Commissie voor het Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de Nationale wetenschappelijke en culturele Instellingen, de Middenstand en de Landbouw

Commission de l'Economie, de la Politique scientifique, de l'Education, des Institutions scientifiques et culturelles nationales, des Classes moyennes et de l'Agriculture

 

van

 

dinsdag 31 maart 2009

 

Voormiddag

 

______

 

 

du

 

mardi 31 mars 2009

 

Matin

 

______

 

 


De vergadering wordt geopend om 10.20 uur en voorgezeten door de heer Bart Laeremans.

La séance est ouverte à 10.20 heures et présidée par M. Bart Laeremans.

 

01 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid over "de kredietbemiddelaar voor ondernemingen" (nr. 12264)

- de heer Peter Logghe aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid over "de kredietbemiddelaar voor ondernemingen" (nr. 12344)

01 Questions jointes de

- Mme Liesbeth Van der Auwera à la ministre des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la Politique scientifique sur "l'intermédiaire de crédit pour les entreprises" (n° 12264)

- M. Peter Logghe à la ministre des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la Politique scientifique sur "l'intermédiaire de crédit pour les entreprises" (n° 12344)

 

01.01  Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Mevrouw de minister, ik heb een vraag die eerder een korte evaluatie inhoudt van de taken die de kredietbemiddelaar heeft gekregen. Een ondernemer die bij zijn bank moeilijkheden ondervindt om financieringsproblemen op te lossen kan aankloppen bij de kredietbemiddelaar, die een soort aanspreekpunt is voor elke onderneming en die dossiers kan analyseren en oplossingen kan voorstellen en die ook zorgt voor overleg tussen de ondernemer en zijn financiële instelling.

 

Mevrouw de minister, hoeveel ondernemingen hebben reeds een beroep gedaan op die kredietbemiddelaar en wat was het resultaat? Weet u hoe de ondernemers dat initiatief zelf ervaren? Staan zij er positief tegenover? Meent u dat alle ondernemers wel genoeg op de hoogte zijn van het bestaan van de kredietbemiddelaar? En hoe staan de banken ertegenover?

 

01.02  Peter Logghe (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, kredietbemiddelaars voor ondernemingen zijn sinds kort beschikbaar om bedrijven die moeilijkheden ondervinden met financieringen, bij te staan. College Van der Auwera heeft de vraag al voldoende toegelicht, dus ik beperk mij tot mijn vragen.

 

Ten eerste, brengt de kredietbemiddelaar op regelmatige tijdstippen verslag uit over zijn bemiddeling? Wat zijn de resultaten? Zijn er kredietproblemen?

 

Ten tweede, als er zich kredietproblemen voordoen, dan is het voor deze commissie goed om weten welke instrumenten de minister en de kredietbemiddelaar hebben om hierin te helpen? Wordt er dan bijvoorbeeld onderhandeld met de banken op het vlak van waarborgen? Of bemiddelt men op het vlak van intrestvoeten? Welke marges heeft de overheid?

 

Ten derde, valt uit de resultaten af te leiden dat bepaalde sectoren het nu al moeilijker hebben dan andere om aan krediet te geraken? Om welke sectoren gaat het, mevrouw de minister? Op welke manier wordt hier door de kredietbemiddelaar bemiddelend opgetreden?

 

01.03 Minister Sabine Laruelle: De kredietbemiddelaar moet op geregelde tijdstippen verslag uitbrengen aan de overheid. Het eerste verslag kwam er in de loop van maand mei. Het is voorbarig om nu al te besluiten dat sommige sectoren meer zijn getroffen door de kredietvoorzieningscrisis dan andere maar ik zal de kredietbemiddelaar vragen dit te onderzoeken met het oog op zijn volgende driemaandelijks verslag.

 

Voor alle sectoren samen zijn er echter wel al cijfers bekend. Op 25 maart had KeFiK 54 aanvragen tot tussenkomst voor de bemiddelaar ontvangen. Eén dossier werd tot een goed einde gebracht, met dien verstande dat de bank uiteindelijk toch een krediet heeft verleend. Vijf dossiers werden afgesloten zonder positief resultaat. Het gaat vooral om ondernemingen waar de toestand zo verslechterd was dat er geen oplossing meer kon worden gevonden. Tien dossiers werden overgemaakt aan gespecialiseerde regionale of federale openbare instellingen omdat deze door middel van hun gewone of crisisproducten een oplossing zouden kunnen bieden voor het probleem van de kredietverstrekking. De overige dossiers zijn nog in behandeling bij de diensten van de bemiddelaar.

 

Er moet worden opgemerkt dat bij elk dossier de bemiddeling een werk van lange adem is. Vooral de interactie tussen de verschillende actoren om zoveel mogelijk te komen tot concrete oplossingen vraagt veel energie. De kredietbemiddelaar moet zowel met de banken als met de Gewesten onderhandelen over een mix van producten zoals waarborgen, interestvoeten enz. De ondernemingen, met name hun representatieve organisaties, VBO, UNIZO, UCM, SDI enzovoort, zijn globaal gezien erg tevreden over het onthaal dat ze krijgen. Er bestonden hoge verwachtingen over de kredietbemiddeling.

 

Om het bestaan van de kredietbemiddelaar voor ondernemingen zo bekend mogelijk te maken werden en worden nog steeds permanente inspanningen geleverd op communicatievlak: persconferenties, persartikels, website, de invoering van een groen nummer.

 

Daarnaast werden er ook intensieve roadshows georganiseerd, in het bijzonder voor de cijferberoepen. Het KeFiK zal met het oog op de verdere informatieverspreiding rond de kredietbemiddelaar een folder verspreiden bij het doelpubliek in verschillende tienduizenden exemplaren.

 

Ten slotte, de banken hebben het initiatief over het algemeen positief onthaald. Er is eveneens regelmatig contact met zowel Febelfin als met de bankinstellingen zelf. De operationele contacten tussen de bemiddelingsdienst en de medewerkers van de banken op het terrein verlopen in een constructieve sfeer.

 

01.04  Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor haar antwoord.

 

Mevrouw de minister, ik vermoed dat wij u daarover verder kunnen ondervragen wanneer het verslag in mei gepubliceerd wordt.

 

01.05 Minister Sabine Laruelle: (…) Geen probleem.

 

01.06  Peter Logghe (Vlaams Belang): Mevrouw de minister, dank voor uw antwoord dat vrij volledig was. Wij hebben nu toch weer een beter zicht op wat die kredietbemiddelaar doet en op welke tijdstippen wij verslag zullen kunnen krijgen.

 

Ik wil u toch waarschuwen voor een te positief gevoel bij de perceptie van de kredietbemiddelaar. Ik heb de indruk – die ik ook krijg als ik de pers mag geloven – dat het instituut van de kredietbemiddelaar nog lang niet genoeg bekend is. Er zullen daartoe nog heel wat inspanningen moeten gebeuren.

 

Waarover ik u en minister van Quickenborne in elk geval nog zal ondervragen, is die wirwar aan overheidskredieten waarin de ondernemer zijn weg totaal niet meer in vindt. Ik vraag mij af of de kredietbemiddelaar ter zake een hulp zal zijn. Goed, dat is zijn taak niet, maar men zal er toch iets aan moeten doen om die wirwar aan ondernemerskredieten toch wat overzichtelijker te maken voor de ondernemers, voor de zelfstandigen die er uiteindelijk een beroep op moeten doen, die hun weg moeten zoeken maar hun weg niet meer vinden in heel die wirwar. Daar komen wij zeker te gepasten tijde nog op terug.

 

Voorzitter: Liesbeth Van der Auwera.

Présidente: Liesbeth Van der Auwera.

 

01.07 Minister Sabine Laruelle: Er is ook een maatregel in het plan beland, 400 miljoen euro, om de facturen sneller te betalen op federaal vlak. We hebben ook in het participatiefonds een nieuw product ingediend, cash EO, om de zelfstandigen en kleine en middelgrote ondernemingen een mogelijkheid te geven om 80% van alle bedragen terug te krijgen.

 

Als ze te veel facturen hebben bij verschillende overheden, federaal, regionaal, gemeenschappen, gemeenten, provincie enzovoort, kunnen ze een dossier indienen bij het participatiefonds. Ze krijgen 80% van alle bedragen terug. Het is cash EO. Maar KeFiK en het participatiefonds moeten nog meer informatie geven. Het is een nieuw product, een nieuwe bemiddelaar: de weg is nog niet gedaan.

 

01.08  Peter Logghe (Vlaams Belang): De strekking van mijn opmerking was dat die overheidskredieten zo’n wirwar worden, dat een ondernemer er zijn weg niet meer in vindt. Misschien moeten we dat wel eens gaan updaten en klaarder maken. Dat is dan voor een volgende vraag.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

02 Questions jointes de

- Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers à la ministre des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la Politique scientifique sur "les corrections financières sur les aides de la PAC" (n° 12079)

- Mme Katrien Partyka à la ministre des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la Politique scientifique sur "la récupération de 7,2 millions d'euros de restitutions à l'exportation de sucre" (n° 12234)

- Mme Nathalie Muylle à la ministre des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la Politique scientifique sur "les subventions européennes" (n° 12314)

02 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid over "de financiële correcties met betrekking tot de GBL-subsidies" (nr. 12079)

- mevrouw Katrien Partyka aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid over "de terugvordering van 7,2 miljoen euro uitvoerrestituties voor suiker" (nr. 12234)

- mevrouw Nathalie Muylle aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid over "de Europese subsidies" (nr. 12314)

 

02.01  Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen!): Madame la présidente, madame la ministre, un communiqué de presse d'une agence européenne fait le point sur les montants que les États membres doivent rembourser à la Commission. Ces montants correspondent à des corrections financières sur les aides de la PAC.

 

La Belgique devra rembourser à l'Europe 7,2 millions d'euros en raison du nombre insuffisant de tests réalisés sur le sucre en laboratoire dans le cadre du régime des restitutions à l'exportation.

 

De plus nous devrions aussi rembourser 1,7 million d'euros pour des paiements inéligibles dans le cadre de l'industrie fruits et légumes, en relation avec la gestion environnementale des emballages et la TVA.

 

Madame la ministre, pourriez-vous nous apporter des explications sur les lacunes qui justifient aujourd'hui ces réclamations de la Commission?

 

En ce qui concerne le sucre, j'avais compris que le régime des quotas et des restitutions à l'exportation était aboli ou allait l'être sous peu. J'ai également lu dans la presse agricole que la réforme du sucre était quasiment terminée et que les quotas et les autres aides étaient transformés en aides supplémentaires à la DPU et en aides à la restructuration ou à la diversification. Peut-être que ce n'est pas encore terminé et que nous nous trouvons dans un régime transitoire?

 

Quel est le montant des restitutions à l'exportation payé en 2008 ainsi que les prévisions pour les années à venir, en particulier pour le sucre?

 

Cela nous ramène à l'analyse du BIRB. À ce sujet, je souhaiterais faire le point avec vous sur ses activités.

 

02.02  Katrien Partyka (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister; ik had eigenlijk dezelfde vraag als mevrouw Snoy. Vanwaar het gebrek aan tests en het toch wel vrij omvangrijke bedrag dat wij moeten terugbetalen? 7,2 miljoen euro is toch niet niets. Wij staan met dat bedrag op de derde plaats. Wie zal die bedragen betalen? Hoe zal u die terugvorderen? Welke maatregelen zal u nemen om dit in de toekomst te vermijden?

 

02.03  Sabine Laruelle, ministre: Le communiqué auquel vous faites référence concerne le recouvrement par la Commission d'un montant total de 126,7 millions d'euros auprès de dix États membres sur base d'audits de conformité. En moyenne, trois apurements de conformité sont réalisés par an.

 

Les sommes réclamées à la Belgique portent, d'une part, sur un montant de 7,2 millions d'euros pour un dossier de restitution à l'exportation pour le secteur sucre et, d'autre part, sur une somme de 1,7 million d'euros en matière de programmes opérationnels pour fruits et légumes. Pour ces deux dossiers, l'origine du problème est une différence d'interprétation entre les autorités belges et la Commission européenne.

 

Pour le dossier sucre, il s'agit de contrôles pour l'exportation avec restitution où la Commission reproche à la Belgique de ne pas avoir pris suffisamment d'échantillons pour prouver qu'il s'agissait bien de sucre; les autorités belges estimaient, quant à elles, qu'un contrôle visuel était suffisant pour prouver qu'il s'agissait bien de sucre blanc, sans qu'il soit systématiquement nécessaire de prendre un échantillon. Grâce à la contre-argumentation des autorités belges, les services de la Commission ont reconnu que le contrôle physique comprend divers éléments, l'analyse n'en constituant qu'une des parties. Ils ont également admis que des constatations négatives à l'analyse étaient rarissimes.

 

C'est pourquoi la Commission a fixé une correction forfaitaire de 2%, ce qui constitue une retenue minimale, au lieu des 5% prévus. Bien sûr, il est très rare que la Commission reconnaisse complètement s'être trompée. Ce pourcentage a été appliqué sur le montant des restitutions à l'exportation de sucre pour les bureaux d'Anvers, de Nieuport et de Turnhout pour les années budgétaires 2004, 2005 et une partie de 2006. La pénalité des 7,2 millions d'euros sera prise en charge par les moyens financiers disponibles au sein du Bureau d'intervention et de restitution belge (BIRB), conformément aux dispositions légales prévues en la matière. Aucune récupération ne sera effectuée auprès des opérateurs étant donné qu'ils ne sont pas visés par les reproches de la Commission.

 

Depuis la mission de contrôle et la communication de ces résultats, des échantillons sont pris et des analyses sont effectuées conformément aux souhaits de la Commission.

 

Voor de vruchten en de groenten heeft de straf betrekking op een eenmalige inhouding voor bepaalde publiciteitskosten die konden worden beschouwd als cofinanciering in het raam van de operationele programma’s voor de begrotingsjaren 2005/2006. Het is niet juist een verband te leggen met de milieuaspecten van verpakkingen zoals het geval is in de persmededelingen. Het gaat wel om publiciteitskosten die verkeerdelijk in de lijst van mogelijke acties werden opgenomen.

 

De Belgische overheid, en in het bijzonder het Vlaamse Gewest, was van mening dat de bijkomende drukkosten voor zowel losse bladen als het drukken op dozen, als reclamekosten konden worden beschouwd. De Europese Commissie heeft deze aanpak niet gevolgd en heeft de uitgaven voor reclame, die door de Vlaamse overheid wel werden aanvaard, afgewezen.

 

En ce qui concerne le régime des quotas et des restitutions, la réforme drastique, approuvée par le Conseil européen des ministres de l'Agriculture en février 2006, a préservé le système des quotas. Si on a décidé de faire disparaître les quotas laitiers en 2015, on n'a jamais décidé de faire disparaître les quotas betteraviers. Aussi, le quota betterave sucrière reste-t-il en place, ce dont je suis très heureuse. Rien ne laisse présager une remise en cause des quotas betteraviers. Dès lors, pourquoi cette réforme? Parce qu'on a laissé rentrer le sucre des pays les moins avancés au même prix.

 

En matière de restitution, compte tenu du rétablissement de l'équilibre sur le marché du sucre, la Commission européenne a décidé que, pour la campagne 2008-2009, aucun certificat avec restitution ne serait délivré. Mais l'amende porte sur 2004-2005-2006, soit avant la réforme. Je vous rappelle que nous n'avons jamais décidé d'un abandon des restitutions pour ces campagnes. Nous allons le faire cette fois, parce que le marché est stabilisé et en équilibre. L'abandon des restitutions en général est discuté au niveau de l'OMC, où l'Europe a proposé de mettre fin à ses restitutions aux exportations en 2013. On verra ce qu'il en adviendra. En effet, une des conditions était que les critères d'exportation des États-Unis, monopole d'État à l'exportation, Nouvelle-Zélande et Canada soient également stoppés, ce dont je ne suis pas du tout certaine.

 

En ce qui concerne les dépenses, le BIRB a payé un montant de 106,7 millions d'euros aux opérateurs pour l'année budgétaire 2008. Il doit, toutefois, encore exécuter durant l'année budgétaire 2009 des paiements relatifs à des dossiers de restitution pour lesquels des certificats ont été émis pour la campagne 2007-2008. Le montant des restitutions à l'exportation pour le sucre pour l'année budgétaire 2009 peut être estimé à environ 50 millions d'euros. Les sept millions qui ont été payés couvrent deux années et demie: les années 2004, 2005 et une partie de 2006. Autrement dit, les interprétations ont été différentes. Nous avons négocié avec la Commission. Elle a abaissé l'amende pour le sucre de 2%. Pour les fruits et légumes, le gouvernement flamand avait une analyse, la Commission en avait une autre. Dans de tels cas, c'est toujours la Commission qui gagne.

 

02.04  Katrien Partyka (CD&V): Il s'agit de 50 millions d'euros?

 

02.05 Minister Sabine Laruelle: Voor de export van suiker in 2009. Ongeveer, het is een schatting. De exportrestitutie voor suiker zal voor 2009 ongeveer 50 miljoen euro bedragen.

 

02.06  Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen!): Madame la ministre, vous aviez qu'il n'y aurait pas de restitutions en 2008-2009?

 

02.07  Sabine Laruelle, ministre: En fait, l'année de la Commission correspond aux campagnes 2008-2009 mais, pour nous, c'est 2009. Si la Commission décide de n'avoir aucune restitution aux exportations de l'année 2009, il n'y en aura pas; nous ignorons encore la décision qui sera prise pour 2009-2010. Ce sont des années qui se chevauchent pour la Commission, qui suit les années agricoles, soit de juin à juin, alors que nous travaillons en années budgétaires de janvier à décembre. Nos années budgétaires chevauchent les années européennes.

 

02.08  Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen!): Madame la présidente, le sujet est complexe et je remercie la ministre pour sa réponse. Je n'ai rien à ajouter à ce stade.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02.09 Minister Sabine Laruelle: Ik zie dat ook vraag nr. 12234 van mevrouw Muylle toegevoegd is. Normaal moet zij die stellen. Ik denk dus dat de vraag van mevrouw Muylle vervalt.

 

De voorzitter: Ik zie inderdaad dat die vraag er bij staat. Die vraag vervalt.

 

02.10 Minister Sabine Laruelle: Goed. Excuseer, maar hoe zit het met de vragen nrs. 12152 en 12154 van de heer Prévot?

 

De voorzitter: Wij hebben net vernomen dat die in schriftelijke vragen omgezet zijn.

 

02.11  Sabine Laruelle, ministre: Monsieur Prévot ferait mieux de déposer directement des questions écrites : je crois qu’il n’est jamais venu m’en poser une seule. Je suppose que je dois le prendre comme une marque de confiance.

 

De voorzitter: Er blijven geen vragen meer over. De agenda is uitgeput.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 10.42 uur.

La réunion publique de commission est levée à 10.42 heures.