KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRIV 52 COM 667
CRIV 52 COM 667
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTEGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
B
INNENLANDSE
Z
AKEN
,
DE ALGEMENE
Z
AKEN EN HET
O
PENBAAR
A
MBT
C
OMMISSION DE L
'I
NTERIEUR
,
DES
A
FFAIRES
GENERALES ET DE LA
F
ONCTION PUBLIQUE
woensdag
mercredi
21-10-2009
21-10-2009
Namiddag
Après-midi
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
Ecolo-Groen!
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales Groen!
FN
Front National
LDD
Lijst Dedecker
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
Open Vld
Open Vlaamse Liberalen en Democraten
PS
Parti Socialiste
sp.a
socialistische partij anders
VB
Vlaams Belang
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 52 0000/000 Parlementair stuk van de 52e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
DOC 52 0000/000
Document parlementaire de la 52e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
PLEN
plenum
PLEN
séance plénière
COM
commissievergadering
COM
réunion de commission
MOT
alle moties tot besluit van interpellaties (op beigekleurig papier)
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Gerald Kindermans aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
kostprijs van de verzending van voorstellen tot
onmiddellijke inning via De Post" (nr. 14475)
1
Question de M. Gerald Kindermans à la ministre
de l'Intérieur sur "le coût de l'envoi de propositions
de perception immédiate par La Poste" (n° 14475)
1
Sprekers: Gerald Kindermans, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Gerald Kindermans, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Christian Brotcorne aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
bevoegdheid van de brandweerdiensten om het
verkeer te regelen wanneer zij optreden op de
openbare weg" (nr. 14482)
4
Question de M. Christian Brotcorne à la ministre
de l'Intérieur sur "la compétence des services
d'incendie pour régler la circulation routière en
cas d'intervention sur la voie publique" (n° 14482)
4
Sprekers: Christian Brotcorne, voorzitter van
de
cdH-fractie,
Annemie
Turtelboom,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Christian Brotcorne, président du
groupe cdH, Annemie Turtelboom, ministre
de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
schietbaan te Bauffe" (nr. 14533)
5
Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre
de l'Intérieur sur "le stand de tir à Bauffe"
(n° 14533)
5
Sprekers: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde vragen en interpellatie van
6
Questions jointes et interpellation de
7
- de heer Jan Peeters aan de minister van
Binnenlandse
Zaken
over
"de
brandweerhervorming" (nr. 14806)
6
- M. Jan Peeters à la ministre de l'Intérieur sur "la
réforme des services d'incendie" (n° 14806)
7
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Binnenlandse
Zaken
over
"de
brandweerhervorming" (nr. 15749)
7
- M. Michel Doomst à la ministre de l'Intérieur sur
"la réforme des services d'incendie" (n° 15749)
7
- mevrouw Annick Ponthier aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de stand van zaken
binnen de brandweerhervorming" (nr. 15785)
7
- Mme Annick Ponthier à la ministre de l'Intérieur
sur "l'état d'avancement de la réforme des
services d'incendie" (n° 15785)
7
- de heer Guy Coëme aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de financiering van de
hervorming van de civiele veiligheid" (nr. 15798)
7
- M. Guy Coëme à la ministre de l'Intérieur sur "le
financement de la réforme de la sécurité civile"
(n° 15798)
7
- de heer André Frédéric aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de stand van zaken
met betrekking tot de hervorming van de civiele
veiligheid" (nr. 15800)
7
- M. André Frédéric à la ministre de l'Intérieur sur
"l'état d'avancement de la réforme de la sécurité
civile" (n° 15800)
7
- de heer Georges Gilkinet tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de stand van de
hervorming van de Civiele Veiligheid en de
financiering daarvan" (nr. 379)
7
- M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur
sur "l'état d'avancement et le financement de la
réforme de la sécurité civile" (n° 379)
7
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de stand van zaken
met betrekking tot de hervorming van de civiele
veiligheid" (nr. 15823)
7
- M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur
sur "l'état d'avancement de la réforme de la
sécurité civile" (n° 15823)
7
Sprekers: Jan Peeters, Michel Doomst,
André Frédéric, Annemie Turtelboom,
minister van Binnenlandse Zaken, Guy
Coëme
Orateurs: Jan Peeters, Michel Doomst,
André Frédéric, Annemie Turtelboom,
ministre de l'Intérieur, Guy Coëme
Vraag van de heer François Bellot aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "'Radio Frequency
Identification' (RFID) en de verplichting tot
bescherming van de persoonlijke levenssfeer in
de handel" (nr. 14853)
14
Question de M. François Bellot à la ministre de
l'Intérieur sur "l'identification par radiofréquence
(RFID) et les obligations de respect de la vie
privée dans le commerce" (n° 14853)
14
Sprekers:
François
Bellot,
Annemie
Orateurs:
François
Bellot,
Annemie
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Leen Dierick aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de leiding van de
dienst Algemene Inspectie van de politiediensten"
(nr. 14957)
16
Question de Mme Leen Dierick à la ministre de
l'Intérieur sur "la direction du service de
l'Inspection générale de la police" (n° 14957)
16
Sprekers:
Leen
Dierick,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Leen
Dierick,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
verzekering van politievoertuigen" (nr. 15098)
17
Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre
de l'Intérieur sur "l'assurance des véhicules
policiers" (n° 15098)
17
Sprekers: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Willem-Frederik Schiltz aan de
minister
van
Binnenlandse
Zaken
over
"authenticiteitscertificaten voor antiek" (nr. 15024)
18
Question de M. Willem-Frederik Schiltz à la
ministre de l'Intérieur sur "les certificats
d'authenticité pour antiquités" (n° 15024)
18
Sprekers: Willem-Frederik Schiltz, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Willem-Frederik Schiltz, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Olivier Hamal aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "het gebruik van
less-than-lethalwapens en meer bepaald de
FN 303 door de politie" (nr. 15022)
19
Question de M. Olivier Hamal à la ministre de
l'Intérieur sur "l'usage par les forces de l'ordre
d'armes à létalité réduite et plus précisément le
FN 303" (n° 15022)
19
Sprekers:
Olivier
Hamal,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Olivier
Hamal,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de toestand van
de inspecteurs van niveau 2A en 2B van de
voormalige gerechtelijke politie" (nr. 15124)
21
Question de Mme Kattrin Jadin à la ministre de
l'Intérieur sur "la situation des inspecteurs de
niveau 2A et 2B de l'ex-PJ" (n° 15124)
21
Sprekers:
Kattrin
Jadin,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Kattrin
Jadin,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
mogelijke
installatie
van
een
scheepvaartpolitiepost in Bergen" (nr. 15214)
23
Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre
de l'Intérieur sur "la création possible d'un poste
de police de la navigation à Mons" (n° 15214)
23
Sprekers: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de minister van Binnenlandse Zaken over "het
politioneel onderzoek in burgerlijke zaken"
(nr. 15286)
24
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
ministre de l'Intérieur sur "les enquêtes policières
en matière civile" (n° 15286)
24
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Joseph George aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de oproep
tot
kandidaten
voor
de
betrekking
van
beroepsonderluitenant
van
de
openbare
brandweerdiensten" (nr. 15332)
26
Question de M. Joseph George à la ministre de
l'Intérieur sur "l'appel aux candidats des sous-
lieutenants professionnels des services publics
d'incendie" (n° 15332)
26
Sprekers:
Joseph
George,
Annemie
Orateurs:
Joseph
George,
Annemie
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde vragen van
27
Questions jointes de
27
- de heer Patrick De Groote aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "het beschieten van
trucks op Belgische wegen" (nr. 15335)
27
- M. Patrick De Groote à la ministre de l'Intérieur
sur "les tirs essuyés par des camions sur les
routes belges" (n° 15335)
27
- mevrouw Josée Lejeune aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "het beschieten van
vrachtwagens" (nr. 15505)
27
- Mme Josée Lejeune à la ministre de l'Intérieur
sur "les tirs sur des camions" (n° 15505)
27
Sprekers: Patrick De Groote, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Patrick De Groote, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister
van
Binnenlandse
Zaken
over
"spoedtussenkomsten" (nr. 15382)
28
Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre
de l'Intérieur sur "les interventions d'urgence"
(n° 15382)
28
Sprekers: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde vragen van
29
Questions jointes de
29
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de maatregelen ter
bescherming
van
Rosario
Crocetta,
Europarlementslid" (nr. 15406)
29
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur
sur "les mesures de protection du député
européen Rosario Crocetta" (n° 15406)
29
- mevrouw Juliette Boulet aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de vraag om
bescherming
van
een
Italiaanse
Europarlementariër die met de dood wordt
bedreigd" (nr. 15435)
29
- Mme Juliette Boulet à la ministre de l'Intérieur
sur "la demande de protection d'un eurodéputé
italien menacé de mort" (n° 15435)
29
- de heer Paul Vanhie aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de bescherming van
het Europees Parlementslid Rosario Crocetta"
(nr. 15436)
29
- M. Paul Vanhie à la ministre de l'Intérieur sur "la
protection du membre du Parlement européen,
M. Rosario Crocetta" (n° 15436)
29
Sprekers:
Paul
Vanhie,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Paul
Vanhie,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de punten
voor de Steun voor de tewerkstellingsbevordering
die gebruikt worden voor dringende medische
hulpverlening" (nr. 15424)
31
Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre
de l'Intérieur sur "l'utilisation des points APE pour
l'aide médicale urgente" (n° 15424)
31
Sprekers: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "dringende
medische hulpverlening" (nr. 15425)
31
Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre
de l'Intérieur sur "l'aide médicale urgente"
(n° 15425)
31
Sprekers: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de jaren
anciënniteit in de hulpdiensten" (nr. 15426)
32
Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre
de l'Intérieur sur "les années d'ancienneté dans
les services de secours" (n° 15426)
32
Sprekers: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jacqueline Galant, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer André Flahaut aan de minister 33
Question de M. André Flahaut à la ministre de 33
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iv
van Binnenlandse Zaken over "de civiele
bescherming van Gembloux" (nr. 15670)
l'Intérieur sur "la protection civile de Gembloux"
(n° 15670)
Sprekers:
André
Flahaut,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
André
Flahaut,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde vragen van
35
Questions jointes de
35
- de heer Ben Weyts aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de onveiligheid in
Brussel" (nr. 15500)
35
- M. Ben Weyts à la ministre de l'Intérieur sur
"l'insécurité à Bruxelles" (n° 15500)
35
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de geweldpleging
tegen een Duits Europarlementslid in de
Stevinstraat te Brussel" (nr. 15531)
35
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur
sur "l'agression d'une eurodéputée allemande
dans la rue Stévin à Bruxelles" (n° 15531)
35
- de heer Paul Vanhie aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de overval op
Europees
parlementslid
Angelica
Niebler"
(nr. 15693)
35
- M. Paul Vanhie à la ministre de l'Intérieur sur
"l'agression dont a été victime l'eurodéputée
Angelica Niebler" (n° 15693)
36
- de heer Bart Laeremans aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de brutale overval op
het Duitse Europarlementslid Angelika Niebler en
de onveiligheidssituatie in de Europese wijk in
Brussel" (nr. 15847)
35
- M. Bart Laeremans à la ministre de l'Intérieur sur
"la violente agression contre l'eurodéputée
allemande Angelika Niebler et l'insécurité dans le
quartier européen de Bruxelles" (n° 15847)
36
- de heer Josy Arens aan de minister van
Binnenlandse
Zaken
over
"het
onveiligheidsgevoel in het Brussels Gewest"
(nr. 15871)
35
- M. Josy Arens à la ministre de l'Intérieur sur "le
sentiment d'insécurité en Région bruxelloise"
(n° 15871)
36
Sprekers: Ben Weyts, Paul Vanhie, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Ben Weyts, Paul Vanhie, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister
van
Binnenlandse
Zaken
over
"blusapparaten in auto's" (nr. 15540)
39
Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre
de l'Intérieur sur "les extincteurs dans les
voitures" (n° 15540)
39
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
verkoop
van
illegale
producten
met
farmaceutische werking" (nr. 15541)
40
Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre
de l'Intérieur sur "la vente illégale de produits à
effet pharmaceutique" (n° 15541)
40
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Michel Doomst aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de brandveiligheid
van rusthuizen" (nr. 15392)
42
Question de M. Michel Doomst à la ministre de
l'Intérieur sur "la sécurité incendie dans les
maisons de repos" (n° 15392)
42
Sprekers:
Michel
Doomst,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Michel
Doomst,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
dragen van religieuze symbolen door ambtenaren
of contractueel personeel" (nr. 15629)
43
Question de M. Xavier Baeselen à la ministre de
l'Intérieur sur "le port de signes religieux par des
fonctionnaires ou des agents contractuels"
(n° 15629)
43
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
44
Question de M. Xavier Baeselen à la ministre de
l'Intérieur sur "l'arrêté royal sur la combi-taxe"
44
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
v
koninklijk besluit betreffende de combi-taks"
(nr. 15632)
(n° 15632)
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde vragen van
45
Questions jointes de
45
- de heer Jean-Jacques Flahaux aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "het niet vervangen
van politiemensen die met pensioen gaan"
(nr. 15633)
45
- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre de
l'Intérieur sur "le non-remplacement des policiers
partant à la retraite" (n° 15633)
45
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "het niet vervangen van
de helft van de politiemensen die met pensioen
gaan" (nr. 15634)
45
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur
sur "le non-remplacement de la moitié des
policiers partant à la retraite" (n° 15634)
45
- de heer Ludwig Vandenhove aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de kerntaken van
de politie" (nr. 15754)
45
- M. Ludwig Vandenhove à la ministre de
l'Intérieur sur "les principales missions de la
police" (n° 15754)
45
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van
Binnenlandse
Zaken
over
"de
besparingsmaatregelen bij de federale politie"
(nr. 15824)
45
- M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur
sur "les mesures d'économie à la police fédérale"
(n° 15824)
45
- de heer Olivier Maingain aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de gevolgen van het
niet-vervangen van 600 federale politieagenten bij
de federale opdrachten die door de lokale politie
worden uitgevoerd" (nr. 15835)
45
- M. Olivier Maingain à la ministre de l'Intérieur sur
"les conséquences du non-remplacement de
600 policiers fédéraux sur les missions à
caractère fédéral assurées par la police locale"
(n° 15835)
45
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Ludwig
Vandenhove, Olivier Maingain, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Ludwig
Vandenhove, Olivier Maingain, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Olivier Maingain aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
opstelling van een algemeen nood- en
interventieplan door de gouverneur van het
administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad"
(nr. 15012)
49
Question de M. Olivier Maingain à la ministre de
l'Intérieur sur "l'application d'un plan général
d'urgence et d'intervention par le gouverneur de
l'arrondissement administratif de Bruxelles-
Capitale" (n° 15012)
49
Sprekers:
Olivier
Maingain,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Olivier
Maingain,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
uitrusting van de politieagenten die ter versterking
van de politiezones worden ingezet" (nr. 15469)
51
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
ministre de l'Intérieur sur "l'équipement des
policiers appelés en renfort des zones de police"
(n° 15469)
51
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
galadiner van de politie" (nr. 15643)
53
Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre
de l'Intérieur sur "le dîner de gala de la police"
(n° 15643)
53
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde vragen van
54
Questions jointes de
54
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de mobilhomes van de
politie" (nr. 15746)
54
- M. Michel Doomst à la ministre de l'Intérieur sur
"les mobilhomes de la police" (n° 15746)
54
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de aankoop van
54
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur
sur "l'achat de 5 mobile homes pour la police"
54
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
vi
5 mobilhomes voor de politie" (nr. 15767)
(n° 15767)
- de heer Ben Weyts aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de aankoop van
mobilhomes door de politie" (nr. 15797)
54
- M. Ben Weyts à la ministre de l'Intérieur sur
"l'achat de mobilhomes par la police" (n° 15797)
54
- de heer Paul Vanhie aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de aankoop van vijf
mobilhomes door de sociale dienst van de
geïntegreerde politie" (nr. 15836)
54
- M. Paul Vanhie à la ministre de l'Intérieur sur
"l'achat de cinq mobilhomes par le service social
de la police intégrée" (n° 15836)
54
Sprekers: Michel Doomst, Xavier Baeselen,
Ben
Weyts,
Paul
Vanhie,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Michel Doomst, Xavier Baeselen,
Ben
Weyts,
Paul
Vanhie,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "foto's van
misdrijven" (nr. 15753)
58
Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre
de l'Intérieur sur "les photos relatives à des délits"
(n° 15753)
58
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
doeltreffendheid van de jodiumtabletten die in de
nabijheid van de nucleaire sites verdeeld worden"
(nr. 15821)
60
Question de M. Georges Gilkinet à la ministre de
l'Intérieur sur "l'efficacité des comprimés d'iode
distribués à proximité des sites nucléaires"
(n° 15821)
60
Sprekers:
Georges
Gilkinet,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Georges
Gilkinet,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
incidenten van 25 augustus en 8 oktober
jongstleden bij het IRE" (nr. 15825)
62
Question de M. Georges Gilkinet à la ministre de
l'Intérieur sur "les incidents à l'IRE les 25 août et
8 octobre derniers" (n° 15825)
62
Sprekers:
Georges
Gilkinet,
Annemie
Turtelboom, minister van Binnenlandse
Zaken
Orateurs:
Georges
Gilkinet,
Annemie
Turtelboom, ministre de l'Intérieur
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
BINNENLANDSE ZAKEN, DE
ALGEMENE ZAKEN EN HET
OPENBAAR AMBT
COMMISSION DE L'INTERIEUR,
DES AFFAIRES GENERALES ET
DE LA FONCTION PUBLIQUE
van
WOENSDAG
21
OKTOBER
2009
Namiddag
______
du
MERCREDI
21
OCTOBRE
2009
Après-midi
______
La séance est ouverte à 14.21 heures et présidée par M. André Frédéric.
De vergadering wordt geopend om 14.21 uur en voorgezeten door de heer André Frédéric.
Le président: Chers collègues, nous allons tenter d'entreprendre nos travaux en espérant que la
climatisation fonctionne. Si ce n'est pas le cas, il nous restera le maillot de bain mais je ne pense pas qu'il
soit indiqué pour maintenir un esprit constructif à nos travaux.
01 Vraag van de heer Gerald Kindermans aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de kostprijs
van de verzending van voorstellen tot onmiddellijke inning via De Post" (nr. 14475)
01 Question de M. Gerald Kindermans à la ministre de l'Intérieur sur "le coût de l'envoi de
propositions de perception immédiate par La Poste" (n° 14475)
01.01 Gerald Kindermans (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw
de minister, wanneer door de politiediensten een proces-verbaal
wordt opgesteld, wordt een document met een vragenlijst naar de
eigenaar van het voertuig verstuurd. Wij hebben die vragenlijst ooit
allemaal wel eens gekregen wanneer een overtreding werd begaan.
Tegelijk wordt alle informatie via een datalijn naar de diensten van De
Post doorgestuurd, die wordt belast met het opstellen en versturen
van een voorstel tot onmiddellijke inning, op briefhoofd van de
betrokken politiezone en dikwijls met de naam van de commissaris
van die zone eronder.
Recent is gebleken dat de politiediensten geen rekening houden of
kunnen houden met de antwoordformulieren die door de burgers
worden teruggestuurd, gezien de betalingsverzoeken door De Post
worden verstuurd, zonder dat de antwoordformulieren worden
afgewacht.
Mevrouw de minister, binnen welke overeenkomst kreeg De Post
deze opdracht toevertrouwd? Werd de wetgeving op de
overheidsopdrachten geëerbiedigd en hebben andere instanties de
gelegenheid gehad mee te dingen voor deze opdracht en de taak
tegen betaling uit te voeren?
Welke vergoeding ontvangt De Post per dossier? Wat is het totale
bedrag dat de laatste drie jaar zo bij De Post is terechtgekomen? Hoe
is deze kostprijs berekend en door wie werd die vastgelegd?
Bestaat de mogelijkheid dat een politiezone voortaan opteert om zelf
01.01 Gerald Kindermans
(CD&V): Lors de l'établissement
d'un procès-verbal, les services de
police adressent un questionnaire
au
propriétaire
du
véhicule.
L'ensemble des informations est
simultanément transmis à La
Poste qui envoie la proposition de
perception immédiate. La Poste
expédiant très rapidement les
demandes de paiement, il semble
que les services de police ne
puissent pas tenir compte des
formulaires de réponse.
Quelle est la convention qui a
attribué cette mission à La Poste?
La législation sur les adjudications
publiques a-t-elle été respectée?
Quelle est la rétribution perçue par
La Poste? Une zone de police
peut-elle décider de procéder elle-
même à la perception? Est-elle
dans ce cas également rémunérée
pour ce travail administratif? La
police pourra-t-elle alors tenir
compte des réponses fournies par
le citoyen?
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
dit administratief werk te doen en zelf over te gaan tot invordering?
Van mijn eigen zonechef vernam ik dat hij die taak heel graag zelf zou
willen doen en wij daardoor een serieuze besparing zouden kunnen
realiseren in de bijdrage van de gemeentebesturen aan de politie.
Kan de aan De Post toegekende vergoeding aan de politiezone zelf
toekomen? Bent u van oordeel dat wanneer de politiezone zelf voor
de invordering zorgt, rekening kan worden gehouden met de door de
burger overgemaakte antwoordformulieren? Die formulieren blijken nu
immers vertikaal te worden geklasseerd. Uw voorganger, de heer De
Padt, heeft begin juli in de commissie nog toegegeven dat er
onmogelijk rekening mee kan worden gehouden omdat de informatie
naar De Post wordt verstuurd tegelijk met het opstellen van het
proces-verbaal.
01.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, beste
collega, een uitdiepingovereenkomst van het vierde beheerscontract
met betrekking tot de modernisering van het systeem van de
boetezegel werd afgesloten tussen De Post en de Belgische Staat op
basis van de beslissing van de Ministerraad van 23 september 2005.
Op basis van deze overeenkomst werd het huidig systeem in plaats
gesteld, met inbegrip van de noodzakelijke gegevensuitwisseling met
De Post en van de verwerking van deze dossiers door De Post.
De vergoeding die De Post per dossier ontvangt bedraagt 0,839 euro
in 2009. Tot op heden heeft De Post volgende bedragen ontvangen:
in 2006, 68 000 euro bij het opstarten van het systeem, in 2007, 2 085
187,27 euro, in 2008, 2 553 198 euro, in 2009, 1 340 700 euro. Het
bedrag per dossier wordt jaarlijks vastgelegd op basis van een
indexeringsformule. De kostprijs is berekend door De Post.
De dienstverlening aangeboden door De Post bevat volgende
activiteiten: het afdrukken van de uitnodiging tot betaling en van het
antwoordformulier, het onder enveloppe steken van deze uitnodiging
tot betaling en van het antwoordformulier,de frankering, de
verzending, het beheer van de adreswijzingen, overleden overtreders
enzovoort en ten slotte, de opvolging van de betalingen, met inbegrip
van de procedure tot aanmaning met een tweede schrijven en het
nazicht van de betaling.
In principe zou het mogelijk zijn dat de lokale politiekorpsen mits een
aantal technische aanpassingen deze activiteiten overnemen. Toch is
een dergelijke overheveling niet wenselijk, ten eerste omdat het een
enorme administratieve last zou meebrengen voor de lokale zones.
De politiezones zouden zich moeten belasten met het geheel van de
opvolging van het dossier, vanaf de verzending van de onmiddellijke
inning tot aan de uiteindelijke betaling met inbegrip van de coördinatie
met de betrokken magistraat en de controle van de betalingen.
Bovendien zou die oplossing de huidige mogelijkheid van een
rechtstreekse bevraging van het centraal systeem over de stand van
zaken van een bepaalde onmiddellijke inning onmogelijk maken. De
politiediensten zouden mekaar voortdurend moeten bevragen wat nog
een bijkomende administratieve last zou veroorzaken. Deze actie zou
dus noch de administratieve vereenvoudiging, noch de wil om zoveel
mogelijk het aantal operationele politiemensen op het terrein te
verhogen, ten goede komen.
01.02 Annemie Turtelboom,
ministre: Cette procédure résulte
d'un accord avec La Poste adopté
en Conseil des ministres du
23 septembre 2005. La Poste
perçoit 0,839 euro par transaction
et a ainsi récolté quelque
2,5 millions d'euros l'an passé.
Les zones de police locales
pourraient en principe reprendre
ces activités mais elles seraient
confrontées à une surcharge
administrative et à des frais
élevés. Il ne serait par ailleurs plus
possible de consulter directement
le système central pour connaître
l'état
d'avancement
d'un
encaissement
immédiat
en
particulier.
La Poste, spécialisée en la
matière, est à même d'assumer
ces tâches à un prix intéressant
alors que ces coûts sont par
ailleurs
supportés
par
le
gouvernement fédéral.
La proposition de M. Kindermans
ne me convainc donc pas
vraiment. Je pense d'ailleurs que
la
police
locale
n'est
pas
demanderesse d'une telle réforme.
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
Ten tweede kan een gespecialiseerde partner als De Post deze taken
en dus de vermindering van de administratieve last voor de politie
realiseren aan een prijs die zeker lager ligt dan wanneer de politie die
zelf zou moeten doen. Bovendien zou in dat geval ook de kost ten
laste van de lokale zones komen terwijl de betaling nu federaal
gebeurt.
Met het oog op de schaalvergroting door het huidige systeem ben ik
geen voorstander van het voorstel, noch op operationeel vlak, noch
op financieel vlak. Ik ben van mening dat andere minder kostelijke
alternatieven onderzocht moeten worden om rekening te houden met
de eventuele terugzending van een antwoordformulier zonder dat het
bestaan van deze van het actuele mechanisme in vraag wordt
gesteld.
Volgens mijn informatie is ook de lokale politie geen vragende partij
om deze administratieve verwerking opnieuw te insourcen.
Integendeel.
01.03 Gerald Kindermans (CD&V): Mevrouw de minister, ik dank u
voor uw antwoord. Het stelt mij enigszins gerust dat de exorbitante
cijfers die ik eerder had gehoord over de ontvangsten bij De Post
blijkbaar niet kloppen. Maar ik zit met een groot principieel probleem,
en naar ik meen u zelf ook als u daar eerlijk in bent. Het kan toch niet
dat alle burgers wordt gevraagd documenten in te vullen wanneer zij
een proces-verbaal krijgen en dat de politie dan moet toegeven dat
die gewoon verticaal worden geklasseerd en dat niemand bij het
versturen van de onmiddellijke inning rekening houdt of kan houden
met wat de mensen antwoorden.
Als men antwoordt aan de politie wordt dat gewoon opgeslagen, en
wanneer er geen betaling volgt, gaat het antwoord mee naar het
parket. Als er wordt betaald, wordt er echter nooit gelezen wat de
burgers hebben geschreven. Ik meen dat het onbehoorlijk bestuur is
dat een overheid duizenden of tienduizenden, honderdduizenden
documenten die de inwoners haar sturen nadat die overheid zelf
verzocht om een reactie, niet leest. Zelfs als die documenten worden
gelezen, moet men toegeven bij de politie dat men er geen rekening
mee kan houden want dat De Post gewoon informatie krijgt op het
ogenblik dat het proces-verbaal wordt opgesteld.
Ik meen dat het absoluut nodig is te onderzoeken via welk systeem
men zonder het kind met het badwater weg te gooien rekening
kan houden met de interpretatiemogelijkheid aangaande de
antwoorden die de burgers geven. Ik dank u.
01.03 Gerald Kindermans
(CD&V): Je reste par principe
opposé au système actuel: les
citoyens complètent des formu-
laires mais la police ne peut rien
en faire parce que La Poste envoie
plus rapidement les formulaires de
paiement. Il s'agit d'une mauvaise
administration. Il faut rechercher
un système plus efficace où les
réponses des citoyens aient leur
importance.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le président: Je tiens à rappeler aux différents groupes que pour les appels téléphoniques aux collègues
qui ont autre chose à faire que d'assister à la réunion je comprends qu'il y ait d'autres commissions en
même temps -, les fonctionnaires qui m'accompagnent ne sont pas des centrales téléphoniques! Soit les
groupes s'arrangent avec leurs collaborateurs qui sont attentifs et préviennent alors les députés, soit leur
question est reportée. Il est hors de question de continuer de rappeler les uns et les autres qui demandent
en outre à quelle heure ils seront appelés.
Si les députés ont déposé une question et qu'ils considèrent qu'elle est importante, qu'ils soient présents.
Relayez-vous l'information. Je fais preuve de beaucoup de souplesse en acceptant que des gens qui me
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
préviennent de leur retard reportent leurs questions. Cela ne pose aucun problème mais nous prendre pour
des organisateurs d'agenda, c'est mépriser la fonction tant des fonctionnaires que de la ministre que celle
du président de la commission.
À bon entendeur, salut! Nous ne rappellerons personne cet après-midi! Faites-le savoir dans vos groupes
respectifs. Les députés n'ont qu'à être présents quand ils doivent l'être.
02 Question de M. Christian Brotcorne à la ministre de l'Intérieur sur "la compétence des services
d'incendie pour régler la circulation routière en cas d'intervention sur la voie publique" (n° 14482)
02 Vraag van de heer Christian Brotcorne aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
bevoegdheid van de brandweerdiensten om het verkeer te regelen wanneer zij optreden op de
openbare weg" (nr. 14482)
02.01 Christian Brotcorne (cdH): Monsieur le président, madame la
ministre, la circulaire ministérielle du 4 mars 2008 autorise dorénavant
les services d'incendie à régler la circulation routière en attendant
l'arrivée de la police.
Concrètement, il est prévu que les membres des services d'incendie
peuvent, d'une part, donner des ordres contraignants aux usagers de
la route et, d'autre part, ordonner le déplacement des véhicules à
l'arrêt, en stationnement ou en panne.
Pour atteindre au mieux cet objectif, la circulaire précitée prévoit la
mise sur pied à l'attention des sapeurs-pompiers d'une formation qui
aborde de manière circonstanciée la procédure à suivre en matière de
circulation. Il appartient à la police fédérale d'organiser ladite
formation.
Madame la ministre, cette formation a-t-elle été dispensée? Dans
l'affirmative, combien de pompiers l'ont-ils déjà suivie? Quelles sont
ses modalités pratiques? Si elle n'est pas encore dispensée, à quel
stade en sommes-nous et que peut-on en espérer?
02.01 Christian Brotcorne
(cdH): De ministeriële omzendbrief
van 4 maart 2008 laat de
brandweerdiensten toe het weg-
verkeer te regelen in afwachting
van de komst van de politie. De
omzendbrief voorziet in een
opleiding waarbij de te volgen
werkwijze aan bod komt. Heeft
deze opleiding al plaatsgevonden?
Zo ja, hoeveel brandweerlieden
hebben die gevolgd? Zo nee, wat
is de stand van zaken?
02.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, cher
collègue, mes services mettent actuellement la dernière main à un
programme de formation spécifique en matière de règlement de la
circulation routière dans le cadre de la sécurisation du lieu
d'intervention. Cette formation sera destinée au personnel
actuellement en service au sein des services de secours.
Les objectifs de cette formation ont été approuvés par le Conseil
supérieur de formation pour les services publics d'incendie. En ce
moment, mes services rédigent un syllabus uniforme pour tous les
services de secours du pays, adapté à leurs besoins spécifiques, ce
sur la base des résultats d'un groupe de travail ad hoc.
Lorsque le syllabus sera prêt, une formation spécifique sera
organisée pour l'ensemble du personnel, selon la méthode Train the
Trainer, en collaboration avec les écoles du feu.
Je puis par ailleurs vous assurer que, de manière plus structurelle, les
aspects liés à la sécurité routière sont pris en considération dans le
cadre de l'élaboration du nouveau trajet global de formation, en
particulier dans le cadre du système de formation modulaire du
sapeur-pompier.
Les cours pourraient être finalisés fin de cette année et la formation
02.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Mijn diensten leggen
momenteel de laatste hand aan
een opleidingsprogramma. De
doelstellingen ervan werden door
de Hoge Raad voor de opleiding
voor de openbare brandweer-
diensten
goedgekeurd.
Mijn
diensten stellen momenteel een
syllabus op, bestemd voor alle
diensten van het land. Als de
syllabus klaar zal zijn, zal er een
specifieke opleiding volgens de
methode
Train
the
Trainer
georganiseerd worden, in samen-
werking
met
de brandweer-
scholen. De cursussen zouden
voor het eind van het jaar klaar
moeten zijn en de opleiding zou
begin 2010 moeten beginnen.
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
devrait pouvoir commencer début 2010.
02.03 Christian Brotcorne (cdH): Madame la ministre, votre
dernière phrase me laisse espérer un timing plus précis.
Je vous rappelle qu'il y a urgence car la circulaire a paru en mars
2008. Nous savons tous par expérience que les pompiers sont
souvent les premiers à arriver sur les lieux d'un accident, avant la
police, qu'elle soit communale ou fédérale. Ce sont donc eux qui
engagent leur responsabilité et encourent les risques. Si la formation
a été jugée nécessaire en mars 2008, il est urgent de la mettre en
oeuvre.
02.03 Christian Brotcorne
(cdH): U geeft mij de hoop dat er
een preciezer tijdpad komt. Het is
hoog tijd. De brandweerlieden
komen vaak als eersten aan. Zij
lopen de meeste risico's.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre de l'Intérieur sur "le stand de tir à Bauffe"
(n° 14533)
03 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
schietbaan te Bauffe" (nr. 14533)
03.01 Jacqueline Galant (MR): Madame la ministre, ma question
porte sur le stand de tir de Bauffe et concerne particulièrement ma
zone et les zones de police environnantes. Depuis plusieurs années,
les policiers de la zone Sylle et Dendre s'entraînent au stand de tir de
la zone boraine. En référence à la circulaire GPl 48 relative à la
formation et l'entraînement en maîtrise de la violence des membres
du personne! du cadre opérationnel, les zones de police de Mons,
Ath, Leuze, Sylle et Dendre ont un projet commun de formation, qui
est prévu au niveau de l'entraînement au tir, de self-défense, etc.
Actuellement, la zone Sylle et Dendre a signé un contrat de location
avec la zone boraine, en vue de la mise à disposition de deux stands
de tir à Boussu. Selon le chef de corps de ma zone, ce contrat
poserait quelques problèmes quant à la disponibilité des locaux, le
temps perdu en déplacement, la disponibilité des moniteurs, etc. C'est
pourquoi il propose d'organiser ces formations au stand de tir privé de
Bauffe, qui actuellement ne répond pas aux normes. Le gérant
s'engagerait à faire effectuer tous les travaux nécessaires pour le
mettre en conformité.
Ce stand étant tenu par un privé, quelques questions se posent donc.
Quel est en effet le statut de ce stand? Qu'en est-il de l'agréation de
ce stand? Comment peut-on assurer l'uniformité de la formation si on
se dirige vers des stands privés non reconnus? Eu égard au marché
public, un problème se pose, puisque d'initiative, les zones de police
décident de s'exercer dans un stand privé sans aucune consultation. Il
n'y a aucun appel de prix.
Par ailleurs, Jurbise accueille l'Académie de police, reconnue pour
toutes ses qualités en matière de formation. Ne serait-il pas plus
judicieux d'envisager une collaboration avec ce centre de formation et
éviter des coûts supplémentaires aux différentes zones de police?
03.01 Jacqueline Galant (MR):
De korpschef van mijn politiezone,
die van mening is dat het
huurcontract dat tussen de zone
Sylle en Dender en de zone van
de Borinage werd gesloten met het
oog op de terbeschikkingstelling
van twee schietstanden in Boussu
een aantal problemen inhoudt
(beschikbaarheid van de lokalen,
verloren
tijd
tijdens
de
verplaatsingen,
beschikbaarheid
van de monitoren, enz.), stelt voor
de opleidingen te organiseren in
de private schietstand van Bauffe
die momenteel niet aan de normen
voldoet. De gerant zou zich ertoe
verbinden de nodige werken te
laten uitvoeren om de stand
conform te maken.
Wat is het statuut van die stand
die door een privépersoon wordt
uitgebaat? Hoe kan de uniformiteit
van de vorming worden gewaar-
borgd als men gebruik gaat maken
van niet-erkende private stands?
Hoe zit het met de openbare
aanbesteding aangezien er geen
prijsoffertes werden gevraagd?
Een
samenwerking
met
de
politieacademie
van
Jurbise,
erkend voor al haar opleidings-
kwaliteiten, zou een verstandigere
keuze zijn en zou de verschillende
politiezones bijkomende kosten
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
besparen.
03.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, chère
collègue, le centre de tir de Bauffe a été agréé sous le
n° 135/5/01/0031. La demande est en cours de renouvellement.
Ce stand privé exploité par la SA International Shooting Center of
Bauffe est accessible aux membres qui paient une cotisation annuelle
fixée par le conseil d'administration, ainsi qu'aux membres
occasionnels qui s'acquittent d'une cotisation journalière.
Quant à l'entraînement au tir de police, je souhaite d'emblée préciser
que cet entraînement se veut avant tout situationnel. II est réglé par la
circulaire ministérielle GPI 48.
Ainsi à côte du tir technique ou tir sportif qui peut se pratiquer dans
n'importe quel centre de tir équipé d'un piège à balles autorisant
l'utilisation de cartouches 9x19 mm, l'entraînement situationnel des
forces de police nécessite de pouvoir effectuer des exercices
combinant des progressions, des déplacements latéraux, l'utilisation
de l'équipement d'intervention de base, le passage d'obstacles,
l'utilisation de couverts. Cela n'exige cependant pas de formation du
stand dès lors que l'espace situé entre le pas de tir et les pièges à
balles soit accessible et permette de s'y mouvoir librement. Les
obstacles et les couverts peuvent facilement y être représentés par
des éléments de bois ou de carton dont les moniteurs disposent
durant la durée de l'exercice.
La ministre de l'Intérieur n'a pas à se substituer aux autorités locales
pour la recherche des infrastructures permettant un entraînement
optimal, ni pour les homologations, ni pour ce qui concerne le coût de
leur utilisation par la police locale.
03.02
Minister
Annemie
Turtelboom: De aanvraag tot
vernieuwing van de erkenning van
de schietbaan in Bauffe wordt
momenteel verwerkt. Die schiet-
baan is toegankelijk voor leden die
een jaarbijdrage betalen en voor
occasionele schutters die een
dagprijs betalen.
Los van de schiettechniek zijn voor
de situationele training van de
politieagenten (geregeld bij de
ministeriële omzendbrief GPI48)
gecombineerde oefeningen nodig,
die
voorwaartse,
zijwaartse
bewegingen, het gebruiken van de
basisinterventieuitrusting,
het
nemen van obstakels en het
gebruik
dekking
omvatten.
Daarvoor
is
geen
enkele
aanpassing van de baan vereist,
aangezien de ruimte tussen de
vuurlijn en de kogelvallen vrij
toegankelijk is. Door middel van
houten of kartonnen accessoires,
die de begeleiders tijdens de
training ter beschikking hebben,
kunnen op de baan makkelijk
obstakels en dekkingen worden
opgesteld.
De minister van Binnenlandse
Zaken moet niet de plaats van de
lokale overheden innemen in hun
zoektocht naar een optimale
trainingsinfrastructuur.
03.03 Jacqueline Galant (MR): Monsieur le président, je remercie
Mme la ministre pour sa réponse.
Mais toujours dans un souci d'économie et il est vrai que toutes les
zones de police disent que leur situation financière est difficile ,
j'avais pensé qu'avec l'Académie de police, on aurait pu envisager
des collaborations pour permettre aux zones de police de s'entraîner
dans des stands répondant aux normes et ainsi éviter des coûts
supplémentaires en matière de formation, ce pour toutes les zones de
police.
03.03 Jacqueline Galant (MR):
Uit besparingsoverwegingen was
ik van mening dat de trainingen,
met de hulp van de provinciale
politieschool,
op
aangepaste
schietbanen
zouden
kunnen
plaatsvinden, zonder dat de
opleidingskosten stijgen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Samengevoegde vragen en interpellatie van
- de heer Jan Peeters aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de brandweerhervorming"
(nr. 14806)
- de heer Michel Doomst aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de brandweerhervorming"
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
(nr. 15749)
- mevrouw Annick Ponthier aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de stand van zaken binnen
de brandweerhervorming" (nr. 15785)
- de heer Guy Coëme aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de financiering van de
hervorming van de civiele veiligheid" (nr. 15798)
- de heer André Frédéric aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de stand van zaken met
betrekking tot de hervorming van de civiele veiligheid" (nr. 15800)
- de heer Georges Gilkinet tot de minister van Binnenlandse Zaken over "de stand van de hervorming
van de Civiele Veiligheid en de financiering daarvan" (nr. 379)
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de stand van zaken met
betrekking tot de hervorming van de civiele veiligheid" (nr. 15823)
04 Questions jointes et interpellation de
- M. Jan Peeters à la ministre de l'Intérieur sur "la réforme des services d'incendie" (n° 14806)
- M. Michel Doomst à la ministre de l'Intérieur sur "la réforme des services d'incendie" (n° 15749)
- Mme Annick Ponthier à la ministre de l'Intérieur sur "l'état d'avancement de la réforme des services
d'incendie" (n° 15785)
- M. Guy Coëme à la ministre de l'Intérieur sur "le financement de la réforme de la sécurité civile"
(n° 15798)
- M. André Frédéric à la ministre de l'Intérieur sur "l'état d'avancement de la réforme de la sécurité
civile" (n° 15800)
- M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur sur "l'état d'avancement et le financement de la
réforme de la sécurité civile" (n° 379)
- M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur sur "l'état d'avancement de la réforme de la sécurité
civile" (n° 15823)
04.01 Jan Peeters (sp.a): Mevrouw de minister, de wet op de
brandweerhervorming en op de instelling van de brandweerzones is
twee jaar oud. Zij dateert van mei 2007. Ondertussen is er nog niet
veel gebeurd om deze wet uit te voeren. Een jaar geleden is er wel
een koninklijk besluit verschenen over de afbakening van de
brandweerzones maar sindsdien blijft het redelijk windstil op dat
terrein.
De beslissing van de Ministerraad vorige vrijdag en uw
aankondigingen op het congres van de Brandweervereniging
Vlaanderen vorige zaterdag, hebben de brandweerhervorming voor
de eerstkomende jaren definitief in de koelkast gestoken. De
brandweerwereld heeft dat ook zo begrepen.
Mijn vragen zijn vrij eenvoudig. Hoever staat u met de uitvoering van
deze wet wat het uniforme statuut van brandweerlui beroepsmensen
en vrijwilligers betreft? Hoever staat u met de financiering van de
brandweerhervorming? Welke budgettaire middelen hebt u daarvoor
bekomen?
Hoever staat het met de afbakening van de zones? Ik heb u de
voorbije maanden op verschillende plaatsen horen zeggen dat u niet
zult overgaan tot de afbakening van de zones dat is ook door de
beslissing van vrijdag afgeblazen zolang de financiering en het
statuut niet zijn geregeld, iets waar u trouwens gelijk in hebt. Daarom
is het belangrijk dat een stand van zaken over die twee aspecten
wordt opgemaakt.
De beslissingen van vorige vrijdag doen natuurlijk grote onzekerheid
rijzen over de voortgang van de werkzaamheden van de pre-
zoneraden en de taskforces die werden opgericht door uw
voorganger. Doen die pre-zoneraden en die taskforces voort na
1 januari 2010? Loopt de financiering waarin voorzien is door
04.01 Jan Peeters (sp.a): La loi
sur la réforme des services
d'incendie date de mai 2007.
Depuis l'adoption, il y a un an, de
l'arrêté royal relatif à la délimitation
des zones de services d'incendie,
plus aucune initiative n'a été prise
en vue de la mise en oeuvre de
cette loi. Il semble bien que la
réforme ait été définitivement mise
au frigo.
Où en sont la mise en oeuvre du
statut
unique
des
sapeurs-
pompiers, le financement de la
réforme et la délimitation des
zones? La décision de vendredi
dernier a suscité une grande
incertitude à propos des activités
et du financement des pré-
conseils de zone et des task
forces en 2010. Les contrats
relatifs
au
détachement
de
membres du personnel seront-ils
prolongés?
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
Binnenlandse Zaken ook voort na 1 januari 2010? Kunnen de al
lopende contracten inzake detachering van personeelsleden ook
voortlopen na 1 januari 2010?
Ik hoop dat u deze vrij eenvoudige vragen kunt beantwoorden, en dat
u de vrij grote onzekerheid en het gevoel bij de neus genomen te zijn,
kunt counteren.
04.02 Michel Doomst (CD&V): Mevrouw de minister, het stond een
beetje in de begrotingssterren geschreven dat dit zo ver zou komen.
Op alle niveaus is er veel goede wil om tot een brandweerhervorming
te komen maar overal zitten we met het syndroom van de lege
portemonnee.
Ik neem aan dat het project zoals het voorligt de komende jaren
moeilijk zijn volledige implementatie zal krijgen. Ik heb begrip voor de
reacties van de brandweerverenigingen dat de zaak wellicht op een
wat langere baan zal worden geschoven. Vanuit de lokale besturen is
er echter ook de zorg om de tering naar de nering te zetten en te
kijken wat we de volgende jaren stapsgewijs kunnen doen.
Ik voel aan dat we als het ware stap voor stap vooruit zullen moeten
rijden met de brandweerwagen. Kunt u wat toelichting geven over de
prioriteiten waarmee we proberen door te werken tijdens de komende
maanden. Hoe zal deze stapsgewijze hervorming financieel haar
beslag krijgen? Hoe ziet u de toekomst van de zonewerking, vanuit
een zekere rustige vastheid, verder evolueren? Daar zit u toch wel
met grote zorgen.
04.02 Michel Doomst (CD&V):
La volonté de mettre en oeuvre la
réforme des services d'incendie
est présente à tous les niveaux,
mais il y a un manque de moyens.
Les associations de pompiers
craignent que la réforme soit
reportée indéfiniment. Je pense
que nous devons exécuter le plan
de réforme par étapes. Quelles
devraient être nos priorités en la
matière?
Qu'en
est-il
du
financement?
Comment
le
fonctionnement
zonal
va-t-il
évoluer?
04.03 André Frédéric (PS): Il y a un certain nombre de réactions en
Wallonie de la part de bourgmestres qui ont entendu qu'il y avait
absence de financement ou, en tout cas, un financement limité pour
mettre en oeuvre ce que nous avons décidé lors de la modification de
la loi sur les services de sécurité civile.
Dès lors, il me semble qu'il ne faudrait pas créer dans le chef des
responsables communaux une inquiétude supplémentaire. On sait
que les effets de la crise sont tels que les finances communales sont
en difficulté dans beaucoup d'endroits, dans les grandes villes en
particulier. Imposer demain une réforme, qui n'a pas toujours été
souhaitée par le terrain, aux seuls frais des administrations locales
deviendrait intolérable! Il faut donc rassurer les responsables locaux.
Par ailleurs, il faut également rassurer l'opinion publique.
Dans ma commune, par exemple, il y a 10 000 habitants. Il y a un
service d'incendie composé de bénévoles et d'un professionnel
maintenant. Ce service couvre deux communes. Je peux vous
assurer que tout fonctionne comme dans le meilleur des mondes.
Personne ne m'a jamais interpellé je ne suis pas bourgmestre mais
je suis dans le collège communal- ni fait part de ses peurs. Au sujet
de la sécurité en général, le questionnement est présent mais sur la
problématique liée aux services d'incendie, jamais! Or le territoire est
immense car dans les régions rurales, il faut tout de suite faire
minimum dix kilomètres pour arriver sur place.
À ce stade, on a annoncé des choses. On dit qu'il n'y aura pas
beaucoup de moyens ou quasiment pas du tout. Les travailleurs de ce
04.03 André Frédéric (PS): Er
zijn een aantal reacties, meer
bepaald van Waalse burge-
meesters die gehoord hebben dat
er
maar
in
een
beperkte
financiering zou worden voorzien
voor hetgeen wij beslist hebben in
het kader van de wijziging van de
wet
betreffende
de
civiele
veiligheid. In deze tijden van crisis
zou het onduldbaar zijn dat men
de lokale besturen financieel laat
opdraaien voor een opgelegde
hervorming die men op het terrein
niet noodzakelijk heeft gewild. We
moeten de lokale overheden en de
publieke opinie geruststellen.
De werknemers in de sector
moeten weten waar men naartoe
wil. Alles vloeit voort uit de
hervorming, die een jaar opge-
schort werd. Zal de begeleidings-
commissie van de hervorming al
die tijd stand-by blijven, of werkt ze
gewoon door? Wat doet de
stuurgroep? Hoe staat het met de
thematische werkgroepen? Zullen
de taskforces hun werkzaam-
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
secteur, tant les professionnels que les volontaires, doivent savoir où
ils vont. Ce sont des personnes qui font preuve d'un dévouement
remarquable et exceptionnel. On doit pouvoir clarifier les choses.
Les questions ont donc été posées mais je les répète.
Tout dépend de la réforme qui est suspendue pendant un an. La
commission d'accompagnement de la réforme sera-t-elle en stand by
pendant ce temps ou continuera-t-elle à travailler sur la réforme?
Qu'en est-il du comité de pilotage?
Qu'en est-il des groupes de travail thématiques?
Le travail des task forces se poursuivra-t-il comme prévu? Où en est-
on à ce niveau car il était prévu que ces task forces collectent des
éléments concrets sur le terrain pour la création de structures et
rendent un état des lieux pour la fin de l'année?
Qu'en est-il enfin de la formation des pompiers?
heden zoals gepland voortzetten?
Hoe ver is men op dat niveau
gevorderd? Het was de bedoeling
dat de taskforces in het veld
concrete
informatie
zouden
inwinnen voor het uitwerken van
structuren, en dat ze een stand
van zaken zouden opmaken tegen
het einde van het jaar. Hoe staat
het met de opleiding van de
brandweer?
Le président: Mme Ponthier étant absente, sa question n° 15785 tombe. Elle pourra réagir si elle arrive
pendant la réponse de la ministre. Il en est de même pour les questions de MM. Coëme et Gilkinet
n
os
15798 et 15800.
04.04 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, beste
collega's, om te antwoorden op de vele vragen die er zijn, wil ik graag
nog eens beginnen met de krachtlijnen van mijn beleid op het gebied
van de brandweerhervorming.
De brandweerhervorming gaat door maar, zoals heel terecht gezegd
door de heer Doomst, dit zal stap voor stap gebeuren. Ik ben ervan
overtuigd dat men een brandweer die door 97 procent van de
bevolking wordt gedragen, alleen kan hervormen als men er zeker
van is dat iedereen mee is met iedere stap die men zet. Vandaar onze
benadering van stap voor stap. Een betere veiligheid voor de burgers
en voor de brandweermensen moet centraal staan. De zonevorming
zullen we stap voor stap doorzetten. Ik kom straks terug op de
taskforces. Sommige staan heel ver in hun analyses, anderen staan
minder ver. We zullen echter bekijken hoe we op een manier waarbij
de veiligheid centraal staat kunnen doorgaan met de zonevorming. Ik
zal ook werk maken van de meest prangende statutaire problemen
voor de statuten van de vrijwillige en de beroepsmatige
brandweermensen.
Tot slot is het zeer belangrijk en ook een bekommernis van heel
veel burgemeesters dat we werken binnen de budgettaire marges
die de federale overheid heeft zodat we geen extra kosten afwentelen
op de gemeenten en op de burgemeesters.
Als ik dan kijk naar de ramp in Gellingen in 2005, dan heeft men toen
geconstateerd dat opleiding, kennis en materieel centraal staan. Dat
zullen ook de drie zaken zijn die in mijn beleid centraal staan. We
gaan extra investeren in opleidingen. Ten eerste zullen we
basisopleidingen blijven geven en ten tweede zullen we opleidingen
geven voor nieuwe risico's zoals zonnepanelen, hybride wagens en
chemische branden. Er zal ook een managementopleiding komen
voor officieren omdat daar effectief nood aan is. Er komt dus een
04.04 Annemie Turtelboom,
ministre: La réforme des services
d'incendie sera effectivement mise
en oeuvre pas à pas. Elle devra
accorder la priorité à l'amélioration
de
la
sécurité.
Cela
vaut
également pour la création des
zones. Je vais par ailleurs
m'attaquer au statut des pompiers
volontaires et professionnels. Il
faut que nous réalisions tout cela
avec les budgets fédéraux, sans
reporter
les
frais
sur
les
communes.
La catastrophe de Ghislenghien a
démontré
que
le
formation,
l'expertise et le matériel étaient
des éléments essentiels. Nous
allons donc investir davantage
dans la formation, qu'il s'agisse de
la formation de base, des
formations
spécialisées
- notamment
à
propos
des
nouveaux
risques
ou
des
formations de management. Nous
allons également renforcer les
investissements en matériel et
développer le centre d'expertise
actuel pour en faire un centre
opérationnel axé sur l'échange
d'informations,
et
qui
sera
également chargé d'établir de
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
extra investering in opleiding. De investering in materieel blijft bestaan
met nieuwe wagens, veiliger pakken en betere helmen. Na de brand
in Gellingen is ook gebleken dat goed materieel essentieel is voor de
brandweer.
Tot slot zullen we ook het kenniscentrum dat is opgestart om de
brandweerhervorming deels mee uit te bouwen, moeten hervormen
tot een operationeel kenniscentrum waar een echte informatie-
uitwisseling gebeurt over alle fenomenen die betrekking hebben op
brand. Er moet een betere statische kennis komen en verder staat het
in voor de ontwikkeling van uniforme operationele procedures
naargelang van het type brand en de organisatie van thematische
studiedagen. Zo werken we echt aan materieel, kennis en opleiding.
Ook zal ik dit jaar van brandpreventie een prioriteit maken. Uiteindelijk
is de beste brand immers diegene die niet uitbreekt. Vandaar dat mijn
administratie werkt aan een nationaal brandpreventieplan gericht op
de brandveiligheid in woningen. We hebben een aantal campagnes
op stapel staan in het verlengde van de veertiendaagse van de
brandveiligheid.
We
hebben
de
fiscale
aftrek
voor
brandpreventiematerieel en we hopen ook brandweerlui te kunnen
opleiden tot preventieadviseurs die bij de mensen aan huis komen.
Een burger die zich beter bewust is van het brandrisico is een risico
minder, zowel voor zichzelf als voor de brandweermensen.
We gaan ook investeren in het systeem van de geïntegreerde
meldkamers met de CAD ASTRID-technologie en via de migratie van
de 100-centra naar het nieuwe noodnummer 112 zodat de
interventietijden nog korter worden. Ook bij brand is het cruciaal dat
de periode voor men intervenieert zo kort mogelijk is. In Oost-
Vlaanderen heeft die omschakeling al plaatsgevonden en vorige week
ook in Leuven.
meilleures statistiques et de mettre
au
point
des
procédures
uniformes.
Cette année, la priorité sera
également donnée à la prévention
des incendies, avec, notamment,
un plan de prévention pour la
sécurité des habitations, des
campagnes dans le cadre de la
quinzaine de la sécurité, l'instaura-
tion d'une déduction fiscale pour
les dispositifs de prévention et la
formation
de
conseillers
en
prévention spécialisés.
Enfin, dans le but de réduire
encore les délais d'intervention,
nous investirons également dans
le système des dispatchings
intégrés.
J'en viens à présent aux structures.
Là aussi, j'estime que la qualité opérationnelle doit être l'essence
même des services d'incendie. Plusieurs task forces ont déjà effectué
la majeure partie du travail nécessaire. Pour plus de détails sur le
travail accompli jusqu'ici par l'administration et par les task forces, je
vous renvoie à la réponse à la question parlementaire du
18 septembre 2009 de M. Berni Collas.
Étant donné que la phase de préparation est terminée, le comité de
pilotage a été dissout en juin dernier pour permettre le suivi et
l'évaluation des travaux. La commission d'accompagnement a été
mise en place par l'arrêté royal du 2 février 2009 concernant la
commission d'accompagnement de la réforme de la sécurité civile.
Vu l'avancement des travaux au sein de huit groupes de travail
thématiques, une nouvelle structure mieux adaptée aux nécessités
actuelles a été créée. Elle est constituée de quatre groupes organisés
autour des thèmes suivants: l'aspect juridique (le statut et
l'inspection),
les
finances,
les
normes
techniques
et
l'accompagnement de la mise en place des zones. Il va de soi que la
commission d'accompagnement et les quatre groupes susmentionnés
poursuivent leur travail indépendamment du contexte budgétaire.
Les task forces vont poursuivre leurs travaux au moins jusqu'en
De operationele kwaliteit behoort
tot
de
kern
zelf
van
de
brandweerdiensten. Verscheidene
taskforces hebben het grootste
deel van het werk al verricht. Voor
meer details verwijs ik u naar het
antwoord op de vraag van
18 september 2009 van de heer
Berni Collas. De stuurgroep werd
in juni jongstleden ontbonden om
een evaluatie van de werkzaam-
heden mogelijk te kunnen maken.
De begeleidingscommissie werd
bij het koninklijk besluit van 2
februari 2009 ingesteld.
Er werd een nieuwe structuur
opgericht. Zij bestaat uit vier
groepen die rond de volgende
thema's werken: het juridisch
aspect,
de
financiën,
de
technische
normen
en
de
begeleiding van de instelling van
de
zones.
De
begeleidings-
commissie en de vier werkgroepen
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
décembre. Les budgets mis à leur disposition à cette fin sont fixés par
la circulaire du 11 mars 2009 et représentent un total de 5,910
millions d'euros. Il y a des task forces qui sont prêtes, d'autres s'y
attelleront plus longtemps encore. À un certain moment, elles devront
toutes passer à la constitution des zones. Tout cela doit-il avoir lieu en
même temps? Pas nécessairement. La procédure relative au moment
de la décision sera fixée dans les semaines à venir.
Il importe surtout, dans une première phase, qu'un fonctionnement
opérationnel soit assuré dans les zones en partant des structures
communales existantes par le biais d'accords de coopération, avec un
coordinateur opérationnel propre, des procédures organisationnelles
en cas d'urgence et avec le soutien et un incitant du fédéral.
Au cours des semaines à venir, nous poursuivrons la concrétisation
de ce point en collaboration avec toutes les parties concernées, étape
par étape, et en regardant de temps en temps autour nous pour
vérifier si tout le monde est encore de la partie.
J'ai d'ailleurs aussi annoncé que nous mettrons sur pied une
commission permanente pour les services d'incendie; les sapeurs-
pompiers, avec toutes leurs sensibilités, s'y verront confier le rôle
principal. Mais les autres acteurs seront également présents afin de
créer ainsi une assise stable pour la réforme et un organe consultatif
permanent au niveau politique.
C'est la seule manière de nous offrir une chance de concrétiser la
réforme des services d'incendie qui mène à un consensus dans le
respect de tous les points positifs qui existent déjà, avec des
modernisations largement acceptées et sans risquer de mettre en
péril l'excellente réputation des services d'incendie.
zetten hun werkzaamheden voort
los van de budgettaire context. De
taskforces zullen hun werk tot in
december
voortzetten.
De
budgetten werden vastgesteld bij
de omzendbrief van 11 maart
2009 en zijn goed voor een totaal
bedrag van 5,91 miljoen euro. Er
zijn taskforces die klaar zijn,
andere hebben nog wat werk voor
de boeg. Op een bepaald moment
zullen ze alle moeten overgaan tot
de vorming van de zones.
Het komt er vooral op aan dat er in
de zones een operationele werking
wordt verzekerd, uitgaande van de
bestaande
gemeentelijke
structuren, met de steun van de
federale overheid. In de komende
weken zullen wij de concrete
uitwerking
van
dat
punt
stapsgewijze
voortzetten,
in
overleg
met
alle
betrokken
partijen.
Er zal een vaste commissie voor
de brandweerdiensten worden
opgericht.
Daarin
zal
de
belangrijkste
rol
voor
de
brandweerlieden zijn weggelegd.
De overige actoren zullen ook
vertegenwoordigd zijn teneinde
een stabiel draagvlak voor de
hervorming en een permanent
raadgevend orgaan op politiek
niveau te creëren.
Ik kom tot een aantal administratieve en sociale aspecten van het
statuut van het operationeel personeel. Over een aantal zaken moet
de komende maanden dringend duidelijkheid worden verkregen. Ik
denk aan het systeem van de arbeidstijd waar wij tot een eigen
systeem voor de brandweer moeten komen, de discussie over
overuren en combinatie. Ik denk eveneens aan het verbeteren van het
sociaal statuut van de vrijwilliger, het behoud van de mogelijkheid dat
een beroepsbrandweerman ook vrijwilliger mag zijn en aan de
combinatie werkloosheid en vrijwilliger waar nog een aantal
verfijningen mogelijk zijn. Ik denk ook aan het statuut van de
eindeloopbaanproblematiek.
De komende weken zullen wij ook rond die thema's teksten
ontwikkelen, waarover ik overleg op regeringsniveau zal plegen.
Ik ben mij zeer bewust van de onrust die er leeft op het terrein, zeker
ook bij de gemeenten, omwille van het budgettaire plaatje. Ik denk dat
het van belang is dat wij verder gaan met de brandweerhervorming,
aangepast aan de nieuwe budgettaire situaties die er zowel zijn bij de
federale overheid als bij de gemeenten.
Il faudra, au cours des prochains
mois, apporter des précisions sur
les horaires, l'amélioration du
statut social du volontaire, la
combinaison entre chômage et
pompier volontaire ainsi que sur la
question de la fin de carrière. Une
concertation doit être organisée
sur ces points au sein du
gouvernement.
Je suis consciente de la nervosité
sur le terrain. Nous devons
poursuivre la réforme, mais en
fonction du nouveau contexte
budgétaire. Nous ne pouvons par
conséquent pas mettre la réforme
au frigo.
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
Ik weet dat wij die dynamiek niet mogen stoppen en niet koudweg
mogen zeggen dat wij de brandweerhervorming in de koelkast steken,
zoals sommigen suggereren, want daarmee breken wij de dynamiek.
Wij moeten verder gaan, gebaseerd op drie pijlers: opleiding, kennis
en materiaal. Op die manier zullen wij op een bepaald moment tot een
volledige hervorming van de brandweer kunnen komen.
Le président: Pour la bonne forme et afin d'éviter tout drame ultérieur, je donne la parole aux collègues qui
ont posé leur question. J'autoriserai ceux qui avaient déposé une question et qui ont entendu la réponse à
réagir brièvement, s'ils le souhaitent. Pour le reste, M. Gilkinet lira dans le compte rendu la réponse qui
vient d'être donnée et jugera opportun ou non de maintenir son interpellation par la suite.
04.05 Jan Peeters (sp.a): Mevrouw de minister, al meer dan twee
jaar horen we van u en uw voorgangers niets, hoewel er bij
Binnenlandse Zaken een cascade van werkgroepen bezig is.
Ik hoor u ook niets concreets zeggen over het voortzetten van de
taskforces na 1 januari 2010 en de nieuwe financiering daarvoor in
het jaar 2010, want alle financieringen die u hebt laten vastleggen
door die pre-zoneraden, door de detachering van personeel en
experts, lopen af op 1 januari 2010. U stort gans die voorbereiding
van de brandweerhervorming toch wel in een groot zwart gat door
daar geen duidelijkheid over te geven.
Ik vrees, wat nog het ergste is, dat dit niet alleen is ingegeven door
budgettaire overwegingen. Ik ben niet blind, ik weet dat de wereld het
laatste jaar financieel en economisch over kop is gegaan, maar hier
zit veel meer achter dan enkel een budgettaire overweging. Het is
toch niet toevallig dat uw coalitiepartner CD&V al meer dan een jaar
geleden hier een voorstel op tafel heeft gelegd voor de regionalisering
van de brandweer. Het is ook niet toevallig dat de voorzitter, namens
de PS, toch wel zijn inhoudelijke twijfels uit over het nut en over de
meerwaarde van een brandweerhervorming in het soort van korpsen
dat hij kent.
Ik denk dat u niet alleen met een budgettair maar ook met een politiek
probleem zit in de meerderheid. Ik denk dat men niet wil dat u de
brandweerhervorming doorvoert, dat men niet wil dat u verder gaat in
die verschillende stappen. Dat vind ik van deze meerderheid echt het
spelen met het engagement van honderden mensen in de
brandweerwereld, die de laatste half jaar in al die taskforces en lokale
werkgroepen echt bezig zijn met het beste te geven van zichzelf om
de brandweerhervorming, waarover wij twee en een half jaar geleden
hebben gestemd, tot stand te brengen.
04.05 Jan Peeters (sp.a):
Plusieurs groupes de travail sont
actifs, mais cela fait déjà deux ans
que le ministre ne s'exprime pas.
L'actuelle ministre n'en dit pas
davantage sur la poursuite des
task forces en 2010 et leur
financement. Je crains que les
considérations budgétaires ne
soient pas les seuls enjeux. Il y a
plus d'un an, le CD&V a déposé
une proposition de régionalisation
des
services
d'incendie.
Le
président du PS a également
exprimé des doutes sur l'utilité
d'une
réforme
des
services
d'incendie. En procédant de la
sorte, la majorité joue avec
l'engagement des personnes dans
le secteur.
04.06 Michel Doomst (CD&V): Ik zie minder spoken dan de heer
Peeters, ik heb ook nooit de verantwoordelijkheid gehad over de
brandweer. Tien jaar geleden zijn de banden van die
brandweerwagen, mijnheer Peeters, door u ook niet opgepompt.
We staan nu waar we staan en ik denk dat men er niet naast kan
kijken, dat moeten we hier nu wel eerlijk onder elkaar zeggen: er
zullen dus twee jaar geen extra federale middelen worden vrijgemaakt
specifiek voor de hervorming van de brandweer. Ik denk dat we daar
heel duidelijk in moeten zijn.
Dit betekent dus dat we nu inderdaad een stuk blijven stilstaan, maar
04.06 Michel Doomst (CD&V):
Je pense que M. Peeters a des
visions. Lorsque le sp.a était au
pouvoir, les services d'incendie
n'ont pas davantage été réformés.
Il faut admettre que des moyens
fédéraux
supplémentaires
ne
pourront être libérés pour la
réforme au cours des deux
prochaines années. Je suppose
qu'en 2010, les task forces
devront mobiliser les moyens
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
nu zal het de zaak zijn om dat op een verfrissende in plaats van een
`verslensende' manier te doen. Dus, mevrouw de minister, neem ik
aan dat na 1 januari de taken voor de taskforces er in zullen bestaan
beter op mekaar af te stemmen en te coördineren met de
investeringen die nodig zijn om het rendement van de brandweer
goed op peil te krijgen.
Dan denk ik dat het zaak zal zijn het materiaal en de nodige
investeringen op de noden van die zone af te stemmen.
Het klopt dat wij niet zeer ontevreden zijn dat wij niet te snel gaan met
die zaken. Dat betekent dus ook dat we omtrent het statuut wellicht
niet te veel kunnen doen. We zullen alleen maar een aantal heel
hoognodige zaken kunnen opvolgen, maar dit lijkt mij ook wel een
kans te zijn om de bestaande neiging naar grotere professionalisering
met grote aandacht voor het vrijwilligeraspect te compenseren. Dat
vinden wij naar de uitbouw van de zone ook een aspect in de
statuutdiscussie waar wij grote nadruk op moeten leggen.
Ten slotte, en daar moeten wij de komende weken en maanden eens
op doorbomen, zou ik ook graag vanuit federale hoek zien hoe het
engagement naar de 50/50 zal worden ingevuld en welk tijdspad in
aanmerking zal worden genomen.
Anderzijds, en ik vind dat wij dat ook moeten durven zeggen, vind ik
een aspect regionalisering niet te schuwen, als dat ooit aan de orde
zou komen. Ik vind dat wij op een bepaald moment, zeker voor de
lokale overheid, het pad van hoe we ongeveer tot die 50/50 zouden
komen, moeten kunnen uittekenen. Wij kunnen moeilijk aan het
lokale niveau vragen om een engagement te nemen als wij vanuit
federale hoek geen duidelijkheid krijgen, wanneer het ook weze, hoe
we uiteindelijk tot die overeenkomst zullen kunnen komen.
disponibles de manière encore
plus performante et accorder les
besoins des zones.
Nous ne sommes en effet pas
vraiment mécontents que les
choses ne progressent pas trop
rapidement. Nous devrons à
présent nous contenter d'exécuter
l'essentiel et le dossier du statut
unique n'avancera probablement
pas énormément. Cela nous
permettra de nous concentrer sur
l'indispensable équilibre entre la
professionnalisation d'une part et
la contribution des volontaires
d'autre
part.
Comment
le
gouvernement fédéral remplira-t-il
ses engagements sur la répartition
50/50? Sur ce point, nous ne
devons
pas
craindre
la
régionalisation et les pouvoirs
locaux doivent aussi assumer
leurs responsabilités.
04.07 Guy Coëme (PS): Monsieur le président, tout d'abord, je vous
prie d'excuser mon arrivée tardive mais j'avais signalé que je
rejoindrais le parlement avec un léger retard que les difficultés
d'entrer dans Bruxelles ce midi ont accentué.
Le président: Les autres membres étant à l'heure, je ne pouvais pas faire d'exception! C'est la rigueur du
président!
04.08 Guy Coëme (PS): Je la connais, monsieur le président!
Cela étant dit, madame la ministre, dans le conclave budgétaire,
j'imagine que vous avez demandé un montant à consacrer à la
réforme des services de secours. Ma question était de savoir combien
vous aviez demandé et combien vous aviez reçu; je ne pense pas
avoir reçu de réponse à ce sujet.
Ensuite, je voudrais savoir si le montant que vous avez reçu permet
de faire fonctionner des task forces jusqu'à la fin de l'année
prochaine. Nous avons lu que l'application est reportée d'un an. Je
comprends que vous allez continuer à préparer et à faire avancer les
choses, mais quand aura lieu la mise en oeuvre concrète de la
réforme?
Je dois vous dire, par ailleurs, que j'ai été désigné par mes collègues
comme président d'une zone. Ce qui se passe sur le terrain est assez
04.08 Guy Coëme (PS): Welk
bedrag had u gevraagd voor de
hervorming van de hulpdiensten
en hoeveel had u gekregen?
Volstaat het toegekende bedrag
om de task forces tot eind volgend
jaar te laten functioneren? We
hebben gelezen dat de toepassing
van een en ander met een jaar
wordt uitgesteld. Tegen wanneer
mag men de concrete uitvoering
van de hervorming verwachten?
Ik werd door mijn collega's
aangesteld als voorzitter van een
zone. De toestand op het terrein is
surrealistisch! We trachten alle
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
surréaliste! Nous essayons de répondre à toutes les questions qui
nous sont posées mais, indépendamment de cela, réunir les
collègues quasiment toutes les six semaines avec, finalement, très
peu de choses à se mettre sous la dent, se révèle impossible. Nous
n'avons pratiquement pas de quorum; je ne parle pas pour ma zone
mais pour d'autres zones. Nous sommes quelque peu coincés entre
vous, la ministre de l'Intérieur, et le travail réalisé à la base puisque le
gouverneur comme tous les gouverneurs, je suppose nous réunit
environ toutes les six semaines et nous demande comment avance le
travail.
Dès lors, je pense qu'il faut mettre cette réforme en oeuvre
progressivement, parallèlement au niveau budgétaire entre le
gouvernement fédéral et les communes. Je dis clairement qu'au
niveau des communes, vu les difficultés que nous vivons, nous ne
pourrons pas mettre un franc de plus que ne mettra le fédéral!
vragen die worden gesteld te
beantwoorden, maar het blijkt
onmogelijk om de collega's om de
zes weken bijeen te roepen. Het
quorum wordt bijna nooit bereikt.
We zitten geprangd tussen uzelf
en het werk dat in het veld
gebeurt, aangezien de gouverneur
ons om de zes weken bijeenroept
met de vraag hoe het werk
vordert. De uitvoering van de
hervorming
moet
geleidelijk
gebeuren, volgens gelijklopende
lijnen tussen de federale overheid
en de gemeenten. Op het
gemeentelijk niveau zullen we
geen cent meer geven dan de
federale overheid.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: La question n° 15785 de Mme Ponthier est sans objet ainsi que la question de... (hors micro)
05 Question de M. François Bellot à la ministre de l'Intérieur sur "l'identification par radiofréquence
(RFID) et les obligations de respect de la vie privée dans le commerce" (n° 14853)
05 Vraag van de heer François Bellot aan de minister van Binnenlandse Zaken over "'Radio Frequency
Identification' (RFID) en de verplichting tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de handel"
(nr. 14853)
05.01 François Bellot (MR): Madame la ministre, ma question est
relative à l'identification par radiofréquence (RFID) et aux obligations
de respect de la vie privée dans le commerce, notamment.
L'identification par radiofréquence (RFID) est une technologie
d'identification automatique.
Les puces de radiofréquence passives ont une dimension de 1 mm
sur 1 mm et les puces actives ont une dimension de 5 mm sur 5 mm
et une épaisseur de 0,2 mm. Les performances de ces puces
électroniques les ont rendues de dimensions extrêmement faibles et
petites et cette technologie semble se généraliser pour notamment
éviter les vols dans Ies magasins mais aussi pour assurer une bonne
gestion des stocks.
Ce concept est un prolongement des codes-barres traditionnels, mais
les puces RFID sont plus intelligentes. Leurs informations peuvent
être lues automatiquement et à distance par un appareil sans fil.
Lorsqu'elles sont reliées à des banques de données et des réseaux
de communication tel qu'internet, ces puces peuvent être utilisées
pour assurer le suivi de conteneurs, trier des palettes ou classer des
produits de haute valeur dans des magasins. Il s'agit donc
d'applications qui facilitent la vie du commerçant et du consommateur.
Toutefois, ces puces peuvent être utilisées à des usages bien moins
nobles et louables. Ainsi, il me revient, d'après un article de presse
portant sur une vaste enquête menée par deux entreprises
américaines, qu'aux États-Unis, une telle puce avait été placée dans
un gsm offert par un patron à un cadre, qui fut suivi durant tous ses
05.01 François Bellot (MR): De
chips
voor
passieve
radio-
frequentie meten 1 mm op 1 mm
en de actieve chips 5 mm op
5 mm, met een dikte van 0,2 mm.
Die chips zijn zo performant dat ze
het leven van de handelaar en de
verbruiker gemakkelijker kunnen
maken. Ze kunnen evenwel ook
voor
minder
lovenswaardige
doeleinden worden gebruikt, zoals
de geolocalisatie van mensen.
Wat is de houding van de regering
en welke maatregelen is hij van
plan te nemen met betrekking tot
het gebruik van die intelligente
chips? Welke beperkingen werden
reeds opgelegd?
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
déplacements. Il me revient également que des personnes se font
placer ce type de puce sous la peau de sorte à pouvoir être
facilement géoIocalisées en cas d'enlèvement.
Bref, le pire côtoie le meilleur et les avancées technologiques
semblent ne plus connaître de limites. Madame la ministre, la
Commission européenne a pris ce dossier en mains et a formulé des
recommandations au mois de mai dernier. Quelles dispositions la
Belgique compte-t-elle prendre par rapport à l'utilisation de ces puces
intelligentes et quelles sont les mesures de restriction éventuelles
déjà prises? Quelle est la position de notre gouvernement en la
matière? Une action est-elle déjà engagée au sein de notre État par
rapport à cette problématique?
05.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, les
puces RFID contiennent un numéro tel que cela était le cas
auparavant avec une étiquette et ensuite avec un code-barre. Les
numéros contenus dans les puces RFID peuvent en effet être lus à
distance avec un appareil sans fil.
La distance entre la puce et l'appareil permettant de lire le numéro est
toutefois si petite maximum une vingtaine de mètres que, dans la
pratique il est impossible de suivre des personnes à distance au
moyen de cette technologie. Alors que cela serait possible dans un
circuit strictement fermé, par exemple un grand magasin.
Selon les experts, la technologie RFID n'est dès lors pas adaptée
pour suivre et localiser des personnes qui se déplacent librement par
exemple sur la voie publique. La puce RFID est en outre reconnue
comme étant la puce d'identification des chiens. La puce est injectée
sous la peau, ce qui permet d'identifier un chien au moyen d'un
appareil de lecture. Les personnes peuvent également en être
équipées, mais à ma connaissance, ce n'est toutefois pas le cas en
Belgique. Cela est par contre le cas aux États-Unis, mais dans le but
de permettre d'identifier par exemple les patients lors de leur accueil
dans un hôpital. Aux Pays-Bas, une discothèque invite sa clientèle
VIP à se faire implanter une puce. L'intéressé a ainsi facilement
accès au service VIP dans la discothèque.
Dans notre pays, il n'existe aucune mesure ou réglementation
spécifique en ce qui concerne la technologie RFID. Si des techniques
RFID devaient être appliquées aux personnes ou si les utilisateurs de
ces techniques devaient établir des liens avec des données à
caractère personnel, la loi relative au traitement des données à
caractère personnel serait d'application. Cette loi générale veille dans
l'état actuel de développement de ces techniques à offrir des
garanties suffisantes pour la protection de la vie privée des personnes
concernées.
05.02
Minister
Annemie
Turtelboom: De nummers in de
RFID-chips kunnen met een
draadloos toestel van op een
afstand van ongeveer twintig
meter
worden
gelezen.
Die
technologie is dus niet geschikt
om personen die zich vrij op de
openbare weg verplaatsen, te
volgen en te lokaliseren.
De RFID-chip is erkend als
identificatiechip voor honden. De
chip kan echter ook worden
aangebracht bij mensen. Dat
gebeurt
bijvoorbeeld
in
de
Verenigde Staten, om patiënten te
identificeren bij hun opname in
een ziekenhuis. In Nederland is er
een dancing die haar VIP-klanten
vraagt een chip te laten inplanten
om gebruik te kunnen maken van
de VIP-service.
In ons land bestaan er geen
specifieke
maatregelen
of
regelgeving in dit verband, maar
de privacywet zou in dit geval wel
van toepassing kunnen zijn.
05.03 François Bellot (MR): Merci madame la ministre. Il s'agit là
d'utilisation volontaire. Celui qui reçoit la puce RFID en fait la
demande. Je classe cette utilisation dans la catégorie "noble".
Mais dans la catégorie qui n'est pas "noble", on sait par exemple que
l'on utilise dans certaines régions du monde certains fragments de
bombes qui contiennent des puces RFID. Lorsque vous voulez
accéder au territoire de certains États, le fait de passer sur le portique
vous détecte.
05.03 François Bellot (MR): In
voormelde gevallen wordt de chip
op vrijwillige basis gebruikt. Wie
zo'n chip draagt, heeft erom
gevraagd. In sommige delen van
de wereld kan echter via een
detectiepoort worden vastgesteld
wie het grondgebied van bepaalde
landen binnenkomt.
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
C'est une application qui n'est pas désirée par la personne. C'est
véritablement interpellant. Il est vrai qu'il faut un détecteur dans les 20
mètres. Par contre, lorsque vous mettez une puce RFID active dans
un gsm ou dans une radio à l'insu de la personne, cela peut être pisté
très facilement tout comme la carte SIM.
Le pire côtoie le meilleur. Il faut donc être très attentif.
D'ailleurs si la Commission européenne a décidé de constituer un
groupe de travail, c'est parce qu'elle sait elle-même que cela pose
d'importants défis quant au respect de la vie privée au regard
d'applications qui sont non désirées par l'individu lui-même.
Je suivrai cela avec beaucoup d'attention.
Er is dus een detector nodig
binnen een straal van twintig
meter. Wanneer men echter een
actieve RFID-chip aanbrengt in
een gsm of een radio zonder
medeweten van de eigenaar, kan
die
gemakkelijk
worden
opgespoord, net zoals de SIM-
kaart trouwens.
De beslissing van de Europese
Commissie om een werkgroep op
te richten wijst erop dat het
eerbiedigen van de privacy grote
uitdagingen inhoudt.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van mevrouw Leen Dierick aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de leiding van de
dienst Algemene Inspectie van de politiediensten" (nr. 14957)
06 Question de Mme Leen Dierick à la ministre de l'Intérieur sur "la direction du service de l'Inspection
générale de la police" (n° 14957)
06.01 Leen Dierick (CD&V): Mijnheer de minister, zoals u weet
bestaat de leiding uit de dienst Algemene Inspectie uit een aantal
mensen die dienstdoende zijn, of waarvan het mandaat vacant is
verklaard. De wet van 15 mei 2007 voorziet in een inspecteur-
generaal en verschillende adjunct-inspecteurs-generaal.
In het raam van de evaluatie van de politiehervorming bleef de dienst
Algemene Inspectie niet vrij van kritiek. Het is de overtuiging van
CD&V dat de rol en de opdrachten van AIG en het Comité P beter
moeten worden uitgeklaard en dat voor beide diensten goed moet
worden vastgelegd wie nu precies voor wat verantwoordelijk is.
Werden er reeds functieprofielen opgesteld?
Welke functies zijn er momenteel vacant? Werden deze reeds vacant
verklaard?
De wet van 15 mei 2007 voorziet in de functie van adjuncten. Hoeveel
adjuncten wilde u aanduiden? Is de functie van adjunct nog wenselijk?
Bent u de mening toegedaan dat we beter eerst het debat voeren over
de werking en de toekomst van de dienst Algemene Inspectie en het
Comité P, alvorens over te gaan tot de aanwerving van een nieuwe
inspecteur-generaal en zijn adjuncten?
06.01 Leen Dierick (CD&V): Lors
de l'évaluation de la réforme des
polices, le service de l'Inspection
générale de la police fédérale et
de la police locale (AIG) n'a pas
été épargné par les critiques. Ces
problèmes sont très probablement
liés à la question des effectifs. Il
faut dès lors préciser les missions
du service et du Comité P. Les
responsabilités de chacun doivent
être clairement définies.
Des profils de fonction ont-ils déjà
été établis? Quelles sont les
fonctions actuellement vacantes?
Combien d'adjoints la ministre
veut-elle désigner? Ces adjoints
sont-ils nécessaires? Ne faut-il
pas préalablement mener un
débat approfondi sur l'avenir de
l'AIG et du Comité P?
06.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, collega,
intussen werden twee ontwerpprofielen opgesteld, een voor de
inspecteur-generaal en een voor de adjunct-inspecteur-generaal. De
wet schrijft voor dat die ontwerpen voor advies aan een aantal
instanties moeten worden voorgelegd. Die adviezen zijn verworven en
liggen voor ter analyse. Daarna zal het syndicaal overleg
plaatsvinden.
06.02 Annemie Turtelboom,
ministre: Les projets de profil pour
les fonctions d'inspecteur général
et d'inspecteur général adjoint ont
été dressés. Les avis prescrits par
la loi ont été demandés et sont
actuellement
analysés.
La
concertation avec les organi-
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
Alle mandaatambten binnen de Inspectie zijn vacant: de heren
Closset, Van Wymeersch en Trillet vertrokken immers. Er werden nog
geen vacatures opengesteld. Daarvoor zijn die profielen nodig, alsook
enkele nog ontbrekende statutaire regelingen in het geval de laureaat
een extern persoon is.
Ik stip aan dat die mandaten toegankelijk zijn voor drie categorieën:
operationelen, CALog-personeel en dus ook externen.
Vroeger waren er twee adjuncten als noodzakelijke psychologische
zalf ten tijde van de hervorming in 2001. ik denk dat een adjunct in de
toekomst zal volstaan en dan wel met een specifieke taakinvulling die
verschilt van die van de inspecteur-generaal. De ontworpen twee
profielen zijn in die zin opgevat.
We moeten inderdaad komen tot een soort van protocol tussen AIG
en Comité P om dubbel werk te voorkomen. Dat staat, mijns inziens,
los van de invulling van de vacatures. Een realistische inschatting van
de timing doet mij trouwens besluiten dat de werkafspraken er eerder
zullen zijn dan de nieuwe titularissen. De huidige dienstdoende
inspecteur-generaal heeft dus volop mijn steun.
sations syndicales suivra.
Au sein de l'Inspection générale,
tous les mandats sont vacants,
mais, en l'absence de ces profils
et
de
quelques
dispositions
statutaires dans l'hypothèse où le
lauréat serait un externe, ces
fonctions n'ont pas encore été
déclarées vacantes.
Autrefois, pour faciliter la digestion
de la réforme de 2001, deux
adjoints avaient été prévus. À
l'avenir, un adjoint suffira et sa
tâche est différente de celle de
l'inspecteur général.
Pour éviter les doubles emplois, il
faut indépendamment du pourvoi
des postes vacants, conclure un
protocole entre l'AIG et le
Comité P. Les accords de travail
viendront probablement avant les
nouveaux
titulaires.
L'actuel
inspecteur général faisant fonction
bénéficie de mon soutien le plus
total.
06.03 Leen Dierick (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik dank de
minister voor het antwoord.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre de l'Intérieur sur "l'assurance des véhicules
policiers" (n° 15098)
07 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
verzekering van politievoertuigen" (nr. 15098)
07.01 Jacqueline Galant (MR): Monsieur le président, ma question
sera très brève et porte sur les instructeurs, notamment ceux des
académies de police. Très concrètement, dans ma zone de police, un
instructeur emprunte une moto d'une autre zone mais il est victime
d'un accident pendant l'instruction qui provoque le sinistre total de
l'engin. Le problème, c'est que rien n'est prévu pour la prise en charge
des frais. C'est donc la zone qui a aimablement prêté le véhicule qui
doit rembourser et racheter un nouveau véhicule, sans assurance.
Quelque chose est-il prévu en cette matière au niveau fédéral?
07.01 Jacqueline Galant (MR):
In mijn politiezone heeft een
instructeur van de politieacademie
een motor ontleend van een
andere zone. Hij heeft tijdens de
opleiding een ongeluk gehad en
de motor was total loss. Er is niets
voorzien inzake tenlasteneming
van de kosten. Het is dus de zone
die de motor geleend heeft die
moet opdraaien voor de kosten
van de aanschaf van een nieuwe
motor.
Wat is er op dat vlak voorzien op
federaal niveau?
07.02 Annemie Turtelboom, ministre: Étant donné les éléments 07.02
Minister
Annemie
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
généraux de la question qui m'est parvenue, je ne peux fournir qu'une
réponse théorique. La première question qu'il faut se poser porte sur
l'existence d'un protocole d'accord entre la zone de police propriétaire
de la moto accidentée et celle dont dépend l'instructeur. En effet, un
tel protocole pourrait régler ce genre de risque. À défaut d'un
protocole, il faut alors déterminer si la moto était assurée en dégâts
matériels. Si la moto est couverte pour de tels dégâts, l'assurance de
la zone remboursera alors les dommages occasionnés. Si une telle
couverture n'existe pas, on peut alors envisager de faire appel à la
zone de police dont dépend l'instructeur concerné. Cette intervention
est toutefois purement consensuelle.
Enfin, pour ce qui est de l'éventuelle responsabilité personnelle du
formateur en cause, elle doit être appréciée en fonction des articles
47 à 49 de la loi sur la fonction de police. En l'espèce, la
responsabilité personnelle du formateur ne pourrait être engagée que
s'il est démontré qu'il a commis une faute intentionnelle, une faute
lourde ou une faute légère qui revêt un caractère habituel. Pour de
tels cas, le service juridique de la police fédérale peut rendre un avis
analytique et juridique dans le cadre de l'appui aux zones.
Turtelboom: De eerste vraag
heeft dus betrekking op het
eventueel
bestaan
van
een
protocolakkoord
tussen
de
politiezone die eigenaar is van de
geaccidenteerde motor en de zone
waartoe de instructeur behoort.
Indien dit niet het geval is en
indien de motor gedekt is door een
verzekering materiële schade zal
de verzekeringsmaatschappij van
de zone de schade terugbetalen.
Mocht dergelijke dekking er niet
zijn dan kan overwogen worden
een beroep te doen op de
politiezone waartoe betrokken
instructeur behoort. Dergelijke
tussenkomst is echter louter
consensueel.
Krachtens artikelen 47 tot 49 van
de wet op het politieambt kan de
instructeur
enkel
persoonlijk
aansprakelijk
worden
gesteld
indien wordt aangetoond dat hij
een opzettelijke fout heeft begaan,
een zware fout of nog een eerder
gewoonlijk
dan
toevallig
voorkomende fout. Voor dergelijke
gevallen kan de juridische dienst
van de federale politie een
analytisch en juridisch advies
verschaffen.
07.03 Jacqueline Galant (MR): Merci, madame la ministre. S'il est
encore temps, je vais conseiller au chef de zone de conclure des
protocoles d'accord avec l'académie et les différentes zones avant de
prêter du matériel. Au moins, cela n'arrivera plus.
07.03 Jacqueline Galant (MR):
Ik ga de zonechef dus aanraden
protocolakkoorden te sluiten met
de
academie
en
met
de
verschillende zones voor het lenen
van materiaal.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Willem-Frederik Schiltz aan de minister van Binnenlandse Zaken over
"authenticiteitscertificaten voor antiek" (nr. 15024)
08 Question de M. Willem-Frederik Schiltz à la ministre de l'Intérieur sur "les certificats d'authenticité
pour antiquités" (n° 15024)
08.01 Willem-Frederik Schiltz (Open Vld): Mevrouw de minister, ik
heb een vraag over bloedantiek. Een maand geleden was er op
Panorama toch wel een schokkende reportage. Volgens die reportage
zou België een draaischijf zijn in de internationale handel in illegaal
verworven antiek, een beetje zoals bij de diamanten, maar dan met
antiek uit Afghanistan. De Belgische wetgeving, zo heb ik begrepen,
verplicht de antiekhandelaars niet om een authenticiteitscertificaat
voor te leggen, waardoor kopers eventueel zeker kunnen zijn dat zij
niet meedoen aan dergelijke illegale handel. Er is wel een
08.01 Willem-Frederik Schiltz
(Open
Vld):
Un
reportage
choquant de "Panorama" diffusé
voici un mois nous apprend que la
Belgique
serait
une
plaque
tournante
dans
le
trafic
international d'antiquités afghanes
acquises
illégalement.
La
législation belge n'oblige en effet
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
deontologische code, maar die wordt niet door iedereen gevolgd.
Waarom dient een antiquair in België geen authenticiteitscertificaat
voor te leggen? Weet u of de cel kunstcriminaliteit van de federale
politie, in zoverre die nog bestaat, op de hoogte was van die
praktijken? Hebt u er weet van of ook in andere Europese landen een
dergelijk fenomeen zich voordoet? Denkt u dat een verplichting van
dergelijk authenticiteitscertificaat nuttig kan zijn, of ziet u andere
mogelijkheden om dat probleem te verhelpen?
pas les antiquaires à présenter un
certificat d'authenticité. Il existe
bien un code de déontologie, mais
il n'est pas respecté par tout le
monde.
Pourquoi les antiquaires belges ne
sont-ils pas tenus de présenter ce
certificat? La section « oeuvres
d'art et antiquités » de la police
fédérale était-elle au courant de la
situation? La Belgique est-elle un
cas unique? Que compte faire la
ministre?
08.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, in
België
bestaat
er
momenteel
geen
verplichting
inzake
authenticiteitscertificaten. De Unesco-conventie van 1970 die sinds 1
juli 2009 van kracht is in België, regelt een en ander met betrekking
tot de in- en uitvoer van cultuurgoederen. In het najaar is er een
interdisciplinair overleg gepland met onder meer vertegenwoordigers
van de Gemeenschappen, Justitie, Binnenlandse Zaken en
Wetenschapsbeleid, waar de richtlijnen van de Unesco-conventie
verder zullen worden uitgewerkt en waarbij ook de problematiek van
de authenticiteitscertificaten aan bod zal komen.
De federale politie is inderdaad op de hoogte van de problematiek van
het bloedantiek. Het betreft hier echter een internationale
problematiek die wereldwijd verspreid is. De verplichting tot
voorlegging van een authenticiteitscertificaat zou wel degelijk een
invloed kunnen hebben op die illegale handel. Daartegenover staat
natuurlijk altijd het risico van zwendel en vooral namaak van
dergelijke certificaten. In bepaalde landen waar de plundering
plaatsvindt, kan men via corruptie dergelijke vervalste certificaten zeer
gemakkelijk in handen krijgen. Voor de problematiek van de
authenticiteitscertificaten moet ik u doorverwijzen naar mijn collega,
de minister van Justitie.
08.02 Annemie Turtelboom,
ministre: La Belgique n'a pas
instauré d'obligation sur le plan
des certificats d'authenticité. La
convention de l'Unesco de 1970
est en vigueur en Belgique depuis
le 1
er
juillet 2009. Elle réglemente
les importations et exportations de
biens culturels. Une concertation
interdisciplinaire
aura
lieu
à
l'automne en vue de la mise en
oeuvre des directives de cette
convention. La question des
certificats d'authenticité y sera
abordée.
La police fédérale est au courant
du problème des "antiquités du
sang": il s'agit d'un phénomène
international.
La
présentation
obligatoire
d'un
certificat
d'authenticité pourrait avoir un
effet mais on verra en même
temps
apparaître
de
faux
certificats qui s'obtiennent déjà
facilement dans certains pays
pillés. Pour ce qui concerne la
question des certificats, je renvoie
l'interpellateur à la ministre de la
Justice.
08.03 Willem-Frederik Schiltz (Open Vld): Ik dank u.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de M. Olivier Hamal à la ministre de l'Intérieur sur "l'usage par les forces de l'ordre
d'armes à létalité réduite et plus précisément le FN 303" (n° 15022)
09 Vraag van de heer Olivier Hamal aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het gebruik van
less-than-lethalwapens en meer bepaald de FN 303 door de politie" (nr. 15022)
09.01 Olivier Hamal (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, différents articles de presse parus récemment, et
09.01 Olivier Hamal (MR): In
verscheidene recente persberichten
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
notamment au nord du pays, ont fait état de plaintes d'auxiliaires de
police ne pouvant se défendre en cas d'agressions et ce, en regard
des inspecteurs et gradés qui, eux, disposent de pistolets. Il était
aussi fait état que, demain, il pourrait être question de les équiper
d'armes à létalité réduite; le Taser serait en tête de liste.
En matière de maintien de l'ordre, l'idée de mettre hors d'état de nuire
sans blesser, ni tuer, n'est pas neuve mais sa mise en pratique
constitue un véritable défi technologique.
Les armes classiques sont mal adaptées aux situations actuelles de
maintien de l'ordre. On assiste à une extension du phénomène
d'urbanisation et à une augmentation de la violence. Dans ce
contexte, les forces de l'ordre se trouvent confrontées à des foules,
des bandes organisées ou des individus isolés, bien souvent non
armés. Face à ces individus perturbant l'ordre public, les policiers
sont contraints d'utiliser un moyen d'action proportionné. Dès lors,
aujourd'hui, entre l'arme à feu et la matraque, les forces de l'ordre ont
un champ d'action trop réduit.
La létalité réduite apparaît comme la solution car elle évite, en
principe, de mettre en péril la vie d'une personne ou de la blesser
gravement lorsque ce n'est pas nécessaire. Elle permet, en outre, de
limiter les dommages à l'environnement et aux personnes qui
entourent la cible.
Voici environ un an, les médias français faisaient état de l'autorisation
donnée par le ministre de l'Intérieur aux 17 000 policiers municipaux
d'utiliser le pistolet à impulsion électrique (le fameux Taser). Au début
du mois de septembre dernier, la presse indiquait que le Conseil
d'État français avait annulé le décret du ministre de l'Intérieur
réglementant l'usage du très controversé Taser par les forces de
l'ordre.
Mais en matière de létalité réduite, d'autres systèmes existent; je
pense plus précisément au FN 303, système cinétique dont les
avantages sont sa portée efficace (50 mètres) et sa grande précision.
Il est utilisé aux État-Unis principalement mais aussi dans le reste du
monde au niveau militaire, par les forces de l'ordre et dans les
prisons.
Si mes informations sont correctes, sur le plan belge, ce système
serait utilisé par les unités spéciales (anciennement ESI) placées
sous l'autorité de la Direction des Unités spéciales du Commissariat
général (CGSU) ainsi que par le service de sécurité de l'OTAN. Par
ailleurs, différents pelotons anti-banditisme du pays auraient
manifesté un intérêt pour ce type d'armes. De plus, des demandes
auraient été formulées récemment par les polices d'une dizaine
d'entités communales dans l'ensemble du pays.
Cependant, pour qu'une telle généralisation puisse intervenir, il faut
l'approbation du SPF Intérieur.
Madame la ministre, pourriez-vous me préciser ce que vous pensez
de la possibilité d'équiper demain les pelotons anti-banditisme et les
forces de police locales du FN 303? Pourriez-vous m'informer de
l'évolution du dossier pour ce qui est de l'approbation par le SPF
Intérieur et du temps nécessaire pour que tel soit le cas?
klaagden hulpagenten dat ze zich
niet kunnen verdedigen tegen
agressors. Inspecteurs en onder-
officieren beschikken daarentegen
wel
over
een
pistool.
De
mogelijkheid werd ook geopperd
om de hulpagenten te voorzien
van less-lethal weapons (tasers).
Vuurwapens en wapenstokken zijn
geen toereikende hulpmiddelen
voor de ordediensten, die in een
almaar meer verstedelijkte en
steeds gewelddadiger omgeving
moeten opereren.
Less-lethal weapons lijken daarbij
een geschikte oplossing, want er
vallen
geen
doden
of
zwaargewonden, tenzij het echt
niet anders kan. De milieu-impact
is beperkt, en ook de mensen die
rond het doelwit staan, lopen
weinig risico.
Er bestaan nog andere systemen
dan de zeer controversiële taser.
De niet-dodelijke FN 303 heeft een
bereik van 50 m en kan met grote
precisie projectielen afvuren. Het
systeem wordt in de Verenigde
Staten, maar ook elders gebruikt,
door militairen, ordediensten en in
bepaalde gevangenissen.
Als ik het wel heb, zou dat
systeem in België gebruikt worden
door de speciale eenheden, die
onder het gezag staan van de
Directie van de speciale eenheden
van het commissariaat-generaal
van de federale politie, en door de
veiligheidsdienst van de NAVO.
Verscheidene
eenheden
voor
criminaliteitsbestrijding van het
land zouden al belangstelling
getoond hebben voor dergelijke
wapens. De politiediensten van
een tiental gemeenten over het
hele land zouden recentelijk een
aanvraag hebben geformuleerd.
Voor een dergelijke algemene
invoering
is
evenwel
de
goedkeuring
van
de
FOD
Binnenlandse Zaken vereist.
Is het volgens u mogelijk om de
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
diensten
voor
criminaliteitsbestrijding
en
de
lokale politie eerdaags uit te rusten
met FN 303-systemen? Wanneer
zal de FOD Binnenlandse Zaken
het groene licht geven?
09.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, je
m'en réfère avant tout à la réponse que j'avais personnellement
donnée en commission au nom du ministre Dewael en date du
8 octobre 2008 à la question de votre collègue Pierre-Yves Jeholet.
La police fédérale n'a toujours pas, à juste titre d'ailleurs, l'intention
d'élargir le recours à des armes à létalité réduite, que ce soit comme
armement individuel, collectif ou spécial. Ces armes, dont le FN 303,
sont exclusivement réservées à certains membres des unités
spécialisées de la police fédérale (CGSU) pour des interventions dans
des services bien déterminés. Ces policiers suivent d'ailleurs une
formation et un entraînement spécifiques, conformément aux
directives des circulaires GPI 48 et GPI 62.
En ce qui concerne la projet de loi, c'est à chaque responsable
d'examiner d'éventuels besoins pour ce type d'armes. Si tel est le cas,
une demande peut toujours être introduite. Avant de me prononcer, je
prévois cependant de recueillir systématiquement l'avis préalable de
la commission d'armement de la police intégrée.
Pour ce qui concerne le FN 303, la zone de police d'Anvers en a
obtenu l'autorisation limitée en décembre dernier. La demande de la
police de Namur a été examinée une première fois lors de la réunion
de la commission d'armement du 8 octobre. La demande devant être
complétée par un certain nombre d'informations manquant dans le
dossier introduit, elle sera de nouveau examinée lors de la réunion du
4 février prochain.
09.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Ik verwijs naar het
antwoord dat ik op 8 oktober 2008
namens minister Dewael gaf aan
uw collega, de heer Jeholet.
De federale politie is niet van plan
om het gebruik van less-than-
lethalwapens uit te breiden als
individuele, collectieve of speciale
bewapening. Die wapens zijn
uitsluitend
voorbehouden
aan
bepaalde
leden
van
de
gespecialiseerde eenheden van de
federale politie (CGSU) voor
duidelijk omschreven opdrachten.
Die politiemensen volgen daartoe
een
specifieke
opleiding
en
training.
Wat het wetsontwerp betreft, moet
iedere verantwoordelijke nagaan
of er nood is aan dat type wapens.
De politiezone Antwerpen kreeg
een beperkte toelating voor het
wapen FN303 in december vorig
jaar. De aanvraag van de politie
van Namen moet nog met een
aantal
gegevens
worden
aangevuld en zal op 4 februari
eerstkomend opnieuw worden
onderzocht.
09.03 Olivier Hamal (MR): Monsieur le président, je remercie la
ministre pour les précisions apportées.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de Mme Kattrin Jadin à la ministre de l'Intérieur sur "la situation des inspecteurs de
niveau 2A et 2B de l'ex-PJ" (n° 15124)
10 Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de toestand van
de inspecteurs van niveau 2A en 2B van de voormalige gerechtelijke politie" (nr. 15124)
10.01 Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, c'est la première fois
que je vous interroge mais j'ai déjà eu l'occasion de poser cette
question à vos deux prédécesseurs. Vous aurez compris que je suis
très attentive à ce dossier qui concerne la situation des inspecteurs
de niveau 2A et 2B de l'ex-PJ.
10.01 Kattrin Jadin (MR): De
inspecteurs van niveau 2A en 2B
van de vroegere gerechtelijke
politie worden gediscrimineerd, in
die zin dat ze de enigen zijn die
geen gebruik kunnen maken van
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
Les précédents ministres de l'Intérieur m'ont assurée de leur volonté
d'éviter de créer de nouvelles discriminations. Il apparaît pourtant que
les inspecteurs 2A et 2B sont victimes de discrimination au sens où,
s'agissant d'une progression de cadre sans examens, ils sont les
seuls à ne pas pouvoir bénéficier d'un système dérogatoire au droit
commun par le mécanisme du tapis rouge ou du tapis orange.
S'agissant de l'argument d'ordre budgétaire, tel qu'on me l'avait
exposé à l'époque, les inspecteurs 2A et 2B sont en général repris
dans les échelles barémiques M.4.2 avec un traitement minimum de
21 346 euros et maximum de 35 018 euros. Dès lors, le fait de leur
faire profiter d'un saut de grade, à l'instar de leurs collègues de l'ex-
BSR, n'aurait quasiment aucun impact budgétaire puisque l'échelle
0.2, première échelle barémique de l'officier, est de 23 797 euros
minimum et de 35 448 maximum en fin de carrière. La différence
entre l'échelle M.4.2 et l'échelle 0.2 me semble donc minime.
Sur base de ces montants, le ministre De Padt avait admis qu'on
pouvait en conclure que l'impact budgétaire sera bien ténu. Toutefois,
selon votre prédécesseur, il ne fallait pas perdre de vue que ces
échelles barémiques permettent le passage à d'autres échelles
moyennant satisfaction aux conditions statutaires, ce qui
augmenterait indiscutablement l'impact budgétaire d'année en année.
J'ai analysé cette réponse et il me revient que la plupart des ex-
PJistes seraient déjà au niveau de rémunération 0.2 et ne pourraient
atteindre le niveau de rémunération 0.3 qu'après 6 années. La
différence se chiffrerait donc à environ 250 à 300 euros nets par mois,
dans l'hypothèse où les commissionnements se feraient de 2010 à
2015.
Eu égard à ce que je viens de vous exposer, je me demande donc à
nouveau si l'argumentation budgétaire ne devrait pas être revue en
prenant ces chiffres en considération.
Pour les raisons que j'ai déjà évoquées, je pense que beaucoup d'ex-
PJistes souffrent de ne pouvoir atteindre le grade supérieur, alors que
leurs collègues, qui n'ont pas eu le même parcours, en ont la
possibilité.
Vous comprendrez que pour un esprit libéral, les perspectives de
motivation sont très importantes. Nous y tenons beaucoup au MR.
Pouvez-vous me confirmer que l'impact budgétaire serait, en fin de
compte, relativement ténu? Le cas échéant, quelles dispositions
pourraient supprimer cette différence de traitement au préjudice des
inspecteurs 2A et 2B, que d'aucuns qualifient de discriminatoire?
een regeling die afwijkt van het
gemeen recht door middel van een
rode of oranje loper, omdat het om
een verhoging in graad zonder
examens gaat. Ze zijn in het
algemeen in loonschaal M.4.2
ingeschaald
met
een
minimumwedde van 21 346 euro
en een maximumwedde van
35 018 euro. Derhalve zou hun
verhoging in de graad nauwelijks
een budgettaire weerslag hebben.
Minister De Padt vreesde dat de
budgettaire weerslag van jaar tot
jaar zou toenemen door de
overgang
naar
andere
loonschalen.
Naar verluidt zouden de meeste
voormalige
leden
van
de
gerechtelijke
politie
al
op
loonniveau 0.2 zitten en zouden ze
niveau 0.3 pas na zes jaar kunnen
bereiken! Dat komt neer op een
verschil van ongeveer 250 tot
300 euro netto per maand!
Kan u mij bevestigen dat de
budgettaire
impact
uiteindelijk
relatief klein zou zijn? Welke
maatregelen zouden er genomen
kunnen
worden
om
dat
loonverschil in het nadeel van de
inspecteurs van niveau 2A en 2B
weg te werken?
10.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, des mesures concrètes et positives en ce sens ont été
prises en Conseil des ministres du 17 juillet dernier.
Ainsi, les membres du cadre moyen de la police intégrée détenteurs
d'un diplôme universitaire, dont bon nombre d'ex 2A et 2B, vont
pouvoir bénéficier d'un quota réservé pour l'accès aux cadres des
officiers et ce, pour les années 2010 et 2011.
Il est regrettable de devoir constater que peu de bénéficiaires se sont
10.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Op de ministerraad
van 17 juli werden er een aantal
maatregelen genomen. De leden
van het middenkader van de
geïntegreerde politie die houder
zijn van een universitair diploma,
zullen kunnen gebruik maken van
een quotum, dat hen toegang
verleent tot het officierskader
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
réellement inscrits pour la promotion 2010, à savoir 29 du côté
francophone et 30 du côté néerlandophone.
Le Conseil des ministres a également demandé d'analyser davantage
les perspectives de carrière des universitaires parmi les membres du
personnel non officier. J'ai chargé le responsable de la police fédérale
de cette analyse tout en respectant les délais fixés.
gedurende de jaren 2010 en 2011.
Er hebben zich maar weinig
rechthebbenden
werkelijk
ingeschreven voor de promotie
2010: 29 Franstaligen en 30
Nederlandstaligen.
De ministerraad heeft eveneens
gevraagd
dat
de
loopbaanperspectieven van de
universitairen bij de niet-officieren
zouden worden onderzocht. Ik heb
die opdracht aan het hoofd van de
federale politie toevertrouwd.
10.03 Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, je vous remercie
pour votre réponse.
Toutefois, je n'ai peut-être pas été assez claire dans ma question.
J'avais déjà abordé ce sujet avec le ministre Dewael et avec le
ministre De Padt.
C'est bien d'avoir trouvé une solution pour les universitaires mais la
question reste en suspens ou en tout cas la solution en ce qui
concerne les inspecteurs gradués. Eux aussi formulent cette
demande de manière très intense.
Je vais examiner les réponses avec soin. Je pense qu'il faudra revenir
à la question des gradués et, le cas échéant, examiner s'il ne faudrait
pas cela fait en effet 3, 4 fois que je pose la question - élaborer une
démarche législative à ce sujet. J'aimerais pouvoir donner une
réponse à tous ces gens qui attendent un signe en leur faveur.
10.03 Kattrin Jadin (MR): Voor
de gegradueerde inspecteurs is er
nog geen oplossing.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre de l'Intérieur sur "la création possible d'un poste
de police de la navigation à Mons" (n° 15214)
11 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de mogelijke
installatie van een scheepvaartpolitiepost in Bergen" (nr. 15214)
11.01 Jacqueline Galant (MR): Madame la ministre, en juin dernier,
un poste de la police de la navigation a été inauguré au Grand Large
à Mons. Un bateau y est également basé en permanence. Ce relais
du poste principal liégeois est certainement précieux pour la police de
la navigation et en signe de bonne collaboration entre la police fluviale
et la police locale, un bureau a été mis à disposition dans l'antenne
des Grands Prés à Mons.
Néanmoins, j'ai appris que la création d'un poste fixe à Mons était
également envisagée. Je me pose certaines questions quant à savoir
s'il est nécessaire de créer un poste montois, alors que l'antenne est
déjà mise en place. Pouvez-vous me donner des chiffres en termes
d'activité de la police de la navigation qui puissent justifier ce
déploiement à Mons? Cela signifie-t-il un détachement de la police
locale vers ce poste?
11.01 Jacqueline Galant (MR):
Is het nodig om een vaste
scheepvaartpolitiepost in te richten
in Bergen? In juni jongstleden
kreeg de Waalse sectie van de
scheepvaartpolitie, die in Luik
gebaseerd is, al een lokaal in de
gebouwen van de politiezone van
Bergen-Quévy, vlak bij de Grand
Large (een aftakking van het
Canal du Centre en het kanaal
Nimy-Blaton-Péronnes).
De
scheepvaartpolitie beschikt er ook
permanent over een vaartuig.
Kan u cijfers voorleggen met
betrekking tot de scheepvaart
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
waaruit blijkt dat een vaste
politiepost gerechtvaardigd is? Wil
dat
zeggen
dat
er
lokale
politieagenten naar die post
gedetacheerd zullen worden?
11.02 Annemie Turtelboom, ministre: Madame Galant, je souhaite
tout d'abord préciser la notion de poste, afin d'éviter toute confusion
ou erreur d'interprétation. La police de la navigation, qui dépend de la
police fédérale, vient d'installer à Mons un poste de rédaction pour
ses membres. Il ne s'agit pas d'un poste de police, tel qu'on peut le
concevoir pour les services de la police locale. En effet, ce poste,
inauguré le 3 juin dernier, héberge les membres de la section SUD de
la police de la navigation, mais ce uniquement pour certaines tâches
de rédaction urgentes.
Concrètement, ce poste de rédaction est hébergé dans un poste de
police de la zone Mons-Quévy sur le site des Grands Prés. Un
protocole d'accord va d'ailleurs très prochainement clarifier les tâches
et responsabilités des deux parties.
La transformation de ce poste de rédaction en une implantation
permanente qui assurerait toutes les fonctionnalités comme dans les
autres postes de la police de la navigation est toujours à l'étude. À cet
égard, toutes les pistes sont explorées, tant celle d'une implantation
autonome que celle d'un hébergement partagé avec la police locale.
Dans cette dernière hypothèse, il s'agirait d'une cohabitation, qui
n'impliquerait pas de détachement de policiers locaux vers ce poste
de la police fédérale de la navigation.
Pour ce qui concerne les chiffres demandés, il ne m'est pas possible
de répondre oralement à des questions aussi détaillées. Je vous
renvoie à la réponse que le ministre Dewael avait fournie à votre
collègue Crucke le 5 mars 2008 et je vous ferai parvenir une
actualisation des tableaux chiffrés qui lui avaient été fournis.
11.02
Minister
Annemie
Turtelboom: De post van de
federale scheepvaartpolitie die
werd ingericht in Bergen, in een
lokaal van de politiezone bij het
winkelcentrum Grand Prés, is
geen politiepost an sich, maar een
post die belast wordt met een
aantal dringende redactietaken.
De omvorming ervan tot een
volwaardige politiepost is nog altijd
in studie, hetzij in een autonoom
kantoor, hetzij in een lokaal samen
met de lokale politie, maar daarbij
zou er geen personeel van de
lokale
politie
gedetacheerd
worden.
Wat de cijfers met betrekking tot
de scheepvaart betreft, verwijs ik u
naar het antwoord dat minister
Dewael op 5 maart 2008 aan de
heer Crucke gaf. Ik zal u een
geüpdatete tabel bezorgen.
11.03 Jacqueline Galant (MR): Madame la ministre, je vous
remercie pour votre réponse. Néanmoins, je vous demande de bien
vouloir me transmettre les chiffres, car je crains que mon collègue, M.
Crucke, ne me les transmette pas aussi rapidement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het
politioneel onderzoek in burgerlijke zaken" (nr. 15286)
12 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la ministre de l'Intérieur sur "les enquêtes policières en
matière civile" (n° 15286)
12.01 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Mijnheer de voorzitter,
mevrouw de minister, ik heb een vraag over het politioneel onderzoek
in burgerlijke zaken.
Uw voorganger heeft in een omzendbrief van 1 december 2006, dus
bijna drie jaar geleden, uitdrukkelijk gesteld dat het politioneel
onderzoek in burgerlijke zaken geen kerntaak is van de politie. Het
gaat hier over het opmaken van verslagen in verband met vooral de
sociale situatie van gezinnen: hoe de mensen wonen, de hygiëne van
12.01 Sabien Lahaye-Battheu
(Open Vld): La directive du
1
er
décembre
2006
indique
explicitement
que
l'enquête
policière en matière civile ne
constitue
pas
une
mission
essentielle de la police. Or, dans
certaines régions, la police est
souvent mise à contribution pour
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
het huis, of er voldoende kamers voor de kinderen zijn, enzovoort.
Toch is het wel degelijk zo dat de politie in bepaalde regio's heel vaak
wordt ingezet in dat kader. Ik geef het voorbeeld van Antwerpen, waar
het bovendien zo is dat het uitvoeren van dergelijke opdrachten
waarin minderjarigen betrokken zijn, als één van de kerntaken wordt
beschouwd voor de afdeling jeugdbrigade. Dat staat ook op hun
website zo aangegeven.
In andere regio's weigert de politie om dergelijke onderzoeken en
verslagen op te stellen. Indien men het toch doet, is dit slechts heel
summier en is men er op de rechtbank amper iets mee. Er is een heel
verschillende benadering en behandeling van dergelijke vragen, die
veelal vanuit de rechtbank komen. Het gaat dan vooral om
jeugdrechters die in het raam van procedures rond kinderen een
uitspraak moeten doen.
Waarom is er zo'n verschillende benadering? Welnu, naar mijn
mening vooral omwille van opportuniteitsredenen. Het is zo dat de
politie korter op de bal kan spelen dan de justitiehuizen, die vaak met
maandenlange wachttijden te kampen hebben. Soms besluit men om
de opdracht niet aan het justitiehuis te geven, die de eigenlijke
uitvoerder is van dergelijke opdrachten, doordat het vier of vijf
maanden kan duren vooraleer men aan het onderzoek begint. In dat
geval kan men besluiten om het onderzoek door de politie te laten
uitvoeren, om op die manier veel sneller het verslag binnen te krijgen.
Ik zou u, ongeveer drie jaar na de omzendbrief, willen vragen of door
uw diensten wordt toegezien op de opvolging van deze omzendbrief,
en in welke mate er in de verschillende politiezones nog politionele
onderzoeken worden gevoerd in de zaken die ik juist heb geschetst?
Hebt u daar zicht op? Wat is de verschillende behandeling die ik als
voorbeeld heb geschetst?
Mevrouw de minister, sluit u zich aan bij uw voorganger die in een
schriftelijk antwoord aan mij uitdrukkelijk stelde dat het politioneel
onderzoek in burgerzaken een oneigenlijke politietaak is. Waarom
sluit u zich al dan niet aan bij dat standpunt?
ce genre de missions. À Anvers,
elles font même partie des
missions de base de la brigade de
la
jeunesse.
Dans
d'autres
régions,
la
police
refuse
d'effectuer de telles enquêtes à
caractère social et de rédiger des
rapports à leur sujet, et renvoie la
balle aux maisons de justice, qui
sont toutefois débordées. Il existe
donc une approche très différente
de ces demandes, qui émanent
essentiellement des tribunaux.
La circulaire en question est-elle
encore réellement d'application et
veille-t-on à son respect? Quel est
l'avis de la ministre à ce sujet?
12.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, beste
collega, de rondzendbrief wordt in zijn geheel tweejaarlijks
geëvalueerd door de FOD Binnenlandse Zaken in samenwerking met
de federale politieraad. We beschikken niet over cijfers in verband
met uw vraag in welke mate er in de 196 zones nog politionele
onderzoeken worden gevoerd in burgerlijke zaken. Ik kan dus geen
cijfers voorleggen. Er zijn namelijk geen nationaal gecentraliseerde
gegevens voorhanden.
Het standpunt van mijn voorganger dat het moraliteitsonderzoek geen
kerntaak van de politie is, kan ik bijtreden. Zoals eerder gesteld is het
uit te voeren onderzoek rond ouderlijk gezag en verblijf eerder een
sociale dan een politionele taak. Om deze reden werd het
moraliteitsonderzoek dan ook niet opgenomen in de rondzendbrief
van 1 december 2006. Dit sluit echter aan bij een kerntakendebat van
wat men moet doen en niet moet doen.
Tijdens de vergadering van de federale politieraad heb ik erop
aangedrongen om dit aspect zeker in de evaluatie te betrekken en na
12.02 Annemie Turtelboom,
ministre: La circulaire est évaluée
tous les deux ans par le SPF
Intérieur, en collaboration avec le
Conseil fédéral de police. Il m'est
impossible de dire dans quelle
mesure les 196 zones de police
effectuent encore des enquêtes
policières en matière civile, étant
donné que l'on ne dispose pas de
données nationales centralisées à
ce sujet.
Je peux souscrire au point de vue
de mon prédécesseur, à savoir
que l'enquête de moralité ne
constitue pas l'une des missions
essentielles de la police. Les
enquêtes relatives à l'autorité
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
te denken of dit een kerntaak is van de politie of niet.
parentale et au lieu de séjour
constituent plutôt une mission
sociale qu'une mission de police.
C'est
pourquoi l'enquête de
moralité n'a pas été incluse dans
la circulaire.
12.03 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Mevrouw de minister, de
rondzendbrief wordt tweejaarlijks geëvalueerd. Dan is hij volgens mij
een eerste keer geëvalueerd. Hij dateert van december 2006.
12.04 Minister Annemie Turtelboom: In 2008 is hij geëvalueerd.
12.05 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Wat is er gebleken uit
die evaluatie?
12.06 Minister Annemie Turtelboom: Dat aspect is toen niet
behandeld geweest in die evaluatie. Daarom hebben wij nu gevraagd
aan de federale politieraad om dit aspect te evalueren. In 2010 volgt
dan een volgende evaluatie.
12.06
Annemie
Turtelboom,
ministre: L'année passée, lors de
la première évaluation, cet aspect
de la circulaire n'a pas été
soulevé. J'ai à présent demandé
au Conseil fédéral de police de
réfléchir à la question de savoir s'il
s'agissait oui ou non d'une des
missions essentielles de la police.
La prochaine évaluation aura lieu
en 2010.
12.07 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): U hebt het aspect dus
laten opnemen en onderzoeken, maar eigenlijk zullen er nog geen
resultaten worden geboekt en moeten wij wachten tot 2010.
12.08 Minister Annemie Turtelboom: Wij hebben naar aanleiding
van uw vraag aan de federale politie gevraagd om dit aspect expliciet
mee te nemen in de evaluatie, omdat deze evaluatie gebeurt door de
FOD Binnenlandse Zaken samen met de politieraad. In 2008 is dat
niet gebeurd. Wij hebben nu dus wel gevraagd om dit op te nemen in
de volgende evaluatie.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Question de M. Joseph George à la ministre de l'Intérieur sur "l'appel aux candidats des sous-
lieutenants professionnels des services publics d'incendie" (n° 15332)
13 Vraag van de heer Joseph George aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de oproep tot
kandidaten voor de betrekking van beroepsonderluitenant van de openbare brandweerdiensten"
(nr. 15332)
13.01 Joseph George (cdH): Madame la ministre, l'arrêté royal du
19 avril 1999 détermine les conditions de nomination et de promotion
des officiers des services publics d'incendie. Vous avez parlé tout à
l'heure de la réforme des services d'incendie, mais pour l'instant, ce
sont toujours les anciennes dispositions qui s'appliquent. L'article 6
prévoit que l'appel aux candidats des sous-lieutenants professionnels
doit être publié au Moniteur belge et au moins dans deux quotidiens
diffusés dans l'ensemble du pays.
Or, cette dernière publication s'avère particulièrement coûteuse. La
13.01 Joseph George (cdH): Is
het echt nodig om de oproep tot
kandidaatstelling voor de betrek-
king van beroepsonderluitenant bij
de brandweer, behalve in het
Belgisch Staatsblad, ook bekend
te maken in minstens twee
kranten die in het gehele land
worden verspreid, zoals artikel 6
van het koninklijk besluit van
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
formalité est-elle réellement nécessaire? On peut comprendre que
l'on souhaite faire connaître l'existence de vacance de semblable
emploi. Eu égard à cette situation, ne serait-il pas possible
d'envisager que l'appel soit uniquement diffusé au Moniteur belge ou
dans des quotidiens régionaux ou encore dans des journaux
professionnels ou via des lettres circulaires adressées aux divers
services d'incendie du pays?
19 april 1999 voorschrijft? Dat is
namelijk een bijzonder dure
aangelegenheid.
13.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur George, je suis
consciente de la problématique du coût de la publication des appels
aux candidats pour les emplois d'officiers professionnels. Cette
publication dans deux journaux diffusés dans l'ensemble du pays
trouve sa justification dans le respect du principe d'égale admissibilité
aux emplois publics. Ce principe exige que tout appel aux candidats
pour un emploi public fasse l'objet d'une publicité adéquate.
Or, il s'agit dans le cas présent d'un emploi ouvert à tous les Belges et
non pas uniquement réservé aux membres des services d'incendie.
Une circulaire adressée aux autres services d'incendie du Royaume
ne serait donc pas suffisante en l'espèce.
Cependant, face au développement de nouveaux modes de
communication et afin de répondre au légitime souhait des autorités
concernées, mon administration étudie actuellement la possibilité
d'instaurer des modalités de publication moins onéreuses. Cette
réflexion se situe dans le cadre de l'élaboration des dispositions
statutaires qui seront applicables à la suite de la mise en place de la
réforme des services publics de secours.
13.02
Minister
Annemie
Turtelboom: De bekendmaking in
minstens twee kranten die in het
gehele land worden verspreid,
wordt gerechtvaardigd door het
principe van de gelijke toegang tot
het openbaar ambt. Het gaat in
casu om een betrekking die
openstaat voor alle Belgen, en niet
alleen voor het personeel van de
brandweerdiensten. Men had dan
ook niet kunnen volstaan met een
omzendbrief aan alle andere
brandweerdiensten van het Rijk.
Wel bestudeert mijn administratie
momenteel andere mogelijkheden
om de kosten van de bekend-
making te drukken.
13.03 Joseph George (cdH): Madame la ministre, je vous remercie
pour votre réponse.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Samengevoegde vragen van
- de heer Patrick De Groote aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het beschieten van trucks
op Belgische wegen" (nr. 15335)
- mevrouw Josée Lejeune aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het beschieten van
vrachtwagens" (nr. 15505)
14 Questions jointes de
- M. Patrick De Groote à la ministre de l'Intérieur sur "les tirs essuyés par des camions sur les routes
belges" (n° 15335)
- Mme Josée Lejeune à la ministre de l'Intérieur sur "les tirs sur des camions" (n° 15505)
14.01 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, volgens de informele truckersorganisatie ITSRE zouden er
dit jaar al meer dan honderd vrachtwagens op Belgische wegen zijn
beschoten. Oorspronkelijk dacht men dat alleen buitenlandse
chauffeurs werden geviseerd, maar sinds januari blijkt dat niet langer
het geval te zijn. Integendeel, in een bepaald Belgisch transportbedrijf
werden reeds zes chauffeurs het slachtoffer van dergelijke
schietpartijen. Blijkbaar komt dat fenomeen overgewaaid uit Duitsland
en Zuid-Nederland.
Wanneer werd u voor het eerst op de hoogte gebracht van dit
veiligheidsprobleem?
14.01 Patrick De Groote (N-VA):
Selon l'organisation des chauffeurs
routiers ITSRE, plus de cent poids
lourds ont déjà été la cible de tirs
cette année sur les routes belges.
Quelles mesures seront prises
pour résoudre ce problème? Une
concertation est-elle en cours avec
les Pays-Bas et l'Allemagne, où le
phénomène existe déjà depuis pas
mal de temps déjà?
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
28
Ten tweede, welke maatregelen hebt u reeds genomen of overweegt
u te nemen?
Ten derde, kunt u het probleem in kaart brengen? Hoe lang bestaat
het probleem al op de Belgische wegen?
Ten vierde, is er daaromtrent een internationaal overleg, voornamelijk
met Duitsland en Nederland, omdat het toch over dezelfde
problematiek gaat?
14.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, ik werd
in de zomer van dit jaar voor de eerste keer op de hoogte gebracht
van de problematiek door de heer Morgan van de Association of
European Vehicle Logistics. Na de brief van de heer Mark Morgan
heb ik onmiddellijk additionele informatie opgevraagd bij de diensten
van de politie. Men zegt mij dat het aantal incidenten op het Belgisch
territorium dermate gelimiteerd is dat men amper of niet kan spreken
van een "fenomeen".
Indien er een probleem is, ben ik ervan overtuigd dat het eerst in kaart
moet worden gebracht. Ik zal de sector uitnodigen voor een dergelijke
oefening. Hierbij kunnen onder meer afspraken worden gemaakt over
de manier waarop aangifte moet worden gedaan van dergelijke
incidenten. Daarnaast kan eventueel worden nagedacht over andere
mogelijke maatregelen, zoals snelle verwittigingsprocedures bij
incidenten.
De federale politie pleegt op dit ogenblik overleg over deze
problematiek met de politiediensten van Duitsland en Nederland.
14.02 Annemie Turtelboom,
ministre:
J'ai
déjà
contacté
l'Association
européenne
des
logisticiens de véhicules à cet
effet. La police m'a fait savoir que
le nombre d'incidents sur le
territoire belge est tellement limité
que l'on peut difficilement parler
de "phénomène". Je demanderai
au secteur de faire l'inventaire du
problème. Nous pourrons ainsi
élaborer des mesures, telles
qu'une procédure rapide en cas
d'incidents. Ce problème fait
actuellement
l'objet
d'une
concertation
entre
la
police
fédérale et les services de police
allemands et néerlandais.
14.03 Patrick De Groote (N-VA): Ik dank u voor uw antwoord.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre de l'Intérieur sur "les interventions d'urgence"
(n° 15382)
15 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de minister van Binnenlandse Zaken over
"spoedtussenkomsten" (nr. 15382)
15.01 Jacqueline Galant (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, j'interviens dans le cadre de la réforme de la sécurité civile et
des pré-conseils de zones.
Dans les tableaux demandés par le fédéral pour évaluer les situations
des différentes zones, on s'est rendu compte, pour la zone qui me
concerne, que la notion d'intervention d'urgence n'était pas la même
pour toutes les casernes et pour tous les services d'incendie.
Dans le cadre de la classification de toutes ces interventions et dans
le cadre de la prise en compte de leur coût, il est important de savoir
s'il est possible d'obtenir un récapitulatif des différentes interventions
d'urgence. Si ce n'est pas possible, peut-on envisager d'uniformiser
toutes ces interventions d'urgence afin de mettre en place de manière
uniforme l'ensemble des zones de secours et éviter ainsi des
disparités?
15.01 Jacqueline Galant (MR):
In de tabellen die de federale
regering gevraagd heeft om de
situatie in de verschillende zones
in te schatten hebben we gemerkt
dat het begrip 'spoedinterventie'
niet op eenzelfde manier in de
verschillende
kazernes
en
brandweerdiensten van mijn zone
toegepast wordt.
Kunnen we een overzicht van de
verschillende
spoedinterventies
krijgen? Zo neen, zouden al die
spoedinterventies kunnen worden
geüniformeerd om iedere vorm
van discrepantie op dat gebied uit
te sluiten?
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
29
15.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, chère
collègue, il a été demandé aux task forces d'établir la liste des
interventions d'urgence des services d'incendie de leur zone de
secours. Afin de garantir une uniformité dans les réponses à apporter,
mes services ont mis à leur disposition un tableau reprenant les
interventions et indiquant lesquelles sont considérées comme
urgentes.
On peut y lire notamment que les interventions pour destruction de
nids de guêpes ne peuvent être comptabilisées que si elles sont
urgentes, c'est-à-dire nécessaires pour le sauvetage des personnes.
Il s'agit de cas assez rares, par exemple la destruction d'un nid de
guêpes situé dans la corniche d'une crèche.
Dans un souci d'harmonisation, une liste des interventions types a été
établie au niveau fédéral. L'utilisation de celle-ci par les centres 100
sur l'ensemble du territoire permettra d'éviter les disparités existantes.
Mes services travaillent actuellement à la rédaction d'une circulaire
ministérielle en ce sens.
15.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Aan de task forces
werd gevraagd om een lijst met
spoedinterventies op te stellen.
Om
meer
uniformiteit
te
waarborgen hebben mijn diensten
hen een tabel met interventies
verschaft waarop ook vermeld
wordt welke als dringend worden
beschouwd. Het gebruik van deze
lijst door de 100-centra op het hele
grondgebied zal het mogelijk
maken om de huidige verschillen
weg te werken. Mijn diensten zijn
nu bezig met het opstellen van een
ministeriële omzendbrief in die zin.
15.03 Jacqueline Galant (MR): Je remercie Mme la ministre et je
pense que cette circulaire viendra bien à point pour faciliter cette
uniformisation.
15.03 Jacqueline Galant (MR):
Deze omzendbrief komt zeer
gelegen om deze uniformiteit te
bevorderen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
16 Questions jointes de
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur sur "les mesures de protection du député européen
Rosario Crocetta" (n° 15406)
- Mme Juliette Boulet à la ministre de l'Intérieur sur "la demande de protection d'un eurodéputé italien
menacé de mort" (n° 15435)
- M. Paul Vanhie à la ministre de l'Intérieur sur "la protection du membre du Parlement européen,
M. Rosario Crocetta" (n° 15436)
16 Samengevoegde vragen van
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de maatregelen ter
bescherming van Rosario Crocetta, Europarlementslid" (nr. 15406)
- mevrouw Juliette Boulet aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de vraag om bescherming
van een Italiaanse Europarlementariër die met de dood wordt bedreigd" (nr. 15435)
- de heer Paul Vanhie aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de bescherming van het
Europees Parlementslid Rosario Crocetta" (nr. 15436)
16.01 Paul Vanhie (LDD): Mijnheer de voorzitter, het Siciliaanse
europarlementslid Rosario Crocetta bracht de voorzitter van het
Europees Parlement er onlangs van op de hoogte dat hij enkel de
zittingen van de assemblee in Straatsburg zou bijwonen en niet die in
Brussel. Als reden hiervoor verwees de door de Cosa Nostra met de
dood bedreigde Crocetta naar de ontoereikende beveiliging die de
Belgische autoriteiten hem zouden bieden.
De woordvoerder van de minister liet intussen aan verscheidene
media weten dat de onderhandelingen over de privébeveiliging nog
steeds lopende zijn. Het is duidelijk dat de Belgische overheid met de
nonchalante beveiliging van europarlementsleden die beveiliging
behoeven, het aanzien van ons land bij de Europese instellingen
beschadigt.
16.01 Paul Vanhie (LDD):
L'eurodéputé
sicilien
Rosario
Crocetta qui est menacé par la
maffia a fait savoir qu'il sécherait
quelques séances du Parlement
européen à Bruxelles parce qu'il
juge nos mesures de sécurité
insuffisantes. Le porte-parole de la
ministre a indiqué que les
négociations relatives à la sécurité
privée de M. Crocetta sont encore
en cours. En attendant, cette
péripétie ternit une fois de plus
l'image de marque de la Belgique.
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
30
Welke privébeveiliging vraagt de heer Crocetta precies? Welke
privébeveiliging is de minister bereid aan de heer Crocetta te bieden?
Is er uitzicht op een consensus? Zo ja, kan de minister dit toelichten?
Reeds in 2002 verschenen er berichten in de pers dat Frankrijk beter
dan België in staat was om de bescherming van europarlementsleden
en hun medewerkers te garanderen. Welke maatregelen zijn er
sindsdien genomen om de beveiliging te verbeteren?
Quelles mesures de sécurité
demande M. Crocetta? Notre pays
accédera-t-il à sa demande?
Depuis 2002 paraissent dans la
presse des articles où on peut lire
que la France est mieux à même
que notre pays d'assurer la
sécurité des eurodéputés. Quelles
dispositions avons-nous prises
depuis lors?
16.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, het gaat
natuurlijk om een privépersoon en het is altijd moeilijk om de
gegevens van een privépersoon zomaar mee te delen. Elke situatie
maakt het onderwerp uit van een uitgebreide en diepgravende
analyse en evaluatie door onze veiligheidsdiensten. Om deze
evaluatie uit te voeren, baseren de Belgische diensten -- het OCAD
en de federale politie -- zich op alle beschikbare informatie,
waaronder deze die wordt geleverd door Italië, om op die manier een
zo volledig mogelijk beeld van de situatie te krijgen. Deze evaluaties
hebben een permanent karakter. Als er nieuwe elementen of verdacht
gedrag worden gesignaleerd, wordt de evaluatie uiteraard aangepast.
Rekening houdend met alle elementen heeft het crisiscentrum van de
FOD Binnenlandse Zaken aangepaste maatregelen genomen met
betrekking tot de heer Crocetta, het Europees parlementslid. Ik ga
ervan uit en hoop dat u er begrip voor hebt dat ik, omdat het om een
individueel persoon gaat en ook om veiligheidsredenen, niet expliciet
zeg welke de genomen maatregelen zijn. Anders maak ik het ieder
die de parlementaire verslagen leest, natuurlijk wel bijzonder
gemakkelijk om te weten welke maatregelen zijn genomen.
Zoals bij al onze Europese partners geniet een aantal mensen
persoonlijke bescherming wanneer ze op het grondgebied van België
zijn. Het gaat in eerste instantie om mensen die op bezoek zijn in
België vanuit overheidsdiensten in het buitenland en om
persoonlijkheden die bedreigingen hebben ontvangen en van wie de
Belgische diensten op basis van de gemaakte evaluatie en van bij de
buurlanden ingewonnen informatie, van oordeel zijn dat ze
bescherming moeten krijgen. Uiteraard kan ik u weer om redenen van
privacy niet de namen geven van alle personen die bescherming
genieten op ons grondgebied.
16.02 Annemie Turtelboom,
ministre: Il est toujours délicat de
divulguer
des
informations
individuelles
concernant
une
personne. Les services de sécurité
effectuent une analyse et une
évaluation approfondies sur la
base des informations fournies
d'une part par l'OCAM et la police
fédérale, et d'autre part par l'Italie.
Le centre de crise de l'Intérieur a
pris des mesures adaptées à la
situation de M. Crocetta. Je ne
puis vous en révéler le détail. Les
personnes originaires de pays
partenaires
bénéficient
d'une
protection
en
fonction
des
renseignements recueillis.
16.03 Paul Vanhie (LDD): Mevrouw de minister, ik mag dus wel
concluderen dat er bescherming is voor dat parlementslid? Dat is dus
de conclusie, of niet? Ik moet niet weten hoe u dat doet, want dat is
inderdaad privacy. U haalt aan dat buitenlanders met een bepaalde
status die hier aankomen, beveiliging krijgen.
Hier gaat het om een specifiek geval van iemand die niet zo'n hoge
functie bekleedt. Toch mogen wij niet nonchalant omgaan met deze
situatie. Ik kan uit uw antwoord niet afleiden dat u met die persoon
hebt onderhandeld en hem bescherming hebt aangeboden. Hebt u
hem al dan niet bescherming aangeboden?
16.03 Paul Vanhie (LDD): Je
pense
que
nous
devons
absolument éviter de traiter cette
question à la légère. Avons-nous
négocié avec M. Crocetta et lui
avons-nous offert une protection?
16.04 Minister Annemie Turtelboom: Ik heb gezegd dat wij
aangepaste maatregelen hebben genomen. Wij doen dat altijd op
16.04 Annemie Turtelboom,
ministre: Nous avons pris des
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
31
basis van analyses die onze diensten maken, namelijk het OCAD, het
Crisiscentrum, enzovoort, aangevuld met informatie vanuit het
buitenland. Op basis daarvan hebben wij in het geval van de heer
Crocceta aangepaste maatregelen genomen.
dispositions appropriées sur la
base d'analyses et d'informations
provenant de l'étranger.
Le président: La question n° 15406 de M. Baeselen et la question n° 15435 de Mme Boulet sont sans
objet.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
17 Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre de l'Intérieur sur "l'utilisation des points APE
pour l'aide médicale urgente" (n° 15424)
17 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de punten
voor de Steun voor de tewerkstellingsbevordering die gebruikt worden voor dringende medische
hulpverlening" (nr. 15424)
17.01 Jacqueline Galant (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, dans le cadre de la réforme de la sécurité civile, des points
APE sont attribués aux différentes communes en Région wallonne.
Certaines administrations communales mettent des points APE sur
les pompiers volontaires. Il arrive que des agents communaux qui
sont pompiers volontaires soient affectés à l'aide médicale urgente.
Dans le cadre de la prise en compte de l'ensemble des coûts de la
future réforme, il est important pour les communes wallonnes de tenir
compte de cet élément. Cette pratique ne semble cependant pas être
utilisée dans le Nord du pays.
Madame la ministre, l'utilisation de ces points APE sera-t-elle prise en
compte dans l'évaluation des futurs coûts de la réforme, étant donné
qu'elle n'est pas généralisée à tout le territoire?
17.01 Jacqueline Galant (MR):
Sommige
gemeentebesturen
kennen APE-punten toe aan de
vrijwillige
brandweerlui.
Het
gebeurt dat gemeenteambtenaren
vrijwillige brandweerlui zijn of aan
de
dringende
medische
hulpverlening worden toegewezen.
Zal het gebruik van APE-punten in
aanmerking worden genomen bij
de evaluatie van de toekomstige
kosten van de hervorming, zelfs
als
ze
niet
tot
het
hele
grondgebied wordt uitgebreid?
17.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président,
madame Galant, dans le cadre de l'évaluation des coûts actuels des
services d'incendie, il a été demandé aux communes de circonscrire
l'ensemble des coûts liés au personnel de leurs services d'incendie,
en ce compris les coûts cachés, tels que la mise à disposition de
personnel communal pour certaines tâches (gestion comptable,
nettoyage, etc.). Si des coûts n'entraient pas dans les catégories
prédéfinies du formulaire, les communes ont toutefois eu la possibilité
de porter ces coûts en compte par le biais des autres rubriques du
formulaire ou de faire parvenir à mes services une note
complémentaire à ce sujet. Mes services ont tenu compte de tous les
coûts pris en charge par les communes pour le compte de leurs
services d'incendie.
17.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Er werd aan de
gemeenten gevraagd om rekening
te houden met het geheel van de
personeelskosten, met inbegrip
van de verborgen kosten, zoals die
verbonden aan de terbeschikking-
stelling van gemeentepersoneel.
Indien bepaalde personeelskosten
niet in de voorziene categorieën
voorkwamen,
konden
de
gemeenten die in rekening te
brengen via de andere rubrieken
van het formulier of daarover aan
mijn diensten een aanvullende
nota bezorgen. Mijn diensten
hebben
daar
rekening
mee
gehouden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
18 Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre de l'Intérieur sur "l'aide médicale urgente"
(n° 15425)
18 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de minister van Binnenlandse Zaken over "dringende
medische hulpverlening" (nr. 15425)
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
32
18.01 Jacqueline Galant (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, dans le cadre de la réforme de la sécurité civile, la task force
est en cours, mais il semble qu'il existe des oublis en matière d'aide
médicale urgente.
En effet, si une analyse des risques a été réalisée, rien ne concerne
l'aide médicale urgente. Cette dernière est considérée comme
dépendante du département de la Santé publique. Or il faut savoir
que, dans la plupart des services de secours, 80 % des missions de
services d'incendie concernent l'aide médicale urgente.
Si l'on considère que cette aide appartient à un autre département,
comment répartira-t-on les coûts qui y sont liés?
18.01 Jacqueline Galant (MR):
De task force die in het kader van
de hervorming van de Civiele
Veiligheid werd opgericht, heeft bij
het
uitvoeren
van
zijn
voorbereidende werkzaamheden
blijkbaar een aantal aspecten van
de dringende medische hulp-
verlening over het hoofd gezien.
Men gaat ervan uit dat die onder
de
bevoegdheid
van
het
departement
Volksgezondheid
valt. Hoe zullen de daaraan
verbonden kosten dan verdeeld
worden?
18.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, mes
services ont jusqu'à présent concerté leurs efforts sur les matières
relevant de mes compétences. Des contacts commencent à être pris
avec le cabinet de Mme Onkelinx en charge de la Santé publique.
Tous les aspects liés à l'aide médicale urgente doivent donc encore
être discutés.
18.02
Minister
Annemie
Turtelboom:
Mijn
diensten
hebben
zich
tot
nu
toe
geconcentreerd op de materies die
tot mijn bevoegdheden behoren.
Er worden eerste contacten gelegd
met het kabinet van minister
Onkelinx. Alle aspecten in verband
met de dringende medische
hulpverlening
moeten
nog
besproken worden.
18.03 Jacqueline Galant (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, je vous remercie. Il faut savoir que les bourgmestres
craignent un peu les conséquences financières de la réforme de la
sécurité civile. En remplissant les tableaux, les bourgmestres étaient
stupéfaits de remarquer qu'il n'était pas tenu compte de l'aide
médicale urgente.
Vous me rassurez en disant que les contacts étaient en train d'être
pris.
18.03 Jacqueline Galant (MR):
De burgemeesters maken zich
enigszins
zorgen
over
de
financiële
impact
van
de
hervorming
van
de
Civiele
Veiligheid. Toen ze de tabellen
invulden, stelden ze tot hun grote
verbazing vast dat er geen
rekening was gehouden met de
dringende medische hulpverlening.
Het feit dat u verklaart dat er
momenteel de nodige contacten
worden gelegd, stelt me gerust.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
19 Question de Mme Jacqueline Galant à la ministre de l'Intérieur sur "les années d'ancienneté dans
les services de secours" (n° 15426)
19 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de jaren
anciënniteit in de hulpdiensten" (nr. 15426)
19.01 Jacqueline Galant (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, toujours dans le cadre de la réforme civile, les différents
services incendie doivent remplir des formulaires relatifs au
personnel. Dans ces formulaires, il apparaît que l'on tient compte de
l'ancienneté des pompiers uniquement par rapport au jour de leur
entrée en fonction au service incendie. On ne tiendrait pas compte de
leurs prestations dans d'autres services publics ou dans le secteur
19.01 Jacqueline Galant (MR):
Naar verluidt zou voor de
berekening van de anciënniteit van
de
brandweerlieden
enkel
rekening worden gehouden met de
datum van hun indiensttreding bij
de brandweerdienst en zou er dus
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
33
privé.
Madame la ministre, confirmez-vous cela? Comment allez-vous
pouvoir faire pour prendre toutes les années de travail en
considération dans les calculs actuels et futurs?
niet met arbeidsprestaties in
andere overheidsdiensten of in de
particuliere sector. Klopt die
informatie? Welke initiatieven zal u
nemen om ervoor te zorgen dat in
de
huidige
en
toekomstige
berekeningen
rekening
wordt
gehouden met het arbeidsverleden
van de brandweerlui?
19.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président,
madame Galant, je suis d'accord avec vous. L'ancienneté pour les
services antérieurs à la carrière de membre d'un service incendie doit
être prise en compte. Les informations récoltées par les task forces
permettront le calcul de cette ancienneté admissible. En effet,
l'expérience utile antérieure à l'entrée en fonction comme pompier a
déjà dû être prise en compte par l'employeur actuel, à savoir la
commune, par la fixation du traitement du pompier. Cette ancienneté
pécuniaire peut être déduite du formulaire personnel mis à disposition
des task forces qui permet de récolter les données telles que l'âge,
l'échelle de traitement et le montant de celui-ci.
19.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Er moet rekening
worden
gehouden
met
de
verworven anciënniteit op het
ogenblik van de indiensttreding bij
de
brandweerdienst.
De
berekening kan worden gemaakt
aan de hand van de door de
taskforces verzamelde gegevens.
19.03 Jacqueline Galant (MR): Madame la ministre, je vous
remercie. Cela ne paraissait pas très clair pour le commandant qui
expliquait la manière dont il devait compléter les tableaux. Il donnait
l'impression qu'il était impossible d'émettre une remarque et qu'il
fallait se limiter au remplissage des colonnes. Je ferai part de votre
réponse à la secrétaire de la zone.
19.03 Jacqueline Galant (MR):
Ik zal uw antwoord meedelen aan
de secretaresse van de zone.
19.04 Annemie Turtelboom, ministre: En effet, il peut émettre des
remarques.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Présidente: Jacqueline Galant.
Voorzitter: Jacqueline Galant.
20 Question de M. André Flahaut à la ministre de l'Intérieur sur "la protection civile de Gembloux"
(n° 15670)
20 Vraag van de heer André Flahaut aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de civiele
bescherming van Gembloux" (nr. 15670)
20.01 André Flahaut (PS): Madame la présidente, madame la
ministre, j'ai déjà eu l'occasion d'interroger votre prédécesseur, M. De
Padt, ainsi que MM. Reynders et Wathelet, au sujet du centre de la
protection civile à Gembloux.
Il y a très longtemps vous connaissez l'histoire sous un
gouvernement de M. Dehaene, nous avions décidé de racheter une
caserne déjà! - pour y créer un centre de la protection civile destiné
à couvrir les provinces de Namur et du Brabant wallon. Gembloux est
à la jonction de ces deux provinces, dont les activités économiques
s'agrandissent et dont la population augmente. À noter également la
proximité d'entreprises classées Seveso.
Les récents exercices menés par la protection civile ont fait apparaître
que, pour venir de Ghlin ou de Crisnée, il fallait compter 45 minutes
20.01 André Flahaut (PS): De
aanpassingswerken
aan
de
kazerne van Gembloux, waar een
centrum
van
de
civiele
bescherming zijn intrek moet
nemen met de provincies Namen
en Waals-Brabant als werkgebied,
zijn klaar (kantoren, gebouwen en
specifieke uitrustingen).
Betekent dit dat die eenheid van
de civiele bescherming weldra
operationeel zal zijn?
Gembloux is in volle expansie, de
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
34
pour être sur place, ce qui pose problème. Je ne parle même pas de
Jabbeke, de Liedekerke ou d'autres endroits.
Les travaux ont commencé et ont mis du temps à être achevés par la
Régie des Bâtiments. Vous n'en êtes d'ailleurs pas responsable
puisque, sous le règne de M. Daems d'abord et de M. Reynders
ensuite, il a fallu un certain temps pour les finaliser.
M. Reynders s'était engagé voici quelques mois à ce que tout soit
terminé et c'est maintenant le cas. Il s'agissait d'aménager des
bureaux, bâtiments et équipements spécifiques pour la protection
civile (garages, citernes, etc.). Au passage, on a même pu y reloger
une partie du personnel des Finances qui était sur Gembloux.
Aujourd'hui, à moins que vous ne m'obligiez à faire à nouveau la
navette entre les différents ministres concernés, je vous pose la
question de savoir si l'unité de la protection civile de Gembloux sera
bientôt opérationnelle et dans quel délai. En effet, le personnel est
déjà désigné il se trouve pour l'instant à Crisnée et dans d'autres
unités -, le matériel a été acquis et se trouve dans les unités de
Crisnée, Ghlin et autres. Dès lors, qu'est-ce qui pourrait encore
retarder l'installation de cette unité de la protection civile à Gembloux?
Ne me parlez plus de considérations budgétaires, on m'a fait le coup
pendant pas mal d'années! Il faudrait enfin définir des priorités qui ne
vont pas reculer derrière d'autres qui vont tout à coup apparaître,
notamment des priorités communautaires! Je ne pourrais l'accepter.
Les bâtiments sont prêts, le matériel a été acquis et n'attend que son
transfèrement, le personnel attend sa mutation.
Il s'agit donc de mutations et de transfert de matériel existant à un
endroit donné.
bevolking neemt toe en de stad ligt
in de buurt van een aantal
Sevesobedrijven.
De
recente
oefeningen van de diensten van
de civiele bescherming brachten
aan het licht dat men op 45
minuten moet rekenen voor de
verplaatsing
vanuit
Ghlin
of
Crisnée, en dat is een probleem.
Het personeel is al benoemd en
het materieel werd aangekocht.
Kom dus niet aanzetten met
budgettaire
overwegingen
of
communautaire prioriteiten.
Het gaat dus over mutaties en de
overheveling
van
bestaand
materiaal.
20.02 Annemie Turtelboom, ministre: Madame la présidente, le
Conseil des ministres du 24 avril 2009 a décidé de mettre en place un
groupe de travail de coordination de la politique, composé des
délégués des membres du cabinet restreint et du secrétaire d'État au
Budget.
Ce groupe devait soumettre au gouvernement une proposition
concrète quant à l'avenir tant de l'unité de la protection civile à
Gembloux que de celle à Hasselt. Cette proposition devait tenir
compte des besoins, du coût, des moyens, des alternatives possibles.
Ce groupe de travail s'est réuni le 15 juin 2009 et a constaté que des
crédits supplémentaires étaient nécessaires pour permettre
l'ouverture de ces deux unités. Il a dès lors proposé de soumettre le
dossier au Conseil des ministres dès qu'un accord sur le budget serait
trouvé.
Lors des dernières discussions budgétaires, les crédits nécessaires
pour l'ouverture des unités de la protection civile n'ont pas été
attribués. Dans ces conditions, (...) (interruption due à un gsm)
20.02
Minister
Annemie
Turtelboom:
Een
werkgroep
opgericht door de Ministerraad is
samengekomen op 15 juni 2009
en heeft vastgesteld dat er
bijkomende kredieten nodig waren
voor de oprichting van die twee
eenheden. Hij heeft dan ook
voorgesteld het dossier voor te
leggen aan de Ministerraad zodra
er een akkoord zal zijn over de
begroting. Tijdens de recente
begrotingsbesprekingen
werden
de kredieten die noodzakelijk zijn
voor de oprichting van eenheden
van de civiele bescherming niet
toegewezen.
20.03 André Flahaut (PS): Madame la présidente, madame la
ministre, vous vous doutez bien que la réponse ne me convient
absolument pas. J'interpellerai donc le secrétaire d'État au Budget et
toute personne devant être interpellée.
Je voudrais simplement mobiliser les parlementaires, de la majorité
comme de l'opposition, des provinces concernées: manifestement, j'y
20.03 André Flahaut (PS): Ik
neem geen voldoening met dat
antwoord en ik ga dan ook de
staatssecretaris voor begroting of
eender wie hiervoor bevoegd is
interpelleren. Er is hier duidelijk
een communautaire dimensie aan
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
35
vois aussi une dimension communautaire et vous ne m'en voudrez
pas. Je dispose en effet de l'historicité du problème. Finalement,
Gembloux n'était pas dans la balance avec Hasselt, mais avec
Jabbeke. Or Jabbeke a vu se réaliser le projet alors que Gembloux
n'est toujours pas terminé. Hasselt était en balance avec la prison de
Ittre.
En matière de décisions, on essaie de nous revendre aujourd'hui une
deuxième fois le même plat. On nous dit que les deux seront faits en
même temps, Hasselt et Gembloux, dès que l'argent sera suffisant
pour les deux. Pourtant les deux dossiers sont différents.
Le dossier de Gembloux est terminé, madame, les bâtiments sont
achevés et le matériel existe: il se trouve à Ghlin et à Crisnée, mais
dédicacé pour Gembloux. Certaines personnes ont déjà reçu leur avis
de désignation pour Gembloux et travaillent pour l'instant à Ghlin,
Crisnée et ailleurs.
Ainsi, aujourd'hui, le gouvernement semble préférer et je souligne
que je fais partie de la majorité, mais je tiens à dire ce que je pense
attendre que Hasselt soit prêt avant d'admettre Gembloux en même
temps. Mais quel genre de politique est-ce donc? Vous préférez que
des bâtiments restent vides, que des populations courent des risques
parce que d'autres n'ont pas terminé des travaux ou des installations.
C'est inadmissible.
J'ai eu l'occasion de gérer des dossiers et je les ai fait avancer;
lorsqu'ils étaient prêts, je n'attendais pas que d'autres soient prêts en
même temps. Il faut avant tout considérer l'intérêt de la population. Il y
a plus de dix ans que les premières pierres ont été placées. Si l'on
veut reprendre les émissions des "Travaux inutiles", je serai le
premier à témoigner.
La présidente: L'incident est clos.
verbonden. Men zegt ons dat
Hasselt en Gembloux er gelijktijdig
zullen komen terwijl het toch om
twee verschillende dossiers gaat:
te Gembloux zijn de gebouwen
voltooid, bestaat het materiaal en
hebben sommige personen reeds
hun aanstellingsbericht ontvangen.
Ik stel vast dat de regering liever
wacht tot dat Hasselt ook gereed
is. De gebouwen te Gembloux
blijven leegstaan en de bevolking
loopt een risico omdat andere
installaties niet voltooid zijn. Dat
kan gewoon niet!
20.04 André Flahaut (PS): Provisoirement clos, madame. Tijdelijk.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
La présidente: La question n° 15496 de M. Dallemagne est reportée.
21 Samengevoegde vragen van
- de heer Ben Weyts aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de onveiligheid in Brussel"
(nr. 15500)
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de geweldpleging tegen een
Duits Europarlementslid in de Stevinstraat te Brussel" (nr. 15531)
- de heer Paul Vanhie aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de overval op Europees
parlementslid Angelica Niebler" (nr. 15693)
- de heer Bart Laeremans aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de brutale overval op het
Duitse Europarlementslid Angelika Niebler en de onveiligheidssituatie in de Europese wijk in Brussel"
(nr. 15847)
- de heer Josy Arens aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het onveiligheidsgevoel in het
Brussels Gewest" (nr. 15871)
21 Questions jointes de
- M. Ben Weyts à la ministre de l'Intérieur sur "l'insécurité à Bruxelles" (n° 15500)
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur sur "l'agression d'une eurodéputée allemande dans la
rue Stévin à Bruxelles" (n° 15531)
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
36
- M. Paul Vanhie à la ministre de l'Intérieur sur "l'agression dont a été victime l'eurodéputée Angelica
Niebler" (n° 15693)
- M. Bart Laeremans à la ministre de l'Intérieur sur "la violente agression contre l'eurodéputée
allemande Angelika Niebler et l'insécurité dans le quartier européen de Bruxelles" (n° 15847)
- M. Josy Arens à la ministre de l'Intérieur sur "le sentiment d'insécurité en Région bruxelloise"
(n° 15871)
21.01 Ben Weyts (N-VA): Mevrouw de voorzitter, mevrouw de
minister, deze vraag gaat over een incident op donderdag 8 oktober in
het halfrond van het Europees Parlement, waar een toch niet
onbelangrijk persoon, namelijk de fractieleider van de EVP, Joseph
Daul, nogal zwaar uithaalde naar de Brusselse politie, omdat die
volgens hem geen gevolg zou hebben gegeven aan een oproep na
een overval op een Europarlementslid, een collega van de heer Daul,
met name Angelika Niebler. Op 18 september zou zij overvallen zijn in
de Europese wijk, dus een halve maand eerder. Zij zou op de grond
zijn gegooid, geslagen en beroofd van haar handtas.
Nog volgens de heer Daul waren de ambulanciers binnen een halfuur
correct ter plaatse, maar de politie was na anderhalf uur nog altijd niet
opgedaagd. Naar verluidt was men een halve maand later nog altijd
aan het wachten op een reactie van diezelfde politie.
De heer Daul eiste publiekelijk in het halfrond dat de
parlementsvoorzitter zou ingrijpen. Volgens de heer Daul ik citeer
hem is het "reeds de derde keer dat de politie niet reageert. De
veiligheid is niet gewaarborgd in deze stad, en de reactie van de
politie evenmin."
Ondertussen weten wij dat de heer Daul van Straatsburg afkomstig is,
dus de bron is misschien ietwat gekleurd. De heisa is echter toch ook
overgeslagen naar de internationale media, waar een haast
vernietigend beeld wordt geschetst van Brussel en onze politie. Een
hoofdartikel in Die Welt heeft het over Brussel met zijn frieten,
pralines en criminaliteit. Brussel, de hoofdstad van de criminaliteit.
Ook de voorzitter van het Europees Parlement toont zich bezorgd.
Mevrouw de minister, daarover heb ik de volgende vragen voor u.
Kunt u de incidenten, zoals door de heer Daul aangehaald,
bevestigen?
Weet u naar welke eerdere incidenten hij verwijst? Kunt u die ook
bevestigen? Ik verneem dat het onder meer zou gaan om een overval
op een medewerker van een Duits energiebedrijf. Tot welke reactie en
ingrijpen hebben die incidenten aanleiding gegeven?
Welke verdere ingrepen en maatregelen beoogt u om te verhinderen
dat het imago van de Europese hoofdstad nog meer in het gedrang
komt?
Doet er zich een specifiek veiligheidsprobleem voor in de Europese
wijk, zoals ondertussen opgang maakt in de internationale media?
Wat is uw reactie op die internationale ophef en blamage? De
woordvoerder van de politie reageerde met te zeggen dat het
prietpraat is. Uw woordvoerder zou hebben vergoelijkt met te
verwijzen naar criminaliteit die heerst in elke grootstad. Die reacties
21.01 Ben Weyts (N-VA): Le
18 septembre,
la
députée
européenne
Angelika
Niebler,
membre du PPE, a été agressée
dans le quartier européen. Au
Parlement européen, le chef du
groupe PPE a vivement critiqué la
police de Bruxelles parce qu'elle
n'aurait pas répondu à son appel
d'urgence. De plus, il a exigé que
le
président
du
Parlement
européen intervienne dans cette
question. À la suite de ces
événements,
les
médias
internationaux ont dressé un
portrait au vitriol de la police de
Bruxelles.
La ministre confirme-t-elle cet
incident?
Des
événements
similaires se sont-ils déjà produits,
comme le prétend le chef du
groupe PPE? Quelles mesures la
ministre va-t-elle prendre pour
éviter que l'image de Bruxelles en
tant que capitale européenne
continue à se ternir? Est-il exact
que le quartier européen est
confronté à un problème de
sécurité? Comment la ministre
évalue-t-elle la réaction de la
police et de son porte-parole, qui
font peu de cas de cet incident?
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
37
hebben er alleszins nog niet toe bijgedragen dat het incident bekoeld
is, wel integendeel.
21.02 Paul Vanhie (LDD): Mevrouw de minister, ik zal geen groot
discours houden aangezien mijn collega het probleem in geuren en
kleuren heeft geschetst. Ik zal mij beperken tot mijn vragen.
Bevestigt de minister dat de Brusselse politie niet kwam opdagen op
18 september? Naar welke gebeurtenissen verwijst de heer Daul
wanneer hij stelt dat dit reeds de derde maal was dat een dergelijk feit
plaatsvond? Is er hier sprake van een structureel probleem? Welke
maatregelen neemt de minister om het imago van België te vrijwaren
en de veiligheid van de Europese parlementsleden te garanderen?
21.02 Paul Vanhie (LDD): La
ministre confirme-t-elle que la
police bruxelloise ne s'est pas
manifestée? À quels incidents le
président du groupe PPE se
réfère-t-il lorsqu'il affirme que c'est
déjà la troisième fois qu'un tel fait
se produit? Comment rétablira-t-
on l'image de notre pays et
comment garantira-t-on la sécurité
des parlementaires européens?
21.03 Minister Annemie Turtelboom: Mevrouw de voorzitter, beste
collega's, in verband met de feiten kan ik u zeggen dat zowel de
lokale als de federale politie bij deze feiten betrokken waren. Op het
moment dat de melding werd gedaan, heeft de metrobrigade van de
federale politie samen met omstaanders de daders achtervolgd. Zij
hebben de daders niet gevonden, maar zij hebben wel heel snel
gereageerd... (zonder micro) betrokkene - ik kan toch wel zeggen dat
ook de ambulancediensten zeer snel ter plaatse waren de nodige
zorgen kreeg.
Ik kan u zeggen dat de buurt waar de Europese instellingen zijn
gevestigd, deeluitmaakt van de vijfde afdeling van de lokale
politiezone. Dit is een aparte politiewijk. De vijfde afdeling is
samengesteld uit 55 politiemensen, maar wordt ook bediend door
andere centrale diensten zoals de afdeling Lokale Recherche en
Onderzoek,
en
Interventie
en
Algemene
Bewaking
met
gespecialiseerde eenheden zoals de anti-agressiebrigade.
Bovendien, wanneer het Europees Parlement in zitting is in Brussel
komt de federale politie in versterking vanuit de lokale politie met de
patrouilles van de spoorwegpolitie Metro georiënteerd naar de
verschillende stations in het Europese district en een ... (zonder
micro) in het Europees Parlement op maandag en vrijdag tussen
8 uur en 22 uur en van dinsdag tot donderdag tussen 8 uur en 24 uur
's avonds. In het kader van de uitvoering van deze opdracht heeft de
federale politie in 2008 1 014 politiemensen ingezet die 8 687 uren
presteerden.
Wat jullie vraag betreft met betrekking tot de specifieke agressies
tegen parlementsleden is het voor mij niet mogelijk om op basis van
de gegevens van de politie de parlementsleden als een aparte groep
te isoleren en het aantal pv's te geven dat betrekking heeft op
parlementsleden of ambtenaren die werken bij internationale
instellingen.
Wat ik u wel kan zeggen is, en ik denk dat dit het belangrijkst element
is uit mijn antwoord, dat ik deze morgen en dat is een idee waar ik
al een tijdje mee speel ook overleg heb gepleegd met de
burgemeester van Brussel over deze gebeurtenissen. Ik ben ervan
overtuigd dat het goed zou zijn dat we voor de Europese
parlementsleden en voor de mensen met een speciaal statuut in
Brussel een kleinschalig maar vast bureau voor informatie en opvang
en preventie zouden inrichten, wanneer er bijvoorbeeld bepaalde
21.03 Annemie Turtelboom,
ministre: Au moment où ces faits
ont été signalés, la brigade du
métro de la police fédérale a
poursuivi les auteurs sans succès.
Les ambulanciers sont eux aussi
rapidement arrivés sur les lieux.
Le quartier européen fait partie de
la cinquième section de la police
locale, qui se compose de 55
agents, mais est également
desservie par d'autres services
centraux. Lorsque le Parlement
européen se réunit, la police
fédérale et la police des chemins
de fer sont également présentes.
Il n'est pas possible de considérer
des
parlementaires
ou
des
fonctionnaires comme un groupe
distinct sur la base de données
policières
sur
les
victimes
d'agression.
Ce matin, j'ai parlé de cet incident
avec le bourgmestre de Bruxelles.
Ce que je propose, c'est de créer
un
bureau
permanent
d'information d'accueil et de
prévention pour les parlementaires
européens et les personnes
jouissant d'un statut particulier. À
cet effet, nous avons l'intention de
mettre sur pied, à court terme, un
groupe de travail qui regroupera
des collaborateurs de l'Intérieur,
des Affaires étrangères et de la
police de Bruxelles. La loi stipule
que chacun a droit à des services
de police de base et à un accueil
sur mesure. Cette stratégie nous
permet de proposer une solution
structurelle. J'en informerai le
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
38
klachten zijn die niet gehoord zijn of waar geen opvolging aan werd
gegeven. Dat vast bureau voor informatie en opvang en preventie zou
ook een vast communicatiepunt hebben bij de politiezone. De
burgemeester van Brussel staat daar zeer open voor. Op heel korte
termijn zal een werkgroep vergaderen met vertegenwoordigers van
Binnenlandse Zaken, Buitenlandse Zaken en de politie Brussel om te
beraadslagen over wat we zouden noemen het BIPA, een bureau in
Brussel voor de mensen met een speciaal statuut.
Dit bureau komt er vooral omdat de wet bepaalt dat iedereen recht
moet hebben op de basispolitie en dat een lokale politiezone, en daar
wil ik over waken als minister van Binnenlandse Zaken, een onthaal
op maat moet organiseren. Dat onthaal op maat moet dan ook op
maat zijn van elke inwoner van een bepaalde entiteit. Ik denk dat wij
op die manier, en ik zal dat ook zo laten weten aan de voorzitter van
het Europees Parlement naar wie vandaag een brief van mijnentwege
vertrekt, een gepast gevolg geven aan de feiten die zijn gebeurd en
vooral een structurele oplossing uitwerken voor de toekomst.
président du Parlement européen.
21.04 Ben Weyts (N-VA): Mevrouw de voorzitter, ik dank mevrouw
de minister voor haar omstandig antwoord. Ik schrik een beetje van
het begin van het antwoord, omdat u zegt dat de metropolitie
aanwezig was, maar ik heb hier ook de verklaring van Jean-Jacques
Raes van het crisiscentrum van Binnenlandse Zaken die zegt dat er
tussen 18 en 19 september bij politie en hulpdiensten geen oproep
terug te vinden is voor een interventie in die zone.
U mag mij onderbreken.
21.04 Ben Weyts (N-VA): Le
ministre déclare que la police
ferroviaire était présente, alors que
la communication du centre de
crise de l'Intérieur a plutôt été que
la police n'avait pas reçu d'appel à
l'aide ce jour là.
21.05 Minister Annemie Turtelboom: Ja, maar de feiten dateren, als
ik mij niet vergis, van 6 september. Daar heerste op een bepaald
ogenblik enige verwarring in de communicatie, want weet wel, de
voorzitter van het Europees Parlement heeft op een bepaald ogenblik
een brief geschreven naar de burgemeester van Brussel, wat tot de
lokale politie behoort, wat logisch is, en niet naar de minister van
Binnenlandse Zaken en vandaar is een verwarring ontstaan over de
datum. Ik kan u zeggen dat de spoorwegpolitie heel formeel bevestigt
snel ter plaatse geweest te zijn, de dader nog heeft achtervolgd, maar
uiteraard niet optreedt op het terrein voor het slachtoffer.
21.05 Annemie Turtelboom,
ministre: Il y a eu une confusion
quant à la date de cet incident. La
police ferroviaire a formellement
confirmé qu'elle était rapidement
arrivée sur place et qu'elle avait
poursuivi l'auteur. La prise en
charge de la victime ne fait, quant
à elle, pas partie de sa mission.
21.06 Ben Weyts (N-VA): Dank u, het zou dus berusten op een
misverstand. De heer Daul had het dan verkeerd voor en heeft zich
vergist van datum bij het halfrondgesprek in het Europees Parlement.
Want mij toch zorgen baart, is de barslechte communicatie die
gevolgd is op die incidenten: een politiewoordvoerder die aanvankelijk
zegt dat het prietpraat is, terwijl hij eigenlijk in contact staat met
mensen die communicatief een hele megafoon in werking kunnen
stellen, zoals trouwens gebleken is. Kijk maar naar de krantenartikels
in alle internationale media. Ook uw woordvoerder heeft getracht een
en ander te vergoelijken door te verwijzen naar de grootstad en de
criminaliteit die overal wel heerst.
Ook op dat vlak is er een zeer belangrijke les geleerd. Ik heb het
daarstraks al gezegd: de heer Daul is natuurlijk ook afkomstig uit
Straatsburg. Europese hoofdstad zijn is een punt, Europese
hoofdstad blijven is misschien iets anders. Er zijn kapers op de kust.
Alle incidenten en verkeerde communicatie worden uitvergroot en
uitgespeeld en dan zit je met heisa zoals we nu meemaken.
21.06 Ben Weyts (N-VA): Cette
mauvaise
communication
me
préoccupe. Le porte-parole de la
police aurait dû être plus prudent
dans le choix de ses formulations.
Le porte-parole du ministre a
également essayé de minimiser
les incidents. Ce comportement a
nui à notre pays dans la presse
internationale. En tant que capitale
de l'Europe, nous nous devons
d'être très vigilants étant donné
que tous les incidents sont
systématiquement amplifiés.
En créant ce bureau, la ministre
nous dit implicitement qu'elle
prend ces plaintes au sérieux.
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
39
Uw communicatiepunt. Ik weet niet of dat het meest aangewezen
instrument is, maar alleszins geeft u daarmee communicatief een
signaal aan het Europees Parlement en de Europese Gemeenschap
hier in Brussel dat u hun klachten ernstig neemt. Dat vind ik al een
positief gevolg van heel deze heisa.
21.07 Paul Vanhie (LDD): Mevrouw de minister, uw antwoord
bevredigt mij tot op zekere hoogte. Op de duur weet ik niet meer wat
ik moet geloven. U spreekt over het oprichten van een
communicatiecel waarheen de europarlementsleden zich kunnen
richten. Dat is allemaal prachtig en dat wil zeggen dat u het probleem
ter harte neemt.
Volgens mij is de grote oorzaak van de heisa hierrond een politiek
addertje. Ik ga akkoord met mijn collega dat de heer Daul inderdaad
van Straatsburg is en dat het misschien op dat niveau zal moeten
worden uitgespeeld.
21.07 Paul Vanhie (LDD): La
ministre nous signifie effective-
ment que ce problème lui tient à
coeur. Personnellement, j'estime
que toute cette effervescence a
une cause politique. Le chef de
groupe du PPE est originaire de
Strasbourg, ville concurrente de
Bruxelles.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le président: Les questions de M. Baeselen, de heer Laeremans et M. Arens sont sans objet parce
qu'elles étaient jointes et les membres ne sont pas présent.
22 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over
"blusapparaten in auto's" (nr. 15540)
22 Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre de l'Intérieur sur "les extincteurs dans les
voitures" (n° 15540)
22.01 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mevrouw de minister, ik heb
begrepen dat andere collega's al aanverwante vragen hebben gesteld
maar ik wil de vraag wat opentrekken. Het nieuws over de
blusapparaten in auto's kenden we natuurlijk al lang. Nu is het echter
nog eens extra onder de aandacht gebracht wat de brandweer betreft
en de school in Oost-Vlaanderen terwijl we ook de week of de
veertiendaagse van de veiligheid of hoe het ook mag heten
hebben.
Mijn vraag is uiteraard of u het nieuws kent. Verder, bent u van plan
daar al dan niet iets aan te doen? Ik heb u al een paar verklaringen
horen doen, onder andere toen u de veertiendaagse van de veiligheid
officieel opende. Ik heb vandaag of gisteren nog in de media gelezen
dat ondanks het feit dat de brandweerhervorming grotendeels wordt
stopgezet er toch iets rond preventie zou gebeuren.
Bent u van plan om daar iets globaals rond te doen, rekening
houdend met het feit ik heb u daar veertien dagen of drie weken
geleden nog eens op gewezen dat die bevoegdheid op dit moment
op zijn zachtst uitgedrukt nogal versplinterd is over enerzijds de
federale overheid en anderzijds in ons geval de Vlaamse overheid,
dus de Gewesten en de Gemeenschappen? In die zin ten eerste de
blusapparaten, ten tweede het globaal preventiebeleid.
22.01 Ludwig Vandenhove
(sp.a): La compétence relative à la
prévention en matière de sécurité
incendie est morcelée. Quelles
mesures la ministre fédérale
prendra-t-elle?
Peut-elle
par
ailleurs
commenter
plus
spécifiquement la réglementation
relative aux extincteurs dans les
voitures?
22.02 Minister Annemie Turtelboom: Beste collega, ik moet ten
eerste zeggen dat de veiligheidsvoorzieningen in voertuigen onder de
bevoegdheid van de staatssecretaris voor Mobiliteit vallen.
22.02 Annemie Turtelboom,
ministre:
Les
dispositifs
de
sécurité
dans
les
véhicules
relèvent de la compétence du
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
40
Ik kan u wel zeggen dat in het kader van de veertiendaagse voor de
brandveiligheid de draagbare brandblusser centraal stond samen met
het branddeken en de rookdetectors. Ik ben ervan overtuigd dat een
opleiding in dat kader nuttig kan zijn. We zullen ook een aantal nieuwe
opleidingen voorzien want zoals ik bij een eerdere vraag heb gezegd
zijn mijn diensten op dit ogenblik bezig met het ontwikkelen van een
nationaal brandpreventieplan waarin brandblussers en toebehoren
zeker een prominente rol zullen hebben.
Als de staatssecretaris van Mobiliteit van plan zou zijn om daar nog
iets speciaals rond te doen zijn wij zeker bereid om elk initiatief dat de
brandveiligheid in voertuigen versterkt verder te steunen, net omdat
wij met dat nationaal brandpreventieplan bezig zijn en brandpreventie
het komende jaar zeker ook centraal zal staan in alles wat te maken
heeft met bijkomende opleidingen die we geven en bij het idee van de
brandpreventieadviseurs dat we uitwerken.
secrétaire d'État à la Mobilité. La
quinzaine pour la sécurité incendie
était axée sur l'extincteur portable,
la couverture anti-feu et les
détecteurs
de
fumée.
Les
formations à ce sujet peuvent être
utiles dans le cadre du plan
national de prévention incendie.
Nous soutiendrons en tout cas les
initiatives du secrétaire d'État.
22.03 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mevrouw de minister, ik dank u
voor het antwoord.
Ik heb twee korte reacties. Ten eerste ga ik ervan uit dat er in de
regering wordt gepraat. Met andere woorden, ik ga ervan uit dat er
zeker wordt gepraat met de staatssecretaris voor Mobiliteit.
Ten tweede, ik kijk nieuwsgierig uit naar het globale preventieplan. Ik
ben ervan overtuigd dat men daarbij zeker niet om brandblussers
heen kan. In dit geval gaat het om brandblussers in wagens maar ik
denk dat brandblussers in alle mogelijke vormen zoals ze
tegenwoordig bestaan daar een essentieel onderdeel van zijn. Ik kijk
dus uit naar het globaal plan en ik ga ervan uit dat er ook voldoende
overleg is met de Gewesten en Gemeenschappen. Er is immers een
duidelijke overlapping of op zijn zachtst gezegd onduidelijkheid qua
bevoegdheden.
22.03 Ludwig Vandenhove
(sp.a): J'attends avec impatience
ce plan de prévention global, qui
abordera
certainement
le
problème
des
extincteurs
également. La concertation avec
les Régions et les communautés
et entre les différents ministres
fédéraux concernés est dès lors
nécessaire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
23 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de verkoop
van illegale producten met farmaceutische werking" (nr. 15541)
23 Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre de l'Intérieur sur "la vente illégale de produits à
effet pharmaceutique" (n° 15541)
23.01 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mevrouw
de minister, voor deze vraag zou u kunnen verwijzen naar het
antwoord van mevrouw Laruelle in een andere commissie, maar ik
hoop dat u het niet zult doen. Het betreffend rapport van de federale
politie heeft inderdaad met haar bevoegdheid te maken, maar ook
met de bevoegdheid van de federale politie zelf.
Het gaat niet alleen over hormonen voor dieren, maar ook over drugs
en aanverwanten. Ik moet niet uitleggen dat beiden naar experiment,
gebruik en commercialisering toe, zeer nauw met elkaar verwant zijn.
Uit het rapport van die hormonencel blijkt zeer duidelijk dat er
onvoldoende mensen, middelen en mogelijkheden zijn om daartegen
te vechten. Een van de conclusies gaat over te weinig manschappen
voor de arbeidsintensieve controles. Anderzijds stel ik vast dat u heeft
aangekondigd om 600 mensen bij de federale politie niet aan te
werven.
23.01 Ludwig Vandenhove
(sp.a): Il ressort clairement du
rapport de la cellule "hormones"
qu'on ne dispose pas d'assez
d'hommes, de moyens et de
possibilités
pour
lutter
efficacement contre le trafic
d'hormones
destinées
aux
animaux. Un trafic illicite actif de
drogues et de produits à action
pharmaceutique vise également
les humains. Comment la ministre
compte-t-elle réagir à ce rapport?
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
41
Hoe staat u daar zelf tegenover?
Ik citeer een zin uit het rapport: `De verkoop van illegale producten
met farmaceutische werking groeit exponentieel. De inspectiediensten
kunnen enkel kleine handelaren betrappen.'
U zou er zich gemakkelijk kunnen vanaf maken met een verwijzing
naar uw collega Laruelle. Ik benadruk nogmaals het verband tussen
dit soort producten en die waarmee mensen experimenteren. In het
illegale circuit worden mensen betaald om bepaalde zaken uit te
proberen. Dat is een immens probleem waar we volgens dat rapport,
een officieel jaarverslag, onvoldoende mankracht en tijd instoppen.
23.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter,
collega's, er werd inderdaad een toename vastgesteld van de verkoop
van illegale producten met farmaceutische werking en vooral dan via
het internet door middel van internetrecherche. Dit houdt in dat de
inbreuken via open bronnen worden vastgesteld. Op het niveau van
gebruikers en tussenpersonen probeert de politie de dealers te
identificeren.
De federale gerechtelijke politie wil bovendien een project rond
internetbewaking opstarten door de aanwerving van twee extra
personeelsleden, gefinancierd door het FAVV en het FAGG. Op dit
ogenblik voert de federale gerechtelijke politie gesprekken met het
FAVV, het departement Landbouw en Middenstand, en het FAGG, het
departement Volksgezondheid, voor de oprichting van een project
rond internetbewaking.
23.02 Annemie Turtelboom,
ministre: Une hausse de la vente
de produits illicites à action
pharmaceutique, surtout par le
biais de l'internet, a effectivement
été constatée. La police essaye
d'identifier les revendeurs.
De plus, la police judiciaire
fédérale veut lancer un projet en
matière
de
surveillance
de
l'internet
en
recrutant
deux
collaborateurs
supplémentaires.
Le financement sera pris en
charge par l'AFSCA et par
l'AFMPS.
23.03 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mevrouw de minister, vorige
week las ik in de krant dat u, naar aanleiding van de weigering van de
600 mensen bij de federale politie, opnieuw een debat wil over de
basisstaken van de politie. Dat wil ik heel graag met u in dit Parlement
aangaan.
Iedereen heeft zijn visie daaromtrent. Dit zijn grote misdaden waarvan
blijkbaar heel weinig mensen wakker liggen. Maar wat kunnen we nu
in godsnaam doen met twee extra aanwervingen?
Mensen liggen gemakkelijker wakker van subjectieve overlast. We
hadden het er gisteren over in het debat over de camera's. Tegelijk
ontsnappen de grotere misdaden aan de aandacht van de federale
politie. Dan zwijg ik over de volgende stap: het gerecht.
Ik heb geen probleem om met u het debat over prioriteiten en
basistaken bij de politie aan te gaan, maar dan hoop ik ook dat het
ernstig gebeurt.
Dit rapport is heel duidelijk maar u antwoordt dat het onderzoek loopt
en dat er twee extra aanwervingen zijn. Dat vind ik beneden alle peil.
Ik heb het dan nog niet over een aantal andere zaken van de laatste
tijd zoals de kunstdiefstallen. Ik stel vast dat er geen aandacht is voor
de echte criminaliteit.
Voor de echt kleine dingen, waarop de media springen, is er wel
23.03 Ludwig Vandenhove
(sp.a): Dans la foulée du refus de
recruter 600 agents supplé-
mentaires pour la police fédérale,
la ministre veut relancer le débat
sur les missions de base de la
police. J'entamerais volontiers ce
débat. Le trafic
d'hormones
constitue un crime grave mais,
apparemment, peu s'en soucient.
Que peut-on espérer obtenir en
recrutant deux personnes de plus?
Personnellement, je considère
qu'il est en dessous de tout de
rester si impassible face à un
rapport aussi alarmant, comme le
fait la ministre. Il semble que les
médias et les autorités accordent
plus d'importance à des faits
mineurs, comme les nuisances
subjectives, qu'à la vraie grande
criminalité.
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
42
aandacht. Ik betreur dat en ik hoop dat wij in het Parlement een echt
debat kunnen voeren, en niet op basis van vragen, over de
basistaken op het vlak van veiligheid. Ik stel vast dat dit soort grote
zaken wordt veronachtzaamd. Ik betreur dat.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
24 Vraag van de heer Michel Doomst aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
brandveiligheid van rusthuizen" (nr. 15392)
24 Question de M. Michel Doomst à la ministre de l'Intérieur sur "la sécurité incendie dans les
maisons de repos" (n° 15392)
24.01 Michel Doomst (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, een aantal weken geleden was er een brand in een rusthuis
in Melle en een aantal dagen geleden stierven twee bewoners in een
rusthuis in Bousval ten gevolge van een brand. Blijkbaar zijn nogal
wat rusthuizen niet in orde omdat de Vlaamse en de federale
wetgeving ter zake fel verouderd zijn en op een aantal domeinen
mekaar zelfs tegenspreken.
Overeenkomstig hetgeen het Vlaams Agentschap Zorg en
Gezondheid meldt, zou ook er vanuit de inspectie bij Binnenlandse
Zaken onvoldoende slagkracht zijn om dat allemaal op te volgen.
Blijkbaar waren eind 2006 148 op de 755 Vlaamse rusthuizen niet in
orde met de voorschriften.
Ik wilde vragen of u wat toelichting kon geven bij die situatie, of u dat
probleem erkent en of u zicht hebt op het totaal aantal rusthuizen dat
niet conform de voorschriften is? Denkt u daar wat aan te doen? Kan
u de bevoegdheidsoverdracht van die brandveiligheidsvoorschriften
naar de deelstaten mee ondersteunen?
24.01 Michel Doomst (CD&V): Il
y a récemment eu deux incendies
dans des maisons de repos pour
personnes âgées. Les législations
flamande et fédérale à ce niveau
sont largement dépassées et se
contredisent. De l'avis de la
Vlaams Agentschap Zorg en
Gezondheid,
l'efficacité
de
l'inspection de l'Intérieur serait
insuffisante.
Le ministre peut-il donner des
informations plus précises sur ce
point? Combien de maisons de
repos pour personnes âgées ne
sont-elles pas en règle? Que va-t-
on faire à sujet? La compétence
concernée
va-t-elle
être
transférée?
24.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, de
federale overheid is bevoegd voor het uitvaardigen van de
basispreventienormen die een of meerdere categorieën van
constructies gemeen hebben, ongeacht hun bestemming. Het gaat
hier bijvoorbeeld om hoogbouw of laagbouw.
De Gemeenschappen en Gewesten kunnen in de domeinen waarvoor
ze bevoegd zijn aanvullen met specifieke normen, zonder de
basisnormen aan te tasten. Het betreft hier een gedeelde
bevoegdheid die bestaat sinds de staatshervorming van 1980. Zo is
het
beleid
inzake
bejaardenzorg
toevertrouwd
aan
de
Gemeenschappen.
De
Gemeenschappen
kunnen
voor
bejaardenhuizen dus specifieke brandnormen uitvaardigen sinds
1980. In Wallonië is dat ook gebeurd.
Bij gebrek aan een Vlaams decreet hierover is in Vlaanderen het
federale besluit van 12 maart 1974 tot vaststelling van de
veiligheidsnormen voor bejaardentehuizen tot op vandaag van kracht.
Volgens dit besluit kan de bevoegde minister, in casu de Vlaamse
minister, afwijkingen op de reglementering toestaan, na advies van de
Federale Inspectie. Voor de continuïteit van dienstverlening en totdat
er binnen de Vlaamse Gemeenschap een dienst zal worden opgericht
die deze taak zal overnemen, heeft de Federale Inspectie verder
adviezen verleend. Vermits deze adviezen in 1990 nog altijd werden
24.02 Annemie Turtelboom,
ministre: L'autorité fédérale est
compétente en ce qui concerne
les normes de prévention de base
que les Communautés et les
Régions peuvent compléter par
des normes spécifiques, sans
toucher aux normes de base.
Depuis la réforme de l'État de
1980, la prévention est une
compétence partagée. Les soins
gériatriques relèvent, eux, de la
compétence des Communautés.
En matière d'incendie, la Wallonie
a élaboré des normes spécifiques
pour les maisons de repos pour
personnes âgées. En l'absence
d'un décret flamand en la matière,
c'est l'arrêté fédéral de 1974 qui
s'applique. Étant donné qu'aucun
service d'inspection flamand n'a
été créé, c'est l'inspection fédérale
qui émet des avis. En 1997, cette
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
43
gegeven, werd het gelegaliseerd door middel van een
coöperatieakkoord.
Mijn diensten hebben in 1997 echter de Vlaamse overheid via een
brief te kennen gegeven dat zij onmogelijk nog verder adviezen
konden verlenen voor de specifieke afwijkingsaanvragen voor
bejaardentehuizen. Vlaanderen heeft hier niet op gereageerd en is de
dossiers verder blijven bezorgen. Het gevolg is dat er 148 dossiers
onbehandeld zijn gebleven. Dit betekent niet noodzakelijk dat de
rusthuizen niet in orde zijn met de Vlaamse brandnormen, of dat er
een acuut brandgevaar bestaande is. Hierop heeft enkel de Vlaamse
overheid een overzicht. Ze levert immers de definitieve vergunning af
voor de rusthuizen. Wij kunnen alleen zeggen dat er nog geen advies
is opgemaakt voor de gevraagde afwijking op één of meerdere
normen betreffende de bevoegde dossiers.
De Vlaamse regering heeft op 5 juni 2009 een besluit betreffende de
specifieke brandnormen voor Vlaamse rustoorden goedgekeurd.
Binnenkort zal een technische commissie voor brandveiligheid
operationeel zijn binnen de Vlaamse administratie die het werk van de
Federale Brandweerinspectie zal overnemen. Ik ben tevreden dat
Vlaanderen nu ook de taken op zich neemt die effectief tot haar
bevoegdheden behoren.
dernière a fait savoir à l'autorité
flamande qu'elle ne pouvait plus
émettre d'avis sur les demandes
de dérogations spécifiques pour
les maisons de repos pour
personnes âgées. La Flandre n'a
pas réagi et a continué à envoyer
des dossiers, ce qui a eu pour
conséquence que 148 dossiers
sont restés non traités. C'est
l'autorité flamande qui octroie les
autorisations à ces maisons de
repos et c'est donc elle, aussi, qui
a accès aux données relatives à la
protection contre l'incendie de ces
maisons de repos.
Le 5 juin 2009, le gouvernement
flamand a approuvé un arrêté
relatif aux normes d'incendie
spécifiques dans les maisons de
repos. Une commission technique
reprendra bientôt le travail de
l'inspection fédérale. Je suis
content que la Flandre prenne
aujourd'hui également en charge
les
tâches
qui
ressortissent
effectivement à sa compétence.
24.03 Michel Doomst (CD&V): Mevrouw de minister, ik dank u. Ik
ben blij dat allemaal te horen. Ik denk dat we daar dus op de goede
weg zitten en dat dit eind dit jaar correct moet zijn afgewerkt.
24.03 Michel Doomst (CD&V):
Nous sommes donc sur la bonne
voie. Ce problème devra être
résolu pour la fin de l'année.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: La question n
o
15586 de M. Josy Arens est reportée ainsi que les questions n
o
15595 et
n
o
15597 de Mme Leen Dierick.
25 Question de M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur sur "le port de signes religieux par des
fonctionnaires ou des agents contractuels" (n° 15629)
25 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het dragen van
religieuze symbolen door ambtenaren of contractueel personeel" (nr. 15629)
25.01 Xavier Baeselen (MR): Madame la ministre, je viens vous
poser une question qui avait été adressée initialement à chacun des
ministres du gouvernement puis renvoyée à M. Vanackere la semaine
dernière en commission et concernant le port de signes religieux
distinctifs par des fonctionnaires relevant de votre département. Le
ministre de la Fonction publique avait répondu pour son propre
département et il avait estimé ne pas avoir d'éléments de réponse
pour les autres départements. C'est la raison pour laquelle je me suis
permis de réintroduire ma question auprès de chacun des ministres
concernés.
Il est question du débat sur le port de signes exprimant des
convictions personnelles par les fonctionnaires, qu'ils soient en
25.01 Xavier Baeselen (MR):Ik
stel deze vraag aan alle betrokken
ministers. Welke omzendbrief of
brieven gelden er voor de
departementen
waarvoor
u
bevoegd bent, inzake het dragen
van
religieuze
symbolen
of
symbolen van een persoonlijke
overtuiging door de ambtenaren?
Zijn er ambtenaren die religieuze
symbolen dragen en die in contact
komen met het publiek?
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
44
contact avec le public ou pas. Quelles sont les circulaires ou quelle
est la circulaire en application pour les départements qui relèvent de
votre autorité? Existe-t-il des fonctionnaires portant des signes
distinctifs religieux quand ils sont en contact avec le public?
Le président: (...)
25.02 Xavier Baeselen (MR): Je n'ai pas tout à fait fini, j'ai été
interrompu dans mon élan. Quelle est la politique menée en la
matière dans votre département?
25.02 Xavier Baeselen (MR):
Welke
beleid
voert
uw
departement op dat gebied?
25.03 Annemie Turtelboom, ministre: Aucune mesure spécifique
n'est prévue en cette matière pour les services qui relèvent de ma
compétence. À mon avis, il n'est pas opportun que chaque
département adopte un point de vue particulier en cette matière. Il me
paraît préférable de régler la question dans l'ensemble de la Fonction
publique fédérale. Je suis d'avis qu'il appartient à mon collègue de la
Fonction publique de prendre les mesures qui s'imposent à cette fin.
25.03
Minister
Annemie
Turtelboom:
Er
zijn
geen
specifieke
bepalingen
van
toepassing in dat verband. Het is
wenselijk
dat
deze
kwestie
geregeld wordt voor het openbaar
ambt in zijn geheel, en dat mijn
bevoegde collega de te dien einde
vereiste maatregelen treft.
25.04 Xavier Baeselen (MR): Je ne regrette pas d'avoir posé la
question individuellement à chaque ministre car le ministre de la
Fonction publique affirme qu'il règle la question pour son département
mais qu'il ne lui semble pas utile de régler la question de manière
générale pour la Fonction publique fédérale alors que chacun des
ministres me répond que c'est au ministre de la Fonction publique de
régler le problème. Je vais continuer à collecter des réponses mais je
pense comme vous, madame la ministre, qu'il faudrait une règle claire
et unique en la matière pour l'ensemble de la Fonction publique
fédérale.
25.04 Xavier Baeselen (MR): De
minister van Ambtenarenzaken
antwoordt mij dat hij het probleem
voor zijn departement geregeld
heeft, en dat het niet aan hem is
om
dat
voor
de
andere
departementen te doen. De
andere ministers zeggen mij dan
weer dat het wél zijn taak is. Ik ben
zelf ook voorstander van een
globale beslissing.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
26 Question de M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur sur "l'arrêté royal sur la combi-taxe"
(n° 15632)
26 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het koninklijk
besluit betreffende de combi-taks" (nr. 15632)
26.01 Xavier Baeselen (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, plusieurs communes de différentes régions du pays sortent
un règlement consistant à demander aux citoyens de payer une taxe
pour un "service" presté par la police, par exemple une arrestation
administrative. C'est le cas de la commune d'Auderghem à Bruxelles:
pour chaque arrestation administrative, le citoyen va devoir payer une
taxe de 150 euros en application de ce règlement.
Le bourgmestre d'Auderghem a décidé la mise en oeuvre de cette
nouvelle taxe en se référant à un arrêté royal qui se fait attendre
depuis dix ans et qui est supposé habiliter la police locale à encaisser
des redevances d'intervention. Las, vu le temps d'attente de cet AR,
les conseils communaux doivent eux-mêmes prendre des mesures, à
l'instar de celui d'Auderghem.
Madame la ministre, comment faut-il réagir face à l'adoption de tels
règlements? Considérez-vous acceptable et équitable que des
26.01 Xavier Baeselen (MR):
Verscheidene gemeenten hebben
een
reglement
aangenomen
waarin de burgers gevraagd wordt
een taks te betalen voor een
"dienst" verricht door de politie,
bijvoorbeeld een administratieve
arrestatie, zoals te Oudergem,
waar die nieuwe taks werd
ingevoerd aan de hand van een
koninklijk besluit dat al tien jaar op
zich laat wachten en dat de
plaatselijke
politie
machtigt
interventieretributies te innen.
Hoe moet op de goedkeuring van
dergelijke reglementen worden
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
45
services de police agissent de la sorte?
À quel arrêté royal est-il fait référence? Pour quelle raison n'a-t-il pas
été pris?
gereageerd?
Acht
u
het
aanvaardbaar
en
billijk
dat
politiediensten aldus handelen?
Nar welk koninklijk besluit wordt er
verwezen? Waarom werd het niet
uitgevaardigd?
26.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, mon
département a préparé un projet d'arrêté royal, en exécution de
l'article 90 de la loi sur la police intégrée, qui est actuellement au
Conseil d'État.
Les avis sont attendus pour le 12 novembre 2009. S'ils sont
favorables, le projet sera immédiatement soumis à la sanction royale.
Précédemment, le projet a été soumis avec succès au conseil
consultatif des bourgmestres et à l'Inspection des Finances en février
2009 et au Conseil des ministres en juillet 2009.
26.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Een ontwerp van
koninklijk besluit, genomen in
uitvoering van artikel 90 van de
wet op de geïntegreerde politie,
ligt momenteel voor bij de Raad
van State. Komt er een gunstig
advies, dan zal het meteen door
de Koning worden bekrachtigd.
26.03 Xavier Baeselen (MR): Madame la ministre, cet arrêté royal
prévoit des redevances possibles pour des arrestations et prestations
de police.
26.03 Xavier Baeselen (MR):
Voorziet dat koninklijk besluit in
mogelijke
retributies
voor
arrestaties en prestaties door de
politie?
26.04 Annemie Turtelboom, ministre: (...) de police administrative.
26.04
Minister
Annemie
Turtelboom: De administratieve
politie.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
27 Questions jointes de
- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre de l'Intérieur sur "le non-remplacement des policiers partant à
la retraite" (n° 15633)
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur sur "le non-remplacement de la moitié des policiers
partant à la retraite" (n° 15634)
- M. Ludwig Vandenhove à la ministre de l'Intérieur sur "les principales missions de la police"
(n° 15754)
- M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur sur "les mesures d'économie à la police fédérale"
(n° 15824)
- M. Olivier Maingain à la ministre de l'Intérieur sur "les conséquences du non-remplacement de
600 policiers fédéraux sur les missions à caractère fédéral assurées par la police locale" (n° 15835)
27 Samengevoegde vragen van
- de heer Jean-Jacques Flahaux aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het niet vervangen van
politiemensen die met pensioen gaan" (nr. 15633)
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het niet vervangen van de
helft van de politiemensen die met pensioen gaan" (nr. 15634)
- de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de kerntaken van de
politie" (nr. 15754)
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de besparingsmaatregelen
bij de federale politie" (nr. 15824)
- de heer Olivier Maingain aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de gevolgen van het niet-
vervangen van 600 federale politieagenten bij de federale opdrachten die door de lokale politie worden
uitgevoerd" (nr. 15835)
27.01 Xavier Baeselen (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, je ne reviendrai pas sur l'information, on en a parlé dans le
27.01 Xavier Baeselen (MR):
Verklaringen die u hebt afgelegd
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
46
cadre des discussions budgétaires. En bref, il est question du non-
remplacement de 50 % des policiers fédéraux qui partent à la retraite.
En revanche, j'ai été interpellé par certains propos que vous avez
tenus à l'occasion d'une interview sur les conditions dans lesquelles
ce non-remplacement serait opéré sur le terrain. Ainsi, vous avez
évoqué le fait que la police fédérale devait être déchargée d'un certain
nombre de tâches et que cela devait faire l'objet d'une négociation,
d'un accord. Vous avez notamment parlé de la problématique des
prisons et de la surveillance de ces dernières en cas de grève des
gardiens de prison en évoquant même l'instauration d'un éventuel
service minimum pour les gardiens de manière à libérer la police
fédérale d'un certain nombre de tâches.
Ma question est simple: des conditions sont-elles liées au non-
remplacement des policiers fédéraux? Je pense notamment au fait
que la police devrait être déchargée de certaines tâches ou missions.
Si c'est le cas, lesquelles? Quel est le processus de négociation qui
doit encore intervenir en cette matière?
over de voorwaarden waarin de
50 procent federale politiemensen
die met pensioen gaan en die niet
worden vervangen roepen bij mij
vragen op. U hebt erop gewezen
dat de federale politie van
bepaalde taken wordt ontheven en
dat
daarover
moet
worden
onderhandeld.
Zijn er voorwaarden aan het niet
vervangen
van
de
federale
politiemensen? Ik denk meer
bepaald aan het feit dat de politie
zou moeten ontheven worden van
bepaalde taken of opdrachten. Zo
ja,
welke?
Welke
onderhandelingen moeten er nog
worden gevoerd?
27.02 Ludwig Vandenhove (sp.a): Ik sluit mij aan bij de vorige
vraagsteller. Ik ben er al op ingegaan tijdens mijn vorige vraag over
de hormonencel.
Ik wil het uiteraard hebben over de exacte maatregelen, maar vooral
over de aankondiging van de minister in de media over de start van
een debat rond de basistaken van de politie. Daar kijk ik naar uit.
Ik heb ook begrepen dat de minister opnieuw het debat wil starten
over de taken van de federale en de lokale politie.
27.02 Ludwig Vandenhove
(sp.a): Je me joins à l'auteur de la
question précédente. J'attends
avec impatience le débat sur les
missions de base de la police. Un
nouveau débat serait également
prévu sur les missions des polices
fédérale et locales.
27.03 Olivier Maingain (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, il est vrai que cette décision de non-remplacement, sur deux
années successives, d'un certain nombre de membres de la police
fédérale si j'ai bien retenu les chiffres, il s'agit de 300 en 2009 et
300 en 2010 qui ne seraient pas remplacés pour compenser les
départs à la retraite notamment interpelle les gestionnaires des
zones de police.
Je voudrais tout de suite être très correct, je crois que ce n'est pas
qu'un problème pour les zones de police à Bruxelles. Il est évident
que je ne voudrais pas que l'on analyse cela uniquement par le
prisme bruxellois. Alors, la première question est: quelle répartition
géographique faites-vous? Au sein de quelles unités opérationnelles
faites-vous porter l'effort? Comment se font les équilibres au sein de
la police fédérale? J'avais relevé dans certaines déclarations que
vous estimiez que cette mesure, le non-remplacement, doit être
temporaire, sous peine d'affaiblir la police de façon tout à fait
structurelle. Je ne sais pas si ces déclarations ont été correctement
rapportées dans les extraits de presse que j'avais lus. Il s'agissait
notamment d'un article de La Libre Belgique de ce 12 octobre. Donc,
si vous confirmez le propos, que signifie cette mesure temporaire?
Est-ce lié à une redéfinition de certaines missions de la police
fédérale? Si oui, lesquelles?
Je rejoins la préoccupation de mon collègue Xavier Baeselen pour le
transfèrement des détenus. Je rappelle qu'on a connu un épisode qui
a fait l'objet de commentaires en commission de la Justice à la fin du
27.03 Olivier Maingain (MR): Die
beslissing om gedurende twee
opeenvolgende jaren een aantal
leden van de federale politie niet te
vervangen, 300 in 2009 en 300 in
2010 om precies te zijn, doet bij de
beheerders van de politiezones
vragen rijzen.
Hoe zal die maatregel over het
grondgebied worden toegepast?
Welke operationele eenheden
zullen voor die inspanning moeten
opdraaien?
Hoe
wordt
het
evenwicht bij de federale politie
gevrijwaard? Klopt het dat het om
een tijdelijke maatregel gaat? Zo
ja, wat is de precieze draagwijdte
ervan? Hangt hij samen met een
nieuwe invulling van bepaalde
opdrachten van de federale politie,
en zo ja, welke?
Naar aanleiding van de weinig
stichtende ontsnapping uit het
justitiepaleis in augustus, wees ik
er al op dat de voorwaarden om te
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
47
mois d'août et qui n'était pas le plus glorieux qui soit en termes
d'évasion du palais de justice. J'avais relevé à l'époque notamment, et
je reconnais que ce n'est pas de votre compétence directe, madame
la ministre, que les conditions qui sont fixées pour déterminer le
niveau de pouvoir au sein de la police qui doit prendre en charge le
transfèrement des détenus, n'étaient pas toujours clairement
identifiées par la circulaire en vigueur. Le ministre de la Justice a
toujours annoncé qu'il allait l'adapter et j'espère que vous y êtes
associée.
Mais il est sans doute temps, et je fais un appel pressant dans ce
sens, madame la ministre, qu'il y ait une rencontre avec les
bourgmestres des grandes villes et les bourgmestres des zones
bruxelloises pour que l'on voie on sait très bien qu'elles sont
étendues, et c'est vrai aussi que les zones de police que nous devons
gérer, sur le plan économique et financier, ont connu des moments
très difficiles comment peut se faire une répartition optimale des
forces. Je crois qu'il y a trop de choses qui, aujourd'hui encore, ne
sont pas correctement appréciées. Il y a le transfèrement des
détenus, il y a les missions de maintien de l'ordre public, il y a la
surveillance plus particulièrement du métro et des gares. Certes, il y a
des répartitions de compétences qui a été faite mais il y a des
coordinations qui font encore cruellement défaut dans certains cas et
des complémentarités qui ne sont pas suffisamment dégagées. Donc,
je plaide sincèrement, et notamment à l'occasion de l'annonce de
cette mesure qui risque de faire très mal, pour que nous voyions
comment nous pouvons optimiser nos moyens et organiser une
véritable concertation qui nous donnera le temps de mieux identifier
les missions des uns et des autres.
beslissen welk niveau van de
politiediensten verantwoordelijk is
voor de overbrenging van de
gedetineerden niet erg duidelijk
worden
omschreven
in
de
rondzendbrief. De minister van
Justitie kondigde al aan dat die
circulaire zou worden aangepast
en ik hoop dat u daarbij zal worden
betrokken.
Het
wordt
tijd
dat
de
burgemeesters van de grote
steden en van de Brusselse zones
gaan samen zitten om na te gaan
hoe de middelen optimaal kunnen
worden aangewend. Van enige
coördinatie is nauwelijks sprake en
er bestaan nog overlappingen.
Naar
aanleiding
van
de
aankondiging van deze maatregel
- die wel eens erg pijnlijk zou
kunnen uitvallen - pleit ik voor een
betere organisatie en voor een
optimaal
gebruik
van
de
beschikbare middelen.
27.04 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, il faut bien distinguer deux choses: d'une part, la gestion du
personnel dans la police fédérale stricto sensu et, d'autre part, le
recrutement d'inspecteurs au profit de la police intégrée.
En ce qui concerne la gestion du personnel de la police fédérale, il est
vrai que, sur deux ans, 2009 et 2010, la police fédérale comptera 600
personnes de moins. Cette mesure sera la conséquence directe des
réductions de crédits de personnels que doivent réaliser les services
publics fédéraux, à savoir 1 % en 2009 et 0,7 % en 2010.
J'insiste sur le fait que cette mesure concerne bien des personnes et
non pas, comme le disent certains médias, des agents. Il faut donc
bien savoir que les membres du personnel qui ne seront pas
remplacés sont avant tout des personnes du cadre administratif et
logistique, ainsi que des autres cadres de la police fédérale. Je veille
ainsi à ce que la capacité des unités opérationnelles de la police
fédérale soit sauvegardée. Je tiens donc à être très claire sur ce
point: les zones de police ne seront pas affectées par cette mesure.
En ce qui concerne le recrutement d'aspirants inspecteurs, il faut
mener une politique d'anticipation en matière de recrutement. Les
coupures des dernières minutes ne doivent pas être minimalisées,
mais, dans l'exercice que nous menons actuellement, je donne
priorité aux pistes qui favorisent l'opérationnalité. La sécurité des
citoyens n'est donc nullement mise en danger par la politique de
recrutement que je préconise.
27.04
Minister
Annemie
Turtelboom:
Wat
het
personeelsbeheer bij de federale
politie betreft, zullen er gespreid
over twee jaar (2009 en 2010) bij
de federale politie 600 mensen
minder werken. Die maatregel zal
het rechtstreekse gevolg zijn van
de besparingen op de personeels-
kredieten
bij
de
federale
overheidsdiensten, 1 procent in
2009 en 0,7 procent in 2010. De
personeelsleden die niet zullen
worden vervangen, behoren in de
eerste plaats tot het administratief
en logistiek kader. Ik zie erop toe
dat er niet geraakt wordt aan de
capaciteit van de operationele
eenheden van de federale politie.
Wat de werving van aspirant-
inspecteurs
betreft,
geef
ik
voorrang aan de pistes die de
operationaliteit ten goede komen.
De veiligheid van de burgers komt
dus helemaal niet in het gedrang.
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
48
Het is logisch dat wanneer budgettaire beperkingen noodzakelijk zijn,
men zich uiteraard moet buigen over de echte taken van de politie,
het fameuze kerntakendebat. Dat gaat niet alleen over de kerntaken
van de federale politie, maar ook over de verdeling tussen de lokale
en de federale politie.
Ik ben ervan overtuigd dat wij het debat op gang moeten trekken over
wat de politie van morgen is. Ik weet dat er verschillende pistes zijn.
Mijnheer Baeselen, u hebt reeds verwezen naar een aantal kleinere
pistes. Er is de bewaking van de ambassades, de overbrenging van
de gevangenen, het beheer van sportevenementen, het vervangen
van cipiers bij spontane stakingen. Over dat laatste kan ik u meedelen
dat het 90 federale politieagenten betreft in één gevangenis, in Vorst,
per dag. Dat is een vrij grote belasting van de capaciteit. Dat zijn
debatten, maar ook het bredere debat zullen wij moeten aangaan op
korte termijn.
Sous la pression des contraintes
budgétaires, il faut logiquement se
pencher sur les missions de base
de la police fédérale et la
répartition entre les niveaux
fédéral et local. À mon estime, il
faudra consacrer à la police de
demain un large débat dans le
cadre duquel plusieurs pistes de
réflexion peuvent être suivies.
Nonante agents de la police
fédérale ont été envoyés à Forest
pour remplacer les gardiens de
prison
lors
des
grèves
spontanées, ce qui représentait
une charge considérable.
27.05 Xavier Baeselen (MR): Monsieur le président, je remercie la
ministre pour ces précisions. Je pense effectivement qu'il faut
premièrement être soucieux du fait que la capacité opérationnelle sur
le terrain soit maintenue pour le citoyen, pour la sécurité publique. Je
prends note que cela concernera principalement le cadre CALog.
Deuxièmement, pour les tâches dont on pourrait libérer la police
fédérale, je suis entièrement d'accord sur la question des prisons.
J'interrogerai d'ailleurs le ministre de la Justice sur le service
minimum. Cependant, il faudra avancer dans des mesures concrètes
pour que le service minimum puisse être appliqué dans les prisons.
Pour l'instant, les syndicats y sont totalement opposés et la
négociation est difficile. Nous suivrons cela de près.
27.05 Xavier Baeselen (MR):
Voor de opdrachten waar men de
federale
politie
zou
kunnen
ontlasten, ga ik akkoord wat de
gevangenissen betreft. Er zullen
echter
concrete
maatregelen
moeten worden genomen opdat
de minimumdienst zou worden
toegepast. Voor het ogenblik zijn
de vakbonden radicaal tegen en
de onderhandelingen zijn moeilijk.
27.06 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mijnheer de voorzitter, het zal
aan mij liggen, maar ik begrijp het allemaal niet meer zo goed. Het is
niet omdat we op een jaar tijd drie ministers hebben gehad dat nu
ineens alles overboord moet worden gegooid. Ik dacht dat we een
evaluatierapport hadden over tien jaar politiehervorming, waarop
iedereen vrij positief heeft gereageerd. Ik val dan ook een beetje uit
de lucht als ik u ineens, in the middle of nowhere, mevrouw de
minister, hoor zeggen dat we opnieuw een debat moeten beginnen
over de kerntaken van de politie. Met alle respect, maar dat begrijp ik
echt niet.
Wat is dan de verhouding met dat rapport?
Ten tweede, u kondigt in de krant aan en u bevestigt hier dat u alle
taken opnieuw gaat bekijken en dat u gaat kijken wie wat moet doen.
Waar gaan we dat debat voeren? Ik begrijp het echt niet meer.
Ik begrijp het wel natuurlijk. Een nieuwe minister moet zaken
aankondigen. Voor politici moet u geen respect hebben, want we zijn
collega's onder elkaar, maar u moet volgens mij wel respect hebben
voor de politiemensen op het terrein, die zekerheid vragen. Er was nu
een rapport over die tien jaar. Ik dacht dat we dat in alle rust en
sereniteit in het Parlement gingen bekijken. Daarover zijn afspraken
gemaakt, maar dan lees ik ineens in de krant dat er een
kerntakendebat zal komen. De politiemensen lezen dat ook.
27.06 Ludwig Vandenhove
(sp.a): Ce n'est pas parce que
trois ministres se sont succédé en
l'espace d'un an que nous devons
subitement tout jeter par-dessus
bord. Tout le monde a réagi assez
positivement
au
rapport
d'évaluation sur les dix ans de la
réforme des polices. Pourquoi
devrions tout à coup relancer un
débat sur les missions principales
de la police? Il faut respecter les
policiers sur le terrain, qui
demandent de la sécurité.
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
49
27.07 Olivier Maingain (MR): Madame la ministre, je ne participerai
pas à la tonalité de l'intervenant précédent car je crois que cela ne
mènera pas à des résultats constructifs.
Vous avez annoncé une réflexion sur les missions des services de
police de demain. Il faudrait que cette réflexion se mène non
seulement avec la hiérarchie mais aussi avec ceux qui doivent
assumer la responsabilité politique, au regard des zones de police,
par rapport aux besoins des citoyens. Il y a incontestablement une
évolution des attentes de citoyens en termes de sécurité et il y a des
formes nouvelles d'accompagnement qui ne nécessitent pas toujours
des effectifs importants et qui peuvent conduire à des résultats
probants.
Je ne vais pas expliciter tout cela ici mais je souhaiterais que vous
puissiez rapidement définir la manière dont vous allez organiser cette
concertation.
27.07 Olivier Maingain (MR): Er
zou
over
de
toekomstige
opdrachten van de politiediensten
moeten worden nagedacht, in
samenwerking met zowel de
hiërarchie als diegenen die ten
aanzien van de politiezones de
politieke verantwoordelijkheid met
betrekking tot de behoeften van de
bevolking moeten nemen. De
verwachtingen van de bevolking
op het stuk van de veiligheid
evolueren en er bestaan nieuwe
vormen van ondersteuning die
degelijke
resultaten
kunnen
opleveren en waarvoor niet per se
veel personeel nodig is. Zou u
spoedig kunnen bepalen hoe u dat
overleg zal organiseren?
27.08 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, ik wil
toch wel reageren op de opmerking van de heer Vandenhove. In het
rapport van de federale politieraad staat duidelijk dat we moeten
nadenken over de politie van morgen. In het rapport van de federale
politie staat het woord kerntakendebat letterlijk. Doe hier dus niet alsof
ik het rapport van de federale politieraad en het werk over het de
hoorzittingen die in het Parlement gebeuren naar aanleiding van tien
jaar politiehervorming waarvan iedereen zegt dat ze geslaagd is en
dat we moeten nadenken over de politiehervorming die we willen voor
morgen niet ken. Het enige wat ik doe is niet iets nieuws
aankondigen, mij niet macho gedragen maar de teksten die
voorliggen lezen en bekijken.
27.08 Annemie Turtelboom,
ministre: Il est clairement indiqué
dans le rapport du conseil fédéral
de police que nous devons
réfléchir à la police de demain, et
le
débat
sur
les
missions
principales y est explicitement
mentionné. J'ai connaissance du
rapport et des auditions dans le
cadre des dix ans de la réforme
des polices. Il ne faut pas croire
que je ne connais pas les textes.
27.09 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mevrouw de minister, men moet
van mening kunnen verschillen. Ik deel uw mening daarover niet.
27.09 Ludwig Vandenhove
(sp.a): Je ne partage pas l'avis de
la ministre.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
28 Question de M. Olivier Maingain à la ministre de l'Intérieur sur "l'application d'un plan général
d'urgence et d'intervention par le gouverneur de l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale"
(n° 15012)
28 Vraag van de heer Olivier Maingain aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de opstelling
van een algemeen nood- en interventieplan door de gouverneur van het administratief arrondissement
Brussel-Hoofdstad" (nr. 15012)
28.01 Olivier Maingain (MR): Monsieur le président, le 9 septembre
dernier était publié au Moniteur belge la circulaire ministérielle relative
au plan général d'urgence et d'intervention du gouverneur de
province, circulaire fort exhaustive au demeurant qui met à disposition
une structure pour l'élaboration du PGUI.
Mes questions porteront plus précisément sur les situations d'urgence
en Région bruxelloise, en application de ladite circulaire, en rapport
également avec le rôle des bourgmestres des communes
concernées. Mme la ministre peut-elle me faire savoir:
- si une réunion a déjà été prévue avec les gouverneurs aux fins
28.01 Olivier Maingain (MR): Op
9 september jongstleden werd de
ministeriële omzendbrief betref-
fende de goedkeuring van de
provinciale nood- en interventie-
plannen voor de provinciegouver-
neurs gepubliceerd, waarin er een
structuur ter beschikking wordt
gesteld voor het uitwerken van het
ANIP. Werd er al een vergadering
met de gouverneurs belegd om de
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
50
d'expliquer concrètement les finalités et l'exécution de la circulaire?
Ce que je suppose.
- Si chaque gouverneur de province est chargé d'informer les
autorités des communes de son ressort plus particulièrement du
déroulement des niveaux de phases de planification d'urgence?
- Le délai requis pour constituer la cellule provinciale de sécurité visé
au point 2.2)?
- Quelle est la distinction entre coordination opérationnelle et
coordination stratégique au niveau de la phase communale de
planification d'urgence telles qu'énoncées aux points 3.2.1. et 3.2.4?
- Quels sont les moyens financiers et humains mis à disposition du
gouverneur de l'arrondissement de Bruxelles-Capitale afin d'exécuter
les missions en application de ladite circulaire?
doelen en de uitvoering van de
omzendbrief concreet toe te
lichten? Moet elke provincie-
gouverneur
de
onder
hem
ressorterende gemeentebesturen
meer bepaald inlichten over het
verloop van de noodplannings-
fases? Tegen wanneer moet de
provinciale veiligheidscel, zoals
bedoeld in punt 7.2, opgericht
worden?
Welk
onderscheid
wordt
er
gemaakt tussen de operationele
coördinatie
en
de
beleids-
coördinatie voor de gemeentelijke
fase van de noodplanning? Welke
financiële en personele middelen
zullen er ter beschikking gesteld
worden van de gouverneur van het
arrondissement Brussel-Hoofdstad
om de opdrachten in toepassing
van de omzendbrief te vervullen?
28.02 Annemie Turtelboom, ministre: Le 1
er
avril 2009, le centre de
crise du gouvernement fédéral a organisé une séance d'information
sur cette circulaire à l'intention des gouverneurs et de leur cellule de
sécurité. Cette séance a notamment permis de rappeler la raison
d'être de cette circulaire, sa méthodologie d'élaboration ainsi que son
contenu.
Le 8 mars 2008, les bourgmestres de 18 communes et de la ville de
Bruxelles ont bénéficié d'une journée d'information sur la planification
d'urgence organisée par le gouverneur en collaboration avec le centre
de crise du gouvernement fédéral. Par ailleurs, les bourgmestres sont
étroitement associés aux travaux de planification d'urgence par le
gouverneur. Ainsi ils sont destinataires des comptes rendus des
réunions de la cellule sécurité de l'arrondissement. De même, ils
participent à la cellule d'harmonisation des plans d'urgence de
l'arrondissement et des plans communaux. Cette plate-forme permet
notamment d'échanger des bonnes pratiques et des informations sur
la planification d'urgence.
Lors de sa réunion du 3 juin 2009, les services du gouverneur ont
évoqué la CM NPU-2 et le changement de structure de leur propre
plan qu'elle imposait.
La constitution d'une cellule de sécurité provinciale fait partie des
missions prévues par l'arrêté royal du 16 février 2006. Ce texte
réglementaire ne prévoit pas de période transitoire pour se mettre en
conformité avec cette obligation notamment parce que la plupart des
gouverneurs disposaient déjà dans les faits d'une telle cellule même
si elle n'était pas formalisée comme telle.
En réalité, il s'agit tout simplement d'un processus d'élaboration
multidisciplinaire de la planification d'urgence. La coordination
stratégique en phase communale implique pour le bourgmestre la
prise de décision en vue d'aborder de la manière la plus efficace
28.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Op 1 april 2009
organiseerde het Crisiscentrum
van de federale regering een
informatiebijeenkomst in verband
met
die
omzendbrief.
Ter
gelegenheid daarvan werd eraan
herinnerd waarom die omzendbrief
er gekomen is, hoe die tot stand
kwam en wat de inhoud ervan is.
Op 8 maart 2008 namen de
burgemeesters
van
achttien
Brusselse gemeenten deel aan
een informatiedag inzake de
noodplanning.
De
gouverneur
betrekt
de
burgemeesters
trouwens
nauw
bij
de
werkzaamheden in verband met
de noodplanning.
De diensten van de gouverneur
brachten tijdens de vergadering op
3 juni 2009 de omzendbrief en de
verplichte structuurwijziging van
hun eigen plan ter sprake.
De oprichting van een provinciale
veiligheidscel maakt deel uit van
de opdrachten die geregeld
worden bij het koninklijk besluit
van 16 februari 2006.
In feite gaat het gewoon om een
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
51
possible la situation d'urgence pour assurer la sécurité des personnes
et des biens, de limiter ces diverses conséquences ainsi que de
revenir le plus rapidement possible à la situation normale.
Cette coordination s'effectue au sein du comité de coordination
communale, qui est présidé par le bourgmestre et composé de
représentants des disciplines concernées et du fonctionnaire chargé
de la planification d'urgence.
Ainsi, en cas d'inondations justifiant le déclenchement de la phase
communale, le bourgmestre peut notamment décider de l'évacuation
de la population concernée.
La coordination opérationnelle en phase communale vise la
coordination sur le terrain des diverses actions de secours
multidisciplinaires, aux fins d'exécuter les décisions stratégiques
prises par le bourgmestre. Cette coordination est assurée au départ
du poste de commandement opérationnel composé de directeurs de
discipline. Ainsi, l'évacuation décidée par le bourgmestre constitue-t-
elle une mesure de coordination opérationnelle d'organisation sur le
terrain.
Le gouverneur de l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale
dispose des mêmes moyens que les autres gouverneurs, à savoir du
personnel fédéral et des moyens financiers fédéraux. L'entrée en
vigueur de la circulaire sur le plan général du gouverneur ne donne
pas encore lieu à l'octroi de moyens supplémentaires.
multidisciplinaire coördinatie van
de noodplanning.
Het
gemeentelijk
coördinatie-
comité verricht de coördinatie.
Met het oog op het uitvoeren van
de strategische beslissingen van
de
burgemeester
strekt
de
operationele coördinatie in de
gemeentelijke fase ertoe de
diverse, multidisciplinaire vormen
van hulpverlening praktisch te
coördineren. Die coördinatie wordt
verricht op de commandopost
operaties, die wordt gevormd door
de directeurs van de disciplines.
De
gouverneur
van
het
administratief
arrondissement
Brussel-Hoofdstad beschikt over
dezelfde middelen als de andere
gouverneurs. Er worden nog geen
extra middelen toegekend bij de
inwerkingtreding
van
de
omzendbrief.
28.03 Olivier Maingain (MR): Madame la ministre, je vous remercie
pour cette réponse très détaillée. Elle nous permettra, en tout cas, de
disposer d'informations plus précises que celles que nous avions pu
recueillir au cours des réunions de travail, dont vous avez fait état,
mais où une certaine confusion régnait.
Madame la ministre, bien que votre réponse figurera au compte
rendu, j'aimerais néanmoins que vous la transmettiez à mes services.
28.03 Olivier Maingain (MR):
Dankzij uw zeer gedetailleerde
antwoord beschikken we over
nauwkeurigere inlichtingen dan na
de werkvergaderingen het geval
was.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
29 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre de l'Intérieur sur "l'équipement des policiers
appelés en renfort des zones de police" (n° 15469)
29 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
uitrusting van de politieagenten die ter versterking van de politiezones worden ingezet" (nr. 15469)
29.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Monsieur le président, madame
la ministre, les zones de police sont amenées, à certains moments, à
appeler des renforts venant d'autres unités, notamment lorsqu'elles
sont dans l'attente d'effectifs. En tant que président de la zone de
police, nous lançons un appel à chaque conseil et nous désignons de
nouveaux inspecteurs, toujours avec trop peu de candidats par
rapport au nombre de postes à pourvoir. Il nous faut donc faire appel
à la DAR.
Dans ce contexte, ces effectifs viennent presque, si j'osais dire, nus et
crus. Certes ils ont leurs uniformes, mais, en revanche, ils n'ont pas
leurs équipements de protection. En effet, ils viennent sans leurs
gilets pare-balles.
29.01 Jean-Jacques Flahaux
(MR): Het gebeurt dat politiezones
een beroep moeten doen op
versterking van andere eenheden,
die in dat geval wel hun uniform
dragen, maar niet hun veiligheids-
uitrusting. Het is in dat geval aan
de politiezone om in de voorraad
op zoek te gaan naar geschikt
kogelvrije vesten.
Zouden de manschappen die we
"huren" van de DAR (Directie van
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
52
À charge de la zone de police de chercher dans la réserve des gilets
pare-balles pouvant convenir, mais avec l'à-peu-près inévitable, les
plaintes des organisations syndicales assez fondées et l'inconfort
potentiel du policier forcé de revêtir un vêtement qui n'a pas été conçu
pour lui, et ce, à condition que lesdits gilets en réserve soient en
nombre suffisant pour faire face aux besoins, voire qu'ils existent.
Madame la ministre, ne serait-il pas possible aux agents en question,
que nous "louons" à la DAR, de venir avec leur tenue complète, en ce
compris les gilets pare-balles, quitte à ajuster le prix à payer?
Quelles sont les raisons qui empêchent cette démarche des plus
logiques? Est-ce un problème de budget? Si tel est le cas, pourquoi
dès lors ne pas demander aux zones de police une indemnisation
complémentaire?
Cela permettrait à tout le moins au personnel concerné d'exercer ses
missions avec un maximum de confort et de sécurité.
de Algemene Reserve) niet met
hun volledige uitrusting kunnen
komen, zo nodig tegen een
aangepaste vergoeding? Waarom
kan deze voor de hand liggende
werkwijze niet in praktijk worden
gebracht? Zijn daar budgettaire
redenen voor? Kan de politiezones
in voorkomend geval niet worden
gevraagd
een
bijkomende
vergoeding te betalen?
29.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, tout
d'abord, le gilet pare-balles individuel ne fait pas partie de
l'équipement de base ni de l'équipement fonctionnel général du
policier. Cela veut dire que l'on n'attribue pas un gilet pare-balles à
chaque policier. Certaines zones de police ont procédé à l'achat de
gilets pare-balles individuels; d'autres zones de police ainsi que la
police fédérale ont préféré opter pour des gilets pare-balles collectifs,
qui sont portés dès que le risque encouru dépasse le niveau habituel
et normal. Ces gilets se trouvent et restent dans les véhicules de la
zone de police d'origine, ce qui a pour conséquence que chaque
policier affecté à un nouveau lieu temporaire de travail laisse son gilet.
La solution idéale consisterait à détacher chaque policier avec une
veste individuelle adaptée à sa taille. Malheureusement, les
restrictions budgétaires tant passées qu'actuelles n'ont pas permis de
réaliser ces achats.
La proposition de faire payer une indemnisation est à première vue
attrayante. Cette indemnisation éventuelle ne résout toutefois pas le
problème financier immédiat du service de police qui doit pré-financer
l'achat des vestes.
29.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Het kogelvrij vest
maakt geen deel uit van de
basisuitrusting
noch
van de
algemene functionele uitrusting
van de politieambtenaar en niet
iedere politieagent beschikt dus
over zo een vest.
De ideale oplossing zou erin
bestaan elke politieambtenaar te
detacheren met een individueel
kogelvrij vest in de juiste maat.
Wegens budgettaire beperkingen
konden die aankopen echter niet
worden gerealiseerd.
Het voorstel om een extra
vergoeding te doen betalen lijkt
ogenschijnlijk aantrekkelijk, maar
het lost het financiële probleem
van de politiedienst die de
aankoop van die vesten moet
prefinancieren niet op.
29.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Monsieur le président, madame
la ministre, je peux vous dire que la zone que je préside, la zone de la
Haute Senne regroupant quatre communes, a acheté un gilet pare-
balle pour chaque inspecteur. Ceux qui proviennent de la DAR se
trouvent donc bien démunis par rapport à nos policiers.
Comme vous l'avez rappelé très justement, il existe des gilets
standards dans les véhicules. Les organisations syndicales vous
diront cependant que certains problèmes liés à l'utilisation de ces
gilets pourraient survenir car ils ne conviennent pas suffisamment et
ne sont pas adaptés au corps des policiers en question.
Madame la ministre, je vous remercie de l'attention que vous portez
au système d'indemnités complémentaires que je vous propose, en
29.03 Jean-Jacques Flahaux
(MR): De zone waarvan ik
voorzitter ben heeft voor elke
inspecteur een kogelvrij vest
aangekocht. De mensen die door
de DAR worden gedetacheerd, zijn
dus wel ontriefd, in vergelijking
met onze politiemensen.
De standaardvesten die zich in de
voertuigen
bevinden
doen
problemen rijzen want ze zijn niet
aangepast aan het politiekorps.
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
53
attendant d'avoir un budget pour l'acquisition de gilets pour les
policiers détachés de la DAR.
Ik dank u voor uw aandacht voor
het stelsel van de aanvullende
vergoedingen dat ik u voorstel in
afwachting dat er een begroting is
voor de aankoop van vesten voor
de
gedetacheerde
DAR-
politiemensen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
30 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het
galadiner van de politie" (nr. 15643)
30 Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre de l'Intérieur sur "le dîner de gala de la police"
(n° 15643)
30.01 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mevrouw
de minister, u kreeg wellicht ook een uitnodiging voor het galadiner
van de federale politie. Ik kan uiteraard begrijpen dat er aan sociale
fondswerving wordt gedaan, maar aangezien ik hierbij toch bepaalde
beschouwingen hoor bij de politie, had ik graag uw standpunt ter zake
gekend.
Wat vindt u van het initiatief? Vindt u het de meest gelukkige manier
om geld binnen te halen voor het sociale doel? Het stemt niet overeen
met een aantal omzendbrieven omtrent het gebruik van
politiegebouwen.
30.01 Ludwig Vandenhove
(sp.a): La ministre a sans doute
été invitée aussi au dîner de gala
de la police fédérale.
Estime-t-elle que c'est le meilleur
moyen de collecter de l'argent
pour la bonne cause? Il s'agit là
d'une
pratique
contraire
à
certaines circulaires ayant trait à
l'utilisation des bâtiments dans
lesquels sont hébergés nos
services de police.
30.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, het is
een initiatief dat ook andere departementen, zoals Landsverdediging,
nemen. Het is een avond zonder winstgevend karakter.
Het galadiner werd zodanig georganiseerd dat het initiatief op basis
van het verhoopte aantal deelnemers geen enkele meerkost
genereert voor de federale politie. De politie hoopt integendeel winst
te boeken die integraal zal gaan naar Running for Solidarity, een
solidariteitsactie ten voordele van personeelsleden van de
geïntegreerde politie en hun familie, die getroffen zijn door een ernstig
gezondheidsprobleem.
Dit initiatief wil een liefdadigheidsactie ondersteunen die sinds 1996
ter hulp komt aan noodlijdende personen. Om aan fondswerving te
doen lijkt een feest mij een veelgebruikte formule. Dit evenement is
toegankelijk voor alle personeelsleden van de geïntegreerde politie,
hun familie en vrienden. Het sluit aan bij een van de waarden van de
politie die de interne relaties met de organisaties wil aanmoedigen. De
formule is nieuw maar wil vooral aan fondsenwerving doen voor een
goed doel. Het zal de belastingbetaler geen euro kosten.
30.02 Annemie Turtelboom,
ministre: D'autres départements
prennent également cette initiative.
La recette escomptée de ce dîner
de gala servira à financer une
action de solidarité au bénéfice de
membres du personnel de la
police intégrée et de leurs proches
touchés par un problème de santé
grave.
Cet
événement
est
accessible à tous les membres du
personnel, à leurs familles et à
leurs amis, et il ne coûtera pas un
euro au contribuable.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le président: M. Schoofs étant absent, sa question n° 15658 est reportée.
La question n° 15674 de Mme. Tasiaux-De Neys est également reportée.
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
54
31 Samengevoegde vragen van
- de heer Michel Doomst aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de mobilhomes van de
politie" (nr. 15746)
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de aankoop van
5 mobilhomes voor de politie" (nr. 15767)
- de heer Ben Weyts aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de aankoop van mobilhomes door
de politie" (nr. 15797)
- de heer Paul Vanhie aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de aankoop van vijf mobilhomes
door de sociale dienst van de geïntegreerde politie" (nr. 15836)
31 Questions jointes de
- M. Michel Doomst à la ministre de l'Intérieur sur "les mobilhomes de la police" (n° 15746)
- M. Xavier Baeselen à la ministre de l'Intérieur sur "l'achat de 5 mobile homes pour la police"
(n° 15767)
- M. Ben Weyts à la ministre de l'Intérieur sur "l'achat de mobilhomes par la police" (n° 15797)
- M. Paul Vanhie à la ministre de l'Intérieur sur "l'achat de cinq mobilhomes par le service social de la
police intégrée" (n° 15836)
31.01 Michel Doomst (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, het is natuurlijk niet slecht dat ook binnen de politie dromen
kunnen worden waargemaakt. Misschien ligt hier een persoonlijke
frustratie aan de basis. Binnen de sociale dienst wil men immers vijf
mobilhomes aankopen om het personeel de kans te geven op reis te
gaan. De totale kostprijs van die onderneming zou 170 000 euro zijn.
Natuurlijk valt er wat te zeggen voor de bedoeling agenten die het
moeilijk hebben, de kans te geven op reis te gaan. De gedelegeerde
bestuurder heeft al gezegd dat de belastingbetaler daarvan niets zal
ondervinden omdat die investering sociaal zinvol is en voor een stuk
zichzelf via de huur kan terugbetalen.
Toch komt dat eigenaardig over. Ik vraag u wat toelichting te geven bij
het dossier. Wat zijn uw bevindingen? Ik dacht immers dat u het
dossier even naar zich had getrokken om te weten waarover het
precies gaat. Zult u nog stappen ondernemen? Kunt u ook wat meer
toelichting geven over de werking van die sociale dienst? Klopt het dat
daar een spaarport van 3 miljoen euro ligt te wachten?
31.01 Michel Doomst (CD&V):
Le service social de la police
envisage d'acquérir cinq mobil-
homes
pour
permettre
au
personnel de partir en voyage.
Leur prix s'élève à 170 000 euros.
Leur achat ne coûtera rien au
contribuable parce qu'il pourra être
remboursé partiellement par la
location des véhicules. Cette
information est-elle exacte? La
ministre pourrait-elle nous fournir
des éclaircissements concernant
le fonctionnement de ce service
social?
Est-il
exact
qu'une
cagnotte de 3 millions d'euros a
été constituée pour le faire
fonctionner?
31.02 Xavier Baeselen (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, je voudrais aborder cette question car si on parle de
restrictions budgétaires et du non-remplacement des départs à la
pension au sein de la police fédérale, on apprend de manière
surprenante que le service social doit absolument dépenser de
l'argent car, comme la bonne vieille technique le veut, si le crédit n'est
pas épuisé l'année précédente, on risque de ne pas obtenir le même
crédit l'année suivante. On connaît ce principe même dans les
communes. Évidemment pas dans celles qui sont bien gérées.
Il est en effet surprenant que le service social de la police souhaite
dépenser 170 000 euros pour l'achat de 5 mobilhomes pour permettre
aux policiers de partir en vacances.
Mes questions sont dès lors les suivantes.
Comment sont prises les décisions au sein du service social? Quel
est le mode de fonctionnement et le budget dont dispose ce service
sur une base annuelle?
Vous avez déclaré vouloir vous emparer de ce dossier pour examen.
Quelle procédure sera suivie et quel sera le timing endéans lequel la
31.02 Xavier Baeselen (MR): Nu
er sprake is van budgettaire
beperkingen en het niet vervangen
van gepensioneerden bij de
federale politie, vernemen we dat
de sociale dienst van de politie
geld moet uitgeven om volgend
jaar hetzelfde krediet te bekomen.
Die dienst wenst 170 000 euro uit
te geven voor de aankop van vijf
mobilhomes
waarmee
de
politiemensen op vakantie kunnen.
Hoe zullen de beslissingen van de
sociale dienst worden genomen?
Wat zijn de werkwijze en de
begroting van die dienst op
jaarbasis?
U hebt verklaard dat dossier te
willen
onderzoeken.
Welke
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
55
décision éventuelle j'imagine que vous avez un pouvoir de tutelle-
sera connue?
procedure zal er gevolgd worden
en wat is de timing voor de
eventuele beslissing?
31.03 Ben Weyts (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, de feiten zijn gekend. De politie kreunt, iedereen vraagt meer
mensen en middelen. Wij hebben het daarstraks nog gehad over de
600 gepensioneerden die slechts naar rato van 1 op 2 zouden worden
vervangen, terwijl in Brussel de stenen om de oren vliegen van
politieagenten. Moet hun troost dan misschien zijn dat zij binnen
afzienbare tijd met een mobilhome op reis kunnen trekken. Ik vind dit
echt een aanfluiting van ieders rechtsgevoel en een aanfluiting ook
van het beeld van de gewone hardwerkende politieman. U had het
daarstraks over het terugplooien op de kerntaken in barre financiële
tijden en dan krijgt men deze communicatie, die voor de politie in het
algemeen en voor de modale politieman echt pijnlijk is.
Ik heb daarover enkele vragen.
Was u of uw dienst op de hoogte van deze beslissing? Er zitten
vertegenwoordigers van de politie in de raad van bestuur van de
betrokken vzw.
Valt die aankoop volgens u binnen de normale taakinvulling van de
sociale dienst?
Bestaan er richtlijnen over de besteding van financiële middelen? Ik
heb immers begrepen dat u een financiële overeenkomst sluit met die
vzw, dat u middelen overdraagt op basis van een overeenkomst. Kan
u toelichting geven bij de besteding van die middelen?
Gaat u ingrijpen om die beslissing ongedaan te maken via uw
vertegenwoordigers die daar in de raad van bestuur zitten of alleszins
de vertegenwoordigers van de politie?
Hoeveel personeelsleden worden door de lokale of federale politie ter
beschikking gesteld van de sociale dienst?
Hoeveel bedragen de werkingsmiddelen die sinds 2002 jaarlijks zijn
toegekend aan de sociale dienst, want ook daar heeft u natuurlijk een
stok achter de deur om de werking van dienst iets of wat te
reguleren?
31.03 Ben Weyts (N-VA): La
police multiplie les appels à l'aide
et ne cesse de demander
davantage
d'hommes
et
de
moyens. Sur 600 retraités, seuls
50 % seraient remplacés, alors
même que la police de Bruxelles
doit régulièrement faire face à des
assauts
de
violence.
La
perspective de pouvoir bientôt
partir en voyage en autocaravane
sera-t-elle une consolation pour
les policiers?
Cette
information
n'est
pas
cohérente
avec
la
stratégie
évoquée par la ministre, à savoir
un repli sur les métiers de base de
la police en cette période
financièrement très difficile. La
ministre a-t-elle eu connaissance
de
l'acquisition
des
auto-
caravanes? Cet achat s'inscrit-il
dans le cadre des tâches dévolues
au service social? L'affectation des
moyens dont dispose l'ASBL fait-
elle l'objet de directives? Combien
de membres du personnel de la
police sont mis à la disposition du
service social? À quels montants
s'élèvent
les
moyens
de
fonctionnement annuels du service
social depuis 2002?
31.04 Paul Vanhie (LDD): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, het gaat inderdaad om vijf mobilhomes, maar oorspronkelijk
was er zelfs sprake dat zij een appartement gingen aanschaffen in
Knokke. Ik heb ook gelezen dat u samen met mijnheer Koekelberg
even contact ging nemen met de sociale dienst. Ik zou dan ook graag
weten hoe dat is verlopen en wat daar uit de bus is gekomen.
Kunt u mij bevestigen dat het één van de ideeën is die vijf
mobilhomes en dat u ook weet hebt dat er een ander idee was om
dat appartement in Knokke aan te kopen? Ik zou graag uw
persoonlijke visie kennen op gans deze zaak.
31.04 Paul Vanhie (LDD):
Initialement, le service social
entendait acquérir un appartement
à la mer. Il m'est revenu que la
ministre a pris contact avec le
service social. Quels sont les
résultats de cet entretien? Quelle
est l'opinion personnelle de la
ministre à ce sujet?
31.05 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, le
service social de la police intégrée est une ASBL créée par l'arrêté
royal du 9 décembre 2002. Elle fonctionne conformément aux
31.05
Minister
Annemie
Turtelboom: De sociale dienst
van de geïntegreerde politie is een
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
56
prescriptions légales en matière d'ASBL. Elle est constituée de
manière paritaire. Au sein de l'assemblée générale et du conseil
d'administration, on retrouve les syndicats et les représentants des
polices locale et fédérale.
Son but est de, je cite: "Procurer aux bénéficiaires une aide matérielle
et non matérielle, aussi dans leur vie privée, ceci sous forme
d'avantages individuels et collectifs." Les moyens de fonctionnement
proviennent des autorités locales et fédérales. Pour la police locale,
on procède à une retenue de 0,15 % sur la masse salariale. Côté
fédéral, on verse des subsides.
Depuis 2005, le service social a repris les activités horeca de la police
fédérale. La police locale ne met pas de personnel à sa disposition.
La police fédérale met 80 personnes à disposition pour le volet horeca
et 22 personnes pour le service social, dont 13 assistants sociaux.
vzw, die werd opgericht bij
koninklijk besluit van 9 december
2002.
De
dienst
werkt
overeenkomstig de vzw-wetgeving
en is paritair samengesteld.
De sociale dienst heeft tot doel de
rechthebbenden
materiële
en
immateriële steun te verlenen, ook
in hun privéleven, in de vorm van
individuele
en
collectieve
voordelen.
De
vzw
wordt
gefinancierd door de lokale en
federale overheden: in het geval
van de lokale politie gebeurt dat in
de vorm van een inhouding van
0,15 procent op de loonmassa,
terwijl de federale politie subsidies
toekent.
Sinds 2005 heeft de dienst de
horeca-activiteiten van de federale
politie overgenomen. De federale
politie stelt 80 personen ter
beschikking voor de horeca-
activiteiten en 22 personen, onder
wie
13
maatschappelijke
assistenten, voor de sociale
dienst.
De bij KB toegekende subsidies dienen quasi uitsluitend om al dat
personeel terug te betalen. Concreet komt er via de RSZPPO
ongeveer 2,1 miljoen euro binnen. Van federale zijde bedraagt de
subsidie voor de vzw 799 000 euro en voor de tak horeca 2,5 miljoen
euro. Nogmaals, daarmee worden voornoemde personeelsleden
terugbetaald.
Jaarlijks legt de vzw de rekeningen en begrotingen nagezien door de
bedrijfsrevisor voor aan de federale politie die ze aan de inspectie van
Financiën bezorgt. Pas na dit advies wordt de laatste schijf van de
subsidies betaald. Zoals een goede huisvader beschikt de vzw
inderdaad over een bepaalde reserve. Ingevolge onder andere
eenmalige inkomsten, zijnde herberekeningen en extra doorstortingen
door de RSZPPO, huuropbrengsten, betere schuldrecuperatie, was er
een aangroei die werd omgezet in extra sociale voordelen inzake
vakantiebesteding. Ook andere sociale diensten besteden aandacht
aan die sector.
De aankoop van vakantiewoningen werd evenwel niet overwogen. De
sociale dienst huurt aan de kust en in de Ardennen wel een
vijfentwintigtal appartementen en chalets die ze dan aan een
preferentieel tarief doorverhuurt aan de personeelsleden van de
politie. Op het einde van de rekening is dat budgettair neutraal. Die
formule heeft veel bijval. De extra modaliteiten voor het ter
beschikking stellen van mobilhomes die eigenlijk als een variante
moeten worden gezien, werden deze morgen in de raad van bestuur
besproken. Mijn laatste informatie is dat de kwestie volgende week
wordt geagendeerd voor de algemene vergadering van de vzw.
Les subsides octroyés par arrêté
royal sont quasiment exclusive-
ment destinés à rembourser ce
personnel. Une somme d'environ
2,1 millions d'euros est perçue par
le biais de l'ONSSAPL. La
subvention fédérale versée à
l'ASBL s'élève à 799 000 euros et
à 2,5 millions d'euros pour le volet
horeca. L'ASBL soumet chaque
année ses comptes et ses budgets
à la police fédérale, qui les
transmet
à
l'inspection
des
Finances.
L'ASBL dispose en effet d'une
réserve. L'accroissement de cette
réserve est investi dans des
avantages sociaux complémen-
taires relatifs aux vacances.
L'acquisition d'hébergements de
vacances n'a pas été envisagée.
Le service social loue environ 25
appartements et chalets à la Côte
et dans les Ardennes, qu'elle
reloue au personnel de police. Il
s'agit d'une opération financière-
ment neutre. La mise à disposition
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
57
Voor mij is de essentie van dit verhaal dat is mijn basishouding
dat dit de belastingbetaler niets mag kosten. Als het huren en
doorverhuren is, als het de belastingbetaler niets kost en als het de
sociale dienst is die voordelen doet terwijl trouwens ook de mensen
die opposant zijn binnen de raad van bestuur en binnen de algemene
vergadering zeggen dat de sociale dienst ook zeer veel goed werk
levert is dat voor mij de bottom line.
Ik volg deze zaak van nabij. Natuurlijk heb ik liefst dat men binnen het
bestuur van die vzw van de sociale dienst, zelf, vakbonden en de
andere kant vertegenwoordigers twee derde lokale politie, een
derde federale politie eerst onderling een goede oplossing voor
deze problematiek vindt. Mijn bottom line is dat het de
belastingbetaler niets mag kosten. Daar zal ik heel nauwgezet over
waken.
de
mobilhomes
peut
être
considérée comme une variante
de cette opération. La question
sera
examinée
la
semaine
prochaine lors de l'assemblée
générale de l'ASBL.
L'essentiel pour moi est que le
contribuable n'ait rien à payer. Je
suis le dossier de près et j'espère
qu'une
bonne
solution
sera
trouvée au sein de l'administration
de l'ASBL.
31.06 Michel Doomst (CD&V): Mevrouw de minister, dank u voor
uw antwoord. We moeten respect hebben voor de mensen die dat
budget, dat als sociale dienst moet dienen voor de mensen van de
politie, moeten begeleiden. Het lijkt mij echter dat die mobilhomes
eigenlijk geen goed voorbeeld zijn van hoe men dit moet organiseren.
Ik vind wel dat men een stimulans kan geven voor bepaalde mensen
om daar eventueel gebruik van te maken. Dat is een duwtje naar het
vakantiesalon. Ik heb er echter grote bedenkingen bij dat men dat
vakantiesalon zelf gaat organiseren, natuurlijk met respect voor
datgene waarvoor zij binnen de autonomie van die structuur zelf
verantwoording moeten afleggen.
31.06 Michel Doomst (CD&V):
Je ne trouve pas qu'il s'agisse
d'une bonne façon de gérer les
fonds.
31.07 Xavier Baeselen (MR): Monsieur le président, je remercie la
ministre pour sa réponse. Si je comprends bien, ses possibilités
d'intervention sont très limitées puisqu'elle a rappelé que c'est une
ASBL, qui fonctionne selon des modalités déterminées. Finalement,
c'est une affaire interne à la police!
Je partage le point de vue de M. Doomst lorsqu'il dit qu'à un moment
donné il faut se demander si les gestes qui sont posés sont les bons.
On a débattu au sein de notre commission du manque d'argent pour
payer les gilets pare-balles aux policiers, des non-remplacements des
départs à la pension. Et puis on reçoit ce type d'information: le service
social de la police s'achète cinq mobilhomes pour permettre aux
policiers de partir en vacances.
C'est une question de justesse de la décision de ce service social qui
est représenté par des membres de la police locale et des syndicats.
Madame la ministre, vous dites que cela ne coûte rien au
contribuable. Ce n'est pas exact. D'une manière ou d'une autre, cela
coûte au contribuable. Les fonds sont alimentés par une décision
prise au niveau fédéral et local, à savoir la ponction d'une partie des
cotisations sur le salaire; vous avez parlé de 0,15 % des salaires pour
la police locale. C'est donc finalement le contribuable qui finance le
service social de la police, puisque cela apparaît dans les budgets
des zones de police et, dès lors, forcément dans les dotations et les
impôts qui permettent de financer ces zones.
Je prends note du fait que la décision sera prise la semaine prochaine
par l'ASBL en toute autonomie. J'espère qu'elle aura la sagesse de ne
31.07 Xavier Baeselen (MR): Als
ik het goed begrijp kan u weinig
ondernemen aangezien het om
een vzw gaat die werkt volgens
welbepaalde regels.
Op een bepaald ogenblik moet
men zich echter afvragen of wat
men doet goed is. De fondsen
worden gevoed door de heffing
van een bijdrage op de wedden.
Het
is
dus
uiteindelijk
de
belastingplichtige die de sociale
dienst van de politie financiert.
Ik neem er nota van dat de vzw
volledig autonoom volgende week
een beslissing zal nemen.
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
58
pas prendre cette décision!
31.08 Ben Weyts (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, dit verhaal schaadt het imago van de politie, dit verhaal
schaadt het beeld van de goedwerkende politieagent. Het verhaal is
hier verteld: voor kogelvrije vesten is er geen geld, wel voor
mobilhomes. Dit is een intriest verhaal.
U zegt dat het de belastingbetaler niets kost. Mocht dat waar zijn, zou
dat een ongelofelijk lucratieve bezigheid zijn en zouden we ons
allemaal kunnen storten op de aankoop en het verder verhuren van
mobilhomes. Iedereen weet dat dit vanzelfsprekend wel geld zal
kosten. Ik vraag u om in te grijpen en dat kunt u op twee manieren.
Ten eerste, zowel de algemene vergadering als de raad van bestuur
is voor de helft samengesteld uit vertegenwoordigers van de politie en
dan nog eens voor de helft uit vertegenwoordigers van...
31.08 Ben Weyts (N-VA): Cette
situation nuit à l'image de la police.
Il n'y a pas d'argent pour payer les
gilets pare-balles mais bien pour
des mobil-homes. Je ne crois pas
que cela ne coûte rien aux
contribuables.
31.09 Minister Annemie Turtelboom: Twee derde lokale politie en
een derde federale, van de helft.
31.10 Ben Weyts (N-VA): Mag ik even uitspreken? Ik heb de
statuten hier voor mij liggen. Van die helft is de helft samengesteld uit
vertegenwoordigers van de federale politie, aangeduid door de
commissaris-generaal zelf. U heeft daar dus wel degelijk vat op. Tot
slot heeft u ook wel degelijk vat op de hele financiering van die vzw,
vermits u die vzw subsidieert. U heeft wel degelijk werkingsmiddelen
en moet niet de indruk wekken dat dit maar een vzw is waar u geen
greep op hebt. U kunt ingrijpen ten voordele van het imago van de
politie. Ik stel enkel vast dat u het niet doet.
31.10 Ben Weyts (N-VA):
J'estime que la ministre doit réagir.
Elle peut intervenir au niveau du
financement de l'ASBL par le biais
du subventionnement.
31.11 Paul Vanhie (LDD): Mevrouw de minister, dank u voor uw
antwoord. Ik denk dat dit toch wel een beetje de ogen uitsteekt van de
man in de straat. Ik heb ook een probleem, mij aansluitend bij de
replieken van mijn voorgangers, met vijf mobilhomes als er 50 000
manschappen zijn. Hoe zal men dat verklaren?
Ik lees dat het de belastingbetaler niets zal kosten, want men zou ze
op korte termijn van de hand doen. Zij hebben zoveel gekost min de
aftrek van de verhuur en aan die prijs zal men de mobilhomes
doorverkopen. Het ruikt een beetje alsof er weer iets aan de knikker
is. Ik ga er mee akkoord dat wij ons niet met de structuur van de vzw
moeten bemoeien en dat men die beheert zoals men wil, maar om zo
in het nieuws te komen, dat vind ik toch een beetje bij de haren
getrokken.
31.11 Paul Vanhie (LDD): Ce
dossier laisse l'homme de la rue
pantois mais je me demande ce
qu'on peut faire de cinq mobil-
homes
pour
50 000 hommes.
Rares seront ceux, en définitive,
qui croiront que le contribuable ne
paiera rien.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
32 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "foto's van
misdrijven" (nr. 15753)
32 Question de M. Ludwig Vandenhove à la ministre de l'Intérieur sur "les photos relatives à des
délits" (n° 15753)
32.01 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mevrouw
de minister, ik heb een vraag met betrekking tot een discussie die in
een aantal politiekorpsen op gang komt. Politiemensen zouden zelf
fototoestellen moeten kopen omdat wanneer zij verbaliseren, en dus
goed hun werk doen, zij toch op de vingers worden getikt of verkeerd
32.01 Ludwig Vandenhove
(sp.a): J'apprends par les journaux
que les policiers doivent s'acheter
eux-mêmes des appareils photo
parce qu'ils se font rappeler à
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
59
worden bekeken door hun hiërarchische oversten of politieke
verantwoordelijken, collega's van ons dus. Ik wens hier voor alle
duidelijkheid niet de autonomie van een burgemeester in twijfel te
trekken.
Dit verontrust mij, en daarom is mijn eerste vraag hoe groot dit
fenomeen en de omvang van het probleem is? Ik moet zeggen dat ik
dit maar in de krant heb gelezen, maar na wat navraag stel ik vast dat
de meeste gemeenten en steden zelf de politie uitrusten met
fototoestellen, zeker indien het over processen-verbaal gaat van
verkeersovertredingen. Toen ik het tegendeel in de krant las, was ik
daar verbaasd over.
Ten tweede, bent u van plan om daartegen iets te ondernemen?
Wettelijk is dat natuurlijk niet mogelijk, maar bijvoorbeeld via een
omzendbrief?
Het betreft hier voor mij een vrij fundamenteel debat, en ik heb de
laatste tijd ook een aantal andere dingen gelezen. Ik vind dat men de
politie haar werk moet laten doen. Als de politie slecht werkt, dan
bestaan er onder andere tuchtmaatregelen. Als we echter in
populistisch gedrag gaan vervallen, en de politie niet meer laten
optreden omdat dat onpopulair overkomt, zijn we natuurlijk ver van
huis. En in dat kerntakendebat, waar we misschien daarstraks van
mening verschilden, denk ik niet dat dat hier het geval is; laat de
politie haar werk doen.
Om een lang verhaal samen te vatten, ten eerste, hoe groot is dat
fenomeen en hebt u daar zicht op? Ten tweede, of het nu een klein of
een groot fenomeen is, ik meen dat de overheid een duidelijk signaal
moet geven, uiteraard met alle respect voor de autonomie van elke
gemeente, politieraad en politiecollege. Persoonlijk vind ik het niet
kunnen dat een politieagent zelf een fototoestel zou moeten kopen
om zich achteraf te verantwoorden dat hij wel goed heeft opgetreden
en dus zijn job goed heeft uitgevoerd. Dan zijn we in Far West-
toestanden terechtgekomen. Ik vraag hier een duidelijk initiatief. Zelfs
al gaat het maar om een paar gemeenten, dat zijn er toch teveel.
l'ordre lorsqu'ils verbalisent.
Cette information est-elle exacte et
quelle
est
l'ampleur
du
phénomène? La ministre entend-
elle agir par voie de circulaire?
On n'est pas sorti de l'auberge si
la police ne peut plus intervenir
parce que ce serait impopulaire.
L'État doit envoyer un signal clair,
même si cela ne concerne que
quelques
communes.
Il
est
inadmissible qu'un policier doive
s'acheter un appareil photo pour
pouvoir se justifier a posteriori.
32.02 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, beste
collega, ik heb net als u die praktijken via de pers vernomen. Ik stel
ook vast dat de bevolking steeds meer de neiging heeft om zich uit te
spreken over het werk van de politiemensen. Ik moet eerlijk zeggen
dat ik betreur dat de geloofwaardigheid van politiemensen in vraag
wordt gesteld, want dan wordt geraakt aan een van de basispijlers
van een goed leefbare en gezonde samenleving.
Omdat het gaat over de vaststelling van inbreuken, moet ik u erop
wijzen dat dit eigenlijk tot de bevoegdheid van de minister van Justitie
behoort. Daarover kan ik u geen materiaal geven.
Ik heb al aangegeven dat ik voorstander ben van een doorgedreven
gebruik van technische middelen om het gebruik van politiemensen
op het terrein te verbeteren en vooral te vergemakkelijken. Echter, we
moeten er evenwel niet toe komen dat van elke inbreuk een foto dient
te worden genomen om de toestand te objectiveren, zowel inzake de
vaststelling als inzake de eventuele betwisting achteraf.
Ik zal mijn collega, de minister van Justitie, aanspreken in verband
32.02 Annemie Turtelboom,
ministre: Je l'ai aussi lu dans la
presse. La population a de plus en
plus tendance à se prononcer sur
le travail de la police. La crédibilité
de la police constitue toutefois un
des piliers d'une société viable.
La constatation des infractions
ressortit en effet à la compétence
du ministre de la Justice.
Je suis partisan d'une utilisation
poussée des moyens techniques
pour améliorer le travail de la
police. Le but ne doit cependant
pas non plus être de prendre une
photo de chaque infraction pour
éviter toute discussion ultérieure.
Je parlerai au ministre de la
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
60
met het gebruik van eigen fotografisch materiaal door politiemensen,
in dat verband.
Justice de l'utilisation d'un appareil
photo personnel par les agents de
police.
32.03 Ludwig Vandenhove (sp.a): Mevrouw de minister, dat is
volgens mij minimaal. Als ik een suggestie mag formuleren -- het is
maar een suggestie --, om in de sfeer van de rondzendbrieven van
de jongste weken te blijven, dan stel ik voor dat u samen met uw
collega van Justitie in dat verband een rondzendbrief zou sturen.
Uiteraard kan het een burger nooit belet worden, en u weet dat elke
burger tegenwoordig snel de stap naar de rechtbank zet, om een en
ander aan te vechten.
Zulke zaken tasten het gezag van politiemensen aan. Naast overleg
met de minister van Justitie, lijkt mij een eenvoudige brief naar de
betrokken zones en de betrokken ambtenaren -- politici zijn in
bepaalde omstandigheden ook ambtenaren -- aangewezen. De
vraag luidt immers niet waar we beginnen, maar wel waar we
eindigen.
32.03 Ludwig Vandenhove
(sp.a): C'est le minimum que le
ministre puisse faire. Je propose
de rédiger une circulaire en
collaboration avec le ministre de la
Justice. Nous ne pourrons, par
contre, jamais empêcher les
citoyens
d'aller
devant
les
tribunaux.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
33 Question de M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur sur "l'efficacité des comprimés d'iode
distribués à proximité des sites nucléaires" (n° 15821)
33 Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
doeltreffendheid van de jodiumtabletten die in de nabijheid van de nucleaire sites verdeeld worden"
(nr. 15821)
33.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Monsieur le président,
madame la ministre, je voulais vous interroger sur l'efficacité des
comprimés d'iode distribués à proximité des sites nucléaires
Les riverains des sites nucléaires ont eu en 1999 la possibilité d'aller
chercher des comprimés d'iode chez leur pharmacien. En effet, les
plans de protection des populations riveraines de sites nucléaires
comprennent des mesures comme la mise à l'abri à l'intérieur des
habitations ou les restrictions alimentaires, mais aussi la distribution
de comprimés d'iode, censés protéger leur thyroïde en cas d'accident
nucléaire.
En juin 2009, la France a réitéré une distribution avec de nouvelles
pastilles d'iode, quelques jours avant la péremption des comprimés;
en Belgique, alors que les pastilles sont périmées depuis mars 2008,
le renouvellement a été promis par votre prédécesseur, le ministre
Dewael, pour octobre 2008. Sans effet à ce jour. Certes, des
problèmes de procédure ont été rencontrés et les comprimés sont
testés par l'Institut de Santé publique, chaque année, pour en
prolonger la validité. Le dernier test en garantit la validité jusqu'en
octobre 2009; peut-être pourra-t-on dire que c'est jusqu'en 2010.
Cependant, le laisser-aller dans le remplacement de ce stock de
pastilles d'iode est de nature à inquiéter le plus fervent partisan du
nucléaire, que je ne suis pas.
De plus, alors qu'en France, une campagne d'information nationale
sera prévue pour informer les citoyens qu'ils peuvent aller chercher
une boîte d'iode dans leur pharmacie; je m'interroge sur la manière
dont sera gérée l'information dans les zones transfrontalières pour
33.01 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): In 1999 konden de
omwonenden
van
nucleaire
installaties jodiumtabletten krijgen
bij
de
apotheker.
Bij
een
kernincident
bieden
jodium-
tabletten
bescherming
tegen
besmetting van de schildklier door
radioactief jodium. Sinds maart
2008 is de houdbaarheidsdatum
van
de
verstrekte
tabletten
verstreken, en de door uw
voorganger
aangekondigde
nieuwe levering is er nog altijd
niet. Uit de jongste test van het
Wetenschappelijk
Instituut
Volksgezondheid bleek weliswaar
dat de tabletten nog tot oktober
2009 houdbaar zijn, misschien
zelfs
tot
2010,
maar
de
nonchalance
waarvan
blijk
gegeven wordt bij de vernieuwing
van de voorraad tabletten zou
zelfs de vurigste aanhanger van
kernenergie verontrusten.
Bevestigt u dat de houdbaarheid
van de jodiumtabletten gewaar-
borgd is tot oktober 2009? Komt er
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
61
qu'elle soit la plus efficace possible.
Madame la ministre, pouvez-vous faire le point sur la procédure de
remplacement de ces comprimés d'iode?
Confirmez-vous que la validité des comprimés d'iode est garantie
jusqu'au mois d'octobre 2009? Il nous reste donc dix jours.
Quand est prévu le prochain test afin de déterminer la prochaine date
de validité? Si elle est déjà connue, quelle est-elle?
L'ASN française a procédé au remplacement de ses comprimés en
juin 2009 pour ses installations nucléaires, donc aussi pour les sites
transfrontaliers, tel celui de Chooz.
Pouvez-vous préciser qui est responsable de la distribution des
pastilles sur le sol belge, pour les zones voisines d'installations
nucléaires françaises?
En effet, l'arrêté royal du 7 octobre 2003 prévoit une distribution d'iode
sur un périmètre de 20 km autour des installations nucléaires (10 km
pour l'IRE à Fleurus).
Lequel des deux États est-il chargé de distribuer l'iode aux riverains
belges de la centrale de Chooz?
Comment sera organisée la diffusion d'informations pour éviter de
brouiller les messages dans les zones frontalières?
een
nieuwe
test
om
de
houdbaarheidsdatum nog verder
op te schuiven? Is er misschien al
een nieuwe houdbaarheidsdatum
bekend?
Wie
is
er
verantwoordelijk voor de uitdeling
van de jodiumtabletten voor de
zones in België in de buurt van de
Franse nucleaire installaties?
33.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président,
monsieur Gilkinet, le marché public pour la fourniture de comprimés
d'iode a été lancé selon la procédure de l'appel d'offres restreint. Ce
type de procédure se caractérise par le fait que seuls les fournisseurs
sélectionnés par le pouvoir adjudicateur peuvent remettre une offre.
La phase de sélection a eu lieu début juillet. Les offres remises par
les deux candidats retenus font actuellement l'objet d'une analyse
approfondie par mes services ainsi que par d'autres institutions, telles
que l'Institut scientifique de Santé publique, l'Agence Fédérale des
Médicaments et des Produits de Santé et l'Agence fédérale de
Contrôle nucléaire.
Les nouveaux tests sur les comprimés d'iode actuels ont été réalisés
au mois de septembre 2009 par l'Institut scientifique de Santé
publique et confirment la validité de ces comprimés jusqu'au mois
d'avril 2010. Cette information a déjà été communiquée au
gouverneur de province et au bourgmestre concerné et je l'ai déjà
mentionné dans ma réponse au Sénat la semaine passée. Il ne se
pose donc aucun problème.
L'autorité belge est compétente pour la distribution des comprimés
d'iode aux habitants des communes belges dans la zone de
planification d'urgence autour de la centrale nucléaire de Chooz,
même si cette centrale se situe en territoire français. La diffusion de
l'information sera spécifiquement dirigée vers les ménages et les
collectivités qui se trouvent dans les zones de planification d'urgence
sur le territoire belge. Cette information a lieu entre autres via la
distribution de brochures d'information, via les médias et des
publications sur internet.
Afin d'être cohérent avec la politique menée par nos pays voisins,
l'Agence fédérale de Contrôle nucléaire a, dans le passé, élaboré les
grandes lignes de cette information en collaboration avec les autorités
françaises notamment.
33.02
Minister
Annemie
Turtelboom:
De
overheids-
opdracht voor de levering van
jodiumtabletten werd uitgevaardigd
volgens de procedure van de
beperkte offerteaanvraag waarbij
enkel geselecteerde fabrikanten
een offerte mogen indienen. De
selectie
heeft
begin
juli
plaatsgevonden. De offertes van
de twee weerhouden kandidaten
maken thans het voorwerp uit van
een analyse.
Er werden in september 2009 door
het
wetenschappelijk
instituut
volksgezondheid
nieuwe tests
uitgevoerd op de huidige jodium-
tabletten en die tests hebben
bevestigd dat de tabletten gebruikt
kunnen worden tot april 2010. Die
informatie werd overgemaakt aan
de provinciegouverneurs en aan
de betrokken burgemeesters.
België is bevoegd voor de
verdeling van de jodiumtabletten
aan de inwoners van de Belgische
gemeenten van de noodplannings-
zone rond de kerncentrale van
Chooz. Er zal een informatie-
bulletin worden verzonden naar de
betrokken gezinnen en collecti-
viteiten op Belgisch grondgebied.
Het Federaal agentschap voor
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
62
nucleaire controle heeft de grote
lijnen van dat informatiebulletin
opgesteld,
onder
meer
in
samenwerking met de Franse
overheid.
33.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Madame la ministre, si un
nouvel incident conduit à l'annulation du marché public en cours, je
suppose que l'on prolongera encore de quelques mois la validité de
ces pilules d'iode qui ne sont en fait pas grand-chose face à un
accident nucléaire qu'on ne souhaite pas. Je suis certain que vous
conviendrez avec moi que cela n'est pas sérieux.
Pour ce qui concerne les riverains de la centrale de Chooz qui se
trouve en territoire français mais qui est littéralement enclavée en
Belgique, il est tout à fait particulier de savoir que leurs voisins situés
à quelques centaines de mètres sont correctement informés
heureusement que les bases de l'information sont les mêmes en
Belgique et qu'ils ont reçu, contrairement à eux, ces pastilles d'iode
qui ne protègent que partiellement. C'est d'autant plus dommageable
pour ces personnes.
Madame la ministre, je vous souhaite davantage de succès dans ce
dossier que votre prédécesseur.
33.03 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): Indien een nieuw incident
zou leiden tot het annuleren van
de opdracht, dan zal de geldig-
heidsduur van de jodiumtabletten
wellicht nog met enkele maanden
verlengd worden. Ik hoop dat u in
dit dossier meer succes zal
boeken dan uw voorganger.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
34 Question de M. Georges Gilkinet à la ministre de l'Intérieur sur "les incidents à l'IRE les 25 août et
8 octobre derniers" (n° 15825)
34 Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de incidenten
van 25 augustus en 8 oktober jongstleden bij het IRE" (nr. 15825)
34.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Monsieur le président,
madame la ministre, selon le site de l'Agence fédérale de Contrôle
nucléaire, des incidents se sont produits à l'Institut des Radio-
Éléments de Fleurus les 25 août et 8 octobre derniers.
Au-delà de l'information publiée sur le site de l'AFCN, aucune
information n'a été transmise aux riverains concernés, en
contradiction avec les engagements pris en la matière suite aux
précédents incidents qu avaient fait l'objet de longs débats dans cette
même commission.
Madame la ministre, confirmez-vous ces incidents? De quelle nature
étaient-ils?
Pourquoi aucune information n'a-t-elle été diffusée aux riverains
concernés?
Qu'en sera-t-il dans l'avenir?
34.01 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!): De omwonenden van het
Instituut voor Radio-elementen
(IRE) in Fleurus kregen, buiten de
op de FANC-website bekend-
gemaakte
inlichtingen,
geen
informatie over de incidenten op
25 augustus en op 8 oktober.
Daarmee wordt ingegaan tegen de
engagementen die ter zake waren
genomen na eerdere incidenten.
Bevestigt
u
die
incidenten?
Waarom kregen de betrokken
omwonenden geen informatie? Zal
dat in de toekomst wel gebeuren?
34.02 Annemie Turtelboom, ministre: Monsieur le président, deux
événements se sont effectivement produits récemment à l'IRE qui
sont classés au niveau 1 sur l'échelle de gravité INES. Le premier
concerne une légère sous-estimation du contenu en uranium de
boîtes de stockage, l'autre un manque d'étanchéité dans un dispositif
de distillation. La description de ces anomalies est reprise sur le site
web de l'AFCN.
34.02
Minister
Annemie
Turtelboom: Het klopt dat er zich
onlangs
bij
het
IRE
twee
incidenten hebben voorgedaan,
die allebei werden ingedeeld op
niveau 1 van de INES-schaal
(ernstfactor).
Bij
het
eerste
incident bleek de massa van in
CRIV 52
COM 667
21/10/2009
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
63
Pour rappel, une anomalie est un événement qui sort du régime de
fonctionnement autorisé tout en gardant une défense en profondeur
adéquate. Dans le cadre de ces événements, l'exploitant a averti
l'AFCN suivant les modalités prévues dans le cadre de l'application de
l'échelle INES en Belgique. Il existe une convention entre l'autorité de
sécurité nucléaire, les exploitants des installations nucléaires de
classe 1 et les organismes agréés. L'exploitant est obligé de
communiquer à l'AFCN tout événement qui affecte la sécurité
nucléaire ainsi que les événements survenus pendant le transport de
matières radioactives vers ou depuis une installation de classe 1.
L'AFCN, en tant qu'autorité compétente, décide du niveau final.
Pour les événements classés dans un niveau supérieur ou égal à 2,
l'exploitant est tenu de publier un communiquer de presse. En
parallèle, l'AFCN place systématiquement sur son site web tous les
événements, à part le niveau 1, qui se sont produits dans les
installations nucléaires de classe 1 durant les 12 derniers mois.
Par ailleurs, le Règlement général de la protection de la population,
des travailleurs et de l'environnement contre le danger des
rayonnements ionisants prévoit d'une part, des notifications dans le
cadre du plan d'urgence et, d'autre part, s'il se produit un accident
impliquant un danger grave d'exposition, l'obligation d'en informer
l'AFCN, le centre gouvernemental de coordination et de crise, le
centre d'appel unifié 100 et le bourgmestre.
Dans le cas présent, je répète qu'il s'agit d'événements sans
conséquence pour la population qui n'entrent pas dans le champ
d'application des notifications précédentes.
Quant à la diffusion d'informations de l'IRE aux riverains concernés, je
ne peux que vous envoyer au ministre Magnette qui a l'IRE sous sa
tutelle.
opslagdozen
verpakt
uranium
enigszins onderschat; het tweede
incident bestond erin dat in een
distillatiesysteem een verlies aan
lekdichtheid werd vastgesteld.
Een onregelmatigheid is een
gebeurtenis
die
buiten
het
toegelaten bedrijfsregime valt,
maar
waarbij een adequate
defense in depth behouden blijft.
Bij die voorvallen heeft de
exploitant het FANC op de
vastgestelde wijze gewaarschuwd.
De exploitant moet bij het FANC
melding
maken
van
elke
gebeurtenis die gevolgen heeft
voor de nucleaire veiligheid,
alsook van gebeurtenissen tijdens
het vervoer van radioactieve
stoffen van of naar een installatie
van klasse 1.
De eindbeslissing over het niveau
ligt bij het FANC, dat ter zake
bevoegd is.
Voor incidenten die geklasseerd
zijn in een niveau hoger dan of
gelijk aan 2, moet de exploitant
een persmededeling publiceren.
Op de website van het FANC
worden
systematisch
alle
incidenten
geplaatst,
met
uitzondering die van niveau 1, die
zich in de nucleaire inrichtingen
van klasse I gedurende de twaalf
jongste
maanden
hebben
voorgedaan.
In dit concreet geval gaat het om
incidenten die niet onder het
toepassingsgebied vallen van de
meldingsprocedures
uit
het
algemeen
reglement
op
de
bescherming van de bevolking en
van de werknemers tegen het
gevaar
van
de
ioniserende
stralingen.
Wat het IRE betreft, verwijs ik u
naar minister Magnette.
34.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Le ministre Magnette a
d'autres soucis pour l'instant! Je vous remercie pour votre réponse.
En la matière, la plus grande transparence doit prévaloir. La
contradiction entre la publication sur le site de l'AFCN qui est un acte
de transparence et le fait de ne pas informer les riverains peut
34.03 Georges Gilkinet (Ecolo-
Groen!):
De
tegenstrijdigheid
tussen de publicatie op de site van
AFCL en het feit dat de
omwonenden niet zijn ingelicht kan
21/10/2009
CRIV 52
COM 667
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
64
inquiéter, voire réveiller des fantasmes alors que l'accident n'est pas
si grave. Il vaut donc mieux faire preuve de la plus grande
transparence. Je vous remercie.
zorgen baren. Transparantie ware
beter.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à 17.32 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.32 uur.