschap een
tekortkoming inzake de niet aangegeven voordelen van alle aard in
hoofde van een bedrijfsleider of kaderlid wordt vastgesteld, bent u het
dan met mij eens dat een dergelijke tekortkoming niet kan worden
rechtgezet door middel van een bijvoeglijke aangifte door de genieter
van de bewuste voordelen van alle aard, waarin laatstgenoemde de
niet aangegeven bedragen vermeldt met de vraag aan zijn controleur
om de desbetreffende bedragen bijkomend aan de personenbelasting
te onderwerpen?
Ten tweede, ben ik met betrekking tot de administratieve soepelheid
die in de nummers 11 tot 13 van de omzendbrief wordt besproken,
correct, wanneer ik stel dat een niet op een fiche en bijhorende
samenvattende opgave van verantwoord voordeel van alle aard moet
worden onderworpen aan de afzonderlijke aanslag van 300 % in
hoofde van de vennootschap die het voordeel verstrekt? Ben ik ter
zake ook correct dat de administratieve soepelheid die erin bestaat
via de rekening-courant een boeking toe te laten, al dan niet gepaard
gaande met de neerlegging van de verbeterde jaarrekening, hier niet
aan de orde is?
23.01 Dirk Van der Maelen
(sp.a): Mon intervention concerne
les points 9 et 11 à 13 de la
nouvelle circulaire.
Lorsque, dans le cadre du contrôle
d'une société, une erreur est
constatée dans les avantages non
déclarés de toute nature, le
ministre est-il d'accord pour dire
que pareille erreur ne peut pas
être rectifiée par une déclaration
complémentaire du bénéficiaire
des avantages de toute nature en
question, dans laquelle celui-ci
mentionne les montants non
déclarés en demandant à son
contrôleur de les soumettre à
l'impôt des personnes physiques?
Est-il exact qu'un avantage de
toute nature non mentionné sur
une fiche et sur un relevé
récapitulatif supplémentaire des
avantages justifiables de toute
nature doit être
soumis à
l'imposition distincte de 300 %
dans le chef de la société qui
fournit l'avantage? De même, est-il
exact
que
la
tolérance
administrative qui consiste à
autoriser une comptabilisation par
le biais du compte courant, que ce
soit ou non en même temps que le
dépôt du compte annuel rectifié,
n'est pas à l'ordre du jour en
l'occurrence?
23.02 Minister Didier Reynders: Het is verrassend, mijnheer Van der
Maelen, maar ik bevestig uw conclusies die u uit de beschreven
situaties trekt. De toestand, dat de afzonderlijke aanslag zou kunnen
worden vermeden door de voordelen van alle aard achteraf te
belasten in de personenbelasting of door een boeking op de rekening
courant, zou een uitholling betekenen van de bedoelde wettelijke
bepaling. Ik ga akkoord met u. Soms is dit het geval.
23.02 Didier Reynders, ministre:
Je confirme les conclusions de
M. Van der Maelen. La disposition
légale concernée s'en trouverait
en effet vidée de sa substance.
23.03 Dirk Van der Maelen (sp.a): Ik heb al spijt dat ik mijn vraag
over de notionele intrestaftrek...
23.04 Minister Didier Reynders: Het is misschien daardoor, dat weet
ik niet.
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
54
La présidente: Nous sommes peut-être dans une ère de
changement.
De voorzitter: Dit is misschien
een tijdperk van verandering.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
24 Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "een audit van fiscale controles" (nr. 2138)
24 Question de M. Dirk Van der Maelen au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "un audit de contrôles fiscaux" (n° 2138)
24.01 Dirk Van der Maelen (sp.a): Mevrouw de voorzitter, mijnheer
de minister, ambtenaren werkzaam in de buitendiensten signaleren
mij dat de dienst bijstand en interne controle een audit heeft gedaan
van een aantal dossiers die door de controlecentra werden
gecontroleerd.
Heel wat dossiers zouden afgesloten zijn met een onwettig akkoord.
Is het juist dat deze akkoorden vooral betrekking hebben op het niet
toepassen van de bijzondere aanslag van de geheime
commissielonen op niet door een fiche en samenvattende opgave
verantwoorde voordelen alle aard?
Bent u bereid, aan de leden van de commissie voor de Financiën
inzage te geven in de resultaten van de audit?
Welke richtlijnen werden gegeven naar aanleiding van deze audit?
24.01 Dirk Van der Maelen
(sp.a): Les agents des services
extérieurs me signalent que la
cellule Assistance et Contrôle
interne a réalisé l'audit d'un certain
nombre de dossiers vérifiés par
les centres de contrôle.
De nombreux dossiers auraient
été clôturés par un accord illégal.
Ces
accords
concernent-ils
effectivement surtout la non-
application
de
la
cotisation
spéciale
des
commissions
secrètes aux avantages de toute
nature non justifiés formellement?
Le ministre est-il disposé à
permettre aux commissaires de
consulter les résultats de l'audit et
quelles
directives
ont
été
formulées à la suite de cet audit?
24.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, mijnheer
Van der Maelen, in het raam van de opvolging van de werking van de
controlecentra van de AOIF heeft de dienst Bijstand en Interne
Controle in de loop van 2010 voor een representatief staal van door
de controlecentra onderzochte dossiers die ingevolge data mining
werden geselecteerd, nagegaan of bij de behandeling van die
dossiers een aantal kerntaken werd uitgevoerd overeenkomstig de
uitgevaardigde richtlijnen.
Hier en daar werden er onnauwkeurigheden bij de fiscale regularisatie
van voordeel van alle aard vastgesteld. De betrokken gewestelijke
directeurs werden hierover ingelicht. Op basis van die punctuele
opmerkingen zal een algemene nota aan alle controlecentra worden
gestuurd met aanbevelingen, richtlijnen en best practices.
De laatste opmerkingen werden eind december 2010 verstuurd. Het is
dus voorbarig om die samenvattende nota te hebben maar ik zal u
alsook de verschillende directeurs een kopie van die nota bezorgen.
24.02 Didier Reynders, ministre:
Dans le cadre du suivi du
fonctionnement des centres de
contrôle de l'AFER, le service
Assistance et Contrôle interne a
vérifié dans le courant de 2010 si
un certain nombre de tâches
essentielles ont été effectuées lors
du traitement de ces dossiers,
conformément
aux
directives
édictées. Quelques imprécisions
ont été constatées lors de la
régularisation
fiscale
des
avantages de toute nature. Une
note générale comportant des
recommandations, des directives
et des bonnes pratiques sera
envoyée à tous les centres de
contrôle. Il est encore trop tôt pour
distribuer cette note de synthèse
mais je transmettrai une copie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
CRIV 53
COM 098
19/01/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
55
La présidente: M. Jambon a demandé le report de la question
n° 2153. Il en va même pour M. Kindermans et la question n° 2158.
De voorzitter: De heer Jan
Jambon heeft gevraagd om zijn
vraag nr. 2153 uit te stellen. De
heer Gerald Kindermans heeft
hetzelfde gedaan voor zijn vraag
nr. 2158.
25 Vraag van mevrouw Veerle Wouters aan de vice-eerste minister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de inschrijving van vergoedingen voor bestuursdocumenten in de
middelenbegroting en de betaling ervan" (nr. 2154)
25 Question de Mme Veerle Wouters au vice-premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "l'enregistrement des redevances pour documents administratifs dans
le budget des Voies et Moyens et leur paiement" (n° 2154)
25.01 Veerle Wouters (N-VA): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, volgens het begrotingsbeginsel van de kaseenheid,
verwoord in artikel 68 van de wet van 22 mei 2003, worden alle
ontvangsten van de overheid gestort in de schatkist. Concreet
betekent dit dat de bedragen worden overgeschreven op een
rekening bij De Post. Die rekeningnummers beginnen, bij mijn weten,
steeds met de cijfers 679.
Ik heb een concreet geval vernomen waarbij een gewestelijk directeur
vraagt om de vergoeding voor fotokopieën van bestuursdocumenten
over te schrijven naar een BNP Paribas Fortis-rekening. Het gaat om
een vergoeding die wel degelijk onder de lopende ontvangsten wordt
ingeschreven. Zo worden die vergoedingen in de middelenbegroting
bij Binnenlandse Zaken expliciet vermeld onder artikel 16.00.05.
Ik heb de volgende vragen.
Maken de vergoedingen die de FOD Financiën ontvangt deel uit van
de algemene middelen?
Onder welk artikel worden in de middelenbegroting bij de
FOD Financiën
de
vergoedingen
voor
fotokopieën
en
bestuursdocumenten ingeschreven?
Dienen vergoedingen voor fotokopieën van bestuursdocumenten
bijgevolg op een rekening van de schatkist, beginnende met de cijfers
679, te worden gestort of werd er een ministerieel besluit
uitgevaardigd waarbij wordt afgeweken van het begrotingsbeginsel
van de kaseenheid? Wanneer werd in dat geval dat ministerieel
besluit uitgevaardigd en in het in het Belgisch Staatsblad
gepubliceerd?
Welke controle wordt uitgevoerd ten aanzien van die rekeningen?
Wanneer een particulier gevraagd wordt een bedrag over te schrijven
naar een andere rekening dan een van de schatkist, hoe kan een
particulier dan te weten komen wie de eigenaar van die rekening is?
Mag een particulier een bedrag dat behoort tot de algemene
ontvangsten weigeren te betalen op een andere rekening dan een
679-rekening, indien het ministerieel besluit dat dit toelaat hem niet ter
kennis wordt gebracht of hij van dit besluit geen kennis heeft kunnen
nemen in het Belgisch Staatsblad?
25.01 Veerle Wouters (N-VA):
Toutes les recettes des autorités
sont versées au Trésor. Dans la
pratique, les montants sont virés
sur un compte de La Poste
commençant par les chiffres 679.
Il me revient que, dans un cas
concret, un directeur régional a
réclamé le versement d'une
indemnité pour les photocopies de
documents administratifs sur un
compte de BNP Paribas Fortis.
Ces indemnités versées au SPF
Finances font-elles partie des
moyens généraux? À quel article
les indemnités pour photocopies
figurent-elles? Ces indemnités
doivent-elles être versées sur un
compte commençant par les
chiffres 679? Dans la négative, un
arrêté
ministériel
a-t-il
été
promulgué pour
déroger
au
principe budgétaire de l'unité de
caisse? Dans ce cas, quand a-t-il
été promulgué et publié? Quel
contrôle est exercé sur ces
comptes? Comment un particulier
peut-il savoir qui est le titulaire du
compte sur lequel il doit effectuer
un versement? Si aucun arrêté
ministériel n'a été publié, ce
particulier peut-il refuser de payer
sur un compte ne débutant pas
par les chiffres 679?
19/01/2011
CRIV 53
COM 098
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LÉGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
56
25.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, mevrouw
Wouters, ik kan u meedelen dat de gevraagde vergoedingen voor
bestuursdocumenten deel uitmaken van de algemene middelen. Deze
vergoedingen worden in principe gestort op een financiële 679-
rekening van de schatkist, dus behorende tot de rechtspersoon
federale overheid. Dat is de regel.
Om uw concrete vraag verder te kunnen onderzoeken, vraag ik mijn
administratie mij de naam van de gewestelijke directeur, zijn
administratie en het rekeningnummer van de BNP Paribas-Fortis-
rekening mee te delen. Wij organiseren controles maar voor dit
precieze geval kunt u misschien meer detail geven en ik zal mijn
administratie vragen om verder te gaan met dat onderzoek.
Normaal moet er een betaling zijn op een financiële 679-rekening,
behorende tot de rechtspersoon federale overheid, dat is normaal. Als
u mij meer detail kunt geven, zal ik een onderzoek vragen.
25.02 Didier Reynders, ministre:
Les redevances pour la délivrance
de documents administratifs font
partie des moyens généraux et
sont en principe versées sur un
compte 679 du Trésor.
Pour pouvoir examiner cette
question
concrète,
mon
administration me demande de lui
communiquer le nom du directeur
régional,
l'intitulé
de
son
administration ainsi que le numéro
de compte concerné. Je serai en
mesure de demander une enquête
si je dispose de ces données.
25.03 Veerle Wouters (N-VA): Mijnheer de minister, als men op zo'n
rekening stort en men krijgt dat, dan klopt er ergens iets niet.
25.03 Veerle Wouters (N-VA): Il
me semble donc que nous
sommes ici en présence d'une
anomalie.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La présidente: Comme Mme Lanjri ne s'est pas présentée et n'a pas demandé de report, la question
n° 2113 est donc retirée.
La réunion publique de commission est levée à 17.31 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.31 uur.