KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRIV 52 COM 698
CRIV 52 COM 698
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTEGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
B
UITENLANDSE
B
ETREKKINGEN
C
OMMISSION DES
R
ELATIONS EXTERIEURES
dinsdag
mardi
17-11-2009
17-11-2009
Namiddag
Après-midi
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
Ecolo-Groen!
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales ­ Groen!
FN
Front National
LDD
Lijst Dedecker
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
Open Vld
Open Vlaamse Liberalen en Democraten
PS
Parti Socialiste
sp.a
socialistische partij anders
VB
Vlaams Belang
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 52 0000/000 Parlementair stuk van de 52e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
DOC 52 0000/000
Document parlementaire de la 52e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
PLEN
plenum
PLEN
séance plénière
COM
commissievergadering
COM
réunion de commission
MOT
alle moties tot besluit van interpellaties (op beigekleurig papier)
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Lieve Van Daele aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
schendingen van mensenrechten in Honduras"
(nr. 15410)
1
Question de Mme Lieve Van Daele au ministre
des Affaires étrangères sur "la violation des droits
de l'homme au Honduras" (n° 15410)
1
Sprekers: Lieve Van Daele, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken
Orateurs: Lieve Van Daele, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères
Vraag van de heer Bruno Tuybens aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
goedkeuring
van
het
BLEU-akkoord
met
Colombia" (nr. 15550)
4
Question de M. Bruno Tuybens au ministre des
Affaires étrangères sur "l'approbation de l'accord
UEBL avec la Colombie" (n° 15550)
4
Sprekers: Bruno Tuybens, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken
Orateurs: Bruno Tuybens, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères
Vraag van de heer Bruno Tuybens aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het
ratificatieproces van het Verdrag en optioneel
protocol
inzake
gedwongen
verdwijningen"
(nr. 15973)
6
Question de M. Bruno Tuybens au ministre des
Affaires étrangères sur "le processus de
ratification du Traité et du protocole facultatif en
matière de disparitions forcées" (n° 15973)
6
Sprekers: Bruno Tuybens, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken, Alexandra
Colen, Wouter De Vriendt
Orateurs: Bruno Tuybens, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères, Alexandra
Colen, Wouter De Vriendt
Samengevoegde vragen van
8
Questions jointes de
9
- de heer Peter Luykx aan de minister van
Buitenlandse
Zaken
over
"het
financieel
ondersteunen van de bestuurscapaciteit in
Afghanistan in contrast met de vervalsing van de
verkiezingen in Afghanistan" (nr. 15846)
9
- M. Peter Luykx au ministre des Affaires
étrangères sur "l'aide financière en faveur de la
capacité d'administration en Afghanistan, en
opposition avec la fraude électorale dans ce pays"
(n° 15846)
9
- de heer Wouter De Vriendt aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "een bijkomend Belgisch
engagement in Afghanistan" (nr. 16200)
9
- M. Wouter De Vriendt au ministre des Affaires
étrangères sur "un déploiement supplémentaire
de la Belgique en Afghanistan" (n° 16200)
9
- de heer Wouter De Vriendt aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de inzet van
politiemensen in Afghanistan" (nr. 16201)
9
- M. Wouter De Vriendt au ministre des Affaires
étrangères sur "le déploiement de policiers en
Afghanistan" (n° 16201)
9
Sprekers: Wouter De Vriendt, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken
Orateurs: Wouter De Vriendt, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères
Vraag van de heer Wouter De Vriendt aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
waterproblematiek
op
de
Westelijke
Jordaanoever" (nr. 16198)
13
Question de M. Wouter De Vriendt au ministre
des Affaires étrangères sur "la question de l'eau
en Cisjordanie" (n° 16198)
13
Sprekers: Wouter De Vriendt, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken
Orateurs: Wouter De Vriendt, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères
Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het
bestaansrecht van staten" (nr. 16284)
15
Question de Mme Alexandra Colen au ministre
des Affaires étrangères sur "le droit à l'existence
des états" (n° 16284)
16
Sprekers: Alexandra Colen, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken
Orateurs: Alexandra Colen, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères
Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het
verzoek om iemand te helpen doden" (nr. 16285)
16
Question de Mme Alexandra Colen au ministre
des Affaires étrangères sur "le fait qu'il ait été
sollicité pour aider à tuer des gens" (n° 16285)
16
Sprekers: Alexandra Colen, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken
Orateurs: Alexandra Colen, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères
Vraag van de heer Wouter De Vriendt aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
nucleaire ontwapening" (nr. 16327)
19
Question de M. Wouter De Vriendt au ministre
des Affaires étrangères sur "le désarmement
nucléaire" (n° 16327)
19
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Sprekers: Wouter De Vriendt, Yves Leterme,
minister van Buitenlandse Zaken
Orateurs: Wouter De Vriendt, Yves Leterme,
ministre des Affaires étrangères
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
COMMISSION DES RELATIONS
EXTÉRIEURES
van
DINSDAG
17
NOVEMBER
2009
Namiddag
______
du
MARDI
17
NOVEMBRE
2009
Après-midi
______
De behandeling van de vragen en interpellaties vangt aan om 18.49 uur. De vergadering wordt voorgezeten
door mevrouw Nathalie Muylle.
Le développement des questions et interpellations commence à 18.49 heures. La réunion est présidée par
Mme Nathalie Muylle.
De voorzitter: Vraag nr. 15011 van de heer Van den Eynde is
uitgesteld.
Le
président:
La
question
n° 15011 de M. Van den Eynde est
reportée.
01 Vraag van mevrouw Lieve Van Daele aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de
schendingen van mensenrechten in Honduras" (nr. 15410)
01 Question de Mme Lieve Van Daele au ministre des Affaires étrangères sur "la violation des droits
de l'homme au Honduras" (n° 15410)
01.01 Lieve Van Daele (CD&V): De staatsgreep in Honduras van 28
juni jongstleden heeft, zoals we allemaal in de pers hebben kunnen
vernemen, zeer zware schendingen van de mensenrechten met zich
meegebracht. Opeenvolgende internationale missies hebben dat
herhaaldelijk bevestigd en de bevindingen daarvan zijn in rapporten
neergeschreven. Zo werd onder andere verwezen naar het misbruik
van de avondklok als instrument voor controle en repressie, wat
verzet in de kiem heeft gesmoord. Daardoor heeft men naar de
buitenwereld de staatsgreep kunnen laten uitschijnen als een
bloodless coup.
De staatssecretaris ging in de commissie eind september reeds in op
een aantal bekommernissen, maar uiteraard wijzigt de situatie bijna
dag na dag of week na week en is ze dan ook op dit moment anders
dan enkele weken geleden toen de vraag werd opgesteld. De
essentie van de vraagstelling blijft echter dezelfde. Ook in het licht van
de bespreking van de beleidsnota van vanmiddag denk ik dat het
belangrijk is te weten dat België weinig alleen kan bewegen en dat het
hooguit druk kan uitoefenen met betrekking tot de situatie in
Honduras wanneer er een zekere Europese eensgezindheid is,
uiteraard samen met Amerika. Is er op dit moment een eensgezind
Europees standpunt over de verdere aanpak van de situatie?
Hoe staat men tegenover verkiezingen waarbij men onvoldoende
garanties heeft dat ze op een democratische manier georganiseerd
kunnenobr>
Worden de onderhandelingen over het Vrijhandelsverdrag tussen de
Europese Unie en Honduras opgeschort, zolang er niet voldaan is aan
de basisvoorwaarden van eerlijke en vrije verkiezingen?
01.01 Lieve Van Daele (CD&V):
Le coup d'État du 28 juin 2009 au
Honduras s'est accompagné de
violations graves des droits de
l'homme,
comme
l'attestent
différents rapports internationaux.
La Belgique ne peut qu'exercer
une certaine pression et insister
sur une position unanime de l'UE
et des États-Unis d'Amérique. A-t-
on déjà défini une position
concernant l'approche de la
situation au Honduras? Quelle est
la position adoptée vis-à-vis de
l'organisation d'élections dont le
caractère démocratique n'est pas
suffisamment
garanti?
Les
négociations sur le traité de libre-
échange entre l'UE et le Honduras
seront-elles suspendues dans
l'intervalle?
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
01.02 Minister Yves Leterme: Mevrouw Van Daele, ik keer eerst
terug naar de antecedenten. Op 29 oktober 2009 is het akkoord van
San José tussen de de facto regering-Micheletti en de verkozen
president Zelaya tot stand gekomen. Het akkoord voorziet in de
terugkeer van Zelaya aan de macht, na de instemming van het
parlement en tot de presidentsverkiezingen van eind november 2009.
Het akkoord bepaalt ook dat de regering van nationale eenheid zou
worden opgericht.
De uitvoering van het akkoord laat voorlopig op zich wachten. Volgens
de meest recente informatie is president Zelaya nog niet terug aan de
macht. Er is nog geen regering van nationale eenheid. Het is ook
onduidelijk hoe de verkiezingen van 29 november zullen worden
georganiseerd.
In uw vraag hebt u ook verwezen naar de houding van de Europese
Unie. Samen met de partners van de Europese Unie wordt de zaak
gevolgd. Het spreekt voor zich dat er geen democratische
verkiezingen kunnen plaatsvinden zonder democratische instellingen.
Indien blijkt dat de voorwaarden voor het houden van vrije en eerlijke
verkiezingen niet zijn vervuld of indien er aanwijzingen van fraude en
intimidatie zijn, zal België ijveren voor een krachtig EU-optreden. Er
zal dan ook voor worden gepleit het resultaat van de verkiezingen niet
te erkennen.
De onderhandelingen betreffende het associatieakkoord tussen de
Europese Unie en Centraal-Amerika blijven intussen opgeschort. De
Europese Unie heeft als geheel krachtig gereageerd tegen de
gebeurtenissen in Honduras. Spanje heeft zijn ambassadeur in
Tegucigalpa teruggeroepen naar Madrid. Voor landen zoals België die
geen ambassade in Honduras hebben, is een dergelijk duidelijk
signaal per definitie uiteraard onmogelijk.
De positie van de ambassadeur in Brussel is uiteraard een complexe
zaak. Ik merk op dat sinds eind juni 2009 mijn diensten geen contact
meer hebben genomen met de Hondurese ambassadeur te Brussel.
De Hondurese bilaterale ambassadeur is ook geaccrediteerd bij de
Europese Unie. Dat betekent dat wij de evolutie van de zaak in nauw
overleg met de Europese Unie volgen. In Den Haag, Berlijn en Parijs
is de situatie vrij eenvoudig. De diplomatieke vertegenwoordigers van
Honduras zijn er trouw aan president Zelaya.
Op 16 oktober 2009 heeft België via de Hondurese ambassade in
Parijs officieel een brief ontvangen van de Hondurese minister van
Buitenlandse Zaken Patricia Isabel Rodas Baca. Daarin wordt
aangekondigd dat de Hondurese ambassadeur te Brussel, Ramón
Custodio Espinoza, uit zijn functie zou worden ontheven. Op
27 oktober 2009 ontving de directeur-generaal Bilaterale Zaken ad
interim van de FOD Buitenlandse Zaken de Hondurese ambassadeur
te Berlijn en de Hondurese zaakgelastigde te Parijs. Beiden zijn trouw
aan president Zelaya.
De ambassadeur te Berlijn, Roberto Martínez Castañeda, had een
brief bij zich van zijn minister van Buitenlandse Zaken, waarin wordt
aangekondigd dat hij wordt aangesteld als zaakgelastigde ad interim
van Honduras in België. Twee dagen na het bezoek van de heer
ambassadeur Martínez Castañeda aan Brussel kwam het akkoord
01.02 Yves Leterme, ministre: Le
29 octobre 2009 a été conclu
l'accord de San José entre le
président élu Zelaya et le
gouvernement de fait Micheletti.
En vertu de cet accord, M. Zelaya
peut à nouveau exercer le pouvoir
jusqu'aux élections présidentielles
de fin novembre 2009, après
accord du parlement du Honduras.
L'accord en question prévoit
également la formation d'un
gouvernement d'unité nationale.
Or
selon
les
dernières
informations disponibles M. Zelaya
n'est pas encore de retour et il n'y
a toujours pas de gouvernement
d'unité nationale. Le plus grand
flou entoure par ailleurs encore
l'organisation des élections du
29 novembre prochain.
Avec nos partenaires européens,
nous suivons de près l'évolution
de la situation. Des élections
démocratiques ne sont possibles
que s'il existe des institutions
démocratiques. Si ce n'est pas le
cas où s'il y a des indications de
fraude
ou d'intimidations, la
Belgique insistera auprès de l'UE
pour que celle-ci adopte une
position
ferme
en
ne
reconnaissant pas le résultat des
élections.
Les négociations sur l'accord
d'association entre l'UE et les pays
d'Amérique
centrale
restent
suspendues
dans
l'intervalle.
L'Espagne
a
rappelé
son
ambassadeur au Honduras. En
l'absence
d'ambassade
au
Honduras, notre pays ne peut pas
prendre une telle initiative.
Pour ce qui est de la position de
l'ambassadeur du Honduras à
Bruxelles, les choses ne sont pas
aussi simples dans la mesure où il
est également accrédité auprès de
l'UE. Nous ne pouvons dès lors
prendre aucune initiative vis-à-vis
de
l'ambassadeur
sans
concertation avec l'UE. Mes
services ne sont plus entrés en
contact avec lui depuis fin juin
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
van San José tot stand. Sindsdien is de situatie nog complexer
geworden. De beslissingen ten aanzien van de huidige ambassadeur
van Honduras te Brussel kunnen niet zonder overleg met de
Europese Unie worden genomen, gelet op de accreditatie niet alleen
als bilateraal ambassadeur, maar ook bij de Europese Unie.
Op 18 november vindt de vergadering plaats tussen mijn diensten, de
protocoldienst van de Europese Commissie en vertegenwoordigers
van het kabinet van mevrouw Benita Ferrero-Waldner. Het is de
bedoeling om de juridische, diplomatieke, protocollaire en consulaire
aspecten van de zaak te bespreken.
U vroeg me of het probleem ter sprake is gekomen tijdens het bezoek
van president Lula da Silva. Dat is inderdaad het geval, meer bepaald
tijdens het avondmaal op 4 oktober. President Lula heeft toen
verklaard dat zijn land actief betrokken was bij het zoeken naar een
oplossing voor de crisis in Honduras. Hij verklaarde voorts dat de
Verenigde Staten zich in die kwestie zeer correct opstelden.
In oktober 2009 beëindigde de VN-Mensenrechtenraad zijn
twaalfde sessie. Die sessie nam drie weken in beslag. Wat betreft de
situatie in Honduras, verwees de Europese Unie naar een
gemeenschappelijke verklaring over de onrustwekkende evolutie in
Honduras. Bovendien werd door de Raad een resolutie aangenomen
die aan het Bureau van de Hoge Commissaris voor de
Mensenrechten vraagt om tegen de volgende sessie van de Raad in
maart 2010, een verslag in te dienen over de mensenrechtensituatie
in Honduras. De resolutie, die bij consensus werd aangenomen, werd
door België gesteund.
2009. Dans l'intervalle, la Belgique
a reçu le 16 octobre dernier une
lettre du ministre hondurien des
Affaires étrangères indiquant que
l'ambassadeur à Bruxelles serait
relevé de ses fonctions.
En Allemagne, aux Pays-Bas et en
France,
les
représentants
diplomatiques honduriens sont des
fidèles du président Zelaya.
L'ambassadeur à Berlin a reçu du
ministre hondurien des Affaires
étrangères une lettre indiquant
qu'il était désigné comme chargé
d'affaires ad intermim du
Honduras en Belgique. L'accord
de San José, conclu deux jours
plus tard, a encore rendu la
situation plus complexe.
Lors
de
la
réunion
du
18 novembre entre mes services,
le Service du Protocole de la
Commission européenne et le
cabinet de Mme Ferrero-Waldner,
nous examinerons les différents
aspects de l'affaire. Lors de sa
visite à Bruxelles, le président
brésilien Lula a déclaré que son
pays contribuait à la recherche
d'une solution et que les États-
Unis ont entre-temps adopté une
position correcte.
Lors de la douzième session du
Conseil des droits de l'homme des
Nations Unies en octobre dernier,
une résolution visant à rédiger
pour mars 2010 un rapport sur la
situation des droits de l'homme au
Honduras
pour
le
Haut
commissaire
aux
droits
de
l'homme a été adoptée. La
Belgique
a
soutenu
cette
résolution.
01.03 Lieve Van Daele (CD&V): Bedankt mijnheer de minister, het is
inderdaad een zeer volledig antwoord. Het is trouwens daarnet nog
gezegd: belangrijker dan de woorden zullen de daden zijn.
Naar aanleiding van de vraag moet ik mijn waardering uitspreken voor
het feit dat de situatie zowel door Europa als door uw kabinet van zeer
nabij wordt gevolgd.
Latijns-Amerika staat vaak minder prominent in de kijker wanneer het
gaat over mensenrechten. Ik vind het heel belangrijk dat die zaak ook
ter harte wordt genomen. Zoals u daarnet in uw repliek zei, is het
01.03 Lieve Van Daele (CD&V):
La suspension des négociations
sur
l'accord
d'association
démontre que la politique n'est pas
uniquement axée autour des
intérêts économiques mais que
l'on se préoccupe également des
droits de l'homme.
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
beleid van Buitenlandse Zaken vaak een verdediging van
economische belangen en van waarden. Met de opschorting van de
onderhandelingen wordt duidelijk dat het inderdaad niet enkel om
economische belangen draait, maar dat mensenrechten wel degelijk
een bekommernis en meer bepaald uw bekommernis zijn.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Bruno Tuybens aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de goedkeuring
van het BLEU-akkoord met Colombia" (nr. 15550)
02 Question de M. Bruno Tuybens au ministre des Affaires étrangères sur "l'approbation de l'accord
UEBL avec la Colombie" (n° 15550)
02.01 Bruno Tuybens (sp.a): Mevrouw de voorzitter, mevrouw Van
Daele, mijn vraag gaat over hetzelfde thema. Dat is misschien ook
interessant voor u.
Mijnheer de minister, op 4 februari 2009 ondertekende ons land een
akkoord tussen de BLEU en Colombia om wederzijdse bilaterale
investeringen
te
beschermen
en
te
bevorderen.
De
investeringsakkoorden die de Belgisch-Luxemburgse Economische
Unie afsloot, bevat ook een aantal milieu- en arbeidsclausules. In dat
akkoord zijn deze clausules echter sterk uitgehold, zodat er van
waarborgen voor de arbeiders in Colombia nog weinig overblijft.
Zo werd bijvoorbeeld de definitie van arbeidswetgeving ingekort door
de laatste regel van het modelakkoord te verwijderen, met name "de
redelijke arbeidsomstandigheden op het gebied van minimumloon,
aantal werkuren, veiligheid en gezondheid".
U hebt hierover trouwens een protestbrief mogen ontvangen van de
drie vakorganisaties ACW, ABVV en ACLVB, in september van dit
jaar.
Gezien het huidige klimaat en de mensenrechtenproblematiek in
Colombia zijn investeringsakkoorden zoals deze vrij omstreden. Het
Amerikaanse
Congres
weigerde
in
2007
zelfs
een
vrijhandelsovereenkomst tussen Colombia en de Verenigde Staten
goed
te
keuren
omwille
van
de
humanitaire-
en
mensenrechtensituatie in dat land.
Mijnheer de minister, waarom werden de bepalingen betreffende het
arbeidsrecht in dat akkoord zo afgezwakt ten opzichte van de
oorspronkelijke bepalingen in de modeltekst? Is er nog een
mogelijkheid om deze bepalingen te herzien, ze meer te laten
aansluiten met wat de vakorganisaties in Colombia en in ons land van
onze regering verwachten of verhopen?
Wat is de situatie met betrekking tot de parlementaire behandeling,
zowel in het Waals, Vlaams als Brussels Gewest?
Ik begrijp dat dit akkoord recent ook aan de Senaat werd bezorgd. Het
antwoord ter zake werd dus al gegeven, maar de andere vragen
blijven open.
02.01 Bruno Tuybens (sp.a):
Dans
l'accord
que
l'Union
économique
belgo-
luxembourgeoise (UEBL) a conclu
avec la Colombie le 4 février 2009,
les
clauses
relatives
aux
conditions
de
travail
et
environnementales
ont
été
édulcorées à ce point qu'elles ne
produisent quasiment plus aucun
effet. Tant l'ACW, que l'ABVV et
l'ACLVB ont déjà envoyé une lettre
de protestation à ce sujet au
ministre.
Pourquoi les dispositions relatives
au droit du travail ont-elles été
édulcorées
dans
l'accord
d'investissement par rapport au
texte de base? Ces dispositions
pourraient-elles
encore
être
revues? Où en est l'examen de cet
accord au sein des parlements
des entités fédérées?
02.02 Minister Yves Leterme: Collega De Gucht heeft het verdrag
namens België op 4 februari 2009 ondertekend. Gelet op het
02.02 Yves Leterme, ministre: La
procédure d'approbation du traité
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
gemengd karakter, was hij daartoe gemachtigd door de Gewesten die
hem een volmacht hadden toebedeeld.
Collega Tuybens, de goedkeuringsprocedure is noch in het federale
Parlement, noch in de gewestelijke parlementen afgerond. De
ratificatie van het verdrag, zijnde de uitwisseling van de akten met
Colombia, kan plaatsvinden na de goedkeuring inn de diverse
parlementen in België, en door het parlement van het
Groothertogdom Luxemburg. Zoals u intussen bekend is, treedt het
verdrag in werking zestig dagen na de uitwisseling van de
ratificatiedocumenten.
Ten gronde, in de definitie over de arbeidswetgeving in het verdrag
werd de bepaling over de aanvaardbare arbeidsomstandigheden met
betrekking tot minimumlonen, arbeidsuren en veiligheid en
gezondheid op het werk weggelaten. Alle andere bepalingen uit de
modeltekst, zoals het recht op vereniging, het recht op organisatie en
de collectieve onderhandeling, het verbod op het gebruik van dwang-
en slavenarbeid en de minimumleeftijd voor de tewerkstelling van
kinderen, werden daar echter wel in opgenomen.
Voor een land als Colombia zijn deze clausules inzake arbeid
verregaand. Om dat te bereiken hebben de technische
vakdepartementen zeer intensieve onderhandelingen gevoerd. Men
was zeer sceptisch over de zin en het nut van een dergelijke clausule
in een investeringsverdrag. Het gaat toch nog altijd over een
investeringsverdrag.
De onderhandelingen over de milieu- en arbeidsclausules gingen
uiteindelijk verder dan wat Colombia tot nu toe binnen de context van
een investeringsbeschermingsakkoord kon aanvaarden. Er is toch
een zeker acquis. Bovendien heeft België niet de bedoeling om
Colombia te isoleren maar integendeel, om het via dialoog aan te
moedigen om een aantal principes inzake arbeidswetgeving niet meer
te schenden.
Over het nog te ratificeren verdrag heb ik brieven ontvangen van, en
een gesprek gehad met, Luc Cortebeeck, de voorzitter van het ACV.
Ik lichtte hem in over de stand van het dossier. De bal ligt nu duidelijk
in het kamp van het Parlement. Grondwettelijk is het de bevoegdheid
van het Parlement om zich over de goedkeuring en de ratificatie van
het betrokken verdrag te buigen. Als mijn informatie correct is dan is
de procedure nog altijd lopende in België en in Luxemburg.
Er is dus niet in de mogelijkheid voorzien om de bepalingen van het
verdrag te wijzigen. In het Verdrag van Wenen, dat de afsluiting van
internationale verdragen regelt, voorziet artikel 79 enkel in een
procedure voor de verbetering van misslagen, van fouten in een
onderhandelde tekst. Die procedure kunnen we in deze niet
gebruiken. U verwijst naar een inhoudelijke wijziging en duidelijk niet
naar een materiële misslag. In dat geval is enkel een
wijzigingsverdrag mogelijk waarover desgevallend opnieuw moet
worden onderhandeld. Dat kan ook een politieke voorwaarde zijn bij
ratificatie die niet-tegenstelbaar is aan derden.
conclu avec la Colombie n'est
clôturée ni au Parlement fédéral,
ni dans les parlements régionaux,
ni
même
au
Parlement
luxembourgeois. La ratification du
traité
intervient
en
principe
soixante jours après l'approbation
du texte dans l'ensemble des
parlements. J'ai discuté de la
ratification
du
traité
avec
M. Cortebeeck de l'ACV.
Dans la définition de la législation
du travail, la disposition relative
aux
conditions
de
travail
acceptables en ce qui concerne
les salaires minimums, les heures
de travail, la sécurité et la santé au
travail a été supprimée. Toutes les
autres dispositions du texte de
base
-
comme
le
droit
d'association, d'organisation et de
négociation collective, l'interdiction
de recourir au travail forcé ou
obligatoire et l'âge minimum
d'admission des enfants au travail
- ont cependant été maintenues.
Pour un pays comme la Colombie,
il s'agit d'un progrès important
d'autant plus que le scepticisme
était important en ce qui concerne
l'utilité de telles clauses dans le
cadre d'un traité relatif à des
investissements.
Il n'existe aucune possibilité de
modifier les dispositions du traité.
Le traité de Vienne, qui règle la
conclusion
de
traités
internationaux, prévoit uniquement
une procédure de correction des
erreurs dans le texte.
La modification du contenu du
texte est possible uniquement en
adoptant un nouveau traité. Il
pourrait s'agir d'une condition
politique lors de la ratification, qui
n'est pas opposable à des tiers.
02.03 Bruno Tuybens (sp.a): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, het woord is nu inderdaad aan het Parlement.
02.03 Bruno Tuybens (sp.a): La
balle est dans le camp des divers
parlements. On verra bien si
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
Wij zullen dus afwachten in hoeverre de heer Cortebeeck erin slaagt
de nodige druk uit te oefenen. Dat zal in ieder geval ook bij de andere
vakbonden het geval zijn.
Het zou zinvol zijn een wijzigingsverdrag te overwegen. Volledig in de
lijn met uw uiteenzetting van de beleidsnota moeten wij immers het
heel belangrijke aspect van de mensenrechten weten te waarderen in
de overeenkomsten en verdragen die wij sluiten.
Hier gaat het om een verdrag ­ wij hebben het tijdens de
parlementaire missie in Colombia ook mogen verstaan ­ dat de ngo-
wereld in Colombia heel uitdrukkelijk vraagt. Het heeft immers
logischerwijze een precedentwaarde voor Colombia. Op het ogenblik
dat Colombia zou aanvoelen dat bijvoorbeeld het Belgische Parlement
op het vlak van de uitholling van dergelijke arbeidsrechten het been
stijf houdt, zou zulks voor de Colombiaanse regering meer dan
gewoon maar een signaal zijn. Zij zal in dat geval op het terrein
effectief bijkomende inspanningen moeten leveren.
België draagt ter zake ook een verantwoordelijkheid. Ik hoop dus dat
het Parlement verstandig genoeg zal zijn om een wijzigingsverdrag te
eisen, vooraleer tot ratificatie over te gaan.
M. Cortebeeck
parviendra
à
exercer
des
pressions.
Personnellement, je pense qu'il ne
serait pas du tout dénué de sens
d'envisager un traité réformé.
Les ONG actives en Colombie en
sont demandeuses car un tel traité
ferait jurisprudence; Si la Belgique
ne lâche rien sur les droits du
travail, cela sera bien plus qu'un
simple
signal
adressé
au
gouvernement de Bogota. Notre
pays porte donc une très grande
responsabilité en la matière.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Bruno Tuybens aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het
ratificatieproces van het Verdrag en optioneel protocol inzake gedwongen verdwijningen" (nr. 15973)
03 Question de M. Bruno Tuybens au ministre des Affaires étrangères sur "le processus de ratification
du Traité et du protocole facultatif en matière de disparitions forcées" (n° 15973)
03.01 Bruno Tuybens (sp.a): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, ik heb vanmorgen mevrouw Editha Burgos ontmoet. Dat is
de eerste keer dat ik de dame zag. Zij is voorzitter van het Comité van
verdwenen personen in de Filippijnen. Het was een initiatief van
collega De Vriendt, hier achter mij, om de dame ook in het Parlement
te ontvangen.
Mevrouw Burgos bracht een tragische boodschap. Zij is niet alleen
voorzitter van het Comité van verdwenen personen in de Filippijnen,
maar ook moeder van een jonge man die als voortrekker van de
persvrijheid in de Filippijnen hard werk leverde, maar op een bepaald
ogenblik werd ontvoerd en nog steeds is verdwenen.
Er zijn sinds 2001 al meer dan tweehonderd politieke verdwijningen
op de Filippijnen. Geen van die meer dan ruim tweehonderd dossiers
is intussen opgehelderd. Geen enkele familie van die ruim
tweehonderd mensen heeft al enige informatie gekregen over het lot
van hun verdwenen of ontvoerd familielid.
Mevrouw Burgos heeft ons heel uitdrukkelijk gevraagd dat ook België
het ratificatieproces zou afronden inzake het verdrag en het optioneel
protocol inzake gedwongen verdwijningen. Ik heb dat nagevraagd;
sommige buurlanden hebben dat reeds voleind, waaronder Frankrijk
in september 2008 en Duitsland en Spanje onlangs, in
september 2009. Een vijftiental landen heeft ondertussen dat verdrag
geratificeerd. Daar zijn er heel belangrijke bij als Uruguay en
Argentinië die, gezien hun geschiedenis, een en ander te vertellen
03.01 Bruno Tuybens (sp.a):
Mme Editha Burgos, présidente du
Comité des personnes disparues
aux Philippines, rend visite à notre
Parlement.
Plus
de
200
disparitions politiques ont déjà été
enregistrées
aux
Philippines
depuis
2001.
Mme Burgos
demande expressément que la
Belgique clôture le processus de
ratification de la Convention et du
protocole optionnel relatif aux
disparitions forcées. Où en est-
on?
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
hebben op het vlak van gedwongen verdwijningen.
De vraag is dus naar de stand van zaken en het ratificatieproces van
dat specifieke verdrag.
03.02 Minister Yves Leterme: Mevrouw de voorzitter, het siert de
heren Tuybens en De Vriendt dat zij aandacht vragen voor deze
aangelegenheid.
Het is een verdrag waar ook de regering veel belang aan hecht. Het
werd ondertekend op 6 februari 2007 en het is een gemengd verdrag.
Op federaal niveau heeft de Ministerraad zich op 26 juni jongstleden
akkoord verklaard met het voorontwerp van instemmingswet. De
Raad van State heeft advies uitgebracht en het wetsontwerp wordt
eerstdaags bij het Parlement ingediend. Laten wij hopen dat het zo
snel mogelijk wordt behandeld.
Zoals u hebt gezegd zijn bij de deelgebieden de Gewesten en de
Gemeenschappen betrokken. Ik kan mij uiteraard niet voor hen
engageren maar ik veronderstel dat de goedkeuringsprocedure daar
ook zo snel mogelijk haar beslag zal krijgen.
03.02 Yves Leterme, ministre: Le
gouvernement accorde beaucoup
d'importance à cette convention. Il
s'agit d'une convention mixte,
signée le 6 février 2007. Le conseil
des ministres a adopté le 26 juin
2009
l'avant-projet
de
loi
d'assentiment. Le Conseil d'État a
formulé un avis. Le projet de loi
sera déposé dans les tout
prochains jours au Parlement, qui
l'examinera
rapidement,
je
l'espère. Je suppose que la
procédure
d'adoption aboutira
rapidement auprès des Régions et
des Communautés également.
03.03 Bruno Tuybens (sp.a): Mijnheer de minister, het is heel
belangrijk om dat nieuws te horen. De Filippijnse delegatie die nog tot
20 november in België aanwezig is, zal daar zeer gelukkig mee zijn.
Wat in dat kader ook belangrijk is, is dat de Filippijnse delegatie
aangaf dat de Europese Commissie 3,9 miljoen euro heeft
vrijgemaakt om de Filippijnen de mogelijkheid te geven om het
probleem van de buitengerechtelijke executies aan te kaarten en op
te lossen. Zij hopen in ieder geval dat België ook zijn rol zal spelen in
de monitoring van de besteding van die middelen.
Het is essentieel dat de Filippijnen met dat aspect van hun politiek in
het reine komen. Ook in de Filippijnen, net als in Amerika, als in
Colombia en als in veel andere landen, wordt de oorlog tegen het
terrorisme misbruikt om bepaalde mensenrechten uit te hollen. Dat is
in de post-9/11-periode uiteraard sterk uitgerold in heel wat landen in
de wereld. We moeten er echt alles aan doen om dit gestopt te
krijgen. Ik hoop dat ook u daarin uw rol ten volle zult benutten.
03.03 Bruno Tuybens (sp.a): La
Commission européenne dégage
3,9 millions d'euros pour permettre
aux Philippines d'aborder la
question
des
exécutions
extrajudiciaires et de la résoudre.
La délégation philippine espère
que la Belgique jouera aussi un
rôle au niveau de l'affectation de
ces moyens. Les Philippines ne
sont pas le seul pays où certains
droits de l'homme sont vidés de
leur sens sous le prétexte de lutter
contre le terrorisme. La Belgique
doit contribuer à résoudre cette
question.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Wij komen thans tot de samengevoegde vragen van
de heer De Vriendt en mevrouw Colen, over het Gazarapport in de
algemene vergadering van de Veiligheidsraad.
Le président: L'ordre du jour
appelle à présent les questions
jointes n° 16194 et 16357 de
M. Wouter De Vriendt et de
Mme Alexandra Colen.
03.04 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Mevrouw de voorzitter, ik
vraag het woord in verband met de regeling van de werkzaamheden.
Bent u nu bezig met vragen die op de agenda van morgen staan?
03.04 Alexandra Colen (Vlaams
Belang): Cette question est inscrite
à l'ordre du jour de la réunion de
demain. Comme je ne l'ai pas
encore préparée, je souhaiterais la
poser demain.
De voorzitter: Er werd beslist dat de vragen aan bod komen in de Le
président:
Nous
avons
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
volgorde zoals ze werden ingediend. Bij het begin van de vergadering
stelden sommige collega's de vraag waarom die opsplitsing wordt
gemaakt. De minister heeft zich ertoe geëngageerd om vanavond nog
te antwoorden op vragen, in volgorde van nummering zoals ze zijn
ingediend. In die zin werken we nu de agenda af.
convenu de poser les questions
dans l'ordre de leur dépôt.
03.05 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Mevrouw de voorzitter, dat
wist ik niet. Ik heb gewoon de agenda van vandaag bekeken, en ik
heb enkel de voorbereiding bij van mijn twee vragen die vandaag op
de agenda staan. Voor de vragen geagendeerd op de agenda van
morgen, heb ik geen tekst bij. .
(...): (...)
03.06 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Ja, ik vind het wel moeilijk
als een agenda wordt vervroegd of verlaat, kortom wordt gewijzigd.
De voorzitter: Mevrouw Colen, uw vraag is samengevoegd met een vraag van de heer De Vriendt.
Mijnheer De Vriendt, wat wenst u met uw vraag te doen?
03.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mevrouw de voorzitter, ik
wens mijn vraag ook morgen te stellen, als de minister dan zelf
aanwezig zal zijn.
03.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): Je préfère poser ma
question demain également.
03.08 Minister Yves Leterme: Mevrouw de voorzitter, ik heb alles
afgezegd voor morgen, at your service. Ik hoop dan wel dat we tot de
finish kunnen gaan. Ik merk dat het nu 19.10 uur is. De kwaliteit is er
wel, maar inzake kwantiteit kan het beter.
03.09 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Kwaliteit is het
belangrijkste, zegt men altijd.
03.10 Minister Yves Leterme: In het Parlement en bij verkiezingen is
dat soms anders.
De voorzitter: Ik wil het volgende voorstel formuleren. Op de agenda
van vandaag staan er nog vragen over Afghanistan. Die zou ik willen
afwerken.
Mevrouw Colen, van u staan er vandaag ook nog twee vragen aan de
agenda. Ook die wil ik afwerken.
Mijnheer De Vriendt, van u staat er nog een vraag aan de agenda
over de Westelijke Jordaanoever. U moet beslissen wat u met die
vraag doet.
Voor het overige zijn we dan klaar met de vragen van de aanwezige
parlementsleden. Meer vragen van de aanwezige leden staan er niet
op de agenda.
Le président: La question sera
traitée demain. Nous nous en
tiendrons aujourd'hui aux autres
questions des membres présents:
les questions sur l'Afghanistan, les
deux
autres
questions
de
Mme Colen et la question de
M. De Vriendt sur la Cisjordanie.
03.11 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mevrouw de voorzitter, ik
zal mijn vraag stellen, in zoverre dat mogelijk is.
De voorzitter: Goed, dan gaan we nu over tot de vragen over Afghanistan.
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Peter Luykx aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het financieel ondersteunen van
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
de bestuurscapaciteit in Afghanistan in contrast met de vervalsing van de verkiezingen in
Afghanistan" (nr. 15846)
- de heer Wouter De Vriendt aan de minister van Buitenlandse Zaken over "een bijkomend Belgisch
engagement in Afghanistan" (nr. 16200)
- de heer Wouter De Vriendt aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de inzet van politiemensen
in Afghanistan" (nr. 16201)
04 Questions jointes de
- M. Peter Luykx au ministre des Affaires étrangères sur "l'aide financière en faveur de la capacité
d'administration en Afghanistan, en opposition avec la fraude électorale dans ce pays" (n° 15846)
- M. Wouter De Vriendt au ministre des Affaires étrangères sur "un déploiement supplémentaire de la
Belgique en Afghanistan" (n° 16200)
- M. Wouter De Vriendt au ministre des Affaires étrangères sur "le déploiement de policiers en
Afghanistan" (n° 16201)
04.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mijnheer de minister, mijn
eerste vraag handelt over een eventueel bijkomend engagement in
Afghanistan. Naar aanleiding van de Europese Herfsttop kondigde u
een Belgisch engagement in Afghanistan aan. U sprak over een
verdubbeling van de civiele hulp, maar daarover werd reeds beslist,
als ik mij niet vergis ten minste.
U sprak ook over de nakende beslissing over een tweede Belgische
OMLT en over andere maatregelen inzake het Belgische engagement
in Afghanistan. Graag krijg ik hierover wat meer duidelijkheid.
Ten eerste, kunt u een overzicht geven van de beslissingen van de
Belgische
regering
aangaande
civiele
hulp
en
ontwikkelingssamenwerking in Afghanistan voor de jaren 2007-2008-
2009, tot vandaag? Uw aankondiging van de verdubbeling van de
civiele hulp sloeg wellicht op de eerder besliste verhoging dit jaar?
Ten tweede, zal België een tweede OMLT op zich nemen in
Afghanistan? Ondertussen hebben mij bijkomende berichten bereikt
dat dit effectief het geval zal zijn. Uit hoeveel Belgische soldaten zal
het team bestaan? Wat zullen de opdrachten zijn? Zullen zij
deelnemen
aan
grondoperaties,
samen
met
Afghaanse
legereenheden? U weet dat daarover een discussie is geweest een
aantal maanden geleden. Waar zal het tweede OMLT opereren en
onder wiens bevel?
Ten derde, wat zijn de andere maatregelen waarover u sprak?
Ondertussen is er al een communicatie geweest van uw collega,
Pieter De Crem, dat afgezien van het OMLT geen bijkomend militair
engagement is gevraagd aan België. Ook daarvan krijg ik graag
bevestiging.
Mijn tweede, samengevoegde vraag, gaat over de inzet van
politiemensen in Afghanistan. Een aantal experts wijst op de hoge
nood aan politiemensen in Afghanistan. Dat maakt deel uit van de
behoefte aan institution building en de terugkeer naar het
staatsmonopolie op geweld in de Afghaanse samenleving. Ons land
zou daar een belangrijke rol in kunnen spelen, zowel voor de opleiding
van Afghaanse politiemensen als door het sturen van politiemensen
ter plaatse. België staat bekend voor een kwalitatieve police capacity
en is op dat vlak al eerder actief geweest in het buitenland, onder
andere in de Palestijnse gebieden.
04.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): À l'occasion du dernier
sommet européen, le ministre a
annoncé que l'aide civile serait
doublée en Afghanistan. Il a
également précisé qu'une décision
serait
prise
prochainement
concernant
une
deuxième
Operational Mentor and Liaison
Team
(OMLT)
belge
en
Afghanistan, et que d'autres
mesures
seraient
prises
également.
Quelles
décisions
le
gouvernement belge a-t-il prises
en ce qui concerne l'aide civile et
la coopération au développement
en Afghanistan pour les années
2007-2009?
Le
doublement
annoncé
de
l'aide
civile
correspond
peut-être
à
l'augmentation décidée il y a
quelques mois? De combien de
soldats la deuxième OMLT en
Afghanistan sera-t-elle composée?
Quelles seront ses missions?
Participera-t-elle à des opérations
terrestres? Qui en assumera la
direction? Quelles autres mesures
seront-elles envisagées? En plus
de
l'OMLT,
un engagement
militaire supplémentaire ne sera-t-
il pas demandé à la Belgique?
La Belgique pourrait jouer un rôle
important dans le cadre de la
formation de policiers afghans.
Elle jouit d'une bonne réputation
en la matière et elle a déjà assuré
des formations par le passé, dans
les
territoires
palestiniens
notamment. Quels efforts sont-ils
fournis
par
la
communauté
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
Ik heb ter zake een aantal vragen.
Ten eerste, welke inspanningen verricht de internationale
gemeenschap op dit moment inzake de opleiding en de versterking
van de Afghaanse politie? Binnen welk internationaal raam vinden die
inspanningen plaats? Gebeurt dat onder VN-vlag, onder EU-vlag, of
een andere?
Ten tweede, hoeveel buitenlandse politiemensen zijn nu ter plaatse?
Welke opdrachten verrichten zij?
Ten derde, is ons land betrokken bij de opleiding en de versterking
van de Afghaanse politie? Zijn daar Belgische politiemensen
aanwezig?
Ten vierde, kunt u een overzicht geven van de aanwezigheid van
Belgische politiemensen in police building programma's in landen
buiten de EU?
Ten vijfde, wat is de huidige Belgische betrokkenheid bij police
building in de Palestijnse gebieden in het raam van EUPOL of andere
programma's? Kunt u een korte duiding geven van hoeveel mensen
daaraan deelnemen, en dergelijke meer?
Ten zesde en ten slotte, hoe staat u tegenover het voorstel België een
actieve rol te laten spelen inzake police building in Afghanistan? Dit
kan gebeuren via de opleiding van Afghaanse politiemensen of door
het ter plaatse sturen van Belgische politiemensen.
internationale actuellement? Le
sont-ils au nom de l'Union
européenne, des Nations Unies ou
d'une autre instance? Combien de
policiers
étrangers
sont-ils
présents en Afghanistan et quelles
missions
remplissent-ils?
La
Belgique est-elle associée à la
formation de la police afghane et
des policiers belges sont-ils
présents sur place? Quelle est
l'implication de la Belgique à cet
égard dans d'autres pays non
membres de l'Union européenne
et plus particulièrement dans les
territoires palestiniens? Que pense
le ministre de la possibilité de
confier à la Belgique un rôle actif
en matière de police building en
Afghanistan?
04.02 Minister Yves Leterme: Mevrouw de voorzitter, de eerste vraag
van de heer De Vriendt. Met betrekking tot de civiele hulp kan ik
meedelen dat België zich reeds in 2002 op de donorconferentie van
Berlijn had geëngageerd om steun te verlenen voor een totaal bedrag
van 30 miljoen euro gedurende vijf jaar. In 2006 werd deze
verplichting
vernieuwd
door
de toenmalige
minister van
Ontwikkelingssamenwerking met een nieuwe bijdrage van 30 miljoen
voor de vijf volgende jaren van 2007 tot en met 2011. Dit
vertegenwoordigt een gemiddelde inbreng van 6 miljoen euro per jaar.
In april 2009 heeft de regering besloten om de hulp te verdubbelen
naar 12 miljoen euro per jaar. Voor de jaren 2009 en 2010 zijn deze
bedragen al opgenomen in de begroting.
Vanmorgen hebben zowel Charles Michel als ikzelf namens de
regering duidelijk gemaakt op de Europese Raad dat wij bereid zijn
die inspanning nog op te drijven. Ik verwijs naar wat ik daarstraks bij
de bespreking van de beleidsnota heb gezegd, namelijk dat het goed
is om eerst de sequens te zien en extra inspanningen moeten ook
kaderen in een multilaterale aanpak ten aanzien van de nieuwe
regering-Karzai. Wij moeten afspreken waarvoor dat geld precies zal
worden gebruikt en hoe structureel de inspanning zal zijn.
Wat het tweede deel van uw vraag betreft, verwijs ik u naar de
beslissing van 3 april 2009. Collega De Crem is bevoegd om u ter
zake alle specificaties te geven.
Wat betreft EUPOL, is het zo dat een Belgische deelname aan deze
missie in Afghanistan wordt onderzocht. Ook de aanduiding van een
bijzonder gezant van de Belgische regering voor Afghanistan en
04.02 Yves Leterme, ministre:
Lors de la conférence des
donateurs qui s'est tenue à Berlin
en 2002, la Belgique s'était
engagée à apporter une aide de
30 millions d'euros pendant cinq
ans. En 2006, cet engagement a
été réitéré pour les cinq années
suivantes, jusqu'en 2011 donc, par
le ministre de la Coopération en
fonction à l'époque. La Belgique
apporte donc en moyenne une
contribution annuelle de 6 millions
d'euros.
En
avril
2009,
le
gouvernement a décidé de doubler
le montant de cette contribution.
Pour 2009 et 2010, ce montant a
déjà été budgété. Ce matin, le
ministre Michel et moi-même
avons
déclaré
au
Conseil
européen que nous sommes
disposés à accroître encore cet
effort. Cependant, tout effort
supplémentaire doit s'inscrire dans
une approche multilatérale vis-à-
vis du nouveau gouvernement
Karzaï. Le ministre De Crem est
compétent pour vous exposer la
teneur de la décision du 3 avril
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
Pakistan wordt overwogen.
Als ik het heb over andere maatregelen dan is dat wat mij betreft de
houding van de Belgische regering om samen met de internationale
gemeenschap te bekijken welke bijkomende inspanningen nuttig
kunnen zijn. Dat is te begrijpen als zijnde onze houding om open te
staan voor zinvolle bijkomende inspanningen.
Ik kan u ook zeggen dat, naast de kredieten waarover ik het had en
die 12 miljoen euro per jaar bedragen voor 2009 en 2010, ik ook via
mijn budgetten steun heb toegezegd aan een aantal andere projecten.
Ik denk daarbij aan Moeders voor vrede en een paar andere
initiatieven. Ik heb er zelf voor gezorgd dat deze mensen wat meer
middelen krijgen om hun goede werking verder te kunnen uitbouwen.
Wat betreft het politiedossier bestaan er, zoals u misschien weet,
diverse internationale vormings- en ondersteuningsprogramma's voor
de Afghaanse politie. Zo is sinds 2004 in een programma voorzien
door de Verenigde Staten dat de naam draagt Combined Security
Transition Command Afghanistan, CSTC-A. Ook de NAVO draagt via
het NTMA, Nato Training Mission, bij tot de opleiding van de
Afghaanse politie. De Europese Unie leidt de missie EUPOL
Afghanistan.
Deze initiatieven worden gecoördineerd door het IPCB. Hieraan moet
nog een reeks individuele initiatieven van donorlanden worden
toegevoegd. Voorts waarborgt sinds 2002 het LOTFA, het Law and
Order Trust Fund for Afghanistan, beheerd door UNDP, de betalingen
van de lonen van de politie.
Ik voeg eraan toe dat mij gisteravond laat en vanochtend uit de
tussenkomst van Kai Eide duidelijk is geworden dat ook inzake de
verschillende initiatieven voor vorming en ondersteuning van
politiediensten in Afghanistan enige bijkomende coördinatie nuttig zou
kunnen zijn.
Ik kom tot de tweede vraag. De huidige deelname van internationale
politieagenten aan de EUPOL-missie, die als objectief had
400 eenheden te tellen, bedraagt op dit moment 165 personen, naast
19 magistraten en 80 deskundigen in verschillende ondersteunende
functies. De politieagenten voeren supervisietaken uit, geven advies,
omkaderen Afghaanse agenten en organiseren training op het niveau
van het Afghaanse ministerie van Binnenlandse Zaken, maar ook op
regionaal en lokaal niveau. Zo draagt de missie bij tot de toepassing
van de nationale strategie van politiehervorming en levert zij hulp voor
de ontwikkeling van deze strategie. EUPOL voert geen
vervangingstaken uit voor de Afghaanse instellingen en voert derhalve
geen enkele uitvoerende functie uit.
Ten derde, momenteel traint noch versterkt België de Afghaanse
politie.
Ten vierde, de huidige deelname van Belgische politieagenten in
missies buiten het grondgebied van de Europese Unie bedraagt
24 man in Kosovo, de zogenaamde EULEX-missie, die toch goed
bekend is; 2 man in Bosnië-Herzegovina, EUPM in Bosnië-
Herzegovina; 3 man in de DRC, EUPOL/RDC; 1 persoon op de
Westelijke Jordaanoever, EUPOL/COPPS, en 1 persoon in Georgië,
2009 concernant les OMLT.
En ce qui concerne EUPOL, une
participation belge est à l'étude. La
désignation d'un envoyé spécial du
gouvernement
belge
pour
l'Afghanistan et le Pakistan est
également envisagée. Ce que j'ai
voulu dire concernant ces autres
mesures,
c'est
que
nous
souhaitons examiner avec la
communauté
internationale
la
question de savoir quels efforts
supplémentaires pourraient être
fournis. Outre ces 12 millions
d'euros d'aide, j'ai donné le feu
vert, dans le cadre de mes
attributions budgétaires, à certains
projets tels que "Mères pour la
paix".
Il existe de multiples programmes
internationaux de formation et
d'aide pour la police afghane, qu'il
s'agisse
de
programmes
américains,
otaniens
ou
européens. L'UE dirige la mission
EUPOL en Afghanistan.
Différentes autres initiatives de
soutien et de formation des
policiers en Afghanistan doivent
être
mieux
coordonnées.
Actuellement, 165 agents de
police internationaux participent à
EUPOL en Afghanistan, alors que
l'objectif était fixé à 400, en plus
de 19 magistrats et de 80 experts
pour des fonctions de support. Les
agents de police exercent des
missions de supervision, rendent
des avis, encadrent les agents
afghans et organisent la formation
à différents niveaux. EUPOL
n'exerce aucune mission pour les
institutions
afghanes.
EUPOL
n'assume
aucune
fonction
d'exécution. Pour l'instant, la
Belgique ne fournit ni formation ni
renforts à la police afghane.
Les agents de police belges
participant à des missions en
dehors de l'Union européenne se
répartissent comme suit: vingt-
quatre hommes au Kosovo, deux
hommes en Bosnie-Herzégovine,
trois hommes en République
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
EUMM Georgië.
Ten vijfde, 1 politieagent neemt deel aan de missie EUPOL/COPPS,
zoals reeds gezegd, op de Westelijke Jordaanoever. Hij vervult de
functie van reporting officer bij het missiehoofd.
In april 2009 heeft de regering beslist een bijdrage inzake de vorming
van Afghaanse politie te onderzoeken. Ik verwijs dan ook voor dat
onderzoek en de stand van zaken graag naar mijn collega Annemie
Turtelboom.
Démocratique du Congo, un
homme en Cisjordanie et un
homme en Géorgie. Notre agent
en Cisjordanie remplit la fonction
de reporting officer auprès du chef
de
mission.
En
avril,
le
gouvernement
a
décidé
d'examiner
une
forme
de
contribution à la formation des
policiers afghans. Je vous renvoie
vers
Mme Turtelboom
pour
connaître l'état d'avancement de
ce dossier.
04.03 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mijnheer de minister, mijn
twee vragen handelen vooral over bijkomende Belgische
inspanningen die niet op het militair vlak liggen. Immers, als wij
ernstig zijn met onszelf en als we echt overtuigd zijn van de noodzaak
om naar een strategiewissel en succes te evolueren in Afghanistan,
moeten de inspanningen van de internationale gemeenschap en van
België inzake institution building, civiele hulp, wederopbouw,
ontwikkeling, ook diplomatie, worden verhoogd.
Daarnet, tijdens de bespreking van de algemene beleidsnota, noemde
u een bedrag van 40 tot 50 miljoen euro, dacht ik, de kostprijs van ons
militair engagement op dit moment in Afghanistan.
04.03 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!):
Nous
devons
oser
admettre qu'une nouvelle stratégie
est nécessaire en Afghanistan et
que la communauté internationale
doit fournir davantage d'efforts de
reconstruction
du
pays.
L'engagement militaire actuel en
Afghanistan coûte cette année de
40 à 50 millions d'euros.
04.04 Minister Yves Leterme: 48.
04.04 Yves Leterme, ministre: Il
coûte 48 millions d'euros.
04.05 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Het Rekenhof heeft echter
dit jaar, dacht ik, de berekening gemaakt, en komt uit op 76 miljoen
euro.
04.06 Minister Yves Leterme: Verlaat u niet te veel op het Rekenhof.
04.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mijnheer de minister, ik
kan u die documenten tonen. Het Rekenhof spreekt van 76 miljoen
euro.
Het is trouwens zeer moeilijk om enige transparantie te krijgen, om
goed te weten hoeveel aan welke operatie wordt besteed, maar dat is
een andere discussie.
Als we weten dat in 2009 slechts 12 miljoen euro wordt besteed aan
ontwikkelingssamenwerking, civiele hulp, dan is dat voor mij een
illustratie van een gebrek aan balans, een balans die er zou moeten
zijn tussen het militaire en het civiele. België heeft op dat vlak toch wel
een achterstand en moet serieuze inspanningen leveren.
Aangaande de politiemensen, dat is een piste die inderdaad
circuleert, ook binnen de internationale gemeenschap, binnen de VN,
en dergelijke meer, om een aantal landen verantwoordelijkheid te
laten opnemen inzake vorming en opleiding van Afghaanse politie. Ik
had daar effectief graag uw mening over gehad. Ik begrijp dat men
bezig is om de opportuniteit daarvan te onderzoeken. Ik kijk dus uit
naar de beslissing die daaromtrent wordt genomen.
04.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): La Cour des comptes
était arrivée à un montant de
76 millions d'euros. Seulement
12 millions d'euros sont consacrés
à
la
coopération
au
développement et à l'aide civile. Il
n'y a donc pas d'équilibre entre le
volet militaire et le volet civil. La
Belgique est en retard dans ce
domaine et doit fournir des efforts
importants.
J'attends
avec
impatience les décisions relatives
à la participation à la formation de
la police afghane.
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Wouter De Vriendt aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de
waterproblematiek op de Westelijke Jordaanoever" (nr. 16198)
05 Question de M. Wouter De Vriendt au ministre des Affaires étrangères sur "la question de l'eau en
Cisjordanie" (n° 16198)
05.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mevrouw de voorzitter,
mijnheer de minister, een recent gepubliceerd rapport van Amnesty
International beschuldigt Israël ervan de watertoevoer naar de
Westoever en de Gazastrook te belemmeren. Israël zou onevenredig
veel water, met name 80 procent, aan een bron op de Mountain
Aquifer op de Westelijke Jordaanoever onttrekken, waardoor er voor
de Palestijnen te weinig water overblijft. Voor de Palestijnen op de
Westoever is voornoemde bron de enige waterbron. Israël zou zijn
watervoorziening met andere bronnen kunnen garanderen.
Bovendien weigert Israël aan Palestijnen vergunningen voor
waterleidingen en rioleringsprojecten op de Westoever te verstrekken.
De Israëlische regering ontkent de beschuldigingen. Israël beweert in
zijn recht te staan, omdat het de waterbron als eerste heeft ontdekt en
ontwikkeld.
Bovendien verslechterde de waterkwaliteit in de Gazastrook, sinds
Hamas controle over de streek kreeg en sinds Israël een blokkade
voor bouwmateriaal instelde.
Ik heb een drietal vragen.
Ten eerste, is de regering op de hoogte van voornoemde
problematiek in Israël en Palestina? Wat is de meest waarschijnlijke
evolutie van de huidige situatie? Voorziet u in een mogelijke escalatie
van het conflict? Wat is de impact van de kwestie op het
vredesproces?
Ten tweede, is het exploiteren van de waterbron door Israël in
overeenstemming met het internationaal recht? Heeft de ontdekkende
staat het alleenrecht op het watergebruik?
Tot slot, het is niet de eerste keer dat water als bron van conflicten in
de kijker komt te staan. Kunt u een inschatting geven van de regio's
waar water of de toegang tot water een potentiële oorzaak van
conflicten is? Welke instanties houden zich met de problematiek
bezig? Is er op het niveau van uw kabinet voldoende aandacht voor
de kwestie?
05.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): Dans un récent rapport,
Amnesty
International
écrit
qu'Israël
entrave
l'approvisionnement en eau de la
rive occidentale du Jourdain et de
la bande de Gaza. Bien que
disposant d'autres sources, Israël
puise
une
quantité
disproportionnée de son eau dans
le 'Mountain Aquifer', l'unique
source d'eau de la rive occidentale
du
Jourdain.
Israël
refuse
également l'octroi de permis aux
Palestiniens pour l'aménagement
de canalisations d'eau et d'égouts
sur la rive occidentale. La qualité
de l'eau se dégrade par ailleurs
dans la bande de Gaza depuis
qu'Israël a instauré un blocus des
matériaux de construction.
Notre gouvernement est-il informé
de ces faits? Selon le ministre
M. Leterme, quelle est l'incidence
de ces événements sur le
processus de paix? L'exploitation
de la source par Israël est-elle
conforme au droit international?
L'État qui a découvert la source
dispose-t-il, comme le revendique
Israël,
du
droit
d'utilisation
exclusif? Le ministre peut-il nous
fournir une liste des régions où
l'accès à l'eau constitue un foyer
de conflit potentiel? Quelles sont
les instances qui traitent de ces
problèmes? Le cabinet du ministre
est-il suffisamment attentif à cette
question?
05.02 Minister Yves Leterme: Mevrouw de voorzitter, dit is niet voor
het verslag, maar op mijn kabinet wordt quasi uitsluitend water
gedronken. Dat is dus goed.
05.03 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Op kabinetten van
collega's van u is zulks misschien minder het geval.
05.04 Minister Yves Leterme: Daarvoor sta ik natuurlijk niet in.
05.04 Yves Leterme, ministre:
Nous
sommes
évidemment
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
Uiteraard zijn wij ons bewust van het belang van de problematiek van
de toegang tot water in Israël en het Palestijnse gebied. De toegang
tot water is essentieel voor de socio-economische ontwikkeling en
uiteraard ook voor de opbouw van een leefbare, Palestijnse Staat.
Het rapport van Amnesty International waarnaar u verwijst, is door
mijn diensten uiteraard grondig doorgenomen.
Voor het Jordaanbekken zijn de beperkte, ondergrondse
waterbronnen een belangrijk twistpunt tussen Israël en Palestina. De
Mountain Aquifer is in het hart van de Westelijke Jordaanoever
gelegen.
De ondergrondse, grensoverschrijdende waterbekkens worden door
het internationaal recht volgens het principe van de beperkte
souvereiniteit en van het redelijk en evenwichtig gebruik behandeld.
Voormelde principes komen voort uit de zogenaamde Helsinki Regels
van 1966, uit het Verdrag van Bellagio van 1989, uit de Conventie van
New York van 1997 aangaande het gebruik van internationale
waterstromen en uit het project van de Commissie voor Internationaal
Recht inzake het recht van de grensoverschrijdende, ondergrondse
waterbekkens.
Relevante factoren om het redelijk en evenwichtig gebruik te bepalen
zijn volgens artikel 6 van de genaamde Conventie van New York
onder meer de natuurlijke omstandigheden, de economische en
sociale noden van de bevolking, zonder een voorkeur te geven aan
een bepaalde factor. In geval van een conflict staan de noden van de
mensen centraal.
Tweede vraag, het principe van het redelijk en evenwichtig gebruik is
aanvaard door toepassing van het internationaal recht door de staten.
Israël heeft het principe van redelijk en evenwichtig gebruik van
waterbekkens en de verplichting om daarbij geen noemenswaardige
schade toe te brengen aan andere landen expliciet erkend. Uiteraard
zijn de noden van de naburige gemeenschappen daarbij een
belangrijke factor. Het interimakkoord van Taba van 1995 tussen
Israël en Palestina bevat een hoofdstuk "water". Het erkent het
principe van redelijk en evenwichtig gebruik van water, evenals een
op zijn minst theoretische erkenning van het recht van de Palestijnen
op het water in de Westelijke Jordaanoever.
Derde vraag, het internationaal recht en de afspraken tussen de
partijen blijven de hoeksteen voor de internationale gemeenschap
inzake het Israëlisch-Arabisch conflict. Uiteraard is water een van de
vele op te lossen problemen. Het speelt trouwens een rol in mogelijke
swaps: op het moment dat men de grenzen vastlegt en aan
gronduitwisseling doet, is de aanwezigheid van water onder de grond
van belang.
De toegang tot water is uiteraard een van de bronnen van conflict. Ik
was recent nog in Oezbekistan, dat gebrek heeft aan toegang tot een
zee. Het paalt aan Afghanistan, Tadzjikistan en Kazachstan. Men
heeft niet alleen economische problemen inzake transport, men leeft
daar eigenlijk van het water dat gravitair komt vanuit vooral
Tadzjikistan en Kirgizië. Ook daar voelt men spanningen rond het
gebruik van dat water. Er zijn nog verder afgelegen landen als
Turkmenistan en Afghanistan die zeggen dat Oezbekistan te veel
informés du problème. L'accès à
l'eau est essentiel pour le
développement socio-économique
d'un État palestinien. Mes services
étudient attentivement le rapport
d'Amnesty International.
Les sources souterraines du
bassin du Jourdain sont un sujet
de discorde majeur entre Israël et
la Palestine. Le Mountain Aquifer
est situé au coeur de la
Cisjordanie.
Les sources d'eau souterraines et
transfrontalières sont soumises,
en vertu du droit international, au
principe
de
la
souveraineté
restreinte
et
de
l'utilisation
équitable et raisonnable. D'après
la convention de New York, les
conditions naturelles, ainsi que les
besoins économiques et sociaux
de la population, constituent des
facteurs pertinents pour définir
cette
utilisation
équitable
et
raisonnable.
Israël a explicitement reconnu le
principe de l'utilisation équitable et
raisonnable, ainsi que l'obligation
de ne pas causer de dommages
significatifs à des pays tiers.
L'accord intérimaire "de Taba"
conclu entre Israël et la Palestine
en 1995 mentionne le droit
théorique des Palestiniens sur
l'eau en Cisjordanie. L'accès à
l'eau est l'un des nombreux
problèmes qui doivent être résolus
dans le cadre du conflit israélo-
arabe.
Cet
élément
joue
également un rôle dans de
possibles swaps. Lorsque les
frontières
seront
fixées,
la
présence d'eaux souterraines sera
prise en compte.
L'accès à l'eau constitue aussi un
motif de conflit dans d'autres
régions
du
monde.
En
Ouzbékistan, où l'eau provient des
hauteurs de pays limitrophes ­ le
Tadjikistan, l'Afghanistan et le
Kazakhstan ­ l'utilisation de l'eau
est aussi à l'origine de tensions.
Le problème est également lié à la
question de la mer d'Aral.
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
water capteert en bijhoudt. Dat hangt dan weer samen met de
problematiek van het Aralmeer, de onzuiverheid van het water en het
gebrek aan redelijk en evenwichtig gebruik destijds, en uiteraard ook
de bezoedeling van het Aralmeer.
Voor de Westelijke Jordaanoever volgt het consulaat-generaal in
Jeruzalem de zaak op. De diplomaten ter plaatse worden op
regelmatige tijdstippen gebrieft door het agentschap voor humanitaire
zaken van de VN en organisaties als PASIA, Palestinian Hydrology
Group en ARIJ. Ook de Palestijnse gemeenten in de regio houden de
EU via het voorzitterschap op de hoogte van de situatie. Dat wat de
organisaties betreft die zich daar ter plekke in deze specifieke situatie
met de waterproblematiek bezighouden.
Notre consulat à Jérusalem suit la
question de l'eau en Cisjordanie.
Les diplomates sont informés par
les Nations Unies, entre autres.
Les municipalités palestiniennes
de
la
région
renseignent
également l'UE.
05.05 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mijnheer de minister, op
mijn vraag of het exploiteren van de waterbronnen door Israël in
overeenstemming is met het internationaal recht, hebt u een overzicht
gegeven van bronnen die toelaten om daarop een antwoord te geven.
Tenzij ik mij vergis, hebt u daarop dus niet geantwoord. Is dat volgens
u, na raadpleging of analyse, in overeenstemming met het
internationaal recht? Kunt u daarop met een ja of neen antwoorden?
05.05 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): Il n'est toujours pas clair
pour moi si l'exploitation de la
source par Israël est ou non
conforme au droit international.
05.06 Minister Yves Leterme: Er zijn instanties aangeduid om na te
gaan of die verdragen worden gerespecteerd. Het is een royaal
behoren tot een internationale gemeenschap dat men de ruimte geeft
aan de bevoegde instanties die zijn aangeduid om te oordelen over
dat betrokken verdrag.
05.06 Yves Leterme, ministre:
Des instances ont été désignées
pour vérifier si les traités sont
respectés.
05.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): U kunt namens uw
regering wel een inschatting geven of de exploitatie van de
waterbronnen al dan niet in overeenstemming is met het
internationaal recht, net zoals er wel een antwoord komt op de vraag
of het bouwen van de muur in overeenstemming is met het
internationaal recht. Het antwoord is daarop duidelijk neen, ingevolge
een uitspraak van het Internationaal Gerechtshof in 2004.
Als u een duidelijke profilering van het conflict tussen Israël en
Palestina beoogt, denk ik dat duidelijke antwoorden op vragen en
duidelijke appreciaties van uw kant wel nodig zijn.
Ik denk dat het goed zou zijn mocht de Belgische regering aan de
Israëlische overheid duidelijk maken dat dit niet in overeenstemming
is met het internationaal recht en dat de Belgische regering zich
verzet tegen de manier waarop Israël die watertoevoer blokkeert. Ik
denk dat dit niet gunstig is voor het vredesproces dat zich daar zou
moeten ontwikkelen.
Dat is opnieuw een vraag naar een sterkere profilering van de
Belgische regering in het dossier van Israël en Palestina. U kunt
beginnen met hier een duidelijk standpunt in te nemen over de
waterproblematiek en dat standpunt ook naar uw Israëlische collega
te communiceren.
05.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): Le ministre pourrait
toutefois exprimer un point de vue
clair au nom du gouvernement sur
l'exploitation de la source d'eau.
La Belgique pourrait faire savoir
clairement à Israël que ses actions
ne sont pas conformes au droit
international et que nous nous
opposons à la manière dont ce
pays bloque l'alimentation en eau
de
la
Palestine.
Notre
gouvernement pourrait se profiler
davantage dans le cadre du conflit
israélo-palestinien et adopter des
positions plus claires.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het
bestaansrecht van staten" (nr. 16284)
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
06 Question de Mme Alexandra Colen au ministre des Affaires étrangères sur "le droit à l'existence
des états" (n° 16284)
06.01 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Mijn vraag over het
bestaansrecht van staten gaat in op uw toespraak, mijnheer de
minister, voor de algemene vergadering van de Verenigde Naties die
u aan ons hebt bezorgd op 26 september. Daarin had u het terecht
over de noodzaak om geweld te bannen en vrede te bevorderen. Dat
was de leidraad doorheen heel de toespraak.
Er viel mij iets op, namelijk dat u geweld niet alleen wil bestrijden
wanneer het zich uit in daden, maar ook in opinies. Dat is hoe dan ook
al een iets ander debat omdat er natuurlijk subjectieve elementen in
aan bod komen. U verklaarde het volgende in de tekst die wij kregen:
"Omdat geweld begint in de geest van de mensen, moet ook in de
geest van de mensen de verdediging van de vrede opgebouwd
worden. De eerste conflictpreventie bestaat dan ook in het bannen
van het haatdiscours, dat de waardigheid van mensen, van volkeren
of gemeenschappen of het bestaansrecht van staten ontkent".
Vooral dat laatste element interesseerde mij omdat het duidelijk een
politiek gegeven is. Graag vernam ik dan ook over het bestaansrecht
van welke staten u het hebt in deze tekst? Wat had u in gedachten?
Ging dat over alle staten, alleen bestaande staten of staten in
wording? Moeten politieke partijen die volstrekt geweldloos en op
democratische wijze bijvoorbeeld de ontbinding van een staat
nastreven, worden gebannen? Er zijn aan die medaille natuurlijk twee
kanten.
06.01 Alexandra Colen (Vlaams
Belang): Dernièrement, lors de
son discours devant l'Assemblée
générale des Nations Unies, le
ministre Leterme a déclaré que la
violence commençait dans l'esprit
des gens. La première prévention
des conflits consiste dès lors à
bannir le discours haineux qui nie
la dignité humaine et le droit à
l'existence des États.
Qu'entend-il précisément pas là?
À quels États le ministre fait-il
référence? Selon lui, les partis qui
veulent la dissolution d'un État et
poursuivent
cet
objectif
de
manière tout à fait démocratique et
non violente doivent-ils également
être bannis?
06.02 Minister Yves Leterme: Mevrouw de voorzitter, mevrouw
Colen, mijn toespraak ging niet over het debat binnen afzonderlijke
landen, laat staan over politieke partijen binnen de afzonderlijke
lidstaten van de VN. Mijn toespraak op 26 september ging over de
werking van de VN en dus over het debat tussen de staten binnen de
VN.
Ik heb de centrale rol van de VN verdedigd om de wereldwijde
uitdaging van onder andere vrede en veiligheid aan te gaan, en in de
context daarvan zei ik dat de VN deze vredesrol maar kan spelen als
lidstaten zelf een discours houden dat aanzet tot vrede, wat uiteraard
om te beginnen betekent dat ze elkaars bestaansrecht moeten
erkennen. Dat is uiteraard een essentiële voorwaarde voor
vreedzaam samenleven.
06.02 Yves Leterme, ministre:
Mon allocution ne concernait pas
des pays isolés ni, à plus forte
raison, des partis politiques. Elle
avait trait au fonctionnement des
Nations unies et au débat
interétatique au sein de l'ONU. J'ai
dit que les Nations unies ne
peuvent jouer leur rôle pacificateur
que si les États qui en sont
membres tiennent eux-mêmes un
discours pacifiant, ce qui signifie
en premier lieu qu'ils doivent se
reconnaître mutuellement le droit
d'exister.
06.03 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, het
was me duidelijk dat u het in dat geval had over het Palestijns-
Israëlisch conflict. In dat opzicht geeft uw antwoord wel wat
verduidelijking.
06.03 Alexandra Colen (Vlaams
Belang): J'infère de la réponse du
ministre qu'il parlait du conflit
israélo-palestinien.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van mevrouw Alexandra Colen aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het verzoek
om iemand te helpen doden" (nr. 16285)
07 Question de Mme Alexandra Colen au ministre des Affaires étrangères sur "le fait qu'il ait été
sollicité pour aider à tuer des gens" (n° 16285)
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
07.01 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Mevrouw de voorzitter,
mijnheer de minister, mijn volgende vraag stel ik ook naar aanleiding
van een uitspraak van u, maar die was waarschijnlijk iets minder
beredeneerd dan in een spreekbeurt. U hebt het nadien, nadat mijn
vraag was ingediend, ook ietsje genuanceerd.
In de Belgische editie van het Franse magazine Paris Match
verklaarde u dat u in de marge van de algemene vergadering van de
Verenigde Naties de vraag kreeg van een buitenlandse leider om te
helpen bij "het stoppen, ja zelfs doden van mensen". U weigerde aan
het blad te zeggen wie u deze vraag stelde.
Ik vroeg mij onmiddellijk af of u op deze vraag kon antwoorden in de
commissie. Nadien hebt u het ietsje genuanceerd. U zei: "Ik heb die
vraag gekregen van een collega. Hij haalde de rebellen in zijn land
aan, gevaarlijke mensen voor de bevolking. Hij vroeg de
internationale gemeenschap hem te helpen met de verdediging van
zijn medeburgers. Neen, het gaat niet om Congo." Het gaat dus niet
om één persoon, maar om meerdere.
Het was een vraag die u schokte, dat zei u in het begin. Het ging over
het doden van mensen.
Kan u ons meedelen om wie het ging? Wie stelde u de vraag? Welke
personen moest u helpen stoppen en eventueel zelfs helpen doden?
Waar verblijven die personen, die rebellen, waarover het ging?
Verblijven die nog in het land van die leider? Had hij het over zijn
eigen land? Had hij het over uitgeweken rebellen die ergens onderdak
hebben gezocht? De rebellen zijn immers ook mensen. Het gaat niet
op om te zeggen: help mij van mijn rebellen af, help mensen doden.
Indien u ons de namen niet kunt meedelen, kunt u dan meedelen wat
u op dat verzoek hebt geantwoord? Hebt u deze leider bijvoorbeeld
duidelijk gemaakt dat indien met de mensen op wie hij doelde iets
gebeurt ons land hem daarvoor aansprakelijk zal houden, gezien hij
uiteindelijk uw medewerking had gevraagd?
Hebt u andere, bijvoorbeeld de VN-autoriteiten of bevriende naties,
van de gebeurde feiten en de dreiging die uitgaat voor eventuele
slachtoffers van acties uitgaande van die regeringsleider op de hoogte
gebracht?
Hebt u de personen die het slachtoffer moesten worden daarover
eventueel ingelicht?
Ik weet niet of het relevant is, maar indien deze mensen in ons land
verblijven, welke stappen hebt u ondernomen opdat hun persoon
extra zou worden beveiligd? Indien zij in het buitenland verblijven,
hebt u dan contact opgenomen met de ambassade om de zaak in de
gaten te houden?
Dat is de essentie van mijn vraag, indien inderdaad iemand van de
bedoelde personen daadwerkelijk het slachtoffer zou worden van een
moordpoging, overweegt u dan iets te ondernemen tegen het regime
van de buitenlandse leider die u vroeg bij de moord te helpen?
07.01 Alexandra Colen (Vlaams
Belang): Dans l'édition belge de
Paris Match, le ministre a déclaré
qu'en marge de l'Assemblée
générale des Nations Unies, un
dirigeant
étranger
lui
avait
demandé d'empêcher certaines
personnes de nuire et même de
l'aider à les assassiner. Le
ministre a ensuite nuancé ces
propos.
Qui était ce dirigeant étranger?
Qui visait-il? Que lui a répondu le
ministre?
A-t-il
informé
les
autorités de l'ONU ou des nations
amies de la Belgique de cette
requête très particulière? Les
victimes potentielles ont-elles été
informées? Le ministre a-t-il pris
des mesures visant à assurer leur
protection? S'il arrivait vraiment un
malheur
à
ces
victimes
potentielles,
le
ministre
entreprendrait-il quelque chose
contre ce dirigeant et/ou son
régime?
07.02 Minister Yves Leterme: Mevrouw de voorzitter, ik wil eerst iets 07.02 Yves Leterme, ministre: Je
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
rechtzetten uit de vraagstelling van mevrouw Colen. Ik heb niets
genuanceerd. U zegt dat ik het genuanceerd heb maar ik heb niets
genuanceerd. Het is alleen zo dat de media zeer onzorgvuldig
omspringen met juist noteren, vaak ook Franstalige media. Dat gold
ook voor die heer van Paris Match. Dat overkomt trouwens ook
anderen, vooral Franstaligen. Ik heb echter niets genuanceerd.
Ik herhaal wat ik hier al verschillende keren heb gezegd, ik heb de
gave om nog verontwaardigd te zijn over bepaalde dingen die
voorvallen in de job die ik uitoefen. In de internationale diplomatie,
zeker op het niveau van de VN met thema's zoals vredeshandhaving,
komt het voor dat er evaluaties worden gemaakt van het optreden van
veiligheidstroepen of blauwhelmen en van onrust in landen die soms
het voorwerp zijn geweest van afschuwelijke taferelen.
Het was mij opgevallen dat in de vraag van een collega om blijvende
zorg van de internationale gemeenschap voor de zeer moeilijke
situatie in zijn land, toen hij het had over de noodzaak om de zeer
gewelddadige acties van bepaalde guerrillatroepen of groeperingen in
zijn land tegen te werken, hij stelde dat de internationale
gemeenschap moest helpen om die mensen onschadelijk te maken
omdat ze vrouwen en kinderen uitmoorden. Dat is ook wat u hier
soms zegt met een al dan niet gespeeld gevoel van verontwaardiging.
Het ging toen over "tuer" of "éliminer" van die "groupuscules". Daar
gaat het over.
Ik herhaal dat mij dat is opgevallen. Toen men mij vroeg wat mij was
opgevallen heb ik die woorden aangehaald. Het is mogelijk dat het
met het cynisme en de oppervlakkigheid die soms heersen in het
Parlement en in de politiek in het algemeen not done is om dat te
zeggen. Ik zeg u ­ en ik richt mij nu niet tot u maar tot mijn kiezers ­
dat wanneer iemand het in een gesprek heeft over "tuer", ik vind dat
dit niet onopgemerkt kan voorbijgaan, eerder dan daar onnozele
vragen over te stellen.
n'ai apporté aucune nuance, mais
bien des corrections. Les médias,
surtout francophones, ont la
fâcheuse habitude de procéder à
des citations à la légère.
Lors de la fameuse réunion de
l'ONU, un collègue a réclamé la
sollicitude
suivie
de
la
communauté internationale et a
estimé que celle-ci devait même
aider à neutraliser les personnes
parce que celles-ci exterminaient
femmes et enfants. J'ai cité cet
élément en réponse à la question
sur les faits qui m'avaient marqué.
Il est possible qu'il vaille mieux
s'abstenir de ce genre de
déclarations dans l'actuel climat
cynique et superficiel régnant au
Parlement et dans le monde
politique.
Lorsque le mot 'tuer' tombe dans
une conversation, il me semble
important de ne pas le laisser
passer inaperçu, plutôt que de
devoir entendre des questions
idiotes à ce sujet.
07.03 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Goed, het woord nuance
komt inderdaad van de journalist. Het element dat u aangaf geschokt
te zijn, blijft dus en dat begrijp ik ook. Het spreekt voor u dat dit zo is.
U zegt dat dit u opvalt en dat het niet onopgemerkt voorbij mocht
gaan.
Hoe hebt u dan gereageerd? U zat in die vergadering en u zegt zelf
dat dit niet onopgemerkt voorbij mocht gaan. Hebt u gereageerd?
Kunt u die situatie niet wat meer verduidelijken? Uiteindelijk kan dat
zoals u het beschrijft net zo goed slaan op het reguliere leger van
bijvoorbeeld Congo.
07.03 Alexandra Colen (Vlaams
Belang): Je comprends l'émoi
suscité chez le ministre par une
telle déclaration. Il estime qu'elle
ne doit pas passer inaperçue.
Mais dans ce cas, quelle a été sa
réaction? Le ministre ne peut-il
pas commenter la situation?
07.04 Minister Yves Leterme: Ik zal het u schetsen. De Verenigde
Naties zijn opgericht na de tweede wereldoorlog en er is jaarlijks een
algemene vergadering. Dit jaar was het de vierenzestigste, volgend
jaar de vijfenzestigste. In de marge van die algemene vergadering zijn
er bilaterale contacten. Etymologisch betekent dat essentieel van land
tot land. Ik weet niet of u nog volgt, mevrouw Colen? Tijdens zo'n
bilateraal gesprek gaat men vrijmoedig spreken, vooral het land dat
het gesprek heeft gevraagd, over onder meer de veiligheidssituatie in
het betrokken land.
Dat woord is in het kader van zo een gesprek gevallen. Dat is mij
07.04 Yves Leterme, ministre:
Les Nations Unies organisent
chaque année une assemblée
générale. Des entretiens bilatéraux
où la liberté de parole est totale se
tiennent en marge de celle-ci. Le
mot a été prononcé à cette
occasion et cela m'a frappé. Une
expression plus neutre aurait été
possible.
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
opgevallen. In de concrete analyse van de toestand was dat
woordgebruik niet essentieel. Men had zich ook minder sceptisch
kunnen uitdrukken: "terugdringen van de rebellen" of "definitief
oplossen".
In de wereldgeschiedenis heeft men soms andere woorden gebruikt.
07.05 Alexandra Colen (Vlaams Belang): Dat is toch treffend. De
Verenigde Naties worden toch beschouwd als de behoeder van
mensenrechten, vrede en veiligheid over de hele wereld. Ik zou ook
geschokt zijn. Het is een uiting van een mentaliteit die men daar niet
hoort tentoon te spreiden. Ik kan begrijpen dat u niet alles kunt
zeggen. Ik hoop in elk geval dat uw aanwezigheid daar misschien een
mentaliteitswijziging kan teweegbrengen.
Regeringen die al dan niet legitiem zijn, die al dan niet democratisch
verkozen zijn, die gevreesd worden door hun regeringsleger, of te
vrezen hebben van rebellenlegers, moeten leren dat zulks niet de
manier is waarop men spreekt of denkt.
In uw antwoord op mijn vorige vraag hebt u gezegd dat men zich moet
aanpassen aan de normen en de waarden die men in de wereld wil
uitdragen. De Verenigde Naties laten zich voorstaan als de behoeder
van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.
07.05 Alexandra Colen (Vlaams
Belang):
L'Organisation
des
Nations Unies a comme vocation
de défendre les droits de l'homme,
la paix et la sécurité. Ce
vocabulaire ne convient pas à
l'état d'esprit qui devrait y régner.
J'espère que la présence du
ministre pourra contribuer à
changer les mentalités. Les
gouvernements ne sont pas
censés s'exprimer de la sorte.
De voorzitter: Wij naderen het einde van onze vergadering. Niet de vragen, maar wel de vraagstellers
raken uitgeput.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Wouter De Vriendt aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de nucleaire
ontwapening" (nr. 16327)
08 Question de M. Wouter De Vriendt au ministre des Affaires étrangères sur "le désarmement
nucléaire" (n° 16327)
08.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mevrouw de voorzitter,
mijnheer de minister, twee personen hebben het discours over
nucleaire ontwapening in Europa in een stroomversnelling gebracht.
De wereld kijkt vol verwachten uit naar president Obama als het
aankomt op nucleaire ontwapening.
Drie verdragen zullen binnen het jaar worden besproken. Het NPT,
het non-proliferatieverdrag, zou in mei van volgend jaar worden
herzien. Het START-verdrag dat de reductie van de kernwapens en
lanceerinstallaties in en tussen Rusland en de VS nastreeft, loopt
begin december af. Obama beloofde voor de algemene vergadering
van de VN om een nieuw verdrag met Rusland te sluiten. Ten slotte
wil de Amerikaanse president zijn Senaat stimuleren om het
Comprehensive Nuclear-Test-Ban Treaty, dat alle kernproeven
verbiedt, te ratificeren.
De internationale gemeenschap hoopt dat het succesvol afronden van
de onderhandelingen over een nieuw START-verdrag een momentum
zal creëren om succes te boeken in de gesprekken over de andere
verdragen. De speciale gezant voor ontwapening en non-proliferatie,
ambassadeur Werner Bauwens, hoopt dit samen met ons, maar
waarschuwde wel dat wij niet vooruit mogen lopen op de huidige
08.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): Les déclarations du
président Obama ont donné un
coup d'accélérateur au discours
sur le désarmement nucléaire en
Europe. Le traité de non-
prolifération sera revu en mai
prochain. Le président Obama a
promis qu'il voulait ensuite signer
un nouveau traité START avec la
Russie sur la réduction des armes
nucléaires et inciter le sénat des
États-Unis
à
ratifier
le
Comprehensive Nuclear-Test-Ban
Treaty.
La
communauté
internationale espère que le
nouveau traité START insufflera
l'élan nécessaire pour avancer
dans les négociations sur d'autres
traités. Le ministre allemand des
Affaires étrangères a déjà plaidé
en
faveur
d'une
Allemagne
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
onderhandelingen.
Anderzijds outte de nieuwe Duitse minister van Buitenlandse Zaken,
Guido Westerwelle, zich als voorstander van een atoomwapenvrij
Duitsland. De vereiste daarvoor is wel dat de andere NAVO-landen
hiermee akkoord gaan. Vóór het reces hebt u zich in de Senaat
voorstander getoond van een kernwapenvrije wereld. Een cruciale
stap daarin is uiteraard de verwijdering van tactische kernwapens uit
België en Europa. Wij weten dat u geen uitspraken kunt doen over de
tactische wapens die in Kleine Brogel liggen, maar het zou goed zijn
voor de transparantie mocht u dit wel doen. Zoals minister
Westerwelle al aangaf, is het de NAVO die een akkoord moet
bereiken over de verwijdering van de tactische kernwapens in Europa.
Ik heb een aantal vragen.
Ten eerste, wat is de stand van zaken van de Europese en Belgische
initiatieven inzake nucleaire ontwapening? Zitten alle NAVO-lidstaten
op dezelfde lijn? De Oost-Europese staten zouden terughoudender of
zelfs ronduit negatief staan tegen de nucleaire ontwapening. Welke
inspanningen gebeuren er om hun schrik voor Rusland weg te
nemen?
Ten tweede, Tom Sawyer, expert inzake non-proliferatie, van de
universiteit Antwerpen, meent dat de Amerikaanse beleidsmakers
voorstander zijn van een terugtrekking van de tactische kernwapens
in de EU, maar zij verwachten blijkbaar wel dat Europa de eerste stap
zet. De Europese beleidsmakers wachten dan weer tot de Verenigde
Staten een eerste stap zetten. Hoe geraken wij uit deze impasse?
Wat zijn de initiatieven die Europa unilateraal zou kunnen
ontwikkelen? Welke diplomatieke stappen kunnen worden gezet?
Tot slot, u ontving recent uw ambtsgenoot Westerwelle. Kunt u een
toelichting geven bij de inhoud van dat gesprek?
dénucléarisée. Ce pas ne pourra
être franchi que si les autres pays
de l'OTAN sont d'accord.
en
sont
les
initiatives
européennes et belges en matière
de désarmement nucléaire? Tous
les États membres de l'OTAN
sont-ils sur la même longueur
d'ondes?
Quelles
sont
les
démarches
entreprises
pour
apaiser les craintes des pays de
l'Europe de l'Est vis-à-vis de la
Russie?
Selon Tom Sawyer de l'Université
d'Anvers, les États-Unis sont
favorables au retrait des armes
nucléaires tactiques de l'UE, mais
attendent un premier pas de la
part de l'Europe. Comment sortir
de l'impasse? Quelles démarches
peuvent être entreprises?
Le ministre peut-il commenter son
récent
entretien
avec
M. Westerwelle?
08.02 Minister Yves Leterme: Mevrouw de voorzitter, collega De
Vriendt, België is en blijft voorstander van een wereld zonder
kernwapens. De nucleaire nuloptie is ook ons streefdoel. Daarom is
het bijzonder positief dat, onder impuls van de Amerikaanse
president, er evolutie is in het dossier, meer bepaald een engagement
op termijn dat objectief te bereiken.
Ik kom niet terug op het debat van daarstraks, maar ik denk dat alle
landen, en niet alleen de grote maar ook de middelgrote en de kleine,
actief moeten proberen bijdragen tot een coherente en dus
resultaatgerichte strategie ter zake. Wat ons betreft, zal die
multilateraal tot stand moeten komen en worden ingebed in de
context van de NAVO -- wij zijn een loyale bondgenoot -- en in
overeenstemming met de objectieven van het reeds bestaande non-
proliferatieverdrag.
Opdat een kernwapenvrije wereld tevens een veilige wereld zou zijn,
moet worden gewerkt aan de vereiste waarborgen. Die hebben
uiteraard betrekking op het behoud van het evenwicht inzake
conventionele bewapening. Daarbij wijs ik op het belang van
wapenbeheersingsverdragen,
zoals
het
CFE,
en
van
ontwapeningsverdragen en wapenexportcontrole.
08.02 Yves Leterme, ministre: La
Belgique est et reste en faveur
d'un
monde
sans
armes
nucléaires. L'option "nucléaire
zéro" est notre objectif. Je me
réjouis du fait que, sous l'impulsion
du président Obama, ce dossier
évolue quelque peu. Tous les pays
doivent s'efforcer de contribuer à
une stratégie cohérente et efficace
en la matière. Cette stratégie doit
être
élaborée
de
manière
multilatérale et doit s'inscrire dans
le cadre de l'OTAN et du traité de
non-prolifération (TNP) existant.
Un monde sans arme nucléaire
doit être un monde sûr. Il faut donc
des garanties quant au maintien
d'un équilibre sur le plan des
armes conventionnelles. C'est
pourquoi les traités de contrôle
des armements sont si importants.
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
Daarnaast spreekt het voor zich dat ook de proliferatiedreiging moet
worden beheerst. Denk aan Iran, Noord-Korea en andere casussen.
Dat vergt een volledig respect voor het NPT, het non-
proliferatieverdrag, dat universeel zou moeten worden. De controle op
de naleving ervan moet sluitend zijn om te voorkomen dat nieuwe
kernwapenstaten zich zouden aandienen. Dat is een heel actueel
vraagstuk. De NPT-toetsingsconferentie in 2010 zou daarover
vooruitgang moeten registreren, en ons land bereidt zich actief daarop
voor.
Wij moeten de band versterken tussen non-proliferatie, het
voorkomen dat nieuwe kernwapenstaten zich aanbieden, en nucleaire
ontwapening in hoofde van de vijf erkende kernmachten. Tot de
ontwapeningsinspanningen van de kernmachten rekenen wij ook de
ratificatie van het verdrag op het verbod van kernproeven en de
bereidheid onderhandelingen op te starten over een verdrag dat de
aanmaak van kernwapenmateriaal zou verbieden. Specifieke
aandacht moet ook gaan naar het voorkomen van nucleair terrorisme.
Daarover zal in april 2010 in Washington topoverleg plaatsvinden.
Ook ons land zal daaraan deelnemen, samen met een dertigtal
landen.
De verwijdering van tactische kernwapens uit Europa is natuurlijk een
belangrijke stap op de weg naar een kernwapenvrije wereld. Wat de
Amerikaanse tactische kernwapens in Europa betreft, moet een debat
worden gevoerd met inachtneming van de volgende krijtlijnen.
Ten eerste, aangezien de Belgische capaciteiten op dat vlak een
onderdeel zijn van de nucleaire strategie van de NAVO, kan die stap
slechts gebeuren in overleg met de bondgenoten. Ten tweede, die
stap moet passen in de nucleaire opstelling van de NAVO, zoals
bepaald in het strategisch concept waarvan een herziening op dat
ogenblik wordt voorbereid. Ten derde, wij moeten rekening houden
met het totaalbeeld op het vlak van de nucleaire reductie, met name
het resultaat van de lopende VS-Ruslandonderhandeling over de
opvolging van het START-verdrag. Dat impliceert dat er ook aandacht
moet gaan naar de evolutie van het Russisch arsenaal van tactische
kernwapens.
Thans kom ik tot uw tweede vraag over de Europese initiatieven. Alle
NAVO-bondgenoten zijn betrokken partij bij de discussies over
nucleaire ontwapening en bij de uitwerking van een nieuw strategisch
concept. Elke bondgenoot voedt en verrijkt dat debat met eigen visies
en inschattingen. Uiteindelijk moet dat leiden tot wat ik een algemene
ondersteunende politiek zou noemen.
Tijdens de voorbereidingen op de NPT-toetsingsconferentie van 2010
leverde ons land -- en levert het nog steeds -- inspanningen om met
een aantal landen uit elke hoek van Europa gemeenschappelijke en
breder gedragen voorstellen uit te werken tot nucleaire ontwapening
en non-proliferatie. Op 12 mei 2009 werd bijvoorbeeld samen met
Litouwen, Nederland, Noorwegen, Polen, Spanje en Turkije een
omstandig werkdocument neergelegd in het kader van het NPT-
proces.
Binnen de NAVO ondersteunt ons land elk initiatief om het NAVO-
profiel inzake ontwapening, wapenbeheersing en non-proliferatie te
verhogen. In het raam van de NAVO-Ruslandraad pleitte ons land
La menace de prolifération doit
également être maîtrisée. Cela
nécessite le respect total du traité
de non-prolifération, qui devrait
devenir universel. Le contrôle de
son respect doit être efficace si
l'on veut empêcher l'apparition de
nouveaux Ètats dotés de l'arme
nucléaire.
La
Conférence
d'examen du TNP, prévue à
Washington en 2010, devrait
permettre
d'enregistrer
des
progrès en la matière. La Belgique
y participera. Il faut que nous
renforcions le lien entre la non-
prolifération et le désarmement
nucléaire des cinq puissances
nucléaires
reconnues.
La
ratification du Traité d'interdiction
des essais nucléaires et la volonté
d'ouvrir des négociations en vue
de
l'élaboration
d'un
traité
interdisant
la
fabrication
de
matières fissiles à usage militaire
sont des éléments qui peuvent
être considérés comme des efforts
de désarmement des puissances
nucléaires.
L'élimination des armes nucléaires
du sol européen est une étape
importante vers un monde sans
armes nucléaires. Étant donné
que la capacité belge en la matière
s'inscrit dans le cadre de la
stratégie nucléaire de l'OTAN, un
tel processus doit être développé
en concertation avec les autres
membres de l'Alliance. Outre le
fait que la démarche doit être en
harmonie
avec
la
stratégie
nucléaire de l'OTAN, il faut tenir
compte de l'ensemble de la
problématique de la réduction de
l'arsenal
nucléaire,
et,
plus
particulièrement, de l'évolution de
l'arsenal
d'armes
nucléaires
tactiques de la Russie.
Tous les alliés de l'OTAN sont
associés aux discussions sur le
désarmement nucléaire et la mise
en oeuvre du nouveau concept
stratégique.
La
Belgique
fournit,
en
collaboration avec plusieurs pays
européens, des efforts dans le
17/11/2009
CRIV 52
COM 698
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
voor wederzijdse transparantie, ook inzake ontwapening. Al deze
acties kunnen toedragen tot het bespoedigen van een
gemeenschappelijke visie van het bondgenootschap op nucleaire
ontwapening en non-proliferatie.
Uw derde vraag ging over de terugtrekking van Amerikaanse
tactische wapens uit Europa. Daarover moeten uiteraard alle
betrokken partijen te worden geconsulteerd. De plaats van nucleaire
afschrikking in het globaal strategisch concept van de NAVO moet
bovendien door alle bondgenoten worden overeengekomen. In het
voorstel dat ons land samen met de eerder vermelde partners heeft
gedaan voor het MPT Project roepen wij specifiek op dat landen die
beschikken over tactische nucleaire wapens deze zouden opnemen in
een algemene ontwapenings- en wapenbeheersingsaanpak, met het
oog op de vermindering van hun aantal en hun ultieme eliminatie.
Wat het gesprek met mijn Duitse collega Guido Westerwelle betreft,
die ik nu geregeld zie op gemeenschappelijke vergaderingen, het
volgende.
Op
3 november
ging
het
vooral
om
een
kennismakingsgesprek. Wij hebben elkaar verteld over de positie van
de regeringen waarvan wij deel uitmaken, en over onze visies op de
buitenlandse politiek. Er zijn twee dossiers zeer uitdrukkelijk aan de
orde geweest. Er was vooreerst het dossier van de IJzeren Rijn, dat
vooral de mobiliteit en de ontsluiting van het achterland van de
Antwerpse haven en het verbeteren van de modal shift inzake
containertransport op het oog heeft. Het tweede dossier was dat van
de nucleaire zero-optie. Daarover heb ik al heel wat verteld.
Belangrijk was, meen ik, dat de heer Westerwelle het volledig met ons
eens was dat de nucleaire zero-optie moest passen in het
multilateraal afgesproken kader en dat wij zeker moeten afwachten
hoe de onderhandelingen over de START-verdragen precies aflopen,
om dan na te gaan hoe het globaal evenwicht in een eventuele wereld
zonder nucleaire wapens kan worden gewaarborgd.
cadre de la préparation de la
Conférence d'évaluation du TNP
afin d'élaborer des propositions
communes
relatives
au
désarmement nucléaire et à la
non-prolifération. Un document de
travail détaillé en la matière a été
déposé le 12 mai 2009.
Au sein de l'OTAN, la Belgique
soutient toute initiative visant à
affiner le profil de l'OTAN en
matière de désarmement, de
maîtrise des armements et de
non-prolifération. Dans le cadre du
Conseil OTAN-Russie, notre pays
a
plaidé
en
faveur
d'une
transparence
réciproque,
y
compris en ce qui concerne le
désarmement. Il est proposé dans
le document susmentionné que les
pays
qui
disposent
d'armes
nucléaires tactiques les inscrivent
dans le cadre d'une approche
générale de désarmement et de
maîtrise des armements.
Avec mon homologue allemand,
M. Westerwelle, j'ai discuté du
dossier du Rhin de Fer et du
désenclavement du port d'Anvers,
ainsi que de l'option nucléaire
zéro. Il a partagé notre avis selon
lequel ce dernier point devra faire
l'objet d'un accord multilatéral et
que nous devrons attendre les
négociations sur les traités START
pour évaluer comment l'équilibre
global pourra être garanti dans un
monde sans armes nucléaires.
08.03 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Mijnheer de minister, ik
dank u voor uw uitgebreid antwoord. Er is tegenwoordig een window
of opportunity. Een aantal personen, een aantal landen spreekt zich
duidelijk uit voor non-proliferatie, voor de verwijdering, ook van
bestaande tactische kernwapens.
U spreekt telkens over het multilateraal kader. Uiteraard is dat wel het
ideaal scenario. Om tot een multilateraal kader te komen, zijn er
misschien ook wel unilaterale inspanningen nodig van zoveel mogelijk
landen. Het zou dus goed zijn, mocht u ons op tijd en stond
duidelijkheid geven over de inspanningen die België levert om tot zo'n
consensus, zo'n coalitie te komen. Nederland en Duitsland hebben
zich blijkbaar uitgesproken. België zou zich daarbij duidelijk moeten
aansluiten.
Tot slot verzoek ik u aandacht te hebben voor het kernwapenbezit van
landen die als onze bondgenoten worden beschouwd. Ik denk
08.03 Wouter De Vriendt (Ecolo-
Groen!): Il va de soi qu'un cadre
multilatéral est préférable mais on
peut également y parvenir par le
biais d'efforts unilatéraux d'un
maximum de pays. Les Pays-Bas
et l'Allemagne se sont clairement
prononcés en faveur d'un retrait
des armes nucléaires. La Belgique
devrait s'aligner sur cette position.
Je demande également que l'on
s'intéresse à la détention d'armes
nucléaires
par
des
pays
considérés comme nos alliés,
notamment Israël. J'espère que
les critères sont les mêmes pour
CRIV 52
COM 698
17/11/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
bijvoorbeeld aan Israël. Sommige landen moeten zich onderwerpen
aan non-proliferatieverdragen, aan meer transparantie, en dergelijke,
terwijl andere landen dat blijkbaar veel minder moeten doen. Volgens
mij moeten dezelfde criteria gelden voor alle landen, dus ook voor
landen die als bondgenoot worden beschouwd.
tous les pays en ce qui concerne
la
non-prolifération
et
la
transparence.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Dit is het einde van onze werkzaamheden voor vandaag. Wij komen opnieuw samen
morgen om 14.00 uur.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 19.54 uur.
La réunion publique de commission est levée à 19.54 heures.