Commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen

Commission des Relations extérieures

 

van

 

woensdag 16 januari 2008

 

Namiddag

 

______

 

 

du

 

mercredi 16 janvier 2008

 

Après-midi

 

______

 

 


De behandeling van de vragen en interpellaties vangt aan om 16.51 uur. De vergadering wordt voorgezeten door mevrouw Hilde Vautmans.

Le développement des questions et interpellations commence à 16.51 heures. La réunion est présidée par Mme Hilde Vautmans.

 

01 Vraag van de heer Mathias De Clercq aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking over "het groeipad van het budget voor Ontwikkelingssamenwerking" (nr. 1370)

01 Question de M. Mathias De Clercq au ministre de la Coopération au développement sur "le schéma de croissance prévu pour le budget de la Coopération au développement" (n° 1370)

 

01.01  Mathias De Clercq (Open Vld): Mijn vraag handelt over de 0,7%-norm, die vandaag al een aantal keren werd aangehaald, waarvan we al decennia lang beweren deze na te streven. In verband met de komende begrotingsopmaak heb ik toch een aantal vragen voor u.

 

Op welk percentage van het bbp voor ontwikkelingssamenwerking zou u in het jaar 2008 willen uitkomen? Hoe gaan we die 0,7%-norm halen in 2010? Een ander deel van mijn vraag betreft het aandeel van de directe bilaterale hulp van staat tot staat, uitgevoerd door de BTC. In het totale budget voor ontwikkelingssamenwerking is dat aandeel de laatste jaren gedaald. Zult u ernaar streven, en hoe, om dit aandeel opnieuw te verhogen?

 

Dan nog een algemenere vraag. Welke klemtonen zal u leggen in uw beleid in 2008?

 

01.02 Minister Charles Michel: Mevrouw de voorzitter, collega’s, ten eerste, het engagement voor Ontwikkelingssamenwerking is herbevestigd door de eerste minister in het raam van zijn tienpuntenplan voor de interim-regering. Het feit dat dit engagement herbevestigd is in het raam van een interim-regering met een beperkt programma onderstreept het belang dat deze regering hecht aan ontwikkelingssamenwerking. Ik kan mij daar alleen over verheugen.

 

Het tienpuntenprogramma biedt het raam waarbinnen de hele regering werkt. Ik reken dan ook op de steun van al mijn collega’s om de ambities in concrete cijfers te vertalen. De voorlopige cijfers voor 2007 zijn slecht. De begroting op het goede pad brengen zal een aanzienlijke inspanning van ons allemaal vergen.

 

Ik geef natuurlijk geen doelstellingen van de begroting van 2008 want de onderhandelingen ter zake zijn begonnen. Wij zullen zien wat mogelijk zal zijn over enkele dagen of weken. Natuurlijk zal daarover ook een interessant debat in het Parlement plaatsvinden. Ik ben zeker dat uw steun aan de doelstellingen daarbij zeer belangrijk zal zijn.

 

Ten tweede, het aandeel van de bilaterale samenwerking is de jongste jaren zeer licht gestegen, van 23,4% in 2002 naar 25,2% in 2007, of van 160 miljoen euro naar 218 miljoen euro.

 

Mijn voornemen is dat aandeel verder te verhogen. De Belgische bijdrage aan onze partnerlanden ligt immers bijzonder laag. In sommige gevallen bedraagt ons aandeel minder dan 0,5% van de totale ODA die de betrokken landen ontvangen. Men kan dan de vraag stellen of de verhouding tussen beheerskosten en uitgaven voor het programma in dat geval niet scheefgegroeid is. Het verder verhogen van de bilaterale enveloppe is niet zo eenvoudig. Immers, het grootste deel van de begroting voor Ontwikkelingssamenwerking bestaat uit allerhande verplichte bijdragen. Die verplichte bijdragen stijgen in 2008 met ruim 35%. Om het aandeel van de bilaterale hulp verder te verhogen is dus een belangrijke stijging van het globale budget van Ontwikkelingssamenwerking nodig.

 

Ten derde, ik heb onmiddellijk na mijn aantreden als minister van Ontwikkelingssamenwerking een consultatieronde gestart met de actoren van de Belgische ontwikkelingssamenwerking om de klemtonen van het beleid met de juiste nuance uit te leggen. Ook mijn reis naar drie van onze belangrijkste partners zal daartoe bijdragen. Onder dat voorbehoud kan ik u reeds meedelen wat de prioriteiten van de interim-regering zullen zijn: de uitwerking van het budget voor 2008, de uitvoering van de hervorming van de indirecte sector, het wegwerken van de achterstand op het vlak van de gemengde commissies in de bilaterale sector, en het goedkeuren van de meerjarenplannen voor de multilaterale sector.

 

01.03  Mathias De Clercq (Open Vld): Mijnheer de minister, ik wil u danken voor uw antwoord. Het verheugt mij enorm dat u inspanningen wenst te leveren voor de directe bilaterale hulp. Wat de norm van 0,7% betreft, mag u gerust zijn, ik zal mijn steun daartoe leveren. Ik hoop echt uit de grond van mijn hart dat u alles in het werk zult stellen om die norm te kunnen halen. Ik sta aan uw kant.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking over "het ondertekenen van de strategienota 'Eerbied voor de rechten van het kind in ontwikkelingssamenwerking'" (nr. 1207)

02 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Coopération au développement sur "la signature de la note stratégique 'Respect des droits de l'enfant dans la Coopération au développement'" (n° 1207)

 

02.01  Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, ik heb een vraag over het ondertekenen van de strategienota “Eerbied voor de rechten van het kind in ontwikkelingssamenwerking”.

 

In 2005 werden de kinderrechten ingeschreven in de wet inzake de internationale samenwerking als vierde sectoroverschrijdend thema van de Belgische ontwikkelingssamenwerking. Nu moet deze wetswijziging zich materialiseren opdat ze daadwerkelijk impact zou hebben op kinderen op het terrein.

 

Over de strategienota “Eerbied voor de rechten van het kind in ontwikkelingssamenwerking” die krachtens de wet inzake de internationale samenwerking dient opgesteld te worden, is reeds intensief overleg gepleegd tussen de verschillende betrokken actoren zoals DGOS, BTC, ngo’s, academici en het vorige kabinet, maar eigenlijk ontbreekt het aan een officiële ondertekening. Deze is natuurlijk wel nodig opdat de strategienota effectief uitwerking zou kunnen hebben op het terrein en als leidraad gebruikt kan worden binnen de Belgische ontwikkelingssamenwerking.

 

Mijnheer de minister, zult u die strategienota ondertekenen? Wanneer zult u dit doen? Indien u niet van plan bent die te ondertekenen, waarom niet?

 

02.02 Minister Charles Michel: Mevrouw Vautmans, ik heb het genoegen aan te kondigen dat ik zinnens ben de bewuste nota eerstdaags aan het Parlement aan te bieden.

 

Zoals u terecht opmerkt, werd voor de totstandkoming van de tekst tussen de verschillende betrokken actoren intensief overleg gepleegd.

 

De tekst werd geïnspireerd door het internationaal verdrag inzake de rechten van het kind en de twee bijbehorende, facultatieve protocollen. De andere belangrijke bron was het geheel van lessen en ervaringen uit de vijf concentratiesectoren van onze ontwikkelingssamenwerking, zijnde onderwijs, gezondheid, landbouw en voedselveiligheid, basisinfrastructuur en maatschappijopbouw.

 

De technische aanbevelingen werden rond drie principes gegroepeerd: het beschermen, het waarborgen van diensten en voorzieningen en, ten slotte, het geven van een stem aan kinderen.

 

Uit voornoemde principes resulteerde een brede waaier van technische aanbevelingen. Wij hebben daaruit drie dringende, prioritaire thema’s gekozen. Het eerste thema is de millenniumdoelstelling 2, zijnde basisonderwijs voor alle jongens en meisjes, aangezien dat mogelijk een heel belangrijke, positieve invloed op de toekomstkansen van het kind heeft.

 

Het tweede thema betreft kinderen in een conflict- en/of een postoorlogssituatie, zoals kindsoldaten, gezien de hoogdringendheid om in dergelijke situaties in te grijpen.

 

Het derde thema betreft kinderen in een situatie van andere vormen van geweld en uitbuiting, zoals kinderarbeid, verminkingen en kinderhandel. Ook deze kinderen vereisen dringend aandacht.

 

De nota houdt tevens rekening met de evoluties in de internationale samenwerking waarin wordt gepoogd over te stappen van een door ons gedreven beleid naar een beleid waarbij onze partners hun prioriteiten kenbaar maken zodat wij ter zake een beleidsdialoog kunnen uitbouwen.

 

De tekst werd eind september 2007 aan de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling en de Commissie Vrouwen en Ontwikkeling overgezonden. Ik wacht thans nog op een van deze twee door de wet bepaalde adviezen.

 

Na ontvangst zullen de voorstellen, voor zover zij nuttig zijn, in de tekst worden geïncorporeerd en zal ik de definitieve tekst aan het Parlement toezenden.

 

02.03  Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, welk advies ontbreekt nog?

 

02.04 Minister Charles Michel: Het advies van de Vrouwencommissie en Ontwikkeling.

 

02.05  Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, ik ben heel blij dat u dat zeer snel zult ondertekenen en aan ons zult voorleggen. Ik hoop dan wel dat die adviezen ook snel binnenkomen. Ik denk dat wij dat toch wel mogen verwachten.

 

02.06 Minister Charles Michel: Dat zou begin februari moeten gebeuren.

 

02.07  Hilde Vautmans (Open Vld): Dus dat kan nog tijdens de periode van deze interim-regering?

 

02.08 Minister Charles Michel: In principe wel, ja.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking over "het strijken van borsten in Kameroen" (nr. 1208)

03 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Coopération au développement sur "le 'repassage des seins' au Cameroun" (n° 1208)

 

03.01  Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, er werd deze week wat smalend gedaan door een aantal collega’s over mijn vraag aan de minister over het strijken van de borsten. Daaruit kon ik heel duidelijk concluderen dat die praktijk in ons land heel weinig bekend is, terwijl het in Afrika een heel groot probleem aan het worden is en eigenlijk al is.

 

Ik neem het voorbeeld van Kameroen. Ouders, en vooral moeders, vinden dat zij hun kinderen moeten beschermen. Zij denken dat, wanneer het kind een meisje aan het worden is, de mannen er heel snel achteraan gaan zitten. Daar worden helaas ook heel jonge meisjes verkracht of uitgehuwelijkt op heel jonge leeftijd.

 

Die ouders willen eigenlijk hun meisjes, hun kinderen, beschermen. Zij denken dat zij dat goed kunnen doen door te zorgen dat het kind geen borsten ontwikkelt, dat het jonge meisje geen borstontwikkeling krijgt, waardoor het jonger lijkt dan het is, en dus een beetje kan worden beschermd tegen de mogelijk agressie van mannen.

 

Men zegt mij dat het een eeuwenoude traditie is, maar het probleem is dat men ziet dat zij in steden opgang vindt. Ik heb reportages op tv erover gezien. Het heeft ook hier in een aantal kranten gestaan. Op dit ogenblik worden maar liefst 3,8 miljoen meisjes – dat wil zeggen een op vier – in Kameroen bedreigd.

 

Ik weet niet of ik moet uitleggen welke gruwelijke praktijken het zijn. Ik heb de reportages gezien en het is afgrijselijk. Men brandt als het ware de borsten weg met een warme steen. Men tapet ze in, timmert ze dicht, wikkelt ze om, alleszins met blijvende letsels tot gevolg. Abcessen, cystes, misvormingen, brandwonden en infecties kunnen ontstaan.

 

Een jaar geleden is de Kameroense ngo voor tienermoeders Renata begonnen aan een enquête om het probleem in kaart te brengen en aan een sensibiliseringsactie om die praktijk te stoppen. Zij zijn begonnen met 23.000 euro die zij hebben gekregen van een Duitse ontwikkelings-ngo.

 

Gezien de reactie van een aantal collega’s, reageert de politiek eigenlijk heel lauw. Het lijkt bijna alsof men denkt dat het in afgelegen gebieden gebeurt en dat men de ernst van het probleem sterk onderschat. Het gebeurt immers niet alleen in Kameroen, het breidt zich uit. Daarom vond ik dat ik het bij u moest aankaarten.

 

Ten eerste, hebt u plannen het project van Renata te ondersteunen, zodat die gruwelijke traditie kan verdwijnen en de ouders eindelijk degelijk worden ingelicht. Zij moeten seksuele voorlichting krijgen in plaats van die gruwelijke praktijken, die eigenlijk barbaars zijn. Men zegt mij dat de praktijken zich uitspreiden naar Guinee, Togo, Benin, Nigeria en vooral ook Ivoorkust.

 

Mijnheer de minister, zult u in uw contacten met die landen deze gruwelijke problematiek ter sprake brengen en zeggen dat dit niet langer kan?

 

Daaraan hangt vast dat wij er ook voor moeten pleiten niet langer straffeloos toe te zien wanneer mannen jonge meisjes misbruiken. Morgen vertrekken wij samen naar Afrika waar wij zullen zien dat het seksuele geweld op vrouwen de voorbije jaren alleen maar toeneemt, helaas. Wij moeten daartegen ageren. Belgische vrouwen en mannen moeten strijden tegen deze gruwelijke praktijken.

 

Ik denk dan niet alleen aan de verkrachting als oorlogswapen maar ook aan de genitale verminking van vrouwen die opgang vindt, of het strijken van de borsten. Ik vind dat wij daar als beschaafd land een belangrijke taak in hebben.

 

03.02 Minister Charles Michel: Mevrouw Vautmans, het strijken van de borsten, wat u aanhaalt, is inderdaad een traditionele praktijk die nog plaatsvindt in Kameroen en ook in andere West-Afrikaanse landen, en dat om voortijdige seksuele relaties en ongewenste zwangerschappen bij jonge meisjes te voorkomen. Die praktijk is nefast en gevaarlijk voor de gezondheid van jonge meisjes en moet worden aangevochten binnen een globale aanpak op het vlak van gezondheid en seksuele en reproductieve rechten. Die aanpak moet onder andere acties omvatten van sensibilisering en informatie.

 

Zoals u weet, heeft België zich ertoe verbonden om de uitvoering van de seksuele en reproductieve rechten in ontwikkelingslanden te steunen via de ontwikkelingssamenwerking. Die verbintenis blijkt uit de belangrijke toename van de middelen die daarvoor worden aangewend, met name 29,2 miljoen euro in 2005 tot 32,9 miljoen euro in 2006.

 

Onder de drie specifieke actiedomeinen van haar beleid op het gebied van de seksuele en reproductieve gezondheid en rechten, bevindt zich net de strijd tegen nadelige traditionele praktijken. Daarbij denken wij eveneens aan de genitale verminkingen, de seksuele initiatierituelen en de vroege of opgedrongen huwelijken.

 

Kameroen is geen partnerland van onze gouvernementele samenwerking. Daardoor kunnen wij spijtig genoeg niet direct het project steunen van de Kameroense ngo Renata. Die ngo zou echter contact kunnen opnemen met een erkende Belgische ngo die de actie eventueel zou kunnen indienen in het raam van een project of programma, voorgelegd ter cofinanciering in het raam van de niet-gouvernementele samenwerking.

 

Ter gelegenheid van toekomstige contacten zal ik niet nalaten de autoriteiten van de betrokken landen te wijzen op deze nefaste praktijk en zal ik ervoor pleiten maatregelen en initiatieven te nemen voor de afschaffing ervan. Van deze landen is alleen Benin een partnerland. Een gemengde commissie is voorzien voor half maart. Onder de sectoren van onze hulp bevindt zich de gezondheidsector. Ik zal erover waken dat hier een bijzondere aandacht zal gaan naar de strijd tegen nefaste praktijken zoals het strijken van borsten.

 

03.03  Hilde Vautmans (Open Vld): Mijnheer de minister, dank u voor uw antwoord. Ik wist dat Kameroen geen partnerland is en dat we er daarom waarschijnlijk weinig kans op maken. Ik ben wel blij dat u zegt het te zullen aankaarten met betrekking tot de gemengde commissie midden maart naar Benin.

 

Ik meld u dat ik een resolutie heb voorbereid en die in het Parlement zal indienen. Een mondelinge vraag over dit thema met dergelijke grote aandacht – we zijn hier slechts met twee, de minister en ikzelf – als vandaag dreigt verloren te gaan. Ik vind dat we moeten weten dat we hiertegen moeten strijden. U weet dat het Parlement heeft goedgekeurd dat de minister verplicht is in zijn beleidsnota melding te maken van de opvolging die wordt gegeven aan goedgekeurde resoluties.

 

Het zou dus goed zijn daarover een resolutie goed te keuren, zodat we doorheen de jaren de nodige rapportering of opvolging krijgen. Ik dank u.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.07 uur.

La réunion publique de commission est levée à 17.07 heures.