Commissie voor de Sociale Zaken

Commission des Affaires sociales

 

van

 

dinsdag 17 maart 2009

 

Voormiddag

 

______

 

 

du

 

mardi 17 mars 2009

 

Matin

 

______

 

 


Le développement des questions et interpellations commence à 10.43 heures. La réunion est présidée par M. Yvan Mayeur.

De behandeling van de vragen en interpellaties vangt aan om 10.43 uur. De vergadering wordt voorgezeten door de heer Yvan Mayeur.

 

01 Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de vice-eerste minister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de 'Belgiëroute' in de sociale zekerheid" (nr. 11292)

01 Question de M. Flor Van Noppen à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "la 'filière belge' en matière de sécurité sociale" (n° 11292)

 

01.01  Flor Van Noppen (N-VA): Mevrouw de minister, uit een artikel in De Telegraaf van 14 februari blijkt dat Nederlanders vlak voor hun pensioen de premiebijdragen voor zorg en pensioen levenslang kunnen ontlopen door enkele uren in België te gaan werken. Het systeem blijkt juridisch te kloppen aangezien de Nederlandse belastingadviseur tot nu toe alle rechtszaken in dit verband heeft gewonnen. Nog volgens de betrokken krant betekent dit het volgende: wanneer een Nederlander vlak voor zijn pensioen in België werkt en hier kortstondig sociale bijdragen betaalt mag de Nederlandse fiscus die voor het ministerie van Sociale Zaken de premies int geen sociale premies en pensioenpremies meer heffen. Dat bespaart de betrokkene maar liefst 31,15% van zijn inkomsten. De keerzijde voor ons sociaal systeem is echter dat de Belgische overheid vervolgens alle kosten van de zorg voor deze mensen op zich neemt. Waar men als laatste werkt moet de overheid de premies heffen en bijgevolg ook de kosten betalen. De genoemde belastingadviseur helpt op dit moment maar liefst 2.000 Nederlanders deze constructie door te voeren. Het is duidelijk dat een dergelijke constructie ons sociaal systeem ondermijnt.

 

Ik heb dan ook een aantal vragen. Heeft de minister weet van dit systeem? Hoe zit dit systeem juridisch precies in elkaar? Waar zit het probleem in de regelgeving? Voor hoeveel Nederlanders werden er door de Belgische overheid in 2008 uitkeringen betaald? Om welk bedrag gaat het in totaal? Hoe wil de minister dit misbruik van de sociale zekerheid stoppen? Plant de minister eventueel overleg met de Nederlandse overheid om dit probleem aan te pakken?

 

01.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, collega’s, mijn diensten werden ook gealarmeerd door de berichten in de Nederlandse pers en hebben inderdaad vastgesteld dat er misbruik kan worden gemaakt van de bepalingen van de Europese verordening 1408/71 van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen alsmede hun gezinsleden die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen.

 

Ten tweede, waarover spreken we? Het betreft hier de mensen die in Nederland genieten van een uitkering voor arbeidsongeschiktheid, voor vervroegde uittreding of van een pensioen. Deze mensen komen blijkbaar in België werken. In deze gevallen is er een samenloop van rechten, enerzijds in Nederland op basis van hun Nederlandse uitkering en hun Nederlandse woonplaats en, anderzijds in België op basis van hun kleine beroepsactiviteit.

 

De vermelde Europese verordening, artikel 34, bepaalt in deze gevallen van samenloop van rechten dat het land waar men werkt de kosten van de gezondheidszorgen ten laste moet nemen.

 

Van het ogenblik dat de betrokkenen niet meer werken, vallen ze ook niet meer ten laste van België. In dat geval is er immers geen samenloop meer en wordt Nederland opnieuw exclusief bevoegd. Ik vestig er dus de aandacht op dat het alleen gaat over mensen die daadwerkelijk in België werken. De omzeiling is er dus alleen in het geval van een samenloop van een uitkering in Nederland met een beroepsactiviteit in België.

 

Indien de betrokkenen in Nederland van een pensioen genieten en er wonen, is het bovendien niet zo dat de Belgische Staat de kosten voor de gezondheidszorg op zich neemt, omdat die korte arbeidsperiode op Belgisch grondgebied voor de betrokkenen het recht op een klein pensioen heeft geopend.

 

Zoals ik onlangs reeds op een vraag van mevrouw Lecomte heb geantwoord, moet in het geval van gemengde pensioenen de lidstaat waar de gepensioneerde woont de kosten van de gezondheidszorgen volledig op zich nemen.

 

Over hoeveel Nederlanders wij hier spreken, is moeilijk te zeggen. Zij worden immers als grensarbeiders beschouwd en verdwijnen in het globale cijfer van het aantal grensarbeiders. Er wordt hier geen onderscheid gemaakt tussen de grensarbeiders met kleine activiteiten en de normale grensarbeiders.

 

In 2006 waren er in totaal 29.000 Nederlandse grensarbeiders in België actief. Voor 2007 en 2008 zijn nog geen cijfers bekend.

 

Ik heb aan mijn diensten de opdracht gegeven om de situatie grondig te onderzoeken en na te gaan welke oplossingen op Belgisch of Europees niveau kunnen worden gevonden om dit oneigenlijk gebruik van de Europese rechtsregels te voorkomen.

 

Dans une même situation avec la France, nous avons conclu un protocole avec des équipes conjointes d'enquête, des Français et des Belges, qui ont aussi la possibilité dans ces équipes conjointes de se rendre dans les entreprises et de vérifier auprès des acteurs de la sécurité sociale ce qu'il en est de ces travailleurs. Il y a également un projet avec les Pays-Bas. Les premiers contacts ont eu lieu. Si nous pouvons conclure un protocole, nous pourrons mettre fin à ce phénomène qui est inacceptable.

 

01.03  Flor Van Noppen (N-VA): Mevrouw de minister, dank u voor uw uitleg. Ik ben blij dat u hier iets aan gaat doen en dat u al contact hebt opgenomen met uw Nederlandse collega’s. Nederlanders kennende zou ik zeggen dat als dit effectief zo winstgevend zou zijn, het hun ergens wel zou lukken om hiermee zaken op te zetten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De behandeling van de vragen wordt geschorst van 10.52 uur tot 11.30. uur.

Le développement des questions est suspendu de 10.52 heures à 11.30 heures.

 

02 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Maggie De Block aan de vice-eerste minister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de derdebetalersregeling" (nr. 11559)

- de heer Koen Bultinck aan de vice-eerste minister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de derdebetalersregeling" (nr. 11596)

02 Questions jointes de

- Mme Maggie De Block à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "le régime du tiers payant" (n° 11559)

- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "le système du tiers payant" (n° 11596)

 

02.01  Maggie De Block (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik heb een korte vraag over de derdebetalersregeling. In het akkoord tussen artsen en ziekenfondsen van 2004-2009 staat in punt 14 dat de verzekeringsinstellingen zich ertoe verbinden een gemeenschappelijke en eenvoudige procedure te ontwikkelen om een snelle uitbetaling van de verschuldigde honoraria te verzekeren.

 

Dit is een belangrijke stap voorwaarts voor de huisartsen die vaak heel graag bereid zijn om de derdebetalersregeling toe te passen, maar met heel wat administratie worden geconfronteerd. De administratie, tot daar toe, maar zij moeten ook nog meer dan drie maanden wachten om hun ereloon te ontvangen. Dan moet men controleren of dat werkelijk wordt gestort. Men moet ook nog eens 2,5% laten vallen. Ook nog tot daar toe, maar men krijgt dan soms ook nog problemen met de belastingcontroleur, want eigenlijk moeten de erelonen meteen worden geïnd. Zij aanvaarden niet dat men dit in een ander jaar boekt. Bovendien stellen zij achteraf vast dat hun honorarium zeer laattijdig wordt uitbetaald.

 

Deze twee pijnpunten maken het niet prettig om de derdebetalersregeling toe te passen.

 

Wij mogen ook de huidige economische toestand niet uit het oog verliezen, waarbij wij natuurlijk kunnen verwachten dat steeds meer mensen zich in een financiële noodsituatie bevinden en niet genoeg geld op zak hebben om de arts en de apotheker te betalen.

 

In het akkoord staat eveneens dat op termijn de procedure met betrekking tot de derdebetalersregeling in het kader van het project MyCareNet zal worden geïntegreerd.

 

Mevrouw de minister, wat is de stand van zaken van de gemeenschappelijke en eenvoudige procedure voor de snellere uitbetaling van de verschuldigde honoraria die door de verzekeringsinstellingen zou worden uitgewerkt? Wat is de stand van zaken met betrekking tot het project My CareNet?

 

02.02  Koen Bultinck (Vlaams Belang): Mevrouw de minister, de concrete aanleiding voor deze vraag was uiteraard het faillissement van een hulpcentrale, een beveiligingsfirma die niet meer kon voorzien in de veiligheidsproblematiek die voor een stuk bij een aantal artsen uitgewerkt was. Naar aanleiding daarvan heeft het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen terug aan de alarmbel getrokken in dit dossier wat het veiligheidsthema bij de artsen betreft.

 

Een van de manieren waarop men uiteindelijk voor een stuk aan dit probleem zou kunnen tegemoetkomen is zeer duidelijk de invoering van derdebetalersregeling. Mevrouw de minister, u zult zich herinneren dat ik u reeds op 1 oktober 2008, ik meen in combinatie met de voorzitter van onze commissie, over die problematiek ondervraagd heb. Toen bleek echter dat het antwoord zeer vaag was en dat de concrete uitwerking van die ganse problematiek een beetje bleef hangen. Ondertussen heeft ieder van ons via de medische pers kunnen vernemen dat uw collega van Binnenlandse Zaken u een brief geschreven heeft waarin hij de betrokken artsensyndicaten steun toezegt voor de invoering van de derdebetalersregeling.

 

Ik heb vandaag twee zeer concrete vragen voor u. De eerste zeer concrete vraag betreft de stand van zaken wat de invoering van de algemene toepassing van de derdebetalersregeling voor huisartsen betreft. Uiteraard wil ik ook weten wat de stand van zaken is met betrekking tot het overleg met de sector om de regeling op het terrein te gaan uitwerken.

 

02.03 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, collega’s, een werkgroep stelde een planning op van de activiteiten met betrekking tot de elektronische productie door de huisarts van attesten voor verstrekte hulp waarvan de terugbetaling via elektronische weg zal gebeuren ten voordele van de patiënt of in het raam van de derdebetalersregeling ten voordele van de arts. Ik wil er trouwens aan herinneren dat het systeem van de derdebetalersregeling reeds wettelijk van toepassing is bij de huisartsen, enerzijds ten aanzien van personen die sociaal achtergesteld zijn en, anderzijds ten aanzien van alle patiënten tijdens de wachtdiensten en tot slot bij het uitvoeren van het globaal medisch dossier. Het is duidelijk dat dit project in het bijzonder en voor een deel kan bijdragen aan de veiligheid van de artsen in het raam van de prestaties voor de derdebetalersregeling door de bedragen in cash te verminderen.

 

Dit project, E-fac, verlengt de elektronische facturatie van de ziekenhuizen die reeds meerdere jaren bezig is, en het factureren van de prestaties voor thuisverpleging, wat recent in werking is gebracht. Dit toont aan dat MyCareNet klaar is om dergelijke transacties te beheren.

 

Het Nationaal Intermutualistisch College wenste met het project MyCareNet van start te gaan bij de sector van de thuisverpleging. Deze sector omvat een grote groep zorgverleners waarvan het merendeel de derdebetalersregeling toepast met een facturatiebestand op diskette, cd of dvd. Dit is een voorbijgestreefde technologie en ze dient op vrij korte termijn te worden vervangen door een meer beveiligd en performanter systeem. Vervolgens zal MyCareNet beschikbaar worden gesteld voor andere zorgverleners, waaronder de huisartsen.

 

Voor de sector thuisverpleging werden volgende maatregelen genomen. Vanaf 1 januari 2009 mag de overdracht van de factureringsgegevens op magnetische drager worden vervangen door een overdracht via een elektronisch netwerk, met inachtneming van de regels die door het verzekeringscomité zijn opgesteld. Deze mogelijkheid wordt geboden door het invoegen van artikel 7bis in de nationale overeenkomst W/97 gesloten tussen de verpleegkundigen en de verzekeringstellingen op 11 december 2008.

 

Twee. De wijzigingen in de nomenclatuur van de verpleegkundigen worden voorbereid binnen de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen.

 

Drie. Het Nationaal Intermutualistisch College heeft een overeenkomst tussen de verzekeringsinstellingen en de verpleegkundigen opgesteld, die de rechten en de plichten van beide partijen alsook de regels vastlegt. Deze overeenkomst zal binnenkort beschikbaar zijn op de site van MyCareNet, waar men hem kan downloaden, tekenen en terugsturen.

 

Op 6 januari 2009 zijn de eerste applicaties gestart. Andere zijn in de loop van de maand gestart.

 

Eerst werd prioriteit gegeven aan verpleegkundigen die al werkten met gehomologeerde softwarepakketten om zeker te zijn dat de verschillende functies operationeel zouden zijn.

 

De eerste beschikbare toepassingen via MyCareNet zijn de controle van de verzekerbaarheid van de patiënt en de facturatie. Het verzenden van documenten en kennisgevingen zal volgen.

 

Een lijst van de functies die nodig zijn voor het facturatiesysteem werd opgesteld. Voor de huisartsen zullen er bijvoorbeeld belangrijke wijzigingen aangebracht moeten worden aan het informaticasysteem voor de huisartsen, en dat in samenwerking met het ministerie van Financiën.

 

De veralgemening van het systeem van de productie van de attesten voor verstrekte hulp tot alle ambulante prestaties, zal gevolgen hebben voor de mankracht van de verzekeringsorganismen. Gelet op de talrijke lopende projecten met de verzekeringsorganismen en gelet op de integratie van de meeste van deze projecten in het eHealthplatform, werd een planning opgesteld van de prioriteiten. In afwachting van de digitalisering van de attesten voor verleende hulp in het stelsel van de derdebetalingsregeling hebben de verzekeringsorganismen zich ertoe verbonden een versnelde papieren procedure te gebruiken.

 

02.04  Maggie De Block (Open Vld): Mevrouw de minister, er is inderdaad al veel werk geleverd. Toch meen ik dat wij er nog niet zijn of dat de implementatie op het terrein voor morgen zal zijn. Ik meen dat de implementatie een belangrijke factor is. Er is al veel theoretisch werk geleverd en er is al veel overlegd, er is al veel ontwikkeld en er zijn al vele mogelijkheden gecreëerd, maar de implementatie op het terrein laat op zich wachten. Die is blijkbaar niet voor morgen.

 

U zegt dat in afwachting de papieren procedure versneld zal worden. Ik weet niet hoe dat zal gaan en of de bereidheid daartoe nog gevonden wordt, daar er steeds meer en meer problemen optreden met de papieren procedure. Dat is ofwel uw mensen ontgaan, ofwel heb ik het verkeerd voor. In elk geval, dat blijkt niet uit wat wij op het terrein ondervinden.

 

Ik ben blij met de stappen die gezet zijn, maar nu is er zeker nog steeds een groeiend probleem.

 

De heer Bultinck heeft inderdaad een organisme aangehaald waarbij dat nu niet meer kan functioneren. 2,5% van de inkomsten is voor de diensten ook niet heel hoog, als men weet dat de administratie ook op het geld van de verzekeringsinstellingen moet wachten. Dat verbaast mij niet. Ik zou toch willen aandringen om zo snel mogelijk werk te maken van de implementatie op het terrein.

 

02.05  Laurette Onkelinx, ministre: Beaucoup de choses existent sur le terrain actuellement. On ne peut pas improviser. C'est quelque chose de difficile. C'est un changement au niveau informatique, au niveau de la culture, etc.. Je comprends très bien l'impatience. Comme on l'a déjà fait en commission de la Santé publique pour le cadastre, les membres intéressés ne pourraient-ils pas se rendre à l'administration en présence du Collège intermutualiste et de l'INAMI pour qu'on leur explique tout ce qui est en train de se faire? Ils le comprendraient bien mieux que par écrit. Je me rends bien compte qu'une explication théorique comme celle-ci n'est pas suffisante.

 

Le président: Oui, cela m'a l'air d'une bonne initiative!

 

02.06  Maggie De Block (Open Vld): Ik bedank de minister alvast voor haar voorstel. Ik denk dat een aantal mensen daar zeker interesse voor zal tonen. Het kan een aantal misverstanden dat nu aan beide kanten optreedt helpen ophelderen.

 

02.07  Koen Bultinck (Vlaams Belang): Mevrouw de minister, op mijn beurt dank ik u voor het antwoord. Het gaat de goede richting uit als men het stilaan eens is over het principe dat we tot een veralgemeende invoering van de derdebetalersregeling moeten komen.

 

Het probleem blijft uiteraard de concretisering op het terrein en de timing die voorzien is. Iedereen van ons wil begrip opbrengen voor het feit dat zich bij de concrete uitwerking zeer veel technische problemen voordoen. Dat zal inderdaad zo zijn. In die zin is de suggestie van de minister om dit onderdeel eens concreet met de administratie te gaan doorpraten waarschijnlijk wel goed. Het moet echter ook vooruitgaan.

 

Mevrouw de minister, hebt u enig zicht op het concrete tijdskader waarover we spreken om die applicatie op het terrein concreet te kunnen uitwerken? Tussen het principe, de theorie en de concretisering op het terrein mag het tijdverschil immers niet te groot zijn, al was het maar om geloofwaardig te blijven en om concreet tegemoet te komen aan een concreet probleem op het terrein bij de betrokken artsen.

 

Le président: Je prends acte de la proposition. Madame la ministre, selon moi, ce serait une bonne chose que de permettre aux membres de la commission qui le souhaitent de participer à une réunion commune à laquelle participerait l'administration.

 

02.08  Laurette Onkelinx, ministre: Cela se passerait à l'INAMI en présence du SPF et du Collège intermutualiste.

 

Le président: Nous attendons l'invitation. Une date devra alors être fixée. Cela pourrait avoir lieu un jour de commission, à savoir un mardi ou un mercredi.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Vraag nr. 11663 van de heer Jo Vandeurzen wordt uitgesteld.

 

03 Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de vice-eerste minister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de grote verschillen tussen Vlaanderen en Wallonië wat het ziekteverzuim bij de politie betreft" (nr. 11887)

03 Question de M. Flor Van Noppen à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "les différences importantes entre la Flandre et la Wallonie sur le plan de l'absentéisme pour cause de maladie à la police" (n° 11887)

 

03.01  Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, la gestion de l'absentéisme dans la police est de la compétence du ministre des Affaires intérieures.

 

De voorzitter: Mijnheer Van Noppen, u hebt de vraag gesteld aan twee ministers, minister De Padt en minister Onkelinx.

 

03.02  Flor Van Noppen (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik heb de vraag inderdaad aan twee ministers gesteld. Van minister De Padt heb ik via de pers al gehoord dat het hoge ziekteverzuim in Wallonië ligt aan het voorschrijfgedrag van de artsen en slechte controles. Dat is wel de bevoegdheid van mevrouw Onkelinx.

 

03.03  Laurette Onkelinx, ministre: L'administration de l'expertise médicale (le MEDEX) ne peut effectuer des contrôles médicaux. En effet, l'arrêté royal du 19 novembre 1998 relatif aux congés et aux absences accordés aux membres du personnel des administrations de l'État n'est pas d'application pour la police.

 

De voorzitter: Uw vraag is de bevoegdheid van minister De Padt.

 

03.04  Flor Van Noppen (N-VA): Ik stel deze vraag omdat minister De Padt in de media heeft verklaard dat het hoge voorschrijfgedrag in Wallonië en de slechte controles van de artsen een van de oorzaken van het ziekteverzuim zouden zijn. Vandaar mijn vraag aan de minister.

 

03.05  Laurette Onkelinx, ministre: Cela ne relève ni de ma compétence, ni de mon administration.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

La réunion publique de commission est levée à 11.49 heures.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 11.49 uur.