KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRIV 52 COM 347
CRIV 52 COM 347
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTEGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
L
ANDSVERDEDIGING
C
OMMISSION DE LA
D
EFENSE NATIONALE
woensdag
mercredi
22-10-2008
22-10-2008
Namiddag
Après-midi
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
Ecolo-Groen!
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales Groen!
FN
Front National
LDD
Lijst Dedecker
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
Open Vld
Open Vlaamse Liberalen en Democraten
PS
Parti Socialiste
sp.a+Vl.Pro
socialistische partij anders + VlaamsProgressieven
VB
Vlaams Belang
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 52 0000/000 Parlementair stuk van de 52e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
DOC 52 0000/000
Document parlementaire de la 52e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
PLEN
plenum
PLEN
séance plénière
COM
commissievergadering
COM
réunion de commission
MOT
alle moties tot besluit van interpellaties (op beigekleurig papier)
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde vragen van
1
Questions jointes de
1
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van
Landsverdediging over "de omzendbrief met
betrekking tot de vrije meningsuiting van de
militairen" (nr. 7129)
1
- M. Xavier Baeselen au ministre de la Défense
sur "la circulaire relative à la liberté d'expression
des militaires" (n° 7129)
1
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van
Landsverdediging over "het recht op vrije
meningsuiting van de militairen" (nr. 8025)
1
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"le droit à la liberté d'expression des militaires"
(n° 8025)
1
Sprekers: Xavier Baeselen, Luc Sevenhans,
Pieter
De
Crem,
minister
van
Landsverdediging
Orateurs: Xavier Baeselen, Luc Sevenhans,
Pieter De Crem, ministre de la Défense
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
minister van Landsverdediging over "blogs van
Belgische militairen" (nr. 7142)
4
Question de M. Xavier Baeselen au ministre de la
Défense sur "des blogs dont la titularité appartient
à des militaires belges" (n° 7142)
4
Sprekers: Xavier Baeselen, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Xavier Baeselen, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Samengevoegde vragen van
5
Questions jointes de
5
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van
Landsverdediging over "de gevolgen van
stoorsystemen voor de gezondheid van de
Belgische militairen" (nr. 7215)
5
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense
sur "les effets des dispositifs de brouillage sur la
santé des militaires belges" (n° 7215)
5
- de heer François Bellot aan de minister van
Landsverdediging over "de veiligheid en het
welzijn op het werk van militairen in zones dichtbij
storingsapparatuur" (nr. 8014)
5
- M. François Bellot au ministre de la Défense sur
"la sécurité et le bien-être au travail des militaires
dans les zones proches des dispositifs de
brouillage" (n° 8014)
5
Sprekers: Brigitte Wiaux, François Bellot,
Pieter
De
Crem,
minister
van
Landsverdediging
Orateurs: Brigitte Wiaux, François Bellot,
Pieter De Crem, ministre de la Défense
Samengevoegde vragen van
7
Questions jointes de
7
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van
Landsverdediging over "de om budgettaire
redenen te maken keuzes inzake buitenlandse
militaire operaties" (nr. 7216)
7
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense
sur "les choix à effectuer en matière d'opérations
militaires à l'étranger en raison des contingences
budgétaires" (n° 7216)
7
- de heer David Geerts aan de minister van
Landsverdediging over "de budgettaire weerslag
van de operaties in Afghanistan" (nr. 7247)
7
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur
"l'incidence budgétaire des opérations menées en
Afghanistan" (n° 7247)
7
Sprekers: Brigitte Wiaux, David Geerts,
Pieter
De
Crem,
minister
van
Landsverdediging
Orateurs: Brigitte Wiaux, David Geerts,
Pieter De Crem, ministre de la Défense
Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de
minister van Landsverdediging over "het statuut
van de piloten Lt Avn" (nr. 7338)
10
Question de M. Luc Sevenhans au ministre de la
Défense sur "le statut des pilotes Lt Avn"
(n° 7338)
10
Sprekers: Luc Sevenhans, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Luc Sevenhans, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Samengevoegde vragen van
11
Questions jointes de
11
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van
Landsverdediging over "de 'sociale kassen'"
(nr. 7339)
11
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"les 'caisses sociales'" (n° 7339)
11
- de heer David Geerts aan de minister van
Landsverdediging over "de opeising van de
geldelijke middelen van de sociale kassen"
(nr. 7341)
11
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur
"la réquisition des moyens financiers des caisses
sociales" (n° 7341)
11
- de heer André Flahaut aan de minister van
Landsverdediging over "de opname van 67% uit
de sociale kassen in de verschillende eenheden"
11
- M. André Flahaut au ministre de la Défense sur
"la ponction de 67% dans les caisses sociales
dans les différentes unités" (n° 7864)
11
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
(nr. 7864)
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van
Landsverdediging over "het geld in de sociale
kassen van verschillende kazernes" (nr. 7997)
11
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense
sur "l'argent des caisses sociales de différentes
casernes" (n° 7997)
11
- de heer François Bellot aan de minister van
Landsverdediging over "het beheer van de
catering- en hoteldiensten van Landsverdediging"
(nr. 8015)
11
- M. François Bellot au ministre de la Défense sur
"la gestion des services de restauration et
d'hôtellerie de la Défense" (n° 8015)
11
Sprekers: Luc Sevenhans, David Geerts,
Pieter
De
Crem,
minister
van
Landsverdediging, Brigitte Wiaux, François
Bellot, André Flahaut
Orateurs: Luc Sevenhans, David Geerts,
Pieter De Crem, ministre de la Défense,
Brigitte Wiaux, François Bellot, André
Flahaut
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
minister
van
Landsverdediging
over
"de
samenstelling van de beheerscommissie van het
Koninklijk Museum van het Leger en de
Krijgsgeschiedenis" (nr. 7344)
21
Question de M. Jean-Luc Crucke au ministre de la
Défense sur "la composition de la commission de
gestion du Musée royal de l'Armée et d'Histoire
militaire" (n° 7344)
21
Sprekers: Jean-Luc Crucke, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Jean-Luc Crucke, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Samengevoegde interpellatie en vraag van
22
Interpellation et question jointes de
22
- de heer David Geerts tot de minister van
Landsverdediging
over
"het
gebruik
van
dienstwagens met chauffeur" (nr. 131)
22
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur
"l'utilisation de voitures de service avec chauffeur"
(n° 131)
22
- de heer Luk Van Biesen aan de minister van
Landsverdediging over "het budget van het
departement
Defensie
voor
dienstwagens"
(nr. 7542)
22
- M. Luk Van Biesen au ministre de la Défense sur
"le budget du département de la Défense pour les
voitures de service" (n° 7542)
22
Sprekers: David Geerts, Luk Van Biesen,
Pieter
De
Crem,
minister
van
Landsverdediging
Orateurs: David Geerts, Luk Van Biesen,
Pieter De Crem, ministre de la Défense
Moties
26
Motions
26
Spreker: Pieter De Crem, minister van
Landsverdediging
Orateur: Pieter De Crem, ministre de la
Défense
Samengevoegde vragen van
27
Questions jointes de
27
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van
Landsverdediging over "de dood van een
Belgische blauwhelm in Libanon" (nr. 7462)
27
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense
sur "le décès d'un casque bleu belge au Liban"
(n° 7462)
27
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van
Landsverdediging over "de twee Belgische
militairen die gewond zijn geraakt in Afghanistan"
(nr. 7493)
27
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense
sur "les deux militaires belges blessés en
Afghanistan" (n° 7493)
27
- de heer Luk Van Biesen aan de minister van
Landsverdediging over "de missie van onze
Belgische militairen" (nr. 7531)
27
- M. Luk Van Biesen au ministre de la Défense sur
"la mission de nos militaires belges" (n° 7531)
27
Sprekers: Brigitte Wiaux, Luk Van Biesen,
Pieter
De
Crem,
minister
van
Landsverdediging
Orateurs: Brigitte Wiaux, Luk Van Biesen,
Pieter De Crem, ministre de la Défense
Vraag van mevrouw Brigitte Wiaux aan de
minister van Landsverdediging over "de nieuwe
invulling van de airshow Air Day" (nr. 7463)
30
Question de Mme Brigitte Wiaux au ministre de la
Défense sur "le nouveau concept de show aérien
'Air Day'" (n° 7463)
30
Sprekers: Brigitte Wiaux, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Brigitte Wiaux, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Vraag van mevrouw Brigitte Wiaux aan de
minister
van
Landsverdediging
over
"de
ontmijningsoperatie van de mijnenjager Primula"
(nr. 7465)
31
Question de Mme Brigitte Wiaux au ministre de la
Défense sur "l'opération du chasseur de mines
Primula" (n° 7465)
31
Sprekers: Brigitte Wiaux, Pieter De Crem,
Orateurs: Brigitte Wiaux, Pieter De Crem,
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
minister van Landsverdediging
ministre de la Défense
Vraag van de heer Olivier Hamal aan de minister
van Landsverdediging over "het gebruik van less-
than-lethalwapens en meer bepaald de FN 303
door de Belgische strijdkrachten" (nr. 7574)
33
Question de M. Olivier Hamal au ministre de la
Défense sur "l'usage par les forces armées
belges d'armes à létalité réduite et plus
précisément le FN 303" (n° 7574)
33
Sprekers: Olivier Hamal, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Olivier Hamal, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Vraag van de heer Olivier Maingain aan de
minister
van
Landsverdediging
over
"het
ontbreken van een delegatie van het Belgisch
leger op de door Canada georganiseerde
herdenking van de 90e verjaardag van het einde
van de Eerste Wereldoorlog" (nr. 7625)
34
Question de M. Olivier Maingain au ministre de la
Défense sur "l'absence d'une délégation de
l'armée belge lors de la commémoration par le
Canada du 90ième anniversaire de la fin de la
Première Guerre mondiale" (n° 7625)
34
Sprekers: Olivier Maingain, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Olivier Maingain, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de
minister van Landsverdediging over "de impact
van gewapende conflicten op het milieu"
(nr. 7500)
35
Question de Mme Valérie Déom au ministre de la
Défense sur "l'impact environnemental des
conflits armés" (n° 7500)
35
Sprekers: Valérie Déom, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Valérie Déom, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Interpellatie van de de heer David Geerts tot de
minister van Landsverdediging over "het gebruik
van militaire vliegtuigen" (nr. 151)
36
Interpellation de M. David Geerts au ministre de la
Défense sur "l'utilisation d'avions militaires"
(n 151)
36
Sprekers: David Geerts, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: David Geerts, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Moties
38
Motions
38
Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de
minister
van
Landsverdediging
over
"de
bescherming van de identiteitsgegevens van
militairen die deelnemen aan een risicovolle
missie" (nr. 7648)
39
Question de Mme Valérie Déom au ministre de la
Défense sur "le respect de l'anonymat des
militaires en mission délicate" (n° 7648)
39
Sprekers: Valérie Déom, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Valérie Déom, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Interpellatie van de heer Luc Sevenhans tot de
minister van Landsverdediging over "een
mogelijke
belangenvermenging
binnen
het
Instituut voor Veteranen Nationaal Instituut voor
Oorlogsinvaliden,
Oud-strijders
en
Oorlogsslachtoffers" (nr. 153)
40
Interpellation de M. Luc Sevenhans au ministre de
la Défense sur "une éventuelle confusion
d'intérêts au sein de l'Institut des Vétérans -
Institut National des Invalides de Guerre, Anciens
Combattants et Victimes de Guerre" (n° 153)
40
Sprekers: Luc Sevenhans, Pieter De Crem,
minister
van
Landsverdediging,
André
Flahaut
Orateurs: Luc Sevenhans, Pieter De Crem,
ministre de la Défense, André Flahaut
Vraag van de heer Hans Bonte aan de minister
van Landsverdediging over "de afbouw van de
sportfaciliteiten in de kazerne van Peutie"
(nr. 7815)
43
Question de M. Hans Bonte au ministre de la
Défense sur "la réduction des investissements
dans les équipements sportifs de la caserne de
Peutie" (n° 7815)
43
Sprekers: Hans Bonte, Pieter De Crem,
minister
van
Landsverdediging,
André
Flahaut
Orateurs: Hans Bonte, Pieter De Crem,
ministre de la Défense, André Flahaut
Samengevoegde vragen van
46
Questions jointes de
46
- de heer David Geerts aan de minister van
Landsverdediging over "de militaire voetbalploeg"
(nr. 7744)
46
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur
"l'équipe de football de l'armée" (n° 7744)
46
- de heer André Flahaut aan de minister van 46
- M. André Flahaut au ministre de la Défense sur 46
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iv
Landsverdediging
over
"de
voetbalploeg"
(nr. 7868)
"l'équipe de football" (n° 7868)
Sprekers: David Geerts, André Flahaut,
Pieter
De
Crem,
minister
van
Landsverdediging
Orateurs: David Geerts, André Flahaut,
Pieter De Crem, ministre de la Défense
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister
van
Landsverdediging
over
"het
sportbeleid binnen Defensie" (nr. 7832)
49
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Défense sur "la politique sportive au sein de la
Défense" (n° 7832)
49
Sprekers: Hilde Vautmans, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Hilde Vautmans, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister
van
Landsverdediging
over
"de
huurwoningen van de CDSCA in Leopoldsburg"
(nr. 7623)
51
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Défense sur "les logements de location de
l'OCASC à Bourg-Léopold" (n° 7623)
51
Sprekers: Hilde Vautmans, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Hilde Vautmans, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Landsverdediging over "het vliegend
materieel
van de Belgische
Krijgsmacht"
(nr. 7624)
53
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Défense sur "le matériel volant des forces
armées belges" (n° 7624)
53
Sprekers: Hilde Vautmans, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Hilde Vautmans, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
Vraag van de heer André Flahaut aan de minister
van Landsverdediging over "de overgang van het
vrijwilligersstatuut van 124 militairen naar het
statuut van beroepsmilitair" (nr. 7865)
56
Question de M. André Flahaut au ministre de la
Défense sur "le passage du statut de volontaire
de 124 militaires au statut de militaires de
carrière" (n° 7865)
56
Sprekers: André Flahaut, Pieter De Crem,
minister van Landsverdediging
Orateurs: André Flahaut, Pieter De Crem,
ministre de la Défense
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
LANDSVERDEDIGING
COMMISSION DE LA DEFENSE
NATIONALE
van
WOENSDAG
22
OKTOBER
2008
Namiddag
______
du
MERCREDI
22
OCTOBRE
2008
Après-midi
______
La séance est ouverte à 14.38 heures et présidée par M. André Flahaut.
De vergadering wordt geopend om 14.38 uur en voorgezeten door de heer André Flahaut.
Le président: Mesdames, messieurs, monsieur le ministre, je vais suppléer quelque temps le président de
la commission. Quand il arrivera, il serait intéressant de déterminer la manière dont nous allons travailler
dans les prochains jours et les prochaines semaines. Aujourd'hui, le ministre est disponible jusqu'à
17.30 heures et la masse des questions est telle que nous n'irons sans doute pas loin dans notre ordre du
jour. Il faudra déterminer un rythme et imaginer que la commission puisse durer plus longtemps qu'une
matinée ou qu'un après-midi; sinon l'ordre du jour ne sera jamais épuisé et nous poserons des questions
sur le Liban quand nos soldats seront rentrés depuis trois ans.
Je propose de mettre ce point à l'ordre du jour dès l'arrivée du président.
01 Questions jointes de
- M. Xavier Baeselen au ministre de la Défense sur "la circulaire relative à la liberté d'expression des
militaires" (n° 7129)<br>- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "le droit à la liberté d'expression des militaires"
(n° 8025)</b>
01 Samengevoegde vragen van
- de heer Xavier Baeselen aan de minister van Landsverdediging over "de omzendbrief met betrekking
tot de vrije meningsuiting van de militairen" (nr. 7129)
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "het recht op vrije meningsuiting
van de militairen" (nr. 8025)
01.01 Xavier Baeselen (MR): Au cours de l'été, une nouvelle
circulaire relative à la liberté d'expression aurait été édictée par les
services du ministre. Celle-ci contiendrait notamment des obligations
de respect vis-à-vis du chef de l'État. Quels sont le contenu et la
portée exacts de cette circulaire? Quelles sont les raisons qui vous
ont amené à prendre cette circulaire? Avez-vous observé des dérives
dans un passé récent qui ont pu justifier ces nouvelles règles ou le
rappel de certaines règles existantes?
01.01 Xavier Baeselen (MR):
Deze zomer zouden de diensten
van de minister een nieuwe
omzendbrief betreffende de vrije
meningsuiting
uitgevaardigd
hebben, met daarin een aantal
verplichtingen in verband met het
respect dat men het staatshoofd
verschuldigd is. Wat is de inhoud
en de juiste draagwijdte van die
omzendbrief? Waarom heeft u die
omzendbrief uitgevaardigd? Heeft
u onlangs bepaalde uitwassen
vastgesteld, die deze nieuwe
regels of een herinnering aan de
bestaande
regels
zouden
rechtvaardigen?
01.02 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, op
1 maart jongstleden gaf DGIPR een nieuwe richtlijn uit met als doel de
01.02 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Par le biais d'une
er
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
grenzen van het begrip recht op vrije meningsuiting voor het
personeel van Landsverdediging beter vast te leggen. Mijn collega
Van den Eynde stelde hierover reeds enkele vragen. Het zijn twee
eenvoudige vragen. Mag het personeel van Landsverdediging zich in
het voordeel van separatisme uitspreken? Mogen militairen uiting
geven aan hun eventuele republikeinse opvattingen? In uw antwoord
schreef u dat de militair zijn volledige vrijheid van meningsuiting houdt
in de privésfeer zoals elke burger. Verder schreef u echter ook dat het
uiten van republikeinse meningen neerkomt op het in vraag stellen
van de koninklijke familie, wat verboden is voor militairen op basis van
de vermelde wetsbepaling. U verwees hierbij naar het tuchtreglement.
Mijnheer de minister, hiermee legt u een merkwaardige paradox in het
tuchtreglement bloot. Enerzijds geeft het reglement volgens artikel 15
de militairen de mogelijkheid om zich kandidaat te stellen voor een
politiek mandaat op gemeentelijk of provinciaal vlak, eveneens op de
lijst van republikeinse partijen. Ik citeer artikel 9 van het hetzelfde
reglement: "De militairen moeten onder alle omstandigheden
eerbiedig zijn tegenover het staatshoofd, de grondwettelijke machten
en de instellingen van de Staat". Het opkomen voor of het uitoefenen
van een mandaat van een partij met republikeinse overtuigingen zou
dus in bepaalde omstandigheden kunnen leiden tot een straf of
tuchtsanctie voor diezelfde militairen, dit ondanks een recent advies
van de Raad van State. Voor alle duidelijkheid, het gaat hier om stuk
39.825/AG-4. Ik citeer: "Hierdoor kan een dergelijke houding niet
worden beschouwd als een gebrek aan respect tegenover het
staatshoofd, de grondwettelijke machten of de staatsinstellingen.
Evenmin mag een militair gesanctioneerd worden wiens partij de
politieke grondvesten van de Belgische instellingen betwist". Dat is
een advies van de Raad van State. Mijnheer de minister, bent u zich
daarvan bewust? Men zou kunnen veronderstellen van wel want u
schrijft verder in uw antwoord: "Deze beperkingen van de vrije
meningsuiting gelden enkel voor republikeinse overtuigingen die in het
publiek en in de hoedanigheid van militair worden geuit".
Mijnheer de minister, zoals u weet heb ik nog wat vertrouwen in u
maar ik herinner mij andere tijden waarvan ik hoop dat ze niet
terugkomen. Daarom heb ik een heel duidelijke vraag waarop u heel
kort kunt antwoorden. Bedoelt de minister hiermee dat hij van mening
is dat een militair zijn volledige vrijheid van meningsuiting behoudt,
eveneens buiten de privésfeer dus in het openbaar op voorwaarde
dat hij zich niet uitspreekt in zijn hoedanigheid van militair? Daar kunt
u zeer kort op antwoorden.
nouvelle directive datée du 1
er
mars 2008, la DGIPR entend
mieux
préciser
les
limites
applicables au personnel du
département de la Défense en
matière de liberté d'expression. Le
ministre avait indiqué précédem-
ment qu'un militaire jouissait d'une
liberté d'expression totale dans la
sphère
privée
et
que
les
conceptions républicaines étaient
interdites puisqu'elles impliquaient
une remise en question de la
famille royale. Il s'est référé à cet
égard au règlement de discipline
mais, de la sorte, il a mis le doigt
sur un singulier paradoxe: les
militaires
peuvent
se
porter
candidat à un mandat politique
mais
risquent
une
sanction
disciplinaire s'ils soutiennent un
parti républicain. Un avis récent du
Conseil d'État conclut toutefois
qu'une telle attitude ne peut être
considérée comme un manque de
respect à l'égard du chef de l'État
ou des institutions.
Un militaire ne peut dès lors être
sanctionné dans de telles circons-
tances. Le ministre a-t-il connais-
sance de cet avis? Estime-t-il
qu'un militaire conserve également
une liberté d'expression totale en
dehors de la sphère privée tant
qu'il ne s'exprime pas en sa
qualité de militaire?
01.03 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, la note
relative au droit du personnel de la Défense d'exprimer son opinion
est disponible sur internet. Néanmoins, je ferai parvenir une copie à
M. Baeselen.
01.03 Minister Pieter De Crem:
De nota in verband met het recht
op vrije meningsuiting van het
personeel van Defensie kan u op
het internet raadplegen. Ik zal de
heer Baeselen er niettemin een
afschrift van bezorgen.
Mijnheer Sevenans, ik zal u ook een kopie bezorgen. Maar alles staat
op de website.
M. Sevenhans trouvera toutes les
informations sur le site internet
mais je lui fournirai une copie.
En réponse à vos questions, la directive originale de 1994, de Er werd een nieuwe richtlijn
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
l'époque du ministre Delcroix, a été remplacée par une nouvelle
directive à propos du droit d'expression du personnel de la Défense.
Cette directive est valable tant pour les civils que pour les militaires de
la Défense et donne un résumé des droits et des devoirs qui en
découlent. Cette directive trouve sa base légale dans les références
suivantes: la Convention européenne de sauvegarde des droits de
l'homme et des libertés fondamentales signée à Rome, le Pacte
international relatif aux droits civils et politiques fait à New York en
1966, la Constitution belge coordonnée le 17 février 1994, le Code
pénal militaire, le Code pénal, l'arrêté-loi du 11 octobre 1916 relatif à
l'état de guerre et à l'état de siège, la loi du 14 janvier 1975 portant le
règlement de discipline des forces armées, la loi du 8 décembre 1992
relative à la protection de la vie privée à l'égard du traitement des
données à caractère personnel et quelques autres documents de
référence.
Les raisons qui ont amené la Défense à éditer une nouvelle directive
sont principalement une standardisation des diverses directives
précédentes et moins des adaptations au niveau du contenu. La
nouvelle directive sert donc avant tout à procurer plus de clarté. Tant
qu'un membre de la Défense ne diffuse pas d'information officielle, il a
le droit d'exprimer ses idées et sa propre opinion. Si un lien pouvait
tout de même être établi entre cette personne et sa fonction, elle doit
explicitement indiquer qu'elle parle en son propre nom. L'abus de ce
droit peut donner lieu à d'éventuelles sanctions.
uitgevaardigd, ter vervanging van
de oorspronkelijke richtlijn uit 1994
van minister Delcroix, omtrent het
recht op vrije meningsuiting voor
het personeel van Defensie. Ze
geldt zowel voor het burger-
personeel als voor de militairen bij
Defensie en geeft kort hun rechten
en plichten weer. De richtlijn heeft
volgende wettelijke grondslagen:
het
Europees
Verdrag
tot
bescherming van de rechten van
de mens en de fundamentele
vrijheden,
het
Internationaal
Verdrag inzake burgerrechten en
politieke rechten, de Belgische
Grondwet,
het
militair
Strafwetboek, het Strafwetboek,
de besluitwet betreffende de staat
van oorlog en de staat van beleg,
de wet houdende het tucht-
reglement van de Krijgsmacht, de
wet tot bescherming van de
persoonlijke
levenssfeer
ten
opzichte van de verwerking van
persoonsgegevens
en
andere
referentieteksten.
De nieuwe richtlijn werd veeleer
uitgevaardigd met het oog op een
standaardisering van de vorige
richtlijnen dan met het oog op een
inhoudelijke
wijziging.
De
bedoeling is in de allereerste
plaats om meer duidelijkheid te
scheppen.
Voor
zover
een
personeelslid van Defensie geen
officiële informatie verspreidt, mag
hij uitdrukking geven aan zijn
gedachtegoed en aan zijn eigen
mening. Als er een verband kan
worden gelegd tussen de persoon
en
zijn
functie,
moet
de
betrokkene aangeven dat hij in
eigen naam spreekt. Misbruik van
dat recht kan bestraft worden.
Mijnheer Sevenans, militairen die een toegelaten politiek engagement
willen opnemen, dienen dit te doen als een privépersoon. Ik zie geen
paradox. Er is ook geen valse paradox, er is geen paradox in de
coördinatie van de verschillende documenten die wij hebben
uitgewerkt. Ze kunnen evenwel geen standpunten innemen die strijdig
zijn met de wettelijke refertes die ik heb aangegeven. Indien zij dat
wel doen, kan dit aanleiding geven tot het nemen van statutaire
maatregelen. Ik herhaal dat er geen paradox is en ook geen schijn
van een paradox.
Les militaires qui assument un
mandat politique, doivent le faire à
titre
privé.
Ils
ne
peuvent
néanmoins adopter des positions
contraires
aux
dispositions
légales. S'ils le font, une mesure
statutaire peut être prise. Je n'y
vois aucun paradoxe.
01.04 Xavier Baeselen (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie 01.04 Xavier Baeselen (MR): In
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
pour votre réponse.
Je parcours la circulaire. J'y vois le droit pour le militaire d'exprimer
son opinion en tant que militaire et puis, monsieur Sevenhans, je vois
aussi le point C. qui concerne les limitations à la liberté d'expression
des militaires avec des restrictions permanentes et notamment "lors
de l'exercice de leur droit, les militaires sont tenus d'être respectueux
du chef de l'État, des pouvoirs constitutionnels et des institutions de
l'État". Cela me paraît suffisamment clair!
de omzendbrief zie ik het recht
voor de militair om zijn mening te
uiten als militair, en punt C over de
beperkingen van de vrije menings-
uiting: bij de uitoefening van hun
recht dienen de militairen zich
eerbiedig te gedragen ten opzichte
van de koning als staatshoofd, de
grondwettelijke macht en de
staatsinstellingen. Dat lijkt me
begrijpelijk!
01.05 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, het
antwoord van de minister stelt me gerust. Het is duidelijk: zolang de
militair niet als militair optreedt heeft hij alle rechten van elke andere
burger. Dat is een duidelijk antwoord waarvoor ik de minister dank.
01.05 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Tant qu'un militaire
n'intervient pas en cette qualité, il
jouit donc des mêmes droits que le
citoyen ordinaire.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Xavier Baeselen au ministre de la Défense sur "des blogs dont la titularité
02 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de minister van Landsverdediging over "blogs van
Belgische militairen" (nr. 7142)
02.01 Xavier Baeselen (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, je rejoins un peu la première question que j'ai posée et qui
était relative à la liberté d'expression des militaires.
Cette question m'a été inspirée par un certain nombre de "blogs" qui
sont tenus à l'étranger par des militaires et sur lesquels pourraient se
trouver parfois des informations sensibles, voire confidentielles. Dans
cette mesure, des informations confidentielles pourraient être
divulguées de manière volontaire et même involontaire, de manière
directe ou indirecte.
Mes questions sont les suivantes:
1. Avez-vous connaissance, monsieur le ministre, de "blogs" édités
par certains militaires et qui sont de nature à évoquer certaines
informations éventuellement sensibles?
2. Si oui, quelles sont les mesures que le SPF Défense peut prendre
pour contrer lesdites divulgations?
3. Existe-t-il une cellule, au sein de votre département, qui sensibilise
les militaires sur ces questions et qui remplit un rôle de vigilance à
l'égard de ce type de nouveau média?
02.01 Xavier Baeselen (MR):
Bent u, wat de vrijheid van
meningsuiting van de militairen
betreft, op de hoogte van "blogs"
die sommige militairen op het net
zetten en die bepaalde eventueel
gevoelige informatie ter sprake
kunnen
brengen?
Welke
maatregelen kan de minister van
Landsverdediging nemen om die
onthullingen tegen te gaan?
Bestaat er een cel in uw
departement die de militairen wijst
op die kwesties?
02.02 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, cher
collègue, il y a donc de nombreuses initiatives de membres et
d'anciens membres du personnel à propos de matières relatives à la
vie militaire, qui sont diffusées via les "blogs" et les sites web.
La Défense ne peut qu'encourager la promotion de la profession de
militaire par l'intermédiaire des médias, y compris l'Internet.
Les droits et les restrictions concernant le droit à la liberté
d'expression sont explicités en détail dans une directive interne qui
est l'adaptation de la loi 14 janvier 1975 et qui est applicable par tout
02.02 Minister Pieter De Crem:
Talrijke initiatieven van huidige en
gewezen personeelsleden worden
bekend gemaakt via de "blogs" en
de webstekken. Landsverdediging
kan de aanmoediging via de
media met inbegrip van internet,
om militair te worden alleen maar
toejuichen.
De
rechten
en
restricties
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
le personnel de la Défense, même après cessation de la fonction.
La sécurité informatique fait partie intégrante des mesures
sécuritaires réglementées par le service général de renseignement et
de la sécurité (SGRS) et que chaque militaire se doit de respecter.
De plus, le contenu de ces sites est régulièrement contrôlé par le web
management, la direction générale Images et Relations publiques (la
DGIPR). Jusqu'à présent, cette DG n'a pas trouvé d'informations
classifiées.
En ce qui concerne le personnel en mission, il dispose des facilités
internet fournies par la Défense. Ceux qui m'ont accompagné à
Kandahar en Afghanistan peuvent en témoigner.
Pour chaque opération, la Défense ouvre un forum sur son site
internet mil.be. L'unité en charge désigne un administrateur qui doit
superviser le forum de façon permanente.
Ces mesures font partie des mesures sociales, comme encore les
Journées info-familles mises en place pour soutenir les familles de
nos militaires.
betreffende het recht op vrije
meningsuiting staan uitdrukkelijk
vermeld in een interne richtlijn die
de aanpassing is van de wet van
14 januari 1975 en die van
toepassing is op al het personeel
van Landsverdediging, zelfs na het
stopzetten van de functie.
Informaticabeveiliging
maakt
integraal deel uit van de door de
Algemene Dienst inlichting en
veiligheid
gereglementeerde
veiligheidsmaatregelen die elke
militair dient na te leven. De
inhoud van die sites wordt
geregeld gecontroleerd door het
webmanagement en de DGIPR.
Tot dusver heeft die DG nog geen
vertrouwelijke
informatie
gevonden.
Het personeel op zending beschikt
over
internetfaciliteiten
die
verleend worden door Defensie.
Voor elke operatie opent Defensie
een forum op haar internetsite
mil.be. De bevoegde eenheid wijst
een forumbeheerder aan die
continu toezicht houdt op het
forum.
Die bepalingen maken deel uit van
de sociale maatregelen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Questions jointes de
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "les effets des dispositifs de brouillage sur la santé
des militaires belges" (n° 7215)<br>- M. François Bellot au ministre de la Défense sur "la sécurité et le bien-être au travail des militaires
dans les zones proches des dispositifs de brouillage" (n° 8014)</b>
03 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "de gevolgen van
stoorsystemen voor de gezondheid van de Belgische militairen" (nr. 7215)
- de heer François Bellot aan de minister van Landsverdediging over "de veiligheid en het welzijn op
het werk van militairen in zones dichtbij storingsapparatuur" (nr. 8014)
03.01 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le président, monsieur le
ministre, j'ai vu et entendu au mois de septembre que des soldats
belges qui utilisent des véhicules en Afghanistan se plaignent de
maux de tête, de migraines et de nausées et qu'on pourrait peut-être
lier ces maux aux irradiations provoquées par les appareils de
brouillage installés sur ces véhicules. Il s'agit des système américains
appelés Symphony, qui émettraient des ondes radio avec un effet
néfaste. Je ne suis pas scientifique, donc je m'informe.
03.01 Brigitte Wiaux (cdH): Ik
heb in september gehoord en
gezien dat Belgische soldaten die
met bepaalde voertuigen rond-
rijden in Afghanistan, klagen over
hoofdpijn, migraine en misselijk-
heid. Deze symptomen zouden
toegeschreven kunnen worden
aan
de
straling
van
de
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
Monsieur le ministre, je ne sais pas si vous avez pu effectuer des
contrôles mais il me semble que votre département a lancé une
enquête pour étudier les faits. Je voudrais donc savoir s'il y a eu des
contrôles et si vous disposez de résultats.
Symphonystoorzenders waarmee
de voertuigen zijn uitgerust.
Werden er controles uitgevoerd,
en met welk resultaat?
03.02 François Bellot (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, j'avais transmis cette question il y a un certain temps.
Il me revient qu'un certain nombre d'équipages de véhicules équipés
du système de brouillage Symphony fabriqués par des entreprises
américaines souffrent de malaises et pour certains de maux de tête
assez violents alors qu'il n'en avaient jamais connu jusque-là.
De tels témoignages proviennent d'Afghanistan.
Il est évident que dans des pays où la température peut atteindre des
niveaux extrêmes, le fonctionnement des dispositifs d'air conditionné
peut être incriminé dans certains cas.
Monsieur le ministre, pouvez-vous m'indiquer si vous avez été
informé, comme je le présume, de cette vague de malaises qui a
frappé certains militaires utilisant les dispositifs de brouillage?
Quelles dispositions ont été prises pour assurer ce contrôle et
déterminer les causes?
Quelle est la puissance d'émission en voltmètres au regard des
émissions de courtes ondes utilisées par des équipements courants?
Enfin, quelles sont les conclusions des premières analyses réalisées
à ce propos? S'agit-il d'effets indirects de l'utilisation d'air conditionné
ou est-ce lié aux émissions d'ondes radio?
03.02 François Bellot (MR):
Sommige militairen die voertuigen
met
Symphonystoorzenders
bemannen, hebben gezondheids-
klachten. Wij horen dergelijke
getuigenissen van militairen in
Afghanistan.
Werd u ingelicht over die verbreide
gezondheidsproblemen?
Welke
maatregelen werden er getroffen
om dat te controleren en de
oorzaken vast te stellen? Wat is
de emissiesterkte in volt per
meter? Wat zijn, tot slot, de
conclusies
van
de
eerste
analyses? Gaat het om de
indirecte gevolgen van het gebruik
van de airco of is er een verband
met
de
uitzending
van
radiogolven?
03.03 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, nous avons
vu lorsqu'on était à Kandahar et à Kaboul les conditions dans
lesquelles nos troupes travaillaient.
La question a été posée par Mme Wiaux mais aussi par d'autres
collègues concernant le fameux brouillage mobile ou fixe. Jusqu'à ce
jour, dix plaintes de militaires ont été enregistrées pour des maux de
tête dont les concernés soupçonnent l'origine dans l'utilisation du
système ECM-Symphony (Electronic Counter Measures Symphony).
Un tel système de brouillage des émissions radios a été monté sur un
véhicule du type Pandur en janvier de cette année. Ce système était
utilisé dans le cadre de la mission "KAIA Lead Nation", mission qui est
terminée depuis le 1
er
octobre de cette année.
Des mesures sur place ont été exécutées en février et en août 2008
afin de contrôler le respect des normes d'exposition du personnel au
rayonnement non ionisant. Une des antennes a été déplacée en mars
2008 sur base des conclusions des premières mesures. Les deux
séries de mesures montraient un léger dépassement des normes
pour le commandement de bord. Les consignes données au
personnel stipulaient que le chauffeur et le tireur pouvaient circuler la
tête hors du véhicule lorsque le système Symphony était en
fonctionnement, mais par contre que le commandant de bord devait
03.03 Minister Pieter De Crem:
Tot nu toe werden er tien klachten
van militairen geregistreerd, over
hoofdpijn die volgens hen te wijten
is aan het gebruik van het systeem
ECM-Symphony in het kader van
een missie die sinds 1 oktober
afgelopen is.
Uit metingen in februari en
augustus 2008 is gebleken dat de
normen
voor
de
boord-
commandant
lichtjes
over-
schreden werden. Volgens de
instructies mochten de bestuurder
en de schutter onder het rijden
hun hoofd buiten boord houden
terwijl het Symphonysysteem in
werking was, maar moest de
boordcommandant in het voertuig
blijven, met het luik gesloten.
Daarover werd onderhandeld door
het personeel dat bevoegd was
voor die missies.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
rester dans le véhicule, écoutille fermée. Et ceci a été négocié par le
personnel qui s'est vu chargé de ces missions.
03.04 Brigitte Wiaux (cdH): Je reste perplexe par rapport au
commandement de bord; il y a un dépassement minimal de normes.
J'espère que ce n'est pas préjudiciable à leur santé: c'est ce qui me
semble le plus important. Des maux de tête, une migraine, ça passe
mais il ne faudrait pas qu'il y ait de conséquences néfastes.
03.04 Brigitte Wiaux (cdH): Ik
maak me nog steeds zorgen over
de boordcommandanten. Ik hoop
dat de minimale overschrijding van
de normen hun gezondheid niet
schaadt.
03.05 François Bellot (MR): Monsieur le ministre, j'espère que vous
aurez un feedback des mesures prises et l'occasion de nous en
reparler.
03.05 François Bellot (MR): Ik
hoop dat men u feedback zal
geven met betrekking tot de
getroffen maatregelen, en dat u de
gelegenheid
zal
krijgen
om
hierover opnieuw met ons van
gedachten te wisselen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Questions jointes de
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "les choix à effectuer en matière d'opérations
militaires à l'étranger en raison des contingences budgétaires" (n° 7216)<br>- M. David Geerts au ministre de la Défense sur "l'incidence budgétaire des opérations menées en
Afghanistan" (n° 7247)</b>
04 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "de om budgettaire redenen te
maken keuzes inzake buitenlandse militaire operaties" (nr. 7216)
- de heer David Geerts aan de minister van Landsverdediging over "de budgettaire weerslag van de
operaties in Afghanistan" (nr. 7247)
04.01 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le président, monsieur le
ministre, ma question date du début du mois de septembre. Notre
pays déploie ses troupes au Kosovo, en Afghanistan, au Liban et au
Tchad. On sait que nous sommes également présents dans la région
des Grands Lacs via des programmes de partenariat militaire et que
nous allons bientôt avoir le commandement d'un 'battle group EU'.
Les opérations militaires extérieures sont financées en partie sur une
base de calcul commun des frais de fonctionnement et en partie sur
la base d'un budget spécifique pour 2008 de près de 59 millions. Il y
aurait eu un rapport négatif de l'inspection des Finances à la fin du
mois de juillet dernier, qui laisserait augurer d'un dépassement
sensible de l'enveloppe consacrée aux opérations extérieures.
Monsieur le ministre, comme vous le disiez dans votre note de
politique générale jointe au budget 2008, il sera difficile de répondre
favorablement à toutes les demandes de participation exprimées par
l'OTAN, l'Union européenne ou l'ONU. Sauf dépassement budgétaire
inconsidéré, des choix judicieux doivent s'effectuer quant à
l'opportunité de réaliser certaines missions à l'étranger. J'imagine que
ces choix dépendent du contexte international mais aussi des
demandes qui sont formulées.
Dans l'état actuel des choses, quelles sont les options et les
propositions quant aux choix futurs d'opérations? Je pense plus
particulièrement à la continuité de la mission belge au Liban, au sein
04.01 Brigitte Wiaux (cdH): De
buitenlandse militaire operaties
werden ten dele gefinancierd op
basis van een gezamenlijke
berekening van de werkingskosten
en ten dele op basis van een
specifiek budget voor 2008 van
bijna 59 miljoen euro. Eind juni
jongstleden zou de inspectie van
Financiën een slecht rapport
hebben opgemaakt waarin wordt
voorspeld dat het budget voor
buitenlandse operaties gevoelig
zou worden overschreden. Wat
zijn
de
mogelijkheden
en
voorstellen in verband met de
keuze van operaties in de
toekomst?
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
de la FINUL. Je sais que l'on a reçu le premier ajustement budgétaire
2008 hier mais je n'ai pas encore eu le temps de l'analyser, d'où mon
souhaite de vous entendre. Je vous remercie.
04.02 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, ik vraag
mij af of wij nu aan de vragen zijn over de budgettaire weerslag van
de
operaties
in
Afghanistan.
Ik
was
iets
later,
mijn
verontschuldigingen daarvoor, maar ik zat nog in de commissie voor
de Infrastructuur en ik moest pendelen.
Mijnheer de minister, mijn vraag handelt over de budgettaire
weerslag. Op 15 september kregen wij in dit Parlement een
presentatie over de toestand in Afghanistan. Ik veronderstel dat er
ook telkens een budgettair plaatje gemaakt is. Zelf hebt u reeds
aangegeven in uw beleidsverklaring dat u hiervan werk zou maken,
zodanig dat we effectief alle allocaties van de verschillende middelen
zouden gekend hebben. De brutokosten bedroegen ongeveer
14,3 miljoen euro, netto 5,23 miljoen euro.
Mijn vragen betreffen uiteraard de huidige stand van zaken.
Wat zijn op dit moment de bruto- en nettokosten van de verschillende
operaties in Afghanistan voor het kalenderjaar 2008?
Hoe wordt dit begroot naar 2009?
Wat zijn de respectievelijke kosten in 2008 en 2009 verdeeld over
werkingskosten en personeelskosten? Wat zijn de kosten voor het
vervoeren van het materiaal en de ondersteuning van de operatie?
Binnen de initiële begroting werd er ongeveer in 58,7 miljoen euro
voorzien voor operaties. Bij de begrotingscontrole werd er gevraagd
dit op te trekken tot 73,7 miljoen euro. Is hierover een akkoord
bereikt? Volstaat dit bedrag? Indien dit bedrag niet volstaat, waar
denkt u dan de interne middelen te vinden?
04.02
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Le 15 septembre
dernier, nous avons assisté au
Parlement à un exposé sur la
situation en Afghanistan. Quels
sont actuellement les coûts brut et
net des diverses opérations en
Afghanistan pour l'année civile
2008? Quel sera le budget pour
2009? Quels ont été les frais de
personnel et de transport en 2008
et quel est le montant prévu pour
2009? Quel est le coût du
transport de matériel et du soutien
à l'opération? La majoration du
budget demandée lors du contrôle
budgétaire a-t-elle été approuvée?
Le nouveau montant de 73,7
millions d'euros est-il suffisant?
Dans la négative, où le ministre
pense-t-il pouvoir trouver des
moyens supplémentaires?
Le président: Monsieur le ministre, je suppose que cette commission
aura l'occasion d'entendre un exposé lorsque le gouvernement aura
pris option sur les différentes opérations en 2009?
De voorzitter: Ik veronderstel dat
deze commissie de gelegenheid
zal hebben om een uiteenzetting
te horen, zodra de regering haar
beleidskeuzes zal hebben vast-
gelegd in verband met de
verschillende operaties in 2009?
04.03 Pieter De Crem, ministre: Absolument.
04.03 Minister Pieter De Crem:
Ja, ...
Le président: Nous aurons donc la globalité à la fois en termes budgétaires et en termes de choix.
04.04 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, je préfère distribuer à tous les membres de la commission
présents un document sur lequel vous trouverez une réponse traduite
en chiffres sur les opérations.
Je reviendrai ensuite car la réponse vaut aussi pour les questions
posées par notre collègue Wiaux.
04.04 Minister Pieter De Crem:
..., maar ik zou liever alle
aanwezige commissieleden een
document bezorgen met de nodige
antwoorden en cijfergegevens
over de operaties. Dat antwoord
geldt ook voor de vragen van
mevrouw Wiaux.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
De bruto- en de nettokosten voor de operaties in Afghanistan
bedragen voor 2008 57,49 miljoen euro bruto en 31,95 miljoen euro
netto. De bijkomende vergoedingen en toelagen die worden
toegekend aan het ingezette personeel, bestaan zowel uit
werkingskosten als uit personeelskosten. Ik zal u de details daarvan
dadelijk bezorgen.
De Belgische deelname aan de operaties voor 2009 is in volle
afronding en maakt het voorwerp uit van politieke besluitvorming op
dit moment en is natuurlijk binnen het globale budgettaire kader van
het budget 2009 gesitueerd.
Er is een akkoord over de begroting 2009 voor Defensie, dat vorige
week tot stand is gekomen. Voor de dekking van de uitgaven van de
operaties kan ook worden gerekend op bijdragen van de UNO, de
Europese Unie en de FOD Buitenlandse Zaken. Het geheel volstaat
om de lopende operaties budgettair haalbaar te maken. In
voorkomend geval kan ook een beroep worden gedaan op de
bijzondere bepaling 2.16.21 van de wet van 2008 houdende de
algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2008. Dit laat
onder bepaalde voorwaarden de overdracht van de kredieten toe naar
het programma Inzet, door middel van in de Ministerraad overlegde
bepalingen die resulteren in een koninklijk besluit.
Le coût brut des opérations en
Afghanistan pour 2008 se monte à
57,49 millions d'euros et le coût
net à 31,95 millions d'euros. Je
fournirai un aperçu détaillé des
indemnités
supplémentaires
octroyées au personnel.
La
participation
belge
aux
opérations de 2009 fait l'objet
d'une décision politique et sera
inscrite au budget 2009. Le budget
2009 de la Défense est clôturé et
peut être complété par les
contributions de l'ONU, de l'Union
européenne et du SPF Affaires
étrangères dans le cadre du
financement des opérations. Le
cas échéant, des crédits de 2008
peuvent également être transférés
selon la procédure légale.
En réponse aux questions de Mme Wiaux, l'état-major de la Défense
m'a remis une planification. Celle-ci a fait l'objet d'une discussion
positive pour les opérations en 2009. Le projet a été étudié au sein de
mon cabinet et sera très prochainement délibéré au sein du Conseil
des ministres, après avoir fait l'objet de suggestions au sein du
cabinet restreint.
Comme l'a dit le président de la commission, je suis tout à fait disposé
à me présenter devant la commission.
In antwoord op de vragen van
mevrouw Wiaux heeft de staf van
Defensie
mij
een
planning
meegedeeld. Daarover werd een
positieve discussie gevoerd voor
de operaties in 2009. Het ontwerp
werd door mijn kabinet bestudeerd
en zal zeer binnenkort ter
beraadslaging aan de ministerraad
worden voorgelegd.
04.05 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le ministre, je vous remercie
pour tous les éléments de réponse que vous nous avez apportés.
J'attendrai de nouvelles informations pour 2009.
04.05 Brigitte Wiaux (cdH): Ik
wacht dus op nieuwe informatie
voor 2009.
04.06 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, ik zal de
tabel afwachten en op het moment van de bespreking het woord
nemen in het debat. Ik denk dat dat het gemakkelijkste zal zijn.
04.06
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): J'attendrai de rece-
voir le tableau avant d'intervenir
ultérieurement dans la discussion.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04.07 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, j'ai une
proposition concernant le report de la question n° 7275 de M. Van der
Maelen.
Je peux déjà lui faire parvenir ma réponse écrite. S'il a encore des
questions supplémentaires à ce sujet, il pourrait introduire une
nouvelle question.
04.07 Minister Pieter De Crem: Ik
kan de heer Van der Maelen een
schriftelijk antwoord op zijn vraag
nr. 7275 bezorgen. Indien hij ter
zake nog bijkomende vragen zou
hebben, zou hij een nieuwe vraag
kunnen indienen.
Le président: Je suis certain qu'il aura encore des questions mais ce n'est pas grave.
04.08 Pieter De Crem, ministre: Le contraire m'étonnerait aussi.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
05 Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "het statuut van de
piloten Lt Avn" (nr. 7338)
05 Question de M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "le statut des pilotes Lt Avn"
05.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, bij
de opeenvolgende herstructureringen van de voorbije jaren werd alles
wat luchtvarend was, opgenomen bij de luchtcomponent. Het
personeel van het vliegwezen bleef in eerste instantie echter behoren
tot de Landmacht. Ondertussen werden ze opgenomen als korps
Light Aviation in de luchtmacht. Doordat ze niet werden opgenomen in
het korps Varend Personeel van de Luchtmacht genieten ze aldus niet
over dezelfde statutaire bepalingen, inzonderheid inzake loopbaan en
pensioenregeling, als hun collega's die dadelijk in het korps Varend
Personeel van de Luchtmacht werden opgenomen.
Het kwam mij ter ore dat de piloten van het korps Light Aviation
desalniettemin op diverse luchtmachttoestellen, zoals de Sea King en
de C-130vliegen.
Mijnheer de minister, ik heb hierover een aantal vragen. Kunt u mij
een overzicht geven van het aantal piloten, behorende tot het korps
Light Aviation van de Luchtmacht per type toestel waarop zij
momenteel vliegen? Waarom wordt het principe "zelfde werk, zelfde
statuut" in dit dossier niet nageleefd? Bent u van plan om deze
discriminatie weg te werken? Zou het niet eenvoudiger zijn om, nadat
u hebt beslist om het personeel Light Aviation vanaf 1 september
jongstleden het luchtmachtuniform verplicht te laten dragen, het korps
Light Aviation meteen op te nemen in het korps Varend Personeel van
de Luchtmacht?
05.01 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang):
Lors
des
récentes
réorganisations, les membres du
personnel de l'aviation ont été
intégrés au corps "Light Aviation"
et non au corps Personnel
navigant de la force aérienne. De
ce fait, ils ne tombent pas sous
l'application des mêmes disposi-
tions
statutaires
que
leurs
collègues en matière de carrière et
de régime de pension. Pourtant,
les pilotes du corps "Light
Aviation" pilotent aussi des Sea
King et des C-130.
Le
ministre
peut-il
nous
communiquer le nombre de pilotes
du corps "Light Aviation" par type
d'appareil? A-t-il l'intention de lever
cette discrimination? Ne s'indique-
rait-il pas d'intégrer simplement le
corps "Light Aviation" au corps
Personnel navigant de la force
aérienne?
05.02 Minister Pieter De Crem: Waarde collega, omdat mijn
antwoord nogal wat cijfers en categorieën bevat, zal ik het u
onmiddellijk bezorgen. Ik dank u voor de vraag die u stelt. Zo heb ik
de mogelijkheid op die aangelegenheden in te gaan. Ik zal u eerst een
overzicht geven van de types luchtvaarttuigen en het aantal piloten die
Light Aviation, het Licht Vliegwezen, kenmerken.
In het raam van vormingen die gegeven worden in het buitenland
behoren sommige types luchtvaartuigen niet tot het Belgische
patrimonium.
Er is de A109 Agusta, u wel bekend. Daarvoor is het aantal
vastgelegd van 71 piloten van Light Aviation. Voor de Alouette 2 zijn
er 21 piloten. Voor Alouette 3, 2 piloten, voor de C-130 Hercules 2
piloten, voor de Franse Gazelle 3, voor de Sea King 4, voor de
Marchetti SF 260 zijn er 6 piloten, voor de verbindingsvliegtuigen 6, en
voor de Franse Embraer Jingo zijn er 2.
Ik wens u eerst en vooral te wijzen op het feit dat de statutaire
officieren tot een krijgsmachtdeel behoren. Voor het korps Light
Aviation behoren de officieren tot de luchtmacht, en dat onafhankelijk
van het feit of zij binnen de luchtcomponent werken.
Ik wens er eveneens op te wijzen dat het korps Light Aviation van de
luchtmacht een uitdovend karakter kent daar alle nieuwe piloten sinds
2004 aangeworven worden onder het statuut van het varend
05.02 Pieter De Crem, ministre:
Le nombre de pilotes de "Light
Aviation" a été fixé à 71 pour le
type A-109 Agusta, 21 pour les
Alouette 2, 2 pour les Alouette 3, 2
pour les C-130 Hercules, 3 pour
les Gazelle, 4 pour les Sea King, 6
pour les Marchetti SF 260, 6 pour
les avions de liaison et 2 pour les
Embraer Jingo.
Le corps "Light Aviation" présente
un caractère exécutif dans la
mesure où, depuis 2004, tous les
nouveaux pilotes sont recrutés
sous le statut de personnel
navigant de la Force aérienne. Les
traitements et les allocations de
vol des pilotes du corps "Light
Aviation" sont assimilés à ceux du
corps du Personnel navigant. Les
seules différences ont trait à
l'ancienneté et à l'âge de la
pension, deux aspects qui font
actuellement
l'objet
d'un
aménagement.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
personeel van de luchtmacht.
De wedden en de luchtvaarttoelagen van de piloten van Light Aviation
zijn gelijkgesteld met die van het korps van het varend personeel van
de luchtmacht. Er bestaat dus geen verschil en geen discriminatie
meer op geldelijk vlak. De enige verschillen komen door het
administratief statuut en houden verband met anciënniteit en de
pensioenleeftijd. Dat is een bijzonder belangrijk punt, dat ik niet
ontken. Beide aspecten, dat van de anciënniteit en dat van de
pensioenleeftijd maken het voorwerp uit van een heroriëntering die
zoals u weet gekoppeld is aan de nieuwe gemengde loopbaan en de
opties die aan het concept van de nieuwe gemengde loopbaan zullen
worden gegeven.
05.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Dank u voor uw uitgebreide
antwoord, mijnheer de minister. Ik begrijp dat het probleem gekend is
en ik hoop dat u oplossingen vindt, of dat u zich wil engageren om
toch een billijke regeling te vinden.
05.03 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Je retiens que le ministre
prépare
une
réglementation
équitable.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Samengevoegde vragen van
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "de 'sociale kassen'" (nr. 7339)
- de heer David Geerts aan de minister van Landsverdediging over "de opeising van de geldelijke
middelen van de sociale kassen" (nr. 7341)
- de heer André Flahaut aan de minister van Landsverdediging over "de opname van 67% uit de
sociale kassen in de verschillende eenheden" (nr. 7864)
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "het geld in de sociale kassen
van verschillende kazernes" (nr. 7997)
- de heer François Bellot aan de minister van Landsverdediging over "het beheer van de catering- en
hoteldiensten van Landsverdediging" (nr. 8015)
06 Questions jointes de
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "les 'caisses sociales'" (n° 7339)<br>- M. David Geerts au ministre de la Défense sur "la réquisition des moyens financiers des caisses
sociales" (n° 7341)<br>- M. André Flahaut au ministre de la Défense sur "la ponction de 67% dans les caisses sociales dans
les différentes unités" (n° 7864)<br>- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "l'argent des caisses sociales de différentes
casernes" (n° 7997)<br>- M. François Bellot au ministre de la Défense sur "la gestion des services de restauration et
d'hôtellerie de la Défense" (n° 8015)</b>
06.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, de
recente beslissing van de minister om een deel van de gespaarde
middelen van restauratie en hoteldienst van Defensie, afgekort
RHDD, op te vragen, is bij heel wat militaire in het verkeerde keelgat
geschoten.
Voor wie het nog niet weet, het gaat om de beslissing om een bedrag
van 6 miljoen euro uit de financiële reserves van de RHDD aan te
wenden om infrastructuurwerken te bekostigen, naar ik hoop van
RHDD zelf. Men kan vragen stellen naar de noodzaak of het bestaan
van deze financiële reserves, maar het is een feit dat toeslaan op het
moment dat de kassen gevuld zijn, als het ware overkomt als een
hold-up georganiseerd door de minister. Dat is straffe taal, maar zo
wordt deze actie althans aangevoeld. Ik kan begrip opbrengen voor
de negatieve reacties dienaangaande. Men verandert de spelregels
06.01 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): La décision récente du
ministre d'utiliser une partie des
réserves
du
Service
de
Restauration et d'Hôtellerie de la
Défense (SRHD) a été mal
accueillie
par
de
nombreux
militaires. En puisant 6 millions
d'euros
dans
les
réserves
financières du SRHD pour des
travaux d'infrastructure, le ministre
commet pour ainsi dire un hold-up.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
niet tijdens de match.
Voor alle duidelijkheid, aangezien men een duidelijk zicht heeft op
deze rekening, is er volgens mij geen enkel probleem verbonden aan
het bestaan ervan.
Mijnheer de minister, ter herinnering, bij de bespreking van de
beleidsnota heb ik duidelijk gezegd dat ik uw visie steun, maar dat ik
ervan overtuigd was dat de financiële onderbouw op drijfzand rust, net
als de hele begroting trouwens, wat deze week overigens nog
duidelijk werd aangekaart uit onverdachte bron, namelijk door notoire
leden van Open Vld.
Mijnheer de minister, dat dit dus een wanhoopspoging is begrijp ik,
maar betreur ik ook, en misschien zal ik mij daarbij, samen met alle
militairen, verplicht moeten neerleggen. De hele operatie zorgt wel
voor een wrange bijsmaak. De rekeningen van de vorige legislaturen
worden meer en meer zichtbaar. Tijdens de vorige legislaturen
heerste er in deze commissie een aparte sfeer; dat weet u ook,
mijnheer de minister. Soms was hier meer een fanclub van de
minister aanwezig, dan parlementsleden. Vandaar dat ik het
deontologisch moeilijk heb met de mensen die mij volgen in deze
vraag.
Ik meen mij ook te herinneren dat dit niet helemaal nieuw is. U hebt
dit niet uitgevonden. Ik dacht dat het in het verleden ook al een keer
gebeurd was, even ter herinnering. Het schiet mij eigenlijk in het
verkeerde keelgat van sommige collega's François Bellot hoort daar
niet bij - maar ik wil ze desnoods wel bij naam noemen. Maar dat
sommige collega's, zoals geachte collega's Flahaut, Geerts en
mevrouw Wiaux deze vragen vandaag stellen...
De voorzitter: Monsieur Sevenhans, venez à la question, s.v.p.
06.02 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Dan begin ik toch wel
problemen te krijgen. Ja, mijnheer Flahaut, u bent er ook bij. Temeer
daar u het vroeger ook zelf hebt gedaan, verbaast het mij een beetje
dat u dit nu doet, samen met uw fanclub. Mijnheer de minister, dat het
water aan de lippen staat bij Defensie, is niet uw schuld, maar ik zou u
er toch op willen wijzen dat de financiële reserves waarop u wenst
beroep te doen door sommige eenheden reeds waren besteed of
bestemd. U neemt uw beslissingen zomaar op basis van de loutere
vaststelling van de bedragen vandaag op de rekening. Naar mijn
oordeel zult u daarmee een aantal problemen creëren, problemen die
u wellicht niet wil, maar die zich wel echt dreigen te manifesteren.
Mijnheer de minister, voor het feit dat u het moet doen, kan ik begrip
opbrengen, dat is de rekening van vorige keer die u mag gaan
betalen, maar ik zou toch durven pleiten zaak per zaak te bekijken, of
eenheid per eenheid. U mag zomaar niet alles over één kam scheren.
Ik denk dat dit wat kort door de bocht zou zijn.
Mijnheer de minister, als u dan toch niet anders kunt - wat ik zou
betreuren, want ik heb hierover een ongelukkig gevoel, ik zeg zelfs
altijd dat het geld op is, dat uw kas leeg is, maar in andere kassen zit
blijkbaar nog iets in en als u dan toch verplicht bent deze hold-up te
plegen, dan zou het toch wel aangewezen zijn dat u zeer duidelijk
communiceert wat u met deze middelen gaat doen om te vermijden
06.02 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Il s'agit manifestement
d'une tentative désespérée car on
commence à y voir plus clair dans
les comptes des législatures
précédentes. Certaines unités
avaient toutefois déjà affecté
certaines réserves. Le ministre
examinera-t-il la situation au cas
par cas et indiquera-t-il clairement
ce qu'il compte faire de ces
moyens?
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
dat verhalen erover de ronde doen waar niemand mee gediend is. Op
die manier kunt u misschien de pil een beetje vergulden, want er zijn
natuurlijk nog slechtere oplossingen. Een van de mogelijke
oplossingen is om te proberen de zaken een beetje vooruit te
schuiven. Mijnheer de minister, heel concreet, bekijk het geval per
geval, dat zou ik graag van u vernemen.
06.03 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Sevenhans, Fans is een tv-programma. Wat de fanclub betreft, ik
weet dat in uw politieke kringen de adoratie van de leider zeer hoog is,
maar ik behoud nog altijd mijn onafhankelijkheid. Ik denk dat het
woord fanclub in deze een woord van u is. In uw club is er de adoratie
van de leider, niet in de mijne.
06.04 Minister Pieter De Crem: De adoratie van de leidster in uw club
is ook zo groot niet.
06.05 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): De leidster is nog een oude
studiegenote van mij.
Le président: Ne nous laissons pas distraire!
06.06 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Men mag ook niet altijd geloven
wat de kranten zeggen.
Mijnheer de minister, ik stel vast dat u het gat in de begroting dichtrijdt
met de plundering van de geldelijke middelen die zich in de sociale
kassen bevinden. U hebt daarnet aangehaald dat u voor de verhoging
van de operationele inzet middelen zoekt, bijvoorbeeld op dit
programma. Aanvankelijk hebt u gezegd dat u de plundering van de
sociale kassen zult gebruiken om infrastructuurwerken uit te voeren.
In de begroting en de begrotingswijziging die ik heb gezien, zie ik
daarvan niet veel.
Ten eerste, op welke rechtsgrond vordert u deze gelden? Wat is de
wettelijke basis voor uw hold-up? Ik zie wel dat u in sectie 16 een
aantal artikelen hebt gezet om een aantal hold-ups te rechtvaardigen.
Maar volgens mij kan dat niet.
Ten tweede, ik veronderstel dat de gelden op een rekening staan. Die
rekeningen zijn geopend op basis van een vzw-structuur of van een
feitelijke vereniging. Ik denk dat ook in die feitelijke vereniging de
natuurlijke personen de rechtsmacht hebben dit niet toe te laten. Wat
is de noodzaak om dit zeer snel te doen? Welke legale middelen
denkt u achter de hand te hebben?
06.06
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Le ministre organise
le pillage des caisses sociales
pour combler le déficit du budget.
Il vient de laisser entendre qu'il
était à la recherche de moyens
pour augmenter le déploiement
opérationnel. Initialement, il avait
déclaré qu'il utiliserait les réserves
pour la réalisation de travaux
d'infrastructure.
Sur quelle base légale repose ce
hold-up? L'ASBL ou l'association
de fait qui a ouvert ces comptes
peut refuser cette transaction. Par
ailleurs, pourquoi cette opération
est-elle si urgente?
06.07 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le ministre, j'ai appris par
presse interposée que vous avez réclamé ou alliez réclamer six des
dix millions d'euros des caisses sociales de plusieurs casernes pour
les affecter à des travaux d'infrastructure dans les cantines de
plusieurs casernes.
Cet argent serait "le fruit de petits bénéfices réalisés par les militaires
dans les restaurants, les bars, les cantines de leurs casernes". Il
servirait "à financer des activités sociales" et aurait pour but
"d'organiser des activités sociales ou culturelles pour les soldats et
non pour payer des factures".
06.07 Brigitte Wiaux (cdH): De
pers kondigt aan dat u tussen zes
en tien miljoen euro wil ophalen bij
de sociale kassen van diverse
kazernes om ze te gebruiken voor
infrastructuurwerken. Dat geld zou
"het klein beetje winst zijn dat
wordt gemaakt doordat militairen
in de restaurants, bars en kantines
in hun kazernes iets consumeren."
Het zou dienen om de sociale of
culturele activiteiten voor de
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
Monsieur le ministre, comptez-vous modifier les dispositions qui
régissent cette caisse sociale? Pouvez-vous me donner de plus
amples informations en la matière?
soldaten te organiseren en niet om
facturen mee te betalen. Bent u
van plan de bepalingen die die
sociale kas regelen, te wijzigen?
Kunt u me meer informatie geven?
06.08 François Bellot (MR): Monsieur le ministre, comme mes
collègues, notre attention a été attirée sur l'intention que vous avez
manifestée. Je voudrais rappeler que l'arrêté ministériel du 21 mars
2003 pris en exécution de l'arrêté royal du 20 mars 2003 a fixé les
règles de gestion des services de restauration et d'hôtellerie de la
Défense.
Pour rappel, ces installations créées et exploitées selon les règles
définies dans différents arrêtés ministériels voient leur responsabilité
engagée dans la gestion des mess et des restaurants de différentes
casernes. Il n'y a pas de responsabilité sans liberté et, dans le cas
présent, une liberté relative de fixer le prix de vente de certains
produits, qu'il s'agisse de repas ou des boissons en fonction des
projets à mener dans les casernes.
Pour rappel, les comités de gestion chargés de gérer ces installations
ont pour mission de fixer les prix de vente des repas et des boissons.
En leur donnant cette autonomie, on leur a donné la responsabilité
d'assurer une saine gestion, de pourvoir au remplacement du petit
matériel et d'organiser différentes manifestations à l'intention des
militaires et de leur famille, par exemple à l'occasion des fêtes de fin
d'année ou d'autres cérémonies. C'est ainsi que ces comités de
gestion fixent les prix en fonction des bénéfices à réaliser et des
opérations à mener à l'avenir.
Sur le plan purement comptable, la gestion des moyens récoltés se
fait via des comptes d'État à gestion séparée sous contrôle de la Cour
des comptes. Ce n'était pas le cas antérieurement, mais à la suite
d'un rapport de cette dernière, sur le plan formel, des comptables
spéciaux ont été désignés et gèrent ces comptes sous le contrôle de
la Cour.
L'arrêté ministériel que vous voudriez prendre équivaudrait aux yeux
des militaires à exproprier ou s'approprier des bénéfices réalisés au
niveau local de manière autonome et sur une base volontaire pour
financer des travaux d'infrastructure de la Défense dans le domaine
des installations. Les militaires réagissent caserne par caserne. En
effet, dans certaines d'entre elles, on n'a pas pris cette précaution de
constituer un bas de laine et ceux qui l'ont fait ont le sentiment de
payer pour d'autres qui ne l'auraient pas fait.
Monsieur le ministre, les comités de gestion se sentent dépossédés
par ce projet des moyens dégagés à la suite de l'autonomie qui leur
avait été accordée. Dans ces conditions, je crains que les comités de
gestion ne décident de limiter dorénavant les bénéfices au strict
minimum, puisqu'ils seront dépossédés des moyens qui leur
permettaient jusque-là de mener à bien leurs opérations.
Monsieur le ministre, la responsabilisation locale n'est-elle pas le
meilleur garant d'un bon entretien des installations et des
établissements d'hôtellerie? Ne permettez-vous pas à la Défense par
ce projet de s'approprier le bénéfice réalisé au niveau local pour des
06.08 François Bellot (MR): Het
koninklijk besluit van 21 maart
2003 heeft de beheersregels
vastgelegd van de restauratie- en
hoteldienst van Defensie. Die
installaties
kunnen
worden
aangesproken
op
hun
verantwoordelijkheid in het beheer
van de mess en de restaurants
van de verschillende kazernes, en
krijgen in ruil een relatieve vrijheid
om de verkoopprijs van bepaalde
producten
vast
te
leggen.
Beheerscomités hebben tot taak
de
verkoopprijzen
van
de
maaltijden en dranken vast te
leggen. Het beheer van de
verdiende middelen gebeurt via de
Staatsrekeningen met afzonderlijk
beheer onder controle van het
Rekenhof.
Die beheerscomités staan in hun
hemd door uw ontwerp van
ministerieel besluit. Ik vrees dat ze
zullen beslissen voortaan de winst
tot een minimum te beperken,
aangezien
ze
de
middelen
waarmee ze tot dan toe hun
activiteiten tot een goed einde
konden brengen, zullen verliezen.
Is de lokale responsabilisering niet
de beste garantie voor een goed
onderhoud van de installaties en
de hotels? Maakt u het met dit
ontwerp niet mogelijk dat Defensie
zich de op lokaal niveau gemaakte
winst toe-eigent voor operaties die
per slot van rekening deel
uitmaken van de sociale activiteit?
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
opérations qui font finalement partie de l'activité sociale? Quand les
militaires reviennent de missions de longue durée, quand on organise
des Saint-Nicolas et d'autres fêtes dans les casernes, cela fait partie
aujourd'hui de la bonne politique de gestion des ressources
humaines. Le faire une fois, cela marchera peut-être mais les
militaires sur place vont limiter les bénéfices au strict minimum en
l'absence de l'assurance de gérer au niveau local les moyens dont ils
disposaient pour ces moments de fête qui accompagnent toute
activité humaine.
06.09 André Flahaut (PS): Comme les intervenants précédents ont
admirablement résumé ma pensée, même s'ils ne faisaient pas partie
de mon fan club, je me joins à leurs questions. Nous gagnerons du
temps.
06.09 André Flahaut (PS):
Aangezien de vorige sprekers mijn
gedachtegang uitstekend samen-
gevat hebben, ook al behoren ze
niet tot mijn fanclub, sluit ik me bij
hen aan.
06.10 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, collega's, ik
heb hier woorden gehoord als wanhoopspogingen en hold-ups.
Als we over iets spreken, moeten we over hetzelfde spreken. We
hebben het niet over sociale kassen. Men zegt dat het sociale kassen
zijn, maar het gaat over staatsfondsen die bij wet werden vastgelegd.
Dat zijn geen sociale kassen.
De benutting van de gelden van de staatsdienst met afzonderlijk
beheer belast met de restauratie en hoteldienst van Landsverdediging
gebeurt op basis van artikel 8 van het koninklijk besluit van
20 maart 2003 houdende de beheersregels van de restauratie- en de
hoteldiensten van Landsverdediging.
Die fondsen worden gebruikt voor de verbetering van de infrastructuur
van logementen en horeca-installaties.
06.10 Pieter De Crem, ministre:
Nous ne parlons pas de caisses
sociales, mais de fonds d'État
fixés par la loi. Les fonds du
SRHD, service de l'État à gestion
séparée, sont utilisés conformé-
ment à l'article 8 de l'arrêté royal
du 20 mars 2003. Ces fonds sont
utilisés pour améliorer l'infrastruc-
ture de logements et d'installations
horeca.
Conformément au deuxième paragraphe de l'article 15 de l'arrêté
royal du 20 mars 2003 fixant les règles de gestion du service de
restauration et d'hôtellerie de la Défense, des comptes financiers sont
ouverts à cet effet. Le service de restauration et d'hôtellerie de la
Défense possède le statut juridique de service de l'État à gestion
séparée et gère ainsi les deniers de l'État de "Staatsgelden".
L'exploitation de ce service de l'État à gestion séparée a donné lieu à
une accumulation de fonds. Actuellement, 11.000.000 euros se
retrouvent dans ces fonds. La mesure prise a pour but d'améliorer
l'infrastructure de logement et d'installation horeca.
Overeenkomstig het koninklijk
besluit van 20 maart 2003
houdende de beheersregels van
de restauratie- en hoteldienst van
Defensie werden er met het oog
daarop
financiële
rekeningen
geopend. De restauratie- en
hoteldienst van Defensie geniet
het
juridische
statuut
van
Staatsdienst
met
afzonderlijk
beheer. De uitbating van die dienst
heeft geleid tot een accumulatie
van fondsen ten bedrage van 11
miljoen euro. De maatregel die
werd genomen, strekt ertoe de
infrastructuur van de logementen
te verbeteren en te voorzien in
horeca-installaties.
Het gaat om een eenmalige maatregel.
Il s'agit d'une mesure non-
récurrente.
Il s'agit d'une mesure unique en plus de la quelle il est prévu de veiller
à ce que chaque comité de gestion local dispose de moyens
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
suffisants pour l'organisation d'activités sociales et culturelles. Cela
veut dire qu'il reste toujours entre 4 et 5 millions d'euros dans les
fonds. Les améliorations envisagées aux infrastructures de logement
et d'installations horeca ont entre autres buts de les accorder à une
certaine norme. À l'avenir, la Défense continuera à consacrer des
efforts à cet effet avec les moyens budgétaires alloués au
département.
De beoogde verbeteringen aan de infrastructuur van de logementen
en de horeca-installaties hebben onder andere tot doel deze aan een
bepaalde norm te laten voldoen. In de toekomst zal Defensie hiervoor
inspanningen blijven leveren met de aan het departement toegekende
begrotingsmiddelen.
Ik denk dat we hier in een systeem zijn gekomen van verdelende
rechtvaardigheid.
Conform artikel 140 van de gecoördineerde wetten op de
Rijkscomptabiliteit blijft de restauratie- en hoteldienst van
Landsverdediging als een staatsdienst met afzonderlijk beheer, een
dienst van Landsverdediging zonder rechtspersoonlijkheid waarvan
het beheer van de andere diensten is gescheiden.
Les améliorations en matière
d'infrastructure prévues pour les
logements et les installations
horeca ont pour but de mettre
celles-ci en conformité avec
certaines normes. À l'avenir, la
Défense continuera à fournir des
efforts en la matière grâce aux
moyens budgétaires octroyés au
département.
Conformément à l'article 40 des
lois
coordonnées
sur
la
comptabilité de l'État, le SRHD
reste un service d'État à gestion
séparée, un service de la Défense
sans personnalité juridique dont la
gestion est distincte de celle des
autres services.
En application de l'article 47, §1er de la loi-programme pour l'année
budgétaire 2001 du 19 juillet 2001, il est chargé des activités horeca
au sein de la Défense. Les fonds gérés par lui sont donc ceux de
l'État et, plus particulièrement, ceux des services de restauration et de
l'hôtellerie au sein de la Défense et non des caisses sociales.
En application de la disposition particulière 2.16.2 introduite dans le
projet de loi d'ajustement du budget pour l'année 2008, ce service
pourra financer les travaux d'infrastructure les plus urgents menés à
son profit.
Dans le cadre de l'exercice budgétaire actuel, le plan infrastructure
sera analysé en profondeur.
Il reste encore d'autres options. Certains collègues de ce parlement
songent à l'abolition du système actuel. Aujourd'hui, je pense que le
café coûte 0,50 euro. Si l'on procède vers la privatisation de ces
activités, ce qui n'est pas mon option, un café coûtera bientôt au
moins 2 euros. Néanmoins, il faut rester honnête et se regarder dans
les yeux: ce n'est pas une situation saine dans laquelle on a une
accumulation de fonds qui tournent autour de 11 millions d'euros.
Je répète donc qu'il s'agit d'une mesure unique. De ces fonds, il
restera assez de moyens pour réaliser le travail nécessaire et les
options choisies. Cependant, je proposerai aussi de baisser les prix et
de payer quotidiennement au comptoir. En effet, je le répète, je ne
trouve pas que cette situation soit saine que d'avoir une accumulation
de moyens, de réserves soi-disant financières qui s'accumulent
aujourd'hui à un tel montant de 11 millions d'euros.
Met toepassing van de program-
mawet van 19 juli 2001 is hij belast
met de horeca-activiteiten bij
Defensie. De beheerde middelen
zijn dus van de Staat en niet van
de sociale kassen.
Met toepassing van de bijzondere
bepaling
2.16.2
die
werd
ingevoegd in het wetsontwerp
houdende aanpassing van de
begroting voor 2008, zal deze
dienst de dringendste infrastruc-
tuurwerken kunnen financieren die
ervoor worden uitgevoerd.
Het infrastructuurplan zal ten
gronde worden geanalyseerd in
het kader van het huidige
begrotingsjaar.
Er zijn nog andere mogelijkheden.
Sommige collega's denken na
over de afschaffing van het
huidige systeem. Maar laten we
sowieso eerlijk zijn: we kunnen
niet van een gezonde situatie
spreken als er zo'n elf miljoen euro
is opgepot.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
Voilà ma réponse, monsieur le président.
Het gaat om een eenmalige
maatregel. Van deze fondsen zal
er genoeg overblijven om uit-
voering te geven aan de gemaakte
keuzes. Toch zal ik voorstellen dat
de prijzen worden verlaagd en dat
er dagelijks wordt afgerekend.
06.11 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, men
kan zich de vraag stellen naar de noodzaak van deze rekeningen.
Een en ander wil ik wel nuanceren. Uiteraard is het een enorm
bedrag, maar ik heb het snel even uitgerekend en we spreken over
een bedrag van 250 tot 300 euro per militair, dat op die rekeningen
staat. Dat klinkt al een beetje anders. 11 miljoen euro is inderdaad
een enorm bedrag, maar we moeten dat een beetje relativeren en
opgesplitst per militair het is niet zo waanzinnig veel.
U zegt dat het een eenmalige ingreep is. Dat kennen we; ik zit immers
al enkele jaren in het Parlement. Opletten is dus de boodschap. Ik
denk veeleer dat we het systeem moeten herzien, zodat zulke zaken
niet meer kunnen voorkomen. U moet toch ook wel toegeven,
mijnheer de minister, dat nogal wat mensen zich nu bedrogen voelen.
U hebt uiteraard gelijk, in die zin dat het staatsfondsen zijn, dat weet
ik ook. Ik weet ook waarom die fondsen daar zijn of kunnen zijn, met
name omdat een aantal zaken niet werden doorgerekend; dat is
evident. Ik ben gewoonlijk vrij goed geïnformeerd en ik weet hoe
zoiets kan. Zelfs met vijftig eurocent kan men nog een spaarpot
aanleggen.
Het grote probleem is dat dit ineens uit de lucht komt vallen. U kunt
wellicht nog een en ander rechtzetten als u duidelijke communicatie
voert over wat u effectief met die centen zult doen. Dan kan het
misschien allemaal wat herleid worden tot een storm in een glas
water. Als de militairen zien dat het in hun voordeel is dat dit gebeurt
voor een stuk is dat zo, dat weet ik ook wel dan kan het misschien
allemaal wat genuanceerd worden door iedereen. Ik pleit er dus
veeleer voor om na te gaan hoe we dit kunnen vermijden. Men mag
terecht de vraag stellen hoe het in godsnaam zo'n hoog bedrag kan
geworden zijn, maar ik heb er reeds op gewezen dat een aantal van
die bedragen wel al was gereserveerd.
Ik weet dat een aantal eenheden zich daarover reeds heeft beklaagd,
waarop de generale staf antwoordt dat men zijn plan moet trekken.
Dat is ook niet meteen het juiste beleid. Ik blijf er dus voor pleiten om
dit zaak per zaak, eenheid per eenheid te bekijken, om
onrechtvaardigheden te vermijden. Er werd reeds verwezen naar
collega's en sommigen waren al op de maatregel aan het anticiperen.
Dat zou ook niet mogen; iedereen moet gelijk zijn en elke eenheid
moet gelijk worden behandeld. Als er ergens een onrechtvaardigheid
zou zijn, gelieve daar dan tegen op te treden.
06.11 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Le montant sur ces
comptes correspond à une somme
de 250 à 300 euros par militaire.
Le ministre indique qu'il s'agit
d'une mesure non-récurrente mais
je sais, d'après mon expérience
parlementaire, que la vigilance est
certainement de mise. Le système
devrait être revu. De nombreuses
personnes se sentent trompées,
principalement en raison du
caractère inattendu de cette
mesure. Le ministre peut encore
rectifier le tir par une communi-
cation claire. Il n'est pas loyal que
d'aucuns aient déjà anticipé la
mesure. Chaque unité doit être
traitée sur un pied d'égalité.
06.12 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, zeer kort.
Eigenlijk is het zowat hetzelfde als in een gemeente. De brandweer
heeft daar een kantine en het is alsof men bij de begrotingsopmaak
van de gemeente in de kantine het spaarpotje zou opvragen om
bijkomend te investeren in een ladderwagen. De ladderwagen wordt
betaald uit de algemene middelen in de gemeentelijke begroting, niet
door het potje van de mensen van de brandweer. Dit is hetzelfde. U
06.12
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Le camion-échelle
des services d'incendie commu-
naux n'est tout de même pas
financé par les économies des
pompiers mais par les moyens
généraux du budget communal.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
zegt dat het gaat om een eenmalige maatregel. Welnu, het zal
inderdaad een eenmalige maatregel zijn omdat u ervoor zult zorgen
dat er in de toekomst geen enkele reserve zal worden aangelegd en
dat een aantal verdelende of weerkerende activiteiten niet meer zullen
kunnen plaatsvinden, omdat niemand het nog zal betrouwen.
Il résultera de cette mesure non-
récurrente
du
ministre
qu'à
l'avenir, plus aucune réserve ne
sera constituée et qu'un certain
nombre d'activités ne pourront
plus avoir lieu parce que la
confiance aura disparu.
06.13 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le ministre, j'entends bien qu'il
s'agit d'une mesure unique et vous remercie de vos informations.
Votre rappel des dispositions légales qui régissent la gestion des
services de restauration et d'hôtellerie de la Défense a le mérite d'être
clair et transparent.
06.13 Brigitte Wiaux (cdH): Uw
recapitulatie van de wettelijke
bepalingen blinkt uit door haar
helderheid en transparantie.
06.14 François Bellot (MR): Monsieur le ministre, je terminerai peut-
être par une suggestion en vous proposant de réunir chacun des
responsables des comités de gestion. Quand on retrace l'histoire de
ceux-ci, on a parfois l'impression d'avoir été piégé. En effet,
auparavant, la gestion était assurée par des ASBL et des comités de
manière informelle. À juste titre, la Cour des comptes a indiqué que,
puisqu'il s'agissait de sommes récoltées dans le périmètre d'activité
de l'État, les montants devaient être déposés sur des comptes à
gestion séparée. Nous ne pouvions pas accepter que, dans des
services publics, de tels montants soient gérés par des ASBL. Il était
donc indispensable de prendre cette décision.
La difficulté actuelle est que l'autorité qui peut y puiser est constituée
par les chefs de département. Pour en avoir discuté avec des
responsables de comités de gestion, je sais qu'ils émettent les
remarques suivantes. D'abord, dans certaines casernes, le café coûte
soit 0,50 soit 0,40 euro. Ceux qui l'ont fixé à 0,50 ont l'impression
qu'ils vont sans doute cracher plus que d'autres au bassinet.
C'est la raison pour laquelle je vous suggère de réunir des
responsables des comités de gestion pour les placer devant leurs
responsabilités. J'imagine très mal que, dans une caserne où ils ont
accumulé beaucoup de moyens pour rénover leur cuisine et la rendre
conforme aux normes, on vienne leur chercher querelle de sorte qu'ils
ne commencent pas leurs travaux, alors qu'ailleurs les moyens
indispensables n'ont pas été réunis et que la cuisine n'est pas
convenable. Associer les responsables des comités de gestion me
paraît être une mesure indispensable.
Ensuite, il serait judicieux de comparer comment les prix sont fixés
d'un comité de gestion à l'autre, en fonction de quels impératifs et de
quels objectifs. Pour éviter la rupture de confiance entre les comités
de gestion et l'autorité, les premiers devraient, à tout le moins, être
associés aux décisions qui doivent être prises au sujet
d'investissements à consentir.
Enfin, j'ai entendu que vous sépariez l'activité sociale et les comptes
de gestion. Or je n'ai pas l'impression que ce soit le cas. J'ai entendu
dire que tout était regroupé à l'intérieur des caisses gérées par les
comités de gestion afin d'éviter que des caisses sociales soient
administrées séparément.
Je me trompe peut-être, mais toujours est-il que, dans sa décision, la
06.14 François Bellot (MR): Ik
stel voor dat u de hoofden van de
beheerscomités samenroept. Ze
wijzen erop dat de koffie in de
kazernes hetzij 0,5, hetzij 0,4 euro
kost. De comités die de prijs op
0,5 euro hebben vastgesteld,
hebben de indruk dat ze meer dan
de anderen moeten dokken. Ik kan
me maar moeilijk inbeelden dat
men in een kazerne, waar ze veel
gespaard hebben om hun keuken
te kunnen vernieuwen, hen het
leven zuur komt maken, zodat ze
hun werkzaamheden niet uit-
voeren, terwijl in een andere
kazerne de nodige middelen niet
konden gevonden worden en er
geen deftige keuken is. Het lijkt
me dan ook onontbeerlijk dat de
hoofden van de beheerscomités
bij de beslissingen betrokken
worden.
Vervolgens zouden, om een
vertrouwensbreuk
tussen
de
beheerscomités en de overheid te
voorkomen, de comités minstens
moeten betrokken worden bij de
beslissingen over de noodzakelijke
investeringen.
Ten
slotte
maakte
u
een
onderscheid tussen de sociale
activiteit en de beheersrekeningen.
Ik heb evenwel vernomen dat alles
werd ondergebracht in de kassen
die beheerd worden door de
beheerscomités, om te voorkomen
dat de sociale kassen apart
zouden beheerd worden.
Het Rekenhof had gevraagd dat
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
Cour des comptes avait demandé que tout soit regroupé sur un seul
compte afin de ne plus avoir de comptes finalement gérés de façon
individuelle et faisant courir parfois des risques à celui qui a la
signature.
alles op één rekening zou worden
hergroepeerd om geen rekening
meer te hebben die uiteindelijk
individueel
wordt
beheerd
waardoor
degene
die
moet
ondertekenen soms risico's loopt.
Le président: De toute façon, il faut restaurer la confiance. À cette fin,
le dialogue et la communication sont indispensables. Votre
suggestion est donc bonne.
Toujours est-il que nous devons prendre acte du refus du ministre de
privatiser ce genre de chose. Il me semble, en effet, que ce n'est pas
une solution.
Par ailleurs, un engagement a me semble-t-il été pris afin de veiller à
ce que les activités sociales, notamment pour les familles de militaires
en opération soient sauvegardées.
Tels sont les éléments fondamentaux qui sont ressortis du débat.
De voorzitter: Het vertrouwen
moet hoe dan ook hersteld
worden. Daartoe zijn dialoog en
communicatie onontbeerlijk. Maar
het is nu eenmaal zo dat wij er
nota van moeten nemen dat de
minister weigert dat soort zaken te
privatiseren, wat blijkbaar niets
zou oplossen. Bovendien is een
verbintenis aangegaan om erop
toe te zien dat de sociale
activiteiten worden gevrijwaard.
06.15 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, je tiens à dire
que j'ai l'intention de tenir compte de la suggestion de M. Bellot.
Par ailleurs, une réunion a déjà été fixée pour la semaine prochaine.
Cela dit, pour ma part, je n'ai pas le sentiment que des entités
subissent véritablement une pression suite à la mesure qui a été
prise.
Par ailleurs, il faut savoir comment ces caisses sont approvisionnées.
C'est la différence entre le prix d'achat et le prix de vente qui "nourrit"
les caisses.
En outre, quand on se retrouve avec plus de 11 millions d'euros, si la
gestion des fonds ou la provenance des moyens n'est pas claire, la
situation n'est pas saine.
Je pourrais, par exemple, poser la question de savoir s'il est
réellement nécessaire d'acheter des bonbons pour un montant de
11.000 euros. Je ne veux nullement polémiquer ici, mais, en tout cas,
la comparaison avec la caisse des pompiers, par exemple à Heist-op-
den-Berg ...
06.15 Minister Pieter De Crem:
Met de suggestie van de heer
Bellot zal ik zeker rekening
houden. Daarenboven is een
vergadering al volgende week
belegd. Dit gezegd zijnde, heb ik
niet het gevoel dat bepaalde
entiteiten echt onder druk worden
gezet.
De vergelijking met de kas van de brandweerlieden in Heist-op-den-
Berg gaat natuurlijk niet op. De kas van de brandweerlieden in Heist-
op-den-Berg ik weet niet of het een Z-korps is of een ander korps
is namelijk geen kas die ressorteert onder een gemeentelijk,
provinciaal, gewestelijk of nationaal toezicht. Het gaat om een
vrijwilligerskas. Bij geen enkel gemeentebestuur zal men het in zijn
hoofd krijgen om dat te doen, omdat dat niet mogelijk is.
Hier gebeurt het, of men dat nu graag heeft of niet, bij toepassing van
de wet van 2003.
Ik begrijp het als sommigen zeggen dat zij verhoudingsgewijs meer
hebben geparticipeerd.
La comparaison avec la caisse
des sapeurs pompiers est dénuée
de pertinence car il s'agit d'une
caisse alimentée sur une base
volontaire. En l'espèce, le cadre
légal est la loi de 2003.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
De manière proportionnelle, les moyens dont on dispose sont plus
élevés que la participation d'autres unités. Mais c'est aussi une façon
d'investir dans nos casernes. Par exemple, nous veillons à ce qui se
passe en cuisine, à la façon dont les repas sont préparés, pour
respecter les législations régionales, nationales et européennes. C'est
une mesure unique mais j'ai bien reçu vos suggestions; nous fixerons
une fourchette pour le fonctionnement.
Het is een eenmalige ingreep,
maar ik heb uw suggesties goed
gehoord; we zullen voor de
werking een bovengrens en een
benedengrens vastleggen.
06.16 François Bellot (MR): Ne peut-on pas reporter d'un an 50%
des moyens collectés? Ou faire en sorte qu'au moins 50% soient
affectés à des opérations ponctuelles comme des repas de Noël ou
des Saint-Nicolas? Les 50% restants, on pourrait décider au niveau
local de les investir dans l'action sociale au sens large du terme ou
dans les infrastructures, qu'il s'agisse de l'amélioration de la cuisine
ou du logement.
06.16 François Bellot (MR): Zou
het niet mogelijk zijn 50 procent
van de opgehaalde middelen met
een jaar uit te stellen of ervoor te
zorgen dat er minstens 50 procent
wordt uitgetrokken voor gerichte
acties?
06.17 Pieter De Crem, ministre: Je suis réceptif à toute suggestion
et je crois profondément en l'honnêteté de chacun. Il m'est cependant
arrivé d'être trompé plus d'une fois. Ma première ambition est de faire
baisser les prix pour les miliciens. On connaît le système, vous savez
comment cela fonctionne grâce à vos responsabilités sur d'autres
terrains. On se met autour de la table et on fixe le cadre dans lequel
on peut travailler.
06.17 Minister Pieter De Crem:
Ik geloof ten stelligste in de
eerlijkheid van elkeen maar ik
werd al wel bedrogen. Vanuit uw
verantwoordelijkheden in andere
domeinen weet u hoe dat gaat.
We zullen rond de tafel gaan zitten
en
het
kader
vastleggen
waarbinnen moet gewerkt worden.
06.18 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de minister, het is goed
dat u met de mensen rond de tafel gaat zitten maar ik vrees alleen
dat, gezien u het globaal bedrag zult wegnemen, de reactie volgend
jaar zal zijn dat er veel minder reserve zal opgebouwd worden.
06.18
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Il me paraît heureux
que le ministre négocie avec les
personnes concernées mais je
crains que l'an prochain, l'on
constitue beaucoup moins de
réserves.
06.19 Minister Pieter De Crem: Eerlijk gezegd denk ik niet dat dit een
slechte zaak zou zijn.
06.19 Pieter De Crem, ministre:
Je ne suis pas persuadé que ce
soit une mauvaise chose.
06.20 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister,
uiteraard vind ik de zienswijze van de heer Bellot goed. Ik noteer dat u
zelf ook een beetje geschrokken bent van de reactie. Ik blijf u echter
op één punt volgen want het was inderdaad wat overdreven wat daar
in kas is gekomen. Nu echter het signaal geven dat men ervoor moet
zorgen dat de kas volgend jaar leeg is, is natuurlijk verkeerd. Men
moet goede afspraken kunnen maken. Ik blijf erbij, het mag niet gelijk
zijn voor iedereen. Ik weet dat er nood is aan infrastructuurwerken. Ik
woon in Brasschaat. Vorig jaar is het dak van de bar van de officieren
naar beneden gevallen. Dat is nu hersteld. Als u eventueel kunt
aantonen dat de fondsen die u vraagt, zullen worden aangewend om
te vermijden dat dit nogmaals gebeurt, zal dat heel anders overkomen
dan zulks vandaag het geval is. Ik ben echter blij dat u bereid bent om
over de spelregels te praten voor de match begint.
06.20 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Le point de vue de
M. Bellot est sensé. Sa réaction a
un peu surpris le ministre. Il n'est
en effet pas illogique de juger
excessives les sommes versées
dans ces caisses. Mais envoyer
aujourd'hui un signal pour dire que
l'an prochain, ces caisses devront
être vides n'est pas judicieux. Il
faut conclure de bons accords. Je
me réjouis que le ministre soit
disposé à parler des règles du jeu
avant que le match ne commence.
Le président: Il convient de réaliser les travaux là où ils sont
nécessaires en conservant une certaine solidarité.
De voorzitter: De werken moeten
uitgevoerd worden waar dat nodig
is, maar er moet een zekere
solidariteit blijven bestaan.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
06.21 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, ça, c'est un
jugement de valeur. C'est vis-à-vis de Brasschaat que vous avez dit
cela?
06.21 Minister Pieter De Crem:
Dat houdt een waardeoordeel in.
Heeft uw opmerking betrekking op
Brasschaat?
Le président: Non, non, je le dis de façon globale. "I want my money
back" est quelque chose que nous avons déjà entendu, mais ça ne
nous a pas amené grand-chose. Il faut une certaine solidarité entre
les endroits. Il ne faut pas que les gens reçoivent le plafond sur la tête
à un endroit et que d'autres vivent dans des conditions bien
meilleures.
De voorzitter: Neen, dat is een
algemene opmerking. Wat u
gezegd heeft, brengt niet veel bij.
Er moet een zekere solidariteit in
acht worden genomen. Het mag
niet zo zijn dat op sommige
plaatsen het plafond naar beneden
valt en dat anderen veel beter
gehuisvest zijn.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Jean-Luc Crucke au ministre de la Défense sur "la composition de la commission
de gestion du Musée royal de l'Armée et d'Histoire militaire" (n° 7344)</b>
07 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de minister van Landsverdediging over "de samenstelling
van de beheerscommissie van het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis"
(nr. 7344)
07.01 Jean-Luc Crucke (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, je voudrais revenir sur un arrêté ministériel du 31 mars 2008
car un vent qu'on peut appeler favorable ou pas, peu importe a
attiré mon attention sur cet arrêté qui vise la composition de la
commission de gestion du Musée royal de l'armée et d'histoire
militaire.
Lorsqu'on lit cet arrêté, il fait référence au fait que le conservateur en
chef du musée vous aurait soumis une liste double de candidats ainsi
qu'une proposition de nomination et ce, conformément aux
dispositions régissant la matière, à savoir l'arrêté royal du 20 mars
2003.
Sauf erreur de ma part ou mauvaise information, le dernier
conservateur en chef du Musée de l'armée a été désigné à la fonction
de directeur général, dans le cadre d'un mandat Copernic, à la
Bibliothèque royale voilà quelques années et n'a jamais été remplacé.
Il me semble plus qu'invraisemblable qu'il ait pu poser un quelconque
acte préparatoire valable qui aurait pu motiver l'arrêté ministériel.
Vous direz peut-être qu'il s'agissait dans ce cas du directeur général
du Musée de l'armée mais selon mes informations, il aurait été
nommé le 1
er
avril 2008, c'est-à-dire le lendemain de l'arrêté
ministériel. Vous comprendrez donc que je m'interroge sur la légalité
de cet arrêté ministériel qui a nommé, parmi d'autres d'ailleurs, M.
Philippe Thilly je m'empresse de dire que je n'ai évidemment à
l'égard de ce monsieur aucune critique à formuler.
Pourtant, l'arrêté royal précité exclut expressément les membres et
anciens membres des services publics dépendant du ministre de la
Défense, en ce compris les forces armées. Or cet arrêté a nommé
l'un de vos proches collaborateurs, membre du personnel de la
Défense.
07.01 Jean-Luc Crucke (MR):
Het ministerieel besluit van 31
maart 2008 die de samenstelling
van de beheerscommissie van het
Koninklijk Legermuseum regelt,
verwijst naar het feit dat de
hoofdconservator
u
overeen-
komstig het koninklijk besluit van
20 maart 2003 een kandidatenlijst
alsmede een benoemingsvoorstel
zou hebben voorgelegd. Het is
echter zo dat het Legermuseum al
jaren geen hoofdconservator meer
heeft en dat zijn directeur-generaal
pas op 1 april 2008, d.i. één dag
na het besluit, werd benoemd. Ik
stel mij dan ook vragen over de
wettelijkheid van dat ministerieel
besluit waarbij o.a. de heer
Philippe Thilly, één van uw naaste
medewerkers
op
Defensie,
benoemd is terwijl het voornoemd
koninklijk besluit de personeels-
leden en oud-personeelsleden van
de overheidsdiensten die van de
minister van Landsverdediging
afhangen, uitsluit.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
J'aimerais donc entendre votre réponse.
07.02 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, cher
collègue, vous avez tout à fait raison.
L'arrêté ministériel auquel vous avez fait référence a dû être remplacé
par un nouvel arrêté. Je vais vous faire distribuer le texte aussitôt. Il a
été adapté sur la base de la proposition du directeur général actuel et
sera publié au Moniteur belge.
Je vous remercie de votre travail de parlementaire.
07.02 Minister Pieter De Crem: U
heeft absoluut gelijk. Een nieuw
besluit werd uitgevaardigd op
grond van het voorstel van de
huidige directeur-generaal. Het
wordt in het Belgisch Staatsblad
gepubliceerd maar ik kan u nu al
de tekst ervan overhandigen. Ik
dank u voor uw werk als
parlementslid.
07.03 Jean-Luc Crucke (MR): Monsieur le ministre, ne dit-on pas
que faute avouée est à moitié pardonnée.
Je prends donc acte de votre réponse. Selon moi en effet, il fallait
prendre un nouvel arrêté.
07.03 Jean-Luc Crucke (MR):
Zeggen ze niet dat wie half bekent,
half heeft geboet?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Samengevoegde interpellatie en vraag van
- de heer David Geerts tot de minister van Landsverdediging over "het gebruik van dienstwagens met
chauffeur" (nr. 131)
- de heer Luk Van Biesen aan de minister van Landsverdediging over "het budget van het departement
Defensie voor dienstwagens" (nr. 7542)
08 Interpellation et question jointes de
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur "l'utilisation de voitures de service avec chauffeur"
(n° 131)
- M. Luk Van Biesen au ministre de la Défense sur "le budget du département de la Défense pour les
voitures de service" (n° 7542)</b>
08.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, collega's, ik zal de spreektijd waarin wordt voorzien voor
een interpellatie zeker niet gebruiken, maar ik wou toch iets meer
doen dan enkel een vraag stellen. Ik heb over dit thema immers al
een aantal vragen gesteld.
De minister heeft in een eerste discussie toegegeven dat
zevenenzestig generaals of gelijkgestelden beschikten over een
dienstwagen met chauffeur. Ik heb hem toen gezegd dat ik de
vergelijking zou maken met de andere departementen, waarna we
zouden kunnen zien of dit gerechtvaardigd is of niet.
Mijnheer de minister, ik heb een tabel van de andere departementen
bij en ik zal u die bezorgen. Het verschil is enorm. De andere
ministers antwoordden dat voornamelijk de voorzitter van het
directiecomité over een chauffeur beschikt en dat de andere leden
van het directiecomité een wagen krijgen maar er zelf mee moeten
rijden.
Voorts was er nog discussie over de fiscale gevolgen van het ter
beschikking stellen van een dienstwagen met chauffeur. Ik heb ook
vragen gesteld aan de fiscale administraties en daaruit blijkt dat de
taxatiekantoren er een andere visie op nahouden dan het antwoord
dat ik van uw departement heb gekregen.
08.01
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Le ministre a
déclaré
précédemment
que
soixante-sept
généraux
ou
assimilés disposaient d'une voiture
de service avec chauffeur. Dans
les autres départements, seul le
président du comité de direction
en dispose, les autres membres
de ce comité conduisant eux-
mêmes leur voiture de service. Du
reste, les bureaux de taxation ne
partagent pas la conception du
ministre en ce qui concerne les
conséquences fiscales de cette
situation. En outre, certains chefs
de corps et même d'anciens
membres du personnel disposent
également
d'une
voiture
de
service. Le ministre compte-t-il
prendre une initiative pour réduire
le nombre de voitures de service
avec chauffeur? Définira-t-il en la
matière des critères objectifs afin
de faire en sorte que l'octroi
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
Een aantal korpscommandanten beschikt eveneens over een wagen.
Zelfs ex-personeelsleden maken nog steeds gebruik van een wagen.
Wat mij uit al die antwoorden trof, is dat het huidig systeem blijkbaar
niet ten gronde in vraag wordt gesteld. Ik weet wel dat er sinds
1 september jongstleden een nieuwe procedure is gekomen, maar het
veelvuldig gebruik wordt niet in vraag gesteld.
Wanneer u vergelijkt met de andere departementen, bent u dan
bereid om het systeem effectief in vraag te stellen zodat het aantal
dienstwagens
met
chauffeur
bij
het
departement
van
Landsverdediging kan worden verminderd?
Zult u objectieve criteria laten uitwerken omtrent wie er effectief recht
op heeft, zodat er meer transparantie komt in het toekennen van de
extralegale voordelen?
d'avantages extralégaux se fasse
davantage dans la transparence?
08.02 Luk Van Biesen (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, ik had u graag even onderhouden over hetzelfde thema.
Ik zal niet herhalen wat de heer Geerts heeft gezegd over het aantal
generaals en gelijkgestelden, noch over de implicaties op het budget.
Dat heeft hij immers al naar voren gebracht.
Ik wil het voornamelijk hebben over het fiscale luik. Er is duidelijk
gesteld dat dit als een belastingvrij voordeel wordt beschouwd en niet
als een voordeel in natura, zoals in veel andere departementen. De
vraag die zich daarbij stelt is om hoeveel wagens het gaat en hoeveel
mensen daarop recht hebben. Wat is de totale kostprijs daarvan?
Bevestigt u de cijfers die daaromtrent circuleren?
Vindt u het normaal dat dit wordt beschouwd als een belastingvrij
voordeel en niet wordt getaxeerd zoals het zou moeten, met name als
een voordeel in natura? Op welke manier meent u dit probleem aan te
pakken? Op welke manier wenst u te besparen op dit item?
08.02 Luk Van Biesen (Open
Vld): Au département de la
Défense, la voiture de service
avec chauffeur est considérée
comme un avantage exonéré
d'impôt.
Dans
les
autres
départements,
elle
est
en
revanche assimilée à un avantage
en nature. De combien de voitures
s'agit-il exactement et combien de
personnes y ont droit? Combien
coûte au total la mise à disposition
de voitures de service avec
chauffeur? N'est-il pas opportun
de taxer la voiture de service avec
chauffeur comme un avantage en
nature, comme cela se pratique
dans les autres départements?
Comment
des
économies
pourraient-elles
être
réalisées
dans ce domaine?
08.03 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, collega's, het
bestaande systeem voor de toekenning van dienstvoertuigen werd
door de jaren heen aan strengere voorwaarden en controle
onderworpen. Er bestaan bijgevolg geen plannen om het systeem van
de dienstwagens te hervormen, of het opnieuw te hervormen, want
het is hervormd.
Zoals reeds vroeger gemeld, worden dienstwagens met chauffeur
toegewezen aan de opperofficieren in mensentaal: de generaals
en aan gelijkgestelden op basis van de militaire of gelijkgestelde
burgergraad.
Op
dit
moment
zijn
er
vijfenzestig autoriteiten binnen
Landsverdediging, die recht hebben op een personenwagen met
chauffeur. Dit aantal zal verminderen vanaf 2009, daar er 20% minder
posten zullen zijn op het niveau opperofficieren en gelijkgestelden, om
de heel eenvoudige reden dat er vanaf 1 januari 20% minder
generaals zullen zijn.
08.03 Pieter De Crem, ministre:
L'attribution de véhicules de
service a été soumise au fil des
ans à des conditions et à des
contrôles toujours plus sévères. Il
n'y a donc pas de projets de
réforme de ce système. Les
véhicules
de
service
avec
chauffeur sont attribués aux
généraux
et
assimilés.
Actuellement, 65 personnes ont
droit à la Défense à un véhicule de
service
avec
chauffeur.
Ce
nombre diminuera à partir de 2009
parce qu'il y aura alors 20% de
généraux en moins.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
Le nombre d'autorités au sein de la Défense qui ont droit à une
voiture de service sera diminué de 20% à partir du 1
er
janvier 2009,
suite à une réduction de 20% des postes d'officiers généraux et
équivalents.
Het aantal gezagsdragers bij
Defensie die recht hebben op een
dienstwagen, zal vanaf 1 januari
2009 met 20 procent verminderd
worden.
De dienstwagens worden ook voorzien voor het vervoer van
hoofdofficieren of burgerpersoneelsleden van een equivalente rang,
uit hoofde van hun functie. Dat zijn dienstwagens die toegewezen zijn
aan korpsen, scholen, provinciecommando's en defensieattachés. U
hebt daarover waarschijnlijk de tussenkomsten gelezen van de
provinciecommandant van de provincie West-Vlaanderen. Hij heeft
een aantal zaken scherp gesteld.
Het departement Defensie is verspreid over heel het grondgebied.
Dienstverplaatsingen zijn bijgevolg inherent aan de uitoefening van de
functie van bepaalde verantwoordelijke autoriteiten en van bepaalde
functies. U moet goed weten en dat weet u dat dienstvoertuigen
uitsluitend worden gebruikt voor dienstverplaatsingen. Dit geldt ook
tijdens het weekend.
Zoals reeds vroeger gemeld, heeft het departement ter zake reeds het
standpunt ingenomen dat het gebruik van de militaire dienstvoertuigen
niet te vergelijken is met de voertuigen die in de privésector en in
sommige overheidsinstellingen ter beschikking van bepaalde
personeelsleden worden gesteld.
De draagwijdte van de wetgeving, het KIB-WIB, Het Wetboek op de
Inkomstenbelastingen '92, artikel 18, paragraaf 3.9 om heel
specifiek op uw vraag te antwoorden, collega Van Biesen dient
aldus bekeken te worden met het oog op de bijzondere situatie van de
opperofficieren, in mensentaal generaals en gelijkgestelden, aan wie
deze voertuigen ter beschikking worden gesteld en het bijzonder
statuut van deze voertuigen.
Deze personeelsleden dienen inderdaad op ieder ogenblik ter
beschikking te staan voor het deelnemen aan vergaderingen, het
superviseren van oefeningen in binnen- en buitenland en voor een
groot aantal protocollaire verplichtingen. Het woon- en werkverkeer
maakt hiervan slechts een verwaarloosbare fractie uit. Bovendien zijn
de voertuigen overigens militair geïmmatriculeerd. Ze zijn aldus
onderworpen aan een bijzonder aansprakelijkheidsregime. Ze mogen
ook slechts bestuurd worden door personen die beschikken over een
militair rijbewijs. In dat geval is er bij toekenning van de
dienstvoertuigen in geen geval sprake van extra legale voordelen.
Voorzitter: Ludwig Vandenhove.
Président: Ludwig Vandenhove.
Des véhicules de service sont
également attribués à des corps,
des écoles, des commandements
provinciaux et des attachés à la
Défense. Les déplacements de
service sont inhérents à certaines
fonctions à la Défense, également
le week-end. Cette situation n'est
pas comparable à celles d'autres
fonctions et départements. C'est
pourquoi il faut tenir compte aussi
du traitement fiscal de ces
véhicules de service, à la lumière
de
la
situation
particulière
qu'occupent les généraux ainsi
que du statut particulier de ces
véhicules de service. Ces derniers
font
en
effet
l'objet
d'une
immatriculation
militaire,
sont
soumis
à
un
régime
de
responsabilité particulier et ne
peuvent être conduits que par des
personnes possédant un permis
de conduire militaire. Il n'est donc
nullement question d'avantages
extra-légaux.
08.04 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, ik dank u voor uw uitgebreid antwoord, dat ik ook had
verwacht. Het bracht mij dan ook niets nieuws bij.
Ik stel vast en blijf vaststellen dat op andere departementen,
bijvoorbeeld de FOD's Volksgezondheid, Sociale Zaken en
Binnenlandse Zaken, alleen de voorzitter van het directiecomité over
een dienstwagen met chauffeur beschikt.
08.04
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Le ministre ne
parvient pas à me convaincre que
le caractère spécifique des tâches
justifie la différence entre la
Défense et les autres départe-
ments. En matière de traitement
fiscal aussi, les interprétations
sont clairement différentes entre la
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
U antwoordt dat bij Landsverdediging de opperofficier of zijn
gelijkgestelde voortdurend diensten dienen uit te voeren. Dat geldt
echter natuurlijk ook voor andere departementen. U kunt er mij dus
niet van overtuigen dat er effectief een verschil is en dat de omvang
van het verschil tussen het departement van Landsverdediging en de
andere departementen door de specifieke taakinhoud wordt
gerechtvaardigd.
Ik kan mij niet inbeelden dat bijvoorbeeld voor generaals op de
centrale dienst in Evere, die slechts minimale verplaatsingen dienen
te maken, geen andere regeling kan worden gevolgd.
Op het fiscaal aspect zal ook de heer Van Biesen misschien nog
terugkomen. Ik stel alleen vast dat er effectief nog altijd een
interpretatieverschil is tussen uw departement en het departement
van Financiën.
Daarom zal ik ingevolge mijn interpellatie een motie van aanbeveling
indienen.
Défense et les Finances. C'est
pourquoi je déposerai une motion
de recommandation.
08.05 Luk Van Biesen (Open Vld): Mijnheer de minister, ik dank u
uiteraard voor uw antwoord, waaruit ik twee elementen onthoud.
Ten eerste, over het fiscaal luik zegt u dat een en ander door een
aantal gemaakte overeenkomsten komt.
Mijnheer de minister, bestaat er een akkoord tussen het departement
van Landsverdediging en het departement van Financiën, over de
fiscale vrijstelling voor de terbeschikkingstelling van dienstvoertuigen?
Het zou mij logisch lijken dat er een akkoord tussen de twee
departementen bestaat. Ik ga er immers vanuit dat voor zijn
individuele vrijheid de taxatiecontroleur op een of ander document
moet kunnen terugvallen. Ik kan immers voor de volle 100% begrijpen
dat de belastingcontroleur ter zake een andere visie heeft dan de visie
die u hier vandaag in de commissie etaleert.
Ik zou dus willen pleiten voor een afspraak tussen beide diensten ter
zake, zodat het probleem uit de wereld wordt geholpen.
Ik heb nog een technische vraag. U spreekt over een daling met 20%
vanaf 1 januari 2009 op het vlak van de generaals. Dat betekent een
daling van vijfenzestig dienstvoertuigen naar welk aantal
dienstvoertuigen? Is dat lineair 20%? Het aantal van vijfenzestig
dienstvoertuigen slaat immers zowel op generaals als op
gelijkgestelden. Indien er 20% minder generaals zijn, zijn er daarom
nog niet 20% minder gelijkgestelden.
Hebt u een zicht op de evolutie op 1 januari 2009, met name een
daling van vijfenzestig dienstvoertuigen naar hoeveel voertuigen?
08.05 Luk Van Biesen (Open
Vld): Les départements de la
Défense et des Finances ont-ils
conclu un accord concret à propos
de
l'exonération
fiscale
des
voitures de fonction militaires?
Dans la négative, cela ne serait-il
pas préférable pour éviter les
discussions
ultérieures?
Par
ailleurs, le ministre a-t-il une idée
de la diminution concrète du
nombre de véhicules de fonction
en 2009? Ce nombre passera-t-il
de 65 à 50?
08.06 Minister Pieter De Crem: Indien er 20% minder generaals zijn,
zal er ook een behoorlijk aantal gelijkgestelden minder zijn.
08.06 Pieter De Crem, ministre:
Je
prévois
une
diminution
d'environ 20%.
08.07 Luk Van Biesen (Open Vld): Daarom zijn er niet 20% minder
gelijkgestelden.
08.08 Minister Pieter De Crem: Nee, maar het percentage van de 08.08 Pieter De Crem, ministre:
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
gelijkgestelden zal het percentage van de generaals wel benaderen.
Par ailleurs, le régime fiscal
spécifique est lié à l'immatricula-
tion particulière.
08.09 Luk Van Biesen (Open Vld): U gaat dus van vijfenzestig naar
goed vijftig permanente dienstwagens ...
08.10 Minister Pieter De Crem: ... die ter beschikking zijn.
Mijnheer de voorzitter, ik zal in de eerste plaats antwoorden op de
fiscaaltechnische vraag die de heer Van Biesen stelt.
Het specifieke regime is aan het regime van de specifieke
immatriculatie gekoppeld. Ik zal u ter zake een nota bezorgen, die als
dusdanig ook door het ministerie van Financiën wordt erkend.
Dat is een totaal ander systeem dan de wagen die ter beschikking
wordt gesteld in de private sector. U kent dat veel beter dan ikzelf.
Daarop is een speciale regeling van toepassing die betrekking heeft
op de verplaatsingen die kunnen gedaan worden, eventuele
reisverplaatsingen, het systeem van tankkaarten, enzovoort. Ik zal u
daarover inlichten.
Mijnheer Geerts, ik heb geantwoord op de vragen die u hebt gesteld.
Een kleine raadgeving. Het zou heel interessant zijn om de
dienstvoertuigen te kennen van het departement Binnenlandse Zaken
bij de dienst van de federale politie, of die van de FOD Financiën die
gebruikt worden om bepaalde diensten te verzekeren. Ik blijf erbij dat
wij, waar nodig, via immatriculatie de voertuigen ter beschikking
stellen maar dat er een gevoelige vermindering zal optreden.
08.10 Pieter De Crem, ministre: Il
s'agit
donc
d'un
système
totalement différent de celui des
voitures de service dans le secteur
privé. Je continuerai à mettre à
disposition des voitures de service
immatriculées selon les nécessités
mais leur nombre diminuera
sensiblement.
08.11 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, ik zal u de tabel bezorgen. Het ging over een
globaliteitsplan van de stafdiensten. Ik heb gezegd dat u die
vergelijking moet maken. Ik zal u de tabel van de andere collega's
bezorgen. Dat is de discussie.
08.11
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Je fournirai au
ministre le tableau contenant les
informations concernant les autres
départements.
De voorzitter: Ik dank de heer Flahaut voor de tijd dat hij mij hier vervangen heeft.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de heer David Geerts en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer David Geerts
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
- vraagt de minister van Landsverdediging om een effectief actieplan op te stellen om het aantal
dienstwagens met chauffeur binnen het departement te verminderen en zich te richten naar de afspraken
die er gelden in andere departementen;
- vraagt hieromtrent om objectieve criteria uit te werken die op een transparante manier kunnen toegepast
worden."
Une motion de recommandation a été déposée par M. David Geerts et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. David Geerts
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
et la réponse du ministre de la Défense,
- demande au ministre de la Défense d'arrêter un plan d'action efficace en vue de réduire le nombre de
voitures de service avec chauffeur au sein du département et de s'aligner sur les dispositions d'application
dans les autres départements;
- demande à cet effet que soient définis des critères objectifs applicables en toute transparence."
Een eenvoudige motie werd ingediend door mevrouw Brigitte Wiaux en door de heren Jean-Luc Crucke,
André Flahaut en Gerald Kindermans.
Une motion pure et simple a été déposée par Mme Brigitte Wiaux et par MM. Jean-Luc Crucke, André
Flahaut et Gerald Kindermans.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
08.12 Minister Pieter De Crem: Dat is interessant om in de plenaire
vergadering over te debatteren.
09 Questions jointes de
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "le décès d'un casque bleu belge au Liban"
(n° 7462)<br>- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "les deux militaires belges blessés en Afghanistan"
(n° 7493)<br>- M. Luk Van Biesen au ministre de la Défense sur "la mission de nos militaires belges" (n° 7531)</b>
09 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "de dood van een Belgische
blauwhelm in Libanon" (nr. 7462)
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "de twee Belgische militairen
die gewond zijn geraakt in Afghanistan" (nr. 7493)
- de heer Luk Van Biesen aan de minister van Landsverdediging over "de missie van onze Belgische
militairen" (nr. 7531)
09.01 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le président, monsieur le
ministre, l'adjudant Stefaan Vanpeteghem, un démineur belge, est
décédé le 3 septembre dernier lors d'une opération de déminage au
Sud-Liban. Toutes mes pensées vont très sincèrement à sa famille,
entre autres à son épouse et à ses deux petites filles. Ce démineur
provenait du service d'enlèvement et de destruction d'engins explosifs
de Poelkapelle. Il effectuait sa première mission opérationnelle sous
l'égide des Nations unies et faisait partie du détachement belge
BELUFIL au Liban, dont on sait qu'une des principales tâches est le
déminage. On peut supposer toutes les difficultés de cette mission.
Je voudrais rendre hommage à toutes celles et à tous ceux qui
exécutent ce genre de missions, qui s'effectuent souvent dans des
conditions difficiles et dangereuses.
Un avion serait parti au Liban avec une équipe de spécialistes
militaires, démineurs et juristes, et un magistrat du parquet afin
d'examiner les circonstances précises de ce décès tragique.
Avons-nous des résultats de cette enquête afin de connaître les
causes exactes de ce décès?
09.01 Brigitte Wiaux (cdH): Een
ontmijner die zijn eerste missie
onder toezicht van de Verenigde
Naties uitvoerde en deel uitmaakte
van het Belgische detachement
BELUFIL in Libanon, is op 3
september overleden tijdens een
ontmijningsoperatie
in
Zuid-
Libanon. Een team van militaire
specialisten,
ontmijners
en
juristen, en een parketmagistraat
zouden
naar
Libanon
zijn
afgereisd
om
de
precieze
omstandigheden van het overlijden
te onderzoeken. Zijn de resultaten
van het onderzoek intussen
bekend?
09.02 Luk Van Biesen (Open Vld): Mijnheer de minister, onlangs
raakten er inderdaad, zoals onze collega daarnet verklaarde, twee
Belgische militairen gewond bij een raketaanval op de luchthaven van
Kandahar in het zuiden van Afghanistan. Zij maakten deel uit van een
09.02 Luk Van Biesen (Open
Vld):
L'incident
survenu
sur
l'aéroport de Kandahar, au cours
duquel deux militaires belges ont
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
28
internationale, militaire operatie die op de luchthaven van Kandahar
instaat voor de orde. Afghanistan is altijd een moeilijk gebied geweest
en een missie naar Afghanistan is ook zeer risicovol.
De Belgische F-16's, die sinds begin deze maand in Afghanistan
actief zijn, hebben al verschillende keren hun wapens moeten
gebruiken bij operaties, meestal voor afschrikkingsschoten op
gronddoelwitten. Uit militaire bron kon worden vernomen dat bij een
van de Belgische F-16-operaties voor het eerst ook een bom van
maar liefst 250 kilo werd gedropt.
In Libanon, waar onze militairen een humanitaire vredesmissie
uitvoeren, is de Belgische ontmijner Stefaan Vanpeteghem
omgekomen. Ontmijnen is en blijft een aartsgevaarlijke job. Ik wil in
naam van onze fractie ons medeleven betuigen aan de familie. Het
gaat hier essentieel over het feit dat dergelijke operaties gevaarlijk en
moeilijk zijn.
Het Belgisch leger is een onderzoek gestart in verband met de aanval
in Afghanistan. Er was zelfs een parlementaire missie op werkbezoek
in Afghanistan. Uiteraard ben ik het ermee eens dat er een onderzoek
moet komen naar de veiligheidssituatie van de Belgische militairen op
om het even welke missie. Er moeten zo snel mogelijk maatregelen
worden getroffen om te voorkomen dat er nog dergelijke slachtoffers
vallen.
De nieuwe operaties in Afghanistan maken het ons ook niet
gemakkelijker. Wij zijn nu geassocieerd met de Duitse eenheden ter
plaatse. Deze eenheden hebben al een omvangrijke lijst met
incidenten, ongevallen, gewonden en zelfs doden. Met andere
woorden, het blijft een aartsmoeilijke situatie voor onze militairen in
Afghanistan.
Mijnheer de minister, graag vernam ik uw visie hoe u omtrent de
veiligheid van onze militairen in buitenlandse missies uw topprioriteit
maakt en welke acties wij van u nog mogen verwachten in de recente
toekomst. Is de veiligheid maximaal gegarandeerd bij die
rakettenmortieraanvallen? Wanneer zullen de gebouwde constructies
ook aldaar betere bescherming bieden? Wat is uw standpunt over het
feit dat nu precies op dat ogenblik op Kandahar werd aangevallen
nadat de Belgische F-16's voor de eerste maal werkelijk in actie
kwamen?
été blessés, montre à quel point
les opérations en Afghanistan sont
dangereuses. De plus, la mort du
démineur Stefaan Vanpeteghem
au Liban prouve que même les
missions humanitaires ne sont pas
sans risques. Je voudrais ici
présenter
mes
sincères
condoléances à sa famille.
Pour les nouvelles opérations
menées en Afghanistan, nous
sommes associés aux unités
allemandes qui comptent déjà
plusieurs morts dans leurs rangs.
Que faites-vous pour assurer la
sécurité de nos militaires dans le
cadre des missions à l'étranger?
Leur garantit-on une sécurité
maximale en cas d'attaques au
mortier? Quand les constructions
érigées sur place offriront-elles
davantage de sécurité? Que
pense le ministre de la chronologie
des événements, étant entendu
que l'attaque à Kandahar a eu lieu
immédiatement
après
le
déploiement des F-16 belges?
09.03 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le président, je vous remercie.
Monsieur le ministre, il est exact que deux militaires belges ont été
blessés le 25 septembre à l'aéroport de Kandahar à la suite d'une
attaque à la roquette. Si je suis bien informée, ils sont issus de la
police militaire et appartiennent au détachement belge qui s'est
déployé au début du mois de septembre avec les quatre F-16 en
soutien à l'opération ISAF dans ce pays.
L'un des deux aurait été atteint aux jambes par des éclats de
roquette, l'autre souffrirait de problèmes d'ouïe et de douleurs
dorsales. Ils ont été rapatriés en Belgique pour un suivi médical.
J'espère évidemment que leur santé s'améliore.
J'ai lu dans un communiqué qu'une enquête allait être ouverte "afin de
09.03 Brigitte Wiaux (cdH):
Twee militairen die intussen naar
België
gerepatrieerd
werden,
waren op 25 september gewond
geraakt in de luchthaven van
Kandahar na een raketaanval. Ik
heb gelezen dat een onderzoek
zou worden geopend om de
precieze omstandigheden van de
aanval
te
bepalen.
In
het
communiqué wordt verder gezegd
dat zolang de resultaten van dat
onderzoek niet gekend zijn, Lands-
verdediging
geen
bijkomende
veiligheidsmaat-regelen ter plaatse
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
29
déterminer les circonstances exactes de l'attaque." Le communiqué
poursuit: "Tant que les résultats de cette enquête ne seront pas
connus, la Défense n'envisage pas d'augmenter les mesures de
sécurité sur place."
Monsieur le ministre, pourriez-vous m'informer sur l'état de santé
actuel de nos deux militaires?
Quels sont les résultats de l'enquête sur les circonstances de
l'attaque?
Devons-nous donner une signification particulière à la phrase du
communiqué: "Tant que les résultats de cette enquête ne seront pas
connus, la Défense n'envisage pas d'augmenter les mesures de
sécurité sur place"? En effet, j'ai eu la chance de me rendre à Kaboul
et à Kandahar. Cette visite fut instructive à plus d'un titre, et je vous
en remercie.
overweegt.
Kunt u mij informatie geven over
de gezondheidstoestand van de
twee militairen? Welke resultaten
heeft het onderzoek over de
omstandigheden van de aanval
opgeleverd? Moeten we een
bijzondere betekenis hechten aan
de zin uit het bericht die ik net
geciteerd heb?
09.04 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, je donnerai les réponses à chacun successivement. Entre
le 4 et le 7 septembre, une équipe d'enquêteurs de la composante
Terre faisant partie de l'Accident Investigation Service (désolé pour le
franglais!) ou l'AIS, renforcé de trois membres du parquet fédéral, a
examiné sur place les circonstances du décès de l'adjudant
Vanpeteghem. L'enquête n'étant pas terminée, je ne peux vous en
livrer les conclusions. Dès qu'elles seront disponibles, les députés en
seront immédiatement informés.
Je vais répondre à présent aux autres questions sur les F-16, les
missions des militaires belges et le cas des deux blessés.
09.04 Minister Pieter De Crem:
Daar het onderzoek naar de dood
van adjudant-chef Vanpeteghem,
ontmijner in Libanon, nog niet
beëindigd is, kan ik u de
conclusies daaromtrent nog niet
meedelen. Zodra ze beschikbaar
zijn,
zullen
de
Kamerleden
daarover ingelicht worden.
Mijnheer Van Biesen, u had het eerst over de rotatie, dus over de
opvolging. Dat was de eerste vraag in uw schriftelijke voorbereiding,
maar u hebt er zonet in uw vraagstelling niet zo veel aandacht aan
besteed. U vroeg of het klopt dat er op 7 oktober zevenentwintig
nieuwe militairen naar Libanon zijn vertrokken. Dat is mijn
aanknopingspunt.
De rotatie van het detachement BELUFIL 7, waaraan onder meer
zevenentwintig militairen van het 51ste bataljon logistiek deelnemen,
is inderdaad gestart op 7 oktober.
U vraagt meer dan terecht naar de veiligheid van de ingezette
militairen. Welnu, die veiligheid vormt natuurlijk een topprioriteit.
Tijdens meerdere commissievergaderingen hebben wij dat reeds
kunnen benadrukken. Behoudens het feit dat het gaat over goede
opleiding, goede materialen en het kunnen inschatten van een risico,
heeft het natuurlijk te maken met het logement, met de wijze waarop
onze mannen en vrouwen gelogeerd zijn. In dat logement wordt het
principe van de verspreiding maximaal toegepast, en worden de
tenten beschermd door bijkomende middelen, zoals daar zijn: muren
in
beton,
bastion
walls,
zandzakken
en
andere
beschermingsmaatregelen, die ervoor moeten zorgen dat ze de
risico's minimaliseren.
Bovendien zijn er enkele leden van deze commissie hebben dat ook
kunnen zien bunkers in de onmiddellijke omgeving van de
logementplaatsen. Die bunkers worden gebruikt, zodra er zich een
La rotation du détachement
BELUFIL 7 a effectivement débuté
le 7 octobre dernier.
La sécurité de nos militaires
constitue évidemment la première
priorité.
Outre
une
bonne
formation, du matériel de qualité et
la capacité d'évaluer un risque, le
logement constitue un élément
particulièrement important. En ce
qui concerne les tentes, nous
appliquons le principe de la
dispersion maximale et nous les
protégeons par des murs en
béton, des sacs de sable et
d'autres matériaux. Des bunkers
sont également situés à proximité
des lieux de logement. L'état-
major examine actuellement les
mesures de sécurité afin de les
améliorer si nécessaire.
Les bases de la FIAS en
Afghanistan sont parfois la cible
d'attentats, organisés ou non.
Aucun lien n'a été établi entre les
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
30
aanval voordoet. Daarop wordt ook regelmatig getraind.
Er wordt momenteel een studie uitgevoerd door de defensiestaf om
de beschermingsmaatregelen voor het personeel te herevalueren en,
indien nodig, te verbeteren. Op dit ogenblik is er weliswaar geen
enkele indicatie dat dit op zich materieel nodig zou zijn, maar we doen
thans die herevaluatie; ze is dus lopende.
De basissen van ISAF in Afhanistan, de operatie onder dewelke wij
opereren, een NAVO-operatie waaraan meer dan 40 landen
deelnemen, zijn nu en dan het doelwit van aanvallen van al dan niet
georganiseerde strijdkrachten die gemeenzaam onder de noemer
Taliban ressorteren. Dat is soms georganiseerd en soms niet. In elk
geval is het zo dat uit het veiligheidsrapport blijkt dat er geen verband
is tussen deze occasionele aanvallen en de recente inplaatsstelling
van onze Belgische F-16's.
De verwondingen naar aanleiding van het ongeval werden als licht
beoordeeld. Ik was aanwezig op het moment dat de twee gewonde
militairen van het detachement Militaire Politie terugkeerden uit
Kandahar, op zaterdagnamiddag drie weken geleden in Melsbroek.
attaques récentes et l'intervention
de nos F-16. Les deux militaires
légèrement blessés sont arrivés à
Melsbroek il y a trois semaines.
Les blessures étaient considérées comme légères. Les deux blessés
ont rejoint leur domicile après une consultation passée à Neder-over-
Heembeek. Ils sont traités de manière ambulatoire à l'hôpital militaire
et sont suivis par le centre de psychologie de crise; ils ont reçu une
exemption médiale de services pour une durée d'un mois. Le parquet
fédéral a diligenté une enquête. Celle-ci n'est pas du ressort de la
Défense. Cependant, sans en attendre les résultats, une étude a été
initiée par l'état-major de la Défense afin de réévaluer les mesures de
protection du personnel et de les améliorer si nécessaire.
De betrokkenen waren licht-
gewond.
De
twee
gewonde
militairen zijn intussen terug thuis.
Zij
krijgen
een
ambulante
behandeling in het militair zieken-
huis en worden opgevolgd door
het
Centrum
voor
Crisis-
psychologie (CCP). Het federaal
parket heeft met bekwame spoed
een onderzoek ingesteld dat niet
onder
de
bevoegdheid
van
Defensie
valt.
Zonder
de
resultaten daarvan af te wachten,
heeft de staf van Defensie een
onderzoek opgestart teneinde de
maatregelen ter bescherming van
het
personeel
opnieuw
te
evalueren en indien nodig te
verbeteren.
09.05 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le président, je remercie le
ministre pour toutes ces informations.
09.06 Luk Van Biesen (Open Vld): Ik dank de minister voor het
antwoord.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "le nouveau concept de show aérien
10 Vraag van mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "de nieuwe
invulling van de airshow Air Day" (nr. 7463)
10.01 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le président, monsieur le
ministre, le sujet m'intéresse étant donné que ma commune compte
10.01 Brigitte Wiaux (cdH): Het
onderwerp belangt me aan, daar
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
31
une base aérienne et, personnellement, j'ai toujours la "frousse" lors
des meetings aériens. Par contre, je suis heureuse de voir que le
show aérien annuel de Coxyde a eu lieu fin août. Le programme est
d'une telle attractivité qu'il rassemble de nombreux visiteurs.
Monsieur le ministre, j'ai découvert qu'il y avait un nouveau concept
"Air Day". J'aurais simplement voulu savoir en quoi ce concept est
nouveau.
er
in
mijn
gemeente
een
luchtmachtbasis is.
10.02 Pieter De Crem, ministre: Madame Wiaux, un "air show" est
en principe organisé pendant un week-end, afin de pouvoir attirer un
maximum de public durant deux jours. Du fait que les journées de la
Défense ont eu lieu à Florennes le premier week-end du mois de
juillet, l'"air show" annuel de Coxyde a dû être déplacé au dernier
week-end du mois d'août.
Pendant les préparatifs, il est apparu qu'à la même date, des
manifestations aériennes importantes étaient également organisées
dans plusieurs pays avoisinants. De ce fait, peu de participants
étrangers étaient disponibles pour participer au programme. Il était
dès lors impossible d'offrir pendant ce week-end un programme
suffisamment attrayant en relation avec l'effort demandé en moyens
matériels et en personnel.
L'option a été prise d'organiser un "Air Day" d'une journée en
semaine, permettant à la Défense de montrer d'une façon efficiente et
complète ses capacités aériennes en combinaison avec les missions
d'entraînement préalablement planifiées.
10.02 Minister Pieter De Crem:
Aangezien
de
Defensiedagen
plaatsvonden in Florennes tijdens
het eerste weekeinde van juli,
moest de jaarlijkse Airshow in
Koksijde worden verschoven naar
het
laatste
weekeinde
van
augustus. Er werd voor gekozen
om een "Air Day" te organiseren
tijdens de week, zodat Defensie op
efficiënte wijze haar kunnen in het
luchtruim kon demonstreren in
combinatie
met
de
vooraf
geplande oefenopdrachten.
10.03 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le ministre, ce n'est peut être
pas uniquement dans la mécanique ou dans le planning d'un show
aérien. Je comprends mieux ce qu'était l'organisation de cette
journée!
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "l'opération du chasseur de mines
11 Vraag van mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "de
ontmijningsoperatie van de mijnenjager Primula" (nr. 7465)
11.01 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le ministre, je suis quelque
peu impressionnée par ce que fait la Marine, peut-être parce que je
n'ai pas le pied marin!
11.02 Pieter De Crem, ministre: Et le mal de mer?
11.03 Brigitte Wiaux (cdH): Oui, le mal de mer, le mal en avion,
mais cela ne m'empêche pas de monter à bord d'un C-130!
11.04 Pieter De Crem, ministre: Je l'ai vu!
11.05 Brigitte Wiaux (cdH): Avec le précédent président de la
commission, M. Monfils, nous avions visité une frégate au
Monténégro. C'était fort intéressant et cela m'a ouvert les yeux ou
l'esprit sur ce que fait notre Marine.
11.05 Brigitte Wiaux (cdH): De
Belgische mijnenjager "Primula"
moest in september terug in België
zijn, na gedurende verscheidene
weken deelgenomen te hebben
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
32
J'en viens à ma question. Monsieur le ministre, il me semble que le
chasseur de mines belge "Primula" devait être de retour en Belgique
en septembre, après avoir participé durant plusieurs semaines à
l'opération internationale "Open Spirit" en mer Baltique.
La mer Baltique recèlerait encore un certain nombre de mines et
d'engins explosifs qui datent des deux guerres mondiales mais aussi
des munitions périmées qui auraient été déversées par l'armée
soviétique dans les années '60. J'imagine que ces engins explosifs
représentent un réel danger pour la navigation au large des côtes
estoniennes, lettones et lituaniennes.
Monsieur le ministre, pourriez-vous m'apporter des éléments de
réponse ainsi que toutes les précisions utiles concernant les
questions suivantes?
L'opération "Open Spirit" existerait depuis 1996. Depuis quand les
chasseurs de mines belges participent-ils annuellement à des
opérations internationales de déminage en mer Baltique?
Quel est le nombre d'engins explosifs estimés à ce jour encore
présents en mer Baltique et combien d'engins explosifs ont-ils déjà
été rendus inoffensifs?
Combien de navires et de pays ont-ils participé à l'opération
"Open Spirit" en 2008? Combien de membres d'équipage ont-ils été
engagés?
Combien de mines ont-elles été trouvées et détruites par l'équipage
du "Primula"?
Je passe maintenant à la seconde partie de ma question. La
participation de notre Marine à de telles opérations lui permet
d'acquérir une plus grande expertise dans la recherche et la
destruction des engins explosifs. Cependant, j'imagine que cette
contribution va au-delà; je pense à la formation des marines des États
baltes. Il me semble que des officiers des marines estonienne, lettone
et lituanienne suivent une formation à l'École belgo-néerlandaise des
mines à Ostende. Pourriez-vous m'apporter des précisions à ce
sujet?
aan de internationale operatie
"Open Spirit" in de Oostzee waar
nog een aantal mijnen en
springtuigen zouden liggen uit de
twee wereldoorlogen maar ook
vervallen munitie die er door het
sovjetleger in de jaren zestig
gedropt werd.
Sinds
wanneer
nemen
de
Belgische mijnenjagers elk jaar
deel
aan
de
internationale
ontmijningsoperaties
in
de
Oostzee? Op hoeveel schat men
het aantal springtuigen dat tot op
heden nog in de Oostzee Zee ligt
en hoeveel springtuigen werden er
al onschadelijk gemaakt? Hoeveel
schepen,
landen
en
bemanningsleden hebben in 2008
deelgenomen aan de operatie
"Open Spirit"? Hoeveel mijnen
heeft de bemanning van de
"Primula" gevonden en vernietigd?
Door aan dergelijke operaties deel
te nemen kan onze zeemacht een
grotere expertise opdoen in die
materie. Maar ik meen dat
officieren van de Estse, Letse en
Litouwse zeemacht een opleiding
volgen
aan
de
Belgisch-
Nederlandse
mijnenschool
te
Oostende. Graag kreeg ik meer
duidelijkheid over deze zaak.
11.06 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, chère
collègue, les chercheurs de mines belges participent depuis 1998 aux
opérations de nettoyage de mines en mer Baltique.
Le nombre de mines est estimé à 55.000 mines datant de la Première
guerre mondiale et de 95.000 mines datant de la Seconde guerre
mondiale.
En 2008, 10 navires de 9 pays ont participé à l'opération Open Spirit.
Lors de cette opération, 55 mines ont été détruites dont 12 par le
Primula qui compte 38 membres d'équipage.
En ce qui concerne la formation des marines baltes, les officiers
estoniens, lettons et lituaniens suivent régulièrement des formations à
l'école de guerre de mines d'Ostende. Ils embarquent de temps en
temps à bord d'unités belges afin d'approfondir leur expérience. Les
chasseurs de mines des pays baltes sont certifiés au centre
11.06 Minister Pieter De Crem:
De Belgische mijnenjagers nemen
sinds
1998
deel
aan
mijnenveegoperaties
in
de
Oostzee.
Het aantal mijnen uit de Eerste
Wereldoorlog wordt op 55.000
geschat en dat uit de Tweede
Wereldoorlog op 95.000.
In 2008 namen tien schepen uit
negen landen deel aan de operatie
Open Spirit. Tijdens die operatie
werden 55 mijnen onschadelijk
gemaakt, waarvan 12 door de
mijnenjager Primula, met een 38-
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
33
d'entraînement de la marine à Zeebrugge.
koppige bemanning aan boord.
Estse, Letlandse en Litouwse
officieren
volgen
regelmatig
trainingen in de Naval Mine
Warfare School in Oostende.
Soms schepen ze ook in aan
boord van Belgische schepen om
hun ervaring te verdiepen. De
Baltische mijnenjagers worden
gecertificeerd in het training-
scentrum van de marinebasis te
Zeebrugge.
11.07 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le ministre, je vous remercie
pur toutes ces informations.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de M. Olivier Hamal au ministre de la Défense sur "l'usage par les forces armées belges
d'armes à létalité réduite et plus précisément le FN 303" (n° 7574)</b>
12 Vraag van de heer Olivier Hamal aan de minister van Landsverdediging over "het gebruik van less-
than-lethalwapens en meer bepaald de FN 303 door de Belgische strijdkrachten" (nr. 7574)
12.01 Olivier Hamal (MR): Monsieur le ministre, en matière
d'engagement militaire, l'idée de mettre hors d'état de nuire sans
blesser ni tuer n'est pas neuve mais sa mise en pratique constitue un
véritable défi technologique. Les armes classiques actuelles sont mal
adaptées aux situations que peuvent rencontrer nos militaires. En
effet, les opérations en milieu urbain, les opérations de maintien de la
paix font de plus en plus partie de la réalité de nos forces armées.
Ces actions bien différentes de ce qu'elles étaient dans un contexte
de guerre froide requièrent évidemment un équipement plus adapté.
Aujourd'hui, entre les armes à feu classique et la matraque, les forces
de l'ordre mais aussi nos forces armées en fonction des missions
qu'elles accomplissent, ont un champ d'action sans doute trop réduit.
La létalité réduite apparaît donc comme la solution car elle évite, en
principe, de mettre en péril la vie d'une personne, de la blesser
gravement lorsque cela n'est pas nécessaire. En outre, elle permet de
limiter les dommages à l'environnement et aux personnes qui
entourent la cible. La presse a fait récemment écho de l'autorisation
donnée par le ministre français de l'Intérieur aux 17.000 policiers
municipaux d'utiliser le pistolet à impulsion électrique, le fameux
"taser" qui, jusqu'à une distance de 10 mètres, peut administrer une
décharge électrique de 50.000 volts qui paralyse momentanément la
personne visée.
Mais en matière de létalité réduite, d'autres systèmes existent. Je
pense plus précisément au FN 303, un système cinétique dont les
avantages sont sa portée efficace (50 mètres) et sa grande précision.
Il est notamment utilisé aux États-Unis principalement, et dans le
reste du monde au niveau militaire mais également dans les forces de
l'ordre et en prison.
Sur le plan belge, si mes informations sont correctes, tel serait aussi
12.01 Olivier Hamal (MR): Als
het gaat om de militaire inzet, is
het idee om iemand onschadelijk
te maken zonder te verwonden of
te doden niet nieuw maar het
vormt een hele technologische
uitdaging om dit om te zetten in de
praktijk. Less than lethal lijkt een
oplossing omdat zo in principe
wordt
vermeden
dat
een
mensenleven in gevaar wordt
gebracht of iemand zwaar wordt
verwond als dat niet nodig is. Zo
kan bovendien schade worden
vermeden aan het milieu en aan
mensen die zich in de buurt van
het doelwit bevinden. Onlangs
werd in de pers bekend gemaakt
dat agenten van de gemeentelijke
politie in Frankrijk de toestemming
hebben
gekregen
om
een
stroomstootwapen te gebruiken.
Er bestaan ook andere systemen
zoals de FN 303, die een
doeltreffende dracht van 50 meter
heeft en een grote precisie biedt.
Hoe zit het met de aanpak van
onze strijdkrachten met betrekking
tot less-than-lethal-wapens? Wat
zou u ervan vinden om bepaalde
eenheden van onze strijdkrachten
uit te rusten met less-than-lethal-
wapens voor onder andere de
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
34
le cas des unités spéciales anciennement ESI placées sous l'autorité
de la Direction des unités spéciales du commissariat général ainsi
que par les services de sécurité de l'OTAN. Par ailleurs, différents
pelotons anti-banditisme du pays mais également les forces de police
de différentes zones locales auraient manifesté un intérêt pour ce type
d'armes.
La généralisation à l'ensemble des services de police est en attente
de l'approbation du SPF Intérieur. Mais au-delà des forces de l'ordre,
il y a aussi la possibilité d'un usage potentiel non négligeable au
niveau des forces armées. Cependant, il semblerait que l'armée belge
ait lancé un programme d'acquisition pour divers matériels plus
conventionnels tels que grenades lacrymogènes à main, grenade
40 mm, sprays et matraques.
Notre armée développerait une approche assez prudente en matière
de létalité réduite sous l'emprise de règles d'engagement très strictes.
Une nouvelle doctrine d'emploi serait en cours de rédaction; elle
resterait néanmoins focalisée sur les systèmes conventionnels déjà
en service au sein de l'armée.
Monsieur le ministre, pourriez-vous me dire ce qu'il en est exactement
de l'approche de nos forces armées pour les armes à létalité réduite
et ce que vous pensez de la possibilité d'équiper certaines unités de
nos forces armées pour des actions de maintien de l'ordre,
notamment à l'aide du FN303?
ordehandhaving?
12.02 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, cher
collègue, je vais répondre à vos deux questions très intéressantes.
Comme vous le savez, la Belgique participe d'une manière active aux
groupes de travail au sein de l'OTAN et de l'EDA qui étudient la
problématique des armes à létalité réduite. Au sein de la Défense,
une doctrine sur les armes à létalité réduite a été établie. Les troupes
belges en opérations sont entraînées et équipées pour exécuter des
missions "crowd & riot control", comme c'est par exemple le cas au
Kosovo, à Mitrovica, avec les moyens dont ils disposent actuellement.
Plus particulièrement, concernant le FN 303, cette arme fait partie,
avec d'autres systèmes, de l'étude sur les équipements qui pourraient
éventuellement compléter les moyens existants dans le cadre de la
mission "crowd & riot control" en opérations.
Les pistes sont donc ouvertes.
12.02 Minister Pieter De Crem:
België neemt actief deel aan de
werkgroepen die de problematiek
van de less-than-lethalwapens
bestuderen. Bij Landsverdediging
werd een doctrine over less-than-
lethalwapens opgesteld. De FN
303 maakt, samen met andere
systemen, deel uit van de studie
over de uitrustingen die eventueel
de bestaande middelen kunnen
aanvullen.
12.03 Olivier Hamal (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie
pour cette précision.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Question de M. Olivier Maingain au ministre de la Défense sur "l'absence d'une délégation de
l'armée belge lors de la commémoration par le Canada du 90ième anniversaire de la fin de la Première
Guerre mondiale" (n° 7625)</b>
13 Vraag van de heer Olivier Maingain aan de minister van Landsverdediging over "het ontbreken van
een delegatie van het Belgisch leger op de door Canada georganiseerde herdenking van de 90e
verjaardag van het einde van de Eerste Wereldoorlog" (nr. 7625)
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
35
13.01 Olivier Maingain (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, pour vous avoir entendu lors du dernier pèlerinage au fort de
Breendonck, je connais votre attachement au devoir de mémoire et à
la participation de la Défense à toutes les cérémonies
commémoratives des sanglantes guerres mondiales du siècle passé.
Cependant, j'ai été intrigué par un article paru dans la Libre Belgique
du 1
er
octobre qui faisait état, mais je parle avec prudence, de ce que
nous ne pourrions pas être représentés à la cérémonie
commémorative du 90
e
anniversaire de la fin de la Première guerre
mondiale, que le Canada organisera le 11 novembre prochain, avec
un certain faste. Une invitation nous aurait été adressée à laquelle
nous n'aurions pas pu donner suite pour des raisons budgétaires, me
semble-t-il.
L'attaché militaire à Ottawa semble ne pas pouvoir lui-même se
déplacer ou, en tout cas, ne pas permettre une représentation de
notre armée en la circonstance. Ce qui peut, vu l'engagement du
Canada lors de la Première guerre mondiale, laisser quelque peu
amères les autorités de ce pays. De très nombreux cimetières
canadiens parsèment notre pays.
Je me pose la question de savoir si cette information était confirmée,
si vous croyez qu'il ne serait pas nécessaire d'ici le 11 novembre,
puisque nous en avons le temps, de faire le geste d'une participation,
même si elle est relativement symbolique, par un détachement ou au
moins une représentation au plus haut niveau du ministère, à cette
cérémonie commémorative au Canada.
13.01 Olivier Maingain (MR):
Het is mij bekend dat het
instandhouden van de gedachtenis
en de deelname van Defensie aan
alle plechtigheden waarop de
bloedige wereldoorlogen worden
herdacht u na aan het hart gaan.
Mijn nieuwsgierigheid werd echter
gewekt door een artikel in La Libre
Belgique dat berichtte dat we
misschien niet vertegenwoordigd
zullen zijn op de herdenkings-
plechtigheid
voor
de
90
e
verjaardag van het einde van de
Eerste Wereldoorlog, naar verluidt
om budgettaire redenen.
De militaire attaché in Ottawa blijkt
de verplaatsing niet te kunnen
maken of ons leger niet te kunnen
vertegenwoordigen.
Dat
zou
kwaad bloed kunnen zetten bij de
overheid van dat land. Er liggen
talloze Canadese kerkhoven in
ons land.
Zou tegen 11 november niet een
gebaar moeten worden gesteld
van een desnoods symbolische
deelname
aan
die
herdenkingsplechtigheid
in
Canada?
13.02 Pieter De Crem, ministre: Du conditionnel, nous repartons
pour le présent. J'ai pris la décision d'envoyer un représentant à la
commémoration qui aura lieu à Ottawa. Il s'agira normalement de
l'attaché militaire compétent pour le Canada. J'en informerai Mme
l'ambassadrice du Canada en Belgique.
13.02 Minister Pieter De Crem:
Laten we in plaats van in de
voorwaardelijke
wijs
in
de
tegenwoordige tijd spreken. Ik heb
besloten een vertegenwoordiger
naar de aanstaande herdenkings-
plechtigheid in Ottawa te sturen.
Normaal gezien zal dat de militaire
attaché voor Canada zijn. Ik zal
mevrouw de ambassadeur van
Canada in België daarvan op de
hoogte brengen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de Mme Valérie Déom au ministre de la Défense sur "l'impact environnemental des
14 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de minister van Landsverdediging over "de impact van
gewapende conflicten op het milieu" (nr. 7500)
14.01 Valérie Déom (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, une résolution sur l'évaluation de l'impact des conflits armés
sur l'environnement a été adoptée par l'Assemblée de l'UEO au cours
de la première partie de la 54
e
session ordinaire qui s'est tenue à
14.01 Valérie Déom (PS): De
Assemblee van de WEU heeft
onlangs een resolutie betreffende
de rapportage van milieueffecten
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
36
Paris du 3 au 5 juin 2008.
Dans son rapport, l'Assemblée regrette que "l'impact des conflits
armés sur l'environnement ne soit pas encore considéré comme une
notion fondamentale devant être prise en compte dans l'exécution des
politiques de défense".
Cette même Assemblée souligne que les conséquences
environnementales des opérations militaires sont parfois plus
catastrophiques que celles engendrées par les opérations elles-
mêmes. Les moyens mis en oeuvre ne devraient jamais être
démesurés par rapport aux objectifs militaires escomptés.
En temps de paix comme en temps de guerre, il appartient aux
gouvernements nationaux de veiller sérieusement à ce que leurs
armées respectent les normes internationales établies en la matière
afin de sauvegarder les ressources naturelles de notre planète.
Monsieur le ministre, pourriez-vous me dire si une sensibilisation à
cette problématique est assurée au sein de la Défense belge?
Une évaluation de l'impact environnemental des planifications
militaires est-elle effectuée?
Dans l'affirmative, quels en sont les résultats?
van gewapende conflicten aan-
genomen. Worden de personeels-
leden van Defensie daarop attent
gemaakt? Worden de militaire
plannen aan een milieueffecten-
rapportage onderworpen?
14.02 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, la protection de l'environnement en opération constitue une
préoccupation permanente de la Défense.
Dans le cadre de la planification et de l'exécution des opérations
extérieures, les règles en matière environnementale du pays hôte
sont d'application ainsi que les règles européennes et internationales.
En cas d'insuffisance ou d'absence totale de normes locales, la
Défense applique, dans la mesure du possible et selon le principe de
gestion du "bon père de famille", la législation environnementale
flamande et wallonne.
Indépendamment des accords de coopération éventuels, les militaires
belges restent responsables des dégâts environnementaux qu'ils
causent.
14.02 Minister Pieter De Crem:
De bescherming van het leefmilieu
tijdens operaties is voor Defensie
een permanente zorg. De milieu-
reglementering van het gastland is
van toepassing en tevens gelden
de Europese en internationale
regels. Indien de lokale normen
ontoereikend zijn, past Defensie
de
Vlaamse
en
Waalse
milieuwetgeving toe. Los van de
eventuele
samenwerkings-
akkoorden, blijven de Belgische
militairen aansprakelijk voor de
milieuschade die ze veroorzaken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Interpellatie van de de heer David Geerts tot de minister van Landsverdediging over "het gebruik
van militaire vliegtuigen" (nr. 151)
15 Interpellation de M. David Geerts au ministre de la Défense sur "l'utilisation d'avions militaires"
(n 151)
15.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, ik heb een aantal schriftelijke vragen gesteld over het
gebruik van verschillende militaire vliegtuigen. Uit een van de
antwoorden die ik van u kreeg, bleek dat voor de periode 1 januari
2008 tot 31 mei 2008 de totale kostprijs meer dan 7 miljoen euro
bedroeg. Bovendien las ik in de exhaustieve lijst dat vliegtuigen met
een vrij grote capaciteit soms een zeer beperkte bezettingsgraad
hadden. Ik stelde ook vast dat vliegtuigen werden ingezet voor zeer
15.01
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): D'après le ministre,
le coût total de l'utilisation
d'appareils militaires entre le 1
er
janvier et le 31 mai 2008 s'élevait
à plus de 7 millions d'euros. Le
taux d'occupation est parfois très
faible ou les appareils sont parfois
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
37
korte afstanden of zelfs binnenlandse vluchten. Het prijskaartje dat
hieraan vast hangt is vrij hoog.
U hebt ooit eens verklaard in de pers dat u niet overal op rolschaatsen
naartoe kunt gaan. Ik begrijp dat. Ik stel mij alleen de volgende vraag.
Burgermaatschappijen
vliegen
ook
naar
bepaalde
zelfde
bestemmingen. Misschien zou het goedkoper zijn om met een
beperkt aantal mensen dat vliegtuig te nemen.
Zelf hebt u in de vorige legislatuur herhaaldelijk kritiek geuit op het
gebruik van militaire vliegtuigen en andere. Daarom was ik zeer
verwonderd toen ik de tabellen zag van dit jaar.
Daarom houd ik deze interpellatie.
Mijnheer de minister, bent u bereid om het gebruik van de militaire
vliegtuigen op een zo efficiënt mogelijke manier te organiseren en om
ook de ecologische voetdruk in ogenschouw te nemen?
Welke concrete initiatieven wilt u nemen om dit gebruik te
optimaliseren?
utilisés pour de très courtes
distances.
Peut-être
les
compagnies civiles constituent-
elles une meilleure solution dans
de tels cas.
Le ministre est-il disposé à utiliser
ces appareils de manière aussi
efficace que possible, compte tenu
de l'incidence du trafic aérien sur
l'environnement? Comment s'y
prendra-t-il concrètement?
15.02 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, ik wil beginnen
met een algemene opmerking. Meer operaties in het buitenland
betekent meer luchtverkeer, meer verkeer van personen, meer
verkeer van goederen. Wanneer de regering de optie neemt om dat te
doen, moet zij er ook voor zorgen dat haar materieel en mensen
kunnen verplaatst worden.
Binnen de defensiestaf is er de movement and transport coordination
cell belast met het organiseren van lucht-, land- en maritiem transport
op de meest efficiënte en doeltreffende wijze. Soms wordt de indruk
gewekt dat we alleen via de lucht transporteren. In Tsjaad verloopt
een beduidend stuk transport via de waterwegen en over land. Het is
die cel die zich daarmee bezighoudt.
Er zijn verschillende criteria die in ogenschouw worden genomen om
de vector te kiezen die het best past bij de behoefte. De keuze van die
vector wordt hoofdzakelijk gedicteerd door het zoeken naar de meest
economische oplossing maar ook door andere factoren zoals de
dringendheid van de behoefte, de operationele eisen, de snelheid, de
capaciteit en de beschikbaarheid van de vectoren. In het raam van
luchtvectoren kunnen de actieradius en enkele bijkomende
beperkingen de keuze beïnvloeden. Ik zeg wel dat ze dat kunnen. De
ecologische voetafdruk maakt ook deel uit van deze criteria.
De keuze om een bepaald vliegtuig te gebruiken kan iemand die niet
over de voorgaande volledige analyse van de MTCC beschikt, soms
wat sceptisch maken. In het geval van de Airbus A310 gebeurt het
regelmatig dat de hoofdopdracht van het vliegtuig het transport van
cargo is en dat bijgevolg slechts een beperkt aantal passagiers aan
boord van het vliegtuig zal plaatsnemen. Het is dus onrealistisch om
daaruit conclusies te trekken of conclusies te trekken over de
opportuniteit van een vlucht die alleen op basis van het aantal
vervoerde passagiers zou geschieden. Het is evident dat de militaire
vliegtuigen enkel ingezet worden bij afwezigheid van een beter
alternatief. Dat alternatief moet natuurlijk ook beantwoorden aan de
verschillende parameters die bij de vectorberekening in rekening
15.02 Pieter De Crem, ministre:
Je
formulerais
d'abord
une
remarque générale: l'augmenta-
tion du nombre d'opérations à
l'étranger entraîne automatique-
ment
une
augmentation
du
nombre de vols.
Une cellule est chargée, au sein
de l'état-major de la défense,
d'optimiser
l'organisation
du
transport par air, par terre et par
mer. Différents critères sont pris
en considération dans ce cadre: la
solution la plus économique,
l'urgence, les exigences opération-
nelles, la vitesse, la capacité, la
disponibilité, le rayon d'action et
une série d'autres restrictions,
ainsi que l'incidence écologique.
Les choix opérés peuvent paraître
étranges aux yeux de qui n'a pas
procédé à cette analyse, mais
l'avion est utilisé seulement en
l'absence
de
meilleure
"alternative".
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
38
worden gebracht.
15.03 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de minister, u zegt dat
de vectorberekening een economische oplossing is die het beste
alternatief kiest. Toen ik de lijst bekeken heb, stelde ik echter vast dat
een van deargumenten is dat het vliegtuig toch in de garage staat en
dat men het dan maar zal gebruiken. Ik zal dan ook een motie van
aanbeveling indienen om hopelijk een mentaliteitswijziging te krijgen
zodat er meer efficiënt gebruik van zal worden gemaakt.
15.03
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Le ministre parle
d'une méthode consistant à choisir
le moyen de transport le plus
performant et le plus économique,
mais l'argument selon lequel on
recourt à l'avion parce qu'on en
dispose de toute façon, n'en est
pas un. C'est pourquoi je
déposerai aussi une motion de
recommandation qui, je l'espère,
amorcera une évolution des
mentalités.
15.04 Minister Pieter De Crem: Dat is natuurlijk uw taak. Het is
echter een illusie te denken dat dit zal gebeuren. Het is heel duidelijk
dat onze vliegtuigen meer en langer zullen vliegen en dat ze meer
ingezet zullen worden. Dat zal ook gebeuren voor internationale
opdrachten onder internationale auspiciën. Ik herhaal nogmaals dat
een militaire verplaatsing door de lucht soms economisch veel beter
uitkomt dan een verplaatsing over land met de wagen of de trein die
heel vaak ook gepaard gaat met logementkosten. Dat zal heel
duidelijk blijken uit de vectorberekeningen die we maken.
15.04 Pieter De Crem, ministre:
Cela relève sans aucun doute de
votre mission. Cependant, nous
allons
clairement
vers
des
transports aériens plus nombreux
et plus longs, compte tenu des
missions qui sont confiées à la
Défense. Je le répète, le
déplacement par avion constitue
parfois
la
solution
la
plus
économique.
15.05 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Een laatste opmerking. Ik stel
vast dat voor andere programma's wel wordt vastgesteld dat voor
conferenties in Parijs de Thalys moet genomen worden maar dat hier
af en toe staat dat men het vliegtuig neemt. Dat is volgens mij niet
correct.
15.05
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro):
Je
constate
seulement que, pour assister à
des conférences à Paris, certains
empruntent le Thalys et d'autres
l'avion.
15.06 Minister Pieter De Crem: Wie doet dat dan? Doe ik dat?
Moties
Motions
De voorzitter: Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de heer David Geerts en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer David Geerts
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
vraagt de minister van Landsverdediging
- om meer zorgvuldigheid aan de dag te leggen wat het gebruik van militaire vliegtuigen betreft, voor de
verplaatsingen van de minister, de defensiestaf en het kabinet van de minister;
- stelselmatig een kosten - batenanalyse te maken en de verschillende alternatieve vervoersmodi te
onderzoeken."
Une motion de recommandation a été déposée par M. David Geerts et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. David Geerts
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au ministre de la Défense
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
39
- de se montrer plus circonspect dans l'utilisation d'avions militaires pour les déplacements du ministre, de
l'état-major de la Défense et des membres du cabinet du ministre;
- de procéder systématiquement à une analyse des coûts et des bénéfices et à un examen des autres
moyens de transport disponibles."
Een eenvoudige motie werd ingediend door mevrouw Brigitte Wiaux en door de heren André Flahaut,
Gerald Kindermans en Olivier Maingain.
Une motion pure et simple a été déposée par Mme Brigitte Wiaux et par MM. André Flahaut, Gerald
Kindermans et Olivier Maingain.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
16 Question de Mme Valérie Déom au ministre de la Défense sur "le respect de l'anonymat des
16 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de minister van Landsverdediging over "de bescherming
van de identiteitsgegevens van militairen die deelnemen aan een risicovolle missie" (nr. 7648)
16.01 Valérie Déom (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, un article paru dans le "Télémoustique" du 17 septembre
2008 traite de la situation des militaires belges en poste en
Afghanistan. On peut y voir une photographie d'un des huit pilotes des
quatre F-16 envoyés à Kandahar. L'identité du pilote figure en
légende. Un peu plus loin dans le même article, la journaliste précise
que l'identité des pilotes doit rester secrète pour des raisons de
sécurité. Cette contradiction apparente m'amène à vous poser la
question suivante.
Monsieur le ministre, le service de presse de votre cabinet et/ou de la
Défense a-t-il pris les précautions habituelles lors de la présence de
journalistes au sein des infrastructures militaires concernant la
protection des données relatives aux militaires envoyés en mission
risquée, en l'occurrence un pilote d'avion F-16 en Afghanistan?
16.01 Valérie Déom (PS): In
Télémoustique van 17 september
2008
werd
er
een
artikel
gepubliceerd over de situatie van
de
Belgische
militairen
in
Afghanistan. Dat artikel bevatte
eveneens een foto van een van de
acht F16-piloten in Kandahar, met
vermelding van zijn identiteit. Iets
verderop in het artikel preciseert
de journalist dat de identiteit van
de piloten om veiligheidsredenen
geheim moet blijven.
Hebben
uw
diensten
de
gebruikelijke veiligheidsmaatregelen
genomen toen er journalisten
aanwezig waren in de militaire
installaties, met het oog op de
bescherming van de gegevens
van de militairen die aan risicovolle
missies deelnemen, in casu een
F-16-piloot in Afghanistan?
16.02 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, chère
collègue, la photo parue dans le Télémoustique du 17 septembre est
une photo du lieutenant-colonel Didier Polomé qui participe à la
mission Guardian Falcon à Kandahar en tant que commandant du
détachement belge. C'est à ce titre qu'il est la figure publique de la
mission et qu'il répond aux interviews de la presse.
Il n'a donc pas dépassé les limites de sa mission, qu'il exerce
d'ailleurs d'une manière excellente.
La politique de communication de l'opération Guardian Falcon prévoit
que toute information risquant de nuire à la sécurité, à l'intégrité ou la
vie privée d'un membre du personnel du détachement ou de sa
famille sera écartée. En pratique, cela signifie que lors des visites de
presse, les journalistes reçoivent des instructions pour garantir
16.02 Minister Pieter De Crem:
De foto die verschenen is in
genoemde krant, is een foto van
luitenant-kolonel Didier Polomé die
het Belgisch detachement in de
Guardian
Falcon
missie
in
Kandahar aanvoert.
Het communicatiebeleid van de
operatie bepaalt dat alle informatie
die de veiligheid, de integriteit of
het
privéleven
van
een
personeelslid
van
het
detachement of van zijn familie
schaadt, zal worden verwijderd. In
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
40
l'anonymat du personnel: voix et visages masqués, pas de divulgation
de l'identité. Ces instructions sont toujours bien respectées par la
presse. La rencontre directe entre les journalistes et les pilotes est
également évitée. La presse est dirigée de préférence vers le
commandant du détachement, la personne dont la photo est parue
dans le Télémoustique.
À l'occasion de chaque visite de presse, il est rappelé aux journalistes
et aux militaires que les personnes interviewées peuvent exprimer le
souhait de ne pas divulguer leur nom de famille ou peuvent demander
aux journalistes d'utiliser un pseudo ou encore de ne pas être pris en
photo.
En toute clarté, le lieutenant-colonel Polomé n'était pas un pilote dans
le cadre de cette mission.
de praktijk krijgen de journalisten
instructies om de anonimiteit te
waarborgen
(vervorming
van
stemmen, gemaskerde gezichten,
identiteit
wordt
niet
bekend
gemaakt). Die instructies worden
door
de
pers
steevast
gerespecteerd.
Rechtstreekse
ontmoetingen
tussen
de
journalisten en de piloten worden
ook vermeden. De pers wordt bij
voorkeur naar de commandant
van het detachement gestuurd,
wat hier het geval is. Voor alle
duidelijkheid,
luitenant-kolonel
Polomé was geen piloot in het
kader van deze missie.
16.03 Valérie Déom (PS): L'article est interpellant car on le
présentait comme étant le pilote et, plus loin, on disait que pour des
raisons de sécurité, ceux-ci devaient rester anonymes. Je constate
que cet anonymat est bien respecté et que des contrôles ont lieu dans
le cadre de missions pour lesquelles il y a une couverture de la
presse.
16.03 Valérie Déom (PS): Het
artikel doet vragen rijzen want hij
wordt voorgesteld als piloot en
verder zegt men dat zij om
veiligheidsredenen
anoniem
moeten blijven. Ik stel vast dat die
anonimiteit gerespecteerd wordt
en dat er controles zijn tijdens
missies waarop de pers niet
aanwezig is.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Interpellatie van de heer Luc Sevenhans tot de minister van Landsverdediging over "een mogelijke
belangenvermenging binnen het Instituut voor Veteranen Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden,
Oud-strijders en Oorlogsslachtoffers" (nr. 153)
17 Interpellation de M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "une éventuelle confusion
d'intérêts au sein de l'Institut des Vétérans - Institut National des Invalides de Guerre, Anciens
Combattants et Victimes de Guerre" (n° 153)b>
17.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, volgens sommige bronnen heb ik in
de vorige legislatuur het mij na aan het hart liggend Instituut voor
Oorlogsinvaliden, Oud-Strijders en Oorlogsslachtoffers, het NIOOO,
wereldberoemd gemaakt. Ik betwist dat. Dat is te veel eer. Dat heeft
vooral de vorige minister gedaan door zijn inmenging in het Instituut.
Ik kon niet anders dan regelmatig reageren.
In toepassing van artikel 3 van de oprichtingswet van 8 augustus 1981
verleent het Instituut zowel materiële als morele bijstand aan zijn
gerechtigden,
veteranen,
oorlogsinvaliden,
oud-strijders
en
oorlogsslachtoffers. Met het koninklijk besluit van 28 februari 2008
werd de nieuwe voorzitter van de raad van beheer van het Instituut
benoemd.
Deze nieuwe voorzitter was militair kabinetschef van uw voorganger,
wat uiteraard niet betekent dat dit een zoveelste politieke benoeming
zou zijn. We weten dat uw voorganger op dat vlak heel discreet was.
Mijnheer de minister, ik heb gelezen dat u daar een andere mening op
17.01 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Par arrêté royal du 28
février 2008, un nouveau président
a été nommé à la tête de l'Institut
des Invalides de Guerre, Anciens
Combattants et Victimes de
Guerre (INIG). Il s'agit du chef de
cabinet
militaire
de
l'ancien
ministre de la Défense. L'intéressé
cumule la présidence de l'Institut
avec la fonction de délégué
général d'AGPM Vie, filiale belge
d'une compagnie d'assurances
française. Or en 2002, cette
dernière a conclu avec la Défense
un contrat portant sur une
assurance
collective
principalement
destinée
aux
vétérans.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
41
nahoudt, maar ik geef hem in dit geval het voordeel van de twijfel.
De betrokkene cumuleert het voorzitterschap met de functie van
algemeen
afgevaardigde
AGPM
Vie,
een
Belgische
dochtermaatschappij
van de in 1951 opgerichte Franse
verzekeringsmaatschappij
AGPM,
Association
Générale
de
Prévoyance Militaire.
Deze verzekeringsmaatschappij sloot in december 2002 een contract
met het departement Landsverdediging dat een aanvullende
collectieve verzekering biedt voor de dekking van de risico's overlijden
en
blijvende
lichamelijke
arbeidsongeschiktheid
aan
de
personeelsleden van het departement die deelnemen aan operaties in
het buitenland. Ze richt zich dus in eerste instantie tot de veteranen.
Op een schriftelijke vraag waarmee ik uw aandacht wilde vestigen op
deze mogelijke belangenvermenging en waarin ik u vroeg welke
maatregelen u overwoog om deze ondeontologische situatie te
beëindigen, antwoordde u dat betrokkene in 2007 de enige kandidaat
was voor de vacante functie van voorzitter van het Instituut en dat het
Instituut geen contracterende partij is in de overeenkomst gesloten
tussen AGPM en het departement.
Mijnheer de minister, op het eerste zicht heeft de auteur van het
antwoord op deze parlementaire vraag gelijk.
Deontologisch rammelt het antwoord echter aan alle kanten. Ik was
zwaar ontgoocheld door het antwoord en voelde mij uitgedaagd. U
weet dat ik mij steeds goed tracht te informeren voor ik een vraag
stel. Als men echter denkt mij op deze manier te moeten afschepen,
dan kom ik uiteraard graag terug. Vandaar deze interpellatie.
Ten eerste heb ik nooit ook maar één zin gelezen over een oproep tot
kandidaturen voor de functie van voorzitter van de raad van beheer
van het NIOOO. Dat de huidige titularis de enige kandidaat was, hoeft
ons dus niet te verbazen. Volgens mijn informatie werd hij gewoon
door zijn voorganger gecoöpteerd. Aan de raad van beheer werd
geen andere keuze voorgesteld. De kroonprins werd op die manier
verkozen.
Ten tweede is mij ter ore gekomen dat er voor het ogenblik studies
aan de gang zijn binnen uw departement en het NIOOO om materiële
voordelen aan veteranen te verlenen, inzonderheid in het domein van
de medische verzorging. In die context ligt het in de lijn der
verwachtingen dat uw departement een bijkomende verzekering gaat
afsluiten ten voordele van de veteranen via een nieuwe
offerteaanvraag waaraan AGPM zou kunnen deelnemen.
Het is de evidentie zelf dat de voorzitter van het NIOOO vanuit zijn
positie de inhoud van het toekomstige bestek zal kunnen beïnvloeden
of op zijn minst zal kunnen genieten van voorkennis in het dossier.
Nu wordt het interessant. Bovendien bepaalt het KB van 26 januari
1983 houdende de goedkeuring van het huishoudelijk reglement van
de raad van beheer van het NIOOO, inzonderheid artikel 11, dat het
de leden van deze raad verboden is deel te nemen aan een
beraadslaging of een beslissing over onderwerpen waarbij zij
persoonlijk belang hebben wegens hun beroep of hun situatie. Dat is
Lorsque j'ai signalé au ministre,
dans une question écrite, un
risque de confusion d'intérêts, il
m'a répondu qu'en 2007, il n'y
avait qu'un seul candidat à la
présidence de l'Institut et que
l'INIG n'était pas une partie
contractante dans le contrat passé
entre AGPM et la Défense.
Sur le plan de la déontologie, la
réponse à ma question prend eau
de toutes parts. Je n'ai vu aucune
trace d'un appel aux candidatures
pour l'attribution de la fonction de
président du conseil d'administra-
tion de l'INIG. L'actuel président a
tout simplement été coopté par
son prédécesseur. Une étude est
par ailleurs en cours en vue de
l'attribution aux vétérans de
certains
avantages médicaux.
Sans doute l'AGPM pourra-t-elle
participer à une demande d'offre
pour une assurance complé-
mentaire. Le président de l'INIG
pourra influer sur la teneur du futur
cahier des charges.
Aux termes de l'arrêté royal du 26
janvier 1983 qui fixe le règlement
du conseil d'administration de
l'INIG, les administrateurs ne
peuvent
participer
à
des
délibérations sur des sujets où
intervient un intérêt personnel.
Quant au président, il doit
également être indépendant des
associations qui défendent les
intérêts des ayants droit de
l'Institut. Le président étant lui-
même un vétéran et, partant, un
ayant droit de l'INIG, on peut
s'interroger sur la légalité de sa
désignation.
A-t-on lancé un appel aux
candidatures pour la fonction de
président
de
l'INIG?
Dans
l'affirmative, le ministre pourrait-il
me communiquer les références
de la publication? Dans la
négative, peut-il exclure une
nomination politique? Pense-t-il
toujours qu'il ne peut y avoir de
confusion d'intérêts?
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
42
een letterlijk citaat uit het huishoudelijk reglement.
Ten slotte bepaalt de oprichtingswet van het NIOOO, inzonderheid
artikel 7: "De voorzitter is een persoon die onafhankelijk staat ten
aanzien van de verenigingen die de belangen behartigen van de
rechthebbenden van het instituut".
Collega's, de reden voor deze bepaling is uiteraard duidelijk, namelijk
elke mogelijke belangenvermenging vermijden. Wetend dat de
huidige voorzitter zelf een veteraan en dus gerechtigde van het
NIOOO is, kan men zich toch wel afvragen of zijn aanstelling conform
de geest van de wet is.
Mijnheer de minister, ik wens u de volgende vragen te stellen omdat
mijn vraag niet ernstig werd genomen.
Verscheen er een oproep tot kandidatuur voor de functie van
voorzitter van het NIOOO? Zo ja, kunt u me de correcte referenties
van de publicatie meedelen? Zo neen, hoe kunt u me overtuigen dat
dit niet een politieke benoeming was van uw voorganger binnen het
NIOOO? Gelet op de studies die lopende zijn, denkt u nog steeds dat
er geen enkele belangenvermenging mogelijk is?
Welke concrete maatregelen overweegt u om te vermijden dat de
voorzitter de inhoud van het toekomstig bestek nog kan beïnvloeden?
Misschien zijn eventuele maatregelen ook in zijn voordeel. Men moet
dit alles niet te zwart-wit bekijken.
Kunt u me formeel bevestigen dat artikel 11 van het KB van 26 januari
1983 nageleefd werd en de voorzitter van het NIOOO nooit heeft
deelgenomen aan een beraadslaging of beslissing over het statuut of
de materiële voordelen toegekend of toe te kennen aan de
veteranen?
Ten slotte, is de aanstelling van de voorzitter niet tegenstrijdig met de
geest van de oprichtingswet van het NIOOO, inzonderheid artikel 7?
Mijnheer de minister, graag uw reactie op mijn opmerkingen.
Quelles mesures le ministre
envisage-t-il de prendre pour
veiller à ce que le président ne
puisse influer sur la teneur du futur
cahier des charges? Peut-il me
confirmer formellement que le
président de l'INIG n'a jamais
participé à une délibération, ni
contribué
à
une
décision
concernant le statut ou les
avantages matériels des vétérans,
conformément au prescrit légal?
La désignation du président n'est-
elle pas contraire à l'esprit de la loi
portant création de l'INIG?
17.02 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Sevenans, de huidige voorzitter van de raad van beheer van het
NIOOO werd tijdens de voorgaande legislatuur in zijn functie
benoemd. Uitgaande van de informatie waarover ik beschik, wordt
vastgesteld dat voorafgaand aan deze benoeming geen oproep tot
kandidaturen werd gedaan.
Ten tweede, op dit ogenblik wordt de laatste hand gelegd aan een
studie met betrekking tot het verlenen van materiële voordelen aan
veteranen. De studie wordt me uiterlijk tegen 20 november 2008
bezorgd. Ik zal hierover onmiddellijk verslag uitbrengen.
Ten derde, wanneer de bevindingen van de studie kenbaar gemaakt
zullen worden, zal ik tevens een beslissing nemen over de andere
problematieken die u hebt aangehaald.
17.02 Pieter De Crem, ministre:
Le président a été nommé par
mon prédécesseur. Pour autant
que je sache, la vacance n'a
jamais été publiée.
La dernière main est actuellement
mise à une étude sur l'octroi
d'avantages matériels à des
vétérans. Je ferai immédiatement
rapport sur cette étude, que je
recevrai au plus tard le 20
novembre. Ensuite, je prendrai
des décisions concernant les
autres points soulevés.
17.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Ik ben zeer verheugd over
uw antwoord. Het verheugt mij dat ik nu uiteindelijk toch gelijk krijg.
Men heeft mij uitgedaagd. Nu is het zover.
17.03 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Je me félicite de la
réponse du ministre. Je dénonce
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
43
Mijnheer de minister, collega's, ik tracht mijn parlementair werk
steeds zo correct mogelijk te doen, maar soms moet men wel eens
op zere tenen trappen of durven trappen. Voor alle duidelijkheid, ik
heb niets tegen de voorzitter van het NIOOO. Ik zou ook niet weten
waarom. Uiteindelijk was het uw voorganger, minister Flahaut, die de
kat bij de melk heeft gezet. Misschien is niet alles met
voorbedachtheid gebeurd, maar het is een ongewild gevolg van zijn
benoeming. Ik ben en blijf daarin gematigd, maar er zijn zaken die nu
eenmaal niet kunnen bij het Instituut. Ik klaag dat nu al jaren aan.
Ik betreur dat, als gevolg van mijn schriftelijke vraag, de voorzitter van
het NIOOO in een vergadering heeft verklaard dat hij zich niet zou
laten doen door de fascisten in het Parlement. Ik hoop dat het zo niet
bedoeld is, want dan zou ik mij beledigd voelen.
(...): (...)
la situation à l'INIG, sans toutefois
formuler le moindre reproche à
l'adresse de la personne du
président. Je regrette que ce
dernier se soit laissé aller à dire
qu'il ne se laisserait pas faire par
les fascistes du Parlement. Je me
sens insulté, ce qui montre que je
n'appartiens pas à cette catégorie.
17.04 André Flahaut (PS): (...)
17.05 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Gelukkig voel ik mij
beledigd, want dat wil zeggen dat ik het niet ben, mijnheer Flahaut. U
weet dat ik een uitgesproken mening heb over de zaken binnen het...
17.06 André Flahaut (PS): (...)
17.07 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer Flahaut, u hebt
blijkbaar het antwoord van de huidige minister niet gehoord. Het was
in het Nederlands, maar u verstaat toch voldoende Nederlands om
het antwoord te begrijpen?
Ik meen dat er inderdaad heel wat werk aan de winkel is en dat het
tijd wordt om het eindelijk eens in goede banen te leiden. Er zijn
mensen genoeg in het Instituut die een goed idee en een goede visie
hebben over de werking van het instituut. Die mensen moeten
duidelijk worden gesteund. Het moet daar nu eens eindelijk gedaan
zijn.
Ik zal uiteraard geen motie indienen, mijnheer de minister, want ik ben
zeer verheugd over uw antwoord. Bijkomend heb ik ook nog
vernomen dat het NIOOO blijkbaar ook nog wat cursussen zal geven
aan Saffraanberg. U weet van dat probleem. Ik zou er toch durven
voor pleiten dat er een lijn in getrokken wordt, want dat zijn
commerciële doeleinden, waarin ik mij niet kan terugvinden.
Ik hoop dat ik voor de laatste keer over het Instituut moet interpelleren
en dat het nu eindelijk eens op een deftige manier wordt aangepakt.
17.07 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Il est temps que les
personnes douées d'une vision
saine et de bonnes idées au sein
de l'Institut puissent bénéficier d'un
appui. Je ne déposerai pas de
motion car je me félicite de la
réponse du ministre. Je voudrais
également signaler à l'attention de
ce dernier le projet de l'INIG de
dispenser
des
cours
à
Saffraanberg,
une
activité
commerciale que je ne puis
cautionner.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: In overeenkomst met de collega's, waarvoor dank, gaan we nu over tot de vraag van de
heer Bonte, want hij heeft nog andere afspraken.
18 Vraag van de heer Hans Bonte aan de minister van Landsverdediging over "de afbouw van de
sportfaciliteiten in de kazerne van Peutie" (nr. 7815)
18 Question de M. Hans Bonte au ministre de la Défense sur "la réduction des investissements dans
les équipements sportifs de la caserne de Peutie" (n° 7815)</b>
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
44
18.01 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, ik dank
collega Flahaut. Ik heb het eigenlijk niet gevraagd aan collega Geerts,
maar ik weet dat hij een charmante collega is.
Mijnheer de minister, ik kom tot mijn vraag. Het is niet gebruikelijk dat
ik in deze commissie vragen stel maar het onderwerp van mijn vraag
ligt mij letterlijk na aan het hart, met name de kazerne van Peutie. Ik
heb daarover vroeger nog vragen gesteld aan uw voorganger. Nu stel
ik opnieuw een vraag.
Er bestaat namelijk nogal wat ongerustheid en er is wrevel aan het
ontstaan over de gevolgen van een genomen beslissing om niet in
budgetten te voorzien voor het zwembad van Peutie, dat nochtans
sinds jaar en dag intensief gebruikt wordt door de miliciens en het
personeel van de kazerne van Peutie maar ook door allerlei
verenigingen en de vele burgers in mijn stad. Dat gebruik past in een
goede wisselwerking en samenwerking tussen enerzijds het lokale
bestuur het stadsbestuur van Vilvoorde en anderzijds de lokale
militaire overheid van de kazerne van Peutie.
Zeer recent kwam de boodschap van de plaatselijke militaire leiding
dat het zwembad moest sluiten. Ook werd gevraagd of de miliciens
gebruik kunnen maken van het stedelijk zwembad. Omdat we goede
verhoudingen belangrijk vinden, zullen we daarop ingaan, zij het dat
dit wel problemen geeft voor de verenigingen en burgers, maar in elk
geval willen wij, van het stadsbestuur, niet abdiceren in de goede
samenwerking.
Mijnheer de minister, er rijzen toch wel een aantal vragen.
Ten eerste, hoe lang is dat zwembad er al in de kazerne van Peutie?
Daaraan gekoppeld, hoeveel personeel werkte er bij het begin van het
bestaan van die kazerne en hoeveel personeel werkt er vandaag?
Ten tweede, wanneer werd er beslist om de renovatie van het
zwembad dan toch niet te laten doorgaan? Wat zijn de redenen? Als
het een budgettaire reden is, hoeveel wordt er daardoor bespaard?
Ten derde, voorziet u eventueel in andere extra middelen om
bijkomend te investeren in de sport- en trainingsfaciliteiten voor het
personeel ter plekke? Zo ja, wanneer zal er dan precies geïnvesteerd
worden in die extra sportmogelijkheden in de kazerne van mijn stad?
18.01 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro):
La décision de ne pas prévoir de
moyens pour la piscine située
dans la caserne de Peutie, que
fréquentent pourtant assidûment le
personnel de la Défense et bon
nombre d'associations et de
citoyens de Vilvorde, a suscité un
certain émoi. Tout récemment, la
hiérarchie
militaire
locale
a
annoncé la fermeture de cette
piscine et il a été demandé si les
militaires pourraient se rendre à la
piscine communale, demande qui
a été acceptée. De quand date
cette
piscine?
Combien
de
membres du personnel y travail-
laient au début et combien y
travaillent actuellement? Pourquoi
ne pas rénover cette piscine? La
Défense prévoit-elle éventuelle-
ment de dégager d'autres moyens
supplémentaires afin de réaliser
des investissements au bénéfice
des
infrastructures
sportives
destinées au personnel local?
18.02 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, waarde
collega, het zwembad was in gebruik sinds 1978.
Zoals u weet, was er indertijd in Peutie een opleidingscentrum voor
dienstplichtigen, waar meerdere jongeman zijn tijd heeft
doorgebracht. Elk jaar gingen duizenden mensen door de poorten van
Peutie als milicien. Het aantal fluctueerde wel een beetje, maar het
kan toch vastgelegd worden tussen de 3.000 en de 4.000 mensen.
Ongeveer 1.600 mensen zijn er actueel nog tewerkgesteld. Sinds de
legerhervorming werken zij daar dagelijks.
U stelt een vraag inzake de renovatie.
18.02 Pieter De Crem, ministre:
Cette piscine est en service depuis
1978. À l'époque où elle faisait
fonction de centre de formation,
Peutie accueillait annuellement
entre 3 et 4.000 miliciens.
Aujourd'hui, 1.600 personnes y
sont encore employées.
La Défense ne rénovera pas le
bassin en raison de la hauteur des
coûts d'entretien et d'exploitation.
L'investissement de 2,7 millions
d'euros est également excessif.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
45
Defensie zal het zwembad niet renoveren. De beslissing werd
genomen in augustus 2008. De redenen zijn de hoge onderhouds- en
exploitatiekosten, 180.000 euro per jaar, en de te grote
investeringskosten voor het op norm brengen van het zwembad om
het te conformeren aan de geldende reglementering.
De investeringskosten voor het op norm brengen zouden 2,7 miljoen
euro bedragen, of 112 miljoen Belgische frank. U moet ook goed
weten dat die beslissing niet alleen genomen is met het oog op de te
hoge kostprijs van de renovatie maar ook rekening houdt met het lage
gebruik voor de operationele behoeften van de actuele
personeelsbezetting in Peutie. Het is niet de waarheid geweld
aandoen wanneer men zegt dat een relatief beperkt percentage van
de huidige 1.600 personeelsleden de zwembadinfrastructuur gebruikt.
Er zal een alternatief worden gezocht. U weet dat daarvoor de
contacten reeds zijn opgenomen.
U had nog een derde specifieke vraag. De investeringsmiddelen voor
de infrastructuur worden geprogrammeerd aan de hand van de
gestelde doelen en prioriteiten van Defensie. Tot daar mijn antwoord;
En outre, le bassin fait l'objet,
proportionnellement,
d'une
utilisation assez réduite. Les
moyens d'infrastructure destinés à
la rénovation sont fixés sur la base
des objectifs et des priorités de la
Défense.
18.03 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de minister, dat laatste is
vakjargon om te zeggen dat u het nog niet weet en dat de toekomst
zal uitwijzen of de uitgespaarde middelen, die 112 miljoen Belgische
frank, effectief naar sportfaciliteiten zullen gaan of niet. Dat begrijp ik
daaruit.
18.03 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro):
Le dernier propos du ministre
signifie qu'il n'est pas encore
certain que les 2,7 millions qui
seront
économisés
seront
effectivement affectés à des
équipements sportifs.
18.04 Minister Pieter De Crem: Wij moeten het kerntakendebat
voeren.
18.04 Pieter De Crem, ministre:
Nous devons mener le débat sur
les missions essentielles.
18.05 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): Mijn goede collega, de heer
Geerts, heeft mij ook gewezen op de politieke oriëntatienota waarin er
ook iets staat over het sportbeleid binnen Defensie. Ik lees daarin dat
het een absolute prioriteit blijft...
18.06 Minister Pieter De Crem: Daar antwoord ik onmiddellijk op. Er
zijn vragen. Ik geef er een antwoord op.
18.07 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): Ik lees bijvoorbeeld dat het
belangrijk is te investeren in sportinfrastructuur om mensen te
motiveren aan sport te doen: personeelsleden die actief zijn, maar
ook topsporters. In dit verband wil ik u erop wijzen, mijnheer de
minister, dat nogal wat topsporters uit Defensie precies in het
zwembad van Peutie zeer actief zijn. Ik denk aan de wereldkampioen
reddend zwemmen en aan een aantal andere sporters, die wel
intensief gebruik maken van de sportinfrastructuur. Het is echt tot mijn
grote spijt dat u blijkbaar bij de beslissing blijft van augustus 2008 om
daar niet in te investeren.
112 miljoen Belgische frank is veel geld, mijnheer de minister. Dat is
ongeveer wat de lokale overheid heeft moeten betalen een jaar of
twee, drie geleden, toen in Vilvoorde de zwembadinfrastructuur
aangepast moest worden aan de vigerende normen. Ik stel vast dat
een lokaal bestuur dat moet aankunnen maar dat het voor Defensie
blijkbaar niet echt een prioriteit is.
18.07 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro):
Certains sportifs de haut niveau de
la Défense utilisent le bassin de
Peutie. Je regrette que le ministre
se refuse à investir dans Peutie.
Vilvoorde a pourtant consenti voici
quelques
années
un
investissement analogue pour son
propre bassin.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
46
18.08 Minister Pieter De Crem: Ik wil nog even antwoord geven
inzake de zwemprestaties van onze militairen. Er zijn talrijke
infrastructuren die echt up to date zijn. Zelfs in Brussel Hoofdstad. Ik
verwijs naar het voortdurend toegankelijke zwembad in de Koninklijke
Militaire School, dat aan alle voorwaarden voldoet.
18.08 Pieter De Crem, ministre:
Les sportifs de haut niveau
peuvent
chercher
des
infrastructures appropriées dans
les environs.
18.09 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): U moet eens de kostprijs
berekenen om al die militairen naar ginder te brengen.
18.09 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro):
Ces déplacements aussi ont un
coût.
18.10 Minister Pieter De Crem: 112 miljoen frank is gewoon te veel.
18.10 Pieter De Crem, ministre:
112 millions de francs, c'est tout
simplement trop.
18.11 André Flahaut (PS): N'était-il pas question de recevoir à un
certain moment un plan global pour les infrastructures? À ma
première question sur les services sociaux, on m'a répondu (...) qu'il
n'y avait plus d'argent à consacrer à la remise en ordre des
infrastructures. Je suppose que le ministre s'étant engagé à le faire, il
va proposer un plan global pour les infrastructures.
18.11 André Flahaut (PS): Ik
veronderstel dat de minister zijn
verbintenissen zal nakomen en
binnenkort een allesomvattend
plan voor de infrastructuur zal
voorstellen.
18.12 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, ik zal de
discussie niet voeren. Wij zullen ze in het voorstel van de heer Bellot
inbedden.
De problematiek van de fond van het Staatsfonds met betrekking tot
de horeca heeft natuurlijk tot doel de noodzakelijke aanpassings- en
herstructureringswerken in de horecafunctie uit te voeren. Op dat vlak
is ook de aanpassing aan ARAB-reglementeringen en aan Europese,
Belgische en andere voorschriften nodig. De beslissing over het
zwembad van Peutie werd echter genomen.
18.12 Pieter De Crem, ministre:
Je
n'entamerai
pas
cette
discussion mais je l'intégrerai dans
la proposition de notre collègue,
M. Bellot. Le Fonds national relatif
à l'horeca doit rendre possibles les
aménagements
et
les
restructurations nécessaires dans
la fonction horeca. Cela implique
aussi des aménagements au
niveau
des
différentes
réglementations. Cependant, la
décision concernant la piscine de
Peutie est définitive.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Mag ik voorstellen om nu over te gaan naar de vragen van de heren Geerts en Flahaut over
de militaire voetbalploeg? Aansluitend kan mevrouw Vautmans dan haar vraag over het sportbeleid binnen
Defensie stellen. Zij kan vervolgens haar twee vragen stellen die hoger geagendeerd waren op de agenda.
19 Samengevoegde vragen van
- de heer David Geerts aan de minister van Landsverdediging over "de militaire voetbalploeg"
(nr. 7744)
- de heer André Flahaut aan de minister van Landsverdediging over "de voetbalploeg" (nr. 7868)
19 Questions jointes de
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur "l'équipe de football de l'armée" (n° 7744)<br>- M. André Flahaut au ministre de la Défense sur "l'équipe de football" (n° 7868)</b>
19.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, een aantal maanden geleden heb ik een schriftelijke
vraag gesteld over het voortbestaan van de militaire voetbalploeg.
Een van mijn vragen was of u bereid bent om op uw beslissing terug
te komen dan wel of u de militaire sportploegen als niet-essentieel
19.01
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): Le ministre a
répondu à une question écrite que
je lui avais adressée que l'objectif
de l'équipe nationale militaire était
de contribuer à l'image sportive et
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
47
beschouwt voor het imago van het departement. Uw antwoord luidde,
ik citeer: "Het doel van de nationale militaire ploeg is een bijdrage
leveren tot het sportieve en dynamische imago van Defensie. Hoe
beter het resultaat van de ploeg, hoe groter de impact bij de pers en
de bevolking. Dit was absoluut niet het geval bij de voetbalploeg."
Ik heb dat antwoord gelezen. Het verscheen ook in de pers en plots
zag ik uw reactie daarop. U deelde mee een plan te zullen ontwerpen
om de visibiliteit van topsport binnen Defensie te verhogen. De
toekomst van de militaire voetbalploeg zou in deze context verder
worden bekeken.
Vandaar mijn korte vraag. Door welke feiten is de visie van de
minister gewijzigd inzake de militaire voetbalploeg tussen het
antwoord op mijn schriftelijke vraag en de persaandacht?
dynamique de la Défense, l'effet
positif au niveau de la presse et de
la population étant fonction des
résultats de l'équipe. Or selon le
ministre, ce succès était loin d'être
atteint par l'équipe de football. La
presse s'est fait l'écho de cette
réponse. Dans une réaction, le
ministre a déclaré qu'il élaborerait
un plan visant à accroître la
visibilité du sport de haut niveau
au sein de la Défense. L'avenir de
l'équipe
de
football
serait
réexaminé dans ce contexte.
Comment
expliquer
ce
changement de point de vue du
ministre?
19.02 André Flahaut (PS): Monsieur le ministre, est-il exact que
l'équipe de football est dissoute?
19.02 André Flahaut (PS): Klopt
het dat de voetbalploeg ontbonden
is?
19.03 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, cette
question est intitulée "own goal".
L'activation et la désactivation des équipes militaires nationales se fait
au travers d'une procédure administrative qui reste une compétence
autonome de l'état-major de la Défense.
19.03 Minister Pieter De Crem:
Het oprichten en ontbinden van de
Belgische
militaire
ploegen
gebeurt via een administratieve
procedure die onder de autonome
bevoegdheid van de staf van
Defensie valt.
Die beslissingen worden genomen na advies van de commissie Sport
van Hoog Niveau van Defensie. Het is deze commissie die jaarlijks
het rendement evalueert van alle militaire ploegen en die nadien een
advies formuleert over de te activeren en de te desactiveren ploegen.
Ces décisions sont prises après
avis de la commission Sport de
Haut Niveau de la Défense, qui
évalue
chaque
année
le
rendement de toutes les équipes
militaires et formule ensuite un
avis sur les équipes à activer et à
désactiver.
Pour ce qui concerne l'équipe nationale militaire de football, il a été
décidé durant la législature précédente, notamment en novembre
2007, de la démanteler sur l'avis de ladite commission. La
commission a pris cette décision sur base des mauvais résultats
obtenus par cette équipe, parmi lesquels la défaite 1 but contre 9 face
à la France. La commission jugea également que l'intérêt local
restreint n'apportait plus rien à l'image de la Défense.
Er werd beslist de Belgische
militaire voetbalploeg te ontbinden
wegens de slechte resultaten die
zij heeft behaald.
Voor alle duidelijkheid: ik was op dat moment nog niet aangesteld als
minister van Landsverdediging.
Pour être bien clair, je n'étais pas encore nommé ministre de la
Défense à ce moment-là.
Peu de temps après ma nomination au poste de ministre de la
Défense, j'ai ordonné une étude sur l'importance des sports d'élite au
sein de la Défense. Des résultats de cette étude, il appert que la
Défense et les sports d'élite vont de concert.
Voor alle duidelijkheid: ik was toen
nog geen minister van Lands-
verdediging. Ik heb een studie
laten uitvoeren over het belang
van topsport bij het leger. Daaruit
blijkt dat topsport en het leger
goed samengaan.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
48
Ik onderschrijf de gemaakte conclusie en ik zal in de uitvoering van
mijn politieke oriëntatienota bijzondere aandacht besteden aan het
implementeren van de resultaten van die studie. Er zijn trouwens
personeelsleden bijzonder bevoegd op mijn kabinet om daaraan te
werken.
Het is dus mijn bedoeling om in de volgende maanden een concreet
actieplan op te stellen, met als doel de zichtbaarheid van topsport
binnen Landsverdediging te verhogen. Ook de toekomst van de
militaire voetbalploeg zal in die context worden bekeken.
Je souscris à cette conclusion.
Lors de l'exécution de ma note
d'orientation politique, je serai
particulièrement attentif à la mise
en oeuvre des résultats de cette
étude. Je me propose de rédiger
un plan d'action concret dans les
prochains mois.
J'ai l'intention d'élaborer durant les mois à venir un plan d'action
concret en vue d'augmenter la visibilité du sport d'élite au sein de la
Défense. L'avenir de l'équipe militaire de football sera également revu
dans ce contexte.
Ik ben van plan in de komende
maanden een concreet actieplan
uit te werken teneinde topsport bij
het leger meer in de schijnwerpers
te plaatsen. De toekomst van de
Belgische militaire voetbalploeg
zal in die context eveneens
worden herzien.
19.04 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, ik weet dat die beslissing in november 2007 werd
genomen na een verlies met 9-1 op de Kentish Cup. Ik ben ook
voorzitter van een voetbalploeg. Als men telkens een voetbalploeg
moet afschaffen als er wordt verloren dan zullen er niet veel
voetbalploegen overblijven in dit land.
19.04
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): L'équipe a été
désactivée en novembre 2007.
19.05 Minister Pieter De Crem: Ik zou de teletijdmachine van
professor Barabas nodig hebben om terug te gaan naar november
2007 om te zien hoe, wat en waarom.
19.06 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Op dat moment werd die ploeg
gedesactiveerd. Ik stelde u de vraag of deze beslissing zal worden
herzien. U hebt daarop geantwoord dat dit niet het geval is bij de
militaire voetbalploeg. Ik stel een week later in de pers vast dat de
toekomst van de militaire voetbalploeg zal worden bekeken. Nu weet
niemand meer waarover het gaat.
19.06
David
Geerts
(sp.a+Vl.Pro): J'ai demandé au
ministre si cette décision serait
reconsidérée et il m'a répondu par
la négative. Une semaine plus
tard, il se contredit dans la presse.
19.07 Minister Pieter De Crem: Ik wel.
19.08 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Wanneer laat u het licht schijnen
over de anderen?
19.09 Minister Pieter De Crem: Ik weet heel goed waarover het gaat.
Ik denk dat Defensie een heel belangrijke rol heeft te spelen in de
elitesport. Wij hebben een groot reservoir van mensen die potentieel
aan elitesporten kunnen deelnemen. Voetbal is er daarvan een. Er
zijn ook nog andere sporten. Anderzijds zijn er toch niet echt goede
prestaties neergezet op internationale sportbijeenkomsten, ook in
andere sporten. Wij zijn bijzonder goed geplaatst om daaraan iets te
doen. Dit zal het voorwerp uitmaken van de voorstellen.
19.09 Pieter De Crem, ministre:
La Défense a un rôle très
important à jouer dans le sport
d'élite car il y a là un important
réservoir. Mais on ne peut pas
affirmer par ailleurs que l'on a
enregistré
de
très
belles
prestations lors de réunions
sportives internationales. Nous
sommes particulièrement bien
placés pour y changer quelque
chose.
19.10 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Als ik de kwaliteit van onze 19.10
David
Geerts
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
49
militaire voetbalploeg zie, stel ik vast dat zij het niveau halen van onze
vierde klasse in de Belgische competitie. Als men op een tornooi
speelt met Frankrijk en Nederland...
(sp.a+Vl.Pro): Si cette décision a
été prise en fonction de la défaite
contre la France par 9-1 qui
possède une équipe qui du niveau
de première ou de deuxième
division, il ne s'agit pas d'une base
d'évaluation sérieuse.
19.11 Minister Pieter De Crem: Dat is uw appreciatie.
19.12 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Als die beslissing is genomen op
basis van het verlies met 9-1 tegen Frankrijk, die een ploeg hebben
met het niveau van een ploeg uit eerste of tweede klasse, dan is dat
niet ernstig als basis voor een evaluatie.
19.13 Minister Pieter De Crem: Zo is de evaluatie gebeurd. Ik kan
toch niet iedere maatregel herbekijken.
19.13 Pieter De Crem, ministre:
C'est ainsi que l'évaluation a été
faite. Je ne puis tout de même pas
revenir sur toutes les décisions.
19.14 André Flahaut (PS): Tout d'abord, je crois que nous sommes
d'accord sur le programme de promotion du sport d'élite. Pendant la
période sans gouvernement, l'administration a glissé des peaux de
banane sous les pieds du projet. Le dossier n'avait pas beaucoup
avancé sur le plan administratif. (...)
J'étais accompagné non pas de militaires mais de fans de football
assez fiévreux qui m'ont suggéré de supprimer tous les cabinets et
les gouvernements inutiles pour trouver l'argent qui fait défaut!
19.14 André Flahaut (PS): Wij
zijn het eens over het programma
voor de promotie van topsport.
19.15 Pieter De Crem, ministre: Sur proposition de l'administration,
bien entendu.
19.16 André Flahaut (PS): (...)
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Landsverdediging over "het sportbeleid
binnen Defensie" (nr. 7832)
20 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Défense sur "la politique sportive au sein de la
20.01 Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, het was eigenlijk de bedoeling dat mijn vraag bij de twee
voorgaande vragen werd gevoegd, want het gaat toch over hetzelfde.
Ik trek het debat alleen een beetje open. Ik wil verder gaan dan alleen
de voetbalploegen. Mijnheer de minister, ik weet niet of u het zich nog
herinnert, maar wij hebben ooit in Aalter tegen elkaar gevoetbald.
20.01 Hilde Vautmans (Open
Vld): Je voudrais élargir le débat.
Les militaires sont très attachés à
la politique en matière de sport de
haut niveau à la Défense.
20.02 Minister Pieter De Crem: Dat is geëindigd met twee zwarte
teennagels.
20.03 Hilde Vautmans (Open Vld): Ik denk niet dat ik daarvoor
verantwoordelijk was.
Eigenlijk heb ik de vraag specifiek ingediend om het debat open te
20.03 Hilde Vautmans (Open
Vld):
Pouvons-nous
prendre
connaissance
de
l'étude?
Combien de militaires et de civils
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
50
trekken. Ik meen dat men het debat over de voetbalploeg, die ik niet
ken en waarvoor ik nog niet ben gaan supporteren, moet
opentrekken. Toen ik mij een aantal jaren geleden verdiepte in
Defensie, kwam ik het topsportbeleid binnen Defensie tegen. Dat was
mij voordien onbekend. Ik vroeg mij af wat die mannen en vrouwen
doen, welke uren ze vrij mogen nemen, wat het kost en wat het
opbrengt aan public relations.
Ik moet u zeggen dat de militairen daaraan heel sterk gehecht zijn. Ik
zie er ook wel voordelen in. Als men gaat evalueren en zaken wil
afschaffen, moet men het debat echter opentrekken.
Mijnheer de minister, u zegt dat de studie is gemaakt en dat u
daarvoor een actieplan zult indienen. Mogen wij die studie zien?
Krijgen wij daar inzage in, opdat wij met kennis van zaken zouden
kunnen spreken?
Ten tweede, hoeveel militairen en burgers haalden vorig jaar in de
krijgsmacht hun militair sportbrevet? Over hoeveel mensen gaat het?
Hoeveel topsporters telde de krijgsmacht op 1 oktober 2008? Ziet u
een evolutie in de jongste vijf jaar? In welke disciplines wordt die
topsport beoefend? Van een aantal heb ik kennis. Ik weet dat wij zeer
goed scoren wat het schieten betreft, waarmee ik heel blij ben, want
dat is een van de taken van onze krijgsmacht. Het is ook een topsport
binnen de krijgsmacht. Ik weet dat wij daar goed in scoren, dus dat
stelt mij gerust. Welke andere disciplines zijn er nog? Welk budget
wordt effectief vrijgemaakt voor topsport?
U hebt geknikt toen ik u vroeg of we die studie mochten zien, dus ik
ga ervan uit dat die studie ons hier vandaag zal worden overhandigd.
Kan er met het oog op het bevorderen van de sport en de topsport
nauwer met de bondgenoten worden samengewerkt? U weet dat ik
altijd voorstander ben van samenwerking, misschien met een
burgerdienst, de sportuniversiteiten of sportscholen of misschien zelfs
met de bondgenoten over de grens. Zijn daar plannen voor? Hoe
staat u daar tegenover? Of zegt u mij dat zoiets totaal niet haalbaar
is?
Ik had dus graag uw visie daarover gehoord. Ik ben altijd een felle
voorstander van samenwerking, met de privé, met de burgers en met
het buitenland.
ont obtenu leur brevet sportif
militaire aux forces armées l'an
dernier? Combien de sportifs de
haut niveau y avait-il au 1
er
octobre
2008 à l'armée? Quelle évolution a
été enregistrée au cours des cinq
dernières années? Dans quelles
disciplines
rencontre-t-on
les
sportifs de haut niveau? Quel
budget a été dégagé pour le sport
de haut niveau? Une collaboration
plus étroite avec les alliés est-elle
envisageable? J'ai toujours été
très favorable à la coopération
avec le secteur privé, avec les
civils et avec l'étranger. Qu'en
pense le ministre?
20.04 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, ik stel voor dat
we de grote discussie voeren wanneer we de nota samen bespreken.
20.04 Pieter De Crem, ministre:
Je propose que nous ayons ce
grand débat à l'occasion de
l'examen de la note.
20.05 Hilde Vautmans (Open Vld): (...)
20.06 Minister Pieter De Crem: Nee, de nota is er. Ik heb ook een
aantal suggesties gedaan omdat men een aantal zaken niet volledig
had ontwikkeld.
Ik leg ook de link naar de algemene problematiek van de prestaties,
ook in het internationale sportgebeuren. Ik denk, zoals u zegt, dat er
een samenwerking moet zijn tussen verscheidene overheden die
van de Gemeenschappen en de federale overheden om dat te
20.06 Pieter De Crem, ministre:
Les différentes autorités doivent
collaborer. Il y a donc beaucoup à
faire. Je formulerai une proposition
concrète en la matière.
En 2007, plus de 20.000 militaires
ont satisfait au test d'aptitude
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
51
doen. Er is dus heel wat werk aan de winkel. Ik zal daaromtrent een
concreet voorstel doen.
Ik kom nu tot uw concrete vragen.
In 2007 zijn meer dan twintigduizend militairen geslaagd voor de tests
voor lichamelijke geschiktheid. Deze tests zijn niet-verplichtend voor
het burgerlijk personeel van Defensie, noch voor het personeel ouder
dan 50 jaar, noch voor het medisch vrijgesteld personeel. Dat gebeurt
aldus op basis van een vrijwillige aanmelding.
Op 1 oktober 2008 beschikte Defensie over zevenentwintig
topsporters in exclusieve functie. In 2007 waren dat er eenentwintig,
in 2006 negentien, in 2005 zestien en tijdens het eerste jaar, in 2004,
is Defensie gestart met vier topsporters. Het gaat dus om sporters die
het label met de kwalificatie van topsporter krijgen. Zij zijn actief in elf
sporttakken, namelijk atletiek, boogschieten een variant op schieten
-,
duatlon,
judo,
schaatsen,
schermen,
triatlon,
turnen,
valschermspringen, wielrennen en zwemmen.
Het budget voor sport en topsport is moeilijk uit te drukken in exacte
cijfers. Ik kan die cijfers slechts bij benadering geven. Immers, sport is
een essentieel onderdeel van de dagelijkse militaire training en er
worden dus eigenlijk op tal van domeinen inspanningen geleverd,
gaande van trainingsuren over aankoop van materiaal, tot specifieke
en medische begeleiding, en dergelijke. Men kan dat dus moeilijk as
such kwantificeren, maar er moeten daarvoor wel inspanningen
worden gedaan.
Defensie neemt regelmatig deel aan internationale militaire
sportcompetities die onder andere door onze NAVO-bondgenoten
worden georganiseerd. Er is in elk geval werk aan de winkel en ik stel
voor dat wij daar ooit een commissievergadering, of althans een deel
ervan, aan wijden.
physique. Ces tests ne sont pas
obligatoires pour le personnel civil
de la Défense, ni pour les
membres du personnel de plus de
50 ans, ni pour le personnel
médical exempté.
Le 1
er
octobre 2008, la Défense
comptait 27 sportifs de haut
niveau contre 21 en 2007, 19 en
2006, 16 en 2005 et 4 en 2004 qui
était la première année. Ils sont
représentés dans onze disciplines.
Il est malaisé de fournir des
chiffres précis concernant le
budget pour le sport et le sport de
haut niveau. Le sport constitue en
effet un élément essentiel de
l'entraînement
quotidien
des
militaires. La Défense participe
régulièrement à des compétitions
militaires internationales, organi-
sées notamment par nos alliés de
l'OTAN. Il y a en tout cas du pain
sur la planche. Je propose
d'examiner
cet
aspect
en
commission.
20.07 Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, ik kijk uit
naar de aangekondigde studie. Zullen wij die vandaag krijgen?
20.07 Hilde Vautmans (Open
Vld): J'attends l'étude annoncée.
La recevrons-nous aujourd'hui?
20.08 Minister Pieter De Crem: Er moeten nog een aantal zaken
worden bijgeschaafd.
20.08 Pieter De Crem, ministre:
Certains points doivent encore être
peaufinés.
20.09 Hilde Vautmans (Open Vld): Oké.
Wat het actieplan betreft, mogen wij het debat in de commissie
daarover dit jaar nog verwachen?
20.09 Hilde Vautmans (Open
Vld): Le débat sur le plan d'action
sera-t-il encore examiné cette
année en commission?
20.10 Minister Pieter De Crem: Zeker en vast.
20.10 Pieter De Crem, ministre:
Certainement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
21 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Landsverdediging over "de
huurwoningen van de CDSCA in Leopoldsburg" (nr. 7623)
21 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Défense sur "les logements de location de
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
52
21.01 Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, uit de
schriftelijke parlementaire vragen en antwoorden van 12 mei 2008
kon opgemaakt worden dat CDSCA momenteel nog 3.282 woningen
beheert, verdeeld over 67 locaties.
Alleen al in Leopoldsburg bevinden er zich 528 woningen en dat is
toch wel heel erg veel. Dat komt overeen met 16 procent van het
totale vastgoedpatrimonium. Wij weten allemaal dat de vraag naar
deze woningen hoog blijft met een gemiddelde bezettingsgraad van
95 procent. Gemiddeld kost zulke woning 355 euro per maand en
volgens een studie van 2006 ligt het prijsniveau hiermee onder de
drempel van 80 procent van de huurprijzen in de privésector.
Het koninklijk besluit van 10 januari van 1978 en het eraan gekoppeld
reglement betreffende de toekenning en de verhuring van de
woningen van CDSCA bepaalt wie er in aanmerking komt voor het
huren van zulke woning.
Mijnheer de minister, ik heb een aantal heel specifieke vragen.
Ten eerste, kunt u mij bevestigen dat er actueel in Leopoldsburg 70
gerechtigden op die wachtlijst staan voor een huurwoning van
CDSCA?
Ten tweede, volgens het reglement van CDSCA moet die wachtlijst
jaarlijks worden aangepast en de rechthebbenden die geen verlenging
vragen moeten van die lijst worden geschrapt. Is dat gebeurd?
Ten derde, hebben gehuwde of wettelijk samenwonende
beroepsmilitairen in kort verband, die binnen een à twee jaar afhaken,
recht op een woning van CDSCA?
Ten vierde, staan er gerechtigden op de lijst die langer dan drie jaar
wachten op een woning?
Ten vijfde, staan er feitelijk samenwonenden op de lijst?
Ten zesde, wordt bij CDSCA overwogen om rechthebbenden die een
lagere voorrang hebben op die wachtlijst en die toch al lang is, op te
zeggen met toepassing van artikel 3, paragraaf 1?
21.01 Hilde Vautmans (Open
Vld): Les logements donnés en
location
par
l'OCASC
sont
attribués
conformément
aux
dispositions de l'arrêté royal du 10
janvier 1978. Le ministre est-il en
mesure de confirmer la présence
de 70 bénéficiaires sur la liste
d'attente
constituée
pour
l'attribution des logements de
l'OCASC à Bourg-Léopold? Cette
liste d'attente fait-elle l'objet d'une
révision annuelle? Les militaires
mariés ou cohabitants légaux
engagés à court terme ont-ils droit
à un logement de l'OCASC?
Certains bénéficiaires figurent-ils
depuis plus de trois ans sur la liste
d'attente? La liste inclut-elle des
cohabitants
de
fait?
Les
responsables
de
l'OCASC
envisagent-ils de résilier le contrat
des bénéficiaires disposant d'une
priorité inférieure?
21.02 Minister Pieter De Crem: Mijnheer de voorzitter, de
problematiek van Leopoldsburg en de huurwoningen van CDSCA is
mij bijzonder goed bekend omdat naar aanleiding van een bezoek ik
daar een aantal mensen heb ontmoet waarmee ik daarover van
gedachten heb gewisseld.
In Leopoldsburg zijn er vandaag 69 dossiers van kandidaat-huurders
en hiervan gaan 9 kandidaten een woning betrekken tussen
1 november 2008 en 1 januari 2009 terwijl 9 anderen een voorstel van
woning hebben ontvangen. De lijst wordt regelmatig up-to-date
gebracht. Een schrijven wordt aan de kandidaat gestuurd wanneer de
geldigheid van het dossier vervalt. Het dossier is een jaar geldig. Men
kan dus elk jaar opnieuw een dossier indienen. Wanneer een huurder
Defensie verlaat, moet hij ook de woning verlaten en hierbij wordt de
huurwet steeds gerespecteerd.
21.02 Pieter De Crem, ministre:
On compte actuellement 69
dossiers de candidats-locataires à
Bourg-Léopold, dont 9 portent sur
des
bénéficiaires
qui
vont
emménager entre le 1
er
novembre
2008 et le 1
er
janvier 2009. Neuf
autres candidats ont reçu une
proposition de logement. La liste
est régulièrement mise à jour et
chaque dossier est valable un an,
après quoi une nouvelle demande
peut être introduite. Le locataire
qui quitte le département de la
Défense est tenu de libérer son
logement.
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
53
Wat de dossiers van actieve militairen betreft dateert het oudste
dossier van 4 april 2006. Er is wel 1 dossier van een gepensioneerde
in prioriteit 6 dat als datum 24 augustus 2004 heeft. Er zijn kandidaten
op de wachtlijst die samenwonend zijn. Er wordt niet overwogen om
het contract van rechthebbenden die een lagere voorrang hebben op
de lijst, systematisch op te zeggen. Dit is niet het type beleid dat de
directie Logementen wil voeren en er is op het ogenblik geen nood
aan zulke drastische maatregelen.
Le dossier le plus ancien parmi
ceux concernant des militaires
actifs date du 4 avril 2006. On
recense également un dossier
daté du 24 août 2004 et qui
concerne un retraité. La liste
comprend aussi des candidats
cohabitants. Il n'est pas envisagé
de
résilier
le
contrat
de
bénéficiaires de rang inférieur.
21.03 Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, hartelijk
dank voor uw specifiek antwoord. Ik zal het aan de betrokkenen
bezorgen, want zij komen natuurlijk uit Gent.
Wat de huurwoningen binnen Defensie betreft, zal dat systeem blijven
bestaan? Ik hoor ter zake andere geruchten.
21.03 Hilde Vautmans (Open
Vld): Je transmettrai la réponse du
ministre aux candidats concernés.
Le système des logements à louer
au sein de la Défense sera-t-il
maintenu?
21.04 Minister Pieter De Crem: Daarover heb ik mijn standpunt
omstandig uiteengezet tijdens het antwoord op een vraag van collega
Jan Peeters van een aantal maanden geleden. Het zou misschien
interessant zijn dat u die vraag eens opzoekt omdat u daar de globale
toedracht in terugvindt.
21.04 Pieter De Crem, ministre:
J'ai
répondu
de
manière
circonstanciée à cette question
dans le cadre d'une question
posée il y a quelques mois par M.
Jan Peeters.
21.05 Hilde Vautmans (Open Vld): Dat zal ik doen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Landsverdediging over "het vliegend
materieel van de Belgische Krijgsmacht" (nr. 7624)
22 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Défense sur "le matériel volant des forces
22.01 Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, ik kan mij
niet inbeelden dat ik de enige ben die over het vliegend materieel van
de krijgsmacht een vraag wil stellen. Daar is heel veel om te doen
geweest. Ik heb ook in de pers gereageerd en ik wil dat in commissie
herhalen, zoals ik gewoonlijk doe. Meestal gebeurt het zelfs
andersom.
Mijn vraag dateert van begin deze maand toen we net weer
problemen hadden met twee C-130's. Het aantal pannes en
mankementen die via de pers bekend geraakten, lag de voorbije
maand mijns inziens vrij hoog. Ze zijn wellicht te wijten aan onder
andere de ouderdom, het veelvuldig gebruik van de toestellen en de
verschillende klimatologische omstandigheden.
Tijdens de vorige legislatuur werden A400 M-toestellen besteld ter
vervanging van de meer dan 35 jaar oude C-130 Herculestoestellen
en ook voor de Sea King-helicopters is er vervanging op komst met
de NH 90.
Open Vld heeft altijd aangedrongen op een spoedige vervanging. De
bestelling werd uiteindelijk over verscheidene jaren gespreid,
waardoor evenwel pas de komende jaren op de nieuwe toestellen
22.01 Hilde Vautmans (Open
Vld): Ces derniers mois, les
médias ont régulièrement fait état
de pannes et de défauts constatés
sur les deux C-130. Sous la
précédente législature, il a été
procédé
à
des
commandes
d'appareils
A400
M
pour
remplacer les C-130 et NH 90
pour remplacer les Sea Kings. De
plus, une opération de leasing est
envisagée pour le remplacement
en extrême urgence d'une série de
véhicules de transport du 15
e
Wing.
Le ministre peut-il garantir que les
appareils actuels satisfont en
permanence aux normes de
sécurité les plus strictes? Ces
appareils peuvent-ils tenir jusqu'à
leur remplacement? L'information
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
54
gerekend mag worden.
Voor
de
uiterst
dringende
vervanging
van
een
aantal
transporttoestellen van de 15
e
Wing wordt bovendien een
leasingoperatie overwogen.
Gelet op het feit dat naast de militairen, de regering, het Koningshuis,
de Europese Commissie en in minder mate het Belgisch Parlement
gebruikmaken van de toestellen van de 15
e
Wing, en het 40
ste
Smaldeel van Koksijde als reddingsdienst aan de kust optreedt, heb ik
de volgende vragen.
Ten eerste, kunt u garanderen dat de ingezette militaire toestellen op
elk ogenblik aan de hoogste gangbare veiligheidsstandaards
beantwoorden?
Ten tweede, kunnen de huidige toestellen de tijd overbruggen tot de
uiteindelijke levering van de nieuwe toestellen?
Ten derde, klopt het bericht dat een leasingoperatie ter vervanging
van de passagiertoestellen wordt overwogen? Ik ben daar niet tegen,
ik vraag het me gewoon af. In de kranten heb ik trouwens de
bewering als zouden de C-130's meer in panne staan dan wat anders,
tegengesproken. Volgens mijn update waren 3 toestellen in gepland
onderhoud, 1 toestel was in Portugal voor beschermingswerken tegen
radargeleide missiles, 2 toestellen waren in Amerika op oefening, 1
toestel was op terugweg van Kinshasa, 1 toestel was op weg naar
Baku en twee toestellen stonden in Brussel in panne, maar waren
dezelfde dag weer het luchtruim in. Een en ander moet dus worden
gerelativeerd. Dat neemt niet weg dat de toestellen 36 jaar oud zijn,
veel modificaties hebben ondergaan, wat ook een niet onbelangrijke
factor is, naast het aantal uren dat ze worden ingezet.
Kortom, mijn vraag hoe het nu zit met het vliegend materieel van de
krijgsmacht is ingegeven door bekommering en interesse.
relative à une opération de leasing
imminente est-elle exacte?
22.02 Minister Pieter De Crem: Collega Vautmans, u kent evengoed
de samenstelling en de leeftijd van onze vloot als de andere leden van
deze commissie. U weet ook welke beslissingen er zijn genomen met
betrekking tot de vervanging van bepaalde toestellen van die vloot. U
kent ook de projectie in de tijd van die vervanging en u weet waarom
die beslissingen tot stand zijn gekomen. Enerzijds ging het om het
budgettair kader, anderzijds om politieke besluitvorming. Ik ga daar
niet langer bij stilstaan.
Onze militaire toestellen die worden ingezet voor meerdere
opdrachten worden onderhouden in overeenstemming met de
voorschriften van de verschillende constructeurs. In het domein van
de vliegveiligheid wordt door ons geen enkel compromis aanvaard. De
vliegveiligheid van onze toestellen wordt altijd gegarandeerd. Daar
kan niet van worden afgeweken. Elk vastgesteld defect wordt om de
veiligheid van de passagiers en de bemanning te allen tijde te
vrijwaren systematisch behandeld om het vliegtuig terug in
vliegwaardige conditie te brengen. Dat is natuurlijk de evidentie zelf.
Het is een standaard waaraan wij ons absoluut houden. De strikte
uitvoering van de onderhoudsplannen staat garant voor inzet van de
toestellen tot het moment van de geplande uitgebruikneming.
U weet wanneer de levering van de A400 is voorzien. Dat is ten
22.02 Pieter De Crem, ministre:
La composition et l'âge de notre
flotte sont connus, tout comme le
calendrier de remplacement des
appareils actuels. Les appareils
sont entretenus conformément
aux prescriptions. La sécurité
aérienne ne peut faire l'objet
d'aucun compromis. L'A400 sera
livré au plus tôt en 2018. Nous
devrons donc encore continuer à
utiliser les appareils actuels
pendant une dizaine d'années. Le
remplacement des Sea Kings se
fera entre 2011 et 2013.
En ce qui concerne l'opération de
leasing, nous attendons encore
l'approbation du secrétaire d'État
au Budget. Il s'agit de l'acquisition,
du leasing ou de la location de
maximum deux mille heures de vol
dans le cadre d'une procédure de
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
55
vroegste in 2018 voor het eerste toestel. De roll out van het eerste
toestel is eigenlijk al met een jaar verlaat, tot 2019. Dat wil zeggen dat
we eigenlijk nog 10 jaar over onze toestellen zullen moeten
beschikken. Het gros van deze toestellen ik heb het over
transporttoestellen is intussen 35 jaar oud. Ze zijn midden de jaren
'70 aan de vloot toegevoegd. Ze zijn regelmatig geüpdatet en
beschikken over moderne avionics. Een toestel dat via de
verzekeringsmaatschappij wordt geleverd voor het toestel dat door de
brand niet meer bruikbaar was, zal eind december te onzer
beschikking zijn. De vloot zal dan weer met 11 C-130's operationeel
zijn. Ook daar is het echter zo dat door het veranderen van onze
opties, meer militaire operaties in het buitenland, de toestellen heel
vaak worden gebruikt, niet alleen door onze luchtcomponent maar
ook door andere luchtcomponenten, dit op hun verzoek en via
protocols.
Zoals u terecht hebt gezegd is de vervanging van de Sea King-
helikopter door de NA90 aan te vatten vanaf 2011 tot 2013.
Het punt van de transportcapaciteit ter vervanging van de A310 is
voorbereid door de administratie. Ik heb daar zelf op aangedrongen.
Ik verwijs naar een aantal andere vragen dat daaromtrent werd
gesteld. U weet wanneer de toestellen aan onze vloot zijn
toegevoegd, in 1997 en 1998 als ik mij niet vergis. De toestellen
kwamen van Singapore Airlines en beschikken over een heel
specifiek motorsysteem dat geleverd wordt door Pratt & Whitney. Die
toestellen zullen binnen afzienbare tijd in een end use-systeem
terechtkomen, wat mij noodzaakt tot de vervanging van die toestellen.
De goedkeuring vaaan de staatssecretaris van Begroting om in een
tussentijds kader over te gaan tot het leasen is gevraagd en zal
wellicht eerstdaags worden verleend. Het gaat dus over het kopen,
leasen of huren van maximaal 2.000 vlieguren in een zogenaamde
procedure van dry lease. Dat wil zeggen dat ons vliegend personeel
de toestellen zal bemannen.
Het zal ook de bedoeling zijn om de toestellen, indien mogelijk, op
een tweede- of derdehandsmarkt te brengen.
Ik hoop dat we zo snel mogelijk de toestemming krijgen van het
kabinet van de staatssecretaris van Begroting om over te gaan tot de
procedure van dry lease.
"dry lease".
22.03 Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, u hebt een vraag niet beantwoord.
Denkt u dat we die tien jaar nog wel zullen kunnen overbruggen met
onze C-130's of moeten we vooruitkijken? Ik ben immers heel fier op
onze C-130's.
22.03 Hilde Vautmans (Open
Vld): Le ministre croit-il que les C-
130 tiendront encore le coup
pendant dix ans?
22.04 Minister Pieter De Crem: Ik noem ze altijd the big old ladies
van onze aircomponent.
De zaken zijn wat ze zijn. Het is een politieke besluitvorming geweest
om die vervanging pas op dat moment te laten gebeuren. Ik zie geen
andere mogelijkheid dan onze toestellen goed te onderhouden, ze te
updaten met de meest moderne avionics om ze zo in de lucht te
kunnen houden.
22.04 Pieter De Crem, ministre: Il
n'y a pas d'autre possibilité, mais il
s'agit heureusement d'appareils
très fiables.
22/10/2008
CRIV 52
COM 347
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
56
Wij zijn niet de enige Defensie die vliegt met toestellen met een
dergelijke leeftijdscurve. Het zijn heel betrouwbare toestellen. Het is
net als een wagen die al een tijd rijdt. Die moet men meer
onderhouden en men heeft er meer kosten aan.
22.05 Hilde Vautmans (Open Vld): Ik wou nog een tweede repliek
geven, maar u was heel snel met antwoorden.
Voor de leasing van onze Airbussen zegt u dat er heel snel een
dossier zal komen.
22.06 Minister Pieter De Crem: Het dossier is er al.
22.07 Hilde Vautmans (Open Vld): Hoe lang hoopt u nog te kunnen
vliegen met onze Airbussen? Hebt u daarop enig zicht?
22.07 Hilde Vautmans (Open
Vld): Combien de temps le
ministre espère-t-il que les Airbus
seront encore opérationnels?
22.08 Minister Pieter De Crem: Ik hoop zo snel mogelijk het groen
licht te krijgen van het kabinet van Begroting voor het starten van de
procedure. Wij willen zo snel mogelijk nieuwe toestellen. Het gaat
over de vervanging van twee toestellen, maar we zullen eerst
beginnen met een toestel.
22.08 Pieter De Crem, ministre:
J'espère obtenir le feu vert du
cabinet du Budget dans les
meilleurs
délais
pour
le
remplacement de ces avions.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
23 Question de M. André Flahaut au ministre de la Défense sur "le passage du statut de volontaire de
124 militaires au statut de militaires de carrière" (n° 7865)</b>
23 Vraag van de heer André Flahaut aan de minister van Landsverdediging over "de overgang van het
vrijwilligersstatuut van 124 militairen naar het statuut van beroepsmilitair" (nr. 7865)
23.01 André Flahaut (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, je serai très bref.
Actuellement, 124 militaires, sous statut de volontaires, pourraient
devenir militaires de carrière en vertu d'une disposition de la loi-
programme. Il semble qu'on n'applique pas cette disposition pour des
raisons qui ont peut-être trait à la situation budgétaire.
J'attire simplement l'attention sur le fait que ces militaires lésés
pourraient très bien intenter une série d'actions notamment devant les
juridictions pour faire valoir leurs droits puisqu'ils sont pénalisés dans
leur statut.
23.01 André Flahaut (PS): 124
aanvullingsvrijwilligers
zouden
thans beroepsvrijwilliger kunnen
worden krachtens een bepaling uit
de programmawet, die, naar het
schijnt, om budgettaire redenen
niet
wordt
toegepast.
Die
benadeelde
militairen
zouden
gerechtelijke
stappen
kunnen
ondernemen om hun rechten te
doen gelden.
23.02 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, cher
collègue, comme vous le savez, il n'y a pas de disposition en la
matière prévue dans la loi-programme.
L'arrêté royal du 9 juin 1999 relatif au passage au sein de la même
catégorie de personnel et à la promotion sociale vers une catégorie
de personnel supérieure prévoit que la candidature d'un volontaire de
complément pour le passage vers le cadre de carrière ne peut être
prise en considération que trois fois.
Les 124 volontaires de complément dont la candidature n'a pas été
retenue pour la troisième fois ne peuvent plus faire valoir de droit
23.02 Minister Pieter De Crem:
De programmawet bevat geen
bepaling ter zake. Het koninklijk
besluit van 9 juni 1999 bepaalt dat
de kandidaatstelling van een
aanvullingsvrijwilliger met het oog
op
de
overgang
naar
het
beroepskader slechts driemaal in
aanmerking kan worden genomen.
De vrijwilligers wier kandidaat-
stelling driemaal werd afgewezen,
kunnen geen specifiek recht meer
CRIV 52
COM 347
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
57
spécifique dans ce cadre.
Les dispositions légales et réglementaires ont été respectées. Il n'est
donc pas question d'un traitement discriminatoire ou d'un non-respect
d'application de droits pour les volontaires de complément.
laten gelden. De wettelijke en
reglementaire bepalingen werden
nageleefd.
23.03 André Flahaut (PS): Je reviendrai avec d'autres éléments.
23.03 André Flahaut (PS): Ik zal
op deze kwestie terugkomen,
zodra
ik
over
bijkomende
gegevens beschik.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.26 uur.
La réunion publique de commission est levée à 17.26 heures.