IC894_FIN.doc

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

cdH

centre démocrate Humaniste

CD&V

Christen-Democratisch en Vlaams

ECOLO

Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales

Front National

Mouvement réformateur

N-VA

Nieuw-Vlaamse Alliantie

Parti socialiste

sp.a-spirit

Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht

Vlaams Belang

VLD

Vlaamse Liberalen en Democraten

Abréviations dans la numérotation des publications :

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de

base et du n° consécutif

DOC 51 0000/000

Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer

QRVA

Questions et Réponses écrites

QRVA

Schriftelijke Vragen en Antwoorden

CRIV

version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV

voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)

CRABV

Compte Rendu Analytique (couverture bleue)

CRABV

Beknopt Verslag (blauwe kaft)

CRIV

Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu inté-
gral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions ; les annexes se trouvent dans une brochure
séparée (PLEN: couverture blanche; COM: couverture
saumon)

CRIV

Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken; de
bijlagen zijn in een aparte brochure opgenomen
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)

PLEN

séance plénière

PLEN

Plenum

COM

réunion de commission

COM

Commissievergadering

MOT

motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT

moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :

publications@laChambre.be

Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :

publicaties@deKamer.be

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

SOMMAIRE

INHOUD

Question de M. Koen T'Sijen au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "les nouveaux
mécanismes de contrôle de copie pour les CD
audio et les droits d'auteur" (n° 10698)

Vraag van de heer Koen T'Sijen aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "nieuwe vormen van
kopieerbeveiliging voor audio-CD's en het
auteursrecht" (nr. 10698)

Orateurs: Koen T'Sijen, Marc Verwilghen,
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique

Sprekers: Koen T'Sijen, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid

Question de Mme Inga Verhaert au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "l'entrée en
vigueur de la cinquième directive concernant les
véhicules automoteurs" (n° 10718)

Vraag van mevrouw Inga Verhaert aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
inwerkingtreding van de zogenaamde 'vijfde
motorrichtlijn'" (nr. 10718)

Orateurs: Inga Verhaert, Marc Verwilghen,
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique

Sprekers: Inga Verhaert, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid

Question de Mme Trees Pieters au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la perception de
droits par la société de gestion SABAM"
(n° 10719)

Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de inning van rechten
door de beheersvennootschap SABAM"
(nr. 10719)

Orateurs: Trees Pieters, Marc Verwilghen,
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique

Sprekers: Trees Pieters, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid

Question de M. Éric Libert au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "l'emploi des
langues sur le site de l'Institut Royal
Météorologique" (n° 10803)

Vraag van de heer Éric Libert aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het taalgebruik op de
site van het Koninklijk Meteorologisch Instituut"
(nr. 10803)

Orateurs: Éric Libert, Marc Verwilghen,
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique

Sprekers: Éric Libert, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid

Question de Mme Magda De Meyer au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "le
projet de loi relatif à l'interdiction du commerce
des fourrures de phoques, de chiens et de chats"
(n° 10827)

Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "het
wetsontwerp in verband met het handelsverbod
op zeehonden-, honden- en kattenbont"
(nr. 10827)

Orateurs:

Magda De Meyer, Marc

Verwilghen, ministre de l'Économie, de
l'Énergie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique

Sprekers:

Magda De Meyer, Marc

Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid

Question de Mme Trees Pieters au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la dotation au
Collège d'Europe dans le cadre du contrôle
budgétaire 2006" (n° 10837)

Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de dotatie van het
Europacollege in de begrotingscontrole 2006"
(nr. 10837)

Orateurs: Trees Pieters, Marc Verwilghen,
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique

Sprekers: Trees Pieters, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Question de M. Melchior Wathelet au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la régulation du
transit du gaz" (n° 10621)

Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
regulering van de transit van gas" (nr. 10621)

Orateurs: Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Marc Verwilghen, ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique

Sprekers: Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Marc Verwilghen, minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid

Question de Mme Zoé Genot au ministre de
l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "le projet de
directive IPRED2" (n° 10793)

Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het ontwerp van richtlijn
IPRED2" (nr. 10793)

Orateurs: Zoé Genot, Marc Verwilghen,
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique

Sprekers: Zoé Genot, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

COMMISSION DE L'ECONOMIE,

DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,

DE L'EDUCATION, DES

INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES

ET CULTURELLES NATIONALES,

DES CLASSES MOYENNES ET DE

L'AGRICULTURE

COMMISSIE VOOR HET

BEDRIJFSLEVEN, HET

WETENSCHAPSBELEID, HET

ONDERWIJS, DE NATIONALE

WETENSCHAPPELIJKE EN

CULTURELE INSTELLINGEN, DE

MIDDENSTAND EN DE

LANDBOUW

MERCREDI

MARS

2006

Après-midi

______

van

WOENSDAG

MAART

2006

Namiddag

______

Les questions et les interpellations commencent à 15.53 heures.
Présidente: Mme Anne Barzin.
De vragen en interpellaties vangen aan om 15.53 uur.
Voorzitter: mevrouw Anne Barzin.

01 Vraag van de heer Koen T'Sijen aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en

Wetenschapsbeleid over "nieuwe vormen van kopieerbeveiliging voor audio-CD's en het
auteursrecht" (nr. 10698)

01 Question de M. Koen T'Sijen au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur et de

la Politique scientifique sur "les nouveaux mécanismes de contrôle de copie pour les CD audio et les
droits d'auteur" (n° 10698)

01.01 Koen T'Sijen (sp.a-spirit): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de

minister, in de Verenigde Staten ontstond recent een discussie over
een verregaande vorm van kopieerbeveiliging voor audio-cd's, XCP
genaamd, dat werd ontwikkeld door een Brits bedrijf.

De techniek wordt door Sony gehanteerd. Op een twintigtal van de
titels is software aanwezig die zich ongemerkt op de harde schijf
nestelt en daar het correcte gebruik van een cd controleert. Volgens
Sony werd de toestemming van de verbruiker gevraagd, maar
belangenorganisaties spreken dat tegen.

De software werd onzichtbaar gemaakt en kwam pas zes maanden
na de eerste toepassing aan het licht, toen een firma voor
internetbeveiliging er per toeval op botste. De software bleek ook
minder onschuldig dan aangegeven. Hij opent ongewild een poortje
voor bepaalde virussen en brengt bij gewone verwijdering schade aan
bijvoorbeeld de cd-speler van de pc aan, die daardoor niet langer
bruikbaar zou zijn.

Sony probeerde in eerste instantie het probleem weg te wuiven en
wou niet verder gaan dan het aanbrengen van een patch die de
bewuste software opnieuw zichtbaar maakt. Door de aanzwellende
storm van protest besloot het bedrijf recent het gebruik van de
bewuste beveiligingssoftware stop te zetten, zonder evenwel de

01.01 Koen T'Sijen (sp.a-spirit):

Une polémique s'est récemment
déclenchée aux États-Unis à
propos de XCP, un dispositif anti-
copie pour les cd audio, mis au
point par une société britannique.
Le logiciel peut être placé de façon
invisible sur le disque dur de
l'ordinateur et est également
intégré à une vingtaine de titres de
Sony. Les associations de défense
des intérêts du secteur contestent
le fait que Sony demande l'accord
des utilisateurs pour l'installation.
Par ailleurs, le logiciel rend
l'ordinateur plus sensible aux virus
et le lecteur cd peut être
endommagé. Sony a dans
l'intervalle décidé de ne plus
utiliser le logiciel de protection
mais les cd diffusés ne sont pas
retirés du commerce. L'un des
clients qui a déposé plainte contre
Sony est un Italien, ce qui donne à

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

verspreide exemplaren uit de winkelrekken te halen.

Enkele klanten hebben ondertussen klacht ingediend tegen Sony,
waaronder een Italiaan. Dat doet vermoeden dat is belangrijk om
even aan te stippen dat de bewuste cd's ook in Europa, misschien
zelfs in ons land, worden verspreid.

Auteurs en houders van intellectuele rechten hebben uiteraard het
recht om hun belangen te verdedigen en piraterij tegen te gaan. Dat
wordt in de Europese wetgeving erkend. Wij hebben hier in de
commissie ook een wetswijziging omtrent kopieerbeveiliging
goedgekeurd. Kopiëren voor eigen gebruik in familiekring is echter
mogelijk.

Het recht om te kopiëren voor eigen gebruik kwam onder druk door
het arrest van 9 september 2005 van het hof van beroep te Brussel, in
het kader van het rechtsgeding dat TestAankoop had aangespannen
tegen EMI, Sony, Music Universal, BMG en FP. Het arrest stelt dat
het eventuele, subjectieve recht op kopiëren voor eigen gebruik een
auteursrecht, noch een naburig recht is. Meteen kunnen
platenmaatschappijen kopieerbeveiligingen op hun cd's aanbrengen.

De vraag is echter of de steeds drastischere beveiligingstechnieken,
waarover ik daarjuist sprak, niet stilaan de grens van het
aanvaardbare hebben bereikt. De rechten van producenten en
consumenten botsen steeds harder. Wij moeten vaak ook vaststellen
dat producenten van cd's eerst hun beveiligingstechnieken toepassen
en pas daarna nadenken over de gevolgen en zelfs over de
wettelijkheid ervan.

Daarom is het misschien nuttig de producenten te verplichten elke
nieuwe techniek vóór de lancering ter goedkeuring voor te leggen aan
de bevoegde autoriteiten.

Het plaatsen van software op de harde schijf zonder medeweten van
de gebruiker, onzichtbaar en niet-verwijderbaar, mogelijk zelfs met
schadelijke gevolgen, is wat mij betreft een brug te ver.

Het lijkt me ook in strijd met artikel 550 bis van het Strafwetboek, dat
het zich handhaven in informaticasystemen verbiedt aan wie daar
geen recht toe heeft. Sony zal in dit geval argumenteren dat de
gebruiker toestemming verleent, maar kennelijk gebeurt dat op een
manier die de gebruiker niet begrijpt of waarvan hij de gevolgen niet
kan inschatten.

Mijnheer de minister, ik heb daarom de volgende vijf vragen.

Ten eerste, hebt u weet van de geschetste beveiligingstechnieken van
Sony? Bent u op de hoogte van de al dan niet aanwezigheid van
dergelijke cd's op de Belgische markt?

Ten tweede, acht u het gebruik van beveiligingssoftware, zoals
beschreven in dit voorbeeld, in strijd met de Belgische en de
Europese wetgeving? Is het, met andere woorden, toegelaten om
ongevraagd of op onduidelijke wijze die software op de harde schijf
van de gebruiker te plaatsen? Is de producent verplicht om het
gebruik van beveiligingssoftware op de verpakking te vermelden? Is
het toegelaten om die software onzichtbaar te maken? Is het

penser que les cd circulent
également en Europe.

Les auteurs et les détenteurs de
droits intellectuels peuvent
légitimement défendre leurs
intérêts et lutter contre la piraterie
mais la question est de savoir si
de telles pratiques sont encore
acceptables. Les producteurs ne
commencent à réfléchir aux
conséquences et à la légalité des
techniques de protection qu'après
leur application. Par ailleurs, un
arrêt du 9 septembre 2005 de la
cour d'appel de Bruxelles met en
question le droit à la copie privée.
Selon cet arrêt, l'éventuel droit
subjectif à la copie privée n'est
pas un droit d'auteur ou un droit
voisin. Les maisons de disques
peuvent dès lors installer des
dispositifs anti-copie sur leurs cd.
Toutefois, le fait qu'un logiciel
dommageable, invisible et
impossible à éliminer puisse être
placé sur l'ordinateur de
l'utilisateur sans que celui-ci n'en
soit informé me semble en
contradiction avec l'article 550bis
du Code pénal.

Le ministre est-il informé des
techniques de sécurisation mises
au point par Sony? Sait-il si les cd
en question sont aussi
commercialisés en Belgique? Ne
considère-t-il pas que ces
techniques de sécurisation sont
contraires aux législations belge et
européenne? Ce logiciel pourra-t-il
être installé sur l'ordinateur de
personnes qui n'auront pas
sollicité son installation ou suivant
une procédure imprécise? Le
fabricant devra-t-il mentionner sur
l'emballage qu'il est fait usage de
ce logiciel? Ne faut-il pas prévoir
une fonction de désinstallation?
Qui devra débourser pour les
dommages éventuellement
causés? Faut-il étendre notre
arsenal législatif? Faut-il envisager
une obligation préventive de
déclaration pour les nouveaux
logiciels, le cas échéant à
l'échelon européen? Quand seront
promulgués les arrêtés royaux qui

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

toegelaten software te installeren zonder in een "uninstallfunctie" te
voorzien? Wie draait op voor de mogelijke schade die deze software
aanricht?

Ten derde, acht u het nodig om bijkomende wetgevende initiatieven te
nemen om de consument tegen dergelijke praktijken te beschermen?

Ten vierde, bestaat er een vorm van meldingsplicht voor het gebruik
van nieuwe beveiligingstechnieken, alvorens die in de praktijk worden
toegepast? Is het wenselijk om een dergelijk preventief systeem
eventueel op Europees niveau in het leven te roepen en daar te
bespreken?

Ten vijfde, wanneer worden de koninklijke besluiten uitgevaardigd met
het oog op de tenuitvoerlegging van de omzetting in Belgisch recht
van de Europese richtlijn 2001/29 van 22 mei 2001 betreffende de
harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de
naburige rechten in de informatiemaatschappij, teneinde het kopiëren
voor eigen gebruik op te nemen in de uitzonderingscategorieën
waarvoor de technische maatregelen kunnen worden opgeheven? Ik
meen dat een collega van de MR daarover trouwens een resolutie
heeft ingediend.

transposeront en droit belge la
directive européenne 2001/29 du
22 mai 2001? Ces arrêtés devront
permettre d'inclure la copie à des
fins privées dans les catégories
d'exceptions pour lesquelles les
mesures techniques pourront être
levées. Un de nos collègues du
MR a déposé en cette matière une
résolution.

01.02 Minister Marc Verwilghen: Mevrouw de voorzitter, collega

T'Sijen, het probleem in de Verenigde Staten is mij bekend. Het is mij
echter niet bekend of er ook op de Belgische markt cd's verspreid zijn
die gebruik maken van de betwiste beveiligingstechniek. In elk geval
zijn mij geen concrete geschillen of rechtsgedingen bekend omtrent
die beveiligingstechniek in België.

Ten tweede, het behoort aan de hoven en rechtbanken om de wet toe
te passen in de concrete gevallen. Onder dat voorbehoud kan ik
vermelden dat de auteurswet voorziet in een bescherming van
doeltreffende technische maatregelen, volgens artikel 79 bis van de
auteurswet. Ook de considerans 48 van de richtlijn 2001/29 bepaalt
dat die bescherming de normale functionering van de elektronische
apparatuur en de technische ontwikkeling ervan niet mag verstoren.
Daarin is er dus een duidelijke indicatie.

Overeenkomstig artikel 30 van de WHPC is de professionele
verkoper gehouden tot een ruime informatieverplichting omtrent de
kenmerken van het aangeboden product, die tevens voortvloeit uit de
verbintenisrechtelijke zorgvuldigheidsplicht in het kader van de
precontractuele fase.

Het is in dit kader niet uitgesloten dat het te koop aanbieden van cd's
die voorzien zijn van beveiligingssoftware zonder dat dit duidelijk
vermeld wordt op de verpakking, een schending zou uitmaken van het
zonet geschetste informatieprincipe.

Wat uw derde vraag betreft, zoals blijkt uit vraag twee lijkt het
wettelijke kader thans reeds enkele mogelijkheden te bieden om op te
treden.

Ik kom tot uw vierde vraag. Er bestaat op dit ogenblik geen
meldingsplicht. Uiteraard moeten bij het op de markt brengen van
nieuwe producten de relevante bepalingen steeds worden nageleefd,
onder meer die op de bescherming van de eigendomsrechten.

01.02 Marc Verwilghen, ministre:

Des problèmes se posent aux
États-Unis mais j'ignore si des cd
utilisant cette technique de
sécurisation controversée ont été
distribués dans notre pays. Je n'ai
pas connaissance de litiges précis.
Les cours et les tribunaux doivent
appliquer la loi dans les cas
concrets. La loi sur les droits
d'auteur prévoit une protection par
des mesures techniques efficaces
mais le considérant n° 48 de la
directive 2001/29 stipule que cette
protection ne peut perturber le
fonctionnement normal des
appareils électroniques ni leur
mise au point technique. Aux
termes de l'article 30 de la loi sur
les pratiques commerciales et
l'information et la protection des
consommateurs, tout vendeur
professionnel a une large
obligation d'information concer-
nant les caractéristiques du
produit offert. Cette obligation
découle aussi de l'obligation de
minutie, qui relève du droit des
obligations, dans le cadre de la
phase précontractuelle.

Il n'est pas exclu que la
commercialisation de cd pourvus
d'un logiciel de sécurité sans
mention claire sur l'emballage

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Ik kan ook vermelden dat de Europese Commissie thans een
evaluatie maakt van de omzetting van de richtlijn 2001/29. Die kwestie
zal daarbij ongetwijfeld aan bod komen.

Wat uw laatste vraag betreft, sinds enige tijd vinden de besprekingen
plaats tussen de betrokken sectoren omtrent de
uitvoeringsmaatregelen van de wet van 22 mei 2005, die de juiste
omzetting van de eerder geciteerde richtlijn inhouden. Binnen
afzienbare tijd zullen de adviescommissies reprografie en thuiskopie
worden samengeroepen, teneinde een aanvang te nemen met het
uitwerken van de uitvoeringsmaatregelen, omdat de fase van
besprekingen reeds zo ver gevorderd is dat wij uiteindelijk daartoe
kunnen overgaan.

enfreigne ce principe
d'information.

Le cadre légal semble déjà offrir
quelques possibilités d'interven-
tion. Aucune obligation d'informa-
tion n'existe à l'heure actuelle.
Lors de la commercialisation de
nouveaux produits, les dispositions
légales, telles que la LPCC en
Belgique, doivent être respectées.

La Commission évalue
actuellement la transposition de la
directive 2001/29. À cet égard, les
secteurs discutent depuis
quelques temps des mesures
d'exécution de la loi du 22 mai
2005. Les commissions
consultatives Reprographie et
Copie privée seront
prochainement convoquées en
vue de l'élaboration de ces
mesures.

01.03 Koen T'Sijen (sp.a-spirit): Kunt u die afzienbare tijd verder

definiëren?

01.03 Koen T'Sijen (sp.a-spirit):

Le calendrier pourrait-il être
précisé?

01.04 Minister Marc Verwilghen: Ik kan het moeilijk in dagen of

weken uitdrukken, maar er is nog een laatste vergadering gepland
eind maart. Vanaf dat ogenblik kunnen de beide commissies,
reprografie en thuiskopie, worden samengeroepen en kan aan de
uitvoering gestalte worden gegeven. Ik denk dat dit werk in de loop
van de maanden april of mei zal worden voltrokken.

01.04 Marc Verwilghen, ministre:

Une dernière réunion aura encore
lieu fin mars. Les deux commis-
sions pourront probablement être
convoquées dans le courant des
mois d'avril ou de mai.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

02 Vraag van mevrouw Inga Verhaert aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en

Wetenschapsbeleid over "de inwerkingtreding van de zogenaamde 'vijfde motorrichtlijn'" (nr. 10718)

02 Question de Mme Inga Verhaert au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur et

de la Politique scientifique sur "l'entrée en vigueur de la cinquième directive concernant les véhicules
automoteurs" (n° 10718)

02.01 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de

minister, collega's, ongeveer een jaar geleden werd in het Europees
Parlement de zogenaamde vijfde motorrichtlijn goedgekeurd. De
richtlijn voorziet in een hele reeks bepalingen aangaande de
verplichte aansprakelijkheidsverzekering voor motorvoertuigen en de
verzekering BA Auto.

Onder andere dankzij enkele, Belgische Europarlementsleden
voorziet de richtlijn ook in een vlottere afhandeling van ongevallen in
het buitenland. Mensen die in het verleden in het buitenland een auto-
ongeval hebben gehad, kunnen meespreken over de juridische hel
die ze moeten doorstaan om een schadevergoeding te krijgen.

02.01 Inga Verhaert (sp.a-spirit):

Il y a un an environ, le Parlement
européen a adopté la cinquième
directive sur les véhicules
automoteurs qui comprend une
série de dispositions sur
l'assurance en responsabilité
obligatoire. Grâce notamment à
des europarlementaires belges, la
directive facilite également le
règlement des sinistres survenus à
l'étranger.

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

De nieuwe richtlijn vult veel lacunes op die tot op vandaag in de
wetgeving rond autoverzekeringen in de 25 lidstaten bleven bestaan.
Zo wordt bijvoorbeeld een centrale databank opgericht, waardoor
slachtoffers minder lang zullen moeten wachten op een kopie van het
proces-verbaal van het ongeval. Het wordt voor slachtoffers van een
ongeval in het buitenland ook mogelijk om in het eigen land, maar
vooral ook in de eigen taal, een proces in te spannen tegen
buitenlandse verzekeraars.

De richtlijn regelt voor het overige nog een forse verhoging van de
minimumdekkingsbedragen voor schadevordering. Voetgangers en
fietsers die in het buitenland lichamelijke letsels oplopen, zullen
tevens altijd worden gedekt door de verzekeraar van de wagen die bij
het ongeval was betrokken. De schadevordering tegen wagens met
tijdelijke of valse nummerplaten, de verzekering van medepassagiers
bij chauffeurs onder invloed en de verzekeringsdekking voor
ingevoerde voertuigen zouden ook vlotter moeten verlopen.

Dat alles werd ongeveer een jaar geleden goedgekeurd in het
Europees Parlement. Daarom heb ik een vraag over de opvolging van
de richtlijn op Belgisch niveau.

Graag had ik van de minister vernomen wat zijn appreciatie is van de
wetgeving op Europees niveau, met name binnen de Belgische
verzekeringscontext. Ik ben van oordeel dat de richtlijn een heel
sterke verbetering van de huidige situatie met zich brengt.

De richtlijn moet binnen twee jaar na publicatie in nationale
regelgeving worden omgezet. Wat is de timing van de minister voor
de omzetting? Zijn er daarbij mogelijks problemen? Zullen wij de
gestelde deadline halen?

Mijn laatste vraag heeft betrekking op de bespreking van een
volgende motorrichtlijn, die in de Europese Commissie al lopende is.
In welke mate volgt u de bespreking? Zijn daarbij nog meer
verbeteringen voor de Belgische context denkbaar?

Que pense le ministre de cette
législation européenne qui me
paraît positive à la lumière du
secteur belge des assurances? La
directive doit être transposée dans
la législation nationale dans les
deux ans de sa publication. Des
problèmes se posent-ils chez
nous? Les discussions sur la
prochaine directive sur les
véhicules automoteurs ont déjà
commencé. Des améliorations
peuvent-elles encore être opérées
à la lumière du contexte belge?

02.02 Minister Marc Verwilghen: Mevrouw de voorzitter, mevrouw

Verhaert, het is duidelijk dat de vijfde motorrichtlijn op Europees vlak
een sterke verbetering voor de situatie van de verzekerde tot stand
brengt. Dat gaat echter, om een voor de hand liggende reden, niet op
voor België.

Immers, toen bij de invoering van de vierde motorrichtlijn ook bekend
werd wat de vijfde richtlijn zou inhouden, hebben wij het werk al
verricht. Wij hebben alle aanpassingen ingevoerd, op één eerder
technische aanpassing na die in de toekomst ook zal worden
doorgevoerd. Ze heeft echter niet onmiddellijk met de essentie van de
vijfde motorrichtlijn te zien.

Wij mogen dus zeggen dat wij de transpositie op dat vlak al hebben
gedaan.

Ten tweede, de richtlijn moet uiterlijk op 22 juni 2007 naar Belgisch
recht worden omgezet. De administratie heeft zopas de
omzettingsteksten naar mijn kabinet doorgezonden. Na voorlegging
aan de Ministerraad en de Raad van State zal ik de teksten aan het
Parlement voorleggen. Alles wijst erop dat België de gestelde

02.02 Marc Verwilghen, ministre:

La cinquième directive sur les
véhicules automoteurs constitue
une amélioration substantielle pour
l'assuré au plan européen.
Puisque le texte était déjà connu,
nous avons effectué tous les
aménagements, à une près, lors
de la transposition de la quatrième
directive. Il y aura encore une
adaptation technique qui ne relève
toutefois pas de l'essence de la
directive.

La directive doit être transposée
pour le 11 juin au plus tard.
L'administration vient d'envoyer
les textes à mon cabinet. Lorsque
le texte aura été examiné par le
Conseil des ministres et par le
Conseil d'État, je le déposerai au

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

deadline zal halen.

Echte problemen bij de uitwerking van de omzettingsteksten zijn er
niet geweest. Er is wel een interpretatieprobleem geweest. Net zoals
u, gingen mijn medewerkers, mijn administratie en het
Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds ervan uit dat de tekst noopt
tot het opzetten van een centrale databank voor de processen-
verbaal. Een voorontwerp in die zin is uitgewerkt.

Mijn collega, de minister van Justitie, heeft laten weten dat de tekst
van de richtlijn daaromtrent allesbehalve duidelijk is, dat de
interpretatie dat de richtlijn een verplichting zou inhouden om een
centrale databank op te zetten betwistbaar is, dat de voorstellen strikt
genomen verder gaan dan hetgeen door Europa wordt geëist, dat het
systeem veel zal kosten en wellicht weinig meerwaarde heeft voor de
benadeelde en, ten slotte, dat is misschien haar belangrijkste motief
geweest, dat het Phenix-project het elektronisch versturen van de
processen-verbaal heel wat gemakkelijker zal maken en dus
tegemoetkomt aan het verzoek.

Aangezien de minister van Justitie de bevoegde overheid is voor de
wetgeving inzake de processen-verbaal heb ik mijn voorstel op haar
verzoek aangepast en de bepalingen betreffende de centrale
databank verwijderd vermits dit nu in het Phenix-project zal
opgenomen zijn.

Ten derde, het is vanzelfsprekend dat mijn administratie de
voorbereidende activiteiten voor de volgende en zesde motorrichtlijn
volgt. In dit verband heeft ze trouwens geantwoord op een aantal
vragen van de Europese Commissie, die betrekking hebben op de
verzekering van aanhangwagens, de werking van
compensatiemechanismen uit de vierde richtlijn en de graad van niet-
verzekering. De resultaten van die vragenlijsten kunt u consulteren op
de website van de Commissie: europa.eu.int/comm/.

Parlement. La Belgique respectera
le délai.

La seule difficulté posée par la
transposition était un problème
d'interprétation. Le principe de
départ était de constituer une base
de données centrales pour les
procès-verbaux. Un avant-projet a
été confectionné mais la ministre
de la Justice a fait savoir, entre
autres, que le projet Phenix
faciliterait grandement l'envoi
électronique des procès-verbaux.
Considérant que la législation
relative aux procès-verbaux relève
de sa compétence, j'ai supprimé
les dispositions concernant la
base de données centrale.

Mon administration suit les travaux
de préparation de la prochaine
directive concernant les véhicules
automoteurs. Elle a déjà répondu
à une série de questionnaires de
la Commission européenne. Les
résultats des questionnaires sont
d'ailleurs disponibles sur le site
internet de la Commission.

02.03 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de

minister, dat adres kom ik even bij u halen, want ik heb het niet
kunnen noteren.

Ik wil nog even terugkomen op het interpretatieprobleem. Weet u wat
andere lidstaten daaromtrent zullen doen? Ik heb immers begrepen
dat, toen het werd goedgekeurd in het Europees Parlement, het punt
van die centrale databank was dat men mensen ertoe in staat zou
stellen om snel genoeg een kopie te krijgen van een proces-verbaal
dat in het buitenland werd opgesteld. Het probleem nu is immers dat
men die dingen vaak zo laat krijgt dat de termijn om een schadeclaim
in te dienen reeds verstreken is. Dan is men twee keer slachtoffer.
Dat was waaraan die centrale databank moest verhelpen.

Als dat op een andere manier kan, is dat voor mij ook goed. Het
interesseert mij echter wel om te weten wat andere lidstaten zullen
doen.

02.03 Inga Verhaert (sp.a-spirit):

Le ministre connaît-il les intentions
des autres États membres? La
base de données centrale devait
permettre aux citoyens de recevoir
rapidement une copie des procès-
verbaux dressés à l'étranger. A
l'heure actuelle, leur transmission
est tellement tardive, dans de
nombreux cas, que le délai pour
demander des dommages et
intérêts est déjà expiré. Mais si
une autre solution est apportée,
cela m'agrée aussi.

02.04 Minister Marc Verwilghen: In de richtlijn staat dat er in een

mechanisme moet voorzien worden waardoor de processen-verbaal
in reële termijn kunnen doorgezonden worden en dat ook gebruik
moet worden gemaakt van de moderne technieken; dat betekent het
elektronisch verzenden.

02.04 Marc Verwilghen, ministre:

La directive concerne l'envoi
électronique. Au départ, nous
pensions à une base de données
centrale. Ce n'est pas nécessaire.

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Wij dachten dat wij daarvoor een aparte nieuwe centrale databank
moesten oprichten. Dat blijkt niet het geval te zijn. Er is een aantal
landen dat dit niet doet. De Nederlanders kennen bijvoorbeeld al het
automatisch toezenden van het elektronisch proces-verbaal. Wij zelf
leveren onmiddellijk een proces-verbaal af maar we doen dat niet
altijd elektronisch. Bij dit soort ongevallen hebt u er door het feit dat u
in het buitenland bent alle belang bij om dat zeer snel op uw
thuisadres doorgestuurd te krijgen. Het Fenix-project leidt daar juist
toe. Een van de doelen van het Fenix-project is de onmiddellijke
afwikkeling van het proces-verbaal, ook op elektronische wijze indien
de betrokkene een elektronische woonstkeuze maakt, dus bij hem
thuis op een internetadres. We komen dus tot identiek dezelfde
oplossing dan diegene die wordt gesuggereerd. Men heeft ons vrij
gelaten in het zoeken van die oplossing. Bij mijn administratie dacht
men dat er nog niets bestond en dat we dus een database moesten
oprichten, wat nu niet het geval blijkt te zijn.

Les Pays-Bas recourent déjà à
l'envoi automatique de procès-
verbaux électroniques. La
Belgique utilisera le projet Phenix.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

03 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en

Wetenschapsbeleid over "de inning van rechten door de beheersvennootschap SABAM" (nr. 10719)

03 Question de Mme Trees Pieters au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur et

de la Politique scientifique sur "la perception de droits par la société de gestion SABAM" (n° 10719)

03.01 Trees Pieters (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de

minister, een gemeente heeft onlangs een aanmaning gekregen van
SABAM om auteursrechten te betalen op foto's van beeldhouwwerken
die gepubliceerd stonden op de gemeentelijke website. De
beeldhouwwerken werden vroeger door de gemeente aangekocht.

Over deze problematiek wens ik u een aantal vragen te stellen.

Kan SABAM rechten innen ten behoeve van een kunstenaar die geen
eigenaar meer is van zijn kunstwerken? Zo ja, moeten alle steden en
gemeenten en per definitie ook elke organisatie of elk individu
auteursrechten betalen op kunstwerken in hun eigendom die ze
desgevallend openstellen voor het publiek?

Bent u ervan op de hoogte dat ook andere gemeenten of organisaties
op deze manier onverwachts een aanmaning van SABAM ontvingen?

In dit specifieke geval was de betrokken kunstenaar niet aangesloten
bij SABAM. Kan SABAM rechten innen ten behoeve van een
kunstenaar die niet aangesloten is bij hun beheersvennootschap?

03.01 Trees Pieters (CD&V):

Une commune a récemment été
mise en demeure par la SABAM
de verser des droits d'auteur sur
des photos de sculptures placées
sur le site de la commune. Cette
dernière avait précédemment
acquis les sculptures.

La SABAM peut-elle percevoir des
droits pour un auteur qui n'est plus
propriétaire de ses oeuvres d'art?
Toutes les villes et communes
ainsi que tout individu ou
organisation doivent-ils payer des
droits d'auteurs sur les oeuvres
qu'ils possèdent s'ils les exposent
au public? Le ministre a-t-il eu vent
de ce genre de mises en
demeure?

En l'espèce, l'artiste n'était pas
affilié à la SABAM. La SABAM
peut-elle percevoir des droits sur
ses oeuvres?

03.02 Minister Marc Verwilghen: Mevrouw de voorzitter, mevrouw

Pieters, uw vragen zijn concreet. De antwoorden zullen dat zoveel als
mogelijk ook zijn.

Ten eerste, de overdracht van de materiële eigendom van een
kunstwerk impliceert niet noodzakelijk de overdracht van de aan dat

03.02 Marc Verwilghen, ministre:

Aux termes de la loi sur le droit
d'auteur, la transmission de la
propriété matérielle n'implique pas
toujours la transmission de la
propriété intellectuelle.

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

werk verbonden intellectuele eigendomsrechten. In dit opzicht kan
verwezen worden naar artikel 3, § 1, derde lid van de auteurswet
waarin letterlijk bepaald wordt, ik citeer: "De overdracht van het
voorwerp dat een werk omvat, leidt niet tot het recht om het werk te
exploiteren". Het is dus mogelijk dat rechten worden geïnd ten
aanzien van werken waarvan de materiële eigendom zich niet meer
bij de kunstenaar bevindt omdat hij het heeft doorverkocht.

Ten tweede, om een mededeling aan het publiek te verrichten van
een werk zoals het opnemen van een werk op een website, is
overeenkomstig artikel 1 van de auteurswet de toestemming van de
auteur nodig, voor zover het werk beschermd is door het
auteursrecht. Het auteursrecht op een werk blijft bestaan zoals u
weet 70 jaar na de dood van de auteur. Er kan wel worden vermeld
dat artikel 9 van de auteurswet bepaalt dat, tenzij anders is
overeengekomen, bij de overdracht van een werk van beeldende
kunst aan de verkrijger, het recht wordt overgedragen om het werk als
dusdanig ten toon te stellen in omstandigheden die geen afbreuk
doen aan de eer of faam van de auteur. De andere auteursrechten
worden echter niet overgedragen. Het moge evenwel duidelijk zijn dat
het tentoonstellingsrecht niet het recht omvat om een reproductie van
het werk een foto op een website te plaatsen.

Wat uw derde vraag betreft, kan ik meedelen dat er mij geen gevallen
of klachten bekend zijn van onverwachte aanmaningen zoals u ze
hebt omschreven. Het is de eerste keer dat ik hiervan hoor. Ik heb de
vraag gesteld of er andere gemeenten waren. Dit bleek niet het geval
te zijn.

Ten vierde, behoudens de specifieke wettelijke uitzonderingen, kan
de beheersvennootschap enkel de rechten innen met betrekking tot
het repertoire dat zij bezit, dit wil zeggen met betrekking tot de werken
van haar eigen leden en van leden van meestal buitenlandse
beheersvennootschappen waarmee zij een
wederkerigheidsovereenkomst heeft afgesloten

Voor de exploitatie van werken waarvan het beheer niet werd
toevertrouwd aan de beheersvennootschap moet toestemming
gevraagd worden aan de auteur. Zonder die toestemming kan dat niet
gebeuren.

L'autorisation de l'artiste est
requise pour pouvoir montrer sur
un site internet une oeuvre
protégée par la loi sur le droit
d'auteur. Le droit d'auteur
s'applique encore durant 70 ans
après la mort de l'artiste.

Sauf s'il en a été convenu
autrement, la transmission d'une
sculpture implique également le
transfert du droit d'exposer
l'oeuvre dans des circonstances
qui ne portent pas atteinte à la
réputation de l'artiste. Les autres
droits d'auteur ne sont pas
transmis. La publication de
reproductions sur un site internet
ne relève pas du droit d'exposition.

Je n'ai pas connaissance de
plaintes qui concerneraient des
mises en demeure impromptues.

Une société de gestion ne peut en
principe percevoir que des droits
relatifs au répertoire qu'elle gère, à
savoir ceux de ses propres
membres et de membres de
sociétés de gestion

généralement étrangères avec
lesquelles elle a conclu un accord
de réciprocité. Pour l'exploitation
d'une oeuvre dont la gestion n'a
pas été confiée à une société de
gestion, l'autorisation doit être
demandée à l'auteur.

03.03 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de minister, uw antwoord is

duidelijk. Maar wat moet die gemeente nu doen wanneer zij een
aanslag krijgt van SABAM over een aantal kunstwerken dat zij...?

03.03 Trees Pieters (CD&V):

Que doit faire la commune à
présent?

03.04 Minister Marc Verwilghen: Ik ben natuurlijk niet de adviseur

van de gemeente maar op het eerste gezicht zou ik toch proberen
contact op te nemen met de kunstenaar in kwestie, indien die nog in
leven is, om van hem te weten hoe die zaak eigenlijk is geëvolueerd.
Het kan zijn dat die kunstenaar bijvoorbeeld geen toestemming heeft
gegeven aan SABAM om tot inning over te gaan. Dan meen ik dat de
zaak een stille dood zou kunnen sterven. Maar wie ben ik om dat te
zeggen? Ik heb geen rechtsmacht om daar over te oordelen.

Toch, in eerste instantie meen ik dat wellicht dat contact tussen de
eigenaar, de gemeente want zij heeft het werk ogenschijnlijk
gekocht en de kunstenaar soelaas kan bieden.

03.04 Marc Verwilghen, ministre:

Il est préférable qu'elle contacte
l'artiste. Si ce dernier n'a pas
donné l'autorisation à la SABAM,
je pense que l'affaire restera sans
suite.

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

03.05 Trees Pieters (CD&V): U hebt nog niet gehoord over

dergelijke gevallen in andere gemeenten?

03.05 Trees Pieters (CD&V): Le

ministre n'a-t-il pas connaissance
de cas similaires?

03.06 Minister Marc Verwilghen: Neen.

03.07 Trees Pieters (CD&V): Goed, bedankt.

03.08 Minister Marc Verwilghen: Ik herinner mij wel dat indertijd de

bollen van het Atomium... Maar dat verhaal kent iedereen, natuurlijk.

03.08 Marc Verwilghen, ministre:

Non, à l'exception de l'Atomium.

03.09 Trees Pieters (CD&V): Dat is een kunstwerk maar het is ook

een nuttig voorwerp. Men kan daar over discussiëren.

03.10 Minister Marc Verwilghen: Het atomium is een

levensnoodzakelijk onderwerp.

03.11 Trees Pieters (CD&V): Ook al.

03.12 Minister Marc Verwilghen: Ook het organisme, niet het

Atomium alleen.

03.13 Trees Pieters (CD&V): Ik kan mij voorstellen dat gemeenten

die...

03.14 Minister Marc Verwilghen: Ik meen dat op basis van dit

antwoord de gemeente wel weet wat zij moet doen.

03.15 Trees Pieters (CD&V): Ja, de gemeente zal wel weten wat zij

moet doen. Ik dank u.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

La présidente: Avant de passer à la question de M. Libert, je voudrais signaler à M. le ministre que la
question n° 10358 de Mme D'hondt est reportée pour la seconde fois. Elle sera donc transformée en
question écrite.
Il en va de même pour la question n° 10611 de Mme Van der Auwera.

04 Question de M. Éric Libert au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur et de la

Politique scientifique sur "l'emploi des langues sur le site de l'Institut Royal Météorologique"
(n° 10803)

04 Vraag van de heer Éric Libert aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en

Wetenschapsbeleid over "het taalgebruik op de site van het Koninklijk Meteorologisch Instituut"
(nr. 10803)

04.01 Éric Libert (MR): Madame la présidente, monsieur le ministre,

il s'agit d'une question qui concerne très souvent la pluie et plus
rarement le beau temps! En effet, il s'agit de l'emploi des langues sur
le site de l'Institut royal météorologique (IRM), puisque c'est en
consultant le site de l'IRM, dans la rubrique des prévisions générales,
que j'ai constaté que les prévisions maritimes et côtières étaient
disponibles uniquement en néerlandais, alors que l'IRM constitue un
service central au sens des lois sur l'emploi des langues en matière
administrative et plus précisément les lois coordonnées du 18 juillet
1966.

04.01 Éric Libert (MR): Mijn

vraag betreft het gebruik van de
talen op de site van het Koninklijk
Meteorologisch Instituut (KMI). De
weersverwachtingen voor kust en
zee zijn blijkbaar enkel in het
Nederlands beschikbaar, hoewel
het KMI een centrale dienst is in
de zin van de wetten op het
gebruik van de talen in
bestuurszaken.

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Le site internet constitue un avis et une communication directement
adressés au public, au sens de l'article 40, alinéa 2 des lois
coordonnées précitées. En vertu de cette disposition, il doit être établi
en français et en néerlandais.

En conséquence, pouvez-vous me faire savoir les raisons de ce
dysfonctionnement linguistique? Quelles mesures comptez-vous
prendre pour instaurer le bilinguisme légal requis par les lois
coordonnées de 1966?

Een internetsite richt zich
rechtstreeks tot het publiek en
moet op grond van voormelde
bepalingen in het Frans en het
Nederlands zijn opgesteld.
Hoe verklaart u deze taalkundige
disfunctie? Welke maatregelen zal
u nemen om ervoor te zorgen dat
de wettelijke tweetaligheid die door
de gecoördineerde wetten van
1966 wordt voorgeschreven, wordt
nageleefd?

04.02 Marc Verwilghen, ministre: Madame la présidente, monsieur

Libert, le site internet de l'Institut de météorologie diffuse des
prévisions maritimes et côtières effectuées dans le cadre d'un contrat
de services payé par la Communauté flamande. Ceci explique le fait
que les données sont, dans un premier temps, diffusées en
néerlandais.

Cependant, comme vous l'avez sans doute remarqué en consultant le
site plus en détail, il est possible d'obtenir plus facilement les données
en français sous forme d'un tableau adapté cinq fois par jour en
cliquant sur le lien "météo côte" se trouvant en dessous de la page
diffusée en néerlandais. Vu le rôle national et international de l'IRM,
les prévisions sont aussi diffusées en allemand et en anglais. Elles
sont donc diffusées en quatre langues.

04.02 Minister Marc Verwilghen:

De internetsite van het KMI
verspreidt een kust- en
zeeweerbericht in het raam van
een overeenkomst gefinancierd
door de Vlaamse Gemeenschap.
Om die reden wordt die informatie
in eerste instantie in het
Nederlands verspreid.

Men krijgt echter toegang tot de
Franstalige gegevens (in de vorm
van een tabel, die vijf maal per dag
wordt aangepast) via een link
onderaan op de Nederlandstalige
pagina. De weersverwachtingen
zijn trouwens ook in het Duits en
het Engels beschikbaar.

04.03 Éric Libert (MR): Monsieur le ministre, je devrai bien entendu

vérifier la portée, tant de fait que juridique, de vos explications. Le cas
échéant, je ne manquerai pas de revenir vers vous en tout état de
cause.

04.03 Éric Libert (MR): Ik zal dat

nagaan, zowel vanuit feitelijk als
vanuit juridisch oogpunt. Zo nodig
zal ik hier later op terugkomen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

05 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel

en Wetenschapsbeleid over "het wetsontwerp in verband met het handelsverbod op zeehonden-,
honden- en kattenbont" (nr. 10827)

05 Question de Mme Magda De Meyer au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur

et de la Politique scientifique sur "le projet de loi relatif à l'interdiction du commerce des fourrures de
phoques, de chiens et de chats" (n° 10827)

05.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Mevrouw de voorzitter,

mijnheer de minister, collega's, het wetsontwerp in verband met het
handelsverbod op zeehonden-, honden- en kattenbont werd
aangepast aan de opmerkingen van de Europese Commissie en
overgezonden naar de WHO. Eind maart start opnieuw de
schandalige zeehondenjacht.

Wij zijn in blijde verwachting van het wetsontwerp in het Parlement.
Hebt u ondertussen al een meer concrete timing?

05.01 Magda De Meyer (sp.a-

spirit): Le projet de loi relatif à
l'interdiction du commerce des
fourrures de phoques, de chiens et
de chats a été adapté
conformément aux objections de
la Commission européenne et
transmis à l'OMC. Alors qu'en ce
début mars, la scandaleuse
chasse aux phoques est à

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

nouveau ouverte, il est important
que la loi entre en vigueur le plus
rapidement possible. Où en est ce
dossier?

05.02 Minister Marc Verwilghen: Mevrouw de voorzitter, ik kom tot

een van de lievelingsonderwerpen van mevrouw De Meyer.

Ik kan haar meedelen dat op 7 maart 2006 de wetsontwerpen
genotificeerd zijn aan de Wereldhandelsorganisatie onder de regels
van Technical Barriers on Trade. Dat geldt zowel voor het
wetsontwerp betreffende het verbod op de fabricage en het in de
handel brengen van goederen die afgeleid zijn van zeehonden, als het
wetontwerp betreffende het verbod op de commerciële productie en
de handel in honden- en kattenbont en de hiervan afgeleide
producten.

Aan de notificatie bij de Wereldhandelsorganisatie zijn eerst nog
bijkomende onderhandelingen voorafgegaan met de Europese
Commissie, omdat zij degene is die België in geval van geschil,
bijvoorbeeld met Canada, zal moeten vertegenwoordigen.

Op 23 februari 2006 werd alle bijkomend gevraagde informatie
verzonden naar de Europese Commissie. Zij heeft dan officieel het
licht op groen gezet om door te gaan met de notificatie aan de
Wereldhandelsorganisatie. Ondertussen zijn mijn diensten druk bezig
met de vertaling van de laatste aanpassingen aan het voorontwerp en
de memories van toelichting. Zodra dat voltooid is en alle
handtekeningen van de medeondertekenende ministers - dat zijn de
collega's Van den Bossche en Demotte - verzameld zijn, zal ik het
project indienen in het Parlement. Ik hoop dat eerstdaags, wellicht
begin april, te kunnen doen, zodat de parlementaire afhandeling,
waarover u ongetwijfeld zal waken, kan plaatsvinden.

05.02 Marc Verwilghen, ministre:

Les projets relatifs à l'interdiction
de la fabrication de produits
dérivés de phoques et le projet de
loi visant à interdire la production
commerciale et le commerce de
fourrures de chiens et de chats ont
été communiqués à l'OMC le 7
mars 2006.

Avant cette notification à l'OMC,
des négociations avec la
Commission européenne ont
encore eu lieu et, en cas de litige,
celle-ci devra représenter la
Belgique. Nous avons reçu le feu
vert de la Commission en date du
23 février.

Mes services finalisent
actuellement les projets de loi et
les exposés des motifs. Dès que
ce travail sera terminé et que je
disposerai des signatures des
ministres cosignataires, à savoir
M. Demotte et Mme Van den
Bossche, je déposerai le projet au
Parlement. J'espère pouvoir le
faire fin mars ou début avril.

05.03 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Ik dank de minister voor het

goede nieuws.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

06 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en

Wetenschapsbeleid over "de dotatie van het Europacollege in de begrotingscontrole 2006" (nr. 10837)

06 Question de Mme Trees Pieters au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur et

de la Politique scientifique sur "la dotation au Collège d'Europe dans le cadre du contrôle budgétaire
2006" (n° 10837)

06.01 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de minister, ik kan kort zijn. Ik

heb geen zin meer om nog op iemands tenen te trappen. We hebben
zopas al genoeg gediscussieerd met de voorgaande minister.

U kent het probleem. Ik heb vernomen dat er op dit ogenblik
onderhandelingen zijn, dat de begrotingscontrole volop bezig is. Er
zouden contacten geweest zijn met ik weet niet wie en ondertussen
ook met het Europacollege. Mijnheer de minister, hoever staat het
met de recuperatie van de toelage waarop het Europacollege recht
heeft?

06.01 Trees Pieters (CD&V): Où

en est le ministre en ce qui
concerne la récupération de la
subvention à laquelle le Collège
d'Europe peut prétendre? La
procédure consistant à rogner sur
les budgets des autres établis-
sements scientifiques a-t-elle déjà
débouché sur des résultats?

Le ministre maintient-il cette

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Heeft die beknibbelprocedure ik vind dat een heel mooi woord ten
opzichte van de andere wetenschappelijke instellingen resultaat
opgeleverd? Blijft die beknibbelprocedure uw strategie om de toelage
te recupereren?

In hoeverre biedt de begrotingscontrole voor 2006 mogelijkheden om
de toelage van het college op het oorspronkelijke niveau terug te
brengen? Zult u trachten om via de begrotingscontrole tot een
rechtzetting te komen?

Ten slotte, indien geen van beide wegen in de nabije toekomst een
oplossing biedt, hoe kunt u dan de goede werking van dat belangrijk
educatief centrum blijven verzekeren?

stratégie? Sera-t-il possible, lors
du contrôle budgétaire, de
ramener la subvention du Collège
au niveau initial? Comment le
ministre compte-t-il assurer le bon
fonctionnement du Collège si
aucune des deux solutions ne
s'avère efficace?

06.02 Minister Marc Verwilghen: Mevrouw de voorzitter, mijn

antwoord zal kort zijn.

Het project ligt mij wel na aan het hart. Ik heb dat altijd al gezegd. Ik
heb het voorstel terzake dus heringediend naar aanleiding van de
begrotingscontrole 2006, die aan het einde van deze maand zal
plaatsgrijpen. Ik heb dus andermaal een bijkomend bedrag van
500.000 euro ingeschreven ten gunste van het Europacollege. Ik hoop
dat men die eis zal kunnen inwilligen. Daarvoor is het dossier, denk ik,
ernstig genoeg en zijn de instelling en de uitstraling ervan voor België
in Europa ook belangrijk genoeg voor de regering. Ik hoop dus dat het
kan lukken.

Als die tegemoetkoming niet kan worden verleend, dan zie ik niet
onmiddellijk - ik geef dit toe - een oplossing, met alle mogelijke
gevolgen vandien. Het betekent dat het Europacollege een
compensatie moet kunnen vinden op een ander terrein om ten minste
over dezelfde middelen te beschikken. Ik vind dat des te klemmender,
omdat ik weet dat het Europacollege momenteel in een belangrijke
investerings- en inspanningsfase zit. Het zou dus des te triester zijn,
mocht dat niet het geval zijn.

06.02 Marc Verwilghen, ministre:

En vue du contrôle budgétaire
2006 qui aura lieu à la fin de ce
mois, j'ai inscrit un montant
supplémentaire de 500.000 euros
pour le Collège d'Europe. Je suis
conscient de l'importance de cet
établissement pour le
rayonnement de notre pays en
Europe. Si cette proposition est
rejetée, je n'ai pas d'autre solution.
Le Collège devra alors chercher
des moyens ailleurs. Ce serait
dommage, car je sais que cet
établissement est actuellement
impliqué dans une importante
phase d'investissements.

06.03 Trees Pieters (CD&V): Het is goed dat het punt opnieuw op de

agenda is geplaatst.

06.04 Minister Marc Verwilghen: Ik had het ook niet kunnen doen,

maar ik heb het gedaan omdat ik blijf geloven in het dossier.

06.05 Trees Pieters (CD&V): Goed. Het is dus geagendeerd voor

2006. Het betekent dus ook dat de 500.000 euro voor 2005 verloren
zijn, dat we daar niet meer op terug hoeven te komen. Er zal geen
compensatie voor komen. Dat begrijp ik uit uw antwoord.

Ik zou u dan toch nog willen vragen om u echt krachtdadig achter het
dossier te zetten. U haalt de redenen aan: het college zit in een
belangrijke fase van de reorganisatie van de studierichtingen en de
plaatsing van studenten, een nieuwe bouwfase, nieuwe richtingen,
waardoor het geld eigenlijk noodzakelijk is.

Waar ze het elders moeten gaan zoeken, weet ik niet. Men heeft zich
daarvoor, wij hebben het daarover al gehad, niet tot Vlaanderen te
richten.

06.05 Trees Pieters (CD&V): Je

me félicite que le ministre ait placé
ce point à l'ordre du jour. Je
déduis cependant de sa réponse
que les 500.000 euros de 2005
sont irrémédiablement perdus. Je
n'ai plus d'autre choix que de
demander au ministre de
s'impliquer pleinement dans ce
dossier, car le Collège traverse en
effet actuellement une phase de
transformations et de réorganisa-
tion des filières d'études. Or je ne
vois pas d'autres sources de
financement pour cette institution.
Il n'est pas aisé de trouver des

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

fonds en Flandre.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

07 Question de M. Melchior Wathelet au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur

et de la Politique scientifique sur "la régulation du transit du gaz" (n° 10621)

07 Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel

en Wetenschapsbeleid over "de regulering van de transit van gas" (nr. 10621)

07.01 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le ministre, comme je

vous l'avais annoncé lors de votre précédente réponse, je reviens sur
la question de la régulation du transit de gaz. Dans ma précédente
question, vous m'aviez répondu que la CREG pouvait prendre
l'initiative de soumettre le transit du gaz naturel à régulation. Vous
aviez également décrit les rôles respectifs des sociétés Fluxys et
Distrigaz & Co.

Si je reviens vers vous aujourd'hui, c'est qu'après analyse, j'aimerais
approfondir cette question. Si je vous comprends bien, Distrigaz & Co
aurait acquis, en 1998 et 2000, les capacités de transit sur les
gazoducs RTR et Troll auprès de sa maison-mère Distrigaz, devenue
Fluxys en 2001. Etonnamment, lors de la scission de l'ancienne
Distrigaz en 2001, Distrigaz & Co est devenue filiale de la nouvelle
Distrigaz alors que c'est Fluxys qui commercialise les capacités de
transport à destination des consommateurs belges. En effet, comme
l'écrit la CREG dans un récent rapport, cette situation pose problème
en matière de fonctionnement de marché puisque les shippers
doivent s'adresser à un de leurs concurrents (avéré ou potentiel), à
savoir Distrigaz, pour obtenir de la capacité de transit en Belgique.

La position de Distrigaz & Co sur le marché me semble assez
confuse. Deux hypothèses sont possibles: soit Distrigaz & Co agit
uniquement en tant qu'entreprise de transport, c'est-à-dire qu'elle
commercialise les capacités de transit sur le marché primaire, soit elle
agit elle-même en tant que shipper, c'est-à-dire qu'elle revend ces
capacités sur le marché secondaire. Selon l'hypothèse retenue, les
conséquences en matière de régulation sont très différentes.

Dans la première hypothèse, le transit pourra être régulé de manière
efficace dès que le ministre aura pris un nouvel arrêté royal relatif au
code de bonne conduite, sur la proposition du CREG.

Dans la seconde hypothèse, par contre, nous nous posons la
question de la portée réelle qu'aurait un nouveau code de bonne
conduite sur le marché des transits, puisque les règles en matière de
"third party access" sont beaucoup moins strictes sur le marché
secondaire que sur le marché primaire. De plus, dans cette
hypothèse, nous comprenons de votre réponse que les contrats entre
Fluxys et Distrigaz & Co échapperaient eux-mêmes à la régulation du
marché, bien qu'ils aient été conclus sur le marché primaire, car ils
seraient exclus du champ d'application de la directive gaz de 2003.

Pour qu'il en soit ainsi, il faudrait toutefois que ces contrats aient été
conclus conformément à la directive "Transit" de 1991, comme vous
l'avez rappelé dans votre réponse. Or, l'objet de celle-ci était de
favoriser la conclusion d'accords de transit entre l'opérateur gazier du
pays traversé et les sociétés responsables, dans leur pays, de

07.01 Melchior Wathelet (cdH):

De positie van Distrigas & Co op
de markt lijkt me eerder
onduidelijk. Ofwel ageert Distrigas
& Co uitsluitend als een
vervoersbedrijf, wat betekent dat
het de doorvoercapaciteit op de
primaire markt commercialiseert
en dat de doorvoer op een
efficiënte wijze zal kunnen worden
gereguleerd zodra de minister op
voorstel van de CREG een nieuw
KB over de gedragscode zal
hebben genomen. Ofwel ageert
het zelf als "shipper" wat impliceert
dat het die capaciteiten op de
secundaire markt verkoopt. Wat
zou dan de reële draagwijdte zijn
van een gedragscode ten opzichte
van de doorvoermarkt daar de
regels over "third party access"
veel minder streng zijn op de
secundaire dan op de primaire
markt?

Bovendien zouden in dat geval de
contracten tussen Fluxys en
Distrigas & Co aan de regulering
van de markt ontsnappen, hoewel
ze op de primaire markt werden
gesloten. Die contracten zouden
namelijk buiten het toepassings-
gebied van de gasrichtlijn van
2003 vallen omdat ze conform de
doorvoerrichtlijn uit 1991 tot stand
zijn gekomen. Gelet op de
herstructureringen die onder-
tussen hebben plaatsgevonden,
lijken de contracten die Fluxys in
1998 en 2000 met zijn toenmalige
dochter heeft gesloten met
betrekking tot het verwerven van
vervoercapaciteit op de
gaspijpleidingen RTR en Troll niet
onder het toepassingsgebied van
die richtlijn te vallen.

Het is uiterst belangrijk dat er een

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

l'importation ou de l'exportation de gaz naturel; autrement dit, entre
anciens monopoles. Or, les contrats entre Fluxys et sa filiale de
l'époque ne paraissent pas entrer dans le champ d'application de la
directive, étant donné les restructurations que nous avons connues
entre-temps.

Nous ne pouvons qu'insister sur l'importance d'une régulation efficace
du transit de gaz car cette activité, qui représente environ deux tiers
du gaz transporté en Belgique, influence également le fonctionnement
du marché domestique belge. Ceci est particulièrement vrai dans la
situation actuelle de congestion où presque toute la capacité du
réseau Fluxys a été vendue, ce qui complique l'arrivée de nouveaux
fournisseurs en Belgique et nuit au développement d'une saine
concurrence sur notre marché au détriment du consommateur.

Enfin, nous nous inquiétons également de l'évolution du hub gazier de
Zeebrugge. Ainsi, cet hiver, les prix à courts termes sur le hub de
Zeebrugge étaient largement supérieurs aux prix pratiqués en
Hollande en raison notamment de la situation de congestion et du
fonctionnement du marché de transit. De tels écarts de prix ne
peuvent que nuire au consommateur, mais également à l'implantation
et au développement d'entreprises en Belgique. Ceci est le résultat de
l'absence de régulation tant du transit que du hub conformément,
pour ce dernier, à l'article 15/1 §5 de la loi du 12 avril 1965 relative au
transport de produits gazeux ou autres par canalisation. C'est d'autant
plus dommageable que le hub de Zeebrugge est un élément central
du marché européen de gaz et qu'en conséquence, d'autres hubs
étrangers risquent de le supplanter, simplement si les prix sont moins
chers et si les risques de congestion sont moins grands.

Monsieur le ministre, quel est votre point de vue sur la régulation du
transit de gaz?

Pourriez-vous nous faire part de votre analyse des contrats de 1998
et 2000 entre Fluxys et Distrigaz & Co et de leurs conséquences sur
le fonctionnement du marché de transit?

La directive 1991 s'applique-t-elle? S'agissait-il des deux anciens
monopolistiques sur cette question? Ces contrats ne risquent-ils pas
de rendre caduque toute tentative de régulation dans ce marché?
Jusqu'à quand courent ces contrats alors qu'ils seraient conclus entre
Fluxys et Distrigaz & Co?

Comment comptez-vous faire en sorte que les règles "third party
access" s'appliquent aussi à Distrigaz & Co?

Enfin, êtes vous conscient du problème d'absence de régulation du
hub de Zeebrugge et, le cas échéant, êtes-vous prêt à amender la loi
afin de mieux réguler le hub de Zeebrugge en ce sens?

doeltreffende regulering voor de
transit van gas komt. Die activiteit,
die goed is voor ongeveer
tweederde van het gastransport in
België, heeft ook een weerslag op
de werking van de gasmarkt voor
huishoudelijk gebruik.

Bovendien lagen de prijzen op
korte termijn voorbije winter op de
Hub Zeebrugge, als gevolg van de
overbelasting van het netwerk en
de werking van de transitmarkt,
veel hoger dan in Nederland. Dat
is nadelig voor de consument en
schrikt nieuwe vestigingen af.

Wat is het standpunt van de
minister over de regulering van de
transit van gas? Wat is zijn
analyse met betrekking tot de
overeenkomsten die in 1998 en
2000 tussen Fluxys en Distrigas &
Co werden gesloten en met
betrekking tot de gevolgen
daarvan voor de werking van de
transitmarkt? Is de richtlijn van
1991 al dan niet van toepassing?
Is niet elke poging tot
marktregulering als gevolg van die
overeenkomsten gedoemd om te
mislukken?

Is de minister bereid de wet te
wijzigen met het oog op een
betere regulering van de Hub
Zeebrugge?

07.02 Marc Verwilghen, ministre: Madame la présidente, monsieur

Wathelet, la CREG me confirme qu'elle analyse les contrats relatifs à
l'accès et à l'utilisation des infrastructures gazières. Cette analyse est
très complexe et très sensible. Jusqu'à présent, je n'ai pas
connaissance de jurisprudence dans l'Union européenne sur
l'interprétation à donner à l'article 32 point 1 de la directive
européenne 2003/55 (dite directive "Gaz") qui a abrogé la directive de
1991. La moindre des choses que l'on puisse dire, c'est que cette

07.02 Minister Marc Verwilghen:

De Commissie voor de regulering
van de elektriciteit en het gas
(CREG) onderzoekt de overeen-
komsten met betrekking tot de
toegang en het gebruik van de
gasinfrastructuur. De Europese
gasrichtlijn is niet duidelijk en bij

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

disposition n'est pas claire!

De plus, l'analyse de ces contrats ne peut avoir lieu sans faire
référence à la jurisprudence pertinente en matière d'électricité. Or, la
transposition de cette jurisprudence au secteur gazier et, en
particulier, à la question du transit n'est pas du tout évidente puisque
l'article 32 de la directive "Gaz" reconnaît explicitement la validité des
contrats conclus conformément à la directive "Transit" de 1991.

En ce qui concerne votre deuxième question, l'analyse de contrats
doit répondre aux questions suivantes:

- Les contrats de 1998 et 2000 entre Fluxys et Distrigaz & Co sont-ils
des contrats de transit?
- Tombent-ils sous l'application de l'article 32 de la directive de 2003?
- Si oui, quelles sont les réglementations qui leur sont applicables?
- Quel est le statut de Distrigaz & Co: entreprise de transport ou
affréteur revendant de la capacité sur le marché secondaire?

Il va de soi que la réponse à chacune de ces questions aura des
conséquences fondamentales sur le fonctionnement du marché du
gaz en Belgique.

Actuellement, les contrats constituent un obstacle majeur à la
régulation de l'activité de transit. Cela étant dit, la régulation est
nécessaire mais n'est pas un but en soi. La CREG a pour mission
d'organiser le bon fonctionnement du marché dans le cadre légal qui
lui est imposé par le législateur. Elle doit également vérifier que les
acteurs sur le marché ne contournent pas la régulation. Dans le cas
où ces contrats tomberaient sous l'application de l'article 32 de la
directive gaz, il est clair que le droit de la concurrence reste toujours
d'application.

Ces contrats sont des documents confidentiels. Je vous invite dès
lors à poser la question aux intéressés car je ne pourrai pas vous les
communiquer.

Pour répondre à votre cinquième question, il faut d'abord pouvoir
déterminer si Distrigaz & Co agit sur le marché primaire ou
secondaire. L'étude en cours de la CREG, que j'ai mentionnée,
permettra de répondre à cette question. Si Distrigaz & Co agit sur le
marché primaire, elle est soumise aujourd'hui aux deux textes
européens régissant la régulation du marché du gaz, à savoir la
seconde directive gaz et le règlement européen 1775/2005 qui entrera
en vigueur le 1er juillet 2006. Cela signifie que Distrigaz et Distrigaz
& Co doivent mettre en place une structure opérationnelle permettant
à cette dernière de fonctionner tout à fait indépendamment de
Distrigaz. Avec l'entrée en vigueur des articles de la loi gaz,
l'exploitation du réseau deviendra un monopole et ne pourrait plus
être partagée entre Fluxys et Distrigaz & Co.

Dans l'hypothèse contraire, c'est-à-dire si Distrigaz & Co agit en tant
que shipper sur le marché secondaire, la plupart des règles de "third
party access" ne la concerneront pas mais bien Fluxys. Dans ce cas,
la situation actuelle risque de prévaloir jusqu'à l'expiration des
contrats entre Fluxys et Distrigaz & Co.

J'en arrive à votre sixième question. Le hub était conçu, à l'origine,

mijn weten bestaat in de Europese
Unie geen rechtspraak over de
interpretatie van artikel 32.1. Voor
de analyse van die overeen-
komsten moet men zich dus op de
relevante rechtspraak met
betrekking tot de elektriciteit
baseren, die niet zonder meer op
de gassector kan worden
toegepast.

Bij de analyse van de contracten
moet een antwoord gevonden
worden op de volgende vragen:
zijn de contracten tussen Fluxys
en Distrigas & Co van 1998 en
2000 transitcontracten? Vallen ze
onder de bepalingen van de
richtlijn van 2003? Zo ja, welke
regelgeving is erop van
toepassing? Heeft Distrigas & Co
het statuut van tranmissiebedrijf of
bevrachter die capaciteit op de
secundaire markt doorverkoopt.

Het antwoord op elk van die
vragen zal fundamentele gevolgen
hebben voor de werking van de
gasmarkt in België.

De contracten vormen momenteel
een grote belemmering voor de
regulering van de transit.
Regulering is nodig, maar mag
geen doel op zich zijn. De CREG
heeft tot taak de werking van de
markt in goede banen te leiden,
binnen het vastgestelde wettelijke
kader. De CREG moet ook toezien
op de naleving van de regulering.
Als die contracten onder de
gasrichtlijn vallen, blijft het
concurrentierecht hoe dan ook van
kracht.

Ik kan u niet vertellen wanneer die
contracten aflopen, want het gaat
om vertrouwelijke documenten.

Om te weten of de regels inzake
"third party access" van
toepassing kunnen zijn op
Distrigas & Co, moet eerst
nagegaan worden of het bedrijf
actief is op de primaire dan wel de
secundaire markt. Dat zal blijken
uit de studie die de CREG
momenteel uitvoert. Als Distrigas

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

pour des transactions de gaz britannique vers le continent ou
l'inverse. Le hub de Zeebrugge est le premier et le plus important hub
continental en Europe. Cependant, l'article 15.1, §4 de la loi gaz ne
concerne le pas le hub de Zeebrugge, ce qui fait que l'activité de la
société anonyme Huberator en tant qu'opérateur du hub n'est soumis
à aucune régulation.

Une régulation éventuelle du hub pourrait avoir un certain sens étant
donné que pour un concurrent il est difficile, voire impossible de
développer un autre hub. Je me réfère à la bourse Belpex en
électricité qui est elle-même soumise à la régulation.

La CREG m'a également informé qu'elle réalise actuellement une
étude concernant la liquidité et le fonctionnement du hub de
Zeebrugge. En ce qui concerne la qualité du gaz, la Belgique est
soumise à des contraintes en vigueur sur les réseaux de transport
allemand et britannique. Ces contraintes entravent sérieusement le
commerce libre du gaz et le fonctionnement du hub. Elles sont
tellement strictes que le gaz norvégien et le LNG stockés au terminal
de Zeebrugge ne peuvent être négociés sur le hub.

La CREG m'a également informé qu'elle a demandé aux acteurs
responsables de faire une proposition pour lever les contraintes
correspondantes sur le réseau belge.

J'en arrive enfin à votre dernière question.

La Belgique a investi des sommes colossales dans la construction du
port de Zeebrugge. Un des fruits de cet effort est que Zeebrugge est
le plus important lieu d'échange de gaz de l'Europe continentale. Je
prendrai toutes les initiatives légales qui s'imposent pour conserver
ces atouts. J'attends les propositions de la CREG en la matière. Dès
que j'en aurai pris connaissance, je prendrai les mesures
nécessaires.

& Co op de primaire markt
opereert, valt het bedrijf onder de
Europese regelgeving betreffende
de regulering van de gasmarkt:, in
dat geval moeten Distrigas en
Distrigas & Co een operationele
structuur creëren waardoor
laatstgenoemde entiteit
onafhankelijk van Distrigas kan
functioneren. Na de
inwerkingtreding van de artikelen
van de gaswet wordt de exploitatie
van het net een monopolie, en
kunnen Fluxys en Distrigas & Co
het net niet langer samen
exploiteren.

Distrigas & Co opereren vooral op
de secundaire markt, en vooral
Fluxys zal met de regels inzake
"third party access" te maken
krijgen. In dat geval dreigt de
huidige situatie te blijven bestaan
tot de contracten tussen Fluxys en
Distrigas & Co aflopen.

Wat uw vraag over Hub
Zeebrugge betreft: artikel 15.1, § 4
van de gaswet is niet van
toepassing op die hub. De activiteit
van de operator van de hub is niet
gereguleerd. Regulatie zou
nochtans gerechtvaardigd kunnen
zijn, aangezien het voor de
concurrentie moeilijk, zo niet
onmogelijk lijkt ook een hub te
ontwikkelen.

De CREG voert momenteel een
studie uit naar de liquiditeit en de
werking van Hub Zeebrugge. Wat
de gaskwaliteit betreft, moet
België aan een aantal
verplichtingen voldoen die gelden
op het Duitse en het Britse
transmissienet. Dat vormt een
ernstige belemmering van de vrije
gashandel en de werking van de
hub. De CREG heeft mij laten
weten dat ze de verantwoordelijke
actoren gevraagd heeft een
voorstel te formuleren om de
overeenkomstige verplichtingen op
het Belgische net op te heffen.

Ten slotte, om op uw laatste vraag
te antwoorden, kan ik zeggen dat
België enorm veel geld

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

geïnvesteerd heeft in de haven
van Zeebrugge, die thans de
grootste draaischijf is voor gas op
het Europese vasteland. Zodra ik
de voorstellen van de CREG
ontvangen heb, zal ik alle
wettelijke demarches ondernemen
die nodig zijn om die troef in
handen te houden.

07.03 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le ministre, il faut toujours

un décodeur quand on parle de ces matières! Ce qui est
extraordinaire, c'est que j'avais l'impression de poser beaucoup de
questions mais vous en avez posé autant que moi dans votre
réponse, ce qui est original. En même temps, vous proposez de
nouvelles pistes. D'une part, le statut des contrats de 1998 et de 2000
n'est pas clair. S'agit-il de contrats de transit? Sont-ils soumis à
l'article 32? Si oui, comment doivent-ils être reconnus? Quel est le
statut de Distrigaz & Co? On en vient à la question fondamentale:
quel est le vrai statut et l'interaction de Fluxys et de Distrigaz & Co?
Sont-ils actifs sur le marché primaire ou sur le marché secondaire? Si
je vous comprends bien, vous attendez l'avis de la CREG pour savoir
ce qu'il en est exactement.

Le deuxième point pour lequel vous attendez les propositions de le
CREG concerne les possibilités de régulation du hub de Zeebrugge.
Comme vous, je ne pense pas qu'il faille réguler pour réguler mais si
une régulation est nécessaire, il faut y procéder. J'entrevois une
ouverture. Vous demandez l'expression d'une volonté de trouver une
solution dans ces matières qui permettrait à la CREG de proposer
une juste régulation en matière de transit et pour le hub de
Zeebrugge. Cela me semble positif.

07.03 Melchior Wathelet (cdH):

Wat deze materies betreft, is het
telkens een kwestie van
ontcijferen. In uw antwoord stelt u
evenveel vragen als ik. U
suggereert denkpistes maar het
statuut van de contracten uit 1998
en 2000 is niet duidelijk. Ik begrijp
dat u het advies van de CREG
afwacht, niet alleen betreffende
deze materie maar eveneens
inzake de Hub Zeebrugge. Ik denk
zoals u dat er gereguleerd moet
worden indien dat nodig blijkt. U
probeert een oplossing te vinden
opdat de CREG een rechtvaardige
regulering inzake transit en voor
de Hub Zeebrugge zou kunnen
aanbieden. Dat lijkt mij positief.

07.04 Marc Verwilghen, ministre: Monsieur le président, je

souhaiterais ajouter que j'attends le résultat des études en cours.
Celles-ci seront déterminantes pour pouvoir répondre aux questions,
qui seront encore plus pertinentes au moment d'une éventuelle fusion
entre les sociétés. Dans ces circonstances, une réponse très claire
est nécessaire pour éviter que des problèmes surviennent
ultérieurement, lorsque la fusion sera connue.

07.04 Minister Marc Verwilghen:

Ik wacht op de uitkomst van de
aan de gang zijnde studies. Die
zullen van doorslaggevend belang
zijn om te kunnen antwoorden op
de vragen, die nog relevanter
zullen zijn op het ogenblik van een
eventuele fusie tussen de
bedrijven. Dan zal een zeer
duidelijk antwoord noodzakelijk
zijn om te voorkomen dat er zich
later problemen voordoen.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

08 Question de Mme Zoé Genot au ministre de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce extérieur et de

la Politique scientifique sur "le projet de directive IPRED2" (n° 10793)

08 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en

Wetenschapsbeleid over "het ontwerp van richtlijn IPRED2" (nr. 10793)

08.01 Zoé Genot (ECOLO): Madame la présidente, monsieur le

ministre, selon le titre d'un document paru sur le site du Conseil
européen, la Commission demandait aux 25 États membres du
Conseil leur position écrite quant aux droits de propriété intellectuelle

08.01 Zoé Genot (ECOLO): De

Europese Commissie heeft de
lidstaten gevraagd haar schriftelijk
hun standpunt mee te delen over

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

qu'ils souhaitaient voir enlevés de la liste de la proposition de directive
IPRED2.

Pour rappel, cette directive vise à faire passer du domaine civil au
domaine pénal toutes les infractions à la propriété intellectuelle, que
ce soit en matière de droit d'auteur, droit des brevets, droit des
marques ou droit de design, etc.

Dans cette liste, il est donc inscrit que les infractions au droit des
brevets doivent être traitées comme des actes criminels. Plusieurs
associations de l'industrie, notamment de logiciels, se sont
prononcées vivement contre l'inclusion des violations de brevet dans
la proposition de directive pour les raisons suivantes.

Par exemple, il est en pratique impossible d'écrire ou de vendre les
produits logiciels sans avoir la certitude que votre produit ne viole pas
l'un des 65.000 brevets sur les logiciels ou sur les méthodes d'affaires
délivrés par l'Office européen des brevets. Ces brevets ont été
délivrés par l'Office en contradiction avec la Convention sur le brevet
européen. L'infraction au brevet a toujours été une matière civile et la
proposition de directive forcera les États membres à faire passer les
infractions au droit des brevets comme des crimes et de criminaliser
aussi l'incitation à l'infraction.

Les conséquences initiales de la criminalisation des infractions de
brevet seront que les firmes auront une réticence à investir dans de
nouveaux produits logiciels. Une entreprise nécessitant des produits
logiciels préfèrera en importer d'un pays hors Union européenne. Ce
serait dommageable pour l'industrie européenne du logiciel et
causerait des pertes d'emploi.

Par ailleurs, la directive donnera aux possesseurs de brevets de plus
grands pouvoirs afin de harceler les producteurs de logiciels, de saisir
leurs documents, de geler leurs comptes bancaires. Nous verrons
alors la justice pénale utilisée pour imposer des monopoles qui sont
déjà hautement controversés. Les conséquences de ces monopoles
sont bien sûr des prix élevés pour les produits logiciels, moins
d'innovation et de sérieux dommages aux économies européennes si
elles perdent leur capacité à rester compétitives sur le marché
mondial.

Troisièmement, la création de nouvelles entreprises et la croissance
économique seront touchées. Tous les entrepreneurs du domaine
des technologies de l'information et de la communication prennent
déjà d'énormes risques au regard des brevets logiciels et l'industrie
du logiciel européen existe en dépit et non pas grâce aux brevets
logiciels. Les brevets logiciels tentent d'avoir des revendications très
larges de façon à ce que l'infraction soit inévitable. Donc, dans
l'économie classique des brevets, une firme peut s'en tirer en prenant
des licences de brevets et en payant des royalties, mais quand
l'infraction des brevets est une infraction pénale, aucun règlement civil
n'est possible.

Dernièrement, l'usage de la loi pénale en lieu et place de la loi civile
rend la spéculation sur les brevets et l'extorsion moins chère.
Aujourd'hui, un spéculateur en brevets a besoin de fonds substantiels
pour supporter le coût du litige jusqu'à ce qu'un marché accepte de
prendre une licence pour un brevet particulier. Cependant, en matière

de intellectuele eigendomsrechten
die ze buiten het
toepassingsgebied van de
toekomstige richtlijn zouden willen
houden. Die richtlijn strekt ertoe de
overtredingen inzake intellectuele
eigendom niet langer burger-
rechtelijk, maar strafrechtelijk te
vervolgen. Bij een aantal beroeps-
verenigingen uit de software-
industrie zijn luide stemmen
opgegaan tegen het opnemen van
de schending van octrooien in het
voorstel van richtlijn. Het
strafrechtelijk vervolgen van
inbreuken op het vlak van
octrooien zal immers de innovatie
afstraffen, het vertrouwen in de
ICT-sector schaden, het probleem
inzake de softwareoctrooien op de
spits drijven en afpersings-
praktijken in dat verband in de
hand werken, in plaats van de
investeringen aan te moedigen. De
gevolgen zouden erg schadelijk
zijn voor de Europese economie,
zowel op het vlak van
werkgelegenheid als van
investeringen. Welk schriftelijk
standpunt werd door België en
door de andere delegaties
ingenomen? Zou het
toepassingveld van de richtlijn niet
moeten worden beperkt tot de
rechten waarvoor vaststaat dat de
door het burgerlijk recht geboden
bescherming niet volstaat? Indien
u niet akkoord gaat met dat
beginsel, waarop is uw keuze voor
een strafrechtelijke vervolging van
de inbreuken inzake octrooien in
de softwaresector en de
farmaceutische sector gebaseerd?

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

pénale, l'État prend en charge tous les frais du litige et nous verrons
l'usage de responsabilités pénales comme un outil de chantage.
Tandis qu'un PDG pourra être enclin à lutter contre des
revendications injustes devant une cour de justice réunie selon la
procédure civile, il en est tout autrement quand la police et les
procureurs de l'État sont impliqués.

En conclusion, la pénalisation des infractions de brevets punira les
innovateurs, diminuera la confiance dans le secteur des technologies
de l'information, aggravera le problème des brevets logiciels et
favorisera l'usage des brevets à des fins d'extorsion plutôt que de
protéger l'investissement. Les conséquences seront hautement
dommageables pour l'économie européenne en termes d'emploi,
d'investissement, etc. On a déjà eu l'occasion de discuter de ce
problème des brevets logiciels. Il revient avec plus d'acuité à cause
de cette histoire de criminalisation du droit d'auteur et du droit des
brevets.

C'est la raison pour laquelle, j'aurais voulu connaître, monsieur le
ministre, les réponses que la Belgique avait fournies. Quelle a été la
position écrite de la délégation belge au Conseil à propos de la
criminalisation des brevets? Quelles ont été les positions des autres
délégations sur cette question? De manière générale, la directive
devrait être limitée aux droits pour lesquels il est prouvé que la
protection par le droit civil n'est pas suffisante. Quels sont-ils? Êtes-
vous d'accord avec ce principe? Dans la négative, pouvez-vous
justifier votre position en faveur d'une criminalisation des infractions
au brevet, par exemple dans le secteur des logiciels et de la même
manière dans le secteur pharmaceutique?

08.02 Marc Verwilghen, ministre: Madame la présidente, collègue

Genot, sur la première question concernant le champ d'application de
l'article premier de la proposition de directive, la délégation belge a
indiqué au groupe d'experts au Conseil de l'Union européenne qu'une
liste limitative des droits visés par la proposition de directive doit être
dressée en supprimant, par rapport à la liste établie par la
Commission pour la directive 2004/48 relative au respect des droits
de propriété intellectuelle, la référence aux dénominations
commerciales, aux indications géographiques et aux topographies de
produits semi-conducteurs.

Les droits de propriété intellectuelle suivants peuvent relever du
champ d'application de la directive:
- les droits d'auteur;
- les droits voisins du droit d'auteur;
- les droits "sui generis" de l'auteur d'une base de données;
- les droits de marque;
- les droits sur les dessins ou modèles;
- les droits relatifs aux brevets, y compris les certificats
complémentaires de protection;
- les droits d'obtenteur.

Cette liste correspond aux droits visés dans un avant-projet de loi
relatif à la répression de la contrefaçon et de la piraterie des droits
intellectuels qui doit encore être délibéré en Conseil des ministres,
mais qui est dans un stade final de préparation.

Deuxièmement, la plupart des autres délégations ont déjà fait

08.02 Minister Marc Verwilghen:

België heeft erop gewezen dat een
limitatieve lijst van de door het
voorstel van richtlijn bedoelde
rechten opgesteld moet worden.
Daartoe zou in de door de
Commissie opgestelde lijst de
verwijzing naar handels-
benamingen, geografische
aanduidingen en topografieën van
halfgeleiderprodukten moeten
geschrapt worden. In de naar
voren gebrachte standpunten zijn
er twee uitersten. Ierland en het
Verenigd Koninkrijk wensen het
toepassingsgebied van de richtlijn
tot het auteursrecht en het
merkenrecht te beperken.

Denemarken, Cyprus, Slowakije
en Italië zijn het daarentegen in
grote lijnen eens met de lijst van
de Commissie. Ik meen dat de
richtlijn beperkt moet blijven tot de
zwaarste inbreuken op de
voornaamste intellectuele eigen-
domsrechten. Het subsidiariteits-
beginsel moet volledig worden

15/03/2006

CRIV 51

COM 894

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

connaître leur position. Plus généralement, on peut identifier deux
extrêmes dans les points de vue exprimés: l'Irlande et le Royaume-
Uni veulent limiter le champ d'application de la directive aux droits
d'auteur et aux droits de marque; le Danemark, Chypre, la Slovaquie
et l'Italie, en revanche, peuvent se retrouver dans les grandes lignes
dans la liste des droits visés établie par la Commission pour la
directive 2004/48.

Pour la troisième question, j'estime que le champ d'application de la
proposition de directive doit rester limité aux atteintes les plus graves
aux principaux droits de la propriété intellectuelle.

Comme il s'agit ici d'une proposition de directive pénalisant certains
comportements, le principe de subsidiarité doit en effet être
pleinement respecté. La délimitation du champ d'application doit dès
lors non seulement se faire selon la nature des droits mais aussi
selon la gravité de l'atteinte.

La délégation belge a donc plaidé pour que la directive soit limitée à la
pénalisation d'atteintes à l'échelle commerciale commises avec une
intention méchante ou frauduleuse. L'intention est de pouvoir
s'attaquer de manière plus efficace au commerce de la contrefaçon.
Étant donné que la contrefaçon se transforme en une véritable
industrie dont une grande partie des bénéfices alimenteraient des
organisations criminelles, une harmonisation au niveau des mesures
pénales me paraît nécessaire.

Selon l'accord sur l'aspect des droits de propriété intellectuelle qui
touche au commerce, les États membres doivent édicter des
sanctions pénales en matière de marques et de droits d'auteurs, sans
pouvoir opérer une distinction au sein d'une catégorie d'infractions à
un droit de propriété intellectuelle déterminé selon le type d'objets
visés. Cette approche horizontale, qui interdit l'établissement d'une
quelconque discrimination parmi les titulaires des droits dans les
moyens pour faire respecter leur droits, vaut également en matière de
brevets.

Voilà la réponse aux trois questions que vous venez de me poser.

gerespecteerd. Het toepassings-
gebied moet dus niet enkel
beperkt worden in functie van de
aard der rechten maar ook
volgens de ernst van de inbreuk.

De Belgische delegatie heeft
ervoor gepleit dat de richtlijn zou
beperkt worden tot de
strafbaarstelling van commerciële
inbreuken die met kwaad of
bedrieglijk opzet worden gepleegd.
Op die manier willen we efficiënter
de strijd kunnen aanbinden met de
handel in namaakproducten.
Overeenkomstig het akkoord
inzake het commercieel aspect
van de intellectuele eigendoms-
rechten kunnen de lidstaten geen
onderscheid maken binnen een
categorie inbreuken op een
welbepaald intellectueel
eigendomsrecht. Die horizontale
benadering geldt eveneens voor
de octrooien.

08.03 Zoé Genot (ECOLO): J'entends qu'il existe une volonté de

combattre la contrefaçon. Et cela me paraît totalement légitime. En
revanche, je note que vous ne prenez pas en compte la spécificité
des brevets logiciels. L'Office européen des brevets, on le sait,
brevette des logiciels, et c'est contraire au droit. Le Parlement
européen s'y oppose. De plus, dans ce domaine, il est très difficile de
savoir si l'on utilise une invention qui aurait pu être brevetée.

Je crains que de tels conflits, traduits devant des cours pénales,
puissent porter préjudice. Vous déclarez qu'il faut qu'il y ait "intention
méchante et frauduleuse". Mais le contraire risque d'être difficile à
établir. En tout cas, c'est une épée de Damoclès supplémentaire qui
va pendre au-dessus de la tête des créateurs européens. J'espère
donc que cette question va être réétudiée à la lumière de tous les
travaux qui ont été réalisés sur le brevet logiciel.

08.03 Zoé Genot (ECOLO): Ik

begrijp dat men namaak wenst te
bestrijden en zo hoort het ook. Ik
stel daarentegen vast dat u geen
rekening houdt met de specificiteit
van de softwarepatenten.
Wanneer conflicten in deze
materie door een strafrechtbank
worden behandeld, vrees ik voor
de gevolgen. U verklaart dat er
kwaadwillige en frauduleuze
bedoelingen moeten zijn. Maar het
tegendeel zal moeilijk te bewijzen
zijn. Ik hoop dat die zaak opnieuw
zal worden onderzocht in het licht
van de werkzaamheden die
werden verricht met betrekking tot
het softwarepatent. Ik hoop dat
België de belangen van de kleine

CRIV 51

COM 894

15/03/2006

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

ontwerpers zal behartigen.

08.04 Marc Verwilghen, ministre: Madame Genot, sur ce point,

nous avons, en marge du Conseil de la Concurrence de lundi, parlé
avec la présidence. Cette dernière a dit qu'elle examinerait le dossier
dans le contexte auquel vous venez de faire référence. Peut-être fera-
t-elle une nouvelle proposition en la matière.

De toute façon, ce dossier est traité différemment suivant les pays.
Nous sommes donc encore loin d'une solution globale.

08.04 Minister Marc Verwilghen:

In de marge van de Raad voor de
Mededinging van maandag,
hebben wij met het voorzitterschap
gepraat. Het heeft ons
meegedeeld dat het het dossier
onderzoekt in de context waarnaar
u net verwezen heeft. Dat dossier
wordt anders bekeken naargelang
van het land. Er is nog helemaal
geen allesomvattende oplossing in
zicht.

08.05 Zoé Genot (ECOLO): Monsieur le ministre, j'espère que la

Belgique fera partie des pays attentifs à ces petits fabricants de
logiciels.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

La présidente: En l'absence de M. Miguel Chevalier, sa question n

10746 est supprimée.

La réunion publique de commission est levée à 16.50 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 16.50 uur.